28 FEBRUARI
1925,
BEHEER REDARTIt
JOZEF* BRUSStv
OFFICIEEL ORGAAN OER 5YNDIKALE
De Afwijkingen op de Achturenwet
H
ET is voor niemand meer een geheim dat de patroons er door alle middelen waarover zij beschikken naar streven de toepassing der achturenwet te ontwijken. Daar waar zij op 't oogenblik nog sterk zijn omdat zij alleen de meesters zijn, doordat er geen vakbonden bestaan ofwel deze nog te zwak zijn, dringen zij hun wil op en wordt de wet slechts volgens hun goedvinden toegepast. En elders daar waar zij met de vakorganisaties af te rekenen hebben, gebruiken zij middelen die hunswege het goed afgeteekende inzicht verraden zich slechts aan de wet te onderwerpen wanneer zij er toe gedwongen worden. Te talrijk zijn de voorbeelden daarvan opdat het noodig zij lang aan te dringen. Niettemin zijn wij, ingevolge aanmerkingen, die in verband met de op de laatste zitting van den Hoogeren Arbeidsraad betreffende de door de patroons ingediende vragen om afwijking, in de dagbladen zijn verschenen, verplicht zekere terechtwijzingen te doen. Onder voorwendsel dat het grootste deel dezer vragen om afwijking een slecht onthaal hebben genoten, hebben sommige bladen — natuurlijk altijd dezelfde — er uit afgeleid dat de vakbonden in beginsel elke afwijking van de wet vijandig zijn, en een hunner, dat bijzonderlijk verbitterd de werkduurvermindering bestrijdt, schrijft dat « die afwijkingen voor de socialisten zouden moeten afgeschaft worden » en dat « er geen seizoentijdperk zijn moet; de fabriek moet gansch het jaar door werken ». Dit is gelogen, noch min noch, meer. Ja, de vakbonden zijn de afwijkingen vijandig gezind, doch enkel wanneer zij niet te verrechtvaardigen zijn. Nu, in dit opzicht is het onbetwistbaar dat talrijke afwijkingen zijn verleend geworden aan nijverheden die niet de door de wet voorgeschreven voorwaarden vervulden. Een kenmerkend voorbeeld is dat der schoennijverheid. Ondanks het door de vertegenwoordigers der vakorganisatie gegeven ongunstige oordeel, werd den werkgevers een afwijking toegestaan. Gevolg: vótfr een maand waren er,
KOMMISSIE
f •
•VER5CHJJNI: . O M oe
alleen te Brussel, op 1,600 gesyndikeerde werklieden, 551 werkloozen, en de toestand is dezelfde in de andere streken des lands. Het is logisch, het is billijk, dat dergelijke afwijkingen, waarvan de vertrouwensmannen der organisaties op voorhand de ongelukkige gevolgen voorzien, bestreden worden. Hetzelfde geldt voor die welke de patroons der mutsen-, pneus- en suikerijfabrieken vroegen krachtens het artikel 5 der wet en welke de Hoogere Arbeidsraad een veeleer koud onthaal heeft voorbehouden. Het is waarlijk niet aannemelijk dat dezelve bedrijven zijn die kunnen gerangschikt worden in de kategorie der seizoennijverheden; het zijn alleen zij die alles doen om hun doel te bereiken als het gaat om beperkingen aan de achturenwet te brengen die zulks beweren. Daarentegen verzetten de vakbonden zich nooit tegen gegronde vragen om afwijking, en zeer dikwijls zijn hun vertegenwoordigers tusschen gekomen opdat de krachtens de toepassing van zekere artikelen der wet toegelaten verzachtingen aan nijverheden zouden toegestaan worden. Indien de patroons, en de dagbladschrijvers die zich met hen akkoord verklaren, wisten wat gerechtigheids- of rechtvaardigheidszin is, dan zouden zij erkennen dat de georganiseerde arbeidersklasse van dit land bewijzen heeft geleverd van klaarblijkelijken goeden wil en dat haar bewonderenswaardig po^en om een te strenge toepassing der wet van 14 Juni 1921 te vermijden in niets den normalen gang onzer nijverheden in gevaar brengt. Zij zouden erkennen dat de vakorganisaties telkens zij geroepen werden haar meening te laten kennen over vragen om afwijking, zij even de belangen der nijverheid als de meer rechtstreeksche belangen hunner iastgevers op 't oog hadden, daar, ten andere, het een van het ander onafscheidbaar is. Doch de tegenstrevers der achturenwet bezitten geen rechtvaardigheidszin, en 't is op hen dat men de woorden zou kunnen toepassen die een dagbladsohrijver ietwat te haastig tot de leiÖers onzer vakbonden richtte : « D a t veeleer de arbeider, de nijver^ejd, het land, dan een beginsel, ten onder g a . »
58
DE BELGISCHE VAKBEWEGING
Dl Vakbeweging en hare Eenheid
de Russische vakbonden zouden vertegenwoordigd worden op de mindërheidskoftferènttè wëlkè d$fifr de ERDER in dit nummer geven wij onder de ru- Êngelsche minderheidëbewegihg voor 26 januari te briek <( Internationale Vakbeweging » een be- Londen was belegd geworden. knopt relaas van de besprekingen welke er in De « General Council » besloot per brief en per tede laatste bijeenkomst van den Algémeenen Raad van legram aan de Mussen te laten weten dat hij het déar het I. V. V. te Amsterdam plaats grepen, aangaande niet mede eens zijn kon, en dat het de eenheid in de de briefwisseling welke sinds het kongres te Weerien vakbeweging een nieuwen hinderpaal in den weg legtusschen het Internationaal Vakverbond en den Cerr- gen zou. Van Rusland kwam geen rechtstreeksch anttralen Raad der Pan-Russische Vakbonden is gevoerd woord* maar den vooravond der konferentie telefogeworden. neerde Pollit, een vatt dé,leiders der min^èrhëiistïeweging, aan Bramley om nem te zeggen dat op dë konNiet alleen aangaande de gehouden besprekingen, maar eveneens met betrek op het gestemde besluit ferentie der minderheid geen Rus zou aanwezig #|h. Uit dit alles blijkt ten duidelijkste dat de bedoeling zijn er in de ons vijandige pers allerhande onwaarheden en onzinnigheden verschenen. Zonder daarop in te der Engelschen is de Russische vakbonden in het kagaan meenen we het van belang hier in het kort de der der Amsterdaamsche beweging te brengen met uitnoodige besluiten uit de vergadering te Amsterdam te sluiting en van de Roode Vakinternationale en van de minderheidsbewegingen in de onderscheiden landen. moeten trekken. In de eerste plaats verlangen we hier er op te wijzen Het is juist daarom dat hij ten duidelijkste deed uitdat het voorstel van het British Trades Union Con- schijnen dat de Engelschen geen voorstanders zijn van gress » om met de Russen op onvoorwaardelijke wijze het door de Russen voorgesteld wereldkongres, dat in konferentie bijeen te komen, door geen enkel verte- toch geen aarde aan den dijk brengen kan. Verder hoeft hier nog een woord gezegd over de genwoordiger eener landengroep is gesteund geworden. Enkel Fimmen en Cook namen zijne verdediging, Internationale Beroepssekretariaten. Bij hunne verdeen we hebben het recht te zeggen, meer in eigen naam diging van het Engelsch voorstel hadden Fimmen en dan wat anders, want de vergadering der Internatio- Cook er nadruk opgelegd dat, moest de « Algemeene nale Beroepssekretarissen met het bestuur van het I. Raad » een ander besluit nemen, de Internationale V. V. te Weenen, welke hen in hoedanigheid van lid Beroepssekretariaten opnieuw zouden te beraadslagen . van den Algémeenen Raad verkozen heeft, was onte- hebben, en dat denkelijk velen de verbinding met de Russen zouden heraanknoopen en menige Russische gensprekelijk met eenen anderen geest bezield. Verder moet worden opgemerkt dat Bramley bij de organisatie in hunnen schoot zouden opnemen. Smit, verdediging van het Engelsch voorstel er herhaald na- alhoewel het Engelsch voorstel bestrijdend, zinspeelde druk op legde dat het de bedoeling der Engelschen was eveneens op dergelijke gebeurlijkheid. Het was Bramley zelf die tegen dergelijke uitlatinen is de Russen in het I. V. V. te brengen, en als dit moet afspringen op den onwil der Russen het dan gen met de meeste krachtdadigheid opkwam. Hij vermaar beter is dit te moeten vaststellen bij middel der zette-er zich tegen dat, bij gebeurlijke afwijzing van voorgestelde konferentie. Ten andere, Bramley noch verdere onderhandelingen met de Russen, de BeroepsFimmen staken het onder stoelen of banken dat, naar sekretariaten met deze laatsten onderhandelen zouwat ze persoonlijk ervaren hadden, er in Rusland vak- den. Volgens hem mocht dit niet, daar de regeling met vereenigingsleiders zijn die niet beter verkiezen dan de Russen in handen van liet I. V. V. blijven moet. * # * met Amsterdam tot overeenstemming te komen; dit zou naar hunne meening best op de voorgestelde konWaarom werd nu door de groote meerderheid der ferentie blijken. Fimmen zegde zelfs dat diezelfde leden van den Algémeenen Raad van het L V. V. hét Russische vakvereenigingsleiders met misprijzen neer- voorstel der Engelschen tot het houden eener onvoorzien op de verdeeldheidszaaiers in ds overige landen waardelijke konferentie afgewezen? Om twee redevan Europa, wier werking slechts met den geldelijken nen : 1° Dat voor ieder, die de gebeurtenissen sinds steun van Moskou geschieden kan. 1919 gevolg heeft, het duidelijk blijkt dat het niet mo-
V
In Rusland zijn echter nog machtige politieke leiders die het streven hunner vakvéreenigingsmenschen naar overeenkomst met Amsterdam met de meeste krachtdadigheid bestrijden. En Bramley deelde mede dat de Britsche delegatie naar. Rusland het den Russen aldaar duidelijk gezegd heeft dat mannen zooals Zinoview en konsoorten beter deden hunne handen te houden, van de vakbeweging, en het leiden en besturen dezer laatste over te laten aan de leiders der vakbonden, waartusschen er heel bekwame zijn. Verder werd door de Britsche delegatie den Russen aan het verstand gebracht dat in Groot-Brittanje de werking der minderheden en verdeeldheidszaaiers streng wordt afgekeurd. Na hare terugkomst te Londen vernam de « General Council » van het B. T. U. C. dat
gelijk is met de Russen samen te komen zonder dat voorafgaandelijk vastgesteld is geworden over wat de besprekingen zullen loopen, wat haar doel is en in wat voorwaarden ze zouden gehouden worden; 2° Dat naar wat uit het telegram der Russen op 29 Januari 1925 verzonden opnieuw ten duidelijkste blijkt dat zij als doel hebben de vernietiging van het I. V. V. en het oprichten eener nieuwe Internationale. Voorwat de eerste reden aangaat hebben de gebeurtenissen der vijf laatste jaren steeds de schoonste aansporing tot voorzichtigheid geweest. Inderdaad, hebben de besprekingen, in welke organisatie ook gehouden, met betrek op de aansluiting der Russen steeds meer en meer verwarring in de geesten gebracht. Onder voorwendsel van eenheidsfront, eenheid en strijd tögèn
BE BELGISCHE VAKBEWEGING wmmmesBÊSBSBSssssssB
~ '' ' "
Vl
' '' "i wifiYi' X'rni;
l 1ïlli «
inlw '•••" " "
<Jé « bourgeoisie », hebben de Russen — zij die de eenige oorzaak zijn van de verdeeldheid in de arbeidersrangen —, steeds getracht hunne politiek tot overheersching der andere naties, en zeer zelden met eerlijke middelen, te bevoordeeligen. Daarom hoeven we op onze hoede te zijn, zooals overigens Bramley en Fimmen het zelven zegden. De Russen hebben getracht de Britsche delegatie te omzwachtelen, wat hun echter niet gelukt is. Fimmen opperde eveneens de mogelijkheid dat de Russen dit met de vertegenwoordigers van het I. V. V. insgelijks zouden kunnen betrachten. Maar, dit moet hier gezegd, beiden hebben verklaard genoeg vertrouwen in de leiders van het I. V. V. en in hunne bekwaamheid te hebben; zij waren van oordeel dat deze laatsten zich door de Russen niet zouden laten fingelooren. Laat ons hier ter verduidelijking bijvoegen dat het Bureel van het I. V. V. nimmer is teruggedeinsd voor het houden eener konferentie met de vertegenwoordigers der Russische Syndikale Kommissie. Inderdaad nog, in zijnen brief van 16 Juli 1924 aan den Centralen Raad der Pan-Russischè Vakbonden, stelde het Bureel van het I. V. V. voor, indien op de motie van Weenen zou worden ingegaan, eene konferentie te hebben van hoogstens zes afgevaardigden van iederen kant. Daarop gingen de Russen nooit in; integendeel, zooals uit hun schrijven van 23 Oktober 1924 heel duidelijk blijkt : « Wij meenen dat het beste middel om eenheid te bereiken, en een enkele Vakvereenigingsinternationale te scheppen is de bijeenroeping van een algemeen, gemeenschappelijk kongres, van een Wereldarbeiderskongres. » Vöorwat de tweede reden betreft, is het toch niet mogelijk voor de leiders van het I.V.V. na al de plechtige internationale kongresbesluiten, waarbij iedere nog buiten de Internationale staande nationale vakcentrale, en in het bijzonder deze der Russen, steeds met den meesten aandrang verzocht zijn geworden het I. V> V. bij te treden, het doodsvonnis van dit laatste, op verzoek van de hem het meeste vijandige zijnde organisatie, te teekenen. Al de kongressen van het I. V. V. hebben de instandhouding en de uitbreiding van dit internationaal organisme bevestigd, en het behoort voorzeker niet aan zijne leiders eene andere houding aan te nemen. Overigens, moest op het voorstel der Russen worden ingegaan, zou men morgen of overmorgen, als de (( American Federation of Labor » of de Zuid-Amerikaansche Syndikale Kommissies hun verlangen tot aansluiting bij de Európeesche vakbeweging mededeelend, den eisch voorbrachten een wereldkongres te houden om eene nieuwe Internationale te stichten, het recht hebben zich tegen dergelijk voorstel te verzetten? En waarom zouden de Russische vakbonden andere en meerdere rechten hebben dan de aangesloten of de nog niet aangesloten nationale vakcentralen ? Omdat de Russen hunne revolutie maakten ? We hebben, zoo goed als wie ook, eerbied voor de pogingen door de Russen aangewend om zich van het Tzarendom te bevrijden, maar dit is nog geen brevet voor hen om hunne politiek — die wellicht voor hun land de
J^iimmÊmmmmmmmÊÊmmmmmmméiÊÊÊ^^
59 mi mr f — — t — • — n ,r HM* n n i n HM
meeste geschikte is, maar ontegensprekelijk in WestEüropa met de zeden, noch de gewoonten, noch met de behoeften der volkeren overeenstemt —, aan de andere landen op te dringen. Overigens, niemand is in den Algemeenen Raad van het I. V. V, er tegen opgekomen, toen Jaszai, de beproefde Hongaarsche vakvereenigingsleider, gewaagde van de zedelijke foltering welke bestaat in de onderdrukking der vrije meeningsuiting, die naar Russisch voorbeeld door Bela-Kun in Hongarië werd toegepast, en helaas! thans nog door het witte schrikbewind wordt voortgezet! Verder! Er wordt wel eens beweerd dat het thans den Russische arbeiders zoo uitstekend gaat? Bramley verklaarde dat de Britsche delegatie had kunnen vaststellen dat er sinds 1920 wel iets veranderd is in het vroegere Tzarenrijk; Fimmen zegde het uitdrukkelijk dat het in Rusland, het is te zeggen in Moskou, want buiten die stad alwaar hij zes werken verbleef, heeft hij geen andere streken bezocht, het er wel eenigszins anders uitziet als hier in West-Europa wordt voorgesteld. Dit schijnt nog meer te blijken uit de verklaring van Bramley die mededeelde dat de door de Britsche delegatie uitgesproken redevoeringen dit eenigszins geweest zijn onder den invloed van het midden, dus wel êenigermate onder de opwinding, en ongetwijfeld in Engeland een ander, rustiger karakter zouden gehad hebben. Zoo verklaarde Bramley eveneens uitdrukkelijk dat hij niet de minste verantwoordelijkheid wenschte te nemen voor de redevoeringen welke door Purcell in Ruslad waren uitgesproken, en dat hij er zorg voor gedragen had dit nadrukkelijk ter kennis van zijnen « General Council » te brengen! In verband hiermee kan hier nog worden bijgevoegd dat Bramley er met nadruk op wees als « niet-kommünist » naar Rusland te zijn gegaan, én met een nog meer vastberaden wil te zijn teruggekomen om al diegenen, welke het kommunisme in Gröot-Brittanje zouden willen invoeren, met uiterste krachten te zullen bevechten. Maar, wat nu ook de toestanden in Rusland zelve wezen mogen,een ding staat vast,en dit is dat ze streng van de kwestie der internationale vakorganisatie moeten gescheiden blijven. Meent nu de Russische bevolking dat het huidig regiem haar past, dan hebben wij ons doodeenvoudig daar bij neer te leggen. Maar tevens, moet er nadruk worden opgelegd dat het niet opgaat voor de Russen om onder het voorwendsel der eenheid of wat ook, hunne politiek en hunne doen wijze aan de andere landen te willen opdringen. Dit werd heel klaar door Stenhujs aangetoond in zijne uiteenzetting aan wier slot hij de later aangenomen motie voorstelde. Als de Russische vakbonden zich willen aansluiten, dan kan op hun verzoek te Amsterdam eene konferentie met hunne vertegenwoordigers gehouden worden. Zullen ze dit echter doen? De tanende dagen zullen heel waarschijnlijk desaangande de oplossing brengen. Doen ze werkelijk hunne aanvraag tot aansluiting bij het ï. V. V. dan staat de internationale vakbeweging buiten eenigen twijfel groote gebeurtenissen te wachten. Inderdaad, de aansluiting der Russische Syn-
60
DE BELGISCHE VAKBEWEGING
dikale Kommissie bij het I. V. V. beteekent in werkelijkheid de verdwijning van de Roode Vakinternationale, en daarmee ook het in het niet verzinken van de verdeeldheidsbewegingen in de overige landen van Europa. Daarenboven zal het dan ook moeten verstaan worden dat, is de strijd in den schoot der vakbeweging uit, het tevens moet gedaan zijn met het ondermijnen der vakorganisaties op bevel der politieke leiders der Kommunistische Internationale. Als er werkelijk eenheid komt mag deze niet geveinsd zijn, maar moet ze gebouwd worden op eene wederzijdsche eerlijke en oprechte handelwijze. Qaan de Russische vakbonden echter niet in op hunne aansluiting bij het I. V. V. dan moet het volgens ons gedaan zijn met verdere briefwisseling en nieuw geraas over eenheid. Dan moet het I. V. V. en de bij hetzelve aangesloten organisaties van verdere besprekingen zooals deze der vijf laatste jaren bepaald afzien, want ze hebben nog weinig meer dan verwarring gesticht; ze hebben daarenboven alle ernstig werk voor een groot deel belet, en het komt er voor de vakbeweging op aan de geleden schade zoo spoedig mogelijk in te halen. Gelijke rechten maar tevens ook gelijke plichten, eerlijk nageleefde tucht en wederzijdsche waardeering weze meer dan ooit het ordewoord in de vakbeweging, zoo op nationaal als op internationaal gebied! Corn. MERTENS. .
V
++»»+
De Ambtelijke Werkbeurzen
óór den oorlog waren de Werkbeurzen in België geenszins gekend, dit voor twee belangrijke redenen: de eerste, omdat de klerikale regeering aan de arbeiders zeer weinig aandacht schonk; de tweede, omdat dezen, zeer weinig georganiseerd in 't algemeen, niets te zeggen hadden, noch in de aanwerving der werkkrachten, noch in de regeling der werkvoorwaarden. De naoorlogsche toestanden hebben de regeerders verplicht zich meer met de arbeidszaken bezig te houden en de proletareti hebben de lijdelijkheid van zich afgeschud die er schier slaven van maakte. De eerste in 1919 te Washington gehouden Internationale Arbeidskonferentie stemde een « aanbeveling » volgens dewelke — artikel één — aan elk lid der Internationale Arbeidsorganisatie aanbevolen wordt maatregelen te nemen om de oprichting van betalende piaatsingsbureelen te verbieden, en dat voor wat de bestaande bureelen betreft, hun werking zou onderworpen worden aan het verleenen van vergunningen afgeleverd door de Regeering, en dat alle maatregelen zouden genomen worden ten einde ze zoo haast mogelijk af te schaffen. Het beste middel om zich naar deze aanbeveling te gedragen was gelijktallige ambtelijke Werkbeurzen op te richten, wat onze vriend Joz. Wauters, toenmaals Minister van,Nijverheid en Arbeid,in 1919 deed. Door de Beurzen op te richten en de bestuurs- en beheerlichamen samen te stellen zooals werd gedaan, liad men vooral pp 't oog dat zij het maximum diensten zouden bewijzen door even den patroons als den arbeiders vertrouwen te schenken.
Men moest, inderdaad, rekening houden met de terughoudendheid der werklieden tegenover al hetgeen « ambtelijk » is, en wij zullen onze lezers niets nieuws mededeelen wanneer wij zeggen dat de Ambtelijke Werkbeurzen nooit zouden bestaan hebben, indien de vakbonden ze niet bij elke gelegenheid hadden aanbevolen, indien de ambtenaars niet volkomen onpartijdig geweest waren. En wij aarzelen niet te zeggen dat de Werkbeurzen, ondanks zekere gebreken, die veeleer op het midden dan op de inrichting betrekking hebben, onbetwistbare diensten hebben bewezen, even onder oogpunt der plaatsing en der handhaving van de min of meer gunstige arbeidsvoorwaarden, als van de bemiddeling van talrijke geschillen die haar werden onderworpen. Doch, hetgeen tot stand werd gebracht toen de demokratie de handelingen der regeeringen beheerschte, kon niet recht gehouden worden in oogenblikken dat de reaktie zich tot eiken prijs wilde opdringen. En op 19 Februari 1924 nam de heer Moyersoen een besluit dat, onder voorwendsel de werking der Ambtelijke Werkbeurzen samen te ordenen, haar een gelijkvorming statuut te geven, er in werkelijkheid naar streefde de werking onzer vakvereenigingen te beperken en haar invloed in al de door den socialistischen minister geschapen instellingen te vernietigen. Men mag zelfs veronderstellen dat de heer Moyersoen meer bedoelde, ja zelfs de verdwijning der A. W. B. in 't voordeel der bijzondere en klerikale Beurzen. Inderdaad, door de vertegenwoordigers der werkgevers- en werknemersverenigingen uit den Beheerraad te sluiten, maakte hij hen in feite volkomen machteloos. Hij beperkte, bovendien, de rol der Opzichtkommissies tot een eenvoudig toezicht, en ontnam hen elk voorstellingsrecht. Zij mochten alleenlijk hun wenschen overmaken aan den uitsluitend uit ambtenaars en vertegenwoordigers van de openbare machten samengestelden Beheerraad. Nog een andere beschikking betreffende de Opzichtskommissies was ons nadeelig, omdat den bedoelden Beheerraad de zorg werd overgelaten de aan elke der vertegenwoordigde groepen toegekende mandaten vast te stellen, « rechtvaardig » rekening houdend met de rechten der minderheden. Dit was gedaan ten einde overal een vertegenwoordiging te verzekeren aan de vakbonden van Pater Rutten. Kortom, de verordening van den heer Moeyersoen was onaannemelijk, niet alleen voor ons, doch tevens voor de patroons. En inderdaad, te Brussel en te Antwerpen, namelijk, stonden zij aan de zijde der arbeiders om ze af te wijzen. « Zij willen de Ambtelijke Werkbeurzen niet vervormen in zuiver bestuurlijke lichamen, doch haar integendeel een praktisch, een handelskarakter verzekeren » zegde het verslag der Syndikale Kommissie verschenen in ons nummer van 20 December 1924. De Syndikale Kommissie hield zich met de zaak onledig. Een. afvaardiging begaf zich op 11 December 1924 bij den heer Tschoffen, die den heer Moyersoen had opgevolgd, en op. 19 Januari 1925 bracht een nieuwe verordening wijzigingen'aan de artikels 3, 5 en
DB
VAKBEWEGING
De Arbeidersjeugd en de Arbeidersbeweging
61
6 van het K. B. van 19 Februari 1924 waarop wij bijzonderlijk kritiek hadden uitgeoefend. Het artikel 3 zegt namelijk dat « iedere officieele Arbeidsbeurs wordt beheerd door een raad, samen¥ / 4 N den Centralen Jeugdraad (organisatie waarin gesteld uit vertegenwoordigers der openbare machy de groote lichamen : B. W. P., Samenwerkende ten, die in de oprichtingskosten tegemoetkomen en uit Dienst, Federatie der Socialistische Ziekenbonvertegenwoordigers van bij art. 5 et 6 bepaalde werkgevers-, werknemers- en bediendenvereenigingen. » den, Syndikale Kommissie vertegenwoordigd zijn) koHet artikel 5 zegt o.m.: « De werking van elke men wij een goed manifest te ontvangen dat gericht is aan de arbeidersjeugd des lands. officieele Arbeidsbeurs staat onder het toezicht van Wij laten het hier volgen. Doch wij willen evenwel de-paritaire kommissie, welke wordt samengesteld deze gelegenheid te baat nemen om eens te meer de voor de helft uit vertegenwoordigers der werkgevers- aandacht onzer vooraanstaanden te vestigen op het vereniging of uit in het gebied gevestigde bedrijfs- groote belang dat de beweging der arbeidersjeugdorgaleiders en voor de andere helft uit vertegenwoordigers nisatie aanneemt voor de arbeidersbeweging in 't algeder beroepsvereenigingen van werklieden en bedien- meen en voor de vakbeweging in 't bijzonder. 't Is, voorzeker, niet de eerste maal dat men aldus den. De vereenigingen benoemen zelf de vertegenpoogt te herinneren dat de vakorganisaties rechtwoordigers in de kommissie. » Eindelijk voorziet het artikel 6: « De raad van be- streeks belang hebben bij de ontwikkeling der Jeugdgroepen. In de «Belgische Vakbeweging» hebben wij, heer mag in den schoot van de paritaire kommissie, inderdaad, meermalen aangetoond dat, doordat aan het kamers stichten, welke belast zijn te waken over de werk der jeugdorganisatie geen voldoende belang werd speciale belangen van zekere beroepen. » gehecht, de burgerorganisaties er door menigvuldige Door het gelijktallig stelsel terug in te voeren wermiddelen in gelukt zijn talrijke jonge arbeiders in haar pen deze wijzigingen gansch het plan van den heer midden aan te werven. Nu, het dient gezegd, omdat het gevaar dat uit dien Moyersoen om en zooals het is kan het Besluit over de Werkbeurzen aanvaard worden... in afwachting toestand voortspruit groot is, die beweging, ver van in belangrijkheid te verminderen, groeit aan. Heden van iets beter. Wij meenen, inderdaad, dat het arbeidsveld der worden, nevens de burgervereenigingen voor sport en A. W. B. ontzaglijk zou kunnen uitgebreid worden lichamelijke opvoeding, door het patronaat ondersteunde fabriek- of werkhuismaatschappijen opgericht. en uit het hooger aangehaald verslag nemen wij het Deze zijn nog gevaarlijker dan de andere en indien volgende door de bijzondere kommissie opgesteld men niet op past zullen het de vakbonden zelf zijn die programma over : er in de eerste plaats zullen onder te lijden hebben. 1° Inrichting der Ambtelijke Werkbeurzen met Be't Is dus het oogenblik om te herinneren dat er proheerradèn, samengesteld uit officieele afgevaar- letarische groepen van lichamelijke en zedelijke opdigden en vertegenwoordigers der patroons- en • voeding bestaan, dat zij open staan voor al de jonge ararbeidersvereenigingen; 2° Inrichting van een nationalen plaatsingsdienst, beiders, dat zij bestuurd worden door uiterst toegetot het samenordenen der bedrijvigheid van de wijde vooraanstaanden en dat deze slechts iets verlanAmbtelijke Werkbeurzen en van de syndikale gen : werken. Doch daarvoor dient men hen te helpen, plaatsingsbureelen; zich niet langer onverschillig toonen, zich, eindelijk, 3° Vermindering van den vervoerprijs voor de werk- doordringen van de gedachte dat men, door te werken lieden die zich naar andere steden begeven om er aan de ontwikkeling der jeugdgroepen, bijdraagt tot het ^werk te zoeken; 4° Het optrekken van schuilplaatsen op de kaaien der versterken der vakorganisaties. Qit gezegd laten wij het manifest van den Centralen havens, voor de inrichting van den dienst der aanwerving van werkkrachten — dokwerkers en zee- Jeugdraad volgen : lieden ; 5° Inrichting van een nationalen uit- en inwijkings- EEN OPROEP TOT DE ARBEIDERSJEUGD dienst met de medewerking der Ambtelijke WerkJongens en Meisjes! beurzen en der patroons- en arbeidersvereenigin, gen, tot vrijwaring der belangen van de inlandWij beschikken over vrijen tijd. Wij hebben allersche werklui, alsook van die der uitwijkelingen; hande gelegenheden om volop van ons jeugdleven te 6° Het afsluiten, met de medewerking van de be- genieten. trokken departementen, van internationale wederWij bezitten doorgaans een .degelijke schoolopleikeerigheidsovereenkomsten met de vreemde landen ding, door toedoen van het verplichtend onderwijs dat die aan onze nationale uitwijkelingen alsook aan de socialisten geëischt en bekomen hebben. Het is ons de inwijkelingen de voordeelen* der sociale wetge- verder toegelaten, bij middel van het naschoolsch onving van het land waar zij zich vestigen zouden derricht onze vakkennissen te vermeerderen, zoodat waarborgen; onze waardigheid van leerjongen en leermeisje aan7° Opzicht over de voorwaarden waarin de ingewe- groeien kan en onze broodwinning beter verzekerd is. ken arbeiders door de patroons worden gehuisvest; Nochtans mogen die betrekkelijke verbeteringen ons 8° Strenge toepassing der wet van 29 Augustus 1919, niet doen vergeten dat onze arbeidersfamilies vóór den die het houden van een bevrachtings- of aanwer- oorlog een tijdperk gekend hebben van zware armoede vingsbüreel verbiedt aan de houders van drank- en onwetendheid. Vader moest zich dagelijks .12 :a huizen; 14 uren lang aftobben. Moeder moest het huishouden 9° Streng toezicht op de betalende plaatsingsbureelen -verwaarloozeh, het kroost aan zichzélf of aan de straat en trapsgewijze afschaffing derzelve. overlaten, om door slaafschen handenarbeid de ontbeDoch om dit programma te verwezenlijken dient ring in het gezin te helpen lenigen. Die onmenschelijke toestanden zijn gelukkiglijk in v de huidige kleriko-liberale regeering plaats te maken groot aantal verminderd. voor een socialistische regeering. Edoch, jonge kameraden, hebt gij u reeds de vraag Mag men het niet hopen? Joz. BONDAS; gesteld : «Aan wie hebben wij die verbeteringen te
62
DE BELGISCHE ^
Het zou aan de woorden « onderworpen aan den indanken ? Wie zijn de bouwers van de nieuwe levensen arbeidsvoorwaarden die ons, leerjongens en leer- vloed der jaargetijden » een misbruikelijken zin geven meisjes, vooral ten goede komen? » zijn, door ze op de mutsennijverheid toe te passen, dit Onthoudt dat dit alles in het leven werd geroepen temeer daar, indien zich op sommige tijdstippen van door den eendrachtigen wil van de georganiseerde ar- het jaar de bestellingen ophoopen, de fabrikanten gebeiders. Zij wisten hunne organisatiemacht aan te beurlijk, krachtens de voorschriften van het artikel 7, wenden om den onverbiddelijken kamp tegen onze verdrukkers aan te gaan. Zij hebben vakbonden en poli- een krediet van overuren kunnen bekomen. » tieke groepen gesticht, zij hebben koöperatieven opgeHetzelfde lot werd voorbehouden aan de fabrikanten richt. Zij hebben door bloedige offers het Zuiver Alge- van pneus en fotografische voortbrengselen. In dit g e meen Stemrecht weten af te dwingen en hebben hunne woordvoerders aangeduid, die in officieele kringen — val vroeg men de toepassing van het artikel 5 der wet gemeente- en provincieraden, Kamer en Senaat — de van 14 Juni 1924, en de Raad heeft hetzelfde besluit rechten der arbeidersklasse kranig verdedigen. Die genomen, te weten, dat deze bedrijven niet kunnen bereusachtige krachtsinspanningen werden dan ook met schouwd worden als-seizoenbedrij ven. prachtige uitslagen bekroond. Eveneens voor wat aangaat de door een suikerijfabriMaar de bourgeoisie voelt zich in hare leefbaarheid kant ingediende vraag. Het ware waarlijk onthutsend bedreigd. Onze liberale en katholieke tegenstrevers geweest aan dit bedrijf het recht te zien verle'enen de spannen samen en plaatsen het belemmerend blok der werkuren van zijn personeel te verhoogen, dit krachreaktie op den weg onzer vrijmaking. Wij gaan te snel, naar zij meenen. Zij hebben dit tens het artikel 5 der wet, dan wanneer noch onder onlangs bewezen als zij onze voorkampers Vander- oogpunt der voortbrenging noch ónder handelsoogpunt velde, Anseele, Wauters en Destrée uit de Regeering iets dergelijken maatregel zou rechtvaardigen. De Hoodreven. Zij hebben na afspraak de hand gelegd op gere Arbeidsraad heeft dus goed gedaan zich aan té 's landsbestuur, om des te gemakkelijker hunne wansluiten bij het oordeel onzer vrienden de Brouckère en kelende overmacht op vasteren grondslag te leggen, om Mertens, die de aangevraagde of wijking bekampten. doelmatiger de toegestane verbeteringen te ondermijDe door de Luxemburgsche Koophandelskamer voor nen. Dat is voor ons het welsprekendste bewijs dat het de houtzagerijen ingediende vraag om afwijking heeft behoud der veroverde hervormingen, dat de verwezen- aanlefding gegeven tot een gedachtenwisseling waaruit lijking van gansch o'ns programma slechts dan moge- is gebleken dat zich een toegevoegd onderzoek oplijk zijn wanneer de arbeiders zelven het beheer der drong. De Raad heeft in 4ien zin een besluit genomen. openbare zaken overnemen zullen. Hetzelfde besluit werd genomen betreffende de aanDe Regeering aan de arbeidersklasse. vraag ingediend door de groep der scheepsbouwers. Ziedaar den inzet van den begonnen kiesstrijd! Hier ging het ook om de toepassing'van het artikel 5 Jongens en Meisjes! der wet. Binnen enkele dagen wordt die beslissende kamp Het schijnt dat de werkgevers aller nijverheden een gevoerd. ordewoord volgen om zooveel vragen of af wijkingen als Wij moeten in 't gelid om met woord en daad onze mogelijk is in te dienen. De enkele vragen die de Hooklasse, de Socialistische Arbeiderspartij te steunen. gere Arbeidsraad in zijn zitting van 18 Februari te onGeen enkele onzer mag onverschillig toezien. Het . derzoeken had, duiden in elk geval een voor de arbeiware al te laksch. Het zou beteekenen : Verraad plegen ders weinig geruststellenden toestand aan. Alle" of tegenover onze vrijmakers! Allen in de bres, voor de propaganda en den strijd! schier alle vragen om af wijking, zijn ongegrond en men En dat de oudsten onder ons, zij die kiesrecht heb- kan er zich van vergewissen hoe dé indieners er van ben, dank zij de heldenopofferïngen onzer voorvade- om het verrechtvaardigen derzelve verlegen zijnv ren, Voor de socialisten stemmen! In den loop van dezelfde zitting van den Hoogeren Arbeidersjeugd, jongens en meisjes! Staat op! Arbeidsraad werden de vragen om afwijking krachtens Verdedigt met hand en tand wat wij hebben l het artikel 6, onderzocht. Zooals men weet schrijft dit Vooruit voor nieuwe veroveringen! Centrale Jeugdraad. artikel voor dat de bij de artikels 2 en 3 vastgestelde ••••» , ; , grenzen mogen overschreden worden : i° In de bedrih ven of bedrijfstakken, waarin de tot uitvoering van den arbeid noodige tijd, wegens den aard er van, niet nauwkeurig kan worden bepaald; 2° In de bedrijven waarin DE AFWIJKINGEN OP DEACHTURENWET de verwerkte grondstoffen voor zeer spoedige ontaarEN weet dat de Hoogere Arbeidsraad op 18 de- ding vatbaar zijn. zer is bijeengekomen om zijn meening te kenAl die vragen om afwijking krachtens het artikel 5 nen te geven over gansch een reeks door de werden in blok door den heer Uytborck, algemeen bepatroons ingediende vragen tot afwijking. Zooals de stuurder van het Centraal Nijverheidskömiteit en lid briefwisselaar van Le Peuple het heeft doen opmerken, van den Hoogeren Arbeidsraad, verdedigd. Wel is waar heeft dé Raad in de meeste gevallen de redenen of de heeft de Raad haar, in de meeste gevallen, geen goed zoogezegde redenen, waarop de werkgevers zich^tot onthaal voorbehouden. staving hunner aanvragen beriepen, ongegrond verVoor het drukken der geweefsels werd de vraag om klaard. afwijking, na een tusschenkomst van Duchesne, der Aldus heeft de Hoogere Arbeidsraad iri verband met Vakorganisatie var} de Textiel, verworpen, en een de door de Vereeniging der Mutsenfabrikantèn ingezelfde onthaal werd voorbehouden aan die ingediend diende vraag — strekkend tot het bekomen dat deze voor de glucosenijverheid en aan die gedaan voor de nijverheid gerangschikt worde in de kategorie der seinijverheid van het inslaan van cementen en houten '.. zoennijverheden — met de volgende besluitselen van palen en voor het opzakken van den zwavelzuurzout• den Centralen Dienst van het Arbeidopzicht vereenigd : ammoniak. « De mutsenfabrikage is, eigenlijk gezegd, geen seiDaarentegen werd een meer gegronde vraag tot af* zoennijverheid. wijking, uitgaande van eenfirmadie ceméntagglomera-
In den Hoogeren Arbeidsraad
M
DE BELGISCHE VAKBEWEGING
63 HO»
werklieden van het eigen land derzelfde kategorie gebezigd in hetzelfde bedrijf, of, bij gebrek aan werklieden derzelfde kategorie tewerk gesteld in 't zelfde bedrijf, aan het normale en gewone loon der werklieden van dezelfde kategorie in de streek. De Regeering van het land waar ingeweken Wordt verbindt zich er op te waken dat, op zijn grondgebied, de gelijkstelling van het loon der ingewekenen met dat der eigen werklieden in acht genomen worde. Art. 3. — De arbeiders van elke der twee overeenkomende partijen zullen, voor wat aangaat de arbeids- en bestaansvoorwaarden, van de zelfde bescherming genieten als die door de wetgeving en door de gebruiken van het land verleend aan de landgenooteh. Al de klachten der arbeiders van het ander land, voor wat aangaat de arbeids- en bestaansvoorwaarden waaraan zij door de werkgevers zouden onderworpen worden, of de moeilijkheden van eiken aard zullen, wanneer zrj de tusschenkomst der openbare machten 1 • •»»» = vergen, hetzij rechtstreeks, hetzij door tusschenkomst van de diplomatische of konsulaire overheden, geslecht worden door of overgemaakt worden aan de bevoegde overheden van het land ; het bevoegde bestuur van dit NZE lezers zullen zich waarschijnlijk herinnerenland zal tot de noodige onderzoeken overgaan en alleen dat wij in ons nummer van 31 Januari LI. den bevoegd zijn om tusschen te komen. tekst hebben afgekondigd van een ontwerp van Art. 4. — In geval de staat van de arbeidsmarkt op overeenkomst tusschen Frankrijk en België betref-zekere tijdstippen, in zekere streken en voor zekere fende de op de arbeiders die van het een naar het an- beroepen niet zou toelaten werk te verschaffen aan de die persoonlijk en uit eigen beweging der land gaan arbeiden toe te passen behandeling. landverhuizers arbeid komen zoeken, zal de betrokken Regeering dit Deze tekst was,, en wij verontschuldigen er ons over onmiddellijk langs diplomatischen weg de Regeering bij onze lezers, niet de definitieve tekst. Wij zijn zoo van het ander land ter kennis brengen, ten einde haar gelukkig geweest in 't bezit gesteld te worden van de- in staat te stellen het noodige te doen. De twee Regeeringen verbinden zich elkaar voor hun toepassing de zen laatste, en wij laten hem hier volgen : beperkende maatregelen te kennen te geven die zij nuttig mochten oordeelen op de betrokken arbeiders ARBEIDSOVEREENKOMST T U S S C H E N toe te passen. BELGIË EN FRANKRIJK Art. 5. — Voor alles wat -de verwerving, het bezit, Zijne Majesteit de Koning der Belgen en de Voorzit- de overdracht van het landelijk en stedelijk kleinbezit ter-der Fransche Megeerïng, evenzeer verlangend, in aangaat, zullen den landonderhoorigen van elke der éëtf D*eedsten geest van vriendschappelijke overeen- twee Staten op het grondgebied van den andere deÈpmst, den toestand der Belgische werklieden die in zelfde rechten en yoordeeïen verzekerd worden als aan Frankrijk arbeiden en der Fransche werklieden die in de onderhoorigen van het eigen land, met uitsluiting ëélgië arbeiden te regelen, en in de grootst mogelijke evenwel van het voorrecht der premiën die zouden toemiate de gelijkheid van behandeling tusschen min gekend worden ten kosteloozen titer door een der twee ïaèdsaangehoorigèn en de aangehoorigen van den an- regeeringen aan de bouwers en de koopers van goedderen Staat, voor wat aangaat de wet van sociale voor- koope woningen, alsook yan de yóbrdeelen verleend zienigheid en van arbeid vast te stellen, hebben beslo- ter gelegenheid van oorlögsfeiten en onder voorbehoud ten een verdrag de sluiten en hebben, te dien einde, der door de wetten betreffende het verblijf en de vestials hun gevolmachtigden benoemd : ging der vreemdelingen voor zekere streken óf zekere plaatsen in-'t belang der nationale veiligheid voorziene Zijne Majesteit de Koning der Belgen : Den heer Hymans, Staatsminister, Zijn Minister van beschikkingen. Art. 6. De arbeiders en werkgevers der twee lanÈfUitenlandsche Zaken; Dèu heer P. tschoffen, Zijn Minister van Nijverheid* den die in gezamenlijke arbeidsgeschillen betrokken zijn, zullen deel kunnen uitmaken van de verzoeningen Arbeid en Sociale Voorzienigheid. en bemiddelingskomiteiten aan dewelke deze konflikDe Voorzitter der Fransche Republiek : ten onderworpen worden. Den heer Justin Godart, Minister van Arbeid, van Art. 7. — De toelagen aan de onderlinge verzekeGezondheid,van Socialen Bijstand en Voorzienigheid ringskassen tegen de werkloosheid en der openbare inder Fransche Republiek; van bijstand door den arbeid, zullen in elke Den heer Maurice Herbette, Buitengewoon Afgezant stellingen der overeenkomende Staten aan de onderhoorigen van en Gevolmachtigde der Fransche Republiek bij Zijn den anderen Staat verleend worden. Majesteit den Koning der Belgen, die, na hun in reArt 8. r - De Iandsonderhoorigen van elke der twee gel bevonden, volmachten gewisseld te hebben, het overeenkomende partijen zullen op het grondgebied volgende zijn overeengekomen :, van de andere voor al wat de toepassing der wetten tot Artikel één. — De twee regeeringen verbinden zich regeling der arbeidsvoorwaarden en tot verzekering geen hinderpalen in den weg te leggen voor het uit- der gezondheid en veiligheid der arbeiders aangaat, wijken harer wederzijdsche aangehoorigen die zich met de onderhoorigen van het land een gelijke behanya,n een der twee landen naar het andere wenschen te deling genieten. Deze gelijkheid van behandeling zal fcjejgeveja om er te arbeiden; zij zullen, met dit doel, zich ook uitbreiden tot al de sphikkingen die in deze aaiv deze werklieden en hun gezin alle bestuurlijke ge- zaak in beide landen zullen kunnen uitgevaardigd wornïakkén verschaffen. den. Deze arbeiders en hun gezinnen zullen vrijelijk het Art. 9. — Geen der twee overeenkomende Staten zal bestemmingsland mogen binnenkomen, er verblijven belastingen of bijzondere taksen opleggen aan de onen het verlaten, mits het vervullen van de ter zake derhoorigen van den anderen Staat uit hoofde van hun voorgeschreven formaliteiten en onder voorbehoud'dër arbeid op zijn grondgebied. door het artikel 4 voorziene tijdelijke afwijkingen. De voorgaande beschikking brengt geen wijziging Art. 2. — De ingeweken arbeiders zullen voor gelij- aan de wets- en reglementsbepalingen betreffende de ken arbeid, een loon ontvangen gelijk aan dat der algemeene taksen op de vreemdelingen, namelijk deze ten vervaardigt, aangenomen en een besluit werd getroffen tot het verleenen van een krediet van 100 overuren per jaar. De Raad zal nog eerstdaags bijeenkomen om over te gaaü tot een onderzoek der andere vragen om afwijking die hem zijn onderworpen. Wij weten niet welk gevolg er zal aan gegeven worden, doch indien die vragen van den zeilden aard zijn als die, waarover hij zich in zijn laatste zitting uit te spreken had, zal hij niet anders kunnen dan ze af te wijzen. Intusschen mag men er zich om verheugen dat hij begrepen heeft dat de achturenwet gemaakt is om een zoo algemeen mogelijke toepassing te verkrijgen en dat alleen de afwijkingen die zich in 't goed begrepen belang der nijverheid opdringen aangenomen kunnen worden.
De Bescherming der Vreemde Arbeiders
O
DE BELGISCHE VAKBEWEGING
64
verbonden aan de aflevering van verblijfsbewijzen. Er kan ook niet verstaan worden dat de landsonderhoorigen van een der overeenkomende Staten die op het grondgebied van den anderen Staat wonen, ontslagen wezen van alle welkdanige tegenwoordige en toekomende belastingen opgelegd aan de onderhoorigen van den Staat waar hij zijn woonst vestigt. Art. 10. — De bevoegde besturen van de twee landen zullen in gemeen overleg de voor de uitvoering der beschikkingen van de huidige overeenkomst, die de samenwerking van hun bestuursdiensten noodzakelijk maakt, noodige maatregelen van bijzaak en schikking vaststellen. Zij zullen eveneens de gevallen en voorwaarden aanduiden waarin de diensten rechtstreeks zullen in verbinding staan. Art. 11. — De huidige overeenkomst zal bekrachtigd worden en de bekrachtigingen ervan ten spoedigste te Brussel gewisseld. Zij zal in kracht treden zoodra de bekrachtigingen zullen gewisseld worden. Zij zal gedurende een jaar geldig zijn en stilzwijgenderwijze vernieuwd worden, behalve opzegging. De opzegging zal dienen te geschieden drie maand vóór den afloop van elk termijn. Al de uit de toepassing van de huidige overeenkomst voortspruitende moeilijkheden zullen langs diplomatischen weg geregeld worden. In geval het niet zou mogelijk geweest zijn langs dezen weg een oplossing te bereiken, zullen de gezegde moeilijkheden, zelfs op aanvraag van een enkele tier partijen, aan het oordeel van een of meerdere bemiddelaars onderworpen worden, die voor zending zullen hebben ze volgens de beginselen en den geest van de huidige overeenkomst op te lossen. Een bijzondere schikking zal de inrichting en de werking der bemiddeling regelen. Elke partij zal ten titel van inlichting, de meening kunnen inroepen van een der ter zake bevoegde internationale bureelen of lichamen. Deze meening zal ook ten zelfden titel van overeenkomst tusschen de bemiddelaars kunnen gevraagd worden. Gedaan te Brussel, in dubbel, op 24 December 1924. .
+*•*•
De Levensduurte Eindelijk valt er vermindering aan te stippen! Op 15 Februari bedroeg het index-number 517 tegen 521 op 15 Januari 1.1. Het verschil is niet groot — 4 punten — en voorzeker worden de verbruikers die met de moeilijkheden van het leven te kampen hebben de vermindering niet gewaar. Opdat dit het geval weze dient de vermindering verder door te gaan. Zal dit het geval wezen? Ziehier de cijfers voor de provincies : Antwerpen 521 Brabant 528 Henegouwen 534 Limburg 514 Luik 516 Luxemburg 510 Namen 510 Oost-Vlaanderen . . . . 518 En die voor de steden en pmgeving : Antwerpen (stad) . . . . 531 Brussel en omgeving . . . 548 Brugge . . 507 Gent 514 Bergen : . .' . 543 Luik (stad) . . . . . ; . 521 Hasselt . . . . . . .. 518 Aarlen . . . . . . . . 5Ï3e -Namen (stad) ^ . , . . . 520 i
De Internationale Vakbeweging In het Internationaal Vakverbond BUREELVERGADERING Het Bureel van het I. V. V. kwam op Woensdag 4 Februari 1925 te Amsterdam bijeen. Waren aanwezig: A. Purcell (voorzitter), L. Jouhaux, Corn. Mertens en Th. Leipart (ondervoorzitters), J. Oudegeest, J. Sassenbach en Brown (sekretarissen). De gansene dag werd besteed aan het voorbereiden van de besprekingen welke op de vergadering van den Algemeenen Raad van het I. V. V. op 5 Februari en volgende dagen bijeenkomend, zouden gehouden worden. Het Bureel stelt zijne houding in al de te bespreken punten vast. Verder heeft het Bureel de nazichters der rekeningen van het I. V. V. ontvangen, namelijk de kameraden Bowen (Engeland), Brunner (Duitschland) en Degen (Zwitserland). Makker Bowen bracht namens de nazichters verslag uit over het gedane nazicht; alles was in orde bevonden, en dank werd uitgebracht voor de klaarheid waarmede de boeken gehouden worden. VERGADERING ALGEMEENE RAAD I. V. V. De Algemeene Raad van het I. V. V. is van 5 tot 7 Februari 1925 te Amsterdam bijeen gekomen. Waren aanwezig de Bureelleden Purcell, Jouhaux, Mertens, Leipart, Oudegeest, Sassenbach en Brown; de vertegenwoordigers der landengroepen: Bramley (Groot-Brittanje en Ierland), Buisson (Frankrijk), Caballero (Spanje en Portugal), d'Arragona (Italië), Dürr (Oostenrijk en Zwitserland), Grassmann (Duitschland), Jaszai (Hongarië en Balkanstaten, Yougo-Slavië uitgezonderd), Madsen (Skandinaafsche landen), Stenhuis (België, Luxemburg en Nederland), Tayerlé (Tcheko-Slovakije en Yougo-Slavië) en Zulawski (Polen, Lettonië en Esthonië); verder de vertegenwoordigers van de Internationale Beroepssekretariaten Fimmen, Cook en Smit. We laten hier een overzicht van de gehouden besprekingen en de genomen besluiten volgen : 1. Ingevolge de te Weenen aan de statuten van het I. V. V. gebrachte wijzigingen zetelen voortaan drie afgevaardigden der gezamenlijke internationale beroepssekretariaten in den Algemeenen Raad van het I. V. V. De vergadering der internationale sekretarissen te Weenen had als plaatsvervangers Mayer, Brey en Dissmann aangeduid. Op voorstel van het Bureel wordt besloten dat bij gebeurlijk belet van een der drie werkelijke afgevaardigden, de eerste aan de beurt komende plaatsvervanger door het I. V. V. zal uitgenoodigd worden. Mayer, het grootst aantal stemmen bekomen hebbend, wordt eerst geplaatst; daarna komen in alphabetische orde Brey en Dissmann, die beiden het zelfde aantal stemmen bekwamen. 2. De Algemeene Raad van het I. V. V. bestaat buiten de Bureelleden uit vertegenwoordigers van landengroepen en de internationale beroepssekretariaten. Het kongres te Weenen besloot dat de landengroepen Afrika, Australië, Azië, Kanada en de Vereenigde Staten, Latijrisch Amerika en Rusland voorloóplg geen afgevaardigde zouden hebben. Op voorstel van het Bureel en in overeenstemming met het bij het I. V. V. aangesloten Kanadeesch
DE BELGISCHE « Trades and Labor Congress »,. wordt door den Algemeenen Raad besloten dat voortaan Kanada en de Vereenigde Staten ook hun vertegenwoordiger in den Algemeenen Raad hebben zullen. Deze vertegenwoordiger zal heel waarschijnlijk zijn makker Tom Moore, de voorzitter van het « Trades and Labor Congress of Canada »; flit laatste lichaam zal eveneens een plaatsvervanger aanduiden. Beide benoemingen zullen dan door de volgende vergadering van den Algemeenen Raad bekrachtigd worden. 3. Het verslag aangaande de bedrijvigheid van het I. V. V. sinds het kongres te Weenen lokt eene zeer belangrijke bespreking uit, in verband met de persmededeelingen van het I. V. V. Namens de Britsche vakvereenigingen kwam Bramley er tegen op dat in de persmededeelingen, welke ook aan de kapitalistische pers gezonden worden wanneer deze dit verlangt, zaken worden opgenomen welke door de Engelsche vakvereenigingsmenschen als «huishoudelijke zaken » beschouwd worden; zoo bij voorbeeld de kwestie van de minderheid in de Engelsche vakbeweging, de mededeelingen en ook het artikel van Oudegeest aangaande de redevoeringen van Purcell in Rusland, de uitlatingen der Russische leiders zooals Losofsky, Tomski en Zinoview, tegen het I.V.V., de briefwisseling tusschen het I. V. V. en de Russische vakbonden, enz. Volgens Bramley verhoogt men het belang der kommunisten en de door deze aangestookte minderheidsbewegingen, en moedigt men hunne propaganda aan door van hen in onze pers te gewagen; best is, volgens hem, over dit alles het stilzwijgen te bewaren. Door meerdere sprekers, waaronder Oudegeest, Jouhaux en Mertens wordt betoogd dat het I. V. V. een internationaal lichaam is, dus een internationaal standpunt in te nemen heeft, en zich dus niet steeds tegen de belangen van het groote gedeelte der aangesloten landen in, naar het verlangen van een land, in deze Groot-Brittanje, schikken kan. Dat ten andere het I'. V. V. niet zwijgen kan, want dat het eerstens in meerdere gevallen antwoorden moet op dat wat de kommunisten tegen het I. V. V., de bij hetzelve aangesloten organisaties en dezes voormannen in de wereld geslingerd wordt, en tweedens omdat het I. V. V. alle internationale dokumentatie verzamelt, eigenlijk daarvoor het meest geschikte organisme is en bijgevolg de aangesloten landen en hunne organisaties moet op de hoogte houden. De Algemeene Raad sloot zich bij deze meening aan en keurde de uitgave der persmededeelingen, zooals ze tot hiertoe uitgegeven werden, goed. Na de beantwoording van enkele vragen om toelichtingen wordt het verslag aangaande de bedrijvigheid van het I. V. V. met algemeene stemmen goedgekeurd. 4. Het voorgelegde geldelijk verslag over het jaar 1924 vergezeld van het verslag der nazichters wordt insgelijks bij algemeenheid van stemmen door den Raad goedgekeurd. 5. Voor diegenen onder de aangesloten landen welke in buitengewone omstandigheden verkeeren, heeft het kongres te Weenen aan den Algemeenen Raad volmacht gegeven in uitzonderlijke gevallen eene vermindering der statutaire bijdrage toe te staan. Een vijftal landen vroegen om voor het jaar 1924 van deze uitzondering te mogen genieten. Dit werd toegestaan aan Hongarië, Polen en Yougo-Slavië; het werd geweigerd aan Oostenrijk en Tchekö^StóvakiJe*
65 6. Het Bureel kreeg vervolgens volmacht gebeurlijk geldelijk ter hulpe te komen aan een paar aangesloten Syndikale Kommissies welke op dit oogeriblik het erg en van het patronaat en van de reakrie in het algemeen te verduren hebben. 7. Het Bureel bracht vervolgens aan den Algemeenen Raad verslag uit aangaande de anti-oorlogsaktie. De verkoop van den anti-oorlogszegel heeft tot hiertoe in het geheel 202,136.82 gulden opgebracht. Frankrijk, Groot-Brittanje, Italië, Palestina, ZuidAfrika, Zwitserland en Yougo-Slavië hebben nog niets afgerekend, en zijn dus in deze som niet begrepen. Van de veertien overige landen spant Zweden de kroon met eene som van 556.44 gulden per 1,000 leden ; daarna komt Nederland met 100.33 gulden per duizend leden; België komt op den zevenden rang met 7.82 gulden per duizend leden. Voor wat aangaat den verkoop van kaarten en herkenningsteekens op den anti-oorlogsdag van 21 September 1924, in het geheel zijn 377,150 kaarten en 71,000 kenteekens in omloop gebracht. België spant de kroon in den verkoop want in ons land alleen zijn 40,000 kaarten en 30,000 kenteekens aan den man gebracht. Met betrek op den anti-oorlogsdag van 21 September 1924 werd ook nog medegedeeld dat dien dag in niet min dan 26 Staten het ordewoord van het I. V. V. j's gevolgd geworden en betoogingen en meetings werden ingericht. De vergadering nam met bijzonder genoegen kennis van de betoogingen en vergaderingen in niet aangesloten landen zooals Australië, Nederlandsen Indië en Nieuw-Zeeland, alwaar de dag van 21 September in buitengewoon gunstige omstandigheden verloopen is. Bij algemeenheid van stemmen werd dit verslag aangenomen. Besloten werd tevens dat binst den kortst mogelijken tijd eene vergadering zal bijeen geroepen worden van het Anti-oorlogskomiteit, bestaande uit de Bureelleden van het I. V. V. plus een vertegenwoordiger van elk der Internationale Beroepssekretaratien van Mijnwerkers, Metaalbewerkers en Transportarbeiders. Verder werden meerdere praktische voorstellen in aanmerking genomen en naat het Bureel verzonden voor verdere uitwerking in overeenstemming met de aangesloten landen. 8. Vervolgens kwamen de betrekkingen tusschen het Internationaal Vakverbond en de Russische vakbonden ter sprake. In de Belgische Vakbeweging van 2 Augustus, 11 Oktober, 6 en 20 December 1924 hebben we deze briefwisseling gansch weergegeven. Op 29 Januari 1925 was door het Sekretariaat van het I. V. V. te Amsterdam vanwege de Russen nog een laatste telegram ontvangen, luidend als volgt: « Uw brief van 5 December 1.1. is door het presidium van den Centralen Raad der Vakbonden van de Russische Socialistische Federatieve Sowjetrepubliek op 29 Januari onderzocht geworden. Deze laatste verbergt zijn door bewusten brief opgewekte verwondering niet. Volgens onze meening moet hij -toegeschreven worden aan het feit van een slecht begrip" of van een « tendencieuse » uitlegging onzer brieven, die nochtans volkomen duidelijk waren. Uit h e t ' tweede lid van uwen brief schijnt te 6lijken dat wij de bijeenroeping van een internationaal kongres aller vakorganisaties als eersten stap naar de verwezenlijking der eenheid-voorstellen. Terwijl wij dezen maatregel beschouwen als zijnde dé onberispelijkste, de billijkste en de gunstigste proceduur, met het oog op • de verwezenlijking der eenheid in de internationale ~
66
DE BELGISCHE VAKBEWEGING ••••••••''••«''•••'^^
Rusland zich in zijne redevoeringen uitgelaten had op eene manier die in tegenstelling stond met de besluiten van de ï. V. V.-kongressen. Purcell antwoordde daarop dat hij, als lid der Britsche delegatie, nimmer als voorzitter van het I. V. V. gesproken had. Dat hij overigens niet te vinden was voor het houden van een wereldkongres zooals het door de Russische vakbonden in hun schrijven van 23 Oktober 1924 was voorgesteld geworden; dat hij overigens zulk een arbeiderswereldkongres aanzag als het « meest stomme ding dat hij ooit zag ». Bramley verdedigde het Engelsche voorstel. Het Bureel zou gemachtigd worden onderhandelingen met de Russische vakbonden aan te gaan, voor het houden eener konferentie om te zien wat kan gedaan worden om tot eenheid te komen. De Engelschen zijn voor het besluit van Weenen, dus de Russen in het I. V. V., maar ze meenen dat dit niet bij middel van briefwisseling gebeuren kan, maar wel door het houden eener konferentie. Als alles moet afspringen, dan is het beter daarover verslag te moeten geven en het vast te stellen, nadat eene konferentie gehouden en mislukt is. Fimmen steunt het Engelsen voorstel, want naar wat hij in Rusland ervaren heeft is er uit eene konferentie met de Russen wel iets te verwachten. Coök deed eveneens eene pleidooi ten voordeele van de _ Britsche voorstellen. Grassmann vreest niet het minst eene konferentie met de Russen indien het er om gaat deze laatste in het I. V. V. op te nemen. Maar daar gaat het juist de Russen niet om; de eenheid in de vakbeweging is de minste hunner bekommernissen; Wat ze willen is onze groepen in werktuigen voor hunne politiek té veranderen. Eene- konferentie zooals hier gevraagd zou dus geen aarde aan den dijk brengen, doch slechts nieuw agitatïêmateriaal voor de kommunisten zijn. " Smit is tegen eene konferentie zooals in het teleVanwege het « British Trades Union Congress » gram der Russen gevraagd wordt. Er moet aan de was een op 31 Januari 1925 gedagteekend schrijven Russen worden medegedeeld dat onze rangen voor hen ingekomen, waarbij aan den Algemeenen Raad van open staan juist op dezelfde wijze als voor de andere het I. V. V. verzocht werd in te stemmen met het organisaties. houden eener konferentie tusschen de vertegenwoorMertens meent dat een einde moet gesteld worden digers van het I. V. V. en deze van den Centralen aan de gedurige verwarring en agitatie. Ingaan op Raad der Pan-Russische Vakbonden. Deze konfe- het Engelsen voorstel na ontvangst van het Russisch rentie zou onvoorwaardelijk zijn, de aldaar te houden telegram is het doodvonnis van het I. V. V. teekebesprekingen zouden ten titel van inlichting zijn, en nen. Dit willen we niet en dit is overigens ook niet ieder zou vrij zijne wederzijdsche meening kunnen gewild door het Weener kongres: De Russen kunnen uiten, zonder aan gelijk welke formuul of statuten ge- komen met dezelfde rechten en ook dezelfde plichten, bonden te zijn; het zou wel verstaan zijn dat de be- en niets meer als alle andere groepen. Willen ze, eens sluiten eener dergelijke konferentie zouden aanzien aangesloten, statutenwijzigingen voorstellen, dan kunworden als de voorloopige handelingen eener offi- nen deze door Bureel en Algemeenen Raad onderzocht cieele konferentie die dan volgen zou, nadat aangaan- worden, en desgevallend en zoo noodig en wenschede de voorloopige besprekingen aan de verantwoorde- lijk aan een kongres (desnoods aan een buitengelijke lichamen verslag zou uitgebracht zijn geworden. woon) onderworpen worden. Namens het Bureel werd de zaak door Oudegeest Dürr aanziet het voorstel der Russen als een valingeleid; hij besloot dat de onderhandelingen op zulk strik, maar stelt toch de vraag of er niet eens, op punt gekomen zijn dat verdere briefwisseling, over- kosten der aangesloten landenwaar Rusland zou kunb<$ig is; dat op het voorstel der Engelschen niet kon nen gegaan worden zooals overigens reeds begin 1920 ingegaan worden daar het in tegenstrijd staat met de door het I. V. V. was besloten geworden. . te Weenen aangenomen motie, en daar de Russen Stenhuiis meent dat de briefwisseling moet ophoutmt éeze laatste niets willen, te maken hebben, het den. Samensmelting van I. V. V. en R. V. I. is vasY oogenblik gekomen is om hen mede te deelen dat, in uitgesloten. De Russen kunnen bij ons komen in der dëfcé omstandigheden, de zaak voor het I. V. V. als zelfde voorwaarden als alle andere landen. Hij stelt afgedaan kan beschouwd worden. duidelijk den eisen dat de zelfstandigheid der aangeÖaarop ving de bespreking aan. De voorzitter Pur- sloten landen zou behouden blijven, en noch op intercejjl werd door meerdere sprekers fej gehekeld omdat nationaal noch op nationaal gebied we door de Rusté} tijdens zijne reis als lid der Britsche delegatie naar sen èène politiek kunnen laten opdringen. Om kort arbeidersbeweging, hebben wij nochtans altijd bij U aangedrongen opdat de eerste praktische stap om de eenheid onder de vakbonden te bereiken zij: het houden eener gemeenschappelijke konferentie van vertegenwoordigers van het Internationaal Vakverbond en van den Centralen Raad der Vakbonden van de Russische Socialistische Federatieve Sowjetrepubliek. Het prakische voorstel dat wij U op 't oogenblik onderwerpen bestaat alleen daarin. Wij meenen dat dergelijke konferentie van vertegenwoordigers van het Internationaal Vakverbond en van den Centralen Raad der R. S. F. S. R. zou moeten, samengesteld zijn uit een overeengekomen aantal vertegenwoordigers der twee partijen, laat ons zeggen, 6 makkers van weerszijde. Zij zou voor taak dienen te hebben de wegen en middelen op te zoeken op wier grondslagen een volledige eenstemmigheid zou kunnen bereikt tot het verzekeren der oprichting van een eengemaakte internationale organisatie der vakbonden, tot dewelke al de heden bij het Internationaal Vakverbond en de Roode Vakinter nationale aangesloten vakbonden zouden toetreden. Geen beider partijen mag bij dezen eersten stap door iets anders gebonden worden dan door het oprecht verlangen de eenheid der beweging, die in de eerste plaats dient bekomen, te bewerken. Welkdanige voorafgaandelijke voorwaarden kunnen slechts de zaak der internationale eenmaking belemmeren. Ons schijnt het, dat er zich op al de andere gebieden geen moeilijkheden zouden aanbieden indien er op deze gemeenschappelijke konferentie grondslagen gevonden werden. Daarom schijnt het ons dat de aanvangsstap juist den vorm moet aannemen van de bijeenroeping van dergelijke konferentie, waarover wij reeds gesproken hebben en die door uw Raad onderzocht wordt. De gedachte der internationale eenmaking van de vakbonden maakt veel vooruitgang onder de arbeiders van talrijke landen, zonder onderscheid van hun politieke strekking. Dit maakt dat wij zeker zijn dat wij tot slot van rekening zullen overwinnen door de zaak der internationale eenheid naar praktische besluitselen op te voeren. Nr. 012226 — Voorzitter Centralen Raad Vakbonden Russische Socialistische Federatieve Sowjetrepubliek, Tomski; Sekretaris, Dogador. »
DE BELGISCHE 1 ARBEWBGING en goed de zaak te regelen stelt hij eene dagorde vootf, luidend als volgt: « De Algemeene Raad van het I. V. V., op 5 Februari 1925 en volgende dagen te Amsterdam vergaderd : Na kennisneming van de tusschen het Internationaal Vakverbond en den Algemeenen Raad der Alrussische Vakbonden gevoerde briefwisseling ; Belast het Bureel van het I. V. V. den Algemeenen Raad der A. V. mede te deelen dat het I. V. V. bereid is den Algemeenen Raad der A. V. aan te nemen indien deze er het verlangen toe uitdrukt; De Algemeene Raad verklaart bereid te zijn, zoodra de Russische vakbonden dit verlangen tot aansluiting bij het I. V. V. zullen medegedeeld hebben, op hun verzoek en zoo spoedig mogelijk, voor een gedachtenwisseling, te Amsterdam een bijeenkomst te beleggen, waarop de Algemeene Raad der A. V. zou uitgenoodigd worden. » Joühaux verklaart zich te kunnen aansluiten bij de motie Stenhuis, welke niets anders zegt dan wat we sinds 1919 gedaan hebben. Het voorstel der Russen is een wereldkongrès dat de eenheid niet het minste bevorderen zou. Hij is geen vijand van eene konferentie, maar met waarborgen. Want het voorstel der Engelschen, eene konferentie zonder meer, aannemen, is zich aan de zijde scharen van hen die de leiders steeds door het slijk gesleurd hebben; dit kaïi en mag den dank niet zijn voor diegenen onder ons die sinds vijf jaar het beste gegeven hebben voor het I'. V. V.r heel dikwijls tegen eigen nationale belangen in. In elk geval waarborgen en geen wereldkongrès. Tayerlé stelt voor eene kommissie te benoemen, gelast eeriè resolutie op te stellen welke, op grond1 slag'der motie van Weenen, de eénstemmighe'd wegdragen kan. jaszai ..kent uit eigen ervaringen de handelingen der Russen die de onderhandelingen slechts ten voordeele hunner eigen politiek misbruiken zullen. Alhoewel tegen verdere onderhandelingen wil hij zich wel, als het zou kunnen gevonden worden, bij een « kompromis » aansluiten. Het voorstel Engeland ter stemming gelegd wordt met 13 stemmen tegen 6 verworpen. Het voorstel Stenhuis wordt dan met 14 stemmen tegen 5 aangenomen. Daarna worden de voorstellen Dürr en Tayerlé wederzijdsch met 13 tegen 6 en 11 tegen 8 verworpen. Op voorstel van Mertens wordt in het verslag der vergadering vastgelegd dat Purcell en Bramley, zich beiden tegen het houden van een wereldkongrès hebben uitgesproken. Bramley licht zijne verklaring toe. De ,in uitzicht gestelde konferentie, onder wat vorm ook, kan volgens hem niet aanzien worden als de voorbereiding van een wereldkongrès. Wat echter later gebeuren kan is niet te voorzien. Ingevolge eene vraag van Joühaux en Stenhuis verklaart Bramley dat het EngelsenRussisch komiteit waarover in de kommunistiscne pers zooveel lawaai gemaakt is geworden nooit bestaan heeft. ; In geval de Russische vakbonden zouden ingaan % het aangenomen besluit en b!) het verlangen hunner aansluiting den wensch tot eene konferentie zouden uitspreken, zullen de Bureelleden Purceli, Jouhaüx, Leipart, Oudegeest, Sassenbach en Brown, aangevuld door de leden van den Algemeenen Raad J;-Bramley, Grassmann, Zulawsky en Fimmen de konferentie namens het I. V. V. bijwonen. -
67
9. De Algemeene Raad bespreekt vervolgens de maatregelen welke moeten aangewend worden om op de VIP Internationale Konferentie van den Arbeid de konventie aangaande de afschaffing van het nachtwerk in de bakkerijen in tweede lezing er door te halen. De A. R. keurt het besluit goed te Brussel op 3 en 4 Januari genomen op de zitting van het Bureel van het I. V. V. met het Uitvoerend Bestuur der Internationale van Londen. In antwoord op eene vraag van Jouhaux, deelt Fimmen mede dat de Internationale der Transportarbeiders alles in het werk stellen zal om een wel6 slagen te verzekeren van de VIII Internationale Konferentie van den Arbeid die het zeeliedenstatuut op hare dagorde hebben zal. 10. Brown geeft verslag over de werking van het Departement voor Arbeidersopvoeding. Het internationaal kongres is tot 1926 verschoven. Dit jaar zullen twee zomerscholen te Brunsvik (Zweden) en Praag (Tcheko-Slowakije) gehouden worden. Aangenomen. 11. JHet Kongres van Weenen verzond de regeling tusschen het I. V. V. en zijne sekretarissen naar den Algemeenen Raad, daar dit als tot het reglement van inwendige orde behoorend moet aanschouwd Worden. Aangenomen, 12. Het verslag aangaande de kwestie van het trekken wordt insgelijks aangenomen. Op voorstel van d'Arragona zal het sékretariaat van het I. V. V. spoed maken met het verzamelen van de noodige dokumentatie, waarna ten spoedigst de door de bijeenkomst te Praag besloten konferentie belegd worden zal. 13. Ver$lag wordt uitgebracht aangaande de betrekkingen tusschen hetl.V.V. en het Wereldverbond dier Koöperatieven. Dit laatste, dat eerst uitsluitend mét het I. V. V. in vriendschappelijke betrekkingen stond* stemde op zijn internationaal kongres te Gent in Juni 1924 gehouden de volgende dagorde: « Dit Kongres keurt de werking goed van het Centraal Bestuur en van het Uitvoerend Bestuur met het oog op het aanknoopen, in overeenstemming met het kongresbesluit van Bazel, van betrekkingen met het Internationaal Vakverbond^ ten einde de eenheid van aktie over de streng ekonomische kwesties van gemeenschappelijk belang te vergemakkelijken. Ten einde, evenwel, vérwikkelingen te vermijden die tegenwoordig zouden kunnen voortspruiten uit eten bouw der tegenover elkaar staande inrichtingen, en ten einde aan het W. der K. zijn onzijdig karakter té laten behouden, besluit het Kongres hét voorstel tot het tot stand brengen van betrekkingen gedaan in het verslag van het Centraal Bestuur te verdagen. Het Kongres keurt niettemin de voortzetting goed . van één gemeenschappelijke aktie met de Internationale Federaties van Vakbonden betreffende zulke na^ der bepaalde kwesties, op voorwaarde dat elke kwestie voorafgaandelijk aan het Centraal Bestuur van het , W. der K. onderworpen en door ditzelve goedgekeurd is geworden. » Sindsdien hoorden we niets meer van wege de Internationale der Samenwerkingen en zullen dus moeten afwachten wat ze verder doen zal. Nadien moet dan een bepaald besluit getroffen worden. Aangenomen. |4. De Algemeene Raad beslist vervolgens het nog overblijvende jJunt, de verdere regeling van de fce-
68
DE BELGISCHE VAKBEWEGING
trekkingen tusschen het I. V. V. en de Internationale Beroepssekretariaten, en die door de vergadering te Weenen naar de huidige bijeenkomst verzonden was, voor te behouden tot de eerstkomende zitting van den Algemeenen Raad.
De Belgische Vakbeweging In de Syndikale Kommissie
x
Metaaltrust en Handelsverdragen Sinds 11 Januari is de bijzondere bepaling in het Vredesverdrag van Versailles, waarbij Duitschland verplicht was de geallieerde landen het tarief der meest begunstigde natie toe te staan, vervallen. Daarom werden sinds maanden door meerdere landen met Duitschland onderhandelingen begonnen tot het sluiten van handelsverdragen. Nergens werden de georganiseerde arbeiders geroepen aan deze onderhandelingen deel te nemen. Dit leidde de Sytidikale Kommissies van België, Duitschland en Frankrijk er toe samenkomsten te hebben te Keulen, alwaar over de in gang zijnde besprekingen tusschen de regeeringen dezer landen gesproken werd. Op deze bijeenkomsten werd toevallig ook gesproken, van de Metaaltrust welke in wording is in Europa, en die zonder twijfel geen voordeel aan de arbeiders brengen zou. Daar nog meerdere landen in die kwesties betrokken zijn werd het I. V. V. verzocht de zaak ter hand te nemen. Het sekretariaat van het I. V. V. nam de vergadering van den Algemeenen Raad te baat om na afloop daarvan eene konferentie te beleggen tusschen de vertegenwoordigers der belangstellende landen. Deze konferentie greep plaats op Zondag 8 Februari in het gebouw van het I. V. V. te Amsterdam, onder het voorzitterschap van Jouhaux. Waren aanwezig: Jouhaux en Buisson (Frankrijk), Mertens (België), Eggert en Hainisch (Duitschland), Jaszai (Hongarië), Vander Walle en Bella (Nederland), Oudegeest, Sassenbach en Brown (sekretarissen van het I. V. V.), Danz en Dissmann (voor de Internationale Federatie der Metaalbewerkers), Fimmen (voor de Internationale Federatie der Transportarbeiders) en Stenhuis (voor de Internationale der Fabriekw erkers). Eene zeer belangrijke gedachtenwisseling greep plaats, waaraan het meerendeel der aanwezigen deel namen. De volgende besluiten werden genomen: 1. Voorwat aangaat de handelsverdragen, zullen verdere bijeenkomsten tusschen de Syndikale Kommissies der betrokken landen gehouden worden, al naarmate de noodwendigheden. De delegaties zullen vertegenwoordigers van de meest belanghebbende organisaties bevatten. 2. Voor wat aangaat de Metaaltrust, zal het Sekretariaat zonder verwijl de noodige dokumentatie verzamelen. Eene kleine kommissie van vijf leden (Jouhaux, Mertens, Dissmann, Eggert en Brown als sekretaris) werd benoemd, die aan de hand van het verzamelde materiaal de zaak bestudeeren zal. De bij het I. V. V. aangesloten landen zullen verzocht worden hunne medewerking te verleenen terwijl eveneens het oordeel van bevoegden zal worden* ingewonnen. Zpodra het voorbereidende werk ver genoeg zal gevorderd zijn, wordt eene nieuwe, grootere konferentie door het I. V. V. belegd. '
HET WERKLOOSHEIDSVRAAGSTUK Zooals wij in ons laatste nummer zegden houdt de Syndikale Kommissie zich druk bezig met het werkloosheidsvraagstuk. Want, in tegenstelling met hetgeen sommigen gelooven en beweren, heeft de werkloosheid, in plaats van te verminderen, een strekking om te vermeerderen, zooals uit goede bron genomen inlichtingen blijkt, 't Is dan ook met recht dat de Syndikale Kommissie, die belast is met het waken op de belangen der arbeidersklasse, met aandacht de arbeidsmarkt volgt. Het werkloosheidsvraagstuk werpt een ander vraagstuk op : dat der uitkeeringen die verleend worden aan de uitgetrokken werkloozen of aan deze die behooren tot een door het Krisisfonds overgenomen werkloosheidskas. Wij hebben het reeds gezegd en het Bureel der S. K. die geroepen is geworden er zich over uit te spreken is ook die meening toegedaan : de tegenwoordig verleende uitkeeringen van 4 frank daags voor den echtgenoot en 1 frank daags voor de echtgenoote zijn volkomen ontoereikend, en zij dienden verhoogd. Bij het stellen van dien eisch rekent het Bureel der S. K. tegelijker tijd op de menschlievende gevoelens van den heer Tschoffen en op de wakkerheid der vakorganisatie om hem spoedig te verwezenlijken. DE 40e VERJARING DER B. W. P. Dit jaar zal de Belgische Werkliedenpartij haar 40 verjaring vieren. Te dier gelegenheid zal een groote betooging ingericht worden waaraan, gansch natuurlijk, de vakorganisaties zullen deelnemen. In zitting van 17 Februari heeft het Bureel der S. K. de gedachte goedgekeurd alles in 't werk te stellen opdat deze deelneming de vakbeweging waardig zij. 6
DE SYNDIKALE GREENSGESCHILLEN Sedert men zich in de S. K. met de 'oplossing van het vraagstuk der afbakening van de syndikale grenzen onledig houdt, worden tal van besluiten genomen, hetzij op de kongressen, hetzij zelfs op de eenvoudige door de S. K. bipeengeroepen vergaderingen. Buiten die besluiten, werden richtlijnen gegeven. Nochtans, ondanks dit alles, blijkt het niet dat de moeilijkheden een einde genomen hebben ; integendeel, en 't is het gebrek aan goeden wil vanwege de leiders der vakorganisaties dat er de oorzaak van is. Het Bureel der Syndikale Kommissie heeft van dien toestand kennis genomen en besloten dat éen vergadering van het Nationaal Komiteit binnen kort zal geroepen worden zich over het vraagstuk der afbakening van de syndikale grenzen uit te spreken. Men zal er de te treffen maatregelen bespreken. x
Over de Centrale der Glasbewerkers Onder dien titel is in De Ontvoogding, het wakker orgaan der Algemeene Centrale, van Bouw, Ameublement en Gemengde Vakken, éen artikel verschenen waarin de hier door Bondas ontwikkelde gedachte, om een enkele organisatie op te richten van de glasbewer-
DE BELGISCHE VAKBEWEGING
69
maÊmmtimmÊmmmmmmimÊmmmmmmmmmmammÊmtmÊmmmimÊmÊmmimtmmtmmmmmÊmmÊmmmmmÊmmmmmmmtmÊtÊmmÊtÊm^
kers, waarin tevens de spiegelglasbewerkers zouden opgenomen worden, bestreden wordt. De spiegelglasbewerkers zijn, zooals men weet, in de Algemeene Centrale vereenigd en deze, bewerend de belangen dezer kategorie arbeiders gewetensvol te hebben verdedigd verwerpt — 't is, ten minste, hetgeen wij uit bewust artikel afleiden — het ontwerp van oprichting eener eenige organisatie aller glasbewerkers. Wij lezen, inderdaad, het volgende : « Nu spreekt men er van de glasgieters van onze Centrale af te zonderen onder voorwendsel ze onder te brengen in de groote Centrale der Glaswerkers. » Met welk doel heeft de B. S. K. hare werking begonnen? Wij vreezen juist te hebben geraden. In ieder geval dwingen ons de herhaalde tusschenkomsten van een kameraad glaswerker, te zeer geïnteresseerd om voor oprecht te kunnen doorgaan, een oog in 't zeil te houden en steeds gereed te zijn om het wel begrepen belang onzer glasgieters te verdedigen. Indien deze laatsten te klagen hadden over den steun die wij hun bij hun dagelijkschen strijd geboden hebben, wellicht zouden zij gelijk hebben met naar een andere leiding uit te zien. » Men kan, voorzeker, gemakkelijk aannemen, dat de spiegelglasbewerkers in de Algemeene Centrale een organisatie gevonden hebben die hen verdedigd heeft, zooals overigens haar plicht was. Doch is dit een geldige reden om zich tegen de samentrekking te verzetten ? Het zou niet de eerste maal zijn dat vereenigingen, wanneer zij afzonderlijk stonden voor haar leden goede werkvoorwaarden veroverd hebbend, zich in een enkele organisatie samentrekken. Ziet, bij voorbeeld, de nationale organisaties dèr steendrukkers en der boekbinders die zich nog niet lang geleden samengetrokken hebben. En dit voorbeeld is voorzeker niet het eenige. Het is dus gewaagd te spreken van de « glasgieters af te zonderen onder voorwendsel ze onder te brengen in de groote Centrale der Glaswerkers ». Men mag slechts van afzondering spreken wanneer het gaat om organisaties die noch grondslagen noch leidende beginselen hebben. Nu, het is onbetwistbaar dat de nijverheidsbasis die men aan de ontworpen eenige organisatie der glasbewerkers wil geven en de beginselen die haar als drijfkracht zouden dienen, grondslagen en beginselen welke die van de Syndikale Kommissie zijn, in dat opzicht alle waarborgen aanbieden. Zooniet diende men aan te nemen dat alles wat tot op heden gedaan is geworden om door een geëigende organisatie aan de vakbonden het maximum te doen opbrengen vruchteloos is gebleven, dat men een verkeerden weg is opgegaan en dat men dienvolgens onvoorwaardelijk tot de voorheen bestaande organisatie-methodes moet terugkeeren. In bewust artikel van De Ontvoogding tezen wij nog dezen volzin die een antwoord onzentwege uitlokt : (( Bovendien zou eerst en vooral het besluit van 1910, waarbij de glasgieters ons toe vielen, eerst moeten te niet gedaan vooraleer de samensmelting van glasgieters met glaswerkers tot een feit te maken. » Hier wordt gezinspeeld op een in 1910 noodgedwongen, men-mag het zeggen, genomen besluit. Te dien tijde waren er voetstappen aangewend bij de organisatie der glasbewerkers opdat deze zich met het gtoepeeren der spiegelglasbewerkers zouden belasten.
Deze organisatie weigerde en zonder de redenen te willen opzoeken waarop zij zich steunde om haar weigering te verrechtvaardigen, moet het toegelaten zijn op te merken dat de S. K., bij het doen harer voetstappen, stilzwijgenderwijs erkende dat het met de glasbewerkers in 't algemeen was dat de spiegelglasbewerkers dienden georganiseerd, 't Is dan ook slechts na een weigering te hebben opgeloopen vanwege de organisatie der glasbewerkers, dat zij de Centrale der Fabriekarbeiders verzocht zich met het organiseeren der spiegelglasbewerkers bezig te houden. Doch, sindsdien zijn er andere besluiten genomen die niet in 't bijzonder de spiegelglasbewerkers betreffen, doch die nochtans duidelijke richlijnen bevatten' voor wat aangaat den organsatievorm die de centralen en nationale federaties moeten aannemen. Anderzijds hebben de gedachten zich voort ontwikkeld en vakbonden die zich vóór den oorlog kenmerkten door hun beroepsgeest zijn inrichtingen geworden waar de klassegeest overheerscht.Ongetwijfeld mogen al de bestaande vakbonden van glasbewerkers niet in die kategorie gerangschikt, doch men zal er niettemin mede instemmen dat het feit dat hun afgevaardigden zijn samengekomen (zij hebben zich met het beginsel der samensmelting vereenigd) een gansch anderen geest aanduidt dan die welke vóór den orlog nog in deze organisaties heerschte. Waaruit is af te leiden dat men ongelijk zou hebben den goeden wil waarvan onder de glasbewerkers blijken is gegeven te leur te stellen. En de Algemeene Centrale van B. A. en G. V., zij die streeft naar de grootst mogelijke samentrekking der syndikale krachten, zou de eerste moeten zijn om te strijden ten gunste der oprichting eener enkele organisatie voor al de arbeiders der glasnijverheid. — x
De Centrale der Voeding en de Overeenkomst over de Afschaffing van den Nachtarbeid in de Broodbakkerijen Sedert de stemming der VIe Internationale Konferentie.van den Arbeid van de Overeenkomst op de afschaffing van den nachtarbeid in de broodbakkerijen, is de Centrale der Voeding bijzonder bedrijvig. Te Brussel en in zekere provinciesteden zijn openbare vergaderingen gehouden waar de beginselen die den grondslag vormen van de in eerste lezing te Geneve gestemde Overeenkomst uiteengezet werden. De arbeiders volgen haar werking van dichtbij en het aantal dergenen die besloten zijn te strijden opdat de Overeenkomst in tweede lezing ter VIIe Internationale Konferentie van den Arbeid gestemd worde en vervolgens een vlugge toepassing vinden, neemt toe. Ten einde de bakkersgasten toe te laten hun wil om te overwinnen te uiten, komt de Centrale der Voeding te besluiten op 5 April a.s. een groote nationale betooging te houden waaraan de bakkersgasten aller provincies des lands zullen deel nemen. Al de nuttige schikkingen voor het wellukken dezer betopging, waaraan tevens vertegenwoordigers van bakkersorganisaties in vreemde landen zullen deelnemen, zijn genomen. Daags vóór de betooging zal een kongres gehouden worden waar een wetsontwerp op de afschaffing vanv
70
&É BELGISCHE VAKBEWEGING
den nachtarbeid, opgesteld door een teknische kommissie van de Centrale der Voeding, besproken en waarschijnlijk goedgekeurd zal worden, Dit wetsontwerp is gesteund op de beginselen vervat in dë Overeenkomst van Geneve en zal ten gepasten tijde aan de Kamers onderworpen worden. Men moet er zich om verheugen dat onze makkers van de Voeding zulken ijver en standvastigheid aan den dag leggen bij de verdediging hunner eischen. Die van het verbod van den nachtarbeid is er een der voornaamste van en zijn verwezenlijking zal een nieuwen vooruitgang in den langen en moeilijken in de broodbakkerij gevoerden strijd daarstellen. x
De Antwerpsche Diamantbewerkersbond en de Strijd tegen de Tering Een werk waarover de Diamantbewerkersbond van Antwerpen fier mag zijn is dat hetwelk het vóór twintig jaar, in 1905, heeft opgericht, om onder de arbeiders van het beroep de vreeselijke ziekte, die de tering is, te bestrijden. Door de volgende inlichtingen zal men zich rekenschap kunnen geven van het groot nut dat dit werk heeft afgeworpen en nog afwerpt, van de groote diensten die het bewezen heeft aan de door de tering aangetaste of bedreigde leden van den Diamantbewerkersbond, evenals aan de door de kwaal aangetaste echtgenooten en kinderen der leden. (( Zonnestraal » — is de naam die gegeven werd aan het werk van steunverleening aan de zieke leden, aan hun vrouwen en kinderen — gaf van af 1914 blijken van zijn leefbaarheid. Achttien leden werden door zijn tusschenkomst naar drie verschillende sanatoria gezonden en tien kinderen konden zich naar Wenduyne begeven. Op dit oogenblik beschikte het werk over een inkas van 19,052 fr. 77. De oorlog onderbrak eenigermate de bedrijvigheid onzer makkers diamantbewerkers ten gunste van hun zieken. De werking werd niettemin goedschiks kwaadschiks voortgezet : de zieke leden, de vrouwen en de kindéren werden bijgestaan, geholpen in de mate dat de geldmiddelen het toelieten. Doch, onmiddellijk na den oorlog werd de bedrijvigheid met meer ijver dan ooit voortgezet. In 1919 werden de zieken opnieuw naar de sanatoria gezonden, dit ten getalle van zeven, en de ontvangsten van het fonds beliepen dat jaar 46,205 fr. 98. Dank aan die groote ontvangsten kon het werk in 1920 een grooter aantal leden in de sanatoria laten verzorgen. Zij waren 54 in aantal, en 4 zieke leden werden op de kosten van het werk In het gasthuis verzorgd. Alleen in 1920 gaf « Zonnestraal » aan zorgen en steun aan zijn zieke leden een bedrag uit van 67,246 fr. 12. Die beweging verloor niets aan omvang in den loop der volgende jaren ; in 1921 ontvingen 15 leden zorgen tehuis en 50 anderen werden in de sanatoria verzorgd; til 1922, waren er eveneens 15 zieke leden die tehuis zórgen ontvingen en het cijfer dergenen die een kuur ' ondergingen in de sanatoria was 58; in 1923 werden er wederzijds 79 en 151 zieken tehuis of in de sanatonia verzorgd; eindelijk werden in 1924, 12 zieken tehuis verzorgd en 292 in sanatoria ondergebracht op de , léösten van « Zonnestraal ».
Er dient opgemerkt dat de uitgaven van dergelijk werk ontzaglijk zijn. De bijdragen der leden zijn zekerlijk onvoldoende. Aldus beliepen de ontvangsten in 1924 tot de som van 525,250 fr. 75, som waarin de bijdrage der leden (25 centiemen per week) slechts voor 147,602 fr. 75 in aanmerking komt. De overige 377,248 frank stellen de tusschenkomst van Staat, provincie en gemeente, en de opbrengst van ten voordeele der kas ingerichte feesten daar. * *
*
Welke zijn, anderzijds, de door dit prachtig werk van onderlinge hulp bekomen uitslagen? Ziehier : wat het jaar 1924, bij voorbeeld, aangaat kwamen er op 55 in de sanatoria verzorgde mannen 21 volkomen genezen teruggen op 30 vrouwen waren er 17 in dit geval. Bovendien ontvingen er op de 282 op de kosten van «Zonnestraal » verzorgde kinderen 269 zorgen in sanatoria en allen, behalve een of twee uitzonderingen, zijn van gedaante veranderd en van alle gevaar bevrijd naar hun haardstede teruggekeerd. Is dat niet bewonderenswaardig? En moeten onze makkers van den Antwerpschen Diamantbewerkersbond niet gelukgewenscht, zij die, door zulk werk te ondernemen, eens te meer bewezen hebben wat de goed begrepen werkerssolidariteit vermag? Hun werk verdient lof. Het heeft in den beperkten kring der arbeidersklasse van de diamantnijverheid krachtig bijgebracht om de teringkwaal, die onder de arbeiders zooveel slachtoffers maakt, te bestrijden, en daardoor heeft het ook willen bewijzen, wat onbetwistbaar is, dat het slechts in de mate is dat de arbeidersklasse sterk, krachtig en gezond zal zijn dat zij zich van het kapitalisme zal kunnen bevrijden. Bravo, makkers diamantbewerkers!
De Centrale der Mijnwerkers en het Eenheidsfront Kennisgevend van het nieuw aanbod van «eenheidsfront » gedaan door de organisatie der « Ridders van den Arbeid », die; zooals men weet, aangesloten is bij de Roode Vakinternationale, kondigt de Ouvrier Mineur den brief af die de Centrale der Mijnwerkers op 2 December 11. aan den sekretaris van gezégde organisatie gezonden heeft. Tot stichting onzer lezers laten wij hier den brief volgen : Gezel Hermans, Wij ontvingen uwen brief van 27 November 1.1., een nieuw voorstel van eenheidsfront bevattend. Ditmaal is het de gevangzëtting onzer makkers der Börinage die voor ü een aanleiding is toe geschenen om een nieuwe poging te wagen, doéh ik moet u médedeelen dat de Centrale der Mijnwerkers, die tegenstandster is van bluff en drukte, doch boven alles houdt aan de uitslagen, uw dagorde niet heeft afgewacht om tusschen te komen en wij kunnen u melden dat op 't oogenblik nog slechts twee makkers opgesloten zijn waarmede wij ons verder bezighouden. Wij moeten er bijvoegen dat onze organisatie minder en minder geneigd is aan uw voorstellen van eenheidsfront gevolg te geven, want eiken dag neemt uw verdeelingswerk duidelijker vormen aan, en de bekentenissen en de onthullingen der Internationale van Moskou tóonen ons duidelijk het doel van hetzelve aan. Inderdaad, het Internationaal Kommunistisch Kongres van Juni 1924 nam het volgende in de Pravdd van 23 Juli verschenen besluit aan :
]
DÉ BELGISCHE VAKBEWEGING « D e taktiek van het eenheidsfront is slechts een methode van reyolutionnaire beweging en mobilisatie der massa's gedurende een tijd. Al de pogingen om die taktiek te beschouwen als een politieke samenspanning xhet de antirevolutionnaire sociaal-demokratie zijn slechts een opportunisme dat de Kommmüstische Internationale afkeurt... De taktiek van het eenheidsfront is geweest en blijft de krijgskundige revolutionnaire taktiek der kommunistische voorwacht, aan alle zijden omringd door de vijanden, in de eerste lijn strijd voerend tegen de verraders die aan het hoofd staan van de antirevolutionnaire sociaal-demokratie, en niet een taktiek die moet ufüöopen op een verbond met hen. Dit is uitdrukkelijk en licht ons in aangaande de verdeeilngsïrizichten die gij koestert door ons gedurig voorstellen van eenheidsfront te doen, dewelke wij in 't belang der massa tot plicht hebben af te wijzen. Ten slotte meenen wij u ook te moeten verklaren dat, indien onze organisatie voor ditmaal toegestemd heeft u.èê'n antwoord te geven, ditzelve moet aanzien worden als volstrekt definitief en dat in de toekomst elk voorstel van dien aard als niet gedaan zal beschouwd worden. Ontvang, Gezel, onze groeten. Voor de Centrale der Belgische Mijnwerkers : De Nationale Sekretaris, Achille DELATTRE. Zöoals makker Delattre herinnert is het niet de éérste maal dat de « Ridders van den Arbeid »' eenheidsvoofstellen doen. Reeds meermalen hebben zij zich met dit zelfde doel tot de Centrale der Mijnwerkers gericht, zich te dien einde van de vescheidenste voorwendsels bedienend. Het laatste antwoord laat hun evenmin als de vorige een uitslag voorzien. Het is, ten andere, uiterst belachelijk dat een organisatie als die der « Ridders van den Arbeid », die zich aan alles schuldig heeft gemaakt, die geen bestaan heeft (wat ze overigens erkern", gezien zij alleen onmachtig is om wat het ook zij te verwezenlijken) en de uitslag is van een arbeidersverdeélingswerk, aldus tracht van het rechte spoor te doen afbrengen door op elk oogenblik een voorstel te hernieuwen hetwelk zij zeer goed weten door de Centrale der Mijnwerkers niet te kunnen aanvaard worden. Het zal niet de toepassing der bedrieglijke formuul vaji het
In de Federaties van Vakbonden DE FEDERATIE VAN VAKBONDEN VAN HET DOORNIKSCHE
: I
Alhoewel de Federatie van Vakbonden van het Doorhiksche het gedurende het afgeloopen jaar druk heeft gehad, sloot ditzelve met een ledenverlies. Inderdaad, op einde December 1923 telde de Federatie 4,300 leden, en op einde December 1924 waren er nog slechts 3,713, zich over de verschillende aangesloten vafcbonden verdeelend als volgt : •
••
•
•
•
•
•
. .
•
V
,
. . • ' • • • • • :
. :
.
.
•
Metaalbewerkers . . . Bouw Textiel . . . . . . . Leder en Huiden Voeding . . . . . . . Tram- en Buurtspoorwegen Transport ,. Openbare Diensten . . . Onderwijzend Personeel . Beambten
•. . . . . . . . . . . . . . . . . . * . . .
71
1,038 972 857 343 245 100 66 50 27 15
Totaal . . . 3,713 Sedert Januari 1925 hebbenden het Syndikaat der Steenbewerkers van Doornik, de afdeeling van Doorhik én de gewestelijke afdeeling van Dottignies van het N. S. der S. P. T. T. Z. bij de Federatie aangesloten. Dit zijn drie aansluitingen die te danken zijn aan het Bestuur van de Federatie van Vakbonden van het Doorniksche dat, inderdaad, geen oogenblik heeft opgehouden dé gewenschte propaganda te voeren om zijn organisatie aan de nog niet aangesloten vakbonden te doen kennen. Indien het waar is dat de Federatie in den loop van het jaar 1924 leden verloren heeft, dan is het billijk te zeggen dat zij geen krachtsinspanningen heeft gespaard om haar ledental ongeschonden te behouden en om de arbeidersklasse in de syndikale bedrijvigheid belang te doen stellen. De aangesloten vakbonden hebben, ten andere, hunnerzijds geen propaganda gespaard om dezen onder hun leden die hen> verlaten hadden tot betere gevoelens te brengen. De Federatie heeft in den loop van 1924, in overeenstemming met de politieke en koöperatieve federaties, meer dan 60 voordrachten ingericht. Anderzijds Werden door haar zorgen 20 duizend vlugschriften tegen de wetsontwerpen Devëze en Moyersoen, tegen den gemeentetaks op de loönen en voor de betóogMg van 21 September tegen den oorlog, verspreid. Bovendien zette de Federatie in 'een oproep aan de jongeren, dezelve aan talrijk de beroepsleérgangen te volgen. De voor solidariteitsdoeleinden ingerichte werking heeft niette versmaden uitslagen opgeleverd. De Federatie zamelde in : voor het feest van 1 Mei, 2,154 fr.; voor de offieieele scholen, 1,500 fr.; voor de kinderen te Tribomont, 1,600 fr.; voor het zenden van een leerling naar de Hoogere Arbeiderschoql, 370 fr. en voor de stakende mijnwerkers der Borina^e, 1,851 frank. In den schoot der Federatie bestaat er een dienst van de arbeidsongevallen en tevens een Bureel van Arbeidersrecht. Ongelukkiglijk ontvingen wij geen inlichtingen over hun bedrijvigheid noch over de belangrijkheid der diensten die ze aan de arbeidersklasse van het Doorniksche bewijzen. De ontvangsten der Federatie beliepen het bedrag van 4,452 ff. 76 en de uitgaven 4,200 frank. Het inkas op einde December 1924 beliep ongeveer 5,000 frank. DE VAKCENTRALE VAN VERVIERS EN OMGEVING IN 1924 Zoo het waar is dat de Vakcentrale van Verviers en omgeving niet op den zelfden voet is ingericht als de federaties van vakbonden der andere streken des lands, zoo is het ook zeker dat haar bedrijvigheid geenszins te wenschen overlaat. Dit was de indruk die het lezen van de verslagen die onze makkers der Verviersche Vakcentrale hebben laten verschijnen op ons maakte, verslagen waarin
72
DE BELGISCHE VAKBEWÊGING mmmmmmmm^mmmmmmmm^
men nuttige inlichtingen aantreft over al de vraagstukken waarmede de vakbonden der Vesdrevallei zich hadden bezig te houden in het jaar 1924. Doch laat ons eerst een woord zeggen over de ledenbeweging. Het jaar 1923 was gesloten geworden met een ledental van 20,231. Met voldoening, hoeft het gezegd, stellen wij vast dat het jaar 1924, ondanks de ongunstige omstandigheden waarmede de vakbonden te kampen hadden, een vooruitgang daarstelt : het ledencijfer steeg met 2,161 eenheden. De op einde December 1Ö24 geboekte 22,392 leden waren verdeeld over 24 organisaties. Eevenals het vorige jaar komen de vakbonden van de Kamwol en van de Spoorlui op de lijst der aangesloten organisaties niet voor. 't Is natuurlijk te betreuren, doch het is nochtans toegelaten te hopen dat de Verviersche afdeeling van het N. S. der S. P. T. T. Z., wier niet-aansluiting alleenlijk toe te schrijven is aan redenen van financieele orde, niet lang meer zal wachten om tot de Vakcentrale toe te treden. Wat het Syndikaat der Kamwol aangaat, kent men de redenen die deze organisatie van de Centrale verwijderd houden, ondanks de pogingen welke deze reeds in 't werk heeft gesteld om haar toetreding te bekomen. Het is dus onnoodig aan te dringen. Talrijk en verscheiden zijn de vraagstukken waarmede de Vakcentrale zich onledig hield. Deze vraagstukken werden besproken in den loop der door de Centrale bijeengeroepen vergaderingen (vergaderingen bestaande uit 2 leden per aangesloten vakbond en uit het uit drie leden samengestelde Uitvoerend Komiteit der Centrale). Het is niet mogelijk ze alle op te sommen, doch enkele dienen, ingevolge hun belangrijkheid, vermeld te worden. Onder deze noemen wij : het achturenvraagstuk dat in 1924, ingevolge het indienen der wetsontwerpen Devèze en Moyersoen, van zulken belangrijken aard was, de afbakening der syndikale grenzen, de Internationale Tentoonstelling der Samenwerking, de huishuurkwestie, de betooging van 1 Mei, de stakingen, de inrichting der Werkbeurzen. Onnoodig te zeggen dat de Vakcentrale over talrijke vraagstukken gelukkige besluiten heeft genomen, en kon ze over andere geen afdoende besluiten nemen, dan heeft ze toch getoond dat ze in dezelve belang stelde. Wat de stakingen aangaat, hadden deze soms goede uitslagen. Aldus is het in de staking der Bouw werklieden, bij voorbeeld, dank aan de Centrale dat de werklui met de gewenschte loonsverhooging den arbeid konden heraanvatten. Eveneens had een door haar in Travail afgekondigd artikel voor gevolg het loon der kleermakers, die het werk hadden gestaakt om én een beter loon én de erkenning van hun vakbond te bekomen, met 15 tot 40 centiem per uur te doen verhoogen. Gezien wij van stakingen spreken zal men het ons niet ten kwade duiden dat wij aandringen op de levendige gevoelens van solidariteit die de Verviersche arbeiders bezielen. De Centrale kwam er toe van 18 Juli 1923 tot 14 November 1924, een totale som van 122,890 fr. 45 bijeen te zamelen", die werd verdeeld als volgt : Papierfabriek Godin, 78,013 fr. 50; Centrale der Tabakbewerkérs, 15,686 fr. 75; Hollandsche Textiel, 5,661 fr. 75; Mijnwerkers der Borinage, 23,528 fr. 45. Zeldzaam waren de organisaties die niet aan de inschrijvingen deelnamen. Men moet dan ook dank we-
lil
fl
I
II
'
ten aan de Verviersche Vakcentrale doordat ze ononderbroken de gevoelens van naastenliefde onder haar aangeslotenen onderhoudt. Een vraagstuk dat de Vakcentrale eveneens in den loop van het afgeloopen boekjaar trachtte op- te lossen was dat der oprichting van een Bureel van Arbeidersrecht. In den loop der besprekingen waartoe dit vraagstuk aanleiding gaf, erkende eenieder de noodzakelijkheid van dergelijken dienst en de groote voordeelen die hij aan de aangeslotenen zou bezorgen. Ongelukkiglijk, daar op 't oogenblik de geldmiddelen ontbreken om een onder alle opzichten volmaakten dienst in te richten, moest de verwezenlijking van het denkbeeld tot later uitgesteld worden. Laat ons hopen dat de Vakcentrale dit jaar de wegen en middelen zal vinden die haar zullen in staat stellen haar ontwerp uit te voeren. Laat ons ook, in verband met de kwestie der Werkbeurzen, waarover de klerikale oud-Minister Moyersoen een besluit tot regeling harer werking liet verschijnen, mededeelen, dat de Centrale er zich mede onledig hield, en dat, ondanks het te Verviers de vakorganisaties zijn die zich met de plaatsing der werkkrachten belasten, zij zich niet tegen deze instellingen heeft willen uitspreken, oordeelend c< dat deze werken over gansch het land hut afwerpen en ontegensprekelijk diensten bewijzen. » Laat ons eindelijk vermelden dat de toelagen voor het onderhoud van het dagblad Le Travail de som van 45,317 frank bedroegen, 't Is het orgaan, mag men zeggen, van de Verviersche vakbonden. In een verslag gevoegd aan die der vakbonden, waaruit wij deze inlichtingen putten, somt Roggeman, de ijverige bestuurder van Le Travail, al de moeilijkheden op welke dienden overwonnen — en waarvan sommige voortbestaan — om er een dagblad van te maken dat door de arbeidersklasse gelezen wordt. Wij zullen wel eens de gelegenheid hebben op zijn belangrijke bemerkingen terug te komen. Tot slot kunnen wij zeggen dat de geldelijke toestand der Centrale gunstig is. Haar ontvangsten beliepen 158,945 fr. 40 en haar uitgaven 142,227 fr. 74 (de uitgaven voor de solidariteit ten belcope van 81 duizend 557 fr. 90 en die voor de Centrale voor Arbeidersopvoeding ten bedrage van 4,531 fr. 70 inbegrepen). X
Het Stenografisch Verslag der Syndikale Week van Gent De Fransche uitgave van het stenografisch verslag der laatste Syndikale Week, die van 25 tot 30 Augustus 1924 te Gent gehouden werd, is van de pers gekomen. 't Is een schoon boekdeel van dichtbij 300 bladzijden dat benevens de gegeven voordrachten over de verschillende onderwerpen die op het programma dezer studieweek voorkwamen, de gestelde vragen en de op deze vragen gegeven antwoorden bevat. Dit werk stelt een uiterst nuttig dokument daar voor al degenen die door hun werking in de vak- en arbeidersbeweging onzes lands verplicht zijn zich met het vraagstuk der sociale verzekeringen onledig te houden. Over enkele dagen zal de Vlaamsche uitgave van dit verslag verschijnen, hetwelk dan aan de groepen zal kunnen gezonden worden. •Hl
III • « • • • •
. I - W U W I I .
..„..I.I.
,.— - . . — • — • —
.1 . ! • • l i l - . -
.•••
*
HMHHI» III ^
II.
,
16387. — Baton*, drnkk. Lucifer, 8, Kapellemarkt. Brnigel. Bestuurder: Vanden Bofch. S.'y:~-
, —'