datum referentie
18 december 2015 5458
uw kenmerk betreft
Aan: contactpersonen van de zorggroepen en gezondheidscentra met een contract voor ketenzorgprogramma’s
Indicatoren Transparante Ketenzorg over 2015
Geachte heer, mevrouw, Op de valreep van 2015 informeren we u over de benchmarkindicatoren voor de landelijke benchmark ketenzorg over verslagjaar 2015. Vanwege de samenloop met de afspraken uit Het Roer Moet Om traject konden we u helaas niet eerder de gewenste duidelijkheid bieden. In deze brief zetten we de belangrijkste zaken voor u op een rij. Afspraken uit Het Roer Gaat Om Afgelopen zomer informeerden we u op 31 juli jl. over de herziening van de indicatorenset voor de landelijke benchmark. In Het Roer Moet Om traject werden vervolgens nieuwe afspraken over de indicatoren voor de benchmark Transparante Ketenzorg gemaakt. De afspraak uit Het Roer Gaat Om is dat zorgverzekeraars zich aansluiten bij de indicatoren die door de beroepsgroep zelf worden gemaakt. Verzekeraars stoppen daarbij met het uitvragen van eigen indicatoren. Verder is afgesproken dat het aantal indicatoren tot maximaal 8 per aandoening zal worden teruggebracht. Indicatoren voor verslagjaar 2015 De afgelopen periode werd de reductie van het aantal indicatoren verder uitgewerkt. Voor de rapportage over het verslagjaar 2015 (de benchmarkrapportage verschijnt in 2016) is de eerder gepubliceerde set indicatoren teruggebracht tot: – 8 indicatoren voor DM; – 8 indicatoren voor COPD; – 6 indicatoren voor astma bij volwassenen; – 6 indicatoren voor hart- en vaatziekten; – 8 indicatoren voor VVR (patiënten met hypertensie of hypercholesterolemie). Alle indicatoren die voor het verslagjaar 2015 zijn geselecteerd, maakten ook al deel uit van de indicatorenset over het verslagjaar 2014. De indicatoren worden voor elk zorgprogramma berekend op de patiënten die een heel jaar in zorg waren. De beschrijving van de indicatoren treft u als bijlage aan. Voor de jaarwisseling zullen we de specificaties van de indicatoren via onze website bekend maken. Voor alle aandoeningen dienen per programma een drietal descriptieve gegevens beschikbaar te zijn voor het definiëren van de populatie. Het betreft : – prevalentiecijfers voor de genoemde aandoeningen; – verdeling van het hoofdbehandelaarschap (huisarts-specialist); – percentage patiënten met geen programmatische zorg, dit betreft eveneens patiënten die deelnemen aan een ander programma (bijvoorbeeld ouderenzorg).
Deze gegevens zijn nodig voor een betekenisvolle vergelijking van de indicatoren in de landelijke benchmark. Vanaf 1 januari 2016 wordt de website Transparante Ketenzorg opengesteld voor het invoeren van de gegevens. De sluitingsdatum is op 1 april 2016. De gegevens worden geanalyseerd en vervolgens verwerkt in het rapport landelijke benchmark 2015. Doorontwikkeling van de indicatoren De benchmark Transparante Ketenzorg is gebaseerd op (een selectie) van door het NHG vastgestelde indicatoren, waarvan vast staat dat deze adequaat zijn geïmplementeerd. Het NHG beheert en ontwikkelt indicatoren en baseert zich daarbij op de NHG Standaarden. Ketenzorgorganisaties en InEen maken gebruik van (een selectie) van de door het NHG vastgestelde indicatoren op niveau omschrijving en op niveau specificaties, met als vanzelfsprekende uitzondering dat de populatie (noemer) bij een zorggroep beperkt is tot de patiënten in het betreffende ketenzorgprogramma. Indicatoren kunnen om verschillende redenen worden aangepast of bijgesteld. De belangrijkste reden voor aanpassing bestaat uit een wijziging (nieuwe versie) van de onderliggende NHG Standaard. Ook op basis van ervaringen, wensen uit het veld (expertgroepen, InEen) kunnen indicatoren worden aangepast, aangevuld of vervallen. De indicatorenset over het verslagjaar 2016 (waarvan de rapportage in 2017 verschijnt) zal volgend jaar worden vastgesteld. De bestaande registraties van de onderliggende gegevens vormen hiervoor vanzelfsprekend de basis. De komende tijd houden we u op de hoogte van deze ontwikkelingen. Houd u hiervoor de berichtgeving via het weekbericht en de website van InEen in de gaten. We vertrouwen erop u hiermee voor dit moment voldoende te hebben geïnformeerd. Mocht u in de tussentijd vragen hebben over de nieuwe indicatorenset voor de landelijke benchmark Transparante Ketenzorg neem dan gerust contact op met InEen via
[email protected]. Met vriendelijke groet,
Hansmaarten Bolle directeur InEen
Bijlage: Indicatoren landelijke benchmark ketenzorg verslagjaar 2015
Indicatoren landelijke benchmark ketenzorg verslagjaar 2015 Indicatoren diabetes mellitus type 2 over verslagjaar 2015 1) 2) 3) 4)
Prevalentie diabetes mellitus type 2 Regie: verdeling hoofdbehandelaar huisarts –specialist % patiënten in eerste lijn, maar niet in zorgprogramma (geen programmatische zorg) % diabetespatiënten in zorgprogramma < 80 jr bij wie LDL is bepaald in afgelopen 5 jaar met LDL-cholesterolwaarde lager dan of gelijk aan 2,5 mmol/l 5) % diabetespatiënten in zorgprogramma dat een lipidenverlagend medicament (bijvoorbeeld statines) gebruikt 6) % diabetespatiënten in zorgprogramma bij wie eGFR is berekend of bepaald 7) % diabetespatiënten in zorgprogramma met urineonderzoek (porties) op albumine of albumine/creatinine ratio 8) % diabetespatiënten in zorgprogramma van wie het rookgedrag is vastgelegd 9) % diabetespatiënten in zorgprogramma dat rookt 10) % diabetespatiënten in zorgprogramma met een funduscontrole in afgelopen twee jaar 11) % diabetespatiënten in zorgprogramma met een registratie van het voetonderzoek
Page 1 of 5
Indicatoren COPD over verslagjaar 2015 1) 2) 3) 4)
Prevalentie COPD Regie: verdeling hoofdbehandelaar huisarts –specialist % patiënten in eerste lijn, maar niet in zorgprogramma (geen programmatische zorg) % COPD patiënten in zorgprogramma met inhalatiemedicatie bij wie inhalatietechniek is gecontroleerd 5) % COPD patiënten in zorgprogramma bij wie spirometrie (FEV1 post BD, FVC post BD, FEV1/FVC ratio post BD, FEV1 pre BD, FVC pre BD, FEV1/FVC ratio pre BD) is gedaan 6) % COPD patiënten in zorgprogramma bij wie functioneren (MRC | CCQ ) is vastgelegd 7) % COPD patiënten in zorgprogramma bij wie mate van bewegen is gecontroleerd 8) % COPD patiënten in zorgprogramma van wie het rookgedrag is vastgelegd 9) % COPD patiënten in zorgprogramma dat rookt 10) % COPD patiënten in zorgprogramma bij wie de Body Mass Index berekend is 11) % COPD patiënten in zorgprogramma met 2 of meer stootkuren in de afgelopen 12 maanden
Page 2 of 5
Indicatoren HVZ over verslagjaar 2015 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9)
Prevalentie HVZ Regie: verdeling hoofdbehandelaar huisarts –specialist % patiënten in eerste lijn, maar niet in zorgprogramma (geen programmatische zorg) % patiënten HVZ in zorgprogramma < 80 jr bij wie de bloeddruk is gemeten met systolische bloeddruk lager dan of gelijk aan 140 mm Hg % patiënten in zorgprogramma jonger dan 80 jr bij wie LDL is bepaald in afgelopen vijf jaar met LDL-cholesterolwaarde lager dan of gelijk aan 2,5 mmol/l % patiënten van wie het rookgedrag is vastgelegd in meetperiode of uitslag nooit ooit is gemeten % patiënten van wie het rookgedrag is vastgelegd in meetperiode dat rookt % patiënten bij wie eGFR is bepaald in afgelopen vijf jaar % patiënten bij wie mate van beweging is vastgelegd in meetperiode
* Indicatornummer 4 behoeft aanpassing en verbetering via het reguliere proces van beheer en onderhoud van de indicatorenset.
Page 3 of 5
Indicatoren VVR over verslagjaar 2015 1) 2) 3) 4) 5)
Prevalentie VVR Regie: verdeling hoofdbehandelaar huisarts –specialist % patiënten in eerste lijn, maar niet in zorgprogramma (geen programmatische zorg) % patiënten bij wie de bloeddruk is bepaald in meetperiode % patiënten VVR in zorgprogramma < 80 jr bij wie de bloeddruk is gemeten met systolische bloeddruk lager dan of gelijk aan 140 mm Hg 6) % patiënten in zorgprogramma bij wie LDL is bepaald in afgelopen vijf jaar 7) % patiënten in zorgprogramma jonger dan 80 jr bij wie LDL is bepaald in afgelopen vijf jaar met LDL-cholesterolwaarde lager dan of gelijk aan 2,5 mmol/l 8) % patiënten van wie het rookgedrag is vastgelegd in meetperiode of uitslag nooit ooit is gemeten 9) % patiënten van wie het rookgedrag is vastgelegd in meetperiode dat rookt 10) % patiënten bij wie eGFR is bepaald in afgelopen vijf jaar 11) % patiënten bij wie mate van beweging is vastgelegd in meetperiode * Indicatornummer 5 behoeft aanpassing en verbetering via het reguliere proces van beheer en onderhoud van de indicatorenset.
Page 4 of 5
Indicatoren astma bij volwassenen over verslagjaar 2015 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9)
Prevalentie astma Regie: verdeling hoofdbehandelaar huisarts –specialist % patiënten in eerste lijn, maar niet in zorgprogramma (geen programmatische zorg) % astma patiënten in zorgprogramma met inhalatiemedicatie bij wie inhalatietechniek is gecontroleerd % astma patiënten in zorgprogramma bij wie spirometrie (FEV1 post BD, FVC post BD, FEV1/FVC ratio post BD, FEV1 pre BD, FVC pre BD, FEV1/FVC ratio pre BD) is gedaan % astma patiënten in zorgprogramma bij wie functioneren (ACQ ) is vastgelegd % astma patiënten in zorgprogramma van wie het rookgedrag is vastgelegd % astma patiënten in zorgprogramma dat rookt % astma patiënten in zorgprogramma met 2 of meer stootkuren in de afgelopen 12 maanden
Page 5 of 5