Inleiding Als Teletop-beheerder zorgt u voor de randvoorwaarden van het gebruik van Teletop. U maakt bijvoorbeeld gebruikers en vaksites aan. Uw werkzaamheden als beheerder zijn onder te verdelen in 2 type taken:
Incidentele taken; dit zijn taken die u meestal verricht vóórdat uw school met Teletop aan de slag gaat.
Terugkerende taken; dit zijn taken die u één of meerdere keren per jaar zult uitvoeren. Deze handleiding behandelt de mogelijkheden die alleen de Teletop-beheerder heeft. Deze mogelijkheden zijn aanvullend op de mogelijkheden van een docent. Het is daarom raadzaam ook kennis te nemen van de docentenhandleiding. U zult uw beheerderstaken voornamelijk verrichten in het Learning Management System (LMS). Daarnaast kunt u een aantal van uw taken verrichten op de startpagina van Teletop.
Wat kan ik als beheerder op de startpagina? (zie "Startpagina" op pagina 4) Wat kan ik in het LMS? (zie "Learning Management System" op pagina 13)
3
Startpagina De startpagina kent meerdere tabbladen. Deze tabbladen kunnen worden onderverdeeld in 3 categorieën:
tabbladen die u op de startpagina vult, tabbladen die u vanuit het LMS vult tabbladen die automatisch, vanuit vaksites, worden gevuld Als beheerder kunt u de startpagina aanpassen, bijvoorbeeld door tabbladen uit te zetten of deze een andere naam te geven.
Een Teletop-omgeving heeft standaard één startpagina. Het is echter mogelijk meerdere startpagina's te gebruiken.
Figuur 1: Tabbladen van de startpagina
Tabbladen die u op de startpagina vult
Op het tabblad Nieuws kunt uw nieuwsberichten, inschrijvingen, polls en enquêtes voor de hele school plaatsen.
Op het tabblad Bronnen kunt u bestanden waar de hele school bij mag plaatsen. Op het tabblad Forums kunt u een forum waar de hele school aan mag deelnemen plaatsen. Het is mogelijk om de toegang tot deze items te beperken tot één of meer gebruikersrollen, zoals docenten, leerlingen gasten of niet ingelogde gebruikers.
Met de additionele module 'Virtuele servers' kunt u items bijvoorbeeld ook per lokatie beschikbaar stellen.
Tabbladen die u vanuit het LMS vult
Het tabblad Vaksitecatalogus geeft gebruikers zicht op alle vaksites binnen uw Teletopomgeving die niet zijn gearchiveerd. Dit betekent niet dat zij elke vaksite kunnen bekijken. Een gebruiker kan alleen vaksites openen waaraan hij is gekoppeld of die publiek toegankelijk zijn.
Op het tabblad Vaksites staan alle vaksites waaraan een gebruiker is gekoppeld. Als beheerder maakt u vaksites aan en koppelt u minimaal de docent(en) aan deze vaksite. Daarnaast kunt u bepalen of gebruikers zich mogen in- en uitschrijven op vaksites. Tabbladen die automatisch worden gevuld
Het tabblad Nieuwe items wordt gevuld met nieuwe items uit de vaksites die aan een gebruiker zijn gekoppeld.
4
Op het tabblad Studiewijzers worden, voor één week of dag, de regels uit de studiewijzers van de aan een gebruiker gekoppelde vaksites getoond.
Op het tabblad Taken worden de in vaksites gegeven of uit te voeren opdrachten getoond. Het tabblad Digitaal portfolio / Dapter toont de wijzigingen in het portfolio van de gebruiker en biedt toegang tot het eigen portfolio en portfolio's van anderen. Deze tabbladen worden automatisch gevuld met items die docenten (en in mindere mate leerlingen) in de vaksites (of het portfolio) plaatsen.
Als beheerder kunt u vaste kolommen voor de studiewijzer opgeven, waarmee alle docenten moeten werken. Dit maakt het tabblad Studiewijzers overzichtelijker, maar beperkt de docent in zijn vrijheid. Het Teletop
dpf
(Digitaal portfollio) wordt in het schooljaar 2010/2011 vervangen
door Dapter®. Zowel Dapter als het Teletop
dpf
zijn alleen beschikbaar als uw school deze heeft
aangeschaft.
Hoe pas ik de startpagina aan? (zie "Instellingen startpagina" op pagina 6) Hoe kan ik meerdere startpagina's gebruiken? (zie "Virtuele servers" op pagina 72) Hoe beheer ik het tabblad 'Nieuws'? (zie "Tabblad 'Nieuws' beheren" op pagina 7) Hoe beheer ik het tabblad 'Bronnen'? (zie "Tabblad 'Bronnen' beheren" op pagina 11) Hoe beheer ik het tabblad 'Forums'? (zie "Tabblad 'Forums' beheren" op pagina 12) Hoe maak ik een vaksite? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15) Hoe stel ik vaste kolommen voor de studiewijzer in? (zie "Tabblad 'Course settings'" op pagina 56) Wat zijn de taken van een Teletop-beheerder? (zie "Inleiding" op pagina 3) Hoe werkt het Teletop LCMS? (zie "Teletop LCMS" op pagina 77)
5
Instellingen startpagina Wanneer u als beheerder bent ingelogd ziet u, ongeacht op welk tabblad u zich bevindt, in de balk de knop
Instellingen. Wanneer u op deze knop klikt, heeft u een aantal mogelijkheden:
U kunt de naam en opmaak van de startpagina wijzigen. U kunt de anonieme toegang tot de startpagina instellen. U kunt tabbladen aan-/uitzetten en hernoemen. Naam en opmaak In het veld Welkom tekst navigatie balk kunt u de tekst opgeven die links boven op de pagina te staan als een gebruiker nog niet is aangemeld. In het veld Titel startpagina voert u de tekst in die op de startpagina in het hoofdmenu komt te staan.
Figuur 2: Teksten in het hoofdmenu
Uit de lijsten Afbeelding links en Afbeelding rechts kunt u een afbeelding selecteren (bijvoorbeeld het logo van uw school) die u links en / of rechts in het hoofdmenu wilt tonen. De afbeeldingen die u hier kunt selecteren, geeft u in het LMS op in het menuonderdeel Opmaak. Toegang Met de instelling Toegang tot de startpagina kunt u bepalen of een gebruiker die zich nog niet heeft aangemeld de tabbladen Nieuws en Bronnen mag zien. Wanneer dit mag, zet u deze instelling op Iedereen heeft toegang (inclusief leesrechten voor niet-geregistreerde personen). Mag die niet, dan kiest u voor Alle geregistreerde gebruikers. Tabbladen Voor elk tabblad, op het tabblad Nieuws na, kunt u aangeven of u het tabblad wilt Tonen of Verbergen. Wanneer u een tabblad verbergt, is deze voor alle docenten en leerlingen niet zichtbaar. Daarnaast kunt een tabblad een andere naam geven voor zowel de Engelse als Nederlandse taal.
Wanneer u de naam van een tabblad verandert, komt deze niet meer overeen met de handleiding. Dit geldt ook voor de docentenhandleiding.
De wijzigingen worden doorgevoerd als u op de knop
Opslaan klikt.
Hoe voeg ik afbeeldingen toe? (zie "Opmaak" op pagina 72) Wat kan ik als beheerder op de startpagina? (zie "Startpagina" op pagina 4)
6
Tabblad 'Nieuws' beheren Op het tabblad Nieuws kunt u 4 type items aanmaken:
nieuwsberichten inschrijvingen polls enquête
Voor elk van deze type items is een apart formulier beschikbaar. Elk formulier biedt u, onder het kopje Toegang, de mogelijkheid om het item alleen beschikbaar te stellen voor een bepaalde gebruikersrol. Zo kunt u bijvoorbeeld een nieuwsbericht plaatsen, dat alleen voor docenten zichtbaar hoeft te zijn. Om een item aan te maken, kiest u in de balk voor de optie
Nieuw. De 4 type items verschijnen
onder deze optie. Klik op het gewenste type om het bijbehorende formulier te openen.
Figuur 3: Mogelijke items op het tabblad 'Nieuws'
Alle items die u aanmaakt kunt u bewerken, kopiëren en verwijderen. Dit zijn basishandelingen van Teletop. Daarnaast kunt u alle items archiveren.
Hoe werkt het formulier 'nieuws'? (zie "Formulier 'nieuws'" op pagina 7) Hoe werkt het formulier 'inschrijvingen'? (zie "Formulier 'inschrijvingen'" op pagina 8) Hoe werkt het formulier 'polls'? (zie "Formulier 'polls'" op pagina 9) Hoe werkt het formulier 'enquêtes'? (zie "Formulier 'enquêtes'" op pagina 9) Hoe (de)archiveer ik een item? (zie "Item (de-)archiveren" op pagina 10) Wat kan ik als beheerder op de startpagina? (zie "Startpagina" op pagina 4)
Formulier 'nieuws' Het formulier voor een nieuwsbericht op de startpagina kan worden onderverdeeld in 2 delen:
Inhoud Instellingen
7
Inhoud U dient minimaal in het veld Onderwerp de naam van het nieuwsbericht in te vullen. Een uitgebreide omschrijving van dit onderwerp kunt u geven in het veld Beschrijving. Hiervoor heeft u de tekstbewerker ter beschikking. Het is ook mogelijk om een Weblink en een Bijlage(n) (bestanden) aan uw nieuwsbericht te hangen. Dit doet u in de gelijknamige velden en dit is een basishandeling van Teletop. Instellingen Het is mogelijk om een bericht automatisch te archiveren. Hiervoor vinkt u de optie Automatisch archiveren aan. Standaard gebeurt dit na 3 dagen. U kunt ook voor 10 dagen kiezen of zelf een datum opgeven. Daarbij kunt u gebruik maken van de datumkiezer (
).
Bij het bewerken van het formulier is één extra veld beschikbaar: Wijzigingsdatum niet aanpassen om huidige sortering te behouden. Deze staat standaard aan, waardoor het nieuwsbericht na bewerken niet bovenaan de pagina komt te staan bij de sortering op wijzigingsdatum.
Wanneer uw school beschikt over de additionele module 'Virtuele servers', dan kunt u vanaf de 'hoofd'-startpagina van uw school een nieuwsbericht op de startpagina's van alle virtuele servers plaatsen. Hiervoor vinkt u de optie Item op alle virtuele servers plaatsen aan.
Het kan een half uur duren voordat het item op alle virtuele servers terug te vinden is. Hoe (de)archiveer ik een item? (zie "Item (de-)archiveren" op pagina 10) Hoe beheer ik het tabblad 'Nieuws'? (zie "Tabblad 'Nieuws' beheren" op pagina 7)
Formulier 'inschrijvingen' Het formulier om een nieuwe inschrijving op de startpagina te maken, kan worden onderverdeeld in 3 delen:
een toelichting op de inschrijving de keuzemogelijkheden instellingen met betrekking tot de inschrijving Toelichting op inschrijving In het veld Onderwerp vult u de naam van de inschrijving in. De toelichting op de inschrijving kunt u in het veld Beschrijving invoeren. Hierbij kunt u gebruik maken van de tekstbewerker. Het is ook mogelijk om een Weblink en een Bijlage(n) (bestanden) aan uw inschrijving te hangen. Dit doet u in de gelijknamige velden en dit is een basishandeling van Teletop. Keuzemogelijkheden Uit de lijst Aantal kiest u het aantal keuzemogelijkheden. Dit kunnen er maximaal 50 zijn. Voor elke keuzemogelijkheid worden er 3 velden getoond:
8
In het veld Beschrijving keuzemogelijkheid vult u de naam van de keuzemogelijkheid in.
In het veld Plaatsen voert u het maximum aantal gebruikers in dat deze optie mag kiezen. Uit de lijsten Minimaal verplicht aantal keuzes en Maximaal toegestaan aantal keuzes kiest u hoeveel keuzes een gebruiker minimaal moet en maximaal mag maken. Instellingen Wanneer u de optie Deadline aanvinkt, kunt een een datum opgeven voor wanneer een gebruiker zich ingeschreven moet hebben. U kunt hierbij gebruik maken van de datumkiezer (
).
U kunt het ook mogelijk maken dat gebruikers hun inschrijving mogen wijzigen tot en met een bepaalde datum. Vink hiervoor de optie Leerling mag aanmelding wijzigen tot en met aan en geef de datum op. U kunt hierbij gebruik maken van de datumkiezer (
).
Wanneer u niet wilt dat gebruikers elkaars inschrijving zien, vinkt u de optie Aanmeldingen alleen zichtbaar voor beheerders aan.
Hoe (de)archiveer ik een item? (zie "Item (de-)archiveren" op pagina 10) Hoe beheer ik het tabblad 'Nieuws'? (zie "Tabblad 'Nieuws' beheren" op pagina 7)
Formulier 'polls' Het formulier om een nieuwe poll op de startpagina aan te maken, kan worden onderverdeeld in 2 delen:
een toelichting op de poll de keuzemogelijkheden Toelichting In het veld Onderwerp vult u de naam van de poll in. De toelichting op de poll kunt u in het veld Beschrijving invoeren. Hierbij kunt u gebruik maken van de tekstbewerker. Keuzemogelijkheden Uit de lijst Aantal kiest u het aantal keuzemogelijkheden. Dit kunnen er maximaal 10 zijn. Voor elke keuzemogelijkheid worden er één veld getoond. In het veld Beschrijving keuzemogelijkheid vult u de keuzemogelijkheid in.
Hoe (de)archiveer ik een item? (zie "Item (de-)archiveren" op pagina 10) Hoe beheer ik het tabblad 'Nieuws'? (zie "Tabblad 'Nieuws' beheren" op pagina 7)
Formulier 'enquêtes' Op de startpagina kun u enquêtes aanbieden aan geregistreerde gebruikers, maar ook aan niet geregistreerde gebruikers. Dit laatste houdt in dat iemand geen account hoeft te hebben om de enquete in te kunnen vullen. Denk bijvoorbeeld aan de bezoekers van een open dag. Het formulier om enquêtes mee te maken is gelijk aan het formulier dat een docent in een vaksite beschikbaar heeft. Raadpleeg voor meer informatie de docentenhandleiding.
9
Hoe (de)archiveer ik een item? (zie "Item (de-)archiveren" op pagina 10) Hoe beheer ik het tabblad 'Nieuws'? (zie "Tabblad 'Nieuws' beheren" op pagina 7)
Item (de-)archiveren Standaard ziet een gebruiker, als hij bijvoorbeeld op het tabblad Nieuws op de startpagina zit, de actuele items. U kunt ook een archief maken, waar een gebruiker oude items kan bekijken. Om een item naar het archief te verplaatsen, vinkt u het aan en kiest in de balk voor
Selectie >
Archiveren. Er verschijnt een dialoog waarin u deze actie moet bevestigen. Alle items die u aanvinkt worden hiermee gearchiveerd. Gearchiveerde items kunnen worden bekeken door uit de lijst Toon: voor Archief te kiezen. Vanuit het archief kunt u berichten ook weer dearchiveren. Dit gaat op dezelfde manier als het archiveren, alleen kiest u nu voor
Selectie >
Dearchiveren.
Hoe beheer ik het tabblad 'Nieuws'? (zie "Tabblad 'Nieuws' beheren" op pagina 7)
10
Tabblad 'Bronnen' beheren Op het tabblad Bronnen kunt u bestanden plaatsen die u beschikbaar wilt stellen aan de hele school, eventueel beperkt tot gebruikers met een bepaalde rol (zoals docenten). Om een nieuwe bron toe te voegen, klikt u op de knop
Nieuw.
Bovenaan het formulier staat de lijst Categorie. Een categorie is een label waarmee u uw bronnen kunt sorteren. Heeft u nog geen categorie aangemaakt, dan kiest u uit de lijst de optie Nieuw. Rechts naast de lijst verschijnt een invoerveld waar u de naam van de nieuwe categorie kunt opgeven. Heeft u bij een eerdere bron een categorie aangemaakt, dan kunt u deze uit de lijst selecteren. U dient minimaal in het veld Onderwerp de naam van de bron in te vullen. Een uitgebreide omschrijving van de bron kunt u geven in het veld Beschrijving. Hiervoor heeft u de tekstbewerker ter beschikking. De bron zelf kan een weblink of een bestand zijn. Deze kunt u in de velden Weblink en Bijlage(n) opgeven. Om toegang tot de bron te beperken tot gebruikers met een bepaalde rol, vinkt u de gewenste rol(len) aan onder het kopje Toegang. Alle bronnen die u aanmaakt kunt u bewerken, kopiëren en verwijderen. Dit zijn basishandelingen van Teletop.
Wat kan ik als beheerder op de startpagina? (zie "Startpagina" op pagina 4)
11
Tabblad 'Forums' beheren Op het tabblad Forums kunt u discussies starten waaraan de hele school kan deelnemen, eventueel beperkt tot gebruikers met een bepaalde rol (zoals docenten). Om een nieuw forum toe te voegen, klikt u op de knop
Nieuw forum.
U dient minimaal in het veld Onderwerp de naam van het forum in te vullen. Een uitgebreide omschrijving van het forum geeft u in het veld Beschrijving. Hiervoor heeft u de tekstbewerker ter beschikking. Tot slot kunt u in het veld Bijlage(n) één of meer bestanden aan het forum koppelen. Om toegang tot het forum te beperken tot gebruikers met een bepaalde rol, vinkt u de gewenste rol(len) aan onder het kopje Toegang. Wanneer u een forum heeft aangemaakt, kunnen gebruikers binnen dit forum onderwerpen plaatsen en op onderwerpen reageren. Daarnaast kan een gebruiker ook op een reactie reageren. Hoe dit moet staat in de docentenhandleiding van Teletop. Als beheerder kunt u alle onderwerpen en reacties bewerken en verwijderen. Dit gebeurt volgens de basishandelingen van Teletop.
Wat kan ik als beheerder op de startpagina? (zie "Startpagina" op pagina 4)
12
Learning Management System Het Learning Management System, afgekort tot LMS, is een onderdeel van Teletop waar alleen een beheerder toegang tot heeft. U kunt het LMS wordt openen door in het Ga naar menu voor Learning Management System te kiezen. Teletop kent 3 soorten beheerders:
De rol 'Beheerder' heeft toegang tot het volledige LMS De rol 'Helpdesk' heeft toegang tot de menuonderdelen Wachtwoord wijzigen en Digitale Portfolio's.
De rol 'Administratie' is een uitbreiding op de rol 'Helpdesk'. Zo heeft deze rol ook toegang tot de menuonderdelen Vaksitebeheer, Inschrijvingen, Accountaanvragen en Sjablonen. De hierboven genoemde menuonderdelen zijn bereikbaar vanuit het Hoofdmenu van het LMS. Vanuit dit menu zijn de terugkerende taken uit te voeren. De incidentele taken die vanuit het LMS verricht kunnen worden (bereikbaar vanuit het menuonderdeel Beheer), zijn alleen voor de rol 'Beheerder' beschikbaar.
Welke terugkerende taken zijn er? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14) Welke incidentele taken zijn er? (zie "Incidentele taken LMS" op pagina 48) Wat doet een Teletop-beheerder? (zie "Inleiding" op pagina 3)
13
Terugkerende taken LMS Wanneer u via het Ga naar menu het Learning Management System opent, ziet u de menuonderdelen van uw terugkerende taken. Een aantal van deze menuonderdelen zult u misschien niet gebruiken, omdat die voor uw school niet van toepassingen zijn. Het menuonderdeel Postvakken is bijvoorbeeld alleen interessant als u met het interne berichtensysteem van Teletop werkt.
Figuur 4: Menuonderdelen terugkerende taken
De menuonderdelen zijn onderverdeeld in 3 categorieën:
onderdelen die met vaksites te maken hebben zijn groen onderdelen die met accounts te maken hebben zijn blauw overige menuonderdelen hebben de bruine kleur
Het Teletop
dpf
(Digitaal portfollio) wordt in het schooljaar 2010/2011 vervangen door Dapter®.
Het Dapter beheer is als apart onderdeel via het Ga naar-menu te benaderen. De menonderdelen Digitale portfolio's en Sjablonen te zijner tijd komen te vervallen. Via het menuonderdeel Beheer komt u in het menu voor uw incidentele taken terecht.
Hoe maak ik vaksites aan? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15) Hoe verwerk ik inschrijvingen? (zie "Inschrijvingen" op pagina 32) Hoe maak ik accounts aan? (zie "Accountbeheer" op pagina 33) Hoe keur ik accountaanvragen goed? (zie "Accountaanvragen" op pagina 43) Hoe wijzig ik een wachtwoord? (zie "Wachtwoord wijzigen" op pagina 44) Hoe geef ik een gebruiker een digitaal portfolio? (zie "Digitale portfolio's" op pagina 44) Hoe maak ik een digitaal portfolio? (zie "Sjablonen" op pagina 45) Kan ik de postvakken van gebruikers controleren? (zie "Postvakken" op pagina 46)
14
Wat kan ik in het LMS? (zie "Learning Management System" op pagina 13)
Vaksitebeheer In het menuonderdeel Vaksitebeheer kunt u nieuwe vaksites maken, of bestaande vaksites bewerken. Per vaksite bepaalt u welke accounts (gebruikers) toegang tot de vaksite hebben en onder welke rol. U kunt nieuwe vaksites in Teletop aanmaken, maar er zijn ook diverse mogelijkheden om vaksites te importeren. Wanneer een vaksite niet meer gebruikt wordt, kunt u deze verwijderen. Het is echter ook mogelijk om een vaksite te archiveren. Hierdoor is deze niet meer toegankelijk voor docenten en leerlingen, maar kunnen docenten wel (vanuit een nieuwe vaksite) items kopiëren. Daarnaast kunt u de vaksite ook weer dearchiveren, zodat de deelnemers er weer bij kunnen. Het archiveren van een vaksite gaat op dezelfde manier als het archiveren van een item op het tabblad Nieuws van de startpagina. Wanneer u een bestaande vaksite wilt bewerken, archiveren of verwijderen, moet u eerst op basis van zoekcriteria deze vaksite vinden.
Hoe maak ik een nieuwe vaksite aan? (zie "Nieuwe vaksite" op pagina 17)
Hoe werkt het geavanceerd zoeken? (zie "Geavanceerd zoeken" op pagina 30)
Hoe zoek ik bestaande vaksites? (zie "Vaksite zoeken" op pagina 15) Hoe (de)archiveer ik items? (zie "Item (de-)archiveren" op pagina 10) Op welke manier kan ik vaksites importeren? (zie "Importeren" op pagina 23) Hoe maak ik een vaksite op basis van een bestaande vaksite? (zie "Vaksitesjabloon / -kopie" op pagina 23)
Hoe kan ik vaksites exporteren? (zie "Exporteren" op pagina 31) Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
Vaksite zoeken Wanneer u op zoek bent naar een bestaande vaksite, kunt u deze zoeken op code of naam en/of op basis van filtermogelijkheden. Hierbij zijn er 3 vaste filters, die u niet kunt aanpassen, en 1 tot 3 filters die u zelf op kunt geven. Vaste filters De filter Jaar is een systeemvariabele waar u als beheerder waarden voor op kunt geven. De naam van de variabele kunt u niet aanpassen. De filter Status bevat standaard waarden, die te maken hebben met de status van vaksite:
In wachtrij: het duurt maximaal een half uur voordat een vaksite wordt aangemaakt Actief: de vaksite is toegankelijk voor de deelnemers en de vaksite kent geen begindatum Gepland: de actuele datum ligt vóór de begindatum van de vaksite. Gestart: de vaksite heeft een begin- en einddatum en de actuele datum ligt hiertussen. Beeïndigd: de actuele datum ligt na de einddatum van de vaksite
15
Gearchiveerd: de vaksite is niet meer toegankelijk voor de deelnemers, maar docenten kunnen wel items uit de vaksite kopiëren vanuit een actieve vaksite. In de filter Docenten staan alle gebruikers die als docent aan één of meer vaksites zijn gekoppeld. Filters die u op kunt geven In Teletop kunt u maximaal 3 CourseKeys opgeven. Een CourseKey is een variabele met een naam en één of meer waarden. Bij het aanmaken van een vaksite kunt u voor elke CourseKey één of meer waarden opgeven. U bepaalt zelf de inhoud van de CourseKeys.
Een CourseKey komt pas terug in een filter als deze aan minimaal één vaksite is gekoppeld. Nieuwe CourseKeys kunnen ook aan bestaande vaksites worden gekoppeld.
Figuur 5: Voorbeeld filters Vaksitesbeheer
In de afbeelding hierboven zijn de CourseKeys 'Vak', 'Locatie' en 'Niveau' in gebruik. Gevonden vaksites kunt u bewerken, door op de knop
vóór de vaksite te klikken. Het formulier
dat opent is hetzelfde als het formulier voor een nieuwe vaksite, met een aantal velden al ingevuld. U kunt een gevonden vaksite ook bekijken, door op de naam van de vaksite te klikken. De vaksite opent in een nieuw scherm en u heeft hierin dezelfde rechten als de docent.
In de kolom Laatst gewijzigd ziet u wanneer de laatste wijziging in de vaksite heeft plaatsgevonden. Op basis van deze informatie kunt u overwegen om een vaksite te archiveren of verwijderen.
Hoe maak of bewerk ik de filters voor vaksites? (zie "Systeemvariabelen voor vaksites" op pagina
Hoe maak ik een nieuwe vaksite? (zie "Nieuwe vaksite" op pagina 17)
66)
Hoe (de)archiveer ik items? (zie "Item (de-)archiveren" op pagina 10) Kan ik ook geavanceerd zoeken? (zie "Geavanceerd zoeken" op pagina 30) Hoe exporteer ik zoekresultaten? (zie "Exporteren" op pagina 31) Hoe werkt het menuonderdeel 'Vaksitebeheer'? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
16
Nieuwe vaksite Om een nieuwe vaksite aan te maken, klikt u in het menuonderdeel Vaksitebeheer op de knop Nieuw. Er opent een formulier met 3 tabbladen:
Op het tabblad Kenmerken geeft u onder andere de naam en code van de vaksite op; Op het tabblad Authorisaties bepaalt u welke gebruikers er toegang tot de vaksite hebben;
Op het tabblad Instellingen kunt u een aantal instellingen voor de vaksite opgeven. De tabbladen worden afzonderlijk toegelicht.
Wat kan ik op het tabblad 'Kenmerken'? (zie "Tabblad 'Kenmerken'" op pagina 17) Wat kan ik op het tabblad 'Authorisaties'? (zie "Tabblad 'Authorisaties'" op pagina 19) Wat kan ik op het tabblad 'Instellingen'? (zie "Tabblad 'Instellingen'" op pagina 22) Hoe werkt het menuonderdeel 'Vaksitebeheer'? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
Tabblad 'Kenmerken' Op het tabblad Kenmerken kunt u een aantal kenmerken van de vaksite opgeven. Deze zijn globaal gezien onder te verdelen in 3 categorieën:
Code en naam (verplicht) Filters, waarmee u een vaksite terug kunt vinden Instellingen met betrekking tot inschrijven. Code en naam In het veld Code moet u een unieke code voor de vaksite invoeren. Het is aan te bevelen om een bepaald formaat voor deze code af te spreken. De vaksitecode mag alleen cijfers, letters en de karakters '-' of '_' bevatten (geen spatie!). Daarnaast mag de code maximaal 30 karakters lang zijn.
Bij het handmatig aan maken van een vaksite, wordt automatisch de identificatiecode (id) voor deze vaksite gegenereerd. Deze bestaat uit de code van het geselecteerd jaar is opgegeven (op te geven bij de systeemvariabele Years)+de code van de vaksite.
In het veld Naam vult u de naam van de vaksite in. Deze naam is zichtbaar voor (gekoppelde) docenten en leerlingen. Een vaksitenaam hoeft niet uniek te zijn. Filters De lijst Jaar bevat de waarden van de systeemvariabele Years. Deze waarde wordt getoond op de tabbladen Vaksitecatalogus en Vaksites op de startpagina. U kunt ook de waarde Geen uit deze lijst selecteren.
17
Onder de lijst Jaar staan de CourseKeys met de bijbehorende waarden. De waarden die van toepassing zijn op de nieuwe vaksite kunt u aanvinken.
Figuur 6: Tabblad 'Kenmerken', met fictieve CourseKeys
Inschrijvingen Het is mogelijk om een Start- en einddatum voor de vaksite op te geven. Deze data zijn indicatief. Daarnaast kunt u een Inschrijvingsperiode voor de vaksite opgeven. Wanneer u bij de serverinstellingen heeft ingesteld dat gebruikers zich mogen inschrijven, kunnen deze zicht op het tabblad Vaksites op de startpagina zich tussen de opgegeven data voor deze vaksite inschrijven. Vinkt u de optie Automatische verwerking van inschrijvingsaanvragen aan, dan krijgt een gebruiker automatisch toegang tot de vaksite. Laat u de optie uit staan, dan dient u onder het menuonderdeel Inschrijvingen de verschillende inschrijvingen goed te keuren. In het veld Mededelingen kunt u een mededeling geven die bij het inschrijven op een vaksite zichtbaar is. De tekst die u invoert in het veld Beschrijving is te bekijken via de kenmerken van een vaksite. Gebruikers kunnen deze kenmerken bekijken door op het tabblad Vaksites op de startpagina op de code van een vaksite te klikken.
18
Hoe stel ik systeemvariabelen, zoals CourseKeys, in? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65) Wat kan ik op het tabblad 'Authorisaties'? (zie "Tabblad 'Authorisaties'" op pagina 19) Wat kan ik op het tabblad 'Instellingen'? (zie "Tabblad 'Instellingen'" op pagina 22) Hoe maak ik een nieuwe vaksite? (zie "Nieuwe vaksite" op pagina 17)
Tabblad 'Authorisaties' Op het tabblad Authorisaties bepaalt u de toegang tot de vaksite. Daarnaast kunt u een aantal rechten voor de docent(en) van de vaksite instellen. Deelnemers koppelen Wanneer u de toegang tot de vaksite wilt beperken tot een aantal gebruikers, kunt u deze onder 4 rollen aan de vaksite koppelen:
Gebruikers met de rol Docenten kunnen invulling aan de vaksite geven De mogelijkheden van gebruikers met de rol Flexibele rechten worden door de 'docent' ingesteld. Per menuonderdeel in de vaksite kunnen de rechten gelijk zijn aan de van de 'docent' of die van de 'leerling'.
De docent bepaalt wat gebruikers met de rol Leerlingen binnen de vaksite moeten doen, zoals bijvoorbeeld het inleveren van opdrachten.
Gebruikers met de rol Gasten kunnen binnen de vaksite kijken, maar geen actieve bijdrage leveren.
U kunt in de serverinstellingen aangeven of u u gebruik wilt maken van de rol 'Flexibele rechten'. Daarnaast kun u hier ook de terminologie door voor 'docent' en 'leerling' in de vaksite wordt gebruikt wijzigen.
Wanneer er 'leerlingen' of 'gasten' aan de vaksite zijn gekoppeld, kunt u met de knoppen Leerlingen>Gasten en Gasten>Leerlingen in één keer deze gebruikers van rol laten veranderen. Bijvoorbeeld als deze gebruikers eerst alleen maar mogen kijken en vanaf een bepaald moment aan de slag mogen.
19
Om een gebruiker onder een rol toe te voegen, klikt u rechts naast de rol op de knop
Selecteer
... Er opent een zoekscherm waarmee u de in Teletop geregistreerde gebruikers kunt vinden.
Figuur 7: Gevonden gebruikers kunnen worden geselecteerd
Bij het zoeken naar gebruikers kunt u gebruiker maken van filters. Voor gebruikers is er een standaard filter Gebruikers, met daarin de rollen waaronder accounts in Teletop kunnen worden aangemaakt. Daarnaast kunt u zelf maximaal 4 filters definiëren. Dit zijn de systeemvariabelen UserGroup en UserKey1 t/m UserKey3. Toegang vergroten of beperken Bij de instelling Toegang tot deze cursus kunt u op een aantal manieren de toegang tot de vaksite vergroten of beperken, ten opzichte van de gebruikers die aan de vaksite zijn gekoppeld:
Met de optie Iedereen heeft toegang (inclusief leesrechten voor nietgeregistreerde personen) kunt u de vaksite ook toegankelijk maken voor gebruikers zonder account. Zij kunnen deze als gast bekijken via de url (het adres) van de vaksite.
Wilt u de vaksite voor alle gebruikers toegankelijk maken, dan kiest u voor de optie Alle geregistreerde personen.
Indien u in de serverinstellingen heeft opgegeven dat u hiervan gebruik wilt maken, staan deze vaksites op het tabblad Vaksites van de startpagina onder het kopje Publiek toegankelijke vaksites.
Met de optie Alle deelnemers (standaardinstelling) hebben de aan de vaksite gekoppelde gebruikers toegang tot deze vaksite.
20
Wanneer u de optie Alleen docenten en gebruikers met flexibele rechten kiest, hebben alleen gebruikers die onder de rol Docenten of Flexibele rechten aan de vaksite zijn gekoppeld, toegang tot de vaksite.
Met de optie Alleen docenten hebben alleen gebruikers die onder de rol Docenten aan de vaksite zijn gekoppeld toegang tot deze vaksite. U kunt deze instelling altijd later veranderen. Flexibele rechten Wanneer u gebruikers onder Flexibele rechten heeft toegevoegd, kunt u met de instelling Toon gebruikers met flexibele rechten bij deelnemers en berichtformulier deze gebruikers tonen in het menuonderdeel Deelnemers (binnen de vaksite). Instellingen voor Docenten Er zijn 5 instellingen waarmee u een aantal rechten kunt bepalen, voor gebruikers die onder de rol Docenten aan de vaksite zijn gekoppeld. Met de eerste 2 instellingen kunt u een deel van het werk, dat u als beheerder op dit tabblad doet, bij de docent neerleggen. Dit kunnen zij in het menuonderdeel Deelnemers van de vaksite.
Docenten mogen leerlingen/ gasten toevoegen en verwijderen Docenten mogen gebruikers met flexibele rechten toevoegen en verwijderen Wanneer u de optie Gebruikers met flexibele rechten mogen beoordelen aanvinkt, kunnen gebruikers met deze rol opdrachten, toetsen, etc. beoordelen. Daarbij heeft u de keuze uit Alle opdrachten en studenten of Toegewezen opdrachten en studenten. Wanneer u deze laatste optie kiest, kunt u in de vaksite per opdracht kiezen of deze door een gebruiker met de flexibele rol beoordeeld mag worden.
Wanneer u de optie Docenten mogen de kolomtitels van de studiewijzer aanpassen aangevinkt laat, kan elke docent een eigen format voor de studiewijzer hanteren. U kunt deze functie ook voor alle vaksites uitzetten.
Met de optie Docenten mogen de cursus archiveren geeft u docenten zelf de mogelijkheid om een vaksite te archiveren.
Alleen beheerders kunnen vaksites dearchiveren.
Hoe stel ik systeemvariabelen, zoals UserKeys, in? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65)
Hoe wijzig ik de terminologie voor 'docent' en 'leerling'? (zie "Tabblad 'Course settings'" op
Hoe stel ik in dat ik publiek toegankelijke vaksites wil gebruiken? (zie "Tabblad 'Other'" op pagina
Wat kan ik op het tabblad 'Kenmerken'? (zie "Tabblad 'Kenmerken'" op pagina 17)
Hoe zet ik het gebruik van 'Flexibele rechten' aan of uit? (zie "Tabblad 'Course settings'" op pagina 56) pagina 56)
62)
Wat kan ik op het tabblad 'Instellingen'? (zie "Tabblad 'Instellingen'" op pagina 22) Hoe (de)archiveer ik vaksites? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
21
Tabblad 'Instellingen' Op het tabblad Instellingen kunt u een aantal instellingen voor de vaksite opgeven. Wanneer u de vaksite baseert op een andere vaksite heeft u extra instellingen beschikbaar. Standaard instellingen In het veld Taal kiest u de taal (English of Dutch / Nederlands) die standaard binnen de vaksite moet gelden. De docent kan dit nog veranderen. Door de optie Gebruik klassenboekfunctionaliteit aan te vinken, kan de docent vanuit deze vaksite studiewijzerregels in een 'klassenboek' plaatsen. Daarnaast is het mogelijk om vanuit het oogpunt van de klas een geaggregeerde studiewijzer voor alle vaksites te bekijken.
Deze functionaliteit maakt gebruik van de systeemvariabele UserGroup. Hier moet de klas in ondergebracht zijn.
Het is mogelijk om bij het werken met een klassenboek speciale activiteiten te definiëren, zoals bijvoorbeeld 'proefwerk' of 'overhoring'. Dit kan worden gebruikt om de studiebelasting van een klas te bewaken. Extra instellingen Indien u een vaksite baseert op een andere vaksite, heeft u een aantal extra instellingen ter beschikking. Met de instelling Kopieer de inhoud en instellingen van ... kopiëert u de aanwezige items en gemaakte instellingen naar de nieuwe vaksite. Aanvullend kunt u met de instelling Kopieer doelgroepen en doelgroeprelaties de aanwezige doelgroepen en de items waaraan deze zijn gekoppeld kopiëren. Is er bijvoorbeeld een workflow opgenomen in de vaksite dan wordt deze meegenomen.
Hoe maak ik een vaksite op basis van een bestaande vaksite? (zie "Vaksitesjabloon / -kopie" op
Hoe richt ik systeemvariabelen in? (zie "Systeemvariabelen voor accounts" op pagina 68)
pagina 23)
Hoe definiëer ik speciale activiteiten? (zie "Tabblad 'Course settings'" op pagina 56) Wat kan ik op het tabblad 'Kenmerken'? (zie "Tabblad 'Kenmerken'" op pagina 17) Wat kan ik op het tabblad 'Authorisaties'? (zie "Tabblad 'Authorisaties'" op pagina 19) Hoe maak ik een nieuwe vaksite? (zie "Nieuwe vaksite" op pagina 17)
22
Vaksitesjabloon / -kopie Wanneer u een vaksite bewerkt, heeft u de mogelijkheid om een nieuwe vaksite te maken op basis van de vaksite die u bewerkt. U ziet dan in de balk de knop
Nieuwe vaksite op basis van ...
Figuur 8: Vaksite op basis van bestaande vaksite
Behalve voor het kopiëren van een bestaande vaksite, kunt u deze functionaliteit ook inzetten om met vaksitesjablonen te werken. Een vaksitesjabloon is een vaksite die u deels heeft ingesteld, zoals bijvoorbeeld het aan- of uitzetten van bepaalde menuonderdelen. In het kopie van de vaksite worden de deelnemers en hun resultaten niet meegenomen.
U kunt ook bij het importeren van vaksites gebruik maken van een vaksitesjabloon.
Nadat u op de de knop
Nieuwe vaksite op basis van ... heeft geklikt, komt u op hetzelfde
formulier terecht als bij het aanmaken van een nieuwe vaksite.
Hoe maak ik een nieuwe vaksite? (zie "Nieuwe vaksite" op pagina 17) Hoe importeer ik vaksites? (zie "Importeren" op pagina 23) Hoe werkt het menuonderdeel 'Vaksitebeheer'? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
Importeren Behalve het handmatig aanmaken van vaksites en het handmatig koppelen van accounts aan deze vaksites, kent Teletop 4 importmogelijkheden. Deze zijn te vinden in de balk onder de optie Importeren.
Met de optie
Vaksites kunt u, op basis van een csv-bestand, vaksites aanmaken en
eventueel aan bestaande accounts koppelen.
Met de optie
Studiewijzers kunt u, op basis van een csv-bestand, studiewijzers
aanmaken voor één of meer bestaande vaksites.
Met de optie
Authorisaties kunt u, op basis van een csv-bestand, bestaande accounts
aan bestaande vaksites (of assessments) (ont)koppelen.
23
Met de optie
IMS enterprise kunt u, met een xml-bestand, accounts,
gebruikersprofielen, en vaksites aanmaken en toegang tot vaksites bepalen. IMS enterprise is een internationale standaard.
Om met deze laatste optie te kunnen werken, moet u in de serverinstellingen een IMS enterprise configuratie hebben opgegeven.
Voor het importeren wordt er gewerkt met een wachtrij. Het bestand wordt opgepakt wanneer de server er tijd voor heeft. In de meeste gevallen kunt u er vanuit gaan, dat het bestand binnen één uur wordt verwerkt. Kolom-id's Bij het importeren van csv-bestanden is elke rij een entiteit, zoals een vaksite, studiewijzerregel of authorisatie. In de verschillende kolommen kunt u de inhoud, instellingen en authorisaties voor deze entiteit opgeven. Elke kolom heeft hierbij een unieke identificatie; de zogenaamde kolom-id (bijvoorbeeld '[role]' voor de gebruikersrol). De volgorde van deze kolommen maakt niet uit, zolang bovenaan de kolom-id maar is opgenomen. Daarnaast moeten verplichte kolommen in het importbestand aanwezig zijn. Importlog Elke importmogelijkheid heeft een 'logboek' (Importlog) waar u de status en de details van uw imports terug kunt vinden. Zolang een bestand in de wachtrij staat, ziet u onder het kopje Importlog het icoon
vóór het
bestand. Wanneer de import succesvol is verlopen, ziet u dit aan het icoon hebben voorgedaan tijdens de import, ziet u het icoon
. Wanneer zich problemen
.
Om de details van een import te bekijken, klikt u op de datum van de import in de kolom Toegevoegd.
Hoe maak ik een nieuwe vaksite? (zie "Nieuwe vaksite" op pagina 17) Hoe importeer ik vaksites? (zie "Vaksites import" op pagina 24) Hoe importeer ik studiewijzers? (zie "Studiewijzers import" op pagina 27) Hoe importeer ik authorisaties? (zie "Autorisaties import" op pagina 29) Hoe importeer ik een IMS enterprise bestand? (zie "IMS enterprise import" op pagina 30) Hoe geef ik een IMS enterprise configuratie op? (zie "IMS enterprise configuratie" op pagina 53) Hoe werkt het menuonderdeel 'Vaksitebeheer'? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
Vaksites import Het is mogelijk om, op basis van een csv-bestand, vaksites te importeren. Dit biedt bijna dezelfde mogelijkheden als het aanmaken van een vaksite in Teletop. Dit houdt in dat u ook deelnemers met de import aan vaksites kunt koppelen.
24
Bepaal voordat u vaksites gaat importeren eerst de systeemvariabelen (Years, CourseKeys). Neem daarnaast kennis van de velden bij het aanmaken van een vaksite in Teletop.
Wanneer u voor het eerst vaksites wilt importeren, kunt u gebruik maken van een voorbeeldbestand. Dit bestand kunt u vinden door in het menuonderdeel Vaksitebeheer voor Importeren >
Vaksites te kiezen. Klik op de link Import+ Vaksites+Teletop+7_5.csv. om
het voorbeeldbestand te openen. Dit gebeurt meestal in Microsoft Excel. Het (voorbeeld)bestand bestaat uit een aantal kolommen. In de bovenste regel wordt een toelichting op elke kolom gegeven. Daaronder staat voor elke kolom de kolom-id. Wanneer een kolom meerdere waarden mag bevatten, plaatst u tussen elke waarde een tilde ('~'). Kolom
In formulier
Waarde(n)
ID*
n.v.t.
de unieke identificatie van deze vaksite (tekst, zonder spaties en speciale karakters op '-' en '_' na)
Code*
Code
tekst, zonder spaties en speciale karakters op '-' en '_' na
Naam *
Naam
tekst
Jaar*
Jaar
dient overeen te komen met één van de aanwezige waarden voor de systeemvariabele Years
Fase
opgegeven naam voor
dient overeen te komen met één van de
Phases
aanwezige waarden voorde systeemvariabele Phases
CourseKey1
opgegeven naam voor
één of meer waarden van CourseKey1
Coursekey1 CourseKey2
opgegeven naam voor
één of meer waarden van CourseKey2
Coursekey2 CourseKey3
opgegeven naam voor
één of meer waarden van CourseKey3
Coursekey3 Startdatum
Startdatum
dd-mm-jjjj
Einddatum
Einddatum
dd-mm-jjjj
Startdatum inschrijving
Inschrijvingsperiode, veld
dd-mm-jjjj
25
1 Einddatum inschrijving
Inschrijvingsperiode, veld
dd-mm-jjjj
2 Automatische
Automatische verwerking
verwerking
van
inschrijvingen
inschrijvingsaanvragen
Klassenboek
Gebruik
'1' = ja, leeg = nee
'1' = ja, leeg = nee
klassenboekfunctionalitei t Mededelingen
Mededelingen
tekst
Beschrijving
Beschrijving
tekst
Docenten
Docenten
gebruikersnaam van in Teletop geregistreerde gebruiker
Flexibele rechten
Flexibele rechten
gebruikersnaam van in Teletop geregistreerde gebruiker
Leerlingen
Leerlingen
gebruikersnaam van in Teletop geregistreerde gebruiker
Gasten
Gasten
gebruikersnaam van in Teletop geregistreerde gebruiker
Anonieme toegang
Iedereen heeft toegang
'1' = ja, leeg = nee
(inclusief leesrechten voor niet-geregistreerde personen) Alleen toegang voor
Alleen docenten
'1' = ja, leeg = nee
Docenten mogen
'1' = ja, leeg = nee
docenten Toevoegen deelnemers
leerlingen/ gasten toevoegen en verwijderen Aanpassen kolomtitels
Docenten mogen de
'1' = ja, leeg = nee
kolomtitels van de studiewijzer aanpassen Archiveren
Docenten mogen de
'1' = ja, leeg = nee
26
cursus archiveren Taal
Taal
'nl' of 'en'
Bron ID
n.v.t.
geef de ID (samengevoegd code jaar + code vaksite) op van de vaksite op basis waarvan u een nieuwe vaksite wilt maken. Items uit deze vaksite worden gekopiëerd. Wanneer de Code van een vaksite al bestaat (bij een update), wordt er niets met deze Bron ID gedaan.
Doelgroepen
Kopieer doelgroepen en
overnemen uit bron-
doelgroeprelaties
'1' = ja, leeg = nee
vaksite
* verplicht
Door in een veld de waarde '' op te nemen, kunt u dit veld via de import leeg maken.
Om het bestand te importeren, klikt u op de knop Browse of Bladeren en selecteert u het bestand van uw computer. Klik vervolgens op de knop
Importeren om de het importbestand in
de wachtrij te zetten. Onder het kopje Importlog kunt u de status en details van uw imports bekijken. U kunt een geïmporteerde vaksite altijd bewerken.
Het is mogelijk om van bestaande vaksites een exportbestand te genereren, dat u vervolgens kunt gebruiken om bestaande vaksites via deze import te bewerken.
Hoe maak ik een vaksite in Teletop aan? (zie "Nieuwe vaksite" op pagina 17) Hoe geef ik systeemvariabelen op? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65) Wat is de code van een jaar? (zie "Systeemvariabelen voor vaksites" op pagina 66) Wat zie ik in het importlog? (zie "Importeren" op pagina 23) Hoe exporteer ik vaksites? (zie "Exporteren" op pagina 31) Welke importmogelijkheden zijn er nog meer? (zie "Importeren" op pagina 23)
Studiewijzers import Het is mogelijk om, op basis van een csv-bestand, studiewijzers voor vaksites aan te maken. Dit biedt bijna dezelfde mogelijkheden als het aanmaken van een studiewijzer in de vaksite zelf.
27
Wanneer u voor het eerst vaksites wilt importeren, kunt u gebruik maken van een voorbeeldbestand. Dit bestand kunt u vinden door in het menuonderdeel Vaksitebeheer voor Importeren >
Studiewijzers te kiezen. Klik op de link
Import+Studiewijzerregels+Teletop+7_5.csv. om het voorbeeldbestand te openen. Dit gebeurt meestal in Microsoft Excel. Het (voorbeeld)bestand bestaat uit een aantal kolommen. In de bovenste regel staat welke inhoud de kolom moet hebben. Kolom
Toelichting
Vaksite ID*
de code van het geselecteerde jaar + de vaksitecode van vaksite waarin de studiewijzer moet worden aangemaakt
Regelnummer
numeriek
Datum
dd-mm-jjjj, start- en einddatum geeft u op door 2 data met een tilde ('~') ertussen in te voeren, bijvoorbeeld '01-01-2007~08-01-2007'
Tekst kolom 1
tekst die voor de de regel in kolom 1 moet komen te staan
Tekst kolom 2
tekst die voor de de regel in kolom 1 moet komen te staan
Tekst kolom 3
tekst die voor de de regel in kolom 1 moet komen te staan
Tekst kolom 4
tekst die voor de de regel in kolom 1 moet komen te staan
Link naar subpagina kolom 1
'1' = ja, leeg = nee
Link naar subpagina kolom 2
'1' = ja, leeg = nee
Link naar subpagina kolom 3
'1' = ja, leeg = nee
Link naar subpagina kolom 4
'1' = ja, leeg = nee
* verplicht Om het bestand te importeren, klikt u op de knop Browse of Bladeren en selecteert u het bestand van uw computer. Klik vervolgens op de knop
Importeren om het bestand in de
wachtrij te zetten. Onder het kopje Importlog kunt u de status en details van uw imports bekijken.
28
Hoe achterhaal ik de code van een geselecteerd jaar? (zie "Systeemvariabelen voor vaksites" op
Wat zie ik in het importlog? (zie "Importeren" op pagina 23)
pagina 66)
Welke importmogelijkheden zijn er nog meer? (zie "Importeren" op pagina 23)
Autorisaties import Het is mogelijk om met een import gebruikers aan één of meer vaksites toe te voegen of te verwijderen.
Wanneer uw school het Assessment center heeft aangeschaft, kunt u met deze import gebruikers ook aan een assessment (ont)koppelen.
Om gebruikers te koppelen, kiest u in het menuonderdeel Vaksitebeheer voor
Importeren >
Autorisaties. Bij het importeren van autorisaties kunt u gebruik maken van een voorbeeldbestand. Klik op de link Import+Autorisaties+Teletop+7_5.csv om het voorbeeldbestand te openen. Het voorbeeldbestand bestaat uit een aantal kolommen. In de bovenste regel staat welke inhoud de kolom moet hebben. Alle velden zijn verplicht. Kolom
Waarde
Gebruikersnaam
bestaande gebruikersnaam
Objectcode
vaksite: de identificatiecode van de vaksite assessment: assessmentcode
Type
'e' (=vaksite) of 'a' (=assessment)
Mutatiecode
'i' (=toevoegen) of 'd' (=verwijderen)
Gebruikersrol
't' (=docent), 'c' (=flexibele rechten), 's' (=leerling) of 'g' (=gast)
Om het bestand te importeren, klikt u op de knop Browse of Bladeren en selecteert u het bestand van uw computer. Klik vervolgens op de knop
Importeren om het bestand in de
wachtrij te zetten. Onder het kopje Importlog kunt u de status en details van uw imports bekijken.
Het is mogelijk om van bestaande vaksites een exportbestand te genereren, dat u vervolgens kunt gebruiken om bestaande vaksites via deze import te bewerken.
Wat is de identificatiecode van een vaksite? (zie "Tabblad 'Kenmerken'" op pagina 17) Wat zie ik in het importlog? (zie "Importeren" op pagina 23)
29
Hoe exporteer ik autorisaties? (zie "Exporteren" op pagina 31) Welke importmogelijkheden zijn er nog meer? (zie "Importeren" op pagina 23)
IMS enterprise import IMS enterprise is een internationale standaard voor het uitwisselen van gebruikersgegevens en lidmaatschappen.
Gebruik deze importmogelijkheid alleen als u een pakket heeft dat volgens deze specificatie exporteert.
Voordat u een bestand volgens de IMS specificatie kunt importeren, dient u eerst een IMS configuratie op te geven. Dit doet u in het menuonderdeel Serverinstellingen. Om een bestand te importeren, kiest u in het menuonderdeel Vaksitebeheer voor >
Importeren
IMS enterprise. U kunt gebruik maken van een voorbeeldbestand. Klik op de link
Import+imse.xml om het voorbeeldbestand te openen. Om het bestand te importeren, klikt u op de knop Browse of Bladeren en selecteert u het bestand van uw computer. Kies uit de lijst IMS Enterprise configuratie de door u aangemaakte configuratie en klik vervolgens op de knop
Importeren om het bestand in de wachtrij te zetten. Onder het kopje Importlog
kunt u de status en details van uw imports bekijken.
Hoe maak ik een IMS enterprise configuratie? (zie "IMS enterprise configuratie" op pagina 53) Wat zie ik in het importlog? (zie "Importeren" op pagina 23) Welke importmogelijkheden zijn er nog meer? (zie "Importeren" op pagina 23)
Geavanceerd zoeken Wanneer u direct vanuit Vaksitebeheer zoekt, kunt u uit een aantal keuzelijsten één waarde selecteren. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken naar alle vaksites van één docent voor een bepaald jaar. Het is echter ook mogelijk om een bredere zoekopdracht te geven. Hiervoor klikt u op de knop Geavanceerd zoeken. Het formulier dat opent kan worden onderverdeel in 3 categorieën:
docenten systeemvariabelen gearchiveerde vaksites Docenten Aan het veld Docenten kunt u gebruikers toevoegen, die als docent aan de vaksites die u zoekt moeten zijn gekoppeld. Hiervoor klikt u op de knop
Selecteer docenten.
Standaard staat de waarde Alle in dit veld. In dat geval maakt het niet uit wie er als docent aan de vaksite is gekoppeld.
30
Systeemvariabelen U kunt ook zoeken op waarden van de in gebruik zijnde systeemvariabelen, zoals bijvoorbeeld de systeemvariabele Years. Door de waarde van een systeemvariabele aan te vinken, wordt deze aan de zoekopdracht meegegeven. Met de optie Alle (de)selecteert u alle waarden van een systeemvariabele. Bij de in gebruik zijnde CourseKeys, kunt u instellen of de zoekresultaten Minimaal één van deze waarden gekoppeld moeten hebben, of dat de zoekresultaten moeten voldoen aan de Exacte selectie. Gearchiveerde vaksites Met het veld Gearchiveerde Vaksites bepaalt u in welke mate gearchiveerde vaksites in de zoekresultaten terug moeten komen. Kiest u voor Inclusief, dan kunnen ook gearchiveerde vaksites gevonden worden. Wanneer u voor Exclusief kiest, kan dit niet. Tot slot kunt u met de optie Uitsluitend opgeven dat u alleen gearchiveerde vaksites wilt vinden. Zoeken Klik op de knop
Zoeken om uw zoekopdracht uit te voeren. Indien de zoekresultaten niet naar
wens zijn, kunt u uw zoekopdracht met de knop
Verfijn zoekopdracht aanpassen.
Op de zoekresultaten kunnen dezelfde acties uitgevoerd worden als bij het eenvoudig zoeken.
Wat kan ik met de zoekresultaten? (zie "Vaksite zoeken" op pagina 15) Hoe werkt het menuonderdeel 'Vaksitebeheer'? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
Exporteren Het is mogelijk gevonden vaksites te exporteren volgens hetzelfde formaat dat wordt gebruikt voor het importeren van vaksites. Hiervoor kiest u in de actiebalk voor voor
Vaksites of
Exporteren en vervolgens
Autorisaties.
Bij het exporteren van vaksites wordt het veld Beschrijving leeg gelaten. Dit veld kan namelijk opmaak bevatten.
Er wordt een csv-bestand gegenereerd dat u kunt opslaan op uw computer. De opmaak van dit bestand is conform het importbestand van hetzelfde type. Hierdoor is het mogelijk om hetzelfde bestand, na eventuele aanpassingen, opnieuw te importeren.
Om het exportbestand geschikt te houden voor import, wordt gecontroleerd of het in de serverinstellingen opgegeven scheidingsteken (bijvoorbeeld de puntkomma) zich in één of meer van de velden bevindt. In dit geval wordt dit teken hier verwijderd.
Microsoft Excel verwijdert standaard nullen die vooraan een getallenreeksen staan. Stel voor de kolom Jaar de categorie in op Tekst om hier toch mee te kunnen werken.
Hoe is het exportbestand voor Vaksites opgebouwd? (zie "Vaksites import" op pagina 24)
31
Hoe is het exportbestand voor Autorisaties opgebouwd? (zie "Autorisaties import" op pagina 29) Hoe zoek ik naar vaksites? (zie "Geavanceerd zoeken" op pagina 30) Hoe zie ik welk scheidingsteken is ingesteld? (zie "Tabblad 'Im-/export'" op pagina 50) Hoe werkt het menuonderdeel 'Vaksitebeheer'? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
Inschrijvingen Het menuonderdeel Inschrijvingen gebruikt u als u heeft ingesteld dat gebruikers zich kunnen inschrijven op vaksites. Dit doen zij dan op het tabblad Vaksites op de startpagina. Daarnaast kunt u in dit menuonderdeel achterhalen aan welke vaksites gebruikers zijn gekoppeld.
U kunt inschrijvingen ook automatisch verwerken!
Wanneer u het menuonderdeel opent, ziet u de verschillende vaksites waarvoor er inschrijvingsaanvragen open staan. Deze vaksites staan gesorteerd op de systeemvariabele CourseKey1 (bijvoorbeeld 'vak'). U kunt ook uit de lijst één waarde van deze CourseKey selecteren. Alle vaksites met een andere waarde voor deze CourseKey ziet u dan niet. Om één of meer inschrijvingsaanvragen voor een vaksite goed- of af te keuren, opent u de vaksite door in de kolom Jaar om de link vóór de vaksite te klikken. Voor elke gebruiker kunt u de aanvraag Goedkeuren of Afkeuren. Hiervoor vinkt u in de gelijknamige kolom het vakje vóór of achter de gebruiker aan. U kunt ook alle aanvragen in één keer goed- of afkeuren. Hiervoor klikt u op de knop Alles goedkeuren of Alles Afkeuren. Klik op de knop
Opslaan om de inschrijvingsaanvragen af te ronden. Gebruikers waarvan de
aanvraag is goedgekeurd hebben vanaf dit moment toegang tot de vaksite. Gebruikers waarvan de aanvraag is afgekeurd krijgen hier een automatisch gegenereerd e-mailbericht over.
Totdat u een aanvraag heeft goedgekeurd, kan een gebruiker zijn inschrijvingsaanvraag annuleren.
Behalve het afhandelen van inschrijvingsaanvragen, kunt u in de menuonderdeel ook achterhalen aan welke vaksites een gebruiker is gekoppeld. Hierbij wordt de volgende onderverdeling gemaakt:
om te zien aan welke vaksites een gebruiker als docent is gekoppeld, klikt u in de balk op de knop
Docenten in vaksites
om te zien aan welke vaksites een gebruiker als leerling is gekoppeld, klikt u in de balk op de knop
Leerlingen in vaksites
om te zien aan welke vaksites een gebruiker als gast is gekoppeld, klikt u in de balk op de knop
Gasten in vaksites
Gebruikers staan in één van bovenstaande overzichten alfabetisch op achternaam gesorteerd. Om de vaksites te zien waaraan de gebruiker is gekoppeld, klikt u op het plusje vóór de naam van deze gebruiker.
32
U kunt altijd weer terug naar het overzicht van inschrijvingen, door in de balk op de knop Inschrijvingen te klikken.
Wat is een systeemvariabele? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65)
Welke terugkerende taken zijn er nog meer? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
Hoe verwerk ik inschrijvingen automatisch? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15) Hoe maak ik automatisch gegenereerde e-mailberichten op? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65)
Accountbeheer Wanneer een persoon gebruik wil maken van Teletop, moet hij een account hebben. Een account bestaat onder andere uit een gebruikersnaam en wachtwoord, maar bijvoorbeeld ook uit de rol van deze gebruiker. Het account speelt een belangrijke rol voor wat betreft beveiliging. Het zorgt er voor dat niet iedereen zomaar in uw Teletop-omgeving kan en dat ook binnen Teletop onderscheid kan worden gemaakt welke onderdelen wel en niet getoond moeten worden. Een leerling heeft bijvoorbeeld niets te zoeken in het LMS.
Het is mogelijk om (inlog)gegevens te versleutelen via SSL. Teletop wordt dan benaderd via het HTTPS-protocol.
Daarnaast wordt op basis van het account zichtbaar gemaakt wie een item heeft toegevoegd. Ongewenste berichten plaatsen in bijvoorbeeld een forum is hierdoor niet mogelijk. In het menuonderdeel Accountbeheer kunt u nieuwe accounts aanmaken, bewerken of verwijderen. Accounts kunt u in Teletop aanmaken, maar u kunt deze ook importeren. Bijvoorbeeld vanuit uw administratiepakket. Voor bestaande accounts kunt u ook het gebruikersprofiel en de persoonlijke instellingen van de gebruiker inzien. Daarnaast ziet u wanneer deze gebruiker voor het laatst heeft ingelogd.
De gegevens m.b.t. het laatste inlogmoment van een gebruiker worden 's nachts geactualiseerd.
Figuur 9: Voorbeeld van accountbeheer
33
Wanneer u een account wilt bekijken, bewerken of verwijderen, moet u het account eerst opzoeken. Hierbij kunt u direct zoeken met de getoonde zoekcriteria, maar het is ook mogelijk om gebruik te maken van het
Geavanceerd zoeken.
Hoe maak ik een nieuw account aan? (zie "Nieuw account maken" op pagina 34)
Hoe importeer ik accounts? (zie "Accounts importeren" op pagina 38)
Hoe zoek, bekijk en bewerk ik bestaande accounts? (zie "Accounts zoeken en bewerken" op pagina 36)
Hoe importeer ik gebruikersprofielen? (zie "Gebruikersprofielen importeren" op pagina 40) Hoe werkt het geavanceerd zoeken? (zie "Geavanceerd zoeken" op pagina 41) Hoe kan ik accounts exporteren? (zie "Exporteren" op pagina 42) Hoe kan ik gebruikersprofielen exporteren? (zie "Exporteren" op pagina 42) Hoe gebruik ik SSL voor mijn omgeving? (zie "Tabblad 'General'" op pagina 49) Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
Nieuw account maken In Teletop kunt u, één voor één, accounts aanmaken. Wanneer u veel accounts moet maken, kost dit erg veel tijd. Wij raden u aan in dit geval te kijken naar de mogelijkheden van het importeren van accounts. Om een nieuw account aan te maken, klikt u in het menuonderdeel Accountbeheer op de knop Nieuw. Er verschijnt een formulier, waarvan de meeste velden voor zich spreken. Een aantal velden verdienen een nadere toelichting. Uit de lijst Gebruikersrol kunt u de rol van de gebruiker aangeven. Deze rol kunt u gebruiken bij het zoeken naar gebruikers, maar bepaalt ook de toegang tot onderdelen van Teletop.
de rol Beheerder heeft toegang tot alle onderdelen van Teletop de rol Administratie heeft beperket toegang tot het LMS en geen toegang tot het LCMS de rol Helpdesk kan in het LMS wachtwoorden wijzigen en heeft geen toegang tot het LCMS
de rol Docent heeft geen toegang tot het LMS, maar via de vaksite wel toegang tot het LCMS
de rol Leerling heeft geen toegang tot het LMS en LCMS de rol Gast heeft geen toegang tot het LMS, LCMS en de persoonlijke functionaliteiten (gebruikersprofiel, portfolio, kalender, berichten) en kan niet zien wie er online is
34
De Gebruikersnaam is na het aanmaken van de gebruiker niet wijzigbaar en mag alleen maar uit letters, cijfers en de karakters '-' (minteken), '_' (underscore) en '.' (punt) bestaan. Het Wachtwoord mag niet beginnen met het teken '('.
Figuur 10: Nieuw account aanmaken
Onder de categorie Eigenschappen staan één tot 4 systeemvariabelen (UserKey1 t/m UserKey3 en UserGroup), die u als beheerder aan het account kunt toekennen. Met behulp van deze variabelen kunnen u en andere Teletop-gebruikers naar accounts zoeken. Voor de UserKeys kunt u meerdere waarden aan het account toekennen. Voor de UserGroup mag dit er maar één zijn.
35
Indien uw school beschikt over het Teletopdpf of Dapter® dan kunt u aan elke gebruiker een portfolio c.q. Dapter-omgeving toekennen. Nadat u de optie Digitaal portfolio aanmaken c.q. Dapter aanmaken heeft aangevinkt, kunt u uit de lijst Sjabloon één van de door u aangemaakte sjablonen selecteren. Bij gebruik van Dapter is het tevels mogelijk om een of meer Begeleider(s) aan een gebruiker te koppen. Hiervoor klikt u op het icoon Teletop
dpf
. N.B. Het
zal in het schooljaar 2010/2011 door Dapterworden vervangen.
Onder de categorie Rechten kunt u het inloggen voor dit account onmogelijk maken, door de optie Toegang voor deze gebruiker blokkeren aan te vinken. Daarnaast kunt u met de optie Gebruiker mag anderen uitnodigen bij eigen kalenderitems het account het recht geven om anderen uit te nodigen bij afspraken die gemaakt worden in de kalender van Teletop.
Het kan ongeveer een half uur duren voordat een blokkering actief wordt.
Alle velden met een sterretje (*) zijn verplicht. Van gebruikers die u handmatig aanmaakt, krijgt u per e-mail een bevestiging als het account is aangemaakt.
Hoe importeer ik een account? (zie "Accounts importeren" op pagina 38) Hoe pas ik de systeemvariabelen aan? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65) Hoe maak ik een portfoliosjabloon? (zie "Sjablonen" op pagina 45) Wat zijn de mogelijkheden van accountbeheer? (zie "Accountbeheer" op pagina 33)
Accounts zoeken en bewerken Om een account te kunnen bekijken, bewerken of verwijderen, dient u het eerst op te zoeken. Account zoeken In de lijst Gebruikers staan de rollen (docenten, leerlingen, etc.) van Teletop. Bij het aanmaken van een gebruiker wordt deze rol toegewezen. Daarnaast heeft u ook de keuze Geblokkeerde, waarmee u gebruikers die u heeft geblokkeerd kunt vinden.
36
U kunt gebruikers ook vinden met de systeemvariabelen UserGroup en UserKey1 t/m UserKey3. De naam en inhoud van deze variabelen kunt u als beheerder bepalen. Bij het aanmaken van een gebruiker kunt u voor elke variabele één of meerdere waarden aan een gebruiker toekennen.
Figuur 11: Voorbeeld van UserGroup en UserKeys
In de afbeelding hierboven is de UserGroup 'Klas' en de UserKeys 'Jaar' en 'Profiel' in gebruik. Voor gevonden gebruikers wordt direct de naam, de gebruikersnaam, het e-mailadres en de datum laatst ingelogd getoond. Meer informatie voor een account kan worden bekeken door op de naam van een gebruiker te klikken.
De datum laatst ingelogd wordt 's nachts bijgewerkt.
Account bekijken en bewerken Wanneer u op de naam van een account klikt, opent een scherm dat maximaal 6 tabbladen kent:
Op het tabblad Accountgegevens ziet u dezelfde velden als bij het aanmaken van een nieuw account;
De Gebruikersnaam kan niet worden gewijzigd.
De tabbladen Details en Bestanden zijn afkomstig uit het gebruikersprofiel van dit account;
De tabbladen Voorkeuren, Cursussen en Favorieten zijn afkomstig uit de persoonlijke instellingen van dit account. Als beheerder kunt u de gegevens op alle tabbladen bewerken.
37
Eigenschappen bewerken Om in één keer de toegekende systeemvariabelen voor meerdere accounts te wijzigen, vinkt u deze aan en kiest u voor
Selectie >
Eigenschappen. In het scherm dat opent geeft u aan
welke nieuwe waarde(n) u aan de selectie wilt toekennen. Account verwijderen Om een account te verwijderen vinkt u deze aan en klikt u op de knop Verwijderen. Hierdoor kan de gebruiker niet meer inloggen en wordt de gebruiker ook verwijderd uit eventueel gekoppelde vaksites.
Bij het verwijderen van een account wordt deze direct in de prullenbak geplaatst. Het kan een half uur duren voordat dit account uit alle vaksites waaraan deze deelnam is ontkoppeld.
Resultaten van een verwijderde gebruiker, in bijvoorbeeld een vaksite, blijven bewaard.
Hoe maak ik een nieuw account aan? (zie "Nieuw account maken" op pagina 34) Hoe importeer ik een account? (zie "Accounts importeren" op pagina 38) Hoe pas ik de systeemvariabelen aan? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65) Hoe exporteer ik accounts? (zie "Exporteren" op pagina 42) Wat zijn de mogelijkheden van accountbeheer? (zie "Accountbeheer" op pagina 33)
Accounts importeren Accounts kunnen in 2 formaten worden geïmporteerd:
csv xml De xml-import gebeurt volgens de IMS enterprise specificatie. Deze wordt uitgelegd bij het importeren van vaksites. De csv-import wordt hier nader toegelicht.
Bij het importeren kunt u aan gebruikers systeemvariabelen (UserGroup, UserKeys) toewijzen. Deze moeten dan wel eerst in Teletop zijn opgegeven.
Wanneer u voor het eerst accounts wilt importeren, kunt u gebruik maken van een voorbeeldbestand. Dit bestand kunt u vinden door in het menuonderdeel Accountbeheer voor Importeren >
Accounts te kiezen. Klik op de link Import+Accounts.csv. om het
voorbeeldbestand te openen. Dit gebeurt meestal in Microsoft Excel. Het (voorbeeld)bestand bestaat uit een aantal kolommen. In de bovenste regel staat een toelichting voor elke kolom. Daaronder staat een regel met de kolom-id's. Voor elke verplichte kolom moet de kolom-id in het importbestand zijn opgenomen. De volgorde van de kolommen is echter vrij.
38
Wanneer uw school is overgegaan van het Teletopdpf naar Dapter®, zullen de kolom-id's ook zijn gewijzigd.
Wanneer een kolom meerdere waarden mag bevatten, plaatst u tussen elke waarde een tilde ('~'). Kolom
tekst, zonder spaties en speciale karakters op '-' en '_' na
Wachtwoord*
tekst
E-mail*
e-mailadres
UserKey1
één of meer waarden van UserKey1, of '; om gekoppelde waarden te verwijderen.
UserKey2
één of meer waarden van UserKey2, of '; om gekoppelde waarden te verwijderen.
UserKey3
één of meer waarden van UserKey3, of '; om gekoppelde waarden te verwijderen.
UserGroup
één waarde van UserGroup
Begeleiders
(bij gebruik Dapter®) de gebruikersnamen van de accounts die als begeleider aan deze gebruiker moeten worden gekoppeld
DPF aanmaken /Dapter
'1' = digitaal portfolio aanmaken, leeg = niet aanmaken
activeren DPF sjabloon /Dapter-
wanneer u een digitaal portfolio aanmaakt de naam van het
sjabloon
portfoliosjabloon. Bij Dapter: geeft u geen sjabloon op, dan wordt het standaard sjabloon gebruikt
39
Toegang blokkeren
'1' = ja, leeg = nee
* verplicht
De meeste administratiepakketten hebben de mogelijkheid om gebruikersgegevens te exporteren. Deze exportbestanden kunt u, bijvoorbeeld in Microsoft Excel, redelijk eenvoudig omzetten naar het gewenste importformaat. Sla het bestand op als csv-bestand.
Om het bestand te importeren, klikt u op de knop Browse of Bladeren en selecteert u het bestand van uw computer. Klik vervolgens op de knop
Importeren om het bestand in de
wachtrij te zetten. Het bestand wordt opgepakt wanneer de server er tijd voor heeft. In de meeste gevallen kunt u er vanuit gaan, dat het bestand binnen één uur wordt verwerkt. U kunt een geïmporteerd account altijd bewerken. Dit kan in Teletop of met een nieuwe import. Bij een import wordt er gekeken naar de gebruikersnaam.
Het veld Gebruikersnaam kunt u niet meer wijzigen.
Importlog Zolang een bestand in de wachtrij staat, ziet u onder het kopje Importlog het icoon
vóór het
bestand. Wanneer de import succesvol is verlopen, ziet u dit aan het icoon hebben voorgedaan tijdens de import, ziet u het icoon
. Wanneer zich problemen
.
Om de details van een import te bekijken, klikt u op de datum van de import in de kolom Toegevoegd.
Hoe importeer ik IMS enterprise-bestanden? (zie "IMS enterprise import" op pagina 30) Hoe pas ik de systeemvariabelen aan? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65) Hoe exporteer ik accounts? (zie "Exporteren" op pagina 42) Hoe maak ik een portfoliosjabloon? (zie "Sjablonen" op pagina 45) Wat zijn de mogelijkheden van accountbeheer? (zie "Accountbeheer" op pagina 33)
Gebruikersprofielen importeren Het is mogelijk om de informatie op het tabblad Gegevens van het gebruikersprofiel te importeren. Hiervoor klikt u in het menuonderdeel Accountbeheer op de knop
Importeren >
Gebruikersprofielen.
De velden Foto en Icoon (avatar) kunt u niet met een import worden opgegeven.
Wanneer u voor het eerst accounts wilt importeren, kunt u gebruik maken van een voorbeeldbestand. Klik op de link Import+Gebruikersprofielen+Teletop+7_5.csv. om het voorbeeldbestand te openen. Dit gebeurt meestal in Microsoft Excel.
40
Het (voorbeeld)bestand bestaat uit een aantal kolommen. In de bovenste regel staat een toelichting voor elke kolom. Daaronder staat een regel met de kolom-id's.
De kolom-id's zijn verplicht. Daarnaast moet de kolom Gebruikersnaam voor elke rij zijn ingevuld.
Om het bestand te importeren, klikt u op de knop Browse of Bladeren en selecteert u het bestand van uw computer. Klik vervolgens op de knop
Importeren om het bestand in de
wachtrij te zetten. Het bestand wordt opgepakt wanneer de server er tijd voor heeft. In de meeste gevallen kunt u er vanuit gaan, dat het bestand binnen één uur wordt verwerkt. Importlog Zolang een bestand in de wachtrij staat, ziet u onder het kopje Importlog het icoon
vóór het
bestand. Wanneer de import succesvol is verlopen, ziet u dit aan het icoon hebben voorgedaan tijdens de import, ziet u het icoon
. Wanneer zich problemen
.
Om de details van een import te bekijken, klikt u op de datum van de import in de kolom Toegevoegd.
Voor gebruikers die nog geen gebruikersprofiel hadden, wordt er een aangemaakt. Hoe bekijk ik bestande gebruikersprofielen? (zie "Accounts zoeken en bewerken" op pagina 36) Wat zijn de mogelijkheden van accountbeheer? (zie "Accountbeheer" op pagina 33)
Geavanceerd zoeken Wanneer u direct vanuit Accountbeheer zoekt, kunt u uit een aantal keuzelijsten één waarde selecteren. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken naar alle docenten. Het is echter ook mogelijk om een bredere zoekopdracht te geven. Hiervoor klikt u op de knop Geavanceerd zoeken. Het formulier dat opent kan worden onderverdeel in 4 categorieën:
Gebruikersrol In het veld Gebruikersrol kunt u de rollen selecteren die in de zoekresultaten terug mogen komen. Standaard staat de waarde Alle in dit veld. In dat geval maakt het niet uit wie er als docent aan de vaksite is gekoppeld.
41
Systeemvariabelen U kunt ook zoeken op waarden van de in gebruik zijnde systeemvariabelen, zoals bijvoorbeeld de systeemvariabele UserGroup. Door de waarde van een systeemvariabele aan te vinken, wordt deze aan de zoekopdracht meegegeven. Met de optie Alle (de)selecteert u alle waarden van een systeemvariabele. Bij de in gebruik zijnde UserKeys, kunt u instellen of de zoekresultaten Minimaal één van deze waarden gekoppeld moeten hebben, of dat de zoekresultaten moeten voldoen aan de Exacte selectie. Geblokkeerde gebruikers Met het veld Geblokkeerder gebruikers bepaalt u in welke mate geblokkeerde gebruikers in de zoekresultaten terug moeten komen. Kiest u voor Inclusief, dan kunnen ook geblokkeerde gebruikers gevonden worden. Wanneer u voor Exclusief kiest, kan dit niet. Tot slot kunt u met de optie Uitsluitend opgeven dat u alleen geblokkeerde accounts wilt vinden. Loginperiode In het veld Laatste loginperiode kunt u een periode opgeven waarbinnen de te vinden gebruikers voor het laatste ingelogd moeten zijn geweest. Door dit criterium in uw zoekopdracht te combineren met criteria als gebruikersrol en/of de systeemvariabelen, kunt u managementinformatie krijgen over het gebruik van Teletop. Bijvoorbeeld: hoeveel docenten van lokatie x hebben de afgelopen maand ingelogd? Zoeken Klik op de knop
Zoeken om uw zoekopdracht uit te voeren. Indien de zoekresultaten niet naar
wens zijn, kunt u uw zoekopdracht met de knop
Verfijn zoekopdracht aanpassen.
Op de zoekresultaten kunnen dezelfde acties uitgevoerd worden als bij het eenvoudig zoeken.
Wat kan ik met de zoekresultaten? (zie "Accounts zoeken en bewerken" op pagina 36) Hoe exporteer ik accounts? (zie "Exporteren" op pagina 42) Hoe werkt het menuonderdeel 'Vaksitebeheer'? (zie "Vaksitebeheer" op pagina 15)
Exporteren Het is mogelijk gevonden accounts te exporteren volgens hetzelfde formaat dat wordt gebruikt voor het importeren van accounts. Hiervoor kiest u in de actiebalk voor
Exporteren >
Accounts. Daarnaast kunt u ook de gebruikersprofielen van de gevonden accounts exporteren, door voor
Exporteren >
Gebruikersprofielen te kiezen.
Bij het exporteren van gebruikersprofielen wordt het veld Iets over mijzelf niet meegenomen.
Er wordt een csv-bestand gegenereerd dat u kunt opslaan op uw computer. De opmaak van dit bestand is conform het importbestand van hetzelfde type. Hierdoor is het mogelijk om hetzelfde bestand, na eventuele aanpassingen, opnieuw te importeren.
Hoe is het exportbestand voor accounts opgebouwd? (zie "Accounts importeren" op pagina 38)
42
Hoe is het exportbestand voor gebruikersprofielen opgebouwd? (zie "Gebruikersprofielen
Hoe zoek ik naar accounts? (zie "Geavanceerd zoeken" op pagina 41)
importeren" op pagina 40)
Hoe importeer ik accounts? (zie "Accounts importeren" op pagina 38) Hoe kan ik gebruikersprofielen exporteren? (zie "Exporteren" op pagina 42) Hoe werkt het menuonderdeel 'Accountbeheer'? (zie "Accountbeheer" op pagina 33)
Accountaanvragen Wat u in het menuonderdeel Accountaanvragen kunt, is afhankelijk van uw rol:
Gebruikers met de rol Administratie kunnen een aanvraag voor een nieuwe gebruiker indienen.
Gebruikers met de rol Beheerder kunnen aangevraagde accounts goedkeuren.
Figuur 12: Overzicht accountaanvragen
Administratie Klik op de knop
Nieuw om een nieuwe accountaanvraag in te dienen. Het formulier dat opent,
is hetzelfde als bij het aanmaken van een nieuwe gebruiker onder het menuonderdeel Accountbeheer. Het enige verschil is dat er geen gebruikersnaam kan worden opgegeven. Na opslaan komt het account in het overzicht onder Aangevraagd te staan. U krijgt via e-mail bericht of een account is goedgekeurd. Beheerder Wanneer u het kopje Aangevraagd ziet staan, zijn er accounts aangevraagd. Klik op het plusje om de aanvragen te tonen en vervolgens op de naam van één account om de details te bekijken. Om een account goed- of af te keuren, klikt u op de knop
Bewerken.
Wanneer u het account goed wilt keuren, voert u een Gebruikersnaam in en klikt u op de knop Goedkeuren. Wanneer u het account niet goedkeurt, klikt u op de knop
Afkeuren.
Welke velden bevat het formulier voor een accountaanvraag? (zie "Nieuw account maken" op
Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
pagina 34)
43
Wachtwoord wijzigen Alle gebruikers die toegang hebben tot het LMS kunnen het wachtwoord van een gebruiker wijzigen. De rol Beheerder kan dit ook bij het menuonderdeel Accountbeheer, door een account te bewerken. De rollen Administratie en Helpdesk kunnen dit alleen in het menuonderdeel Wachtwoord wijzigen.
Figuur 13: Wachtwoord wijzigen
Om een wachtwoord te wijzigen, moet de Gebruikersnaam van het account worden ingevoerd. Wanneer u op de knop
Volgende klikt, wordt gekeken of deze gebruikersnaam bestaat. Indien
dit het geval is opent een formulier waar u 2 keer het nieuwe wachtwoord in moet vullen. Klik tot slot op de knop
Wachtwoord wijzigen.
Het wachtwoord mag niet beginnen met het teken '('.
Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
Digitale portfolio's
In het schooljaar 2010/2011 zal het Teletopdpf worden vervangen met Dapter®. Dit menuonderdeel zal dan komen te vervallen. Het Dapter beheer is via het gelijknamige menuonderdeel in het Ga naar-menu te benaderen.
In Teletop kan elke gebruiker één digitaal portfolio krijgen. Dit portfolio is gebaseerd op een portfoliosjabloon.
Voordat u portfolio's kunt toekennen, dient u eerst een portfoliosjabloon te maken.
Het menuonderdeel Digitale portfolio's biedt u toegang tot alle reeds toegekende digitale portfolio's. U kunt deze van hieruit openen door op de naam van een gebruiker te klikken. In het portfolio heeft u dezelfde rechten als de eigenaar. Daarnaast kunt u vanuit dit menuonderdeel portfolio's toekennen aan één of meer gebruikers. Hiervoor klikt u in de balk op de knop
Nieuw.
44
In het formulier dat opent kiest u onder het kopje Sjabloon één van de aanwezige sjablonen. De gebruikers die u op basis van dit sjabloon een portfolio wilt geven, voegt u toe door rechts van het veld Gebruikers op de knop
Selecteer gebruikers te klikken. Het standaard zoekscherm,
waarmee u gebruikers kunt vinden, wordt geopend. U kunt ook direct gebruikers toegang verlenen tot de aan te maken portfolio's. Bijvoorbeeld als de mentor van een klas toegang wilt geven. Hiervoor klikt u, rechts naast het veld Gasten (lezen en beoordelen) op de knop Klikt op de knop
Selecteer gebruikers.
Aanvragen om de portfolio's aan te maken. Dit duurt maximaal 2 uur.
Hoe maak ik een portfoliosjabloon? (zie "Sjablonen" op pagina 45) Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
Sjablonen
In het schooljaar 2010/2011 zal het Teletopdpf worden vervangen met Dapter®. Dit menuonderdeel zal dan komen te vervallen. Het Dapter beheer is via het gelijknamige menuonderdeel in het Ga naar-menu te benaderen.
Wanneer u een gebruiker in Teletop een portfolio toekent, gebeurt dit altijd op basis van een sjabloon. In dit sjabloon ligt onder andere vast:
de menuonderdelen de keuzelijsten voor een aantal menuonderdelen de rechten met betrekking tot de toegang tot het portfolio In het menuonderdeel Sjablonen kunt u bestaande sjablonen bewerken of een nieuw sjabloon aanmaken. Om een nieuw sjabloon aan te maken, klikt u in de balk op de knop
Nieuw.
Het aanmaken van een portfoliosjabloon gebeurt op 4 tabbladen. Om een beeld te krijgen wat een bepaalde instelling doet, verwijzen wij u naar de docenten handleiding. Algemeen Op het tabblad Algemeen geeft u het sjabloon een Naam en kiest u een Thema. Het thema bepaalt het uiterlijk van het portfolio. U kunt als beheerder zelf thema's toevoegen. Menu Op het tabblad Menu vinkt u de menuonderdelen die u niet wilt gebruiken uit en geeft u een menuonderdeel eventueel een andere naam. Daarnaast heeft u de instelling Gebruiker toestaan om het menu te wijzigen ter beschikking. Hiermee kan de eigenaar van het portfolio zijn eigen menu instellen. Keuzelijsten In de menuonderdelen CV, Persoonlijk activiteitenplan, Reflectie en Archief van het portfolio, biedt u één of meer keuzelijsten aan.
45
Voor elke keuzelijst geeft u als beheerder een Label op. Dit is de naam van de lijst zoals deze in het portfolio te zien zal zijn. Daarnaast heeft u de mogelijkheid om voor elk label één of meer Opties op te geven, waaruit een gebruiker kan kiezen. Wanneer u geen Opties voor een label opgeeft, moet u de optie Gebruikers toestaan nieuwe opties toe te voegen aanvinken.
Voor Onderwerpen PAP is alleen de lijst Opties hoofdonderwerpen verplicht.
Authorisaties Op het tabblad Authorisaties bepaalt u de toegang tot het portfolio en de rechten die de eigenaar hiervoor zal hebben.
Met de optie Standaard leesrechten... kunt u instellen welke type gebruiker standaard toegang heeft. Een 'geregistreerde gebruiker' is een gebruiker met een account in Teletop. De 'gebruikersgroep' zijn accounts met dezelfde waarde voor de systeemvariabele UserGroup.
Met de optie Rechten uitbreiden... bepaalt u of, en zo ja in welke rol, de eigenaar van het portfolio gebruikers mag uitnodigen. De verschillende rollen worden in de docentenhandleiding uitgelegd.
Met de optie DPF eigenaar mag niet-geregistreerde personen uitnodigen kunt u het voor de eigenaar mogelijk maken om gebruikers zonder account, bijvoorbeeld de ouders, toegang te verschaffen tot het portfolio.
Tot slot kunt u de gebruiker de mogelijkheid geven om genodigden te verwijderen. Vanaf het moment dat u op de knop
Opslaan klikt, kunt u op basis van het sjabloon portfolio's
toekennen.
Hoe ken ik portfolio's toe? (zie "Digitale portfolio's" op pagina 44) Hoe voeg ik een thema toe? (zie "Tabblad 'Themes'" op pagina 61) Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
Postvakken Vanuit het menuonderdeel Postvakken heeft u toegang tot de berichten van alle gebruikers in Teletop. Dit geeft u de mogelijkheid om steeksproefsgewijs te controleren op misbruik en zicht te houden op de omvang van de postvakken. Daarnaast kunt u meekijken met een gebruiker, wanneer deze een probleem heeft gemeld.
Wij raden u aan om, bijvoorbeeld op het tabblad Nieuws op de startpagina, gebruikers op de hoogte te stellen dat hun postvak bekeken kan worden.
Om een specifieke gebruiker te vinden, kunt u de naam van deze gebruiker invoeren in het veld Zoek op naam, of u klikt op de letter die overeenkomt met de eerste letter van de achternaam en zoekt de gebruiker in de lijst. Daarnaast kunt u in de lijst Sorteer op de sortering bepalen. U kunt hierbij kiezen voor het aantal Berichten, de Omvang en de naam van de Eigenaar.
46
Wanneer er meer dan 10 resultaten zijn, kunt u met de knoppen
en
door de resultaten
bladeren.
Hoe stel ik de maximale omvang voor de postvakken in? (zie "Tabblad 'Messaging & Calender'"
Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
op pagina 60)
Prullenbak In het menuonderdeel Prullenbak kunt u vaksites, accounts en portfolio's die u heeft weggegooid terugplaatsen of definitief verwijderen.
Figuur 14: Voorbeeld van de prullenbak
Om een item terug te plaatsen, vinkt u het aan en kiest u in de balk voor
Selectie >
Terugplaatsen. Om een item definitief te verwijderen, vinkt u het aan en kiest u in de balk voor
Selectie >
Verwijderen. U kunt ook alle items in uw prullenbak in één keer verwijderen. Hiervoor klikt u op de knop
Leegmaken.
Automatisch verwijderen Het definitief verwijderen van items gebeurt standaard automatisch na 2 dagen. Dit kun u als beheerder in de serverinstellingen aanpassen. Om de instelling alleen voor u aan te passen, klikt u de de balk op
Instellingen.
In het formulier dat opent kunt u in het veld Automatisch verwijderen ervoor kiezen om dit Uit te zetten. U kunt ook in het veld Verwijderen na # dagen het aantal dagen instellen waarna een item definitief verwijderd moet worden.
Welke terugkerende taken heeft een beheerder? (zie "Terugkerende taken LMS" op pagina 14)
47
Incidentele taken LMS Incidentele taken zijn taken die u meestal verricht vóórdat uw schoolmet Teletop aan de slag gaat. Uiteraard kunt u altijd wijzigingen doorvoeren, maar dit kan grote gevolgen hebben voor de gebruikers. Met het menuonderdeel Beheer komt u bij de incidentele taken terecht.
Figuur 15: Menuonderdelen incidentele taken
In het menuonderdeel Serverinstellingen stelt u Teletop af op uw school. Bijvoorbeeld welke persoonlijke functionaliteiten u beschikbaar wilt stellen aan de gebruikers.
In het menuonderdeel Systeemvariabelen geeft u onder andere de mogelijke zoekcriteria voor vaksites en accounts op.
In het menuonderdeel Opmaak kunt u afbeeldingen opgeven, bijvoorbeeld het logo van uw school, die binnen Teletop gebruikt kunnen worden.
Het menuonderdeel Virtuele servers is een additionele module, die alleen zichtbaar is als uw school deze heeft aangezet. Het menuonderdeel Externe tools kan in de serverinstellingen uit zijn gezet.
Daarnaast kunt u Gebruiks- en Bestandsgegevens bekijken. Met het menuonderdeel Hoofdmenu keert u terug naar de terugkerende taken.
Welke serverinstellingen zijn er? (zie "Serverinstellingen" op pagina 49) Hoe voer ik systeemvariabelen in? (zie "Systeemvariabelen" op pagina 65) Hoe kan afbeeldingen voor de opmaak toevoegen? (zie "Opmaak" op pagina 72) Hoe maak ik een virtuele server aan? (zie "Virtuele servers" op pagina 72) Hoe koppel ik een externe webapplicatie? (zie "Externe tools" op pagina 74) Hoe bekijk ik de gebruiksgegevens? (zie "Gebruiksgegevens" op pagina 75) Hoe bekijk ik de bestandsgegevens? (zie "Bestandsgegevens" op pagina 76) Wat kan ik in het LMS? (zie "Learning Management System" op pagina 13)
48
Serverinstellingen In het menuonderdeel Serverinstellingen kunt u instellingen opgeven die op uw Teletop van invloed zijn. Deze instellingen zijn onderverdeeld onder een aantal tabbladen.
Figuur 16: Tabbladen Serverinstellingen
Wij raden u aan voorzichtig te zijn bij het wijzigen van de serverinstellingen, wanneer er reeds met Teletop gewerkt wordt op uw school.
Op de diverse tabbladen kunt u de serverinstellingen bekijken. Om instellingen te wijzigen, klikt u in de balk op de knop
Bewerken.
Wat kan ik op het tabblad 'General'? (zie "Tabblad 'General'" op pagina 49)
Wat kan ik op het tabblad 'Themes'? (zie "Tabblad 'Themes'" op pagina 61)
Wat kan ik op het tabblad 'Locations'? (zie "Tabblad 'Locations'" op pagina 50) Wat kan ik op het tabblad 'Im-/export'? (zie "Tabblad 'Im-/export'" op pagina 50) Wat kan ik op het tabblad 'Regional settings'? (zie "Tabblad 'Regional settings'" op pagina 55) Wat kan ik op het tabblad 'Course settings'? (zie "Tabblad 'Course settings'" op pagina 56) Wat kan ik op het tabblad 'Account settings'? (zie "Tabblad 'Account settings'" op pagina 58) Wat kan ik op het tabblad 'DPF'? (zie "Tabblad 'Portfolio'" op pagina 60) Wat kan ik op het tabblad 'Messaging & Calender'? (zie "Tabblad 'Messaging & Calender'" op pagina 60)
Wat kan ik op het tabblad 'Other'? (zie "Tabblad 'Other'" op pagina 62) Welke incidentele taken heeft een beheerder? (zie "Incidentele taken LMS" op pagina 48)
Tabblad 'General' Wanneer u Teletop extern laat hosten, hoeft u op het tabblad General niets in te stellen. U heeft de mogelijkheid om in het veld Edition een andere editie te kiezen. Dit is met name van invloed op de terminologie binnen Teletop (bijvoorbeeld 'Vaksites' of 'Cursusomgevingen'). Daarnaast heeft de Corporate editie een aantal functionaliteiten die de overige edities niet hebben.
Het gebruik van het Digitaal portfolio en Assessment center staan los van de editie. Dit zijn aparte modules die aangeschaft kunnen worden.
Daarnaast is het mogelijk om een andere startpagina op te geven dan de Teletop-startpagina. Wanneer u dit doet, kunt u tabbladen op de standaard startpagina niet gebruiken. In het veld Startpage kunt u het adres van de andere startpagina invoeren. Laat dit veld leeg om de standaard startpagina te gebruiken.
49
In het veld Server URL hoort het adres van uw Teletop te staan. Dit adres wordt gebruikt om directe links aan te bieden in e-mails die vanuit Teletop worden verstuurt.
SSL-Support Indien de Teletop-omgeving van uw school via een subdomein van ".teletop.nl" (bijvoorbeeld: "schoolnaam.teletop.nl") wordt benaderd, zullen de ingeloggegevens standaard versleuteld verstuurd (via SSL). Gebruikt uw school een ander webadres, dan kunt u ervoor kiezen om een eigen SSL-certificaat aan te schaffen. Onder SSL-support staat aangegeven of SSL momenteel wordt gebruikt. Dit kan op 2 manieren. De optie basic versleutelt alleen de onderdelen die wachtwoorden en e-mailadressen over de lijn sturen. De optie full versleutelt alle onderdelen.
Wanneer u gebruik maakt de optie full, krijgen uw gebruikers waarschuwingsmeldingen wanneer zij vanuit Teletop materiaal van een ander domein benaderen, zoals bijvoorbeeld materiaal van een uitgever. Is dit voor uw school van toepassing, dan wordt full SSL afgeraden.
Neem contact op met de supportafdeling van Dactique B.V. wanneer u het type SSL wilt veranderen.
LDAP Indien uw school Teletop zelf host, is het mogelijk om directories zoals Microsoft AD of Novell eDirectory leidend te laten zijn voor het accountbeheer in Teletop. Hiervoor wordt het LDAPprotocol gebruikt. De diverse instellingen die hiervoor gedaan moeten worden, zullen in samenwerking met de Teletop-supportafdeling worden geconAfbeeldingerd.
Welke serverinstellingen zijn er? (zie "Serverinstellingen" op pagina 49)
Tabblad 'Locations' Op het tabblad Locations kunt u de locatie van diverse Teletop-databases opgeven. Wanneer u Teletop extern laat hosten, hoeft u hier niets in te stellen.
Welke serverinstellingen zijn er? (zie "Serverinstellingen" op pagina 49)
Tabblad 'Im-/export' Op het tabblad Im-/export kunt u globaal gezien 4 dingen:
u kunt de locatie opgeven van importbestanden u kunt afspraken voor het interpreteren van de importgegevens wijzigen u kunt de koppeling met SamenDelen.nl aan- of uitzetten u kunt een IMS enterprise configuratie opgeven
50
Lokatie bestanden In de invoervelden kunt u de lokatie opgeven naar de importbestanden, die standaard 's nachts worden ingelezen. U laat bijvoorbeeld uw administratiepakket elke nacht een bestand (volgens het juiste formaat) exporteren naar de server. Dit bestand kan dat door Teletop worden ingelezen. Het formaat voor de verschillende imports wordt bij de handmatige import beschreven.
Uw Teletop-server dient eenmalig te worden ingesteld om gebruik te kunnen maken van bovenstaande importmogelijkheid. Neem hiervoor contact op met uw Teletop-contactpersoon.
In de Higher education en Corporate edities van Teletop ziet u ook een veld End reviews. Hiermee kunt u de lokatie opgeven voor het exportbestand van de kolom Eindbeoordeling uit de administratietabel van vaksites, die in deze edities beschikbaar is.
Figuur 17: Import-/exportinstellingen
Voor alle imports wordt er een importlog aangemaakt. Deze kunt u terugvinden tussen de importlogs van eventuele handmatige imports. Voor de automatische imports wordt in de kolom Door de waarde 'System' getoond. Afspraken importbestand Er zijn een aantal afspraken met betrekking tot het interpreteren van de gegevens uit de importbestanden:
In het veld Batch import - delimiter kunt u het karakter wijzigen waarmee gegevens worden gescheiden. Bijvoorbeeld 'gebruikersnaam;wachtwoord', waarbij het karakter ';' de scheiding tussen de twee waarden aangeeft.
In het veld Batch import -multi value separator kunt u het karakter wijzigen waarmee meerdere waarden voor dezelfde variabele kunnen worden opgegeven. Bijvoorbeeld als u via import meerdere leerlingen aan een vaksite wilt hangen ('leerling1~leerling2~leerling3~etc.').
51
Uit de lijst Batch import - date format kunt u opgeven of data in het formaat dd-mmyyyy of mm-dd-yyyy worden geïmporteerd. Tot slot kunt u er voor kiezen om de importbestanden te verwijderen na import. Hiervoor zet u de instelling Batch import - delete files after import op Yes. SamenDelen SamenDelen van APS IT-diensten bevordert het uitwisselen van leermateriaal. Door de optie Allow export op Enabled te zetten, maakt u het voor uw school mogelijk om vanuit een vaksite weblinks en bestanden buiten uw Teletop-omgeving beschikbaar te stellen. Andere Teletop-gebruikers kunnen dit materiaal weer vinden door binnen de vaksite met EduRep te zoeken. Als beheerder moet u deze functionaliteit wel hebben aangezet. Daarnaast is het materiaal te vinden via http://www.samenzoeken.nl. In de velden Username en Password voert u een gebruikersnaam en wachtwoord in die van APS IT-diensten kunt krijgen.
Voor het uitwisselen van ander leermateriaal dan weblinks en bestanden (bijvoorbeeld toetsen), kunt u gebruik maken van het Teletop LCMS.
IMS enterprise configuratie Wanneer u gegevens wilt importeren volgens de IMS enterprise specificatie, dan dient u eerst in Teletop voor een aantal variabelen uit het importbestand de vertaling naar systeemvariabelen op de geven. Dit doet u door in de balk voor
New >
IMS configuration te kiezen. Het formulier
hiervoor wordt apart toegelicht.
Voor een koppeling met bijvoorbeeld het administratiepakket kan er ook gebruik gemaakt worden van IMS enterprise services. Hiermee kunnen wijzigingen in het andere pakket direct in Teletop worden doorgevoerd. Neem voor meer informatie contact op met uw Teletopcontactpersoon.
Hoe importeer ik handmatig accounts? (zie "Accounts importeren" op pagina 38)
Hoe importeer ik handmatig vaksites? (zie "Vaksites import" op pagina 24)
Hoe importeer ik handmatig gebruikersprofielen? (zie "Gebruikersprofielen importeren" op pagina 40)
Hoe importeer ik handmatig studiewijzers? (zie "Studiewijzers import" op pagina 27) Hoe importeer ik handmatig authorisaties? (zie "Autorisaties import" op pagina 29) Hoe zet ik EduRep aan? (zie "Tabblad 'Other'" op pagina 62) Wat is het Teletop LCMS? (zie "Teletop LCMS" op pagina 77) Hoe maak ik een nieuwe IMS configuratie? (zie "IMS enterprise configuratie" op pagina 53) Welke serverinstellingen zijn er? (zie "Serverinstellingen" op pagina 49)
52
IMS enterprise configuratie IMS enterprise is een internationale specificatie voor het uitwisselen van gebruikersgegevens en van lidmaatschappen. In Teletop kunt u volgens deze specificatie accounts, gebruikersprofielen, vaksites en authorisaties (toegang tot vaksites) importeren.
We raden u aan om alleen met IMS enterprise te werken als u een pakket heeft dat volgens deze specificatie exporteert.
Het importbestand is van het formaat xml (Extensible Markup Language) en bestaat uit een aantal elementen:
gebruikersgegevens worden opgegeven binnen het element 'groepen' (vaksites, UserGroup, etc.) worden opgegeven binnen het element het lidmaatschap van een groep wordt opgegeven binnen het element <membership> Per element wordt toegelicht welke waarden gebruikt worden en waar in Teletop deze terugkomen. Gebruikersgegevens De gegevens in het element komen terug in de accountgegevens en het gebruikersprofiel. De volgende elementen worden in Teletop gebruikt: element
accountbeheer
gebruikersprofiel
toelichting
*
Gebruikersnaam
-
-
<password>*
Wachtwoord
-
indien niet aanwezig wordt de gebruikersnaam als wachtwoord opgegeven
*
Voornaam
Voornaam
-
*
Achternaam
Achternaam
tussenvoegsel kunnen niet apart worden opgegeven
Geslacht
-
"1" = Vrouw, "2" = Man
<email>*
E-mail
E-mailadres
-
Gebruikersrol
-
"Student"/"Learner" = Leerling
institutionroletyp
"Mentor"/"Instructor"/"Teacher" =
e ="...">*
Docent "Guest" = Gast "Administrator" = Beheerder
<street>
-
Straat/huisnumme
straat
53
r <extadd>
-
Straat/huisnumme
huisnummer
r
-
Postcode/plaats
postcode
-
Postcode/plaats
plaats
-
Telefoon
-
type="voice"> * verplicht Vaksites en systeemvariabelen Met het element kunnen vaksites worden aangemaakt en kan er een relatie gelegd worden naar de systeemvariabelen van Teletop. Deze systeemvariabelen moeten vóór de import zijn aangemaakt. De volgende elementen worden in Teletop gebruikt. element
in element
toelichting
*
<sourcedid>
uniek nummer van de groep
<short>*
<description>
naam van de groep
<description>
Wanneer de groep in vaksite wordt, staat deze tekst in het veld Beschrijving.
De groepen uit het importbestand kunnen verschillende niveaus (levels) hebben:
Wanneer het element geen element in zich heeft, betreft het een groep van het niveau 'level 1'.
Wanneer het element een element in zich heeft, wordt met het element aangegeven onder welke groep deze hangt. Hangt de groep onder een groep van 'level 1', dan is deze groep van het niveau 'level 2'. Hangt een groep onder een groep met niveau 'level 2', dan is deze groep van het niveau 'level 3'.