‘Het roken neemt ongemerkt afscheid van u!’ Onderzoek naar de invloed van doelen van persuasieve commerciële teksten en non‐profitteksten in de gezondheidsvoorlichting op de keuze van argumenten
Masterscriptie Tekst en Communicatie Scriptiebegeleider: dr. E.T. Feteris Tweede lezer: dr. B.J. Garssen Universiteit van Amsterdam 29 maart 201o Lisette van Garder 0587826
[email protected]
Inhoudsopgave 1 Inleiding
3
2 Gezondheidsvoorlichting
6
2.1 Definitie
6
2.2 Tekstsoorten
8
2.2.1 Non‐profitteksten
8
2.2.2 Commerciële teksten
9
11
3.1 De pragma‐dialectische benadering van argumentatie
11
3.2 Soorten argumentatie
12
3.3 Argumentatieschema
14
3.3.1 Argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie
15
15
3.3.2 Argumentatie gebaseerd op een causale relatie
16
3.3.2.1 Pragmatische argumentatie
17
3.3.2.2 Fear appeal
3 Argumentatie
3.3.1.1 Autoriteitsargumentatie
17
19
4.1 Gebruikte argumentatiestructuren
19
4.1.1 Argumentatie in non‐profitteksten
20
4.1.2 Argumentatie in commerciële teksten
23
4.2 Argumentatieve beschrijving van de tekstsoorten
27
4.2.1 Non‐profitteksten
27
4.2.2 Commerciële teksten
30
4 Argumentatieve beschrijving
5 Conclusie
38
41
Bijlage 1: non‐profitteksten
42
1.1 Ikkanstoppen.nl
42
1.2 Friese longartsen
49
Literatuur
‐ 1 ‐
1.3 luchtpunt.nl
51
Bijlage 2: commerciële teksten
52
2.1 H. Lieveld
52
2.2 Smoke Free
53
2.3 Breevoord‐methode
54
2.4 Laserpraktijk
56
2.5 eraCare
57
2.6 Praktijk de Wille
58
‐ 2 ‐
1 Inleiding Onze gezondheid is een belangrijk aandachtspunt in allerlei soorten media. Er is veel materiaal op de markt op het gebied van gezondheidsvoorlichting. Op verschillende manieren wordt er advies gegeven en soms worden zelfs geboden of verboden opgesteld door de overheid om mensen gezonder te laten leven. Het stoppen met roken is een belangrijk onderwerp in deze gezondheidsvoorlichting. Autoriteiten en bedrijven willen mensen helpen bij het stoppen met roken en bieden hulp aan. In deze scriptie wil ik mij op dit specifieke onderwerp concentreren. Voorlichting betreffende het stoppen met roken wordt op allerlei manieren en vanuit allerlei invalshoeken gegeven. Hierbij spelen de belangen die de overheid en bedrijven hebben als het gaat om stoppen met roken een grote rol. De overheid maakt deel uit van de quartaire sector, de non‐profitsector, en heeft daarom andere belangen en doelen als het erom gaat mensen te overtuigen te stoppen met roken dan bedrijven uit de tertiaire sector, de commerciële bedrijven met een financieel belang. Het verschil in doel bepaalt vanzelfsprekend ook de manier van voorlichten. In deze scriptie wil ik mij richten op de verschillende manieren waarop deze ‘anti‐rookvoorlichting’ wordt vormgegeven en zal ik tevens laten zien welke overeenkomsten en verschillen er zijn tussen de diverse teksten. Zoals gezegd zijn er verschillende belangen die een rol spelen en daarom wil ik in deze scriptie onderzoeken hoe deze belangen in de teksten tot uiting komen – hetzij impliciet dan wel expliciet. Ik wil daarom een vergelijking maken tussen twee soorten teksten, namelijk teksten van non‐ profitorganisaties zoals de overheid en teksten van commerciële organisaties, waarbij gedacht moet worden aan bedrijven die producten verkopen om de cliënt te helpen stoppen met roken. De schrijvers van de twee verschillende tekstsoorten hebben beiden een ander doel en dit leidt ertoe dat zij verschillende keuzes maken als het gaat om de argumentatie die gebruikt wordt ter ondersteuning van het standpunt. In de commerciële sector is er financieel belang voor het bedrijf dat de tekst laat schrijven en het doel is dan ook om het product aan de man te brengen bij zoveel mogelijk cliënten. In commerciële teksten wordt dit doel echter niet expliciet aan de cliënt medegedeeld, maar wordt gezinspeeld op een algemeen standpunt, namelijk het advies om te stoppen met roken. De commerciële tekst wordt dus eigenlijk voorgesteld als een non‐ profittekst, waarbij dus geen financieel belang speelt, om de cliënt te overtuigen van het standpunt. Er wordt geen realistisch beeld gegeven van het doel van de tekst. Door middel van het kiezen van de argumenten die de cliënt het idee geven met een non‐profittekst te maken te hebben, kan de schrijver van de commerciële tekst ervoor zorgen dat de cliënt toch overtuigd raakt en het product zal aanschaffen. In deze scriptie wil ik inzichtelijk maken op welke manier de schrijvers de keuze van argumenten op hun doelen afstemmen. Door de
‐ 3 ‐
bovengenoemde overwegingen kom ik tot de centrale vraag van mijn scriptie: ‘Wat is de invloed van de doelen van persuasieve commerciële teksten en non‐profitteksten in de gezondheidsvoorlichting op de keuze van argumenten?’ Het gaat in deze scriptie alleen om gezondheidsvoorlichting op het gebied van stoppen met roken. Door middel van een argumentatieve beschrijving zal ik aan de hand van voorbeelden laten zien welke overeenkomsten en verschillen er tussen de twee tekstsoorten zijn met betrekking tot de selectie van argumenten voor de hierboven genoemde doelen. In deze argumentatieve beschrijving zal ik demonstreren welke soorten argumenten er door schrijver worden gebruikt en op welke manier deze argumenten aan elkaar en aan het standpunt gerelateerd zijn. Aangezien er veel verschillende teksten zijn en de schrijvers de lezer op diverse manieren proberen te overtuigen, is deze studie zeer relevant op het gebied van de taalbeheersing. Uiteindelijk zal ik mijn bevindingen weergeven in een advies voor de lezer waarin duidelijk wordt welke invloed het doel van een persuasieve commerciële tekst of een persuasieve non‐profittekst heeft op de keuze van argumenten. Ik zal bespreken welke redenen de schrijvers van commerciële en non‐profitteksten zouden kunnen hebben om bepaalde argumenten te gebruiken en andere niet. Hierdoor wordt de kritische lezer een handvat geboden waarmee hij kan bepalen met welk soort tekst hij van doen heeft en wat het doel van de schrijver van de tekst is. Met deze kennis kan hij een beoordeling maken van de betrouwbaarheid en objectiviteit van de tekst. Dit leidt tot een betere interpretatie van het doel van de tekst en de motieven van de schrijver. Allereerst zal ik het in hoofdstuk 2 het begrip ‘gezondheidsvoorlichting’ behandelen en zal ik twee verschillende tekstsoorten in de gezondheidsvoorlichting op het gebied van stoppen met roken bespreken, namelijk commerciële teksten en non‐profitteksten. Deze twee tekstsoorten staan in dit onderzoek centraal en ik zal hiervan enkele tekstkenmerken noemen. In hoofdstuk 3 bespreek ik de grondbeginselen van de pragma‐dialectische benadering van argumentatie van Van Eemeren en Grootendorst. Bij deze benadering van argumentatie worden verschillende soorten argumenten genoemd die een standpunt ondersteunen. Deze argumenten worden gekoppeld aan andere argumenten of aan het standpunt. De manier waarop de argumenten aan elkaar of aan het standpunt worden gerelateerd komt tot uiting in het zogenaamde argumentatieschema. Daarom zal ik in dit hoofdstuk ook kort het pragma‐ dialectische begrip ‘argumentatieschema’ bespreken. Deze begrippen zal ik in verband brengen met de teksten waarvan gebruik wordt gemaakt in de gezondheidsvoorlichting. In het vierde hoofdstuk zal ik op basis van de informatie van hoofdstuk 2 en 3 een argumentatieve beschrijving geven van de commerciële en non‐profitteksten. Deze beschrijving houdt in dat ik de twee tekstsoorten met elkaar zal vergelijken en zal beschrijven welke overeenkomsten en verschillen zich voordoen in de selectie van argumenten en de gekozen argumentatieschema’s
‐ 4 ‐
ter ondersteuning van de verschillende standpunten in de teksten. Aangezien de doelen van de twee tekstsoorten van elkaar verschillen, zijn de doelen ook verschillend en zal de selectie van argumenten in de twee tekstsoorten ook verschillend zijn. Ik zal aan de hand van voorbeelden uit de geanalyseerde teksten uitleggen wat voor soort argumenten er worden gebruikt en op welke manier deze argumenten aan elkaar of aan het standpunt worden gekoppeld door middel van de gekozen argumentatieschema’s. Daarna bespreek ik waarom juist deze argumenten en argumentatieschema’s worden gebruikt om het doel van de tekst te dienen. Tevens zal ik bespreken op welke manier de genoemde argumenten functioneren als argumenten voor het standpunt en welke argumentatieschema’s gebruikt worden om deze relatie aan te duiden. In de conclusie zal ik aan de hand van mijn bevindingen in de argumentatieve beschrijving een advies voor de lezer presenteren. Dit advies geeft de lezer een maatstaf om de keuze en het gebruik van diverse argumenten en argumentatieschema’s in teksten in de gezondheidsvoorlichting te herkennen en zo een betere interpretatie te kunnen maken van de tekst en het doel van de schrijver. Door de argumentatieve beschrijving krijgt de lezer inzicht in de keuze van argumenten en de keuze voor een bepaald argumentatieschema. Dit leidt ertoe dat de lezer een leidraad krijgt om goed te kunnen inschatten wat het doel van de schrijver is en hoe hij dit door middel van specifieke argumenten en argumentatieschema’s denkt te bereiken. Ook zal ik in de conclusie aanbevelingen doen voor vervolgonderzoek op het gebied van de mogelijkheden en het gebruik van argumentatie in de gezondheidsvoorlichting.
‐ 5 ‐
2 Gezondheidsvoorlichting Binnen de gezondheidsvoorlichting zijn er verschillende teksten die ook verschillen als het gaat om het doel dat de schrijver van de tekst heeft. Om een duidelijk beeld te krijgen van de verschillende teksten binnen de gezondheidsvoorlichting als het gaat om het advies te stoppen met roken, zal ik in dit hoofdstuk ingaan op gezondheidsvoorlichting in het algemeen en het onderwerp van aandacht in deze scriptie – teksten ter bevordering van het stoppen met roken – in het bijzonder. Allereerst zal ik vertellen wat het begrip ‘gezondheidsvoorlichting’ inhoudt en welke kenmerken gezondheidsvoorlichting heeft. Daarna zal ik de twee tekstsoorten bespreken die in dit hoofdstuk centraal staan – commerciële teksten en non‐profitteksten – en zal ik enkele kenmerken van de tekstsoorten bespreken. Deze kenmerken zullen in hoofdstuk 4 verder geconcretiseerd worden aan de hand van voorbeelden. De deelvraag die in dit hoofdstuk centraal staat is ‘Wat is het doel van gezondheidsvoorlichting en welke invloed heeft dit op de keuze van argumenten voor een persuasieve tekst? 2.1 Definitie Gezondheidsvoorlichting wordt in de literatuur meestal gekoppeld met gezondheidsopvoeding. In 1962 werd de term GVO – gezondheidsvoorlichting en –opvoeding – geïntroduceerd door de Centrale Raad voor de Volksgezondheid. Volgens Claessens (2000: 48) ligt de nadruk binnen GVO op het informeren en motiveren van mensen tot gezond(er) gedrag. Het is dus de bedoeling dat er door middel van informeren en motiveren een attitudeverandering plaatsvindt. Een verandering van attitude is een verandering van houding. De lezer wordt overtuigd en zijn houding ten opzichte van het onderwerp van de tekst – in dit geval het advies te stoppen met roken – verandert hierdoor. Er vindt dus een attitudeverandering plaats. GVO wordt ook wel ’patiëntenvoorlichting’ (PVO) genoemd; het verschil tussen GVO en PVO zit erin dat bij GVO de invalshoek bij alle mensen in de samenleving ligt en bij PVO bij de patiënt (Claessens 2000: 50).
Als het gaat om GVO zijn er twee belangrijke definities die door Claessenss (2000: 51)
worden genoemd, namelijk die van het Landelijk Centrum GVO en de definitie in de Richtnota van de werkgroep Contactpunt‐GVO. Deze twee definities zijn hieronder weergegeven:
(…) al die activiteiten die bewust ondernomen worden om het gedrag van mensen dat betrekking heeft op hun gezondheid, te beïnvloeden. Met name wordt gebruik gemaakt van communicatietechnieken. De nadruk ligt daarbij op de mogelijkheid van mensen om zelf keuzen te maken. (Landelijk Centrum GVO) ‐ 6 ‐
GVO is een middel om mensen via (motivatie‐), leer‐ en communicatieprocessen te helpen op vrijwillige basis een levensstijl aan te nemen en aan te houden die bevorderlijk is voor de individuele en collectieve gezondheid. (Richtnota van de werkgroep Contactpunt‐GVO) In deze twee definities komen verschillende belangrijke aspecten van GVO aan bod. Deze kenmerkende aspecten kunnen worden samengevoegd tot een allesomvattende definitie die de doelstellingen van GVO volgens Claessens op een juiste manier weergeeft. Deze doelstellingen luiden als volgt (Claessens 2000: 53): ‘(…) mensen in staat stellen verantwoordelijkheid op te nemen voor hun eigen gezondheid en die van anderen, door hen te informeren, te motiveren en te begeleiden.’ Deze definitie zal ik dan ook in deze scriptie hanteren.
In de bovenstaande definitie is te zien dat GVO eigenlijk drie doelen heeft: een
kennisdoel, een houdingsdoel en een gedragsdoel (Claessens 2000: 53‐54). Het kennisdoel heeft betrekking op de informatieoverdracht, de voorlichting van de lezer. Als de lezer voorlichting krijgt over wat voor negatieve gevolgen roken kan hebben en wat voor positieve gevolgen stoppen met roken kan hebben, vergroot dit zijn kennis en inzicht en kan hij beter beslissen of hij nog door wil gaan of juist wil stoppen met roken en een behandeling wil ondergaan. Het houdingsdoel heeft betrekking op de gevoelens en de houding van de lezer. De schrijver probeert de lezer bewust te maken van de situatie. Dit gebeurt bijvoorbeeld door het noemen van wenselijke of onwenselijke gevolgen van het stoppen met roken of het doorgaan met roken. Door het noemen van deze gevolgen zou de lezer overtuigd moeten raken van het standpunt van de schrijver, zodat de lezer dit standpunt vervolgens accepteert. Ten slotte moet de lezer zijn gedrag natuurlijk ook daadwerkelijk gaan veranderen. Deze component van het proces wordt weergegeven in het gedragsdoel van de definitie: de lezer moet werkelijk stoppen met roken door middel van een behandeling of het gebruik van een bepaald product – in de commerciële teksten – of door middel van ‘wilskracht’ – in non‐profitteksten.
Om de doelstellingen van GVO te behalen, zal de lezer allereerst overtuigd moeten
worden dat hij moet stoppen met roken en dat hij moet stoppen met roken met behulp van een bepaald product of een bepaalde behandeling. Daarna zal de lezer dit dan ook in de praktijk moeten gaan brengen en echt moeten stoppen met roken – al of niet met behulp van een bepaald product of een bepaalde behandeling. Om de lezer te overtuigen, wordt in de teksten door de schrijvers nadruk gelegd op argumenten die belangrijk zijn voor de lezer. Hierdoor ontstaan verschillende tekstsoorten waarin diverse argumenten de nadruk krijgen. In de volgende paragraaf zal ik de verschillende tekstsoorten en hun kenmerken bespreken.
‐ 7 ‐
2.2 Tekstsoorten In de gezondheidsvoorlichting wordt vaak gebruik gemaakt van persuasieve teksten waarin de lezer wordt geadviseerd met het doel de lezer te overtuigen. Wanneer we kijken naar het onderwerp van deze scriptie – persuasieve teksten die bedoeld zijn de lezer te laten stoppen met roken en persuasieve teksten die bedoeld zijn de lezer te laten stoppen met roken met behulp van een bepaald product of een bepaalde behandeling – dan kan er een verschil worden gezien als het gaat om de context en de doelen van de verschillende teksten. Deze tekstsoorten zal ik nu bespreken. 2.2.1 Non‐profitteksten Allereerst zijn er teksten waarin het doel is de lezer te overtuigen te stoppen met roken. In deze teksten staan de fysieke gevolgen centraal. Het standpunt is dan ook ‘De lezer moet stoppen met roken’. Als men stopt met roken zal de gezondheid verbeteren, als men doorgaat met roken zal de gezondheid verslechteren. In deze teksten gaat het puur om de fysieke noodzaak van het stoppen met roken. Het doel van de tekst is dan ook het gedrag van de lezer te veranderen: de lezer moet overtuigd worden zijn attitude te veranderen en dus te stoppen met roken. Deze teksten noem ik in deze scriptie non‐profitteksten, omdat het enige belang dat de schrijver heeft, een maatschappelijk belang is, er is geen financieel belang voor de schrijver zelf. Het maatschappelijk belang is een algemeen belang voor de maatschappij en de schrijvers van persuasieve non‐profitteksten willen graag dat de maatschappij gezond is of gezonder wordt. Als schrijvers van deze teksten mensen overtuigen te stoppen met roken, is dit in het algemeen beter voor de maatschappij en dus is er een maatschappelijk belang. Non‐profitteksten kunnen voor een deel gezien worden als informatief, omdat er vaak informatie wordt gegeven over welke negatieve gevolgen het roken kan hebben voor de gezondheid of welke positieve gevolgen het stoppen met roken kan hebben. Er wordt echter ook een overtuigingspoging gedaan in de tekst: de schrijver wil de lezer ervan overtuigen te stoppen met roken. Non‐profitteksten maken daarom toch deel uit van het teksttype persuasieve teksten.
Om de lezer te overtuigen van het standpunt van de schrijver – ‘De lezer moet stoppen
met roken’ –, worden er in non‐profitteksten vaak positieve gevolgen genoemd die zich zullen voordoen als de lezer stopt met roken. Daarnaast worden er ook regelmatig negatieve gevolgen genoemd die zich zullen voordoen als de lezer toch doorgaat met roken. De gevolgen die genoemd worden maken deel uit van de pragmatische argumentatie. Pragmatische argumentatie is een term die ik in het volgende hoofdstuk zal bespreken. In de volgende paragraaf bespreek ik de tweede tekstsoort – de commerciële teksten.
‐ 8 ‐
2.2.2 Commerciële teksten De tweede tekstsoort die vaak wordt gebruikt in de gezondheidsvoorlichting is de commerciële tekst. Commerciële teksten hebben het doel de lezer te overtuigen om te stoppen met roken door middel van het gebruiken van een bepaalde methode of een dienst die een persoon of een bedrijf aanbiedt. In commerciële teksten wordt een product of een dienst genoemd die de lezer bij het stoppen met roken zou moeten helpen. Voor het product of de dienst wordt op deze manier dus eigenlijk reclame gemaakt. De schrijver heeft er belang bij dat zijn standpunt geaccepteerd wordt, want dan zal de lezer ook de conclusie trekken dat zijn product of dienst kan helpen bij het stoppen met roken met als gevolg dat de lezer het product zal aanschaffen of gebruik zal maken van de dienst. Het doel van deze teksten is het overtuigen van de lezer om het product aan te schaffen of gebruik te maken van de aangeboden dienst. Het gaat in dit geval om geldelijk gewin, de schrijver heeft een materieel belang bij het overtuigen van de lezer. Als de lezer overtuigd is dat hij moet stoppen met roken met behulp van het genoemde product of de genoemde dienst, dan zal de lezer het gewenste gedrag gaan vertonen en contact opnemen voor een dienst of voor de aankoop van een product. Het doel van de schrijver is in dit geval bereikt. Commerciële teksten zijn dan ook een duidelijke vorm van het teksttype persuasieve teksten. Commerciële teksten vallen eigenlijk buiten de echte gezondheidsvoorlichting en kunnen geclassificeerd worden als een soort reclame. In commerciële teksten gaat het namelijk om de gevolgen van het gebruik van een bepaalde methode of een bepaalde behandeling. In deze teksten zijn er twee standpunten, namelijk ‘De lezer moet stoppen met roken’ en ‘De lezer moet dit product of deze behandeling gebruiken bij het stoppen met roken’. Er is een financieel belang voor de schrijver van commerciële teksten of voor het bedrijf dat de teksten laat schrijven.
Om de lezer te overtuigen te stoppen met roken met behulp van een bepaalde dienst of
een bepaald product, is het in commerciële teksten belangrijk dat de voordelen van een product genoemd worden. De lezer moet als het ware overtuigd worden door het noemen van de goede eigenschappen of kenmerken van het product of van de persoon die de dienst aanbiedt. Dit kunnen bijvoorbeeld voordelen zijn die betrekking hebben op de effectiviteit van het product of de dienst, of er kunnen praktische voordelen worden genoemd. Uit deze paragraaf is gebleken dat er verschillen tussen de twee tekstsoorten zijn als het gaat om het doel en het belang voor de schrijver. Het verschil in belang tussen de twee tekstsoorten leidt ertoe dat er binnen de tekstsoorten andere tekstkenmerken centraal staan. De verschillen tussen tekstkenmerken die centraal staan in commerciële en non‐profitteksten zal ik in de volgende paragraaf bespreken. Daarnaast is gebleken dat er bij non‐profitteksten één standpunt is – ‘De lezer moet stoppen met roken’ – en dat er bij commerciële teksten twee
‐ 9 ‐
standpunten zijn – ‘De lezer moet stoppen met roken’ en ‘De lezer moet dit product of deze behandeling gebruiken bij het stoppen met roken’. Dit leidt ertoe dat er een verschil is tussen de twee tekstsoorten als het gaat om het verschil van mening. In non‐profitteksten is er een enkelvoudig verschil van mening en in commerciële teksten is er een meervoudig verschil van mening. Bij commerciële teksten wordt alleen het eerste standpunt ‐ ‘De lezer moet stoppen met roken’ – niet expliciet behandeld, maar wordt aangenomen dat dit vanzelfsprekend is en dat de lezer van dit standpunt al overtuigd is. Het standpunt blijft dus eigenlijk impliciet. Het tweede standpunt wordt wel expliciet genoemd en wordt ook ondersteund met argumentatie. Deze argumenten functioneren eigenlijk als tekstkenmerken; het zijn belangrijke zaken die de lezer kunnen overtuigen van het standpunt. In hoofdstuk 4 zal ik verder ingaan op de verschillen in tekstkenmerken. Zoals zojuist besproken, kunnen er twee verschillende tekstsoorten worden genoemd als het gaat om persuasieve teksten ter bevordering van het stoppen met roken: commerciële en non‐profitteksten. Tevens heb ik aangegeven dat de tekstkenmerken binnen deze teksten van elkaar verschillen. Ik zal daarom in wat volgt ter verduidelijking een aantal vaak voorkomende overeenkomsten en verschillen tussen de teksten bespreken. Al eerder is gebleken dat schrijvers van non‐profitteksten en commerciële teksten vaak gebruik maken van het noemen van de positieve en negatieve gevolgen. Op basis hiervan kan de lezer een afweging maken en kan hij bijvoorbeeld door de schrijver overtuigd worden van het standpunt te stoppen met roken of van het standpunt te stoppen met roken met behulp van een bepaald product of een bepaalde behandeling. Bij het noemen van gevolgen in teksten in de gezondheidsvoorlichting wordt vaak gebruik gemaakt van het noemen van wenselijkheid door middel van pragmatische argumentatie, waarbij voordelen van het gewenste of nadelen van het ongewenste gedrag geformuleerd worden (Schellens en De Jong 2000: 288). Deze vorm van argumentatie zal ik in hoofdstuk 3 bespreken. De pragmatische argumentatie wordt vaak ondersteund door andersoortige argumentatie, zoals autoriteitsargumentatie of het noemen van voordelen. Hierop zal ik in de argumentatieve beschrijving in hoofdstuk 4 verder ingaan aan de hand van voorbeelden. In hoofdstuk 3 bespreek ik verder de pragma‐dialectiek en het begrip ‘argumentatieschema’s, zodat er een beter inzicht zal ontstaan over de invloed die de verschillende tekstdoelen kunnen hebben op de argumentkeuze.
‐ 10 ‐
3 Argumentatie Mijn onderzoek is gebaseerd op de pragma‐dialectische benadering van argumentatie van Van Eemeren en Grootendorst. In dit hoofdstuk zal ik daarom ter verduidelijking allereerst de grondbeginselen van de pragma‐dialectiek bespreken. Hierin zal duidelijk gemaakt worden wat er in de pragma‐dialectiek onder de term ‘argumentatie’ wordt verstaan en welke soorten argumenten er zijn. Daarna zal ik ingaan op de manier waarop argumenten aan een standpunt worden gerelateerd met behulp van het begrip ‘argumentatieschema’. Met behulp van deze informatie wordt een theoretische achtergrond geschetst voor de argumentatieve beschrijving die in hoofdstuk 4 besproken zal worden. De deelvraag die in dit hoofdstuk – hoofdstuk 3 – beantwoord zal worden is ‘Wat wordt in de pragma‐dialectiek verstaan onder de term ‘argumentatie’ en op welke manieren kunnen standpunt en argument aan elkaar gerelateerd worden?’ 3.1 De pragma‐dialectische benadering van argumentatie In de pragma‐dialectische benadering van argumentatie is gebaseerd op de door Van Eemeren en Grootendorst gestichte pragma‐dialectiek. De pragma‐dialectiek stelt de oplossing van een verschil van mening tussen verschillende personen centraal. Er is sprake van een verschil van mening als er door ten minste twee personen verschillende posities worden ingenomen over een bepaald onderwerp. De mening over dit onderwerp wordt weergegeven in een standpunt, ook wel een propositie genoemd. De twee personen zijn het met elkaar oneens; er is geen volledige eenduidigheid over het standpunt. Het verschil van mening kan opgelost worden door het voeren van een zogenaamde kritische discussie. Er zijn daarom altijd twee partijen betrokken bij een kritische discussie: de ene persoon uit een standpunt en de andere persoon twijfelt hieraan of verwerpt het standpunt (Van Eemeren, Grootendorst & Snoeck Henkemans 2001: 20). De houdbaarheid van de standpunten wordt kritisch getoetst met behulp van de uitwisseling van argumenten door beide partijen. Van Eemeren, Grootendorst & Snoeck Henkemans verstaan onder de term ‘argumentatie’ het volgende (2001: 12): Argumentatie is een verbale, sociale en rationele activiteit die erop gericht is een redelijke beoordelaar te overtuigen van de aanvaardbaarheid van een standpunt door een of meer proposities naar voren te brengen die ter rechtvaardiging van dat standpunt dienen. Een verschil van mening is opgelost als één van beide partijen zijn aanvankelijke positie herziet (Van Eemeren, Grootendorst & Snoeck Henkemans 2001: 21).
‐ 11 ‐
In de pragma‐dialectiek worden twee soorten meningsverschillen genoemd: een meningsverschil kan expliciet zijn, maar ook impliciet. In een expliciet meningsverschil worden zowel het standpunt als de kritiek op dit standpunt uitdrukkelijk onder woorden gebracht. In een impliciet meningsverschil is dit niet het geval: hierin komt meestal maar één van de partijen aan het woord, waardoor het meningsverschil impliciet blijft. Dit is vaak het geval als het gaat om schriftelijke communicatie. In de teksten die ik voor dit onderzoek heb geanalyseerd, blijft het meningsverschil dan ook altijd impliciet, omdat alleen de schrijver van de tekst aan het woord komt en de twijfel van de lezer aan zijn standpunt als het ware voorondersteld wordt. Dit wordt in de teksten duidelijk doordat de schrijver argumenten voor zijn standpunt geeft. Hij gaat er dus vanuit dat de lezer het standpunt niet direct zal aanvaarden. De argumenten die de schrijver voor zijn standpunt geeft, zijn divers en verschillen van elkaar. Daarom behoren deze argumenten tot verschillende argumentatiesoorten. In de volgende paragraaf zal ik deze argumentatiesoorten bespreken, zodat duidelijk wordt welke verschillen er tussen de diverse argumentatiesoorten zijn. Met de kennis die in deze paragraaf wordt geboden is het mogelijk om in de argumentatieve beschrijving van hoofdstuk 4 de argumentatiestructuur van de geanalyseerde teksten vast te stellen. 3.2 Soorten argumentatie In de teksten die zijn gebruikt voor de argumentatieve beschrijving in hoofdstuk 4, wordt het standpunt van de schrijver verdedigd door middel van een betoog. Dit betoog bestaat soms uit complexe argumentatie en per tekst kunnen er meerdere soorten argumentatie gebruikt worden.
De eenvoudigste vorm van argumentatie wordt in de pragma‐dialectiek aangeduid als
enkelvoudige argumentatie. Enkelvoudige argumentatie is volgens Van Eemeren, Grootendorst & Snoeck Henkemans argumentatie die in volledig expliciete vorm uit twee en niet meer dan twee uitspraken bestaat. Enkelvoudige argumentatie is de meest eenvoudige vorm van argumentatie en is de basis van de zogenaamde complexe argumentatie. Er zijn verschillende vormen van complexe argumentatie. De eerste vorm is meervoudige argumentatie. Meervoudige argumentatie houdt in de pragma‐dialectiek het volgende in (Van Eemeren, Grootendorst & Snoeck Henkemans 2001: 81): (…) alternatieve verdedigingen van hetzelfde standpunt, die na elkaar naar voren worden gebracht. Het gaat daarbij om verdedigingspogingen die los van elkaar staan en in principe gelijkwaardig zijn. Elke afzonderlijke argumentatie wordt gepresenteerd als een zelfstandige en onafhankelijke verdediging, die op zich afdoende zou moeten zijn.
‐ 12 ‐
Bij meervoudige argumenten worden er verschillende betogen gehouden voor hetzelfde standpunt. De tweede vorm van complexe argumentatie is nevenschikkende argumentatie. Bij nevenschikkende argumentatie is er, in tegenstelling tot meervoudige argumentatie, geen sprake van afzonderlijke betogen voor een standpunt, maar is er juist sprake van één samenhangend geheel van argumenten die alleen gezamenlijk tot een afdoende verdediging van het standpunt kunnen leiden. De verschillende nevenschikkende argumenten vullen elkaar als het ware aan en vormen zo één gemeenschappelijke verdedigingspoging. Deze verschillende onderdelen zijn dus van elkaar afhankelijk als het om de verdediging van het standpunt gaat en zijn elk voor zich te zwak om het standpunt afdoende te verdedigen. Een voorbeeld van nevenschikkende argumentatie uit een tekst die voor dit onderzoek is geanalyseerd, namelijk die van Laserpraktijk, is de volgende:
Lasertherapie biedt u de helpende hand bij het stoppen met roken. want: Er treden geen ontwenningsverschijnselen op, en: de behoefte aan nicotine verdwijnt, en: u bent niet prikkelbaar.
De derde en laatste vorm van complexe argumentatie is onderschikkende argumentatie. Bij onderschikkende argumentatie wordt er argumentatie voor argumentatie gegeven. Dit leidt ertoe dat een standpunt trapsgewijs ondersteund wordt. Het ene argument geeft argumentatie ter ondersteuning van het andere argument en dit gaat zo door totdat het standpunt afdoende verdedigd is. Hierdoor kan de verdediging van een standpunt uit vele lagen bestaan. Het standpunt wordt ondersteund door argumenten en deze argumenten worden vervolgens weer ondersteund door andere argumenten, et cetera. Onderschikkende argumentatie komt in de teksten die geanalyseerd zijn voor dit onderzoek regelmatig voor. Vaak worden er meerdere argumenten gegeven op verschillende niveaus om zo het standpunt afdoende te verdedigen. Een voorbeeld van onderschikkende argumentatie uit de tekst van Smoke Free – een tekst die voor dit onderzoek is geanalyseerd – is de volgende: Softlasertherapie biedt vele voordelen ten opzichte van traditionele methoden om te stoppen met roken. want: Softlasertherapie is pijnloos en snel. Om een goed inzicht te krijgen in het standpunt en de argumenten die gegeven worden in de gebruikte teksten van de argumentatieve analyse, kan een schematische weergave van argumenten uitkomst bieden. Het standpunt en de argumenten die ter ondersteuning worden aangedragen, worden dan in een argumentatiestructuur weergegeven. Hierin wordt door
‐ 13 ‐
middel van getallen aangegeven wat voor soort complexe argumentatie er gebruikt wordt. De onderdelen van meervoudige argumentatie worden weergegeven door eerst het getal van het verdedigde standpunt te noemen en daarna een nieuw getal. Elk meervoudig argument heeft dan een eigen getal, bijvoorbeeld 1.1, 1.2 of 1.3. De onderdelen van nevenschikkende argumentatie worden weergegeven door eerst het getal van het verdedigde standpunt te noemen en daarna een nieuw getal, vergezeld oor een letter. Elk nevenschikkend argument heeft een eigen letter, bijvoorbeeld 1.1a, 1.1b of 1.1c. Ten slotte worden de onderdelen van onderschikkende argumentatie weergegeven door eerst het getal van het verdedigde standpunt te noemen en daarna hetzelfde getal. Als dit argument wederom ondersteund wordt, wordt wederom een getal gebruikt. Het gebruik van de getallen bij onderschikkende argumentatie hangt af van het aantal onderschikkende argumenten dat wordt aangedragen en wordt bijvoorbeeld weergegeven als 1.1, 1.1.1 of 1.1.1.1. Ter verduidelijking is hieronder een voorbeeld van een argumentatiestructuur afgebeeld uit één van de geanalyseerde teksten van dit onderzoek: 1. De lezer moet stoppen met roken.
1.1a Dit leidt tot positieve gevolgen.
1.1b Deze positieve gevolgen zijn wenselijk. 1.1c Doorgaan met roken leidt tot negatieve gevolgen.
1.1d Deze negatieve gevolgen zijn onwenselijk.
Nu in deze paragraaf is uitgelegd wat er in de pragma‐dialectiek onder ‘argumentatie’ wordt verstaan, is het eerste deel van de deelvraag van dit hoofdstuk – ‘Wat wordt in de pragma‐ dialectiek verstaan onder de term ‘argumentatie’?’ – reeds beantwoord. In de volgende paragraaf zal ik het tweede gedeelte van de deelvraag – ‘Op welke manieren kunnen standpunt en argument aan elkaar gerelateerd worden?’ – beantwoorden door de diverse relaties tussen standpunt en argumenten te bespreken aan de hand van het begrip ‘argumentatieschema’. 3.3 Argumentatieschema In de pragma‐dialectiek wordt de relatie tussen het standpunt en de argumenten ter ondersteuning van het standpunt weergegeven in een zogenaamd argumentatieschema. Een argumentatieschema brengt het standpunt en de ondersteunende argumenten op een specifieke manier met elkaar in verband. In de pragma‐dialectiek zijn er drie soorten argumentatieschema’s – ook wel argumentatietypes genoemd – waarin de argumenten op drie verschillende manieren met het standpunt in relatie worden gebracht. Voor elk argumentatietype gelden dan ook andere deugdelijkheidsvoorwaarden (Van Eemeren,
‐ 14 ‐
Grootendorst & Snoeck Henkemans 2001: 126). Deze drie soorten argumentatieschema’s zijn argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie, argumentatie gebaseerd op een vergelijkingsrelatie en argumentatie gebaseerd op een causale relatie. In de teksten die in deze scriptie worden geanalyseerd, komt alleen argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie en argumentatie gebaseerd op een causale relatie voor. Ik zal dit later in hoofdstuk 4 door middel van voorbeelden laten zien. Daarom zal ik in deze paragraaf alleen ingaan op de twee soorten argumentatieschema’s – argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie en argumentatie gebaseerd op een causale relatie – en laat ik argumentatie gebaseerd op een vergelijkingsrelatie buiten beschouwing. 3.3.1 Argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie Het eerste argumentatieschema is argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie. Hierin wordt een standpunt verdedigd door in het argument ervoor een kenmerk of een eigenschap te noemen van hetgeen in het standpunt beweerd wordt. Het noemen van dit kenmerk zorgt ervoor dat het standpunt aanvaard wordt, omdat het één min of meer automatisch het ander inhoudt. Het algemene argumentatieschema bij argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie ziet er als volgt uit:
Voor X geldt Y,
want: Voor X geldt Z,
en: Z is kenmerkend voor Y.
Een voorbeeld van de invulling van dit argumentatieschema uit één van de teksten gebruikt voor de analyse in deze scriptie – Praktijk de Wille – is hieronder gegeven:
De Nooit Meer Roken methode (X) is een unieke methode (Y),
want de Nooit Meer Roken methode (X) heeft een slagingspercentage van 80 tot 95% (Z).
(en een slagingspercentage van 80 tot 95% (Z) wijst op uniek zijn (Y).)
Het argumentatieschema dat hierboven is genoemd, argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie, kan op verschillende manieren worden ingevuld. Een voorbeeld van de invulling van dit argumentatieschema is het gebruik van autoriteitsargumentatie. Daarom zal ik in paragraaf 3.3.1.1 bespreken wat de term ‘autoriteitsargumentatie’ inhoudt.
‐ 15 ‐
3.3.1.1 Autoriteitsargumentatie Een variant van argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie is autoriteitsargumentatie. Autoriteitsargumentatie is een vorm van argumentatie waarbij de juistheid of aanvaardbaarheid van een standpunt aannemelijk wordt gemaakt door een beroep te doen op een autoriteit. De autoriteit heeft een bepaald gezag en dit wordt door het noemen van de autoriteit als het ware overgedragen naar het standpunt. Het standpunt wordt hierdoor aannemelijk(er); de autoriteit is eigenlijk een garantie voor de juistheid van het standpunt. Er zijn twee vormen van autoriteitsargumentatie, namelijk professionele autoriteitsargumentatie en autoriteitsargumentatie op basis van ervaring.
Autoriteitsargumentatie is een variant van argumentatie gebaseerd op een
kentekenrelatie en het algemene schema hiervoor is dan ook het eerder genoemde schema voor argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie:
Voor X geldt Y,
want: Voor X geldt Z,
en: Z is kenmerkend voor Y.
Als we dit argumentatieschema invullen voor de autoriteitsargumentatie uit één van de geanalyseerde teksten in deze scriptie – de tekst van Dokter Lieveld –, ziet dat er als volgt uit: Voor het standpunt ‘Acupunctuur kan goed helpen bij het stoppen met roken’ (X) geldt dat het aanvaardbaar is (Y),
want: Voor dit standpunt (X) geldt dat Dokter Lieveld zegt dat het juist is (Z), en: als Dokter Lieveld zegt dat iets juist is (Z), is dat kenmerkend voor de aanvaardbaarheid van het standpunt ‘Acupunctuur kan goed helpen bij het stoppen met roken’ (Y).
3.3.2 Argumentatie gebaseerd op een causale relatie Bij het argumentatieschema argumentatie gebaseerd op een causale relatie wordt het standpunt verdedigd door een oorzakelijk verband te leggen tussen het standpunt en het argument. Op grond van dit verband dient het standpunt dan ook aanvaard te worden (Van Eemeren, Grootendorst & Snoeck Henkemans 2001: 121).
‐ 16 ‐
Het algemene argumentatieschema dat bij argumentatie gebaseerd op een causale relatie hoort, is het volgende:
Voor X geldt Y.
want: Voor X geldt Z.
en: Z leidt tot Y.
Een voorbeeld van de invulling dit argumentatieschema uit één van de teksten gebruikt voor de analyse in deze scriptie – luchtpunt.nl – is hieronder gegeven:
Roken (X) is slecht voor de gezondheid (Y),
want roken (X) veroorzaakt onherstelbare schade aan de longblaasjes (Z).
(en onherstelbare schade aan de longblaasjes (Z) is slecht voor de gezondheid (Y).)
Het argumentatieschema dat hierboven is genoemd, argumentatie gebaseerd op een causale relatie, kan op verschillende manieren worden ingevuld. Een voorbeeld van de invulling van dit argumentatieschema is het gebruik van pragmatische argumentatie. Daarom zal ik in paragraaf 3.3.2.1 bespreken wat de term ‘pragmatische argumentatie’ inhoudt. 3.3.2.1 Pragmatische argumentatie Vaak wordt er in gezondheidsvoorlichting genoemd dat een bepaald gevolg wenselijk of onwenselijk is. Dit gebeurt door gebruik te maken van een variant van argumentatie gebaseerd op een causale relatie, genaamd pragmatische argumentatie. In pragmatische argumentatie wordt aan een gevolg gerefereerd van hetgeen in het standpunt genoemd wordt. Volgens Van Eemeren, Grootendorst & Snoeck Henkemans houdt pragmatische argumentatie in de pragma‐dialectiek het volgende in (2001: 123): (…) in het standpunt wordt een bepaald doel of een bepaalde handelwijze aanbevolen en de argumentatie bestaat uit het opsommen van gunstige effecten of consequenties van het te bereiken doel of van de uit te voeren handelwijze. Het opsommen van de gunstige effecten of consequenties zou de lezer moeten overtuigen het standpunt van de schrijver te accepteren, aangezien de gunstige effecten of consequenties wenselijk zijn voor de lezer. Pragmatische argumentatie kan ook gebruikt worden om een bepaald doel of een handelwijze af te raden. Voorbeelden van de invulling van pragmatische argumentatie worden in de argumentatieve analyse van hoofdstuk 4 genoemd. Er zijn verschillende vormen van pragmatische argumentatie. Een hiervan is het zogenaamde fear
‐ 17 ‐
appeal. Aangezien deze variant van pragmatische argumentatie vaak voorkomt in gezondheidsvoorlichting, zal ik dit verschijnsel in de volgende paragraaf kort bespreken. 3.3.2.2 Fear appeal Een variant van pragmatische argumentatie is het verschijnsel fear appeal. De vraag die heerst bij het gebruik van pragmatische argumentatie is de vraag hoe onwenselijk of wenselijk de gevolgen moeten worden geformuleerd. Over het algemeen geldt dat hoe extremer het argument is, hoe overtuigender. Het benadrukken van wenselijke en onwenselijke gevolgen is dus zeer belangrijk in gezondheidsvoorlichting. Het benadrukken van de onwenselijke gevolgen van het doorgaan met roken wordt fear appeal genoemd. Er wordt dan een beroep gedaan op de angst die de gevolgen met zich meebrengen. Er wordt bijvoorbeeld beweerd: ‘Stop met roken, anders krijg je longkanker.’ Hoe groter de angst, hoe meer de lezer geneigd zal zijn het standpunt van de schrijver over te nemen. Soms richt de fear appeal zich afgezien van de lezer ook op de schadelijke gevolgen voor zijn omgeving. Zoals gezegd, over het algemeen is het het geval dat de overtuigingskracht van een argument toeneemt naarmate de onwenselijkheid groter is. Hoe onwenselijker het gevolg, hoe groter de angst. Het gevolg hiervan is dat de motivatie om het standpunt van de schrijver of de organisatie te accepteren en in de praktijk te brengen groter is. Daarbij komt dat hoe onwenselijker een gevolg is, hoe zwaarder het argument meeweegt in het afwegingsproces van de lezer (Hoeken 2008: 126‐129). In dit hoofdstuk heb ik laten zien dat er verschillende manieren zijn waarop argumenten gerelateerd kunnen worden aan het standpunt dat in een tekst centraal staat. Deze verschillende manieren zijn geordend door ze in een argumentatieschema weer te geven. Bij de analyse van de verschillende teksten bleek dat er een tweedeling was in tekstsoorten. Deze tweedeling is reeds besproken in hoofdstuk 2. In argumentatieve beschrijving bleek dat in commerciële teksten regelmatig bepaalde argumentatieschema’s werden gebruikt en in non‐ profitteksten juist andere argumentatieschema’s werden gebruikt. In het volgende hoofdstuk bespreek ik de argumentatieve beschrijving van verschillende teksten in de gezondheidsvoorlichting betreffende het advies te stoppen met roken. Ik zal hierbij ook ingaan op het gebruik van de verschillende argumentatieschema’s.
‐ 18 ‐
4 Argumentatieve beschrijving Nu de theoretische achtergrond van deze scriptie is behandeld, richt ik in dit hoofdstuk op het praktische deel van deze scriptie: de argumentatieve beschrijving van commerciële en non‐ profitteksten. Zoals eerder aangegeven, heb ik mij bij het schrijven van deze scriptie geconcentreerd op twee verschillende tekstsoorten in de gezondheidsvoorlichting over het onderwerp stoppen met roken. Deze twee tekstsoorten, commerciële en non‐profitteksten, verschillen qua doel. Aangezien het doel van beide tekstsoorten verschilt, worden er door de schrijvers van de teksten ook verschillende argumenten gebruikt ter ondersteuning van hun standpunt. De argumentatie is bij de tekstsoorten niet op dezelfde manier gerangschikt in een argumentatiestructuur, maar beide tekstsoorten hebben hun eigen argumentatiestructuur. Er is dan ook een ander verschil van mening in de afzonderlijke tekstsoorten. In dit hoofdstuk zal ik de bovengenoemde beweringen concreet maken door te laten zien hoe de argumentatie die in de teksten wordt gebruikt exact in elkaar zit. Ik laat zien hoe de verschillende argumentatiestructuren van de tekstsoorten eruit zien en welke argumenten worden gebruikt om de verschillende standpunten te ondersteunen. Tevens zal ik bespreken welke argumentatieschema’s er worden gebruikt om de relatie tussen de argumenten en het standpunt of tussen argumenten onderling aan te geven. Om duidelijk te maken welke argumenten er worden gebruikt ter ondersteuning van het standpunt en hoe deze argumenten aan het standpunt of aan elkaar gerelateerd zijn, zal ik ter illustratie voorbeelden geven uit de door mij onderzochte teksten. Aan het eind van dit hoofdstuk zal ik een antwoord geven op de centrale vraag van deze scriptie, namelijk ‘Wat is de invloed van de verschillende doelen in persuasieve commerciële teksten en non‐profitteksten in de gezondheidsvoorlichting op de keuze van argumenten en de manier waarop argumentatieschema’s worden gebruikt om relaties tussen standpunt en argumenten of argumenten onderling weer te geven?’ 4.1 Gebruikte argumentatiestructuren Als we een argumentatieve beschrijving willen geven van commerciële en non‐profitteksten, is het belangrijk om te weten hoe de tekst is opgebouwd. Deze opbouw wordt duidelijk als we gaan kijken welke argumentatiestructuur ten grondslag ligt aan de tekst. In hoofdstuk 3 is de term ‘argumentatiestructuur’ reeds besproken. Als we weten hoe de argumentatiestructuur van een tekst eruit ziet, is het mogelijk aan de hand van voorbeelden te illustreren wat voor invloed het doel van een tekst heeft op de keuze van argumenten en argumentatieschema’s. Als we commerciële en non‐profitteksten kritisch gaan bekijken, is te zien dat de tekstsoorten verschillende argumentatiestructuren hebben: er worden namelijk verschillende
‐ 19 ‐
argumenten gebruikt in beide tekstsoorten. Dit verschil in keuze van argumenten wordt veroorzaakt door het verschil in doel. In deze paragraaf zal ik de verschillende argumentatiestructuren van beide tekstsoorten bespreken waarbij ik zal beginnen met de non‐ profitteksten en daarna de commerciële teksten zal behandelen. 4.1.1 Argumentatie in non‐profitteksten Bij non‐profitteksten heeft de schrijver het doel om de lezer te overtuigen van het standpunt dat hij moet stoppen met roken. De argumentatie die door de schrijver wordt gegeven om dit standpunt te ondersteunen is pragmatische argumentatie, deze vorm van argumentatie is reeds besproken in hoofdstuk 3. In de door mij onderzochte teksten viel het mij op dat de gunstige effecten of consequenties vaak door een autoriteit worden genoemd, dit kan een arts of een andere deskundige op dit gebied zijn. Het feit dat de argumentatie wordt gegeven door een arts of een andere deskundige zou er bij de lezer toe moeten leiden dat het standpunt van de schrijver geaccepteerd wordt. Een autoriteit heeft gezag op het betreffende gebied en dus zou de lezer het standpunt van zo’n deskundige bijna automatisch moeten accepteren. Hij of zij wordt immers geacht verstand te hebben van het betreffende onderwerp. In non‐profitteksten viel het echter niet op dat een autoriteit iets beweert en dat hij deskundig is. Dit wordt in ieder geval niet gezien als iets dat nodig is om de lezer te overtuigen van het standpunt, want de deskundigheid van de schrijver of het bedrijf of de persoon waarvoor de schrijver de tekst schrijft wordt niet expliciet aangeduid als deskundig of als een autoriteit. In de non‐ profitteksten worden alleen positieve gevolgen van het stoppen met roken en negatieve gevolgen van het doorgaan met roken genoemd. Aangezien specifieke elementen – argumenten – in meerdere non‐profitteksten gebruikt werden ter ondersteuning van het standpunt, beschouw ik het gebruik van deze argumenten als een patroon dat regelmatig in non‐profitteksten voorkomt. Op basis van regelmatig voorkomende argumenten die in meerdere teksten gebruikt werden, heb ik een algemene argumentatiestructuur opgesteld voor de argumentatie die regelmatig in non‐profitteksten wordt gebruikt. De argumentatie die ten grondslag blijkt te liggen aan het standpunt in non‐profitteksten, ziet er in een argumentatiestructuur als volgt uit: 1. De lezer moet stoppen met roken.
1.1a Dit leidt tot positieve gevolgen.
1.1a.1a Stoppen met roken verbetert de gezondheid.
1.1a.1b Stoppen met roken verbetert de persoonlijke hygiëne/het uiterlijk.
1.1a.1c Stoppen met roken is positief voor de omgeving.
‐ 20 ‐
1.1b Deze positieve gevolgen zijn wenselijk.
1.1c Doorgaan met roken leidt tot negatieve gevolgen.
1.1d Deze negatieve gevolgen zijn onwenselijk.
1.1c.1 Roken verslechtert de gezondheid.
De pragmatische argumentatie betreft hier de nevenschikkende argumenten 1.1a en 1.1b en 1.1c en 1.1d, die tezamen het standpunt ondersteunen. Om de relaties tussen de argumenten en het standpunt inzichtelijk te maken, is de argumentatiestructuur op de volgende bladzijde schematisch weergegeven. De pragmatische argumenten zijn weergegeven met de kleur groen, de positieve gevolgen van het stoppen met roken met de kleur rood, en de negatieve gevolgen van het doorgaan met roken met de kleur geel. De relatie tussen de argumenten en het standpunt of tussen de argumenten onderling is cursief gedrukt. Deze relatie komt overeen met het argumentatieschema waarop de argumentatie gebaseerd is.
In de argumentatiestructuur is te zien dat het standpunt luidt dat de lezer moet
stoppen met roken. Dit standpunt wordt ondersteund door pragmatische argumentatie in twee verschillende vormen. Deze pragmatische argumentatie wijst enerzijds namelijk op de positieve gevolgen van het stoppen met roken en anderzijds op de negatieve gevolgen als de lezer toch besluit door te gaan met roken. De wenselijke gevolgen motiveren de lezer te stoppen en de negatieve gevolgen zorgen ervoor dat de lezer een angst ontwikkelt. Dit kan er ook toe leiden dat de lezer stopt met roken, omdat de negatieve gevolgen ernstig zijn. Door het noemen van positieve en negatieve gevolgen hoopt de schrijver zijn standpunt geaccepteerd te krijgen bij de lezer en er zo voor te zorgen dat de roker stopt met roken.
De positieve gevolgen van het stoppen met roken worden in de door mij geanalyseerde
teksten door drie nevenschikkende argumenten ondersteund. De drie argumenten betreffen drie verschillende aspecten die in de door mij onderzochte teksten vaak terugkomen. Deze drie aspecten betreffen de verbetering van de gezondheid, de persoonlijke hygiëne of het uiterlijk en de gevolgen op de omgeving of de gezondheid van de omgeving.
Het eerste aspect legt de nadruk op gezondheidsverbetering. De verbetering van de
gezondheid is een belangrijk argument als het erom gaat de lezer te overtuigen te stoppen met roken. Volgens Hoeken (2008: 21) voelen de meeste mensen zich betrokken bij gezondheidsvoorlichting, omdat het over de kwaliteit van hun bestaan gaat. Daarom vindt de lezer het belangrijk om de juiste keuzes te maken: wat te eten, hoeveel te drinken, enzovoort. Roken is hierbij ook een keuze. Een goede gezondheid is dus iets dat iedereen wil en als stoppen met roken hieraan bijdraagt, is dit een belangrijk argument om te noemen bij het overtuigen van de lezer. Het tweede belangrijke aspect dat regelmatig voorkomt in non‐
‐ 21 ‐
profitteksten, is het aspect van de persoonlijke hygiëne of het uiterlijk. Het is voor mensen belangrijk dat ze er goed uitzien en op anderen op een goede manier overkomen.
‐ 22 ‐
1 De lezer moet stoppen met roken. causale relatie causale relatie 1.1a Dit leidt tot positieve gevolgen.
1.1b Deze positieve gevolgen 1.2a Doorgaan met roken leidt 1.2b Deze negatieve gevolgen zijn wenselijk. tot negatieve gevolgen. zijn onwenselijk.
causale relatie
causale relatie
1.1a.1a Stoppen met roken verbetert de gezondheid.
1.1a.1b Stoppen met 1.1a.1c Stoppen met 1.2a.1 Roken verslechtert roken verbetert de roken is positief de gezondheid. persoonlijke hygiëne voor de omgeving. het uiterlijk.
23
Als stoppen met roken helpt om dit streven te bereiken of te verbeteren dan zal de lezer overtuigd raken van het standpunt van de schrijver om te stoppen met roken en wordt het standpunt geaccepteerd. Ten slotte is ook de omgeving of de gezondheid van de omgeving belangrijk. Iedere roker houdt van de mensen in zijn omgeving en wil ze vanzelfsprekend geen schade berokkenen. Met roken gebeurt dit toch indirect; de omgeving heeft er last van en kan er lichamelijke klachten door ontwikkelen. Vooral als het om kinderen gaat van bijvoorbeeld de roker zelf, zal dit argument zwaar wegen voor de roker. Het is daarom een sterk argument voor de schrijver in de poging zijn standpunt geaccepteerd te krijgen.
De negatieve gevolgen van het doorgaan met roken worden in de door mij
geanalyseerde teksten ondersteund door één argument dat de gezondheidsverslechtering betreft. De lezer wordt op deze manier gewezen op de slechte gevolgen van het doorgaan met roken. Dit kan leiden tot een verslechtering van de gezondheid en wellicht tot ernstige ziektes. Met het noemen van de ernstige gevolgen probeert de schrijver de lezer duidelijk te maken dat het noodzakelijk is om te stoppen met roken en hem misschien zelfs wel ‘bang te maken’ met het oog op de ernstige gevolgen. Er wordt gebruik gemaakt van het verschijnsel fear appeal, dat reeds besproken is in hoofdstuk 3. Fear appeal zou er in deze argumenten toe moeten leiden dat de lezer overtuigd raakt van het standpunt van de schrijver en dit standpunt zal accepteren: de lezer zal willen stoppen met roken. Het benadrukken van de positieve gevolgen van het stoppen met roken en de negatieve gevolgen van het doorgaan met roken, is een sterke overtuigingspoging en zou ertoe moeten leiden dat de lezer overtuigd raakt van het standpunt van de schrijver. In dit geval is het doel van de schrijver bereikt: de lezer is overtuigd en zal willen stoppen met roken. 4.1.2 Argumentatie in commerciële teksten Wanneer we naar commerciële teksten kijken, is te zien we dat zich in deze teksten een meervoudig verschil van mening voordoet. Er zijn meerdere standpunten waarvan de schrijver de lezer wil overtuigen. Allereerst is er natuurlijk het standpunt dat de lezer moet stoppen met roken. Dit standpunt wordt niet expliciet genoemd, maar blijft impliciet. Dit standpunt komt overeen met het standpunt in non‐profitteksten, maar wordt dus niet ondersteund en blijft impliciet. Dit standpunt zal ik verder dan ook niet behandelen. In commerciële teksten speelt het belang van de organisatie of het bedrijf een zeer grote rol. Hiermee kom ik bij het tweede standpunt dat in mijn analyse van de commerciële teksten naar voren komt: de lezer moet gebruik maken van bepaald product of de behandeling van een bepaalde persoon om te stoppen met roken. Als je namelijk naar de verschillende teksten kijkt, is te zien dat er door de schrijver een advies wordt gegeven om te stoppen met roken dat door twee nevenschikkende argumenten wordt ondersteund. De schrijver wil de
24
lezer ervan overtuigen gebruik te maken van product Y of van de behandeling door persoon Z. Daarom noemt de schrijver twee eisen: de uitvoerbaarheid – het is mogelijk om te stoppen met roken door het gebruik van product Y of door de behandeling van persoon Z – en de wenselijkheid – het is wenselijk om te stoppen met roken door het gebruik van product Y of door de behandeling van persoon Z. Hier wordt gebruik gemaakt van pragmatische argumentatie waarbij de argumentatie gebaseerd is op een causale relatie. In de argumentatiestructuur die volgt, zal dit duidelijk te zien zijn.
Om de twee nevenschikkende argumenten – uitvoerbaarheid en wenselijkheid – te
ondersteunen, worden er in de door mij geanalyseerde teksten verschillende argumenten gebruikt. Als het gaat om de wenselijkheid, worden er eigenlijk geen expliciete argumenten gegeven die illustreren dat het wenselijk is om te stoppen met roken door het gebruik van een product of een behandeling. De enige argumentatie die de lezer zou moeten overtuigen van de wenselijkheid het product of de behandeling te gebruiken om te stoppen met roken, is autoriteitsargumentatie. Er wordt alleen maar door de schrijver genoemd dat hij een autoriteit is of dat het bedrijf of de organisatie waarvoor hij schrijft gerenommeerd is. De schrijver of het bedrijf of de organisatie waarvoor hij schrijft, wordt daarom aangemerkt als een autoriteit en daarom zou het standpunt volgens de schrijver automatisch geaccepteerd moet worden. De autoriteit beweert immers dat er gebruik moet worden gemaakt van het product of de behandeling bij het stoppen met roken. Om te ondersteunen dat de schrijver een autoriteit is, worden er twee nevenschikkende argumenten gegeven: 1) de autoriteit heeft een opleiding genoten en daarbij kennis opgedaan op het relevante vakgebied, 2) de autoriteit heeft ervaring op het relevante vakgebied. Als het gaat om de uitvoerbaarheid, worden er twee meervoudige argumenten genoemd ter ondersteuning van het standpunt. Zoals al besproken in hoofdstuk 3, zijn deze twee meervoudige argumenten los van elkaar afdoende om het standpunt te verdedigen. Als er meerdere meervoudige argumenten worden gebruikt, worden er eigenlijk meerdere los van elkaar staande betogen gehouden ter verdediging van het standpunt. In het geval van de uitvoerbaarheid, worden er aan de ene kant verschillende voordelen genoemd van het product of de methode en aan de andere kant wordt er net als bij de wenselijkheid gebruik gemaakt van autoriteitsargumentatie. De autoriteitsargumentatie komt overeen met de argumentatie die ik in de vorige alinea heb besproken bij het argument van wenselijkheid. Als we kijken naar de genoemde voordelen, worden er drie verschillende nevenschikkende argumenten genoemd die gezien kunnen worden als voordelen bij het gebruik van de methode of de behandeling. Allereerst wordt gezegd dat de methode of behandeling kwalitatief goed is. Ten tweede heeft het gebruik van het product of de behandeling praktische voordelen. Ten slotte wordt er ook nog hulp of advies geboden van het gebruik van het product of de behandeling.
25
De argumentatiestructuur van commerciële teksten bestaat dus uit twee delen, waarvan één deel impliciet blijft. Het eerste standpunt – ‘De lezer moet stoppen met roken’ – is impliciet; dit is aangegeven door middel van haakjes. Dit standpunt wordt verder niet behandeld of ondersteund. De argumenten ter verdediging van het tweede standpunt – ‘De lezer moet product Y gebruiken of zich laten behandelen door persoon Z bij het stoppen met roken’ – zal ik hieronder in een argumentatiestructuur weergeven. (1. De lezer moet stoppen met roken.) 2. De lezer moet product Y gebruiken of zich laten behandelen door persoon X bij het stoppen met roken. 2.1a Door het gebruik van product Y of door de behandeling door persoon Z is het mogelijk om te stoppen. 2.1a.1a De kwaliteit van product Y of de behandeling door persoon Z is goed. 2.1a.1b Het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z heeft praktische voordelen. 2.1a.1c Er wordt hulp/advies geboden door bedrijf Y of persoon Z bij gebruik van product Y/behandeling door Z.
2.1a.2a Dit zegt autoriteit X.
2.1a.2b Autoriteit X is deskundig.
2.1a.2b.1a Autoriteit X heeft kennis op het relevante vakgebied.
2.1a.2b.1b Autoriteit X heeft ervaring op het relevante vakgebied.
2.1b Het is wenselijk om bij het stoppen met roken gebruik te maken van product Y of de behandeling door persoon Z.
(2.1b.1a Dit zegt autoriteit X.
2.1b.1b Autoriteit X is deskundig.
2.1b.1b.1a Autoriteit X heeft kennis op het relevante vakgebied.
2.1b.1b.1b Autoriteit X heeft ervaring op het relevante vakgebied.)
Zoals hierboven te zien is, is het tweede deel van de argumentatiestructuur van commerciële teksten relatief gecompliceerd. Om de relaties tussen de argumenten en het standpunt overzichtelijker te maken, zijn de verschillende argumentatiestructuren op de volgende bladzijde schematisch weergegeven. De pragmatische argumenten zijn aangegeven met de kleur groen, de autoriteitsargumenten met de kleur blauw en de voordelen als het gaat om de uitvoerbaarheid met de kleur rood. De relatie tussen de argumenten en het bovenliggende standpunt of argument is cursief gedrukt.
26
2 De lezer moet product Y gebruiken of zich laten behandelen door persoon Z bij het stoppen met roken.
causale relatie
2.1a Door het gebruik van product Y of door de behandeling door persoon Z is het mogelijk om te stoppen. causale relatie kentekenrelatie
2.1b Het is wenselijk om door middel van het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z te stoppen met roken.
kentekenrelatie
2.1a.1a De kwa‐ 2.1a.1b Het 2.1a.1c Er 2.1a.2a Dit 2.1a.2b 2.1b.1a Dit 2.1b.1b liteit van pro‐ gebruik van wordt hulp/ zegt auto‐ Autori‐ zegt auto‐ Autori‐ duct Y of de product Y of advies geboden riteit X. teit X riteit X. teit X behandeling de behande‐ door bedrijf Y is des‐ is des‐ door persoon ling door per‐ of persoon Z kundig. kundig. Z is goed. soon Z heeft bij gebruik van praktische product Y/be‐ kentekenrelatie kentekenrelatie voordelen. handeling door Z. 2.1a.2b.1a 2.1a.2b.1b 2.1b.1b.1a 2.1b.1b.1b Auto‐ Auto‐ Auto‐ Auto‐ riteit X riteit riteit x riteit X heeft heeft heeft heeft kennis. ervaring. kennis. ervaring.
27
4.2 Argumentatieve beschrijving van de tekstsoorten Nu de argumentatiestructuren en soorten argumentatie die gebruikt zijn in beide tekstsoorten in kaart gebracht zijn, zal ik aan de hand van voorbeelden uit verschillende teksten laten zien welke argumenten gebruikt worden bij het invullen van de eerdergenoemde argumentatiestructuren. Deze argumenten ondersteunen het standpunt en komen in meerdere teksten terug. Er is dus een soort patroon te zien als het gaat om de keuze van argumenten om het doel van de tekst te bereiken. Het doel van de schrijver van de tekst heeft dus invloed op de selectie van argumenten ter ondersteuning van het standpunt. In deze argumentatieve beschrijving zal ik laten zien welke argumenten regelmatig gekozen worden in commerciële en non‐profitteksten. Ik zal de argumentatieve beschrijving beginnen met de non‐profitteksten en daarna de commerciële teksten behandelen. 4.2.1 Non‐profitteksten Zoals in paragraaf 4.1 al is aangegeven, wordt het standpunt dat de lezer moet stoppen met roken ondersteund door pragmatische argumentatie. Er zijn vier nevenschikkende argumenten die het standpunt ondersteunen; pragmatische argumentatie die de positieve gevolgen van het stoppen met roken noemt en pragmatische argumentatie die de negatieve gevolgen van het doorgaan met roken noemt, in dit geval ook wel fear appeal genoemd. Voor de duidelijkheid zijn deze argumenten hieronder nogmaals genoemd. 1. De lezer moet stoppen met roken.
1.1a Dit leidt tot positieve gevolgen.
1.1b Deze positieve gevolgen zijn wenselijk. 1.1c Doorgaan met roken leidt tot negatieve gevolgen.
1.1d Deze negatieve gevolgen zijn onwenselijk.
Argument 1.1a wordt ondersteund door verschillende voorbeelden van gunstige effecten of consequenties die – zoals genoemd in de vorige paragraaf – betrekking hebben op drie aspecten: de gezondheid, de persoonlijke hygiëne/het uiterlijk en de voordelen voor de omgeving. Deze argumenten zijn hieronder nogmaals weergegeven. 1. De lezer moet stoppen met roken.
1.1a Dit leidt tot positieve gevolgen.
1.1a.1a Stoppen met roken verbetert de gezondheid.
1.1a.1b Stoppen met roken verbetert de persoonlijke hygiëne/het uiterlijk.
28
1.1a.1c Stoppen met roken is positief voor de omgeving.
Deze drie nevenschikkende argumenten – argumenten 1.1a.1a, 1.1a.1b en 1.1a.1c – worden ondersteund door specifieke voorbeelden te noemen. Deze voorbeelden dienen dus als argumenten voor de drie genoemde aspecten. Het eerste aspect betreft de verbetering van de gezondheid, argument 1.1a.1a. In verschillende teksten worden hiervan voorbeelden gegeven. Twee van deze voorbeelden komen uit de tekst van de Friese longartsen.
Uiteindelijk kan dit proces leiden tot een rookvrij leven, waarmee de algemene lichamelijke fitheid en de longziekte gunstig beïnvloed kunnen worden. Uiteindelijk neemt na lange tijd niet meer roken, de kans op het krijgen van meerdere lichamelijke aandoeningen af, zoals hart‐ en vaatziekten en verschillende vormen van kanker.
Ook in de tekst van luchtpunt.nl wordt een voorbeeld genoemd van het stoppen met roken:
Stop je nu meteen met roken, dan gaan je longen niet verder achteruit.
In de tekst van ikkanstoppen.nl wordt tevens het argument van de gezondheidsverbetering genoemd: Je gezondheid gaat er aanzienlijk op vooruit. Je hebt minder last van hoofdpijn. Je slaapt beter. Het tweede aspect betreft de persoonlijke hygiëne of het uiterlijk, argument 1.1a.1b. Voorbeelden hiervan worden gegeven in de tekst van ikkanstoppen.nl: Je kleding, haar en handen ruiken niet meer naar rook. Je krijgt weer een frisse adem. Je krijgt een gezonder gebit en tandvlees en je tanden worden niet nog geler. Ten slotte het derde aspect betreffende de omgeving. Een voorbeeld hiervan is te vinden in de tekst van ikkanstoppen.nl: Je omgeving profiteert ervan: ze roken niet meer mee.
29
Naast het noemen van de wenselijke positieve gevolgen van het stoppen met roken, is in deze scriptie gebleken dat er ook onwenselijke negatieve gevolgen van het doorgaan met roken worden genoemd om de lezer te overtuigen te stoppen met roken. Deze negatieve gevolgen worden weergegeven aan de hand van pragmatische argumentatie, het gaat dan om de argumenten 1.1c en 1.1d. Om deze argumenten te ondersteunen, worden specifieke voorbeelden gegeven in de teksten waardoor de lezer overtuigd zou moeten worden van het standpunt van de schrijver – de lezer moet stoppen met roken. Er wordt bij deze voorbeelden alleen een ondersteuning gegeven die wijst op de verslechtering van de gezondheid als de lezer door blijft roken en dus niet stopt. Er wordt dus enkel gebruik gemaakt van fear appeal, waarbij de lezer angst wordt ingeboezemd voor de schadelijke gevolgen van het doorgaan met roken. Voor de duidelijkheid zijn de twee pragmatische argumenten met het argument van gezondheid hieronder nogmaals genoemd. 1. De lezer moet stoppen met roken.
1.1c Doorgaan met roken leidt tot negatieve gevolgen.
1.1d Deze negatieve gevolgen zijn onwenselijk.
1.1c.1 Roken verslechtert de gezondheid.
Zoals in het bovenstaande fragment uit de argumentatiestructuur te zien is, wordt argument 1.1c ondersteund door argument 1.1c.1 dat wijst op een verslechtering van de gezondheid als de lezer niet stopt met roken. Argument 1.1c.1 wordt ondersteund door het noemen van specifieke argumenten. Een voorbeeld van zo’n argument komt uit de tekst van luchtpunt.nl en is hieronder weergegeven:
Als je rookt, veroorzaak je schade aan je longblaasjes die niet meer te herstellen is.
Later in de tekst wordt zelfs tot in detail uitgelegd wat roken voor schade toebrengt aan het menselijk lichaam: (…) Deze irriteren en beschadigen de slijmlaag in je longen en verstoren zo de normale afweerprocessen. Uiteindelijk lukt het je longen niet meer om de schadelijke stoffen af te voeren. De giftige stoffen blijven achter en beschadigen je longen steeds verder. Je lichaam krijgt het steeds zwaarder om zuurstof op te nemen. Je wordt kortademig, krijgt het benauwd en het kost je steeds meer moeite om je in te spannen. Je kunt last krijgen van chronisch hoesten en slijm opgeven, vooral 's morgens. Ook in de tekst van de Friese longartsen wordt verwezen naar de ernstige gevolgen die
30
veroorzaakt kunnen worden als de roker niet stopt met roken: Veel longziekten zoals COPD en longkanker, worden mede veroorzaakt door vaak vele jaren roken; astmaklachten kunnen door roken verergeren. De verschillende argumenten die worden gegeven ter ondersteuning van argument 1.1c.1 zijn weergegeven in Schema 1. Als een argument voorkomt in de tekst, is dit in het schema aangemerkt door middel van een ‘x’. In schema 1 is dan ook op een overzichtelijke manier te zien in welke tekst gebruik wordt gemaakt van bepaalde argumenten. Als een bepaald argument regelmatig gebruikt wordt in verschillende teksten, kan dit erop wijzen dat dit een belangrijk argument is in de tekstsoort waar het om gaat. Als het argument ‘Roken verslechtert de gezondheid’ bijvoorbeeld in alle van de door mij onderzochte teksten voorkomt, zou je kunnen zeggen dat dit een belangrijk argument is voor non‐profitteksten en dat dit argument de lezer waarschijnlijk zal overtuigen. Het doen van een fear appeal in dit voorbeeld zou dus moeten leiden tot overtuigende teksten. In Schema 1 is dus te zien in welke teksten welke argumenten voorkomen. Uit de resultaten die in dit schema zijn weergegeven, leid ik later mijn conclusies af. Het schema is daarom de basis van mijn conclusies van dit onderzoek. Schema 1
Non‐profitteksten
ikkanstoppen.nl Friese longartsen luchtpunt.nl
Positieve gevolgen
‐ Verbetering gezondheid
x
x
x
‐ Persoonlijke hygiëne/het uiterlijk
x
‐ Omgeving
x
Negatieve gevolgen
‐ Verslechtering gezondheid
x
x
Zoals in Schema 1 te zien is, wordt er in de teksten vooral de nadruk gelegd op de gezondheidsverbetering als de lezer stopt met roken en de gezondheidsverslechtering als de lezer doorgaat met roken. Deze argumenten komen in twee van de drie teksten of in alle drie de teksten voor en zijn met groen aangegeven. In de volgende paragraaf zal ik ingaan op de argumentatie in commerciële teksten. 4.2.2 Commerciële teksten Zoals in paragraaf 4.1 al is aangegeven, zijn er in commerciële teksten twee standpunten die
31
worden ondersteund door argumenten. Dit zijn de volgende twee argumenten:
(1. De lezer moet stoppen met roken.) 2. De lezer moet product Y gebruiken / zich laten behandelen door persoon X bij het stoppen met roken.
Het eerste standpunt wordt niet expliciet in de tekst genoemd en hiervoor worden ook geen argumenten gegeven. Het tweede standpunt wordt ondersteund door pragmatische argumentatie. Er zijn twee nevenschikkende argumenten die het standpunt ondersteunen. Deze argumenten betreffen de uitvoerbaarheid en de wenselijkheid. Deze twee argumenten zijn tekstkenmerken die blijkbaar belangrijk zijn voor de lezer; aangezien ze in vele teksten worden genoemd. Voor de duidelijkheid zijn deze argumenten hieronder nogmaals genoemd. 2.1a Door het gebruik van product Y of door de behandeling door persoon Z is het mogelijk om te stoppen. ‐> uitvoerbaarheid 2.1b Het is wenselijk om door middel van het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z te stoppen met roken. ‐> wenselijkheid Het argument van de uitvoerbaarheid – argument 2.1a – wordt ondersteund door drie nevenschikkende argumenten, die hieronder nogmaals genoemd worden. 2.1a.1a De kwaliteit van product Y of de behandeling door persoon Z is goed. 2.1a.1b Het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z heeft praktische voordelen. 2.1a.1c Er wordt hulp/advies geboden door bedrijf Y of persoon Z bij gebruik van product Y/behandeling door Z. Allereerst wil ik wat voorbeelden geven van specifieke invullingen van argument 2.1a.1a. De kwaliteit van product Y of de behandeling door persoon Z wordt door verschillende argumenten ondersteund. De verschillende argumenten die gevonden zijn in de commerciële teksten, zijn weergegeven in Schema 2 op de volgende pagina. Als een bepaald argument – ik noem deze argumenten ook wel tekstkenmerken in deze scriptie – voorkomt in een tekst, heb ik dit aangemerkt door middel van een ‘x’.
Als we naar Schema 2 kijken, zien we dat er als het gaat om de kwaliteit van product Y
of de behandeling door persoon Z twee tekstkenmerken zijn die vaak voorkomen, namelijk
32
‘effectiviteit/succesvol’ en ‘gemakkelijk’. Enkele voorbeelden uit de commerciële teksten van het tekstkenmerk ‘effectiviteit/succesvol’ komen uit respectievelijk de Breevoordmethode en de Laserpraktijk: Hoe succesvol die aanpak is (…) (…) onze unieke succesvolle behandeling. Mensen die vaak alles al probeerden, stopten middels onze methode wel! Ook de tweede factor – ‘gemakkelijk’ – is een vaak gebruikt argument. Een voorbeeld uit eraCare waarbij het bijna niet gemakkelijker kan; de naaldjes ‘vallen er vanzelf uit’: Ook plaatsen wij tijdens deze behandeling nieuwe naaldjes die er tevens voor zorgen dat je niet meer gaat snoepen en er na ongeveer twee weken vanzelf uitvallen. Argument 2.1a.1b betreft de praktische voordelen van het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z. In Schema 2 is te zien dat de factor ‘korte duur’ een vaak voorkomende argument is ter ondersteuning van argument 2.1a.1b. Voorbeelden hiervan worden genoemd in de Breevoordmethode en de Nooit Meer Roken Methode van Praktijk Wille: Binnen één week tijd kan men, terwijl men nog mag roken, voorgoed van de verslaving loskomen. * 1 sessie van ongeveer 2 uur Sommige methodes noemen zelfs meerdere factoren in een zin, zoals de softlaserbehandeling van Smoke Free. Hier worden de factoren ‘korte duur’, ‘effectiviteit/succesvol’ en ‘gemakkelijk’ genoemd: De behandeling incl. intake duurt 75 minuten, is effectief en wordt als zeer ontspannend ervaren. Ten slotte kom ik bij het derde nevenschikkende argument – 2.1a.1c – ter ondersteuning van de uitvoerbaarheid: het aanbieden van hulp of advies bij het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z. Allereerst een argument dat het aanbieden van hulp ondersteunt.
33
Schema 2
Commerciële teksten
Lieveld
Smokefree
Breevoord
Laserpraktijk
Eracare
Kwaliteit
Praktijk de Wille
‐ Effectief/succesvol
x
x
x
x
x
‐ Pijnloos
x
x
x
‐ Gemakkelijk
x
x
x
x
x
‐ Bijwerkingen en ontw.versch. worden voorkomen
x
x
x
x
‐ Blijvend succes
x
x
‐ Garantie
x
x
‐ Erkende methode
x
‐ Andere autoriteiten positief over methode
x
x
Praktische voordelen
‐ Weinig behandelingen
x
x
x
x
‐ Korte duur
x
x
x
x
‐ Mogelijkheden voor avondbehandeling
x
‐ Kosten zijn relatief laag
x
Deskundigheid autoriteit
‐ Ervaring op vakgebied
x
x
x
‐ Kennis/opleiding
x
x
x
x
Adviezen/contact
x
x
x
34
x
Dit fragment komt uit de tekst over de softlaserbehandeling van Smoke Free: Uiteraard besteden wij aandacht aan eventuele problemen waar u, na het stoppen met roken, mee te kampen kunt hebben. U kunt contact opnemen met de therapeut per e‐ mail of telefoon. Naast het bieden van ondersteuning in moeilijke tijden wordt er ook veel advies gegeven voor het stoppen met roken of om de bijwerkingen of ontwenningsverschijnselen tegen te gaan. Dit is wederom een specifieke invulling van argument 2.1a.1c. In commerciële teksten wordt vaak advies gegeven door de lezer een boekje aan te raden dat door de betreffende schrijver geschreven is. Dit zal helpen bij het proces van stoppen met roken en wordt als tip aangeboden. Voorbeelden hiervan zijn de twee volgende uitspraken, respectievelijk uit de Breevoordmethode en van de praktijk eraCare: Het boekje dat bij deze cursus hoort is door dhr. Brevoord geschreven en enig in zijn soort. Tijdens deze training leer je de geestelijke afhankelijkheid te bestrijden en de gewoonte te doorbreken. Ook het boekje dat je meekrijgt om te lezen is hiervoor van groot belang. Naast de drie nevenschikkende argumenten die het argument van de uitvoerbaarheid – argument 2.1a – ondersteunen wordt argument 2.1a ook ondersteund door andere argumentatie, namelijk autoriteitsargumentatie. De volgende autoriteitsargumenten worden gegeven ter ondersteuning van de uitvoerbaarheid. Voor de duidelijkheid is ook het argument van de uitvoerbaarheid genoemd. 2.1a Door het gebruik van product Y of door de behandeling door persoon Z is het mogelijk om te stoppen.
2.1a.2a Dit zegt autoriteit X.
2.1a.2b Autoriteit X is deskundig.
2.1a.2b.1a Autoriteit X heeft kennis op het relevante vakgebied.
2.1a.2b.1b Autoriteit X heeft ervaring op het relevante vakgebied.
Argument 2.1a wordt ondersteund door twee nevenschikkende argumenten, zoals hierboven te zien is. Argument 2.1a.2a wordt verder niet ondersteund door argumenten, maar argument 2.1a.2b wel. Zoals in Schema 2 op pagina 31 te zien is, wordt in de commerciële teksten de autoriteit van de schrijver vaak benadrukt door te noemen dat de schrijver of autoriteit een
35
opleiding heeft gevolgd en daardoor kennis heeft opgedaan die relevant is. Argument 2.1a.2b.1a – dat hierboven genoemd is – is het argument waarin deze kennis wordt genoemd. Een voorbeeld van argument 2.1a.2b.1a wordt genoemd in de tekst van eraCare: Arno Vloet is als gediplomeerd natuurgeneeskundig therapeut aangesloten bij diverse beroepsverenigingen. Ook wordt genoemd dat de autoriteit veel ervaring – argument 2.1a.2b.1heeft op het betreffende vakgebied. Een voorbeeld hiervan komt uit de tekst van Praktijk Wille: Deze methode is ontwikkeld door de arts Roy Martina op basis van 20 jaar onderzoek op vele patiënten. In sommige teksten worden zelfs beide argumenten – 2.1a.2b.1a en 2.1a.2b.1b – ter ondersteuning van de deskundigheid van de autoriteit genoemd. Dit is te zien in het volgende voorbeeld van Smoke Free: Door de ervaring en kennis van de therapeuten hebben wij een uitstekend programma op kunnen bouwen om u te helpen bij het stoppen met roken. Hierboven heb ik laten zien welke argumenten gebruikt worden om het argument van uitvoerbaarheid – 2.1a – te ondersteunen. Echter, de ondersteuning van het tweede standpunt wordt naast het nevenschikkende ‘uitvoerbaarheidsargument’ ook ondersteund door het ‘wenselijkheidsargument’– argument 2.1b. Dit argument van wenselijkheid wordt ondersteund door autoriteitsargumentatie. Voor de duidelijkheid zijn de argumenten hieronder nogmaals weergegeven. 2.1b Het is wenselijk om door middel van het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z te stoppen met roken. (2.1b.1a Dit zegt autoriteit X. 2.1b.1b Autoriteit X is deskundig.
2.1b.1b.1a Autoriteit X heeft kennis op het relevante vakgebied.
2.1b.1b.1b Autoriteit X heeft ervaring op het relevante vakgebied.)
Zoals hierboven te zien is, wordt argument 2.1b ondersteund door twee nevenschikkende autoriteitsargumenten. In de tekst wordt autoriteit X genoemd ter ondersteuning van de uitvoerbaarheid, maar impliciet worden deze autoriteitsargumenten ook gebruikt om het
36
‘wenselijkheidsargument’ te ondersteunen. De onderliggende gedachte van de schrijver is echter wel dat de lezer het argument van wenselijkheid zal accepteren, omdat de deskundigheid van de autoriteit reeds vastgesteld is. Aangezien de deskundigheid van de autoriteit al is gerechtvaardigd ter ondersteuning van het ‘uitvoerbaarheidsargument’, heeft het geen nut dit nogmaals te doen en neemt de schrijver aan dat de lezer de aangehaalde autoriteit ziet als een deskundige. Zoals te zien is in Schema 1, zijn de belangrijkste en meest gebruikte argumenten voor non‐profitteksten de argumenten die betrekking hebben op de gezondheid, of het nu om verbetering of om verslechtering gaat. De schrijver gaat er dus van uit dat de lezer het belangrijk vindt dat hij gezond leeft. Deze argumenten worden dan ook gezien als zeer overtuigend. De keuze van argumenten of tekstkenmerken is bij non‐profitteksten vaak een selectie van positieve en negatieve gevolgen aan de hand van pragmatische argumentatie. In Schema 2 is te zien dat de belangrijkste en meest gebruikte argumenten in commerciële teksten de volgende zijn: de kwaliteit – argument 2.1a.1a – ‘effectief/succesvol’ en ‘gemakkelijk’. De schrijver gaat er dus van uit dat de lezer het belangrijk vindt als een methode effectief en succesvol is. De lezer wordt hierdoor het snelst overtuigd en daarom selecteert de schrijver dit argument of tekstkenmerk vaak. Als het gaat om argument 2.1a.1b – de praktische voordelen – zijn de meest gebruikte argumenten ‘weinig behandelingen’ en ‘korte duur’. Voor de lezer is het belangrijk dat hij of zij met weinig behandelingen van het roken af komt en als de duur per behandeling daarbij ook kort is, dan is de lezer snel overtuigd. De schrijver selecteert dan ook regelmatig voor deze twee argumenten – weinig behandelingen en korte duur – om zo overtuigend mogelijk te kunnen zijn. Zo speelt hij in op wat de lezer belangrijke tekstkenmerken vindt. In dit hoofdstuk lag de nadruk op de invloed van de verschillende doelen in de twee tekstsoorten op de keuze van argumenten. De vraag die in dit hoofdstuk centraal staat, is de volgende: ‘Wat is de invloed van de verschillende doelen in persuasieve commerciële teksten en non‐profitteksten in de gezondheidsvoorlichting op de keuze van argumenten en de manier waarop argumentatieschema’s worden gebruikt om relaties tussen standpunt en argumenten of argumenten onderling weer te geven?’ In dit hoofdstuk is uit de argumentatieve beschrijving gebleken dat de verschillende doelen in de tekstsoorten invloed hebben op de keuze van argumenten. Als het gaat om non‐profitteksten, is gebleken dat het doel van de schrijver eruit bestaat de lezer te overtuigen te stoppen met roken. Er is geen financieel belang, het enige belang dat er is, is het persoonlijk belang voor de lezer. Als de lezer stopt met roken, is dit beter voor de lezer dan dat hij doorgaat. Dit doel van de schrijver leidt ertoe dat er over het
37
algemeen gekozen wordt voor het gebruik van pragmatische argumentatie. De wenselijke gevolgen van het stoppen met roken en de onwenselijke gevolgen van het doorgaan met roken worden genoemd. Het noemen van de gevolgen zou de lezer moeten overtuigen te stoppen met roken. Er wordt in non‐profitteksten alleen gebruik gemaakt van een argumentatieschema: argumentatie gebaseerd op een causale relatie. Bij commerciële teksten is het doel anders, het doel is hierin om de lezer te overtuigen te stoppen met roken door gebruik te maken van product Y of de behandeling door persoon Z. Er is een financieel belang voor de organisatie of het bedrijf waarvoor de tekst geschreven is. Dit doel leidt ertoe dat er voor bepaalde argumenten wordt gekozen door de schrijver. In de argumentatieve beschrijving is gebleken dat er regelmatig argumenten worden gebruikt die de aspecten ‘gemakkelijk’, ‘succesvol’, ‘korte duur’ en ‘kennis/opleiding’ benadrukken. De kwaliteit van de methode, de praktische voordelen, en als belangrijkste aspect de kennis of de opleiding van de autoriteit moeten ertoe leiden dat de lezer overtuigd wordt van het standpunt van de schrijver. Tevens wordt er gebruik gemaakt van pragmatische argumentatie om de wenselijkheid van het gebruik van product Y of de behandeling door persoon Z te ondersteunen. Het gebruik van autoriteitsargumentatie is echter het belangrijkste argument om de lezer te overtuigen: omdat een autoriteit de uitspraken doet, moet de lezer het wel bijna automatisch geloven. In commerciële teksten wordt dan ook regelmatig gebruik gemaakt van twee argumentatieschema’s: argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie en argumentatie gebaseerd op een causale relatie.
38
5 Conclusie In dit onderzoek ben ik ingegaan op verschillende tekstsoorten in de gezondheidsvoorlichting waarin het advies wordt gegeven te stoppen met roken. Het theoretische perspectief waarvan ik bij mijn onderzoek ben uitgegaan, is de pragma‐dialectische benadering van argumentatie van Van Eemeren en Grootendorst. De vraag die centraal stond bij dit onderzoek was de volgende: ‘Wat is de invloed van de verschillende doelen in persuasieve commerciële teksten en non‐profitteksten in de gezondheidsvoorlichting op de keuze van argumenten en de manier waarop argumentatieschema’s worden gebruikt om relaties tussen standpunt en argumenten of argumenten onderling weer te geven?’
Om deze vraag te kunnen beantwoorden heb ik in mijn onderzoek allereerst een
karakterisering van gezondheidsvoorlichting gegeven. Gezondheidsvoorlichting is volgens Claessens het bewust ondernemen van activiteiten om het gedrag van mensen dat betrekking heeft op hun gezondheid, te beïnvloeden. In dit geval gaat het er dus om het gedrag van mensen te beïnvloeden door ze te adviseren te stoppen met roken. Dit advies werd genoemd in verschillende tekstsoorten, namelijk in non‐profitteksten en commerciële teksten. Deze twee tekstsoorten hebben verschillende doelen: in non‐profitteksten is het doel van de schrijver de lezer te overtuigen te stoppen met roken, omdat dit goed is voor de gezondheid van de lezer. De schrijver heeft zelf dus geen financieel belang bij de acceptatie van zijn standpunt door de lezer. Het enige belang dat de schrijver heeft, is een maatschappelijk belang – of een belang voor de volksgezondheid –, namelijk dat de bevolking in het algemeen ‘gezonder’ wordt. Non‐ profitteksten worden voornamelijk geschreven door de overheid of non‐profitorganisaties. Commerciële teksten hebben als doel de lezer te overtuigen te stoppen met roken door middel van het gebruik van het product dat door een organisatie of bedrijf wordt aangeboden, of door middel van de diensten of behandeling van de persoon waarvoor de schrijver de tekst schrijft. Er is dus een direct financieel belang voor het bedrijf of de organisatie waarvan de schrijver de opdracht krijgt: als het product wordt gekocht of de behandeling wordt ondergaan, levert dit geld op voor het bedrijf of de organisatie.
De verschillende doelen leiden ertoe dat er in non‐profitteksten en commerciële
teksten een verschil is in de keuze van argumentatieschema en de selectie van argumenten. In non‐profitteksten wordt er voornamelijk gebruik gemaakt van argumentatie gebaseerd op een causale relatie. Dit is een argumentatieschema waarbij de argumenten die worden genoemd een relatie hebben die bestaat uit een oorzaak en een gevolg. In de non‐profitteksten die ik heb bekeken, wordt er gebruik gemaakt van pragmatische argumentatie. In pragmatische
39
argumentatie worden de wenselijke of onwenselijke gevolgen genoemd van het wel of niet accepteren van het standpunt van de schrijver. Regelmatig wordt er een variant van pragmatische argumentatie gebruikt waarbij de lezer angst ingeboezemd wordt. Er worden dan zeer ernstige en schadelijke gevolgen voor de lezer of voor zijn omgeving genoemd als het standpunt in de tekst niet geaccepteerd wordt. Deze vorm van pragmatische argumentatie wordt fear appeal genoemd en komt vaak voor in gezondheidsvoorlichting. Over het algemeen is de gedachte: hoe meer angst de lezer wordt ingeboezemd, hoe overtuigender de tekst is. De argumenten die worden genoemd in de door mij onderzochte non‐profitteksten betreffen dan ook voornamelijk het positieve gevolg van gezondheidsverbetering – als men stopt met roken – en het negatieve gevolg van gezondheidsverslechtering – als men doorgaat met roken. Van de specifieke positieve en negatieve gevolgen worden in de afzonderlijke non‐profitteksten concrete voorbeelden gegeven.
In de commerciële teksten die ik heb onderzocht, wordt er ook gebruik gemaakt van
pragmatische argumentatie. Hier is echter het doel anders, zoals al eerder gezegd. De nadruk ligt in deze teksten op het product of de behandeling en niet op het standpunt dat de lezer moet stoppen met roken. Dit standpunt blijft impliciet, terwijl het andere standpunt – ‘Gebruik product Y of de behandeling door persoon Z voor het stoppen met roken’ – op verschillende manieren wordt ondersteund door argumenten. De pragmatische argumentatie heeft er dus betrekking op dat het wenselijk is om te stoppen met roken met behulp van product Y of de behandeling door persoon Z. Allereerst wordt de uitvoerbaarheid van het product of de behandeling besproken en ondersteund. De claim is dat het mogelijk is om te stoppen met roken door het gebruik van het product of de behandeling. Deze claim wordt ondersteund door argumentatie gebaseerd op een causale relatie. Er worden in de afzonderlijke teksten voordelen genoemd van het product of de behandeling die de lezer zouden moeten overtuigen dat het goed is het product te gebruiken of de behandeling te ondergaan. Deze argumenten ondersteunen drie nevenschikkende argumenten die betrekking hebben op de goede kwaliteit van het product of de behandeling, de praktische voordelen van het product of de behandeling en de mogelijkheid tot advies of contact met degene die het product of de behandeling aanbiedt. In de commerciële teksten die ik heb onderzocht worden concrete voorbeelden genoemd ter ondersteuning van deze drie nevenschikkende argumenten met betrekking tot de uitvoerbaarheid. Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van autoriteitsargumentatie om de lezer te overtuigen van het standpunt. Autoriteitsargumentatie is een variant van argumentatie gebaseerd op een kentekenrelatie. Er wordt een autoriteit aangehaald en in de teksten worden concrete voorbeelden gegeven die ondersteunen dat de autoriteit gezag heeft. Dit gebeurt door het noemen van de opleiding van de autoriteit of de
40
ervaring die de autoriteit heeft op het betreffende vakgebied. Het tweede deel van de pragmatische argumentatie betreft de wenselijkheid om met behulp van het product of de behandeling te stoppen met roken. Deze wenselijkheid wordt alleen ondersteund door het noemen van autoriteitsargumentatie. Wederom worden er expliciet argumenten gegeven die benadrukken dat de autoriteit een relevante opleiding heeft voltooid of dat hij veel ervaring heeft op het betreffende vakgebied. De lezer zou door het noemen van het gezag van de autoriteit overtuigd moeten worden het standpunt van de schrijver te accepteren. Door middel van een argumentatieve beschrijving in hoofdstuk 4 heb ik in dit onderzoek een antwoord gevonden op de centrale vraag van deze scriptie – ‘Wat is de invloed van de verschillende doelen in persuasieve commerciële teksten en non‐profitteksten in de gezondheidsvoorlichting op de keuze van argumenten en de manier waarop argumentatieschema’s worden gebruikt om relaties tussen standpunt en argumenten of argumenten onderling weer te geven?’ De verschillende doelen in persuasieve non‐ profitteksten en commerciële teksten zorgen ervoor dat de schrijvers van non‐profitteksten voornamelijk gebruik maken van pragmatische argumentatie, en met name fear appeal, om het standpunt geaccepteerd te krijgen. Zij kiezen voor de ondersteuning van dit standpunt voor argumenten die de gezondheidsverbetering als men stopt met roken en de gezondheidsverslechtering als men doorgaat met roken benadrukken. Schrijvers van commerciële teksten maken ook gebruik van pragmatische argumentatie ter ondersteuning van het standpunt, maar bij de ondersteuning van deze pragmatische argumentatie maken zij voornamelijk gebruik van autoriteitsargumentatie. Het gezag van de autoriteit wordt expliciet genoemd door het geven van voorbeelden die de opleiding of de ervaring van de autoriteit benadrukken. In non‐profitteksten wordt er dus op de werking van pragmatische argumentatie vertrouwd, bij commerciële teksten is autoriteitsargumentatie de belangrijkste vorm van argumentatie. Voor dit onderzoek heb ik negen teksten onderzocht, wat neerkomt op een relatief kleine corpus. Ik pretendeer met dit onderzoek dan ook niet een definitief patroon aan te geven dat in iedere non‐profittekst en commerciële tekst terug te vinden is. Vanwege de beperkte corpus is dit onderzoek slechts explorerend. Verder onderzoek is dan ook zeker noodzakelijk om de betrouwbaarheid van de in dit onderzoek gegeven conclusie te staven.
41
Literatuur Claessens, T. 2000 GVO en communicatie in de gezondheidszorg. Antwerpen/Apeldoorn: Garant‐Uitgevers. Eemeren, F.H. van, R. Grootendorst en A.F. Snoeck Henkemans 2001
Argumentatie. Inleiding in het analyseren, beoordelen en houden van betogen. Groningen: Martinus Nijhoff.
Hoeken, H. 2008 Het ontwerp van overtuigende teksten. Wat onderzoek leert over de opzet van effectieve reclame en voorlichting. Bussum: Uitgeverij Coutinho. Schellens, P.J. en M. de Jong 2000 ‘Soorten argumenten in de voorlichting’. In: Tijdschrift voor Taalbeheersing, jrg. 22, nr. 4, p. 288‐308.
42
Bijlage 1: non‐profitteksten 1.1 Ikkanstoppen.nl
43
44
45
46
47
48
1.2 Friese longartsen
49
50
1.3 luchtpunt.nl
51
Bijlage 2: commerciële teksten 2.1 H. Lieveld
H. Lieveld ‐ arts voor acupunctuur, acupressuur en orthomanuele technieken Tel: 040‐2837612 ‐ Lid NVA en NAAV
<>
Vonderrijt 4 ‐ 5673 BZ Nuenen ‐ centraal t.o.v. Eindhoven, Helmond, Tilburg en Den Bosch
Stoppen met roken Stoppen zonder nare bijwerkingen
Meer energie en wilskracht
Stoppen maar niet aankomen
Roken moeten we leren zien als een verslaving. Van een verslaving kom je niet zo maar even af met wat wilskracht. Dat dachten we tot voor enkele jaren: “als je maar echt wil, lukt het wel” En als het stoppen keer op keer niet lukte, was je een “slappeling”. De traditionele Chinese geneeskunde ziet roken als een reële aandoening, waar je niet zo maar vanaf komt. Hoe behandelt dokter Lieveld u? Het is dokter Lieveld's ervaring dat acupunctuur goed kan helpen bij stoppen met roken. Hij werkt bij stoppen met roken vooral met klassieke acupunctuur, vaak gecombineerd met elektro‐acupunctuur, neuro‐ en ooracupunctuur. Hij zet deze verschillende acupunctuurtechnieken op verschillende “fronten” in: 1.
acupunctuur gaat onthoudingsverschijnselen tegen. Dokter Lieveld kan de nare bijwerkingen tot praktisch nul terug brengen. Hierdoor is stoppen veel gemakkelijker. Wil om te stoppen: Hij helpt u de geestelijke en lichamelijke afhankelijkheid te doorbreken. De behoefte om te roken neemt af en de wil om te stoppen neemt toe. 2. uw zogeheten “longenergie” neemt toe, waardoor u zich energieker, vitaler en wilskrachtiger voelt. 3. de door het stoppen met roken vaak toenemende drang naar snoepen of eten, pakt dokter Lieveld met acupunctuur aan. 4. met acupunctuur bevordert dokter Lieveld de werking van de spijsvertering, die anders trager gaat werken door het stoppen met roken. Als u stopt met roken, komt u dus niet of nauwelijks aan.
Hoeveel behandelingen heeft u nodig? Wilt u stoppen met roken, dan zijn 6 tot 8 acupunctuurbehandelingen meestal voldoende. De ervaring leert dat in de eerste 2 tot 3 weken 2 behandelingen per week het meest effectief zijn. Als u overdag werkt, kunt u ook ‘s‐avonds komen. Twee avonden per week behandelt dokter Lieveld patiënten die overdag niet kunnen. In de drie tot vier weken die op de eerste behandelingen volgen, volstaat 1 behandeling per week meestal. Soms is er een tijdje een nabehandeling nodig van een keer per maand. De patiënten van Dokter Lieveld die na jaren nog steeds “rookvrij” zijn en niet zwaarder zijn geworden, zijn in de beginfase intensief behandeld en lieten zich nabehandelen.
52
2.2 Smoke Free
53
2.3 Breevoord‐methode
54
55
2.4 Laserpraktijk
56
2.5 eraCare
57
2.6Praktijk de Wille
Nooit Meer Roken Methode De Nooit MeerRoken is een unieke methode. Wat maakt deze methode zo uniek; * Een Levenslange garantie * Een slagingspercentage van 80 tot 95% * 1 sessie van ongeveer 2 uur
Pak deze kans, en stop met deze destructieve gewoonte. Iedereen die wil stoppen met roken vindt dit moeilijk, het wordt uitgesteld, als ik dat en dat achter de rug heb stop ik met roken. Daarna is er weer een andere smoes. Er is steeds weer iets anders. Ieder weet ook dat roken slecht is voor je gezondheid, en de mensen waar je van houdt in je omgeving. Het staat zelfs op het reclame bord bij de sigarenwinkel, met grote letters. Roken is dodelijk Op het pakje sigaretten staan onderstaande waarschuwingen, toch betaal je veel geld voor dat pakje vergif. Tabaksrook bevat benzeen en nitrosaminen en formalbehyde en waterstofcyanide! Roken verouderd uw huid! Roken brengt u en anderen rondom u ernstige schade toe! Roken kan lijden tot een langzame dood! Dit is toch niet wat je wilt. Bel of mail me voor een afspraak!!! Je hebt niets te verliezen behalve een slechte gewoonte en je wint je gezondheid terug. Tel. 058-2662380 Tel. 06-53804590 Werk aan een rookvrij gezond en evenwichtig leven.
Nooit Meer Roken Methode Niets te verliezen, je kunt alleen winnen Nooit Meer RokenRME is een unieke methode waarbij o.a. gebruik wordt gemaakt van Trance Coaching om rokers te helpen te denken als niet-rokers. Deze methode is ontwikkeld door de arts Roy Martina op basis van 20 jaar onderzoek op vele patiënten. Tijdens dit onderzoek heeft Roy Martina ontdekt dat de reden waarom iemand niet kan stoppen met roken niets te maken heeft met nicotineverslaving, maar met een 3-tal andere factoren. Factor 1; Neuro synapsen (macht der gewoonte) Dit is een van de belangrijkste factoren waarom stoppen met roken zo moeilijk is. Gewoontes worden in de hersenen opgeslagen als zogenaamde synapsen (verbindingen tussen de zenuwcellen) en zorgen ervoor dat we op de automatische piloot varen. Factor 2; Pavlovse reflexen.
58
Naast de synapsen is er een nog grotere uitdaging en dat is het feit dat een groot percentage van de rokers (40%) een reflecroker is; onder bepaalde omstandigheden moeten deze mensen gewoon roken. Factor 3; Emotionele onderdrukkers. Heel veel mensen gebruiken sigaretten om hun emoties onder controle te houden. Dit zijn slechts symptomen van de diepste angst die elke roker heeft en waarom hij/zij niet kan stoppen, nl. *
Dat het te moeilijk en te pijnlijk zal zijn. M.a.w. een onbewuste faalangst.
*
Deze angst is zo sterk dat veel rokers zeggen niet te willen stoppen met roken!
Wanneer je ontspannen bent (alpha staat) kan de Nooit Meer Roken CoachRME direct communiceren met het onbewuste zonder inmenging van de Kritische Mind. In deze alpha staat is het veel gemakkelijker gedragingen te veranderen en het zelfbeeld te veranderen naar die van een niet-roker. Dat is het grote verschil met andere methodes. Het onbewuste werkt 100% mee zodat iemand nooit meer gaat roken. Werkt dit voor iedereen? Als men gemotiveerd is en echt wil stoppen werkt het altijd. Er is eindelijk een perfecte oplossing dankzij de unieke Nooit Meer Roken oplossing van de arts Roy Martina. Na 1 sessie keert de roker als een blije, gelukkige niet-roker naar huis, zonder enige ontwenningsverschijnselen. Met de Nooit Meer RokenRME methode ben en blijf je onder alle omstandigheden een blije nietroker voor de rest van je leven. Wanneer rokers trachten te stoppen met andere methoden dan voelen ze zich ellendig en hebben ze een sterk gemis aan hun sigaretten. Dit kan hun leven en dat van hun naasten vergallen. Met de Nooit Meer RokenRME methode gebeurt dat juist niet. Het verwijdert in korte tijd de redenen waarom iemand rookt. De diepe verandering van het zelfbeeld en het verwijderen van de synapsen die iemand gevangen houden maken het grote verschil. Methodes als nicotine-pleisters, laseren en hypnose zijn lang niet zo effectief, bepaalde medicijnen zijn zelfs niet ongevaarlijk. Het enige wat je hoeft te doen is te ontspannen en het op je af te laten komen. Makkelijker kan het niet!
Levenslange Garantie We hebben zoveel vertrouwen in onze methode dat wij als enige een levenslange garantie geven. Dat betekent dat als je weer zou gaan roken om wat voor reden dan ook, je mag terugkomen voor een gratis nabehandeling. Je zult je afvragen hoe het kan dat wij zo’n keiharde garantie kunnen aanbieden waar andere methodes slechts maximaal 30% resultaat hebben. 80-95% stopt in één sessie
Trance Coaching: diepe ontspanning Trance Coaching is een relaxatietechniek die de roker volledig doet ontspannen waardoor hij/zij in de zogeheten alpha staat komt. In alpha staat is de Kritische Mind (deel van het onbewuste) veel minder actief en kunnen geloofsovertuigingen een stuk gemakkelijker veranderd worden Het is niet voldoende om te stoppen met roken, maar het belangrijkste is om een niet-roker te worden. Onze geest werkt op twee niveaus: het bewuste en het onbewuste. We maken beslissingen, denken en doen dingen met onze bewuste geest. De onbewuste geest controleert onze gewoontes. De ontspannen staat waarin we verkeren als we in trance zijn, wordt ook wel alpha staat genoemd. Het biedt ons de gelegenheid om direct met het onbewuste van de cliënt te communiceren. Daarom gaat
59
het zo snel en is het zo gemakkelijk om levenslange gewoontes te veranderen door middel van Trance Coaching.
Detoxen en Regeneratie Na de sessie krijg je speciale Royal Remedies mee om het lichaam en de longen te ondersteunen bij het herstellen van de schade van de nicotine. Verder krijgt men twee cd’s, een dvd en een boekje mee die helpen om de veranderingen nog dieper te ankeren in het autonome zenuwstelsel en het onbewuste.
wat kost een nooit meer roken sessie? Wat kost het roken U, en wat levert het u op. Uitgaande van anderhalf pakje per dag met een gemiddelde prijs van 4 Euro per pakje: 365 dagen per jaar x 6 Euro = ongeveer 2.200 Euro. Hierbij nog niet eens alle kauwgom en mondverfrissende middelen, stomerijkosten, extra parfum, dan zit je al gauw op 3.000 Euro per jaar. U kunt nu deze kosten besparen en tevens profiteren van een goede gezondheid, waardoor de kwaliteit van uw leven met sprongen vooruit gaat. U investeert eenmalig 395 Euro en geeft u op voor een Nooit Meer Roken trance coach sessie, het rendement is dan het eerste jaar 2.600 Euro en de jaren erop 3.000 Euro, en dit terwijl uw gezondheid met sprongen vooruit gaat. In 10 jaar heeft u 29.600 Euro bespaard en heeft u 100% in uw gezondheid geinvesteerd. De Kosten van een Nooit meer Roken sessie is 395 Euro. Dit is inclusief een nazorgpakket. (Waarde 120 Euro) En U heeft LEVENSLANG GARANTIE !!!
60