België nr.3/5385 PB 8900 Ieper 1
Het Reumagazetje VU: Mevr. Carmen Ronsse Poperingseweg 41 8900 Ieper
Redactieadres Poperingseweg 41 8900 Ieper
driemaandelijks tijdschrift afgiftekantoor Ieper 1
erkenningnummer P2A9628 057/20 60 89
[email protected]
rekeningnummer BE96 4648 3125 6105
www.w-vrl.be
Jaargang 14
reumagazetje 69 1 oktober 2014
Het herfst feest Paddenstoelen, beukennootjes, dwarrelblaadjes, rood en geel. Buiten vind je al die schatten van de herfst, zoveel, zoveel. Regenvlagen, hagelbuien, pijpenstelen, hondenweer. Maak een paraplu van blaadjes en geen druppel raakt je meer. Spinnenwebben, nevelslierten, de geheimen van de mist. Wie dit feest niet mee wil vieren heeft zich in de herfst vergist. Gemaakt door: Esmee 1
Woordje van de voorzitter Beste mensen, lotgenoten de zomer is alweer voorbij als jullie dit reumagazetje in de brievenbus krijgen. Het was een mooie zomer op zijn Belgisch zon, wolken, regen, wolkbreuken, wind, enz.. Ik hoop dat jullie niet teveel schade hebt opgelopen want op sommige plaatsen was het water erg hoog. Ik hoop dat ieder van jullie toch heeft kunnen genieten. Ik heb in ieder geval genoten en veel gesnord met mijn elektrische fiets hoewel ik ook serieus gevallen ben. Gelukkig niks ernstig alleen de fiets moest hersteld worden. Toch rij ik voortaan met een helm voor mijn eigen veiligheid. Het is nog maar half augustus en ik zit alweer te bedenken wat ik dit keer in mijn reumagazetje ga zetten. Zoals jullie weten , komt er ook een deel van Lut voor OLLO. Ons ledenbestand blijft min of meer gelijk en OLLO die krijgt sinds ze het krantje krijgen een beetje meer leden. Zo zie je dat er nood is aan lectuur rond de ziekte ‘reuma’. Momenteel zijn we volop in de voorbereidingen voor 2 grote activiteiten. Met de Interliga’s van West-Vlaanderen zijn we volop de week van de reuma aan het voorbereiden. We gaan opnieuw in de week van 6 tot en met 10 oktober de chronische ziekte die reuma is in de kijker zetten in 10 ziekenhuizen van WestVlaanderen. We hebben dit jaar de taken verdeeld over 1 week om zo voldoende vrijwilligers te kunnen vinden om ons te helpen vertegenwoordigen. De WestVlaamse Reumaliga is te vinden op dinsdag in het AZ Alma in Sijsele , op donderdag in het Sint Rembertziekenhuis in Torhout en op vrijdag in het Jan Yperman ziekenhuis in Ieper. Het St. Rembert ziekenhuis is er ’s avonds om 19u een voordracht in het auditorium. De spreker is reumatoloog Dr. Piëtte. Ik hoor jullie al denken Interliga?? Ja eenmaal per jaar slaan we de handen in elkaar met de patiëntenverenigingen van West-Vlaanderen: RA, VBB, CIB, Jong en Reuma, OLLO en ons zelf.
De 2de grote activiteit is ons 2-jaarlijks congres in het auditorium van het psychiatrisch ziekenhuis in Ieper. Daar meer over verder in het krantje. In het voorjaar zijn er 2 leden gestorven die al jaren trouwe leden waren. Het gaat om Mariette Lamont en Mia Deltombe. Deze zomer is ook Gilberte Gillis van ons heen gegaan. Aan alle familieleden bied ik via deze weg nogmaals onze innige deelneming aan. Beste leden, het bestuur en ik hopen dat we jullie mogen ontmoeten op één van de activiteiten van het najaar. Het volledig programma verder in het krantje. Carmen.
2
Woord van de voorzitter van OLLO
Beste osteoporosevrienden Als voorzitter van OLLO heb ik deze zomer mijn agenda even op stop gezet, en proberen te genieten van het zomerweer. Mijn dagelijkse wandeling met mijn hondje of een flinke fietstocht, zorgde voor de nodige beweging, die zo belangrijk is voor osteoporosepatiënten. Tijdens mijn wandelingen kwam ik regelmatig in contact met andere osteoporosepatiënten, die in het mate van het mogelijke zoveel mogelijk gaan wandelen of zelfs joggen. Blijven bewegen, in de buitenlucht, zorgt tevens voor voldoende opname van Vit. D, die ook belangrijk is in de behandeling van osteoporose. In de voorbije 6 maanden werd ik als voorzitter uitgenodigd om op diverse locaties een voordracht te verzorgen ivm osteoporose. Hierbij schenk ik tevens ook veel aandacht aan valpreventie. Ik eindig dan ook meestal de voordracht, met enkele eenvoudige oefeningen die dagelijks kunnen worden uitgevoerd, tijdens het koken – strijken – TV kijkend …. Dit zorgt voor gezonde spieren en een goed evenwichtsgevoel. Ook in Nederland wordt hier veel aandacht aan gegeven en worden speciale oefensessies aangeboden door de kinesitherapeuten. Als lid van de beide patiëntenverenigingen ben ik reeds enkele jaren actief in het Vlaams Gebruikersoverleg voor Personen met een Handicap – en dit in samenwerking met het Vlaams Agentschap voor personen met een Handicap. Carmen is hier mijn plaatsvervanger als ik niet op een overleg kan aanwezig zijn. Op dit ogenblik wordt een hervorming uitgewerkt voor de persoonlijke tussenkomsten in het Vlaams Agentschap. Het opstarten van Persoonsvolgende Financiering, die een belangrijke impact zal hebben in de toekomst. Ik ben dan ook lid van de werkgroep “ Hertekenen van de Zorgregie “ waar ik probeer om de rechten van de personen met een reumatische aandoening te verdedigen. Later zal ik hierover nog meer info bezorgen wanneer de teksten en de uitvoeringsbesluiten zijn goedgekeurd. Wordt vervolgd…. In het najaar staan terug enkele activiteiten op de agenda en dit in samenwerking met de VRL-West-Vlaanderen. Meer hierover verder in het krantje. Ik hoop dan ook om jullie welkom te mogen heten op één van de activiteiten. Lut.
3
Ouderdomsvlekken of levervlekken (Lentigo) Ouderdomsvlekken (lentigo) of levervlekken (zo genoemd vanwege de kleur, ze hebben niets met een slecht werkende lever te maken) zijn een veel voorkomende, meestal goedaardige huidafwijking bij oudere mensen. Ongeveer 80% van de Nederlanders en Belgen van 65 jaar en ouder heeft wel een of meerdere lentigo-vlekken. Een lentigo is typisch een egaal bruin, scherp begrensde ovale of grillig begrensde vlakke plek van enkele millimeters tot enkele centimeters groot. De plekken worden vooral in het gelaat en op de handruggen gezien, soms ook op het decolleté.
Hoe ontstaat het?
Er bestaat een duidelijk verband tussen het ontstaan van lentigo en de hoeveelheid zonlicht waaraan de huid gedurende het leven is blootgesteld. Het meest frequent zijn ze te vinden bij lichtere huidtypes (mensen met rood haar die moeizaam kunnen bruinen). Ze komen ook voor bij personen die vanwege een huidziekte (bv. psoriasis of vitiligo) langdurig met PUVA therapie zijn behandeld. Een aandoening die wel eens wordt verward met ouderdomsvlekken is purpura senilis. Dit zijn ook donkere vlekjes die vooral voorkomen bij oudere mensen, maar ze worden niet veroorzaakt door een teveel aan pigment. Het zijn kleine bloeduitstortinkjes die ontstaan doordat de huid met het ouder worden minder elastisch wordt. Soms kwaadaardig: lentigo maligna Lentigo is meestal volstrekt goedaardig. Soms kunnen zich echter kwaadaardige pigmentcellen ontwikkelen. Men spreekt dan van lentigo maligna (of ziekte van Dubreuilh). In feite is lentigo maligna het laatste stadium vóór melanoom, de meest kwaadaardige vorm van huidkanker. Na hoeveel tijd een lentigo maligna melanoma ontstaat, is nog onbekend. De kans op een kwaadaardige ontaarding wordt geschat op 25 tot 50%. Een lentigo maligna onderscheidt zich van een gewone lentigo door een wisselende en grillige pigmentatie, het pigment is niet meer egaal, maar er komen wat donkerbruine tot bijna zwarte vlekken in. Bij lentigo-vlekken die veranderen of klachten geven moet de huisarts worden geconsulteerd.
Hoe wordt het behandeld?
Omdat een lentigo goedaardig is hoeft deze niet behandeld te worden. Als je de vlekken storend vindt, kun je ze ook met make-up camoufleren zodat ze minder opvallen. Wanneer het om cosmetische redenen wenselijk is om de lentigo te verwijderen zijn er twee mogelijkheden van behandeling: aanstippen met vloeibare stikstof of lasertherapie. Voordeel van lazer is dat de kans op littekenvorming zeer gering is. Bij beide behandelingen (stikstof en laser) komt het regelmatig voor dat de lentigo na verloop van tijd weer terugkomt. 4
Een lentigo maligna moet altijd behandeld worden. Meestal bestaat deze behandeling uit operatieve verwijdering. Gezondheid.be verschenen op : 25-06-2014
Nu de herfst voor de deur staat lijkt het mij belangrijk om dit artikel te lezen
Langdurig extra vitamines en mineralen slikken kan schadelijk zijn
Er zijn voedingssupplementen op de markt die hogere doseringen bevatten dan de maximaal aanvaardbare bovengrens. Dat blijkt uit onderzoek van het Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Het gaat volgens de onderzoekers om bepaalde preparaten die hoge gehalten bevatten van de vitamines foliumzuur, B6 en E, en de mineralen zink en selenium. • De industrie heeft een veelheid aan supplementen ontwikkeld die specifiek voor ouderen zijn. Sommige van deze supplementen bevatten hoge doseringen van bepaalde vitaminen en mineralen. Deze doseringen blijven onder de 'maximaal aanvaardbare bovengrens' (Upper Limit), en zijn meestal niet hoger dan drie keer de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH). Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat deze supplementen niet schadelijk zijn voor de gezondheid. • Verder zijn er in supplementen voor ouderen hoge doseringen gevonden van stoffen waarvoor geen UL bestaat: B-vitamines, vitamine C en ijzer. Daardoor kunnen voor deze stoffen geen conclusies worden getrokken over de veiligheid van de doseringen. In algemene zin is daarom voorzichtigheid geboden als deze producten langere tijd worden gebruikt. • Er zijn algemene supplementen op de markt, niet specifiek gericht op ouderen, die een dosering bevatten boven de Upper Limit. Ook ouderen kunnen deze producten gebruiken. Het gaat om bepaalde preparaten die hoge gehalten bevatten van de vitaminen foliumzuur, B6, D en E, en de mineralen zink en selenium. Het is niet uitgesloten dat een te hoge inname van de vitaminen B6 en E op de lange termijn schadelijk kan zijn voor de gezondheid en het welzijn van ouderen. Te hoge doseringen van vitamine B6 kan neurologische klachten veroorzaken, het gebruik van te veel vitamine E kan bloedstollingen veroorzaken. • Het is niet uitgesloten dat een te hoge inname van deze vitamines en mineralen op de lange termijn schadelijk kan zijn voor de gezondheid. Het risico op een te hoge inname geldt niet alleen voor supplementen met een hoge dosering. Als u veel voedingssupplementen slikt, bestaat ook de kans dat u daarmee boven de maximaal aanvaardbare bovengrens van een bepaalde vitamine uitkomt. • Voor vitamine A, vitamine D, vitamine E, vitamine B6, niacine, foliumzuur, calcium, magnesium, jodium, koper, selenium en zink is vastgesteld dat een te hoge inname schadelijk kan zijn voor de gezondheid. Als u een supplement gebruikt, neem dan 5
niet meer dan 100% procent van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Deze informatie vindt u op het etiket. De meeste mensen hebben geen voedingssupplement met extra vitamines en mineralen nodig. Er zijn uitzonderingen. Zo is extra foliumzuur bijvoorbeeld belangrijk voor vrouwen die zwanger willen worden en aan het begin van de zwangerschap. Jonge kinderen, ouderen en mensen met een getinte huidskleur wordt aangeraden extra vitamine D te slikken. Dit helpt om stevige botten te behouden. In bijzondere gevallen kan het zijn dat u extra vitamines en mineralen nodig hebt, door een tekort aan voedingsstoffen. Dit kan ontstaan wanneer u te weinig eet of een eenzijdig voedingspatroon hebt.
Gezonde voeding als basis Met een gezonde en gevarieerde voeding krijg je in principe al de benodigde voedingsstoffen binnen. Daarom hoef je als je voldoende, gezond en gevarieerd eet volgens de Schijf van Vijf niet bang te zijn voor een tekort aan vitamines en mineralen. Bovendien leveren voedingsmiddelen ook nog andere voedingsstoffen zoals eiwitten en vezels. Veruit de meeste mensen hebben geen voedingssupplement met extra Vitamines en mineralen nodig.
Speciale groepen hebben wel baat bij extra vitamines Er zijn uitzonderingen. Zo is extra foliumzuur bijvoorbeeld belangrijk voor vrouwen die zwanger willen worden en aan het begin van de zwangerschap. Jonge kinderen, ouderen en mensen met een getinte huidskleur adviseren we extra vitamine D te slikken. Dit helpt je om stevige botten te behouden. In bijzondere gevallen kan het zijn dat je extra vitamines en mineralen nodig hebt, door een tekort aan voedingsstoffen. Dit kan ontstaan wanneer je te weinig eet of een eenzijdig voedingspatroon hebt. Het is dan belangrijk dat je je leefstijl verbetert en je eetpatroon aanpast. Gezondheid.be verschenen op : 03-06-2014 | bijgewerkt op : 19-06-2014
Is vis eten (on)gezond? Hoeveel keer per week eet je best vis? De actieve voedingsdriehoek raadt aan één à twee keer per week, waarvan minstens één keer vette vis. Eén van de belangrijkste redenen is de aanwezigheid van omega-3 vetzuren. Meer dan twee keer per week vis eten levert dan weer geen bijkomende gezondheidsvoordelen op. Wegens mogelijkheid tot vervuiling wordt het zelfs eerder afgeraden. Advies: eet best verschillende soorten vis, varieer in herkomst en kies voor duurzame visvangst. 6
Wat maakt dat de omega-3 vetzuren zo gezond zijn? De vetzuren spelen een belangrijke rol in de bescherming tegen hart- en vaatziekten. Ze spelen ook een rol bij de ontwikkeling van de hersenen en het zicht bij jonge kinderen. Over mogelijke andere positieve effecten, bijvoorbeeld op kanker, ADHD en Alzheimer, bestaat nu toe geen zekerheid. Omega-3 vetzuren zijn een vorm van poly-onverzadigde vetzuren die ons lichaam niet zelf kan aanmaken. We vinden ze in vette vis. We moeten ze met andere woorden innemen via onze voeding. Vette vis (haring, makreel, sardines, zalm) is de belangrijkste bron van omega-3 vetzuren in onze voeding, het gaat dan concreet om de DHA (docosahexaëenzuur) en EPA (eicosapentaëenzuur). Vis heeft bovendien nog andere gezondheidsvoordelen: het is een bron van vitamienen (A,D,B12, niacine) en mineralen (calcium,zink,ijzer, jodium en selenium).Als je je enkel op de nutritionele waarde van vis baseert, dan zou er op de frequentie van het visverbruik geen beperking moeten gelegd worden. Bepaalde externe factoren, met name vervuiling, leiden echter tot een noodzakelijke beperking van deze raadgeving. Vooral in vette vis is de vervuiling met zware metalen (kwik, lood), PCBs, dioxinen een probleem omdat deze contaminanten in het vet worden opgeslagen. Roofvissen (vb. zwaardvis, tonijn, haai, paling) zijn zwaarder vervuild dan vissen die uitsluitend planten of plankton eten. Vooral zwangere vrouwen, die borstvoeding geven en de jonge kinderen zijn gevoelig voor.
Herkomst
Ook het leefgebied speelt een rol: vis uit Europese wateren is bijvoorbeeld meer vervuild dan vis uit de Stille Oceaan. Op voorverpakte vis moet een aanduiding van de herkomst staan, namelijk: om welke soort het gaat, wat de productiemethode is geweest (vangst op zee, in zoetwater of kweek) en wat het vangstgebied of land van herkomst is. Bij verse vis zou de visboer deze info moeten kunnen geven.
Duurzaam
Naast de aanwezigheid van contaminanten is ook duurzaamheid een belangrijk aandachtspunt bij visconsumptie. Een bijkomende aanbeveling is om bij voorkeur te kiezen voor producten van duurzame visvangst en -kweek, te herkennen aan het MSC-label. Kweekvis is niet noodzakelijk duurzamer, doordat deze gevoerd wordt met vismeel afkomstig van wilde vis. De EU heeft regels opgesteld voor de maximale hoeveelheid PCBs en dioxines die in visvoer mag voorkomen. Meer info over duurzame vis vind je via de Viswijzer van het Wereld Natuur Fonds. Gezondheid.be verschenen op : 27-05-2014
Leuk citaat
Het leven is een droom en wij zijn allen slaapwandelaars W.N.P. Barbellio
7
Betere toegang tot de schuldsaldoverzekering voor chronisch zieken
Goed nieuws voor ex-kankerpatiënten, diabetici en andere mensen met ernstige chronische gezondheidsproblemen: binnenkort wordt het gemakkelijker om een schuldsaldoverzekering te krijgen tegen een betaalbare prijs wanneer u een hypothecaire lening wilt afsluiten. De zogeheten wet Partyka, die de toegang de schuldsaldoverzekering voor personen met een chronische ziekte moet verbeteren, zal ten laatste op 1 januari 2015 in voege treden. Het afsluiten van een schuldsaldoverzekering verloopt nu voor mensen met een chronische ziekte niet altijd zonder problemen. Verzekeringsondernemingen beschouwen deze personen immers als ‘verhoogde risico’s’. Vaak moeten zij hoge bijpremies betalen of wordt hen zelfs een lening geweigerd.
Wat verandert er? • Verbeterde medische vragenlijsten Vragenlijsten moeten vooraf goedgekeurd worden door het opvolgingsbureau. Er mogen geen vragen worden gesteld over het strikte privéleven (bv. seksuele geaardheid). • Motiveringsplicht Verzekeraars die een schuldsaldopolis weigeren of een bijpremie opleggen, moeten dat schriftelijk en in detail motiveren. Deze motivatieplicht geldt ook voor andere verzekeringen, zoals de individuele levensverzekering, auto-, brand- en hospitalisatieverzekeringen. • Maximale bijpremie De hoogte van de bijpremie wordt beperkt. Als u een medische bijpremie moet betalen die hoger is dan 125 % van de basispremie (bijvoorbeeld meer dan € 225 indien de basispremie € 100 bedraagt), zal een compensatiekas tussenkomen (met een bovengrens van 800 %). Deze kas wordt gezamenlijk gefinancierd door verzekeraars en kredietinstellingen. • Opvolgingsbureau voor tarifering Personen met een chronische ziekte die een bijpremie krijgen of geweigerd worden, kunnen voortaan tegen de beslissing van de verzekeraar in beroep gaan bij een Opvolgingsbureau voor tarifering. Dat bestaat uit twee vertegenwoordigers van de verzekeraars, een magistraat, een vertegenwoordiger van patiënten en een vertegenwoordiger van de consumentenverenigingen. Dat opvolgingsbureau behandelt alle weigeringen en dossiers waar de verzekeraar een bijpremie oplegt van meer dan 75 procent. Een advies komt binnen 15 werkdagen, maar is niet bindend. verschenen op : 24-05-2014 8
Vrijdag 26 september bezoek aan het kasteel van Wijnendale om 15u en de prijs 10€. Graaf Boudewijn Robrecht de Fries bouwde dit kasteel in de 11de eeuw en was de basis van de bloei van graafschap Vlaanderen. In 1940 vond in het kasteel het dramatische laatste gesprek plaats tussen Koning Leopold III en de Belgische regering. Meer weten…………………………………., kom dan zeker langs Week van 6-10 oktober wordt REUMA in de kijker gezet in 10 West-Vlaamse ziekenhuizen naar aanleiding van Wereldreumadag op 12 oktober en Wereldosteoporosedag op 18 oktober. Zie voorwoord voorzitter om de plaatsen te kennen. We staan er ongeveer vanaf 10 u ’s morgens tot 16u. Willen jullie goedendag komen zeggen zijn jullie zeker welkom. In Torhout gaat er om 19u een voordracht rond reuma door Dr. Piëtte in het auditorium van het Sint Rembert ziekenhuis. -----------------------------Zaterdag 26 oktober het 2-jaarlijks congres in Ieper in het Auditorium van het Psychiatrisch ziekenhuis Heilig Hart Poperingseweg 41 Ieper (station is dichtbij en er is ruime parking, rolstoelvriendelijk) Het programma Vanaf 9u15 verwelkoming met koffie, thee, water en versnapering 10u welkomwoord van de Voorzitter 10u15 voormiddag deel Het medische luik Osteoporose spreker nog niet bekend Reuma en de medicatie door Dr. Vanneuville Reuma en de orthopedische operaties door Dr. Deroo 12u45 warme lunch en bezoek aan de farmaceutische standen 14u30 namiddagdeel Valpreventie door Mevr. Lut Anseeuw Gevolgd door korte verrassingsact door Koen Demuynck Einde voorzien om 15u45 met afscheidsdrink Kostprijs is 20€ voor de ganse dag met lunch. 10€ voor de ganse dag zonder lunch Er kan nu al ingeschreven worden via mail bij de secretaris
[email protected] of
[email protected] . Telefonisch kan ook Linda 050/216709 of Lut 050/501189 We hopen jullie te mogen verwelkomen. 9
Coeliakie of glutenintolerantie: wat mag u wel en niet eten? Coeliakie of glutenintolerantie wordt veroorzaakt door een overgevoeligheid voor gluten. Gluten is een eiwit dat voorkomt in tarwe, haver, rogge, gerst en spelt. Als u of uw kind coeliakie heeft, moet u levenslang een strikt glutenvrij dieet volgen. Eet u toch gluten, al is het maar een heel klein beetje, dan beschadigt de dunne darm onmiddellijk. Eet iemand per ongeluk gluten, dan kan een reactie optreden. Deze reactie varieert van persoon tot persoon. Sommigen kunnen dagenlang last hebben van bijvoorbeeld buikpijn. Anderen hebben helemaal geen last. Ook als geen reactie optreedt, is het raadzaam het dieet zo snel mogelijk weer nauwgezet te volgen. Het afweersysteem wordt dan niet verder geïrriteerd en eventuele beschadigingen van de darmwand worden voorkomen. Alles wat gluten kan bevatten is volstrekt verboden. Zelfs een klein beetje gluten (kruimels, paneermeel, ...) kan al te veel zijn. De grootste zorg bij de bereiding van glutenvrije gerechten is dus noodzakelijk. Frietjes mogen bijvoorbeeld niet gebakken worden in het frituurvet waarin reeds gewone kroketten werden gebakken, glutenvrij brood mag niet in aanraking mag komen met glutenbevattend brood en moet gesneden worden op een aparte broodplank zodat geen contaminatie met gewoon brood optreedt. NIET TOEGELATEN Lees het etiket op de verpakking goed voordat u een voedingsmiddel koopt of gebruikt. • Bloem en zetmeel van tarwe, rogge, gerst, haver (tenzij duidelijk vermeld staat dat het glutenvrij geproduceerd is), spelt, kamut, durum en triticale • Brood, beschuiten, crackers, pistolets, sandwiches, ... • Bindmiddelen: deegwaren, tarwegriesmeel, tarwebloem, bakkersroom, culinaire room, ... • Gebak: taart, koekjes, pannenkoeken, wafels, koffiekoeken, pizzabodem, ... • muesli, • Pasta: spaghetti, tagliatelle, lasagne, vermicelli, macaroni, mie, … • Bereide aardappelen waarin paneermeel verwerkt is (aardappelgratin, kroketten, …) • Paneermeel • Gepaneerd vlees en vis, bereid gehakt, paté, bloedworst • Couscous, bulgur, seitan, zemelen • Alle industrieel bereide gerechten waarvan u niet met zekerheid weet of alle gebruikte ingrediënten wel glutenvrij zijn (soepen, sauzen, visbereidingen, vleesbereidingen zoals worst en paté, roomijs en andere nagerechten) 10
• Gemouten dranken: bier, granenkoffie… WEL TOEGELATEN • Aardappelen en aardappelzetmeel, • rijst en rijstzetmeel, • maïs en maïszetmeel, polenta • gierst, sorghum, teff, job’s tears • Glutenvrij brood • Peulvruchten (bonen, soja, erwten, kikkererwten, linzen…) • boekweit, kasha, quinoa, amaranth, tapioca, manioc, cassava, sago (Gebruik bij voorkeur producten met op het etiket de claim 'glutenvrij' en/of het glutenvrij symbool - doorgestreepte aar). • noten en zaden • Arrownoot, pijlwortel, Kuzu, agar, guarpitmeel (E412), Johannesbroodpitmeel, carobe (E410), gelatine, xanthaangom (E415), Arabische gom • Glutenvrij gebak • Glutenvrije deegwaren • Glutenvrij paneermeel • Eieren, room, melk, yoghurt, sojamelk, platte kaas, Hollandse kaas • Vlees en vis (niet gepaneerd) • Groenten en fruit • Zelf getrokken vlees- of visbouillon • Olie, boter, margarine • Confituur, honing, siroop • Water, koffie, thee, frisdranken, melk...
Vergoeding voor glutenvrij dieet Sinds 2006 ontvangen coeliakiepatiënten van de ziekteverzekering een maandelijkse vergoeding van 38 Euro voor hun glutenvrije dieet. Om hiervoor in aanmerking te komen is het akkoord van de adviserend geneesheer vereist. Om dit te bekomen, moeten patiënten een ingevuld aanvraagformulier (C4) en een medisch attest voorleggen opgesteld door een gastro-enteroloog, een dermatoloog, een internist of een pediater. Het verslag moet de resultaten van het bloedonderzoek en de darmbiopsie vermelden. Is de diagnose al jaren geleden gesteld en zijn de resultaten van de onderzoeken niet meer beschikbaar, volstaat een uitgebreid medisch verslag.
Aanvullingen op het glutenvrije dieet In het glutenvrije dieet ontbreken de graanproducten die veel voedingsvezels, ijzer, vitamine B1 en foliumzuur bevatten. Daarom raden wij aan glutenvrije producten te gebruiken die hier rijk aan zijn: • Maïskorrels, -vlokken en -zemelen • Boekweitkorrels en -vlokken • Quinoa en amarant • Zilvervliesrijst • Peulvruchten 11
• • • • • • • •
Lijn-, sesam- en maanzaad Zonnebloempitten Groente, fruit en rauwkost Gedroogde en gekweekte zuidvruchten Noten Aardappels Fibrex (bietenvezels) Fruitvezels
Bij mensen met de ziekte dermatitis herpetiformis is soms een jodiumbeperkt dieet noodzakelijk, dit dient altijd onder begeleiding van een arts plaats te vinden. De arts zal moeten controleren op tekenen van jodium tekort. Voor mensen met dermatitis herpetiformis die een jodiumbeperkt dieet moeten volgen gelden bovenstaande adviezen niet. Mensen die naast een glutenvrij dieet ook een lactosebeperkt of lactosevrij dieet hebben, moeten erop letten dat zij voldoende calcium binnenkrijgen. Het is belangrijk sojamelk te kiezen waaraan calcium is toegevoegd. Bevat uw voeding te weinig calcium, vraag dan uw diëtist om advies. Het kan dan nodig zijn extra calcium in de vorm van tabletten te gebruiken. Mensen met botontkalking (osteoporose) hebben extra calcium nodig.
Glutenvrije producten
Fabrikanten van voedingswaren zijn verplicht op het etiket te vermelden of het gebruikte zetmeel afkomstig is van een glutenbevattend graan. Er moet dan bijvoorbeeld tarwezetmeel, gerstenzetmeel of gemodificeerd tarwezetmeel op het etiket staan. Heeft de fabrikant maïs- of rijstzetmeel gebruikt, zetmeel afkomstig van glutenvrije granen, dan is de aanduiding zetmeel of gemodificeerd zetmeel voldoende. Dit zetmeel bevat geen gluten. Het is echter afhankelijk van de overige ingrediënten van het product of het product in zijn geheel glutenvrij is of niet. Sinds 1 januari 2012 schrijft een Europese wet voor aan welke voorwaarden voedingsproducten moeten voldoen als die willen claimen glutenvrij te zijn. Producten mogen pas ‘glutenvrij’ genoemd worden wanneer deze minder dan 20 ppm (parts per million) gluten bevatten. Tevens kunnen coeliakie organisatie in Europa licenties verdelen van het glutenvrije ‘Cross-grain’ logo van het Verenigd koninkrijk.
Bronnen
12
http://vcv.coeliakie.be www.glutenvrij.nl/ www.aoecs.org
gezondheid.be verschenen op : 15-05-2014
Fibromyalgie of weke delen reuma: hoe ontstaat het en wat zijn de klachten? Fibromyalgie betekent letterlijk pijn in bindweefsel en spieren. Daarom wordt het soms ook weke delen reuma genoemd. De pijn komt vooral voor in de spieren, het bindweefsel en in en rondom de gewrichten, terwijl er geen beschadigingen of vergroeiingen zijn. De klachten kunnen erg op en neer gaan en zijn niet altijd even ernstig. Typisch voor fibromyalgie is dat verschillende klachten tegelijkertijd voorkomen: pijn, stijfheid, slaapstoornissen, hoofdpijn, darmproblemen, … Typisch is ook de verhoogde drukpijngevoeligheid op een aantal specifieke punten. Deze pijnlijke plekken, de zogenaamde “tenderpoints” of “drukpunten” worden soms toegeschreven aan plaatselijk verhoogde spanningstoestanden van spieren en pezen. Iedereen kan fibromyalgie krijgen. Het komt voor bij ongeveer twee op de honderd volwassenen, vooral bij vrouwen. De aandoening openbaart zich meestal bij mensen tussen de 25 en 40 jaar. Er zijn geen medicijnen om de aandoening te genezen. Wel kunnen de klachten verminderen met pijnstillers, matige beweging en rust. Kerndoel van de behandeling is dat u uw pijn onder controle krijgt. Een ander belangrijk doel is dat u makkelijker kunt bewegen.
Oorzaken: hoe ontstaat fibromyalgie?
De oorzaak van fibromyalgie is tot op heden nog niet gekend. Bij mensen met fibromyalgie zijn geen afwijkingen in de spieren en gewrichten te vinden. Diverse hypothesen werden bestudeerd, zoals een ontregeling van het immuunsysteem, veranderingen in de bindweefselstructuur, tekort aan zuurstof in de spieren, storing in het metabolisme van bepaalde stoffen die een werking hebben op de bloedvaten en het zenuwstelsel. Omdat de spanning van de spieren niet in de spieren zelf wordt geregeld, maar in de hersens, wordt nu gedacht dat het iets te maken heeft met hoe de hersenen de spieren aansturen. Het lijkt erop dat er bij mensen met fibromyalgie iets is veranderd in de wisselwerking tussen de hersenen en hormonale klieren. Waardoor deze veranderingen ontstaan en hoe we ze kunnen beïnvloeden, is nog niet bekend. Sommige onderzoekers denken dat fibromyalgie een verstoring is van het mechanisme waarmee we externe prikkels filteren. Ook is het mogelijk dat het lichaam bepaalde prikkels voelt als pijn, terwijl deze normaal gesproken geen pijn doen.
Wat merkt u van fibromyalgie?
Geen twee mensen met fibromyalgie zijn hetzelfde. Dat betekent ook dat de klachten sterk kunnen verschillen. U heeft waarschijnlijk last van (chronische) vermoeidheid, pijn en stijfheid. Maar fibromyalgie kan meer klachten geven. • Pijn
13
Spierpijn, pijn in en rondom de gewrichten of waar pezen aan de gewrichten aanhechten, komen bij vrijwel alle mensen met fibromyalgie voor. De pijn ontstaat meestal in uw rug, nek of schouders, of in uw borstbeen, aan de zijkant van uw heupen of aan de binnenkant van uw knie. De pijn kan stekend, brandend of zeurend zijn. • Stijfheid De meeste mensen met fibromyalgie hebben last van ochtendstijfheid in het hele lichaam, of als u lang in dezelfde houding heeft gezeten of gestaan. Regelmatig bewegen is van groot belang. • Krachtverlies Uw spieren kunnen minder krachtig zijn. Daardoor kunt u meer moeite hebben met bepaalde handelingen. • Vermoeidheid Vermoeidheid en snel uitgeput zijn, is een klacht die bij vrijwel iedereen met fibromyalgie voorkomt. Een combinatie van fibromyalgie met het chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) komt vaak voor. • Slaapproblemen Veel mensen met fibromyalgie hebben slaapproblemen: soms komen ze niet goed in slaap, of ze worden vaak wakker door de pijn. • Temperatuurgevoeligheid Veel mensen ervaren dat de klachten verergeren bij temperatuurswisselingen. • Concentratiestoornissen en/of geheugenverlies Veel mensen hebben problemen om zich te geheugenverlies.
concentreren of lijden aan
• Stemmingsklachten Als u lichamelijke klachten heeft, zoals pijn en vermoeidheid kan dit uw humeur behoorlijk bederven. U kunt bijvoorbeeld angstig worden of depressief. • Darmklachten Ruim de helft van de leden heeft last met darmklachten, zoals krampen, diarree en/of verstopping. • Gevoelloosheid / tintelingen in armen en benen Sommige mensen klagen over een zwaar gevoel, gevoelloosheid of tintelingen in armen of benen,
Hoe wordt de diagnose gesteld? Er gaat vaak een hele zoektocht aan vooraf voordat u zeker weet dat u fibromyalgie hebt. Chronische vermoeidheid, pijn en stijfheid komen namelijk bij veel aandoeningen voor. Er bestaat geen test of bloedonderzoek om fibromyalgie 14
vast te stellen. Ook op röntgenfoto’s is niets te zien. Om de diagnose te stellen zal uw arts aan de hand van uitgebreide vragen uw klachten in beeld brengen. Ook zal de arts een lichamelijk onderzoek uitvoeren. Daarnaast zal er een aantal onderzoeken plaatsvinden om uit te sluiten dat de pijnklachten door een andere aandoening of ziekte worden veroorzaakt. Criteria voor vaststelling van fibromyalgie Chronische pijn en/of stijfheid op drie of meer plekken zowel boven als onder de taille, zowel links als rechts in het lichaam. • De pijn en stijfheid zijn langer dan 3 maanden aanwezig. • Het hebben van pijnpunten, zogenaamde tender points, op internationaal afgesproken plaatsen. Voor de diagnose pleit het bestaan van meer dan 11 van de 18 tender points. Internationaal heeft men afgesproken welke punten dat precies zijn. Nieuwe diagnostische criteria (fibromyalgiescore) De fibromyalgiescore kan helpen om de diagnose duidelijk te maken, maar geeft ook een indruk over de ernst van de klachten. Hoe meer klachten en hoe intenser de klachten, hoe hoger de score. De fibromyalgiescore bestaat uit een optelsom van een pijnscore en een symptoomscore. De fibromyalgiescore is minimaal 12, de pijnscore is minimaal 3 en de symptoomscore is minimaal 5. • De pijnscore Er wordt nagegaan in welke negentien gebieden van het lichaam sprake was van pijn gedurende de afgelopen week (voor elk pijnlijk gebied een score van 1). Iemand met pijn in vier gebieden van het lichaam heeft dus een pijnscore van 4. De volgende negentien gebieden tellen mee in de score: borst, buik, bovenrug, onderrug, nek en zowel de linker als rechter schoudergordel, bovenarm, onderarm, heupgebied (bil, trochanter), bovenbeen, onderbeen en kaak. De laagst mogelijke pijnscore is 0 en de hoogst mogelijke score is 19. • De symptoomscore Van elk van de drie onderstaande symptomen wordt nagegaan of en zo ja hoe erg het aanwezig was gedurende de afgelopen week: • moeheid • niet uitgerust ontwaken • moeite met nadenken en concentreren Elk van deze drie symptomen wordt als volgt gescoord: 0 = afwezig 1 = in lichte of milde mate, meestal of periodiek in milde mate 2 = in matige tot aanzienlijke mate: vaak aanwezig en/of van aanzienlijke ernst 3 = in ernstige mate: ingrijpend, continue het leven verstorend. Verder wordt nagegaan hoeveel extra symptomen iemand heeft. Daarbij wordt een lijst gebruikt met 42 voornamelijk lichamelijke symptomen. Het scoren gaat als volgt: 0 = geen van deze symptomen 15
1 = weinig van deze symptomen 2 = aanzienlijk aantal van deze symptomen 3 = veel van deze symptomen De symptoomscore is de som van de ernst van de drie symptomen (moeheid, niet uitgerust ontwaken en moeite met nadenken en concentreren) plus het aantal extra symptomen en heeft dus een bereik van 0 tot 12 punten. Als iemand bijvoorbeeld erg moe is (score 3), in matige tot aanzienlijke mate niet uitgerust ontwaakt (score 2), geen problemen met nadenken en concentreren heeft (score 0) en veel extra symptomen (score 3), dan is de symptoomscore 8. De 42 lichamelijke symptomen die in aanmerking komen zijn: spierpijn, spastische darmklachten, moeheid, denk- en geheugenproblemen, spierzwakte, hoofdpijn, buikpijn en buikkrampen, doof gevoel/tintelingen, duizeligheid, slapeloosheid, depressie, hardlijvigheid, pijn in epigastrio, misselijkheid, nervositeit, pijn op de borst, vaag zien, koorts, diarree, droge mond, jeuk, piepende ademhaling, fenomeen van Raynaud, urticaria, oorsuizen, braken, zuurbranden, zweertjes in de mond, verdwenen/veranderde smaak, toevallen, droge ogen, kortademigheid, verminderde eetlust, huiduitslag, zonlichtallergie, hoorstoornissen, snel blauwe plekken, haaruitval, vaak plassen, pijn bij plassen en blaaskrampen. • De fibromyalgiescore ontstaat door de pijnscore en de symptoomscore op te tellen. De fibromyalgiescore loopt van 0 (geen enkel symptoom van fibromyalgie) tot en met 31 (heel erge fibromyalgie). Verschenen gezondheid.be 12-05-2014
U hebt lupus: is het veilig om zwanger te worden? Systeemlupus of systemische lupus erythematosus (SLE) is een veralgemeende auto-immuunziekte. Systemische lupus kan alle lichaamsdelen aantasten (huid, gewrichten, diverse organen). Negen op tien lupuspatiënten zijn vrouwen, en de ziekte begint meestal tijdens de jonge volwassenheid. Vroeger werd lupuspatiëntes ronduit afgeraden om kinderen te krijgen. Vandaag is het advies veel genuanceerder. • Een lupuspatiënte mag zwanger worden als de lupus minstens 6 maanden onder controle is, al of niet met een lage dosis medicatie. Wacht tot de lupus met de juiste geneesmiddelen onder controle is. Is dat nog niet gebeurd, dan is zwangerschap gevaarlijk. • Zelfs wanneer de ziekte onder controle is, kan ze toch opflakkeren tijdens de zwangerschap. Blijf de toegelaten geneesmiddelen nemen tijdens de zwangerschap. Die zijn niet schadelijk voor de baby. De veiligste medicatie tijdens de zwangerschap is een lage dosis cortisone. Ook de bloeddruk moet goed (geregeld) zijn. Nierfunctiestoornissen vergroten de kans op complicaties in de zwangerschap. 16
• Ook als uw lupus onder controle is, blijft er een iets verhoogd risico op: - vervroegd miskraam . Meestal veroorzaakt een trombose in de placenta de miskraam. Om dat risico te bepalen zijn vooraf extra onderzoeken nodig. Je moet dan ook bloedverdunners nemen. - Hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap (preeclampsie). • Een lupuspatiënte mag nooit zwanger worden zonder grondig vooronderzoek o.a. omwille van het risico op neonatale lupus. Dit is een zeldzame aandoening bij pasgeborenen. Als de moeder lupus heeft, kan zij specifieke antistoffen (anti-Ro antistoffen) via de moederkoek en de navelstreng doorgeven aan het kind. Deze baby’s hebben zelf geen lupus, maar kunnen wel huidletsels (van voorbijgaande aard) of ernstige hartproblemen ontwikkelen. Het risico op neonatale lupus stijgt bij aanwezigheid van een hoge concentratie van deze specifieke antistoffen. Veel vrouwen met dergelijke antistoffen kunnen toch een volstrekt normale zwangerschap doormaken en bevallen van gezonde kinderen.
Contraceptie en lupus
Lupus verhoogt het risico op bloedklonters en trombose. Ook de pil doet dat. Daarom hebt u een aangepaste vorm van contraceptie nodig. Vooral de dosis oestrogeen moet laag zijn. Ofwel gebruikt u een heel laag gedoseerde pil ofwel een ander middel. Laat u daarover goed adviseren door uw reumatoloog en gynaecoloog.
Voorzichtig met sanitair en kalkaanslagverwijderaars
/ Sanitairreinigers en kalkverwijderaars bevatten sterke zuren. Bij contact met water komt zwavelzuur of zoutzuur vrij.
Risico’s
• Inname veroorzaakt een branderig gevoel in de mond, de keel en de slokdarm door verbranding van de slijmvliezen. Op de lippen en de tong kunnen zich blaren vormen. Er is gevaar voor verstikking. Andere mogelijke complicaties zijn braken, diarree, shock, perforatie van de slokdarm en de maagwand, enz. • Bij inademing (inhalatie) is er een groot risico voor longoedeem. • Oogcontact kan blijvende oogschade veroorzaken.
Ongelukken voorkomen
• Bewaar product in de oorspronkelijke verpakking. • Product buiten het bereik van kinderen bewaren. • Volg de instructies zoals deze vermeld staan op het etiket. • Na het schoonmaken uw handen afspoelen en drogen. • Indien u vaak of langdurig moet schoonmaken gebruik dan handschoenen. • Bij een gevoelige of beschadigde huid langdurig contact met het product vermijden. • Vermijd spatten in het oog. Bij oogcontact grondig uitspoelen met water. 17
• Toiletreinigers en ontkalkers mogen nooit worden vermengd met bleekwater (‘javel’), omdat dan giftige chloordampen vrijkomen
Wat doen bij ongelukken?
Inslikken Na het inslikken van het product kan dit soms leiden tot misselijkheid, buikpijn en diarree. Het is niet verstandig om veel water te drinken. De mond kan wel worden gespoeld met een beetje water (water uitspugen). Om schuimvorming in de maag te voorkomen kunt u iets vets (zoals koffiemelk, mayonaise, boter etc..., liever geen olie) innemen. Braken moet worden vermeden omdat dan een tweede verbranding ontstaat. Indien klachten aanhouden, raadpleeg een arts en toon het etiket van de verpakking.
Oogcontact
Reinig de ogen onmiddellijk en zo lang mogelijk met veel water (bijvoorbeeld een handdouche). Oogleden moeten van de oogbal afgehouden worden om een zorgvuldige reiniging te verkrijgen. Raadplaag een arts wanneer de irritatie niet verdwijnt en toon het etiket van de verpakking. Indien het product voorzien is van een oranje gevaar symbool en de bijbehorende waarschuwingszin (Gevaar voor ernstig oogletsel) altijd een arts raadplegen.
Huidcontact
Bij veelvuldig contact kan roodheid van de huid ontstaan. Het is daarom verstandig om altijd de huid langdurig en overvloedig te spoelen met lauw water. Indien de roodheid blijft aanhouden een arts raadplegen en toon het etiket van de verpakking.
Inademing/inhalatie
Als een prikkeling in de keel of mondholte ervaren wordt, dan kan de mond met water gespoeld worden. Mocht de neus geprikkeld zijn, dan kunt u deze uitspoelen met water. Ga naar de frisse lucht. Indien irritatie aanhoudt, raadpleeg een arts en toon het etiket van de verpakking. Uit gezondheid.be 6-05-2014.
Volle maan zorgt niet voor slapeloosheid
Er is geen aantoonbaar verband tussen de maancyclus en de slaapkwaliteit van de mens. Dat blijkt uit onderzoek van de Radboud Universiteit in
18
Nijmegen. De resultaten van dit onderzoek zijn gepubliceerd in het tijdschrift Current Biology. Al eeuwenlang krijgt de maan invloedrijke eigenschappen op gezondheid, gedrag en psychologie toegedicht, vooral in relatie tot slaap. Ook uit wetenschappelijk onderzoek bleek een verband tussen slaap en maan. Veel van deze studies maken gebruik van bestaande slaapdata. De bevindingen zijn echter zeer wisselend en lang niet altijd op objectieve manier gemeten, bijvoorbeeld met behulp van EEG. In sommige studies zijn vrouwen gevoeliger voor de maan, in andere juist mannen. Om het maan-effect duidelijk te maken, onderzocht men de slaapgegevens uit verschillende studies bij 2.097 nachten slaap van 1.265 vrijwilligers De belangrijkste conclusie: In deze groep werd geen enkel statistisch verband gevonden tussen slaapkwaliteit en de stand van de maan. Ook analyseerde men ongepubliceerde data uit diverse onderzoeken van in totaal meer dan 20.000 nachten slaap. Deze data is nooit gepubliceerd omdat er uit het onderzoek geen duidelijke resultaten naar voren kwamen. De gerapporteerde effecten van de maan kunnen heel goed een resultaat zijn van publicatiebias: het bewust of onbewust selectief publiceren van onderzoeksresultaten.
Hoe moet je poetsen? 1. Plaats de borstel in een hoek van 45° (schuin dus) tegen het tandvlees. 2. Maak kleine lichte bewegingen van rechts naar links en omgekeerd. 3. Doe hetzelfde langs de binnenkant en de buitenkant van de tanden. 4. Poets ook de bovenkant van de kiezen die u voor het kauwen gebruikt. 5. Om de binnenkant van de voorste tanden te poetsen moet u de borstel verticaal houden en kleine open neergaande bewegingen maken. 6. Poets minstens tweemaal per dag en indien mogelijk na elke maaltijd. 7.
Een
goede
poetsbeurt
moet
minstens
drie
minuten
duren.
8. Poets niet onmiddellijk na het eten van zure vruchten of het drinken van vruchtensap. Dit werkt slijtage van de tanden in de hand door het gecombineerd effect van het zuur en het borstelen. Bovendien worden dan losgeweekte mineralen, die nuttig zijn voor het herstel van het glazuur, weggepoetst. Interdentale reiniging Erg belangrijk is het reinigen van de ruimtes tussen de tanden, de zogenaamde interdentale reiniging. Afhankelijk van de grootte van de ruimte tussen de gebitselementen kan men verschillende hulpmiddeltjes gebruiken. 19
Floss:
tanddraad of tandzijde: uitstekend middel om de interdentale ruimtes te reinigen. De met was beklede flossdraad (waxed floss) is handiger omdat hij beter glijdt en minder uitrafelt. Het gebruik van de tandzijde vraagt wel enige oefening. Werkwijze: neem een stukje draad ( ongeveer 40 cm), houd het strak gespannen tussen de vingers van beide handen en reinig de interdentale ruimte met een op- en neergaande beweging.
Tandenstokers:
een goed exemplaar is van hout en heeft in doorsnede een driehoekige vorm, die die past in de ruimte tussen de tanden. Werkwijze: schuif de tandenstoker, zo veel mogelijk loodrecht op de tandenrij, met de platte kant tegen het tandvlees tussen de tanden. Haal de tandenstoker een klein stukje terug en duw hem vervolgens weer stevig tussen de tanden.
Interdentale borstels:
Deze borstels zijn zeer geschikt om grotere ruimtes tussen tanden, tussen slecht geplaatste tanden, tussen brugelementen en tussen tandwortels te reinigen. Overleg met uw tandarts welk spiraalborsteltje voor u het meest geschikt is.
De tandenborstel
Bij het poetsen van de tanden en kiezen is het van belang een juiste tandenborstel te gebruiken. De eisen waaraan een goede tandenborstel moet voldoen zijn: De steel moet recht zijn De kop mag niet al te groot zijn De haren staan in groepjes De haren moeten zacht zijn De haren zijn stuk voor stuk afgerond
Wat zijn de voor- en nadelen van een elektrische tandenborstel? De voordelen zijn • Gemakkelijk: de elektrische tandenborstel maakt de poetsbeweging voor u, het is prettig. • Dit gebruiksgemak zorgt er meestal voor dat uw gebit schoner wordt. • Het is een goed hulpmiddel om kinderen en motorisch mindervaliden te helpen bij Het poetsen van hun tanden De nadelen zijn • De elektrische tandenborstel is duurder dan een gewone tandenborstel. • Sommigen vinden het trillen van de elektrische tandenborstel onprettig. • Een elektrische tandenborstel moet worden opgeladen. • De elektrische tandenborstel is kwetsbaarder en kan dus stuk gaan. Suikervrije kauwgom 20
Kan en mag nooit het poetsen vervangen, maar helpt mee de tanden verzorgen. Het kauwen bevordert bovendien de speekselproductie en speeksel vormt een natuurlijke bescherming tegen tandbederf.
Wat is sealen?
Sealen (spreek uit: sielen) betekent letterlijk afdichten of verzegelen. Sealen bij de tandarts betekent het afdichten van groefjes en putjes in tanden en kiezen. Het sealen gebeurt met een kunststoflak.
Waarom wordt er gesaeled?
Sealen wordt gedaan om de de kiezen te beschermen tegen gaatjes. Bij het tandenpoetsen kunnen de haren van de borstel niet doordringen in de diepte van de groeven van kiezen. Op die plaatsen dreigen daardoor gaatjes te ontstaan. Door de diepste gedeeltes van de groeven vol te laten lopen met een kunststof lak wordt het gemakkelijker om die kiezen te reinigen. Gaatjes krijgen daardoor minder kans. Het is het meest zinvol om te sealen als de kiezen net zijn doorgebroken. De kiezen zijn dan het meest vatbaar voor cariës en het is zeker, dat er dan geen beginnend gaatjes onder de kunststof wordt ingesloten.
We niezen verder dan we denken Als we niezen, dan kunnen onze bacteriën tot tweehonderd keer verder belanden dan wetenschappers tot voor kort dachten. Dat toont een onderzoek aan het Massachusetts Institute of Technology aan. Onderzoekers filmden hoestende en niezende mensen om de beelden vervolgens met een mathematisch programma te analyseren. Hun hamvraag? Hoe ver bacteriën vliegen tijdens zo’n hoest- of niesbui. Daaruit blijkt dat wetenschappers tot nu toe over verkeerde informatie beschikten over deze twee ziekteverschijnselen. Aanvankelijk dacht men dat de grootse speeksel- en slijmdeeltjes het verst belanden. Dat zou echter alleen kloppen als de baan die elke druppel volgt helemaal los staat van de baan die andere druppels volgen, maar zo gaat het niet in zijn werk. Als we niezen, ontstaat een gaswolk waardoor de banen grote en kleine druppels worden beïnvloed. ‘Ons onderzoek toont aan dat de verschillende deeltjes in de wolk circuleren. De kleine druppels worden rondgeslingerd en komen langzaam op de grond terecht. Door de gaswolk kunnen kleine druppels een veel grotere afstand overbruggen’, zegt onderzoeker John Bush in het wetenschappelijke tijdschrift Journal of Fluid Mechanics. Concreet betekent dat dat partikels met een diameter van 100 micrometer vijf keer verder kunnen belanden dan men vroeger dacht. Partikels met een diameter van tien micrometer kunnen maar liefst 200 keer verder terechtkomen. Dat kan de besmetting van ziektes negatief beïnvloeden. Deze kleine deeltjes kunnen 21
bijvoorbeeld vaker in aircosystemen belanden, waardoor de ziektekiemen snel worden verspreid.
Tweede taal leren is goed voor hersenen Wie tweetalig is, heeft op latere leeftijd betere leesvaardigheden, is verbaal vlotter en heeft een hogere intelligentie. Dat blijkt uit een studie van de universiteit van Edinburgh, die gepubliceerd werd in het vakblad Annals of Neurology. In dit onderzoek werden de cognitieve vaardigheden getest van 262 mensen toen ze 11 jaar waren en opnieuw toen ze 70 waren. Ze spraken allemaal een tweede taal naast het Engels. Daarvan leerden 195 mensen de tweede taal voor de leeftijd van 18 jaar en 65 op latere leeftijd. Uit de resultaten blijkt dat degenen die twee of meer talen spraken significant betere cognitieve vaardigheden hadden in vergelijking met wat zou worden verwacht op basis van de eerste meting op 11-jarige leeftijd. De sterkste effecten werden gezien in algemene intelligentie en lezen. Verbeteringen qua aandacht, focus en vlotheid van spreken konden niet verklaard worden door de oorspronkelijke intelligentie. Deze effecten waren zowel aanwezig bij mensen die de tweede taal vroeg leerden als bij hen die ze pas later in hun leven leerden. Hoog-intellectuele mensen profiteerden meer van het vroeg aanleren van de tweede taal, bij laag-intelligente mensen waren de voordelen hoger als ze de tweede taal pas op latere leeftijd hadden aangeleerd. Ook het feit dat ze de tweede taal actief gebruikten dan wel nauwelijks gebruikten, maakte weinig verschil uit. Bij mensen die meer dan twee talen kenden, waren de positieve effecten nog meer uitgesproken. Volgens de onderzoekers toont de studie aan dat tweetaligheid, zelfs wanneer het verworven wordt op latere leeftijd, het verouderingsproces van het brein positief kan beïnvloeden. Gezondheid.be 3-07-2014
De eetgewoonten van Vlaamse kinderen In het kader van de longitudinale studie JOnG! werden ouders van meer dan 3000 kinderen, geboren tussen mei 2008 en april 2009 in 9 regio’s verspreid over de verschillende Vlaamse provincies en het Brussels Gewest, bevraagd over de gezondheid, ontwikkeling, gedrag en opvoeding van hun kinderen. • De leeftijdsspecifieke Vlaamse voedingsaanbevelingen worden vrij goed opgevolgd tot het eerste levensjaar: op de leeftijd van een jaar krijgt 95% dagelijks een 22
geschikte melkvoeding. Op deze leeftijd eet 80% van de kinderen elke dag fruit en 92% elke dag groenten. • Bij peuters nemen de gezonde voedingsgewoonten af met de leeftijd. Op 2 en 3 jaar eten respectievelijk slechts 67% en 62% van de kinderen dagelijks fruit, en 87% en 77% dagelijks groenten. Tussen 2 en 3 jaar neemt het aantal kinderen dat ten minste één van beide aanbevelingen volgt (met name dagelijks fruit en/of groenten eten) af van 90% tot 81%. • Bij peuters nemen ongezonde voedingsgewoonten toe met de leeftijd. Op de leeftijd van een jaar krijgt meer dan één op vier (29%) kinderen dagelijks een (kinder)koek aangeboden. Op de leeftijd van twee en drie jaar neemt dit verder toe tot 37% en 54%. Ook de dagelijkse consumptie van gezoete dranken neemt toe met de leeftijd, van 13% (1 jaar) naar 16% (2 jaar) en 26% (3 jaar). Gelijkaardige bevindingen werden ook in eerdere studies bij Vlaamse peuters vastgesteld. De meest opvallende afwijkingen zijn: • een te lage dagelijkse inname van aanbevolen “gezonde” voedingsmiddelen, met name ongezoete dranken, groenten en fruit; • een te hoge inname van energierijke en laag voedzame voedingsmiddelen (zoals koeken en gesuikerde dranken). In het laatste decennium is er echter een opvallend positieve trend zichtbaar, met in het eerste levensjaar vaker een dagelijkse consumptie van adequate melkvoeding en fruit, en minder dagelijkse consumptie van ongeschikte melkvoeding. Bij 2-jarigen is er ook een daling van de dagelijkse consumptie van koeken en van zoete dranken bij de warme maaltijd. Tot slot blijkt uit de resultaten van de JOnG!-studie dat er grote verschillen bestaan in het voedingspatroon van jonge kinderen. De voornaamste determinanten van een voedingspatroon dat afwijkt van de leeftijdsspecifieke aanbevelingen zijn een lager opleidingsniveau en niet-Belgische herkomst van ouder(s). Algemene aanbevelingen Het is evident dat de huidige inspanningen op het vlak van de promotie van gezonde voeding bij jonge kinderen moeten voortgezet worden, en niet in het minst door correcte en herhaalde advisering van ouders (alsook gezinsvervangende contexten, zoals kinderopvang, grootouders…) bij elke gelegenheid waar de zorg en gezondheid van het jonge kind ter sprake komt (o.m. perinatale zorg binnen en buiten de kraamkliniek, raadplegingen en huisbezoeken van Kind en Gezin, huisarts en kinderarts). Naast de huidige focus op de voedingsaanbevelingen voor het eerste levensjaar is er meer aandacht nodig voor de iets oudere leeftijdsgroep (gebaseerd op de vastgestelde voedingsfouten bij 2- en 3 jarigen). Op basis van de JOnG-resultaten moet voor sommige onderdelen van de Vlaamse voedingsaanbevelingen aandacht gaan naar specifieke risicogroepen (o.a. laag opleidingsniveau en/of jonge leeftijd van moeder, ouders van niet-Belgische herkomst. 23
De Hip van deze tijd Leven na een maagverkleining of bariatrische operatie Obesitaschirugie is niet alleen fysiek ingrijpend. Er zijn, zoals bij elke operatie, ook risico’s aan verbonden én het heeft een enorme impact op uw levensstijl. Na een bariatrische ingreep is opvolging door de chirurg, uw huisarts en een diëtist van groot belang om het risico op complicaties te verkleinen en eventueel snel te kunnen oplossen, en om de kans op slagen en blijvend gewichtsverlies te verhogen. • In de eerste maanden zult u geregeld op controle moeten bij de chirurg, uw huisarts en diëtist. Nadien zult u meestal jaarlijks een controle ondergaan. Nazorg is levenslang aanbevolen. • De operatie alleen zal niet volstaan om blijvend gewicht te verliezen. U zult dit gewichtsverlies enkel verkrijgen en behouden als u uw hele leven lang uw eetgewoonten aanpast, een strikt dieet volgt, en voldoende beweegt.
Voedingsaanpassingen na obesitaschirurgie
Na een maagverkleining moet u uw eetgewoonten en uw dieet drastisch aanpassen. Welke aanpassingen nodig zijn, hangt af van persoon tot persoon en van het type operatie. U zult hierover precieze instructies krijgen van uw arts en/of de diëtist die de operatie begeleidt. Het kan zijn dat die afwijken van de algemene richtlijnen die we hier geven. Het is zeer belangrijk dat u, zeker tijdens het eerste jaar, de voorziene controleafspraken bij uw arts en uw diëtist nakomt en de adviezen en instructies nauwgezet opvolgt.
Voor de operatie Voor de operatie zal een diëtist samen met u uw eetpatroon bekijken: wat en hoeveel u eet, uw eet- en drankgewoonten enzovoorts. Indien nodig zal dan al besproken worden welke aanpassingen nodig zijn na de operatie. Afhankelijk van uw BMI moet u in de weken voor de operatie misschien een laagcalorisch dieet volgen. Zo zult u misschien uw gewone maaltijden moeten vervangen door eiwitrijke maaltijdvervangers. Het verdient alleszins aanbeveling om in de weken voor de operatie overdaad te vermijden: geen extra grote volumes, geen vetrijke, suikerrijke gerechten en suikerrijke of alcoholische dranken.
De eerste 4 à 6 weken na de operatie Voor de eerste 4 à 6 weken na de operatie krijgt u van de diëtist specifieke voedingsadviezen om de maag toe te laten te ontzwellen en te genezen en om te vermijden dat u moet braken of dat voedsel blijft steken in de versmalde toegang tot de maag. •De eerste dag(en) na de ingreep krijgt u alleen vloeibaar eten (plat water, bouillon, yoghurt, soep, thee…). Drink traag en met kleine slokjes. •Na enkele dagen kunt u geleidelijk overschakelen naar halfvloeibare en zachte, 24
gepureerde voeding (gestoomde vis, aardappelpuree, gepureerde groenten,
fruitmoes, gemalen vlees…) waarop u niet moet kauwen. De boordmaaltijd kunt u vervangen door karnemelk, drinkyoghurt, kwark… •Vanaf de tweede of derde week mag u geleidelijk overstappen naar vaste voeding. - Als u vast voedsel eet, is het zeer belangrijk dat u het zeer goed en lang kauwt. - Neem de tijd om te eten en eet langzaam - Stop met eten zodra u een verzadigd gevoel hebt4drink niet vlak voor, tijdens en vlak na de maaltijd met vaste voeding - Zes eetmomenten per dag: 3 hoofdmaaltijden (ontbijt, middag -en avondmaal) en drie tussendoortjes - Vermijd in de eerste weken vers brood. Geroosterd of oudbakken brood zonder korst is, mits goed gekauwd, gemakkelijker verteerbaar dan vers brood. Vers brood kan een bal vormen die de doorgang naar de maag blokkeert. Kies bij voorkeur bruin –of –volkorenbrood. Ze geven sneller een verzadigd gevoel en bevatten meer voedingsstoffen. - Eet in het begin bij voorkeur gemakkelijk verteerbare groenten zoals witloof, spinazie, wortelen, prinsessenboontjes ,bloemkool, broccoliroosjes, …vermijd moeilijk verteerbare groenten zoals witte kool, rode kool, spruitjes, paprika, champignons, schorseneren, ajuin en rauwkost… - Wees in het begin voorzichtig met draderige groenten ‘zoals andijvie, asperges, bleekselder, peultjes) en draderig fruit (zoals ananas, citrusvruchten, kokosnoot, mango, perzik, rabarber, vijgen). Kauw dit extra goed. - Eet in de eerste weken aardappelpuree of zachtgekookte aardappelen, zeker geen gebakken aardappelen of frietjes. Eet dde eerste weken nog geen rijst of pasta. - Maal uw vlees in het begin grof om passageproblemen te vermijden. Geef de voorkeur aan ‘zachte’ vleessoorten zoals kip en kalf. - Zorg dat u voldoende eiwitten binnenkrijgt om uw spiermassa op peil te houden. Eiwitrijke voedingsmiddelen zijn vlees, vis , kaas en zuivelproducten. Probeer zeker drie keer per dag een melkproduct te eten of te drinken. - Vermijd in het begin sterk gekruide groenten. Na 4 tot 6 weken mag u opnieuw normaal beginnen eten. U moet wel uw eet- en drinkgewoonten en uw voeding aanpassen. Dat is belangrijk om gewichtsverlies te bereiken en te behouden, om tekorten in de voeding te vermijden en om complicaties (zoals braken, pijn, afsluiting van de maagingang enz.) te voorkomen. Uw diëtist zal u daarover uitgebreid informeren. Om een gezond eetpatroon aan te leren en te behouden, is regelmatige opvolging door een diëtist zeer nuttig. Aanpassing eetgewoonten
• Omdat u slechts kleine hoeveelheden per keer kunt eten, moet u regelmatig een beetje eten om voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen: eet drie keer per dag 25
een maaltijd en twee à drie keer per dag een tussendoortje (bv. een stuk fruit, een fruit- of groentedrankje, een glas melk, milkshake of yoghurt, een toast met kaas, een rijsttaartje enz., in de voormiddag, in de namiddag en een tweetal uren na het avondeten). •Eet langzaam zodat u op tijd voelt wanneer de maag vol is. Wacht na elke hap even. Wanneer u te snel eet, merkt u te laat dat u genoeg hebt en is de kans groot dat u te veel eet. De maaltijd moet ongeveer 20 tot 30 minuten duren. •Combineer de maaltijd niet met andere activiteiten, zoals Tv-kijken of lezen. Discussieer niet te veel tijdens het eten. •Stop met eten zodra u een vol gevoel hebt. Omdat uw maag verkleind is, zult u minder kunnen eten en sneller een vol gevoel hebben. Indien u te veel eet, bestaat de kans dat u misselijk wordt en moet braken. Indien u altijd te veel eet, zal uw maag geleidelijk uitrekken en zult u weer bijkomen. Kauw alle voeding zeer goed. Dit is zeer belangrijk omdat grote voedselbrokken geklemd kunnen raken. Begin met zachte vleessoorten zoals kip of kalf. Vermijd grote stukken vlees. Let op met rauw vlees (zoals hesp, rookvlees….)dat is soms moeilijk om goed te kauwen zodat u er grote stukken van inslikt. - Let ook op schelpdieren en zeevruchten (kreeft, garnalen, inktvis...), die misschien wel zacht aanvoelen, maar heel taai kunnen zijn als u grote brokken inslikt. Ook oesters mag u niet in hun geheel inslikken omdat ze de doorgang naar de maag kunnen verstoppen. - Slik zeker geen grote stukken hard fruit of groenten, gebakken aardappelen of frieten en dergelijke in. - Kies bij voorkeur zacht en rijp fruit en schil het. Wees voorzichtig met kersen en krieken dat u de pit niet inslikt. Ook bij druiven spuugt u de pitjes best uit.
Aanpassing drinkgewoonten. •U moet voldoende drinken (minstens 1,5 l per dag) in kleine hoeveelheden. Drink bij voorkeur energiearme dranken zoals ontvette bouillon, verse groentesoep, groentesappen, halfvolle melk, niet-bruisend water, koffie of thee zonder suiker, ongezoet fruitsap enz. •Drink niet tijdens de maaltijd, of een half uur vóór en na de maaltijd en de tussendoortjes niet. Ook geen soep: eet soep als tussendoortje, niet bij de maaltijd. De nieuwe maag is niet groot genoeg om vloeistof en voedsel tegelijk aan te kunnen. Drinken bij de maaltijd bevordert ook het wegspoelen van voedsel naar de dunne darm, wat dumping kan veroorzaken.
Aanpassing voeding en drank
Na de operatie is een gevarieerd, caloriearm, vitaminerijk en eiwitrijk dieet noodzakelijk. Zo niet zal er onvoldoende gewichtsverlies bereikt worden en kan er een tekort aan voedingsstoffen, vitaminen en mineralen ontstaan. Bovendien zult u ervaren dat u bepaalde voedingsmiddelen minder goed of niet meer verdraagt De actieve voedingsdriehoek is hierbij een praktisch hulpmiddel. Alle voedingsmiddelen die u nodig hebt om gezond te blijven, staan erin vermeld. 26
Kies elke dag iets uit ieder vakje van de driehoek. De grootte van het vak geeft u een idee van de hoeveelheid die u van elk voedingsmiddel nodig hebt. Van producten uit de top (vetstoffen en suiker) hebt u maar heel weinig nodig. • Sommige mensen verdragen na de operatie bepaalde voedingsmiddelen niet meer, anderen kunnen alles eten. Dat verschilt van persoon tot persoon. Producten die vaak problemen geven zijn rood vlees, draderig of doorbakken vlees (bv. stoverij), vezelige vis (zoals tonijn), brood, pasta en rijst ‘al dente’ (hoe dikker de pasta, hoe gemakkelijker), vezelige groente en fruit (zoals asperge, prei, groene boontjes, kolen, ananas), groente en fruit met vel of pitjes (zoals tomaten, courgette, druiven...) en rauwkost. Gekookte groenten zijn altijd zachter dan rauwe groenten. Ook kan lactose-intolerantie optreden, waarbij zuivelproducten (meestal tijdelijk) minder goed verdragen worden. Indien u iets niet meer verdraagt, schrap het dan niet meten uit uw dieet, maar wacht een maand en probeer het dan nog eens. • Voorzichtig met suiker: max. 20g per dag Suikerrijke producten (chocolade, koekjes, gebak, snoep, ijs, frisdranken, fruitsap, gesuikerde melkdranken, milkshakes, …) kunnen bij de zuiver restrictieve ingrepen ongehinderd de maag passeren en volledig in de dunne darm geabsorbeerd worden. Hierdoor wordt de gewichtsreductie afgeremd en het streefgewicht niet bereikt. Na een maagomleiding (gastric bypass) kunnen suikerrijke producten dumpingklachten ( misselijkheid, zweten, duizeligheid, braken, diarree, versneld hartritme, veroorzaken.
Matig vet Vettige gerechten zijn moeilijk verteerbaar en dus te mijden. Geef de voorkeur aan onverzadigde vetten. •Wees matig met boter, margarine, olie, mayonaise… Geef de voorkeur aan magere of halfvolle producten (halfvolle melk en kaas, magere vleessoorten enz.). •Zorg voor voldoende eiwitten: gestreefd wordt naar minimaal 60g en liefst 90 g per dag. - Vlees is een belangrijke leverancier van eiwitten en ijzer. U kunt het vlees het beste goed fijnsnijden of grof hakken en goed kauwen. 50 g vlees bevat ca. 10 g eiwitten. - Probeer minstens twee keer per week vis te eten. 50 g vis bevat ca. 10 g eiwitten. - Indien u vlees slecht verdraagt of geen vlees eet, kunt u dat vervangen door eieren en zuivelproducten. 1 ei, 50 g kaas, 250 ml yoghurt en 300 ml halfvolle melk bevatten elk ca. 10g eiwitten. - Gebruik dagelijks 400 ml melkproducten (halfvolle melk, karnemelk, magere yoghurt, kaas…). Melkproducten zijn belangrijke leveranciers van eiwit, calcium (kalk) en vitamine B2. •Vermijd gesuikerde dranken (frisdrank, vruchtensappen, koffie met suiker...) omdat ze gewichtsdaling tegenhouden en dumpingklachten kunnen veroorzaken. •Wees, zeker in het begin, voorzichtig met koolzuurhoudende dranken die moeilijker verteerbaar zijn en een opgeblazen gevoel en krampen kunnen geven. •U mag alcohol drinken, maar omdat (veel) minder eet, zult u het effect van de alcohol veel sneller voelen. Verder zitten in alcoholische dranken veel calorieën. Beperk dus alleszins uw alcoholgebruik. Ook kan alcohol het slijmvlies van de 27
slokdarm en de maag irriteren. In dat geval is het aan te raden uw alcoholgebruik te stoppen.
Verminderde opname van vitaminen en mineralen Na bariatrische heelkunde eet u veel minder en krijgt u dus ook minder vitaminen en mineralen binnen. Bovendien worden bij een maagomleiding (gastric bypass) en een sleeve gastrectomie bepaalde vitaminen en mineralen minder goed in het lichaam opgenomen. Om een tekort aan deze vitaminen en mineralen (voornamelijk vitamine B12, foliumzuur, calcium, fosfaat, ijzer, zink en vet oplosbare vitaminen A, D en E) te vermijden, moet u gedurende het eerste jaar en vaak levenslang vitamine- en eventueel ijzersupplementen nemen. Bij te snelle vermagering of braken zullen er gedurende de eerste maanden ook vitamine B1-supplementen voorgeschreven worden. Ook gebeuren er geregeld bloedcontroles om eventuele vitamine- of mineralentekorten op te sporen. In het begin gebeurt dat om de 3 à 6 maanden, later om de 1 à 2 jaar. Tekorten aan vitaminen of mineralen kunnen immers leiden tot ernstige problemen zoals bloedarmoede, vermoeidheid, zenuwgeleidingsstoornissen met pijn of krachtvermindering, haaruitval, botontkalking ... Veel voorkomende problemen
moeilijke stoelgang (obstipatie)
Omdat u minder eet, is er ook minder ontlasting • Voldoende drinken (liefst meer dan 1,5 liter). • Zorg voor voldoende vezels in uw voeding. Voedingsvezels zitten onder andere in bruin- en volkoren brood, muesli, ongepelde rijst, aardappelen, volkorenpasta’s, groenten en fruit. • Vraag uw arts eventueel om een laxerend middel voor te schrijven. Neem nooit op eigen houtje een laxerend middel.
Diarree
• Eet voorlopig minder producten rijk aan voedingsvezel zoals rauwe groenten en Fruit, granen , enz... • Indien de diarree gepaard gaat met buikpijn, moet u uw arts raadplegen.
Opboeren
Vermijd koolzuurhoudende dranken Probeer rustig te eten Praat niet tijdens het eten Vermijd kauwgum
Braken
Braken kan veroorzaakt worden door te weinig te kauwen, te snel en/ of teveel eten, of te veel te drinken tijdens de maaltijd. Probeer langzaam te eten
28
Verdeel het eten over nog kleinere hapjes Stop met eten wanneer u een vol gevoel hebt. Indien u heel frequent moet braken na een maaltijd, of als u moet braken met erge buikpijn, raadpleeg dan uw arts. Schakel in afwachting over op vloeibaar of gepureerd voedsel. Soms wordt braken namelijk veroorzaakt door een vernauwing. Dat moet dan verholpen worden.
U hebt het gevoel dat het eten blokkeert zit • Stop onmiddellijk met eten en probeer met kleine slokjes wat te drinken. • Indien de brok ook na enkele uren niet opgelost is, moet u uw arts raadplegen.
U krijgt geen eten of geen drank binnen Dit kan voorkomen, zeker in de eerste weken of maanden na de operatie. Het beste is gedurende 24 uur enkel vloeibare voeding gebruiken. Eventueel kunt u in overleg met uw arts een flesje Telebrix Gastro 50 ml (te koop bij de apotheker) onverdund leegdrinken. Indien dat langer dan 24 uur duurt of hevige pijn hebt, moet u zo snel mogelijk uw arts raadplegen.
U hebt last van het zogenaamde dumpingsyndroom Het dumping syndroom is een gevolg van het sneller in de dunne darm terechtkomen van de voedingsstoffen (voornamelijk bij suikers en vetrijk voedsel) waardoor u begint te zweten, hartkloppingen, krampen, pijn, braakneigingen, diarree,... Eet en drink minder suikers Eet minder snel en met kleinere happen Drink niet tijdens de maaltijden Dan na de maaltijden even liggen Dumping kan op zichzelf geen kwaad, het is onaangenaam, maar het is tevens een verwittiging en een aansporing om de suikers te mijden.
U hebt geen honger Indien u geen honger hebt, probeer dan wat soep, yoghurt, fruitsap of iets dergelijks. Probeer alleszins te vermijden om een maaltijd over te slaan.
U hebt voortdurend honger
Wanneer u niet voldoende heeft aan de voorgeschreven hoeveelheden, eet dan iets meer brood, aardappelen, groenten en/of fruit om te voorkomen dat u gaat snoepen. Overleg zo nodig eerst met uw diëtist. Bewegingsadviezen na obesitaschirurgie 29
Naast het aanpassen van de voedingsgewoonten, is ook regelmatig bewegen belangrijk, zowel voor als na een maagverkleining. Sommige ziekenhuizen organiseren zelf zowel pre- als postoperatieve oefensessies, die vaak door het ziekenfonds worden terugbetaald.
Voor de operatie
Een goede preoperatieve conditie vermindert het risico op complicaties en zorgt voor een beter herstel na de ingreep. Preoperatieve oefeningen bestaan vooral uit conditietraining en ademhalingsoefeningen.
Na de operatie
Om gewicht te verliezen moet u meer calorieën verbranden dan het aantal calorieën dat uw lichaam opneemt via de voeding. Dit is alleen mogelijk door voldoende te bewegen. Bij het afvallen verliest u niet alleen vet maar ook spiermassa, wat niet wenselijk is. Daarom moet u uw spieren trainen. Dit kan ook helpen om overtollige huid op de buik of de armen te vermijden. In de eerste dagen na de operatie zult u in het ziekenhuis mogelijk reeds revalidatieoefeningen krijgen. Ongeveer 4 tot 6 weken na de operatie kunt u, al dan niet onder begeleiding van een kinesist, starten met een oefenprogramma.
Conditietraining
Ga drie tot vijf keer per week gedurende 30 tot 50 minuten sporten, zoals wandelen, zwemmen, fietsen, joggen… Begin langzaam, zonder u te forceren, en bouw langzaam op. U zult merken dat naarmate uw gewicht afneemt, lichaamsbeweging gemakkelijker wordt. Een eenvoudige manier om uw fysieke activiteit op een dag in te schatten, is het systeem van de stappenteller. Dit toestel meet het aantal stappen dat u per dag zet. Meer informatie hierover vindt u op de website www.10000stappen.be.
Krachttraining
Krachttraining helpt om af te vallen. Bij sterker ontwikkelde spieren vergroot de vetvrije massa (zoals de spieren) en neemt de vetmassa af Krachttraining moet gericht zijn op de grote spiergroepen zoals borst, bovenrug, onderrug, buik en benen. Probeer twee tot drie keer per week te trainen Best is om in begin te trainen onder begeleiding van een kinesist. Andere leefregels na obesitaschirurgie
Stoppen met roken
Het is verstandig om reeds voor de operatie te stoppen met roken. Roken veroorzaakt doorbloedingsproblemen wat de kans op wondinfectie verhoogt en de wondheling bemoeilijkt. De rokershoest veroorzaakt pijn ter hoogte van de wonde. Het verhoogt ook het risico op een maagzweer na de operatie. Gezien u door de maagverkleining gewicht verliest, zal het stoppen van roken geen gewichtstoename veroorzaken.
30
Zwangerschap
Zwanger worden na een bariatrische ingreep is geen probleem. Mogelijk bent u door het gewichtsverlies na een bariatrische operatie zelfs vruchtbaarder en sneller zwanger. U moet wel minstens 12 tot 24 maanden wachten om zwanger te worden tot uw gewicht weer min of meer stabiel is. Tijdens de eerste drie maanden van een zwangerschap voelen vele vrouwen zich bovendien misselijk en moeten ook vaak braken, wat het herstelproces van een pas geopereerde maag niet ten goede komt. •Omdat orale anticonceptie (‘de pil’) soms minder goed in het lichaam opgenomen wordt na bariatrische heelkunde en de betrouwbaarheid van ‘de pil’ als anticonceptiemiddel dus niet meer gegarandeerd is, moet u extra goed opletten. Overleg met uw huisarts of gynaecoloog welke anticonceptiemethoden voor u het meest geschikt zijn. •Als u in het eerste jaar na uw operatie toch zwanger wordt, moet u dit zo snel mogelijk melden bij uw gynaecoloog, zodat uw voeding kan worden aangepast. Als u niet zeker bent van het type van operatie, vraag aan de chirurg die uw operatie uitgevoerd heeft of hij een brief voor uw gynaecoloog wil schrijven waarin staat wanneer u geopereerd bent, welk type ingreep u hebt gehad, of u medicatie neemt en de resultaten van uw laatste bloedname. Uw gynaecoloog zal hij/zij u een gerichte opvolging met aangepast bloedanalyses kunnen voorstellen.
Veranderde opname van medicatie De opname van geneesmiddelen via het maag-darmkanaal wijzigt na bariatrische heelkunde. Het is daarom van belang om elke arts die u raadpleegt steeds in te lichten over de operatie. •Het innemen van geneesmiddelen kan moeilijker gaan. U zult de tabletten dan moeten breken of pletten. Pillen met omhulsel mogen niet gebroken worden: vraag dan aan de apotheker de vloeibare of oplosbare vorm van het geneesmiddel. Indien er toch een pilletje blijft zitten, drink dan een glas water met twee theelepels poedergist. Het pilletje zal dan gemakkelijker oplossen. •De orale anticonceptie (‘de pil’) wordt soms minder goed in het lichaam opgenomen na bariatrische heelkunde waardoor de betrouwbaarheid niet meer gegarandeerd is. Dat is zeker het geval wanneer u een gastric bypass of een andere malabsorptieingreep heeft gehad. Overleg met uw huisarts of gynaecoloog welke anticonceptiemethoden voor u geschikt zijn. •Neem nooit op eigen houtje een laxerend middel, maar vraag eerst altijd advies aan uw arts. Als ik dit allemaal lees, heb ik zeker geen zin om dat te laten gebeuren. Liever een kilootje teveel dan al die ellende.
31
Een hond in huis maakt ons socialer Honden zijn de beste vrienden van de mens, wordt wel eens gezegd, maar ze maken ons ook socialer. Onderzoek aan de universiteit van Chicago wees uit dat een hond ervoor zorgt dat we ons minder geïsoleerd voelen, en dat we meer contact gaan zoeken met anderen. Een kat, hamster of reptiel in huis halen, heeft volgens de studie geen effect op je sociaal leven. Een hond heeft dat wel: ‘We ontdekten dat wie een hond heeft zich minder eenzaam voelt. Katten, reptielen of knaagdieren houden, heeft echter geen effect op eenzaamheid. We gaan ervan uit dat het wandelen met je hond je socialer maakt’, aldus onderzoeker John Cacioppo van de universiteit in Chicago. Wandelen met je hond lokt immers interactie uit: je groet de buren of maakt een praatje met andere hondeneigenaars. Een hond houden is bovendien niet alleen goed voor je sociale leven, ook je gezondheid vaart er wel bij. Uit een Australische studie bleek onlangs nog dat hondeneigenaars vijf uur per week wandelen. Mensen zonder hond wandelen wekelijks gemakkelijk twee uur minder.
Een ouderwets middel maar voorzichtig met bleekwater (javel) Javel of bleekwater is een oplossing van natriumhypochloriet in water. Het wordt in het huishouden vaak aangewend als bleekmiddel en als ontsmettingsmiddel. Huishoudelijk bleekwater bevat tussen 5 en 15 graden natriumhypochloriet. Voorkom ongelukken • Bewaar het product buiten het bereik van kinderen. Dit betekent hoog en/of achter slot en grendel. Ook als u het product gebruikt, moet u er op letten dat het buiten het bereik van kinderen blijft. Laat het was- of schoonmaakmiddel dus niet naast de emmer of op het aanrecht staan. • Ruim alles meteen na gebruik weer op. Sluit de fles of verpakking altijd meteen na gebruik en zet alles terug in de kast. • Na reinigen met bleekwater het oppervlak goed naspoelen. • Lucht goed tijdens en na gebruik. • Indien u vaak of langdurig moet schoonmaken gebruik dan handschoenen. • Bij een gevoelige of beschadigde huid langdurig contact met het product vermijden. • Volg de doseringsinstructies zoals deze vermeld staan op het etiket. • Na het schoonmaken uw handen afspoelen en drogen. • Bewaar product in de oorspronkelijke verpakking. • Gebruik het product volledig. • Vermijd dat het product in grote hoeveelheden onverdund in het oppervlakte water terecht komt. 32
• De lege niet verontreinigde verpakking kan met het gewone afval worden meegegeven.
Meng bleekwater nooit met een ander product
Het mengen van bleekwater met een zuur is een vaak voorkomend ongeval. Het gebeurt bijvoorbeeld bij het reinigen van de WC-pot wanneer bleekwater gelijktijdig met een ontkalker of een toiletreiniger wordt gebruikt. Het zuur van de ontkalker werkt in op het bleekwater waarbij chloordampen vrijkomen. Het eenmalig inademen van chloor kan aanleiding geven tot irritatie van de bovenste luchtwegen met tranende ogen, neusloop, een prikkelende keel en hoest. Als men de plaats van het ongeval onmiddellijk verlaat, zullen over het algemeen de symptomen spontaan verdwijnen na enkele uren. Als een prikkeling in de keel of mondholte ervaren wordt, dan kan de mond met water gespoeld worden. Mocht de neus geprikkeld zijn, dan kunt u deze uitspoelen met water. Wanneer de blootstelling echter langdurig is of wanneer de betrokken persoon aan astma lijdt, kunnen meer uitgesproken ademhalingsklachten optreden die al snel een medische behandeling noodzakelijk maken. Een doktersadvies is aangewezen wanneer van in het begin hevige klachten optreden (indruk te verstikken, moeilijkheden om te ademen) of indien klachten langer dan zes uren na de blootstelling aanhouden. Voor mensen die allergisch zijn of die astma hebben is het beter niet af te wachten maar dadelijk naar de huisarts te gaan.
Wat doen bij ongelukken?
• Inslikken De inname van een kleine hoeveelheid huishoudelijk bleekwater is niet gevaarlijk. Het kan leiden tot milde symptomen van misselijkheid, braken en buikpijn. U moet water drinken (één glas) om het bleekwater te verdunnen en zo de irriterende werking te verminderen. Bij maagpijn mag u een maagbeschermend geneesmiddel geven. Grote hoeveelheden huishoudelijk bleekwater of hoger geconcentreerde oplossingen (industriële bleekwaters, huishoudelijke bleekwaters die nog moeten verdund worden en producten voor zwembaden) kunnen inwendige brandwonden veroorzaken. Hetzelfde geldt voor bleekwatertabletten. In al deze gevallen geeft u water te drinken en brengt u het slachtoffer zo vlug mogelijk naar het ziekenhuis.
Laat het slachtoffer nooit braken!
• In de ogen Bij oogcontact grondig en lang (30 minuten) uitspoelen met water, bijvoorbeeld met behulp van een handdouche. Oogleden moeten van de oogbal afgehouden worden om een zorgvuldige reiniging te verkrijgen. Raadplaag een arts en toon het etiket van de verpakking. • Huidcontact Bij contact met de chloorbleekreinger kan roodheid van de huid ontstaan. Huid goed afspoelen met water. Roodhuid kan ook ontstaan ten gevolge van langdurig of veelvuldig contact met het sop. Handen goed inwrijven met een crème. Indien roodheid blijft aanhouden raadpleeg dan een arts en toon het etiket van de verpakking. 33
Vitamine D en osteoporose Wat is osteoporose? Osteoporose is een aandoening van het skelet gekenmerkt door een afgenomen botsterkte naast verlies van bot er is ook kwaliteitsverlies van de micro architectuur. Botsterkte samen met spierkenmerken (spierkracht en coördinatie) bepalen het risico op fracturen in het bijzonder die van de pols, wervel(s) en heup. Osteoporose is een multifactoriële aandoening met als voornaamste risicofactoren leeftijd, geslacht, laag lichaamsgewicht, voorgeschiedenis van een fractuur na de leeftijd van 50jaar, ouders met een heupfractuur, gebruik van corticosteroïden en een lage botmineraaldichtheid. Het botweefsel wordt tijdens het hele leven actief omgebouwd. Deze continue botombouw (botaanmaak en afbraak samen) is essentieel voor de veranderingen van vorm en grootte en zorgt voor de veranderingen van vorm en grote en zorgt voor een optimale botkwaliteit; daarnaast vormt het een essentieel onderdeel van de calcium huishouding. In de eerste fase van ons leven wordt er meer en meer bot aangemaakt en op dertigjarige leeftijd bereiken we de hoogste botmineraal dichtheid (BMD), de zogenaamde piekbotmassa. Mannen hebben gemiddeld een hogere piekbotmassa dan vrouwen. Op oudere leeftijd is het evenwicht tussen botaanmaak en botafbraak verstoord; en wordt relatief meer bot afgebroken dan aangemaakt. De hoogte van de piekbotmassa is bepalend voor de leeftijd waarop uiteindelijk de BMD een waarde bereikt in de “fractuurzone”. Deze piekbotmassa is voor meer dan de helft genetisch bepaald maar een aanzienlijk gedeelte wordt ook door andere factoren zoals calciuminname, vitamine D en de mate van de beweging bepaald. DE echte preventie dient dus al tientallen jaren eerder te beginnen. Verminderde calciumabsorptie en vitamine D-deficiëntie kunnen mede oorzaken zijn van een lage BMD. Naast potentiële gevaarlijke middelen als corticosteroïden, alcohol e tabak kunnen ook die onderliggende ziekte, bijvoorbeeld reumatoïde artritis of vasculitis op zich al tot ernstige osteoporose leiden in tegenstelling tot alcohol en tabak kunnen corticosteroïden niet altijd vermeden worden. Het is van groot belang om deze steroïden zo kort mogelijk voor te schrijven en in de laagst mogelijke dosering en daarnaast medicamenteuze maatregelen te treffen om osteoporose te voorkomen. Gezondheid in alle levensfasen Bij vitamine D gaat de gedachte meestal onmiddellijk uit naar de calciumhuishouding en het handhaven van een gezond skelet en daarmee het voorkomen van rachitis bij kinderen, osteomalacie en osteoporose bij volwassenen. Vooral de laatste tien jaren is het echter steeds duidelijker geworden dat vitamine D van groot belang is voor onze gezondheid in alle levensfasen. Zo worden vitamine-D- tekorten momenteel 34
eveneens gerelateerd aan hart en vaatziekten, hypertensie, multipele sclerose, reumatoïde artritis, inflammatoire darmziekten, het risico op vallen, chronische pijn en kanker. Vitamine D versterkt het aangeboren immuunsysteem. De patiënten met tuberculose moesten vroeger in de sanatoria buiten liggen om aan te sterken, tegenwoordig schrijft men dit toe aan de verbeterde vitamine D status. Vitamine D metabolisme Onder invloed van de zomerzon wordt vitamine D in de huid gevormd of door het eten van vette vis, zoals haring, makreel en zalm wordt vitamine D in de darmen opgenomen, in het bloed wordt vitamine D meteen gebonden aan een vitamine-Dbindend eiwit en dit wordt omgezet naar 25-hydroxy-vitamine D (25(OH)D) in de lever. De hoeveelheid 25(OH)D in het bloed wordt alom aanvaard als de beste maat voor de vitamine-D-status. In de nieren wordt vervolgens 25(OH) D omgezet in 1.25(OH)2D) en dit is het actieve hormoon. De oudere mens loopt naast het risico op osteoporose ook nog eens een extra risico om een vitamine D deficiëntie te ontwikkelen. De oorzaken hiervan zijn het slechter ter been zijn en daardoor minder vaak buiten komen, afname van de dikte van de huid, afname van activering van vitamine D in lever en nieren, en mogelijk een slechtere opname van vitamine D uit de voeding. Wanneer de vitamine D status daalt, neemt de opname van calcium uit de darm af. Dit wordt gecompenseerd door de afgifte van parathyoïdhormoon (PTH), wat gemaakt wordt in de bijschildklier en de botafbraak stimuleert, zodat het calcium vrij komt uit het botafbraak stimuleert, zodat het calcium vrij komt uit het botmineraal calciumarme voeding, bijvoorbeeld door gebruik van weinig zuivelproducten, versterkt het nadelige effect van een vitamine D tekort. Bij een langdurig vitamine D tekort veroorzaakt de gestimuleerde botafbraak een steeds lagere botmassa, wat kan bijdragen aan het ontstaan van heup-en andere fracturen. Vitamine D deficiënte In de Nederlandse situatie kan de mens van mart tot november onder invloed van zonnestraling zelf vitamine D aanmaken in de huid. Een geheugensteuntje hierbij is de aanmaak voornamelijk plaatsvindt op tijdstippen dat de schaduw van een persoon korter is dan de lichaamslengte. Mensen met een verhoogde risico op een tekort aan vitamine D kunnen dit aanvullen met een supplement. In de CBO richtlijnen voor osteoporose staat dat alle patiënten met osteoporose in aanmerking komen voor vitamine D suppletie, in principe 800 IE/dag (20microgram) tenzij uit bloedonderzoek blijkt dat ze de 25(OH)D status hoog genoeg is (’s winters hoger dan 50 nmol/f). Suppletie van 800 IJ vitamine D per dag door ouderen (>65 jaar) in combinatie met calcium, geeft een relatieve reductie in het optreden van niet wervelfracturen van 10-20% wat betreft calciumsuppletie als vuistregel geldt dat vier zuivelproducten per 35
dag voldoende zijn , dat wil zeggen 1000-1200 mg calcium bevatten anders is calciumsuppletie nodig. Behandeling van osteoporose Het behandelen van osteoporose draagt bij aan een verminderde kans op een tweede fractuur en voor de patiënt een toegenomen kwaliteit van leven, verminderd valrisico en betere levensverwachting. De medicamenteuze behandeling is gebaseerd op manipulatie van botombouw: inhibitie van botafbraak (bisfosfonaten, selectieve oestrogeen receptor modulatoren (SERMs) , stimulatie van botaanmaak (teriparatide en PTH). Daarnaast wordt vitamine D en calcium voorgeschreven, want een tekort aan beide stimuleert ook de botafbraak. Van geen enkele beschikbare osteoporose therapieën is aangetoond dat het risico op fracturen volledig nul wordt. In de ICARO studie van Adam .e.a bij 880 patiënten die alendronaat, risedronaat, of railoxifene kregen voorgeschreven is na 1 jaar of later gekeken naar therapietrouw en het aantal niieuw opgetreden fracturen. Deze incidentie had een significant verband met slechte naleving en gebrek aan suppletie verband met slechte naleving en gebrek aan suppletie met calcium en vitamine D.
Samenvattend Bij alle leeftijden is de vitamine D status vaak te laag, zeker in Nederland in de winter. Voor een optimale vitamine D status van tenminste 50 nmoi/L 25 (OH)D, kan in de zomer de huid met mate blootgesteld worden aan direct zonlicht en in de winter door het innemen van een vitamine D supplement. Voor jong en oud is het van groot belang dat zorgverleners, in het bijzonder huisartsen en specialisten, vaker denken aan een lage vitamine-D-status. Bij de medicamenteuze behandeling van osteoporose hoort de medicamenteuze behandeling van osteoporose hoort de vitamine D en calcium status goed te zijn, dan wel te worden voorgeschreven. Ook is het verstandig om 3 maanden na start van de voorgeschreven medicamenteuze therapie contact met uw zorgverlener te hebben om na te gaan of deze goed is aangeslagen. Essentieel voor het verminderen van de kans op een nieuwe fractuur is het verminderen van de kans op een nieuwe fractuur is het trouw innemen van de voorgeschreven middelen naast bewegen en gezond eten. De effectiviteit van valpreventie In iedere Osteoporose Nieuws publiceert de Osteoporose Verenigging haar standpunten rondom osteoporose. Een van deze standpunten is het standpunt valpreventie. 36
De officiële formulering luidt: Vallen en valpreventie De osteoporose Vereniging zal erop aandringen dat trainingen en informatie rondom valpreventie worden gegeven via diverse kanalen. Hierbij moet wel aangemerkt worden dat niet is aangetoond dat valpreventie een fractuur bij het vallen kan voorkomen
Van Mw. Anneke Schouten-Buijs ontvingen wij de volgende reactie op dit standpunt: “Op pagina 23 van het decembernummer van Osteoporose Nieuws schrijft u over valpreventie: ‘hierbij moet wel aangemerkt worden dat niet is aangetoond dat valpreventie een fractuur bij het vallen kan voorkomen’. In september-oktober vorig jaar heb ik deelgenomen aan het programma Vallen Verleden Tijd en de fysiotherapeute vertelde dat dit programma zeer effectief is. Het aantal valincidenten neemt beduidend af en van de mensen die vallen breekt een veel lager percentage iets’. Mv. Schouten-Buijs vervolgt: “Het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) meldt over de effectiviteit van dit programma: “Vallen verleden tijd is erkend als bewezen effectief. De interventie heeft als primair doel het verminderen van valincidenten bij thuiswonende ouderen met een verhoogde valrisico op basis van mobiliteitsproblemen, valhistorie of valangst. Er is een aangepaste interventie beschikbaar voor mensen met osteoporose. Er worden twee RCT-studies en en Cochrane review ter onderbouwing van de interventie aangevoerd” Naar aanleiding van deze reactie van Mw. Schouten-Buijs en door het RIVM beschreven positieve resultatennamen wij contact op met de Sint Maartensziekenhuis in Nijmegen waar de training Vallen Verleden Tijd wordt gegeven. Woordvoeder Wouter van der Meer van de Sint Maartenskliniek lichte toe .”De Sint Maartenskliniek heeft in 2005 de valpreventietraining Vallen Verleden Tijd voor ouderen ontwikkeld en ook onderzoek gedaan naar de effectiviteit. Uit wetenschappelijk onderzoek bleek dat de deelnemers veel baat hebben bij het programma het aantal valincidenten vermindert met ongeveer de helft (46%) waardoor veel leed, dus ook fracturen, wordt voorkomen. Bovendien geven deelnemers aan dat zij, na het volgen van de training, meer zelfvertrouwen hebben en minder bang zijn om te vallen. Ook kunnen de deelnemers mogelijke gevaren beter herkennen en hier beter mee omgaan . Later is het valpreventieprogramma ook aangepast en geschikt gemaakt voor mensen met osteoporose. De effectiviteit 37
van dit aangepaste programma is ook onderzocht. Daaruit blijkt dat het aantal valincidenten onder deelnemers na de training is afgenomen met 39%. Deze groep deelnemers gaf ook o.a. aan meer zelfvertrouwen te hebben na het volgen van de training. De valpreventietraining, ontwikkeld door de Sint Maartenskliniek, is bovendien het enige bewezen effectieve valpreventieprogramma in Nederland, dat is erkent door het Centrum Gezond Leven van het RIVM.DE toevoeging in het standpunt van de Osteoporose vereniging dat ‘niet is aangetoond dat valpreventie een fractuur bij het vallen voorkomt’ betekent dat als je valt de kans op een fractuur aanwezig blijft. Het risico op een fractuur als je valt is niet verminderd. Het feit dat de effectiviteit van valpreventieprogramma’s is onderzocht en relevant is gebleken is de reden dat de osteoporose vereniging erop zal aandringen dat trainingen en iinformatie rondom valpreventie worden gegeven via diverse kanalen. Wilt u meer weten over het programma en de effectiviteit van valpreventie? Kijk op: www.vallenverledentijd.nl Bron: Osteoporose Nieuws
Een terugblik Op zaterdag 5 juli ging het zomerfeest door. De deelnemers waren matig maar bij de aanwezigen zagen we enkel blijde gezichten. Het was likkebaarden aan het heerlijk koud buffet. Het lag vol met vis, garnalen, rivierkreeftjes en nog zoveel meer. Dubbele porties vis en daarna nog eens de vleesplateaus proeven. Wanneer we ons blokje rond gegeten hadden werd er nog een heerlijk dessertbordje uit de keuken getoverd. Tussendoor hadden we tijd genoeg om te keuvelen.
38
39
Schoeperstraat 16 8340 DAMME-MOERKERKE KBC 738-0238154-41
Ondernemingsnummer: 0898.366.191
Osteoporose
“ De Stille Dief “
40
www.osteoporoseliga.be 0497 54 15 13