A
B
° A GEBRUIKSAANWIJZING werktuig DRCP2
(7))
(11)
A
(4)
(3)
B
Wij danken U voor de aankoop van dit AFAM DRCP2 ketting gereedschap.
1. 2. 3. 4.
Handgreep Stift Basishouder Spanvijs
5. 6. 7. 8.
Overzicht
B
Drukvijs Magnetische houder Vervangstift Druk onderdeel
Aandachtspunten AANDACHT !
(12)
Lees aandachtig de gebruiksaanwijzing vooraleer het toestel te gebruiken. AANDACHT!
Indien U niet zeker bent hoe dit toestel te beruiken na het lezen van de gebruiksaanwijzing, vraag dan raad aan een kenner. Een slecht geplaatste sluitschakel kan gevolgen hebben voor het goed functioneren van de ketting en zou de veiligheid van de rijder kunnen in het gedrang brengen.
Ra 3,2
Ra 3,2
A
B AANDACHT!
Vergewis U ervan dat de motor stevig geplaatst is alvorens de montage te beginnen. Een onstabiele motorfiets zou kunnen vallen, je verwonden of materiële schade berokkenen.
°
Hoe je ketting wisselen? We raden aan steeds gelijktijdig je tandwielen met de ketting te vernieuwen. De ketting neemt anders zeer snel de slijtage van de tandwielen over.
A
Vergewis je ervan dat alle te monteren onderdelen volledig zijn en gepast voor je motor. Je sluitschakel moet van het holle type, er moet dus een gaatje in de penkop zijn. Kontroleer eveneens het eventuele borgplaatje van het voortandwiel en de lagers van het achterwiel.
(7))
1. DEMONTEREN VAN DE VERSLETEN KETTING
(11)
>> Om de ketting te openen, plaats het gereedschap op de schakel en de pen die je wil openen. De drukvijs terugdraaien zodat de stift niet meer te zien is, met de spanvijs de ketting vastschroeven in de basishouder. De pen komt in de uitsparing van de spanvijs te zitten.
Hou de handgreep stevig vast en met een sleutel 19 op de spanvijs de stift doordraaien zodat hij de pen uitdrukt. (fig. 1)
>> Laat de oude ketting hangen, ze kan nog dienen om de nieuwe ketting op zijn plaats te trekken..
B
>> Demonteer het voor- en achtertandwiel.
(4)
(3)
STIFT
Fig 1 SPANVIJS DRUKVIJS
B
(12)
Ra 3,2
Ra 3,2
A
A
B
>> Monteer het voor- en achtertandwiel zoals voorgeschreven door de fabrikant en plaats de eventuele borgplaatjes juist.
>> De kettingspanvijzen van het achterwiel op de kortst mogelijke stand draaien.
>> Wanneer de nieuwe ketting open geleverd is kun je die nu éénvoudig met de oude ketting op zijn plaats trekken. Gebruik de oude of nieuwe sluischakel om de kettingen aan elkaar te maken zonder het plaatje te monteren en laat de ketting over de tandwielen lopen.
A
(7))
Indien je ketting gesloten is geleverd dien je eerst deze ketting te openen door 2 pennen van dezelfde schakel door te drukken. (fig. 2) AANDACHT!
Nooit de pennen van 2 verschillende schakels uitdrukken, de ketting wordt daardoor onbruikbaar.
(11)
Fig 2 PENNEN OP EENZELFDE BUITENPLAAT JUIST
B
3. MONTAGE VAN DE SLUITSCHAKEL
FOUT
(4)
FOUT
(3)
°
2. MONTEREN VAN DE NIEUWE KETTING
>> Bij de sluitschakel zit een klein zakje vet of gebruik kettingspray.
Smeer hiermee de O of X ringen aan beide kanten, plaats er 1 op elke pen van de sluitschakel en smeer eveneens de 2 pennen.
B
>> Leg de twee einden van de ketting op het achtertandwiel, dit zal het
plaatsen van de sluitschakel vergemakkelijken. Plaats de sluitschakel, de twee overblijvende gesmeerde O of X ringen en plaats de losse plaat van de sluitschakel. Eventueel met een tang deze plaat beter op de pennen drukken. (fig. 3)
Fig 3
(12)
Ra 3,2
PLAATS DE SLUITSCHAKEL HIER
Ra 3,2
A
A
B
schakel naar de onderzijde tussen voor- en achtertandwiel, waardoor heb je meer ruimte om met het klinkgereedschap te werken.
>> PPlaats nu op de sluitschakel de magnetische houder (6), zodat de pennen achteraan in de uitsparing terecht komen en vooraan de pennen gecentreerd zijn en goed zichtbaar. (fig4)
Fig 4
A
(7))
(11)
A B
>> De magnetische houder (3) houdt nu alles bij elkaar. De 5 mm stift
(4)
nu met de hand uitdraaien met de drukvijs (5) tot deze vast komt te zitten. De stift komt nu in het centreergaatje van de magnetische houder te zitten. Overtuig er je van dat alles goed uitgelijnd is. Met behulp van een sleutel 19 mm de drukvijs nu aandraaien totdat de persplaat van de magnetische houder de buurplaatjes van de ketting raakt. Hierdoor heeft het gemonteerde plaatje dezelfde afstand als de andere platen van de ketting. (fig5)
(3)
°
>> De sluitschakel houdt de ketting nu lichtjes bij elkaar, draai de sluit-
B Fig 5
(12)
Ra 3,2
Ra 3,2
A
B
Na het monteren van de sluitschakel moet deze vlot kunnen draaien en dezelfde weerstand hebben als de andere schakels van de ketting. Indien de plaat te hard is opgedrukt zijn de O of X ringen samengedrukt en vormt de sluitschakel een harde schakel in de ketting waardoor de ketting op zeer korte tijd verslijt. Je hebt geen andere keuze dan met een nieuwe sluitschakel alles over te doen. 4. KLINKEN VAN DE SLUITSCHAKEL
A
>> Na het opdrukken van de plaat van de sluitschakel moeten de twee pennen geklonken worden. Hiervoor draai je de stift ongeveer 5 mm uit de geleiding. Plaats het druk onderdel (8) op de spanvijs. Draai de spanvijs nu aan zodat de stift in het gaatje van de pen terecht komt. (fig 6)
(7))
(11)
Fig 6
A
(4)
B
(3)
°
CONTROLE VAN DE SLUITSCHAKEL:
B DRUK ONDERDEEL
(12) MAX. 5MM
Ra 3,2
SPANVIJS
>> Met behulp van een sleutel van 19 mm de drukvijs aandraaien tot
het einde van het conische gedeelte van de stift. Niet te krachtig aandraaien, het geringste opzetten van de pen volstaat om de plaat op zijn plaats te houden. Doe hetzelde met de tweede pen.
Ra 3,2
A
B
>> De ketting spannen zoals voorgeschreven door de fabrikant van de motor. RAADGEVING BIJ HET SPANNEN VAN DE KETTING:
De afstand tussen voor en achtertandwiel is bepalend voor de kettingspanning. Deze is het langste wanneer het voor en achtertandwiel perfect in lijn staan. Een ingedrukte vering kan mee deze positie bepalen. De kettingspanning moet in deze positie bepaald worden. Door met het wiel te draaien kan het zijn dat er op andere plaatsen iets meer spanning is. Regel de ketting op het punt met de meeste spanning.
A
Te weinig kettingspanning kan het rijden beinvloeden en schokken teweeg brengen, ze kan delen van de motor raken waardoor kettingbreuk kan ontstaan.
(7))
Een te hard gespannen ketting kan eveneens tot kettingbreuk leiden of tot schade aan motoronderdelen.
(11)
RAADGEVING BIJ HET SMEREN VAN EEN KETTING:
Spuit vooral in de zone tussen rollen en de binnenplaat, de rollen draaien op een bus waardoor regelmatig smeren noodzakelijk is om vroegtijdige slijtage te voorkomen. Smeer eveneens tussen binnen en buitenplaat van de ketting op de O of X ringen en dit aan beide zijden van de ketting. Het te veel aan kettingspray met een doek afwrijven om wegslingerend vet te voorkomen.
(4)
B
(3)
°
5. KETTINGSPANNING
B
(12) Aarzal niet om contact op te nemen als u vragen heeft over het gebruik van dit werktuig.
Ra 3,2
Ra 3,2 www.afam.com
A