Gebruikershandleiding QRAE II. Voor de QRAE II Diffusion en de QRAE II Pump

Gebruikershandleiding QRAE II

Voor de QRAE II Diffusion en de QRAE II Pump

P/N 020-4100-000 Rev. C Februari 2008

© Copyright 2008 RAE Systems, Inc.


Inhoudsopgave 1 Algemene informatie ................................................................................................... 6 1.1 Belangrijkste functies........................................................................................... 6 1.2 Specificaties ......................................................................................................... 7 2 De batterij van de QRAE II opladen ........................................................................ 8 2.1 Waarschuwing bij laag voltage ............................................................................ 9 2.2 Klokbatterij .......................................................................................................... 9 3 Gebruikersinterface .................................................................................................. 10 3.1 Pictogrammen van de gebruikersinterface ......................................................... 10 3.2 De QRAE II inschakelen ................................................................................... 11 3.3 Het display omkeren .......................................................................................... 13 3.4 De alarmen testen (altijd) ................................................................................... 13 3.5 Pompstatus (alleen QRAE II Pump) .................................................................. 13 3.6 De QRAE II uitschakelen .................................................................................. 14 4 De QRAE II gebruiken ............................................................................................. 15 4.1 Overzicht van modi ............................................................................................ 15 4.2 De normale modus ............................................................................................. 16 4.3 De diagnostische modus .................................................................................... 18 4.4 Drempelwaarde voor blokkering van de pomp aanpassen (alleen QRAE Pump) ......................................................................................... 21 4.4.1 Blokkering van pomp aanpassen: hoog .................................................... 21 4.4.2 Blokkering van pomp aanpassen: laag ...................................................... 22 4.5 De programmeermodus ...................................................................................... 24 4.5.1 De programmeermodus inschakelen ......................................................... 25 4.5.2 Bladeren door de programmeermodus ...................................................... 26 4.5.3 Apparaat kalibreren ................................................................................... 27 4.5.4 Alarmwaarden wijzigen ............................................................................ 29 4.6 Datalog wijzigen ................................................................................................ 32 4.7 Apparaatinstellingen wijzigen ........................................................................... 35 4.8 Sensorconfiguratie wijzigen............................................................................... 42 5 Samenvatting van de alarmsignalen........................................................................ 47 6 IJktest en kalibratie van de QRAE II ..................................................................... 48 6.1 Het kalibratiegas aansluiten op het apparaat (alleen QRAE II Pump) ............... 48 6.2 De kalibratieadapter bevestigen (alleen QRAE II Diffusion) ............................ 49 6.3 De kalibratieadapter ontkoppelen (alleen QRAE II Diffusion) ......................... 50 6.4 Nulkalibratie (frisse lucht) ................................................................................. 51 6.4.1 Frisse lucht gebruiken ............................................................................... 51 6.4.2 Nulgas gebruiken ...................................................................................... 51 6.5 Meerdere sensoren kalibreren ............................................................................ 52 6.6 Eén sensor kalibreren ......................................................................................... 53 7 Aansluiten op een computer ..................................................................................... 55 8 Gegevens overdragen van en naar een computer .................................................. 55 8.1 De datalog downloaden naar een pc .................................................................. 55 8.2 Firmware uploaden van een pc naar de QRAE II .............................................. 56

Pagina 1

Gebruikershandleiding QRAE II 9 Onderhoud ................................................................................................................. 57 9.1 De Li-ionbatterij van de QRAE II vervangen .................................................... 57 9.2 De alkalinebatterijadapter plaatsen .................................................................... 58 9.3 Een extra Li-ionbatterij voor de QRAE II opladen ............................................ 59 9.4 Sensoren vervangen ........................................................................................... 60 9.5 Het filter vervangen ........................................................................................... 61 9.6 De pomp vervangen (alleen QRAE II Pump) .................................................... 62 9.6.1 Reiniging ................................................................................................... 63 9.6.2 Firmware-updates ..................................................................................... 64 9.6.3 Vervangende onderdelen bestellen ........................................................... 64 10 Problemen oplossen .................................................................................................. 64 11 Technische ondersteuning ........................................................................................ 65 12 Contactadressen van RAE Systems ......................................................................... 66

Pagina 2


BELANGRIJK Lezen voor gebruik Alle personen die verantwoordelijk zijn voor het gebruik, onderhoud en reparatie van dit product moeten deze handleiding zorgvuldig doorlezen. Alleen als het product wordt gebruikt, onderhouden en gerepareerd overeenkomstig de instructies van de fabrikant, zal het product volgens de specificaties functioneren.

VOORZICHTIG! Gebruik het apparaat niet als de klep is verwijderd. Verwijder de klep en de batterij alleen als u zich bevindt in een niet-gevaarlijk gebied. Opmerking: gebruikers wordt aangeraden ISA –RP12.13, Part II-1987 te raadplegen voor algemene informatie over installatie, gebruik en onderhoud van instrumenten voor de detectie van ontvlambare gassen.

Garantieregistratie U kunt uw garantie online registreren. Ga naar: http://www.raesystems.com/Support/ProductRegistration Zo zorgt u ervoor dat uw QRAE II is geregistreerd en kunnen wij u op de hoogte houden van belangrijke updates.

Pagina 3


BELANGRIJK Gebruik uitsluitend het oplaadbare batterijpak met artikelnummer 020-3402-000, of het alkalinebatterijpak met artikelnummer 020-3403-000 van RAE Systems. Gebruik uitsluitend DURACELL MN1500-batterijen voor het alkalinebatterijpak. Dit instrument is niet getest in een atmosfeer met explosief gas of een luchtatmosfeer met een zuurstofgehalte groter dan 21%. Door vervanging van onderdelen ontstaat er mogelijk groter risico voor de intrinsieke veiligheid. Vervang batterijen alleen in niet-gevaarlijke gebieden. Sluit de seriële communicatiepoort niet aan in gevaarlijke gebieden. GEVAAR VOOR STATISCHE ELEKTRICITEIT: reinig het apparaat uitsluitend met een vochtige doek. Om veiligheidsredenen mag het alleen door gekwalificeerd personeel worden bediend en onderhouden. Lees voor gebruik of onderhoud eerst de instructiehandleiding zorgvuldig door en zorg dat u de instructies begrijpt. Alle nieuw aangeschafte RAE Systems-instrumenten moeten worden geijkt door de sensor(en) bloot te stellen aan bepaalde concentraties kalibratiegas. Als het apparaat niet door de ijktest komt, moet het apparaat worden gekalibreerd, minimaal elke 6 maanden, afhankelijk van gebruik en blootstelling aan gas en vervuiling, en de bedieningsmodus. Onder ijktest wordt verstaan: het blootstellen van het apparaat aan een gas waardoor het alarm op het laagste niveau wordt geactiveerd. • De perioden tussen de kalibraties en de ijktestprocedures kunnen verschillen per land afhankelijk van de wettelijke regels. • Wanneer u de QRAE II gebruikt met een H2S-sensor, raadt RAE Systems u aan RAEkalibratiegas te gebruiken, met een mengsel van vier gassen met 10 ppm H2S, 50 ppm CO, 50% LEL-methaan en 18% zuurstof. Wanneer u de QRAE II gebruikt met een SO2-sensor, raadt RAE Systems u aan kalibratiegas te gebruiken met 5 ppm SO2 en voor de rest stikstof. • Een plotselinge hoge waarde die wordt gevolgd door een dalende of afwijkende waarde, kan duiden op een gasconcentratie die hoger is dan de bovengrens en gevaarlijk kan zijn.

Pagina 4


AVERTISSEMENT Utiliser seulement l'ensemble de batterie RAE Systems, la référence 020-3403-000. Utiliser uniquement des piles alcalines modele DURACELL MN1500 avec l’adaptateur piles alcalines Cet instrument n’a pas été testé dans une atmosphère de gaz/air explosive ayant une concentration d’oxygène plus élevée que 21%. La substitution de composants peut compromettre la sécurité intrinsèque. Ne charger les batteries que dans un emplacement désigné non dangereux. Ne reliez pas le port de communication série dans un endroit dangereux. RISQUE D'ORIGINE ELECTROSTATIQUE: Nettoyer uniquement avec un chiffon humide. Pour des raisons de sécurité, cet équipement doit être utilisé et entretenu uniquement par un personnel qualifié. Étudier le manuel d’instructions en entier avant d’utiliser, ou d’entretenir l’équipement. Tout appareil neuf de RAE Systems doit préalablement passer le test de vérification d’étalonnage qui consiste à exposer le ou les capteurs a une concentration connue de gaz étalon. Le détecteur doit être impérativement étalonné s’il ne passe pas le test de vérification d’étalonnage, ou bien au moins tous les 6 mois, selon l’utilisation et l’exposition a des gaz poisons ou des contaminants, et selon le mode opératoire. Une vérification d’étalonnage est définie par une exposition du détecteur au gaz d’étalonnage qui doit déclencher le seuil d’alarmes bas. - RAE Systems recommande d’utiliser les bouteilles d’étalonnage RAE Systems avec un mélange des quatre gaz suivant 10 ppm H2S, 50 ppm CO, 50% LIE méthane, et 18% d’oxygène. - Toute variation de la lecture rapide et positive, suivie d’une baisse subite ou erratique de la valeur, peut indiquer une concentration de gaz hors gamme de détection qui peut être dangereuse.

Pagina 5


1 Algemene informatie De QRAE II is een programmeerbare detector voor meerdere soorten gas, beschikbaar in pomp- en diffusiemodel, voor het meten van de blootstelling van personeel in gevaarlijke omgevingen aan zuurstof, waterstofsulfide, koolmonoxide en ontvlambare gassen. Het apparaat meet de blootstelling met de volgende typen sensoren: 1. Ontvlambare gassen worden gemeten met katalytische kraalsensoren. 2. Waterstofsulfide (of zwaveldioxide) en koolmonoxide worden gemeten met elektrochemische sensoren. 3. Zuurstof wordt gemeten met een SPE-sensor (Solid Polymer Electrolyte).

1.1

Belangrijkste functies

Lichtgewicht en compact Diffusiemodel 250 g, pompmodel 350 g, draagbaar. Betrouwbaar en nauwkeurig QRAE II-diffusiemodel: 14 uur te gebruiken met microcontroller. QRAE II-pompmodel: minimaal 10 uur te gebruiken met Li-ionbatterij, of 8 uur met alkalinebatterij Gebruikersvriendelijk Intuïtieve menugestuurde bediening voor eindgebruikers. Programmeerbare alarmniveaus Zoemeralarm en displayalarm (knipperend).         

Standaardconfiguratie met CO-, H2S- of SO2-, LEL- en O2-sensoren Vervangbare, oplaadbare Li-ionbatterij Groot, duidelijk afleesbaar display Datalogging met groot geheugen Zichtbaar alarm met felrood knipperende LED's Luid hoorbaar alarm (95 dB op 30 cm) Trilalarm Robuuste weersbestendige behuizing van samengesteld materiaal Leverbaar als diffusiemodel en pompmodel

Pagina 6

Gebruikershandleiding QRAE II 1.2

Specificaties Specificaties van de QRAE II Configuratie Afmetingen: Gewicht: Detectoren: Batterij: Gebruikstijd: Display:

Toetspaneel: Directe uitlezing: Methode voor monsteropname: Bereik, resolutie en reactietijd:

Alarminstellingen: Alarmen:

Pomp- of diffusiemodel voor vier gassen met datalogging Diffusion: 125 mm D x 72 mm B x 38 mm H Pump: 125 mm D x 72 mm B x 38 mm H Diffusion: 250 g Pump: 350 g met batterij 2 elektrochemische sensoren voor giftige gassen 1 SPE-zuurstofsensor 1 katalytische sensor voor ontvlambare stoffen Oplaadbaar Li-ionbatterijpak van 3,7 V (oplaadtijd zes uur) of batterijadapter voor 3 AA-alkalinebaterijen. Tot 10 uur ononderbroken met Li-ionbatterijpak Grafische LCD met 4 regels, met automatische LED-schermverlichting voor donkere omgevingen 2 programmeer-/functietoetsen Tot 4 waarden gelijktijdig met sensornaam, batterijvoltage, hoge en lage waarden voor alle sensoren, verstreken tijd en datalogging in- of uitgeschakeld Diffusie of pomp (afhankelijk van model) LEL 0-100% 1% 15 sec O2 0-30% 0,1 % 20 sec CO 0-1000 ppm 1 ppm 25 sec H2S 3-1000 ppm 1 ppm 30 sec H2S 0-100 ppm 0,1 ppm 30 sec SO2 0-100 ppm 0,1 ppm 40 sec Afzonderlijke waarden voor TWA, STEL, hoog en laag

Zoemer >95 dB op 30 cm, rood knipperende LED’s, trilalarm, LCD om

Kalibratie:

overschrijding van ingestelde limieten, lege batterij of sensoruitval aan te geven Twee-punts veldkalibratie voor frisse lucht en standaardreferentiegas

Beveiliging: Intrinsieke veiligheid:

Kalibratie-instellingen, alarmwaarden en gegevens met wachtwoordbeveiliging CSA Klasse 1, Divisie I, Groep A, B, C, D, T4 (VS & Canada), KEMA ATEX II 2G EEx ia d II C T4 (Europa), IECEx d ia II C T4

EM-immuniteit:

Geen effect bij blootstelling aan 0,43 mW/cm2 RF-interferentie (5-watts transmitter op 10 cm). 64.000 metingen (64 uur, 4 kanalen met tussenpozen van 1 minuut) in nietvluchtig geheugen. Programmeerbare tussenpozen van 1 tot 3600 seconden Aparte alarmwaarden voor TWA, STEL, hoog en laag alarm. Gegevens downloaden naar pc en apparaatinstellingen uploaden vanaf pc via een RS-232-koppeling met seriële poort van pc -20 C tot 50 C (-4 F tot 122 F) 0% tot 95% relatieve vochtigheid (niet condenserend)

Gegevensopslag: Datalog-interval: Alarminstellingen: Communicatie: Temperatuur: Luchtvochtigheid:

Voorzichtig: Raadpleeg RAE Systems Technical Note TN-114 voor kruisgevoeligheid van de sensoren. Raadpleeg RAE Systems Technical Note TN-144 voor vergiftiging van LELsensoren.

Pagina 7


2 De batterij van de QRAE II opladen Laad de batterij altijd volledig op voordat u de QRAE II gebruikt. U laadt de Liionbatterij van de QRAE II op door de QRAE II in het laadstation te plaatsen. De contactpunten onder op de QRAE II raken de contactpunten van het laadstation, waardoor vermogen zonder andere verbindingen wordt overgedragen.

Laadstation OplaadLED

Opmerking: controleer of de contactpunten schoon zijn voordat u de QRAE II in het laadstation plaatst. Als de contactpunten niet schoon zijn, wrijft u deze schoon met een zachte doek. Gebruik hiervoor geen oplos- of schoonmaakmiddelen. Ga als volgt te werk om de QRAE II op te laden: 1. Sluit de AC/DC-adapter aan op het laadstation van de QRAE II. 2. Steek de stekker van de AC/DC-adapter in een stopcontact. 3. Plaats de QRAE II in het laadstation en duw de QRAE naar beneden tot de LED brandt. De QRAE II wordt nu automatisch opgeladen. De LED op het laadstation is rood en geeft daarmee aan dat de QRAE II wordt opgeladen. Tijdens het laden wordt het volgende bericht weergegeven op het display: Bezig met opladen… Daarnaast wordt het voltage weergegeven op het display van de QRAE II en wordt het pictogram van een stekker weergegeven naast de batterij:

Wanneer de batterij van de QRAE II volledig is opgeladen, wordt het bericht "Volledig opgeladen" weergegeven op het display, en worden de pictogrammen van de stekker en de batterij weergegeven. Bovendien is de LED van het laadstation groen wanneer de batterij volledig is opgeladen.

Pagina 8

Gebruikershandleiding QRAE II Opmerking: u kunt een extra batterij opladen door deze rechtstreeks in het laadstation te plaatsen. Zie "Een extra batterij voor de QRAE II opladen" op pagina 59 voor meer informatie. Opmerking: u kunt een alkalinebatterijadapter (artikelnummer 020-3403-000) met drie AA-alkalinebatterijen gebruiken in plaats van de Li-ionbatterij. Zie pagina 47 voor meer informatie. WAARSCHUWING! Ter voorkoming van ontbranding of ontsteking van gevaarlijke atmosferen/gassen, mag u de batterijen alleen opladen als u zich bevindt in een niet-gevaarlijk gebied. Verwijder en vervang batterijen alleen in niet-gevaarlijke gebieden.

2.1

Waarschuwing bij laag voltage

Wanneer het voltage van de batterij lager is dan het uitschakelvoltage, wordt het volgende bericht weergegeven op het display: Batterij bijna leeg, uitschakelen… De QRAE II wordt dan automatisch uitgeschakeld. Laad de batterij op door de QRAE II in het laadstation te plaatsen.

2.2

Klokbatterij

Op een van de printplaten van de QRAE is een interne klokbatterij aangebracht. Deze batterij met lange levensduur slaat de instellingen op zodat deze niet verloren gaan wanneer de Li-ionbatterij of alkalinebatterijen worden verwijderd. Deze reservebatterij gaat ongeveer vijf jaar mee en moet worden vervangen door een erkende servicetechnicus van RAE Systems. Vervang de reservebatterij niet zelf.

Pagina 9


3 Gebruikersinterface De gebruikersinterface van de QRAE II bestaat uit het display, LED's, een zoemeralarm en twee functietoetsen, [MODE] en [Y/+]. Het LCD-display geeft visuele informatie over de tijd, de sensormodus, het batterijvoltage en de datalogstatus (ingeschakeld of uitgeschakeld). LED's LED's Display Display Alarm

Toets [MODE]

Toets [MODE]

Alarm

Toets [Y/+] Toets [Y/+] Gasuitlaten

Pomp

Gasinvoer

Gasinvoer QRAE II Pump

3.1

QRAE II Diffusion

Pictogrammen van de gebruikersinterface

Pictogram

Betekenis Laag batterijvoltage (knippert) Alarm voor batterij bijna leeg wordt geactiveerd Batterij volledig opgeladen Batterij wordt opgeladen Alkalinebatterijadapter wordt gebruikt Alkalinebatterijadapter kan niet worden opgeladen Pomp Pomp geblokkeerd (knippert) Datalogging actief (knippert) Dataloggeheugen vol

Pagina 10


De QRAE II inschakelen

Houd [MODE] 2 seconden ingedrukt om de QRAE II in te schakelen. Voorzichtig: het alarm is zeer luid. U kunt het geluid tijdens het inschakelen gedeeltelijk dempen door uw vinger op de alarmuitgang te plaatsen. Opmerking: plak geen tape over de alarmuitgang om het geluid permanent te dempen. Bij het inschakelen wordt de schermverlichting in- en uitgeschakeld, gaat het alarm eenmaal af en knippert en trilt de QRAE II eenmaal. Op het scherm staat: Aan... RAE Systems Inc. QRAE II (Taal) Daarna volgen een aantal schermen die u de huidige instellingen van de QRAE II laten zien:  Firmwareversie en serienummer  Lijst van geïnstalleerde sensoren Als de QRAE II is ingesteld voor normaal opstarten, volgen de volgende stappen. Als de QRAE II echter is ingesteld voor snel opstarten (zie pagina 39 voor meer informatie), worden de volgende stappen overgeslagen.       

Datum en tijd van laatste kalibratie Alarmwaarden (hoog, laag, STEL, TWA) Huidige datum en tijd, en huidige temperatuur Alarmmodus, batterijvoltage en uitschakelvoltage Datalogmodus Datalogperiode Resterende datalogtijd

De QRAE II controleert de zuurstofsensor om te bepalen of deze sensor moet worden geconditioneerd. Als de sensor nieuw is of in een QRAE II heeft gezeten waarvan de batterij langere tijd verwijderd is geweest, moet de sensor worden geconditioneerd. Het conditioneren kan 150 seconden tot enkele minuten duren. Omdat de zuurstofsensor een bevooroordeelde sensor is, controleert de QRAE II op abnormale metingen bij het opstarten. Dit wordt doorgaans niet weergegeven, maar als een batterij of sensor wordt vervangen, gaat het vooroordeel van de sensor verloren en duurt het iets langer om meting te stabiliseren.

Pagina 11

Gebruikershandleiding QRAE II Als de meting ongeveer 25% zuurstof bedraagt na een conditionering, worden twee opties weergegeven op het display: 1. Wachten. Dit betekent dat het apparaat een tweede conditionering zal uitvoeren. 2. Meten. Dit betekent dat de QRAE II het conditioneringsmenu verlaat en doorgaat met opstarten. Opmerking: de tijd die nodig is voor het conditioneren, is afhankelijk van de periode dat het apparaat zonder stroom heeft gezeten. Als u twee conditioneringscycli hebt uitgevoerd maar het apparaat nog steeds niet is geconditioneerd, wijkt het apparaat mogelijk af (of is een sensor vervangen). In dat geval is een nulkalibratie vereist. Selecteer "Measure" (Meten) en voer een nulkalibratie uit. Controleer de waarde gedurende 5 minuten om te controleren of de sensor stabiel is. Na de zuurstofconditionering controleert de QRAE II de ingestelde vervaldatum van de kalibratie. Als die datum is verstreken,wordt er een bericht weergegeven waarin u wordt gevraagd het apparaat te kalibreren: "Vervaldatum van kalibratie verstreken!". Druk op een toets om door te gaan (er is een optie "Continue" (Doorgaan)). Zodra het apparaat is opgestart, kunt u een kalibratie uitvoeren. Als "Power On Zero" (Nulkalibratie bij inschakelen van apparaat) is ingeschakeld (zie pagina 46 voor meer informatie), wordt op het display het volgende bericht weergegeven:

Lees de stappen op pagina 27 als u een nulkalibratie wilt uitvoeren en druk daarna op [MODE] voor "OK" om de nulkalibratie uit te voeren. Druk anders op [Y/+] voor "Cancel" (Annuleren). De QRAE II voert een laatste controle uit en op het scherm wordt de tijd afgeteld tot volledige, operationele functionaliteit. Als datalogging is ingeschakeld, wordt het volgende bericht weergegeven na het aftellen: Datalog gestart Het volgende scherm wordt weergegeven als de QRAE II klaar is voor gebruik:

QRAE II Diffusion

QRAE II Pump

Pagina 12

Gebruikershandleiding QRAE II Opmerking: als datalogging is uitgeschakeld, wordt het dataloggingpictogram niet weergegeven (zie Pictogrammen van de gebruikersinterface op pagina 10).

3.3

Het display omkeren

De QRAE II is eenvoudig af te lezen, zowel in de hand als aan een riem. Houd de toets [Y/+] 3 seconden ingedrukt als u het scherm wilt omkeren. Laat de toets los als het scherm is omgekeerd.

3.4

De alarmen testen (altijd)

U kunt onder normale omstandigheden het zoemeralarm, het trilalarm, de LED's en de schermverlichting altijd testen door één keer te drukken op [Y/+].

3.5

Pompstatus (alleen QRAE II Pump) BELANGRIJK!

Controleer of de pompinvoer vrij is tijdens het gebruik. Anders kunnen vroegtijdige slijtage van de pomp, onjuiste metingen of blokkering van de pomp worden veroorzaakt. Bij normaal gebruik geeft het pomppictogram afwisselend in- en uitvoer aan zoals hier weergegeven:

Als de pomp niet werkt of als de pomp wordt ontregeld door een belemmering, knippert het volgende pictogram:

Raadpleeg het gedeelte Problemen oplossen van deze handleiding als u dit knipperende pictogram ziet.

WAARSCHUWING!

Gebruik de QRAE II Pump altijd met een extern filter.

Pagina 13


De QRAE II uitschakelen

Houd [MODE] ingedrukt. Na 2 seconden wordt een aftelprocedure van 5 seconden gestart. Houd de toets ingedrukt gedurende de hele afsluitprocedure. Als u de toets loslaat tijdens het aftellen, wordt de afsluitprocedure gestopt en schakelt de QRAE II weer over naar de normale werking. De aftelprocedure gaat als volgt, met een alarmtoon en lichtsignaal bij elke stap. Op het display wordt de aftelprocedure weergegeven: Apparaat uit over 5 seconden... Apparaat uit over 4 seconden... Apparaat uit over 3 seconden... Apparaat uit over 2 seconden... Apparaat uit over 1 seconde... Apparaat uit over 0 seconden... Apparaat uit... Als "Apparaat uit..." wordt weergegeven, kunt u de toets [MODE] loslaten. De QRAE II is nu uitgeschakeld. Voorzichtig: het alarm is zeer luid. U kunt het geluid tijdens het uitschakelen gedeeltelijk dempen door uw vinger op de alarmuitgang te plaatsen.

Pagina 14


4 De QRAE II gebruiken 4.1

Overzicht van modi

De QRAE II heeft drie gebruiksmodi:   

Normale modus — zie pagina 16 voor uitgebreide instructies. Diagnostische modus — zie pagina 18 voor uitgebreide instructies. Programmeermodus — zie pagina 24 voor uitgebreide instructies.

Hieronder volgt een overzicht van de drie modi: De normale modus is de standaardmodus. Deze modus wordt geactiveerd wanneer u de QRAE II inschakelt. De modus heeft geen toegangsbeperkingen (u hebt geen wachtwoord nodig) en geeft alle indicaties en gegevens weer die nodig zijn voor algemene meettoepassingen, te weten:         

Metingen van koolmonoxide (CO), waterstofsulfide (H2S), zuurstof en de onderste grens voor explosiegevaar (LEL) Piek Min (minimum) STEL (short-term exposure limit) TWA (time-weighted average) Batterijniveau en uitschakelvoltage Tijd dat de QRAE II is ingeschakeld Tijd, datum en temperatuur Naam van het span-gas voor de LEL dat wordt gebruikt voor kalibratie, en het gemeten gas

In de normale modus kunt u datalogging in- en uitschakelen, en communiceren met een pc om gegevens te downloaden. De diagnostische modus is hoofdzakelijk ontworpen voor gebruik door technici tijdens het oplossen van problemen. U hebt in deze modus echter wel toegang tot een aantal parameters die u eventueel kunt wijzigen, maar dit is niet noodzakelijk. De diagnostische modus heeft ook geen toegangsbeperking. In de diagnostische modus geeft QRAE II de metingen weer als ruwe telling (cts) in plaats van eenheden zoals percentage of parts per million.      

Indicator voor batterijtype (Li-ion of alkaline) Batterijniveau, uitschakelvoltage en tijd ingeschakeld COx1 en COx21 (CO-meting met dubbel bereik) Schermcontrast* Datum, tijd en temperatuur Niveau en drempelwaarde van schermverlichting*

U kunt de parameters met een asterisk (*) aanpassen door naar de programmeermodus te gaan via de diagnostische modus. Zie pagina 24 voor meer informatie. Pagina 15

Gebruikershandleiding QRAE II De programmeermodus is beveiligd met een wachtwoord en u kunt de instellingen wijzigen voor de volgende doeleinden:     

4.2

Het apparaat kalibreren (dit omvat het wijzigen van de span-gassen en -waarden, en het selecteren van de kalibratie van één of meer sensoren) De alarmwaarden wijzigen Datalog wijzigen/inschakelen/uitschakelen De apparaatinstellingen wijzigen De configuratie van de sensor wijzigen

De normale modus

De normale modus is de standaardmodus van de QRAE II wanneer het apparaat wordt ingeschakeld. Met de toets [MODE] kunt u bladeren door de schermen waarin de gegevens over de sensoren worden weergegeven en door de huidige instellingen van de QRAE II. De normale modus inschakelen: 1. Als de QRAE II is uitgeschakeld, houdt u [MODE] ingedrukt. 2. Als het display wordt ingeschakeld, kunt u de toetsen loslaten. De QRAE II werkt nu in de normale modus. De normale modus afsluiten: Wanneer u de QRAE II inschakelt, wordt de normale modus geactiveerd, tenzij u het apparaat bewust in de diagnostische modus zet. Raadpleeg de gedetailleerde instructies voor het openen van de programmeermodus en de diagnostische modus. De volgende keer dat u de QRAE II inschakelt, wordt automatische de normale modus gestart.

Pagina 16


Piek In dit scherm worden de hoogste waardes weergegeven die zijn gemeten sinds de QRAE II is ingeschakeld. Druk twee keer op [Y/+] als u de piek- en minimumwaarden wilt wissen of druk een keer op [MODE] om de minimumwaarden weer te geven. Min. In dit scherm worden de laagste (minimum) waardes weergegeven die zijn gemeten sinds de QRAE II is ingeschakeld. Druk twee keer op [Y/+] als u de piek en minimumwaarden wilt wissen of druk een keer op [MODE] om de STELwaarden weer te geven. STEL. Hier worden de STEL-gegevens (Short Term Exposure Limit) weergegeven. Deze gegevens zijn gebaseerd op de STEL-waarden die in 15 minuten zijn gemeten van H2S en CO in ppm en een TWA-waarde van 8 uur. TWA. De meting TWA (time-weighted average) is de gemiddelde meting van gasconcentraties vermenigvuldigd met het evenredige gemiddelde van 8 uur dat het apparaat ingeschakeld is. AVG. De meting AVG (gemiddelde) is de gemiddelde meting vanaf het moment dat het apparaat is ingeschakeld. Batterijvoltage en uitschakelvoltage. In dit scherm wordt aangegeven wat het huidige batterijvoltage is en bij welk voltage de QRAE II wordt uitgeschakeld. Dit varieert afhankelijk van of een Li-ionbatterij of alkalinebatterijadapter wordt gebruikt. Tijd ingeschakeld. In dit scherm staan de uren en minuten die zijn verstreken sinds de QRAE II is ingeschakeld. Deze tijd wordt teruggezet op 0:00 wanneer de QRAE II wordt ingeschakeld. Datum, tijd en temperatuur. In dit scherm worden maand, dag en jaar, en de tijd in uren, minuten en seconden in 24-uurs indeling weergegeven. De temperatuur wordt weergegeven in graden Fahrenheit of Celsius, afhankelijk van de gebruikersconfiguratie (zie Temperatuureenheid instellen op pagina 39).

Pagina 17

Gebruikershandleiding QRAE II Span-gas voor LEL, gemeten gas voor LEL. Deze twee gegevens geven aan welk gas is geselecteerd voor het uitvoeren van een span-kalibratie en voor het uitvoeren van een volledige meting van de LEL-sensor. Opmerking: als u een scherm opent in de normale modus en u dat scherm enkele minuten niet gebruikt, schakelt de QRAE II automatisch weer over op het hoofdscherm van de normale modus.

4.3

De diagnostische modus

U kunt de diagnostische modus alleen openen tijdens het opstarten van de QRAE II. De diagnostische modus openen: 1. Als de QRAE II is uitgeschakeld, houdt u [MODE] en [Y/+] tegelijkertijd ingedrukt. 2. Als het display wordt ingeschakeld, kunt u de toetsen loslaten. De diagnostische modus afsluiten: 1. Schakel de QRAE II uit door [MODE] ingedrukt te houden. Er wordt een standaard-aftelprocedure gestart. 2. U wordt gewaarschuwd als het apparaat wordt uitgeschakeld. Laat de toets los. Opmerking: de volgende keer dat u de QRAE II inschakelt, houdt u alleen [MODE] ingedrukt. De normale modus wordt dan automatisch gestart. Wanneer u de QRAE II gebruikt in de diagnostische modus, worden op het scherm ruwe tellingen weergegeven voor sensoren en batterijniveau (uitgedrukt in "cts"). Druk op de toets [MODE] als u door andere diagnostische informatie wilt bladeren. De items met een asterisk (*) kunnen door de gebruiker worden gewijzigd.  Sensor instellen*  Batterijtype (Li-ion of alkaline)  Batterijniveau, uitschakelvoltage en tijd ingeschakeld  COx1 en COx21 of SO2x1 en SO2x21  Schermcontrast*  Datum, tijd en temperatuur  Niveau en drempelwaarde van schermverlichting* Opmerking: als de QRAE II in het laadstation is geplaatst en het laadstation via een datakabel is verbonden met een pc, is communicatie mogelijk in deze modus.

Pagina 18


Sensor instellen. Er zijn vier opties voor de sensor en de gevoeligheid. De sensorsleuf rechtsboven is geschikt voor een CO-sensor of een SO2-sensor. De sensorsleuf linksboven is geschikt voor een H2S-sensor van 0,1-100 ppm of een H2S-sensor van 3-1000 ppm. Als u een sensor verwisselt voor een ander soort waarde, moet de firmwareinstelling overeenkomen met de sensor. De huidig ingestelde combinatie van sensor en gevoeligheid wordt aangegeven door een asterisk (*) links naast de combinatie. De selectie wijzigen: 1. 2. 3. 4.

Druk op [MODE] tot de eerste sensorcombinatie is gemarkeerd. Druk herhaaldelijk op [MODE] om door de combinaties te bladeren. Druk op [Y/+] om een selectie te maken. Druk herhaaldelijk op [MODE] tot u bij Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) komt. • •

Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de selectie wilt opslaan. Selecteer Quit (Afsluiten) en druk vervolgens op [Y/+] als u dit menu wilt verlaten en u de eerder opgeslagen selectie wilt behouden.

Belangrijk! Voer altijd een volledige kalibratie uit nadat u de instellingen hebt gewijzigd of u een sensor hebt vervangen. Batterijtype. Dit scherm geeft aan welk type batterij momenteel wordt gebruikt (Li-ion of alkaline). Pagina 19

Gebruikershandleiding QRAE II Batterijniveau, uitschakelvoltage en tijd ingeschakeld. In dit scherm wordt aangegeven wat het huidige batterijvoltage is en bij welk voltage de QRAE II wordt uitgeschakeld. Dit varieert afhankelijk van of een Li-ionbatterij of alkalinebatterijadapter wordt gebruikt. Tijd ingeschakeld. In dit scherm staan de uren en minuten die zijn verstreken sinds de QRAE II is ingeschakeld. Deze tijd wordt teruggezet op 0:00 wanneer de QRAE II wordt ingeschakeld. COx1 en COx21. De meting van koolmonoxide (CO) door de QRAE II wordt uitgevoerd met dubbel bereik, voor een optimale meting op basis van concentratie. Wanneer het signaal zich in het lage bereik bevindt, wordt de COx21-waarde gemeten. Wanneer het signaal zich in het hoge bereik bevindt, wordt de COx1-waarde gemeten. Schermcontrast. U kunt het schermcontrast instellen voor maximale scherpte in de lichtomstandigheden waarin u werkt. 1. Druk op [MODE] tot de balk knippert, wat betekent dat de balk is geselecteerd. 2. Druk herhaaldelijk op [Y/+] om het display donkerder te maken. Opmerking: als u enkele keren op [Y/+] drukt, wordt het scherm volledig donker. Blijf op [Y/+] drukken als u een lichter scherm wilt. Op een gegeven moment wordt het scherm weer licht. U begint dan weer bij 0, zodat u een te hoge contrastinstelling kunt corrigeren. 3. Druk op [MODE] wanneer u tevreden bent over het schermcontrast. De optie Save (Opslaan) gaat nu knipperen. Druk op [Y/+] als u de nieuwe instelling wilt opslaan. Druk op [MODE] als u het menu wilt verlaten zonder de nieuwe instelling op te slaan. U gaat nu naar de optie Quit (Afsluiten). Druk vervolgens op [Y/+]. Opmerking: in de standaardinstelling van de QRAE wordt de schermverlichting automatisch ingeschakeld en hoeft u geen aanpassingen te maken. Wanneer het omgevingslicht minder is dan de drempelwaarde van de schermverlichting van de QRAE II, wordt de schermverlichting automatisch ingeschakeld. U kunt deze drempelwaarde aanpassen (zie Niveau en drempelwaarde van schermverlichting hierna) en u kunt de schermverlichting handmatig in- en uitschakelen (zie pagina 38). Datum, tijd en temperatuur. In dit scherm worden maand, dag en jaar, en de tijd in uren, minuten en seconden in 24-uurs indeling weergegeven. De temperatuur wordt weergegeven in graden Fahrenheit of Celsius, afhankelijk van de gebruikersconfiguratie (zie Temperatuureenheid instellen op pagina 39). Niveau en drempelwaarde van schermverlichting. Wanneer de schermverlichting van de QRAE II in de automatische modus staat en de hoeveelheid omgevingslicht minder is dan de drempelwaarde voor de schermverlichting, wordt de verlichting ingeschakeld. In dit scherm staan twee waarden:

Pagina 20

Gebruikershandleiding QRAE II Licht: de hoeveelheid omgevingslicht op de locatie waar de QRAE II wordt gebruikt. Drempelwaarde schermverlichting: de aanpasbare instelling voor de drempelwaarde waarop de schermverlichting wordt ingeschakeld als de schermverlichting van de QRAE II in de automatische modus staat. Stel de drempelwaarde in voor normale lichtomstandigheden. Als u echter langere periode op een donkere locatie bent en u batterijvermogen wilt sparen, is het verstandig de schermverlichting van de QRAE II in de handmatige modus te zetten. Zie pagina 38 voor meer informatie. Dr drempelwaarde voor de schermverlichting instellen: 1. Druk op [MODE] tot het eerste cijfer van de drempelwaarde voor de schermverlichting is gemarkeerd. 2. Druk op [MODE] om naar het volgende cijfer te gaan. 3. Druk op [Y/+] om de waarde te verhogen. 4. Druk op [MODE] tot u bij Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) komt. • •

Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de selectie wilt opslaan. Selecteer Quit (Afsluiten) en druk vervolgens op [Y/+] als u dit menu wilt verlaten en u de eerder opgeslagen selectie wilt behouden.

4.4 Drempelwaarde voor blokkering van de pomp aanpassen (alleen QRAE Pump) Als de gasinvoer wordt geblokkeerd maar de pomp niet wordt uitgeschakeld, of als de pomp te vlug wordt uitgeschakeld bij een kleine blokkade, is de drempelwaarde voor blokkering van de pomp mogelijk te hoog of te laag. Open de diagnostische modus om de volgende aanpassingen te maken. 4.4.1 Blokkering van pomp aanpassen: hoog Met deze procedure stelt u de blokkeerwaarde voor de snelle instelling van de pomp in. Zie pagina 39 voor informatie over het wijzigen van de pompsnelheid van hoog naar laag en vice versa. 1. Stel de pomp in de programmeermodus in op hoge snelheid.

Verlaat de programmeermodus, schakel de QRAE II uit en schakel de QRAE opnieuw in de diagnostische modus in.

Pagina 21

Gebruikershandleiding QRAE II Blader in de diagnostische modus door de menu’s tot u bij Blokkering pomp hoge snelheid komt.

•

Op het display worden de passieve maximum- en minimumwaarden (bijvoorbeeld 46/41) en de blokkeerwaarde bij gebruik op hoge snelheid weergegeven.

2. Noteer de maximumwaarde. Dit is de ongeblokkeerde waarde. 3. Blokkeer de invoer gedurende 3 seconden. De passieve maximumwaarde "I" moet met ten minste 10 punten toenemen. Opmerking: als de waarde met minder dan 10 punten toeneemt, is de pomp zwak. 4. Noteer de geblokkeerde waarde voor "I". 5. Tel de geblokkeerde waarde en de ongeblokkeerde waarde bij elkaar op en deel het totaal door 2. Dit is de juiste blokkeringswaarde. De vergelijking ziet er als volgt uit: Blokkering = (Passiefmax + Blokkeermax) / 2 6. Stel de blokkeringswaarde in op dit getal. 4.4.2 Blokkering van pomp aanpassen: laag Met deze procedure stelt u de blokkeerwaarde voor de trage instelling van de pomp in. Zie pagina 39 voor informatie over het wijzigen van de pompsnelheid van hoog naar laag en vice versa. Opmerking: bij een lage snelheid moet de pomp stoppen wanneer de invoer wordt geblokkeerd. 1. Stel de pomp in de programmeermodus in op lage snelheid.

Verlaat de programmeermodus, schakel de QRAE II uit en schakel de QRAE opnieuw in de diagnostische modus in.

Pagina 22

Gebruikershandleiding QRAE II Blader in de diagnostische modus door de menu’s tot u bij Blokkering pomp lage snelheid komt. •

Op het display worden de passieve maximum- en minimumwaarden (bijvoorbeeld 40/37) en de blokkeerwaarde bij gebruik op lage snelheid weergegeven.

1. Noteer de maximumwaarde. Dit is de ongeblokkeerde waarde. 2. Blokkeer de invoer gedurende 3 seconden. De passieve waarde "I" moet met ten minste 10 punten toenemen. Opmerking: als de waarde met minder dan 10 punten toeneemt, is er een lek in de gasinvoer of is de pomp zwak. 3. Noteer de geblokkeerde waarde voor "I". 4. Tel de geblokkeerde waarde en de ongeblokkeerde waarde bij elkaar op en deel het totaal door 2. Dit is de juiste blokkeringswaarde. De vergelijking ziet er als volgt uit: Blokkering = (Passiefmax + Blokkeermax) / 2 5. Stel de blokkeringswaarde in op dit getal.

Pagina 23


De programmeermodus

U kunt de programmeermodus openen vanuit de normale modus of de diagnostische modus. In deze modus kunt u de meeste instellingen van de QRAE II aanpassen. De modus is onderverdeeld in vijf submenu’s:     

Apparaat kalibreren Alarmwaarden wijzigen Datalog wijzigen Apparaatinstellingen wijzigen Sensorconfiguratie wijzigen

In het volgende diagram wordt weergegeven hoe u de programmeermodus kunt openen vanuit de normale modus en de diagnostische modus:

Pagina 24

Gebruikershandleiding QRAE II 4.5.1 De programmeermodus inschakelen Als u de programmeermodus wilt inschakelen, houdt u [MODE] en [Y/+] 3 seconden ingedrukt. Als u deze modus wilt afsluiten, drukt u herhaaldelijk op [MODE] tot het hoofdscherm wordt weergegeven. Als u de programmeermodus inschakelt, ziet u het volgende: Wachtwoord invoeren? 0000 OK

Cancel (Annuleren)

Druk op [Y/+] om een cijfer te verhogen (1, 2, 3 ... etc). Opmerking: er wordt doorgeteld tot 9. Als u dan nog een keer op [Y/+] drukt, verspringt het cijfer weer naar 0. Druk op [MODE] om naar het volgende cijfer te gaan (0000, 0000 etc.). Opmerking: ook hier wordt doorgeteld. Als u bij het laatste cijfer nog een keer drukt op [MODE], gaat u weer naar het eerste cijfer. Als u het gewenste wachtwoord hebt ingesteld, gaat u naar OK en drukt u op [MODE]. Ga naar Cancel (Annuleren) en druk op [Y/+] als u wilt annuleren. Opmerking: de standaardinstelling voor het wachtwoord is 0000. Als u het wachtwoord wijzigt, noteer het nieuwe wachtwoord dan en bewaar het op een veilige plaats. U hoeft het wachtwoord 0000 niet te wijzigen. U kunt 0000 gewoon blijven gebruiken, door de cijfers bladeren en op [Y/+] drukken om de programmeermodus in te schakelen. Als u de programmeermodus inschakelt, wordt datalogging gepauzeerd. Het bericht "Datalog gepauzeerd!" wordt kort weergegeven op het display. Daarna wordt het eerste submenu, "Apparaat kalibreren", weergegeven.

Pagina 25

Gebruikershandleiding QRAE II 4.5.2 Bladeren door de programmeermodus In het onderstaande diagram wordt weergegeven hoe de programmeermodus is onderverdeeld in vijf submenu's en hoe u door de verschillende menu's kunt bladeren. Opmerking: druk op [MODE] om van de ene menukeuze naar de volgende te gaan. Druk op [Y/+] om uw selecties te maken.

Pagina 26

Gebruikershandleiding QRAE II 4.5.3 Apparaat kalibreren De QRAE II is ontworpen voor het automatisch uitvoeren van kalibraties. Opmerking: de procedures voor kalibratie staan in een apart gedeelte, "De QRAE II kalibreren” op pagina 49. De submenu’s en handelingen worden weergegeven in het volgende diagram.

Pagina 27

Gebruikershandleiding QRAE II Nulkalibratie. Hiermee stelt u het nulpunt van de kalibratiecurve van de sensor in op schone lucht. Stel de QRAE II bloot aan een bron met schone lucht die voor 20,9% bestaat uit zuurstof en die geen onzuiverheden bevat in de vorm van organische, giftige of ontvlambare gassen. Volg de procedure in "Nulkalibratie (frisse lucht)” op pagina 51. Meerdere sensoren kalibreren Via deze procedure wordt tegelijkertijd het tweede punt in de kalibratiecurve van meerdere sensoren bepaald. Volg voor de kalibratie de procedure in "De QRAE II kalibreren” op pagina 49. Eén sensor kalibreren Via deze procedure wordt het tweede punt in de kalibratiecurve van één sensor bepaald. Volg voor de kalibratie de procedure in "De QRAE II kalibreren” op pagina 49. Waarde van span-gas aanpassen Met deze functie kunt u de gasconcentratie voor elke sensor selecteren. De span-waarde afzonderlijk instellen voor elke sensor. 1. Selecteer een sensor door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. 2. Druk op [MODE] om door de cijfers van elke sensor te bladeren. 3. Druk op [Y/+] om de waarde te verhogen (0 tot 9). Opmerking: als u het cijfer 9 bereikt en u nogmaals op [Y/+] drukt, gaat u terug naar 0 en kunt u het cijfer weer verhogen door op [Y/+] te drukken. 4. Houd [MODE] 3 seconden ingedrukt en laat de toets daarna los om naar de volgende sensor te gaan. 5. Houd [MODE] 3 seconden ingedrukt en laat de toets los nadat u alle spanwaarden hebt ingesteld. Save (Opslaan) is gemarkeerd. 6. Druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Druk op [Y/+] als u het menu wilt verlaten zonder de wijzigingen op te slaan. Het volgende bericht wordt weergegeven: Niet opgeslagen! Druk op [MODE] als u nog andere wijzigingen wilt aanbrengen om door de sensoren te bladeren. Span-gas voor LEL wijzigen. Met deze functie kunt u selecteren welk gas wordt gebruikt voor de span-kalibratie van de LEL-sensor. De correctie voor het gemeten gas wordt automatisch gedeeld door de correctiefactor van het span-gas dat eerder is geselecteerd om een nieuwe factor voor de combinatie van de gassen te verkrijgen. De nieuwe factor wordt toegepast op de metingen voor de daadwerkelijke concentratie. 1. Druk op [MODE] tot de pijl omhoog of omlaag is gemarkeerd. 2. Druk op [Y/+] om door de lijst met span-gassen voor de LEL te bladeren.

Pagina 28

Gebruikershandleiding QRAE II 3. Druk op [MODE] om de andere pijl te selecteren of om door te gaan naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). 4. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Druk op [Y/+] als u het menu wilt verlaten zonder de wijzigingen op te slaan. Het volgende bericht wordt weergegeven: Niet opgeslagen! Druk op [MODE] als u nog andere wijzigingen wilt aanbrengen om door de opties te bladeren. Terug. Druk op [MODE] om terug te gaan naar het begin van het menu Apparaat kalibreren of druk op [Y/+] om terug te gaan naar het begin van het menu in de normale modus. 4.5.4 Alarmwaarden wijzigen In de menu's van de programmeermodus kunt u de waarden voor hoog en laag alarm instellen en u kunt instellen bij welke waarden het STEL- en TWA-alarm wordt geactiveerd. De limiet van deze waarden kan voor elke sensor afzonderlijk worden ingesteld, zodat u over extreem nauwkeurige alarmwaarden beschikt. Alarmsignalen. Tijdens elke meetperiode wordt de gasconcentratie vergeleken met de ingestelde alarmwaarden (de alarmwaarden voor: Laag, Hoog, TWA en STEL). Als de gemeten concentratie hoger is dan een van de ingestelde alarmwaarden, worden het zoemeralarm, de LED's en het trilalarm geactiveerd om de gebruiker te waarschuwen. Daarnaast worden de alarmen van de QRAE II geactiveerd in de volgende omstandigheden: het batterijvoltage is lager dan een vooraf ingesteld voltage (3,1 volt voor Li-ion, 3,3 volt voor alkaline) of het dataloggeheugen is vol. Wanneer het alarm voor de batterij wordt geactiveerd, kunt u het apparaat nog 20 tot 30 minuten gebruiken. Wanneer het batterijvoltage lager is dan de ondergrens, wordt de QRAE II automatisch uitgeschakeld. Dit gedeelte heeft de volgende submenu’s:    

Waarde hoog alarm Waarde laag alarm STEL-alarmwaarde Gemiddelde alarmwaarde

In het volgende diagrom worden de submenu’s en handelingen weergegeven:

Pagina 29


Waarde hoog alarm wijzigen. Met deze functie kunt u de hoge waarden van afzonderlijke sensoren van de QRAE II instellen. 1. Selecteer een sensor door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. 2. Druk op [MODE] om te wisselen tussen de cijfers van de sensor. 3. Druk op [Y/+] om de waarde te verhogen van 0 tot 9. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0.

Pagina 30

Gebruikershandleiding QRAE II 4. Houd [MODE] 3 seconden ingedrukt om naar de volgende sensor te gaan. 5. Herhaal de stappen 2 en 3 voor elke sensor. Nadat u alle benodigde sensorinstellingen hebt aangepast: 6. Druk op [MODE] om door te gaan naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). 7. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Waarde laag alarm wijzigen. Met deze functie kunt u de lage waarden van afzonderlijke sensoren van de QRAE II instellen. 1. Selecteer een sensor door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. 2. Druk op [MODE] om te wisselen tussen de cijfers van de sensor. 3. Druk op [Y/+] om de waarde te verhogen van 0 tot 9. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0. 4. Houd [MODE] 3 seconden ingedrukt om naar de volgende sensor te gaan. 5. Herhaal de stappen 2 en 3 voor elke sensor. Nadat u alle benodigde sensorinstellingen hebt aangepast: 6. Druk op [MODE] om door te gaan naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). 7. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Waarde STEL-alarm wijzigen. Met deze functie kunt u de STEL-waarden van afzonderlijke sensoren van de QRAE II instellen. Opmerking: deze functie omvat geen LEL- of zuurstofsensoren. 1. Selecteer een sensor door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. 2. Druk op [MODE] om te wisselen tussen de cijfers van de sensor. 3. Druk op [Y/+] om de waarde te verhogen van 0 tot 9. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0. 4. Houd [MODE] 3 seconden ingedrukt om naar de volgende sensor te gaan. 5. Herhaal de stappen 2 en 3 voor elke sensor. Nadat u alle benodigde aanpassingen hebt aangebracht: 6. Druk op [MODE] om door te gaan naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). 7. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan.

Pagina 31

Gebruikershandleiding QRAE II Waarde gemiddeld alarm wijzigen. Met deze functie kunt u de STEL-waarden van afzonderlijke sensoren van de QRAE II instellen. Opmerking: deze functie omvat geen LEL- of zuurstofsensoren. 1. Selecteer een sensor door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. 2. Druk op [MODE] om te wisselen tussen de cijfers van de sensor. 3. Druk op [Y/+] om de waarde te verhogen van 0 tot 9. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0. 4. Houd [MODE] 3 seconden ingedrukt om naar de volgende sensor te gaan. 5. Herhaal de stappen 2 en 3 voor elke sensor. Nadat u alle benodigde aanpassingen hebt aangebracht: 6. Druk op [MODE] om door te gaan naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). 7. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Terug. Druk op [MODE] om terug te gaan naar het begin van het menu Change Alarm Limits (De alarmwaarden wijzigen) of druk op [Y/+] om terug te gaan naar het begin van het menu in de normale modus.

4.6

Datalog wijzigen

De QRAE II berekent de gaswaarde en slaat deze op op basis van een door de gebruiker opgegeven dataloggingperiode en het type meting. Gemiddelde waarden, piekwaarden en minimumwaarden kunnen voor elke sensor worden opgeslagen tijdens elke datalogginginteverval. De datalogginginterval kan worden ingesteld van één seconde tot 3600 seconden (60 minuten) met intervallen van 1 seconde. Daarnaast worden het serienummer, de datum van de laatste kalibratie en de alarmwaarden opgeslagen. Alle gegevens worden opgeslagen in een niet-vluchtig geheugen, zodat ze later kunnen worden gedownload naar een pc. Het menu Change Datalog (Datalog wijzigen) heeft zes submenu’s:      

Alle gegevens wissen Datalogperiode wijzigen Datatype selecteren Datalog inschakelen/uitschakelen Datalog starten/stoppen Type geheugen vol selecteren

Pagina 32

Gebruikershandleiding QRAE II In het volgende diagram wordt de navigatie door deze submenu's weergegeven:

Pagina 33

Gebruikershandleiding QRAE II Alle gegevens wissen U kunt alle gegevens in de datalog wissen. De QRAE II zal u vragen te bevestigen dat u de gegevens wilt wissen. 1. Druk op [Y/+]. Op het display staat: Weet u het zeker? 2. Druk op [Y/+] als u de datalog wilt wissen, of druk op [MODE] als u de datalog niet wilt wissen. Als u besluit de datalog te wissen, wordt het volgende bericht weergegeven: Datalog gewist! Als u op [MODE] drukt, wordt het volgende bericht weergegeven: Datalog niet gewist. Belangrijk! Als u de gegevens in de datalog wist, kunt u deze gegevens niet meer terughalen of het wissen ongedaan maken. Datalogperiode wijzigen. De datalogginginterval kan worden ingesteld van 1 seconde tot 3600 seconden (60 minuten). Dit is de tijd tussen de datapunten. De QRAE II kan 64.000 datapunten opslaan. 1. Druk op [MODE] om van Save (Opslaan) en Quit (Afsluiten) naar de cijfers te gaan. 2. Druk op [Y/+] om van 0 naar 9 te gaan. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0. 3. Druk op [MODE] om naar het volgende cijfer te gaan. 4. Druk op [Y/+] om van 0 naar 9 te gaan. Herhaal de stappen 3 en 4 tot u doorgaat naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). 5. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Gegevenstype selecterenU kunt kiezen uit drie soorten gegevens die worden opgeslagen op de QRAE II. U mag één soort kiezen. Op het scherm staat: Modus wisselen? Uw keuzes zijn:  Average (Gemiddeld)  Peak (Piek)  Minimum Druk op [MODE] om van de pijl omhoog naar de pijl omlaag en naar Save (Opslaan) en Quit (Afsluiten) te gaan. Druk op [Y/+] wanneer de cursor op de gewenste keuze staat.

Pagina 34

Gebruikershandleiding QRAE II Datalog inschakelen/uitschakelen? U kunt de functie voor het opslaan van gegevens in de datalog in- en uitschakelen. Daarvoor moet u de sensor in- of uitschakelen in het menu. 1. Selecteer de sensor die u wilt in- of uitschakelen door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. 2. Druk op [Y/+] om te wisselen tussen ingeschakeld (aangeduid door een asterisk, *) en uitgeschakeld (geen asterisk). Druk op [MODE] tot u de volgende gewenste sensor bereikt als u nog andere sensoren voor de datalog wilt in- of uitschakelen. Druk vervolgens op [Y/+]. Nadat u alle gewenste sensoren hebt in- of uitgeschakeld: 3. Druk op [MODE] om door te gaan naar OK of Cancel (Annuleren). Selecteer OK en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Cancel (Annuleren) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Datalog starten/stoppen? U kunt datalogging op de QRAE II handmatig starten en stoppen. 1. Selecteer Stop of Start door op [MODE] te drukken tot uw keuze is gemarkeerd. 2. Druk op [MODE] om door te gaan naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Type geheugen vol selecteren. U kunt instellen hoe de QRAE II moet reageren als het dataloggeheugen vol is. Het apparaat kan stoppen (en alle gegevens tot dat punt bewaren) als de datalog vol is, of opnieuw beginnen, wat inhoudt dat de oudste gegevens worden overschreven. 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Stop of Wrap Around (Opnieuw beginnen) te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Terug. Druk op [MODE] om terug te gaan naar het begin van het menu Datalog wijzigen of druk op [Y/+] om terug te gaan naar het begin van het menu in de normale modus.

4.7

Apparaatinstellingen wijzigen

Dit is het grootste menu van de QRAE II. Dit menu bevat de volgende submenu’s:   

Alarmmodus wijzigen Klok wijzigen Modus schermverlichting wijzigen

Pagina 35

Gebruikershandleiding QRAE II       

Wachtwoord wijzigen Methode voor berekenen van gemiddelde wijzigen Schermtaal wijzigen Temperatuureenheid instellen Stille modus inschakelen/uitschakelen Opstartmodus wijzigen Pompsnelheid wijzigen

In het volgende diagram wordt weergegeven hoe het menu Apparaatinstellingen wijzigen is ingedeeld en hoe u door dit menu kunt navigeren.

Pagina 36


Pagina 37

Gebruikershandleiding QRAE II Alarmmodus wijzigen U kunt kiezen uit Auto Reset (Automatisch herstellen) en Latched (Vergrendeld). Een vergrendeld alarm blijft afgaan tot u het alarm erkent door op een knop te drukken. Een alarm dat automatisch wordt hersteld, wordt uitgeschakeld wanneer de oorzaak van het alarm niet langer aanwezig is (bijvoorbeeld: het alarm gaat af bij een hoge H2S-waarde die de ingestelde grens overschrijdt, maar zodra de waarde onder die grens komt, wordt het alarm weer uitgeschakeld). 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Auto Reset (Automatisch herstellen) of Latched (Vergrendeld) te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Klok wijzigen De datum (maand, dag, jaar) en tijd (uur, minuten, seconden) kunnen worden aangepast. De tijd wordt weergegeven in 24-uurs indeling. 1. Druk op [MODE] om van Save (Opslaan) en Quit (Afsluiten) naar de cijfers te gaan. 2. Druk op [Y/+] om van 0 naar 9 te gaan. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Modus schermverlichting wijzigen Als de handmatige modus is ingeschakeld, kunt u de schermverlichting handmatig in- en uitschakelen door [Y/+] één seconde ingedrukt te houden. In de automatische modus wordt de schermverlichting automatisch ingeschakeld als het omgevingslicht onder een bepaald niveau komt. Zie Modus schermverlichting instellen op pagina 21 voor meer informatie over het instellen van de waarde voor in- en uitschakelen. 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Auto Turn On (Automatisch inschakelen) of Manual Turn On (Handmatig inschakelen) te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Wachtwoord wijzigen U kunt het standaardwachtwoord 0000 wijzigen in een ander wachtwoord van 4 cijfers. 1. Druk op [MODE] om van Save (Opslaan) en Quit (Afsluiten) naar de cijfers te gaan. 2. Druk op [Y/+] om van 0 naar 9 te gaan. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Belangrijk! Als u het wachtwoord wijzigt, noteer dan het nieuwe wachtwoord en bewaar het op een veilige plaats. Methode voor berekenen van gemiddelde wijzigen U kunt kiezen uit Running Average (Lopend gemiddelde) of TWA (Tijdgewogen gemiddelde). 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Running Average (Lopend gemiddelde) of TWA (Tijdgewogen gemiddelde) te kiezen. Pagina 38

Gebruikershandleiding QRAE II 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Schermtaal wijzigen Blader van Engels naar andere talen (taalopties zijn afhankelijk van firmwareversie). 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om een taal te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Temperatuureenheid instellenSelecteer Fahrenheit of Celsius. 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Fahrenheit of Celsius te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Stille modus inschakelen/uitschakelenU kunt Run Silent Enabled (Stille modus inschakelen) of Run Silent Disabled (Stille modus uitschakelen) kiezen. 1. Druk op [Y/+] om te wisselen tussen in- en uitgeschakeld. 2. Druk op [MODE] om de wijziging door te voeren en naar het volgende menuitem te gaan. Opstartmodus wijzigen. U kunt kiezen uit Normal Startup (Normaal opstarten) en Fast Startup (Snel opstarten). Bij snel opstarten worden veel instellingen niet weergegeven. Deze optie is vooral geschikt voor omgevingen waar de QRAE II op één dag vaak wordt in- en uitgeschakeld. 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Normal Startup (Normaal opstarten) of Fast Startup (Snel opstarten) te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan.

Pagina 39

Gebruikershandleiding QRAE II In het volgende diagram staan de verschillen tussen de twee manieren van opstarten:

Pompsnelheid wijzigen. U kunt kiezen uit Fast (Snel) en Slow (Langzaam). 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Fast (Snel) of Slow (Langzaam) te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan.

Pagina 40

Gebruikershandleiding QRAE II Terug. Druk op [MODE] om terug te gaan naar het begin van het menu Apparaatinstellingen wijzigen of druk op [Y/+] om terug te gaan naar het begin van het menu in de normale modus.

Pagina 41


Sensorconfiguratie wijzigen

U kunt sensoren in- en uitschakelen, en het soort gemeten LEL-gas en de eenheid van de LEL wijzigen in deze submenu’s. In het volgende diagram wordt weergegeven hoe het menu Sensorconfiguratie is onderverdeeld en hoe u door de submenu’s kunt navigeren:

Pagina 42


Gemeten gas voor LEL wijzigen Met deze functie kunt u het gemeten gas voor de LELsensor selecteren. De correctie voor het gemeten gas wordt automatisch gedeeld door de correctiefactor van het span-gas dat eerder is geselecteerd om een nieuwe factor voor de combinatie van de gassen te verkrijgen. De nieuwe factor wordt toegepast op de metingen voor de daadwerkelijke concentratie. Pagina 43

Gebruikershandleiding QRAE II 1. Druk op [MODE] tot de pijl omhoog of omlaag is gemarkeerd. 2. Druk op [Y/+] om door de lijst met gemeten gassen voor de LEL te bladeren. 3. Druk op [MODE] om de andere pijl te selecteren of om door te gaan naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten). 4. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Quit (Afsluiten) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan.

Pagina 44

Gebruikershandleiding QRAE II Druk op [Y/+] als u het menu wilt verlaten zonder de wijzigingen op te slaan. Het volgende bericht wordt weergegeven: Niet opgeslagen! Druk op [MODE] als u nog andere wijzigingen wilt aanbrengen om door de opties te bladeren. Sensor inschakelen/uitschakelen Met deze functie kunt u afzonderlijke sensoren van de QRAE II in- en uitschakelen. Wanneer een sensor is uitgeschakeld, slaat het apparaat geen gasmetingen van dat soort op, en wordt dat gas ook niet weergegeven. 8. Selecteer de sensor die u wilt in- of uitschakelen door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. 9. Druk op [Y/+] om te wisselen tussen ingeschakeld (aangeduid door een asterisk, *) en uitgeschakeld (geen asterisk). Druk op [MODE] tot u de volgende gewenste sensor bereikt als u nog andere sensoren wilt kalibreren. Druk vervolgens op [Y/+]. Nadat u alle gewenste sensoren hebt in- of uitgeschakeld: 10. Druk op [MODE] om door te gaan naar Save (Opslaan) of Cancel (Annuleren). 11. Selecteer Save (Opslaan) en druk op [Y/+] als u de instellingen wilt opslaan, of druk op [MODE] om naar Cancel (Annuleren) te gaan als u de instellingen niet wilt opslaan. Eenheid LEL-weergave instellen U kunt kiezen uit %LEL voor een percentage van de onderste grens van explosiegevaar, en %VOL voor een percentage van het volume. 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om %LEL of %VOL te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Vervaldatum kalibratie instellen Hier kunt u een vervaldatum voor de kalibratie instellen, zodat een waarschuwing wordt weergegeven tijdens het opstarten als er een kalibratie moet worden uitgevoerd. 1. Druk op [MODE] om van Save (Opslaan) en Quit (Afsluiten) naar de cijfers te gaan. 2. Druk op [Y/+] om van 0 naar 9 te gaan. Als u de 9 hebt bereikt en opnieuw op [Y/+] drukt, begint het tellen automatisch weer bij 0. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan.

Pagina 45

Gebruikershandleiding QRAE II Power On Zero (Nulkalibratie bij inschakelen van apparaat) in- of uitschakelen. Hiermee kunt u een optionele stap na het opstarten van de QRAE II instellen. Het apparaat pauzeert dan en vraagt of u een nulkalibratie (frisse lucht) wilt uitvoeren. Na het opstarten wordt het bericht, "Nulkalibratie?" weergegeven. U kunt kiezen uit OK en Cancel (Annuleren). Als u OK kiest, wordt "Bezig met kalibreren..." weergegeven. Daarna volgt een aftelprocedure. Aan het einde van de aftelprocedure worden op het display de vier sensoren weergegeven, elk gevolgd door het woord "Zeroed" (Nulkalibratie uitgevoerd). Selecteer Cancel (Annuleren) als u geen nulkalibratie wilt uitvoeren. 1. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 2. Druk op [Y/+] om Enable (Inschakelen) of Disable (Uitschakelen) te kiezen. 3. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 4. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Terug. Druk op [MODE] om terug te gaan naar het begin van het menu Sensorconfiguratie wijzigen of druk op [Y/+] om het menu te verlaten en terug te gaan naar het menu in de programmeermodus.

Pagina 46


5 Samenvatting van de alarmsignalen Opmerking: de schermverlichting wordt automatisch ingeschakeld wanneer het alarm van de QRAE II afgaat.

Pagina 47


6 IJktest en kalibratie van de QRAE II RAE Systems raadt u aan een ijktest uit te voeren op de QRAE II voordat u het apparaat gaat gebruiken, en daarna vóór elk gebruik. Onder ijktest wordt verstaan: het blootstellen van het apparaat aan kalibratiegas waardoor de sensors reageren en het alarm wordt geactiveerd op het laagste niveau geldend voor elke sensor. • • •

Als het apparaat niet door de ijktest komt, moet het apparaat worden gekalibreerd, minimaal elke 6 maanden, afhankelijk van gebruik en blootstelling aan gif en vervuiling. De perioden tussen de kalibraties en de ijktestprocedures kunnen per land verschillen, afhankelijk van de wettelijke regels. Wanneer u de QRAE II gebruikt met een H2S-sensor, raadt RAE Systems u aan RAEkalibratiegas te gebruiken, met een mengsel van vier gassen met 10 ppm H2S, 50 ppm CO, 50% LEL-methaan en 18% zuurstof. Als de QRAE II is uitgerust met een SO2sensor, raadt RAE Systems u aan RAE-kalibratiegas te gebruiken met 5 ppm SO2 en voor de rest stikstof.

6.1 Het kalibratiegas aansluiten op het apparaat (alleen QRAE II Pump) The QRAE II moet worden gekalibreerd met behulp van een fixed-flow-regelaar die zorgt voor een flowsnelheid tussen 0,5 en 1,0 liter per minuut. 1. Koppel de slang van de regelaar/cilinder met kalibratiegas aan de ingang voor kalibratiegas van de QRAE II Pump. 2. Draai de gastoevoer open om het apparaat te kalibreren.

3. Draai de gastoevoer weer dicht na de kalibratie en maak de slang los van de QRAE II Pump.

Pagina 48


De kalibratieadapter bevestigen (alleen QRAE II Diffusion)

The QRAE II is een diffusiemonitor die moet worden gekalibreerd met behulp van een fixed-flow-regelaar die zorgt voor een flowsnelheid tussen 0,5 en 1,0 liter per minuut. Bij de QRAE II wordt een speciale kalibratieadapter geleverd voor de gasdiffusiepoorten. 1. Plaats de kalibratieadapter op het filtergebied op de voorzijde van de QRAE II. 2. Draai de schroef in het midden handmatig vast, zoals afgebeeld:

Opmerking: draai de schroef alleen handmatig vast. Gebruik geen tangen of andere gereedschappen. De kalibratieadapter moet goed vast zitten, maar een luchtdichte sluiting is niet nodig. 3. Koppel de slang van de regelaar/cilinder met kalibratiegas aan de ingang van de kalibratieadapter.

Voorzichtig! Verwijder de adapter als u de kalibratie hebt uitgevoerd. Schakel de QRAE II niet in als de kalibratieadapter aangesloten is. De sensoren van de QRAE II werken op basis van diffusie. Als de kalibratieadapter is bevestigd tijdens normaal gebruik, zal de QRAE II inconsistent functioneren en lagere gaswaarden meten dan normaal omdat de concentratie van het gemeten gas niet zo hoog is.

Pagina 49


De kalibratieadapter ontkoppelen (alleen QRAE II Diffusion)

Als u de kalibratie van de QRAE II hebt voltooid, moet u de kalibratieadapter ontkoppelen. Kalibratietijd sensor

De QRAE II is zó ontworpen dat automatisch een vooraf bepaalde kalibratietijd wordt gebruikt. Schakel de QRAE II niet in als de kalibratieadapter is bevestigd. De kalibratieadapter loskoppelen: 1. Draai de schroef in het midden van de kalibratieadapter los.

2. Haal de kalibratieadapter van de QRAE II en sla deze op een veilige plaats op. WAARSCHUWING! Alle nieuw aangeschafte RAE Systems-instrumenten moeten worden geijkt door de sensor(en) bloot te stellen aan bepaalde concentraties kalibratiegas. Als het apparaat niet door de ijktest komt, moet het apparaat worden gekalibreerd, minimaal elke 6 maanden, afhankelijk van gebruik en blootstelling aan gas en vervuiling, en de bedieningsmodus. Onder ijktest wordt verstaan: het blootstellen van het apparaat aan een gas waardoor het alarm op het laagste niveau wordt geactiveerd.

Pagina 50


Nulkalibratie (frisse lucht)

In deze procedure wordt het nulpunt van de kalibratiecurve van de sensor bepaald. Stel de QRAE II bloot aan een bron met schone lucht die voor 20,9% bestaat uit zuurstof en die geen onzuiverheden bevat in de vorm van organische, giftige of ontvlambare gassen. Voor deze 'Nullucht' kunt u gebruikmaken van lucht uit een cilinder, schone omgevingslucht of omgevingslucht die is gezuiverd met behulp van een houtskoolfilter. 6.4.1 Frisse lucht gebruiken Voorzichtig! Als u werkt met een QRAE II Diffusion, gebruik dan geen kalibratieadapter om de nulkalibratie in frisse lucht uit te voeren. Schakel de QRAE II in en volg deze procedure: 1. Schakel de programmeermodus in. 2. Druk bij Apparaat kalibreren op [Y/+]. Het volgende bericht wordt weergegeven: Nulkalibratie? 3. Druk op [Y+] om de kalibratie te starten. De kalibratie wordt automatisch uitgevoerd. 6.4.2 Nulgas gebruiken 1. Plaats de kalibratieadapter op de QRAE II (alleen QRAE II Diffusion). 2. Sluit de regelaar aan op de cilinder met nulgas. 3. Als u een QRAE II Diffusion gebruikt, koppel dan een slang aan de kalibratieadapter en aan de regelaar. Als u een QRAE II Pump gebruikt, koppel dan een slang aan de regelaar en aan de ingang op de voorzijde van de QRAE II Pump. 4. Voer het wachtwoord in. 5. Druk bij Apparaat kalibreren op [Y/+]. 6. Wanneer het bericht "Nulkalibratie?" wordt weergegeven, moet u de regelaar inschakelen om de toevoer van nulgas te starten. 7. Druk op [Y/+]. Er wordt een aftelprocedure vanaf 30 seconden weergegeven: Bezig met kalibratie ... 30

Pagina 51

Gebruikershandleiding QRAE II Na de kalibratie ziet u afwisselend de volgende twee schermen op het display: CO: H2S: OXY: LEL:

Zeroed Zeroed Zeroed Zeroed

en

CO: H2S: OXY: LEL:

0ppm 0ppm 20.9% 0%LEL

Wanneer de nulkalibratie is geslaagd, wordt op het display een meting van "20,9" voor de zuurstofsensor en "0" voor alle andere sensoren weergegeven.

6.5

Meerdere sensoren kalibreren

Via deze procedure wordt tegelijkertijd het tweede punt in de kalibratiecurve van meerdere sensoren bepaald. Op het display wordt eerst een aftelprocedure van 60 naar 0 seconden weergegeven. Daarna worden de namen van de sensoren, de geslaagde of mislukte kalibratie, en de kalibratiewaarde voor elke sensor weergegeven. Selecteer de sensor die u wilt kalibreren door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. Druk vervolgens op [Y/+] om te wisselen tussen ingeschakeld (aangeduid door een asterisk, *) en uitgeschakeld (geen asterisk). Druk op [MODE] tot u de volgende gewenste sensor bereikt als u nog andere sensoren wilt kalibreren. Druk vervolgens op [Y/+]. Nadat u alle sensoren die u wilt kalibreren hebt geselecteerd, kan de kalibratie worden uitgevoerd. 1. Plaats de kalibratieadapter op de QRAE II (alleen QRAE II Diffusion). 2. Sluit de regelaar aan op de cilinder met nulgas. 3. Als u een QRAE II Diffusion gebruikt, koppel dan een slang aan de kalibratieadapter en aan de regelaar. Als u een QRAE II Pump gebruikt, koppel dan een slang aan de regelaar en aan de ingang op de voorzijde van de QRAE II Pump. 4. Schakel de regelaar in om de toevoer van kalibratiegas te starten. 5. Druk op [MODE] tot OK is gemarkeerd. 6. Druk op [Y+] om de kalibratie te starten. Er wordt een aftelprocedure vanaf 60 seconden weergegeven: Bezig met kalibratie ... 60 Opmerking: controleer of de gastoevoer is geopend en of de slang is aangesloten als het volgende bericht wordt weergegeven: No Gas Flow... (Geen gastoevoer…) Apply gas or hit any key to start. (Voer gas toe of druk op een toets om te starten.)

Pagina 52

Gebruikershandleiding QRAE II Na de kalibratie ziet u afwisselend de volgende twee schermen op het display: Meerdere sensoren gekalibreerd! en CO = Pass H2S = Pass O2 = Pass LEL = Pass Een mislukte sensorkalibratie wordt als volgt aangegeven: CO = Fail H2S = Pass O2 = Pass LEL = Pass Probeer opnieuw te kalibreren als de kalibratie van een sensor is mislukt. Vervang de sensor als de kalibratie weer mislukt.

6.6

Eén sensor kalibreren

Via deze procedure wordt het tweede punt in de kalibratiecurve van één sensor bepaald. Op het display wordt eerst een aftelprocedure van 60 naar 0 seconden weergegeven. Daarna worden de namen van de sensoren, de geslaagde of mislukte kalibratie, en de kalibratiewaarde voor elke sensor weergegeven. Selecteer de sensor die u wilt kalibreren door op [MODE] te drukken tot de naam van de sensor is gemarkeerd. Druk vervolgens op [Y/+] om te wisselen tussen ingeschakeld (aangeduid door een asterisk, *) en uitgeschakeld (geen asterisk). Nadat u de sensor die u wilt kalibreren hebt geselecteerd, kan de kalibratie worden uitgevoerd. 1. Plaats de kalibratieadapter op de QRAE II (alleen QRAE II Diffusion). 2. Sluit de regelaar aan op de cilinder met kalibratiegas. Belangrijk! Controleer of u het juiste kalibratiegas met de juiste concentratie gebruikt. Controleer ook of de houdbaarheidsdatum van het gas nog niet is verstreken. U vindt deze datum op het etiket van de cilinder. 3. Als u een QRAE II Diffusion gebruikt, koppel dan een slang aan de kalibratieadapter en aan de regelaar. Als u een QRAE II Pump gebruikt, koppel dan een slang aan de regelaar en aan de ingang op de voorzijde van de QRAE II Pump. 4. Schakel de regelaar in om de toevoer van kalibratiegas te starten. 5. Druk op [MODE] tot OK is gemarkeerd. 6. Druk op [Y+] om de kalibratie te starten.

Pagina 53

Gebruikershandleiding QRAE II Er wordt een aftelprocedure vanaf 60 seconden weergegeven: Bezig met kalibratie ... 60 Opmerking: controleer of de gastoevoer is geopend en of de slang is aangesloten als het volgende bericht wordt weergegeven: No Gas Flow... (Geen gastoevoer…) Apply gas or hit any key to start. (Voer gas toe of druk op een toets om te starten.) Na de kalibratie ziet u afwisselend de volgende twee schermen op het display: Meerdere sensoren gekalibreerd! en CO = Pass H2S = Pass O2 = Pass LEL = Pass Als de sensorkalibratie is geslaagd, wordt het volgende bericht weergegeven (hier weergegeven voor koolmonoxide, CO): CO-kalibratie geslaagd! Probeer opnieuw te kalibreren als de sensorkalibratie is mislukt. Vervang de sensor als de kalibratie weer mislukt.

Pagina 54


7 Aansluiten op een computer Om dataloggegevens te downloaden naar een computer, moet u de QRAE II in het laadstation plaatsen en het laadstation aansluiten op een computer. Aansluiting voor AC/DC-adapter DC 12V IN PC COMM

DB9-aansluiting van datakabel (ander uiteinde aansluiten op pc)

Aansluitingen op achterzijde van laadstation

Het laadstation van de QRAE II kan via een DB9-aansluiting (9-pins) worden aangesloten op een computer met de ProRAE Remote-software. Steek de DB9-aansluiting en de seriële DB9-poort van het laadstation en draai de twee schroeven van de aansluiting met de hand vast. Zo komt de aansluiting niet los en hebt u de beste elektrische verbinding. Sluit de AC/DC-adapter ook aan op het laadstation om de QRAE II te voorzien van voeding, zodat de batterij niet leeg raakt. Opmerking: als uw computer een USB-poort heeft in plaats van een DB9-aansluiting, moet u een USB-naar-9-pins seriële adapter gebruiken (artikelnummer 410-0210-000).

8 Gegevens overdragen van en naar een computer Zodra u het laadstation van de QRAE II hebt aangesloten op de pc, kunt u gegevens overdragen. U kunt bijvoorbeeld de datalog downloaden naar de computer, en updates van de firmware downloaden naar de QRAE II (als dit nodig is).

8.1

De datalog downloaden naar een pc

1. 2. 3. 4.

Sluit de datakabel aan op de pc en op het laadstation. Plaats de QRAE II in het laadstation. De LED voor opladen gaat branden. Start ProRAE Studio op uw pc. Selecteer Operation (Bewerking) en daarna Setup Connection (Verbinding instellen) in ProRAE Studio. 5. Selecteer de COM-poort om een communicatieverbinding tussen de pc en de QRAE II tot stand te brengen. 6. Selecteer Download Datalog (Datalog downloaden) om de datalog te downloaden naar de pc. 7. Klik op OK wanneer Unit Information (Apparaatinformatie) wordt weergegeven. Doorgaans duurt het downloadproces minder dan 10 seconden. Tijdens de gegevensoverdracht wordt de voortgang weergegeven op het display.

Pagina 55

Gebruikershandleiding QRAE II Wanneer de overdracht is voltooid, wordt een scherm met de gegevens van de datalog weergegeven. U kunt deze gegevens nu exporteren voor verder gebruik, of ze afdrukken.

8.2

Firmware uploaden van een pc naar de QRAE II

Als u nieuwe firmware wilt uploaden naar uw QRAE II, moet u de QRAE II aansluiten op een pc. Volg deze stappen om de aansluiting te maken: 1. 2. 3. 4.

Sluit de datakabel aan op de pc en op het laadstation. Plaats de QRAE II in het laadstation. De LED voor opladen gaat branden. Start ProRAE Studio op uw pc. Selecteer Operation (Bewerking) en daarna Setup Connection (Verbinding instellen) in ProRAE Studio. 5. Selecteer de COM-poort om een communicatieverbinding tussen de pc en de QRAE II tot stand te brengen. Wacht tot de verbinding tot stand is gebracht en volg daarna de instructies bij ProRAE Studio en de firmware om de nieuwe firmware naar uw QRAE II te uploaden.

Pagina 56


9 Onderhoud

WAARSCHUWING! Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerde personen die de juiste training hebben gehad en die de inhoud van deze handleiding volledig begrijpen.

Bij het verwisselen van de onderdelen gelden de volgende richtlijnen: 1. Schakel het apparaat uit en koppel het laadstation los voordat u de batterij verwisselt. 2. Koppel de batterij los voordat u een sensor verwisselt. Stel de locatie van een specifieke sensor vast en let goed op de richting van de sensorpin wanneer u sensoren verwijdert en plaatst.

WAARSCHUWING Ter voorkoming van ontbranding of ontsteking van gevaarlijke atmosferen/gassen, mag u de batterij alleen opladen als u zich bevindt in een niet-gevaarlijk gebied. Verwijder en vervang de batterij alleen in niet-gevaarlijke gebieden.

9.1

De Li-ionbatterij van de QRAE II vervangen

Voorzichtig: schakel de QRAE II uit voordat u de batterij verwijdert of vervangt. 1. Plaats de QRAE II op een zachte ondergrond met de voorzijde naar beneden. 2. Draai de drie schroeven los met een kruiskopschroevendraaier.

3. Trek de achterklep van de QRAE naar u toe door te trekken aan de riemklem.

Pagina 57

Gebruikershandleiding QRAE II 4. Draai de QRAE II om en schuif de batterij uit het batterijcompartiment.

5. Plaats de nieuwe batterij in het compartiment, met de zes gouden contactpunten op de zes pinnen.

Opmerking: controleer voordat u de nieuwe accu plaatst eerst de contactpunten en zorg ervoor dat deze schoon zijn. Als de contactpunten niet schoon zijn, wrijft u deze schoon met een zachte doek. Gebruik hiervoor geen oplos- of schoonmaakmiddelen. 6. Plaats de achterklep weer op het voorste gedeelte. 7. Draai alle schroeven weer vast met de kruiskopschroevendraaier.

9.2

De alkalinebatterijadapter plaatsen

U kunt de alkalinebatterijadapter gebruiken in plaats van de Li-ionbatterij. De adapter (artikelnummer 020-3403-000) is geschikt voor drie AA-alkalinebatterijen (gebruik uitsluitend Duracell MN1500) voor circa 12 uur gebruik. 2. Plaats de QRAE II op een zachte ondergrond met de voorzijde naar beneden. 3. Draai de drie schroeven los met een kruiskopschroevendraaier. 4. Trek de achterklep van de QRAE naar u toe door te trekken aan de riemklem.

Pagina 58

Gebruikershandleiding QRAE II 5. Draai de QRAE II om en schuif de Li-ionbatterij uit het batterijcompartiment. 6. Plaats drie AA-alkalinebatterijen in de alkalinebatterijadapter met de polen van de batterijen in de juiste positie. 7. Plaats de alkalinebatterijadapter in het compartiment, met de zes gouden contactpunten op de zes pinnen. 8. Plaats de achterklep weer op het voorste gedeelte. 9. Draai alle schroeven weer vast met de kruiskopschroevendraaier. 10. Het apparaat detecteert de alkalinebatterijen automatisch. BELANGRIJK! Alkalinebatterijen kunnen niet worden opgeladen. De interne stroomkring van de QRAE II detecteert alkalinebatterijen en staat opladen niet toe. Als u de QRAE II in het laadstation plaatst, wordt de alkalinebatterij niet opgeladen en wordt het volgende pictogram weergegeven:

Opmerking: verwerk oude batterijen op de juiste manier wanneer u alkalinebatterijen vervangt. WAARSCHUWING! Ter voorkoming van ontbranding of ontsteking van gevaarlijke atmosferen/gassen, moet u de accu alleen opladen als u zich bevindt in een niet-gevaarlijk gebied. Verwijder en vervang batterijen alleen in niet-gevaarlijke gebieden.

9.3

Een extra Li-ionbatterij voor de QRAE II opladen

Een Li-ionbatterij voor de QRAE II kan worden opgeladen wanneer deze niet in de QRAE II is geplaatst. Het laadstation is geschikt voor beide manieren van opladen. De contactpunten onder op de batterij van de QRAE II raken de contactpunten van het laadstation, waardoor er vermogen wordt overgedragen zonder andere verbindingen. Twee klemmen houden de batterij op zijn plaats tijdens het opladen. 1. Sluit de AC/DC-adapter aan op het laadstation van de QRAE II. 2. Plaats de batterij in het laadstation, met de zes gouden contactpunten op de zes laadpinnen. 3. Steek de stekker van de AC/DC-adapter in een stopcontact. De batterij van de QRAE II wordt nu automatisch opgeladen. De LED van het laadstation is rood tijdens het opladen. De LED is groen als de batterij volledig is opgeladen. Haal de batterij uit het laadstation door op de toetsen aan beide zijden van het laadstation te drukken en de batterij uit de sleuf te halen. Opmerking: RAE Systems heeft een vervangend batterijpak voor het geval u het Liionbatterijpak van 3,7 V moet vervangen. Het artikelnummer is 020-3402-000.

Pagina 59


Sensoren vervangen

Onder normale omstandigheden verliezen de sensoren hun oorspronkelijke gevoeligheid na de verwachte levensduur. Ze moeten dan worden vervangen. Garanties: de sensoren voor zuurstof (O2), ontvlambare gassen (LEL), waterstofsulfide (H2S) en koolmonoxide (CO) hebben allemaal een garantie van 2 jaar. Vervang een sensor als u de sensor niet meer kunt kalibreren. Probeer een sensor opnieuw te kalibreren als de kalibratie mislukt. Controleer de parameterinstellingen van de QRAE II en controleer of de houdbaarheidsdatum van het kalibratiegas nog niet is verstreken. Raadpleeg RAE Systems Technical Note TN-123, "Special Diagnostic Modes For RAE Systems Instruments", (Engels) op www.raesystems.com. De sensoren bevinden zich in de voorzijde van het apparaat. Zie RAE Systems Technical Note TN-114, Sensor Specifications And CrossSensitivities, (Engels) voor meer informatie, beschikbaar op www.raesystems.com. Een sensor vervangen: 1. Schakel de QRAE II uit. 2. Plaats de QRAE II op een zachte ondergrond met de voorzijde naar beneden. 3. Verwijder de sensorklep aan de voorzijde door de twee schroeven aan de achterzijde van het apparaat, onder de batterijklep, los te draaien. Gebruik daarvoor de meegeleverde kruiskopschroevendraaier.

4. Haal de schroeven van de achterzijde van het apparaat om de klep aan de voorzijde te verwijderen. 5. Controleer welke sensor u wilt vervangen.

H2S-sensor

CO- of SO2-sensor O2-sensor

LEL-sensor

Pagina 60

Gebruikershandleiding QRAE II 6. Gebruik de sensorverwijderaar om de sensor te verwijderen door hem recht uit de sleuf te halen. 7. Vervang de oude sensor door een nieuwe. Controleer of de pinnen niet gebogen of geroest zijn. Lijn de pinnen uit met de overeenkomende gaten en duw de sensor recht naar binnen. Duw niet op het midden van de sensor met uw vinger, anders kunt u de sensor beschadigen. De sensor moet plat op de printplaat liggen. Opmerking: in elke sensorsleuf zit een label om u te helpen bij het plaatsen van de juiste sensor. Als een sensor niet lijkt te passen, controleer dan of u de juiste sensor hebt, of de pinnen niet gebogen zijn, en of de pinnen goed zijn uitgelijnd met de gaten. 8. Duw de sensor volledig in de sleuf. Belangrijk! De sensoren kunnen onderling niet worden verwisseld. Gebruik uitsluitend sensoren van RAE Systems. Gebruik uitsluitend het type sensor dat ontworpen is voor uw QRAE II. Als u producten gebruikt die niet afkomstig zijn van RAE Systems is deze garantieverklaring ongeldig en kan veilige werking van dit apparaat niet worden gegarandeerd. 9. Controleer het interne filter (alleen QRAE II Diffusion). Vervang het filter als het vies, verkleurd of nat is. Zie Het filter vervangen hierna. Sensorklep Indicatiepin

Filter

10. Plaats het filter op de binnenzijde van de sensorklep. Zorg dat u het filter juist plaatst en lijn het gaatje in het midden uit met de indicatiepin in het midden van de klep. 11. Plaats de sensorklep weer terug. Houd de klep tegen de QRAE II en plaats de QRAE II op een zachte ondergrond. Gebruik de kruiskopschroevendraaier om de twee schroeven vast te draaien. Draai de schroeven niet te vast. 12. Schakel het apparaat in. De nieuwe sensoren moeten nu worden geïdentificeerd door de QRAE II in het opstartscherm. Laat het apparaat 15 minuten ingeschakeld voordat u een kalibratie uitvoert. 13. Kalibreer alle sensoren voordat u de QRAE II gaat gebruiken.

9.5

Het filter vervangen

Het filter is gemaakt van een PTFE (Teflon)-membraan dat is ontworpen om te voorkomen dat water en stof in de sensoren dringen. Het filter moet worden vervangen als het verkleurt, stof of andere deeltjes bevat, of als het is verzadigd met water of andere vloeistoffen. Gebruik voor het diffusiemodel uitsluitend het filter met artikelnummer 020-2419-000. Gebruik voor het pompmodel het filter met artikelnummer 008-3022-000 (uitsluitend per 5 verkrijgbaar, artikelnummer 008-3022-005).

Pagina 61


De pomp vervangen (alleen QRAE II Pump)

Gebruik bij het vervangen van de pomp uitsluitend een exacte vervanging van RAE Systems, artikelnummer 020-3603-000. Vervang de pomp uitsluitend in een veilig gebied. Stel de blokkeersnelheid altijd opnieuw in en kalibreer de QRAE II altijd opnieuw voordat u het apparaat weer gaat gebruiken. De pomp vervangen: 1. Schakel de QRAE II uit. 2. Plaats de QRAE II op een zachte ondergrond met de voorzijde naar beneden. 3. Verwijder de sensorklep aan de voorzijde door de twee schroeven aan de achterzijde van het apparaat, onder de batterijklep, los te draaien. Gebruik daarvoor de meegeleverde kruiskopschroevendraaier.

4. Haal de schroeven van de achterzijde van het apparaat om de klep aan de voorzijde te verwijderen.

Pagina 62

Gebruikershandleiding QRAE II 5. Draai de klep om en haal de plaat met de pomp van het apparaat.

6. Draai de plaat met de pomp om en verwijder de pomp.

7. Vervang de pomp door de nieuwe pomp stevig op zijn plaats op de plaat te drukken. Opmerking: de O-ringen moeten op de plaat worden bevestigd, niet op de pomp. 8. Duw de plaat weer in de achterzijde van de klep. 9. Plaats de klep weer op de voorzijde van de QRAE II Pump en duw de klep op zijn plaats. 10. Draai de QRAE II Pump om en draai de twee schroeven van de klep aan. Draai de schroeven niet te vast. 9.6.1 Reiniging Het wordt aangeraden de QRAE II regelmatig te reinigen met een zachte doek. Gebruik hiervoor geen schoonmaakmiddelen of chemicaliën. Dompel de QRAE II niet onder en houd het apparaat niet onder stromend water. Gebruik indien nodig een vochtige doek (alleen water). Voor het diffusiemodel kan het handig zijn de kalibratieadapter te plaatsen voordat u de behuizing van de QRAE II reinigt. Zo komt er geen vuil, stof of vocht in de openingen van de sensor en blijft het filter schoon. Controleer de contactpunten aan de onderzijde van de QRAE II, op de batterij en op het laadstation, en zorg ervoor dat de contactpunten schoon zijn. Als de contactpunten niet schoon zijn, wrijft u deze schoon met een zachte doek. Gebruik nooit oplos- of schoonmaakmiddelen. Pagina 63

Gebruikershandleiding QRAE II 9.6.2 Firmware-updates De firmware van RAE Systems-producten wordt af en toe bijgewerkt. Ga naar de website van RAE Systems voor updates: http://www.raesystems.com 9.6.3 Vervangende onderdelen bestellen Als u onderdelen moet vervangen, kunt u contact opnemen met uw lokale RAE Systemsdistributeur. U vindt een lijst met distributeurs op het volgende adres: http://www.raesystems.com Als u woonachtig bent in de VS, kunt u sensoren, vervangende onderdelen en andere accessoires online bestellen via het volgende adres: http://istore.raesystems.com/

10 Problemen oplossen Probleem Kan het apparaat niet inschakelen na het opladen van de batterij

Mogelijke redenen en oplossingen Reden: Batterij is leeg. Batterij is defect.

Geen schermverlichting

Reden:

Oplossing:

Oplossing:

Wachtwoord verloren

Oplossing:

Laad de batterij op of vervang de batterij. Inschakelniveau is te laag, de huidige modus is niet de gebruikersmodus, en de modus ondersteunt geen automatische inschakeling van de schermverlichting. Pas het inschakelniveau aan. Controleer of de schermverlichting kan worden ingeschakeld. Controleer of de schermverlichting niet in de handmatige modus staat. Neem contact op met een geautoriseerd servicecenter. Neem contact op met de technische ondersteuning op +1 408-752-0723 of gratis op +1 888-723-4800

Pagina 64

Gebruikershandleiding QRAE II Reden:

Het filter is vies. De kalibratieadapter is bevestigd. Apparaat is onjuist gekalibreerd.

Oplossing:

Vervang het filter. Verwijder de kalibratieadapter. Kalibreer de QRAE II.

Zoemer-alarm werkt niet

Reden:

Zoemer werkt niet.

Oplossing:

De pomp wordt te vlug of helemaal niet geblokkeerd (alleen QRAE II Pump)

Reden:

Controleer of de zoemer niet is uitgeschakeld. Neem contact op met een geautoriseerd servicecenter. Blokkering niet goed ingesteld. Pomp beschadigd. Pas de blokkeringswaarden aan. Vervang de pomp en kalibreer het apparaat.

Abnormaal lage meting

Oplossing:

11 Technische ondersteuning Technische ondersteuning van RAE Systems: Maandag t/m vrijdag, 7:00u tot 17:00u Pacific Time (V.S.) Telefoon (gratis): +1 888-723-4800 Telefoon: +1 408-952-8461 E-mail: [email protected] Ondersteuning bij spoedgevallen: +1 408-952-8200, selecteer optie 8

Pagina 65


12 Contactadressen van RAE Systems RAE Systems World Headquarters 3775 N. First St. San Jose, CA 95134-1708 VS Telefoon: +1 408.952.8200 Fax: +1 408.952.8480 E-mail: [email protected] Website: www.raesystems.com RAE Systems Technische ondersteuning Maandag t/m vrijdag, 7:00u tot 17:00u Pacific Time Telefoon: +1.408.952.8461 E-mail: [email protected] Ondersteuning bij spoedgevallen: +1.408.952.8200, selecteer optie 9 RAE Systems Europe ApS Kirstinehøj 23 A DK-2770 Kastrup Denemarken Telefoon: +45 86 52 51 55 Fax: +45 86 52 51 77 [email protected] [email protected] [email protected] Web: www.raesystems.eu RAE Systems UK Ltd D5 Culham Innovation Centre Culham Science Centre Abingdon, Oxon OX14 3DB Verenigd Koninkrijk Telefoon: +44 1865408368 Fax: +44 1235531119 Mobiel: +44 7841362693 E-mail: [email protected]

Pagina 66

Gebruikershandleiding QRAE II RAE Systems France 336, rue de la fée des eaux 69390 Vernaison Frankrijk Telefoon: +33 4 78 46 16 65 Fax: +33 4 78 46 25 98 E-mail: [email protected] Web: www.raesystems.fr RAE BeNeLux BV Rijndal 20 2904 DC Capelle a/d IJssel Telefoon: +31 10 4426149 Fax: +31 10 4426148 E-mail: [email protected] Web: www.rae.nl

RAE Systems Japan 403 Plaza Ochanomizu Bldg. 2-1 Surugadai Kanda Chiyoda-Ku Tokyo, Japan Telefoon: 81-3-5283-3268 Fax: 81-3-5283-3275 E-mail: [email protected] RAE Systems Korea #1010, DaeMyungAnsVill First, Sang-Dong 412-2, Wonmi-Gu, Bucheon, Kyungki-Do, Korea Telefoon: 82-32-328-7123 Fax: 82-32-328-7127 E-mail: [email protected]

RAE Systems Spain, s.l. Av. Remolar, 31 08820 El Prat de Llobregat Spanje Telefoon: +34 933 788 352 Fax: +34 933 788 353 Mobiel: +34 687 491 106 E-mail: [email protected] Web: www.raespain.com RAE Systems Middle East Mobiel: +45 2674 9791 of +97 50 429 1385 E-mail: [email protected] RAE Systems (Hong Kong) Ltd. Room 8, 6/F, Hong Leong Plaza 33 Lok Yip Road Fanling, N.T, Hong Kong Telefoon: +852.2669.0828 Fax: +852.2669.0803 E-mail: [email protected]

Pagina 67


Appendix A: Informatie aangaande wettelijke regels Intrinsieke veiligheid:

CSA Klasse 1, Divisie I, Groep A, B, C, D, T4 (VS & Canada), KEMA ATEX II 2G EEx d ia II C T4 (Europa)

EM-immuniteit:

Geen effect bij blootstelling aan 0,43 mW/cm2 RFinterferentie (5-watts transmitter op 10 cm). -20 C tot 50 C (-4 F tot 122 F) 0% tot 95% relatieve vochtigheid (niet condenserend)

Temperatuur: Luchtvochtigheid:

Voorzichtig: Raadpleeg RAE Systems Technical Note TN-114 voor kruisgevoeligheid van de sensoren. Raadpleeg RAE Systems Technical Note TN-144 voor vergiftiging van LEL-sensoren.

Basisgebruik De QRAE II inschakelen Houd [MODE] 2 seconden ingedrukt om de QRAE II in te schakelen. De QRAE II voert een laatste zelftest uit en op het scherm wordt de tijd afgeteld tot volledige, operationele functionaliteit. Als datalogging is ingeschakeld, wordt het volgende bericht weergegeven na het aftellen: Datalog gestart Het volgende scherm wordt weergegeven als de QRAE II klaar is voor gebruik:

Opmerking: als datalogging is uitgeschakeld, wordt het dataloggingpictogram niet weergegeven (zie pictogrammen op pagina 10). De QRAE II uitschakelen Houd [MODE] ingedrukt. Na 2 seconden wordt een aftelprocedure van 5 seconden gestart. Houd de toets ingedrukt gedurende de hele afsluitprocedure. Als u de toets loslaat tijdens het aftellen, wordt de afsluitprocedure gestopt en schakelt de QRAE II weer over naar de normale werking. De aftelprocedure gaat als volgt, met een alarmtoon en lichtsignaal bij elke stap. Als "Apparaat uit..." wordt weergegeven, kunt u de toets [MODE] loslaten. De QRAE II is nu uitgeschakeld.

Pagina 2

Gebruikershandleiding QRAE II Het display omkeren Houd de toets [Y/+] 3 seconden ingedrukt als u het scherm wilt omkeren. Laat de toets los als het scherm is omgekeerd. De alarmen testen (altijd) U kunt onder normale omstandigheden het zoemeralarm, het trilalarm, de LED’s en de schermverlichting altijd testen door één keer te drukken op [Y/+]. De programmeermodus De programmeermodus openen via de normale modus of de diagnostische modus. In deze modus kunt u de meeste instellingen van de QRAE II aanpassen. De modus is onderverdeeld in vijf submenu’s:   

Apparaat kalibreren Alarmwaarden wijzigen Datalog wijzigen

 

Apparaatinstellingen wijzigen Sensorconfiguratie wijzigen

In het volgende diagram wordt weergegeven hoe u de programmeermodus kunt openen vanuit de normale modus en de diagnostische modus:

Alarmmodus wijzigen U kunt kiezen uit Auto Reset (Automatisch herstellen) en Latched (Vergrendeld). Een vergrendeld alarm blijft afgaan tot u het alarm erkent door op een knop te drukken. Een alarm dat automatisch wordt hersteld, wordt uitgeschakeld wanneer de oorzaak van het alarm niet langer aanwezig is (bijvoorbeeld: het alarm gaat af bij een hoge H2S-waarde die de ingestelde grens overschrijdt, maar zodra de waarde onder die grens komt, wordt het alarm weer uitgeschakeld). 5. Druk op [MODE] om te wisselen tussen Save (Opslaan), Quit (Afsluiten) en de pijlen omhoog en omlaag. 6. Druk op [Y/+] om Auto Reset (Automatisch herstellen) of Latched (Vergrendeld) te kiezen. 7. Druk op [MODE] om naar Save (Opslaan) of Quit (Afsluiten) te gaan. 8. Druk op [Y/+] om de wijziging door te voeren of om naar het volgende menuitem te gaan. Pagina 3


Samenvatting van de alarmsignalen Opmerking: de schermverlichting wordt automatisch ingeschakeld wanneer het alarm van de QRAE II afgaat.

Pagina 4

Gebruikershandleiding QRAE II WAARSCHUWING Ter voorkoming van ontbranding of ontsteking van gevaarlijke atmosferen/gassen, mag u de batterij alleen opladen als u zich bevindt in een niet-gevaarlijk gebied. Verwijder en vervang de batterij alleen in niet-gevaarlijke gebieden. De Li-ionbatterij van de QRAE II vervangen Voorzichtig: schakel de QRAE II uit voordat u de batterij verwijdert of vervangt. 1. Plaats de QRAE II op een zachte ondergrond met de voorzijde naar beneden. 2. Draai de drie schroeven los met een kruiskopschroevendraaier.

3. Trek de achterklep van de QRAE naar u toe door te trekken aan de riemklem. 4. Draai de QRAE II om en schuif de batterij uit het batterijcompartiment.

Pagina 5

Gebruikershandleiding QRAE II 5. Plaats de nieuwe batterij in het compartiment, met de zes gouden contactpunten op de zes pinnen.

Opmerking: controleer voordat u de nieuwe accu plaatst eerst de contactpunten en zorg ervoor dat deze schoon zijn. Als de contactpunten niet schoon zijn, wrijft u deze schoon met een zachte doek. Gebruik hiervoor geen oplos- of schoonmaakmiddelen. 6. Plaats de achterklep weer op het voorste gedeelte. 7. Draai alle schroeven weer vast met de kruiskopschroevendraaier. De alkalinebatterijadapter plaatsen U kunt de alkalinebatterijadapter gebruiken in plaats van de Li-ionbatterij. De adapter (artikelnummer 020-3403-000) is geschikt voor drie AA-alkalinebatterijen (gebruik uitsluitend Duracell MN1500) voor circa 12 uur gebruik. Plaats de QRAE II op een zachte ondergrond met de voorzijde naar beneden. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Draai de drie schroeven los met een kruiskopschroevendraaier. Trek de achterklep van de QRAE naar u toe door te trekken aan de riemklem. Draai de QRAE II om en schuif de Li-ionbatterij uit het batterijcompartiment. Plaats drie AA-alkalinebatterijen in de alkalinebatterijadapter met de polen van de batterijen in de juiste positie. Plaats de alkalinebatterijadapter in het compartiment, met de zes gouden contactpunten op de zes pinnen. Plaats de achterklep weer op het voorste gedeelte. Draai alle schroeven weer vast met de kruiskopschroevendraaier. Het apparaat detecteert de alkalinebatterijen automatisch.

Het filter vervangen (alleen QRAE II Diffusion) Het filter is gemaakt van een PTFE (Teflon)-membraan dat is ontworpen om te voorkomen dat water en stof in de sensoren dringen. Het filter moet worden vervangen als het verkleurt, stof of andere deeltjes bevat, of als het is verzadigd met water of andere vloeistoffen. Gebruik uitsluitend het filter met artikelnummer 020-2419-000.

Pagina 6


Problemen oplossen Probleem Kan het apparaat niet inschakelen na het opladen van de batterij Geen schermverlichting

Mogelijke redenen en oplossingen Reden: Batterij is leeg. Batterij is defect. Oplossing: Reden:

Laad de batterij op of vervang de batterij. Inschakelniveau is te laag, de huidige modus is niet de gebruikersmodus, en de modus ondersteunt geen automatische inschakeling van de schermverlichting.

Oplossing:

Pas het inschakelniveau aan. Controleer of de schermverlichting kan worden ingeschakeld. Controleer of de schermverlichting niet in de handmatige modus staat. Neem contact op met een geautoriseerd servicecenter. Neem contact op met de technische ondersteuning op +1 408-752-0723 of gratis op +1 888-723-4800 Het filter is vies. De kalibratieadapter is bevestigd. Apparaat is onjuist gekalibreerd.

Wachtwoord verloren

Oplossing:

Abnormaal lage meting

Reden:

Oplossing:

Vervang het filter. Verwijder de kalibratie-adapter. Kalibreer de QRAE II.

Zoemer-alarm werkt niet

Reden:

Zoemer werkt niet.

Oplossing:

De pomp wordt te vlug of helemaal niet geblokkeerd (alleen QRAE II Pump)

Reden:

Controleer of de zoemer niet is uitgeschakeld. Neem contact op met een geautoriseerd servicecenter. Blokkering niet goed ingesteld. Pomp beschadigd. Pas de blokkeringswaarden aan. Vervang de pomp en kalibreer het apparaat.

Oplossing:

Pagina 7


Appendix B: Verklaring van conformiteit

Pagina 8

RAE Systems World Headquarters 3775 N. First St. San Jose, CA 95134-1708 VS Telefoon: 408.952.8200 Fax: 408.952.8480 E-mail: [email protected] Website: www.raesystems.com

P/N 020-4100-000 Rev. C Februari 2008

Gebruikershandleiding QRAE II. Voor de QRAE II Diffusion en de QRAE II Pump

Recommend Documents