Betreft Contactpersoon
Plenair debat met staatsecretarissen Dijksma (EZ) en Mansveld (I&M) over glyfosaat en neonicotinoïden (28 mei 2015) Michiel van Geelen, Greenpeace Nederland. 06-25031007
Geachte Kamerleden, Met het oog op het aanstaande overleg tussen de Tweede Kamer en de staatssecretarissen van EZ en I&M over de toelatingen van bestrijdingsmiddelen op basis van glyfosaat en neonicotinoïden ontvangt u hierbij het gezamenlijke standpunt van ondergetekende organisaties.
Neonicotinoïden Wij verzoeken u de staatssecretaris op te roepen om versneld maatregelen te treffen op het neonicotinoïdendossier. De laatste meetgegevens van de waterschappen (zie bijlage I) in combinatie met de recente studie van de Europese wetenschapsacedemies geven hier voldoende aanleiding toe. Dit kan door de Europese Commissie te verzoeken om hangende de herbeoordeling van deze middelen onmiddellijk noodmaatregelen te treffen. Dit maakt het mogelijk om, hangende een Europees besluit hierover, een nationaal gebruiksverbod in te voeren voor de toepassing van imidacloprid-houdende middelen in de glastuinbouw. Hieronder lichten we dit verder toe. Neonicotinoïde-houdende bestrijdingsmiddelen vormen al ruim een decennia een groot probleem voor de waterkwaliteit (zie www.bestrijdingsmiddelenatlas.nl). In de afgelopen jaren zijn herhaaldelijk maatregelen getroffen om de risico’s van deze middelen voor het milieu te beperken. Hoewel dit enig effect heeft gehad worden de ecologische normen voor oppervlaktewater nog steeds op grote schaal overschreden. In de recentelijk verschenen studie“Ecosystem services, agriculture and neonicotinoids”1 waarschuwt de European Academies’ Science Advisory Council (EASAC) dat het huidige gebruik van neonicotinoïden ernstige negatieve effecten heeft op organismen die verantwoordelijk zijn voor cruciale ecosysteemdiensten zoals bestuiving en natuurlijke plaagbestrijding. Nieuwe meetgegevens normoverschrijdingen imidacloprid in oppervlaktewater glastuinbouw Bijgevoegd vindt u de meest actuele meetgegevens van een aantal Waterschappen met een aanzienlijk aandeel glastuinbouw2. Deze gegevens laten zien dat imidacloprid in deze waterschappen, ondanks eerdere beperkingen en aanpassingen van de toelating, nog op grote schaal normoverschrijdend wordt aangetroffen (zie Bijlage I). Tussen mei vorig jaar en maart jongstleden voldoet meer dan 80% van de meetlocaties niet aan het
1
http://www.easac.eu/fileadmin/Reports/Easac_15_ES_web_complete.pdf Het gaat om meetgegevens over de periode 01-04-2013 tot 31-03-2015 van de waterschappen Delfland, Rijnland, Schieland & Krimpenerwaard en Peel en Maasvallei. Gezamenlijk omvatten deze gebieden 64 % van het totale areaal glastuinbouw in Nederland. Bron: Unie van Waterschappen.
2
toelatingscriterium voor de bescherming van waterleven. Ook blijkt dat in dezelfde periode de milieukwaliteitsnorm voor chronische blootstelling bij 34 van de 65 meetlocaties wordt overschreden. Mei vorig jaar is, als ultieme maatregel, een geavanceerde installatie voor het zuiveren van lozingswater (>99% reductie) verplicht gesteld bij toepassing van imidacloprid in de glastuinbouw. De meest recente meetresultaten laten echter zien dat het aantal normoverschrijdingen eerder is gestegen dan gedaald in vergelijking met het jaar ervoor. Wij steunen de inzet van de staatssecretaris om zowel de Europese als de Nederlandse toelatingsinstanties te vragen om zo snel mogelijk te beoordelen of het EASAC rapport aanleiding geeft voor een herziening van de toelatingen van (middelen op basis) van deze stoffen. Gezien de ernst van de negatieve effecten en de schaal waarop deze kunnen optreden, zijn we wel bezorgd over de hoeveelheid tijd die deze trajecten vergen. Snellere actie is nodig en is in het geval van imidacloprid zeer wel te onderbouwen op grond van deze studie en de meest recente data over overschrijdingen van waternormen. In reactie op de in Nature gepubliceerde studie van de Radboud Universiteit naar imidacloprid en vogelsterfte3 schreef staatssecretaris Dijksma aan de Kamer: "Wil een verbod kans van slagen maken, dan moet er snel meer duidelijkheid worden verkregen over de effectiviteit van al eerder genomen maatregelen om normoverschrijdingen van imidacloprid in oppervlaktewater terug te dringen. Om die reden heb ik ingezet op het versneld beschikbaar komen van meetgegevens en om vervolgens te bezien of deze nieuwe, recente meetgegevens niet alsnog aanleiding geven tot ingrijpen, zowel op nationaal als Europees niveau.” (27 oktober 2014, TK 27858 nr 276) Deze toezegging herhaalde ze in haar recente reactie (30 maart 2015, TK 27858 nr 303) op het actieplan van de PvDD4 voor uitvoering van eerder aangenomen moties waarin de Kamer vraagt om het intrrekken van meerdere toelatingen van bestrijdingsmiddelen (o.a alle middelen op basis van neonicotinoiden, inclusief imidacloprid). Naar aanleiding van bovenstaande vragen we u om de staatssecretaris met klem te verzoeken om, náást de stappen die zij al aankondigde in haar brief van 30 maart jl, de volgende aanvullende maatregelen te treffen: 1.
Het toevoegen van de hierboven genoemde analyse van de meest recente meetgegevens van waterschappen met veel glastuinbouw aan het door de staatssecretaris bij brief van 10 april jl. aangekondigde verzoek aan de Europese Commissie te onderzoeken of de nieuwe informatie aanleiding geeft voor intrekking van de Europese goedkeuring van neonicotinoïden. 2. De Europese Commissie te verzoeken om hangende deze herbeoordeling onmiddellijk noodmaatregelen in te stellen om een eind te maken aan de voortdurende normoverschrijdingen van deze stoffen. 3. De meetresultaten van de waterschappen ook toe te voegen aan het in de brief van 10 april jl. aangekondigde verzoek aan het CTGB om de toelatingen op basis van neonicotinoïden, waaronder imidacloprid, opnieuw te beoordelen. 4. Het instellen van een onmiddellijk nationaal gebruiksverbod op de toepassing van imidaclopridhoudende middelen in de glastuinbouw. Zie bijlage II voor een precieze beschrijving van de juridische basis voor de onder punt 2 en 4 genoemde maatregelen.
I.
Glyfosaat ‘probably carcinogenic’: verbod uit voorzorg gewenst
Het Internationale Agentschap voor Kankeronderzoek (IARC) – deel van de Wereld Gezondheids Organisatie (WHO) van de VN, classificeerde de werkzame stof glyfosaat onlangs als ‘probably carcinogenic to humans’ (Klasse 2A).5 Glyfosaat (o.a. Roundup) is wereldwijd de meest gebruikte herbicide. Deze vaststelling van de WHO komt bovenop alle eerdere zorgen over de impact van deze stof op het milieu, biodiversiteit en menselijke gezondheid. Glyfosaat en het afbraakproduct AMPA worden teruggevonden in bodem, water, (voedsel-)gewassen, landbouwhuisdieren en mensen en staan in Nederland al jaren op het lijstje van meest problematische stoffen voor de drinkwaterwinning. Drinkwaterbedrijven moeten regelmatig de winning van oppervlaktewater stopzetten omdat de normen voor glyfosaat worden overschreden6. De Alliance for Cancer Prevention en diverse Europese 3 Declines in insectivorous birds are associated with high neonicotinoid concentrations. Hallmann et al. 2014, Nature. Uit de studie bleek dat in gebieden met hoge concentraties imidacloprid in het Nederlandse oppervlaktewater (vooral glastuinbouwgebieden), sprake is van sterker dalende populaties van meerdere vogelsoorten. 4 https://www.partijvoordedieren.nl/downloads/2014/12/1418893046_2014-12-17_Actieplan_voor_uitvoering _aangenomen_moties_landbouwgif_PvdD_met_juridische_onderbouwing.pdf 5 Conclusies IARC: www.iarc.fr/en/media-centre/iarcnews/pdf/MonographVolume112.pdf 6 http://waterforum.net/Discussieforum/4514-VEWIN--Stop-onkruidbestrijding-met-glyfosaat-direct
milieuorganisaties pleiten bij Europese en nationale autoriteiten voor een zo snel mogelijke herbeoordeling van deze stof en het betrekken van de IARC conclusies daarbij7. Ondertussen is het van groot belang om een aantal voorzorgsmaatregelen te treffen om de menselijke blootstelling aan glyfosaat te beperken. Het gebruik van glyfosaat in een aantal toepassingen moet worden verboden. Nederland neemt de watervervuiling door glyfosaat serieus en verbiedt het spuiten van chemische onkruidbestrijders op de stoep per eind 2015. Dat is een goede eerste stap, maar óók als gevolg van andere toepassingen van glyfosaat lopen mensen het risico aan deze stof te worden blootgesteld te worden: 1.
2.
De verkoop aan particulieren in bijvoorbeeld tuincentra, doe-het-zelf-zaken en andere verkoopkanalen zou moeten worden verboden. Wachten tot de tuinbranche zélf de verkoop beperkt, is onaanvaardbaar. Eerder schreef staatssecretaris Mansveld dat een dergelijk deelverbod juridisch niet haalbaar zou zijn, maar het is juist in de sfeer van het consumentengebruik dat de grootste risico’s ontstaan voor blootstelling van mens en milieu aan glyfosaat. De staatssecretaris kan op basis van het voorzorgsprincipe een verkoopverbod instellen, onder verwijzing naar het IARC rapport. Dit lost tevens het probleem op dat het verbod op gebruik op verhardingen dat per november 2015 ingaat en ook voor particulieren geldt, wat betreft particulier gebruik eigenlijk niet handhaafbaar is, omdat de verkoop van het middel niet wordt beperkt. Glyfosaat wordt gebruikt om gewassen ‘af te doden’ voordat ze worden geoogst. Deze toepassing is in Nederland toegelaten voor een aantal graangewassen om ze gelijkmatig te laten afrijpen en drogen. Deze toelatingen leiden vrijwel onvermijdelijk tot residuen glyfosaat in voedsel en dus tot blootstelling van consumenten. Uit residuemetingen in opdracht van maatschappelijke organisaties in andere landen blijkt dat basisproducten als brood en meel residuen van glyfosaat bevatten8. Nu blijkt dat de risico’s van glyfosaat mogelijk groter zijn dan voorheen bekend was, is er voldoende aanleiding om de toepassing als afdodingsmiddel te verbieden. Oostenrijk nam eerder deze stap en toont daarmee aan dat Nederland niet op Europese besluitvorming hoeft te wachten9. Ook Zwitserland deed afdoding met glyfosaat in de ban.
Gegeven de conclusies van het IARC, is de bescherming van mensen vereist. De politiek zou de blootstelling van Nederlanders aan glyfosaat moeten voorkomen en daarom de bovengenoemde maatregelen zo snel mogelijk nemen. Met vriendelijke groet,
Sylvia Borren, Directeur Greenpeace Nederland Mede namens: Natuur & Milieu Wereld Natuur Fonds Milieudefensie De Vogelbescherming Natuurmonumenten Bijenstichting De Natuur en Milieufederaties
KNNV Vereniging voor Veldbiologie BD-Imkers Vlinderstichting Soortenbescherming Nederland Algemeen Verbond van Volkstuinders Verenigingen in Nederland (AVVN)
7 Nieuwsbericht oproep aan Europese Commissie: http://www.greenpeace.org/eu-unit/en/Publications/2015/NGOs-call-for-emergency-EUglyphosate-ban/ 8 Onderzoeken naar glyfosaat residuen in meel en brood: http://www.greenpeace.org/austria/de/News/Aktuelle-Meldungen/UmweltgifteNews/2013/Pestizid-Reste-in-Mehl-und-Backwaren/ En http://www.oekotest.de/cgi/index.cgi?artnr=100582&bernr=04 9 Besluit van Oostenrijk om de toepassing van glyfosaat voor het afdoden van gewassen voor voedsel- en veevoerbestemmingen te verbieden (§ 18 - 10): https://www.ris.bka.gv.at/GeltendeFassung.wxe?Abfrage=Bundesnormen&Gesetzesnummer=20007152
Bijlage I Meetgegevens van waterschappen Rijnland, Delfland, Schieland & Krimpenerwaard en Peel & Maasvallei We hebben de waterschappen Delfland, Rijnland, Schieland & Krimpenerwaard, Noord-Hollands Noorderkwartier en Peel & Maasvallei gevraagd om ons de meetgegevens te verstrekken van bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater over de periode 2013-2015. Op Hollands-Noorderkwartier10 na, hebben we van alle waterschappen de gevraagde gegevens ontvangen.
Resultaten Ondanks eerder genomen maatregelen wordt nog steeds op grote schaal niet voldaan aan de goedkeuringscriteria waaronder middelen op basis van imidacloprid zijn toegelaten (in de periode april 2014 tot en met maart jongstleden voldeed 85% van de meetpunten van deze vier waterbeheerders niet aan het toelatingscriterium voor de bescherming van waterleven). In dezelfde periode overschrijdt de gemiddelde jaarconcentratie van imidacloprid bij 34 van de 65 meetlocaties de milieukwaliteitsnorm voor langdurige blootstelling. Dit is nog extra zorgelijk omdat het RIVM onlangs heeft geadviseerd om deze norm te verlagen van de huidige 0,067 microgram per liter naar 0,0083 microgram per liter. Dit vanwege nieuw onderzoek dat laat zien dat waterorganismen al schade ondervinden van de stof bij nog lagere concentraties dan eerder gedacht11.
Achtergrond normen Er zijn verschillende normen waaraan de in het oppervlaktewater gemeten concentraties bestrijdingsmiddelen worden getoetst. De zogenaamde Milieu Kwaliteits Normen (MKN) zijn afgeleid in overeenstemming met de Europese Kaderrichtlijn Water. Uiteindelijk moeten deze normen voor alle relevante stoffen worden vastgesteld maar dit is nog niet het geval. Er zijn twee milieukwaliteitsnormen: 1.
2.
De jaargemiddelde milieukwaliteitsnorm (JG-MKN) voor langdurige blootstelling. Deze norm geldt voor de gemiddelde jaarconcentratie van een stof op een bepaalde meetlocatie. Deze norm beschermt aquatische organismen tegen chronische effecten van chemische stoffen (langdurige blootstelling aan relatief lage concentraties van de stof). De maximaal aanvaardbare concentratie (MAC-MKN) voor kortdurende blootstelling. Deze norm geldt per meting en beschermt het waterleven tegen acute effecten van kortdurende blootstelling aan een relatief hoge concentratie van de stof.
Daarnaast is er het zogeheten toelatingscriterium dat het College toelating gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) gebruikt bij de beoordeling van nieuwe toelatingsaanvragen en bij de herbeoordeling van bestaande toelatingen. Deze norm voor de beoordeling van het risico voor waterorganismen is gebaseerd op gegevens over stofeigenschappen en ecotoxiciteitgegevens en vind plaats op EU niveau. De toelatingsnorm wordt getoetst tegen berekende blootstellingsconcentraties, die afhangen van de specifieke toepassing (o.a. dosering, 10 Op de website van het waterschap staan wel de hoofdconclusies van de monitoring over 2014. Hieruit blijkt dat aantal aantreffingen en normoverschrijdingen van imidacloprid niet noemenswaardig verschillen met die uit 2013. http://hnk-water.nl/gbm/stoftot1.php?dat=2014 11 Smit, C.E. (2014). Water quality standards for imidacloprid Proposal for an update according to the Water Framework Directive. http://www.farmlandbirds.net/sites/default/files/RIVM%20rapport%20normen%20imidacloprid%20oppervlaktewater%202014.pdf
toepassingsfrequentie) en de stofeigenschappen. De toelatingsnormen zijn doorgaans soepeler dan de MKNnormen omdat beperkte ecologische effecten in sloten rondom akkers worden geaccepteerd zolang de populaties zich op termijn herstellen. Voor imidacloprid gelden momenteel de volgende normen: MAC-MKN 0,2 microgram per liter (µl/l) Toelatingscriterium 0,027 microgram per liter (µl/l) JG-MKN (nieuw) 0,008 microgram per liter (µl/l) JG-MKN (huidig) 0,067 micorgram per liter (µl/l)
Achtergrond imidacloprid Imidacloprid is al lange tijd een problematische stof voor de Nederlandse waterkwaliteit. Jaar na jaar scoort de stof hoog in de top-10 lijstjes van probleemstoffen voor de waterkwaliteit. Sinds de toelating van deze stof in 1994 is sprake geweest van herhaaldelijke en forse onderschattingen van zowel de toxiciteit als de verspreiding van deze stof in het milieu. Zo is de toelatingsnorm naar aanleiding van ‘voortschrijdend inzicht’ herhaaldelijk aangepast. De eerste toelatingsnorm werd pas in 1997 (3 jaar na de eerste toelating!) vastgesteld op 0,83 mg/l. Daarna is deze norm in een aantal stappen aangescherpt tot de huidige waarde van 0,027 µg a.s./L, In totaal is de toelatingsnorm dus ruim 31.500 keer lager geworden! In Nederland kwam imidacloprid in meetbare hoeveelheden voor in 30% van de 4.852 watermonsters die door Waterschappen werden verzameld tussen 1998 en 2007. Deze cijfers geven aan dat het oppervlaktewater op grote schaal is vervuild met een zeer langzaam afbreekbare (persistente) systemisch insecticide. Vooral naar de lange termijn effecten op ecosysteemniveau wordt pas sinds relatief kort meer onderzoek gedaan12 en de resultaten geven aanleiding voor een grondige herziening van al het gebruik van deze insecticiden.
Bijlage II Juridische basis voor instellen noodmaatregelen en tijdelijk gebruiksverbod bestrijdingsmiddelen
Lidstaten kunnen de Europese Commissie naast een herbeoordeling op grond van artikel 21 van Verordening 1107/2009 ook verzoeken om onmiddellijk noodmaatregelen te nemen op grond van artikel 69 van de Verordening. Wanneer de staatssecretaris dit verzoek om noodmaatregelen te nemen heeft gedaan kan ze aanvullend, gebruik maken van de bevoegdheid, neergelegd in artikel 71 van Verordening 1107/2009. Dit artikel geeft lidstaten de bevoegdheid om hangende een verzoek aan de Europese Commissie op grond van artikel 69 van de Verordening voor het treffen van noodmaatregelen een tijdelijk gebruiksverbod in te voeren als ‘voorlopige beschermende noodmaatregel’. Artikel 39 van de Wet Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden bepaalt hetzelfde. Een dergelijke noodmaatregel in de vorm van een onmiddellijk nationaal gebruiksverbod zou moeten gelden voor alle toelatingen op basis van imidacloprid voor toepassing in bedekte teelten in Nederland.
12 Zie o.a.: Van Dijk et al. Macro-Invertebrate Decline in Surface Water Polluted with Imidacloprid, Universiteit van Utrecht, (2013). Rondeau, G.et al. Delayed and time-cumulative toxicity of imidacloprid in bees, ants and termites. Sci. Rep.4, (2014). Morrissey CA, et al. Neonicotinoid contamination of global surface waters and associated risk to aquatic invertebrates: A review. Environ Int 74:291–303 (2015).