LOCHRISTI O.C.M.W. FUNCTIEBESCHRIJVING DEEL 2: FUNCTIE AFDELING: DIENST: FUNCTIEBENAMING:
Org.nr.
925
Fct. nr. WOONZORGCENTRUM VERPLEGING /VERZORGING Verpleegkundige (gegradueerde)
1. Plaats in de organisatie
De verpleegkundige werkt in het WZC. De verpleegkundige werkt onder de leiding van de hoofdverpleegkundige. De verpleegkundige behoort tot een team van verpleegkundigen en verzorgenden. 2. Functie -analyse
2.1. Doelstelling van de functie
Het voorzien van een zo goed mogelijke verpleging van de bewoners van het WZC. Daarin wordt een optimale verpleging gekoppeld aan een zo comfortabel en aangenaam mogelijk verblijf. 2.2. Inhoud van de functie
De functie houdt volgende taken in: 1. Verpleging en verzorging van bewoners. Het toedienen van verpleegkundige en hygiënische zorgen.. De verpleegkundige maakt verpleegplannen en evalueert of de verstrekte zorgen tegemoet komen aan de noden van de bewoners. 2. De verpleegkundige zorgt voor de observatie van een aantal vitale parameters en onderneemt interventies waar nodig. Dit kan ondermeer inhouden het rapporteren naar dokters. 3. De verpleegkundige coördineert de verzorging die rond een bewoner gebeurt. Dit houdt het toezicht in op de deeltaken van de verzorgenden en het afstemmen van verschillende activiteiten rond één patiënt. 4. De verpleegkundige draagt zorg voor aangepaste voeding voor de patiënt en coördineert het maaltijdgebeuren. 5. De verpleegkundige draagt zorg voor het fysisch comfort en de veiligheid van de bewoner.
6. De verpleegkundige begeleidt de bewoner. Dit houdt o.m. in het luisteren naar problemen en vragen van bewoners. Het betekent meeleven in moeilijke omstandigheden en de emotionele ondersteuning van de bewoner. 7. De verpleegkundige zorgt voor rapportage, registratie en administratie i.v.m. de bewoners. Dit houdt o.m. in het bijhouden van de verpleegplannen, het scoren van de graad van zorgbehoevendheid, het informeren van anderen(bv. arts) omtrent de zorgevolutie,... 8. De verpleegkundige neemt deel aan teamvergaderingen, multi-disciplinair overleg en/of patiëntenbespreking. 9. De verpleegkundige vervangt de hoofdverpleegkundige bij momenten van afwezigheid. 10. De verpleegkundige specialiseert zich in een domein van de geriatrische zorg, relevant voor het rustoord. 2.3. Aard van de functie 2.3.1.Verantwoordelijkheidsdomein
De verpleegkundige draagt in eerste instantie de verantwoordelijkheid over het welzijn (lichamelijk/geestelijk) van de bejaarde. Meer in het bijzonder draagt hij/zij de verantwoordelijkheid voor de handelingen die hij/zij uitvoert. Bij afwezigheid van de hoofdverpleegkundige draagt de verpleegkundige verantwoordelijkheid in verband met rapportage en observatie van de patiënt. 2.3.2. Specifieke moeilijkheidsgraad van de functie
-
Eén van de moeilijkheden van het werk heeft te maken met de inhoud van het werk zelf. Zo moet men zelfstandig noodsituaties kunnen inschatten en gepast reageren. In deze functie werkt men in continu-dienst. Dit vraagt de nodige aanpassing en flexibiliteit.
2.3.3. Voornaamste contacten in de functie
-
Residenten en hun familie. Diverse andere medewerkers: kinesitherapeut, ergotherapeut, administratief personeel, keukenpersoneel en onderhoud,... Externe hulpverleners (dokters, kiné,..)
2.4. Functieprofiel 2.4.1. Taakaspecten
-Vakkennis: -kennis van bejaardenproblematiek en geriatrische pathologie -heeft grondige kennis van een voor het rustoord relevant thema: bv. dementie, diabetes -Technische Vaardigheden: -vaardig in het verplegen en verzorgen van residenten -kunnen rapporteren en bijhouden van administratie -Probleemoplossing: -vaardig in het oplossen van problemen met betrekking tot verpleging en verzorging -Systematiek in het werk -plant het verpleegkundig werk en voert op een systematische manier uit
2.4.2. Persoonlijke vaardigheden -Zelfstandigheid: -werkzaamheden zelfstandig kunnen plannen en organiseren -Verantwoordelijkheid: -voor de kwaliteit van de verzorging en verpleging van de bewoners -Aanpassingsvermogen -is in staat om bij toegenomen werkdruk correct te blijven functioneren -Professionele ontwikkeling -is vernieuwend en ontwikkelend ingesteld: volgt nieuwe evoluties in de geriatrie
2.4.3. Kliëntvaardigheden -Gericht op kliënt-tevredenheid -heeft oog voor het welzijn van de bewoners van het rustoord -Inlevingsvermogen in de wereld van de kliënt -heeft affiniteit met de leefwereld van bejaarden -Samenwerking met de kliënt -kan goede samenwerkingsrelaties ontwikkelen met de medewerkers -Spreken op het niveau van de kliënt
2.4.4. Organisatie-vaardigheden -Bijdrage tot samenwerking/teamgeest -kan op een vlotte samenwerking in een team functioneren -Werkverdeling met collega’s -neemt een billijk deel van het werk op zich van collega’s (indien nodig) -Zorg voor werkmateriaal -springt zorgvuldig om met de toebedeelde werkmaterialen
3. Aanwervings- en benoemingsvoorwaarden
Wordt begeven bij aanwerving : Bij aanwerving: -Houder zijn van een bachelor verpleegkunde of diploma van gegradueerde verpleegkundige. -Slagen in een aanwervingsexamen. 4. Functiewaarderingsniveau
-
Niveau Weddeschaal :
:
B BV1-BV3
5. Specifieke beoordelingscriteria
Eerste beoordelaar: Hoofdverpleegkundige Tweede beoordelaar: Directeur woonzorgcentrum Criterianummers: