GELD SPEELT GEEN ROL Een onderzoek naar de toepasbaarheid van crowdfunding als financieringsvorm van buurtinitiatieven
| Bachelorscriptie Planologie | Chris Steenhuis |
COLOFON GELD SPEELT GEEN ROL Bachelorscriptie Planologie Cursus code: FRWA 734301380Y juli 2013 Bachelor Sociale Geografie & Planologie Universiteit van Amsterdam Chris Steenhuis Studentnummer: 10094008
[email protected]
VOORWOORD
COLOFON
VOORWOORD Dit onderzoek is geschreven in het kader van de afstudeerscriptie van de bachelor Sociale Geografie en Planologie aan de Universiteit van Amsterdam. Deze scriptie is geschreven in het laatste semester van collegejaar 2012-2013 als afsluiting van de bachelorfase. Als eerste wil graag alle organisaties en personen bedanken die hebben meegewerkt aan dit onderzoek. Velen van hen staan in grote belangstelling en worden vaak benaderd om mee te werken aan verschillende onderzoeken. Mijn dank is daarom groot dat zij tijd hebben kunnen vrijmaken om hun ervaringen met mij te delen. In het proces van het zoeken naar een scriptieonderwerp ben ik enigszins afgeweken van mijn oorspronkelijke toebedeelde thema Openbare Ruimte. Ik wil graag mijn begeleider San Verschuuren bedanken dat hij mij zo vrij heeft gelaten dat ik toch kon doorgaan met dit onderwerp, onlangs dat de relatie met de openbare ruimte soms wat ver te zoeken was. Chris Steenhuis juli 2013
Onder begeleiding van: dhr. ir. V.J.M Verschuuren
[email protected] Tweede lezer: dhr. prof. dr. P.P. Tordoir
[email protected] i
ii
iii
H2 THEORETISCH KADER 2.1 Vormen bewonersinitiatieven 2.2 Participatie via bewonersbudgetten 2.3 Wisdom of the crowds 2.4 Kenmerken crowdfunding 2.4.1 Altijd drie patijen 2.4.2 De rol van geografie 2.4.3 Het succes van de longtail 2.4.4 Vormen van crowdfunding
7 9 9 10 11 11 13 13 13
H3 onderzoeksopzet 3.1 Operationalisatie 3.2 Research design 3.3 Empirische dataverzameling 3.4 Methoden van data-analyse 3.4.1 Methode CAQDAS 3.4.2 Coderingen CAQDAS
17 19 20 22 22 22 22
h4 casus beschrijvingen 4.1 Wijkkracht Bijdrage, Capelle 4.2 Vechtclub XL, Utrecht 4.3 Uit Je Eigen Stad, Rotterdam 4.4 Leeuwenhorst, Noordwijkerhout
23 25 27 29 31
h5 analyse 5.1 Belangen in crowdfunding 5.1.1 Financiering 5.1.2 Binding en commitment 5.1.3 Overige baten 5.2 Succesfactoren 5.3 Verschillende vormen 5.4 Leerpunten 5.5 Rol van de overheid
33 35 35 35 35 36 37 39 39
h6 conclusies 6.1 Belangrijkste conclusies 6.1.1 Beperkingen onderzoek 6.1.2 Is het een structurele manier? 6.2 Aanbevelingen 6.3 ‘Geld speelt geen rol’
41 43 44 44 45 47
BRONNENlijst 49 BIJLAGEN 55 Bijlage 1: Overzicht empirisch onderzoek 55 Bijlage 2: Overzicht coderingen 57
3 | METHODEN 2 | THEORETISCH 1 | INLEIDING VAN ONDERZOEK KADER
1 3 3 4 4 4 4 5
4 | CASUSBESCRHIJVING
h1 iNLEIDING 1.1 Wat is crowdfunding? 1.2 Aanleiding 1.3 Afbakening & doelstelling 1.4 Onderzoeksvragen 1.4.1 Centrale vraagstelling 1.4.2 Deelvragen 1.5 Leeswijzer
H1 INLEIDING H2 THEORIE H3 METHODEN H4 CASUSSEN H5 ANALYSE H6 CONCLUSIES
6 | CONCLUSIES & ANALYSE 5 | ANALYSE AANBEVELINGEN
INHOUDSOPGAVE
INHOUD
iv
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd wat crowfunding nou precies is. Er wordt besproken hoe tot dit onderwerp is gekomen en wat de doelstelling van het onderzoek is. Vervolgens worden onderzoeksvragen gepresenteerd. Tot slot wordt de opbouw van het onderzoek behandeld.
1 | INLEIDING
1 | INLEIDING
H1 INLEIDING Foto overzijde: Is crowdfunding al zo oud als geld collecteren in de kerk?
2
3
een terugtredende overheid en steeds assertiever wordende burger. Tonkens (2006) sprak bij haar intreerede als bijzonder hoogleraar Actief Burgerschap dat voor talloze maatschappelijke problemen de overheid tegenwoordig verwachtingsvol naar de burger kijkt. Van der Laar (2012) stelt dat crowdfunding de ultieme vorm van participatie is. Ik zou dit nog iets verder willen gaan en zeggen dat er bij crowdfunding geen sprake meer is van participatie maar burgermacht. Crowdfunding overstijgt de hoogste trede van de participatieladder van Arnstein (1969), waarbij de burger zeggenschap heeft in taken van de overheid. Bij crowdfunding beslissen mensen zelf wat er wel en niet gebeurt en is welbeschouwd de enige regelgeving waarop kan worden teruggevallen de nationale wet- en regelgeving. 1.2 Aanleiding Crowdfunding wordt breed (en succesvol) toegepast in verschillende sectoren, zoals de kunst, muziek en consumentenproducten. In het publieke domein is de financieringsvorm echter nog redelijk onbekend. Projecten die door middel van crowdfunding tot stand zijn gekomen, zoals de in dit onderzoek gebruikte projecten, behoren tot de beperkte voorbeelden en zijn lang niet bij iedereen bekend. Deze projecten kennen bovendien tot nu toe een incidenteel karakter en zijn dus niet van structurele aard. Gemeenten en woningcorporaties hebben heden ten dage te maken met structurele bezuinigingen. We bevinden ons in een periode waarin de overheid steeds minder kapitaalkrachtig wordt en er dus minder geld beschikbaar voor publieke ontwikkeling. Overheden zijn daarom
constant op zoek naar nieuwe vormen van financiering van hun publieke projecten. Naast de klassieke vormen van investeringen is de afgelopen jaren particulier initiatief steeds belangrijker geworden als financieringsvorm. Het voorbeeld hiervan is crowdfunding. In de Technology, Media & Telecommunications Predictions 2013 stelt Deloitte (2013) dat crowdfunding als financieringsvorm veel sneller groeit dan traditionele manieren van investeringsfinanciering. Zij verwachten dat crowdfunding zich ten opzichte van 2011 in 2013 zich zal verdubbelen tot meer dan twee miljard euro wereldwijd.
hoofdvraag gedefinieerd: Op welke wijze kan crowdfunding op een structurele manier helpen buurtinitiatieven te financieren? De in de probleemstelling gebruikte begrippen zijn in hoofdstuk 3 geoperationaliseerd.
1 | INLEIDING
1 | INLEIDING
1.1 Wat is crowdfunding? Crowdfunding is het proces waarbij een grote groep mensen met relatief kleine bijdragen samen een grote investering kan financieren. Het principe van het verzamelen van kleine sponsoren is niet nieuw, er wordt immers al sinds mensenheugenis gecollecteerd, maar de opkomst van internet heeft wel bijgedragen aan het succes van crowdfunding. Het web stelt mensen in staat om een groot publiek te bereiken en activeren. Crowdfunding wordt tot nu toe veel toegepast voor consumentenproducten, goede doelen, muziek en kunst. De grootste en populairste crowdfunding website is Kickstarter (Mollick, 2012). Afgelopen jaar heeft deze site bijna 320 miljoen dollar opgehaald voor uiteenlopende projecten onder meer dan 2,2 miljoen mensen wereldwijd (Kickstarter, 2012). Websites zoals Kickstarter waar miljoenen in omgaan zijn echter niet de regel maar een uitzondering, over het algemeen zijn crowdfunding initiatieven kleinschalig. Crowdfunding is dan ook geen middel om het gat in elke begroting te dichten. Het KEI kenniscentrum stedelijke ontwikkeling (2011) stelt dan ook dat de kracht van de financieringsvorm zit in het leggen van emotionele banden: wanneer mensen ergens zo sterk in geloven dat zij er geld in willen steken geeft dat een krachtig signaal, zij worden dan zogenaamde believers (investeerders) van een project. “Crowdfunding is dus weliswaar een middel om geld binnen te halen, maar dat is niet per se de meest effectieve manier (KEI, 2011: p.3)”. Crowdfunding kan dus als belangrijker doel hebben om mensen te binden aan een bepaald project of het creëren van een krachtige achterban. Crowdfunding past in het profiel van
1.4.2 Deelvragen Bij deze centrale vraag zijn de volgende vier deelvragen geformuleerd:
Op welke wijze is de financiering van wijkinitiatieven op dit moment geregeld? In deze eerste deelvraag probeer ik het 1.3 Afbakening en doelstelling antwoord te vinden welke financieringsvormen Crowdfunding wordt dus steeds algemener nu vaak gebruikt worden voor het verdelen van toegepast, maar werkt crowdfunding ook voor buurtbudgetten. Er lijken vanuit het ministerie al het financieren van buurtinitiatieven? Het veel experimenten te hebben plaatsgevonden. Wat doel van de scriptie is om inzicht te krijgen of zijn de resultaten hiervan? Hoe verschillen deze crowdfunding kan voorzien in een structurele resultaten met de principes achter crowdfunding? manier om bewonersinitiatieven in de publieke ruimte te financieren. Kunnen bewoners worden Welke vormen van crowdfunding zijn er en hoe gemotiveerd om niet meer naar de overheid of zijn deze toepasbaar op buurtinitiatieven? woningbouwcorporatie te kijken om wat voor elkaar In de praktijk blijkt er een grote variëteit te krijgen in hun buurt, maar zelf de handen ineen aan verschillende vormen van crowdfunding te steken? En op welke wijze moet dit vormgegeven bestaan. Zo zijn er vormen van crowdfunding worden zodat dit structureel toepasbaar wordt? Dit waarbij die een sterke economische incentive zijn de vragen die centraal staan in deze scriptie. hebben, maar ook die een meer idealistisch doel nastreven. Welke van deze vormen is het meeste 1.4 ONDERZOEKSVRAGEN geschikt als middel om buurtinitiatieven te steunen 1.4.1 Centrale vraagstelling en waarom? De probleemstelling van dit onderzoek is dus om te zoeken naar de toepasbaarheid van Met wat voor belangen kiezen initiatiefnemers crowdfunding als structurele financieringsvorm voor crowdfunding? voor buurtinitiatieven. Hierbij is de volgende
4
1 | INLEIDING
Bij deze vraag wordt een antwoord gezocht op de vraag waarom de initiatiefnemers voor crowdfunding kiezen als financieringsmethode. Het lijkt voor de hand te liggen dat het meer is dan alleen een financieringsmethode. Wat brengt crowdfunding in zijn totaliteit op en voor wie zijn deze baten interessant? Wat zijn de kritieke succesfactoren van gecrowfunde buurtinitiatieven? Tenslotte wordt de vraag gesteld of er een aantal algemene succesfactoren zijn aan te wijzen voor de crowdfunding van buurtinitiatieven. Hoe kunnen deze factoren worden vertaald naar concrete aanbevelingen voor beleidsmakers en eigenaars van initiatieven?
5
1.5 LEESWIJZER Het onderzoek is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt aan de hand van de literatuur een overzicht gegeven wat er bekend is over crowdfunding en buurtinitiatieven. In hoofdstuk 3 wordt besproken op welke wijze het onderzoek is uitgevoerd en op hoe de gegenereerde data is geanalyseerd. Hoofdstuk 4 geeft een beschrijving van de vier in dit onderzoek gebruikte cases. Hoofdstuk 5 is de probleemanalyse. Hierbij wordt de kennis van de voorgaande hoofdstukken toegepast hoe op een structurele wijze crowdfunding voor buurtinitiatieven kan worden gebruikt. Tenslotte zijn in hoofdstuk 6 de belangrijkste conclusies van het onderzoek weergegeven en worden er ook een aantal aanbevelingen gedaan voor beleidsmakers en initiatiefnemers die crowdfunding als financieringsvorm voor buurtinitiatieven willen implementeren.
6
2 | THEORETISCH THEORETISCH KADER
2 | THEORETISCH KADER
H2 THEORIE In dit hoofdstuk wordt het theoretisch kader van het onderzoek uiteen gezet. Er wordt onderandere gesproken over de manieren waarop buurtinitiatieven nu vaak gefinancierd worden en hoe dit verschilt met de principes achter crowdfunding. Foto overzijde: Het restaurant van Uit Je Eigen Stad. Uit Je Eigen Stad wil bewoners graag terug in contact brengen met waar hun voedsel vandaan komt.
7
8
9
partners van elkaar waarbij de bevoegdheden verschillend zijn, maar de agenda’s, competenties en verantwoordelijkheden elkaar overlappen (Platform 31, 2012). De blauwe ondersteuning is afstandiger en typeert zich als een faciliterende benadering waarbij de gemeente ruimte biedt voor initiatieven die uit zichzelf en van onderop ontstaan. De rol van de overheid is dat zij op verzoek ondersteuning bieden aan het initiatief. Het kan dan gaan om het leveren van bijvoorbeeld praktische hulp of subsidie. De auteurs van het model stellen dat in de praktijk de verschillende vormen vaak door elkaar zullen lopen, omdat initiatieven door de tijd heen een andere vorm van ondersteuning nodig kunnen hebben. Het is echter wel belangrijk om een onderscheid te maken, omdat zij voor belangrijke verschillen staan in de wijze waarop ambtenaren en andere professionals omgaan met bewonersinitiatieven (Platform 31, 2012). 2.2 participatie via bewoners- budgetten Een voorbeeld van een rood initiatief is het landelijke ‘vouchersysteem’ van het Landelijk Samenwerkingsverband Aandachtswijken (LSA) dat in 2008 door het voormalig ministerie van Wonen, Werken en Integratie is geïntroduceerd. De voucherregeling is een allocatievorm van bewonersbudgetten. Het doel van bewonersbudgetten is dat bewoners zich meer betrokken voelen bij hun woonomgeving en zij hierover meer zeggenschap krijgen (Engbersen et al., 2010). Bewoners budgetten worden inmiddels breed toegepast. Wat zijn de eerste resultaten hiervan?
Tonkens & Kroese (2009) hebben het beleid geëvalueerd en kwamen tot de conclusie dat ten aanzien van de toegankelijkheid van het systeem er soms maar een kleine groep van bewoners nodig is om ergens budget voor te verlenen. Er hoeft geen sprake te zijn van een breed draagvlak in de wijk. “Een probleem is dat één of enkele bewoners iets gedaan kunnen krijgen, terwijl het toch om gemeenschapsgeld gaat” (Tonkens & Kroese, 2009: p.52). Veel gemeenten vragen daarom de initiatiefnemers om het draagvlak in de wijk aan te tonen. Dit gaat echter weer ten koste van de toegankelijkheid (Tonkens & Kroese, 2009). 2.3 wisdom of the crowds Surowiecki (2004) stelt in zijn boek ‘The Wisdom of Crowds: Why the Many Are Smarter Than the Few and How Collective Wisdom Shapes Business, Economies, Societies and Nations’ dat onder de juiste omstandigheden groepen van mensen opvallend meer intelligent zijn en vaak samen slimmer zijn dan de slimste persoon in die groep. Daarvoor zijn volgens Surowiecki drie verschillende voorwaarden voor nodig, de groep moet onafhankelijk, divers en moet op een bepaalde manier decentraal georganiseerd zijn. De theorie van Surowiecki is niet zonder kritiek (ter Kuile, 2011). Critici stellen dat de theorie emperisch niet getest is en alleen zou kunnen werken wanneer er geen specifieke vaardigheden nodig zijn (Silverman, 2007). Niettemin is crowdsourcing een groeiend fenomeen. Dat is bijvoorbeeld te zien aan een groeiend aantal open source applicaties (zoals Open Office) in computersoftware. Brabham (2009) stelt dat er grote successen zijn behaald wanneer non-experts zich bezig
houden met het oplossen van wetenschappelijke problemen en productontwerp en vaak met oplossingen komen die beter en kosteneffectiever zijn dan traditionele productontwikkeling (Lakhani and Jeppesen, 2007; Lakhani and Panetta, 2007; Lakhani et al., 2007; von Hippel, 1988, 2005). Coburn (2003) stelt dat lokale kennis nooit moet worden genegeerd door planners. Coburn defineert lokale kennis als kennis van specifieke kenmerken, omstandigheden, gebeurtenissen en relaties die belangrijke inzichten geven in de betekenis van de lokale context. Vaak is deze kennis opgedaan door levenslange ervaring. Lokale kennis is zelden een voorgevoel of spontane intuïtie, maar het bewijs van wat iemand heeft meegemaakt. Lokale kennis wordt gelegitimeerd door middel van openbare verhalen, gemeenschapsverhalen en andere publieke fora, in tegenstelling tot professionele kennis die over het algemeen wordt getest door middel van peer-review. In zijn intreerede als hoogleraar stelt Hemel (2012) dat tegenover de professionele kennis van planners rijke, gevarieerde en specifieke kennis staat van het alledaagse leven met menselijke emoties die daarbij horen. Deze kennis is concreet, plek gebonden, sterk door persoonlijke ervaringen steun gegeven. Volgens Hemel hebben planners de neiging om deze kennis te negeren. “Professionals hebben uitgesproken opvattingen over welke kennis relevant is en welke niet. Benutting van alle soorten kennis vereist aggregatie, niet selectie, want grotere intelligentie ontwikkelen komt neer op het creëren van een rijke en omvangrijke body of knowledge” (Hemel, 2012: p.10). Beide soorten kennis zouden daarom niet bij elkaar kunnen komen. Hierbij
2 | THEORETISCH KADER
2 | THEORETISCH KADER
2.1 vormen van bewonersinitia- tieven Platform 31 (2012: p.7) definieert bewonersinitiatieven als “collectieve activiteiten van burgers die zich richten op het verbeteren van de kwaliteit van de buurt op het gebied van leefbaarheid en veiligheid. Bewoners bepalen zelf wat ze willen, hoe ze dat willen bereiken en wanneer ze dat doen. Gemeenten en instellingen hebben daarbij een stimulerende, faciliterende of een coproducerende rol”. Platform 31 (2012) onderscheid ten minste drie verschillende varianten hoe gemeenten om kunnen gaan met bewonersinitiatieven. Zij noemen dit ondersteuning in rood (stimuleren), wit (co-produceren) en blauw (faciliteren). Bij de rode aanpak worden bewoners door middel van wijkbudgetten en professionele begeleiding aangemoedigd om iets te doen voor hun buurt. Deze samenwerking kent een grote intensiteit tussen burgers en professionals. De afgelopen jaren is deze wijze van participatie vaak toegepast in de vorm van wijkbudgetten of voucherregelingen. Het grootste gedeelte van het geld dat door het voormalige ministerie van Wonen, Werken en Integratie beschikbaar werd gesteld in krachtwijken is naar dergelijke initiatieven gegaan (Platform 31, 2012). De tweede variant is wit en betreft co-productie waarbij ambtenaren of professionals met de burgers een vergaande samenwerking aangaan en samen een initiatief bedenken en uitvoeren. De overheid heeft in dit geval zelf ook een belang en kunnen de samenwerking met de burgers daarbij gebruiken. Deze vorm is het meest gericht op gelijkwaardige samenwerking tussen beide partijen. Bij deze co-productie worden burgers en ambtenaren
10
van een bedrag. In deze scriptie wordt deze groep vaak aangeduid als donateurs of investeerders. Er hoeft niet altijd sprake te zijn van een donatie of een gift. In veel gevallen staat er tegenover de bijdrage een beloning, zoals in natura of interest.
3) Het platform Het platform is de intermediair tussen de initiatiefnemer en de crowd. Zij brengen (vaak weer via internet) de intiatiefnemers en de crowd bij elkaar. 2.4 kenmerken crowdfunding Een voorbeeld van een crowdfundingplatform is Voor je Buurt. In sommige gevallen (zoals bij 2.4.1 Altijd drie partijen Bij crowdfunding zijn altijd drie stakeholders te Landgoed Leeuwenhorst) is de initiatiefnemer onderscheiden (KEI, 2011): de initiatiefnemer (de zowel de de gene die het geld nodig heeft als het gene die geld nodig heeft), het platform (de gene platform. Omdat meerdere malen in deze scriptie die faciliteert) en de crowd (de investeerders of naar Voor je Buurt wordt gerefereerd, maar zij geen directe casus zijn van het onderzoek is in het donateurs). kader hiernaast een beschrijving van het platform gegeven en wordt uitgelegd hoe crowdfunding 1) De initiatiefnemers De initiatiefnemers zijn de bewoners, lokale voor buurtinitiatieven in de praktijk zou kunnen ondernemers of organisaties met een idee, maar werken. niet het geld hebben om dit te realiseren. Zij kunnen traditionele investeerders, zoals de bank of privé- 2.4.2 De rol van geografie investeerders, niet prikkelen tot het investeren in Eén van de meest kenmerkende eigenschappen hun idee. Zij doen daarom, vaak via internet, een van crowdfunding is de afstand tussen investeerder oproep aan ‘de crowd’ om geld in te doneren of en ondernemer. Een studie van Agrawal et al. (2011) toont aan dat bij beginnende muzikanten investeren in hun initiatief. die crowdfunding gebruiken de afstand tussen de muzikant en de investeerder gemiddeld ca. 4.800 2) De crowd De crowd is een grote groep van potentiële km (oftewel 3.000 mijl) bedraagt. Dat is ongeveer investeerders, in het geval van buurtinitiatieven de afstand van Amsterdam tot Moskou en weer zijn dit de bewoners, maar ook lokale ondernemers, terug. Daar tegenover stellen zij dat bij traditionele VvE’s en maatschappelijke organisaties. Samen zijn durfinvesteringen de geldschieter en ondernemer zij de potentiële financiers van het initiatief, zij vaak veel dichter bij elkaar zijn. Sorenson & Stuart besluiten afzonderlijk tot het wel of niet doneren (2005) stellen dat bij durfkapitaal de gemiddelde afstand tussen de investeerder en de geïnvesteerde
kader 1 HOE WERKT HET IN DE PRAKTIJK?
2 | THEORETISCH THEORETISCH KADER
2 | THEORETISCH KADER 11
wordt echter over het hoofd gezien dat sinds met nieuwe informatietechnologie mensen zich veel eenvoudiger kunnen organiseren. Planners gebruiken deze kennis te weinig zo stelt Hemel. Hij concludeert dat planners bang zijn om macht te verliezen aan de kennis van het alledaagse leven (de amateurs). Hij stelt dat door ingrijpende gevolgen van de informatietechnologie professionals het werk van deze groep niet langer kan buitensluiten.
Voor je Buurt wordt meerdere malen aangehaald in deze scriptie. Het is goed om eerst even kennis te maken met dit platform en te zien hoe crowdfunding in de praktijk werkt. Voor je Buurt is begin 2013 van start gegaan als eerste Nederlandstalige crowdfunding en crowdsourcing platform voor bewonersinitiatieven. Het werkt als volgt. Een bewoner heeft een idee voor de woonwijk, maar waar kan hier geen draagvlak of prioriteit voor vinden bij de gemeente of woningcorporatie. De bewoner kiest ervoor om zelf het project uit te voeren en gaat naar Voor je Buurt om het project aan te melden. Na het aanmelden op de website voeren bewoners campagne in hun buurt om het initiatief rond te krijgen. Initiatiefnemers kunnen daarbij alleen vragen om donaties (crowdfunding), maar kunnen ook een oproep tot een taak plaatsen waardoor donateurs ook hun tijd kunnen schenken (crowdsourcing). Een voorbeeld van een project dat op Voor je Buurt staat is ‘Fiets je Blij!’ . Een initiatief
van een inwoonster uit IJburg die het fietsen tussen Amsterdam en IJburg aantrekkelijker wil maken zodat meer IJburgers de fiets nemen. Het initiatief richt zich op het opvrolijken van de route met kunstobjecten. In de eerste fase werd een electriciteitshuisje beschilderd. In de tweede fase komen er belletjes in de boom die zachtjes gaan rinkelen wanneer het waait. Voor je Buurt betreft een pilotproject van de stichtingen Netwerk Democratie en Kennisland (KL). De pilot wordt uitgevoerd door stichting Voor je Buurt. Dit is een onafhankelijke stichting en heeft de steun van o.a. Stichting Doen, woningcorporatie Ymere, het ministerie van Binnenlandse Zaken en het Vfonds. De pilot loopt tot augustus 2013. Het doel van Voor je Buurt is dat er na de pilotfase “voldoende draagvlak, commitment en samenwerking is dat Voor je Buurt hét nationale platform voor buurtinitiatieven is en zelfstandig kan worden beheerd door de onafhankelijke stichting Voor je Buurt” (Voor je Buurt, 2012: p.5). 12
betoogde later in ‘The Long Tail: Why the Future of Business is Selling Less of More’ (2006) dat de toekomst van de entertainmentmarkt niet ligt in grote kaskrakers, maar een groot aanbod in ontelbare niche markten. Gezamenlijk heeft het kleine publiek een groter potentieel als de mainstream markt zolang hun distributiekanaal maar groot genoeg is. Figuur 1 De longtail met op de x-as de populariteit van een product en op de y-as het aantal verkopen
generieke producten
specifieke producten
Anderson (2004) zag tot op dat moment twee grote beperkingen van fysieke distributie. Eerste beperking is het vinden van een lokaal publiek. In het geval van een muziekwinkel wordt het assortiment van de winkel beperkt tot de lokaal aanwezige vraag. Het is voor de winkelier niet rendabel om de producten waar weinig lokale vraag naar is ook op voorraad te hebben. Tweede beperking is de fysieke wereld zelf. Er zijn tenslotte maar maar 24 uur in een dag. Het resultaat hiervan is dat distributeurs moeten aggregeren en maar een 2.4.3 Het succes van de longtail fractie van de potentiële inhoud kunnen tonen. Een van de meest kenmerkende eigenschappen Door verkoop en distributie via internet kunnen van crowdfunding is het succes van de ‘longtail’ deze beperkingen worden weggehaald. Mogelijk (KEI, 2011). Het begrip werd voor het eerst het meest bekende voorbeeld van longtailverkoop geïntroduceerd door Anderson in 2004. Hij is boekenwinkel Amazon. Anekdotisch samengevat
zei een van de medewerkers van Amazon het volgende: “We sold more books today that didn’t sell at all yesterday than we sold today of all the books that did sell yesterday” (Anderson, 2005). 2.4.4 Vormen van crowdfunding Over het algemeen kunnen er grofweg vier verschillende vormen van crowdfunding worden onderscheiden (zie: crowdsourcing.org, 2012, Hol, 2012, Deloitte, 2013 & Borst, 2013). Deze vormen zijn een leenstelsel, beloninggericht, donatiegericht en een op aandelen gebaseerd systeem. Alle vormen hebben de overeenkomst dat via kleine investeringen een startkapitaal bij elkaar wordt gehaald, maar hebben allen een ander soort verdienmodel. De eerste en volgens Deloitte (2013) de grootste vorm van crowdfunding is de crowdfunding via een lening. Bij dit systeem leent de initiatiefnemer geld van de donateurs. In ruil hiervoor krijgt de investeerder een bepaald rendement op het geïnvesteerde bedrag. Er zijn verschillende vormen van het op lening gebaseerde stelsel. ABN Amro is dit jaar als eerste grote Nederlandse bank gestart met deze vorm van crowdfunding. Onder de naam Seeds biedt de bank een platform voor startende ondernemers om zich aan te bieden als krediet zoekend. Investeerders kunnen door middel van een zeer kleine belegging ondernemers helpen hun bedrijf op te zetten. Een ander voorbeeld is de website Kiva.org. Kiva is een crowdfunding platform voor ontwikkelingslanden waarbij de crowdfunders micro-kredieten uitlenen voor lokale bedrijvigheid. Kiva heeft ook een dochter voor stadsinitiatieven onder de naam Kiva City. Dit platform werkt met hetzelfde principe
alleen is deze website gericht op Amerikaanse steden. De tweede vorm is de crowdfunding met een beloning. Van in plaats een lening met interest geeft de initiatiefnemer een beloning voor een donatie. Deze beloning kan uiteenlopen het uiteindelijke product zijn zoals bij consumentenproducten vaak het geval is (voorverkoop) of een dankwoord op de website. Een voorbeeld wat in Nederland is toegepast is de Luchtsingel door ZUS architecten. Dit is een houten brug die centrum van Rotterdam beter moet verbinden met de rest van Rotterdam. Donateurs konden een plank van de brug kopen met hun persoonlijke opschrift. Derde vorm is donatie gerichte crowdfunding. Bij deze financieringsvorm wordt vaak geld opgehaald voor goede of ideologische doelen. Crowdfunders geven geld zonder dat zij hiervoor een economische beloning terugkrijgen. Een bekend voorbeeld van donatiegerichte crowdfunding is de eerste presidentiële campagne van Obama die in 2008 meer dan 100 miljoen dollar heeft opgehaald (US Congress, 2012). Crowdfunding wordt vaak genoemd als een van de redenen tot het succes van zijn campagne (Kappel, 2009). Beloning en donatie gerichte vormen zijn idealistischere vormen van crowdfunding omdat dat wat men terugkrijgt van minder economische waarde is als wat men inlegt (in het geval dat men al iets terugkrijgt). De laatste vorm van crowdfunding is equity-based crowdfunding, ook wel crowdfunding door middel van aandelen genoemd. Dit is een financieringsvorm waarbij de investeerders voor hun donatie een aandeel krijgen in het bedrijf waarin zij investeren. De beloning wordt dus
2 | THEORETISCH KADER
2 | THEORETISCH KADER 13
ca. 110 km is (oftewel 70 mijl). Agrawal et al. (2011) stellen echter wel dat geografie nog wel een rol speelt voor zover dat in de opstartfase lokale investeerders (<50 km) eerder zullen investeren dan investeerders van verder weg. Beide studies betreffen Amerikaanse onderzoeken waar de afstanden over het algemeen groter zijn. De uitkomsten van de onderzoeken geven echter wel een exemplarisch voorbeeld van de afstand die door crowdfunding overbrugd kan worden. Een studie van Mollick (2013) stelt echter dat crowdfunding mogelijk wel een sterk lokaal component heeft. In zijn onderzoek naar de verdeling van Kickstarter projecten in de VS stelt hij in zijn conclusies: “These geographic effects require future study, but they suggest that geography plays an important role in the success of crowdfunding efforts. Having a local community of artists and creative individuals seems to increase the quality of projects produced by nearby founders (p.1819)”. Het hebben van een lokaal netwerk lijkt dus een van de succesfactoren van een goedlopend crowdfunding project te zijn. Een andere conclusie van Mollick is dat de distributie van Kickstarter projecten onevenredig is. Zo zijn er bijvoorbeeld in Nashville veel meer muziekprojecten en in Los Angeles meer filmprojecten. De lokaal aanwezige kennis heeft logischerwijs een significante invloed op het soort aanwezige crowdfundingprojecten.
14
2 | THEORETISCH KADER 15
uitgekeerd in de vorm van medezeggenschap in de bedrijfsvoering. Aandelen en lening gerichte crowdfunding hebben een andere incentive als beloning en donatie gerichte crowdfunding. Donateurs krijgen een gelijkwaardig of meer economisch rendement ervoor terug. Tenslotte zijn er ook nog hybride vormen van crowdfunding te onderscheiden. Bij deze vorm worden verschillende vormen van crowdfunding met elkaar gecombineerd. Zo kan een project bijvoorbeeld naast een beloning ook een optie hebben om bij een groter ingelegd bedrag medeeigenaar te worden van het project of dat het ingelegde bedrag na verloop van tijd terug wordt betaald met interest.
16
3 | METHODEN VAN ONDERZOEK
3 | METHODEN VAN ONDERZOEK
H3 METHODEN Dit hoofdstuk is het methodische onderdeel van het onderzoek. De centrale begrippen in het onderzoek worden gedefineerd en er wordt uitgelegd op welke wijze onderzoek is verricht. Foto overzijde: Een bovenverdieping van de Vechtclub XL. Stortplaats van Dromen werkt met veelal tweedehands materialen.
9
18
3 | METHODEN VAN ONDERZOEK
Centrale vraag: Op welke wijze kan crowdfunding op een structurele manier helpen buurtinitiatieven te financieren?
19
Crowdfunding Er circuleren verschillende definities over wat crowdfunding precies inhoudt. Hieronder zijn drie relevante definities van crowdfunding gegeven. Deze definities zijn samengevoegd een integrale definitie die het beste past binnen dit onderzoek. “Crowdfunding involves an open call, mostly through the Internet, for the provision of financial resources either in form of donation or in exchange for the future product or some form of reward and/ or voting rights (Belleflamme et al., 2012: p.7)”. ‘’A process where entrepreneurs, artists, and nonprofits raise money for their projects, businesses, or organizations by gaining the support of many people on the internet who collectively contribute money to projects to which they feel some affinity. Unlike other forms of online fundraising, crowdfunding involves a many-to-one relationship between funders and recipients (Burkett, 2011: p.66)”. “Het collectief samenbrengen van geld en andere bronnen door mensen, vaak via internet, om met relatief kleine investeringen samen (grote) initiatieven van andere mensen of organisaties te ondersteunen en onder de aandacht te brengen (KEI
2011: p.2)”. Samen is gekomen tot de volgende integrale definitie: Crowdfunding is een open verzoek, vaak via het internet, voor het samenbrengen van financiële middelen, hetzij in de vorm van een schenking of investering, om met relatief kleine investeringen samen (grote) initiatieven van andere mensen of organisaties met enige affiniteit met het idee ondersteunen en onder de aandacht brengen. Op een structurele manier Eerder in het onderzoek werd al opgemerkt dat crowdfundinginitiatieven tot nu toe veelal een incidenteel karakter hebben. Dergelijke projecten worden vaak eenmalig uitgevoerd en zijn daarmee ook afgerond. Er komt geen tweede project die op eenzelfde wijze zal worden gefinancierd. Met een structurele manier wordt bedoeld dat de voorgedragen buurtinitiatieven een duurzaam en herhaalbaal karakter kunnen krijgen. Dat wil zeggen dat er een aantal voorwaarden moeten worden geformuleerd waaruit blijkt dat crowdfunding over langere tijd toepasbaar moet blijven. Buurtinitiatieven In deze scriptie staat de financiering van buurtinitiatieven centraal. Deze term is een beetje misleidend omdat het suggereert dat alleen bewoners van de buurt initiatieven kunnen aandragen. Dit is echter niet het geval, lokale initiatieven kunnen ook worden geïnitieerd door bijvoorbeeld lokale ondernemers. Buurtinitiatieven zijn dus lokale buurtontplooiingen van buurtbewoners die ook kunnen worden aangeduid
als wijk- of stadsinitiatieven, afhankelijk van de schaal van het initiatief. Enige voorwaarde is echter wel dat de initiatieven altijd lokaal verbonden zijn en zijn daarom eigenlijk alleen interessant zijn voor de betreffende bewoners of lokale financiers zelf. De definitie van buurtinitiatieven is dus iets breder getrokken als de in het theoretisch kader genoemde definitie van Platform 31 van buurtinitiatieven. De aangepaste definitie luidt: “Bewonersinitiatieven zijn collectieve activiteiten van burgers en maatschappelijk betrokken partners die zich richten op het verbeteren van de kwaliteit van de buurt op het gebied van leefbaarheid en veiligheid. Zij bepalen zelf wat ze willen, hoe ze dat willen bereiken en wanneer ze dat doen. Gemeenten en instellingen hebben daarbij een stimulerende, faciliterende of een co-producerende rol”.
Douw & Koren (2012) een groei van het aantal crowdfundingprojecten. Ondanks deze exponentiële groei is er academisch weinig bekend hoe crowdfunding werkelijk werkt. Er zijn volgens Mollick (2013) slechts zeldzame pogingen verricht over de werking van de financieringsvorm (zoals Agrawal, Catalini & Goldfarb, 2010; Burtch, Ghose & Wattal, 2012). Er is weinig kennis wat crowdfunding succesvol maakt, alsmede de algemene spreiding en het gebruik (Mollick, 2013). Omdat er dus onderzoek wordt gedaan op een terrein waar nog niet zoveel over geschreven is betreft dit onderzoek een exploratieve studie. Figuur 3 Proces van theoretical sampling
3 | METHODEN VAN ONDERZOEK
3.1 operationalisatie In de centrale vraagstelling staan drie begrippen centraal. Deze begrippen zullen hieronder nader worden afgebakend en zijn samengevat in figuur 2 te zien.
Figuur 2 Conceptueel model
3.2 researchdesign Exploratief onderzoek Crowdfunding in Nederland is de afgelopen jaren flink gegroeid. Zo werd in 2010 nog 0,5 miljoen euro opgehaald, in 2011 was dat 2,5 miljoen euro en in 2012 werd er 14 miljoen euro bijeengebracht (Douw & Koren, 2012). Ook voor 2013 zien
Bron: Bryman (2008)
De uitkomsten van dit onderzoek zullen nieuwe inzichten geven op de werking van crowdfunding in de setting van buurtinitiatieven. Hierbij is gebruik gemaakt van theoretical sampling, een bepalende eigenschap van ‘grounded theory’. In figuur 3 is
20
21
Case study Het onderzoek betreft een ‘holistic multiple case study’ design. Er is gekozen voor meerdere cases omdat bewijs van meerdere case studies vaak als meer overtuigend wordt beschouwd dan van één enkele case en het onderzoek in zijn algemeen daardoor wordt beschouwd als meer robuust (Herriott & Firestone, 1983). Er is daarnaast gekozen voor een holistische aanpak omdat er binnen de cases geen zinvolle units of analysis waren te onderscheiden. Dit kwam omdat de cases daarvoor te klein waren en er daardoor direct is gesproken met de verschillende initiatiefnemers. De geselecteerde cases zijn representatieve of typische situaties van crowdfunding. Het doel van een dergelijke studie is om het fenomeen in zijn dagelijkse setting te vangen (Yin, 2009). In het theoretisch kader zijn tenminste vier verschillende vormen van crowdfunding onderscheiden. Bij deze verschillende vormen zijn vier bijbehorende cases gezocht. In tabel 1 is het resultaat te zien. De verdeling is uiteraard niet uitsluitend omdat er verschillende vormen elkaar altijd kunnen overlappen, maar het geeft wel een representatief beeld van de mogelijke verschillende vormen en crowdfunding in het algemeen. In hoofdstuk 4 is een casusbeschrijving gemaakt waarbij de cases
Beloning
bijbehorende
Landgoed Leeuwenhorst
De selectie van de cases is gedaan door middel van een doelgerichte steekproef of ‘purposive sampling’. Het doel van deze manier is om op een strategische manier cases te selecteren zodat de steekproef relevant zijn voor de gestelde onderzoeksvragen (Bryman, 2008). In de steekproef is gebruikt gemaakt van ‘snowball sampling’, aan het einde van een aantal interviews is de vraag gesteld aan de respondent of zij mij in contact konden brengen met andere respondenten die voor het onderzoek van belang zouden kunnen zijn. Het probleem van deze vorm van steekproef is dat het zeer onwaarschijnlijk is dat de steekproef een representatief beeld zal geven van de gehele populatie (Bryman, 2008). Daarom is er vooral gebruik gemaakt van ‘theoretical sampling’. Bij deze vorm van steekproefselectie bepaald de onderzoeker na analyse van zijn data welke data nog meer verzameld moet worden (Glaser and Strauss, 1967). Door via het theoretisch kader een beeld te vormen van de mogelijke vormen van crowdfunding kon een verantwoorde selectie van cases worden gemaakt. Om de interne validiteit van het onderzoek te bewaken zijn alleen cases geselecteerd die een ruimtelijk element in hun initiatief bezitten en dus altijd plaatsgebonden zijn. Ook zijn alle cases onderling vergelijkbaar omdat
zij allen een ongeveer een gelijk bedrag hebben data te analyseren. CAQDAS kan ook helpen om de transparantie van het onderzoek te bevorderen opgehaald variërend van 60.000 tot 65.000 euro. (Bryman, 2008). Van kwalitatief onderzoek wordt namelijk vaak gezegd dat manier waarop de data 3.3 EMPIRISCHE DATAVERZAMELING wordt geanalyseerd onduidelijk is (Bryman & Het empirische deel van het onderzoek betrof Burgess, 1994). interviews met sleutelfiguren van de geselecteerde Hutchison et al. (2009) beschrijven een cases. Een lijst van de geïnterviewde personen is te vinden in bijlage 1. De interviews betroffen semi- studie van Bringer et al. (2006) die laten zien dat gestructureerde vraaggesprekken, waarbij van te CAQDAS succesvol gebruikt kan worden voor voren een aantal thema’s zijn bedacht wat in ieder het vormen van grounded theory. Zij stellen dat geval besproken moest worden. Bij de thema’s zijn CAQDAS het iteratieve proces wat beschreven is in een aantal vragen geformuleerd die naar specifieke het research design kan ondersteunen. De analyse onderdelen van het crowdfundingsproces vragen. is gedaan is QSR NVivo versie 7.0. Dezelfde vragen zijn gesteld in alle interviews. Een overzicht daarvan is te vinden in bijlage 1. Er is op dit moment veel te doen rond crowdfunding. Tijdens het onderzoek zijn er verschillende kenniskringen bezocht over crowdfunding. Een lijst van de voor dit onderzoek geattendeerde bijeenkomsten is te vinden in bijlage 1. Van elke bijeenkomst is een verslag gemaakt welke zijn verwerkt in de analyse. Eén bijeenkomst wordt vaker aangehaald. Dit is de initiatiefnemerssessie van Voor je Buurt. Verschillende initiatiefnemers die een project op Voor je Buurt hadden staan kwamen die dag bij elkaar om ervaringen uit te wisselen over crowdfunding en over het platform.
3.4.2 Coderingen CAQDAS Coderingen vervullen een centrale rol in het opstellen van grounded theory. Het proces bestaat uit het herzien van transcripten en het toebedelen van labels aan stukken tekst die mogelijk theoretisch relevant kunnen zijn. De coderingen in dit onderzoek zijn gemaakt op basis van onderzoek van Charzman (2006) beschreven door Bryman (2008) die onderscheid maakt tussen twee verschillende vormen van coderen voor grounded theory: ‘initial coding’ en ‘focused coding’. Bij initial coding wordt de tekst op zeer getailleerde en onbevangen wijze gecodeerd. Dit zijn de eerste stappen tot het begrijpen van de data. Bij focused coding worden de meest voorkomende en onthullende 3.4 METHODEN VAN DATA-ANALYSE codes benadrukt. Nieuwe codes worden gemaakt 3.4.1 Methode CAQDAS door de oude codes te combineren. In dit proces Voor het analyseren van de interviews is gebruik vallen dus veel coderingen af en worden alleen de gemaakt van Computer Assisted Qualitative Data codes behouden die analytische relevantie hebben. Analysis, kortweg CAQDAS. Deze methode stelt In bijlage 2 is een tabel geplaatst met de in dit de onderzoeker in staat om op relatief eenvoudige onderzoek gebruikte coderingen. en efficiënte wijze een veelvoud van kwalitatieve
3 | METHODEN VAN ONDERZOEK
3 | METHODEN VAN ONDERZOEK
het proces van theoretical sampling weergegeven. nader worden geïntroduceerd. Een van de eigenschappen van grounded theory Tabel 1 Verschillende vormen van crowdfunding met is dat het een iteratief of herhalend proces betreft geselecteerde case (Hutchison, 2010). Het verzamelen van data is Vorm crowdfunding Case gedaan tot het moment aanbrak van ‘theoretical Donatie Wijkkracht Bijdrage saturation’. Dit wil zeggen tot het moment wanneer Lening Vechtclub XL er geen nieuwe of relevante data over het onderwerp Aandelen Uit Je Eigen Stad wordt gevonden.
22
Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van vier casussen waarbij crowdfunding is toegepast. Deze eenheden worden in dit hoofdstuk geïntroduceerd.
4 | CASUSBESCRHIJVING
4 | CASUSBESCRHIJVING
H4 CASUSSEN Foto’s overzijde van linksboven met klok mee: Uit je Eigen Stad, Vechtclub XL, Landgoed Leeuwenhorst & Wijkkracht Bijdrage.
24
25
De Wijkkracht Bijdrage in Capelle aan den IJssel is een initiatief van de Rotterdamse woningcorporatie Havensteder. Het project is niet echt crowdfunding omdat bewoners niet hun eigen geld inleggen, maar waardecheques ontvangen via de corporatie. Het werkt als volgt. Ongeveer 8.700 huurders in Capelle ontvangen vier keer per jaar een cheque in de brievenbus met een waarde van € 5,- tot € 10,-. De bewoners kunnen deze cheques inwisselen op de website om geplaatste buurtinitiatieven te steunen. Bewoners kunnen zelf de initiatieven voor de website aandragen. In twee jaar tijd werden 295 initiatieven aangemeld waarvan er 238 zijn uitgevoerd (Início, 2013a). De aangedragen initiatieven zijn zeer uiteenlopend van sociale buurtactiviteiten tot het aanbrengen van verlichting op plekken die eng werden ervaren. Voor het invoeren van de Wijkkracht Bijdrage hadden huurders van Havensteder een andere allocatievorm van bewonersbudgeten. Tot op dat moment was het recht om buurtinitiatieven te organiseren voorbehouden aan huurdersverenigingen en activiteitencommissies. Bewoners konden zich aansluiten bij een Buurt Aantalhouderschap (BAS). Deze BAS kreeg naar hoeveel leden zij hadden een bepaald budget per jaar. Het resultaat daarvan was dat de verschillende BASen slechts 10% van het totale bezit van Havensteder in Capelle a/d IJssel vertegenwoordigden, maar zij daarbij wel het hele
leefbaarheidsbudget besteedde (van Briemen, 2013). Wanneer men concluderend kijkt naar de samenstelling van de aanvragers stelt Início dat er een goede is mix van ‘oude bekenden’ initiatiefnemers en ‘nieuwe gezichten’ (Início, 2013b). Havensteder heeft enkele voorwaarden gesteld waaraan initiatieven voor de Wijkkracht Bijdrage tenminste moeten voldoen. Zo moet het initiatief binnen de gemeente worden uitgevoerd, mag het initiatief geen winstoogmerk hebben, zijn bewoners zelf financieel verantwoordelijk en moeten er zelf vergunningen e.d. worden aangevraagd. De methodiek wordt al ruim twee jaar naar tevredenheid toegepast. Uit de resultaten van 2012 (Início, 2013b) blijkt dat van aangedragen initiatieven het grootste gedeelte (63%) werd besteed aan sociale activiteiten. Het overige budget werd gebruikt voor inrichting van de buitenruimte (17%), wonen (10%) en talentontwikkeling (9%). Het platform is opgezet en wordt beheerd door adviesbureau Início uit Rotterdam.
Beeld overzijde: De website van de Wijkkracht Bijdrage op eigen platform.
4 | CASUSBESCRHIJVING
4 | CASUSBESCRHIJVING
4.1 Wijkkracht bijdrage Initiatiefnemer: Havensteder Plaats: Capelle aan den IJssel Opgehaald bedrag: n.v.t. Type crowdfunding: Donatie
27
De Vechtclub XL is een bedrijfsverzamelgebouw of broedplaats voor creatieve ondernemers in Utrecht. De organisatie die daarachter zit en ook de initiator is van de crowdfunding is Stortplaats van Dromen. Omdat hun toenmalige locatie de Vechtclub in Overvecht te klein bleek te zijn hebben zij in 2012 via het crowdfundingplatform CrowdAboutNow een financieringsactie opgezet om een leegstaand magazijn in Transwijk te verbouwen. Inmiddels is de verbouwing klaar en met ongeveer 120 creatieve ondernemers geheel verhuurd. De aanloop naar het project verliep echter niet zo vlot. In eerste instantie wilde Stortplaats van Dromen de financiering via de bank doen. De bank zag dit echter niet zitten omdat het pand dat niet in eigen bezit was en zij het daarom te risicovol vonden. Op dat moment zijn zij gaan denken over het project op een alternatieve manier van financieren. Zij kwamen met het idee om via crowdfunding een deel van de financiering te regelen. In drie maanden tijd is € 65.000,opgehaald die als lening zal worden terugbetaald. Met dit bedrag zijn zij opnieuw naar de bank gegaan en de achtergestelde lening voorgelegd samen met het feit dat 171 investeerders het een goed initiatief vonden. De bank ging akkoord en de Vechtclub XL is nu een feit. De crowdfunding van de Vechtclub is gedaan door middel van een lening. Donateurs konden zelf een bedrag bepalen wat zij willen inleggen. Zij krijgen het bedrag na afloop van vier
jaar uitbetaald met 14% rente. Stortplaats van Dromen is zelf een bouwbedrijf dat veelal verbouwingen doet en interieur ontwerpt. Stortplaats van Dromen is ontstaan tot een verzamelplaats van ondernemers omdat er steeds meer bedrijven kwamen die de werkplaats met hun wilde delen. Vanaf dat moment is de eerste Vechtclub organisch gegroeid. Omdat Stortplaats van Dromen zelf een bouwbedrijf is hebben zij de verbouwingen altijd zelf gedaan, tot op het moment dat zij op hun maximale capaciteit zaten. Op dat moment is het idee voor de Vechtclub XL ontstaan. De doelstelling van de Vechtclub XL is om inspirerende werkruimtes te creëren waar samenwerking en interactie centraal staan. De huurders van de Vechtclub XL zijn zeer uiteenlopend en variëren van grafisch ontwerpers tot metaalbewerkers.
Beeld overzijde: De projectpagina van de Vechtclub XL op platform CrowdAboutNow.
4 | CASUSBESCRHIJVING
4 | CASUSBESCRHIJVING
4.2 vechtclub xl Initiatiefnemer: Stortplaats van Dromen Plaats: Utrecht Opgehaald bedrag: € 65.000,Type crowdfunding: Lening
29
Uit Je Eigen Stad is een stadslandbouwbedrijf op een voormalig rangeerterrein tussen Rotterdam en Schiedam. Het doel van Uit Je Eigen Stad is om de stadsbewoner weer in verbinding te brengen met de productie van zijn of haar eten. Daarbij willen de initiatiefnemers de hele voedselketen integreren. Productie, verwerking en verkoop zijn zoveel mogelijk in eigen hand gehouden waardoor de producten direct aan de eindgebruiker kunnen worden verkocht. Uit Je Eigen Stad heeft in 2012 meegedaan met het Stadsinitiatief van Rotterdam. Daarbij hebben zij met 30% van de stemmen een tweede plaats behaald. Bij de editie van 2012 gold het principe van ‘the winner takes all’, daardoor liepen zij het prijsgeld wat in de miljoenen euro’s liep mis. Uit Je Eigen Stad heeft het daar niet bij laten zitten. Zij hebben zelf naar financiers gezocht om het initiatief door te laten gaan. Een klein gedeelte van de financiering is via crowdfunding gedaan. De totale begroting bedroeg 1,1 miljoen euro, hiervan is 65.000 euro met crowdfunding opgehaald. De crowdfunding is gedaan door middel van het uitgeven van aandelen. Vanaf 20 euro konden mensen op platform Symbid een aandeel kopen in Uit Je Eigen Stad. De aandeelhouders zijn samen verenigd in een vereniging die samen 7% zeggenschap heeft over de bedrijfsvoering. Alleen de vereniging als geheel is bevoegd voor inspraak. Uit Je Eigen Stad is het enige voorbeeld uit het
onderzoek waarbij men achteraf niet snel nog een keer voor deze vorm zal kiezen of crowdfunding op zich. In de analyse wordt hier de motivaties voor besproken. Uit Je Eigen Stad heeft de ambitie om de komende jaren meerdere vestigingen te openen. Johan Bosman (2013), een van de initiatiefnemers, zei in het interview dat hij de kans niet groot acht dat bij het openen van deze locatie opnieuw deze vorm van crowdfunding zal worden gebruikt of idealiter zelfs helemaal niet zal worden gebruikt.
4 | CASUSBESCRHIJVING
4 | CASUSBESCRHIJVING
4.3 Uit Je Eigen Stad Initiatiefnemer: Uit Je Eigen Stad Plaats: Rotterdam Opgehaald bedrag: € 65.000,Type crowdfunding: Aandelen
Beeld overzijde: De projectpagina van Uit Je Eigen Stad op platform Symbid.
31
Landgoed Nieuw Leeuwenhorst is een historisch natuurgebied in de provincie Zuid-Holland tussen de gemeente Noordwijkerhout en Noordwijk. Het landgoed omvat ongeveer 38 ha. en is in beheer van stichting Zuid-Hollands Landschap. Via crowdfunding is vorig jaar geld ingezameld op de cultuur-historische waarde van het landschap te herstellen. Het gebied kent een rijke geschiedenis dat ver teruggaat. Zo waren de strandwallen waarschijnlijk al in de steentijd bewoond en zijn er sporen gevonden van de Romeinse bezetting. Het bos is echter door de Duitse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog zwaar beschadigd geraakt en die sporen zijn nog steeds zichtbaar. Met de crowdfundingcampagne wil Zuid-Hollands Landschap het gebied weer in ere herstellen. Zuid-Hollands Landschap heeft een uitgebreide kring van donateurs, beschermers genaamd. Jaarlijks zijn zij samen goed voor voor veel donaties, maar Zuid-Hollands Landschap is constant op zoek naar nieuwe verdienmodellen. Onder het vorige kabinet zijn grote bezuinigingen op natuur doorgevoerd welke nog steeds voelbaar zijn. Crowdfunding was voor Leeuwenhorst een nieuwe manier zijn financiering te regelen. Het meest waardevol aan de campagne was echter de gegenereerde betrokkenheid en het inzichtelijk maken van de achterban (van den Akker, 2013). Voor elke donatie die werd gedaan aan het herstel van Landgoed Leeuwenhorst stond een
beloning tegenover. Deze beloningen hebben, zoals vaak bij beloningsgerichte campagnes, meer een symbolische waarde dan dat de beloning de echte de economische waarde vertegenwoordigde. De beloningen liepen uiteen van een rondleiding van de boswachter over het landgoed tot een vermelding als donateur op een vleermuiskast. Het Zuid-Hollands Landschap beheert ruim 100 natuurgebieden in de provincie met een totale oppervlakte van meer dan 4.000 hectare. Zij beheren negen landgoederen en meer dan 50 gebouwen, waarvan een gedeelte officieel monument is. Stichting Zuid-Hollands Landschap heeft als doel om streven naar een duurzaam en kwalitatief evenwicht tussen mens en natuur, door voor beide rust en ruimte te creëren (ZuidHollands Landschap, 2013).
Beeld overzijde: De website van de Landgoed Leeuwenhorst op eigen platform.
4 | CASUSBESCRHIJVING
4 | CASUSBESCRHIJVING
4.4 Landgoed Leeuwenhorst Initiatiefnemer: Zuid-Hollands Landschap Plaats: Noordwijkerhout Opgehaald bedrag: € 60.000,Type crowdfunding: Beloning
Foto overzijde: Landgoed Leeuwenhorst.
H5 ANALYSE
ANALYSE 5 | ANALYSE
5 | ANALYSE
In dit hoofdstuk is de analyse gemaakt van de verzamelde data. Is crowdfunding echt een structurele manier om geld in te zamelen voor buurtinitiatieven?
34
geld echter wel het hoofddoel van de crowdfunding. In het geval van de Vechtclub XL bleek de commitment van de investeerders een belangrijke rol te vervullen. De Vechtclub XL had na afloop van de crowdfunding 171 financiers aan zich gebonden die hun vertrouwen in het initiatief hebben laten blijken in de vorm van een investering. Bovendien hadden verschillende mensen tijdens de actie al laten blijken dat zij interesse hadden om het pand te betrekken zodra het af was. De bank zag de 65.000 opgehaalde euro’s als een achtergestelde lening en de intentieverklaringen als goodwill en verstrekte hiermee (gedeeltelijk) de overgebleven financiering. Bij crowdfunding is men als buurtbewoners op elkaar aangewezen. Wanneer men zelf het geld had om een initiatief te financieren had of men op een andere wijze aan het geld kon komen (zoals het aanvragen van een subsidie) had men niet voor crowdfunding gekozen als financieringsmethode. Crowdfunding verplicht bewoners om met elkaar te gaan communiceren, je hebt altijd elkaar nodig om iets voor elkaar te krijgen. Buurtbinding tussen bewoners kan dus een belangrijke overweging zijn om voor deze financieringsmethode te kiezen. Daarnaast maakt crowfunding de financier ook onderdeel van een community van donateurs of investeerders. De financiers hebben vaak het gevoel onderdeel te zijn van het project en delen in het gevoelsmatige succes van het initiatief. 5.1.3 Overige baten Crowdfunding blijkt een geschikt medium om publiciteit mee te generen. Dit was overigens niet altijd de intentie. Soms werd eerder gegenereerde publiciteit juist ingezet om via crowdfunding geld
in te zamelen. Dit laatste was het geval bij Uit Je Eigen Stad. Ondanks dat zij in het Stadsinitiatief 2012 tweede werden was er toch veel landelijke publiciteit rondom het initiatief. De week na de afloop van het Stadsinitiatief werd de crowdfunding campagne gelanceerd. De campagne genoot hierdoor van een vergrootte publiciteit. Ondanks dat men het prijsgeld misliep van het Stadsinitiatief is Uit Je Eigen Stad mede door crowdfunding toch van de grond gekomen. Daarnaast daagt crowdfunding mensen uit tot het ontwikkelen van een helder uitvoerbaar idee. Mensen moeten overtuigd raken dat zij dit initiatief met geld willen ondersteunen. Het leidt bovendien tot een kritische reflectie van het eigen project, omdat men het zelf uit zal moeten voeren. In de Wijkkracht Bijdrage ziet van Briemen (2013) dat men bewuster omgaat met het uitgeven van het verzamelde geld. Huurders gaan zelf op zoek wat er te koop is en of dat ook goedkoper kan. Van Briemen weet dat er “met minder geld meer wordt gedaan”. Er zijn voorbeelden van initiatieven uit de Wijkkracht Bijdrage waarbij hetzelfde initiatief voor het invoeren van de methodiek duurder was dan na de invoering. Naast de kritische reflectie komt dit doordat bewoners meer zelf op eigen initiatief uitvoeren in plaats van iemand daarvoor te vragen. Tenslotte is crowdfunding ook een middel waarmee een vorm van externe controle kan worden uitgeoefend op de uitvoering van het initiatief. Wanneer mensen ergens geld in hebben gestopt willen zij uiteraard hier ook iets voor terug zien. Uit Je Eigen Stad is hier het beste voorbeeld van omdat zij zeggenschap hebben verstrekt in de vorm van crowdfunding. De coöperatie waarin de
investeerders van Uit Je Eigen Stad zijn verenigd moeten structureel worden geïnformeerd. Bosman (2013) ervaart het inlichten van de coöperatie als iets dat veel tijd en energie kost om “alle kikkers in de kruiwagen te houden” en “enorm afleid van de dagelijkse operatie” (Bosman, 2013). In het geval van Uit Je Eigen Stad konden mensen namelijk al vanaf 20 euro intekenen. “Er hoeft maar één te zijn die naar de letter van de reglementen kijkt en die kan het je behoorlijk lastig maken” (Bosman, 2013). 5.2 Succesfactoren Een van de voordelen van crowdfunding is bij een donatie via internet gelijktijdig ook een aantal gebruikersstatistieken, zoals plaats van herkomst, eenvoudig kunnen worden verzameld. Met name voor Landgoed Leeuwenhorst was deze herkomstinformatie zeer waardevol. Niet eerder hadden zij zo inzichtelijk uit wat voor personen hun achterban bestond. Door communicatie via de Facebook pagina van het initiatief werd helder dat vrijwel al hun bezoekers bewoners waren van de Bollenstreek. Met name voor donatie- en beloning gestuurde crowdfunding lijken de lokale binding van het initiatief met plaatselijke bewoners van groot belang. Een van de redenen waarom de Wijkkracht Bijdrage een succes is is volgens van Briemen (2013) de gebiedsgebondenheid. Mensen voelen zich verbonden met de Wijkkracht Bijdrage omdat het iets is van Capelle, niet iets waar zij niet bekend mee zijn. Voor lening en aandeelgerichte crowdfunding lijkt lokale binding een minder grote rol te spelen. Dit komt mede omdat het om relatief grotere bedragen gaat en de incentive anders is als
5 | ANALYSE
5 | ANALYSE 35
5.1 belangen in crowdfunding 5.1.1 Financiering Crowdfunding is op de eerste plaats een financieringsmiddel. De belangrijkste reden van drie van de vier cases om voor crowdfunding te kiezen was dat er een financieel tekort was met het traditionele investeren. Crowdfunding diende dus als een aanvulling op bestaande financiering, het was dus ook geen financieringsvorm op zich. Uit Je Eigen Stad noemt het initiatief zelfs een ‘noodgreep’ (Bosman, 2013) omdat er in de reguliere financiering nog een tekort was. In het geval van de Vechtclub XL had het opgeleverde geld nog een tweede doel omdat het ook diende als onderpand en blijk van goodwill voor de bank voor het leveren van de rest van de financiering. In de in dit onderzoek onderzochte cases is crowdfunding over het algemeen altijd een toevoeging tot bestaande (traditionele) financiering, waarbij crowdfunding altijd het kleinste deel is. In geen van de cases was crowdfunding dan ook de enige bron van inkomsten. Voor de Wijkkracht Bijdrage is het financieren echter meer een secundair belang omdat dit een omgekeerde manier van crowdfunding is. Het betreft geld dat is opgehaald via de huur en een deel daarvan wordt weer teruggegeven aan de huurders in de vorm van een bewonersbudget. 5.1.2 Binding en commitment Naast geld blijkt het verbinden van mensen aan het project en het vinden van commitment van mensen belangrijk, en in het geval van de initiatiefnemers van Voor je Buurt, Landgoed Leeuwenhorst en de Wijkkracht Bijdrage zo niet belangrijker, doel te zijn. In de drie van de vier onderzochte cases bleef
36
37
is ook van belang om mensen geïnteresseerd te houden in een initiatief gedurende de campagne. Bij Uit Je Eigen Stad was er bij de lancering van de campagne veel opwinding rond het initiatief, maar dit leidt tot een piek. In de periode vlak voor het behalen van het streefbedrag is er weer een piek in zicht. In de periode daartussen dient men creatieve oplossingen te vinden om het project toch levend te houden. Voor je Buurt heeft hier verschillende tips voor bedacht. Het over een langere tijd levend kunnen houden van een initiatief lijkt van groot belang voor het slagen van een project. Het plaatsen van frequente updates bij projecten is een onderdeel hiervan. Mart Evers (2012) heeft een onderzoek gedaan waarbij hij op zoek ging naar de belangrijkste drijfkrachten voor succes in bijna 9.000 crowdfundingprojecten. Daaruit bleek dat het plaatsen van frequente updates een van de significante factoren was of het project zou slagen. Het is ook belangrijk om bij crowdfunding vanaf het begin mensen te betrekken in de organisatie van het initiatief en iedereen daarbinnen een rol te geven. Door anderen mee te laten denken over het initiatief creëer je brede betrokkenheid binnen het project. Commitment is daarbij het sleutelwoord. Door in een vroeg stadium mensen verantwoordelijkheden te geven wordt betrokkenheid gegenereerd. Bovendien is het het crowdfunden een intensieve onderneming (zie paragraaf 5.4). Samenwerken verlicht persoonlijke lasten en bij elkaar kan worden gezocht naar steun. Laatste succesfactor is de laagdrempeligheid en toegankelijkheid van het initiatief. Het feit dat mensen automatisch meedoen met de Wijkkracht Bijdrage (alle huurders van Havensteder krijgen een cheque toegestuurd) maakt het
initiatief toegankelijk voor alle bewoners. De laagdrempeligheid kan ook worden vergroot door het plaatsen van een korte pitch (tegenover een lange uitleg). Het hebben van een duidelijke en compacte boodschap is een significante drijfveer voor succes (Evers, 2012). 5.3 VERSCHILLENDE VORMEN In het theoretisch kader zijn vier verschillende vormen van crowdfunding onderscheiden. Zij blijken echter niet allemaal even geschikt als financiering van buurtinitiatieven. De Vechtclub XL en de Uit Je Eigen Stad hebben respectievelijk gekozen een leenstelsel en crowdfunding met aandelen omdat zij ondernemers zijn met commerciële doeleinden. Vanuit bedrijfseconomisch oogpunt is het daarom niet gepast om te kiezen voor crowdfunding in de vorm van een donatie of een economisch inferieure of symbolische beloningen. Petersen (2013) van de Vechtclub XL zegt: “op het moment dat je mensen om donaties gaat vragen strookt dat niet met datgene waar je zelf voor staat”. Het verschil tussen beide cases is echter dat de Vechtclub XL tevreden is met het gekozen model en Uit Je Eigen Stad achteraf niet meer snel voor dezelfde manier zouden kiezen en idealiter helemaal niet voor crowdfunding had gekozen. De Vechtclub sluit niet uit dat zij bij toekomstige verbouwingen opnieuw crowdfunding zullen gebruiken. Terwijl Uit Je Eigen Stad bij de ontwikkeling van de nieuwe locatie op dit moment de kans niet erg groot acht dat zij opnieuw voor crowdfunding zullen kiezen. Investeerders in Uit Je Eigen Stad waren voor een groot deel inner-circle (vrienden en familie) die hen een warm hart toedroegen. Deze groep had
op een andere manier ook wel geïnvesteerd, aldus Bosman (2013). De aandeel en lening gebaseerde vormen van crowdfunding lijken lastig te vertalen naar initiatieven die worden gestart door individuele bewoners. Over het algemeen zijn bij deze vormen grotere bedragen gemoeid als bij donatie en beloning gestuurde crowdfunding. Daarnaast blijkt de nasleep, zoals door Bosman (2013) bedoeld in Uit Je Eigen Stad veel werk te zijn voor organisaties, laat staan voor individuen. De twee vormen blijven echter wel interessant voor lokale ondernemers die op zoek zijn naar financiering, maar hiervoor bij traditionele investeerders niet terecht kunnen. Door de klanten (en tevens buurtbewoners) te vragen voor een donatie kunnen door lokale bijdragen toch de dromen van de ondernemers worden gerealiseerd. Niet alleen de ondernemer profiteert, maar ook de investeerder krijgt een verbeterd lokaal winkelaanbod. Een voorbeeld van een crowdfundingplatform voor kleine ondernemers is het Amerikaanse Lucky Ant platform (www.luckyant.com). De twee overgebleven vormen lijken de meest geschikte vormen voor crowdfunding van buurinitiatieven: de donatie en beloning gestuurde crowdfunding. De laatste wordt nu toe veel toegepast bij Voor je Buurt. Donateurs krijgen daarbij vaak een symbolische beloning voor hun donatie. Bij het in het theoretisch kader genoemde initiatief van Voor je Buurt was bijvoorbeeld één van de mogelijke beloningen een gesigneerde postcard bij een donatie van 25 euro. Het is daarbij van belang er duidelijk geen sprake is van een commercieel achterliggend doel. De initiatiefnemers van Voor Je Buurt (2013) zeiden dat een van de krachten van
5 | ANALYSE
5 | ANALYSE
bij de meer idealistische vormen van crowdfunding. Dit komt bijvoorbeeld tot uitdrukking in de herkomst van financiers van Uit Je Eigen Stad, die over Nederland verspreid zijn en niet alleen Rotterdam. Terwijl de sponsors van bijvoorbeeld de Leeuwenhorst dus vooral lokaal zijn. De reden voor de grotere spreiding van beloning lening en aandeelgerichte crowdfunding zou kunnen zijn dat er sprake is van een economische beloning. De incentive om te investeren is dus niet alleen ideëel, maar ook financieel. Van den Akker (2013), tevens één van de auteurs van het Nationale crowdfunding onderzoek 2013, stelt echter dat zelfs bij dergelijke economisch gestuurde crowdfunding nog steeds sprake is van een zekere mate van netwerk en verbondenheid. Deze bevindingen lijken in lijn te liggen met het belang dat Mollick (2012) in zijn onderzoek toedeelt aan lokaliteit in crowdfunding. Lokale inbedding is belangrijk om urgentie bij bewoners te creëren om naar een platform toe te gaan. Die urgentie kan alleen worden gecreëerd wanneer het over zaken gaat waar mensen zich direct betrokken bij voelen: hun buurt. Wanneer de nood groot is gaan mensen ‘redden’ (van den Akker, 2013). Er moet dus sprake zijn van enige necessiteit om mensen te laten doneren en een project te doen slagen. Publiciteit lijkt een belangrijke rol te spelen in het succesvol financieren van een project. Herhaling van de boodschap is daarbij de sleutel. De fondsregisseur van de Wijkkracht Bijdrage gaf aan dat bij de eerste ronde slechts 18% van de huurders hun cheque activeerden tegenover 35% van de huurders nu. Volgens van Briemen (2013) komt deze stijging door de herhaling en zien mensen dat er werkelijk wat gebeurt. Publiciteit
38
5 | ANALYSE 39
het Voor Je Buurt platform is dat zij onafhankelijk het opzetten van een crowdfunding campagne men niet achterover kan gaan leunen en wachten opereren. Niemand is tegen ‘de buurt’. tot het geld gaat binnenstromen. Dit is niet hoe het mechanisme werkt want men zal actief op 5.4 LEERPUNTEN zoek moeten gaan naar sponsoren om het gestelde Crowdfunding is hard werken voor je geld. Het doel te bereiken. Persoonlijke betrokkenheid is in de inleiding aangehaalde citaat van het KEI daarbij belangrijk, er moeten in het project een “crowdfunding is dus weliswaar een middel om aantal aanjagers zijn die op een leuke manier de geld binnen te halen, maar dat is niet per se de publiciteit kunnen vinden en andere bewoners de meest effectieve manier (2011: p.3)” lijkt een urgentie van het initiatief kunnen tonen. empirische onderbouwing te hebben gevonden. Vrijwel alle geïnterviewde gaven aan dat het inzamelen van geld via crowdfunding veel 5.5 rol van de overheid inspanning heeft gekost. Zoals al in paragraaf In geen van de onderzochte cases heeft de lokale 5.2 is aangegeven is crowdfunding echter meer overheid een rol van betekenis gespeeld binnen dan alleen een financieringsmethode. Het blijkt de crowdfunding zelf. Gemeenten waren slechts in de praktijk echter lastig te zijn om deze extra secundair betrokken omdat zij een vergunningen baten te kwantificeren in geld (van den Akker, af moeten geven voor een bepaald initiatief (in 2013). Het is met andere woorden lastig om een het geval van de Wijkkracht Bijdrage) of dat het prijskaartje op bijvoorbeeld de binding met de gebouw in eigendom was van de gemeente en er buurt te hangen. Dit laatste wordt bevestigd door onderhandeld werd over de huurprijs (in het geval van Briemen (2013). Omdat het lastig is om aan van de Vechtclub XL). Toch lijkt er wel degelijk een rol te tonen wat bewonersinitiatieven direct opleveren te zijn weggelegd voor deze lokale overheden. Hierin in rendement zijn het daarom een van de eerste is het model wat woningcorporatie Havensteder voor de Wijkkracht Bijdrage heeft gebruikt een dingen waarop bezuinigd wordt. Instellingen die normaal veel met subsidies illustrerende casus. Zoals deze financiering hier nu werken, zoals een van de initiatiefnemers van Voor is geregeld is de regeling exclusief voorbehouden je Buurt (2013) merken op dat het aanvragen van aan huurders van de corporatie en dus niet aan de subsidie vaak eenvoudiger en overzichtelijker is. huiseigenaren en particuliere huurders in de buurt. Subsidies hebben een duidelijk begin en eindpunt Woningcorporaties vertegenwoordigen maar een en er zijn vaste procedures van de vereisten om deel van het bezit in de buurt, terwijl de gemeente voor financiering in aanmerking te komen. Behalve alle bewoners vertegenwoordigen. Wanneer Uit Je Eigen Stad zouden alle initiatiefnemers wel crowdfunding over de hele stad wordt toegepast opnieuw voor crowdfunding kiezen mede vanwege zal de gemeente hierin dus de leiding in kunnen nemen omdat zij wel alle burgers representeren. de gegenereerde betrokkenheid. Het moet duidelijk zijn geworden dat na Daarnaast is uit het onderzoek gebleken dat lokale binding een bepalende factor is voor het succes van
crowdfunding voor buurtinitiatieven. Hier lijkt dus ook een vanzelfsprekende rol voor de lokale overheid te zijn weggelegd. Dit zou uitvoering kunnen vinden in een vorm waarbij iedere gemeente op termijn een eigen crowdfundingplatform ontwikkelt. Het is echter de vraag of gemeentelijke tussenkomst wel wenselijk is. Uit onderzoek is namelijk ook gebleken dat het crowdfunden veel tijd en energie kost. Dit geldt niet alleen voor de initiatiefnemers maar ook voor de beheerders van platformen. In de praktijk blijken er bovendien veel juridisch-financiële haken en ogen te zitten aan het opzetten van een platform. Daarnaast zorgt een gemeentelijk platform ook voor oneerlijke concurrentie met de reeds bestaande platformen. Doordat de overheid kostenonafhankelijk kan opereren van de concurrentie kan er marktverstoring optreden. Tenslotte moeten gemeenten niet het laatste woord kunnen of willen hebben in de initiatieven omdat het initiatieven betreffen die van bewoners zelf zijn, onafhankelijk opgesteld van gemeentelijke belangen. De gemeente zou dus een meer stimulerende rol moeten aannemen in plaats van dat zij ook het crowdfunden faciliteren. De gemeente dient als inspirator voor de initiatieven. Zij motiveren buurtbewoners om hun idee op een platform te zetten en hier financiers bij te zoeken. Zij kunnen bijvoorbeeld werken met systeem met ambassadeurs voor crowdfunding die als aanspreekpunt dienen voor mensen die een buurtinitiatief willen starten. Dit idee is afkomstig van Voor Je Buurt en voorziet erin dat mensen met enige ervaring in crowdfunding starters kunnen begeleiden bij hun campagne. Zij functioneren
als aanspreekpunt, maar ook als aanjager van initiatieven. Op deze manier hoeven gemeenten niet zelf het wiel opnieuw uit te vinden door een kostbaar platform op te zetten, te onderhouden en expertise in te huren of te ontwikkelen. Gemeenten kunnen zich als partner aansluiten bij bestaande platformen, wat nu in de praktijk al veel gebeurt.
40
Foto overzijde: Super Schenkeldag 2012: een buurtinitiatief van de Wijkkracht Bijdrage
H6 CONCLUSIES
6 | CONCLUSIES & AANBEVELINGEN
6 | CONCLUSIES CONCLUSIES & & AANBEVELINGEN
Tot slot zijn in dit laatste hoofdstuk een aantal conclusies geformuleerd. Tevens zijn er ook een aantal algemene aanbevelingen gedaan ten aanzien van crowdfunding voor buurtinitiatieven.
42
Crowdfunding is een directe vorm van democratie en stelt bewoners in staat om direct invloed uit te oefenen op de invulling van de publieke ruimte. Gemeenten stappen af van de in hoofdstuk 2 beschreven witte (co-producerende) of blauwe (faciliterende) aanpak aanpak en verschuiven naar een rode (stimulerende) rol. Bewoners worden zelf verantwoordelijk gemaakt over wat er in hun buurt gebeurt. Doordat bewoners initiatieven zelf bedenken én uitvoeren benut crowdfunding de lokale kennis van bewoners. Met crowdfunding lijkt een vanzelfsprekende vorm te zijn gevonden om deze rijke, gevarieerde en specifieke kennis in te zetten. Crowdfunding ligt dan ook in lijn met het het ‘wisdom of the crowds’ principe. Bewoners kunnen samen als geen ander beslissen hoe zij hun openbare ruimte willen vormgeven en wat voor activiteiten zij hierin willen. In het theoretisch kader werd beschreven dat één van de meest kenmerkende eigenschappen van crowdfunding het succes van de longtail is. Hiermee werd bedoeld dat een klein publiek een groter potentieel kan hebben dan de mainstream markt zolang het distributiekanaal maar groot genoeg is. Hier wringt de schoen met het lokale karakter van crowdfunding voor buurtinitiatieven. Voor de financiering van buurtinitiatieven zijn per definitie maar weinig mensen geïnteresseerd omdat het initiatief alleen bedoeld is voor de buurtbewoners zelf. De potentiële groep van donateurs die daardoor bereikt kan worden is klein. Het primaire doel van crowdfunding voor buurtinitiatieven moet dus ook niet zijn om grote sommen geld op te halen. Maar wat zijn dan wel de baten?
6.1.1 Beperkingen onderzoek Voordat de resultaten van het onderzoek worden gepresenteerd worden er eerst de belangrijkste restricties van het onderzoek besproken. De belangrijkste beperking is dit de mate waarin de gevonden resultaten kunnen worden gegeneraliseerd. Het gemiddelde streefbedrag voor de in dit onderzoek gebruikte initiatieven bedroeg 63.000 euro (zonder de Wijkkracht Bijdrage te hebben meegenomen). Van alle initiatieven die halverwege juni 2013 op Voor je Buurt stonden (inclusief de afgeronde initiatieven in de maanden daarvoor) bedroeg het gemiddelde bedrag 3.300 euro. Dit is een verschil van ongeveer 60.000 euro met de cases die in dit onderzoek zijn gebruikt. Het is daarom zinvol geweest om via de initiatiefnemerssessie van Voor je Buurt beter inzicht te krijgen in de motivaties waarom deze mensen voor crowdfunding hebben gekozen en te kunnen vergelijken met de tot op dat moment gevonden eigen resultaten. Daarnaast bestaat er het gevaar dat de cases van dit onderzoek geen representatief beeld geven van de werkelijkheid (een standaard beperking van een case study onderzoek). Doordat met de literatuur een nauwkeurige selectie is gemaakt van de cases zijn deze beperkingen zoveel mogelijk omzeild. 6.1.2 Is het een structurele manier? De centrale vraag die in dit onderzoek centraal staat luidt: Op welke wijze kan crowdfunding op een structurele manier helpen buurtinitiatieven te financieren?
Om van crowdfunding een structurele manier te maken om buurtinitiatieven te financieren moet het systeem de volgende vijf onderzochte succesfactoren bezitten. Het hebben van lokale binding (1) wordt van groot belang geacht voor het slagen van een project. Mensen moeten zich persoonlijk verbonden voelen met een initiatief voor men overgaat tot het doen van een donatie. Het creëren van urgentie (2) is daarbij van belang. Wanneer de nood hoog genoeg is gaan mensen ‘redden’. Ten derde moeten financiers meerdere malen worden aangespoord om een donatie te doen. Het vaak herhalen van de boodschap (3) is dus een belangrijke voorwaarde tot succes. Ook zorgt herhaling ervoor dat mensen zien dat er met crowdfunding.werkelijk wat gedaan kan worden. Ten vierde is het van belang dat vanaf het begin de bewoner(s) met een idee een projectgroep vormen die uit meerdere leden bestaat (4). Het in een vroeg stadium zoeken van medeorganisatoren en het mee laten denken creëert commitment. Crowdfunding is daarnaast veel werk en vele handen maken licht werk. Tenslotte moeten initiatieven toegankelijk zijn voor een breed publiek (5). Laagdrempeligheid maakt het eenvoudig voor mensen om mee te kunnen doen. Crowdfunding kan een structurele manier zijn voor het financieren van bewonersinitiatieven zolang er tenminste aan deze voorwaarden wordt voldaan. De meest geschikte vormen voor het crowdfunden van bewonersinitiatieven zijn donatie- en beloningsgerichte crowdfunding. Een vorm van donatiegerichte crowdfunding wordt nu al toegepast in de Wijkkracht Bijdrage. Hoewel
6 | CONCLUSIES & AANBEVELINGEN
6 | CONCLUSIES & AANBEVELINGEN
43
6.1 belangrijkste conclusies Er is vanuit de overheid, woningcorporaties, welzijnsinstellingen en sociale fondsen afgelopen jaren veel belangstelling geweest voor particulier initiatief (Platform 31, 2012). Door middel van ‘bewonersinitiatieven’ of ‘burgerinitiatieven’ proberen deze instellingen de burger actiever bij de besluitvorming van hun buurt te betrekken. Hajer et al. (2010) stellen dat echter dat burgers vooral worden betrokken in een participatieproces om hen in te lichten en niet omdat van hen een constructieve bijdrage wordt verwacht aan de ontwikkeling van een goed plan. “We constateren dat de manier waarop wetenschap in het beleidsproces wordt ingezet, niet is meegegroeid met de emancipatie van de burger. En constateren dat, ondanks decennia van experimenten, nog geen vanzelfsprekende manier is gevonden om kennismobilisatie – het verwerven en toepassen van kennis – burgerparticipatie en besluitvorming met elkaar te verbinden” (Hajer et al., 2010: p.3233). Uit de Monitor burgerparticipatie 2012 blijkt ook dat inspraakavonden en themabijeenkomsten nog steeds de populairste methoden zijn van burgerparticipatie (Peeters, 2012). Tot nu toe worden veel bewonersinitiatieven vaak gefinancierd door vastgestelde bewonersbudgetten. In paragraaf 2.2 is vastgesteld dat er hier niet altijd sprake hoeft te zijn van een breed draagvlak van de buurt om een initiatief tot uitvoer te brengen. Eén of enkele bewoners kunnen iets gedaan krijgen, terwijl zij over een budget beslissen dat is bestemd voor alle inwoners van de wijk. Daarnaast is bij bewonersbudgetten vrijwel altijd sprake van een representatieve vorm van democratie.
44
is geen structurele vervanging van traditionele investeringen voor leefbaarheid, maar zal altijd een toevoeging zijn tot. Crowdfunding legitimeert geen veramerikanisering van overheidsuitgaven. Ten tweede is het proces van zoeken naar donateurs is intensief en is crowdfunding niet perse de meest effectieve manier om aan geld te komen. Crowdfunding heeft echter wel belangrijke secundaire baten. De belangrijkste secundaire baten zijn echter de sociale binding die ontstaat en het commitment wat men creëert voor het initiatief. Financiers hebben het gevoel onderdeel te zijn van het initiatief en delen in het succes van het project. Voor crowdfunding heeft men per definitie andere mensen voor nodig om iets voor elkaar te krijgen. Deze sociale binding kan een belangrijke overweging zijn om voor crowdfunding te kiezen. Overige baten zijn het genereren van lokale publiciteit rond het initiatief. Het ontwikkelen van een helder en uitvoerbaar idee waar mensen uiteindelijk in willen investeren en het mensen bewust maakt van de gemoeide kosten. En het is een middel waarbij een vorm van externe controle kan worden uitgevoerd waarbij bewoners direct kunnen worden aangesproken op de uitvoering van het initiatief. 6.2 aanbevelingen In de aanbevelingen worden een aantal adviezen gegeven welke rol is weggelegd voor de overheid en corporaties, de organisaties die traditioneel gezien altijd de touwtjes in handen hebben gehad. Hoe kunnen zij het beste bewonersinitiatieven via crowdfunding begeleiden? En welke rol spelen initiatiefnemers en de crowd hierin? De
aanbevelingen sluiten in grote mate aan op het versterken van de in de vorige paragraaf genoemde succesfactoren voor het structureel toepassen van crowdfunding. De aanbevelingen zijn verdeeld over de drie in paragraaf 2.4 genoemde betrokken partijen bij crowdfunding. Het platform Creëer een laagdrempelig systeem, zowel voor donateurs als initiatiefnemers. Een platform moet toegankelijk en eenvoudig zijn om in mee te doen. Buurtbewoners moeten ook gemotiveerd worden om iets te ondernemen en moeten overtuigd worden dat zij een verschil kunnen maken. Hou hiervoor alle reeds voltooide initiatieven op de website. Op deze manier kunnen mensen zien wat allemaal er mogelijk is en hier inspiratie in vinden. Deze manier van herhaling spoort bovendien andere mensen aan om ook mee te doen. In de analyse is beschreven dat de optie dat gemeenten hun eigen crowdfundingplatform ontwikkelen tot de mogelijkheden behoort, maar deze niet erg voor de hand ligt. Een stimulerende aanpak is meer vanzelfsprekend als een faciliterende aanpak. Deze stimulerende aanpak kan worden gedaan door het aanstellen van ambassadeurs voor crowdfunding. Zij sporen bewoners aan om een initiatief te starten en fungeren als aanspreekpunt in de wijk voor crowdfunding. De ambassadeurs kunnen oud-initiatiefnemers zijn die weten wat er nodig is om een campagne op te zetten. Zij hebben de juiste lokale contacten en kunnen potentiële initiatiefnemers doorverwijzen en bijvoorbeeld helpen met het verkrijgen van vergunningen. Voor buurtinitiatieven is het van belang dat het platform onafhankelijk is. Dit zou kunnen
betekenen dat platformen altijd een onderdeel moeten zijn van een onafhankelijke stichting (zoals Voor je Buurt). Het is echter niet uitgesloten dat commerciële partijen zich hier ook in gaan mengen. Zolang zij transparant zijn over de opslag die zij berekenen blijft er altijd een vrije keuze voor de initiatiefnemer en financier. De crowd Het maakt niet uit hoe klein het bedrag, mensen die een donatie hebben gedaan of hebben geïnvesteerd in een initiatief willen daarvoor iets terug zien. Crowdfunding is dus een middel om externe controle uit te voeren. Hou de financiers daarom tevreden door hen regelmatige updates te sturen over de voortgang van het project. Dit kan al iets heel kleins zijn zoals een foto via Facebook of de projectpagina. Kom gemaakte afspraken na en doe vanzelfsprekend geen beloftes die je niet waar kan maken. De initiatiefnemers Crowdfunding blijkt in de praktijk veel werk te zijn. Het is geen Haarlemmerolie of een kraan van geld die open en dicht kan worden gedraaid. Crowdfunding is hard werken en daar zullen altijd tegenslagen bij zijn. Zet daarom een project niet alleen op maar vorm een projectgroep van buurtbewoners en zoek steun bij elkaar want vele handen maken licht werk. Het is met crowdfunding eenvoudiger financiering op te halen wanneer er sprake is van een urgent probleem. Het is dus belangrijk om aan te geven waarom juist dit initiatief zo dringend is en direct aandacht nodig heeft. Initiatieven die door meer mensen als urgent worden beschouwd
6 | CONCLUSIES & AANBEVELINGEN
6 | CONCLUSIES & AANBEVELINGEN
45
de Wijkkracht Bijdrage geen echte crowdfunding is omdat bewoners niet hun eigen geld inleggen, maar geld van de woningcorporatie, gaat het systeem wel uit van de belangrijkste succesfactoren van crowdfunding. Zoals het systeem van de Wijkkracht Bijdrage echter nu in Capelle is ingericht is deelname van de crowdfunding alleen mogelijk voor huurders van corporatie Havensteder. Wanneer de Wijkkracht Bijdrage wordt uitgebouwd naar een systeem waarin alle buurtbewoners kunnen participeren, ongeacht of zij huurder of koper zijn zal het een een goede structurele vorm zijn waarin crowdfunding in de praktijk zou kunnen worden toegepast. Een voorbeeld van donatie-gerichte crowdfunding is Voor je Buurt. Dit is een pure vorm van crowdfunding waarin alle bewoners mee kunnen doen. Voor je Buurt is een structurele manier van crowdfunding zolang er subsidies blijven om het platform te onderhouden of de stichting op eigen benen kan staan. De overige twee lening en aandeel gestuurde vormen van crowdfunding lijken minder vanzelfsprekende manieren te zijn voor het financieren van buurtinitiatieven. In de praktijk is gebleken dat het beheer van tenminste de aandeel gestuurde vorm veel werk is voor organisaties, laat staan voor buurtbewoners. Deze twee vormen lijken echter wel geschikte vormen voor lokale ondernemers die samen met de buurt een lokaal initiatief willen starten. Er moet moeten nog twee algemene opmerkingen worden gemaakt ten aanzien van crowdfunding. Er moet ten eerste voor worden gewaakt dat crowdfunding niet wordt aangegrepen als middel voor het doorvoeren van bezuinigingen. Private crowdfunding zoals bij Voor je Buurt
46
6 | CONCLUSIES & AANBEVELINGEN
kunnen vanzelfsprekend potentiële financiers.
47
rekenen
op
meer
zou interessant zijn om een dergelijk onderzoek voor buurtinitiatieven uit te voeren.
6.3 ‘geld speelt geen rol‘ De titel ‘Geld speelt geen rol’ is, zoals de conclusie al enigszins genuanceerd heeft, een beetje dik opgelegd. Het is een aangedikte titel om aan te geven dat het genereren van geld vaak wel het hoofddoel van crowdfunding is. Financiële redenen liggen namelijk vrijwel altijd ten grondslag aan het kiezen voor crowdfunding, maar betreffen, zeker in het geval van buurtinitiatieven, lang niet altijd de belangrijkste baten. Een zeker zo belangrijke waarde (en niet altijd bewuste doel) van crowdfunding is het creëren van hechte binding met de achterban van financiers. Het scheppen van deze banden is in het kader van buurtinitiatieven is voor gemeenten en corporaties een vaak belangrijker doel dan het initiatief op zich. Maar let op crowdfunding moet niet wordt gezien als Haarlemmerolie of als structurele vervaning van taken die vroeger door de gemeente werden vervuld. Interessante onderwerpen om verder onderzoek naar te verrichten zijn met name de mechanismen binnen crowdfunding. Met welke motivaties doneren mensen geld voor buurtinitiatieven? Er lijken bijvoorbeeld aanwijzingen te zijn van een pareto-principe binnen crowdfunding (van den Akker, 2013) waarbij 20% van de ingelegde bedragen 80% van de totale opbrengst genereren. Er is tot nu toe tenminste één onderzoek geweest wat heeft gezocht naar de motivatie waarom mensen geld in crowdfunding geven in de cultuur-sector (van Vliet, 2012). Het onderzoek genereerde notabele resultaten, maar had een zeer klein aantal onderzoekseenheden. Het 48
Agrawal, A., C. Catalini, & A. Goldfarb (2010) The Geography of Crowdfunding. SSRN Electronic Bosman, J. (2013) Interview met Johan Bosman Journal. doi:10.2139/ssrn.1692661 [online] over Uit je Eigen Stad, over telefoon, 08/06/2013. Bezocht op 14/06/2013. Brabham, D.C. (2009) Crowdsourcing the Public Akker, van den, P. (2013) Interview met Peter van Participation Process for Planning Projects. den Akker van Zuid Hollands Landschap over Planning Theory 2009; 8: p.242-262. Landgoed Leeuwenhorst, Leiden, 13/06/2013. Briemen, van, M. (2013) Interview met Martin Arnstein, S.R. (1969) A ladder of citizen van Briemen van Início over de Wijkkracht participation. Journal of American Institute of Bijdrage van corporatie Havensteder, Rotterdam, Planning 35 (4): p.216–224. 15/04/2013. Anderson, C. (2004) The Long Tail. Wired Magazine oktober 2004. http://www.wired.com/ wired/archive/12.10/tail.html [online] Bezocht op 14/06/2013.
Bringer J.D., L. H. Johnston & C.H. Brackenridge (2006) Using computer assisted qualitative data analysis software to develolp a grounded theory project. Field methods 18: p.245-266
Anderson, C. (2005) Definitions: Final Round! comment #3 door Josh Petersen. http://longtail. typepad.com/the_long_tail/2005/01/definitions_ fin.html#comment-3415583 [online] Bezocht op 14-06-2013.
Burkett, E. (2011) A Crowdfunding Exemption? Online Investment Crowdfunding and U.S. Securities Regulation. 13 Tenn. J. Bus. L.: p.63– 106.
Anderson, C. (2006) The Long Tail: Why the Future of Business is Selling Less of More. New York: Hyperion Books.
49
Belleflamme, P., T. Lambert, & A. Schwienbacher (2012) Crowdfunding: Tapping the Right Crowd. International Conference of the French Finance Association (AFFI), 11-13 mei, 2011.
Burtch, G., A. Ghose, & S. Wattal (2012) An Empirical Examination of the Antecedents and Consequences of Investment Patterns in CrowdFunded Markets. SSRN Electronic Journal. doi:10.2139/ssrn.1928168 [online] Bezocht op 27/02/2013. Bryman, A. (2008) Social Research Methods. New York: Oxford University Press Inc.
Bryman, A. & R.G. Burgess (1994) Reflections on Qualitative data analysis in: A. Bryman & R.G. Burgess (eds.) Analyzing Qualitative Data. London: Routledge. Corburn, J. (2003) Bringing Local Knowledge into Environmental Decision Making: Improving Urban Planning for Communities at Risk. Journal of Planning Education and Research 22(4): p.420–433.
Hajer, M., J. Grijzen en S. van ‘t Klooster (2010) Sterke Verhalen: Hoe Nederland de planologie opnieuw uitvindt. Rotterdam: Uitgeverij 010. Hemel, Z. (2012) De stad als brein. Inaugurele rede als hoogleraar Grootstedelijke Vraagstukken aan de Universiteit van Amsterdam (13 september 2012) [online] http://dare.uva.nl/cgi/arno/show. cgi?fid=484569.
Deloitte (2013) Technology, Media & Telecomunications Predictions 2013. Londen: Deloitte Touche Tohmatsu Limited.
Herriott, R.E. & W.A. Firestone (1983) Multisite qualitative policy research: Optimizing description and generizebility. Educational researcher, 12: p.14–19.
Douw & Koren (2012) Crowdfunding in Nederland 2012. http://douwenkoren.nl/ CrowdfundinginNederland2012.pdf [online] Bezocht op 05/06/2013.
Howe, J. (2006) “Crowdsourcing: A Definition”. Crowdsourcing Blog. http://crowdsourcing. typepad.com/cs/2006/06/crowdsourcing_a.html [online] Bezocht op 27-02-2013.
Engbersen, R., K. Fortuin & J. Hofman (2010) Bewonersbudgetten, wat schuift het? Ervaringen van gemeenteambtenaren met bewonersbudgetten. Den Haag: Ministerie BZK & directoraat-generaal WWI.
Hol, B. (2012) Crowdfunding. Gemeenschapsfinanciering in stedelijke gebiedsontwikkeling. Masters thesis Master City Developer – Erasmus Universiteit.
Estelles-Arolas, E. & F. Gonzalez-Ladronde-Guevara (2012) Towards an Integrated Crowdsourcing Definition. Journal of Information Science 38 (2): p.189–200. Evers, M. (2012) Main drivers of crowdfunding success: a conceptual framework and empirical analysis. Masters thesis Rotterdam School of Management – Erasmus Universiteit.
LITERATUUROVERZICHT
LITERATUUROVERZICHT
LITERATUUR
Hutchison, A. J., L.H. Johnston & J.D. Breckon (2009) Using QSR‐NVivo to facilitate the development of a grounded theory project: an account of a worked example. International Journal of Social Research Methodology vol. 13 no. 4: p.283–302. Início (2013a) Crowdfundplatform voor bewonersinitiatieven [online] http://www. inicio.nl/index.php?page=233 geraadpleegd op 50
Globalization 2(3): p.97–112.
Início (2013b) Resultaten Wijkkracht Bijdrage 2012 [online] http://www.inicio.nl/ html/pdf/Resultaten_Wijkkracht_bijdrage_ Havensteder_2012.pdfgeraadpleegd op 11-062013.
Lakhani, K.R., Jeppesen, L.B., Lohse, P.A. & Panetta, J.A. (2007). The Value of Openness in Scientific Problem Solving’. Harvard Business School Working Paper No. 07–050.
Jorg, J. (2013) Interview met Jesse Jorg over Voor je Buurt, Amsterdam, 21/03/2013.
Mishra, A. & G. Koren (2011) Crowdfunding. Het nieuwe investeren. Plaats onbekend: Roundtables. nl.
Tonkens, E. (2006) De bal bij de burger: Burgerschap en publieke moraal in een pluriforme, dynamische samenleving. Inaugurele rede als bijzonder hoogleraar Actief Burgerschap aan de Universiteit van Amsterdam (10 november 2006) [online] http://dare.uva.nl/ document/199875.
Mollick, E. (2012) The Dynamics of Crowdfunding: Determinants of Success and Failure. SSRN Electronic Journal. http://ssrn. com/abstract=2088298 [online] Bezocht op 2702-2013.
Tonkens, E. H. & G J. Kroese (2009) Bewonersparticipatie via vouchers: democratisch en activerend? Evaluatie van de eerste fase van de extra budgetten voor bewonersinitiatieven. Den Haag: Ministerie van VROM.
Peeters, B. (2012) Burgerparticipatie in de lokale politiek. Een inventarisatie van gemeentelijk beleid en activiteiten op het gebied van burgerparticipatie. Amsterdam: Prodemos.
US Congress (2012) Crowdfunding: Connecting investors and job creators. 15/09/2011. Washington: 112th Congress. Serie: 112-118.
KEI (2011) V76 Crowdfunding in wijken. Rotterdam: KEI Kenniscentrum stedelijke vernieuwing. Kickstarter (2012) The Best of 2012. http://www. kickstarter.com/year/2012 [online] Bezocht op 27-02-2013. Kuile, ter, F.A. (2011) The State of Crowdfunding: A Review of Business Models and Platforms. Masters thesis Business Studies – Universiteit van Amsterdam. Laar, van der, T. (2012) Crowdfunding biedt kansen voor de stad. in: Ruimtevolk Jaarboek 2012. Nieuw eigenaarschap in de ruimtelijke ordening. Arnhem: Ruimtevolk. Lakhani, K.R. & Jeppesen, L.B. (2007) Getting Unusual Suspects to Solve R&D Puzzles. Harvard Business Review 85(5): p.30–32. Lakhani, K.R. & Panetta, J.A. (2007) The Principles of Distributed Innovation, Innovations: Technology, Governance, 51
Petersen, A. (2013) Interview met Astrid Petersen van de Vechtclub over de Vechtclub XL, Utrecht, 08/06/2013. Platform 31 (2012) Burgers maken hun buurt. Den Haag: Platform 31. Seltzer, E. & D. Mahmoudi (2012) Citizen Participation, Open Innovation, and Crowdsourcing: Challenges and Opportunities for Planning. Journal of Planning Literature, 28(1) 3-18, p.3-18.
Sorenson, O., & T.E. Stuart (2005) The Evolution of venture capital investment networks, Working paper.
Von Hippel, E. (1988) The Sources of Innovation. New York: Oxford University Press. Von Hippel, E. (2005) Democratizing Innovation. Cambridge: MIT Press.
LITERATUUROVERZICHT
LITERATUUROVERZICHT
04/04/2013.
Yin, R.K. (2009) Case Study Research. Design and Methods. Thousand Oaks: Sage (4th edition). Zuid-Hollands Landschap (2013) Dit doen wij. http://www.zuidhollandslandschap.nl/dit-doenwij [online] Bezocht op 15-06-2013.
Vliet, van, K. (2012) Crowdfunding: Waarom doen we mee? Een onderzoek naar de motivatie van donateurs die participeren in culturele projecten op crowdfunding platforms. Masters thesis Kunstbeleid en -management – Universiteit Utrecht. Voor je Buurt (2012) Projectplan. Augustus 2012 versie 4. Amsterdam: Voor je Buurt. Voor je Buurt (2013) Initiatiefnemerssessie over verbeteringen Voor je Buurt platform, Amsterdam, 05/06/2013. 52
ILLUSTRATIEOVERZICHT
ILLUSTRATIES http://www.wijkkrachtbijdrage.nl/activities.php Voorpagina: Made in England http://www.made-in-england.org/weekly-desktopp.28: CrowdAboutNow part-29/ https://www.crowdaboutnow.nl/campagne/ Stortplaats-van-Dromen&p=hoofdinfo p.1: Geheugen van Nederland http://www.geheugenvannederland.nl/?/nl/items/ SFA03:SFA022819073/&st=collectezak&sc=%28co p.30: Symbid http://www.symbid.com/ideas/1528-uit-je-eigenllectezak%29&singleitem=true stad/sections p.7: Uit Je Eigen Stad http://www.uitjeeigenstad.nl/het-restaurant/uit-je- p.32: Landgoed Leeuwenhorst http://www.beleefleeuwenhorst.nl/ eigens-stad-3/ p.12: Voor je Buurt http://www.youtube.com/watch?v=Sc7F7Q5eh7c p.17: Hein Lagerweij http://www.stortplaatsvandromen.nl/2012/06/05/ vechtclub-xl-3/ p.24: Tillie Tip, Hein Lagerweij, Tino Stulen & Início http://1.bp.blogspot.com/-SK0BwDyUKkY/ UR1Vejd7c-I/AAAAAAAAAsc/ MoPAZWXAmTE/s1600/IMG_5282.jpg http://www.stortplaatsvandromen.nl/2012/06/05/ vechtclub-xl-3/ http://www.nens.nl/nieuws/22296 http://www.inicio.nl/html/pdf/Samen_sparen_ voor_je_buurt.pdf 53
p.26: Wijkkracht Bijdrage
p.34: Zuid-Hollands Landschap http://www.zuidhollandslandschap.nl/wp-content/ uploads/2011/07/staelduinse-bos-IL-_3563.jpg p.41: Esther Reijerkerk https://picasaweb.google. com/105920018220109883161/ SuperSchenkeldag2012 Achterpagina: Made in England http://www.made-in-england.org/weekly-desktoppart-29/
54
Overzicht met geïnterviewde personen Naam initiatief
Plaats initiatief
Geinterviewde
Vechtclub XL
Utrecht
Astrid Petersen
Landgoed Leeuwenhorst
Noordwijkerhout
Peter van den Akker
Wijkkracht Bijdrage
Capelle a/d IJssel
Martin van Briemen
Uit Je Eigen Stad
Rotterdam
Johan Bosman
Voor je Buurt
Amsterdam
Jesse Jorg
Overzicht bezochte kenniskringen Naam sessie
Datum
Plaats
Locatie
Lokale Democratie #3: Publieke Middelen voor Burgerinitiatieven
11/03/2013
Amsterdam
Pakhuis de Zwijger
Crowdfunding Day 2013
15/04/2013
Amsterdam
Vrije Universiteit
Initiatiefnemerssessie Voor je Buurt
05/05/2013
Amsterdam
Kennisland
Stedebouw zonder stedebouwer? Crowdfunding en crowdsourcing in de stedebouw
17/05/2013
Eindhoven
Hoofdkwartier Drents Dorp
BIJLAGE 1
BIJLAGE 1
BIJLAGE 1
N.B. Uitgeschreven versies, geluidsopnamen en verslagen van de sessies en interviews zijn op verzoek verkrijgbaar.
TOPIC LIJST interviews In elk interview zijn in ieder geval de onderstaande vragen gesteld. De vragen zijn steeds iets afgestemd op de casus. De onderstaande vragen zijn iets algemener geformuleerd. Thema 1: Functie • Kunt u als eerst iets vertellen over uw werkzaamheden? Op welke wijze heeft u in uw werk te maken met crowdfunding? Thema 2: Belangen organisatie • Waarom is uw organisatie gebaat bij crowdfunding? • Wat is de meerwaarde van crowdfunding boven een traditionele manier van financieren? Welke ervaringen hebben jullie tot nu toe hiermee gehad? Thema 3: Het project • Wat is de doelstelling van de crowdfundinginzameling? • Op welke wijze werd de financiering geregeld voor het invoeren van de crowdfunding? Wat is het voornaamste verschil? • Welke organisaties zijn betrokken bij de crowdfunding? Wat is hun rol in het project? • Wat zijn de leerpunten en kritieke succesfactoren van het crowdfundingproject?
55
Thema 4: Toekomstige ontwikkelingen • Wat verwacht u in de komende jaren verder met het project en crowdfunding in het algemeen te bereiken?
56
BIJLAGE 2
BIJLAGE 2 Overzicht gebruikte coderingen Bij het ‘focused coding’ zijn drie zgn. ‘tree nodes’ gebruikt, deze nodes zijn hieronder nader gespecificeerd. Baten crowdfunding • Binding, betrokkenheid, commitment • Externe controle • Financieel • Heldere communicatie, marketing • Inzichtelijkheid achterban • Kritische reflectie initiatief • Partcipatie, democratisch, draagvlak • Publiciteit Leerpunten • Drijvende kracht initiatief • Laten meedenken • Overzien wat je gaat doen • Tijd en energie Succesfactoren • Herhaling • Interactie • Laagdrempeligheid • Lokaal georiënteerd, lokaliteit • Relevantie • Urgentie • Zelfbeheer 57
58
GELD SPEELT GEEN ROL Een onderzoek naar de toepasbaarheid van crowdfunding als financieringsvorm van buurtinitiatieven
Crowdfunding wordt al enkele jaren succesvol gekeken welke lessen kunnen worden geleerd toegepast in verschillende sectoren, zoals voor om crowdfunding op een structuele wijze muziek, de kunst en consumentenproducten. toepasbaar te maken voor buurtinitiatieven. Voor de planologie is deze vorm van financieren echter nog redelijk onbekend. Begin dit jaar kreeg Nederland zijn eerste crowdfunding platform voor buurtinitiatieven: Voor je Buurt. Is deze financieringsvorm echter wel een structurele manier om buurtinitiatieven te financieren? In deze scriptie wordt aan de hand van vier verschillende voorbeelden