Tijdschrift van BAV de Brusselse atletiekvereniging
februari 2015
HET BAFFERTJe
Wandelweekend in de Gaume De moeder aller wandelweekends, samengevat in de moeder aller verslagen.
► p. 18
HIER MET DIE MEDAILLES!
Alles over het PK indoor in Gent
► p. 6-9
Vrijdagtraining op de VUB Een gewaarschuwd m/v is er twee waard!
► p. 15
BAV op de RELAIS GIVRES
Foto’s en uitslagen
► p. 10-11
NIEUWJAARSWANDELING Wandelen door Beersel met versterking voor de innerlijke mens
► p. 24
Daten bij de BAV
Interview met Anne-Mieke en Mark
► p. 16
LOPEN ALS HET VRIEST? Slecht weer bestaat niet, alleen onaangepaste kleren.
► p. 26
1
Baan 1 “Mja, misschien als het beter weer is.” Dat antwoord krijg ik dezer dagen vaak te horen als ik kennissen uitnodig om eens te komen meetrainen bij de BAV. Het verbaast mij altijd een beetje. Het verbaast mij omdat het leven bij de BAV niet stilvalt in de winter, integendeel. De trainingen gaan onverminderd verder in de wintermaanden, bij de volwassenen op de VUB sinds een tijdje met een nieuwe enthousiaste trainerspool op vrijdag. Rond de jaarwisseling wordt er misschien zelfs nog iets overtuigder getraind, al was het maar om te vermijden dat er ook maar iets van de feestmaaltijden aan de ribben blijft plakken. En bij koud weer is de voldoening achteraf in de douche eens zo groot. De resultaten van de coopertest en achtkilometertest deze winter liegen dan ook niet: ook in hartje winter mag de conditie van de BAV’ers er
zijn. Om het met de woorden van Stefaan te zeggen: “Goed zo!” Dat geldt zeker ook voor de jeugd, die op 3 januari mooie resultaten liet optekenen op het provinciaal kampioenschap indoor. En op 17 januari waren de BAV-kleuren alomtegenwoordig op de Relais Givrés in Neder-over-Heembeek,
waar 25 BAV’ers onversaagd door de modder ploeterden. Voor velen was het de eerste keer dat ze zich aan die aflossingskoers waagden. Maar ook op extra-sportief vlak zat de BAV niet stil. Nu ja, extra-sportief: bijna elke activiteit heeft wel een sportief kantje. Of we nu wandelen in de Gaume of in Beersel, of langlaufen in Rocharach of in Losheimergraben: stilzitten is niet onze sterkste kant. En als het écht te koud lijkt om te lopen, zoals op die glorieuze bosloop in december? Wel, zelfs dan valt er een mouw aan te passen. Velen onder jullie stuurden kledingadvies door; zelf uitgetest op wat zowat de koudste dag van het jaar moet geweest zijn. Geen excuus dus: hup met die beentjes en tot op de volgende training! • Tine
Club 35 jaar BAV
Een gelukkige, sportieve en sociale verjaardag Op 13 en 14 september vierde de BAV zijn 35ste verjaardag. Het Sociaal werd een verjaardagsweekend in opperbeste sfeer. En is daarmee de verjaardagskous Door Joeri en Tine. Alleen BAV’ers die het afgelopen jaar onder een rots hebben doorgebracht weten het nog niet, maar onze geliefde club is dit jaar 35 jaar geworden.
Sportief Op de verjaardag waren zowel leden als ex-leden uitgenodigd. Sportief vierden we met een aflossingsloop, deskundig opgewarmd door gewezen toptienkamper en vandaag Aalstjeugdtrainer Erwin Van Nieuwenhove.
2
Officieel Tijdens een officieel gedeelte werden de vele markante gebeurtenissen van onze club overlopen. Hilde Van Cauwenberghe van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en Anderlechts schepen Elke Roex kwamen de BAV een hart onder de riem steken. En ook Chris, Stefaan en Tine blikten terug en vooruit. Na onze fysieke en mentale inspanning volgde een gezellige receptie met een heerlijk walking dinner, waarbij iedereen herinneringen kon ophalen, exploten herbeleven en straffe verhalen debiteren.
af? Absoluut niet, een groot aantal BAV’ers is netjes op tijd gaan slapen na de receptie. De volgende dag spraken we immers om 7 uur ‘s morgens af om samen naar Mol te gaan. Daar staken we een handje toe als vrijwilligers op de Special Olympics, al moet het gezegd dat er meer dan genoeg helpende handen aanwezig waren. Kortom, een verjaardagsweekend waarbij de BAV bewezen heeft een (ver)springlevende atletiekclub te zijn met leden die met volle teugen van het leven genieten, maar ook iets willen terugdoen voor de maatschappij! En nu rennen we in volle vaart naar onze veertigste!•
Club 35 jaar BAV
35 jaar BAV door de ogen van een tiener Om 15 uur vertrok ik met het hele gezin naar de VUB om er zeven rondjes te gaan lopen. Onderweg nog even wat slaap inhalen, want een hele week school en op zaterdag niet kunnen uitslapen eisen hun tol. Toen we aankwamen, besefte ik pas hoe warm het was en hoe extra vermoeiend die zeven rondjes zouden worden. Maar ja, als dat voor plezier en voldoening achteraf zorgt, heb ik het er wel voor over. Op de piste zelf bleek iedereen gewoon op het gras te liggen, genietend van de zon. “Amai, we beginnen zeer sportief”, dacht ik, en ik legde me gewoon ook neer bij de rest. Een beetje extra rust kon geen kwaad. Intussen hoopte ik snel vrienden tegen te komen, toen Femke en Karen plots voor mijn neus stonden. Yes, ik ben niet meer alleen! Ik vertelde dat Victoria ziek was en overhaalde Karen om in haar plaats te lopen. Na wat aandringen stemde ze gelukkig toe. Na een tijdje begon de opwarming, maar er ontbraken nog drie mensen van ons team! We hadden al twee rondjes gelopen (man, hoe moest ik er in godsnaam zéven kunnen lopen?!) toen de familie Waes aankwam. Te laat ... Kathrin vertelde me dat Laura onderweg was, maar dat ze te laat zou zijn. Heel ironisch om dat uit haar mond te horen, van dat te laat komen, bedoel ik. Maar ik was blij dat ze kwam. Kathrin sleepte mij, Femke en Karen direct mee naar de wc, want ze moest zich nog omkleden. Femke trok haar BAV-truitje aan en Kathrin nam een doosje mee waarin schminkpotloodjes zaten. Daarmee tekende ze een ster op elke wang van ons team, behalve bij Karen en Corneel (Karen is allergisch aan schmink en Corneel wou niet, wat ik zéér flauw vond en nog altijd vind.) Na ons bezoekje aan het toilet sloten we ons opnieuw aan bij de opwarming. Ondertussen was Corneel aangekomen en tegen dat het echt bijna begon, verscheen Laura plots ook op de piste. Eindelijk waren we compleet! Intussen besefte ik dat we met zes waren en dat ik dus ook nog ‘maar’ zes rondjes moest lopen. Voor de start nog ‘even’ een groepsfoto maken en toen riep Chris de namen van de teams af. Terwijl hij de namen afriep, hoorde ik dat Laura toch niet in ons team zat. Oh, neen hé! Ze had zich opgegeven om bij ons in het team te zitten en daar ging ze ook blijven, ook al waren we dan met zes. Na wat protesteren en discussiëren gaf Chris toe en mocht Laura toch met ons meedoen. Gelukkig, want het zou toch maar raar geweest zijn als zij met zo’n ster op haar wang toch niet bij ons zou zitten. Intussen had ik zoveel stress dat mijn benen zwak en energieloos aanvoelden. Maar het lukte me toch om te starten aan mijn eerste rondje zonder door mijn benen te zakken. Ik moet zeggen dat de goede achtergrondmuziek ook wel energie gaf. Mijn gedachten na dat eerste toertje (waarbij het doorgeven van de stok op het einde een beetje mislukt was) waren: „Yes, al eentje overleefd!“ en “Shit, hoe moet ik er in godsnaam nog vijf kunnen lopen? Mijn energie is nu al op!” En toch deed ik het zonder al te veel gezaag en geklaag. Het water dat we kregen, kwam goed van pas. Achteraf was ik toch trots op mezelf dat ik het gedaan had. Dat rondje uitlopen vond ik er toch net iets te veel aan, maar ja, ik heb het dan ook niet helemaal uitgelopen. Het stretchen erna vond ik toch wel de beste streching die ik ooit in mijn leven gehad heb. Liggen op het gras, hoe zalig! Wel jammer dat er mensen - ik noem geen namen - naast mij zaten te praten terwijl er uitdrukkelijk gevraagd werd om te zwijgen en je te concentreren op het gevraagde lichaamsdeel. We zouden dat soort dingen meer moeten doen. Proper en fris konden we beginnen aan een leuke avond. Als veertienjarige was het wel interessant om te luisteren naar de geschiedenis van de BAV in een notendop. Het eten erna was meer dan welkom en ook erg lekker. Net als het dessert trouwens. Het werd een geslaagde dag vol goede herinneringen die me nog lang zullen bijblijven.
Liesl
3
Club 35 jaar BAV in foto’s Klaar voor de start
Vele helpende handen om alles klaar te zetten
Estafette (want 5 x 7 = 35)
De sfeer is uitstekend in de wisselzone
Retro BAV-truitjes
Aan de truitjes herken je de “echte”
Twee trainers
Erwin en Stefaan overschouwen de activiteiten
4
Cooling down met Erwin En helemaal ontspannen ...
Wachten op de speeches
Grote opkomst in U-residence
De BAV is goed bezig!
En doet er met plezier nog 35 jaar bij
Special Olympics in Mol
Bram en Kathrin hebben er zin in
Helpen op de Special Olympics
Of supporteren als er even geen hulp nodig is
5
Competitie Provinciaal kampioenschap indoor
BAV-jeugd scoort in zaal
Antonia Svenmo Salay won in haar eerste competitie meteen de provinciale titel in het hinkstapspringen.
Het provinciaal kampioenschap in zaal is een jaarlijks terugkerend evenement waar de BAV traditioneel graag naartoe trekt. Op 3 januari was het opnieuw zover. Vooral de jongeren die op de VUB trainen, hadden zich ingeschreven. Sommigen voor de ervaring, anderen omdat ze stiekem hoopten op een mooie tijd of zelfs een medaille. Door Chris. Wie voor het eerst in de topsporthal van Gent kwam, was onder de indruk van de geweldige atletiekomgeving. De nog weinig gebruikte spikes werden aangebonden, het clubtruitje of topje aangetrokken, het startnummer met veiligheidsspeldjes vastgepind. Op de trainingspiste werd lustig losgelopen, gerekt, versneld en nog een laatste keer in de startblokken gezeten. Dan zenuwachtig naar de
6
oproepkamer en vervolgens naar de start. De meeste van onze jongeren kozen voor de 60 meter en de 200 meter sprint. Over de 60 meter mochten na de reeksen de snelste acht deelnemers naar de finale; geen makkelijke opgave aangezien er in de meeste leeftijdscategorieën zowat veertig deelnemers waren. Toch lukte het Kathrin Waes, Victoria Vermeire,
Sara Vanlangendonck en Kevin Waes om tot de finale door te dringen. Super!
Spannende 60 meter Vooral de 60 meter van de cadettenmeisjes (geboren in 2000-2001) was spannend voor ons, want zowel Kathrin als Victoria vertegenwoordigden ons in de finale. Victoria overtuigde met een prachtige tweede plaats en Kathrin werd mooi zesde. Victoria mocht even later op het podium staan glunderen met een zilveren medaille. Kevin liep de finale bij de scholierenjongens (geboren in 1998-1999) en de bronzen plak was zijn deel. Goud
maar ze deden het goed. Allemaal streden ze tot de laatste meter om een of andere deelnemer voorbij te snellen over de 200 meter (wat hen ook lukte).
Verraderlijke 800 meter
Kevin haalde brons op de zestig meter. Het scheelde maar een honderdste van een seconde of het was een zilveren medaille geweest.
was buiten bereik, want de snelste jongen van Vlaanderen zat bij Kevin in de finale. Het zilver miste hij slechts met één honderdste. Sara liep de finale bij de juniores dames: met een zesde plaats kon ze tevreden terugblikken op haar sprintvoormiddag.
Pardoes op het tartan Over 200 meter was Kathrin een fractie sneller dan Victoria: 28.58 tegen 28.85. Kevin liep 25.14 over de baanronde in zaal (in zaal is een rondje 200 meter lang, outdoor is dat 400 meter, nvdr.). Eerstejaarscadette Antonia Svenmo Salay startte rustiger en rukte op naar de eerste plaats in haar reeks, maar een paar meter voor de finish verloor ze het evenwicht en viel ze pardoes op het tartan. Pech! In het hinkstapspringen verging het haar echter beter: voor haar eerste competitie sprong ze meteen 9.53 meter ver, meteen goed voor goud en de Vlaams-Brabantse titel! Alle BAV’ers kwamen voor haar juichen toen ze op het hoogste schavotje van het podium mocht staan. Een vierde medaille voor onze jeugd ging naar cadet Maxime Guillet, die
een verstandige wedstrijd liep over de altijd moeilijke 400 meter. Proficiat!
Vuurdoop Femke Dobbeni durfde het aan de 60 meter horden te lopen in combinatie met de 60 meter vlak, en dat ondanks weinig training. Maar de sfeer van de competitie wou ze onder geen enkel beding missen. Voor Kaat Goemaere, Yde Sinnema en Liesl De Pauw was het zelfs een vuurdoop wat competitie betreft. Ze waren zonder twijfel nog wat onder de indruk van de omstandigheden,
De 800 meter is altijd zwaar, zeker in zaal, en dat ondervond vooral scholier Corneel Van Moll. Hij ging de eerste ronden schijnbaar vlot mee midden in de groep, maar toen liet het gebrek aan training - met goede redenen zoals examens - zich voelen. De laatste 200 meter was de verzuring duidelijk voelbaar en na de race moest hij een halfuurtje languit liggen bekomen. Ook Tuur Schoofs en Stefaan Bruffaerts waagden zich aan de 800 meter; Stefaan kon niet ontevreden zijn met zijn 2.11.72.
Snelle beentjes En dan zijn we Dirk Waes nog bijna vergeten! Aangezien er dit jaar geen aparte reeksen waren voor masters op het PK, nam hij het op tegen de jongere seniors (18- tot 35-jarigen). Ze allemaal kloppen deed hij weliswaar niet, maar hij toonde wel dat hij nog steeds over snelle beentjes beschikt. Het provinciaal kampioenschap indoor 2015 is voor onze club weer mooi geweest: vooral de jeugd toonde zich en dat belooft voor de nabije toekomst!•
Alle BAV-prestaties PK Indoor Gent Waes Kathrin: 60 m: 8.43 en 8.46 (finale); 200 m: 28.58 Vermeire Victoria: 60 m : 8.37 en 8.33 (finale: zilver); 200 m: 28.85 Goemaere Kaat: 60 m: 9.73; 200 m: 33.56 Dobbeni Femke: 60 m: 9.29; 60 m horden: 11.58 Vanlangendonck Sara: 60 m: 8.68 en 8.56 (finale) Guillet Maxime: 60 m: 9.78; 400 m: 73.82 (zilver) Sinnema Yde: 60 m: 9.54; 200 m: 35.10 Waes Kevin: 60 m: 7.57 en 7.53 (finale : brons); 200 m: 25.14 Waes Dirk: 60 m: 8.56; 200 m: 28.99 Svenmo Salay Antonia: hinkstap: 9.53 m (goud) De Pauw Liesl: 200 m: 32.52 Van Moll Corneel: 800 m: 2.21.25 Schoofs Tuur: 800 m: 2.15.38 Bruffaerts Stefaan: 800 m: 2.11.72 MEER FOTO’S OP P. 18 >>>
7
Competitie Provinciaal kampioenschap indoor Ook deze foto’s van de BAV-jeugd op het provinciaal kampioenschap in Gent willen we je niet onthouden.
8
Competitie Kampioenschap van Vlaanderen Een paar weken na het provinciaal kampioenschap namen Victoria, Kathrin en Kevin ook deel aan het Kampioenschap van Vlaanderen voor hun leeftijdscategorie. Alle drie verbeterden ze hun prestatie van het PK. Victoria en Kevin misten heel nipt de finale. Door Chris.
Uitslagen Kampioenschap van Vlaanderen (cadetten en scholieren) 18 januari 2015 Cadetten meisjes Tweede reeks: Vierde reeks:
5. Waes Kathrin 3. Vermeire Victoria
8.38 (22ste tijd) 8.21 (11de tijd)
Scholieren jongens Tweede reeks:
3. Waes Kevin
7.48 (9de tijd)
9
Competitie Relais Givrés 2015
Vijf BAV-ploegen aan de start
Gezellig met zijn allen nog iets drinken of eten na de wedstrijd.
17 januari 2015. Het is een traditie geworden de voorbije jaren: elke derde week van januari zoekt de BAV het heuvelachtige park van Neder-over-Heembeek op om deel te nemen aan de aflossingswedstrijd Relais Givrés. Door Gerrit. De Relais Givrés is een ploegaflossing waarbij in elk team minstens één vrouw en één master aanwezig moet zijn. De deelnemers moeten eerst elk acht kilometer lopen en dan op het einde allemaal samen één ronde van vier kilometer afleggen. Meer dan anders was er dit jaar wat nervositeit, onder meer door enkele last minute-forfaits. Gelukkig wisten
10
we op de laatste trainingen, en zelfs de dag zelf, nog enkele nieuwe teamleden te vinden. Na het startschot om 13 uur vertrokken de dames voor hun eerste twee rondes. Voor de heren er erg in hadden, moesten ze al de stok overnemen, zo snel waren onze vrouwen. Dit jaar stonden ook heel veel beginners aan de startlijn: Anne-Mieke,
Carl, Gert, Hetram, Johan B., Linda, Peter dH., Matthias, Ruben T., Linda, Raul, Romain, Stefaan Bru en Steven. Hoewel, debutanten? Allemaal waren ze hun gewicht in goud waard. Sommigen gaven zelfs de ervaren rotten van vorig jaar het nakijken, al hadden zij natuurlijk een gedroomd excuus voor de tegenvallende conditie: de modder, die zoals altijd rijkelijk aanwezig is in deze estafettewedstrijd. De mooie loopprestaties werden achteraf doorgespoeld met een glas gerstennat.•
De BAV-teams BAV 4
Peter, Ruben, Cornelia, Thomas en Stefaan
Plaats: 36ste Tijd: 3 uur, 23 minuten en 50 seconden Gemiddelde snelheid: 12,95 km/u
BAV 1
Gerrit, Ludo, Stefaan, Lara en Matthias
Plaats: 56ste Tijd: 3 uur, 31 minuten en 6 seconden Gemiddelde snelheid: 12,51 km/u
BAV 3
Steven, Hetram, Fleur, Raul en Michaël
Plaats: 118de Tijd: 3 uur, 55 minuten en 54 seconden Gemiddelde snelheid: 11,21 km/u
BAV 5
Carl, Romain, Gert, Linda en Anne-Mieke
Plaats: 144ste Tijd: 4 uur, 1 minuut en 24 seconden Gemiddelde snelheid: 10,94 km/u
BAV 2
Steffen, Johan, Tine, Joeri en Bart
Plaats: 201ste Tijd: 4 uur, 16 minuten en 24 seconden Gemiddelde snelheid: 10,30 km/u
11
Competitie Gaston Roelants Brussel “Altijd zien dat ge nog wat reserve hebt op ‘t einde”
Start aan het Atomium.
Gaston Roelants in zijn jonge jaren.
Alexander nam op 21 december deel aan de Gaston Roelants. Hij kreeg er alles waarvoor hij betaald had én meer: een parcours van tien kilometer, loopadvies van Gaston Roelants en ... een diagnose.
wou ik dit jaar eens op tijd zijn. En wat doet een mens als hij een uur te vroeg aankomt? Het parcours verkennen natuurlijk! Het lag er droog bij en nog altijd even heuvelachtig zoals bij mijn vorige deelname. Mijn twee collega’s waren ondertussen aan het sterven tijdens hun vijf kilometer, dus niets hield mij tegen om ongestoord mijn opwarming af te werken volgens de rituelen van de BAV: knieën hoog, voeten tegen zitvlak, wijde passen, ter plaatse trappelen, ja zelfs een sprintje kon eraf. En vergeet niet, er stond nog altijd een strakke noordoostenwind.
We schrijven het jaar 2014, zondag 21 december. Een dag zoals alle andere eigenlijk. Of nee, toch niet: het was het begin van de winter en ja, er stond een fikse noordenwind. ‘t Kan ook een noordooster geweest zijn, ik wil ervan af zijn. En wat erger was, het zou mijn laatste sportieve wapenfeit in lange tijd worden. Akkoord, dat er tijdens de jaarlijks terugkerende vreetweek eind december meer calorieën zouden worden opgenomen dan verbrand, lag voor de hand. Het was wat mij na de wedstrijd overkwam waar ik het over heb.
Rode Duiveluitdrijvingen Maar laten we beginnen bij, inderdaad, het begin. Plaats van het gebeuren: het park van Laken. Eerst rugnummers oppikken in het Koning Boudewijnstadion. Ik moet de enige BAV’er zijn die nog niet naar
12
de Memorial geweest is - schaam op mij - en ook voor Rode Duiveluitdrijvingen kom ik er niet. Rustig blijven zitten dus bij metrohalte Heizel (ha ja, het Koning Boudewijnstadion ligt toch wel aan de halte Koning Boudewijn zeker?). Toen er aan Heizel verdacht veel leggings en fluokleuren van de metro stapten, ben ik hen toch maar gevolgd. En ja, daar doemde de grootste voetbaltempel van ons land al op.
Een uur te vroeg De organisatie liep gesmeerd: vlotte afhaling van de rugnummers, voldoende kleedkamers met douches (voor achteraf!) en de betere beats om de sfeer erin te krijgen aan de voet van de negen bollen. In tegenstelling tot vijf jaar geleden, toen ik mijn rugnummer nog moest afhalen terwijl het startschot al gegeven was,
Fitnessbabe Tien voor twaalf, tijd om eens naar de start te gaan misschien. Daar waren ze, op hun manier, ook aan het opwarmen onder leiding van een (zwangere? stevig ingeduffelde? mollige?) fitnessbabe. Ik zeg op hun manier, want als je met honderden tegen elkaar aangedrukt staat, kun je natuurlijk niet veel meer doen dan
op en neer springen als een Masaïkrijger. De legendarische Gaston Roelants zelf - nee, hij is nog niet dood, u verwart met Ivo Van Damme - stond traditiegetrouw aan de start en kreeg de micro onder zijn neus geschoven: “Heb je nog een laatste tip voor de deelnemers, Gaston, alles geven of zo?” – “Neen, zeker niet alles geven,” zo sprak de olympiër, “altijd zien dat ge nog wat reserve hebt op ‘t einde.” – “Ha, bedankt Gaston en kijk de zon komt er zelfs door.”
Tintelingen De woorden van Gaston indachtig begon ik niet al te hevig aan mijn tien kilometer. Ik was alleen bang voor een ding: dat ik, zoals al vele maanden eigenlijk, na een kwartier lopen weer tintelingen zou voelen in mijn linkervoet, die dan geleidelijk aan mijn hele been verkrampen. En dat terwijl ik in rust of bij andere sporten daar geen last van onder-
vind. Na iets meer dan twintig minuten was het inderdaad zover: ik had net de eerste vijf kilometer achter de rug, maar moest bij de bevoorrading noodgedwongen even gaan wandelen. De spierkrampen verminderden en ik finishte na 46 minuten. Ik had graag onder de 45 minuten gelopen, maar gezien de omstandigheden was ik tevreden.
Massage Ondertussen hadden mijn collega’s van de vijf kilometer mij al via sms gebrieft dat ze aan een deugddoende beenmassage waren begonnen in het Koning Boudewijnstadion. Dat wou ik voor geen goud ter wereld missen! Terwijl ik aan het aanschuiven was, zag ik iedereen genieten op de bedden. Toen was het mijn beurt: “Boven- of onderbeen?” vroeg de laatstejaarsstudente kine – “Doe maar bovenbeen, daar zitten de meeste spieren” antwoordde ik alsof ik er
iets van afwist. Haar handen deden hun magische werk op mijn rechterbeen, maar toen de wachtrij toch wel lang werd, kwam plots haar prof opdagen om ondertussen mijn linkerbeen aan te pakken. Ik legde hem uit dat ik last heb van een “slapende voet” tijdens het lopen. Hij begon mijn bovenbeen te masseren en toen kwam het: ik begon meer te zweten dan tijdens al mijn vorige loopwedstrijden samen en voelde een pijnscheut zoals ik nog maar zelden meegemaakt heb. “Als ik hier duw, voel je niets,” – “Neen, inderdaad” – “maar als ik hier en hier en hier duw wel hé” – “Whohaaaa, ja dat voel ik, ****!!” – “Hm, ik denk dat je een paar sessies kine nodig hebt”. Over het vervolg ga ik hier niet uitweiden, ik weet alleen dat ik voortaan niet zo lang meer wacht om mij te laten behandelen. Want sporten moet gezond blijven!•
Competitie In goede conditie de winter door
Trainen ... en af en toe de conditie testen Nu en dan een test doen brengt wat variatie in de lange periode heid op de proef werd gesteld. “Niet van wintertrainingen. Die proeven leren ook waar we staan met opgeven, niet vertragen”, het klonk als een hemels gebod. Kliekjes werde conditieopbouw. Door Stefaan Sonck.
Coopertest De uithoudingsproef bij uitstek is de zogenaamde coopertest. Je moet er zelf Wikipedia maar eens op naslaan om de oorsprong van de test te achterhalen. Hoe dan ook, het blijft een leuke uitdaging: een inspanning van 12 minuten is fysiek en psychologisch relatief makkelijk te dragen. Zo’n veertig lopers kwamen opdagen voor de coopertest op 15 oktober. Steeds weer is het leuk te zien hoe iedereen zich competitief opstelt en zo mogelijk beter wil doen dan een of twee jaar geleden. De snelsten haalden om en bij de 3400 meter.
De schema’s die volgens leeftijd en geslacht worden opgesteld, bleken voor iedereen flatterend te zijn: iedereen scoorde goed tot zeer goed. Een zalige gedachte om mee naar huis te keren.
8 ...10 ...12 ...14 0p 10 december ‘14 liepen we een 8 kilometer-test, of 20 rondjes op een atletiekpiste. Lopen en tellen tegelijk, het was een helse opdracht, zeker voor mannen. Een respectabele afstand bovendien, waarbij de psychologische weerbaar-
den gaandeweg gevormd. In elkaars buurt blijven en niet versagen was de opdracht. Enkelen slaagden erin onder of rond het half uur te blijven, wat toch een niet onaardige loopsnelheid van 16 km/u oplevert. Velen bleven, tot hun voldoening, onder de zelf vooropgezette streeftijd. Onze “3x25’ster” liep 16 rondjes in 48 minuten, chapeau.
En nu? Wedden dat de test volgend jaar 5.10.15 wordt?•
13
Competitie Gekiekt op de cross Niet enkel de Brusselse Atletiekvereniging loopt met onze clubtruitjes, ook het Zoniën Athletics Team (ZAT) loopt in stijl. Tijdens de winter vallen ze op door hun massale aanwezigheid op veldlopen, zo stelde onze gelegenheidsfotograaf Lieven Muyldermans op de cross in Laken op 21 december. Geen van de deelnemers had tijd om erover pennen, want zoals een van de papa’s ons toevertrouwde: “Ze lopen liever dan erover te schrijven”. Door Cornelia.
14
Club Vrijdagtrainingen VUB
“We will rock you!”
Tot jullie dienst op vrijdag: Sen, Benjamin, Cornelia en Josse.
Op vrijdag nemen Sen, Benjamin, Cornelia en Josse afwisselend de volwassenentraining op de VUB voor hun rekening. Het resultaat? Nog meer afwisseling bij de opwarming en cooling down, van Duitse ‘Turnübungen’ tot yoga. Door Cornelia.
Al kunnen ze soms wel wisselen als het een keer niet past. Al stuurt de erevoorzitter hen aan het begin van elke maand nog wel de grote lijnen van het hoofdprogramma uit.
Jullie hebben het al opgemerkt. Sinds een tijdje - al bijna een jaar - is onze trainer en erevoorzitter “Goed bezig.”
Niet treuren
Niet met de BAV deze keer - enfin, ook met de BAV natuurlijk - maar ook met een nieuwe job. In Gent dan nog. Daarom zie je hem voortaan alleen maar op woensdag in actie: training gevend en lopend. Na een tijdje zoeken naar een goede oplossing voor de vrijdagtraining en de moeilijkheid om een “voltijdse” trainer te vinden, lopen we nu al het hele winterseizoen volgens een aflossingsprincipe tussen vier atleten met trainerservaring: • • • •
de eerste vrijdag van de maand: Josse de tweede vrijdag van de maand: Cornelia de derde vrijdag van de maand: Benjamin de vierde vrijdag van de maand: Sen
Treur dus niet wanneer jullie niet altijd meer de vertrouwde, over de hele piste weergalmende, “Jaaaaa!”trainersstem horen om jullie te motiveren. En de opwarming en de cooling down kunnen voortaan variëren van helemaal niets doen - sommigen noemen het ook “yoga” - tot overenthousiaste Duitse “Turnübungen”. Maar één ding staat vast: don’t worry, we will rock you!•
15
Club De mens achter de loper
Mark en Anne-Mieke BAV-koppel in hart en nieren
Je komt naar de BAV om te lopen, achteraf nog een glaasje in ‘t Complex te drinken, of soms nog een leuke weekendactiviteit te doen. Maar voor sommigen speelde de BAV ook Cupido. We wisten een van onze oudste ‘BAV-koppels’ te strikken voor een interview: Anne-Mieke en Mark.
“Toen we in juni 1994 samen met een BAV-kliek op reis gingen naar het Zwarte Woud, begon het bij mij te kriebelen.” Anne-Mieke
16
ZIJ
HIJ
Wanneer zijn jullie begonnen bij de BAV? Anne-Mieke: “Daar moest ik even over nadenken, maar dat moet rond 1993 geweest zijn. Toen was ik net afgestudeerd.”
Mark: “Ik liep al rondjes op de piste in 1990.”
Wat was voor jou de hoofdreden om naar de BAV te gaan? Anne-Mieke: “Sporten natuurlijk!”
Mark: “In 1985 heeft (toenmalig voorzitter) Staf (Vermeeren) mij eens zien lopen. Hij sprak me aan en gaf me een strooibriefje. Ik heb dat lang bijgehouden, maar ik speelde toen nog voetbal en zaalvoetbal. Na de trainingen van het zaalvoetbal ging ik geregeld met Stefaan nog even lopen (Stefaan was toen ook een zaalvoetballer, red.). Ik deed toen af en toe een jogging en enkele malen de 20 kilometer van Brussel. Na een tijd voel je dat je er meer moet kunnen uithalen en dat ik mijn snelheid beter zou kunnen benutten op de piste. Ik woonde vlakbij, het is een Vlaamse club, vandaar was de stap snel gezet.”
Na hoeveel pistetrainingen merkte je hem/haar voor het eerst op? En waarom? Anne-Mieke: “Oei, dat weet ik eigenlijk niet, maar toen we in juni 1994 samen met een BAV-kliek op reis gingen naar het Zwarte Woud, begon het bij mij wel te kriebelen.” (lacht)
Mark: “Mmmh ... Lang geleden, misschien na een jaar? Dus ongeveer 52 * 3 = 156 trainingen!” (lacht)
Na hoeveel trainingen voelde je dat hij/zij je misschien toch meer interesseerde dan het rondje lopen? En waarom? Anne-Mieke: “Ja, waarom? De juiste klik, de juiste golflengte, gemeenschappelijke interesses ... En van het een komt het ander ...”
Mark: “Net als nu waren er toen ook nevenactiviteiten. Dan leer je elkaar beter kennen en zo gaat dat dan”.
Na hoeveel trainingen stelde hij/zij je een “off-piste-meeting” voor? Wie nam het initiatief en waar gingen jullie naartoe? Anne-Mieke: “Naar de Gentse Feesten. Mark nam het initiatief en ik heb ja gezegd natuurlijk.” Na hoeveel trainingen zijn jullie getrouwd? Samen: “Op 5 juli 1996 zijn we getrouwd.”
Samen: “Op 5 juli 1996 zijn we getrouwd.”
Kun je de BAV (of een andere sportclub) aanraden als de plek om een date te vinden? Anne-Mieke: “Ik zou toch gaan voor het sporten, de rest komt wel vanzelf ...”
Mark: “Ja, en wel om praktische redenen. Het grote voordeel is dat je al een gemeenschappelijke interesse en hobby hebt, dus sporten op hetzelfde ogenblik en dezelfde plaats is mogelijk. Wanneer de kinderen dan ook sporten is er geen probleem van planning of vervoer, iedereen kan op hetzelfde ogenblik op dezelfde plaats aanwezig zijn. Zelfs met onze kleinkinderen zullen we in de toekomst komen!”
17
Extra muros Wandelweekend in Lacuisine
Van onze verslaggever in de Gaume
Op 25 en 26 oktober trok de BAV naar de Gaume voor het jaarlijkse wandelweekend. En wie kan daar beter verslag van uit- Dag 0 brengen dan ... De Verslaggever (ook wel bekend als De Man met Op dag 0 was reeds een eerste deel de Hamer)? van de Troep naar Lacuisine vertrokNamen deel aan dit bijzonder avontuur: - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
De Para en zijn vrouw; Het koppel van begint, bezint en herbegint; Het koppel dat etensresten op hotel hamstert; Trainer en de Mitrailleur; De Duitse; De Hollandse; De roodharige en de man zonder haar; De vice- en de echte voorzitter; De jongen met het stekeltjeskapsel; Jukebox met een brilletje; De Kaartverslaafde; Keldermans en de Moordgriet; De statige dame met een obsessie; haar man zonder obsessie; De vrouw met de mooiste fonkel in haar ogen en haar man die een bril draagt; Meneer Doktoor en zijn chocoprins; De vrouw die nooit flauwvalt De jezuïet en zijn vrouw; De man met baard, mutske en sigaar; De Zwijger en zijn Tegenpool. De Verslaggever.
Hierna, samen genoemd: “de Troep”.
18
ken, een dorpje bij Florenville ergens in de Gaume. Hier kan de Verslaggever geen verslag van uitbrengen, want hij was er zelf niet bij. Op dag 0 nam hij immers rustig de tijd om in Brussel de ingrediënten te verzamelen voor de bereiding van een buitengewone sandwich. Die zou nodig zijn om dag 1 te overleven. Normaal doet zijn vrouw de boodschappen, maar die was op vakantie, dus mocht de Verslaggever zelf voor de eerste keer in zijn leven een warenhuis binnenstappen. In dit walhalla van de overvloed, wist hij niet wat kiezen. Hij riep de kassierster, die hem uitlegde dat hij van niets mocht proeven en dat ze ook helemaal niet de opdracht had hem te adviseren over wat nodig was om een weekend met de Troep te overleven. De Verslaggever koos dan maar voor biosalami, oude gouda en gezouten boter. Normaal smeert zijn vrouw de boterhammen, maar die was op vakantie, zodat hij zelf voor de eerste keer in
De armagnac na de lunch werd vooral door de jezuïet goed verteerd: hij trok na lunch het tempo van de Troep met een ruk de hoogte in.
zijn leven de klus mocht klaren. De Verslaggever slaagde erin met verve, want zijn sandwich was een echt pronkstuk.
Dag 1 1. De Verslaggever had een afspraak met de Trainer onder de brug van Hermann Debroux om 7 uur in de morgen. Die zou hem met de wagen naar Lacuisine brengen. Gezien naar die plek onder de brug geen vlot openbaar vervoer is, besloot de Verslaggever de taxi ernaar toe te nemen. De taxichauffeur was bijzonder vriendelijk, en liet hem eerst de helft van Brussel zien alvorens naar die duistere plek onder de brug te rijden. Onder de donkere koude brug stond de Trainer, met blik op oneindig, naast zijn auto te wachten. De Verslaggever stelde zich naast hem op en nam dezelfde blik aan. Heerlijk wachten op laatkomers onder de brug van Herrmann Debroux. Vanachter een betonpaal kwam plots een donderwolk te voorschijn. Verschrikt keek de Verslaggever naar de Trainer, die hem geruststelde: “Die dame heeft last van een chronisch ochtendhumeur. Dan trekt ze een Berlijnse muur rond zich op, welke pas begint af te brokkelen vanaf 16 uur.” Een half uur later kwam uit de verte
iemand aangestapt met de pas van een biologe die de nacht heeft doorgebracht in een labo. De Trainer, die er prat op gaat zijn schapen bijzonder goed te kennen, fluisterde de Verslaggever toe dat dit een dame van ijzer is: “Wat er ook gebeurt, die dame gaat door tot het bittere eind, en valt nooit flauw.” Zo heeft de Verslaggever ze graag en dus mocht ze mee in de wagen. Ze nam plaats in de wagen rechts achteraan. Links achteraan zat de Duitse donderwolk. De Trainer
De Verslaggever zou zich zijn keuzes niet beklagen. Zelden heeft hij in een kamer met twee andere mensen zo in harmonie geleefd als daar in Lacuisine.
aan het stuur en de Verslaggever veilig naast hem. Achteraan, tussen de Duitse en de Dame die nooit flauwvalt, zag de Verslaggever plots een juffrouw met fris gesneden kopje stilletjes zitten te koekeloeren. Toen de Trainer de motor van de wagen startte, bleek de juffrouw een Mitrailleur te zijn, die ratelde zonder ophouden van Herr-
Op deze wandeling leerde de Verslaggever intussen nieuwe mensen kennen.
mann Debroux tot Lacuisine. Na een vlotte reis, waarbij de Verslaggever na vijf kilometer discreet propjes papier in zijn oren had gestopt, kwam de wagen van de Trainer rond 10 uur aan in het hol van Pluto, Lacuisine genaamd. 2. Voor het hotel hield een Para de wacht. Zijn rol in de organisatie van dit weekend bleek heel beperkt: hij moest er enkel voor zorgen dat iedereen een juiste kamer had, dat het volledige parcours voor de twee dagen iedereen beviel, dat de carnivoren en vegetariërs aan tafel niets tekortkwamen, enzovoort, enzovoort. Toen de Verslaggever uit de wagen stapte, riep de Para de andere leden van de Troep op het appel. Er verscheen een bont allegaartje van mensen die de Verslaggever van toeten nog blazen kende. “Hieruit mag jij twee kamergenoten kiezen”, riep de Para hem toe. Na even aarzelen koos de Verslaggever als eerste de man met zijn baard, zijn mutske en zijn rookpluim. Hij mocht er nog één kiezen, en hij koos voor een man met vele goede eigenschappen en een kaartverslaving. De Verslaggever zou zich zijn keuzes niet beklagen. Zelden heeft hij in een kamer met twee andere mensen zo in harmonie geleefd als daar in Lacuisine.
19
3. Toen iedereen klaar was en de Para de wandeling wou inzetten, werd vastgesteld dat nog twee leden van de Troep ontbraken. Ze kwamen pas na luid roepen uit de kelder van het Hotel gekropen. Eerst naderde hun geur en toen pas zagen we hun silhouet: een stoere kerel (die mankte vanwege een muggenbeetje aan zijn rechterenkel en zich voortdurend krabde omdat zijn blauw Kweetje een beetje jeukte), met aan zijn zijde … een Moordgriet. Hoe Keldermans erin geslaagd is die Moordgriet aan de haak te slaan, is voor de Verslaggever een raadsel dat ook na dit weekend onopgelost gebleven is. De Para stelde vast dat de troep voltallig was, en ze vertrokken voor een wandeling die dertig kilometer zou bestrijken. “Lekker weertje”, kirde een Hollandse meid, terwijl een druilerige mist hun deel was. Ook daar had de Para aan gedacht: een Hollandse meenemen zodat via de techniek van het over-enthousiasme de Troep ook tegen kloteweer bestand is. Al snel bleek dat de deelnemers zich nogal voorbarig als atleten omschreven. In een slakkengangetje kropen ze vooruit over berg en dal. Gelukkig bevonden zich in de Troep van 26 ook 4 West-Vlamingen. Net genoeg om de 22 escargots vooruit te trekken en te duwen. Ten eerste de West-Vlaming die met zijn grote liefde eerst vijf jaar huwde, dan vijf jaar van het leven genoot en dan opnieuw met haar huwde. “Begint, bezint en herbegint”, vertrouwde hij de Verslaggever toe, die zich over deze wijsheid nog eens ging bezinnen. Vervolgens een bijzonder erudiete West-Vlaming, ja dat bestaat, zeker als hij uit een jezuïetencollege komt. De jezuïet was op papier de minst jonge van alle deelnemers. Op papier, want hij zou op dag 1 alle niet WestVlamingen in de vernieling stappen. De enige die hem echt zonder blozen zou volgen, was zijn West-Vlaamse vrouw, die in Diksmuidse harmonie het tempo van haar man volgde. De Verslaggever was nummer 4 en
20
had besloten dat weekend heel discreet te zijn. 4. Slechts één keer trad hij uit de schaduw, toen het 12 uur was, en hij het lijden van de niet-WestVlamingen niet meer kon aanzien. Op een mooie bucolische plek in het bos stelde de Verslaggever voor de lunch te nuttigen: het was 12 uur. Dat was buiten de Para gerekend. Die zag zijn gezag ondermijnd en stelde voor om daarover te stemmen: “Ofwel hier, ofwel gaan we naar een plek die ik heb ontdekt door dit parcours te verkennen, en waar prachtige natte stenen blokken liggen en die zich
Op een mooie bucolische plek in het bos stelde de Verslaggever voor de lunch te nuttigen: het was 12 uur. Dat was buiten de Para gerekend.
twee uur stappen verder bevindt”. Slim gespeeld: de escargots kozen met overweldigende meerderheid voor optie twee, de natte stenen. Om 14 uur nuttigde de Troep dus, wat normale mensen om 12 uur doen. Met zijn supersonische sandwich in de hand liep de Verslaggever van nat blok naar nat blok en stelde tevreden vast dat de zijne de schoonste was. Enkel de dame die nooit flauwvalt maakte op culinair vlak indruk op hem: makreeltjes in tomatensaus, dat hij daar niet aan gedacht had. Na de lunch gaf de Trainer eenieder een armagnacske als digestief. Dat drankje werd vooral door de jezuïet goed verteerd: hij trok na lunch het tempo van de Troep met een ruk de hoogte in. Al vlug scheurde de Troep uiteen, en de dieren uit het bos luisterden verschrikt naar het kreunen en janken van de voorbij trekkende nietWest-Vlamingen. Toen het hotel eindelijk in zicht was, riepen velen om hun moeder. En de
dame die nooit flauwvalt deed bij aankomst wat ze nooit eerder had gedaan. Meneer Doktoor werd erbij geroepen, kwam op zijn dooie gemak, en zag dat het goed was. 5. Na de douche was de tijd voor het avondmaal aangebroken. Heerlijk wild op het menu. Maar de Troep bleek behept met enkele vegetariërs. Geen gewone vegetariërs, die misselijk werden toen ze pieds de mouton op hun menu opmerkten. Groenten met een vleesnaam niet lusten, dat hadden ze in Lacuisine nog niet gezien. Aan tafel maakte de Verslaggever kennis met nieuwe mensen uit de Troep. De Para en zijn vrouw bleken niet enkel goeie organisatoren maar ook aangenaam gezelschap. Ze keuvelden over koetjes en kalfjes. Tot plots iets verderop aan de tafel een Statige dame hun gesprek overstemde. Na opnieuw een glas Vaqueraz te hebben geproefd, begon ze gloedvol te vertellen over het feit dat mannen volgens haar moesten neerzitten om te plassen. Freud luisterde vanuit zijn graf geïnteresseerd mee naar die obsessie. Eerst onderbouwde ze haar stelling met semi-wetenschappelijke argumenten, vervolgens met meer praktische bezwaren als “spitters op de vloer”, “spitters tussen het toilet en de wc-bril” … Na een half uur vond de Verslaggever het welletjes. Hij trok de man met zijn mutske en zijn baard van zijn stoel om samen met hem buiten een sigaar te roken. Eindelijk een beetje rust. Een beetje rust, want toen het avondmaal voorbij was, nodigden tien meerderjarigen uit de Troep de Verslaggever uit “om weerwolfje te spelen”. Nog voor hij goed en wel op een stoel zat aan hun tafel, werd hem duidelijk gemaakt dat hij opnieuw mocht ophoepelen. “De jager heeft je doodgeschoten”, joelden de meerderjarigen in koor. Opgelucht dood te zijn, nam de Verslaggever plaats aan de tafel van de Kaartsverslaafde, waar ook de Trainer, de Para, de Duitse en de Man van Begint, Bezint en Herbegint hun
geluk beproefden. Toen de klok middernacht sloeg, begon Keldermans, die bij de meerderjarigen zat, evenwel het kot af te breken “omdat hij voor de derde keer weerwolf was”. De Verslaggever besloot te gaan slapen. Morgen was er immers nog een dag …
Dag 2 6. Het ontbijt was echt lekker. Zo lekker dat een Kruimeldief en zijn vrouw alle resten, potjes en kruimels die achterbleven heel discreet in een grote zak stopten om mee te nemen naar hun huis, “zoals we eigenlijk altijd doen als we op vakantie gaan”. Twee mannen hadden niet veel tijd voor het ontbijt: de Verslaggever en de Man zonder obsessie. Ze gingen alvorens de wandeling op dag 2 aan te vatten in allerijl op culinaire missie. De meest exquise patat bevond zich op tien minuten rijden van het hotel. Door een prachtig landschap scheurden ze door de bochten, tot ze met gierende banden aankwamen bij een groot hok dat men in die streek een boerderij noemt. De boer was sympathiek. Zes zakken pareltjes van patatten werden aangekocht, een voor de Man zonder obsessie en de rest voor zijn metgezel. Terug bij het hotel stond de Troep onder leiding van de Para al klaar om de wandeling op dag 2 in te zetten. De jezuïet nam evenwel niet deel; hij vond het tijd om de ellende die hij had aangericht op dag 1 te gaan opbiechten in de abdij van Orval. Hij nam niet alleen zijn vrouw mee. Na onderhandelen was hij bereid ook de Duitse mee te nemen, tegen één zak patatten. De Verslaggaver vond dat een zeer zeer schappelijke prijs en zou de zak persoonlijk bij de jezuïet gaan leveren na het weekend. Niet alleen de Duitse maar ook de Hollandse ging ervandoor (het weer op dag 2 zou immers echt mooi worden). 7. De wandeling op dag 2 was een stuk gemoedelijker dan op dag 1. De Para leidde de Troep via kleine weggetjes doorheen de ongerepte na-
Lunch op “natte stenen”, maar dat liet niemand - buiten De Verslaggever - aan zijn hart komen.
Op de eerste dag stond er dertig kilometer op het programma.
Na de lunch gaf de Trainer eenieder een armagnacske als digestief.
21
“Attention, vous pénétrez une zone de silence.”
tuur. Dat hij de wandeling echt heel goed had voorbereid, mocht blijken uit het feit dat we na enkele kilometers een plakkaat tegenkwamen dat alle vrouwen – voor even – het zwijgen oplegde: “attention, vous pénétrez une zone de silence”. Zelfs de Mitrailleur droomde weg en staakte het vuren. Een groep herten kwam nieuwsgierig kijken en vluchtte pas toen de Vicevoorzitter, bekend als de meest vrouwelijke onder de mannen, de stilte verbrak. Op deze wandeling leerde de Verslaggever intussen nieuwe mensen kennen. Helemaal achteraan knikte hij even goeiedag naar een vriendelijke kerel met oortjes in die het hele
Dat de Para de wandeling echt heel goed had voorbereid, mocht blijken uit het feit dat we na enkele kilometers een plakkaat tegenkwamen dat alle vrouwen – voor even – het zwijgen oplegde.
De wandeling op dag 2 was een stuk gemoedelijker dan op dag 1.
Na de lunch bedankte de Vicevoorzitter de Para met een mooie en oprechte speech voor de goede organisatie van dit prachtige weekend.
22
weekend tegen niemand sprak. Niet veraf van de Zwijger liep zijn charmante vriendin, die met iedereen sprak. In de buik van het peloton kwam de Verslaggever ook een zonnige kerel tegen met stekeltjes op zijn hoofd, een kapsel dat je vroeger vaak zag, maar nu met uitsterven bedreigd is. En iets verderop mocht hij kennismaken met een goedlachse vrouw met rood haar, en een rustige kerel zonder haar. Ze bleken samen te zijn, wat OK is. Toen het middag was, kwam de Troep aan op een plek met banken, het enige spoor van civilisatie in dit godvergeten oord. Na de lunch stond de Vicevoorzitter op. Hij had zichzelf een week eerder een nieuwe fiets gekocht voor een bedrag gelijk aan het gat in de kas van de BAV waarover zijn lief waakt, en
Verslaggever. Hij mocht, toen iedereen met de wagen richting terras vertrokken was, Lacuisine-Florenville al lopend afleggen. Toen hij de weg vroeg, zei een boer: altijd bergop. De Orval op dat terras met zicht op een parking was lekker.
De Para leidde de Troep via kleine weggetjes doorheen de ongerepte natuur.
bedankte nu met een mooie en oprechte speech, de Para voor de goede organisatie van dit prachtige weekend. De Troep hervatte de tocht, met tranen in de ogen. Na enkele kilometers van betrekkelijke rust verzeilde de Verslaggever in een groepje waar een Jukebox met een brilletje speelde. De Jukebox maakte indruk op de Statige dame van het toilet met een hele resem versleten Franse chansons. De Verslaggever van zijn kant was blij toen Jukebox overschakelde op Sanne en Erik met Veel te mooi. Terwijl de Troep voorbijtrok, nam Kruimeldief als herinnering van het weekend foto’s in fel tegenlicht. Misschien geen slecht idee. Het vieruurtje werd genuttigd in de zon en iedereen strekte zich uit op het gras. Iedereen, behalve meneer Doktoor. Die zat bovenop een klimrek en probeerde op een normale manier een chocoprins te eten. Hij had het langst van allen gestudeerd, maar had alle moeite van de wereld met dit koekje. Stukken en brokken vielen naar beneden tot hij uiteindelijk tussen duim en wijsvinger nog slechts een minuscuul stukje overhield. Na het lang en aandachtig onderzocht te hebben, besloot hij het in zijn mond te stoppen. Hij genoot er zichtbaar van, maar toen het op was keek hij angstig om zich heen. Oef, niemand had het gezien. Terug op pad kwam de filosoof in Keldermans boven. Hij vroeg de
De Verslaggever viel in een hele diepe slaap. Droomde van een ontspannen weekend in Florenville. En omarmde met een glimlach zijn vijf zakken patatten. Verslaggever welke persoon uit deze groep hij “als norm” zou bestempelen. Wat bedoelde Keldermans met die vraag? Was de norm “normaal” in de zin van middelmatig of mocht het in tegendeel iets meer zijn, ervan uitgaand dat de norm iets hoger is, iets wat iedereen moet betrachten te zijn? Keldermans gaf geen antwoord, zoiets doen filosofen nooit. De Verslaggever, die een optimistisch wereldbeeld koestert, maakte zijn keuze op basis van die laatste interpretatie en koos als norm voor de vrouw van de Troep met de mooiste twinkel in haar ogen. Haar man draagt een bril, en hij moet fantastische dingen zien. In de laatste kilometers van de wandeltocht versnelde als bij wonder iedereen de pas: Orval zou de beloning zijn! Die beloning werd niet genuttigd in het hotel, maar op een terras in het centrum van Florenville, enkele kilometers verderop. Iedereen was daarvan op de hoogte, behalve de
8. De laatste overlevers van het wandelweekend werden door de Trainer uitgenodigd voor het avondeten in een Thai in Brussel. De Verslaggever (die bekaf was, en nog nauwelijks als overlever kon bestempeld worden) moest mee, “anders zou het verslag niet volledig zijn”. In aanwezigheid van een zestal leden van de Troep liet hij zich in de Thai pramen om nummer 1 en 58 uit het menu te kiezen. Bij de eerste hap schoeide zijn keel volledig dicht en werden zijn ogen bloedrood. Die restjes nam zelfs Kruimeldief niet mee naar huis. De Trainer en zijn Mitrailleur stopten de Verslaggever, die geen woord meer sprak en enkel nog vreemde schaduwen zag, in hun auto. Ze dumpten hem vriendelijk met zijn twee rugzakken en vijf zakken patatten om 23 uur op honderd meter van zijn deur. 9. Stap voor stap voor stap voor stap voor stap voor stap voor stap voor stap voor stap voor stap voor stap voor stap legde de Verslaggever die laatste honderd meter alleen af. Om 23.45 uur kwam hij aan bij de deur van het gebouw. Met zijn ultieme krachten sleepte hij zich naar de lift en drukte hij op nummer 6. Eindelijk in zijn appartement strompelde hij naar de kraan, waaruit hij twee emmers water dronk. Totaal uitgeput ging hij vervolgens neerzitten om te plassen, om zich daarna neer te storten op zijn bed. Hij viel in een hele diepe slaap. Droomde van een ontspannen weekend in Florenville en omarmde met een glimlach zijn vijf zakken patatten.•
23
Extra muros Nieuwjaarswandeling Beersel
Een nieuw jaar, een nieuwe wandeling Op zondag 18 januari trokken de BAV’ers naar Beersel voor de jaarlijkse nieuwjaarswandeling. Door Fiona en Ben. Na een groepsfoto aan het fabelachtige kasteel, dat geschiedenis schreef als decor van een beroemd Suske en
24
Wiske-verhaal, gingen we van start. Aangespoord door de hondjes van Eric doorkruisten we met een dertigtal gemotiveerde en goedgezinde wandelaars de velden en wegen. We genoten van de frisse lucht die het nieuwe jaar meteen te bieden had. De stevige wandeling tussen Vlaanderens hoogste zendmasten en Pa-
jotse bossen gaf of ons natuurlijk dorst. Een glühwein, warme chocolademelk en andere versnaperingen konden niet konden ontbreken. Tussen pint en hap sloten wij af in De Nieuwe Pruim, waar de ideeën voor het nieuwe sportieve jaar opborrelden.•
Extra muros Langlaufen in de Belgische Eiffel
Op de latten genieten van de stilte Verslag door Kevin De tweede tocht was dan wel twee keer zo lang, maar het ging vlotjes vooruit. Het begon met een lange, aangename, lichte daling. We schoten echt goed op. De loipen waren hier dan ook een stuk beter dan bij de vorige tocht. We langlauften door de mooie natuur en genoten van de stilte en de lichtjes vallende sneeuw.
Hoekje afsnijden
De sneeuw viel in februari rijkelijk en dat is de BAV’ers niet ontgaan. Liesl en Kevin doen verslag van de eerste van twee zeer gesmaakte langlauftrips. Verslag door Liesl Aangespoord door mijn papa - Marc De Pauw stonden op zondag 1 februari twaalf moedige atleten voor dag en dauw op om een dagje te gaan langlaufen in Losheimergraben, in de Belgische Eiffel. Omstreeks 11 uur was iedereen ‘gewapend’ met latten en stokken, om bij een sneeuwhoogte van dertig tot veertig centimeter op de oefenpiste te starten. Bij sommigen ging dat heel vlot, bij anderen wat minder ... Met vallen en opstaan deden we allemaal twee keer de oefenpiste en kregen we wat privéles van mijn papa.
Waar zijn de loipen? Rond de middag begonnen we goedgemutst aan een ronde van vijf kilometer. We werden gewaarschuwd dat de tocht moeilijk zou zijn, maar zó lastig hadden we het niet verwacht.
Bijna nergens konden we houvast vinden in de ‘loipen’ omdat ze er gewoon niet waren. De weg was even smal als een bospaadje. De meesten vielen geregeld, maar toch deden we allemaal moedig verder. Ondanks alles hadden sommigen toch nog tijd om sneeuwballen naar elkaar te gooien. De laatste kilometer ging het langzaam omhoog, altijd wat moeilijk als je dat niet gewoon bent. Moe en nat maar tevreden kwamen we terug aan onze startplaats, klaar om aan het middagmaal te beginnen en iets te drinken in het plaatselijke café.
Slachtoffers gemaakt Na een beetje gerust te hebben, besloot de helft van de groep om ook de elfkilometer-‘loipe’ te doen. De moeilijke ochtendloipe had duidelijk een paar slachtoffers gemaakt (met excuses van de organisatie).
We wisten al vooraf dat de lange tocht uiteindelijk zou samenlopen met de kortere. Eerst dachten we een alternatieve route te hebben gevonden, maar die bleek de verkeerde kant uit te gaan en dus besloten we om toch gedeeltelijk dezelfde weg te nemen. Mijn vader (Dirk) en ik hadden een vermoeden dat we een hoekje konden afsnijden. Dus besloten hij en ik om met de groep via een zelfgetrokken loipe een weg te banen door de nog onaangetaste sneeuw. Al snel bereikten we terug de vijfkilometer-loipe van deze voormiddag. Vol goede moed beklom ons groepje met gemak de laatste bergop die ons ‘s morgens zo zwaar was tegengevallen. Oefening baart kunst, hé.
Mooie dag met de BAV Tegen 16 uur kwamen we terug bij de start waar Marianne en Stefaan ons stonden op te wachten en genoten we voor de tweede maal van een drankje in het café. Hiermee sloten we weer eens een mooie dag af met de BAV. Nogmaals veel dank aan organisator Marc De Pauw en aan alle aanwezige BAV-leden!•
25
Looptip Loopkleding voor koude dagen
Koud buiten? Zo duffelt de BAV zich in! Op 28 december hielden we onze laatste training van 2014, een bosloop in het Zoniënwoud. Door de vrieskou werd loopkledij het gespreksonderwerp van de dag ... én van de dagen erna. Door Cornelia. Het was zondag. Het was vroeg. Het was zéér vroeg (11 uur, toch vroeg op een zondag?) en ... het was wel zéééér koud. Het was de koudste dag van het winterseizoen. De thermometer wees zeker -5 graden aan, maar de gevoelstemperatuur dook daar flink onder. De glaasjes glühwein achteraf waren dan ook zeer welkom bij iedereen die een uur liep - waaronder een hoopgevende minderheid van vrouwen - of stapte - waaronder een hoopgevende meerderheid van vrouwen - onder de majestueuze bomengalerijen van een van Europa's oudste wouden.
ke De vriendelij
Potpourri Wat dragen de BAV'ers het liefst bij min vijf? En wat draag je dus het best als je niet het voorbeeld wil volgen van de ondervoorzitter - die altijd in een korte broek rent? Ik kreeg een potpourri van reacties terug:
Steekproef Maar glühwein hielp ons natuurlijk niet warm te blijven tijdens het lopen of wandelen. Dat kon alleen een ge-
Een mail van een ve – want h ij was du rstrooide loper s niet ge kleed als ‘iederee n” oei oie,
mail
, Hallo Cornelia
ns aan had tijde wjaar. Wat ik n ee , en us Gelukkig nieu ko , derbroek on n Ee p? n oo de bosl t-shirt, ee k, een lichte n lange loopbroe boven nog ee ar da oppul en en s ut m iets dikkere lo de opjas, zonder winddichte lo . en et rg ve te handschoenen denk ik. zo ongeveer Dat was het Groetjes. Marc
zoals iede reen
denk ik drie truie n, stretch broek, ha hele dikk ndschoen e kousen en, en loopsc hoenen, Vele groe ten, Benjamin
,
Een korte maar toc h vriendeli jke mail
Dag Corn elia,
Beste we nsen voo r een gez 2015. ond en sp ortief Mijn kled ij : loopb roek en lo groen / z opshirt in wart + ha ndschoen en natuu en en mu rlijk ook ts loopschoe nen ;-) Saluukes , Marc
26
zond tempo en goede loopkledij. Tijdens de babbel achteraf merkten we dat niet iedereen op de hoogte was van de beste of makkelijkste winterkledij. Daarom besliste ik nadien een kleine steekproef te houden, om te weten wat volgens de deelnemers de beste winteroutfit is.
mail Een kamp Cornelia 2 kousen pbroek 1 lange loo ek ro rb 1 onde mouwen met lange t ir sh p o 1 Lo ouwen m e met kort t ir sh p o lo 1 1 muts groet Bart
jke mail r vriendeli a a m e rt o Nog een k
Dag Cornelia,
Een heel gedetaille erde mail
Nu ben ik wel benie uwd wat je van plan bent met de manie liepen zondag. r waarop we erbij , lia e Ik rn ha o d C ge ko zen voor een outfit Beste in laagjes om me wa Hoofd: rm te houden. n zwarte droeg ik ee p . o ce o e sl e o fl b e le Mi e jn ou -g d n tro e uw ro bu g Tijdens d ffk e (je weet wel, zo’n ht bandana die je als mu k en een lic als sjaal rond je ha gerust lange broe ls kan gebruiken. Yo ts maar ook waaraan ik l e ik ! rt 5 a 1 utube heeft heel wa 0 je 2 t dra e ig ge m d n e s va o e n p ee cc t rs n tip o bu Su s o ffk over het v e: zie n e o.a e . https://www.youtu rken en SGwN8. be.com/watch?v=e wil meewe OJu-_ Licht, snel droog en neemt eigenlijk geen plaats waardoor je kan wegstoppen in hem makkelijk Stefaan een jaszak. Een aanra der voor iedereen wa t mij betreft. Bovenlijf: - Eerst een windsto pperhemdje (heerlij k comfortabel) - Dan een shirt met lange mouwen - Dan mijn oude tro uwe loopjack (besch De uitsch ermt me tegen een ieter een beetje tegen de beetje regen en wind, maar meestal is dit ruim voldoende . wel ik denk dat ik vrij a Onderlijf: typisch gek was: leed - Mijn donkerblauwe tight. Doet altijd go ed zijn werk: mijn be houden. nen warm blauwe jog gingbroek (niet strak tend) aanslui- Voeten: blauwe que cha sporttr - Mijn trailloopschoe ui nen en -kousen, die wit t-shirt ik vooral in de zome mijn looptochtjes in r gebruik voor witte dikke de Franse Alpen, ma ar ze kwamen ook snowboard sn ee uw goed van pas. nu weer in de handschoe loopschoen nen en ik kan nog een foto do Bedankt nog aan Ge orsturen in nodig rt en zijn vrouw. Mi dien jn warme overjas mo op me wachten tot cht in hun auto het einde van de bo sloop, waardoor ik verkoudheid na een zonder risico op groetjes lift van Stefaan de metro in kon naar hu Het was een prachtig is. Thomas e bosloop waarvan (Ja Thomas, doe maar) ik met volle teugen Bedankt, BAV! heb genoten. Groetjes, Peter En ik? Ik voelde me geïnspireerd ... Hier is wat ik droeg , of niet? Raad maar!
sureerd) tsmail (gecen De publicitei eest gestyled ed wie het m f Kijk maar go ie het schree w en je weet n ge da op t kom ... taire beschrije de vestimen Benieuwd ho den... or w sloop zal ving van de bo t: Wat mij betref FDE MERK* rlegging, *ZEL te in w e mou*MERK* ng la rgoed met de on E ch is m ther e en *ZELFD E MERK* fleec n ee G wen, *ZELFD . es handschoentj MERK* lopers hoofddeksel. r wel waar. Ongewild maa EBBER* *MERKLIEFH
Tot zover dus het proefondervindelijk onderzoek bij de BAV. Maar wat draag je nu écht het best als je loopt in de vrieskou? Lees verder op de volgende pagina >>>
27
En wat doe je nu écht aan als het vriest en je wil gaan lopen? Door Cornelia VERVoLG >>>
Trailschoenen
Wat moet je nu echt dragen? Dat is natuurlijk afhankelijk van je eigen aanvoelen, maar voor de meeste mensen is een korte broek niet aangewezen tijdens een wintertraining (cross-competitie is een ander verhaal). Een goede winterlegging - er zijn vele merken - doet al wonderen.
De meeste loopschoenen beschermen voldoende tegen de koude - ik heb ze het liefst zonder roze, maar die zijn helaas moeilijk te vinden bij de vrouwenschoenen. Maar voor wie echt veel lange duurlopen doet in de winter kan het aan te raden zijn om trailloopschoenen te kopen. Die zijn warmer en laten minder snel water door.
Laagjes, laagjes, laagjes Dé sleutel om je lichaam in de winter te beschermen tegen koude is meerdere laagjes dragen. Beter drie of zelfs vier dunne laagjes dan één dikke trui. Je blijft het lekker warm hebben en het zweet wordt ook afgevoerd naar de buitenlaag als je vochtafdrijvend textiel draagt. Vandaag is dat bijna een standaardeigenschap van alle atletiekkledij.
Thermisch ondergoed Ook een aanrader is thermisch ondergoed, zowel voor het boven- als voor het onderlijf. Pas wel op dat je thermisch ondergoed kiest dat flexibel gemaakt is voor het sporten, anders kan het gaan schuren onder de oksels of aan de dijbenen. Trek zeker ook kousen aan die je hiel goed warm houden, anders heb je een plek waar je toch snel kan onderkoelen en blessures oplopen.
Ingebouwde ‘handschoenen’
“Er bestaat geen slecht weer, maar alleen maar onaangepaste kledij.” Een muts of buff is uiteraard ook aan te raden. Volgens wetenschappers verliezen we de meeste warmte via ons hoofd. De grootte is afhankelijk: heb je het liefst ook warme oren of niet? Ik heb zelf veel en dik haar, wat tot een bepaalde temperatuur als mijn ‘muts’ werkt, maar ik besef dat dit niet voor iedereen het geval is ;-). Ook goed als je begint: een doek voor je mond om niet de koude lucht in te ademen. Na een tijdje kan je die dan gewoon als halsdoek gebruiken.
Voor handschoenen is het afhankelijk van je eigen gevoel. Er bestaan loophandschoenen. Ik gebruik ze alleen als het nog kouder is dan -5, want ik heb een lange looptrui met een soort “ingebouwde minihandschoenen”. Dat is - voor mij alvast - voldoende, omdat ik anders nooit weet waar ik met die handschoenen naartoe moet als ik het warm krijg.
Geen excuus Samenvatting: koud weer is zeker geen excuus om niet te gaan lopen. Of zoals een spreekwoord luidt dat leerkrachten graag gebruiken als het weer tijdens de klasuitstap wat tegenvalt: “Er bestaat geen slecht weer, maar alleen maar onaangepaste kledij.”•
Column Vraag het aan de trainer
Waarom moeten we een afstand telkens in dezelfde tijd lopen? Waarom moeten we bij een training van bijvoorbeeld 6 x 600 meter steeds proberen elke 600 meter in dezelfde tijd (tegen dezelfde snelheid) te lopen? Door Stefaan Sonck.
ten leveren, tegen een ritme dat hoger ligt dan het duurloopritme en zonder het lichaam de kans te geven volledig te recupereren.
Weerstand trainen
We zoeken het antwoord via een ommetje. De inspanningsgraad (traag, rustig, vlot, snel) waarmee je een loopopdracht uitvoert, is van belang. Zij bepaalt of je uithouding, weerstand of snelheid traint. Die inspanningsgraad wordt normaal bepaald in functie van de maximale hartslag (die varieert van persoon tot persoon en die evolueert met de leeftijd) en wordt uitgedrukt in een percentage. Bijvoorbeeld: 80 procent van de maximale hartslag. Als je dus “wetenschappelijk” wil trainen, moet je 1. je maximale hartslag laten bepalen door een inspanningsproef, 2. vervolgens in functie van wat je wil verbeteren een correct trainingsschema opstellen met hartslagzones waarin je zal trainen, 3. over een hartslagmeter beschikken, 4. en vervolgens je trainingsgegevens bijhouden om die te laten evalueren bij een volgende inspanningsproef.
Basisprincipes Aangezien dat allemaal vrij omslachtig is, houden we het bij de BAV op een aantal makkelijke basisprincipes, zonder al te veel rekenwerk. •
•
•
•
wil je snelheid trainen, dan moet je korte afstanden lopen tegen maximale snelheid, met tussenin voldoende tijd tot volledige recuperatie. wie zuivere uithouding wil trainen, zal voldoende lang lopen (minimaal veertig minuten) tegen een laag, aangenaam ritme. wie zijn basissnelheid wat wil opkrikken, zal voldoende regelmatig snellere duurlopen inlassen. Of tijdens een duurloop snellere stukken van bijvoorbeeld één minuut inbouwen. wie uithouding-weerstand wil trainen (waardoor je tijdens een wedstrijd makkelijker ritmeversnellingen kan verteren of de bergopjes beter aankan), zal middellange inspanningen moe-
Dus: als we 6 x 600 meter lopen, is het de bedoeling de weerstand te trainen door elke 600 meter te lopen tegen een snelheid die hoger ligt dan het duurloopritme (zonder dat we op het einde helemaal uitgeput zijn) en een nieuwe 600 meter aan te vatten zonder dat het lichaam volledig is gerecupereerd. In de huidige trainingsleer wordt de rustpauze dribbelend afgelegd. Als je de laatste 600 veel trager loopt dan de eerste, wil dat zeggen dat je de eerste eigenlijk te snel liep: je hebt de inspanning niet kunnen aanhouden.
Doseren en weerstand kweken Dus is ons richtsnoer: alle 600 meters tegen dezelfde snelheid (tijd), en op het einde van de training toch moe zijn (zonder totaal uitgeput te zijn). Zo leren we meteen onze inspanning te doseren, onze weerstand (met een geleerd woord: de anaerobe uithouding) te verhogen en kweken we ook mentale weerbaarheid (doordat we telkens een nieuwe inspanning aanvatten zonder volledig uitgerust te zijn).
Een vraag voor de trainer? Stel je vraag via stefaan.sonck@ skynet.be en misschien komt jouw vraag in de volgende editie
29
Lezen over lopen Boekentip van Cornelia
De eenzaamheid van de langeafstandsloper Onze vaste boekenwurm slaat een Baffertje over, maar onze boekenkast biedt soelaas. Geen boek over training of atleten deze keer, maar een roman: The Loneliness of the Long Distance Runner (De eenzaamheid van de langeafstandsloper) van de Britse schrijver en dichter Alan Sillitoe (1928-2010). Door Cornelia. Het boek is zeer populair in veel Europese scholen om te laten lezen tijdens de Engelse les. Het is niet lang, maar wel spannend en aangrijpend. De eenzaamheid van de langeafstandsloper vertelt het verhaal van een jongen, Colin, die uit een arm gezin komt, crimineel werd en in een strenge tuchtschool terechtkomt. Tot grote vreugde van zijn directeur blijkt hij een heel goede loper te zijn. De directeur kan Colin zo gebruiken om de tuchtschool te laten schitteren in wedstrijden met andere instellingen.
Colin voert intussen een interne strijd. Laat hij zich inpalmen en wint hij voor de directeur, om zo eigenlijk onderdeel te worden van een hiërarchisch sociaal systeem? Of kan hij door het winnen van wedstrijden zijn eigen sociale positie verbeteren? Lees zelf wat hardlopen met Colin doet en hoe hij zijn talent gebruikt. De eenzaamheid van de langeafstandsloper gaat dus niet alleen over lopen, maar ook over sociale thema’s als gerechtigheid, onderscheid tussen verschillende sociale klassen, macht, onderdrukking en verzet. De eenzaamheid van de langeafstandsloper is een fascinerend hardloopverhaal en een van de klassiekers uit de naoorlogse Engelse literatuur. En het heeft een aangenaam neveneffect. Als je de laatste bladzijde omslaat, wil je maar één ding: de loopschoenen aantrekken.•
Lezen over Brussel Ceci n’est pas une ville
BAV’er François Janne d’Othée schrijft alternatieve reisgids voor Brussel Soms laat Brussel zich niet gemakkelijk lezen. Voor wie de stad beter wil begrijpen, schreef BAV’er en Le Vif-journalist François Janne d’Othée de alternatieve reisgids Bruxelles. Ceci n’est pas une ville. Door Tine. De nieuwe gids van François past binnen de reeks alternatieve reisgidsenpockets Collection L’âme des peuples uit Parijs. Die mikt op lezers - toeristen, expats, inwijkelingen en bewoners - die verder willen kijken dan de klassieke bezienswaardigheden van een stad. Meer dan een reisgids is Bruxelles. Ceci n’est pas une ville een sleutel waarmee je het complexe en soms
30
moeilijk te vatten Brussel kunt ontcijferen. François observeert en analyseert, en laat daarnaast ook enkele bekende Brusselaars aan het woord: van politiek-sociologe Fatima Zibouh over Brusselgids Roel Jacobs tot filosoof Philippe Van Parijs.•
Waar te koop? Bruxelles. Ceci n’est pas une ville is geschreven in het Frans en komt uit bij uitgeverij L’âme des peuples. Het is vanaf 18 maart verkrijgbaar in de boekhandel.
Clubblad Uit de oude doos In Uit de oude doos vist Stefaan telkens een vergeten pareltje op uit een vroegere editie van het clubblad. Deze keer: een herinnering aan BAV-spurter Andrew Reets. Door Stefaan. Onze jeugdige spurters maken momenteel het mooie weer bij de BAV, zowel bij de jongens als bij de meisjes. Jong spurtgeweld: een streling voor het oog.
Jaren geleden bezaten we ook een spurtbom van formaat: de betreurde Andrew Reets. Sierra Leoons van origine, lichtvoetig, elegant en steeds goedgemutst. Hij overbrugde de 100 in minder dan 10,5 seconden ... Het
leek wel of Andrew naast een vijfde ook een zesde versnelling had. Hieronder de resultaten van een ‘wetenschappelijke test’ over zijn acceleratievermogen.•
31
Hinkstapspringen Chris Van San Gedichtje velen willen zweven als een man op de maan maar alleen wie hinkstapspringt kan het gevoel beleven met drie bewegingen op de baan op de zandbak af te stevenen weinigen is het gegeven te zweven als een man op de maan en wie ooit hinkstap heeft bedreven zal met mij beamen: voor de gewrichten kan je beter de bewegingen onder drieën verdelen (het glaasje na drinken we samen) Nieuwe spreekwoorden Er loopt iets mis: er komt een hink in de kabel Hij springt van de hak op de tak: hij springt van de hink op de stap Je zoekt een job in de hinkstap-sector? Schrijf je in op HinkedIn. Liedje (naar The Sound of Music) Do: een hink da’s geen cadeau Re: een stap die zet je rap Mi: een sprong oneindig long Fa: de landing in dat zand-ding Sol: in ’t Frans is grond le sol La: de beker is voor maa Si: breng de medaille hie En dan gaan we weer naar huis, jazeker …
32
COLOFON Werkten mee aan dit nummer Alexander Overmeire,
Anne-Mieke Demaegdt, Chris Van San, Cornelia Tietz, De Verslaggever, Fiona Pitt en Ben, Gerrit Pierreux, Joeri Vranckx, Kevin Waes, Liesl De Pauw, Lieven Muyldermans, Marc De Pauw, Mark De Vits, Stefaan Sonck, Tine Deckers. Coördinatie Cornelia Tietz Eindredactie Maarten Rabaey Lay-out Tine Deckers Druk Dirk Waes