1.
Dimi Verbelen
fundering met gesloten ogen val ik achterover enkel bewuste blindheid test de kracht, de geestelijke sterkte van de palmen van je hand je handen blijken rotsen toch stort ik neer in tederheid vertrouwen is geen zaak van open kijkers verkoopt zich niet door hol gebral een bouwsel zelf is schijnvertoning onzichtbaar onvoorwaardelijk gedreven zoek ik naar het diepe deel verborgen gewaand, genaamd fundering
2. Dennis De Ryck Lieg Lieg tegen me, Roep tier zonder reden alles is beter dan die blik Die blik van spijt Die je steeds in je ogen hebt Als je van hem komt
3. Jan Wallyn Zoals een briesje of een storm het venster staat op een kier al negentien jaar lang net nog dicht genoeg voor een druppel of een korrel van zand tot als er een stevige zucht van de andere kant van de wereld zich vertaalt in het geluid van een opening en alles is anders zoals een druppel plots een oceaan betekent en een zandkorrel de woestijn blijkt te zijn beteken jij de wereld voor mij
4. Julie Aelbrecht Sam. Al twee jaar alleen maar Sam Sam, lieve Sam, Ineens sloeg het mij in het gezicht. Wat als ik dit nodig heb? Om te schrijven, om te blijven rechtop lopen, om te ademen en ergens voor op te staan? Wat als ik uw afwijzing nodig heb? Wat als mijn bestaan zonder de teleurstelling helemaal leeg is? Waarschijnlijk.. Waarschijnlijk zijn die tranen het enige wat mijn huid wit houd, zijn uw opmerkingen wat mijn oren scherp houden. Is de afwijzing wat mij doet schrijven. Is de pijn het enige wat ik nog voel. Wat als? Wat als u mij morgen vastpakt. Is alles dan voorbij? Wat als dat helemaal geen nieuw begin is, maar juist het einde van alles wat ik zo gewoon ben. Opstaan, douchen, alleen zijn, eten, een beetje wenen, naar school, tegen Jakoba over u praten, les volgen, naar u kijken tijdens Frans, alleen zijn als die van wiskunde over zijn vriendin vertelt, naar u kijken in Engels, rondjes lopen, eten, over u nadenken als Eva Jens kust, een uur ongeduldig Nederlands volgen, bijna wenen als er een gedicht is, schrijven in de marge van mijn blad om toch maar niet tijdens Duits naar u te zitten staren, naar een rood stuk kaart staren tijdens aardrijkskunde, over u praten op de fiets, thuiskomen, de radio aanzetten en weer af omdat er een liefdesliedje speelt, een beetje wenen boven mijn papier, proberen schrijven, eten, knikken, doen alsof ik huiswerk maak, schrijven, op Msn gaan en wachten tot u iets tegen mij zegt, na twee uur iets schrijven op Facebook dat veel te vaag naar u verwijst, schrijven, wenen, wakker liggen, slaappil nemen,?. Komt er een gapend gat als uw afwijzing wegvalt? Maar ik wacht nog altijd op u, Julie.
5.
Olivier Anciaux
Ooit zie ik je weer September 2002. Vanaf het ogenblik dat ik je zag, wist ik: ik sta oog in oog met mijn Grote Liefde. Mijn hart stond even stil, nooit eerder ontwaarde ik zo veel pracht. Het werden twee intense weken. Ondanks ik je daarna nooit heb weergezien, blijf ik nog steeds van je dromen. Soms beheersen deze dromen mijn nachten en gedachten. Zo goed als elk plekje van je heb ik verkend met een enthousiasme en intensiteit die jij in mij naar boven bracht, waarbij er een mysterieuze rust over me heen daalde. Dag en nacht vertoefde ik in je aanwezigheid. Nimmer week ik van je zijde. Naar verluid ben je eerder koel, maar daar heb ik weinig van gemerkt, we hebben de twee heetste weken van de zomer beleefd. Constant bracht je me in vervoering, ik zag mezelf weerkaatst in de schoonheid van de spiegels van je ziel. Samen hoge toppen scheren. Mijn liefde voor jou was en is nog steeds onpeilbaar groot als de diepste zoete zee die ontelbare schatten herbergt. Zelfs met je monsters en fantomen kon ik leven, ze zijn immers een deel van jou en zorgen voor een mystiek tintje. Je had ook wel een heel romantisch kantje. Als ik weer eens in één van je vele kastelen mocht overnachten, voelde ik me net een prinses. Ooit keer ik naar je terug, want bij jou heb ik mijn hart verloren, je bent een deel van mij geworden, verweven met mijn ziel. Mijn Schotland
6.
Thomas Goyvaerts
Aan de liefde Jij bent een monster, een schitterend wezen een boek dat ik dringend eens moet lezen een zin vol met fouten, grammaticaal verkeerd een wijze les die ik maar niet krijg geleerd Chinezen en Turken, Hongaren en Russen de liefde, de haat, en iets daartussen je bent een heleboel dingen, en nog eens zoveel meer je laat me van je houden keer op keer op keer
7. Nicolaï Evert Je gezicht streelt de wind alsof ze je minnaar is. Glijdt erdoor, en je haren krijgen een mystiek waarmee enkel Helena van Troje kan wedijveren. Je linkeroog loenst, zoekt naar mij. Ik voel je mensen aftasten met je blik, tot je mij ziet. Niet alleen je gezicht verandert, je lichaam, je handen, je mond, je wordt weker. Opeens straal je, en als ik kon, deed ik alle lichten van de wereld uit, om jou beter te zien. Ik breng iets in jou teweeg, dat hoor ik. Ik wandel door een mensenmassa op zoek naar jou. Ik bestel een pint en struin voort. Mensen boeien me, en ik kijk gretig, maar ik zoek slechts liefde. Wanneer ik je zie, lijk je mooier dan de onmetelijk schone meid die ik van je maakte in mijn hoofd. Even geloof ik mijn ogen niet, mijn leven niet, mijn toekomst en mijn dromen. Ik smelt om je verschijning, hoe je praat, hoe de mensen jou bekijken, jij interageert met de wereld, en jij bent de mijne. Je doet me iets, dat hoor ik.
8.
Wim Paeshuyse
Geachte minnaar van mijn vrouw in de kast, Ik weet dat je er zit, tussen mijn kostuums en dassen. Ik weet het, ik ruik je aanwezigheid. Ik hoorde het gestommel, ik aanhoorde het 'hoe komt het dat je zo vroeg thuis bent'. Ik zit in de kamer naast de slaapkamer en schrijf deze brief naar jou en vraag me af wie je bent. Ken ik je? Of ben je een wildvreemde die ze tegenkwam op straat. Wie weet ben je wel een vrouw, maar zo ruik je althans niet. Ik weet dat je er zit en ik laat je er zitten. Ik verkies rustig deze woorden te schrijven en koffie te slurpen en een plaat van the smiths op te leggen. oh heaven knows I'm miserable now. Ik heb tijd en moet nergens heen. Heb jij nog iets gepland? Je aanwezigheid stoort me niet en stelt me gerust. Ik vermoed je al een hele tijd en nu het wordt beaamt, kalmeert het me. Ik wil geen details, het deert me niet. Ik hoef niet te weten hoe het ging en hoe lang ik al de lakens met je moet delen als een bedbeurtrol. Ik hoef het niet te weten. Ik wil niet weten de hoeveelste je bent en hoeveel er nog na me zullen komen, het deert me niet. Natuurlijk was ons een huwelijk niet wat we ervan hadden verwacht. Veranderden we teveel om nog in elkaar te kunnen passen en eindigden als twee verloren puzzelstukjes ver onder de kast. Puzzelstukjes die niet meer in elkaar pasten. Ik beken, ook ik keek naar andere vrouwen, ook ik flirtte, gaf complimenten en anderen aandacht. Maar ik ging nooit zover, ik wou en zou haar geen excuus geven. Want ik heb haar nodig, om me niet eenzaam te voelen onder deze kast waar stofzuigers niet geraken en het stof ons belaagt. Misschien is het uit gewoonte en doet de routine ons doven zodat we elkaars noodkreten niet meer horen. Maar ik kan niet zonder. Dat jij nu in die kast zit doet me pijn, natuurlijk. Verwacht niet dat dit me koud laat. Het verscheurt me diep van binnen. Maar ik zal het niet laten merken. zodadelijk sta ik op vanachter deze bureau, ga ik naar het toilet en naar beneden, geef ik haar een afscheidskus en verdwijn om later terug te keren alsof er niets gebeurd is. Ik weet dat je er zit en je kunt er bijna uit.
9. Rhea Van der Vloet Ware liefde (Tanga) Hij zegt doodgewoon: Vanaf nu doe ik mijn broek uit wringt zijn koude bibs in mijn warme moederschoot en valt ontspannen in slaap.
10. Roderik Six ’s avonds laat kwamen we elkaar tegen op straat ze zei zie me graag ik zei graag natuurlijk hebben we geneukt ’s nachts, in de tuin, onder de volle maan daarna wikkelde ik haar in prikkeldraad het leven werd eensklaps spannend ’s morgens in het mooiste groene gras in de mooiste rode plas lagen haar mooiste delen die ik graag zag