leeftijd
architectuur gebouw
sekse
tniciteit opleidingsniveau etniciteit iligheid beleving dagbesteding verblijfsduur veiligheid regio eeftijd voorzieningen leeftijd etniciteit Gedetineerd in denheid beleving regio tevredenheid Nederland 2011 sekse opleidingsniveau veiligheid gheid verblijfsduur architectuur gebouw Een survey onder regio etniciteit leeftijd veiligheid gedetineerden r gebouw beleving architectuur gebouw in het Nederlandse verblijfsduur tevredenheid gevangeniswezen gbesteding etniciteit dagbesteding voorzieningen regio beleving tevredenheid veiligheid gezondheid leeftijd
Gedetineerd in Nederland 2011 Een survey onder gedetineerden in het Nederlandse gevangeniswezen
1
Gedetineerden survey 2011
Colofon Afzendgegevens
Directie Bestuursondersteuning Analyse, Strategie & Kennis
Schedeldoekshaven 101 2511 EM Den Haag Postbus 30132 2500 GC Den Haag www.dji.nl
Contactpersoon
Secretariaat ASK
T 088 - 072 53 31 F 070 - 370 29 21
Auteurs
I. Henneken-Hordijk A.A. van Gemmert
ISSN 1574-3667
2
Inhoud Colofon
2
Samenvatting
5
1 1.1 1.2 1.3
Inleiding Opbouw van het rapport Vragenlijst Analyse van de gegevens
9 10 10 13
2 2.1 2.2 2.3 2.4
Doel en Opzet Doel Opzet Respons Representativiteit
15 16 16 17 18
3 Resultaten: Algehele beleving 3.1 Inleiding/Leeswijzer 3.2 Het gedetineerdenklimaat 3.3 Kenmerken gedetineerden 3.3.1 Sekse 3.3.2 Leeftijd 3.3.3 Etniciteit 3.3.4 Opleidingsniveau 3.3.5 Verblijfsduur 3.3.6 Gezondheid 3.4 Kenmerken inrichting 3.4.1 Architectonisch model van het gebouw 3.4.2 Ratio personeel/gedetineerde 3.4.3 Schaalgrootte en bezettingsgraad 3.4.4 Regio 3.4.5 Randstad versus niet-Randstad 3.5 Algehele tevredenheid – samenhang
19 20 20 24 24 25 25 25 26 26 26 26 26 26 27 27 27
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9
Resultaten: Beleving per hoofddifferentiatie Inleiding Veiligheid en duidelijkheid Voorbereiding op terugkeer in de samenleving Dagbesteding, activiteiten en autonomie Contacten met PIW’ers en gedetineerden Gezondheid, zorgverleners en overige functionarissen Voorzieningen Overige aspecten Algehele tevredenheid
29 30 30 32 35 36 38 40 41 41
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
Resultaten: Beleving per bijzondere groepen Inleiding Veiligheid en duidelijkheid Voorbereiding op terugkeer in de samenleving Dagbesteding, activiteiten en autonomie Contacten met PIW’ers en gedetineerden Gezondheid, zorgverleners en overige functionarissen
43 44 44 46 49 51 53
3
Gedetineerden survey 2011
5.7 5.8 5.9
Voorzieningen Overige aspecten Algehele tevredenheid
55 56 56
6 6.1 6.2
Resultaten: Beleving per locatie Inleiding Overzicht
57 58 59
7 7.1
Vergelijking met eerdere survey’s Vergelijking met 2004 en 2007
63 64
8 De relatie tussen arbeidssituatie, vakmanschap en detentiebeleving (WODC) 8.1 Inleiding 8.2 Analyse 8.3 De samenhang tussen arbeidssituatie en bejegeningstijlen 8.4 De samenhang tussen bejegeningstijlen en detentieomstandigheden 8.5 Conclusies BIJLAGEN Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7
4
65 66 66 68 69 72 75
Respons gedetineerdensurvey per locatie Respons nader beschouwd Representativiteit Schalen gedetineerdensurvey Gemiddelden Tabellen Omschrijving MTO schalen (WODC)
76 78 79 82 87 97 104
Samenvatting Algemeen In dit rapport wordt verslag gedaan van de gedetineerdensurvey 2011, een belevingsonderzoek dat voor de vierde keer is gehouden onder nagenoeg de gehele gedetineerdenpopulatie van het Nederlandse gevangeniswezen. Eerdere metingen dateren van 2003, 2004 en 2007. Deze metingen tezamen laten een tamelijk stabiel beeld zien over de afgelopen bijna 10 jaar. Dat beeld kan overall worden gekwalificeerd als neutraal, met andere woorden noch duidelijk positief, noch duidelijk negatief. Gaan we dieper in op de deelaspecten van vrijheidsbeneming, dan zien we dat gedetineerden over de afgelopen jaren licht positief zijn over de veiligheid van de inrichting, de omgang van gedetineerden onderling en met de PIW’er, het werk van een aantal overige functionarissen en de hygiëne. Het oordeel over onderwerpen zoals dagbesteding en handhaving regels is daarentegen over de jaren heen licht negatief. De gedetineerdensurvey is een instrument van DJI waarmee de leefomstandigheden in penitentiaire inrichtingen in beeld kunnen worden gebracht. Met behulp van het instrument kan inzichtelijk worden gemaakt hoe gedetineerden het verblijf in de inrichtingen ervaren en beleven. De gegevens kunnen worden gebruikt voor interne kwaliteitsverbetering en voor een vergelijking tussen differentiaties en inrichtingen. De gedetineerdensurvey is op diverse manieren ingebed in het gevangeniswezen. Ten eerste maken de uitkomsten deel uit van de planning en verantwoordingscyclus binnen de sector. Voorts wordt verder gewerkt aan een verbinding tussen het personeelsbelevingsonderzoek ‘MTO DJI’ in de penitentiaire inrichtingen en de survey. Tot slot vormt de survey een belangrijk vertrekpunt voor de inspecties die worden uitgevoerd door de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt, thans Inspectie Veiligheid en Justitie). De gedetineerdensurvey maakt onderdeel uit van het toetsingskader dat daarbij door de ISt wordt gehanteerd.
Het instrument Er is in het onderzoek gewerkt met een vragenlijst waarin diverse onderwerpen aan de orde komen. Over elk onderwerp worden meerdere vragen gesteld die samengevoegd worden tot schalen. Deze schalen hebben betrekking op verschillende dimensies van het detentieklimaat. Daarmee kan vanuit het perspectief van de gedetineerden een beeld worden gegeven van de leefomstandigheden in de Nederlandse penitentiaire inrichtingen. Diverse onderwerpen worden onderscheiden zoals veiligheid in de inrichting, dagbesteding, gezondheid en voorbereiding terugkeer in de samenleving. Over al deze onderwerpen hebben gedetineerden hun mening kunnen geven. In de presentatie van de gegevens in deze rapportage wordt een onderscheid gemaakt naar hoofddifferentiaties huis van bewaring, gevangenis en (zeer) beperkt beveiligde inrichting. Daarnaast wordt apart aandacht besteed aan een aantal bijzondere groepen: de extra zorgvoorziening (EZV), de penitentiair psychiatrische centra (PPC), de inrichting voor stelselmatige daders (ISD) en de extra beveiligde inrichting. Ook is gekeken naar de invloed van persoons-, achtergrond- en verblijfskenmerken zoals leeftijd, geslacht, opleidingsniveau, culturele achtergrond en verblijfsduur. Tot slot worden de verschillende locaties met elkaar vergeleken. Daarbij is gecorrigeerd voor verschillen in omstandigheden die van invloed blijken te zijn op de beleving.
De doelgroep De doelgroep van het onderzoek omvatte bijna 11.000 strafrechtelijke gedetineerden, de respons bedroeg 38%. Dit is een stuk lager dan in 2007, toen lag de respons op 52%. Er is gekeken of sprake was van samenhang met het in dezelfde periode onder het personeel afgenomen medewerkerstevredenheidonderzoek. Dit blijkt niet het geval te zijn. Wel blijkt op het niveau van de locaties sprake van samenhang met een aantal onderwerpen die in het MTO zijn bevraagd: naarmate
5
Gedetineerden survey 2011
medewerkers in een locatie positiever zijn over het werken met gedetineerden en hun professionele motivatie sterker is, blijkt de respons in deze locatie hoger. Ondanks de lage respons vormt - voor zover is na te gaan - het onderzoek toch een goede afspiegeling van de totale gedetineerdenpopulatie. Zowel ten aanzien van de bestemming als leeftijd en strafduur.
Veiligheid en duidelijkheid De veiligheid binnen de inrichtingen wordt door de gedetineerden binnen alle drie de hoofddifferentiaties positief beoordeeld. Op vrijwel alle aspecten van veiligheid die zijn bevraagd wordt positief gereageerd. Bij de bijzondere groepen komt eenzelfde beeld naar voren. Over de duidelijkheid van rechten en regels wordt over het geheel genomen neutraal geoordeeld, ook door de bijzondere groepen. Alleen de gedetineerden in een (Z)BBI zijn duidelijk positiever over dit aspect van het verblijf. Het oordeel van de gedetineerden over de handhaving van regels is wat minder gunstig dan over de rechten en regels die in de inrichting gelden. Gedetineerden in HvB’s en gevangenissen oordelen hierover licht negatief. Hetzelfde geldt voor de ISD’ers en gedetineerden in een extra beveiligde inrichting. Binnen de andere differentiaties en bijzondere groepen is het oordeel over de handhaving van regels neutraal. Over de klachtenafhandeling door de Commissie van Toezicht reageren gedetineerden over de hele linie neutraal.
Voorbereiding terugkeer in de samenleving De gedetineerden beoordelen de gerichtheid op re-integratie binnen de inrichting licht negatief tot negatief. Alleen de gedetineerden in een (Z)BBI en een PPC oordelen neutraal over dit aspect. Over de bekendheid met inhoud van het D&R-plan komt eenzelfde beeld naar voren. Alle gedetineerden zien de toekomst met vertrouwen tegemoet; ze achten de kans op het opnieuw plegen van een delict erg klein. De mogelijkheden om contacten met bijvoorbeeld vrienden en familieleden te onderhouden wordt verschillend beoordeeld. Gedetineerden in een HvB oordelen hierover licht negatief, in gevangenissen is het oordeel neutraal en in de (Z)BBI’s licht positief. Dit laatste geldt ook voor de gedetineerden in de PPC’s. De andere bijzondere groepen oordelen neutraal over de mogelijkheden van contact met de buitenwereld. Over het geheel genomen heeft ruim de helft van de gedetineerden kinderen. Ongeveer een derde geeft aan liever niet te zien dat hun kinderen op bezoek komen. De resterende groep is over het geheel genomen licht negatief over de mogelijkheden voor kinderen om hen te bezoeken en over de kindvriendelijkheid van de inrichting. Alleen gedetineerden in een (Z)BBI en een PPC oordelen neutraal over dit onderwerp. Duidelijk positiever zijn de gedetineerden over het personeel. Zij gaan redelijk om met bezoekende kinderen en kunnen vragen over de omgang bij het personeel terecht.
Dagbesteding, activiteiten en autonomie Over de dagbesteding zijn gedetineerden gemiddeld genomen niet zo te spreken. In de HvB’s zijn de reacties duidelijk negatief, in de gevangenissen licht negatief. Gedetineerden in een (Z)BBI en de bijzondere differentiaties oordelen neutraal. Met name over de besteding van de avonden en weekenden is er sprake van verschillen in oordeel. Over het aanbod aan activiteiten wordt in alle drie de hoofddifferentiaties neutraal geoordeeld. Dit geldt ook voor de bijzondere groepen met uitzondering van gedetineerden in een PPC; zij oordelen licht positief. Eén van de aangeboden activiteiten is arbeid. Twee derde tot bijna 90% van de gedetineerden in de diverse differentiaties neemt deel aan de arbeid. De belangrijkste reden hiervoor is om iets te doen te hebben. De arbeid wordt over het geheel genomen neutraal beoordeeld. Over de eigen beslissingsruimte hebben de gedetineerden een neutraal oordeel. Daarbinnen ervaren de gedetineerden in een (Z)BBI wel de meeste autonomie. Binnen de bijzondere differentiaties is sprake van een vergelijkbare situatie, alleen de gedetineerden in een PPC oordelen licht positief. Een positiever oordeel komt vooral tot stand door een groter ervaren bewegingsvrijheid.
Contacten van gedetineerden onderling en met professionals De omgang met PIW’ers wordt door de gedetineerden in HvB en gevangenis neutraal beoordeeld, in een (Z)BBI wordt licht positief gereageerd. Binnen de bijzondere groepen oordelen gedetineerden in een EZV en vooral in een PPC (licht) positief over de omgang met het afdelingspersoneel. Over de onderlinge omgang oordelen de gedetineerden neutraal tot licht positief. De verschillen zijn echter niet groot. Over het
6
onderwerp interculturalisatie is het oordeel van vrijwel alle gedetineerden neutraal. Alleen de gedetineerden in een PPC oordelen licht positief over de mate waarin er begrip is voor en rekening gehouden wordt met de gebruiken en gewoonten van verschillende culturele achtergronden. Aan gedetineerden is gevraagd of ze zijn gediscrimineerd in de inrichting. Ongeveer driekwart van de gedetineerden geeft aan dat hiervan geen sprake is geweest. Van degenen die zeggen wel te zijn gediscrimineerd geven de meesten aan dat dit gebeurd is op grond van hun culturele achtergrond. In de hoofddifferentiaties gebeurt dit dan door PIW’ers, binnen de EZV en PPC’s door medegedetineerden. In de EZV geven gedetineerden ook aan dat het type delict reden is geweest voor discriminatie.
Gezondheid, zorgverleners en overige functionarissen De lichamelijke en geestelijke gezondheid wordt door meer dan de helft van de gedetineerden voldoende tot goed beoordeeld (het gemiddelde valt in het neutrale bereik). Wel zijn de meeste gedetineerden van mening dat de gezondheid tijdens de detentie iets achteruit gegaan is. De geleverde gezondheidszorg binnen de inrichting en de toegankelijkheid ervan wordt neutraal beoordeeld door de gedetineerden. Gedetineerden in de EZV en PPC zijn hierover duidelijk positiever. Het werk van de medewerkers van bureau gedetineerdenzaken wordt neutraal gewaardeerd, zowel in de hoofddifferentiaties als in de bijzondere differentiaties. Binnen het neutrale bereik blijken de gedetineerden in de bijzondere differentiaties wel duidelijk positiever in hun oordeel. Het werk van de medewerker onderwijs, de sportleraar, arbeidsmedewerker, visitatiemedewerker, het afdelingshoofd en de geestelijk verzorger wordt licht positief (hoofddifferentiaties) tot positief (bijzondere differentiaties) beoordeeld.
Omstandigheden en faciliteiten De gedetineerden zijn over het algemeen (licht) positief over de hygiëne in de inrichting. Alleen gedetineerden in een HvB oordelen hierover neutraal. Het eten wordt gemiddeld neutraal gewaardeerd, maar laat wel verschillen zien tussen diverse aspecten. Zo wordt het warme eten niet lekker gevonden maar staan gedetineerden weer positief over de mate waarin rekening wordt gehouden met geloofsovertuigingen en diëten bij de maaltijd. Over de winkel zijn gedetineerden duidelijk ontevreden: te weinig aanbod en te duur. Bij al deze aspecten is geen sprake van verschillen tussen (hoofd)differentiaties.
Overige aspecten De mate waarin volgens gedetineerden sprake is van drugsgebruik op een afdeling varieert. Binnen de hoofddifferentiaties zegt de helft (HvB) tot ruim tweederde ((Z)BBI) van de gedetineerden dat hiervan geen sprake is. Op een EZV en in een extra beveiligde inrichting komen dezelfde percentages naar voren. Binnen een PPC geeft ruim driekwart van de gedetineerden aan dat geen sprake is van drugsgebruik op de afdeling. Op de ISD ligt het aandeel met een derde weer veel lager. In alle gevallen geven gedetineerden aan geen overlast te ervaren van drugsgebruik. In alle differentiaties delen de gedetineerden liever niet hun cel.
Persoons-, achtergrond, en verblijfskenmerken Er zijn qua detentiebeleving nauwelijks noemenswaardige verschillen aangetroffen tussen mannen en vrouwen. Vrouwen blijken alleen iets positiever over het werk van de medewerkers van bureau gedetineerdenzaken. Verder geldt dat naarmate de leeftijd vordert de mening van gedetineerden op een reeks onderwerpen wat positiever wordt. De gevonden verbanden zijn echter zwak. Ook is geen eenduidig verband te constateren tussen het opleidingsniveau en de detentiebeleving. Wel valt de groep gedetineerden met een Havo- of Vwo-diploma in negatieve zin op. Zij zijn over veel aspecten minder positief dan gemiddeld. Wat betreft culturele achtergronden blijken Turkse gedetineerden de eigen gezondheid negatiever te beoordelen dan Nederlandse gedetineerden en zijn zij ook minder tevreden over het werk van de diverse zorgverleners. Verder blijken tweede generatie allochtonen over sommige dimensies van het detentieklimaat minder positief dan Nederlandse en eerste generatie allochtonen. Het gaat dan om de mogelijkheden voor ouder-kind contact en de kindvriendelijkheid van de inrichting en over de beoordeling van nut en noodzaak van het D&R-plan.
7
Gedetineerden survey 2011
Algehele tevredenheid Aan het eind van de vragenlijst is de gedetineerden gevraagd naar de algehele tevredenheid over de inrichting. De gedetineerden oordelen hierover neutraal tot licht positief. In het laatste geval gaat het om gedetineerden in een (Z)BBI en een PPC. Verder is nagegaan welke dimensies van het verblijf de meeste voorspellende waarde hebben voor de algehele tevredenheid en de variatie in het antwoordpatroon op de vraag naar de algehele tevredenheid kunnen verklaren. Uit de analyse blijkt dat acht dimensies een eigen bijdrage leveren aan de verklaring van de algehele beoordeling van het detentieklimaat in de inrichting. Het gaat hierbij om: rechten en regels, activiteiten, hygiëne, dagbesteding, omgang met de PIW’ers, contacten met de buitenwereld, re-integratie en handhaving van regels. Tezamen verklaren deze schalen 54% van de variatie in de antwoordpatronen van de gedetineerden.
Eerdere surveys en het medewerkerstevredenheidsonderzoek De vragenlijst is in de loop der jaren bij elke nieuwe afname licht gewijzigd. Om de surveys uit 2004, 2007 en 2011 met elkaar te kunnen vergelijken zijn per onderwerp nieuwe schalen geconstrueerd. Een vergelijking door de jaren heen van diverse onderwerpen laat een redelijk stabiel detentieklimaat zien. Zo zijn gedetineerden over de jaren heen licht positief over de veiligheid van de inrichting, de omgang van gedetineerden onderling, het werk van een aantal functionarissen, de omgang met de PIW’ers en de hygiëne. Voorts oordelen ze neutraal over o.a. de duidelijkheid van rechten en regels en de geboden gezondheidszorg. Het oordeel over handhaving regels, maatschappelijke integratie en dagbesteding is over de jaren heen licht negatief. Naast de gedetineerdensurvey is nagenoeg gelijktijdig ook het personeel door middel van een medewerkerstevredenheidonderzoek bevraagd over hun beleving van de werksituatie. Uit de resultaten in dit rapport blijkt dat de bejegening door personeel een belangrijke factor is naast klassieke voorspellers in de beleving van de detentieomstandigheden (zoals regime en persoonskenmerken van gedetineerden). De arbeidssituatie van personeel heeft via de wijze van bejegenen invloed op de detentieomstandigheden. Daarmee zijn aanwijzingen gevonden dat het inzetten op vakmanschap van personeel een positief effect kan gaan sorteren (te weten positievere percepties van justitiabelen van de detentieomstandigheden).
8
1 Inleiding
Gedetineerden survey 2011
1.1 Opbouw van het rapport Voor u ligt het eindrapport van de gedetineerdensurvey 2011. Dit eindrapport bevat het verslag van de gedetineerdensurvey, die onder nagenoeg de gehele gedetineerdenpopulatie van het Nederlandse gevangeniswezen is gehouden. 1 Het rapport is als volgt opgebouwd: Na dit inleidende hoofdstuk wordt in hoofdstuk 2 het doel en de opzet van het onderzoek beschreven. In hoofdstuk 3 wordt een totaalbeeld geschetst van de detentiebeleving van de Nederlandse gedetineerdenpopulatie. Daarnaast wordt gekeken naar eventuele man-vrouw verschillen en de invloed van de diverse persoons- en verblijfskenmerken op de detentiebeleving. Als laatste wordt nagegaan welke invloed de diverse aspecten van de detentiebeleving hebben op de algemene beleving. Binnen het gevangeniswezen kennen we drie hoofddifferentiaties, de huizen van bewaring (HvB), gesloten gevangenissen (GEV) en de (zeer) beperkt beveiligde inrichtingen ((Z)BBI). In Hoofdstuk 4 wordt gekeken op welke onderwerpen deze drie differentiaties verschillen. Naast de hoofddifferentiaties is er ook een aantal bijzondere groepen te onderscheiden. Het gaat dan om de extra zorgvoorziening (EZV), de penitentiaire psychiatrische centra (PPC), de instellingen voor stelselmatige daders (ISD) en de extra beveiligde afdelingen binnen de inrichtingen. Gezien de verschillen in mate van beveiliging worden in hoofdstuk 5 de resultaten van deze bijzondere groepen vergeleken met de resultaten van de gedetineerden binnen de huizen van bewaring en gesloten gevangenissen tezamen. In hoofdstuk 6 wordt kort stilgestaan bij een vergelijking van de locaties. Deze gedetineerdensurvey is nu voor de vierde keer landelijk uitgevoerd. In hoofdstuk 7 wordt teruggeblikt op de voorgaande metingen en worden de resultaten waar mogelijk vergeleken. Naast de gedetineerdensurvey is vrijwel gelijktijdig ook het personeel door middel van een medewerkerstevredenheidsonderzoek bevraagd over hun beleving. Dit onderzoek is door het WODC begeleid. De beide onderzoeken zijn vervolgens door het WODC aan elkaar gekoppeld. In hoofdstuk 8 wordt door het WODC de verbanden tussen beide onderzoeken toegelicht.
1.2 Vragenlijst De vragenlijst die is afgenomen bestaat uit ruim honderd vragen. Deze vragen zijn onderverdeeld in een zestal hoofdthema’s. Deze hoofdthema’s zijn geoperationaliseerd aan de hand van een twintigtal onderwerpen. Over elk onderwerp zijn in de vragenlijst steeds meerdere vragen gesteld. Door middel van deze hoofdthema’s wordt het gedetineerdenklimaat in een penitentiaire inrichting in beeld gebracht. Hieronder staan de hoofdthema’s en de bijbehorende onderwerpen puntsgewijs beschreven en toegelicht.
1. Veiligheid en duidelijkheid
• Veiligheid Veiligheid gaat in op de gevoelens van (on)veiligheid van gedetineerden in de inrichting. In welke mate voelen gedetineerden zich veilig op de afdeling, bij medegedetineerden en bij de medewerkers. • Regels en Rechten Bij regels en rechten gaat het over de helderheid van de regelgeving in de inrichting. Wordt de gedetineerde goed op de hoogte gebracht van zijn rechten en plichten? • Handhaving Handhaving geeft weer hoe volgens de gedetineerden de medewerkers in de inrichting met regels en straffen omgaan.
1
Exclusief justitiabelen in detentie- en uitzetcentra en extramuraal verblijvenden zoals deelnemers aan Penitentiaire Programma’s. Naar de detentiebeleving van vreemdelingen wordt een apart onderzoek uitgevoerd.
10
• Klachten Klachtafhandeling heeft betrekking op de bereikbaarheid en de wijze van klachtafhandeling door de Commissie van Toezicht.
2. Voorbereiding op terugkeer in de samenleving • Re-integratie Re-integratie gaat in op de mate waarin de inrichting de gedetineerden voorbereidt op terugkeer in de samenleving. • D&R-plan Momenteel wordt voor iedere gedetineerde een Detentie en Re-integratieplan (D&R-plan) opgesteld. Gedetineerden is gevraagd of zij bekend zijn met het D&R-plan, of zij begrijpen wat er in staat, of zij het D&R-plan nuttig vinden en of zij het regelmatig bespreken met hun mentor. • Toekomstverwachting Bij toekomstverwachting wordt weergegeven hoe de gedetineerde zijn toekomst na detentie ziet. Er wordt gevraagd naar de kans op een baan, de verwachting of de maatschappij hem een eerlijke kans geeft en of hij verwacht niet opnieuw in de fout te gaan. • Contacten met de buitenwereld Contacten met de buitenwereld richt zich op de mogelijkheden voor gedetineerden om contact te onderhouden met personen buiten de inrichting, zoals vrienden, familie en de advocaat. • Ouder-kind contact Ouder-kind contact gaat in op de mogelijkheden die de inrichting aan een gedetineerde ouder biedt om contact te onderhouden met hun kinderen en de kindvriendelijkheid van de inrichting. • Verlof Hier wordt ingegaan of de gedetineerde voldoende is voorbereid op het verlof en of rechten en plichten ten tijde van het verlof duidelijk waren.
3. Dagbesteding, activiteiten en autonomie • Dagbesteding Dagbesteding gaat in op de beleving van de gedetineerden ten aanzien van de invulling van de dag. Is het leven eentonig? Vinden gedetineerden dat ze te lang op cel zitten en vervelen ze zich in het weekend? • Activiteiten Activiteiten gaat over de beleving van de activiteiten in het dagprogramma. Hoe worden de aangeboden activiteiten beoordeeld. • Werk Neemt de gedetineerde deel aan de arbeid? Welke redenen worden gegeven om wel of niet deel te nemen. • Autonomie Autonomie behandelt het gevoel van zelfstandigheid van gedetineerden in de gesloten setting.
4. Contacten met PIW’ers en gedetineerden • Omgang PIW’ers Omgang met PIW’ers richt zich op de contacten die de gedetineerden met de PIW’ers hebben. • Omgang gedetineerden Omgang gedetineerden onderling geeft inzicht in de onderlinge contacten tussen de gedetineerden en de wijze waarop zij dit beleven. • Interculturalisatie Interculturalisatie richt zich op de mate waarin er begrip is voor en rekening gehouden wordt met de gebruiken en gewoonten van de gedetineerden met verschillende culturele achtergronden. • Discriminatie Worden gedetineerden gediscrimineerd? Zo ja, door wie en op grond waarvan?
11
Gedetineerden survey 2011
5. Gezondheid, zorgverleners en overige functionarissen • Gezondheid Gezondheid heeft betrekking op de gezondheid van de gedetineerden, er is gevraagd naar geestelijke en lichamelijke gezondheid en of de gezondheid tijdens detentie is veranderd. • Gezondheidszorg Gezondheidszorg gaat over de waardering van de gedetineerden voor de zorgverleners binnen de inrichting en de toegankelijkheid van zorg. • Bureau Gedetineerdenzaken Bureau Gedetineerdenzaken beschrijft de waardering van de gedetineerden voor het werk van de functionarissen van Bureau Gedetineerdenzaken, zoals BSD, Bevolkingsadministratie, TR en MMD. • Overige functionarissen Bij overige functionarissen gaat het over de waardering voor het werk van de medewerker onderwijs, de sportleraar, arbeidsmedewerker, visitatiemedewerker, het afdelingshoofd en de geestelijk verzorger.
6. Voorzieningen • Hygiëne Bij hygiëne gaat het om de algehele indruk van de properheid van de inrichting en persoonlijke hygiëne. • Gebouw Gebouw belicht de waardering van gedetineerden voor de kwaliteit, sfeer en inrichting van het gebouw. • Eten Bij Eten worden vragen gesteld over het eten. Is het warme eten lekker, is het voldoende en wordt er rekening gehouden met de diverse geloofsovertuigingen en diëten. • Winkel Winkel richt zich op de prijs-kwaliteit verhouding van de diverse producten in de winkel in de inrichting en het aangeboden assortiment.
Overige aspecten • Drugsgebruik Is er overlast van en controle op drugsgebruik? De meeste vragen/stellingen in de survey hebben vijf antwoordmogelijkheden, lopend van ‘helemaal mee oneens’ tot ‘helemaal mee eens’: de range van scores loopt van 1 tot 5. Sommige vragen/stellingen in de vragenlijst zijn negatief gesteld (bijvoorbeeld ‘Ik ben vaak bang op mijn cel’). Voor de eenduidige interpretatie van de scores is er voor gekozen om de scores van deze vragen om te coderen als ware het een positief geformuleerde vraag. Voor alle stellingen geldt derhalve dat een hoge score een positief oordeel behelst en een lage score negatief oordeel. Voor sommige onderwerpen was het mogelijk om deze vragen te bundelen in een schaal en de antwoordscores op de afzonderlijke vragen te middelen tot een schaalscore. Wanneer de opgetelde waarde van deze vragen weer wordt gedeeld door het aantal vragen in die schaal, bevinden de mogelijke scores zich ook hier tussen de 1 en de 5. De mogelijke scores kunnen nu echter ook niet-gehele getallen zijn, zoals 3,35 of 2,85. Het voordeel van een schaalscore is dat het oordeel van de gedetineerden over het onderwerp door middel van één cijfer kan worden weergegeven. Daarnaast is het voor analyses te prefereren met schalen te werken in plaats van met enkelvoudige vragen. Losse vragen zijn namelijk gevoeliger voor toevallige veranderingen dan schalen. Wanneer dezelfde vraag een jaar later weer gesteld wordt, bestaat er een gerede kans dat één vraag door toeval heel anders wordt beoordeeld door de gedetineerden. Wanneer dit een vraag in een schaal is, dan wordt deze verandering opgevangen door de andere vragen in de schaal. De schaal is daarmee ongevoeliger voor toevallige veranderingen en bij uitstek geschikt voor herhaalde metingen.
12
Op basis van de resultaten van de survey is een toets op de betrouwbaarheid van de schalen uitgevoerd. In bijlage 3 is een overzicht opgenomen van de betrouwbaarheid van de schalen. Alle schalen zijn voldoende tot goed betrouwbaar gebleken. Van alle schalen is naast de standard Cronbach’s Alpha (α) ook een gecorrigeerde Alpha weergegeven. De betrouwbaarheid van een schaal wordt namelijk beïnvloed door het aantal items dat tezamen de schaal vormt. Des te meer items, des te hoger (meestal) de betrouwbaarheid van de schaal. Ter extra controle is een gecorrigeerde Alpha berekend, waarbij ervan wordt uitgegaan dat de schaal geconstrueerd is uit 10 items.
1.3 Analyse van de gegevens Figuren De figuren in de volgende hoofdstukken geven steeds – in de vorm van horizontale balken – de gemiddelde score weer op de diverse onderwerpen.
Terminologie Vóór de afname van de gedetineerdensurvey zijn geen normen vastgesteld waaraan de scores of beoordeling van gedetineerden moeten voldoen om het predicaat positief of negatief te krijgen. Daarom is bij de beschrijving van de resultaten gekozen voor een statistische norm. Deze norm resulteert in de volgende terminologie die telkens in de tekst gehanteerd wordt in de duiding van de schaal en vraagscores: Gehanteerde terminologie Score lager dan
2,50
negatief oordeel
score tussen de
2,50 en 2,75
licht negatief oordeel
score tussen de
2,75 en 3,25
niet negatief en niet positief oordeel
score tussen de
3,25 en 3,50
licht positief oordeel
score hoger dan
3,50
positief oordeel
Statistische beoordeling van de verschillen Bij de beoordeling van verschillen wordt onderscheid gemaakt tussen de schaalscores op de schalen van de gedetineerdensurvey en de scores op losse vragen. De schaalscores zijn een optelsom van meerdere vragen. Ze leveren daarom een meer betrouwbare score op dan één enkele vraag. Bij de schalen wordt een verschil van 0,25 punt ten opzichte van het totaalgemiddelde als praktisch relevant gezien. Een verschil op een enkele stelling/vraag wordt als praktisch relevant beschouwd, wanneer dit gemiddelde minimaal 0,50 van het totaalgemiddelde verschilt. Naast het relevantiecriterium geldt ook het statistische significantiecriterium. Hierbij wordt de gebruikelijke grens gehanteerd van 95% betrouwbaarheid (een α van 5%), om te bepalen of een verschil als significant wordt aangemerkt. Voldoet het verschil niet aan beide bovenstaande criteria dan wordt het niet als verschil aangemerkt.
13
Gedetineerden survey 2011
14
2 Doel en opzet
Gedetineerden survey 2011
2.1 Doel In dit rapport wordt verslag gedaan van de gedetineerdensurvey 2011. Dit periodiek terugkerende belevingsonderzoek is voor de vierde maal landelijk uitgevoerd onder nagenoeg de gehele gedetineerdenpopulatie van het Nederlandse gevangeniswezen. Het doel van de gedetineerdensurvey is een bruikbaar en betrouwbaar beeld te geven van hoe ‘de’ gedetineerde in Nederland zijn of haar detentie beleeft. De resultaten van dit onderzoek worden gebruikt voor interne kwaliteitsverbetering, hebben beleidsmatig nut en tevens onderzoekswaarde. Het instrument kan worden gebruikt om verschillende vergelijkingen tussen inrichtingen te maken (benchmarking), maar ook daarbinnen (tussen units en afdelingen). Ook zijn vergelijkingen tussen bestemmingen mogelijk en vergelijkingen tussen groepen gedetineerden op basis van bepaalde verblijfs- en achtergrondkenmerken. Het instrument kan na verloop van jaren nog een belangrijke meerwaarde krijgen. Wanneer er meerdere metingen beschikbaar zijn, kan de mogelijke impact van beleidswijzigingen op het detentieklimaat met behulp van dit instrument in beeld worden gebracht. De gedetineerdensurvey is op drie manieren verankerd in het gevangeniswezen in Nederland. Ten eerste maken de uitkomsten deel uit van de planning en verantwoordingscyclus binnen het gevangeniswezen. De resultaten worden gebruikt in de jaarplannen van de penitentiaire inrichtingen. Ten tweede wordt verder gewerkt aan een verbinding tussen het personeelsbelevingsonderzoek ‘MTO DJI’ in de inrichtingen en de gedetineerdensurvey. Beide onderzoeken zijn vrijwel gelijktijdig landelijk afgenomen, met als doel de resultaten te koppelen. Deze analyses worden door het WODC, de onderzoeksdirectie van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, uitgevoerd. Ten slotte vormt de gedetineerdensurvey een belangrijk vertrekpunt bij de inspecties die worden uitgevoerd door de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt, thans Inspectie Veiligheid en Justitie). De gedetineerdensurvey maakt onderdeel uit van het toetsingskader dat daarbij door de ISt wordt gehanteerd. Bij een inspectie door de ISt worden de meest recente inrichtingsresultaten ter beschikking gesteld. De eerste drie landelijke gedetineerdensurveys werden in 2003, 2004 en in 2007 gehouden. De vierde meting stond aanvankelijk gepland in 2009, maar is verschoven naar 2011. Dit in verband met o.a. de invoering van het vestigingsmodel binnen Gevangeniswezen. Bovendien is tot uitvoering in 2011 besloten om zo dicht mogelijk aan te kunnen sluiten bij de afname van het MTO DJI in hetzelfde jaar. De vragenlijst die in 2011 aan de gedetineerden is voorgelegd komt in grote lijnen overeen met de vragenlijst die in 2007 is gebruikt. Naar aanleiding van de evaluatie van de vragenlijst van 2007 is een aantal vragen geschrapt en een aantal toegevoegd. Extra zaken die zijn toegevoegd hebben met name betrekking op gezondheid, re-integratie, interculturalisatie en ouder-kind contact.
2.2 Opzet De afname van de gedetineerdensurvey heeft in de eerste drie weken van juni 2011 plaatsgevonden. Inrichtingen waren vrij om in die periode een geschikte dag te kiezen om de vragenlijst af te nemen. In iedere inrichting was een contactpersoon aangewezen voor de voorbereiding en de uitvoering van de survey. De contactpersonen fungeerden als belangrijke schakel tussen het hoofdkantoor en de inrichtingen. Om de gedetineerden tijdig te informeren en te motiveren tot deelname aan de survey, zijn enkele weken voor de afname posters in de inrichting opgehangen. Ook is een paar dagen voorafgaand aan de afname een flyer aan de gedetineerden uitgereikt waarin het doel van de survey werd uitgelegd. Om het personeel op de hoogte te stellen is een factsheet uitgereikt. Deelname door de gedetineerden aan het onderzoek was vrijwillig en anoniem. De vragenlijst was in zeven talen 2 beschikbaar. Gedetineerden zijn niet beloond voor hun deelname. De ingevulde vragenlijsten zijn op
2
Naast het Nederlands, in de talen Engels, Frans, Duits, Spaans, Turks en Papiamento.
16
het hoofdkantoor van DJI ingescand en verwerkt 3. In samenwerking met het WODC zijn de resultaten van het medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO DJI) samen met de resultaten van de survey in één gecombineerde rapportage per locatie gepresenteerd. Elke inrichting/locatie kreeg een rapportage, mits was voldaan aan het responscriterium van minimaal 30%. De afzonderlijke afdelingsresultaten zijn alleen weergegeven als de respons meer dan 40% bedroeg. De gecombineerde rapportages zijn na de zomer 2011 naar de inrichtingen verzonden. De totale resultaten van het onderzoek zijn weergegeven in dit eindrapport.
2.3 Respons Alle gedetineerden die ten tijde van de survey verbleven in een inrichting van de sector Gevangeniswezen zijn benaderd om deel te nemen. De gedetineerden die om psychische redenen niet deel konden nemen, gedetineerden geplaatst op een strafcel/isoleercel, die tijdelijk elders verbleven (transport/op weg naar rechtbank, ziekenhuis etc.) en de zogeheten bolletjesslikkers en vreemdelingen in de strafrechtsketen (VRIS-ers) die in een detentiecentrum van de directie Bijzondere Voorzieningen verbleven hebben niet deelgenomen. De gedetineerdensurvey moet een bruikbaar en betrouwbaar beeld geven van hoe ‘de’ gedetineerde zijn of haar detentie beleeft. Hiervoor is een hoge respons van groot belang. In tabel 2 staat deze weergegeven voor alle gedetineerden en ook uitgesplitst naar bestemming. De respons is berekend door het aantal bruikbare vragenlijsten te delen door de gemiddelde bezetting op de dag van afname van de gedetineerdensurvey. De respons in 2004 bedroeg 48%, de respons in 2007 was 52%. Dit keer is een respons van 38% gerealiseerd. In vergelijking met voorgaande metingen is dit een duidelijke daling. In tabel 1.1 staat de respons van 2011 per bestemming beschreven. Tabel 1.1: Gemiddelde bezetting en respons per bestemming
Bestemming
Respons
Bezetting/uitgezet Responspercentage
Huis van Bewaring
1.594
4.755
34%
Gevangenis
1.241
2.944
42%
BBI/ZBBI
270
777
35%
EZV
311
592
53%
ISD
138
442
31%
36
132
27%
PPC
143
457
31%
Vrouw
331
617
54%
Totaal
4.064
10.716
38%
Extra beveiligd
In totaal zijn 4.064 bruikbare vragenlijsten in het onderzoek meegenomen. Zij vormen de totale groep waarvan in dit rapport verslag wordt gedaan. Meer dan de helft van de gedetineerden die aanwezig waren in de inrichtingen heeft niet deelgenomen aan de gedetineerdensurvey. Er is een aantal redenen te noemen waarom iemand niet heeft deelgenomen aan de survey. Het is mogelijk dat iemand niet kan lezen en daarom niet in staat was de vragenlijst in te vullen. Voorts is het mogelijk dat de vragenlijst niet werd vertrouwd. Dit ondanks het feit dat er op het formulier werd aangegeven dat de vragenlijst anoniem zou worden verwerkt. Tot slot kan iemand gewoon geen zin hebben gehad om de vragenlijst in te vullen. 3
Met dank aan Maaike Couperus, Aschwin Malahe en Vanda Continhio-Gomes
17
Gedetineerden survey 2011
Omdat er geen non-responsonderzoek is uitgevoerd, is het niet mogelijk inzichtelijk te maken hoeveel gedetineerden om welke redenen niet hebben deelgenomen aan de survey. De inzet van het personeel en het belang dat lokaal aan de survey wordt toegekend speelt wellicht ook een rol. In een nadere analyse van de lage respons zijn er verbanden aangetroffen tussen aandacht voor de gedetineerden en betrokkenheid bij het werk de PIW’ers en de hoogte van de respons op locatieniveau. Des te meer aandacht en betrokkenheid bij het personeel des te hoger de respons. In hoofdstuk 8 wordt verder gekeken naar verbanden tussen de resultaten van de gedetineerdensurvey en het medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO-DJI).
2.4 Representativiteit De responspopulatie vormt voor zover is na te gaan een goede afspiegeling van de totale gedetineerdenpopulatie, zowel qua bestemming, als qua leeftijd en strafduur. Er zijn daarom geen redenen om aan te nemen dat de resultaten niet representatief zijn voor de gehele gedetineerdenpopulatie. In bijlage 2 zijn tabellen weergegeven met de diverse kenmerken van zowel de gedetineerden die deel hebben genomen aan de gedetineerdensurvey als de totale gedetineerdenpopulatie op moment van afname.
18
3 Resultaten: Algehele beleving
Gedetineerden survey 2011
3.1 Inleiding/Leeswijzer In dit hoofdstuk worden de belangrijkste uitkomsten uit de gedetineerdensurvey op een rij gezet. Ze worden besproken aan de hand van zes hoofdthema’s. Elk thema bevat een aantal schalen van de gedetineerdensurvey en soms ook nog extra onderwerpen. De resultaten worden hieronder per thema besproken. Eerst wordt de beleving van de gehele gedetineerdenpopulatie besproken. In de hierna volgende hoofdstukken wordt stilgestaan bij de vraag of de detentiebeleving verschilt per bestemming. De respondenten zijn onderscheiden in drie hoofdbestemmingen: huis van bewaring, gesloten gevangenis en (zeer) beperkt beveiligde inrichting voor mannen. Vervolgens worden de bijzondere groepen beschreven en de verschillen tussen de locaties. Ook is gekeken naar samenhangen van de surveyschalen met enkele relevante achtergrondkenmerken zoals verblijfsduur, opleiding, leeftijd, land van herkomst en detentieverleden.
3.2 Het gedetineerdenklimaat Veiligheid n = 3755 Rechten ern regels n = 3808 Handhaving n = 3803 Klachtafhandeling n = 3766 Re-integratie n = 3750 D&R n = 3694 Toekomstverwachting n = 3827 Contacten met buiten n = 3778 Ouder-kind contact n = 1888 Dagbesteding n = 3833 Activiteiten n = 2735 Omgang met PIW-ers n = 3690 Omgang met gedetineerden n = 3811 Interculturalisatie n = 3724 Gezondheidszorg n = 3298 Bureau Gedet.zaken n = 2506 Overige functionarissen n = 2910 Autonomie n = 3794 Hygiëne n = 3854
3,58 3,01 2,75 2,83 2,59 2,43 3,51 2,89 2,68 2,57 2,92 3,20 3,31 3,09 3,10 2,97 3,41 2,91 3,32 1,00
2,00 3,00 Gemiddelde score
Positieve score
Neutrale score
4,00
5,00
Negatieve score
In voorgaande grafiek zijn voor de belangrijkste onderwerpen van de survey de scores op de bijbehorende schalen weergegeven. Deze grafiek geeft in één oogopslag een beeld van de beleving in detentie. Zo zijn de
20
gedetineerden positief over de veiligheid in de inrichting, de omgang met medegedetineerden, het werk van een aantal functionarissen en de hygiëne. Ook zien ze hun eigen toekomst positief tegemoet. De gedetineerden hebben een neutraal oordeel over de duidelijkheid in de rechten en regels, de handhaving ervan en de klachtafhandeling door de commissie van toezicht. Ook oordelen de gedetineerden neutraal over de mogelijkheden om contacten met de buitenwereld te onderhouden, de activiteiten die worden aangeboden, de omgang met de PIW’ers en de mate waarin rekening wordt gehouden met de diversiteit in culturen. Hun gezondheid is volgens de gedetineerden voldoende en over de geboden gezondheidszorg zijn ze niet tevreden maar ook niet ontevreden. Hetzelfde geldt voor het werk van de medewerkers van Bureau Gedetineerdenzaken. Verder oordelen ze neutraal over de mate van zelfstandigheid (autonomie), het gebouw en het eten. Negatief zijn de gedetineerden over de mate waarin de inrichting de gedetineerden voorbereidt op re-integratie en ook de bekendheid met het Detentie&Re-integratieplan is onvoldoende. De gedetineerden zijn verder negatief over het ouder-kind contact, de dagbesteding en de winkel. Hieronder zal per thema nader worden ingegaan op de resultaten.
Veiligheid en duidelijkheid Het positieve oordeel is terug te zien in de diverse stellingen over de veiligheid binnen de inrichting. De meeste stellingen worden positief tot zeer positief beantwoord. De gedetineerden hebben wel een neutrale mening over of je moet oppassen voor bepaalde gedetineerden en voor bepaalde PIW’ers. De duidelijkheid in rechten en regels wordt gemiddeld neutraal beoordeeld. Alleen op de stelling ‘Bij binnenkomst in deze inrichting ben ik op de hoogte gebracht van mijn rechten’ is licht negatief beantwoord. Daarentegen zijn de gedetineerden van mening dat wel goed duidelijk is wat er gebeurt als de huisregels worden overtreden. De mening van de gedetineerden ten aanzien van de handhaving van de regels is ook neutraal. Alleen de mate waarin bij het straffen rekening wordt gehouden met persoonlijke omstandigheden is volgens de gedetineerden onvoldoende. De klachtafhandeling wordt deels neutraal en deels licht negatief beoordeeld. De gedetineerden geven gemiddeld een neutraal antwoord op de stelling ‘Als ik een klacht heb, weet ik bij wie ik die klacht moet indienen’ en ook of de maandcommissaris goed bereikbaar is. Het indienen van een klacht wordt weinig nuttig gevonden, hierover oordelen zij licht negatief. Ook zijn de gedetineerden die weleens een klacht hebben ingediend (42% van de gedetineerden) licht negatief over de mate waarin de klacht serieus is genomen door de beklagcommissie. Erg negatief is men over de tijdigheid waarmee een klacht wordt behandeld.
Voorbereiding op terugkeer in de samenleving De re-integratie activiteiten binnen de inrichting worden licht negatief tot negatief beoordeeld. De gedetineerden zijn het met name oneens met de stellingen ‘Ik word in deze inrichting goed voorbereid op mijn terugkeer in de samenleving’ en ‘Het dagprogramma maakt het mogelijk om aan mijn terugkeer in de samenleving te werken’. Positiever, maar wel nog neutraal zijn de gedetineerden over de mogelijkheden om opleidingen en cursussen te volgen met het oog op re-integratie. Het Detentie&Re-integratieplan (D&R) is duidelijk een noviteit voor de gedetineerden. Zo blijken de gedetineerden bij binnenkomst niet goed te zijn geïnformeerd over het opstellen van een D&R-plan, ook wordt er niet regelmatig met hun mentor over de zaken die in het D&R-plan zijn opgenomen gesproken. De gedetineerden geven aan onvoldoende te begrijpen wat er in hun D&R-plan staat. Iets minder negatief, maar nog steeds licht negatief beoordelen de gedetineerden het nut van de zaken die in het D&R-plan staan. De toekomst daarentegen, die zien de gedetineerden met vertrouwen tegemoet. Zo achten zij de kans dat zij na hun detentie weer opnieuw een delict plegen erg klein en ook denken zij zeker weer een nieuwe start te kunnen maken na detentie. De toekomst wordt niet heel somber ingezien. De kans op een baan achten zij echter wel iets minder groot, hierop wordt neutraal geantwoord.
21
Gedetineerden survey 2011
De mogelijkheden om contacten met vrienden, familie en bijvoorbeeld de advocaat wordt wederom neutraal beoordeeld. De diverse aspecten, zoals gelegenheid om te bellen, privacy tijdens het bellen en de mogelijkheden om spullen in en uit te voeren en hun advocaat te spreken worden neutraal beantwoord. Eén aspect wordt echter slecht beoordeeld en dat is de privacy tijdens bezoektijden. Van de gedetineerden heeft iets meer dan de helft (54%) kinderen. Aan deze gedetineerden zijn dit jaar vragen gesteld over het specifieke contact tussen ouder en kind en de kindvriendelijkheid van de inrichting. Gemiddeld wordt het ouder-kind contact licht negatief beoordeeld. Echter, als naar de onderliggende vragen wordt gekeken dan is er een tweedeling in de beantwoording te zien. Zo zijn de gedetineerden van mening dat hun kinderen hen niet vaak genoeg kunnen bezoeken. De reguliere bezoekruimte is niet geschikt om kinderen in te ontvangen, de bezoektijden maken het lastig voor kinderen om op bezoek te komen en ook is er vanuit de inrichting onvoldoende ondersteuning bij het onderhouden van contacten. Duidelijk positiever, hetgeen uitmondt in een neutrale beoordeling, zijn de gedetineerden over het personeel. Zij gaan redelijk om met bezoekende kinderen en ook kunnen de gedetineerden met vragen over de omgang bij het personeel terecht. Op de stelling ‘Ik heb liever niet dat mijn kind(eren) me hier bezoeken’ is een derde het (zeer) eens (33%). Slechts 13% van de gedetineerden is weleens met verlof geweest. Hoewel deze gedetineerden aangeven de voorbereiding op het verlof niet voldoende maar ook niet onvoldoende te vinden, zijn ze over het algemeen wel op de hoogte van hun rechten en plichten tijdens verlof.
Dagbesteding, activiteiten en autonomie Over de dagbesteding zijn de gedetineerden gemiddeld genomen niet zo te spreken. Vooral tijdens het weekend verveelt men zich en ook ’s avonds is er niet genoeg te doen. Iets minder negatief (maar nog wel licht negatief ) zijn de gedetineerden over ruimte om in hun vrije tijd dingen te doen die ze leuk vinden. Op de stelling ‘Ik kan me in mijn cel goed vermaken’ reageren de gedetineerden niet negatief maar ook niet positief. De activiteiten die in de inrichting worden aangeboden zijn zeer divers. Het gaat om recreatie, sporten, de bibliotheek, arbeid, onderwijs, crea, luchten, TR-activiteiten en activiteiten van de geestelijke verzorging. De meeste activiteiten worden neutraal beoordeeld. Positieve uitschieters zijn echter de bibliotheek en de activiteiten van de geestelijke verzorging. Uitschieters naar beneden zijn de TR-activiteiten en de crea. Ook zijn de gedetineerden over het algemeen niet tevreden over het avond- en weekendprogramma. Iets minder ontevreden is men over het dagprogramma in het algemeen. Bijna driekwart (72%) van de gedetineerden neemt deel aan de arbeid. De meest genoemde redenen om deel te nemen zijn om iets te doen te hebben en om geld te verdienen. Redenen om niet deel te nemen zijn vooral omdat er geen arbeid wordt aangeboden of omdat de gezondheid het niet toelaat. Over de eigen beslissingsruimte in de inrichting hebben de gedetineerden een neutraal oordeel. Dit neutrale oordeel is terug te zien in de onderliggende vragen over de mate waarin het personeel de gedetineerden zelf leert verantwoordelijkheid te nemen en open staat voor hun mening en de gedetineerden stimuleert om zelf dingen te regelen. Ook is men niet uitgesproken over de mate waarin hun leven door anderen wordt bepaald, zij niets zelf kunnen bepalen en alles voor hen wordt beslist. De gedetineerden beoordelen hun bewegingsvrijheid licht negatief.
Contacten met PIW’ers en gedetineerden De omgang met de PIW’ers wordt door de gedetineerden neutraal beoordeeld. Bij een aantal onderliggende vragen is deze neutrale mening terug te zien. Een viertal stellingen springt er echter positief uit. De gedetineerden geven aan dat de PIW’ers op een normale manier met hen omgaan, dat ze vriendelijk zijn, dat ze ook de gedetineerden aanspreken op ongewenst gedrag en dat de PIW’ers op een respectvolle manier met hen omgaan. Ook zijn de gedetineerden tevreden over het werk van de PIW’ers.
22
Het contact met de medegedetineerden wordt zelfs licht positief beoordeeld. Bij de onderliggende vragen is dit terug te zien bij het positieve oordeel over de aanwezigheid van medegedetineerden die een luisterend oor bieden bij problemen, de snelheid waarmee nieuwelingen binnen de groep worden geaccepteerd. De gedetineerden geven ook duidelijk aan goed op te kunnen schieten met de meeste medegedetineerden. De gedetineerden zijn niet ontevreden maar ook niet tevreden over de mate waarin rekening wordt gehouden met religieuze feesten en culturele gewoonten. Iets positiever is men over de mate waarin rekening wordt gehouden met de verschillende religies. De stelling ‘De medewerkers hier snappen de dingen die horen bij mijn cultuur’ wordt weer neutraal beantwoord. Over het geheel wordt het onderwerp interculturalisatie neutraal beoordeeld. Aan de gedetineerden is gevraagd of zij in de inrichting zijn gediscrimineerd. Ruim driekwart (78%) geeft aan nooit gediscrimineerd te zijn en een zesde (16%) geeft aan dat er soms sprake van discriminatie is geweest. Slechts 6% geeft aan vaak gediscrimineerd te zijn. Bij de vraag door wie ze worden gediscrimineerd wordt het vaakst één of meerdere PIW’ers genoemd. De grond waarop men zich gediscrimineerd voelt is het vaakst de culturele afkomst. Ook wordt soort delict en godsdienst nog relatief vaak genoemd.
Gezondheid, zorgverleners en overige functionarissen De verwachting is dat de gezondheid van de gedetineerde een rol speelt in de individuele beleving van het detentieklimaat. Om deze reden is gevraagd aan de gedetineerden om aan te geven hoe zij zelf hun geestelijke en lichamelijke gezondheid beoordelen. Ook is gevraagd in hoeverre de gezondheid tijdens de detentie achteruit is gegaan. De lichamelijke gezondheid oordelen de gedetineerden als net voldoende, de geestelijke gezondheid wordt ook als voldoende beoordeeld, echter de score ligt wel wat hoger. Wel is de gezondheid volgens de gedetineerden tijdens de detentie licht achteruitgegaan. De gezondheidszorg binnen de inrichting wordt neutraal beoordeeld. De gedetineerden zijn niet tevreden maar ook niet ontevreden over het werk van de verpleegkundige, de overige medische zorgverleners zoals de arts, tandarts en de fysio en het werk van de psycholoog. De toegankelijkheid van de huisarts in de inrichting wordt positief beoordeeld. Bureau Gedetineerdenzaken is een samenstel van medewerkers BSD, Bevolkingsadministratie, TR en MMD. Het werk van de medewerkers van Bureau Gedetineerdenzaken wordt gemiddeld neutraal gewaardeerd door de gedetineerden. Als naar het werk van de diverse medewerkers afzonderlijk wordt gekeken, dan wordt het werk van de medewerkers Bevolkingsadministratie het meest gewaardeerd, namelijk licht positief. Naast de PIW’ers, de zorgverleners en de medewerkers van Bureau Gedetineerdenzaken zijn er nog tal van andere functionarissen werkzaam binnen de inrichting die regelmatig contact hebben met de gedetineerden. Het gaat om de medewerker onderwijs, de sportleraar, arbeidsmedewerker, visitatiemedewerker, het afdelingshoofd en de geestelijk verzorger. Aan de gedetineerden is ook bij deze medewerkers gevraagd om aan te geven in hoeverre zij tevreden zijn over hun werk. Zij zijn hier gemiddeld licht positief over. Het meest tevreden zijn de gedetineerden over het werk van de geestelijk verzorger, de sportleraar en de arbeidsmedewerkers. Hun oordeel is hier positief.
Omstandigheden en faciliteiten De gedetineerden zijn redelijk tevreden over de diverse hygiëne-aspecten. De hygiëne in het algemeen in de inrichting wordt neutraal beoordeeld, de gedetineerden zijn tevreden over de frequentie waarmee kan worden gedoucht en waarmee hun kleding kan worden gewassen. De kwaliteit, de sfeer en de inrichting van het gebouw worden niet negatief maar ook niet positief beoordeeld.
23
Gedetineerden survey 2011
Het eten wordt neutraal gewaardeerd. Er is echter een groot verschil te zien tussen de diverse aspecten die tezamen het oordeel over het eten vormen. Zo vinden ze heel duidelijk het warme eten niet lekker. Over de portiegrootte hebben ze geen uitgesproken mening en de gedetineerde zijn weer positief over de mate waarin rekening wordt gehouden met geloofsovertuigingen en diëten bij de maaltijd. Over de winkel zijn de gedetineerden duidelijk ontevreden, Het aanbod is volgens hen onvoldoende en ook zijn de producten te duur.
Overige aspecten Bijna een derde (30%) geeft aan dat er soms sprake is van drugsgebruik op de afdeling en 13% geeft aan dat dit zelfs vaak het geval is. Aan deze gedetineerden is gevraagd in hoeverre men overlast van het drugsgebruik ervaart. Deze gedetineerden geven aan veelal geen overlast te ervaren. Aan alle gedetineerden is gevaagd of er teveel op het gebruik van drugs wordt gecontroleerd. Hierover hebben de gedetineerden geen uitgesproken mening. Verder zijn nog een paar losse stellingen aan de gedetineerden voorgelegd. Zo is de stelling voorgelegd ‘Ik vind het geen probleem om met een gedetineerde een cel te delen’. De meeste gedetineerden willen liever niet een cel delen, met deze stelling zijn de meeste gedetineerden het namelijk oneens. De stelling over de vriendelijkheid van de arbeidsmedewerkers wordt overwegend positief beantwoord en de meeste gedetineerden antwoorden neutraal op de stelling of de visitatiemedewerkers respectvol met hen omgaan. De laatste stelling in de survey is ‘Over deze inrichting ben ik in het algemeen tevreden’. Ruim een derde (35%) is het hier (zeer) mee eens en evenveel gedetineerden zijn het met deze stelling (zeer) oneens.
3.3 Kenmerken gedetineerden 3.3.1 Sekse Er zijn qua detentiebeleving op bijna alle onderwerpen geen verschil tussen mannen en vrouwen. Alleen over het werk van de medewerkers bij bureau Gedetineerdenzaken zijn de vrouwen iets positiever. In de hieronder volgende tabel is per onderwerp de gemiddelde score per onderwerp voor zowel de mannelijke gedetineerden als de vrouwelijke gedetineerden weergegeven. Tabel 3.1 Gemiddelden per sekse
24
Man
Vrouw
Onderwerpen
Gemiddelde
Gemiddelde
Veiligheid
3,59
3,54
Rechten en regels
3,00
3,09
Handhaving
2,74
2,81
Klachtafhandeling
2,82
2,97
Re-integratie
2,57
2,78
D&R
2,42
2,57
Toekomstverwachting
3,50
3,64
Contacten met de buitenwereld
2,89
2,82
Ouder-kind contact
2,67
2,82
Omgang met PIW’ers
3,19
3,36
Omgang gedetineerden onderling
3,31
3,32
Interculturalisatie
3,09
3,13
Dagbesteding
2,57
2,55
Activiteiten
2,91
3,10
Man
Vrouw
Autonomie
2,91
2,93
Gezondheid
2,81
2,65
Gezondheidszorg
3,10
3,18
Bureau Gedetineerdenzaken
2,95
3,27
Overige functionarissen
3,40
3,54
Hygiëne
3,30
3,52
Gebouw
2,88
2,94
Eten
2,79
2,99
Winkel
2,20
2,19
3.3.2 Leeftijd Naar mate de leeftijd vordert is de mening van de gedetineerde op veel onderwerpen positiever. Het gaat om de tevredenheid met de zorgverleners, Bureau Gedetineerdenzaken, omgang met de PIW’ers, contacten met de buitenwereld, Ouder-kind contact, D&R-plan en re-integratie. De gevonden verbanden tussen leeftijd en de onderwerpen zijn echter wel als zeer zwak te typeren. Iets sterker, maar nog steeds zwak is het verband tussen de mening over de dagbesteding en het algemene oordeel.
3.3.3 Etniciteit In het algemene oordeel over de inrichting zijn er per etnische groepering verschillen te constateren. In vergelijking met de Nederlandse gedetineerde zijn de gedetineerde van Marokkaanse en Antilliaanse afkomst duidelijk minder tevreden. Dit komt ook naar voren in hun oordeel over de omgang met de PIW’ers. Hier zijn zij duidelijk negatiever over dan de Nederlandse gedetineerde. Bij het beoordelen van hun eigen gezondheid, zowel fysiek als psychisch, vallen de Turkse gedetineerden in negatieve zin op. Zij beoordelen hun gezondheid duidelijk minder goed dan de Nederlandse gedetineerde. Ook zijn zij minder tevreden over het werk van de diverse zorgverleners in de inrichting. Als onderscheid wordt gemaakt naar Nederland, eerste generatie migrant en tweede generatiemigrant dan vallen er twee andere verschillen op. Zo is de tweede generatiemigrant minder positief over de mogelijkheden voor ouder-kind contact en de kindvriendelijkheid van de inrichting dan zowel de Nederlander als de eerste generatiemigrant. Bij de bekendheid en de beoordeling van nut en noodzaak van het D&R-plan is er een verschil tussen de eerste en tweede generatiemigrant. De tweede generatiemigrant is negatiever over het D&R-plan.
3.3.4 Opleidingsniveau Er is geen eenduidig verband tussen het opleidingsniveau en de tevredenheid over de diverse aspecten van de detentiebeleving in de inrichting. Wel valt de groep gedetineerden die een HAVO of VWO-diploma hebben in negatieve zin op. Zij zijn minder tevreden over het algemeen en in het bijzonder over de duidelijkheid in rechten en regels, de handhaving van deze rechten en regels (hier moet overigens worden opgemerkt dat ook gedetineerden met een afgeronde MBO- of HBO-opleiding zich hier negatief onderscheiden van de andere gedetineerden), de tevredenheid over het werk van de diverse zorgverleners, omgang met de PIW’ers en de onderlinge omgang met medegedetineerden, ouder-kind contact, activiteiten, re-integratie en D&R-plan.
25
Gedetineerden survey 2011
3.3.5 Verblijfsduur Er is geen verband tussen de verblijfsduur in de huidige inrichting, de totale verblijfsduur of de nog te verwachten verblijfsduur en het oordeel van de gedetineerden ten aanzien van de tevredenheid over de diverse aspecten van het detentieklimaat.
3.3.6 Gezondheid In de survey is aan de gedetineerden gevraagd om aan te geven of hun gezondheid tijdens detentie achteruit is gegaan en hoe zij hun lichamelijke en geestelijke gezondheid beoordelen. Ruim de helft van de gedetineerden geeft aan dat hun gezondheid tijdens de detentie achteruit is gegaan. Een kwart geeft echter aan dat de gezondheid juist is verbeterd. Volgens 30% van de gedetineerden is hun lichamelijke gezondheid goed tot uitstekend. Meer dan een kwart geeft aan dat hun gezondheid voldoende is en twee vijfde geeft aan een matige tot slechte lichamelijke gezondheid te hebben. Hun geestelijke gezondheid wordt vergelijkbaar gevonden. Een derde geeft aan dat deze slecht tot matig is, een kwart vindt het voldoende en volgens twee vijfde is hun geestelijke gezondheid goed tot uitstekend. Bij een belevingsonderzoek is het aannemelijk dat hoe beter men zich voelt, hoe positiever ook het oordeel is over de beleving in de inrichting. Deze aanname blijkt inderdaad te kloppen. De beoordeling van alle aspecten van de beleving die in het onderzoek zijn bevraagd houdt positief verband met de lichamelijke en geestelijke gezondheid. In het kort: hoe gezonder – hoe positiever/meer tevreden. Hetzelfde geldt voor de mate waarin hun gezondheid tijdens detentie is veranderd.
3.4 Kenmerken inrichting 3.4.1 Architectonisch model van het gebouw De inrichtingen zijn qua bouw in te delen in zes modellen: paviljoen, vleugel, kruis/dubbelkruis, hoogbouw, koepel of patio. Er is gekeken of het model van het gebouw van invloed is op de beleving. De gedetineerden die gedetineerd zitten in een patio-model laten zich over de meeste onderwerpen positiever uit dan gemiddeld. De gedetineerden in een koepel zijn weer iets negatiever dan gemiddeld. De enige onderwerpen waar het model van het gebouw geen noemenswaardig verschil uit maakt zijn de veiligheid, oordeel over de zorgverleners, onderlinge omgang met medegedetineerden, interculturalisatie en hun toekomstverwachting.
3.4.2 Ratio personeel/gedetineerde Het aantal personeelsleden per gedetineerde vertoont lichte samenhang met de detentiebeleving. Deze samenhang is voornamelijk te zien bij de omgang met PIW’ers, de contacten met de buitenwereld, activiteiten, re-integratie en hygiëne.
3.4.3 Schaalgrootte en bezettingsgraad De grootte van de inrichting laat een licht negatief verband zien met het oordeel over de gezondheidszorg, de omgang met de PIW’ers, de mate van interculturalisatie, de contacten met de buitenwereld, activiteiten, D&R-plan en re-integratie en hygiëne. Hoe groter de inrichting, hoe negatiever. De bezettingsgraad speelt echter geen rol.
26
3.4.4 Regio Binnen het gevangeniswezen zijn de inrichtingen op basis van hun geografische ligging ingedeeld in drie regio’s, te weten Zuid, West en Noord-Oost. Tussen de regio zijn bijna geen verschillen. Alleen ten aanzien van de mogelijkheden ouder-kindcontact en de hygiëne zijn de gedetineerden in inrichtingen uit de regio West minder tevreden dan de gedetineerden uit de regio Noord-Oost.
3.4.5 Randstad versus niet-Randstad Of een inrichting in de Randstad ligt of niet, in de beleving maakt dit geen verschil. Uitzondering hierop is de tevredenheid over de mogelijkheden voor ouder-kindcontact. De gedetineerden die in een inrichting verblijven buiten de Randstad zijn hier positiever over.
3.5 Algehele tevredenheid – samenhang Aan het einde van de vragenlijst is aan de gedetineerden de vraag gesteld wat ze in het algemeen van de inrichting vinden. De gedetineerden oordelen hierover gemiddeld genomen neutraal (2,90). De procentuele verdeling ziet er als volgt uit: een zesde (16%) geeft aan zeer ontevreden te zijn over de inrichting, bijna een vijfde (19%) is ontevreden. Drie van de tien gedetineerden is niet tevreden, maar ook niet ontevreden over de inrichting in het algemeen. Ongeveer evenveel gedetineerden (29%) zijn tevreden en 5% van de gedetineerden zijn zeer tevreden. In het vervolg van deze paragraaf zal worden bekeken in hoeverre de verschillende onderwerpen uit de survey samenhangen met de vraag naar de algehele tevredenheid. In tabel 3.2 zijn daartoe de correlaties van de diverse schalen met de algehele tevredenheid op een rij gezet. Om de mate van de samenhang aan te geven wordt het volgende onderscheid gehanteerd: • zwakke samenhang: 0,15 – 0,25; • middelsterke samenhang: 0,25 – 0,40; • sterke samenhang: 0,40 – 0,60. Uit de tabel blijkt dat bijna alle aspecten van het verblijfsklimaat een sterke samenhang vertonen met de algehele tevredenheid. Bij de schaal Veiligheid en Omgang gedetineerden onderling is sprake van een middelsterke samenhang met de algehele tevredenheid. De samenhang bij de schaal Toekomstverwachting is te typeren als zwak.
27
Gedetineerden survey 2011
Tabel 3.2 Correlaties van de schalen met de algehele tevredenheid
Schaal
Correlatie met algehele tevredenheid inrichting
Aantal (n)
Omgang met PIW’ers
,624**
3298
Contacten met de buitenwereld
,604**
3344
Autonomie
,602**
3363
Rechten en regels
,592**
3386
Re-integratie
,579**
3314
Activiteiten
,562**
2317
Dagbesteding
,535**
3373
Hygiëne
,532**
3381
Handhaving
,528**
3325
Interculturalisatie
,496**
3302
Bureau Gedetineerdenzaken
,471**
2142
Ouder-kind contact
,470**
1628
D&R
,462**
3269
Overige functionarissen
,458**
2487
Klachtafhandeling
,440**
3257
Gezondheidszorg
,433**
2837
Veiligheid
,382**
3355
Omgang gedetineerden onderling
,286**
3372
Toekomstverwachting
,186**
3360
**. Correlatie is significant (bij 0,01)
Met behulp van regressie-analyse is gekeken naar de unieke bijdragen van de schalen aan de verklaring van het algehele oordeel over de inrichting. Uit de analyse blijkt dat 8 van de 18 aspecten iets unieks toevoegen aan de verklaring van de algehele beoordeling van het verblijfsklimaat in de inrichting. De belangrijkste bijdrage wordt geleverd door: • Rechten en regels; • Activiteiten; • Dagbesteding; • Hygiëne; • Contacten met de buitenwereld; • Omgang met PIW’ers; • Re-integratie; • Handhaving. De andere aspecten blijken niets unieks meer toe te voegen aan de verklaring van de algehele tevredenheid. De schalen die zijn opgenomen in het model verklaren 54% van de variatie in de antwoordpatronen van de gedetineerden op de vraag naar de algehele tevredenheid over de inrichting.
28
4 Resultaten: Beleving per hoofddifferentiatie
Gedetineerden survey 2011
4.1 Inleiding In het vorige hoofdstuk is beschreven hoe de gedetineerden hun verblijf in de inrichting ‘gemiddeld genomen’ beleven. In dit hoofdstuk wordt gekeken of er op dit punt verschillen zijn tussen de drie hoofddifferentiaties die binnen het Gevangeniswezen worden gevoerd. Het gaat om de volgende differentiaties: • Huis van Bewaring: een penitentiaire inrichting, waarin zowel niet veroordeelden als overige categorieën gedetineerden kunnen worden geplaatst. • Gevangenis: een penitentiaire inrichting, bestemd voor de opneming van hen die, al dan niet onherroepelijk, tot een vrijheidsstraf zijn veroordeeld. • Beperkt en zeer beperkt beveiligde inrichting: een penitentiaire inrichting, bestemd voor de opneming van hen die, al dan niet onherroepelijk, tot een vrijheidsstraf zijn veroordeeld. Het niveau van beveiliging is te classificeren als beperkt of zeer beperkt. De diverse onderwerpen zullen per paragraaf worden behandeld. In het volgende hoofdstuk worden de bijzondere bestemmingen binnen het Gevangeniswezen nader beschouwd.
4.2 Veiligheid en duidelijkheid In deze paragraaf wordt ingegaan op de veiligheid in de inrichting, de bekendheid met de regels en rechten en de handhaving daarvan. Ook wordt stilgestaan bij de klachtafhandeling.
Grafiek Veiligheid Veiligheid Huis van Bewaring n = 1476 Gevangenis n = 1141 (Z)BBI n = 255
3,58 3,58 3,71 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De veiligheid binnen de inrichting wordt door de gedetineerden binnen alle drie de hoofddifferentiaties positief beoordeeld. Deze eenduidige beoordeling van de veiligheid is ook bij de diverse onderliggende aspecten terug te zien. Er zijn tussen de differentiaties geen opvallende verschillen.
30
Grafiek Regels en rechten Regels en rechten Huis van Bewaring n = 1496 Gevangenis n = 1159 (Z)BBI n = 259
2,96 2,94 3,28 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in een BBI of ZBBI zijn positiever over de helderheid van de regels en rechten die in de inrichting gelden dan de gedetineerden die verblijven in een huis van bewaring of gesloten gevangenis. Zij geven met name vaker aan dat hen bij binnenkomst verteld is wat de huisregels zijn en ook wat hun rechten zijn.
Grafiek Handhaving regels en rechten Handhaving Huis van Bewaring n = 1498 Gevangenis n = 1157 (Z)BBI n = 255
2,69 2,72 2,79 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De beoordeling door de gedetineerden van de wijze waarop de medewerkers met de regels en ook de straffen in de inrichting omgaan laten geen opvallende verschillen zien tussen de drie differentiaties.
31
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Klachtafhandeling Klachtafhandeling Huis van Bewaring n = 1487 Gevangenis n = 1164 (Z)BBI n = 247
2,80 2,75 2,93 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
Ook de wijze waarop de klachtafhandeling door de Commissie van Toezicht plaatsvindt wordt door de onderscheiden groepen gedetineerden vergelijkbaar beoordeeld. Wel varieert het aantal gedetineerden dat weleens een klacht heeft ingediend. Van de gedetineerden in een huis van bewaring heeft twee vijfde een klacht ingediend, van de gedetineerden in een gesloten gevangenis is dit bij de helft (48%) en in een (Z)BBI ligt dit percentage op 29%.
4.3 Voorbereiding op terugkeer in de samenleving Hier wordt ingegaan op de mate waarin de inrichting oog heeft voor de re-integratie van de gedetineerden, de bekendheid en het nut van het Detentie- en Re-integratieplan en de toekomstverwachting. Ook komen de contacten met de buitenwereld, het ouder-kind contact en de mogelijkheden tot verlof aan de orde.
Grafiek Re-integratie Re-integratie Huis van Bewaring n = 1478 Gevangenis n = 1142 (Z)BBI n = 256
2,47 2,52 2,89 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in een BBI of ZBBI oordelen gematigd over de re-integratie-inspanningen van de inrichting. Dit oordeel is positiever dan het oordeel binnen de huizen van bewaring en de gesloten gevangenissen. Zo geven zij vaker aan dat de inrichting hen goed voorbereidt op terugkeer naar de maatschappij, het verblijf in teken van hun re-integratie staat en het dagprogramma volgens hen ook vaker voorziet in mogelijkheden om aan hun terugkeer te werken.
32
Grafiek Detentie & Re-integratieplan D&R Huis van Bewaring n = 1448 Gevangenis n = 1131 (Z)BBI n = 256
2,30 2,37 2,92 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
Bij het D&R-plan is een zelfde beeld als bij re-integratie te zien. Ook hier oordelen de gedetineerden in een BBI of ZBBI duidelijk minder negatief. Zij zijn vaker geïnformeerd over het opstellen van het D&R-plan, over wat er in staat en ook wordt er vaker met een mentor over gesproken.
Grafiek Toekomstverwachting Toekomstverwachting Huis van Bewaring n = 1507 Gevangenis n = 1164 (Z)BBI n = 260
3,47 3,49 3,70 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De toekomst wordt door alle gedetineerden zonnig tegemoet gezien. Tussen de drie differentiaties zijn geen grote verschillen te constateren.
33
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Contacten met de buitenwereld Contacten met de buitenwereld Huis van Bewaring n = 1493 Gevangenis n = 1149 (Z)BBI n = 244
2,70 2,91 3,36 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De mogelijkheden voor gedetineerden om contact te onderhouden met personen buiten de inrichting, zoals vrienden, familie en de advocaat worden verschillend beoordeeld. Ook hier zijn de gedetineerden in een BBI of ZBBI positiever dan de andere gedetineerden. Over de gehele linie zijn zij meer te spreken over de privacy tijdens bezoektijden of telefoongesprekken en de mogelijkheden om met hun advocaat of familie en vrienden contact te onderhouden. Voorts geven zij vaker aan dat zij door het avond- en het weekendprogramma beter contact kunnen onderhouden.
Grafiek Ouder – kind contact Ouder-kind contact Huis van Bewaring n = 741 Gevangenis n = 596 (Z)BBI n = 145
2,62 2,65 2,86 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Een meerderheid van de gedetineerden heeft kinderen. In een huis van bewaring heeft 52% van de gedetineerden kinderen, in een gesloten gevangenis is dit 55% en in een (Z)BBI is dit twee derde (67%). Van deze groep gedetineerden geeft 30% (HvB) tot een derde ((Z)BBI) aan dat zij liever niet hebben dat hun kinderen op bezoek komen. Binnen het gevangeniswezen wordt geprobeerd, voor zover dit mogelijk is, rekening te houden met deze speciale groep bezoekers. Over het geheel genomen zijn de gedetineerden in een huis van bewaring of gesloten gevangenis licht negatief over de mogelijkheden voor kinderen om hen te bezoeken en over de kindvriendelijkheid van de inrichting. Het oordeel van de gedetineerden in een (Z)BBI is weliswaar iets milder, echter dit verschil is gering en niet relevant of significant. Wel moet worden vermeld dat de gedetineerden neutraal oordelen over de wijze waarop de medewerkers omgaan met bezoekende kinderen. Het minst zijn zij te spreken over de kindvriendelijkheid van de reguliere bezoekruimte en de frequentie waarmee en bezoektijden waarop hun kinderen op bezoek kunnen komen.
Verlof De mogelijkheid om met verlof te gaan (begeleid, dan wel onbegeleid) variëren per differentiatie. Niet verwonderlijk dus dat het percentage verlofgangers in een huis van bewaring op 4% ligt, in een gesloten gevangenis op 10% en in een BBI of ZBBI op maar liefst 83%. De gedetineerden in een (Z)BBI geven vaker aan
34
goed te zijn voorbereid op hun verlof en ook geïnformeerd te zijn over hun rechten en plichten tijdens verlof. Hun oordeel is positief. Het oordeel van de gedetineerden in een huis van bewaring of gesloten gevangenis is neutraal.
4.4 Dagbesteding, activiteiten en autonomie In deze paragraaf komen het dagprogramma en de activiteiten die worden aangeboden aan de orde. Ook wordt het oordeel van de gedetineerden over hun eigen zeggenschap behandeld.
Grafiek Dagbesteding Dagbesteding Huis van Bewaring n = 1506 Gevangenis n = 1170 (Z)BBI n = 251
2,35 2,66 2,93 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De wijze waarop de dag wordt ingevuld, is grotendeels afhankelijk van het dagprogramma en de vrijheden die binnen het regime (differentiatie) gelden. Het is daarom niet verrassend dat tussen de drie hoofddifferentiaties duidelijke verschillen te zien zijn. De gedetineerden in een huis van bewaring zijn het minst tevreden over de wijze waarop zij de dag doorkomen. In een gesloten gevangenis zijn ze hierover licht negatief en de gedetineerden in een (Z)BBI zijn niet positief, maar ook niet negatief. Met name over de tijdsbesteding in de avonden en de weekenden zijn de verschillen tussen de differentiaties het meest duidelijk.
Grafiek Activiteiten Activiteiten Huis van Bewaring n = 1059 Gevangenis n = 848 (Z)BBI n = 177
2,78 2,93 2,92 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Binnen het dagprogramma worden diverse activiteiten aangeboden. Het oordeel over deze activiteiten is eenduidig. Ook als wordt gekeken naar de afzonderlijke activiteiten zijn er geen opvallende verschillen in beoordeling. Het meest tevreden is men over de bibliotheek, het luchten en de geestelijk verzorger. De TR-trainingen vs. activiteiten worden door de gedetineerden in alle drie de differentiaties het meest negatief beoordeeld. Ook is aan de gedetineerden gevraagd om aan te geven hoe tevreden ze zijn over het
35
Gedetineerden survey 2011
dagprogramma in het algemeen. Bij deze vraag is wel een verschil te zien tussen de differentiaties, de gedetineerden in een huis van bewaring zijn niet tevreden, de gedetineerden in een gesloten gevangenis of (Z)BBI zijn niet tevreden, maar ook niet ontevreden. Eén van de aangeboden activiteiten is arbeid. Hierover oordelen de gedetineerden eenduidig neutraal. Als wordt gekeken naar de deelnamegraad per differentiatie dan zijn er wel verschillen. In een huis van bewaring werkt bijna twee derde (65%), in een gesloten gevangenis werkt 73% en in een (Z)BBI werkt maar liefst 88%. Voornaamste reden om te werken is om iets te doen te hebben, echter de gedetineerden in een (Z)BBI geven ook vaak aan deel te nemen aan de arbeid om op die manier te werken aan voorbereiding op terugkeer in de maatschappij. De voornaamste reden om niet deel te nemen aan de arbeid is veelal het ontbreken van arbeid. De gedetineerden in een (Z)BBI geven ook vaak aan niet te werken vanwege gezondheidsredenen.
Grafiek Autonomie Autonomie Huis van Bewaring n = 1493 Gevangenis n = 1149 (Z)BBI n = 259
2,78 2,96 3,20 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Het gevoel van zelfstandigheid van gedetineerden varieert. Zo ervaren de gedetineerden in een huis van bewaring de minste mate van autonomie en de gedetineerden in een (Z)BBI de meeste. Voor alle drie de differentiaties geldt echter wel dat het oordeel in het neutrale bereik ligt. De verschillen komen vooral tot uitdrukking bij de stelling ‘ Ik heb voldoende bewegingsvrijheid’. De gedetineerden in een huis van bewaring zijn het hier duidelijk niet mee eens, de gedetineerden in een gesloten gevangenis zijn het er niet mee eens, maar ook niet mee oneens. De gedetineerden in een (Z)BBI zijn het er echter grotendeels wel mee eens.
4.5 Contacten met PIW’ers en gedetineerden In deze paragraaf wordt gekeken naar de contacten tussen de gedetineerden en de PIW’ers en de gedetineerden onderling. Vervolgens wordt ingegaan op de wijze waarop wordt omgegaan met de uiteenlopende culturele achtergronden van de gedetineerden in de inrichting en op het onderwerp discriminatie.
36
Grafiek Omgang met PIW’ers Omgang met PIW-ers Huis van Bewaring n = 1455 Gevangenis n = 1117 (Z)BBI n = 250
3,11 3,18 3,29 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De omgang met de PIW’ers wordt door de gedetineerden in zowel een huis van bewaring als een gesloten gevangenis in gelijke mate neutraal beoordeeld. Het oordeel van de gedetineerden in een (Z)BBI is licht positief, echter dit verschil is niet relevant of significant verschillend van het oordeel van de andere twee groepen. Alle onderliggende stellingen worden neutraal tot positief beantwoord en tussen de differentiaties zijn geen noemenswaardige verschillen aanwezig. Verder komt duidelijk naar voren dat de gedetineerden vinden dat de PIW’ers op een respectvolle en een normale manier met hen omgaan, vriendelijk zijn en ook de gedetineerden aanspreken op ongewenst gedrag. Deze stellingen zijn positief beantwoord.
Grafiek Omgang gedetineerden onderling
Omgang gedetineerden onderling Huis van Bewaring n = 1494 Gevangenis n = 1158 (Z)BBI n = 259
3,31 3,25 3,51 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Over de onderlinge omgang zijn de gedetineerden overwegend positief. De gedetineerden in een gesloten gevangenis zijn in vergelijking met de gedetineerden in een (Z)BBI wel iets minder positief, zij oordelen neutraal. De gedetineerden in een (Z)BBI hebben op een paar onderliggende vragen vaker een neutraal oordeel. Zo wordt er volgens hen minder rekening met elkaar gehouden, gaat men minder respectvol met elkaar om en worden ook nieuwe gedetineerden minder snel in de groep geaccepteerd.
37
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Interculturalisatie Interculturalisatie Huis van Bewaring n = 1471 Gevangenis n = 1131 (Z)BBI n = 250
3,03 3,07 3,18 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De mate waarin er begrip is voor en rekening wordt gehouden met de gebruiken en gewoonten van de gedetineerden met verschillende culturele achtergronden wordt in elke differentiatie vergelijkbaar beoordeeld. Het oordeel is hier neutraal. Ook bij de onderliggende vragen zijn er geen noemenswaardige verschillen tussen de hoofddifferentiaties te constateren. Aan de gedetineerden is gevraagd of zij zijn gediscrimineerd in de inrichting. Ruim driekwart van de gedetineerden in een huis van bewaring (78%) en een gesloten gevangenis (76%) geeft aan nooit te zijn gediscrimineerd. Ongeveer een zesde (HvB 15% en Gevangenis 17%) zegt soms te zijn gediscrimineerd en slechts 7% geeft aan vaak te zijn gediscrimineerd. In een (Z)BBI is er iets minder vaak sprake van discriminatie, 84% zegt nooit te zijn gediscrimineerd, 13 soms en 3% vaak. Bij alle drie de differentiaties geven de gedetineerden het vaakst aan gediscrimineerd te worden op grond van hun culturele achtergrond door één of meerdere PIW’ers.
4.6 Gezondheid, zorgverleners en overige functionarissen Hier komt de gezondheid van de gedetineerden en het oordeel over het werk van de zorgverleners, medewerkers Bureau Gedetineerdenzaken en diverse andere functionarissen aan de orde. De lichamelijke en geestelijke gezondheid wordt binnen de drie differentiaties voldoende tot goed beoordeeld. De gedetineerden in een gesloten gevangenis oordelen iets positiever dan de gedetineerden in een huis van bewaring en de gedetineerden in een (Z)BBI zijn weer iets positiever dan de gedetineerden in een gesloten gevangenis.
38
Grafiek Gezondheidszorg Gezondheidszorg Huis van Bewaring n = 1269 Gevangenis n = 1007 (Z)BBI n = 219
3,07 3,01 3,14 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De gedetineerden waarderen de geleverde gezondheidszorg in de inrichting (zorgverleners en toegankelijkheid) in gelijke mate.
Grafiek Functionarissen Bureau Gedetineerdenzaken Bureau Gedetineerdenzaken Huis van Bewaring n = 901 Gevangenis n = 845 (Z)BBI n = 197
2,95 2,84 3,10 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Het werk van de functionarissen van Bureau Gedetineerdenzaken, zoals BSD, Bevolkingsadministratie,TR en MMD, wordt neutraal beoordeeld door alle gedetineerden in de drie differentiaties. Er zijn geen noemenswaardige verschillen.
39
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Overige functionarissen Overige functionarissen Huis van Bewaring n = 1160 Gevangenis n = 891 (Z)BBI n = 164
3,38 3,35 3,26 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
Het werk van de medewerker onderwijs, de sportleraar, arbeidsmedewerker, visitatiemedewerker, het afdelingshoofd en de geestelijk verzorger, worden in gelijke mate positief beoordeeld. Ook als er naar de waardering van het werk van een afzonderlijke medewerker wordt gekeken zijn er geen verschillen in waardering tussen de differentiaties te constateren.
4.7 Voorzieningen In deze paragraaf worden de voorzieningen besproken. De hygiëne, het eten, het gebouw en de winkel worden besproken.
Grafiek Hygiëne Hygiëne Huis van Bewaring n = 1518 Gevangenis n = 1171 (Z)BBI n = 252
3,05 3,48 3,40 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De algehele indruk van de properheid van de inrichting en de persoonlijke hygiëne wordt met name door de gedetineerden in een gesloten gevangenis en een (Z)BBI positief beoordeeld. De gedetineerden in een huis van bewaring zijn een neutrale mening toegedaan. Dit verschil komt met terug in de vraag ‘Ik kan me vaak genoeg douchen’. De gedetineerden in een huis van bewaring hebben hier een neutraal oordeel, terwijl de andere gedetineerden zeer positief zijn (2,96 tegenover 3,97 en 3,96). De kwaliteit van het gebouw wordt vergelijkbaar neutraal beoordeeld. De sfeer en de inrichting van het gebouw verschilt slechts gering in de beoordeling, wel weer te zien dat de gedetineerden in een gevangenis positiever zijn dan de gedetineerden in een huis van bewaring. De gedetineerden in een (Z)BBI zijn weer positiever dan de gedetineerden in een gesloten gevangenis. De gedetineerden hebben een vergelijkbaar oordeel over het warme eten, zij vinden het niet lekker. Ze zijn er over eens dat bij het eten wel rekening wordt gehouden met de diverse geloofsovertuigingen en diëten.
40
Hierover zijn zij positief. Of de hoeveelheid eten genoeg is, daar over lopen de meningen uiteen. De gedetineerden in een huis van bewaring en een gesloten gevangenis oordelen hier licht negatief, de gedetineerden in een (Z)BBI zijn hier duidelijk positiever over, zij oordelen neutraal. De winkel wordt door de gedetineerden in de verschillende differentiaties vergelijkbaar beoordeeld. De producten zijn te duur en het aanbod kan beter.
4.8 Overige aspecten Aan de gedetineerden is gevraagd of er op de afdeling sprake is van drugsgebruik. Het merendeel van de gedetineerden geeft aan dat hier geen sprake van is. Tussen differentiatiemodaliteiten zijn er echter verschillen. In een huis van bewaring geeft 58% aan dat er geen sprake is van drugsgebruik. In een gesloten gevangenis is dit 49% en in een (Z)BBI ligt het percentage op 68%. Ook het aandeel gedetineerden dat aangeeft dat er vaak drugs wordt gebruikt op de afdeling varieert naar differentiatie. In een huis van bewaring betreft dit 12%, in een gesloten gevangenis ligt dit hoger, namelijk op 17% en in een (Z)BBI weer duidelijk lager op 8%. Toch zijn alle gedetineerden het er over eens dat zij geen overlast ervaren van drugsgebruik en ook hebben zij een eensluidend neutraal oordeel over de hoeveelheid van controles op drugsgebruik. In alle drie de differentiaties delen de gedetineerden liever niet hun cel. De gedetineerden in een gesloten gevangenis zijn hier iets stelliger in dan de andere gedetineerden.
4.9 Algehele tevredenheid Als laatste paragraaf van dit hoofdstuk wordt er gekeken naar de algehele tevredenheid over de inrichting. In een huis van bewaring zijn er meer gedetineerden die (licht) ontevreden zijn over de inrichting dan (licht) tevreden. Gemiddeld is men hier dan ook licht ontevreden over de inrichting in het geheel. In een gesloten gevangenis is men iets positiever, gemiddeld wordt de inrichting neutraal beoordeeld. De gedetineerden in een (Z)BBI zijn weer iets positiever. Uiteindelijk hebben zij gemiddeld genomen een licht positief oordeel over de inrichting. In onderstaande tabel zijn de exacte percentages weergegeven per differentiatie. Tabel 4.1 Algehele tevredenheid
Over deze inrichting ben ik in het algemeen tevreden zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
gemid. score
GW Totaal
15,80%
18,88%
30,62%
29,39%
5,31%
2,90
HvB
18,70%
22,10%
29,70%
25,60%
3,80%
2,74
GEV
16,20%
18,90%
30,90%
29,70%
4,30%
2,87
(Z)BBI
10,90%
12,70%
25,80%
37,60%
13,10%
3,29
41
Gedetineerden survey 2011
42
5 Resultaten: Beleving per bijzondere groepen
Gedetineerden survey 2011
5.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de bijzondere groepen die binnen het Gevangeniswezen worden onderscheiden. Voor deze groepen geldt een andere regime en veelal zijn de gedetineerden in aparte afdelingen binnen de inrichtingen geplaatst. Het gaat om de volgende bijzondere groepen: • EZV: extra zorg voorziening: de gedetineerden die in deze zorgvoorziening zijn geplaatst zijn kwetsbaar en kunnen zich niet handhaven in een regulier bestemming. In een EZV krijgen zij meer zorg, structuur en/of bescherming aangeboden. • PPC: penitentiair psychiatrisch centrum: de gedetineerden in deze voorziening hebben een psychiatrische of psychische aandoening, een persoonlijkheids-stoornis, verslavingsproblematiek of een verstandelijke beperking (of een combinatie hiervan). De behandeling van de gedetineerden in een PPC richt zich op stabilisatie en vervolgbehandeling. • ISD: inrichting voor stelselmatige daders: een penitentiaire inrichting, bestemd voor de behandeling van veelplegers met als doel de maatschappij te beveiligen en de recidive te beëindigen. • Extra beveiligd: deze gedetineerden zitten in een regime met meer beperkingen, waarbij het vooral gaat om beperkingen ten aanzien van de beveiliging. De diverse onderwerpen zullen per paragraaf worden behandeld. De bijzondere groepen kennen alleen een normaal beveiligingsniveau en om die reden worden de resultaten van de bijzondere groepen afgezet tegen het gemiddelde resultaat van de gedetineerden in de huizen van bewaring en gevangenissen.
5.2 Veiligheid en duidelijkheid Net zoals in het voorgaande hoofdstuk wordt in deze paragraaf ingegaan op de veiligheid in de inrichting, de bekendheid met de regels en rechten en de handhaving daarvan. Ook wordt stilgestaan bij de klachtafhandeling.
Grafiek Veiligheid Veiligheid HvB - Gev n = 2617
3,58
EzV n = 296 PPC n = 134 ISD n = 121 Extra beveiligd n = 36
3,54 3,66 3,60 3,60 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in de bijzondere groepen laten allen een vergelijkbare positieve beoordeling zien van de veiligheid. In vergelijking met de gedetineerden in een huis van bewaring of een gesloten gevangenis hebben de gedetineerden in de bijzondere groepen ook bij de onderliggende aspecten geen afwijkende mening.
44
Grafiek Regels en rechten Rechten en regels HvB - Gev n = 2655
2,95
EzV n = 296 PPC n = 133 ISD n = 123 Extra beveiligd n = 36
3,13 3,22 2,97 2,93 2,00
1,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in de bijzondere groepen hebben een neutraal oordeel over de helderheid van de regels en rechten. Wel verschilt het oordeel van de gedetineerden in een PPC in positieve zin van die van de gedetineerden in een huis van bewaring of een gesloten gevangenis. Bij de afzonderlijke stellingen is dit verschil terug te zien bij de stelling ‘Ik ben het eens met de regels die hier gelden’. Zij geven vaker aan het met deze stelling eens te zijn.
Grafiek Handhaving regels en rechten Handhaving Huis van Bewaring n = 1498 Gevangenis n = 1157 (Z)BBI n = 255
2,69 2,72 2,79 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in een EZV beoordelen de wijze waarop de medewerkers met de regels en ook de straffen in de inrichting omgaan neutraal, hetgeen in positieve zin afwijkt van de mening van de gedetineerden in een huis van bewaring of gesloten gevangenis. De mening van de gedetineerden in een PPC wijkt ook licht af, echter de afwijking is te klein om van een relevante afwijking te spreken.
45
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Klachtafhandeling Klachtafhandeling HvB - Gev n = 2651
2,78
EzV n = 283 PPC n = 132 ISD n = 128 Extra beveiligd n = 35
2,99 2,95 2,98 2,86 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De wijze waarop de klachtafhandeling door de Commissie van Toezicht plaatsvindt wordt ook door de gedetineerden in de bijzondere groepen vergelijkbaar beoordeeld. Wel hebben de gedetineerden die op een ISD of een extra beveiligde afdeling zitten vaker een klacht ingediend (respectievelijk 61% en 57%) dan de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis (44%), in een EZV (36%) en in een PPC (49%).
5.3 Voorbereiding op terugkeer in de samenleving In deze paragraaf wordt het oordeel over de re-integratie-inspanningen en het bijbehorende het Detentieen Re-integratieplan besproken. De toekomstverwachting die de gedetineerden hebben en hun mening over de contacten met de buitenwereld, het ouder-kind contact en het verlof worden hier ook besproken.
Grafiek Re-integratie Re-integratie HvB - Gev n = 2620
2,50
EzV n = 294 PPC n = 130 ISD n = 124 Extra beveiligd n = 36
2,75 3,08 2,68 2,51 1,00
2,00
Positieve score
46
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in een PPC oordelen gematigd over de re-integratie-inspanningen van de inrichting. Samen met het net nog licht negatieve oordeel van de gedetineerden in een EZV is dit oordeel positiever dan het oordeel binnen de huizen van bewaring en de gesloten gevangenissen. Met name de gedetineerden in een PPC geven vaker aan dat het personeel hen aanzet tot verandering en stimuleert om aan hun re-integratie te werken, de inrichting aandacht heeft voor re-integratie en ook het dagprogramma het mogelijk maakt om aan terugkeer te werken.
Grafiek Detentie & Re-integratieplan D&R HvB - Gev n = 2579
2,33
EzV n = 282 PPC n = 129 ISD n = 119 Extra beveiligd n = 35
2,54 2,74 2,71 2,36 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Het D&R-plan wordt licht negatief tot negatief beoordeeld. Toch wijkt de mening van de gedetineerden in een PPC in positieve zin af. Zij geven vaker aan dat er met hun mentor wordt gesproken over de zaken die in het D&R-plan staan. Dit geldt overigens ook voor de gedetineerden in de ISD. Hierbij moet worden aangetekend dat in geen van de PPC’s nog met de nieuwe systematiek van D&R-plannen wordt gewerkt. Het zal bij de PPC’s gaan over de “oude” werkwijze rond detentieplannen en detentiefasering.
47
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Toekomstverwachting Toekomstverwachting Huis van Bewaring n = 1507 Gevangenis n = 1164
3,47
(Z)BBI n = 260
3,70
3,49
2,00
1,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De toekomstverwachting is bij alle gedetineerden positief. Ook de bijzondere groepen laten onderling geen noemenswaardige verschillen zien.
Grafiek Contacten met de buitenwereld Contacten met de buitenwereld HvB - Gev n = 2642
2,79
EzV n = 296 PPC n = 133 ISD n = 123 Extra beveiligd n = 36
3,10 3,36 3,08 2,97 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in een EZV, PPC of ISD wijken in positieve zin af van de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis in hun oordeel over de mogelijkheden om contact te onderhouden met personen buiten de inrichting. Zij geven met name vaker aan dat er voldoende mogelijkheden zijn om te kunnen bellen. Daarnaast zijn de gedetineerden in de PPC ook over de diverse andere aspecten duidelijk positiever.
48
Grafiek Ouder – kind contact Ouder-kind contact HvB - Gev n = 1337
2,63
EzV n = 125 PPC n = 56 ISD n = 47 Extra beveiligd n = 17
2,74 2,94 2,67 2,39 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Een groot deel van de gedetineerden heeft kinderen. In een huis van bewaring en gesloten gevangenis is dit 53%, in een EZV is dit 45%, in een PPC ligt het percentage op 47%. Het aandeel gedetineerden met kinderen is 50% in een extra beveiligde afdeling en bij de gedetineerden op een ISD is dit aandeel iets kleiner, namelijk 39%. Ongeveer een derde geeft aan liever niet te willen dat hun kinderen op bezoek komen. Een afwijkende mening hebben de gedetineerden in de ISD. Hier ligt het percentage bijna op de helft (48%). Bij de gedetineerden op de extra beveiligde afdeling ligt dit percentage weer aanzienlijk lager, slechts 12% heeft liever geen kinderen op bezoek. Binnen het gevangeniswezen wordt geprobeerd, voor zover dit mogelijk is, rekening te houden met deze speciale groep bezoekers. Over het geheel genomen zijn de gedetineerden (licht) negatief over de mogelijkheden voor kinderen om hen te bezoeken en ook over de kindvriendelijkheid van de inrichting. Het oordeel van de gedetineerden in een PPC is duidelijk milder, zij oordelen neutraal. Het negatieve oordeel zit vooral in de negatieve beoordeling van de kind(on)vriendelijkheid van de reguliere bezoekruimte, de bezoektijden, de frequentie van bezoek en de ondersteuning bij het onderhouden van contact.
Verlof De mogelijkheid om met verlof te gaan (begeleid, dan wel onbegeleid) variëren per differentiatie. Het aandeel verlofgangers is in een EZV en PPC heel gering (3% en 4%). In een extra beveiligde inrichting ligt dit niet veel hoger (8%). De ISD-gedetineerden zijn echter wel vaker met verlof geweest. Hier geeft 21% met verlof te zijn geweest. Het oordeel van deze gedetineerden over de voorbereiding op het verlof (inclusief informatie over rechten en plichten tijdens verlof ) is vergelijkbaar met die van de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis.
5.4 Dagbesteding, activiteiten en autonomie In deze paragraaf komen het dagprogramma en de activiteiten die worden aangeboden aan de orde. Ook wordt het oordeel van de gedetineerden over hun eigen zeggenschap behandeld.
49
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Dagbesteding Dagbesteding HvB - Gev n = 2676
2,49
EzV n = 302 PPC n = 135 ISD n = 127 Extra beveiligd n = 36
2,75 2,87 2,76 2,78 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De wijze waarop de dag wordt ingevuld, is grotendeels afhankelijk van het dagprogramma en de vrijheden die binnen het regime (differentiatie) gelden. Het is daarom niet opvallend dat de bijzondere differentiaties in positieve zin afwijkend van het meer standaard regime dat in een huis van bewaring en gesloten gevangenis geldt (vanwege het kleine aantal gedetineerden in een extra beveiligde afdeling is het verschil hier niet significant). Vooral de gedetineerden in een PPC geven vaker aan ’s avonds genoeg te kunnen doen en hun vrije tijd te kunnen doorbrengen met dingen die ze leuk vinden.
Grafiek Activiteiten Activiteiten HvB - Gev n = 1907
2,85
EzV n = 212 PPC n = 102 ISD n = 101 Extra beveiligd n = 27
3,18 3,39 2,96 3,14 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Het dagprogramma bestaat uit meerdere activiteiten. Het oordeel over deze activiteiten is bij de gedetineerden in een EZV en PPC positiever dan bij de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis. Vooral de gedetineerden in een PPC zijn positiever over onder andere de crea en de recreatie. Ook oordelen zij positiever over het dag- en avondprogramma in het geheel. Ook op de bijzondere groepen wordt er door de gedetineerden gewerkt. Dit ligt rond de drie kwart, alleen bij de ISD wordt er minder vaak gewerkt, hier is het percentage dat werkt 65%.
50
Voornaamste reden om te werken is om iets te doen te hebben. De gedetineerden in een EZV en ISD geven relatief vaker dan de andere gedetineerden aan niet te werken vanwege gezondheidsredenen.
Grafiek Autonomie Autonomie HvB - Gev n = 2642
2,86
EzV n = 295 PPC n = 134 ISD n = 122 Extra beveiligd n = 36
3,01 3,26 2,94 2,80 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De beleving van autonomie is bij de meeste bijzondere groepen vergelijkbaar met die van de gedetineerden in een huis van bewaring of gesloten gevangenis. Alleen de gedetineerden in een PPC zijn positief afwijkend in hun beleving. Zij oordelen zelfs positief over de mate van zelfstandigheid. Dit verschil zit vooral in de bewegingsvrijheid en de mate waarin het personeel hen leert om zelf verantwoordelijkheid te nemen.
5.5 Contacten met PIW’ers en gedetineerden Deze paragraaf gaat over de contacten tussen de gedetineerden en de PIW’ers en de gedetineerden onderling. Hierbij wordt ook ingegaan op de wijze waarop wordt omgegaan met de uiteenlopende culturele achtergronden van de gedetineerden in de inrichting en op het onderwerp discriminatie.
51
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Omgang met PIW’ers Omgang met PIW-ers HvB - Gev n = 2572
3,14
EzV n = 289 PPC n = 132 ISD n = 119 Extra beveiligd n = 36
3,39 3,58 3,19 3,04 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
De gedetineerden in een EZV en een PPC oordelen positiever over de omgang met de PIW’ers dan de gedetineerden in een huis van bewaring of een gesloten gevangenis. Ook hier oordelen met name de gedetineerden in een PPC duidelijk positiever op bijna alle onderliggende stellingen.
Grafiek Omgang gedetineerden onderling Omgang gedetineerden onderling HvB - Gev n = 2652
3,28
EzV n = 299 PPC n = 135 ISD n = 123 Extra beveiligd n = 36
3,36 3,45 3,23 3,14 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Over de onderlinge omgang zijn de gedetineerden neutraal tot licht positief. De verschillen zijn te klein om te spreken over relevante verschillen. Kortom alle groepen oordelen vergelijkbaar over de onderlinge omgang. Ook de onderliggende stellingen laten geen duidelijke verschillen zien tussen de groepen.
52
Grafiek Interculturalisatie Interculturalisatie HvB - Gev n = 2602
3,05
EzV n = 293 PPC n = 131 ISD n = 121 Extra beveiligd n = 35
3,20 3,37 3,16 3,16 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De mate waarin er begrip is voor en rekening wordt gehouden met de gebruiken en gewoonten van de gedetineerden met verschillende culturele achtergronden wordt in elke differentiatie vergelijkbaar beoordeeld, met uitzondering van de gedetineerden in een PPC. Zij oordelen positiever. Aan de gedetineerden is gevraagd of er sprake is van discriminatie. Bij alle differentiaties is er in gelijke mate sprake van discriminatie. Het aandeel dat aangeeft soms of vaak te worden gediscrimineerd ligt tussen de 20% en 26% (alleen vaak tussen de 4% en 7%). Reden van discriminatie is voornamelijk culturele afkomst, wel geven gedetineerden in een EZV ook vaak aan dat de reden het soort delict is. De gedetineerden in een EZV en PPC geven aan voornamelijk te worden gediscrimineerd door één of meerdere gedetineerden, terwijl de gedetineerden in een ISD of extra beveiligde afdeling juist aangeven door één of meerdere PIW’ers te worden gediscrimineerd. Dit laatste komt overeen met wat de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis aangeven.
5.6 Gezondheid, zorgverleners en overige functionarissen In deze paragraaf wordt de gezondheid van de gedetineerden, het oordeel over het werk van de zorgverleners, medewerkers Bureau Gedetineerdenzaken en diverse andere functionarissen besproken. De lichamelijke en geestelijke gezondheid wordt als voldoende beoordeeld. De diverse bijzondere groepen wijken hier niet af van de gedetineerden in een huis van bewaring of gesloten gevangenis.
53
Gedetineerden survey 2011
Grafiek Gezondheidszorg Gezondheidszorg HvB - Gev n = 2276
3,04
EzV n = 269 PPC n = 130 ISD n = 115 Extra beveiligd n = 32
3,32 3,48 3,19 3,01 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
Niet geheel onverwacht gezien de aard van de EZV en de PPC zijn de gedetineerden hier duidelijk positiever over de geleverde gezondheidszorg in de inrichting (zorgverleners en toegankelijkheid) dan de andere gedetineerden. Vooral het werk van de verpleegkundige kan bij de gedetineerden in een PPC rekenen op positieve waardering.
Grafiek Functionarissen Bureau Gedetineerdenzaken Bureau gedetineerdenzaken HvB - Gev n = 1746
2,89
EzV n = 177 PPC n = 94 ISD n = 101 Extra beveiligd n = 25
3,24 3,17 2,98 3,02 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
Hoewel de beoordeling nog steeds neutraal is, zijn de gedetineerden in een EZV en PPC toch duidelijk positiever over het werk van de functionarissen van Bureau Gedetineerdenzaken, zoals BSD, Bevolkingsadministratie,TR en MMD dan de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis.
54
Grafiek Overige functionarissen
Overige functionarissen HvB - Gev n = 2051
3,37
EzV n = 234 PPC n = 117 ISD n = 105 Extra beveiligd n = 31
3,57 3,67 3,47 3,66 1,00
2,00
3,00 Gemiddelde score
Positieve score
4,00
Neutrale score
5,00 Negatieve score
Het werk van de medewerker onderwijs, de sportleraar, arbeidsmedewerker, visitatiemedewerker, het afdelingshoofd en de geestelijk verzorger, worden positief beoordeeld. De gedetineerden in een PPC wijken hier wederom in positieve zin af van het oordeel van de gedetineerden in een huis van bewaring of gesloten gevangenis.
5.7 Voorzieningen De voorzieningen in detentie komen hier aan bod. Het gaat om de hygiëne, het eten, het gebouw en de winkel.
Grafiek Hygiëne Hygiëne HvB - Gev n = 2689
3,24
EzV n = 306 PPC n = 136 ISD n = 127 Extra beveiligd n = 36
3,54 3,77 3,34 3,48 1,00
2,00
Positieve score
3,00 Gemiddelde score Neutrale score
4,00
5,00 Negatieve score
De algehele indruk van de properheid van de inrichting en de persoonlijke hygiëne wordt door de gedetineerden in een EZV en PPC duidelijk positiever beoordeeld dan de gedetineerden in een huis van bewaring of gesloten gevangenis.
55
Gedetineerden survey 2011
De kwaliteit van het gebouw en de sfeer van de inrichting wordt vergelijkbaar neutraal beoordeeld. Ook het oordeel over het eten is bij alle groepen vergelijkbaar. Zij vinden het warme eten niet lekker en oordelen neutraal over of het wel genoeg is. Wel zijn ze alleen positief over dat bij het eten rekening wordt gehouden met de diverse geloofsovertuigingen en diëten. De beoordeling van de winkel is bij alle groepen hetzelfde. De producten zijn te duur en het aanbod kan beter.
5.8 Overige aspecten De mate waarin er op de afdeling sprake is van drugsgebruik varieert. In een huis van bewaring of gesloten gevangenis is hier volgens bijna de helft (46%) soms tot vaak sprake van. In een EZV en in een extra beveiligde afdeling ligt dit aandeel op een vergelijkbaar niveau (40% respectievelijk 44%). In een PPC ligt het duidelijk lager, slechts 23% van de gedetineerden geeft aan dat er soms tot vaak sprake is van drugsgebruik. De ISD wijkt weer in negatieve zin af, hier ligt het aandeel maar liefst op 68%. Toch ervaren ze bij alle groepen geen overlast en oordelen zij eensluidend neutraal over de hoeveelheid van controles op drugsgebruik. In alle bijzondere groepen delen de gedetineerden liever niet hun cel. Dit is vergelijkbaar met de mening van de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis.
5.9 Algehele tevredenheid Als laatste wordt er gekeken naar de algehele tevredenheid over de inrichting. In een PPC en een EZV zijn de gedetineerden gemiddeld genomen meer tevreden over de inrichting. De gedetineerden in een ISD en extra beveiligde afdeling oordelen vergelijkbaar met de gedetineerden in een huis van bewaring en gesloten gevangenis. In onderstaande tabel zijn de exacte percentages weergegeven per groep. Tabel 5.1 Algehele tevredenheid
Over deze inrichting ben ik in het algemeen tevreden zeer oneens oneens HvB - GEV
56
neutraal
eens
zeer eens
gemid. score
17,60%
20,70%
30,20%
27,40%
4,00%
2,79
EZV
9,00%
12,90%
33,80%
38,10%
6,10%
3,19
PPC
10,50%
9,70%
23,40%
48,40%
8,10%
3,34
ISD
18,40%
21,40%
35,90%
20,40%
3,90%
2,70
Extra beveiligd
10,00%
30,00%
36,70%
13,30%
10,00%
2,83
6 Resultaten: Beleving per locatie
Gedetineerden survey 2011
6.1 Inleiding Uit onderzoek blijkt dat de veiligheid in een inrichting wordt beïnvloed door verschillende factoren. Deels zijn dit factoren die te beïnvloeden zijn door personeel en management. Er zijn echter ook gegeven omstandigheden, zoals het gebouw en het regime van een locatie of afdeling. Deze omstandigheden zijn niet of moeilijk te veranderen, maar hebben soms wel invloed op de beleving van gedetineerden. Om een goede vergelijking te maken van de beleving op de leefafdelingen, is het dus belangrijk rekening te houden met de kenmerken van de locatie waar de leefafdeling zich bevindt. In de gedetineerdensurvey is alleen gecorrigeerd indien de gegeven omstandigheden invloed hebben op een bepaald onderwerp. Indien de gegeven omstandigheden geen invloed hebben, is er dus niet gecorrigeerd. De resultaten in dit onderzoek zijn door het WODC, mits relevant, gecorrigeerd voor het percentage meerpersoonscellen (MPC) op een afdeling, de getalsverhouding personeel en gedetineerden, de capaciteit van een afdeling, het bezettingspercentage van een afdeling, het type gebouw en het regime (differentiatie). Door deze correctie zijn de verschillende locaties met elkaar te vergelijken.
58
6.2 Overzicht In de volgende tabel zijn de resultaten van de locaties op de diverse onderwerpen naast elkaar weergegeven. Per onderwerp wordt gekeken naar de positieve en negatieve afwijkingen ten opzichte van het gemiddelde beeld van de totale responsgroep. Bij de interpretatie van de gegevens in de tabel is het goed te bedenken dat het hier een vergelijking van de locaties onderling betreft, er is geen sprake van een vooraf opgestelde norm ten opzichte waarvan de locaties positief of negatief scoren. Een significant positieve afwijking van het gemiddelde is in de tabel met een + aangegeven, een significant negatieve afwijking met een -. Door het ontbreken van een referentiekader en zonder gegevens over de locaties ter verduidelijking van de verschillen kan op deze plaats verder geen verklaring worden gegeven voor de gevonden verschillen. De benchmark tussen de locaties heeft op deze manier vooral betekenis als signaleringsinstrument. Bij negatieve afwijkingen ten opzichte van het gemiddelde kunnen inrichtingen op zoek naar die elementen die dat kennelijk vooral beïnvloeden en pogen daarin verbeteringen aan te brengen. Bij afwijkingen ten positieve zou de uitdaging moeten zijn om de succesvolle elementen daarin zoveel mogelijk vast te houden en uit te dragen naar andere locaties. Alleen de locaties met een respons van meer dan 30% zijn in de tabel weergegeven.
59
Gedetineerden survey 2011
Dagbesteding
Ouder-kind contact
Contacten met de buitenwereld
Toekomstverwachting
D&R
Re-integratie
Klachtafhandeling
Handhaving
Rechten en regels
Veiligheid
Tabel 6.1 Gecorrigeerde schaalscores per locatie
GW Totaal
3,58
3,01
2,75
2,83
2,59
2,43
3,51
2,89
2,68
2,57
Alphen a/d Rijn
3,67
2,93
2,65
2,84
2,58
2,12 -
3,43
2,86
2,25 -
2,77
Arnhem De Berg
3,68
2,95
2,86
2,87
2,57
2,33
3,82 +
2,56 -
3,1 +
2,39
Arnhem Zuid
3,49
3,08
2,95
3,01
2,79
2,74 +
3,47
2,99
3,18 +
2,58
Boschpoort en PIV
3,49
2,97
2,62
3
2,56
2,37
3,41
2,87
2,83
2,49
De Geerhorst
3,49
2,53 -
2,37 -
2,72
2,23 -
2,01 -
3,23 -
2,73
2,85
2,48
De IJssel
3,4
2,91
2,66
2,76
2,55
2,42
3,53
2,52 -
2,07 -
2,43
De Kruisberg
3,81
2,85
2,5
2,4 -
2,32 -
2,29
3,4
2,7
2,73
2,33
De Marwei
3,62
3,19
2,96
2,98
2,69
2,67
3,59
3,05
2,67
2,64
De Schie
3,6
3,05
2,92
2,73
2,74
2,54
3,49
3,01
2,54
2,6
Demersluis
3,95 +
3,11
3,04
2,84
2,58
2,22
3,74
3,08
2,4
2,13 -
Dordtse Poorten
3,63
2,99
2,73
2,67
2,73
2,55
3,7
2,67
2,61
2,61
Esserheem
3,59
3,34 +
3,12 +
3,23 +
2,74
2,97 +
3,5
3,42 +
3,23 +
3,18 +
Hoogeveen
3,5
2,85
2,54
2,82
2,41
2,34
3,4
2,76
2,57
2,15 -
Hoogvliet
3,6
3,23
2,7
2,85
2,77
2,57
3,59
2,84
2,72
2,67
Karelskamp en Niendure
3,79
3,43 +
2,96
2,85
2,82
2,67
3,27
3,15 +
2,95
2,91 +
Lelystad
3,44
2,77
2,72
2,6
2,44
2,41
3,43
2,87
2,4 -
2,66
Nieuwersluis en ZBBI
3,48
2,97
2,81
2,9
2,65
2,5
3,67
2,56 -
2,53
2,37
Oosterhoek en Marstal
3,7
3,13
2,78
2,92
2,69
2,5
3,49
2,88
2,92
2,58
Roermond en ZBBI
3,54
3,09
2,74
2,89
2,59
2,36
3,58
3,05
2,58
2,62
Scheveningen
3,6
3,39 +
3,12 +
3,01
3,26 +
3,01 +
3,53
3,43 +
2,81
2,93 +
Schutterswei
3,78
3,17
2,97
3,06
1,81 -
2,07
2,9 -
2,58
3,73 +
2,1 -
Ter Apel
3,61
2,88
2,81
2,86
2,56
2,4
3,58
3,03
2,69
2,76
Ter Peel
3,44
3,15
2,73
3,16 +
2,92 +
2,7
3,53
2,97
3,33 +
2,87
Torentijd en Nederhof
3,55
2,87
2,61
2,69
2,37
2,37
3,39
2,57 -
2,6
2,36
Westlinge
3,48
3,01
2,54
2,65
2,41
2,86 +
3,83 +
3
2,47
2,28 -
Wolvenplein
3,73
3,11
2,72
2,92
2,49
2,39
3,8
2,65
2,27
2,72
Zoetermeer
3,5
2,95
2,59
2,99
2,36
2,26
3,26 -
2,71
2,71
2,36
Zuid 1 en 2 Zwolle
3,8
3,32 +
2,96
2,9
2,87 +
2,54
3,54
3,16 +
3,1 +
2,57
60
Algemeen oordeel
Hygiëne
Autonomie
Overige functionarissen
Bureau Gedetineerdenzaken
Gezondheidszorg
Interculturalisatie
Omgang gedetineerden onderling
Omgang met PIW’ers
Activiteiten GW Totaal
2,92
3,2
3,31
3,09
3,1
2,97
3,41
2,91
3,32
2,9
Alphen a/d Rijn
3,14
3,29
3,41
3,11
3,15
3,41 +
3,83 +
3,03
3,61 +
3,46 +
Arnhem De Berg
2,86
3,2
3,25
3,22
3,28
3,08
3,35
2,9
2,87 -
2,75
Arnhem Zuid
3,08
3,49 +
3,31
3,17
3,19
3,34 +
3,49
3,11
3,47
2,85
Boschpoort en PIV
2,92
3,2
3,27
3,15
2,89
3,08
3,38
2,82
2,9 -
2,74
De Geerhorst
2,59 -
2,74 -
3,35
2,83 -
2,68 -
2,51 -
3,14 -
2,65 -
2,88 -
2,6
De IJssel
2,74
2,97
3,1
3,09
2,89
2,61 -
2,99 -
2,83
3,58 +
2,28 -
De Kruisberg
2,54 -
2,95
3,29
2,77 -
3,17
2,8
3,27
2,93
3,32
2,89
De Marwei
2,98
3,33
3,18
3,13
3,31
2,9
3,47
3,02
3,52
3
De Schie
3,07
3,04
3,26
3,28
3,29
3,12
3,65
2,82
3,24
3,19
Demersluis
2,7
3,45
3,5
3,22
3,06
2,99
4+
2,99
3,39
3
Dordtse Poorten
3,2 +
3,16
3,26
3,04
2,93
3,24 +
3,24
2,94
3,25
2,85
Esserheem
3,35 +
3,53 +
3,55
3,28
3,2
3,09
3,78 +
3,24 +
3,65 +
3,72 +
Hoogeveen
2,6 -
3
3,3
2,88
2,91
3,08
3,28
2,76
3,09
2,43 -
Hoogvliet
2,95
3,19
3,21
3,09
3,02
2,78
3,3
2,93
2,94 -
2,36 -
Karelskamp en Niendure
3,12
3,25
3,36
3,27
3,15
3,09
3,5
3,11
3,31
3,54 +
Lelystad
2,77
3,13
3,15
2,95
2,96
2,76
3,12 -
2,94
3,49
2,68
Nieuwersluis en ZBBI
2,98
3,14
3,33
3,07
3,24
3,08
3,58
2,68
3,55
2,7
Oosterhoek en Marstal
3,04
3,3
3,33
3,14
3,25
2,89
3,47
2,98
3,3
2,93
Roermond en ZBBI
2,91
3,07
3,29
2,99
2,8 -
3,02
3,35
2,83
3,48
3,44 +
Scheveningen
3,05
3,68 +
3,47
3,5 +
3,54 +
3,11
3,5
3,3 +
3,75 +
3,51 +
Schutterswei
2,41 -
3,33
3,45
3,43
3,12
2,28 -
2,91 -
2,53 -
2,96
2,68
Ter Apel
2,92
3,17
3,34
3,08
2,84 -
2,9
3,18
2,95
3,51
3,02
Ter Peel
3,28 +
3,46 +
3,4
3,11
3,25
3,68 +
3,71 +
3,15
3,79 +
3,53 +
Torentijd en Nederhof
2,87
2,97
3,18
2,98
3,05
3,03
3,42
2,74
3,17
2,79
Westlinge
2,33 -
3,21
3,38
2,87
2,95
2,82
3,03 -
2,84
2,98 -
2,25 -
Wolvenplein
2,61
3,23
3,2
3,44 +
3,75 +
2,73
3,82 +
2,59 -
3,13
2,47
Zoetermeer
2,67 -
3,02
3,25
3,03
3,09
3,17
3,34
2,64 -
3,17
2,76
Zuid 1 en 2 Zwolle
3,12
3,6 +
3,22
3,21
3,38 +
2,73
3,51
3,05
3,95 +
3,45 +
61
Gedetineerden survey 2011
62
7 Vergelijking met eerdere survey’s
Gedetineerden survey 2011
7.1 Vergelijking met 2004 en 2007 De vragenlijst is in de loop der jaren telkens bij elke nieuwe afname licht gewijzigd. Om alle drie de survey’s met elkaar te kunnen vergelijken zijn per onderwerp nieuwe schalen geconstrueerd op basis van alleen die vragen die in alle drie de survey’s waren opgenomen. Voor het onderwerp veiligheid zijn er te weinig vragen die in alle survey’s zijn omgenomen om een betrouwbare schaal te construeren. Wel kunnen 2007 en 2011 worden vergeleken. In een eerdere vergelijking van de jaren 2004 en 2007 6 is gebleken dat de veiligheid in de inrichting in 2007 vergelijkbaar was met die van 2004. Een vergelijking door de jaren heen van de diverse onderwerpen laat een redelijk stabiel detentieklimaat zien. In de onderstaande tabel zijn de gemiddelde scores op de diverse onderwerpen weergegeven. Tabel 7.1 Gemiddelden per survey
2004
2007
2011
Veiligheid
-
3,48
3,41
Rechten en regels
3,05
3,04
3,05
Handhaving regels
2,70
2,71
2,68
Klachtafhandeling
2,74
2,78
2,83
Omgang PIW’ers
3,27
3,24
3,26
Omgang onderling
3,59
3,42
3,32
Functionarissen Bureau Gedetineerdenzaken
2,97
3,09
3,08
Gezondheidszorg
3,23
3,22
3,10
Overige functionarissen
3,28
3,22
3,29
Maatschappelijke integratie
2,57
2,56
2,63
Contacten met de buitenwereld
3,13
3,13
2,82
Dagbesteding
2,70
2,70
2,57
Activiteiten
3,11
3,03
3,06
Autonomie
2,73
2,94
2,95
Hygiëne
3,67
3,66
3,49
De gemiddelde score op de meeste onderwerpen is nauwelijks veranderd. Een uitzondering is de omgang onderling. In de loop van de jaren is hier een lichte achteruitgang te zien. Ook contacten met de buitenwereld wordt in vergelijking met de vorige twee metingen iets minder positief beoordeeld. Over het geheel kan worden gesproken van een vrij stabiel detentieklimaat.
6
Rapport ‘Gedetineerd in Nederland 2007’
64
8 De relatie tussen arbeidssituatie, vakmanschap en detentiebeleving (WODC) Door Toon Molleman en Tamara van der Broek
Gedetineerden survey 2011
8.1 Inleiding De missie van het gevangeniswezen luidt als volgt: ‘wij staan voor een veilige en menswaardige detentie en werken, samen met onze ketenpartners en de gedetineerde, aan re-integratie’ (DJI, 2009). Het programma Modernisering Gevangeniswezen (MGW) tracht hieraan bij te dragen door onder meer in te zetten op leiderschap en motiverende bejegening. In dit hoofdstuk wordt gekeken naar de relatie tussen de arbeidssituatie van personeel, de bejegening van gedetineerden en de detentiebeleving. De beleidsaanname wordt getoetst dat vakmanschap (leiderschap en motiverende bejegening) positief samenhangt met de detentiebeleving. Er wordt uitdrukkelijk géén onderzoek gedaan naar de werking of effectiviteit van MGW. Wel laten de resultaten van dit onderzoek zien of het gevangeniswezen inzet op de juiste onderwerpen om een verandering van de bejegening en de detentieomstandigheden teweeg te brengen.
8.2 Analyse Factoren die samenhangen met detentieomstandigheden Detentieomstandigheden worden in deze bijdrage uitgesplitst naar de volgende deelgebieden, te weten veiligheid, rechten en regels, handhaving, contact met de buitenwereld, dagprogramma, autonomie, re-integratie en toekomstverwachting. Verschillende factoren worden verondersteld samen te hangen met de detentieomstandigheden. Het personeel wordt gezien als een cruciale factor bij de totstandkoming van een veilig en menswaardig detentieklimaat. De wijze waarop Penitentiaire Inrichtingwerkers (PIW’ers) gedetineerden bejegenen wordt van groot belang geacht. Drie bejegeningstijlen worden onderscheiden: • Ondersteuning bieden aan gedetineerden: de mate waarin medewerkers gedetineerden respecteren en ondersteunen. • Structuur bieden aan gedetineerden: de mate waarin medewerkers duidelijk zijn over de leefregels. • Motiverende bejegening: de mate waarin medewerkers gedetineerden stimuleren deel te nemen aan activiteiten en motiveren te re-integreren. Ook de wijze van leidinggeven kan het werk- en detentieklimaat in de inrichting beïnvloeden. Twee leiderschapstijlen worden onderscheiden: • Stimulerend leiderschap: uitgangspunt is het geven van vertrouwen en verantwoordelijkheid aan medewerkers (Northouse, 1997; Bass & Steidlmeier, 1999). • Corrigerend leiderschap: uitgangspunt is een sociaal uitruilsysteem van straffen en belonen (Burns, 1978). Daarnaast kunnen kenmerken van personeel, zoals geslacht, leeftijd en opleiding gerelateerd zijn aan de detentiebeleving (zo zou werkervaring van personeel bij kunnen dragen aan het re-integreren van gedetineerden). Inrichtingspecifieke kenmerken zoals regime, meerpersoonscelgebruik (MPC) en bouwmodel worden eveneens geacht samen te hangen met de detentieomstandigheden. Tevens wordt verondersteld dat de arbeidssituatie samenhangt met de bejegeningstijlen van personeel. De arbeidssituatie van personeel bestaat uit verschillende facetten zoals de inhoud van het werk, de informatie en communicatie, collegialiteit en veiligheid op de werkvloer. In tabel 1 zijn de verschillende factoren in een overzicht weergegeven. Een uitgebreide omschrijving van de arbeidssituatie, de leiderschapstijlen en de bejegeningstijlen staat in de bijlage (bijlage 7).
66
Tabel 1. Factoren die samenhangen met detentieomstandigheden Arbeidssituatie
Leiderschapstijlen
Bejegeningstijlen
Personeel
Inrichting
Inhoud werk
Corrigerend
Ondersteuning bieden
Geslacht
Regime
Informatie/ communicatie
Stimulerend
Structuur bieden
Leeftijd
Bouwmodel
Motiverende bejegening
Opleiding
MPC
Hoeveelheid werk Moreel bewust gedrag
Werkervaring
Eerlijkheid Collegialiteit Veiligheid
De bovengenoemde factoren zijn gebundeld en opgenomen in onderstaand model (zie figuur 1). Het veronderstelde model komt voort uit onderzoek van Molleman en Leeuw (2012) waaruit bleek dat bejegeningstijlen van personeel direct samenhangen met de detentieomstandigheden van gedetineerden. Tevens bleek dat de arbeidssituatie van personeel niet direct gerelateerd is aan de detentiebeleving. Voorgesteld werd om in aparte analyses te kijken naar de onderlinge samenhang tussen de drie groepen factoren. Dit voorstel wordt in deze bijdrage gevolgd. Figuur 1 toont de veronderstelde samenhang tussen de arbeidssituatie van het personeel de detentieomstandigheden van gedetineerden die loopt via de bejegeningstijlen van personeel. De veronderstelling luidt dat een gunstige arbeidssituatie de voorwaarden schept om de bejegeningstijlen sterker tot uitdrukking te brengen op de werkvloer. De bejegeningstijlen dagen bij aan een positieve waardering van de detentieomstandigheden. Figuur 1. De veronderstelde relatie tussen de arbeidssituatie van personeel, bejegeningstijlen door personeel en detentieomstandigheden van gedetineerden
Arbeidssituatie personeel
Bejegeningstijlen personeel
Detentieomstandigheden gedetineerden
Respons en representativiteit In deze bijdrage zijn twee bronnen bij elkaar gebracht: de personeelsurvey (meet de arbeidssituatie en bejegeningstijlen) en de gedetineerdensurvey (meet de detentieomstandigheden) die in mei en juni van 2011 zijn afgenomen. Van de 3.740 PIW’ers die zijn benaderd voor deelname aan het onderzoek, vulden 2.247 de vragenlijst in, wat een respons van 61% betekent. Om te bepalen of de responsgroep de populatie goed vertegenwoordigt, zijn de responsgroep en populatie vergeleken op basis van geslacht, leeftijd en dienstjaren. Hieruit bleek dat de responsgroep representatief en niet selectief is. Bij de gedetineerden lag de respons met 38% een stuk lager, 4.064 van de 10.718 gedetineerden vulden de vragenlijst in. De representativiteit is bekeken op de factoren geboorteland, regime, verblijfsduur in de huidige inrichting, verblijfsduur tijdens huidige detentie, leeftijd en juridische verblijfstitel. De responsgroep representeert op de meeste achtergrondvariabelen (m.u.v. geboorteland) de populatie. Geconcludeerd wordt dat er geen sprake is van ernstige selectieve non-respons. Enig voorbehoud dient te worden gemaakt bij de conclusies omdat gedetineerden met een geboorteland anders dan Nederland enigszins ondervertegenwoordigd zijn.
67
Gedetineerden survey 2011
8.3 De samenhang tussen arbeidssituatie en bejegeningstijlen Zoals hierboven aangekondigd, wordt in aparte analyses gekeken naar de onderlinge samenhang. In deze paragraaf wordt de samenhang tussen de arbeidssituatie en de bejegeningstijlen van het personeel onderzocht (zie figuur 2). Figuur 2. De veronderstelde relatie tussen de arbeidssituatie van personeel en de bejegeningstijlen door personeel
Arbeidssituatie personeel
Bejegeningstijlen personeel
Detentieomstandigheden gedetineerden
Resultaten stap 1 Door middel van een regressievergelijking is gekeken in hoeverre de bejegeningstijlen samenhangen met de persoonskenmerken van personeel en de arbeidssituatie. De resultaten staan in tabel 2. De vetgedrukte coëfficiënten geven aan wanneer er sprake is van een significante samenhang. De controlevariabelen geslacht, leeftijd, opleiding en dienstjaren worden niet weergegeven in de tabel. Tabel 2. Verbanden tussen bejegeningstijlen en persoonskenmerken en arbeidssituatie van personeel, p< 0,05.
Ondersteuning bieden Structuur bieden
Motiverend bejegenen
Inhoudelijke aspecten van het werk Inhoud van het werk
0,16
0,05
0,19
Informatie en communicatie
-0,01
0,05
-0,03
0,00
0,06
-0,05
Collegialiteit
0,08
0,11
0,00
Corrigerend leiderschap
-0,01
0,07
0,03
Stimulerend leiderschap
0,13
0,05
0,09
Moreel bewust gedrag
0,17
0,17
0,14
Eerlijkheid
-0,06
0,02
-0,01
Veiligheid
0,05
0,05
0,04
Constante
1,76
1,59
1,91
N op level I
2016
2017
2016
Hoeveelheid werk Leiderschap en collegialiteit
Integriteit en veiligheid
N op level II
280
280
280
R2 (in een regr. model zonder levels)
20%
24%
18%
Inhoudelijke aspecten van het werk De inhoud van het werk hangt positief samen met alle drie bejegeningstijlen. Dit duidt op de mogelijkheid dat PIW’ers hun werk uitdagender en zinvoller vinden naarmate zij zeggen gedetineerden in sterkere mate ondersteuning en structuur te bieden en hen motiverend te bejegenen. Een alternatieve verklaring is dat PIW’ers die hun baan als uitdagender en zinvoller ervaren, de drie bejegeningstijlen in sterkere mate toepassen. PIW’ers die zeggen relatief veel structuur te bieden aan gedetineerden, zijn positiever over de onderlinge communicatie in de organisatie (informatie en communicatie) en ervaren minder werkdruk
68
(hoeveelheid werk). PIW’ers die zeggen meer te werken volgens de methode van motiverende bejegening, geven aan juist meer werkdruk te ervaren.
Leiderschap en collegialiteit Collegialiteit, corrigerend en stimulerend leiderschap hangen eveneens samen met de bejegeningstijlen. Wanneer PIW’ers melden dat ze gesteund worden door hun collega’s en hun leidinggevende, zeggen zij in sterkere mate te werken met de onderscheiden bejegeningstijlen. In lijn met bevindingen uit ander onderzoek wordt in deze bijdrage bevestigd dat PIW’ers die relatief veel collegialiteit ervaren, sterker de nadruk leggen op ondersteuning en het bieden van structuur aan gedetineerden. De twee pijlers (leiderschap en bejegening) die centraal staan in het kader van vakmanschap laten een duidelijk patroon zien. PIW’ers die zeggen meer corrigerend leiderschap te ervaren van hun direct leidinggevende, zeggen in sterke mate structuur te bieden aan gedetineerden. PIW’ers die aangeven meer stimulerend leiderschap te ervaren, geven juist aan in sterkere mate ondersteuning te bieden en zeggen meer te werken volgens de stijl van motiverende bejegening.
Veiligheid en integriteit Ook ten aanzien van het thema integriteit en veiligheid zijn er verbanden met de bejegeningstijlen. Zo blijkt dat het morele gedrag van PIW’ers (o.a. de mate waarin medewerkers de gevolgen van hun handelen kunnen overzien en kunnen praten over morele kwesties) positief samenhangt met alle drie bejegeningstijlen. Dat wil zeggen dat PIW’ers die zich moreel verantwoordelijk en gesteund voelen door collega’s, meer ondersteuning en structuur bieden aan gedetineerden en in hogere mate motiverend bejegenen. Naarmate PIW’ers zich veiliger voelen, zeggen zij eveneens in hogere mate te werken volgens de stijl van motiverende bejegening. Het verband kan ook andersom worden uitgelegd zodat motiverende bejegening bijdraagt aan het veiligheidsgevoel van PIW’ers. Door het intensieve contact met gedetineerden, weten PIW’ers beter wat er speelt onder de gedetineerdenpopulatie en kunnen zij hier beter op anticiperen. Daarnaast draagt zowel het bieden van ondersteuning als het bieden van structuur aan gedetineerden bij aan het gevoel van veiligheid onder de medewerkers. De richting van het verband kan ook tegengesteld worden geïnterpreteerd, namelijk dat PIW’ers die zich veiliger voelen meer structuur en ondersteuning bieden aan gedetineerden. De verschillende persoonskenmerken en de arbeidssituatie verklaren gezamenlijk een aanzienlijk deel van de variantie (18 – 24%) in bejegeningstijlen. Veranderbare factoren zoals de hoeveelheid werk en veiligheid hebben de sterkste relatie met de wijze van bejegening.
8.4 De samenhang tussen bejegeningstijlen en detentieomstandigheden Na de samenhang tussen de arbeidssituatie en de bejegeningstijlen van personeel, wordt in deze paragraaf de samenhang tussen de bejegeningstijlen en de detentieomstandigheden van gedetineerden onderzocht (zie figuur 3). Figuur 3. De veronderstelde relatie tussen de bejegeningstijlen door personeel en detentieomstandigheden van gedetineerden
Arbeidssituatie personeel
Bejegeningstijlen personeel
Detentieomstandigheden gedetineerden
Liebling en Arnold (2004) onderscheiden twee waardesystemen waarop de gang van zaken in de dagelijkse praktijk van een penitentiaire inrichting kan zijn gebaseerd, namelijk harmony en security values. Harmony values hebben betrekking op waarden zoals respect, vertrouwen en ondersteuning. Security values hebben
69
Gedetineerden survey 2011
betrekking op handhaving van regels, beheersen van risico’s en controle. Wanneer sterk wordt ingezet op orde en veiligheid kunnen harmony values onder druk komen te staan. Daarom moet worden gezocht naar een evenwicht waarbij de veiligheid blijft gewaarborgd, maar waarin gedetineerden tevens ruimte krijgen om te laten zien dat zij om kunnen gaan met verantwoordelijkheden. Dit heeft wel een grens; een uitsluitend tolerante houding van personeel leidt tot regeloverschrijdend gedrag (Liebling & Arnold, 2004). Een betrokken houding van personeel, maar ook een duidelijke structurerende bejegening zijn belangrijke factoren. Verondersteld wordt dat een balans moet worden gezocht tussen de stijlen om een bijdrage te leveren aan het verwezenlijken van de missie van het gevangeniswezen. De waardesystemen van Liebling en Arnold worden in deze bijdrage gemeten met de bejegeningstijlen ondersteuning en structuur bieden aan gedetineerden. De bejegeningstijlen kunnen zowel in sterke als zwakke mate worden gehanteerd door personeel. Om inzicht te krijgen welke balans bijdraagt aan hoger gewaardeerde detentieomstandigheden, wordt het personeel voor beide stijlen ingedeeld in een ‘zwakke’, ‘midden’ of ‘sterke’ categorie. Omdat twee categorieën slechts klein zijn, worden deze samengevoegd met andere categorieën. Zo ontstaan er zeven concepten die de stijl van bejegenen van het personeel op een afdeling typeren (zie tabel 3). Behalve de zeven bejegeningconcepten wordt ook motiverende bejegening 7 meegenomen als verklarende factor voor de detentieomstandigheden van gedetineerden. Tabel 3. Bejegeningconcepten Ondersteuning bieden
Structuur bieden
1
Zwak
Zwak
2
Zwak
Midden/ sterk
3
Midden
Zwak
4
Midden
Midden
5
Midden
Sterk
6
Sterk
Zwak/ midden
7
Sterk
Sterk
Resultaten stap 2 Door middel van een regressievergelijking is gekeken in hoeverre de bejegeningstijlen samenhangen met de detentieomstandigheden. De resultaten staan in tabel 4. De vetgedrukte coëfficiënten geven aan wanneer er sprake is van een significante samenhang. De controlevariabelen etniciteit, verblijfsduur, regime en bouwmodel worden niet weergegeven in de tabel.
7
Het concept motiverende bejegening kent geen plaats in de waardesystemen en wordt daarom als eigenstandig concept meegenomen in de analyses van deze bijdrage.
70
Re-integratie
Toekomstverwachting
-0.02
-0.15
-0.09
-0.03
-0.20
-0.10
-0.08
0.09
-0.06
-0.01
-0.05
0.08
-0.05
-0.02
-0.02
0.14
0.14
0.08
0.15
0.05
0.02
-0.07
0.25
0.23
-0.03
0.06
0.13
0.21
0.16
0.15
0.15
0.12
2.79
2.33
2.01
2.30
2.18
2.02
3.10
3441
3483
3479
3457
2494
3472
3437
3503
N op level II
308
308
308
307
298
308
308
308
R2 (in een regressiemodel zonder levels)
2%
4%
4%
10%
7%
6%
8%
1%
-0.13
-0.21
-0.17
-0.20
-0.14
Ondersteuning zwak, Structuur midden/sterk
-0.13
-0.12
-0.11
-0.16
-0.21
Ondersteuning midden, Structuur zwak
-0.11
-0.14
-0.14
-0.09
-0.20
Ondersteuning midden, Structuur midden
-0.03
-0.02
0.00
-0.04
Ondersteuning midden, Structuur sterk
-0.01
0.07
0.05
0.05
Ondersteuning sterk, Structuur zwak/midden
-0.07
-0.03
-0.03
Ondersteuning sterk, Structuur sterk
0.03
0.26
Motiverende bejegening
0.12
Constante
3.26
N op level I
Contact met de buitenwereld
Activiteiten
-0.09
Handhaving
-0.17
Regels en rechten
-0.16
Veiligheid
Autonomie
Tabel 4. Verbanden tussen bejegeningstijlen en inrichtingskenmerken en detentieomstandigheden, level I, p<0,05; level II, p<0,10.
Level 1 variabelen MPC (0 = nee, 1 = ja) Level 2 variabelen Ref.: Ondersteuning zwak, Structuur zwak
MPC Gedetineerden die zijn geplaatst in meerpersoonscellen oordelen negatiever over alle onderwerpen die betrekking hebben op de detentieomstandigheden.
Bejegeningstijlen Het algemene beeld uit tabel 4 is als volgt: wanneer personeel zegt in zwakke mate de bejegeningstijlen te gebruiken (zowel ten aanzien van het bieden van structuur als ondersteuning), worden de detentieomstandigheden door gedetineerden minder gewaardeerd. In de praktijk is het daarom van belang dat geen van beide stijlen zwak is. Wanneer beide stijlen zwak zijn, gaat dat gepaard met negatievere percepties van detentieomstandigheden van gedetineerden. Hoewel deze samenhang niet in alle gevallen significant is, is het beeld ten aanzien van de detentiebeleving wel consistent (gezien de richting van de verbanden). Deze bevinding komt overeen met eerder gevonden resultaten in onderzoeken die vonden dat betrokkenheid van het personeel, maar ook een duidelijke en structurerende bejegening van belang zijn voor de detentieomstandigheden. Voorts blijkt uit tabel 4 dat een aantal bejegeningconcepten significant afwijkt van de referentiecategorie (het concept ‘ondersteuning zwak / structuur zwak’). Gedetineerden waarderen de veiligheid, activiteiten en re-integratie significant lager wanneer ondersteuning door personeel zwak gewaardeerd wordt en er in gemiddeld tot sterke mate structuur wordt geboden. Alleen wanneer de stijlen in balans zijn (beide een gemiddelde waardering) vallen de significant negatieve effecten weg. Wanneer de twee bejegeningstijlen sterk zijn, zijn gedetineerden meer tevreden over hun autonomie, de duidelijkheid van regels en rechten en hun re-integratie. Motiverende bejegening houdt een significant verband met zeven van de acht onderwerpen betreffende de detentieomstandigheden. Naarmate personeel zich in sterkere mate zegt in te zetten voor de re-integratie van gedetineerden en hen probeert te motiveren om aan activiteiten deel te nemen, zijn gedetineerden meer tevreden over de detentieomstandigheden. Deze bevinding is een bevestiging van de beleidsaanname dat motiverende bejegening een belangrijke rol speelt in het creëren van een menswaardig detentieklimaat dat gedetineerden stimuleert hun leven te veranderen.
71
Gedetineerden survey 2011
8.5 Conclusies In dit hoofdstuk is een model gepresenteerd dat een ketenverband veronderstelt tussen de arbeidssituatie, de bejegeningstijlen van personeel en de detentiebeleving van gedetineerden. De resultaten tonen een samenhang tussen de arbeidssituatie van personeel en de wijze waarop zij gedetineerden bejegenen. Aspecten van personeelsmanagement - zoals werkdruk, leiderschap en de bespreekbaarheid van morele kwesties – hebben een significant aandeel in de verklaring van de mate waarin PIW’ers ondersteuning en structuur bieden aan gedetineerden. Ook verklaren de factoren de mate waarin motiverende bejegening tot uitdrukking komt in het handelen van PIW’ers. Naarmate de bejegeningstijlen sterker zijn, wordt de inhoud van het werk ook hoger aangeslagen door personeel. Daarnaast blijkt uit de resultaten dat de bejegening door personeel samenhangt met de detentiebeleving van gedetineerden. Op leefafdelingen waar in sterke mate wordt gewerkt met de onderscheiden bejegeningstijlen, zijn gedetineerden meer tevreden over hun detentieomstandigheden. Het beeld dat naar voren komt is dat de sterkste positieve verbanden worden gevonden wanneer alle stijlen in sterke mate worden toegepast. Negatieve verbanden worden aangetroffen wanneer in sterke mate structuur wordt geboden en in zwakke mate gedetineerden worden ondersteund en gerespecteerd. Dit betekent allerminst dat het bieden van structuur aan gedetineerden een onwenselijke stijl van bejegenen is. Op afdelingen waar deze stijl zwak is, wordt de duidelijkheid, bekendheid en consistente handhaving van rechten en regels minder gewaardeerd. Harmony values lijkt daarom het belangrijkste waardesysteem om bij te dragen aan betere detentieomstandigheden. Het ontbreken van security values heeft echter een negatieve bijdrage aan detentieomstandigheden. Dit duidt op de kracht van de combinatie van stijlen en het belang van een goede balans tussen de manieren van bejegenen. Meest opvallende voorspeller in de modellen is de factor motiverende bejegening. De bejegeningstijl kent veel significante verbanden met de detentiebeleving van gedetineerden. De resultaten kunnen uitdrukkelijk niet gezien worden als het bewijs dat de trainingen motiverende bejegening (als onderdeel van MGW) effect hebben gehad. Tevens is er geen onderzoek gedaan naar de verandering van motiverende bejegening door de tijd. Deze bijdrage bevestigt wel de beleidsaanname dat motiverende bejegening een belangrijke rol speelt in het creëren van een menswaardig detentieklimaat dat bijdraagt aan re-integratie. De resultaten in deze bijdrage bieden mogelijkheden om bejegeningstijlen te versterken en detentieomstandigheden verder te verbeteren. Verschillende factoren blijken samen te hangen met detentieomstandigheden en zijn tevens beïnvloedbaar door inrichtingsmanagement en personeel. Er zijn echter kritiekpunten denkbaar op de hier gepresenteerde resultaten. De lage respons van de gedetineerdensurvey, de ondervertegenwoordiging van allochtone gedetineerden, de her en der bescheiden verklaarde variantie en de cross-sectionele aard van het onderzoeksdesign zijn zwakke punten. Echter wordt het vinden van factoren die zowel beïnvloedbaar zijn als empirisch bewezen samenhangen met de detentieomstandigheden van bovengeschikt belang geacht. Ook is bij de gevonden relaties niet in alle gevallen sprake van een sterk verband. Dit dilemma is door Ellemers (1987) al eens besproken. ‘Heel cru gesteld is het dilemma: wil men onderzoek dat veel verklaart maar nagenoeg geen aangrijpingspunten biedt tot verandering en beleid, of wil men onderzoek dat enige aanwijzingen geeft over eventuele mogelijkheden om iets te veranderen maar dat misschien maar betrekkelijk weinig kan verklaren?’ (Ellemers 1987, p. 230). Al eerder zijn beleidsaannames in het Nederlandse gevangeniswezen getoetst waarna daadwerkelijk positieve resultaten zijn behaald. Voorbeeld hiervan is de het traject Onderlinge Agressie en Geweld dat binnen het Arboplusconvenant DJI 2005-2007 viel. Het percentage ongewenste omgangsvormen moest ondermeer terug worden gebracht door leiderschap te versterken en gedrag van collega´s bespreekbaar te maken. Onderzoek toonde aan dat het prevalentie van agressie en geweld inderdaad samenhing met de stijl van leidinggeven. Toen werd ingezet op het versterken van leiderschap bleek aanvankelijk (in 2007) dat de inspanningen niet de gewenste resultaten hadden opgeleverd. De leiderschapstijlen waren ook nauwelijks versterkt. Daarop zijn de thema’s opnieuw geagendeerd en is het beleid geïntensiveerd. In de herhaalde meting van 2011 bleek dat de leiderschapstijlen bij het gevangeniswezen aanzienlijk waren versterkt.
72
Bovendien wees onderzoek uit dat het percentage personeelsleden dat ongewenste omgangsvormen ervoer was gedaald van 34% naar 18% (Molleman, 2011). De algehele conclusie van deze bijdrage is dan ook dat de bejegening door personeel een belangrijke factor is naast klassieke voorspellers van detentieomstandigheden (zoals regime en persoonskenmerken van gedetineerden). De arbeidssituatie heeft via de wijze van bejegenen invloed op de detentieomstandigheden. Daarmee wordt het veronderstelde model (figuur 1) bevestigd en zijn aanwijzingen gevonden dat het inzetten op vakmanschap het gewenste effect kan gaan sorteren.
Referenties Bass, B.M., & Steidlmeier, P. (1999). Ethics, character, and authentic transformational leadership behavior. The Leadership Quarterly, 10, 181-217.
Molleman, T. (2011). Ongewenste omgangsvormen tussen gevangenispersoneel, stand van zaken anno 2011. Den Haag: WODC. Cahier 2011-8.
Burns, J.M. (1978). Leadership. New York: Harper & Row. Dienst Justitiële Inrichtingen (2009). Model A3-jaarplan gevangeniswezen. Den Haag: Intern document.
Molleman, T., & Lecuw, F.L. (2012). The influence of prison staff on inmate conditions: A multilevel approach to staff and inmate surveys. European Journal of Criminal Policy and Research, 18, 217-1~233
Ellemers, J.E. (1987). Veel kunnen verklaren of iets kunnen veranderen: Krachtig versus manipuleerbare variabelen. In P.B. Lehning & J.B.D. Simonis (red.), Handboek Beleidswetenschap (pp. 226-238). Meppel: Boom.
Northouse, P.G. (1997). Leadership, Theory and Practice. Thousand Oaks: Sage.
Liebling, A., & Arnold, H. (2004). Prisons and their moral performance: a study of values, quality, and prison life. Oxford: Oxford University Press.
73
Gedetineerden survey 2011
74
9 Bijlagen
Gedetineerden survey 2011
Bijlage 1 Respons gedetineerdensurvey per locatie
76
Vestiging
Locatie
PI Achterhoek
Doetinchem De Kruisberg
Aantal uitgereikt 166
Aantal retour 60
Responspercentage 36,1%
PI Achterhoek
Zutphen Ooyerhoek
201
51
25,4%
PI Almelo
Karelskamp en Niendure
148
112
75,7%
PI Almere
Almere Binnen
359
81
22,6%
PI Alphen aan den Rijn
Alphen aan den Rijn
357
122
34,2%
PI Amsterdam
Havenstraat
205
20
9,8%
PI Amsterdam
Tafelbergweg
83
11
13,3%
PI Amsterdam Over Amstel
De Weg
120
18
15,0%
PI Amsterdam Over Amstel
Demersluis
117
49
41,9%
PI Amsterdam Over Amstel
Het Schouw
120
24
20,0%
PI Amsterdam Over Amstel
Amsterdam PPC
(Het Veer en De Singel)
0
0
geen deelname
PI Arnhem
Arnhem De Berg
210
141
67,1%
PI Arnhem
Arnhem Zuid
217
122
56,2%
PI Breda
De Boschpoort en PIV
417
151
36,2%
PI Dordrecht
Dordtse Poorten
310
132
42,6%
PI Grave
Oosterhoek en Marstal
419
200
47,7%
PI Haaglanden
Scheveningen
197
70
35,5%
PI Haaglanden
Zoetermeer
357
159
44,5%
PI Haarlem
Haarlem
380
97
25,5%
PI Heerhugowaard/Alkmaar
Amerswiel
52
8
15,4%
PI Heerhugowaard/Alkmaar
Westlinge
248
78
31,5%
PI Heerhugowaard/Alkmaar
Zuyderbos
232
39
16,8%
PI Heerhugowaard/Alkmaar
Schutterswei
69
24
34,8%
PI Hoogeveen
Hoogeveen
234
126
53,8%
PI Krimpen a/d IJssel
De IJssel
459
147
32,0%
PI Leeuwarden
De Marwei
229
154
67,2%
PI Lelystad
Lelystad
421
174
41,3%
PI Limburg Zuid
Maastricht PPC
64
16
25,0%
PI Limburg Zuid
Sittard De Geerhorst
248
83
33,5%
PI Middelburg
Torentijd en Nederhof
172
87
50,6%
PI Nieuwegein
Nieuwegein
359
105
29,2%
PI Rotterdam
De Schie
271
85
31,4%
PI Rotterdam
Hoogvliet
160
111
69,4%
PI Rotterdam
Noordsingel
166
39
23,5%
PI Ter Apel
Ter Apel
314
261
83,1%
PI Utrecht
Nieuwersluis
210
131
62,4%
PI Utrecht
Wolvenplein
113
37
32,7%
Vestiging
Locatie
PI Veenhuizen
Groot Bankenbosch
138
26
18,8%
PI Veenhuizen
Esserheem
238
105
44,1%
PI Veenhuizen
Norgerhaven
265
62
23,4%
PI Veenhuizen
Locatie onbekend (Veenhuizen)
0
3
0,0%
PI Vught
Nieuw Vosseveld 1 en 2
528
129
24,4%
PI Zuid-Oost
Evertsoord Ter Peel
133
65
48,9%
PI Zuid-Oost
Overloon Maashegge
163
43
26,4%
PI Zuid-Oost
Roermond en ZBBI
238
92
38,7%
PI Zwaag/Hoorn
Zwaag en ‘t Keern
315
66
21,0%
PI Zwolle
Zwolle Zuid 1 + 2
294
148
50,3%
10716
4064
37,9%
Totaal
Aantal uitgereikt
Aantal retour
Responspercentage
77
Gedetineerden survey 2011
Bijlage 2 Respons nader beschouwd Op zoek naar een verklaring voor de dit jaar toch lage respons is gekeken of er wellicht samenhang was met de respons van het medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO). Per locatie is hiervoor de respons van de survey en de respons van het MTO naast elkaar gezet. Er bleek geen verband tussen de respons van beide onderzoeken te zijn. Nadere analyse op de resultaten van het MTO op locatieniveau levert echter wel interessante verbanden op. Onderwerpen die bij het MTO zijn bevraagd (in onderstaande tabel weergegeven) blijken in een aantal gevallen sterk samen te hangen met de hoogte van de respons bij de gedetineerdensurvey. Oftewel hoe positiever de beoordeling van deze onderwerpen door de medewerkers, hoe hoger de respons bij de gedetineerden. Dit zijn met name de onderwerpen waarin het werken met gedetineerden of de professionele motivatie centraal staat. Opvallend genoeg speelt hoeveelheid werk, leiderschap en wijze besturing geen rol. In onderstaande tabel zijn de correlaties weergegeven tussen de diverse MTO-onderwerpen en de respons op de gedetineerdensurvey. Vanaf een correlatie van 0,25 kan worden gesproken over middelsterke samenhang, vanaf 0,4 zelfs van sterke samenhang. Tabel Correlaties van de schalen MTO met de respons Schaal Medewerkerstevredenheidsonderzoek
Correlatie met respons sterk
Betrokkenheid
0,219
Betrokkenheid bij gedetineerden
,481**
Relatie met gedetineerden
,395**
Omgang met gedetineerden
,348*
Inhoud werk
,329*
Zelfstandigheid
-0,143
Informatie en communicatie Professionele motivatie
0,098 ,523**
Sociaal-emotioneel leiderschap
0,143
Corrigerend leiderschap
0,022
Stimulerend leiderschap
0,218
Omgang met gedetineerden
,348*
Loopbaanontwikkelingsmogelijkheden
0,145
Relatie met collega’s
0,267
Wijze besturen organisatie
0,129
Hoeveelheid werk
-0,152
Gevolgen hoeveelheid werk
-0,002
Emotionele werkstress
0,136
Uitputting
0,073
Structuur bieden aan gedetineerden Motiverende bejegening
0,16 ,498**
Eerlijkheid
0,217
Moreel bewust gedrag
0,148
Veiligheid
0,161
*. Correlatie is significant (bij 0,05) **. Correlatie is significant (bij 0,01)
78
nauwelijks
Bijlage 3 Representativiteit Differentiatie
Survey-populatie
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
%
Huis van Bewaring
1594
39%
4470
40%
Gesloten Gevangenis
1241
31%
3691
33%
EZV
311
8%
446
4%
(Z)BBI
270
7%
807
7%
ISD
138
3%
351
3%
Extra beveiligd
36
1%
80
1%
PPC
143
4%
542
5%
Vrouw
331
8%
663
6%
Totaal
4064
100%
11050
100%
Verblijfsduur in huidige
Survey-populatie
Totale GW-populatie
inrichting Aantal
%
Aantal
%
890
25%
2965
27%
1 tot 3 maanden
1079
30%
3421
31%
3 tot 6 maanden
916
25%
2190
20%
6 maanden tot 1 jaar
639
18%
1355
12%
1 tot 2 jaar
56
2%
695
6%
2 tot 4 jaar
18
0%
212
2%
9
0%
44
0%
3607
100%
10882
100%
één maand of minder
4 jaar of langer Totaal
Verblijfsduur tijdens huidige Survey-populatie detentie
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
%
één maand of minder
537
16%
2115
19%
1 tot 3 maanden
819
24%
2407
22%
3 tot 6 maanden
932
27%
1830
17%
6 maanden tot 1 jaar
927
27%
1792
16%
1 tot 2 jaar
136
4%
1562
14%
2 tot 4 jaar
40
1%
866
8%
4 jaar of langer Totaal
12
0%
448
4%
3403
100%
11020
100%
Nog verwachte verblijfsduur Survey-populatie (alleen afgestraften)
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
%
1056
35%
1285
26%
1 tot 3 maanden
675
22%
892
18%
3 tot 6 maanden
654
22%
707
15%
6 maanden tot 1 jaar
509
17%
723
15%
1 tot 2 jaar
118
4%
831
17%
2 tot 4 jaar
19
1%
306
6%
5
0%
131
3%
3036
100%
4875
100%
één maand of minder
4 jaar of langer Totaal
79
Gedetineerden survey 2011
Leeftijd
Survey-populatie
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
%
18-20 jaar
260
7%
938
8%
20-25 jaar
657
18%
2134
19%
25-30 jaar
628
17%
1858
17%
30-35 jaar
480
13%
1480
13%
35-40 jaar
523
14%
1511
14%
40-45 jaar
441
12%
1267
11%
45-55 jaar
556
15%
1413
13%
55-65 jaar
151
4%
371
3%
35
1%
75
1%
3731
100%
11047
100%
65 jaar of ouder Totaal Verblijfstitel
Survey-populatie
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
%
preventieve hechtenis
1394
37%
4547
41%
veroordeeld/afgestraft
1884
50%
5300
48%
hoger beroep/cassatie Totaal
496
13%
1203
11%
3774
100%
11050
100%
Geboorteland gedetineerde Survey-populatie Aantal
%
Aantal
%
2428
64%
5979
54%
Turkije
126
3%
334
3%
Marokko
137
4%
548
5%
Suriname
255
7%
835
8%
Ned. Antillen
204
5%
824
8%
ander Europees land
269
7%
1245
11%
Nederland
ander niet-Europees land Totaal Geboorteland moeder
378
10%
1210
11%
3797
100%
10975
100%
Survey-populatie
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
1946
53%
geen gegevens
Turkije
204
6%
Marokko
267
7%
Suriname
341
9%
Ned. Antillen
218
6%
ander Europees land
268
7%
ander niet-Europees land
425
12%
3669
100%
Nederland
Totaal
80
Totale GW-populatie
%
Geboorteland vader
Survey-populatie
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
1613
49%
geen gegevens
Turkije
169
5%
Marokko
233
7%
Suriname
304
9%
Ned. Antillen
208
6%
ander Europees land
305
9%
Nederland
ander niet-Europees land Totaal Verblijfstitel
471
14%
3303
100%
Survey-populatie
Totale GW-populatie
Aantal
%
Aantal
geen opleiding
777
21%
geen gegevens
basisonderwijs
230
6%
speciaal voortgezet onderwijs
128
3%
vmbo
1080
29%
havo/vwo
377
10%
mbo
719
19%
hbo
292
8%
wo
123
3%
3726
100%
Totaal
%
%
81
Gedetineerden survey 2011
Bijlage 4 Schalen gedetineerdensurvey Schaal Veiligheid Cronbach’s Alpha (standardized) 0,82 - bij 10 items: 0,82 Je wordt hier regelmatig bedreigd door personeel*omgecodeerd Ik voel me veilig in deze inrichting Ik voel me regelmatig onveilig op de luchtplaats*omgecodeerd Ik ben vaak bang op de afdeling*omgecodeerd Ik ben vaak bang op mijn cel*omgecodeerd Je moet hier oppassen voor bepaalde medegedetineerden*omgecodeerd Het personeel zorgt voor een veilige omgeving Je moet hier oppassen voor bepaalde PIW’ers*omgecodeerd Er zijn plekken in deze inrichting waar ik me onveilig voel*omgecodeerd Ik voel me regelmatig bedreigd door medegedetineerden*omgecodeerd
Schaal Regels en Rechten Cronbach’s Alpha (standardized) 0,81 - bij 10 items: 0,88 Ik ben het eens met de regels die hier gelden Ik vind de huisregels onduidelijk*omgecodeerd Toen ik hier binnenkwam is mij verteld wat de huisregels zijn Ik weet wat er gebeurt als ik de huisregels overtreed Bij binnenkomst in deze inrichting ben ik op de hoogte gebracht van mijn rechten De rechten van gedetineerden zijn duidelijk
Schaal Handhaving Cronbach’s Alpha (standardized) 0,66 - bij 10 items: 0,87 De PIW’ers gebruiken de regels en straffen op dezelfde manier Er wordt bij het straffen rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden Er wordt gestraft volgens de regels
Schaal Klachten Cronbach’s Alpha (standardized) 0,71 - bij 10 items: 0,83 Als ik een klacht heb, weet ik bij wie ik die klacht moet indienen De maandcommissaris is goed bereikbaar Ik vind dat het indienen van een klacht nut heeft De behandeling van mijn klacht(en) duurde te lang*omgecodeerd De beklagcommissie neemt/nam mijn klacht serieus
Schaal Re-integratie Cronbach’s Alpha (standardized) 0,87 - bij 10 items: 0,89 Het personeel stimuleert me om aan mijn re-integratie te werken De inrichting doet niets voor mijn terugkeer in de samenleving*omgecodeerd Het dagprogramma maakt het mogelijk om aan mijn terugkeer in de samenleving Als gedetineerden extra zorg of begeleiding nodig hebben voor hun re-integratie Ik word in deze inrichting goed voorbereid op mijn terugkeer in de samenleving Het personeel in deze inrichting probeert gedetineerden aan te zetten tot verandering Het verblijf in deze inrichting staat in het teken van re-integratie Als ik dat wil kan ik opleidingen en cursussen volgen waar ik wat aan heb als ik vrijkom.
82
Schaal D & R Cronbach’s Alpha (standardized) 0,79 - bij 10 items: 0,90 Ik ben bij binnenkomst goed geïnformeerd over dat tijdens mijn detentie een D&R-plan wordt opgesteld Ik spreek regelmatig met mijn mentor over de zaken die in mijn Detentie- & Re-integratieplan (D&R-plan) staan Ik begrijp goed wat er in mijn Detentie- & Re-integratieplan (D&R-plan) staat De zaken die in mijn Detentie- & Re-integratieplan (D&R-plan) staan zijn nuttig voor mijn toekomst
Schaal Toekomstverwachting Cronbach’s Alpha (standardized) 0,67 - bij 10 items: 0,84 Ik verwacht dat ik na mijn detentie geen baan kan vinden*omgecodeerd Ik denk dat ik na mijn detentie geen delict meer pleeg Ik denk dat ik na mijn detentie een nieuwe start kan maken Ik zie de toekomst na detentie somber in*omgecodeerd
Schaal Contacten Cronbach’s Alpha (standardized) 0,83 - bij 10 items: 0,86 Er zijn voldoende mogelijkheden om met mijn advocaat contact te onderhouden Ik heb voldoende privacy tijdens telefoongesprekken Er zijn voldoende mogelijkheden om met familie en vrienden contact te onderhouden Door het avond- en het weekendprogramma kan ik beter contact onderhouden met familie/partner/ vrienden Ik kan gemakkelijk spullen (bv radio, TV of kleding) van buiten invoeren Ik heb in deze inrichting voldoende gelegenheid om te bellen Ik heb voldoende privacy tijdens de bezoektijden De inrichting maakt het mogelijk om contact te houden met familie/partner/vrienden
Schaal Ouder-kindcontact Cronbach’s Alpha (standardized) 0,84 - bij 10 items: 0,91 De inrichting geeft voldoende ondersteuning bij het onderhouden van contact Het personeel gaat goed met bezoekende kinderen om De reguliere bezoekruimte is geschikt om kinderen in te ontvangen Voor vragen over de omgang met mijn kind(eren) kan ik bij het personeel terecht Mijn kind(eren) kunnen mij vaak genoeg bezoeken
Schaal Dagbesteding Cronbach’s Alpha (standardized) 0,76 - bij 10 items: 0,89 Ik verveel me in het weekend*omgecodeerd s Avonds heb ik genoeg te doen k kan me in mijn cel goed vermaken Ik kan mijn vrije tijd doorbrengen met dingen die ik leuk vind
Schaal Activiteiten Cronbach’s Alpha (standardized) 0,89 - bij 10 items: 0,88 Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de recreatie Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het sporten Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de bibliotheek
83
Gedetineerden survey 2011
Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de arbeid Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het onderwijs Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de crea Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het luchten Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: TR-activiteiten/trainingen Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de activiteiten van de geestelijke verzorging Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het avond- en weekendprogramma Ik ben over het algemeen tevreden over het dagprogramma
Schaal Omgang PIW’ers Cronbach’s Alpha (standardized) 0,94 - bij 10 items: 0,92 Ik ben tevreden over het werk van: de PIW’ers De PIW’ers gaan op een normale manier met me om Als ik aan een cursus, opleiding of training begin moedigen de PIW’ers me aan De PIW’ers zijn vriendelijk voor me De PIW’ers zijn over het algemeen eerlijk en te vertrouwen Als ik problemen heb, helpen de PIW’ers me De PIW’ers spreken gedetineerden aan op ongewenst gedrag De PIW’ers sporen mij aan om deel te nemen aan activiteiten De PIW’ers komen er altijd op terug als ik iets aan hen heb gevraagd De PIW’ers gaan op een respectvolle manier met me om Als ik somber ben, kan ik met de PIW’ers praten De PIW’ers grijpen in als er gediscrimineerd wordt De PIW’ers behandelen mij op dezelfde manier
Schaal Omgang Gedetineerden Cronbach’s Alpha (standardized) 0,74 - bij 10 items: 0,83 Er zijn medegedetineerden die naar me luisteren als ik problemen heb De gedetineerden hier houden rekening met elkaar Ik kan goed opschieten met de meeste medegedetineerden Over het algemeen helpen en steunen de gedetineerden elkaar niet*omgecodeerd De gedetineerden gaan hier respectvol met elkaar om Nieuwe gedetineerden worden snel in de groep geaccepteerd
Schaal Interculturalisatie Cronbach’s Alpha (standardized) 0,82 - bij 10 items: 0,92 Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de feesten van mijn geloof De medewerkers hier snappen de dingen die horen bij mijn cultuur Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de verschillende religies Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de gewoonten van mijn cultuur
Schaal Gezondheid Cronbach’s Alpha (standardized) 0,72 - bij 10 items: 0,90 Mijn gezondheid is tijdens deze detentie achteruit gegaan*omgecodeerd Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw lichamelijke gezondheid Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw geestelijke gezondheid
84
Schaal Gezondheidszorg Cronbach’s Alpha (standardized) 0,76 - bij 10 items: 0,89 Als ik dat wil kan ik in deze inrichting naar de huisarts Ik ben tevreden over het werk van de verpleegkundige Ik ben tevreden over de overige medische zorg (arts, tandarts, fysio) in deze inrichting Ik ben tevreden over het werk van de psycholoog
Schaal Bureau Gedetineerdenzaken - bij 10 items: 0,91 Cronbach’s Alpha (standardized) 0,80 Ik ben tevreden over het werk van: de medewerker maatschappelijke dienstverlening Ik ben tevreden over het werk van: de trajectbegeleider TR/ ITB-er Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers Bureau Selectie en Detentie (BSD) Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers Bevolkingsadministratie
Schaal Functionarissen_overig Cronbach’s Alpha (standardized) 0,80 - bij 10 items: 0,87 Ik ben tevreden over het werk van: de arbeidsmedewerkers Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers onderwijs Ik ben tevreden over het werk van: het afdelingshoofd Ik ben tevreden over het werk van: de visitatiemedewerkers (BAD) Ik ben tevreden over het werk van: de sportleraar (ILO-er) Ik ben tevreden over het werk van: de geestelijk verzorger
Schaal Autonomie Cronbach’s Alpha (standardized) 0,82 - bij 10 items: 0,85 Het personeel leert gedetineerden om zelf verantwoordelijkheid te nemen Ik heb voldoende bewegingsvrijheid Het personeel staat open voor mijn mening Mijn leven hier wordt helemaal bepaald door anderen*omgecodeerd Ik kan zelf beslissen over dingen die ik belangrijk vind Ik word hier gestimuleerd om zelf dingen te regelen Ik kan hier zelf niets bepalen*omgecodeerd Alles wordt hier voor mij beslist*omgecodeerd
Schaal Hygiëne Cronbach’s Alpha (standardized) 0,59 - bij 10 items: 0,83 Ik kan me vaak genoeg douchen Ik kan vaak genoeg mijn kleren (laten) wassen in de inrichting Ik ben over het algemeen tevreden over de hygiëne in de inrichting
Schaal Gebouw Cronbach’s Alpha (standardized) 0,72 - bij 10 items: 0,93 Ik ben tevreden over de kwaliteit van het gebouw Ik ben tevreden over de sfeer en de inrichting van het gebouw
85
Gedetineerden survey 2011
Schaal Eten Cronbach’s Alpha (standardized) 0,60 - bij 10 items: 0,83 Er wordt bij de maaltijd rekening gehouden met geloofsovertuigingen en diëten Ik krijg genoeg te eten Ik vind het warme eten lekker
Schaal Winkel Cronbach’s Alpha (standardized) 0,31 - bij 10 items: 0,69 De producten in de winkel zijn te duur*omgecodeerd Ik ben tevreden over het aanbod van de winkel
86
Bijlage 5 Gemiddelden Verblijfskenmerken en achtergrondkenmerken
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV
EZV
PPC
Gemid.
Gemid.
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Verblijf in huidige inrichting in maanden
4,27
4,01
4,61
3,30
4,26
4,37
4,73
5,19
6,73
4,18
Verblijf tijdens detentie in maanden
5,86
5,07
6,57
7,75
5,72
5,72
5,76
7,40
8,48
4,73
Nog verwachte verblijfsduur in maanden
4,30
4,19
4,49
4,82
4,33
4,10
3,26
5,08
4,87
3,72
Detentiefrequentie Leeftijd in jaren Onderwerpen
3,22
3,32
3,38
2,47
3,35
2,56
3,14
7,23
2,73
1,93
35,22
33,54
35,81
40,79
34,52
36,38
36,35
34,88
34,57
35,31
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV
EZV
PPC
Gemid.
Gemid.
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Veiligheid
3,58
3,58
3,58
3,71
3,58
3,54
3,66
3,60
3,60
3,54
Rechten en regels
3,01
2,96
2,94
3,28
2,95
3,13
3,22
2,97
2,93
3,09
Handhaving
2,75
2,69
2,72
2,79
2,71
3,01
2,94
2,71
2,57
2,81
Klachtafhandeling
2,83
2,80
2,75
2,93
2,78
2,99
2,95
2,98
2,86
2,97
Gezondheid
2,80
2,75
2,85
3,00
2,79
2,71
2,81
3,04
2,95
2,65
Gezondheidszorg
3,10
3,07
3,01
3,14
3,04
3,32
3,48
3,19
3,01
3,18
Bureau Gedetineerdenzaken
2,97
2,95
2,84
3,10
2,89
3,24
3,17
2,98
3,02
3,27
Overige functionarissen
3,41
3,38
3,35
3,26
3,37
3,57
3,67
3,47
3,66
3,54
Omgang met PIW’ers
3,20
3,11
3,18
3,29
3,14
3,39
3,58
3,19
3,04
3,36
Omgang gedetineerden onderling
3,31
3,31
3,25
3,51
3,28
3,36
3,45
3,23
3,14
3,32
Interculturalisatie
3,09
3,03
3,07
3,18
3,05
3,20
3,37
3,16
3,16
3,13
Contacten met de buitenwereld
2,89
2,70
2,91
3,36
2,79
3,10
3,36
3,08
2,97
2,82
Ouder-kind contact
2,68
2,62
2,65
2,86
2,63
2,74
2,94
2,67
2,39
2,82
Dagbesteding
2,57
2,35
2,66
2,93
2,49
2,75
2,87
2,76
2,78
2,55
Activiteiten
2,92
2,78
2,93
2,92
2,85
3,18
3,39
2,96
3,14
3,10
Autonomie
2,91
2,78
2,96
3,20
2,86
3,01
3,26
2,94
2,80
2,93
D&R
2,43
2,30
2,37
2,92
2,33
2,54
2,74
2,71
2,36
2,57
Re-integratie
2,59
2,47
2,52
2,89
2,50
2,75
3,08
2,68
2,51
2,78
Toekomstverwachting
3,51
3,47
3,49
3,70
3,48
3,50
3,67
3,44
3,42
3,64
Hygiëne
3,32
3,05
3,48
3,40
3,24
3,54
3,77
3,34
3,48
3,52
Gebouw
2,89
2,77
2,94
3,00
2,84
3,08
3,19
2,79
2,81
2,94
87
Gedetineerden survey 2011
Veiligheid en Duidelijkheid
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV
EZV
PPC
Gemid.
Gemid.
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
2. Ik voel me veilig in deze inrichting
3,32
3,28
3,27
3,56
3,28
3,38
3,54
3,30
3,39
3,31
13. Je wordt hier regelmatig bedreigd door personeel *omgecodeerd
4,00
3,97
3,95
4,05
3,96
4,16
4,26
3,93
3,76
4,13
21. Ik voel me regelmatig onveilig op de luchtplaats *omgecodeerd
3,90
3,94
3,88
3,83
3,91
3,83
3,92
3,98
4,14
3,86
32. Ik ben vaak bang op de afdeling*omgecodeerd
4,02
4,03
4,05
4,08
4,04
3,86
3,96
4,04
4,18
3,96
46. Ik ben vaak bang op mijn cel*omgecodeerd
4,02
4,00
4,11
4,21
4,05
3,92
3,95
4,04
4,31
3,77
50. Je moet hier oppassen voor bepaalde medegedetineerden * omgecodeerd
2,81
2,85
2,79
3,05
2,82
2,66
2,81
2,89
2,67
2,55
64. Het personeel zorgt voor een veilige omgeving
3,25
3,20
3,16
3,38
3,18
3,43
3,57
3,24
3,11
3,44
79. Je moet hier oppassen voor bepaalde PIW’ers *omgecodeerd
2,99
2,90
2,99
3,09
2,94
3,18
3,33
2,91
2,61
3,06
82. Er zijn plekken in deze inrichting waar ik me onveilig voel *omgecodeerd
3,59
3,62
3,61
3,75
3,61
3,21
3,60
3,65
3,69
3,55
84. Ik voel me regelmatig bedreigd door medegedetineerden * omgecodeerd
3,92
3,95
3,93
4,02
3,94
3,78
3,78
4,03
4,17
3,84
3. Ik ben het eens met de regels die hier gelden
2,81
2,71
2,73
3,07
2,72
3,09
3,31
2,74
2,72
2,90
36. Ik vind de huisregels onduidelijk*omgecodeerd
3,10
3,05
3,07
3,27
3,06
3,24
3,31
2,98
2,94
3,18
63. Toen ik hier binnenkwam is mij verteld wat de huisregels zijn
2,98
2,97
2,85
3,36
2,92
3,10
3,21
2,78
2,78
3,10
68. Ik weet wat er gebeurt als ik de huisregels overtreed
3,56
3,51
3,54
3,62
3,52
3,57
3,72
3,70
3,92
3,66
74. Bij binnenkomst in deze inrichting ben ik op de hoogte gebracht van mijn rechten en plichten
2,73
2,70
2,63
3,17
2,67
2,82
2,81
2,74
2,44
2,76
86. De rechten van gedetineerden zijn duidelijk
2,85
2,80
2,77
3,19
2,79
2,97
3,01
2,89
2,75
2,93
9. Er wordt gestraft volgens de regels
2,93
2,87
2,87
2,98
2,87
3,23
3,13
2,88
2,83
3,08
20. De PIW’ers gebruiken de regels en straffen op dezelfde manier
2,88
2,87
2,90
2,90
2,88
3,03
2,90
2,77
2,54
2,77
23. Er wordt bij het straffen rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden
2,43
2,34
2,38
2,49
2,36
2,77
2,80
2,45
2,26
2,58
73. Vaak is onduidelijk waarom gedetineerden gestraft worden *omgecodeerd
3,02
2,94
3,04
3,02
2,98
3,16
3,20
3,08
2,81
3,09
88
Klachtafhandeling
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
15. Als ik een klacht heb, weet ik bij wie ik die klacht moet indienen
3,17
3,12
3,10
3,31
3,11
3,40
3,31
3,45
3,28
3,15
16. De maandcommissaris is goed bereikbaar
2,77
2,74
2,69
2,85
2,72
2,89
2,77
3,02
2,86
2,91
17. Ik vind dat het indienen van een klacht nut heeft
2,74
2,71
2,66
2,77
2,69
2,89
2,90
2,80
2,63
2,97
19. De behandeling van mijn klacht(en) duurde te lang *omgecodeerd
2,11
2,13
2,00
1,97
2,06
2,14
2,22
2,30
2,30
2,44
20. De beklagcommissie neemt/nam mijn klacht serieus
2,73
2,63
2,68
2,90
2,65
2,83
2,97
2,99
3,00
3,07
Voorbereiding op terugkeer Totaal in de samenleving Gemid.
HvB
GEV
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
PPC
ISD
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
4. Als gedetineerden extra zorg of begeleiding nodig hebben voor hun re-integratie, dan krijgen ze die ook in deze inrichting
2,63
2,53
2,53
2,86
2,53
2,88
3,09
2,54
2,54
2,86
6. Ik word in deze inrichting goed voorbereid op mijn terugkeer in de samenleving
2,34
2,23
2,25
2,76
2,24
2,47
2,77
2,31
2,19
2,61
8. Als ik dat wil kan ik opleidingen en cursussen volgen waar ik wat aan heb als ik vrijkom
2,88
2,81
2,85
2,88
2,83
3,10
3,30
3,08
3,09
2,88
11. Het personeel stimuleert me om aan mijn re-integratie te werken
2,65
2,52
2,58
2,88
2,55
2,81
3,23
2,80
2,38
2,86
19. De inrichting doet niets voor mijn terugkeer in de samenleving*omgecodeerd
2,68
2,52
2,65
3,00
2,58
2,78
3,24
2,72
2,80
2,93
38. Het dagprogramma maakt het mogelijk om aan mijn terugkeer in de samenleving te werken
2,39
2,22
2,36
2,82
2,28
2,52
2,92
2,53
2,00
2,54
62. Het personeel in deze inrichting probeert gedetineerden aan te zetten tot verandering
2,72
2,62
2,63
2,91
2,62
2,92
3,27
2,85
2,61
2,97
75. Het verblijf in deze inrichting staat in het teken van re-integratie
2,45
2,34
2,34
3,04
2,34
2,52
2,80
2,62
2,39
2,61
22. Ik ben bij binnenkomst goed geïnformeerd over dat tijdens mijn detentie een Detentie- & Re-integratieplan wordt opgesteld
2,18
2,07
2,14
2,68
2,10
2,25
2,34
2,30
2,23
2,25
31. Ik spreek regelmatig met mijn mentor over de zaken die in mijn Detentie- & Re-integratieplan staan
2,37
2,15
2,30
3,02
2,22
2,54
3,02
2,83
2,06
2,55
89
Gedetineerden survey 2011
Voorbereiding op terugkeer Totaal in de samenleving Gemid.
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
70. De zaken die in mijn Detentie- & Re-integratieplan (D&R-plan) staan zijn nuttig voor mijn toekomst
2,68
2,64
2,57
2,91
2,61
2,78
2,93
2,89
2,81
2,81
1. Ik verwacht dat ik na mijn detentie geen baan kan vinden *omgecodeerd
3,11
3,06
3,15
3,34
3,10
3,09
3,07
3,24
2,91
2,98
12. Ik denk dat ik na mijn detentie geen delict meer pleeg
3,93
3,89
3,81
4,04
3,85
4,06
4,30
3,54
3,91
4,40
27. Ik denk dat ik na mijn detentie een nieuwe start kan maken
3,64
3,61
3,58
3,73
3,60
3,65
3,92
3,59
3,61
3,81
69. Ik zie de toekomst na detentie somber in *omgecodeerd
3,38
3,33
3,41
3,70
3,36
3,21
3,37
3,39
3,19
3,38
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Contacten met de buitenwereld
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
7. Ik heb voldoende privacy tijdens de bezoektijden
2,40
2,24
2,38
2,78
2,30
2,71
2,88
2,37
2,51
2,42
16. Er zijn voldoende mogelijkheden om met mijn advocaat contact te onderhouden
3,09
2,90
3,10
3,43
2,99
3,36
3,73
3,42
3,39
3,00
33. Ik heb voldoende privacy tijdens telefoongesprekken
2,76
2,66
2,68
3,31
2,67
2,79
3,03
3,01
2,47
2,84
41. Er zijn voldoende mogelijkheden om met familie en vrienden contact te onderhouden
3,02
2,79
3,10
3,55
2,92
3,25
3,49
3,16
3,00
2,94
47. Door het avond- en het weekendprogramma kan ik beter contact onderhouden met familie/partner/ vrienden
2,87
2,65
3,01
3,23
2,80
2,97
3,42
2,92
3,12
2,72
54. Ik kan gemakkelijk spullen (bv radio, TV of kleding) van buiten invoeren
2,80
2,74
2,72
3,07
2,73
2,93
2,95
3,04
3,03
2,81
66. Ik heb in deze inrichting voldoende gelegenheid om te bellen
2,93
2,54
3,06
3,82
2,77
3,31
3,69
3,28
2,89
2,78
78. De inrichting maakt het mogelijk om contact te houden met familie/partner/ vrienden
3,22
3,08
3,24
3,58
3,15
3,39
3,69
3,36
3,31
3,09
90
Ouder-kind contact
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
42. De inrichting geeft voldoende ondersteuning bij het onderhouden van contact met mijn kind(eren)
2,59
2,50
2,55
2,88
2,52
2,59
2,95
2,60
2,06
2,76
43. Het personeel gaat goed met bezoekende kinderen om
3,05
3,02
2,99
3,11
3,01
3,13
3,30
3,00
2,88
3,22
44. De reguliere bezoekruimte is geschikt om kinderen in te ontvangen
2,51
2,48
2,40
2,90
2,44
2,56
2,85
2,53
2,06
2,63
45. Voor vragen over de omgang met mijn kind(eren) kan ik bij het personeel terecht
2,87
2,80
2,86
2,87
2,83
2,98
3,07
2,91
2,88
3,03
46. Mijn kind(eren) kunnen mij vaak genoeg bezoeken
2,40
2,32
2,43
2,61
2,37
2,45
2,60
2,38
2,00
2,43
47. Door de bezoektijden is het lastig om mijn kind(eren) te zien *omgecodeerd
2,59
2,55
2,59
2,73
2,57
2,54
2,67
2,96
2,76
2,60
48. Ik heb liever niet dat mijn kind(eren) me hier bezoeken *omgecodeerd
3,12
3,17
3,08
3,07
3,13
3,12
3,09
2,69
3,71
3,18
Extra beveiligd
Vrouwen
Verlof
Totaal
HvB
GEV
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
PPC
ISD
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
28. Ik was door de inrichting voldoende voorbereid op mijn verlof
3,10
2,78
2,79
3,34
2,78
3,67
3,33
2,93
2,33
3,40
29. Ik kende mijn rechten en plichten toen ik met verlof ging
3,57
3,47
3,37
3,76
3,41
3,18
3,00
3,52
2,33
3,66
Dagbesteding
Totaal
HvB
GEV
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
PPC
ISD
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
5. Ik kan me in mijn cel goed vermaken
2,91
2,68
3,05
3,06
2,84
3,04
3,13
3,08
3,19
2,99
15. Ik verveel me in het weekend *omgecodeerd
2,21
2,08
2,24
2,65
2,15
2,45
2,23
2,43
2,22
2,11
43. ‘s Avonds heb ik genoeg te doen
2,45
2,21
2,55
2,91
2,36
2,60
2,99
2,61
2,80
2,33
65. Ik kan mijn vrije tijd doorbrengen met dingen die ik leuk vind
2,71
2,46
2,82
3,14
2,61
2,92
3,10
2,92
2,89
2,74
91
Gedetineerden survey 2011
Activiteiten
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de recreatie
2,96
2,68
3,10
3,06
2,86
3,30
3,58
3,02
3,11
3,09
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het sporten
2,97
2,70
3,03
3,19
2,84
3,22
3,45
3,31
3,20
3,38
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de bibliotheek
3,57
3,54
3,56
3,23
3,55
3,68
3,59
3,59
4,00
3,78
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de arbeid
3,11
3,12
2,99
3,14
3,06
3,41
3,39
2,98
3,15
3,20
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het onderwijs
2,96
2,88
2,98
2,70
2,92
3,28
3,20
3,15
2,96
3,04
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de crea
2,72
2,60
2,68
2,70
2,63
2,93
3,56
2,58
2,43
2,83
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het luchten
3,26
3,15
3,23
3,58
3,19
3,58
3,51
3,27
3,67
3,23
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: TR-activiteiten/trainingen
2,54
2,49
2,43
2,56
2,46
2,78
3,07
2,41
2,82
2,90
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de activiteiten van de geestelijke verzorging
3,49
3,44
3,48
3,19
3,45
3,64
3,64
3,46
3,87
3,75
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het avond- en weekendprogramma
2,44
2,25
2,52
2,59
2,37
2,65
3,02
2,59
2,65
2,34
14. Ik ben over het algemeen tevreden over het dagprogramma
2,72
2,45
2,83
2,96
2,62
3,08
3,25
2,78
2,57
2,89
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Contacten met PIW’ers en gedetineerden
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
10. De PIW’ers gaan op een normale manier met me om
3,53
3,44
3,55
3,62
3,49
3,69
3,79
3,44
3,44
3,63
26. Als ik aan een cursus, opleiding of training begin moedigen de PIW’ers me aan
2,79
2,65
2,79
2,86
2,71
2,97
3,38
2,98
2,71
2,99
30. De PIW’ers zijn vriendelijk voor me
3,54
3,45
3,54
3,65
3,49
3,70
3,88
3,45
3,50
3,70
34. De PIW’ers zijn over het algemeen eerlijk en te vertrouwen
3,12
3,04
3,06
3,22
3,05
3,35
3,59
3,06
2,80
3,30
37. Als ik problemen heb, helpen de PIW’ers me
3,19
3,09
3,15
3,37
3,12
3,48
3,61
3,07
3,06
3,29
44. De PIW’ers spreken gedetineerden aan op ongewenst gedrag
3,47
3,49
3,39
3,53
3,45
3,51
3,70
3,35
3,19
3,52
92
Contacten met PIW’ers en gedetineerden
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
53. De PIW’ers sporen mij aan om deel te nemen aan activiteiten
2,93
2,83
2,88
2,78
2,85
3,21
3,61
2,96
2,92
3,21
57. De PIW’ers komen er altijd op terug als ik iets aan hen heb gevraagd
2,93
2,80
2,93
3,10
2,85
3,14
3,34
2,88
2,44
3,14
59. De PIW’ers gaan op een respectvolle manier met me om
3,44
3,36
3,44
3,46
3,40
3,53
3,72
3,38
3,25
3,58
80. Als ik somber ben, kan ik met de PIW’ers praten
3,05
2,92
2,99
3,21
2,95
3,33
3,57
3,07
2,97
3,28
81. De PIW’ers grijpen in als er gediscrimineerd wordt
3,04
2,98
2,94
3,15
2,96
3,25
3,35
3,05
2,89
3,25
83. De PIW’ers behandelen mij op dezelfde manier
3,12
3,04
3,15
3,24
3,09
3,21
3,40
3,03
3,11
3,16
17. Er zijn medegedetineerden die naar me luisteren als ik problemen heb
3,38
3,33
3,31
3,51
3,32
3,45
3,60
3,38
3,28
3,58
39. De gedetineerden hier houden rekening met elkaar
3,04
3,05
2,94
3,37
3,00
3,20
3,16
2,94
2,75
2,98
45. Ik kan goed opschieten met de meeste medegedetineerden
3,71
3,72
3,68
3,80
3,70
3,70
3,77
3,56
3,58
3,76
58. Over het algemeen helpen en steunen de gedetineerden elkaar niet*
2,74
2,73
2,76
2,60
2,74
2,76
2,54
2,85
3,03
2,77
61. De gedetineerden gaan hier respectvol met elkaar om
3,18
3,21
3,11
3,44
3,16
3,29
3,30
3,02
2,94
3,06
76. Nieuwe gedetineerden worden snel in de groep geaccepteerd
3,28
3,27
3,22
3,50
3,24
3,29
3,43
3,27
3,33
3,29
28. Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de feesten van mijn geloof
3,06
2,96
3,08
3,15
3,01
3,21
3,44
3,13
3,31
3,06
42. De medewerkers hier snappen de dingen die horen bij mijn cultuur
2,99
2,94
2,97
3,09
2,95
3,11
3,23
2,98
3,00
3,03
56. Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de verschillende religies
3,26
3,21
3,21
3,30
3,21
3,39
3,52
3,28
3,38
3,35
72. Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de gewoonten van mijn cultuur
3,05
3,00
3,02
3,13
3,01
3,12
3,27
3,21
3,03
3,07
* Omgecodeerd
93
Gedetineerden survey 2011
Gezondheid
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
30. Mijn gezondheid is tijdens deze detentie achteruit gegaan *omgecodeerd
2,56
2,50
2,57
2,70
2,53
2,57
2,71
2,97
2,50
2,48
32. Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw lichamelijke gezondheid
2,79
2,77
2,81
2,96
2,79
2,75
2,83
2,98
3,03
2,62
33. Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw geestelijke gezondheid
3,04
2,98
3,18
3,34
3,06
2,81
2,86
3,20
3,33
2,84
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Gezondheidszorg
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
31. Als ik dat wil kan ik in deze inrichting naar de huisarts
3,43
3,43
3,35
3,36
3,40
3,64
3,75
3,45
3,37
3,41
34. Ik ben tevreden over het werk van de verpleegkundigde
3,06
3,02
2,96
3,08
2,99
3,27
3,58
3,20
2,79
3,10
35. Ik ben tevreden over de overige medische zorg (arts, tandarts, fysio) in de inrichting
2,93
2,88
2,83
3,03
2,86
3,12
3,29
3,10
2,91
3,06
36. Ik ben tevreden over het werk van de psycholoog
3,00
2,92
2,88
2,97
2,90
3,27
3,31
3,00
3,04
3,32
Diverse functionarissen
Totaal
HvB
GEV
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
PPC
ISD
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerker maatschappelijke dienstverlening
3,11
3,11
2,99
3,16
3,05
3,35
3,09
3,03
2,96
3,35
37. Ik ben tevreden over het werk van: de trajectbegeleider TR/ ITB-er
2,80
2,75
2,66
3,10
2,70
2,98
3,06
2,67
2,91
3,15
37. Ik ben tevreden over het werk van: de arbeidsmedewerkers
3,53
3,46
3,51
3,64
3,48
3,58
3,90
3,48
3,55
3,67
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers onderwijs
3,38
3,33
3,39
3,01
3,36
3,58
3,63
3,66
3,65
3,47
37. Ik ben tevreden over het werk van: het afdelingshoofd
3,16
3,12
3,03
3,18
3,08
3,46
3,53
3,02
3,16
3,50
37. Ik ben tevreden over het werk van: de PIW’ers
3,47
3,36
3,47
3,51
3,41
3,73
3,72
3,45
3,11
3,65
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers Bureau Selectie en Detentiebegeleiding (BSD)
2,89
2,86
2,70
3,00
2,78
3,14
3,24
3,02
2,69
3,29
94
Diverse functionarissen
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers Bevolkingsadministratie
3,26
3,23
3,16
3,28
3,20
3,50
3,37
3,27
3,45
3,47
37. Ik ben tevreden over het werk van: de visitatiemedewerkers (BAD)
3,08
3,11
2,99
3,12
3,06
3,30
3,09
3,13
3,52
3,00
37. Ik ben tevreden over het werk van: de sportleraar (ILO-er)
3,65
3,65
3,61
3,44
3,64
3,63
3,80
3,73
4,15
3,74
37. Ik ben tevreden over het werk van: de geestelijk verzorger
3,70
3,68
3,63
3,44
3,66
3,82
3,92
3,84
3,83
3,95
Autonomie
Totaal
HvB
GEV
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
PPC
ISD
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
14. Het personeel leert gedetineerden om zelf verantwoordelijkheid te nemen
2,98
2,87
2,91
3,22
2,89
3,19
3,39
3,02
2,74
3,22
18. Ik heb voldoende bewegingsvrijheid
2,62
2,33
2,74
3,32
2,51
2,79
3,16
2,72
2,61
2,62
24. Het personeel staat open voor mijn mening
3,07
2,99
3,06
3,19
3,02
3,30
3,49
3,03
2,97
3,08
35. Mijn leven hier wordt helemaal bepaald door anderen *omgecodeerd
3,17
3,06
3,29
3,45
3,16
3,08
3,18
3,21
3,08
3,06
48. Ik kan zelf beslissen over dingen die ik belangrijk vind
3,02
2,88
3,11
3,26
2,98
3,07
3,33
3,03
3,14
2,88
55. Ik word hier gestimuleerd om zelf dingen te regelen
2,87
2,79
2,81
3,07
2,80
2,99
3,27
2,89
2,66
3,00
67. Ik kan hier zelf niets bepalen*omgecodeerd
2,76
2,60
2,86
3,02
2,71
2,85
3,20
2,59
2,63
2,74
71. Alles wordt hier voor mij beslist *omgecodeerd
2,82
2,70
2,90
2,99
2,79
2,83
3,11
2,85
2,56
2,82
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Hygiëne
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
25. Ik kan me vaak genoeg douchen
3,57
2,96
3,97
3,96
3,40
3,79
4,32
3,79
4,08
4,04
40. Ik kan vaak genoeg mijn kleren (laten) wassen in de inrichting
3,41
3,32
3,47
3,31
3,39
3,61
3,78
3,22
3,53
3,35
51. Ik ben over het algemeen tevreden over de hygiëne in de inrichting
2,98
2,86
2,99
2,95
2,92
3,21
3,22
3,02
2,77
3,19
29. Ik ben tevreden over de kwaliteit van het gebouw
2,96
2,85
3,04
2,88
2,93
3,22
3,14
2,84
2,78
2,96
85. Ik ben tevreden over de sfeer en de inrichting van het gebouw
2,82
2,69
2,83
3,09
2,75
2,93
3,24
2,73
2,83
2,92
95
Gedetineerden survey 2011
Eten en winkel
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
8. Ik krijg genoeg te eten
2,84
2,68
2,73
3,22
2,70
3,15
3,14
2,84
2,67
3,28
9. Ik vind het warme eten lekker
2,07
2,00
1,98
2,35
1,99
2,42
2,09
1,89
2,00
2,21
10. Er wordt bij de maaltijd rekening gehouden met geloofsovertuigingen en diëten
3,52
3,52
3,46
3,57
3,49
3,63
3,70
3,48
3,63
3,49
11. De producten in de winkel zijn te duur *omgecodeerd
1,76
1,76
1,70
1,83
1,73
1,86
2,01
1,71
1,72
1,80
12. Ik ben tevreden over het aanbod van de winkel
2,64
2,62
2,58
2,68
2,60
2,88
2,86
2,62
2,53
2,61
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Drugs
Totaal
HvB
GEV
Gemid.
Gemid.
Gemid.
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
Gemid.
Gemid.
PPC
Gemid.
ISD
Gemid.
Gemid.
25. Ik heb last van het drugsgebruik door medegedetineerden *omgecodeerd
3,58
3,64
3,62
3,52
3,63
3,57
3,37
3,33
3,65
3,02
26. Er wordt teveel op het gebruik van drugs gecontroleerd *omgecodeerd
2,91
2,84
2,87
2,95
2,85
3,10
3,28
2,77
2,60
3,15
MPC-gebruik, arbeidsmedewerkers en visitatie
Totaal
HvB
GEV
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
PPC
ISD
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
49. Ik vind het geen probleem om met een gedetineerde een cel te delen
2,03
2,14
1,82
2,22
2,00
1,82
1,92
1,90
1,83
2,43
77. De arbeidsmedewerkers zijn vriendelijk voor me
3,52
3,43
3,54
3,59
3,48
3,65
3,74
3,52
3,61
3,61
52. De visitatiemedewerkers (BAD) gaan respectvol met mij om
3,17
3,20
3,15
3,10
3,18
3,28
3,28
3,17
3,29
3,03
Algemene tevredenheid
Totaal
HvB
GEV
(Z)BBI
HvB - GEV EZV
PPC
ISD
Extra beveiligd
Vrouwen
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
Gemid.
2,90
2,74
2,87
3,29
2,79
3,19
3,34
2,70
2,83
3,03
87. Over deze inrichting ben ik in het algemeen tevreden
96
Bijlage 6 Tabellen Veiligheid en Duidelijkheid
Totaal zeer oneens
2. Ik voel me veilig in deze inrichting
oneens
neutraal
eens
zeer eens
7,4%
10,2%
34,9%
38,3%
9,2%
13. Je wordt hier regelmatig bedreigd door personeel*
39,8%
33,0%
18,2%
5,7%
3,3%
21. Ik voel me regelmatig onveilig op de luchtplaats*
29,2%
41,4%
22,4%
4,4%
2,6%
32. Ik ben vaak bang op de afdeling*
36,6%
38,1%
18,7%
4,0%
2,6%
46. Ik ben vaak bang op mijn cel*
34,1%
43,8%
14,6%
5,2%
2,2%
8,9%
17,2%
32,3%
28,8%
12,8%
64. Het personeel zorgt voor een veilige omgeving
7,2%
10,2%
38,8%
37,9%
5,9%
79. Je moet hier oppassen voor bepaalde PIW’ers*
10,8%
24,7%
30,9%
19,9%
13,7%
82. Er zijn plekken in deze inrichting waar ik me onveilig voel*
18,5%
40,1%
27,5%
9,5%
4,4%
84. Ik voel me regelmatig bedreigd door medegedetineerden*
27,7%
44,9%
21,0%
4,7%
1,7%
3. Ik ben het eens met de regels die hier gelden
16,4%
20,9%
33,4%
24,1%
5,2%
8,6%
27,9%
37,3%
17,2%
8,9%
16,1%
19,5%
20,2%
38,4%
5,8%
50. Je moet hier oppassen voor bepaalde medegedetineerden*
36. Ik vind de huisregels onduidelijk* 63. Toen ik hier binnenkwam is mij verteld wat de huisregels zijn 68. Ik weet wat er gebeurt als ik de huisregels overtreed
4,7%
8,9%
20,7%
56,9%
8,8%
74. Bij binnenkomst in deze inrichting ben ik op de hoogte gebracht van mijn rechten en plichten
18,1%
25,2%
26,5%
26,3%
3,9%
86. De rechten van gedetineerden zijn duidelijk
15,2%
20,5%
32,6%
27,3%
4,4%
9. Er wordt gestraft volgens de regels
13,4%
14,2%
43,1%
24,4%
4,9%
20. De PIW’ers gebruiken de regels en straffen op dezelfde manier
11,9%
15,5%
50,0%
18,0%
4,7%
23. Er wordt bij het straffen rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden
24,8%
21,0%
42,1%
10,3%
1,8%
73. Vaak is onduidelijk waarom gedetineerden gestraft worden*
5,5%
25,1%
42,6%
19,5%
7,4%
* Omgecodeerd Klachtafhandeling
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
15. Als ik een klacht heb, weet ik bij wie ik die klacht moet indienen
11,4%
16,4%
23,5%
41,5%
7,3%
16. De maandcommissaris is goed bereikbaar
13,5%
17,5%
50,9%
15,0%
3,2%
17. Ik vind dat het indienen van een klacht nut heeft
20,6%
20,2%
31,3%
20,5%
7,4%
Totaal 18. Ik heb wel eens een klacht ingediend:
ja
nee
41,8%
58,2%
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
19. De behandeling van mijn klacht(en) duurde te lang*
3,9%
8,5%
17,5%
34,7%
35,5%
20. De beklagcommissie neemt/nam mijn klacht serieus
22,1%
20,1%
26,9%
24,0%
6,9%
97
Gedetineerden survey 2011
Voorbereiding op terugkeer in de samenleving
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
4. Als gedetineerden extra zorg of begeleiding nodig hebben voor hun re-integratie, dan krijgen ze die ook in deze inrichting
19,0%
18,5%
46,7%
12,7%
3,2%
6. Ik word in deze inrichting goed voorbereid op mijn terugkeer in de samenleving
29,0%
24,3%
34,0%
9,0%
3,7%
8. Als ik dat wil kan ik opleidingen en cursussen volgen waar ik wat aan heb als ik vrijkom
17,5%
14,6%
36,4%
25,1%
6,5%
11. Het personeel stimuleert me om aan mijn re-integratie te werken
17,8%
21,2%
43,9%
12,8%
4,3%
8,3%
13,3%
37,0%
20,6%
20,7%
38. Het dagprogramma maakt het mogelijk om aan mijn terugkeer in de samenleving te werken
26,8%
26,2%
32,2%
11,3%
3,5%
62. Het personeel in deze inrichting probeert gedetineerden aan te zetten tot verandering
13,7%
21,9%
45,3%
16,2%
2,8%
75. Het verblijf in deze inrichting staat in het teken van re-integratie
23,5%
23,6%
40,0%
10,2%
2,7%
22. Ik ben bij binnenkomst goed geïnformeerd over dat tijdens mijn detentie een D&R-plan wordt opgesteld
37,4%
24,3%
24,1%
11,5%
2,7%
31. Ik spreek regelmatig met mijn mentor over de zaken die in mijn Detentie- & R-plan staan
29,3%
22,1%
34,6%
10,3%
3,7%
60. Ik begrijp goed wat er in mijn Detentie- & Re-integratieplan (D&R-plan) staat
25,5%
18,6%
38,3%
14,5%
3,1%
70. De zaken die in mijn Detentie- & Re-integratieplan (D&R-plan) staan zijn nuttig voor mijn toekomst
17,4%
14,1%
54,7%
10,6%
3,3%
1. Ik verwacht dat ik na mijn detentie geen baan kan vinden*
19. De inrichting doet niets voor mijn terugkeer in de samenleving*
18,5%
23,3%
22,9%
20,9%
14,4%
12. Ik denk dat ik na mijn detentie geen delict meer pleeg
5,4%
3,8%
25,0%
23,7%
42,0%
27. Ik denk dat ik na mijn detentie een nieuwe start kan maken
7,2%
8,5%
23,8%
34,5%
26,1%
21,0%
28,6%
25,7%
16,5%
8,2%
69. Ik zie de toekomst na detentie somber in* Contacten met de buitenwereld
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
7. Ik heb voldoende privacy tijdens de bezoektijden
28,0%
23,5%
32,4%
13,1%
3,0%
16. Er zijn voldoende mogelijkheden om met mijn advocaat contact te onderhouden
14,0%
14,7%
28,8%
33,2%
9,2%
33. Ik heb voldoende privacy tijdens telefoongesprekken
21,3%
21,0%
24,5%
27,0%
6,1%
41. Er zijn voldoende mogelijkheden om met familie en vrienden contact te onderhouden
14,1%
18,2%
26,2%
34,5%
7,0%
47. Door het avond- en het weekendprogramma kan ik beter contact onderhouden met familie/partner/vrienden
19,4%
15,6%
33,1%
22,7%
9,2%
54. Ik kan gemakkelijk spullen (bv radio, TV of kleding) van buiten invoeren
19,0%
18,3%
31,7%
26,1%
4,9%
66. Ik heb in deze inrichting voldoende gelegenheid om te bellen
20,1%
17,4%
20,2%
34,1%
8,3%
78. De inrichting maakt het mogelijk om contact te houden met familie/partner/vrienden
9,4%
11,9%
32,7%
39,5%
6,6%
98
Ouder-kindcontact 41. Heeft u kinderen?
Totaal ja
nee
53,6%
46,4%
Totaal zeer oneens 42. De inrichting geeft voldoende ondersteuning bij het onderhouden van contact met mijn kind(eren)
23,8%
oneens
neutraal
eens
zeer eens
17,9%
38,1%
16,0%
4,2%
43. Het personeel gaat goed met bezoekende kinderen om
9,1%
9,2%
54,3%
22,4%
5,0%
44. De reguliere bezoekruimte is geschikt om kinderen in te ontvangen
25,2%
19,5%
37,6%
14,1%
3,5%
45. Voor vragen over de omgang met mijn kind(eren) kan ik bij het personeel terecht
13,6%
13,5%
49,3%
19,5%
4,0%
46. Mijn kind(eren) kunnen mij vaak genoeg bezoeken
28,2%
21,3%
35,3%
12,4%
2,8%
8,7%
10,5%
36,3%
20,4%
24,1%
21,4%
17,4%
28,7%
17,0%
15,5%
47. Door de bezoektijden is het lastig om mijn kind(eren) te zien* 48. Ik heb liever niet dat mijn kind(eren) me hier bezoeken* Verlof
Totaal ja
27. Bent u met verlof geweest?
nee 12,6%
87,4%
Totaal zeer oneens 28. Ik was door de inrichting voldoende voorbereid op mijn verlof 29. Ik kende mijn rechten en plichten toen ik met verlof ging Dagbesteding
oneens
neutraal
eens
zeer eens
15,0%
15,6%
25,7%
31,3%
12,3%
8,2%
8,0%
18,9%
48,4%
16,5%
Totaal zeer oneens
5. Ik kan me in mijn cel goed vermaken
oneens
neutraal
eens
zeer eens
17,3%
18,4%
28,2%
28,7%
7,4%
15. Ik verveel me in het weekend*
6,0%
10,3%
19,6%
27,6%
36,7%
43. s Avonds heb ik genoeg te doen
26,7%
27,2%
24,8%
17,3%
4,0%
65. Ik kan mijn vrije tijd doorbrengen met dingen die ik leuk vind
18,4%
24,6%
28,8%
23,8%
4,4%
Activiteiten
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de recreatie
16,6%
19,7%
24,2%
30,3%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het sporten
15,6%
20,3%
24,3%
30,7%
9,1%
6,0%
7,1%
25,9%
46,5%
14,5%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de arbeid
15,7%
13,2%
27,3%
31,7%
12,1%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het onderwijs
17,3%
12,4%
36,2%
25,2%
8,9%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de crea
23,8%
13,3%
37,4%
18,5%
7,0%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het luchten
10,5%
14,6%
25,7%
36,9%
12,4%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: TR-activiteiten/ trainingen
27,8%
14,8%
37,7%
14,8%
4,9%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de activiteiten van de geestelijke verzorging
7,5%
6,5%
33,8%
34,2%
17,9%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: het avond- en weekendprogramma
32,5%
21,3%
22,8%
16,5%
6,9%
14. Ik ben over het algemeen tevreden over het dagprogramma
19,3%
24,1%
27,3%
23,8%
5,5%
13. Ik ben tevreden over de volgende activiteiten: de bibliotheek
9,3%
99
Gedetineerden survey 2011
Werk
Totaal
21. Werkt u op dit moment?
ja
nee 71,2%
28,8%
Totaal niet aangekruist
aangekruist
22. Ja, ik werk wel: omdat het moet
78,4%
21,6%
22. Ja, ik werk wel: om geld te verdienen
62,2%
37,8%
22. Ja, ik werk wel: om het contact met andere gedetineerden
77,2%
22,8%
22. Ja, ik werk wel: om iets te doen te hebben
37,3%
62,7%
22. Ja, ik werk wel: ter voorbereiding op terugkeer in de samenleving
74,6%
25,4%
22. Ja, ik werk wel: om een andere reden
90,5%
9,5%
Totaal niet aangekruist
aangekruist
23. Nee, ik werk niet: omdat er geen arbeid wordt aangeboden
68,1%
31,9%
23. Nee, ik werk niet: vanwege gezondheidsredenen
82,4%
17,6%
23. Nee, ik werk niet: omdat de geboden arbeid niet interessant is
91,5%
8,5%
23. Nee, ik werk niet: omdat het tijdstip arbeid samenvalt met andere activiteit
98,9%
1,1%
23. Nee, ik werk niet: omdat ik er geen zin in heb
95,0%
5,0%
23. Nee, ik werk niet: om een andere reden
72,4%
27,6%
Contacten met PIW'ers en gedetineerden
Totaal zeer oneens
10. De PIW’ers gaan op een normale manier met me om 26. Als ik aan een cursus, opleiding of training begin moedigen de PIW’ers me aan 30. De PIW’ers zijn vriendelijk voor me
oneens
neutraal
eens
zeer eens
6,2%
8,4%
27,0%
43,0%
15,5%
13,5%
15,9%
52,6%
13,8%
4,2%
5,6%
6,0%
31,7%
42,1%
14,7%
11,1%
12,0%
39,0%
29,7%
8,2%
37. Als ik problemen heb, helpen de PIW’ers me
9,0%
11,0%
39,0%
33,4%
7,5%
44. De PIW’ers spreken gedetineerden aan op ongewenst gedrag
5,2%
8,6%
30,5%
45,7%
10,0%
53. De PIW’ers sporen mij aan om deel te nemen aan activiteiten
12,0%
17,5%
40,5%
25,0%
5,0%
57. De PIW’ers komen er altijd op terug als ik iets aan hen heb gevraagd
14,0%
20,1%
30,6%
29,8%
5,6%
34. De PIW’ers zijn over het algemeen eerlijk en te vertrouwen
59. De PIW’ers gaan op een respectvolle manier met me om
6,9%
7,7%
31,0%
43,4%
10,9%
11,2%
13,9%
40,1%
27,9%
6,8%
81. De PIW’ers grijpen in als er gediscrimineerd wordt
9,2%
10,9%
51,3%
24,0%
4,6%
83. De PIW’ers behandelen mij op dezelfde manier
8,9%
13,5%
39,6%
32,5%
5,5%
17. Er zijn medegedetineerden die naar me luisteren als ik problemen heb
5,0%
6,6%
42,6%
37,2%
8,5%
80. Als ik somber ben, kan ik met de PIW’ers praten
39. De gedetineerden hier houden rekening met elkaar
10,4%
16,4%
37,2%
30,6%
5,4%
45. Ik kan goed opschieten met de meeste medegedetineerden
1,9%
3,6%
27,2%
56,6%
10,8%
58. Over het algemeen helpen en steunen de gedetineerden elkaar niet*
8,0%
32,2%
41,9%
14,0%
3,9%
61. De gedetineerden gaan hier respectvol met elkaar om
5,6%
12,8%
44,4%
32,3%
4,9%
76. Nieuwe gedetineerden worden snel in de groep geaccepteerd
3,4%
8,3%
49,4%
35,2%
3,8%
28. Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de feesten van mijn geloof
9,1%
7,6%
56,7%
20,9%
5,6%
42. De medewerkers hier snappen de dingen die horen bij mijn cultuur
9,2%
9,5%
58,4%
18,7%
4,2%
100
Contacten met PIW'ers en gedetineerden
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
56. Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de verschillende religies
6,3%
5,8%
49,1%
33,3%
5,4%
72. Er wordt hier voldoende rekening gehouden met de gewoonten van mijn cultuur
7,5%
8,9%
58,8%
21,2%
3,7%
Discriminatie
Totaal nooit
38. Ik ben in deze inrichting gediscrimineerd:
soms 77,5%
16,0%
vaak 6,5%
Totaal niet aangekruist
aangekruist
39. Ik voel(de) me gediscrimineerd door de volgende persoon/ personen: een gedetineerde
83,3%
16,7%
39. Ik voel(de) me gediscrimineerd door de volgende persoon/ personen: meerdere gedetineerden
82,8%
17,2%
39. Ik voel(de) me gediscrimineerd door de volgende persoon/ personen: een PIW’er
70,5%
29,5%
39. Ik voel(de) me gediscrimineerd door de volgende persoon/ personen: meerdere PIW’ers
67,3%
32,7%
39. Ik voel(de) me gediscrimineerd door de volgende persoon/ personen: een ander personeelslid dan een PIW-er
81,7%
18,3%
40. Ik voel(de) me gediscrimineerd op grond van: mijn culturele achtergrond
56,2%
43,8%
40. Ik voel(de) me gediscrimineerd op grond van: mijn geslacht
97,6%
2,4%
40. Ik voel(de) me gediscrimineerd op grond van: mijn seksuele geaardheid
95,2%
4,8%
40. Ik voel(de) me gediscrimineerd op grond van: soort delict
79,9%
20,1%
40. Ik voel(de) me gediscrimineerd op grond van: mijn godsdienst
84,2%
15,8%
Gezondheid
Totaal zeer oneens
30. Mijn gezondheid is tijdens deze detentie achteruit gegaan*
7,2%
oneens 17,6%
neutraal 22,9%
eens 28,8%
zeer eens 23,4%
Totaal slecht
matig
voldoende
goed
uitstekend
32. Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw lichamelijke gezondheid
14,8%
27,5%
28,1%
23,1%
6,5%
33. Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw geestelijke gezondheid
14,3%
20,1%
25,3%
27,3%
12,9%
Gezondheidszorg
Totaal zeer oneens
31. Als ik dat wil kan ik in deze inrichting naar de huisarts
oneens
neutraal
eens
zeer eens
7,2%
10,3%
23,6%
50,3%
8,6%
34. Ik ben tevreden over het werk van de verpleegkundigde
12,8%
15,6%
33,2%
29,8%
8,6%
35. Ik ben tevreden over de overige medische zorg (arts, tandarts, fysio) in deze inrichting
17,2%
17,1%
30,3%
26,7%
8,8%
36. Ik ben tevreden over het werk van de psycholoog
14,6%
11,3%
43,4%
20,6%
10,0%
101
Gedetineerden survey 2011
Diverse functionarissen
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerker maatschappelijke dienstverlening
14,1%
12,8%
32,7%
29,0%
11,4%
37. Ik ben tevreden over het werk van: de trajectbegeleider TR/ ITB-er
19,7%
12,1%
43,3%
18,3%
6,5%
37. Ik ben tevreden over het werk van: de arbeidsmedewerkers
7,0%
6,6%
31,2%
36,9%
18,4%
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers onderwijs
7,3%
7,2%
40,7%
29,7%
15,2%
13,2%
10,1%
36,9%
27,2%
12,6%
8,2%
8,9%
30,0%
33,7%
19,3%
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers Bureau Selectie en Detentie (BSD)
18,9%
13,7%
36,0%
22,5%
8,9%
37. Ik ben tevreden over het werk van: de medewerkers Bevolkingsadministratie
7,9%
7,4%
45,0%
30,5%
9,2%
13,9%
12,0%
35,6%
29,0%
9,5%
37. Ik ben tevreden over het werk van: de sportleraar (ILO-er)
4,7%
4,7%
31,8%
38,8%
20,0%
37. Ik ben tevreden over het werk van: de geestelijk verzorger
5,2%
3,9%
32,7%
32,3%
26,0%
37. Ik ben tevreden over het werk van: het afdelingshoofd 37. Ik ben tevreden over het werk van: de PIW’ers
37. Ik ben tevreden over het werk van: de visitatiemedewerkers (BAD)
Autonomie
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
14. Het personeel leert gedetineerden om zelf verantwoordelijkheid te nemen
11,6%
15,2%
42,6%
24,8%
5,9%
18. Ik heb voldoende bewegingsvrijheid
23,4%
24,3%
24,6%
22,0%
5,7%
24. Het personeel staat open voor mijn mening
10,5%
14,1%
38,0%
32,2%
5,2%
35. Mijn leven hier wordt helemaal bepaald door anderen*
18,8%
26,1%
22,3%
18,8%
14,1%
48. Ik kan zelf beslissen over dingen die ik belangrijk vind
11,9%
19,9%
30,7%
29,9%
7,7%
55. Ik word hier gestimuleerd om zelf dingen te regelen
12,4%
18,3%
43,3%
22,3%
3,8%
67. Ik kan hier zelf niets bepalen*
5,3%
19,9%
33,3%
28,0%
13,5%
71. Alles wordt hier voor mij beslist*
5,4%
21,6%
33,8%
27,9%
11,3%
Hygiëne
Totaal zeer oneens
25. Ik kan me vaak genoeg douchen
oneens
neutraal
eens
zeer eens
11,1%
10,5%
11,3%
44,0%
23,0%
8,8%
12,2%
20,7%
46,3%
12,0%
51. Ik ben over het algemeen tevreden over de hygiëne in de inrichting
14,3%
17,8%
29,3%
33,6%
5,1%
29. Ik ben tevreden over de kwaliteit van het gebouw
15,0%
16,5%
32,6%
29,4%
6,5%
85. Ik ben tevreden over de sfeer en de inrichting van het gebouw
15,1%
20,3%
37,0%
23,0%
4,6%
40. Ik kan vaak genoeg mijn kleren (laten) wassen in de inrichting
Eten en winkel
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
8. Ik krijg genoeg te eten
18,0%
21,8%
26,0%
26,7%
9. Ik vind het warme eten lekker
46,3%
20,8%
18,2%
9,5%
5,2%
10. Er wordt bij de maaltijd rekening gehouden met geloofsovertuigingen en diëten
7,2%
7,3%
27,4%
42,8%
15,3%
11. De producten in de winkel zijn te duur*
3,7%
3,0%
13,8%
24,9%
54,6%
23,4%
23,7%
24,6%
22,4%
5,9%
12. Ik ben tevreden over het aanbod van de winkel
102
7,5%
Drugs
Totaal nooit
24. Er worden op deze afdeling drugs gebruikt:
soms 57,8%
29,6%
vaak 12,6%
Totaal zeer oneens
oneens
neutraal
eens
zeer eens
25. Ik heb last van het drugsgebruik door medegedetineerden*
28,8%
26,2%
27,3%
9,3%
8,4%
26. Er wordt teveel op het gebruik van drugs gecontroleerd*
11,8%
13,0%
45,2%
14,4%
15,6%
MPC-gebruik, arbeidsmedewerkers en visitatie
Totaal zeer oneens
49. Ik vind het geen probleem om met een gedetineerde een cel te delen 77. De arbeidsmedewerkers zijn vriendelijk voor me 52. De visitatiemedewerkers (BAD) gaan respectvol met mij om Algemene tevredenheid
neutraal
eens
zeer eens
17,3%
15,6%
11,7%
4,8%
4,7%
4,3%
37,1%
41,7%
12,1%
10,1%
10,9%
37,6%
34,3%
7,1%
Totaal zeer oneens
87. Over deze inrichting ben ik in het algemeen tevreden
oneens
50,7%
15,8%
oneens 18,9%
neutraal 30,6%
eens 29,4%
zeer eens 5,3%
103
Gedetineerden survey 2011
Bijlage 7 Omschrijving MTO schalen (WODC) Inhoudelijke aspecten van het werk • Inhoud van het werk In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers hun werk als uitdagend en zinvol ervaren. Hierbij wordt onder andere gevraagd in hoeverre de medewerker zijn / haar werk leuk en maatschappelijk nuttig vindt en in hoeverre zijn/ haar capaciteiten tot hun recht komen in de betreffende functie. • Informatie en communicatie In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers vinden dat de communicatie tussen hen en de verschillende onderdelen van de organisatie goed verloopt. Er wordt onder andere gevraagd of de communicatie tussen afdelingen goed verloopt, of de medewerker tijdig en voldoende wordt geïnformeerd over belangrijke zaken en of er voldoende overleg plaatsvindt. • Hoeveelheid werk In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers werkdruk ervaren door de inhoud, hoeveelheid van het werk en/of de tijdspanne waarin werk gedaan dient te worden. Er wordt onder andere gevraagd naar de mate waarin de medewerker problemen ervaart met het combineren van taken en of de medewerker moet overwerken om zijn/ haar werk af te krijgen.
Leiderschap en collegialiteit • Collegialiteit In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers een goede relatie hebben met hun collega’s. Hier wordt onder andere gevraagd in hoeverre collega’s hulp bieden bij het werk, hoe de samenwerking is en of collega’s elkaar erop aanspreken indien er fouten worden gemaakt. • Corrigerend leiderschap In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers vinden dat hun direct leidinggevende hen controleert en reageert op slechte prestaties. Hier wordt gevraagd naar de mate waarin de leidinggevende zorgt dat het werk op tijd af is en kritiek levert als het werk niet goed is uitgevoerd. • Stimulerend leiderschap In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers vinden dat hun direct leidinggevende hen stimuleert om mee te denken over de uitvoering van het werk. Hier wordt gevraagd naar de mate waarin de leidinggevende samen met de werknemers overlegt en ideeën van werknemers gewaardeerd worden.
Bejegening van gedetineerden • Ondersteuning bieden aan gedetineerden In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers het idee hebben dat er steun en hulp aan gedetineerden wordt geboden. Hier wordt gevraagd in hoeverre medewerkers gedetineerden respecteren en hulp bieden als dat nodig is. • Structuur bieden aan gedetineerden In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers het idee hebben dat gedetineerden een duidelijke structuur wordt geboden. Hier wordt gevraagd naar de mate waarin het gedetineerden duidelijk is wat de leefregels zijn, wanneer deze
104
veranderd worden en in hoeverre gedetineerden op de hoogte zijn wat zij van medewerkers mogen verwachten en wat van hen wordt verwacht. • Motiverende bejegening In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers proberen gedetineerden te motiveren om te re-integreren en deel te nemen aan activiteiten. Hier wordt onder andere gevraagd naar de mate waarin medewerkers gedetineerden stimuleren om deel te nemen aan activiteiten, helpen met plannen maken voor na hun detentie en proberen hen een spiegel voorhouden.
Integriteit en veiligheid • Eerlijkheid In deze schaal gaat het om de mate waarin er sprake is van eerlijke behandeling van de medewerkers binnen de organisatie. Er wordt onder andere gevraagd in hoeverre medewerkers op een objectieve en redelijke wijze worden beoordeeld, leidinggevenden respectvol omgaan met medewerkers en signalen van ongewenst gedrag serieus worden genomen. • Moreel bewust gedrag In deze schaal gaat het om de mate waarin er sprake is van moreel bewust gedrag bij medewerkers in de organisatie. Er wordt onder andere gevraagd in hoeverre medewerkers in staat zijn de gevolgen van hun handelen te overzien, zij advies inwinnen over morele kwesties bij anderen binnen de organisatie en in hoeverre de medewerker op zijn/ haar werk dezelfde morele overtuigingen kan behouden als in zijn/ haar privéleven. • Veiligheid In deze schaal gaat het om de mate waarin medewerkers zich veilig voelen op de werkplek. Er wordt onder andere gevraagd in hoeverre medewerkers zich op hun gemak voelen in het gebouw en het gevoel hebben dat er alles aan gedaan wordt om de veiligheid te waarborgen.
105
Gedetineerden survey 2011
106
107
Gedetineerden survey 2011
108
Directie Bestuursondersteuning Analyse, Strategie & Kennis Schedeldoekshaven 101 2511 EM Den Haag Postbus 30132 2500 GC Den Haag www.dji.nl ISSN 1574-3667 September 2012 | Publicatie-nr. 00-000000