Goes op weg naar een betere begroting?! Beschouwing Programmabegroting 2013
Visie gevraagd op een ontwikkeling zonder groei Economie en welvaart zijn tot op heden altijd in een groeimodel geplaatst. Groei geeft immers voorspelbare ruimte voor investeringen en bestedingen. Groei is langzamerhand een voorwaarde geworden in plaats van een resultaat. Geen groei wordt dan ook direct gezien als een remmend probleem; krimp zelfs als een somber vooruitzicht. Op wereldschaal racen we naar een catastrofe toe, indien we niet op tijd leren hoe de remmen werken. Niet alleen de verandering in de samenstelling van de atmosfeer, maar ook de groei van de menselijke bevolking dreigt uit de hand te lopen. Onze planeet Aarde is uniek en zo er al ergens in het heelal een soortgelijke bestaat, dan is die vooralsnog onbereikbaar. Het streven naar duurzaam‐ heid is dus van allesomvattend belang en dwingt ons ook lokaal voortdurend het beleid daarop aan te passen. Europa, Nederland, Zeeland en Goes ervaren nu al de gevolgen van stagnerende groei. Een ontwikkeling zonder groei vraagt om visie. Het zal even wennen zijn, maar het is onontkoombaar. De gemeente Goes kan daarin een voorbeeldfunctie vervullen. Er is nog voldoende reserve om keuzes te kunnen maken en ons te richten op evenwicht: kwaliteit in plaats van alsmaar meer; samenwerking in plaats van ieder voor zich; elkaar iets gunnen in plaats van keihard winstbejag.
Financiële hoofdlijnen De fractie van D66 heeft de Programmabegroting 2013 zoals gebruikelijk aandachtig bestudeerd en concludeert, dat het een lastig, omvangrijk stuk blijft. Onze complimenten voor de samenstellers, die ongetwijfeld hun best hebben moeten doen om alle puzzelstukjes aan elkaar te leggen. De invloed van de gemeenteraad beperkt zich tot een klein deel van de begroting, omdat het overgrote deel wordt gevormd door wettelijk verplichtingen, regelgeving van hogere overheden en de uitvoering van bestaand gemeentelijk beleid. Bij de behandeling van de vernieuwde Perspectief‐ brief zijn de kaders al min of meer aangegeven. D66 heeft deze werkwijze als een verbetering ervaren ten opzichte van voorgaande jaren. Een zorgelijke schuldpositie De VNG heeft in juni de schuldpositie van alle Nederlandse gemeenten gepubliceerd. De gemeente Goes staat daarin op een zorgelijke plaats. De toelichtende memo ‘Schuldpositie’ is daarover verhelderend: de kengetallen voor de nettoschuld, het EMU‐saldo en de renterisiconorm overschrijden de algemeen aanvaarde normen uit een oogpunt van voorzichtig financieel beleid. De signalen met betrekking tot de schuldpositie staan duidelijk op oranje.
D66GOES ‐ BESCHOUWING PROGRAMMABEGROTING 2013 ‐ PAGINA 1
Weliswaar wordt in de toelichting een analyse gegeven, die rekening houdt met de specifieke Goese situatie, maar dit laat onverlet dat terughoudendheid geboden is. Blijkbaar vindt het college dat ook, want in de betreffende memo wordt ook een aantal mogelijkheden aangereikt om de schuldpositie terug te dringen. De fractie van D66 heeft met instemming de inhoud van de memo gelezen en vraagt zich nu af welke stappen het college voornemens is te nemen. We willen het college daarom verzoeken om voor de volgende Perspectiefbrief met concrete voorstellen te komen om de schuldpositie terug te brengen tot een aanvaardbare omvang. Daarnaast zal de gemeenteraad zich bij de besluitvorming vaker moeten afvragen welk effect de investeringen hebben, zowel op korte als op lange termijn. De schuldpositie moet hoe dan ook verbeteren. Organisatieontwikkeling ‘Goes op maat’ Het is voor de fractie van D66 onbegrijpelijk, dat naast de uit de notitie ‘Goes op maat’ voortkomen‐ de taakstelling van 500.000 euro tegelijk een mutatiepost ‘Kostenverdeling’ is opgenomen, die een structureel stijgend karakter heeft en naar 2016 al gaat oplopen tot 393.000 euro. Dit loopt zichtbaar uit de hand en wij vragen nogmaals op welke manier het college denkt deze kosten te gaan beheersen. In de notitie ‘Goes op maat’ geeft het college aan voorstander te zijn van het onderbrengen van zowel de beleidsvoorbereiding als de beleidsuitvoering bij de GR Samenwerking de Bevelanden. Tevens vermeldt het college, dat de beleidsbepaling uiteraard bij de aangesloten gemeenten blijft. Op zich een logische gedachte, ware het niet dat het één niet los gezien kan worden van het ander. Om een optimaal effect te bereiken zal in de praktijk blijken, dat er een zekere samenhang zal (moeten) zijn tussen de opeenvolgende fasen van de beleidcyclus. Bovendien mogen ook de evaluatie en de terugkoppeling niet zomaar worden weggelaten. Bij verdere ontwikkeling van deze GR zal dan ook in toenemende mate convergentie tussen de deelnemende gemeenten ontstaan op het gebied van beleidsbepaling en ‐evaluatie. Is de opvatting van het college niet al te theoretisch van aard en wellicht ingegeven om de samenwerkingspartners niet onnodig te verontrusten? Het is bedroevend, dat de gemeente Borsele zich heeft afgezonderd. Hier ligt een taak voor alle partijen om hun vertegenwoordigers in de raad van Borsele te overtuigen, dat meedoen uiteindelijk voor iedereen meer oplevert. Verder lezen wij in ‘Goes op maat’, dat bij het college “de indruk bestaat dat vanwege de econo‐ mische omstandigheden de ontwikkeling van projecten in de nieuwbouw en gebiedsontwikkeling zich op een lager niveau bevindt of zal gaan bevinden… Ook kan er zo nodig en zo mogelijk worden geschoven naar het sociale domein.” en “Gezien de afhankelijkheid zal mogelijk het beleid in het sociale domein bij voorrang beslag leggen op de beschikbare middelen. Ook zal de in standhouding van de openbare ruimte op een aanvaardbaar niveau beslag leggen op het gemeentelijk budget. Afhankelijk van de omvang van het gemeentelijk budget in de komende jaren kunnen genoemde prioriteiten beperkend zijn voor onze ontwikkeltaken.” Is het college het met ons eens dat dit dus ten koste gaat van andere beleidsvelden en dat dit met name op het gebied van stadsontwikkeling een lager ambitieniveau met zich mee zal brengen? D66GOES ‐ BESCHOUWING PROGRAMMABEGROTING 2013 ‐ PAGINA 2
Het college streeft er naar nog dit jaar hier de richting in te bepalen en de nodige besluitvorming nog deze collegeperiode te laten plaatsvinden. Kan het college meedelen wanneer men de raad kan informeren over die richting en het bijbehorende tijdpad? Bij maatregelen op langere termijn geeft het college aan, dat de feitelijke realisatie van de gemeenschappelijke regeling de Bevelanden cruciaal is voor de verdere ontwikkeling van de organisatie. Wanneer denkt het college, dat het point of no return zal worden bereikt? Overigens merken wij op, dat in de notitie ‘Goes op maat’ nauwelijks aandacht wordt besteed aan de mogelijkheden van interne procesverbetering. Het schuiven met mensen en taken is een eenzijdige benadering van organisatieontwikkeling. Juist reflectie op het eigen werk, al of niet binnen een team, en het loslaten van een al te rigide taakopvatting bevorderen het inzicht in de voordelen van meedenken en samenwerken. Er is ons inziens nog steeds een forse kostenbesparing mogelijk door overbodige regels en procedures te schrappen. Durf af te stappen van het adagium: ‘vorig jaar deden we het ook zo’ en kom tot een nieuwe instelling: ‘hoe kunnen we het nog beter doen?’ Graag horen wij van het college of men bereid is deze visie op procesverbetering in de organisatie te onderschrijven en aan de notitie toe te voegen.
Inhoudelijke hoofdlijnen Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? In negen programma’s worden de plannen van de gemeente aan de gemeenteraad voorgelegd. Daaraan vooraf gaat een toelichting op enkele onderwerpen, waarin de visie van het college tot uiting komt. Juist over die visie moet het inhoudelijke debat gaan. Zonder visie staat een beleid immers op losse schroeven en hoeven we al helemaal niet te praten over de juiste strategie om het gewenste effect te bereiken. Veiligheid Het staat er letterlijk: “Het gevoel van veiligheid moet verbeterd worden”. Maar wat is veiligheid? Moeten we niet proberen de onberedeneerde gevoelens van onveiligheid weg te nemen? Vele media zijn er verzot op en zoemen in op incidenten, die breed worden uitgemeten. De overheid reageert vaak angstig op diezelfde incidenten om vooral achteraf niet voor te laks of te traag te worden uitgemaakt. Het risico voor het individu wordt daarmee vermoedelijk schromelijk overschat. Uiteraard mogen we het leed van slachtoffers nooit en te nimmer onderschatten, want dat staat niet ter discussie. Het gaat erom dat inwoners bewust worden gemaakt van kansen op onveilige situaties en hun eigen rol daarin. De overheid is niet in staat om ieder risico uit te sluiten. Het veiligheids‐ beleid hoort daarom ook gericht te zijn op acceptatie bij de bevolking van enig eigen risico, het nemen van eigen verantwoordelijkheid en het voorkomen van risicovol gedrag. Alleen daarmee is het vertrouwen van de burger terug te winnen. Een voorbeeld is de werkwijze met betrekking tot aanpak van de zogenaamde ‘grey spots’. Gaan we door met het vinden van dergelijke ‘half‐onveilige’ plekken, tot ieder kruispunt aan de beurt is geweest? Is het college bereid het veiligheidsbeleid meer op risico‐voorlichting te richten, dan voortdurende plannen in de bewakingssfeer? D66GOES ‐ BESCHOUWING PROGRAMMABEGROTING 2013 ‐ PAGINA 3
Woningbouw De Primos‐prognose loopt achter op de actuele situatie. Groei is nog steeds een makkelijk uitgangs‐ punt, maar er bestaat een reëel gevaar voor een veel te optimistisch beeld. We zullen rekening moeten gaan houden met krimp, want die komt er zeker aan, ook in de meest ideale prognoses. We kunnen krimp aangrijpen als een kans. We kunnen de stabilisatie van het inwonertal en de beschik‐ bare bouwruimte gebruiken voor een kwalitatieve vooruitgang van de woningvoorraad. Eeuwige groei is een te makkelijk en niet realistisch scenario. Maar mensen veranderen en de bevolkingsopbouw verandert. Mobiliteit en de behoefte aan individuele invulling nemen toe. Tegelijk zien we echter ook coöperatief gedrag en de wens om ergens bij te horen. Er zijn dus kansen genoeg om op in te spelen. Zou het college toch nog eens over een krimpscenario willen denken? Economie Het creëren van werkgelegenheid is op zich een goed streven, maar het is wel van belang om te weten voor wie Goes geld uitgeeft. Is het werkgelegenheid voor onze eigen inwoners, voor de regio of voor forenzen van verre? Zonder inventarisatie daarvan is onvoldoende aantoonbaar, dat de inspanningen en gemaakte kosten een goede investering zijn. De bereikbaarheid en de bijbehorende verkeersmaatregelen moeten weloverwogen en passend zijn. De laatst op stel en sprong genomen maatregelen bij de aansluiting op de A256 zijn dat bijvoorbeeld niet. Ook voor de Poel II en andere bedrijventerreinen is het uitwerken van een duurzaam energieconcept aan te bevelen. Het college is enigszins huiverig voor de revitalisering van bedrijventerreinen. Argument is, dat revitalisering meestal duurder uitpakt dan de ontwikkeling van nieuwe locaties. Helaas zullen deze verouderde bedrijventerreinen op den duur toch een keer aangepakt moeten worden. Waarom zou je nu dan niet alvast een vooruitziend beleid initiëren? Hetzelfde geldt voor een aanpak van leegstaande kantoorruimte. Wellicht kan de gemeente tijdelijke verhuur stimuleren aan startende ondernemers en ZZP‐ers. Bijvoorbeeld door garant te staan voor het eerste half jaar kale huur en/of een gereduceerde huur. In Klein Frankrijk verandert er veel. Kan het college ons informeren wat die veranderingen precies inhouden? In Eindewege probeert u met wegonderhoud binnenkort een kwaliteitsslag te kunnen maken. Dat is mooi en eerlijk gezegd al helemaal niet voor zijn tijd. Echter op bepaalde locaties op het bedrijven‐ terrein in Eindewege is sprake van verwaarlozing van “particulier” bezit. D66 wil graag van het college vernemen wat hieraan wordt gedaan teneinde dit bedrijventerrein een echte representatieve uitstraling te geven. Goes beter bereikbaar Alles is gericht op die ene extra aansluiting op de A58 en het ontbreekt geheel aan mogelijke alternatieven voor een goede verkeerscirculatie. Ook de inpassing van een spoorviaduct vereist een weloverwogen aansluiting van op‐ en afritten op de wegenstructuur. De fractie van D66 vindt, dat er werk gemaakt moet worden van een herziene visie op verkeer en vervoer. Een GVVP heeft een D66GOES ‐ BESCHOUWING PROGRAMMABEGROTING 2013 ‐ PAGINA 4
beperkte houdbaarheid en het oude voldoet zeker niet meer. In een nieuw GVVP kunnen de uitgangspunten voor veiligheid, bereikbaarheid en doorstroming worden geactualiseerd en ongetwijfeld is er ook behoefte aan een heroriëntatie op spitsverkeer. Naar de huidige maatstaven is in de file staan vaak een keuze van de verkeersdeelnemer. Het is aan de overheid, hier de gemeente, om daar via goede informatievoorziening sturing aan te geven. Op welke termijn denkt het college met een voorstel voor een nieuw GVVP te kunnen komen? Riolering Het vers aangenomen Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan speelt onder andere in op een tijdige aanpak van vervanging van oudere riolering. D66 juicht deze preventieve aanpak toe. Ook met het streven om de onderhouds‐ en vervangingskosten over enkele jaren geheel uit de rioolheffing te bekostigen kan onze fractie instemmen. Minder gelukkig zijn we met het voorstel om de rioolheffing alleen te koppelen aan de WOZ. Daarmee laat Goes een kans liggen om het werkelijke gebruik van de afvoer van afvalwater te belasten. Steeds meer gemeenten koppelen een gebruikersdeel van de rioolheffing aan het verbruik aan drinkwater, terwijl de heffing voor eigenaren wordt gekoppeld aan het perceeloppervlak en/of de WOZ. Is het college bereid een dergelijk belastingmodel voor de rioolheffing te onderzoeken? Onderhoud van de binnenstad Voor het onderhoud van de binnenstad is een grotere inspanning nodig en dat vergt extra middelen. De fractie van D66 vraagt zich af of duurzaamheid niet juist zou moeten resulteren in meer onderhoudsgemak en dus in minder inspanning. Geacht college: Waar is het beleid misgegaan? Of is het ambitieniveau toegenomen? Van ons mag het, maar wees er helder over. Duurzaamheid Uiteraard is de fractie van D66 nieuwsgierig naar het investeringsprogramma in 2013 voor een CO 2 ‐ neutrale organisatie. Wij hopen op een zorgvuldige afweging gericht op een blijvend effect op lange termijn. Sport Een aantal oudere Goese gymzalen is kort geleden gerenoveerd, maar door onvolledig gebruik blijven de huurinkomsten nu achter. Wat gaat het college hieraan doen? Cultuur De fractie van D66 juicht een nieuwe start van de cultuurbeleidscyclus toe. Wij vertrouwen erop, dat in de visie het wat en waarom tot uiting komt, dat het beleid invulling geeft aan het wanneer en hoeveel en dat in de strategie de aanpak wordt aangegeven. Historisch Museum de Bevelanden heeft zich door de nieuwe stichtingsstructuur ontwikkeld tot een beheersbaar geheel. De educatieve functie van het museum dreigt nu door de laatste bezuinigings‐ ronde in de knel te komen. De raadsfracties en het college zijn daarover geïnformeerd. Is het college bereid om de voorgenomen bezuiniging van 75.000 euro te heroverwegen? Zo ja, kunt u de raad dan een voorstel doen? D66GOES ‐ BESCHOUWING PROGRAMMABEGROTING 2013 ‐ PAGINA 5
Projecten uit diverse programma’s Softdrugsbeleid Het ziet er naar uit dat het nieuwe kabinet wijzigingen zal aanbrengen in het huidige (voorgenomen) softdrugsbeleid. Met name het schrappen van de clubpas zal tot een andere situatie leiden. Ook het handhaven van het ingezetenencriterium en de daarbij behorende formaliteiten lijken moeilijk uitvoerbaar te worden. Bovendien vragen wij ons af of het weren van “niet‐Nederlanders” in overeenstemming is met het uitgangspunt van het vrije verkeer van personen binnen de EU. In hoeverre kan het college c.q. de burgemeester de handhaving waarborgen nu het in administratief opzicht een schier onmogelijke taak lijkt om dit in de praktijk gestalte te geven? Daarnaast zal het college per 1‐1‐2014 het afstandscriterium tot scholen moeten realiseren. Overweegt het college al om het contract met het Luzac‐college te beëindigen en voor het Manhuiscomplex een andere invulling te onderzoeken? Verlichting op het hoofdfietsnetwerk buiten de bebouwde kom Omwille van sociale veiligheid is D66 voorstander van het realiseren van verlichting op het hoofd‐ fietsnetwerk buiten de bebouwde kom. Zoals door de portefeuillehouder aangegeven, zien wij graag half 2013 de plannen voor de tweede tranche fietsbeleid tegemoet. Daarin zal onder andere financiële middelen voor deze pilot gevraagd gaan worden. Als idee willen wij alvast meegeven om voor deze pilot gelden uit de reserve infrastructurele werken in te zetten. De Poel V: De planvoorbereiding van De Poel V vordert gestaag. Het lijkt er op dat definitieve besluitvorming in de raad heeft plaatsgevonden, maar niets is minder waar. Desondanks stevent het college recht‐ streeks aan op een spoedige start van dit voorgenomen project. Naast de landschappelijke bezwaren die D66 heeft, is de lokale en nationale markt voor bedrijven terreinen eerder verslechterd dan verbeterd. Het is maar zeer de vraag of het hier een conjuncturele neergang betreft of dat nu ook sprake is van een meer structurele ontwikkeling. Daar komt nog bij dat de financiële positie van de gemeente Goes, die zich ondermeer weerspiegelt in het weerstands‐ vermogen en de schuldpositie, dusdanig is, dat naar de mening van D66 voorzichtigheid geboden is bij het uitvoeren van grootschalige investeringsplannen. Wat dat betreft staan de waarschuwings‐ tekens eerder op rood dan op groen. Voorts is het maar zeer de vraag of dit voornemen strookt met de overwegingen in de notitie Goes op maat. Want ook in de fysieke sector zullen personeelsreducties plaats moeten vinden. Het kan niet zo zijn dat we op dat gebied ambtelijke capaciteit handhaven vanwege het feit dat de Poel V gerealiseerd moet worden. Het feit dat we thans de molensteen van de Goese Schans (zeer hoge impact, zeer hoge kans op optreden) om onze nek hebben hangen noopt tot extra voorzichtigheid. Met als leidraad de memo over de schuldpositie kunnen we ons op dit moment geen nieuw risicovol project permitteren. Kan het college aangeven wanneer de raad het voorstel zal bereiken voor definitieve besluitvorming inzake De Poel V? D66GOES ‐ BESCHOUWING PROGRAMMABEGROTING 2013 ‐ PAGINA 6
Emancipatiebeleid In 2011 heeft de gemeente Goes een intentieverklaring getekend met minister van Bijsterveldt betreffende de Hoofdlijnenbrief Emancipatiebeleid vrouwen‐ en homo‐emancipatie. Een project dat eind 2014 ten einde loopt. Wat het homo‐emancipatiebeleid betreft richt onze gemeente, voor zover wij hebben kunnen nagaan, zich met name op de jeugd. Op zich is dit prima maar ook de sociale acceptatie bij de oudere doelgroep is bepaald nog niet vanzelfsprekend. Homo‐ouderen die bijvoorbeeld in serviceflats of verzorgingshuizen woonachtig zijn, worden geadviseerd om toch vooral hun seksuele geaardheid niet openbaar te maken. Dit om de rust binnen de woonvorm te bewaren. Een televisieprogramma over dit onderwerp, een aantal weken geleden, leverde schokkende beelden op zoals scheldpartijen en bovenal verontrustend uitsluiting met als gevolg vereenzaming. Dat ouderen worden geadviseerd om omwille van de rust binnen de woonvorm niet voor hun homo zijn uit te komen komt helaas ook in onze gemeente voor. Omdat wij geen specifiek beleid voor deze doelgroep hebben kunnen vinden willen wij het college vragen hieraan extra aandacht te schenken zonodig beleid hierop te formuleren. Een organisatie als Humanitas, die ook in de grote steden op dit front actief is, zou u wellicht hierbij kunnen onder‐ steunen. Bij de behandeling van de Algemene Beschouwingen willen wij van de portefeuillehouder graag een reactie op dit onderwerp. Koopzondag: Naar het zich nu laat aanzien zal de wetgeving over koopzondagen aangepast c.q. verruimd worden. Vraag: Wanneer kunnen we hierover voorstellen van het college tegemoet zien?
Een betere begroting Naast een reactie op de financiële en inhoudelijke hoofdlijnen heeft de D66‐fractie toch ook nog gemeend een oordeel te moeten laten blijken over de voortgang naar een betere begroting. Doelbewust hebben we het woord SMART‐systematiek voor de omschrijving van doelstellingen zowel bij de technische vragen als in deze beschouwing vermeden. In diverse raadgevende stukken van de VNG kunnen college‐ en raadsleden precies vinden hoe een gemeentebegroting er uit moet zien. Zo staat er: “Met het scherper formuleren van het gewenste (maatschappelijk) effect geeft de raad een duidelijke invulling aan de kaderstellende rol. Bij het behandelen van de jaarrekening en op andere momenten kan de raad dan goed controleren of het college het beoogde doel heeft bereikt.” Waar een wil is, is een weg.
Tenslotte De D66‐fractie in de gemeenteraad van Goes hoopt hiermee weer voldoende aanknopingspunten te hebben gegeven voor het ontwikkelen van beleid met visie. We gaan graag in discussie met de andere fracties in de raad om uiteindelijk tot goede afspraken te komen met het college over de ontwikkeling van onze gemeente. Goes, 5 november 2012. D66GOES ‐ BESCHOUWING PROGRAMMABEGROTING 2013 ‐ PAGINA 7