SUBSIDIEREGELING INCIDENTELE SUBSIDIES AMATEURKUNST 2013
Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort;
overwegende dat het gewenst is de Subsidieregeling incidentele subsidies amateurkunst zoals vastgesteld op 20 oktober 2012 aan te passen in verband met de inwerkingtreding van de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 en naar aanleiding van de evaluatie van uitvoering van de regeling;
gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling:
SUBSIDIEREGELING INCIDENTELE SUBSIDIES AMATEURKUNST
Artikel 1: Begripsbepalingen 1.
Amateurkunst: activiteiten of producten in verenigingsverband gericht op de voorbereiding van voorstellingen op het gebied van muziek, zang, dans, toneel en beeldende kunst waarbij de activiteiten of producten niet beroepsmatig gericht zijn op de presentatie aan het publiek.
2.
Cultureel klimaat Amersfoort: het samenstel van uitingen, activiteiten en producten op het gebied van de kunst en cultuur in de gemeente Amersfoort.
3.
Vereniging: rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie waarvan de statuten de beoefening van amateurkunst in verenigingsverband als voornaamste doel stellen.
4.
Stichting: rechtspersoon opgericht bij notariële acte, waarvan de statuten de beoefening van amateurkunst in verenigingsverband als voornaamste doel stellen.
Artikel 2: Uitvoerder van de subsidieregeling Scholen in de Kunst is door het college aangewezen als uitvoerder van deze subsidieregeling.
Artikel 3: Toepassingsbereik 1.
Deze regeling heeft tot doel om activiteiten of producten die bijdragen aan de ontwikkeling en versterking van het cultureel klimaat en specifiek van de amateurkunst in de gemeente Amersfoort te stimuleren. De basis van deze subsidieregeling ligt in de herijking Cultuurnota Nieuw Amersfoorts Peil 2008-2015 en is uitsluitend bedoeld voor rechtspersonen die in Amersfoort gevestigd zijn en waarvan de activiteiten plaatsvinden in Amersfoort.
2.
Activiteiten en producten vallen niet binnen dit doel als er sprake is van: a. een winstoogmerk; b. een benefiet- of ledenwervingsactiviteit; c. een activiteit of product van politieke, religieuze of levensbeschouwelijke aard; d. cursorische activiteiten; e. liturgische vieringen; f. een activiteit of product waarvoor door de gemeente reeds subsidie uit hoofde van een andere regeling wordt verstrekt.
# 4441276
Artikel 4: Subsidieplafond 1.
Het subsidieplafond wordt per kalenderjaar vastgesteld.
2.
Jaarlijks vinden twee subsidierondes plaats. Het beschikbare plafond wordt gelijk verdeeld over de twee subsidierondes. Het gedeelte van het plafond dat voor de eerste ronde is bestemd maar na de eerste ronde niet is verbruikt, komt beschikbaar voor de tweede ronde.
Artikel 5: Subsidieaanvraag 1.
De subsidieaanvraag wordt ingediend: a.
Uiterlijk op 1 april indien de activiteit of het product wordt gerealiseerd in de daaropvolgende periode tussen 1 juli en 31 december.
b. Uiterlijk op 1 oktober indien de activiteit of het product wordt gerealiseerd in de daaropvolgende periode tussen 1 januari en 30 juni. 2.
Voor de subsidieaanvraag wordt het vastgestelde formulier “Aanvraagformulier Incidentele Subsidies Amateurkunst” volledig ingevuld en voorzien van alle daarin aangegeven bijlagen, ingediend.
Artikel 6: Beoordeling en advies 1.
Als zich niet één van de weigeringsgronden van artikel 8 voordoet, beoordeelt Scholen in de Kunst de aanvragen aan de hand van criteria, zoals verwoord in bijlage 1.
2.
De toetsing levert een gemotiveerde score op.
3.
De hoogte van de score bepaalt de rangorde van verlening van subsidies.
4.
Aan de hand van de financiële onderbouwing wordt een gemotiveerd advies gegeven over het te verlenen subsidiebedrag.
5.
Wanneer positief beoordeelde subsidieaanvragen met een gelijke score het subsidieplafond overschrijden, kunnen subsidies naar rato worden verleend.
Artikel 7: Verlenen en vaststellen van subsidie 1.
Als de subsidie wordt verleend, kunnen aanvullende afspraken worden vastgelegd over de verantwoording.
2.
Uitsluitend kosten die direct aan de/het betreffende activiteit/product zijn toe te rekenen kunnen voor subsidie in aanmerking komen.
3.
De subsidie wordt voor eenzelfde activiteit of product maximaal één keer per jaar en maximaal drie keer verleend.
4.
De subsidie bedraagt, wanneer deze voor het eerst wordt verleend, maximaal 50% van de totale begroting voor de betreffende activiteit of organisatie. Een eventuele tweede en derde keer bedraagt de subsidie respectievelijk maximaal 40% en 30% van de totale begroting. Daarbij geldt een maximum bedrag van € 2.000 per subsidieaanvraag.
# 4441276
Artikel 8: Weigeringsgronden 1.
In aanvulling op de weigeringsgronden, zoals genoemd in de ASV, wordt de subsidie in alle gevallen geweigerd als: a. de aanvrager geen stichting of vereniging is; b. de aanvrager beroepsmatig handelt; c. de activiteit beroepsmatig is; d. er niet wordt gescoord op de scorelijst 1.1 “artistieke kwaliteit” of 2.1 “publieksbereik” van bijlage 1.
2.
In aanvulling op de weigeringsgronden, zoals genoemd in de ASV, kan de subsidie worden geweigerd als: a. de activiteit of product niet valt binnen het toepassingsbereik zoals beschreven in artikel 3 van deze regeling; b. de aanvraag de verplichte jaarlijkse uitvoering betreft in het kader van de Subsidieregeling structurele subsidie voor amateurkunstverenigingen en/of al huursuppletie is toegekend; c. de subsidieaanvraag niet tijdig is ontvangen; d. de minimale score van 10 punten, op basis van artikel 6, niet wordt gehaald; e. bij de aanvraag sprake is van onvoldoende financiële onderbouwing; f. gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld en/of de gelden niet doelmatig en doeltreffend besteed zullen worden; g. het beschikbare subsidiebudget door aanvragen met een hogere prioriteit is uitgeput; h. als op basis van deze subsidieregeling in het betreffende jaar al eerder subsidie is toegekend.
Artikel 9. Hardheidsclausule Het college kan van de bepalingen in deze subsidie afwijken indien toepassing van de bepaling zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard. Hierbij kan Scholen in de Kunst, als uitvoerder van de regeling, om inhoudelijk advies worden gevraagd.
Artikel 10. Inwerkingtreding 1.
Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking.
2.
De Subsidieregeling incidentele subsidies amateurkunst zoals vastgesteld op 20 oktober 2012 wordt ingetrokken.
Artikel 11. Overgangsbepaling 1.
De bepalingen van de subsidieregeling zoals bedoeld in artikel 10, tweede lid, blijven van toepassing op de subsidies die op basis van die subsidieregels zijn verleend.
2.
Als op basis van de subsidieregeling zoals bedoeld in artikel 10, tweede lid, subsidies zijn verstrekt tellen die ook mee voor de beoordeling van artikel 7, derde en vierde lid.
# 4441276
Artikel 12. Citeertitel Deze subsidieregeling heet: subsidieregeling incidentele subsidies amateurkunst 2013 Vastgesteld in de vergadering van …. 2013
De secretaris,
# 4441276
De burgemeester,
Bijlage 1: Toetsingscriteria Algemene toetsingscriteria
Score
1.Inhoudelijke kwaliteit 1.1 Artistieke kwaliteit 1.2 Aanvulling op bestaand aanbod 2. Doelgroep 2.1 Publieksbereik 2.2 Publieksparticipatie 3. Organisatiekracht 3.1 Organisatievermogen/cultureel ondernemerschap 3.2 Zorg voor publiciteit en promotie 4. Samenwerking 4.1 Bijzondere samenwerkingsverbanden Totaal score Score = 0 t/m 5 Aanvragen die 0 scoren op 1.1 (Artistieke kwaliteit) en 2.1 (Publieksbereik) komen niet in aanmerking voor subsidie.
# 4441276