GRiezelen N U M M E R 9 4 | D E C E M B E R 2 0 1 4 | G R A T I S M A G A Z I N E
Colofon COLOFON
Foolcolor is een magazine voor en door cliënten van Lentis Oplage: 1600 ISSN 1878-9943
Van de redactie van de redactie
Beste lezer(es), Dit is het laatste stuk dat ik als redactielid voor jullie schrijf. Als afscheidscadeau wil ik een film, een boek en een cd onder jullie aandacht brengen. Ik begin met de film. Het is de film 2001: A Space Odyssey van regisseur Stanley Kubrick uit het jaar 1969. Dit is een prachtige science-fiction-film, het scenario is geschreven door de bekende sf-auteur Arthur C. Clarke. Het tempo is wellicht wat traag en de special effects zijn misschien niet meer van deze tijd (in het jaar dat deze film werd opgenomen waren ze daar lang niet zo goed in als nu). Het verhaal is aangrijpend en beklemmend en wordt zeer vakkundig verteld. Over dat verhaal wil ik niet te veel kwijt, behalve dat er buitenaards leven en een denkende computer in voorkomen. Als boek wil ik aanbevelen Gödel, Escher, Bach van Douglas R. Hofstadter uit 1999. Als je redelijk Engels kent, is het goed in de originele taal te lezen. Er is ook een uitstekende vertaling beschikbaar. Het centrale thema van dit boek is de Stelling van Gödel. Kort gezegd komt die hierop neer dat in elk logisch systeem (zegge een systeem met stellingen die bewijsbaar waar of onwaar zijn) een stelling bedacht kan worden die noch waar noch onwaar is. Het boek vertelt hoe dat bewijs werkt. Ondertussen neemt Hofstadter allerlei zijpaden, zeer bloemrijk en welsprekend, waarbij tekeningen van Escher en composities van Bach ook uitgebreid behandeld worden. Last but not least graag jullie aandacht voor een bijzonder muziekalbum. Het is de cd New York van rock’n’roll-troubadour Lou Reed. Prachtige literaire teksten getoonzet op recht-toe-recht-aan gitaarrock. Zowel een liefdesverklaring aan -als een afrekening met- de stad New York, en een mooi tijdsbeeld van de late jaren tachtig.
Het thema van onderhavig winternummer is griezelen. Maar we leren dat niets zo burgerlijk is als horror, dat ratten heel lief zijn en dat niemand zonder reden in een separeercel wordt geplaatst – en het liefst voor zo kort mogelijke tijd. Daarnaast kun je lezen hoe we mogelijk lusteloosheid kunnen bestrijden en waarom prins Bernhard bij het handen schudden vaak zijn linker gaf. Dit en nog veel meer in deze Foolcolor!
Redactie Gijs van der Paauw, Chris van Boetzelaer, Erik Bies, Arjen Zijlstra, Herman Beens, Sjoerd Hesselmans, Carin Roelofs, Anna de Ruiter, Robin Aalders Eindredactie Ine Paulien Weijer Fotografie Fotobureau Foolcolor M edia: Thea Mulder, Joshua Keller, Miranda Naberman, Suzanne Posthumus, Hein Tholen Illustraties, cartoons Margje Molenkamp-van den Berg, Anna de Ruiter, Eriko, Spons, Vormgeving Iris ten Klooster Druk en afwerking Drukkerij NOVO Cover Joshua Keller Redactieadres Foolcolor Media Zilverlaan 2 9743 RK Groningen Telefoon 050 - 3175288
Inhoud 04 Stimulerend Onderzoek 06 kindertehuis 08 Horror- of huisdier 09 Psychose de griep... 10 Muziek die naar je hapt 13 Wat ik nu toch een goede film heb gehuurd 14 Gijs op reis 16 Er is niets zo veilig als horror 18 Wat is echt gezond 19 Bericht van Bies 20 Als het niet anders kan 22 Top drie allerleukste Horrorfilms
Website www.foolcolormedia.nl E-mailadres
[email protected] Projectondersteuners Ine Paulien Weijer Marianne de Lange Telefoon: 050 - 3175288 Foolcolor Media is een werkproject van Lentis
Veel leesplezier en fijne feestdagen gewenst! Chris van Boetzelaer
deadline Maart nummer Thema voorjaarsschoonmaak Inzenden kopij voor 24 december 13.00 uur
Aan de totstandkoming van deze uitgave is de uiterste zorg besteed. Voor informatie die desondanks onvolledig of onjuist is opgenomen aanvaardt de redactie geen aansprakelijkheid. Tevens behoudt zij zich het recht voor advertenties en ingezonden kopij, zonder opgave van reden, te weigeren, in te korten en/of taalkundig te bewerken. Publiceren onder pseudoniem mag, mits naam en adres bij de redactie bekend zijn.
Het thema van de volgende foolcolor is
Voorjaarsschoonmaak Deze zal op of rondom 1 maart verschijnen
foolcolor 3
Stimulerend Onderzoek tekst: Arjen Zijlstra foto: Mirada Naberman
Futloos haar bestrijden we met speciale shampoo, vastgeroeste bouten kun je losdraaien met behulp van cola – maar hoe geef je hersenen een duwtje in de rug? Misschien dat de Apathiestudie van het Universitair Medisch Centrum Groningen bijdraagt aan een begin van een antwoord op deze vraag. Iedereen kent wel het gevoel dat je nergens zin in hebt. Maar voor de meesten is dit iets wat slechts een of twee dagen duurt. Even helemaal niks doen kan zelfs een natuurlijke manier zijn om je batterij op te laden om vervolgens weer met hernieuwde energie de wereld in te trekken. Maar als lusteloosheid – of met een niet zo sexy woord: apathie – je dagelijkse ervaring is, dan wordt het een ander verhaal. Vooral mensen die eens een psychose hebben gehad, blijken bovengemiddeld vaak last te hebben van gevoelens van apathie. Dit zou onder andere door de medicijnen kunnen komen, die wel helpen wanen te onderdrukken maar apathieklachten als bijwerking hebben. Bij de Apathiestudie worden twee technieken onderzocht waarvan wordt vermoed dat ze kunnen helpen bij het verminderen van deze klachten: repetitive Transcranial Magnetic Stimulation en Transcranial Direct Current Stimulation.Wat!? Gelukkig waren Claire Kos en Nicky Klaasen, die allebei als onderzoekers betrokken zijn bij deze studie, zo vriendelijk het mij uit te leggen.
Startmotor
rTMS of tDCS, of misschien blijkt wel dat alleen al de begeleiding en aandacht van de onderzoekers een positief effect hebben. Maar het vermoeden is uiteraard dat rTMS en tDCS ook op zichzelf een positief effect hebben, en welke van de twee is dan beter? Claire vertelt:‘We geven hen twee weken lang iedere dag een rTMS behandeling, die vijf minuten duurt. We hopen dan dat het eigenlijk als een soort startmotor werkt. Het is net even dat extra zetje dat mensen misschien nodig hebben om wel tot dingen te komen en wel dingen te ondernemen. Maar we kijken dan ook of alleen rTMS voldoende is of dat mensen daarnaast nog extra begeleiding nodig hebben.’
Megamagneet
‘Vaak worden deelnemers aangemeld door behandelaars,’vertelt Nicky. ‘En soms zien mensen posters en folders hangen of liggen en dan nemen ze zelf contact op.’ Vóór de behandeling gaan mensen in de MRI-scanner en na behandeling weer om te zien of er verschillen te zien zijn in de hersenen. Daarnaast moeten mensen geïnterviewd worden en vragenlijsten invullen. Na vier en tien weken is er een terugkommoment, waarop mensen opnieuw geïnterviewd worden en vragenlijsten invullen. Mensen met bijvoorbeeld een metalen pin in hun been, kunnen niet meedoen, aangezien de MRI een soort megamagneet is. Gelukkig worden deelnemers dus goed gescreend op de aanwezigheid van metaal.
Bij rTMS wordt gedurende vijf minuten een spoel op iemands ‘Mensen met bijvoorbeeld een metalen pin in hoofd geplaatst. Er wordt dan volgens een bepaald ritme hun been, kunnen niet meedoen, aangezien de stroom door de spoel geleid, wat als gevolg heeft dat er af en aan een magnetisch veld wordt opgewekt. Met andere woorden: MRI een soort megamagneet is’ magnetische pulsjes. De spoel wordt op een specifiek punt van de schedel gericht, zodat een deel van het hersengebied - en wellicht Duim zelfs indirect het hele gebied dat betrokken is bij apathie- beïnvloedt Hoe voelt rTMS eigenlijk? ‘Het is alsof iemand op je hoofd tikt’ kan worden door de pulsjes. Heel simpel gesteld: door dit zegt Claire. ‘Het is een gevoel wat mensen niet kennen dus is het hersengebied te activeren wordt als het ware de startmotor op gang de eerste keer vaak even wennen, maar je ziet dat mensen er snel geholpen, waardoor gevoelens van apathie mogelijk verminderen. aan gewend raken.’ Een manier om te testen of de sterkte van Bij tDCS wordt een plus- en een minpool op het hoofd geplaatst, het apparaat goed staat afgesteld is om de spoel te richten op het waar een zwak stroompje doorheen wordt geleid. Deze wordt hersengebied van de duim. Bij de juiste sterkte gaat de duim dan zodanig op het hoofd geplaatst dat er een verhoogde kans is dat het bewegen. Maar de deelnemer hoeft niet te vrezen dat hij door hersengebied dat betrokken is bij apathie geactiveerd wordt. Zowel deze techniek spontaan aan het lachen of huilen gebracht wordt, tDCS als rTMS zijn pijnloze methodes. Hoewel de Apathiestudie want de emotionele gebieden liggen daarvoor te diep in het uitgaat van het UMCG vinden er op verschillende locaties in brein. Het magnetisch veld van het rTMS-apparaat reikt maar Nederland behandelingen plaats. In Groningen worden mensen twee centimeter diep. alleen behandeld met rTMS, dus magnetische stimulatie. Bij de mensen op wie rTMS een gunstige uitwerking heeft lijken de gunstige effecten zo’n drie maanden aan te houden. Dit is dus na tien rTMS-sessies gedurende een periode van twee weken. Extra zetje Helaas is het apparaat wel redelijk groot en vooral erg duur, Claire en Nicky onderzoeken elk verschillende vragen. Nicky waardoor het niet snel zal gebeuren dat mensen het zelf thuis onderzoekt wat er precies gebeurt in de hersenen waardoor kunnen doen. Je zult dus naar een kliniek moeten afreizen. Maar apathieklachten ontstaan en Claire hoopt meer te weten te komen dan heb je ook wat! Tenminste, dat is wat de onderzoekers over over wat kan helpen om die klachten tegen te gaan. twee jaar in de onderzoeksresultaten hopen te zien.Interesse? Kijk op: www.apathiestudie.wordpress.com
foolcolor 4
foolcolor 5
tekst: Fred van der Louw
Net als Yukio Mishima in ‘Bekentenissen van een gemaskerde’ heb ik beelden van de bevalling, van mijn geboorte. Ik zie de zusters in hun blauwe uniform, de dokter in witte jas en het rubberen matje dat mijn eerste aanraking met de aarde, met de wereld van het daglicht heeft gevormd, alsof er een prenataal bewustzijn was. En dan is er een tafel in een huiskamer waar rondom vrouwen zitten met lange pijpenkrullen en een theelichtje in het midden op een sombere regenachtige dag.
waren verdwenen als een vorig leven. De nacht toonde mij enkel verlatenheid. Zou ik altijd zo eenzaam blijven? Een vreemde in deze wereld… Beneden op de oprijlaan had ik pas nog gezien hoe een van de oudere jongens in een terrarium een hagedis een sprinkhaan voederde. In de glazen bak zat een gifgroene sprinkhaan op een takje in een hoek te rillen, terwijl de hagedis langzaam nader sloop en plotseling hem greep met zijn lange flitsende tong en hem wreed verorberde; vermaalde tussen zijn prehistorische kaken met wezenloos genietende ogen. Zijn vleugels staken tot slot uit de bek. De sprinkhaan z’n leven was ten einde. Een fait accompli.
M’n moeder, een andere keer, haar kleren strijkend in de kamer in negligé. Het zonlicht. Het gouden licht. De uitbundig zingende De moeder: een stadse vrouw op rode naaldhakken die een kanarie. gilletje slaakte toen een hagedis langs haar heen schoot op een pad in het duin. Ze had fel opgemaakte rode lippen. Rood was De vergissing die m’n moeder beging door me naar het kinderhaar kleur. Ik maakte driftig rondjes op mijn step op een grijs tehuis te brengen omdat ik ziek was en gezonde lucht nodig had volgens de doktoren die me in het ziekenhuis behandeld hadden. betegeld plein en zij praatte onderwijl met de leidster. Ze kocht haar schuldgevoel af met cadeautjes. Terwijl zij over de oprijlaan van het kindertehuis verdween en Tussen m’n moeder en mij ontstond verwijdering. Ik droomde met een klein wit zakdoekje parmantig zwaaide, altijd chareen keer van m’n moeder op zaal nadat “slaap kindje slaap daar mant, had ik de gewaarwording dat ik stierf. Ik bonsde met m’n buiten loopt een schaap” was gezongen. Bij de woorden “die knuistjes tegen het raam en schreeuwde ‘kom terug!’ drinkt zijn melk zo zoetjes” droomde ik van een blanke borst Maar nu gehoorzaamde zij mijn bevelen niet. En in een glimp waaraan ik als een baby zoog. Maar de borst zwol, werd groter en zag ik dat mijn leven verloren zou gaan. groter, heel sensueel, en ik werd kleiner en kleiner tot ik er vanaf viel, in het donker. Zo leeg, zo ontzettend leeg was de nacht, de sterren waren van ijs en priemden kil en onmenselijk aan de donkere hemel. Ik De koningin zou het kindertehuis vereren met een bezoek. Zij had het gordijn opzijgeschoven, was op m’n tenen m’n ledikant was beschermvrouwe van Pro Juventute, de organisatie in het levuitgekropen op de zaal in het kindertehuis en tuurde naar en geroepen om jeugdcriminaliteit te voorkomen en verwaarlozbuiten. Vreemd genoeg dacht ik niet meer aan m’n moeder, ing te bestrijden. De jongens en meisjes moesten een vreedzaam broertje en zusje. Die waren uit mijn gedachten weggevaagd,
foolcolor 6
dansje maken; in de hal van het tehuis studeerden we de danspasjes in, gekleed in korte broek en rokjes met witte kniekousen op een soort Schotse doedelzakmuziek, krijgshaftige klanken zondermeer. Toen de feestelijke dag was aangebroken mocht ik de koningin vergezeld door haar ridders, bij de toegangspoort bloemen overhandigen. ‘Welkom Hare Majesteit,’ riep ik en wierp de bleke chrysanten in haar armen, de bloemen verspreidden een flauwe lucht, een verstorven geur. Juliana had een afkeurend streng gelaat. Daarop reikte ik haar gade, Prins Bernhard die naast haar liep in een bruin fluwelen kostuum, de rechterhand maar hij gaf tot mijn verbazing de linker. - Waarom geeft u de linker, meneer? - Oh dat is een padvindersgroet, klonk het luchtig. Jij gaat toch ook bij de padvinders? Hierop liep het koninklijk paar de hal in. In de rij van kinderen nam ik mijn plaats in en deed mijn huppelpasjes.
en een mevrouw, speciaal voor mij gekomen. Wat mij verwonderde, want ik kende hen niet. Op slag was ik weer het keurige jongetje dat zijn best deed. - Dit zijn meneer en mevrouw M. Meneer wou je iets vragen, zei de directrice minzaam. - Mogen wij je nieuwe ouders worden, vroeg de wat zenuwachtige buitengewoon lange man. - Ja meneer. Meneer gaf mij een blikkendoosje met postzegels die hij voor mij gespaard had. Heel vriendelijk. Het waren nette mensen. Ze hadden al een pleegzoontje en wilden een speelkameraadje en dat werd ik. Zo simpel kan het leven soms zijn.
Op een ochtend zag ik een jongen naakt, gekneveld in de holte onder een boom zodat zijn billen naar buiten staken. Ik zetten het met een luid bonzend hart op een rennen. Een andere jongen met flaporen vastgebonden aan een paal, angstig huilend om zijn moeder, roepend terwijl kinderen joelend speren langs hem wierpen. Executietje spelend. Juist toen ik eens een vervelende jongen die mij altijd domi neerde, keihard met een houten blok op z’n kop had geslagen, riep een leidster me bij de directrice, een grijze muis met een knotje en een mantelpakje. Om kennis te maken met een meneer
foolcolor 7
PSYCHOSE de griep...
hoe breng je het naar buiten?
tekst: Diana van Landeghem foto: Miranda Naberman
Ik zit in de trein. Iemand komt naast mij zitten. Het is een Duitse man, die op vakantie is in Nederland. We raken aan de praat. Ik spreek één verkeerd woord uit...
Horror- of huisdier tekst: Sjoerd Hesselmans foto: Miranda Naberman
Vieze ruimtes, donkere riolen, lange slijmerige staarten en ziektes. Jawel de rat. Deze kleine knaagdieren worden al sinds de tijden van film gebruikt. Net als spinnen heeft de rat een gewaagde reputatie en worden ze liever vermeden. Iedereen kent de rat als ongedierte en de daarbij passende horror verhalen. Ooit wel eens gedacht dat het eigenlijk een onwijs leuk huisdier is? Wanneer het onderwerp huisdieren voorkomt hou ik me altijd even stil voordat ik vertel dat ik ratten heb. Vaak word ik aangekeken met grote ogen voordat ze iets zeggen in de trant van:’die staarten zijn zo vies’ dan glimlach ik. ‘valt wel mee hoor, ze zijn hartstikke zacht!’ Het valt niet mee, ratten eigenaar zijn. Ik reis regelmatig met
foolcolor 8
mijn ratjes en moet vaak toezien hoe ik vermeden word. Mensen met grote boog om me heen lopen of zelfs ergens anders gaan zitten. Maar ik geniet wanneer kinderen een kijkje komen nemen. Ze willen aaien en knuffelen en vervolgens met vragende oogjes naar hun ouders kijken. Ik hoor ze al denken:’je word bedankt’ Een van de bekendste ratten scene komt uit de film: 2 Fast 2 Furious uit 2003. Waarbij ze een emmer met rat erin op iemand zijn buik houden en vervolgens aansteken. Deze martel methode werd al in een eerdere film gebruikt namelijk Swordfish. Uit 2001. Ratten zijn makkelijk hanteerbaar, zachtaardig van karakter en leergierig. Geloof het of niet maar met veel geduld kan je een rat trucjes leren. Er word zelfs gezegd dat ratten sommige dingen sneller oppakken dan honden!
Ik ben altijd iemand die eerlijk is. Mede hierdoor, schaam ik mij niet voor het feit dat ik enkele psychosen heb gehad. Ik beschouw dit net zoiets als het hebben van ‘de griep’. (Echter) de omgeving kan hier heel anders op reageren.. zoals de Duitser in de trein. Ik zeg namelijk per ongeluk dat ik al jaren vrijwilligerswerk doe. Hij vraagt daarop waar ik dan mijn geld van verdien. Ik weet niks anders te zeggen dan dat ik een uitkering heb. (Uiteraard) vraagt hij, waarom ik een uitkering heb. Nu is er geen weg meer terug: ik vertel dat ik een aandoening heb. De Duitser schijnt totaal niet verlegen te zijn, en vraagt doodleuk ‘wat voor aandoening’. Ik aarzel. Dit voelt niet goed. Hij blijft aandringen. Ik zeg HET WOORD: “psychose”. Hij wordt stil en zegt de volgende tien minuten niets meer. Maar ik houd mij niet stil. Ik zeg dat er heel veel mensen zijn die een psychose krijgen en dat ik dit net zo beschouw als de griep. En dat het helemaal niet ‘eng’ of ‘raar’ of wat dan ook is, het is gewoon een aandoening. Tot slot zeg ik dat ik mij helemaal niet schaam voor het gegeven dat ik enkele psychosen gehad heb. De trein stopt bij een halte en zonder iets te zeggen, stapt hij uit. Ik heb zin om hem een keiharde schop tegen zijn achterwerk te verkopen -omdat hij helemaal niet reageerde! Zelf merk ik, dat ik eigenlijk bij best veel mensen ‘gewoon mezelf mag zijn’. Ik noem dat ook wel ‘eerlijk’. Ik ben namelijk van nature een erg ‘open’ en ‘extravert’ persoon. Alleen, sommige mensen reageren toch anders op bepaalde dingen, of woorden, die ik uitspreek. Zoals die Duitser. Hij had mijn visitekaartje maar heeft nooit meer een email gestuurd.. Als mij zoiets overkomt dan voel ik mij razend. Ik ben kwaad op die persoon. Hij had ook anders kunnen reageren. Mij niet veroordelen vanwege enkele psychosen die ik in jaren geleden gehad heb. Mij niet als mens stigmatiseren, brandmerken. Ik belde mijn moeder op. Ze zei dat ik mij ook in dat soort mensen moet
(kunnen) inleven. Sommige mensen vinden ‘psychosen’ eng en denken dat iemand die dit gehad heeft een of andere (gevaarlijke) ‘gek’ is. Dat je daar uit de buurt moet blijven. Dat je niet met ze moet praten. Wellicht ook die Duitser. Als ik mij meer in dat soort mensen kan inleven, kan ik wellicht meer gemoedsrust krijgen. Maar ik ben zo boos. Ik vind het zo oneerlijk. Het was een klein incident, maar het heeft me diep geraakt. Iedereen wil gewaardeerd, en gerespecteerd, worden door andere mensen. Als iemand dit niet doet, dan kwetst dit jou. Mensen doen van alles om te voorkomen dat ze gekwetst worden. Een alternatief therapeut, waar ik jaren geleden kwam, zei dat meer dan 80% van wat je zegt en doet voortkomt uit maar één angst: de angst om afgewezen te worden. Eigenlijk, geldt dit voor iedereen. Maar omdat het begrip ‘psychose’ (nog steeds) nogal beladen lijkt te zijn, kan dit een cliënt extra kwetsbaar maken voor stigmatisering vanuit de buitenwereld. Misschien is dat wel de reden waarom sommige mensen, die gevoelig zijn voor psychosen, de deur niet meer uit komen.. Maar ik laat mij niet in mijn eigen huis opsluiten omdat iemand stom tegen mij kan doen. Ik blijf de deur uit gaan. Ik blijf afspreken met vrienden. Ik blijf werken.. en ik blijf schrijven! Eigenlijk denk ik dat mensen zoals ik, gewoon de deur uit moeten blijven gaan, en zichzelf moeten blijven zijn/uiten. Want er komt een tijd dat (mede hierdoor) het begrip ‘psychose’ tot minder stigma(tisering) leidt, dat het taboe doorbroken wordt! Je bent niet wat je hebt, en je mag gewoon trots zijn op wie je bent! Kom naar buiten, laat zien wie je bent en deel neem aan de samenleving. Want niemand hoort buitengesloten te worden vanwege een of ander taboe.. niemand hoort zichzelf buiten te sluiten vanwege een of ander taboe. Want (uiteindelijk) ben jij degene die zichzelf buitensluit of niet.. Diana van Landeghem is Ambassadeur van Fonds Psychische Gezondheid
foolcolor 9
Muziek die naar je
hapt
Denk eens terug aan een paar hele enge films die je gezien hebt. Kun je je de muziek nog herinneren? Van Jaws of Halloween… of van Psycho, misschien? Passende filmmuziek kan een goede film optillen naar een hoger niveau. En dat geldt helemaal voor spannende of enge films. Houd je handen maar eens op je oren bij een spannende scene. Je zult zien dat er bijna niks meer aan is. Tijdens het schrijven van dit stukje heb ik me blootgesteld aan een cd die Sounds of horror heet. Zestig minuten krakende deuren, gierende wind, huilende honden, borrelende ingewanden en hysterisch geschreeuw. Het goorste vond ik wel wat op het gekauw op botten leek. Ik werd er eigenlijk niet goed van, een beetje misselijk zelfs, en kreeg de neiging het licht aan te doen, terwijl het overdag was. ‘Er is geen kunstvorm die zo direct op je emoties werkt als muziek’ zeggen ze vaak.
foolcolor 10
Veel klassieke horrorfilms hebben een soundtrack die minstens zo indrukwekkend is als het verhaal of de personages. Bij horror is het verhaal vaak nogal slap of tenminste erg cliché: waarom nou weer de kelder invluchten? En de karakters zijn nou niet bepaald diep uitgewerkt. Ondanks het slappe verhaal rent - met de juiste muziek - toch iedereen gillend de zaal uit, de kelder in, of doet gauw het licht aan voor nog een blokje kaas. Denk eens aan Jaws. Het thema van Jaws is opmerkelijk simpel: twee noten E en F die elkaar steeds afwisselen. Maar het werkt fantastisch. Volgens de componist was het zo’n groot succes omdat het lijkt alsof de muziek naar je hapt, net als de kaken van een haai… open, dicht, open, dicht, open, dicht. E, F, E, F….……morsdood.
foto: Miranda Naberman
tekst: Sjoerd Hesselmans illustratie: Margje van den Berg -Molenkamp
'Wat ik nu toch een goede film heb gehuurd...' tekst: Sjoerd Hesselmans foto: Miranda Naberman
Mijn vader was net terug van een van zijn lange reizen naar het buitenland en wou blijkbaar werken aan een goede familiesfeer. Hij had de film zelf al eens gezien en vond hem zo goed, dat hij hem anderen ook van harte gunde. Het was The Exorcist. Misschien heb je hem ooit gezien? Tegenwoordig zijn we veel gewend maar voor die tijden - het was in de jaren tachtig - was het een heftig filmpje. In Amerika was het kijkadvies boven de achttien. Toch liepen er veel mensen hysterisch de zaal uit. Mijn broertje was toen negen en ik elf jaar oud. Het verhaal? De film begint vrij huiselijk met wat getrippel van ratten op zolder. Ietsjes later raakt de dochter des huizes bezeten door de duivel. Ze ligt vastgebonden aan bed haar hoofd driehonderdzestig graden te draaien en als ze even los is, zichzelf te bevredigen met een christuskruis. Ondertussen vervloekt ze God, natuurlijk. Je begrijpt wel hoe verrukt wij waren, als broertjes van negen en elf over dit gezellige familiedrama. Ik kan me herinneren hoe ik mijn broertje zag zitten, in zijn Asterix en Obelix pyjamaatje, met zijn hand voor zijn ogen, met een kier waardoor hij het spektakel nog net meekreeg. Gelukkig waren mijn ouders niet geheel
onverantwoord en stuurden zij ons zo’n twintig minuten voor het einde naar boven, want het was nu toch echt bedtijd. Natuurlijk stribbelden wij tegen – maar nee. Geen happy end voor ons. Daarna? Erna heb ik nog jaren elke avond voor het slapen gaan minstens elf keer onder het bed en in de kast gekeken. Met het licht aan geslapen. Gedroomd over snotterige, woeste meisjes die zweven boven het bed. Ik en mijn broertje, die een kamer verder lag, hielden er boeiende nachtelijke gesprekken op na. Sicco, slaap je al? Siccoooo…slaap je al?!!? Waarop hij zuchtend en steunend reageerde: ‘Neeheeh, en jij, Sjoerd?’ ‘Nee, Sicco, lekker slapen.’Ja, jij ook lekker slapen…’. Zo ging dat maanden lang door, elke nacht. Jaren later, toen ik al lang volwassen was, heb ik mijn vader dit verhaal verteld. Hij verontschuldigde zich en zei dat hij toch eigenlijk helemaal geen verstand van kinderen had. Wel eerlijk, toch? Ik ‘houd’ trouwens nog steeds van horror. Mijn broertje grappig genoeg ook. Intussen kijk ik niet meer onder het bed, maar na een enge film moet soms wel het licht aan.
foolcolor 13
Gijs op reis berichten van een redactielid op vakantie
Gijs op reis berichten van een redactielid op vakantie
i De Peln
Tekst en foto’s: Gijs van der Paauw
De boottocht vanaf de Togian-eilanden is voorspoedig verlopen en ik zit nu in het vliegtuig naar Ambon (Molukken). Over drie uren gaan we landen. Telkens weer verbaas ik me over de enorme afstanden in dit land. Ambon
Ambon-stad, op het gelijknamige eiland, ligt tussen de haven en de tropisch groene heuvels. Er is weinig hoogbouw, wat relaxed aanvoelt. Toch was deze stad in 1999 het toneel van ernstige onlusten tussen moslims en christenen. Veel mensen met wie ik aan de praat raak vertellen me erover, maar er is tegenwoordig geen spanning meer tussen de groepen. Vanaf hier wil ik de pelni (zeewaardige ferry) naar de Banda-eilanden nemen. Deze eilandengroep in de Molukken was in de VOC tijd zeer belangrijk bezit voor Nederland en schijnt veel snorkelplekken met goed koraal te hebben. Een medewerker op het pelni-kantoor heeft me echter zojuist verteld dat het nog bijna een week duurt voordat de ferry aankomt. Erg veel bezienswaardigheden zijn er niet in Ambon-stad. Het standbeeld van meneer Pattimura (een verzetsheld tegen de Nederlanders) en de peace-gong staan vlak bij m’n hotel en ik loop er drie keer per dag langs. De peace-gong is opgericht na de onlusten van 1999 en zal gebruikt worden als er wereldvrede is, tussen alle landen en religies. Hopelijk is de gong van steviger materiaal gemaakt dan gebruikelijk in de bouw in Indonesië… Ook de haven en de markt gaan vervelen, kerken en moskeeën bekijk ik alleen nog als ze uitzonderlijk mooi zijn, het eten bij de kraampjes op straat is hier niet super en zo kom ik op het idee een paar dagen naar het strand te gaan.
foolcolor 14
Latuhalat
Door een jongen op een opgevoerde brommer en in Satudarah-shirtje (Ambon is de oorsprong van deze motorclub) word ik die middag naar Latuhalat gebracht. Dit slaperige kustplaatsje moet volgens een kaartje uit de reisgids behoorlijk koraal hebben. Bij familie van de jongen krijg ik hier een mooie grote kamer met maaltijden inbegrepen, voor dezelfde prijs als een hok van drie vierkante meter in de stad. De bapak (papa) houdt van dammen en heeft blijkbaar weinig anders te doen dan zijn gasten van het bord te vegen. Na twee verloren potjes pak ik mijn snorkel en masker en ga het koraal opzoeken, maar dat is onvindbaar. Geen koraal, dus ook weinig, en kleine, vissen. Vlak bij het strand ligt een zeewering, gemaakt van kapot en dood koraal, en ik vrees dat het rif zoals vaker weggevist is voor andere doeleinden. Gelukkig zijn er wel veel vlinders in prachtige metallic-kleuren te zien die het strand als zoutlik gebruiken. De dag voor de pelni vertrekt ga ik volledig ontspannen en uitgerust weer naar Ambon. Op de boot zal ik het nodig hebben, een hut vond ik te duur voor de reis naar de Banda-eilanden en ik heb de nodige horrorverhalen over de economy-klasse gehoord.
Ambon Markt op
De pelni
De volgende middag om één uur vertrekt de boot staat op mijn kaartje. Precies op tijd arriveer ik op de kade, waar maar een paar mensen wachten. Na wat rondvragen blijkt de pelni vertraagd. Vrij normaal met een route die over de hele breedte van Indonesië en weer terug loopt. Acht uur later is de boot er eindelijk en wordt deze bestormd door de sjouwers, die enorme pakken bagage van- en naar de boot sjouwen. Ze werken zo snel mogelijk omdat ze per lading betaald worden. Op deze manier lukt het misschien wel 5 keer de boot op en af te rennen voor hij weer vertrekt. Ik stort me in de chaos en het gedrang en werk me de boot op. Voor de verandering draag ik mijn rugzak op m’n borst, gewaarschuwd als ik ben voor zakkenrollers.
De economy-klasse
Drie dekken lager op deze oceaanstomer ligt het eerste dek van de economy-klasse, waar sommige mensen al vier dagen bij een temperatuur van 40 graden verblijven. Dat klinkt erger dan het is, want er zijn ook douches aanwezig en regelmatig komen er verkopers met van alles wat je maar kunt verzinnen (en meer) langs. Al snel ontdek ik dat de boot eigenlijk een drijvend dorp is, inclusief bioscoop en met minimaal een paar duizend inwoners. In mijn volle compartiment alleen al slapen 154 personen op matjes in lange rijen. Kinderen zijn hierbij niet meegerekend. Op een korte ronde door het compartiment tel ik zwemvesten voor tachtig procent van de volwassenen, wat eigenlijk best een goede score is in dit land. Ondertussen knoop ik zoveel mogelijk praatjes aan en deel snoep en sigaretten uit om de vrienden te maken die ik hier misschien nodig zal hebben.
Verse V is
De weinige andere buitenlanders die ik heb gezien bij het instappen zijn op één van de buitendekken achtergebleven. Het rookverbod wordt ondertussen massaal genegeerd. Ik besluit een stuk te gaan wandelen om wat frisse lucht binnen te krijgen. Boven in de boot is een kantine waar het goed uit te houden valt. Ondertussen passen mijn nieuwe vrienden op mijn spullen. Als ik weer terug wil naar het compartiment verdwaal ik. Uiteindelijk beland ik bij de scheepsomroep die voor me omroept of mijn vrienden me op willen komen halen. Even later loop ik als een klein kind aan de hand van één van hen terug naar m’n plek. Na een doorwaakte maar wel erg gezellige nacht, die door de temperatuur af en toe wat weg had van een koortsdroom, bereiken we eindelijk Banda Neira; het hoofdeiland van de Banda’s. De 1e klasse is overigens niet veel beter, want zowel op de heen- als op de terugweg deed de airco daar het niet (lullig, want een kaartje eerste of tweede klasse met de boot kost ruim meer dan een kaartje met het vliegtuig).
foolcolor 15
tekst: Sjoerd Hesselmans foto:Hein Tholen
Misschien ken je het? Dat je misselijk van de spanning toch die chips naar binnen propt? Hoewel je bij sommige scènes weet dat je de chips beter even uit je mond kunt houden... Horror is tegenwoordig razend populair. Er zijn talloze subgenres. Wat dacht je van martelhorror, relihorror, slasherhorror, komische horror en ga zo nog maar even door. Eigenlijk bestaat horror al zolang er films zijn, sinds 1900. In de stomme films van toen experimenteerde men al met enge situaties. Toch duurde het even voor de gloriedagen van de schrik aanbraken. In de jaren ‘50 en ‘60 waren horrorfilms meestal gruizige B-films. Pas toen de budgetten groeiden en de special effects steeds beter werden, werd horror een serieus filmgenre. Tegenwoordig komen monsters tot leven als nooit tevoren, op het witte doek.
Is griezelen leuk?
Persoonlijk kan ik een avondje griezelen waarderen. Toch kleeft er iets raars aan. Zoals de nederwiet tegenwoordig sterker is dan ooit zijn sommige horrorproducties van nu grover dan ooit. Voel ik me nou altijd zo lekker na het zien van martelhorror, zoals de film Saw? Na afloop moet al het licht aan. Het kleine schemerlampje is doodeng geworden. Ik heb het gevoel dat iemand achter me staat. Ik moet even niet aan eten denken- en dat komt bij mij erg weinig voor. Ik durf nog niet naar bed. Natuurlijk is het een ‘kick’. Toch vraag ik me vaak genoeg af: Was dit nou echt zo leuk?
Niet voor iedereen
Misschien zijn anderen verstandiger dan ik. Lang niet iedereen kijkt voor zijn lol naar martelscènes. Het zijn vooral kinderen en pubers die genieten van al dat engs… en sensatiezoekers. Zij hunkeren naar opwinding en vinden het hoe enger hoe fijner. Veel volwassenen maken zich liever druk om andere dingen: wereldse dingen die dichter bij ze staan dan een wezen dat uit de tv kruipt (de film The Ring). Zij piekeren liever over zaken als een tweede hypotheek of een goede schoonzoon voor Jannie. En toch is het zien van een enge film best een goede manier om juist dié dagelijkse zorgen even te vergeten. ’t Is maar een tip, beste volwassenen…
foolcolor 16
Veilig griezelen
Hoe eng horror soms ook is, veiliger kan het bijna niet. Op de bank met je chips. Slechts zelden verslikt iemand zich met fatale gevolgen. Wetend dat het hoofd van ene Jason niet echt wordt afgehakt, kun je je ‘lekker’ kapot schrikken. Veilige angst is namelijk best lekker. Bovendien hebben horrorfilms een voorspelbaar verhaal, met vaste formules en clichépersonages: het overspelige blondje, de nerd, de held etc. Je hoeft je hoofd niet te breken over een moeilijk plot. Ook schuilt er bijna altijd een behoorlijk burgerlijke moraal onder. Het overspelige meisje gaat er aan, omdat ze een slet is. Drank, drugs en seks zijn voorbodes van dood en verderf. Het is dus allemaal heerlijk voorspelbaar.
Zalig simpel
De gemiddelde horrorfilm stikt zoals gezegd van de cliché´s en vaste formules. In dat opzicht wordt de wereld anderhalf uur zalig simpel en dus ook best veilig en overzichtelijk. Heel wat anders dan die ingewikkelde wereld waarin veel dingen niet zo zwart-wit zijn. Wat óók bijzonder goed uitkomt is dat veel personages het eigenlijk verdienen te sterven -zo stom als ze zijn. Aanwijzingen dat er iets vreemds is, worden steevast in de wind geslagen: gaat hij toch dat krakende huis in… loopt ie toch weer die schuur in en vraagt ‘Wie is daar?’ Een auto om mee te vluchten, start nooit de eerste keer. (Dat weet je toch, eikel! Kijk jij soms nooit naar horror?) Bovendien laat altijd iemand het moordwapen in het monster zitten, zodat de moordenaar tenminste een eerlijke kans krijgt om alsnog iedereen af te slachten! De mensen in de film verdienen het dus eigenlijk. Dat stelt gerust en geeft best een prettig gevoel.
Kortom
Horror geeft je de kans je wezenloos te schrikken zonder ooit echt in gevaar te zijn. Sommige fervente horrorkijkers vinden zichzelf misschien heel stoer dat ze naar zulke ‘abnormale’ films kijken. Toch blijkt de horrorfilm eigenlijk burgerlijk als de pest, ontzettend voorspelbaar en verschrikkelijk veilig. Dit alles zal mij niet beletten om me zo nu en dan weer eens burgerlijk misselijk te voelen en me voorspelbaar kapot te schrikken. Er zijn ergere dingen…
foolcolor 17
Wat is echt gezond:
feiten en fabels over voeding BERICHT VAN BIES
tekst: Herman Beens foto: Suzanne Posthumus
Bij het grote publiek en ook de doelgroep van Foolcolor heerst grote onzekerheid over wat echt gezond is. De media dragen op hun manier bij aan de verwarring door elk resultaat als de waarheid te publiceren, hoe voorlopig het ook is en ongeacht of het uit onafhankelijk onderzoek is verkregen of afkomstig is van voedingsproducenten. In deze rubriek lees je de feiten en fabels .
overvloed water? Conclusie: anderhalve liter water is onder normale omstandigheden voor gezonde personen echt genoeg en kraanwater is vrijwel gratis. De lever en nieren van gezonde personen werken goed genoeg om stoffen uit kraanwater uit het lichaam te verwijderen. Wel worden normen voor gifstoffen in o.a. drinkwater steeds verder opgerekt volgens De Consumentenbond.
Water
Melk
Fabel: Drink acht glazen water per dag (1 ½ liter). Het is een advies van de toenmalige Amerikaanse Gezondheidsraad. Het is alleen gebaseerd op hoeveel calorieën je binnen krijgt. Men vergat erbij te vermelden dat er ook water in thee, vruchtensap, koffie, voedsel (vooral groente en fruit) zit, en zelfs alcohol telt mee. Fabel: van het drinken van meer dan een liter water val je sneller af, krijg je een mooiere huid en worden meer afvalstoffen verwijderd. Wat echt telt is de kwaliteit van je lever en nieren om afvalstoffen af te breken en uit je lichaam te verwijderen! En hiervoor is weinig water nodig, alleen wat je nieren nodig hebben om stoffen die in water oplossen naar je blaas te vervoeren. Je hoort bijna iedereen adviseren om de hele dag door regelmatig te drinken en anderen alleen wanneer je dorst hebt. Ik zou beide doen want het is logisch dat je meer dan 1 liter water nodig hebt wanneer het 30 ⁰C is, je hardloopt, in de tuin spit of medicijnen gebruikt waarvan je gaat zweten. Aan de andere kant vrees ik dat wanneer je gezond bent en denkt dat 3 liter water je goed doet, je nieren problemen krijgen met deze overvloed en spontaan allerlei vitaminen en mineralen gaan lozen. Neem als hardcore obsessief waterverslaafde dus uit voorzorg extra multivitaminen en mineralen in. Weet je dat ecstasy gebruikers en marathonlopers zijn doodgegaan aan een
foolcolor 18
Fabel: melk is goed voor elk want… Een afgewogen oordeel is moeilijk omdat bij gebrek aan onafhankelijk onderzoek, hoofdzakelijk de zuivelindustrie hiernaar onderzoek heeft gedaan. Ikzelf mijd melkproducten zoveel mogelijk omdat ik een veelvoud aan licht allergische klachten krijg. Bovendien zitten dezelfde voedingsstoffen in andere voeding! Feit: het melkeiwit bevordert de botafbraak. In landen waar meer melk wordt gedronken vinden meer botbreuken plaats. Belangrijkste Feit: in melk zit veel verzadigd vet, zelfs twee keer zoveel als in varkensvet. Dit verzadigd vet is erg schadelijk voor hart- en bloedvaten en veroorzaakt op de langere duur hart- en herseninfarcten.
In het voorjaar van 2009 zapte ik, eigenlijk tegen mijn gewoonte in, regelmatig naar de zender MTV en bijna elke keer hoorde en zag ik dan het nummer Pokerface van Lady Gaga. Het kan geen toeval zijn, dacht ik in die tijd wel eens. Het is een teken, maar wat voor teken? Ik wist het niet. De clip intrigeerde mij, het nummer vond ik prachtig en Lady Gaga zelf vond ik meteen een mooie en boeiende persoonlijkheid. Ik werd nieuwsgierig naar meer muziek van haar en daarom kocht ik haar debuutalbum The Fame, die al in 2008 verschenen was. Maar liefst vijf nummers van het album werden als single uitgebracht en alle vijf werden grote hits, wereldwijd, en dat is iets wat zeldzaam is. Op de cd staan vijftien nummers en er zit geen slecht nummer bij. Het hele album is een groot hoogtepunt van creativiteit en inspiratie. Stefani Joanne Angelina Germanotta, zoals zij in werkelijkheid heet, is niet alleen singer-songwriter, maar ook modeontwerpster, actrice en danseres.
Ze speelt verdienstelijk piano en presenteert zichzelf ook regelmatig als levend kunstwerk. De eenentwintigste eeuw wordt mooi, dacht ik, met zo’n grote en boeiende artiest. In april of mei 2014 zag ik haar optreden in het televisieprogramma van Paul de Leeuw. Zij deed het nummer ‘Pokerface’ live, waarbij zij zichzelf begeleidde op de piano. Het was een fascinerend optreden en de uitvoering van het nummer was zeer bijzonder. Ik begon haar steeds meer te bewonderen. Ben ik, dacht ik toen wel eens, hoewel ik bijna twintig jaar ouder ben dan Lady Gaga, in wezen niet verliefd op haar? Is het niet zo dat zij met haar kunst zin geeft aan mijn leven? Vind ik het leven weer de moeite waard omdat zij bestaat? Ja, verdomd, het was nog waar ook. Inmiddels echter heb ik, helaas, helaas!, mijn belangstelling voor Lady gaga grotendeels verloren. Ik vind de albums die zij na ‘The Fame’ gemaakt heeft niet erg goed en verliefdheid kan ook geen jaren duren. Bovendien heeft zij wel wat beters te doen dan zin geven aan het leven van een columnist van Foolcolor Magazine.
Conclusie: alleen magere melk- en yoghurtproducten zijn gezond.
Bronnen: - Leven zonder gif. Bosch & Keuning, Baarn, 1989. ISBN10 9024646715 - Katan, M. B. Prof. Wat is nu Gezond? Fabels en feiten over Voeding. Bert Bakker, Amsterdam, 2012. ISBN13 9789035133518
foolcolor 19
De separeercel bestaat niet alleen in films. Het aantal mensen dat gesepareerd wordt daalt sterk, maar het gaat jaarlijks in Nederland nog steeds om zo’n 10.000 mensen. Voor de psychiatrisch verpleegkundige Mathilde is het een vast onderdeel van haar vak. ‘Soms is het met praten niet op te lossen.’ Al sinds haar opleiding tot verpleegkundige voelde ze zich aangetrokken tot deze zorgtak, waar een goed gesprek een belangrijke verpleegkundige handeling is.‘Toen ik stage liep bij het UCP wist ik zeker dat ik hier ook wilde werken.’ Die wens is vervuld: sinds ruim drie jaar werkt ze op de gesloten afdeling van het Universitair Centrum Psychiatrie. Deze afdeling is bedoeld voor acute opnames. Mensen verblijven een aantal dagen, weken of maanden. Daarna gaan ze naar huis, of stromen door naar een gespecialiseerde afdeling.
Wanneer separeren jullie een patiënt?
‘Separeren is een extreme maatregel die alleen plaatsvindt bij mensen die een gevaar zijn voor zichzelf of anderen. Bijvoorbeeld als de patiënt hulpverleners aanvalt of zichzelf beschadigt en dat niet af te wenden is op een andere manier. Je probeert natuurlijk altijd eerst praten of medicijnen. We separeren alleen als er geen andere uitweg meer is. Het is een noodmaatregel. Het is niet zo dat een patiënt beter wordt van separeren. Het kan wel even een tijdelijke oplossing zijn, maar het liefste wil je natuurlijk zo snel mogelijk iemand uit de separeer.’
Hoe ziet zo’n separeercel eruit?
Er is in de psychiatrie een tendens om minder te separeren, merk jij daar iets van?
Als het niet anders kan Tekst: Auteur: Arjen Zijlstra Foto: Robin Aalders
foolcolor 20
Separeren kan ook traumatisch zijn, lijkt me?
‘Ja. We hebben ook wel patiënten die in het verleden gesepareerd geweest zijn, hier of elders, en die daar dan last van hebben. Je kijkt eerst of je iemand op een andere manier kan helpen, maar helaas is dat niet altijd mogelijk. En er zijn ook patiënten die achteraf heel goed begrijpen waarom het nodig was.’
Kun je de eerste keer nog herinneren?
‘Ja, ik vond dat wel heftig. Maar weet je, ik vind separeren nu nog heftig. Het is een zwaar onderdeel van het werk. En het is eigenlijk ook een heel klein onderdeel, want de meeste mensen gaan gewoon niet naar de separeer. Maar mensen bezoeken in de separeer is een zwaar onderdeel. Ik ben nu op een punt dat ik heel goed weet hoe ik ermee om moet gaan, maar ik ben ook altijd nog wel wat gespannen.’
Betekent minder separatie meer medicatie?
‘Wat je ziet bij separaties is dat als iemand heel onrustig blijft er soms medicatie wordt geïnjecteerd. Ik vind dat goed, want met medicatie help je iemand en met separeren niet. Ze krijgen dan vaak anti-psychotica en een rustgevend middel. En dat zijn vaak mensen die helemaal geen medicijnen slikken, maar dat wel nodig hebben. Ik weet ook van sommige patiënten dat ze injecties heel erg vinden, maar als je dat separeren wilt terugbrengen dan kom je inderdaad op meer personeel en medicatie.’
‘Sommige mensen geven zich eraan over’
‘Het is een gesloten ruimte met een dikke deur. Daarin heb je alleen een hoog matras op de grond en dekens, verder geen dingen die kapot kunnen. Er staan po’s waarin mensen kunnen plassen en er moeten altijd bekertjes water staan. Mensen hebben weinig tot geen spullen in de separeer, wel gewoon eigen kleding. Tenzij in het behandelplan staat dat dit niet kan. Want iemand die suïcidaal is, zou daar nog iets mee kunnen doen. In dat geval krijgen ze separeerkleding aan, wat je niet kunt scheuren.’
‘Sommige mensen geven zich eraan over’
gesepareerd gaat worden en waarom. En dan ga je separeren. Sommige mensen geven zich eraan over. Maar als iemand wordt vastgegrepen dan gaan de meesten zich verzetten. Dat doen mensen, ik zou het zelf ook doen. En zeker als jij heel angstig bent en alles al als een bedreiging ervaart. Dat is heel logisch.’
‘Ja, we proberen het aantal separaties terug te dringen door te voorkomen dat mensen gesepareerd moeten worden. Ook proberen we de separaties snel te beëindigen. Het lukt heel goed om de separaties korter te laten duren. En als iemand alleen een prikkelarme omgeving en veiligheid nodig heeft, en verder niet dingen kapotmaakt, dan is een zogenaamde afzonderingsruimte veel vriendelijker. Die ruimte kan ook op slot, dus dan is iemand ook helemaal afgezonderd, maar het is groter. Er zijn stoelen, een bed en televisie. Het is dus een iets mildere vorm. Als het mogelijk is kies je daar liever voor dan separeren.’
Denk je dat separeren ooit helemaal verdwijnt?
‘Ik zie dat niet voor me. Sommige patiënten zijn zo verward en geïrriteerd. Dan kun je die wel met drie man gaan begeleiden, maar dan raken ze alleen nog maar meer overprikkeld. Dan gaan ze zich ergeren aan al die mensen om zich heen. Wel denk ik dat de separeerruimtes vriendelijker moeten.’
Qua inrichting kan het nog wel wat beter dus?
‘Je kan het veel patiëntvriendelijker maken met bijvoorbeeld zachtere muren. Als je online kijkt zie je van die high-intensivecare ruimtes voor separeren, die zien er beter uit. Dat is gewoon een veel prettigere ervaring voor de patiënt. Ze hebben tegenwoordig ook ruimtes met rustgevend licht en dat je altijd in visueel contact blijft met een verpleegkundige. Daar zouden ze eigenlijk heel veel in moeten investeren, want dan wordt het separeren ook heel anders. Dat zou fijn zijn.’ Het UCP heeft dat ook uitgewerkt in een nieuwbouwplan. Hopelijk wordt dat snel gerealiseerd.
Het lijkt mij dat patiënten niet altijd vriendelijk meelopen als je besluit te separeren?
‘Meestal zijn we dan met zijn vijven. Het benaderen van de patiënt doen een á twee medewerkers, de rest staat een beetje op de achtergrond. Dan benoem je natuurlijk eerst wel dat iemand
foolcolor 21
Top drie allerleukste horrorfilms tekst: Sjoerd Hesselmans illustratie: Margje van den Berg - Molenkamp
Behalve veel erg enge, bijna deprimerende griezelfilms zijn er ook die het noodzakelijke ´kwaad´ combineren met veel humor. Wat dacht je van: Een groepje lukt het steeds om aan de zombies te ontkomen en komt toevallig terecht bij het landhuis van acteur Bill Murray. Als de gastvrije Bill Murray voor de grap een zombie naspeelt wordt hij neergeschoten door iemand die toevallig binnenloopt en hem voor een echte zombie aanziet; waarna de übersympathieke Bill zich verontschuldigt voor zijn stomme grap - met een gapend gat in zijn borst- en sterft.
Shaun of the dead
Ook met zombies. Erg leuke scene: gooien met platen. De twee hoofdfiguren gooien, al ruziënd over welke ze wel en niet willen houden, platen naar twee zombies die gevaarlijk maar traag op hen afkomen, in de super burgerlijke achtertuin. De twee vrienden zijn antihelden ten top. Het briljante plan van een van hen bestaat eruit met een groepje te vluchten naar hun stamkroeg… hilarisch!
foolcolor 22
From dusk till dawn
Mede geregisseerd door de inmiddels befaamde Quentin Tarantino. Het verhaal begint als een thriller waarin twee broers een familie gijzelen. Als ze in Mexico bij een louche tent aankomen, krijgt de film een onverwachte wending… alle stamgasten blijken weerwolven die best een druppel vers bloed lusten. Een groot deel van de lol zit hem in de over-the top-effecten, zoals bij de bloedmooie Salma Hayek die een striptease danst en plots in het meest afgrijselijke, misvormde monster verandert. Schrik met een knipoog …
illustratie: Margje van den Berg - Molenkamp
Zombieland
foolcolor 23
Schuttingen Mamma ik droomde ik hoop dat ik sliep Ik hoop dat ik wakker werd toen ik je riep Mamma ‘t was donker en toen werd het licht Ik had een stram lijf en een vouwengezicht Ik stapte naar buiten en daar zag ik mij Ja, overal ik Eén geest, één gezicht, eengezins waren wij En net iets te dik Wij stapten in auto’s, een kaarsrechte zwerm Naar glimmend kantoor Wij keken de dag weg in oplichtend scherm Kroket tussendoor We zaten naar huis en daar zaten we goed We wisten: ik zit zoals iedereen doet We legden ons kind in een bedje apart Met ons er niet naast Het kindje werd bang en het schreeuwde heel hard Wij waren verbaasd We droomden van dromen maar dachten aan werk En soms aan de rente We kenden geen vogels, wel elk automerk We voelden nooit lente Wij hadden een tuin zonder één sprietje gras Wel hout en veel steen We zaten te huilen, elk op een terras We waren alleen Mamma ik droomde ik hoop dat ik sliep Ik hoop dat ik wakker werd toen ik je riep Lianne van Gemert www.dichtbijmij.nl
foolcolor 24