GOK 2008 - 2011 : visie en doelen
Gelijke onderwijskansen voor elk kind : onze school maakt er werk van Het geluk van de kinderen is onze voornaamste zorg. Wij wensen ze vanuit hun eigen mogelijkheden en als ‘totale persoon’ op te tillen in hun ontwikkeling. Om dit proces optimaal te laten verlopen is ons onderwijs vooreen stuk afgestemd op de zorgvragen van onze kinderen. In hun relatie met de kinderen laten de leerkrachten merken dat ze positief staan tegenover hun ontplooiingskansen. In de dagelijkse onthaalmomenten ervaren jongere kinderen dat hun eigenheid wordt gewaardeerd. Deze bieden de leerkracht de kans om te peilen naar het welbevinden en de verlangens van het kind. Dit gegeven, samen met het gestadig observeren en evalueren, schept voor de leerkracht een zo veelzijdig mogelijk beeld van het kind en zijn ontwikkelingsfase. Daar kan men een individuele aanpak op afstemmen. Dit heet differentiëren. Een aanpak op maat van het kind die het meest tot uiting komt bij zeer specifieke groeperingsvormen zoals hoekenwerk en contractwerk. Tijdens de extramurosactiviteiten (bos- en zeeklassen, leeruitstappen, natuurwandelingen,…), projecten en belangstellingscentra krijgen de kinderen de kans om zich te ontplooien op cultureel, muzisch, relationeel, maatschappelijk en religieus vlak. De school gebruikt een systeem om de kinderen van nabij te volgen, met vaste afspraken en procedures die enerzijds waarborgen dat de leerlingen tijdig hulp krijgen en anderzijds problemen zo veel mogelijk worden vermeden. De directie en de leerkrachten zijn steeds bereikbaar voor de ouders. Op georganiseerde oudercontacten en tijdens informele gesprekken bespreken leerkrachten en ouders de ontwikkeling van hun kind en worden eventuele problemen thuis of op school gesignaleerd. Voor de kinderen uit gezinnen met problemen van emotionele, financiële of materiële aard zoekt de school samen met de ouders naar mogelijke oplossingen. Bij de verdeling van de lestijden en de indeling van de klassen staat het comfort van de kinderen steeds voorop. Voor een deskundig advies doet de school een beroep op het centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB). Ze werkt nauw samen met verschillende logopedistes en revalidatiecentra. Als de kans zich voordoet, tracht de school samenwerkingsverbanden te leggen met het buitengewoon onderwijs (vb.GON). Een zorgcoördinator stemt de instrumenten op elkaar af. Op basis1 van: • • • • • •
…de analyse die we gemaakt hebben …de eigen bevindingen van het zorgteam en het schoolteam …het instrument voor BSA van het Steunpunt GOK …het prioriteitenplan van de school …het schooleigen christelijk opvoedingsproject …
willen we de komende jaren het gelijke onderwijskansenbeleid opnieuw toespitsen op de domeinen:
“leerling – en ouderparticipatie en socio – emotionele ontwikkeling.”
1
In het logboek GOK 2008 – 2011 kan men in détail vinden hoe de beginsituatieanalyse tot stand kwam en waarop het team zich baseerde voor de keuze van de thema’s. Werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg
GOK 2008 - 2011 : visie en doelen
THEMA 1 : Leerling – en ouderparticipatie ‘Een school zonder kinderen en ouders is als Vlaamse wegen zonder wegenwerken en omleggingen’. Met deze simplistische boutade is een groot deel van de discussie geschetst. Ouders en leerlingen zijn de klanten, het publiek, de peergroup , … Hang er dure woorden aan : een school is er en bestaat enkel en alleen door en omwille van de kinderen. Zij eisen met recht en rede een belangrijke bekommernis op van iedereen die zich bezighoudt met de organisatie van onderwijs en het dagelijks bestuur van een school. In dit verband hebben ouders als gelijkwaardige partners een stem in het denken en het organiseren van een schoolcultuur. Zij zijn de eerste partij die reageert, meevoelt en liefst nog constructief meedenkt om alvast het beste voor hun eigen kinderen op te zoeken. Die gedachte van eigenbelang mag gerust de voedingsbodem zijn om samen verder te werken aan een algemeen en hoger doel : het welzijn van elk kind in de school. Er liggen echter heel wat troeven en kanskaarten op het speelveld van de school. Het is de school die een open communicatie aangaat om een grotere betrokkenheid van de ouders te realiseren. Heel veel ouders vinden de juiste kanalen niet om een wezenlijk probleem, een sluimering gezegd te krijgen in een school. Soms zijn het fait - divers die heel vlug aan de orde komen en een pasklare oplossing krijgen. Onderliggende en diepere bekommernissen krijgen soms niet de kans om uitgesproken te worden. Vaak vindt de schoolleiding of de leerkracht het bedreigend om zo een bericht te krijgen. In nogal wat gevallen wordt de situatie als inmenging en betweterige pottenkijkerij afgedaan. Een genuanceerde kijk op de zaak en een tweede - plans -beschouwing kan een verhelderend moment zijn voor alle partijen. Alleen dan kunnen school, ouders en kinderen profiteren van de breekpunten in een samenwerking. Het is bijzonder belangrijk dat de school een genuanceerde en eerlijke kijk heeft op de thuiscultuur en de gezinssituatie. Dan kan de school en de individuele leerkracht, professioneel naar de ouders en het gezin toestappen. Daarom willen wij werken aan: → LOP 1: Ouderparticipatie verhogen omdat ouders met recht en rede bekommerd zijn om de organisatie van opvoeding en onderwijs op school en het dagelijks bestuur. → LOP 2: Leerlingenparticipatie versterken om de betrokkenheid en het welbevinden te verhogen. Met deze objectieven komen we tegemoet aan de volgende doelen uit de lijst van het geïntegreerd ondersteuningsaanbod basisonderwijs: Leerlingenniveau: • Het aantal lln en ouders die actief betrokken zijn op het klas – en schoolleven vermeerderen en de kwaliteit van de betrokkenheid verhogen. Leerkrachtenniveau: • De competentie van de lkr inzake leerlingparticipatie en ouderbetrokkenheid vergroten door: - oog te hebben voor de beleving van het schoolgebeuren door lln en door ouders - bewust om te gaan met de verscheidenheid van ouders bij mondelinge en schriftelijke communicatie - een goede dagdagelijkse omgang met ouders uit te bouwen - bewust ruimte te bieden voor het aandeel van de lln en de ouders in het onderwijsleerproces en in het schoolgebeuren Schoolniveau: • De procedures in de school versterken om een visie en gelijkgericht handelen inzake leerlingparticipatie en ouderbetrokkenheid te realiseren. Dat betekent: - Visie bepalen - De schoolleiding ondersteunen actief de leerlingen – en ouderparticipatie Werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg
GOK 2008 - 2011 : visie en doelen
-
De school maakt systematisch en regelmatig gebruik van interne communicatiekanalen en overlegstructuren. Het team professionaliseert zich in het thema.
Voor de onze school vertalen we dit naar volgende concrete doelen: Leerlingenniveau: • Inspanningen doen om de kwaliteit van de leerlingen – en ouderbetrokkenheid te verhogen. • Aandacht hebben voor de invloed en inbreng van de kinderen en ouders op het formeel en informeel klasgebeuren. - De kinderen hebben inspraak bij het bepalen van een thema. - Tijd maken om de kinderen op verhaal te laten komen . - Aandacht hebben voor zaken die kinderen meebrengen naar de klas. - Verzorgen van de onthaalmomenten, dag/ week openingen en sluitingen - Stilstaan bij belangrijke gebeurtenissen - Ouders begeleiden het niveaulezen, helpen bij het knutselen,… - Ouders worden actief betrokken bij de inhoudelijke voorbereiding van belangrijke gebeurtenissen (eerste communie, vieringen,..) Leerkrachtenniveau • De leidster / leerkracht heeft oog voor het welbevinden en betrokkenheid van elk kind. - Tijdens observaties, kringgesprekken, schrijfgesprekken, screenings,sociogram,… • •
Een zicht hebben op de het bereik van alle ouders tijdens informele en formele oudercontacten, ouderavonden, uitnodigingen,… Actie ondernemen om ouders die de weg naar school niet makkelijk vinden toch te bereiken. Alert zijn op de afwezigheid van de kleuters. - Aandacht hebben voor het langdurig afwezig zijn van kinderen. - Op een discrete en niet bedreigende manier informeren naar de reden van het afwezig zijn.
•
De drempel inschatten die ouders hebben in het contact met de school, de leerkracht, de directeur. - Een losse babbel aan de schoolpoort. - Duidelijke afspraken maken over het bereikbaar zijn voor en na schooltijd. •
We integreren de inbreng van de leerlingen en de ouders in de leerinhouden. - Leerlingen denken mee in het bepalen van thema’s. - Ouders helpen mee tijdens het realiseren van projecten.
•
We doen een beroep op de inbreng van ouders door hen te betrekken in het onderwijsleerproces. - (Groot)ouders worden als ’deskundige’ in de klas gehaald - Op leerwandeling lopen we langs bij (groot)ouders die rond een bepaalt thema een interessant aanbod hebben.
•
Rekening houden met de verschillende belevingen van ouders omtrent het schoolleven. - Niet alle ouders kunnen hun kind in een even goeie, wenselijk manier ondersteunen.
Schoolniveau: • Het team bevraagt zich op een kritische manier hoe omgegaan wordt met de oudergroep en individuele ouders. • De ouders worden uitgenodigd om deel te nemen aan een tevredenheidsonderzoek • Er wordt nagegaan in welke mate ouders en leerlingen een kanaal vinden om inspraak te hebben. • Het team gaat na op welke niveaus ouders en leerlingen betrokken kunnen worden. Werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg
GOK 2008 - 2011 : visie en doelen
• • •
Het team vraagt zich af op welke domeinen en in welke mate leerlingen en ouders participeren in de school. Het team neemt standpunten in omtrent onderwerpen van leerlingen – en ouderparticipatie. Het team bepaalt in welke mate leerlingen en ouders participeren in gegeven onderwerpen.
Werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg
GOK 2008 - 2011 : visie en doelen
THEMA 2 Socio – emotionele ontwikkeling In ons vorige GOK – traject was het socio – emotionele aspect ook een van onze pijlers. Uit de bevraging van de pijlers bleek het ook goed te scoren. Toch wensen we er de komende drie schooljaren verder aan te werken. De vorige drie schooljaren hebben we vooral gefocust op de waarden door het werken met het project ‘Er zit een schat verborgen in jezelf’ van Karel Scherpereel. Dit werd een succes, zowel bij de leerlingen, leerkrachten en ouders. Er was ook een sterke integratie in de vakken godsdienst, muzische en wero. Onze conclusie is dan ook dat het project zeker te waardevol is om nu al los te laten. We willen het daarom graag verder uitdiepen. Daarvoor willen we ons baseren op het document ‘relationele opvoeding in de basisschool’. Dat wil zeggen dat we de socio – emotionele ontwikkeling willen verruimen naar relationele opvoeding. Dit omvat vijf ontwikkelingsdomeinen: werken aan (zelf)vertrouwen, werken rond de eigen gevoelens, werken aan inlevingsvermogen in de andere(n), werken aan sociale competentie en nadenken over waarde en normen. Aan dit laatste werd de komende schooljaren al heel wat werk verricht, maar nu is het ook tijd om de andere vier domeinen ook verder te ontplooien bij de kinderen.
Daarom willen wij : → SO 1: Borgen, verdiepen en verruimen van onze structuren en leerlijnen inzake socio – emotionele ontwikkeling: de inhouden, de materialen, de activiteiten. → SO 2: Werk maken van speelplaatswerking.
Met deze objectieven komen we tegemoet aan de volgende doelen uit de lijst van het geïntegreerd ondersteuningsaanbod basisonderwijs: Leerlingenniveau: • Het aantal lln met een positief zelfbeeld en sociale competentie vermeerderen. Leerkrachtenniveau: • De competentie van de leerkrachten om knd te ondersteunen in hun socio – emotionele ontwikkeling vergroten. Schoolniveau: • De procedures is scholen versterken om hun visie en gelijkgericht handelen inzake socio – emotionele ontwikkeling te realiseren.
Voor de onze school vertalen we dit naar volgende concrete doelen:
Leerlingenniveau: • Het aantal llln met een positief zelfbeeld en sociale competentie vermeerderen. • Lln leren zelf conflicten oplossen en leren onderhandelen. • Omgangsvormen verruimen en verfijnen • Respectvol omgaan met materiaal.
Leerkrachtenniveau: • Een omgangsstijl ontwikkelen die getuigt van sensitiviteit en inlevingsvermogen. • Het welbevinden en de socio – emotionele competentie van de leerlingen opvolgen. • Op planmatige wijze hulp bieden indien nodig op socio – emotioneel gebied. • De leerkrachten maken gebruik van het concept voor ‘relationele opvoeding in de basisschool’. Schoolniveau: • Betrekken van het hele schoolteam bij de permanente cyclus van doelbepaling, planning, bijsturing op basis van evaluatiegegevens. • Voeren van een professionaliseringsbeleid. Werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg
GOK 2008 - 2011 : visie en doelen
• • •
Implementeren van het concept: ‘relationele vorming in de katholieke basisschool’. Een visie vormen op straffen en belonen. Visie vormen op en zoeken naar mogelijke vormen van leerlingenparticipatie binnen ons socio – emotionele project.
Werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg