Het Nationaal Rugby Centrum Amsterdam
hoe – wat – waar – wanneer – waarom – wie – waarnaartoe november 2013, Raymond Mackaaij In opdracht van De NRB
Inhoud Aanleiding 3 Historie 3 Organisatie 3 Gebruikers 4 Financiën 4 Realiteit 5 Toekomstig beeld 6 Advies 6 Aanbevelingen 6 Samengevat 7 Gesprekspartners 7 Bijlagen 7
Aanleiding Wie in Amsterdam de poort aan de Bok de Corverweg passeert, loopt een terrein op met een bijzondere structuur. Op het eerste gezicht is er niets bijzonders te zien: links een rugbyveld, rechts een groot gebouw met daarvoor wat duidelijk een hoofdveld is, en recht voor je wat kleinere gebouwen. Het terrein is het domicilie van zowel de Nederlandse Rugbybond (NRB) als van enkele sportverenigingen waaronder twee rugbyclubs (Ascrum en AAC).
Organisatie
In deze notitie wordt een beeld geschetst van de (rugby)situatie aldaar en de onderlinge (formele) verhoudingen. De structuur vereist helderheid en overeenstemming omdat meerdere partijen een rol hebben in een en dezelfde fysieke ruimte.
In de uiteindelijke juridische organisatie zijn die belangen terug te vinden. Het NRCA is niet van één van hen, maar in handen van een onafhankelijke stichting die verantwoordelijk is voor de exploitatie. In die stichting hebben zowel NRB, als AAC en Ascrum een bestuurszetel.
Voor de totstandkoming van deze notitie zijn gesprekken gevoerd met informanten en is geput uit een aantal bronnen. In de bijlage vindt u die opgesomd terug.
Deze constructie heeft als belangrijk voordeel dat het NRCA (velden en opstallen) een zelfstandige koers kan varen met inachtneming van de belangen van NRB, AAC en Ascrum. Tevens geldt dat het NRCA hierdoor minder afhankelijk is van het voortbestaan van één van hen.
Historie De ontstaansgeschiedenis kunnen we laten beginnen op 29 november 1976. Dan wordt de stichting Nationaal Rugbycentrum Hilversum (SNRCH) opgericht. In september 1997 wordt met een algehele statutenwijziging o.a. de naam gewijzigd in Stichting Nationaal Rugby Centrum Amsterdam en wordt het huidige Nationaal Rugbycentrum (NRCA) geopend. De eigenaar is de stichting NRCA. Het doel is in de statuten terug te vinden als het: • bevorderen van de rugbysport in Nederland; in het bijzonder het houden en organiseren van Nationale en Internationale rugby-wedstrijden in het sportpark te Amsterdam; • realiseren, hebben, exploiteren, in stand houden en vernieuwen van sport(verenigings) gebouwen; • verrichten van alle handelingen, die met het vorenstaande in de ruimste zin verband houden of daartoe bevorderlijk kunnen zijn. Het complex bestaat uit een aantal velden en een gebouw waarin een aantal functies worden gecombineerd: sportbeoefening (kleedkamers, krachtsportruimte en tribune), horeca (kantine en keuken) en kantoorruimtes. Van groot belang is de locatie zelf. Het NRCA bevindt zich op de plaats waar AAC en Ascrum al waren gevestigd en speelden. Om het NRCA mogelijk te maken, hebben beide verenigingen daarom hun aanspraken op de veldhuur overgedragen aan de SNRCA.
Bestuur • • • • •
De gezamenlijke (exploitatie- en beheer)stichting heeft statutair een bestuur bestaand uit: een onafhankelijk voorzitter; een onafhankelijk secretaris/penningmeester; een lid, zijnde de voorzitter van de NRB; een lid, zijnde de voorzitter van AAC; een lid, zijnde een door het bestuur van de Amsterdamse Studenten Rugby Vereniging Ascrum uit haar midden aan te wijzen lid.
Commissie Velden
In de huurovereenkomst van de velden tussen de SNRCA en de gebruikers is vastgelegd dat er een actieve commissie Velden moet zijn. Deze commissie maakt aan het begin van het seizoen de indeling van de speel- en trainingsvelden die recht doet aan de belangen van de drie gebruikers. De commissie Velden komt maandelijks bij elkaar om de voortgang te beoordelen.
Locatiemanager
Door de verhuurder, SNRCA, is een locatiemanager aangesteld om toe te zien op het gebruik van de velden.
3
• • • • • • •
Gebruikers
Financiën
Anno 2013 heeft de SNRCA een contractuele relatie met de volgende gebruikers van het NRCA: De NRB huurt de kantoorruimte, het gebruiksrecht van de kleedkamers, doucheruimte en krachtsportruimte, en maakt gebruik van alle velden. AAC huurt de velden en sinds 1 januari 2013 het gebruiksrecht van de kleedkamers en doucheruimte. ASCRUM huurt hun clubhuis, opslag onder de tribune, de velden en het gebruiksrecht van de kleedkamers en douchruimte. De Stichting Rugby Promotie Amsterdam Sevens huurt de velden. De sportparkbeheerder huurt tot 1 januari 2014 een kantoorruimte. De horeca uitbater heeft een pachtovereenkomst met de SNRCA. Het Ministerie van Defensie huurt eens per jaar de kleedruimte voor één dag.
De stichtingskosten van het NRCA, circa € 1.500.000,-, zijn door de volgende partijen opgebracht: € 220.000,- gemeente Amsterdam; € 220.000,- subsidie van NOC-NSF; € 220.000,- subsidie van VWS; € 110.000,- schenking van Heineken brouwerij; € 170.000,- extra storting van de NRB leden; € 560.000,- lening van de ABN AMRO met rente en aflossingsverplichting.
• • • • • •
Er moet wel een aantal belangrijke kanttekeningen worden geplaatst. De NRB staat als ‘mede aansprakelijke’ borg voor deze betalingsverplichtingen van de SNRCA. Dat zijn: Stichting Waarborgfonds Sport voor € 167.143,- en de bankschuld van, eind 2012, € 166.650,Daarnaast voor de subsidies die verstrekt zijn maar nog niet ‘verdiend’ van € 249.030,- + Als de borgstelling zou worden aangesproken, gaat het over € 582.823,In 2004 is de lopende financiering bij de bank herzien en verhoogd naar € 400.000,- (restant schuld eind 2012 € 166.650,- ). Tevens heeft NOC*NSF een extra lening van € 110.000,- beschikbaar gesteld. Het vrijgekomen bedrag is gebruikt om de destijds slechte financiële positie van de NRB te verbeteren. De rentebetaling en aflossingsverplichting van deze extra voorziening ligt bij de SNRCA met borgstelling van de NRB. In de huurovereenkomst tussen de SNRCA en de NRB wordt deze rente en aflossing gecompenseerd. In de winst en verliesrekening van de NRB van 2005 zijn deze steunmaatregelen terug te vinden in de vorm van een storting van € 110.000,- van NOC*NSF en een gedoogde RC verhouding van € 100.000,- tussen de NRB en de SNRCA.
Horeca
De horeca is verpacht en de vergoeding aan SNRCA is 15% van de omzet met een minimum bedrag van € 7.500,- per jaar. De vergoeding was in 2012 € 10.286,-.
4
Realiteit
• •
• • •
• • •
•
• • • • •
• • • • •
•
In de loop der jaren zijn er verhalen, beelden en meningen ontstaan over ‘hoe het zit’ die afwijken van de realiteit. Toch is er een fors aantal ijkpunten te benoemen: Het NRCA is niet alleen betaald door de leden van de NRB. Het eigendom ligt niet bij één of meer van de partijen die een afgevaardigde hebben in het bestuur van SNRCA. Het eigendom ligt in zijn geheel bij SNRCA en de besluitvorming bij haar bestuur. Het bestuur van de SNRCA is niet volledig ingevuld en kent één vacature. Het NRB-bestuur heeft geen recht zich het vermogen van de SNRCA toe te eigenen. Het feit dat de NRB borg staat voor de verstrekte lening van SWS doet daar niets aan af. De stichting NRCA heeft de bevoegdheid om het NRCA te verkopen. Het overdragen van het juridisch eigendom van de stichting aan de NRB zal een formele verkoop zijn met de daarbij behorende overdrachts- en notariskosten. Er zal dan mogelijk VPB afgedragen moeten worden en reeds verstrekte subsidies zullen terugbetaald moeten worden. De SNRCA is bevoegd om haar eigen vermogen aan te wenden ter uitvoering van haar stichtingsdoelen. De cijfers van de SNRCA worden niet in de ALV van de NRB gepresenteerd. De huurprijs die is overeengekomen tussen de SNRCA en haar huurders, dekt nagenoeg alleen de kosten en aflossing binnen de SNRCA. De post Reservering Groot Onderhoud behoeft aandacht en zou ruimer mogen. De SNRCA waarborgt door de gekozen bestuurssamenstelling de belangen van alle betrokken partijen. In de huurcontracten heeft de NRB op onderdelen een beschreven voorrangspositie ten opzichte van de andere huurders. De gekozen constructie biedt de meeste veiligheid en continuïteit voor de leden van de NRB bij een onverhoopt faillissement van de NRB. De SNRCA huurt de velden van het stadsdeel Nieuw West (De NRB, Ascrum en AAC huren op hun beurt de velden van de SNRCA; zie onder kopje Gebruikers). SNRCA verhuurt de opstallen aan meerdere huurders. SNRCA verhuurt aan incidentele externe gebruikers. Alle huurcontracten voor de opstallen zijn inclusief servicekosten, met uitzondering van Le Rendez Vous waar aantoonbare extra servicekosten verrekend kunnen worden.
Een bijzonder fenomeen vormt de horecavoorziening, het visitekaartje voor een organisatie. Identiteit is daarvan afhankelijk. In het NRCA is de horeca uitbesteed. De huidige constructie met het volledig uitbesteden van de werkzaamheden aan de uitbater tegen een vaste afdracht verhoogd met een percentage van de omzet, geeft continuïteit in de bezetting en openstelling, ontlast de medewerkers van het bondsbureau en de leden van de NRB, en geeft zekere minimum inkomsten met beperkte financiële risico’s voor de SNRCA. Naast de positieve effecten daarvan is het een beperking om het NRCA te gebruiken als profitcenter voor de NRB. De initiatieven van de NRB worden niet direct terug gezien in de winst/verlies-balans van de NRB waardoor de energie wordt weggenomen. De gedachte leeft dat alleen de uitbater beter wordt van de evenementen. De leden van de NRB zijn de voornaamste gebruikers van de horeca, maar het bestuur van de NRB is niet bevoegd om hier direct actief aan te sturen of te beslissen over de kwaliteit en uitvoering omdat deze onder de verantwoordelijkheid vallen van de SNRCA.
Ten aanzien van de oorspronkelijke afspraken zijn ook afwijkingen ontstaan: Bestuursfuncties van de stichting NRCA en uitvoerende beheertaken zijn gecombineerd. De Voorzitter van de NRB vervult op dit moment geen actieve rol in de SNRCA. De actieve rol van de NRB wordt in z’n geheel niet duidelijk ingevuld. Niet alle functies van bestuursleden zijn ingevuld. Er is geen actieve commissie Velden aangesteld door de huurders, zoals voorgeschreven in de huurcontracten. De wedstrijdsecretarissen van Ascrum en AAC lijken te functioneren als commissie Velden. Er is geen locatiemanager aangesteld door de verhuurder. In praktijk voert een bestuurslid van de SNRCA de werkzaamheden van de locatiemanager uit.
5
Toekomstig beeld
Aanbevelingen
Met betrekking tot het NRCA en de SNRCA moet duidelijkheid gecreëerd worden voor wat betreft bestuurlijke en financiële verhoudingen en risico’s. Het bestuur van de NRB heeft specifiek de wens om het NRCA uit te breiden, o.a. door het ontwikkelen van een Nationaal Trainings Centre (NTC) en meer winstgevend te benutten door het organiseren van evenementen.
In de relatie NRB-SNRCA en binnen zowel de NRB als de SNRCA is een aantal zaken voor verbetering of verduidelijking vatbaar.
Advies De leden van de NRB en haar bestuur moeten beter geïnformeerd worden over de historie van het NRCA. De uitgangspunten en de lopende gang van zaken, met name de financiële positie, zou als vast agendapunt in de jaarlijkse ALV van de NRB moeten terugkomen. Een schema van de juridische en uitvoerende structuur zou gemaakt moeten worden en bij iedereen bekend en voor iedereen beschikbaar en goed zichtbaar moeten zijn. In verband met de grote belangen van de NRB bij een goed functioneren van de SNRCA zal het bestuur van de NRB zijn verantwoording moeten nemen aangaande haar statutaire (bestuurlijke) taken in de SNRCA. De directe belangen zijn de bescherming van het eigen vermogen van de Stichting om de continuïteit van het NRCA te waarborgen voor de lange termijn en daarnaast de directe mede-aansprakelijkheid van de NRB voor mogelijke financiële problemen bij de SNRCA. Er zal een (statutair) voltallig bestuur van de SNRCA moeten zijn. Vanuit de juridische en fiscale scheiding zouden ten minste twee onafhankelijke andere bestuursleden zitting moeten nemen op basis van een roulatie systeem zoals verwoord in de stichtingsstatuten. Huurachterstanden gedoogd in een oplopende rekening courantpositie tussen de NRB en de SNRCA tasten de beschermingsgedachte van de juridische splitsing aan, doordat er een nieuwe afhankelijkheid ontstaat. Zowel het bestuur van de NRB als de SNRCA zal zich maximaal moeten inzetten om dit te voorkomen. Nieuwe initiatieven van de NRB die binnen de statutaire doelen van de SNRCA vallen, zouden in beginsel ondergebracht moeten worden binnen de SNRCA, juist om de leden van de NRB te beschermen.
Horeca
De wens van het bestuur van de NRB het NRCA winstgevender te maken voor eigen winst en verlies is legitiem maar raakt direct aan het continueren van de overeenkomst met de huidige horeca-uitbater. Zijn contractuele relatie geldt echter de SNRCA. De bestuurlijke vertegenwoordiger van de NRB in de SNRCA zal moeten overtuigen op een heroverwegen van de verlenging van dat contract naar aanleiding van de geleverde prijs/ kwaliteit-verhouding, de veranderde wensen van de NRB, en de inschatting van de SNRCA over de financiële risico’s.
Algemeen
• Om een breder draagvlak te creëren bij de achterban zou het vijfde bestuurslid een afgevaardigde kunnen zijn uit één van de andere Ereklasse verenigingen, gekozen uit het Ereklasseoverleg.
Vermogen
• De wens van het NRB bestuur om de vermogenspositie van de SNRCA over te hevelen naar de NRB zal heroverwogen moeten worden omdat deze niet in lijn is met de oorspronkelijke wens van de ALV, en deze de bescherming van de leden van de NRB aantast. • Om de positieve eigenvermogenspositie van de SNRCA te presenteren kunnen de cijfers samen gepresenteerd worden aan de leden van de NRB. De SNRCA is gemachtigd om wederom het eigen vermogen aan te wenden ter uitvoering van haar stichtingsdoelen, en dus ook ter verbetering van de positie van de NRB.
Opstallen
• Uitbreiding van de opstallen ten behoeve van een mogelijk Nationaal Trainings Centre (NTC) zou eerst beoordeeld moeten worden op mogelijk hergebruik van de huidige beschikbare ruimte die verhuurd wordt aan andere partijen dan de NRB. • Het beleid moet geformuleerd worden door het bestuur van de SNRCA. • Het uitvoerend beheer van het NRCA moet losgekoppeld worden van de bestuursfuncties binnen de SNRCA. • De uitvoering van het meerjaren (groot)onderhoudsplan, opgesteld onder verantwoordelijkheid van de SNRCA, dient in handen te worden gegeven van een externe beheerder.
Velden
• De commissie Velden moet benoemd worden. • De oorspronkelijke gedachte dat de drie clubs in goed overleg alle velden ter beschikking hebben, zou na realisatie van een kunstgrasveld heroverwogen kunnen worden. • Het gebruik van de velden is in een aparte huurovereenkomst vastgelegd in lijn met de overeenkomst met het stadsdeel. Na het realiseren van een kunstgrasveld in het NRCA ligt het opnieuw beoordelen van gebruik en verdeling van de kosten van de velden voor de hand. • De locatiemanager is op dit moment een bestuurder van de SNRCA. De commissie Velden valt onder zijn directe verantwoordelijkheid. Vanuit praktische overweging zou de functie van locatiemanager beter onder de verantwoordelijkheid van het Bondsbureau passen als belangenverstrengeling voorkomen kan worden.
Horeca
• De overeenkomst loopt af op 31 juli 2014 en kent een opzegtermijn van 6 maanden, dus voor 31 januari 2014. Het contract maakt daarna melding van een verlenging van 1 jaar en er zou discussie kunnen ontstaan over de intentie van dat ene jaar. Opzegging moet daarom vooraf wel juridisch getoetst worden. • Het in handen geven dan de horeca aan AAC of Ascrum zal het gevoel bij de achterban vertroebelen dat het Rugbycentrum van Rugby Nederland is, en is daarom niet aan te bevelen. • Het zelf exploiteren van de horeca door de NRB zal in een goed plan beschreven moeten worden en op haalbaarheid getoetst moeten worden door de SNRCA.
6
Samengevat • Het NRCA is eigendom van de SNRCA en voor 11% gefinancierd door de NRB-leden en 37% door de bank, wat afgelost wordt middels de exploitatie-inkomsten. • Overdragen van het vermogen van de SNRCA naar de NRB is niet aan te bevelen. • De gekozen constructie met een stichting is voor de hand liggend en zou in tact moeten blijven. • De SNRCA is gemachtigd om de NRB financieel te steunen. • Huurachterstanden tussen de NRB en de SNRCA moeten tot een absoluut minimum beperkt worden. • De grote belangen van de SNRCA voor de NRB en de mogelijke risico’s als ‘mede aansprakelijke’ vereisen vanuit de NRB een vertegenwoordiger van de zwaarste categorie in het bestuur van de SNRCA. • De leden en bestuur van de NRB zijn niet volledig op de hoogte van de feiten. • De leden en bestuur van de NRB moeten daarom beter geïnformeerd worden over de historie en gang van zaken van de SNRCA. • De cijfers en vermogenspositie van de SNRCA zou samen met de cijfers van de NRB gepresenteerd kunnen worden zoals dat vóór 2005 ook gebeurde. • Niet alle bestuursfuncties zoals omschreven in de statuten van de SNRCA, zijn in de praktijk ingevuld en zou aangevuld moeten worden zoals omschreven in de statuten van de SNRCA. • Om een breder draagvlak te creëren bij de achterban zou het vijfde bestuurslid een afgevaardigde kunnen zijn uit één van de andere Ereklasse verenigingen, gekozen in het Ereklasseoverleg. • De horeca is verpacht en levert geld en gemak op. Betere afspraken met de huidige of nieuwe beheerder zullen mogelijk leiden tot een echt profit center. • Er bestaat een wens bij de NRB om uit te breiden en de inkomsten vanuit het NRCA te verbeteren, de verpachting van de horeca aan de huidige exploitant zou daarom heroverwogen moeten worden, maar niet zonder een gedegen exploitatieplan van een andere partij. • Nieuwe ontwikkelingsinitiatieven in lijn met de uitgangspunten van de SNRCA zouden daar ondergebracht moeten worden, met name uitbreiding en verbetering van het NRCA. • Bestuurstaken en uitvoerende taken binnen de SNRCA zouden daar waar mogelijk gescheiden moeten worden. • Uitvoerende taken moeten in handen van een externe beheerder worden gegeven • De commissie Velden zou benoemd moeten worden. • De locatie-manager zou weer benoemd moeten worden, of vanuit de SNRCA in verband met de onpartijdige status, of vanuit de NRB vanuit praktische overweging. • Na het realiseren van een kunstgrasveld in het NRCA ligt het opnieuw beoordelen van gebruik en verdeling van de kosten van de velden voor de hand.
Gesprekspartners Informatie verkregen uit interviews met; • NRB bestuur, Willem de Jong en Lennart van Bolderick • Stichting NRCA, Patrick Luijkx, Johan Ferwerda, en Robbert van der Ven • Oud Voorzitter NRB, Gerard Kemps • Mailcontact met Dick Zeegers van SWS
Bijlagen • • • •
Statuten SNRCA Verslag Financiële controle SWS over de cijfers SNRCA 2012 WOZ verklaringen gemeente A’dam Huurcontracten; º SNRCA - NRB º SNRCA – Stadsdeel voor de velden º Velden SNRCA complex met onderhuurders 1 sept 1999 º Overeenkomst kaart bijlage huur sportvelden º SNRCA – Stichting Ascrum º SNRCA – Stichting sportpark º SNRCA – Le Rendez Vous BV
7
Bijlagen
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
Huurovereenkomst Kantoorruimte en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW (ROZ-‐model 30 juli 2003) De ondergetekenden: 1. Stichting Nationaal Rugby Centrum Amsterdam, gevestigd te Amsterdam, aan de Bok de Korverweg 4, 1067 HR, ingeschreven in het handelsregister onder nummer 41192045, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar voorzitter de heer P.C.L.M. Luijkx en haar penningmeester R.F.M. van der Ven, waarna te noemen “Verhuurder” en 2. Le Rendez Vous B.V. , gevestigd te Amsterdam, aan de Weteringschans 75, 1017 RX, ingeschreven in het handelsregister onder nummer 34192390 te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar directeur/eigenaar, de heer R.M.J. van Lith, hierna te noemen “Huurder”, Nemen de volgende zaken in aanmerking: •
Verhuurder is eigenaar van een rugbystadion waarin onder andere aanwezig een kantineruimte, keuken, natte groep en horecagerelateerde opslagruimtes gelegen op het sportpark “De Eendracht” te Amsterdam;
•
Huurder de horeca in bovengenoemde ruimtes wil verzorgen;
•
Verhuurder per 1 augustus 2009 bovengenoemde ruimtes wil verhuren aan Huurder;
•
Huurder zal investeren in een keukenlijn, die bij beëindiging van de overeenkomst om niet aan Verhuurder wordt overgedragen;
•
De overeenkomstperiode in ieder geval 5 jaar zal bedragen, externe omstandigheden uitgezonderd;
•
Partijen hetgeen zij zijn overeengekomen in een overeenkomst wensen vast te leggen;
1. Het gehuurde, bestemming 1.1 Verhuurder verhuurt aan huurder en huurder huurt van verhuurder horecagerelateerde ruimtes, hierna te noemen “het gehuurde”, in het Nationaal Rugby Centrum, gelegen te (1067 HR) Amsterdam. Het gaat hier om de kantineruimte met bijbehorende sanitaire ruimtes, de keuken en de horecagerelateerde opslagruimtes. 1.2 Het gehuurde zal door of vanwege huurder uitsluitend worden bestemd om te worden gebruikt als horecagelegenheid. 64
1.3 Het is huurder niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder een andere bestemming aan het gehuurde te geven dan omschreven in 1.2 2. Voorwaarden 2.1 Van deze huurovereenkomst maken deel uit de ‘algemene bepalingen huurovereenkomst’ en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW’, gedeponeerd bij de griffie van de rechtbank te Den Haag op 11 juli 2003 en aldaar ingeschreven onder nummer 03-54, hierna te noemen 'algemene bepalingen'. De inhoud van deze algemene bepalingen is partijen bekend. Huurder en verhuurder hebben een exemplaar van de algemene bepalingen ontvangen. 2.2 De algemene bepalingen waarnaar in 2.1 wordt verwezen, zijn van toepassing behoudens voor zover daarvan in deze overeenkomst uitdrukkelijk is afgeweken of toepassing daarvan ten aanzien van het gehuurde niet mogelijk is. 3. Duur, verlenging en opzegging 3.1 Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur van vijf jaar, ingaande op 1 augustus 2009 en lopende tot en met 31 juli 2014. 3.2 Na het verstrijken van de in 3.1 genoemde periode wordt deze overeenkomst voortgezet voor een aansluitende periode van 1 jaar, derhalve tot en met 31 juli 2015. Deze overeenkomst wordt vervolgens voortgezet voor aansluitende perioden van telkens 1 jaar. Tenzij partijen op enig moment anders overeen komen. 3.3 De huurovereenkomst is gedurende de periode genoemd in 3.1 slechts tussentijds opzegbaar om dringende externe redenen. Na de in 3.1 genoemde periode is tussentijdse opzegging zonder opgaaf van reden mogelijk. De tussentijdse beëindiging vindt plaats door opzegging tegen het einde van een huurjaar (31 juli) met inachtneming van een termijn van tenminste zes maanden. 3.4 De huurovereenkomst kan namens de verhuurder per direct worden ontbonden in geval van faillissement of surseance van de huurder. In geval van het niet nakomen van verplichtingen namens huurder (zoals opgenomen in deze overeenkomst), kan verhuurder de overeenkomst eenzijdig opzeggen. Huurder moet wel gemaand zijn en de kans krijgen om te voldoen aan de verplichtingen. 3.5 Opzegging dient te geschieden bij deurwaardersexploot of per aangetekend schrijven.
65
4. Betalingsverplichting, betaalperiode. 4.1 Partijen hebben met elkaar afgesproken dat de huurprijs is verdisconteerd in een commissie over de omzet die huurder realiseert in het gehuurde en ten behoeve van andere huurders van het rugbystadion. 4.2 De commissie bedraagt 15% van de omzet inclusief BTW, met een minimum van € 7.500,-- per jaar. 4.3 Het boekjaar van huurder loopt van 1 januari t/m 31 december. De verrekenperiode loopt van 1 augustus t/m 31 juli. 4.4 De vergoeding die huurder verschuldigd is voor door of vanwege verhuurder te verzorgen bijkomende leveringen en diensten wordt bepaald overeenkomstig 16 algemene bepalingen. Op deze vergoeding wordt een systeem van voorschotbetalingen met latere verrekening toegepast, zoals daar is aangegeven. 4.5 Gedurende de maand augustus en juli van enig jaar hoeft huurder geen voorschot te betalen. 4.6 De betalingsverplichtingen van huurder bestaat uit: de commissie op de omzet; vergoeding voor bijkomende leveringen 4.6 Per betaalperiode van een kalendermaand bedraagt bij aanvang van de huurovereenkomst: 4.6.1
voorschot op de commissie:
€ 750,00
4.6.2
voorschot op bijkomende leveringen
€ 150,00
4.6.3
Totaal voorschot:
€ 900,00
zegge; negenhonderd euro 4.7 De eerste voorschotbetaling van huurder vindt plaats in de maand september 2009. Huurder zal dit bedrag zo spoedig mogelijk voldoen.
66
4.8 Huurder zal binnen 2 maanden na elk jaar lopend van 1 augustus t/m 31 juli een juiste controleerbare afrekening van de gerealiseerde omzet maken. Verhuurder zal binnen 2 maanden na elk jaar lopend van 1 augustus t/m 31 juli een juiste controleerbare afrekening van de bijkomende leveringen maken. Huurder, dan wel verhuurder zal het resterende bedrag binnen 10 dagen na 30 september van ieder jaar over maken. 4.9 Na de afrekening zoals genoemd in 4.8 zal het voorschot zoals genoemd in 4.6.1 worden aangepast. De basis hiervoor is de omzet van het jaar ervoor minus 10%, vermenigvuldigd met de commissie van 15% gedeeld door 10, met een minimum zoals genoemd in 4.6.1. Het voorschot zoals genoemd in 4.6.2 zal worden aangepast aan de werkelijke kosten van het jaar ervoor gedeeld door 10. 4.10 De uit hoofde van deze huurovereenkomst door huurder aan verhuurder te verrichten periodieke betaling als weergegeven in 4.6 zijn in één bedrag verschuldigd in euro’s en moeten vóór of op de laatste dag van de periode waarop de betalingen betrekking hebben, volledig zijn voldaan. 4.11 Tenzij anders vermeld, luiden bedragen in deze huurovereenkomst en de daarvan deel uitmakende algemene bepalingen exclusief omzetbelasting. 5. Leveringen en diensten 5.1 Gas, water en elektra die door huurder worden gebruikt, zullen door huurder aan verhuurder worden afgerekend. 6. Bankgarantie 6.1 Het in 12.1 algemene bepalingen bedoelde bedrag van de bankgarantie wordt bij deze tussen partijen vastgesteld op: n.v.t. 7. Beheerder 7.1 Totdat verhuurder anders meedeelt, treedt als beheerder op: de heer Johan Ferwerda 7.2 Tenzij schriftelijk anders overeengekomen, dient huurder zich voor wat betreft de inhoud en alle verdere aangelegenheden betreffende deze huurovereenkomst met de beheerder te verstaan. 67
8. Staat van aanvaarding
9.
8.1
Huurder verklaart het gehuurde te aanvaarden in redelijke staat van onderhoud en zonder door een deskundige waarneembare gebreken.
8.2
Huurder verklaart van verhuurder de sleutels van rolhek, buiten- en binnendeuren te hebben ontvangen.
8.3
Huurder verklaart van verhuurder een persoonlijke code voor het alarm te hebben ontvangen.
Bijzondere bepalingen a. Huurder verplicht zich om te voorzien in de behoefte van de gebruikers van het rugbystadion NRCA voor wat betreft het aanbieden van horecavoorziening. b. Huurder zal bij aanvang van deze huurovereenkomst investeren in een nieuwe volledige keukenlijn met een waarde van ongeveer € 30.000. Bij beëindiging van de huurovereenkomst zal deze investering om niet over gaan op verhuurder. c. Huurder heeft de beschikking over de juiste horecapapieren en diploma’s en zal aan alle gestelde veiligheidseisen voldoen. d. Huurder draagt zorg voor de benodigde vergunningen. e. Huurder zal gesloten zijn tijdens de Amsterdam Sevens, dat jaarlijks op en rond het stadion wordt georganiseerd. f. Huurder mag het gehuurde gebruiken voor niet-rugbygerelateerde zaken. Deze mogen nooit conflicteren met geplande rugbygerelateerde evenementen die gebruik willen maken van het gehuurde of het NRCA an sich. g. Huurder mag de prijzen die in het gehuurde worden gerekend tijdens rugbygerelateerde evenementen slechts na overleg met verhuurder en gebruikers van het NRCA aanpassen. Dit geldt ook voor de prijskwantiteitverhouding. h. Huurder is verplicht bier af te nemen bij Heineken, volgens overeenkomst tussen Heineken en de Stichting NRCA. i. Huurder zal de gehuurde ruimtes en de aan de evenementen gerelateerde ruimtes voor eigen rekening schoonhouden. Denk hierbij aan een deel van de tribunes, de hal en de toiletgroep in de hal. Ook de kosten voor het verwijderen van het afval zijn voor rekening van de huurder. j. De kosten van de door huurder of namens huurder veroorzaakt alarm, zullen separaat aan huurder worden doorbelast en per omgaande betaald. 68
Aldus overeengekomen en ondertekend op 1 oktober 2009 te Amsterdam,
_____________________
____________________
(huurder)
(verhuurder)
Bijlagen: -
algemene bepalingen tekening van het object
Afzonderlijke handtekening van huurder voor de ontvangst van een eigen exemplaar van de ‘ALGEMENE BEPALINGEN HUUROVEREENKOMST KANTOORRUIMTE en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW’ als genoemd in 2.1.
Handtekening huurder:
69