Groeiachterstand van je ongeboren kind Inhoudsopgave Klik op het onderwerp om verder te lezen.
Normale groei van je kind tijdens de zwangerschap Ontstaan Oorzaken Toename Klachten Behandeling Mogelijke gevolgen voor je kind Gevolgen voor jou en je partner Een volgende zwangerschap Tot slot Adressenlijst Belangrijke telefoonnummers
1 1 2 2 2 2 4 5 5 6 6 6
Je bent onder controle in het ziekenhuis in verband met een mogelijke groeiachterstand van je ongeboren kind. De medische term hiervoor is intra-uteriene groeiretardatie (IUGR). Wat een groeiachterstand voor jou en je kind kan betekenen, lees je in deze brochure.
Normale groei van je kind tijdens de zwangerschap De mate van groei van je ongeboren kind is afhankelijk van genetische factoren, zoals het land van herkomst van de ouders, hun lengte en gewicht en omgevingsfactoren. De groei wordt verder beïnvloed door de voeding van de moeder, het gebruik van (giftige/schadelijke) stoffen, zoals in rookwaren, de werking van de moederkoek (placenta) en hormonale omstandigheden. Het gewicht van je kind is na 22 weken zwangerschap ongeveer 500 gram. Na 28 weken weegt het ongeveer 1000-1200 gram. Daarna stijgt het gewicht met ongeveer 200 gram per week. Jongens zijn bij de geboorte gemiddeld zwaarder dan meisjes. Dit verschilt ongeveer 120 tot 150 gram bij voldragen kinderen.
Ontstaan Een kind in de baarmoeder groeit normaal als de moeder, het kind en de moederkoek (de placenta; de voedingslink tussen beiden) gezond zijn. Een storing in één van deze factoren kan de groei negatief beïnvloeden. Een groeiachterstand ontstaat in de meeste gevallen door een verminderde werking van de moederkoek (placenta). De innesteling van de moederkoek in de baarmoeder aan het begin van de zwangerschap is belangrijk. Ook de ontwikkeling van de verbinding tussen de moederkoek en de bloedvaten in de baarmoeder is van groot belang. Een verstoring hierin begrenst de groei van je kind. Naarmate het in de tweede helft van je zwangerschap groter wordt, kan op de moederkoek een bepaald moment tekort schieten. Hierdoor vertraagt de groei van het kind. De belangrijkste organen,
………………………………………………………………………………………………………………………………….. Livive, Centrum voor Verloskunde St. Elisabeth Ziekenhuis, Hilvarenbeekseweg 60, 5022 GC Tilburg, Route 81, Telefoon: (013) 539 10 20 E-mail:
[email protected] Website: www.livive.nl
1
zoals het hart, de hersenen en de bijnieren blijven voldoende bloed krijgen. Vooral de schedel van het ongeboren kind groeit hierdoor beter dan de buik. Dit is zichtbaar op de echografie. Een groeiachterstand kan alleen vastgesteld worden door middel van vervolgonderzoeken (herhaalde echografieën). (terug naar de inhoudsopgave)
Oorzaken Een oorzaak voor een groeiachterstand is niet altijd te vinden. Er zijn een aantal (risico)factoren die een groeiachterstand kunnen veroorzaken. Denk hierbij aan: • de moeder rookt; • de moeder gebruikt alcohol, drugs of medicijnen (intoxicaties); • een infectie; • chromosoomafwijkingen; • groeiafwijkingen die voorkwamen in een eerdere zwangerschap; • nierziekten; • hoge bloeddruk bij de aanstaande moeder; • stress.
Toename De laatste jaren groeit het aantal kinderen, die geboren worden met een groeiachterstand toe. Dit is voor een deel te verklaren door veranderingen in de samenleving. • De gemiddelde leeftijd waarop vrouwen zwanger worden, stijgt. De kwaliteit van de bloedvaten (dus ook degenen die naar de baarmoeder lopen en degenen die in de moederkoek groeien) wordt minder naarmate een vrouw ouder wordt. Hierdoor ontstaat een groeiachterstand eerder bij vrouwen die op latere leeftijd zwanger worden. • Op latere leeftijd is de kans op een meerling groter. Bij meerlingen bestaat er een verhoogde kans op een groeiachterstand. • Wanneer een vrouw ouder wordt, neemt haar vruchtbaarheid af. Hierdoor hebben tegenwoordig meer vrouwen een vruchtbaarheidsbevorderende behandeling nodig om zwanger te worden. Hierbij komen meerlingen vaker voor, waardoor de kans op groeiachterstanden toeneemt. • Steeds meer vrouwen roken. Dit beschadigt de bloedvaten en leidt tot afwijkingen in de moederkoek. Hierdoor wordt de kans op een groeiachterstand groter.
(terug naar de inhoudsopgave)
Behandeling Op het gebied van groei is bewaking van de conditie van je ongeboren kind het belangrijkste onderdeel van de behandeling. Als blijkt dat een ongeboren kind een groeiachterstand heeft, wordt er een uitgebreide vragenlijst (anamnese) met je doorgenomen. Zo wordt er beoordeeld of er risicofactoren zijn voor het ontstaan hiervan. Opname in het ziekenhuis is vaak gewenst om rust te houden en eventuele problemen zo snel mogelijk te herkennen en behandelen. De gynaecoloog die je behandelt, bepaalt per dag wat de juiste behandeling voor jou is. Over het algemeen wordt geprobeerd de zwangerschap zo lang mogelijk te laten duren. Als jij en je kind in goede conditie zijn, kan dat zijn tot aan het moment dat de bevalling spontaan begint. Een behandeling bestaat over het algemeen uit 3 onderdelen:
………………………………………………………………………………………………………………………………….. Livive, Centrum voor Verloskunde St. Elisabeth Ziekenhuis, Hilvarenbeekseweg 60, 5022 GC Tilburg, Route 81, Telefoon: (013) 539 10 20 E-mail:
[email protected] Website: www.livive.nl
2
Intensieve controle Echoscopisch onderzoek biedt informatie over de conditie, grootte en groei van je kind. Het maken van een (groei)echo vindt ongeveer één keer per twee weken plaats. Verder wordt de hoeveelheid vruchtwater in de gaten gehouden en vindt er een zogenaamde flowmeting plaats. Dit meet de bloeddoorstroming in de navelstreng naar de moederkoek. Hoe beter die is, hoe beter de mogelijkheden van je kind zijn om te groeien. Een hartfilmpje van je kind biedt inzicht in zijn/haar conditie. Daarom wordt dit dagelijks gemaakt.
Veel bedrust en stoppen met roken De effectiviteit van bedrust is niet aangetoond. Wel is bekend dat overmatige activiteit een slechte invloed heeft op de groei van een ongeboren kind. Je mag wel uit bed om te douchen en naar het toilet te gaan. Het stoppen met roken is een belangrijke maatregel. Het effect hiervan is bewezen.
Observatie Een verslechtering van de conditie van een ongeboren kind, gaat vaak samen met het afnemen van zijn/haar bewegen. Er wordt daarom regelmatig gevraagd of je je kind goed voelt bewegen. 'Goed betekent meer dan tien keer per 24 uur.' Twijfel je, merk je veranderingen in de hoeveelheid bewegingen of in het patroon ervan, meld dit dan aan je verloskundige, gynaecoloog of verpleegkundige.
Klachten Lichamelijke en psychische klachten zijn 2 verschillende dingen. Hieronder lees je een aantal kenmerken waar je mogelijk mee te maken krijgt. Houd in gedachten dat elke zwangerschap verschillend is en dat jouw situatie anders kan zijn.
Lichamelijke klachten Tijdens je zwangerschap kun je last hebben van normale, maar wel vervelende zwangerschapskwalen. Denk aan rugpijn, vermoeidheid en/of slaapproblemen. Het is belangrijk deze klachten aan de verpleging te melden. Een comfortabele situatie is gunstig voor jou en je gemoedstoestand. Het is ook goed voor je kind, omdat er dan minder stresshormonen in je lichaam aanwezig zijn.
Psychische klachten Psychische klachten kunnen voortkomen uit angst en/of onzekerheid. Je bent onverwacht in een medisch traject terechtgekomen. Vaak heb je nauwelijks de tijd gehad om te kunnen bevatten wat er allemaal gebeurt. Hierdoor kan er naast angst en/of onzekerheid een gevoel van machteloosheid ontstaan. Jij en je partner voelen zich als toekomstige ouders mogelijk overgeleverd aan en afhankelijk van beslissingen die anderen nemen. Het is belangrijk dat je goed geïnformeerd bent. Dit kan angst en onzekerheid gedeeltelijk wegnemen. Vraag daarom aan je verloskundige/gynaecoloog of verpleegkundigen uitleg over je toestand en wat de verwachtingen zijn. (terug naar de inhoudsopgave)
………………………………………………………………………………………………………………………………….. Livive, Centrum voor Verloskunde St. Elisabeth Ziekenhuis, Hilvarenbeekseweg 60, 5022 GC Tilburg, Route 81, Telefoon: (013) 539 10 20 E-mail:
[email protected] Website: www.livive.nl
3
Mogelijke gevolgen voor je kind De problemen die een ongeboren kind met een groeiachterstand ondervindt, hebben te maken met een verminderde toevoer van voedingsstoffen en zuurstof door de moederkoek en met het tijdstip van de bevalling. Door een verminderde aanvoer van voedingsstoffen groeit je kind minder hard of treedt een groeivertraging of -stilstand op. De hersenen en het hart van je kind worden eerst van voedingsstoffen en zuurstof voorzien. Dit gaat ten koste van de aanmaak van een vetreserve, waardoor je kind mager zal zijn. Het kan langere tijd zonder voldoende voedingsstoffen overleven zonder daarvan grote schade te ondervinden. Een zuurstoftekort dat enige tijd duurt, heeft uiteindelijk wel ernstige gevolgen voor je kind. Met behulp van echo’s en hartfilmpjes maakt de gynaecoloog een inschatting van de groei en conditie van je kind. Helaas is er nog geen methode beschikbaar die de conditie van het kind en de noodzaak voor een ingreep met 100% zekerheid kan voorspellen.
Geboorte van je kind Als de conditie van zowel jou als je kind het toelaat, heeft een natuurlijke (vaginale) bevalling altijd de voorkeur. De bewaking van de conditie van je kind bestaat tijdens de bevalling uit vrijwel voortdurende registratie van zijn/haar harttonen met behulp van een cardiotocografie (CTG). Als de conditie van je kind achteruit lijkt te gaan, veroorzaakt een langer verblijf in de baarmoeder problemen voor hem/haar. Denk hierbij aan een mogelijk zuurstoftekort en/of langdurig tekort aan voedingsstoffen. De gynaecoloog kan dan adviseren de bevalling op te wekken door in te leiden met behulp van een weeënopwekkend middel. Een ander optie is een keizersnede. Wanneer de gynaecoloog denkt dat je ongeboren kind te weinig zuurstof krijgt, heeft het buiten de baarmoeder een betere kans. In dat geval kan de geboorte van je kind worden vervroegd. Als de geboorte plaatsvindt voor de 36e week van je zwangerschap of als je kind een te laag geboortegewicht heeft, is opname op de couveuseafdeling meestal noodzakelijk. Soms dient dit alleen ter observatie. In overleg met de kinderarts kun je opgenomen worden in het Moeder-Kind-Centrum. Soms is zeer intensieve zorg voor jou en je kind noodzakelijk. Als de bevalling voor de 32 e week wordt verwacht, of als er wordt verwacht dat je kind minder zal wegen dan 1500 gram, verwijst de gynaecoloog je naar een ziekenhuis dat die zorg kan bieden. Je kind moet dan naar een gespecialiseerde afdeling voor te vroeg geboren kinderen (NICU).
Problemen voor het kind na de geboorte Kinderen die te klein zijn in verhouding tot de duur van de zwangerschap zijn niet ziek. Ze kunnen wel te maken krijgen met bepaalde problemen. Dit komt onder meer door een (mogelijk) verminderde weerstand. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die een (te) laag geboortegewicht hebben, vaak nog enige tijd na de geboorte achterblijven in groei. Door de verminderde reserves die deze kinderen hebben, zijn zij vatbaarder voor het krijgen van ziektes, zoals allergieën, astma en dergelijke. Dit geldt tijdens hun eerste levensjaren en mogelijk ook daarna. Tijdens een zwangerschap valt niet te voorspellen welke gevolgen een kind misschien overhoudt aan een groeiachterstand tijdens de zwangerschap.
………………………………………………………………………………………………………………………………….. Livive, Centrum voor Verloskunde St. Elisabeth Ziekenhuis, Hilvarenbeekseweg 60, 5022 GC Tilburg, Route 81, Telefoon: (013) 539 10 20 E-mail:
[email protected] Website: www.livive.nl
4
(terug naar de inhoudsopgave)
Gevolgen voor jou en je partner Wanneer je wordt opgenomen, gebeurt er veel met je. Dat geldt niet alleen voor de tijd waarin je bent opgenomen, maar ook voor die na de bevalling. Naast de hieronder genoemde klachten kun je andere hieronder niet beschreven symptomen ervaren. Het is belangrijk te weten dat de genoemde gevolgen niet bij iedereen optreden.
Gevolgen voor jou Je hebt tijdens je zwangerschap in het ziekenhuis gelegen. Je kind is mogelijk met spoed gehaald of het werd opgenomen op de couveuseafdeling. Zorgen kunnen er toe leiden dat je tot lang na de bevalling allerlei klachten houdt. Die klachten kunnen variëren van moe-, lusteloos- of duizeligheid tot concentratieverlies en een verminderd geheugen. Deze klachten verdwijnen na verloop van tijd. De plotselinge overgang van een normale, gezonde zwangerschap naar een periode van angst en zorgen, vergt verwerkingstijd. Je kunt last hebben van een schuldgevoel; het gevoel dat je lichaam faalt of dat je faalt ten opzichte van je kind. Het is belangrijk deze gevoelens te bespreken met je partner, je naaste omgeving en/of de betrokken hulpverleners. Na de bevalling speelt soms ook angst een rol over de gezondheid van je kind of om alles opnieuw te moeten doormaken tijdens een eventuele volgende zwangerschap. Omdat je op veel vragen geen duidelijk antwoord vindt, kan een gevoel van onzekerheid en machteloosheid ontstaan. Na de bevalling is de zorg voor je eventueel te vroeg geboren kind ook in praktische zin groot. Heen en weer reizen naar het ziekenhuis (waar je kind vaak in de couveuse ligt), is vermoeiend. In het dagelijks leven gaat er veel aandacht uit naar je kind. Hierdoor houd je vaak weinig tijd over voor jezelf en je partner. Het is begrijpelijk dat er daardoor spanningen en soms psychische klachten ontstaan. Desondanks ondervinden veel vrouwen hier weinig begrip voor, waardoor zij in hun omgeving (en op het werk) tegen problemen aanlopen. Het kan helpen tijdens de opname in het ziekenhuis (en eventueel daarna) een dagboek bij te houden. Wat je hierin opschrijft, kan voor zowel jou als je partner een ruggensteun zijn bij de verwerking. Hetzelfde geldt voor foto’s gemaakt tijdens je ziekenhuisopname, bevalling en de dagen daarna.
Gevolgen voor je partner Voor je partner is de opname in het ziekenhuis ook een ingrijpende gebeurtenis. Het gaat hierbij om twee mensen waar hij van houdt en waar hij zich zorgen over maakt. Meestal is er sprake van een onverwachte omschakeling. Het ene moment is je partner samen met jou bezig met de zwangerschap en de voorbereiding op het ouderschap. Het volgende moment staat hij er thuis alleen voor. In de periode na de bevalling kunnen er allerlei emoties naar boven komen. Als jij en je kind aan de beterende hand zijn, is er ruimte voor je partner om zijn gevoelens te verwerken.
Een volgende zwangerschap Een gesprek met je gynaecoloog voorafgaand aan een volgende zwangerschap biedt je informatie over wat je in een volgende zwangerschap mag verwachten. Als je opnieuw zwanger raakt, bespreken je verloskundige en gynaecoloog aan het begin van je zwangerschap wie je deze periode begeleidt. Je krijgt dan een nieuw persoonlijk zorgpad. (terug naar de inhoudsopgave)
………………………………………………………………………………………………………………………………….. Livive, Centrum voor Verloskunde St. Elisabeth Ziekenhuis, Hilvarenbeekseweg 60, 5022 GC Tilburg, Route 81, Telefoon: (013) 539 10 20 E-mail:
[email protected] Website: www.livive.nl
5
Tot slot Als je na het lezen van deze brochure nog vragen hebt, aarzel dan niet deze aan je verloskundige of gynaecoloog te stellen.
Adressenlijst Als je daar behoefte aan hebt kun je contact met de Vereniging van Ouders van Couveusekinderen opnemen. Vereniging van Ouders van Couveusekinderen Postbus 53178 1007 RD Amsterdam Tel. nr. (020) 679 37 42
Belangrijke telefoonnummers route 81 Livive, Centrum voor Verloskunde:
(013) 539 10 20
Website Livive: www.livive.nl St. Elisabeth Ziekenhuis (algemeen):
(013) 539 13 13
route 64 (etage A) Kindercentrum:
(013) 539 27 51
(terug naar de inhoudsopgave)
Livive, 9.859 12-12
©
Copyright St. Elisabeth Ziekenhuis Tilburg afdeling Communicatie Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend.
………………………………………………………………………………………………………………………………….. Livive, Centrum voor Verloskunde St. Elisabeth Ziekenhuis, Hilvarenbeekseweg 60, 5022 GC Tilburg, Route 81, Telefoon: (013) 539 10 20 E-mail:
[email protected] Website: www.livive.nl
6