GEFELICITEERD ! Gefeliciteerd met de aankoop van je Medeli M10 keyboard! Dit keyboard heeft wel 157 verschillende instrumenten en geluiden, 100 begeleidingen en 100 songs. Lees voordat je met je keyboard aan de slag gaat de handleiding goed door. ZORG VOOR JE KEYBOARD Stel je keyboard niet bloot aan: - Direct zonlicht (buiten, maar ook achter een raam) - Hoge temperaturen (kachel, de hele dag achter in de auto op een hete zomerdag) - Vocht en nattigheid (Schuur, regen, omgevallen blikje cola) - Overmatig stof (Schuur, zolder) - Sterke trillingen (onbeschermd achter in de auto) Stroomvoorziening: - Zet je keyboard uit als je het niet gebruikt. - Trek de adapter uit het stopcontact als je voor langere tijd niet gaat spelen. - Doe dat ook als het onweert. - Gebruik geen stopcontact waar bijvoorbeeld al een oven of een elektrische kachel op aangesloten is, of een ander apparaat dat veel stroom gebruikt. Aansluitingen maken: - Wanneer je je instrument samen met andere apparaten gebruikt (versterker, computer) zet je eerst alles uit voordat je kabels gaat aansluiten of losmaken. Voorzichtig met... - Ben voorzichtig met de toetsten, knoppen, aansluitingen en andere onderdelen van je instrument. - Pak een kabel niet bij de draad, maar bij de connector als je hem eruit wilt trekken. - Haal alle kabels uit het instrument voordat je het gaat verplaatsten - Het keyboard kan kapot gaan als je er hard tegenaan stoot of het laat vallen, of als je er iets zwaars bovenop zet. Schoonmaken: - In principe maak je een keyboard schoon met een zachte droge doek. - Een licht vochtige doek kan gebruik worden bij meer hardnekkig vet en viezigheid. - Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen waar bijvoorbeeld alcohol of thinner inzit. - Zet geen dingen op het keyboard waar vinyl inzit. Dit kan verkleuring veroorzaken, of het blijft aan het keyboard vastplakken. Storing: Dit instrument maakt gebruik van digitale technieken. Daardoor kan het storingen veroorzaken op de radio of televisie als het daar te dichtbij geplaatst is. Is dit het geval: zorg dan dat het allemaal wat verder uit elkaar komt te staan.
2
WAT JE KEYBOARD ALLEMAAL HEEFT Toetsenbord
61 aanslag gevoelige toetsen.
Instrumenten
Wel 128 instrumenten, zoals piano, gitaar, fluit enzovoort. Er is ook een drumset met allerlei percussie geluiden.
Begeleidingen
100 begeleidingen in allerlei stijlen, waaronder tien pianostijlen.
Songs
100 songs in allerlei stijlen. Lesmethode die werkt met drie stappen. Les 1, les 2 en les 3.
ABC Begeleiding
Automatische begeleiding die je naar wens aan of uit kunt zetten, met één vinger en akkoorden mode. Sync, start, stop, fill in/variatie, fill in/ normaal, intro/ending
Akkoorden boek
Om akkoorden op te zoenen en te leren.
Opnemen
Je kunt zelf melodieën opnemen en afspelen.
Overig
Piano, dual, Sustain, OTS, Demo, Metronoom, USB,…..
3
INHOUD
BUITENKANT STROOM VOORDAT JE GAAT SPELEN AANSLUITINGEN AANZETTEN DEMO INSTRUMENTEN AUTOMATISCHE BEGELEIDING GEHEUGEN EN OTS OPNEMEN en AFSPELEN FUNCTIE MENU SONGS AKKOORDENBOEK MIDI SPECIFICATIES APPENDIX I - lijst van instrumeneten APPENDIX II - lijst van begeleidingen APPENDIX III - lijst van songs APPENDIX IV - demo's APPEMDIX V - akkoorden APPENDIX VI - midi implementatie tabel GARANTIE EN SERVICE
4
5 6 7 8 8 9 9 12 17 18 19 22 24 25 27 28 29 30 31 31 32 33
DE BUITENKANT
1. Aan/uit 2. Tempo +/3. Totaal volume 4. Linkerhand les 5. Rechterhand les/Akkoordenboek 6. Lesmethode aan/uit 7. Functie 8. Demo 9. Begeleiding stijl 10. Instrument 11. Song Met de begeleiding aan:
12. Start/stop 13. Sync 14. Intro/Ending 15. Basisbegeleiding/Fill in 16. Auto Bas Chord Wanneer je een Song afspeelt
12. Start/stop 13. Pauze 14. Terugspoelen 15. Vooruit spoelen 17. Bewaren 18. Geheugens M1~M4 19. One Touch Setting (OTS) 20. Metronoom 21. Piano 22. Tweede Instrument 23. Aanslaggevoeligheid 24. Sustain 25. Opnemen 26. Nummer toetsen 27. Beeldscherm
1. Les 1 2. Les 2 3. Les 3 4. Auto Bass Chord 5. Rechter instrument 6. Linker instrument 7. Tweede instrument 8. Aanslaggevoeligheid 9. Akkoorden 10. Instr, beg.stijl, Demo, Song 11. Tempo 12. Tel 13. Metronoom 14. Volume 15. G sleutel 16. F sleutel 17. Keyboard 18. Normaal/variatie begeleiding 19. OTS 20. Geheugens M1~M4
5
1. USB aansluiting 2. Sustain pedaal 3. Hoofdtelefoon 4. Adapter, 12 v / tip+
STROOM Dit keyboard werkt zowel op batterijen als met een adapter. Wanneer je de adapter gebruikt: Gebruik alleen een adapter die voldoet aan de specificaties die nodig zijn voor dit keyboard. Er zijn veel adapters te krijgen en niet allemaal zijn te gebruiken voor jouw keyboard. Let erop dat het een 12 volts adapter is, waarvan de tip positief (+) is. TIP: Haal de adapter uit het stopcontact als je langere tijd niet op je keyboard zult spelen.
Wanneer je de batterijen gebruikt: Vergeet niet het keyboard eerst uit te zetten voordat je de batterijen gaat vervangen. Batterijen vervangen 1. Maak het batterijklepje aan de onderkant open 2. Stop er 6 batterijen in, maat ‘D’. Kijk voor de polariteit (waar de + en de – moeten komen) op de aanwijzingen in de ruimte voor de batterijen. 3. Maak de batterij ruimte weer dicht met het klepje. Zorg dat het weer goed sluit.
Batterij=bijna op aanduiding De volgende verschijnselen kunnen een aanwijzing zijn dat je batterijen bijna op zijn. Vervang die dan ook als je een van deze dingen merkt: - Een zwak en moeilijk te lezen beeldscherm, vooral ook bij hogere volumes. - Een erg laag speaker en hoofdtelefoon volume - Vervorming van het geluid - Het keyboard floept ineens uit bij een hoger volume - Vreemde verschijnselen bij het afspelen van ritmes en songs Voorzichtig! Als je onzorgvuldig met batterijen omgaat, kan dat je keyboard onherstelbaar beschadigen. Bijvoorbeeld door lekkage van de batterijen. Let dus op: - Nooit verschillende types batterijen door elkaar heen gebruiken. - Geen oude en nieuwe batterijen samen gebruiken. - Als je het keyboard langere tijd niet gebruikt haal dan zeker de batterijen eruit. Dit vanwege lekgevaar. Vervang de batterijen als ze tekenen vertonen van uitputting.
6
VOORDAT JE GAAT SPELEN Als eerste zoek je een mooi plekje voor de M10. Liefst een plaats waar hij gewoon kan blijven staan. Je zet hem op een stevige keyboardstandaard, en bevestigd de bladmuziekstandaard op de manier die je hieronder op het plaatje ziet. Daarna sluit je de adapter aan,en eventueel een koptelefoon. Als alles stevig staat en aangesloten is, dan zet je het keyboard pas aan.
AANSLUITINGEN HOOFDTELEFOON Als je zonder anderen te storen toch wilt spelen kun je een hoofdtelefoon gebruiken die je aansluit op de ‘phones’ uitgang achterop je keyboard. Het interne speakersysteem wordt dan automatisch uitgezet. Let op: Zet de hoofdtelefoon niet te hard, dat kan gehoorbeschadiging opleveren!
SUSTAIN PEDAAL Op deze ingang sluit je een (optioneel) sustain pedaal aan. Wanneer je dit pedaal indrukt, klinken de tonen die je gespeeld hebt door, ook al zijn je vingers van de toetsen.
7
AANSLUITINGEN USB AANSLUITING Deze gebruik je om de M10 op een computer aan te sluiten. In je muziek software (sequencer) kun je na installatie van de driver software 'USB audio device' kiezen als Midi interface naar de M10.
WAARSCHUWING ! Om beschadigingen aan dit keyboard en/of andere apparatuur te voorkomen zet je ALLES uit voordat je verbindingen gaat maken of verbreken. Geen kabels verwisselen dus met de stroom ingeschakeld!
AANZETTEN 1. Zet het keyboard aan door op de aan/uit knop [POWER] te drukken. 2. Het beeldscherm licht op. Als dat niet gebeurd, check de adapter.
1. Pas het volume aan door op de [+] of [-] knop bij 'master volume' te drukken. 2. Druk op beide knoppen om het volume op de standaard waarde te zetten (waarde 24). 3. Wanneer je niets hoort, kan het volume zacht staan.
8
DEMO
1. Druk op de [DEMO] knop, de demo songs spelen een voor een achter elkaar. In het display kun je zien welke demo er speelt. 2. Wanneer de DEMO speelt zullen alle functie knoppen behalve DEMO, START/STOP, TEMPO, +/YES, -/NO, NUMBER 1, NUMBER 2, MASTER VOLUME niet werken.
INSTRUMENTEN Dit keyboard heeft 157 instrumenten, oftewel voices die je kunt kiezen en dan bespelen via het toetsenbord. 128 daarvan zijn General Midi instrumenten, en er zijn ook 6 percussie instrumenten waarbij er onder iedere toets een ander slaginstrument zit.
HOOFDINSTRUMENT 1. Om een instrument te kunnen kiezen moet je het keyboard in ‘voice’ mode zetten. Dat doe je door op de [VOICE] knop te 2. Als je in Voice mode zit kun je de [NO]/[+YES] gebruiken om stapsgewijs door de instrumenten heen te lopen. Als je een van deze knoppen ingedrukt houdt, scrollen de voice nummers vanzelf voorbij.
Met deze knoppen die wel wat aan de knoppen o0p je telefoon doen denken kun je rechtstreeks het nummer van het gewenste instrument intoetsen.
3. Om direct een van de instrumenten van 01-157 te selecteren toets je het gewenste nummer in met de [NUMMER KEUZE 0-9] knoppen drukken en op het scherm zie dan dat je in de voice mode bent.
9
INSTRUMENTEN Soms is het mooi om twee instrumenten samen te laten klinken. Bijvoorbeeld piano en strings. Dat heet 'DUAL VOICE'. Met de MC120 doe je dat als volgt:
TWEEDE INSTRUMENT
1. Eerst kies je het hoofd instrument, zoals hiervoor besproken. 2. Je drukt op [DUAL]. 3. Nu kun je op dezelfde manier als je normaal je hoofdinstrument kiest, je tweede instrument kiezen. Standaard wordt hier no 50, String 2 gekozen. 4. Druk nogmaals op [DUAL] en het tweede instrument is weer weg.
Het sustain pedaal hebben we al besproken (bij aansluitingen). Met sustain bedoelen we hier het doorklinken van de klank nadat we de toets hebben losgelaten. Als we het keyboard net hebben aangezet staat de sustain functie altijd uit. Je kunt dit effect met de voetschakelaar bedienen. Dan werkt het vergelijkbaar met het idee van het rechter pedaal van een piano. Het effect is dan ook sterker (de tonen klinken langer door) dan wanneer je de [SUSTAIN] knop gebruikt Soms is het echter ook mooi om het sustain effect de hele tijd aan te hebben. Bijvoorbeeld bij dromerige synthesizer geluiden. Daarvoor is de [SUSTAIN] knop.
SUSTAIN 1. Om het effect aan te zetten druk je op de [SUSTAIN] knop. Druk nogmaals om het weer uit te zetten. 2. Op het beeldscherm kun je ook zien of het sustain effect aan of uit staat. 3. Wanneer je het pedaal gebruikt als sustain pedaal, dan is het effect veel sterker dan met de hier besproken sustain knop.
10
INSTRUMENTEN Het keyboard werkt met 16 niveaus van aanslaggevoeligheid. Dit hoor je voornamelijk terug in het volume. Als je zachtjes een toets indrukt is de klank zachter dan wanneer je de toets ferm aanslaat.
AANSLAGGEVOELIGHEID 1. De aanslaggevoeligheid kun je uit zetten met de knop [TOUCH]. 2. Ook met deze zelfde knop [TOUCH] zet je de aanslaggevoeligheid weer aan.
De metronoom kun je gebruiken om goed te leren tellen, en ook om ritmes beter te leren lezen en begrijpen. De metronoom speelt in hetzelfde tempo als dat je hebt ingesteld voor de begeleiding.
METRONOOM 1. Druk op de [METRO] knop en de metronoom gaat tikken, volgens het ingestelde tempo. Op het beeldscherm zie je de metronoom ook in de vorm van een aantal knipperende bolletjes. 1. Druk nogmaals op de [METRO] knop en de metronoom staat weer uit. De metronoom doet het niet in SONG en DICT mode. Let op: Als je iets opneemt kun je de metronoom aanzetten, maar deze wordt zelf niet opgenomen.
11
INSTRUMENTEN Wanneer je gewoon piano wilt spelen op het keyboard, kun je met één druk op een knop het keyboard in een piano veranderen.
PIANO 1. Druk op de [PIANO] knop en het hele keyboard staat meteen in piano mode, met natuurlijk dan ook het instrument ‘piano’ geselecteerd. 2. Druk nogmaals om weer uit piano mode te gaan. Dit kan ook met de knoppen [DEMO] [VOICE] [OTS] [REPLAY] [SONG] [STYLE] [RECORD] en de geheugen toetsen. De piano mode werkt niet als de automatische begeleiding speelt.
AUTOMATISCHE BEGELEIDING Wanneer je op een keyboard speelt klinkt het net alsof er een hele band aan het spelen is. Dat doe je met behulp van de automatische begeleiding. In de MC120 zitten 160 verschillende stijlen. Bijvoorbeeld 8-beat, Rock & Roll, Wals, Disco. Als je een bepaald liedje gaat spelen kies je een stijl die daarbij past. Maar hoe werkt het nou precies? Hoe werkt de Automatische Begeleiding? De automatische begeleiding bestaat uit een aantal verschillende partijen die door een aantal instrumenten worden gespeeld. Zo hoor je drums een bas en vaak nog een gitaar of piano. Afhankelijk van de stijl worden de instrumenten door het keyboard gekozen. Wanneer je de automatische begeleiding van het Keyboard aanzet door op [A.B.C.] te drukken, wordt het toetsenbord in twee stukken verdeeld. Het rechter gedeelte is om de melodie te spelen, het linker gedeelte gebruik je om de begeleiding me te sturen. Het keyboard weet wat er gespeeld moet worden aan de hand van de akkoorden die jij aan de linkerkant van het toetsenbord speelt. Speel je een C akkoord, dan hoor je een begeleiding in C, speel je een A mineur akkoord, dan speelt ook de begeleiding in A mineur.
12
AUTOMATISCHE BEGELEIDING Je kiest een begeleidingsstijl eigenlijk op dezelfde manier als dat je een instrument kiest.
1. Je drukt eerst op [Style], en vervolgens kun je met de cijfertoetsen of de [+/YES] en [-/NO] knoppen het nummer kiezen van de stijl die je wilt gebruiken. 2. Op de behuizing staan de muziekstijlen met hun bijbehorende nummers afgedrukt.
Met deze knoppen die wel wat aan de knoppen o0p je telefoon doen denken kun je rechtstreeks het nummer van de gewenste stijl intoetsen.
Wanneer je een liedje op de radio hoort, dan is dat nooit van het begin tot het einde steeds hetzelfde, of steeds hetzelfde ritme. Het begint, dan is er een couplet, dan komt het refrein, nog eens een couplet, refrein en dan komt het einde. Dit kun je met de MC120 ook zo doen. Daarvoor heeft het keyboard een aantal speciale knoppen waarmee je de automatische begeleiding bedient.
Basisbegeleiding en variaties: Het keyboard heeft een aantal variaties voor de automatische begeleiding. Van de basis begeleiding zijn er twee versies, versie A en versie B. Ook wel 'normal' en 'variation' genoemd. A is wat rustiger, bijvoorbeeld geschikt voor het couplet, B is wat steviger en enthousiaster, prima dus voor een refrein. Fill in: Voor de overgang van A naar B, of om een kort tussenspel in te voegen zijn er de 'Fill in' knoppen. Begin en einde: Verder heb je de intro, waarbij het keyboard een voorspel speelt voordat hij naar de basisbegeleiding gaat, en een ending. Wanneer je tijdens het spelen op ending drukt, dan maakt het keyboard een einde aan het liedje op een manier die past bij de gekozen stijl.
13
AUTOMATISCHE BEGELEIDING BEDIENING VAN DE AUTOMATISCHE BEGELEIDING
Sync betekent 'tegelijk'. Wanneer je 'sync start' aanzet begint de begeleiding zodra je een toets op het keyboard speelt.
Druk op de knop [A.B.C.] (dat staat voor 'auto bass chord') om de automatische begeleiding aan te zetten. Het keyboard is nu in twee delen gesplitst. Rechts voor de melodie, links voor de akkoorden van de begeleiding.
De fill is bedoeld om van de basis begeleiding (A) naar de variatie (B) te gaan en weer terug. Wanneer het keyboard de basisbegeleiding speelt en je drukt op Fill in, dan speelt het keyboard een tussenspel van één maat en gaat het keyboard naar begeleiding B. Dit werkt ook andersom.
Met deze knop kun je de begeleiding starten en stoppen. De begeleiding begint dan meteen, zonder voorspel.
Deze knop gebruik je wanneer je het liedje met een voorspel wilt laten beginnen. Je drukt eerst op 'syncstart', dan op 'intro' en dan speel je het eerste akkoord. Het keyboard speelt nu eerst de intro en komt daarna op de basisbegeleiding. Druk je op deze knop als de begeleiding al speelt, dan maakt het keyboard een einde aan het liedje, op een manier die past bij de gekozen muziekstijl.
14
AUTOMATISCHE BEGELEIDING
Het ene liedje is veel sneller dan het andere. Daarom moet je het tempo zo instellen dat het past bij wat je speelt. Dat doe je met de [TEMPO+] en [TEMPO-] knoppen. Hieronder zie je die afgebeeld.
1.Om het tempo te versnellen druk je op [TEMPO+], om het tempo te vertragen druk je op [TEMPO-] 2. Wil je het standaard tempo weer terug hebben, dan druk je op allebei de [TEMPO] knoppen tegelijk. 3. In het beeldscherm zie je aangegeven wat het tempo is. Het getal geeft het aantal tellen per minuut aan (Beats Per Minute, oftewel BPM).
Om de begeleiding te laten weten wat die moet spelen geef je aan de linkerzijde van het toetsenbord akkoorden in. Dat kan op twee verschillende manieren. Single finger en Fingered. Het eerste betekend dat je met één vinger al een akkoord kunt spelen, maar de meeste speel je met een of twee vingers. Het tweede betekent dat je de akkoorden pakt zoals je dat ook op een piano zou doen. Je gebruikt daarbij alle toetsen waaruit het akkoord bestaat.
EEN VINGER SYSTEEM: Bij het een vinger systeem hoef je niet te weten hoe een akkoord is opgebouwd. Je hoeft alleen te weten hoe het heet, en hoe de toetsen heten. Wil een C akkoord spelen, dan druk je de C op het toetsenbord in. Wil je een G akkoord spelen, dan druk je de G in. Dit zijn de majeur akkoorden Als je wat moeilijkere akkoorden wilt spelen kan dat ook. Voor een mineur akkoord speel je de grondtoon én de eerste zwarte toets links daarvan. Voor een septiem akkoord speel je de grondtoon én de eerste witte toets links daarvan. Voor een mineurseptiem speel je dan de grondtoon én tegelijk de eerste witte en de eerste zwarte toets links. Zie afbeeldingen volgende bladzijde.
15
LET OP: Je gebruikt voor het spelen van de akkoorden van de automatische begeleiding alleen het linkergedeelte naast de split!
AUTOMATISCHE BEGELEIDING HET 'HELE AKKOORDEN' SYSTEEM: Wanneer je al wat keyboard kunt spelen, of gewoon alle gangbare akkoorden wilt kunnen gebruiken, dan is het 'fingered' systeem beter geschikt. Je moet even weten uit welke tonen ieder akkoord is opgebouwd, maar eigenlijk is dat best goed te doen.
ÉÉN VINGER SYSTEEM
ALLE VINGERS (fingered) SYSTEEM
Majeur: speel de grondtoon van het akkoord.
De Medeli MD10 begrijpt niet alle akkoorden die er mogelijk zijn, maar wel een hoop. Hieronder in de tabel zie je welke. Er worden alleen de voorbeelden in C gegeven. Voor alle andere toonsoorten zijn dezelfde akkoorden mogelijk.In je leerboek wordt verteld hoe dat allemaal werkt.
Mineur: speel de grondtoon van het akkoord en de dichtstbijzijnde zwarte toets links daarvan.
Septiem: speel de grondtoon van het akkoord en de dichtstbijzijnde witte toets links daarvan.
Mineur en Septiem: speel de grondtoon van het akkoord en de dichtstbijzijnde witte en zwarte toets links daarvan.
LET OP: Je gebruikt voor het spelen van de akkoorden van de automatische begeleiding alleen het linkergedeelte naast de split!
De stipjes die tussen haakjes geplaatst zijn, hoef je niet te spelen. Het keyboard snapt de akkoorden zonder deze toetsen ook al.
16
GEHEUGEN en OTS Als je dan een liedje hebt leren spelen, dan heb je daar op een gegeven moment ook een mooie combinatie van begeleiding en melodie instrument voor gevonden. Misschien zet je de begeleiding ook wal wat langzamer dan dat ie standaard staat ingesteld en gebruik je de dual voice. Om al die instellingen te onthouden en steeds weer te maken is omslachtig. Bovendien als je eens optreedt met je keyboard is het wel vreemd als het steeds een halve minuut stil is tussen de nummers door terwijl jij alle instellingen zit te veranderen. Daar is iets op gevonden: een geheugenbank. Er zijn in totaal vier geheugenlocaties. Die zie je zo zitten op je keyboard (onder het beeldscherm) dat zijn de knoppen [M1] tot en met [M4]. 1. Druk op de knop [STORE] en terwijl je die ingedrukt houdt druk je ook op een van de geheugenlokatie knoppen. Bijvoorbeeld [M1], maar dat kan net zo goed [M3] of een andere zijn. 2. Om een geheugen weer op te roepen, druk je gewoon op de geheugenknop waaronder je de instellingen die je wilt gebruiken zijn opgeslagen. Data die wordt opgeslagen is: hoofdinstrument, tweede instrument, oktaverings instelling. sustain aan/uit, split punt, begeleiding, tempo, ABC aan/uit, normaal of variatie.
Een handige functie op de MD500 is de O.T.S.. Deze neemt je een hoop werk uit handen, want als je deze functie gebruikt dan kiest het keyboard welk instrument er mooi past bij de begeleidingsstijl die je gekozen hebt. O.T.S. is de afkorting van 'One Touch Setting' oftewel: 'met één knop alle instellingen maken'. Per begeleiding zijn er vier O.T.S. instellingen, die je eenvoudig kiest door op [M1] ~[M4] te drukken.
1. Druk op de knop [O.T.S.]. De geheugenlokatie knoppen zijn nu de O.T.S. knoppen. De knoppen [M1] en [M2] zijn voor de normale begeleiding, en de knoppen [M3] en [M4] zijn voor de variatie. Dit kun je goed gebruiken om de spanningsboog van je liedje op te bouwen. 2. Deze O.T.S. knoppen bedienen ook de 'fill ins'. Om een fill in naar normal A te maken druk je op [M1] of [M2], door een fill in naar variatie B te maken gebruik je [M3] en [M4]. 3. Je zet O.T.S weer uit door op de knop [O.T.S] te drukken. Nu zijn de knoppen [M1] ~[M6] weer beschikbaar als geheugenknoppen.
17
OPNEMEN en AFSPELEN De MD10 biedt de mogelijkheid om de muziek die je op het keyboard speelt op te nemen in het geheugen. Houdt er rekening mee dat wanneer je het keyboard uitzet de opname verloren gaat.
1. Druk op de knop [RECORD] om het keyboard klaar te maken om te gaan opnemen. Op het beeldscherm gaat het woordje 'rec' aan het de 'beat' indicatie op het beeldscherm staat te knipperen 2. Druk op [ACCOMP] of op een van de [MELODY] knoppen om het spoor te kiezen waarop je gaat opnemen.
Knipperen
3. Start de opname door op [START/STOP] te drukken, of gewoon door te beginnen met spelen.
4. Als je klaar bent met opnemen, dan druk je weer op [RECORD]. Het keyboard stopt vanzelf wanneer het geheugen vol is.
18
OPNEMEN en AFSPELEN 1. Het keyboard moet om de opname af te spelen in 'song' mode staan. Druk op [SONG] als dat nog niet het geval is. Met de nummertoetsen kies je een song. 2. Druk op [PLAY/STOP] om de song af te spelen, en weer te stoppen. Zorg dat je het juiste song nummer hebt. 3. Wanneer je het keyboard uitzet is je opname weg.
FUNCTIE MENU Op een modern keyboard als de MD10 zitten heel veel mogelijkheden. De instrumenten en de begeleiding hebben we al besproken. Daarnaast kun je nog allerlei instellingen maken, bijvoorbeeld waar de split tussen het linker instrument en het hoofd instrument moet komen. Dat soort instellingen kun je maken in het 'functie menu'. 1. Je komt in het functie menu door op [FUNCTION] te drukken. Als eerste zie je dan 'transpose' op het beeldscherm staan. Dit is de eerste functie die je kunt aanpassen. 2. Door weer op [FUNCTION] te drukken kom je bij alle programmeerbare functies van dit keyboard. 3. Wanneer je bij de functie bent aangekomen die je wilt veranderen dan doe je dat door op de [+/YES] en de [-/NO] knoppen te drukken. 4. Hieronder zien we een tabel met daarop alle functies en hun parameters.
LET OP: Wanneer je meer dan vijf seconden wacht nadat je op de [FUNCTION] knop hebt gedrukt, floept het keyboard weer terug naar het hoofdscherm.
19
FUNCTIE MENU Hieronder een beschrijving van de verschillende opties van het functiemenu.
TRANSPONEREN Wanneer je met andere instrumenten samenspeelt, kan het handig zijn het keyboard een paar tonen hoger of lager te laten spelen. Ook bijvoorbeeld wanneer je er bij wilt zingen, maar de melodie te hoog gaat. Zonder dat je zelf andere noten hoeft te spelen, speelt het keyboard dan toch in de juiste (gemakkelijkere) toonsoort. Behalve via de menu functie kun je het keyboard ook transponeren met de speciale transpose knoppen. Dit werkt dan het zelfde als met het volume van de begeleiding en het tempo. Je kunt 12 halve tonen omhoog of omlaag transponeren.
OKTAVEREN Oktaveren wil je wanneer je een instrument in een ander bereik wilt bespelen. Bijvoorbeeld wanneer je een basgitaar hebt gekozen, dan zet je die met deze functie een octaaf lager. Wil je piccolo spelen, dan octaveer je omhoog. Je kunt deze functie ook gebruiken om interessante combinaties met het tweede instrument te maken. Kies bijvoorbeeld voor zowel het hoofd instrument als het tweede instrument een piano, waarvan je er één twee octaven hoger instelt. Of kies twee verschillende strings, waarvan je er een een octaaf lager zet.
BEAT Met BEAT wordt hier 'maatsoort' bedoelt. Hier stel je de maatsoort in voordat je gaat opnemen in de recorder van de MD500. De metronoom geeft op de eerste tel een accent. Keuze uit 9 verschillende maatsoorten.
SPLITPUNT Met deze functie kun je instellen waar het splitpunt tussen de melodie (rechts) en het begeleiding gedeelte (links) van het toetsenbord zit. Dit splitpunt kun je ook instellen door op de toets te drukken waar je het splitpunt wilt hebben. Dit splitpunt geldt meteen ook voor het linker instrument ('lower voice'.)
20
FUNCTIE MENU MIDI Wanneer je MIDI wilt gebruiken, zul je soms wat instellingen moeten maken wat betreft de zend en de ontvangst kanalen. Dat doe je hier in het functie menu bij 'Receive' en 'Transmit'. Receive gaat over op welk kanaal het keyboard Midi informatie kan ontvangen, transmit gaat over op welk midi kanaal de MD10 kan uitzenden. Standaard staat ontvangen op 'all' (is dus kanaal 01 t/m 16) en uitzenden op kanaal 01.
VOLUME BEGELEIDING De verhouding tussen de melodie en de begeleiding is een belangrijk punt. Met de functie 'volume begeleiding' kun je het volume van de begeleiding in balans brengen met die van de melodie.
BANK SELECT Dit is een MIDI functie, en zou dus eigenlijk na de midi kanaal keuze moeten komen. Bank select heeft te maken met de organisatie van de presets binnen MIDI. Er zijn 128 banken, en iedere bank heeft (in theorie) 128 presets (of patches, instrumenten). Deze functie is voornamelijk van belang wanneer je naar een ander MIDI instrument een program change wilt zenden, inclusief een bank nummer.
21
SONGS De 100 ingebouwde songs kun je behalve om gewoon naar te luisteren ook gebruiken voor 'zelf' studie. De bediening van de songs, dus het voor en achteruit spoelen, stukjes herhalen en dergelijke gaat eigenlijk hetzelfde als bij een CD/DVD speler of videorecorder.
1. Je zet het keyboard in song mode door op [SONG] te drukken. 2. Het kiezen van een song gaat op de gebruikelijke manier met de [+YES] en [-NO] knoppen of met de [DIAL]. 3. Je komt weer uit de song mode door als de song niet afspeelt op [STYLE], [CHORD DICTIONARY], [VOICE], [DULA], of [LOWER] te drukken.
Hiernaast zie je de knoppen waarmee je de in Song mode het starten en stoppen van het afspelen bedient. . Dat zijn dezelfde knoppen als waarmee je de automatische begeleiding bedient, maar in 'song' mode dienen ze voor het starten, stoppen en doorspoelen van de songs. Om te zien wat welke knop doet kijk je nu naar de symbolen boven de knoppen.
Wanneer je de SONGS wilt gebruiken voor 'zelf' studie, zijn er drie 'lessen' beschikbaar. Je kunt de linkerhand (akkoorden van de begeleiding) en de rechterhand (de melodie) apart gaan oefenen. Wanneer je zowel L als R selecteert dan oefen je ze samen.
Linker of rechterhand oefenen. Allebei kan natuurlijk ook
Les 1 is actief….
Druk op [LESSON] om de ingebouwde leraar te starten.
22
SONG 01 is gekozen om te oefenen
SONGS De ingebouwde leraar kijkt naar de noten die je speelt, en naar de timing van de noten. Daar zijn verschillende oefeningen voor, bestaande uit drie lessen.
LES 1. Druk je op [LESSON] en het keyboard staat nu in de 'studie mode les 1'. Kies ook welke hand je gaat oefenen. In les 1 kijkt het keyboard alleen maar of je het ritme van de noten goed speelt. Dus een halve noot moet ook twee tellen duren, en een achtste noot een halve tel. Het keyboard kijkt (nog) niet of het de juiste toonhoogte is.
LES 2. Druk je weer [LESSON] dan kom je in 'studie mode les 2'. In les 2 kijkt het keyboard alleen maar de juiste noten (toonhoogte). Dus een C moet een C zijn en een F# een F# Het keyboard kijkt niet of het ritme goed is.
LES 3. Druk je weer [LESSON] dan kom je in 'studie mode les 3'. In les 3 kijkt het keyboard zowel naar het juiste ritme als naar de juiste noten. Kortom, je moet het in les 3 echt spelen zoals het liedje gaat.
Het keyboard kijkt iedere keer aan het einde van het liedje hoe je het gedaan hebt en geeft dan een beoordeling. De boordelingen zijn: Oké, Goed, Héél goed, Uitmuntend! (OK, Good, Very good, Exellent!)
23
AKKOORDEN BOEK Bij het keyboard spelen zijn akkoorden heel belangrijk. Hoe meer je er kent en kunt spelen, hoe meer liedjes je gemakkelijk kunt leren. De MD10 biedt de mogelijkheid akkoorden te leren en het keyboard kan ze ook 'overhoren'.
1. Druk op [CHORD DICTIONARY] (akkoorden' boek'). Je zit nu in DICT1 mode. In deze mode geef je aan het keyboard op van welk akkoord je de noten en de vingerzetting wilt weten. Dat doe je door de toetsen vanaf C4 te gebruiken om het soort akkoord aan te geven, en de toetsen vanaf C6 om de grondtoon te bepalen.
Naam van het akkoord
De toetsen van het akkoord De noten van het akkoord
2. Als je deze twee gegevens hebt bevestigd dan zie je op het beeldscherm de noten op de notenbalk en de vingerzetting op het klavier aangegeven staan. (zie hierboven). 3. Nadat het akkoord verschenen is op het display, moet jij het spelen op het gedeelte links naast de split. Wanneer je dat goed doet zal het keyboard voor je applaudisseren, doe je het niet goed, dan hoor je een bas geluid.
24
MIDI De afkorting MIDI komt van Musical Instrument Digital Interface. Wat vrij vertaalt zoiets betekend als: ‘afspraak betreffende digitale gegevensoverdracht voor muziekinstrumenten’. Dit maakt het mogelijk om verschillende elektronische muziekinstrumenten, maar ook computers en andere apparatuur met elkaar ‘te laten communiceren’
1. MIDI is oorspronkelijk ontwikkeld om met het ene instrument te kunnen spelen op het andere… Je verbindt altijd de midi-in met de midi out. De Midi thru is een doorgeefluik. Wat er binnen komt bij de Midi-in wordt ongewijzigd door de Midithru uitgezonden. Zo kun je dus een hele rij van Midi spullen aan elkaar hangen. 2. Al snel bleek dat MIDI ook heel interessant was in combinatie met computers en sequencers. Omdat Midi met 16 verschillende kanalen werkt, kunnen ook zestien verschillende instrumenten tegelijk spelen. Tegenwoordig zelfs vanuit één keyboard.
MIDI kent drie soorten aansluitingen: MIDI IN Informatie van andere MIDI apparatuur kan hier ontvangen worden. MIDI OUT De informatie die een keyboard, computer of sequencer maakt, komt er hier uit. MIDI THRU De informatie die binnenkomt bij de MIDI IN wordt ongewijzigd doorgegeven. MIDI THRU is dus bedoeld voor het doorschakelen van verschillende apparaten.
25
MIDI MIDI en de MD10 is toch een beetje een ander verhaal, omdat de MD10 eigenlijk geen 'echte' MIDI aansluiting heeft. In plaats daarvan heeft de MD10 een USB aansluiting, die als je het keyboard daarmee aansluit op een computer middels een software driver gaat functioneren als een MIDI poort. In combinatie met muzieksoftware kun je dan opnemen, afspelen en midifiles maken.
Om de MIDI mogelijkheden van de MD10 te kunnen gebruiken heb je dus een computer nodig met een moderne USB aansluiting. Minimale systeem eisen zijn:
SYSTEEMEISEN: CPU: 300 MHz of meer, Pentium 2 Geheugen: 64MB of meer CDROM 24X OS: WINDOWS 2000/XP
De MD10 USB aansluiting maakt gebruik van de standaard Windows drivers. Om echter iets zinnigs met deze aansluiting te kunnen doen heb je wel muzieksoftware nodig zoals bijvoorbeeld SONAR, Cubase, Sibelius of Finale.
26
SPECIFICATIES
Opnemen Geheugen Aansluitingen
61 aanslaggevoelige toetsen 157 verschillende instrumenten Maximaal 32 stemmig 100 verschillende begeleidingen, met Intro, Ending, Normaal, Variatie en Fill in. 100 verschillende songs Master Volume Tempo +/-, R / Chord Dictionary, L , Lesson, Voice, Style, Song, O.T.S. , M1-M4, Store, Start/Stop, Sync, Intro/Ending, Main/Fill, A.B.C. , Record, Dual, Touch, Sustain, Metromoom, Demo, +/YES, -/NO, Piano Opnemen van wat je speelt 4 geheugenplaatsten Adapter, Hoofdtelefoon, Sustain, USB
Gewicht
4.7kg, zonder batterijen
Afmetingen
948.2(L)x347.8(W)x136.2(H)mm
Klavier Instrumenten Polyfonie Begeleidingen Songs Knoppen
Specificaties kunnen veranderen, zonder dat daarover geïnformeerd wordt.
PROBLEMEN OPLOSSEN PROBLEEM
MOGELIJKE OORZAAK EN OPLOSSING
Of het instrument nou aan of uit staat, er is met regelmaat een ploppend of tikkend geluid hoorbaar. Er is geen geluid, zelfs wanneer je het instrument bespeeld of wanneer er een stijl of song afgespeeld wordt.
Dit is normaal, het betekend dat het instrument electriciteit ontvangt. Kijk of de hoofdtelefoon nog in de hoofdtelefoonuitgang zit. Wanneer die is aangesloten komt er geen geluid meer door de speakers van het keyboard. Het volume is te zacht, geluidskwaliteit is slecht, het Batterijen zijn op. Vervang alle batterijen in een ritme stopt onverwacht of reageerd niet, de keer, of gebruik een AC adapter, zodat je stroom uit opgenomen song speekt iets anders dan wat er is het stopcontact kunt gebruiken. opgenomen, het display wordt plotseling donker of het keyboard reset zichzelf.
27
APENDIX 1: lijst van instrumenten
28
APENDIX 2: lijst van begeleidingen
29
APENDIX 3: lijst van songs
30
APENDIX 4: lijst van demo's
APENDIX 5: lijst van akkoorden Akkoordnaam/afkorting
Vingerzetting
31
Akkoord
Beeldscherm
APENDIX 6: Midi Implementatie Tabel
32
GARANTIE EN SERVICE
Service centrum:
Calimex B.V. Windmolen 32 3642 DB Mijdrecht www.calimex.nl Garantietermijn: 1 jaar
vertaling: Allard Krijger> www.fraknoise.nl
33