Gemeentelijk monument nr.
: LEE 1
Adres
: Maarsbergseweg 21-23
Plaats
: Leersum
Kadastrale aanduiding
: LSM00 B 00588 G 0000
Bouwjaar
: 1929-1933 en later
Type
: Industrieel complex
Omschrijving Inleiding Industrieel complex gelegen aan en gericht op de Maarsbergseweg. Het complex is in 1929 in opdracht van de heer J.J.M. van Veer uit Utrecht gebouwd als woonhuis annex stoom-, was-, glans en strijkinrichting naar ontwerp van architect A. Versteegh uit Maarn. De gebouwen zijn opgetrokken in de stijl van het Nieuwe Bouwen. Van Veer kreeg in 1929 nog een extra vergunning voor het installeren van een stoommachine met een electromotor. In 1933 is het complex in opdracht van de toenmalige eigenaar F.W. Fuster uit Zeist uitgebreid met een mangelkamer, een machinekamer, een ketelhuis en vermoedelijk ook de bijbehorende schoorsteen. Het bedrijf heette destijds Stoomwasserij ‘De Duif’. Later werd het in gebruik genomen door hout- en metaalwarenfabriek Hoogmerk. Omschrijving Het uit rode baksteen opgetrokken woonhuis heeft een rechthoekige plattegrond en bestaat uit twee bouwlagen onder een plat dak. Het gebouw wordt gekenmerkt door een groot overstek van het dak en door vensters met ladderroeden volgens de stijl van het Nieuwe Bouwen. Ook het bedrijfsgedeelte, dat rechtsachter aan het woonhuis vastgebouwd is, heeft een rechthoekige plattegrond met twee bouwlagen onder een plat dak en is opgetrokken uit rode baksteen. Dit bedrijfsgedeelte aan de achterzijde loopt door in een bouwdeel van één bouwlaag. In bouwstijl en materiaal sluit het aan op het woonhuis, zij het dat de daklijst wordt afgesloten door een smalle strip en dat de vensters een eenvoudige roedenverdeling hebben. In de voorgevel bevindt zich een laadopening met een houten, driedelige deur en een betonnen latei die doorloopt boven twee zijvensters. Zowel op de voorgevel als op de zijgevel van het bedrijfsgedeelte is een naamveld aangebracht met daarop in verf de naam van de Stoomwasserij. Op de voorgevel zijn daar overheen letters aangebracht met de naam van de hout- en metaalwarenfabriek, die later in dit pand gevestigd was, Hoogmerk. Aan de achterzijde van het bedrijfsgedeelte bevindt zich een aanbouw van één bouwlaag. Dit gedeelte kenmerkt zich door uiteenlopende gevelbehandeling, die duidt op verschillende bouwfasen rond het midden van de twintigste eeuw, en is van minder belang binnen het industriële complex dan het voornoemde woonhuis en het aangebouwde bedrijfsgedeelte uit 1929-1933.
Tussen twee haaks op elkaar staande delen van de aanbouw staat, los daarvan, een ronde schoorsteen op een eveneens ronde voet. Deze uit rode baksteen opgetrokken schoorsteen is voorzien van klimijzers en een uitkragende top. De schoorsteen uit vermoedelijk 1933 is van hoge waarde binnen het complex. Achter het bedrijfsgedeelte staat een vrijstaande, bakstenen loods van één bouwlaag onder een zadeldak en een kleine aanbouw eveneens voorzien van een zadeldak. Dit bijgebouw is van minder hoge waarde binnen het complex. Het complex heeft voorts enkele bijgebouwen, die van jongere datum zijn en tevens minder van belang zijn: naast het bedrijfsgedeelte, langs de noordzijde van het terrein, staat een bakstenen gebouw met aan de voorzijde een kantoorgedeelte van twee bouwlagen onder een plat dak en aansluitend aan de achterzijde een loods onder een zadeldak. Het terrein is ontsloten door een inrit die aansluit op de Maarsbergseweg. Voor het overige wordt het terrein omgeven door bomen en struiken. Waardering Het complex is van hoge cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een industrieel complex uit de eerste helft van de twintigste eeuw, met stijlkenmerken van het Nieuwe Bouwen. Voorts is het complex van cultuurhistorische waarde vanwege de gaafheid en de zeldzaamheid. Binnen de gemeente Utrechtse Heuvelrug zijn weinig industriële gebouwen bewaard gebleven. Met name de schoorsteen is als gaaf bewaard gebleven exemplaar zeldzaam; het is één van de laatste nog bestaande historische fabrieksschoorstenen op de Utrechtse Heuvelrug. Het woonhuis, het aangebouwde bedrijfsgedeelte en de schoorsteen zijn van hoge architectonische waarde vanwege de gave hoofdvorm en detaillering. De aan de achterzijde van het bedrijfsgedeelte uit 1929-1933 gebouwde aanbouw van één bouwlaag, dat zich kenmerkt door uiteenlopende gevelbehandeling, en in verschillende bouwfasen rond het midden van de twintigste eeuw is opgetrokken, is van minder belang binnen het industriële complex dan de schoorsteen, het woonhuis en het aangebouwde bedrijfsgedeelte uit 1929-1933. Tevens zijn de bijgebouwen op het erf, waaronder de vrijstaande, bakstenen loods en het gebouw, dat bestaat uit een kantoorgedeelte en een aansluitende loods, van minder belang binnen het complex. Voorts is het complex van stedebouwkundige waarde als beeldbepalend ensemble aan de Maarsbergseweg.