Besluitvormende raadsvergadering:
16 september 2008
Portefeuillehouder:
G.J.J. Burger
AAN DE GEMEENTERAAD
Nummer
: 2008/54
Datum
: 26 augustus 2008
Onderwerp
: Nemen van een beslissing op een bezwaarschrift gericht tegen het besluit tot afwijzing van een verzoek om vergoeding van geleden planschade.
Geachte raad, Inleiding Op 23 augustus 2005 is van de familie P.J.B. van de Waart, Vroonlandseweg 2D te Kapelle, een verzoek ontvangen om vergoeding van geleden planschade ex artikel 49 van de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) naar aanleiding van de planologische wijzigingen die hebben plaatsgevonden om woningbouw op het voormalige Likaterrein aan de Maalstede/Vroonlandseweg te Kapelle mogelijk te maken. Uw raad heeft op 9 oktober 2007 besloten het verzoek om vergoeding van planschade af te wijzen. Tegen dit besluit is op 21 november 2007, door de gemeente ontvangen op 22 november 2007, door DAS rechtsbijstand, namens de heer Van de Waart, een pro formabezwaarschrift ingediend. Dit bezwaarschrift is binnen de gestelde termijn aangevuld. Het bezwaarschrift is voorgelegd aan de Commissie bezwaarschriften, die de zaak heeft behandeld tijdens een zitting op 6 mei 2008. Bijgaand doen wij u het advies van de commissie toekomen aangaande de te nemen beslissing.
1
Voorstel De commissie adviseert u het bezwaarschrift van de heer Van de Waart ongegrond te verklaren en het besluit van 7 oktober 2007 te handhaven. Wij stellen u voor overeenkomstig te besluiten.
2
Toelichting Voor de toelichting verwijzen wij u naar bijgevoegd advies van de Commissie bezwaarschriften. Argumenten Voor de argumenten verwijzen wij u naar bijgevoegd advies van de Commissie bezwaarschriften. Ter inzage liggende stukken - Het advies van De Bont Adviesbureau Bestuursrechtelijke Schadevergoedingen te Ulvenhout (De Bont) betreffende het verzoek om vergoeding van schade als bedoeld in artikel 49 Wro. - Een aanvullend advies van De Bont van 7 november 2006. - Het raadsvoorstel en raadsbesluit van 7 oktober 2007. - Het bezwaarschrift van de DAS rechtsbijstand d.d. 21 november 2007. - Contra-expertise Verhagen Advies d.d. 22 januari 2008. - Reactie De Bont op ingediend bezwaarschrift en contra-expertise d.d. 6 maart 2008. - Reactie van de DAS rechtsbijstand/Verhagen Advies d.d. 21 april 2008. - Verslag hoorzitting Commissie bezwaarschriften d.d. 6 mei 2008. Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Kapelle, De secretaris,
De burgemeester,
mevrouw ir. M. Quapp
S.W.G.M. Kramer
3
AAN DE GEMEENTERAAD
Datum
: 6 mei 2008
Onderwerp
: Advies met betrekking tot het bezwaarschrift tegen het besluit houdende de afwijzing van een verzoek om vergoeding van geleden planschade.
Geachte raad, Op 23 augustus 2005 is van de familie P.J.B. van de Waart, Vroonlandseweg 2D te Kapelle, een verzoek ontvangen om vergoeding van geleden planschade ex artikel 49 van de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) naar aanleiding van de planologische wijzigingen die hebben plaats gevonden om woningbouw op het voormalige Likaterrein aan de Maalstede/Vroonlandseweg te Kapelle mogelijk te maken. Ingevolge de artikelen 4 en 5 van de Procedureverordening planschadevergoeding Kapelle, is De Bont Adviesbureau Bestuursrechtelijke Schadevergoedingen te Ulvenhout (De Bont) in oktober 2005 gevraagd op te treden als schadebeoordelingscommissie en in die hoedanigheid ter zake van het verzoek advies uit te brengen. In dat kader heeft op 30 november 2005 een hoorzitting op het gemeentehuis plaatsgevonden waarbij zowel de gemeente als verzoeker aanwezig waren. Vervolgens is de schadebeoordelingscommissie ter plaatse geweest. Op verzoek van de gemeente zijn ook de verleende vrijstellingen ex artikel 19, derde lid, Wro die op respectievelijk 15 april en 23 mei 2005 zijn verleend voor de uitbreiding van een drietal in aanbouw zijnde woningen op het voormalige Likaterrein in de procedure betrokken. Het advies van De Bont is door de gemeente op 14 maart 2006 ontvangen. Het advies strekte tot afwijzing van het verzoek omdat geen schade is geleden die op voet van artikel 49 Wro voor vergoeding in aanmerking komt. Burgemeester en wethouders hebben, alles overwegende, op 22 augustus 2007 definitief besloten de gemeenteraad voor te stellen het verzoek om vergoeding van geleden planschade af te wijzen. De gemeenteraad heeft dit voorstel bij besluit van 9 oktober 2007 overgenomen. Verzoeker is bij brief van 11 oktober 2007 (verzonden 15 oktober 2007) van dit besluit op de hoogte gebracht. Tegen dit besluit is op 21 november 2007, door de gemeente ontvangen op 22 november 2007, door de DAS rechtsbijstand namens de heer Van de Waart een pro formabezwaarschrift ingediend. Dit bezwaarschrift is binnen de gestelde termijn aangevuld.
4
Ontvankelijkheid Bij brief van 11 november 2007 (ingekomen 22 november 2007) is het bezwaarschrift ingediend tegen de afwijzing van het verzoek om vergoeding van planschade ex artikel 49 Wro. Ingevolge artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bedraagt de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift 6 weken. Deze termijn vangt aan met ingang van de dag na die waarop het besluit op de voorgeschreven wijze is bekend gemaakt. De beschikking is op 15 oktober 2007 verzonden. De einddatum was in dat geval 26 november 2007. Het bezwaarschrift van reclamant is daarom tijdig ingediend. Het bezwaarschrift voldoet ook overigens aan de eisen van artikel 6:5 Awb en is daarmee ontvankelijk. Gronden van bezwaar Het bezwaarschrift bevat, verkort weergegeven, de volgende gronden van bezwaar: 1. Het advies dat aan het bestreden besluit ten grondslag ligt, is op een aantal kritieke punten onvolledig en onjuist; 2. De Bont besteedt te weinig aandacht aan de woonbebouwingvoorschriften die op de bedrijfsbestemming zonder bouwmogelijkheden is gekomen 3. De geplande ontsluiting langs de woning van Van de Waart is onvoldoende meegewogen; 4. De saldering die door De Bont wordt gehanteerd is onjuist; 5. Het feit dat de bedrijfsbebouwing tot een bestendige situatie onder andere voor wat betreft de privacy, zorgde, is niet meegewogen; 6. In het advies komt niet tot uiting dat het bouwvlak in de nieuwe planologische situatie flink is uitgebreid parallel aan dat van cliënt; 7. Het bestreden besluit is niet zorgvuldig tot stand gekomen en onvoldoende gemotiveerd. Om de gronden van het bezwaarschrift te ondersteunen, is door bezwaarde een contraexpertise door Verhagen Advies ingediend. Overwegingen De schadebeoordelingscommissie (De Bont) is gevraagd te reageren op het bezwaarschrift en de contra-expertise van Verhagen Advies. In de brief van 6 maart 2008 heeft de schadebeoordelingscommissie gemotiveerd aangegeven dat het bezwaarschrift geen aanleiding vormt het uitgebrachte advies te herzien. Hierop is door de DAS rechtsbijstand gereageerd door het inzenden van een nader stuk d.d. 21 april 2008 waarin door Verhagen Advies wordt gereageerd op de brief van De Bont. Op 6 mei 2008 heeft een hoorzitting plaatsgevonden. Het primaire besluit van 9 oktober 2007 is gebaseerd op het advies met een aanvullend deel van De Bont. Dit advies is aan te merken als een deskundigenadvies. Uit constante jurisprudentie blijkt dat een bestuursorgaan een besluit mag baseren op een deskundigenadvies, wanneer dit advies op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen en er ook aan de andere kant geen aanleiding bestaat om te twijfelen aan de juistheid van het deskundigenadvies. Een deskundigenadvies kan in zijn algemeenheid alleen worden weerlegd door overlegging van een contra-expertise. Geconstateerd wordt dat door bezwaarde inderdaad een contra-expertise is overgelegd.
5
Tijdens de hoorzitting is door de heer Van de Waart de objectiviteit van het aanvullende advies van De Bont in twijfel getrokken, omdat door twee ambtenaren van de gemeente Kapelle is gewezen op een aantal feitelijke onjuistheden en de toonzetting in en van dit advies. De commissie overweegt dat deze aanpassingen echter geen betrekking hebben op de analyse of conclusies van De Bont, zodat nog steeds sprake is van een objectief tot stand gekomen advies. De commissie heeft aan de hand van de overige aangevoerde bezwaren beoordeeld of er aanleiding is om te twijfelen aan de juistheid, dan wel de zorgvuldige totstandkoming van het deskundigenadvies in overeenstemming met artikel 3:9 van de Algemene wet bestuursrecht. De commissie constateert dat voornaamste verschil tussen de adviezen van deskundigen is gelegen in het feit dat door De Bont ervan wordt uitgegaan dat bestaande bedrijfsbestemming van het Likaterrein in het bestemmingsplan “Kapelle Kom” illusoir is geworden en er door Verhagen Advies van wordt uitgegaan dat deze bedrijfsbestemming nog op het perceel rust. Door De Bont wordt aan het ‘illusoir zijn’ van deze bestemming een voordeel aan Van de Waart toegerekend. En daarmee is Verhagen het niet eens. Zij stelt dat de privacy in negatieve zin is beïnvloed en hangt daar een schadebedrag aan. Door De Bont wordt de verminderde privacy afgezet tegen het voordeel dat de bedrijfsbestemming niet meer gerealiseerd zal kunnen worden en hij verrekent de verminderde privacy met het wegvallen van de overlast door de bedrijfsbestemming. Door de commissie is onderzocht of er in de rechtspraak steun wordt gevonden voor de zienswijze van een van beide deskundigen. Het is inderdaad zo dat doorgaans door het in werking treden van een vrijstellingsbesluit de mogelijkheden van het onderliggende bestemmingsplan onverlet blijven. Uit de jurisprudentie blijkt echter dat de mogelijkheid bestaat dat realisatie van de onderliggende bestemming illusoir is geworden. Het criterium dat daarvoor gehanteerd wordt in de uitspraak Zaanstad (ABRS 10-03-2004, LJN AO5177) is of de realisering van de ‘oude’ planologische mogelijkheden met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid is uitgesloten. Wanneer hiervan sprake is, hoeft met die bestemming redelijkerwijs geen rekening meer te worden gehouden. In het onderhavige geval zijn op de bedrijfsbestemming woningen gebouwd en daarmee is de verwezenlijking van de bedrijfsbestemming uitgesloten. Daarnaast is de vraag aan de orde of een planologisch voordeel een planologisch nadeel kan compenseren. Volgens diverse uitspraken, zoals bijvoorbeeld ABRS 12 maart 1997, BR 1998, p. 769, ABRS 24 december 2003, LJN: AO0820 en ABRS 20 december 2006, LJN: AZ4793 mogen planologische voordelen planologische nadelen compenseren. Nu zowel het planologisch voordeel (‘wegvallen” van de bedrijfsbestemming) als het planologisch nadeel (vermindering privacy) uit één en dezelfde planmaatregel (de artikel 19 Wro-vrijstelling) voortkomen, ziet de commissie dan ook geen bezwaar in de door De Bont toegepaste compensatie. Per saldo is voor de heer Van de Waart geen nadeliger situatie ontstaan. De commissie is van mening dat door Verhagen te veel de feitelijke situatie op het bedrijfsperceel als uitgangspunt is genomen, terwijl bij een planschade beoordeling steeds van de maximale invulling dient te worden uitgegaan. Zo had de overlast van het bedrijf op basis van het bestemmingsplan vele malen erger kunnen zijn, dan het was.
6
De commissie stemt in met het planschade advies van De Bont. Zij is van mening dat het advies van De Bont door een aantal feitelijke onjuistheden misschien de indruk wekt onzorgvuldig te zijn, maar dat het advies op hoofdlijnen goed onderbouwd en juist is. Gelezen het advies van De Bont, het bezwaarschrift van de heer Van de Waart, de contraexpertise door Verhagen Advies, de reactie op het bezwaarschrift en de contra-expertise van De Bont, de, de daarop ontvangen schriftelijke reactie van Verhagen Advies, evenals het verhandelde tijdens de hoorzitting stelt de commissie dat er geen twijfel bestaat aan de deugdelijkheid van de complete advisering. Door de reactie die door De Bont in voornoemde stukken is verstrekt toe te voegen als nadere motivering aan het primaire raadsbesluit, is dit besluit thans voldoende gemotiveerd.
Advies Gelet op het vorenstaande en met verwijzing naar de deskundige adviezen van De Bont adviseert de commissie de gemeenteraad het bezwaarschrift van de heer Van de Waart tegen de afwijzing van het verzoek om planschade als bedoeld in artikel 49 Wro ongegrond te verklaren. Kapelle, 6 mei 2008 De Commissie bezwaarschriften, De secretaris,
De voorzitter,
Mw. mr. B.P. Tiemes-Arts
mw. mr. M.A.J. Smits
7
Besluit nr. 2008/54.
De raad van de gemeente Kapelle; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 augustus 2008, nummer 2008/54; dat op 9 oktober 2007, besluitnummer 2007/67, afwijzend is beslist op het verzoek van de heer Van de Waart, wonende Vroonlandseweg 2D te Kapelle, om vergoeding van geleden planschade als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de ruimtelijke ordening tengevolge van de bouw de bouw van woningen op het voormalige Likaterrein aan de Maalstede/Vroonlandseweg te Kapelle; dat door DAS rechtsbijstand namens de heer Van de Waart bij schrijven van 21 november 2007 een bezwaarschrift is ingediend tegen het raadsbesluit van 9 oktober 2007; dat het bezwaarschrift is behandeld door de Commissie bezwaarschriften tijdens de zitting op 6 mei 2008; gelezen het verslag van de gehouden hoorzitting; gelezen het door de commissie uitgebrachte advies, evenals de adviezen van De Bont Adviesbureau Bestuursrechtelijke Schadevergoedingen en overnemende de daarin gelegde argumentatie, welke daarom als hieronder opgenomen dient te worden beschouwd; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 augustus 2008, nummer 2008/54; gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Verordening commissie bezwaarschriften 2004, de Procedureverordening planschadevergoeding Kapelle en de Wet op de ruimtelijke ordening;
besluit:
het bezwaarschrift van de DAS rechtsbijstand, namens de heer Van de Waart, voornoemd, ongegrond te verklaren.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Kapelle van 16 september 2008. De griffier,
De voorzitter,