GEMEENTERAAD VAN BERGEN OP ZOOM ZESDE VERGADERING Donderdag 11 april 2002, des namiddags om 20.00 uur. VOORZITTER: burgemeester de heer P.A.C.M. van der Velden AANWEZIG:
de dames: M.J.P. van Kemenade, M.A. Verhoog, J.I. Bom, Y.J.M.M. Kammeijer-Luycks. de heren: A.J.F.M. Linssen, F.M.J. Hagens, A.J. van Es, A.F.M. Siebelink, L.C.J. Wijten, C.W.M. van der Weegen, M.J.P. van Eekelen, J. van de Water, P.M.M. Roosendaal, C.A. van Pul, L.C.A. Withagen, S.M.T.P. Vermeulen, R. Aktürk, F.A.C. Mouws, W.C.E. Musters, G.A.A.J. Janssen, J.G. Huisman, J.M.M. Roks, A.J.M. Coppens, A.P.P. Roosenboom, D.A. van den Kieboom, G.J.F. Akkermans, G.M.P.M. Nefs, P.M.I. van den Kieboom, A.J. Hagenaars, L.H. van der Kallen, O. Duman, A. Harijgens, A. Akkaya.
GRIFFIER:
de heer F. de Vos.
_______________________________________________________________________________
De VOORZITTER opent de vergadering met gebed en gaat verder als volgt. Ik heet u allen hartelijk welkom. Het lid van uw raad de heer Van de Water heeft aangekondigd iets later deze vergadering bij te zullen wonen in verband met verplichtingen elders. Een aantal punten. Met toepassing van artikel 6 Reglement van Orde heb ik gemeend een extra vergadering te mogen en te moeten uitschrijven. Gelet op de aard van het aangeboden agendapunt heb ik gemeend dat er sprake is van een spoedeisend karakter. Op 9 april j.l. heeft de agendacommissie, met inachtneming van artikel 7 van het Reglement van Orde de agenda opgesteld. Een ander punt. Een aantal fracties heeft vragen gesteld over de kamerverdeling in het fractiehuis, de zitplaatsen van uw raad en de uitwerking van de commissie-indeling. Ik stel voor dat het seniorenconvent na afloop van de commissievergadering van 15 april bij elkaar komt om daar met elkaar over te spreken. Zoals u weet dient uw raad voor de nieuwe periode nog over te gaan tot aanwijzing van duoburgerleden. Het is de bedoeling dat u het voorstel aangeboden krijgt in de raadsvergadering van 25 april a.s. Ik wil u attent maken op het feit dat een aantal fracties hun leden nog niet aangeleverd hebben. Tegelijkertijd is er een aantal fracties dat gaarne volgende week al gebruik zou willen maken van het inzetten van duo-burgerleden. Mijn suggestie is dat ze daar gebruik van kunnen maken maar dat deze duo-burgerleden nog niet deel kunnen nemen aan de stemmingen, met andere woorden laten we dit enigszins flexibel benaderen. Dan is aan de orde agendapunt 1
1
1. Voorstel inzake aanbieden eindrapportage informateurs van buiten de raad/ opdrachtverlening onderzoek naar vorming breedgedragen college. Nr. GRIF/02 De VOORZITTER: De behandeling van het voorstel zou ik als volgt bij u willen neerleggen. De eerste termijn Lijst Linssen. Het gaat om een initiatiefvoorstel en de fractie kan dat toelichten c.q. de onderhandelaar, dan Gemeentebelangen/Werknemerspartij, CDA, VVD, Groepering Leefbaarheid, Partij van de Arbeid, D66/BSD en tot slot Groen Links. Ik stel voor de beraadslagingen in twee termijnen te doen plaatsvinden. Een lid mag in de eerste termijn niet meer dan eenmaal het woord voeren. Dit is overigens niet van toepassing op degene die het initiatiefvoorstel heeft ingediend, de fractie Linssen. Ik stel voor de eerste termijn geen interrupties te plegen, zodat iedere fractie zijn/haar verhaal kan houden en ik denk dat het correct is dat de fracties spreken vanaf het katheder en daarmee ook recht doen aan de verdere duale gedachte zoals die ontwikkeld is. Dan zou ik na deze punten willen opmerken dat de huidige wethouders nog steeds deel uitmaken van de raad en daarom denk ik dat het juist is dat zij deel uitmaken van hun fracties. Ik stel voor dan nu te inventariseren wie vanavond het woord wil voeren over agendapunt 1. Ik noteer uiteraard de heer Linssen. Ik heb gezegd dat de indiener van het initiatiefvoorstel mag reageren, hij krijgt dus als het ware een bijdrage tweemaal in de eerste termijn. Dat is conform het Reglement. Ik zou de heer Linssen willen uitnodigen om plaats te nemen achter het katheder. De heer LINSSEN: Op 9 maart ben ik begonnen met oriënterende gesprekken. Zoals beschreven in mijn evaluatie van 17 maart had en heb ik de mening dat er voldoende mogelijkheden zijn om qua programma’s bruggen te bouwen met elkaar. Uit de gesprekken met alle partijen kon en kan geconcludeerd worden dat alle partijen unaniem voorstander zijn van een breed gedragen coalitie. Ik sprak uit dat ik een ander gevoel had bij de onderlinge verhoudingen tussen partijen en personen. Ik ben van mening dat het niet fair is om eerst met een programmatische onderhandelingssessie te beginnen terwijl mogelijk reeds vooraf sprake is van wederzijdse blokkades. Daarom heb ik bewust gekozen voor een informatieronde waarin tot uiting zou moeten komen of bij voorbaat andere partijen of personen iemand zouden uitsluiten voor deelname aan een coalitie c.q. college. Ik heb geconstateerd dat een aantal partijen zeer ernstige bezwaren heeft tegen de door mij gevolgde werkwijze, maar ik heb ook geconstateerd dat een aantal andere partijen mijn benadering als positief heeft ervaren. Ik heb inmiddels vier formatieprocedures meegemaakt, twee van de CDA, eenmaal van Gemeentebelangen en eenmaal van de VVD. Telkens heb ik gerespecteerd dat de gespreksleider zijn methodiek bepaalde. Naar mijn mening zou het te billijken moeten zijn dat deze informateur een andere werkwijze kiest. Daarnaast heb ik moeten constateren dat de partijen uit de huidige coalitie hebben gesteld dat het huidig collegebeleid uitgangspunt zou moeten zijn voor het volgende college, een vijfde partij zou dan mogen aanschuiven. Maar het nieuwe college zou goed uit vier wethouders kunnen bestaan. Ik ben van mening dat de uitslag van de verkiezingen het niet vanzelfsprekend maakt dat op die wijze een nieuwe coalitie tot stand komt. Ik laat aan het oordeel van uw raad of het eerste deel van de informatieronde qua procedure de toets van de kritiek kan doorstaan. Vervolgens gaan de heren Niederer en Stuart aan de slag. Ook hier heb ik geconstateerd dat sommige partijen mijn keuze om te komen tot het aanstellen van informateurs van buiten de raad niet kunnen waarderen en de legitimiteit van die keuze in twijfel trekken. Daarentegen heb ik ook vastgesteld dat een ander deel van de partijen uit de raad mijn keuze juist van harte heeft toegejuicht. Eén van de onderhandelaars heeft deze stap als verfrissend getypeerd. Navraag bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft mij geleerd dat mijn handelswijze niet in strijd is met enige wet 2
of regeling. De nieuwe structuur geeft juist nadrukkelijk aan dat de gemeenten daarin grote handelingsvrijheid hebben. Uit de tussenrapportage van beide informateurs blijkt dat er programmatisch gezien bruggen gebouwd kunnen worden om tot een breed gedragen coalitie te kunnen komen. Ze nemen waar dat er tussen partijen en/of personen spanningen bestaan die de realisering van een coalitie met een breed draagvlak in de weg staan. Ik realiseer me dat ik door mijn handelswijze bij sommige fracties verbazing en mogelijk irritatie heb opgeroepen. Over de gevolgde procedure kunnen velen een opmerking plaatsen. Het gevaar dreigt echter dat procedures de inhoud gaan bepalen. In de zakenwereld bestaat een spreekwoord: “praten leidt tot verder praten.” Als we met respect met elkaar aan tafel gaan is er een kans voor een oplossing, als we over procedures blijven praten niet. Ik doe een uitdrukkelijk beroep op u het rapport van beide informateurs op inhoud te beoordelen en te bezien of het rapport stappen vooruit biedt. Het rapport bevat een groot aantal belangrijke elementen waarover de raad als geheel op een goede manier kan discussiëren. Ik noem er enkele. De verkiezingsuitslag. Beide informateurs spreken uit dat de uitslag er toe dient te doen. Dat is een volstrekt duidelijke uitspraak die goed te vertalen is naar de kiezer. De positie raad in het duale stelsel. De informateurs hebben vastgesteld dat er binnen de raad verschillende opvattingen bestaan over de invulling van het stelsel. Ik kan me voorstellen dat sommige partijen een andere mening hebben dan hetgeen is gesteld in het rapport. U moet het echter met me eens willen zijn dat hetgeen beschreven is in het rapport een goede basis biedt om het met elkaar verder de bediscussiëren en uit te werken. Dat behoeft geen politieke discussie, maar veel eerder een discussie hoe wij als raad onze toekomst in het duale bestel tegemoet treden. De informateurs wijzen erop dat het van groot belang is ruim aandacht te besteden aan een gezamenlijk te bouwen bestuurscultuur. Ik ben het daar volledig mee eens. De raad zal samen aan de slag moeten om die cultuur op te bouwen. De informateurs komen tot een aantal opties voor coalitievorming. Ik hecht grote waarde aan de bevindingen van de informateurs. Waarom een initiatiefvoorstel? De informateurs hebben op 8 april een duidelijk advies uitgebracht; vorming van een college met een breed draagvlak moet op programmatische gronden mogelijk zijn. Een onderzoek daarnaar heeft echter alleen maar zin wanneer een meerderheid een dergelijk onderzoek onderstreept. Ik heb begrepen dat een dergelijk onderzoek moeilijk kans van slagen heeft wanneer dat gebeurt in opdracht van mij als informateur. In het belang van de gemeente is het noodzakelijk dat over de voortgang snel duidelijkheid aanwezig is. Daarnaast ben ik van mening dat de inwoners van onze gemeente in alle openheid er kennis van moeten kunnen nemen op welke wijze de raad voortgaat in het proces om te komen tot coalitievorming. Ik ben tevreden over het feit dat de voorzitter, gelet op het karakter van dit agendapunt, heeft besloten een extra vergadering uit te schrijven. Ik heb nu gesproken als indiener van het initiatiefvoorstel en daarom wil ik de voorzitter vragen of ik zo dadelijk, niet hier gelijk achteraan want anders wordt dat als eenheid gezien, ook nog een keer het woord mag voeren namens de fractie Linssen. De VOORZITTER: Het Reglement van Orde voorziet daarin. U heeft een initiatiefvoorstel ingediend en dan kunt u dadelijk de opvatting van de fractie Linssen kenbaar maken. De heer LINSSEN: Ik zeg dit omdat het procedureel wellicht zal gaan volgens de grootte van de partijen. Ik vraag er juist even een knip in te maken om duidelijk de scheiding in mijn verhaal aan te geven. De VOORZITTER: Het Reglement van Orde voorziet daarin. Ik heb me daar overigens op voorbereid met de griffier door te bezien of het mogelijk is. U hebt het initiatiefvoorstel toegelicht en dadelijk mag de politieke stellingname van uw fractie besproken worden. 3
De heer VAN DER WEEGEN: Met betrekking tot het onderwerp van de raadsagenda van vanavond heeft Gemeentebelangen/Werknemerspartij behoefte om de positie daarin van Gemeentebelangen/Werknemerspartij duidelijk neer te zetten en daarom het volgende. Op 6 maart, dat is ruim vijf weken geleden, hebben verkiezingen plaatsgevonden voor de raad van onze gemeente. In de periode daarvoor hebben partijen in de strijd om de gunst van de kiezer zich zoveel mogelijk van elkaar onderscheiden, er moet voor de kiezer toch iets te kiezen zijn. De kiezer heeft uiteindelijk gekozen en wil nu wel eens weten wat er de komende vier jaar te verwachten is in Bergen op Zoom. U hoort het duidelijk, voorzitter, het gaat de kiezer om het wat. De partijen in deze raad moeten zich nu dus eerst en vooral druk maken om het wat en daarna pas over het hoe. Proberen in overleg met elkaar zoveel mogelijk van je beloftes aan de kiezer waar te maken, een raadsprogramma op hoofdlijnen maken. Kort na de verkiezingen heeft de grootste partij, zoals gebruikelijk, het initiatief genomen en heeft alle partijen, ieder apart, ontvangen. Bij het eerste bezoek van Gemeentebelangen/ Werknemerspartij aan de informateur Linssen hebben onze vertegenwoordigers nadrukkelijk aan de informateur aangegeven hoe naar de mening van Gemeentebelangen/Werknemerspartij de aanpak zou moeten verlopen, te weten en ik lees het letterlijk voor uit een door ons ontvangen verslag; probeer een programma te maken waarin zoveel mogelijk partijen zich kunnen vinden en zoek daarbij een team. De informateur was een andere mening toegedaan en heeft het vooral over persoonlijke pijnpunten om die te bespreken. Vervolgens wordt Gemeentebelangen/Werknemerspartij uitgenodigd voor een tweede gesprek bij informateur Linssen op 13 maart j.l. In dit gesprek wordt tot driemaal toe door onze vertegenwoordigers aangegeven dat Gemeentebelangen/Werknemerspartij een andere aanpak voorstaat dan zoals hiervoor al aangegeven is. De informateur volhardt in zijn visie dat er spanningen zijn en dat eerst aandacht gegeven moet worden aan die spanningen en hij wil pas daarna conclusies trekken voor het vervolg. Op 18 maart j.l. ontvingen wij, ’s middags thuisbezorgd, de evaluatie informatieronde van informateur Linssen. De media zijn inmiddels uitgebreid geïnformeerd over de bevindingen van de informateur en het feit dat hij twee informateurs van buiten de raad heeft benoemd, met als opdracht zoals neergeschreven in zijn evaluatie. In de evaluatie van informateur Linssen staan zaken vermeld met betrekking tot Gemeentebelangen/Werknemerspartij die niet gebaseerd zijn op uitlatingen van onze vertegenwoordigers. Wij vinden dat onjuist en volledig voor rekening van de informateur. Enige vorm van terugkoppeling heeft niet plaatsgevonden. De conclusies van de informateur onderschrijft Gemeentebelangen/Werknemerspartij voor een belangrijk deel niet. Gemeentebelangen/Werknemerspartij trekt nog diezelfde 18e maart ’s avonds de conclusie dat voortzetting van de informatie van de heer Linssen niet moet plaatsvinden. Op die avond komen nog minimaal vier andere partijen tot eenzelfde conclusie. De dag daarna vinden er zaken plaats die het alsnog mogelijk maken dat informateur Linssen zijn plannen vervolgd. Gemeentebelangen/Werknemerspartij wordt uitgenodigd voor een derde gesprek, nu met de heren Niederer en Stuart die van informateur Linssen een opdracht hebben ontvangen. Een uitnodiging overigens opnieuw zonder enige inhoudelijke agenda. Gemeentebelangen/Werknemerspartij besluit niet op de uitnodiging in te gaan maar de beide heren uitgebreid schriftelijk mededeling te doen over het hoe en waarom en opnieuw een pleidooi te houden om het anders aan te pakken. Kort daarna ontvangt Gemeentebelangen/Werknemerspartij een volgende uitnodiging van de heren Niederer en Stuart, te weten om op maandag 8 april j.l. te komen praten over de door hen opgestelde tussenrapportage. Op 5 april hebben wij de beide heren meegedeeld, met alle waardering voor het door hen verrichte werk, te menen aan de uitnodiging geen gehoor te moeten geven onder verwijzing naar onze eerder ingezonden schriftelijke reactie van ruim twee kantjes.
4
Gemeentebelangen/Werknemerspartij blijft het oneens met de aanpak zoals die ook nu weer is verwoord in het voorstel van vanavond en zoals in het besluit weergegeven onder punt 2. Wij zullen derhalve tegen dat voorstel stemmen. De heer WITHAGEN: Na verkiezingen die voor het eerst sinds lange tijd voor het CDA niet het gebruikelijke verlies hadden opgeleverd, want gaandeweg de periode die ik mocht meemaken hebben wij met name nogal wat verlies moet incasseren, hebben wij voor het eerst meegemaakt, deze huidige fractie en deze huidige partij, dat we een fors aantal kiezers extra achter ons kregen, 769. Hoewel sommige partijen daar hogere scores in hebben behaald, twee partijen, waren wij als CDA in onze bescheiden mate tevreden. We hebben een verliesreeks die we al een aantal jaren moesten toegeven een beetje om kunnen buigen. Wij waren blij dat we met de inzet van de afgelopen verkiezingen, namelijk het huidige beleid met plus plus op een aantal terreinen, blijkbaar vertrouwen van honderden mensen meer hebben kunnen krijgen in de gemeente Bergen op Zoom. Daar zijn we blij om, daar hadden we een goed gevoel over. Zoals wij als democratische beginselpartij, ik kom daar dadelijk op terug, terecht vinden hebben wij ook in het duale stelsel, want dat is niet veranderd, het beginsel geaccepteerd dat de grootste partij bij gelijke zetels in stemmenaantal, het initiatief neemt tot en dat die ook bij wijze van spreken zijn eigen model mag kiezen. Binnen een beginselpartij als het CDA mag u verwachten dat bestuur en fractie er uitgebreid over hebben gesproken en dat wij daarin hebben bepaald; die initiatiefnemer moet een faire kans krijgen. De initiatiefnemer moet beoordeeld worden op wat er gebeurt en wij moeten als CDA trachten in de periode dat hij aan de slag is zoveel mogelijk ons kruit droog te houden en daar waar ons iets gevraagd wordt op grond van onze beginselen antwoorden. Dat hebben de twee woordvoerders van het CDA, de lijsttrekker en de medeonderhandelaar de heer Vermeulen ook braaf gedaan. Wij zijn opgedraafd op verzoek van de heer Linssen en wij hebben daar gezegd wat het CDA gaarne zou willen zien, zoals iedere fractie dat gedaan heeft. Wij hebben met name benadrukt, u hoorde al ongeveer hetzelfde van de heer Van der Weegen, dat voor ons als beginselpartij de personen altijd achter de inhoud komen. Withagen is niet het CDA. Als het CDA behoefte heeft aan een andere lijsttrekker, dan gaat Withagen. Het gaat over de beginselen op basis waarvan wij het vertrouwen van een groot aantal kiezers hebben gehad. Dat betekent simpel dat wij sterk het advies gegeven hebben aan de informateur om te beginnen zoals ook de vorige vier keer begonnen is, namelijk te praten over wat willen wij de komende vier jaar, wat willen de gemeente Bergen op Zoom en de politieke partijen in de raad die door de burgers gekozen zijn, de komende vier jaar gaan doen. Waar wil men de centen aan uitgegeven, waar wil men de nadruk op leggen en waar wil men de prioriteiten leggen. Naar onze bescheiden mening als CDA nog steeds het allerbelangrijkste punt. Pas op de tweede plaats en hopelijk in een wat gegroeid vertrouwen, zal daar een op een meerderheid steunend bestuurscollege bijkomen. In de duale beginselen en dat is iets wat pijn gedaan heeft als gezegd wordt dat we daar te weinig van weten, dat reken ik de beide hulpverleners van de heer Linssen aan, wij weten echt wel hoe het duale stelsel in elkaar zit, we hebben er ons de afgelopen maanden heel druk over gemaakt, vinden wij juist dat het bestuurscollege en het komen tot een raadsprogramma twee gescheiden entiteiten zijn. Ik kan dat niet scherp genoeg benadrukken. Het raadsprogramma is bitter noodzakelijk, want wij hebben volgende week commissievergaderingen maar wij hebben geen focuspunt, want wij hebben nog niet met elkaar afgesproken waar wij voor gaan vier jaar lang. Dat betekent dat we elkaar ook niet aan kunnen kijken waar we zitten. Wat wil de gemeente Bergen op Zoom? Het is dringend noodzakelijk dat te weten. Het kabinet heeft wel geregeld, bij stemming in de Tweede Kamer, dat het college blijft zitten, desnoods nog een jaar lang, maar wat doen we als de raad al die tijd zit te wachten op een programma? Vandaar beste mensen, dat de CDA-fractie scherp heeft aangedrongen in de twee eerste gesprekken met de initiatiefnemer dat wij graag snel in gesprek willen komen met de collega-fracties over de inhoud van een raadsprogramma. Wij willen aan de slag. Dan zullen we misschien de eerste tijd met het huidige zittende college aan de slag moeten in een duaal model, maar laat ons als raad aan de slag. De stad kan namelijk 5
met zulke grote projecten die ons financieel tot op onze grondvesten raken niet lang zonder een eindverantwoordelijke raad is de mening van het CDA. Helaas, de heer Linssen als initiatiefnemer, schetste uitdrukkelijk in het allereerste gesprek; ik ga een andere weg, ik heb mijn ervaringen en ik wil eerst een groep mensen hebben zitten en dan komt de rest vanzelf wel. Wij hebben dat moeten accepteren. Nogmaals, een initiatiefnemer mag ook zijn eigen methode bepalen in eerste instantie. Wij hebben ons hoofd gebogen en wij zijn teruggegaan in de coulissen en wij hebben gewacht op de ontwikkelingen die zich voordoen. Wij hebben ook ons terughoudend opgesteld in onze uitlatingen. Wij zijn namelijk van mening dat wij de initiatiefnemer een faire kans moesten geven. Wij hoorden op een bepaald moment, in de auto gezeten, wat in Nederland tegenwoordig een ramp is, dat er mensen benoemd waren op basis van een opdracht van de heer Linssen. De heer Linssen zegt het zelf bij de indiening van het initiatiefvoorstel terecht, een gemeente heeft veel vrijheid. Ja een gemeente. Als wij vanavond als raad iets beslissen dan hebben wij veel vrijheid, maar dan is het wel de raad die een beslissing neemt. Maar raadsleden die mensen aanstellen daar hebben wij gigantische problemen mee. Wij hebben dan ook gemeend om te moeten zeggen; wij denken, geachte initiatiefnemer, dat de raad op dit punt zijn eigen weg kan gaan. Wij hebben op dit moment nog geen mensen van buiten nodig. Wij hebben dan ook gemeend, na overleg met onze partij, om op dat punt de uitnodiging niet te moeten accepteren, we hebben er alleen schriftelijk, zoals ook andere partijen, op gereageerd. Daarin hebben wij nogmaals geschetst wat onze belangen en onze zorgen zijn. Dat wij inhoudelijk nog niets hebben besloten over de doelstellingen voor de komende raadsperiode zit ons echt als CDA-fractie, u mag dat geloven, niet lekker. Wij hebben het gevoel dat er tijd verloren gaat die voor Bergen op Zoom te kostbaar is. We hebben dadelijk beslissingen genomen waar het zittende college en de ambtelijke wereld zijn eigen weg gegaan is, want wij als raad hebben op dit moment, ik zou bijna plastisch zeggen, onze tanden ingeleverd. Voorzitter, de CDA-fractie heeft zijn hoofd blijvend gebogen voor de initiatiefnemer en gezegd, wij moeten hem een faire kans geven. Misschien is zijn methode wel succesrijk, misschien komen er dadelijk plotseling vijf mensen tevoorschijn die elkaar tot op de bodem vertrouwen en is al de psychotherapie die we nadien gehoord hebben niet nodig. Dat was het namelijk wel een beetje. De vragen die wij kregen en die de heer Vermeulen en ik namens het CDA hebben beantwoord die luidden, met wie kunt u wel en wie niet, wie sluit u uit, met wie kunt u niet door één deur en dergelijke. Met alle respect, wij hebben, Stefan Vermeulen en Leo Withagen, onderhandelend namens het CDA, van het begin af aan gezegd; elk gekozen raadslid wordt door ons gerespecteerd. Geen enkel gekozen raadslid sluiten wij uit. Geen enkele fractie sluiten wij uit. Dat is niet aan ons. Alleen als wij programmatisch merken dat een fractie echt iets anders wil dan wij fundamenteel als CDA kunnen steunen dan zullen wij daar een breuk organiseren en niet met de mensen maar met de partij. Wij hebben geen enkele behoefte om wie dan ook uit te sluiten. U moet dan echt niet denken dat wij geen voorkeuren hebben, dat hebben we natuurlijk wel, maar ik kan u verzekeren dat als ik in de partij dingen tegen zou houden vanwege persoonlijke voorkeuren en afkeuren, dan heeft Withagen zijn langste tijd als fractievoorzitter gehad. Zo werkt het niet. Wij wensen met mensen samen te werken, ook al is het wat moeilijk en ook al is het karakterologisch soms wel eens pappen en nathouden. Als het om inhoudelijke zaken gaat dan kunnen wij echt wel onze emoties bedwingen. Nogmaals, wij zijn verbijsterd dat wij nu vijf weken weg zijn van de verkiezingen en dat wij nog steeds niet weten welke richting we uit willen. Ik vind dat niet goed en ik beantwoord hier precies de doelstellingen van het CDA als beginselpartij. Voorzitter, dan komt het moment dat nu voor ons ligt, het moment dat de initiatiefnemer van de grootste partij, terecht de initiatiefnemer en ik blijf het zeggen want zo werkt ons systeem, uiteindelijk de raad bij elkaar roept. In onze ogen had dat eerder moeten gebeuren en binnen mijn fractie waren geluiden ontstaan dat als het deze week niet gebeurd was wij volgende week met een initiatiefverzoek waren gekomen, want wij vonden dat het hoog nodig was dat de raad, eventueel via vertegenwoordigers per fractie, in ieder geval bij elkaar kwam. Besef wel, we zijn nog niet bij el6
kaar geweest. We hebben een gesprek met de initiatiefnemer gehad, maar we zijn nog niet bij elkaar geweest. Ik heb nog niet gehoord wat de Partij van de Arbeid of de VVD of welke partij nu eigenlijk van zijn verkiezingsplannen in ieder geval wil waarmaken. Wij zijn nog niet bij elkaar geweest en dus zijn wij blij met deze vergadering. Wij hebben ook gezegd, dat heb ik zelf verwoord in de agendacommissie waar ik deel van uit mag maken, dat wij deze vergadering zullen aangrijpen om te zeggen waar we staan. Voorzitter, laat het simpel zijn, wij denken dat nu de raad zijn verantwoordelijkheid moet nemen. Wij denken dat, in tegenstelling tot punt 2 van het initiatiefvoorstel, dat er nu door de raad een initiatief genomen moet worden en wel gewoon volgens de manieren die daarvoor staan. Als namelijk na vijf weken de initiatiefnemer er niet in slaagt om los te komen dan denken wij dat de raad bij meerderheid zal moeten besluiten dat het stokje moet worden overgenomen door de fractievoorzitter van de tweede grootste partij. Dat is de gebruikelijke procedure die in andere plaatsen gebruikt wordt en wat ook in het verleden in Bergen op Zoom wel eens gebeurd is. Dat is de reden waarom wij van mening zijn dat wij stemtechnisch het voor deze vergadering het in ieder geval mogelijk moeten maken dat het ook gebeurt. Wij komen als CDA met een voorstel waarbij wij overeenstemming hebben gezocht en iedereen de kans gegeven hebben om mede te tekenen, ik herhaal ik heb elke fractie de kans gegeven om mee te tekenen behalve de indiener van het initiatiefvoorstel realiseer ik me nu, en er is een aantal partijen dat het amendement mede heeft ondertekend, te weten de Partij van de Arbeid, Gemeentebelangen/Werknemerspartij en Groen Links en het CDA. Dat amendement wil ik graag nu indienen waarbij de inhoud luidt, laten we de fractievoorzitter of lijsttrekker van de tweede partij in de raad, met een minimaal aantal stemmen minder, de opdracht geven om binnen vier weken te komen met een raadsprogramma dat zo breed mogelijk gedragen wordt door de raadsfracties. De raadsfracties die dat dragen vormen dan ook de coalitie. Ik herhaal het nog een keer want het is een belangrijk facet: een raadsprogramma op hoofdlijnen en alle fracties in de raad die dat raadsprogramma steunen zijn de coalitie, want dat zijn de fracties in het duale stelsel die dat raadsprogramma willen realiseren en die elkaar daarover hebben aangekeken en die elkaar ook kunnen aankijken. Verder als tweede punt, diezelfde lijsttrekker van de op een na grootste partij de opdracht te geven om te komen tot een college dat in ieder geval bij de aanstelling leunt op een meerderheid. Heel simpel, want anders kun je het niet aanstellen. In het duale stelsel moet een college uit de raad en dat betekent dat voor ons dat eerste punt van essentieel belang is. Alle raadsfracties die inhoudelijk achter het raadsprogramma willen staan kunnen daar ook over praten als ze onderling op weg zijn. De fracties die dat niet doen, die dat niet willen, zijn in het duale stelsel ook degenen die voortdurend een oppositionele rol hebben, want zij hebben dat programma niet onderschreven. Met dit amendement, van deze strekking, geven wij de vergadering een kans om naast de keuze voor het beginselvoorstel zoals door de initiatiefnemer van de grootste partij is weggelegd, waarbij twee onafhankelijke mensen door de meerderheid van de raad worden aangesteld om te komen tot, wij gewoon de normale politieke lijn volgen, die ook in het verleden is toegepast en ook in andere plaatsen is toegepast, dat nadat de lijsttrekker van de grootste partij het stokje teruggeeft dan kunnen we over de foutenanalyse gaan praten en dan heb ik nog een half uur nodig, en zijn stokje doorgeeft aan de fractievoorzitter van de tweede partij. U zult in het amendement ook zien dat wij er een tijdspad aan gegeven hebben van vier weken. Wij hebben zelf de indruk, maar degene die dan de zaak trekt moet het zelf bepalen, dat binnen vier weken veel werk verzet kan worden. Wij zouden graag met Koninginnedag een raad hebben die zijn programma heeft en een bestuurscollege hebben dat zit. Ik denk dat dat goed zou zijn voor de stad. Vandaar dat ik met enige bescheidenheid maar wel sprekende voor de verschillende fracties, een amendement indien. Verder denk ik dat wij van heel deze procedure vijf weken lang veel geleerd hebben. Ik heb, telkens lezende en luisterend naar de radio, verschillende keren mogen vernemen wie mij mag en wie mij niet mag. Ik ben daar iedereen dankbaar voor, maar in de politiek vind ik dat van ondergeschikt 7
belang. Weet je wat ik veel belangrijker vind? Met wie en wat we dadelijk in deze zaal gaan doen met zijn allen. Ik hoop dat we straks een groep mensen bereid vinden om daar hun schouders onder te gaan zetten. Dat is mijn grote wens. Neem van mij aan dat de stad waarvoor wij gekozen zijn is dat dubbel en dwars waard is. De VOORZITTER: Ik heb een amendement ontvangen met de volgende inhoud: De raad van de gemeente Bergen op Zoom In vergadering bijeen op 11 april 2002-04-14 gelet op het voorstel GRIF/02 met beschrijving: aanbieden eindrapportage informateurs van buiten de raad/opdrachtverlening onderzoek naar vorming breedgedragen college BESLUIT Het gestelde onder 2 zodanig te wijzigen dat dit komt te luiden als volgt: 2. Aan C.W.M. van der Weegen opdracht te verstrekken om binnen 4 weken na heden te komen tot: a. Een raadsprogramma op hoofdlijnen, dat kan rekenen op een zo breed mogelijk draagvlak in de Raad en deze brede meerderheid de coalitie te laten zijn. b. De vorming van een college, dat kan rekenen op een meerderheid in de raad en dat bereid is om op basis van het raadsprogramma een collegeprogramma op te stellen en dat z.s.m. aan de raad te presenteren. Dit amendement is ondertekend door vertegenwoordigers van Gemeentebelangen/ Werknemerspartij, CDA, Partij van de Arbeid en Groen Links. Voldoende ondersteund maakt dit amendement deel uit van de beraadslagingen. Het woord is aan de woordvoerder van de VVD, de heer Roks De heer ROKS: Ik heb heel aandachtig naar mijn collega mijnheer Withagen geluisterd. Ik kom daar straks op terug, maar ik denk dat we er snel uit zijn als ik dat zo hoor, een raadsprogramma en eenieder die zich daarin kan vinden kan deel uitmaken van die coalitie. Ik kom daar straks op terug. Ook de VVD heeft diep nagedacht na de verkiezingen van 6 maart. De tevredenheid die het CDA daarover mocht hebben, natuurlijk gunnen wij hen dat van harte, hadden wij niet. Wij waren niet zo tevreden na die verkiezingen met het verlies van een zetel. Ik wil het dan wat breder trekken, wij hebben de afgelopen periode met vier partijen, zijnde VVD, Gemeentebelangen/ Werknemerspartij, CDA en Partij van de Arbeid, een coalitie gevormd. Diezelfde coalitie heeft twee zetels verloren. De burger heeft daarover gesproken en laten we er nu even van uitgaan dat de burger altijd gelijk heeft, althans degene die gaat stemmen heeft naar mijn mening gelijk, dan betekent dat dat het beleid dat wij als vier partijen de afgelopen periode hebben gevoerd bij de kiezer nu niet datgene bracht dat wij eigenlijk hebben bedoeld. Het gevolg daarvan was dat een partij niet allen qua stemmen maar ook qua zetels heeft gewonnen en heel even ruw gerekend, de twee zetels die de coalitie heeft verloren heeft de Groepering Leefbaarheid gewonnen. Als we dan gaan formeren, de vorige keer mochten wij dat doen, dan is het inderdaad aan de grootste partij en aan de lijsttrekker van de grootste partij, in dit geval de heer Linssen, om te trachten een meerderheid binnen de raad te krijgen die een regeerprogramma, laat ik het zo maar even noemen, uit kan gaan voeren. Natuurlijk mag je discussiëren over de manier waarop dat gebeurt. Twee voorgaande sprekers hebben het al gezegd, natuurlijk mag ieder dat vrij doen. Wij zouden geen partij van vrijheid zijn als wij tegen de heer Linssen zouden zeggen, mijnheer Linssen u doet het niet goed, u moet het anders doen. Nee, dat hebben wij als fractie duidelijk niet gezegd. Mijnheer Linssen is vijf weken bezig. Het heeft helaas niet geleid tot de vorming van een coalitie. Ook wij, laat daar geen misverstand over bestaan, hadden het liefst zo snel mogelijk een meerderheid gecreëerd die in het volste vertrouwen de komende vier jaar samen zou kunnen werken. De meerderheid van de raad en het is hier in de raadszaal zo vaak gezegd, beslist. Diezelfde meerderheid van de raad heeft de informa8
teur het groene licht gegeven om twee hulpinformateurs te benoemen en daar in ieder geval mee verder te gaan. Natuurlijk hebben wij als VVD-fractie begrip voor elk standpunt dat een partij inbrengt. Wij hebben begrip voor elk standpunt dat een partij denkt in te moeten nemen. Wij vinden als democratische partij dat een meerderheid een meerderheid is en dat je gehoor moet geven binnen de raad aan wat diezelfde meerderheid vindt, overigens met alle begrip voor het standpunt van de vier partijen die gemeend hebben te moeten stoppen met de gesprekken over de vorming van een coalitie. Nogmaals wij hebben daar alle begrip voor en het is aan de partijen zelf om dat aan de kiezer uit te leggen, dat hoeven wij niet te doen. Wij hadden het niet meer dan hoffelijk gevonden als men de meerderheid van de raad gevolgd was. Dat is niet gebeurd, dus er moet iets anders. Ik zal u vertellen dat de VVD-fractie het daar ontzettend moeilijk mee heeft gehad. De VVD-fractie heeft daar vanavond nog heel uitgebreid en laat ik het heel voorzichtig uitdrukken, nog vrij pittig over gediscussieerd wat we nu moeten doen. Moet je meegaan met partijen die in feite geen respect hebben voor de democratie, voor een meerderheid in de raad. Wat voor ons de boventoon voert is datgene wat de burger, de kiezer, in onze gemeente in feite moet krijgen. Wat moet onze kiezer krijgen? Die moet een bestuur krijgen dat kan rekenen op een meerderheid. Ik heb goed naar mijn collega de heer Withagen geluisterd en ik heb het in het begin ook al gezegd, ik herhaal het maar even, wij moeten met zijn allen komen tot het vormen van een raadsprogramma. Iedereen die zich kan vinden in dat programma kan deel uitmaken van de coalitie. Als ik het niet goed formuleer hoor ik dat in tweede termijn wel van mijn collega van het CDA. Voorzitter, wij hebben als VVD-fractie altijd steun gegeven aan de informatiepoging van in eerste instantie de heer Linssen en in tweede instantie van de heren Niederer en Stuart. Waarom hebben wij dat gedaan? Het zijn twee personen die toch politiek weten wat er speelt, het zijn twee personen die zich de laatste periode in ieder geval niet hebben bemoeid met de politiek zo wij die hier in onze gemeente hebben gevoerd en het zijn mensen die weten waar in feite binnen onze raad de pijnpunten liggen. De VVD-fractie is van mening dat toch de pijnpunten niet liggen bij de programma’s. Als ik gewoon alle programma’s naast elkaar leg en ik zal hier geen uitspraak doen want er is de afgelopen vijf weken zo ontzettend veel gezegd en dan moet ik de heer Withagen gelijk geven, u hebt zelden zoveel gelijk gekregen als vanavond mijnheer Withagen, maar wat er telt is datgene wat hier in de openbaarheid wordt gezegd. Laat ik het gewoon glashelder zeggen, alle geruchten, alle zaken over die doet dit en die wil dat, die wil niet met die en die niet met die, moeten wij dan hier in de openbaarheid uitspreken. Wat wil nu de VVD-fractie? We moeten natuurlijk toch verder en er zal een coalitie, er zal een bestuur gevormd moeten worden. Nogmaals met alle respect voor hoe partijen de afgelopen vijf weken hebben geopereerd. Ik vond het toch nuttig om dat te vertellen, althans nodig om te vertellen wat onze gedachten daarover waren en dat moet, dacht ik, in alle vrijheid kunnen. De VVDfractie wil het volgende voorstellen, te komen tot een zo groot mogelijke meerderheid. In het stuk van de heren Niederer en Stuart zijn wat opties genoemd. Wij vinden het niet correct dat er opties genoemd worden waarbij partijen worden uitgesloten. Heel simpel en ik spreek even namens de VVD-fractie, de VVD-fractie wil een zo breed mogelijke coalitie. De huidige coalitie heeft twee zetels verloren. Dat betekent een meerderheid van krap één, achttien. Wij vinden die meerderheid te smal. Wij willen in ieder geval een zo breed mogelijk raadsprogramma en als het zo is dat er partijen uitgesloten worden, dan heeft de VVD-fractie de voorkeur voor de optie dat wij in ieder geval de huidige coalitie minimaal aanvullen met Lijst Linssen. Maar laten we nu helder zijn. Waarom zouden wij als democratische partij een partij die door de kiezer de winst krijgt van twee zetels op voorhand uitsluiten. Ik ga dan toch nog even door want dan schiet er nog één partij over. Als we dan toch met zijn alleen een zo breed mogelijk raadsprogramma willen maken, dan is de VVD er voorstander van dat we maar eens gaan kijken hoe we met alle acht partijen door één deur kunnen of niet door één deur kunnen. Laten we het dan programmatisch maar eens naast elkaar leggen en natuurlijk als we het programma van de VVD naast het programma van Groen Links leggen dan zullen we nog heel lang moeten praten willen we tot elkaar komen, maar op voorhand 9
zaken uit te sluiten dat doet de VVD-fractie niet. Ik wil het gewoon herhalen, natuurlijk D66 is voor ons niet aan de orde om uit te sluiten omdat wij twee periodes terug al samen in één coalitie hebben gezeten dat is geen enkel probleem. Ik wil echter helder verwoorden dat de VVD-fractie op voorhand geen partij uitsluit. Om dan alle misverstanden te voorkomen opdat morgen niet in de krant staat de VVD wil niet met Leefbaarheid, de VVD sluit op dit moment ook Leefbaarheid niet uit als zijnde partner. Dan het punt wie moet het gaan doen? Eigenlijk de belangrijkste vraag. Ik ben het eens met mijnheer Linssen, gaat het nu in deze raad altijd over programma’s, gaat het altijd over programmapunten? Nee, daar moeten wij als volwassen mensen eerlijk in zijn. Het gaat niet altijd om de programmapunten, het gaat inderdaad vaak over de poppetjes. Je moet vier jaar met elkaar door dus je moet elkaar vier jaar lang kunnen vertrouwen, je moet elkaar vier jaar lang vasthouden. Wie moet dat nu doen? Het is voor de VVD-fractie op zich niet belangrijk wie dat doet. Eén ding moet helder zijn. Ik vind het jammer dat in het amendement de periode van 4 weken staat, er is al heel wat werk gedaan en laten we dat niet weggooien, wie het ook gaat doen. Wij hopen althans dat het veel korter kan dan 4 weken, want als we praten over programma’s en we leggen die naast elkaar en we zijn het over die programmapunten eens, dan is er snel een nieuwe coalitie. Natuurlijk heeft de VVD-fractie geen enkel probleem met het feit dat de fractievoorzitter van de tweede grootste partij, Gemeentebelangen/Werknemerspartij, dat gaat doen. Wat wij ons alleen afvragen is, is dat nu verstandig? Er zijn partijen die hebben geweigerd om te praten met de meerderheid in de raad, of althans met de informateur namens een meerderheid in de raad. Natuurlijk komen wij hier vanavond met de allerbeste bedoelingen en allemaal met hetzelfde idee zo snel mogelijk een meerderheid formeren die aan de slag kan. Waarom zou er nu opeens op vrijdagmorgen 12 april de mogelijkheid zijn om wel met alle acht partijen te vergaderen? Ik vraag me af en dat zouden de fractievoorzitters mij in tweede termijn nu eens uit moeten leggen, waarom wij op 12 april wel met zijn allen kunnen praten en op 10 april blijkbaar niet. Maar genoeg daarover. Het zal helder zijn dat de VVDfractie wat dit betreft een meerderheid in de raad zal steunen omdat wij vinden, ik benadruk het toch even met pijn in het hart, dat er een coalitie, een meerderheid gevormd moet worden. Het komt hierop neer dat als de meerderheid van de raad vindt dat de fractievoorzitter of de lijsttrekker van de tweede grootste partij dat moet doen dan zal de VVD, nogmaals en ik weet dat ik het voor de derde keer zeg, toch met pijn in het hart daar ja tegen zeggen. Is er een ander besluit dan zullen wij dat in ieder geval respecteren. De VOORZITTER: Dank u zeer. Het woord is aan de heer Roosenboom namens de Groepering Leefbaarheid. De heer ROOSENBOOM: Ik ga iets doen wat ik normaal niet doe, iets voorlezen. U weet dat we nu een grote fractie hebben en die denken met me mee. Ik wil even een reactie geven op “Waar een wil is is een weg”. Uit de rapportage van de beide informateurs blijkt dat de inhoud van de programma’s van de verschillende partijen geen maatstaf is voor het uitsluiten van enige partij uit een mogelijke coalitie. Wel wordt gesteld dat alle partijen een samenwerking met Leefbaarheid uitsluiten. De reden hiervoor wordt niet gegeven. A. de reden ligt in de persoonlijke sfeer en B. de reden inzake integratie van de kernen van Bergen op Zoom. Ad A. Als reden in de persoonlijke sfeer liggen is het duidelijk het achteromkijken van de verschillende partijen. Dit wordt met name door de informateurs afgekeurd. Het gedrag van de Groepering is door de kiezers beoordeeld. Dit heeft geleid tot het groeien van Leefbaarheid. Het gevolg hiervan is dat de invloed van de individuele personen afneemt en ook dus de aversie om die reden zal afnemen. Ad. B. Leefbaarheid vindt zijn oorsprong in enkele kernen van de gemeente Bergen op Zoom. De kiezers van Leefbaarheid komen ook uit deze kernen. Leefbaarheid functioneert door de specifieke 10
directe kontakten met haar achterban als volksvertegenwoordiger. Dit is juist wat volgens de informateurs in het duale stelsel een taak is voor de raadsleden. Leefbaarheid loop hier dus voor op de andere partijen. In de jongste verkiezingen heeft een verschuiving van de kiezers plaatsgevonden. Meer kiezers dan voorheen uit de kern Bergen op Zoom hebben voor Leefbaarheid gekozen, reden voor Leefbaarheid om de belangen van al hun kiezers te behartigen. Uit bovenstaande blijkt dat de eventuele obstructie tegen Leefbaarheid van de overige partijen in de nieuwe raadsperiode zijn verdwenen. Leefbaarheid zal naar de toekomst blijven kijken en is bereid tot samenwerking met alle partijen. Daarvan akte. Mijnheer de voorzitter, ik heb het blad of boek dat we hebben gekregen natuurlijk met veel plezier verschillende keren gelezen. Elke keer kom ik op dezelfde bladzijde terug en dat zijn de kolommen die ik dan zie en dan blijkt er maar één overwinnaar te zijn van de verkiezingen en dat is Leefbaarheid. Iedereen probeert zich rijk te rekenen en zegt ja we hebben wat meer stemmen gehad, maar we drukken ons niet uit in het aantal stemmen, we drukken ons uit in de Tweede en Eerste Kamer in kamerzetels en hier praten we over raadszetels. Leefbaarheid is van drie naar vijf zetels gegaan en er zijn partijen van zes naar vijf zetels gegaan. Voorheen hadden wij drie raadszetels en de grote partijen hadden er zes, we hadden de helft en nu zijn we gelijk. Dat is een verschuiving wat je gerust een behoorlijke verschuiving mag noemen. Vandaar dat ik even het accent leg op wie met de verkiezingen als enige winnaar uit de bus is gekomen. Ik kom daar straks nog wel even op terug. Dan naar het stuk dat ons is toegestuurd. Er zijn diverse opties genoemd, optie 1, 2 en 3. Dan vind ik het eigenlijk een zielig gedoe dat bij optie 3, die eigenlijk wordt genoemd als de enige goede, wordt bijgezegd omdat drie partijen uit deze eventuele coalitie een duidelijke stemmenwinst hebben gehaald. Dat is correct, maar dan hadden ze erbij moeten schrijven dat er ook twee partijen bij zitten die duidelijk hebben verloren en dat hebben ze verzuimd erbij te zetten. Nog een derde opmerking is dat degene die echt heeft gewonnen er niet in voorkomt. Wij blijven daarom ook deze avond met belangstelling luisteren en we horen niets anders dan dat men met iedereen wil samenwerken. Wij hebben dan ook twee moties gemaakt of amendementen. Ik word gecorrigeerd en daarom is het wel goed dat ik hier tussen mijn mensen zit die mij kunnen corrigeren als ik iets verkeerds zeg. Terug naar het amendement. Daar mis ik in en daarom heb ik het ook niet ondertekend dat men wel naar de raadsprogramma’s wil kijken, maar er staat niet in dat de eventuele nieuwe formateur rekening moet houden met de verkiezingsuitslag. Als men daaraan voorbijgaat hoe kunnen dan partijen hier vanavond zeggen wij hebben democratie in onze naam staan. Dat is geen democratie, dat is dictatuur. Als men zich democraat wil noemen en men neemt dan één partij die duidelijk winst heeft behaald, van drie naar vijf zetels, niet serieus, dan vraag ik me af wat het woord democratie betekent voor deze mensen. Is dat omdat zo goed uitkomt in gesprekken? Ik hoop dat ze daar eens diep over nadenken en dat ook mee laten wegen bij een volgende formatie. Als dat de heer Van der Weegen zou moeten worden dan vind ik eigenlijk dat hij zijn beurt voorbij heeft laten gaan. De heer Van der Weegen heeft al een keer geformeerd en dacht dat hij een coalitie had en werd de andere dag teruggefloten omdat de VVD-onderhandelaars niet het mandaat kregen van de totale fractie. Het stokje doorgeven vind ik allemaal onzin, het lijkt wel een estafette en dan zou je onderhand nog veronderstellen dat Groen Links nog aan de beurt komt want ik denk dat het toch al wel heel moeilijk wordt om een coalitie te formeren met allerlei tegenstrijdigheden tegen personen gericht. Maar het is niet ondenkbaar. Eigenlijk zou de heer Withagen nu aan de beurt zijn omdat de heer Van der Weegen zoals gebruikelijk niet het geduld op kon brengen om een formateur zijn werk te laten doen en daar tussendoor de zaak probeert te laten springen. Dat is helaas niet gelukt, anders hadden we al veertien dagen een coalitie gehad en dan bestaande uit de bestaande coalitie zoals die ook de afgelopen periode heeft bestuurd. Die coalitie is duidelijk door de kiezer afgewezen. Het is niet niks als zo’n coalitie twee raadszetels verliest en dan die twee raadszetels naar de oppositie gaan.
11
De groepering Leefbaarheid heeft ten aanzien van de formateurs, daarom denk ik dat wij hoge ogen scoren, geen enkele blokkade opgeworpen, niet naar partijen noch naar personen. Wij hebben net als de VVD gezegd het zal misschien moeilijk zijn om met een programma van Groen Links eruit te komen, maar alles kan, dus waarom dat niet. Men kan landen op de maand en dat behoort zelfs tot de mogelijkheden. Wij hebben zelfs geen eisen gesteld voor de toekomst. We hebben alleen wat bedenkingen gemaakt ten aanzien van grootschalige plannen, maar wij hebben ook gezegd dat democratisch genomen besluiten door de raad, ook door vorige raad kan ik stellen, door ons worden gerespecteerd en dat wij die zullen uitvoeren, ook waren wij bij sommige voorstellen tegen. De raad beslist en dan gaan wij daar ook achter staan. Ik denk dat ik nu maar eindig, want ik heb denk ik datgene gezegd wat ik wilde zeggen. Ik moet uitkijken dat ik niet alles ga herhalen. Ik heb u verteld dat wij twee amendementen hebben die ik u ga overhandigen met een aardigheidje erbij, maar dat zult u wel zien. De VOORZITTER: Ik heb een amendement ontvangen met de volgende inhoud: Amendement I De gemeenteraad bijeen in de raadsvergadering van donderdag 11 april 2002 te Bergen op Zoom Besluit Tot verdere bespreking van een coalitievorming bestaande uit de partijen/groeperingen: Lijst Linssen CDA LEEFBAARHEID BoZ/Halsteren/Lepelstraat PvdA Zo mogelijk aangevuld met een 5e partij te weten D66/BSD. Hiermede zou gehoor gegeven worden aan de uitslag van de recent gehouden Gemeenteraadsverkiezingen. En verder over te gaan tot de orde van de vergadering. Amendement II De gemeenteraad bijeen in de raadsvergadering van donderdag 11 april 2002 te Bergen op Zoom Besluit Tot verdere bespreking van een coalitie vorming bestaande uit de partijen/groeperingen Lijst Linssen, CDA GB/WP VVD PvdA en/of D66/BSD Aangevuld met LEEFBAARHEID BoZ/Halsteren/Lepelstraat En verder over te gaan tot de orde van de vergadering. Nog aangevuld met een aardige tekening, maar ik neem aan dat die voor mijn particulier bezit is, waarvoor dank. Ik heb daarstraks de spreker verzocht verder te gaan met het onderwerp. Dat heeft plaatsgevonden en er wordt kennisgenomen van de bemerkingen. Dan zijn hiermede de amendementen behandeld en is het woord aan de heer Van den Kieboom namens de Partij van de Arbeid. De heer VAN DEN KIEBOOM: In de aanloop naar de verkiezingen van 6 maart heeft de Partij van de Arbeid, zoals ook gebruikelijk bij andere partijen, de kiezers een verkiezingsprogramma gepresenteerd. Maar naast dat verkiezingsprogramma heeft de Partij van de Arbeid heel nadrukkelijk het beleid van het nu nog zittende college mede als inzet van de verkiezingen gemaakt. Daarmee heeft 12
de Partij van de Arbeid haar verantwoording willen afleggen over het beleid wat zij mede in dit college heeft ingevuld. Vanzelfsprekend is het een kwestie van verantwoording afleggen over de afgelopen periode en aangeven waar de Partij van de Arbeid in de komende periode voor wil staan. Ik mag u zeggen dat de kiezer de deelname van de Partij van de Arbeid en het nemen van de verantwoordelijkheid voor de deelname en voor het beleid dat dit college heeft gevoerd daarin heeft erkendd en mag ik misschien wat onbescheiden zeggen, daar ook de Partij van de Arbeid een stuk voor beloond heeft. Niet dat we een echte winnaar zijn in de zin van extra zetels, maar met ruim 600 stemmen meer toch een bemoedigend signaal van de kiezer. Ook dat zal de Partij van de Arbeid als referentiepunt gebruiken voor de verdere bepaling van de toekomst, ook daar waar het gaat over deelnemen aan en het nemen van verantwoordelijkheid. Toch even een kleine terugblik over de afgelopen periode. Het is gebruikelijk dat na de verkiezingen de grootste fractie en in dit geval een fractie die een aantal stemmen meer heeft gehaald dan de daarop volgende fractie, het voortouw neemt, het initiatief neemt, om te komen tot coalitievorming. Het was ook in die zin vanzelfsprekend dat de heer Linssen het voortouw heeft genomen. De heer Linssen heeft daarbij als informateur gekozen voor een aanpak, voor een werkwijze, met een constructie en hulpconstructies zoals hij dat gedaan heeft. Wij respecteren dat, maar tegelijkertijd willen we daarbij opmerken dat de heer Linssen daar ook volledig voor verantwoordelijk is en blijft. We hebben de aanpak van de heer Linssen gerespecteerd en hebben ook loyaal meegewerkt daar waar het gaat over de uitnodigingen die van de informateur naar de Partij van de Arbeid zijn gegaan. We hebben helaas wel moeten constateren dat bij het proces dat de afgelopen week heeft plaatsgevonden de aanpak en werkwijze vooral erg gefocust was op datgene wat personen scheidt of personen uitsluit als het gaat over de poppetjes. Wij hadden veel liever gezien vanuit zorgvuldige omgangsvormen dat er vooral gekeken was naar datgene wat partijen bindt en dat dat meer benadrukt zou zijn geworden. Ik kom daar dadelijk nog even op terug. In het eerste gesprek met de informateur heeft de delegatie van de Partij van de Arbeid, Arnold Hagenaars en ondergetekende, vooral ervoor gepleit te komen tot een brede coalitie. Een brede coalitie met een programma op hoofdlijnen. Een brede coalitie is niet hetzelfde als een college, maar dat is inmiddels al door een aantal sprekers naar voren gebracht. Het gaat over een programma op hoofdlijnen waar partijen zich wel of niet in kunnen vinden. De Partij van de Arbeid heeft in haar tweede ontmoeting met de informateur daarom er vooral voor gepleit om nu eerst maar eens te komen tot een programmatische vergelijking van de verkiezingsprogramma’s van de verschillende partijen. Dit is te meer van belang omdat juist in het nieuwe duale stelsel dat heel sterk gaat spelen. We moeten komen tot een raadsprogramma. Na twee gesprekronden heeft de informateur zijn conclusies getrokken, waarvan wij eerder hebben aangegeven dat wij die conclusies niet geheel en zelfs grotendeels niet delen. Naar onze opvatting had de enige juiste conclusie op dat moment moeten zijn dat de heer Linssen, ondanks zijn pogingen, als informateur er niet in geslaagd was om tot een coalitie te komen. Dat heeft de heer Linssen niet als zodanig erkend en geconcludeerd en mijnheer Linssen heeft toen, naar onze opvatting eenzijdig, een opdracht gegeven aan twee adviseurs, waarvan wij overigens de namen in de krant moesten lezen dan wel van anderen moesten horen, en waarbij hij de adviseurs de opdracht gaf waarbij ook nog eens een keer in die opdracht werd meegegeven dat de eerdere conclusies van de heer Linssen mede als uitgangspunt dienden voor de aanpak van die informateurs. Het was dus een eenzijdige opdracht van de informateur aan die adviseurs zonder dat de heer Linssen een plenaire bijeenkomst had gepland en bijeengeroepen om zijn bevindingen uit de eerste ronde te bespreken, te evalueren en te bezien of daar in gezamenlijkheid conclusies uit te trekken zouden zijn. Daartegen voerde de Partij van de Arbeid ernstige bezwaren op. Het kan niet zo zijn dat zonder daarover met de andere fracties te overleggen de informateur opdrachten geeft aan anderen, waarbij ik wel op wens te merken dat wij ons volledige vertrouwen hebben uitgesproken in de twee adviseurs de heren Niederer en Stuart en dan ook nog eens een keer daarbij de opdracht meegeeft dat zijn eerdere conclusies als een belangrijk uitgangspunt moeten worden meegenomen. 13
De Partij van de Arbeid heeft kennisgenomen van de eindrapportage van de adviseurs. Wij zijn op de eerste uitnodiging van de adviseurs niet ingegaan wat wij hebben gemotiveerd in een brief aan de adviseurs. Ook op de tweede uitnodiging van de adviseurs zijn wij niet ingegaan omdat de Partij van de Arbeid van mening is dat er geen sprake was van wijziging van omstandigheden, maar slechts een voortzetting van de procedure waarvan wij in een eerder stadium hebben aangegeven het daar niet mee eens te zijn. Nu ligt er een initiatiefvoorstel voor ons van de heer Linssen waar wij als Partij van de Arbeid met punt 1 geen problemen hebben, sterker nog we hebben ons uiteindelijk oordeel dat we vanavond zullen aangeven in deze vergadering gebaseerd op die rapportage waarin ook de procedure wordt geschetst zoals die gevolgd is. Overigens was naar onze opvatting de enig juiste conclusie geweest dat de heer Linssen er niet in geslaagd was om zijn informatiepoging tot een goed einde te brengen met een resultaat. Ik wil naar de heer Roks dan nog de opmerking maken dat het niet ondemocratisch was van de vier partijen om geen gevolg te geven aan de uitnodiging van de informateurs, het kon niet tot een democratische besluitvorming komen omdat we niet bij elkaar zaten. We moesten dan constateren dat partijen op verschillende manier werden geïnformeerd. Wij werden als Partij van de Arbeid samen met een aantal andere fracties op een bepaald moment schriftelijk geïnformeerd, andere partijen werden in die voorfase telefonisch geïnformeerd en dan ook weer schriftelijk. Ik moet u eerlijk zeggen dat dat niet getuigde van een zorgvuldige omgang in dit proces en ook niet van een behandeling van partijen op gelijke wijze. Maar goed. Ten aanzien van punt 2 in het conceptbesluit is de Partij van de Arbeid van mening dat dit zijn basis vindt in de aanpak zoals die door de informateur samen met de adviseurs, we hebben geen enkele reden om te twijfelen aan de integriteit van die adviseurs, die hebben hun werk gedaan en daarvoor waardering. Punt 2 is gebaseerd op het proces dat de informateur met zijn adviseurs heeft gevolgd, waarvan wij in een eerder stadium hebben aangegeven dat wij het daar niet mee eens te zijn. De enige conclusie die nu eigenlijk nog rest is dat wij na ruim 5 weken nog niet veel verder zijn gekomen en dat het hoog tijd wordt dat we nu stappen vooruit gaan zetten. Dat betekent dat wij concluderen dat de heer Linssen zijn kans heeft gehad, naar onze opvattingen een eerlijke kans, en niet geslaagd is en dat dan, zoals gebruikelijk, de lijsttrekker van de tweede grootste fractie kan worden gevraagd om tot een initiatief te komen om wel tot coalitievorming te kunnen komen. Als wij daar de komende weken niet in slagen, dan ben ik bang dat we zo langzamerhand een karikatuur van onszelf worden. Samengevat zullen wij tegen het voorstel stemmen zoals dat vanavond op de agenda staat en aangeleverd is door initiatiefnemer Linssen en ik geef u nu al aan, uiteraard, dat wij om redenen zoals in mijn inleiding is aangegeven, het amendement zoals door de heer Withagen aangeboden, ook daarom hebben ondertekend. De VOORZITTER: Het woord is aan mevrouw Kammeijer namens D66/BSD. Mevrouw KAMMEIJER: Bergen op Zoom is toe aan verandering, dat lijkt de kiezer op 6 maart in ieder geval tegen ons te willen zeggen. Als ik kijk naar de uitslag van de afgelopen gemeenteraadsverkiezingen waaruit blijkt dat de kiezers duidelijk in beweging zijn en kijk naar de gang van zaken rond het informatieproces, moet ik zeggen dat D66/BSD teleurgesteld is en het betreurt dat in de afgelopen weken na de verkiezingen aan bepaalde democratische elementen onvoldoende recht is gedaan. De grote winnaar van deze verkiezingen, het is al eerder gezegd, is onmiskenbaar de Groepering Leefbaarheid. Toch werd de partij op voorhand door een groot aantal partijen in de raad uitgesloten. Wij betreuren de houding van een aantal partijen die weigeren gevolg te geven aan de uitnodiging om gesprekken met de informateurs te voeren. Wij vinden dit een miskenning van normale democratische verhoudingen. Het minste wat je in een informatiefase kunt doen is met elkaar praten en ideeën uitwisselen. De basis om tot een democratisch gelegitimeerd stadsbestuur 14
te komen is toch wel communicatie. Wanneer de grootste partij pogingen onderneemt om tot een andersoortig, maar daarom niet minder zinvol, informatieproces te komen is het naar onze mening onnodig respectloos om aan de uitnodiging om te komen praten gewoonweg geen gevolg te geven. Zeker wanneer daar een democratische meerderheid voor is. Wij vragen ons in gemoede dan ook af wat er in Bergen op Zoom aan de hand is. Elementaire vormen van goed onderling overleg worden gewoonweg overboord gezet. Waarom zoveel terughoudendheid? Uit de heldere tussen- en eindrapportage van de beide informateurs blijkt de gekozen weg geen verkeerde te zijn geweest. Naar onze mening is het nuttig om voorafgaand aan programmatische onderhandelingen af te tasten hoeveel politieke bereidheid er is om tot een breed gedragen bestuurlijke invulling te komen. Anders gezegd, laat maar direct zien waar de knelpunten liggen zodat die eerst opgelost kunnen worden. Van daar uit kun je op een constructieve wijze aan een goed programma werken. Wij onderschrijven de conclusies en aanbevelingen uit de tussenrapportage. Naar onze mening biedt dualisering kansen die de raad op een constructieve en positieve manier moet aangrijpen om, zoals terecht in de eindrapportage wordt gezegd, gezamenlijk te bouwen aan een andere bestuurscultuur. Wij onderschrijven ook de conclusies zoals die in de eindrapportage worden geformuleerd. Wij zien deze bijeenkomst als een laatste kans om als raad gezamenlijk te laten zien dat je wilt werken aan de totstandkoming van het bestuur waarin recht wordt gedaan aan de wens van de kiezers en aan datgene wat deze gemeente hard nodig heeft, namelijk een breed draagvlak om daadkrachtig te besturen. D66/BSD is van mening dat de vervolg informatieopdracht op basis van programmatische vergelijking zo breed mogelijk van samenstelling verder gestalte moet krijgen. Dit komt tegemoet aan de wens van partijen die tot nu toe uitsluitend op basis van programmatische punten wilden praten. Het leek ons dat zij geen nee kunnen zeggen en dat blijkt ook tegen een door de raad gelegitimeerde vervolgopdracht op breed draagvlak gericht. Wij hebben vertrouwen in de beide informateurs, Niederer en Stuart, en wij zijn van mening dat deze opdracht aan hen moet worden verstrekt. We ondersteunen het tweede amendement van de Groepering Leefbaarheid omdat daar in wezen over die brede samenstelling gesproken wordt, waarbij recht wordt gedaan aan de winst die door de Groepering Leefbaarheid is geboekt en terecht praat je dan over een brede samenstelling. Tenslotte zouden wij nadrukkelijk willen meegeven dat in het vervolg het niet moet gaan om partijen, niet om poppetjes, maar bovenal om te komen tot een stadsbestuur met daadkracht en vooral met kwaliteit. Onze fractie zal hierbij op een open en transparante wijze proberen zich constructief te blijven opstellen met respect voor meningen van anderen, ideeën van andere partijen zoals dat in een democratische samenleving gebruikelijk is. Wij hopen dat die bereidheid ook bij de andere partijen aanwezig is. De VOORZITTER: Dank u zeer mevrouw Kammeijer. Het woord is aan de heer Harijgens namens Groen Links. De heer HARIJGENS: Toen ik hier vanavond naar toe kwam, kwam ik met het lood in mijn schoenen want ik voel mij vijf weken verder maar ook niet meer dan vijf weken ouder dus al zeker niet vijf weken wijzer. Gaande de vergadering is die gemoedstoestand van, laat ik maar gerust zeggen neerslachtigheid, omgeslagen in blijheid en trots, want het is niet niks als je in een rapportage van toch 2 gerespecteerde informateurs, hulpinformateurs, moet lezen dat jouw partij wordt uitgesloten door minimaal drie andere fracties. Ik ben dan blij dat dat getal vanavond gereduceerd is tot slechts een. Dat is winst en daar kun je mee verder. De burger heeft inderdaad gekozen op 6 maart en die heeft ons twee zetels toebedeeld en dat betekent dat ik me heel goed bewust ben van het ambitieniveau dat Groen Links kan nastreven. Dan bedoel ik met name het ambitieniveau ten aanzien van eventuele collegedeelname. Ik kan daar helder in zijn, die kans is met zo’n uitslag minimaal. Wat blijft er dan voor een fractievoorzitter, lijsttrekker, van een partij met twee zetels maar een dijk van een verkiezingsprogramma over? Juist, 15
alleen datgene wat je dan nog te verdedigen hebt, namelijk je programma. De bewuste zaterdag dat wij voor de eerste keer waren uitgenodigd bij de informateur zijn wij dan ook met drie agendapunten in onze gedachten, in ons achterhoofd, die vergadering ingegaan. Wij hebben amper de kans gekregen om die punten überhaupt te benoemen. Het gesprek ging alras over uitsluiten en over persoonlijke tegenstellingen. Als je ambitie dan toch al niet is om persoonlijk deel te nemen aan een college, dan wil je het daar niet over hebben. U moet ons, ik zeg dat met klem, dan ook niet scharen onder de partijen die bijvoorbeeld Leefbaarheid zouden uitsluiten. Wij gingen slechts voor de inhoud. We hebben daar in het eerste gesprek niet de gelegenheid voor gekregen en voor het tweede gesprek zijn wij niet eens uitgenodigd. Vervolgens ontstaat er een situatie waarbij de informateur het in zijn eentje niet meer redt en daar twee hulpinformateurs bij inschakelt. Ook die gaan verder op dezelfde leest als het oorspronkelijke proces in elkaar stak. Dat was niet het proces waar wij voor kozen van eerst de poppetjes. Wij kunnen ons allerlei andere situaties voorstellen waar het gaat om zakelijke samenstellingen waar je met elkaar zult moeten proberen om op inhoud zaken met elkaar te doen. Ja mijnheer Linssen, grote en kleine zaken. Ik kan me geen andere werkwijze voorstellen, want u allen hier in de raad waarvan ik de meeste zeer respecteer maar er zijn er ook waar ik beslist niet bij op de koffie zal gaan, maar dat wil nog niet zeggen dat ik niet samen met u in staat ben om invulling te geven aan het besturen van deze stad. Je hoeft daar namelijk geen grote vrienden van elkaar voor te zijn. Het is dan gewoon zaak dat je op basis van inhoud met elkaar functioneert. Dat is onze opdracht, dat moeten wij hier doen. Voorzitter, ik kan verder kort zijn. Wij zijn het grondig oneens met de conclusies die gesteld worden in de rapportage van de heren hulpinformateurs. Dat mag duidelijk zijn na hetgeen ik zojuist heb verwoord. Wij hebben ook het amendement nummer 1, zo noem ik het dan maar even, ondersteund omdat wij daar juist de werkwijze in zien die wij voorstaan, namelijk eerst op basis van inhoud praten met elkaar, dat geeft dus ook een partij met twee zetels nog de gelegenheid om een inbreng te hebben en nogmaals die hebben we, we hebben een dijk van een programma en vervolgens zal dan wel een keer de situatie ontstaan dat uit het middelen van die gesprekken zich een groep formeert waar een meerderheid een college uit naar voren kan schuiven. Ik steun dus ook de gedachte om te zeggen; als wij op inhoud het met elkaar eens kunnen zijn om deel uit te maken van een coalitie die komende jaren meedraagt. Dat lijkt me een goed duaal uitgangspunt. Het mag duidelijk zijn dat daarmee Groen Links ook amendement 2 en 3 zoals door Leefbaarheid ingediend niet steunt. Ik wilde het daar in eerste termijn bij laten. De VOORZITTER: Het woord is dan aan de heer Linssen. Hij krijgt het woord conform artikel 21 lid 4. Ik zeg dat omdat ik een aantal mensen de wenkbrauwen zag fronsen. Als u artikel 21 lid 4 leest… De heer WITHAGEN: Ik vind het toch een accolade waar ik van vind dat de wet dat niet bedoeld kan hebben met een dubbele beurt krijgen. Ik vind toch aan het begin van de sessie en aan het eind van de sessie een situatie die ik onwenselijk acht. De VOORZITTER: Ik neem daar kennis van, mijnheer Withagen, maar ik denk dat gezien de constellatie, de aard van de beraadslagingen de informateur verslag heeft gedaan van zijn werkzaamheden en dat vervolgens alle fracties de ruimte krijgen om daar politiek op te reageren. Ik heb in die zin mij georiënteerd en gemeend, na consultatie, dat dit een juiste interpretatie is. Het woord is aan de heer Linssen.
16
De heer LINSSEN: Dan spreek ik nu als fractievoorzitter van Lijst Linssen. Ik ga er van uit dat ik straks dan nog mag antwoorden als initiatiefnemer van het initiatiefvoorstel of dat ik dat aansluitend moet doen. De VOORZITTER: U krijgt dadelijk een tweede termijn. De heer LINSSEN: Nu als fractievoorzitter van Lijst Linssen dus. De fractie van Lijst Linssen is verbitterd over de gang van zaken. Het was inderdaad een verkiezing met een moeilijke uitslag Ieder fractie heeft dat op zijn eigen manier vertolkt. De een zei we hebben zoveel stemmen meer en de ander zei maar in feite tellen alleen de zetels. Dat is waar. Het is jammer als je als lijst op enkele stemmen na de zesde zetel niet haalt. Maar ja, de zetels tellen. U heeft daar gelijk in, mijnheer Roosenboom. De fractie van Lijst Linssen is verbitterd omdat blijkt dat constructief en consistent beleid van haar fractie in de achterliggende periode en haar omgang met de politieke collega’s geen krediet heeft opgeleverd. Slechts wat vijandschap omdat we over één onderwerp rond de verkiezingen nogal vrij hard van leer zijn getrokken, namelijk rond de reis naar Marokko. Waarover zijn wij nog meer verbitterd? De huidige coalitie is de verkiezingen ingegaan met als inzet het huidige collegebeleid. De coalitie verloor twee zetels. Geen winst dus. Toch houden de broeders elkaar vast. Het klinkt natuurlijk aardig als je in je advies zegt dat je een brede coalitie nastreeft en sommigen dan ook gelijk de opmerking maken, dat kan dan met vier wethouders. Ik ben dan benieuwd hoe het aanschuiven moet plaatsvinden en wat dan de inbreng is van die andere partij. Als je namelijk van vier uitgaat en je gaat uit van het huidige beleid en het team was geweldig, met 18 zetels breed, dan moet je toch tenminste op 23 zetels zitten wil het breed zijn. Het is dan heel moeilijk als je dan al de nodige beperkingen aangeeft. Verliezen doet pijn. Het doet ook pijn voor de coalitiepartijen dat ze twee zetels hebben verloren. Maar weet u wat ook pijn doet? Winnen zonder resultaat. Dat doet nog veel meer pijn. De vier coalitiepartijen bleven maar roepen met elkaar: een raadsprogramma eerst. Alsof we ook over een parlementsprogramma praten in de Tweede Kamer. Nee, dat is nu juist de discussie die Lijst Linssen anders ziet in het duale systeem. Je moet natuurlijk eerst eens gaan inventariseren waar inderdaad een brede meerderheid is of er blokkades zijn enz. enz. en als je dan denkt het met elkaar te vinden dan ga je een collegeprogramma maken, een coalitieprogramma. Het is nu juist de charme in onze ogen van het systeem dat je dan ook daarna je inbreng kunt krijgen. Het was voor Lijst Linssen buitengewoon frustrerend en daarom hebben wij ook gepleit voor die keuze, dat in het verleden je aan zo´n tafel mocht zitten en dan die werd weggestuurd en die moest opstappen. Maar tot een bepaald traject had je je wel gecommitteerd tot een aantal zaken wat je naderhand wel onder je neus werd gewreven. Dan zat je in de oppositiebank. Mijnheer Withagen, we hadden het even over tanden uittrekken maar dat voelden wij als tanden uittrekken, tanden uittrekken van de oppositie. Het is nu juist de charme van het systeem zoals het moet zijn dat je uiteindelijk een programma gaat maken met de club die het moet doen. Dan zorg je als oppositie en andere partijen ervoor dat je je goed profileert en in ieder geval je ideeën zoveel mogelijk worden overgenomen en dat er wat mee wordt gedaan. Maar het is natuurlijk buitengewoon frustrerend aan zo´n tafel te zitten, want we kunnen natuurlijk er niet met acht wethouders gaan zitten, we gaan het natuurlijk niet zo doen als in Apeldoorn. Dat kan niet en zo zien wij het ook niet. Als het zo moet gaan als Lijst Linssen het nu ziet dan zal niemand erin slagen een brede coalitie te vormen. Ik niet, maar ook de heer Van der Weegen niet en niemand niet. Spanning, wantrouwen en het beoordelen van elkaar alsof we een KEMA-keur nodig hebben om te worden toegelaten tot het bestuur is een verdraaiing van wat de kiezer tegenwoordig verwacht. Wat verwacht de kiezer van tegenwoordig. Je leest dat in publicaties en je hebt het ook gezien naar aanleiding van het Fortuyneffect, er moet meer gevoel, emotie en betrokkenheid zijn over wat er leeft bij de burgers. De bestuurder van morgen moet dat wat meer hebben. Dat zijn naar onze mening de bestuurders van morgen. Ik denk ook 17
dat dat een deel van het succes is geweest van de fractie Leefbaarheid. Ter verduidelijking, de fractie van Lijst Linssen sluit Leefbaarheid nergens bij uit. Het voorstel dat ingediend is, optie 3, is dat gevolgd is de adviezen van de informateurs. Er zijn nog meer opties, want er staat ten eerste optie 3. Nu beste vrienden, als het dan zo mag zijn dat we straks, want ik ben natuurlijk benieuwd naar wat er zal gaan gebeuren, niet in staat zullen zijn een goed bestuur te vormen dan komt het moment misschien eens dat we plaats moeten maken en de politieke consequenties moeten gaan trekken. Dan dienen feitelijk om echt een frisse nieuwe wind erdoor te laten gaan alle wethouders en fractievoorzitters van de coalitie inclusief ikzelf, ruimte te maken voor mensen die in staat zijn stevige bruggen te bouwen. We hebben de term haantjesgedrag al eens gebruikt en dat dateert zo ongeveer van 1996, maar het speelt natuurlijk altijd wel als een rode draad in alle discussies die we hebben. Vanavond hebben we natuurlijk met zijn allen geprobeerd ons eigen gelijk te krijgen. Als je iedereen hoort praten zou je ook bijna denken dat iedere spreker gelijk heeft, want we doen natuurlijk allemaal ons best om het allemaal zo veel mogelijk naar ons toe te trekken. Nu doen we het en daarom is Lijst Linssen zo verbitterd omdat het voor Lijst Linssen volstrekt onbegrijpelijk is dat in het vervolgtraject waarin er hulpinformateurs waren die waren gekomen uit politieke partijen anders dan Lijst Linssen zelf niet de moeite is genomen om te spreken. U kunt dan allemaal met prachtige verhalen komen, maar het was veel krachtiger geweest, u had veel harder in uw kritiek kunnen zijn en had was veel geloofwaardiger overgekomen als u er wel was geweest. U had dan mogen schieten, heel veel, want dan was er natuurlijk een eerlijke kans geweest voor de grootste partij, Lijst Linssen, om iets te bereiken. Lijst Linssen wilde zuiver ingaan, de informateur zal straks reageren en zoveel mogelijk tot een beantwoording komen. Ik denk dat het niet gepast is als ik daar nu op inhaak. Ik heb wel willen samenvatten dat Lijst Linssen verbitterd is ten opzichte van haar collega’s dat er in feite zo weinig krediet is opgebouwd en zo weinig ruimte gegeven is aan die partij om met een faire kans te komen tot de vorming van een college. De VOORZITTER: Ik stel dat allen het woord hebben gevoerd in de eerste termijn. Ik stel voor door te gaan met de tweede termijn, waarbij in u nadrukkelijk uitnodig in te gaan op de gezichtspunten zoals die in de eerste termijn zijn verwoord. Daarbij denk ik ook voor de politieke helderheid dat u komt tot een waardering, respectievelijk appreciatie, van de ingediende amendementen. Wij spreken namelijk slechts in twee termijnen. Ik stel voor dat u mijnheer Linssen als informateur beantwoordt datgene wat gezegd is en dan met name de vragen van inhoudelijke technische aard, procedurele aard en dat u zich tot de hoofdlijnen beperkt. Dan tevens te komen met uw opvatting als fractie, dan is dat in één keer afgewikkeld. Dan krijgt vervolgens de heer Van der Weegen het woord, de heer Withagen etc. Ik stel voor dat nu de heer Linssen het woord krijgt en de opvattingen als informateur vervolgt met zijn politieke stellingname. De heer WITHAGEN: Ik wens aantekening tegen deze procedure. De indiener van een initiatiefvoorstel krijgt als eerste het woord, maar nu wordt dat ook in tweede termijn doorgetrokken en ik denk dat dat technisch onjuist is. Ik vraag aantekening daartegen. Ik besef dat u de baas bent, dus ik vraag alleen maar aantekening. Ik wil graag aan de griffier vragen om het uit te zoeken. Naar mijn bescheiden mening, de gemeentewet gelezen hebbende, mag de indiener van een initiatiefvoorstel als eerste het woord voeren maar het blijft niet zo dat hij de vaste verdediger wordt. De VOORZITTER: Wij krijgen nu de tweede termijn, mijnheer Withagen. De volgorde die ik hanteer is de volgorde van de grootte van de partijen. Dat betekent dat de heer Linssen als vertegenwoordiger van een partij met vijf zetels, maar wel de meeste stemmen behaald hebbend, het eerst het woord krijg. Ik verzoek hem zijn reactie te geven vanuit zijn informateurschap en onmiddellijk daarna de stellingname van zijn fractie en vervolgens ga ik door naar de tweede fractie. Ik 18
kan niet tot een andere volgorde komen. Ik meld u dat ik in deze zin mij ook voorbereid heb over de juiste gang van zaken. Ik ben echter altijd in voor suggesties. Ik denk dat dit kan. Het gaat niet alleen om de procedures, ik denk dat het ook gaat om de inhoud. Ik stel voor dat de heer Linssen nu het woord krijgt en vervolgens met zijn termijn ook volstaat. De heer ROOSENBOOM: Bij interruptie. Als een raadslid of partij komt met een initiatiefvoorstel dan mag hij zijn initiatiefvoorstel volgens de gemeentewet diverse keren bespreken. De VOORZITTER: We hebben argumenten met elkaar uitgewisseld en laten we nu verder gaan. Het woord is aan de heer Linssen. De heer LINSSEN: Ik zal proberen een algemene beantwoording te geven over het formatieproces en de zorgvuldigheid daarvan, want ik meen dat ik uiterst zorgvuldig ben geweest in het gehele proces. Op 9 maart waren dan de eerste besprekingen inderdaad, maar in de dagen na de verkiezingen en ook voor de verkiezingen, in het traject daarvoor, was natuurlijk helder dat er een bepaalde inzet was gedaan door het huidige, oude college. Verder was er helder dat er de nodige spanningen waren gerezen over onderdelen in de campagne van onder andere Lijst Linssen. Het is natuurlijk wrang en ook extra gecompliceerd als een oppositiepartij nu ineens in de situatie komt dat hij de kar moet gaan trekken en dat de coalitiepartijen er achteraan zitten. Dat maakt het al extra moeilijk in het bepaalde klimaat. De heer VAN EEKELEN: Bij interruptie. Zijn dit de antwoorden op de eerste termijn? De VOORZITTER: Dat is de tweede termijn en daarin gaat u met elkaar in op datgene wat in de eerste termijn is gezegd. De heer Linssen krijgt de ruimte om vanuit zijn informateurschap en zijn politiek fractievoorzitterschap te reageren. De heer LINSSEN: Ik heb geprobeerd, ik heb dat ook al eerder gezegd, lering te trekken uit de situatie in het verleden wat ik viermaal meegemaakt heb bij een coalitievorming. Dat was een manier waar mijn collega Jac. Van Es en ik geen bijzonder goede herinnering aan hadden omdat het ook buitengewoon veel frustraties geeft als je naderhand, Giel zit al te knikken want hij weet hoe moeilijk dat is, als je er dan bij betrokken bent je uiteindelijk toch wordt weggestuurd. Je hebt je dan wel tot een aantal zaken gecommitteerd. Het was helder dat ik wist wat de inzet was van het college, dat heeft gezegd we gaan door met het beleid. Ook tijdens de televisiedebatten is dat nog gezegd. Dat was inzet. Gegeven al de informatie en de gevoelens die er lagen leek het mij zinvol om eerst te beginnen daar waar er problemen waren, omdat al een prima programmavergelijking was gemaakt door de griffier, waarvan je dacht van kijk zaten daar nu heel grote problemen in dan zou je dat direct meenemen. Nee, daar zijn in ieder geval bruggen te bouwen. Laten we nu eerst eens vier vragen voorleggen, één rondje, aan alle partijen. Die vier vragen waren eerst, algemene opinie over het formatieproces, brede of smalle coalitie, dichtgetimmerd of een globaal coalitieprogramma. De tweede vraag was, zijn er in algemene zin ernstige programmatische blokkades tussen de diverse verkiezingsprogramma´s. De derde vraag was; collegevorming. Zijn er bij voorbaat blokkades ten aanzien van samenwerking tussen partijen vanwege problemen op het persoonlijke vlak. De vierde vraag; zijn er opvattingen over de voortgang van het formatieproces. De mening over de eerste vraag was wel de meest heldere, iedereen wilde een brede coalitie. In de programmatische blokkades kwam er van de zijde van één partij een aantal ernstige waarschuwingen, laat ik het voorlopig maar zo omschrijven, en een bepaalde claim. De derde vraag was of er nu echt blokkades tussen partijen waren vanwege problemen op het persoonlijke vlak. Daar kreeg ik veel kritiek, want daar wilden de partijen zich niet feitelijk in de dis19
cussie mengen, terwijl ik het juist zo nuttig vond om dat na te gaan omdat je met een team verder moet gaan en je moet proberen gezien alles wat er leeft, te kijken of dit wel zo is. Het lijkt mij helemaal niet zinvol om als er heel veel problemen zijn met die mensen aan tafel te gaan zitten voor de programmatische kant, want dat heeft dan feitelijk geen zin. Gaandeweg het proces kom je dan toch voor die problematiek te staan. Zoals het in het bedrijfsleven gaat moest het naar mijn mening ook in de politiek; als je weet dat daar grote problemen zijn ga dan daar beginnen, probeer die eerst weg te nemen. Probeer eerst met elkaar de problemen te tackelen over de gevoelens die er leven van de korte periode van zo vlak voor en na de verkiezingen. Laten we eerst eens proberen een aantal zaken op te knappen, schoon te maken. Goed, daarin was de beantwoording niet zo helder, want daar waren toch wel wat irritaties over plus dat er een groot aantal partijen, met name drie van de vier coalitiepartijen en ik meen ook Groen Links, vonden dat er eerst programmatisch iets moest gebeuren. Ik heb toen geprobeerd duidelijk te maken dat ik dat niet zag zitten. Ik wou dat proces van programmatisch met zijn allen aan een tafel niet ingaan. Ik heb dat in een eerder betoog aangegeven. Dat was mijn mening, dat was mijn gevoel en ik vond ook dat ik dat mocht uitspreken. Anderen hadden dat probleem niet. Je kunt pas als je alles gedaan hebt, iedereen hebt gesproken, een conclusie trekken. Overigens, omdat er nog wel eens een verkeerde indruk wordt gewekt; het is allemaal buitengewoon zorgvuldig bijgehouden, de griffier was bij elk gesprek aanwezig en er is van elk gesprek een verslag gemaakt en dat verslag is dan ook weer vastgesteld door dezelfde partij. Dan heb ik de 13e maart, de heer Harijgens van Groen Links zegt dat terecht, vier partijen nog even terug uitgenodigd en inderdaad niet Groen Links. Waarom heb ik de vier coalitiepartijen terug uitgenodigd? Omdat ik merkte dat ik toch een poging wou doen om die problemen die er waren in mijn ogen van blokkades naar partijen duidelijk in kaart te kunnen krijgen, omdat ik nog steeds van mening was dat je pas gaat praten met de ploeg waarmee je gaat regeren. Dat gevoel had ik nu eenmaal. Ik hoef dat niet meer uit te leggen, zo wilde ik het. Nee, hakken in het zand, men kwam er niet uit, integendeel ik kreeg zelfs de indruk, jongens dit gaat de verkeerde kant op, hier moet ik iets aan doen. Wellicht werk ik dan als een rode doek op de heren, hier moet ik over nadenken. Je ziet dan ook het journaal en je ziet dan een aantal zaken gebeuren in Rotterdam en dan denk je bij jezelf, potverdorie zo moet het niet. Dan lees je Binnenlands Bestuur en dan zie je dat daar toch ook bepleit wordt informateurs van buitenaf. Ik laat vrijdag onderzoeken of het mogelijk is omdat ik voelde dat er bij een aantal fracties en onderhandelaars wat spanningsvelden toch ook richting de informateur lagen, irritatie, waardoor het gesprek moeilijk op gang kwam. Je moet dan gewoon realistisch zijn en er of mee stoppen en dat wou ik niet want dat zou wel heel kort door de bocht zijn, of je moest een manier verzinnen die wel vertrouwen zou geven door goede gesprekspartners te vinden van buiten de raad die nu niet zo direct betrokken zijn bij dat wat er zich allemaal afspeelt. Ik had toen vier namen in mijn boekje en ik ben inderdaad plotseling naar die mensen gegaan, ik heb ze van tevoren ook niet gebeld, ik heb vier personen benaderd en uiteindelijk zijn daar twee heren uitgekomen, één van CDA-huize de heer Stuart en de heer Niederer van VVD-huize. Ik dacht dit is het, dit moet het zijn. Ik was ook bijzonder verheugd dat de heren ertoe bereid waren om me te helpen. Ze waren zich goed bewust welke vraagstukken er in onze stad waren, want we wilden toch een brede coalitie omdat we daar zoveel vraagstukken voor hebben, we moesten proberen toch wat massage toe te passen, massage die iedereen nodig had, inclusief ondergetekende. Ik heb de heren het volste vertrouwen gegeven en nadat ik gehoord had dat die mogelijkheden er waren heb ik de burgemeester geïnformeerd enz. enz. Ik had al toegezegd aan de partijen op 13 maart dat zij het verslag of evaluatie of hoe je het maar noemen wilt, maandag om 10 uur zouden krijgen. Om 10 uur was het ook klaar. Overigens, dit voor de volledigheid moet ik dit ook weer zeggen omdat er allerlei opmerkingen zijn gemaakt die ik niet zo netjes vind, heb ik mijn conclusie zoals ik die geschreven had eerst nog eens bij de griffier gebracht met de vraag, kijk eens of er dingen in staan die niet kloppen of eigenlijk anders uitgelegd hadden moeten worden, of kijk of er dingen in staan die niet waar zijn. De griffier heeft het 20
een dag bij zich gehouden en het de volgende dag teruggebracht en zei, dit is wel de stijl van Linssen zoals dit is geschreven, dat is mijn stijl ook, maar er staan geen verdraaiingen van feiten in, er staan geen onjuistheden in. Ik had die zorgvuldigheid dus toch ook al in acht genomen. Die zondag heb ik de informateurs benaderd en die informateurs hebben toegezegd dat ze zouden meewerken. Maandagochtend zijn de stukken inderdaad naar de partijen gegaan, maar weliswaar naar het privé adres. Je moet het met dit soort zaken toch zorgvuldig doen. De instructie was naar het privé adres. Dat is ook ´s ochtends om tien uur gebeurd. Wat ik heel vervelend heb gevonden en daar ben ik niet schuldig aan maar wel verantwoordelijk voor, is dat er ´s middags op de radio namen zijn genoemd en dat was een slip of the tongue van een van de informateurs die ´s ochtends er van uitging dat het op dat moment ook bekend was. Dat was het bericht op de radio, mijnheer Withagen. Ik begreep er zelf ook niets van dat bij de radio ook de naam bekend was. Ik zou tegen de heer Van den Kieboom willen zeggen de pot verwijt de ketel soms, want u verwijt me nogal wat en zegt, ja de ene partij benadert u schriftelijk en de andere telefonisch. Het was duidelijk, laten we dat nu ook niet ontkennen dat ook de oude coalitie druk aan het praten was en ik wist natuurlijk ook dat… De heer HARIJGENS: Bij interruptie. Hoor ik nu de informateur of hoor ik nu het raadslid Linssen? De heer LINSSEN: U hoort de informateur. Ik wil wat duidelijkheid geven omdat de heer Van den Kieboom nogal wat heeft gezegd. De heer Van den Kieboom zegt dat ik bij de ene partij dit en bij de andere partij dat heb gedaan. Als blijkt dat er een tweede traject wordt ingezet, dat is wel bewezen na die bewuste maandagavond terwijl ik het stokje nog niet had overgegeven, dan is dat natuurlijk ook niet buitengewoon correct. Ik heb me telkenmale verzekerd van voldoende steun, zodat ik door kon gaan, c.q. de hulpinformateurs door konden gaan met hun werk. De heer VAN DEN KIEBOOM: Bij interruptie. Mijnheer Linssen kunt u mij ook vertellen waarom u niet alle fracties op dezelfde wijze heeft behandeld. Waarom was het nu nodig dat u enkele fracties telefonisch eerder dan wel uitgebreider op de hoogte bracht? De heer LINSSEN: Kunt u mij vertellen waarom het dan nodig was dat anderen probeerden een college te vormen omdat ze verwachten dat ik het stokje al had overgegeven? U zat toch al bij elkaar en toch niet voor de gezelligheid? U zit toch ook niet in de sociëteit? Nee, u was ook bezig zaken te doen. Dat was uw goed recht. De heer WITHAGEN: Nee, dat was niet waar mijnheer Linssen. Ik heb me daar schuldig aan gemaakt, ik wil daar opening van zaken van geven. Ik hoorde op de radio, niet alleen de namen maar ik hoorde ook het waarom, namelijk dat ik vastgeroest zit en dat ik massage nodig heb. Nu is dat best prettig en massage is voor mij nog steeds een redelijke goede behandeling, dus op zich heb ik daar geen moeite mee, maar ik wil dat graag zelf uitmaken als u het niet erg vindt. Ik mocht op de radio vernemen, radio Brabant, dat ik massage nodig had van één iemand is die ik mijn vriend noem en de andere, van een andere partij, waar ik dan niet zo direct een relatie mee heb. Maar nogmaals, ik vond het erg onprettig en ik als onderhandelaar van de CDA-fractie heb toen aan de mensen waarmee ik vier jaar lang politiek heb samengewerkt gevraagd, hebt u dezelfde onvrede als ik. Dat is de samenkomst waar u op doelt. Die heb ik pas ingezet en u moet mij op mijn woord geloven op dit punt, nadat ik terugrijdende uit onze Brabantse hoofdstad behoorlijk getroffen was van wat u een slip of the tongue noemt, maar waar ik toch redelijk onaangenaam door verrast was. Dus niet alleen door de namen maar ook door de opdracht die ze van u gekregen hadden. Die opdracht was om een paar mensen door de zeef te halen. Nogmaals de CDA-fractie voert het politiek beleid, die zit op deze stoelen, die moet werken en ik vind het dan zeer onprettig als ik dan via de radio 21
mag vernemen dat de initiatiefnemer van de coalitievorming in de Bergse raad van mening is dat wij massage nodig hebben. Dat was voor mij aanleiding om aan makkers waarmee ik samengewerkt heb te vragen of zij dezelfde onvrede voelden als ik. De VOORZITTER: De heer Linssen gaat nu verder en ik denk dat we even moeten trachten ons tot de hoofdlijnen van het proces te bepalen. Ik denk dat we niet tot details moeten overgaan. Het gaat om die essenties die relevant zijn. Er is in de eerste termijn erg veel gewisseld en ik denk dat het ook goed is die wisseling. Ik zou u echter toch willen verzoeken u tot de essentie te beperken en te bezien welke betekenis u daaraan wenst te geven als raad. De heer WITHAGEN: De essentie hiervan was duidelijk. Ik ben pas in actie gekomen, dit was op mijn verzoek, nadat ik onaangenaam getroffen was door het gedrag van de initiatiefnemer. De VOORZITTER: Ik nodig u allen uit het debat in essentie voort te zetten. De heer VAN DER WEEGEN: Mag ik één vraag stellen over het gesprek dat wij op 13 maart met de heer Linssen gehad hebben? Dat was ons tweede gesprek. Wil de heer Linssen zeggen dat hij aan het einde van dit gesprek gezegd heeft wat er in dit verslag staat “de heer Linssen deelt mee dat hij uiterlijk maandag 18 maart om 10 uur zijn conclusie over de informatierondes schriftelijk bekend zal maken”of heeft hij gezegd in dat gesprek dat het nog minstens anderhalve week zou duren omdat hij de VVD een vragenlijst mee had gegeven? Wij hebben tegen deze passage hier overigens bij de griffier bezwaar gemaakt. De heer LINSSEN: Zoals u weet is er naderhand daarop een correctie geweest. De heer VAN DER WEEGEN: U zei net dat u dat in onze gesprekken meegedeeld had. Ik zeg alleen maar dat dat niet zo is en ik wil u vragen of dat zo is of dat de stelling die ik net poneer juist is? De heer LINSSEN: Het is beide juist. De heer VAN DER WEEGEN: Nee, u moet zeggen wat u in het gesprek gezegd heeft. Wat hebt u in het gesprek gezegd? Dat is de vraag. De heer ROOSENBOOM: Ik wil wat leren. Als dit nu interrupties zijn. De VOORZITTER: Het woord is nu aan de heer Linssen. De heer ROOSENBOOM: U moet mij een antwoord geven. De VOORZITTER: Dat kan ik niet. Het woord is aan de heer Linssen. De heer ROOSENBOOM: Het lijkt wel een Poolse Landdag. De heer LINSSEN: Ik ga eerst antwoord geven aan de heer Withagen want hij heeft het antwoord nog niet gekregen. De reden waarom ik wat uitgebreid inging op de opstart van de informatie was louter en alleen maar ingegeven door een aantal opmerkingen die de heer Van den Kieboom had gemaakt die ik me aantrok. Ik heb in het radiogesprek niet gesproken over een massage van de heer Withagen. Ik heb algemeen gesproken over een massage van ons allemaal, dus niet alleen van de heer Withagen, dat zou teveel eer voor u zijn, dat doen we niet. 22
De VOORZITTER: U gaat nu verder over… De heer LINSSEN: De heer Van der Weegen heeft een vraag gesteld over de 13e maart. In de planning was de VVD later dan de partijen Gemeentebelangen en CDA. Zij kwamen later. De VVD zat ervoor, sorry, zo was het. Ik had bij hun al vragen neergelegd en het werd al helder door de standpunten van Gemeentebelangen en het CDA dat het reëel zou zijn om het anderhalve week op te houden. Daarop hebben wij aangegeven en u schudt nee en dan ga ik u geloven, maar we hebben in ieder geval aangegeven, eerst tegen u gezegd het duurt anderhalve week omdat ik de VVD anderhalve week ruimte wil geven voor antwoorden, maar wij hebben dat later op de dag teruggedraaid nadat duidelijk was geworden gezien de standpunten van Gemeentebelangen en CDA dat die ruimte ongewenst was en dat er een felle kritiek was. Daardoor leek het mij niet meer gepast die vragen open te houden voor de VVD en toen hebben wij naderhand, in de middag maar dat moet ik straks met de griffier dan nog eens een keer natrekken, dit teruggedraaid en de VVD heeft in ieder geval de vragen niet meer beantwoord. Wij hebben doorgegeven dit heeft geen zin, we houden het nu op maandagochtend 10 uur en sterker nog, de vertegenwoordiger van de Partij van de Arbeid liet ook duidelijk in een van zijn opmerkingen weten dat de huidige coalitie graag zaterdag wou beginnen met de gesprekken. Dat zei hij ook op de 13e maart. Vandaar dat ik er mij van bewust was dat er dat weekend gesprekken zouden plaatsvinden. We worden het hier toch niet over eens, dus ik denk dat ik hier niet te lang bij stil hoef te blijven staan. Ik denk dat het een goede zaak was dat er informateurs van buitenaf werden ingehuurd omdat er bepaalde gevoelens lagen en deze onafhankelijke gespreksleiders van buitenaf prima in staat zouden zijn om tot een goede onderhandeling te komen. Het is volstrekt onbegrijpelijk voor mij en voor velen denk ik, dat de partijen niet de moeite hebben genomen om met de informateurs Stuart en Niederer te gaan praten omdat aan hun legitimiteit werd getwijfeld of wat dan ook. Ik vind het verwerpelijk en daarmee stel ik dus ook dat ik in de informatieronde geen faire kans heb gehad. Ik denk dat ik het voor de rest zal laten bij alleen dat onderdeel dat ik mij aantrok, waarin de heer Van den Kieboom mij de indruk gaf dat ik maar slordig werkte of nalatig zou zijn. Ik ben naar mijn mening buitengewoon zorgvuldig in mijn werkwijze geweest. De gesprekken zijn in een rustige sfeer verlopen. We konden het met elkaar niet eens worden. De ruimte werd in ieder geval niet gegeven met uitzondering van de VVD want ik betrap me erop dat ik iedere keer spreek over de oude coalitie, maar de VVDfractie heeft wel constant constructief meegewerkt aan de gesprekken. Ik wil in ieder geval de partijen die meegewerkt hebben danken. Het raadsvoorstel ligt er omdat ik van mening ben dat het stuk dat de informateurs geschreven hebben een goede basis is om verder te gaan waarop wij met elkaar verder moeten breien en deze heren als gesprekspartners van buitenaf de kans moeten geven om tot een brede coalitie te komen. Dit omdat naar mijn mening het verstandig zou zijn, gezien de gevoelens en we hebben dat vanavond weer gezien, dat het mensen van buiten de raad zijn en dus niet, naar mijn mening, de heer Van der Weegen als lijsttrekker van de tweede grootste partij. Maar goed, dat maakt de raad uiteindelijk straks uit. Ik zal gelijk antwoord geven met betrekking tot de amendementen en het standpunt van Lijst Linssen hierover. Ik denk dat ik verder over de hele formatie als Lijst Linssen niets meer hoef te zeggen, want dat wordt erg verwarrend over en weer. Uiteraard zal het amendement ingediend door het CDA door Lijst Linssen niet worden gesteund. Het amendement van de Groepering Leefbaarheid met nummer 2 wordt wel gesteund en het amendement I van de Groepering Leefbaarheid wordt niet gesteund. De VOORZITTER: Ik dank u zeer. Het woord is aan de heer Van der Weegen namens Gemeentebelangen/Werknemerspartij.
23
De heer VAN DER WEEGEN: Als punt van de eerste discussieronde van deze raad heb ik toch behoefte om even iets duidelijk weer te geven, want iedereen roept en zegt natuurlijk het beleid van dit college is door de kiezer niet gewaardeerd. Ik moet u toch zeggen dat de vier coalitiepartijen samen 1380 stemmen per saldo meer hebben gehaald. Met andere woorden, die partijen hebben in stemmen maar ook in zetels wel degelijk een meerderheid behouden. Dat wil niet zeggen dat je geen oog moet hebben voor stemmen en zetels die daarnaast ook naar andere partijen gegaan zijn. Het zou dwaas zijn als je daar niet heel serieus mee om zou gaan. Het gaat mij ook te ver om maar te horen zeggen en dat geldt ook voor partijen die in die coalitie zaten, dat is dan met name de VVD, het beleid van dit college is kennelijk weggestemd. Zover vind ik in ieder geval dat de uitslag van de verkiezingen niet geïnterpreteerd hoort te worden. Maar nogmaals, daartoe uitgedaagd door sommige partijen in eerste termijn, vond ik dat ik dat in elk geval moest zeggen. Voorzitter, laat duidelijk zijn, wij hebben moeite gehad met de aanpak, de manier van doen van de informateur. Dus dit betreft de aanpak, de uitvoering en ook de conclusies. Wij hebben een aantal gesprekken gehad en ik heb er toch behoefte aan om een paar dingen daaruit gewoon eens even weer te geven. Als ik het eerste van ons pak, dan staat daar onderaan “eventuele afspraken in omgang met de pers. Alleen informateur doet informatie over de procedure.”Zo staat het er. Als ik dan de stukken lees die hier zonder meer bij de pers afgegeven worden voordat zij bediscussieerd worden met partijen die daar aan tafel geweest zijn bij die informateur en dat heet dan de evaluatie informatieronde, dan vind ik het grof en ook in strijd met de afspraken die wij op dit moment maken. Ik heb net aangegeven dat wij in het tweede gesprek ook een aantal items uiteraard aan de rol gehad hebben. Dan zeg ik hier wat de informateur zegt, ik lees het letterlijk voor: “de heer Linssen herhaalt dat Lijst Linssen akkoord gaat met het huidige coalitieprogramma met enige aanpassing ten behoeve van de eigen inkleuring van Lijst Linssen.”U zult mij begrijpen en ik heb ook wat studie gedaan naar de programma’s van een aantal partijen en dan kom ik tot andere afwijkingen dan met alle waardering de vergelijking die de griffier heeft gemaakt. Ik denk en ik vind dat in een eerstvolgende poging als we echt praten over programma’s die verschillen ook echt expliciet gemaakt moeten worden. Als u vindt waar wij samen in de raad een afspraak hebben over 65 ha. waarbij een partij bijvoorbeeld zegt het mag wat ons betreft helemaal vol tot aan de S9 en u noemt dat dan geen afwijkingen in programmatische zin, dan mag dat van ons. Wij hebben aangegeven in eerste termijn aan de informateur dat er dus grote programmatische verschillen zijn. Maar nogmaals, als u alleen het dunne boekje leest, dan denk ik dat u tot de conclusie komt dat het inderdaad mee zal vallen, maar we hebben ook een dik boekje gehad waarin alle programma’s zitten. Ik vind dat je die discussie met elkaar moet voeren want er zijn wel degelijk grote verschillen. Ik zeg namens Gemeentebelangen/Werknemerspartij dat wij geen enkele behoefte hebben om in te gaan op allerlei stellingen die verder geponeerd zijn door andere partijen. Kennelijk vindt een aantal andere partijen procedures die voor een belangrijk deel van de raad in elk geval niet transparant zijn en omgeven zijn door 1-2tjes en onderonsjes, acceptabel. Wij vinden die niet acceptabel. Onderonsjes ook soms met andere leden dan de onderhandelaars van fracties. Kennelijk mag dat allemaal in het spel van deze informateur. Wij vinden dat dat niet kan. Wij vinden dat je een informatie moet doen waarbij je spreekt van; zo ga ik het doen, dat zijn de ijkmomenten voor iedereen die aan die onderhandelingen meedoet en zo leg ik verantwoording af naar de spelers die daarbij horen en niet naar de media, dat kan later. Ik blijf erbij en dat hebben wij in eerste termijn denk ik gedaan, dat Gemeentebelangen/ Werknemerspartij zich verantwoordt met betrekking tot datgene wat zij als partij in dit proces als zodanig gedaan hebben. Wij blijven daarbij. Anderen mogen daar anders over denken. Wij gaan het niet hebben, zoals een aantal anderen gedaan heeft, over die anderen. Wij hebben het in eerste termijn gehad over onze opstelling en hoe wij daarmee omgegaan zijn.Wij gaan dus niet in op die anderen. Dat zou vandaag de start moeten zijn om de toekomst van deze gemeente.
24
Gemeentebelangen/Werknemerspartij zal amendement I steunen, de overige amendementen niet en zal tegen het voorstel zoals onder sub 2 van het voorstel staat stemmen. De VOORZITTER: Dan is het woord aan het CDA. Het woord is aan de heer Withagen. De heer WITHAGEN: Onder het motto het ijzer smeden wanneer het heet is wil ik aan het rijtje dat de heer Van der Weegen aanving gauw nog iets toevoegen, bijvoorbeeld de grasgebonden sportclubs van Rozenoord en de voetbalclub Borgvliet, want dat zullen wij op tafel leggen als we gaan praten over de inhoud. Ik dacht dan ben ik het ook kwijt. Dit is de tweede termijn van uiteindelijk de eerste keer dat wij na de verkiezingen als raad een besluit kunnen nemen. Ik heb me vanavond een beetje verbijsterd over de meerderheid die een opdracht had gegeven aan twee hulpinformateurs, ik kom dadelijk op dat woord terug, en ik ben ook blij dat de twee mensen die aangezocht zijn door de heer Linssen gevraagd hebben om die vorm van legitimatie als we verder zouden gaan. Dat hebben wij precies gemist. Als de heer Linssen in dat weekend besloten had om de burgemeester te benaderen voor een extra raadsvergadering waarbij hij gezegd had ik zit zelf een beetje vast en ik wil twee mensen van buiten de raad benoemen, dan had de raad er bij meerderheid toe kunnen besluiten en dan hadden wij braaf bij de zeer gewaardeerde partijgenoot op de stoep gestaan. Laten er geen twijfel over bestaan, één van de twee mensen die door de heer Linssen gevraagd is om te helpen, behoort tot één van de steunpilaren van het CDA Bergen op Zoom. A heb ik daar de sport van geleerd, ik mocht als jong broekie onder zijn leiderschap oefenen en daar heb ik veel van geleerd en leermeesters onthoud je wat dat betreft altijd goed en B binnen de partij is hij nog steeds een leidinggevende als het gaat om tactiek en als het gaat om toekomst. Ik verheug me erop dat ik met de regelmaat van de klok ook in een zeer persoonlijk contact wijsheid kan gaan halen op het adres waar hij woont. Laat daar dus niemand zich mis over verstaan. Het moet echter ook duidelijk zijn dat wanneer de CDA een fractie de wei in stuurt en door de kiezers wordt bekrachtigd dat die fractie het moet doen, ik weet niet of u het weet, maar buiten mij bestaat onze fractie uit mensen die met voorkeursstemmen gekozen zijn, de kiezer heeft uitdrukkelijk gezegd die mensen van het CDA wil ik er in hebben zitten, dan is op dat moment die fractie diegene die het werk moet doen. Er zit iets in het woordgebruik waar ik alleen maar als roepende in de woestijn kan vragen, laat ons daarin terugdraaien. We schermen met allerlei landelijke woordjes die feitelijk qua betekenis aan andere structuren gekoppeld zijn. Informeren doe je naar iemand toe of je komt van iemand vandaan. Formeren is ook een handeling die een staatshoofd vereist als je in de structuur gaat kijken. Wij kunnen op gemeentelijk vlak dat allemaal niet kopiëren en van een nieuwe betekenis voorzien. Laat ons alsjeblieft bij normale woorden blijven als initiatiefnemer enz., want nogmaals als wij elke keer die landelijke woorden gaan pakken dan gaan we fouten maken. De huidige wethouders semi-demissionair. Dat is een landelijke structuur. Het Nederlandse Kabinet en Kamer hebben besloten mijnheer Linssen dat wij een raadsprogramma moeten maken en dat wij als raad het collegeprogramma zelfs niet hoeven goed te keuren. Het collegeprogramma, kijkt u maar in de stukken, is een zaak van het college en daar hebben wij als raad onze goedkeuring niet meer onder te zetten. Ik zie dat de secretaris dat weet want we hebben er al eens een keer over gediscussieerd. Ik dacht namelijk nog dat wij daar nog iets mee te maken hadden. Wij komen met een raadsprogramma en de vier of vijf of zes bestuurders die wij weg mogen zetten bij meerderheid een keer, die moeten het collegeprogramma maken en dat is een zaak van hun. Wij hebben een… De heer LINSSEN: Bij interruptie. Het stuk van Coopers en Lybrandt dat we allemaal toegezonden hebben gekregen daar staat in dat we geen raadsprogramma hoeven te maken. De heer WITHAGEN: U praat nu over een firma en u moet de Gemeentewet hebben en ik ben bereid op elk moment, u mag me daar zelfs voor bellen, met de Gemeentewet in de hand, de concept25
gemeentewet, want nog niet alles besloten, daarover met u te discussiëren en ik ben zelfs bereid om de boekjes van Coopers en Lybrandt te lezen. U moet echter beseffen, wij hebben dat grondig bekeken, dat de raad verantwoordelijk is voor een raadsprogramma, budgettaire programma’s en het college is verantwoordelijk voor haar eigen collegeprogramma. De enige discussie zou kunnen zijn dat wij nog over de prioriteiten gehoord worden. Ik vraag echt aan collega’s om die woorden wat terug te draaien. Het zijn woorden van Franse oorsprong en we hebben net zo goed, net zo werkende, Nederlandse woorden en we halen de landelijke betekenis er niet bij. Want nogmaals, een informateur is gelegitimeerd door het staatshoofd. Mijnheer Linssen misschien begrijpt u nu iets van de moeilijkheid die de CDA-fractie had toen u over hulpinformateurs enz. ging beschikken. Als de heer Linssen ons uitgenodigd had voor een gesprek waren wij gegaan en deze afgelopen periode. Als de volgende mensen die aangewezen worden door de raad van Bergen op Zoom in meerderheid ons uitnodigen staan wij er. Geen enkel punt. Maar in deze constructie.. Nogmaals de gemeente heeft vrijheid, maar niet elke initiatiefnemer heeft alle vrijheid. Als het door een raadsmeerderheid was bekrachtigd waren wij braaf opgedraafd. De heer LINSSEN: Dan adviseer ik u ook VNG eens te bellen want het mag wel zo. U gaat daar iedere keer aan voorbij. U heeft uw eigen uitleg, dat mag. De heer WITHAGEN: Nee, nee. U hebt zelf hier op het katheder in eerste termijn gezegd “als de gemeente besluit”, maar de gemeente die besluit dat zijn wij, dat is niet de initiatiefnemer en daar zit het verschil van interpretatie. Laat ons alsjeblieft ophouden, want dit is een van de slechtste vormen die we kunnen hebben in dit huis. Wij blijven erbij dat wij, met dank voor het gedane werk, met dank voor datgene wat de twee door de heer Linssen aangezochte mensen, die wij hoog schatten, hebben gedaan, maar dat wij na vijf weken toe zijn aan een nieuwe structuur en aan een nieuwe inzet. Vandaar dat wij als CDA-fractie hebben gemeend om samen met enkele andere partijen een tweede mogelijkheid naast het initiatiefvoorstel van de heer Linssen te moeten leggen. Mijn fractie breekt een lans voor een raadsprogramma als prioriteit numero 1, vandaar dat wij voor het amendement zullen stemmen, in principe tegen het initiatiefvoorstel van de heer Linssen en omdat de twee amendementen van Leefbaarheid beide ook dat raadsprogramma niet meenemen maar puur een aantal partijen bij elkaar wil zetten en die moeten er dan maar uitkomen, daarom leggen wij die ook naast ons neer. Dat betekent dat de CDA-fractie zal stemmen voor het amendement en tegen de twee laatst ingediende amendementen en tegen het initiatiefvoorstel van.. De heer ROOSENBOOM: Bij interruptie. Mijnheer Withagen ik had nog een vraag voor u. Ik heb duidelijk gevraagd in de eerste termijn waarom u niet in uw amendement hebt meegenomen ook rekening te houden met de verkiezingsuitslag. De heer WITHAGEN: Ik heb daarop een antwoord en ik wil u dat graag geven, maar ik wilde zo beperkt mogelijk zijn in mijn spreektijd, dus vandaar. Het antwoord dat wij geven is het volgende. 33 raadszetels en de personen en mensen die hier zitten zijn de resultante van de verkiezingen. De kiezer heeft ons 33 hier gezet en ook qua groeperingen in de grootte die de kiezer vond dat noodzakelijk was, collectief. Dat betekent dat alles wat wij hier doen en dat op meerderheidsbesluiten is gebaseerd rechtstreeks is terug te voeren op de inbreng van de kiezer. Als de kiezer gevonden had dat het CDA het in zijn eentje moest vertellen, dan hadden wij de helft van de zaal gehad. Als de kiezer had gevonden dat u in uw eentje het zaakje had moeten kunnen dicteren had u ook dit gedeelte van de zaal gehad. Dus omdat wij een systeem hebben waarbij de kiezer een stem uitbrengt en het collectief van die stemmen in de stad een raad van 33 mensen bij elkaar brengt op basis van partijstandpunten is het automatisch dat dat26
gene wat wij doen en wat qua meerderheden beslist wordt terug te voeren is tot de kiezer. Na vier jaar worden we afgerekend. Zo simpel is het systeem. Dat betekent mijnheer Roosenboom dat u met vijf zetels in de raad zit. U hoort ons dat ook niet ontkennen. In de wandelgangen is er veel gepraat en dat is het enige negatieve wat ik van deze vijf weken heb overgehouden, zodanig zelfs dat binnen mijn fractie ik er wel eens aan getwijfeld heb of ik dit moet blijven doen. Er is zoveel geroddeld over mensen die wel of niet met elkaar door een deur kunnen. Ik heb er helemaal geen behoefte aan maar de realiteit is duidelijk, de manier van aanpak heeft dit in de hand gewerkt. Wij moeten opnieuw terug naar de kern van de politieke democratie en dat is besluitvorming op basis van inhoud. De mensen zijn heel belangrijk, natuurlijk vertrouwen is heel belangrijk daarmee kun je soms over een kloof stappen, maar het is niet het doel waarvoor wij bij elkaar zitten. Als u het mij niet kwalijk neemt, er zijn wat dat betreft tijdsbestedingen die toch in een wat kleinere band leuker zijn dan met 33 door de gemeente Bergen op Zoom en haar bewoners aangewezen mensen. De VOORZITTER: Het woord is aan de heer Roks namens de VVD. De heer ROKS: De tweede termijn, ik zal het kort houden. Laat ik beginnen met de heer Van der Weegen toch maar gelijk te geven en ook ik zal alleen praten over de VVD. Ik zal in tweede termijn niet spreken over andere partijen. Om te beginnen denk ik dat het goed is dat ik ook mijnheer Niederer de eer geef die hem toekomt. Ik onderschrijf de woorden van de heer Withagen wat betreft de heer Stuart, maar als ik niets van de heer Niederer zou zeggen zou het net zijn of alleen de heer Stuart een gewaardeerd politicus is waar het CDA te rade kan. Bij ons is het nog zo dat de heer Niederer nog adviseur is van de fractie, Tweede Kamerlid is en voor de VVD een zeer gewaardeerd politicus waar wij graag te rade gaan. Dan wordt het pas leuk. Mijnheer Linssen heeft twee zeer gewaardeerde mensen met een enorme kennis ingeschakeld en ik ben benieuwd wat straks de meerderheid van de raad daarvan zegt, want we kunnen ze niet genoeg roemen maar morgen moet mijnheer Van der Weegen verder ondanks de ontzettende politieke kunst van de heren Stuart en Niederer. Maar oké, het is wat sarcastisch bedoeld maar het was ook mijn bedoeling om het zo te zeggen. Laat er dus geen misverstand over bestaan dat wij ook vinden dat de heren in ieder geval goed werk hebben gedaan. Ik kan het toch niet nalaten om ook even aan degene die de kar nu zal gaan trekken mee te geven wat de VVD in het programma zou willen hebben. Ik spreek dan misschien een beetje voor mijn beurt, maar wij hebben in de verkiezingsstrijd bewust geroepen dat het beleid toch enigszins om moet. U kunt zich allemaal nog het krantenartikel herinneren dat ondergetekende vertelde dat we een redelijk links beleid hebben gevoerd de afgelopen periode. Ik wil dat maar even meegeven opdat degene die het stokje over gaat nemen rekening houdt met wensen van de VVD-fractie. Ik wil het herhalen, dat hij rekening houdt met de wensen van de VVD-fractie zo die daar leven. Ik wil dat toch even gezegd hebben. Dan de amendementen. Laat ik beginnen met de amendementen die bij ons het gemakkelijkst liggen, de amendementen van de Groepering Leefbaarheid. Ik heb in eerste termijn gevraagd, laten we nu zo breed mogelijk kijken en laten we kijken of zoveel mogelijk partijen met elkaar door één deur kunnen. De amendementen van Leefbaarheid passen dan niet in die opzet. Vandaar dus dat de VVD/fractie die amendementen niet zal steunen. Dan het amendement van, ik noem het maar even het CDA, ondertekend ook door andere partijen. Op zich is dat amendement overbodig. Op zich is dat overbodig omdat de informateur tijdens de bijeenkomst van de agendacommissie heel duidelijk heeft verklaard, wanneer een meerderheid in de raad het voorstel verwerpt geef ik op vrijdagmorgen het stokje over aan de lijsttrekker van de tweede grootste partij, de heer Van der Weegen. Dus als de informateur dat duidelijk vermeldt, dan betekent dat automatisch bij verwerpen van het voorstel en natuurlijk iedereen is al lang aan het tellen geweest wat de uitkomst daarvan zal zijn en in feite weet iedereen al dat het niet aangenomen zal worden dat het stokje overgegeven wordt. Dus als de heer Linssen en daar ken ik hem 27
voor, toegezegd heeft ik geef dan het stokje over is in feite het amendement overbodig, maar goed. Ik sta hier om het standpunt van de meerderheid van onze fractie te verkondigen en wij zullen dus het amendement, nogmaals dat eigenlijk overbodig is, steunen. Ik had dan toch eigenlijk nog aan de heer Van der Weegen willen vragen om daar geen vier weken over te doen maar als het kan wat korter. De VOORZITTER: Dank u zeer. Het woord is aan de heer Roosenboom namens de fractie Leefbaarheid. De heer ROOSENBOOM: Ik hoop dat ik veel korter kan zijn, want ik probeer me toch te beperken tot hetgeen waarvoor wij vanavond hier bijeen zijn. We zijn bijeengeroepen om gezamenlijk na te denken hoe we verder gaan. Als je goed luistert, is het voorstel van de heer Linssen geen haalbare kaart in deze raad. Ik heb ook goed beluisterd dat de amendementen die Leefbaarheid heeft ingediend ook geen meerderheid in deze raad kunnen krijgen. Het amendement van het CDA, dat heeft de VVD terecht ook verwoord, is overbodig want de heer Linssen heeft al eerder verkondigd dat als vanavond in de raad geen meerderheid is voor zijn initiatiefvoorstel dat laat hij zijn beurt voorbij gaan en dan gaat zoals te doen gebruikelijk is de partij die dan als tweede de meeste stemmen heeft gehaald, maar niet de winnaar is, formeren. Daarom zitten wij vanavond bijeen en ik begrijp dat de meerderheid van de raad toch kiest voor het verhaal van het CDA. We weten dus nu dat er een ander komt die met hopelijk alle partijen weer gaat praten. Ik ga er tenminste van uit dat de nieuwe informateur de enige echte winnaar van de verkiezingen bij zijn besprekingen zal betrekken om ook die eventueel bij de coalitie te krijgen. De groepering Leefbaarheid, dat wil ik nu ook bij deze openbare gelegenheid zeggen, bepaalt uiteindelijk zelf als zij meedoen in de coalitie wie zij als kandidaat-wethouder naar voren schuift. Ik zeg dat heel nadrukkelijk dat wij dat zelf bepalen. Geen een partij kan ons zeggen wie wel iets moet doen, maar ik zeg er ook bij en dat is heel belangrijk wat ik nu zeg, dat dat niet persé de lijsttrekker hoeft te zijn. Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig. Ik vind dat ik dat hier in de openbaarheid moet zeggen omdat ik ben begonnen met het verhaaltje waar een wil is is een weg en ik begrijp na zoveel jaren ervaring als raadslid en wethouder dat in de politiek alles kan, maar als men niet vooruit wil kijken maar achterom kijkt dan kan ik me er best iets bij voorstellen dat er met bepaalde personen problemen zijn voor andere partijen. Ik moet daar op een gegeven moment dan ook mee leren leven. Het zal de eerste keer niet zijn dat ik in het stof heb moeten bijten. Dat is niet lekker hoor, stof als je dat tussen je tanden krijgt. Toch wil ik nog even in het algemeen reageren. Het is nu niet direct mijn bedoeling om mensen aan te vallen, maar men is toch bezig zich rijk te rekenen met de verkiezingsuitslag. We hebben toch 198 stemmen meer gehaald enz., maar dat werkt zo niet. Je moet dan kijken naar de winst in casu het verlies in procenten. Dan blijkt heel duidelijk dat van de 8 partijen 4 partijen procentueel meer en minder hebben gewonnen en 3 hebben meer of minder verloren. Alleen D66 zit precies op de 0-lijn. Nog belangrijker is het als je kijkt en daar gaat het uiteindelijk om naar de zetelverdeling. Dan blijkt dat de groepering Leefbaarheid uiteindelijk de grote winnaar is die van 3 naar 5 zetels is gegaan en er zijn 2 duidelijke verliezers die van 6 naar 5 zijn gegaan. In het verleden was Leefbaarheid qua raadszetels de helft van die twee grote broers en nu zijn we elkaars gelijken. Dat geeft een lekker gevoel hoor. Daar hou ik het voorlopig bij. De demissionaire wethouders dat is niet door ons verzonnen, dat hebben de wethouders zelf geïntroduceerd. Dat is niet iets dat komt vanuit de raad. De heer WITHAGEN: Het is formeel correct. Het is zo dat wij in de discussie in de agendacommissie inhoudelijk inderdaad hebben moeten discussiëren over het woordje demissionair. Dat komt dus niet van de zittende wethouders, dat komt van leden van de agendacommissie.
28
De heer ROOSENBOOM: Ik ben getuige geweest van gesprekken waarin wethouders bij openingen of anderszins zich zo introduceerden. Ik vind het wel jammer dat ik in het amendement van de CDA mis dat zij rekening houden met de verkiezingsuitslag want dat vind ik toch belangrijk. Als dan het CDA vindt dat we hier werken met 33 individuen dan hebben ze daar gelijk in. Er komen altijd 33 raadsleden. Maar als het CDA dan zo gemakkelijk zegt we hebben verkiezingen gehad, we hebben er kennis van genomen wat de uitslag is, winnaars of verliezers daar kijken we niet meer naar, we gaan toch weer verder met die 33 individuen. Dan zeg ik waar houden we dan verkiezingen voor? Verkiezingen houden wij ervoor dat de bevolking zich dan kan uitspreken naar bepaalde groeperingen en partijen en die bepalen dan welke groepering, welke partij het goed heeft gedaan. Als er dan heel duidelijk een partij is die er uit springt en je negeert die, dan is dat natuurlijk een kwalijke zaak. Ik denk dat ik het daar maar bij moet laten, want ik wil me echt proberen te beperken in mijn discussie tot hetgeen waarvoor we vanavond bij elkaar zitten. Alle andere verhalen die ik dan nu hoor zijn vaak niet ter zake doende en die zijn veel meer op de persoon gericht. Ik ben blij dat ik nooit in het openbaar na de verkiezingen met zowel de pers als anderzijds, er is wel naar gevraagd, gesproken heb. Ik heb me daar nooit voor geleend en ik heb dan ook niet de mogelijkheid gehad om goede of minder goede dingen over mensen te zeggen. Ik heb het idee dat dat niet past. De VOORZITTER: Dank u zeer. Het woord is aan de heer Van den Kieboom namens de Partij van de Arbeid. De heer VAN DEN KIEBOOM: Vanavond is de eerste maal, meerdere sprekers hebben het al gezegd, dat we met alle fracties bij elkaar indringend hebben gesproken over de verkiezingsuitslag en hoe nu verder. Dat is pure winst. Wij hopen dat we dit ook aangrijpen om inderdaad ook voorgang te gaan maken gericht op de toekomst. Wat de Partij van de Arbeid betreft zal die toekomst er in de komende weken uit moeten bestaan dat we tot een programmatische vergelijking van alle fracties moeten komen, gericht op het kunnen maken van een raadsprogramma met een, zoals velen al hebben uitgesproken, zo breed mogelijk draagvlak. Daarbij past dat ook alle fracties daarbij betrokken worden. In die zin hebben wij heel nadrukkelijk onze steun gegeven aan het amendement. Ik moet even corrigeren wat ik volgens mij in eerste termijn verkeerd heb gezegd. Het voorstel zoals de initiatiefnemer de heer Linssen dat vanavond heeft voorgelegd, daarvan kan ik u zeggen dat we niet tegen het gehele voorstel zijn; akkoord met punt 1 maar we willen de inhoud van het amendement in plaats van punt 2 zien. Dan de twee amendementen ingediend door de Groepering Leefbaarheid. Als ik net heb gezegd wij hechten er aan dat er een programmatische vergelijking met alle fracties dient plaats te vinden om te komen tot een zo breed mogelijk draagvlak voor een raadsbeleidsstuk, dan horen daar alle fracties bij en in beide amendementen worden niet alle fracties genoemd. Op grond daarvan hebben wij geen behoefte aan deze amendementen en wijzen wij deze beide amendementen af. De VOORZITTER: Dank u zeer. Het woord is aan mevrouw Kammeijer namens D66/BSD. Mevrouw KAMMEIJER: Ik heb niet zoveel behoefte om nog een uitgebreide tweede termijn te voeren. Ik constateer dat er in eerste termijn enerzijds allerlei verzoenende woorden worden gesproken, maar dat die aan de andere kant weer enorm worden tegengesproken. Ik wil even heel kort twee dingen zeggen. Er was een democratische meerderheid in de raad die vond dat de methode Linssen, als ik het zo mag noemen, een juiste methode was. Wanneer ik hier dan iemand hoor zeggen dat dat eerst in een raadsvergadering bekrachtigd moet worden, dan denk ik, kritiek hebben op de procedure Linssen en dan vervolgens een dergelijk voorstel. Dat gaat er bij mij niet in. Ik denk dat er heel duidelijk miskend is dat er een meerderheid was en ik vind het heel
29
jammer dat daar gewoon niet meteen gevolg aan is gegeven, dat er meteen gesproken is. Ik heb dat overigens in eerste termijn ook al aangegeven. Wat mij dan toch ook een beetje teleurstelt is dat ik Gemeentebelangen hoor zeggen dat men wars is van onderonsjes. Ik heb toch tijdens het informatieproces zelf moeten constateren dat er wel degelijk ook van die kant een onderonsje gaande was. Mijnheer Withagen zegt dat hij daartoe het initiatief had genomen maar wij zijn als D66/BSD, gaande het informatieproces, opgeroepen om aan te schuiven bij een ander onderonsje. Daarvan zeg ik, waar zijn we dan mee bezig. Probeer in ieder geval een bepaald proces te steunen. Dit willen wij in ieder geval in de vervolgfase doen. Als er dan nog verder het een en ander wordt gezegd over bepaalde cijfers, de huidige coalitie heeft toch 1365 stemmen winst gehaald, dan denk ik de huidige oppositie heeft er 2390 meer gehaald. Wat voor ons belangrijk is is de uitkomst van deze verkiezingen. De heer VAN DER WEEGEN: Bij interruptie, ik ben niet met die aantallen begonnen vanavond. Mevrouw KAMMEIJER: Nee ik repliceer even dat die aantallen door u wel genoemd zijn als zijnde de aantallen van de coalitie en dan zet ik die van de oppositie daar tegenover. De heer VAN DER WEEGEN: Als reactie op wat er in eerste termijn is gebeurd. Mevrouw KAMMEIJER: Ik reageer nu even op de aantallen. Ik heb in eerste termijn helemaal geen aantallen genoemd. Als u echter dan uw getal noemt dan zet ik daar ook een ander getal tegenover en daarmee wil ik eigenlijk zeggen dat dat minder relevant is dan die uitslag van de kiezers die heel duidelijk aangeeft dat er een enorme verschuiving gaande is, dat er een duidelijke winnaar is en dat daar recht aan gedaan moet worden in het vervolgproces. Wij hebben al aangegeven dat wij voorstander waren van het initiatiefvoorstel maar wanneer dat het niet haalt dan is het amendement zoals dat door het CDA is ingediend daar een logisch vervolg op. Wij zullen ons verder constructief blijven opstellen in het vervolgproces en ik mag hopen dat dat zal leiden tot een snel en een goed en breedgedragen resultaat. Daar wilde ik het bij laten. De VOORZITTER: Dank u zeer. Dan de heer Harijgens namens Groen Links. De heer HARIJGENS: Laat ik dan ook maar even beginnen met een politicologische verhandeling over de verkiezingsuitslag, want wat hebben we vanavond al wel niet gehoord. Hoe kun je nu zo’n verkiezingsuitslag toch allemaal wel niet lezen. Ik heb al horen zeggen dat de kiezer een college heeft gekozen of een coalitie heeft gekozen. Ik vind dat klinkklare onzin. Volgens mij kiest de kiezer een partij op een gelegenheidssentiment of op een naam of anderszins en wat wij dan altijd hopen op een ideologie, maar volgens mij in ieder geval nooit een college of een coalitie. Ik heb dat tenminste in de stemhokjes niet kunnen terugvinden. Ik geloof daar dus op zich helemaal niet in. Elke interpretatie die daaraan gegeven wordt.. De heer ROOSENBOOM: Kan misschien de heer Harijgens zeggen welke persoon dat heeft beweerd. De VOORZITTER: Ik zou mijnheer Harijgens willen vragen, ook gezien het tijdstip, te proberen tot de essentie van de politieke opvattingen te komen in de tweede termijn. De heer HARIJGENS: U kunt daar op rekenen voorzitter, want ik heb me voor deze avond, de eerste avond dat wij in deze samenstelling bij elkaar zijn, voorgenomen om op dergelijke dingen niet in te gaan. Ik hou me dus gewoon bij wat ik voor mijzelf mijn tweede termijn acht. Ik wil het nog 30
even hebben over de legitimiteit van de informateurs, om ze toch zo maar even te blijven noemen, of in ieder geval de hulpinitiatiefnemers als ik daar anderen een plezier mee doe. Wat mij gestoord heeft is dat die hulpinformateurs op enig moment niet hun eigen keuze hebben gemaakt in het vervolg van het proces. Democratie kun je uitleggen als de macht van het getal en dan heeft de meerderheid natuurlijk gelijk. Maar als dat betekent dat je op zo’n manier democratisch minderheden uitsluit en dat gebeurde dus onder andere via die procedure, dan zie ik dat niet langer meer als democratisch en dan vind ik ook partijen maar ook zeker hulpinitiatiefnemers die aan dat proces meewerken niet langer meer democratisch. Ik heb in eerste termijn al uitgelegd wat de achterliggende gedachte was van het niet verschijnen op de afspraak. Ik had het chique gevonden van de zeer gewaardeerde heren als ze ons in een eerste sessie eens plenair hadden willen spreken. Dat is helaas niet gebeurd, daar is niet voor gekozen. Het proces is op de manier doorgetrokken zoals het gestart was. Een minderheid weliswaar, maar toch nog altijd 15 in getal, was daartegen. De twee amendementen ingediend door Leefbaarheid ademen weer dezelfde sfeer uit, maar ook het voorstel dat de initiatiefnemer heeft ingediend begint toch weer in eerste instantie bij het informeren op individuele basis. U moet van mij weten, voorzitter, ik heb schoon genoeg van het spreken of individuele basis. Ik heb er zo onderhand behoefte aan om met u allen te spreken over programmatische inhoud. De woordvoerder van de VVD heeft het ook al gezegd, we kunnen inderdaad tellen en de stemverhouding voor het voorliggende voorstel wordt zo langzamerhand duidelijk. Ik moet zeggen dat het mij een groot plezier doet dat we straks in een setting terecht kunnen komen waarbij de wens zoals ik die heb uitgesproken mogelijk wordt. Nogmaals samenvattend, wij verwerpen amendement 2 en 3 en steunen amendement 1. De VOORZITTER: We hebben in twee termijnen gesproken. Ik zal het meest verstrekkende in stemming brengen en dat is het amendement dat een correctie voorstelt op 2, het door het CDA ingediende amendement. U heeft het allemaal op tafel liggen. Is er behoefte aan hoofdelijke stemming? De heer LINSSEN: Hoofdelijke stemming. De VOORZITTER: Is er behoefte aan het afleggen van stemverklaringen? Ik stel eerst aan de orde het meest verstrekkende amendement, dan stel ik daarna de amendementen 2 en 3, ingediend door de fractie Leefbaarheid die qua strekking gelijk zijn aan elkaar aan de orde en dan is het afhankelijk van de stemming of het oorspronkelijke voorstel wel of niet in stemming moet worden gebracht. Hiermee ben ik volledig. Er is gevraagd om hoofdelijke stemming. Wie wenst een stemverklaring af te leggen? Dat zijn de heren Roosenboom, Van Es en Linssen. Dan krijgen die het woord. Bij de hoofdelijke stemming beginnen we bij de heer Akkaya. De heer ROOSENBOOM: Heel kort. Twee redenen. Ten eerste is dit amendement echt overbodig want het komt automatisch aan bod als het initiatiefvoorstel van de heer Linssen het niet haalt. De tweede reden waarom wij hier tegen zijn, is dat het amendement niet volledig is. Ook daarin had duidelijk de verkiezingsuitslag tot uiting moeten komen. We houden toch geen verkiezingen voor niets. Die zijn gehouden om een aanwijzing van de bevolking te hebben waar rekening mee gehouden moet worden. Dat mis ik in dit amendement. Wij zullen daar dus niet voor stemmen. De VOORZITTER: Dan is het woord aan de heer Van Es, vertegenwoordiger van Lijst Linssen. De heer VAN ES: Het zal duidelijk zijn dat ik tegen het door het CDA ingediende amendement zal stemmen. Verder is er vanavond gezegd dat het handelen in deze raad vanavond moet leiden tot consequenties. Ik zal die voor mijzelf persoonlijk trekken en ik zal u daar morgen schriftelijk van in kennis stellen. 31
De heer LINSSEN: Het amendement ingediend door het CDA daar ben ik uiteraard tegen. Mocht het worden aangenomen dan begrijpt u uiteraard dat we dan ook tegen het raadsvoorstel moeten zijn met uitzondering van het onderdeel kennisname van de rapportage van de informateurs. Ik ga er van uit dat als het amendement het haalt de tekst wordt gewijzigd en dat ik dan natuurlijk tegen mijn eigen voorstel moet gaan. De heer WITHAGEN: Een punt van orde. Het treft mij een beetje dat men alsmaar spreekt over het amendement van het CDA. Formeel is het een amendement van een aantal partijen en ik acht dat juister. De VOORZITTER: Voor de goede orde, het is een niet ongebruikelijk usance dat de hoofdindiener en de eerste ondertekenaar … De heer WITHAGEN: Dan neemt u het over en dat betekent dat de andere partijen die drager zijn van het amendement … De VOORZITTER: Akkoord. U kunt allemaal lezen en we spreken dus over het amendement ingediend door CDA, Gemeentebelangen/Werknemerspartij, Partij van de Arbeid en Groen Links. Dat is aan de orde. U moet zich uitspreken voor of tegen het amendement ingediend door de partijen zoals verwoord. Aan de orde is het verstrekkendste amendement en dat luidt: Besluit het gestelde onder 2 zodanig te wijzigen dat dit komt te luiden als volgt: Aan de heer C.W.M. van der Weegen opdracht te verstrekken om binnen vier weken na heden te komen tot een raadsprogramma op hoofdlijnen dat kan rekenen op een zo breed mogelijk draagvlak in de raad en deze brede meerderheid de coalitie te laten zijn. De vorming van een college dat kan rekenen op een meerderheid in de raad en dat bereid is om op basis van het raadsprogramma een collegeprogramma op te stellen en dat zo spoedig mogelijk aan de raad te presenteren. Voor het amendement stemmen: de heren Akkaya, Aktürk, mevrouw Bom, de heren Coppens, Van Eekelen, Hagenaars, Harijgens, Huismans, Janssen, mevrouw Van Kemenade, de heren P. van den Kieboom, Mouws, Musters, Van Pul, Roks, Roosendaal, Vermeulen, Van de Water, Van der Weegen, Withagen. Tegen het amendement stemmen: de heren Akkermans, Duman, Van Es, Hagens, Van der Kallen, mevrouw Kammeijer, de heren D. van den Kieboom, Linssen, Nefs, Roosenboom, Siebelink, mevrouw Verhoog, de heer Wijten. De GRIFFIER: 20 stemmen voor het amendement en 13 stemmen tegen. De VOORZITTER: Daarmee is het amendement aangenomen. Dan zijn aan de orde de ingediende amendementen door de Groepering Leefbaarheid. Amendement 1. De gemeenteraad bijeen in de raadsvergadering van donderdag 11 april te Bergen op Zoom Besluit Tot verdere bespreking van een coalitievorming bestaande uit de partijen en groeperingen, Lijst Linssen, CDA, Leefbaarheid Bergen op Zoom/Halsteren/Lepelstraat, Partij van de Arbeid, zo mogelijk aangevuld met een vijfde partij te weten D66/BSD. Hiermee zou gehoor gegeven worden aan de uitslag van de recent gehouden gemeenteraadsverkiezingen en 32
Verder over te gaan tot de orde van de dag. Dit amendement is getekend door alle leden van de Groepering Leefbaarheid. U moet zich uitspreken voor of tegen. Iemand behoefte aan het afleggen van een stemverklaring? De heer ROOSENBOOM: Naar aanleiding van het vorige amendement is het natuurlijk een beetje idioot om hier nog over te stemmen. Wij trekken dus onze amendementen allebei in. De VOORZITTER: Beide amendementen worden door de indieners ingetrokken en maken geen deel meer uit van de beraadslagingen. Aan de orde is het raadsvoorstel inclusief het aangenomen amendement. Behoefte aan stemming hierover? Voor de stemverklaring noteer ik de heren Roosenboom, Harijgens en Linssen. De heer ROOSENBOOM: Ik realiseer me voor 100% dat het initiatiefvoorstel van de heer Linssen onze doodsteek is want wij komen daar niet in voor bij die zes genoemden. Op zichzelf zouden wij daar 100% tegen zijn, ware het niet dat tijdens de gesprekken met de twee informateurs deze vraag is gesteld, wil u dat wij verder doorgaan. Daar heeft de Groepering Leefbaarheid ja tegen gezegd. Ik wist natuurlijk niet wat daar de consequentie van was. Als ik geweten had toen dat wij niet in het spel niet mee mochten doen dan had ik zeker die toezegging niet gedaan. Ik heb die toezegging gedaan en ik vind mijn woord heilig in deze. Op grond van een belofte aan de twee informateurs dat zij door moeten gaan zal ik, hoe raar het ook klinkt voor het voorstel stemmen in de wetenschap dat wij buiten spel staan. De heer HARIJGENS: Wij zullen stemmen voor het geamendeerde voorstel, maar met de opmerking dat wij uiteraard kennisnemen van de eindrapportage. Kennisnemen doen wij, alleen wij delen de conclusies en de bevindingen van die rapportage niet. De heer LINSSEN: Ik kan nu wel formeel zijn over voorstel 1, maar ik denk dat de informateurs toch wel begrijpen dat ik te allen tijde hun visie en rapportage heb onderschreven en dat ik voor de duidelijkheid natuurlijk straks tegen het raadsvoorstel ga omdat ik het absoluut verkeerd vind, gezien de problematiek, gezien de zaken die er leven, de onderlinge verhoudingen enz. en ik er een groot voorstander van ben dat de gespreksleider c.q. informateurs in dit geval van buiten de raad komen en ik het absoluut onverstandig vind dat de heer Van der Weegen dit nu wordt. Door het aannemen van dit raadsvoorstel zal hij het toch wel worden. Wij stemmen nu tegen het raadsvoorstel uiteraard na de wijziging. De VOORZITTER: U moet zich uitspreken voor of tegen het geamendeerde voorstel. Voor stemmen: de heren Akkaya, Akkermans, Aktürk, mevrouw Bom, de heren Coppens, Duman, Van Eekelen, Hagenaars, Harijgens, Huismans, Janssen, Van der Kallen, mevrouw Kammeijer, mevrouw Van Kemenade, de heren D. van den Kieboom, P. van den Kieboom, Mouws, Musters, Nefs, Van Pul, Roks, Roosenboom, Roosendaal, mevrouw Verhoog, de heren Vermeulen, Van de Water, Van der Weegen, Withagen. Daartegen stemmen: de heren Van Es, Hagens, Linssen, Siebelink en Wijten. De GRIFFIER: 28 stemmen voor en 5 tegen.
33
De VOORZITTER Daarmee is het geamendeerde voorstel aangenomen en sluit ik de beraadslagingen. Aldus sluit de voorzitter de vergadering om 22.56 uur.
Deze notulen zijn goedgekeurd in de openbare raadsvergadering van donderdag 30 mei 2002. De loco-secretaris, beoogd griffier
De burgemeester,
34