GZ-MG70E GZ-MG60E HARD DISK CAMERA GEBRUIKSAANWIJZING NEDERLANDS AAN DE SLAG 7 VIDEOBEELDEN OPNEMEN & AFSPELEN 22

MasterPage: Cover M5E6PAL.book Page 1 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

NEDERLANDS

7

AAN DE SLAG

HARD DISK CAMERA

GZ-MG70E GZ-MG60E

VIDEOBEELDEN OPNEMEN & AFSPELEN

22

STILSTAANDE BEELDEN (FOTO’S) OPNEMEN & AFSPELEN

28

BEDIENINGSHANDELINGEN VOOR DE ERVAREN GEBRUIKER

31

MENU-INSTELLINGEN

48

VERWIJZINGEN

52

U kunt de demonstratie uitschakelen door “DEMO” op “UIT” te zetten. (墌 blz. 48)

GEBRUIKSAANWIJZING LYT1495-004A

DU

MasterPage: Body_Left M5E6PAL.book Page 2 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

2 NE De belangrijkste functies van deze camera Ingebouwde harddisk

Bestanden bewerken op uw PC

Deze harddisk camera neemt de beelden op een ingebouwde harddisk-drive (HDD) in plaats van op een DV-tape zoals conventionele videocamera’s. Hierdoor wordt het mogelijk een groot aantal uren aan MPEG2-video-opnamen van hoge resolutie te maken.

Met USB 2.0 is een soepele overdracht van video-beelden en stilstaande beelden naar de computer mogelijk. Met de bijgeleverde beeldbewerkings-software kunt u gemakkelijk uw videomateriaal bewerken en uw eigen DVD’s maken. (Zie “Lees dit eerst!” en de handleiding voor de software-installatie en de USBaansluiting.)

Diverse opnamestanden U kunt de meest geschikte opnamestanden kiezen afhankelijk van de gewenste beeldkwaliteit, beeldgrootte, opnametijd en computer-omgeving. (墌 blz. 62)

Het gemak van diverse afspeelfuncties Het afspelen is eenvoudig en kost niet veel moeite omdat u niet, zoals bij gebruik van videotape, een tijd moet wachten totdat de band terug of vooruit is gespoeld. U hebt ook de beschikking over een afspeellijst, effecten voor het afspelen en andere functies, zodat u uw beeldmateriaal op verschillende manieren kunt afspelen.

Flitser U kunt stilstaande beelden (foto's) gemakkelijker maken in een donkere omgeving. De flitser werkt automatisch bij het opnemen van een stilstaand beeld (foto). (墌 blz. 31)

Rechtstreeks printen Als uw printer compatibel is met PictBridge, kunt u gemakkelijk stilstaande beelden afdrukken wanneer u de camera met de USB-kabel rechtstreeks op de printer aansluit. (墌 blz. 47)

MasterPage: Reference_Heading0_Right M5E6PAL.book Page 3 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

NE


Inhoud AAN DE SLAG

7

Meegeleverde accessoires .............................. 7 Index .............................................................. 10 Stroomvoorziening ......................................... 14 Bedieningsstand ............................................ 16 Instelling van de taal ...................................... 17 Datum/Tijd-instellingen .................................. 18 De helderheid van het scherm aanpassen .... 18 Afstelling van de handgreep .......................... 19 Statiefbevestiging .......................................... 19 Een SD-kaartje in de camera steken/uit de camera halen ............................................. 19 Een opnamemedium formatteren .................. 20 Een opnamemedium selecteren .................... 21 Ruimte die over is op het opnamemedium .... 21 Valdetectie ..................................................... 21

VIDEOBEELDEN OPNEMEN & AFSPELEN 22 Videobeelden opnemen ................................. 22 Zoomen ..................................................... 23 Videobeelden afspelen .................................. 24 Zo gebruikt u de bladerbalk ....................... 25 Datumindexscherm .................................... 25 Diverse handelingen voor het afspelen ..... 25 Afspelen Zoom .......................................... 25 Aansluiten op een TV, videorecorder of DVDrecorder ..................................................... 26 Weergeven op een TV ............................... 26 Opnamen kopiëren naar een videorecorder (of DVD-recorder) ........................................... 27 Weergave met behulp van de afstandsbediening ...27

STILSTAANDE BEELDEN (FOTO’S) OPNEMEN & AFSPELEN 28 Stilstaande beelden (foto’s) opnemen ........... 28 Zoomen ..................................................... 28 Doorlopende opnamen .............................. 28 Stilstaande beelden weergeven ..................... 29 Diavoorstelling ........................................... 29 Indexweergave van bestanden van stilstaande beelden (foto’s) ........................ 29 Zo gebruikt u de bladerbalk ....................... 30 Datumindexscherm .................................... 30 Beeldrotatie ............................................... 30 Afspelen Zoom .......................................... 30

3 31

OPNAMEFUNCTIES ........................................... 31 Tegenlichtcompensatie .................................. 31 Spotbelichtingsregeling .................................. 31 Flitser ............................................................. 31 Handmatige Instellingen in het MSET-menu ..... 32 Zo selecteert u een menu-item .................. 32 Handmatige belichting ............................... 32 Handmatige Scherpstelling ........................ 33 Witbalans ................................................... 34 Sluitersnelheid ........................................... 35 Programma AE .......................................... 36 Effect ......................................................... 36

WEERGAVEFUNCTIES ........................................ 37 Wipe-effect of Infaden/Uitfaden-effect ........... 37 Weergave-effecten ........................................ 37

BESTANDEN BEHEREN ....................................... 38 Bestandsinformatie bekijken .......................... 38 Bestanden beveiligen .................................... 38 Bestanden wissen .......................................... 39 Een opnamemedium opruimen ...................... 40 Bestanden stilstaande beelden (foto’s) kopiëren/ verplaatsen ................................................ 41 Het bestandsnummer resetten ...................... 42 Afspeellijst aanmaken .................................... 42 Afspeellijst afspelen ....................................... 43 Instelling DPOF-Print ..................................... 46 Rechtstreeks printen met een PictBridge-printer ..... 47

MENU-INSTELLINGEN

48

De menu-instellingen wijzigen ....................... 48 Menu’s voor alle standen gezamenlijk ........... 48 Menu’s voor het opnemen van videobeelden .... 50 Menu’s videobeelden afspelen ...................... 50 Menu’s stilstaande beelden vastleggen (foto’s maken) ....................................................... 51 Menu’s stilstaande beelden (foto’s) weergeven ......51

VERWIJZINGEN

52

Het oplossen van problemen ......................... 52 Waarschuwingen en indicatoren .................... 55 De camera reinigen ....................................... 57 Voorzorgsmaatregelen .................................. 57 Technische gegevens .................................... 60

TERMEN ............................................ Achterzijde

MasterPage: Safty_Left M5E6PAL.book Page 4 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

4 NE Beste klant, Dank u voor de aanschaf van deze harddiskcamera. Om een veilig gebruik van dit product te verzekeren, dient u vóór het gebruik de veiligheidsinformatie en de voorzorgsmaatregelen op blz. 4 – 5 te lezen.

VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN WAARSCHUWING: STEL DIT TOESTEL NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT TER VOORKOMING VAN BRAND EN ELEKTRISCHE SCHOKKEN.

VOORZORGSMAATREGELEN:

● Om elektrische schokken te vermijden, mag u de ombouw niet openen. In het toestel bevinden zich geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Laat onderhoud over aan de vakman. ● Trek de stekker van het netsnoer bij voorkeur uit het stopcontact wanneer u de netadapter voor langere tijd niet gaat gebruiken.

LET OP: Voorkom een elektrische schok of beschadiging van het toestel en steek de kleine stekker van het netsnoer in de netadapter zodat deze goed vast zit. Steek vervolgens de grotere stekker van het netsnoer in een stopcontact.

Gebruikte batterijen Niet weggooien, maar inleveren als KCA.

VOORZORGSMAATREGELEN:

● De camera is gemaakt voor gebruik met kleurentelevisiesignalen van het PAL type. Het toestel kan niet gebruikt worden met een televisie gebaseerd op een ander systeem. Opname en weergave met de LCD-monitor is echter overal mogelijk. ● Gebruik de JVC BN-VF707U accu en laad deze op met de meegeleverde multi-voltage netadapter of gebruik de netstroomadapter om de camera van stroom te voorzien. (Een stekkeradapter kan eventueel noodzakelijk zijn voor aanpassing aan afwijkende stopcontactontwerpen in verschillende landen.)

OPMERKINGEN:

● Het spanningslabel en waarschuwingen voor de veiligheid zijn op het onder- en/of achterpaneel van het hoofdtoestel aangegeven. ● Het plaatje met het serienummer vindt u waar de accu is bevestigd. ● De informatie over de stroomvoorziening en de veiligheidswaarschuwing voor de netadapter bevinden zich op de boven- en onderkant daarvan.

MasterPage: Safty_Right M5E6PAL.book Page 5 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

NE

Informatie voor gebruikers over het weggooien van oude apparatuur [Europese Unie] Deze markering geeft aan dat de elektrische en elektronische apparatuur bij het einde van de gebruiksduur niet bij het huishoudelijk afval mag Let op: worden gegooid. Het Dit symbool is alleen product moet in plaats geldig in de Europese daarvan worden Unie. ingeleverd bij het relevante inzamelingspunt voor hergebruik van elektrische en elektronische apparatuur, voor juiste verwerking, terugwinning en hergebruik in overeenstemming met uw nationale wetgeving. Door dit product naar het inzamelingspunt te brengen, werkt u mee aan het behoud van natuurlijke hulpbronnen en met het voorkomen van potentiële negatieve effecten op het milieu en de volksgezondheid, die anders veroorzaakt zouden kunnen worden door onjuiste afvalverwerking van dit product. Neem voor meer informatie over inzamelingspunten en hergebruik van dit product contact op met de gemeente in uw woonplaats, het afvalverwerkingsbedrijf of de winkel waar u het product hebt aangeschaft. Er kunnen boetes gelden voor een onjuiste verwijdering van dit afval, in overeenstemming met de nationale wetgeving. (Zakelijke gebruikers) Bezoek als u dit product wilt weggooien onze website www.jvc-europe.com voor informatie over het terugnemen van het product. [Landen buiten de Europese Unie] Wanneer u dit product wilt verwijderen, houdt u dan aan de geldende nationale wetgeving of andere regels in uw land voor de verwerking van oude elektrische en elektronische apparatuur.

5

Wanneer het toestel in een kast of op een plank wordt gezet, moet u er op letten dat er voldoende ventilatieruimte aan alle kanten van het toestel overblijft (10 cm of meer aan beide zijkanten, aan de bovenkant en aan de achterkant). Blokkeer de ventilatie-openingen niet. (Als de ventilatie-openingen geblokkeerd worden door een krant, een kleedje of iets dergelijks, is het mogelijk dat de warmte niet uit het toestel kan ontsnappen.) Zet geen open vuur, zoals een brandende kaars, op het toestel. Denk aan het milieu wanneer u batterijen weggooit en volg de lokale regelgeving aangaande het wegwerpen van deze batterijen strikt op. Het toestel mag niet worden blootgesteld aan druppelend of spattend water. Gebruik dit toestel niet in een badkamer of andere plek waar water voorhanden is. Zet ook geen voorwerpen met water of andere vloeistoffen erin op het toestel (zoals cosmetica, medicijnen, bloemenvazen, potplanten, kopjes enz.). (Als water of een andere vloeistof in het toestel terecht komt, kan dit leiden tot brand of een elektrische schok.) Richt de lens niet direct naar de zon. Dit zou namelijk uw ogen kunnen beschadigen of problemen in de werking van het interne circuit kunnen veroorzaken met mogelijk brand of een elektrische schok tot gevolg.

LET OP! De volgende opmerkingen zijn uitermate belangrijk en dienen beschadiging van het toestel en letsel te voorkomen. Draag de camera niet door deze aan de LCDmonitor vast te houden. De camera zou anders kunnen vallen of op een andere manier worden beschadigd. Gebruik geen statief op een instabiel of scheef oppervlak. Het statief zou anders om kunnen vallen met ernstige beschadiging van de camera tot gevolg.

LET OP! Verbind geen kabels (audio/video, S-Video, enz.) met de camera wanneer deze op de tv is geplaatst en laat de camera niet op de tv liggen. Iemand zou namelijk over de kabels kunnen struikelen of er op staan waardoor de camera van de tv valt met beschadiging tot gevolg.

MasterPage: Safty_Left M5E6PAL.book Page 6 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

6 NE Voordat u deze camera gaat gebruiken Deze camera legt videobeelden vast in MPEG2formaat overeenkomstig het SD-VIDEO-formaat. Onthoud dat deze camera niet uitwisselbaar met andere digitale videoformaten is. Vergeet niet dat deze camera voor privé-gebruik is ontworpen. Commercieel gebruik zonder de vereiste toestemming is verboden. (Het wordt tevens aanbevolen dat u vooraf toestemming vraagt voor het opnemen voor persoonlijk gebruik van bijvoorbeeld een show, uitvoering, expositie of toneelstuk.) Behandel de harddisk voorzichtig. Maak altijd eerst een proefopname voordat u een belangrijke opname gaat maken. Speel de proefopname af om na te gaan of het beeld en geluid goed zijn opgenomen. Maak een reservekopie van belangrijke opnamen Wees zuinig op uw belangrijke opnamen, kopieer de bestanden naar de PC. Het is verstandig de opnamen die u op uw PC hebt gezet, op te slaan op een DVD of een ander opnamemedium. Zie de handleiding voor de software-installatie en de USBaansluiting. Belangrijke opmerkingen over het aanvragen van reparaties of inspecties Wanneer de camera wordt gerepareerd of geïnspecteerd, kunnen gegevens worden gewist en kan de harddisk worden geformatteerd. Maak een backup van alle gegevens voordat u uw camera voor reparatie of inspectie aanbiedt. Doet er zich een probleem voor met de SDgeheugenkaart, biedt de geheugenkaart dan aan samen met de camera. Wanneer u uw camera bij uw leverancier of bij het JVC- servicecentrum brengt omdat uw camera niet goed functioneert, vergeet dan niet ook uw SDgeheugenkaart mee te brengen. Als u één van beide niet meebrengt, kan de oorzaak van de storing niet worden vastgesteld en kan de reparatie niet naar behoren worden uitgevoerd. Belangrijke opmerkingen over het vernietigen en verantwoord wegdoen van de camera. Wanneer u de harddisk formatteert of gegevens wist met behulp van de camera of functies van de PC, wordt alleen de informatie over de bestandsadministratie gewijzigd. De gegevens worden niet volledig gewist van de harddisk. Als u alle gegevens volledig wilt wissen, raden wij u aan in de handel verkrijgbare software te gebruiken die speciaal is voor dat doel is ontworpen, of de camera fysiek te vernietigen met bijvoorbeeld een hamer.

Lees ook “Voorzorgsmaatregelen” op pagina 57 tot 59. ● Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby” en het dubbel D-symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. ● MascotCapsule is een geregistreerd handelsmerk van de HI CORPORATION in Japan. Copyright © 2001 HI CORPORATION. Alle rechten voorbehouden. ● Andere producten en namen van bedrijven die in deze gebruiksaanwijzing worden vermeld, zijn gedeponeerde handelsmerken en/of handelsmerken van de betrokken eigenaren.

MasterPage: Heading0_Right M5E6PAL.book Page 7 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

Meegeleverde accessoires

NE

7

a Wisselstroomadapter AP-V14E of AP-V17E b Snoer netvoeding (alleen AP-V14E) c Accu BN-VF707U d Audio/Video-kabel e USB-kabel (Zie de handleiding voor softwareinstallatie en USB-aansluiting.)

f Schouderriem (Voor wijze van bevestiging, zie pag. 8) OF

g Lensdop (Voor wijze van bevestiging, zie pag. 8)

h CD-ROM i Afstandsbediening RM-V730UE j Lithium-batterij CR2025* (voor afstandsbediening)

k Ferrietkernfilter voor kabels (Voor wijze van bevestiging, zie pag. 9) Groot-A (x 1): Audio/Video-kabel Groot-B (x 2): USB/S-Video-kabel Klein (x 1): Gelijkstroomkabel * Voordat de camera de fabriek verlaat, wordt er een lithium-batterij in de afstandsbediening gezet (met isolatiefolie). De afstandsbediening is pas voor gebruik gereed als u de isolatiefolie hebt verwijderd.

OPMERKINGEN:

● De meegeleverde kabels kunnen zijn voorzien van een of meer kernfilters die ervoor moeten zorgen dat de camera optimaal blijft presteren. Sluit de stekker die het dichtst bij de kernfilter zit aan op de camera als de kabel van maar één filter is voorzien. ● Gebruik vooral de meegeleverde kabels voor uw aansluitingen. Gebruik geen andere kabels.

AAN DE SLAG

AAN DE SLAG


8 NE

AAN DE SLAG

De schouderriem bevestigen

De lensdop bevestigen

Volg de aanwijzingen van de illustratie.

Bescherm de lens goed, bevestig de meegeleverde lensdop op de wijze die de afbeelding laat zien.

1 Maak de klittenbandbevestiging open. 2 Rijg de riem door het oog. 3 Vouw de riem terug en rijg hem door de riemgeleider en de gesp.

OPMERKING:

● U kunt de lengte van de riem aanpassen door hem in de gesp los te maken en dan aan te trekken.

4 Schuif de riemgeleider geheel naar het oog

De lensdop is goed bevestigd als de dop parallel loopt aan het camerahuis.

toe.

5 Sluit de klittenbandbevestiging.

5

1 4

2 Oog

Gesp

3

Riemgeleider

Hier plaatsen tijdens het maken van opnamen.

MasterPage: Start_Right M5E6PAL.book Page 9 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

NE

9

De kernfilter bevestigen

LCD-scherm

Bevestig de kernfilters aan de kabels. De kernfilter vermindert de gevolgen van storende invloeden van buitenaf.

Druk op de ontgrendelingsknop en op het de LCD-scherm volledig. U kunt deze scherm 270° draaien.

1 Maak de klemmetjes aan de beide uiteinden van de kernfilter los.

Klemmetje

2 Leid de kabel door de kernfilter en laat ongeveer 3 cm kabel over tussen de stekker van de kabel en het filter. Wind de kabel één keer rond de buitenzijde van de filter, zoals de afbeelding laat zien. Kernfilter 3 cm

Eén keer omwinden. ● Wind de kabel nauwsluitend om de filter.

3 Klap de filter dicht en drukt het aan totdat u een klik hoort.

OPMERKINGEN:

● Let goed op dat u de kabel niet beschadigt. ● Sluit de kabel zo aan dat de kernfilter bij de camera zit.

AAN DE SLAG

AAN DE SLAG

MasterPage: Heading0_Left M5E6PAL.book Page 10 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

10 NE

AAN DE SLAG

Index

LET OP:

● Let er goed op dat u tijdens het maken van opnamen b, c, d, e, f en g niet afdekt. ● Let er goed op dat u tijdens het afspelen van beeldmateriaal Y niet afdekt.


NE

11

Bedieningsfuncties

Indicatoren

a Standen-schakelaar [MODE] (墌 blz. 16 – 17) b Flits-knop [FLASH] (墌 blz. 31) c Informatieknop [INFO/ ] (墌 blz. 38) d Knop Afspelen/Pauze [49] (墌 blz. 24, 29) e Knop Vooruit Zoeken [ (5)] (墌 blz. 25)/

U Lampje Aan/Uit-Laden [POWER/CHARGE]

Knop Naar Rechts [ ]/Schakelaar Stand Auto/Handmatig [ / ] (墌 blz. 16 – 17) f Knop Vooruit Overslaan [ ] (墌 blz. 25)/ Knop Naar Beneder [ ]/Knop Handmatig Instellen [ SET] (墌 blz. 32) g Knop Achterwaarts Zoeken [ (3)] (墌 blz. 25)/Knop Naar Links [ ] h Menuknop [MENU] (墌 blz. 48) i Wis-knop [ ] (墌 blz. 39) j Knop Achterwaarts Overslaan [ ] (墌 blz. 25)/Knop Omhoog [ ]/Knop Tegenlichtcompensatie [ ] (墌 blz. 31)/Knop Spotbelichtingsregeling (墌 blz. 31) k Aan/Uit-schakelaar [OFF, , ] (墌 blz. 16) l Vergrendelknop (墌 blz. 16) m Ontgrendelingsknop LCD n Zoom-hendel [T /W ] (墌 blz. 23) Regeling luidsprekervolume (墌 blz. 24) o Knop Opnemen starten/stoppen (墌 blz. 22, 28) p Ontgrendelingsknop Accu [BATT.] (墌 blz. 14)

Aansluitingen De aansluitingen bevinden zich in het camerahuis. Q Aansluiting uitgaand signaal S-Video [S] (墌 blz. 26) R Aansluiting uitgaand Audio/Video-signaal [AV] S USB (Universal Serial Bus)-aansluiting (Zie de handleiding voor software-installatie en USB-aansluiting.) T Aansluiting gelijkstroomvoeding [DC] (墌 blz. 14)

(墌 blz. 14, 16)

V Lamp Lezen/schrijven [ACCESS] (Licht op of knippert wanneer u bestanden leest/schrijft. Zet de camera niet uit en verwijder de accu/ de wisselstroomadapter niet wanneer u bestanden opent tijdens het maken of afspelen van opnamen.)

Andere onderdelen W Reset-gat [RESET] (墌 blz. 52) X LCD-scherm Y Luidspreker (墌 blz. 24) a Bevestiging Accu (墌 blz. 14) b Camerasensor c Lens d Sensor Afstandsbediening (墌 blz. 27) e Stereomicrofoon f Flitser (墌 blz. 31) g Flitssensor h Oog schouderriem (墌 blz. 8) i Handgreep riem (墌 blz. 19) j Klepje compartiment SD-kaartje [OPEN] (墌 blz. 19)

k Gat geleidingsnok (墌 blz. 19) l Statiefbevestigingspunt (墌 blz. 19)

AAN DE SLAG

AAN DE SLAG


12 NE AAN DE SLAG Aanduidingen op het LCD-scherm

Alleen tijdens het maken van video-opnamen

Tijdens het opnemen van bewegende en stilstaande beelden

[0h56m]

a Indicator camerastand (墌 blz. 17) b Indicator groothoekstand (墌 blz. 50) c Indicator Beperking Windgeruis (墌 blz. 50) d Afbeeldingskwaliteit: [U] (ultrafijn), [F] (fijn), 11:30 10.11. 2005

a Indicator geselecteerde bedieningsstand (墌 blz. 17) : Stand Auto : Stand Handmatig b Indicator stand Tele/Macro (墌 blz. 50) c Zoom-verhouding (bij benadering) (墌 blz. 23, 50) d Indicator Zoom-stand (墌 blz. 23, 50) e Indicator irisvergrendeling (墌 blz. 31, 32) f Indicator witbalans (墌 blz. 34) g Indicator Helderheidsregeling (墌 blz. 18, 49) h Indicator batterijconditie (墌 blz. 55) i Datum/Tijd (墌 blz. 49) j Indicator geselecteerd medium (墌 blz. 21, 49) k Indicator Valdetectie (墌 blz. 21) l Indicator handmatige scherpstelling (墌 blz. 33) m Indicator effectstand (墌 blz. 36) n Indicator stand Programma AE (墌 blz. 36) o Sluitersnelheid (墌 blz. 35) : Indicator Nachtvizier p ±: Indicator Belichtingsaanpassing (墌 blz. 32) : Indicator Tegenlichtcompensatie (墌 blz. 31) : Indicator Spotbelichtingsregeling (墌 blz. 31)

[N] (normaal), [E] (zuinig) (墌 blz. 50)

e Resterende tijd (墌 blz. 22, 62) f Teller (墌 blz. 49) g 7REC: (Verschijnt tijdens het maken van opnamen.) (墌 blz. 22) 79: (Verschijnt in de stand Opname-standby.) (墌 blz. 22) h Indicator Digitale Beeld Stabilisator (DIS) (墌 blz. 50)

Alleen tijdens het maken van stilstaande beelden (foto’s)

FINE PHOTO

a Indicator camerastand (墌 blz. 17) b ISO-gevoeligheid (GAIN OMHOOG) (墌 blz. 51) (Bij instelling op [AUTOM], is er geen aanduiding.) c Pictogram Focus (墌 blz. 28) d Beeldgrootte: 1600 (1600 x 1200), 1280 (1280 x 960), 1024 (1024 x 768), 640 (640 x 480) (墌 blz. 51) e Afbeeldingskwaliteit: FINE (fijn) of STD (standaard) (墌 blz. 51) f Indicator Flitserstand (墌 blz. 31) g Resterend aantal opnamen (墌 blz. 63) h : Indicator Stand Doorlopende opnamen (墌 blz. 28) i Pictogram Opname (墌 blz. 28) j Indicator Opnemen met zelfontspanner (墌 blz. 51)


AAN DE SLAG

13

Bij het weergeven van stilstaande beelden (Foto’s) AAN DE SLAG

Bij het weergeven van videobeelden

NE

11:30 10. 11. 2005

10. 11. 2005

a Indicator camerastand (墌 blz. 17) b Indicator Afspelen afspeellijst (verschijnt wanneer een afspeellijst wordt afgespeeld. 墌 blz. 43) c Afbeeldingskwaliteit: [U] (ultrafijn), [F] (fijn), [N] (normaal), [E] (zuinig) (墌 blz. 50) d Stand Afspelen (墌 blz. 24) U : Afspelen 9 : Pauze 5 : Snelzoeken vooruit 3 : Snelzoeken terug 9U : Slow-Motion vooruit Y9 : Slow-Motion terug (Het getal links laat de snelheid zien.) e Teller (墌 blz. 49) f Indicator volumeniveau g Indicator batterijconditie (墌 blz. 55) h Datum (墌 blz. 49) i Indicator geselecteerd medium (墌 blz. 21, 49) j Indicator effectstand (墌 blz. 37) k Indicator Wipe/Fader-effect (墌 blz. 37, 50)

a Indicator camerastand (墌 blz. 17) b Nummer map/bestand c Indicator Weergave Diavoorstelling (墌 blz. 29)

d Indicator batterijconditie (墌 blz. 55) e Datum/Tijd (墌 blz. 49) f Indicator geselecteerd medium (墌 blz. 21, 49)

g Indicator effectstand (墌 blz. 37)


14 NE

AAN DE SLAG

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op OFF. 2 Duw terwijl de pijl op de accu naar voren

Stroomvoorziening Omdat deze camera op twee manieren van stroom kan worden voorzien, kunt u kiezen welke manier de meest geschikte is. Gebruik de meegeleverde voedingen niet voor andere apparatuur.

wijst, de accu licht tegen het bevestigingspunt van de accu aan.

● Shuift het dekseltje van het accu-bvestigingspunt weg, als het op de camera zit BATT.

3 Schuif de accu naar beneden totdat hij vastzit.

De accu opladen

4 Sluit de wisselstroomadapter aan op de camera.

Lampje Aan/Uit-Laden

5 Sluit het netsnoer aan op de Aan/Uit-schakelaar

wisselstroomadapter. (uitsluitend AP-V14E)

6 Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact. Het lampje Aan/Uit-Laden op de camera knippert en dat duidt erop dat het opladen is begonnen.

Vergrendelknop Naar de gelijkstroomaansluiting

7 Wanneer het lampje Aan/Uit-Laden uitgaat, is de accu opgeladen. Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. Trek de wisselstroomadapter los van de camera.

De accu uit de camera nemen Schuif BATT. en neem de accu los.

Open het klepje. Naar stopcontact

Wisselstroomadapter (bijv. AP-V17E) BATT. Accu

Pijl Bevestiging Accu

Vereiste laadtijd Accu

Laadtijd

BN-VF707U*

Ongeveer 1 uur 30 min.

BN-VF714U


BN-VF733U


* Meegeleverd


AAN DE SLAG ● In deze camera is gepatenteerde en andere fabrikant specifieke technology opgenomen en het toestel werkt alleen met de JVC Data Battery. Gebruik de JVC BN-VF707U/VF714U/ VF733U-accu’s. Als u niet-JVC-batterijen gebruikt, kan er schade aan het interne laadsysteem ontstaan. ● Als de accu is voorzien van een beschermkapje, verwijder dat dan eerst. ● Wanneer de accu oplaadt, kunt u de camera niet gebruiken. ● Opladen is niet mogelijk als niet de juiste accu in de camera zit. ● Gebruik vooral de accu met de pijl ( ). U kunt de camera niet aanzetten als niet het kapje van de accu met de pijl ( ) ís geplaatst. ● Wanneer u de accu voor de eerste keer oplaadt, of wanneer u de accu lange tijd niet hebt gebruikt, gaat het lampje Aan/Uit-Laden mogelijk niet branden. Verwijder, als dat het geval is, de accu uit de camera en probeer hem daarna opnieuw op te laden. ● Als de accu extreem kort blijft functioneren, ook als u hem volledig hebt opgeladen, is hij uitgeput en is het tijd voor een nieuwe accu. Schaf een nieuwe accu aan. ● De wisselstroomadapter wordt tijdens gebruik warm omdat wisselstroom wordt omgezet in gelijkstroom. Let erop dat u de adapter alleen gebruikt op een plaats waar voldoende ventilatie is. ● Met de (als optie verkrijgbare) acculader AA-VF7 kunt u de accu BN-VF707U/VF714U/VF733U opladen zonder de camera. ● Wanneer de camera is aangesloten op het wisselstroomadapter, schakelt de camera zichzelf uit na 5 minuten in de stand Opnemen stand-by. Het opladen van de accu begint dan als de accu aan de camera bevestigd is.

15

Werken met de accu Voer de stappen 2 – 3 in “De accu opladen” (墌 blz. 14) uit. Maximale ononderbroken opnametijd Accu

Opnametijd

BN-VF707U*

Ongeveer 50 min.

BN-VF714U


BN-VF733U * Meegeleverd


OPMERKINGEN:

● De opnametijd wordt aanzienlijk verkort wanneer u: • De stand Zoom of de stand Opname-stand-by herhaaldelijk gebruikt. • Herhaaldelijk opnamen afspeelt. ● U doet er goed aan, voordat u de camera langdurig gaat gebruiken, genoeg accu’s klaar voor gebruik te maken voor 3 keer de geplande opnametijd.

LET OP:

● Let er vooral op dat u de camera uitzet voordat u de stroomvoorziening onderbreekt. Doet u dat niet, dan kan er storing in de camera ontstaan. ● Als de camera statisch is (elektrostatische lading), zet hem dan eerst uit voordat u hem weer gebruikt.

AAN DE SLAG

OPMERKINGEN:

NE


16 NE

AAN DE SLAG

Gegevens accusysteem U kunt controleren hoeveel vermogen de accu nog heeft en hoe lang u nog kunt opnemen.

1 Kijk of de accu aan de camera is bevestigd. 2 Klap het LCD-scherm volledig open. 3 Druk enkele malen op INFO/ totdat het accustatusscherm verschijnt. ● Het verschijnt gedurende ongeveer 3 seconden als u de knop indrukt en snel weer loslaat, en gedurende ongeveer 15 seconden als u de knop enkele seconden ingedrukt houdt. ● Als “COMMUNICATIEFOUT” verschijnt in plaats van de accustatus, ook al hebt u INFO/ enkele malen ingedrukt, is er mogelijk iets mis met uw accu. Vraag ik dat geval advies aan de JVC-dealer bij u in de buurt. ● Gebruik de aanduiding van de resterende opnametijd slechts als een richtlijn. Deze tijd wordt aangeduid in eenheden van 10 minuten.

Bedieningsstand U zet de camera aan door de Aan/Uitschakelaar op of te zetten terwijl u de vergrendelknop op de schakelaar omlaag gedrukt houdt. ● Het lampje Aan/Uit-Laden gaat branden.

U zet de camera uit door de Aan/Uit-schakelaar op OFF te zetten.

1 Aan/Uit-schakelaar Lampje Aan/Uit-Laden

2 MODE

Vergrendelknop

4 LCD-scherm

3

Wisselstroom gebruiken Voer stap 4 uit in “De accu opladen” (墌 blz. 14).

OPMERKING:

U kunt met de Aan/Uit-schakelaar, de MODEschakelaar en de knop ( / ) de bedieningsstand van uw keuze instellen.

De meegeleverde wisselstroomadapter is voorzien van automatische spanningsselectie in het wisselstroombereik van 110 V tot 240 V.

1 Stand Aan/Uit-schakelaar

Informatie over accu’s

Zet de Aan/Uit-schakelaar in de stand Opnemen ( ) of Afspelen ( ) terwijl u de vergrendelknop ingedrukt houdt.

GEVAAR! Probeer de accu’s niet uit elkaar te halen en stel ze niet bloot aan vlammen of extreme hitte, want dit kan leiden tot brand of een ontploffing. WAARSCHUWING! Laat de accu of de polen ervan niet in contact komen met metaal omdat dit kortsluiting tot gevolg kan hebben en een begin van brand kan vormen. De oorspronkelijke functie herstellen van een nauwkeurige aanduiding van het vermogen van de accu Als de aanduiding van het vermogen van de accu verschilt van de werkelijke werkingsduur, laadt u de accu eerst helemaal op en maakt hem daarna leeg. Maar deze functie is misschien niet meer te gebruiken als de accu gedurende lange tijd bij extreem hoge/lage temperaturen is gebruikt of te vaak is opgeladen.

Aan/Uit-schakelaar Uit Afspelen Opnemen


AAN DE SLAG Selecteer met de MODE-schakelaar de stand Opnemen/Afspelen. : Video-stand (墌 blz. 22, 24) : Stand Stilstaande beelden (Foto’s) (墌 blz. 28, 29)

3 Stand Auto/Handmatig Schakel over tussen de standen Automatisch en Handmatig Opnemen door ( / ) in te drukken en ingedrukt te houden. Wanneer u de stand Handmatig Opnemen selecteert, verschijnt de indicator in het LCD-scherm. Stand Auto: U kunt bij het opnemen geen speciale effecten gebruiken en niet zelf de opname beïnvloeden. Stand Handmatig: Voor het handmatig maken van opnamen zijn diverse functies beschikbaar. (墌 blz. 31 – 37) Terug naar de stand Automatisch opnemen Houd ( / ) nogmaals ingedrukt zodat de indicator verschijnt.

4 Power-Linked bediening Zet u de Aan/Uit-schakelaar op , dan kunt u de camera ook aan- en uitzetten door het LCDscherm te openen/sluiten.

17

Instelling van de taal U kunt de taal die op het scherm verschijnt, wijzigen. (墌 blz. 48, 49)

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op of . 2 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 3 Selecteer [WEERGAVE] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

4 Selecteer [LANGUAGE] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

5 Selecteer de taal van

uw keuze door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

6 Met een druk op MENU keert u terug naar het normale scherm.

AAN DE SLAG

2 Stand Opnemen/Afspelen

NE


18 NE

AAN DE SLAG

Datum/Tijd-instellingen De startdatum/-tijd wordt vastgelegd in het video-/ foto-bestand en u kunt de datum/tijd controleren door tijdens het afspelen op INFO/ te drukken. (墌 blz. 24, 29) Bovendien kunt u het bestand dat u zoekt vinden in het datum-indexscherm. (墌 blz. 30)

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op of . 2 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 3 Selecteer [WEERGAVE] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

De helderheid van het scherm aanpassen U kunt de helderheid van het scherm aanpassen.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op

of terwijl u de vergrendelknop op de schakelaar omlaag drukt.

2 Klap het LCD-scherm volledig open. (墌 blz. 9)

3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [WEERGAVE] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

5 Selecteer

[HELDERHEID] door op / te drukken en druk op 49. De aanduiding van de helderheidsregeling verschijnt.

4 Selecteer [KLOK INST] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. De dag wordt geaccentueerd weergegeven.

6 Druk op

/ totdat u de geschikte helderheid hebt bereikt.

7 Met 49 haalt u de aanduiding van de helderheidsregeling weer van het scherm.

5 Voer de dag in door op / te drukken en druk vervolgens op 49. Herhaal deze stappen voor het invoeren ven de maand, het jaar, de uren en de minuten.

:

6 Met een druk op MENU keert u terug naar het normale scherm. De oplaadbare Lithium-batterij van de ingebouwde klok Als u de camera ongeveer 3 maanden niet gebruikt, raakt de lithium-batterij van de klok leeg en is de datum en de tijd niet langer in het geheugen opgeslagen. Wanneer dit gebeurt, sluit u eerst de camera gedurende meer dan 24 uur via de wisselstroomadapter aan op een stopcontact en laadt u de oplaadbare lithiumbatterij van de klok op. Stel vervolgens de datum en de tijd in voordat u de camera gaat gebruiken. N.B.: u kunt de camera ook gebruiken zonder dat u de datum en de tijd hebt ingesteld.


Afstelling van de handgreep 1 Stel de klittenbandbevestiging af.

2 Steek uw rechterhand door de lus en pak de handgreep vast.

3 Pas de stand van uw

NE

19

Een SD-kaartje in de camera steken/uit de camera halen U kunt een SD-kaartje in de sleuf voor het SDkaartje gebruiken als opnamemedium. Op pag. 62 worden de media genoemd waarmee deze camera gegarandeerd goed werkt. Afgekorte rand

duim en vingers door de handgreep zo aan dat u gemakkelijk de Start/Stopknop, de Aan/Uitschakelaar en de zoomhendel kunt bedienen. Zoek de meest geschikte afstelling voor de klittenbandbevestiging.

SD-kaartje (als optie verkrijgbaar) Label

Beveiligingstab Schrijven/Wissen

SD-sleuf

Klepje compartiment SD-kaartje [OPEN]

1 Let er vooral op dat de camera is

Statiefbevestiging Wilt u de camera op statief zetten, zoek dan de juiste stand voor de geleidingsnok en de schroef ten opzichte van het schroefgat en het gat van de geleidingsnok. Draai vervolgens de schroef vast in de richting van de wijzers van de klok. ● Niet alle statieven zijn voorzien van een geleidingsnok.

uitgeschakeld.

2 Open het klepje van het compartiment van het SD-kaartje.

3 Plaats het SD-kaartje door het stevig, met de afgekorte kant eerst, in de SD-sleuf te drukken. U kunt het SD-kaartje uit de camera halen door er één keer op te drukken. Trek het SDkaartje uit de camera als het naar buiten steekt.

● Raak het contactpunt aan de keerzijde van het label niet aan.

4 Sluit het klepje van het compartiment van het SD-kaartje. Waardevolle bestanden beveiligen Schuif de beveiligingstab voor schrijven/wissen aan de zijkant van het SD-kaartje in de richting van “LOCK”. Hierdoor voorkomt u dat er over de opnamen op het SD-kaartje wordt opgenomen. U kunt weer op dit SD-kaartje opnemen als u, voordat u het kaartje in de camera steekt, de tab terugschuift in de stand tegenover “LOCK”.

OPMERKING: Voordat u een nieuw SD-kaartje kunt gebruiken, moet het eerst worden geformatteerd. (墌 blz. 20)

LET OP: Haal het SD-kaartje niet uit de camera terwijl de camera aanstaat, omdat hierdoor het SD-kaartje beschadigd kan raken of de camera mogelijk niet meer kan waarnemen of het kaartje is geplaatst of niet.

AAN DE SLAG

AAN DE SLAG


20 NE

AAN DE SLAG

Een opnamemedium formatteren U kunt de ingebouwde harddisk of SDgeheugenkaartjes formatteren (initialiseren). U kunt SD-kaartjes die u nieuw hebt aangeschaft, pas gebruiken als u ze met deze camera hebt geformatteerd. Door dit te doen zorgt u voor een stabiele en snelle werking van de camera bij het schrijven naar of het lezen van het opnamemedium. Denk eraan dat alle bestanden en gegevens, ook beveiligde bestanden, worden gewist. (墌 blz. 38)

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op of . 2 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 3 Selecteer [INST. OPNAMEMEDIA] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

● Wanneer u op deze manier formatteert, wordt een voortgangsbalk voor het formatteren weergegeven. ● Als de voortgangsbalk voor het formatteren niet verschijnt, selecteert u [ANNULEREN] en probeert u het opnieuw vanaf stap 4.

INST. OPNAMEMEDIA

4 Selecteer [FORMATTEREN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

LET OP:

5 Selecteer [HDD] of

[SD] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

6

Selecteer [UITVOEREN] door op drukken en druk vervolgens op 49.

Het herstellen van gegevens van de harde schijf moeilijker maken Zelfs als u de harde schijf formatteert of de gegevens op de harde schijf wist, kunnen de gewiste gegevens soms worden hersteld via software voor gegevensherstel, enz. die in de handel verkrijgbaar is. Door de knop 49 in te drukken terwijl u [HDD] selecteert en de knop in stap 5 ingedrukt te houden, kunt u de gegevens op de harde schijf wissen in een formaat dat moeilijk te herstellen is. Door deze procedure te herhalen, kunt u er bovendien voor zorgen dat het nog moeilijker wordt om de gegevens te herstellen.

/

te

● U kunt het formatteren afbreken door [ANNULEREN] te selecteren, en op 49 te drukken.

Verwijder het opnamemedium niet en voer geen andere handeling uit (zet bijvoorbeeld de camera niet uit) tijdens het formatteren. Gebruik vooral ook de meegeleverde wisselstroomadapter, omdat het opnamemedium beschadigd kan raken als de accu leegraakt tijdens het formatteren. Als het opnamemedium beschadigd raakt, moet u het opnieuw formatteren.

OPMERKING: Formatteer het opnamemedium niet op de PC. U moet beslist het opnamemedium in de camera formatteren.


AAN DE SLAG

Selecteer het opnamemedium voordat u gaat opnemen of weergeven. (墌 blz. 48, 49) Voorbeeld: Wanneer u stilstaande beelden (foto’s) op een SD-kaartje opneemt

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op of . 2 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 3 Selecteer [INST. OPNAMEMEDIA] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

INST. OPNAMEMEDIA

21

Valdetectie Deze functie maakt dat de camera zichzelf uitschakelt, ter voorkoming van beschadiging van de harddisk, wanneer u de camera laat vallen. Af-fabriek is deze functie ingesteld op Aan. Als de functie Valdetectie de camera heeft uitgeschakeld, zet u de Aan/Uit-schakelaar op OFF en zet u de camera daarna weer aan. Deze functie uitschakelen Zet [VALDETECTIE] op [UIT]. De verschijnt. (墌 blz. 49)

-indicator

LET OP:

4 Selecteer

Als u deze functie uitzet is de kans groter dat de interne harddisk wordt beschadigd, als u de camera laat vallen.

[FOTOSTAND] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

OPMERKINGEN:

5 Selecteer [SD] door

op / te drukken en druk vervolgens op 49.

6 Met een druk op MENU keert u terug naar het normale scherm.

Ruimte die over is op het opnamemedium Hiermee kunt u nagaan hoeveel ruimte er nog over is op het opnamemedium en hoeveel opnametijd beschikbaar is in de verschillende beeldkwaliteiten. Schakel in [INST. OPNAMEMEDIA] over op het opnamemedium dat u wilt controleren, voordat u de controle uitvoert. (墌 blz. 48, 49) Voorbeeld: Wanneer u kijkt hoeveel ruimte er nog op de harddisk is

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op 2 Druk op INFO/ . Het

.

MAX. OPNAMETIJD

scherm MAX. OPNAMETIJD verschijnt. Stand beeldkwaliteit op VRIJ GEBRKT het scherm : ULTRAFIJN : FIJN : NORMAAL : ECONOMY Zie voor nadere bijzonderheden over de beeldkwaliteit pag. 50. Terug naar het normale scherm Druk enkele malen op INFO/ .

● Deze functie kan de harddisk niet altijd als u de camera laat vallen, beschermen. ● De -indicator wordt alleen op het scherm weergeven wanneer deze functie op [UIT] staat. Zet voor normaal gebruik deze functie op [AAN]. ● Als de functie Valdetectie in werking treedt wanneer u de camera niet laat vallen, kunt u de camera verder gebruiken als u deze functie hebt uitgeschakeld ([UIT]). ● Als tijdens het maken van opnamen de functie Valdetectie in werking treedt, kan het zijn dat het bestand dat werd opgenomen tijdens de val, is opgeslagen in de map [EXTMOV]. (墌 blz. 22)

AAN DE SLAG

Een opnamemedium selecteren

NE


22 NE

VIDEOBEELDEN OPNEMEN & AFSPELEN OPMERKINGEN:

Videobeelden opnemen Aan/Uit-schakelaar Vergrendelknop Zoom-hendel

MODE

Knop Opnemen Starten/Stoppen

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op 2 Zet de schakelaar MODE op

. .

● De camera is in de fabriek zo geprogrammeerd dat videobeelden worden vastgelegd op de ingebouwde harddisk. Kijk op de pagina’s 21, 48 en 49 als u een ander medium voor uw opnamen wilt gebruiken. ● Kijk op de pagina’s 48 en 50 als u in een andere beeldkwaliteit wilt opnemen.

3 Start het opnemen door op de knop Opnemen starten/stoppen te drukken. ● In het scherm verschijnt een schatting van de resterende opnametijd.

[0h56m]

4 U stopt de opname door weer op de knop Opnemen starten/stoppen te drukken.

● Als de camera bij gebruik van de accu tijdens het opnemen of afspelen (videobeelden, foto’s) 5 minuten lang niet wordt bediend, schakelt, om stroom te sparen, de camera zichzelf uit. U zet de camera weer aan door de Aan/Uit-schakelaar op OFF en daarna op of te zetten. Bij gebruik van de wisselstroomadapter gaat de camera in ruststand (de lampjes schrijven/lezen en het LCDscherm gaan uit). U kunt de camera uit de ruststand halen door een bedieningshandeling te verrichten, bijvoorbeeld in- of uit-zoomen. ● Wanneer de camera warm wordt, knippert de indicator 7REC. Als de camera nog warmer wordt, wordt mogelijk het maken van opnamen onderbroken om te voorkomen dat het opnamemedium beschadigt. Zet, als dat gebeurt, de camera uit en wacht tot het toestel is afgekoeld. (墌 blz. 56) ● Als de opnamen niet meer goed kunnen worden vastgelegd of opgeslagen, worden de videobestanden niet opgeslagen in de map [SD_VIDEO] voor gewoon videomateriaal. In plaats daarvan worden de bestanden opgeslagen in de map [EXTMOV]. In “De bestanden in de map [EXTMOV] afspelen” (墌 blz. 24) ziet u hoe u deze bestanden kunt weergeven. ● Er kunnen verschillen zijn in helderheid tussen vastgelegde videobeelden en foto’s, ook bij opnamen van hetzelfde onderwerp. ● Namen van videobestanden worden toegekend in de vorm van opeenvolgende hexadecimale getallen. Bijvoorbeeld, begonnen wordt met 1 tot 9 gevolgd door A tot F. ● U kunt de bedieningsgeluiden uitschakelen, zie pag. 48. ● Zie voor een schatting van de opnametijd, pag. 62. ● Nadat u 12 opeenvolgende uren video hebt opgenomen, wordt de opname automatisch gestopt. ● Wanneer u video opneemt, wordt een nieuw bestand gemaakt voor elke 4 GB doorlopende opname.

MasterPage: Basic_Right M5E6PAL.book Page 23 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM


Zoomen

23

Inzoomen Schuif de zoom-hendel naar T (Tele-opname) ( ). Uitzoomen Schuif de zoom-hendel naar W (Groothoekopname) ( ). T: Tele

Bereik digitale zoom Bereik (optische) zoom 10x Zoom-verhouding (bij benadering) ● Hoe verder u de zoom-hendel schuift, des te sneller verloopt het in- en uitzoomen. ● Zoom-vergroting boven 10x wordt uitgevoerd door middel van digitale beeldverwerking en wordt daarom digitale zoom genoemd. Digitale zoom is mogelijk tot 200X. Zet [ZOOMEN] op [40X] of [200X]. (墌 blz. 50)

● De S-Video-kabel is als optie verkrijgbaar. Gebruik vooral de YTU94146A S-Video-kabel. Informeer naar de verkrijgbaarheid van deze kabel bij het JVC-servicecentrum bij u in de buurt (zie het blad dat u in de verpakking aantreft). Let erop dat u het uiteinde van de kabel waar zich de ferrietkernfilter bevindt, aansluit op de camera. De ferrietkernfilter vermindert de gevolgen van storende invloeden van buitenaf. ● Tijdens het in- en uitzoomen kan het scherpstellen instabiel worden. Kies, als dat het geval is, een zoom-stand voordat u gaat opnemen, vergrendel de scherpstelling met behulp van de handmatige scherpstelling (墌 blz. 33) en zoom vervolgens in of uit tijdens het maken van opnamen. ● Bij gebruik van digitale zoom kan de kwaliteit van het beeld minder worden. ● Het maken van macro-opnamen is mogelijk tot op ongeveer 5 cm van het onderwerp, wanneer u de zoom-hendel in de uiterste stand op W hebt gezet. ● Wanneer u inzoomt op een onderwerp op korte afstand van de lens, zal de camera mogelijk automatisch uitzoomen afhankelijk van de afstand tot het onderwerp. Stel, als dat het geval is, [MACRO] in op [AAN]. (墌 blz. 50)

Bestanden wissen Als u tijdens het opnemen op drukt, wordt het bestand dat u het laatst hebt opgenomen, gewist. (墌 blz. 39)

● Als u echter van opnamestand (video of stilstaand beeld) wisselt, of u hebt de camera uitgezet en weer aangezet, dan kunt u het bestand niet wissen.


OPMERKINGEN:

Met de zoom-functie kunt u close-ups of groothoekopnamen maken. U kunt met de optische zoom tot 10x inzoomen.

W: Groothoek

NE


24 NE

VIDEOBEELDEN OPNEMEN & AFSPELEN De bestandsinformatie controleren Druk met de weergave in de pauzestand op INFO/ . (墌 blz. 38)

Videobeelden afspelen Aan/Uit-schakelaar Vergrendelknop MODE Zoom-hendel

49 INFO/ Luidspreker


. .

● Het indexscherm voor videobeelden verschijnt. Het beeld op het indexscherm toont het eerste deel van de opnamen. ● Als de camera wordt uitgeschakeld in de pauzestand voor videoweergave, onthoudt de camera bij welke scène het weergeven is gestopt. In dat geval wordt de onderbroken scène weergegeven wanneer de camera weer wordt aangezet. ● Kijk op de pagina’s 21, 48 en 49 als u beelden van een ander medium wilt afspelen.

3 Kies het videobestand dat u wilt afspelen door op

/

/

/

te drukken.

4 Start het afspelen door op 49 te drukken. 5 U kunt het afspelen onderbreken door nogmaals op 49 te drukken.

Terug naar het indexscherm Schuif met de weergave in de pauzestand de zoom-hendel naar W. De volume-instelling van de luidspreker aanpassen Schuif voor meer volume tijdens het afspelen de zoom-hendel naar T en voor minder volume naar W. De datumweergave op het scherm in- en uitschakelen Stel [DATUM/TIJD] in op [AAN], [AUTOM] of [UIT]. (墌 blz. 48, 49) De weergave op het scherm in- en uitschakelen Druk enkele malen op INFO/ .

De bestanden in de map [EXTMOV] afspelen Als de gegevens niet goed kunnen worden vastgelegd, worden de videobestanden opgeslagen in de map [EXTMOV]. (墌 blz. 22) U kunt de bestanden in de map [EXTMOV] afspelen door op de knop Opnemen starten/ stoppen of op de knop START/STOP op de afstandsbediening te drukken terwijl het indexscherm wordt getoond in stap 2 en te vervolgen met stap 3 wanneer [MPG] wordt getoond. U kunt terug naar het indexscherm door nogmaals op de knop Opnemen starten/stoppen of op START/STOP op de afstandsbediening te drukken. ● De functies voor bestandsinformatie en het aanmaken van afspeellijsten zijn niet beschikbaar in de map [EXTMOV].

OPMERKINGEN:

● U kunt de beelden die u afspeelt, bekijken op het LCD-scherm of op een aangesloten TV-toestel. (墌 blz. 26) ● Op de scheiding van twee scènes kan het beeld een ogenblik stilstaan of kan het geluid worden onderbroken. Dit is echter geen storing. ● De datum en de teller kunnen tijdens het afspelen worden weergegeven. (墌 blz. 49) ● Wanneer de camera warm wordt, knippert de indicator U. Als de camera nog warmer wordt, wordt mogelijk het afspelen van opnamen onderbroken om te voorkomen dat het opnamemedium beschadigt. Zet, als dat gebeurt, de camera uit en wacht tot het toestel is afgekoeld. (墌 blz. 56) ● Wanneer er een kabel is aangesloten op de AVaansluiting, klinkt het geluid niet door de luidspreker.


NE

25

Zo gebruikt u de bladerbalk

● U hervat het normale afspelen door op 49 te drukken.

U kunt met behulp van de verticale bladerbalk op het indexscherm snel bestanden zoeken. De bladerbalk is een nuttig hulpmiddel bij het wissen van bestanden (墌 blz. 39), het aanmaken van een afspeellijst (墌 blz. 42), enz.

Zoeken waar het bestand begint of het bestand overslaan U vindt het beginpunt van het volgende bestand als u op drukt. Elke keer dat u op drukt slaat u een bestand over in voorwaartse richting. U vindt het beginpunt van het huidige bestand als u op drukt. Steeds wanneer u op drukt, slaat u bestanden over in achterwaartse richting. ● Als u op of drukt tijdens het normale afspelen of in de loop van een zoekactie, wordt het afspelen hervat nadat het beginpunt van een bestand is gevonden.

1 U selecteert de

Bladerbalk

bladerbalk in het indexscherm door de zoom-hendel naar W te schuiven.

2 Met een druk op

/ brengt u de vorige of de volgende pagina op het scherm.

● Als u / ingedrukt houdt, begint het snelzoeken. ● Schuif de zoom-hendel naar T als u het bestand dat u zoekt hebt gevonden en selecteer het.

Datumindexscherm Bovendien kunt u het bestand dat u zoekt vinden in het datumindexscherm. De bestanden worden gesorteerd op hun opnamedatum.

1 Schuif de zoomhandel tweemaal naar W. Het datumindexscherm verschijnt.

2 Selecteer de datum

DATUMINDEX 07

07

2005

13

08

2005

20

08

2005

23

08

2005

02

09

2005

van uw keuze door op / te drukken. De bestanden die zijn opgenomen op de geselecteerde datum worden aan de rechterzijde van het scherm getoond.

Afspelen beeldje-voor-beeldje Onderbreek het afspelen (pauze) en druk op of . ● Met iedere druk op of gaat u beeld-voorbeeld vooruit of terug. ● U hervat het normale afspelen door op 49 te drukken. Afspelen in slow-motion Onderbreek het afspelen (pauze) en druk langer dan 2 seconden op of . ● U kunt het afspelen in slow-motion stoppen met 49.

Afspelen Zoom U kunt het beeld dat u afspeelt tot 5x vergroten.

1 Onderbreek het normale afspelen door op het punt waar u wilt inzoomen, op 49 te drukken.

2 Zoom in door de zoom-hendel naar T te schuiven.

● U kunt de datums ook selecteren door de bladerbalk aan de rechterzijde van het scherm te gebruiken. Om de bladerbalk te selecteren, schuift u de zoom-hendel naar W terwijl u op het / . datumindexscherm bent en drukt u op

● De volledige weergave van het beeld kunt u zien op het kleine scherm rechtsonder. Het merkteken duidt het middelpunt van het vergrote gebied aan.

3 Druk op 49. De bestanden die zijn

4 U kunt uitzoomen door de zoom-hendel naar

opgenomen op de geselecteerde datum worden in het indexscherm getoond.

Diverse handelingen voor het afspelen Foto’s weergeven (Pauze) Druk tijdens het normale afspelen op 49. ● U hervat het afspelen door nogmaals op 49 te drukken. Zoeken afspelen Druk tijdens het normale afspelen op als u vooruit, of op als u achteruit wilt zoeken. ● Door enkele malen op of te drukken verhoogt u de zoeksnelheid in één van beide richtingen. (–60x tot +60x)

3

Door op / / / te drukken kunt u het vergrote gebied dat u wilt zien, verplaatsen. W te schuiven.

● Wanneer de zoom-hendel de uiterste stand bij W (Wide-angle – groothoek) heeft bereikt, schakelt het scherm over op het indexscherm als u de zoom-hendel naar W verschuift. (墌 blz. 25)

Videobestanden wissen Selecteer [UITVOEREN] door op en vervolgens op / te drukken en druk daarna op 49. ● U kunt het bestand dat u wilt wissen selecteren door te drukken op / . ● Kijk op pag. 39 als u meerdere bestanden tegelijkertijd wilt wissen.




26 NE


Aansluiten op een TV, videorecorder of DVD-recorder Naar S-aansluiting

Open het klepje.

Naar AV-aansluiting

AV-kabel (meegeleverd)

S-kabel (als optie verkrijgbaar)

OPMERKINGEN:

● De S-Video-kabel is als optie verkrijgbaar. Gebruik vooral de YTU94146A S-Video-kabel. Informeer naar de verkrijgbaarheid van deze kabel bij het JVC-servicecentrum bij u in de buurt (zie het blad dat u in de verpakking aantreft). Let erop dat u het uiteinde van de kabel waar zich de ferrietkernfilter bevindt, aansluit op de camera. De ferrietkernfilter vermindert de gevolgen van storende invloeden van buitenaf. ● U kunt voor de stroomvoorziening beter de wisselstroomadapter gebruiken dan de accu. (墌 blz. 16) ● Zet vooral het geluidsvolume van uw TV in de laagste stand om te voorkomen dat de TV-toestel plotseling een explosie van geluid geeft wanneer u de camera aanzet. ● Raadpleeg de handleiding voor de softwareinstallatie en USB-aansluiting, als u de camera op een PC wilt aansluiten.

Weergeven op een TV

1 Kijk of alle apparatuur is uitgeschakeld. 2 Sluit de camera aan op een TV, video- of

Video-/DVD-recorder

TV

A Wit op AUDIO L IN* B Rood op AUDIO R IN* C Geel op VIDEO IN (Aansluiten wanneer uw TV/ video-/DVD-recorder alleen A/V-ingangen heeft.)

D Zwart op S-VIDEO IN (Aansluiten wanneer uw TV/video-/DVD-recorder aansluitingen voor S-VIDEO IN en A/V heeft. In dat geval hoeft u de gele videokabel niet aan te sluiten.) * Niet nodig als u alleen stilstaande beelden (foto’s) wilt bekijken.

DVD-recorder zoals de afbeelding laat zien. Gebruikt u een video- of DVD-recorder, ga dan naar stap 3. Gebruikt u geen videorecorder, ga dan naar stap 4.

3 Sluit de uitgang van de video-/DVD-recorder aan op de TV-ingang, zie voor bijzonderheden de instructiehandleiding van uw video-/DVDrecorder.

4 Zet de camera, de video-/DVD-recorder en de TV aan.

5 Zet de video-/DVD-recorder in de stand AUX input en de TV in de stand VIDEO.

6 Start het afspelen op de camera. (墌 blz. 24) Kiezen of de volgende schermen verschijnen op het aangesloten TV-toestel of niet

● Datum/Tijd Stel [DATUM/TIJD] in op [AUTOM], [AAN] of [UIT]. (墌 blz. 48, 49) ● Teller Zet [SCENETELLER] op [AAN] of [UIT]. (墌 blz. 48, 49)

(Met de knop INFO/ kunt u de weergave op het scherm aan- en uitzetten.)



Hier volgt de uitleg van het kopiëren naar een videorecorder. Als u kopieën maakt op een DVD-recorder, raadpleeg dan de instructiehandleiding van dat toestel. 1 Voer de hierboven beschreven stappen 1 tot 6 uit. 2 Start het opnemen op de videorecorder zodra u beelden uit de camera wilt gaan overnemen. (Raadpleeg de instructiehandleiding bij uw videorecorder.) 3 U stopt het kopiëren van beelden door eerst het opnemen op de videorecorder en vervolgens het afspelen op de camera te stoppen.

27

OPMERKING: Het is mogelijk dat het uitgezonden signaal geen uitwerking heeft of niet de juiste, wanneer de sensor van de afstandsbediening rechtstreeks wordt beschenen door de zonlicht of een andere krachtige lichtbron.

Knoppen en functies

Weergave met behulp van de afstandsbediening Met de uitgebreide afstandsbediening kunt u de camera van afstand bedienen, maar ook de eenvoudige functies van uw videorecorder (afspelen, stoppen, pauze, snel vooruit en terugspoelen).

De accu plaatsen De afstandsbediening werkt op één lithiumbatterij (CR2025).

1 Duw op de

2 1

1 vergrendelingsnok en trek de batterijhouder naar Vergrendelingsnok buiten.

2 Zet de batterij in de houder en let erop dat het “+”-merkteken zichtbaar blijft.

3 Schuif de houder terug totdat u een klik hoort.

Effectief bereik Wanneer u de afstandsbediening gebruikt, let er dan op dat u op de sensor richt. Het effectieve bereik van de afstandsbediening is binnenshuis ongeveer 5 m. Gebruik de Sensor afstandsbediening aan de afstandsbediening voorzijde van de camera in de richting van de lens.

A Venster verzending infrarood signaal ● Verzendt het signaal.

B ZOOM (T/W) Knoppen In-/Uit-zoomen (墌 blz. 23)

C Knop Omhoog Knop Roteren (in de richting van de wijzer van de klok) (墌 blz. 30) D Knop Achterwaarts overslaan E Knop Links F Knop Terug G Knop PLAYLIST (墌 blz. 42) H Knop START/STOP I Knop SNAPSHOT (墌 blz. 28) J Knop INFO (墌 blz. 38) K Knop Vooruit tot eind L Knop PLAY/PAUSE M Knop Rechts N Knop Volgende O Knop Omlaag Knop Roteren (in de richting tegen de wijzers van de klok in) (墌 blz. 30) P Knop INDEX Q Knop DATE


Opnamen kopiëren naar een videorecorder (of DVD-recorder)

NE


28 NE


Stilstaande beelden (foto’s) opnemen

Vergrendelknop Zoom-hendel

Knop Opnemen Starten/Stoppen


. .

● De camera is in de fabriek zo geprogrammeerd dat stilstaande beelden (foto’s) worden vastgelegd op de ingebouwde harddisk. Kijk op de pagina’s 21, 48 en 49 als u een ander medium voor uw opnamen wilt gebruiken. ● Kijk op de pagina’s 48 en 51 als u in een andere beeldkwaliteit wilt opnemen. ● Zie pagina 31 voor het gebruiken van de flitser.

3 Druk op de knop Opnemen starten/stoppen. De aanduiding PHOTO verschijnt wanneeer er beelden worden opgenomen. Het stilstaand beeld (de foto) wordt vastgelegd.

● U kunt voorafgaand aan de opname controleren hoe het beeld eruitziet door de knop Opnemen starten/stoppen half in te drukken en in die stand vast te houden. De -indicator verschijnt en houdt op met knipperen als het beeld scherpgesteld is. Als u de knop Opnemen starten/ stoppen loslaat, wordt de opname niet gemaakt. U legt het beeld vast op het opslagmedium als u de knop Opnemen starten/stoppen geheel indrukt.

OPMERKINGEN:

Met de zoom-functie kunt u close-ups of groothoekopnamen maken. Zie voor nadere bijzonderheden pag. 23.

Doorlopende opnamen

Aan/Uit-schakelaar

MODE

Zoomen

● Er kunnen verschillen zijn in helderheid tussen vastgelegde videobeelden en foto’s, ook bij opnamen van hetzelfde onderwerp. ● U kunt het sluitergeluid uitschakelen, zie pag. 48. ● Zie voor een schatting van het aantal beelden dat u kunt vastleggen pag. 63.

Als u de stand voor doorlopende opnamen inschakelt, geeft het ingedrukt houden van de knop Opnemen starten/stoppen in stap 3 in “Stilstaande beelden (foto’s) opnemen” (墌 blz. 28) hetzelfde effect als het maken van een snelle opeenvolgende reeks foto’s. (Interval tussen de stilstaande beelden: ongeveer 0,5 seconde) Stel [DOORLOPENDE OPNAMEN] in op [AAN], als u deze functie wilt gebruiken. (墌 blz. 51) De -indicator verschijnt in het scherm. ● Stel [DOORLOPENDE OPNAMEN] in op [UIT], als u deze functie wilt gebruiken. ● Afhankelijk van het opnamemedium dat u gebruikt, is het mogelijk dat het maken van doorlopende opnamen niet goed verloopt. ● De snelheid voor doorlopende opnamen neemt af wanneer u herhaaldelijk series opnamen achter elkaar maakt.

Bestanden wissen Als u tijdens het opnemen op drukt, wordt het bestand dat u het laatst hebt opgenomen, gewist. (墌 blz. 39) ● Als u echter van opnamestand (video of stilstaand beeld) wisselt, of u hebt de camera uitgezet en weer aangezet, dan kunt u het bestand niet wissen.



Stilstaande beelden weergeven

Diavoorstelling U kunt alle beelden die zijn opgeslagen op opnamemedia, automatisch afspelen.


Aan/Uit-schakelaar Vergrendelknop MODE Zoom-hendel

29

NE

. .

● Een stilstaand beeld (foto) wordt weergegeven. ● Kijk op de pagina’s 21, 48 en 49 als u beelden van een ander medium wilt afspelen.

49

INFO/


. .

● De laatst gemaakte foto wordt op het scherm getoond. ● Kijk op de pagina’s 21, 48 en 49 als u beelden van een ander medium wilt afspelen.

49. ● Als u tijdens de diavoorstelling drukt op worden de bestanden weergegeven in aflopende volgorde. ● Als u tijdens de diavoorstelling drukt op worden de bestanden weergegeven in oplopende volgorde. ● U stopt de diavoorstelling door weer op 49 te drukken. Het volgende beeld Het vorige beeld weergeven weergeven Normaal afspelen

3 U kunt het vorige bestand weergeven door op te drukken. U kunt het volgende bestand weergeven door op te drukken. De weergave van de datum/tijd in- en uitschakelen Stel [DATUM/TIJD] in op [AAN], [AUTOM] of [UIT]. (墌 blz. 48, 49) De weergave op het scherm in-/uitschakelen / De bestandsinformatie controleren (墌 blz. 38) Druk enkele malen op INFO/ .

OPMERKINGEN:

● Het is mogelijk dat beelden die op het opslagmedium met een ander apparaat zijn geschoten en opgeslagen, niet goed worden afgespeeld. ● U kunt bij stilstaande beelden in- en uitzoomen en u kunt de beelden roteren. (墌 blz. 30)

Diavoorstelling

Indexweergave van bestanden van stilstaande beelden (foto’s) U kunt een aantal opgeslagen bestanden tegelijk bekijken van een opnamemedium. Met deze bladerfunctie kunt u gemakkelijk een bepaald bestand dat u wilt zien, opzoeken.

1 Schuif met een foto die u gemaakt hebt in het scherm, de zoom-hendel naar W.

● De weergave schakelt nu over op het indexscherm.

2 Verplaats het kader naar het bestand dat u zoekt met

/

/

/

3 Druk op 49. Het geselecteerde bestand wordt weergegeven.

.


3 U start de diavoorstelling met een druk op


30 NE


Zo gebruikt u de bladerbalk

Beeldrotatie

U kunt met behulp van de verticale bladerbalk op het indexscherm snel bestanden zoeken. De bladerbalk is een nuttig hulpmiddel bij bestanden wissen (墌 blz. 39), DPOF instellen (墌 blz. 46), enz.

U kunt een stilstaand beeld (foto) roteren in de richting van de wijzers van de klok of tegen de wijzers van de klok in.

1 U selecteert de

Bladerbalk

bladerbalk in het indexscherm door de zoom-hendel naar W te schuiven.


. .


3 Door op

te drukken roteert u het beeld 90° in de richting van de wijzers van de klok.

2 Met een druk op

● Iedere keer dat u op de knop drukt, roteert het beeld in de richting van de wijzers van de klok. (90° ] 180° ] 270° ] 0°)

/ brengt u de vorige of de volgende pagina op het scherm.

● Als u / ingedrukt houdt, begint het snelzoeken. ● Schuif de zoom-hendel naar T als u het bestand dat u zoekt hebt gevonden en selecteer het.

4 Door op

te drukken roteert u het beeld 90° tegen de wijzers van de klok in.

● Iedere keer dat u op de knop drukt, roteert het beeld in de richting tegen de wijzers van de klok in. (270° ] 180° ] 90° ] 0°)

Datumindexscherm

Afspelen Zoom

Bovendien kunt u het bestand dat u zoekt vinden in het datumindexscherm. De bestanden worden gesorteerd op hun opnamedatum.

U kunt het beeld dat u afspeelt tot 5x vergroten.

1 Voer stap 1 uit in “Indexweergave van bestanden van stilstaande beelden (foto’s)” (墌 blz. 29) en het indexscherm verschijnt.

2 Schuif de zoomhandel tweemaal naar W. Het datumindexscherm verschijnt.

3 Selecteer de datum


. .


3 Zoom in door de zoom-hendel naar T te

DATUMINDEX 07

07

2005

schuiven.

13

08

2005

20

08

2005

23

08

2005

02

09

2005

● De volledige weergave van het beeld kunt u zien op het kleine scherm rechtsonder. Het merkteken duidt het middelpunt van het vergrote gebied aan.

van uw keuze door op / te drukken. De bestanden die zijn opgenomen op de geselecteerde datum worden aan de rechterzijde van het scherm getoond.

4

Door op / / / te drukken kunt u het vergrote gebied dat u wilt zien, verplaatsen.

5 U kunt uitzoomen door de zoom-hendel naar

● U kunt de datums ook selecteren door de bladerbalk aan de rechterzijde van het scherm te gebruiken. Om de bladerbalk te selecteren, schuift u de zoom-hendel naar W terwijl u op het datumindexscherm bent en drukt u op / .

W te schuiven.

4 Druk op 49. De bestanden die zijn

Bestanden van stilstaande beelden wissen

opgenomen op de geselecteerde datum worden in het indexscherm getoond.

● Wanneer de zoom-hendel de uiterste stand bij W (Wide-angle – groothoek) heeft bereikt, schakelt het scherm over op het indexscherm als u de zoom-hendel naar W verschuift. (墌 blz. 29)

Selecteer [UITVOEREN] door op en vervolgens op / te drukken en druk daarna op 49. ● U kunt het bestand dat u wilt wissen selecteren door te drukken op / . ● Kijk op pag. 39 als u meerdere bestanden tegelijkertijd wilt wissen.

MasterPage: Menu_Heading0_Right M5E6PAL.book Page 31 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

OPNAMEFUNCTIES

Tegenlichtcompensatie

/

Tegenlichtcompensatie maakt het onderwerp snel helder. Met een eenvoudige handeling worden donkere gedeelten van het onderwerp helder gemaakt door een langere belichting.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Houd ( / ) ingedrukt zodat

NE

31

Flitser U kunt de flitser gebruiken bij het vastleggen van stilstaande beelden (foto's). U kunt de stand van de flitser voor dat doel aanpassen.

FLASH

wordt

weergegeven.

3 Druk eenmaal op

(

) zodat de

-

indicator verdwijnt. Tegenlichtcompensatie uitschakelen Druk tweemaal op ( ) zodat de indicator verdwijnt.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de MODE-schakelaar op . 3 Druk herhaaldelijk op FLASH om de /

Door een gebied voor spotmeting te selecteren kunt u nauwkeuriger de belichtingscompensatie regelen. U kunt kiezen uit drie meetgebieden.


wordt

weergegeven.

3 Druk tweemaal op

(

) zodat de

-

indicator verschijnt.

● Het kader voor het gebied van de spotmeting verschijnt in het midden.

4

Selecteer het gewenste kader voor het spotmetingsgebied door op / te drukken.

5 Druk op 49. De instelling is voltooid. De belichting vergrendelen Na stap 4 houdt u 49 langer dan 2 seconden ingedrukt. De -indicator verschijnt. Spotbelichtingsregeling uitschakelen Druk eenmaal op ( ) zodat de -indicator verdwijnt.

OPMERKINGEN:

● Het kan zijn dat u de spotbelichtingsregeling niet kunt gebruiken in combinatie met een andere functie. ● Afhankelijk van de locatie en de condities van de opnamen kan het optimaal haalbare resultaat wat tegenvallen.

gewenste flitserstand te selecteren.

● De indicator van de geselecteerde stand wordt op het scherm weergegeven.

[AUTOM]: De flitser werkt automatisch wanneer de hoeveelheid licht afneemt. AUT. R-EYE: De flitser werkt automatisch maar vermindert het verschijnsel van de rode ogen van het onderwerp. AAN: De flitser werkt ongeacht de omstandigheden tijdens de opname. SLOW SYNCHRO: De flitser werkt ongeacht de omstandigheden tijdens de opname. De camera werkt in deze stand bij een lagere sluitersnelheid, zodat het licht van de flitser ook de achtergrond kan verlichten. [ ] = Instelling in de fabriek Wanneer u de flitser niet gebruikt Druk herhaaldelijk op FLASH tot er geen indicator voor de flitserstand op het scherm wordt weergegeven.

OPMERKINGEN:

● De flitser en de functie doorlopende opnamen kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt. De indicator die aangeeft dat een stand onbruikbaar is, knippert of dooft. ● De indicator van de flitserstand knippert ook wanneer de flitser oplaadt. ● Als u de flitserstand selecteert voordat u het LCDscherm draait, kunt u de flitser blijven gebruiken nadat het LCD-scherm 180° is gedraaid, ondanks het feit dat de indicator voor de flitserstand van het scherm verdwijnt. De flitserstand kan niet worden geselecteerd nadat het LCD-scherm 180° is gedraaid. (墌 blz. 9) ● Stel [GAIN OMHOOG] in op [AUTOM] of [160] als de flitser niet voldoende licht produceert. (墌 blz. 51) U kunt [S.SP] ook instellen op [NIGHTSCOPE] in het menu MSET. (墌 blz. 35)


Spotbelichtingsregeling


32 NE

OPNAMEFUNCTIES

Handmatige belichting

Handmatige Instellingen in het MSET-menu

/

U kunt de handmatig in te stellen opnamefuncties gemakkelijk selecteren in de MSET-menu’s.

Zo selecteert u een menu-item


1 Selecteer [AE] in het MSET-menu.

wordt

weergegeven.

3 Druk op

U kunt het beste zelf de belichting regelen onder de volgende omstandigheden: ● Wanneer u opnamen maakt tegen het licht in of wanneer de achtergrond te helder is. ● Wanneer u opnamen maakt tegen een reflecterende natuurlijke achtergrond, zoals aan het strand of tijdens het skiën. ● Wanneer de achtergrond heel donker is of het onderwerp heel helder. (墌 blz. 32)

(

2

). Het menuscherm

verschijnt.

op

4 Selecteer het menuitem van uw keuze uit het MSET-menu door op / te drukken en druk daarna op 49.

3 Als u het beeld helderder wilt maken, drukt u op . Als u het beeld donkerder wilt maken, drukt u op . AUTO AUTO AUTO AUTO AE AF WB S.SP

OFF P.AE

OFF EF

Het MSET-menu biedt 6 opties. AE: Handmatige Belichting (墌 blz. 32) AF: Handmatig Scherpstelling (墌 blz. 33) WB: Witbalans (墌 blz. 34) S.SP: Sluitersnelheid (墌 blz. 35) P.AE: Programma AE (墌 blz. 36) EF: Effect (墌 blz. 36)

(

5

6

Sluit het MSET-menu met een druk op (

±0 AUTO AUTO AUTO AUTO AUTO AE AF WB S.SP

OFF P.AE

● Aanpassingsbereik Voor het maken van video-opnamen: –6 tot +6 of AUTO (automatisch belichting) Voor het opnemen van stilstaande beelden (foto’s): –2,0 tot +2,0 (EV)

4 Druk op 49. De instelling is voltooid. 5 Sluit het MSET-menu met een druk op

Stap 5 en 6 hieronder zijn een voorbeeld van een met de hand ingestelde belichting. Selecteer een instelling door op / te drukken en druk vervolgens op 49. De instelling is voltooid.

Als [AUTO] de geselecteerde optie is, drukt u . (alleen in de videostand)

OFF EF

).

OPMERKING: Tijdens het opnemen kunnen [S.SP], [P.AE] en [EF] niet worden ingesteld, ook niet als u ( ) indrukt.

).

De belichting vergrendelen Na stap 5 houdt u 49 langer dan 2 seconden ingedrukt. De -indicator verschijnt.

OPMERKINGEN:

● U kunt handmatige belichting niet gebruiken wanneer tegelijkertijd [P.AE] is ingesteld op [SPOTLICHT] of [SNEEUW] (墌 blz. 36), of samen met tegenlichtcompensatie (墌 blz. 31). ● Als er na de aanpassing geen zichtbare wijziging in de helderheid is, dient u [OPHELDEREN] in te stellen op [AAN] wanneer u video’s opneemt (墌 blz. 50) of [GAIN OMHOOG] in te stellen op [AUTOM] wanneer u stilstaande beelden (foto’s) vastlegt (墌 blz. 51).

MasterPage: Menu_Right M5E6PAL.book Page 33 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

OPNAMEFUNCTIES Met het Full Range AF-systeem van de camera kunt u ononderbroken scherpstellen van dichtbij tot oneindig. Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan het echter onmogelijk blijken te zijn goed scherp te stellen. In dat geval biedt de stand handmatige scherpstelling uitkomst.

1 Selecteer [AF] in het MSET-menu. (墌 blz. 32)

2 Als [AUTO] de geselecteerde optie is, drukt u op

en daarna op 49.

3 U stelt scherp op een onderwerp dichter bij u door op

te drukken. (

)

U stelt scherp op een onderwerp verder van u af door op te drukken. ( ) ● Wanneer u niet kunt scherpstellen op een onderwerp verder van u af of dichter bij u, knippert of .

33

U kunt het beste scherpstellen met de hand in de omstandigheden die hieronder worden genoemd; ● Wanneer twee onderwerpen in dezelfde scène elkaar overlappen. ● Wanneer er weinig licht is.* ● Wanneer het onderwerp geen contrast heeft (weinig verschil in heldere en donkere partijen), zoals een flatgebouw, een muur in één kleur of een helder blauwe lucht.* ● Wanneer een donker voorwerp nauwelijks zichtbaar is op het scherm.* ● Wanneer een scène heel kleine patronen bevat of identieke patronen die regelmatig worden herhaald. ● Wanneer in een scène lichtstralen een rol spelen of licht dat wordt weerkaatst op het wateroppervlak. ● Wanneer u een scène schiet tegen een achtergrond met veel contrast. * De volgende meldingen van weinig contrast verschijnen knipperend op het scherm: , , en .

Scherpstellen op een onderwerp verder weg

Scherpstellen op een onderwerp dichterbij


Handmatige Scherpstelling

NE

Terug naar automatische scherpstelling Selecteer [AUTO] in stap 2.


34 NE

OPNAMEFUNCTIES

Witbalans De witbalans wordt gewoonlijk automatisch aangepast om een juiste weergave te krijgen van kleuren onder diverse lichtomstandigheden. U kunt echter ook de volgende standen kiezen op basis van de heersende omstandigheden tijdens de opname.

1 Selecteer [WB] in het MSET-menu. (墌 blz. 32)

2

Selecteer de stand van uw keuze door op / te drukken. HANDM WB: De witbalans handmatig aanpassen afhankelijk van de lichtbron. 墌 “Handmatige witbalansaanpassing” (墌 blz. 34) ZONNIG: Wanneer u buiten opnamen maakt op een zonnige dag. BEWOLKT: Wanneer u buiten opnamen maakt op een bewolkte dag. VERLICHT: Wanneer u een videolamp of een dergelijk soort verlichting gebruikt.

3 Druk op 49. De instelling is voltooid. 4 Sluit het MSET-menu met een druk op (

).

Terug naar de automatische witbalansregeling Selecteer [AUTO] in stap 2.

Handmatige witbalansaanpassing

1 Selecteer [HANDM WB] in het WB-menu. (墌 blz. 34)

2 Houd een vel effen wit papier voor het onderwerp. Pas de zoom-stand aan of ga zelf zo staan dat het vel wit papier het scherm vult.

3 Houd 49

Wit papier

ingedrukt tot de -indicator begint te knipperen en weer stopt met knipperen.

OPMERKINGEN:

● In stap 2 kan het moeilijk zijn op het witte papier scherp te stellen. Stel zelf met de hand scherp, als dat het geval is. (墌 blz. 33) ● U kunt opnamen van een onderwerp maken onder diverse soorten lichtomstandigheden binnenshuis (natuurlijk licht, TL-licht, kaarslicht, enz.). Omdat de kleurtemperatuur verschilt afhankelijk van de lichtbron, zal de tint van het onderwerp verschillen afhankelijk van de instellingen van de witbalans. Gebruik deze functie voor het verkrijgen van een natuurlijker resultaat. ● Wanneer u de witbalans met de hand hebt aangepast, blijft de instelling behouden ook als u de camera uitzet of de accu uit de camera haalt.


OPNAMEFUNCTIES

NE

Sluitersnelheid

* Niet beschikbaar voor het vastleggen van stilstaande beelden (foto’s).

U kunt de sluitersnelheid handmatig instellen. Een snelle sluitertijd kan de beweging van een snelbewegend onderwerp bevriezen en een langzame sluitersnelheid kan het onderwerp vager weergeven waardoor de indruk van beweging wordt gegeven.

4

1 Selecteer [S.SP] in het MSET-menu. (墌 blz. 32)

2 Als [AUTO] de geselecteerde optie is, drukt u op

.

3

Selecteer de sluitersnelheid van uw keuze door op / te drukken. De sluitersnelheid wordt weergegeven. U hebt voor de sluitersnelheid keuze uit:

35

Druk op 49. De instelling is voltooid.

De sluitersnelheid wijzigen Druk op 49, selecteer daarna de sluitersnelheid met / en druk op 49. Terug naar automatische regeling van de sluitertijden Selecteer [AUTO] in stap 3.

OPMERKINGEN:

● Wanneer u opnamen maakt met een langzame sluitertijd kunt u het beste een statief gebruiken. ● De sluitersnelheid kan apart worden ingesteld bij bewegende (video) en stilstaande beelden (foto).

De sluitersnelheid wordt vastgezet op 1/2 seconde. Dit maakt het mogelijk opnamen NIGHT-SCOPE te maken onder omstandigheden met weinig licht. De -indicator verschijnt. 1/4 1/8 1/15 1/30

Bij gebruik van langzame sluitertijden kan het onderwerp onscherp worden, wat de indruk van een vloeiende beweging geeft.

1/50

De sluitersnelheid wordt vastgezet op 1/50 seconde. Zwarte strepen die gewoonlijk verschijnen wanneer u opnamen maakt van een televisiescherm, worden smaller.

1/120

De sluitersnelheid wordt vastgezet op 1/120 seconde. Het schitteren dat zich voordoet wanneer u opnamen maakt onder een TL-lamp of een kwartslamp, wordt verminderd.

1/250 1/500 1/1000* 1/2000* 1/4000*

Snelle sluitertijden maken het mogelijk snelbewegende onderwerpen levendig beeldje-voor-beeldje vast te leggen. Gebruik deze instellingen wanneer een automatische afstelling niet goed werkt in stand (SPORT) in Programma AE. (墌 blz. 36)


● Kunt u de waarde niet wijzigen, druk dan op 49.


36 NE

OPNAMEFUNCTIES

Programma AE

Effect

U kunt de instellingen van het programma AE gebruiken voor het maken van opnamen onder speciale omstandigheden.

U kunt videobeelden of stilstaande beelden (foto's) opnemen met speciale effecten.

1 Selecteer [P.AE] in het MSET-menu.

(墌 blz. 32)

(墌 blz. 32)

2

Selecteer de stand van uw keuze door op / te drukken.

SCHEMERLICHT: Laat avondscènes er natuurlijker uitzien. SPOTLICHT: Het onderwerp op de voorgrond krijgt meer nadruk doordat de achtergrond vager wordt gemaakt. SPORT: Snelle sluitertijden maken het mogelijk snelbewegende onderwerpen levendig beeldje-voor-beeldje vast te leggen. De sluitersnelheid wordt automatisch ingesteld op 1/250 tot 1/4000 seconde. SNEEUW: Compenseert de belichting van onderwerpen die te donker kunnen lijken wanneer u opnamen maakt in een extreem heldere omgeving, zoals in de sneeuw.

3 Druk op 49. De instelling is voltooid. De functie Programma AE uitschakelen Selecteer [OFF] in stap 2.

1 Selecteer [EF] in het MSET-menu. 2

Selecteer de stand van uw keuze door op / te drukken. SEPIA: Het beeld heeft een bruinachtige tint zoals oude foto’s. ZWARTWIT: Het beeld wordt zwart/wit zoals dat van oude films. ANTIEKE FILM*: Het beeld heeft de sfeer van een oude film doordat bij dit effect beeldjes worden overgeslagen. BEELDEN LOS*: Het beeld ziet eruit alsof het bestaat uit een reeks opeenvolgende kiekjes. * Niet beschikbaar voor het vastleggen van stilstaande beelden (foto’s).

3 Druk op 49. De instelling is voltooid. 4 Sluit het MSET-menu met een druk op (

).

Het effect uitschakelen Selecteer [OFF] in stap 2.

MasterPage: Menu_Heading0_Right M5E6PAL.book Page 37 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

WEERGAVEFUNCTIES

U kunt bij het bekijken van uw video’s diverse effecten gebruiken voor de overgangen tussen de scènes.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de schakelaar MODE op . 3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [WIPE/FADE] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

5

Selecteer het effect dat u wilt gebruiken door op / te drukken. FADE WIT: In- en uitfaden met een wit scherm. FADE ZWART: In- en uitfaden met een zwart scherm. FADE ZW-W: Infaden naar een kleurenscherm van een zwart-wit scherm of uitfaden van kleur naar zwart-wit. WIPE HOEKEN: Het beeld komt in een vegende beweging van de rechterbovenhoek naar de linkerbenedenhoek op in een zwart scherm of verdwijnt van linksonder naar rechtsboven in een zwart scherm. WIPE SCHERM: De scène begint in het midden van een zwart scherm en verspreidt zich in een vegende beweging naar de hoeken, of komt op in de hoeken en verspreidt zich geleidelijk in een vegende beweging tot in het midden. WIPE SCHUIF: In een vegende beweging opkomen van rechts naar links of in een vegende beweging verdwijnen van links naar rechts. WIPE DEUREN: In een vegende beweging komt het beeld tevoorschijn als de twee helften van een zwart scherm opengaan naar links en naar rechts en het beeld verdwijnt in een vegende beweging als het zwarte scherm zich sluit. WIPE HOOGTE: In een vegende beweging komt het beeld van beneden naar boven op in een zwart scherm of verdwijnt van boven naar beneden en laat een zwart scherm achter. WIPE SLUITER: In een vegende beweging opkomen uit het midden van een zwart scherm naar boven en beneden of van boven en van beneden af verdwijnen in het midden tot een zwart scherm overblijft.

6 Druk op 49. De instelling is voltooid.

37

MENU.

● Het Wipe- of Fader-effect dat u hebt gekozen, werkt wanneer u het afspelen start of stopt.

Het effect uitschakelen Selecteer [UIT] in stap 5.

Weergave-effecten

/

U kunt videobeelden of stilstaande beelden (foto’s) bekijken met speciale beeldeffecten.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de schakelaar MODE op of . 3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [EFFECT] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

5

Selecteer het effect dat u wilt gebruiken door / te drukken. SEPIA: Het beeld heeft een bruinachtige tint zoals oude foto’s. ZWARTWIT: Het beeld wordt zwart/wit zoals dat van oude films. ANTIEKE FILM*: Het beeld heeft de sfeer van een oude film doordat bij dit effect beeldjes worden overgeslagen. BEELDEN LOS*: Het beeld ziet eruit alsof het bestaat uit een reeks opeenvolgende kiekjes. op

* Niet beschikbaar voor het vastleggen van stilstaande beelden (foto’s).

6 Druk op 49. De instelling is voltooid. 7 Sluit het menuscherm met een druk op MENU. Het effect uitschakelen Selecteer [UIT] in stap 5.


Wipe-effect of Infaden/ Uitfaden-effect

NE

7 Sluit het menuscherm met een druk op


38 NE

BESTANDEN BEHEREN

Bestandsinformatie bekijken

Bestanden beveiligen

/

U kunt de bestandsinformatie bekijken in de weergavestand.

Informatie over videobestanden Druk op INFO/ terwijl de weergave van videobeelden is onderbroken (pauze). De bestandsinformatie verschijnt op het scherm. BESTAND: Bestandsnaam MAP: Naam van de map DATUM/TIJD: Datum en tijd van de opname AFSP. TIJD: Afspeeltijd (lengte van het bestand) KWALITEIT: Beeldkwaliteit (墌 blz. 50) BEVEILIGEN: Status bestandsbeveiliging (墌 blz. 38) ● Drukt u op INFO/ in het indexscherm (墌 blz. 25), dan wordt de informatie van het

geselecteerde bestand weergegeven. De weergave van bestandsinformatie uitschakelen Druk enkele malen op INFO/ .

Informatie over bestanden van stilstaande beelden (foto’s)

U kunt bestanden beveiligen om te voorkomen dat u ze per ongeluk wist.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Selecteer met behulp van de MODEschakelaar het bestandstype (video of stilstaand beeld).

3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [BEVEILIGEN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. Het bestand dat op het scherm staat, beveiligen

5

Selecteer [HUIDIGE] door op / drukken en druk vervolgens op 49.

te

6

Selecteer [UITVOEREN] door op drukken en druk vervolgens op 49.

/

Meerdere bestanden selecteren en beveiligen

5 Selecteer [KIES BESTAND] door op

BESTAND: Bestandsnaam MAP: Naam van de map DATUM/TIJD: Datum en tijd van de opname GROOTTE: Beeldgrootte (墌 blz. 51) KWALITEIT: Beeldkwaliteit (墌 blz. 51) BEVEILIGEN: Status bestandsbeveiliging (墌 blz. 38)

door op / / / te drukken, druk vervolgens op 49.

geselecteerde bestand weergegeven.

/

te drukken en druk vervolgens op 49. ● Het indexscherm verschijnt.

De weergave van bestandsinformatie uitschakelen Druk enkele malen op INFO/ .

te

● U kunt het vorige of het volgende bestand selecteren met / . ● U kunt de beveiliging opheffen door het beveiligde bestand te selecteren en dan stap 5 en 6 uit te voeren.

Druk op INFO/ met een foto op het scherm. De bestandsinformatie verschijnt op het scherm.

● Drukt u op INFO/ in het indexscherm (墌 blz. 29), dan wordt de informatie van het

/

6 Selecteer het bestand dat u wilt beveiligen ● Het merkteken verschijnt op het bestand. ● Herhaal stap 6 als u nog andere bestanden wilt beveiligen. ● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 25, 30) ● Schuift u de zoom-hendel naar T, dan verschijnt het scherm waarin u kunt zien hoe de opname eruitziet. Schuif de zoom-hendel naar W en het indexscherm verschijnt weer.

7 Druk op MENU. 8 Selecteer [AFSLUITEN] door op drukken en druk vervolgens op 49.

/

te

● De geselecteerde bestanden zijn beveiligd. ● U kunt de beveiliging opheffen door het beveiligde bestand te selecteren in stap 6.


BESTANDEN BEHEREN

5 Selecteer [ALLES BEVN] door op

/

te

drukken en druk vervolgens op 49.

6 Selecteer [UITVOEREN] door op

/

te


NE

Bestanden wissen

/

U kunt bestanden die u niet meer wilt bewaren, wissen.

● Alle bestanden zijn nu beveiligd.

Wissen met de

De beveiliging van alle bestanden opheffen

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Selecteer met behulp van de MODE-

5 Selecteer [ALLES OPHFN], druk vervolgens op 49.


/

te

-knop

schakelaar het bestandstype (video of stilstaand beeld).


3 Geef het bestand van uw keuze op het

LET OP:

scherm weer door op / druk vervolgens op .

Verwijder het opnamemedium niet en voer geen andere handeling uit (zet bijvoorbeeld de camera niet uit) terwijl de beveiliging wordt aangebracht. Gebruik vooral ook de meegeleverde wisselstroomadapter, omdat het opnamemedium beschadigd kan raken als de accu leegraakt op het moment dat de beveiliging wordt aangebracht. Als het opnamemedium beschadigd raakt, moet u het formatteren. (墌 blz. 20)

39

/

/

te drukken,

● U kunt het bestand ook selecteren in het indexscherm. (墌 blz. 25, 29)


/

te


OPMERKING: Als u tijdens het opnemen op drukt, wordt het bestand dat u het laatst hebt opgenomen, gewist. Als u echter van opnamestand (video of stilstaand beeld) wisselt, of u hebt de camera uitgezet en weer aangezet, dan kunt u het bestand niet wissen.

Wissen in het menuscherm

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Selecteer met behulp van de MODEschakelaar het bestandstype (video of stilstaand beeld).

3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [WISSEN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. Het bestand dat op het scherm staat, wissen

5 Selecteer [HUIDIGE] door op

/ drukken en druk vervolgens op 49.


te /

te


● U kunt het vorige of het volgende bestand selecteren met / .

WORDT VERVOLGD OP DE VOLGENDE PAGINA


Alle bestanden beveiligen


40 NE

BESTANDEN BEHEREN

Meerdere bestanden selecteren en wissen

5 Selecteer [KIES BESTAND] door op

/

te drukken en druk vervolgens op 49. ● Het indexscherm verschijnt.

6 Selecteer het bestand dat u wilt wissen door op / 49.

/

/

te drukken, druk vervolgens op

● Herhaal stap 6 als u nog andere bestanden wilt selecteren. ● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 25, 30) ● Schuift u de zoom-hendel naar T, dan verschijnt het scherm waarin u kunt zien hoe de opname eruitziet. Schuif de zoom-hendel naar W en het indexscherm verschijnt weer.

7 Druk op MENU. 8 Selecteer [UITVOEREN&AFSLUITEN] door op / 49.

te drukken en druk vervolgens op

Alle bestanden wissen / /

De schrijfsnelheid van opnamemedia loopt meestal terug wanneer zij lange tijd herhaaldelijk zijn gebruikt. Houd, om de snelheid weer op te voeren, zo nu en dan opruiming op het opnamemedium. De opruimfunctie is een functie die vergelijkbaar is met “Defragmentatie” van de PC.

OPMERKINGEN:

● Gebruik de meegeleverde wisselstroomadapter voor de stroomvoorziening wanneer u een opname-medium opruimt. (墌 blz. 16) ● Wij raden u aan regelmatig een schijfcontrole uit te voeren op de PC, op voorwaarde dat er geen gegevens op de harde schijf van de camera aanwezig zijn.

/

te drukken en druk vervolgens op 49.


/

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op of . 2 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 3 Selecteer [INST. OPNAMEMEDIA] door op

● De geselecteerde bestanden worden gewist.

5 Selecteer [ALLES WISSEN] door op

Een opnamemedium opruimen

te



4 Selecteer [WISSEN] door op


te

● Als u de bestanden toch niet wilt wissen, selecteert u [ANNULEREN] en drukt u op 49.

5 Selecteer [HDD] of [SD] door op

OPMERKINGEN:

● Als de wisselstroomadapter niet is aangesloten op de camera, verschijnt een waarschuwing in beeld. Sluit in dat geval de wisselstroomadapter aan.

● U kunt beveiligde bestanden niet wissen. Als u ze wilt wissen, moet u eerst de beveiliging opheffen. (墌 blz. 39) ● Als u bestanden hebt gewist, kunt u ze niet meer terughalen. Kijk goed naar uw bestanden voordat u ze wist.

LET OP: Verwijder het opnamemedium niet en voer geen andere handeling uit (zet bijvoorbeeld de camera niet uit) terwijl bestanden worden gewist. Gebruik vooral ook de meegeleverde wisselstroomadapter, omdat het opnamemedium beschadigd kan raken als de accu leegraakt op het moment dat bestanden worden gewist. Als het opnamemedium beschadigd raakt, moet u het formatteren. (墌 blz. 20)

/

te



/

te


● Als u het opnamemedium toch niet wilt opruimen, selecteert u [ANNULEREN] en drukt u op 49.

7 Wanneer het opruimen is voltooid, verschijnt [OPRUIMEN VOLTOOID]. Voltooi het opruimen van het medium door op 49 te drukken. ● Afhankelijk van de harddisk-drive kan het een aantal minuten duren voordat deze procedure is voltooid.

LET OP: Verwijder het opnamemedium niet en voer geen andere handeling uit (zet bijvoorbeeld de camera niet uit) tijdens het opruimen.


BESTANDEN BEHEREN

41

7 Selecteer [BESTAND] door op


te

U kunt op het scherm bestanden van stilstaande beelden (foto’s) kopiëren of verplaatsen van en naar de ingebouwde harddisk (HDD) en het SDgeheugenkaartje.

● Het indexscherm verschijnt.

Het is belangrijk dat u, voordat u de hiernagenoemde stappen neemt: ● Nagaat of het SD-geheugenkaartje in de SDsleuf zit. ● Kijkt of er wel genoeg ruimte is op het medium waar u naartoe gaat kopiëren/verplaatsen.

● Het merkteken ( ) verschijnt op het bestand dat u hebt geselecteerd. ● Herhaal deze stap als u nog andere bestanden wilt selecteren. ● U kunt de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 30)

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op of . 2 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 3 Selecteer [INST. OPNAMEMEDIA] door op /


4 Selecteer [KOPIEREN/VERPLAATSEN] door op / 49.


5 Selecteer [KOPIEREN] of [VERPLAATSEN] door op op 49.

/

te drukken en druk vervolgens

KOPIEREN: U kopieert bestanden naar het medium van bestemming terwijl de oorspronkelijke bestanden op het medium van herkomst blijven staan. VERPLAATSEN: U verplaatst bestanden naar het medium van bestemming terwijl de oorspronkelijke bestanden (behalve alleen-lezen bestanden) van het medium van herkomst worden gewist.

6 Selecteer de richting van het kopiëren/ verplaatsen door op / te drukken, druk vervolgens op . (HDD ] SD of SD ] HDD)

8 Geef het bestand van uw keuze op het scherm weer door op / druk vervolgens op 49.

/

/

te drukken,

9 Met een druk op MENU keert u terug naar het vorige scherm.


/

te


11 De overdracht van bestanden begint.

● U kunt de overdracht van bestanden stoppen door op 49 te drukken, [UITVOEREN] te selecteren en op 49 te drukken.

12 Wanneer [KOPIEREN (VERPLAATSING)

VOLTOOID] in het scherm verschijnt, beëindigt u het kopiëren/verplaatsen door op 49 te drukken. Alle bestanden van stilstaande beelden (foto’s) die op het opnamemedium staan, kopiëren of verplaatsen

7 Selecteer [ALLES] door op / te drukken. 8 Selecteer [UITVOEREN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

● U kunt het kopiëren/verplaatsen afbreken door [ANNULEREN] te selecteren, en op 49 te drukken.

9 De overdracht van bestanden begint.

● U kunt de overdracht van bestanden stoppen door op 49 te drukken, [UITVOEREN] te selecteren en op 49 te drukken.

10 Wanneer [KOPIEREN (VERPLAATSING)

VOLTOOID] in het scherm verschijnt, beëindigt u het kopiëren/verplaatsen door op 49 te drukken.


Bestanden stilstaande beelden (foto’s) kopiëren/verplaatsen

NE

Kopiëren of verplaatsen door bestanden te selecteren


42 NE

BESTANDEN BEHEREN

Het bestandsnummer resetten

Wanneer u het nummer (de naam) van een bestand reset, wordt een nieuwe map aangemaakt. De nieuwe bestanden die u maakt, worden opgeslagen in de nieuwe map. Het is een goed idee de nieuwe bestanden apart op te slaan van de eerder vastgelegde bestanden.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op of . 2 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 3 Selecteer [INST. OPNAMEMEDIA] door op /


4 Selecteer [HERSTART NUMMERING] door op / 49.


5 Selecteer het bestandstype (video of stilstaand beeld) door op druk daarna op 49.

/

te drukken,


/

te


7 Druk op 49.

Afspeellijst aanmaken

/

● De nieuwe map (bijvoorbeeld, [101JVCSO]) wordt aangemaakt en de bestanden worden weer genummerd te beginnen bij het nieuwe nummer (bijvoorbeeld, “PIC_0001.JPG”).

U kunt een afspeellijst creëren door een lijst samen te stellen van eerder opgenomen videomateriaal.

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de schakelaar MODE op . 3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [SPEELLIJST] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

5 Selecteer [BEWERKEN] door op

/

te


6 Selecteer [NIEUWE LIJST] door op

/

te


7

Blader met / omhoog en omlaag door de indexafbeeldingen en selecteer een bestand dat u aan een afspeellijst wilt toevoegen.

● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie Indexafbeeldingen met de zoom-hendel en van opgenomen bestanden / . (墌 blz. 25)

8 Druk op 49. Er verschijnt een kader waarmee u kunt aanwijzen waar u wilt invoegen.

9 Blader met

/ omhoog of omlaag door de indexafbeeldingen in de afspeellijst en kies waar u het geselecteerde bestand in de lijst wilt opnemen.

Afspeellijst ● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 25)

10

Druk op 49. Het geselecteerde bestand wordt opgenomen in een afspeellijst. ● Herhaal de stappen 7 tot en met 10 als u andere bestanden aan de lijst wilt toevoegen.

11 Druk op MENU. Het bevestigingsscherm verschijnt.

12

Selecteer [BEWAREN EN AFSLUITEN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49.

● Met een druk op [ANNULEREN] keert u terug naar het bewerkingsscherm. ● Als u de afspeellijst niet wilt opslaan selecteert u [WISSEN EN AFSLUITEN].


BESTANDEN BEHEREN

1 Selecteer na stap 10 met

een indexafbeelding van de afspeellijst.

2 Selecteer met

/

een scène die u wilt

controleren.

3 Druk op 49. Het afspelen van de afspeellijst begint bij de geselecteerde scène.

● Aan het einde van de afspeellijst stopt het afspelen. ● U kunt het afspelen halverwege stoppen door 49 in te drukken en vervolgens de zoom-hendel naar W te schuiven.

Alleen de overgangen van de scènes controleren

1 Na stap 10 selecteert u met

een scène-

overgang.

● Als u een scène hebt geselecteerd, kunt u de werkbalk voor scène-overgangen selecteren door éénmaal op te drukken.

2 Selecteer met

/ die u wilt controleren.

een scène-overgang

3 Start het afspelen van de geselecteerde scène-overgang met een druk op 49. Het toegevoegde bestand wissen uit de afspeellijst

1 Selecteer na stap 10 met

een indexafbeelding van de afspeellijst.

2 op

Selecteer het bestand dat u wilt wissen door / te drukken, druk vervolgens op .

OPMERKINGEN:

● U hoeft maar op de knop PLAYLIST op de afstandsbediening te drukken als u het afspeellijstmenu wilt weergeven. ● U kunt tot 99 afspeellijsten aanmaken. ● Iedere afspeellijst kan tot 99 scènes bevatten. ● Als u de oorspronkelijke bestanden wist, worden ook de bestanden van de afspeellijst gewist. ● Bestanden in de map [EXTMOV] kunt u niet gebruiken voor het aanmaken van afspeellijsten.

NE

43

Afspeellijst afspelen Door de afspeellijst af te spelen kunt u uw oorspronkelijke videofragmenten bekijken. (Zie voor het creëren van een afspeellijst, 墌 blz. 42)


5 Selecteer [INHOUD SPEELLIJST] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. De tabel met afspeellijsten verschijnt.

6

Selecteer met / een lijst die u wilt afspelen. (De weergave van de datum en de tijd verschilt afhankelijk van het land waar deze camera is verkocht.)

● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 25)

7

Start het afspelen door op 49 te drukken.

● Tijdens het afspelen van een afspeellijst wordt het teken “P” linksbovenin het scherm weergegeven. ● Schuift u de zoom-hendel naar W terwijl het afspelen is onderbroken (Pause), dan verschijnt het indexscherm voor de afspeellijst. U kunt de inhoud van de afspeellijst bekijken en de scène van uw keuze selecteren. Als u de zoom-hendel naar T verschuift, keert u terug naar het weergavescherm. ● U kunt tijdens het afspelen diverse afspeelfuncties gebruiken. (墌 blz. 25)

8 U stopt het afspelen met een druk op 49. ● Selecteer [ALLE SCENES] in stap 6 als u wilt terugkeren naar de normale weergavestand.

OPMERKING: U hoeft maar op de knop PLAYLIST op de afstandsbediening te drukken als u het afspeellijstmenu wilt weergeven.


De afspeellijst controleren door het videomateriaal af te spelen U kunt de afspeellijst controleren voordat u hem opslaat.


44 NE

BESTANDEN BEHEREN

Bestanden aan afspeellijst toevoegen/uit afspeellijst wissen U kunt bestaande afspeellijsten bewerken door er bestanden aan toe te voegen of uit te verwijderen.


5 Selecteer [BEWERKEN] door op

/

te


6 Selecteer de afspeellijst die u wilt bewerken door op 49.

/


● Volg de stappen 7 tot 12 in “Afspeellijst aanmaken” (墌 blz. 42) of 1 tot 2 in “Het toegevoegde bestand wissen uit de afspeellijst” (墌 blz. 43) als u bestanden wilt toevoegen of verwijderen.

Naam van afspeellijst wijzigen Standaard krijgt een afspeellijst als naam de datum en het tijdstip dat u hem hebt aangemaakt. U kunt op het toetsenbordscherm de naam wijzigen in welke naam u maar wilt.


5 Selecteer [HERNOEMEN] door op

/ te drukken en druk vervolgens op 49. De tabel met afspeellijsten verschijnt.

6 Selecteer met

/ een lijst die u een andere naam wilt geven.

● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 25) ● De indexaanduiding verschijnt rechts bovenaan.

7 Druk op 49. Het toetsenbordscherm verschijnt.

8 Selecteer de letter van uw keuze door op / / 49.

/


● Herhaal deze reeks handelingen tot de naam af is. ● Door [A/a/@] te selecteren kunt u verschillende typen tekens kiezen (hoofdletters, kleine letters of leestekens). ● U kunt als volgt een letter corrigeren: selecteer [}] of []] en verplaats de cursor naar de letter door op 49 te drukken, selecteer vervolgens [CLEAR] en druk op 49.

9 Selecteer [

] door op / / / drukken en druk vervolgens op 49.

te

● U kunt de instelling annuleren door [ANNULEREN] te selecteren, en op 49 te drukken.


BESTANDEN BEHEREN

NE

45

Afspeellijst wissen

Kopiëren met behulp van afspeellijst

U kunt afspeellijsten die u niet meer wilt bewaren, wissen.

U kunt met behulp van een afspeellijst materiaal kopiëren naar een extern toestel (videorecorder, DVD-recorder, enz.). Hieronder wordt uitgelegd hoe u kunt kopiëren naar een videorecorder, maar u kunt dezelfde stappen volgen voor het kopiëren naar een DVD-recorder, enz.


1 Sluit de camera en uw videorecorder op elkaar aan met de S/AV-kabel. (墌 blz. 26)

5 Selecteer [WISSEN] door op

2 Zet de videorecorder in de stand VIDEO/

6 Selecteer met

● Zie voor nadere bijzonderheden over het instellen van de stand VIDEO/AUXILIARY-ingang de instructies bij uw videorecorder.

/ te drukken en druk vervolgens op 49. De tabel met afspeellijsten verschijnt. /

een afspeellijst die u

wilt wissen.

● De indexaanduiding verschijnt rechts bovenaan. ● Door [ALLES WISSEN] te selecteren kunt u alle afspeellijsten in één keer wissen.

7 Druk op 49. 8 Selecteer [UITVOEREN] door op

/ drukken en druk vervolgens op 49. De afspeellijst die u hebt geselecteerd, wordt gewist.

te

● U kunt de instelling annuleren door [ANNULEREN] te selecteren, en op 49 te drukken. ● De oorspronkelijke bestanden worden niet gewist als u de afspeellijst wist.

AUXILIARY-ingang en schakel stand-by in in de opnamestand.


7 Selecteer [INHOUD SPEELLIJST] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. De tabel met afspeellijsten verschijnt.

8 Selecteer met

/

een lijst die u wilt

kopiëren.

● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 25)

9 Druk op

. Het scherm voor het kopiëren

verschijnt.

10 Selecteer [START AFSPELEN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. De camera begint het beeldmateriaal af te spelen.

● Het zwarte scherm wordt gedurende 5 seconden weergegeven aan het begin en het eind van de weergave van de afspeellijst. ● U kunt de instelling annuleren door / te selecteren [ANNULEREN], en op 49 te drukken.

11 Gedurende de 5 seconden dat het zwarte scherm wordt getoond, hebt u de tijd het opnemen op de videorecorder te starten. (Raadpleeg de instructiehandleiding bij uw videorecorder.)

12 U stopt het kopiëren door het opnemen op de videorecorder stop te zetten in de 5 seconden dat het zwarte scherm wordt getoond.


1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de schakelaar MODE op . 3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [SPEELLIJST] door op / te


46 NE

BESTANDEN BEHEREN Alle stilstaande beelden (foto’s) printen (van elk één afdruk)

Instelling DPOF-Print Deze camera is geschikt voor DPOF (Digital Print Order Format). U kunt met deze camera instellen welke beelden moeten worden geprint en hoeveel afdrukken u wilt hebben. Dit is een nuttige functie als u op een voor DPOF geschikte printer afdrukken wilt maken of als u in een fotolaboratorium rechtstreeks van het opnamemedium afdrukken wilt laten maken.

1 Open het DPOF-menuscherm. (墌 “Printen door een stilstaand beeld te selecteren”)

2 Selecteer [ALLES 1] door op

te


/


4 Sluit de instelling af met een druk op MENU.

Printen door een stilstaand beeld te selecteren

De DPOF-instelling bevestigen

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de schakelaar MODE op . 3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [DPOF] door op / te drukken

door een stilstaand beeld te selecteren”)

en druk vervolgens op 49. Het DPOFmenuscherm verschijnt.

5 Selecteer [SELECTEER FOTO'S] door op /

6


Selecteer het bestand dat u zoekt door op / / / te drukken, druk vervolgens op 49.

2 Selecteer [CONTROLEER INSTEL.] door op /


3 Als u dat wilt, kunt u het aantal afdrukken

voor het gekozen bestand wijzigen door de stappen 6 tot 7 in “Printen door een stilstaand beeld te selecteren” uit te voeren.

4 Met een druk op MENU keert u terug naar het vorige menu.

1 Open het DPOF-menuscherm. (墌 “Printen door een stilstaand beeld te selecteren”)

7

Selecteer met / het aantal afdrukken (maximaal 15) en druk op 49. ● Herhaal de stappen 6 en 7 als u afdrukinformatie Aantal afdrukken

8 Sluit de instelling af met een druk op MENU.

● U kunt de selectie ongedaan maken door in stap 6 hetzelfde beeld te selecteren.

OPMERKINGEN:

1 Open het DPOF-menuscherm. (墌 “Printen

De DPOF-instelling resetten

● U kunt ook de bladerbalk gebruiken in combinatie met de zoom-hendel en / . (墌 blz. 30) ● Schuif en houd de zoom-hendel in de richting van T, dan verschijnt het scherm waarin u kunt zien hoe het stilstaande beeld (de foto) eruitziet.

voor andere beelden wilt instellen.

te


● De DPOF-instelling is beschikbaar voor maximaal 999 beelden. ● U kunt DPOF–printen alleen opgeven voor foto’s die zijn opgeslagen op het SD-kaartje. Als u op deze manier beelden wilt printen die zijn opgeslagen op de harddisk, moet u ze eerst naar het SD-kaartje kopiëren. (墌 blz. 41) ● De datumindexfunctie kunt u niet gebruiken.

2 Selecteer [HERSTARTEN] door op

/

te




/

te

4 Sluit het resetten af met een druk op 49.


Rechtstreeks printen met een PictBridge-printer Als uw printer geschikt is voor PictBridge, kunt u gemakkelijk stilstaande beelden (foto’s) afdrukken wanneer u de camera met de USBkabel rechtstreeks op de printer aansluit. U kunt ook de DPOF-instelling gebruiken. (墌 blz. 46)

OPMERKING:

1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de schakelaar MODE op . 3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [DIRECT AFDRUKKEN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. Er verschijnt een melding: [SLUIT PRINTER AAN].

5 Sluit de camera met de USB-kabel op de ● Na enige tijd verschijnt het print-menu.

1 Druk op 49. Het bevestigingsscherm verschijnt.


/

te


1 Zet de Aan/Uit-schakelaar op . 2 Zet de schakelaar MODE op . 3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer [DIRECT AFDRUKKEN] door op / te drukken en druk vervolgens op 49. Er verschijnt een melding: [SLUIT PRINTER AAN].

5 Sluit de camera met de USB-kabel op de printer aan.

● Na enige tijd verschijnt het print-menu.

/


6 Selecteer [GESEL. AFDRUK] door op

/


7 Selecteer het bestand van uw keuze door op te drukken en druk vervolgens op 49.

Selecteer met / het aantal afdrukken.

● U kunt voor het aantal afdrukken een getal instellen van 1 tot 99.

7 Selecteer [PRINTEN] door op

/ te drukken en druk vervolgens op 49. De afbeeldingen worden geprint.

● U kunt de DPOF-instelling bevestigen door / te selecteren [CONTROLEER INSTEL.], en op 49 te drukken. Keer daarna terug naar het vorige menu door op MENU te drukken.

OPMERKING:

9 Selecteer [DATUM] /

[AAN] of

● Selecteer [AAN] als u de datum wilt afdrukken en [UIT] als u dat niet wilt.

10 Selecteer [PRINTEN] door op

Het printen onderbreken

6 Selecteer [DPOF-PRINTEN] door op

printer aan.

door op / te drukken en selecteer daarna met [UIT].

te

/ drukken en druk vervolgens op 49. De afbeelding wordt afgedrukt.

te

Als de printer niet wordt herkend, of als u na het afdrukken direct weer wilt printen met een PictBridge-printer, verwijder dan de USB-kabel, selecteer opnieuw [DIRECT AFDRUKKEN] in het menu en sluit de kabel weer aan.


Printen door een stilstaand beeld (foto) te selecteren

8

NE

De print-instelling ongedaan maken Selecteer [ANNULEREN] door op / drukken en druk vervolgens op 49.

Printen met de DPOF-instelling Als de printer geschikt is voor DPOF, kunt u de DPOF-instelling gebruiken. (墌 blz. 46)

Sluit de USB-kabel aan nadat u in het menu [DIRECT AFDRUKKEN] hebt geselecteerd.

/

47

BESTANDEN BEHEREN


48 NE

MENU-INSTELLINGEN

De menu-instellingen wijzigen Door de menu-instellingen te wijzigen kunt u uw camera aan uw wensen aanpassen. Volg onderstaande stappen en ga naar het menuscherm van uw keuze, wijzig vervolgens de diverse instellingen. Aan/Uit-schakelaar Vergrendelknop INFO/

49 MODE MENU

1 Selecteer de bedieningsstand. Voor Opname-menu’s: Zet de Aan/Uit-schakelaar op

.

Voor Afspeel-menu’s: Zet de Aan/Uit-schakelaar op

.

2 Selecteer met de MODE-schakelaar (video) of

(foto).

3 Druk op MENU. Het menuscherm verschijnt. 4 Selecteer het submenu en menu-item van uw keuze met

/

en 49.

● Met een druk op MENU keert u terug naar het normale scherm. ● Druk op INFO/ wanneer het menuscherm wordt weergegeven, als u de bedieningshandleiding op het scherm wilt brengen. (Het is afhankelijk van het type menu of de bedieningshandleiding wordt weergegeven.) U kunt de bedieningshandleiding weer van het scherm verwijderen door nogmaals op INFO/ te drukken. ● Ook als het menu-item wordt weergegeven, is het afhankelijk van de geselecteerde stand (video/ foto, opname/weergave) of een item kan worden ingesteld. Het kan onmogelijk blijken te zijn naar een submenu of een volgend menu te gaan.

Menu’s voor alle standen gezamenlijk [ ] = Instelling in de fabriek

BASISINSTELLING RESET UITVOEREN: Zet alle instellingen terug in de stand die in de fabriek is gekozen. [ANNULEREN]: Brengt u terug naar het menuscherm zonder dat de reset wordt uitgevoerd. DEMO UIT: Schakelt de functie uit. [AAN]: Activeert de demo-stand en toont diverse functies op het scherm. De demonstratie wordt gestart in de volgende gevallen:

● Wanneer u het menuscherm sluit nadat u [DEMO] hebt ingesteld op [AAN]. ● Als u met [DEMO] ingesteld op [AAN] gedurende ongeveer 3 minuten geen bedieningshandelingen verricht nadat u de Aan/Uit-schakelaar op hebt gezet. ● Als u een bedieningshandeling verricht tijdens de demonstratie, wordt de demonstratie tijdelijk gestopt. Als u langer dan 3 minuten daarna geen bedieningshandeling verricht, wordt de demonstratie hervat.

OPMERKINGEN:

● De demo werkt alleen wanneer het snoer van de gelijkstroomvoeding is aangesloten en werkt niet op de accu. ● Als er een SD-kaartje in de camera zit, wordt de demonstratie niet uitgevoerd, ook niet in de stand [AAN]. ● [DEMO] blijft op [AAN] staan, ook als u de camera uitzet.

BEDIENINGSGELUID UIT: Schakelt het bedieningsgeluid uit. PIEP: Het akoestisch signaal klinkt wanneer de camera wordt aan- of uitgezet en aan het begin en het einde van een opname. [MELODIE]: In plaats van een piep, klinkt een melodie wanneer een handeling wordt verricht.


MENU-INSTELLINGEN AFSTANDSBEDIENING UIT: Maakt dat de camera niet het signaal van de afstandsbediening ontvangt. [AAN]: Schakelt bediening met de afstandsbediening in. VALDETECTIE UIT: Schakelt de functie uit. [AAN]: Deze functie maakt dat de camera zichzelf uitschakelt, ter voorkoming van beschadiging van de harddisk, wanneer u de camera laat vallen. (墌 blz. 21)

NE

49

ingebouwde harddisk en het SD-kaartje. (墌 blz. 41) HERSTART NUMMERING [VIDEO] / BEELD Wanneer u het nummer (de naam) van een bestand reset, wordt een nieuwe map aangemaakt. De nieuwe bestanden die u maakt, worden opgeslagen in de nieuwe map. (墌 blz. 42)

WEERGAVE

LET OP:

INST. OPNAMEMEDIA VIDEOSTAND [HDD] / SD FOTOSTAND [HDD] / SD

U kunt voor iedere opneem- en afspeelstand het te gebruiken medium kiezen: video ( ) of foto ( ). HDD: De ingebouwde harddisk wordt geselecteerd als opnamemedium. SD: Het SD-kaartje wordt geselecteerd als opnamemedium.

FORMATTEREN [HDD] / SD U kunt de ingebouwde harddisk of SDgeheugenkaartjes formatteren (initialiseren). (墌 blz. 20) WISSEN [HDD] / SD De schrijfsnelheid van opnamemedia loopt meestal terug wanneer zij lange tijd herhaaldelijk zijn gebruikt. Houd, om de snelheid weer op te voeren, zo nu en dan opruiming op het opnamemedium. (墌 blz. 40) KOPIEREN/ VERPLAATSEN [KOPIEREN] / VERPLAATSEN U kunt bestanden van stilstaande beelden (foto’s) kopiëren of verplaatsen van en naar de

HELDERHEID Wanneer u dit item selecteert, verschijnt de indicator van de helderheidsregeling. Pas de helderheid van het scherm aan met / en druk dan op 49. (墌 blz. 18) DATUM/TIJD UIT: De aanduiding van de datum/de tijd verschijnt niet. [AUTOM]: Geeft de datum/tijd gedurende ongeveer 5 seconden weer in de volgende gevallen.

● Wanneer u de Aan/Uit-schakelaar verzet van OFF naar ● Wanneer u het weergeven start ● Wanneer u de datum hebt gewijzigd tijdens het weergeven

AAN: De datum/de tijd wordt altijd weergegeven.

OPMERKINGEN:

● Alleen de datum wordt weergegeven voor de videoweergave. ● U kunt voor iedere stand een andere instelling kiezen (video-opname/-weergave en opname/ weergave voor stilstaande beelden (foto’s)).

SCENETELLER [UIT]: Schakelt de functie uit. AAN: Geeft in de videostand de teller weer. LANGUAGE [ENGLISH] / FRANÇAIS / DEUTSCH / ESPAÑOL / ITALIANO / NEDERLANDS / РУССКИЙ U kunt de instelling van de taal wijzigen. (墌 blz. 17) KLOK INST 墌 “Datum/Tijd-instellingen” (墌 blz. 18)

MENU-INSTELLINGEN

Als u deze functie uitzet is de kans groter dat de interne harddisk wordt beschadigd, als u de camera laat vallen.


50 NE

MENU-INSTELLINGEN

Menu’s voor het opnemen van videobeelden [ ] = Instelling in de fabriek KWALITEIT Selecteer de beeldkwaliteit van uw keuze. Stand (In volgorde van kwaliteit) [ULTRAFIJN] FIJN NORMAAL ECONOMY

Grootte (aantal pixels) 720 x 576 720 x 576 720 x 576 352 x 288

Bitfrequentie 8,5 Mbps 5,5 Mbps 4,2 Mbps 1,5 Mbps

BREEDBEELD [UIT]: Schakelt de functie uit. 16:9 BREED: Voor weergave op TV-toestellen met een 16:9 aspect-ratio. Breidt het beeld op natuurlijke wijze uit zodat het zonder vervorming op het scherm past. De -indicator verschijnt. Kijk in de instructiehandleiding van uw breedbeeld-TV als u deze stand wilt gebruiken. Bij weergave op/opname van 4:3 tv’s, kunnen zwarte banden worden toegevoegd aan de boven- en onderzijde van het scherm of kan het beeld door de wijziging van de beeldverhouding een weinig verticaal worden gerekt.

OPMERKINGEN:

● U kunt de stand 16:9 BREED niet gebruiken in de stand ECONOMY. ● Gebruik software die geschikt is voor breedbeeldweergave wanneer u videomateriaal afspeelt dat is opgenomen in de 16:9 BREEDstand op een PC.

WINDFILTER [UIT]: Schakelt de functie uit. AAN: Helpt het geluid dat de wind veroorzaakt, te verminderen. De -indicator verschijnt. OPHELDEREN UIT: Het beeld in het donker wordt vastgelegd zonder aanpassing van de helderheid van de opname. [AAN]: Het beeld in het donker wordt helderder gemaakt. Maar de algehele aanblik kan korrelig worden. .

STABIEL UIT: Schakelt de functie uit. [AAN]: Compenseert trillende beelden die worden veroorzaakt door beweging van de camera, vooral bij een hoge vergrotingsfactor. De -indicator verschijnt.

OPMERKINGEN:

● Een nauwkeurige stabilisatie kan onmogelijk blijken te zijn bij een uitzonderlijk onvaste hand of onder bepaalde opname-omstandigheden. In dat geval knippert de indicator of gaat uit. ● Schakel deze stand uit wanneer u opnamen maakt met de camera op statief.

INSTELLING CAMERA ZOOMEN 10X: Alleen optische zoom gaat tot 10X. [40X]: Digitale zoom gaat tot 40X. 200X: Digitale zoom gaat tot 200X. MACRO [UIT]: Schakelt de functie uit. AAN: U kunt een onderwerp op zo groot mogelijk formaat vastleggen op een afstand van ongeveer 50 cm. De -indicator verschijnt.

Menu’s videobeelden afspelen [ ] = Instelling in de fabriek SPEELLIJST [INHOUD SPEELLIJST] / BEWERKEN / HERNOEMEN / WISSEN U kunt een afspeellijst maken en uw oorspronkelijke videofragmenten bekijken. (墌 blz. 42 – 45) WIPE/FADE 墌 “Wipe-effect of Infaden/Uitfaden-effect” (墌 blz. 37)

EFFECT 墌 “Weergave-effecten” (墌 blz. 37)

BEVEILIGEN [HUIDIGE] / KIES BESTAND / ALLES BEVN / ALLES OPHFN U kunt bestanden beveiligen om te voorkomen dat u ze per ongeluk wist. (墌 blz. 38)


MENU-INSTELLINGEN WISSEN [HUIDIGE] / KIES BESTAND / ALLES WISSEN U kunt bestanden die u niet meer wilt bewaren, wissen. (墌 blz. 39)

Menu’s stilstaande beelden vastleggen (foto’s maken) [ ] = Instelling in de fabriek KWALITEIT [FIJN] / STANDARD Selecteer de gewenste kwaliteit van de afbeeldingen.

NE

51

Menu’s stilstaande beelden (foto’s) weergeven [ ] = Instelling in de fabriek DPOF 墌 “Instelling DPOF-Print” (墌 blz. 46)

DIRECT AFDRUKKEN 墌 “Rechtstreeks printen met een PictBridgeprinter” (墌 blz. 47) EFFECT 墌 “Weergave-effecten” (墌 blz. 37)

ZELFONTSP [UIT] / 2 SEC / 10 SEC Als u de zelfontspanner indrukt, wordt een foto gemaakt 2 of 10 seconden nadat u de knop Opnemen starten/stoppen hebt ingedrukt. De -indicator of de -indicator verschijnt. DOORLOPENDE OPNAMEN [UIT]: Schakelt de functie uit. AAN: U kunt een doorlopende serie foto’s maken. De -indicator verschijnt op het scherm. (墌 blz. 28) GAIN OMHOOG [AUTOM] / 80 / 160 Selecteer de gewenste instelling voor de ISOgevoeligheid. In [AUTOM] neemt de gevoeligheid automatisch toe in omstandigheden met weinig licht.

OPMERKING: De hoeveelheid beeldruis neemt toe met een toename van het instelniveau.

INSTELLING CAMERA MACRO De menu-item MACRO is gelijk aan die in de beschrijving op pag. 50.

BEVEILIGEN WISSEN De menu-items van BEVEILIGEN en WISSEN zijn gelijk aan die in de beschrijving op pag. 50.

MENU-INSTELLINGEN

BEELDMAAT [1600 x 1200] / 1280 x 960 / 1024 x 768 / 640 x 480 Selecteer de gewenste beeldgrootte.


52 NE

VERWIJZINGEN

Het oplossen van problemen De camera is een toestel dat wordt gestuurd door een microcomputer. Extern geluid en storing (van een TV, radio, enz.) kunnen ervoor zorgen dat de camera niet goed functioneert. H U kunt dit oplossen door allereerst onderstaande instructies te volgen. H Reset de camera, als het probleem niet kan worden opgelost. (U vindt hierover meer in “De camera resetten” dat hierna volgt.) H Vraag uw JVC-dealer advies, als het toch niet lukt het probleem op te lossen. 8 De camera resetten A Duw met een stukje ijzerdraad of een ander puntig voorwerp op RESET. De camera schakelt zichzelf éénmaal uit en zet zichzelf weer aan.

Stroomvoorziening Geen stroomvoorziening. ● De camera is niet goed aangesloten. HSluit de wisselstroomadapter goed aan. (墌 blz. 14) ● De accu is niet stevig bevestigd. HMaak de accu nog eens los en zet hem weer stevig vast. (墌 blz. 14) ● De accu is leeg. HVervang de lege accu door een volledig opgeladen accu. (墌 blz. 14)

U ziet geen weergave op het scherm.

● Bij gebruik van de wisselstroomadapter gaat de camera in ruststand (de lampjes schrijven/lezen en het LCD-scherm gaan uit.) HU kunt de camera uit de ruststand halen door een bedieningshandeling te verrichten, bijvoorbeeld in- of uit-zoomen.

De camera is per ongeluk uitgeschakeld.

● De functie Valdetectie is in werking getreden. (墌 blz. 21) HZet de Aan/Uit-schakelaar op OFF en zet de camera weer aan. Stel [VALDETECTIE] in op [UIT], als u de functie Valdetectie wilt uitschakelen. (墌 blz. 49)

Opnemen Er kan geen opname worden gemaakt. RESET

B Als er niets gebeurt, dan zet u de Aan/Uitschakelaar op OFF en koppel de voedingsadapter los en/of haal de accu uit de camera en sluit de adapter dan weer aan en/of plaats de accu weer. C Voer [RESET] uit vanuit het menu. De camera keert terug naar de instellingen die in de fabriek zijn ingesteld. (墌 blz. 48)

● De melding [GEHEUGEN IS VOL] verschijnt. HVervang het opnamemedium door een nieuw exemplaar of wis bestanden die u niet wilt bewaren. (墌 blz. 19, 39) ● U hebt niet het juiste opnamemedium geselecteerd. HSelecteer het opnamemedium. (墌 blz. 21, 48, 49)

Bij het maken van opnamen van een onderwerp dat helder wordt belicht, verschijnen verticale lijnen in beeld. ● Dit is geen storing.

Als er tijdens het maken van opnamen direct zonlicht op het scherm valt, wordt het scherm een ogenblik rood of zwart. ● Dit is geen storing.

Tijdens het maken van opnamen verschijnt de aanduiding van de datum/de tijd niet. ● [DATUM/TIJD] staat op [UIT]. HZet [DATUM/TIJD] op [AAN]. (墌 blz. 49)

De aanduidingen in het LCD-scherm knipperen.

● Bepaalde standen van Programma AE, bepaalde effecten, DIS en andere functies die niet samen kunnen worden gebruikt, zijn tegelijkertijd geselecteerd.


VERWIJZINGEN De digitale zoom werkt niet.

Het beeld heeft een vreemde kleur.

Het opgenomen beeld is wit

Het vastgelegde beeld is te donker.

● De sluitersnelheid is ingesteld op NIGHT-SCOPE of op een langzame snelheid. HNIGHT-SCOPE en een langzame snelheid zijn alleen bedoeld voor donkere omstandigheden. (墌 blz. 35)

Afspelen U kunt geen opnamen afspelen.

● U hebt niet het juiste opnamemedium geselecteerd. HSelecteer het opnamemedium. (墌 blz. 21, 48, 49) ● Het afspelen van opnamen begint, maar er is geen beeld op de aangesloten TV. HZet het TV-toestel in de juiste stand voor het inkomende signaal en kies het juiste kanaal voor het weergeven van videobeelden.

Tijdens het weergeven van videomateriaal wordt lange tijd dezelfde afbeelding getoond of de weergave is schokkerig.

● Als het oppervlak van het SD-kaartje is beschadigd, wordt het moeilijk gegevens te lezen en doen zich deze verschijnselen voor. Deze camera zal al het mogelijke doen om gegevens te lezen, maar wanneer het lange tijd moeilijk verloopt en het weergeven van materiaal onmogelijk is, stopt de camera vanzelf. HWij raden u aan regelmatig een schijfcontrole uit te voeren op de PC, op voorwaarde dat er geen gegevens op de harde schijf van de camera aanwezig zijn.

Functies voor de gevorderde cameragebruiker De camera stelt niet automatisch scherp.

● De camera staat in stand voor handmatig scherpstellen. HSchakel de automatische scherpstelling in. (墌 blz. 33) ● De lens is vuil of bedekt met condens. HMaak de lens schoon en controleer of de camera weer goed scherpstelt. (墌 blz. 57)

53

● Er zit geen wit in de lichtbron of in het onderwerp. Of er staan diverse verschillende lichtbronnen achter het onderwerp. HProbeer de handmatige aanpassing van de witbalans. (墌 blz. 34) ● De opnamen zijn gemaakt met tegenlicht. HProbeer tegenlichtcompensatie (墌 blz. 31) of probeer de belichting zelf te regelen. (墌 blz. 32)

De vastgelegde beelden zijn te licht.

● Het onderwerp is te helder verlicht. HProbeer de belichting zelf te regelen. (墌 blz. 32)

Het lukt niet de witbalans in te stellen.

● De camera staat in de stand Sepia (SEPIA) of Monotone (ZWARTWIT). HSchakel eerst Sepia (SEPIA) of Monotone (ZWARTWIT) uit, voordat u de witbalans instelt. (墌 blz. 36)

Het in-/uitfaden zwart/wit werkt niet.

● De camera staat in de stand Sepia (SEPIA) of Monotone (ZWARTWIT). HSchakel Sepia (SEPIA) of Monotone (ZWARTWIT) uit. (墌 blz. 37)

De opnamesnelheid van series stilstaande beelden (foto’s) is laag.

● De snelheid van serie-opnamen neemt af wanneer u achtereenvolgens series foto’s maakt, bij gebruik van een bepaald opnamemedium of onder bepaalde opnameomstandigheden. (墌 blz. 28)

VERWIJZINGEN

● [ZOOMEN] staat op [10X] (optische zoom). HZet [ZOOMEN] op [40X] of [200X]. (墌 blz. 50) ● In de stand voor het opnemen van stilstaande beelden kunt u niet beschikken over digitale zoom.

NE


54 NE

VERWIJZINGEN

Andere problemen Het lampje Aan/Uit-Laden op de camera brandt niet tijdens het opladen.

● Het opladen is moeilijk op plaatsen waar extreem hoge of lage temperaturen heersen. HHet is beter voor de accu als u hem oplaadt bij een temperatuur van tussen 10°C en 35°C. (墌 blz. 58)

Het gegevensproces verloopt te langzaam wanneer u de camera aanzet of wanneer u een andere werkstand kiest.

● Er is een groot aantal stilstaande beelden (foto’s) (ongeveer 1.000 of meer) opgeslagen op het opnamemedium. HKopieer de opgeslagen bestanden naar een PC en wis ze van het opnamemedium.

De melding [STEL DATUM/TIJD IN!] verschijnt.

● De oplaadbare lithium-batterij van de ingebouwde klok is leeg. ● De datum/tijd die u eerder hebt ingesteld, is gewist. HSluit de camera gedurende meer dan 24 uur via de wisselstroomadapter aan op een stopcontact en laad de oplaadbare lithium-batterij van de klok op. Daarna stelt u de datum en de tijd in. (墌 blz. 18)

U kunt geen bestanden wissen.

● De bestanden zijn beveiligd. HHef de beveiliging van de bestanden op en wis de bestanden. (墌 blz. 38, 50)

Wanneer het beeld wordt geprint, verschijnt er een zwarte balk onderin het scherm.

● Dit is geen storing. HU kunt dit vermijden door opnamen te maken met DIS ingeschakeld. (墌 blz. 50)

Beelden worden donker of wat wit op het LCD-scherm weergegeven.

● Het is kenmerkend voor het LCD-scherm dat onder koude omstandigheden beelden donkerder worden weergegeven. Dit is geen storing. HPas de helderheid en de hoek van het LCDscherm aan. (墌 blz. 9, 18, 49) ● Wanneer het fluorescerend materiaal van het LCD-scherm aan het einde van zijn levensduur komt, worden de beelden donkerder op het LCDscherm weergegeven. HVraag uw JVC-leverancier advies.

Er verschijnen over het hele LCD-scherm helder gekleurde vlekken.

● Het LCD-scherm wordt vervaardigd met uiterst nauwkeurige technologische middelen. Er kunnen echter voortdurend zwarte vlekken of helder lichte vlekken (rood, groen of blauw) op het LCD-scherm verschijnen. Deze vlekken worden niet in de opname vastgelegd. Dit is niet het gevolg van een defect van de camera. (Effectieve stippen: meer dan 99,99 %)

Het lukt niet het SD-kaartje uit de camera te halen. HDuw het SD-kaartje nog enkele keren in de camera. (墌 blz. 19)

De opname verschijnt niet op het LCDscherm.

● Het LCD-scherm staat te donker ingesteld. HPas de helderheid van het LCD-scherm aan. (墌 blz. 18, 49)


VERWIJZINGEN

De volgende mededelingen verschijnen op het scherm. (Accu-indicator) Laat zien hoeveel capaciteit de accu nog heeft. Resterende hoeveelheid stroom Veel Leeg ● Als de capaciteit van de accu opraakt, gaat de accu-indicator knipperen. Wanneer de accu leeg is, schakelt de camera zichzelf uit.

55

STEL DATUM/TIJD IN!

CONTROLEER WISBEVEILIGING KAART Verschijnt wanneer u probeert opnamen te maken terwijl de tab waarmee u het SD-kaartje tegen beschrijven kunt beveiligen, in de stand “LOCK” staat. (墌 blz. 19)

LENSDOP Verschijnt gedurende 5 seconden nadat u de camera hebt aangezet – met de Aan/Uitschakelaar op , met de lensdop nog op de lens of in het donker.

GEEN VIDEOBESTANDEN OPGESLAGEN! Verschijnt als er geen videomateriaal is en u probeert videobeelden af te spelen.

● Verschijnt wanneer de datum/de tijd niet is ingesteld. (墌 blz. 18) ● Verschijnt wanneer de ingebouwde (lithium) batterij van de klok leeg is en de datum/tijd die u eerder hebt ingesteld, is gewist. (墌 blz. 18)

PLAATS GEHEUGENKAART! Verschijnt wanneer er geen SDgeheugenkaartje in de SD-sleuf zit. (墌 blz. 19) HARDDISK-DRIVE WORDT NIET GEFORMATTEERD Verschijnt wanneer de ingebouwde harddisk moet worden geformatteerd. DEZE KAART IS NIET GEFORMATTEERD Verschijnt wanneer het SD-kaartje in de camera niet is geformatteerd. HARDDISK-DRIVE IS VOL Verschijnt wanneer de ingebouwde harddisk vol is en opnamen maken niet mogelijk is. GEHEUGEN IS VOL Verschijnt wanneer het SD-kaartje vol is en u geen opnamen kunt maken.

GEEN FOTOBESTANDEN OPGESLAGEN! Verschijnt als er geen bestanden van stilstaande beelden (foto’s) zijn en u probeert ze af te spelen. SLUIT DEKSEL Verschijnt wanneer het klepje van het compartiment van het opnamemedium wordt geopend tijdens het kopiëren/verplaatsen. (墌 blz. 41) GEEN GEHEUGENKAART Verschijnt wanneer het SD-kaartje niet in de SDsleuf zit voor het kopiëren/verplaatsen van bestanden. (墌 blz. 41) GEEN ONDERSTEUNDE BESTANDEN Verschijnt wanneer er geen JPEG-bestanden (foto’s) zijn die kunnen worden gekopieerd of verplaatst op opnamemedia. (墌 blz. 41) TEVEEL MAPPEN Verschijnt wanneer het aantal mappen het maximumaantal voor kopiëren/verplaatsen overschrijdt.


VERWIJZINGEN

Waarschuwingen en indicatoren

NE

HDD FOUT! FOUT GEHEUGENKAART! Verschijnt wanneer er bepaalde fouten optreden met de opnamemedia. ● Neem het kaartje uit de camera en zet het weer in. Als de fout aanhoudt, vervang het kaartje dan door een die gegarandeerd goed werkt in deze camera. (墌 blz. 19, 62) ● Voer een opruiming uit zodat er weer ruimte vrij komt op de opnamemedia. (墌 blz. 40) ● Wij raden u aan regelmatig een schijfcontrole uit te voeren op de PC, op voorwaarde dat er geen gegevens op de harde schijf van de camera aanwezig zijn.


56 NE

VERWIJZINGEN

MEMORY CARD ERROR! REINSERT CARD OR CHANGE CARD. Verschijnt wanneer de camera het SD-kaartje dat u in de camera hebt gezet, niet herkent. Haal het kaartje een keer uit de camera en zet het er weer in of zet een ander kaartje in. (墌 blz. 19) FILE SYSTEM MAY HAVE PROBLEM. FORMAT IS RECOMMENDED AFTER COPYING WANTED DATA. Er kan iets mis zijn met het bestandssysteem van het opnamemedium. U wordt aangeraden een kopie te maken van de gegevens die u wilt bewaren en dan het medium te formatteren. (墌 blz. 20) VIDEOBEHEER BESTAND KAPOT VOOR OPN./AFSP. HERSTEL NOODZAKELIJK HERSTELLEN? Het bestand van het video-management is kapot. U kunt pas weer videobestanden opnemen of afspelen als het bestand hersteld is. Selecteer [JA] door op / te drukken en herstel het bestand van het video-management door vervolgens op 49 te drukken. Als het videobestand van uw keuze, ook wanneer het hersteld is, niet in het video-indexscherm wordt weergegeven, is het bestand naar de map [EXTMOV] verplaatst. Druk op de knop Opnemen starten/stoppen zodat [MPG] in het indexscherm verschijnt en selecteer vervolgens het bestand van uw keuze. GEEN VIDEOBEHEER BESTAND. VIDEOBESTANDEN ZIJN VERPLAATST NAAR MPEG-MAP. De gegevens kunnen niet goed worden vastgelegd, of het bestand voor videomanagement is gewist of onvindbaar. Videobestanden zijn verplaatst naar de MPEGmap (EXTMOV). (墌 blz. 22) SPEELLIJSTINFORMATIE BESCHADIGD. MAAK SPEELLIJST OPNIEUW. De management-informatie van de afspeellijst is beschadigd. Maak de afspeellijst opnieuw aan. (墌 blz. 42) GEEN SCENES IN SPEELLIJST OPGESLAGEN MISSCHIEN WORDEN ENKELE VAN DE SCENES NIET AFGESPEELD De videobestanden die zijn opgenomen in de afspeellijst bestaan niet. Enkele van de scènes kunnen misschien niet worden weergegeven.

GEEN SCENES IN SPEELLIJST SPEELLIJST IS LEEG DEZE SPEELLIJST WORDT GEWIST Er staan geen scènes in de afspeellijst. De afspeellijst wordt gewist. CAMERATEMPERATUUR LOOPT OP ZET CAMERA UIT, AUB WACHTEN De camera wordt te heet. Zet de camera uit en wacht even. CAMERATEMPERATUUR TE LAAG, LAAT DE CAMERA AANSTAAN, AUB WACHTEN De camera is te koud geworden. Zet de camera niet uit en wacht even. FOUT BIJ OPNAME ● Het opnamemedium levert matige prestaties. Activeer de opruimfunctie [WISSEN] in het menu. (墌 blz. 40, 49) ● De schrijfsnelheid van het opnamemedium is laag of het opnamemedium werkt niet goed. Gebruik het opnamemedium dat gegarandeerd goed werkt in de camera. Op pag. 62 worden de media genoemd waarmee deze camera gegarandeerd goed werkt. ● Het opnamemedium heeft blootgestaan aan trillingen en schokken. Behandel het opnamemedium voorzichtig, vermijd trillingen en schokken. OPNAME MISSCHIEN NIET GOED VASTGELEGD OP DE GEHEUGENKAART Mogelijk worden de gegevens niet goed opgenomen op het opnamemedium. Probeer nog eens opnamen te maken. Of houdt anders opruiming op het opnamemedium. (墌 blz. 40, 49) GEHEUGENKAART KAN NIET GOED WORDEN AFGESPEELD Het lukt niet goed het materiaal op het opnamemedium weer te geven. Probeer nog eens beelden weer te geven. NIET TE GEBRUIKEN IN VIDEOSTAND Deze handeling kan niet worden uitgevoerd in de video-stand. VALDETECTIE HEEFT GEWERKT EN HET TOESTEL IS UITGESCHAKELD De functie Valdetectie is in werking getreden en de camera is uitgeschakeld. Het bestand dat werd opgenomen is misschien opgeslagen in de map [EXTMOV]. (墌 blz. 22)


VERWIJZINGEN

Schakel eerst de camera uit, verwijder de accu en maak de wisselstroomadapter los voordat u de camera reinigt. De buitenzijde reinigen Veeg de camera voorzichtig schoon met een zachte doek. Als u ernstige vervuiling wilt verwijderen, maakt u de doek nat in een oplossing van een mild schoonmaakmiddel, wringt u de doek goed uit en veegt u de camera schoon. Wrijf de camera na met een droge doek. Het LCD-scherm reinigen Veeg het scherm voorzichtig schoon met een zachte doek. Ga voorzichtig te werk zodat u het scherm niet beschadigt. De lens reinigen Veeg de lens voorzichtig schoon met een lensreinigingsdoekje.

OPMERKINGEN:

● Gebruik geen sterke schoonmaakmiddelen zoals wasbenzine of alcohol. ● Maak de camera pas schoon als u de accu hebt verwijderd of andere voedingen hebt losgekoppeld. ● Er kan schimmelvorming optreden op de lens als u de lens niet schoonhoudt. ● Wanneer u een schoonmaakmiddel of een chemisch behandelde doek gebruikt, lees dan eerst de voorschriften voor het product.

57

Voorzorgsmaatregelen Accu’s De meegeleverde Contactpunten accu is een lithiumionaccu. Lees de volgende voorzorgsmaatregel en voordat u de meegeleverde accu of een los verkrijgbare accu gaat gebruiken: ● Voorkom gevaar als volgt

... niet in brand steken. ... voorkom kortsluiting van de contactpunten. Zorg dat de meegeleverde accu-afdekkap op de accu is aangebracht wanneer u de accu vervoert. Als u de afdekkap kwijt bent, vervoert u de accu in een plastic zakje. ... niet aanpassen of demonteren. ... niet blootstellen aan temperaturen boven de 60°C, aangezien de accu hierdoor oververhit kan raken, kan ontploffen of vlam kan vatten. ... gebruik alleen de opgegeven laders.

VERWIJZINGEN

De camera reinigen

NE



58 NE

VERWIJZINGEN

● Voorkom schade en verleng de levensduur ... vermijd onnodige schokken. ... laad de accu op in een omgeving waar de temperatuur binnen het toegestane bereik ligt (zie hieronder). Dit is een accu die werkt door middel van een chemische reactie — lagere temperaturen belemmeren de chemische reactie, terwijl warmere temperaturen ertoe kunnen leiden dat de accu niet helemaal wordt geladen. ... bewaar de accu op een koele, droge plaats. Langdurige blootstelling aan hoge temperaturen vergroot de natuurlijke mate van ontlading en leidt tot een kortere levensduur. ... laad en ontlaad de accu elke zes maanden volledig als u de accu gedurende lange tijd niet gebruikt. ... verwijder de accu uit de lader of de camera wanneer u die niet gebruikt, aangezien sommige apparaten ook stroom gebruiken als ze uitstaan.

OPMERKINGEN:

● U kunt het beste alleen originele JVC-batterijen in deze camera gebruiken. Als u niet-JVC-batterijen gebruikt, kan er schade aan het interne laadsysteem ontstaan. ● Het is normaal dat de accu warm is na het laden of na gebruik. Specificaties voor het toegestane temperatuurbereik Opladen: 10°C tot 35°C Werking: 0°C tot 40°C Opslag: –20°C tot 50°C ● Hoe lager de temperatuur, hoe langer het opladen duurt.

Opnamemedium ● Volg vooral goed de aanwijzingen om te voorkomen dat uw opgenomen materiaal verloren gaat of beschadigd raakt. • Buig het opnamemedium niet of laat het niet vallen, oefen er geen grote druk op uit en stel het niet bloot aan schokken en trillingen. • Laat geen waterspetters op het medium komen. • Gebruik of vervang de schijf niet op plaatsen waar een sterke statische elektriciteit heerst of in een krachtig elektrisch veld en berg hem ook niet op op dergelijke plaatsen. • Zet de camera niet uit en verwijder niet de accu of de wisselstroomadapter tijdens het maken of afspelen van opnamen of tijdens een andere lees- of schrijfactie van het opnamemedium. • Breng het opnamemedium niet in de buurt van objecten die een krachtig magnetisch veld hebben of die krachtige elektromagnetische golven uitzenden. • Berg het opnamemedium niet op op plaatsen waar een hoge temperatuur of hoge luchtvochtigheid heerst. • Raak de metalen delen niet aan. ● Kopieer de opgenomen bestanden naar uw PC. JVC is niet aansprakelijk voor het verlies van gegevens. (Aanbevolen wordt de gegevens van uw PC voor opslag te kopiëren naar een DVD of naar een ander opslagmedium.) ● Het kan gebeuren dat het opnamemedium door een storing niet goed functioneert. JVC verstrekt geen vergoeding voor materiaal dat verloren gaat.

LCD-scherm ● Om schade aan het LCD-scherm te voorkomen mag u het volgende, NIET DOEN ... hard tegen het scherm duwen of er op slaan. ... de camera met het LCD-scherm naar beneden neerleggen. ● De levensduur verlengen ... wrijf het LCD-scherm niet met een ruwe doek. ● Houd rekening met de volgende verschijnselen die zich voordoen bij het gebruik van LCD-schermen. Deze verschijnselen zijn geen storingen. ... Wanneer u de camera gebruikt, kan het oppervlak rond het LCD-scherm warm worden. ... Als u de stroomtoevoer lange tijd ingeschakeld laat, wordt het oppervlak rond het LCD-scherm warm.


VERWIJZINGEN

NE

59

De camera zelf

Juist omgaan met een CD-ROM

● Om veiligheidsredenen mag u het volgende NIET DOEN ... het camerahuis openmaken. ... het toestel demonteren of aanpassen. ... de contactpunten van de accu kortsluiten. Houd het toestel uit de buurt van metalen objecten wanneer u het niet gebruikt. ... brandbare stoffen, water of metalen objecten in het toestel laten binnendringen. ... de accu verwijderen of de stroomtoevoer onderbreken terwijl de camera aanstaat. ... de accu in de camera laten terwijl u de camera niet gebruikt. ● Gebruik de camera NIET ... op plaatsen die erg vochtig of stoffig zijn. ... op plaatsen met roet of stoom, bijvoorbeeld in de buurt van een gasfornuis. ... op plaatsen waar veel schokken of trillingen voorkomen. ... in de buurt van een TV-toestel. ... in de buurt van apparaten die een sterk magnetisch veld opwekken (luidsprekers, TV-/ radio-antennes, enz.). ... op plaatsen met een extreem hoge (meer dan 40°C) of extreem lage (minder dan 0°C) temperatuur. ● Laat de camera NIET achter ... op plaatsen waar het meer dan 50°C is. ... op plaatsen waar de vochtigheid bijzonder laag (minder dan 35%) of bijzonder hoog (meer dan 80%) is. ... in direct zonlicht. ... in een afgesloten auto (in de zomer). ... in de buurt van een verwarmingstoestel. ● Bescherm de camera als volgt ... laat het toestel niet nat worden. ... laat het toestel niet vallen en sla er niet mee tegen harde voorwerpen. ... stel het toestel wanneer u het vervoert niet bloot aan schokken of overmatige trillingen. ... richt de lens niet gedurende lange tijd op bijzonder lichte voorwerpen. ... stel de lens niet aan direct zonlicht bloot. ... zwaai de camera niet in het rond wanneer u de handriem gebruikt. ... zwaai de zachte cameratas niet in het rond met de camera erin.

● Zorg dat u het spiegelend oppervlak (de achterzijde van de bedrukte kant) niet vuil maakt of krast. Schrijf niet op de voor- of achterkant en plak er geen etiketten op. Als de CD-ROM vuil geworden is, wrijf het schijfje dan van het midden naar buiten met een zachte doek schoon. ● Gebruik geen conventionele CD-reinigers of reinigingssprays. ● Buig de CD-ROM niet en raak het spiegelend oppervlak ervan niet aan. ● Sla de CD-ROM niet op in een stoffige, hete of vochtige omgeving. Houd de CD-ROM uit direct zonlicht.

Ernstige storingen

De camera is een toestel dat wordt gestuurd door een microcomputer. Extern geluid en storing (van een TV, radio, enz.) kunnen ervoor zorgen dat de camera niet goed functioneert. Maak, als de camera niet goed werkt, eerst de voedingsbron (accu, netadapter, enzovoort) los en wacht een paar minuten voordat u de aansluitingen weer tot stand brengt en ga dan te werk als gewoonlijk.

VERWIJZINGEN

Zet de camera onmiddellijk uit en vraag uw JVC-dealer advies, als zich een ernstige storing voordoet. Denk er vooral aan de camera samen met het opnamemedium mee te brengen als u het toestel ter reparatie aanbiedt bij uw leverancier of bij het JVC-servicecentrum. Als u één van beide niet meebrengt, kan de oorzaak van de storing niet worden vastgesteld en kan de reparatie niet naar behoren worden uitgevoerd.


60 NE

VERWIJZINGEN

Technische gegevens Camera Algemeen Stroomvoorziening Gelijkstroom 11 V (met de wisselstroomadapter) Gelijkstroom 7,2 V (met de accu) Stroomverbruik Ongeveer 5,2 W Afmetingen (B x H x D) 71 mm x 70 mm x 109 mm Gewicht Ongeveer 390 g (zonder accu, lensdop en riem) Ongeveer 450 g (incl. accu, lensdop en riem) Temperatuur bij gebruik 0°C tot 40°C Luchtvochtigheid bij gebruik 35% tot 80% Opslagtemperatuur –20°C tot 50°C Lichtgevoelig element 1/3,6" (2.120.000 pixels) CCD Lens F 1,8 tot 2,2, f = 4,5 mm tot 45 mm, 10:1 powerzoom-lens Filterdiameter ø30,5 mm LCD-scherm 2,5" diagonaal gemeten, LCD-scherm/TFT actief matrixsysteem Luidspreker Mono Flitser Binnen 2 m (aanbevolen opnameafstand)

Voor video/audio Indeling SD-VIDEO Indeling voor Opnemen/Afspelen Video: MPEG-2 Audio: Dolby Digital (2 kan.) Signaal-indeling PAL-standaard Opnamestand (video) ULTRAFIJN: 720 x 576 pixels, 8,5 Mbps (CBR) FIJN: 720 x 576 pixels, 5,5 Mbps (CBR) NORMAAL: 720 x 576 pixels, 4,2 Mbps (VBR) ECONOMY: 352 x 288 pixels, 1,5 Mbps (VBR) Opnamestand (audio) ULTRAFIJN: 48 kHz, 384 kbps FIJN: 48 kHz, 384 kbps NORMAAL: 48 kHz, 256 kbps ECONOMY: 48 kHz, 128 kbps


VERWIJZINGEN

Voor aansluitingen AV Uitgaand signaal S-Video: Y: 1,0 V (p-p), 75 Ω, analoog C: 0,29 V (p-p), 75 Ω, analoog Uitgaand signaal Video: 1,0 V (p-p), 75 Ω, analoog Uitgaand signaal Audio: 300 mV (rms), 1 kΩ, analoog, stereo USB Mini USB-B, overeenkomstig USB 1.1/2.0

61

Wisselstroomadapter Stroomverbruik Wisselstroom 110 V tot 240 Vd, 50 Hz/60 Hz Geleverd vermogen Gelijkstroom 11 V ,1A

Afstandsbediening Stroomvoorziening Gelijkstroom 3 V Levensduur batterij Ongeveer 1 jaar (afhankelijk van de gebruiksfrequentie) Bereik Tot 5 m Temperatuur bij gebruik 0°C tot 40°C Afmetingen (B x H x D) 45 mm x 11 mm x 105 mm Gewicht Ongeveer 40 g (incl. batterij) Wijzigingen in het ontwerp en de technische gegevens kunnen worden doorgevoerd zonder voorafgaande kennisgeving.

VERWIJZINGEN

Voor stilstaande beelden (foto’s) Indeling JPEG Beeldgrootte 4 standen (1600 x 1200 / 1280 x 960 / 1024 x 768 / 640 x 480) Beeldkwaliteit 2 standen (FIJN/STANDARD)

NE


62 NE

VERWIJZINGEN

Opnametijd en aantal beelden In de onderstaande tabellen kunt u zien hoe lang de camera ongeveer kan opnemen en hoeveel beelden kunnen worden vastgelegd. Het aantal neemt toe of af afhankelijk van het beeldformaat en/of de beeldkwaliteit. Het eerste kolom in de tabel geeft de omstandigheden aan. 8 Geschikte opnamemedia De volgende SD-kaartjes functioneren gegarandeerd goed in deze camera. Van anderen wordt niet gegarandeerd dat ze goed werken, dus wees voorzichtig bij de aanschaf daarvan. SD-geheugenkaartjes: Door Panasonic, TOSHIBA, pqi (alleen stilstaande beelden) en SanDisk ● Gebruikt u andere media, dan kan het voorkomen dat gegevens niet goed worden vastgelegd of dat gegevens die al zijn vastgelegd, verloren gaan. ● MultiMediaCards worden niet ondersteund. ● Gebruik voor het opnemen van bewegende beelden (video) een snel SD-geheugenkaartje (ten minste 10 MB/s).

: Opnametijd (bij benadering, voor video) (De getallen geven “minuten” aan.) ● Ingebouwde harddisk Kwaliteit

GZ-MG70E

GZ-MG60E

ULTRAFIJN

430

290

FIJN

640

430

NORMAAL

850

570

ECONOMY

2250

1500

● SD-kaartje Kwaliteit ULTRAFIJN

128 MB

256 MB

512 MB

1 GB

1

3

7

14

FIJN

2

5

10

21

NORMAAL

3

6

14

27

ECONOMY

8

18

37

73


VERWIJZINGEN

● Ingebouwde harddisk Beeldgrootte/kwaliteit

GZ-MG70E

GZ-MG60E

640 x 480/ FIJN

9999

9999

640 x 480/ STANDARD

9999

9999

1024 x 768/ FIJN

9999

9999

1024 x 768/ STANDARD

9999

9999

1280 x 960/ FIJN

9999

9999


9999

9999

1600 x 1200/ FIJN

9999

9999


9999

9999

63

Beeldgrootte/kwaliteit

128 MB

256 MB

512 MB

1 GB

640 x 480/ FIJN

770

1555

3140

6040

640 x 480/ STANDARD

1105

2225

4490

8635

1024 x 768/ FIJN

320

645

1305

2515


550

1110

2240

4315

1280 x 960/ FIJN

220

440

895

1725


350

705

1425

2745

1600 x 1200/ FIJN

135

280

570

1095


230

470

950

1830

VERWIJZINGEN

: Aantal beelden dat kan worden opgeslagen (bij benadering, voor stilstaande beelden)

NE

● SD-kaartje

MasterPage: Reference_Heading0_Right M5E6PAL.book Page 64 Wednesday, September 28, 2005 5:42 PM

DU

TERMEN A

I

Aansluiten op een TV, videorecorder of DVD-recorder ...26 Accu ................................................................ 14 Afspeellijst .......................................... 42 – 45, 50 Afspelen in slow-motion ...................................... 25 Afstandsbediening ............................................. 27

Indexscherm ............................................... 24, 29 Instelling DPOF-Print (Digital Print Order Format) ... 46 Instelling van de taal .................................... 17, 49

B Bedieningsgeluid ............................................... 48 Beeldgrootte ..................................................... 51 Beeldkwaliteit .............................................. 50, 51 Beeldrotatie ...................................................... 30 Beperking Windgeruis ........................................ 50 Bestanden beveiligen ................................... 38, 50 Bestanden stilstaande beelden (foto's) kopiëren/ verplaatsen ................................................. 41, 49 Bestanden wissen ............................................. 39 Bestandsinformatie ............................................ 38 Bladerbalk .................................................. 25, 30

K Kopiëren .................................................... 27, 45

L LCD-scherm ........................................... 9, 12, 58

M MSET-menu ..................................................... 32

P Power-Linked bediening ..................................... 17 Programma AE ................................................. 36

R Rechtstreeks printen .......................................... 47

D

S

Datum/Tijd-instellingen ....................................... 18 Datumindexscherm ...................................... 25, 30 De accu opladen ............................................... 14 De menu-instellingen wijzigen ...................... 48 – 51 Demonstratiestand ............................................. 48 Diavoorstelling .................................................. 29 Digital Image Stabilizer (DIS) ............................... 50 Doorlopende opnamen ....................................... 28

SD-geheugenkaartje .......................................... 19 Sluitersnelheid .................................................. 35 Spotbelichtingsregeling ....................................... 31 Stand Groothoek ............................................... 50 Statiefbevestiging .............................................. 19

E Een opnamemedium formatteren ................... 20, 49 Een opnamemedium opruimen ...................... 40, 49 Effect ......................................................... 36, 37

T Tegenlichtcompensatie ....................................... 31 Tele/macro ................................................. 50, 51

V Valdetectie ....................................................... 49 Volume van de luidspreker .................................. 24

W

F Flitser .............................................................. 31

G Gain ................................................................ 51 Gain Up ........................................................... 50 Gegevens accu ................................................. 16

H

Waarschuwingen en indicatoren .......................... 55 Wipe-effect of Infaden/Uitfaden-effect ................... 37 Wisselstroomadapter ......................................... 16 Witbalans ......................................................... 34

Z Zelfontspanner .................................................. 51 Zoomen ................................... 23, 25, 28, 30, 50

Handmatig Scherpstelling ................................... 33 Handmatige Belichting ........................................ 32 Helderheidsregeling ..................................... 18, 49 Het bestandsnummer resetten ....................... 42, 49 Het oplossen van problemen ............................... 52

© 2005 Victor Company of Japan, Limited

Gedrukt in Japan EX 0905FOH-AL-VP

GZ-MG70E GZ-MG60E HARD DISK CAMERA GEBRUIKSAANWIJZING NEDERLANDS AAN DE SLAG 7 VIDEOBEELDEN OPNEMEN & AFSPELEN 22

Recommend Documents