Ga met God De eerste communie van woonwagenbewoners
1
Bisdom Groningen Leeuwarden
Inhoudsopgave Voorwoord
4
Inleiding
6
Om wie gaat het?
7
2
3
Geschiedenis in het kort
8
De geloofsbeleving Niet kerkelijk, wel gemeenschap Een gezegend leven: De nabijheid van God en van Maria De wagen als kerk Kapellen en bedevaarten Feesten
10 10 10 11 12 12
De praktijk van de eerste communie Contact De voorbereiding Het feest Afnemende verschillen?
13 13 13 13 15
Aanbevelingen en tips Algemene aanbevelingen Catechetische aanbevelingen
16 16 17
Adressen
19
Voorwoord
4
De eerste communie is een kenmerkend moment in het geloofsleven van woonwagenkinderen. Onlangs vroeg ik een moeder naar haar motivatie om haar kinderen de eerste communie te laten ontvangen. Zij antwoordde mij: ‘als zij de hostie ontvangen, horen zij helemaal bij de kerk’. Achter dit eenvoudig antwoord schuilt een diepe geloofservaring die voor ouders niet altijd in woorden te vatten is. Er zijn in je geloofsleven dingen die je niet kunt zeggen, maar die je wel zichtbaar kunt maken door de wijze waarop je de dag van de eerste communie viert. Er wordt doorgaans van uitgegaan dat kinderen uit een woonwagencentrum tijdens de eerste-communiecatechese aansluiten bij de andere kinderen van de parochie. Het ligt voor de hand, maar het blijkt niet altijd zo eenvoudig te zijn. Het kan blijken dat de culturele achtergrond van kinderen van Roma en Reizigers zich niet zomaar voegt bij die van de andere communicantjes. Het kan voorkomen dat het beschikbare materiaal voor de catechese niet goed aansluit op de leef- en belevingswereld van de communicantjes uit de centra, of dat het taalgebruik in het materiaal niet dat van deze kinderen is. Dan moet het, soms improviserend, aangepast worden. Zo, al zoekend en doende, worden de kinderen en hun ouders naar de eerste communie geleid.
Dan komt die dag: voor ouders, communicantjes en aanwezigen een groot feest. Misschien wel hét grootste feest dat zij in hun leven vieren. Kinderen worden feestelijk aangekleed. Er wordt gezorgd voor rozenkransen, medaillons en beeldjes. Tijdens de viering worden deze gezegend, samen met devotiemateriaal dat de ouders hebben meegenomen, want een kruisje of een medaillon dat niet gezegend is heeft eigenlijk geen waarde. Dat heeft direct van doen met het diepe gevoel voor het heilige, waar het devotie-materiaal naar verwijst. In de viering krijgt Maria een grote plaats. Zij speelt immers een centrale rol in het geloofsleven van Roma en Reizigers. Na de viering is het feest thuis, want de eerste communie wordt in de familie groots gevierd. Vanaf nu hoort het kind er helemaal bij. Deze brochure geeft aan pastores en vrijwilligers die zich inzetten voor de catechese bij de eerste communie achtergronden en tips voor de voorbereiding op de eerste communie van kinderen uit de woonwagencentra. De brochure wil voor hen een hulpmiddel zijn om het feest van de eerste communie voor kinderen van Roma en Reizigers die plaats in de parochie te geven die het toekomt. Moge hij daartoe een handreiking zijn. Frans de Smit, emeritus pastoraal werker woonwagencentrum De Kring Hoogkerk en lid van de diocesane werkgroep woonwagenpastoraat.
5
6
Inleiding
Om wie gaat het?
In een parochie in het midden van het land ligt een groot woonwagencentrum. Als er berichten komen dat kinderen uit het woonwagencentrum de eerste communie willen gaan doen, legt de pastor het eerste contact. De vrijwilligers uit de werkgroep eerste communie schrikken ervoor terug om deze kinderen in hun groep op te nemen. De meeste werkgroepleden geven les op een basisschool waar conflicten met de woonwagenbewoners geweest zijn en zij vrezen nieuwe conflicten. Een oudere parochiaan gaat naar het centrum en weet daar vertrouwen te winnen. Zij wordt steeds meer de ‘contactpersoon’ voor de woonwagenbewoners, en omdat zij haar vertrouwen, lukt het haar om de kinderen bij de groep te houden. Uiteindelijk komt er een gezamenlijke viering van de eerste communie. De werkgroep is blij met het resultaat, al klagen vaste parochianen na afloop over de onrust in de viering.
‘Woonwagenbewoners’ is een verzamelnaam voor mensen die in wagens wonen. Er zijn Sinti en Roma, groepen die hun oorsprong vinden in India en die rond 1440 naar Nederland zijn gekomen (en vroeger vaak ‘zigeuners’ genoemd werden), er zijn woonwagenbewoners die oorspronkelijk afkomstig zijn uit Duitsland en andere die bij de onafhankelijkheidsstrijd van België (1830) uit het zuiden van Nederland en uit België naar het noorden zijn gekomen. Woonwagenbewoners vormen dus geen eenheid, maar zijn net zo verscheiden als huizenbewoners.
Bovenstaande ervaring is een voorbeeld van vragen en kansen die aan de orde kunnen komen als kinderen van woonwagenbewoners, Sinti of Roma hun eerste communie willen gaan doen in de parochie. In het verleden hebben aalmoezeniers en religieuzen geweldig werk verricht onder de woonwagenbewoners. Tegenwoordig komt het pastoraat vooral op de parochie neer. Dat brengt eigen vragen met zich mee, en eigen kansen. Om de contacten rond de eerste communie wat te vergemakkelijken, maken we eerst een aantal meer algemene opmerkingen over wie woonwagenbewoners zijn en hun geschiedenis. Daarna gaan we in op het geloof van woonwagenbewoners (ook ‘reizigers’ genoemd) in het algemeen, en op specifieke punten rond de eerste communie. We eindigen met enkele concrete tips.
7
Geschiedenis in het kort
8
Om de cultuur van reizigers te kunnen verstaan moeten we kort de geschiedenis induiken. Ongeveer honderd jaar geleden begon er een maatschappelijke scheiding te ontstaan tussen woonwagenbewoners en huizenbewoners (door woonwagenbewoners meestal ‘burgers’ genoemd). Die scheiding is flink versterkt in de Tweede Wereldoorlog. In Friesland en Drenthe waren het allereerst de zigeuners die naar Westerbork werden vervoerd, en niet de woonwagenbewoners. Die laatste groep kreeg wel een reisverbod, en er werd door de Duitsers bepaald waar ze moesten staan. Later werden ook zij gedeporteerd. Vooral vanuit Emmen zijn veel mensen weggevoerd, dat kamp was berucht. De angst onder de woonwagenbewoners was groot, en herhaaldelijk waren er razzia’s. In de oorlog hebben de reizigers ervaren dat ze door burgers aan de Duitsers werden verraden. Dat heeft een wantrouwen naar burgers gevoed dat tot op de dag van vandaag doorwerkt. In 1968 komt er een woonwagenwet waardoor er veel grotere woonwagencentra worden gebouwd. Het leidt niet tot een betere samenwerking tussen bewoners en burgers. Integendeel, de centra liggen geïsoleerd, er ontstaat een tekort aan staanplaatsen en de aparte voorzieningen voor woonwagenbewoners vergroten eerder de maatschappelijke problemen. Eind 1980 wordt er daarom weer gedecentraliseerd: de grote centra verdwijnen en veel reizigers moeten verhuizen. Families worden daardoor uit elkaar gescheurd, en er ontstaan veel conflicten om het verkrijgen van de nodige standplaatsvergunningen. Dit alles is er de oorzaak van dat onder woonwagenbewoners het vertrouwen in overheden en instituties veelal erg laag is: er is geen méér samenbindend middel tussen woonwagenbewoners dan een conflict met burgers en vooral met overheden. Onder de jongste generatie woonwagenbewoners is een andere ontwikkeling zichtbaar. Zij staan vaak hun leven lang op dezelfde plaats. Ze gaan er naar school en vinden meer aansluiting bij de locale burgers. Er is nog altijd sprake van sociale uitsluiting, maar er is ook meer contact met de burgers dan hun ouders hadden.
Die oudere generatie trok nog meer door het noorden heen, waardoor ze meer geïsoleerd bleef van de burgers. Ook zijn onder de jongere woonwagenbewoners huwelijken met burgers meer gebruikelijk dan vroeger. In verhouding tot Drenthe hebben Groningen en Friesland nooit veel reizigers gekend. In ons bisdom zijn er alleen in Emmen en Groningen nog grote centra. Alle andere centra zijn afgebouwd tot kleine centra, veelal niet groter dan 15 standplaatsen.
De Geloofsbeleving De geloofsbeleving van woonwagenbewoners is gevormd in een geschiedenis waarin een reizend bestaan centraal stond.
Niet kerkelijk, wel gemeenschap
10
In een reizend bestaan is het niet mogelijk om langdurige contacten te onderhouden met een parochiegemeenschap. De eigen identiteit wordt dikwijls ervaren in contrast met de ‘burger’-maatschappij. Dat speelt ook mee in het contact met de parochie. Mensen van de kerk zijn ‘burgers’ tot wie vaak een grote afstand bestaat. De parochie en de pastoor zijn voor reizigers nog steeds ver weg. Wel is er een sterke onderlinge verbondenheid met andere reizigers. Die verbondenheid wordt zichtbaar op belangrijke momenten in het leven zoals de eerste communie of een begrafenis. Je laat mensen niet onbegraven en zeker bij het overlijden van bekende leden uit de gemeenschap komen veel woonwagenbewoners van ver om de begrafenis bij te wonen. Ook de eerste communie is een gemeenschapsgebeuren, meer dan het gezinsfeest dat het bij niet-woonwagenbewoners meestal is. Het wordt dan ook vaak met een groot gezelschap gevierd.
Een gezegend leven: de nabijheid van God en van Maria Waar de parochie op afstand staat, is de afstand tot God en tot Maria klein. God is bijna tastbaar nabij en zeker het contact met Maria is erg direct. Ook de overledenen zijn nooit ver weg, en het contact met hen wordt als heel direct ervaren. God, Maria, de heiligen en overledenen gaan mee op hun trektocht, in hun wagen. Die wagen moet gezegend zijn. Ook devotionalia zijn belangrijk: medailles, kruisjes, rozenkransen en wijwater, vaak meegenomen van pelgrimstochten of bedevaartsplaatsen, maken dat het geloof van reizigers een heel tastbaar geloof is. Alle zintuigen doen volop mee in het geloof en gezegende attributen helpen om heel het leven te zegenen. ‘Zegen’ is een kernwoord in de geloofsbeleving van de reiziger. Gezegend mogen worden door God, de bescherming van God ondervinden op reis of bij ziekte, is een ervaring die kracht geeft aan het leven van de reiziger en God tastbaar dicht bijelkaar brengt.
In het geloof van woonwagenbewoners staat Maria zeer centraal. De grote devotie tot Maria wordt versterkt doordat in de gemeenschap de vrouw, de moeder, ook een grote plaats heeft. Een oudere vrouw heeft een ereplaats. Het verband tussen Maria en de eigen moeder is dan sterk, zoals zij een lieve moeder voor je is, zo is Maria dat ook. Daarnaast wordt de verbondenheid met Maria versterkt door de verbondenheid met haar geschiedenis. Zoals Maria met haar kindje naar Egypte heeft moeten vluchten, zo zijn ook de reizigers vaak een vervolgd volk geweest. Woonwagenbewoners kennen een groot vertrouwen in de hulp van God en van Maria, vooral bij ziekte en problemen in het leven, en een groot geloof in wonderen en genezingen. Als zij op reis gingen, bezigden de oude reizigers de wens aan elkaar: ‘Ga met God’. In die wens liggen de zegen en de bescherming van God voor onderweg besloten. De woonwagenbewoners reisden vaak op goed geluk voor hun levensonderhoud, afhankelijk van wat de reis zou brengen in handel en werk. Geluk en dus Gods zegen waren daarbij essentieel. ‘Ga met God’ is ook de titel van deze brochure. Ouders wensen hun kinderen de zegen en bescherming van God toe. Een goede reis vol levensgeluk op weg naar volwassenheid, maar niet zonder God. Zij vieren dit feest uitbundig en kleden de kinderen als prinsen en prinsesjes, om hun een riem onder het hart te steken en te zeggen: “Wij zijn dankbaar voor jullie en trots op jullie. Je mag er zijn, of wéét dat je er mag zijn.“ Voor de reizigers zelf is deze titel zeer herkenbaar en voor de oudere generatie woonwagenbewoners uit het hart gegrepen.
De wagen als kerk De spiritualiteit van reizigers is een lekenspiritualiteit. Er is een sterk geloof in God en Maria dat van binnenuit beleefd wordt en door de woonwagenbewoners gedragen wordt: “We doen het zelf.” Aan de kinderen wordt in de wagen het Weesgegroet en het Onzevader geleerd. Er zijn devotionalia, er worden kaarsjes gebrand bij ziekte of onheil, en er is wijwater. Trekkers kennen immers de waarde van water en veel woonwagenbewoners zijn er van overtuigd dat heilig water, afkomstig uit een gewijde plek, een grote genezende waarde heeft. Ook muziek heeft waarde in het geloof, vooral voor de Sinti. Het is bidden zonder woorden, recht uit het hart waar de emotie spreekt.
11
Kapellen en bedevaarten
12
Woonwagenbewoners zijn geen zondagse kerkgangers, maar dat betekent niet dat heilige plaatsen en liturgie geen rol spelen in hun geloof. Integendeel, een Lourdesgrot of een kapel die overdag open is en waar je binnen kunt lopen om een kaarsje op te steken, om er te bidden, troost te zoeken, om genezing te vragen, of om hun dankbaarheid uit te spreken, zijn van grote waarde. Vaak is het Maria voor wie reizigers hun hart kunnen openen. Dergelijke plaatsen worden heilige plaatsen waar zij graag naar terugkeren. Individueel of met een groep komen zij met hun verdriet of hun blijdschap naar devotieplekken en pelgrimsoorden waar heiligen worden vereerd. Naar devotieplekken reizen, pelgrimeren is als uiting van geloof ook verbonden met de geschiedenis van een gemeenschap die een reizend bestaan leidt.
De praktijk van de eerste communie Contact Er is een kloof gegroeid tussen de wereld van de ‘burgers’ en die van de woonwagenbewoners. Daarom is het belangrijk om vertrouwen te (her-) winnen. Vertrouwen ontstaat door ontmoeting, door elkaar serieus te nemen en te respecteren. Vaak werkt het goed wanneer iemand vanuit de parochie aanspreekpunt kan zijn en de contacten kan onderhouden. Duidelijke afspraken maken en betrouwbaarheid tonen in het nakomen ervan zijn daarbij een vereiste.
Feesten
De voorbereiding
Een laatste element dat van belang is in het geloof van woonwagenbewoners zijn de feesten. Feesten worden gezien als een erezaak, waarvoor kosten noch moeite gespaard worden. Een feest groot vieren laat zien dat je het belangrijk vindt en dat je er wat voor over heb. Het mag dan dus ook wat kosten. Feestkleding is in het bijzonder van belang. In je feestkleding laat je zien wie je bent. Dat is vanouds al zo. Wie een reizend bestaan leidt, neemt niet veel spullen mee maar wel altijd feestkleding, zodat je jezelf bij gelegenheid op je best kunt tonen.
Zoals gezegd dragen reizigers hun geloof in de wagen aan kinderen over: Daar worden het Onzevader en het Weesgegroet geleerd, en de rituelen die de gemeenschap viert. Bij de voorbereiding in de parochie is het goed om na te denken over het gebruikte materiaal. Zo moet er rekening mee gehouden worden dat veel woonwagenbewoners (zeker de grootouders) niet makkelijk lezen. Schriftelijke informatie schrikt dan af. Ook het onderling wantrouwen tussen reizigers en ‘burgers’ kan tijdens ouderavonden een rol spelen.
Het feest Voor woonwagenbewoners is de eerste communie een zeer belangrijk feest. Dikwijls wordt het uitbundig gevierd, niet alleen met het gezin maar met heel de gemeenschap. Bij de eerste communie moet het kind soms nog gedoopt worden. Meer dan het doopsel wordt de eerste communie ervaren als een initiatie in het geloof, kind van God worden. Daarom besteden woonwagenbewoners zelf veel aandacht aan de voorbereiding. Eerder schreven we over het belang van de zegen in het geloof van de reiziger. Dit kleurt ook de betekenis die aan doopsel en eerste communie worden gegeven. Voor de reiziger is de diepe grond van doop en eerste communie dat kinderen gezegend mogen worden door God en van Hem bescherming genieten.
13
Het is niet altijd eenvoudig om in een parochie een gezamenlijke eerste-communieviering te houden voor kinderen van woonwagenbewoners en andere parochianen. De verschillen in opvattingen en verwachtingen zijn groot, en dikwijls voelt men zich niet bij elkaar op zijn gemak. Er is daarom geen eenduidig advies te geven om vieringen van eerste communie gezamenlijk of apart te houden. Elke parochie zal proberen zowel zichzelf als de mensen om wie het gaat serieus te nemen. Anderzijds mag ook gevraagd worden dat reizigers de parochie serieus nemen. 14
Afnemende verschillen?
Het verhaal van de zegening van kinderen door Jezus (Mk 10, 13-16) is een favoriet Bijbelverhaal bij reizigers, het is hen op het lijf geschreven. Op de dag van de eerste communie zelf wordt een groot feest gegeven dat voor het kind onvergetelijk moet zijn. Er is veel aandacht voor de kleding van het kind. Zo gaan de meisjes vaak in het wit of in het blauw-wit als verwijzing naar Maria. Ook wordt het kind op een bijzondere manier naar de kerk vervoerd,in een koets of een limousine. Omdat het zo’n groot feest is wordt er ook veel aan uitgegeven. Voor God alleen het allerbeste. Soms bieden woonwagenbewoners daarin tegen elkaar op waardoor de indruk van grote rijkdom gewekt wordt. De schijn bedriegt hier, soms moeten anderen zelfs bijpassen.
Hierboven hebben we een aantal kenmerken beschreven van het geloof van veel reizigers. Dat geloof heeft een eigen stijl die soms erg afwijkt van die van een vaste groep parochianen. Tegelijkertijd lijken de verschillen kleiner te worden. Ook voor burgerparochianen is het niet meer vanzelfsprekend om op zondagochtend naar de viering te komen. Onder hen gaan geloofsuitingen ook vaker privé en thuis plaatsvinden. Zo zie je meer en meer dat mensen in hun huis een meditatie- of devotieplek hebben ingericht met een kaars, foto, kruisbeeld of icoon. Niet alleen voor reizigers geldt dat zij zich gelovig vooral in de ervaring laten aanspreken en veel minder op kennisniveau. Hetzelfde geldt voor veel parochianen. Voor de catechese betekent dit dat een groep die lang als ‘randgroep’ is gezien omdat zij niet op zondag in de kerk aanwezig was nu vaak het grootste deel van de catechesanten uitmaakt, kinderen èn volwassenen. Daarin kan een catechesegroep veel leren van de gelovige rijkdom van woonwagenbewoners. Bij hen vind je immers vaak een doorleefd geloof dat volharding kent, een geloof waar men iets voor over heeft, en een levende traditie met praktische manieren om dat geloof handen en voeten te geven in het leven van iedere dag.
15
Aanbevelingen en tips Algemene aanbevelingen
16
• Maak een persoon vanuit de parochie contactpersoon voor de woonwagenbewoners binnen de parochie. Deze persoon onderhoudt het contact met de gezinnen van reizigers die bij de eerste communie betrokken zijn. De contactpersoon kan een aantal zaken in beeld krijgen: - Zijn er dit jaar kandidaten voor de eerste communie? Wie zijn die kandidaten, kinderen, of volwassenen? - Zijn de kandidaten voor de eerste communie gedoopt? Dit is namelijk niet altijd vanzelfsprekend. - Welke voorbereiding is of wordt thuis al gedaan? - Hoe willen ouders en kinderen zelf het feest gaan vieren? - Is het mogelijk om de eerste communie samen te vieren met de burgerkinderen in de parochie? • Wanneer de ouders om wat voor reden dan ook niet in de gelegenheid zijn om voorbereidingen of ouderavonden bij te wonen, is het goed dat de contactpersoon vanaf het begin van de voorbereidingen de inhoud van de ouderavonden en bijeenkomsten voor de kinderen bij de reizigers thuis bespreekt. • Onder woonwagenbewoners zijn soms kinderen die al ouder zijn en om een of andere reden niet op zeven- of achtjarige leeftijd de communie hebben gedaan. Wanneer er goede contacten zijn met de kerk komt de wens om alsnog de eerste communie te ontvangen vaak alsnog ter sprake. Een contactpersoon kan dit tijdens bezoeken aan families bespreekbaar maken. Wanneer deze situatie zich voordoet, schep dan een andere gelegenheid zodat deze ‘uitvallers’ alsnog hun eerste communie kunnen ontvangen. • Soms zijn er ook ouderen die kenbaar maken dat zij de eerste communie niet hebben gedaan en daar behoefte aan hebben. Reguliere zondagsvieringen en/of bedevaarten kunnen gelegenheden zijn waarbij deze volwassenen hun eerste communie kunnen ontvangen. • Maak duidelijke afspraken en wees betrouwbaar in het nakomen ervan. Wees bij voorbeeld op tijd bij afspraken, en maak duidelijke afspraken over het maken van foto’s en video’s bij de viering.
• Wees je bewust van je taalgebruik: Woorden als ‘kamp’, ‘kampers’ of ‘zigeuners’ kunnen als beledigend worden ervaren. • Betrek de ouders vanaf het begin bij de voorbereidingen, organisatie en versieringen en overleg met hen wat zij kunnen/willen bijdragen. Vraag openheid over de manier waarop de ouders het feest denken te gaan vieren, zodat er op het laatste moment geen onaangename verrassingen wachten. • Houd rekening met een grote toestroom van familieleden. Plan van te voren het aantal mensen in en reserveer plaatsen in de kerk. Soms lijkt de eerste communieviering een soort huwelijksfeest te worden; dan is het aan te raden om de communie afzonderlijk te houden, omdat het niet te verenigen valt met de viering van de parochiegemeenschap. • Houd er rekening mee dat niet alle woonwagenbewoners makkelijk lezen. Laat het contact daarom niet alleen schriftelijk lopen.
Catechetische aanbevelingen • Heb oog voor de eigen devoties en het eigen geloof van reizigers en geef dat een plaats in je catecheseprogramma. Zo is het belangrijk dat alle zintuigen meedoen in het geloof, ook in de catechese en de viering van de eerste communie kunnen alle zintuigen aangesproken worden en kunnen gezegende attributen een rol spelen. • Veel reizigers zullen er de voorkeur aan geven dat de voorbereiding voor de eerste communie aan ouders en kinderen samen gegeven wordt. Dat is voor de ouders een verdieping van hun geloof. Daarnaast laat men de kinderen ook vaak niet graag alleen. Het geven van de eerste-communiecatechese aan ouders en kinderen tegelijk kan voor heel de parochie een goede mogelijkheid zijn. • Woonwagenbewoners zullen catechese snel te verstandelijk vinden. In hun geloof is kennis niet belangrijk; gevoel, barmhartigheid en mededogen staan centraal. Dat is van belang voor de taal die je gebruikt in de catechese: let op gevoelstaal, zowel in je eigen woorden als in die van hen. • Het belang van devoties voor reizigers hangt ook samen met de gerichtheid op geloofsbeleving. Catechese functioneert met hen daarom vaak het beste door te doen, in plaats van door vooral uit te leggen.
17
18
Kinderen een kaars op laten steken bij Maria en hen er een spontaan gebedje bij laten bidden is beter dan vertellen over bidden. • Het kan in de catechese met reizigers veel betekenen als je devotionalia meeneemt, een rozenkrans of medaille. Vergeet niet om, als je devotionalia weggeeft, ze ook te zegenen: dat heeft voor woonwagenbewoners grote waarde en is catechetisch een kans. Het zegenen van de voorwerpen kan voor hen tot zegen zijn, een ervaring die hun geloof verdiept. • Heb in de catechese oog voor de rol van Maria in het geloof van woonwagenbewoners. Ook in de viering van de eerste communie kan het vertrouwen op Maria een plaats krijgen. • Voor reizigers zijn devotieplekken belangrijk. Wanneer er in de parochie een kapel is die overdag open is, kan dat een goede plek zijn om met de kinderen te praten over bidden. Woonwagenkinderen kunnen dan ook over hun devotieplekken of pelgrimsoorden vertellen.
Adressen • Werkgroep woonwagenpastoraat Bisdom Groningen-Leeuwarden t.a.v. mevr. L. Winter, Ubbo Emmiussingel 79, 7911 BG Groningen Tel. 050-406 58 88 • Landelijk bureau Woonwagenpastoraat Emmaplein 19 B, 5211 BVZ ’s-Hertogenbosch Tel. 073-692 13 99, Fax 073-692 13 22, Email:
[email protected]
Meer informatie over het woonwagenpastoraat in Nederland: •
Van Pater tot parochie Een eeuw woonwagenpastoraat in Nederland Samengesteld door Jan van der Zandt m.s.c. en Hélène van Hout augustus 2010, ISBN 978 90 814 0942 1 Besteladres: Stichting Media PWN, Emmaplein 19 B, 5211 BVZ ’s-Hertogenbosch Tel. 073-692 13 99, Email:
[email protected]
Colofon Tekst Stefan Mangnus Herman Agterhoek Diocesane werkgroep woonwagenpastoraat Met medewerking van Ellen Hogema, Solidair Groningen & Drenthe Foto’s Mini Wolters, eerste-communieviering, Pauluskerk, Titus Brandsma parochie Emmen Vormgeving AlbertsKleve, bureau voor grafisch ontwerp BNO, www.albertskleve.nl Uitgave Bisdom Groningen-Leeuwarden, Ubbo Emmiussingel 79, 7911 BG Groningen Tel. 050-406 58 88, www.bisdomgroningenleeuwarden.nl
19
20
Bisdom Groningen Leeuwarden Ubbo Emmiussingel 79 9711 BG Groningen telefoon (050) 406 58 88 www.bisdomgroningenleeuwarden.nl