ROC Kop van Noord-Holland Stagebureau Postbus 250 1780 AG Den Helder T 0223 611 200 F 0223 610 213 E
[email protected]
Handleiding voor de stage BOL Algemeen deel
www.rockopnh.nl
Inhoud 1. 2.
3.
4. 5.
6.
7.
Inleiding …………………………………………………………………….. Algemene informatie …………………………………………………….. Waarom een stage? De stage: een belangrijk onderdeel van de opleiding Een goede voorbereiding ………………………………………….…….. Verschillende soorten stages Wie doet wat? Zelf je stagebedrijf kiezen of niet? Wanneer is een bedrijf geschikt als stagebedrijf? Een goede voorbereiding stap voor stap Begeleiding tijdens de stage ……………………………………………… Begeleid zelfstandig werken Begeleiding door school – de stageconsulent Begeleiding door school – de coach Begeleiding door school – de prestatiebegeleider Begeleiding door de stageverlenende organisatie – de leerbedrijfbegeleider Inhoud van de stage ………………………………………….…………… Krachtige leeromgeving Prestaties en beoordelingsinstrumenten Beoordeling van de stageperiode …………………………………….…. Beoordeling door de stageverlenende organisatie Beoordeling door school Dossiervorming Onvoldoende beoordeling Niet eens met de beoordeling Beroepspraktijkovereenkomst ………………………………………..…. Inhoud Verplichting Tekenprocedure Overeenkomst van de stageverlenende organisatie Vragen en/of problemen ……………………………………..………..….. - Aan- en afwezigheid tijdens de stage - Betalingen en vergoedingen tijdens de stage - Beroepsgeheim - Calamiteiten - Gevaarlijke situaties - Inentingen en keuringen - Problemen - Schade - Seksuele intimidatie, agressie en geweld - Vakantie en vrije dagen - Verklaring omtrent het gedrag - Verzekeringen - Voortijdige beëindiging - Werkkleding - Werktijden tijdens de stage - Werkzaamheden
1
3 4 5
8
10 11
12
13
8.
Bijlagen ………………………………………………………………….…... Bijlage 1 Formulier stagebezoek-/voortgangsrapportage ……………….…... Bijlage 2 Verklaring van geheimhouding ……………………………….……. Bijlage 3 Registratie stage-uren………………………………………….….. Bijlage 4 Stage-informatieformulier …………………………………….…… Bijlage 5 Contactgegevens stageconsulenten …………………………….…. Bijlage 6 Beroepspraktijkovereenkomst ………………………………….…. Bijlage 7 Onderwijsovereenkomst …………………………………………...
2
16 17 19 21 23 25 27 29
Inleiding Cursisten die een beroepsopleiding volgen, leren zowel op school als in de praktijk. Voor dat leren in de praktijk lopen cursisten die een bol-opleiding volgen stage in een voor de opleiding erkend leerbedrijf. Een goede voorbereiding op zo’n stage is belangrijk. Deze handleiding is in eerste instantie geschreven voor cursisten, maar bevat ook veel nuttige informatie voor degenen die de cursist in een bedrijf begeleiden bij hun stage, oftewel de leerbedrijfbegeleiders. Informatie over de totstandkoming van de stage bijvoorbeeld, over de partijen die bij de stage betrokken zijn en de werkwijze die wordt gehanteerd. Wij hopen dat deze handleiding bijdraagt aan een prettige samenwerking tussen het leerbedrijf, de cursist en het ROC Kop van Noord-Holland. Siem Klaij en Henry Oorburg Stagebureau
3
1 Algemene informatie Wie een middelbare beroepsopleiding volgt bij het ROC Kop van Noord-Holland, wordt praktijkgericht opgeleid. Dat is belangrijk, omdat bedrijven behoefte hebben aan mensen die gelijk na hun opleiding in een bedrijf aan de slag kunnen. Waarom een stage? Een stage is een goede manier om de beroepspraktijk beter te leren kennen. Want hoe goed je de theorie ook beheerst, het gaat uiteindelijk om het aanleren van competenties, om vakbekwaamheid. Dit betekent dat je in verschillende situaties weet: - wat je moet doen (kennis) - hoe je dat moet doen (vaardigheden) - waarom het op die manier moet (inzicht) en - welk gedrag daarbij hoort (beroepshouding) Bij een professionele beroepshouding horen de begrippen veiligheid, respect, verantwoordelijkheid en zelfstandigheid. De stage: een belangrijk onderdeel van de opleiding Het leren tijdens je stage is nauw verbonden met het leren op school. Je werkt immers aan dezelfde competenties. De stage vormt dan ook een belangrijk deel van je opleiding. Zo belangrijk, dat je je diploma pas in ontvangst kunt nemen als je hebt voldaan aan alle voorwaarden van stage als onderdeel van de opleiding. Wat dat exact inhoudt, is te lezen is de onderwijs- en examenregeling. Waar het in feite op neer komt, is dat je ervoor moet zorgen dat je stage goed verloopt. Natuurlijk krijg je wel begeleiding vanuit school, maar in eerste instantie is het wel je eigen verantwoordelijkheid. Daarom is het belangrijk dat je deze handleiding goed doorneemt en bij vragen of onduidelijkheden over zaken met betrekking tot je stage, contact opneemt met je stageconsulent. Een overzicht van alle stageconsulenten en hun contactgegevens vind je in de bijlagen of op www.rockopnh.nl, onder de button ‘stage’.
4
2 Een goede voorbereiding De stage vormt een vast onderdeel van je opleiding. Maar dat betekent niet dat je er zomaar aan mag beginnen. Het is namelijk wel van belang dat je er klaar voor bent. Dat betekent dat je hebt laten zien dat je in staat bent verantwoordelijkheid te dragen en beschikt over een goede leer- en beroepshouding. Verschillende soorten stages De duur en inrichting van de stage verschilt per opleiding. Bij sommige opleidingen in de beroeps opleidende leerweg (bol) loop je de hele schooltijd één of meerdere dagen stage. Bij andere volg je één of meer langere stageperiodes. Welke situatie op jou van toepassing is, hoor je tijdens je opleiding. Wie doet wat? Er zijn verschillende medewerkers betrokken bij je stage. We zetten ze hieronder op een rijtje: • • •
• •
•
Coach De coach is degene die je tijdens je gehele opleiding begeleidt. Opleidingsmanager Elke onderwijsafdeling wordt geleid door een opleidingsmanager. Hij of zij is eindverantwoordelijk voor de plaatsing van cursisten bij een stagebedrijf. Stageconsulent De stageconsulent is degene die contact houdt met jou en het bedrijf en degene bij wie je terecht kunt met vragen. Elke onderwijsafdeling heeft één of meerdere stageconsulent(en). Je krijgt per stageperiode een consulent toegewezen. Tijdens je stage bezoekt de stageconsulent je om te bespreken hoe je stage verloopt. Ook zorgt de consulent dat je coach op de hoogte wordt gehouden. Een overzicht met alle namen, telefoonnummers en e-mailadressen van de stageconsulenten vind je in de bijlage. Prestatiebegeleider De prestatiebegeleider is degene die het inhoudelijke gedeelte van je prestatie in de gaten houdt. Oftewel: of je goed aan je prestatie werkt en/of je je prestatie behaalt. Stagebureau Het stagebureau van het ROC Kop van Noord-Holland regelt alle zaken omtrent de stages voor cursisten die een bol-opleiding volgen en onderhoudt de contacten met de bedrijven. De medewerkers van het stagebureau bieden praktische ondersteuning aan zowel cursisten als bedrijven en kunnen antwoord geven op veelgestelde vragen. Cursisten die een bbl-opleiding volgen, zoeken zelf een werkgever. Leerbedrijfbegeleider Degene die de cursist tijdens zijn of haar stage vanuit het leerbedrijf begeleidt.
In het volgende hoofdstuk wordt meer verteld over ieders taken.
5
Zelf je stagebedrijf kiezen of niet? Bij de meeste opleidingen is het niet de bedoeling dat cursisten zelf bedrijven benaderen. In dat geval onderhouden de medewerkers van het stagebureau (de stageconsulenten) de contacten met de bedrijven. Zij weten precies wie ze binnen een bedrijf moeten hebben, hoeveel stageplekken een bedrijf heeft en welk niveau en richting je ervoor moet volgen om stage te mogen lopen. Maar het kan ook zijn dat het zoeken naar een stageplaats onderdeel uitmaakt van je opleiding. In dat geval krijg je hiervoor tijdens je opleiding een specifieke opdracht. Wanneer is een bedrijf geschikt als stagebedrijf? Uiteraard kun je aangeven naar wat voor soort stagebedrijf jouw voorkeur uitgaat. Je kunt ook zelf een bedrijf voorstellen. Belangrijk is wel dat je dat tijdig doet (dus voordat het stagebureau voor je op zoek gaat) en dat je keuze past bij de opleiding die je volgt en de eisen die er aan je stage worden gesteld. Overigens kun je uitsluitend stagelopen bij een erkend leerbedrijf. Niet ieder bedrijf is een erkend leerbedrijf, maar ieder bedrijf kan in principe wel een erkend leerbedrijf worden. In dat geval moet het bedrijf zich aanmelden bij Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (KBB). Het stagebureau van het ROC Kop van Noord-Holland kan bedrijven informeren en adviseren over de aanvraag en het doorlopen van de erkenningprocedure. Een goede voorbereiding stap voor stap 1 1. Denk na over wat je wilt Voor een leerzame stage is het belangrijk dat je past bij de organisatie en de mensen die er werken. Denk dus vooraf goed na over het soort bedrijf waar je wilt stagelopen. Wil je werken bij een groot bedrijf, of juist liever iets kleiner? Zoek je een commercieel bedrijf, of juist niet? Houd je van een formele of van een informele werksfeer? Allemaal zaken om vooraf voor jezelf op een rijtje te zetten. Om je te oriënteren, kun je ook eens een kijkje nemen op verschillende websites van bedrijven. Overigens is het niet de bedoeling dat je in dit stadium zelf contact opneemt met bedrijven, tenzij dat nadrukkelijk is afgesproken. De medewerkers van het stagebureau onderhouden de contacten met bedrijven. Zij weten precies welke stageplaatsen er beschikbaar zijn voor de verschillende opleidingen. 2. Maak je wensen kenbaar Het is belangrijk dat je op het moment dat je coach/stageconsulent ernaar vraagt, aan kunt geven wat je wensen zijn, zodat je coach/stageconsulent hier rekening mee kan houden als hij/zij voor je op zoek gaat naar een geschikte stageplaats. Het stagebureau heeft contact met de bedrijven die stageplaatsen aanbieden. Op basis van wat je volgens je opleiding moet leren, de beschikbaarheid van stageplaatsen en jouw persoonlijke voorkeuren zoekt het stagebureau een geschikt bedrijf en krijg je een stageplaats toegewezen.
1
Bij onderwijsafdelingen waar het solliciteren en zoeken naar een leerplaats door cursisten al deel uitmaakt van het onderwijsleerproces, wordt van de hierboven beschreven procedure afgeweken.
6
3. Maak duidelijke afspraken In overleg met je coach spreek je af welke prestaties je tijdens je stage gaat uitvoeren. Na toewijzing van je leerplaats ga je langs bij het leerbedrijf om kennis te maken met je leerbedrijfbegeleider(s). Afhankelijk van de afspraken die het stagebureau met het leerbedrijf heeft gemaakt, ontvang je daarvoor van een bedrijf een uitnodiging of neem je zelf contact op om een afspraak te maken. Je hoort dit via je stageconsulent. Tijdens het kennismakingsgesprek bespreek je in ieder geval de volgende punten: • De beroepspraktijkovereenkomst (zie hoofdstuk 6 & bijlage 6) • Welke prestatie je tijdens je stage gaat uitvoeren • Welke competenties je tijdens je stage in het bedrijf wilt behalen • Het stage-informatieformulier (zie bijlage 4) • Afspraken over: o werktijden en werkdagen o bedrijfsregels o eventuele stagevergoedingen o communicatie met het bedrijf Het is natuurlijk belangrijk dat je tijdens dit gesprek een goede indruk maakt. Want het is niet voor niets een kennismakingsgesprek. Mocht je leerbedrijfbegeleider na afloop van het gesprek toch vinden dat je niet de geschikte persoon bent voor de stage, dan kan het bedrijf alsnog besluiten niet met je verder te gaan. Uiteraard wordt dit dan met je besproken voordat je met je stage begint, zodat er een alternatief kan worden gezocht.
7
3 Begeleiding tijdens de stage Om je stage goed te kunnen vervullen is het belangrijk dat je een goede begeleiding krijgt. Zowel vanuit school, door je stageconsulent en coach als vanuit het stagebedrijf, door je leerbedrijfbegeleider. Ook is het belangrijk regelmatig met je begeleiders te overleggen over de voortgang van je stage. Tip: Schrijf dingen die je opvallen of waar je over wilt praten, tussendoor voor jezelf op. Zo weet je zeker dat je tijdens zo’n overleg niets vergeet. Begeleid zelfstandig werken De mate van begeleiding die je vanuit school krijgt, is afhankelijk van de opleidingsfase waarin je je bevindt. Want hoe verder je komt in je opleiding, hoe zelfstandiger je zult moeten werken. De inbreng van je begeleiders zal dus minder worden naarmate je opleiding vordert. Tijdens de stage krijg je te maken met verschillende begeleiders vanuit de school en het leerbedrijf. In het hoofdstuk hiervoor hebben we ze al even kort benoemd, maar hieronder hebben we ieders taken nog eens op een rijtje gezet. 1. Begeleiding door school - de stageconsulent Iedere afdeling binnen het ROC Kop van Noord-Holland heeft één of meerdere stageconsulent(en). Deze personen zijn speciaal aangesteld om cursisten tijdens hun stage te begeleiden. Naast de begeleiding die je tijdens je hele opleiding krijgt van je coach, krijg je specifiek tijdens je stage ook ondersteuning van je stageconsulent. De stageconsulent helpt je bij de voorbereiding op je stage en komt je tijdens je stage opzoeken in het bedrijf om te horen of je stage goed verloopt. De taken van de stageconsulent zijn: • volgen van de voortgang van het leerproces tijdens de stage • procesmatig adviseren over de uitvoering van prestaties of werkzaamheden • knelpunten en belemmeringen in de uitvoering van opdrachten of werkzaamheden signaleren, bespreekbaar maken en doorverwijzen naar de coach • rapporteren aan de coach over de voortgang (zie bijlage 1) • contact onderhouden met het leerbedrijf en de leerbedrijfbegeleider • optreden als tussenpersoon tussen leerbedrijf en cursist 2. Begeleiding door school - de coach Je stage maakt natuurlijk onderdeel uit van je opleiding. Daarom heb je tijdens je stage niet alleen contact met je stageconsulent, maar ook met je coach. Wanneer precies, spreken jullie samen af. We noemen dit de vaste begeleidingsmomenten. Heb je tussentijds vragen over de inhoud van prestaties en/of over de leervragen/leerdoelen die je samen met je coach hebt vastgesteld, dan kun je uiteraard ook tussentijds contact opnemen. De taken van de coach zijn: • volgen van de voortgang van het leerproces in het algemeen • begeleiden bij en het vaststellen van de inhoud van de stage • stimuleren van een goede studiehouding • bespreken van de beroepshouding • vaststellen van de beoordeling van (proces)verslagen en opdrachten • informeren van de stageconsulent over de voortgang van het leerproces • overleggen met de cursist en de stageconsulent bij eventuele probleemsituaties • toezien op de juiste samenstelling van je dossier of portfolio
8
3. Begeleiding door school – de prestatiebegeleider In overleg met je coach spreek je af welke prestaties je tijdens je stage gaat uitvoeren. Of dat ook lukt, wordt in de gaten gehouden door de prestatiebegeleider. De prestatiebegeleider werkt nauw samen met de stageconsulent en de coach. De taken van de prestatiebegeleider zijn: • cursisten begeleiden bij de uitvoering van prestaties • zorg dragen dat cursisten de met de coach afgesproken prestaties uitvoeren • beoordelen van prestaties van cursisten 4. Begeleiding door de stageverlenende organisatie – de leerbedrijfbegeleider Voor de dagelijkse begeleiding tijdens je stage moet er door het bedrijf waar je stage loopt, een leerbedrijfbegeleider worden toegewezen. Onder begeleiding van deze leerbedrijfbegeleider en/of zijn collega(s) voer je dagelijks de beroepsvaardigheden uit die bij je opleiding horen. De leerbedrijfbegeleider legt je uit wat er van je verwacht wordt, hoe je je werkzaamheden uit moet voeren en bespreekt tussentijds met je of je je werkzaamheden goed doet. Het is de bedoeling dat je hier regelmatig samen over praat. We noemen dit een begeleidingsgesprek. Je hebt het daarbij in ieder geval over: • of je goed functioneert • hoe de samenwerking verloopt • welke informatie je (nog) nodig hebt voor je prestaties • wat de resultaten zijn van je prestaties Kort samengevat zijn de taken van de leerbedrijfbegeleider: • introduceren van de cursist in het leerbedrijf • vaststellen van de werkzaamheden van de cursist • scheppen van voorwaarden om het leren mogelijk te maken • bieden van ondersteuning bij het maken van prestaties • voeren van begeleidingsgesprekken • begeleiden bij het uitvoeren van de werkzaamheden • geven van feedback • verzamelen van informatie ten behoeve van de beoordeling • contact onderhouden met de stageconsulent • samen met de cursist zoeken naar mogelijkheden voor nieuwe prestaties
9
4 Inhoud van de stage Er zijn veel verschillende soorten stages. De inhoud van iedere stage afzonderlijk verschilt per onderwijsafdeling, per opleiding, per leerjaar en per niveau. Het is daarom ondoenlijk hier een algemene beschrijving te geven van de inhoud van een stage. Voor aanvang van iedere stageperiode wordt door de onderwijsafdeling vastgesteld aan welke prestaties en competenties alle cursisten van een bepaalde opleiding gaan werken en hoe de beoordeling plaats zal vinden. De exacte inhoud van de stages wordt vastgesteld in overleg met het werkveld of het leerbedrijf. Vervolgens bespreekt iedere cursist afzonderlijk met zijn of haar coach aan welke prestaties hij of zij tijdens de stage zal werken. Krachtige leeromgeving Uiteraard gelden er wel een aantal algemene uitgangspunten. Voor alle stages geldt dat het belangrijk is dat er sprake is van een krachtige leeromgeving. Dit is een omgeving waarin je als stagiair(e): … kunt werken vanuit heldere leerdoelen … werk kunt doen dat aansluit bij je opleidingsniveau (niet te licht en niet te zwaar) … wordt gestimuleerd na te denken en te spreken over je werkervaringen … een goede en duidelijke uitleg krijgt over het werk dat moet worden verricht … hulp krijgt als dat nodig is … de ruimte krijgt om ook eens wat nieuws te leren … fouten mag maken om daarvan te leren … achtergrondinformatie over het werk krijgt aangereikt … eerlijk te horen krijgt wat je goed, of juist niet zo goed doet … de gelegenheid krijgt zelfstandig te handelen … bepaalde verantwoordelijkheden krijgt Prestaties en beoordelingsinstrumenten Een overzicht van prestaties en beoordelingsinstrumenten is vermeld in het onderwijsinhoudelijke deel, dat door iedere onderwijsafdeling afzonderlijk aan deze handleiding wordt toegevoegd.
10
5 Beoordeling van de stageperiode Om te weten of je je stage succesvol hebt doorlopen en afgerond, word je op verschillende momenten en door verschillende personen beoordeeld. Om ervoor te zorgen dat iedere cursist gelijkwaardig wordt beoordeeld, vindt de beoordeling plaats volgens vaste procedures. Ook zijn er speciale documenten gemaakt aan de hand waarvan de begeleiders stagiair(e)s kunnen beoordelen, de zogenoemde beoordelingsprotocollen. Iedere onderwijsafdeling hanteert eigen beoordelingsprocedures en –protocollen. Deze zijn te vinden in het onderwijsinhoudelijke deel van deze handleiding. Je krijgt vooraf van je coach te horen wie welk deel van de beoordelingen uitvoert. Beoordeling door de stageverlenende organisatie Tijdens je stage word je op vaste momenten beoordeeld door je leerbedrijfbegeleider. In principe is daarbij niemand van school bij aanwezig. De leerbedrijfbegeleider en/of de coach kunnen er echter prijs op stellen dat de stageconsulent ondersteuning verleent bij de beoordeling. In dat geval zal de stageconsulent ook aanwezig zijn. Uiteraard is het belangrijk dat je je coach op de hoogte houdt en je beoordelingen op school inlevert. Dit is je eigen verantwoordelijkheid. Beoordeling door school Of, en zo ja, op welke momenten je door school wordt beoordeeld, wordt voorafgaand aan je stage door je coach met je besproken. Dossiervorming De beoordelingen van je prestaties tijdens je stage worden door je coach toegevoegd aan je persoonlijk dossier. Zelf voeg je een kopie toe aan je portfolio. Onvoldoende beoordeling Het uiteindelijke resultaat van de beoordelingen wordt vastgesteld door de opleidingsmanager van de onderwijsafdeling waar je je opleiding volgt. Bij een onvoldoende beoordeling kan het voorkomen dat de opleidingsmanager het leerbedrijf om advies vraagt ten aanzien van het vervolg van je opleiding. Als je een onvoldoende beoordeling hebt gekregen, zijn er verschillende mogelijkheden: - Je krijgt een opdracht voor een vervangende prestatie en gaat daar zo nodig opnieuw voor op stage. - Je opleiding wordt verlengd. - Je moet de opleiding beëindigen. Niet eens met de beoordeling Als je het niet eens bent met de gevolgde beoordelingsprocedure of het beoordelingsresultaat, kun je je wenden tot de opleidingsmanager van de afdeling waar je je opleiding volgt.
11
6 Beroepspraktijkovereenkomst Voor elke stageperiode wordt er door de school een beroepspraktijkovereenkomst (BPO) opgesteld, die moet worden ondertekend door de cursist, de school en het leerbedrijf. Inhoud De beroepspraktijkovereenkomst is een schriftelijk contract waarin de afspraken tussen jou, het leerbedrijf en school (het stagebureau) zijn vastgelegd. In de overeenkomst staat onder meer wanneer je stage begint en stopt, wat de omvang van je stage is en wie je begeleiders zijn. Verplichting Op het moment dat je je handtekening zet, geeft je automatisch aan dat je het eens bent met de inhoud van de overeenkomst. Het is belangrijk je te realiseren dat je, zodra de beroepspraktijkovereenkomst is ondertekend, een verplichting met het bedrijf bent aangegaan. En zij ook met jou. Het bedrijf kan je niet zonder overleg wegsturen, net zomin als jij zonder overleg kunt besluiten te stoppen. Mocht er iets niet goed gaan, neem dan altijd contact op met je stageconsulent of coach. Tekenprocedure Voorafgaande aan je stage krijg je drie ingevulde exemplaren van de beroepspraktijkovereenkomst thuisgestuurd. De drie exemplaren worden per post verstuurd met een begeleidende brief en een retourenveloppe. Het is de bedoeling dat de drie exemplaren worden ondertekend: - door jou - door je leerbedrijfbegeleider - door één van je ouders/verzorgers (als je nog geen 18 jaar bent) Na ondertekening houd je één exemplaar zelf, je geeft er één aan je leerbedrijfbegeleider en je stuurt er één in de retourenveloppe terug naar het stagebureau. Overeenkomst van de stageverlenende organisatie Er zijn leerbedrijven die naast de beroepspraktijkovereenkomst een tweede overeenkomst met de cursist afsluiten. In deze overeenkomst worden een aantal leerbedrijfspecifieke afspraken vastgelegd. Mocht je twijfelen over de inhoud van deze overeenkomst, of iets niet begrijpen, aarzel dan niet dit te vragen. In bijlage 6 vind je een voorbeeld beroepspraktijkovereenkomst. Dit formulier hoef je niet zelf in te vullen; je krijgt de ingevulde exemplaren thuisgestuurd.
12
7 Vragen en/of problemen In veel gevallen verloopt een stage probleemloos. Maar het kan natuurlijk voorkomen dat er iets voorvalt, of dat er een verschil van mening ontstaat. Daarom hanteren we een aantal vaste regels en uitgangspunten. Je vindt ze hieronder op alfabetische volgorde. Aan- en afwezigheid tijdens de stage Je wordt geacht aanwezig te zijn tijdens de in de beroepspraktijkovereenkomst vastgestelde uren, mits daar aanvullende afspraken over zijn gemaakt. Er zijn twee geldige redenen voor verzuim tijdens je stage: • Ziekte Als je ziek bent, meld je dit zowel bij het leerbedrijf als bij de school. Dit geldt tevens voor het beter melden. • Bijzonder verlof In geval van bijzondere omstandigheden kun je om verlof vragen. Voor aanvragen zie de algemene studiegids. De door ziekte of bijzonder verlof gemiste uren moeten mogelijk worden ingehaald. Dit om te kunnen voldoen aan de in het Onderwijsexamenreglement vastgestelde eisen. Betalingen en vergoedingen tijdens de stage Het verkrijgen van een financiële vergoeding tijdens je stage is afhankelijk van de van toepassing zijnde CAO en eventuele afspraken die daarover in het leerbedrijf zijn gemaakt. Het al of niet ontvangen van een stagevergoeding, vormt geen criterium dat bij de plaatsingsoverwegingen wordt betrokken. Beroepsgeheim Je bent verplicht geheim te houden wat je tijdens de opleiding en stage wordt toevertrouwd, bekend wordt of datgene waarvan je het vertrouwelijke karakter moet begrijpen. Soms vraagt het leerbedrijf een verklaring van geheimhouding te ondertekenen. Hiervoor kan het formulier dat is toegevoegd in de bijlagen worden gebruikt. Calamiteiten Bij calamiteiten tijdens de stage dient zo snel mogelijk contact te worden opgenomen met de school. Wanneer de begeleidende stageconsulent niet bereikbaar is, neem je contact op met het hoofd van het stagebureau. Telefoon stagebureau : (0223) 611 200 e-mail :
[email protected] Gevaarlijke situaties Als er op de werkplek gevaarlijke situaties zijn, dan moet je dit direct melden aan je leerbedrijfbegeleider. Inentingen en keuringen Leerbedrijven waar Verzorgenden, Verpleegkundigen en cursisten Medewerker maatschappelijke zorg hun stage lopen, eisen een hepatitis B vaccinatie.
13
Problemen Als je vindt dat je stage niet goed verloopt, of je zit met een probleem, is het belangrijk dat tijdig te bespreken. Je kunt hiervoor een afspraak maken met je leerbedrijfbegeleider, maar je kunt uiteraard ook contact opnemen met je stageconsulent of coach. Het is wel belangrijk dat je tijdig aan de bel trekt. Als je het pas ter sprake brengt als het echt misgaat, of aan het einde van je stage, dan is het te laat en hebben zowel jij als het stagebedrijf weinig aan je stage gehad. Onthoud dat de tussentijdse gesprekken met je begeleiders niet alleen bedoeld zijn om te laten zien wat je hebt gedaan, of hoe goed het gaat, maar juist ook om problemen te signaleren en tijdig bij te sturen. Schade Als er tijdens werktijd door jouw toedoen schade ontstaat moet je dit onmiddellijk doorgeven aan het leerbedrijf. Seksuele intimidatie, agressie en geweld Het leerbedrijf treft maatregelen die gericht zijn op de bescherming van de lichamelijke en geestelijke integriteit van de cursist ter voorkoming of bestrijding van vormen van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld. Als je in het leerbedrijf wordt geconfronteerd met seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld, meld het voorval dan bij je stageconsulent, de vertrouwenspersoon van school en/of de daarvoor aangewezen persoon binnen het leerbedrijf. Vakantie en vrije dagen Je hebt tijdens je stage recht op het aantal vrije dagen en vakantiedagen conform de in het leerbedrijf geldende regeling of conform de in de CAO vastgestelde regelingen. In overleg met het leerbedrijf kunnen deze worden opgenomen. Informeer ook je coach over de afspraken die je over vakantie met je leerbedrijfbegeleider hebt gemaakt. Verklaring omtrent het gedrag Bij sommige opleidingen of leerbedrijven is het noodzakelijk een ‘Verklaring omtrent gedrag’ te overleggen. Deze verklaring kun je aanvragen op het gemeentehuis. De tijd die nodig is voor het verkrijgen van deze verklaring is ongeveer 6 weken. Verzekeringen Er worden door school geen verzekeringen afgesloten voor cursisten. Wij adviseren je een WA-verzekering af te sluiten. Als je in het kader van je stage naar het buitenland gaat, adviseren we je een reisverzekering af te sluiten. Voortijdige beëindiging Als je tijdens je stage wordt weggestuurd, zal je consulent samen met jou en je leerbedrijfbegeleider een rapportage opmaken omtrent de redenen. Indien mogelijk moet er een tussentijdse beoordeling worden opgemaakt. De onderwijsafdeling stelt na overleg met jou vast wat de gevolgen van de voortijdige beëindiging zijn. Indien je eenzijdig, dus zonder toestemming van de onderwijsmanager, je stage beëindigt, zal dat gevolgen hebben voor het vervolg van je opleiding. De opleidingsmanager zal over een eventuele beëindiging van een stage een besluit nemen en informeert het stagebureau.
14
Werkkleding Wanneer tijdens de stage het dragen van werkkleding wordt verlangd dan wordt deze voor de duur van de stage beschikbaar gesteld door het leerbedrijf. Soms verlangt het leerbedrijf een borgsom voor de werkkleding en/of het gebruik van een sleutel. Deze borg dien je aan het eind van je stage terug te krijgen. Werktijden tijdens de stage Het vaststellen van de werktijden gebeurt in overleg met het leerbedrijf. In principe werk je de voorkomende diensten op alle dagen van de week waarop geen onderwijsactiviteiten gepland zijn (dus ook op zaterdagen, zondagen en feestdagen). Uitgangspunt daarbij is het kunnen opdoen van uiteenlopende leerervaringen. Het geldende werktijdenbesluit wordt te allen tijde gerespecteerd. Het aantal uren stage per week staat vermeld op de beroepspraktijkovereenkomst. Wanneer dit noodzakelijk is kan na overleg met de onderwijsafdeling hiervan worden afgeweken. Indien wordt afgeweken vindt er overleg plaats tussen de onderwijsafdeling en het stagebureau. Het totale aantal uren stage dient te worden gerealiseerd. Werkzaamheden Je voert tijdens je stage werkzaamheden uit onder verantwoordelijkheid van een leerbedrijfbegeleider van het leerbedrijf. Als je werkzaamheden opgedragen krijgt waarvan je denkt dat je ze niet zonder begeleiding kunt uitvoeren, dan geef je dat aan.
15
8 Bijlagen Op de hierna volgende pagina’s zijn belangrijke documenten te vinden die betrekking hebben op je stage. Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7
Formulier stagebezoek/voortgangsrapportage Verklaring van geheimhouding Registratie stage-uren Stage-informatieformulier Contactgegevens stageconsulenten Beroepspraktijkovereenkomst Onderwijsovereenkomst
De formulieren in deze bijlagen zijn ook digitaal beschikbaar op onze website: www.rockopnh.nl. Klik op ‘stage’, en vervolgens op ‘informatie en advies’.
16
Leerdoelen, opdrachten en verslagen Opmerkingen:
Acties cursist:
Acties onderwijs:
Acties stagebedrijf:
Acties stagebureau:
18
Bijlage 2
Verklaring van geheimhouding Naam cursist:…………………………………….. Ik beloof geheimhouding van wat mij tijdens de stage en binnen mijn opleiding wordt toevertrouwd, mij bekend wordt, of waarvan ik het vertrouwelijke karakter moet begrijpen. Handtekening :………………….. Datum
:…………………..
19
20
Bijlage 3
Registratie stage-uren. Naam cursist : …………………………………………………………. Naam leerbedrijfbegeleider : …………………………………………………………. In dit overzicht registreert de cursist wekelijks de werkelijke uren dat er stageactiviteiten zijn verricht. Per week tekent de leerbedrijfbegeleider voor akkoord.
Week 1
Aanvang stageweek
Einde stageweek
Aantal uren
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24
21
Handtekening leerbedrijfbegeleider
Week 25
Aanvang stageweek
Einde stageweek
Aantal uren
26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40
22
Handtekening leerbedrijfbegeleider
Bijlage 4
Stage-informatieformulier
De cursist zorgt ervoor dat dit formulier in de eerste week van de stage in het bezit is van het stagebureau en maakt een kopie voor de coach en de leerbedrijfbegeleider. Gegevens cursist
Naam cursist : (Voornaam)……………………………(Achternaam)……………………………. Opleiding : …………………………………………..Cursusgroep:………………………. Telefoon : 1. ……………………………(Vast) 2 ……….…………………………(Mobiel) E-mail : ………………………………………………………………………………… Gegevens leerbedrijfbegeleider
Naam leerbedrijfbegeleider : (Voornaam)………………..…(Achternaam)…………………….. Naam leerbedrijf : ………………………………………………………………..................... Afdeling (indien van toepassing) : ……………………………………………………………. Bezoekadres : …………………………………….Plaats: …………………………………... Telefoon : ……...…………………………………E-mail: ………………………………….. Op welke dagen en tijdstippen kunnen wij het beste bellen voor het maken van een afspraak: ..…………………………………………………………………………………… Gegevens stageconsulent van het ROC Kop van Noord-Holland
Naam consulent : ……………………………………………………………………………. Telefoon : ………………………………...E-mail :………………………………… Werkdagen : maandag - dinsdag - woensdag - donderdag - vrijdag (omcirkelen) Gegevens coach van het ROC Kop van Noord-Holland
Naam coach : ……………………………………………………………………………….. E-mail :………………………………. Werkdagen : maandag - dinsdag - woensdag - donderdag - vrijdag (omcirkelen) Postadres: ROC Kop van Noord-Holland Stagebureau Postbus 250 1780 AG Den Helder
Bezoekadres: ROC Kop van Noord-Holland Stagebureau Sperwerstraat 4 1781 XC Den Helder
23
24
Bijlage 5
Contactgegevens stageconsulenten Cursistgerelateerde zaken Voor elke opleidingsrichting is een stageconsulent aangesteld. De stageconsulenten zijn het eerste aanspreekpunt voor cursisten en bedrijven met vragen. Studierichting Zorg
Stageconsulent Mevrouw C. Roelvink
Beveiliger, MTV, HTV
Vacature
Horeca, Detailhandel,
Mevrouw J. Stuijvenberg
ICT, Detailhandel, Kappen Evenementen organisatie, Sport en bewegen en Welzijn. Administratie, Detailhandel. Techniek
Mevrouw E. Starreveld
Techniek
Vacature
Welzijn
Mevrouw K. Bisseling
Welzijn
Mevrouw T. Böttger - van de Laar
Welzijn
Mevrouw E. Prins
Zorg
Mevrouw M. Haan
Mevrouw A. van der Zande - Ulders Mevrouw A. van Duin - Abbenhuis Mevrouw J. Philipsen - Duijzers
Bereikbaar via (06) 22 02 40 99
[email protected] (06) 22 02 24 57
[email protected] (06) 15 32 25 50
[email protected] (06) 51 65 91 06
[email protected] (06) 20 22 02 23
[email protected] (06) 22 02 23 70
[email protected] (06) 22 02 42 56
[email protected] (06) 22 02 25 64
[email protected] (06) 57 59 53 00
[email protected] (06) 22 02 23 67
[email protected]
Bedrijfsgerelateerde zaken Bedrijven kunnen ook contact opnemen met het stagebureau. Het stagebureau wordt geleid door de heer S. Klaij en de heer H. Oorburg. Zij zijn telefonisch bereikbaar via (0223) 611 200.
25
26
Bijlage 6 Let op! Dit is een voorbeeldformulier. Je hoeft dit formulier niet zelf in te vullen. Voor aanvang van je stage krijg je drie ingevulde exemplaren van de beroepspraktijkovereenkomst thuisgestuurd. Beroepspraktijkovereenkomst BOL In het kader van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs, art. 7.2.8 en art. 7.2.9 dienen de onderwijsinstellingen, de deelnemer en de praktijkbiedende organisatie een praktijkovereenkomst af te sluiten. Ondergetekenden: 1.
De onderwijsinstelling, Stichting ROC Kop van Noord-Holland gevestigd te Den Helder, in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd in de persoon van H. Oorburg hierna te noemen: de instelling
2.
de deelnemer:……………… geslacht: …………………. geboren te: ………………… geboren op: ……………….. adres: ……………………… indien minderjarig tevens diens wettelijk vertegenwoordiger: naam: ……………………………………… adres: ……………………………………… hierna te noemen de deelnemer 3.
De praktijkbiedende organisatie, ………gevestigd …………. te …………….,
Postcode…………
in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd in de persoon van …………
hierna te noemen de organisatie komen overeen dat de deelnemer in het kader van de opleiding ……met crebonummer,…… leerweg Beroepsopleidend, de praktijkvorming vervult bij de organisatie. De omvang van de beroepspraktijkvorming is ….. (klok)uur per week gedurende de periode van…. t/m ……. Tijdens de beroepspraktijkvorming treden als praktijkbegeleider c.q. stageconsulent op
Namens de organisatie :: ……………………………………. Namens de instelling: ………………………………………..
Ondertekening: De instelling
De deelnemer
H. Oorburg …………………… Den Helder, Plaats _______________ Datum _______________
De wettelijk vertegenwoordiger van de deelnemer
De organisatie
…. …………………… Plaats ______________ Datum______________
……… …………………. Plaats _____________ Datum _____________
27
Artikel 1 Beoordeling 1.De onderwijsinstelling heeft de eindverantwoordelijkheid bij de beoordeling of de deelnemer de eindtermen (of competenties in geval van competentiegerichte opleidingen) behorend tot beroepspraktijkvorming heeft gerealiseerd. 2.In de beoordeling betrekt de onderwijsinstelling het oordeel van de praktijkbiedende organisatie. 3.De procedure van de beoordeling van de eindtermen of competenties beroepspraktijkvorming staat beschreven in de handleiding. De deelnemer en de praktijkbiedende organisatie hebben van deze procedure kennis genomen. 4. In de stagehandleiding is een (verwijzing naar een) overzicht van eindtermen die in de stage beoordeeld worden, opgenomen. Voor competentiegerichte opleidingen geldt dat de in de stage te beoordelen competenties zijn vastgesteld in het portfolio van de cursist. 5. Ingeval er sprake is van het examineren van eindtermen of competenties in de stage, is de wijze van examinering beschreven in (de bijlagen bij) de Onderwijs- en Examenregeling. Artikel 2 Deelname examens De deelnemer wordt door de praktijkbiedende organisatie in staat gesteld deel te nemen aan toetsen of examens van de onderwijsinstelling die tijdens de periode van de beroepspraktijkvorming plaatsvinden. Artikel 3 Examinering beroepspraktijkvorming De praktijkbiedende organisatie verklaart zich bereid examinering van de beroepspraktijkvorming zo nodig op de praktijkplaats mogelijk te maken. Artikel 4 Einde overeenkomst Deze overeenkomst eindigt: 1.Door het eindigen van de onderwijsovereenkomst tussen de deelnemer en de onderwijsinstelling (zie de bepalingen in de onderwijsovereenkomst hierover, artikel 22 “einde overeenkomst”). Deze bepaling uit de onderwijsovereenkomst is als aanhangsel aan de praktijkovereenkomst toegevoegd. 2.Bij het verstrijken van de termijn waarop deze praktijkovereenkomst van toepassing is (zie pagina 1, “de omvang van de beroepspraktijkvorming” van deze overeenkomst). Voor zeevarenden geldt dat de overeenkomst eindigt op de dag nadat de deelnemer in Nederland is aangekomen, dan wel had kunnen aankomen, nadat de vereiste vaartijd is behaald.
3.Met onderling goedvinden van de onderwijsinstelling, de deelnemer en de praktijkbiedend organisatie, nadat dit schriftelijk door partijen is bevestigd. 4.Indien de deelnemer zich, ondanks nadrukkelijke waarschuwing, niet houdt aan de gedragsregels conform artikel 6 “gedragsregels” van deze overeenkomst nadat dit schriftelijk is bevestigd door de praktijkbiedende organisatie en/of onderwijsinstelling. 5.Indien één der partijen op grond van zwaarwegende omstandigheden beëindiging van deze overeenkomst noodzakelijk acht en in redelijkheid niet verlangd kan worden de overeenkomst te laten voortduren. Artikel 5 Vervangende praktijkplaats Indien de onderwijsinstelling en het betrokken landelijk orgaan na het sluiten van deze praktijkovereenkomst vaststellen dat de praktijkplaats niet of niet volledig beschikbaar is, de begeleiding tekort schiet of ontbreekt, de praktijkbiedende organisatie niet langer beschikt over een gunstige beoordeling (als bedoeld in artikel 7.2.10 van de WEB) of sprake is van andere omstandigheden die maken dat de beroepspraktijkvorming niet naar behoren plaatsvindt, bevorderen de onderwijsinstelling en het betrokken landelijk orgaan dat een toereikende vervangende voorziening beschikbaar wordt gesteld. Artikel 6 Gedragsregels De deelnemer is verplicht binnen de praktijkbiedende organisatie regels, voorschriften en aanwijzingen in het belang van de orde, veiligheid en gezondheid, in acht te nemen. Artikel 7 Seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en geweld 1.De praktijkbiedende organisatie treft maatregelen die gericht zijn op de bescherming van de lichamelijke en geestelijke integriteit van de deelnemer ter voorkoming of bestrijding van vormen van seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld. 2. Indien een deelnemer in de praktijkbiedende organisatie wordt geconfronteerd met seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld dient het voorval direct gemeld te worden bij de praktijk docent en/of de vertrouwenspersoon van de onderwijsinstelling. Artikel 8 Geheimhouding De deelnemer is verplicht alles geheim te houden wat aan de deelnemer onder geheimhouding wordt toevertrouwd of wat als geheim aan de deelnemer ter kennis is gekomen of waarvan de deelnemer het vertrouwelijke karakter redelijkerwijs moet begrijpen.
28
Artikel 9 Afwezigheid 1.Voor afwezigheid tijdens de beroepspraktijkvorming gelden de bepalingen die daaromtrent zijn opgenomen in artikel 8 “controle (langdurige) afwezigheid”, artikel 13 “afwezigheid deelnemer” en Artikel 14 “afwezigheid deelnemer wegens ziekte” van de onderwijsovereenkomst. 2.Tevens is de deelnemer verplicht in geval van afwezigheid en bij terugkomst van afwezigheid onverwijld de praktijkbegeleider hiervan op de hoogte te stellen conform de regels van de praktijkbiedende organisatie. 3.Voor deelnemers die werken in een organisatie met een arbeidsovereenkomst gelden de regels van die organisatie. Artikel 10 Nieuwe overeenkomst Indien de deelnemer niet binnen de gestelde tijdsduur, zoals vermeld op pagina 1 “duur en omvang van de beroepspraktijkvorming”, de beroepspraktijkvorming met goed gevolg heeft afgerond, kunnen de onderwijsinstelling, de deelnemer en de praktijkbiedende organisatie een gewijzigd praktijkvormings traject overeenkomen. Daartoe wordt opnieuw een praktijkovereenkomst aangegaan. Artikel 11Problemen en conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming 1.Bij problemen of conflicten tijdens de beroepspraktijkvorming richt de deelnemer zich tot de begeleider van de praktijkbiedende organisatie en/of de praktijkdocent. Deze trachten in gezamenlijk overleg tot een oplossing te komen. 2.Indien de deelnemer vindt dat het probleem of conflict niet naar tevredenheid is opgelost kan de deelnemer zich wenden tot de onderwijsinstelling, al dan niet in overleg met de praktijkdocent en/of de begeleider van de praktijkbiedende organisatie. Artikel 26 van de onderwijsovereenkomst treedt dan in werking. Artikel 12 Slotbepaling In de gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslissen de onderwijsinstelling en de praktijkbiedende organisatie na overleg met de deelnemer. Indien het gaat om zaken die de verantwoordelijkheid van het landelijk orgaan raken, wordt het landelijk orgaan daarbij betrokken. De deelnemer en de praktijkbiedende organisatie verklaren dat zij de documenten waarnaar in deze overeenkomst wordt verwezen en/of die als aanhangsel/bijlage aan deze overeenkomst zijn toegevoegd, hebben ontvangen en/of daarvan hebben kennis genomen.
Bijlage 7 Let op! Deze overeenkomst is van toepassing op je gehele opleiding, niet specifiek voor je BPV.
ONDERWIJSOVEREENKOMST MBO 2011-2012 Met elke deelnemer wordt voor de aanvang van de opleiding een onderwijsovereenkomst gesloten. De bepalingen van deze onderwijsovereenkomst worden hierna weergegeven. ARTIKEL 1. De onderwijsovereenkomst wordt aangegaan tussen twee partijen, de deelnemer, zoals op het inschrijfformulier beroepsopleidingen onder ‘1. gegevens cursist’ vermeld staat en het Regionaal Opleidingencentrum Kop van Noord-Holland, hierna genoemd ‘de instelling’. Deze onderwijsovereenkomst heeft betrekking op de opleiding die de deelnemer onder ‘5. keuze opleiding’ van het inschrijfformulier heeft aangegeven. De duur van de overeenkomst wordt gelijkgesteld aan de duur van de opleiding conform het overzicht ‘Onderwijsaanbod Beroepsopleidingen 2011/2012’ zoals opgenomen in de opleidingengids van het ROC Kop van Noord-Holland.
ARTIKEL 5. Inrichting van de opleiding De instelling richt de opleiding zodanig in dat de deelnemer redelijkerwijs in staat geacht moet worden de opleiding binnen de gestelde termijn met succes af te ronden. ARTIKEL 6. Studiebegeleiding, studie- en beroepskeuzevoorlichting 1. De instelling voorziet in een passende studiebegeleiding, daaronder inbegrepen een regelmatige advisering over de voortzetting van de studie binnen of buiten de opleiding. Het studieadvies wordt op daartoe geëigende momenten aan de deelnemer bekendgemaakt. 2. Indien naar het oordeel van de instelling de vooropleiding van de deelnemer onvoldoende uitzicht biedt op het halen van de kerntaken en competenties van de opleiding binnen redelijke tijd, kunnen voorbereidende en ondersteunende activiteiten worden toegevoegd. Deze activiteiten maken onderdeel uit van de opleiding en zijn gericht op de bevordering van de instroom en het behalen van de kerntaken en competenties binnen redelijke termijn. 3. Over deze activiteiten worden tijdens de looptijd van deze overeenkomst nadere afspraken gemaakt. 4. De instelling draagt zorg voor studie- en beroepskeuzevoorlichting.
ARTIKEL 2. Beroepspraktijkvorming Onderdeel van de opleiding vormt de beroepspraktijkvorming. Afspraken over de beroepspraktijkvorming worden neergelegd in (een) aparte praktijkovereenkomst(en) tussen de instelling, de deelnemer en het bedrijf dat of de organisatie die de beroepspraktijkvorming verzorgt. ARTIKEL 3. Inhoud en inrichting van de opleiding en de examenvoorzieningen De deelnemer heeft kennis genomen van de inrichting van de opleiding en de examenvoorzieningen door het bijwonen van voorlichtingsmomenten en/of de studiegids van de opleiding.
ARTIKEL 7. Uitval van opleidingsactiviteiten 1. De instelling is gehouden uitval van opleidingsactiviteiten naar beste vermogen te voorkomen. 2. Niet genoten opleidingsactiviteiten als gevolg van uitval daarvan, worden op een ander tijdstip door de instelling aangeboden, dat zo mogelijk in overleg met de deelnemers wordt vastgesteld. 3. De uitval van opleidingsactiviteiten alsmede het opnieuw aanbieden daarvan worden zo spoedig mogelijk aan de deelnemers bekendgemaakt.
ARTIKEL 4. Tijdvakken en locaties 1. De instelling maakt roosters en locaties tijdig voor het begin van de opleiding aan de deelnemer bekend. 2. De deelnemer is verplicht de desbetreffende opleidingsactiviteiten volgens de voor hem/haar geldende roosters te volgen. 3. De instelling behoudt zich het recht voor roosters en locaties om organisatorische en/of onderwijsinhoudelijke redenen te wijzigen. 4. De instelling geeft de wijzigingen van roosters en/of locaties tijdig aan de deelnemer door. 5. De deelnemer dient tijdig, dat wil zeggen voor de aanvang van de desbetreffende opleidingsactiviteit, in de daartoe aangewezen locatie aanwezig te zijn.
ARTIKEL 8. Controle op (langdurige) afwezigheid 1. Indien de deelnemer valt onder de werking van hoofdstuk II van de Wet op de studiefinanciering stelt de instelling vast of de deelnemer gedurende een aaneengesloten periode van tenminste 5 weken zonder geldige reden niet aan het onderwijs
29
heeft deelgenomen. De instelling is gehouden daarvan aantekening te maken en ervan melding te doen aan de Informatie Beheer Groep conform de in de WEB, artikel 8.1.7. genoemde voorwaarden. (zie ook artikel 14, afwezigheid deelnemer wegens ziekte, lid 2 van deze overeenkomst). 2. Indien een deelnemer ten aanzien van wie de Leerplichtwet van toepassing is, zonder geldige reden les- of praktijktijd heeft verzuimd en dit verzuim een minimale omvang had van 16 uur in een periode van 4 weken, meldt de instelling dit onverwijld aan de Dienst Uitvoering Onderwijs. 3. Indien een deelnemer ten aanzien van wie de Leerplichtwet niet meer van toepassing is én die jonger is dan 23 jaar en niet in het bezit is van een startkwalificatie, gedurende tenminste een maand zonder geldige reden niet meer onderwijs volgt, meldt de instelling dit onverwijld aan de Dienst Uitvoering Onderwijs.
1. Indien de deelnemer, anders dan wegens ziekte verhinderd is aan een ingeroosterde opleidingsactiviteit deel te nemen dient hij/zij uiterlijk twee werkdagen voor de desbetreffende opleidingsactiviteit de directie van de instelling, of een door deze daartoe aangewezen persoon, onder opgave van redenen te verzoeken het verlof te verlenen. 2. Het verlof wordt slechts verleend indien de aanwezigheid van de deelnemer, gelet op de opgegeven redenen, in redelijkheid niet van de deelnemer kan worden verlangd. 3. De deelnemer die studiefinanciering ontvangt, heeft kennis genomen van de procedure voor controle op (langdurige) afwezigheid en de mogelijke consequenties daarvan. (Zie ook artikel 8 ‘controle op - langdurige - afwezigheid’ van deze overeenkomst.) 4. De deelnemer op wie de Leerplichtwet van toepassing is, heeft kennis genomen van de controle op afwezigheid en de consequenties daarvan. (Zie ook artikel 8 ‘controle op langdurige - afwezigheid’ van deze overeenkomst.) 5. De deelnemer op wie artikel 8.3 van deze overeenkomst van toepassing is, heeft kennis genomen van de controle op afwezigheid en de consequenties daarvan. (Zie ook artikel 8 ‘controle op - langdurige - afwezigheid’ van deze overeenkomst 6. De deelnemer die verlof gekregen heeft, heeft de inspanningsverplichting tot het inhalen van de onderwijsactiviteiten waaraan niet deelgenomen is, tenzij anders is overeengekomen.
ARTIKEL 9. Aanbiedingsverplichting van examen(onderdelen) De instelling verplicht zich het examen, dan wel de toetsen voor onderdelen van het examen aan te bieden. De wijze van examinering is beschreven in de studiegids van de opleiding. ARTIKEL 10. Inspanningsverplichting deelnemer De deelnemer is gehouden zich naar beste vermogen in te spannen de opleiding binnen de gestelde termijn met succes af te ronden. In het bijzonder is de deelnemer gehouden daadwerkelijk aan de opleidingsactiviteiten deel te nemen, tenzij dit om zwaarwegende redenen niet van hem/haar gevergd kan worden.
ARTIKEL 14. Afwezigheid deelnemer wegens ziekte 1. Indien een deelnemer wegens ziekte verhinderd is opleidingsactiviteiten te volgen, dient hij/zij dit zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk op de ziektedag voor 09.00 uur aan de instelling, bij de daartoe aangewezen persoon, te melden. 2. Bij herhaalde ziekmelding of langdurige ziekte kan de instelling van de deelnemer verlangen een bewijs van de behandelend arts te overleggen, inhoudende dat hij/zij wegens ziekte niet in de gelegenheid was/is het onderwijs te volgen. 3. Bij herhaalde ziekmelding of langdurige ziekte kunnen de instelling en de deelnemer op basis van gezamenlijk overleg en een gezamenlijke inspanning een inhaaltraject vaststellen hoe de gemiste leerstof dient te worden ingehaald.
ARTIKEL 11. Consequenties verbonden aan studieadvies 1. De deelnemer is gehouden het studieadvies van de instelling serieus te nemen. 2. De deelnemer kan in afwijking van een negatief studieadvies te kennen geven de opleiding niettemin te willen vervolgen. Wanneer binnen een redelijke termijn de deelnemer vervolgens tijdens de voortzetting van de studie niet in staat blijkt het overeengekomen opleidingstraject binnen de gestelde termijn met succes af te ronden, wordt het studieadvies omgezet in een bindend studieadvies. In dit geval wordt de onderhavige onderwijsovereenkomst geacht te zijn geëindigd. ARTIKEL 12. Verplichting afleggen examen(onderdelen) De deelnemer verplicht zich het examen dan wel de toetsen voor de examenonderdelen van de op het inschrijfformulier beroepsopleidingen onder 5 aangegeven opleiding af te leggen.
ARTIKEL 15. Kosten opleiding 1. Aan het volgen van de opleiding zijn voor de deelnemer kosten verbonden van het wettelijk vastgestelde les- of cursusgeld. De inschrijving voor de opleiding wordt niet afhankelijk gesteld van een andere dan de in dit lid bedoelde geldelijke bijdrage.
ARTIKEL 13. Afwezigheid deelnemer
30
2. De deelnemer heeft voor het volgen van de opleiding boeken en materialen nodig. Deze boeken en materialen schaft de deelnemer zelf aan, eventueel via de instelling. Daarnaast is een vergoeding door de deelnemer aan de orde voor het volgen van verplichte opleidingsactiviteiten. De exacte kosten voor deze verplichte boeken, materialen en verplichte opleidingsactiviteiten worden voorafgaand aan ieder cursusjaar aan de deelnemer bekendgemaakt. 3. Naast de verplichte kosten is er ook sprake van een vrijwillige bijdrage voor activiteiten en materialen die wenselijk zijn voor het volgen van de opleiding. De deelnemer heeft de mogelijkheid om per activiteit of materiaal aan te geven of hij/zij er gebruik van wil maken.
waarop de Leerplichtwet van toepassing is - van de instelling worden verwijderd, indien hij/zij: a) met regelmaat de voorschriften van de instelling overtreedt en al eerder is geschorst en daarbij is gewezen op de mogelijke consequenties van zijn/haar handelen of nalaten; b) zich schuldig heeft gemaakt aan ernstig wangedrag. ARTIKEL 21. Procedure verwijdering deelnemer 1. De instelling gaat niet eerder tot definitieve verwijdering over dan nadat met de deelnemer een gesprek heeft plaatsgevonden over de feiten die geleid hebben tot het voornemen tot definitieve verwijdering. 2. De instelling bevestigt binnen één week na afloop van genoemd gesprek schriftelijk het besluit tot definitieve verwijdering. 3. De deelnemer kan binnen 30 dagen na dagtekening van de hierboven bedoelde brief een schriftelijk verzoek tot herziening van het besluit richten tot het college van bestuur. 4. Het college van bestuur neemt zo spoedig mogelijk maar uiterlijk binnen 30 dagen na ontvangst van het verzoek een beslissing en brengt deze schriftelijk ter kennis van de deelnemer.
ARTIKEL 16. Algemene verplichtingen inzake gedragingen De deelnemer is verplicht zich te onthouden van gedragingen die de goede gang van zaken in de instelling verstoren en zich te houden aan de door de instelling opgestelde leefregels. ARTIKEL 17. Instellingsvoorschriften De deelnemer houdt zich in de gebouwen van de instelling en de daaraan verbonden terreinen aan de voorschriften die voor de instelling gelden.
ARTIKEL 22. Experimentele opleiding Indien de overeenkomst betrekking heeft op een experimentele opleiding - te herkennen aan een crebocode startend met een 9 - garandeert de instelling dat indien tot beëindiging van de experimentele opleiding moet worden overgegaan, de deelnemer de opleiding kan voortzetten in een vervangende verwante opleiding waarvoor eindtermen zijn vastgesteld, van een gelijke duur, een gelijk niveau, een gelijke leerweg en een gelijkwaardige beroepspraktijkvorming als de experimentele opleiding. Dit artikel vervalt op het moment dat de competentiegerichte kwalificatiestructuur mbo in de wet is verankerd.
ARTIKEL 18. Verwijdering deelnemer uit opleidingsactiviteiten Een personeelslid van de instelling kan de deelnemer uit de opleidingsactiviteit verwijderen indien deze een opleidingsactiviteit naar zijn/haar oordeel verstoort. ARTIKEL 19. Schorsing deelnemer 1. De instelling besluit tot schorsing nadat de deelnemer tenminste één officiële waarschuwing heeft gekregen of nadat de deelnemer zich schuldig heeft gemaakt aan wangedrag. 2. De deelnemer kan voor een periode van ten hoogste één week geschorst worden. 3. De instelling kan niet eerder tot schorsing overgaan dan nadat met de deelnemer een gesprek heeft plaatsgevonden over de feiten die geleid hebben tot het voornemen van de schorsing. 4. De instelling bevestigt binnen één week na afloop van genoemd gesprek schriftelijk het besluit met vermelding van de feiten die tot schorsing geleid hebben. De beroepsprocedure wordt hierin ook beschreven.
ARTIKEL 23. Einde overeenkomst Deze overeenkomst eindigt: a) door het verstrijken van de opleidingstijd van de opleiding genoemd onder 5 van het inschrijfformulier ‘keuze opleiding’ waarop deze overeenkomst van toepassing is; b) doordat de deelnemer de opleiding met een diploma dan wel met certifica(a)t(e)n van de instelling heeft afgerond; c) indien de deelnemer de instelling binnen de termijn waarop deze overeenkomst betrekking heeft, op eigen initiatief kennelijk definitief heeft verlaten, na het niet reageren op een herhaalde schriftelijke oproep van de instelling. Het aldus eindigen van de overeenkomst laat onverlet de verplichting van de deelnemer de in artikel 15,
ARTIKEL 20. Verwijdering deelnemer van instelling De deelnemer kan - met inachtneming van het gestelde in de WEB, artikel 8.1.3., lid 5 voor deelnemers
31
‘kosten opleiding’ genoemde kosten, geheel te voldoen rekeninghoudend met de keuzen die de deelnemer gemaakt heeft op basis van lid 3 van artikel 15; d) indien voor een opleiding in de beroepsbegeleidende leerweg geen praktijkovereenkomst tot stand gekomen is vóór 31 december van het betreffende cursusjaar; e) door de definitieve verwijdering van de deelnemer als bedoeld in artikel 20, ‘verwijdering deelnemer van instelling’. Het aldus eindigen van de overeenkomst laat onverlet de verplichting van de deelnemer de in artikel 15, ‘kosten opleiding’ genoemde kosten geheel te voldoen rekeninghoudend met de keuzen die de deelnemer gemaakt heeft op basis van lid 3 van artikel 15; f) met wederzijds goedvinden van de deelnemer en de instelling, nadat dit door beiden schriftelijk is bevestigd; g) in geval het gestelde in artikel 11, ‘consequenties verbonden aan studieadvies’, lid 2 van toepassing is; h) in het geval de instelling door aantoonbare overmacht niet langer in staat is de opleiding aan te bieden; i) door het overlijden van de deelnemer.
gelijk aan het les- of cursusgeld over de periode waarover geen les is gegeven. ARTIKEL 26. Inwerkingtreding onderwijsovereenkomst 1. Deze onderwijsovereenkomst treedt in werking na ondertekening en na definitieve plaatsing van de deelnemer. 2. Gedurende een periode van twee weken na ondertekening is de deelnemer in de gelegenheid de onderwijsovereenkomst te bestuderen en eenzijdig op te zeggen zonder aansprakelijk gesteld te kunnen worden. De opzegging geschiedt schriftelijk en dient gericht te worden aan de rechtsgeldig vertegenwoordiger van het Regionaal Opleidingencentrum Kop van Noord-Holland. 3. De instelling verplicht zich om de deelnemer uitdrukkelijk te wijzen op de inhoud van het vorige lid alvorens de onderwijsovereenkomst te laten ondertekenen door de deelnemer, dan wel zijn/haar wettelijke vertegenwoordiger. ARTIKEL 27. Slotbepaling 1. In gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslist de instelling na overleg met de deelnemer. 2. Geschillen voortvloeiend uit deze overeenkomst worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te Den Helder/Alkmaar. 3. Op deze overeenkomst is uitsluitend het Nederlandse recht van toepassing.
ARTIKEL 24. Verlenging overeenkomst Indien de deelnemer niet binnen de gestelde tijd de opleiding met succes blijkt te (hebben) kunnen afronden, ondanks maximale inspanningen van beide partijen, kunnen de deelnemer en de instelling een nieuw opleidingstraject overeenkomen. Daartoe wordt de duur van deze onderwijsovereenkomst stilzwijgend met de benodigde termijn verlengd. ARTIKEL 25. Aansprakelijkheid instelling 1. In het geval de overheid de bekostiging beëindigt of de instelling haar rechten ontneemt, zoals in artikel 6.1.4. van de WEB, kan de deelnemer aanspraak maken op schadevergoeding. 2. De instelling is niet aansprakelijk voor schade die de deelnemer lijdt indien hij/zij met toepassing van artikel 20, ‘verwijdering deelnemer van de instelling’ definitief van de instelling wordt verwijderd. De deelnemer heeft alsdan geen recht op terugbetaling van de door hem/haar reeds betaalde kosten als bedoeld in artikel 15, ‘kosten opleiding’. 3. Behoudens opzet en grove schuld is de instelling niet aansprakelijk voor diefstal, verduistering, verlies en/of beschadiging van eigendommen of bezittingen van de deelnemer. 4. De instelling is niet aansprakelijk voor schade die de deelnemer lijdt indien de instelling door aantoonbare overmacht niet langer in staat is de opleiding aan te bieden. 5. De maximale hoogte van een eventuele schadevergoeding wordt gesteld op het bedrag
32