DINSDAG 10 MAART 2015
Haarlems Dagblad - IJmuider Courant D
it is het portret van W.J.H. Mulier -Pim Mulier-, een veelzijdig man, die zoveel heeft gedaan en georganiseerd, dat men zich kan afvragen: leefde hij niet op de een of andere mysterieuze manier meerdere levens tegelijk? Die vraag kwam steeds vaker bij ons op tijdens het speuren naar zijn levensverhaal. Mulier is de grondlegger geweest van de georganiseerde sportbeoefening in Nederland. Hij is niet toevalligerwijs erevoorzitter van de Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond en de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie geworden. Hij is niet zo maar tot erelid genoemd van de KNHB (hockey) KNBVLO (wandelen), de Kaatsbond, de KNIJB (ijshockey), de Zweedse en Belgische voetbalbonden en de Elfstedenvereniging. Hij is niet om wille van zijn vriendelijke uiterlijk voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Cricket Bond geweest. De international Skating Union (de internationale schaatsbond) werd door Mulier opgericht en voorgezeten. Pim Mulier -Ridder in de orde van de Nederlandse
ier Pim Mul 015 1865-2
Ontginnen, ontginnen, ontginnen
Pim Mulier de veelzijdige Leeuw-: journalist, tekenaar, talenkenner, novellist, schilder, kunstverzamelaar. Pim Mulier, een man die bruiste van energie, die nieuwe ideeën op anderen kon overdragen, die een enorme vitaliteit bezat. Hij heeft een wonderlijk leven gelid dat velen heeft geïnspireerd en waarvan de Nederlandse sportwereld nu nog de vruchten plukt.
1865 2015
Een braakliggend stuk bouwgrond van onmetelijke hectaren groot, met ongekende mogelijkheden. Pierre de Coubertin had zijn zienswijze nog niet ontvouwd over de moderne Olympische Spelen, laat staan dat er enig iemand in Nederland rondliep, die het in zijn hoofd haalde om in zijn vrije tijd aan iets van lichaamsbeweging te doen. Zie daar de Lage Landen in 1865, het geboortejaar van Pim Mulier. Toen de jonge energieke Mulier in zijn tienerjaren om zich heen keek, kwamen slechts drie gedachten in hem op. Ontginnen, ontginnen, ontginnen. Zoals de bollenboeren ten zuiden van Haarlem hun dorre akkers omploegden om deze van de mooiste tulpen in ontelbare verschillende kleuren te voorzien, zo schetste Mulier de rijke contouren van een sportminnend land in oprichting. De geboren Fries bereisde de wereld, nam een uiteenlopend palet aan sporten mee naar Nederland en schilderde daarmee een fantastisch landschap, waar we nog dagelijks van genieten. Hij enthousiasmeerde en doceerde. Hij participeerde en organiseerde en leefde uiteindelijk in de herinnering voort als een sportpionier die de basis legde voor alle (Olympische) successen van atleten, schaatsers, voetballers, hockeyers en wat al niet meer zij – sporters in allerhande disciplines, die wij toejuichen op hun mondiale triomftochten. Mulier stond aan de basis van vele (inter)nationale sportorganisaties. In het officiele, mede door NOC*NSF ondersteunde, Pim Mulier Jaar worden tal van activiteiten georganiseerd om de Friese Haarlemmer te eren. Vandaag, 10 maart 2015, staat Haarlems Dagblad in samenwerking met de Société Pim Mulier, stil bij de 150ste geboortedag van Willem Johan Herman Mulier. In deze speciale bijlage blikken we terug op het leven van een gentleman die niet alleen zijn eigen lichaam tot bijzondere inspanningen bracht, maar anderen de kans gaf zich fysiek te ontwikkelen. Anno 2015 ligt er nauwelijks sportief terrein braak. Om te blijven verrassen, moet de bollenboer nieuwe bijzondere kleuren kweken. Laat het Pim Mulier Jaar een aanzet zijn voor de sport om zich te blijven door ontwikkelen. Daarmee nemen wij nog eenmaal de hoed af voor de man met wie het allemaal begon: Pim Mulier. Gertjan van Geen Chef Sportredactie Haarlems Dagblad
150 Jaar geleden geboren
Toen Pim Mulier nog een kleine jongen was werd hij eens stevig op de smalle schouders geslagen door ene heer H. van Wickevoort Crommelin, die zonder het te weten de gave der profetie bezat. Want deze Van Wickevoort (zelf pionier van de Nederlandse paardensport) mompelde over de kleine Mulier: “Daar zit misschien wel wat in die kleine slome duikelaar”. Wel. Deze slome duikelaar ontwikkelde zich tot een uitzonderlijke figuur. Hij bracht het voetbal naar ons land en rekent u maar eens op een regenachtige voeballoze middag uit hoeveel mensen er sinds de eerste trap van Mulier tegen een bal in Nederland plezier hebben beleerd aan de voetballerij. Natuurlijk: als Mulier niet tegen het stuk leer getrapt had, had een ander het wel gedaan. Goed. Maar hij was toch maar de eerste en hij was iemand, die iedereen in het plezier wilde laten delen. Mulier richtte HFC op, de eerste voetbalclub in ons land. Hij bundelde de clubs tot de Nederlandse Voetbal Bond en werd er twee keer voorzitter van. Hij bracht het bandy (ijshockey op een groot “veld”) met bal en sticks en het hockey naar Nederland. En passant hielp hij de tennissers bij hun eerste wankele schreden op het organisatorische vlak, Mulier trok naar Duitsland (waar hij het voetbal in Lübeck bij de Duitsers introduceerde) en vervolgens naar Zweden om er de Scandinavische talen te leren. Hij leerde bij de Lappen skiën en zwierf wekenlang met ze mee. Teruggekomen richtte hij sportbladen op en schreef de eerste drie sportboeken in onze taal: “Atletiek en voetbal’, “Wintersport” en “Cricket”. Hij hield ondertussen zijn conditie als atleet op peil en liep o.a. de afstand tussen de Haarlemmer Poort in Amsterdam en de Amsterdamse Poort in Haarlem in 57 minuten. Verknocht aan de atletiek richtte hij de NAB, later de KNAU op. Enkele jaren daarvoor had men Mulier als bemiddelaar-voorzitter gevraagd bij de
Nederlandse Cricket Bond. Wat deed hij eigenlijk niet? Hij stichtte het ‘nationale instituut” van de Elfstedentocht en reed hem zelf verscheidene malen. Hij richtte de Internationale Schaatsunie op. Hij bepleitte sport in het leger. Hij organiseerde de eerste vierdaagse-wandelmarsen. Hij bepleitte bij de regering de verplichte invoering van de lichamelijke oefeningen op de scholen. Hij….. hij….. hij….. Naast al zijn sportbesognes (en na de woelige jaren in Oost-Indië) wijdde hij zich nog aan reizen en trekken en aan zijn kunstzinnige hobbies. Totdat hij in 1954 overleed, rustig na een rusteloos leven.
“Daar zit misschien wel wat in die kleine slome duikelaar”
Inhoud 2
‘Pim doet af en toe vreemd’
4
Elfstedentocht liet Mulier nooit los
binne gewoan in 10 ‘Wy sportdoarp’
Herinneringen van Mulier aan de eerste voetbaltijd Ik rappeleer me, hoe ik, het was de eerste of de tweede keer, dat ik in het Nederlands Elftal zat, links gezet werd. Dat was benauwend, want rechts of center, dat ging, maar links? Laat ik kort zijn. Wij hebben juist één goal nodig. Ik kreeg een dot van een kans en schopte er naast. Ik ben de volgende dag onder het bordje op het Zandvoortse strand gaan zitten: hier worden ezels verhuurd. Ik rappeleer me een veteranen-match te Gouda, waar wij als de gevreesde “Mispels”, de “Afbraak”of zoiets dergelijk De Goudse Voetbalbond, met een select elftal uit drie clubs uitdaagden. Toen die wrakke zielsgetimmerden met weifelende haardossen en grijze voelsprieten, dobbertenen en gasboeibuikjes binnensloften, zag je in de ogen van het Goudse elftal en hun op leedvermaak beluste supporters ’n reflex van ongedrapeerde angst, afkeer en medelijden. Na de rust echter kwamen de roestige
scharnieren uit de slaap der eeuwen, het oude pekelvlees kreeg ’n derde jeugdbevlieging en de Goudse Voetbalbond werd gesardineerd met 3-1. Daarop sloften wij weer huiswaarts. Het was zalig. Ik rappeleer me een out-bal, ik raapte de bal op om weer in te gooien, toen een schonkig atleet van de tegenpartij met deinende borstklampen me toesnauwde: Blijf d’r af, potverdomme, da’s mijn bal, daarbij naar het niets vermoedend voorwerp met z’n nachtportiersknuisten grissend. Nu exemplair zijn, dacht ik, altruïstisch, bidextreus en auto-psychologisch didactisch, zoals gediplomeerde gymnasten het zouden uitdrukken. Dies zei ik minzaam tot de ruige onbekende vreemdeling, hem het vurig verlangde ding aanreikend: Hier schat, huil maar niet, je mag er wel mee spelen. En wat was m’n dank? Hij grolde: Wees gewaarschuwd, want ik lus je rauw, denk er om.
Pim Mulier
1865-2015
en Engeland meededen. Pim Mulier won zelf de wedstrijd over 350 meter in 53,4 seconden. Hij verdiende er een paar schaatsen en een horloge mee. Een jaar later moest Mulier zich afmelden; hij was bij een val van zijn ‘velocipède’ geblesseerd geraakt. De immer actieve Mulier organiseerde ook zogeheten ‘snipperjachten’ en ‘Go as you pleaseraces’, waarmee hij tijdens zijn kostschooltijd in Engeland in aanraking was gekomen. Tijdens een snipperjacht gingen hardlopers in de achtervolging op ‘hazen’, die hun spoor markeerden met papiersnippers. De races waren wedstrijden over lange afstanden, waarbij hardlopen werd afgewisseld met snelwandelen. Dit laatste werd verplicht gesteld om uitputting van de atleten te voorkomen. Om te controleren of de lopers zich wel aan het wandelen hielden, verstopten juryleden zich langs het parcours in de struiken.
PETER VAN DER MEEREN en ‘hoogst eigenaardige buitenissigheid’. Zo omschreef Pim Mulier op 51-jarige leeftijd zijn eerste kennismaking met at(h)letiek. Mulier dacht daarbij terug aan het jaar 1870, toen hij - ‘als turf van vijf’- op de kostschool bij zijn broer in Noordwijk ‘een groote stevige Engelsche jongen zag hardloopen in een korte broek en zonder kousen of sokken’. Hardlopen hoort nu bij het leven als tanden poetsen en boodschappen doen, maar was destijds in ons land iets voor dieven en kermisartiesten. Pim Mulier besefte dat hij enthousiast was geraakt over iets wat in een kwaad daglicht stond. ‘Hardloopers zijn doodloopers’, zeiden de doktoren; boeren bekogelden hardlopers met stenen en lieten hun honden los. Menigeen sprak schande over de ‘onzedelijke’ kleding. Als er dan toch gelopen werd, dan graag met broeken tot over de knieën en de schouders bedekt.
E
Voetbal en Atletiek Bond
‘Pim doet af en toe vreemd’ ,,Pim doet af en toe vreemd, want hij loopt hard’’, vertrouwde de vader van Pim Mulier een vriend toe. Het kwam geregeld voor dat atleten zich onder een pseudoniem inschreven, om zich niet de woede van familie, buurtgenoten en/of de dominee op de hals te halen. Maar de jonge Mulier liet zich door niets en niemand afschrikken. Wel was hij zo slim om zijn trainingsrondjes af te leggen in zwarte kledij en bij het invallen van de duisternis. ‘Ik oefende als niemand keek. Ik voelde heel goed aan dat men het alleridiootst zou vinden’. Toch won de atletiek voorzichtig terrein in Nederland. In 1878 werd de eerste officiële wedstrijd gehouden. Dit op landgoed Rooswijck in Velsen, dat in 1918 plaatsmaakte voor Hoogovens. Het landgoed was in bezit van een vriend van de vader van Pim Mulier. De der-
tienjarige Pim schijnt een hand te hebben gehad in de organisatie. Op het programma stonden een crosscountry over 2 kilometer en een sprint over 100 meter. Voor de veldloop werd gebruik gemaakt van natuurlijke hindernissen, maar de jonge Mulier had er zelf ook een paar aangelegd. Uit de buurt meldden zich twintig knapen. Pim Mulier was op beide onderdelen de snelste, al ging dat op de sprint niet zonder slag of stoot. Na drie onbesliste heats tegen ‘turner Jansen uit Beverwijk’ won de geboren Witmarsumer de vierde race. Mulier keerde terug naar zijn ouderlijk huis in Haarlem met twee bierpullen met zilveren deksels. Bij deze historische wedstrijd wordt sinds 1937 stilgestaan. In dat jaar werd in Velsen de ‘tweede’ Pim Mulier Veldloop gehouden. Vanaf 1942 is de organisatie in handen van atletiekvereniging
Geen Mulier, maar Pim Mulier
Huldiging 100m in 1947 Suomi. In dat jaar stonden zeventig atleten aan de start. De prijzen werden uitgereikt door Pim Mulier zelf, 77 jaar inmiddels. ,,Maar hij maakte nog een energieke indruk’’, weet Joop Weenink als de dag van gisteren. De nu 92-jarige Weenink was in 1941 een van de oprichters van AV Suomi en ontving een jaar later uit handen van Mulier de tweede prijs.
In december 1889 richtte Mulier de Nederlandsche Voetbal en Atletiek Bond op en werd voorzitters. De eerste bondswedstrijd vond een jaar later plaats. Mulier werd Nederlands kampioen op de kwart mijl (400 meter). Tijd: 59,8 seconden. Al snel bleek sprake van een mislukt huwelijk. De voetballers splitsten zich in 1895 af toen Mulier de vergadering niet kon bijwonen. Acht maanden later kwam de Nederlandsche Atletiek Bond van de grond; Mulier had op de achtergrond aan de touwtjes getrokken. Zijn inspanningen leverden hem het erevoorzitterschap op, maar dat kon niet voorkomen dat hij in 1900 door het bestuur van diezelfde NAB werd geroyeerd. Dit vanwege het niet betalen van de jaarlijkse contributie, die één gulden en zeveneneenhalve cent bedroeg! Mulier verbleef op dat moment in NederlandsIndië en was een van de 52 leden die wegens ‘wanbetaling’ werden geroyeerd. Twee atleten werden geroyeerd wegens het overtreden van de amateurregels. Ze hadden hun medailles verkocht…
Geen flauwekul In 1945 en 1947 greep de in Driehuis woonachtige Weenink de zege. Opnieuw reikte Mulier de prijzen uit. ,,Je keek tegen hem op, hij was een bekendheid. Het was een hele eer om een hand van Mulier te krijgen alsmede een paar mooie woorden’’, zegt Weenink. ,,Hij was oprecht geïnteresseerd. Geen flauwekul. Hij vroeg hoe het met me ging, hoe ik trainde en of het veldlopen mijn
In ons land is één atletiekvereniging vernoemd naar Pim Mulier. Dat had in 1946 wel wat voeten in de aarde. De initiatiefnemers uit het Overijsselse Hengelo wilden hun vereniging Mulier noemen, maar dat vond Mulier niet goed. Na hem drie keer thuis te hebben opgezocht, werd een ‘compromis’ gevonden: Pim Mulier. ,,Want zo sta ik bekend’’, aldus de naamgever. De vereniging fuseerde in de jaren zeventig met de club Marathon en heet nu Marathon Pim Mulier. Het atletiekstadion werd in 1982 vernoemd naar Fanny Blankers-Koen, de ‘vliegende huisvrouw’ die in 1948 vier keer olympisch goud won. ,,Het is prachtig dat de atletieklegendes Pim Mulier en Fanny in Hengelo samen zijn gekomen’’, aldus Hans Koning ter Heege, voorzitter van Marathon Pim Mulier, dat ruim 500 leden telt.
atletieklegendes
Mulier kwam, zolang hij kon, zelf het stratschot lossen voor de jaarlijkse Mulier-veldloop van Suomi in Velsen-Noord.
specialiteit was. Een betrokken man. Hij wist veel van atletiek’’, aldus Weenink. Tot aan zijn dood in 1954 bleef erelid Pim Mulier betrokken bij Suomi en dus ook bij de naar hem vernoemde veldloop. ,,Hij kwam geregeld langs. Ik was bestuurslid en we vonden het eervol en gezellig als hij kwam’’, vertelt Weenink. ,,Hij stopte ons altijd wat centen toe. Na zijn overlijden heeft een neef van hem de rol overgenomen. Die loste het startschot en reikte de door de familie beschikbaar gestelde prijzen uit.’’ Neef J.H.P.V. Haitsma Mulier werd ook benoemd tot erelid van AV Suomi. Dat gold tevens voor mejuffrouw S.H.A. van Zweeden, die Pim Mulier in diens laatste jaren verzorgd heeft. De betekenis van Mulier voor de atletiek in Nederland is zeker niet beperkt gebleven tot het regelen van de eerste wedstrijd. Mulier – hij liep als twintigjarige 16 kilometer in 57 minuten - was in 1886 organisator van de eerste baanwedstrijden in Amsterdam, waar atleten uit Nederland, België
Overzicht 10 maart 1865 | Pim Mulier wordt geboren in Witmarsum, Friesland 1879 | op 14-jarige leeftijd richt hij de eerste voetbalvereniging, de Haarlemsche Football Club op 1882 | tijdens zijn studietijd in Engeland maakt Pim kennis met association football, het voetbal van nu 1885 | medeoprichter van de Haarlemsche Lawn Tennis Club
Pim Mulier
1865-2015
Voor altijd in de Pingjumerstraat ANNE ROEL VAN DER MEER
O
p het Kerkplein in Witmarsum stopt een bus. De chauffeur opent de deur voor welgeteld één passagier. Verderop stappen twee wandelaars op leeftijd stevig door, richting Arumerweg. Misschien lopen ze wel naar multifunctioneel centrum It Fliet, thuisbasis van zowel voetbalclub SV Mulier als ‘keatsferiening’ Pim Mulier. Een Mercedes – type tank – houdt even stil. Het raampje gaat naar beneden. ,,Weet u waar het tuincentrum is?”, luidt de vraag. Niemand die vandaag oog heeft voor het borstbeeld van Pim Mulier, in de Pingjumerstraat. Het is hier in 1986 geplaatst ter ere van het honderdjarig jubileum van de kaatsvereniging die de naam draagt van haar beschermheer. De ogen van deze bronzen Mulier kijken richting de Fabrieksbrêge. In de rug wordt het beeld gedekt door de Koepelkerk. Links van het beeld is mechanisatiebedrijf Hogenhuis gevestigd, net als de Otterbar, met ‘belegde broodjes, heerlijke snacks en verse koffie’ voor Witmarsumers die trek hebben. Als de vereeuwigde Pim Mulier vanaf zijn sokkel in staat was over de schouder te kijken, dan zou hij richting de plek kunnen turen waar in 1865 zijn wieg stond. Het geboortehuis, landhuis Aylva State, gebouwd op de resten van een stins en in 1860 verbouwd door Tjepke Mulier (de vader van), is er al lang niet meer. In 1951 schonk Pim Mulier, die een jaar eerder was uitgeroepen tot ereburger, nog een door Bouke van der Sloot gemaakt schilderij van het landhuis aan de toenmalige gemeente Wonseradeel. Sinds de jaren zestig van de vorige eeuw staat er op de plek waar Mulier werd geboren een verzorgingscentrum voor ouderen. Aylva State heet het... Hoe kan het ook anders. Hilbrand Postma – velen in Witmarsum kennen hem als Brand – is trots op het beeld van Pim Mulier. Postma (76), hikke en tein in het dorp, zat in de jaren tachtig van de vorige eeuw in de jubileumcommissie van de kaatsvereniging. ,,Ik
weet nog dat Frank Zeilstra, de kunstenaar, ons vier beelden liet zien. Over eentje zat een dak. Op het moment dat die eraf ging wist ik: dit is
’m, dat moet ’m worden. Prachtig dat ik mocht helpen uitzoeken.” Postma, tweevoudig deelnemer aan de PC (in 1956 de jongste in Franeker) ontmoette Pim Mulier in 1950. Althans, hij zag de beschermheer van de Witmarsumer kaatsvereniging van dichtbij tijdens een jongenspartij op zaterdag. ,,Mulier was een statige man. Als jongetje zag je echt tegen hem op, dat weet ik nog wel. Hij droeg een zwart pak, met een bolhoed op zijn hoofd. Ik weet nog dat hij niet in Witmarsum, maar in De Wijnberg in Bolsward bleef slapen. Op zondag was hij er weer.” Op website witmarsum.com staat een uitgebreid verhaal over Pim Mulier. Het is geschreven door Wim Beckers, in zijn ‘vrije tijd’ redacteur van dorpskrant De Koepel. De liedjesschrijver en beleidsambtenaar van de gemeente Súdwest-Fryslan vond een artikel over een van de grondleggers van de moderne sport zo’n beetje noodzaak voor de site. ,,Pim Mulier is, naast Menno Simons (grondlegger van de doopsgezinde kerk, red.) en Gijsbert Japiks (Friese renaissanceschrijver die schoolmeester was in Witmarsum), een van de bekendste mensen die hier geleefd heeft. Mulier is maar twee jaar inwoner van Witmarsum geweest, maar heeft toch altijd een binding met het dorp gehouden.’’ Zo bezocht Pim Mulier regelmatig kaatsfeesten en schonk hij prijzen voor het kermiskaatsen. Alle Witmarsumers weten wie hij was, stelt Beckers. Ook de jeugd. ,,Daar ga ik teminste vanuit.” ,,Maar het idee dat de man hier gewoond heeft, interesseert de mensen hier in het dorp niet zoveel”, weet Remko Boonstra. Hij is voorzitter van SV Mulier en speelde Pim Mulier toen het Omrop Fryslân-programma ‘Doch it foar dyn doarp’ in 2011 Witmarsum aandeed. ,,Dat heeft hier volgens mij nooit echt geleefd.” Terug naar het borstbeeld in hartje Witmarsum. De zon schijnt inmiddels. De vereeuwigde Mulier staart in de verte. Dat doet hij al bijna 28 jaar. Als het aan Hilbrand Postma ligt, blijft dat tot in lengte van jaren zo. Het is voor de huidige en toekomstige genera-
ties in Witmarsum belangrijk om te weten wie Mulier was, zegt Postma. ,,Wat mij betreft mochten ze hier op de scholen wel iets meer over hem vertellen.’’
Colofon Pim Mulier 1865-2015 is een uitgave van Holland Media Combinatie en verschijnt als bijlage bij Haarlems Dagblad/ IJmuider Courant op 10 maart 2015. Coördinatie: Gertjan van Geen en Kitty van Gilst Vormgeving: Marc Elsendoorn
Overzicht 1888 | oprichter van het tijdschrift Het Sportblad 1989 | oprichter en eerste voorzitter van de Nederlandsche Voetbal en Athletiek Bond 1890 | Pim rijdt individueel een Elfstedentocht in de recordtijd van 12:55 uur 1891 | Nederlands kampioen op de ¼ mijl, tijdens de eerste nationale atletiekwedstrijden van de NVAB
Pim Mulier
1865-2015
JOHAN STOBBE
S
chaatshistoricus Hedman Bijlsma wijst in zijn imposante schaatsbibliotheek op een zinnetje in het boek Wintersport, geschreven door Pim Mulier in 1893. ,,In 1890 heeft Pim Mulier in zijn uppie de Elfstedentocht gereden’’, zegt de inwoner van Drachten. ,,Er was toen geen sprake van een georganiseerde tocht. In de kranten uit die tijd kun je wel 150, 200 mensen traceren die de Elfstedentocht in de winter van 1890-1891 gereden hebben.’’ Pim Mulier was er een van. Zijn vader en overgrootvader gingen hem voor. Mulier kende de heldenverhalen en wilde zelf ondervinden hoe het was om op schaatsen langs de elf Friese steden te gaan. In Wintersport doet hij gedetailleerd verslag van de tocht, zowel met tekst als illustraties. Mulier was ook een aardige tekenaar en illustreerde zijn verhaal zelf. Alleen voor de lol ondernam Mulier de tocht niet. Nee, hij was ook een sportman en wilde de snelste tijd noteren. In alle vroegte stond hij op 21 december 1890 op het smalle grachtje voor hotel Weidema. ‘Een stuk chocolade, een horloge, een
‘Zelden heb ik zoo’n prettigen dag gehad’ paar zakdoeken, eenige guldens, een mes, touwtje, riemen en een schaats op den rug voor het breken’ en daar ging Mulier. Precies 12 uur en 55 minuten later was hij terug in Leeuwarden. ,,Er is nooit in snellere rijd geregistreerd in het tijdperk voordat de Elfstedentocht werd georganiseerd’’, stelt Bijlsma. ,,Hij is nog altijd recordhouder.’’ De magie van de tocht van toen, bleef altijd in zijn herinneringen. Jaren later zou hij weer serieus met de tocht aan de slag gaan. Voordat het zover was, liet Mulier zich op een ander vlak gelden binnen het schaatsen. Aan het eind van de negentiende eeuw was het een chaos in het internationale schaatsland. Er was geen eenduidigheid. Wedstrijden waren er wel, maar overal ging het anders. ,,De een organiseerde het in mijlen, de ander in meters. Afstanden verschilden, kampioenschappen en vooral banen ver-
Elfstedentocht liet Mulier nooit los
De organisatie en deelnemers van de eerste Elfstedentocht (foto boven), de oprichters van de ISU in juli 1892 met op de tweede rij in het midden Pim Mulier
schilden onderling veel’’, weet Bijlsma. Er waren parkoersen met haarspeldbochten, keerpunten of een paal waar de rijders omheen moesten. ,,Het was een grote chaos.’’ In Nederland kreeg het schaatsen wel wat structuur, al snapten de buitenlanders niet dat hier om geld werd geschaatst. ,,Er was toen al sprake van matchfixing’’, stelt Bijlsma lachend. Rijders spraken bij kortebaanwedstrijden onderling af wie ging winnen. Toch was het niet vreemd dat de internationale wedstrijd in Amsterdam van 1889
Mulier stuurde tijdens de Elfstedentocht van 1912 uit elke controleplaats een telegram aan zijn vrouw.
De controlekaart van Mulier in 1912.
aangemerkt wordt als eerste wereldkampioenschap. Nederland liep voorop. ,,En de eerste internationale wedstrijd was in 1885 in Leeuwarden.’’ Internationaal was meer structuur nodig en in 1892 kwam die er. Tijdens de grote Internationale Sport-, Visscherij- en Paardententoonstelling in Scheveningen kwam een clubje schaatsbestuurders samen. Ze vergaderden flink en na afloop was de oprichting van de Internationale Eislauf Vereinigung, de voorloper van de ISU, een feit. Vanwege zijn organisatorische kwaliteiten fungeerde Mulier aanvankelijk als secretaris. Aan het einde van het congres werd hij benoemd tot voorzitter, een functie die hij tot en met 1894 bekleedde. ,,Mulier was goed in het opzetten van dingen en als het dan liep, had hij weer tijd voor wat anders. Bovendien kwam het accent teveel te liggen op het kunstrijden. Dat vond Mulier circusartiesten.’’ Grote verdienste van het eerste bestuur was het invoeren van de klassieke allroundafstanden 500, 1500, 5000 en 10.000 meter, ook al was Mulier een voorstander van mijlen. Voor Mulier was het tijd voor nieuwe projecten. Uiteindelijk bracht hem dat in 1908 bij de Nederlandse Bond voor Lichamelijke Opvoeding. ,,Zijn hersenspinsels over het schaatsen van lange afstanden kwam toen weer boven’’, ontdekte Bijlsma. ,,Hij schreef allemaal bonden aan met zijn ideeën.’’ De Friesche IJsbond reageerde meteen enthousiast. Op 18 december 1908 werd er over de plannen vergaderd, een paar weken later op 2 januari 1909 vond al de eerste georganiseerde Elfstedentocht plaats. Bijlsma tovert een foto tevoorschijn. Vier mannen aan tafeltjes blikken richting de camera. Er omheen staan nog dik dertig mannen met klassieke houten schaatsen in de hand of om de nek. ,,Het was toen nog niet zo groot. Dit was het hele bestuur en alle deelnemers.’’ Advocaat Mindert Evert Hepkema had ook graag op de foto gestaan, maar was omdat hij in het buitenland vertoefde
te laat met zijn inschrijving. Dat nooit weer. Er moest een eigen vereniging komen. Twee weken na de tocht zag de Vereeniging ‘De Friesche ElfSteden’ het licht. Drie jaar later was er weer een tocht. ,,Uit piëteit met voorzitter Hijlkema van de Friesche IJsbond, die de tocht was ontnomen, reed Mulier niet mee.’’ In 1909 stond hij overigens ook niet op schaatsen. Aangenomen werd dat het vanwege zijn bestuurlijke verantwoordelijkheden niet kon. ,,Maar ik ben er later achter gekomen dat hij waarschijnlijk griep had.’’ Op zaterdag 27 januari 1917 stond Mulier wel aan het vertrek. Zijn vriend en voorzitter Hijlkema was inmiddels afgetreden en dat maakte de weg om deel te nemen vrij. ,,Hij heeft een Elfstedenkruisje’’, weet Bijlsma. Het kruisje dat hij in 1909 zelf had ingesteld. Om één uur ’s nachts hield de 51-jarige toerrijder na een ongetwijfeld weer ‘prettigen dag’ een speech tijdens de prijsuitreiking en opende hij het bal met Janna van der Weg, de enige vrouw die de tocht had volbracht.
Mulier op de schaatsen
Pim Mulier
1865-2015 De plek waar Daniël Rewijk acht jaar lang onderzoek deed naar Pim Mulier. Foto United Photos/Remco van der Kruis
ARNOLD AARTS
I
n het honderdvijftigste geboortejaar van Pim Mulier verschijnt de meest doorwrochte biografie ooit over de sportpionier. Daniël Rewijk (39) heeft acht jaar gewerkt aan het proefschrift, waarop hij 12 maart aan de Rijksuniversiteit Groningen promoveert.
Fanatiek triatleet Auteur Daniël Rewijk beoefende zo’n tien jaar lang fanatiek een sport die tijdens het leven van Pim Mulier nog moest worden ontdekt: triatlon. ,,Ik trainde rond 2000 zo’n 25 uur per week. Ik zat tegen de Nederlandse top aan. Maar toen we kinderen kregen en ik aan mijn dissertatie over Pim Mulier begon, had ik er geen tijd meer voor.’’
Daniël Rewijk dook acht jaar lang in het leven van de sportpionier Het is niet de eerste keer dat Rewijk - woonachtig in Aalsmeer, vader van drie kinderen - zich vastbijt in een mythisch figuur uit de Nederlandse sportgeschiedenis. Zo studeerde hij in 2002 af op Jonkheer G.D.H. Bosch van Drakestein, een wielrenner die in 1908, 1924 en 1928 met succes meedeed aan de Olympische Spelen. ,,Een vreemde eend in de bijt’’, typeert Rewijk hem. ,,Wielrennen was toen nog veel meer dan nu een volkssport, waar hij zich als man van adel tussen bewoog. En hoewel hij een ontzettend goede sprinter was, is hij altijd amateur gebleven. Een boeiend persoon.’’ Bij zijn proefschrift over Pim Mulier las Rewijk alle verhalen die over de sportpionier zijn verschenen. Het viel hem op dat zelden aan het checken van feiten werd gedaan. Als de ene auteur een fout had gemaakt, werd die door de volgende journalist klakkeloos overgenomen. Om dat te voorkomen, heeft Rewijk alles zelf uitgezocht. Het was monnikenwerk, waarvoor hij zich acht jaar lang bijkans opsloot in een verbouwde meterkast achter de keuken. En dat naast zijn werk als parttime geschiedenisleraar aan de Katholieke
De eerste goal voor ’Oranje’ Officieel staat Eddy de Neve bekend als de voetballer die de eerste goal maakte voor het Nederlands Elftal, op 30 april 1905 tegen België. Maar volgens Daniël Rewijk kan net zo goed Pim Mulier de boeken in als de eerste doelpuntenmaker voor Oranje. ,,Al eerder werden voetballers door de bond geselecteerd om wedstrijden te spelen. Dat gebeurde tegen Britse amateurs, die met de boot naar Nederland kwamen. Nadat de eerste wedstrijd in 0-0 was geëindigd, scoorde Mulier in de tweede wedstrijd in 1894 . Die duels worden alleen niet als interlands beschouwd, omdat ze niet tegen landenteams werden gespeeld. Maar dat is maar net hoe je het bekijkt.’’
Promoveren op Pim Mulier Scholengemeenschap Hoofddorp en historicus aan het Mulier Instituut voor sportonderzoek. Rewijk was namelijk buitenpromovendus oftewel onderzoeker zonder financiële vergoeding. Rewijk heeft nooit spijt gehad van zijn keuze zoveel vrije tijd in Pim Mulier te stoppen. Gaandeweg zijn onderzoek raakte hij juist steeds meer gefascineerd door zijn onderzoeksobject. ,,Ik begon hem steeds beter te begrijpen. En ik vind het intrigerend dat zoveel tegenstellingen in één persoon samen kunnen komen.’’ Voorbeelden van contrasten heeft Rewijk genoeg. ,,Hij was een representant van de notabelen-elite, die tegen de adel aan schurkte. Iemand die mensen van sociaal mindere komaf op afstand hield. Een heer van stand, maar die merkwaardig genoeg voor zijn eerste huwelijk een arbeidersmeisje uitkoos. Zeer tegen de zin van zijn familie.’’ Ook verenigde Mulier conservatisme en vooruitstrevendheid in zich. ,,Hij wilde vernieuwend zijn met de sport, om een steeds sterkere en fittere natie te krijgen. Zoals met een nieuwe wedstrijdvorm van schaatsen, waarin Jaap Eden in
1893 wereldkampioen werd. Maar tegenover het meebouwen aan modernisering, stond zijn behoefte om tradities in ere te houden. Want door de opkomst van het nieuwe schaatsen kwam het kortebaanrijden en het schoonrijden onder druk te staan. Dat vond hij heel jammer.’’ De vernieuwingsdrang overheerste in de eerste helft van zijn leven, bemerkte Rewijk. ,,Mulier was een man die vooral ideeën aandroeg, die vergezichten schetste over de ontwikkeling van sporten en evenementen. Hij was vervolgens niet van de uitvoering, het alledaagse bestuurswerk was niet aan hem besteed. Ik vind Mulier vooral een boeiend figuur vanwege zijn visie op sport, niet zo zeer omdat hij dingen als eerste deed.’’ Het proefschrift van Rewijk verschijnt in een druk van 1250 exemplaren bij de Friese uitgeverij Bornmeer. Het boek heeft de titel Captain van Jong Holland meegekregen. ,,Jong Holland staat voor het nieuwe Nederland, voor een nieuwe generatie. En captain verwijst niet alleen naar de aanvoerder, maar ook naar captains of industry. Je kunt Pim Mulier zien als een captain of sport.’’
HFC de oudste of niet? Wie het mysterie over de oprichtingsdatum van HFC hoopt terug te vinden in het boek, komt bedrogen uit. De club houdt vast aan Muliers eigen verhaal dat hij verantwoordelijk was voor de oprichting op 15 september 1879, maar onder meer historicus Nico van Horn haalt de datum onderuit. Rewijk: ,,Er is geen direct bewijs dat HFC in 1879 is opgericht, er zijn geen bronnen. Het vreemde is dat op een ledenvergadering van cricketclub Rood en Wit, die is opgericht in 1881, een voorstel wordt gedaan om een voetbalafdeling op te richten. Daar zijn allerlei mensen aanwezig die bij de oprichting van HFC zouden zijn betrokken. Da’s dus heel apart. Waarom ga je een voetbaltak oprichten als je al lid bent van een voetbalclub? Aan de andere kant werd in 1895 het derde lustrum gevierd. Andere clubs waren wel in opstand gekomen als HFC een compleet fictief lustrum zou vieren. Het blijft een ingewikkelde kwestie.’’
DONKER Den Haag Mulier heeft uit de aard der zaak vaak als trait d’union gediend tussen de Engelse en Nederlandse sportteams. Wellicht de meest beroemde Engelse gast, die hij hier introduceerde, was Conan Doyle, de man die de figuur Sherlock Holmes creëerde. Doyle kwam met een Engels cricketteam naar Den Haag. Mulier trad op als gastheer. Het eerste was Conan Doyle aan Mulier vroeg was: Laat me vanavond donker Den Haag eens zien, dan kan ik stof opdoen voor een verhaal. De jeugdige Mulier zat met die opgave wat in zijn maag, want hij wit niet waar hij de donkere buurten van de residentie moest zoeken. Er werd een agent in de arm genomen, die het hun haarfijn vertelde. Het tweetal ging op stap – Doyle met een hoge hoed op. De hoed ging na enkele stevige en handtastelijke bezoeken aan diverse etablissementen verloren. Doyle had zijn zin gekregen. Hij was een wild man, zei Mulier later…
Oprichter van de Haarlemse tennisclub In zijn Engelse jaren op het St. Leonards College in Ramsgate leerde Mulier nader kennis maken met verscheidene takken van sport. Daar was ook tennis bij. Toen hij na zijn thuiskomst hoorde dat er bij de familie Van Tuyll van Serooskerken op Velserbeek in Velsen op een grasbaantje provisorisch getennist werd, bewerkte Mulier - het was in 1884 – zijn vrienden Van Eeghen. Van Taack Takranen en zijn zwager S. van Limburg Stirum om eens te gaan kijken. Het was het startpunt van de Haarlemse Lawntennisclub, waarschijnlijk de oudste in het land. Kort na de kennismaking met het spel op Velserbeek werd de HLTC opgericht met Van Limburg Stitum als voorzitter en Mulier als secretaris. Mevrouw Van de Poll-Prévianaire werd de beste “damestroef” van de club. Zij sleepte in de loop der jaren vele prijzen weg. Mulier won in 1885 samen met Van Taack Takranen een tweede prijs bij het dubbelen.
Pim Mulier
1865-2015
Programma
Société Pim Mulier De Société Pim Mulier zet zich, geheel in de geest van sportpionier Pim Mulier, in voor het op uiteenlopende manieren stimuleren en ondersteunen van de breedte- en topsport. Het doel van de Société is enerzijds het eren van voormalige aan de stad Haarlem verbonden topsporters en anderzijds het stimuleren van jonge en talentvolle Haarlemse sporters door middel van een talentenfonds. Zo is aan de gevel van het Kennemer Sportcenter, een goed zichtbare locatie aan de Westelijke Randweg, een eregalerij gerealiseerd. In deze ‘galerij der groten’ zijn de Helden van Haarlem opgenomen die op het hoogste niveau actief zijn geweest en in hun tak van sport een grootse prestatie hebben geleverd. Ook is er een plekje ingeruimd voor de sportman en –vrouw van het jaar. De Société is haar sponsors en partners zeer erkentelijk. Dankzij hun bijdrage kunnen wij de Helden van Haarlem het eerbetoon geven dat zij verdienen en tegelijkertijd de helden van morgen ondersteunen op hun weg naar de top. De Société Pim Mulier kent een stichtingsvorm.
Het bestuur wordt gevormd door enthousiaste streekgenoten die zich nauw betrokken voelen bij de Haarlemse sport en sportgeschiedenis.
Zondag 7 juni 2015 150 Pim Mulier Tennis Kermis Kennemer Sportcenter van 10.00-13.00 uur Organisatie SRO en Cios Voor jong en oud, alle leeftijden en alle niveaus! Aanmelden kan via www.kennemersportcenter.nl
Geschiedenis De Société Pim Mulier is opgericht op 4 augustus 2003 door mensen die de sport in Haarlem een warm hart toedragen, maar zich zorgen maakten over de in hun ogen tanende rol van de sport in de stad. Toenmalig voorzitter Peter Jager zei het bij de aftrap zo in Haarlems Dagblad: “Door de ontwikkelingen rond en al het gemekker over de verdwijnende sportweken vroegen mensen zich af: gebeurt er op sportgebied nog wel wat in Haarlem? We willen iets doen aan die negatieve beeldvorming. Door letterlijk de sport in de schijnwerpers te zetten, hopen we te laten zien dat er wel degelijk iets gebeurt. Hopelijk maakt dat andere krachten los. In het verleden hebben we veel goede dingen gedaan als het om sport gaat. Dat kan ook in de toekomst.”
Jopen heeft ook haar medewerking verleend aan het Pim Mullierjaar. Zij zullen deze zomer een speciaal fris Pim Mullierbier op de markt brengen.Begin juni, zal hiervoor de hopgift worden gedaan en begin juli zal het bier op de Haarlemse markt te verkrijgen zijn. Het bier zal te verkrijgen zijn op tap en in een 75cl fles met een speciaal voor deze gelegenheid ontwikkeld etiket.
Comité van Aanbeveling
Zondag 7 juni 2015 Letterenloop (Haarlem-Bloemendaal) Start IJsbaan Haarlem 5 km, 10 km, familyrun www.letterenloop.nl
Koningspelen Gevel met de Haarlemse Helden Om Pim Mulier weer voor het voetlicht te brengen en zijn gedachtengoed weer bekend te krijgen onder de huidige generatie hebben Société Pim Mulier en het Haarlems Dagblad het initiatief genomen voor het Pim Mulierjaar. Samen met belangrijke partners NOC*NSF, KNAU, Pim Mulier Papendal, Mulier Instituut, Koninklijke HFC, Haarlem Marketing, Sportservice Noord Holland, SportSupport, Nova College/Cios, IJsbaan Haarlem en SRO worden er in 2015 diverse activiteiten ontwikkeld. Via de website www.pimmulier150.nl wordt u op de hoogte gehouden van al deze activiteiten. Evenementen kunnen gehele jaar nog aansluiten
OORKONDES De organisatie heeft voor de Haarlemse evenementen speciale “Oorkondes” laten maken. Deze kunnen via
[email protected] worden aangevraagd. Iedere organisatie kan naar eigen keuze (winnaar, sportiefste deelnemer, aanmoedigingsprijs, jongste deelnemer, pechprijs) de oorkondes uitreiken aan de deelnemers. Op de oorkonde staat een nummer. Aan het eind van het jaar zullen volgens loting diverse (bescheiden) prijzen uitgereikt worden. Bekendmaking op 11 november in het Haarlems Dagblad en op de website: www.pimmulier150.nl
Lesbrief Pim Mulier, pionier van de Nederlandse sport
Dinsdag 10 maart 2015 Eerbetoon aan Pim Mulier Grote Markt Haarlem Start 16.30-17.30 uur Voetbaltraining jeugd KHFC www.pimmulier150.nl Donderdag 12 maart 2015 Openbare verdediging proefschrift Biografie van Pim Mulier (1865-1954) Aula Academiegebouw te Groningen Promotie Daniel Rewijk Zondag 15 maart 2015 Open Dag Tennisver. Pim Mulier (nieuwe leden) Jaap Edenlaan in Haarlem 12.00 clinic voor de jeugd tot 12 jaar 1300 uur clinic voor jeugd vanaf 12 jaar en volwassenen Aanmelden kan tot 12 maart via
[email protected]
Wiebe Wieling – voorzitter De Friesche Elf Steden
Ruud Geels – voormalig voetbalinternational
Yvonne van Gennip – Olympisch kampioen
Talentfonds Door middel van een talentfonds levert de Société Pim Mulier een (bescheiden) bijdrage aan jonge talententvolle topsporters uit Haarlem. Het gaat hierbij veelal om een eenmalige bijdrage in kosten van bijvoorbeeld een (buitenlandse) trainingsstage of kwalificatietoernooi, of voor andere uitgaven die mogelijk een be-
lemmering vormen voor de ontwikkeling van sporttalent. Zo heeft de Société niet alleen oog voor het verleden maar ook nadrukkelijk voor de toekomst. Sinds 2014 wordt er nauw samengewerkt met Olympisch Netwerk en Talentboek.
ONZE PARTNERS
sport
Het is dit jaar 150 jaar geleden dat Pim Mulier werd geboren. Door terug te blikken op het leven van deze veelzijdige sportpionier, een van de voornaamste wegbereiders van de Nederlandse sport, belicht het Mulier Instituut in dit factsheet de ontstaansgeschiedenis van de moderne sport in Nederland.
Colofon Februari 2015 Redactie Fons Kemper Daniël Rewijk
+'+,(/-( /#&2.#)0(#-*24#!#&/(1* .,+-/1*)*/*84+(.+, +/++1*2-"#&#*DLEL "/ HC>&-#!&0#(0)1* +*#*'(#&' /-,/8(0# "#&" /+,!-#"/:
#)0(#-81+(0#/#(()+"* -)* 0(#-82-+,DC)-/DKIH#*"/ -#.,(/.&#/)-.0)!+-*:#) !-+#+,#**2(!./(!4#** 1-"0#.+,E>&-#!( /#&*- -():#&*1--#"//-(.*( "#%&"" #$"+,*./00-#)(+,G> &-#!( /#&"/#&.+,+)")/(-* ."/.*: *&+*!. *2.#)++-.,+-/ ! .#*-: #&.,+-//4( 1(* !-!*+*/2#''(4#"/+/* ((-+0*/(/##*1-."#((* .,+-/*(.1+/(8."/.*8 "-(+,*8 #/.**-#'/#* */#+*(/+,)-#:#*./*.4+ (*!-#&'1++-.,+-/2-*4#&* ,-.//#.+,"/+-!*#./+-#."* ./00-(#&'1(':#&*4#*.2#&4*2-* ,(*1++-/#&2-#* !+-!*#.-.,+-/4#"+*/2#''(: (.)+,-#"/-1*"//#&."-# /$ "$--"#&-1++-* #!*.,-'0#.:*4#&*"* 1-."**-##*1(+-#&'+'*+, .,+-/!#9$"# "$8$$ $*"$:
1(4#&#!"#1*#)0(#-0#//4#" *#/((*#*.,+-/8)-++'+,*- )/.",,(#&'/--#**: #&1-/-+'#* DKLL*--(*.> *#2-"#&#&* 1#& &-"++ -/0-2.1*(# +0-*/:,&+0-*(#./#'!#."#'/ "#&+1-*."-,(#'*1-#!,*: *-"/,.0+*#)#)-*(."- "#&(/--#.1-"(*8((//-#* '-*/*+(0)*.:/*/'*,*2. "#&84+(.(#&'/0#/1(#((0./-/#.#&4#&* #!*,0(#/#.8++'"(1-#!: -*./(!0(#-#&4#&* !.1#(( *#*-0'2''*+/*#."/0#**8 2-4( ../0*/*0#/!*#*!*+, '2)*8*2."#&* -1*/ 1-4)(-1**/#'!(.:#&* 0#/!-#+((/#(#/"#&**"/ !.)*/0.0): ++-4#&*1-#*./*#*.,+-/2-* ")1-."#((*- 0*/#./+!'*: #&2-+*-)-+*-."#*/+/ #-#*-1*-(*.
02: (4.,/*)'*#)0(#-/+/ *+,)-'(#&',-.++***2- ,#+*#-1++--(*..,+-/: #)0(#-+1-(+,DE,-#(DLHG+, KL>&-#!( /#&#** !:
Open Dag Tennisver. Pim Mulier Zaterdag 21 maart 2015 Pim Mulier Wandeltocht Friese Lange Afstand Lopers in Witmarsum 25-40-65 km. Aanmelden via website: www.flal.nl
De Société Pim Mulier eert voormalige topsporters - gerelateerd aan Haarlem- en stimuleert Haarlemse Sporttalenten. De jaarlijkse Pim Mulier lezing in november is exclusief voor onze sponsors. Ook u kunt voor slechts € 500,00 onze activiteiten ondersteunen
Woensdag 25 maart 2015 Talkshow (Michael Struis-Henk Uildriks) Boekhandel H. de Vries Beperkte toegang Signeersessie boek “Captain van Jong Holland” (biografie van Pim Mulier door Daniel Rewijk Vrijdag 24 april 2015 Sport historisch symposium over de rol van biografieën in het heldendom ……… Noordwijk
Diverse organisaties zijn nog bezig: ¾ Kaatswedstrijd ¾ Voetbalwedstrijd op de Koekamp (HFC EDO – KHFC) ¾ Gilde Wandeling langs sport gerelateerde gebouwen/huizen ¾ Nationale / regionale sportquiz ¾ Real tennis lezing en demonstratie (Stichting Ter Kleef)
Vrijdag 8 mei 2015 Fietstocht Haarlem naar Witmarsum Toertocht Excelsior Start 09.00 uur / 125 km Ontvangst Gemeente Witmarsum Zondag 17 mei 2015 ZorgSpecialistenloop Start Tata Steel stadion (Driehuis) www.zorgspecialistenloop.nl
Haarlems Dagblad Grachtenloop Vrijdag 26 juni 2015 Haarlems Dagblad Grachtenloop Start en Finish Nieuwe Gracht 800 meter, 1,5 km, 5 km, 10 km www.grachtenloop.nl
+'+,(/-( /#&
W.J.H. (Pim) Mulier (1865 – 1954)
Pim Muliers 150e geboortejaar
Door in een factsheet terug te blikken op het leven van deze veelzijdige sportpionier, belicht het Mulier Instituut de ontwikkeling van de moderne sport in Nederland. Om het historisch besef aan te scherpen is voor het onderwijs aan 12-14 jarigen een lesbrief samengesteld die over sport, sportgeschiedenis en Pim Mulier gaat. Deze lesbrief is bestemd voor leerlingen uit groep 8 van de basisschool, maar kan ook in de brugklas worden gebruikt. Het doel van de lesbrief is om leerlingen kennis te laten maken met de geschiedenis en achtergronden van de sport in Nederland. Dat gebeurt onder meer door terug te blikken op het leven van één van de grote Nederlandse sportpioniers Pim Mulier.
FACTSHEET
De rol van Pim Mulier in de Nederlandse
Bernt Schneiders – burgemeester Haarlem
Van jongs af aan was Pim Mulier door sport gefascineerd. Hij sportte zelf veel en draaide in verschillende sporten in de nationale top mee. Minstens zo belangrijk voor de sport in Nederland waren zijn prestaties en initiatieven op het organisatorische en bestuurlijke vlak. Zijn zienswijzen waren bepalend voor de tijd waarin de georganiseerde sport zich ontwikkelde.
Voor nog niet alle evenementen zijn juiste gegevens bekend. Kijk regelmatig op onze website (www. pimmulier150.nl)
Vrijdag 24 april 2015 Koningspelen georganiseerd door Nova College / Cios Kennemer Sportcenter diverse PM spelen
Pim Mulierloop Erica Terpstra – voorzitter
Gilde Haarlem
Zondag 31 mei 2015 Pim Mulierloop Av Suomi (75 jarig bestaan) Start en finish: Sportpark Groeneveen te Santpoort -Noord Starttijden: vanaf 11.00 uur Afstanden: 5 - 10 en 15 km en 1 km kinderloop www.avsuomi.nl Woensdag 3 juni 2015 Night Skate Start 20.00 uur IJsbaan Haarlem Deelname gratis Skatevaardigheid wel vereist www.haarlemnightskate.nl
Woensdag 1 juli 2015 Wandeling “Haarlemse Sporthelden” olv Gilde Haarlem start 13.30 uur Dreefzijde van het Provinciehuis de wandeling eindigt bij voormailig woonhuis van Pim Mulier aan de Nieuwe Gracht aanmelden via
[email protected] www.gildehaarlem.nl Woensdag 2 september 2015 Wandeling “Haarlemse Sporthelden” olv Gilde Haarlem start 13.30 uur Dreefzijde van het Provinciehuis de wandeling eindigt bij voormailig woonhuis van Pim Mulier aan de Nieuwe Gracht aanmelden via
[email protected] zie ook website: www.gildehaarlem.nl Zondag 27 september Halve van Haarlem (31e editie) Grootste eendaags evenement met Ruim 4000 deelnemers www.halvevanhaarlem.nl
Night Skate
Vrijdag 20 november Medisch Symposium Pim Mulier Papendal
SPONSORS SOCIÉTÉ PIM MULIER Sportservice Noord Holland Dubbel AA De Coalitie Olympisch Netwerk Nova College / Cios Sport “N Styles SRO / Kenmemer Sportcenter Bettink Meyer en Meerman Schoonmaakbedrijf Ruud Zander Sport Medisch Adviescentrum JRS Makelaars Van Brugge Partners Mathot Gezondheidshuis SportSupport Koninklijke HFC Trompenburg Advocaten HFC EDO Brederode Parket Jansen Wijsmuller & Beuns BV Rabobank Haarlem en Omstreken Verbouwexpert Pieters Bouwtechniek bv RSM Niehe Lancée Opmeer PR & Communicatie Nexus Advocaten Jos Kras/ Krassport Van Rooden Accountancy Bouwbedrijf Jan de Wit Köster Advocaten SPRTZ
Pim Mulier
1865-2015
Met kaatsen de tijd ver vooruit GERRIT KLOOSTERMAN
H
et woord emancipatie moest nog ontdekt worden, maar al in 1914 bleek Pim Mulier een pleidooi te hebben gehouden voor meer vrouwen in de kaatssport. Dat werd ontdekt door kaatshistoricus Pieter Breuker. Het duurde echter tot 1974 voordat vrouwenkaatsen serieus op de wedstrijdagenda van de Koninklijke Nederlandse Kaats Bond kwam. Pionier Mulier kan een vooruitziende blik niet ontzegd worden. Verrassend was zijn oproep aan de kaatsbond óók vrouwen (‘de slanke dochteren van het Friesche volk’) tot kaatsen te bewegen. ‘Zoo zullen naast de kaatsvereenigingen ook vrouwenkaatsclubs ontstaan of de kaatsvereenigingen zullen een afdeeling voor vrouwenkaatsters oprichten. Ik behoef U niet te zeggen, dat men daardoor ook een nuttig maatschappelijk werk zal nastreven. Waar beiden aan het spel zullen deelnemen, zal dit den omgang verbeteren en den beschaafden toon ten goede komen’, schrijft Mulier in een brochure. Mulier boekte met die brochure succes bij het conservatieve mannenbolwerk van het kaatsen. Mede door hem kwam er op 26 september 1915 in Harlingen een grote atletiek-sportdag en werd er ook gekaatst. Zes meisjes (Rinske de Zee, Eke Blanksma, Ina Schurer, Koosje Boersma, Idske Bangma en Geertje Weiland) hielden een demonstratiewedstrijd voor vrouwen. Mulier was zelf bij de sportmanifestatie aanwezig. Pim Mulier mocht dan als tweejarige Witmarsum hebben verlaten, hij verloochende zijn Friese afkomst niet. Hij was er in 1896 in Brussel bij toen zes Friese kaatsers hun eerste internationale wedstrijd in het buitenland speelden. Bij de afsluiting van het tweedaagse kaatsfestijn
trad Pim Mulier ook maar meteen als een van de feestredenaars op. In zijn publicatie ‘Onze Friesche Kaatsers te Brussel’ repte hij, niet helemaal vrij van enig chauvinisme, van ‘onze Friesche jongens’. In 1900 stelde Mulier een grote, zilveren bal met een omtrek van ongeveer 11 centimeter beschikbaar voor de jaarlijkse Bondswedstrijd, nu officieel het NK voor senioren. De wedstrijd werd toen in Witmarsum gehouden. De prijs werd gemaakt door de Haagse juwelier Albertus Jacobus Rodbard, maar Mulier tekende zelf voor het ontwerp. De bal is als wisselprijs nog steeds in omloop. Ook na 1900 stelde Mulier nog diverse prijzen voor Bondswedstrijden beschikbaar. Hij schonk in 1948 een wisseltrofee voor de jongens afdelingswedstrijd in zijn geboortedorp. De wedstrijd wordt nu nog elk jaar in Witmarsum gehouden. Waarschijnlijk heeft Mulier zelf nooit gekaatst, maar zijn interesse voor de sport werd rond zijn dertigste aangewakkerd. Bij jubileumfestiviteiten van de kaatsvereniging kwam hij maar wat graag naar zijn geboortedorp. ,,Hij mocht dan graag tussen de rijke boeren plaatsnemen, maar dat was toen ook de tijdgeast’’, kan Doekle Yntema, inmiddels 93 jaar en wonend in Grou, zich nog herinneren. Yntema is jarenlang secretaris van kaatsvereniging Pim Mulier geweest en heeft Mulier in levende lijve meegemaakt. Yntema was de auteur van het jubileumboek Yn ‘e krânse van de honderdjarige kv Pim Mulier (1886-1986). Hij beschrijft ondermeer dat Mulier op 10 maart 1935 zijn zeventigste verjaardag vierde. Door de Nederlandse Voetbal Bond werd een receptie georganiseerd, waarbij ook het bestuur van de Nederlandse Kaats Bond uitgenodigd werd. Maar het bestuur voelde er niet veel voor. Voorzitter Ulbe Rypma kaatste de bal terug naar Witmarsum. Of zij misschien trek hadden naar Den Haag te gaan. Het bestuur van Witmarsum wilde wel een reisje naar Den Haag. Ze werden vergezeld door
vier vrouwen in Friese kledij. De Mulierbal werd even geleend van de afdeling Sint Jacobiparochie en ging ook mee, dat alles ter verhoging van de feestvreugde van de zeventigjarige. Als hommage brachten de vier vrouwen het bekende kaatslied van de Sulveren Balsang ten gehore. Volgens het jubileumboek was de heer Mulier op het optreden ‘tige optein’. Doekle Yntema heeft nog correspondentie van Mulier uit 1948 in zijn bezit. Daarin wenst de sportpionier Yntema en zijn aanstaande eega Tjitske Reitsma geluk met hun nieuwe leventje, want de twee stonden op het punt te gaan trou-
wen. ,,Mogen de zonnige bruidsdagen den voorhof worden van een jarenlange verinniging van den gevoelens, welke gij thans voor elkaar gevoelen’’, schrijft Mulier op gedragen wijze. Ook voor jongenswedstrijden toonde Mulier belangstelling. Hij liet zich maar wat graag met prijswinnende parturen vereeuwigen. Op 5 augustus 1950 werd hij tot ereburger van de gemeente Wûnseradeel benoemd. Toen hij in 1954 overleed werd de naam van kaatsvereniging Wytmarsum, waarvan hij beschermheer was, door het bestuur nog datzelfde jaar veranderd in Pim Mulier.
Oprichter en ere-voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie
M
ulier was een rasatleet, dat is wel zeker. Hij heeft zijn voorliefde voor deze tak van sport getoond, die hij – en hij niet alleen- als de basis van alle sporten beschouwde. Hij heeft veel aan atletiek, vooral hardlopen gedaan en maakte knappe tijden. Zijn vader, mr. Tjepke Mulier, zette hem daarin eigenlijk al jong toe aan. Vader en zoon gingen met de sjees naar buiten en dan op stille wegen rond Haarlem werd Pim “gedropt”. In een matig tempo mende vader Mulier de zacht lopende Friese harddravers. Een andere keer liep hij met jacht-windhonden mee aan de lijn. Het was de jonge Muliers lust en leven. De vader van een van zijn vriendjes had in Engeland een atletiekwedstrijd gezien en toen dat Pim ter ore kwam, verzocht hij hem een wedstrijd te organiseren op het landgoed Berkenhorst in Heemstede. We werden opgesteld (in blote arme, net zoals op atletiekplaten in Engelse tijdschriften) in een laan die effen was en stevig door de ingestampte koolzwarte sintels en we konden hardlopen in groepjes van drie. De eerste atletiekprijs werd gewonnen door Mock (later een goed pikeur), die vijftien jaar was. De twaalfjarige Mulier eindigde als tweede met twee voetlengten. Dat was in september 1877. Mulier kwam in contact met de Amsterdamse student Bundten, die de atletiek in de hoofdstad ging propageren met als resultaat de eerste echte hardloopwedstrijd in Nederland (1886).
vrienden stapte hij natuurlijk ook op de fiets. En ook in deze sector telde Mulier mee. Pim Mulier begreep, dat de nationale krachten op atletiekgebied gebundeld moesten worden, zoals hij dat ook bij het voetbal wilde. Het resultaat was de oprichting in 1889 van de Nederlandse Voetbal- en Atletiek Bond. Dit verbond hield niet lang stand en in 1894 werd de afdeling atletiek aan de kant gezet. Dat was voor Mulier direct een reden om een Nederlandse Atletiek Bond op te richten, de bond, die later de Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie zou worden. Mulier werd de eerste voorzitter en ontving later de onderscheiding van het ere-voorzitterschap. In Velsen heeft met de “oer-veldloop” van Mulier in ere gehouden. Elk jaar weer organiseert de Velser atletiekvereniging Suomi de Pim Mulier veldloop. Toen Mulier nog leefde kwam hij zelf de door hem beschikbaar gestelde prijzen uitreiken. Nu doet dat traditioneel nog steeds een familielid van Mulier.
Overzicht 1892 | medeoprichter en eerste voorzitter van de Internationale Schaats Unie (ISU)
Cross op Rooswijck Mulier had in 1878 al een cross country georganiseerd op “Rooswijk” in Velsen-Noord, een hindernisloop over enkele kilometers. Bovendien werd er een sprintwedstrijd gehouden. Van de twintig jongens was Mulier twee keer de sterkste, zij het dat hij drie maal onbeslist liep op de 100 meter tegen de Beverwijker Jansen. Bij de training kwam Mulier op de 100 yards tot 9 ¾ als beste
tijd. De eerste echte wedstrijd dus in 1886 werd gewonnen door Mulier, 350 m. in 53,4 hetgeen hem een Nederlandse titel en een gouden medaille opleverde. Mulier wilde meer, want hij was eerzuchtig. Wij wilde ook wedstrijden in het buitenland lopen en dat gebeurde voor het eerst in 1888. Hij werd in Ostende op de mijl eerste voor de Engelsen, Fransen en Belgen. Natuurlijk zat de
Haarlemmer Poort Haarlemmer ook niet stil op organisatorisch gebied. In Haarlem richtte hij “De Damiaatjes”op, een club die geen lang leven beschoren was. Het was een club met grote cracks als de schaats- en wielerwereldkampioen Jaap Eden, de schaatscrack Klaas Pander, Harm Houtman. Met zijn sport-
1893-1897 | publicatie van de sportboeken Wintersport (1893), Athletiek en Voetbal (1894) en Cricket (1897) 1896 | betrokken bij de oprichting van de Nederlandsche Athletiek Bond
Pim Mulier
1865-2015
Mulier maakte - door nood gedwongen van H.F.C. geen rugby- maar voetbalclub
P
im Mulier werd 12 april 1954 ten grave gedragen. Het was een prachtige zonnige dag. Een uiterste grote schare van belangstellende was bij de uitvaart aanwezig. Het toeval wilde, dat het HFC bestuur grotendeels buitenlands vertoefde en ik de enige vertegenwoordiger van het bestuur was en als zodanig het woord diende te voeren. Velen gingen mij voor. In een bescheiden speech heb ik Mulier bedankt en voor alles, wat hij voor zijn Good Old had gedaan. Een Lange stoet van bekende sportfiguren volgde de baar. Een zeer bijzondere stoet. Vóór de lijkkist schreed een persoon in “oude stijl”. Hij had in de handen een kussen, waarop de eretekenen van Mulier werden gedragen. Het was plechtig, maar evenzeer min of meer uit de tijd. Intussen paste dit geheel in het kader van de overledene. “ Ik houd van distinctie” waren de woorden, die hij mij meer dan eens toefluisterde. Daarop was hij trots. Misschien dat velen het overdreven hebben gevonden, dat anderen hebben gelachen. Maar hoe dan ook, de ‘grote” man uit onze voetbalkring was niet meer.
Herinneringen Nu ruim 10 jaar na zijn overlijden komen allerhande herinneringen bij mij weer op de voorgrond; herinneringen op zeer verschillend terrein. Gedurende mijn 37-jarig secretarisschap van HFC heb ik persoonlijk veel contact met hem gehad. Niet alleen op hoogtijdagen van ons clubleven, maar ook vaak doordeweeks en dan dikwijls via de telefoon. Het aantal malen dat hij mij vanuit Den Haag opbelde, dikwijls ver nat het middernachtelijke uur, is niet te tellen. Hij had dan iets te zeggen, veelal over weinig-ingrijpende HFCproblemen, maar daarnaast over initiatieven, die hij wilde nastreven. Hij leefde permanent met ons mede. Op feestdagen ontbrak hij in onze kring nooit. Meer dan eens sprak hij met mij over de oprichting van HFC. Hij had een ‘tegenstander, de oude Pelt (Peltenburg). Die strijd heb ik uit den aard der zaak niet zelf meegemaakt. Uit allerhande schrifturen is mij later echter wel gebleken, dat Mulier de grondlegger van onze club
was. Ik zie Peltenburg echter voor mij. Tijdens de thuiswedstrijden aan de Spanjaardslaan zat hij altijd onder een houten bankje voor de tribune omgeven door vele enthousiaste clubgenoten. Als het ging regenen verhuisde het grootste gedeelte naar de overdekte tribune. De “Pelt” bleef zitten. Eerst nadat het hemelwater de oorzaak was dat tussen de rand van zijn zwarte-kaasdop en de bol van zijn gezicht water stroomde, kwam hij, drijfnat, naar boven om uitermate lakoniek naast ons te komen zitten. Mulier was een “groot”man, een tikkeltje ijdel. In de diverse “HFC-boeken” verschenen zijn pennevruchten. Veelal geestig gesteld. Aan de maaltijden had ik het voorrecht dikwijls naast hem te zitten. Ook dan bleek zijn heldere geest, zijn sarcasme en kon hij onder tafel mijn eksterogen van tijd tot tijd hartgrondig bewerken. Na de maaltijd heb ik hem menigmaal naar het station gebracht, niet, omdat hij niet in staat was zelfstandig het laatste treintje te halen, maar alleen, omdat hij onderweg nog wat wilde nakeuvelen. Zeer geruime tijd na zijn verscheiden belde mij een relatie van Muller, in Aerdenhout wonend, op en verzocht mij hem te bezoeken. In een onderhoud, dat toen bleek mij, dat ik uit de grote collectie schilderijen en etsen, welke Mulier in de loop der jaren had gemaakt, een keuze mocht doen. Het is onnodig te zeggen: dat daarop allerminst had gerekend. Na een langdurig gesprek met mijn gastheer, in ’t bijzonder over Mulier, werd mij verzocht mee naar boven te gaan. Op deze verdieping stond een ontstellend groot, aantal schilderstukken en etsen, alle door Mulier genaakt. Mijn gastheer deelde mij mede dat ik uit deze collectie een tweetal tukken mocht uitzoeken. Ik was stomverbaasd, maar voelde mij anderzijds gevleid. Het maken van een keuze was uiterst moeilijk. Toen ik verzocht een tweetal stukken gesigneerd door Mulier te mogen uitzoeken werd dit verzoek ingewilligd. Mijn keus viel op een schilderijstuk, hetwelk Mulier schilderde in Tirol., een bergcomplex met sneeuw bedekt en een ets, welke hij maakte op Sumatra. Het is wel onnodig te zeggen, dat ik met bijzonder genoegen de lichte vracht meenam naar mijn woning, waar ze nog hangt in mijn werkkamer. Een allerplezierigste herinnering aan deze “grote” H.F.C-er.
In 1875 logeerde de jonge Mulier in Noordwijk. Het was daar, dat hij Engelsen ontmoette, die een “football” speelden. In verband daarmede kocht hij in Amsterdam bij de Gruyter in de Leidsestraat een voetbal. Met zijn vriendjes Peltenburg, Schiff en D. v. Lennep nestelde het viertal zich op het weiland achter Den Hout. Het ging alles nog erg primitief toe. Men kon trouwens niet anders verwachten. De voetbal werd meegebracht, zomede een paar stokken en een plank. De plank was onontbeerlijk, het was jet middel om over de sloot te vluchten. Want boswachter Kolderie loerde op de
Door jhr. Dr. J.C. Mollerus, oud-secretaris H.F.C. knapen. Het verwisselen van veld begon de jonge H.F.C.-ers te vervelen, zodat men aan de heer J. v.d. Berg vergunning vroeg om in de bekende Koekamp te mogen spelen. Deze stemde daarin toe, tot op het ogenblik dat hij in de gaten kreeg dat deze voetballerij, de oorzaak was dat er voor zijn paarden geen gras meer ter beschikking bleek te zijn. Zo kwam ook daar een einde aan de voetballerij. Maar men versaagde niet. Het was Mulier, die van de Haarlemse burgervader, Jordens, gedaan kreeg dat H.F.C. de Koekamp in onderhuur kon bespelen, als “worstelpark” voor hem en zijn “kornuitjes”, echter onder voorbehoud dat de heer v.d. Berg schadeloos gesteld zou worden voor het bederf aan het land. En zo beschikte ons land over een officieel voetbalveld. De jeugd trok er heen op woensdag, zaterdag en zondag. Het was er stampvol. Er werd “geworsteld”, dat het een lieve lust was. Maar nieuwe moeilijkheden dreigden. Aanvankelijk werd er een soort ‘rugby” gespeeld. De ouders van de spelers gingen echter een rol spelen. Kapotte truien en jekkers waren aan de orde van de dag. Aan deze voetballerij werd door de ouders een einde gemaakt. Maar Mulier liet zich niet uit het veld slaan. Noodgewongen werd overgegaan naar het meer gecivili-
De spelers van HFC (Mulier in het midden achteraan) droegen vroeger niet hetzelfde shirt.
seerde “association”. Dat alles speelde omstreeks 1885. Mulier ging weldra over tot het uitnodigen van mensen uit ’s Gravenhage, Amsterdam en Rotterdam om eens op de Koekamp te komen kijken. Dat geschiedde inderdaad. Zijn initiatief leidde in 1880-’81 tot oprichting van een vereniging in Amsterdam terwijl in 1883 in Haarlem de club “Excelsior” werd opgericht. Het duurde evenwel tot 1886 voordat er sprake was van officiële wedstrijden. De Amsterdamse Football Club “Sport” bond in de Koekamp de strijd aan tegen H.F.C. In deze eerste officiële wedstrijd kwam H.F.C. met het navolgende elftal in het veld: Mulier, Peltenburg, Ypey, Hayman, Van Walcheren, Borel, Beets, Jessurun, Schiff en Muller. Er kwamen dus tien spelers in het veld. Een elfde speler ontbrak. H.F.C. verloor met 5-3. De returnwedstrijd werd op de 1e kerstdag 1886 gespeeld in het Vondelpark. Mulier was en bleef bij dit alles de inspirerende figuur. Min of meer werd geregeld gespeeld tegen H.V.V., R.A.P., Olympia en Concordia. Dat was het begin. Mulier was de promotor. Zijn werk voor H.F.C. werd gehonoreerd met het ere-voorzitterschap.
Overzicht 1898 | aanbieder namens de Nederlandse sport van het Sportalbum 1898 bij de inhuldiging van Koningin Wilhelmina 1899 - 1905 | verblijf in Nederlands-Indië als hoofdredacteur van de Deli Courant. 1908 | als sportvertegenwoordiger betrokken bij de oprichting van de eerste nationale koepel: NBvLO
Pim Mulier
1865-2015
‘Wy binne gewoan in sportdoarp’ RENZE LOLKEMA
H
ij had er helemaal niks mee te maken. Pim Mulier leefde niet meer toen SV Mulier werd opgericht in zijn geboortedorp. De club doet in niets denken aan Koninklijke HFC, opgericht door Pim Mulier in 1879. SC Mulier stamt uit 1967. Mulier dus, stabiele derdeklasser, vijfde op 18 punten van koploper Nijland. Dat is precies wat de club ambieert. Niets meer en niets minder. ,,Handhaven in de derde klasse, dat is wat we willen’’, zegt Remco Boonstra, nu zes jaar voorzitter van de voetbalclub. ,,En ooit, met wellicht een hele goeie lichting promoveren naar de tweede klasse.’’ Het is lang geleden dat Mulier in de tweede klasse speelde. In 2003-2004, één seizoen slechts. ,,Direct weer gedegradeerd’’, weet Boonstra. Op het thuiscomplex in Witmarsum is er niets dat herinnert aan de beroemde naamgever van de club. Geen borstbeeld van Pim Mulier, geen foto in de bestuurskamer van de vermaarde sportpionier. ,,Het beestje moest een naam hebben’’, vertelt Boonstra. ,, Er is nog wel toestemming aan de familie gevraagd of de naam mocht worden gebruikt, maar ik heb altijd begrepen dat dat een formaliteit was.’’ Met de Koninklijke HFC onderhoudt de der-
deklasser uit Witmarsum amper contact. Boonstra: ,,Er wordt wel eens een onderlinge wedstrijd georganiseerd, bijvoorbeeld met het 25-jarig bestaan van onze club, Maar sinds ik voorzitter ben, is er nooit contact geweest. Ik denk zelfs dat van de huidige selectie bijna niemand weet wie Pim Mulier was. Met een beetje geluk weten ze dat hij hier geboren is. Onder de oud-kaatsers leeft dat veel meer. Die hebben Pim Mulier ook nog persoonlijk gekend.’’ Kaatsen en voetbal, het zijn de voornaamste sporten in Witmarsum. ,,Een beetje kaatser kan ook goed voetballen’’, zegt Folkert van der Wei, een van de beroemde kaatsers uit het dorp en al jarenlang lid van de A-selectie van SV Mulier. Hij is nu gestopt met hoofdklassekaatsen, maar in al die jaren dat hij beide sporten combineerde, ging kaatsen voor. Van der Wei: ,,Je kan het als trainer wel verbieden, maar dan heb je een probleem. Ik heb altijd voor het kaatsen gekozen omdat ik in die sport veel meer kon winnen dan in het voetbal.’’ De huidige trainer van Mulier, de Sneker Marco Vlap wil er niet zo’n punt van maken. ,,Als de spelersgroep het er mee eens is, vind ik het best’’, zegt Vlap. Hij heeft twee hoofdklassekaatsers in zijn selectie, Gert Jan Meekma en clubtopscorer Herman Sprik. Marten en Jesse van der Molen (net als Sprik clubtopscorer met vier treffers) kaatsen in de eerste klas.
Mulier-complex Witmarsum Sprik: ,,Ik kies ook voor het kaatsen. Maar het hangt ook af hoe belangrijk de voetbalwedstrijd is. Als het gaat om het kampioenschap, een periode-
titel of om degradatie, dan twijfel ik. Maar ik weet gewoon dat wanneer ik op zaterdag voetbal, ik op zondag minder fit ben voor een kaatspartij. Dan voel ik me moe.’’ Meekma: ,,Of Witmarsum een voetbal- of kaatsdoarp is? Die discussie gaat hier al jaren. Wij zijn gewoon een sportdorp, zo moet je het zien.’’ De voetbalclub heeft 285 leden. Vier seniorenteams, een vrouwenelftal en veel junioren. Boonstra: ,,We hebben meer jeugd dan senioren.’’ ,,Dat komt misschien door de actieve jeugdcommissie. Zaterdag nog werd nog een zaalvoetbaltoernooi georganiseerd waarbij elk jeugdlid een vriendje of vriendinnetje mee mocht nemen dat nog geen lid is van de club. En op 7 februari staat er een pannatoernooi op de kalender. Zetten we een grote panna-kooi in de zaal en spelen maar. Altijd leuk.’’ Grootste wens van de club is een kunstgrasveld. Nu heeft Mulier twee speelvelden en een trainingsveld. De gemeenteraad van Sudwest-Frylân hakt in april de knoop door. Maar ook al wordt besloten tot aanleg van zo’n kunstgrasveld, de leden van Mulier bepalen uiteindelijk of het doorgaat. Want van de 450.000 euro dient de club 25 procent zelf op te hoesten. ,,Dat is veel geld’’, zegt bestuurslid Arnold van der Wei. ,,Maar aan de andere kant, het is ook de toekomst. Wij willen graag elke week voetballen. Met het weer van vandaag hadden we op deze zaterdag altijd kunnen spelen op kunstgras.’
Actief en gedreven, net als Pim
ANNE ROEL VAN DER MEER
A
anbellen is niet mogelijk, hier aan de Stasjonswei in Hantum. Geen deurbel. Niet nodig, zo blijkt. Tamme kraai Caro, die huist in een kooi in de woonkamer, meldt de bewoners dat er visite is. ,,Hierlangs, door het hekje”, roept Eco Tjepke Johan Haitsma Mulier (74, roepnaam Tjep) in een keurig, bijna koninklijk soort Nederlands. In dit accent moet hij als jongen ook met Pim Mulier, een neef van zijn overgrootvader, hebben gesproken. De achterdeur blijkt de toegang tot de keuken. Daar zit Ike Roelfsema, de tweede vrouw van Haitsma Mulier, net als hij afkomstig uit een familie met een zekere status. Papegaai Roos verwelkomt het bezoek, de honden Bas, Frits en Dée wachten op wat komen gaat. Haitsma Mulier gaat voor naar de woonkamer. Aan de muur hangen legio portretten. ,,Deels door oom Pim nageschilderde werken”, vertelt hij. Verder: antieke kasten, kleine getekende silhouetten van familieleden, een bank, fauteuils en de zwarte kater Antagen, Zweeds voor ‘geadopteerd’. ,,De kater had ook een zus”, vertelt Ike Roelfsema. ,,Die heette Bark, wat boomschors betekent. Ik vond haar in een boom.” Het is, vanuit hedendaags perspectief, een
wonderlijke inboedel. Maar wel eentje waarbij Haitsma Mulier en Roelfsema - eigenlijk zijn derde vrouw, hij telt zijn eerste korte huwelijk liever niet mee - zich volledig op hun gemak voelen. ,,Al deze spullen vertellen de verhalen van onze families”, zegt zij. ,,Gek zijn we”, vult hij aan. ,,En je hebt de zolder nog niet eens gezien.” Daar staat een verzameling koektrommels en porseleinen piespotten. ,,In totaal heb ik 450 van die dingen”, zegt Roelfsema. Ooit zullen ze worden tentoongesteld in het op papier al bestaande nachtspiegelmuseum. ,,Neemt u plaats”, zegt Haitsma Mulier. ,,U mag overal zitten, behalve op die rode stoel. Daar zit ik.” Hij kan vanaf zijn vaste stek naar buiten kijken, over het oneindige land van Dongeradeel. ,,Ik ga hier nooit meer weg”, zegt hij. ,,Ja, tussen zes planken.” Dat duurt nog even, als het aan hem ligt. ,,Een jaar of vijftien toch wel.” Zijn hart, dat niet al te best meer is, zal dus nog een tijdlang moeten blijven kloppen. Zeilen, waar hij vroeger verzot op was, zit er niet meer in. Ook omdat Ike Roelfsema last heeft van zeeziekte trouwens. In plaats daarvan trekken ze er geregeld met hun camper op uit. De vierwieler heeft een toepasselijke Latijnse naam gekregen: Vehiculum Mulieris. Favoriete standplaatsen zijn jachthavens. Alcohol nuttigt Haitsma Mulier amper meer. Dat was vroeger anders. ,,Ik weet nog dat ik op
een vader-zonendag van het studentencorps in Utrecht was. Toen heb ik flinke neuten gevat. Mensen die zeilen, drinken meer. Bekend, toch? Om een uur of zes in de ochtend gingen we naar het huis van mijn zoon Jan Willem, nu de vader van mijn kleinzoon Pim. Mijn schoenen waren naar de kloten, mijn broek gerafeld en de blazer verrot. Maar ik werd wel uitgeroepen tot vader van het jaar.” Hij moet, vertelt Haitsma Mulier, zijn levensverhaal nog eens op papier te zetten. Het is er nog nooit van gekomen. Hij kan moeilijk stilzitten. ,,Oom Pim had dat ook.” Tjep Haitsma Mulier is de oudste mannelijke nazaat van de oudste tak van zijn familie en naar eigen zeggen de enige in Friesland. Zijn zogeheten oud-vader (de vader van zijn betovergrootvader) Pieter Mulier (1783-1866), afstammeling van Franse hugenoten (protestanten) uit het NoordFranse Lille, was de opa van Pim Mulier. De dubbele achternaam dankt de huidige inwoner van Hantum aan deze Pieter, die begin negentiende eeuw trouwde met Margaretha Haitsma (1790-1819). ,,Haar familie was rijk”, vertelt Ike Roelfsema. ,,Zo rijk dat Margaretha alleen met Pieter mocht trouwen als ze haar achternaam zou kunnen meenemen”. Apart: de betovergrootvader van Tjep Haitsma Mulier, die Johannes heette, kreeg de dubbele
achternaam. De broer van Johannes, Tjepke (vader van Pim en grietman van Wonseradeel), ging als Mulier door het leven. Omdat Pim Mulier enig kind was en kinderloos bleef, stierf het geslacht Mulier met het overlijden van de grondlegger van de sport in 1954 uit. ,,De eerste vrouw van Pim, een barjuffrouw met de naam Cornelia Constance van Duin, vertelde hem dat ze zwanger van hem was”, vertelt Haitsma Mulier. ,,Hij is toen maar met haar in het huwelijk getreden, maar de baby kwam nooit. Uiteindelijk zijn ze gescheiden. Later is hij getrouwd met Maria Louise Haitsma Mulier, een achternicht. Ook heeft Pim het huwelijk bedrieglijk nagebootst met nog een andere vrouw.” Tjep Haitsma Mulier ontmoette zijn beroemde familielid voor het eerst in 1948. ,,Ik herinner me dat hij bij ons thuis aan de Celebesstraat in Nijmegen op een muurtje zat. Hij tekende ons huis feilloos na. Ik denk dat hij een keer of vier is geweest. Andersom heb ik hem een keer of drie in Den Haag bezocht. Ik herinner me nog zijn glas- en zilverwerk. Als ik aan hem denk, zie ik een klein, bol mannetje voor me. Een rare vent eigenlijk.” Zittend op dat muurtje leek hij een rustig type, vertelt Haitsma Mulier. ,,Maar in feite was Pim vermoeiend om mee om te gaan”, weet Roelfsema. ,,In zijn jeugd was hij een naar jongetje met een gebruiksaanwijzing. Als zijn ouders een oppas zochten, vroegen ze: ‘wie wil Pim’? Niemand wilde Pim. Hij was hyper, maar ook slim. Later zette hij zijn energie gelukkig om in nuttige dingen.” Haitsma Mulier is een beetje zoals zijn beroemde familielid was, vertelt hij. ,,Actief, gedreven, creatief (,,maar niet artistiek”), familiegericht, koppig als de Friezen en impulsief als de Fransen. Net als hij was ik bovendien sportief. Ik ben hockeyscheidsrechter geweest. In de jaren zestig was ik internationaal actief. Ik heb ooit Nederland-Duitsland gefloten bij de vrouwen.” En uiterlijk? ,,Kijk eens naar de kin en die neus en pak er een foto bij van Pim”, stelt Ike Roelfsema voor. ,,De overeenkomsten zijn opmerkelijk.” Het voelt goed om eindelijk in Friesland te wonen, het land van zijn voorvaderen, zegt Haitsma Mulier. ,,De behoefte heb ik altijd gehad en die werd des te sterker toen mijn vrouw Josette overleed. We woonden in Hilversum, waar ik een eigen reclamebureau had. In 2008 ben ik hier neergestreken met Ike.” Vorige bewoners beweerden dat het spookt in hun huis. ,,Het kraakt op een bepaald tijdstip en er klingelt een klokje dat er niet is. Maar verder? We hebben nergens last van.” Caro krijst.
Pim Mulier
1865-2015
In de ban van bandy PETER VAN DER MEEREN
P
im Mulier hield van vele sporten, maar bandy was toch wel zijn favoriete bezigheid. ‘Mijn meest geliefkoosde uitspanning, het ‘vlugste’ spel ter wereld. Vlugger dan voetbal (..), pittiger dan cricket, tennis of golf’, schrijft hij in zijn in 1893 uitgegeven boek Wintersport. Dat uitgerekend de grootste sportieve liefde van Mulier in Nederland nu de kleinste is van alle door hem geïntroduceerde sporten, heeft zijn oorzaken. Ten eerste: ijs, of beter: het gebrek daaraan in de jaren dat Mulier pogingen deed met bandy in ons land voet aan de grond te krijgen. Eind negentiende eeuw was men voor winterse activiteiten afhankelijk van het weer. Ten tweede: wat bandy was in de winter, was hockey in de andere seizoenen. Hockey werd in die jaren gespeeld ter voorbe-
reiding op het bandyseizoen, maar de veldsport kreeg de overhand toen kwakkelwinters elkaar opvolgden. Dit tot afgrijzen van Mulier, die hockey in bijna al zijn artikelen negeerde, maar in een ingezonden stuk in deze krant (1895) wel voorstelde om ‘de belachelijke naam hockey om te dopen in landkolf’. De start was nog wel zo voortvarend verlopen – met dank aan Koning Winter. In 1891 – Mulier schaatste dat jaar de Elfstedentocht – werd in ons land de eerste bandywedstrijd gespeeld. Dit in Haarlem, de woonplaats van de toen 26-jarige Mulier. Hiervoor had de sportliefhebber de Bury Fen Bandy Club uit Engeland laten overkomen. Charles Goodman Tebbutt was de captain. Mulier en Tebbutt hadden elkaar ontmoet op de kostschool in Ramsgate. De eerste ontmoeting eindigde in een 14-1 zege voor de meer ervaren Engelsen. Bandy werd in de districten rond Cambridge al jaren gespeeld op grote vennen, die ’s winters in
Dit is het huis Nieuwe Gracht 7 in Haarlem waar Pim Mulier lang heeft gewoond. Voor de deur leerde hij als driejarig jongetje schaatsen. Van zijn (Friese) vader mocht hij “niet eerder binnekomen, voordat hij kon krabbelen”. Pim’s broer leerde hem op de Nieuwe Gracht de fijne kneepjes van het schaatsen, hetgeen hem later in de Elfstedentocht goed van pas is gekomen. Na het vertrek van de familie Mulier van de Nieuwe Gracht werd het pand de ambtswoning van jhr. Mr. Schorer Roel, de commissaris van de Koningin in Noord-Holland. Het huis is sinds 2002 in handen van de Vereniging Hendrick de Keyser.
uitgestrekte ijsvloeren veranderden. Daarop konden makkelijk speelterreinen ter grootte van voetbalvelden worden uitgezet, waar elfkoppige ploegen elkaar bekampten. Opvallend: de keepers deden en doen het zonder stick. Uit bandyclubs zijn roemruchte voetbalclubs als Nottingham Forest en Sheffield United voortgekomen. Zoals Mulier in de ban raakte van bandy, raakte zijn vriend Tebbutt gecharmeerd van de winterse activiteiten in Nederland. Hij genoot van de schaatswedstrijden en het ‘volkse plezier’ er omheen. Dat laatste paste wel bij bandy, dat niet voor niets ook licht spottend ‘brandy’ werd genoemd. Ook destijds was al sprake van ‘de derde helft’! Mulier lokte de Engelsen hiermee naar ons land en specifiek zijn geboortegrond. ‘Op de Friese feesten wordt gehost en gedanst; daar vallen de zoenen als een regenbui in het water’, zo liet hij optekenen. De eerste kennismaking verliep gladjes en in januari 1892 werd onder meer de Amsterdamsche Hockey&Bandy Club opgericht. De club bestaat nog altijd, maar de ruim 2000 leden spelen nu enkel hockey. Wel is de clubnaam ongewijzigd gebleven. In de winter van 1893 werd het ‘Fries offensief’ ten volle ingezet. Op een ijsfeest in Heerenveen voerden Mulier en Tebbutt twee bandyteams aan van elk zes man. De Leeuwarder Courant was erbij: ‘Het moet gezegd worden dat dit spel het Friesche publiek ambieerde, het wel in den smaak viel. Men bewonderde algemeen de vlugheid van de kranige jongelieden (..) Captain Mulier won de partij’. Er volgden demonstraties in Bolsward en Leeuwarden. Tebbutt liet sticks en ballen achter, dronk een paar glazen en toog huiswaarts. Twee jaar later speelden Bolsward en Heerenveen nog tegen elkaar (0-0), maar de echte doorbraak bleef uit. Wel won het ‘Nederlandse’ bandyteam (de club uit Haarlem) in 1905 in het Zwitserse Davos nog de Europese titel. Dertig jaar later veranderde de Nederlandsche Hockey en Bandy Bond zijn naam in Nederlandse Hockey Bond. Een teken aan de wand. De strenge winter van 1963 (Elfstedentocht, Reinier Paping) zorgde voor een lichte opleving voor bandy. Er werd zowaar een NK georganiseerd. De komst van kunstijsbanen hielp de sport. Er werd overgeschakeld op het zogeheten rink-bandy: zes tegen zes op een ijshockeyveld. Maar noem bandy daarom alsjeblieft geen ‘ijshockey met een bal’, zegt Frank Peters, voorzitter van de Nederlandse Bandy Bond. ,,Bandy is hockey op het ijs. Een snelle, vriendelijke sport zonder de fysieke strijd die ijshockey kenmerkt’’, aldus de Nijmegenaar, wiens bond zo’n 100 leden telt. De competitie telt vier teams. Het valt niet mee de sport overeind te houden, erkent Peters. ,,De ijsbanen moeten gedeeld. IJs huren is duur. We doen ons best, maar we krijgen er niet veel beweging in.’’ Bandy is dus niet de volkssport geworden die Mulier voor ogen had, maar het zou hem deugd hebben gedaan als hij wist dat Nederland mondiaal nog een, bescheiden, woordje meespreekt. De Oranje-selectie vertrekt over twee weken naar Chabarovsk, diep in oostelijk Rusland, waar het
Ambtsketen Het zal weinigen bekend zijn maar de ambtsketen van de burgemeester van Haarlem is gedreven naar een ontwerp van Pim Mulier (en vervaardigd door E. Voet). De keten werd in 1895 door de toenmalige burgemeester van Haarlem, jhr. Mr. J.W. G. Boreel van Hogelanden aan de stad geschonken. Het is een prachtige zilveren ambtsketen, voorzien van symbolen uit de historie van Haarlem. De ambtsketen is nu nog in gebruik, zij het dat er enkele wapentjes zijn toegevoegd en de sluiting gewijzigd is.
WK wordt gehouden op grote overdekte ijsvloeren. Peters: ,,Vorig jaar speelden we in Irkoetsk buiten bij min dertig graden. Dat was wel erg koud.’’ In Rusland en Zweden is bandy een grote sport met professionele competities. ,,Een goede speler kan met bandy zijn brood verdienen’’, aldus Peters. Er wordt nog in zo’n 25 landen bandy gespeeld; de Russen doen pogingen de sport op het olympische programma te krijgen. Het Nederlands team kon voor het WK van vorig jaar op trainingskamp naar Davos, maar daar ontbrak nu het geld voor. Peters: ,,De spelers betalen hun eigen vliegtickets; de organisatie betaalt het hotel en het eten.’’ Oranje opent het WK op 1 februari tegen Somalië. Nee, dat is geen tikfout! In het Afrikaanse land kennen ze ijs alleen vanuit de vriezer, maar naar Zweden gevluchte Somaliërs hebben de sport – in het kader van integratie – onder de knie gekregen. Ze mogen onder de vlag van hun vaderland meedoen aan het WK. Peters: ,,Dat gaf vorig jaar heel veel publiciteit. Prachtig voor de sport.’’
Overzicht 1909 | initiatiefnemer van de eerste Elfsteden schaatswedstrijd 1909 | initiatiefnemer van de eerste Vierdaagse Afstandsmarsen van de NBvLO 1917 | rijdt als 51-jarige de derde Elfstedentocht uit 1940 | benoeming tot Ridder in de Orde van de Nederlandsche Leeuw 1950 | ereburger van de gemeente Wonseradeel 12 april 1954 | Pim Mulier overlijdt in Den Haag
Wat zou Pim Mulier trots zijn geweest als hij nu zijn eigen sportpark zou zien. Twee honkbalvelden, twee softbalvelden, twaalf tennisbanen, vier kunstgras-voetbalvelden, een sporthal speciaal voor ‘kleine bal sporten’ en een atletiekbaan. Verenigingen als Kinheim, DSS, AV Haarlem en KAV Haarlem vinden hier een sportief thuis. Bovendien dragen het honkbalstadion en de tennisvereniging ook nog zijn naam. En of het nog niet genoeg is, de straat waardoor menig sportliefhebber het Pim Mulier Sportpark nadert is ook naar de sportpionier genoemd.
Zijn kenmerkende bolhoed zou op dit moment te klein zijn voor de complimenten die Mulier van alle gebruikers zou ontvangen. Er zijn namelijk duizenden leden van verenigingen, toeschouwers en andere belangstellenden, die wekelijks het aan de Westelijke Randweg gelegen kroonjuweel voor de sport bezoeken. Daarbij moeten we de leerlingen en docenten van sportopleiding CIOS en Scholengemeenschap Mendel niet vergeten. Ook zij zijn regelmatig op de vele sportvelden te vinden.
Het Pim Mulier sportpark wordt al jaren onderhouden en beheerd door SRO. SRO is maatschappelijk partner van gemeenten. Wij willen het voor iedereen mogelijk maken zijn of haar sport met plezier te beoefenen. Met meer dan 25 jaar kennis en ervaring in het exploiteren, beheren en onderhouden plus het realiseren van maatschappelijke accommodaties, is SRO ook een oudgediende in Haarlem en omgeving. Voor SRO is het Pim Mulier sportpark de uitvalsbasis voor het onderhoud aan maatschappelijk vastgoed als gymzalen, speeltuin- en scoutinggebouwen. Hier vindt onderhoud plaats van het eigen machinepark van de cultuurtechnische dienst, die de vele buitensportaccommodaties in Haarlem, Zandvoort, Haarlemmerliede en Heemstede bewerkt.
Mede door de verdiensten van Pim Mulier is de sportbehoefte bij de inwoners van Haarlem en omgeving gewekt en wordt daar anno 2015 op kwalitatief goede sportaccommodaties plezier aan beleefd. Van topsport, zoals honk- en softbal op hoofdklasseniveau, tot recreatief niveau, het wekelijkse potje tennis of de loopgroep bij atletiekvereniging, iedereen wil een prestatie leveren. Zou de oude meester zich dat 150 jaar geleden hebben gerealiseerd?
Minckelersweg 40, 2031 EM Haarlem Postbus 9624, 2003 LP Haarlem www.sro.nl