GT-130095 25 juni 2013
Overzicht graafschade gas in 2012
GT-130095 25 juni 2013
Overzicht graafschade gas in 2012
© 2013 Kiwa N.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever, alsmede van de opdrachtgever.
Colofon
Kiwa Technology B.V. Wilmersdorf 50 Postbus 137 7300 AC Apeldoorn Tel. 055 539 32 52 Fax 055 539 32 23 www.kiwatechnology.nl
Titel Projectnummer Projectmanager Opdrachtgever Kwaliteitsborger(s) Auteur(s)
Overzicht graafschade gas in 2012 130101199 C. Pulles Netbeheer Nederland C. Pulles H.A. Ophoff
Dit rapport is tot stand gekomen in opdracht van Netbeheer Nederland. Het is beschikbaar voor Netbeheer Nederland, de bij Netbeheer Nederland aangesloten netbeheerders en de aan deze netbeheerders verbonden bedrijven.
Voorwoord In het kader van onderdeel 1.3 „Analyseren en rapporteren van graafschade‟ van het Kenniscentrum Gasnetbeheer is er een inventarisatie gedaan naar de storingen door graafschade, zoals gemeld via Nestor. Dit rapport is de vijfde rapportage van deze aard en handelt over het jaar 2012. Met deze rapportage wordt beoogd een beter inzicht te geven in de oorzaken van schade door derden en daarmee een bijdrage te leveren aan het voorkomen en reduceren ervan.
GT-130095 © Kiwa N.V.
-1-
Samenvatting In het kader van onderdeel „Analyse en rapportage van graafschade‟ van het Kenniscentrum Gasnetbeheer is er een inventarisatie gedaan van de storingen door graafschade, zoals gemeld in Nestor Gas in 2012. Storingen door graafschade betreffen in 2012 alleen de deelsystemen “aansluitleidingen en “hoofdleidingen”. Het gaat dan om 4.478 (32% van het totale aantal storingen aan aansluitleidingen), respectievelijk 1.334 storingen (26% van het totale aantal storingen aan hoofdleidingen). Het totale aantal storingen door graafschade in 2012 bedraagt 5.812. Dit is 12% van alle storingen (van alle netonderdelen). Het gemiddelde aantal storingen aan hoofdleidingen door graafschade per kilometer -1 -1 hoofdleiding is 0,011 km jr (1 op 93 jaar/km). De storingskans door graafschade -1 aan een aansluitleiding bedraagt per aansluiting 0,0006 jr ofwel 1 op 1.591 jaar. Het gemiddelde aantal storingen aan hoofdleidingen plus aansluitleidingen door -1 -1 graafschade per kilometer hoofdleiding is 0,047 km jr (1 op 21 jaar/km). De storingskans door graafwerk van 8 bar leidingen is aanzienlijk lager dan de 1 storingskans van de lagere druk leidingen (een factor 2 à 4). Dit geconstateerde verschijnsel is onafhankelijk van de toegepaste materialen. Bij een aanzienlijk deel van de storingen door graafschade blijkt geen KLIC-melding te zijn geweest. Bij een ander deel van de storingen is het onbekend of er een KLICmelding is gedaan. Samen is dit 34% van de storingen door graafschade. Dit is een verbetering ten opzichte van voorgaande jaren. Het lijkt echter dat hier nog steeds ruimte is voor verdere verbetering. Het aantal storingen door graafschade waarbij een KLIC-melding gedaan is stijgt. Dit lijkt echter vooral een neveneffect van het grotere aantal KLIC-meldingen op zich. Er is geen opvallende relatie zichtbaar tussen de diameter van een leiding en de storingskans door graafwerk. De vorig jaar geconstateerde trend dat de storingskans bij lage druk PE hoofdleidingen hoger ligt dan bij lage druk Slagvast PVC leidingen heeft zich niet voortgezet. De storingskans voor lage druk PE is nu weer lager dan die voor lage druk Slagvast PVC. De storingskans voor Nodulair Gietijzer in de lage druk netten vertoont een dalende trend over de afgelopen vier jaar. In de afgelopen vijf jaar zijn het aantal storingen door graafschade aan blaasgatzadels bijna verdubbeld tot 15% van het totaal aantal storingen door graafschade aan hoofdleidingen in 2012. Het is opvallend dat percentueel gezien alleen het aantal storingen aan deze deelcomponent toeneemt ten koste van storingen aan de deelcomponent buis. De stijging kan het gevolg zijn van een toename van het aantal blaasgatzadels, een gevolg van veroudering van de zadels of een gevolg van betere registratie van storingen. Zowel in de lage druk als de hoge druk netten is staal het leidingmateriaal dat per km -1 -1 het minste aantal storingen door graafwerk heeft (0,004 km jr ofwel 1 op 245 jaar per km). Dit betreft zowel storingen met het effect gaslucht/lekkage als beschadiging aan de buis. De registratie van de gegevens toont in 2012 een stijging van het aantal gevallen van graafschade ten opzichte van 2011. Deze stijging heeft betrekking op graafschades aan aansluitleidingen. Het absolute aantal storingen door graafschade aan aansluitleidingen is het hoogst in vijf jaar en ongeveer drie keer zo groot als het 1
de lagedruk leidingen (30 mbar, 100 mbar) als ook de overige hogedruk leidingen (1 bar en 4 bar).
GT-130095 © Kiwa N.V.
-2-
aantal graafschades aan hoofdleidingen. Wellicht dat deze trend gekeerd kan worden door meer voorlichting te geven aan de gravers en/of door meer informatie te geven over de ligging van aansluitleidingen. Gezien de aantallen graafschades in de afgelopen jaren en het percentage graafschades ten opzichte van het totaal aantal storingen is er echter geen stijgende trend te zien. Uit het ontbreken van een dalende trend kan wel geconcludeerd worden dat de acties gericht op het terugdringen van het aantal graafschades nog weinig effect hebben. Om een vergelijk te kunnen maken zijn in onderstaande tabellen de belangrijkste gegevens weergegeven.
Aansluitleiding Hoofdleiding Aansluit- en hoofdleiding
Aantal storingen door graafschade 2008 2009 2010 2011 4.076 4.247 3.832 4.150 1.554 1.476 1.397 1.408
2012 4.478 1.334
5.630
5.558
5.812
Aandeel graafschade ten opzichte van alle storingen per deelsysteem 2008 2009 2010 2011 37% 35% 32% 33% 32% 26% 25% 25%
2012 32% 26%
36%
30%
5.723
5.229
Tabel 1 Aantal storingen door graafschade
Aansluitleiding Hoofdleiding Aansluit- en hoofdleiding
33%
30%
30%
Tabel 2 Aandeel graafschade ten opzichte van alle storingen per deelsysteem Storingskans Aansluitleiding Hoofdleiding Aansluit- en hoofdleiding
2008 1 op 1722 jr 1 op 83 jr/km
2009 1 op 1674 jr 1 op 77 jr/km
2010 1 op 1855 jr 1 op 89 jr/km
2011 1 op 1719 jr 1 op 88 jr/km
2012 1 op 1591 jr 1 op 93 jr/km
1 op 22 jr/km
1 op 22 jr/km
1 op 24 jr/km
1 op 22 jr/km
1 op 21 jr/km
Tabel 3 Storingskans graafschade
GT-130095 © Kiwa N.V.
-3-
Inhoud Voorwoord
1
Samenvatting
2
Inhoud
4
1
Inleiding
5
1.1
Kenniscentrum Gasnetbeheer onderdeel „Analyse en rapportage van graafschade‟
5
1.2
Doel van dit rapport
5
1.3
Leeswijzer
6
2
Gegevens
7
2.1
Bronbeschrijving
7
2.2
Verhouding graafschade tot andere storingsoorzaken
7
2.3
Meldingen van graafschade
10
2.4
Graafschades als functie van materiaal en diameter of druk
14
2.5
Graafschade per materiaal genormeerd op aanwezige lengte en aantallen
16
2.6
Door graafschade beschadigde componenten
18
3
Analyse en conclusies
21
3.1
Feitelijke vaststellingen
21
3.2
Afgeleide conclusies
21
GT-130095 © Kiwa N.V.
-4-
1 Inleiding 1.1
Kenniscentrum Gasnetbeheer onderdeel ‘Analyse en rapportage van graafschade’ In de hedendaagse praktijk doen zich vele situaties voor waarbij de veiligheid en efficiëntie van de gasdistributie, door toedoen van partijen buiten de gasdistributiesector, aangetast wordt. Enkele voorbeelden: - Gasdistributieleidingen liggen nagenoeg geheel in grond die geen eigendom is van de netbeheerder. Vaak wordt deze grond beheerd door gemeente of provincie. Ook andere ondergrondse infrastructuren (drinkwater, riolering, communicatie, etc.) maken gebruik van dezelfde grond. Daarnaast wordt de grond gebruikt voor bovengrondse infrastructuren (wegen, spoor, waterwegen, etc.). In een dichtbevolkt land als het onze betekent dit dat de ruimte, die beschikbaar is voor de individuele infrastructuur, beperkt is. Het gevolg hiervan is, dat tijdens de aanleg van nieuwe infrastructuur de al aanwezige infrastructuur door graafwerkzaamheden kan worden beschadigd (Third Party Damage). - Ook kan het gebeuren dat nieuwe infrastructuur boven de gasleidingen wordt aangebracht. Het werken aan de gasleiding (bijvoorbeeld het lokaliseren van een gaslek) wordt daardoor bemoeilijkt. In het geval van lekkage van de gasleiding leidt dit tot onacceptabele verlenging van de reparatietijd en - in directe samenhang daarmee - tot een langere periode van onveiligheid. - Bovendien kan het voorkomen dat de wegbeheerder de open bestrating wil vervangen door een dichte bestrating. Dit conflicteert met het belang van het netwerkbedrijf, dat voor zijn lekbewaking is aangewezen op bovengronds lekzoeken. Wel staan de netbeheerders alleen onder strikte voorwaarden toe dat leidingen onder gesloten verharding komen te liggen. Voor het beheersbaar houden van de openbare ruimte worden door gemeente en provincie aan de verschillende netbeheerders vergunningen of toelatingen verleend. Tijdens het proces van de vergunningverlening wordt het belang van de gasnetbeheerder niet altijd in voldoende mate meegewogen. De registratie van graafschade is onder andere nodig om inzicht te verkrijgen in de werkzaamheid van de “Wet op de informatie uitwisseling ondergrondse netten (Grondroerdersregeling)”. Nederland-breed wordt hier invulling aan gegeven door het Kabels- en Leidingen Overleg (KLO). De behartiging van de belangen van de gasdistributiesector in dezen wordt vanuit Netbeheer Nederland verzorgd. Beoogd resultaat van het Kenniscentrum Gasnetbeheer Onderdeel 1.3 Analyse en rapportage van graafschade: - Inzicht in de hoeveelheid en aard van de schades die door derden aan de Nederlandse gasdistributie worden toegebracht.
1.2
Doel van dit rapport Dit rapport is opgesteld in het kader van het Kenniscentrum Gasnetbeheer, het onderdeel „Analyse en rapportage van graafschade‟, en is de in de projectomschrijving genoemde rapportage. De rapportage is gebaseerd op de beschikbare Nestor Gas gegevens. Dit rapport geeft inzicht in het relatieve belang van factoren die spelen rondom de storingen door graafschade. Het kan worden gebruikt om beleid inzake het voorkomen van storingen door graafschade nader te onderbouwen. Het is de bedoeling dat deze analyse jaarlijks wordt aangeboden, zodat trends en andere correlaties duidelijker worden.
GT-130095 © Kiwa N.V.
-5-
1.3
Leeswijzer Het resterende deel van dit rapport bestaat uit twee delen: Hoofdstuk 2 bevat diverse overzichten en doorsneden van de storingsgegevens in de vorm van tabellen en figuren, met een beperkte aanduiding van de meest memorabele feiten. Hoofdstuk 3 geeft een opsomming van de kentallen die uit de analyse naar voren komen en de conclusies die daaruit worden getrokken.
GT-130095 © Kiwa N.V.
-6-
2 Gegevens 2.1
Bronbeschrijving Voor de analyse is gebruik gemaakt van de gegevens van Storingregistratie Gas 2012, zoals geleverd door de werkgroep Nestor Gas. De gegevens zijn in ongewijzigde vorm in Excel-draaitabellen gesommeerd. Hierbij zijn incidenteel foutieve registraties en inconsistenties geconstateerd. Omdat deze geen invloed hebben op het algemene patroon en de te trekken conclusies is hier niet voor gecorrigeerd.
PE Hard PVC Slagvast PVC Staal Grijs gietijzer Nodulair gietijzer Asbest-cement Overig* Onbekend Totaal
30 mbar en 100 mbar 11.852 20.945 55.832 5.023 5.224 1.096 1.507 41 109 101.629
1 bar en 4 bar 7.176 995 114 288 2 5 8.580
8 bar
Onbekend
Totaal
901 12.832 509 11 14.253
-
19.929 20.945 55.832 18.850 5.338 1.892 1.507 43 135 124.472
10 10
* Het materiaal Overig bestaat uit gerelined Gietijzer en koper
Tabel 4: Lengte hoofdleidingen in km uitgesplitst naar materiaal en drukklasse. Bron: rapport methaanemissie gasdistributie over 2012. Het aantal aansluitleidingen is kleiner dan het aantal aansluitingen. Er is namelijk een aanzienlijk aantal aansluitingen dat de aansluitleiding geheel of gedeeltelijk gemeenschappelijk heeft. Dit komt voor bij hoogbouw (gemeenschappelijke stijgleiding) maar ook bij rijtjeswoningen (zgn. doorrijging of “twee-op-één”). Het aantal aansluitingen bedroeg in 2012 volgens de Codata-gegevens 7.125.420.
2.2
Verhouding graafschade tot andere storingsoorzaken In tabel 5, tabel 6 en tabel 7 (en de bijbehorende figuur 1, figuur 2 en figuur 3) zijn het aantal storingen door graafschade en andere oorzaken weergegeven. In tabel 5 zijn de storingen aan alle deelsystemen meegeteld. Het blijkt dat “graafschade” in 2012 alleen is optreden bij de deelsystemen “aansluitleiding” en “hoofdleiding”. De onderverdeling naar storingsoorzaak voor die deelsystemen is daarom afzonderlijk weergegeven, in tabel 6 voor aansluitleidingen en in tabel 7 voor hoofdleidingen. Bij beide deelsystemen is in vrijwel alle drukklassen “graafwerk” de grootste of één van de grootste storingsoorzaken. Bij hoofdleidingen heeft ook de storingsoorzaak “corrosie/veroudering” een groot aandeel. De oorzaak “Anders, toelichten bij opm.” is een restcategorie. Deze hoort alleen te worden gebruikt als de oorzaak niet aan één van de andere categorieën kan worden toegeschreven. De oorzaak “(blank)” betekent dat Nestor onvolledig is ingevuld.
GT-130095 © Kiwa N.V.
-7-
53 1 4 63 2 9 13
28 67 10 3 20 40 55 9 2 116 4 94 90 9 10 35
313
592
57 333 33 9 50 44 105 57 2 357 15 2 381 32 101 41 1 1.620
1
1
Totaal
8 bar
12 47 12 3 53 25 12 4
(blank)
4 bar
5.144
3.024 1.936 192 142 4.089 5.059 7.883 259 100 3.699 397 509 11.037 234 510 1.622 5 40.697
1 bar
606 426 37 5 682 643 200 36 40 573 44 92 1.256 26 23 455
100 mbar
30 mbar
Aanlegfout (in het verleden) Anders, toelichten bij opm. Bediening Bevriezing Corrosie / veroudering Graafwerk Inwendig defect Klant Montagefout (nu) Onbekend, ondanks onderzoek Productfout Puntbelasting Slijtage / veroudering Vandalisme / diefstal Vervuiling Werking van de bodem (blank) Totaal
3.727 2.809 284 162 4.894 5.812 8.255 365 144 4.798 461 701 12.827 303 653 2.166 6 48.367
8% 6% 1% 0% 10% 12% 17% 1% 0% 10% 1% 1% 27% 1% 1% 4% 0% 100%
Tabel 5 Aantal storingen van alle netonderdelen uitgesplitst naar oorzaak en drukklasse In bovenstaand overzicht zijn alle storingen aan alle netonderdelen weergegeven. De oorzaak graafwerk is beperkt tot hoofd- en aansluitleidingen. 30% van alle storingen aan de deelsystemen hoofd- en aansluitleidingen betreft graafschade. 653 303
2166
6 Aanlegfout (in het verleden)
3727
284 2809
162
Anders, toelichten bij opm. Bediening Bevriezing Corrosie / veroudering
4894
12827
Graafwerk Inwendig defect Klant Montagefout (nu) Onbekend, ondanks onderzoek
5812
Productfout Puntbelasting Slijtage / veroudering
701
Vandalisme / diefstal
461
Vervuiling
4798 8255
Werking van de bodem
(blank)
144 365
Figuur 1
GT-130095 © Kiwa N.V.
Aantal storingen van alle netonderdelen uitgesplitst naar oorzaak
-8-
1 bar
4 bar
8 bar
1.299 917 29 3.082 3.938 37
2 3
3 6
2 8
8 11
1 15
5 6
184
980
1
7
10 66 16 298
82 343 147 .1043 2 11.899
2
3
7 1 6
28
46
26
2.117
Totaal
100 mbar
284 216 9 513 507 14
(blank)
30 mbar
Aanlegfout (in het verleden) Anders, toelichten bij opm. Bediening Corrosie / veroudering Graafwerk Montagefout (nu) Onbekend, ondanks onderzoek Productfout Puntbelasting Vandalisme / diefstal Werking van de bodem (blank) Totaal
1.590 1.150 38 3.609 4.478 51
11% 8% 0% 26% 32% 0%
2
1174
8%
1
93 416 166 1.350 2 14.117
1% 3% 1% 10% 0% 100%
1
1
Tabel 6 Aantal storingen aansluitleiding uitgesplitst naar oorzaak en drukklasse 2 166
93
1350
1590
416
Aanlegfout (in het verleden) Anders, toelichten bij opm.
1150 38
1174
Bediening Corrosie / veroudering Graafwerk
51
Montagefout (nu) Onbekend, ondanks onderzoek Productfout Puntbelasting 3609
Vandalisme / diefstal Werking van de bodem
4478
(blank)
Figuur 2 Aantal storingen aansluitleiding uitgesplitst naar oorzaak
GT-130095 © Kiwa N.V.
-9-
4 bar
8bar
Totaal
169 136 3 70 7 26 1 156 731
472 229 16 1.007 1.121 5 301 15 166 26 549 3.907
1 bar
112 51
100 mbar
30 mbar
Aanlegfout (in het verleden) Anders, toelichten bij opm. Bediening Corrosie / veroudering Graafwerk Montagefout (nu) Onbekend, ondanks onderzoek Productfout Puntbelasting Vandalisme / diefstal Werking van de bodem Totaal
8 1
9 4
45 14
19 25 1 17 1 87 1 23 187
13 37 5 45 38 2 37 1 2 3 21 204
614 322 21 1.285 1.334 11 434 24 285 31 759 5.120
9 4 10 91
12% 6% 0% 25% 26% 0% 8% 0% 6% 1% 15% 100%
Tabel 7 Aantal storingen hoofdleiding uitgesplitst naar oorzaak en drukklasse
759
614
31
Aanlegfout (in het verleden)
322 21
285
Anders, toelichten bij opm.
Bediening
24
Corrosie / veroudering Graafwerk Montagefout (nu)
434
Onbekend, ondanks onderzoek Productfout 1285
11
Puntbelasting Vandalisme / diefstal Werking van de bodem
1334
Figuur 3 Aantal storingen hoofdleiding uitgesplitst naar oorzaak
2.3
Meldingen van graafschade In tabel 8 is weergegeven via welk kanaal de storingsmeldingen voor graafschade binnenkomen. In tabel 9 en tabel 10 is een verdere uitsplitsing tussen “aansluitleiding” en “hoofdleiding” gemaakt. Een klasse II lek is meestal niet te herleiden naar een graafschade en wordt daarom niet vermeld in de onderstaande tabel als meldingsbron. Het grootste deel van de meldingen (71%) is afkomstig van derden. Vorig jaar was dit percentage 68%. Ook klanten melden een belangrijk deel (28%) van de storingen door graafschade. Vorig jaar was dit percentage 31%. Deze verhoudingen wijken niet significant af bij het beschouwen van de afzonderlijke drukklassen, of bij het beschouwen van de aansluitleidingen en hoofdleidingen afzonderlijk.
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 10 -
1 12 27
1 11 32
25
40
44
Totaal
9 16
(blank)
8 bar
37 1.424 3.579 19 5.059
4 bar
100 mbar
7 164 467 5 643
1 bar
30 mbar Anders, toelichten bij opm. Door de klant Door derden N.a.v. gaslekzoeken klasse I Totaal
1 1
46 1.620 4.121 25 5.812
1% 28% 71% 0% 100%
Tabel 8 Totaal aantal storingen door graafschade uitgesplitst naar meldingsbron en drukklasse 25 46
1620
Anders, toelichten bij opm. Door de klant Door derden N.a.v. gaslekzoeken klasse I
4121
Figuur 4 Totaal aantal storingen door graafschade uitgesplitst naar meldingsbron
1 6 8
6
11
15
6
Totaal
5 6
(blank)
8 bar
22 1.180 2.722 14 3.938
4 bar
100 mbar
3 138 362 4 507
1 bar
30 mbar Anders, toelichten bij opm. Door de klant Door derden N.a.v. gaslekzoeken klasse I Totaal
1 1
26 1.329 3.104 19 4.478
1% 30% 69% 0% 100%
Tabel 9 Aantal storingen door graafschade aansluitleiding uitgesplitst naar meldingsbron en drukklasse
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 11 -
19
26
1329
Anders, toelichten bij opm. Door de klant Door derden N.a.v. gaslekzoeken klasse I
3104
Figuur 5 Aantal storingen door graafschade aansluitleiding uitgesplitst naar meldingsbron en drukklasse
4 10
6 19
1 11 26
14
25
38
Totaal
8 bar
15 244 857 5 1.121
4 bar
100 mbar
4 26 105 1 136
1 bar
30 mbar Anders, toelichten bij opm. Door de klant Door derden N.a.v. gaslekzoeken klasse I Totaal
20 291 1.017 6 1.334
1% 22% 76% 0% 100%
Tabel 10 Aantal storingen door graafschade hoofdleiding uitgesplitst naar meldingsbron en drukklasse
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 12 -
6
20
291
Anders, toelichten bij opm. Door de klant Door derden N.a.v. gaslekzoeken klasse I
1017
Figuur 6 Aantal storingen door graafschade hoofdleiding uitgesplitst naar meldingsbron Een ander relevant gegeven is of er bij de storing door graafschade een KLICmelding is geweest. De resultaten van de analyse van deze gegeven is in tabel 11 weergegeven.
Aansluitleiding
Gasdruk / inlaatdruk 30 mbar 100 mbar 1 bar 4 bar 8 bar (blank)
Totaal Hoofdleiding
Totaal
30 mbar 100 mbar 1 bar 4 bar 8 bar
Ja
Nee
n.v.t.
Onbekend
295 2.340 3 10 3
96 695 7 3 1
29 177
1
87 726 1 2 1
2.651
802
207
817
94 774 7 22 24 921
11 132 2 3 5 153
4 22 1
27 193 4
1 28
8 232
(blank)
Totaal
1 1
507 3.938 11 15 6 1 4.478 136 1.121 14 25 38 1.334
Tabel 11 Aantal storingen door graafschade opgesplitst naar vermelding m.b.t. KLIC-melding (Ja /nee/n.v.t./Onbekend) en naar deelsysteem en drukklasse
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 13 -
Aansluitleiding
Hoofdleiding
817
232
28
207 Ja Nee 153
Niet van toepassing Onbekend
2651 802 921
Figuur 7
Aantal storingen door graafschade opgesplitst naar deelsysteem en KLIC-melding
Uit figuur 7 blijken storingen door graafschade bij hoofdleidingen vaker voorafgegaan te zijn door een KLIC-melding (69%), dan de storingen bij aansluitleidingen (59%). In 2011 waren deze percentages 66% resp. 52%. Opvallend is het toch nog hoge percentage storingen waaraan geen KLIC-melding is voorafgegaan en ook het aanzienlijke percentage (18%) waarbij het onbekend is of er een melding is gedaan. In 2010 lag dit percentage nog op 20%.
2.4
Graafschades als functie van materiaal en diameter of druk In tabel 12 en tabel 13 is het aantal storingen weergegeven uitgesplitst naar materiaal en diameter van de aansluitleiding, respectievelijk hoofdleiding. Informatie over de diameterverdeling van de leidingen, in combinatie met het materiaal, wordt niet centraal geregistreerd. Daarom is het niet mogelijk om de invloed van de leidingdiameter of de kans op beschadiging door graafwerk eenduidig vast te stellen. Uitgaande van een aannemelijk geachte verdeling van de diameters in het Nederlandse net lijkt de diameter geen extreem grote invloed te hebben op de kans op graafschade. De analyse wordt verder nog bemoeilijkt doordat er in Nestor twee systemen voor het indelen van de diameters van hoofdleidingen worden gebruikt. Sommige bedrijven gebruiken een indeling in termen van een beperkt aantal aanduidingen van nominale diameters (ND ...) , andere volgen een indeling op basis van de buitendiameter (in mm) die een continue schaal vormt. De schaal wordt dan opgedeeld in een klein aantal diameterranges. Bij aansluitleidingen is er onduidelijkheid gecreëerd doordat er aan de diameter in mm een aanduiding in inches (duimen) is toegevoegd, die niet bij alle bedrijven dezelfde is. In de tabellen zijn noodzakelijkerwijs beide systemen naast elkaar weergegeven.
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 14 -
317 5 64 22 467
2 16 1 23
2 22 1 4 113
29 3 74
63 11 216
Totaal
6 140 59 1 1.343 10 219 71 1.849
> 50 (2")
2 55 2
>= 50 (1 1/2")
32 t/m 40 (1" t/m 1 1/2")
8 238 163 1 1.201 24 199 38 1.872
32 t/m 40 (1" t/m 1 1/4")
<= 25 (3/4") Anders, toelichten bij opm. Hard PVC Koper Nodulair gietijzer PE PeKo Slagvast PVC Staal Totaal
20 471 225 7 2.997 39 574 145 4.478
Tabel 12. Aantal storingen door graafschade aansluitleiding uitgesplitst naar materiaal en diameter
<= ND 50 (63)
ND 65 (75) t/m ND100 (110)
ND 125 (125) t/m ND200 (200)
ND 250 (250) t/m ND400 (400)
> ND 400 (400)
Totaal
1 1 4 149 1 23 190 12 381
250 - 400
13 15 11 3 42
125 - 249
GT-130095 © Kiwa N.V.
65 - 124
Tabel 13
<= 65 AC Anders, toelichten bij opm. Grijs gietijzer Hard PVC Nodulair gietijzer PE Slagvast PVC Staal Totaal
1 24
1 2 1 1 5
1 6 1 20 53 95 17 193
8 4 15 104 2 54 208 11 406
6 2 21 40 1 18 103 19 210
1 4 2 2 2 7 7 25
-
18 13 48 353 6 171 648 77 1.334
5 34 8 72
Aantal storingen door graafschade hoofdleiding uitgesplitst naar materiaal en diameter
- 15 -
2.5
Graafschade per materiaal genormeerd op aanwezige lengte en aantallen In figuur 8, Figuur 9 en tabel 14 is het aantal storingen door graafschade aan hoofdleidingen weergegeven per kilometer hoofdleiding voor de verschillende in het net aanwezige materialen. 0,02 0,018 0,016 0,014 0,012
Totaal 2008 Totaal 2009
0,01
Totaal 2010 Totaal 2011
0,008
Totaal 2012 0,006
0,004 0,002 0 AC
Grijs gietijzer
Hard PVC
Nodulair gietijzer
PE
Slagvast PVC
Staal
Figuur 8 Aantal storingen door graafschade per kilometer hoofdleiding uitgesplitst naar materiaal (zie tekst) 0,02 0,018 0,016 0,014 0,012
LD 2008 LD 2009
0,01
LD 2010 LD 2011
0,008
LD 2012 0,006
0,004 0,002 0 AC
Grijs gietijzer
Hard PVC
Nodulair gietijzer
PE
Slagvast PVC
Staal
Figuur 9 Aantal storingen door graafschade per kilometer hoofdleiding 30 en 100 mbar uitgesplitst naar materiaal
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 16 -
30 mbar en 100 mbar
1 bar en 4 bar
8 bar
Totaal 2012
Totaal 2011
Totaal 2010
Totaal 2009
Totaal 2008
AC Grijs gietijzer Hard PVC Nodulair gietijzer PE Slagvast PVC Staal Totaal
0,012 0,009 0,017 0,005 0,011 0,012 0,008 0,012
0,009 0,000 0,004 0,006 0,005
0,000 0,008 0,002 0,003
0,012 0,009 0,017 0,003 0,009 0,012 0,004 0,011
0,012 0,013 0,016 0,006 0,011 0,012 0,004 0,011
0,016 0,011 0,016 0,006 0,009 0,013 0,004 0,011
0,013 0,013 0,017 0,009 0,010 0,014 0,006 0,012
0,013 0,011 0,019 0,007 0,013 0,014 0,004 0,013
Tabel 14 Aantal storingen door graafschade aan hoofdleiding per kilometer uitgesplitst naar materiaal en druk Uit de gegevens van paragraaf 2.1 en 2.2 is af te leiden dat de storingskans op een -1 graafschade aan een aansluitleiding 0,0006 jr is (1 storing op de 1591 jaar). De totale storingskans door graafschade aan een hoofdleiding of aansluitleiding -1 -1 bedraagt 0,047 km jr (1 storing per jaar per 21 km hoofdleiding). Als vuistregel blijkt dat de verhouding van de storingskans van hoofdleidingen door graafschade lage druk (30 mbar/100mbar), middendruk (1 bar/4 bar) en hoge druk (8 bar) ongeveer 4:2:1 is. De relatieve kans op beschadiging door graafschade (storingen per kilometer) is nagenoeg gelijk gebleven ten opzichte van het afgelopen jaar. In Figuur 10 en Tabel 15 wordt het aantal storingen aan aansluitleidingen door graafschade weergegeven. 3000
2500
2000 Totaal 2012 Totaal 2011
1500
Totaal 2010 Totaal 2009 Totaal 2008
1000
500
0 Hard PVC
Koper
Nodulair gietijzer
PE
PeKo
Slagvast PVC
Staal
Figuur 10 Aantal storingen door graafschade aan aansluitleidingen uitgesplitst naar materiaal Uit de netgegevens blijkt dat er geen aansluitleidingen van Nodulair gietijzer bestaan. Ook in 2012 zijn er wel graafschades aan aansluitleidingen van dit materiaal gemeld.
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 17 -
22 1
3
2 26
3 6
1
Totaal 2008
1
Totaal 2009
1
Totaal 2010
469 225 7 2.972 38 574 140 4.445
Totaal 2011
20
Totaal 2012
(blank)
8 bar
1 bar en 4 bar
30 mbar en 100 mbar Anders, toelichten bij opm. Hard PVC Koper Nodulair gietijzer PE PeKo Slagvast PVC Staal Totaal
20
11
12
12
28
471 225 7 2.997 39 574 145 4.478
426 244 7 2.696 46 580 140 4.150
400 1.67 6 2.529 43 500 175 3.832
499 2.30 8 2.741 47 532 178 4.247
497 1.81 4 2.544 63 553 206 4.076
Tabel 15 Aantal storingen door graafschade aan aansluitleidingen uitgesplitst naar materiaal en druk.
2.6
Door graafschade beschadigde componenten In tabel 16 en tabel 17 (en figuur 11 en figuur 12) is het aantal storingen weergegeven uitgesplitst naar deelcomponent van de aansluitleiding respectievelijk hoofdleiding. Zoals verwacht mag worden betreft het merendeel van de storingen aan hoofdleidingen de component “buis” en bij aansluitleiding de “buis buiten de gevel”. Opvallend is dat de “aftakking/aansluitzadel” van de aansluitleiding slechts in weinig (7%) gevallen wordt beschadigd, hoewel dit toch als een betrekkelijk kwetsbaar uitsteeksel kan worden gezien. Daarnaast is het aantal storingen aan de deelcomponent “blaasgatzadel” opvallend. In de afgelopen vijf jaar zijn het aantal storingen aan deze deelcomponent bijna verdubbeld. Het aandeel van deze component in het totaal aantal storingen (15%) blijft echter beperkt.
2012
%
2011
%
2010
%
2009
%
2008
%
Aftakking/aansluitzadel Anders, toelichten bij opm. Buis binnen de gevel Buis buiten de gevel Grondafsluiter Overgangskoppeling Verbinding binnen de gevel Verbinding buiten de gevel Totaal
313
7%
212
5%
216
6%
206
5%
203
5%
22
0%
24
1%
16
0%
16
0%
36
1%
80 3.796 4 58
2% 85% 0% 1%
114 3.540 5 69
3% 85% 0% 2%
137 3.248 6 44
4% 85% 0% 1%
158 3.719 5 61
4% 86% 0% 1%
144 3.461 8 87
4% 85% 0% 2%
2
0%
9
0%
12
0%
11
0%
10
0%
203
5%
177
4%
153
4%
134
3%
127
3%
4.478
100%
4.150
100%
3.832
100%
4.310
100%
4.076
100%
Tabel 16 Aantal storingen door graafschade aansluitleiding uitgesplitst naar deelcomponent
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 18 -
58 4
2 203
22 80
313
Aftakking/aansluitzadel Anders, toelichten bij opm. Buis binnen de gevel Buis buiten de gevel Grondafsluiter Overgangskoppeling Verbinding binnen de gevel Verbinding buiten de gevel
3796
Figuur 11 Aantal storingen door graafschade aansluitleiding uitgesplitst naar deelcomponent in 2012 2012
%
2011
%
2010
%
2009
%
2008
%
Anders, toelichten bij opm. Blaasgatzadel Buis Grondafsluiter Sifon Verbinding Totaal
34
3%
28
2%
24
2%
40
3%
48
3%
202 929 12 28 129 1.334
15% 70% 1% 2% 10% 100%
164 1.010 11 29 166 1.408
12% 72% 1% 2% 12% 100%
142 1.003 11 36 181 1.397
10% 72% 1% 3% 13% 100%
138 1.162 2 31 159 1.532
9% 76% 0% 2% 10% 100%
127 1.199 11 27 142 1.554
8% 77% 1% 2% 9% 100%
Tabel 17 Aantal storingen door graafschade hoofdleiding uitgesplitst naar deelcomponent
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 19 -
129 12
34 202
28
Anders, toelichten bij opm. Blaasgatzadel Buis Grondafsluiter Sifon Verbinding
929
Figuur 12 Aantal storingen door graafschade hoofdleiding uitgesplitst naar deelcomponent in 2012.
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 20 -
3 Analyse en conclusies 3.1
Feitelijke vaststellingen -
-
-
-
-
3.2
Storingen door graafschade betreffen in 2012 alleen de deelsystemen “aansluitleidingen” en “hoofdleidingen”. Het gaat dan om 4.478 (32% van het totale aantal storingen aan aansluitleidingen), respectievelijk 1.334 storingen (26% van het totale aantal storingen aan hoofdleidingen). Het aantal storingen door graafschade in 2012 bedraagt 5.812. Dit is 12% van het totale aantal storingen van alle netonderdelen. Vrijwel alle storingen door graafschade worden gemeld door derden (71%) of door de klant (28%). Een graafschade aan de aansluitleiding wordt vaker door de klant gemeld dan een graafschade aan de hoofdleiding. Bij graafschades aan hoofdleidingen is dit andersom. Er is geen duidelijke relatie met de drukklasse. Storingen aan aansluitleidingen door graafschade blijken minder vaak voorafgegaan te zijn door een KLIC-melding (59%), dan de storingen bij hoofdleidingen (69%). Opvallend is het toch nog hoge percentage storingen waaraan geen KLIC-melding is voorafgegaan en ook het aanzienlijke percentage (18% en 17% respectievelijk) waarbij het onbekend is of er een melding is 1 gedaan. Het gemiddelde aantal storingen aan hoofdleidingen door graafschade per -1 -1 kilometer hoofdleiding is 0,011 km jr (1 op 93 jaar/km). De storingskans door graafschade aan een aansluitleiding bedraagt per -1 aansluiting 0,0006 jr ofwel 1 op 1.591 jaar. Het gemiddelde aantal storingen aan hoofdleidingen plus aansluitleidingen door -1 -1 graafschade per kilometer hoofdleiding is 0,047 km jr (1 op 21 jaar/km). Het merendeel van de storingen door graafschade betreft de component “buis” (85% bij aansluitleidingen, 70% bij hoofdleidingen). Andere deelcomponenten van de leiding, in het bijzonder aftakkingen, koppelingen en afsluiters, spelen bij de storingen slechts een geringe rol. In de afgelopen vijf jaar zijn het aantal storingen door graafschade aan blaasgatzadels bij hoofdleidingen bijna verdubbeld tot 15% van het totaal aantal storingen aan hoofdleidingen door graafschade.
Afgeleide conclusies De verschillen tussen de afgelopen jaren zijn gering. De afgeleide conclusies voor 2012 zijn dan ook gelijk aan die van voorgaande jaren vanaf 2008. De storingkans door graafwerk van 8 bar leidingen is aanzienlijk lager dan de 2 storingskans van de lagere druk leidingen. Dit is niet alleen een gevolg van het toegepaste leidingmateriaal. Beide toegepaste materiaalsoorten (PE en staal) hebben in de 8 bar netten een kleinere kans op graafschade dan in de lagedruk netten. Een mogelijke verklaring is dat de hogedruk tracés meer in het buitengebied liggen, met minder graafwerkzaamheden, dan de lagedruk tracés. Een andere mogelijke verklaring is dat verbindingen in lagedruk tracés veelal niet trekvast zijn uitgevoerd. Er is geen opvallende relatie zichtbaar tussen de diameter van een leiding en de storingskans door graafwerk. Omdat er geen nationaal overzicht is van leidinglengte per diameter is deze constatering niet erg “hard” en niet nader te kwantificeren. De afgelopen jaren is de storingskans bij lagedruk PE leidingen ongeveer gelijk of zelfs hoger dan de storingskans bij lagedruk slagvast PVC leidingen. Dit is opvallend 1
Voor de categorieën „Nee‟, „n.v.t.‟ en „Onbekend‟ is niet vast te stellen of een KLIC-melding noodzakelijk was. Een melding hoeft niet te worden gedaan bij handmatig graven en is alleen verplicht bij mechanische grondbewerkingen. 2
GT-130095 © Kiwa N.V.
Bedoeld zijn de categorieën 1 bar/4 bar en de 30 mbar/100 mbar leidingen
- 21 -
omdat een aanzienlijk, maar helaas onbekend, gedeelte van de lagedruk PE systemen trekvast zijn uitgevoerd. De trekvastheid zou de bestandheid tegen graafschade moeten vergroten, omdat de leidingen minder snel uit de koppelingen getrokken zouden moeten worden. Een verklaring is tot op heden niet gevonden. Opvallend is de daling van de storingskans voor Grijs Gietijzer in 2012 ten opzichte van de voorgaande jaren. Een zelfde daling is te zien bij leidingen van Nodulair Gietijzer. Een mogelijke verklaring kan de vervanging van het gietijzer in de Nederlandse netten zijn. In de afgelopen vijf jaar zijn het aantal storingen door graafschade aan blaasgatzadels bijna verdubbeld tot 15% van het totaal aantal storingen door graafschade aan hoofdleidingen in 2012. Het is opvallend dat percentueel gezien alleen het aantal storingen aan deze deelcomponent toeneemt ten koste van storingen aan de deelcomponent buis. De stijging kan het gevolg zijn van een toename van het aantal blaasgatzadels, een gevolg van veroudering van de zadels of een gevolg van betere registratie van storingen. Zowel in de lage druk als de hoge druk netten is staal het leidingmateriaal dat per km -1 -1 het minste aantal storingen door graafwerk heeft (0,004 km jr ofwel 1 op 245 jaar per km). Dit betreft zowel storingen met het effect gaslucht/lekkage als beschadiging aan de buis. Bij een aanzienlijk deel van de storingen door graafschade blijkt geen KLIC-melding te zijn gedaan. Bij een ander deel van de storingen is het onbekend of er een KLICmelding is gedaan. Samen is dit 34% van de storingen door graafschade. Dit is een verbetering ten opzichte van vorig jaar en het jaar ervoor toen de percentages respectievelijk 41% en 45% waren. Hoewel het doen van een KLIC-melding uiteraard niet garandeert dat er geen leiding wordt beschadigd, wordt hier nog steeds een verbetering geboekt. Het aantal storingen door graafschade waarbij een KLICmelding gedaan is stijgt. Dit lijkt echter vooral een neveneffect van het grotere aantal KLIC-meldingen op zich. De registratie van de gegevens toont in 2012 een stijging van het aantal gevallen van graafschade ten opzichte van 2011. De stijging van het aantal graafschades vindt plaats bij de aansluitleidingen. Het absolute aantal storingen door graafschade aan aansluitleidingen is het hoogst in vijf jaar en ongeveer drie keer zo groot als het aantal graafschades aan hoofdleidingen. Wellicht dat deze trend gekeerd kan worden door meer voorlichting te geven aan de gravers en/of door meer informatie te geven over de ligging van aansluitleidingen. Het aantal graafschades aan hoofdleidingen is in 2012 afgenomen. Als percentage van het totaal aantal storingen is het percentage graafschades ongeveer gelijk aan 2011. Gezien de aantallen in de afgelopen jaren is er echter geen stijgende trend te zien. De huidige economische crisis die zich o.a. vertaalt in een afname van het aantal graafwerkzaamheden zou teruggevonden kunnen worden in een eventuele afname van het aantal graafschades aan hoofdleidingen. Deze hypothese wordt echter niet door de registratie bevestigd. Uit het ontbreken van een dalende trend kan wel geconcludeerd worden dat de acties gericht op het terugdringen van het aantal graafschades nog weinig effect hebben. Om een vergelijking te kunnen maken zijn in onderstaande tabel de belangrijkste gegevens weergegeven.
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 22 -
Aansluitleiding Hoofdleiding Aansluit- en hoofdleiding
Aantal storingen door graafschade 2008 2009 2010 2011 4.076 4.247 3.832 4.150 1.554 1.476 1.397 1.408 5.630 5.723 5.229 5.558
2012 4.478 1.334 5.812
Tabel 18 Aantal storingen door graafschade
Aansluitleiding Hoofdleiding Aansluit- en hoofdleiding
Aandeel graafschade ten opzichte van alle storingen per deelsysteem 2008 2009 2010 2011 37% 35% 32% 33% 32% 26% 25% 25% 36% 33% 30% 30%
2012 32% 26% 30%
Tabel 19 Aandeel graafschade ten opzichte van alle storingen per deelsysteem Storingskans Aansluitleiding Hoofdleiding Aansluit- en hoofdleiding
2008 1 op 1.722 jr 1 op 83 jr/km
2009 1 op 1.674 jr 1 op 77 jr/km
2010 1 op 1.855 jr 1 op 89 jr/km
2011 1 op 1.719 jr 1 op 88 jr/km
2012 1 op 1.591 jr 1 op 93 jr/km
1 op 22 jr/km
1 op 22 jr/km
1 op 24 jr/km
1 op 22 jr/km
1 op 21 jr/km
Tabel 20 Storingskans graafschade
GT-130095 © Kiwa N.V.
- 23 -