E]_ TRI DE __OVA TI(M)A _ Voorstelling wapenschild (hoofdletters P S) 94. 128/2 (1533) Aankondiging meester Pier Sirici Ondertekening Pet[rus Siri]ci Staat groen, rond, 20 mm, fragment Randschrift S_(IGILLVM) [<_ P>_ ET _RI DE __O]VA TI(M)A _ Voorstelling verloren; zie nr 93 95. 145/A1/5 (1538) Aankondiging Petrus Syrici ... mit hoeren zegelen ofte signetten; eerder: Petrus Cirici, perpetuus vicarius Ondertekening Petrus Syrici Staat groen, rond, 21 mm, beschadigd Randschrift [S(IGILLVM)
]_ ET _R _ _I DE __OV_ A TI(M)A _ Voorstelling zie nr 93 96. 145/A2/5 (1538) Aankondiging zie nr 95 Ondertekening Petrus Syrici Staat groen, rond, 21 mm, zwaar beschadigd Randschrift [S(IGILLVM) <_ P>_ ET _R _ ]_I DE __OV_ _ A TI(M)_ _ A Voorstelling zie nr 93 Phocas Siblema (Focka Sibbles), meester, pastoor te Bolsward 97. 145/A1/4 (1538) Aankondiging Phocas Siblema ... mit hoeren zegelen ofte signetten; eerder: ... ende Phocas Siblema to Boolsuert, pastoren Ondertekening Phocas Staat groen, rond, 25 mm, beschadigd Randschrift S(IGILLVM) FOCKA SIBBLES Voorstelling heilige (Andreas, met schuinkruis) met wapenschild (vogel) 469
98. 145/A2/4 (1538) Aankondiging Ondertekening Staat Randschrift Voorstelling 99. 148/2 (1538) Aankondiging Ondertekening Staat Randschrift Voorstelling
zie nr 97 Phocas groen, rond, 25 mm, beschadigd S(IGILLVM) FOCKA SIBBLES zie nr 97 Phocas Sieblema; eerder: meester Foeke Sieblema, pastoir Phocas groen, rond, 25 mm, beschadigd S(IGILLVM) FOCKA SIBBLES zie nr 97
Pieter (Petrus Bernardi), priester in het gasthuis te Leeuwarden 100. 45/3 (1484) Aankondiging her Pieter vorsc.; eerder: her Pieter int jesthuys Staat groen, rond, 24 mm, zwaar beschadigd Randschrift [<S(IGILLVM)> PETRI BERNARDI P(RES)B(ITE)RI] Voorstelling schildhouder (in pij met koord; Sint Anthonius?) met wapenschild (houweel (?) met aan weerszijden een zwaard, het gevest naar boven gewend) Commentaar 1. aanvullingen naar GA Leeuwarden, Archief Sint Anthony Gasthuis, inv. nr 65 en 116; Oud Stadsarchief, inv. Singels nr 77 2. mogelijk dezelfde persoon als nr 91; zij hebben hetzelfde patroniem, maar andere schildhouders op hun zegel Pieter, pater in klooster Groendijk 101. 62/2 (1501) Aankondiging heer Pieter; eerder: heer Pieter, pater van Tsyzingawier Staat groen, nagenoeg rond, 8x6 mm, fragment Randschrift verloren Voorstelling (nog zichtbaar:) tweede kwartier (roos) van wapenschild Pieter (Petrus Herus a Wouda), meester, pastoor te Leeuwarden (Sint Vitus) 102. 182/3 (1544) Aankondiging meester Pieter, oeck pastoer van Sinte Vitus kerck Ondertekening Petrus Herus a Wouda Staat groen, rond, 24 mm, beschadigd Randschrift PRESBITERI Voorstelling wapenschild Reedwert (Redardus Redartsma), vicaris te Leeuwarden (Sint Vitus) 103. 45/2 (1484) Aankondiging her Redewert; eerder: her Reedwert, vicarius to Lyowrd to Auldehow Staat groen, rond, 26 mm, fragment Randschrift S(IGILLVM) REDARDI [REDA_ RTSME] [P(RES)B(ITE)RI] Voorstelling (nog zichtbaar:) heilige (Sebastiaan, aan boom gebonden, doorboord met pijlen) met (verloren:) wapenschild (streepschild met kruis erboven) Commentaar aanvullingen naar GA Leeuwarden, Archief Sint Anthony Gasthuis, inv. nr 95
470
Reiner (Reinerus), pastoor te Oldeboorn 104. 31/2 (1473) Aankondiging heer Reiner, persoenre te Borne Staat bruin, rond, 26 mm, zwaar beschadigd Randschrift R _E _ IN_ ERI [P(RES)]_ B_IT _E _ RI Voorstelling schildhouder (heilige, temidden van planten) met wapenschild (kruis van de Duitse Orde) Commentaar aanvullingen naar RAF, Archief Klooster Aalsum, inv. nr 18 Reyner (Reynerus de Woerkem), pastoor te Tzum 105. 77/1 (1510) Aankondiging heer Reyner, persinna Tzum Ondertekening Reynerus, pastoer in Tzum Staat groen, rond, 23 mm, beschadigd Randschrift S(IGILLVM) D(OMI)N REINERI DE WOE
Staat Randschrift Voorstelling 110. 132 (1533) Aankondiging Staat Randschrift Voorstelling Seerp Hanya, doctor 111. 189/1 (1545) Aankondiging Ondertekening Staat Randschrift Voorstelling
groen, ovaal, 17x12 mm, beschadigd RB zie nr 108 Ritscko ... myn gewoentlicke singnet; eerder: Ritske Bolema, nu ter tyt woenachtich bynnen der stadt Leeuwarden groen, ovaal, 17x12 mm, beschadigd RB zie nr 108
doctor Seerp Hanye ... met hoer signetten Seerp Hanya groen, ovaal, 14x13 mm SH wapenschild (gedeeld: rechts twee lelies, paalsgewijs, links hand, de vingers omhoog)
Sybit (S[ibrandus?] Bernconis), pastoor te Leeuwarden (Sint Vitus) 112. 37/2 (1476) Aankondiging her Sybit, personna toe Auldahow toe Liouwerd Staat groen, rond, 26 mm, zwaar beschadigd Randschrift [S(IGILLVM) S_<......>] BERNCO(N)IS [P(RES)B(ITE)RI] Voorstelling (nog zichtbaar:) heilige (Hieronymus, met leeuw) met wapenschild (lelie, vergezeld van rechtsboven een roos, linksboven een ster, onder een wassenaar; (verloren:) hoofd van de heilige, met kardinaalshoed Commentaar aanvullingen naar RAF, Archief Klooster Aalsum, inv. nr 77 Sycke scriver (Leeuwarden) Aankondiging Sycke scriver Commentaar In testament nr 20 (1459) worden zes zegels aangekondigd, waaronder dat van Sycke scriver, maar de oorkonde is door slechts vijf personen gezegeld. De eerste drie zegels konden worden geïdentificeerd (nrs 107, 60, 70), de laatste twee niet. Op grond van de volgorde in de zegelaankondiging is aangenomen dat zij van respectievelijk Walken toe Husum en heer Symon toe Husum zijn (zie nrs 119, 114), maar het is niet uitgesloten dat één van deze beide zegels dat van Sycke scriver is. Syerd ([Si]ardus), vicaris te Rauwerd 113. 42/A2/4 (1481) Aankondiging her Syerd foers.; eerder: her Syerd, vicarii toe Rauwerd Staat groen, rond, 26 mm, zwaar beschadigd Randschrift <SI>ARDI P(RES)B(ITE)RI Voorstelling heilige (Catharina, met zwaard en rad) met wapenschild (twee sterren naast elkaar, daaronder wassenaar) Symon, heer, pastoor te Huizum 114. 20/5 (1459) Aankondiging her Symon toe Husum, personer Staat groen, rond, 24 mm, beschadigd 472
Randschrift Voorstelling Commentaar
onleesbaar schildhouder (engel) met wapenschild (vogel met lange hals, de kop naar achter gestrekt) De naam van de zegelaar blijkt niet uit de restanten van het zegel. Tot deze identificatie is besloten op grond van de volgorde in de zegelaankondiging. Omdat één van de zes aangekondigde zegels ontbreekt en slechts de eerste drie van de vijf zegels konden worden geïdentificeerd, is het niet uitgesloten dat dit vijfde zegel van Walken toe Husum of van Sycke scriver is (zie aldaar).
Thadeus, (zeventiende) abt van klooster Klaarkamp 115. 6/1 (1423) Aankondiging domino Thadeo, abbate Claricampi Staat rood, spitsovaal, 49x38 mm, zwaar beschadigd Randschrift S(IGILLVM) THADEI ABBATIS C _L _
473
Walken ([Wal]lo?) toe Husum 119. 20/4 (1459) Aankondiging Walken toe Husum Staat groen, rond, 28 mm, zwaar beschadigd Randschrift L _O _ Voorstelling schildhouders (links vrouwenfiguur, rechts leeuw) met wapenschild (gedeeld: rechts twee rozen of sterren (?), paalsgewijs; links onherkenbare voorstelling) met helm (?) en helmteken (uitkomend paard?) Commentaar De naam van de zegelaar blijkt niet uit de restanten van het zegel. Tot deze identificatie is besloten op grond van de volgorde in de Zegelaankondiging. Omdat één van de zes aangekondigde zegels ontbreekt en slechts de eerste drie van de vijf zegels konden worden geïdentificeerd, is het niet uitgesloten dat dit vierde zegel van heer Symon, pastoor van Huizum, of van Sycke scriver is (zie aldaar). Wolterus, pastoor te Goënga 120. 44/3 (1483) Aankondiging Wolterus, personer in Goyngum; eerder: her Wolterum, personer tho Goynghum Staat groen, rond, 27 mm, beschadigd Randschrift S(IGILLVM) D(OMI)NI <WO>LTERI P(RES)B(ITE)_ R Voorstelling schildhouder (zittende menselijke figuur) met wapenschild (gedeeld: rechts halve adelaar, links huismerk nr 23) Commentaar Het huismerk is gelijk aan dat op het zegel van heer Wolter Johannis, persona van niet nader genoemde parochie, op RAF, Archief Klooster Aalsum, inv. nr 12 (1474 mei 18; druk: OFO I, nr 247). Wpko Bourmania (Wpka a Bwrmania), doctor 121. 128/1 (1533) Aankondiging doctor Wpko van Bourmania ... met haeren signetten Ondertekening Upko a Buurmania, doctor Staat groen, achthoekig, 14x11 mm Randschrift WB Voorstelling wapenschild (gedeeld: rechts halve adelaar, links klaver op steel) Commentaar vergelijk het zegel van dezelfde op RAF, Archief Familie Thoe Schwarzenberg en Hohenlansberg, inv. nrs 902, 903 en 1462: op het wapenschild links twee sterren naast elkaar, wassenaar en roos 122. 182/2 (1544) Aankondiging heer Wpco van Buyrmanye, doctor ... hueren segelen Ondertekening Upka Buyrmania Staat rood, rond, 26 mm, beschadigd Randschrift S(IGILLVM) WPKA A BWRMA_ N_IA _ DOCTOR Voorstelling wapenschild (gedeeld: rechts halve adelaar, links twee sterren naast elkaar, wassenaar, leeuw) Wybrandus, pastoor te Leeuwarden (Sint Maria) 123. 50/4 (1486) Aankondiging Wybrandus; eerder: her Wybren, personna thoe Nyahow Staat groen, rond, 24 mm, zwaar beschadigd Randschrift verloren Voorstelling schildhouder (ridder) met wapenschild (twee sterren naast elkaar, daaronder roos) 474
2. Notarismerken 1. Aggaeus Broersma Tekst: A. B. Aequa lance Opmerking: het devies betekent ’met gelijke schaal’, ’onpartijdig’.
2. Gerryt Douwa zoen Tekst: Gerardus subscripsit
Dodonis
notarius
3. Hero Abba zoen Tekst: Hero Abb. notarius publicus
4. Jans Tekst: Jans notarius publicus 41 93 1 6 n. 2
475
5. Menno, heer Tekst: M. Johannis W. I. G. De laatste letter is mogelijk een S.
6. Petrus Nicolai Tekst: P. N. notarius subscripsit
7. Remboldus Wilhelmi Tekst: R. W. jure n. s. Remboldi Wilhelmi Opmerkingen: de R is liggend door de W heen geschreven; n. staat mogelijk voor notariatus.
8. Reytgo, heer Tekst: geen
476
9. Wilhelmus Cyriaci Buwalden Tekst: W. C. Unicuique quod suum est Opmerking: het devies betekent ’aan ieder wat het zijne is’, ’elk het zijne’.
10.Wilko Folkerts Tekst: W. F.
11.Wthzio Gerardi Tekst: geen
477
3. Huismerken 1. Abba Sipkens 76B, 83B, 85B, 97B, 100B en 109B (alle 1551) 2. Agga Douwes 76B, 83B, 85B, 97B, 100B en 109B (alle 1551) 3. Boye Thomas 76B, 83B, 85B, 97B, 100B en 109B (alle 1551) 4. Dierck Pier zoon 146A (1538), niet voorhanden, nagetekend in B (1646) 5. Frans, heer, vicaris te Leeuwarden (Sint Vitus) 179A (1534), op zegel nr 33 6. Frans Sybe zoen Stans, notaris 150A (1539), op zegel nr 37
7. Ghisbert Ghisberts zoen 32A (1473), op zegel nr 47
8. Harmen Dircx zoen 200A (1548) N.B. De twee merken op dit stuk zijn van Harmen Dircx zoen en Peter Symon zoen. Op grond van de volgorde in de getuigenlijst is aangenomen dat dit merk, het eerste van de twee, van Harmen Dircx zoen is. 478
9. Henricus Luce, meester, pastoor te Leeuwarden 145A1 (1538) op zegel nr 50 145A2 (1538) op zegel nr 51 10.Hetto, heer, pastoor te Poppingawier 93A (1518), op zegel nr 53
11.Idts Salinckx 76B, 83B, 85B, 97B, 100B en 109B (alle 1551) 12.Jacla Epen soen 174A (1542)
13.Jella Jwisma, heer, deken te Leeuwarden 50A (1486), op zegel nr 59
14.Johannes Wopke zoen 157A (1541), op zegel nr 67
15.Jolthie Wybma 76B, 83B, 85B, 97B, 100B en 109B (alle 1551) 16.Meus Agges zoen 76B, 83B, 85B, 97B, 100B en 109B (alle 1551)
479
17.Otte Baucke zoen 188A (1545), op zegel nr 86
18.Peter Peter zoen Golt, schepen te Leeuwarden 170A (1541), op zegel nr 92 19.Peter Symon zoen 200A (1548) N.B. Zie de aantekening bij nr 8. 20.Tyardt Douwes zoen 76B, 83B, 85B, 97B, 100B en 109B (alle 1551) 21.Tymen Freryck zoen 59A (1499), op zegel nr 117
22.Uopke, heer, pastoor te Engelum 104A (1523), op zegel nr 118
23.Wolterus, heer, pastoor te Goënga 44A (1483), op zegel nr 120
480
4. Alfabetische lijst van testateurs Aeda Keympa zoen Jonghama 42 Aedae Eede zoen Jongghama 127 Aedzert Abbinga 105 Agnes Wierts, zuster 174 Albert Marten zoen 112 Albert Ryoerdt zoen 122 Albert Wilcke zoen en Remck 113 Allert Claes zoen 53 Altger Douwes zoen Houkama 38 Alydt, w.v. Jan Claes zoen 133 Andlef Abbengha 9 Anna Wattema 128 Ansck Himstera 52 Anscke Johan Sybrands zoens dochter 70 Arnt van Suerhusum en Hille 20 Attha, w.v. Fecka 85 Auck Peters dochter, e.v. Liewe Liewe son 136 Barber Tymens dochter en Symon Hoeyte zoen 192 Bauck, e.v. Peer 111 Bauck Kamstera, e.v. Syds van Bottinga 195 Baucke, scipper Ona kyndeskynd 46 Bawck, e.v. Hessel 15 Benedictus Doyngha 7 Bocko, meester 47 Broer Tyarkes zoen en Yde 22 Cathryn (Katheryn, Catryn), w.v. Juw (Jw) Dekema (Decama) 114 123 146 Clothus Bentha 3 Conradus de Nendorpe 1 Cornelius, heer 93 Cornelys Alexander zoen 125 Dirck Adems zoen en Thrin Arents dochter 201 Dode Kamingha 57 Doed, e.v. Hantya 49 Doitia Albada 24 Douwa, doctor 121 Douwa Pibe zoen, heer 81 Douwe Harinxma 90 Douwe Jowsma 124 Douwo Wythyes en Em 153 Ducko Onnama 6 Eda Jonghama 126 Edwar Zyarda 77 Eede van Martena 168 Em en Douwo Wythyes 153 Epo Lyauckema 138 Epo van Martena 177 Fed, w.v. Hendrick 71 Fed, w.v. Wierd Metzies (Fedde Wyrs) 170 187 Feddo Popkema, heer 101 481
Feddricus Hummama 17 Foekel salige Agga Jongama dochter 86 Fokel Gerlefs 110 Foppe, heer 184 Foppo, heer 60 Fosse Aylycama 27 Frauw, e.v. Hero Buirmanye 179 Frederick en Julius van Botnya, gebroeders 197 Fritz van Grunbach 103 Frouck, e.v. Oeds 67 Gabbo Riptema 87 Gattzie Abbe zoen 158 Gerland Hermanna 18 Gerryt van Belcum 41 Gheert, e.v. Anscke Renick zoen 155 Gheryt Midler 59 Ghielt Harkynghe 39 Goedsfrundt en Hylck 102 Goffa, heer 75 Goffe Douwe Abbinghe zoen 82 Goyka Douwes zoenn 83 Grathie Kammynga 37 Gregoris Bertolff van Aken 115 Haebel, v.v. Taecke Glins 163 Harmannus Hopper 33 Haya Kammingha 50 Henrick Nanne soen en Katryn Epes 84 (zie ook 106) Henrick Nanninck zoen 106 (zie ook 84) Hera Jelbits zoen 66 Hero (Here) van Hottinga, heer 160 166 Hessel Tyercks zoen 178 Hessel Boytiema 211 Hessell Abinga 151 Hessell Martena 92 Hille en Arnt van Suerhusum 20 Hylck en Goedsfrundt 102 Idtsck Sythie Haerinxema dochter etc. 169 Idze Jathye soen 68 Jacob Frercx zoen en Tyets Doytze dochter 173 Jan Meynert zoen 88 Janke Sappes 56 Janken, w.v. Douwa Feddes 91 Jarich Epa Hotnya 34 Jarych Haryngs zoen, heer 96 Jayts, w.v. Jacop 139 Jelle, e.v. Reync 21 Jelle Syricks zoen Harinxma 159 Jelmar, heer 79 Jeppa Jeppama 43 Jets, w.v. Tzumma 161 Jeye Sickingha, e.v. Haring Sythiema 209 Joest (Jose), juffer 89 108 482
Johannes Sextinus, meester 95 Jorert Andringha 35 Jouka Tirdema, e.v. Gabba Jerla 51 Julius en Frederick van Botnya, gebroeders 197 Katerina, w.v. Peter Korwer 32 Katerina Siarsma 5 Katherina Mockumma 94 Kathryn Harinxma 62 Katryn Epes en Henrick Nanne soen 84 (zie ook 106) Kempo van Martena, doctor 144 Laes van Jonghama 165 Liewo Pieters zoen 172 (zie ook 150) Luts van Ockema, juffrouw 191 Lutthye (Lutthie, Lutzia) Harincxma (Haricxma, Haryxma) 116-119 Lutyen Gerbrandts dochter 141 Lutze Abbama 16 Lyeuwe Peters zoon en Saepke Rinthie dochter 150 (zie ook 172) Lysck Doekema 48 Lyuck, w.v. Taede Hopper 142 Mammo Mammingha 4 Mathias Dirck zoen, heer 73 Menno Jarla 54 Menno Ponnama 8 Meynt Aeltgema 64 Moy (Moey) Sipkis 143 196 Nanne Reyns (Reyn) zoen 204 205 Obbe Dircx zoen 208 Peer Epo zoen a Bosum 145 148 154 Peter Kammegha 11 Peter Kamyngha 98 Pieter (Peter) Johan (Jan) zoen 134 136 Reintzen Douwe dochter, e.v. Pier Sytzema 199 Rema Hermana en Wytthie Camstra 198 Remck en Albert Wilcke zoen 113 Remtz en Wytthie van Cammingha 129 (zie ook 189) Renck, e.v. Reinner 109 Reynsk Camstra, w.v. Hette van Dekema 186 Ricke toe Dorp 69 Rippert Reyner zoen 212 Ritsche Jelmera 13 Ritske Jaersma, heer 149 Ritsko (Ritske, Ritzske) Boelama (Bolema, Bolama) 130-132 182 190 Roeliff van Bunau, jonker 176 Roetger Mertyns 120 Romko Aynge 23 Ryns Pieter zoen 135 Rynts Minnema 189 (zie ook 129) Saepke Rinthie dochter en Lyeuwe Peters zoon 150 (zie ook 172) Salvius Foppinga 180 Sasker Heeryngha 80 Schelta (Schelte) Andla Latzema (Latzma) 193 206 207 Schelta Lyauckama 40 483
Schelte Lyawkeme 65 Sibbel, w.v. Simon 152 Sibbel Sibbetzme (Sybet) weduwe 61 72 Sicka Allart zoen 36 Siouck van Martena 194 Site Kammingha 14 Syborch, e.v. Heyno Vloghelingh 2 Sybrandt van Roorda 210 Syds Tziarda 157 Syercktzien Donie 183 Symon Hoeyte zoen en Barber Tymens dochter 192 Sytse Harincxma 175 Take van Herama 188 Teeta Jellama 26 Teth Jongema, juffer 202 Tette, e.v. Heere 107 Thiemk Holdinga 29 Thrin Arents dochter en Dirck Adems zoen 201 Tiaerdt van Burmanya, heer 164 Tiedt, w.v. Simon Henrycks 156 Tiets, w.v. Sasker Heringe 104 Titardus carpentator 12 Tjepck Tjepcke dochter 203 Tryn Alberts 200 Tyaerdt van Herama 147 Tyebke Fokelen zoen 31 Tyemck Wibren Boulsme dochter 45 Tyethye Sickes van Nyenhuys 74 Tyets Doytze dochter en Jacob Frercx zoen 173 Tzalling, heer 63 Wabbo, heer 140 Waell Buttima 76 Wattia Harinxma 28 Wiba Thierxma 19 Wiggle Campstra 58 Wipcke Tyercksma 55 Wlck Wyghersma 25 Wlcke Myrcks zoen 100 Wpka Doyema 10 Wythie van Camminga 171 Wytss heer Godschalcks Jungummae dochter 167 Wytthie van Cammingha en Remtz 129 (zie ook 189) Wytthie Camstra en Rema Hermana 198 Wytz Aebyngha (Aebbinge) 162 185 Yde en Broer Tyarkes zoen 22 Yde Bocka dochter Harinxma 44 Yde Heringhe 30 Yeck Thomas 97 Yettie, w.v. [Jan] Ripperts 78 Ytyens, e.v. Hans Eennes 99 Zettie Lickle zoen 181
484
5. Familierelaties van de testateurs Nr Naam Broers Zuster Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
1 (1373 augustus 5) Conradus de Nendorpe Johannes vamme Lo, Henricus Grete Ziburghe tantes van moederszijde: Metteke en Alleke; oom: Johannes de Bremen Hamburg Zie ook het testament van zijn vrouw Ziburghe (nr 2).
Nr Naam Broer Zusters Partner Woonplaats Commentaar
2 (1376 januari 23) Syborch Remmeke (x N.N.) Hillegunde, Elteke; halfzusters: Eweke, Hylleke Heyno Vloghelingh Hamburg (kennelijk afkomstig uit Leeuwarden) 1. Eerder gehuwd met Conradus de Nendorpe (zie nr 1). 2. Vermoedelijk was Syborchs broer Remmeke dezelfde als Remmeke Simons sone in Leeuwarden, genoemd in nr 1. Wellicht heette haar vader dus Simon.
Nr Naam Partner Woonplaats Commentaar
3 (1401 juli 27 of 28) Clothus Bentha Anseke Rauwerd 1. Erfgenamen: Sicco Ydszarda, Tzalenghus Fethza en zijn broer Poptatus, parochianen in Poppingawier, Rauwerd en Terzool. Anseke krijgt Fetza, met last van jaargetijden voor Taetke en Graetke (misschien hun kinderen?). Poptatus krijgt Bentha, met last van jaargetijden voor Clothus zelf, Odulfus en Dode Tzialengi, waarschijnlijk verwanten. 2. Suggesties voor andere lezingen en interpretatie van namen bij Oldenhof, Parochy Easterwierrum, 48-49.
Nr Naam Broers Zuster Kinderen Ov. familie
4 (1407 november 25) Mammo Mammingha Dyo (+?; dochter: Anka); onwettige broers: Ado, Feddeco Ludka geen cognati: heer Jarichus de Horslant (pastoor Nijehove), Focko de Ullauird (parochiaan Nijehove), Hoecko Mennema Leeuwarden, parochie Nijehove Jarichus de Horslant was 1383 deken van Franeker (OFO II, nr 1).
Woonplaats Commentaar Nr Naam Ov. familie Woonplaats Commentaar
5 (1409 maart 21) Katerina Siarsma cognati: Jadde, Liubbeke (beide in klooster Bethlehem) Birdaard Erfgenamen, waarschijnlijk ook verwanten: Campo (zoon van Wiardus en Ludde in Lioessens), Sio Clatirsma, Wbko, Wieke in Lekkum, Beike, Eteke, Galteke, Wieko, Atte. 485
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
6 (1423 mei 27) Ducko Onnama Beyka zoon: Dodo (+?; zoon en dochter) Damwoude Erfgenamen, waarschijnlijk ook verwanten: de gezusters Betteka en Wapeka Ewyngha. Verder is sprake van Tako Jeuwingha en zijn zoon Juweco, scolaris.
Nr Naam Partners Woonplaats Commentaar
7 (1424 augustus 12) Benedictus Doyngha Getteka (+), Etheke Burgwerd Benedictus kwam uit Oosterend (UvB, f. 47ar), maar het testament is opgemaakt in Ockinga-huis in Burgwerd. Mogelijk was Etheke een Ockinga. In 1478 is sprake van Donia-goed bij de kerk in Burgwerd, dat inmiddels Nieuw-Ockinga heet (OFO I, nr 285). Verder komt de naam Etheke later bij de Ockinga’s voor
Nr Voornaam Partner Ov. familie Woonplaats
8 (1436 oktober 9) Menno Ponnama Atta grootvader: Baldingus Syerdessma omgeving Gerkesklooster
Nr Naam Partner Kinderen
9 (1438 februari 28) Andlef Abbengha Hylka zoons: Sywert (x Beyka), Tzaling (abt Mariëngaarde), Adzert (in Mariëngaarde) Blija 1. Over Tzaling, 22ste abt van Mariëngaarde (1427-1462): Wumkes, Sibrandus Leo’s abtenlevens, 24-27. Zijn zegel: RAF, Archief Klooster Gerkesklooster, inv. nr 88 (1443). 2. Er kunnen goederen vervallen aan een zekere Beyka Abbengha. Zij is niet eenduidig te identificeren. De vrouw van Sywert was Beyka Bolta genaamd (UvB, f. 31r). Ook Andlefs moeder heette mogelijk Beyka: hij vermaakt Tzaling Beyke syn moders solveren knap. Deze passage kan echter ook nog anders worden begrepen, namelijk zo dat Beyke de moeder van Tzaling was, dus wellicht een eerdere vrouw van Andlef. Zie ook Beelaerts van Blokland, ’Nogmaals Aebinga van Humalda’, kolom 6.
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partner Woonplaats Commentaar
486
10 (1439 oktober 9) Wpka Doyema Focke Marssum Erfgenamen: kinderen van Swob Aylva, waarschijnlijk dezelfde als N. Juwsma, getrouwd met Tjaard Aylva (UvB, f. 32r). Hun dochter Yde liet Doyema goed te Marssum na (nr 30), en hun zoon Douwe noemde een dochter Swob.
Nr Naam Partner(s) Kinderen Woonplaats Commentaar
11 (1440 mei 8) Peter Kammengha Sicke zoons: Sicko, Zywych (lees: Syuck); dochters: Thiamke, Zacke Leeuwarden 1. Zoon van Gerrard Camminga en Tiemck N.; trouwde Sicke (nr 14), weduwe van Peter Camstra (UvB, f. 36r). 2. Andere genoemde Camminga’s: Gerrard (vader van Peter, of zoon van Peters zuster Wick) en Ubele.
Nr Naam Zuster Partner Kinderen
12 (1442 november 17) Titardus carpentator Jeselick (zoon: Hermannus) Jeselicka zoon: Wibodus; dochters: Catrina (+?; dochter: Syka), Tjalla, Rimika (+?; zoon: Amelius; dochters: Anka, Katrina), Frouckia avunculus: dominus Dodo; soceri: Wibodus, Elgerus Almenum Erfgenamen: Wibodus, Tjalla, Frouckia. Catrina en Rimika zijn dus waarschijnlijk al overleden.
Ov. familie Woonplaats Commentaar Nr Naam Kinderen Woonplaats Commentaar
13 (1450 januari 17) Ritsche Jelmera dochters: Jouke, Jeltgie, Wytgie, Aensche, Hilleka (enige die nog niet is uitgeboedeld) Ameland 1. Geboren 1383, overleden 1450; trouwde eerst Tiemck N., later Ayl N. (UvB, f. 35v). 2. Erfgenamen: Remmeka, Kempa, Haye, Ayle en Elke, kinderen van vooroverleden zoon Sasker (UvB, f. 35v). Er was nog een (onechte?) zoon. Zie OFO II, nr 214 (1439): huwelijkse voorwaarden van Hannyka Ritzeka soen van Ameland en Thied Doekka dochter Hemmemma. 3. Over de afhandeling van de nalatenschappen van Ritsche en Sasker: OFO II, nr 216 (1450); IV, nr 14 (1452); III, nr 6 (1466); IV, nrs 40 (1473) en 42 (1474); I, nr 252 (1474); ARA, Archief Nassause Domeinraad, Hoofdarchief, inv. nr 10313.9 (1450).
Nr Naam Moeder Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
14 (1451 april 18) Site Kammingha Frouke Peter (+) zoons: Sicke, Rienick; dochters: Thiemck, Sacke Leeuwarden 1. Site Lausma; trouwde eerst Peter Camstra, bij wie Rienick, later Peter Camminga, bij wie de overige kinderen (UvB, f. 36r en 37r). 2. Zie ook het testament van haar tweede man Peter (nr 11).
Nr Naam Partner Kinderen
15 (1452 oktober 4) Bawck Hessel (+?; er worden missen besteld voor de zielen van Bawck zelf, haar kinderen en haar vader en moeder) 487
Woonplaats Commentaar
waarschijnlijk Nijland Erfgenamen: Ebela (x Ynne Bockes of Bocka Ynnes?) voor de ene helft, voor de andere helft Bawcks zusterlingen en de kinderen van Douwe Hiddema. Tot die kinderen horen mogelijk Epa Hiddama en Hidde (dochter: Jetcke x Hyn). Omdat de zusterlingen en de kinderen van Douwe Hiddema in één adem worden genoemd, is het aannemelijk dat Douwe een broer van Bawck was, dus dat zij behoorde tot de Nijlandse familie Hiddema. Douwe, getrouwd met Tyet Hoytema, noemde een dochter Bauck (UvB, f. 62r). Ook de andere goederen waarover Bawck beschikt, Wybenga en Gerlinga, lagen in Nijland (RvdA II, 343-344). Bij de uitvoering van het testament is een rol weggelegd voor Lolle Ockinga (x Hisse), mogelijk een verwant.
Nr Naam Partner Woonplaats Commentaar
16 (1455 oktober 9) Lutze Abbama (+) Campe Abbama (+) Huizum Lutze en Campe zijn vermoedelijk de ouders van Hessel, met wie de genealogie van de familie Abbema in Huizum begint (UvB, f. 32v).
Nr Naam Zuster Partners Kinderen
17 (1455 november 26) Feddricus Hummama bastaardzuster: Truyd (x Abba, heeft kinderen) NN (+); Eteka (moeder: Eteka) zoons bij Eteka; erfgenamen: omnes filios suos ac fi[....] (aan te vullen tot filiam of filias) Dronrijp Eteka was een dochter van Tiete Hettinga; haar broer Epo trouwde Feddricus’ zuster Jel (UvB, f. 48v-49r). Uit dit testament blijkt dat Eteka een dochter was uit Tietes tweede huwelijk, met Eteka Ockinga, niet uit zijn eerste met Tryn Bockema.
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Ov. familie Woonplaats Commentaar
488
18 (1456 januari 17) Gerland Hermanna grootvader: Tako Campstra Minnertsga 1. Dochter van Lolle Ockinga en Bauck N., trouwde Wibrand Hermana (UvB, f. 56r). Uit de naam van de grootvader blijkt dat haar moeder een Camstra was. Volgens Schotanus, Tablinum, 118 (1413 september 1) had Tako behalve twee echte zoons ook twe Petre, dat syne naturlike kinderen synt. 2. Erfgenamen gelijkelijk: Tytardus (x Anka; dochter: Katharina) en Eppo (x Ebela; zoon: Dodo), kinderen van Teda (+); Taco en Jella (x Laurentius; dochter: Katharina). Teda was volgens het niet overgeleverde testament van Bauck uit 1420 de dochter van Gerland en Wibrand (UvB, f. 56r). Gerland stelt executeurs aan voor het maken van een scheiding tussen Taco en Jella, haar opgedragen in het testament van de overleden Hobbo. In de gangbare Hermana-genealogieën zijn Taco en Jella beschouwd als kinderen van Gerland en Wibrand (UvB, f. 47av; SFA I, 199), maar omdat Gerland haar in dit testament gelijkstelt met haar kleinkinderen, is het aannemelijker dat een generatie moet worden tussengevoegd. Dit wordt bevestigd door EHD, 1427: Wibrand (+ 1427),
zoon van Hobbe Gerbranda en Katarina Wiarda, trouwde Sytz, enige dochter van Tzierck Hermana; kinderen: Douwe (x Bauck, enig kind van Pybe Tzymmingha te Oosterbierum), Hobbe (van hem stammen de Hermana’s af), Katarina (x Pybo Sickema te Herbaium; van hen stammen Sickema’s en Rinia’s af, vgl. nr 48). Volgens deze bron was Wibrand dus een Gerbranda, die zich Hermana noemde naar zijn eerste vrouw, en was Hobbo zijn zoon uit zijn eerste huwelijk. 3. Beelaerts van Blokland, ’Van Aylva’, kolom 31-32, suggereert op grond van hun voornamen dat Tytardus en Eppo Aylva’s zijn. Aan zijn betoog kan worden toegevoegd dat het opvallend is dat Epo Tiaerds zoen Aylva getrouwd was met een Ebel, en o.a. een zoon Douwe had (UvB, f. 32r). 4. Verdere familie, niet als zodanig aangeduid: Lollo Ockinga (x His; dochter: Katharina), zoon van Gerlands broer Epe (UvB, f. 56r); Upko in Hitzum (x Tetta), kleinzoon van Gerlands zuster Geel (PKAF 4, 19-21). Nr Naam Vader Partner Kinderen Woonplaats
19 (1456 juni 5) Wiba Thierxma Thierck? Bauke dochter: Ulke Broek
Nr Naam Woonplaats Commentaar
20 (1459 januari 12) Arnt van Suerhusum en zijn vrouw Hille Stiens of Leeuwarden 1. Arnt leefde nog 1476 januari 5 (OFO I, nr 265). Hij overleed vóór 1478 augustus 1, toen Hille fan Zwolle, saelighe Aernts fan Swrhusin naelaeten hwsfrouwe het Sint Jacobsgasthuis te Leeuwarden stichtte (OSA, nr 54). Uit dit laatste stuk blijkt dat Hille een broer Henrick had. 2. Verder genoemd: Herman van Suerhusen en Metta Leferts dochter. In OSA, nr 54 worden Arnts neven Loedwich en Harmen van Surhusin genoemd.
Nr Naam Broer Partner Woonplaats
21 (1459 januari 14) Jelle N.N. (erfgenaam) Reynck Wolsum
Nr Naam Vader Kinderen
22 (1465 april 21) Broer en zijn vrouw Yde van Broer: Tyark zoon Alle (geprofest in Anjum) en uitgeboedelde kinderen
Tnr Naam Broer Zuster Kinderen Ov. familie Woonplaats
23 (1465 mei 30) Romko Aynge N.N. (zoons: Fecko, Gayko) Bauke (geprofest tertiaris; in Fiswerd?) natuurlijke zoon: Feddo nicht: Tyamka (had huwelijkscontract met Haringus Woldens zaliger) wordt provenier in zusterklooster Fiswerd 489
Commentaar
Zie ook UvB, f. 51v: Tiemck Aynge, dochter van Halbet Aynge en Moed, trouwde Liwe Juckema (1472). Mogelijk was zij dezelfde als Romko’s nicht Tyamka, en was Halbet dus de niet met name genoemde broer.
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
24 (1466 mei 6) Doitia Albada Saep (in de marge: ’van Douma geslachte’) zoons: Rienck en Lieuwe; dochters: Syt en Hylck begrafenis in Sneek; land in Wieuwerd, Rauwerd en Abbingawier Zoon van Riurd Albada en Magdalena Sjaarda, woonachtig in Sloten (UvB, f. 33r). Saep is niet thuis te brengen in de genealogie Douma.
Nr Naam Kinderen Woonplaats
25 (1471 november 13) Wlck Wyghersma zoon: Rippert; dochters: Hilck, Thet (+; zoon: Jetke) Almenum
Nr Naam Partner Woonplaats
26 (1472 maart 12) Teeta Jellama Alle Haskerconvent (provenier)
Nr Naam Woonplaats
27 (1472 augustus 28) Fosse Aylycama Achtkarspelen (genoemd: Buitenpost, Lutkepost, Gerkesklooster, Vrouwenklooster) Relatie onduidelijk tot: Meynd Aylycama (= Meynt Aeltgema van nr 64?), Bror Aylycama, Yette Bynnama, Ment Ballama, Yelte, Yma, Onne, Remmie, Galtye, Wyger, Leeke.
Commentaar
Nr Naam Vader Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broer Partner Kinderen Woonplaats 490
28 (1472 november 11) Wattia Harinxma Bocka Sacka dochters: Sytg (non), Hilka, Wybrich; zoons: Pieter, Renick; dochter bij Ebel: Kathryn Sneek/Sloten 1. Zoon van Bocke Harinxma en Gaets Dekema; trouwde Saeck Camminga (UvB, f. 47r). Een huwelijk van Wattia en Ebel is niet bekend, dus misschien was Kathryn een buitenechtelijk kind. 2. In het notariële onderschrift is sprake van ’predictam dominam Wyttiam’. In het testament wordt echter geen Wyttia genoemd. Mogelijk wordt bedoeld Wyts Juwsma, vrouw van Wattia’s broer Juw (UvB, f. 47r). 3. Literatuur: Kater, ’Testament’. 29 (1472 december 31) Thiemk Holdinga N.N. (zoon: Thiard) Tiepka zoon: Botta (bastaarddochter: Renke); dochter: Dode (x Taka; dochter) Aalsum (bij Dokkum)
Commentaar
Thiemk Meckema noemde zich naar haar man Gabbe Holdinga (UvB, f. 49v en 55r). Kennelijk is zij na de dood van Gabbe hertrouwd met de verder niet bekende Tiepka.
Nr Naam Broer Kinderen
30 (1473 april 23) Yde Heringhe Douwe Syaerda (zoon: Sicke) zoons: Haya en Eelck (+?; is geen erfgenaam); dochter: N.N. (zoon: Sasker) ’fadir’ (schoonvader?): Aesghe Rauwerd 1. Dochter van Tiaerd Aylva en N. Juwsma (erfgename van Wpka Doyema; zie nr 10); trouwde eerst Eelck Heringa (bij wie Eelck), daarna Sasker Jelmera (bij wie Haya en Eelck). Zie UvB, f. 31v en 35v-36r, en Beelaerts van Blokland, ’Van Aylva’, kolom 16-17. 2. Ydes broer Douwe Aylva noemde zich naar zijn vrouw Eedwer Sjaarda (zie nr 77). Zie ook de testamenten van Ydes zoon Haya (nr 50) en haar schoonzoon Wiggle Camstra (nr 58).
Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader/moeder Partner Woonplaats
31 (1473 juni 11) Tyebke Fokel Fedde (+) genoemd: Haskerconvent, Langweer, Oldeboorn, Akkrum
Nr Naam Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
32 (1473 september 24) Katerina Peter Korwer (+) voogd: Ghisbert Ghisberts zon afkomstig uit Sneek (daar haar persona), gaat in convent Aalsum Over de afhandeling van de nalatenschap: RAF, Archief Klooster Aalsum, inv. nr 57 (1473 december 10): Agga Ubba zoen en Lisabet Jacobs dochter doen afstand van hun aanspraken.
Nr Naam Broer Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
33 (1475 maart 11) Harmannus Hopper Ghelmer Lamme Huynge (+) zoon: Harmen; natuurlijke zoon: Harmen Groningen De familie Hopper was afkomstig uit Staveren. Zie ook het testament van Lyuck, weduwe van Taede Hopper, zoon van Harmannus’ broer Tymen (nr 142; zie SFA I, 220).
Nr Naam Vader Broers Zuster Partner Kinderen Woonplaats
34 (1475 mei 25) Jarich Hotnya Epa Jacob, Anna, Wyba Hyla Swob dochter: Doed; zoons: Ju, Epa, Hera Nijland 491
Ov. familie Commentaar
Nr Naam Broers Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader Broer Zusters Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Moeder 492
voogden over kinderen: Douwa Zyaerda, Tyaerd Juuinga, Sicka Zyaerda, Eedwer Zyarda en Swob 1. Zoon van Foekel Hottinga en Epe a Kee; trouwde Swob Sjaarda (UvB, f. 50v). 2. Zie ook de testamenten van Swobs moeder Eedwer Sjaarda (nr 77), hun dochter Katryn (nrs 114, 123, 146) en hun schoonzoon Hessel Martena (x Both; nr 92). 35 (1476 mei 15) Jorert Andringha Tyard Garbrich mette: Idska; megen, sibben die erven: Tyard, Feyke (in A2 neef genoemd), Sigher, Douwe, Atte; overige megen: heer Hoitie en zijn twee zusters in Monnikebaijum Akkrum 1. Zoon van Hotteka (zegel nr 68). Zie verder: Andringa, 11-14. 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: OFO I, nrs 269 (1476 mei 30) en 270 (1476 juli 21); GA Nijefurd te Workum, Archief Klooster Mariënacker Workum, inv. nr 35 (1476 november 14). 36 (1476 september 16) Sicka Allart N.N. (+) Petryke vrijster: Hisse Ofka Dotinga dochter nichten: Petrike Claes dochter, Aeyle; meegh: Hauck; moei: Eedwer Zyaerda, Doede; onduidelijke relatie tot Wlbed Haya zoen, Reynu Wlbeds dochter, Sasse Wlbets Dronrijp of Franeker 1. Sicka’s vader Allart moet een broer zijn geweest van Eedwer en Sicke Sjaarda. Hun grootouders waren volgens de gangbare genealogieën (UvB, f. 60r; SFA I, 361) Goffe Sickes Sjaarda en Eedwer Gerbranda. Goffe was echter de naam van de tweede man van Eedwer, Goffe Tamminga, die zich Sjaarda ging noemen (bij voorbeeld Rechtsomgang Franekeradeel, p. 35). Haar eerste man was Allart Sjaarda (Sibrandus Leo’s abtenlevens, 57-58: Sicko Syarda, Allardi filius en: Eduardam, Sickonis matrem. Naar hem zal Sicka’s vader Allart zijn genoemd, evenals de in dit testament genoemde Allart Foppa zoen (een zoon of kleinzoon van Foppa, zoon van Eedwer Gerbranda en Goffe Tamminga). 2. De naam van Sicka’s moeder blijkt uit het kalendarium van Dronrijp (Schotanus, Tablinum, 21): 1476 september 18 overleed Sicco Alardi Oedsinga, die het testament van zijn moeder Engele Oedsinga (+ juni 7) bevestigde. Sicco en zijn broer Epo overleden zonder kinderen. 3. Sicka laat Oedsinga stins na aan Eedwer Sjaarda. In 1479 geven haar man Douwe en hun zoon Sicke deze als huwelijksmedegave aan haar kleindochter Katryn Hottinga (OFO IV, nr 52). 37 (1476 december 10) Grathie Kammynga Doede (x Haya)
Broers Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
Peer, Liuwa Waltya nouwa: Hidda; tantes: Tyemck (x Menna) en Sack (+; x Waltya; kinderen); twee nichten in Nijeklooster; twee nichten in Bethlehem. Leeuwarden 1. Dochter van Sicke Camminga en Doed Dokema (zie nr 57), die hertrouwde met Haye Heringa (zie nr 50); Grathie trouwde Peter Abbes Onsta, Epo Jankes Douma en Watze Abbes (UvB, f. 35v-36r). 2. De tantes Sack en Tyemck waren zusters van haar vader, getrouwd met resp. Waltya Harinxma (nr 28) en Menna Eminga (UvB, f. 35v-36r). Verder genoemd: wijlen Siuck. Haar vader had een broer Siuck, en ook haar grootvader van moederskant heette zo (zie nr 57). Waarschijnlijk is die bedoeld, en was de getuige Jw Sioeka zen haar oom.
Nr Naam Vader Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
38 (1478 augustus 13) Altger Houkama Douwe Yda nift: Anske; miegh: Epe (erfgenamen) Bolsward Is de patroon in Schillaard geld schuldig samen met Jan, mogelijk een broer (waren Anske en Epe zijn kinderen?). Altger overleed vóór 1484 maart 24 (GA Bolsward, Oud Stadsarchief, inv. nr 539).
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats
39 (1479 februari 3) Ghielt Harkynghe Yde dochter: Baucke ooms dochter: Yeske Oosterwierum
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
40 (1479 april 13) Schelta Lyauckama Tyetie dochter: Ebel; zoons: Schelte, Sicke, Epe, Wibe moer: Doed Hibbema Sexbierum 1. Zoon van Schelte Liauckema en Ebel Hibbema (SFA I, 246); trouwde Tyetie van Nyenhuys (zie nr 74). 2. Wibe krijgt het deel van Hibbema goed dat hem is nagelaten door wijlen Wibe Hibbema, Ebels vader. Doed Hibbema (zuster van Wibe of Ebel?) heeft Wibe ook haar deel toegezegd. 3. Zie ook de testamenten van Schelta’s zoons Epo (nr 138) en Schelta (nr 65) en diens vrouw Lutthie Harinxma (nrs 116-119). Volgens het testament van Epo was Ebel onecht kind. 4. Onduidelijk is de relatie tot Tzaling en Andla, aan wie Schelta zijn aandeel in de renten en landen in Dirck Smitsme goed nalaat, mits zij hun moer met rust laten en verder geen aanspraak maken op de nalatenschap van Doed Hibbema. De naam Andla komt later voor bij de familie Latsma te Sexbierum, die blijkens de testamenten van Schelta Andla Latsma (nrs 193, 206, 207) een nauwe maar schimmige relatie had met de Liauckema’s. 493
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
41 (1480 februari 13) Gerryt van Belcum Wyttie zoon: Pytter; nog vier andere kinderen ’swager’: Symen Leeuwarden 1. Legaat aan kinderen van overleden Willem, wellicht een zoon. 2. Gerryts dochter Lieuwkie trouwde Jacob Canter (zie Roarda, ’Canter’, 67).
Nr Naam Vader Broers Zuster Partner Kinderen Ov. familie
42 (1481 maart 29) Aeda Jonghama Keympa broer: Eeda; halfbroers van vaders kant: Hessel, Aggha, Hetto Ansck (Nijeklooster) Hacke natuurlijke zoon: Johan matta: Mynno Eeda zoen; nichten: Teete Wiba lya, Wyttia, Lwttie; zusterling: Lwttye Feykis (zoon: Bocke) Rauwerd 1. Zoon van Keympa Jongema en Ansck. Kempo hertrouwde Jel Harinxma. Aeda trouwde Hac Eysinga. (UvB, f. 52r). 2. De zusterling moet Luts Feykis Oenema zijn, vrouw van Feyke Bockes Harinxma. Zij hadden inderdaad een zoon Bocke. Aeda legateert een en ander aan Feyke Oenema, vader van Luts (of haar man, in dat geval door Aeda genoemd naar haar familie). De precieze betekenis van ’zusterling’ is in dit geval onduidelijk. Luts had een zuster Ansck, mogelijk de moeder van Aeda. Weliswaar was Ansck volgens UvB, f. 41v een kloosterlinge, maar dat lijkt op een vergissing te berusten. Verder was Luts een zuster van Jel Harinxma, de tweede vrouw van Aeda’s vader Keympa. 3. Aeda’s halfbroers krijgen Geynsera gued in Wommels. Zie verder de aantekeningen bij de testamenten van Foekel en Laes Jongema (nrs 86 en 165). 4. Zie ook de testamenten van Aeda’s broer Eeda (nr 126) en diens zoon Aeda (nr 127). Mogelijk is de in dit testament vermelde Mynno Eeda zoen, Aeda’s matta, later ook Aeda genoemd.
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broers Zusters Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
494
43 (1483 oktober 29) Jeppa Jeppama Feye, Oentge, Gerit Bottie, Ulke; zusterszoon: Saling Luttge moeien in Bethlehem; aparte legaten aan zuster Ethie (Bethlehem?), zuster Saepke (Foswerd) Westernijkerk 1. Jeppa’s moeder was Frouck Helbada, die na het overlijden van Jeppa’s vader hertrouwde met Ernst Unema, bij wie Feye, Oentge, Gerit en Ulke (UvB, f. 63r; Bottie ontbreekt daar). Als vader van zijn zuster Ansck (x Sids Botnia; zoon: Tjalling, waarschijnlijk de genoemde zusterszoon) wordt tezelfder plaatse Jeppa senior vermeld, die dus tevens vader van Jeppa kan zijn. Elders heet Jeppa een zoon van Jackle
Jeppama (+ 1411 september 2), maar gezien diens sterfjaar kan deze ook zijn grootvader zijn geweest (EHD, 1411). Jeppa trouwde Luts Jelgers Feitsma (UvB, f. 63r). 2. Inkomende renten worden opgebeurd door dreyerhanda, als Gaucke Feyckema, Tierck Stennertsma und Wopke kinder. Het is onduidelijk op wie dit betrekking heeft. 3. Het testament is overgeleverd in een procesdossier betreffende een twist tussen Sibt Unema (zoon van Feye; UvB, f. 63r) en Salingk Sitze (zoon van Ansck en Sids Botnia). Nr Naam Vader Moeder Broers Zusters Woonplaats Commentaar Nr Naam Vader Broer Zuster Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Ov. familie Woonplaats
44 (1483 december 20) Yde Harinxma Bocka (+) Gautke (+) Watkie (+; zoons: Peter, Renyk; dochters: Hylke, Kathrine, Sythe (non)), Feykie (+; zoon: Bocke; dochter: Katherine), Juu (+; dochter: Lwtke); bastaardbroer: Johannes Hysse (non), Jelle (+; zoons: Hessel, Agghe, Hette; dochter: Anske (non)); bastaardzuster: Lysbeth Sneek Dochter van Bocka Harinxma en Gautke Dekema, ongehuwd (UvB, f. 47r). 45 (1484 juni 29) Tyemck Wibren Boulsme (+) Bauke N.N. (zoon: Wibren, erfgenaam) Gerbith oom: Yfka; nichten in klooster Bethlehem: Meensche, Remet, Ayl; familie van Gerbith: zuster in klooster Weerd, zusters dochters (ook in Weerd?) Leeuwarden 1. Wibren Boulsma was gehuwd met Imck Hemmema, die in 1475 kinderloos zou zijn overleden (UvB, f. 47av). Tyemck trouwde Gerbith Mennama (OFO I, nr 455; 1502 januari 21), die overleed vóór 1505 maart 29 (OFO I, nr 499: Aedzert Lyuwa zoen Mennama en zijn broers Tzalingh en Gerbeth noemen wijlen Gherbet Mennama hun oom). 2. De neef Wibren heeft waarschijnlijk de naam van zijn grootvader aangenomen, en maakte in 1514, 1516 en 1519 deel uit van het Leeuwarder stadsbestuur (Schuur, ’Peilingen’, 56).
Commentaar
46 (1484 juli 31) Baucke grootvader: scipper Ona. (opgemaakt in klooster Workum, waaraan zij ook de helft van haar goederen schenkt) In dorso: ’Bauke Sierkes brief’ en (doorgehaald): ’Bauke Wabbes brief’.
Nr Naam Broers
47 (1484 september 23) magister Bocko Remcko, Gerbodus (waarschijnlijk +; zoons) 495
Zuster Ov. familie Woonplaats Commentaar
Syoucka nicht: Roncko, dochter van Gerardus en Volke; neef: Bucho Warga Zoon van Ferricus Folcarts Aytta en Sydtz Bocho dochter de Hemrichem; prebendaris in Wirdum (Genealogia Ayttana, 257; SFA I, 15).
Nr Naam Vader Moeder Zuster Partner Kinderen
48 (1484 december 4) Lysck Doekema Pyba Kathryn Syttye Docka (+) zoons: heer Wke, Haya, Hobba, Harynk (jongste zoon), Pyba (+; kinderen), Douwa (+; kinderen); dochters: Ymck (jongste dochter), Bauck, Teedt, Hys, Syttya (non?) Blessum Dochter van Pyba Sickema en Kathryn (UvB, f. 57r). Kathryn was een dochter van Wibrand Gerbranda en Sytz Hermana (EHD, 1427; vgl. nr 18). Lysck trouwde Doeke Rinia (+ 1478 februari 2; zie GFL IV, 36-37: Blessum, G45).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broer Zusters Partner Woonplaats Commentaar
49 (1485 juli 13) Doed (+) Tyaerd twee Hantya Heringha Ballum op Ameland Hantya was een bastaardzoon van Haya Camminga (zie nr 50).
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
50 (1486 maart 9) Haya Kammingha (+) Doed Kammingha zoon: Peter; dochter: Syoeck; natuurlijke zoon: Hanthia Leeuwarden (aulderman) 1. Zoon van Sasker Jelmera en Yde Aylva (nr 30), weduwe van Eelck Heringa; trouwde Doed Dokema (nr 57), weduwe van Sicke Camminga (UvB, f. 35v). 2. Zie ook het testament van Doed, de vrouw van Hanthia (nr 49).
Nr Naam Broer Zuster Partners Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
51 (1474-1488) Jouka Tirdema N.N. (dochter Doed in Bethlehem) N.N. (dochter in klooster Gernaard of Nazareth onder Hallum) Wrp (+; begraven in Rinsumageest), Gabba Jerla dochters: Kynsche, Auka van Gabba: Doda Jarla (twee dochters in Sion; zuster: Auke) Wetsens 1. Dochter van Sitse Martena en Jel Harinxma (UvB, f. 54r), trouwde Worp Tjaarda (vandaar de dorsale aantekening: Jouck Tyaerda), later Gabba Jarla. Zij zou ook getrouwd zijn geweest met Ede Hessels Jongema (UvB, f. 52r; vgl. SFA I, 99 en 268). Dit is echter onwaar-
496
schijnlijk, omdat hij haar halfbroer was van moeders kant. Of was Jouck misschien een dochter van Sitse Martena uit zijn eerste huwelijk met Hilck Camstra? 2. Zie ook het testament van Gabba’s broer Menno (nr 54). 3. Onduidelijk is de relatie tot de dochter van Kempa (in klooster Bethlehem). Mogelijk Ansck, dochter van Kempa Jongema (UvB, f. 52r). Nr Naam Partner(s) Kinderen Woonplaats Commentaar
52 (1491 maart 25) Ansck Himstera Sippe (+) zoons: Feye, Reenck, Syds; dochters (waarschijnlijk +; kinderen) Morra Volgens UvB mogelijk een dochter van Feio of Poppo Heemstra. Trouwde Sippe Sids zoen Tjaarda, die zich Heemstra ging noemen. Zij zouden in 1484 samen een testament hebben gemaakt (UvB, f. 61r en 46r).
Nr Naam Vader Broer Zusters
53 (1493 januari 17) Allert Claes heer Willem (+) Lysbeth (x Jan), Ghertruut (x Gherrit), Katherina (x Reyner), alle woonachtig in Sneek; één van hen heeft zoon Jacob schoenmaker Wendelmoet meech: heer Johannes (Oegeklooster?) Leeuwarden Over de testateur (+ uiterlijk 1505): Schroor, ’Leeuwarder burgers’, nr 87. Over het legaat aan de armen verder: OFO I, nr 540 (1508).
Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar Nr Naam Broer Zusters Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Kinderen Woonplaats Commentaar
54 (1494 juli 18) Menno Jarla Gabba (+; zoon: Suiwart; dochter: Lyns) twee (Sion) dochters: Riska (Sion), Rixt, Gabke; zoons: Botto, Emko; ’spoelkint’ bij huisvrouw Griet: Sibet nicht: Heelka (Sion) Wetsens 1. Voogden over de kinderen: Sibet Scheltama, Pibo Ropte, Tjaerd Narle. 2. Zie ook het testament van Jouka, vrouw van Menno’s broer Gabba (nr 51). 55 (1496 januari 8) Wipcke Tyercksma dochters: Janke, Eedwert, Hiss (+; zoon: Tyerck) Franeker, afkomstig uit Bolsward 1. Getrouwd met Tyerck her Johannes zoen (OFO IV, nr 27: Peer her Johannes zoen noemt de kinderen van Wypke Tyarkis wedue myns boeders kynderen). Tyerck wordt voor het laatst vermeld 1455 januari 29 (OFO IV, nr 19). Hij overleed vóór 1462 april 4, als sprake is van Wypke Tyerkis weduwe (OFO IV, nr 25). Zie voor verdere familieleden: Bunskoeke, Inventaris, IX. 497
2. Verder genoemd: Douwa en Hera, echtgenoten van Janke en Eedwert (nrs 91 en 66). Onduidelijk is de relatie tot Foppa Broers zoon en zijn dochter Hisse. Wipcke meldt dat zij hem geld leende toen zij die comenscap overgaf. Mogelijk was hij haar tweede man. Foppa is getuige bij het testament van Wipckes schoonzoon Hera (nr 66). Nr Naam Vader Zuster Partner Woonplaats Commentaar
56 (1496 januari 28) Janke Sappe N.N. (Walle?) Tathie omgeving Haskerconvent Getuigen: ’Ate Lyepes zoen in Haskerdyken, Ebeke, Wybe, Symer ende Janke suster, Walle, ende meer goede mannen’. De formulering is nogal cryptisch, maar mogelijk is de naam van de zuster Walle.
Nr Naam Partners Kinderen
57 (1499 maart 22) Dode Kamingha Sicka (+), Haye (+) dochter: Syouck (zoons: Watthia, Wythia); zoon: Pieter (dochter: Graetthie; zoons: Sicke en Wythia) ’myegh’ in Gerkesklooster; nichten in Sion Leeuwarden 1. Dochter van Siuck Dokema en Siouck Juwsma; trouwde eerst Sicke Camminga, daarna Haye Jelmera alias Heringa, die zich Camminga ging noemen (zie nr 50); uit het eerste huwelijk een dochter Grathie (zie nr 37), uit het tweede Pieter (zie nr 98) en Syouck (UvB, f. 35v; vgl. f. 36r). 2. Over de afhandeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Familie Van Camminga, inv. nr 37 (1528-1529).
Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
58 (1499 april 14) Wiggle Campstra Eelck (+); Doed zoon: Sasker; dochters: Auck, Gauthie Oosterwierum Zoon van Rienck Camstra en N.N.; trouwde Eelck Heringa, bij wie Sasker (zie nr 80, en het testament van zijn tweede vrouw Tyets Jousma, nr 104), en Doed N., bij wie Auck. Uit dit testament blijkt dat de volgorde van de beide echtgenotes anders is dan wordt aangenomen (UvB, f. 37r, SFA I, 79), en dat er nog een dochter Gauthie is geweest.
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
59 (1499 mei 2) Gheryt Midler Ethye (+) zoon: Jan (Klaarkamp?); dochter: N.N. (+; kinderen) neef: Halbet (mogelijk neef van getuige Yarych) Leeuwarden (kerkvoogd Sint Vitus) Van het derde deel van de nalatenschap dat naar Klaarkamp gaat, krijgt Jan (de zoon?) vier enkelgulden per jaar boven kost en kleding, en Deuke een huis. Hun relatie tot Klaarkamp is hier onduidelijk. Zie echter GPCV II, 550-551: Gheryts zoon Johannes draagt zijn erfdeel over aan het klooster Klaarkamp, waar hij donaat is (1528).
498
Nr Naam Vader Broer Ov. familie Woonplaats
60 (1499 september 14) heer Foppo Aepka Alle (dochter: Yde of Ytie (x Robyn?); kleinkinderen) zwager: Robyn (man van Ytie?) klooster Aalsum (biechtvader)
Nr Naam Broer Zuster Partner Kinderen
61 (1501 april 3) Sibbel Sibbetzme heer Jelle (+) Tyesck (non) Sibbeth (+) zoons: Sibbren, Frans (+); dochters: Teet (+; getrouwd), Kathryn (+; getrouwd); kleinkinderen: Gryd, Auck, Wolter (waarschijnlijk van de dochters, want Sibbren moet compensatie krijgen als de kleinkinderen meer eisen) moer: Anske; veel kleine legaten aan niet nader aangeduide verwanten Leeuwarden 1. Dochter van Sybrant Peters Auckema (OFO I, nr 410). Als haar moeder wordt gewoonlijk genoemd Auck Siercks dochter Donia (SFA I, 28). Dit gegeven lijkt terug te gaan op Suffridus Petrus (De scriptoribus, dec. IX, 1). Volgens andere bronnen heette haar moeder Auck Douwama (RAF, Archief Familie Van Beyma thoe Kingma, inv. nr 628; OFO I, nr 91). 2. Trouwde Sibit Jacobs zoen, die overleed vóór 1488 november 10 (OFO I, nr 363: Sibbel, zalige Sibit Jacop senss weduwe, kwiteert haar broer Johan voor de uitvoering van het testament van hun vader). 3. De herhaaldelijk genoemde Peter Johan zoen is een zoon van Sibbels broer Johan Sybrants. Ook zijn kinderen Peter en Auck worden vermeld, zonder dat de relatie tot de testatrice wordt geëxpliciteerd (SFA I, 28; Schroor, ’Leeuwarder burgers’, nrs 80, 216, 281). 3. Zie ook Sibbels gewijzigde testament (nr 72), en de testamenten van haar neef Peter (nrs 134, 136), haar nichten Anscke (nr 70) en Teeth (nr 156), en haar kleindochter Auck (nr 137).
Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broer Zuster Partner(s) Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
62 (1501 oktober 28) Kathryn Harinxma Bocka (+) Yde N.N. (+); Lou (zuster: Eelk) drie, ’van beyde bedden’; dochter: Luthye (voogden: Jw Dekama, Eedwer Zyaerda); voogden van andere kinderen: Low, meyster Hetto, Jw Dekama, Hessel Martna moeien: Hisse (Nijeklooster), Anska (Foswerd), Lysbeth (Groendijk); nicht: Syth (Nijeklooster); moer: Eedwer Sneek 1. Dochter van Feike Harinxma en Luts Oenema; trouwde eerst Tjaard Sjaarda, daarna Lou Donia, zoon van Peter Ockinga (UvB, f. 47r). 2. Niet uitgewerkt is de relatie tot Swobbe Jarichs (zuster van haar eerste man Tjaard Sjaarda) en Katryn Jw Dekama wyf (dochter van Swob en Jarich). Zie UvB, f. 60r. 3. Volgens UvB f. 47r had Kathryn alleen een broer Bocka. Dat er drie 499
kinderen waren, blijkt uit de wens van Kathryn dat de voogden voor een derde deel de uitvoering van haar moeders testament betalen. SFA I, 150 noemt in plaats van Yde een zuster Hylck. 4. Over de afwikkeling van de nalatenschap: OFO I, nrs 473 (1503) en 492 (1505). Nr Naam Broer Zuster Woonplaats
63 (1501 november 26) heer Tzalling Tialcke (zoon: Tiaerd; dochter: Bauck) N.N. (dochter: Rints) Marssum (prebendaris)
Nr Naam Partners Kinderen
64 (1503 juni 23) Meynt Aeltgema Eelke (+; uitgeboedeld door grote Gayke); Sytge zoons (uit eerste huwelijk): heer Watte (Gerkesklooster), Myaent (kinderen), Buwe omgeving Gerkesklooster (Buitenpost?) 1. Vermoedelijk dezelfde als Meynd Aylycama, zoon van Fosse Aylycama (zie nr 27). 2. Buwe wordt in dit stuk niet expliciet zoon genoemd. Wel wordt gezegd dat Watte evenveel krijgt als Buwe heeft ontvangen, en wordt aan Myaent een derde deel van het huis nagelaten. Er zullen dus drie kinderen zijn geweest. Dit wordt bevestigd door een oorkonde van 1509 (GPCV II, 263: Bouwe Meynt Alckema zoen). Zie verder over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Klooster Gerkesklooster, inv. nr 50 (1509 en 1524).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broer Kinderen Woonplaats Commentaar
65 (1503 oktober 3) Schelte Lyawkeme Epe zoon: Sicke; dochter: Trynke Sneek (afkomstig uit Sexbierum) 1. Zoon van Schelte Liauckema (nr 40) en Tyethye van Nyenhuys (nr 74); trouwde Lutthye Harinxma (nrs 116-119), weduwe van Sicke Sjaarda. 2. Tot voogden over de kinderen worden aangesteld: broer Epe (diens testament: nr 138), de pastoor van Oosterbierum, Goslick Juwinga en Hero Ockinga. De laatste twee waren familie van Lutthye. Goslick was de zoon van haar moeder Wyts Juwsma uit haar tweede huwelijk met Tjaard Juwinga. Hero Ockinga was een zwager van Tjaard, getrouwd met diens zuster Rixt.
Nr Naam Vader Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
66 (1504 mei [2]3) Hera Jelbit Eedwer dochter: Hid (in dorso: Hid Nanne weduwe) Bolsward 1. Zoon van Jelbit Herama (OFO IV, nrs 23 en 24); trouwde Eedwer, dochter van Wipcke Tyercksma (nr 55). 2. Niet uitgewerkt is de relatie tot Douwa Fedda zoen (getrouwd met
500
Eedwers zuster Jancke; zie nr 91) en Tiaerd Wyba zoen, die met prebendaris heer Allert wordt aangesteld tot voogd over Hid. 3. Zie ook het testament en codicil van Hids echtgenoot Nanne Reyn zoen (nrs 204, 205). Nr Naam Zuster Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
67 (1505 januari 10) Frouck Lyoets (zoons: Oeds en Sicka) Oeds zoon: Sywrd Huizum Wil in gebed zijn samen met Aesga (haar vader?).
Nr Naam Vader Partner Kinderen
68 (1505 januari 14) Idze Jathye N.N. (waarschijnlijk +) dochter: Jelle (in klooster Workum?); zonen: Alle (natuurlijke zoon) en Harmen (waarschijnlijk +; geen erfdeel of legaat) Oudega in Noordwolde 1. Voogden over Alle: heer Melius, Jaithye Broka syn, Peer Reinthe soen. 2. Over de woonplaats is verwarring mogelijk. Het testament wordt opgemaakt in den Nortwould in dat Holdegae capla, dus in Oudega in Noordwolde. Het patrocinium van deze kerk volgt uit het gegeven dat Idze Sint Johannes zijn patroon noemt. Verder legateert hij aan Sunte Martens kerke op Oldegae dick een jaar rente uit land in dy Bant. De Band lag onder Oudega in Wymbritseradeel, welks kerk inderdaad aan Martinus was gewijd. In Verhoeven, ’Kerkpatrocinia’, 94 wordt deze passage ten onrechte betrokken op Oudega in Noordwolde. 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Nijefurd te Workum, Archief Klooster Mariënacker Workum, inv. nr 22: Gatthya en Jathya Teta zonen in Kolderwolde kopen het land dat door hun oom Hydze aan zuster Jelle was nagelaten (1505).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broer Woonplaats
69 (1505 april 6) Ricke toe Dorp Tamme Kollum
Nr Naam Vader Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
70 (1505 april 12) Anscke Johan Sybrands zoen Haytie Atta zoen (mogelijk nog niet getrouwd) zoon: Frans (heeft zij laten ’echt maken’) grootmoeder: Tietie Beentiama. Leeuwarden, van plan in Sint Annaklooster te gaan 1. Dochter van Johan Auckema en Auck Oengha (SFA I, 28). Zij wordt in het tweede testament van haar tante Sibbel (nr 72) sister Ansck genoemd, en is dus inderdaad ingetreden. 2. Zie ook de testamenten van haar broer Peter (nrs 134 en 136) en haar zuster Tiedt (nr 156). 501
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats
71 (1505 mei 26) Fed Hendrick (+) zoon: Sibren (+) nichten: Auck, Sibrich, Joy, Bau, Bets (erfgenamen) Bolsward
Nr Naam Zuster Partner Kinderen
72 (1506 september 13) Sibbel Barber (in klooster Foswerd; waarschijnlijk kloosternaam van Tyesck) Sybet (+) zoon: Sybren (meester; x Greet); dochters: Teeth (+), Kathryn (+); kleinkinderen: Auck, Wolter (waarschijnlijk van de dochters, want Sybren moet compensatie krijgen als de kleinkinderen meer eisen) moer: Ansck Leeuwarden 1. Zie de aantekeningen bij het eerste testament (nr 61). 2. Niet uitgewerkt wordt de relatie tot Johan Sybren zoen (haar broer), zijn zoon Peter (nrs 134 en 136) en zijn dochters zuster Ansck (nr 70) en Teeth (nr 156). Tussen deze kinderen van Johan staat Sibbel Jaythies, die niet is thuis te brengen, of zij zou dezelfde moeten zijn als Sibbel Jacobs (zie nr 152).
Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader Broers Zuster Kinderen Ov. familie Woonplaats
73 (1506 november 12) heer Mathias Dirck Franck (zoon: Low; mogelijk ook Henrick Franck zoen), Gorys (+; kinderen) Truyde (+) dochter: Jeske (in klooster Nazareth bij Idsega, nog niet geprofest) broers dochter: Bauck; zwager: Feythe; neven: heer Derck (pastoor Irnsum), Peter omgeving convent Aalsum (wil daar worden begraven)
Nr Naam Vader Kinderen Woonplaats Commentaar
74 (1507 januari 22) Tyethye van Nyenhuys Sicke zoons: Epe, Schelte (+; zoon: Sicke; dochter: Trynke) Wijnaldum 1. Dochter van Sicke van Nyenhuys en Tryn Aylva; trouwde Schelte Liauckema (UvB, f. 53v). 2. Getuige en executeur: Sicka Faersma, mogelijk een verwant. 3. Zie ook de testamenten van haar man Schelte (nr 40), hun zoons Epo (138) en Schelte (nr 65), en van Scheltes vrouw Lutthye Harinxma (nrs 116-119).
Nr Naam Zuster Ov. familie
75 (1508 juli 9) heer Goffa Tryn (in klooster Tzummarum) mieghen: heer Douwe Pybe zoen (Dronrijp), Sybren Douwe zoen (klooster Anjum); nicht (in klooster Tzummarum) Oosterend (persona aldaar)
Woonplaats 502
Commentaar
1. Wil begrafenis bij heer Goslick Donga (Donia), mogelijk verwant. Rente gelegateerd aan heer Elingh, zijn broers en de kinderen van zijn moeitie (onduidelijk is op wie ’zijn’ slaat: Goffa of Elingh). De naam Eling komt later voor bij de Donia’s van Oosterend: Sirck Sircks zoen hertrouwde na het overlijden van Siouck Douma met His Elinx plebeam, bij wie hij een zoon Eling had (UvB, f. 47ar; SFA I, 158-159). 2. Onder de getuigen: Bauck Douwa dochter ende Bauck Harings dochteren, susteren van Tiedmarum ende vant Sint Anne claester. De eerste is waarschijnlijk de eerder genoemde nicht. 3. Zie ook het testament van zijn miegh heer Douwe Pybe zoen (nr 81).
Nr Naam Ov. familie Woonplaats Commentaar
76 (1509 februari 14) Waell Buttima zusterlingen en hun kinderen (geen namen) Molkwerum Mogelijke verwanten: Syttia Alberts zoen, Syttia Scheltes, Jeska.
Nr Naam Moeder Kinderen
77 (1510 mei 27) Edwar Zyarda But Tzyaerda dochter: Suob (weduwe van Jarich Hottingha); zoon: Tyaerd (+; dochter: Lutke x Gherrold a Hereem) twee nichten (dochters van Here, in klooster Staveren) Franeker 1. Dochter van Sicke Sjaarda en Bot Hobbema; trouwde Douwe Aylva (+ 1481), die zich Sjaarda ging noemen (UvB, f. 60r). 2. Niet uitgewerkt is de relatie tot maester Jw (zoon van Swob en Jarich; zoons: o.a. Sicka, twee dochters); Here (zoon van Swob; zoon: Jarich, die dochter Frouck heeft in Nijland); Ju Dekema (getrouwd met Swobs dochter Katryn: zie nrs 114, 123, 146; zoons: Jarich, Sicka); Fokel Hette Dekema wyf (Hette was zoon van Ju en Katryn, volgens UvB, f. 38r x Reinsck Camstra, maar misschien eerder met Fokel).
Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partners Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Woonplaats Commentaar
78 (1510 juli 19) Yettie Gerryt (+); [Jan] Rypperts (+; zoon, niet bij Yettie; Johan?) zoon: Wibe Gerryts (zoon: Wincentius) neef: heer Sybet (priester in Boxum); drie nichten (in kloosters Aalsum, Groendijk, Smalle Ee) Leeuwarden In de aanhef Yettie Rypperts genoemd, in dorso Yetthye Jan Rypperts soen. Haar eerste man was Gerryt Jelgerhuis (Feenstra, ’Het geslacht Jelgerhuis’, 26). 79 (uiterlijk 1510 augustus 23) heer Jelmar Sneek 1. De hier genoemde Goedsfreent Gosselix zoen vermeldt in het testament dat hij zelf in 1523 maakte met zijn vrouw Hylck heer Jelmer, ons oem saliger gedachten (nr 102). 2. Over heer Jelmer en zijn zoon Siba: Snitser recesboeken, 496 (1490 december 17) en 1418 (1493 maart 20). 503
3. GPCV II, 295 (1512): kwitantie Oegeklooster voor ontvangst legaat van vier koeien en kwijtschelding schuld 50 philipsgulden, in ruil waarvoor Jelmer, in leven pastoor van Nijland, met zijn zusters en zijn wrenden in de eeuwige bede worden gehouden. Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
80 (1510 oktober 21) Sasker Heeryngha Tyets zoons: Eelck, Haring (jongste zoon), Abba (oudste zoon); dochters: Hys (waarschijnlijk +; kinderen erven in haar plaats), Doed, Ysck Marsum Zoon van Wiggle Camstra (nr 58) en Eelck Heringa; trouwde eerst His Dekema, bij wie Abba en Hys, daarna Tyets Jousma (nr 104), bij wie de andere kinderen (UvB, f. 37r).
Nr Naam Vader Broer Zuster Ov. familie Woonplaats Commentaar
81 (1511 februari 13) heer Douwa Pibe Otte cuper te Bolsward NN (zoon: Pibe) miegen: meester Piba, pastoor in Dronrijp; Hans Dronrijp (priester) 1. Volgens het kalendarium van Dronrijp was hij heer Douuo Pibonis Humminga, overleden 1512 februari 17 (Schotanus, ’Tablinum’, 20). Is niet thuis te brengen in de bekende genealogieën van de Dronrijpse familie Hommema. Moet verwant zijn geweest aan de families Sickema (al myn frionden zielen dier stuern syn toe Herbayum van Sickama staeten) en Gerbranda (Dowa Gerbranda op Sickema state wordt patroon van het in Herbaijum gestichte jongerschip; heeft broers Johan en Rienck). Verdere verwanten waarschijnlijk de executeurs-testamentair en patronen van de in Dronrijp gestichte prebende: Hobba Hermana te Minnertsga, Dowa Riencks zoen (Glins) op Hobbema state te Dronrijp, Rienk Wiba zoen (Popma) op Flaeringe state te Menaldum (zie ook BB, 333-334). 2. Was mieg van heer Goffa (nr 75), en samen met hem getuige en zegelaar bij het testament van Lysck Pybe dochter Sickema, vrouw van Doeke Rinia (nr 48), die Sickema goed in Herbaijum naliet aan de kinderen van haar zoon Douwe. Heer Douwe voerde het wapen Rinia (zegel nr 23). 3. Douwa’s broer Otte was getrouwd met Diemoet, in 1550 vermeld als weduwe (nr 210).
Nr Naam Vader Moeder Partners Kinderen
82 (1511 maart 23) Goffe Abbinghe Douwe (+) Remed (+) Doed (+); Katherin (+) bij Doed: zoon Gosse, dochter Remeed (x Pyer); bij Katherin: zoon Douwe, dochter Teth; buiten huwelijk, bij Rynthie Hans dochter: zoons Dowe en Take meeg: Riscka Juckema Stiens
Ov. familie Woonplaats 504
Commentaar
1. Zoon van Douwe Aebinga en Remed; volgens andere bronnen was zijn moeder Site Eminga. Trouwde eerst Doed Oedsma, later Katherin Gratinga (UvB, f. 30v). Op het testament volgt een akte waaruit blijkt dat er twist is geweest tussen Rynthie Hans dochter en haar kinderen enerzijds, en Gossa, Remeed en Sicka Gratinga (vanwege de kinderen van wijlen Katherin) anderzijds. 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Familie Van Sminia, inv. nrs 1748-1751 (1511-1524).
Nr Naam Vader Broer Kinderen Woonplaats Commentaar
83 (1511 juli 4) Goyka Douwe Tyerdt zes; jongste zoon: Reinner Molkwerum Onduidelijk is de relatie tot Syba, in één adem genoemd met Reinner. Mogelijk is Syba een andere zoon, of de vrouw van Reinner.
Nr Naam Vader Ov. familie
84 (1511 oktober 16) Henrick en zijn vrouw Katryn van Henrick: Nanne; van Katryn: Epe van Henrick: moyen Aeff, Yds; nicht: Lysbet (Oegeklooster); van Katryn: moyen Both (+?), Gryet; zusterlingen Bolsward 1. De testateurs verklaren dat zij geen erven en hebben dan alleen sydlinge. 2. Zie ook Henricks uit 1524 (nr 106). 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap van Katryn: OFO IV, nr 229 (1518), kwitantie van meester Jan Cornelis zoen, Symon Powels zoen, Rypprich Powels dochter en Tryn Thomis dochter. Uit de bij nr 106 aangehaalde stukken blijkt dat Symon en Rypprich zusterlingen van Katryn waren.
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats
85 (1514 februari 22) Attha Fecka (+) Beyts, Bauck zwager: Syba; snaren: Bauck, Merkewa, Beyts Molkwerum
Nr Naam Vader Moeder
86 (1514 juli 6) Foekel Jongama Agga (+) NN (+; van harentwegen is Scelte Anla te Sexbierum Foekel geld schuldig) Laws Doed oom: Eda Jongema gaat in klooster Nazareth bij Idsega Foekel ontbreekt in de gangbare genealogieën Jongema, of wordt aldaar Jel genoemd (UvB, f. 52r; SFA I, 233). Haar broer Laes (nr 165) wordt daar voorgesteld als zoon van Foekel Laes dochter Oedsma en Aggo Eda
Broer Zuster Ov. familie Woonplaats Commentaar
505
zoen Jongema. De vermelding van een oom Eda geeft echter aan dat de vader van Laes en Foekel Aggo Kempo zoen Jongema moet zijn, die immers een (half)broer Eda had. Deze Eda noemt in zijn testament van 1531 (nr 126) Aggo’s dochter in Nazareth zijn nicht. Hiermee moet Foekel zijn bedoeld. Zie ook nr 42 (1481): de halfbroers van Aeda Kempo zoen (onder wie Aggo) krijgen Geynsera gued, dat later in het bezit was van Laes. Nr Naam Broer Zusters Woonplaats
87 (1514 juli 17) Gabbo Riptema Sypke (Gerkesklooster) Frouck en Oede (beide in klooster Sion) Dokkum?
Nr Naam Vader Broers Woonplaats
88 (1515 mei 17) Jan Meynert Hermen, Reyner Huizum
Nr Naam Woonplaats Commentaar
89 (1515 oktober 13) juffer Joest gaat in klooster Aalsum 1. Volgens de akte waarbij Joest wordt opgenomen in klooster Aalsum heette haar vader Willem. Zij blijft ondanks haar intrede ook actief buiten het klooster. Zij komt nog voor in GA Leeuwarden, Oud Stadsarchief, inv. nr L 36 (1529 juni 2: joffer Joost oft Joost lynnennayster koopt twee kamers in de Speelmanstraat; 1530 juni 14: joffer Joost, wonende by der predyckers cloester koopt een huis in de Speelmanstraat). Overleed vóór 1533 februari 5 (GA Leeuwarden, Archief Ritske Boelema Gasthuis, inv. nr 349: kwitantie door Petrus van Well, pater, en convent Aalsum voor executeurs-testamentair). 2. Zie ook de specificatie van de in dit testament aangekondigde legaten: nr 108 (1524).
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie
90 (1516 januari 13) Douwe Harinxma Ayl (+) zoon: Haringh nicht: Jisck (kinderen); miegen: heer Tjard en Haringh Hartmans zoen (hun grootmoeder: Popck) Heeg Zoon van Haring Harinxma en Popk Popma; Jisch, Tjard (pastoor te Heeg) en Haring waren kinderen van zijn broer Hartman (UvB f. 46v).
Woonplaats Commentaar Nr Naam Zuster Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats 506
91 (1516 oktober 17) Janken N.N. (dochter: Hid) Douwa Feddes (+) dochter: Kathryn (x Hessel Epes); kleinkind: Fedde nicht: Baucke Bolsward; overweegt zich in klooster Aalsum te begeven
Commentaar
1. Dochter van Tyerck her Johannes zoen en Wipcke Thierxma (nr 55). Haar zuster Eedwer trouwde Hera Jelbits zoen (nr 66); hun dochter Hid trouwde Nanne Reyns zoen (nrs 204-205). 2. Onduidelijk is de relatie tot Tryn Peters dochter, die veertig hoornsgulden krijgt als zij zich goed gedraagt.
Nr Naam Broer Zuster Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
92 (1517 maart 21; gezegeld 1517 maart 23) Hessell Martena N.N. (dochter in klooster Gernaard of Nazareth onder Hallum) Jelck (dochter Ansch in zusterklooster Staveren) N.N. dochters: Sits (oudste; x Frids van Grumpach), Jell, Kuneerke, Foekell (jongste); natuurlijke dochter: Agniete; natuurlijke zoon: mr Syttie (pastoor Franeker) neven: dr Kempo Martena, mr Syds Tyaerde Franeker 1. Zoon van Sitse Martena en Jel Harinxma; trouwde Both Hottinga; overleed in 1517 op terugreis van Jeruzalem (UvB f. 54r). 2. Kempo (nr 144) was een zoon van Hessels broer Doeke. Syds Tjaarda (nr 157) was een kleinzoon van Hessels zuster Jouck (UvB, f. 61r). 2. Niet uitgewerkt is de relatie tot Encke, dochter van Heere Hottinga (broer van Hessels vrouw), in zusterklooster Staveren. 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Familie Van Harinxma thoe Slooten, inv. nr 202 (1526) en Archief Familie Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg, inv. nr 869 (1532).
Nr Naam Woonplaats
93 (1518 september 1) heer Cornelius Poppingawier (prebendaris)
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats
94 (1518 oktober 10) Katherina Mockumma N.N. zoons: N.N. (+), N.N.; dochters: Zaeke, twee kloosterzusters wil begraven worden in Dokkum bij haar zoon, testament opgemaakt in Groningen 1. Dochter van Watze Bockes Harinxma en Saeck Camminga; trouwde eerst Juw Juwinga, bij wie de genoemde kinderen, daarna Tjaerd Mockema (UvB, f. 51r en 54v). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Klooster Aalsum, inv. nr 55 (1524; deels gedrukt: GPCV II, 463).
Commentaar
Nr Naam Broer Zuster Woonplaats Commentaar
95 (1519 maart 24) magister Johannes Sextinus Albertus Sextinus (zoon: N.N.) N.N. (Oegeklooster) Londen; afkomstig uit Bolsward 1. Broer: Tabbe Ynthies; zuster: Barber Ynttye dochter, mater Oegeklooster in 1512 en 1533 (Meesters, ’Petri en Pauliprebinde’, 47-48; aan de daar genoemde stukken over de afwikkeling van de nalatenschap kan nog worden toegevoegd: RAF, Collectie Handschriften afkomstig van de Provinciale Bibliotheek van Friesland, inv. nr 134 (1530)). 507
Nr Naam Vader Broers Ov. familie Woonplaats Commentaar
96 (1520 december 5) heer Jarych Haryng meer dan één (één van hen heeft een zoon Jancke; dezelfde als de later genoemde Jancke Jarych zoen?) oemke: Doede; mogelijk verwant: Broer Wabbe zoen, wees, door heer Jarych opgevoed Workum (vicaris) 1. De testateur verklaart niets te hebben geërfd van zijn vader, zijn broers en meester Haryng. De laatste was mogelijk Haring Donia, pastoor van Bolsward. Diens vader Agge had een broer Haring, wellicht de vader van heer Jarych, en een oom Doede, mogelijk het oemke van heer Jarych. 2. Het geld dat na betaling van de legaten overblijft, wordt bestemd voor uitdelingen aan de armen voor de poort bij de kartuizers. Hieruit is wel afgeleid dat er bij Workum een klooster van deze orde zou hebben gestaan (Van Buijtenen, ’Kloosters onder Workum’, 131-136). Het geld is echter verantwoord in het liber benefactorum van het kartuizerklooster Amsterdam. De eerste betaling werd geboekt tussen 18 oktober 1521 en 18 oktober 1522 ex parte domini Jarici in Frisia (GA Amsterdam, Archief Burgerweeshuis, Kartuizerklooster, inv. nr 566, f. 79-80). 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap verder: GA Nijefurd te Workum, Archief Beneficiën Workum, inv. nr 10 (1521; vier stukken, waarvan één gedrukt: OFO II, nr 302).
Nr Naam Partner Woonplaats
97 (1521 mei 3) Yeck Thomas Molkwerum
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
98 (1521 november 26) Peter Kamyngha Fouul (+) zoons: Sicke, Wittie, Haye; dochter: Gratye Leeuwarden Zoon van Haye Jelmera/Heringa (nr 50) en Doed Dokema (nr 57). Zijn moeder was weduwe van Sicke Camminga, naar wie zij, haar man en haar zoon zich noemden. Peter trouwde Fouul Eminga en overleed in 1518 (UvB, f. 35v en 40r). Zie ook het testament van zijn zoon Wittie (nr 171) en zijn schoonzoon Tjaard Burmania (nr 164).
Nr Naam Vader Broer Partner Kinderen Ov. familie
99 (1521 december 7) Ytyens Herke heer Dowa Herkis (Thabor) Hans Eennes (zuster: Teeth) zoon: Dowa (+?; kinderen); dochter: Andel (+?) ’megh’: meester Edo (persona Bozum); mogelijk verwant: ’suster Ghyeel’. Goënga Hans Eennes komt voor in RvdA II, 403 als Hans Henna zoen.
Woonplaats Commentaar
508
Nr Naam Vader Broer Zuster Woonplaats
100 (1522 november 12) Wlcke Myrck Tomis (+?; kinderen erven in hun vaders plaats) Lywck (+?; kinderen, o.a. dochter, erven in hun moeders plaats) Molkwerum
Nr Naam Broer Zuster Woonplaats Commentaar
101 (1523 april 2) heer Feddo Popkema N.N. (buitenslands) Saeck (+?; dochters: Tialck (x Hio?; dochter: Ientthie); Katryn) Leeuwarden (pastoor Oldehove) 1. Zoon van Gercke (zie b.v. de ondertekening in nr 82). Zie Vries, ’Dialektysk kleure Aldfrysk’ en Idem, Naar ploeg en koestal, 50 en 100. 2. Saeck trouwde Hans Douwes Offenhusen; hun dochter Katryn (+ 1530) trouwde Douwe Goffes Aebinga (UvB, f. 30v). 3. Tyalck et Hio krijgen de twee beste koeien. Tyalck trouwde Haye Johans zoen Sickama (OFO I, nr 416 = IV, nr 109: huwelijkse voorwaarden 1495, o.a. betreffende goederen in Knossens; Leuwerderadeels aenbrengh, 22). Volgens andere bron was Haye getrouwd met Tiemck Popkema (UvB, f. 61v). 4. Feddo heeft aanspraken op de erven van Doed Mockema en op Romcke, zoon van Sipt Wnema (vgl. UvB, f. 54v en 63r; zie ook de aantekeningen bij nr 43). 5. Als de dochters van Saeck en haar kleindochter Ientthie overlijden zonder wettige kinderen, vererft het onroerend goed aan de erven van Hessel Feitsma. Diens zuster Luts was getrouwd met Jeppa Jeppama, over wiens testament werd getwist door o.a. Sipt Wnema (zie nr 43). Hessels zoons Jelger (Gerlacus) en Riurd (Refridus) zijn met heer Wopko ook executeurs-testamentair van Feddo. Zie UvB, f. 42r.
Nr Naam Vader Broer Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
102 (1523 april 12) Goedsfrundt en zijn vrouw Hylck van Goedsfrundt: Goeslick van Goedsfrundt: Gerryt (kinderen) zoon: meester Goeslick (kinderen?; natuurlijke dochter: Tietie) ons oom: heer Jelmer (begraven in Oldeklooster) Sneek 1. Goedsfrundt was zoon van Goeslick (blijkt uit het opschrift) en Thietie (Snitser recesboeken, 4088 (1507 januari 29)). Hylck Goodsfrients wordt nog genoemd in 1527 (nr 119). 2. Over heer Jelmer en zijn zoon Siba: Snitser recesboeken, 496 (1490 december 17) en 1418 (1493 maart 20). Zie ook het testament van heer Jelmer van 1510 (nr 79).
Nr Naam Broer Partner Woonplaats Commentaar
103 (1523 september 27) Fritz van Grunbach N.N. N.N. Harlingen (drost aldaar) 1. Getrouwd met Sids of Lucia, dochter van Hessel Martena. Zie nr 92 en UvB, f. 54r. 509
2. In de inventaris (1561) van de boedel van zijn vrouw wordt een testament van Fritz vermeld van 1547 januari 12 (RAF, Archief Familie Van Eysinga-Vegelin van Claerbergen, inv. nr 285, f. 70r). Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
104 (1523) Tiets Sasker Heringe (+) zoons: Haring (dochter: Lisck), Elck (+?; zoons: Sasker, Hobbe); dochters: twee (+) Marssum; gedoopt in Wirdum 1. Dochter van One Jousma en Lisck Harinxma (UvB, f. 52v); trouwde Sasker, zoon van Wiggle Camstra (nr 58) en Eelck Heringa (UvB, f. 37r). 2. Er is sprake van een riem van Doed. Eén van de twee overleden dochters heette Doed, de andere Lisck; ook waren twee zoons reeds overleden, namelijk Wiggle en Haye (UvB, f. 37r). 3. Zie ook het testament van haar broer Douwe Jousma (nr 124).
Nr Naam Broer Zusters Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
105 (1524 januari 5) Aedzert Abbinga N.N. (+; kinderen: Frans, Byuck) Auck, Bauck, Eelck Tyamck dochter: Anna (bastaard?; krijgt slechts legaat) Blija Zoon van Andlef Aebinga; trouwde eerst Tiemck Camminga, later Wyts Itsma (nrs 161, 184). Bij elk van beide had hij een dochter Tiemck (UvB, f. 31r). Zie ook het testament van zijn overgrootvader Andlef (nr 9).
Nr Naam Vader Partners Ov. familie
106 (1524 januari 23) Henrick Nanninck Katryn Epes (+); Griet Jans dochter zusterlingen, waarschijnlijk Syburch Pieters dochter (heeft dochter), Egbert Timans soen, Nolck (of Wlck?) Jans dochter (Oegeklooster) Amsterdam; afkomstig uit Bolsward 1. Zie de aantekeningen bij het testament dat hij maakte met zijn eerste vrouw (nr 84). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: OFO II, nr 316 (kwitantie Fed Sibrens dochter te Tjerkwerd, zusterling Katryn, 1524); IV, nr 239 (kwitantie Lolck Watzes, Sibbel Siurds, Jantzen Ades, weduwen te Harlingen, zusterlingen Henrick, 1524); IV, nr 240 (kwitantie Simon Powels zoen en Ripprich Powels dochter te Bolsward, zusterlingen Katryn, 1524). Zie ook GA Bolsward, Oud Stadsarchief, inv. nrs 529 en 796.
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Zuster Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar 510
107 (1524 juli 22) Tette Sytthye Heere dochter: N.N. (+) moye: Wytthye; neef: Jicke Mennema Westergeest Onduidelijk is de relatie tot zuster Aleit en zuster Margreta.
Nr Naam Commentaar
108 (1524 augustus 5) Jose Zie het testament dat zij maakte vóór haar professie in Aalsum (nr 89).
Nr Naam Partner Ov. familie Woonplaats
109 (1524 augustus 29) Renck Reinner nicht: Lywcke Molkwerum
Nr Naam Partner Kinderen
110 (1525 februari 1) Fokel Gerlef Piers zoen (+) dochter: Thieth (x Anna; zoon: Pybe); zoons: Sybrin, Abba, Pier (+; zoon: Gerlef; dochter: Wobbel) Bolsward 1. Voor de bewering van Roarda, Ut it selde skaei as Greate Pier, 4-5 dat Fokel behoorde tot de familie Bonga is geen bewijs. Haar man Gerlef was in 1510 al overleden (OFO II, 235). Haar zoon Pier is beter bekend als Grote Pier (Postma, ’Testemint’). 2. Abba’s dochter Jets was erfgename van Schelta Andla Latzema (zie nr 193).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partner Kinderen Commentaar
111 (1525 maart 28) Bauck Peer twee Dochter van Worp Unia en Tet (dochter van Upke Riencks zoen Gratinga); trouwde Peer Walta (UvB, f. 64r). Van Peer zijn drie testamenten bewaard (nrs 145, 148 en 154), maar blijkens deze oorkonde had hij ook al eerder getesteerd.
Nr Naam Vader Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
112 (1525 september 3) Albert Marten Ansk (+; zus Hylk x Eelk te Tjerkwerd) nog één in leven Bolsward In 1524 executeur-testamentair van Henrick Nanninck zoen (nr 106), daar glaesmaker genoemd.
Nr Naam Vader Woonplaats Commentaar
113 (1525 november 13) Albert en zijn vrouw Remck van Albert: Wilcke Leeuwarden In 1536 werden Romck, weduwe van Albert Wilcke zoen, en haar man Binnert Wybe zoen proveniers in Sint Anthony Gasthuis (OSA, nr 143).
Nr Naam Partner Woonplaats
114 (1525 december 20) Cathryn Juw Dekema (+) Franeker 511
Commentaar
1. Dochter van Jarich Hottinga (nr 34) en Swob Sjaarda; trouwde Juw Dekema, die overleed in 1523 (UvB, f. 38r en 50v); overleden 1539 (Heerma van Voss, ’De opgezette grafzerken’, nr 9). 2. Niet uitgewerkt wordt de relatie tot dochter Ide (x Sicke Gratinga) en zoons meester Jarich, Sicke en Hette (UvB, f. 38r). 3. Zie ook de testamenten van 1528 (nr 123) en 1538 (nr 146). Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Huis Liauckamastate, inv. nr 186: afschrift (1610) van akkoord (1542) over testamenten van Katheryn en Jw Dekema.
Nr Naam Vader Moeder Zuster Partner Kinderen Ov. familie
115 (1527 oktober 13) Gregoris Bertolff van Aken Jan Bertolffs (hertrouwd met Margriete Bertyns) Elisabeth (+; d.v. Michiel Scribaens +) N.N. (kinderen) Katryne (+; d.v. Pieter van Edingen van Aelst, tapissier van de keizer) zoon: Jan; dochters: Grietken, Janneken, Cristynken oom: meester Lodewyck Scribaens (x Moieken); peetvader: Symoen Sampeyn Leeuwarden (president Hof van Friesland); afkomstig uit Brabant (vrouw begraven in Brussel, vader heeft graf in Leuven) 1. Overleden 1528 februari 24 met nalating van een zoon, drie dochters en enkele bastaarden (zerk uit dominicanenklooster Leeuwarden, thans in Fries Museum). 2. Zijn dochter Cristynken trouwde met Joachim Hopper, kleinzoon van Taede en Lyuck (nr 142) (zie Suffridus Petrus, De scriptoribus Frisiae, 141-144).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broer Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broer Zuster Kinderen Woonplaats Commentaar
512
116 (1527 oktober 25 en november 7) Lutthye Harincxma heer Goslick Juwinga N.N. (broer: Epe Lyaukema) zoon: Sicko Lyaukema (+; x joffer Ymck; zoons: Schelta, Sicko; dochters: Lutthie, Katherina); dochter: Katherina (+) Leeuwarden, in Minnemahuis; wil begraven worden in Sneek 1. Dochter van Juw Harinxma en Wyts Juwsma. Wyts hertrouwde met Tjaard Juwinga, bij wie Goslick, die dus een halfbroer van Lutthye was (UvB, f. 51r). Trouwde eerst Sicke Sjaarda, later Schelte Liauckema. Zoon Sicko (+1527), getrouwd met Ymck Minnema, liet Minnemahuis na aan zijn moeder (UvB, f. 53v). 2. Zie ook de nrs 117, 118 en 119. 117 (1527 november 4) Lutthie Haricxma heer Goslick (zoon: Douwa; twee dochters) Anscke zoon: Sicke Lyaukema (x Ymck; kinderen); dochter: Katheryn (+) Leeuwarden, in Minnemahuis 1. Anscke was halfzuster van Lutthie uit het tweede huwelijk van haar moeder Wyts (zie aantekening 1 bij nr 116). 2. Zie ook de nrs 116, 118 en 119.
Nr Naam Commentaar
118 (1527 [vóór november 11]) Lutzia Haryxma 1. Er is sprake van een huwelijk tussen Schelte Liauckema (kleinzoon van de testatrice) en een dochter van Gerrold Herema. Schelte trouwde inderdaad Gerrolds dochter Anna (UvB, f. 48r). 2. Zie ook de nrs 116, 117 en 119.
Nr Naam Ov. familie
119 (1527 [na november 7]) Lutthie Harincxma nichten: Wilcsch, N.N. (klooster Nazareth bij Idsega), N.N. (klooster Groendijk), twee in klooster Aalsum; moye: N.N. (klooster Groendijk) Leeuwarden 1. Niet uitgewerkt wordt de relatie tot wijlen Douwa Ziaerde, zoon uit Lutthies eerste huwelijk met Sicke Sjaarda (UvB, f. 60r). 2. Zie ook de nrs 116, 117, 118.
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader Partner Kinderen Woonplaats
120 (1528 januari 17) Roetger Mertyn (verbeterd uit: Merck) N.N. zoon: Merck Nijehaske
Nr Naam Broer Zusters Ov. familie
121 (1528 oktober 11) doctor Douwa bastaardbroer: Idze (dochter: Paerck) Auck (x Hoyte?; dochter: Jay), Wisck neef: Gale Galema; nichten: Saekell, Rints, Yge; zwager: Hoyte (x Auck?) Leeuwarden Zoon van Hans Tietema en Bauck Douwe dochter Harinxma (SFA I, 373). Zuster Wisck trouwde Otto Galema, bij wie o.a. Gale, Rints en Yge (UvB, f. 43r).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
122 (1528 november 11) Albert Ryoerdt Tryn (kleinkind: Gerbren; uit eerder huwelijk?) zoon: Ryoerdt; dochters: Katryn, Syds, Aecht, Griet (+; kinderen erven in haar plaats) Firdgum Er is sprake van een meckbrief voor zoon Rioerd met de dochter van wijlen Gabbe Latzema. In het testament van Rioerd uit 1566 (RAF, Archief Nedergerecht Barradeel, inv. nr 17, f. 380r-381v) wordt zijn overleden vrouw Lisse Gabbe dochter genoemd. Rioerd woont dan op Albadastate in Goënga. De naam Rioerd komt veel voor in de families Albada (UvB f. 33r) en Roorda (UvB, f. 57v-58r). Taecko Roorda is met enkele geestelijken betrokken bij de uitvoering van Alberts testament.
Nr Naam Moeder
123 (1528 december 9) Katheryn N.N. (+) 513
Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
Jw Dekema (+) zoons: Jarigh, Sicke, Hette (+; zoons: Pieter, Aesche, Hette; dochters: Yd, Mary, Id); dochters: Yde (+; x Sicke Gratinge; zoons: Bocke, Douwe; dochters: Barber, Tryn), Anna (+), Barber moer: Zwob Franeker 1. Zie de aantekeningen bij nrs 114 en 146. 2. Legaat aan Popck, dochter van Scolte Roorda. Scolte was getrouwd met Jel, een dochter van Katheryns broer Hero; Hero’s zoon Hero, pastoor in Franeker (nrs 160 en 166), is getuige bij het testament (UvB, f. 50v).
Nr Naam Vader Partners Kinderen Woonplaats Commentaar
124 (1529 oktober 1) Douwe Jowsma N.N. (+) Hys (+); Hylck zoon: Oenna, Watzia (in klooster Foswerd); dochters: His, Kunier Warga, op Roorda-goed 1. Zoon van One Jousma en Lisck Harinxma; trouwde eerst Hys Camstra, later Hylck Sytze dochter Harinxma; zoon Oenna trouwde Tiedt Jancke dochter Douma van Oldeboorn (UvB, f. 52v). 2. Zie ook de testamenten van zijn zuster Tiets (nr 104) en haar man Sasker Heringa (nr 80).
Nr Naam Vader Kinderen Woonplaats
125 (1530 maart 26) Cornelys Alexander dochter: N.N. van Bergen op Zoom, ziek liggend in Leeuwarden
Nr Naam Vader Broer Partners Kinderen Ov. familie
126 (1531 april 20) Eda Jonghama N.N. (+) Ada (+; dochters in klooster Nazareth) Sack (+); Atthe (dochter: Katryn, in klooster Nazareth; andere kinderen) zoon: Ada; dochter: Womke (x Eelck Heringhe; kinderen) mieghen: Laes (x Mary, woont op Geins in Wommels), Kempo; nicht: Agge Walta dochter (in klooster Nazareth); snaer: Gheel, weduwe van Kempo, te Groningen Rauwerd 1. Zoon van Kempo Jongema en Ansck N.; trouwde Sack Eminga (UvB, f. 52r). Tot welke familie zijn tweede vrouw behoorde, is niet bekend. 2. Miegh Laes (nr 165) was zoon van halfbroer Agge; de niet met name genoemde nicht, zuster van Laes, heette Foekel (nr 86). Zie over deze familierelatie de aantekeningen bij nr 86. Miegh Kempo was zoon van halfbroer Hessel; snaer Gheel was wellicht Jel Harinxma, de tweede vrouw van vader Kempo (UvB, f. 52r). 3. Zie ook de testamenten van zoon Aedae (nr 127) en broer Ada (nr 42). 5. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Familie Van Eysinga-Vegeling van Claerbergen, inv. nr 344: consent van keizer Karel V voor Thabor om legaat te aanvaarden (1536).
Woonplaats Commentaar
514
Nr Naam Vader Moeder Zuster Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
127 (1532 januari 3 en 1534 januari 31) Aedae Jongghama Eede (+) Saeck (+) Womck (x Eelck Heringa; dochters: Saeck en Lisck, myn swart nifke; zoons: Ede en Gerloff, myn metta, dir men Aedae hiette schill, schill Aedae Jongghama hiete) Ayl geen meghen: Sicke, Wytthie en Haye Camminga Rauwerd 1. Zoon van Eda Jongema (nr 126) en Sack Eminga; trouwde Ayl Heemstra (UvB, f. 52r). 2. De meghen waren neven, zoons van Fouwel Eminga (zuster van moeder Sack) en Peter Camminga (nr 98). Zie ook UvB, f. 40r.
Nr Naam Zusters Woonplaats Commentaar
128 (1533 mei 8) Anna Wattema Sioelcke, Jetz afkomstig van Wattemastate te Ee; gaat in klooster Siegerswoude 1. Erfgenamen: Rytsche Boelema en Wyttye Camminga. Rytsche noemt in zijn testament van 1545 (nr 190) zijn zuster Anna in Siegerswoude. In testamenten van 1533 noemt hij Sioelck, zijn zuster (nr 131) en Jettie, zijn halfzuster (nr 132). Hij was executeur-testamentair van Wyttye Camminga (nr 129). 3. Er is sprake van wylen Anna olders ende Rytsche Wattema. De laatste was mogelijk de echtgenoot of een broer van Anna.
Nr Naam Moeder
129 (1533 oktober 24) Wytthie en Remtz van Cammingha van Wytthie: Syouck Cammingha (+; liet aan Wattzie een kroes na, van salighe meister Bucho utgecomen) zoons: Frans, Wattzie, Menne, Haye, Renick; dochters: Thete, Sytie, Tryn, Doed, Tyaemck, Mary, Syouck Leeuwarden 1. Wytthie was zoon van Rienck Eminga, noemde zich naar zijn moeder Siouck Camminga (UvB, f. 35v). Remtz was dochter van Frans Minnema en Rints Hommema (UvB, f. 55r). Zie ook het testament van Remtz van 1545 (nr 189). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Huis Liauckamastate, inv. nr 144: lijst goederen, niet beschreven in testament (z.d.); ibidem, inv. nr 146: lijst goederen, toegekend aan Tiete van Camminga en kinderen als berns (z.d.); RAF, Archief Hof van Friesland, inv. nr SS 108/18: lijst goederen die tot vorendeel behoren (1533 oktober 20) en extract uit rekenboek Wytthie (1532); GA Leeuwarden, Archief Familie Van Camminga, inv. nr 4: lijst goederen die tot vorendeel behoren, met genealogisch overzicht (z.d.; afschrift hiervan in RAF, Archief Huis Tjaardastate, inv. nr 373); ibidem, inv. nr 7: scheiding en deling nalatenschap (1546); RAF, Archief Familie Van Burmania-Van Eysinga, inv. nr 54: overeenkomst Frans en Watze van Camminga namens hun broers en zusters met Georg van Roorda, hun zwager, over betaling door Georg ten laste van de boedel van de testateurs (1548).
Kinderen Woonplaats Commentaar
515
Nr Naam Partner Woonplaats Commentaar
130 (1533 december 4) Ritsko Boelama N.N. Leeuwarden 1. Zoon van Sioele Sids zoen Buwinga en Jetske Romke dochter Jelmera (UvB, f. 36r). Over zijn ouders: OFO IV, nrs 40 (1473) en 42 (1474) en OFO I, nr 252 (1474). Trouwde eerst Tiets (+ 1513), dochter van Fecke Aebinga, bij wie zoon Johannes (+ als student te Leuven) en dochter Wyts (+ te Groningen), vervolgens Geel N. (in 1544 vermeld als zijnde overleden), tenslotte Sierdt Hendricx dochter (GA Leeuwarden, Archief Ritske Boelema Gasthuis, inv. nr 198). 2. Zie ook de nrs 131-132, 182 en 190, en de aantekeningen bij het testament van zijn zuster Anna Wattema (nr 128). 3. GFL III, 38-40 (G 74): zerk uit Galileeërkerk van Ritske Buelama (+ 1547 juli 30), Syrcktie Buelama (+ 1564 augustus 12), Jeltie Minnema (+ 1559 maart 27; vgl. RvdA I, 164: Jeltie Watema en haar kinderen te Ee) en Maria Minnema (+ 1579 mei 22; x Tiettus Baerdt). 4. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Ritske Boelema Gasthuis, inv. nrs 341-347 (1547-1560; inv. nr 343 gedrukt: GPCV III, 145-147).
Nr Naam Zuster Woonplaats Commentaar
131 (1533 december 4) Ritsko Bolema Sioelck Leeuwarden Zie de aantekeningen bij nr 130.
Nr Naam Zuster Woonplaats Commentaar
132 (1533 december 4) Ritske Bolema halfzuster: Jettie Leeuwarden Zie de aantekeningen bij nr 130.
Nr Naam Broer Partner Woonplaats Commentaar
133 (1533 december 19) Alydt Jan (zoon: Dirck bakker) Jan Claes zoen (+) Leeuwarden Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Ritske Boelema Gasthuis, inv. nrs 351 (1534) en 352 (1536). Zie ook Ibidem, inv. nr 317 (1529 en 1534) over huis, afkomstig van Jan Claes zoen. Volgens deze stukken had Jan broers Claes en Willem, en had Willem een zoon Cornelis.
Nr Naam Vader Zusters
134 (1534 maart 18) Pieter Johan Sibrant zoen (+) N.N. (zoon: Willem Canter, die zoon Lambert heeft); Tiedt (x Simon; zoons: Peter, Ghysbert, Jan, Dirck; dochters: Ansck, Aelka) Katherina (+); Hylck moyen: Sibbel Sybets (+), Barbar (klooster Foswerd; kennelijk overleden, legaat naar zuster Clara in haar plaats); oom: heer Jella (+)
Partners Ov. familie
516
Woonplaats Commentaar
Leeuwarden 1. Zoon van Johan Sibrants Auckema en Auck Oenga (SFA I, 28). Zijn eerste vrouw Katherina was een zuster van Reinsk Doeckes (BB 69), die in 1528 (OFO II, 339) voorkomt als Doecke Grauda (Gralda) weduwe (vgl. Roarda, ’Canter’, 68 die meent dat Katherina een dochter was van Doecke Gralda), en in dit testament Reinska langhe Simons dochter wordt genoemd. Zijn tweede vrouw Hylck was een dochter van Homme Hettinga en Wick Abbema; zij hertrouwde Taco Rinia (UvB, f. 48v). 2. Onduidelijk is de relatie tot Beythya, genoemd in één adem met Katherina, voor wie missen moeten worden gelezen. 3. Legaten aan (mogelijke) verwanten Janthien Oeghe wyf, Styn Douwes, meyster Sibren, Wolter Zyger zoen, Auck Lyuwes, Jan en Peter Kempe zoenen, Reynsk van Dockum, Jan kannemaeker, Gerbrandus dochter Anna. 4. Afschrift C werd gemaakt in presentie van Jan Simons zoen en in afwezigheid van Anscke Bouwe Wybrants weduwe en van de weduwe van meyster Pieter Symons zoen. Dit zullen kinderen van Tiedt en Simon zijn. 5. Zie ook Peters codicil (nr 136) en de testamenten van zijn zusters Ansck (nr 70) en Tiedt (nr 156) en zijn moye Sibbel (nrs 61 en 72).
Nr Naam Vader Moeder Woonplaats
135 (1534 juni 4) Ryns Pieter N.N. (zuster: Martyen) Leeuwarden
Nr Naam Vader Woonplaats Commentaar
136 (1534 oktober 29) Peter Jan Leeuwarden Zie de aantekeningen bij nr 134.
Nr Naam Vader Zuster Partner Ov. familie
137 (1534 november 14) Auck Peter N.N. Liewe Liewe son oom: meester Sibrant; muie: Griete; neef: Jacob Adams soen; ander kleinkind van haar grootmoeder: Wolter Sigers te Groningen (dochter: Tiet). Leeuwarden 1. Kleinkind van Sibbel Auckema (nrs 61 en 72), die twee dochters had, Teeth en Kathryn; één van beide zal getrouwd zijn geweest met Peter, de vader van Auck (zie ook Spanninga, ’Hoofdelingen en burgers’, 41 noot 101). Trouwde Lieuwe Lieuwes Rompta (OFO IV, nrs 160 (1507) en 180 (1509)). 2. De zuster is mogelijk Gryd, in de testamenten van Sibbel als kleinkind genoemd. 3. Niet uitgewerkt is de relatie tot Pieter Jan son (nrs 134 en 136; 1534), broer van Aucks grootmoeder Sibbel.
Woonplaats Commentaar
517
Nr Naam Zuster Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats
138 (1535 april 16) Epo Lyauckema bastaardzuster: Ebel (+?; kinderen krijgen o.a. rente zoals gespecificeerd in testament van Epo’s vader) Hylck Epo erkent Sicko Luttze soen te Wijnaldum niet als zoon nicht: Tryn (x Ryoerd) Sexbierum 1. Zoon van Schelte Lyauckema (nr 40) en Tyetye thoe Nyenhuys (nr 74); trouwde Hylck Herema (UvB, f. 53v). Erfgenamen zijn (naast Hylck) de weeskinderen van Sicko Lyauckema (zoon van Epo’s broer Schelte (nr 65) en Lutthie Harinxma (nrs 116-119); x Ymck Minnema): Schelta (heeft huwelijkscontract met Anna, dochter van Gerrold Herema en Luttye, of één van hun andere dochters), Sicko, Luttye, Tryn. 2. Zie ook RAF, Archief Huis Liauckamastate, inv. nrs 473-486, 492, 494-495 (processtukken betreffende de eis om het originele testament te overleggen) en 260 (proces-verbaal van het horen van de getuigen die het testament hebben bezegeld of ondertekend, 1539 mei 7). 3. Sicko Luttze soen moet een bastaardzoon van Epo zijn geweest. In RvdA III, 264-265 (1546) is onder Wijnaldum sprake van de erven van Sicko Epo zoen. 139 (1535 juni 18) Jayts Jacop (+) zoons: Jasper (klooster Lidlum), Crispiaen; dochters: Tryn (klooster Tzummarum), Jelle (kan eventueel ook zoonsnaam zijn); kleinkind: Hiske Leeuwarden
Nr Naam Woonplaats Commentaar
140 (1535 december 22) heer Wabbo Lekkum (vicaris) 1. OSA 98 (1507): stadhouder van de hertog van Saksen, patroon van Sint Cecilia vicarie te Lekkum, presenteert aan proost van Oudmunster te Utrecht heer Wabbodus Romkonis, priester. 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Sint Anthony Gasthuis, inv. nrs 932-933 (deels gedrukt: OSA, nrs 134, 140-141, 150, 173; nr 150 is een op 12 april 1539 gemaakte inventaris van penningen, gevonden ten huize van Dyrck Sluyter, door heer Wabbo bestemd voor de armen, in totaal 32 goudgulden 19 stuivers); GA Nijefurd te Workum, Archief Klooster Mariënacker Workum, inv. nr 34: klooster doet aan kerk Lekkum afstand van aanspraken op nalatenschap wijlen heer Wabba Romka zoen (1536 januari).
Nr Naam Vader Partner Ov. familie
141 (1536 maart 6) Lutyen Gerbrandt Class geen erfgenamen in stijgende of dalende lijn, geen broers of zusters; nicht: Tryn Beelis Leeuwarden
Woonplaats 518
Commentaar
1. Class was portier vant hus te Liewerden, mogelijk het blokhuis. Wellicht dezelfde als Claes poerties (Schroor, ’Leeuwarder burgers’, nr 208. 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Ritske Boelema Gasthuis, inv. nr 152: oldermans van broederschap H. Naem Jhesuss verkopen half huis, nagelaten door Leutzien kosterse (1537); ibidem, inv. nr 354: Tryn Peters dochter (= Tryn Beelis) te Sneek kwiteert oldermans van de Soete Naeme Jhesus broederschap te Leeuwarden voor ontvangst legaat Luytzien Gerbrandts dochter, haar zusterling (1537).
Nr Naam Partner Kinderen
142 (1537 april 6) Lyuck Taede Hopper (+) zoons: Syuert, Galthye, Saeckle (+; dochter: Id; zoons: Reyn, Tade); dochter: Id (+; x Pieter Pieters zoen +; dochters: Hys, Reynsck) Staveren 1. Dochter van Galenus Everardi a Jongama (Suffridus Petrus, De scriptoribus Frisiae, 268); trouwde Taede Tymens Hopper, neef van Harmannus Hopper (nr 33) (SFA I, 220). 2. Syuerts zoon Joachim trouwde met Cristynken, dochter van Gregoris Bertolff van Aken (zie de aantekeningen bij nr 115).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Kinderen Woonplaats Commentaar
143 (1537 juni 22) Moy Sipkis zoon: Jelle; dochter: Myntthye (x Lauwa ten Allonna) Sondel Zie ook nr 196.
Nr Naam Broers Kinderen Woonplaats Commentaar
144 (1538 mei 3) doctor Kempo van Martena Ede, Epe dochter: Syouck; natuurlijke dochter: Anna Leeuwarden of Kornjum 1. Zoon van Doecke Martena en Siouck Unia; trouwde eerst Peye Lewe (+ 1530), bij wie Syouck, vervolgens Lutthie Harinxma, tenslotte Anna Walta (+ 1537); hij overleed in 1538 (UvB, f. 54r). 2. Grootmoeder en tante van Syouck (nr 194): Gese en Ottye Luwens (lees: Lewe). Zij waren respectievelijk moeder en zuster van Kempo’s eerste vrouw, en deden in 1547 afstand van rechten op de nalatenschap van Syouck (Noordhoff, Archieven familie Lewe, 258-259; zie ook de genealogische tabel op p. 3 aldaar). 3. Zie ook de testamenten van Kempo’s broers Ede (nr 168) en Epe (nr 177). 4. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Familie Van Martena, inv. nrs 34 (1543) en 69 (c. 1580): processtukken betreffende geldigheid testamenten Kempo en andere Martena’s.
Nr Naam Vader Moeder
145 (1538 juli 15) Peer a Bosum Epo (+) N.N. (+) 519
Broer Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
Aggo Walta (+; x Fedd; zoon: Doeke) Bauck (+) zoon: Werp; dochter: Jouck Bozum 1. Zoon van Epo Hessels Jongema en Jouck Walta; trouwde Bauck Unia (nr 111), dochter van Teth Burmania (voor wie Peer een memorie sticht) en Worp Unia (UvB, f. 35r en 61v). 2. Zie ook: nrs 148 en 154; testament van Bauck (nr 111); GA Leeuwarden, Oud Stadsarchief, Charters (niet in Singels) inv. nr 30 (verzoek van Pier Epes aan het stadsbestuur om zijn testament en codicillen en het testament van Bauck te mogen deponeren in de stadskist, 1538). 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Huis Liauckamastate, inv. nr 224 (regeling fideïcommis krachtens dit testament, 1619); ibidem, Archief Huis Tjaardastate, inv. nr 101 (overeenkomst tussen Gerland Liauckema, Sjouck, Hette, Sicke en R. Aebinga betreffende aanvaarding nalatenschap van Pier Epo zoen door Schelte Aebinga, 1619). 4. Literatuur: Van der Meer, ’Walta-state’.
Nr Naam Partner Kinderen
146 (1538 september 30) Catryn Juw Decama (+) zoons: Sicke, Hette (+), Jarich; dochter: Yde (+; x Sicke Gratinga; zoon: Douwe) Franeker Zie de aantekeningen bij nr 114; zie ook nr 123.
Woonplaats Commentaar Nr Naam Vader Moeder Zusters Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
147 (1538 oktober 20) Tyaerdt van Herama N.N. (+) N.N. (+) jongste: Lutz, Hylck Fouwel oom: Tako Franeker 1. Zoon van Gerrold Herema (+ 1538; broer van Tako) en Lutke Sjaarda; trouwde Fouwel Holdinga (UvB, f. 48r). 2. Niet uitgewerkt is de relatie tot: Pieter en Take Camminga, zoons van Sicke Camminga (x Tryn, zuster van Tyaerdt); Lutz, dochter van Hector van Hoxwier (x Ath, zuster van Tyaerdt); Geroldt, zoon van Aesgo van Hoxwier (x Edwert, zuster van Tyaerdt); Geroldt, zoon van Schelte Liauckema (x Anna, zuster van Tyaerdt).
Nr Naam Vader Broer Ov. familie Woonplaats Commentaar
148 (1538 oktober 24) Peer van Bosum Epo N.N. (kinderen) neef: Watze Roorda van Cubairdt Bozum 1. Zie de aantekeningen bij nr 145; zie ook nr 154. 2. Watze Roorda was getrouwd met Tiets Unia, zuster van Werp Unia, de vader van Epo’s vrouw Bauck (UvB, f. 63v).
520
Nr Naam Broer Zuster Kinderen Woonplaats Commentaar
149 (1539 februari 24) heer Ritske Jaersma Syoerdt (zoon: Aeltye; dochters: Teth of Eet, Rompk) Margarete (klooster Sion) dochter: Margareta Holwerd 1. Zie ook SFA I, 229. Over Syoerdt en Rompk: UvB, f. 57r (Rompk x Sack Harings Rinia; broers: Eelcke en Richolt).
Nr Naam Vader Woonplaats Commentaar
150 (1539 maart 14) Lyeuwe en zijn vrouw Saepke van Lyeuwe: Peter; van Saepke: Rinthie Oudkerk 1. Zie ook het testament van Lyeuwe van 1541 (nr 172). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Ritske Boelema Gasthuis, inv. nrs 358 (1542-1546; 12 maart 1542 wordt Saepke weduwe genoemd; nog als Saepck Leuwes in BB, 107) en 359 (na 1546): Jucke Melle Baucke zoen Popma te Dokkum vraagt voogden gasthuis uitkering ingevolge testament Lyeuwe, zoon van Foockel Baucke dochter.
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
151 (1539 april 9) Hessell Abinga Jelck dochters: Hylck (in Nijeklooster), Wick, Tyetke; zoon: Kempo Huizum Zoon van Kempo Abbema en Hilck Harinxma; trouwde Jel Metselwier (UvB, f. 32v).
Nr Naam Partners Kinderen Woonplaats commentaar
152 (1539 april 24) Sibbel Jacob (+); Simon (+) dochter: Doed (in klooster Monnikebaijum) Baijum? 1. Over de afwikkeling van de nalatenschap: Dolk, ’Decretale verkopingen’, 133 (1547). Hieruit blijkt dat haar eerste man Jacob Aetzies heette. 2. Mogelijk dezelfde als Sibbel Jaythies (zie nrs 61 en 72)
Nr Naam Vader Moeder Kinderen Woonplaats Commentaar
153 (1539 april 28) Douwo en zijn vrouw Em van Douwo: Wythye of Yt van Douwo of Em: Euw (grootmoeder van dochter Eeuwe) zoons: Wytthye, Meyle, Merck; dochter: Eeuwe Rottum 1. Douwo noemt zich eerst Douwo Wythyes, later Douwo Ytzuns. Jacop smitt Ytzuns is mogelijk zijn broer. In de inventaris van RAF, Archief Familie Van Sminia, bij inv. nr 488, wordt hij zonder bronvermelding Douwe Wytthyes Jeppema genoemd. 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: OFO II, nr 376 (1543): scheiding tussen Meyle en Merck.
521
Nr Naam Vader Kinderen Woonplaats Commentaar
154 (1539 september 9) Peer a Bosum Epo zoon: Werp Bozum Zie de aantekeningen bij nr 145; zie ook nr 148.
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
155 (1539 september 13) Gheert Anscke Renick zoen dochters: Gheertze, Aeff, Pietrick (de laatste nog niet uitgeboedeld) Franeker In hetzelfde procesdossier (RAF, Archief Nedergerecht Franeker, inv. nr 44) het testament van Gheerts echtgenoot Anske Riencx zoen (1554 december 27) en stukken over de afwikkeling van hun beider nalatenschap. Over de familie: Telting, ’Eenige levensbijzonderheden’.
Nr Naam Zuster Partner Kinderen
156 (1539 december 3) Tiedt Tryn (in klooster Bethlehem) Simon Henrycks (+) zoons: Gysbert (oudste; x Neel), Jan, Dirck (de laatste twee nog niet uitgeboedeld); dochters: Aelke (+; vier kinderen), Ansck (oudste) Harlingen 1. Dochter van Johan Sybrants Auckema en Auck Oengha; Tryn was haar halfzuster uit het huwelijk van Johan met Rints Feyckes Aebinga (SFA I, 28 en Van der Meer, ’Nij ljocht’). 2. GA Leeuwarden, Archief Bestuurders Sint-Jobsleen, inv. nr 18 bevat ook een uitspraak in geschillen tussen Tiedt en de andere erfgenamen van wijlen Simon Henrycks over de nalatenschap van Simon en zijn dochter Ebel. 3. Zie ook de testamenten van haar zuster Anscke (nr 70) en haar broer Peter (nrs 134 en 136).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
522
157 (1540 februari 25) Syds Tziarda Moed (zusters in klooster Foswerd: Eets, Bauck, Tyets, Foekel; broer: Haring Sytyema) dochters: Mary, Kynsch (Frans Sysma), Womck, Syts, Anna; zoons: Schelte en Syds (tweelingen), Werp (geboren 1535 februari 4) moeyen: N.N. (dochter: Wyck in Sint Annaklooster), Auck Scheltema, Iyd (in klooster Foswerd); oom: Sytye Aylwa; neef: Frans Roerda Rinsumageest 1. Zoon van Schelte Scheltinga en Kinsck Tjaarda; trouwde eerst Anna N. (uit Brabant), bij wie Mary en Kynsch, daarna Moed Sytyema (UvB, f. 59v en 61r). Volgens SFA II, 263 was zijn eerste vrouw Anna Fliling. 2. Auck Scheltema was een zuster van Syds’ vader Schelte (UvB, f. 59v). Sytye Aylwa was een zoon van Syds’ grootmoeder van vaders kant, Sits Oedsma, uit haar tweede huwelijk met Juw Aylva (UvB, f. 59v). Frans Roorda was een zoon van Johan Roorda en Tied Scheltinga, een zuster van Syds’ vader Schelte (UvB, f. 58r).
Nr Naam Vader Broer Kinderen Ov. familie Commentaar
158 (1540 juni 22) Gattzie Abbe halfbroer: Tzallingh zoon: Sybille; dochters: Thryncke en Teth oudoom (van zijn kinderen): heer Jelmer Broersma, pastoor Oudega Zoon van Abbe Gerkes Oenema toe Buwalda te Tjerkwerd en Tryn Haersma; trouwde waarschijnlijk N. Broersma. Benoemt tot voogden over de kinderen: heer Jelmer [Agges Broersma], en Focke en Tyaerdt Sybolts (zoons van Sibolt Focke zoen en Jayts Haersma, zuster van Gattzies moeder Tryn). Zie voor dit alles: Noomen, ’Buwaldaburen’, 3334 en 41.
Tnr Naam Vader Broer Zusters Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
159 (1540 augustus 21) Jelle Harinxma Syrick Syttie Mary, Auck Teet zoons: Kempo, Syrick; dochter: Foekel zwager: Laes Jongama Loënga 1. Zoon van Syrick Harinxma en Att Fons; trouwde Teet Abbema (UvB, f. 46v). Volgens UvB had Jelle een zoon Syrick en een dochter Hebel (x Douwe Bootsma). 2. Laes Jongema (nr 165) was getrouwd met Jelles zuster Mary. 3. Zie ook het testament van broer Syttie (nr 175).
Nr Naam Broer Zusters Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
160 (1540 september 12) heer Hero van Hottinga N.N. (+?; kinderen erven in zijn plaats) Jel (kinderen), Haring (+; kinderen erven in haar plaats) huisvrouw: Tryn meer dan één neef: Haringh Douwe zoen Harinxma (+) Franeker (pastoor) 1. Zoon van Hero Hottinga en Tiets Harinxma; neef Haringh was een zoon van Tiets’ broer Douwe Harinxma (UvB f. 50v - 51r). 2. Zie ook nr 166.
Nr Naam Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats
161 (1540 september 23) Jets Tzumma (+) zoons: Wyba (zoon: Tzumma), Hera (dochter), Rimmert (kinderen) snoor: Sas Sneek
Nr Naam Partners Kinderen
162 (1540 oktober 29) Wytz Aebyngha Wybe Saeckles (+), Adzert (bij Wybe) zoons: Johannes, Werp; dochters: Fraw, Teetke (in klooster Bethlehem); (bij Adzert) zonen: Wybe, Andleff 523
Ov. familie Woonplaats Commentaar
zwager: Douwa van Burmania Blija 1. Dochter van Werp Itsma en Fraw Juwsma (UvB, f. 53r); trouwde eerst Wibe Reinsma, daarna Adzert Aebinga, weduwnaar van Tiemck Camminga (UvB, f. 31r). 2. Wybe en Andleff worden niet expliciet kinderen van Wytz genoemd. Zij komen ook niet voor in de genealogieën Aebinga in UvB, f. 31r en SFA I, 2. Zie echter nr 185, waaruit verder blijkt dat Wybe en Andleff inmiddels zijn overleden. 3. Douwa van Burmania was getrouwd met Wytz’ zuster Saepk (UvB, f. 53r). 4. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Familie Van Sminia, inv. nr 1756 (1549).
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
163 (1540 december 1) Haebel Taecke Glins zoons: Harinck en Laes; dochters: Trincke en Botke Dronrijp Vermoedelijk dochter van Haring Haersma en Tryn N.; trouwde Taecke Glins te Dronrijp (UvB, f. 44r). In het testament is sprake van onze staten in der Ylst. Is echter niet exact thuis te brengen in de genealogie Harinxma (SFA I, 153; UvB, f. 46v). Zij overleed 1542 maart 29, haar man Taecke 1551 juli 4 (EHD, 1542; GFL IV 71, Dronrijp, G 113).
Nr Naam Partners Kinderen Woonplaats Commentaar
164 (1541 januari 9) heer Tiaerdt van Burmanya Tyets (+); Graets zoons (bij zijn eerste vrouw): Joest, Ryenick Leeuwarden 1. Zoon van Rienck Upkes (Gratinga) en Aeck Burmania; trouwde eerst Tyets Unia, daarna Graets Camminga, weduwe van Wilco Holdinga (PKAF IV, 20-21; Beelaerts van Blokland, ’Burmania’; vgl. UvB, f. 35r). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Familie Van Burmania, inv. nr 2 (z.d.); ibidem, inv. nr 3 (c. 1555-1562); RAF, Collectie Fries Genootschap, inv. nr 623 (1562).
Nr Naam Zuster Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
165 (1541 februari 15) Laes van Jonghama Doed (+) Mari (broer: Syttye) dochter: Foekel (+; x Docke Agge zoen Waltte) nicht: Womck Jongama (x Eelck Heringha) Sneek 1. Zoon van Agge Kempes Jongema en Foekel Oedsma (zie de aantekeningen bij nr 86); trouwde Mari Syercks dochter Harinxma (UvB, f. 46v). 2. Zie ook het testament van Laes’ zuster Foekel (nr 86) en de aantekeningen daarbij. Een extra aanwijzing voor de daar ontwikkelde theorie dat Laes en Foekel geen kinderen zijn van Agge Edes maar van Agge Kempes, is de vermelding van het naeste bloet van Laes voers. van syn vaeders wegen: Womck Jongema, Hessel Douwe zoen, Wulcke Douwe
524
zoen. Womck was een dochter van Agge Kempes’ halfbroer Edo (zie diens testament, nr 126); Hessel en Wulcke waren kleinzoons van Agge Kempes’ volle broer Hessel. 4. Niet uitgewerkt wordt de relatie tot Aeel, Aeede Jongema weduwe (Aeede was een broer van Womck; zie zijn testament, nr 127); Foekel, Jelle Harinxma dochter (Jelle was een broer van Laes’ vrouw Mari); Syouck, Syerck Donnye huysfrouwe (zuster van Hessel en Wulcke); Wyts, Oefcke Hessel zoen dochter (Laes’ nicht Anna Oedsma was getrouwd met Oefcke Hessels Foppinga en had een dochter Wyts; UvB, f. 55v en 41v). Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
166 (1541 februari 27) heer Here van Hottinga huysvrouwe: Tryn meerdere Franeker Zie de aantekeningen bij nr 160.
Nr Naam Vader Moeder Broer Zusters Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
167 (1541 maart 22) Wytss Jungummae heer Godschalck (+) Idsck Harinxmae Tyaerdt (x juyffer Tryn) Sytzs (x Johan Herummae; kinderen, o.a. dochter Luytzs), Tet Frans Mennummae den jonge dochters: Fransche, Luytzs Bolsward 1. Dochter van Goslick Juwinga en Idtsck Harinxma (nr 169); trouwde Frans Minnema (UvB, f. 51r). 2. RAF, Archief Familie Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg, inv. nr 1042: codicil (1552) met aanvulling (1553); inv. nr 1043: codicil (1556); inv. nr 1044: testament (1559); inv. nr 1045: nadere beschikking (1559); inv. nr 1046: verklaring betreffende ontzegeling van het laatste testament (1562). 3. Zie ook het testament van haar zuster Tet (nr 202).
Nr Naam Moeder Broers
168 (1541 april 11) Eede van Martena Siouck doctor Kempo (+; dochter: Siouck; ’lichter dochter’: Anna x Siurd Wopcke zoon te Garijp), Epe (x Eesck), NN (+; x Bauck; dochter: N.N.; zoon: Doecke) NN (+; dochters: Scholastica in klooster Smalle Ee, Hiss met dochter Griet); Eesck (?) ’lichter zoen’: Andries ’moy’: Rinthie; nichten: Foeckel (x Hans van Oesten), Cuneer (x joncker Bunau) Leeuwarden (?) 1. Zoon van Doecke Martena en Siouck Unia; trouwde Jel Douma (UvB, f. 54r). Omdat Jel pas overleed in 1540, is met Eesck, myn huysfrowe waarschijnlijk een dienstmaagd bedoeld. Eesck komt ook niet voor in de genealogieën. Eede overleed 1541 (UvB, f. 54r; vgl. SFA I, 268: 1540).
Partners Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
525
2. De niet met name genoemde broer was Tiebbe. Legaten aan Anna Claes van Luxenburch (komt ook in andere Martena-testamenten voor), Sytzs van Grombach (zuster van Foeckel en Cuneer, dochters van Hessel Martena), zuster van de vrouw van een broer in klooster Gernaard of Nazareth onder Hallum (vgl. nr 177: Epo’s vrouw Eesck heeft daar een zuster Auck Gerckes). 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Familie Van Martena, inv. nrs 19 (1542, 1544), 34 (1543), 69 (c. 1580). 4. Zie ook de testamenten van broers Kempo (nr 144) en Epe (nr 177). Nr Naam Vader Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
169 (1541 juli 10) Idtsck Haerinxema Sythie heer Godschalck van Jungummae, ridder (+) dochters: Sytzs (x Johan van Herumae; zoon: Goslick), Wytzs (x Frans van Mennemae den jonge +), Tet (x Stoffel van Roerda); zoons: Dowe (+), Tyaerdt Bolsward 1. Dochter van Sythie Harinxma en Tet N. (Bonnema, Hillema?); trouwde Goslick Juwinga; overleden 1542 (UvB, f. 46v en 51r). 2. Zie ook de testamenten van haar dochters Wytzs (nr 167) en Tet (nr 202).
Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
170 (1541 juli 15) Fed Wierd Metzies (+) dochters: Jetzs (x NN); Agneet (in klooster Aalsum) klooster Aalsum (afkomstig uit Bergum) 1. Fedda en Wyaart Matthys zoen waren in 1537 als proveniers opgenomen in Aalsum (GPCV II, 694). 2. Zie ook nr 187 en het testament van dochter Agneet (nr 174).
Nr Naam Vader Moeder Broers Zuster
171 (1541 oktober 25) Wythie van Camminga Pieter Camminga (+) Fouwel Camminga (+) Sicko (+; x Kathrina; zoons: Pieter, Taecko, ’mette’ van Wythie); Hayo Graets (zoon: Tzyaerdt Hollinge, ’mette’ van Wythie; dochter: Fouwel Camminga; en andere kinderen) ’heerschop’ van Ameland, testeert te Leeuwarden 1. Zoon van Pieter Camminga (nr 98) en Fouwel Eminga (UvB, f. 36r). 2. Wil begraven worden in Hollum, maar als vervoer onmogelijk is, in Sint Catharinakerk te Leeuwarden bij zusters en broers. Andere dan de genoemde kinderen, van wie alleen Sicko is overleden, zijn niet bekend.
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar 526
172 (1541 november 21) Lieuwo Pieter Saepck Renthzie dochter neven: Jucko, Syds; nicht: Haeck (Oudkerk; broer: Taecko) Oudkerk Zie nr 150.
Nr Naam Vader Kinderen Woonplaats
173 (1542 april 16) Jacob en zijn vrouw Tyets van Jacob: Frerck; van Tyets: Doytze meerdere Bolsward
Nr Naam Vader Zuster Woonplaats Commentaar
174 (1542 mei 26) zuster Agnes Wiert Metgen zoen Jetge (x Gottert) zuster in klooster Aalsum Zie ook de testamenten van Agnes’ moeder Fed (nrs 170 en 187).
Nr Naam Moeder Broer Zusters Partner Woonplaats Commentaar
175 (1542 augustus 23) Sytse Harincxma At Jelle (kinderen) Auck (x Wlcke Oennema), Mary (x Laes Jongama +; kinderen) Jyts Hania IJlst 1. Zoon van Sirck Harinxma en Att Fons (de getuige heer Hottie Fons, pastoor te Jorwerd, zal familie van haar zijn); trouwde eerst His Ockema, daarna Jyts Hania (UvB, f. 46v). 2. Op het testament volgt een opgave van onroerende goederen van de testateur (RAF, Archief Huis Tjaardastate, inv. nr 421, f. 5r-7r). 3. Zie ook testamenten van broer Jelle (nr 159) en zwager Laes (nr 165).
Nr Naam Broers Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
176 (1542 augustus 25) joncker Roeliff van Bunau meerdere Cuner dochters: Agniete, Margarieta, Helena Franeker 1. Getrouwd met Cuner Martena (UvB, f. 54r), dochter van Hessel Martena (nr 92). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Familie Van Harinxma thoe Slooten, inv. nr 136 (gedeeltelijk afschrift in vertaling van uitspraak van hertog van Saksen over aanspraken van erfgenamen op goederen in Duitsland, z.d.).
Nr Naam Broers
177 (1542 oktober 29) Epo van Martena doctor Kempo (+; natuurlijke dochter: Anna; dochter: Sioucktien); meester Tiebbe (+; zoon: Doecke) Eesck (zusters: Auck Gerckes, in klooster Gernaard of Nazareth onder Hallum; Anna Gerckes, priorin in klooster Cusemer) nichten: Intzs en Anna Hothnye (beide in klooster Bethlehem) Leeuwarden 1. Zoon van Doecke Martena en Sjouck Unia; trouwde Eesck Gercke dochter Tiessens (UvB, f. 54r). 2. Intzs en Anna waren dochters van zijn moeders zuster His en Juw Hottinga (UvB, f. 50v). Waarschijnlijk verwant: Gauts (in klooster
Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
527
Gernaard of Nazareth onder Hallum), Anske (priorin klooster Bethlehem), Anna Claes van Lutzeburg kindskind. 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Familie Van Martena, inv. nr 69 (c. 1580). 4. Zie ook testamenten van zijn vrouw Eesck uit 1554 (GA Leeuwarden, Archief Olde Burger Weeshuis, inv. nr 654), broers Kempo (nr 144) en Eede (nr 168) en Tiebbes weduwe Bauck Camstra (nr 195; inmiddels hertrouwd met Syds van Bottinga). Nr Naam Vader Broers Zuster Partner Woonplaats Commentaar
178 (1542 november 5) Hessel Tyerck Syuwerdt, Gaetse halfzuster: Sydts Anna Claes dochter Leeuwarden 1. Zie ook testamenten van Hessel van 1560 (GA Leeuwarden, Archief Olde Burger Weeshuis, inv. nr 655) en 1567 (Ibidem, inv. nr 656) en van zijn weduwe van 1576 (Ibidem, inv. nr 655). Hij overleed uiterlijk 14 november 1567 (Ibidem, inv. nr 625). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: Ibidem, inv. nr 656.
Nr Naam Vader Broer Zusters Partner Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
179 (1543 februari 28) Frauw Gerbrandt Stenstra (+) Gemma Fed, Jouck, Atke; natuurlijke zuster: Beitzs (in Sint Anna klooster) Hero Buirmanye zwanger grootmoeder: Eetthie Stenstra; nicht: Thietke (in klooster Bethlehem) testeert te Leeuwarden 1. Geboren te Kampen in 1518, dochter van Saepk Itsma en haar tweede man Gerbrandt Stenstera; trouwde Hero Burmania; overleden 1548, begraven in Stiens (UvB, f. 60v). Zowel UvB als SFA geven de naam van haar vader als Sibren in plaats van Gerbrandt. 2. De vierde echtgenoot van Frauws moeder Saepk was Douwe Burmania, de vader van Frauws man Hero (UvB, f. 53r). Zij kregen twee kinderen, Gemma en Atke, de door Frauw genoemde broer en zuster (UvB, f. 35r). 3. Nicht Thietke was een dochter van Wytz Itsma, zuster van Frauws moeder. Zie de testamenten van Wytz (nrs 162 en 185).
Nr Naam Broers Zusters Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
180 (1543 oktober 30) Salvius Foppinga Wfko (+; dochter: Tryn; en andere kinderen) Anna (+; zoon: Hessel Meckema; vier dochters) Aelcke Hermana nicht: Rints Camminga Dronrijp 1. Zoon van Hessel Foppinga en Frouck Eminga; trouwde Aelcke Hermana (UvB, f. 41v). Overleed 1543 november 7 (GFL IV, 74 (Dronrijp G 117).
528
2. De nicht Rints was Rints Minnema, getrouwd met Wyttie Camminga, kleinzoon van Rienck Eminga, broer van Salvius’ moeder Frouck; haar jongste zoon Rienck wordt ook bedacht in het testament (UvB, f. 35v). Nr Naam Vader Broer Zuster Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
181 (1544 februari 27) Zettie Lickle Tyerck (+) Wlke Yeske (zoon: Pier) zoons: Tyerck (lichter dochter: Auck), Jacob Ruigahuizen Er wordt ook beschikt over geld van Holla Zytie zoen, mogelijk een overleden zoon.
Nr Naam Zuster Partners Woonplaats Commentaar
182 (1544 april 6) Ritzske Bolama Siolck Geel (+); Syrdt Leeuwarden Zie ook de nrs 130-132 en 190, en de aantekeningen bij nr 130.
Nr Naam Broer Kinderen Woonplaats Commentaar
183 (1544 mei 1) Syercktzien Donie N.N. (zoon: Feddo Haerda) zoon: Gosse (+) Leeuwarden 1. Dochter van Sirck Agges Donia en Beyts Pibes Liunga alias Haerda; trouwde Gosse Goffes Aebinga (UvB, f. 47ar). In UvB, f. 30v en SFA I, 158 wordt vermeld dat zij overleed in 1524, en haar man in 1515. Het eerste kan niet juist zijn, gezien de datum van het testament. Haar zerk geeft geen uitsluitsel (GFL III, 66-67 (Galileeërkerk, G 156): zerk van Syrckyen Do[nia], overleden 15[..] januari 22). In 1534 wordt zij vermeld als weduwe van Goesse Abyngha (OFO II, nr 365). 2. De niet met name genoemde broer was Pibe Mernstra alias Haerda, zoon van Beyts uit haar eerste huwelijk met Hessel Mernstra (UvB, f. 45v).
Nr Naam Broer Zuster Partner Kinderen
184 (1544 mei 2) heer Foppe Baucke (+; kinderen, o.a. zoon Jarich) Rixt (kinderen: Rints, Frans, Atze) huisvrouw: Peterick zoons: Bertelt, Atze (+; kinderen), Anne, Frans, Jurgen, Marten, Cornelis (de twee jongste) Tzummarum (vicaris) Heer Foppe moet kort hierna zijn overleden, want in 1546 worden zijn erven genoemd (RvdA III, 140 e.v.).
Woonplaats Commentaar Nr Naam Partners
185 (1544 september 14) Wytz Aebbinge N.N.; Adzert 529
Kinderen Woonplaats Commentaar Nr Naam Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
(bij Adzert) zoons: Wybe (+), Andleff (+); dochter: Tyemck; (uit eerder huwelijk) dochters: Fraw (+; kinderen erven in haar plaats), Teetke (in klooster Bethlehem) getuigen o.a. pastoor Ferwerd en secretaris Ferwerderadeel Zie de aantekeningen bij nr 162. 186 (1544 oktober 28) Reynsk Camstra Hette van Dekama (+; broer: meester Sicke) zoons: Pieter (oudste), Aesghe, Hette (jongste); dochters: Edewaer (in klooster Tzummarum), Yde, Marie, Jel Jelsum 1. Dochter van Rienck Camstra en Gerland Hoxwier; trouwde Hette Dekema (UvB, f. 36v). Volgens het opschrift op hun zerk overleed Hette 1522 september 20, Reynsk 1549 augustus 4 (GFL III, 35: zerk uit Galileeërkerk). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: RAF, Archief Familie Van Sminia, inv. nr 1410 (1550): scheiding en deling tussen Pieter, Hette, Yde (x Ryoerd Aebinga), Jel (x Tjaert Jongema) en Marie (x Julius Botnia).
Nr Naam Woonplaats Commentaar
187 (1545 januari 22) Fedde Wyrs Beets 1. Geeft haar bezit in Noordermeer aan Joachum Teye zoen en Wythe Gotters dochter. Uit het testament van Feddes dochter Agnes (nr 174) blijkt dat Feddes dochter Jetge was getrouwd met Gottert. Wythe was dus Feddes kleindochter. 2. Zie ook nr 170, en het testament van Feddes dochter Agnes (nr 174).
Nr Naam Broer
188 (1545 juni 21) Take van Herama N.N. (+; dochters: Luts Camminga, Cathryn Camminga, Eedwer van Hocxwier; kleinkind: Luts, dochter van doctor Hector van Hocxwier) N.N. (+; dochter: Cathryn Ryngie), Hylck (+) nicht: Tied Herama; Take, jongste zoon van wijlen Sicke Cammingha; mette: George Roorda; neven: meester Wattie Roorda, Johan Walta Franeker 1. Zoon van Take Herema en Att Roorda (UvB, f. 48r). 2. De overleden broer was Gerrold. De dochters die in dit testament al dan niet expliciet worden genoemd, waren Luts (x Minne Camminga), Cathryn (x Sicke Camminga; zoons: Pieter, Take), Eedwer (x Aesge Hoxwier), Atke (x Hector Hoxwier; dochter: Luts), Anna (+ 1538; x Schelte Liauckema). De overleden zuster was Rints (x Doecke Rinia; dochter: Cathryn; UvB, f. 57r). Nicht Tied was een dochter van Takes broer Johan (x Tierck Walta; zoon: Johan). Wiggle Herama toe Sweins was een achterkleinzoon van Takes oom Breutick. Zie voor Herema UvB, f. 48r. 3. Wattie Roorda was een achterneef van Takes moeder (UvB, f. 57v). 4. Zie ook GA Franeker, Archief Gerecht, inv. nr BB 1 (1546): specificatie van boeken, geleend aan heer Bocke.
Zusters Ov. familie Woonplaats Commentaar
530
Nr Naam Partners Kinderen Ov. familie Commentaar
Nr Naam Zusters Partner Woonplaats Commentaar
189 (1545 november 11) Rynts Minnema Wytie Camminga (+), Heero van Roorda (+) zoons: Renick (jongste), Frans, Haye, Wattie; dochters: Trynke, Ympke, Doed (x Georgien van Roorda), Tyemck (x Frans Humalda; dochter: Luts), Sipke (+), Mary (+) Sybren Roorda 1. Zie de aantekeningen bij nr 129, het testament dat Rynts maakte samen met haar eerste man. 2. Sybren Roorda (nr 210) was de vader van Rynts’ tweede man Heero en van Doeds man Georgien (UvB, f. 58r). 190 (1545 december 2) Ritske Bolema Anna (in klooster Siegerswoude); halfzuster: Jets (dochters: Anske, Aucke; meerdere zoons: legaat aan twee jongste zoons) Syerdt Leeuwarden 1. Zie de nrs 130-132 en 182, en de aantekeningen bij nr 130. 2. Legaten aan Alyt Syolken dochter en Anna Gerloffs dochter in klooster Siegerswoude. Alyt was waarschijnlijk een dochter van Ritskes zuster Syolk.
Nr Naam Zuster Kinderen Woonplaats Commentaar
191 (1546 februari 1) juffrouw Luts van Ockema Teetke zoon: Hero; dochter: Rixt testeert in Franeker, wil begraven worden in Burgwerd 1. Dochter van Frans Minnema en Luts Feitsma; trouwde Joost Ockema (UvB, f. 55r). 2. Vermaakt land dat voor een derde deel toekomt aan Schelto Liauckema, zoon van Luts’ zuster Imck en Sicke Liauckema (zie UvB, f. 53v).
Nr Naam Vader Kinderen Commentaar
192 (1546 juni 1) Symon en zijn vrouw Barber van Symon: Hoeyte; van Barber: Tymen dochters: Fueck, Neel (x Sipcke Syuerdts zoen) 1. Symon was mogelijk dezelfde als Symen Hoyts zoen of Symen Hoeits, schepen van Bolsward in 1539 en 1544 (GA Bolsward, Oud Stadsarchief, inv. nrs 772 en 797). 2. Barber beschikt over een half huis in Leeuwarden. Mogelijk was zij een dochter van Tymen Frericks zoen, vele malen schepen van Leeuwarden tussen 1498 en 1520. Tymen was afkomstig uit Bolsward (Schroor, ’Leeuwarder burgers’, nr 89).
Nr Naam Partner Ov. familie
193 (1546 november 20) Schelta Andla Latzema Jel (+) nicht: Tryn, dochter van Pybe Hette zoen; neven: Hans Hans zoen en Atte Opnehuysen; nicht: Jets Abbe Gerloffs zoens dochter (erfgename) Sexbierum
Woonplaats
531
Commentaar
1. Ouders niet bekend; trouwde Remck Kempe dochter Oenema (UvB, f. 38v) en Jel Hommes Hettinga (UvB, f. 48v). Jel zou ook getrouwd zijn geweest met Siurd Andla (UvB, f. 47r). 2. Volgens UvB, f. 48v overleed Jel in 1543 kinderloos; volgens f. 38v hadden Schelte en Jel een dochter Jets, als weduwe van N.N. hertrouwd met Wlke Douma. Schelta’s erfgename Jets was kleindochter van Fokel Gerlefs (zie nr 110). Mogelijk was Abbe de eerste man van dochter Jets. Wel wordt Abbe als eerste echtgenoot van Wlkes zuster Gerland Douma vermeld, maar hier lijkt UvB niet zeker van zijn zaak: volgens f. 38v was Gerland hertrouwd met Here Agges in Bozum, volgens f. 56av trouwde zij eerst Heere Agges in Sexbierum, daarna Heere Aarnds in Bozum. 3. Als Jets Abbes of haar kinderen sterven zonder wettige nakomelingen, mag Latsmastate worden bewoond door Atte Opemehuysen of zijn kinderen. Het is niet duidelijk in welke relatie zij staan tot Schelta. 4. Legaten aan Feyke Heercke zoen en zijn zusters dochter Jets uit hoofde van het testament van wijlen Rints, hun moeye; Hette en Andla, zoons van Jelte Jorryt zoen; Sicke Dye zoen en zijn zuster Jeets; Atte Fedghe. 5. Zie ook de nrs 206 (1549) en 207 (1550).
Nr Naam Zuster Partner Ov. familie Woonplaats Commentaar
194 (1547 februari 19) Siouck van Martena halfzuster: Anna Schelto Liauckema grootmoeder: Gees, te Groningen Sexbierum 1. Dochter van Kempo Martena en Peye Lewe; trouwde Schelte Liauckema (UvB, f. 54r). Zie de aantekeningen bij nr 144 (Kempo Martena). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Familie Van Martena, inv. nrs 24 (1547) en 69 (c. 1580); RAF, Archief Huis Liauckamastate, inv. nrs 204-206 (1547-1555).
Nr Naam Moeder Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
195 (1547 februari 22) Bauck Kamstera NN (+; x Edo van Martena +) Syds van Bottinga zoon: Doeke Martena; (bij Syds) dochter: Jel; twee zonen testeert in Nijland 1. Dochter van Abbe Saskers Camstra en Jel Douwes Douma (hertrouwd met Edo Martena, nr 168); trouwde eerst Tiebbe Martena (broer van Edo), later Syds Botnia (UvB, f. 37r en 54r). 2. Genoemd wordt Scelte Liauckema, getrouwd met Siouck (nr 194), dochter van Tiebbes broer Kempo (UvB, f. 54r). 3. Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Familie Van Martena, inv. nr 69 (c. 1580).
Nr Naam Kinderen
196 (1547 maart 12) Moey Sipkis zoon: Jolle; dochter: N.N. (+; x Lauw; zoon: Tyerck dochters: Sypke en Myercku) Sondel Zie de aantekeningen bij nr 143.
Woonplaats Commentaar 532
Nr Naam Broer Woonplaats Commentaar
197 (1547 mei 14) Frederick en Julius van Botnya, broers Dominicus (+) betreft Botnia state in Marrum Zoons van Juw Botnia en Fokel Hottinga; Frederick of Feicke trouwde Maximiliana van Absolon uit Brussel, Julius of Juw trouwde Maria Dekema (UvB, f. 33v).
Nr Naam Moeder Woonplaats Commentaar
198 (1547 september 28) Wytthie Camstra en zijn vrouw Rema Hermana van Rema: Wyck Hermana Wirdum, op Camstra zate 1. Wytthie was zoon van Rienck Camstra en His Ockinga (UvB, f. 36v). Rema was dochter van Hobbe Hermana en Wick Feitsma; trouwde achtereenvolgens Watze Harinxma, Wytthie Camstra, Hartman Galema en Hieronimus Hania; uit geen enkel huwelijk had zij kinderen (UvB, f. 47av). 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap van Wytthie: RAF, Archief Familie Thoe Schwartzenberg en Hohenlansberg, inv. nr 1430 (1557).
Nr Naam Vader Broers Zusters Partners Kinderen Ov. familie
199 (1548 februari 7) Reintzen Douwe Wlcke Douwe zoon, Hessel Jongema (+) Anna (x Rioerdt Alberts), Gerlant, Syouck Pier Sytzema zwanger moeye: Renick (in klooster Groendijk); nichten: Jelcke, Barber (beide in Sneek); oom: Kempo van Juuynghema (+) wil begraven worden in Arum 1. Dochter van Douwe Douma van Oenema en Jel Jongema; trouwde Pier Sytzema te Arum (UvB, f. 38v, 56av en 52r). 2. Heeft met Anna en Rioerdt en de andere erfgenamen van haar oom Kempo (broer van haar moeder) een scheiding gesloten op 1538 november 23 (UvB, f. 52r).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Woonplaats Commentaar
200 (1548 oktober 3) Tryn Alberts Leeuwarden (weeshuismoeder) In dorso: Catryn Halbe dochter
Nr Naam Vader Broer Zuster Woonplaats
201 (1548 december 27) Dirck en zijn vrouw Thrin van Dirck: Adem; van Thrin: Arent van Dirck: Jelle (+; zoon: Agge +, met kinderen) van Dirck: N.N. (kinderen) Bolsward (Dirck is schepen)
Nr Naam Partner Kinderen
202 (1549 januari 13) juffer Teth Jongema Christophel Roorda twee 533
Woonplaats Commentaar
betrokken bij testament: pastoor Ried, vicaris Berlicum 1. Dochter van Goslick Juwinga en Idtske Harinxma; trouwde Christophel Roorda; overleed in 1549 (UvB, f. 51r). 2. Zie ook de testamenten van haar moeder (nr 169) en haar zuster Wytss (nr 167).
Nr Naam Vader Broers Zusters Partner Kinderen Woonplaats Commentaar
203 (1549 februari 8) Tjepck Tjepcke N.N. (dochters: Ebel in klooster Sion, Ricla) halfzuster: N.N. (kleinkinderen) Jaspar Aesgama (+) dochters: Baet (+), Wyck (x Tzalingh) testeert in Wirdum, meeste belangen in Dantumawoude 1. Dochter Wyck (+ 1551) trouwde Tzalingh Hommes Camstra (UvB, f. 36v). Volgens UvB, f. 54v trouwde een niet met name bekende zuster van Wyck met Tialingh Mockema; dit zal dus Baet zijn geweest. 2. Zie ook RAF, Archief Familie Van Sminia, inv. nr 1366: stukken betreffende de boedel van Jaspar Aesgema (1539).
Nr Naam Vader Partner Ov. familie
204 (1549 april 11) Nanne Reyn Hid (wil begraven worden in graf van haar vader) erfgenamen: zusterlingen (sommige overleden met nalating van kinderen) Bolsward (schepen) 1. Trouwde Hid, dochter van Hera Jelbits (nr 66). Haar testamenten uit 1561 in GA Bolsward, Archief Weeshuis, inv. nr 78. 2. Zie ook nr 205. 3. Mogelijk verwant: wijlen heer Aggo te Sneek, van wie Nanne land heeft verkregen. 4. Over de afwikkeling van de nalatenschap van Nanne en Hid: GA Bolsward, Archief Weeshuis, inv. nrs 79-82; ibidem, Oud Stadsarchief, inv. nr 798 (1549).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader Partner Woonplaats Commentaar
205 (1549 april 13) Nanne Reyn Hyd Bolsward Overleden op dezelfde dag. Zie verder nr 204.
Nr Naam Woonplaats Commentaar
206 (1549 december 21) Schelte Andla Latzema Sexbierum 1. Zie de nrs 193 en 207. 2. Legaten aan Sicke Dye zoen, Jets, Anna Tryne dochter in Leeuwarden (t.b.v. haar kinderen). De legaten die in nr 193 werden bestemd voor Jets, zuster van Sicke Dye zoen, en Atte Opnehuysen, vervallen wegens hun overlijden. Tryn Pybe dochter beweert een graad nader te zijn dan Jets Abbe dochter.
534
Nr Naam Ov. familie Woonplaats Commentaar
207 (1550 januari 22) Schelte Latzma myech: Hessel Sexbierum 1. Zie de nrs 193 en 206. 2. Legaten aan Anne Jelte wyf te Leeuwarden (t.b.v. haar kinderen), Sicke Dye zoen, Humma Peter Harsma zoen, Ryns Derck zoen, Dowe Goslyx zoen, Hans glaesmaker, Goslick Lyeues (woont bij Schelte in huis), Froucks twee dochters en haar zoon Joeryen.
Nr Naam Vader Zuster Kinderen Ov. familie
208 (1550 april 2) Obbe Dirck Aets Dircx (in ’Bayum’, vermoedelijk klooster Monnikebaijum) dochter: Thiets (in klooster Monnikebaijum) naaste bloed: heer Frans (in klooster Foswerd), Ruerdt schroer en zijn broer en zuster, Neel Jans, Jan Jans zoen te Goutum, Haye en Herdis Buwe zoenen, Jel te Bolsward, Ane Jans te Franeker, Doue Claes zoen te Lekkum, Aleff Lolle zoen. Leeuwarden 1. In een codicil van 1552 augustus 23 (GA Leeuwarden, Archief Olde Burger Weeshuis, inv. nr 651) worden de rechten van zijn dochter sterk beperkt ten gunste van het weeshuis. 2. Over de afwikkeling van de nalatenschap van Obbe en Thiets: GA Leeuwarden, Archief Olde Burger Weeshuis, inv. nr 652 (1563-1576).
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Partners Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Broers Partner Kinderen
209 (1550 september 7) Jeye Sickingha Douwa Donya (+); Haring Sythiema (zuster: Moede x Syds Tyarda (+), kinderen) (bij Douwa) zoon: Johan (+) nichten en rechte erfgenamen: Griete (x Jan ten Holten), Johanna (x Dirck van Ballen) Hallum 1. Dochter van Jan Sickinghe; trouwde eerst Douwa Donya alias Itsma, daarna Haring Sythiema (UvB, f. 53r en 59v). 2. Er is twist mogelijk over de nalatenschappen van haar eerste man Douwa en haar zoon Johan met Saepke van Burmania, haar zuster en haar zusterskinderen. Douwa was een zoon van Saepck Donia en Werp Itsma. Werp hertrouwde Frau Juwsma, bij wie hij drie dochters kreeg, onder wie Saepck, die trouwde met Douwe Burmania (UvB, f. 53r). 210 (1550 september 17) Sybrandt van Roorda Schelte (5 kinderen, onder wie zoon Crystoffel); Johan (zoon: Frans; dochter: Rints) N.N. (+; broers: heer Hero van Hottinga, Jarich Hottinga (+; kinderen en kleinkinderen) zoons: Goffe van Roorda (x Mechtelt, dochter van meester Marten van Naerden, luitenant van Groningen), Georgen van Roorda (dochter: Harmck); dochter: Impcke (+; x Bocke Gratinga +; zoon: Hero, moet voortaan Van Roorda heten en wapen van Sybrandt gaan voeren) 535
Woonplaats Commentaar
Nr Naam Moeder Zuster Partners Kinderen Ov. familie Woonplaats Commentaar
Nr Naam Vader Zuster Partner Woonplaats Commentaar
536
Leeuwarden (pastoor Sint Catharina is biechtvader); eerder Spannum (huis Doenterp) 1. Zoon van Goffe Roorda en Imck Hommema; trouwde Haring Hottinga (UvB, f. 58r). Overleden uiterlijk 1550 december 1, als in de akte die op het testament volgt, wordt gesproken van wijlen Sybrandt van Roorda. 2. Legaten aan Baue Roorda, kinderen van Jel Roorda en kinderen van Rynts Roorda. Baue en Rynts waren kinderen van Sybrandts broer Fredrick (UvB, f. 58r). Mogelijk was Jel hun zuster. 211 (1550 december 6) Hessel Boytiema stiefmoeder: Catrina volle zuster: Griet (+) 1. Hisse (+; zuster Sascker in Smalle Ee); 2. Mary (bij Hisse) zoons: Syerck, Abbe, Douwo, Hayo, Eepo; dochter: Geel; natuurlijke dochter: Katrina (x Canter?; kinderen) miech: Syuck Mollema Kollum (Boythiema state) 1. Zoon van Sirck Remmersma en Greel (?) Boitsma, weduwe van Ritske Boitsma (UvB, f. 41v); trouwde eerst His Abbes Heringa (UvB, f. 37r), later Mary Harinxma (SFA II, 37-38), weduwe van Laes Jongema (nr 165). Hessel zou eerst desponsata (’verloofd’) zijn geweest met Alyd, dochter van Biuck Hemmema en Auck Eminga (UvB, f. 47av). 2. Syuck Mollema (lees: Mellema) was een neef van Hessel: zoon van zijn vaders broer Poppe Mellema (UvB, f. 41v). 3. Hessel heeft een vierde deel van een huis te Leeuwarden dat is gekocht door wijlen Eedo Martena en Jel Mencke. Hessels eerste vrouw Hisse was een dochter van Abbe Saskers Camstra en Jel Douma. Jel trouwde later met Edo Martena (UvB, f. 37r en 39r). De betekenis van Mencke in dit verband is onduidelijk. 4. Een aantal goederen waarover Hessel beschikt, komt deels toe aan de kinderen van Syds Botnia. Hessels eerste vrouw Hisse had een zuster Bauck, die eerst was getrouwd met Tiebbe Martena, daarna met Syds Botnia. Een andere zuster was Sasker, de in het testament genoemd moye van Hessels kinderen (volgens UvB, f. 37r in klooster Aalsum). 5. Hessel ontvangt jaarlijks een rente van Eepo en Goffo Douwema. Zij waren zoons van Jels broer Epo Douma (UvB, f. 39r). Die rente vloeit voor uit bezit van zuster Katrina Douwema in klooster Smalle Ee en zuster Gauts Douma in klooster Aalsum. Hun relatie tot Jel is niet duidelijk. 212 (1550 december 29) Rippert Reyner Hillegont Reyners dochter N.N. (+), N.N. (+), Dieuw Luytziens dochter Leeuwarden, afkomstig uit Amsterdam Over de afwikkeling van de nalatenschap: GA Leeuwarden, Archief Ritske Boelema Gasthuis, inv. nr 360 (1556).
6. Familierelaties tussen testateurs Auckema Sibrant Auckema Johan
Anscke 70 (1505)
Sibbel 61 (1501) 72 (1506) Pieter 134 (1534) 136 (1534)
Tiedt 156 (1539)
Teeth of Kathryn x Peter
Auck 137 (1534)
Aylva Epo Aylva Tjaard
Catharina x Sicke van Nyenhuys
Douwe x Yde Edwar 30 (1473) Sjaarda (zie verder Jelmera) 77 (1510) (zie verder Sjaarda)
Tyethye 74 (1507) (zie verder Liauckema)
537
Camminga Peter Camminga 2 x 11 (1440)
Site Lousma x 1 14 (1451)
Saeck x Wattia Harinxma 28 (1472)
Sicke 1 x
Dode Dokema 57 (1499)
Grathie 37 (1476)
Peter 98 (1521) Graets x 1 Wilco Holdinga x 2 Tiaerdt Burmania 164 (1541)
Peter Camstra (zie verder Camstra)
x 2 Haya Jelmera 50 (1486) (zie ook Jelmera) Siouck x Rienck Eminga Wytthie 171 (1541)
Wytthie Camminga 129 (1533) x Remtz Minnema 129 (1533) 189 (1545)
Camstra/Heringa Peter Camstra
1x
N.N. 1 x
Rienck
Tiets 1 x Jousma 104 (1523)
Site Lousma x 2 14 (1451) x 2 Tietke Unia
Wiggle 58 (1499) x Eelck Heringa
Peter
Feico
Sasker Heringa 80 (1510)
x 2 His Dekema
Rienck
Rienck
His x Douwe Jousma 124 (1529)
Abbe
Reynsk 186 (1544)
Wytthie 198 (1547) x Rema Hermana 198 (1547)
His x Hessel Bootsma 211 (1550)
538
Peter Camminga (zie verder Camminga)
Bauck 195 (1547)
Harinxma (Sneek) Bocke Wattia 28 (1472)
Yde 44 (1483)
Feico
Juw
Jel x Kempo Jongema (zie verder Jongema)
Katherina 94 (1518)
Hilck x Kempo Abbema
Kathryn 62 (1501)
Lutthye 116-119 (1527) x Schelte Liauckema 65 (1503)
Hessell Abinga 151 (1539)
Harinxma (IJlst) Epo Sirck
Sitze
Sirck
Hilck x Douwe Jousma 124 (1529)
Jelle 159 (1540)
Sytse 175 (1542)
Idtsck 169 (1541) x Goslick Juwinga (zie Juwinga)
Mary x 1 Laes Jongema 165 (1541) x 2 Hessel Bootsma 211 (1550)
539
Herama/Tyercksma (Bolsward) Jelbit Herama Hera x 66 (1504)
Wipcke Tyercksma 55 (1496) Eedwer
Janken 91 (1516)
Hid x Nanne Reyns 204-205 (1549) Herema (Tzum) Take Gerrold
Take 188 (1545)
Hylck x Epo Liauckema 138 (1535)
Tyaerdt 147 (1538) Hottinga/Juwinga Goslick x Hottinga
Ansck Juwinga
Juw Juwinga
Foekel x Hottinga
Epe a Kee
Tjaerd Juwinga
Tjerck Juwinga
Jarich Hottinga 34 (1475)
Goslick Juwinga x Idtsck Harinxma 169 (1541)
Juw Juwinga x Katherina Harinxma 94 (1518)
Cathryn 114 (1525) 123 (1528) 146 (1538)
Teth 202 (1549)
Wytss 167 (1541)
540
Here Hottinga
Both x Hessell Martena 92 (1517)
Haring x Sybrant Roorda 210 (1550)
Hero 160 (1540) 166 (1541)
Jelmera/Heringa Ritsche Jelmera 13 (1450) Sasker
Haya 50 (1486) x Dode Dokema 57 (1499) w.v. Sicke Camminga (zie verder Camminga)
x
Yde Aylva 30 (1473) w.v. Eelcke Heringa
buiten echt: Hantya Heringa x Doed 49 (1485)
Eelck x Wiggle Camstra 58 (1499) (zie verder Camstra)
Romcke Jets x Sioele Buwinga Ritsko Boelema 130-132 (1533) 182 (1544) 190 (1545)
Jongema/Walta Edo Jongema Hessel
Ansck 1 x
Kempo
x 2 Jel Harinxma
Epo x Jouck Walta
Aeda 42 (1481)
Eda 126 (1531)
Agge
Aedae 127 (1532)
Foekel 86 (1514)
Peer 145 (1538) 148 (1538) 154 (1539) x Bauck Unia 111 (1525)
Laes 165 (1541)
541
Liauckema Schelta Liauckema 40 (1479) x Tyethye van Nyenhuys 74 (1507) Epo 138 (1535)
Schelte 65 (1503) x Lytthye Harinxma 116-119 (1527) Sicke Schelte x Siouck Martena 194 (1547)
Martena Sitse Martena Jouka 51 (1488)
Hessell 92 (1517)
Doecke
Lucia x Fritz van Grunbach 103 (1523)
Cuneer x Roeliff van Bunau 176 (1542)
Kempo 144 (1538)
Siouck 194 (1547)
542
Epo 177 (1542)
Tiebbe x Bauck Camstra 195 (1547)
Eede 168 (1541)
Minnema Rints Hommema
1 x Frans Minnema x 2
Luts Feitsma
Remtz 129 (1533) 189 (1545) x Wytthie Camminga 129 (1533)
Frans x 1 Syt Eminga 2 Wytss Juwinga 167 (1541)
Luts 191 (1546)
Sjaarda Sicke Sjaarda Edwar 77 (1510) x Douwe Aylva (gaat zich Sjaarda noemen) Tjaard x Kathryn Harinxma 62 (1501)
Swob x Jarich Hottinga 34 (1475)
Lutke x Gerrold Herema
Cathryn 114 (1525) 123 (1528) 146 (1538)
Allert
Sicke x Sicka Lutthye 36 (1476) Harinxma 116-119 (1527)
Tyaerdt 147 (1538)
543
Glossarium aech (62), behoort adeel (50, 61, 63, 70), eeuwig deel (a = eeuwig); vgl. portio perpetua (16) aeffta zyd (67), echtgenote afslaen (106), ontnemen door doodslag afterdaden (38, 94, 113, 275, 280 etc.), postfacienda (39), kerkelijke plechtigheden na overlijden, t.b.v. zieleheil agen (72), onbekend; vermoedelijk corrupt ager (9), landmaat alft (342), alve of albe, witlinnen kleed van priester algued (15), onbekend; roerend goed? altorum et bassorum (5), in altis et bassis (29), over hoog en laag, geheel en al zoals het er bij ligt; vandaar ook: ongescheiden anbring (321), aanbreng, waarschijnlijk het register van 1511 (RvdA) anfall ende ghaerhyeld (160), bezoek en beraad, familiebijeenkomst anniversarium (4, 199, 252), jaarstond, jaarlijkse herdenking van de sterfdag antwort (37), andert (43, 63, 64), antwyrdt (152), aanwezigheid baech (151), onbekend; boog? bassdonyen (paternoster) (238), onbekend; soort (edel)steen? befestingh (99), hetzelfde als bueckwesta (zie aldaar) begynen (94, 189), baguta (1), begijn, derde-ordezuster; zie ook monialis (2) begangenis (253, 266, 296, 303, 357, 379, 449), begaen (48, 91), bezoek aan het graf tijdens uitvaartplechtigheid of memoriemis bekeringe (240, 278), beslommeringen beraden (18, 48, 60, 323, 324, 333), uitboedelen bergie (156), in onderhoud voorzien, zich redden bernth (18, 48, 81), last, in het bijzonder zielelast: religieuze verplichtingen t.b.v. het zieleheil van overledenen berou (108), toebehoren, in dit geval van een bed, dus: beddegoed beschyn (184), bewijsstuk bethe (85), voorbede, in het bijzonder voor zieleheil beyers (105), eigenlijk beyaert, roodbruin biddende orden (15, 17, 19, 43, 50, etc.), bedelorden berns, birns (46, 48, 50, 51, 66, etc.), uitboedeling, gift van kindsdeel bischop (275), schoolmeester blikena berth (46), blykende boert (120), blyckende geboert (203), levende nakomelingen boecken, buken (15, 18, 19, 38, 45, etc.), legaat aan kerk, meestal een vast bedrag per persoon of per bezitseenheid boeden (131), kerkelijke afkondigingen voor huwelijk boeszder (83), boesdoer (332), grote deur van een schuur bostegia (16), bestegen (43), boestgen (59, 195), trouwen broescap (45), broeders, in dit geval dominicanen bruckma, gebruick (280, 305, 389, 436), gebruiksrecht (zie ook notma) bueckwesta, buucwas (16, 36, 46, 117, 160, etc.), befestingh (99), huwbare leeftijd; misschien ook: zelfstandige vestiging bulster (bed ende -) (280, 396), strozak busse (105), vuurroer, geweer byliowert (216), belieft hij het, indien hij wil byorknyen (14), beoorkonden byriuchter (96), berechter, priester die laatste sacramenten brengt byscaet (145), gewenst, bepaald (van besceiden) 544
bystegha (ter moelda -) (45), ter aarde bestellen bytefta (250), ten achter, achterstallig Decretales (114, 303), verzameling pauselijke besluiten deedland (289), doodland, land waaruit afterdaden worden betaald deel (70, 72, 134, 155, 320, 437), portio (93), uitdeling aan priesters op jaarlijkse herdenking van overlijdensdag (zie ook adeel) deel (94, 123, 319), teyl (84), grietenij deelta (161), dolte (deeyp - int uyt ende een int suart) (236), hoeveelheid te delven turf; ’witte’ turf is van mindere kwaliteit dan ’zwarte’ dempter (276), uit Deventer deymodt, mod (311), dagmaad, land dat in een dag kan worden gemaaid dick, wick (328), al het land, geheel en al (vgl. land ende sand) dolte, zie deelta druga ziela (247), ziel waarvoor geen afterdaden worden gedaan dusengh (81), gordel met schelletjes duesert (189), onbekend; hetzelfde als dusengh? dyoep (25, 32), (van jupe), japon eech (250), bezit eedss (65), turf eer ende veer (404), aanzien en rechten die bij een state horen eermissa (64, 279), edermisse (159), vroegmis eester (300), tuin, boomgaard eynter (153), eenjarig entra (91), inter (193), één van hen exarieren (382), opstellen (van een oorkonde) eyde (128), eg fal (289, 417), langwerpig stuk akkerland (vooral op zandgrond) ferierscep (225), bepaald soort schip, of een hoeveelheid die erin kan worden geladen fiscael (308), belastingambtenaar foerndeel, zie vorendeel foldat (275), voldoening, genoegdoening follost ende traest (253), verlossing en troost, verlichting van noden forndeel, zie vorendeel freedsbolla, vridachsbolle (27, 33, 70, 109, 233), porciones sexti feriarum (29), partitio cum sexta feria (4), uitdeling (van broden) op vrijdag ter nagedachtenis van overledene frionden, vrienden (16, 18, 48, 63, 142 etc.), bloedverwanten fyoerisser (116), vuurijzer (munt, een twaalfde van een rijnsgulden) gae (139), parochie gaelyoed (62), parochianen gaer (65), gzaer (342), kleding, in dit geval een priesterkleed gaerslach (119), sierstuk op een kledingstuk garsinge (109), grasland gasta (12), geesten, zielen genyet (136), genot van vruchtgebruik (zie ook bruckma, notma) getement (420), getimmerte, gebouw, opstal getta (417), eigenlijk jetta, nog gewalt (322, 323, 328, 329, 331, 391, 396), wauld (162), beschikkingsmacht ghafrouwe (37), parochiane ghenghen (192), (eigenlijk: gaande, gangbaar), zich bevindend, nu ter tijd? ghastman (35), iemand die op de gaast (zandgrond) woont gincber (314), gember gluppen (81), (van gluup, vals?), mogelijk een soort wapentuig 545
goulden, gouden (252, 253), goed als goud gzaer, zie gaer haedfrow (110), patrones, vrouwelijke patroonheilige haedprester (68), hoeftpryester (165, 166), pastoor, priester belast met zielzorg haeffelick ende erffelick (222), roerend en onroerend halshotia (99), bepaald soort huik, halshuik handlick ende schick (240), handlye ende schicke (278), behartigen harling (193), hoofdeling hat (144), hoofd, bepaalde landmaat heep (21), eigenlijk: sikkelvormig mes; hier mogelijk te emenderen tot sceep heerdt (447), hoeve, zate heerwarra (8, 9), huurgoed, huurland Heilighe Gheest (134), instelling voor armenzorg, in dit geval armenhuis helgum ende herum (48, 82, 103, 343, 439), heiligen en heren, kerken en priesters; vgl. priesters ende kercken (319) helgengel rieme (384), onbekend; ketting met daaraan een beeldje van een engel? hempgarten (83), (van heimgarten), hof bij het huis hemrick (21), hemryck (321), dorp, dorpsgebied herus (32), patroonheilige hoden (51), hoeden, borg staan voor hoeftpryester, zie haedprester hoernleger (83, 126, 280, 328, 416), huisplaats Hoghe Raed (313), Hof van Friesland holtfaallen (389), fal (zie aldaar) met houtbegroeiing? holtfoeten (292), bepaalde lengtemaat huetsticken (276), (van huet = leer) leer bewerken, kleding en schoeisel maken huussitten (65, 117, 253, 357, 363), rechte armen, armen die niet bedelen maar thuis worden bedeeld; vgl. huusarmen (429) iconimi (185), (van oeconomus), kerkvoogd inlesa, inleghien (13, 20), inleggen, recht van koop uitoefenen iytwant (189), eetwaar jaerdeel (23, 43, 113, 267, 316, 342, 412), jaarlijks deel jaerstond (155, 352 363 376 379), jaarlijkse herdenking van overlijdensdag jaertyt (33, 113, 266, 320, 357, 437), hetzelfde als jaerstond (zie aldaar) jeerwand (50, 312), jeerweynghe (250), jeerwende (253), hetzelfde als jaerstond jeld (65), gilde jongerpriester (13, 47, 60, 303), hetzelfde als capellaen (zie aldaar) jongerschap (188, 189), kapelanie kaepbraed (117), koopbrood, brood van bepaalde omvang camahu (223), camu (357), camee capell (yseren - mitten yseren braetspitten ende braedpannen) (314), soort kast capellaen (182, 273, 320, 328), priester die pastoor helpt in zielzorg; ook: bedienaar van kapelanie zonder zielzorg kaysel (91), kleed (meestal kazuifel, maar hier is een kledingstuk van een vrouw bedoeld) keysers oerkene (37, 66), notaris kelen (koeren ofte kelen) (214), onbekend; van kedel, kiel, of kele, o.a. lepel? kerckheren (124), pastoor, biechtvader kercklast (335, 369), kerckgerechten (387), verplichte afdrachten aan kerk kerstenseel (72), gedoopt kind cistarys (79), bewaarder van de cista, het kistje met kleinodiën klemert (204), onbekend; van klimmer, munt, of kleinoet? klerlaey (151), onbekend; mogelijk een soort leyen (zie aldaar) 546
clyr (195), hetzelfde als clieder, kraag clennet (384), kleinood cleynbroet (202), fijn brood, gebak koeplanden (177), gekocht land (i.t.t. aangeërfd land) koer ende fyn sulver (292), zilver van bepaalde kwaliteit koer (koeren ofte kelen) (214), onbekend; van kore, mand of korf? komens rinsche gulden (86, 87), koopmans rijnsgulden; hetzelfde als gancber of current commensalis (8), tafelgenoot, in klooster provenier conferieren (406), betalen, inbrengen koyt (65, 110), biersoort coytcruysen (301), bierkroezen creeft (105), borstharnas crone goldt (293), bepaalde kwaliteit goud cruys, croos (256, 275, 292, 301, 359, 360, 381), kroes, beker lagatarienn, legataria (176), ontvanger van een legaat land ende sand (43, 79, 256, 280), al het land, geheel en al lanya (250), uitreiken, betalen lawghia (16, 193), nalaten, door vererving doen overgaan leen (49, 121, 154, 434, 450), prebende, prove legh (190) (van legginge), inbewaringgeving, depot leste (426), verdienste (vgl. Duits leisten) lexen (54), lessenen (121), lectien (142), lectiones (155), voorlezing tijdens kerkelijke plechtigheid leyen (322, 402), verveend land lichter sin, lichter dochter (23), bastaardzoon, bastaarddochter lyafyefte (12, 65), lieffghifte (315, 334, 352, 376), liefdegave, schenking aan partner lien (202), geleden, doorstaan lieten ende lawyghen (90), nalaten loeg (72, 90, 152), plaats lope (202, 218, 342, 389, 421), inhoudsmaat, schepel (speciaal van koren) lyepste (215), slechtste, van de minste kwaliteit lyffstonde (16), duur van het leven lyves bylyowet (13, 153, 169, 253), het leven verlaat, sterft macka (48), maakbrief, overeenkomst madme (173), onbekend; misschien te emenderen tot mannen? (gewoonlic madme i.t.t. eerder genoemde priesters en burgers) maenstond (134, 253, 266, 303, 357, 363), tricesimi (199), kerkelijke plechtigheid ter herdenking van een gestorvene, een maand na het overlijden maerscip (267, 324), zuivelmaat malien (63), gesp mande (88), gemeenschappelijk mangelinge (325), bemoeienis mannenmayde (83), mansmat (124, 253, 332), mannemed (365), mannemaad, hetzelfde als deymodt maynman (116), waarschijnlijk te emenderen tot waynman, wagenaar, voerman meckbrieff (110), oorkonde waarin uitboedeling is geregeld (vgl. macka) mesken (292, 301), messing monnen (73), mindere?; in druk a en b: monnich, menig? mortuaria (7), doodschuld, som die na overlijden aan kerk wordt betaald mulcten (157), rechtsmiddelen, straffen mutzie (275), moeite, tegenwerking mynde (beeste - rock) (215), onbekend; de beste rok van de minder goede? 547
nacht (330), geneucht, genot, gebruiksrecht (vgl. bruckma, genyet, nacht) nackte Jesus (172), devotiebeeld van Christus op de koude steen naedreht (173), noturfft (177), nedroeft (394), nooddruft, behoeften noerne (205), geen enkele noglike (115), deugdelijk notma (35), noet (91), genot, vruchtgebruik (vgl. bruckma, genyet, nacht) nouwa (66), neef nyaer (20, 443), naastingsrecht oblaten (153, 170), hosties Onse Lieve Vrouwe in die Sonne (213), Marianum, beeld van Maria in stralenkrans orkene (15, 64, 152), getuige orkenscip (43), getuigen osenbrucks (225, 294, 392), uit Osnabrück partitio, portio, zie deel, freedsbolla pastertzoenn (179), bastaardzoon patiert (377), onbekend; gegeven? peen ende broeck (297), straf pennighshure (18), pennyaheer (98), pennynxheren (192), bepaald soort tijns, speciaal op Ameland; vandaar ook: oppervlaktemaat perpetuus vicarius (28), waarnemend pastoor persona (13, 43, 182, 279), pastoor personatus (10), personaetschip (41), pastoorsprebende peye (80, 127), verhoging, doksaal prebendarius (28, 58, 103, 121, 182, etc.), prebendatus (246), prebendaet (278, 341, 354, 374, 425, 450), prebendaris, bedienaar van een prebende, meestal zonder zielzorg prerogativa (4, 199), prelegaat (= vorendeel) promptuarium (93), provisiekast pronda (20), prove (119, 121, 155), prebende protestatie (155), voorwaarde, nadere bepaling provepriester (77), bedienaar van een prebende puyster (314), blaasbalg quick ende til (37, 61, 280, 396), vee en tilbaar goed, roerende goederen quick ende claed (51), vee en kleding, roerende goederen; vgl. cleed ende claed (280) reidmeer (253, 338, 404), rietpoel reyl (213, 402), soort stof righem (106), berade zich, melde zich romenye (265), Franse wijn (i.t.t. Rijnwijn) romonsch (70), uit Roermond rucker (206), ruker (263), iets dat geur afgeeft ryer (153), eenjarig rund (enter ryer is dus dubbelop) sacrista (79), bewaarder van de sacristie saent (105), saninghe (106), sanynghe (116), aanspraak scetten (109), vee schaartz (ein schaulat -) (204), onbekend; bepaalde hoeveelheid stof?; of van schar, weide? schatta (21), onbekend; misschien een toponiem Schatta? scheed (91), scheyd (263), schede, breischede scheysgeswegh (314), brood van een schyesye (zie aldaar) schioed ende schaet (48), gescheiden, volledig bedeeld schot (25, 72, 110, 228), deel van kledingstuk schyesyen (189), kleine munt (van siseine, een zesde van iets, mogelijk van een stuiver) schyffwa (94), scywrie (28), schijf, speciaal hoeveelheid was in de vorm van een schijf (zie b.v. OFO IV, nr 32: waxschiwa) 548
sciphus (186), beker, bokaal schrickenburrichger (197), sickerburger (172), scrickenborger (434), munt seddel (276), cedulle, briefje sede ende pleghe (18, 105, 342), syd ende pliga (62, 216), zede en plege, oud gebruik semysse (322), onbekend servicia (39), (van cervisia), bier setten noch sellen (65), satte noch salle (117), vervreemden noch verkopen sevende dach (134), herdenking van gestorvene een week na overlijden seychem vanas (204), onbekend; vaan met wapen? sibdeel (182), verwant, mate van verwantschap siedinge (91), onbekend; zaailand? slag (25, 63, 213), sierstuk op kledingstuk smeyten (240, 278), toeslaan snees (100, 389), twintig sorket (31), overkleed sorsierie (157), waarschijnlijk van sorteren, rechtsgeldige gevolgen hebben spoelkint (104), onecht kind, vóór huwelijk verwekt sponsalia oft contractschyn (280), verlovings- of huwelijkscontract spreeck (97), aanspraak stal (18), stel, tweetal stal (49), rechtskracht; stal hebben van kracht zijn stirps (117, 136), geslacht, familietak stoeff (175), verwarmde kamer stowerie (159), stofferen, van een kleed voorzien, versieren sulffsderde (Sancte Anna -) (252), Sint Anna te drieën (Anna, Maria, Jezus) Summa Pisani (303), boektitel suurd (98), zwaard swaegeren ende snoeren (257, 258), schoonzoons en schoondochters swaer missen (19), plechtige missen swart (236, 366), van turf: betere kwaliteit swart nifke (253), nicht in een klooster waar zwart habijt wordt gedragen? sweednota (43), belender syck hebbe (54), (syck = zich), zich gedraagt taefele (205), schilderij, (altaar)tafel talentum, talentatum (4, 9), pondemaat tanst (193), (hetzelfde als tenst), denkt tecknen (189), dekens tenye (328, 330, 369), visserij teppelen (413), onbekend; noppen? testamentarius (18, 22, 43, 63, 66, etc.), testamentoer (128, 129, 167, 219, 228, etc.), persoon ten overstaan van wie testament wordt gemaakt; soms ook executeur-testamentair (b.v. 391) teyl, zie deel tiden (47), regelmatige afdracht aan priester toramet (125), toebedacht, aangewezen tortiza (43), toorts, kaars trachteren (161), behandelen tricesimi (199), zie maenstond troegh (83), onbekend; misschien van tuig, gereedschap of inboedel? trosas (204), drost twielegginge (258), twyleggher (311), scheiding, boedelscheiding twynferstandt (242), tweenverstant (344), onduidelijkheid, misverstand 549
tynyngha (44), omheining, omtrek tzermme (204), onbekend tzettelen (189), ketels umfring (167), onbekend uuttylt toe wyen (43), onbekend; waarschijnlijk corrupt verdreghen (125), het eens worden versoeket syn leed (108), zijn uitvaart bijwoont vertrecken (106), uitstellen vertyaene laen (389), verlaten of nagelaten landen vervollen (Godis boet -) (36, 67, 117, 279, 311), sterven vicarius (13, 28, 43, 69, 103, etc.), plaatsvervanger (vicarius perpetuus) van de pastoor; in Friesland slechts zelden bedienaar van een vicarie (b.v. 17) vorendeel, foerndeel (126, 136, 257, 280, 281, etc.), prelegaat; soms: fideïcommis vorharsinge (278), bevel, opdracht vridachsbolle, zie freedsbolla wanvorstand (280), eigenlijk: slechte verstandhouding; hier wellicht: geestelijk onvermogen warsinghe (116), (van werselinge), tegenstreven wauld, zie gewalt worp (304), werf wrdland (389), oud akkerland wrlep (215), overloop, dat wat over is wrtracterien (48), overdenken wyrdyng (189), waarde; een cleen boecks wyrdyng, een bedragje ter waarde van een klein boek yseren koe (213, 396), koe die als hij doodgaat moet worden vervangen door een andere; vandaar: eeuwig te ontvangen bedrag ter waarde van de opbrengst van een koe
550