Elam en het atoomprogramma Q Totale controle Q Onze doelen en gebedspunten voor 2012
Middernachtsroep
Het internationale tijdschrift over Bijbelse profetie
Nr. 02–2012
www.middernachtsroep.nl
Gods plan
voor Isr aël tijdens de verdrukking
Land, land, land, hoor het woord van de HEERE!
Emmeloord
Woensdag 7 maart - 19:30 uur
Grootegast
Woensdag 4 april - 19:30 uur
Doorn Gorinchem
Dato Steenhuis
Baptistengemeente “De regenboog” - Nagelerstraat 35
Dato Steenhuis
Goede Herderkerk k - De Gast 2
Zaterdag Zaterd dag 19 19 meii - 114:00 4:0 00 uur
Norbert N orb bert LLieth ieth h
Het Brandpunt - Postweg 18
Zondag 20 mei - 10:00 uur
Norbert Lieth
VEG De Ark - Kennelweg 14
Norber t Lieth
9 Wondertekenen in het Johannes-evangelie Hett Ni He Nieu eu uwee Tes e ta t me m n ntt ber eric r icchtt oveer dee tallri rijk jk ke w woond nder der eren ren en en te teke kenen, kene ke neen, n, die i d Her de e e Jezu Jeezu z s deeed e tij ijde dens ns Zij ijn le leve ven ve n hi hier e op aard er aaard rde. e. Alllee e. e n all de ap pos oste tel tel te Jooha hann nn n nes bes e cch hri rijf jff t ne n ge g n te teke kene ke nen. n n. A le tek Al keen nen zij ijn n in n de ee eers rsste pla laat a s be at bedo d el do eld d om in mens mens me nsen en n hett gel eloo loo oof te te wekk we kk keen n, da datt Je Jezu zuss Ch zu hri rist stus st us de Me Mess s iaas is en dee Zooon va ss van n Go G d ((JJoh oh 200::31 3 ). ) Maar Maar Ma a bov o en endi dien di en zij ijn n de won onde dere de ren re n va van n dee Her ere Je Jezu zu us oook pr p offeettis tis i ch chee teeke kene nen. ne n. De wo wond wond nder der erte teke te kene ke nen ne n in het Joh ohan anne an nesne s evvan nge g li liee wijz wiijz jzen en pro roffeeti tisc tisc sch h n ar de he na heil ilsg il ssggessch chie iieede deni nis. En da nis. datt ve verb rbband rban an nd w woorrd dt va vaak ak oveer he hett ho hoof ooffd geezi z en n. Dee autteu ur he heef eftt hi ef h eerrnaar ar gez e oc ocht en h heeeeff t veerbaz rbbazin azzin ingw g ekke gw ek kkeend de lijn li j en jn n ont n de d kt k . Sc S hi hijn jnba baar ba aaarr on nbbel elan a gr an grij ijke ij kee dettaiils l kom men n plo lots tsel eell in ng iin n een n nieu ni uw li lich ch ht te t sta taan an n. Hiij sc schr hrij hr ijft ij f t: “V ft: ft “Vee e l pa ee pass ssag ss ages ag es zij ijn n al asp pu uzz z ellsttuk u je jess, s, diie ie i ts t weeerggev e en van an het tot otaa aalb aa lbbee lbee e ld l van n het et hei e ls lspl p an pl an van God o en Zijn Zijn Zi j hand ha n elleen nd n daaaari rin. n “ De inh nhou oud ou d va van nd diit bu buit i en it e geewo w nee boe oek k be bewi wijs wi jst: js t D puz De u ze zels lsstu ukj kjes es vor orme m n eeen geewe me w ld ldig ig bee eeld ld d! Best Be stel eln nrr. 19 197 71 162 62 · EUR UR 8,0 00 Bo B oeek k · geb ebon onde den · 16 160 pa p g giin naa‘s ‘s
Middernachtsroep
tCCFTUFMMJOH!NJEEFSOBDIUTSPFQOMtXX X XNJEEFSOBDIUTSPFQOM
Op de voorpagina
4 7 9
Gods plan voor Israël tijdens de verdrukking «We weten dat God Israël zal beschermen» Waarom zijn er in het duizendjarig rijk offers?
In perspectief
12 14 15 16 17
Elam en het atoomprogramma De vijf grootste problemen van de wereld De macht van het Woord van God Totale controle Waar je in de omgang met de gemeente niet omheen kunt
Vragen - Antwoorden
19 19 19 19
De grote menigte voor de troon, wie zijn dat? Heeft Ezechiël een ruimteschip gezien? Zijn de zeven zegels plagen of iets anders? Biometrisch paspoort een teken van het beest?
Middernachtsroep
20
Onze doelen en gebedspunten voor 2012
3 14 18 22 22
Groetwoord Eruit gelicht Eye-opener Alléén Jezus kan u helpen Colofon
Gedachtig aan het feit, dat alle menselijke kennis slechts ten dele is (1 Cor. 13:9), geven de auteurs onder eigen verantwoording hun persoonlijke visie weer.
Luister dagelijks naar de Bijbel. Met Live-boodschappen, radiobijbelschool, boeklezingen, voordrachten en muziek. Actueel, evangelisch en geloofsopbouwend
Via Internet en satelliet www.rnh.de De nieuwe frequentie luidt: Astra: 19,2o oost, 12603 MHz Horizontale polarisatie FEC 5/6, symbolrate
3
GROETWOORD Geliefde vrienden Op 20 september 2011 doet doodskandidaat Davis zijn laatste verzoek om gratie. Twee dagen later wordt hij geëxecuteerd. De Amerikaanse staat Georgia had zijn verzoek om gratie afgewezen. Ter dood veroordeelde mensen sterven al naar gelang het land waar zij zijn door het zwaard, door injecties met gif, geweerkogels, in gaskamers, aan de galg, op de elektrische stoel of door steniging. Ook in de 21ste eeuw oefenen beulen in veel landen van de wereld hun gruwelijke ambacht uit. In de VS is twee jaar geleden 46 keer de doodstraf voltrokken. Hoe vaak het in China en in andere totalitaire landen is gebeurd weet niemand. In islamitische landen voltrekt men de doodstraf wegens echtbreuk, verkrachting en dergelijke in het openbaar en met toeschouwers. Ook de Bijbel kent de doodstraf. In Leviticus 20 staat een reeks vergrijpen die met de dood bestraft dienen te worden. Op de allereerste plaats echtbreuk. God neemt de zonde heel serieus! In hetzelfde boek van de Bijbel wordt ook homoseksualiteit genoemd (Lev. 18:22). De wet van Mozes eist voor de genoemde voorbeelden de doodstraf. Dan zegt ons gevoel toch iets heel anders. Wij zouden anders oordelen dan God en zeggen: «Geef hun nog een kans, vermaan hen, bestraf hen, oefen een strenge gemeentetucht uit. Maar de doodsstraf…? Laat toch genade voor recht gelden!» Alleen, het Oude Testament, het oude verbond, kent geen genade. De eisen aan de mensen die in overeenstemming met Gods plan willen leven, gaan voor een deel zeer ver. In Exodus 35:2 lezen we: «Zes dagen moet er werk verricht worden, maar de zevende dag moet heilig voor u zijn, een sabbat, een dag van volledige rust, voor de HERE. Ieder die op die dag werk verricht, moet gedood worden.» God gaf Israël talrijke wetten omdat het Zijn verbondsvolk is. Sommige Joden handhaven deze verordeningen ook tegenwoordig nog op extreme wijze. In de loop van de tijd zijn er namelijk verdergaande interpretaties als extra wetten aan vastgeplakt. Wie wel eens in Israël is geweest kent de sabbatlift wel. Op sabbat mag je niet op een liftknopje drukken om naar een andere verdieping te komen. Ook van de lichtschakelaars in je huis moet je dan afblijven, want ook dat geldt als werk. In 2 Korinthe 3:14-15 wordt duidelijk waarom dit zo is: «Maar hun gedachten werden verhard, want tot op heden blijft diezelfde bedekking bij het lezen van het Oude Testament, zonder te worden weggenomen. Die bedekking wordt tenietgedaan in Christus. Ja, tot op heden ligt er, wanneer Mozes gelezen wordt, een bedekking op hun hart.» Romeinen 10 en 11 gaan uitvoerig in op de achtergrond van deze toestand: zij missen Jezus Christus. Dat is ook vandaag de dag het geval. Alleen door Jezus valt ons de genade van de vergeving van zonden ten deel. De dood die wij hadden verdiend heeft Hij op Zich genomen. In Titus 2:11 staat: «Want de zaligmakende genade van God is verschenen aan alle mensen.» Wat een wonderheerlijk geschenk valt ons door het genadebewijs van Jezus Christus ten deel! Wij die eigenlijk doodskandidaten waren (Rom. 3:23; 6:23) mogen leven, en we ontvangen zelfs het eeuwige leven. Nu zijn er niet weinige christenen die op een wettische manier proberen God te behagen. Daarmee plaatsen ze zichzelf onder de wet. En dat is een gebied waar de genade niet werkt. Net als het volk Israël, de Joden, zijn wij geneigd om onszelf bepaalde wetten op te leggen. En al naar gelang de gemeente waartoe we behoren is dan al aan ons uiterlijk te zien waar we thuishoren, aan welke wetten we ons onderwerpen. Maar dat is geen leven onder de genade meer. Het houden van de wet betekent dat we iets voor God willen doen. Daarentegen is genade iets wat God voor ons wil doen. Bevrijding van de wet betekent echter niet dat we ook bevrijd zijn van het doen van Gods wil. Het is veeleer de Heer Zelf die dit in en door ons heen wil doen. Paulus waarschuwt ons dan ook om het aanbod van genade van onze Heer niet verkeerd op te vatten: «Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade toeneemt? Volstrekt niet!» (Rom. 6:1-2). Veeleer geldt Romeinen 6:14: «Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade.» In hartelijke verbondenheid
Middernachtsroep
Februari 2012
4
OP DE VOORPAGINA
Gods plan
voor Israël tijdens
de verdrukking Middernachtsroep
Februari 2012
5
DR. THOMAS ICE (hoofddirecteur van het PreTrib Research Center, docent aan de Liberty University en auteur van verschillende boeken en artikelen)
M
et betrekking tot Israël is een van de hoofdredenen die God voor de grote verdrukking heeft de bekering van het Joodse overblijfsel tot het geloof in Jezus als hun Messias. Dit zal gedurende de hele periode van de verdrukking gebeuren, maar aan het einde van de zevenjarige periode zal het gehele uitverkoren overblijfsel tot Jezus bekeerd worden. Het zal waarschijnlijk een derde deel van het Joodse volk zijn, zoals Zacharia 13:9 vaststelt: «Ik zal dat derde deel in het vuur brengen en het louteren, zoals men zilver loutert. Ik zal het beproeven, zoals men goud beproeft. Het zal Mijn naam aanroepen en Ik zal het verhoren. Ik zal zeggen: Dit is mijn volk; en zij zullen zeggen: De HERE is mijn God!›» Volgens Zacharia 13:8 vormt de uitroeiing van de onboetvaardige Joden van het volk een deel van het proces om het Joodse overblijfsel tot geloof te brengen: «Het zal gebeuren, spreekt de HERE, dat in heel het land twee derde ervan uitgeroeid zal worden en de geest zal geven, en een derde ervan zal overblijven.» De Oudtestamentische profeten spreken er herhaaldelijk over dat de onboetvaardige Joden tijdens de verdrukking worden uitgeroeid. Ezechiël 20:33-38 is een belangrijk gedeelte, dat over een bijeenverzameling van de Joden in hun historische land in de eindtijd spreekt. Om de uitroeiing van de onboetvaardige Israëli’s voor te bereiden – ze worden hier «wie in opstand komen» genoemd (Ez. 20:38) –, moet deze verzameling voor de verdrukking plaatsvinden. «Zo waar ik leef, spreekt de Here HERE, voor waar, met sterke h and , met uitgestrekte arm en met uitgestorte grimmigheid zal Ik over u regeren! Ik
zal u uit de volken leiden en u bijeenbrengen uit de landen waaronder u verspreid bent, met sterke hand, met uitgestrekte arm en met uitgestorte grimmigheid. Vervolgens zal Ik u brengen in de woestijn van de volken en daar van aangezicht tot aangezicht een rechtszaak met u voeren. Zoals Ik met uw vaderen in de woestijn van het land Egypte een rechtszaak gevoerd heb, zo zal Ik een rechtszaak met u voeren, spreekt de Here HERE. Ik zal u onder de stok doen doorgaan en u brengen in de band van het verbond. Ik zal van u uitzuiveren wie in opstand komen en wie tegen mij overtreden» (Ez. 20:33-38). De uitdrukking «onder de stok doorgaan» spreekt van evaluatie en scheiding. Het afzonderingsproces zal resulteren in het verwijderen van de opstandigen, terwijl het gelovig overblijfsel blijft en dan «in de band van het verbond» wordt gebracht (Ez. 20:37). Op soortgelijke wijze ontvangt Ezechiël twee hoofdstukken verder nog een openbaring over de toekomstige verzameling van het volk Israël (Ez. 22:17-22). Dit keer wil de Here hen «in het midden van Jeruzalem» bijeenbrengen (Ez. 22:19). De Here zal als een smid het vuur van de verdrukking gebruiken om de trouwelozen uit te roeien. De Here zal «u (Israël) verzamelen en Ik zal op u blazen in het vuur van Mijn verbolgenheid, zodat u in het midden ervan gesmolten wordt» (Ez. 22:21). In dit gedeelte gaat «Mijn verbolgenheid» over de periode van de verdrukking. Ook daaruit blijkt dat het volk eerst verzameld moet worden voordat deze gebeurtenis kan plaatsvinden. Het resultaat ervan zal zijn dat het volk zal erkennen «dat Ik, de HERE, Mijn grimmigheid over u uitgestort heb» (Ez. 22:22). Israël is terug in het land en staat het louterende vuur van de verdrukking te wachten, die de onboetvaardigen zal elimineren en het overblijfsel zal openbaren. In Jeremia 30:7 lezen we nog een keer over de «tijd van benauwdheid voor Jakob». Er staat dat deze te ver-
gelijken is met de pijn bij een geboorte (Jer. 30:6), «toch zal hij daaruit verlost worden!» (Jer. 30:7,11). Het overblijfsel zal door deze tijd van benauwdheid, die duidelijk de verdrukking is, heen gered worden. De Heer zal het volk Israël in deze periode tuchtigen: «Maar aan u zal Ik geen einde maken. Ik zal u bestraffen met mate, maar u beslist niet voor onschuldig houden» (Jer. 30:11). Deze tuchtiging zal Israëls bekering tot gevolg hebben: «En u zult Mij tot een volk zijn en Ik zal u tot een God zijn!» (Jer. 30:22). Jeremia zegt dat deze dingen «in later tijd» zullen geschieden (Jer. 30:24). De profetieën in Daniel 12 gaan over de periode van de verdrukking (Dan. 12:1). «Velen zullen gereinigd, zuiver wit gemaakt en gelouterd worden. De goddelozen echter zullen goddeloos handelen en geen enkele van de goddelozen zal het begrijpen, maar de verstandigen zullen het begrijpen» (Dan. 12:10). In dit gedeelte zien we het meermaals voorkomende thema van de onboetvaardige Joden die tijdens de verdrukking worden uitgeroeid, maar we zien ook de redding respectievelijk de verlossing van de uitverkorenen. Deze dingen zullen in «de tijd van het einde» plaatsvinden (Dan. 12:9). Ook ettelijke andere gedeelten spreken over de noodzaak het Joodse volk te louteren, vaak in verband met de stad Jeruzalem (Jes. 1:22,25; 48:10; Jer. 6:27-30; 9:7; Mal. 3:2-3). Arnold Fruchtenbaum verklaart ons: «Als een gelouterd, gelovig volk zullen zij zich tot de Here bekeren. Hij spreekt hier weer over een wereldwijde verzameling in ongeloof ter voorbereiding van een specifiek toekomstig gericht, maar het doel van dit oordeel is hen tot nationale boete en berouw te brengen.»1 De voorwaarde voor de wederkomst. Veel christenen zijn verrast als ze horen dat de wederkomst een reddingsactie zal zijn. Jezus komt terug naar de planeet Aarde om het gelovige Joodse overblijfsel te redden, dat op het Middernachtsroep
Februari 2012
6
OP DE VOORPAGINA Het Joodse volk moet in Jezus als hun Messias geloven om bij Zijn wederkomst door hem gered te worden.
punt staat in de slag van Armageddon vernietigd te worden. Ik geloof dat Paulus het daar over heeft als hij in Romeinen 10 zegt: «Want ieder die de naam van de Here zal aanroepen, zal zalig worden. Hoe zullen zij dan Hem aanroepen in wie zij niet geloven? En hoe zullen zij in Hem geloven van wie zij niet gehoord hebben? En hoe zullen zij horen zonder iemand die predikt?» (Rom. 10:13-14). Met andere woorden, het Joodse volk moet in Jezus als hun Messias geloven om bij Zijn wederkomst door Hem gered te worden. En dat is precies wat er gaat gebeuren. Het Oude en het Nieuwe Testament leren ons dat het volk Israël tot Jezus als Messias bekeerd zal worden en Hem zal moeten aanroepen om hen te verlossen, voordat Christus naar deze aarde terugkeert om Zijn duizendjarige Koninkrijk te vestigen. Dit wordt door de hele Bijbel heen geleerd (Lev. 26:40-42; Jer. 3:11-18; Hos. 5:15; Zach. 12:10; Mat. 23:37-39; Hand. 3:19-21). Hosea 5:15 zegt: «Ik ga en keer terug naar mijn woonplaats, totdat zij zich schuldig weten en Mijn aangezicht zoeken. In hun benauwdheid zullen zij Mij ernstig zoeken.» «Totdat» zegt ons dat het volk zich op een dag tot de Here zal omkeren. Hetzelfde verklaart ons ook de volgende context. Jezus Zelf sprak in Mattheüs 23:39 een belangrijk «totdat» uit tegenover het volk: «Want Ik zeg u: U zult Mij van nu af aan niet zien, totdat u zegt: Gezegend is Hij die komt in de naam van de Here!» De apostel Petrus zegt tegen het Joodse volk dat het Jezus niet meer zal zien voordat men het volgende gedaan heeft: «Kom dus tot inkeer en Middernachtsroep
Februari 2012
bekeer u, opdat uw zonden uitgewist worden en er tijden van verkwikking zullen komen van het aangezicht van de Here, en hij Jezus Christus zal zenden, die tevoren aan u verkondigd is. Hem moet de hemel ontvangen tot de tijden waarin alle dingen worden hersteld, waarover God gesproken heeft bij monde van al zijn heilige profeten door de eeuwen heen» (Hand. 3:1921). «Dit is dus de dubbele basis voor de wederkomst; Israël moet zijn zonde als natie belijden», verklaart Fruchtenbaum, «en dan de Messias smeken om terug te komen en om Hem weeklagen zoals men om een eniggeboren zoon weeklaagt ». 2 De nationale bekering van Israel. De Bijbel leert dat het volk Israël op een goede dag zal omkeren tot de Here hun God. Dit zal aan het einde van de verdrukking gebeuren en het is ook de reden voor de tijd van benauwdheid voor Jakob. Veel Schriftplaatsen leren de toekomstige bekering van de Joden tot Jezus als hun Messias (Ps. 79:1-13; 80:1-19; Jes. 53:1-9; 59:20-21; 61:8-9; 64:1-12; Jer. 30:3-24; 31:31-40; 32:3740; 50:4-5; Ez. 11:19-20; 16:60-63; 34:25-26; 36:24-32; 37:21-28; Hos. 6:1-3; Joël 2:28-32; Zach. 9:11; 12:1013,9; Rom. 11:25-27). Hosea 6:1-2 is een van de meest interessante gedeelten over de toekomstige bekering van het volk Israël: «Kom, laten wij terugkeren naar de HEERE, want Hij heeft verscheurd, maar Hij zal ons genezen; Hij heeft geslagen, maar hij zal ons verbinden! Na twee dagen zal Hij ons levend maken, op de derde dag zal Hij ons doen opstaan. Dan zullen wij voor Zijn aangezicht leven.»
Samengevat. De Bijbel leert duidelijk dat de tijd van de benauwdheid van Jakob (die verdrukking), waarin de onboet vaa rdige Joden worden weggerukt en geëlimineerd, terwijl het resterende gelovige overblijfsel gered wordt (zowel geestelijk alsook fysiek), niet plaats heeft gevonden bij de verwoesting van Jeruzalem in het jaar 70. Deze teksten van de heilige Schrift passen daar eenvoudig niet bij! Zij veronderstellen juist een toekomstige vervulling voor een letterlijk volk Israël. Fruchtenbaum zegt: «Israël kan slechts door het geloof in de Zoon des mensen vernieuwd worden. Alleen als het de naam van de Here aanroept, kan Israël geestelijk gered worden. Alleen als de Zoon des mensen terugkomt, kan Israël fysiek gered worden.» En dat is precies wat er in de verdrukking gaat gebeuren.3 De Here maakt ruimte voor deze toekomstige gebeurtenissen omdat Hij Zijn uitverkoren volk in hun land heeft teruggebracht in afwachting van zowel de uitroeiing van de onboetvaardigen als de verlossing van de uitverkorenen. Maranatha! ■
Eerst verschenen in Midnight Call en op midnightcall.com 1 Arnold Fruchtenbaum, The Footsteps of the Messiah: A Study of the Sequence of Prophetic Events (Tustin, CA: Ariel Ministries, 2003, [1982]), pag. 101-102 2 Ibid., pag. 312 3 Ibid., pag. 345
7
INTERVIEW
«We weten dat God Israël zal beschermen» Enige tijd geleden was Jonathan Malgo in de gelegenheid om de profetie-expert Thomas Ice enige vragen stellen. Kunt u ons iets over uw werk vertellen? In het begin van de 90-er jaren kwam Tim LaHaye naar me toe om het PreTrib Research Center op te zetten. We hebben het in 1994 opgericht om een organisatie te hebben die de leer van de Opname voor de grote verdrukking en de daarmee samenhangende bijbelse profetie zou onderzoeken, leren en verdedigen. Vijfeneenhalf jaar geleden besloten we naar de Liberty University te verhuizen, waar ik ook doceer. Onze dienst bestaat voornamelijk uit het schrijven van maandelijkse nieuwsbrieven, boeken en artikelen en het preken en onderwijzen op conferenties.
Wat is het hoofdargument tegen de historische uitlegging (praeterisme), volgens welke alle profetieën van de eindtijd al in het jaar 70 zijn vervuld? Praeteristen beginnen steeds bij de rede op de Olijfberg in Mattheüs 24. Zij proberen te beredeneren dat de verwijzing naar «dit geslacht» op de tijdgenoten van Jezus moet slaan. Ze zijn er niet mee tevreden dat het in Mattheüs 24 om de verwoesting van Jeruzalem in het jaar 70 gaat. Het probleem met deze opvatting is dat Christus in Mattheüs 24:4-31 de Joden komt redden in plaats van hen te vernietigen, zoals in het jaar 70 gebeurde. In Mattheüs 24 kan het dus helemaal niet over het jaar 70 gaan. Het gedeelte van de rede op de Olijfberg in Lukas 21:20-24 gaat inderdaad wel over de verwoesting van Jeruzalem in het jaar 70. In deze vijf
verzen wordt met negen verschillende begrippen over het gericht over het Joodse volk gesproken. Maar zelfs Lukas 21:24 zegt dat Jeruzalem door heidense volken vertreden zal worden totdat de tijden der heidenen vervuld zullen zijn. Dus ook dit gedeelte kijkt vooruit naar een toekomstige tijd. En zo gaan Mattheüs 24 en Markus 13 uitsluitend over een tijd die nog moet komen. Daarom geloof ik dat de woorden «dit geslacht» op het volk slaan dat tijdens de zevenjarige grote verdrukking, die Mattheüs 24 beschrijft, zal leven. Christus spreekt dus vanuit het perspectief van deze periode en zegt dan: «Dit geslacht zal zeker niet voorbijgaan, totdat al deze dingen gebeurd zijn» (vs. 34). Het duurt slechts zeven jaar, dus komt het er niet op aan hoe lang het geslacht duurt.
Zijn er vóór de stichting van de staat Israël christenen geweest die geloofden dar er zo’n staat zou komen? Ja. Er zijn inderdaad enkele uitspraken van de vroege kerkvaders die hierop schijnen te wijzen. Zo heeft Ireneüs rond 180 gezegd dat de tempel in Jeruzalem weer herbouwd zou worden. Maar in
de loop van de ruim 1000 jaar geldende rooms-katholieke vervangingstheologie is deze opvatting bijna 1500 jaar lang onder het tapijt geveegd. Toen kwam begin 16de eeuw de Reformatie. Hoewel de eerste generatie reformatoren niet in een toekomst voor Israël geloofde, legde zij toch het fundament ervoor door te zeggen: «We moeten de Bijbel letterlijker nemen.» Met andere woorden, de protestantse hermeneutiek was de correcte grammaticaal-historische exegese. De eerste generatie streed op het punt van de rechtvaardiging door het geloof tegen de katholieke rechtvaardiging door werken voor het Evangelie. De volgende generatie heeft zich dan ook beziggehouden met andere kwesties, zoals de profetie. In 1559 schreef men in de eerste editie van de Geneefse Bijbel in een noot bij Romeinen 11:34 over Israël dat Paulus hier sprak over wat de profeten in het Oude Testament hadden geleerd. Kortom, men maakte melding van een toekomst voor Israël. In 1587 vond men vijf hoofdstukken van Ireneüs terug, waarvan men dacht dat ze verloren waren gegaan. Hij was de grootste kerkvader van voor het concilie van Nicea, die een heel sterke visie op de bijbelse profetie had. Hij geloofde zelfs in een tussenperiode tussen de 69ste en 70ste jaarweek van Daniël. Hij geloofde in een letterlijk zeven jaar durende verdrukking, de herbouw van de tempel en dergelijke dingen meer. De katholieken hebben dit in de loop van de Middeleeuwen buiten beeld gerangeerd. De herontdekking veroorzaakte een golf van premillennialisme, die in het begin van de 17de eeuw onder de Puriteinen opkwam. In 1587 leefde er ene Francis Kitt, die aan de universiteit van Cambridge was afgestudeerd. Hij was voorganger en arts in Norwich. Hij schreef een boek, waarvan enkele pagina’s het herstel van de Joden in Israël behandelden. Het gevolg was dat hij in 1587 op de brandstapel verbrand werd. Dit toont de antisemitische men-
Thomas Ice: «Zelfs als Israël met de tweestatenoplossing instemt, geloof ik dat de Arabieren dit alleen maar zullen gebruiken om het volk Israël aan te vallen en te terroriseren.» Middernachtsroep
Februari 2012
8
OP DE VOORPAGINA taliteit van die tijd. Norwich was in de Middeleeuwen de op een na grootste stad van Engeland. Daar hadden de Joden geleefd voordat zij rond 1290 uit Engeland werden verdreven. Daarna kwamen er nog anderen. Puriteinen als Joseph Mede, de vader van het premillennialisme. Of Johann Heinrich Alsted van de hogeschool in Herborn (Duitsland), de vader van het protestantse premillennialisme. Hij bracht het premillennialisme het protestantisme binnen. Zij geloofden allemaal in een toekomst voor Israël. Er was ook een man die heel beroemd was: Sir Henry Finch. Hij was de grootste rechtsgeleerde in het Engeland van begin 17de eeuw. Hij was echter ook theoloog en heeft meerdere theologische boeken geschreven. In een in 1621 gepubliceerd boek presenteerde hij op bijna 300 pagina’s een gedetailleerd programma voor het herstel van de Joden in Israël. En hij zei in dit boek eigenlijk: «Als de Messias terugkeert, zullen alle volken van de wereld Hem onderdanig zijn.» Destijds regeerde in Engeland koning Jakobus I. Deze liet Finch vanwege dat boek oppakken en het boek verbranden (er bestaan echter nog kopieën van). De uitgever, een hoogleraar Hebreeuws in Cambridge, werd ook in de gevangenis gegooid, waar hij enkele jaren later stierf. Het toont nog een keer de afkeer van een pro-Israël houding in het middeleeuwse Engeland. Maar in 1655 leidde Oliver Cromwell een beweging die de Joden erkende en hen weer naar Engeland terugbracht. Cromwell bracht het Engelse parlement zover de Joden uit Amsterdam te halen en Engeland weer met Joden te bevolken. Er zijn in de geschiedenis een hele reeks andere mensen in heel Europa, Groot-Brittannië, Amerika en andere landen geweest die het een en ander gedaan hebben voor het herstel van het volk Israël.
Gelooft u dat er in onze dagen vrede in Israël komt? Dat geloof ik niet, maar er kan misschien wel een bepaalde overeenstemming komen. Maar zelfs als Israël met de tweestatenoplossing instemt, geloof ik dat de Arabieren dit alleen maar zullen gebruiken om het volk Israël aan te vallen en te terroriseren. Als je naar de huidige situatie in het Midden-Oosten kijkt en je kent de Bijbel niet, die vertelt Middernachtsroep
Februari 2012
wat er globaal gezien in de toekomst gaat gebeuren, dan is ervoor Israël geen hoop. Dan walsen de Arabieren uiteindelijk over Israël heen, ja, tenslotte zou Israël de waakzaamheid verliezen en overweldigd worden. Maar wij weten dat God Israël zal beschermen. En hoewel het door de verschrikkelijke tijd van de verdrukking en andere gebeurtenissen heen zal gaan is het er toch toe bestemd om Gods volk te blijven en is ook de verlossing ervan zeker. Op een bepaald moment wordt geheel Israël gered, want het zal Jezus als Messias accepteren. Gaat er in Israël een derde tempel gebouwd worden? Er komt in Israël niet alleen een derde, maar ook een vierde tempel. De volgende tempel is natuurlijk de derde tempel, die we in het christendom de tempel van de antichrist of de tempel van de verdrukking noemen. In 1992 schreven Randall Price en ik een boek getiteld Ready to Rebuild, waarvoor we de hoogste elf of twaalf Joodse leiders in Israël hebben geïnterviewd. Zij hadden allemaal plannen om de tempel te herbouwen. Als je tegenwoordig naar het tempelinstituut in Israël gaat zie je 104 stukken gereedschap die al klaar zijn. Er is een groep Joden die bereid is om de priesters te leveren. En er zijn anderen die het offeren al aan het oefenen zijn. Ze wachten slechts op de tijd dat het volk de politieke wil heeft om het terrein van de Tempelberg te veroveren, de Rotskoepel te verwijderen en de tempel precies daar te herbouwen. En tenslotte zal Christus de vierde tempel voor het duizendjarig rijk uit de hemel meebrengen. Komt er een letterlijk duizendjarig rijk? En wanneer komt dat? Er komt een duizendjarig rijk en dat komt na de 70ste jaarweek van Daniël, na de grote verdrukking. Dan komt Christus naar de aarde terug en vestigt Hij een rechtvaardig Koninkrijk. Het duizendjarig rijk wordt in het Oude Testament en in de Evangeliën van het Nieuwe Testament een koninkrijk genoemd. De apostel Johannes vertelt ons dat dit Koninkrijk duizend jaar zal duren. Het zal een tijd zijn waarin Israël het hoofd van alle andere volken zal zijn. Jezus Zelf, de opgestane Godmens, zal letterlijk vanuit Jeruzalem heersen
en over de volken regeren. En Israël zal het volk zijn waardoor Hij dat doet. Hij zal, zoals ik al zei, een tempel meebrengen, de tempel uit de hemel. Deze zal ongeveer 2,5 vierkante kilometer groot zijn en kennelijk op het herstelde Sion staan. Als Christus Zijn voet op de Olijfberg zet (Zach. 14), zal de berg des Heren verheven zijn en zal Zijn tempel daar staan. Daarover lezen we alleen in Ezechiël. Er zijn nog vijf andere belangrijke gedeelten in het Oude Testament, die over een tempel in het Koninkrijk gaan. Ezechiël maakt ook melding van offers in het duizendjarig rijk (Ez. 4344), net als vijf andere gedeelten in het Oude Testament. Volgens de bijbeltekst bestaat er geen twijfel dat die er zullen zijn. Dus neem ik dat letterlijk. Of ik ook verklaren kan waarom er in het duizendjarig rijk letterlijke offers zullen zijn is een heel andere zaak. Ik geloof dat ze voor de rituele reiniging van de priesters en de gebruikte werktuigen zullen dienen. Het is immers een verzoening en dat betekent met andere woorden, een rituele reiniging van de priesters, zodat ze ritueel rein kunnen zijn om te dienen. Waarom er een tempel zal zijn? Omdat God de mensen die nog steeds schepselen navolgen zal laten zien dat de heiliging de enige weg is om tot God te naderen. De heiliging wordt door de dood en het Evangelie van Jezus Christus gegeven. Maar Hij zal in het duizendjarig rijk, denk ik, de tempelceremoniën in het evangelie integreren. ■
INFOBOX
Het premillennialisme Het premillennialisme gaat er van uit dat Jezus Christus in de toekomst een letterlijk, duizend jaar durend Koninkrijk op aarde zal vestigen. Een premillennialist gelooft dat Jezus Christus vóór (pre) het millennium (duizendjarig rijk) zal wederkomen om het Koninkrijk te vestigen. De meeste premillennialisten geloven ook dat Israël in de periode van het duizendjarig rijk het voornaamste volk op aarde zal zijn. Premillennialisten leggen het boek Openbaring letterlijk uit. De tijdsaanduidingen over het duizendjarig rijk nemen ze dus ook letterlijk en niet als een zinnebeeldige uitspraak. R.M. ■
IN PERSPECTIEF
Waarom zijn er in het duizendjarig rijk offers?
DR. THOMAS ICE
E
en dikwijls geuit bezwaar tegen de gangbare letterlijke uitlegging van bijbelse profetie heeft betrekking op Ezechiëls visie op de toekomstige tempel (Ez. 40-48). Tegenstanders beweren: Als het hier over een werkelijke toekomstige tempel gaat, dan betekent dat een terugkeer van de offerwetten die Jezus Christus toch heeft afgeschaft – per slot van rekening spreekt de profeet over «verzoening» («kiper»; Ez. 43:13,27; 45:5,17,20). Dat is juist! Critici beschouwen dit volgens Hebreeën 10 echter als een godslasterlijke tegenspraak met het volbrachte verlossingswerk van Christus. Hank Hanegraaff zegt dat ik «het probleem aanscherp door vast te stellen dat zonder het brengen van dierenoffers in het duizendjarig rijk de heiligheid van Jahwe gecompromitteerd zou worden» en hij voegt er aan toe: «Dat is om meerdere redenen een godslastering.» Verder zegt hij dat deze opvatting een terugkeer «naar de offers van het oude verbond» betekent.1 «Is het ketterij om te geloven dat er weer een tempel en een offerdienst komen?», vragen daarentegen John Schmitt en Carl Laney zich af. Zij zeggen: «Ezechiël zelf geloofde dat de tempel werke-
lijkheid was en het toekomstige huis van de Messias. Dan is het geen dwaalleer te geloven dat er weer een tempel komt waarin offers gebracht zullen worden. Het zou bijna eerder een dwaalleer zijn om dit niet te geloven, vooral omdat het onfeilbare Woord van God het zo zegt. Het komt ons toe om er achter te komen waarom dit zo is, niet of het inderdaad zo zal zijn.»2 Minstens vier andere profeten bevestigen Ezechiëls offersysteem in een tempel van het duizendjarig rijk (Jes. 56:7; 66:20-23; Jer. 33:18; Zach. 14:16-21; Mal. 3:3-4); dit pleit voor een letterlijk verstaan van deze toekomstvisie van Ezechiël. Offers van het nieuwe verbond. Wij geloven niet dat de toekomstige herinvoering van offers een terugkeer naar de Mozaïsche wetgeving van het oude verbond betekent. Christus heeft de Mozaïsche wetgeving voor altijd vervuld en afgeschaft (Rom. 6:14-15; 7:1-6; 1 Kor. 9:20-21; 2 Kor. 3:7-11; Gal. 4:1-7; 5:18; Ef. 2-3; Heb. 7:12; 8:6-7,13; 10:1-14). In het duizendjarig rijk wordt het nieuwe verbond met Israël het geldende recht (Deut. 29:4; 30:6; Jes. 59:20-21; 61:89; Jer. 31:31-40; 32:37-40; 50:4-5; Ez. 11:19-20; 16:60-63; 34:25-26; 36:24-32; 37:21-28; Zach. 9:11; 12:10-14). Daarom
wordt het geen terugkeer naar het oude, maar een verdergaan naar het nieuwe. «Als het priesterschap verandert, vindt er immers ook noodzakelijkerwijs een verandering van de wet plaats» (Heb. 7:12). De nieuwe wetgeving van het duizendjarig rijk wordt een mengsel van geboden naar de aard van de Mozaïsche wetgeving en van volledig nieuwe verordeningen die niet onder de 613 geboden van de Thora voorkomen; zij zijn onderworpen aan de rechtsorde van het nieuwe verbond. Jezus, de Messias, zal in verband met de ark van het verbond fysiek aanwezig zijn in plaats van de sjekina, de tegenwoordigheid ofwel de heerlijkheid van God. Een nieuwe priesterorde van de zonen van Zadok (Ez. 40:46; 43:19; 48:11) vervangt het Levitische priesterdom. Een nieuwe en met een oppervlakte van 2,5 vierkante kilometer aanzienlijk grotere tempel ontstaat (Ez. 40:48–41:26) in plaats van het veel kleinere model van Salomo. Randall Price zegt erover: «Het voorafgaande gedeelte over het brandofferaltaar (43:13-27) getuigt van een nieuwe inrichting van de offerdienst; in de volgende hoofdstukken (44-46) volgen regels voor de Levitische priesters en de verschillende zoenoffers voor Israël. Weliswaar worden er in deze Middernachtsroep
Februari 2012
9
10
IN PERSPECTIEF hoofdstukken uitvoerige aanwijzingen voor de offerdienst gegeven, maar toch vinden we in deze profetie al vanaf het begin veel verwijzingen naar de offerpraktijk (40:38-43,46-47; 41:22; 42:1314). Dit is geen toeval, maar onmisbaar voor een alomvattend verstaan van het visioen van Ezechiël in de hoofdstukken 40-48. Zo staat er met uitzondering van hoofdstuk 47 in elk van deze hoofdstukken een uitspraak over de offerdienst, bijvoorbeeld: ‹nieuwemaansdagen en sabbatten … alle feestdagen› (Ez. 44:24; 45:17; 46:3,11-12), ‹dagelijkse offers› (Ez. 46:13-14), ‹brandoffers, spijsoffers en drankoffers› (Ez. 45:17; 46:2,4,1115), bloedoffers (Ez. 43:20), een ‹altaar› voor het brandoffer (Ez. 40:47; 43:1327), een ‹altaar› voor het reukoffer (Ez. 41:22), ‹kookgelegenheden›, om ‹het slachtoffer van het volk› te koken (Ez. 46:23-24), een priesterdom ‹van de zonen van Zadok›, ‹zij mogen voor Mijn aangezicht staan om Mij vet en bloed aan te bieden, spreekt de Here HERE› (Ez. 40:46; 42:13–14; 43:19; 44:15-16; 48:11), een ‹Levitisch› priesterdom ‹om het brandoffer te slachten› (Ez. 44:1011; 48:22). Bovendien dienen er offers te worden gebracht ‹als zondoffer› (Ez. 43:22,25; 44:24,29) en ‹om verzoening te doen› (Ez. 43:20; 45:25). Omdat er in deze hoofstukken zo duidelijk over offers en offerende priesters gesproken wordt, moet er ook over de offers zelf gesproken worden.»3 Waarom zijn er een tempel en offers? In de hele Schrift heeft de tempel altijd hetzelfde doel: op (de aan de zonde
onderworpen) aarde moet een plaats komen waar Gods tegenwoordigheid zich kan openbaren. En in de bijbehorende rituelen dient Gods buitengewone heiligheid zichtbaar te worden. Tot Gods plan voor Israël behoort ook dat zij door middel van een tempel een relatie met Hem hebben; Hij wil te midden van Zijn volk wonen. Tegenwoordig is de Gemeente van Jezus deze geestelijke tempel van God, die uit levende stenen wordt opgebouwd (1 Kor. 3:16-17; Ef. 2:19-22). In het duizendjarig rijk wordt het rad der geschiedenis in zoverre teruggedraaid dat Israël het middelaarsvolk van God zal zijn; tegelijkertijd is er nog steeds zonde op aarde. Daarom zal God in deze komende tijd een nieuwe tempel, een nieuw priesterdom en een nieuwe wetgeving tot stand brengen, omdat Hij in Israël aanwezig zal zijn en omdat Hij de mensheid nog altijd wil leren dat men Hem alleen in heiligheid kan naderen. Daar staat tegenover dat er in de eeuwigheid geen tempel zal zijn (Op. 21:22); dan zijn God Zelf en het Lam de tempel – in de hemel is geen zonde en dus ook geen noodzaak voor een rituele reiniging. De gedetailleerde, pijnlijk nauwkeurige aanwijzingen in Ezechiël 40-48 lijken wel op de aanwijzing die Mozes kreeg over de bouw van de tabernakel en op de aanwijzing voor de tempel van Salomo. Deze details verliezen elke zin als ze niet net als de tabernakel en de beide eerste tempels letterlijk op te vatten zijn. Als deze details werkelijk symbolisch zijn bedoeld, dan vinden we wel een verklaring voor die symbolen, want echte bijbelse symboliek is in de
regel verklaard. Maar omdat de tekst geen basis biedt voor een niet-letterlijke uitleg, moeten zulke verklaringspogingen wel tot subjectieve gissingen met de meest verschillende resultaten leiden. We mogen niet vergeten dat de offers van de Levitische ordening volgens de Bijbel «verzoening bewerken» moesten (bijv. Lev. 4:20,26,31,35). Als deze offers toen inderdaad de zonden van het volk hadden verzoend, wat zij natuurlijk niet konden, dan waren ook zij in het licht van het volmaakte offer van Christus godslastering geweest. In Hebreeën 10:4 lezen we: «Want het is onmogelijk dat het bloed van stieren en bokken de zonden wegneemt!» Bovendien: als deze vroegere handelingen wel hadden gewerkt, was het eens en voor altijd geldige offer van Christus niet nodig geweest. Maar als ze de zonde niet weg kunnen nemen, wat kunnen de vroegere en toekomstige offers dan wel bereiken? Ze dienen voor de rituele reiniging van de priesters, het heiligdom en de gereedschappen. Alleen het offer van Christus aan het kruis kan werkelijk van zonde reinigen. Jerry Hullinger stelt een oplossing voor die zich «…op een eerlijke manier tot de tekst van Ezechiël beperkt en geenszins afbreuk doet aan het werk van Christus aan het kruis. Deze studie wijst er op dat de dierenoffers in het duizendjarig rijk in eerste instantie dienen als reiniging van rituele onreinheid en voor het bewaren van verontreiniging en ontering van de door Ezechiël geziene tempel. Dit is noodzakelijk omdat de heerlijke tegenwoordigheid van Jahwe
DE C H RONOL O GI E VA De laatste dagen
De Opname van de Gemeente
De verdrukking (dag des Heren)
De grote verdrukking (tweede helft)
Begin van de bijeenvergadering van Israël (Zach. 10:8-9; Ez. 37:1-13; vgl. Jer. 30:24-31:1; Rom. 11:1,25-27; Mat. 23:34)
Opname is opstanding en verandering van alle gelovigen van de Gemeente (1 Kor. 15:51-54; 1 Thes. 4:16-17; Fil. 3:20-21)
Beest (antichrist) sluit zevenjarig verbond met Israël (Dan. 9:27; Jes. 28:14-20; vgl. 2 Thes. 2:3; Dan. 11:40-45; Op. 13)
Satan wordt op aarde geworpen, vervolgt Israël (Op. 12; Jer. 30:,7; Dan. 12:1); beest eist aanbidding en vervolgt gelovigen (Op. 13; vgl. 7:9-17)
Afvalligheid en zoeken naar aardse dingen van de mensen (Mat. 24:37-39; 1 Thes. 5:3; 2 Thes. 2:3; 2 Tim 3:1-5; 2 Pet. 3:3)
Gemeente verschijnt voor rechterstoel van Christus (1 Thes. 2:19-20; 2 Kor. 5:8-10; 1 Kor. 3:11-15; Rom. 14:10-12)
Zeven zegelgerichten, zeven bazuingerichten, verzegeling van de 144.000 Joden (Op. 6-8)
Middernachtsroep
Februari 2012
Twee getuigen in Jeruzalem (Op. 11:1-14); drie engelen aan de hemel (14:1-20); zeven toornschalen van het oordeel (15:116,21); oordeel over Babylon (17:1-18:24)
11 In het duizendjarig rijk wordt het nieuwe verbond met Israël het geldende recht. op aarde zal wonen, te midden van een zondig en onrein volk. Omdat God heeft beloofd in het duizendjarig rijk (zo zegt het nieuwe verbond het) op aarde te wonen, moet Hij Zijn tegenwoordigheid met offers beschermen. ... Verder dienen we er aan toe te voegen dat dit offersysteem een in tijd begrensde geldigheid heeft, aangezien het millennium (met een deels niet verheerlijkte mensheid) slechts 1000 jaar zal duren.»4 Wie deze offers in het komende duizendjarige rijk afwijst neemt waarschijnlijk aan dat alle offers in verleden en toekomst uitsluitend het definitieve offer van Christus voor de zonde symboliseren. Maar dat is niet zo! In de Bijbel vinden we verscheidene doelstellingen voor offers. Veel offers van de Mozaïsche ordening dienden voor de rituele reiniging. Daarom kan men de verzoening van destijds werkzaam noemen en toch vasthouden aan de noodzaak van het toen nog toekomstige offer van Christus; veel offers bewerkten inderdaad een rituele reiniging, ze reinigden mensen en voorwerpen in de dienst van de tempel. In Ezechiël 43:20 en 26 wordt de verzoening uitdrukkelijk opgedragen voor de reiniging van het altaar, om dit ritueel te reinigen. Ook de andere zoenoffers moeten dienen voor de reiniging en het handhaven van de rituele reinheid om een gepaste aanbidding te garanderen (Ez. 45:15,17,20).
Een gedenken. Velen die uitgaan van een letterlijke uitleg van deze offers, geloven ook dat ze als een soort gedachtenis kunnen dienen voor het eens en voor altijd geldige verzoeningswerk van Christus. Critici beschouwen dit overigens als een verkeerde conclusie. Het aspect van het gedenken wordt gesteund door ons huidige verstaan van het Avondmaal (1 Kor. 11:23-26). In het Mozaïsche systeem – dat werkelijk vooruitzag – werden verschillende soorten offers uitdrukkelijk «ter herinnering» gebracht (Ex. 30:16; Lev. 2:2,9; 5:12; 6:15; 24:7; Num. 5:15,18,26). Deze terminologie zou inderdaad de basis voor ons verstaan van het Avondmaal kunnen vormen, dat bij het tijdperk van de Gemeente hoort; Paulus benadrukt de herinnering aan de dood van de Heer. Het Mozaïsche aspect van het gedenken steunt duidelijk deze waarde die aan de toekomstige tempeloffers wordt gegeven: de gelovigen van duizendjarig rijk kijken daarbij terug naar de opofferende verlossingsdaad van Christus. Samengevat. Praktijk en doelstelling van de offers in het duizendjarig rijk doen niets af aan het volbrachte werk van Christus. Ook de letterlijke uitleg van deze gedeelten doet het werk van Jezus geen geweld aan. Ezechiël 40-48 komt nergens in conflict met de dood van Christus of met de leer van het Nieuwe Testament. De vermeende tegenspraken
tussen een letterlijk verstaan van de profetie van Ezechiël en de leer van het Nieuwe Testament gaan in lucht op als men ze doelgericht onderzoekt en met elkaar in overeenstemming brengt. Hoewel er in het duizendjarig rijk weer offers worden gebracht, blijven de Persoon en het werk van onze Verlosser toch centraal staan. De tempel van het duizendjarig rijk en zijn ritus dienen als dagelijks gedachtensteuntje ter herinnering; de gevallen mensheid mag haar tekortkomingen voor een heilig God nooit vergeten, evenmin als de lessen hoe deze zelfde God vol liefde in actie is gekomen om de belemmering van de menselijke zonden uit de weg te ruimen voor degenen die Hem vertrouwen. Maranatha! ■
Eerst verschenen in Midnight Call en op midnightcall.com 1 Hank Hanegraaff, The Apocalypse Code (Nashville: Thomas Nelson, 2007), pag. 26869. 2 John Schmitt en Carl Laney, Messiah’s Coming Temple: Ezekiel’s Prophetic Vision of the Future Temple (Grand Rapids: Kregel Publications, 1997), pag. 181. 3 Randall Price, ongepubliceerd manuscript over de profetieën van Ezechiël, (2007), pag. 70-71. 4 Jerry Hullinger, «The Problem of Animal Sacrifices in Ezekiel 40-48» Bibliotheca Sacra (juli-september 1995, Vol. 152, nr. 607), pag. 281, 289.
A N DE EI N DT I J D De wederkomst van Jezus Christus
Het duizendjarig rijk
Het oordeel voor de grote witte troon
Het nieuwe heelal
Oorlog (Armageddon tot Jeruzalem), Christus verschijnt met Gemeente en zet voet op Olijfberg (Op. 19:1-19; Zach. 14)
Opstanding van de heiligen van het oude verbond en de verdrukking (Op. 20:4-5; Dan. 12:2); bruiloft van het Lam (Op. 19:9; Mat. 26:29)
Opstanding van alle ongelovigen van alle tijden voor het eeuwige oordeel (Op. 20:11-15; Dan. 12:2; Mar. 9:43,45,47)
God vernietigt oude heelal, schept nieuw heelal; hemelse Jeruzalem daalt uit de hemel neer (Op. 21-22)
De dood en het dodenrijk (Hades) worden in de hel geworpen (Op. 20:14
Alle verlosten van alle tijden dienen God en heersen mee van eeuwigheid tot eeuwigheid (Op. 1:5-6; 22:5; vgl. Dan. 7:13-14)
Redding en verzameling van Israël (Zach. 12:10-14); satan wordt gebonden; beest en valse profeet naar de hel (Op. 19:1921); oordeel over de volken (Op. 20:5; Mat. 25:31-46)
Herstel van Israël, nieuwe tempel in Jeruzalem, regering van Christus met Zijn heiligen tot laatste rebellie van satan en mensen (Zach. 14:9.16-21; Op. 20:7-10)
Middernachtsroep
Februari 2012
12
IN PERSPECTIEF De Iraanse president inspecteert de atoomcentrale bij Natanz. De actuele situatie herinnert aan een profetie van Jeremia over Elam. Elam lag in Zuidwestelijk Iran - waarschijnlijk het gebied, waar vandaag de atoomraketten vervaardigd worden
PROFETIE
Elam en het atoomprogramma De internationale gemeenschap heeft het moeilijk met Irans atoomprogramma en de stemmen ertegen klinken steeds luider. Ontwikkelt zich hier misschien iets wat de Bijbel al in de tijd van Jeremia heeft voorspeld? NORBERT LIETH (prediker, bijbelleraar en bestuurslid van Zendingswerk Middernachtsroep)
N
iet alleen Israël, ook Arabische landen in het Midden-Oosten zijn bang voor een mogelijke en steeds concreter wordende kernmacht Iran. Evenzo zijn de meeste grote landen binnen de VN bang voor het brutale optreden van de Iraanse president Ahmadinejad. Hij zou onberekenbaar kunnen reageren en nog driester worden en dan loopt de hele wereld gevaar. Men spreekt al over een «geval van nood in Iran» of over een «apocalyptisch visioen». Claus Christian Malzahn schreef in Welt Online: «Als de Iraanse president Mahmud Ahmadinejad op Israël komt te spreken kan hij zich met zijn duistere dreigementen nauwelijks beheersen. Dan Middernachtsroep
Februari 2012
is er sprake van een ‹regime dat Jeruzalem bezet houdt›, dat uit ‹de annalen van de geschiedenis gehaald moet worden›. Deze constructie zou een ‹verrotte, uitgedroogde boom› zijn, die zich als ‹smerige bacteriën› aan de Middellandse Zee installeert en ‹als een wild dier om zich heen slaat›. De naam van het land dat Ahmadinejad als de incarnatie van het kwaad beschouwt neemt hij nauwelijks in de mond – alsof het uitspreken van het woord ‹Israël› op zich al godslastering zou zijn.»1 Feit is dat de volken zich steeds grotere zorgen over het kernprogramma van Iran maken. Daarom slaan ze ook meer de handen ineen en wordt hun optreden serieuzer. Allereerst hebben de VS, Canada en Groot-Brittannië besloten sancties op te leggen aan de olie- en financiële sector van Iran. Iets later sloten de Australiërs zich daarbij aan. Bij het ter perse gaan van dit artikel overwoog de Europese Unie nog de mogelijkheid
van een invoerverbod van Iraanse olie. De geruchten over een mogelijke aanval van Israël op Iran worden luider. En de stemmen uit het buitenland die daartegen zouden zijn, houden zich in. Vanuit Engeland klinkt: «We moeten met alles rekening houden en bereiden ons op alle eventualiteiten voor.»2 De Britse basis op Cyprus wil men versterken, zoals men ook de bescherming van de handels- en oorlogsvloot in de Golfregio wil opvoeren. En men denkt na over de mogelijke aanwezigheid van onderzeeërs met kruisraketten aan boord. ICEJ meldde: «De VS willen niet dat Iran een atoombom maakt. ‹Voor ons is dat een rode lijn en klaarblijkelijk ook voor de Israëli’s›, zo zei de Amerikaanse minister van Defensie Panetta. Hij wilde een militaire aanval niet uitsluiten.»3 Begin december vorig jaar schreef de Sonntagszeitung over raadselachtige «ongevallen» in Iran. Jürgen Kröning schreef: «Er is veel voor te zeggen dat
13
er al geruime tijd een ‹geheime oorlog› aan de gang is om de nucleaire ambities van het fundamentalistisch sjiitische regime tegen te houden. En de manier van optreden in deze geheime oorlog is de laatste weken duidelijk harder geworden. Zowel in Londen als in Washington hult men zich in stilzwijgen. (…) Maar de elementen van een escalatie zijn duidelijk te herkennen: zwaardere sancties die economisch pijn doen, een sterkere politieke en diplomatieke isolering van het land en tegelijkertijd gerichte aanslagen op nucleaire installaties in Iran. (…) Of er zijn agenten van de Mossad in Iran actief,, of misschien ook wel mensen van Britse en Amerikaanse geheime diensten.»4 De actuele situatie herinnert aan een profetie die Jeremia eens over Elam heeft uitgesproken. Elam lag in het zuidwesten van het huidige Iran – waarschijnlijk het gebied waar nu de kernraketten worden gebouwd. De hoofdstad van Elam was Susan (Dan. 8:2), de plaats waar destijds onder Haman en Ahasveros tot de uitroeiing van de Joden werd besloten. Tegenwoordig verheelt de Iraanse president met het oog op zijn atoomprogramma niet dat hij Israël wil vernietigen. Jeremia zegt over Elam: «Hetgeen als het woord van de HERE tot de profeet
Jeremia gekomen is tegen Elam, aan het begin van het koningschap van Zedekia, koning van Juda: Zo zegt de HERE van de legermachten: Zie, Ik ga de boog van Elam breken, de keur van hun gevechtskracht. Ik zal over Elam doen komen vier stormwinden, van de vier einden van de hemel, en ik zal hen verstrooien naar al deze windstreken. Er zal geen volk zijn waarheen de verdrevenen uit Elam niet zullen komen. Ik zal Elam ontsteld doen staan ten overstaan van hun vijanden, ten overstaan van wie hen naar het leven staan. Ik zal onheil over hen brengen: Mijn brandende toorn, spreekt de HERE. Ik zal het zwaard achter hen aan zenden, tot Ik aan hen een einde zal hebben gemaakt. Ik zal Mijn troon opstellen in Elam en koning en vorsten vandaar verdelgen, spreekt de HERE. Maar het zal in later tijd gebeuren dat Ik een omkeer zal brengen in de gevangenschap van Elam, spreekt de HERE» (Jer. 49:34-39). – De Almachtige wil de boog van Elam, waarop deze zich zo beroemt, de «keur van hun gevechtskracht», verbreken (vs. 35). De profeten gebruikten vanzelfsprekend de taal van hun tijd. Woorden als kernreactor, raket of vliegtuig kenden zij niet. Vandaar dat Johannes niet over een televisie of iets dergelijks sprak, maar over een beeld dat kon spreken (Op.
13:14-15). Tegenwoordig lijken de «boog» en de «keur van hun gevechtskracht» van Iran de mogelijke kernraketten in de streek Elam te zijn. - God zal de «vier winden» van de «vier einden van de hemel» tegen Elam doen komen (vs. 36). Deze vier einden van de hemel wijzen waarschijnlijk op de vier einden der aarde. En dat zou betekenen dat de Heer de internationale gemeenschap tegen Iran gaat inzetten. – Als gevolg daarvan komt het tot een grote golf vluchtelingen (vs. 36). – Er zal een grote ontzetting over het gebied en de inwoners ervan komen. De hoogmoed wordt terneer gebogen en het trotse gepraat gedeemoedigd (vs. 37). – De Heer zal gericht houden en Zijn troon in Elam opstellen (vs. 38). Sommige exegeten zien de vervulling hiervan in de verovering door de Babyloniërs in 596 v.Chr., of later door de Perzen onder Cyrus in 539 v.Chr. De stad Susan werd daarna de residentie van koning Darius. William MacDonald betrekt dit overigens meer op de eindtijd en schrijft in zijn commentaar: «De Elamieten (Perzen) worden over de gehele aarde verstrooid; maar de Heer zal aan het einde der dagen een keer in hun lot brengen en hen weer terugbrengen. God zal Zijn troon in Elam opstellen in die zin dat Hij daar in oordeel en gerichten zal heersen.» – Hoe het ook zij, het gedeelte bevat volgens mij wel degelijk een betekenis voor de eindtijd omdat de Heer belooft dat Hij in «later tijd» een keer in het lot van Elam zal brengen (vs. 39). Of deze profetie in het verleden al voor een deel is vervuld, of zij bestemd is voor onze tijd of nog in een verre toekomst in vervulling zal gaan, kan ik niet beoordelen. We weten immers ook dat sommige dingen in de Bijbel een dubbele vervulling kunnen hebben – de samenhang met «later tijd» spreekt wat dat betreft voor zich. Zou het mogelijk zijn dat de internationale gemeenschap Israël steunt om Iran preventief aan te vallen om een einde aan het spookbeeld te maken? Ook hier geldt de regel dat de vervulling van bijbelse profetie de beste uitlegging is. ■
Welt Online, 12 november 2011 Sonntagszeitung, 13 november 2011, pag. 10 3 ICEJ, 22 december 2011 4 Sonntagszeitung, 4 december 2011, pag. 10 1 2
Middernachtsroep
Februari 2012
14
IN PERSPECTIEF
ERUIT GELICHT Donkere tijden of “zware” tijden Weet wel, dat er in de laatste dagen zware tijden zullen komen” (2 Tim. 3:1-4). Hoe waar zijn deze woorden, die we voor onze ogen in vervulling zien gaan. Moeten we dan maar in zak en as gaan zitten? Beslist niet, want de Here heeft voor ons een heerlijke toekomst bereid, waar we dankbaar en vol vreugde naar uit mogen zien, immers: “…wie de HERE verwachten, putten nieuwe kracht; zij varen op met vleugelen als arenden; zij lopen, maar worden niet moede; zij wandelen, maar worden niet mat” (Jes. 40:31). Bovendien zijn wij hier op aarde maar vreemdelingen: “Want wíj zijn burgers van een rijk in de hemelen, waaruit wij ook de Here Jezus Christus als Verlosser verwachten” (Fil. 3:20). En we hebben een hemelse roeping staat in Hebr. 3:1. Misschien bent u wel ondgeduldig door het lange wachten, maar Jacobus spoort ons aan geduld te oefenen: “Oefent ook gij geduld, sterkt uw harten, want de komst des Heren is nabij” (Jac. 5:8). Wees dus volhardend: “indien wij volharden, zullen wij ook met Hem als koningen heersen” (2 Tim. 2:12). En als wij sterven voordat Hij is gekomen? “Want dit zeggen wij u met een woord des Heren: wij, levenden, die achterblijven tot de komst des Heren, zullen in geen geval de ontslapenen voorgaan, want de Here zelf zal op een teken, bij het roepen van een aartsengel en bij het geklank ener bazuin Gods, nederdalen van de hemel, en zij, die in Christus gestorven zijn, zullen het eerst opstaan; daarna zullen wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zó zullen wij altijd met de Here wezen. Vermaant elkander dus met deze woorden” (1 Thess. 4:1518). Of zoals de Statenvertaling zegt: “Zo dan, vertroost elkander met deze woorden” (v. 18). In deze troost met u verbonden, Henk Blok
Middernachtsroep
Februari 2012
De vijf grootste problemen van de wereld NORBERT LIETH
A
l enige jaren geleden hebben enkele van de knapste koppen ter wereld (wetenschappers, directeuren van grote bedrijven, politici) samen overlegd en bepaald wat de grootste gevaren voor de mensheid waren. Zij kwamen tot het volgende resultaat: 1. Energiecrisis en klimaatverandering. 2. Nationale individuele strijders. 3. De bevolkingsgroei. 4. De dominantie van de mannen. 5. Een wereldwijde financiële crisis.1
Zijn dat werkelijk de vijf grootste problemen van de wereld? Dat is nu juist het probleem! De meest urgente thema’s zijn niet de vraag naar de waarheid, naar de Schepper, naar hemel, redding, gerechtigheid, geloof, ethiek en zedelijkheid of naar het doorgeven van normen en waarden? Tragisch! Het grootste deel van deze vijf problemen had allang opgelost kunnen zijn als men daarbij ruimte zou maken voor God en Zijn Woord. De Bijbel geeft ons overal een antwoord op en biedt ons een oplossing. ■ 1
Bron: Focus Online, 5 september 2008
15
DE BIJBEL
De macht van het Woord van God De macht van het Woord van God is uniek. Immers, Jezus Christus Zelf is het Woord. Een lofrede op Gods Woord. ERNST KRAFT (evangelist en medewerker van Zendingswerk Middernachtsroep in Sao Paulo, Brazilië)
Z
elfs als de hemel en de aarde vergaan, blijft het Woord van God toch bestaan. Het draagt de grootste macht in zich. De Bijbel zegt in Openbaring 19:13 immers over Jezus Christus: «Zijn naam luidt: Het Woord van God.» Het Woord van God is God Zelf. Jezus sprak een woord en mensen die dood waren werden weer tot nieuw leven gewekt. Hij genas zieken met één woord: «Wordt genezen», en ze werden weer gezond. Hebreeën 1:3 zegt: Hij «die alle dingen draagt door Zijn krachtig woord.» Toen Jezus door de vijand werd verzocht verdedigde Hij Zich met het geschreven Woord: «Er staat geschreven… Er staat eveneens geschreven» (Mat. 4:4vv.). De vijand kon dit woord niet weerstaan. Het is almachtig. Ook in onze tijd nog wekt het doden op en maakt hen weer levend. Hetzelfde wonder vindt tegenwoordig in geestelijk opzicht op velerlei wijze door het Woord van God plaats: «U, die opnieuw geboren bent, niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van God» (1 Pet. 2:23; vgl. Ef. 2:1). Het Woord van Gd heeft macht over demonen (Luk. 4:31-36), macht over ziekten (Luk. 7:7), macht over de natuurelementen (Luk. 8:24-25), macht over de dood (Joh. 11:43-44) en macht over de zonde (Mar.
2:5,10). Het heeft de macht om te redden (Jak. 1:21) en te vertroosten (1 Thes. 4:18). Het Woord van God is zo wonderlijk. Een pasbekeerde man verlangde er naar om het Woord van God te prediken. Maar het lukte hem niet om zijn schuchterheid te overwinnen. Hij zei echter tegen zichzelf: «De eerste keer is altijd moeilijk, daarna gaat het al makkelijker.» Met dit perspectief voor ogen wilde hij zich in het preken oefenen. Hij ging met zijn Bijbel naar het bos en opende hem bij Openbaring 3:20. Hij sprak een gebed uit en preekte met luide stem. Toen hij klaar was met zijn preek deed hij een oproep aan iedereen die het aanbod van Jezus wilde aannemen. Hij zei: «Wie vanmiddag van de gelegenheid gebruik wil maken en Jezus in zijn leven wil vragen, mag dat laten blijken door zijn hand op te steken.» Daarop verscheen er plotseling een man tussen de bomen die huilend zijn hand omhoog hield. Het was een gevangene die uit de gevangenis was ontsnapt en zich in het bos verstopt had. Hij zei: «Ik heb me hier verstopt en je boodschap gehoord. Ik wil Jezus als mijn Redder aannemen.» Het horen van het Woord van God was voldoende. Het leidde tot een reactie bij een mens die menselijkerwijs gesproken nauwelijks nog te veranderen was. In de vorige eeuw leed een Engels schip in de buurt van een eiland in de Stille Oceaan schipbreuk. De schipbreukelingen werden door de inheemsen opgevangen. De geredde kapitein werd in de hut van de hoofdman verzorgd. De Engelsman was een spotter. Toen hij in de hut het Nieuwe Testament in de taal van de inheemsen zag
lachte hij om dat «dwaze» boek, waar de «verlichte mensen» in zijn vaderland niet meer in geloofden. «Kapitein», zei de hoofdman, «u kunt maar beter niet op dit boek schelden, want het heeft u vandaag het leven gered. Voordat dit boek in mijn hut belandde, bleef geen enkele schipbreukeling die op dit eiland terechtkwam in leven. Dit boek heeft ons veranderd.» – Zo leeft ook menigeen van ons onder de invloeden en krachten die we aan de Bijbel te danken hebben, zonder dat we het in de gaten hebben. Het Woord van God heeft de macht om hele volken en naties te veranderen. Het is bij machte te doen wat het belooft. Psalm 1 zegt dat degene die zich aan dit Woord blootstelt succes zal hebben. «Welzalig de man die niet wandelt in de raad van de goddelozen, die niet staat op de weg van de zondaars, die niet zit op de zetel van de spotters, maar die zijn vreugde vindt in de wet van de HERE en Zijn wet dag en nacht overdenkt! Want hij zal zijn als een boom, geplant aan waterbeken, die zijn vrucht geeft op zijn tijd, waarvan het blad niet afvalt; al wat hij doet, zal goed gelukken» (vs. 1-3). Deuteronomium 32:47 spreekt in een ander verband ook over de macht van het Woord van God: «Want het is geen woord zonder inhoud voor u, maar het is uw leven. En door dit woord zult u de dagen verlengen in het land waarvoor u de Jordaan oversteekt om het in bezit te nemen.» Wie het Woord van God gelooft en gehoorzaamt, die ervaart de macht ervan. Middernachtsroep
Februari 2012
16
IN PERSPECTIEF
Totale controle NORBERT LIETH
D
e online-uitgave van Spiegel berichtte in november 2011: «Vanaf zijn vakantieadres op Mauritius ontdekte een Australiër inbrekers in zijn huis en alarmeerde hij meteen de politie. De dieven konden op heterdaad betrapt worden. De voorzichtige Australiër had drie webcams geïnstalleerd en kon zo in september – tijdens een verblijf op het eiland Mauritius – met behulp van zijn ipad een oogje op zijn huis houden – op een afstand van 8000 kilometer. Plotseling ontdekte hij twee mannen die zijn huis op zijn kop zetten. ‹Ik was volkomen geschokt›, zo beschreef de man zijn eerste reactie. ‹Ik heb ze zeker twee minuten goed zitten bekijken voordat ik de politie ging bellen. Ik wist gewoon even niet wat ik moest doen.› De beide inbrekers werden op heterdaad betrapt. ‹Ik had nooit gedacht dat de camera’s op een Middernachtsroep
Februari 2012
dag zo nuttig zouden zijn›, zei de huiseigenaar blij.»1 Wie had zich zoiets 50 jaar geleden kunnen voorstellen? Dat had hooguit in een sciencefiction roman van George Orwell kunnen staan. Maar tegenwoordig is deze controle al toepasbaar en gebruiken zelfs gewone burgers hem. Hoe zal dat gaan als een regering alle technische mogelijkheden voor haar doeleinden misbruikt? Toen de apostel Johannes op het eiland Patmos de Openbaring ontving schreef hij in hoofdstuk 13 dat het in de tijd van de antichrist mogelijk zou zijn om alle mensen te observeren, zelfs bij het boodschappen doen, en dat er een beeld zou zijn dat kon spreken. Had men daar 200 jaar geleden niet nog ongelovig en lacherig het hoofd over geschud? We moeten altijd weer beseffen dat wij in de tijd leven waarin de vervulling van deze profetieën over de eindtijd
mogelijk is geworden. En waarom is dat dan? Omdat de Bijbel gelijk heeft, omdat we inderdaad in de eindtijd leven, de profetieën in vervulling gaan en Jezus terugkomt. A propos Georg Orwell: hij schreef zijn roman 1984 op het eiland Jura voor de kust van Schotland. Hij begon er in 1946 aan te werken en rondde het in 1948 af, uitgerekend in het jaar waarin de Joodse staat Israël weer werd gesticht. Dat zal vast geen profetische betekenis hebben, maar het is in zoverre wel interessant omdat we met de stichting van de staat Israël aan het «einde van de eindtijd» zijn gekomen (Luk. 21:29-30). Alles past als puzzelstukjes in elkaar: de staat Israël, de ermee verbonden tekenen van de tijd en de technische mogelijkheden van een politiestaat zoals deze in Openbaring wordt beschreven. ■ 1
ala/dpa, Spiegel Online, 23 november 2011
17
1 TIMOTHEÜS 5:21-25
Waar je in de omgang met de gemeente niet omheen kunt In de eerste Brief aan Timotheüs laat de apostel Paulus zien «hoe men zich behoort te gedragen in het huis Gods, dat is de Gemeente van de levende God, een pijler en fundament van de waarheid». Hieronder volgt deel 17. NORBERT LIETH
I
n 1 Timotheüs 5:21-25 schrijft Paulus: «Ik bezweer u, ten overstaan van God en de Here Jezus Christus en de uitverkoren engelen, dat u deze dingen in acht neemt zonder vooroordeel en zonder iets uit partijdigheid te doen. Leg niemand haastig de handen op en heb geen deel aan zonden van anderen. Bewaar uzelf rein. Drink niet langer alleen water, maar gebruik een kleine hoeveelheid wijn, voor uw maag en uw veelvuldige kwalen. Van sommige mensen zijn de zonden overduidelijk en gaan die aan hun veroordeling vooraf. Bij anderen komen zij achteraf openbaar. Evenzo zijn ook de goede werken overduidelijk en die waarmee het anders gesteld is, kunnen niet verborgen blijven.» De vermaning: «Leg niemand haastig de handen op», heeft niets te maken met een waarschuwing tegen de aanvallen van occulte machten (in de zin van geestelijk besmettingsgevaar), maar waarschuwt tegen het overhaast installeren van iemand in een ambt. Handoplegging werd onder andere gepraktiseerd als men iemand in een ambt installeerde (inzegende). Hierdoor droeg men een ambt officieel over en werd dit ook erkend. Degene(n) die iemand op deze wijze in een ambt bevestigde(n), identificeerde(n) zich met deze persoon. – Bij het aanstellen van diakenen (Handelingen 6:6): «Zij leidden hen voor de apostelen, en die legden hun, nadat zij gebeden hadden, de handen op.»
– Bij het uitzenden van Barnabas en Saulus: «Toen vastten en baden zij, en nadat zij hun de handen opgelegd hadden, lieten zij hen gaan» (Hand. 13:3). – Bij de aanstelling van Timotheüs zelf: «Veronachtzaam de genadegave niet die in u is en die u gegeven is door profetie, met handoplegging door de raad van ouderlingen!» (1 Tim. 4:14). Er mag dus niemand te snel in een leidinggevende functie worden aangesteld, omdat dit met een grote verantwoordelijkheid is verbonden (3:1). Men mag bijvoorbeeld niet iemand aanstellen die nog te jong in het geloof is (3:6). Er moet voldoende tijd zijn verstreken om de betrokken persoon te kunnen beproeven (3:10). En ook aan de criteria uit 1 Timotheüs 3:1-13, Titus 1:5-9 en 1 Petrus 5:1-4 dient te zijn voldaan. «Heb geen deel aan zonden van anderen»: Zonden mogen nooit getolereerd worden. Men mag niet liberaal, oppervlakkig of halfslachtig met zonde omgaan (zie vs. 20-21). Met het oog op het inzegenen van mensen betekent dit dat als men iemand door handoplegging officieel erkent, hem aanstelt voor een bepaalde dienst en zich door handoplegging met hem vereenzelvigt, men zich automatische medeschuldig maakt als deze persoon te snel blijkt aangesteld, een dwaalleraar blijkt te zijn of in een andere vorm ongeschikt blijkt te zijn. «Bewaar uzelf rein!» Deze zin onderstreept nog eens dat men niet voorzichtig genoeg kan zijn. De verzen 24-25 van
De verzen uit de Brief aan Timotheüs maken duidelijk dat wijn in principe niet verboden is. Een heel voorzichtig omgaan ermee is echter wel geboden. 1 Timotheüs 5 dienen helemaal in dit verband opgevat te worden: men mag iemand niet te snel in een geestelijk verantwoordelijk ambt aanstellen, maar hem eerst grondig onderzoeken, omdat bij sommigen de verborgen zonden pas later openbaar worden. En dat geldt ook voor de goede werken. Samengevat zegt deze tekst: verantwoordelijke personen zijn voor werk in de gemeente noodzakelijk, belangrijk en gevraagd. Daarom dient men er altijd op uit te zijn om de ogen open te houden en naar zulke mensen uit te kijken, hen verder te helpen en in te zetten (3:1; Tit. 1:5). Tegelijkertijd is daar een bepaalde voorzichtigheid aan verbonden omdat de verantwoordelijkheid zeer groot is. Het mag niet te vroeg en niet vanuit een persoonlijke genegenheid gebeuren, maar de bijbelse richtlijnen dienen te worden toegepast Vers 23 kun je als een tussengevoegde zin beschouwen, die indirect echter wel in deze context past: «Drink niet langer alleen water, maar gebruik een kleine hoeveelheid wijn, voor uw maag en uw veelvuldige kwalen.» Het gaat in dit hoofdstuk om de aanstelling van oudsten en om de omgang met hen, maar ook om de behandeling van weduwen enzovoort. Timotheüs nam deze taak niet lichtzinnig op. Klaarblijkelijk was hij een gevoelig persoon met een fijngevoelig geweten. Middernachtsroep
Februari 2012
18
IN PERSPECTIEF
EYE-OPENER In de verzen 24-25 klinkt door dat Timotheüs nogal wat moeite had met het aanstellen van medewerkers (oudsten). Kennelijk waren er binnen de gemeente mensen die naar een ambt streefden en niet transparant waren. Dat wierp veel vragen op en Timotheüs wist niet hoe hij daarop moest reageren. Hij was immers nog betrekkelijk jong (4:12), en de verantwoordelijkheid was erg groot. Misschien zijn er een bepaalde angst en onzekerheid bij hem opgekomen, want hij vatte zijn taak zeer serieus op. Van al die dingen kreeg hij maagpijn en nu wilde Paulus hem wat kalmeren. Waarschijnlijk heeft Timotheüs vanwege zijn fijngevoelige geweten van wijn afgezien. Hij wilde geen aanstoot geven en niemand op de tenen trappen. Hij wilde zich waarmaken als dienstknecht van de Heer en medewerker van Paulus en was volkomen toegewijd aan zijn taak. In de brief aan de Romeinen, die Paulus ongeveer 8 jaar voor de brief aan Timotheüs schreef, gaf hij de aanwijzing: «Het is goed geen vlees te eten, geen wijn te drinken en niets te doen waaraan uw broeder aanstoot neemt, waarover hij struikelt of waarin hij zwak is» (Rom. 14:21). Timotheüs zal deze instelling van de apostel hebben gekend en zich eraan hebben willen houden. Zo mogen ook de diakenen niet verzot zijn op veel wijn (1 Tim. 3:8) en de oudsten niet verslaafd aan wijn (Tit. 1:7). Oudere vrouwen, die immers een voorbeeldfunctie hadden, mochten zich ook niet aan overmatig wijngebruik te buiten gaan (Tit. 2:3). Al deze serieus te nemen aanwijzingen maken tegelijk echter ook duidelijk dat wijn in principe niet verboden is. Een heel voorzichtig omgaan ermee is echter wel geboden. Paulus wil Timotheüs geruststellen; en daarmee toont hij ons dat er naast het gebed ook nog heel praktische zaken nuttig zijn en gebruikt kunnen worden. In dit geval niet alleen het gebed, maar ook een «medicijn». In die tijd dronk men bij de maaltijden wijn die met twee delen water was gemengd. Timotheüs dronk kennelijk geen wijn, maar alleen water. Nu adviseert de apostel hem om een beetje wijn te gaan drinken. Wijn brengt de maag tot rust en desinfecteert het water. Daarmee kon men bijvoorbeeld diarree voorkomen. Het gaat bij deze uitspraak dus om een zuiver medische aanwijzing. ■ Middernachtsroep
Februari 2012
Gods kracht De mens beroemt zich graag op zijn eigen kracht en zegt: «Doe het zelf!» Maar sneller dan je lief is komen situaties die je pijnlijk onder ogen brengen dat het met die kracht toch niet zo erg goed gesteld is. Wat goed als je tenminste dan nog jezelf volkomen aan Gods kracht toevertrouwt. De kinderen van Israël ging het voortdurend zo; als ze dachten dat ze op hun eigen kracht konden vertrouwen leden ze de ene nederlaag na de andere. Vertrouwden ze zich echter aan de kracht van God toe, dan werd dit hun tot zegen. Een voorbeeld moge hieraan toegevoegd worden: «Onze God, zult U geen gericht over hen oefenen? In ons is immers geen kracht tegen deze grote troepenmacht die op ons af komt, en wij weten niet, wat wij moeten doen, maar op U zijn onze ogen gericht. … Sla er acht op, heel Juda, inwoners van Jeruzalem… Zo zegt de HERE tegen u: Weest u niet bevreesd en wees niet ontsteld vanwege deze grote troepenmacht, want niet aan u is de strijd, maar aan God!» (2 Kron. 20:12,15). Het volk Israël is door God uitverkoren, zodat God zegt: «U bent van Mij!» (zie Jes. 43). Dit volk moest de enige ware God in de wereld verheerlijken. Daarvan getuigt Jesaja 43:10, waar staat: «Vóór Mij is er geen God geformeerd en na Mij zal er geen zijn.» Dan gaat het verder in vers 12 met: «U bent Mijn getuigen, spreekt de HERE, dat ik God ben.» Overigens is het een opdracht die de Gemeente van God tegenwoordig net zo heeft. Door de godsdienst van Israël moest op de heilige goddelijke Schepper worden gewezen. Tegelijkertijd moest de heidenen onder de neus gewreven worden dat zij dode, nutteloze afgoden aanbaden. Daartoe verkoos de Here God Zich geen machtig volk dat zich op eigen kracht kon beroemen, maar een volk waardoor de soevereiniteit en de almacht van God openbaar zouden worden (zie Deut. 7:6-9). Paulus zei het in 2 Korinthe 12:9 al: «Daarom zal ik veel liever roemen in mijn zwakhe-
den, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen.» Israël behoort zich niet op een hoogmoedige wijze op de vermeende eigen kracht te bezinnen, maar veeleer de kracht van God te roemen en zich daar bewust aan te onderwerpen. Daar is tot op de dag van vandaag nog niets aan veranderd. Ook in deze tijd wordt Israël opgeroepen om op de kracht van God te steunen en niet op zijn leger, op verdragen en landen. Ja, Israël wordt uiteindelijk wel gered, niet door eigen kracht, maar door de genade van God. «Want Ik ben de HERE, uw God, de Heilige van Israël, uw Heiland! … Ik, Ik ben de HERE, buiten Mij is er geen Heiland… Ik zal werken, en wie zal het keren?» (Jes. 43:3,11,13). Dit principe geldt ook voor de Gemeente en voor ieder kind van God afzonderlijk. Hoe sterker en groter je wordt, des te groter is het gevaar van de hoogmoed, de zelfrechtvaardigheid en de trots. Voor mijn eigen ego is het ook beter om voor maar 50 mensen te preken die met eerbied hun hart openstellen voor het spreken van God, dan voor 1000 mensen die de prediker ophemelen. Moge de Heer het schenken dat Hij ons allemaal klein houdt, zodat we niet hoogmoedig worden en ons gaan verlaten op onze zogenaamde eigen kracht. De Heer komt de eer toe en Zijn kracht dient in onze zwakheid op te lichten! De Gemeente heeft een grootse toekomst; er wacht een onvergelijkbare heerlijkheid op ons die ons hele vertrouwen op Jezus Christus stellen. Ook Israël heeft ondanks alle verschrikkingen die het volk nog te wachten staan een beloofde toekomst. Dit volk zal naar Gods beloften nooit ten onder gaan. En het overblijfsel dat uit genade hun Messias mag erkennen, zal ook de eeuwige heerlijkheid binnen mogen trekken. Dat geldt voor een ieder die zich niet op zijn eigen kracht verlaat, maar op de genade en het geloof in en door Jezus Christus! Want Gods kracht is machtig in de zwakken! T.L. ■
VRAGEN – ANTWOORDEN
Heeft Ezechiël een ruimteschip gezien? Een hooggeplaatst ingenieur van de NASA, J.F. Blumrich, heeft een boek geschreven getiteld The Spaceships of Ezekiel. Hij beschrijft een ruimteschip met rakettenlawaai en het vuur eronder. Dit staat in het eerste hoofdstuk van Ezechiël. Het ruimteschip landt en stijgt weer op en neemt Ezechiël zelfs van de ene plaats naar de andere mee. Trekt u zelf uw conclusies maar.
zeven bazuinen en dan de zeven toornschalen. Alle drie reeksen van zeven zijn bovennatuurlijke gerichten van God en behoren tot de laatste apocalyptische gebeurtenissen. Zij behoren in zoverre bij elkaar dat het zevende zegel de zeven bazuinen voortbrengt en de zevende bazuin de zeven toornschalen. N.L. ■
W De grote menigte voor de troon, wie zijn dat? Worden met de grote menigte in Openbaring 7:9-17 de heidenen bedoeld die tijdens de grote verdrukking tot bekering komen en geëxecuteerd worden?
J
a, we zien in vers 14 dat deze mensen uit de grote verdrukking komen (vgl. Dan. 12:1; Op. 3:10: 6:1,9-10). Deze gelovigen behoren niet tot de al opgenomen Gemeente van Jezus. Zij worden door de 144.000 met het Evangelie bereikt (vgl. Op. 7:1-8). Zij schenken geloof aan de hun verkondigde boodschap (het is de boodschap van het Lam dat aan het kruis stierf; vgl. 7:14). Deze gelovigen zijn te vergelijken met de Oudtestamentische gelovigen, omdat zij niet de verzegeling met de Heilige Geest bezitten. Velen van hen moeten hun geloof met de marteldood bekopen (vgl. Mat. 24:12-14). Dienovereenkomstig staat er over hen als zij in de hemel zijn: «Zij zullen geen honger of dorst meer hebben, en geen zonnesteek of enige hitte zal hen treffen. Want het Lam, dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en zal hen geleiden naar de levende waterbronnen. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen» (Op. 7:16-17). Zij hebben overwonnen, hun strijd is voorbij, ze zijn eindelijk thuis! S.R. ■
e lezen in het eerste vers van Ezechiël: «… dat de hemel geopend werd en ik visioenen van God kreeg te zien.» deze uitspraak sluit de interpretatie van de zogenaamde «ruimteschepen» uit. Ezechiël heeft onbeschrijfelijke dingen gezien, maar trachtte die met aardse begrippen te beschrijven. Jezus is onze Heer; Hij is God, en God is alomtegenwoordig. Elke verzonnen transportmogelijkheid wordt door de heilige Schrift verworpen, «maar zoals geschreven staat: Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en in geen mensenhart is opgeklommen, dat is wat God bereid heeft voor hen, die Hem liefhebben›» (1 Kor. 2:9). Dit betekent dat alle aardse interpretaties en voorstellingen onhoudbaar zijn. Wij weten echter dat de eeuwigheid onbeschrijflijk heerlijk zal zijn voor degenen die hun vertrouwen op het volbrachte werk van onze Heer Jezus Christus hebben gesteld. A.F. ■
Zijn de zeven zegels plagen of iets anders? De zeven zegels beschrijven gebeurtenissen in de eindtijd. Tegelijk worden in het zevende zegel zeven plagen beschreven die de mensheid teisteren. Zijn de zeven zegels ook plagen? Of hebben ze een andere betekenis en staan ze los van de zeven plagen?
I
n Openbaring wordt ons drie keer een «zevenvoudig oordeel» onder ogen gebracht: de zeven zegels, de erop volgende
Biometrisch paspoort een teken van het beest? Mag men als christen een biometrisch paspoort accepteren? Maak ik me dan niet één met het teken van het beest?
O
ver het nieuwe paspoort waarin ook biometrische gegevens (bijv. een vingerafdruk) staan hoeft u zich geen zorgen te maken. Biometrische gegevens zijn bedoeld om de eigenaar beter te kunnen identificeren. Tegelijkertijd is het een bescherming tegen diefstal en misbruik van het identiteitsbewijs van de overheid. Dat hierbij echter ook ontwikkelingen waar te nemen zijn die steeds meer bij de eindtijd horen, tot aan de totale controle toe, kan men niet van de hand wijzen. Tenslotte zal de antichrist zich zeker van al deze dingen gaan bedienen. Als wedergeboren christenen hoeven we niet bang te zijn voor zo’n ontwikkeling. Want als de antichrist optreedt, zijn wij als Gemeente van Jezus al niet meer op aarde. Dan zijn we opgenomen en bij de Heer Jezus (1 Thes. 4:13-5,11). S.R. ■ Middernachtsroep
Februari 2012
19
20
MIDDERNACHTSROEP
Onze doelen en gebedspunten voor 2012
DOORN, NEDERLAND
COLUMBIA, VS
GUATEMALA CITY, GUATEMALA We bidden de Heer om een geroepen persoon aan onze zijde te plaatsen, die ons in het werk kan steunen. Want Elisabeth, die ons tot dusver heeft geholpen, kan het niet meer. Ons gebed is ook of de Heer ons de weg wil wijzen hoe het nu in Mexico verder moet na het overlijden van onze broeder Daniel. De postverzending is een belangrijk gebedspunt, dat de mensen hun bestellingen ook werkelijk ontvangen.
We zijn dankbaar voor de Heidelberger drukpers die volledig in gebruik is genomen. Een gebedspunt is de financiële krapte waar me momenteel mee zitten. Voor 2012 willen we graag het aantal abonnees verdubbelen en commentaren op Handelingen en de 12 kleine profeten uitgeven.
We zijn dankbaar dat de Here in 2011 in alles rijkelijk heeft voorzien, zowel in middelen als mensen. Hierdoor konden we dit jaar drie boeken en de Israëlkalender uitgeven. In 2012 hopen we vier boeken, de Israëlkalender en een evangelisatie CD uit te geven, ook is vanaf 2012 een abonnement gratis. We bidden dat we hiermee in 2012 ongelovigen mogen bereiken met het evangelie en de gelovigen mogen bemoedigen uit te zien naar Zijn spoedige wederkomst.
RIBERALTA, BOLIVIA In 2012 vieren we het 50-jarig jubileum van het werk in Bolivia. Van 3 - 5 februari organiseren we conferenties met Norbert Lieth in Riberalta en Guayaramirim. In het school- en internaatwerk gaan we speciale programma’s voor de leerlingen geven. We hopen vurig op een nieuw schoolverdrag met de regering. Ook willen we graag 20 computers op school installeren en tussen de gebouwen van het internaat twee speelplaatsen aanleggen. Een jonge broeder uit Zwitserland loopt hier dit jaar stage.
MONTEVIDEO, URUGUAY In 2012 willen we onze communicatiemiddelen – radio, internet, lectuur en persoonlijk engagement – zo efficiënt mogelijk gebruiken om het Evangelie te verbreiden en de roepstem «Jezus komt!» luid te laten weerklinken. We bidden voor elke medewerker om een deemoedig en gehoorzaam hart voor God en om de moed om gezamenlijk verder te gaan – zodat de Heer kan werken, mensen zich bekeren en in het geloof groeien.
SÃO PAULO, BRAZILIË Brazilië heeft 190,5 miljoen inwoners. Qua aantal konden we in 2011 voor elke Braziliaan een traktaat drukken en verspreiden. Voor 2012 willen we minstens nog een traktaat voor elke Braziliaan drukken. Bid voor de productie van de traktaten. We zijn van een bepaalde drukkerij afhankelijk en we weten vaak niet of die ermee doorgaat of niet. We hebben wijsheid nodig voor het werk en bewaring in deze grote en gevaarlijke stad.
BUENOS AIRES, ARGENTINIË Het is ons verlangen om nog meer mensen met het Evangelie te bereiken en veel gelovigen in hun groei te kunnen steunen. We bidden om Gods zegen voor de vele tochten met de Maranatha Latino mobiel, voor de conferenties, kampen, bijbelstudies, evangelisatiecampagnes, de campagnes van gemeenten en voor een verbetering bij het drukken en verspreiden van de traktaten. We hopen een bloeiend internetwerk op te kunnen bouwen. Een bijzonder gebedspunt is een nieuwe medewerker in verband met de toenemende mogelijkheden. Middernachtsroep tsroep
Februari 2012 12
PORTO ALEGRE, BRAZILIË We hopen in 2012 de allang noodzakelijke renovatie van het oudste gedeelte van de drukkerij aan te kunnen pakken. Het lectuurwerk groeit enorm. Er zijn weer verschillende congressen en een reis naar Israël gepland. We bidden om bewaring voor de lange Verbus reizen en ook om open deuren voor de verbreiding van het profetisch Woord.
21 DÜBENDORF, ZWITSERLAND Iemand heeft eens gezegd: «Onze visie op de toekomst bepaalt hoe we in het heden leven.» Daarom hebben we als Zendingswerk Middernachtsroep ook in 2012 de last op het hart om met alle middelen en mogelijkheden de roep te laten weerklinken dat Jezus terugkomt! Het is een gebedspunt voor ons dat we als medewerkers in de eenheid van de Geest verder gaan en dat alle door mensen georganiseerde ondernemingen in 2012 door de Heer levend gemaakt en gezegend zullen worden.
BOEDAPEST, HONGARIJE Momenteel is de politieke en economische situatie in Hongarije heel moeilijk. Na het sluiten van de drukkerij in Boedapest bidden we om nieuwe perspectieven voor ons werk daar. En er tekent zich al weer iets af. Zoals hulp aan kindertehuizen, Israëlconferenties, christelijke tv-uitzendingen en dergelijke.
ARAD, ROEMENIË Een gebedspunt voor 2012 is het vinden van een oplossing voor onze bureauruimte in Arad, die veel te klein voor ons is geworden. Er moet op dit punt dringend iets gebeuren. We willen ook een Roemeense website met een webabonnement voor onze tijdschriften opzetten. Een ander gebedspunt is dat de Heer ons (medewerkers van de MNR Roemenië en de Charis zangers) helpt om Hem ook in het jaar 2012 trouw te dienen.
HAIFA, ISRAËL TURIJN, ITALIË Italië bevindt zich in een diepe economische crisis. We bidden dat ons werk ondanks de moeilijkere omstandigheden verder mag bestaan en gedijen en dat onze tijdschriften en lectuur nog meer verbreiding zullen vinden. We zouden graag de Tim LaHaye Bijbel in het Italiaans willen uitgeven. We bidden nu of de Heer ons daarvoor de deuren wil openen en dit project wil bevestigen, want het zou voor Italië een prachtkans zijn om zich met de bijbelse profetie bezig te houden.
We bidden om succes en zegen voor de 15 voor 2012 geplande reizen: 5 Middernachtsroep Beth Shalom reizen vanuit Zwitserland en Italië, 2 uit Italië, 2 uit Hongarije, 4 uit Tsjechië en 3 uit Slovenië. We hopen ook op een vol gastenverblijf in de tijd dat er geen groepsreizen zijn. Voor dit jaar is er een verdere verbouwing en renovatie van ons gastenverblijf gepland. Een gebedspunt is ook het kinderwerk «Bijbelclub» van Sarah en Shai met kinderen uit drie Messiaanse gemeenten.
YAOUNDÉ, KAMEROEN We willen de bijbelse profetie met alle beschikbare middelen verbreiden: drukwerk, radio, internet. We willen graag een centrum inrichten met een leeszaal, een zaal voor videovoorstellingen, een gebedsruimte, een drukkerij en logeerkamers. Dit centrum moet dienen voor een geestelijk tot jezelf komen, voor seminars en voor het opleiden en versterken van de medewerkers. We hebben steeds weer kracht nodig om met het werk voort te gaan en het geloof te bewaren. Middernachtsroep
Februari 2012
22
VOORUITBLIK
ALLÉÉN JEZUS KAN U HELPEN Het volgende nummer verschijnt op 14.03.2012, met o.a. het thema*:
«De grote ommekeer» *Wijzigingen voorbehouden
COLOFON Zendingswerk en uitgeverij Middernachtsroep www.middernachtsroep.nl STICHTER: Wim Malgo (1922-1992) BESTUUR: Nederland: Conno Malgo, Norbert Lieth, Jonathan Malgo, Henk Blok NEDERLAND: Middernachtsroep, Postbus 193, 3940 AD Doorn, tel.: 0343 477288, fax: 0343 477447, E-mail:
[email protected] k.v.k. nr. 41166018 BTW nr. NL 0028 18 668 B01 ZWITSERLAND: Mitternachtsruf, Ringwiesenstrasse 12a, CH-8600 Dübendorf, tel.: 0041 44 952 14 14, www.mitternachtsruf.ch ORGAAN: De «Middernachtsroep» verschijnt maandelijks en wordt bovendien in het Duits, Engels, Frans, Hongaars Italiaans, Portugees, Roemeens, Spaans en Tsjechisch uitgegeven. REDACTIE: (Adres Zwitserland) E-mail:
[email protected] LAYOUT: (Adres Zwitserland) E-mail:
[email protected] ZIELZORGERLIJKE VRAGEN: (Adres Nederland) HOTEL BETH-SHALOM: P.O.Box 6208, Haifa-Carmel 31061, Israel, tel: (00972) 04 8373 480 fax: (00972) 04 8372 443, e-mail: beth-shalom-israel@ mnr.ch, Leiding: Fredi en Beate Winkler BETALINGEN: giro 409200 t.n.v. Middernachtsroep Doorn, voor België: ING-bank 363-0507942-90 (in Brussel) t.n.v. Middernachtsroep Doorn DRUK: De Groot Drukkerij, Goudriaan ABONNEMENTSPRIJS JAARLIJKS: Nederland en België: Vanaf 2012 geen abonnementsprijs meer maar een vrije gift, Europa en Middellandse Zeelanden EUR 26,40 Buiten Europa en Suriname EUR 32,40. ADRESSEN VOOR DIVERSE TAKKEN: www.mitternachtsruf.ch/weltweit TESTAMENTAIRE BESCHIKKINGEN: (via een notaris) «Ik legateer vrij van rechten en kosten aan de Stichting: Zendingswerk Middernachtsroep statutair gevestigd te LEIDEN en geregistreerd onder nummer .41166018. bij de Kamer van Koophandel Rijnland, een bedrag van EUR …»
INITIALEN VAN DE AUTEURS IN DIT NUMMER A.F. = Arno Froese; R.F. = Reinhold Federolf; N.L. = Norbert Lieth; T.L. = Thomas Lieth; R.M. = René Malgo; S.R. = Samuel Rindlisbacher
Middernachtsroep
Februari 2012
2012 – het einde van de wereld? De moderne mens bezit ongetwijfeld veel kennis en heeft een grote horizon. Zo kennen we de kwetsbaarheid van onze kleine planeet Aarde en we weten hoe deze in het heelal zijn rondjes draait… We bekommeren ons om milieuvervuiling en om vermijdbare ziekten. En toch voelen we ons bedreigd en zijn we bang voor iets wat onvermijdelijk lijkt, veel omwentelingen en negatieve verrassingen. We zijn bang om overrompeld te worden… Staat ons in 2012 een opeenhoping van onvoorstelbare rampen te wachten? Aardbevingen, enorme zonne-erupties, tsunami’s, tornado’s, inslaande meteorieten, een botsing met de mysterieuze planeet Nibiru, verandering van het magnetisch veld van de aarde (het uiteendrijven van de aardpolen)… Komen er buitengewone planetenconstellaties als ons zonnestelsel de «galactische equator» oversteekt en er bijzondere kosmische energie vrij kan komen? Komt het tot een ineenstorting van de tijd, tot een hogere bewustzijnssfeer? Of zullen de experimenten in de deeltjesversneller bij Geneve in 2012 een zwart gat creëren, de ondergang van de wereld op gang brengen en de mensen in de afgrond meesleuren? Deze onderhuidse collectieve angst wordt door filmmakers, boekenschrijvers en verslaggevers handig uitgebuit. Men verwijst naar de beruchte Mayakalender met zijn 13 baktun-cycli, maar ook naar oude hiëroglyfen van de Egyptenaren, naar Romeinse orakels, naar ingevingen van medicijnmannen van de Amerikaanse oerbevolking als de Hopi en de Cherokee, naar het oud-Chinese I Tjing en naar geheimzinnige rotstekeningen… Nostradamus mag natuurlijk ook niet vergeten worden, net zo min als een vleugje «Bijbel» uit de profeten Ezechiël en Zacharia of de ziener Johannes, vermengd met apocalyptisch gedachtengoed. Samenzweringstheoretici (of liever wereldwijde samenzweringsfanatici) stoken het vuurtje van de eindtijdspeculaties – helaas ook onder christenen (vgl. Jer. 10:2) – nog verder op. Zo doen zij met willekeurige uitleggingen afbreuk aan de ernst en de waarheid van het bijbelse profetische Woord! De in de gehele wereld verbreide en toegankelijke Bijbel geeft ons echter dui-
delijke informatie. Hier ontmoeten we de ware bewakers van de goddelijke openbaring en het antwoord waar we betrouwbare en geloofwaardige oriëntering en informatie kunnen vinden – namelijk in de Bijbel zelf (2 Pet. 1:19-21). De bijbelse profetieën laten ons niet ergens in de lucht bungelen. Ze zijn meer dan slechts een aankondiging van apocalyptische oordelen van God: het belangrijkste is de wederkomst van de goddelijke Koning van de wereld. De eerste keer kwam Hij als Verlosser voor iedereen en betaalde Hij de prijs voor het eeuwige leven. Nu wacht Hij geduldig op het antwoord van de mensen… Maar niet langer dan tot het einde van de termijn! «En dan zullen zij de Zoon des mensen zien komen in een wolk, met grote kracht en heerlijkheid!» (Luk. 21:27). Sinds de geboorte van Jezus zijn vele ooit grote volken ten onder gegaan. Gebleven zijn slechts schaduwen van een glorieus verleden, te vinden in musea en ruïnes als de Egyptische piramiden, het Colosseum in Rome, de Griekse Acropolis, het Peruviaanse Machu Picchu of de Mexicaanse restanten van Mayatempels. Bij deze volken vinden we slechts bijgeloof en afgoderij. Maar de Bijbel spreekt over een eigenlijk middelpunt, de zin van ons bestaan: Jezus Christus! Komt Hij voor u als schrikwekkend Rechter of als langverwachte Verlosser? We leven in een wereld die rijp is voor het oordeel. Als de God van de Bijbel werkelijk bestaat, kan het niet lang meer zo doorgaan! Bestaat er dan nu geen hoop meer? Is de situatie uitzichtloos? Jezus Christus kwam om voor uw zonden te sterven. Hij stond op uit de doden om uw verlossing veilig te stellen. De Bijbel roept op tot omkeer en tot gehoorzaamheid jegens God en belooft iedereen die gelooft vergeving van zonden (vgl. 2 Kron. 7:13-14). Op een dag komt er inderdaad een opeenhoping van onvoorstelbare rampen; dat is dan nog niet het einde van de wereld, veeleer zijn het de «geboorteweeen» van de wederkomst van de Messias Jezus (Luk. 21:25-26). «Weest bereid!» – «Waakt!» – «Ziet toe, dat u niemand verleidt!» (Mat. 24:4; Mar. 13:5,37). Als Christus terugkomt, komt Hij dan als uw Verlosser of uw Rechter? R.F. ■
John Ankerberg & John Weldon
aliteit r homoseksu FEITEN ove
Feiten over homoseksualiteit
Best.nr. 588 p dernachtsroe Uitgeverij Mid p dernachtsroe Uitgeverij Mid
(588)
N
Feiten over rockmuziek (597)
j Mi Midder ern nac ach hts tsro roe ep Uitgeverij Mid dernachtsroe p
FEITEN ove
r rockmuziek
r
21 Feiten over:
€ 4,00 per stuk
t /FX"HF(576) t IPMJTUJTDIFFOBMUFSOBUJFWFHFOFFTXJK[FO(577) t QTZDIPMPHJF [FMGWFSXFSLFMJKLJOHFO[FMGIVMQ(578) t PDDVMUJTNF(579) t IFUMFWFOOBEFEPPE(580) t CJKOBEPPEFSWBSJOHFO(581) t IFMEFS[JFOEIFJE(582) t BTUSPMPHJF(583) t WBMTFMFSJOHFOJOEFHFNFFOUFWBO$ISJTUVT(584) t IFUXFMWBBSUTFWBOHFMJF(585) t HFMFJEFHFFTUFO(586)
t FOHFMFO(587) t IPNPTFLTVBMJUFJU(588) t WSJKNFUTFMBSJK(590) t EF+FIPWBTHFUVJHFO(592) t EFNPSNPOFO(593) t IFUSPPNTLBUIPMJDJTNF(594) t TDIFQQJOHFOFWPMVUJF(595) t )BMMPXFFO(596) t SPDLNV[JFL(597) t 6'0T(598)
Land, land, land, hoor het woord van de HEERE!
v Twee diensten v Muziek v Samenzang v Boekentafel
Maranathadag 10 maart 2012 10:00 Luctor et Emergo Mheneweg Noord 1 Oldebroek
middernachtsroep.nl
Norbert Lieth Dato Steenhuis