YOUNG CRICKETERS ACADEMY GET THE BASICS RIGHT
NAAM:
TEAM:
Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
DUTCH TEAM
YOUNG CRICKETERS ACADEMY GET THE BASICS RIGHT
Nederland in Zuid Afrika tijdens de ICC World Cup Cricket 2003 v.l.n.r. staand: Hans Mulder [manager], Emmerson Trotman [coach], Adeel Raja, Nick Statham, Ruud Nijman, Daan van Bunge, Feico Kloppenburg, Henk Jan Mol en Jim Boddé. v.l.n.r. zittend:Tim de Leede, Reinout Scholte, Bas Zuiderent, Roland Lefebvre [C], Luuk van Troost [VC], Klaas Jan van Noortwijk, Jacob Jan Esmeijer, Jeroen Smits en Edgar Schiferli.
1 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
VOORWOORD
YOUNG CRICKETERS ACADEMY GET THE BASICS RIGHT VOORWOORD Beste Dutch Lions, Als voorbereiding op het seizoen 2003, hebben wij jullie vlak voor de Kerstdagen het programma van de Young Cricketers Academy toegestuurd. Hierin konden jullie lezen welke activiteiten er vanaf januari op het programma stonden. Tijdens de indoor trainingen is er door alle spelers en hun coaches hard gewerkt aan het verbeteren van jullie cricketvaardigheden en fitness. De seizoensvoorbereidingen worden afgesloten met de KNCB Young Cricketers Academy Week in Bloemendaal. Naast de vaste coachingstaff zullen Roland Butcher (Engeland en Middlesex), Ole Mortensen (Denemarken en Derbyshire) en Alistair McCaw, specialist-trainingssessies houden. Na deze KNCB sessies gaan jullie weer met jullie eigen club coaches trainen. Achter in dit boekje vind je een rapport waarin jouw KNCB coach al jouw cricketvaardigheden heeft beoordeeld. Ook heeft hij enkele trainingsaanbevelingen opgeschreven. Wij vragen je om deze met jouw club coach te bespreken en tijdens de training hard aan te werken. Ook kunnen jullie in dit “Get the basics right”-boekje alle basistechnieken nog eens goed bestuderen. Eind mei, begin juni, beginnen de toursquads aan hun voorbereidingen op de Europese kampioenschappen en de Taunton-toernooien. Wij wensen jullie allemaal veel succes het komend seizoen, zowel tijdens trainingen als wedstrijden.
HOW’S THAT!
Roland Lefebvre
INHOUDSOPGAVE 2
VOORWOORD
3 4 5 6 7 8 9 10
BATTING grip & stance backlift forward defence backward defence the off-drive backfoot shots leg side shots strokes
11 13 14
BOWLING grip to follow-through swinging off & leg spin
15 16 17 18
FIELDING defence attack catching positions
19 20 21 22
WICKET-KEEPING & FITNESS CAPTAINCY & COACHES CRICKET RAPPORT TRAININGSAANBEVELINGEN
COLOFON Ontwerp & Druk: Jeroen van den Akker Goedinvorm grafische producties De Zuid drukwerk | idee & vorm Redactie: Derick Maarleveld Met medewerking van: Roland Lefebvre
2 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; G R I P & S TA N C E
Centre or middle
Middle-and-leg or two-leg
Leg stump or one-leg
De Grip:
De Stand (Stance):
“Blok vragen” (taking guard):
Beide handen dicht bij elkaar, met de linkerhand (rechterhand voor lefthanders), vlak onder de top van de steel. De vingers en duimen van beide handen goed rondom de steel. De “V”, gevormd door de duim en de eerste vinger, van de linker hand rechtboven de “V” van de rechter hand. Beide V’s richten naar de buitenrand van het bat en de verbinding van bat en steel.
De stand moet gemakkelijk aanvoelen voor de batsman. De voeten staan evenwijdig aan beide zijden van de crease-lijn; ongeveer 10-12 cm. uit elkaar. De linker schouder wijst recht naar het bowler’s wicket. De knieën licht gebogen. De ogen evenwijdig met de grond. Het lichaamsgewicht licht op de voorkant van de voeten, zodat deze snel kunnen bewegen. Het bat wordt achter de beide voeten geplaatst.
Voor de batsman is het belangrijk te weten waar hij staat ten opzichte van het wicket. Hij kan de umpire vragen om op de midstump, legstump of het midden tussen deze twee stumps aan te geven. Hij kan naar zijn eigen gevoel bepalen op welke stump hij gaat staan. Met een stukje krijt trekt hij dan een lijntje en plaatst zijn voeten tegen deze lijn aan. Op dit plaatje staat de batsman op de legstump.
3 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; B A C K L I F T
Backlift aan het begin van een slag vooruit (forward stroke): De backlift is de voorbereidende beweging, voordat de batsman een slag maakt. Het hoofd blijft stil. De linkerhand pakt het bat op, terwijl de rechterhand de steel losjes vasthoudt. De batsman maakt de backlift op het moment dat de bowler zijn aktie maakt, òf de bal loslaat. De linker schouder en arm duwen het bat recht naar achter, richting top van de stumps. De linker pols heeft het blad van het bat geopend. De ogen blijven gericht op de bal.
Backlift aan het begin van een slag achteruit (backward stroke): De rechter voet beweegt goed naar achter richting stumps, evenwijdig met de crease-lijn.
Backlift bij backward stroke: De rechter voet beweegt richting stumps, maar de lichaamshouding blijft vooruit.
4 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; F O R W A R D D E F E N C E
Forward defence (1) Tijdens de backlift voor de forward defence beweegt het lichaamsgewicht naar de voorste linker voet, met gebogen knieën en het hoofd en ogen evenwijdig met de grond. De forward defence wordt gespeeld op “goede lengte ballen” (ongeveer 1 meter voor de crease-lijn) op het wicket of net buiten de off-stump.
5 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
Forward defence (2) Het hoofd en de voorste schouder leiden het lichaam “into the shot”. De voorste voet moet zo dicht mogelijk worden geplaatst naast het stuiten van de bal (the pitch of the ball). De bovenste hand heeft de controle over het bat, terwijl de onderste hand losjes de steel vasthoudt in de “V”. De achterste voet rust op de binnenkant van de grote teen. De linker knie buigt naar voor voren. De ogen zijn evenwijdig met de grond, recht boven bat en bal. Het bat wordt vlak naast de voorste legguard geplaatst (“bat and pad close together”). De batsman laat de bal rustig tegen het open blad van het bat komen en stopt zo de bal.
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; B A C K W A R D D E F E N C E
Backward defence (1) wordt gespeeld op een “korte bal” (verder van de crease lijn) op het wicket of net buiten de off-stump. De achterste voet beweegt evenwijdig aan de crease lijn terug naar de stumps. De voorste schouder blijft netjes vooruit. De voorste voet volgt deze beweging automatisch. De ogen blijven ook nu weer evenwijdig met de grond.
Backward defence (3) Backward defence (2) Het lichaamsgewicht komt op de grote teen van de achterste voet en het hoofd blijft voorwaarts. De bovenste hand heeft de controle over het bat en brengt het bat naar de bal.
De linker elleboog maakt een rechte hoek van schouder naar de steel van het bat. De onderste hand houdt het bat losjes vast in de “gemakkelijke” V-grip. De ogen zijn recht boven het bat en de bal. Het bat is vlak naast het lichaam, recht naar beneden in een schuine hoek.
6 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; T H E O F F - D R I V E Full-toss Yorker Half-volley
Good length
Short of a length
De start van een off-drive: De off-drive wordt gespeeld op een “half-volley” gebowlde bal, op het wicket of net naast de off-stump. Het hoofd en de linker schouder leiden de voorste voet vlak naast de plaats waar de bal stuit.
7 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
Follow-through na een off-drive: Het lichaamsgewicht wordt overgebracht naar het gebogen voorste been en duwt het hoofd richting de bal. De handen maken de slagbeweging “door de bal” heen. De achterste hiel gaat een beetje omhoog maar mag niet draaien en blijft dus evenwijdig aan de crease lijn.
Half-volley en good length; lange ballen speel je vooruit. Short of a length; korte ballen speel je achteruit.
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; B A C K F O O T S H O T S
Backfoot forcing shot (off drive van de backfoot) deze slag wordt gespeeld op een short of a length bal net buiten de off-stump. De batsman gaat terug en komt in de lijn van de bal (“back and across”). De achterste voet blijft evenwijdig aan de crease. De linker arm vormt samen met het bat een gestrekte lijn.
Square cut: Deze slag wordt gespeeld op een short of a length bal wijd buiten de off-stump. De batsman gaat “back and across” en draait zijn voorste schouder. De bal wordt met gestrekte armen van hoog naar beneden geslagen. De achterste voet wijst in de richting van de slag. Tijdens de slag is het volle lichaamsgewicht op de “back foot”. De onderste hand controleert de slag.
8 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; L E G S I D E S H O T S
The start of the hook shot
The pull
Hit to leg
Leg glance of front foot
Leg glance of back foot
The sweep
9 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
B AT T I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B AT T I N G ; S T R O K E S Straight drive Off drive
On drive
Extra cover drive Pull
Bowler Cover drive
Hook
Square cut Right-handed batsman Sweep Late cut
Leg glance
10 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
BOWLING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B O W L I N G ; G R I P T O F O L LO W-T H R O U G H
“Basic grip”
“De run-up”
De bal moet worden vastgehouden met de duim op de naad onder de bal en de wijs- en middelvinger aan weerszijden van de bovennaad, met de naad tussen deze twee vingers. De twee andere vingers ondersteunen aan de onderkant van de bal.
De aanloop moet langzaam starten, de snelheid geleidelijk opbouwend. De borst van de bowler wijst “down the pitch” naar de batsman. Een goede aanloop heeft ritme en is soepel, zonder “tussenpasjes”. Een goede run-up kun je met de ogen dicht maken, zo natuurlijk moet de run-up zijn.
11 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
Positie 1 “Sprong” Schouders “sideways” d.w.z. wijzend naar de batsman (down the pitch). Het rechter been landt vóór het linker been, evenwijdig aan de crease lijn.
BOWLING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY B O W L I N G ; G R I P T O F O L LO W-T H R O U G H
Positie 2 “Arm omhoog” Linker arm gaat omhoog, rechter (bowling) arm omlaag en het linker been komt omhoog.
Positie 3 “Molenwiek”
Positie 4 “The delivery”
Positie 5 “Follow-through”
De bowling arm komt omhoog, als een molenwiek, de linker arm gaat omlaag gericht naar de voorste voet. De hiel van de rechter voet komt omhoog.
De bowling arm is nu op het hoogste punt en laat de bal los richting de batsman. De linker arm valt nu naar beneden, rechter voet komt los van de grond.
Na de delivery wijst de rechter schouder naar de batsman en zwaait de rechter arm door. De bowler kijkt nu over de rechter schouder de batsman. Pas op dat het hoofd niet naar de off-side valt!
12 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
BOWLING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY BOWLING; SWINGING
Naad gericht naar de “slips”
Naad gericht naar fine leg
“The outswing” (away swing) De bal beweegt in de lucht weg (away) van de rechthandige batsman. De bal wordt vastgehouden met de wijs- en middelvinger aan beide zijden van de naad. Deze naad wijst naar de slips. De ruwe zijde van de bal aan de linker kant en “valt” weg in de richting van de slips. De gladde zijde (shiny) aan de rechterkant. Met andere woorden: de ruwe zijde zit aan de kant waarnaar de bal moet “zwaaien”. Als de wind van de legside (rechterkant, vanuit de bowler gezien) komt, zal dit uiteraard de bowler helpen de bal te zwaaien.
13 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
“The inswing” De bal beweegt in de lucht naar (into) de rechthandige batsman. De bal wordt vastgehouden met de wijs- en middelvinger aan beide zijden van de naad, echter, de naad wijst naar “fine leg”. De ruwe zijde van de bal nu aan de rechter kant en “valt” naar het wicket. De wind van de linkerkant , vanuit de bowler gezien (off-side) zal de bowler helpen.
BOWLING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY BOWLING; OFF & LEG SPIN
“The off-spin” Deze bal beweegt van de pitch naar (into) de rechthandige batsman. De bal wordt vastgehouden met de wijs- en middelvinger dwars over de naad. De duim sluit automatisch aan maar speelt geen rol bij off-spin bowling. Het “spinnen” van de bal komt doordat de pols “met de klok” mee wordt bewogen. A “door knob” action; alsof je een deurknop beweegt.
“The leg-spin” Deze bal beweegt van de pitch weg van de rechthandige batsman. De bal wordt vastgehouden met drie vingers; de wijs- en middelvinger dwars over de naad, niet ver uit elkaar en de derde vinger gebogen langs de naad. Om de bal te laten “spinnen” wordt de pols naar binnen bewogen en dan “geflipt” vooruit naar de batsman in een “tegen de klok” beweging. De derde vinger geeft de beslissende kracht om de bal te “leg spinnen”.
14 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
FIELDING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY FIELDING; DEFENCE
“V-techniek” De voeten worden in een “V” geplaatst, het hoofd volgt de handen rechtboven de bal, die in de “V” wordt opgepakt.
15 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
Slagboom techniek “long barrier” De rechter voet, met de linker knie er tegen aan vormt een slagboom of barriere om de bal tegen te houden. Het hoofd ook hier weer recht boven de bal.
FIELDING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY F I E L D I N G ; AT TA C K
Aanvallend fielden
Ingooien
Dit doe je door naar de bal toe te sprinten en met het lichaam zijwaarts te benaderen. De rechter voet wordt ook zijwaarts geplaatst in de lijn van de bal. De beide handen gaan naar de grond net voor de rechter voet. Het hoofd en de ogen moeten boven de bal zijn op het moment van oppakken.
De linker arm wijst met de wijsvinger naar het doel (keeper / wicket / bowler). De ogen kijken langs deze linker arm naar het doel. Het lichaamsgewicht gaat naar de rechter voet, dus naar achteren, waardoor de rechter arm naar achter wordt gebracht. Vervolgens wordt het lichaamsgewicht naar voren gebracht en volgt de rechter arm naar voren. Tijdens de worp draait de linker voet naar buiten.
16 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
FIELDING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY F I E L D I N G ; C AT C H I N G
Voorbereiding = concentratie
“In the cup”
Voorbereiding van de vang door goed te kijken en te beoordelen waar de bal zal gaan landen. Het hoofd moet stabiel blijven en de ogen horizontaal op lijn. De handen worden als een kommetje (cup) bij elkaar gebracht.
de bal moet worden gevangen in de cup op oogniveau; dat wil zeggen vóór je ogen. Als de bal in de cup valt, de armen en handen meebewegen in de richting van de borst, waar de bal vast in de handen omsloten wordt. Goed concentreren is heel belangrijk om de bal te vangen, dus goed kijken naar de bal is van groot belang!
17 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
FIELDING
YOUNG CRICKETERS ACADEMY FIELDING; POSITIONS 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27
First slip Secondslip Third slip Gully Silly point Silly mid-off Short extra-cover Wide third man Point Cover Extra cover Deep extra cover Mid-off Long-off Mid-on Long-on Mid-wicket Deep mid-wicket Deep square leg Square leg Silly mid-on Forward short leg Short leg Backward short leg Leg slip Deep fine leg Third man
14 16
12
B
15
13 11
18
10
17
19
20
22 23
9
5 4
24 wk 25
umpires
7
6
21
1 2
3 8
batsman fielders 27 26
18 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
W I C K E T- K E E P I N G
YOUNG CRICKETERS ACADEMY W I C K E T- K E E P I N G & F I T N E S S
Wicket-keeping • Vereist goede concentratie en moed om een goede wicketkeeper te zijn. Verslap nooit! • Zorg dat legguards, gloves en protector prettig zitten en aanvoelen. • Niet bang zijn om te appeleren voor vangen en LBW. • Gebruik altijd je handen (niet je voeten) om de bal te stoppen. Gebruik je legguards als “tweede lijn van verdediging”. • Sta dicht op het wicket òf ver vanaf het wicket. Sta nooit in niemandsland (no-mans-land). • Hoofdpositie net naast de off-stump. • Blijf laag totdat de bal heeft gepitched en kom omhoog als de bal gaat stijgen. • Beweeg je voeten zodanig dat je lichaam “in lijn” blijft met de bal. Als je de bal aan de legside moet “nemen”, beweeg naar de buitenkant van de legstump. Dit verhoogt de kans om te stumpen, als de batsman uit zijn crease is. • Wijs nooit met je vingers naar de bal. Deze moeten omhoog of omlaag gericht zijn. • Als je de bal gevangen hebt, beweeg je handen zo vaak mogelijk naar de top van de stumps; dit geeft een goed gevoel en helpt je timing. • Probeer de bal te vangen in plaats van te pakken; laat de bal in je handen komen, speciaal als er een stumping kans is. • Bij een ingooi beweeg je naar de bal toe en neem je de bal direct òf half-volley. Ga achter slechte ingooien aan. • Zorg dat je hoofd laag blijft en “kijk de bal jouw gloves in”. TOT SLOT: de wicketkeeper is het centrale punt van een fielding team. Bijna iedere bal komt vroeg of laat bij de keeper terecht. Daarom is zijn positieve gedrag vaak bepalend voor de teamspirit. Je zou de keeper een “mental leader” kunnen noemen.
19 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
Why get fit for cricket? Als je regelmatig en serieus cricket speelt en het spel zo goed mogelijk wil spelen, dan dien je fit te zijn. WAAROM? Fitness helpt je beter te bewegen, verhoogt je scherpheid, stimuleert het concentratievermogen en helpt blessures te voorkomen. Kortom, fitness helpt je een betere speler te zijn. WAT? Fitness is de algehele conditie van een persoon. Alle cricketers hebben de behoefte aan een “all-round” niveau van fitness, maar hebben ook speciale fitness behoeften, vooral om blessures te vermijden. CRICKET-BLESSURES; De druk en spanningen op een moderne cricketer zorgen ervoor dat er altijd het risico bestaat om blessures op te lopen. Of je nu een batsman, bowler of fielder bent; er zijn altijd risico’s en gevaren aan een cricketbal die beweegt met een snelheid tot 150 km/uur! VEEL VOORKOMENDE KLACHTEN; Batsman: breuken en kneuzingen aan vingers, tenen en ribben. Bowlers: schouder-, rug- en enkelblessures. Wicketkeepers: vinger-, lies- en knieklachten. Fielders: vingerblessures. HOE BLESSURES TE VERMIJDEN? Zelfs de meest fitte spelers lopen blessures op, “it’s part of the game”. Maar iedere speler kan voorzorgsmaatregelen nemen om onnodige blessures te vermijden! ALL-ROUND FITNESS; Loopvermogen, snelheid, lenigheid, uithoudingsvermogen en spierkracht. Begin uitgerust aan een wedstrijd; slaap goed de avond voor de wedstrijd. WARM-UP; Zorg dat je lichaam warm wordt, joggen helpt de bloedcirculatie. STRETCHING; Voordat je gaat spelen, of trainen doe je diverse rek- en strekoefeningen. Minimaal tien seconde per spiergroep. Doe dit rustig om verrekkingen te voorkomen. MENTALE FITNESS; De meeste fouten worden gemaakt in het derde of laatste deel van een wedstrijd. Meestal is vermoeidheid de oorzaak als gevolg van een gebrek aan fysieke fitness. Om geconcentreerd te blijven, en dus fouten te vermijden, heb je deze fysieke fitness nodig. Heel belangrijk is om geconcentreerd te zijn wanneer het nodig is. Tijdens de aanloop van de bowler, de bal in de lucht, het schot van een batsman, een vangkans “onderweg”, etc. Je kunt niet 60 minuten per uur geconcentreerd zijn, dat is onmogelijk! Daarom gebruiken veel cricketers “switching on / switching off” technieken; d.w.z. bewust concentreren op die momenten waar het om gaat en bewust ontspannen als de bal niet in het spel is. Even denken aan niet cricketonderwerpen of een praatje met je teamgenoten kan helpen. Als de bal weer in het spel is dan gaat de knop (concentratie) weer aan! DRAAG DE JUISTE MATERIALEN; Legguards, protector, dijbeschermer, gloves en helm zijn een must. VERBETER JOUW TECHNIEK; Als je crickettechnieken goed ontwikkeld zijn, dan zul je minder last hebben van onverwachte stijgende ballen, hobbeltjes in het gras etc. LAST BUT NOT LEAST; Als je een positieve houding hebt, zul je scherp zijn en daarom wordt de kans op blessures minder. Een slappe houding maakt je kwetsbaar.
C A P TA I N C Y & C O A C H E S
Captaincy • • • • •
•
• • • • • • •
Vele verantwoordelijkheden in en buiten het veld. Je moet een goede verliezer zijn en hoffelijk als overwinnaar. Is altijd het voorbeeld, voor zijn medespelers. Probeer altijd slim en positief te spelen. Probeer aanvallend te spelen. Speel altijd om te winnen, maar niet ten koste van alles. Speel in de “spirit of the game”, binnen de geschreven en ongeschreven regels. Laat geen nagatieve gevoelens zien als een vang wordt gemist, maar wees streng op nonchalante en onzorgvuldige “sloppy” fielders. Wees altijd bemoedigend en vrolijk, maar vastberaden naar slappe fielders. De captain moet altijd de stand weten, in en buiten het veld. Observeer en bestudeer het gedrag van de batsman; zoek naar diens zwakke punten. Wees duidelijk en beslist naar de fielders waar zij moeten fielden. Praat met de bowlers, wat wel of niet te doen. Overleg met elkaar en kom de juiste fielding posities overeen. Praat vaak met de wicket-keeper, hij ziet meer van het spel dan iedere andere speler. Zet altijd een aanvallend veld neer voor een nieuwe batsman.
De spelers van een cricketteam dienen op het veld altijd loyaal te zijn aan hun captain. Je kunt vragen stellen maar je kunt niet je captain afvallen in het veld. Bespreek eventuele problemen in de kleedkamer (“the dressingroom”).
Hoe je het bekijkt...
C A P TA I N C Y
YOUNG CRICKETERS ACADEMY
ZIJN ER WEL COACHES DIE DEUGEN? Als ze vriendelijk en aardig zijn noemen we ze zakken. Als ze keihard en zakelijk zijn, heten ze dictators. Als ze ernstig zijn, zijn het zuurpruimen. Als ze hard werken zijn ze uitslovers. Als ze weinig uitvoeren, zijn ze waardeloos. Als ze jong zijn, hebben ze geen ervaring en weten ze niets. Als ze oud zijn, weten ze het altijd beter. Als ze met iedereen praten, zijn het kletsmeiers. Als ze niet praten, zijn ze verwaand en lopen ze naast hun schoenen. Als ze zich alleen met een bepaalde groep bemoeien, doen ze aan vriendjespolitiek. Als ze aan ieder zijn inbreng gunnen, zijn ze laf en bang. Als ze van iedereen belangstelling eisen, zijn ze doordrijvers. Als ze het niet doen, zijn ze ongeschikt voor hun job. Als ze hun ogen de kost geven, lopen ze te spioneren. Als ze wat door de vingers zien, zijn ze stekeblind. Als ze ons in het werk trachten te betrekken, zijn ze te lui om het zelf te doen. Als ze het niet doen, zijn het baantjesjagers en bang voor de concurrentie. KORTOM: Een coach moet zo wijs zijn als Salome, zo geduldig als Job, zo sluw als een vos, zo moedig als een leeuw, zo dikhuidig als een olifant, buigzaam als een riet, krachtig als een eik, zo gevoelig als een kruidje-roer-me niet. Bovendien moet hij kunnen praten als Brugman, zwijgen als het graf en werken als een paard.
20 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
RAPPORT
YOUNG CRICKETERS ACADEMY CRICKET RAPPORT
BATTING
kan beter
goed
heel goed
kan beter
goed
heel goed
kan beter
goed
heel goed
Verdedigend
- forward - backward Aanvallend - forward - backward Running between wickets Calling [wacht - ja - nee]
BOWLING Run-up Action-delivery Line Length Fast - Swing - In/Out Medium - Cutting - Off/Leg Slow - Break - Off/Leg
FIELDING Grondfielden Vangen Ingooien Wicket dekken
verdedigend aanvallend dichtbij veraf
INSTELLING/GEDRAG T.O.V.
kan beter
goed
heel goed
kan beter
goed
heel goed
kan beter
goed
heel goed
Coaches / Leiders Medespelers Tegenstanders Umpires
CONCENTRATIE Wedstrijd Training
TRAINING Opkomst Inzet
21 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
TRAININGSAANBEVELINGEN
BATTING
RAPPORT
YOUNG CRICKETERS ACADEMY
NAAM
BOWLING
FIELDING
COACH
22 Koninklijke Nederlandse Cricket Bond
YOUNG CRICKETERS ACADEMY GOOD LUCK WITH YOUR G AME!
Koninklijke Nederlandse Cricket Bond