Handleiding Financiering en Registratie 2014 Forensische Zorg
Datum Status
20 september 2013 Definitief
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
Colofon
Afzendgegevens
Directie Forensische Zorg Zorginkoop
Contactpersoon Ons kenmerk
Turfmarkt 147 2511 EM Den Haag Postbus 30132 2500 GC Den Haag www.dji.nl T 088 07 25496 DDS5753006
Auteurs
DForZo
Pagina 3 van 35
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
Inhoud
Colofon - 3 Inleiding - 7 1 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5 1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.3.4 1.3.5 1.4 1.4.1 1.4.2 1.4.3 1.4.4 1.4.5 1.4.6 1.4.7 1.4.8 1.4.9 1.4.10 1.4.11 1.5 1.5.1 1.5.2 1.5.3 1.5.4 1.5.5 1.5.6 1.5.7 1.5.8 1.5.9 1.6 1.6.1 1.6.2 1.6.3 1.6.4 1.6.5 1.6.6 1.6.7 1.6.8
Financiering - 9 Inleiding - 9 Algemeen - 9 Bekostigingssystematiek Forensische Zorg - 9 Afbakening DBBC, ZZP en ambulante AWBZ parameters - 9 Uitgangspunt budget 2014 - 10 Substitutie - 11 Herschikking - 11 Ontwikkelingen - 12 FORZA - 12 Invoering Wet Forensische Zorg en de rol van de NZa - 12 Bezuinigingen - 12 Aanleveren gegevens prestatie indicatoren en RePaD/patiëntenstromen - 13 Indexatie tarieven (budgetparameters) - 13 Diagnose Behandel & Beveiliging Combinatie (DBBC) - 13 Inleiding DBBC - 13 DBBC tarieven en productstructuur - 14 DBBC spelregels - 14 Ontwikkelingen in de bekostiging - 14 Bevoorschotting DBBC’s - 15 Onderhandenwerk(OHW) DBBC’s en afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s - 15 Tijdslijn DBBC - 17 Beveiligingsniveaus - 17 Normatieve Huisvestingscomponent (NHC) - 17 Tender- en aanbestedingscontracten voor de forensische zorg - 18 Relevante documenten over DBBC - 19 ZorgZwaartePakketten (ZZP) - 19 Spelregels ZZP - 20 Tarieven ZZP - 20 Normatieve Huisvestingcomponent (NHC) - 20 Bekostiging ZZP - 21 Substitutie - 21 Registratie ZZP - 21 Kaderregeling AO/IC ZZP’s en extramurale parameters Forensische Zorg - 21 Ontwikkelingen - 21 Relevante documenten over ZZP - 21 Extramurale AWBZ-parameters - 22 Spelregels Extramurale AWBZ-parameters - 22 Registratie - 22 Tarieven Extramurale AWBZ-parameters - 22 Bevoorschotting Extramurale AWBZ-parameters - 22 Uitgangspunten budget - 23 Substitutie - 23 Ontwikkelingen - 23 Relevante documenten over Extramurale AWBZ-parameters - 23
Pagina 5 van 35
2 2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.4 2.2 2.2.1 2.2.2 2.2.3 2.2.4 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 2.3.4
Registratie - 25 Algemeen - 25 Dienstenportaal en Uzi-pas - 25 RePaD - 25 IFZO - 26 FCS - 26 Registratieplicht - 27 Realisatie productie en patiëntstromen - 27 Realisatie in ZZP - 27 Realisatie ambulante zorg in de PI - 28 Aanleveren gegevens prestatie indicatoren en RePaD/patiëntenstromen - 28 Verantwoordingsinformatie - 29 Jaarverslag en jaarrekening - 29 Prestatie-indicatoren kwaliteit forensische zorg - 29 Protocol Controleverklaring Inkoop Forensische Zorg en Protocol Controleverklaring DBBC’s. - 29 Overzicht opleveringsdata verantwoordingsinformatie - 30
3 3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 Bijlage 1
Informatie voor niet-justitiële FPC’s - 31 Financiering - 31 Productie aanvraag - 31 DBBC’s - 31 Bevoorschotting - 32 Tijdslijn DBBC - 32 Registratie - 33 Productieregistratie - 33 Prestatie-indicatoren - 33 Verantwoording - 33 Forensische zorg titels - 35
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
Inleiding
De minister van Veiligheid en Justitie is verantwoordelijk voor de inkoop van forensische zorg in een strafrechtelijk kader. Deze verantwoordelijkheid is belegd bij de directeur Forensisch Zorg van de Dienst Justitiële Inrichtingen. Voor de uitvoering van deze taak worden onder andere de Offerteaanvraag 2014 en de Handleiding Financiering & Registratie 2014 opgesteld. In de Offerteaanvraag 2014 wordt de inkoopprocedure beschreven. De Handleiding Financiering & Registratie 2014 biedt u informatie over de bekostigings-, registratie- en verantwoordingssystematiek van (overige) forensische zorg in een strafrechtelijk kader. In 2013 zijn ook de Uitvoeringsregels door DForZo opgesteld. Dit document wordt vanaf 2014 niet meer opgesteld. De Uitvoeringsregels zijn grotendeels vervangen door de Beleidsregels van de NZa. Regelgeving uit de Uitvoeringsregels 2013 welke niet is opgenomen in Beleidsregels, is opgenomen in deze Handleiding Financiering & Registratie 2014. Deze handleiding is bestemd voor: • Instellingen voor geestelijke gezondheidszorg (GGZ) • Instellingen voor verslavingszorg (VZ) • Instellingen voor verstandelijke gehandicaptenzorg (VG) • Instellingen voor beschermd wonen (RIBW) en ambulante begeleiding • Niet-Justitiële FPC’s Voor de particuliere FPC’s is de Handleiding Planning & Control voor Particuliere FPC’s 2014 van toepassing voor de tbs productieafspraken. Voor de Rijks Forensische Psychiatrische Centra is de Handleiding Planning & Control voor Rijksinrichtingen 2014 opgesteld. Deze en overige documenten voor de zorginkoop 2014 zijn gepubliceerd op de website www.forensischezorg.nl. Leeswijzer In hoofdstuk 1 vindt u informatie over de bekostigingssystematiek binnen de forensische zorg. In hoofdstuk 2 vindt u informatie over de richtlijnen voor registratie en verantwoordingsinformatie binnen de forensische zorg. De wijzigingen in de Handleiding Financiering & Registratie 2014 ten opzichte van het voorgaande jaar zijn vermeld in de paragraaf “Ontwikkelingen” van elk hoofdstuk. In hoofdstuk 3 vindt u informatie voor de niet-justitiële FPC’s.
Pagina 7 van 35
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
1
Financiering
1.1
Inleiding In dit hoofdstuk vindt u informatie over de bekostigingssystematiek van de forensische zorg. Paragraaf 2 is een algemene paragraaf over de bekostigingssystematiek van de Forensische Zorg. In paragraaf 3 wordt ingegaan op de ontwikkelingen in de forensische zorg. In paragraaf 4 wordt ingegaan op de bekostigingsvorm Diagnose Behandeling en Beveiliging Combinatie (DBBC). In paragraaf 5 wordt ingegaan op de bekostigingsvorm Zorgzwaartepakketten (ZZP). In paragraaf 6 wordt ingegaan op de bekostigingsvorm Extramurale AWBZparameters.
1.2
Algemeen
1.2.1
Bekostigingssystematiek Forensische Zorg Het ministerie van Veiligheid en Justitie is in 2006 gestart met het programma “Vernieuwing Forensische Zorg” (VFZ). De belangrijkste doelstelling is vermindering van recidive door betere aansluiting tussen de forensische zorg en de reguliere zorg. Per 1 januari 2007 is het budget voor de forensische zorg in een strafrechtelijk kader overgeheveld naar de begroting van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Met deze overheveling is de minister van Veiligheid en Justitie direct verantwoordelijk voor de inkoop van geestelijke gezondheidszorg (waaronder verslavingszorg) en verstandelijke gehandicaptenzorg voor mensen met een strafrechtelijke titel. Het programma VFZ is gestart met de ontwikkeling van een bekostigingssystematiek voor de forensische zorg die zo goed mogelijk aansluit op de DBC-systematiek van de ggz om zo de afstemming en continuïteit van zorg in de zorgketen te verbeteren. Dit heeft geleid tot de stapsgewijze invoering van de DBBC-systematiek in de forensische zorg. Naast een nieuwe bekostigingssystematiek is in het kader van Vernieuwing Forensische Zorg een procedure voor indicatiestelling en plaatsing in de forensische zorg ontwikkeld. Zie voor een uitgebreide beschrijving hiervan het Handboek Forensische Zorg.
1.2.2
Afbakening DBBC, ZZP en ambulante AWBZ parameters De DBBC-systematiek is van toepassing op de klinische forensische zorg en ambulante behandeling in een strafrechtelijk kader, plus de bijzondere zorg in detentie. De overige zorg, verblijfszorg (zonder behandeling), dagactiviteiten en ambulante begeleiding valt onder de invoering van de ZZP-bekostiging of extramurale parameters. De forensische zorgtitel (strafrechtelijke maatregel) is een van de grondslagen voor bekostiging (declaratie of facturatie) van de forensische zorg in een strafrechtelijk kader. De lijst met forensische zorgtitels is opgenomen in bijlage 1 van deze handleiding. Sinds het Interim-besluit Forensische Zorg formeel in werking is gesteld en straks ook de Wet Forensische Zorg van kracht wordt, is de NZa ook bevoegd om prestaties en tarieven voor de forensische zorg vast te stellen. Voor de specifieke en actuele afbakening van het domein waarvoor de DBBC-systematiek dan wel de ZZPbekostiging of extramurale AWBZ-parameters van toepassing is, wordt u verzocht de beleidsregels van de NZa te volgen op www.nza.nl. Pagina 9 van 35
De bekostigingsgrondslagen voor de forensische zorg De volgende twee bekostigingsgrondslagen dienen voor de financiering van de forensische zorg aanwezig te zijn: 1 2
Er is sprake van één van de 25 forensische zorgtitels. Zie bijlage 1 voor de lijst met forensische zorgtitels. Er is een plaatsingsbrief(nummer) vanuit IFZO (Informatievoorziening Forensische Zorg) nodig, op basis waarvan DForZo de zorg financiert.
De bekostigingsgrondslagen hoeven niet van toepassing te zijn indien: 1 Forensische zorg wordt geleverd binnen twee weken na een contraire beëindiging van de TBS met dwangverpleging of; 2 Een gemaximeerde TBS met dwangverpleging onverwacht afloopt. 1.2.3
Uitgangspunt budget 2014 Uitgangspunt voor het budget 2014 is in principe de herschikking 2013, dit is echter geen garantiebudget. DForZo behoudt zich het recht voor om toegekende extra middelen die bij herschikking zijn toegevoegd, maar die niet benut zijn voor het eind van het jaar 2013 niet toe te kennen voor het jaar 2014. Bij de bepaling van de productieafspraak 2014 zal op basis van de uitnutting in RePaD (tot en met november 2013) nagegaan worden of extra middelen daadwerkelijk zijn uitgenut. De uitkomst daarvan wordt meegewogen in de bepaling van de hoogte van de productieafspraak 2014. In deze gevallen is herschikkingsbudget dus niet het uitgangspunt voor 2014, de ondergrens zal hiervoor de afspraak 2013 zijn. Zorgaanbieders waarop deze regeling van toepassing is zijn hierover geïnformeerd in de bevestigingsbrief van de herschikking. In de huidige tijd waarin bezuinigingen een belangrijke rol spelen wil DForZo haar middelen zo doelmatig mogelijk inzetten: meer zorg binnen hetzelfde budget. De volgende aanvullende eisen zijn daarom van toepassing in 2014: Verhouding tussen nieuwe inschrijving – intake De parameters nieuwe inschrijving en intakecontact (volwassenen, verslavingszorg en forensisch) kunnen enkel en alleen worden geoffreerd door instellingen die een offerte indienen in DBBC’s en daarmee behandeling bieden. In de regel vergoedt DForZo 1 intake per cliënt. In verband met het doelmatiger besteden van middelen verzoekt DForZo u een offerte in te dienen dat recht doet aan bovenstaande. Het aantal intakes kan daarom niet hoger zijn dan het aantal nieuwe inschrijvingen. Gespecialiseerde begeleiding en begeleiding speciaal In verband met het doelmatig besteden van middelen en de huidige bezuinigingen staat DForZo geen uitbreidingen toe op de producten H153: gespecialiseerde begeleiding en H152: Begeleiding speciaal 1 (niet aangeboren hersenletsel). DForZo zal geen nieuwe of hogere afspraken maken voor deze producten. Voor de zorgaanbieders die reeds de producten H153 en H152 leveren verzoekt DForZo om een productmix te offeren. Een productmix is een verhouding tussen prestaties binnen de prestatiegroep begeleiding, waarbij DForZo een afspraak maakt over een maximum productmix in afspraken en facturatie/declaratie. DForZo verzoekt u om uw offerte aan
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
te passen aan hieronder beschreven productmix. Wanneer u reeds inkoopafspraken heeft voor de producten H152 en H153 kunnen deze twee producten samen maximaal 50% bedragen van het totaal aantal uren in de productgroep begeleiding (H300, H150, H152) Productmix begeleiding extra Wanneer u inkoopafspraken wilt maken voor het product begeleiding extra, de onplanbare zorg, kan begeleiding extra maximaal 20% bedragen van het totaal aantal uren in het segment begeleiding (H300). Het is vanwege de aard van het product, onplanbare zorg, niet mogelijk om enkel onplanbare zorg aan te bieden. Samenvattend: • Er is geen groei mogelijk op de producten H152 en H153; • Om H152 en H153 te leveren zal er sprake moeten zijn van een productmix met overige begeleidingsparameters (H300 en H150); • De producten H152 en H153 mogen samen maximaal 50% bedragen van het totaal aantal uren in de productgroep begeleiding. Het product H150 mag maximaal 20% bedragen van het totaal van het aantal uren in de productgroep begeleiding. Verhouding resocialisatie – behandeling Het handhaven van een eerder overeengekomen productmix geldt ook voor de verpleegdagen FPA/FPK met betrekking tot de verhouding tussen de dagen behandeling en de dagen resocialisatie. De verhouding, met de eerder gemaakte afspraken als maximum, blijft gehandhaafd bij de nieuw overeengekomen productieafspraken. 1.2.4
Substitutie De zorgaanbieder kan tot 10% substitueren binnen de budgetparameters. Het is voor bestaande aanbieders mogelijk om binnen de eerder gemaakte afspraken en budget een substitutievoorstel te doen van zwaardere naar lichtere vormen van forensische zorg. U kunt daarbij denken aan voorstellen van substitutie van FPA naar reguliere klinische plaatsen of beschermd wonen of van klinische zorg naar ambulante zorg. Hierbij dient de zorgaanbieder binnen het totaalbedrag van de afspraak in budgetparameters te blijven. In de DBBC systematiek kan ook sprake zijn van substitutie. De substitutie heeft dan betrekking op substitutie naar niet gecontracteerde productgroepen. Facturen die worden ingediend voor geleverde zorg buiten de afgesproken productgroepen worden afgewezen. Het is daarom van belang om vooraf goed in te schatten binnen welke productgroepen productie zal worden gerealiseerd. Indien toch wijzigingen optreden dan kan de zorgaanbieder alleen bij de herschikking een nieuwe DBBCsheet indienen. Ook hierbij geldt dat het totaalbedrag na wijziging binnen het afgesproken budget dient te blijven. Bij niet-justitiële FPC’s bestaat in overleg met DForZo, de mogelijkheid om TBS capaciteit te substitueren naar FPK-capaciteit.
1.2.5
Herschikking In september 2014 zal de herschikking plaatsvinden. Hierbij wordt de productie van de zorgaanbieders over de eerste zes maanden (januari t/m juni 2014) geanalyseerd en kan een bijstelling op de reeds gemaakte productieafspraken plaatsvinden. DForZo kan bepalen om (eventueel) beschikbare middelen in te zetten Pagina 11 van 35
voor de oplossing van een op dat moment gesignaleerd knelpunt in het gecontracteerde zorgaanbod. Zorgaanbieders kunnen hier een voorstel voor indienen. Voorafgaand aan het herschikkingsmoment worden de zorgaanbieders geïnformeerd over de inhoud en nadere procedure. Tevens kan DForZo bij de herschikking 2014 de uitkomsten van het voor u vastgestelde beoordelingskader van de inkoop 2014 meenemen in haar eventuele toekenning van overproductie op de inkoopafspraken van 2014. Bij de herschikking toetst DForZo ook op een tijdige en volledige maandelijkse verantwoording van de productiecijfers via de applicatie RePaD en de registratie van de prestatieindicatoren over verslagjaar 2014. 1.3
Ontwikkelingen
1.3.1
FORZA Nieuw in het inkoopproces is dat DForZo voor de inkoop 2014 gebruik gaat maken van een online applicatie, Forensische Zorg Applicatie (FORZA). FORZA is een instrument om de administratieve lasten te verlichten, het inkoopproces te versnellen, maar ook beter herkenbaar te maken voor iedere (potentiële) zorgaanbieder. Deze itool vormt een professionaliseringsslag in het inkoopproces waarbij het inkoopproces transparanter wordt voor DForZo en de zorgaanbieder.
1.3.2
Invoering Wet Forensische Zorg en de rol van de NZa Het Wetsvoorstel forensische zorg wordt momenteel door de Eerste Kamer behandeld. Wanneer de wet in werking treedt, is op dit moment nog niet bekend. Zolang de Wet forensische zorg nog niet in werking is getreden, geldt het Interim besluit forensische zorg. Over de veranderingen die voortvloeien uit de implementatie van de wet, worden zorgaanbieders tijdig geïnformeerd. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is op basis van het Interim-besluit Forensische Zorg bevoegd om voor de forensische zorg prestaties en tarieven vast te stellen. Om een goede invulling hieraan te kunnen geven, stelt de NZa conform de bevoegdheden in de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) beleidsregels, nadere regels en tariefsbeschikkingen op. De artikelen van de Wmg waarin de bevoegdheden van de NZa tot het nemen van handhavingsmaatregelen (aanwijzing, boete, bestuursdwang, last onder dwangsom) zijn vastgelegd, blijven voor wat betreft de forensische zorg vooralsnog buiten beschouwing. Pas bij inwerkingtreding van de nieuwe Wet Forensische Zorg, wordt de Wmg integraal van toepassing op de forensische zorg, inclusief het handhaving instrumentarium. De NZa zal de tarieven voor 2014 formeel bekrachtigen in een tariefbeschikking. De door de NZa vastgestelde Beleidsregels en nadere regels zijn niet opgenomen in de handleiding. U wordt hiervoor verwezen naar de site van de NZa, www.nza.nl
1.3.3
Bezuinigingen Zoals ook in de Offerteaanvraag 2014 is aangegeven, is de forensische zorg inmiddels geconfronteerd met een aantal forse taakstellingen die onafwendbaar zullen leiden tot (oplopende) bezuinigingen in de komende jaren. Deze bezuinigingen raken zowel de tbs met dwangverpleging als de inkoop van de (overige) forensische zorg. In het convenant ‘Meerjarenovereenkomst forensische zorg 2013-2017’ is met de branchepartijen overeengekomen dat een efficiencykorting wordt doorgevoerd. Dit
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
betreft voor 2014 een efficiencykorting van 4,5% welke van toepassing is op de totale inkoopafspraak. Exclusief Tender V, waarvoor een korting van 2% wordt gehanteerd. 1.3.4
Aanleveren gegevens prestatie indicatoren en RePaD/patiëntenstromen In 2014 hanteert DForZo naast de efficiencykorting zoals hierboven benoemd een korting van 5% over de totale inkoopafspraak wanneer de zorgaanbieder geen gegevens aanlevert ten behoeve van de prestatie-indicatoren forensische psychiatrie (zie hoofdstuk 2) en RePaD/patiëntenstromen. De kortingspercentages betreffen respectievelijk 3,0% en 2,0%. Deze korting zal achteraf worden toegepast wanneer gebleken is dat u geen of onvoldoende gegevens heeft aangeleverd. De efficiencykorting zal eerst worden toegepast, waarna indien van toepassing de korting op het niet of het onjuist / onvolledig aanleveren van gegevens in mindering wordt gebracht.
1.3.5
Indexatie tarieven (budgetparameters) In beginsel volgt DForZo de indexatie van de NZa in het geval van loon- en prijsbijstellingen.
1.4
Diagnose Behandel & Beveiliging Combinatie (DBBC)
1.4.1
Inleiding DBBC De DBBC bestaat uit twee componenten: de zorgvraag en het zorgprofiel. In de typering staat de zorgvraag van de patiënt beschreven. Op basis van de samenhangende activiteiten en verrichtingen (zorgprofiel) die op de DBBC zijn geregistreerd, wordt de DBBC afgeleid naar een productgroep voor behandeling en naar het aantal verblijfsdagen per verblijfssoort. Aan deze productgroepen en verblijfsoorten zijn tarieven verbonden. In een overzicht ziet dat er als volgt uit:
De volgende opmerkingen zijn voor het DBBC-model van toepassing: • Het resultaat van de procedure indicatiestelling, is een onafhankelijke indicatiestelling over de aard van de zorg en de verblijfssoort (combinatie van het ‘beveiligingsniveau’ en de ‘verblijfsintensiteit’). Dit laatste alleen in het geval van klinische opname; • Op basis van de indicatiestelling wordt de cliënt bij een zorgaanbieder geplaatst onder verantwoordelijkheid van de Directie Forensische Zorg (DForZo); • De zorgaanbieders leveren de (geïndiceerde) forensische zorg, die vooraf ingekocht is door DForZo;
Pagina 13 van 35
•
1.4.2
De zorgaanbieder verantwoordt de geleverde zorg in termen van DBBC’s aan DForZo.
DBBC tarieven en productstructuur Voor de forensische zorg is een (kosten)homogene en medisch herkenbare productstructuur DBBC FZ nog altijd in ontwikkeling. Zij bestaat uit zogenaamde productgroepen en verblijfssoorten. De productgroepen bestaan uit DBBC’s met een vergelijkbaar zorgprofiel. In 2014 zullen de verblijfsintensiteiten wijzigen van 3 naar 7. Hiermee sluit de FZ aan bij de ggz. De verblijfsmatrix wijzigt hierdoor. In het document Offerteaanvraag 2014 vindt u welke uitgangspunten DForZo hierbij hanteert. De NZa heeft voor 2014 nieuwe maximum DBBC tarieven vastgesteld. Om binnen het kader te kunnen blijven van het afgesloten convenant heeft DForZo deze tarieven aangepast. Het met de branchepartijen overeengekomen convenant geeft namelijk de budgettaire kaders aan waarbinnen de forensische zorg wordt bekostigd de komende jaren. In de DBBC sheets zijn de aangepaste tarieven opgenomen. Het staat u vrij om een lager tarief te offreren. Hoger is gezien bovenstaande niet mogelijk. De productiesheets voor het productievoorstel in DBBC’s worden na de publicatie van de NZa tarieven door DForZo opgesteld. Er wordt gestreefd dit eind september 2013 op de website www.forensischezorg.nl te plaatsen. Deze productiesheets zijn ter ondersteuning van uw offerte. Voor de offerte dient u gebruik te maken van de hiervoor door DForZo ontwikkelde webapplicatie. Nieuw in het inkoopproces is dat DForZo voor de inkoop 2014 gebruik gaat maken van een online inkooptool. De Forensische Zorg Applicatie (FORZA) is een instrument om de administratieve lasten te verlichten, het inkoopproces te versnellen, maar ook beter herkenbaar te maken voor iedere (potentiële) zorgaanbieder. Deze inkooptool vormt een verdere professionalisering van het inkoopproces waardoor dit proces transparanter wordt voor DForZo en de zorgaanbieder. Zie voor verdere informatie ook het document Offerteaanvraag 2014.
1.4.3
DBBC spelregels Met het formeel inwerking treden van het Interim Besluit Forensische zorg is de NZa bevoegd voor het vaststellen van prestaties en tarieven voor de forensische zorg. Voor een algemene toelichting op de DBBC-registratie wordt verwezen naar de beleidsregels van de NZa (waaronder de spelregels DBBC). Zie voor meer informatie www.nza.nl.
1.4.4
Ontwikkelingen in de bekostiging In 2014 wordt voor het derde achtereenvolgende jaar zorg ingekocht op basis van DBBC’s. De basis hiervoor is de DBBC-productstructuur 2014. Voor de DBBC’s geldt in 2014 het volgende: • de systematiek van bevoorschotting zal wijzigen. Zie hierna. • de DBBC offerte vormt de basis voor inkoop en financiering (registratie, validatie en facturatie) van forensische zorg. Ter ondersteuning van de inkoop op basis van DBBC’s en het inkoopgesprek is de ‘Profielengids DBBC 2014’ opgesteld; • de vangnetconstructie (transitiemodel) is voor het 2e jaar van toepassing. De percentages zijn identiek aan 2013. Zie ook de beleidsregel van de NZa;
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
•
• •
•
1.4.5
de materiële beveiliging is vanaf 2013 opgenomen in de DBBC’s en zal tot uitdrukking komen in de Normatieve Huisvestingscomponent. Tot 2018 is een overgangsregeling van toepassing. In 2014 maakt de NHC 30% uit van de bekostiging van de kapitaalslasten en de oude systematiek nog voor 70%. Zie hiervoor de beleidsregel van de NZa; door de bezuinigingen zal een korting op de tarieven worden toegepast; de verblijfsmatrix is gewijzigd. De NZa heeft voor 2014 het aantal van 7 verblijfsintensiteiten vastgesteld, in de plaats van de huidige 3. In de Offerteaanvraag 2014 leest u welke uitgangspunten DForZo hierbij hanteert; voor alle productieafspraken (budgetparameters, DBBC en ZZP) geldt dat overproductie zonder toestemming vooraf van de zorginkoper niet is toegestaan en daarom niet zal worden gehonoreerd.
Bevoorschotting DBBC’s DForZo heeft besloten het percentage met betrekking tot het voorschot voor 2014 te verlagen naar 40% van de waarde van de initiële productieafspraak voor 2014 in DBBC’s. In 2014 zal DForZo het voorschot van 40% uitbetalen in de maanden januari en april. Het overgebleven percentage dat niet wordt bevoorschot dient door de zorgaanbieder worden verkregen middels het factureren van DBBC’s. Facturen worden uitbetaald nadat de voorschotten en betaalde afrekeningen van voorgaande jaren zijn verrekend met de goedgekeurde facturen. Aangezien DForZo ervoor heeft gekozen de zorginstellingen al vroeg in het jaar te bevoorschotten, worden geen rentelasten vergoed voor het aantrekken van vreemd vermogen. Gelet op het ingevoerde transitiemodel (zie beleidsregel van de NZa) is de zorgaanbieder verplicht om in 2014 in DBBC’s te factureren. Het transitiemodel gaat uit van (een stapsgewijze) afbouw van het vangnet in budgetparameters. Voor de zorgaanbieders wordt hiermee de noodzakelijkheid (en verplichting) van factureren in DBBC’s verder benadrukt.
1.4.6
Onderhandenwerk(OHW) DBBC’s en afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s Een onderdeel van de DBBC cyclus is het bepalen van het OHW en het totaal van de afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s. Op twee peilmomenten van het uitvoeringsjaar 2014 dient de waarde van het OHW en de afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s te worden bepaald. De zorgaanbieders dienen uiterlijk 1 maand na het verstrijken van de peildatum, een verantwoording in bij DForZo conform het door DForZo beschikbaar gesteld format. Opstellen overzicht op persoonsniveau De zorgaanbieder stelt van het OHW op de peildatum, een overzicht op persoonsniveau op. Het betreft hier de nog niet afgesloten DBBC’s van cliënten. Tevens stelt de zorgaanbieder een overzicht op persoonsniveau op van de cliënten waarvan de DBBC op de peildatum is afgesloten, maar nog niet is gefactureerd. Beide verantwoordingsdocumenten zijn terzijnertijd te vinden op de website (www.forensischezorg.nl).
Pagina 15 van 35
Waardebepaling onderhanden werk De waardebepaling van het onderhanden werk vindt plaats op basis van de normen van de productstructuur DBBC’s voor de forensische zorg. Uitgegaan moet worden van: • een gemiddeld uurtarief voor geregistreerde activiteiten en verrichtingen; • een tarief per verzorgingsdag voor de onderhanden verblijfsoorten. De berekening wordt uitgevoerd door het aantal verblijfsdagen per cliënt te vermenigvuldigen met het voor het contractjaar geldende maximum tarief per verblijfsoort (inclusief de toeslag NHC). • het geldende maximum tarief voor de overige deel prestaties. Waardebepaling afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s Dit zijn DBBC's die wel zijn afgesloten voor de peildatum, maar nog niet zijn gefactureerd. De DBBC’s dienen te worden gewaardeerd tegen het werkelijke (te verwachten) factuurbedrag volgens de productstructuur en de geldende declaratiebepalingen. Voor alle duidelijkheid: deze post heeft de status van nog te factureren DBBC’s. Deze DBBC’s worden na de peildatum gefactureerd. Frequentie van aanlevering Het overzicht van het OHW en het overzicht afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s moet door de zorgaanbieders tweemaal per jaar aan DForZo worden aangeleverd. De peildata waarover deze gegevens moet worden aangeleverd zijn de volgende: • 30 juni • 31 december De zorgaanbieders dienen binnen een maand na deze peildata de overzichten aan te leveren bij DForZo. Accountantscontrole onderhanden werk DBBC’s en afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s (peildatum 31 december 2014). Of het totaal bedrag van het overzicht onderhanden werk DBBC’s per 31 december 2014 en het overzicht afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s per 31 december 2014 juist is bepaald, wordt jaarlijkse door middel van een door een externe accountant uitgevoerde controle getoetst. In de door het Ministerie van Veiligheid en Justitie op te leveren Aanwijzing Controleprotocol DBBC’s Forensische Zorg (Inkoop en TBS) staat vermeld welke aanwijzingen de accountant dient te volgen bij het controleren van deze DBBC overzichten. De zorgaanbieders dienen uiterlijk op 1 juni 2015 (jaar t+1) een controleverklaring bij DForZo aan te leveren inzake de door de accountant uitgevoerde controle op de juistheid van het totaal bedrag van het OHW en de afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s (peildatum 31 december 2014). Naast de controleverklaring moet de zorgaanbieder ook de door de accountant gewaarmerkte overzichten inzake de waarde van het OHW en de afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s op de peildatum 31 december 2014 aanleveren op uiterlijk 1 juni 2015.
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
1.4.7
Tijdslijn DBBC Hieronder ziet u een overzicht met data wanneer welke informatie opgeleverd dient te worden in het kader van DBBC’s. DBBC’s 1 DBBC factuur
Inhoud DBBC volgens productstructuur
Wanneer Bij afsluiting van de DBBC.
2 DBBC’s die op 30-6-2014 nog niet zijn afgesloten of wel afgesloten maar nog niet gefactureerd
Onderhanden werk en afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s ultimo juni 2014. Onderhanden werk en afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s ultimo 2014. Onderhanden werk en afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s ultimo 2014.
1 augustus 2014 Zonder controle verklaring van de accountant
3 DBBC's die op 31-12-2014 nog niet zijn afgesloten of wel afgesloten maar nog niet gefactureerd 4 DBBC's die op 31-12-2014 nog niet zijn afgesloten of wel afgesloten maar nog niet gefactureerd
1 februari 2015 Zonder controle verklaring van de accountant 1 juni 2015 Met controle verklaring van de accountant
1.4.8
Beveiligingsniveaus In de definitie van de DBBC-beveiligingsniveaus worden materiële (gebouwelijke) aspecten onderscheiden van immateriële aspecten. De immateriële aspecten zijn opgenomen in de DBBC tarievenstructuur. Het materiële effect is vanaf 2013 vertaald in de Normatieve Huisvestingscompontent (NHC). De invoering van de NHC in de forensische zorg vindt gelijktijdig met de invoering van de NHC in de ggz plaats.
1.4.9
Normatieve Huisvestingscomponent (NHC) In 2012 kwam in de bekostiging van instellingen enkel de immateriële beveiliging tot uitdrukking in de DBBC’s. In 2013 is de materiële beveiliging echter ook opgenomen in de DBBC’s en komt deze tot uitdrukking in de Normatieve Huisvestingscomponent (NHC). De bekostiging op basis van NHC-tarieven wordt geleidelijk opgebouwd om met ingang van 2018 de bekostiging uitsluitend op basis van integrale tarieven te laten plaats vinden. De bekostiging door middel van een bedrag ter dekking van de kapitaalslasten1 wordt gedurende deze periode geleidelijk afgebouwd. Zie onderstaande tabel van de percentages van het invoertraject NHC. Jaar 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Bedrag Kapitaallasten 80% 70% 50% 30% 15% 0%
Bedrag NHC 20% 30% 50% 70% 85% 100%
1
Bedrag kapitaalslasten bestaat uit de kosten van rente en afschrijving op gebouwen in eigendom en/of de kosten van huur. Pagina 17 van 35
Door declaratie van afgesloten DBBC’s en/of ZZP’s ontvangt de zorgaanbieder gedurende de overgangsperiode vaste NHC-tarieven. De som van deze inkomsten moet worden verrekend met het bedrag aan kapitaallastenvergoeding. De eerste financiële afwikkeling zal plaats vinden na 1 juni 2014. Op het moment van schrijven van deze handleiding is de regelgeving van de NZa waarin de concrete financiële afwikkeling wordt uitgewerkt nog niet bekend. 1.4.10
Tender- en aanbestedingscontracten voor de forensische zorg Een aantal zorgaanbieders heeft naast de reguliere productie afspraken ook tijdelijke afspraken gemaakt met DForZo door middel van zogenaamde tender- en aanbestedingscontracten. Ook voor deze contracten dienen de zorgaanbieders een vertaling te maken naar DBBC’s. Opgenomen in beleidsregel BR/FZ-0001 (overgang naar DBBC bekostiging in de forensische zorg) is dat eventuele bestaande en toekomstige tenders (inclusief kapitaallasten) niet meegerekend worden in de budgetomzet voor de vaststelling van het transitiebedrag. DForZo heeft besloten voor de huidige tenders het transitiemodel niet toe te passen. Voor deze tenders geldt dus een 100% vangnet. DForZo heeft in de afgelopen jaren enkele tenders uitgezet ten behoeve van (tijdelijke) capaciteitsuitbreiding. Na afloop van de duur van de gegunde tender vervalt deze tijdelijke capaciteitsuitbreiding. Daarbij verschillen de afspraken op prijs en volume tussen de toegekende tenderaanbiedingen. Voor FPC’s zijn de volgende tenders uitgezet: • Tender-IV, looptijd tot 1 januari 2015. • Tender V, looptijd van 1 januari 2013 tot 1 januari 2016. Naast bovengenoemde tenders is er een aanbesteding uitgezet voor de OFZ: Aanbesteding Forensische zorg aan Gedetineerden in de ggz, looptijd tot 1 januari 2017. Op deze tenderafspraak dienen de justitiabelen geplaatst te worden met de volgende strafrechtelijke titels, te weten: Artikel 15.5, Artikel 43.3 PBW, Artikel 37 Sr, de ISDMaatregel (Artikel 44b t/m Artikel 44q), Penitentiaire maatregel PBW, Artikel 15.2 Pbw en Artikel 15a, lid 3 WvSr. Zorgaanbieders en DForZo maken afspraken over de prijs, het volume en de kwaliteit op basis van de DBBC productstructuur. De afspraken over de plaatsen (oude systematiek) zijn niet één op één te relateren aan de afspraken in DBBC’s. Aan de zorgaanbieders is gevraagd een voorstel te doen in DBBC’s voor 2014. Dit geldt zowel voor de reguliere (basis) capaciteit als de tendercapaciteit en/of de aanbestedingen. Gelijksoortige DBBC Het kan voorkomen dat gelijksoortige DBBC’s voorkomen in meerdere contracten per zorgaanbieder. Indien dit van toepassing is geldt het onderstaande voor de tenders van de FPC’s: In het geval een tbs-gestelde in een specifieke doelgroep (zwakbegaafd, transmuraal of longstay) valt van een tbs-tender brengt de zorgaanbieder de DBBC eerst onder bij de desbetreffende tbs-tender (tot aan de afgesproken maximale omzet in huidige parameters). Bij de inkoop 2014 maakt DForZo zo nodig specifieke afspraken hierover met de zorgaanbieder. In het geval een tbs-gestelde niet onder één van de bovengenoemde doelgroepen valt kiest de zorgaanbieder welk contract (regulier of tender IV of -V) passend is om
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
de DBBC, onder te brengen en factureert hij deze onder het desbetreffende contractnummer (tot aan de afgesproken maximale omzet in huidige parameters). Indien gelijksoortige DBBC’s voorkomen in meerdere contracten geldt voor de aanbestedingen voor zorgaanbieders: In het geval een patiënt in de doelgroep valt van de aanbesteding Forensische zorg aan Gedetineerden in de ggz brengt de zorgaanbieder de DBBC eerst onder bij het desbetreffende contract (tot aan de afgesproken maximale omzet in budgetparameters). Uitnutting contract Bij volledige uitnutting van het aanbestedingscontract dient de DBBC ten laste van het reguliere contract gebracht te worden. Bij volledige uitnutting van het reguliere contract kunnen DBBC’s niet ten laste worden gebracht van het tender contract. Ieder contract wordt apart afgerekend na afloop van het jaar. De zorgaanbieder verantwoordt zich separaat over de tender- en aanbestedings-contracten. Daarbij vindt de verantwoording en afrekening, zoals voorgaande jaren, per contract plaats in de desbetreffende tender- of aanbestedingstarieven. Ter informatie vindt er door de zorgaanbieder een vergelijking plaats van de onder het tender- of aanbestedingscontract geboekte DBBC's. Indien er een verschil bestaat tussen de verantwoording in tender- en aanbestedingstarieven en in DBBC's verklaart de zorgaanbieder het verschil. Het doel van deze dubbele verantwoording is dat DForZo inzicht wil krijgen in de manier waarop de tender- of aanbestedingscontracten het beste kunnen worden verantwoord als in de toekomst het vangnet wegvalt en DForZo zo nodig spelregels zou moeten aanpassen. Hieronder volgen twee voorbeelden hoe de FPC of de zorgaanbieder kiest voor een contract: Voorbeeld 1 Een FPC die naast haar reguliere contract ook tendercontracten voor tbs-gestelden heeft wil een afgesloten DBBC factureren van een tbs-gestelde die niet in één van de bovengenoemde specifieke doelgroepen (zwakbegaafd, transmuraal of longstay) valt. Hiervoor kiest zij een van de contracten uit, die nog niet aan het afgesproken maximum zit. Voorbeeld 2 Een zorgaanbieder heeft naast haar reguliere inkoopcontract ook een contract inzake Forensische zorg aan Gedetineerden. Als zij een afgesloten DBBC wil factureren dan kiest zij een contract dat past bij de doelgroep van de patiënt. Indien de patiënt een gedetineerde is met een strafrechtelijke titel art. 15.5 of Art. 43.3 PBW of een ISD-maatregel dan kiest zij het contract Forensische Zorg aan Gedetineerden, tenzij dit contract aan het afgesproken maximum zit. Valt de patiënt niet onder het aanbestedingscontracten of is deze volledig uitgenut dan kiest zij het reguliere inkoopcontract. 1.4.11
Relevante documenten over DBBC De volgende documenten in het kader van DBBC’s zijn terug te vinden op de website www.forensischezorg.nl: Kaderregeling AO/IC DBBC; Productieafsprakensheets 2014 (Budgetparameters, DBBC, ZZP); Profielengids DBBC 2014. Voor de beleidsregels van de NZa verwijzen wij u naar www.nza.nl. Pagina 19 van 35
1.5
ZorgZwaartePakketten (ZZP)
Met de invoering van de nieuwe bekostigingssystematiek in de forensische zorg heeft het ministerie van Veiligheid en Justitie geconstateerd dat de zorgproducten begeleiding, Beschermd Wonen en ondersteunende zorg aan verstandelijk gehandicapten, niet aansluiten bij de DBBC-systematiek. Daarom is besloten om deze vormen van zorg niet middels de DBBC-systematiek, maar middels ZZP’s en/of ambulante AWBZ-parameters te financieren. De daadwerkelijke invoering van bekostiging in ZZP’s is voorlopig uitgesteld tot 1 januari 2015. Tot die tijd wordt nog ingekocht op basis van budgetparameters en wordt er nog een jaar schaduw gedraaid met inkoop en registratie in ZZP’s. 1.5.1
Spelregels ZZP Een ZZP is een volledig pakket van zorg met verblijf dat aansluit op de kenmerken van de justitiabele en de zorg die deze nodig heeft. Een ZZP bestaat uit een beschrijving van het type cliënt (een cliëntprofiel), het aantal uren zorg dat bij dit cliëntprofiel beschikbaar wordt gesteld en een beschrijving van die zorg. DForZo heeft een keuze gemaakt in de ZZP’s die worden ingekocht. Voor de geestelijke gezondheidszorg (ggz) is dit de C-reeks ZZP’s, voor de verstandelijk gehandicaptenzorg (VG) worden de ZZP’s VG ingekocht. De GGZ-B reeks is uitgesloten, omdat binnen deze ZZP’s tevens behandeling wordt geleverd. De ZZP SGLVG-behandeling wordt niet door DForZo ingekocht, omdat de SGLVGbehandeling wordt ingekocht en bekostigd in DBBC’s. Een aantal ZZP’s omvat tevens somatische zorg, dit valt echter buiten het inkoopkader van de forensische zorg. DForZo koopt dus twee soorten ZZP’s in. Het betreft de volgende ZZP’s: • GGz C 1 tot en met 7 (exclusief dagbesteding) • VG 1 tot en met 7 (inclusief dagbesteding)
1.5.2
Tarieven ZZP De zorg wordt in 2014 nog niet daadwerkelijk bekostigd in ZZP’s, deze dienen als schaduwadministratie. De NZa stelt de tarieven en prestatiebeschrijvingen voor de ZZP’s vast. Deze tarieven verschijnen in augustus 2013. Vanaf 2013 zijn deze tarieven inclusief NHC. In 2015 zal DForZo naar verwachting overgaan tot het daadwerkelijk inkopen van ZZP’s. De ZZP Tarieven worden gepubliceerd op de website van de NZa (www.nza.nl).
1.5.3
Normatieve Huisvestingcomponent (NHC) De bekostiging op basis van NHC-tarieven wordt ook bij de ZZP's geleidelijk opgebouwd om met ingang van 2018 de bekostiging uitsluitend op basis van integrale tarieven te laten plaats vinden. De bekostiging door middel van een bedrag ter dekking van de kapitaalslasten2 wordt gedurende deze periode geleidelijk afgebouwd. Zie onderstaande tabel van de percentages van het invoertraject NHC.
2
Bedrag kapitaalslasten bestaat uit de kosten van rente en afschrijving op gebouwen in eigendom en/of de kosten van huur.
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
Jaar 2013 2014 2015 2016 2017 2018
Bedrag Kapitaallasten 80% 70% 50% 30% 15% 0%
Bedrag NHC 20% 30% 50% 70% 85% 100%
Door declaratie van afgesloten DBBC’s en/of ZZP’s ontvangt de zorgaanbieder gedurende de overgangsperiode vaste NHC-tarieven. De som van deze inkomsten moet worden verrekend met het bedrag aan kapitaallastenvergoeding. De eerste financiële afwikkeling van 2013 zal plaats vinden na 1 juni 2014. Op het moment van schrijven van deze handleiding is de regelgeving van de NZa waarin de concrete financiële afwikkeling wordt uitgewerkt nog niet bekend. 1.5.4
Bekostiging ZZP De bekostiging van de geleverde zorg vindt plaats door middel van maandelijkse bevoorschotting van 1/12 deel van 90% van de met de zorgaanbieder gemaakte productieafspraak in ZZP’s. Er is gekozen voor 90% omdat de productieafspraak in ZZP’s over het algemeen hoger is dan de productieafspraak in budgetparameters. Maximaal wordt tot het maximum van de afspraken in budgetparameters bevoorschot.
1.5.5
Substitutie De zorgaanbieder kan tot 10% per afgesproken prestatie zelf substitueren binnen de productieafspraak. Behoudens toestemming zal de zorgaanbieder niet meer dan 10% per prestatie substitueren. Uitgesloten is substitutie tussen intramurale en extramurale zorg.
1.5.6
Registratie ZZP In 2014 moeten instellingen via het registratiesysteem RePaD de productie tevens registreren in ZZP’s. De geregistreerde zorg moet daadwerkelijk geboden zijn en de cliënt moet recht hebben op forensische zorg. Daarvoor heeft de cliënt een van de 25 forensische zorgtitels (zie bijlage 1) en moet er sprake zijn van een plaatsingsbesluit. Zie voor de registratieverplichtingen ook hoofdstuk 2 Registratie.
1.5.7
Kaderregeling AO/IC ZZP’s en extramurale parameters Forensische Zorg Uw organisatie dient te voldoen aan de (kaderregelingen) AO/IC richtlijn(en), deze worden gepubliceerd op de website www.forensischezorg.nl.
1.5.8
Ontwikkelingen De daadwerkelijke invoering van bekostiging in ZZP’s is voorlopig uitgesteld tot 1 januari 2015. Tot die tijd wordt ingekocht op basis van budgetparameters en wordt er nog een jaar schaduw gedraaid met inkoop en registratie in ZZP’s
1.5.9
Relevante documenten over ZZP De volgende documenten met betrekking tot de ZZP-systematiek zijn van toepassing in 2014 en terug te vinden op de website www.forensischezorg.nl : • Productieafsprakensheet 2014.
Pagina 21 van 35
Overige documenten: • Beleidsregels NZa (www.nza.nl) 1.6
Extramurale AWBZ-parameters Naast de ZZP’s voor de bekostiging van verblijf (zonder behandeling) worden ook extramurale AWBZ-parameters gebruikt om bepaalde vormen van zorg te financieren. De extramurale parameters zijn niet nieuw, middels deze parameters wordt nu nog de forensische zorg gefinancierd. Deze blijven bestaan als de prestatiebekostiging definitief wordt ingevoerd, dus naast de DBBC en ZZP. Wel lopen de huidige forensische parameters en de AWBZ-parameters op onderdelen uit elkaar, omdat niet alle ontwikkelingen (zoals de overgang van vormen van begeleiding naar de Wmo) voor het forensische veld zijn doorgevoerd.
1.6.1
Spelregels Extramurale AWBZ-parameters De extramurale begeleidingsprestaties worden geregistreerd op prestatieniveau. Dit betekent dat de registratie bestaat uit een overzicht van het totaal aantal eenheden dat per prestatie door de zorgaanbieder is geleverd. De volgende extramurale AWBZ parameters worden door DForZo ingekocht: H300 H150 H152 H153
Begeleiding Begeleiding extra Begeleiding speciaal 1 (nah) Gespecialiseerde begeleiding (psy)
F125 Dagactiviteiten (educatief, recreatief en arbeidsmatig) H811 Dagbesteding VG licht H812 Dagbesteding VG midden H813 Dagbesteding VG zwaar Zie voor een nadere toelichting de beleidsregels van de NZa op hun website. 1.6.2
Registratie De geleverde zorg wordt geregistreerd in RePaD. Er moet sprake zijn van één van de 25 forensische zorgtitels (zie bijlage 1). Voor de ambulante zorg is een indicatiestelling en daarmee plaatsingsbrief voor ambulante zorg van een van de drie reclasseringsorganisaties noodzakelijk. Wanneer het ambulante zorg in het Gevangeniswezen betreft (de zorgaanbieder levert zorg in de PI of het Huis van Bewaring (HvB)), worden de indicatiestelling en de plaatsingsbrief afgegeven door het Psycho Medisch Overleg (PMO) van het Gevangeniswezen. Zie voor de registratieverplichtingen hoofdstuk 2: Registratie.
1.6.3
Tarieven Extramurale AWBZ-parameters Per 1 april 2012 is de NZa verantwoordelijk geworden voor het vaststellen van prestaties en tarieven voor de forensische zorg. Voor de tarieven voor de extramurale AWBZ-parameters wordt u verzocht de beleidsregels van de NZa te volgen op www.nza.nl.
1.6.4
Bevoorschotting Extramurale AWBZ-parameters De financiering van de geleverde zorg vindt plaats door middel van bevoorschotting. De bevoorschotting vindt maandelijks plaats door het overmaken van 1/12 deel van
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
de met de zorgaanbieder gemaakte productieafspraak, zoals vastgelegd in het afgesloten inkoopcontract.
1.6.5
Uitgangspunten budget Gespecialiseerde begeleiding en begeleiding speciaal In verband met het doelmatig besteden van middelen en de huidige bezuinigingen staat DForZo geen uitbreidingen toe op de producten H153: gespecialiseerde begeleiding en H152: Begeleiding speciaal 1 (nah). DForZo zal geen nieuwe of hogere afspraken maken voor deze producten. Voor de zorgaanbieders die reeds de producten H153 en H152 leveren verzoekt DForZo om een productmix te offeren. Een productmix is een verhouding tussen prestaties binnen de prestatiegroep begeleiding, waarbij DForZo een afspraak maakt over een maximum productmix in afspraken en facturatie/declaratie. DForZo verzoekt u om uw offerte aan te passen aan de onderstaande productmix. Productmix Wanneer u reeds inkoopafspraken heeft voor de producten H152 en H153 kunnen deze twee producten samen maximaal 50% bedragen van het totaal aantal uren in de productgroep begeleiding (H300, H150, H152, Productmix begeleiding extra Wanneer u inkoopafspraken wilt maken voor het product begeleiding extra, de onplanbare zorg, kan begeleiding extra maximaal 20% bedragen van het totaal aantal uren in het segment begeleiding (H300). Het is vanwege de aard van het product, onplanbare zorg, niet mogelijk om enkel onplanbare zorg aan te bieden. Samenvattend • Geen groei op de producten H152 en H153 • Om H152 en H153 te leveren zal er sprake moeten zijn van een productmix met overige begeleidingsparameters (H300 en H150). • De producten H152 en H153 mogen samen maximaal 50% bedragen van het totaal aantal uren in de productgroep begeleiding. Het product H150 mag maximaal 20% bedragen van het totaal van het aantal uren in de productgroep begeleiding.
1.6.6
Substitutie De zorgaanbieder kan bij de herschikking tot 10% per afgesproken prestatie zelf substitueren binnen zijn productieafspraak. Behoudens toestemming zal de zorgaanbieder niet meer dan 10% per prestatie substitueren. Uitgesloten is substitutie tussen intramurale en extramurale zorg.
1.6.7
Ontwikkelingen De NZa bepaalt de tarieven voor de Extramurale AWBZ-parameters. DForZo hanteert voor de inkoop 2014 de tarieven van de NZa als uitgangspunt. De inkoop, financiële spelregels en de bekostiging van de Extramurale parameters zijn niet gewijzigd ten opzichte van het jaar 2013.
1.6.8
Relevante documenten over Extramurale AWBZ-parameters Pagina 23 van 35
De volgende documenten met betrekking tot de extramurale ABWZ parameters zijn van toepassing voor 2014 en terug te vinden op de website www.forensischezorg.nl •
Productieafsprakensheets 2014 (Budgetparameters, DBBC, ZZP);
Overige documenten: • Beleidsregels NZa (www.nza.nl)
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
2
Registratie
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de richtlijnen voor registratie en verantwoordingsinformatie binnen de forensische zorg. In paragraaf 2 vindt u meer algemene informatie gericht op nieuwe zorgaanbieders. In paragraaf 3 worden de verplichtingen ten aanzien van de registratie behandeld. In paragraaf 4 vindt u informatie over de op te leveren verantwoordingsdocumenten en een overzicht van de data waarop de verantwoordingsinformatie opgeleverd dient te worden. 2.1
Algemeen DForZo heeft een drietal ondersteunende systemen/applicaties waaruit informatie wordt gehaald, te weten: • RePaD • IFZO • FCS • Dataportaal
2.1.1
Dienstenportaal en Uzi-pas Indien u, als nieuwe zorgaanbieder, voor 2014 een overeenkomst sluit met DForZo dient u via het dienstenportaal toegang te krijgen tot het Informatiesysteem Forensische Zorg (IFZO) en registratiesysteem Realisatie en Patiëntstromen DForZo (RePaD). Het Dienstenportaal is een beveiligde omgeving waarin diverse systemen/applicaties van het ministerie van Veiligheid en Justitie zijn ondergebracht. Om toegang te krijgen tot het Dienstenportaal is een UZI-account en –pas nodig. Dit houdt onder meer in dat voor iedere medewerker die in IFZO en/of RePaD gaat werken een op naam gestelde UZI-pas dient te worden aangevraagd bij het UZI-register http://uziregister.nl/. U kunt met dezelfde UZI-pas registeren in zowel RePaD als in IFZO. Een uitgebreide beschrijving van het aanvragen van een Uzi-pas staat op de website www.forensischezorg.nl.
2.1.2
RePaD De verantwoording over de productie en de patiëntstromen dient door gecontracteerde zorgaanbieders maandelijks te worden aangeleverd in het systeem Registratie Patiëntenstromen Directie Forensische Zorg (RePaD). Voor de verwerking van verantwoordingsgegevens is een handleiding digitaal beschikbaar via www.forensischezorg.nl. RePaD is ontworpen voor de registratie van 2 soorten gegevens: • De door een zorginstelling gerealiseerde zorg per prestatie (zorgcode) • De in een zorginstelling verblijvende patiënten met een strafrechtelijke titel Voor iedere medewerker die in RePaD gaat werken dient apart autorisatie te worden aangevraagd. Informatie en het aanvraagformulier Autorisatie RePaD kunt u vinden op de website www.forensischezorg.nl Mocht u daarnaast nog vragen hebben over de registratie in RePaD kunt u deze ook stellen via de mailbox:
[email protected].
Pagina 25 van 35
2.1.3
IFZO DForZo bepaalt het inkoopbeleid mede op basis van de geaggregeerde zorgbehoefte die kan worden bepaald uit het totaal aantal indicatiestellingen. Het proces van indicatiestelling en plaatsing wordt ondersteund door de centrale registratie en vastlegging van gegevens in IFZO. Op basis van deze gegevens kan tevens inzicht worden verkregen in de actuele vraagontwikkeling en de mogelijkheden tot plaatsing bij gecontracteerde zorgaanbieders. Het is daarom van essentieel belang en daarom verplicht voor zorgaanbieders om de gegevens over het gecontracteerde zorgaanbod in IFZO actueel te houden gedurende de looptijd van de overeenkomst. De productieafspraken worden in DBBC-, ZZP- en AWBZ termen gemaakt. Ook bij de indicatiestelling en plaatsing worden deze termen gehanteerd. De afdeling Inkoop van DForZo legt sinds augustus 2013 (release 3.4) de ingekochte forensische zorg vast op het niveau van de zorgaanbieder. De ingekochte forensische zorg bevat de volgende contractkenmerken: • Type plaatsing • Verblijfssoort • DBBC-hoofdgroep • Zorgsetting • Ambulante zorgvraag De zorgaanbieder onderhoudt per zorglocatie zelf het zorgaanbod en kan daarbij alleen kiezen uit de waardes die zijn vastgelegd als ingekochte forensische zorg bij de zorgaanbieder waar de locatie onder valt. Hiermee vervalt het fiatteren van lokaal onderhouden zorgaanbieder- en zorglocatie –gegevens. Dit vergemakkelijkt het onderhoud, de zorgaanbieder hoeft geen vertaling meer te maken van het contract naar IFZO. Een handleiding IFZO is digitaal beschikbaar via www.forensischezorg.nl. Voor iedere medewerker die in IFZO wil gaan werken dient net als bij RePaD via een autorisatieformulier toegang tot het systeem te worden aangevraagd. Informatie en het aanvraagformulier Autorisatie IFZO kunt u vinden op de website www.forensischezorg.nl. Mocht u daarnaast nog vragen hebben over de registratie in IFZO kunt u deze ook stellen via de mailbox:
[email protected].
2.1.4
FCS De in DBBC’s geleverde forensische zorg dient digitaal gefactureerd te worden bij DForZo. Hiertoe dient uw registratie-, validatie- en facturatiesysteem middels de externe integratie standaard van Vektis via VECOZO te kunnen communiceren met het factuur controle systeem (FCS) van DForZo. Uw instelling moet hiervoor de beschikking hebben over een AGB-code en een contractnummer. Dit (jaargebonden) contractnummer ontvangt u na het afsluiten van het inkoopcontract. Dataportaal Voor de uitvraag van prestatie-indicatoren heeft DForZo een dataportaal laten bouwen welke via www.forensischezorg.nl bereikbaar is. Het registreren van de prestatie-indicatoren en de verantwoording in het data portaal zijn verplicht voor alle aanbieders. Zie het document Offerteaanvraag 2014 voor meer toelichting.
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
2.2
Registratieplicht
2.2.1
Realisatie productie en patiëntstromen De realisatie van productie in budgetparameters en patiëntstromen (bij klinische en verblijfszorg) dient maandelijks tijdig en volledig door alle zorgaanbieders te worden geregistreerd en geaccordeerd in RePaD. Onder tijdig wordt verstaan dat de zorgaanbieder met een contract over maand (t) uiterlijk de 28e dag van de daaropvolgende maand (t+1) de realisatiegegevens heeft opgeleverd. Onder volledig wordt verstaan dat alle parameters waarover met DForZo een afspraak is gemaakt en waar realisatie op heeft plaatsgevonden worden geregistreerd. Hieronder ziet u een overzicht van de gegevens waarover en de frequentie waarop zorgaanbieders dienen te registreren. Dit is van toepassing op de reguliere productieafspraken maar ook voor de FZG, PPC en Verdiepingsdiagnostiek productieafspraken. RePaD
2.2.2
Inhoud
Wanneer
1 Rapportage RePaD
Gerealiseerde productie per parameter Aantal eerste opnames
28 dagen na einde maand
2 Rapportage RePaD patiëntenstromen
Instroom Uitstroom Geboortedatum SKN nummer Soort contract Strafrechtelijke titel Type plaats
Dagelijks na een mutatie
Realisatie in ZZP De zorgaanbieder is verplicht de geleverde ZZP’s te registreren (declareren) in RePaD en verstrekt deze gegevens binnen 28 dagen na afloop van elke maand. DForZo volgt en controleert de gedeclareerde ZZP’s en maakt hierbij aansluiting tussen de aantallen gedeclareerde ZZP’s en de aantallen afgesproken ZZP’s in de productieafspraak. Hieronder ziet u een overzicht van de gegevens waarover en de frequentie waarop zorgaanbieders dienen te registreren. ZZP’s
Inhoud
Wanneer
1 Rapportage RePaD
Gerealiseerde productie per parameter maal prijs Aantal eerste opnames
28 dagen na einde maand
2 Rapportage RePaD patiëntenstromen
Instroom Uitstroom Geboortedatum SKN nummer Soort contract Strafrechtelijke titel Type plaats
Dagelijks na een mutatie
Pagina 27 van 35
2.2.3
Realisatie ambulante zorg in de PI De zorg die in de penitentiaire inrichting (PI) wordt geleverd dient separaat te worden geregistreerd om de productie van de ambulante zorg in de PI te kunnen monitoren. Zorgaanbieders die ambulante zorg leveren in de PI worden verzocht dit in een apart invoerveld in RePaD te registreren. Prestatie-indicatoren Het registreren van de prestatie-indicatoren en de verantwoording in het data portaal zijn verplicht voor alle aanbieders. Zie het document Offerteaanvraag 2014 voor meer toelichting
2.2.4
Aanleveren gegevens prestatie indicatoren en RePaD/patiëntenstromen In 2014 hanteert DForZo naast de efficiencykorting een korting van 5% over het totale budget wanneer de zorgaanbieder geen gegevens aanlevert ten behoeve van de prestatie-indicatoren forensische psychiatrie (zie hoofdstuk 2) en RePaD/patiëntenstromen. De kortingspercentages betreffen respectievelijk 3,0% en 2,0%. Deze korting zal achteraf worden toegepast wanneer gebleken is dat u geen of onvoldoende gegevens heeft aangeleverd. De efficiencykorting zal eerst worden toegepast, waarna indien van toepassing de korting op het niet of het onjuist / onvolledig aanleveren van gegevens in mindering wordt gebracht.
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
2.3
Verantwoordingsinformatie
2.3.1
Jaarverslag en jaarrekening In het kader van de verantwoording 2014 wordt u gevraagd kwantitatieve en kwalitatieve informatie aan te leveren. In dit hoofdstuk wordt beschreven welke informatie dit betreft. Deze informatie wordt voor verschillende doeleinden gebruikt, waaronder: • het bewaken van het (macro)budget; • het bewaken van de realisatie op gemaakte productieafspraken; • het verzamelen van informatie ten behoeve van tussentijdse herschikking; • het verzamelen van informatie over de kwaliteit van de geleverde zorg; • het verzamelen van informatie ten behoeve van plaatsing en zorgtoeleiding in de forensische zorg. De eisen voor de jaarverslaglegging voor instellingen in de forensische zorg zijn conform de WTZi. Daarom wordt voor de jaarverslaglegging gebruik gemaakt van het document Jaarverantwoording zorginstellingen 2014. Het document bestaat uit drie onderdelen: het jaarverslag, de jaarrekening en de informatie die moet worden ingevuld via DigiMV. In het jaardocument 2013 zijn enkele onderdelen toegevoegd die specifiek voor de forensische zorg dienen te worden ingevuld. Indien met u aanvullende specifieke afspraken gemaakt zijn over het aanleveren van informatie dient u deze ook in het jaarverslag op te nemen. De eisen met betrekking tot het opstellen van de jaarrekening zijn niet aangepast. Daarnaast dient u, wanneer u de prestatieindicatoren forensische psychiatrie heeft aangeleverd, een schriftelijke toelichting op de resultaten te sturen aan uw contactpersoon binnen de afdeling Inkoop van de Directie Forensische Zorg. Deze schriftelijke toelichting dient u uiterlijk 1 oktober 2015 toe te zenden.
2.3.2
Prestatie-indicatoren kwaliteit forensische zorg Het ministerie van VWS is per 2013 gestopt met het beheer en de ontwikkeling van de prestatie-indicatoren van Zichtbare Zorg. DForZo heeft in overleg met ggz Nederland de verdere ontwikkeling van de forensische prestatie-indicatoren over genomen. Zie voor een verder toelichting het Offertedocument 2014.
2.3.3
Protocol Controleverklaring Inkoop Forensische Zorg en Protocol Controleverklaring DBBC’s. Het controleprotocol dat de accountant dient te volgen bij het uitvoeren van de controle op de productieverantwoordingen is gebaseerd op onder meer de Regeling AO/IC AWBZ-instellingen, maar zal ook worden gebaseerd op wat hierover is geschreven in deze handleiding. Deze regeling is noodzakelijkerwijs aangepast op de specifieke situatie bij de inkoop van zorg in een strafrechtelijk kader. Hierbij gaat het inhoudelijk vooral om twee toevoegingen, namelijk de aanwezigheid van een strafrechtelijke titel en de toeleiding door de juiste instanties. U dient een door de accountant getekend Controleverklaring mee te sturen met een gewaarmerkte productieverantwoording(-en). Deze verantwoording dient na afloop van het afgesloten boekjaar ingediend te zijn bij DForZo. De protocollen met daarin de aanwijzingen voor de controlerende accountant zal in het jaar 2013 worden opgesteld en te zijner tijd ook op de website www.forensischezorg.nl gepubliceerd worden.
Pagina 29 van 35
Op basis van de door uw accountant gewaarmerkte en door DForZo goedgekeurde productieverantwoording(-en) over jaar t wordt in het jaar t+1 het definitieve budget vastgesteld. Een eventuele nabetaling wordt zo spoedig mogelijk na vaststelling apart betaalbaar gesteld. Indien een deel van het voorschot dient te worden terugbetaald zal dat middels een vordering worden geïncasseerd. 2.3.4
Overzicht opleveringsdata verantwoordingsinformatie Hieronder ziet u een overzicht van de verantwoordingsinformatie en de data waarop dit opgeleverd dient te worden. Verantwoordingsinformatie Inhoud 1 Jaarverslag en jaarrekening Zie Jaardocument MV zorginstellingen 2014 2 Prestatie-indicatoren kwaliteit Zie Jaardocument MV forensische zorg zorginstellingen 2014/DigiMV 3 Controleverklaringen Totale gerealiseerde (Productieverantwoording) productie en OHW DBBC’s en afgesloten maar nog niet gefactureerde DBBC’s
Wanneer 1 juni 2015 1 juni 2015
1 juni 2015
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
3
Informatie voor niet-justitiële FPC’s
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de verschillen in de aanvraag, registratie en verantwoording over de TBS met dwangverpleging ten opzichte van de overige FPKcapaciteit. De inkoop van forensische zorg voor TBS-met dwangverpleging (hierna tbs-capaciteit) bij niet-justitiële FPC’s maakt in principe integraal onderdeel uit van de inkoop forensische zorg. Voor de FPK-capaciteit dienen de niet-justitiële FPC’s te voldoen aan de overige eisen/richtlijnen in deze handleiding. In paragraaf 3.1 vindt u informatie over de productieaanvraag, DBBC’s en bevoorschotting. In paragraaf 3.2 vindt u informatie over de specifieke eisen voor niet-justitiële FPC’s ten aanzien van de registratie. 3.1
Financiering
3.1.1
Productie aanvraag De niet-justitiële FPC’s dienen de aanvraag voor tbs-capaciteit met dwangverpleging in een aparte paragraaf in de offerte aan te geven. U geeft het totaal aantal plaatsen voor de te leveren capaciteit aan per 1 januari 2014 en per 31 december 2014. Vervolgens berekent u de gewogen gemiddelde capaciteit over 2014 (berekening op da basis). Indien u wijzigingen verwacht in de capaciteit per 1 januari 2014 (ten opzichte van het lopende jaar) en per 31 december 2014 (ten opzichte van 1 januari 2014) verzoekt DForZo u hierop een toelichting te geven. De definitieve productieafspraak wordt in de sheet ‘budgetberekening’ door DForZo aan de instelling kenbaar gemaakt. Deze sheet dient, net zoals de sheet(s) voor overige FZ, door beide contractpartijen te worden getekend en retour gezonden naar DForZo. Voor de tbs-capaciteit dient ook een aparte DBBC inkoopsheet te worden ingediend (de inkoopsheet heeft dan alleen betrekking op de verwachte tbs capaciteit). Uiterlijk 1 november 2013 dient u deze sheets, eventueel samen met het reguliere productievoorstel voor de overige FPK-bedden en de daarbij behorende DBBC sheets, in te dienen. Volledigheidshalve wordt hierbij vermeld dat de actuele situatie met betrekking tot de wachtlijst ertoe leidt dat DForZo van de niet-justitiële FPC’s uiterste flexibiliteit verlangt bij het opnemen van tbs-gestelden.
3.1.2
DBBC’s Voor de DBBC’s geldt in 2014 het volgende: • de systematiek van bevoorschotting zal wijzigen. Zie hierna. • de DBBC offerte vormt de basis voor inkoop en financiering (registratie, validatie en facturatie) van forensische zorg. Ter ondersteuning van de inkoop op basis van DBBC’s en het inkoopgesprek is de ‘Profielengids DBBC 2014’ opgesteld; • de vangnetconstructie (transitiemodel) is voor het 2e jaar van toepassing. De percentages zijn identiek aan 2013. Zie ook de beleidsregel van de NZa; • de materiële beveiliging is vanaf 2013 opgenomen in de DBBC’s en zal tot uitdrukking komen in de Normatieve Huisvestingscomponent. Tot 2018 is een overgangsregeling van toepassing. In 2014 maakt de NHC 30% uit van de bekostiging van de kapitaalslasten en de oude systematiek nog voor 70%. Zie hiervoor de beleidsregel van de NZa; Pagina 31 van 35
• •
•
3.1.3
door de bezuinigingen zal een korting (al dan niet generiek) op de tarieven en het volume van de afspraak worden toegepast. de verblijfsmatrix is gewijzigd. De NZa heeft voor 2014 het aantal van 7 verblijfsintensiteiten vastgesteld, in plaats van de huidige 3. In de Offerteaanvraag 2014 leest u welke uitgangspunten DForZo hierbij hanteert. voor alle productieafspraken (budgetparameters, DBBC en ZZP) geldt dat overproductie zonder toestemming vooraf van de zorginkoper niet is toegestaan en daarom niet zal worden gehonoreerd.
Bevoorschotting DForZo heeft besloten het percentage met betrekking tot het voorschot voor 2014 te verlagen naar 40% van de waarde van de productieafspraak voor 2014 in DBBC’s. In 2014 zal DForZo het voorschot van 40% uitbetalen in de maanden januari en april. Het overgebleven percentage dat niet wordt bevoorschot dient door de zorgaanbieder worden verkregen middels het factureren van DBBC’s. Facturen worden uitbetaald nadat de voorschotten en uitbetaalde afrekeningen van voorgaande jaren zijn verrekend met alle goedgekeurde facturen. Aangezien DForZo ervoor heeft gekozen de zorginstellingen al vroeg in het jaar te bevoorschotten, worden geen rentelasten vergoed voor het aantrekken van vreemd vermogen. Gelet op het ingevoerde transitiemodel (zie beleidsregel van de NZa) is de zorgaanbieder verplicht om in 2014 in DBBC’s te factureren. Het transitiemodel gaat uit van (een stapsgewijze) afbouw van het vangnet in Budgetparameters. Voor de zorgaanbieders wordt hiermee de noodzakelijkheid (en verplichting) van factureren in DBBC’s verder benadrukt.
3.1.4
Tijdslijn DBBC Hieronder ziet u een overzicht met data wanneer welke informatie opgeleverd dient te worden in het kader van DBBC’s. DBBC’s 1 DBBC factuur
Inhoud Aantal DBBC declaraties 2 DBBC’s die op 30-6-2014 nog Onderhanden werk niet zijn afgesloten en en afgesloten maar afgesloten maar nog niet nog niet gefactureerde DBBC’s. gefactureerde DBBC’s ultimo juni 2014. 3 DBBC’s die op 31-12-2014 Onderhanden werk nog niet zijn afgesloten en en afgesloten maar afgesloten maar nog niet nog niet gefactureerde DBBC’s. gefactureerde DBBC’s ultimo 2014. 4 DBBC’s die op 31-12-2014 Onderhanden werk nog niet zijn afgesloten en en afgesloten maar afgesloten maar nog niet nog niet gefactureerde DBBC’s. gefactureerde DBBC’s ultimo 2014.
Wanneer Bij afsluiting van de DBBC. 1 augustus 2014 Zonder controle verklaring van de accountant
1 februari 2015 Zonder controle verklaring van de accountant 1 februari 2015 Met controle verklaring van de accountant
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
3.2
Registratie
3.2.1
Productieregistratie De niet-justitiële FPC’s dienen in 2014 de tbs-productie te registreren in MITS. Daarnaast worden de niet-justitiële FPC’s gevraagd om de prestatie-indicatoren conform de particuliere FPC’s in MITS te registreren. MITS is een registratieverplichting voor de Niet-Justitiële FPC’s, particuliere FPC’s en de Rijks FPC’s. In MITS dienen alle patiëntgegevens over een tbs-gestelde juist, volledig en tijdig worden opgenomen. MITS 1 Registratie productie MITS
Inhoud
Wanneer
Gerealiseerde productie (in dagen) Aantal eerste opnames
28 dagen na einde maand
3.2.2
Prestatie-indicatoren De prestatie-indicatoren DJI hebben betrekking op de tbs met dwangverpleging en gelden al voor de justitiële particuliere en rijks-FPC’s. Deze prestatie-indicatoren zijn uitgewerkt in de handleiding P&C 2014 particuliere Forensisch Psychiatrische Centra.
3.2.3
Verantwoording Aanvullend op de in dit document opgenomen informatie met betrekking op de Inkoop van Forensische zorg dient u voor de tbs-productie middels de tbsverantwoordingsheet (anders dan de verantwoordingssheets voor de overige FZ/tenders) te worden verantwoord. Hierbij dienen de gegevens uit MITS als uitgangspunt. Nacalculatie geschiedt conform de systematiek voor de particuliere FPC’s (zie hiervoor de P&C handleiding particuliere FPC 2014). Deze dient voorzien te zijn van een door de accountant af te geven verklaring. De verklaring met de verantwoordingsheet over het jaar 2014 dient voor 1 juni 2015 ontvangen te zijn. De verantwoordingsheet TBS en het daarbij behorende protocol worden gepubliceerd op www.forensischezorg.nl
Pagina 33 van 35
DEFINITIEF | Handleiding Financiering en Registratie 2014 | 20 september 2013
Bijlage 1
Forensische zorg titels
Forensische zorg kan worden verleend op basis van de volgende titels: 1
Zorg zonder strafrechtelijke machtiging (art. 37 jo 39 Sr);
Tbs 2 3 4 5
met dwangverpleging tbs met dwangverpleging (art. 37a jo 37b Sr); tijdelijke plaatsing naar een psychiatrisch ziekenhuis (art. 13 Bv); overplaatsing naar een psychiatrisch ziekenhuis (art. 14 Bv) tbs met proefverlof (art. 51 Bv);
Zorg als voorwaarde bij beslissing Rechter, Openbaar Ministerie of Kroon 6 voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege (art. 38g Sr); 7 tbs met voorwaarden (art. 38a Sr); 8 voorwaardelijke veroordeling (art. 14a Sr); 9 sepot met voorwaarden (art. 167/ 244 Sv); 10 schorsing voorlopige hechtenis met voorwaarden (art. 80 Sv); 11 strafbeschikking met aanwijzingen (art. 257a lid 3 Sv.) 12 voorwaardelijke invrijheidsstelling met bijzondere voorwaarden (art. 15a Sr); 13 voorwaardelijke gratieverlening (art. 13 Gratiewet jo. 558 Sv); Zorg in het kader van Forensisch Psychiatrisch Toezicht 14 fept proefverlof 15 fept voorwaardelijke beëindiging Zorg in detentie, tijdens tenuitvoerlegging vrijheidsstraf of ISD-maatregel 16 overbrenging vanuit Gevangeniswezen naar psychiatrisch ziekenhuis (art. 15 lid 5 Pb); 17 overbrenging vanuit Gevangeniswezen voor hulpverlening (art. 43 Pbw); 18 plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders met voorwaarden (art. 38m Sr jo art. 38p Sr); 19 plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (art. 38m Sr jo art. 44 b t/m 44 q Pm); 20 penitentiair programma met zorg (art. 15 lid 2 Pbw); 21 interne overplaatsing naar penitentiair psychiatrisch centrum in het gevangeniswezen (art. 15 Pbw); 22 poliklinische verrichtingen door ggz in het gevangeniswezen (art. 42 Pbw); Diagnostiek 23 verdiepingsdiagnostiek 24 plaatsing ten behoeve van pro-justitia rapportage (art. 196/ 317 Sv); Zorg zonder strafrechtelijke titel 25 voorgenomen indicatiestelling
Pagina 35 van 35