FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
Bijlage 1 Algemene beschrijving milieuaspecten WABO revisievergunning
FrieslandCampina Kievit Meppel
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 1 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
Samenvatting De milieuaspecten waar FrieslandCampina Kievit mee te maken heeft, en dus in de hiermee gedane aanvraag geregeld moeten worden, zijn: •
• •
• •
• •
•
•
Afvalstoffen die vrijkomen voor, tijdens en na het productieproces. De afvalstromen betreffen gemengd bedrijfsafval, papier en karton, folieafval, metaalafval, houtafval, afgewerkte olie, gevaarlijk afval, slib van de afvalwaterzuiveringsinstallatie en afgekeurde poeders. Lucht, licht en straling, dit betreft CO2- en NOx emissie in rookgassen, stofuitstoot door restdeeltjes poeder in de drooglucht uit de droogtorens. Geluid, dit betreft de geluidsbelasting ten gevolge van de activiteiten op terrein. Deze geluidsbelasting moet binnen de 50-dBA-zoneringscontour van het industrieterrein blijven. FrieslandCampina Kievit neemt de nodige maatregelen om er voor te zorgen dat de geluidemissie past binnen de vergunde geluidscontour zoals weergegeven in het Akoestisch rapport. Bodem, FrieslandCampina Kievit neemt de nodige maatregelen om verstoring van het bodemmilieu te voorkomen (Activiteitenbesluit). Veiligheid, in het kader van veiligheid is indringen van buitenaf bemoeilijkt. Ter voorkoming van brand en explosie, zijn de benodigde maatregelen genomen, zowel preventief als reactief in de vorm van brandmeld- en blusinrichtingen in combinatie met een 24/7 bezette BHV-organisatie. Er kan worden gesteld dat de inrichting niet onder het BRZO valt en heeft geen verplichting om een veiligheidsrapport (VR) op te stellen. Ook is er geen verplichting voor veiligheidsrichtlijnen- en besluiten (BEVI/REVI/Leidraad Risico-inventarisatie /plaatsgebonden risico), aangezien de drempel voor de hoeveelheid ammoniak niet wordt overschreden. Energie, Het gebruik van energie wordt waar mogelijk beperkt. Een inventarisatie van het energieverbruik en de besparingsmaatregelen is weergegeven in het EEP 2013 - 2016. Grond- en hulpstoffen, FrieslandCampina Kievit verwerkt een breed scala van vloeibare (waaronder melk en melk gerelateerde grondstoffen, (plantaardig) oliën en glucosestroop) en poedervormige (waaronder eiwitten, fosfaat, free flowing, emulgator) grondstoffen tot een uitgebreid pakket van poedervormige speciaal producten, bestemd voor de voedingsmiddelen-industrie, waaronder vetkernen, bakkerijgrondstoffen, coffee- en soupcreamers en melkpoeders. Verkeer en vervoer, vind dagelijks plaats in de vorm van personenverkeer van personeel en bezoekers, maar vooral in de vorm van aan en afvoer van grondstoffen, hulpmiddelen en afvoer van producten. De overlast voor de omgeving is zoveel mogelijk beperkt. Water Het waterverbruik zal niet verder toenemen door de capaciteitsverhoging. De vuilvracht zal licht stijgen, evenredig met de capaciteitstoename. Deze stijging is marginaal en is nog ruim binnen de vergunde norm in de vigerende waterwetvergunning.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 2 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
Inhoudsopgave 1
Algemene gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4
1.5
1.6 1.7 2
5 5 5 6 6 7 8 9 9 9 10 10 10 11
2.1
11 11 11
Situering en indeling van FrieslandCampina Kievit 2.1.1 Geluid, verkaveling en zonering Indeling en uitvoering van de inrichting
Beschrijving van de werking van FC Kievit
12
3.1 3.2
12 13 13 14 14 15 15 15 15 16 16 17 18 19 19 19 19 19 20 20 20 20 21 21
3.3
3.4 3.5
3.6
3.7 4
Gegevens inrichting Gegevens aanvrager Organisatie Gegevens gewenste vergunning 1.4.1 Wijziging t.o.v. de vigerende vergunning 1.4.2 Aard van de vergunning 1.4.3 Capaciteit van de inrichting Vergunningsituatie 1.5.1 Verleende vergunningen 1.5.2 M.e.r. beoordelingsplicht 1.5.3 Convenanten en milieuplannen Bestemmingsplan Activiteitenbesluit
Situering, indeling en uitvoering
2.2 3
5
Hoofdactiviteiten FC Kievit Hulpsystemen en overige voorzieningen 3.2.1 Administratie 3.2.2 Bedrijfslaboratorium 3.2.3 Technische dienst 3.2.4 Bedrijfshulpverlening (BHV) Installaties utilities 3.3.1 Aardgastoevoer 3.3.2 Elektriciteit 3.3.3 Stoomproductie 3.3.4 Koudeproductie 3.3.5 Persluchtproductie 3.3.6 CIP reinigingsinstallaties 3.3.7 Vloeibare stikstof (N2) 3.3.8 Vloeibaar koolzuurgas (CO2) Incidentele processen Organisatorische aspecten 3.5.1 Organisatie 3.5.2 Werktijden 3.5.3 Milieuzorgsysteem en milieuaspecten Capaciteit van de inrichting 3.6.1 Grond- en hulpstoffen en eindproducten 3.6.2 Reinigingsmiddelen, chemicaliën, gassen, oliën, vetten Richtlijn industriële emissies
Afvalstoffen
23
4.1
23 23 23
Algemeen 4.1.1 Preventie en (intern) hergebruik van afvalstoffen 4.1.2 Productafval
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 3 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
4.2 5 6
7
8
9
2014
4.1.3 Gescheiden ingezameld afval 4.1.4 Gemengd afval 4.1.5 Afvalwatergerelateerde afvalstoffen 4.1.6 Gevaarlijk afval Registreren en verslaglegging
24 24 24 24 24
Water en afvalwater
25
5.1
25
Algemeen
Lucht, licht en straling
26
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6
26 26 26 27 27 28
Emissies Verandering van klimaat door CO2-emissie in rookgassen Verzuring door stikstofoxiden in rookgassen Verspreiding van totaal stof Geur Meet- en registratieprogramma luchtverontreiniging
Geluid en trillingen
29
7.1 7.2
29 29
Geluid Trillingen
Bodem
30
8.1 8.2
30 31
Bodemonderzoeken Monitoring op bodembescherming
Veiligheid 9.1.1 9.1.2 9.1.3 9.1.4 9.1.5 9.1.6
32 Algemeen Brand Brand en explosiegevaar Gevaarlijke stoffen BRZO / VR BEVI / REVI
10 Energie
37
10.1 Energieverbruik 10.2 Meerjarenafspraak
37 37
11 Grond- en hulpstoffen, tussen-, neven en eindproducten 11.1 11.2 11.3 11.4
32 32 32 34 34 36
Eigenschappen en samenstelling. Wijze van aan- en afvoer en omvang van overslag en opslag. Preventie grond- en hulpstoffen. Buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen (ingangsmaterialen)
38 38 38 38 38
12 Verkeer en vervoer
39
13 Bouw
40
14 Afkortingen
41
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 4 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
1
2014
Algemene gegevens 1.1
Gegevens inrichting
Kadastrale gegevens:
Kadastrale gemeente Meppel, sectie H, perceelnummers: 1543 , 1540 , 1731 , 1730, 658 en 661
Adres: Postcode: Woonplaats: Categorie IVB
Oliemolenweg 4a 7944 HX Meppel 9.3 lid a en c.
De kadastrale kaart is opgenomen in bijlage 2. FC Kievit is in het handelsregister van de Kamer van Koophandel ingeschreven onder dossiernummer: 01123235, onder de naam FrieslandCampina Kievit B.V.
1.2
Gegevens aanvrager
Naam: Bezoekadres: Postcode en Plaats: Postadres: Postcode en Plaats: Telefoon: Fax: Contactpersoon: e-mailadres: Functie: Verantwoordelijke: Functie:
1.3
FrieslandCampina Kievit B.V. Oliemolenweg 4 A 7944 HX Meppel Postbus 189 7940 AD Meppel + 31(0)-522 238 138 + 31(0)-522 238 100 F.A. Hanema
[email protected] SHE Manager Mevr. T. Snels General Manager
Organisatie
FrieslandCampina Kievit is een productielocatie van het zuivelconcern FrieslandCampina. Het bedrijf is een inrichting voor de productie van poedervormige ingrediënten voor de voedingsmiddelen industrie. Na de fusie van Friesland Foods en Campina in 2009, heeft het nieuwe concern FrieslandCampina in 2010 een duidelijke strategie geformuleerd. De nieuwe strategie Route 2020 heeft een focus op genereren van meer winst en het tot waarde brengen van ledenmelk. Binnen deze strategie is Kievit gedefinieerd als ‘stronghold’ wat inhoud dat Kievit zal groeien met beperkte investeringen. Op basis van de Route 2020 strategie heeft Kievit een eigen strategie ontwikkeld waarin de belangrijkste vraag is hoe wij als Kievit kunnen bijdragen aan het succes van Route 2020. Dit strategieplan staat bekend als “NEVER STOP GROWING “. Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 5 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
Voor Kievit betekent dit dat we beperkt gaan groeien, als doelstelling is gesteld 3% capaciteit groei per jaar. Deze groei zal worden gerealiseerd met de huidige productiefaciliteiten en binnen de beschikbare uren. Hierbij moet worden uitgegaan van 365 dagen per jaar en 24 uur per dag.
1.4 1.4.1
Gegevens gewenste vergunning Wijziging t.o.v. de vigerende vergunning
Deze aanvraag dient in grote lijnen om de vergroting van de productiecapaciteit mogelijk te maken tot een productieomvang van 105.000 ton eindproduct op jaarbasis. Daarnaast dateert de huidige milieuvergunning uit 2004, waarbij in de loop van de jaren enkele meldingen aan toegevoegd zijn. Dit heeft er in geresulteerd dat FrieslandCampina Kievit besloten heeft om een compleet nieuwe omgevingsvergunning aan te vragen. Door het optimaliseren van de productie efficiëntie neemt de hoeveelheid product per toren toe. Optimaliseren van de bedrijf efficiëntie betekent: - Verder verhogen van de drogestof gehaltes van de te verpoederen emulsies, waardoor de hoeveelheid poeder per uur toeneemt. - Efficiënter plannen waarbij de runlengtes geoptimaliseerd worden, de verhouding tussen reinigings uren en productie uren wijzigt ten gunste van de productiviteit. - Toepassen van effectievere reiniging methodieken waardoor de reinigingstijd verkort wordt. - Toepassen van geavanceerder sproeidroog technieken waardoor de capaciteit per toren toeneemt. Door deze productieoptimalisatie is het mogelijk om bij gelijkblijvende productie omstandigheden en toren bezetting de voorgenomen groei van jaarlijks circa 3% te realiseren. In deze revisievergunning aanvraag zal een maximale productie capaciteit aangevraagd worden ter grootte van 105.000 Mton per jaar, hieraan zijn in deze aanvraag ook de milieueffecten gerelateerd. Als gevolg hiervan neemt de aanvoer van melk en overige ingrediënten toe. De toename van de grondstoffen kan met het huidige opslag- en ontvangstcapaciteit opgevangen worden. De uitbreiding van de productie betreft activiteiten die al jaren op de locatie worden uitgevoerd en waarvan de gevolgen voor het milieu volledig bekend zijn. Er is geen sprake van andere activiteiten dan die al zijn vergund. Bouwkundige aanpassing Vanwege stringentere hygiëne eisen van klanten dient er een bouwkundige aanpassing gerealiseerd te worden. De hygiëne eisen hebben met name betrekking op het creëren van verschillende zones in de fabriek, onder andere zones tussen de productieactiviteiten en verpakkingsactiviteiten. Om dit te realiseren wordt er een bouwkundige verbinding (project “De verbinding”) gemaakt tussen de fabriek en opslaghal zuid. De bouwkundige aanpassing is opgenomen in de bijlage bij deze aanvraag. Omdat alleen sprake is van een uitbreiding in bestaande activiteiten, verandert het karakter van het bedrijf niet. In deze aanvraag worden de relevante milieuaspecten van de aanpassingen en uitbreidingen toegelicht. Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 6 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
De bedrijfs- en lozingssituatie is in overeenstemming met de vigerende vergunning Waterwet en zal door de capaciteitsuitbreiding niet wijzigen. Bijlage 25 omschrijft verder het water en afvalwater gedeelte.
1.4.2
Aard van de vergunning
FrieslandCampina Kievit verzoekt een vergunning in het kader van artikel 2.1 van de Wet op algemene bepaling omgevingsrecht (WABO), wat betrekking kan hebben op het 1- het oprichten, 2- het veranderen of veranderen van de werking of 3- het in werking hebben van een inrichting of mijnbouwwerk. Deze aanvraag heeft betrekking op punt 2 het veranderen van een bestaande inrichting.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 7 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
1.4.3
2014
Capaciteit van de inrichting
In de onderstaande tabel zijn de verwachte verwerkings- en productiecijfers gerapporteerd. Naam stof
Grondstoffen melk gerelateerde grondstoffen Glucose Olien Poeders (eiwitten, fosfaat, free flowing, emulgator)) Stikstof Gevaarlijke stoffen Salpeterzuur Natronloog Natronloog Aluminium Chloride Oxonia P3 Aktief Oxonia P3 Aktief Oxonia Triquat TH Triquat TH P3 Stabi CIP OXI P3 Stabi CIP OXI Exelerate Exelerate P3 Topax P3 Topax 12 P3 Topax 12 Ontvetter BC FLOC P3582 Olie Gassen Zuurstof beschermgas beschermgas Stikstof beschermgas Stikstof Koolzuur Producten Speciaal producten/droog/baby
Doel
Opslagwijze
Aantal
inhoud
Maximale opslag
Maximale opslag
m3
kg
Doorzet jaarlijks kg
1305 753 869 -
1.305.000 753.000 869.000 1.200.000 362,5
42.221.000 40.000.000 42.000.000 29.166.667 21.992
Grondstof Grondstof Grondstof Grondstof Grondstof
Tanks Tanks Tank Zakken Gasfles
19 19 20
35, 50,60,200 m3 9, 35,40,50,60 m3 9, 30, 35,40,50,60, 65 m3
5
72,5 kg
CIP/AWZI CIP AWZI AWZI Desinfectie Desinfectie Desinfectie Schuimdesinfectie Schuimdesinfectie loogversterker loogversterker CIP CIP Schuimreiniging Schuimreiniging Schuimreiniging Algemeen reinigingsmiddel AWZI Smeerolie
Tank Tank Tank Tank cans drums drums drums cans cans drums cans drums drums cans box cans zakken Cans
2 1 1 1 24 6 5 4 18 18 5 18 5 4 12 2 36 16
15m3 35m3 15m3 15m3 21 kg 220 kg 215 kg 210 kg 21 kg 21 kg 210 kg 21 kg 210 kg 210 kg 21 kg 1075 kg 22 kg 25 kg 22 liter
30 35 15 15 1,54
30.000 35.000 15.000 15.000 504 1.320 1.075 840 378 378 1.050 378 1.050 252 2.150 792 400 1.500
219.018 294.852 52.057 118.708 875 22.167 3.500 502 700 2.800 8.167 642 7.350 3.733 1.633 11.667 5.185 2.100 1.000
Persluchtmaskers lassen lassen inertisering lassen koeling, inertisering inertisering
Gasfles Gasfles Gasfles Gasfles Gasfles Tank Tank
2 8 4 3 5 3 1
72 kg 72 kg 25Kg 11,1 kg 72 kg 77m3 20 m3
-
144 576 100 33 360 77.000 20.000
432 1.152 200 67 720 895.000 60.000 105.000.000
De bovenstaande cijfers zijn indicatief omdat de aard en hoeveelheid van de gebruikte grondstoffen en de productiecapaciteit sterk productafhankelijk zijn. Verschil tussen gebruikte grondstoffen en verkregen product kan verklaard worden door afwijkingen in droge stof gehalte, verliezen als cycloonpoeder, start/stop poeder e.d. dat als diervoeder wordt afgevoerd. In het magazijn is circa 1200 ton zakgoed op pallets of bigbags aan poedervormige grondstoffen of eindproducten aanwezig. Alle gevaarlijke stoffen/gassen worden opgeslagen in de daarvoor bestemde chemicaliën ruimtes welke voldoen aan de PGS 15. Afgewerkte olie wordt opgeslagen in een opvang tank welke voldoet aan artikel 3.4.9. uit het activiteitenbesluit. Stikstof (N2) en Koolzuur (CO2) worden opgeslagen in tanks welke voldoen aan artikel 4.1.3. uit het activiteitenbesluit.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 8 van 41
ds 9% ds 70%
FrieslandCampina Kievit Meppel
1.5
2014
Vergunningsituatie
Het bedrijf valt onder de categorie 9.3 a en c Van het inrichtingen – en vergunningen besluit Wet Milieubeheer Op grond hiervan zijn Gedeputeerde Staten van Drenthe het bevoegde gezag voor de Wabo (Omgevingsvergunning). De lozing van afvalwater neemt toe door de toename van de productie. Dit valt echter nog binnen de vergunde hoeveelheid in de vigerende waterwet vergunning.
1.5.1
Verleende vergunningen
Wet Milieubeheer / Wabo • revisievergunning • verandering • Melding • Verandering Wet Verontreiniging Oppervlakte wateren • Vergunning • Melding Gebruikersvergunning
1.5.2
Bevoegd gezag Provincie
Datum
Kenmerk
02-11-04 27-06-2005 19-12-2005 07-03-2007
7.1/2003007544 MB/A10200500 MB/A5/2005010009 9164803/hh
02-11-2004
03-12
Waterschap Reest & Wieden 30-06-2005 Gemeente Meppel 19-07-2000
05 - 01 103
M.e.r. beoordelingsplicht
Het vervaardigen van consumptiemelk en afgeleide producten (en dus ook de uitbreiding van de productiecapaciteit van deze producten) is een M.e.r.-beoordelingsplichtige activiteit bij een productie van 30.000 ton per jaar of meer (Bijlage D Gewijzigd Besluit m.e.r. 1994 uit 1999, categorie 36): ‘De oprichting, wijziging of uitbreiding van een installatie van een zuivelfabriek. In gevallen waarin de activiteit betrekking heeft op een productiecapaciteit van 30.000 ton per jaar of meer.’ De huidige vergunde capaciteit in de vigerende vergunning bedraagt 80.000 ton eindproduct op jaarbasis, FrieslandCampina Kievit wil de komende jaren doorgroeien naar een capaciteit van 105.000 ton eindproduct op jaarbasis, deze groei wordt gerealiseerd met de huidige productiemiddelen en binnen de huidige beschikbare uren. Aangezien deze uitbreiding binnen de grens van 30.000 ton per jaar of meer ligt is een aanmeldingsnotitie voor deze uitbreiding niet noodzakelijk. Wel is er een vormvrije m.e.r. beoordeling opgesteld welke opgenomen is in bijlage 27.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 9 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
1.5.3
2014
Convenanten en milieuplannen
FrieslandCampina Kievit conformeert zich aan de volgende milieuconvenanten: de Intentieverklaring Uitvoering Milieubeleid Zuivelindustrie (IVZ); Meerjarenafspraak Energie (MJA-3); Convenant Verpakkingen III FrieslandCampina Kievit heeft als vergunningeigenaar in het kader van deze convenanten een Energie Efficiencyplan (EEP) opgesteld.
1.6
Bestemmingsplan
Het bedrijfsterrein is gesitueerd binnen het bestemmingsplan Oevers B. Het bestemmingsplan is goedgekeurd door de Gedeputeerde staten van Drenthe. De situering van het bedrijf in de omgeving is uitgebreid beschreven en weergegeven in hoofdstuk 2.
1.7
Activiteitenbesluit
Een aantal activiteiten die FrieslandCampina Kievit uitvoert vallen onder het activiteiten besluit, hieronder staat een opsomming van de activiteitenbesluit-activiteiten, deze zijn:
• Lozen van hemelwater, dat niet afkomstig is van een bodembeschermende voorziening • Lozen van koelwater • In werking hebben van een stookinstallatie Aardgas • Gestookte ketelinstallaties met een nominaal vermogen boven de 400 kilowatt • In werking hebben van een natte koeltoren • In werking hebben van een koelinstallatie • Opslaan en overslaan van goederen algemeen • Opslaan en overslaan van bodembedreigende goederen bij inrichtingen type C • Opslaan van gasolie, smeerolie of afgewerkte olie in een bovengrondse opslagtank • Algemene milieuregels voor emissies naar de lucht • Algemene milieuregels voor bodembedreigende activiteiten • Algemene milieuregels voor lozen • Algemene milieuregels voor type C inrichtingen • Kantine • Laboratoria en praktijkruimten • Laswerkzaamheden • Airco installaties • Perslucht installaties • Acculaadstations
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 10 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2
2014
Situering, indeling en uitvoering 2.1
Situering en indeling van FrieslandCampina Kievit
FrieslandCampina Kievit bevindt zich aan de rand van bedrijventerrein Oevers B tussen de Oliemolenweg en de Handelsweg. De inrichting wordt begrensd door:
Aan de noordelijke zijde: door De Heus Voeders en aansluitend openbaar water; Aan westelijke zijde: door de Oliemolenweg en industriegebied Oevers B; Aan de zuidelijk zijde: door de Oliemolenweg en verder industriegebied Oevers B; Aan de oostelijke zijde: door het industriegebied Oevers B en aansluitend de Handelsweg.
In bijlage 3 is een kaartje met de ligging van FrieslandCampina Kievit opgenomen. Een tekening met de kadastrale gegevens is bijgevoegd in bijlage 2.
2.1.1
Geluid, verkaveling en zonering
Het bedrijventerrein waarop FrieslandCampina Kievit is gevestigd betreft akoestisch gezien een gezoneerd bedrijventerrein.
2.2
Indeling en uitvoering van de inrichting
Een overzicht van de situering van het bedrijfsterrein ten opzichte van de openbare weg en de nabije omgeving is weergegeven in bijlage 3.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 11 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
3
2014
Beschrijving van de werking van FC Kievit
De vergunningaanvraag door FC Kievit heeft betrekking op alle onderstaande processen.
3.1
Hoofdactiviteiten FC Kievit
Kievit verwerkt een breed scala van vloeibare (waaronder melk en melk gerelateerde grondstoffen, (plantaardig) oliën en glucosestroop) en poedervormige (waaronder eiwitten, fosfaat, free flowing, emulgator) grondstoffen tot een uitgebreid pakket van poedervormige speciaal producten, bestemd voor de voedingsmiddelenindustrie, waaronder vetkernen, bakkerijgrondstoffen, coffee- en soupcreamers en melkpoeders. De vier droogtorens en de bijbehorende verwerkingslijnen zijn zodanig uitgelegd dat ze nagenoeg alle eindproducten kunnen produceren. Ook tanks en silo’s zijn voor meerdere grondstoffen geschikt. Het onderstaande flowschema en de tekst in de bijlage 19 geven een globaal beeld van de combinatiemogelijkheden en de processen (Dit geldt ook voor de proeftorens).
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 12 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
3.2
2014
Hulpsystemen en overige voorzieningen
Ter ondersteuning van het productieproces zijn een aantal diensten op de bedrijfslocatie onder gebracht zoals hier onder beschreven.
3.2.1
Administratie
Administratie is een verzamelnaam waar de hier onder genoemde afdelingen vallen: Bij FrieslandCampina Kievit zijn de volgend afdelingen te onderscheiden: • Directie • Bedrijfsleiding • Personeel en ontwikkeling (HR) (organisatie) • Financiële administratie • Inkoop/verkoop en logistiek • kantoorautomatisering / ICT • Product en procesontwikkeling (PPO) Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 13 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
• • •
2014
QA/QC Maintenance Productie
3.2.2
Bedrijfslaboratorium
Ten behoeve van de kwalitatieve bewaking van de inkoop-, productie-, en verkoopprocessen is er een laboratorium ingericht. Het betreft hier een fysisch/chemisch en een microbiologisch laboratorium. Alle analyses worden uitgevoerd door daartoe geschoolde en interne verder opgeleide, geïnstrueerde en voor dat werk geautoriseerde personen. Het laboratorium is een speciaal daartoe ingerichte ruimten voorzien van een vloeistofkerende vloer, voldoende ventilatie, licht en middelen om de werkzaamheden uit te kunnen voeren. Het laboratorium is voorzien van zuurkasten met afzuiging naar buiten. Ten behoeve van de opslag van de benodigde hulpstoffen en chemicaliën zijn daarvoor geschikte opslag voorzieningen aanwezig zoals lek- en morsopvangvoorzieningen voor de vloeibare chemicaliën. Gebruikte chemicaliën worden opgevangen in de daarvoor bestemde opslagvoorzieningen en opgeslagen als gevaarlijkafval in de PGS15 container. De gevaarlijke stoffen worden vervolgens periodiek opgehaald door een erkende ontdoener. Van de gebruikte stoffen welke in kleine hoeveelheden op de werkplek aanwezig zijn is de samenstelling bekend d.m.v. MSDS-bladen welke op de werkplek aanwezig zijn. De fysisch / chemische analyses zijn vooral gericht op gehalte onderzoek in producten. De analyses zijn gebaseerd op de niet destructieve infrarood (IR) en nabij infrarood (NIR) meettechnieken. Voor deze analyses zijn geen chemicaliën benodigd. Naast deze analyses worden met name titraties uitgevoerd met sterk verdunde oplossingen van natronloog, zwavelzuur en zoutzuur. Voor met name het onderzoek van afvalwater en bedrijfs/proceswater wordt gebruik gemaakt van de analyses methodes van Hach/Lange. De meeste analyses worden uitgevoerd in vials (glazen cuvetjes). De eenmalige te gebruiken cuvetjes worden na gebruik volgens voorschrift ingezameld en afgevoerd als chemisch afval door een erkende afvalontdoener. Enkele analyses worden uitgevoerd in cuvetten voor meermalig gebruik. Veelal worden hier chemicaliën aan toegevoegd. De inhoud van deze cuvetten worden na gebruik volgens voorschrift verzameld in een UNgekeurd vloeistofvat en afgevoerd als chemisch afval door een erkende afvalontdoener. De hoeveelheden zijn meegenomen in de hoeveelheden af te voeren afvalstoffen. Voor de microbilogische procescontroles worden zeer kleine hoeveelheden product geënt op kant en klaar aangeleverde voedingsbodem. Deze voedingsbodem worden gedurende een vastgestelde tijd bebroed en vervolgens afgelezen. Gebruikte voedingsbodem wordt na gebruik afgevoerd als specifiek ziekenhuisafval door een erkende afvalontdoener.
3.2.3
Technische dienst
Voor de technische ondersteuning van het gehele productieproces in de vorm van preventief en correctief onderhoud zijn er technische werkplaatsen ingericht. Deze ruimten worden ook gebruikt door externe technische diensten welk ondersteunen bij groot onderhoud en/of specifieke problemen. Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 14 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
Bij FrieslandCampina Kievit bevat deze afdeling onder andere een mechanische en elektrotechnische werkplaats, magazijnen en de nodige kantoren. De werkzaamheden van de technische diensten zijn vooral gericht op preventief onderhoud, het vinden van storingen, demontage en montagewerkzaamheden zowel elektrisch als mechanisch. Op beperkte schaal worden bij herstel of modificatiewerkzaamheden laswerkzaamheden uitgevoerd aan machines ter plaatse in de productieruimtes en de TD-werkplaats. De lasactiviteiten die binnen FrieslandCampina kievit plaatsvinden vallen onder de werking van het Activiteitenbesluit.
3.2.4
Bedrijfshulpverlening (BHV)
FrieslandCampina Kievit beschikt over een goed toegeruste bedrijfshulpverlening welke ook 24 uur per dag paraat is. De BHV-organisatie ontvangt de calamiteitenmeldingen zoals brandmeldingen, gaslekkages (NH3 of CO2), persoonsalarmen en meldingen van ongevallen. De communicatiespil in deze organisatie is de teamleider Productie welke beschikt over een telefoon die gebruikt wordt voor het ontvangen van calamiteiten en daardoor ook altijd beschikbaar is. Alle calamiteiten en ongevallen worden geregistreerd en gemeld aan het bevoegd gezag met als doel hier van te leren en herhaling te voorkomen.
3.3
Installaties utilities
Hieronder worden de technische installaties met betrekking tot utilities in de vorm van processen opgenoemd met hun milieurelevantie. Hierbij is gekozen een overzicht te geven van de huidige situatie, met daarin benoemd welke installaties nu zijn opgesteld.
3.3.1
Aardgastoevoer
Het gas wordt toegeleverd aan het bedrijf via een gas meet- en registreerstation in een optimaal geventileerde ruimte op de terreingrens aan de oostzijde. Deze ruimte is niet toegankelijk voor FC Kievit personeel, maar uitsluitend door personeel van de netbeheerder. Hierdoor ligt de verantwoordelijkheid van het beheer van deze ruimte ook bij de netbeheerder en valt de ruimte niet binnen de inrichting. In dit station vindt drukverlaging plaats tot 3 bar. Het station is voorzien van een aanrijdbeveiliging en gesitueerd op het (voor derden) afgesloten bedrijfsterrein. De locatie is aangegeven op de tekening in bijlage 4 en 5.
3.3.2
Elektriciteit
FC kievit beschikt over een aansluiting op het algemene elektriciteitsnet. Deze elektriciteit wordt ontvangen in het ontvangstgebouw waar meting en registratieplaats vindt. Deze ruimte is niet toegankelijk voor FC Kievit personeel, maar uitsluitend door personeel van de netbeheerder. Hierdoor ligt de verantwoordelijkheid van het beheer van deze ruimte ook bij de netbeheerder en valt de ruimte niet binnen de inrichting. De locatie is aangegeven op de tekening in bijlage 4 en 5. Vanuit dit gebouw wordt de elektriciteit gedistribueerd naar de verschillende transformatoren waar reductie plaats vindt naar 380 Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 15 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
en 220 volt. Ook deze transformatorruimten welke zich wel in de gebouwen bevinden zijn niet toegankelijk voor FC Kievit personeel. In de onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de beschikbare capaciteiten: Codering plaats 1.Trafo naast de bedieningskamer van toren 1 2.Trafo’s Toren 3 3.Trafo’s Toren 4 4.Trafohuis kantoor (naast kantoor/wegzijde) 5.Trafohuis tussen kantoor en werkplaats TD
Type/capaciteit kVA (kW) 1x trafo 1600 kVA 3x trafo 630 kVA 3x trafo 420 kVA 1x trafo 420 kVA 1x trafo 630 kVA + 1x trafo 160 kVA
Trafo 1 is een droge trafo, hierin is geen olie aanwezig. De overige trafo’s staan op een gesloten betonnen vloer. FC Kievit beschikt niet over eigen voorzieningen om elektriciteit op te wekken, ook niet over een noodstroomaggregaat.
3.3.3
Stoomproductie
Voor de stoom productie wordt gebruik gemaakt van een aardgas gestookte ketel. Deze is geplaatst in het ketelhuis. De toegepaste stoomketel is een moderne low-nox hoogrendementsketel. Het betreft een moderne ketel voorzien van een “low-NOx” brander met hoog rendement door rookgascirculatie in de vuurgang. De stoomdruk is 3 bar en het vermogen van de ketel bedraagt 17,36 MW. De installatie wordt gekeurd en onderhouden door een erkende installateur conform de richtlijnen in het activiteitenbesluit (BEMS). Het benodigde ketelvoedingswater wordt betrokken van het eerste condensaat van de indamper en aangevuld met leidingwater en wordt geconditioneerd met enkele additieven welke zijn toegestaan in de levensmiddelenindustrie. De stoomketels zijn opgenomen in het preventief onderhoudsplan. Hieruit volgt een 3 wekelijkse monitoring van de waterkwaliteit en stoomproductie per Nm gas. Uit deze monitoring zal heel snel blijken wanneer er zich afwijkingen voor doen. Bovendien vindt er een periodieke controle van de gehele ketel plaats door het stoomwezen en wordt ook de brander periodiek gecontroleerd op juiste afstelling.
3.3.4
Koudeproductie
Onder vloeistofkoeling wordt verstaan het onder tegenstroom uitwisselen van warmte in platenwisselaars tussen product en ijswater. Om vervolgens het ijswater weer te koelen, is een NH3-koelinstallatie geïnstalleerd voor het in stand houden van het koelwatercircuit op een temperatuur van 2°C. De gehele installatie is dusdanig gebouwd dat deze voldoet aan PGS-13. De ruimte waarin de installatie is ondergebracht is voorzien van ammoniakdetectie. Uit deze ammoniakbewaking volgt een alarm op een vooraf ingestelde waarschuwingsgrens en valt de gehele installatie uit bij het overschrijden van een tweede vooraf ingestelde maximumgrens. Omdat de hoeveelheid ammoniak in grootste installatie ca. 1000 kg is en daarmee niet boven 6.000 kg komt is het volgens PGS-13 niet verplicht een noodplan op te stellen. De gehele installaties zijn opgenomen in het preventief onderhoudsplan. Bovendien wordt Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 16 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
de installatie periodiek gecontroleerd op lekdichtheid. Ook het onderhoud in de vorm van olie verversen e.d. vindt plaats op vastgestelde termijnen. Zowel de bouw, als het onderhoud en de controle wordt uitgevoerd door een STEK-erkende installateur en alle uitgevoerde relevante werkzaamheden worden bijgehouden in een logboek per installatie. Door het opvolgen van de hiervoor genoemde maatregelen worden geen lekkages van ammoniak verwacht. Voor het transport van de vloeibare ammoniak van het vloeistofvat naar de verdampers vindt plaats onder vrijverval waardoor geen ammoniakpomp is toegepast. De warmte wordt afgevoerd d.m.v. verdampingscondensoren, of via een wisselaar in combinatie met koeltorens. De verdampingscondensoren worden gevoed met proceswater waaraan enkele additieven worden toegevoegd om vervuiling van de installatie en uitgroei van legionella te voorkomen. Op zowel de installatie als ook de koelwaterhuishouding is ook standaard preventief onderhoud van toepassing. De locatie van de installatie is weergegeven op de tekening gevaarlijke stoffen in bijlage 5.
Installatie Compressoren Ammoniakinhoud Koeltorens
T3/4 IJswater 3 1000 2
T1/2 IJswater 3 530 1
Eenheid St. kg St.
Ruimtekoeling Bij de inrichting zijn voor het koelen cq. conditioneren van ruimtes als kantoren en productieruimtes, in de luchtverversingssystemen warmtewisselaars aangebracht waarin de lucht wordt gekoeld tegen het ijswater wat ook wordt gebruikt voor de productkoeling. Echter op enkele plaatsen is additionele koeling nodig en hier is HFK-koeling toegepast. De HFK-installaties zijn opgenomen in het preventief onderhoudsplan. Bovendien wordt de installatie periodiek gecontroleerd op lekdichtheid. Ook het onderhoud in de vorm van olie verversen e.d. vindt plaats op vastgestelde termijnen. Zowel de bouw, als onderhoud en controle wordt uitgevoerd door een STEK-erkende installateur en alle uitgevoerde relevante werkzaamheden worden bijgehouden in een logboek per installatie. De installaties zijn voorzien van luchtgekoelde condensoren met laag toerental voor een geluidarme bedrijfsvoering. Naast ruimte koeling op basis van ammoniak en ijswater zullen ook enkele decentraal opgetelde installaties worden toegepast voor airco-installaties. In deze installaties zal gebruik gemaakt worden van de toegestane koudemiddellen. Alle koude-installaties worden preventief onderhouden door daartoe erkende bedrijven. Alle onderhoud wordt geregistreerd in beschikbare logboeken. De installaties worden bedreven onder het activiteitenbesluit.
3.3.5
Persluchtproductie
De persluchtinstallatie bestaat uit centraal opgestelde luchtcompressoren, een vriesdroger en een olie-afscheider. De perslucht wordt gebruikt voor besturing (ventielen, regelaars en Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 17 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
kleppen) en transport (luchtcilinder aangedreven banen en liften). Het onderhoud van de installatie is preventief. Nieuwe compressoren voldoen aan BBT. Onderhoud is uitbesteedt aan daartoe erkende bedrijven en wordt preventief uitgevoerd, hiernaast wordt eerste lijns-onderhoud intern uitgevoerd zoals controles op luchtlekkages en functioneren van de installaties. Alle onderhoud wordt geregistreerd in beschikbare logboeken. De installaties worden bedreven onder het activiteitenbesluit. Fabrikant
Soort compressor
Compair Compair Compair Compair
Schroefcompressor Schroefcompressor Schroefcompressor Schroefcompressor
3.3.6
Rendement kW/Nm3/min 8,065 8,065 8,065 8,065
Capaciteit Nm3/min 9,3 9,3 9,3 9,3
Vermogen kWe 75 75 75 75
CIP reinigingsinstallaties
In het voorgaande is deze afkorting al meerdere keren gebruikt en het betekend letterlijk Cleaning in place, hetgeen betekent dat reiniging plaats vindt door het stromend product te vervangen door stromend reinigingswater. Een CIP reinigingsset bestaat uit vier tanken, zie hiervoor onderstaand schema. Standaard zijn dit een tank met voorspoelwater, een tank met alkalisch reinigingswater (ca 1% Natronloog) eventueel aangevuld met additieven, een tank met zuur reinigingswater (ca 1% Salpeterzuur-oplossing) en een tank met naspoelwater. Een reinigingscyclus bestaat uit voorspoelen, loogreiniging, tussenspoelen, zuurreiniging en tenslotte naspoelen. Dit proces is geheel geautomatiseerd waardoor de gebruikte hoeveelheden en reinigingstijden nauwlettend gemonitord worden om de installatie zo efficiënt mogelijk te bedrijven. Zowel de temperaturen als de concentraties van het reinigingsmiddel worden bestuurd d.m.v. temperatuur (TT) en geleidbaarheidsmeting (CT). In de vorm van preventief onderhoud worden de snijpunten (scheiding product / water, water / reinigingsmiddel of water / product) tijdens elke bewerking bewaakt en gelogd. Hieruit kan achteraf nagegaan worden hoe het proces verlopen is en wat er verbeterd kan worden voor de volgende keer. Tevens wordt volgens een vaste planning monsters genomen van de reinigingsvloeistoffen en worden de concentraties in het eigen bedrijfslaboratorium bepaald. Hiermee wordt de juiste werking van de geleidbaarheidsmeters bewaakt. Bovendien vindt volgens een vast schema een kalibratieronde plaats waarin zowel de geleidbaarheidsmeting als temperatuurmeting gekalibreerd worden. De diverse productielijnen/productieafdelingen beschikken over een eigen CIP-installatie.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 18 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
TT
Te reinigen object
2014
CT
Voorspoelwater
Loog 1%
TT
Zuur 1%
CT
3.3.7
TT
Naspoelwater
riool
CT
Vloeibare stikstof (N 2 )
De vloeibare stikstof wordt naar behoefte in de productstroom geïnjecteerd. De tanks zijn in eigendom van en in onderhoud bij de leverancier. Zie bijlage 9.
3.3.8
Vloeibaar koolzuurgas (CO 2 )
In de productstroom van droogtoren 3 en 4 kan naar behoefte vloeibare kooldioxide geïnjecteerd worden. Het vloeibare kooldioxide wordt opgeslagen in een buiten opgestelde horizontale tank met een inhoud van 20.000 m3. Onder de tank is een pomp geplaatst. De druk in de tank is circa 17 bar. De tank, inclusief pomp, wordt gehuurd van en is in onderhoud bij de leverancier van het koolzuurgas. Zie bijlage 9.
3.4
Incidentele processen
Naast hier voor genoemde reguliere processen zal er ook in meer- of mindere mate gebruik gemaakt worden van andere activiteiten. Een aantal voorbeelden zijn: • Vrachtwagens met hogedrukpompen ten behoeve van reiniging en inspectie van rioleringen. • Installaties t.b.v het reinigen en onderhouden van wegen en gebouwen • Apparatuur voor onderhoud van plantsoenen, gazonnen, watergangen en hekwerken • Installaties / apparatuur voor reiniging, inspectie, onderhoud van installaties. • Apparatuur voor nood als bijvoorbeeld dieselgedreven vuilwaterpomp, mobiele koel- , perslucht- of stookinstallatie bij groot onderhoud, of revisie. • Mobiele hijs en hefmiddelen tijdens onderhoud / revisie en/of bouwactiviteiten zoals telescoopkranen, torenkranen, hoogwerkers, verrijkers e.d.
3.5 3.5.1
Organisatorische aspecten Organisatie
Het organogram is weergegeven in bijlage 18. Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 19 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
3.5.2
2014
Werktijden
Het aantal binnen de inrichting werkzame personen is in de huidige situatie circa 300. De werkzaamheden vinden in vol continudienst plaats inclusief de weekenden en feestdagen m.u.v. de administratie en bedrijfsleiding welke in dagdienst werken. Operationele afdelingen werken volcontinu, ondersteunende afdelingen en maintenance werken tijdens dagdienst uren. Voor storingen of bijzondere werkzaamheden buiten dagdienst uren en in de weekenden is er een consignatiedienst.
3.5.3
Milieuzorgsysteem en milieuaspecten
Op basis van de BREF valt het hebben van en werken volgens een milieuzorgsysteem onder het toepassen van de BBT. In paragraaf 5.1.1 van de BREF voeding en Zuivel staan de elementen die, afhankelijk van de individuele omstandigheden, het milieuzorgsysteem dient te bevatten. De toevoeging “afhankelijk van individuele omstandigheden” geeft aan dat niet elke exploitant perse alle genoemde elementen (volledig) hoeft te implementeren. Implementatie van een milieuzorgsysteem is in het huidige Nederlandse beleid niet verplicht en vindt plaats op vrijwillige basis. FC kievit beschikt over een milieuzorgsysteem welke gebaseerd is op de ISO 14.001 norm. FC kievit hanteert instructies, werkinstructies en aandachtspunten voor de productieafdelingen waarin milieuaspecten zijn verwerkt. Deze zijn vastgelegd in de vorm van procedures en werkinstructies in het KAM managementsysteem. Veelal zijn deze instructies opgenomen in de procedures van de productieafdelingen aangezien het een integraal geheel vormt met die processen als o.a. ontvangst en opslag van grond en hulpstoffen, de verwerking daarvan en de daarbij benodigde procesbeheersingsaspecten. Hiernaast verzorgt de afdeling Arbo & Milieu een meerjarenplanning van de niet dag/dagelijkse werkzaamheden. Hierin zijn de relevante controles, kalibraties en meting als jaarplanning vastgelegd. De controles en metingen worden uitsluitend uitgevoerd door daartoe bevoegde personen of bedrijven, wat ook als procedure is vastgelegd in het KAM systeem. Momenteel wordt het milieuzorgsysteem voorbereidt om te kunnen certificeren conform de ISO 14.001, de verwachting is dat dit eind 2014 gerealiseerd is.
3.6 3.6.1
Capaciteit van de inrichting Grond- en hulpstoffen en eindproducten
Het overzicht met grond- en hulpstoffen en eindproducten voor de vergunning aangevraagde hoeveelheden eindproduct zijn opgenomen in de tabel onder 1.4.3. “Capaciteit van de inrichting” Voor een overzicht van de opslagmogelijkheden van de grondstoffen, ingrediënten, halffabricaten en eindproducten van de inrichting wordt verwezen naar bijlage 14 van deze aanvraag. De tabellen van deze bijlage geven onder andere een overzicht van het jaarverbruik, de opslagvorm en de opslagcapaciteit. Ook de opslaglocatie van de Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 20 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
verschillende stoffen wordt aangegeven. Een toelichting op de (milieugevaarlijke) stoffen is te vinden in de product- en veiligheidsbladen die bij FrieslandCampina middels een intranet systeem te raadplegen zijn en actueel gehouden worden. Wijzigingen of vervanging van stoffen is vastgelegd in een procedure.
3.6.2
Reinigingsmiddelen, chemicaliën, gassen, oliën, vetten
Voor een overzicht van de reinigingsmiddelen, chemicaliën, gassen, oliën en vetten van de inrichting wordt verwezen naar bijlage 5, 9, 11 en 12 van deze aanvraag. De tabellen van deze bijlage geven onder andere een overzicht van het jaarverbruik, de opslagvorm en de opslagcapaciteit. Ook de opslaglocatie van de verschillende stoffen wordt aangegeven.
3.7
Richtlijn industriële emissies
Op 30 oktober 1996 is de Europese IPPC- richtlijn in werking getreden. IPPC staat voor Integrated Pollution Prevention and Control, ofwel de geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging. De IPPC-richtlijn is van toepassing op grotere bedrijven die zijn aangewezen in bijlage 1 van de richtlijn. Het algemene beginsel van de IPPC-richtlijn is dat exploitanten van installaties ( lees:inrichtingen) alle passende preventieve maatregelen tegen verontreinigingen treffen, met name door toepassing van de beste beschikbare technieken. Om de informatieuitwisseling binnen de Europese Unie omtrent de beste beschikbare technieken vorm te geven, zijn Best Available Techniques reference documents (BREF’s) opgesteld. De IPPC richtlijn is over gegaan in De Richtlijn Industriële Emissies (2010/75/EU, RIE, of Industrial Emissions Directive, IED) en is per 1 januari 2013 geïmplementeerd in Nederlandse wet- en regelgeving. In bijlage 1 van de Nederlandse ‘Regeling aanwijzing BBT-documenten’ van 24 oktober 2005 wordt voor iedere installatiecategorie (zoals genoemd in bijlage 1 van de IPPC richtlijn) aangegeven welke BREF’s relevant zijn. De zuivelindustrie valt onder categorie 6.4.b (zuivel exclusief melkproductie) en 6.4.c (melkproductie) van bijlage 1 van de IPPC richtlijn. Hiervoor zijn de BREF’s ‘Monitoring’ en ‘Koelsystemen’ als relevant aangemerkt. Vier andere BREF’s lijken echter ook relevant: 1. Voedingsmiddelen en Zuivel 2. Op- en overslag van bulkgoederen 3. Economische en cross-media effecten 4. Energie-efficiency De relevante BREF’s voor FC Kievit zijn: Officiële naam BREF
Nederlandse naam
1.
Food, drink and milkprocesses
Voedingsmiddelen en zuivel
2.
Coolingsystems
Koelsystemen
3.
Emissions from storage of bulk or dangerous materials
Op- en overslag bulkgoederen
4.
Economic and cross media issues under IPPC
Economische en Crossmedia effecten
5.
Monitoring systems
Monitoring
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 21 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel 6.
Energy Efficiency
2014 Energie Efficiency
De BREF ‘Large combustion plants’ (Nederlands: grote stoominstallaties) is van toepassing op installaties met een thermisch vermogen van meer dan 50 MW. Het thermische vermogen van de installaties van FC Kievit is lager. Deze BREF is daarom niet van toepassing. De Richtlijn Industriële Emissies toets is opgenomen in bijlage 8 bij deze aanvraag.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 22 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
4
2014
Afvalstoffen 4.1
Algemeen
Binnen FC Kievit is afvalpreventie relevant, ook omdat de afvalproductie jaarlijks meer is dan: * 2,5 ton gevaarlijk afval (hier komt FC Kievit boven) * 25 ton bedrijfsafval (hier komt FC Kievit boven) Bedrijven die boven deze ondergrenzen uitkomen moeten aandacht aan afvalpreventie besteden. Afvalpreventie richt zich binnen FC Kievit op het voorkomen dan wel het beperken van het ontstaan van afvalstoffen. Het afvalbeleid van FC Kievit is gebaseerd op de Ladder van Lansink. Hierin staat het verminderen van de hoeveelheid afvalstoffen door het nemen van preventieve maatregelen voorop. Wanneer preventie niet mogelijk is, moeten mogelijkheden van nuttige toepassing zo goed mogelijk worden benut. De maatregelen die FC Kievit toepast om preventie en hergebruik van afval te borgen, zijn: • good- housekeeping maatregelen • intern hergebruik • alternatieve grond- en hulpstoffen • technologische veranderingen Onderstaande is het afvalbeleid van FC Kievit uitgewerkt. In de volgende subparagrafen staat beschreven hoe met de diverse soorten afval wordt omgegaan. Met betrekking tot de verpakkingsproblematiek heeft FC Kievit zich aangemeld bij Nedvang. Voor het gehele bedrijf geldt dat de afvalstoffen welke ontstaan op het bedrijf volgens voorschrift worden verzameld en door een erkend inzamelbedrijf afgehaald en verwerkt.
4.1.1
Preventie en (intern) hergebruik van afvalstoffen
Bij het ontwerp van de installaties heeft duurzaamheid hoog in het vaandel gestaan. Dit heeft ook doorgewerkt in het voorkomen van afval, maar dan vooral gericht op productafval.
4.1.2
Productafval
Tijdens het productieproces ontstaat nauwelijks productafval doordat ontstane bijproductstromen weer worden opgewerkt tot een goed eindproduct.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 23 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
4.1.3
2014
Gescheiden ingezameld afval
Ondanks alle inspanning op het gebied van afvalpreventie, ontstaat er afval. Om de kansen van nuttige toepassing te vergroten, moeten de afvalstoffen die vrijkomen gescheiden worden afgegeven, voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is. Het gescheiden ingezameld afval bestaat uit enkele stromen als hout, papier, folie, kunststof, metalen, glas, gevaarlijk afval en olie. Al deze stromen worden centraal verzameld en door een erkende inzamelaar/verwerker afgehaald en verwerkt. De geproduceerde hoeveelheden staan in bijlage 6.
4.1.4
Gemengd afval
Ondanks afvalpreventie en gescheiden afvalstromen, is er een gemengd afval stroom. Het gemengde afval wordt decentraal met behulp van gesloten satellietcontainers verzameld en daarna overgebracht naar de perscontainer of direct afgehaald door de erkende inzamelaar. De perscontainer wordt wanneer vol ook door de erkende inzamelaar afgehaald en geleegd. De hoeveelheid wordt door middel van weging geregistreerd en vastgelegd. Het gemengde afval bestaat o.a uit huishoudelijk afval, werkplaatsafval en verpakkingsmaterialen.
4.1.5
Afvalwatergerelateerde afvalstoffen
Deze stromen bestaan uit flotatieslib van de RWZI. Deze stroom wordt door een daartoe erkende verwerker per tankwagen afgehaald voor verwerking in een biovergister. De hoeveelheden worden door middel van weging vastgesteld en geregistreerd onder een voor elke stroom specifiek afvalstroomnummer en euralcode.
4.1.6
Gevaarlijk afval
Gevaarlijk afval of klein chemisch afval bestaat ook uit een aantal stromen. Het betreft o.a. laboratoriumafval, olie en vethoudend afval, cleaners, Tl-buizen, kantoorafval, batterijen, spuitbussen, etc. Al deze stromen worden gescheiden centraal ingezameld en indien nodig en minimaal jaarlijks aan de inzamelaar verwerker. De hoeveelheid wordt door weging vastgesteld en geregistreerd.
4.2
Registreren en verslaglegging
FC Kievit registreert alle afgegeven afvalstoffen. De afvalscheiding wordt regelmatig n.a.v. analyses van de afstromen en na overleg met de “erkend ontdoender van afstoffen” aangepast / bijgesteld. Jaarlijks worden de hoeveelheden afval in het milieujaarverslag gerapporteerd. Een overzicht van de locatie en hoeveelheden afvalstoffen is opgenomen in bijlage 6.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 24 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
5
2014
Water en afvalwater 5.1
Algemeen
De watervoorziening van het bedrijf is gebaseerd op inname van leidingwater en hergebruik van condensaat t.b.v. ketelvoedingswater voor de stoomketel. Het waterverbruik zal niet verder toenemen door de capaciteitsverhoging . De tendens is dat de totale waterinname licht zal afnemen of gelijk zal blijven. Door het toepassen van hogere drogestof gehaltes en door de toepassing van geavanceerde reinigingstechnieken voor de procesinstallaties, waarbij reductie van water een essentieel onderdeel is, zal de hoeveelheid water wat gebruikt wordt t.b.v. de meer productie ruimschoots gecompenseerd worden. De vuilvracht zal licht stijgen, evenredig met de capaciteitstoename. Deze stijging is marginaal en is nog ruim binnen de vergunde norm in de vigerende Waterwetvergunning. Het onderdeel water en afvalwater is verder uitgewerkt in bijlage 25
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 25 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
6
2014
Lucht, licht en straling 6.1
Emissies
Lucht In dit hoofdstuk zijn de luchtemissies als gevolg van de activiteiten bij FC Kievit omschreven. Tevens zijn de maatregelen ter voorkoming en beperking van luchtemissies aangegeven. Licht, straling en visuele aspecten Beïnvloeding en negatieve effecten op het milieu als gevolg van licht of straling of andere visuele aspecten zijn niet of nauwelijks van toepassing.
6.2
Verandering van klimaat door CO 2 -emissie in rookgassen
Rookgassen bestaan voor een deel uit CO2 als gevolg van aardgasverbranding in bijvoorbeeld de stoomketelinstallatie. De CO2-emissie is rechtstreeks te berekenen uit het aardgasverbruik, wat dagelijks wordt geregistreerd. In onderstaande tabel is de CO2-emissie naar de lucht weergegeven.
CO2-emissie
Stoomketel Cv ketel
Afvoerhoogte (m)
2012 Emissie Brandstof. Ton (GJ) CO2/TJ
10 10
Totaal
6.3
56.6 56.6
325.792 36.199
Vracht (Kton/Jaar)
18,44 2,05 20,49
Verzuring door stikstofoxiden in rookgassen
Rookgassen bestaan voor een ander deel uit NOx als gevolg van aardgasverbranding in bijvoorbeeld de stoomketelinstallatie. NOx-emissie draagt bij tot verzuring. Normen aan de NOx-emissie worden gesteld vanuit het activiteitenbesluit. De gebruikte installaties voldoen aan deze normen. De werkelijke emissies in de rookgassen worden achteraf berekend op basis van periodieke metingen / kentalbepalingen welke vervolgens worden vermenigvuldigd met het bepaalde gasverbruik per jaar.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 26 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
In onderstaande tabel is de NOx-emissie naar de lucht weergegeven. NOx-emissie
Afvoerhoogte (m)
Stoomketel CV ketel
10 10
Emissie g/GJ
16,3 42,0
Emissie mg/Nm3
43 111
2012 Brandstof. (GJ/J) 325.792 36.199
Totaal
Vracht (kg/Jaar)
Prognose Vracht (kg/Jaar)
5.310 1.520
5.841 1.672
6.830
7.541
Als gevolg van toename van het energiegebruik zal ook de NOx-uitstoot licht toenemen. Dit is met name ten gevolge van de toename van stoomproductie. In bijlage 21 zijn de resultaten van de stikstofdepositie berekening weergegeven.
6.4
Verspreiding van totaal stof
De uitstoot van totaal stof wordt veroorzaakt door restdeeltjes poeder in de drooglucht uit de droogtorens. Deze droogtorens worden gebruikt voor het drogen van emulsie tot poeders. De drooginstallaties zijn voorzien van een geïntegreerde lucht / poederscheidingsinstallatie met daarin droge filterzakken en cyclonen. Hierdoor blijft de uitstoot van poederstof beperkt tot maximaal 5 mg/Nm3 drooglucht. Ook bij de capaciteitsuitbreiding zal de stofemissie niet verder toenemen omdat de capaciteitsuitbreiding gerealiseerd wordt door onder andere de inzet van nozzle technologie waarbij efficiënter gedroogd kan worden. Het recente stofemissieonderzoek is opgenomen in bijlage 22.
6.5
Geur
Volgens de beschikbaar informatie in de NeR wordt over de Zuivelindustrie het volgende genoemd: ‘Binnen de branche is geurhinder geen structureel probleem. De binnen de branche reeds gebruikelijke voorzieningen zijn doorgaans afdoende om onacceptabele geurhinder te voorkomen. Het is dientengevolge niet nodig aanvullende maatregelen in Bijzondere Regelingen vast te leggen (NeR Infomil, 2003). De productie van poedervormige producten (kindervoeding) is een activiteit die streng wordt bewaakt in het kader van voedselkwaliteit. De locatie is in het bezit van verschillende certificaten op basis van ISO 9001. In het kader hiervan vinden er verschillende orde en netheid rondes plaats en zijn er diverse kwaliteitsbewakingen in het proces ingevoerd. Dit om te borgen dat er geen verontreinigingen van het terrein, gebouwen en installaties plaats zullen vinden, dus preventief. Wanneer zich dit voordoet dan dient dit zo spoedig mogelijk te worden verholpen. Hierdoor is er dan ook geen sprake van relevante geuremissie, ook zijn er geen geurklachten. Er wordt uitsluitend gewerkt met verse grondstoffen die, indien noodzakelijk, gekoeld worden getransporteerd en bij ontvangst direct gekoeld worden opgeslagen. De vloeibare grondstoffen (melk, melk gerelateerde producten, glucose, oliën) worden altijd binnen 24 uur verwerkt, zodat geen sprake is van langdurige opslag van bederfelijk product. Het productieproces wordt gekenmerkt door het verdampen van water uit melk, welke daarna verder wordt verpoederd. Dit vind allemaal in gesloten procesinstallaties plaats. Er Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 27 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
vinden geen processen plaats waarbij molecuulstructuren van de grondstoffen en/of tussenproducten worden afgebroken ten gevolge van biologische of chemische omzettingen plaats. Geconcludeerd kan worden dat de productieprocessen geen geurbron zijn die tot hinder leiden.
6.6
Meet- en registratieprogramma luchtverontreiniging
De vaststelling van de emissies wordt op de voorgeschreven wijze en frequentie uitgevoerd. Hiervoor wordt wanneer nodig een daartoe geaccrediteerd extern bedrijf in geschakeld. De afdeling QA/QC beheert de meerjarenplanning t.b.v. de milieugerelateerde aspecten waarin ook de emissiemetingen zijn opgenomen. Het meet en registratieprogramma is opgenomen in bijlage 28.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 28 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
7
2014
Geluid en trillingen 7.1
Geluid
Om een goed beeld te krijgen wat de bijdrage is van FC Kievit in de geluidsproductie van het gehele bedrijventerrein en het effect daarvan op de omgeving, is een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Hierbij is de volgende input gebruikt: • de geluidsproductie van de productieprocessen van het bedrijf; • de geluidsproductie geproduceerd door het verkeer op het bedrijfsterrein. Dit verkeer betreft de aan en afvoer van de grondstoffen en producten; • de geluidszonering zoals deze is opgesteld door Gemeente Meppel. Het akoestisch onderzoek is opgenomen in bijlage 7.
7.2
Trillingen
De processen welke worden gevoerd bij FC Kievit staan niet bekend als trillingen veroorzakende processen. Hierdoor zijn trillingen niet van toepassing en zal er daardoor geen trillingsgevaar zijn voor de omgeving
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 29 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
8
2014
Bodem 8.1
Bodemonderzoeken
FrieslandCampina Kievit, is sinds ongeveer 1978 gevestigd op het terrein aan de Oliemolenweg 4a, toen bekend onder de naam Zuivelfabriek de Kievit. Daarvoor maakte het terrein deel uit van het mengvoederbedrijf Westzanen dat zich nog verder uitstrekte in noordelijke richting. Zover bekend begon Westzanen haar activiteiten in het begin van de jaren zeventig. Het industrieterrein kwam midden jaren zestig in ontwikkeling en is voor het bouwrijp maken ervan opgespoten met zand (1,5 tot 2 meter). De bebouwing op de locatie bestaat uit de zuivelfabriek (cira 8000 m2) welke is voorzien van vloeistofdichte beton- asfaltvloeren. Daarnaast zijn opslaghal zuid (circa 1840 m2) en een opslaghal oost (circa 700 m2) beide voorzien van asfaltvloeren. Het kantoorgebouw heeft een oppervlak van circa 1000 m2. In december 1993 is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd door IMd Industriële Milieudiensten bv te Barneveld met kenmerk 70772 d.d. 15 december 1993 (nog niet aanwezig in het archief van het bevoegd gezag zie bijlage 29). In 1997 heeft een tweede verkennend bodemonderzoek plaatsgevonden naar aanleiding van een mogelijke verkoop van het bedrijf. Dit onderzoek heeft als kenmerk 634/OA99/5506/50042bv met datum 15 juli 1999. De uitkomst van beide onderzoeken is dat verder onderzoek naar de bodem en grondwaterkwaliteit niet noodzakelijk is. Naast opslaghal oost (Industrieweg 24) heeft in het verleden een sanering van het terrein plaatsgevonden waarbij de verontreinigingcontour deels onder de opslaghal oost lag. Deze locatie is eigendom van Scania en nu in gebruik als parkeerplaats. FrieslandCampina Kievit huurt een deel van deze parkeerplaatsen. Op dit terrein heeft tot 1984 een emailleerfabriek gestaan (Email Holland). Na aankoop van het terrein door Scania omstreeks 1984, heeft Scania de emailleerfabriek gesloopt. De volgende bodemonderzoeken zijn op het terrein uitgevoerd in opdracht van Scania. • Orienterend bodem- en grondwateronderzoek voormalig bedrijfsterrein EmailHolland b.v. te Meppel (Grontmij, mei 1984) • Aanvullend bodemonderzoek op het terrein van Scania te Meppel (Grontmij, maart 1991) • Nader bodemonderzoek fase 1 (Grontmij, 17 oktober 1996) • Nader bodemonderzoek fase 2 (Grontmij, 1997) • Nader bodemonderzoek fase 3 (Grontmij, oktober 2001) • brf (briefrapport) Grontmij Milieu 152224 2004-04-22 • Saneringsplan Grontmij Milieu 11/00196 2001-10-31 • Sanerings evaluatie Grontmij Milieu 296948-ER-GW.2, revisie 0 2011-04-05 • Sanerings evaluatie Grontmij Milieu 11/99012526 2004-10-27 • Sanerings evaluatie Grontmij Milieu 11/9900880 2004-02-11 Naar aanleiding van de overname van het terrein Industrieweg 18 en 22 te Meppel (Opslag hal zuid en opslag hal oost) heeft een verkennend bodemonderzoek plaatsgevonden, “verkennend bodemonderzoek Industrieweg 18-22 te Meppel” van ARCADIS met kenmerk 110304/OA0/0D9/000189bv. Naar aanleiding van dit onderzoek Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 30 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
heeft er een aanvullend bodemonderzoek (19 september 2003, kenmerk 110304.000189) plaatsgevonden omdat er een aangetroffen verontreiniging door olieproducten was geconstateerd ter plaatse van een voormalige tank. Conclusie van dit onderzoek was dat er geen sprake is van een ernstig geval van bodemverontreiniging en dat de vervuilde grond ter plaatste gesaneerd is. Op basis van de uitgevoerde onderzoeken in het verleden en de huidige activiteiten en maatregelen van FrieslandCampina Kievit kan geconcludeerd worden dat de nul situatie op de terreinen van FrieslandCampina Meppel voldoende in beeld gebracht is. Alle genoemde bodemonderzoeken zijn reeds in het bezit van de Provincie Drenthe.
8.2
Monitoring op bodembescherming
De inrichting neemt maatregelen om verstoring van het bodemmilieu te voorkomen deze zijn onder andere: • Producttransportleidingen zijn bovengronds aangebracht. • Daar waar lekkage mogelijk is, is gezorgd voor een vloeistofkerende vloer. • Daar waar auto’s rijden, laden, lossen en reinigen is een verhard bedrijfsterrein aangelegd met voldoende afwatering en aansluiting op het vuilwaterriool. • Er wordt geen koelwater in de bodem gebracht door middel van een negatieve bron. • Het gehele terrein is voorzien van een deugdelijke en gecertificeerde riolering. • Opslag van gevaarlijke stoffen is voorzien van lekopvang volgens PGS 15. Daar waar nodig zijn vloeistof kerende (met name voor grondstoffen, halffabricaten producten en reinigingsvloeistoffen) of vloeistofdichte voorzieningen ( voor met name reinigingsmiddelen, chemicaliën en technische hulpstoffen) getroffen. Het voorgaande is ook beschreven in de NRB-analyse (bijlage 20). Hiernaast voert FC Kievit periodiek milieurondes uit om eventueel beginnende gebreken tijdig te signaleren en te herstellen. Bovendien worden de bedrijfsrioleringen inclusief pompgemalen en persleidingen periodiek gecontroleerd op vloeistofdichtheid door een daartoe geaccrediteerd bedrijf. Hiervoor wordt de riolering voor een langere periode vol water gezet en gecontroleerd op verlies, of de riolering wordt onder druk gezet en wordt gecontroleerd op drukafname gedurende de tijd. In bijlage 17 is de rioleringstekening opgenomen.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 31 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
9
2014
Veiligheid
In dit hoofdstuk worden de specifieke maatregelen genoemd die zijn gerealiseerd om calamiteiten/ongewone voorvallen en/of de gevolgen voor de omgeving te voorkomen dan wel te beperken.
9.1.1
Algemeen
Ter voorkoming van ongewenste situaties met name van buiten af, is het gehele terrein omsloten door een hekwerk waardoor indring sterk wordt bemoeilijkt. Bovendien wordt op kritische plaatsen camerabewaking toegepast en is er 24 uur per dag toezicht door een portier/bewakingsdienst. Kievit is AEO gecertificeerd. Toegang tot het terrein is alleen mogelijk als werknemer, of als geregistreerd bezoeker. Hiervan is vooraf toestemming beschikbaar bij de portier/bewaking, waardoor een vlotte afhandeling mogelijk is. Voor het beperken en adequaat afhandelen van een toch ontstane calamiteit beschikt FC Kievit over een noodplan.
9.1.2
Brand
Ter voorkoming van brand, zijn de benodigde maatregelen genomen, zowel preventief als reactief. Zo wordt het opslaan van brandgevaarlijke materialen tot een minimum beperkt, of juist in daarvoor speciaal ingerichte opslagruimtes gerealiseerd. In het bedrijf worden periodiek veiligheidsronden uitgevoerd om gevaarlijke situaties op te merken en te verbeteren. De niet gesprinklerde ruimten zijn voorzien van brandmeld-installaties op basis rookmelding, waarvan een deel zelfblussend is uitgevoerd m.b.v. blusgas. Bovendien zijn de gebouwen gecompartimenteerd om overslag van de ene naar de andere afdelingen tot een minimum te beperken. Specifiek om atmosferische explosies (ATEX) te voorkomen zijn de poederproduktie-installaties voorzien van een explosieonderdrukkings-systeem en co detectieapparatuur.
9.1.3
Brand en explosiegevaar
De externe veiligheid zou bedreigd kunnen worden door bijvoorbeeld brand en explosie. Hiervoor zijn de nodige maatregelen genomen. Om de risicovolle situaties tot een minimum te beperken zijn een aantal basismaatregelen genomen. Hierbij valt onder andere te denken aan: • Werkinstructies / huisregels met veiligheidsvoorschriften voor eigen personeel en derden als leveranciers en onderaannemers. • Algemeen rookverbod op het gehele terrein, dus ook daar waar geen productieactiviteiten zijn. • Wanneer werkzaamheden met een verhoogd risico worden uitgevoerd zoals slijpen, e.d. is een werkvergunning een vereiste. • Kantoren en productieruimten zijn voorzien rookdetectie, handbrandmelders, brandslangen en handblussers. • PLC- en MCC-kasten zijn voorzien van automatische blusinstallaties op basis van rookdetectie. • Alle brandmelders zijn gekoppeld aan de brandmeldcentrale met een directe lijn met Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 32 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
de regionale meldkamer. Alle installaties werkend onder hoge druk of met gevaarlijke stoffen zoals de koelinstallaties en de stoomketel voldoen minimaal aan de wettelijke eisen ter voorkoming van explosie en of brand. Bovendien is de ammoniakinstallatie uitgerust met automatische ammoniakdetectiesystemen (PGS 13) zodat al bij een zeer geringe gasontsnapping de installatie wordt afgeschakeld en alarm wordt gegeven aan de technische dienst. Het automatisch ammoniak detectiesysteem voldoet aan de volgende eisen:
•
o
De meetonnauwkeurigheid is maximaal 5% van de maximale schaalwaarde
o
Het meetbereik is maximaal van 0 tot 1000 ppm
o
De alarmvertraging is kleiner dan 60 seconden.
o
Het toegepaste detectieprincipe is geschikt voor de omstandigheden waaraan de detector wordt blootgesteld (temperaturen, vochtigheid e.d.). Het detectiesysteem is voorzien van een laag en een hoog niveau.
Voor de gehele poederfabriek is een explosieveiligheidsdocument opgesteld op basis waarvan een EX-certificaat is verstrekt. Hierin worden ook de aandachtspunten als ventilatie, dooraarding en voorkomen van stofophoping beschreven en getoetst en vervolgens in ex-klasses ingedeeld. De poedertorens waarvoor een verhoogd brandrisico geld zijn uitgevoerd met temperatuurmetingen op risicovolle plekken. Bovendien zijn de torens voorzien van een zelfblussysteem en een explosieonderdrukkingssysteem. Dit systeem is er op gericht om explosies te onderdrukken. Bij ontsteking van een gas- of stofwolk zal vanuit het ontstekingspunt een vuurbal ontstaan die uiteindelijk tot een gas- of stofexplosie kan leiden. Om te voorkomen dat de groeiende vuurbal oncontroleerbaar wordt en een hoge druk genereert, moet het groeien van die vuurbal onmiddellijk na de ontsteking gestopt worden. Dit kan gerealiseerd worden door een blusmiddel in de groeiende vuurbal te injecteren. Het is daarom ook van belang dat de vuurbal tijdig gesignaleerd wordt, zodat het blusmiddel zo snel mogelijk in de vuurbal geïnjecteerd kan worden. Deze manier van explosiebeveiliging wordt explosieonderdrukking genoemd. Het idee achter deze explosieonderdrukking is dat de uiteindelijke explosiedruk gereduceerd wordt tot een fractie van de maximale explosiedruk. Principe Het blusmiddel bevindt zich in een poederkit die in een niet onder druk staande blusmiddelfles geplaatst wordt. Boven op de fles bevindt zich een gasgenerator. Wanneer het detectiesysteem reageert, wordt de gasgenerator geactiveerd. Binnen een zeer korte tijd wordt een grote hoeveelheid gas geproduceerd waardoor de druk in de fles stijgt. Het poeder wordt nu gefluïdiceerd (Het inbrengen van een bepaalde druk op een gas zodat het zich als een vloeistof gaat gedragen) en komt onder hoge druk te staan. Vervolgens scheurt de poederkit open bij de uitstroomopening van de fles. Het blusmiddel wordt nu binnen enkele milliseconden uitgeblazen en met hoge snelheid in de te beschermen apparatuur geïnjecteerd. De gassen uit de fles zijn niet
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 33 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
•
2014
corrosief of toxisch. Ten slotte zijn de poedertorens uitgerust met een zelfblussysteem waarbij de producttoevoer wordt gestopt en wordt vervangen door water en tevens de reinigingssproeibollen worden geactiveerd. In verband met de grote vuurbelasting van het poederpakhuis en verpakkingsafdeling, zijn deze ruimten voorzien van sprinklerinstallaties welke zijn gekoppeld aan een brandmeldcentrale met een directe lijn met de regionale meldkamer.
BHV Bij FC Kievit is een BHV-organisatie aanwezig welke zijn geïnstrueerd voor de eerste acties bij calamiteiten en bedrijfsongevallen. Vervolgens draagt de BHV-organisatie zorg voor meldingen en communicatie tussen het bedrijf en de hulporganisaties. Hierbij word gebruik gemaakt van noodplan wat is opgenomen in het kwaliteitssysteem. Bovendien is in overleg met de vrijwillige brandweer een calamiteitenplan gemaakt wat bestaat uit een plattegrond met daarop aangegeven de belangrijkste zaken.
9.1.4
Gevaarlijke stoffen
Binnen de terreingrenzen van FC Kievit worden op diverse plaatsen hoeveelheden gevaarlijke stoffen opgeslagen zoals reiniging- en desinfectiemiddelen, oliën, vetten, ingrediënten en specifiek voor koeldoeleinden ammoniak. Ten behoeve van de koudeproductie wordt gebruik gemaakt van twee ammoniak installaties (respectievelijk 530 en 1000 kg ammoniakinhoud) welke voldoen aan de eisen van PGS-13. Bijlage 5 geeft een overzicht van de opslaglocaties van gevaarlijke stoffen.
9.1.5
BRZO / VR
Nagegaan moet worden of FC Kievit onder de werking valt van het Besluit risico's zware ongevallen 1999 (BRZO’99) en of er op basis van dit Besluit een veiligheidsrapport (VR) moet worden aangeleverd bij de aanvraag. Tevens moet worden aangegeven of de inrichting onder de werkingssfeer van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (BEVI), het Registratiebesluit externe veiligheid en/of de Ministeriele Regeling provinciale risicokaart valt. De risicokaart van FrieslandCampina Kievit is opgenomen in bijlage 30. Hieruit blijkt dat er geen groepsrisico overschrijding is en dat het invloedsgebied zich beperkt tot de inrichting van FrieslandCampina Kievit. Op grond van de Regeling beoordeling afstand tot natuurgebieden milieubeheer (Staatscourant 12 oktober 2006, nr.199) dient in de veiligheidsparagraaf van de aanvraag of het VR de nodige aandacht worden besteed aan de impact van de risico's op natuurgebieden. In dit kader is de ammoniakinstallaties met vloeibare ammonia als koudemiddel relevant. Het vrijkomen van ammoniakgas door het falen van het systeem bij een calamiteit is een potentiële gevarenbron voor het bedrijf en omgeving. De aanwezige hoeveelheid van ammoniak overschrijdt de drempelwaarde van het BRZO niet. Verder kan worden uitgegaan dat overige aanwezige gevaarlijke stoffen t.b.v. de zuivelindustrie niet zullen leiden tot overschrijding van de drempelwaarde van BRZO.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 34 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
Er kan worden gesteld dat de inrichting niet onder het BRZO valt en heeft geen verplichting om een veiligheidsrapport (VR) op te stellen.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 35 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
9.1.6
2014
BEVI / REVI
Bij FC Kievit zijn 2 ammoniakkoelinstallaties aanwezig. De installaties zijn in afzonderlijke ruimtes opgesteld. Dit is weergegeven in bijlage 5. Hierin is een ruimte afgescheiden met NH3-compresoren, het ammoniakvat en de falling-films met ijswaterbak als verdamper. Buiten op het dak is een koeltoren geplaatst voor de afvoer van vrijgekomen warmte. Het Bevi is van toepassing op ammoniakkoelinstallaties met een inhoud van meer dan 1500 kg ammoniak. Het Bevi sluit nu aan op de bovengrens voor ammoniakkoelinstallaties van het Activiteitenbesluit (Barim). De hoeveelheid ammoniak wordt bepaald door de hoeveelheid ammoniak die in de installatie aanwezig is (inclusief de hoeveelheid in een afscheidervat met minder dan 1500 kg ammoniak). Ten behoeve van de koudeproductie wordt gebruik gemaakt van twee afzonderlijke ammoniak installaties (respectievelijk 530 en 1000 kg ammoniakinhoud) welke voldoen aan de eisen van PGS-13. Deze installaties vallen gezien de drempelwaarde niet onder BEVI. De uitvoering van de installatie is in de onderstaande tabel weergegeven. Installatie Compressoren Ammoniakinhoud Koeltorens Intreekeuring Classificatie opstelling PGS13 Classificatie systeem Classificatie verblijfsruimte Werktemperatuur
T3/4 IJswater 3 1000 2 ja Klasse B
T1/2 IJswater 3 530 1 ja Klasse B
Intern gesloten systeem Klasse B -5 en -25
Intern gesloten systeem Klasse B -5 en -25
Aanvraag WABO-vergunning
Eenheid St. Kg St. °C
versie V002 Pagina 36 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
10
2014
Energie 10.1 Energieverbruik
Als gevolg van de toename van de productie stijgt het energieverbruik in de vorm van gas en elektriciteit marginaal. Het machinepark van FC Kievit draait 24 uur per dag, tijdens de reiniging van de proceslijnen blijven de drooginstallaties doordraaien waarbij de energieconsumptie van elektriciteit vrijwel gelijk is aan de productie fase. Door optimalisatie van de runlengtes, reductie en tijdsduur van reinigingen wordt een verhoging van de capaciteit gerealiseerd waarbij de energie consumptie in de vorm van elektriciteit niet of nauwelijks verandert. De energieconsumptie in de vorm van gas zal marginaal stijgen. Dit komt doordat de drogestof gehaltes van emulsies verhoogd worden. Het gevolg van hogere drogestof gehaltes in de te verpoederen emulsies is dat er minder water in de drooginstallatie verdampt hoeft te worden. Dit resulteert in een lager energieverbruik. De verhoging van de productiecapaciteit wordt hiermee ruimschoots gecompenseerd. Hieronder is de prognose van het energieverbruik weergegeven. Verbruik per jaar Energiedrager Gas in Elektriciteit Totaal energieverbruik
2012
Ca. Ca. Ca. Ca. Ca
11.437 362 18.123 163 525
prognose 12.581 398 18.500 167 565
Eenh 3 NM x 1000 TJ Mwh TJ TJ
10.2 Meerjarenafspraak FC Kievit is deelnemer van de Meerjarenafspraak Energie (MJA-III). Een nieuw energie efficiency plan voor de periode 2013 – 2016 is reeds ingediend en goedgekeurd door het bevoegde gezag. Het doel van deze MJA-3 is het bereiken van een verdere energieefficiencyverbetering betrokken op de periode 2001-2020 met als referentiejaar 2005.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 37 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
11
2014
Grond- en hulpstoffen, tussen-, neven en eindproducten 11.1 Eigenschappen en samenstelling.
Kievit verwerkt een breed scala van vloeibare (waaronder melk en melk gerelateerde grondstoffen, (plantaardig) oliën en glucosestroop) en poedervormige (waaronder eiwitten, fosfaat, free flowing, emulgator) grondstoffen tot een uitgebreid pakket van poedervormige speciaal producten, bestemd voor de voedingsmiddelenindustrie, waaronder vetkernen, bakkerijgrondstoffen, coffee- en soupcreamers en melkpoeders. Een overzicht van deze stromen en de daarbij benodigde hulpstoffen is opgenomen in paragraaf 1.4.3.
11.2 Wijze van aan- en afvoer en omvang van overslag en opslag. Ontvangst en aflevering van grondstoffen vindt plaats d.m.v. gesloten systemen. Hierbij wordt een gesloten verbinding gemaakt tussen de opslagtank en de leverende of ontvangende tankwagen door middel van leidingwerk en een daarvoor bestemde slang. De slang wordt altijd lekvrij m.b.v. een daarvoor geschikte koppeling aangesloten. Hoe hier mee omgegaan moet worden is opgenomen in het bedrijfshandboek in de vorm van procedures en werkinstructies. Het één en ander is ook beschreven in de NRB-analyse welke is opgenomen in bijlage 20.
11.3 Preventie grond- en hulpstoffen. Het voorkomen van verspilling van grondstoffen ligt vast in het gehele layout van het productieproces, de procesbeheersing en opleiding van het personeel. Om vervolgens bij een calamiteit grote gevolgschade voor mens en milieu te voorkomen is een hele set aan matregelen genomen wat is beschreven in de NRB-analyse (Bijlage 20).
11.4 Buiten de (ingangsmaterialen)
inrichting
afkomstige
afvalstoffen
FC Kievit zorgt voor de inzameling van het op het bedrijf geproduceerde afval zoals beschreven in hoofdstuk 4. Het ontvangen en verwerken van afvalstoffen van buiten de inrichting behoort niet tot de activiteiten FC Kievit.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 38 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
12
2014
Verkeer en vervoer
De locatie van FC Kievit is in het verleden met name gekozen vanwege haar gunstige ligging ten opzichte van het landelijke hoofdverkeerswegen net. Het terrein is voor vrachtwagens en personenauto’s afgesloten middels slagbomen. Auto’s worden toegelaten op vertoon van een ordernummer. Na afhandeling van de handelsdocumenten wordt de chauffeur door de portier naar de juiste locatie voor laden of lossen verwezen. Vervolgens kan de wagen na het laden of lossen weer gewogen worden, en kan hij het terrein met de juiste handelsdocumenten het terrein weer verlaten. Personenauto’s van personeel en regelmatige bezoekers kunnen gebruik maken van het parkeerterrein gelegen aan de overkant van het fabrieksterrein aan de Oliemolenweg. De auto’s worden geparkeerd op te terrein waarna iedereen via de portiersloge het verdere terrein kan betreden. Daarnaast beschikt FrieslandCampina Kievit nog over een aantal interne/externe transport middelen zoals aangegeven in de onderstaande tabel.
Na realisatie van het gebouw de verbinding (zie hoofdstuk 13) zal een in/uitrit welke momenteel niet meer in gebruik is weer in gebruik genomen worden. De inrit is gesitueerd aan de industrieweg en loopt langs de oostzijde van opslaghal zuid. De uitrit sluit aan op de parallelweg langs de Handelsweg waarna deze parallelweg aansluit op de Handelsweg. Een tekening van de in/uitrit is opgenomen in bijlage 31.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 39 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
13
2014
Bouw
Vanwege strengere klanteisen met name ten aanzien van zonering en luchtbehandeling is FrieslandCampina Kievit gestart met een Masterplan welke de komende jaren de nodige investeringen met zich meebrengt. Klanten eisen dat er verschillende zones in de fabriek aanwezig zijn met betrekking op activiteiten die daar plaatsvinden ten aanzien van hygiëne aspecten. Momenteel is de zonering van FrieslandCampina niet in lijn met de zoneringsnormen die gesteld worden aan de productie van babyvoeding. Het afvullen van poeders dient onder andere gescheiden te zijn van pelletiseren, transport en opslag activiteiten. In het verband met het realiseren van meerdere zones zal er een bouwkundige verbinding gemaakt worden tussen het hoofdgebouw en opslaghal zuid. De activiteiten die in dit gebouw plaatsvinden zijn primair verpakken en gereed maken voor transport. De “verbinding” is hieronder schematisch weergegeven.
In de bijlage (bijlage 32 t/m 65) bij deze aanvraag zijn alle bouwkundige tekeningen/berekeningen ten behoeve van de vergunningaanvraag opgenomen.
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 40 van 41
FrieslandCampina Kievit Meppel
14
2014
Afkortingen
ATEX Barg BAT BEMS BEMP BEVI BMP BSB CIP
Atmosphères Explosives Bar gauge is gelijk aan Baro of Bar overdruk Best Available Techniques Besluit Emissie Eisen Middelgrote Stookinstallaties Bedrijfs Energie en Milieu Plan Besluit Externe veiligheid inrichtingen Bedrijfs Milieu Plan Bodem Sanering Bedrijfsterreinen Cleaning In Place Centraal Orgaan voor Kwaliteitsaangelegenheden in COKZ de Zuivel CPR Commissie Preventie van Rampen CV Centrale Verwarming CZV Chemisch Zuurstof Verbruik EEP Energie Efficiency Plan HACCP Hazardous Critical Control Point IE Inwoner Equivalent IPPC Integrated Pollution Prevention and Control IVZ Uitvoering Milieubeleid Zuivelindustrie MER Milieu Effect Rapportage MJA Meer Jaren Afspraak MJV Milieu Jaar Verslag NeR Nederlandse Emissie Richtlijn NRB Nederlandse Richtlijn Bodembescherming OGB Omgevingsbeleid Drenthe RVS Roest Vrij Staal PVC Poly-Vinyl-Chloride (plastic) Wm Wet Milieubeheer Wvo Wet verontreiniging oppervlaktewateren
Aanvraag WABO-vergunning
versie V002 Pagina 41 van 41
2014
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
N
Bron: Google maps
Bijlage
Ligging in de omgeving
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
2014
F
B
C A
E
D
G
A
H H
N
Bijlage
Bestemming gebouwen
Rapportnummer
Datum
59.102-60
24 juli 2014
Opdrachtgever FrieslandCampina Kievit te Meppel ────────────────────────────────────────── Onderwerp Geluidsituatie van FrieslandCampina productielocatie Kievit na realisatie van de verbinding
Inhoud
1. Inleiding 2. Actualisatie 3. Voorgenomen activiteit 4. Representatieve bedrijfssituatie 5. Berekeningen 5.1 Modellering 5.2 Berekeningsresultaten representatieve bedrijfssituatie (RBS) 5.3 Incidentele bedrijfssituatie 6. Indirecte hinder 7. Trillingen 8. Tonaal geluid
Bijlage A: Figuren Bijlage B: Bronsterkten Bijlage C: Berekeningen
1.
Inleiding FrieslandCampina productielocatie Meppel is een inrichting voor het produceren van onder andere poedervormige producten uit melk en wei met behulp van indamp- en drooginstallaties. De afgelopen jaren is het bedrijf bezig met een optimalisatie van het productieproces. Het doel is om in 2015 een eindproductiecapaciteit van 105.000 ton per jaar te realiseren. De vigerende beschikking dateert uit 2004. Aan deze beschikking zijn in de loop van de jaren enkele meldingen toegevoegd. Verder is het terrein vergroot. Het bedrijf heeft onlangs, nu de eindproductiecapaciteit nagenoeg is gerealiseerd, een compleet nieuwe omgevingsvergunning aangevraagd. In deze revisievergunning is nog niet opgenomen een verbindingsgebouw tussen de productieafdelingen en de opslagruimte.
Onderdeel van deze nieuwe omgevings-
vergunning is een bijlage (geluidrapport) waarin de geluiduitstraling van het bedrijf inclusief het verbindingsgebouw, is opgenomen. In dit rapport is de geluiduitstraling opgenomen.
2.
Actualisatie De geluidsituatie is in 2012 ten tijde van de melding van het project Overrun geactualiseerd. Tijdens die actualisatie zijn alle wijzigingen verwerkt. In november 2013 zijn aansluitend op de actualisatie uit 2012 nog enkele verificatiemetingen verricht. Deze verificatiemetingen waren nodig omdat aan de belangrijkste geluidbronnen (toren 3 en toren 4) de dempers zijn vernieuwd.
Onlangs, juni 2014, zijn verder enkele geluidbronnen (condensors) nader
onderzocht. Tijdens dit onderzoek zijn tevens enkele minder relevante geluidbronnen aan het model toegevoegd. Onderstaand volgt een overzicht.
de condensors van de koelinstallatie (voorheen bron 79 tot en met 82) zijn verdwenen en zijn uit het geluidoverdrachtsmodel verwijderd;
de gevel ventilator (bron 108) is opnieuw gemeten omdat het gebruik van deze ruimteventilator is gewijzigd;
het
gasreduceerstation
is
toegevoegd.
De
emissie
wordt
bepaald
door
de
ventilatieroosters in 3 gevels (bron 171 tot en met 173).
Voor de afzakruimte is een nieuwe conditioneerunit geplaatst. De emissie wordt bepaald door 2 roosters (bron 174 en 175);
een LBK / airco op het dak boven het restaurant is toegevoegd (bron 176);
een afzuigfan van het restaurant is toegevoegd (bron 177).
Momenteel geeft het voorliggende onderzoek de geluidsituatie weer, rekening houdend met de aangevraagde jaarlijkse productiecapaciteit van 105.000 ton. Buiten het terrein van FrieslandCampina Kievit zijn geen wijzigingen in het geluidoverdrachtsmodel aangebracht.
59.102-60
2
3.
Voorgenomen activiteit Alle productieafdelingen van het bedrijf zijn ondergebracht in het productiegebouw. De eindproducten worden opgeslagen in hal zuid. Tussen het productiegebouw en hal zuid vindt momenteel intern transport plaats via het buitenterrein. Dit intern transport gebeurt met zowel heftrucks als vrachtauto’s. Om hygiënisch technische redenen wil het bedrijf alle op houten pallets binnenkomende goederen eerst herpalletiseren op kunststof pallets en vervolgens het transport intern binnen een gebouw laten plaatsvinden. Het nieuwe gebouw vormt de verbinding tussen het bestaande productiegebouw en opslaghal zuid.
4.
Representatieve bedrijfssituatie FrieslandCampina Kievit is een productielocatie van poedervormige ingrediënten voor de voedingsmiddelen-industrie en heeft na optimalisatie een productiecapaciteit van 105.000 ton per jaar. Deze productiecapaciteit wordt in 2015 gerealiseerd. In de huidige situatie bedraagt de productiecapaciteit circa 90.000 ton per jaar. In dit rapport wordt uitgegaan van de maximale capaciteit van 105.000 ton per jaar. De representatieve bedrijfssituatie bij FrieslandCampina Kievit kan als volgt omschreven worden: "Het bedrijf is volcontinu (24 uur/etmaal) in bedrijf. De geluidemissie wordt bepaald door vast opgestelde geluidbronnen zoals ventilatoren en mobiele bronnen zoals transport- en overslagactiviteiten. De transportactiviteiten van en naar het bedrijf vinden voornamelijk tijdens de dagperiode plaats. Tijdens de avond- en nachtperiode is het aantal transportactiviteiten minder. " De representatieve bedrijfssituatie van het bedrijf is samengesteld uit de afzonderlijke representatieve bedrijfstoestanden van de diverse bedrijfsonderdelen. De vast opgestelde geluidbronnen zijn 24 uur per etmaal in bedrijf. De transportactiviteiten spelen zich vooral af tijdens de dagperiode. Het bedrijf is volcontinu, dat wil zeggen 24 uur per etmaal, 365 dagen per jaar in werking.
59.102-60
3
5.
Berekeningen 5.1 Modellering Op basis van de representatieve bedrijfssituatie is een geluidoverdrachtsmodel opgesteld waarin alle geluidrelevante onderdelen van Kievit en de afschermingen zijn opgenomen. Met behulp van dit geluidoverdrachtsmodel zijn vervolgens berekeningen uitgevoerd om de geluidimmissie in de omgeving van Kievit te bepalen. Het geluidoverdrachtsmodel van het industrieterrein is aangeleverd door de zonebeheerder. Het overdrachtsmodel is gebaseerd op de berekeningsmethode uit de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai, 1999. In de berekeningen wordt met alle van belang zijnde factoren rekening gehouden, zoals afstandreducties, reflecties, afscherming, bodem- en luchtdemping. De geluidbronnen zijn genummerd en in het overdrachtsmodel ingevoerd. De bedrijfsgebouwen zijn in het rekenmodel ingevoerd als reflecterende en afschermende objecten. In bijlage A zijn enkele modelleringsfiguren opgenomen. Maxima De reguliere maxima op het terrein worden bepaald door transport- en overslagactiviteiten op het terrein. Bronsterkte Lwr = 108 tot 115 dB(A). Deze activiteiten treden voornamelijk tijdens de dagperiode op. Tijdens de avond- en de nachtperiode is het aantal overslagactiviteiten minder. 5.2 Berekeningsresultaten representatieve bedrijfssituatie (RBS) In de directe omgeving van Kievit is een aantal punten gekozen. De berekeningen zijn opgenomen in bijlage C en samengevat in tabel 2.
59.102-60
4
punt
omschrijving
Dag
Avond
Nacht
07.00 – 19.00 uur
19.00 – 23.00 uur
23.00 – 07.00 uur
ho
LAR,LT
LAmax
LAR,LT
LAmax
LAR,LT
LAmax
[m]
dB(A)
dB(A)
dB(A)
dB(A)
dB(A)
dB(A)
K-04
Eshuisbrug
10
50.0
K-231
Handelsweg
5
50.5
K-232
Handhavingspunt 1
5
50.6
K-233
Handhavingspunt 2
5
52.0
K-13
Westeinde 29, 30 en 31
5
35.7
K-09
Jan Tooroplaan
5
36.4
NB:
56 (222) 73 (245) 66 (233) 68 (242) 47 (245) 49 (245)
49.8 48.7 49.3 50.8 35.4 35.9
56 (222) 64 (211) 66 (233) 67 (201) 42 (211) 43 (249)
49.7 48.5 48.6 50.4 35.2 35.6
56 (222) 64 (211) 66 (233) 67 (201) 42 (211) 43 (249)
LAmax = Li - Cm . De tussen haakjes geplaatste waarde is het bronnummer die de betreffende LAmax veroorzaakt.
Tabel 2: Onderzoeksresultaten representatieve bedrijfssituatie (RBS) bij Kievit te Meppel. De piekniveaus in de omgeving worden veroorzaakt door transport- en overslagactiviteiten op het terrein van het bedrijf. 5.3 Incidentele bedrijfssituatie In incidentele situaties kan het voorkomen dat tijdens de avond- en de nachtperiode wat meer transportactiviteiten plaatsvinden. De LAR,LT waarden tijdens de avond- en de nachtperiode kunnen tijdens incidentele bedrijfssituatie hetzelfde zijn dan de LAR,LT waarden tijdens de dagperiode. De LAmax waarden zijn tijdens incidentele bedrijfssituaties niet anders dan tijdens de representatieve bedrijfssituatie.
59.102-60
5
6.
Indirecte hinder FrieslandCampina Kievit ligt op een geluidgezoneerd industrieterrein. De afstand tot de woningen is zodanig dat de voertuigen al lang in het heersende verkeersbeeld zijn opgenomen alvorens zij langs woningen rijden. Het is redelijkerwijs te verwachten dat de geluidbelasting voor de woningen ten gevolge van het rijden over de openbare weg kleiner is dan 50 dB(A), etmaalwaarde. De indirecte hinder is daarom ook niet onderzocht.
7.
Trillingen Bij FrieslandCampina Kievit staat roterend equipement opgesteld (zoals onder andere compressoren, ventilatoren en centrifuges). Buiten de bedrijfsgebouwen en zeker buiten de terreingrens (eigendomsgrens) zijn geen trillingen te verwachten.
8.
Tonaal geluid Het geluid van Kievit, zoals gehoord in de omgeving, heeft een ruisachtig karakter. Het naar de omgeving uitgestraalde geluidniveau betreft geen geluid met een duidelijk hoorbaar tonaal karakter.
Zeist, 24 juli 2014 Ramakers raadgevend ingenieursbureau b.v.
Ir. F.J.M. Ramakers R59.102-60/FR/wv
59.102-60
6
Bijlage A: Figuren
59.102-60
7
Bijlage B: Bronsterkten
59.102-60
8
BLAD B1
Model: Groep:
59.102-60 (hoofdgroep) Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL
Naam O-01 O-02 O-03 O-04 O-05
Omschr. deur pompenkamer roerwerk tank 1 roerwerk tank 2 roerwerk tank 3 roerwerk tank 4
Hoogte 1,50 10,00 10,00 10,00 10,00
Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Richt. 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Hoek 360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
Cb(D) 0,00 3,01 3,01 3,01 3,01
Cb(A) 0,00 3,01 3,01 3,01 3,01
Cb(N) 0,00 3,01 3,01 3,01 3,01
GeenRefl. Ja Nee Nee Nee Nee
GeenDemping Nee Nee Nee Nee Nee
Lwr 31 54,00 52,00 52,00 52,00 52,00
Lwr 63 51,00 58,00 58,00 58,00 58,00
Lwr 125 51,00 64,00 64,00 64,00 64,00
Lwr 250 56,00 71,00 71,00 71,00 71,00
Lwr 500 59,00 74,00 74,00 74,00 74,00
Lwr 1k 57,00 77,00 77,00 77,00 77,00
Lwr 2k 52,00 75,00 75,00 75,00 75,00
Lwr 4k 47,00 70,00 70,00 70,00 70,00
Lwr 8k 40,00 63,00 63,00 63,00 63,00
Lwr Totaal 63,83 81,30 81,30 81,30 81,30
O-06 O-07 O-08 O-09 O-10
roerwerk tank 5 halemissie NO gevel laagbouw halemissie ZO gevel laagbouw halemissie NO gevel hoogbouw halemissie ZO gevel hoogbouw
10,00 5,70 5,70 11,00 13,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
3,01 0,00 0,00 0,00 0,00
3,01 0,00 0,00 0,00 0,00
3,01 0,00 0,00 0,00 0,00
Nee Ja Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
52,00 66,80 70,00 68,00 71,20
58,00 63,80 67,00 65,00 68,20
64,00 63,80 67,00 65,00 68,20
71,00 58,80 62,00 60,00 63,20
74,00 55,80 59,00 57,00 60,20
77,00 47,80 51,00 49,00 52,20
75,00 43,80 47,00 45,00 48,20
70,00 38,80 42,00 40,00 43,20
63,00 31,80 35,00 33,00 36,20
81,30 70,34 73,54 71,54 74,74
O-11 O-12 O-13 O-14 O-15
halemissie ZW gevel hoogbouw LBK afblaas (prog) afzuigfan 1 afzuigfan 2 afzuigfan 3
13,80 15,50 5,00 5,00 15,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Ja Nee Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
64,80 59,50 59,20 59,20 59,20
61,80 57,70 56,20 56,20 56,20
61,80 61,60 56,20 56,20 56,20
56,80 65,70 61,20 61,20 61,20
53,80 69,50 64,20 64,20 64,20
45,80 65,50 62,20 62,20 62,20
41,80 61,40 57,20 57,20 57,20
36,80 64,00 52,20 52,20 52,20
29,80 61,50 45,20 45,20 45,20
68,34 73,88 69,03 69,03 69,03
1 2 3 4 6
via rooster halventilator hal zuid gevel ketelhuis (RP) trafo' 3x + schakelruimte (GU) via waterzuivering deur (RP)
4,50 1,00 3,00 3,00 2,50
0,00 6,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Ja Nee Nee Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
51,90 45,70 66,90 45,70 47,50
64,20 56,30 74,40 56,30 58,50
70,70 66,80 75,00 66,80 66,10
75,90 70,50 79,30 70,50 76,50
79,40 80,20 80,20 80,20 82,70
76,60 82,60 80,40 82,60 84,40
70,70 76,60 82,20 76,60 85,70
64,30 68,30 82,10 68,30 84,70
53,80 58,00 80,40 58,00 78,00
83,03 85,52 89,04 85,52 90,94
7 8 9 11 12
ventilatie kantoor ventilatie kantoor ventilatie kantoor airco (GU) deur hal oost
1,00 1,00 1,00 5,00 2,70
6,00 6,00 6,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 --
0,00 0,00 0,00 0,00 --
Nee Nee Nee Nee Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
54,90 54,90 54,90 48,80 44,00
57,60 57,60 57,60 57,90 67,50
66,40 66,40 66,40 65,60 74,90
69,60 69,60 69,60 69,20 79,50
78,90 78,90 78,90 71,50 81,60
73,90 73,90 73,90 73,40 81,70
74,90 74,90 74,90 69,20 79,40
72,40 72,40 72,40 67,40 73,90
65,90 65,90 65,90 60,50 65,90
82,27 82,27 82,27 78,03 87,27
15 16 17 21 22
heftruck luchtgekoelde waterkoelmachine 1 luchtgekoelde waterkoelmachine 2 ventilator 1 koeltoren Baltimore ventilator 2 koeltoren Baltimore
1,50 11,50 11,50 0,20 0,20
0,00 0,00 0,00 13,60 13,60
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
3,01 1,00 1,00 0,97 0,97
-1,00 1,00 2,22 2,22
-1,00 1,00 3,98 3,98
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Ja Ja Nee Nee
0,00 63,00 63,00 55,80 55,80
71,10 76,30 76,30 64,10 64,10
75,50 77,60 77,60 72,10 72,10
76,80 84,30 84,30 78,10 78,10
79,50 88,90 88,90 74,00 74,00
81,90 90,60 90,60 ---
84,30 84,50 84,50 ---
85,50 80,30 80,30 ---
78,80 71,10 71,10 ---
90,17 94,31 94,31 80,37 80,37
23 24 25 83 84
ventilator 3 koeltoren Baltimore watergeluid koeltoren Baltimore aanzuig koeltoren Baltimore atmosrooster n-o-gevel gedempt uitbl.filter weegbunk (uit)
0,20 0,20 2,00 9,00 11,00
13,60 13,30 8,50 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,97 0,97 0,97 0,00 99,00
2,22 2,22 2,22 0,00 99,00
3,98 3,98 3,98 0,00 99,00
Nee Nee Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
55,80 53,00 54,00 64,00 70,70
64,10 64,10 64,90 72,00 80,10
72,10 72,30 68,80 92,00 91,90
78,10 74,10 71,50 83,50 97,70
74,00 74,40 73,00 86,10 99,40
-75,70 72,70 82,40 101,30
-77,10 73,90 77,90 100,00
-79,40 71,70 74,00 88,70
-76,80 64,40 68,00 80,00
80,37 84,72 80,24 93,98 106,08
85 86 87 88 89
uitblaas toren 1 (anhydro) 6-4-2012 vent. rooster anhydroruimte uitblaas silo ventilatie 1 uitblaas silo ventilatie 2 uitblaas silo ventilatie 3
35,00 35,00 36,00 36,00 36,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 9,00 9,00 9,00
0,00 0,00 9,00 9,00 9,00
0,00 0,00 9,00 9,00 9,00
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
64,90 0,00 58,50 58,50 58,50
72,00 74,10 75,00 75,00 75,00
81,10 78,90 83,10 83,10 83,10
86,40 79,60 85,00 85,00 85,00
88,10 82,00 86,80 86,80 86,80
87,00 86,30 91,20 91,20 91,20
76,90 82,30 86,30 86,30 86,30
70,10 69,10 77,90 77,90 77,90
59,30 60,20 67,30 67,30 67,30
92,53 89,82 94,54 94,54 94,54
90 91 92 93 94
uitblaas silo ventilatie 4 uitblaas silo ventilatie 5 uitblaas silo ventilatie 6 uitblaas silo ventilatie 7 uitblaas silo ventilatie 8
36,00 36,00 36,00 36,00 36,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
9,00 9,00 9,00 9,00 9,00
9,00 9,00 9,00 9,00 9,00
9,00 9,00 9,00 9,00 9,00
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
58,50 58,50 58,50 58,50 58,50
75,00 75,00 75,00 75,00 75,00
83,10 83,10 83,10 83,10 83,10
85,00 85,00 85,00 85,00 85,00
86,80 86,80 86,80 86,80 86,80
91,20 91,20 91,20 91,20 91,20
86,30 86,30 86,30 86,30 86,30
77,90 77,90 77,90 77,90 77,90
67,30 67,30 67,30 67,30 67,30
94,54 94,54 94,54 94,54 94,54
95 96 97
uitlaat stoomketel aanzuigrooster NW-gevel toren 1 6-4-2012 via de NW gevelbeplating
37,00 23,60 28,00
0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00
99,00 0,00 0,00
99,00 0,00 0,00
99,00 0,00 0,00
Nee Ja Ja
Nee Nee Nee
0,00 60,90 66,80
82,50 72,20 78,20
87,20 77,90 82,60
87,80 85,20 86,40
85,90 87,40 90,70
88,00 85,70 88,50
83,00 81,20 86,30
78,80 80,30 76,80
70,70 73,40 67,50
94,17 92,02 94,85
Geomilieu V2.40
24-7-2014 17:30:54
BLAD B1
Model: Groep:
59.102-60 (hoofdgroep) Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL
Naam 98 99 100 101 102
Omschr. toren 2:afblaas koellucht gedempt koeltoren BAC, 50% op toeren 2 stoombypass indamper 1 toren 2: afblaas hoofdlucht 6-4-2012 aanzuigrooster toren 1 Anhydro
Hoogte 24,60 27,00 18,00 23,60 15,00
Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Richt. 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Hoek 360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
Cb(D) 0,00 3,00 99,00 0,00 0,00
Cb(A) 0,00 3,00 99,00 0,00 0,00
Cb(N) 0,00 3,00 99,00 0,00 0,00
GeenRefl. Nee Nee Nee Nee Ja
GeenDemping Nee Nee Nee Nee Nee
Lwr 31 56,40 55,80 0,00 61,30 66,30
Lwr 63 64,90 80,30 72,20 72,20 75,10
Lwr 125 76,90 84,80 76,50 79,20 84,20
Lwr 250 82,00 88,80 80,40 85,50 86,90
Lwr 500 84,10 91,90 84,60 90,60 89,20
Lwr 1k 81,90 92,20 89,20 91,50 88,80
Lwr 2k 78,00 90,70 84,90 85,70 89,30
Lwr 4k 73,10 86,00 82,70 75,70 84,70
Lwr 8k 64,20 82,00 72,30 65,90 78,40
Lwr Totaal 88,51 97,86 92,56 95,35 95,56
108 109 110 111 112
gevelventilator west (NH3 ventilatie) afblaas toren 3 13-11-2013 condensor K11 op dak toren 3 via de NW-gevel van toren 3 via de NO-gevel van toren 3
9,50 31,50 31,50 29,00 20,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Ja Nee Nee Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
47,00 64,10 55,10 64,00 64,00
53,00 72,30 65,60 71,20 71,20
58,60 78,80 72,70 74,30 74,30
69,90 83,50 75,90 76,60 76,60
76,70 90,30 79,10 78,40 78,40
78,20 89,00 79,90 76,90 76,90
81,80 82,60 76,50 72,00 72,00
77,20 76,90 69,40 64,20 64,20
67,80 65,70 58,20 57,10 57,10
85,23 93,84 84,69 83,53 83,53
113 114 115 116 117
via de ZW-gevel van toren 3 aanzuigrooster in dak toren 3 via de ZO-gevel van toren 4 uitstraling ZW-gevel toren 4 afblaas toren 4 13-11-2013 + 6-4-2012
20,00 32,00 20,00 20,00 31,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Ja Nee Ja Ja Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
67,90 52,80 67,50 64,20 66,10
81,00 63,40 75,40 71,60 71,30
83,10 66,20 81,00 76,40 81,80
76,70 70,00 84,60 80,70 79,70
78,60 77,20 88,90 85,70 88,60
78,50 74,10 88,10 86,60 89,70
75,10 70,40 86,60 85,00 85,10
71,60 69,10 85,20 81,60 80,10
61,70 60,90 78,40 68,00 66,60
87,59 80,61 94,37 91,68 93,71
118 119 120 121 122
uitlaat blower spoellucht filt uitlaat condensaat schoorsteen nieuw ketelhuis rooster nieuw ketelhuis indamper via gevel
31,00 24,00 33,00 4,00 10,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
99,00 0,00 0,00 0,00 0,00
99,00 0,00 0,00 0,00 0,00
99,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Ja Nee Nee Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
0,00 0,00 65,30 41,60 50,60
78,50 66,80 74,90 59,80 60,80
91,80 70,70 76,00 65,90 68,90
90,60 76,40 80,40 73,40 72,40
87,80 79,70 84,50 73,80 73,80
88,10 79,70 82,40 69,00 74,00
89,40 76,10 80,50 63,20 70,20
91,10 73,70 78,80 64,00 60,00
89,70 70,30 70,80 58,90 52,90
98,50 85,07 89,24 78,06 79,41
123 124 125 126 127
via de NO-gevel van toren 4 aanzuigrooster toren 3 halventilatie in dak toren 4 aanzuig 3 koelers dak indamper afblaas 3 koelers dak indamper
20,00 32,00 32,00 31,00 35,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Ja Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
64,00 53,10 55,70 57,20 53,80
71,20 60,00 62,30 63,90 64,60
74,30 65,40 68,50 71,00 70,80
76,60 66,60 75,00 71,80 74,00
78,40 69,80 80,50 73,20 76,10
76,90 66,10 80,70 71,60 75,80
72,00 61,50 78,60 71,60 75,60
64,20 57,10 76,90 70,60 73,90
57,10 46,90 67,20 65,00 70,00
83,53 73,95 85,99 79,78 82,78
128 129 130 131 132
aanzuig in dak van indamper vent.roost.dak toren 2 vloer 3 luchtinlaat droger toren 2 6-4-2012 afblaas lucht blowerruimte afblaas droger proeftoren
30,00 22,90 24,40 9,00 15,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
52,00 51,50 53,60 53,40 51,20
58,10 60,80 64,00 68,00 64,30
65,10 68,70 67,70 78,50 74,40
76,40 72,50 76,90 77,70 77,50
75,80 76,60 80,20 79,30 78,40
77,00 77,80 77,60 85,40 78,80
80,60 73,50 72,60 84,30 75,80
81,90 66,60 64,90 79,60 72,90
75,30 58,80 55,00 73,20 69,00
86,43 82,05 83,83 89,77 84,73
133 134 135 136 137
koelunit op het dak kantoor ventilatoren naast koelunit 5* aanzuig koellucht blowerruimte aanzuigrooster droger toren 4 via koelunit MCC-ruimte
9,80 9,80 9,50 20,00 10,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
1,20 0,00 0,00 0,00 1,20
3,00 0,00 0,00 0,00 1,20
6,00 0,00 0,00 0,00 1,20
Nee Nee Nee Ja Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
53,40 46,10 51,30 59,00 53,80
63,10 54,70 61,50 66,30 70,90
71,70 64,60 59,30 70,20 81,80
81,30 71,30 68,80 71,80 86,20
82,90 74,60 74,50 71,00 91,50
83,20 76,10 76,50 67,40 91,40
85,00 71,70 66,50 62,40 87,50
78,90 65,00 65,70 57,00 82,10
79,10 55,90 51,40 45,40 75,60
90,13 80,20 79,60 77,08 96,16
138 139 140 141 142
afblaas luchtdroger silicagel vrachtauto's stationair op weegbrug vrachtauto's manoeuvreren pos 1 vrachtauto's manoeuvreren pos 2 vrachtauto's manoeuvreren pos 3
9,00 1,50 1,50 1,50 1,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 14,77 17,78 17,78 17,78
0,00 20,84 23,98 23,98 23,98
0,00 23,85 26,99 26,99 26,99
Ja Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
48,40 61,10 71,10 71,10 71,10
60,70 75,20 82,20 82,20 82,20
70,10 81,90 91,90 91,90 91,90
73,10 85,10 95,10 95,10 95,10
74,90 87,90 97,90 97,90 97,90
77,90 87,60 97,60 97,60 97,60
79,70 82,40 92,40 92,40 92,40
72,70 76,00 86,00 86,00 86,00
68,20 66,10 76,10 76,10 76,10
83,86 92,84 102,80 102,80 102,80
144 145 146 147 148
vrachtauto's manoeuvreren pos 4 vrachtauto's manoeuvreren pos 5 vrachtauto's manoeuvreren pos 6 vrachtauto's manoeuvreren pos 7 vrachtauto's manoeuvreren pos 8
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
13,80 13,80 13,80 13,80 13,80
15,05 15,05 15,05 15,05 15,05
18,06 18,06 18,06 18,06 18,06
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
71,10 71,10 71,10 71,10 71,10
82,20 82,20 82,20 82,20 82,20
91,90 91,90 91,90 91,90 91,90
95,10 95,10 95,10 95,10 95,10
97,90 97,90 97,90 97,90 97,90
97,60 97,60 97,60 97,60 97,60
92,40 92,40 92,40 92,40 92,40
86,00 86,00 86,00 86,00 86,00
76,10 76,10 76,10 76,10 76,10
102,80 102,80 102,80 102,80 102,80
151 152 153
vrachtauto's stationair op positie 1 vrachtauto's stationair op positie 2 vrachtauto's stationair op positie 3
1,50 1,50 1,50
0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00
10,79 10,79 10,79
15,05 15,05 --
18,06 18,06 --
Nee Nee Nee
Nee Nee Nee
61,10 61,10 61,10
75,20 75,20 75,20
81,90 81,90 81,90
85,10 85,10 85,10
87,90 87,90 87,90
87,60 87,60 87,60
82,40 82,40 82,40
76,00 76,00 76,00
66,10 66,10 66,10
92,84 92,84 92,84
Geomilieu V2.40
24-7-2014 17:30:54
BLAD B1
Model: Groep:
59.102-60 (hoofdgroep) Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL
Naam 154 155 161 162 163
Omschr. vrachtauto's stationair op positie 4 vrachtauto's stationair op positie 5 personenauto's positie 1 personenauto's positie 2 personenauto's positie 3
Hoogte 1,50 1,50 0,75 0,75 0,75
Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Richt. 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Hoek 360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
Cb(D) 19,82 16,81 14,10 14,10 14,10
Cb(A) --17,80 17,80 17,80
Cb(N) --20,80 20,80 20,80
GeenRefl. Nee Nee Nee Nee Nee
GeenDemping Nee Nee Nee Nee Nee
Lwr 31 61,10 61,10 0,00 0,00 0,00
Lwr 63 75,20 75,20 70,00 70,00 70,00
Lwr 125 81,90 81,90 79,80 79,80 79,80
Lwr 250 85,10 85,10 84,30 84,30 84,30
Lwr 500 87,90 87,90 86,80 86,80 86,80
Lwr 1k 87,60 87,60 88,50 88,50 88,50
Lwr 2k 82,40 82,40 85,30 85,30 85,30
Lwr 4k 76,00 76,00 76,30 76,30 76,30
Lwr 8k 66,10 66,10 70,60 70,60 70,60
Lwr Totaal 92,84 92,84 92,91 92,91 92,91
164 165 171 172 173
personenauto's positie 4 personenauto's positie 5 GOS reduceer noordzijde GOS reduceer oostzijde GOS reduceer zuidzijde
0,75 0,50 2,50 2,50 2,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
14,10 14,10 0,00 0,00 0,00
17,80 17,80 0,00 0,00 0,00
20,80 20,80 0,00 0,00 0,00
Nee Nee Ja Ja Ja
Nee Nee Nee Nee Nee
0,00 0,00 37,70 34,90 37,70
70,00 70,00 44,20 41,40 44,20
79,80 79,80 49,00 46,20 49,00
84,30 84,30 58,10 55,30 58,10
86,80 86,80 63,90 61,10 63,90
88,50 88,50 60,90 58,10 60,90
85,30 85,30 56,20 53,40 56,20
76,30 76,30 59,20 56,40 59,20
70,60 70,60 62,60 59,80 62,60
92,91 92,91 68,76 65,96 68,76
174 175 176 177 201
luchtbehandeling afzakruimte voorzijde luchtbehandeling afzakruimte achterzijde LBK/airco PSN001856U stork air fan Lmax transportact. pos 01 d/a/n
2,50 2,50 2,50 1,00 1,50
8,50 8,50 8,50 8,50 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
0,00 0,00 0,00 0,00 --
0,00 0,00 0,00 0,00 --
0,00 0,00 0,00 0,00 --
Ja Ja Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
42,50 46,70 47,80 41,40 76,40
53,40 57,60 60,10 53,90 90,50
62,00 66,20 69,60 61,00 96,00
71,60 75,80 81,00 67,90 99,20
75,20 79,40 80,30 73,50 101,60
74,60 78,80 80,70 69,00 103,20
74,00 78,20 75,90 64,10 100,30
63,30 67,50 69,20 58,40 94,00
51,80 56,00 62,00 50,60 87,00
80,24 84,44 86,12 76,17 107,96
202 203 204 205 206
Lmax transportact. pos 02 Lmax transportact. pos 03 Lmax transportact. pos 04 Lmax transportact. pos 05 Lmax transportact. pos 06
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
------
------
------
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
76,40 76,40 76,40 76,40 76,40
90,50 90,50 90,50 90,50 90,50
96,00 96,00 96,00 96,00 96,00
99,20 99,20 99,20 99,20 99,20
101,60 101,60 101,60 101,60 101,60
103,20 103,20 103,20 103,20 103,20
100,30 100,30 100,30 100,30 100,30
94,00 94,00 94,00 94,00 94,00
87,00 87,00 87,00 87,00 87,00
107,96 107,96 107,96 107,96 107,96
207 208 209 210 211
Lmax transportact. pos 07 Lmax transportact. pos 08 Lmax transportact. pos 09 Lmax transportact. pos 10 Lmax transportact. pos 11
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
------
------
------
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
76,40 76,40 76,40 76,40 76,40
90,50 90,50 90,50 90,50 90,50
96,00 96,00 96,00 96,00 96,00
99,20 99,20 99,20 99,20 99,20
101,60 101,60 101,60 101,60 101,60
103,20 103,20 103,20 103,20 103,20
100,30 100,30 100,30 100,30 100,30
94,00 94,00 94,00 94,00 94,00
87,00 87,00 87,00 87,00 87,00
107,96 107,96 107,96 107,96 107,96
212 213 214 215 216
Lmax transportact. pos 12 Lmax transportact. pos 13 Lmax transportact. pos 14 Lmax transportact. pos 15 Lmax transportact. pos 16
d/a/n d/--/-d/--/-d/--/-d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
------
------
------
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
76,40 76,40 76,40 76,40 76,40
90,50 90,50 90,50 90,50 90,50
96,00 96,00 96,00 96,00 96,00
99,20 99,20 99,20 99,20 99,20
101,60 101,60 101,60 101,60 101,60
103,20 103,20 103,20 103,20 103,20
100,30 100,30 100,30 100,30 100,30
94,00 94,00 94,00 94,00 94,00
87,00 87,00 87,00 87,00 87,00
107,96 107,96 107,96 107,96 107,96
217 218 219 220 221
Lmax transportact. pos 17 Lmax transportact. pos 18 Lmax transportact. pos 19 Lmax transportact. pos 20 Lmax transportact. pos 21
d/-/d/-/d/a/n d/a/n d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
------
------
------
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
76,40 76,40 76,40 76,40 76,40
90,50 90,50 90,50 90,50 90,50
96,00 96,00 96,00 96,00 96,00
99,20 99,20 99,20 99,20 99,20
101,60 101,60 101,60 101,60 101,60
103,20 103,20 103,20 103,20 103,20
100,30 100,30 100,30 100,30 100,30
94,00 94,00 94,00 94,00 94,00
87,00 87,00 87,00 87,00 87,00
107,96 107,96 107,96 107,96 107,96
222 231 232 233 234
Lmax transportact. pos 22 Lmax parkeren pos. 1 Lmax parkeren pos. 2 Lmax parkeren pos. 3 Lmax parkeren pos. 4
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 0,75 0,75 0,75 0,75
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
------
------
------
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
76,40 -----
90,50 75,00 75,00 75,00 75,00
96,00 84,80 84,80 84,80 84,80
99,20 89,30 89,30 89,30 89,30
101,60 91,80 91,80 91,80 91,80
103,20 93,50 93,50 93,50 93,50
100,30 90,30 90,30 90,30 90,30
94,00 81,30 81,30 81,30 81,30
87,00 75,60 75,60 75,60 75,60
107,96 97,91 97,91 97,91 97,91
241 242 243 244 245
Lmax overslagactiviteiten pos 01 Lmax overslagactiviteiten pos 02 Lmax overslagactiviteiten pos 03 Lmax overslagactiviteiten pos 04 Lmax overslagactiviteiten pos 05
d/-/d/--/-d/-/d/-/d/--/--
1,00 1,00 1,00 1,00 1,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00 360,00 360,00
------
------
------
Nee Nee Nee Nee Nee
Nee Nee Nee Nee Nee
72,30 72,30 72,30 72,30 72,30
88,20 88,20 88,20 88,20 88,20
96,60 96,60 96,60 96,60 96,60
102,20 102,20 102,20 102,20 102,20
107,10 107,10 107,10 107,10 107,10
110,30 110,30 110,30 110,30 110,30
109,30 109,30 109,30 109,30 109,30
106,40 106,40 106,40 106,40 106,40
100,10 100,10 100,10 100,10 100,10
115,04 115,04 115,04 115,04 115,04
246 247 248
Lmax overslagactiviteiten pos 06 d/-/Lmax overslagactiviteiten pos 07 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 08 d/a/n
1,00 1,00 1,00
0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00
360,00 360,00 360,00
----
----
----
Nee Nee Nee
Nee Nee Nee
72,30 72,30 72,30
88,20 88,20 88,20
96,60 96,60 96,60
102,20 102,20 102,20
107,10 107,10 107,10
110,30 110,30 110,30
109,30 109,30 109,30
106,40 106,40 106,40
100,10 100,10 100,10
115,04 115,04 115,04
Geomilieu V2.40
24-7-2014 17:30:54
BLAD B1
Model: Groep: Naam 249
59.102-60 (hoofdgroep) Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Omschr. Lmax overslagactiviteiten pos 09 d/a/n
Geomilieu V2.40
Hoogte 1,00
Maaiveld 0,00
Richt. 0,00
Hoek 360,00
Cb(D) --
Cb(A) --
Cb(N) --
GeenRefl. Nee
GeenDemping Nee
Lwr 31 72,30
Lwr 63 88,20
Lwr 125 96,60
Lwr 250 102,20
Lwr 500 107,10
Lwr 1k 110,30
Lwr 2k 109,30
Lwr 4k 106,40
Lwr 8k 100,10
Lwr Totaal 115,04
24-7-2014 17:30:54
BLAD B2
Model: Groep:
59.102-60 (hoofdgroep) Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL
Naam M-01 M-02 M-03 M-04 M-05
Omschr. aanlevering ingredienten/verpakkingsmateriaal aanleveringen gepalletiseerd westhal aanleveringen vloeibaar 2a (oostzijde) aanleveringen vloeibaar 2b (melk) aanleveringen vloeibaar 2c (losssing N-zijde)
M-06 M-07 M-08 M-09
aanleveringen Maintenance afvaltransport afvoer houten pallets zuidhal afvoer eindproduct
Geomilieu V2.40
ISO H 1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
Aantal(D) 14 2 2 12 6
Aantal(A) ---1 1
Aantal(N) ---1 1
Cb(D) 30,02 37,95 37,84 30,03 33,08
Cb(A) ---36,05 36,09
Cb(N) ---39,06 39,10
Gem.snelheid 10 10 10 10 10
Max.afst. 10,00 10,00 10,00 10,00 10,00
Lw 31 71,40 71,40 71,40 71,40 71,40
Lw 63 85,50 85,50 85,50 85,50 85,50
Lw 125 91,00 91,00 91,00 91,00 91,00
Lw 250 94,20 94,20 94,20 94,20 94,20
Lw 500 96,60 96,60 96,60 96,60 96,60
Lw 1k 98,20 98,20 98,20 98,20 98,20
1,50 -1,50 1,50
8 1 1 8
---2
---3
32,18 40,88 41,91 31,90
---33,14
---34,39
10 10 10 10
10,00 10,00 10,00 10,00
71,40 71,40 71,40 71,40
85,50 85,50 85,50 85,50
91,00 91,00 91,00 91,00
94,20 94,20 94,20 94,20
96,60 96,60 96,60 96,60
98,20 98,20 98,20 98,20
24-7-2014 17:32:14
BLAD B2
Model: Groep:
59.102-60 (hoofdgroep) Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL
Naam M-01 M-02 M-03 M-04 M-05
Lw 2k 95,30 95,30 95,30 95,30 95,30
Lw 4k 89,00 89,00 89,00 89,00 89,00
Lw 8k 82,00 82,00 82,00 82,00 82,00
Lw Totaal 102,96 102,96 102,96 102,96 102,96
Lwr Totaal 102,96 102,96 102,96 102,96 102,96
M-06 M-07 M-08 M-09
95,30 95,30 95,30 95,30
89,00 89,00 89,00 89,00
82,00 82,00 82,00 82,00
102,96 102,96 102,96 102,96
102,96 102,96 102,96 102,96
Geomilieu V2.40
24-7-2014 17:32:14
Bijlage C: Berekeningen
59.102-60
9
BLAD C0
Rapport: Model:
Lijst van model eigenschappen 59.102-60
Model eigenschap Omschrijving Verantwoordelijke Rekenmethode Aangemaakt door
59.102-60 cornelisb IL cornelisb op 19-5-2005
Laatst ingezien door Model aangemaakt met Origineel project Originele omschrijving
Ramakers op 24-7-2014 GN-V5.00 Zonebeheer gemeente Meppel Groep Export : FrieslandCampina Kievit
Geïmporteerd door Standaard maaiveldhoogte Rekenhoogte contouren Detailniveau toetspunt resultaten
cornelisb op 17-2-2014 0 5 Bronresultaten
Detailniveau resultaten grids Meteorologische correctie Standaard bodemfactor Absorptiestandaarden Clusteren gebouwen
Groepsresultaten Toepassen standaard, 5,0 0,0 HMRI-II.8 Ja
Verwijderen binnenwanden Luchtdemping [dB/km] Aandachtsgebied Dynamische foutmarge
Ja 0,02 0,07 0,25 0,76 1,63 2,86 6,23 19,00 67,40 ---
Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:38:41
BLAD C1
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K04_B - Eshuisbrug FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron K04_B 99 117 97 109 101
Omschrijving Eshuisbrug koeltoren BAC, 50% op toeren 2 afblaas toren 4 13-11-2013 + 6-4-2012 via de NW gevelbeplating afblaas toren 3 13-11-2013 toren 2: afblaas hoofdlucht 6-4-2012
83 120 98 131 96
Hoogte 10,00 27,00 31,50 28,00 31,50 23,60
Dag 50,0 39,8 39,6 38,5 38,4 38,2
Avond 49,8 39,8 39,6 38,5 38,4 38,2
Nacht 49,7 39,8 39,6 38,5 38,4 38,2
Etmaal 59,7 49,8 49,6 48,5 48,4 48,2
Li 70,0 42,8 39,6 38,5 38,4 38,2
Cm
atmosrooster n-o-gevel gedempt schoorsteen nieuw ketelhuis toren 2:afblaas koellucht gedempt afblaas lucht blowerruimte aanzuigrooster NW-gevel toren 1 6-4-2012
9,00 33,00 24,60 9,00 23,60
36,0 36,0 35,1 34,8 34,4
36,0 36,0 35,1 34,8 34,4
36,0 36,0 35,1 34,8 34,4
46,0 46,0 45,1 44,8 44,4
36,3 36,0 35,1 35,1 34,4
0,2 0,0 0,0 0,2 0,0
116 137 113 128 112
uitstraling ZW-gevel toren 4 via koelunit MCC-ruimte via de ZW-gevel van toren 3 aanzuig in dak van indamper via de NO-gevel van toren 3
20,00 10,00 20,00 30,00 20,00
33,8 33,6 32,3 31,8 30,8
33,8 33,6 32,3 31,8 30,8
33,8 33,6 32,3 31,8 30,8
43,8 43,6 42,3 41,8 40,8
33,8 34,8 32,3 31,8 30,8
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
125 110 148 1 123
halventilatie in dak toren 4 condensor K11 op dak toren 3 vrachtauto's manoeuvreren pos 8 via rooster via de NO-gevel van toren 4
32,00 31,50 1,50 4,50 20,00
30,7 30,6 34,6 30,3 30,1
30,7 30,6 33,3 30,3 30,1
30,7 30,6 30,3 30,3 30,1
40,7 40,6 40,3 40,3 40,1
30,7 30,6 50,3 31,1 30,1
0,0 0,0 1,9 0,9 0,0
144 4 88 90 89
vrachtauto's manoeuvreren pos 4 trafo' 3x + schakelruimte (GU) uitblaas silo ventilatie 2 uitblaas silo ventilatie 4 uitblaas silo ventilatie 3
1,50 3,00 36,00 36,00 36,00
34,4 30,1 29,9 29,9 29,8
33,1 30,1 29,9 29,9 29,8
30,1 30,1 29,9 29,9 29,8
40,1 40,1 39,9 39,9 39,8
49,8 31,3 38,9 38,9 38,8
1,7 1,2 0,0 0,0 0,0
87 94 91 130 111
uitblaas silo ventilatie 1 uitblaas silo ventilatie 8 uitblaas silo ventilatie 5 luchtinlaat droger toren 2 6-4-2012 via de NW-gevel van toren 3
36,00 36,00 36,00 24,40 29,00
29,8 29,7 29,7 29,7 29,6
29,8 29,7 29,7 29,7 29,6
29,8 29,7 29,7 29,7 29,6
39,8 39,7 39,7 39,7 39,6
38,8 38,7 38,7 29,7 29,6
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
146 119 93 127 85
vrachtauto's manoeuvreren pos 6 uitlaat condensaat uitblaas silo ventilatie 7 afblaas 3 koelers dak indamper uitblaas toren 1 (anhydro) 6-4-2012
1,50 24,00 36,00 35,00 35,00
33,7 29,3 29,2 29,1 29,0
32,4 29,3 29,2 29,1 29,0
29,4 29,3 29,2 29,1 29,0
39,4 39,3 39,2 39,1 39,0
48,4 29,3 38,2 29,1 29,0
0,9 0,0 0,0 0,0 0,0
92 147 17 86 16
uitblaas silo ventilatie 6 vrachtauto's manoeuvreren pos 7 luchtgekoelde waterkoelmachine 2 vent. rooster anhydroruimte luchtgekoelde waterkoelmachine 1
36,00 1,50 11,50 35,00 11,50
28,6 32,9 27,9 27,8 27,7
28,6 31,6 27,9 27,8 27,7
28,6 28,6 27,9 27,8 27,7
38,6 38,6 37,9 37,8 37,7
37,6 48,0 28,9 27,8 28,7
0,0 1,3 0,0 0,0 0,0
138 126 129 M-09 11
afblaas luchtdroger silicagel aanzuig 3 koelers dak indamper vent.roost.dak toren 2 vloer 3 afvoer eindproduct airco (GU)
9,00 31,00 22,90 1,50 5,00
26,7 26,4 26,0 28,3 25,4
26,7 26,4 26,0 27,1 25,4
26,7 26,4 26,0 25,8 25,4
36,7 36,4 36,0 35,8 35,4
26,9 26,4 26,0 62,1 26,0
0,2 0,0 0,0 1,9 0,6
114 122 6 O-06 115
aanzuigrooster in dak toren 3 indamper via gevel via waterzuivering deur (RP) roerwerk tank 5 via de ZO-gevel van toren 4
32,00 10,00 2,50 10,00 20,00
25,0 23,6 23,1 23,1 23,0
25,0 23,6 23,1 23,1 23,0
25,0 23,6 23,1 23,1 23,0
35,0 33,6 33,1 33,1 33,0
25,0 23,6 24,9 26,7 23,0
0,0 0,0 1,8 0,6 0,0
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:37:13
BLAD C1
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K04_B - Eshuisbrug FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 2 O-04 M-05 O-03 102
Omschrijving halventilator hal zuid roerwerk tank 3 aanleveringen vloeibaar 2c (losssing N-zijde) roerwerk tank 2 aanzuigrooster toren 1 Anhydro
O-02 O-09 145 O-07 124
Hoogte 1,00 10,00 1,50 10,00 15,00
Dag 22,1 21,0 26,9 20,4 20,0
Avond 22,1 21,0 23,9 20,4 20,0
Nacht 22,1 21,0 20,9 20,4 20,0
Etmaal 32,1 31,0 30,9 30,4 30,0
Li 24,8 24,8 61,7 24,3 20,0
Cm 2,7 0,8 1,7 0,9 0,0
roerwerk tank 1 halemissie NO gevel hoogbouw vrachtauto's manoeuvreren pos 5 halemissie NO gevel laagbouw aanzuigrooster toren 3
10,00 11,00 1,50 5,70 32,00
19,6 19,2 20,9 16,0 15,5
19,6 19,2 19,6 16,0 15,5
19,6 19,2 16,6 16,0 15,5
29,6 29,2 26,6 26,0 25,5
23,5 19,2 37,5 16,7 15,5
0,9 0,0 2,8 0,7 0,0
O-10 O-14 O-13 O-05 3
halemissie ZO gevel hoogbouw afzuigfan 2 afzuigfan 1 roerwerk tank 4 gevel ketelhuis (RP)
13,00 5,00 5,00 10,00 3,00
14,8 13,8 13,7 13,3 13,2
14,8 13,8 13,7 13,3 13,2
14,8 13,8 13,7 13,3 13,2
24,8 23,8 23,7 23,3 23,2
14,8 14,7 14,6 17,2 15,6
0,0 0,9 0,9 0,8 2,4
173 O-11 136 9 172
GOS reduceer zuidzijde halemissie ZW gevel hoogbouw aanzuigrooster droger toren 4 ventilatie kantoor GOS reduceer oostzijde
2,50 13,80 20,00 1,00 2,50
12,4 11,1 10,2 9,8 9,4
12,4 11,1 10,2 9,8 9,4
12,4 11,1 10,2 9,8 9,4
22,4 21,1 20,2 19,8 19,4
12,4 11,1 10,2 12,8 9,4
0,0 0,0 0,0 3,0 0,0
132 8 121 7 171
afblaas droger proeftoren ventilatie kantoor rooster nieuw ketelhuis ventilatie kantoor GOS reduceer noordzijde
15,00 1,00 4,00 1,00 2,50
9,4 8,8 8,7 8,6 8,3
9,4 8,8 8,7 8,6 8,3
9,4 8,8 8,7 8,6 8,3
19,4 18,8 18,7 18,6 18,3
9,4 11,8 9,1 11,8 8,3
0,0 3,1 0,4 3,1 0,0
175 176 133 141 O-08
luchtbehandeling afzakruimte achterzijde LBK/airco PSN001856U koelunit op het dak kantoor vrachtauto's manoeuvreren pos 2 halemissie ZO gevel laagbouw
2,50 2,50 9,80 1,50 5,70
7,9 7,7 12,1 15,8 6,4
7,9 7,7 10,3 9,6 6,4
7,9 7,7 7,3 6,6 6,4
17,9 17,7 17,3 16,6 16,4
10,1 10,3 14,4 36,5 7,4
2,2 2,6 1,0 2,9 1,0
151 108 162 135 134
vrachtauto's stationair op positie 1 gevelventilator west (NH3 ventilatie) personenauto's positie 2 aanzuig koellucht blowerruimte ventilatoren naast koelunit 5*
1,50 9,50 0,75 9,50 9,80
13,5 5,9 12,1 4,9 4,5
9,2 5,9 8,4 4,9 4,5
6,2 5,9 5,4 4,9 4,5
16,2 15,9 15,4 14,9 14,5
27,0 7,0 29,7 5,3 5,5
2,8 1,1 3,5 0,4 1,0
O-12 M-04 O-01 174 O-15
LBK afblaas (prog) aanleveringen vloeibaar 2b (melk) deur pompenkamer luchtbehandeling afzakruimte voorzijde afzuigfan 3
15,50 1,50 1,50 2,50 15,00
4,4 13,1 3,8 3,0 2,0
4,4 7,1 3,8 3,0 2,0
4,4 4,1 3,8 3,0 2,0
14,4 14,1 13,8 13,0 12,0
4,4 46,1 6,4 5,2 2,0
0,0 3,0 2,6 2,2 0,0
177 161 140 24 23
stork air fan personenauto's positie 1 vrachtauto's manoeuvreren pos 1 watergeluid koeltoren Baltimore ventilator 3 koeltoren Baltimore
1,00 0,75 1,50 0,20 0,20
1,3 7,9 9,6 2,3 2,3
1,3 4,2 3,4 1,1 1,0
1,3 1,2 0,4 -0,7 -0,7
11,3 11,2 10,4 9,3 9,3
4,2 25,6 30,3 6,3 6,3
3,0 3,6 2,9 3,0 3,0
142 22 152 21 25
vrachtauto's manoeuvreren pos 3 ventilator 2 koeltoren Baltimore vrachtauto's stationair op positie 2 ventilator 1 koeltoren Baltimore aanzuig koeltoren Baltimore
1,50 0,20 1,50 0,20 2,00
7,7 1,4 5,6 0,5 -0,1
1,5 0,2 1,4 -0,7 -1,4
-1,5 -1,6 -1,7 -2,5 -3,2
8,5 8,4 8,4 7,5 6,9
28,3 5,4 19,0 4,5 3,5
2,9 3,0 2,6 3,0 2,7
165
personenauto's positie 5
0,50
2,7
-1,0
-4,0
6,0
20,0
3,2
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:37:13
BLAD C1
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K04_B - Eshuisbrug FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 163 164 139 84 118
Omschrijving personenauto's positie 3 personenauto's positie 4 vrachtauto's stationair op weegbrug uitbl.filter weegbunk (uit) uitlaat blower spoellucht filt
95 100 12 15 153
Hoogte 0,75 0,75 1,50 11,00 31,00
Dag 1,7 1,2 2,7 -48,7 -57,0
Avond -2,0 -2,5 -3,3 -48,7 -57,0
Nacht -5,0 -5,5 -6,3 -48,7 -57,0
Etmaal 5,0 4,5 3,7 -38,7 -47,0
Li 19,2 18,6 20,6 50,3 42,0
Cm 3,4 3,3 3,1 0,0 0,0
uitlaat stoomketel stoombypass indamper 1 deur hal oost heftruck vrachtauto's stationair op positie 3
37,00 18,00 2,70 1,50 1,50
-63,7 -80,4 27,5 20,8 11,1
-63,7 -80,4 ----
-63,7 -80,4 ----
-53,7 -70,4 27,5 20,8 11,1
35,3 18,6 29,1 26,0 25,0
0,0 0,0 1,6 2,2 3,2
154 155 201 202 203
vrachtauto's stationair op positie 4 vrachtauto's stationair op positie 5 Lmax transportact. pos 01 d/a/n Lmax transportact. pos 02 d/a/n Lmax transportact. pos 03 d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
8,6 1,0 ----
------
------
8,6 1,0 ----
31,5 20,5 38,0 36,1 43,8
3,1 2,7 3,2 3,0 2,9
204 205 206 207 208
Lmax transportact. pos 04 Lmax transportact. pos 05 Lmax transportact. pos 06 Lmax transportact. pos 07 Lmax transportact. pos 08
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
39,1 47,4 47,7 55,8 55,7
2,8 2,5 1,6 0,8 0,1
209 210 211 212 213
Lmax transportact. pos 09 Lmax transportact. pos 10 Lmax transportact. pos 11 Lmax transportact. pos 12 Lmax transportact. pos 13
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
52,8 51,3 49,3 49,2 45,1
1,0 1,7 2,5 3,1 2,2
214 215 216 217 218
Lmax transportact. pos 14 Lmax transportact. pos 15 Lmax transportact. pos 16 Lmax transportact. pos 17 Lmax transportact. pos 18
d/--/-d/--/-d/--/-d/-/d/-/-
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
55,3 52,7 50,4 39,6 46,3
2,0 2,2 2,4 3,2 3,0
219 220 221 222 231
Lmax transportact. pos 19 Lmax transportact. pos 20 Lmax transportact. pos 21 Lmax transportact. pos 22 Lmax parkeren pos. 1
d/a/n d/a/n d/--/-d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 0,75
------
------
------
------
54,9 35,3 32,8 57,1 25,3
1,9 2,5 2,7 1,4 3,3
232 233 234 241 242
Lmax parkeren pos. 2 d/a/n Lmax parkeren pos. 3 d/a/n Lmax parkeren pos. 4 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 01 d/-/Lmax overslagactiviteiten pos 02 d/--/--
0,75 0,75 0,75 1,00 1,00
------
------
------
------
23,9 31,4 28,7 39,9 41,3
3,2 3,6 3,5 2,6 3,0
243 244 245 246 247
Lmax overslagactiviteiten pos 03 Lmax overslagactiviteiten pos 04 Lmax overslagactiviteiten pos 05 Lmax overslagactiviteiten pos 06 Lmax overslagactiviteiten pos 07
1,00 1,00 1,00 1,00 1,00
------
------
------
------
51,9 52,7 56,7 43,6 54,0
3,1 3,2 2,3 3,2 2,7
248 249 M-01 M-02 M-03
Lmax overslagactiviteiten pos 08 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 09 d/a/n aanlevering ingredienten/verpakkingsmateriaal aanleveringen gepalletiseerd westhal aanleveringen vloeibaar 2a (oostzijde)
1,00 1,00 1,50 1,50 1,50
--9,0 5,0 23,5
------
------
--9,0 5,0 23,5
41,9 37,5 42,2 45,9 63,2
3,0 3,0 3,2 3,0 1,8
M-06
aanleveringen Maintenance
1,50
3,7
--
--
3,7
38,8
2,9
d/-/d/-/d/--/-d/-/d/a/n
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:37:13
BLAD C1
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron M-07 M-08
Resultatentabel 59.102-60 K04_B - Eshuisbrug FrieslandCampina Kievit Nee
Omschrijving afvaltransport afvoer houten pallets zuidhal
Hoogte 1,50 1,50
Dag 0,2 1,3
Avond ---
Nacht ---
Etmaal 0,2 1,3
Li 43,7 46,3
Cm 2,6 3,1
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:37:13
BLAD C2
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K231_B - Handelsweg FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron K231_B 115 6 117 109 102
Omschrijving Handelsweg via de ZO-gevel van toren 4 via waterzuivering deur (RP) afblaas toren 4 13-11-2013 + 6-4-2012 afblaas toren 3 13-11-2013 aanzuigrooster toren 1 Anhydro
M-09 120 16 2 123
Hoogte 5,00 20,00 2,50 31,50 31,50 15,00
Dag 50,5 40,7 40,0 38,5 37,5 35,4
Avond 48,7 40,7 40,0 38,5 37,5 35,4
Nacht 48,5 40,7 40,0 38,5 37,5 35,4
Etmaal 58,5 50,7 50,0 48,5 47,5 45,4
Li 78,6 40,7 41,2 38,5 37,5 35,8
Cm
afvoer eindproduct schoorsteen nieuw ketelhuis luchtgekoelde waterkoelmachine 1 halventilator hal zuid via de NO-gevel van toren 4
1,50 33,00 11,50 1,00 20,00
36,6 34,0 33,6 33,2 31,1
35,4 34,0 33,6 33,2 31,1
34,1 34,0 33,6 33,2 31,1
44,1 44,0 43,6 43,2 41,1
69,3 34,0 34,6 35,4 31,1
0,8 0,0 0,0 2,2 0,0
85 125 112 94 17
uitblaas toren 1 (anhydro) 6-4-2012 halventilatie in dak toren 4 via de NO-gevel van toren 3 uitblaas silo ventilatie 8 luchtgekoelde waterkoelmachine 2
35,00 32,00 20,00 36,00 11,50
31,1 30,4 30,3 29,9 29,8
31,1 30,4 30,3 29,9 29,8
31,1 30,4 30,3 29,9 29,8
41,1 40,4 40,3 39,9 39,8
31,1 30,4 30,3 38,9 30,8
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
93 91 90 89 88
uitblaas silo ventilatie 7 uitblaas silo ventilatie 5 uitblaas silo ventilatie 4 uitblaas silo ventilatie 3 uitblaas silo ventilatie 2
36,00 36,00 36,00 36,00 36,00
29,7 29,6 29,5 29,5 29,2
29,7 29,6 29,5 29,5 29,2
29,7 29,6 29,5 29,5 29,2
39,7 39,6 39,5 39,5 39,2
38,7 38,6 38,5 38,5 38,2
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
87 M-05 148 144 92
uitblaas silo ventilatie 1 aanleveringen vloeibaar 2c (losssing N-zijde) vrachtauto's manoeuvreren pos 8 vrachtauto's manoeuvreren pos 4 uitblaas silo ventilatie 6
36,00 1,50 1,50 1,50 36,00
29,0 34,3 32,2 32,0 27,7
29,0 31,3 31,0 30,8 27,7
29,0 28,3 28,0 27,7 27,7
39,0 38,3 38,0 37,7 37,7
38,0 68,3 48,2 48,2 36,7
0,0 1,0 2,1 2,4 0,0
127 83 4 1 11
afblaas 3 koelers dak indamper atmosrooster n-o-gevel gedempt trafo' 3x + schakelruimte (GU) via rooster airco (GU)
35,00 9,00 3,00 4,50 5,00
27,7 26,7 26,6 26,0 25,8
27,7 26,7 26,6 26,0 25,8
27,7 26,7 26,6 26,0 25,8
37,7 36,7 36,6 36,0 35,8
27,7 28,3 28,9 27,7 27,4
0,0 1,6 2,3 1,7 1,6
132 133 86 110 147
afblaas droger proeftoren koelunit op het dak kantoor vent. rooster anhydroruimte condensor K11 op dak toren 3 vrachtauto's manoeuvreren pos 7
15,00 9,80 35,00 31,50 1,50
25,7 30,2 25,4 25,0 29,2
25,7 28,4 25,4 25,0 28,0
25,7 25,4 25,4 25,0 25,0
35,7 35,4 35,4 35,0 35,0
26,4 32,5 25,4 25,0 45,7
0,7 1,1 0,0 0,0 2,7
9 O-10 146 136 8
ventilatie kantoor halemissie ZO gevel hoogbouw vrachtauto's manoeuvreren pos 6 aanzuigrooster droger toren 4 ventilatie kantoor
1,00 13,00 1,50 20,00 1,00
24,9 24,9 29,1 24,5 24,2
24,9 24,9 27,8 24,5 24,2
24,9 24,9 24,8 24,5 24,2
34,9 34,9 34,8 34,5 34,2
28,1 24,9 45,8 24,5 27,4
3,2 0,0 2,9 0,0 3,3
7 114 137 101 O-09
ventilatie kantoor aanzuigrooster in dak toren 3 via koelunit MCC-ruimte toren 2: afblaas hoofdlucht 6-4-2012 halemissie NO gevel hoogbouw
1,00 32,00 10,00 23,60 11,00
23,5 23,4 23,0 21,6 21,4
23,5 23,4 23,0 21,6 21,4
23,5 23,4 23,0 21,6 21,4
33,5 33,4 33,0 31,6 31,4
26,9 23,4 25,2 21,6 21,4
3,4 0,0 1,1 0,0 0,0
126 122 134 131 116
aanzuig 3 koelers dak indamper indamper via gevel ventilatoren naast koelunit 5* afblaas lucht blowerruimte uitstraling ZW-gevel toren 4
31,00 10,00 9,80 9,00 20,00
21,2 21,0 21,0 20,6 20,5
21,2 21,0 21,0 20,6 20,5
21,2 21,0 21,0 20,6 20,5
31,2 31,0 31,0 30,6 30,5
21,2 21,8 21,9 22,2 20,5
0,0 0,9 1,0 1,6 0,0
0,0 1,2 0,0 0,0 0,4
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:40:09
BLAD C2
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K231_B - Handelsweg FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 97 O-08 O-07 113 99
Omschrijving via de NW gevelbeplating halemissie ZO gevel laagbouw halemissie NO gevel laagbouw via de ZW-gevel van toren 3 koeltoren BAC, 50% op toeren 2
128 176 111 124 98
Hoogte 28,00 5,70 5,70 20,00 27,00
Dag 20,1 19,9 19,8 19,3 19,1
Avond 20,1 19,9 19,8 19,3 19,1
Nacht 20,1 19,9 19,8 19,3 19,1
Etmaal 30,1 29,9 29,8 29,3 29,1
Li 20,1 21,2 20,9 19,3 22,1
Cm 0,0 1,3 1,2 0,0 0,0
aanzuig in dak van indamper LBK/airco PSN001856U via de NW-gevel van toren 3 aanzuigrooster toren 3 toren 2:afblaas koellucht gedempt
30,00 2,50 29,00 32,00 24,60
18,5 18,3 17,8 16,8 16,8
18,5 18,3 17,8 16,8 16,8
18,5 18,3 17,8 16,8 16,8
28,5 28,3 27,8 26,8 26,8
18,5 21,7 17,8 16,8 16,8
0,0 3,4 0,0 0,0 0,0
135 96 175 O-14 O-13
aanzuig koellucht blowerruimte aanzuigrooster NW-gevel toren 1 6-4-2012 luchtbehandeling afzakruimte achterzijde afzuigfan 2 afzuigfan 1
9,50 23,60 2,50 5,00 5,00
16,7 16,6 16,2 16,1 16,1
16,7 16,6 16,2 16,1 16,1
16,7 16,6 16,2 16,1 16,1
26,7 26,6 26,2 26,1 26,1
18,0 16,6 19,4 17,5 17,5
1,4 0,0 3,2 1,4 1,4
119 22 23 174 24
uitlaat condensaat ventilator 2 koeltoren Baltimore ventilator 3 koeltoren Baltimore luchtbehandeling afzakruimte voorzijde watergeluid koeltoren Baltimore
24,00 0,20 0,20 2,50 0,20
14,7 17,2 17,1 13,8 16,8
14,7 15,9 15,8 13,8 15,5
14,7 14,1 14,1 13,8 13,7
24,7 24,1 24,1 23,8 23,7
14,7 22,1 22,0 17,0 21,7
0,0 4,0 4,0 3,2 4,0
161 130 138 O-12 O-11
personenauto's positie 1 luchtinlaat droger toren 2 6-4-2012 afblaas luchtdroger silicagel LBK afblaas (prog) halemissie ZW gevel hoogbouw
0,75 24,40 9,00 15,50 13,80
18,3 11,3 11,2 11,2 10,5
14,6 11,3 11,2 11,2 10,5
11,6 11,3 11,2 11,2 10,5
21,6 21,3 21,2 21,2 20,5
36,2 11,3 12,8 11,2 10,5
3,8 0,0 1,6 0,0 0,0
129 145 O-15 162 165
vent.roost.dak toren 2 vloer 3 vrachtauto's manoeuvreren pos 5 afzuigfan 3 personenauto's positie 2 personenauto's positie 5
22,90 1,50 15,00 0,75 0,50
10,4 14,5 10,1 16,4 16,2
10,4 13,2 10,1 12,7 12,5
10,4 10,2 10,1 9,7 9,5
20,4 20,2 20,1 19,7 19,5
10,4 32,0 10,1 34,2 34,1
0,0 3,8 0,0 3,7 3,8
177 173 140 M-04 3
stork air fan GOS reduceer zuidzijde vrachtauto's manoeuvreren pos 1 aanleveringen vloeibaar 2b (melk) gevel ketelhuis (RP)
1,00 2,50 1,50 1,50 3,00
9,2 8,8 17,3 17,0 7,4
9,2 8,8 11,1 11,0 7,4
9,2 8,8 8,1 8,0 7,4
19,2 18,8 18,1 18,0 17,4
13,0 11,5 38,8 50,8 10,8
3,7 2,7 3,7 3,7 3,4
163 152 108 25 21
personenauto's positie 3 vrachtauto's stationair op positie 2 gevelventilator west (NH3 ventilatie) aanzuig koeltoren Baltimore ventilator 1 koeltoren Baltimore
0,75 1,50 9,50 2,00 0,20
12,1 12,5 4,7 7,1 6,3
8,4 8,2 4,7 5,9 5,1
5,4 5,2 4,7 4,1 3,3
15,4 15,2 14,7 14,1 13,3
29,9 26,4 6,8 11,7 11,2
3,8 3,2 2,1 3,6 4,0
141 164 142 171 172
vrachtauto's manoeuvreren pos 2 personenauto's positie 4 vrachtauto's manoeuvreren pos 3 GOS reduceer noordzijde GOS reduceer oostzijde
1,50 0,75 1,50 2,50 2,50
12,2 9,0 10,7 1,5 1,2
6,0 5,3 4,5 1,5 1,2
3,0 2,3 1,5 1,5 1,2
13,0 12,3 11,5 11,5 11,2
33,7 26,8 32,2 4,2 3,9
3,7 3,7 3,8 2,7 2,7
121 O-06 O-05 O-04 O-02
rooster nieuw ketelhuis roerwerk tank 5 roerwerk tank 4 roerwerk tank 3 roerwerk tank 1
4,00 10,00 10,00 10,00 10,00
1,2 -1,0 -1,5 -1,5 -1,5
1,2 -1,0 -1,5 -1,5 -1,5
1,2 -1,0 -1,5 -1,5 -1,5
11,2 9,0 8,6 8,5 8,5
3,8 3,9 3,6 3,6 3,7
2,6 2,0 2,1 2,1 2,1
O-03
roerwerk tank 2
10,00
-1,5
-1,5
-1,5
8,5
3,6
2,1
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:40:09
BLAD C2
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K231_B - Handelsweg FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 139 151 O-01 95 84
Omschrijving vrachtauto's stationair op weegbrug vrachtauto's stationair op positie 1 deur pompenkamer uitlaat stoomketel uitbl.filter weegbunk (uit)
118 100 12 15 153
Hoogte 1,50 1,50 1,50 37,00 11,00
Dag 6,0 3,2 -7,9 -61,7 -65,1
Avond 0,0 -1,1 -7,9 -61,7 -65,1
Nacht -3,1 -4,1 -7,9 -61,7 -65,1
Etmaal 7,0 5,9 2,1 -51,7 -55,1
Li 24,5 17,8 -4,1 37,3 35,0
Cm 3,7 3,8 3,7 0,0 1,1
uitlaat blower spoellucht filt stoombypass indamper 1 deur hal oost heftruck vrachtauto's stationair op positie 3
31,00 18,00 2,70 1,50 1,50
-75,6 -84,0 23,3 45,0 24,8
-75,6 -84,0 ----
-75,6 -84,0 ----
-65,6 -74,0 23,3 45,0 24,8
23,4 15,3 23,6 48,1 38,2
0,0 0,4 0,3 0,0 2,6
154 155 201 202 203
vrachtauto's stationair op positie 4 vrachtauto's stationair op positie 5 Lmax transportact. pos 01 d/a/n Lmax transportact. pos 02 d/a/n Lmax transportact. pos 03 d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
14,6 11,1 ----
------
------
14,6 11,1 ----
36,5 31,0 50,5 41,9 37,5
2,1 3,1 3,7 3,7 3,8
204 205 206 207 208
Lmax transportact. pos 04 Lmax transportact. pos 05 Lmax transportact. pos 06 Lmax transportact. pos 07 Lmax transportact. pos 08
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
32,9 32,3 40,0 47,5 47,2
3,9 3,7 3,4 3,2 3,0
209 210 211 212 213
Lmax transportact. pos 09 Lmax transportact. pos 10 Lmax transportact. pos 11 Lmax transportact. pos 12 Lmax transportact. pos 13
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
50,6 50,3 64,6 48,4 64,6
2,6 1,9 0,6 1,7 0,7
214 215 216 217 218
Lmax transportact. pos 14 Lmax transportact. pos 15 Lmax transportact. pos 16 Lmax transportact. pos 17 Lmax transportact. pos 18
d/--/-d/--/-d/--/-d/-/d/-/-
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
67,0 69,7 64,8 53,5 46,3
0,0 0,0 0,4 2,6 2,8
219 220 221 222 231
Lmax transportact. pos 19 Lmax transportact. pos 20 Lmax transportact. pos 21 Lmax transportact. pos 22 Lmax parkeren pos. 1
d/a/n d/a/n d/--/-d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 0,75
------
------
------
------
53,4 39,6 45,1 64,4 35,2
2,6 2,7 3,1 0,4 3,8
232 233 234 241 242
Lmax parkeren pos. 2 d/a/n Lmax parkeren pos. 3 d/a/n Lmax parkeren pos. 4 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 01 d/-/Lmax overslagactiviteiten pos 02 d/--/--
0,75 0,75 0,75 1,00 1,00
------
------
------
------
33,8 40,6 39,5 46,2 48,8
3,6 3,8 3,7 3,3 3,8
243 244 245 246 247
Lmax overslagactiviteiten pos 03 Lmax overslagactiviteiten pos 04 Lmax overslagactiviteiten pos 05 Lmax overslagactiviteiten pos 06 Lmax overslagactiviteiten pos 07
1,00 1,00 1,00 1,00 1,00
------
------
------
------
50,2 53,1 72,8 59,8 40,3
3,0 2,2 0,0 2,7 3,9
248 249 M-01 M-02 M-03
Lmax overslagactiviteiten pos 08 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 09 d/a/n aanlevering ingredienten/verpakkingsmateriaal aanleveringen gepalletiseerd westhal aanleveringen vloeibaar 2a (oostzijde)
1,00 1,00 1,50 1,50 1,50
--21,9 6,8 30,6
------
------
--21,9 6,8 30,6
44,9 41,6 54,5 47,5 69,3
3,8 3,9 2,6 2,8 0,9
M-06
aanleveringen Maintenance
1,50
7,6
--
--
7,6
43,5
3,7
d/-/d/-/d/--/-d/-/d/a/n
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:40:09
BLAD C2
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron M-07 M-08
Resultatentabel 59.102-60 K231_B - Handelsweg FrieslandCampina Kievit Nee
Omschrijving afvaltransport afvoer houten pallets zuidhal
Hoogte 1,50 1,50
Dag 5,3 5,4
Avond ---
Nacht ---
Etmaal 5,3 5,4
Li 49,3 49,4
Cm 3,1 2,0
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:40:09
BLAD C3
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K232_B - Handhavingspunt 1 FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron K232_B 102 115 117 161 116
Omschrijving Handhavingspunt 1 aanzuigrooster toren 1 Anhydro via de ZO-gevel van toren 4 afblaas toren 4 13-11-2013 + 6-4-2012 personenauto's positie 1 uitstraling ZW-gevel toren 4
17 109 16 85 113
Hoogte 5,00 15,00 20,00 31,50 0,75 20,00
Dag 50,6 40,7 38,6 37,6 44,0 36,1
Avond 49,3 40,7 38,6 37,6 40,3 36,1
Nacht 48,6 40,7 38,6 37,6 37,3 36,1
Etmaal 58,6 50,7 48,6 47,6 47,3 46,1
Li 73,5 40,7 38,6 37,6 58,1 36,1
Cm
luchtgekoelde waterkoelmachine 2 afblaas toren 3 13-11-2013 luchtgekoelde waterkoelmachine 1 uitblaas toren 1 (anhydro) 6-4-2012 via de ZW-gevel van toren 3
11,50 31,50 11,50 35,00 20,00
33,8 33,5 33,3 33,3 33,3
33,8 33,5 33,3 33,3 33,3
33,8 33,5 33,3 33,3 33,3
43,8 43,5 43,3 43,3 43,3
35,5 33,5 34,9 33,3 33,3
0,8 0,0 0,6 0,0 0,0
162 132 125 133 176
personenauto's positie 2 afblaas droger proeftoren halventilatie in dak toren 4 koelunit op het dak kantoor LBK/airco PSN001856U
0,75 15,00 32,00 9,80 2,50
39,9 32,7 31,8 36,3 31,3
36,2 32,7 31,8 34,5 31,3
33,2 32,7 31,8 31,5 31,3
43,2 42,7 41,8 41,5 41,3
54,0 32,7 31,8 37,5 34,0
0,0 0,0 0,0 0,0 2,7
7 2 93 94 8
ventilatie kantoor halventilator hal zuid uitblaas silo ventilatie 7 uitblaas silo ventilatie 8 ventilatie kantoor
1,00 1,00 36,00 36,00 1,00
31,2 30,7 30,4 30,4 29,9
31,2 30,7 30,4 30,4 29,9
31,2 30,7 30,4 30,4 29,9
41,2 40,7 40,4 40,4 39,9
33,1 33,9 39,4 39,4 32,1
2,0 3,2 0,0 0,0 2,2
9 91 92 89 90
ventilatie kantoor uitblaas silo ventilatie 5 uitblaas silo ventilatie 6 uitblaas silo ventilatie 3 uitblaas silo ventilatie 4
1,00 36,00 36,00 36,00 36,00
29,0 28,9 28,5 28,5 28,5
29,0 28,9 28,5 28,5 28,5
29,0 28,9 28,5 28,5 28,5
39,0 38,9 38,5 38,5 38,5
31,4 37,9 37,5 37,5 37,5
2,4 0,0 0,0 0,0 0,0
163 86 134 164 145
personenauto's positie 3 vent. rooster anhydroruimte ventilatoren naast koelunit 5* personenauto's positie 4 vrachtauto's manoeuvreren pos 5
0,75 35,00 9,80 0,75 1,50
34,8 28,1 27,9 34,3 31,4
31,1 28,1 27,9 30,6 30,1
28,1 28,1 27,9 27,6 27,1
38,1 38,1 37,9 37,6 37,1
49,7 28,1 27,9 49,6 48,5
0,8 0,0 0,0 1,2 3,3
88 87 120 137 135
uitblaas silo ventilatie 2 uitblaas silo ventilatie 1 schoorsteen nieuw ketelhuis via koelunit MCC-ruimte aanzuig koellucht blowerruimte
36,00 36,00 33,00 10,00 9,50
26,8 26,8 26,6 26,2 25,8
26,8 26,8 26,6 26,2 25,8
26,8 26,8 26,6 26,2 25,8
36,8 36,8 36,6 36,2 35,8
35,8 35,8 26,6 29,2 27,1
0,0 0,0 0,0 1,7 1,3
83 110 108 127 165
atmosrooster n-o-gevel gedempt condensor K11 op dak toren 3 gevelventilator west (NH3 ventilatie) afblaas 3 koelers dak indamper personenauto's positie 5
9,00 31,50 9,50 35,00 0,50
24,1 23,9 23,6 23,4 29,7
24,1 23,9 23,6 23,4 26,0
24,1 23,9 23,6 23,4 23,0
34,1 33,9 33,6 33,4 33,0
25,7 23,9 24,8 23,4 46,4
1,7 0,0 1,2 0,0 2,6
174 99 M-04 97 101
luchtbehandeling afzakruimte voorzijde koeltoren BAC, 50% op toeren 2 aanleveringen vloeibaar 2b (melk) via de NW gevelbeplating toren 2: afblaas hoofdlucht 6-4-2012
2,50 27,00 1,50 28,00 23,60
23,0 22,4 31,4 22,4 22,3
23,0 22,4 25,4 22,4 22,3
23,0 22,4 22,4 22,4 22,3
33,0 32,4 32,4 32,4 32,3
26,0 25,4 63,9 22,4 22,3
3,0 0,0 2,5 0,0 0,0
O-12 114 136 175 24
LBK afblaas (prog) aanzuigrooster in dak toren 3 aanzuigrooster droger toren 4 luchtbehandeling afzakruimte achterzijde watergeluid koeltoren Baltimore
15,50 32,00 20,00 2,50 0,20
22,2 22,1 22,0 21,6 24,0
22,2 22,1 22,0 21,6 22,8
22,2 22,1 22,0 21,6 21,0
32,2 32,1 32,0 31,6 31,0
22,2 22,1 22,0 24,6 28,5
0,0 0,0 0,0 3,0 3,5
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:41:32
BLAD C3
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K232_B - Handhavingspunt 1 FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 124 148 M-05 141 O-10
Omschrijving aanzuigrooster toren 3 vrachtauto's manoeuvreren pos 8 aanleveringen vloeibaar 2c (losssing N-zijde) vrachtauto's manoeuvreren pos 2 halemissie ZO gevel hoogbouw
25 142 M-09 128 144
Hoogte 32,00 1,50 1,50 1,50 13,00
Dag 20,8 25,0 26,7 28,4 19,1
Avond 20,8 23,7 23,7 22,2 19,1
Nacht 20,8 20,7 20,6 19,2 19,1
Etmaal 30,8 30,7 30,6 29,2 29,1
Li 20,8 42,2 62,5 49,2 19,7
Cm 0,0 3,4 2,7 3,1 0,6
aanzuig koeltoren Baltimore vrachtauto's manoeuvreren pos 3 afvoer eindproduct aanzuig in dak van indamper vrachtauto's manoeuvreren pos 4
2,00 1,50 1,50 30,00 1,50
21,9 27,9 21,1 17,8 21,8
20,7 21,7 19,8 17,8 20,5
18,9 18,7 18,6 17,8 17,5
28,9 28,7 28,6 27,8 27,5
25,9 48,9 56,4 17,8 39,1
3,0 3,2 3,4 0,0 3,5
96 151 O-15 177 140
aanzuigrooster NW-gevel toren 1 6-4-2012 vrachtauto's stationair op positie 1 afzuigfan 3 stork air fan vrachtauto's manoeuvreren pos 1
23,60 1,50 15,00 1,00 1,50
17,0 24,2 16,7 16,5 25,6
17,0 19,9 16,7 16,5 19,4
17,0 16,9 16,7 16,5 16,4
27,0 26,9 26,7 26,5 26,4
17,0 38,4 16,7 19,6 46,3
0,0 3,4 0,0 3,0 2,9
O-04 22 23 21 O-08
roerwerk tank 3 ventilator 2 koeltoren Baltimore ventilator 3 koeltoren Baltimore ventilator 1 koeltoren Baltimore halemissie ZO gevel laagbouw
10,00 0,20 0,20 0,20 5,70
16,3 19,2 19,2 19,2 16,1
16,3 17,9 17,9 17,9 16,1
16,3 16,2 16,2 16,2 16,1
26,3 26,2 26,2 26,2 26,1
20,8 23,7 23,7 23,7 18,3
1,4 3,6 3,6 3,6 2,3
6 O-02 O-05 123 126
via waterzuivering deur (RP) roerwerk tank 1 roerwerk tank 4 via de NO-gevel van toren 4 aanzuig 3 koelers dak indamper
2,50 10,00 10,00 20,00 31,00
16,0 16,0 15,8 15,8 15,8
16,0 16,0 15,8 15,8 15,8
16,0 16,0 15,8 15,8 15,8
26,0 26,0 25,8 25,8 25,8
19,2 20,3 20,2 15,8 15,8
3,2 1,4 1,3 0,0 0,0
111 147 131 O-11 139
via de NW-gevel van toren 3 vrachtauto's manoeuvreren pos 7 afblaas lucht blowerruimte halemissie ZW gevel hoogbouw vrachtauto's stationair op weegbrug
29,00 1,50 9,00 13,80 1,50
15,7 19,8 15,4 15,3 24,3
15,7 18,6 15,4 15,3 18,2
15,7 15,6 15,4 15,3 15,2
25,7 25,6 25,4 25,3 25,2
15,7 37,3 17,0 15,6 41,6
0,0 3,6 1,6 0,3 2,6
3 98 O-03 152 112
gevel ketelhuis (RP) toren 2:afblaas koellucht gedempt roerwerk tank 2 vrachtauto's stationair op positie 2 via de NO-gevel van toren 3
3,00 24,60 10,00 1,50 20,00
14,9 13,6 13,2 18,6 11,1
14,9 13,6 13,2 14,4 11,1
14,9 13,6 13,2 11,4 11,1
24,9 23,6 23,2 21,4 21,1
17,8 13,6 17,6 32,4 11,1
2,9 0,0 1,4 2,9 0,0
119 1 130 138 O-09
uitlaat condensaat via rooster luchtinlaat droger toren 2 6-4-2012 afblaas luchtdroger silicagel halemissie NO gevel hoogbouw
24,00 4,50 24,40 9,00 11,00
10,3 9,2 9,1 8,8 8,4
10,3 9,2 9,1 8,8 8,4
10,3 9,2 9,1 8,8 8,4
20,3 19,2 19,1 18,8 18,4
10,3 12,0 9,1 10,5 9,6
0,0 2,8 0,0 1,7 1,3
146 4 129 O-07 122
vrachtauto's manoeuvreren pos 6 trafo' 3x + schakelruimte (GU) vent.roost.dak toren 2 vloer 3 halemissie NO gevel laagbouw indamper via gevel
1,50 3,00 22,90 5,70 10,00
12,6 8,0 6,9 5,2 2,2
11,3 8,0 6,9 5,2 2,2
8,3 8,0 6,9 5,2 2,2
18,3 18,0 16,9 15,2 12,2
30,1 11,2 6,9 7,6 4,1
3,7 3,2 0,0 2,4 1,9
O-06 11 121 O-14 O-13
roerwerk tank 5 airco (GU) rooster nieuw ketelhuis afzuigfan 2 afzuigfan 1
10,00 5,00 4,00 5,00 5,00
1,5 1,4 -0,6 -1,4 -1,5
1,5 1,4 -0,6 -1,4 -1,5
1,5 1,4 -0,6 -1,4 -1,5
11,5 11,4 9,4 8,7 8,5
6,0 4,1 2,5 1,3 1,1
1,4 2,7 3,2 2,6 2,6
O-01
deur pompenkamer
1,50
-1,6
-1,6
-1,6
8,4
1,9
3,5
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:41:32
BLAD C3
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K232_B - Handhavingspunt 1 FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 173 171 172 95 84
Omschrijving GOS reduceer zuidzijde GOS reduceer noordzijde GOS reduceer oostzijde uitlaat stoomketel uitbl.filter weegbunk (uit)
118 100 12 15 153
Hoogte 2,50 2,50 2,50 37,00 11,00
Dag -9,4 -12,0 -13,9 -58,6 -67,3
Avond -9,4 -12,0 -13,9 -58,6 -67,3
Nacht -9,4 -12,0 -13,9 -58,6 -67,3
Etmaal 0,6 -2,0 -3,9 -48,6 -57,3
Li -5,8 -8,4 -10,2 40,4 32,9
Cm 3,6 3,6 3,6 0,0 1,2
uitlaat blower spoellucht filt stoombypass indamper 1 deur hal oost heftruck vrachtauto's stationair op positie 3
31,00 18,00 2,70 1,50 1,50
-73,6 -80,8 21,2 14,6 29,8
-73,6 -80,8 ----
-73,6 -80,8 ----
-63,6 -70,8 21,2 14,6 29,8
25,4 18,2 24,5 21,2 43,2
0,0 0,0 3,3 3,6 2,6
154 155 201 202 203
vrachtauto's stationair op positie 4 vrachtauto's stationair op positie 5 Lmax transportact. pos 01 d/a/n Lmax transportact. pos 02 d/a/n Lmax transportact. pos 03 d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
18,6 14,9 ----
------
------
18,6 14,9 ----
41,5 34,4 60,1 55,7 54,2
3,1 2,7 1,9 2,8 3,1
204 205 206 207 208
Lmax transportact. pos 04 Lmax transportact. pos 05 Lmax transportact. pos 06 Lmax transportact. pos 07 Lmax transportact. pos 08
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
52,8 38,5 38,7 36,7 35,9
3,4 3,5 3,6 3,7 3,8
209 210 211 212 213
Lmax transportact. pos 09 Lmax transportact. pos 10 Lmax transportact. pos 11 Lmax transportact. pos 12 Lmax transportact. pos 13
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
38,7 47,7 39,3 55,4 41,8
3,7 3,5 3,3 3,2 3,5
214 215 216 217 218
Lmax transportact. pos 14 Lmax transportact. pos 15 Lmax transportact. pos 16 Lmax transportact. pos 17 Lmax transportact. pos 18
d/--/-d/--/-d/--/-d/-/d/-/-
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
45,9 43,0 40,4 58,2 47,4
3,7 3,7 3,4 2,6 2,2
219 220 221 222 231
Lmax transportact. pos 19 Lmax transportact. pos 20 Lmax transportact. pos 21 Lmax transportact. pos 22 Lmax parkeren pos. 1
d/a/n d/a/n d/--/-d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 0,75
------
------
------
------
48,2 49,5 48,7 41,6 53,6
3,4 3,0 2,6 3,8 1,4
232 233 234 241 242
Lmax parkeren pos. 2 d/a/n Lmax parkeren pos. 3 d/a/n Lmax parkeren pos. 4 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 01 d/-/Lmax overslagactiviteiten pos 02 d/--/--
0,75 0,75 0,75 1,00 1,00
------
------
------
------
52,3 65,7 57,2 51,2 49,5
2,0 0,0 0,0 3,1 3,1
243 244 245 246 247
Lmax overslagactiviteiten pos 03 Lmax overslagactiviteiten pos 04 Lmax overslagactiviteiten pos 05 Lmax overslagactiviteiten pos 06 Lmax overslagactiviteiten pos 07
1,00 1,00 1,00 1,00 1,00
------
------
------
------
51,6 61,7 47,1 62,0 47,2
2,4 3,2 3,7 2,8 3,6
248 249 M-01 M-02 M-03
Lmax overslagactiviteiten pos 08 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 09 d/a/n aanlevering ingredienten/verpakkingsmateriaal aanleveringen gepalletiseerd westhal aanleveringen vloeibaar 2a (oostzijde)
1,00 1,00 1,50 1,50 1,50
--25,7 9,0 15,1
------
------
--25,7 9,0 15,1
61,0 60,4 58,3 49,2 56,4
3,2 3,3 2,6 2,3 3,4
M-06
aanleveringen Maintenance
1,50
20,7
--
--
20,7
55,9
3,0
d/-/d/-/d/--/-d/-/d/a/n
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:41:32
BLAD C3
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron M-07 M-08
Resultatentabel 59.102-60 K232_B - Handhavingspunt 1 FrieslandCampina Kievit Nee
Omschrijving afvaltransport afvoer houten pallets zuidhal
Hoogte 1,50 1,50
Dag 9,2 11,4
Avond ---
Nacht ---
Etmaal 9,2 11,4
Li 52,9 56,4
Cm 2,8 3,1
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:41:32
BLAD C4
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K233_B - Handhavingspunt 2 FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron K233_B 102 115 116 132 176
Omschrijving Handhavingspunt 2 aanzuigrooster toren 1 Anhydro via de ZO-gevel van toren 4 uitstraling ZW-gevel toren 4 afblaas droger proeftoren LBK/airco PSN001856U
117 83 113 16 85
Hoogte 5,00 15,00 20,00 20,00 15,00 2,50
Dag 52,0 44,6 39,5 37,8 37,3 37,2
Avond 50,8 44,6 39,5 37,8 37,3 37,2
Nacht 50,4 44,6 39,5 37,8 37,3 37,2
Etmaal 60,4 54,6 49,5 47,8 47,3 47,2
Li 77,7 44,6 39,5 37,8 37,3 38,0
Cm
afblaas toren 4 13-11-2013 + 6-4-2012 atmosrooster n-o-gevel gedempt via de ZW-gevel van toren 3 luchtgekoelde waterkoelmachine 1 uitblaas toren 1 (anhydro) 6-4-2012
31,50 9,00 20,00 11,50 35,00
36,6 35,0 34,4 34,2 34,2
36,6 35,0 34,4 34,2 34,2
36,6 35,0 34,4 34,2 34,2
46,6 45,0 44,4 44,2 44,2
36,6 35,3 34,4 35,2 34,2
0,0 0,4 0,0 0,0 0,0
120 M-04 93 94 109
schoorsteen nieuw ketelhuis aanleveringen vloeibaar 2b (melk) uitblaas silo ventilatie 7 uitblaas silo ventilatie 8 afblaas toren 3 13-11-2013
33,00 1,50 36,00 36,00 31,50
34,1 41,9 32,8 32,6 31,9
34,1 35,8 32,8 32,6 31,9
34,1 32,8 32,8 32,6 31,9
44,1 42,8 42,8 42,6 41,9
34,1 72,1 41,8 41,6 31,9
0,0 0,2 0,0 0,0 0,0
17 125 137 7 99
luchtgekoelde waterkoelmachine 2 halventilatie in dak toren 4 via koelunit MCC-ruimte ventilatie kantoor koeltoren BAC, 50% op toeren 2
11,50 32,00 10,00 1,00 27,00
31,6 31,4 31,3 30,8 30,5
31,6 31,4 31,3 30,8 30,5
31,6 31,4 31,3 30,8 30,5
41,6 41,4 41,3 40,8 40,5
32,8 31,4 33,3 32,8 33,5
0,2 0,0 0,8 2,0 0,0
140 145 175 M-05 165
vrachtauto's manoeuvreren pos 1 vrachtauto's manoeuvreren pos 5 luchtbehandeling afzakruimte achterzijde aanleveringen vloeibaar 2c (losssing N-zijde) personenauto's positie 5
1,50 1,50 2,50 1,50 0,50
39,3 34,4 29,9 35,9 36,4
33,1 33,1 29,9 32,8 32,7
30,1 30,1 29,9 29,8 29,7
40,1 40,1 39,9 39,8 39,7
57,8 50,1 32,0 69,1 50,5
0,7 1,9 2,1 0,2 0,0
8 163 101 24 9
ventilatie kantoor personenauto's positie 3 toren 2: afblaas hoofdlucht 6-4-2012 watergeluid koeltoren Baltimore ventilatie kantoor
1,00 0,75 23,60 0,20 1,00
29,4 36,0 29,1 31,9 28,3
29,4 32,3 29,1 30,6 28,3
29,4 29,3 29,1 28,9 28,3
39,4 39,3 39,1 38,9 38,3
31,7 50,1 29,1 35,2 30,9
2,3 0,0 0,0 2,4 2,6
135 2 25 139 131
aanzuig koellucht blowerruimte halventilator hal zuid aanzuig koeltoren Baltimore vrachtauto's stationair op weegbrug afblaas lucht blowerruimte
9,50 1,00 2,00 1,50 9,00
28,1 27,7 30,7 36,7 27,5
28,1 27,7 29,4 30,7 27,5
28,1 27,7 27,7 27,6 27,5
38,1 37,7 37,7 37,6 37,5
28,1 31,0 33,0 51,5 27,8
0,0 3,3 1,4 0,0 0,3
177 164 127 174 O-02
stork air fan personenauto's positie 4 afblaas 3 koelers dak indamper luchtbehandeling afzakruimte voorzijde roerwerk tank 1
1,00 0,75 35,00 2,50 10,00
27,2 33,6 26,9 26,8 26,8
27,2 29,9 26,9 26,8 26,8
27,2 26,9 26,9 26,8 26,8
37,2 36,9 36,9 36,8 36,8
28,5 48,8 26,9 28,9 29,8
1,3 1,1 0,0 2,0 0,0
119 141 86 97 98
uitlaat condensaat vrachtauto's manoeuvreren pos 2 vent. rooster anhydroruimte via de NW gevelbeplating toren 2:afblaas koellucht gedempt
24,00 1,50 35,00 28,00 24,60
26,8 35,9 26,5 25,9 25,7
26,8 29,7 26,5 25,9 25,7
26,8 26,7 26,5 25,9 25,7
36,8 36,7 36,5 35,9 35,7
26,8 54,8 26,5 25,9 25,7
0,0 1,2 0,0 0,0 0,0
108 91 133 142 90
gevelventilator west (NH3 ventilatie) uitblaas silo ventilatie 5 koelunit op het dak kantoor vrachtauto's manoeuvreren pos 3 uitblaas silo ventilatie 4
9,50 36,00 9,80 1,50 36,00
25,6 25,4 29,9 34,0 24,6
25,6 25,4 28,1 27,8 24,6
25,6 25,4 25,1 24,8 24,6
35,6 35,4 35,1 34,8 34,6
25,6 34,4 31,1 53,3 33,6
0,0 0,0 0,0 1,6 0,0
0,0 0,0 0,0 0,0 0,8
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:42:52
BLAD C4
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K233_B - Handhavingspunt 2 FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 128 O-04 92 89 23
Omschrijving aanzuig in dak van indamper roerwerk tank 3 uitblaas silo ventilatie 6 uitblaas silo ventilatie 3 ventilator 3 koeltoren Baltimore
Hoogte 30,00 10,00 36,00 36,00 0,20
Dag 24,5 24,2 23,7 23,6 26,6
Avond 24,5 24,2 23,7 23,6 25,3
Nacht 24,5 24,2 23,7 23,6 23,6
Etmaal 34,5 34,2 33,7 33,6 33,6
Li 24,5 27,2 32,7 32,6 29,9
Cm 0,0 0,0 0,0 0,0 2,4
O-05 22 O-03 21 124
roerwerk tank 4 ventilator 2 koeltoren Baltimore roerwerk tank 2 ventilator 1 koeltoren Baltimore aanzuigrooster toren 3
10,00 0,20 10,00 0,20 32,00
23,6 26,5 23,5 26,5 22,7
23,6 25,3 23,5 25,2 22,7
23,6 23,5 23,5 23,5 22,7
33,6 33,5 33,5 33,5 32,7
26,6 29,9 26,5 29,9 22,7
0,0 2,4 0,0 2,4 0,0
136 161 96 162 134
aanzuigrooster droger toren 4 personenauto's positie 1 aanzuigrooster NW-gevel toren 1 6-4-2012 personenauto's positie 2 ventilatoren naast koelunit 5*
20,00 0,75 23,60 0,75 9,80
22,3 29,0 22,3 28,4 21,5
22,3 25,3 22,3 24,7 21,5
22,3 22,3 22,3 21,7 21,5
32,3 32,3 32,3 31,7 31,5
22,3 45,2 22,3 44,9 21,5
0,0 2,1 0,0 2,4 0,0
110 138 O-10 3 87
condensor K11 op dak toren 3 afblaas luchtdroger silicagel halemissie ZO gevel hoogbouw gevel ketelhuis (RP) uitblaas silo ventilatie 1
31,50 9,00 13,00 3,00 36,00
21,5 21,4 21,4 21,3 21,2
21,5 21,4 21,4 21,3 21,2
21,5 21,4 21,4 21,3 21,2
31,5 31,4 31,4 31,3 31,2
21,5 21,8 21,4 22,5 30,2
0,0 0,4 0,0 1,2 0,0
88 129 O-12 114 126
uitblaas silo ventilatie 2 vent.roost.dak toren 2 vloer 3 LBK afblaas (prog) aanzuigrooster in dak toren 3 aanzuig 3 koelers dak indamper
36,00 22,90 15,50 32,00 31,00
21,2 20,1 20,0 18,7 18,7
21,2 20,1 20,0 18,7 18,7
21,2 20,1 20,0 18,7 18,7
31,2 30,1 30,0 28,7 28,7
30,2 20,1 20,0 18,7 18,7
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
111 O-08 6 O-11 130
via de NW-gevel van toren 3 halemissie ZO gevel laagbouw via waterzuivering deur (RP) halemissie ZW gevel hoogbouw luchtinlaat droger toren 2 6-4-2012
29,00 5,70 2,50 13,80 24,40
18,4 18,0 18,0 17,7 17,5
18,4 18,0 18,0 17,7 17,5
18,4 18,0 18,0 17,7 17,5
28,4 28,0 28,0 27,7 27,5
18,4 19,9 21,1 17,7 17,5
0,0 1,8 3,1 0,0 0,0
O-15 151 144 M-09 147
afzuigfan 3 vrachtauto's stationair op positie 1 vrachtauto's manoeuvreren pos 4 afvoer eindproduct vrachtauto's manoeuvreren pos 7
15,00 1,50 1,50 1,50 1,50
16,5 22,8 18,8 16,5 17,8
16,5 18,6 17,6 15,3 16,5
16,5 15,6 14,6 14,0 13,5
26,5 25,6 24,6 24,0 23,5
16,5 35,9 36,0 52,0 35,0
0,0 2,3 3,4 3,5 3,4
123 4 152 112 148
via de NO-gevel van toren 4 trafo' 3x + schakelruimte (GU) vrachtauto's stationair op positie 2 via de NO-gevel van toren 3 vrachtauto's manoeuvreren pos 8
20,00 3,00 1,50 20,00 1,50
13,0 12,3 19,3 11,9 16,2
13,0 12,3 15,0 11,9 14,9
13,0 12,3 12,0 11,9 11,9
23,0 22,3 22,0 21,9 21,9
13,0 15,2 32,4 11,9 33,3
0,0 2,9 2,4 0,0 3,3
146 1 O-06 122 O-09
vrachtauto's manoeuvreren pos 6 via rooster roerwerk tank 5 indamper via gevel halemissie NO gevel hoogbouw
1,50 4,50 10,00 10,00 11,00
14,4 8,7 8,4 6,5 3,9
13,1 8,7 8,4 6,5 3,9
10,1 8,7 8,4 6,5 3,9
20,1 18,7 18,4 16,5 13,9
31,7 11,1 11,4 7,6 4,6
3,5 2,5 0,0 1,1 0,7
11 121 O-07 O-01 O-13
airco (GU) rooster nieuw ketelhuis halemissie NO gevel laagbouw deur pompenkamer afzuigfan 1
5,00 4,00 5,70 1,50 5,00
3,1 0,6 0,3 -3,6 -5,3
3,1 0,6 0,3 -3,6 -5,3
3,1 0,6 0,3 -3,6 -5,3
13,1 10,6 10,3 6,5 4,7
5,4 3,3 2,3 -1,1 -3,1
2,3 2,7 2,1 2,5 2,3
O-14
afzuigfan 2
5,00
-5,3
-5,3
-5,3
4,7
-3,1
2,3
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:42:52
BLAD C4
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K233_B - Handhavingspunt 2 FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 173 171 172 84 95
Omschrijving GOS reduceer zuidzijde GOS reduceer noordzijde GOS reduceer oostzijde uitbl.filter weegbunk (uit) uitlaat stoomketel
118 100 12 15 153
Hoogte 2,50 2,50 2,50 11,00 37,00
Dag -10,9 -11,4 -15,2 -53,4 -54,2
Avond -10,9 -11,4 -15,2 -53,4 -54,2
Nacht -10,9 -11,4 -15,2 -53,4 -54,2
Etmaal -0,9 -1,4 -5,2 -43,4 -44,2
Li -7,5 -8,1 -11,8 45,6 44,8
Cm 3,4 3,4 3,4 0,0 0,0
uitlaat blower spoellucht filt stoombypass indamper 1 deur hal oost heftruck vrachtauto's stationair op positie 3
31,00 18,00 2,70 1,50 1,50
-71,2 -73,6 16,7 14,8 14,3
-71,2 -73,6 ----
-71,2 -73,6 ----
-61,2 -63,6 16,7 14,8 14,3
27,8 25,4 19,9 21,5 28,5
0,0 0,0 3,3 3,7 3,4
154 155 201 202 203
vrachtauto's stationair op positie 4 vrachtauto's stationair op positie 5 Lmax transportact. pos 01 d/a/n Lmax transportact. pos 02 d/a/n Lmax transportact. pos 03 d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
10,8 24,4 ----
------
------
10,8 24,4 ----
34,2 43,6 66,6 65,3 58,2
3,6 2,3 0,0 0,0 1,2
204 205 206 207 208
Lmax transportact. pos 04 Lmax transportact. pos 05 Lmax transportact. pos 06 Lmax transportact. pos 07 Lmax transportact. pos 08
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
49,3 45,5 35,0 38,5 34,8
2,2 2,6 3,2 3,5 3,6
209 210 211 212 213
Lmax transportact. pos 09 Lmax transportact. pos 10 Lmax transportact. pos 11 Lmax transportact. pos 12 Lmax transportact. pos 13
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
35,9 41,6 36,8 49,2 39,5
3,5 3,5 3,5 3,6 3,5
214 215 216 217 218
Lmax transportact. pos 14 Lmax transportact. pos 15 Lmax transportact. pos 16 Lmax transportact. pos 17 Lmax transportact. pos 18
d/--/-d/--/-d/--/-d/-/d/-/-
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
42,8 43,7 38,9 43,1 45,1
3,8 3,8 3,5 3,4 2,7
219 220 221 222 231
Lmax transportact. pos 19 Lmax transportact. pos 20 Lmax transportact. pos 21 Lmax transportact. pos 22 Lmax parkeren pos. 1
d/a/n d/a/n d/--/-d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 0,75
------
------
------
------
34,3 59,1 59,2 41,7 55,7
3,2 2,8 2,3 3,8 0,0
232 233 234 241 242
Lmax parkeren pos. 2 d/a/n Lmax parkeren pos. 3 d/a/n Lmax parkeren pos. 4 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 01 d/-/Lmax overslagactiviteiten pos 02 d/--/--
0,75 0,75 0,75 1,00 1,00
------
------
------
------
51,3 49,3 49,7 52,0 69,5
1,3 2,4 2,7 2,6 1,4
243 244 245 246 247
Lmax overslagactiviteiten pos 03 Lmax overslagactiviteiten pos 04 Lmax overslagactiviteiten pos 05 Lmax overslagactiviteiten pos 06 Lmax overslagactiviteiten pos 07
1,00 1,00 1,00 1,00 1,00
------
------
------
------
49,4 55,4 45,4 52,9 48,8
2,9 3,7 3,7 3,4 2,6
248 249 M-01 M-02 M-03
Lmax overslagactiviteiten pos 08 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 09 d/a/n aanlevering ingredienten/verpakkingsmateriaal aanleveringen gepalletiseerd westhal aanleveringen vloeibaar 2a (oostzijde)
1,00 1,00 1,50 1,50 1,50
--15,6 5,7 10,1
------
------
--15,6 5,7 10,1
66,6 64,6 49,0 46,4 51,5
1,3 1,8 3,3 2,8 3,5
M-06
aanleveringen Maintenance
1,50
31,5
--
--
31,5
64,4
0,7
d/-/d/-/d/--/-d/-/d/a/n
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:42:52
BLAD C4
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron M-07 M-08
Resultatentabel 59.102-60 K233_B - Handhavingspunt 2 FrieslandCampina Kievit Nee
Omschrijving afvaltransport afvoer houten pallets zuidhal
Hoogte 1,50 1,50
Dag 17,0 3,9
Avond ---
Nacht ---
Etmaal 17,0 3,9
Li 60,2 49,4
Cm 2,4 3,5
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:42:52
BLAD C5
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K13_B - Westeinde FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron K13_B 109 97 117 99 101
Omschrijving Westeinde afblaas toren 3 13-11-2013 via de NW gevelbeplating afblaas toren 4 13-11-2013 + 6-4-2012 koeltoren BAC, 50% op toeren 2 toren 2: afblaas hoofdlucht 6-4-2012
85 120 147 86 17
Hoogte 5,00 31,50 28,00 31,50 27,00 23,60
Dag 35,7 28,0 24,6 24,4 23,7 22,5
Avond 35,4 28,0 24,6 24,4 23,7 22,5
Nacht 35,2 28,0 24,6 24,4 23,7 22,5
Etmaal 45,2 38,0 34,6 34,4 33,7 32,5
Li 60,3 30,1 27,3 26,6 29,5 25,5
Cm
uitblaas toren 1 (anhydro) 6-4-2012 schoorsteen nieuw ketelhuis vrachtauto's manoeuvreren pos 7 vent. rooster anhydroruimte luchtgekoelde waterkoelmachine 2
35,00 33,00 1,50 35,00 11,50
21,7 20,7 23,7 19,0 18,3
21,7 20,7 22,5 19,0 18,3
21,7 20,7 19,4 19,0 18,3
31,7 30,7 29,4 29,0 28,3
23,9 22,7 42,0 21,2 23,1
2,2 2,0 4,5 2,2 3,7
16 110 115 4 1
luchtgekoelde waterkoelmachine 1 condensor K11 op dak toren 3 via de ZO-gevel van toren 4 trafo' 3x + schakelruimte (GU) via rooster
11,50 31,50 20,00 3,00 4,50
17,6 17,3 16,4 16,3 16,2
17,6 17,3 16,4 16,3 16,2
17,6 17,3 16,4 16,3 16,2
27,6 27,3 26,4 26,3 26,2
22,3 19,5 19,5 20,6 20,5
3,7 2,2 3,1 4,4 4,3
88 90 89 94 91
uitblaas silo ventilatie 2 uitblaas silo ventilatie 4 uitblaas silo ventilatie 3 uitblaas silo ventilatie 8 uitblaas silo ventilatie 5
36,00 36,00 36,00 36,00 36,00
16,2 16,1 16,1 16,1 16,1
16,2 16,1 16,1 16,1 16,1
16,2 16,1 16,1 16,1 16,1
26,2 26,1 26,1 26,1 26,1
27,2 27,1 27,1 27,1 27,1
2,0 2,0 2,0 2,0 2,0
93 2 87 125 92
uitblaas silo ventilatie 7 halventilator hal zuid uitblaas silo ventilatie 1 halventilatie in dak toren 4 uitblaas silo ventilatie 6
36,00 1,00 36,00 32,00 36,00
16,1 16,0 16,0 16,0 15,8
16,1 16,0 16,0 16,0 15,8
16,1 16,0 16,0 16,0 15,8
26,1 26,0 26,0 26,0 25,8
27,1 20,6 27,0 18,2 26,8
2,0 4,5 2,0 2,2 2,0
111 96 112 123 128
via de NW-gevel van toren 3 aanzuigrooster NW-gevel toren 1 6-4-2012 via de NO-gevel van toren 3 via de NO-gevel van toren 4 aanzuig in dak van indamper
29,00 23,60 20,00 20,00 30,00
15,5 15,5 15,0 14,9 14,6
15,5 15,5 15,0 14,9 14,6
15,5 15,5 15,0 14,9 14,6
25,5 25,5 25,0 24,9 24,6
17,9 18,4 18,0 18,0 16,9
2,4 3,0 3,0 3,0 2,3
137 98 146 127 M-09
via koelunit MCC-ruimte toren 2:afblaas koellucht gedempt vrachtauto's manoeuvreren pos 6 afblaas 3 koelers dak indamper afvoer eindproduct
10,00 24,60 1,50 35,00 1,50
14,5 14,5 18,0 13,7 15,7
14,5 14,5 16,8 13,7 14,4
14,5 14,5 13,8 13,7 13,2
24,5 24,5 23,8 23,7 23,2
19,6 17,3 36,3 15,5 52,0
3,9 2,9 4,5 1,9 4,5
119 130 114 9 8
uitlaat condensaat luchtinlaat droger toren 2 6-4-2012 aanzuigrooster in dak toren 3 ventilatie kantoor ventilatie kantoor
24,00 24,40 32,00 1,00 1,00
12,5 11,8 11,6 11,6 11,4
12,5 11,8 11,6 11,6 11,4
12,5 11,8 11,6 11,6 11,4
22,5 21,8 21,6 21,6 21,4
15,4 14,7 13,7 16,1 16,0
2,9 2,9 2,1 4,6 4,6
7 148 133 11 126
ventilatie kantoor vrachtauto's manoeuvreren pos 8 koelunit op het dak kantoor airco (GU) aanzuig 3 koelers dak indamper
1,00 1,50 9,80 5,00 31,00
11,3 15,5 16,0 11,2 10,9
11,3 14,3 14,2 11,2 10,9
11,3 11,2 11,2 11,2 10,9
21,3 21,2 21,2 21,2 20,9
15,9 33,8 21,1 15,4 13,1
4,6 4,5 4,0 4,2 2,2
102 6 83 113 144
aanzuigrooster toren 1 Anhydro via waterzuivering deur (RP) atmosrooster n-o-gevel gedempt via de ZW-gevel van toren 3 vrachtauto's manoeuvreren pos 4
15,00 2,50 9,00 20,00 1,50
10,5 10,1 10,1 10,0 13,8
10,5 10,1 10,1 10,0 12,6
10,5 10,1 10,1 10,0 9,5
20,5 20,1 20,1 20,0 19,5
14,1 14,5 14,0 13,1 32,1
3,6 4,4 4,0 3,1 4,5
2,1 2,7 2,2 2,8 3,0
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:44:22
BLAD C5
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K13_B - Westeinde FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron M-05 129 124 O-09 122
Omschrijving aanleveringen vloeibaar 2c (losssing N-zijde) vent.roost.dak toren 2 vloer 3 aanzuigrooster toren 3 halemissie NO gevel hoogbouw indamper via gevel
O-10 O-06 176 131 136
Hoogte 1,50 22,90 32,00 11,00 10,00
Dag 14,6 7,3 6,6 6,1 5,7
Avond 11,6 7,3 6,6 6,1 5,7
Nacht 8,6 7,3 6,6 6,1 5,7
Etmaal 18,6 17,3 16,6 16,1 15,7
Li 52,2 10,3 8,8 9,9 9,5
Cm 4,5 3,0 2,2 3,7 3,8
halemissie ZO gevel hoogbouw roerwerk tank 5 LBK/airco PSN001856U afblaas lucht blowerruimte aanzuigrooster droger toren 4
13,00 10,00 2,50 9,00 20,00
5,1 3,8 3,5 3,5 2,9
5,1 3,8 3,5 3,5 2,9
5,1 3,8 3,5 3,5 2,9
15,1 13,8 13,5 13,5 12,9
8,7 10,8 8,0 7,5 6,0
3,6 4,0 4,5 4,0 3,1
O-07 161 116 132 134
halemissie NO gevel laagbouw personenauto's positie 1 uitstraling ZW-gevel toren 4 afblaas droger proeftoren ventilatoren naast koelunit 5*
5,70 0,75 20,00 15,00 9,80
2,8 9,0 2,1 1,3 -0,5
2,8 5,3 2,1 1,3 -0,5
2,8 2,3 2,1 1,3 -0,5
12,8 12,3 12,1 11,3 9,5
7,0 27,8 5,2 4,9 3,4
4,2 4,6 3,1 3,6 3,9
162 3 177 175 152
personenauto's positie 2 gevel ketelhuis (RP) stork air fan luchtbehandeling afzakruimte achterzijde vrachtauto's stationair op positie 2
0,75 3,00 1,00 2,50 1,50
6,0 -0,9 -2,2 -2,8 4,2
2,3 -0,9 -2,2 -2,8 0,0
-0,7 -0,9 -2,2 -2,8 -3,1
9,3 9,1 7,8 7,2 7,0
24,8 3,5 2,4 1,7 19,5
4,6 4,5 4,6 4,5 4,5
O-14 O-13 145 151 24
afzuigfan 2 afzuigfan 1 vrachtauto's manoeuvreren pos 5 vrachtauto's stationair op positie 1 watergeluid koeltoren Baltimore
5,00 5,00 1,50 1,50 0,20
-3,1 -3,3 0,4 3,0 -1,3
-3,1 -3,3 -0,9 -1,2 -2,6
-3,1 -3,3 -3,9 -4,2 -4,3
6,9 6,7 6,1 5,8 5,7
1,1 1,0 18,8 18,4 4,3
4,2 4,2 4,6 4,6 4,7
M-04 O-08 138 O-11 140
aanleveringen vloeibaar 2b (melk) halemissie ZO gevel laagbouw afblaas luchtdroger silicagel halemissie ZW gevel hoogbouw vrachtauto's manoeuvreren pos 1
1,50 5,70 9,00 13,80 1,50
3,8 -5,3 -5,5 -5,8 3,0
-2,3 -5,3 -5,5 -5,8 -3,3
-5,3 -5,3 -5,5 -5,8 -6,3
4,7 4,7 4,5 4,2 3,7
38,4 -1,2 -1,6 -2,2 25,3
4,6 4,2 4,0 3,6 4,6
174 O-02 25 O-12 108
luchtbehandeling afzakruimte voorzijde roerwerk tank 1 aanzuig koeltoren Baltimore LBK afblaas (prog) gevelventilator west (NH3 ventilatie)
2,50 10,00 2,00 15,50 9,50
-6,3 -6,5 -3,7 -6,7 -7,5
-6,3 -6,5 -4,9 -6,7 -7,5
-6,3 -6,5 -6,7 -6,7 -7,5
3,7 3,5 3,3 3,3 2,5
-1,8 0,5 1,8 -3,3 -3,5
4,5 4,0 4,5 3,4 4,0
141 135 O-15 O-03 163
vrachtauto's manoeuvreren pos 2 aanzuig koellucht blowerruimte afzuigfan 3 roerwerk tank 2 personenauto's positie 3
1,50 9,50 15,00 10,00 0,75
1,7 -7,9 -8,2 -8,5 -2,2
-4,5 -7,9 -8,2 -8,5 -5,9
-7,5 -7,9 -8,2 -8,5 -8,9
2,5 2,1 1,8 1,5 1,1
24,1 -3,9 -4,7 -1,5 16,5
4,6 4,0 3,5 4,0 4,6
121 142 139 173 O-04
rooster nieuw ketelhuis vrachtauto's manoeuvreren pos 3 vrachtauto's stationair op weegbrug GOS reduceer zuidzijde roerwerk tank 3
4,00 1,50 1,50 2,50 10,00
-9,1 -0,4 -0,6 -9,7 -10,2
-9,1 -6,6 -6,7 -9,7 -10,2
-9,1 -9,6 -9,7 -9,7 -10,2
1,0 0,4 0,3 0,3 -0,2
-4,8 22,0 18,8 -5,4 -3,3
4,3 4,6 4,6 4,4 4,0
171 23 22 164 21
GOS reduceer noordzijde ventilator 3 koeltoren Baltimore ventilator 2 koeltoren Baltimore personenauto's positie 4 ventilator 1 koeltoren Baltimore
2,50 0,20 0,20 0,75 0,20
-10,3 -8,4 -8,8 -5,5 -9,3
-10,3 -9,6 -10,1 -9,2 -10,6
-10,3 -11,4 -11,8 -12,2 -12,3
-0,3 -1,4 -1,8 -2,2 -2,3
-5,9 -2,7 -3,2 13,2 -3,7
4,4 4,7 4,7 4,6 4,7
O-05
roerwerk tank 4
10,00
-12,4
-12,4
-12,4
-2,4
-5,4
4,0
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:44:22
BLAD C5
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K13_B - Westeinde FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 165 O-01 172 118 95
Omschrijving personenauto's positie 5 deur pompenkamer GOS reduceer oostzijde uitlaat blower spoellucht filt uitlaat stoomketel
84 100 12 15 153
Hoogte 0,50 1,50 2,50 31,00 37,00
Dag -6,1 -14,7 -19,1 -71,2 -74,9
Avond -9,8 -14,7 -19,1 -71,2 -74,9
Nacht -12,8 -14,7 -19,1 -71,2 -74,9
Etmaal -2,8 -4,7 -9,1 -61,2 -64,9
Li 12,6 -10,2 -14,7 30,1 26,3
Cm 4,6 4,6 4,4 2,4 2,2
uitbl.filter weegbunk (uit) stoombypass indamper 1 deur hal oost heftruck vrachtauto's stationair op positie 3
11,00 18,00 2,70 1,50 1,50
-80,8 -97,1 16,8 17,5 2,1
-80,8 -97,1 ----
-80,8 -97,1 ----
-70,8 -87,1 16,8 17,5 2,1
22,1 5,4 21,1 24,9 17,4
3,8 3,4 4,4 4,4 4,5
154 155 201 202 203
vrachtauto's stationair op positie 4 vrachtauto's stationair op positie 5 Lmax transportact. pos 01 d/a/n Lmax transportact. pos 02 d/a/n Lmax transportact. pos 03 d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
1,5 -4,0 ----
------
------
1,5 -4,0 ----
25,9 17,4 29,6 31,6 27,9
4,5 4,5 4,6 4,6 4,6
204 205 206 207 208
Lmax transportact. pos 04 Lmax transportact. pos 05 Lmax transportact. pos 06 Lmax transportact. pos 07 Lmax transportact. pos 08
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
32,4 27,6 27,9 33,8 34,0
4,6 4,6 4,5 4,5 4,5
209 210 211 212 213
Lmax transportact. pos 09 Lmax transportact. pos 10 Lmax transportact. pos 11 Lmax transportact. pos 12 Lmax transportact. pos 13
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
44,6 43,6 46,1 38,8 41,3
4,5 4,5 4,5 4,5 4,5
214 215 216 217 218
Lmax transportact. pos 14 Lmax transportact. pos 15 Lmax transportact. pos 16 Lmax transportact. pos 17 Lmax transportact. pos 18
d/--/-d/--/-d/--/-d/-/d/-/-
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
45,0 46,0 46,1 35,1 33,9
4,4 4,4 4,5 4,5 4,5
219 220 221 222 231
Lmax transportact. pos 19 Lmax transportact. pos 20 Lmax transportact. pos 21 Lmax transportact. pos 22 Lmax parkeren pos. 1
d/a/n d/a/n d/--/-d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 0,75
------
------
------
------
36,4 35,1 29,3 43,1 24,6
4,5 4,5 4,5 4,4 4,6
232 233 234 241 242
Lmax parkeren pos. 2 d/a/n Lmax parkeren pos. 3 d/a/n Lmax parkeren pos. 4 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 01 d/-/Lmax overslagactiviteiten pos 02 d/--/--
0,75 0,75 0,75 1,00 1,00
------
------
------
------
26,1 32,8 29,4 36,4 33,1
4,6 4,6 4,6 4,6 4,6
243 244 245 246 247
Lmax overslagactiviteiten pos 03 Lmax overslagactiviteiten pos 04 Lmax overslagactiviteiten pos 05 Lmax overslagactiviteiten pos 06 Lmax overslagactiviteiten pos 07
1,00 1,00 1,00 1,00 1,00
------
------
------
------
37,0 38,4 51,2 37,4 33,7
4,6 4,5 4,5 4,6 4,6
248 249 M-01 M-02 M-03
Lmax overslagactiviteiten pos 08 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 09 d/a/n aanlevering ingredienten/verpakkingsmateriaal aanleveringen gepalletiseerd westhal aanleveringen vloeibaar 2a (oostzijde)
1,00 1,00 1,50 1,50 1,50
--1,1 -6,9 11,7
------
------
--1,1 -6,9 11,7
33,1 31,2 35,7 35,5 54,0
4,6 4,6 4,5 4,5 4,5
M-06
aanleveringen Maintenance
1,50
-3,7
--
--
-3,7
33,1
4,6
d/-/d/-/d/--/-d/-/d/a/n
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:44:22
BLAD C5
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron M-07 M-08
Resultatentabel 59.102-60 K13_B - Westeinde FrieslandCampina Kievit Nee
Omschrijving afvaltransport afvoer houten pallets zuidhal
Hoogte 1,50 1,50
Dag -9,0 -8,8
Avond ---
Nacht ---
Etmaal -9,0 -8,8
Li 36,4 37,6
Cm 4,5 4,5
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:44:22
BLAD C6
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K09_B - Jan Toopoplaan FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron K09_B 117 109 115 102 16
Omschrijving Jan Toopoplaan afblaas toren 4 13-11-2013 + 6-4-2012 afblaas toren 3 13-11-2013 via de ZO-gevel van toren 4 aanzuigrooster toren 1 Anhydro luchtgekoelde waterkoelmachine 1
85 120 17 86 2
Hoogte 5,00 31,50 31,50 20,00 15,00 11,50
Dag 36,4 25,8 25,7 25,2 25,1 25,1
Avond 35,9 25,8 25,7 25,2 25,1 25,1
Nacht 35,6 25,8 25,7 25,2 25,1 25,1
Etmaal 45,6 35,8 35,7 35,2 35,1 35,1
Li 63,2 27,3 27,3 27,8 28,3 29,4
Cm
uitblaas toren 1 (anhydro) 6-4-2012 schoorsteen nieuw ketelhuis luchtgekoelde waterkoelmachine 2 vent. rooster anhydroruimte halventilator hal zuid
35,00 33,00 11,50 35,00 1,00
21,4 20,7 19,9 19,8 18,5
21,4 20,7 19,9 19,8 18,5
21,4 20,7 19,9 19,8 18,5
31,4 30,7 29,9 29,8 28,5
22,8 22,3 24,2 21,3 22,8
1,4 1,6 3,3 1,5 4,3
176 125 94 93 146
LBK/airco PSN001856U halventilatie in dak toren 4 uitblaas silo ventilatie 8 uitblaas silo ventilatie 7 vrachtauto's manoeuvreren pos 6
2,50 32,00 36,00 36,00 1,50
17,8 17,6 17,5 17,5 21,7
17,8 17,6 17,5 17,5 20,4
17,8 17,6 17,5 17,5 17,4
27,8 27,6 27,5 27,5 27,4
22,1 19,1 27,8 27,8 39,9
4,3 1,5 1,3 1,3 4,4
90 147 89 91 88
uitblaas silo ventilatie 4 vrachtauto's manoeuvreren pos 7 uitblaas silo ventilatie 3 uitblaas silo ventilatie 5 uitblaas silo ventilatie 2
36,00 1,50 36,00 36,00 36,00
17,4 21,5 17,2 17,1 17,1
17,4 20,3 17,2 17,1 17,1
17,4 17,3 17,2 17,1 17,1
27,4 27,3 27,2 27,1 27,1
27,7 39,7 27,5 27,5 27,4
1,3 4,4 1,3 1,3 1,4
132 92 87 9 83
afblaas droger proeftoren uitblaas silo ventilatie 6 uitblaas silo ventilatie 1 ventilatie kantoor atmosrooster n-o-gevel gedempt
15,00 36,00 36,00 1,00 9,00
16,9 16,9 16,7 16,6 16,5
16,9 16,9 16,7 16,6 16,5
16,9 16,9 16,7 16,6 16,5
26,9 26,9 26,7 26,6 26,5
20,1 27,2 27,1 21,0 20,3
3,2 1,3 1,4 4,4 3,8
8 M-09 110 123 112
ventilatie kantoor afvoer eindproduct condensor K11 op dak toren 3 via de NO-gevel van toren 4 via de NO-gevel van toren 3
1,00 1,50 31,50 20,00 20,00
16,5 18,7 15,9 15,8 15,4
16,5 17,4 15,9 15,8 15,4
16,5 16,2 15,9 15,8 15,4
26,5 26,2 25,9 25,8 25,4
20,8 54,8 17,6 18,4 18,1
4,4 4,2 1,7 2,6 2,7
128 7 133 127 145
aanzuig in dak van indamper ventilatie kantoor koelunit op het dak kantoor afblaas 3 koelers dak indamper vrachtauto's manoeuvreren pos 5
30,00 1,00 9,80 35,00 1,50
14,8 14,4 18,9 14,0 18,0
14,8 14,4 17,1 14,0 16,7
14,8 14,4 14,1 14,0 13,7
24,8 24,4 24,1 24,0 23,7
16,7 18,8 23,7 15,4 36,2
1,9 4,4 3,6 1,4 4,5
144 114 M-05 131 4
vrachtauto's manoeuvreren pos 4 aanzuigrooster in dak toren 3 aanleveringen vloeibaar 2c (losssing N-zijde) afblaas lucht blowerruimte trafo' 3x + schakelruimte (GU)
1,50 32,00 1,50 9,00 3,00
16,5 12,3 17,9 11,7 11,5
15,3 12,3 14,9 11,7 11,5
12,3 12,3 11,9 11,7 11,5
22,3 22,3 21,9 21,7 21,5
34,7 13,9 55,3 15,5 15,7
4,4 1,6 4,3 3,8 4,2
134 116 175 113 126
ventilatoren naast koelunit 5* uitstraling ZW-gevel toren 4 luchtbehandeling afzakruimte achterzijde via de ZW-gevel van toren 3 aanzuig 3 koelers dak indamper
9,80 20,00 2,50 20,00 31,00
11,1 10,6 10,2 10,0 10,0
11,1 10,6 10,2 10,0 10,0
11,1 10,6 10,2 10,0 10,0
21,1 20,6 20,2 20,0 20,0
14,6 13,3 14,6 12,7 11,7
3,5 2,7 4,3 2,7 1,8
136 6 124 O-10 108
aanzuigrooster droger toren 4 via waterzuivering deur (RP) aanzuigrooster toren 3 halemissie ZO gevel hoogbouw gevelventilator west (NH3 ventilatie)
20,00 2,50 32,00 13,00 9,50
9,6 9,3 8,3 8,3 8,1
9,6 9,3 8,3 8,3 8,1
9,6 9,3 8,3 8,3 8,1
19,6 19,3 18,3 18,3 18,1
12,2 13,5 9,9 11,6 11,8
2,6 4,2 1,6 3,3 3,8
1,5 1,6 2,6 3,2 3,3
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:45:32
BLAD C6
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie:
Resultatentabel 59.102-60 K09_B - Jan Toopoplaan FrieslandCampina Kievit Nee
Naam Bron 148 177 1 24 97
Omschrijving vrachtauto's manoeuvreren pos 8 stork air fan via rooster watergeluid koeltoren Baltimore via de NW gevelbeplating
99 11 O-09 101 O-08
Hoogte 1,50 1,00 4,50 0,20 28,00
Dag 12,0 7,5 7,5 10,5 7,4
Avond 10,8 7,5 7,5 9,2 7,4
Nacht 7,7 7,5 7,5 7,5 7,4
Etmaal 17,7 17,5 17,5 17,5 17,4
Li 30,1 12,0 11,6 16,0 9,5
Cm 4,3 4,5 4,1 4,6 2,1
koeltoren BAC, 50% op toeren 2 airco (GU) halemissie NO gevel hoogbouw toren 2: afblaas hoofdlucht 6-4-2012 halemissie ZO gevel laagbouw
27,00 5,00 11,00 23,60 5,70
7,2 7,2 7,1 6,5 6,4
7,2 7,2 7,1 6,5 6,4
7,2 7,2 7,1 6,5 6,4
17,2 17,2 17,1 16,5 16,4
12,5 11,2 10,5 9,1 10,4
2,3 4,0 3,4 2,5 3,9
25 137 174 O-07 142
aanzuig koeltoren Baltimore via koelunit MCC-ruimte luchtbehandeling afzakruimte voorzijde halemissie NO gevel laagbouw vrachtauto's manoeuvreren pos 3
2,00 10,00 2,50 5,70 1,50
9,2 6,1 6,1 5,6 14,3
7,9 6,1 6,1 5,6 8,1
6,2 6,1 6,1 5,6 5,1
16,2 16,1 16,1 15,6 15,1
14,5 11,0 10,4 9,5 36,5
4,4 3,7 4,3 3,9 4,5
111 152 21 22 23
via de NW-gevel van toren 3 vrachtauto's stationair op positie 2 ventilator 1 koeltoren Baltimore ventilator 2 koeltoren Baltimore ventilator 3 koeltoren Baltimore
29,00 1,50 0,20 0,20 0,20
4,6 11,8 7,4 7,4 7,3
4,6 7,6 6,2 6,1 6,1
4,6 4,6 4,4 4,4 4,3
14,6 14,6 14,4 14,4 14,3
6,5 27,0 12,9 12,9 12,9
1,9 4,4 4,6 4,6 4,6
135 96 138 3 141
aanzuig koellucht blowerruimte aanzuigrooster NW-gevel toren 1 6-4-2012 afblaas luchtdroger silicagel gevel ketelhuis (RP) vrachtauto's manoeuvreren pos 2
9,50 23,60 9,00 3,00 1,50
3,2 3,1 3,1 1,9 11,1
3,2 3,1 3,1 1,9 4,9
3,2 3,1 3,1 1,9 1,9
13,2 13,1 13,1 11,9 11,9
6,9 5,6 6,8 6,3 33,3
3,7 2,5 3,8 4,3 4,4
M-04 98 119 173 O-13
aanleveringen vloeibaar 2b (melk) toren 2:afblaas koellucht gedempt uitlaat condensaat GOS reduceer zuidzijde afzuigfan 1
1,50 24,60 24,00 2,50 5,00
10,5 1,1 1,0 0,8 -0,5
4,5 1,1 1,0 0,8 -0,5
1,5 1,1 1,0 0,8 -0,5
11,5 11,1 11,0 10,8 9,5
45,0 3,5 3,5 5,1 3,5
4,4 2,4 2,5 4,3 4,0
O-14 163 O-12 O-11 151
afzuigfan 2 personenauto's positie 3 LBK afblaas (prog) halemissie ZW gevel hoogbouw vrachtauto's stationair op positie 1
5,00 0,75 15,50 13,80 1,50
-0,6 5,9 -1,4 -1,5 5,7
-0,6 2,2 -1,4 -1,5 1,4
-0,6 -0,9 -1,4 -1,5 -1,6
9,5 9,2 8,6 8,5 8,4
3,5 24,4 1,7 1,7 20,9
4,0 4,4 3,0 3,2 4,5
164 140 130 165 O-15
personenauto's positie 4 vrachtauto's manoeuvreren pos 1 luchtinlaat droger toren 2 6-4-2012 personenauto's positie 5 afzuigfan 3
0,75 1,50 24,40 0,50 15,00
5,0 7,0 -4,1 1,8 -5,1
1,3 0,8 -4,1 -2,0 -5,1
-1,7 -2,2 -4,1 -5,0 -5,1
8,3 7,8 5,9 5,1 4,9
23,5 29,2 -1,6 20,3 -2,1
4,4 4,4 2,5 4,5 3,1
172 171 129 161 122
GOS reduceer oostzijde GOS reduceer noordzijde vent.roost.dak toren 2 vloer 3 personenauto's positie 1 indamper via gevel
2,50 2,50 22,90 0,75 10,00
-5,6 -5,9 -6,0 -0,5 -8,7
-5,6 -5,9 -6,0 -4,2 -8,7
-5,6 -5,9 -6,0 -7,2 -8,7
4,4 4,1 4,0 2,8 1,3
-1,3 -1,6 -3,4 18,0 -5,1
4,3 4,3 2,6 4,4 3,7
139 O-05 O-04 121 O-02
vrachtauto's stationair op weegbrug roerwerk tank 4 roerwerk tank 3 rooster nieuw ketelhuis roerwerk tank 1
1,50 10,00 10,00 4,00 10,00
-0,3 -9,6 -9,7 -9,8 -10,5
-6,3 -9,6 -9,7 -9,8 -10,5
-9,3 -9,6 -9,7 -9,8 -10,5
0,7 0,4 0,3 0,2 -0,5
18,9 -2,8 -3,0 -5,6 -3,8
4,4 3,7 3,7 4,2 3,8
O-03
roerwerk tank 2
10,00
-11,4
-11,4
-11,4
-1,4
-4,6
3,8
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:45:32
BLAD C6
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron 162 O-06 O-01 84 95
Omschrijving personenauto's positie 2 roerwerk tank 5 deur pompenkamer uitbl.filter weegbunk (uit) uitlaat stoomketel
118 100 12 15 153
Resultatentabel 59.102-60 K09_B - Jan Toopoplaan FrieslandCampina Kievit Nee Hoogte 0,75 10,00 1,50 11,00 37,00
Dag -5,2 -12,1 -17,0 -64,4 -72,5
Avond -8,9 -12,1 -17,0 -64,4 -72,5
Nacht -11,9 -12,1 -17,0 -64,4 -72,5
Etmaal -1,9 -2,1 -7,0 -54,4 -62,5
Li 13,2 -5,4 -12,5 38,2 27,8
Cm 4,3 3,7 4,5 3,6 1,3
uitlaat blower spoellucht filt stoombypass indamper 1 deur hal oost heftruck vrachtauto's stationair op positie 3
31,00 18,00 2,70 1,50 1,50
-86,0 -96,2 19,1 20,5 5,6
-86,0 -96,2 ----
-86,0 -96,2 ----
-76,0 -86,2 19,1 20,5 5,6
14,8 5,9 23,3 27,7 20,5
1,8 3,0 4,2 4,3 4,1
154 155 201 202 203
vrachtauto's stationair op positie 4 vrachtauto's stationair op positie 5 Lmax transportact. pos 01 d/a/n Lmax transportact. pos 02 d/a/n Lmax transportact. pos 03 d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
7,1 5,1 ----
------
------
7,1 5,1 ----
31,0 26,2 40,7 29,3 31,8
4,1 4,3 4,4 4,4 4,4
204 205 206 207 208
Lmax transportact. pos 04 Lmax transportact. pos 05 Lmax transportact. pos 06 Lmax transportact. pos 07 Lmax transportact. pos 08
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
34,3 26,4 31,1 44,4 43,2
4,5 4,5 4,4 4,4 4,4
209 210 211 212 213
Lmax transportact. pos 09 Lmax transportact. pos 10 Lmax transportact. pos 11 Lmax transportact. pos 12 Lmax transportact. pos 13
d/a/n d/a/n d/a/n d/a/n d/--/--
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
38,0 45,7 45,1 45,3 46,5
4,4 4,3 4,2 4,1 4,3
214 215 216 217 218
Lmax transportact. pos 14 Lmax transportact. pos 15 Lmax transportact. pos 16 Lmax transportact. pos 17 Lmax transportact. pos 18
d/--/-d/--/-d/--/-d/-/d/-/-
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
------
------
------
------
45,4 45,5 47,5 35,2 38,3
4,3 4,2 4,2 4,1 4,3
219 220 221 222 231
Lmax transportact. pos 19 Lmax transportact. pos 20 Lmax transportact. pos 21 Lmax transportact. pos 22 Lmax parkeren pos. 1
d/a/n d/a/n d/--/-d/a/n d/a/n
1,50 1,50 1,50 1,50 0,75
------
------
------
------
38,0 38,6 41,2 44,7 24,9
4,4 4,3 4,3 4,3 4,4
232 233 234 241 242
Lmax parkeren pos. 2 d/a/n Lmax parkeren pos. 3 d/a/n Lmax parkeren pos. 4 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 01 d/-/Lmax overslagactiviteiten pos 02 d/--/--
0,75 0,75 0,75 1,00 1,00
------
------
------
------
25,9 23,2 22,8 47,3 34,1
4,4 4,4 4,3 4,4 4,5
243 244 245 246 247
Lmax overslagactiviteiten pos 03 Lmax overslagactiviteiten pos 04 Lmax overslagactiviteiten pos 05 Lmax overslagactiviteiten pos 06 Lmax overslagactiviteiten pos 07
1,00 1,00 1,00 1,00 1,00
------
------
------
------
42,8 52,5 53,0 40,0 35,3
4,3 4,2 4,3 4,2 4,5
248 249 M-01 M-02 M-03
Lmax overslagactiviteiten pos 08 d/a/n Lmax overslagactiviteiten pos 09 d/a/n aanlevering ingredienten/verpakkingsmateriaal aanleveringen gepalletiseerd westhal aanleveringen vloeibaar 2a (oostzijde)
1,00 1,00 1,50 1,50 1,50
--2,5 -1,5 13,3
------
------
--2,5 -1,5 13,3
34,3 47,6 36,7 40,7 55,4
4,5 4,5 4,1 4,2 4,3
M-06
aanleveringen Maintenance
1,50
2,7
--
--
2,7
39,3
4,4
d/-/d/-/d/--/-d/-/d/a/n
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:45:32
BLAD C6
Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Naam Bron M-07 M-08
Resultatentabel 59.102-60 K09_B - Jan Toopoplaan FrieslandCampina Kievit Nee
Omschrijving afvaltransport afvoer houten pallets zuidhal
Hoogte 1,50 1,50
Dag -0,8 -2,4
Avond ---
Nacht ---
Etmaal -0,8 -2,4
Li 44,4 43,6
Cm 4,3 4,1
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.40
24-7-2014 16:45:32
Adviesbureau SAM B.V. Heikesestraat 4, 5512PA Vessem www.sambv.nl
[email protected]
BIJLAGE 8: Onderwerp:
Richtlijn industriële emissies
: Versie 1.1
mei 2014
1. Inleiding Op 30 oktober 1996 is de Europese IPPC- richtlijn in werking getreden. IPPC staat voor Integrated Pollution Prevention and Control, ofwel de geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging. De IPPC-richtlijn is van toepassing op grotere bedrijven die zijn aangewezen in bijlage 1 van de richtlijn. Het algemene beginsel van de IPPC-richtlijn is dat exploitanten van installaties ( lees:inrichtingen) alle passende preventieve maatregelen tegen verontreinigingen treffen, met name door toepassing van de beste beschikbare technieken. Om de informatieuitwisseling binnen de Europese Unie omtrent de beste beschikbare technieken vorm te geven, zijn Best Available Techniques reference documents (BREF’s) opgesteld. De IPPC richtlijn is over gegaan in De Richtlijn Industriële Emissies (2010/75/EU, RIE, of Industrial Emissions Directive, IED) en is per 1 januari 2013 geïmplementeerd in Nederlandse wet- en regelgeving. Deze richtlijn omvat een integratie van de IPPCrichtlijn met de Richtlijn grote stookinstallaties, de Afvalverbrandingsrichtlijn, de Oplosmiddelenrichtlijn en drie Richtlijnen voor de titaandioxide-industrie. In dit document wordt voor de locatie FrieslandCampina Meppel weergegeven in hoeverre het bedrijf voldoet aan de beste beschikbare technieken zoals beschreven in de BREF documenten die zijn vastgesteld op grond van de Richtlijn Industriële Emissies.
2. Activiteiten FrieslandCampina Kievit is een zuivelbedrijf dat is ingericht voor de verwerking van melk en melkproducten tot gedroogde producten. De activiteiten vallen onder de volgende categorie(ën) die genoemd zijn in bijlage 1 van de IPPC- installaties: •
•
6.4.b Bewerking en verwerking voor de fabricage van levensmiddelen op basis van: - dierlijke grondstoffen (andere dan melk) met een productiecapaciteit van meer dan 75 ton per dag eindproducten; - plantaardige grondstoffen met een productiecapaciteit van meer dan 300 ton per dag eindproducten (gemiddelde waarde op driemaandelijkse basis); 6.4.c bewerking en verwerking van melk, met een hoeveelheid ontvangen melk van meer dan 200 ton per dag (gemiddelde waarde op jaarbasis).
Dierlijke grondstoffen Plantaardige grondstoffen Melkaanvoer
Realisatie ton/jaar (2012) 88.234 nvt nvt
Gemiddeld ton/dag 241 nvt nvt
Toetsing ton/dag
75 300 200
IPPC van toepassing? ja nvt nvt
Voor FC Kievit zijn de volgende BREF’s relevant : 1. BREF Food, Drink and Milk 2. BREF Industriële koelsystemen 3. BREF Opslag 4. BREF Energie-efficiency 5. BREF Monitoring 6. BREF Economics and cross-media effects
3. Toepassen beste beschikbare technieken
- SAM adviseert klimaatneutraal: de CO2 emissie van de gereisde afstand voor dit project is gecompenseerd -
Het toepassen van de beste beschikbare technieken is een van de beleidspunten van FC Kievit. In het kader van het doelgroepenbeleid richt de onderneming zich reeds jaren op toepassing van de stand der techniek. Bij het opstellen van het 4-jaarlijkse milieuplan worden de ontwikkelingen in de activiteiten hieraan getoetst . Voor de planperiode 2012-2016 zijn concrete maatregelen benoemd zodat het bedrijf blijvend voldoet aan ontwikkelingen in wet - en regelgeving en richtlijnen. In onderstaande paragrafen is weergegeven op welke wijze het bedrijf voldoet aan de beste beschikbare technieken zoals beschreven in de BREF-documenten.
3.1 BREF Food Drink and Milk Voor bedrijven in de voedingsmiddelenindustrie ( IPPC bijlage 1 categorie 6.4 b en c) is een specifiek BREFdocument beschikbaar. In bijlage 1 is de toetsing op deze BREF opgenomen en een overzicht gegeven van de technieken weergegeven die het bedrijf toepast met een verwijzing naar de nummering in hoofdstuk 5 van het document. 3.2 Tabellen met emissierichtlijnen Stofemissie door poederproductie Tabel 4.3 Luchtemissie Luchtemissie Norm Stofemissie 5-20
Gemeten <1
Vergund 10
Eenheid mg/m3
3.3 BREF Industriële koelinstallaties De toetsing op de BREF Industriële koelinstallaties is weergegeven in bijlage 2. 3.4 BREF opslag De BREF Opslag is voor FC Kievit vooral relevant met betrekking tot de opslag van gevaarlijke stoffen ( loog en zuur) in bulktanks en in emballage (chemicaliën voor reiniging en waterbehandeling). Opslag in tanks van stoffen met lage dampspanning, ondergrondse opslag en open opslag van vaste stoffen komen bij FC kievit niet voor. Algemene principes zoals ontwerp, onderhoud en monitoring (sectie 5.1.1.1) komen in de BREF Food, Drink and Milk of de BREF Monitoring aan de orde. De toetsing op de BREF Opslag is weergegeven in bijlage 3. 3.5 BREF Monitoring In de BREF monitoring zijn de algemene beginselen voor monitoring vastgelegd. Binnen het kader van het Zuivel convenant rapporteert het bedrijf jaarlijks naar de overheid over de milieuemissies en energieprestaties. Monitoring en rapportage vinden plaats overeenkomstig de afspraken die met de overheid zijn gemaakt . De volgende monitoringsmaatregelen zijn genomen. De toetsing op de BREF Monitoring is weergegeven in bijlage 4. 3.6 BREF Economics and cross-media effects In dit BREF-document staan methodes voor afwegingen om uit een aantal alternatieven de beste keuze te maken. De afwegingen bestaan uit de mate van bescherming van het milieu als geheel en de financiële haalbaarheid. Aangezien in de totstandkoming van de overige BREF’s deze afwegingen al zijn meegenomen zal deze BREF voornamelijk van toepassing zijn indien afgeweken wordt van de vastgestelde beste beschikbare technieken in de andere BREF s. Voor FC Kievit is dit niet van toepassing. 3.7 BREF Energie Efficiency FC Kievit neemt deel aan de MJA3 waarmee de BREF Energie Efficiency afgedekt is.
4 Conclusies Op basis van de voorliggende check kan geconcludeerd worden dat FC Kievit beste beschikbare technieken toepast . Het blijvend voldoen aan de stand der techniek is onderdeel van de 4 jaarlijkse cyclus van
2/7
bedrijfsenergie- en milieuplan en jaarlijkse rapportage. Het bedrijf borgt het voldoen aan de eisen in het milieuzorgsysteem.
3/7
Bijlage 1 Toetsing BREF Food, Drink and Milk
4/7
IPPC-toets: BREF zuivel Naam inrichting: FrieslandCampina Kievit Datum 28-5-2014
1. Is deze BREF van toepassing op de inrichting? Ja. Ga door naar vraag 2.
2. Is de maatregel van
3. Is de maatregel
4. Is de maatregel volledig
toepassing op de inrichting?
volledig conform de BREF in het IPPC-toetsdocument opgenomen?
conform de BREF aan de vergunning verbonden of rechtstreeks van toepassing middels wetgeving?
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Subsector/activiteit
Nummer in de BREF
Maatregel
Algemeen
5.1 - 1
Algemeen: Opleiding, scholing, voorlichting van medewerkers
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Algemeen
5.1 - 2
Betrekken milieuaspecten bij ontwerp en aankoop
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Algemeen
5.1 – 3,17
Geluidemissie bronmaatregelen, akoestisch model, immissietoets
5.1 - 4
Onderhoudsmanagement
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Algemeen
Algemeen
5.1 - 5
Preventie en reductieprogramma’s (afval)water, energie, afval
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Algemeen
5.1 - 6
Monitoring conform BREF Monitoring, MJV
Algemeen
5.1 - 7
Grondstof- en productbalans
Algemeen
5.1 - 8,10
Productieplanning
Algemeen
5.1 - 11,13,14
Scheiden en verzamelen voor hergebruik van output, bijproducten, water
Algemeen
5.1 – 15,16
Algemeen
5.1 – 18
.Toelichting VV
indien
maatregel niet conform BREF of niet verbonden aan vergunning
Wanneer van toepassing?
Ja, volledig conform BREF
Maatregel n.v.t. Ja, volledig conform BREF
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Good housekeeping
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Opslag stoffen conform PGS-15 en NRB
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, volledig conform BREF
Productiepersoneel heeft eigen opleidingsplan. Op gebied van hygiene en kwaliteit vinden introductieopleidingen plaats bij start dienstverband en vervolgens herhaald zoals de normen dat voorschrijven Maatregel n.v.t. Milieumaatregelen worden bij inkoop meegewogen,en tevens beschreven in het contractenmanagement. Tevens beschreven in de beleidsverklaring. Ja, wetg rechtstreeks van Vastgelegd in huidige toepassing milieuvergunningvoorschriften Ja, conform BREF verbonden aan Men onderhoudt conform een verg onderhoudsmanagementsysteem (maximo onderhoudssysysteem) Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
Energie vastgelegd in het EEP, Er zijn KPI vastgesteld op de afval (water) stromen zie toetsing BREF Monitoring
Ja, conform BREF verbonden aan De grondstoffenbalans is uiteraard aanwezig en wordt toegepast bij verg de dagelijke werkzaamheden (Tool OOE) Ja, conform BREF verbonden aan FC kievit is in het bezit van een verg volledige productieplanning Ja, conform BREF verbonden aan Afval wordt gescheiden en verg jaarlijks gerapporteerd in het eMJV. Ja, conform BREF verbonden aan In het kader van HACCP dient de verg voedingsmiddelenindustrie aan diverse eisen te voldoen. Het is tevens een vastgesteld onderdeel van het kwaliteitssysteem Ja, conform BREF verbonden aan verg
Opslag vind volledig plaats volgens de PGS 15. Men hanteerd de vastgelegde beginselen volgens de reeds uitgevoerde bodemrisicoanalyse i.h.k.v. de NRB
Algemeen
5.1 – 19,20
Procesautomatisering, procesoptimalisatie, product verdringen, start -en stopprocedures
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Milieuzorg
5.1 - 21
ABM-toets reinigingsmiddelen, uitfasering CFK, HCFK en halonen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Milieuzorg
5.1.1
Milieuzorg: Milieuzorgsysteem op basis ISO 14001
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Milieuzorg
5.1.7
Calamiteitenplan
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan Het calamiteitenplan is verg geimplementeerd in het BHV-plan
Milieuzorg
5.1.1 5.1.1
Deelname convenanten, opstellen en uitvoeren BEMP, milieujaarverslag Bodemonderzoek nulsituatie en eindsituatie
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Milieuzorg
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Milieuzorg
5.1.1
Ontmanteling en afvoer stoffen in eindsituatie
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ketensamenwerking
5.1.2
Keten: Kwaliteitsborging en selectie grondstoffen
5.1.2
Samenwerken: Logistiek management RMO-vervoer, productopslag en transport
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ketensamenwerking
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
Reinigen
5.1.3 - 1/3
Reinigen: Product verdringen, voorspoelen, productopvang en hergebruik
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Reinigen
5.1.3 - 10
CIP-cleaning met hergebruik reinigingsvloeistof en naspoelwater
Ja, geheel of deels van toepassing
Nee, niet of niet volledig conform BREF
Reinigen
5.1.3 - 11
Verloren reiniging voor sterk vervuilde systemen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Reinigen
5.1.3 - 13
Beperken EDTA tot essentiële toepassingen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Reinigen
5.1.3 – 9
ABM-toets chemicaliën
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Unit operations
5.1.4.2
Unit operations: Opvang en bestemming slib van centrifuges
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Unit operations
5.1.4.2
Opvang en bestemming seperatoren
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Unit operations
5.1.4.6 5.1.4.7
Unit operations
5.1.4.8
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Unit operations
Meer-traps indamper met mechanische / thermische damprecompressie Uitfasering CFK en HCFK, STEK-erkend onderzoek lekdichtheid en onderhoud Koeling zie toetsing BREF Industriële koelsystemen
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
Ja, volledig conform BREF
Ja, volledig conform BREF
Ja, volledig conform BREF Maatregel n.v.t.
Gehele proces is geautomatiseerd en geoptimaliseerd en voorzien van start- en stopsystemen
Stoffen die een indicatie hebben conform de ABM worden niet toegepast. R22 is reeds in 2011 uitgefaseerd. Ja, conform BREF verbonden aan Een groot aantal procedures is in verg het ISO 9001 systeem opgenomen die betrekking hebben op het milieumanagement. Deze procedures zijn echter niet gebundeld in een ISO 14001 systeem.
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
ja, MJA en milieujaarverslag Nulsituatie is reeds uitgebried vastgelegd. Bij stoppen van de werkzaamheden op deze locatie zal een eindsituatieonderzoek conform vergunningvoorschrift worden uitgevoerd gebruikte stoffen worden gescheiden ingezameld en aangeboden aan een erkend inzamelaar die deze stoffen kan (laten) recyclen. Vastgelegd in het kwaliteitshandboek RMO vervoer is niet van toepassing, daarnaast is er een logistiek partner voor de aan en afvoer van grondstoffen en eindproduct. De verschillende stappen zijn vastgelegd in geautomatiseerde CIP systemen. Productresten worden als categorie 3 product afgezet.
Ja, conform BREF verbonden aan Geautomatiseerde CIP systemen zijn aanwezig, naspoelwater wordt verg niet hergebruikt vanwege kwaliteitseisen vanuit kosjer productie. Kosjer productie vereist eenmalig gebruik van waterstromen. Reguliere renigingen aan de hand van de vervuilingsgraad (productieplanning), uitzondering zijn de IF (instant formula) en Kosher producten. sommige additatieven kunnen EDTA bevatten dit wordt zoveel mogelijk beperkt.
een installatie aanwezig Opdracht is verstrekt aan STEKerkende installateur. Zie BREF koelsystemen
Unit operations
5.1.4.9
Uitvoering AmvB via Nedvang, e-label, bulkaanvoer en –afvoer
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
grondstoffen en eindproduct gaat in bigbags of 25 kg zakgoed.
Unit operations
5.1.4.10
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
Deelname MJA
5.1.4.10
Deelname MJA, BEMP, energiezorg, maatregelen TVT < 5 jaar, zie BREF Energie-efficiency WKC-installatie
Ja, volledig conform BREF
Unit operations Unit operations
5.1.4.11
Water management, water hergebruik
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Unit operations
5.1.4.12
Onderhoudsmanagement
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Unit operations
5.1.4.13
Condensaat retour, isolatie, onderhoudsmanagement
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Condensaat vanuit de stoomketel wordt teruggevoerd.
Luchtemissies
5.1.5 - 1
Luchtemissies: Energiebesparingprogramma, energiezorg, BEMP CO2-emissiehandel, NOx-emissiehandel
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing Maatregel n.v.t.
Aanwezig, deelname MJA
5.1.5
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Luchtemissies
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
ja, Nox voldoet aan BEES (BEMS)
Luchtemissies
NOx-emissie voldoet aan BEES
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Luchtemissies
5.1.5 - 4
Doekfilterinstallatie, stofemissie 5-20 mg/m3
Luchtemissies
5.1.5 - 5
Maatregelen ter voorkoming van geurhinder
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Luchtemissies
5.1. - 13
Waterzuivering: Scheiding schoon- en vuilwaterriool, (afkoppeling hemelwater)
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Waterzuivering
5.1.6
Indirecte lozing conform Wvo-vergunning
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Voorbehandeling: zeven, zandvang, vetvanger, neutralisatie, buffertank, fysisch chemische voorzuivering Biologische zuivering met lozing oppervlaktewater Effluent: BOD<25, TSS<50, pH 6-9, Ntot<10, P<5 Slibstabilisatie, slibontwatering
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan Waterbesparende maatregelen zijn opgenomen in het EEP plan en verg energy survey. Tevens is er een green team met focus op duurzaam ondernemen en energie. CIP installaties zijn tevens ingericht op zo efficient mogelijk reinigen binnen de HACCP normen. Ja, conform BREF verbonden aan Er is een geautomatiseerd verg onderhoudsmanagementsysteem
Geur uit het productieproces is nihil. Bij de AWZI zijn actieve koolfilters geplaatst voor het beperken van de geuremissie Ja, conform BREF verbonden aan Er vindt geen directe lozing verg plaatst, alleen het hemelwater wordt direct geloosd. Al het overig water gaat via de AWZI naar het gemeente riool. Maatregel n.v.t. Er is een waterwetvergunning voor indirecte lozingen. Directe lozingen komen niet voor. Ja, conform BREF verbonden aan neutralisatie op basis van pH verg Maatregel n.v.t.
Waterzuivering
5.1.6 - 1/6 5.1.6 – 7,9,10
Waterzuivering
5.1.6 – 15/18
Waterzuivering
5.1 - 22
Slibafzet conform BOOM
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Onvoorziene emissies
5.1.7
Onvoorziene emissies: Calamiteitenplan
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Onvoorziene emissies
5.1.7
Risico-inventarisatie (branche eigen risicodoc. Proteus)
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Zuivelspecifiek
5.2.5 - 1
Zuivel specifiek: Deel-homogenisatie
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Zuivelspecifiek
5.2.5 - 2
Stromend pasteuriseren
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Zuivelspecifiek
5.2.5 - 3
Regeneratieve warmtewisselaars
Zuivelspecifiek
5.2.5 - 4
Melkfiltratie (zeef) voorafgaand aan centrifugeren
Zuivelspecifiek
5.2.5 - 5
Basisreceptuur met componentdosering
Ja, volledig conform BREF Maatregel n.v.t.
Er is sprake van doekenfilter in toren 1 en transportsystemen. Toren 2 , 3 en 4 en de pilotplant zijn voorzien van filtermat in combinatie met cyclonen waardoor de emissie onder de 5 mg/Nm3
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Waterzuivering
Maatregel n.v.t.
nee
Ja, conform BREF verbonden aan verg
silb wordt verdicht tot 10-15% droge stof. Daarna afgevoerd als biomassa voor biogasproductie
Er is een calamiteitenplan (onderdeel van het bedrijfsnoodplan) aanwezig om onvoorziene emissies te voorkomen Risico analyse is opgesteld en wordt toegepast bij nieuwe ontwikkelingen
Maatregel n.v.t. Ja, conform BREF verbonden aan alle producten worden verg gepasteuriseerd. Ja, conform BREF verbonden aan Deze worden toegepast binnen FC Kievit. verg Maatregel n.v.t. Ja, conform BREF verbonden aan verg
Dit is de basis van het productieproces.
Zuivelspecifiek
5.2.5 - 6
Terugwinning van start- en stop overgangen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Zuivelspecifiek
5.2.5 - 7
Afweging centrale en decentrale CIP-installaties
5.2.5 – 8
Hergebruik van koelwater, spoelwater, condensaat, permeaat
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Zuivelspecifiek
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
Consumptiemelkproductie
5.2.5.1
Melk/wei poederproductie
5.2.5.2
Melk/wei poederproductie
5.2.5.2 - 1
consumptie melk: Energieverbruik 0.07-0.2 kWh/l Waterverbruik 0.6-1.8 l/l, geloosd water 0.8-1.7 l/l Meer-traps indamper met mechanische / thermische damprecompressie Meer-traps droger
Melk/wei poederproductie
5.2.5.2 - 2
Branddetectie, explosie-onderdrukking
Ja, volledig conform BREF
ja, voorloop en naloop wordt hergebruikt, in uiterste geval doorverkocht als diervoeder Er zijn twee centrale CIP systemen voor de hele locatie. Condensaat vanuit de stoomketel wordt teruggevoerd. Vanwege kosher eisen hergebruik niet mogelijk. Er wordt geen consumptiemelk geeproduceerd bij FC Kievit Ja een indamper aanwezig
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF Maatregel n.v.t.
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing Maatregel n.v.t.
vastgelegd in ATEX document en gecertificeerd. Tevens stuwex explosiebeveiliging en CO detectie. norm is nu 10 mg/m3 in vigerende vergunning Deze activiteit vindt niet plaats
Ja, volledig conform BREF Ja, volledig conform BREF
4 stuks aanwezig
Melk/wei poederproductie
5.1.5 - 4
Stofemissie 5-20 mg/m3
Melk/wei poederproductie
5.2.5.2 - 3
Boterproductie
5.2.5.3 - 1
consumptie melk/wei poeder: Energieverbruik 0.07-0.2 kWh/l Waterverbruik 0.8-1.7 l/l, geloosd water 0.8-1.5 l/l Boter productie: Verwijderen van rest-boter uit leidingen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Boterproductie
5.2.5.3 - 2
Roompasteur spoelen met ondermelk voor reiniging
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Kaasproductie
5.2.5.4 - 1
Kaasproductie: Warmte-uitwisseling melk en wei
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Kaasproductie
5.2.5.4 - 2
Maximale wei valorisatie en borging weikwaliteit
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Kaasproductie
5.2.5.4 - 4
Terugwinning van vet en stofwrongel uit wei
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Kaasproductie
5.2.5.4 - 5
Pekelbuffer ter voorkoming onnodig pekelverlies
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Kaasproductie
5.2.5.4 - 6
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Kaasproductie
5.2.5.4 - 6
Meer-traps indamper met mechanische / thermische damprecompressie Meer-traps droger voor weipoeder
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Deze activiteit vindt niet plaats
Bijlage 2 Toetsing BREF Industriële koelinstallaties
5/7
IPPC-toets: BREF koelsystemen Naam inrichting: FrieslandCampina Kievit Datum 28-5-2014
1. Is deze BREF van toepassing op de inrichting? Ja. Ga door naar vraag 2.
Subsector/activiteit
Nummer in de BREF
Maatregel
Algemeen
CV es 3.4 3.5 annex III.1 annex III.3 annex XI.3 tabel 4.2 tabel 4.6 tabel 4.8 tabel 4.10 CV es, 3.4, tabel 4.2, tabel 4.3
Deugdelijk ontwerp van de koelinstallatie
Algemeen
Algemeen
Algemeen
Algemeen
Optimalisatie van de werking
CV es 3.4 3.7 annex Regelmatige controle III.1 annex VII annex XI.3 annex XI.7 tabel 4.7 tabel 4.10 tabel 4.11 CV es, 3.4, 3.7, annex Goed onderhoud VI, tabel 4.2, tabel 4.10
CV es
Periodieke vervanging van de apparatuur
Algemeen
CV es; 2.3.1; 2.3.2
Open koelsysteem nat koelsysteem (koeltoren)
Beperking van emissies naar water
CV 3.4 annex V XI.3.3.1.1 XI.3.3.2 XII.7.3 tabel 4.7 CV 3.6, tabel 4.9
Beperk de hoeveelheid additieven (tegen kalk- en vuilafzettingen corrosie en microbiologische groei)
Beperking van geluid
Beperking van geluid
Beperking van geluid Beperking van geluid
CV 3.6 tabel 4.9
CV es, 3.6, tabel 4.9 CV 3.6 tabel 4.9
Beperk van vallend water aan de luchtinlaat
Maak gebruik van een natuurlijke barrière of een geluidswal rondom de koeltoren Gebruik geluidsarme ventilatoren Gebruik van geluidsdempers
2. Is de maatregel van
3. Is de maatregel
4. Is de maatregel volledig
.Toelichting VV
toepassing op de inrichting?
volledig conform de BREF in het IPPC-toetsdocument opgenomen?
conform de BREF aan de vergunning verbonden of rechtstreeks van toepassing middels wetgeving?
indien maatregel niet conform BREF of niet verbonden aan vergunning
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Koelinstallaties zijn deugelijk aangelegd en waar nodig onder certificering.
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
koeltorens met natuurlijke trek
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
koeltorens met geforceerde trek
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
Wanneer van toepassing? nieuwe installaties
altijd
altijd
altijd
bestaande installatie
hoeveelheid te koelen medium groot, temperatuur te koelen medium <25°C, voldoende hoeveelheid koelwater beschikbaar, voldoende ontvangend oppervlaktewater beschikbaar natte koelsystemen
koeltorens met natuurlijke trek
koeltorens met geforceerde trek
Maatregel n.v.t.
De werking van alle koelinstallties vindt geoptimaliseerd plaats. Onderhoud wordt conform contract uitgevoerd door een erkende installateur Ja, conform BREF verbonden aan Uitbesteeds P.I., jaarlijkse controle PGS 13 verg check.
Onderhoud vindt plaats door erkende en gecertificeerde installateur. Zodra onderdelen in het koelinstallaties conform vergunning óf levensduur vervangen dienen te worden wordt dit uitgevoerd conform afspraak. Open koeltorens aanwezig voor de indamper en de NH3 koelinginstallatie Nalco systeem, desinfectant en legionella beheersing. Borstwering op het dak ter verwering van het geluid. Borstwering op het dak ter verwering van het geluid. aanwezig nvt
Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving
CV 3.7, tabel 4.11
Draag persoonlijke beschermingskledij bij betreden van het koelsysteem
open natte koelsystemen
CV 3.7
Voorkom legionellabesmetting door regelmatige reiniging en desinfectie
CV es, 3.7
Vermijd zones met stilstaand water
altijd
CV 3.7 tabel 4.2
Zorg voor een goed regelbaar systeem (frequentiegeregelde aandrijving)
CV es 3.7 annex VI tabel 4.10
Onmiddellijk maatregelen treffen bij eventuele lekken
Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor omgeving Algemeen
CV 3.7, tabel 4.11
Beperk algengroei
natte koelsystemen
altijd
altijd
doorstroom-systemen
natte circulatie-systemen
CV 3.7 tabel 4.11
Beperk biologische groei
natte circulatie-systemen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Er is een legionella beheersplan en een ondrhoudsprogramma.
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Frequentiesturing aanwezig.
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan Er wordt altijd binnen systeemgrenzen gewerkt. verg Het systeem is optimaal ingeregeld waarbij systeemgrenzen altijd gerespecteerd worden
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
een calamiteitenplan treedt in werking bij eventuele (vermoedelijke) lekkages
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
onderdeel van het waterbehandelingssystee m
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
onderdeel van het waterbehandelingssystee m
CV 3.3, annex XII.3, tabel 4.5
Doordacht ontwerp van innamesysteem voor oppervlaktewater
natte koelsystemen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Koeltorens aanwezig voor koelmachines en indamper.
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Betreft een indirect koelsysteen
de CV 3.3 tabel 4.5
Optimalisatie van de snelheid van het ingenomen water
natte koelsystemen
de
Droog koelsysteem
Algemeen
temperatuur te koelen medium <25°C CV es tabel 4.1
Nat koelsysteem
geen direct contact tussen koelmiddel en omgeving (koel- of procesmedium circuleert in buizen of slangen), buizen of slangen worden op hun beurt gekoeld door water (nat systeem) of lucht (droog systeem) natuurlijk of geforceerde trek
Algemeen
CV es; 2.3, 3.2, annex XI.3, tabel 4.2, tabel 4.3 CV es 2.3.1
Doorstroomsysteem met of zonder koeltoren direct of indirect koelsysteem
hoeveelheid te koelen medium groot, voldoende hoeveelheid oppervlaktewater voorhande
Beperking watergebruik
Er is een legionella beheersplan en een ondrhoudsprogramma.
de
CV es 3.2 3.3 annex XII.6 tabel 4.1 tabel 4.2 tabel 4.4 CV es, 2.5
Beperking watergebruik
Ja, conform BREF verbonden aan verg
de
Hybride koelsysteem
Beperking watergebruik
Ja, volledig conform BREF
de
CV es, 2.6, 3.2, 3.3, annex XI, tabel 4.1; tabel 4.2, tabel 4.4
Algemeen
Ja, geheel of deels van toepassing
de
Maatregelen inzake arbeidsveiligheid en ter beperking van risico’s voor de omgeving
Algemeen
Ja, conform BREF verbonden aan Procedure PBM aanwezig. verg
de
Werk binnen de systeemgrenzen
Algemeen
Nee, niet of niet volledig conform BREF
de
CV 3.7, annex III.1, tabel 4.10
Algemeen
Ja, geheel of deels van toepassing
de
CV es; 2.3.3, annex VI, tabel 4.1 CV es 2.4 2.7 3.3 tabel 4.2 tabel 4 4 CV 3.3, annex XI, tabel 4.4 CV es 3.3 tabel 4.4
Gesloten koelsysteem nat of droog koelsysteem
hoeveelheid te koelen medium beperkt en temperatuur van te koelen medium maximaal 60°c combinatie van water en lucht als koelmiddel; reductie pluim gewenst, torenhoogte beperkt toegestaan temperatuur te koelen medium >60°C onvoldoende koelwater voorhande
te koelen medium bevat geen gevaarlijke stoffen en geen/beperkt risico voor de omgeving te koelen medium bevat gevaarlijke stoffen en hoog risico voor de omgeving Recirculatiesystemen koeltoren met natuurlijke of geforceerde trek natte systemen indien beperkte hoeveelheid oppervlaktewater voorhande Optimalisatie van het aantal cycli en de concentratie aan o.a. zouten recirculatiesystemen van het koelmiddel Vermijd gebruik van grondwater als koelmiddel natte koelsystemen
Ja, conform BREF verbonden aan Er is geen sprake van contact tussen koelmiddel verg en omgeving (gesloten systeem)
Direct koelsysteem
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Indirect koelsysteem
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
ja
nvt nvt
Beperking van emissies naar water Beperking van emissies naar water
CV 3.4, annex XII.5.1, Automatische reiniging tabel 4.6 CV es 3.4 annex IV.1 Gebruik corrosiebestendig materiaal annex IV.2 annex XII.3 annex III.1 annex XII tabel 4.6
condensors
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
natte koelsystemen nieuwe installaties niet voor brakwater
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Beperking van emissies naar water
CV es, 3.4, 3.7, annex IV.1, annex VI, tabel 4.6, tabel 4.10 CV 3.4
Beperk fouling en corrosie
natte koelsystemen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
recirculatiesysteem
optimaliseer gebruik van koelwateradditieven
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
CV es, 3.4
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Beperking van emissies naar water Beperking van emissies naar water Beperking van emissies naar water
Optimaliseer de verblijftijd van koelwater in het koelsysteem
CV 3.4 XII.7 tabel 4.7 Gebruik minder agressieve additieven
Beperking van emissies naar water
CV 3.4, annex XI, annex Beperk de hoeveelheid hypochloriet XII, tabel 4.7
Beperking van emissies naar water Beperking van emissies naar water
CV es, 3.4, annex XI.3, Beperk de hoeveelheid biocide tabel 4.7
Beperking water Beperking water Beperking water Beperking water Beperking water Beperking water Beperking water Beperking lucht Beperking lucht Beperking lucht Beperking lucht Beperking lucht Beperking
van emissies naar
CV es 3.8
CV es 3.4 tabel 4.7
van emissies naar
van emissies naar van emissies naar van emissies naar
nvt
CV es 3.4 annex XII Gebruik puls-alternerende chlorering tabel 4.7 CV es, 3.4, annex XI.3, Gebruik ozon tabel 4.7 CV es 3.4 tabel 4.3 optimalisatie van waterbehandelingsprogramma
koelsystemen waar verschillende koelstromen aan de uitlaat worden gemengd open koelsystemen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
CV es, 3.4, annex XI.3, Biofiltratie van aftapstroom tabel 4.3, tabel 4.7
natte systemen, bestaande installaties
natte koelsystemen
CV annex XII tabel 4.3 Circulatie van warmwaterpluim vermijden in rivieren en beperken in doorstroomsystemen estuaria en zeegebieden Vermijd dat de rookpluim de grond raakt natte koelsystemen
CV 3.5, tabel 4.8
CV 3.5 tabel 4.8
Vermijd pluimvorming
CV es 3.5 annex XI.5 tabel 4.8 CV 3.4, 3.8, tabel 4.6, tabel 4.8 CV es 3.2 tabel 4.3
Beperk driftverliezen (
Beperking van energieverbruik
Biocide wordt zeer beperkt toegevoegd conform het onderhoudsplan nvt
Maatregel n.v.t.
van emissies naar
Beperking van energieverbruik
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
Maatregel n.v.t.
Vermijd luchtinlaat bovenaan de koeltoren
van energieverbruik
Ja, volledig conform BREF Ja, volledig conform BREF
Maatregel n.v.t.
CV 3.5, tabel 4.8
Beperking van energieverbruik
open koelsystemen
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Maatregel n.v.t.
Beperk de hoeveelheid snel hydrolyserende biociden
van emissies naar
van emissies naar
natte systemen bestaande installaties open koelsystemen
Nee, geheel niet van toepassing
van emissies naar van emissies naar
doorstroomsystemen, open systemen
Nee, geheel niet van toepassing
CV 3.4, tabel 4.7
Vermijd 'blowdown'
natte koelsystemen
Maatregel n.v.t.
open koelsystemen
van emissies naar
van emissies naar
Toepassen van geschikte vulling
altijd
Ja, conform BREF verbonden aan Nalco systeem, verg desinfectant en legionella beheersing. Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t. Nalco systeem, desinfectant en legionella beheersing. Ja, conform BREF verbonden aan Nalco systeem, verg desinfectant en legionella beheersing. Maatregel n.v.t. Er wordt geen hypochloriet toegevoegd
CV es, 3.2, tabel 4.2, tabel 4.4 CV es 3.2 tabel 4.2 tabel 4.4 CV 3.2, tabel 4.3
Beperking van energieverbruik
CV 3.2 tabel 4.2
Beperking van energieverbruik
CV 3.2 tabel 4.2
Vermijd gebruik van asbest of geïmpregneerd hout Gebruik energiezuinige apparatuur goed energiebeheersingsbeleid gïntergreerde energiebesparingsprogramma's Zorg voor een goed regelbaar systeem (frequentiegeregelde aandrijving) Minimaliseer stromings- en warmteweerstanden (moduleer lucht en/of waterstromen)
Transportapparatuur (pompen ventilatoren) met hoog rendement en lage energievraag
natte koelsystemen natte koelsystemen natte koelsystemen natte koelsystemen altijd altijd altijd altijd altijd
altijd
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
mv
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
van
Ja, volledig conform BREF
van
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, wetg rechtstreeks van toepassing Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
MJA, opgenomen in onderhoudsplanning MJA, opgenomen in onderhoudsplanning MJA, opgenomen in onderhoudsplanning Frequentiesturing aanwezig. Het systeem is volledeig geoptimaliseerd om weerstanden zoveel mogelijk te beperken.
Ja, conform BREF verbonden aan verg
JA, komt uit naar voren uit energieonderzoek
Ja, geheel of deels toepassing Ja, geheel of deels toepassing Ja, geheel of deels toepassing Ja, geheel of deels toepassing Ja, geheel of deels toepassing
van
Ja, volledig conform BREF
van
Ja, volledig conform BREF
van
Ja, volledig conform BREF
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Bijlage 3 Toetsing BREF Opslag
6/7
IPPC-toets: BREF op- en overslag Naam inrichting: FrieslandCampina Kievit Datum 28-5-2014
1. Is deze BREF van toepassing op de inrichting? Ja. Ga door naar vraag 2.
2. Is de maatregel van
3. Is de maatregel
4. Is de maatregel volledig
.Toelichting VV
toepassing op de inrichting?
volledig conform de BREF in het IPPC-toetsdocument opgenomen?
conform de BREF aan de vergunning verbonden of rechtstreeks van toepassing middels wetgeving?
indien maatregel niet conform BREF of niet verbonden aan vergunning
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
grote inrichtingen voor opslag
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
voor sites waar significante VOS-emissies kunnen verwacht worden
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
behalve op sites waar tanks gebruikt worden voor korte of middellange opslag van uiteenlopende producten Open tanks afdekken door middel van: - een vlottende afdekking, of in geval van emissies naar lucht - een flexibele of tent afdekking, of - een rigide afdekking.
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
In open tanks het opgeslagen product (b.v. slurries) mengen om te vermijden dat een depositie optreedt die een bijkomende reinigingsstap zou vereisen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Subsector/activiteit
Nummer in de BREF
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.2.1 Annex 8.19 Bij het ontwerp van tanks rekening houden met: - de fysicochemische eigenschappen van het op te slaan product - de werkwijze voor de opslag, het benodigde instrumentatieniveau, het aantal benodigde operatoren, en hun werkbelasting - de wijze waarop de operatoren geïnformeerd worden over afwijkingen van de normale procescondities (alarmen) - de wijze waarop de opslag beschermd wordt tegen afwijkingen van de normale procescondities (veiligheidsinstructies, vergrendelingssystemen, overdrukbeveiligingen, lekdetectie en -beheersing, enz.) - de te plaatsen installatie, rekening houdend met vroegere ervaringen met het product (constructiematerialen, kwaliteit van de kleppen enz.) de te implementeren onderhouds- en inspectieplannen en de wijze waarop het onderhouds- en inspectiewerk kan vergemakkelijkt worden (toegankelijkheid, ontwerp, enz.) - de wijze waarop omgegaan wordt met noodsituaties (afstanden tot andere tanks, gebouwen, en (bedrijfs)grenzen, brandbescherming, toegankelijkheid
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.2.2.1 4.1.2.2.2 Een instrument gebruiken om pro-actieve onderhoudsplannen en risico-gebaseerde inspectieplannen vast te leggen, b.v. de 'risk and reliability based maintance approach' ESB 4.1.2.3 Tanks voor opslag bij atmosferische druk (of bijna-atmosferische altijd, behalve voor opslag van brandbare vloeistoffen druk) bovengronds plaatsen op een site met beperkte plaats (hier kan ook ondergrondse opslag worden overwogen)
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks
ESB 4.1.2.3 in ESB 4.1.3.6 en 4.1.3.7 in ESB 4.1.3.1 in
VOS emissies regelmatige berekenen, met mogelijkheid om het rekenmodel occasioneel te valideren door middel van metingen
ESB 4.1.4.4
Gebruik maken van 'dedicated' systemen
in ESB 4.1.3.2 4.1.3.3 4.1.3.4 ESB 4.1.5.1 in
Vloeibaar gemaakte gassen opslaan in ondergrondse tanks, ingeterpte tanks, of bolvormige tanks, afhankelijk van het opslagvolume Bij bovengrondse tanks die vluchtige stoffen bevatten ofwel een kleur aanbrengen met minimaal 70% reflectiviteit voor thermische of lichtstraling, ofwel een zonnescherm plaatsen Minimaliseren van emissies van tank opslag en overslag die een negatief milieu-effect hebben
ESB 4.1.2.2.3 in
in
Maatregel
Wanneer van toepassing? Ja, conform BREF verbonden aan Deze ontwerpaspecten zijn onderdeel geweest bij verg het bepalen van een geschikte tank bij aanschaf. De kwaliteitscertificaten die daarbij zijn geleverd borgen het feit dat er constructief niets aan kan mankeren. Een overzicht van de aanwezige tanks is opgenomen in bijlage 14 van de omgevingsvergunning aanvraag.
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.3.9
Bij tanks met extern vlottend dak: - zorgen voor een opening van minder dan 3,2 mm tussen het dak en de tankwand over ten minste 95% van de omtrek, en - gebruik maken van dichtingen van het type 'liquid mounted, mechanical shoe seals'
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen tanks
ESB 3.1.2
Bij tanks met extern vlottend dak gebruik maken van: - een vlottend dak met direct contact (double-dek), of - een bestaand vlottend dak zonder contact (pontoon) Tanks met extern vlottend dak voorzien van een koepeldak ('dome') in geval van ongunstige weersomstandigheden (sterke wind, regen, sneeuwval)
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
In tanks met extern vlottend dak het opgeslagen product (b.v. ruwe bij opslag van vloeistoffen met een hoog gehalte aan olie) mengen om te vermijden dat een depositie optreedt die een deeltjes (b.v. ruwe olie) bijkomende reinigingsstap zou vereisen ESB 4.1.3.10Annex 8.13 Bij tanks met vast dak en intern vlottend dak:- zorgen voor een opening van minder dan 3,2 mm tussen het dak en de tankwand over ten minste 95% van de omtrek, en - gebruik maken van dichtingen van het type 'liquid mounted, mechanical shoe seals'
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.3.11
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
in ESB 4.1.3.5 in ESB 4.1.5.1
in
in
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.5.1
ESB 4.1.6.4.1
Tanks met vast dak < 50 m³ voorzien van een overdrukventiel dat is ingesteld op de hoogst mogelijke waarde volgens de tank ontwerpcriteria In tanks met vast dak het opgeslagen product (b.v. ruwe olie) bij opslag van vloeistoffen met een hoog gehalte aan mengen om te vermijden dat een depositie optreedt die een deeltjes (b.v. ruwe olie) bijkomende reinigingsstap zou vereisen Corrosie voorkomen door: - constructiematerialen te selecteren die resistent zijn tegen de opgeslagen producten - gebruik te maken van aangepaste constructiemethoden - te voorkomen dat regen- of grondwater in de tank dringt, en zonodig het water dat in de tank is geaccumuleerd, te verwijderen - regenwater beheer toe te passen bij de drainage van de inkuiping - preventief onderhoud uit te voeren - waar van toepassing, corrosie inhibitoren toe te voegen, of kathodische bescherming aan te brengen aan de binnenkant van de tank
ESB 4.1.6.4.1
Bij ondergrondse tanks corrosie voorkomen door bijkomend op de buitenkant van de tank: - een corrosie-resistente deklaag aan te brengen - te plateren en/of - een kathodische bescherming aan te brengen ESB 4.1.6.4.1 4.1.2.2.1 Bij bolvormige tanks, semi-gekoelde en gekoelde tanks die ammoniak bevatten, spanningscorrosie (stress corrosion cracking) vermijden door: - spanningsvrij te maken d.m.v. een warmtebehandeling na het lassen - een risicogebaseerde inspectie
Deze tanks zijn spanningsloos gemaakt alvorens ze uitgeleverd zijn voor het gebruik van ammoniak als koudemedium Ja, conform BREF verbonden aan bedrijfsprocessen worden verg door middel van procedures en beheersystemen vastgelegd en gebruikt
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.4.2 4.1.6.4.3 Bedrijfsprocedures implementeren en onderhouden, b.v. door middel van beheerssystemen, om ervoor te zorgen dat: instrumenten geïnstalleerd zijn om bij hoog niveau of hoge druk alarmsignalen in te stellen en/of kleppen automatisch af te sluiten aangepaste werkinstructies opgelegd worden om overvulling tijdnes het vullen van de tanks te voorkomen - voldoende lege ruimte beschikbaar is in de tank in geval van een batch vulling
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.4.4
Lekdetectie toepassen bij tanks die vloeistoffen bevatten die potentieel bodemverontreiniging kunnen veroorzaken
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.4.8 4.1.6.4.10 4.1.6.4.11 4.1.6.4.12 ESB 4.1.6.4.8 4.1.6.4.10 4.1.6.4.11 4.1.6.4.12
Voor bovengrondse tanks een 'verwaarloosbaar niveau van risico' op Meestal, in sommige gevallen kan een 'aanvaardbaar bodemverontreiniging tengevolge van bodem en bodem/wand risiconiveau' ook volstaan connecties bereiken Voor bovengrondse tanks een secundair opvangsysteem voorzien, b.v.: - inkuipingen rond enkelwandige tanks - dubbelwandige tanks 'cup-tanks' - dubbelwandige tanks met gecontroleerde bodemafvoer
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Aanwezig
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.4.7
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.4.8
Bij de bouw van nieuwe enkelwandige tanks, in de kuipwand een volledige ondoordringbare barrière aanbrengen, b.v. - een flexibel membraan, b.v. HDPE - een kleimat - een laag asfalt - een laag beton Voor bestaande tanks in een inkuiping, een risico-gebaseerde benadering toepassen om te bepalen welke barrière best wordt aangebracht (b.v. een gedeeltelijk of volledig aan te brengen ondoordringbare laag)
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Voor tanks die vloeistoffen bevatten die een significant risico op vervuiling van bodem of water stellen
Op de grondstoftanks en de zuur loog tanks zitten niveaumeters die eventuele uitstroom voorzien. Tevens zijn ze uitgerust met automatische afsluiters. Ja, vastgelegd in de bodemrisisicoanalyse
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.4.9
Voor enkelwandige tanks die gechloreerde koolwaterstof solventen bevatten, op de beton barrière van de inkuiping een laminaat aanbrengen dat bestand is tegen gechloreerde koolwaterstoffen (laminaat gebaseerd op fenol of furaan harsen, 1 type epoxy hars)
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.4.13 4.1.6.1.14
Voor ondergrondse en ingeterpte tanks die producten bevatten die mogelijk bodemverontreiniging kunnen veroorzaken: - gebruik maken van een dubbelwandige tank met lekdetectie, of - gebruik maken van een enkelwandige tank met een secundair opvangsysteem en lekdetectie Een of meerdere personen aanduiden die verantwoordelijk zijn voor het beheer en de werking van de opslag Bij opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, een vloeistofdicht reservoir installeren, dat de gevaarlijke vloeistoffen die zijn opgeslagen boven het reservoir, geheel of gedeeltelijk kan opvangen Bekkens afdekken door middel van: - een kunststof afdekking, of een drijvende afdekking, of - een rigide afdekking (enkel voor kleine bekkens). Bij bekkens een voldoende vrije hoogte voorzien om overvullen ten gevolge van regenval te vermijden in geval het bekken niet is afgedekt Een ondoordringbare barriére aanbrengen onderaan de bekken, b.v. een flexibel membraan, een klei- of betonlaag Opslag van grote hoeveelheden koolwaterstoffen uitvoeren in uitgegraven ondergrondse holten
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.1 stoffen Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.5 stoffen
Opslag in bekkens
ESB 4.1.8.2 4.1.8.1
Opslag in bekkens
ESB 4.1.11.1
Opslag in bekkens
ESB 4.1.9.1
Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch
ESB 3.1.15 4.1.13.3
Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch
Opslag in uitgegraven ondergrondse holten - onder druk Opslag in uitgegraven ondergrondse holten - onder druk Opslag in uitgegraven ondergrondse holten - onder druk Opslag in ondergrondse holtes bekomen door zoutuitloging
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
in geval van significante emissies naar lucht bij normale uitbating, b.v. bij opslag van varkensmest
bij opslag van stoffen die een risico op bodemverontreiniging stellen indien de geologische omstandigheden hiertoe geschikt zijn
Ja, volledig conform BREF
Ja, hoofd TD JA, gevaarlijke stoffen zijn geplaatst boven lekbakken.
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.12.1
Bij opslag van vloeibare koolwaterstoffen in meerdere holtes met een vast waterniveau, gebruik maken van een dampbalanssysteem
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.13.2
Een meetprogramma toepassen en regelmatig evalueren, dat minimaal omvat: - bepaling van het hydraulisch stromingspatroon rond de holtes door middel van grondwatermetingen, piëzometers en/of drukcellen, debietmetingen van het sijpelwater - bepaling van de stabiliteit van de holte door seismische monitoring - procedures voor het opvolgen van de waterkwaliteit door regelmatige staalnames en analyses - corrosie monitoring
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.13.5
De holte dusdanig ontwerpen dat, op de diepte waar ze is gelegen, de hydrostatische druk van het grondwater rondom de holte altijd groter is dan die van het opgeslagen product Om te vermijden dat sijpelwater in de holte binnendringt, naast een aangepast ontwerp, bijkomend cement injectie toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.13.8
Automatische overvulbeveiligingssystemen toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 3.1.16 4.1.14.3
Opslag van grote hoeveelheden koolwaterstoffen uitvoeren in uitgegraven ondergrondse holten
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.14.2
Een meetprogramma toepassen en regelmatig evalueren, dat minimaal omvat: - bepaling van het hydraulisch stromingspatroon rond de holtes door middel van grondwatermetingen, piëzometers en/of drukcellen, debietmetingen van het sijpelwater - bepaling van de stabiliteit van de holte door seismische monitoring - procedures voor het opvolgen van de waterkwaliteit door regelmatige staalnames en analyses - corrosie monitoring
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.14.5
De holte dusdanig ontwerpen dat, op de diepte waar ze is gelegen, de hydrostatische druk van het grondwater rondom de holte altijd groter is dan die van het opgeslagen product Om te vermijden dat sijpelwater in de holte binnendringt, naast een aangepast ontwerp, bijkomend cement injectie toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.14.8
Automatische overvulbeveiligingssystemen toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 3.1.17 4.1.15.3
Opslag van grote hoeveelheden koolwaterstoffen uitvoeren in uitgegraven ondergrondse holten
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.13.6
ESB 4.1.14.6
Opslag in ondergrondse holtes bekomen door zoutuitloging
ESB 4.1.15.2
Een meetprogramma toepassen en regelmatig evalueren, dat minimaal omvat: - bepaling van de stabiliteit van de holte door seismische monitoring - corrosie monitoring - regelmatig echopeilingen uitvoeren om eventuele veranderingen in vorm te detecteren, in het bijzonder bij gebruik van onverzadigde pekel
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 4.1.2.2.1
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 4.2.1.3
Een instrument gebruiken om pro-actieve onderhoudsplannen en risico-gebaseerde inspectieplannen vast te leggen, b.v. de 'risk and reliability based maintance approach' Een LDAR programme (Leak Detection and Repair) toepassen voor grote opslagplaatsen, rekening houdend met de aard van de opgeslagen producten Minimaliseren van emissies van tank opslag en overslag die een grote inrichtingen voor opslag negatief milieu-effect hebben
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 4.2.4.1
Gebruik maken van bovengrondse gesloten pijpleidingen
ESB 4.1.2.2.1
Gebruik maken van een 'risk and reliability maintenance approach' in bestaande installaties (voor nieuwe installaties zijn bij ondergrondse pijpleidingen ondergrondse pijpleidingen geen BBT) Het aantal flenzen minimaliseren door flenzen te vervangen door gelaste verbindingen, rekening houdend met de beperkingen gesteld door de eisen voor onderhoud van de installatie of flexibiliteit van het transfer systeem Interne corrosie van pijpleidingen voorkomen door: constructiematerialen te selecteren die resistent zijn tegen de opgeslagen producten - gebruik te maken van aangepaste constructiemethoden - gebruik te maken van preventief onderhoud waar gepast, gebruik te maken van een interne coating of corrosie inhibitoren toe te voegen Externe corrosie van pijpleidingen voorkomen door een 1, 2 of 3altijd, behalve bij pijpleidingen van kunststof en lagige coating aan te brengen, rekening houdend met site-specifieke roestvrij staal omstandigheden (bv. nabij de zee), Bij kleppen - kiezen voor pakkingsmaterialen en constructies die geschikt zijn voor de toepassing - controle (monitoring) richten op kleppen met het hoogste risico (b.v. regelkleppen met stijgende spindel die continu in werking zijn) - gebruik maken van roterende regelkleppen of toerentalgeregelde pompen in plaats van van regelkleppen met stijgende spindel - bij transfer van toxische, carcinogene of andere schadelijke stoffen, gebruik maken van membraanafsluiters, balgafsluiters of dubbelwandige afsluiters drukventielen terugvoeren naar het transfer of opslagsysteem of naar een dampbehandelingsinstallatie
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 4.1.3.1
ESB 4.2.2.1
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Onderhoudssysteem aanwezig
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing Maatregel n.v.t.
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Maatregel n.v.t.
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Er vinden geen emissies plaats bij de stoffen die in tanks worden opgeslagen Een stukje leiding (circa 30 m) van de melk ontvangst loopt ondergronds in een betonnen bak. Alle overige pijpleidingen zijn bovengronds en gesloten.
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Het aantal flenzen in de processen is geminimaliseerd (ook uit hygiene-oogpunt) Er is uitsluitend sprake van procesleidingen van RVS
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 4.2.3.1
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 4.2.3.2
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 3.2.2.6 4.2.9
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 3.2.2.2 3.2.2.3 5.2.2.4
Bij pompen en compressoren: - de pomp of compressor goed vastmaken aan de grondplaat of het geraamte - krachten bij verbindingsstukken binnen de aanbevelingen van de producent houden - aangepast ontwerp van zuigpijpleidingswerk om het hydraulische onevenwicht te minimaliseren - afregeling van as en omhulsel volgens de aanbevelingen van de producent - afregeling van aandrijving/pomp of compressor koppeling volgens de aanbevelingen van de producent - correct uitbalanceren van roterende onderdelen - effectief voeden van pompen en compressoren voor opstarten - pompen en compressoren laten werken binnen het door de producent aanbevolen werkingsgebied (de optimale performantie wordt bereikt bij het punt met de beste efficiëntie) - het beschikbare niveau van netto positieve aanzuighoogte moet altijd hoger zijn dan de pomp of compressor regelmatige controle en onderhoud van roterende onderdelen en afdichtingssystemen, in combinatie met een herstel- of vervangingsprogramma
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Alle pompen zijn stevig verankerd op degelijke constructies of grondplaten. Het ontwerp is zo uitgevoerd dat er geen spraek is van hydraulisch onbalans. Alle roterende delen zijn tevens uitgebalanceerd.
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 3.2.2.2 3.2.4.1 4.2.9
Correcte keuze van pomp en afdichtingstypes voor de procestoepassing, bij voorkeur pompen die technologisch ontworpen zijn om goed afgedicht te zijn, zoals: - 'canned motor' pompen, magnetisch aangedreven pompen - pompen met meervoudige mechanische afdichtingen en een quench of buffer systeem pompen met meervoudige mechanische afdichtingen droog aan de atmosfeer - membraanpompen - balgpompen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Alle pompen en afdichtingen zijn ontworpen voor de stof die hierdoor getransporteerd wordt.
Er is uitsluitend sprake van pijpleidingen van RVS. Deze voldoen aan de daarvoor geldende eisen uit bouwbesluit, PGS etc.
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 3.2.3 4.2.9.13
Bij compressoren die niet giftige gassen transfereren, gebruik maken van met gas gesmeerde mechanische afdichtingen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 3.2.3 4.2.9.13
Bij compressoren die giftige gassen transfereren, gebruik maken van dubbele afdichtingen met een vloeistof of gasbarrière, en de proceskant van de afdichting purgeren met een inert buffer gas
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 3.2.3 4.2.9.13
Opslag van vaste stoffen
ESB 5.3.1
Bulkopslag van vaste stoffen in open lucht
ESB 4.3.3.1
Bulkopslag van vaste stoffen in open lucht
ESB 4.3.6.1 4.3.6.3 Tabel 4.13
Bij compressoren bij erg hoge druk, gebruik maken van een 'triple tandem' afdichtingssysteem Op staalnamepunten voor vluchtige stoffen, gebruik maken van een 'ram type sampling valve', of een - 'needle valve' of een - 'block valve' Opslag in gesloten systemen, b.v. silo's, bunkers, hoppers en behalve voor opslag van (zeer) grote hoeveelheden containers niet of licht stuifgevoelig en bevochtbaar materiaal (opslag in openlucht kan hier de enige mogelijkheid zijn) Regelmatig of continu visuele inspecties uitvoeren om te zien of zich stofemissies voordoen, en om te controleren of de preventieve maatregelen goed werken Bij langdurige bulkopslag in open lucht: - bevochtiging van het oppervlak met duurzame vocht-bindende stoffen, en/of -afdekking van het oppervlak, b.v. met geteerd zeildoek, en/of - solidificatie van het oppervlak, en/of - gras laten groeien op het oppervlak
Bulkopslag van vaste stoffen in open lucht
ESB 4.3.6.1 4.3.6.3 Tabel 4.13
Bulkopslag van vaste stoffen in gesloten systemen Bulkopslag van vaste stoffen in gesloten systemen
Overslag, transport en behandeling van vaste bulk Overslag, transport en behandeling van vaste bulk Overslag, transport en behandeling van vaste bulk Overslag, transport en behandeling van vaste bulk Overslag, transport en behandeling van vaste bulk
ESB 4.2.9.14
ESB 4.3.4.2 ESB 4.3.8.4
ESB 4.4.3.1 stoffen in
ESB 4.4.3.5.1 stoffen in
ESB 4.4.3.4 stoffen in
ESB 4.4.3.5.2 stoffen in
ESB 4.4.3.5.3 stoffen in
ESB 4.4.6.12 Overslag, transport en behandeling van vaste stoffen in bulk
Overslag, transport en ESB 4.4.6.13 behandeling van vaste stoffen in bulk Overslag, transport en ESB 4.4.6.8 4.4.6.9 behandeling van vaste stoffen in 4.3.6.1 bulk Overslag, transport en ESB 4.4.5.6 behandeling van vaste stoffen in bulk
Ja, conform BREF verbonden aan verg
De afsluitingen zijn voorzien van gasgesmeerde afdichtingen Ja, conform BREF verbonden aan Er wordt gebruik gemaakt verg van dubbele afdichtingen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Opslag in tanks vindt plaats volgens de geldende PGS-eisen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
Ja, is ATEX ruimte
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Transportafstanden zo kort mogelijk houden en in de mate van het mogelijke gebruik maken van continue transport wijzen (b.v. transportbanden) Bij gebruik van mechanische laadschoppen, de afworphoogte reduceren en de beste positie kiezen bij het afwerpen in een vrachtwagen De snelheid van voertuigen op de site aanpassen om te vermijden of te minimaliseren dat stof opwervelt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Systeem is volledig gesloten, niet van toepassing. nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Wegen die enkel gebruikt worden door vrachtwagens en auto's, verharden, met beton of asfalt, omdat ze dan makkelijker kunnen schoongemaakt worden, om ter vermijden dat de voertuigen stof doen opwervelen Verharde wegen schoonmaken
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Alle wegen worden periodiek (1x per kwartaal) gereinigd, ook vanuit hygiene-oogpunt. Daarnaast vind er 6 wekelijks een hygiene audit ronde plaats waarna besloten kan worden om extra reinigingen door te voeren.
Wassen van de banden van de voertuigen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Bij kortdurige opslag in open lucht: - bevochtiging van het oppervlak met duurzame vocht-bindende stoffen, en/of bevochtiging van het oppervlak met water, en/of - afdekking van het oppervlak, b.v. met geteerd zeildoek Bij opslag in loodsen: gebruik maken van goed ontworpen ventilatie en filters en de deuren gesloten houden Bij opslag van organische vaste stoffen in silo's, gebruik maken van explosiebestendige silo's, uitgerust met een veiligheidsklep die zich na de explosie snel sluit, om te vermijden dat zuurstof in de silo binnenkomt Het laden en lossen zoveel mogelijk plannen wanneer de afhankelijk van de lokale situatie, rekening houdend windsnelheid laag is met de kosten
Bij het laden en lossen stuifgevoelige, bevochtbare stoffen bevochtigen Bij het laden en lossen van stuifgevoelige stoffen de daalsnelheid van het product minimaliseren b.v. door: - het aanbrengen van platen in de vulbuizen - op het einde van de buis een 'loading head' aanbrengen om de uittreedsnelheid te reguleren - gebruik maken van een cascade (b.v. een cascade buis of trechter) - een minimale hellingsgraad gebruiken
in zover mogelijk, rekening houdend met product kwaliteit, veiligheid, en beschikbaarheid van water
Maatregel n.v.t.
nvt
Overslag, transport en ESB 4.4.5.7 behandeling van vaste stoffen in bulk
Bij het laden en lossen van stuifgevoelige stoffen de vrije valhoogte van het product minimaliseren door de uitmonding van de losinstallatie te laten zakken tot op de bodem van de laadruimte of boven het materiaal dat al is opgestapeld, b.v. door gebruik van: in hoogte verstelbare vulpijpen - in hoogte verstelbare vulbuizen in hoogte verstelbare cascade buizen Bij gebruik van grijpers, het beslissingsschema uit paragraaf 4.4.3.2 van de BREF volgen, en de grijper lang genoeg in de storttrechter laten na het lossen Voor nieuwe grijpers, gebruik maken van grijpers met volgende eigenschappen: - geometrische vorm en optimale laadcapaciteit het grijpervolume is altijd groter dan de grijpercurve - het oppervlak is glad om te vermijden dat er materiaal aan blijft vastkleven - een goede sluitcapaciteit bij permanent gebruik
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Overslag, transport en ESB 4.4.5.5 behandeling van vaste stoffen in bulk Overslag, transport en ESB 4.4.6.1 4.4.6.8 behandeling van vaste stoffen in 4.4.6.9 4.4.6.10 bulk
Omslagpunten van transportband naar transportband zodanig ontwerpen dat zo weinig mogelijk materiaal gemorst wordt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Voor niet of weinig stuifgevoelige producten en voor matig stuifgevoelige, bevochtigbare producten gebruik maken van open transportbanden en, afhankelijk van de lokale omstandigheden één of meerdere van volgende technieken toepassen: - laterale afscherming tegen wind - water versproeien ter hoogte van de omslagpunten - schoonmaken van de band
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Overslag, transport en ESB 4.4.5.2 behandeling van vaste stoffen in bulk
Voor sterk stuigevoelige producten en voor matig stuifgevoelige, in nieuwe installaties niet bevochtigbare producten, gebruik maken van gesloten transporteurs, of types waarbij de band zelf of een 2e band het materiaal omsluit, b.v.: - pneumatische transporteurs trogkettingtransporteurs - schroeftransporteurs - gesloten buisvormige transportbanden - gesloten hangende transportbanden transportbanden met dubbele band of gebruik maken van gesloten transportbanden zonder onderrollen, b.v.: - 'aerobelt' transportbanden - lage wrijvings transportbanden - transportbanden met 'diabolo's' Voor sterk stuigevoelige producten en voor matig stuifgevoelige, in bestaande installaties niet bevochtigbare producten, de transportbanden omkasten
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Overslag, transport en ESB 4.4.3.2 behandeling van vaste stoffen in bulk ESB 4.4.5.1 Overslag, transport en behandeling van vaste stoffen in bulk
Overslag, transport en ESB 4.4.6.2 behandeling van vaste stoffen in bulk Opslag van vloeistoffen en ESB 4.1.3.15 vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van vloeistoffen en ESB 4.1.3.15 vloeibaar gemaakte gassen in tanks
Bij open tanks met een flexibele, tent of rigide afdekking, gebruik maken van een dampbehandelingsinstallatie
van geval tot geval (afhankelijk van de aard van de opgeslagen stoffen)
Bij tanks met vast dak gebruik maken van een dampbehandelingsinstallatie
Bij opslag van vluchtige stoffen die geklasseerd zijn als toxisch (T), erg toxisch (T+), of carcinogeen, mutageen en toxisch voor de reproductie (CMR) categorieën 1 en 2 Bij tanks met vast dak gebruik maken van:- een Bij opslag van vluchtige stoffen die NIET geklasseerd dampbehandelingsinstallatie, of- een intern vlottend dak met direct zijn als toxisch (T), erg toxisch (T+), of carcinogeen, contact, of- een intern vlottend dak zonder contact mutageen en toxisch voor de reproductie (CMR) categorieën 1 en 2. In D/NL: vanaf dampdruk 1/1,3 kPa en tankvolume 50/300 m≥
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.3.15
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.3.15
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.3.11 4.1.3.13 4.3.1.14 4.3.1.15
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.4
Bij druktanks gebruik maken van gesloten tank drainagesystemen die aangesloten zijn op een dampbehandelingsinstallatie
afhankelijk van het tanktype
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
ESB 3.1.9 4.1.3.14
Bij 'lifter roof tanks' gebruik maken van: - een flexibele diafragma tanks uitgerust met druk/vacuum ventielen, of - een lifter roof tank uitgerust met druk/vacuum ventielen en aangesloten tot een dampbehandelingsinstallatie Bij ondergrondse of ingeterpte tanks gebruik maken van een dampbehandelingsinstallatie
Bij opslag van vluchtige stoffen die geklasseerd zijn als toxisch (T), erg toxisch (T+), of carcinogeen, mutageen en toxisch voor de reproductie (CMR) categorieën 1 en 2
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Enkel stikstof en CO2, geen gevaarlijke vluchtige stoffen. nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.3.15
Bij atmosferische horizontale tanks gebruik maken van een dampbehandelingsinstallatie
Bij opslag van vluchtige stoffen die geklasseerd zijn als toxisch (T), erg toxisch (T+), of carcinogeen, mutageen en toxisch voor de reproductie (CMR) categorieën 1 en 2 Bij atmosferische horizontale tanks: - gebruik maken van Bij opslag van vluchtige stoffen die NIET geklasseerd overdrukventielen (pressure vacuum relief valves), en/of - upraten zijn als toxisch (T), erg toxisch (T+), of carcinogeen, naar 56 mbar, en/of - gebruik maken van een dampbalanssysteem, mutageen en toxisch voor de reproductie (CMR) en/of - gebruik maken van een damp opvangtank en/of - gebruik categorieën 1 en 2 maken van een dampbehandelingsinstallatie
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.3.11 4.1.3.13 4.3.1.14 4.3.1.15
Opslag in bekkens
ESB 4.1.3.15
Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten - onder druk Opslag in ondergrondse holtes bekomen door zoutuitloging
ESB 4.1.13.3
Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
ESB 4.2.8
Bulkopslag van vaste stoffen in gesloten systemen
ESB 4.3.7
ESB 4.1.14.3
ESB 5.1.6
Bij ondergrondse of ingeterpte tanks: - gebruik maken van Bij opslag van vluchtige stoffen die NIET geklasseerd overdrukventielen (pressure vacuum relief valves), en/of - gebruik zijn als toxisch (T), erg toxisch (T+), of carcinogeen, maken van een dampbalanssysteem, en/of - gebruik maken van mutageen en toxisch voor de reproductie (CMR) een damp opvangtank en/of - gebruik maken van een categorieën 1 en 2 dampbehandelingsinstallatie Bij bekkens met een rigide afdekking, gebruik maken van een van geval tot geval dampbehandelingsinstallatie Bij het wegpompen van sijpelwater dat in de holte is binnengedrongen, het afvalwater behandelen vooraleer het geloosd wordt Bij het wegpompen van sijpelwater dat in de holte is binnengedrongen, het afvalwater behandelen vooraleer het geloosd wordt Koolwaterstoffen die aanwezig zijn in het raakvlak tussen de pekel en de koolwaterstoffen door het vullen en ledigen van de holte, afscheiden in een pekelbehandelingsinstallatie, opvangen en veilig afzetten bij significante emissies, van geval tot geval te Gebruik maken van dampbalanssystemen of dampbehandeling bij het laden en lossen van vluchtige stoffen in (of uit) vrachtwagens en beslissen (afhankelijkvan de aard van de stof en het schepen geëmitteerd volume) Bij opslag van vaste stoffen in gesloten systemen gebruik maken van stofverwijderingstechnieken
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
door verwijdering lucht stoffilters en perslucht wordt e.e.a. verwijderd Deze transportbanden zijn niet aanwezig
Overslag, transport en ESB 4.4.6.4 behandeling van vaste stoffen in bulk Overslag, transport en ESB 4.4.5.2 behandeling van vaste stoffen in bulk
Bij afzuigen van transportbanden, de afgezogen lucht behandelen in in bestaande installaties een filter
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Het energiegebruik voor transportbanden reduceren door gebruik te maken van - een good ontwerp van de transport band, inclusief tussenwielen en afstand tussen de tussenwielen - een accurate tolerantie van de installatie - een band met lage rolweerstand
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.1
Een veiligheidsbeheerssysteem toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Nee, niet of niet volledig conform BREF
Maatregel n.v.t.
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.2
Gepaste organisatorische maatregelen implementeren en opleidingsmogelijkheden en instructies voorzien voor het personeel met het oog op een veilige en verantwoorde uitbating van de installatie
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.5.2
Implementatie van brandbeschermingsmaatregelen, zoals: vuurbestendige bekleding of deklagen - brandmuren (enkel voor kleinere tanks), en/of - water koelsystemen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan Brandwerende ruimten zijn volledig gecertificeerd verg bekleed daar waar nodig.
Opslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen in tanks
ESB 4.1.6.5.3
Implementatie en keuze van brandblusapparatuur
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Speciale PGS-15 container is daarvoor aangeschaft en ingericht.
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
JA, conform de PGS-15
Opslag van vloeistoffen en ESB 4.1.6.5.4 vloeibaar gemaakte gassen in tanks Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.6.1 stoffen Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.1 stoffen Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.1 stoffen
Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.3 stoffen
Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.4 stoffen Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.5 stoffen
Voldoende bluswateropvang voorzien
Een veiligheidsbeheerssysteem toepassen, dat minimaal een evalutatie van het risico op ongelukken en incidenten omvat De personen die verantwoordelijke zijn voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen specifieke opleiding en opfrissingsopleidingen geven in verband met noodtoestanden De overige personeelsleden op de site informeren over: - de risico's van de opslag van de verpakte gevaarlijke stoffen, en - de voorzorgsmaatregelen die noodzakelijk zijn voor een veilige opslag van stoffen met verschillende risico's De opslagplaats voor verpakte gevaarlijke stoffen scheiden van andere opslagplaatsen, van ontstekingsbronnen en van andere gebouwen op en naast de site, door een voldoende veiligheidsafstand te respecteren, eventueel in combinatie met brandbestendige muren. Bij opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, incompatibele stoffen van elkaar scheiden of afzonderen Bij opslag van verpakte gevaarlijke stoffen, een vloeistofdichte bluswateropvang voorzien in opslaggebouwen en opslagplaatsen
van geval tot geval te beoordelen, in overleg met de brandweer
Ja, volledig conform BREF
Ja, volledig conform BREF
nvt
Er is geen sprake van opslagvoorzieningen waarvoor een veiligheidsbeheersysteem benodigd is. Ja, conform BREF verbonden aan Er is regelmatig verg opleidingen voor het personeel.
Jaarlijkse controle in afstemming met brandweer, Er is een actuele gebruiksvergunning vanuit de brandweer aanwezig nvt
beschreven in bhvplan Er is regelmatig opleidingen voor het personeel. Ja, wordt als onderdeel periodoiek bij werkoverleggen overlegd
water wordt apart opgevangen
Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.6 stoffen Opslag van verpakte gevaarlijke ESB 4.1.7.6.1 stoffen
Opslag in uitgegraven ondergrondse holten atmosferisch Opslag in uitgegraven ondergrondse holten - onder druk Opslag in uitgegraven ondergrondse holten - onder druk Opslag in ondergrondse holtes bekomen door zoutuitloging Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen Overslag van vloeistoffen en vloeibaar gemaakte gassen
Bulkopslag van vaste stoffen in gesloten systemen Opslag van vaste stoffen
Bij opslag van verpakte gevaarlijke stoffen een voldoende beschermingsniveau van brandvoorkomings- en brandbestrijdingsmaatregelen voorzien Vermijden van ontstekingsbronnen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, conform PGS-15
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Er zijn geen onstekingsbronnen nabij de opslagvoorzieningen aanwezig
ESB 4.1.6.1
Een veiligheidsbeheerssysteem toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.6.1
Een veiligheidsbeheerssysteem toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.14.4
Gebruik maken van faalveilige kleppen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
ESB 4.1.6.1
Een veiligheidsbeheerssysteem toepassen
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
ja, op ammoniakinstallatie Ja, een specifiek persooon (monteur TD)is er van op de hoogte. Bij toolboxmeetingen komt veiligheid geregeld aan de orde.
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Voldoet aan bouwbesluit.
ESB 4.1.6.1
Een veiligheidsbeheerssysteem toepassen
ESB 4.1.6.2
Gepaste organisatorische maatregelen implementeren en opleidingsmogelijkheden en instructies voorzien voor het personeel met het oog op een veilige en verantwoorde uitbating van de installatie
ESB 4.3.4.1 4.3.4.5
Bij opslag in silo's gebruik maken van een aangepast ontwerp om stabiliteit te creëren en te vermijden dat de silo ineenstort Een veiligheidsbeheerssysteem toepassen
ESB 4.1.7.1
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, volledig conform BREF Ja, volledig conform BREF
Ja ATEX
Bijlage 4 Toetsing BREF Monitoring
7/7
IPPC-toets: BREF monitoring Naam inrichting: FrieslandCampina Kievit Datum 28-5-2014
1. Is deze BREF van toepassing op de inrichting? Ja. Ga door naar vraag 2.
2. Is de maatregel van
3. Is de maatregel
4. Is de maatregel volledig
.Toelichting VV
toepassing op de inrichting?
volledig conform de BREF in het IPPC-toetsdocument opgenomen?
conform de BREF aan de vergunning verbonden of rechtstreeks van toepassing middels wetgeving?
indien maatregel niet conform BREF of niet verbonden aan vergunning
Subsector/activiteit
Nummer in de BREF
Maatregel
Overwegingen
2.1
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
correct
Overwegingen
2.2 2.3
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Overwegingen
Waarom: Metingen dienen voor beoordeling processen, milieuheffingen, wettelijke verplichtingen, deelname aan convenanten, ondernemingsbeleid t.a.v. maatschappelijke verantwoordelijkheid Wie: Metingen worden uitgevoerd door bedrijf met ondersteuning van externe adviseurs Wat: Zie meet- en registratietabel
Wanneer van toepassing?
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, conform BREF verbonden aan verg
Ja, indien de kennis niet zelf in huis is Dagelijks I.E. op geloosd water en wekelijks worden mengmonsters aan erkend laboratorium aangeboden waarop de V.E. bepaald wordt en afgerekend met het waterschap
Overwegingen
2.4
Eenheden: Conform vergunningen, jaarvrachten in MJV op basis (periodieke) metingen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan Vindt plaats zoals gesteld. verg Middels het eMJV
Overwegingen
2.5
Hoe: Frequentie gebaseerd op vergunningen en wettelijke eisen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan De frequentie vindt plaats verg volgens vergunningen en wettelijke eisen
Overwegingen
2.6
Onzekerheden worden gedekt door voldoende frequentie en meethistorie
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan stookinstallatie op basis van periodieke inspecties. verg
Overwegingen
2.7 3.1
Vergunningseisen worden in ontwerpbeschikking afgestemd met bevoegd gezag Diffuse emissies zijn in de zuivelindustrie niet relevant
Ja, geheel of deels van toepassing Nee, geheel niet van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Totale emissie
Ja, conform BREF verbonden aan verg Maatregel n.v.t.
Totale emissie
3.2
Incidentele emissies die relevant zijn worden opgenomen in het MJV
Totale emissie
3.3
Waarden lager dan detectiegrens worden gerapporteerd in overleg met bevoegd gezag
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Totale emissie
3.4
Data verwerking
4.1
Onverklaarbare afwijkingen worden buiten beschouwing gelaten of heronderzocht Betrouwbaarheid: metingen worden uitgevoerd onder representatieve bedrijfssituatie
Ja, geheel of deels van toepassing Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Maatregel n.v.t.
Ja, volledig conform BREF Ja, volledig conform BREF
Ja, volledig conform BREF Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing Ja, conform BREF verbonden aan verg
Dit is een standaard methode Difuse emissies zijn in de zuivelindustrie niet relevant.
Waarden lager dan de vergunninggrenzen worden gerapporteerd. Detectiegrenzen kunnen niet lager dan het detecteerbare aangegeven worden. correct Metingen worden uitgevoerd naar representatieve bedrijfssituaties. Dergelijke metingen worden hierop ook door bevoegd gezag getoetst.
Data verwerking
4.2
Van meten naar rapporteren: Zie meet- en registratietabel
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, conform BREF verbonden aan verg
Metingen worden uitgevoerd naar representatieve bedrijfssituaties. Dergelijke metingen worden hierop ook door bevoegd gezag getoetst.
Data verwerking
4.2
CO2- en NOx-handel conform monitoringsprotocool
Nee, geheel niet van toepassing
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
nvt
Data verwerking
4.3
Emissies lucht, water en afval Zie meet- en registratietabel
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Metingen worden uitgevoerd naar representatieve bedrijfssituaties. Dergelijke metingen worden hierop ook door bevoegd gezag getoetst.
Meetmethoden
5.1 t/m 5.5
Als meetmethoden worden directe metingen, afgeleide metingen, massabalansen, berekeningen en emissiefactoren gebruikt Zie meeten registratietabel
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Naleving vergunning
6
Overschrijdingen van vergunningsvoorschriften worden gemeld aan het bevoegd gezag, rapportage is onderdeel van het MJV
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Rapportage
7.1 t/m 7.6
Jaarlijks wordt aan het bevoegd gezag gerapporteerd in een milieujaarverslag dat conform de convenantafspraken is gebaseerd op het wettelijk format en nationale rapportageverplichtingen
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
Bedoelde metingen (gegevens) worden inderdaad gebruikt, zie tevens MJV. Onvoorziene gebeurtenissen worden altijd gemeld aan bevoegd gezag. MJV wordt jaarlijks gerapporteert aan bevoegd gezag
Rapportage
7.4
Maatregel n.v.t.
Maatregel n.v.t.
8
De bedrijfsrapportage wordt gebruikt voor het openbare concernmilieuverslag Kosten van monitoring zijn in overeenstemming met het betrokken belang (kosteneffectiviteit)
Nee, geheel niet van toepassing
Kosten
Ja, geheel of deels van toepassing
Ja, volledig conform BREF
Ja, wetg rechtstreeks van toepassing
nee, enkel voor eigen emjv anders worden andere oplossingen bezien
2014
Bijlage
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht opslag van gassen in vaste reservoirs
2014
Bijlage 10
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht gassen in flessen
2014
Bijlage 11
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht opslagkasten
2014
Bijlage 12
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht inpandige/uitpandig opslag < 10 ton
2014
Bijlage 13
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht airco installaties
2014
Bijlage 14
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht opslag vloeistoffen in tanks
2014
Bijlage 15
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht stookinstallaties
2014
Bijlage 16
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Overzicht Laboratorium
2014
Vergunningaanvraag WABO FrieslandCampina Kievit Meppel
Bijlage 18
Organogram
Bijlage 19
Procesbeschrijving Kievit Meppel mei 2014
Kievit verwerkt een breed scala van vloeibare (waaronder melk, wei, (plantaardig) vet en glucosestroop) en poedervormige (waaronder lactose, wei –en melkpoeder en gedroogde glucosestroop) grondstoffen tot een uitgebreid pakket van poedervormige speciaal producten, bestemd voor de voedingsmiddelenindustrie, waaronder vetkernen, bakkerijgrondstoffen, coffee- en soupcreamers en melkpoeders. De vier droogtorens en de bijbehorende verwerkingslijnen zijn zodanig uitgelegd dat ze nagenoeg alle eindproducten kunnen produceren. Ook tanks en silo’s zijn voor meerdere grondstoffen geschikt. Het flowschema en de hierna volgende tekst geven een globaal beeld van de Combinatiemogelijkheden en de processen (Dit geldt ook voor de proeftorens).
Pagina 1 van 6 April 2011
A. Aanvoer van volle melk, (ingedikte) magere melk, wei, vet, glucosestroop en overige vloeibare grondstoffen bestemd voor eigen verwerking of bestemd voor doorlevering gebeurt d.m.v. tankauto's. Deze worden na bemonstering gelost in de daarvoor bestemde tanks. De auto's worden vóór en na lossing gewogen. B. De in te dikken vloeistoffen worden vanuit opslagtanks (A) in een meertraps indampinstallatie (indamper 2) onder vacuüm ingedikt. Vanuit deze installatie komt het ingedikte product via een warmtewisselaar in opslagtanks (A of Q). De melk of dunne wei in de indampinstallatie wordt verwarmd met stoom van maximaal 24 bar. De ontstane damp wordt vervolgens door de indamptrappen naar een condensor geleid waarbij het condenseert. Het eerste condensaat, dat niet verontreinigd is, wordt opgeslagen in een tank bij het ketelhuis. Het 2e condensaat, dat licht verontreinigd kan zijn, wordt geloosd op de riolering. De condensor wordt gekoeld via een circulatiesysteem met een koeltoren. Het 1e condensaat wordt gebruikt om de stoomketel te voorzien van Pagina 2 van 6
voedingswater (naast onthard leidingwater.) De capaciteit van de indamper is ca. 25.000 kg/uur waterverdamping. Het specifiek stoomverbruik is ca. 0,1 á 0,25. C. Aanvoer van poedervormige grondstoffen kan plaatsvinden met vrachtauto's met zakgoed, bigbags of kleinverpakking. Nadat de auto gelost is in het magazijn (C) wordt de partij bemonsterd en onderzocht. Alle auto's met grondstoffen worden vóór en na lossing gewogen. Aanvoer van hulpstoffen kan plaatsvinden met tankauto's of in gasflessen. Auto's met hulpstoffen worden vóór en na lossing gewogen indien mogelijk en/of noodzakelijk. De in zakgoed, bigbags of kleinverpakking ontvangen grondstoffen worden gestort en m.b.v. pneumatisch transport in de daarvoor bestemde silo's (D) en (P) gebracht of ter bestemde plekke (F), (J), (M) of (R) met de hand gestort. De opslagsilo's van toren 4 kunnen ook vanuit bulkauto's worden gevuld. D. De silo's van toren 3 dienen als voorraadsilo's voor verwerkingslijn 3 (M) en de poederinjectie van toren 3. E. Toren 3 en toren 4 beschikken over eigen opslagtanks die zowel vanuit vrachtauto's als vanuit de andere opslagtanks (A) gevuld kunnen worden. F. De producten uit de opslagtanks (A) worden verwerkt in de verwerkingslijn van toren 1 (F). Hier worden de producten volgens receptuur automatisch dan wel handmatig afgewogen en gemengd. De aldus verkregen emulsie wordt gepasteuriseerd en gehomogeniseerd en vervolgens naar de poedertoren gepompt. G. Toren 1. De uit de verwerkingslijn 1 (F) aangevoerde emulsie wordt in de heteluchtstroom versproeid door nozzle’s of door een centrifugaalverstuiver en wordt in de droogkamer gedroogd tot poeder met een vochtgehalte van 5%. Het grootste deel van het poeder valt uit de droogkamer rechtstreeks in het fluïdbed waar het d.m.v. omgevingslucht en gekoelde, gedroogde lucht wordt gedroogd tot een restvochtgehalte van 2-3% en gekoeld tot ca. 25°C. Uit het fluïdbed wordt het poeder na het passeren van een zeef m.b.v. pneumatisch transport getransporteerd naar silo's (H) voor het afzakken. Tevens kan er direct achter de installatie in bigbags worden afgezakt. Een fluïdbed bestaat uit een geperforeerde plaat waar doorheen vanonder af lucht geblazen wordt zodat het poeder óp de plaat gefluïdiseerd wordt (zwevend gehouden wordt.) Aan de bovenkant wordt de lucht afgezogen. De drooglucht wordt in de huidige situatie gedeeltelijk uit het gebouw en gedeeltelijk van buiten via een filter aangezogen. De via een filter uit de buitenlucht aangezogen drooglucht wordt gedeeltelijk door warmte terugwinning en d.m.v. stoomheaters opgewarmd tot circa 200°C. In de droogkamer koelt de drooglucht snel af tot circa 85°C. De afgekoelde drooglucht verlaat de droogkamer en wordt, evenals de koellucht, via een filterinstallatie afgevoerd. In deze filterinstallatie bevinden zich een groot aantal filterslangen van een fijn soort polyesternaaldvilt (het doektype) waarmee een groot filteroppervlak wordt gecreëerd. De lucht die in deze filterinstallatie komt, verdeelt zich over het beschikbare oppervlak van het filter. De lucht trekt door het filterdoek heen waarbij de poederdeeltjes achterblijven op het filterdoek. Met behulp van een speciale techniek (persluchtdrukimpulsen) worden de poederdeeltjes van het filter verwijderd en opgevangen. De poederdeeltjes verlaten vervolgens als poederstroom de filterinstallatie zodat dit poeder verder verwerkt kan worden in het proces. De afgewerkte drooglucht wordt daarna door de warmteterugwinunit (WTW) geleid en via een schoorsteen die voorzien is van een geluiddemper afgevoerd naar de buitenlucht. H. De opslagsilo's dienen als opslag voordat het product wordt afgezakt (I). I. Vanuit de afzaksilo's (H) wordt het poeder afgezakt in zakken en gepalletiseerd. Alle producten van de afzakinstallatie worden m.b.v. vorkheftrucks opgeslagen in de Pagina 3 van 6
magazijnen en vandaar uit verladen via het shuttle laadperron. J. De grondstoffen uit de opslagtanks (A) en magazijn (C) worden verwerkt in de verwerkingslijn van toren 2. Hier worden de grondstoffen volgens receptuur automatisch dan wel handmatig afgewogen en gemengd en wordt het aldus verkregen vloeibare mengsel gepasteuriseerd en gehomogeniseerd en vervolgens naar de poedertoren gepompt. K. Toren 2. De uit de verwerkingslijn 2 (J) aangevoerde emulsie wordt in de heteluchtstroom versproeid d.m.v. (hogedruk) nozzleverstuiving (max. 225 bar) en wordt in de droogkamer gedroogd tot poeder met een vochtgehalte van 5%. Het poeder valt uit de droogkamer op een poreuze, eindloze transportband. De transportband voert het product verder door de installatie, waar het achtereenvolgens gedroogd wordt tot een restvochtgehalte van 2-3% en gekoeld tot ca. 25°C. Het poeder uit de installatie wordt na het passeren van een transportband, een kneuzer en een zeef direct afgevuld (L). De via een filter uit het gebouw aangezogen drooglucht wordt gedeeltelijk door de warmteterugwinningsinstallatie en d.m.v. stoomheaters opgewarmd tot ca. 200°C. In de droogkamer koelt de drooglucht snel af tot circa 70°C. De via een filter uit het gebouw aangezogen nadrooglucht wordt d.m.v. stoomheaters opgewarmd tot circa. 100°C. In de nadroogsectie koelt de drooglucht snel af tot circa 70°C. Beide stromen afgekoelde drooglucht passeren de poreuze band en worden via cyclonen afgevoerd (waardoor nog aanwezige poederdeeltjes in de drooglucht worden afgescheiden) en worden door de warmteterugwinningsinstallatie geleid en via een schoorsteen afgevoerd naar de buitenlucht. De via een filter uit het gebouw of van buiten aangezogen koellucht wordt met ijswater gekoeld, waardoor ze geconditioneerd wordt. In de koelsectie warmt de lucht op, passeert de poreuze band en wordt via een cycloon afgevoerd (waardoor nog aanwezige poederdeeltjes in de koellucht worden afgescheiden) en wordt via een schoorsteen afgevoerd naar de buitenlucht. Het in de cyclonen afgescheiden poeder wordt opgevangen in zakken. L. Het product vanuit de poedertoren (K) wordt afgezakt in zakken via één van de twee afzaklijnen en gepalletiseerd of afgevuld in big bags. Normaal product wordt via de al lang bestaande afzaklijn afgezakt. Voor speciale producten die onder geconditioneerde omstandigheden moeten worden verpakt, is een tweede afzaklijn aanwezig. Alle producten van beide afzakinstallaties worden m.b.v. vorkheftrucks opgeslagen in de magazijnen en van daaruit verladen via het shuttle laadperron. M. De producten uit de opslagtanks (E), opslagsilo's (D) en het magazijn (C) worden verwerkt in de verwerkingslijn van poedertoren 3. Hier worden de producten volgens receptuur automatisch dan wel handmatig afgewogen en gemengd en wordt de aldus verkregen emulsie gehomogeniseerd en gepasteuriseerd en vervolgens naar de poedertoren gepompt. N. Toren 3, De uit de verwerkingslijn 3 (M) aangevoerde emulsie wordt in de heteluchtstroom versproeid d.m.v. (hoge druk) nozzleverstuiving (max. 300 bar) en wordt in de droogkamer gedroogd tot poeder met een vochtgehalte van 5%. Indien gewenst kan er m.b.v. een pomp CO2 aan de emulsie worden toegevoegd. Tevens bestaat de mogelijkheid om poeder te doseren in de droogkamer. Het poeder valt uit de droogkamer op een poreuze, eindloze transportband. De transportband voert het product verder door de installatie, waar het achtereenvolgens gedroogd wordt tot een restvochtgehalte van 2-3% en gekoeld tot ca. 25°C. Het poeder uit de installatie wordt na het passeren van een kneuzer en een zeef direct afgevuld (O). De via een filter van buiten of van binnen aangezogen drooglucht wordt voorverwarmd Pagina 4 van 6
door de warmteterugwinningsinstallatie en d.m.v. stoomheaters opgewarmd tot ca. 200°C. In de droogkamer koelt de drooglucht snel af tot ca. 70°C. De via een filter van buiten of van binnen aangezogen nadrooglucht wordt d.m.v. stoomheaters opgewarmd tot ca. 100°C. In de nadroogsectie koelt de drooglucht snel af tot ca. 70°C. Beide stromen afgekoelde drooglucht passeren de poreuze band en worden via cyclonen afgevoerd (waardoor nog aanwezige poederdeeltjes in de drooglucht worden afgescheiden) en worden door de warmteterugwinningsinstallatie geleid en via een schoorsteen afgevoerd naar de buitenlucht. De via een filter van buiten of van binnen aangezogen koellucht wordt d.m.v. een warmtewisselaar met ijswater gekoeld, waardoor ze wordt geconditioneerd. In de koelsectie warmt de lucht op, passeert de poreuze band en wordt via een cycloon afgevoerd (waardoor nog aanwezige poederdeeltjes in de koellucht worden afgescheiden) en wordt via een schoorsteen afgevoerd naar de buitenlucht. Het in de cyclonen afgescheiden poeder wordt opgevangen in zakken. O. Het product vanuit de poedertoren (N) wordt afgezakt in zakken en gepalletiseerd of afgevuld in big bags. Alle producten van de afzakinstallatie worden m.b.v. vorkheftrucks opgeslagen in de magazijnen en van daaruit verladen via het shuttle laadperron. P. Aanvoer van poedervormige grondstoffen kan plaatsvinden met bulkauto's. Bulkauto's lossen na bemonstering d.m.v. pneumatisch transport in ontvangstsilo's. Alle auto's worden vóór en na lossing gewogen. De bulkauto's kunnen direct gelost worden in de opslag van toren 4 (P). De silo's van toren 4 dienen als voorraadsilo's voor verwerkingslijn 4 en de poederinjectie van toren 4. Q. Toren 4 beschikt over eigen opslagtanks die zowel vanuit vrachtauto's als vanuit de andere opslagtanks (A + E) gevuld kunnen worden. R. De producten uit de opslagtanks (Q), opslagsilo's (P) en het magazijn (C) worden verwerkt in de verwerkingslijn van poedertoren 4. Hier worden de producten volgens receptuur automatisch dan wel handmatig afgewogen en gemengd en wordt de aldus verkregen emulsie gehomogeniseerd en gepasteuriseerd en vervolgens naar de poedertoren gepompt. S. Toren 4 De uit de verwerkingslijn 4 (R) aangevoerde emulsie wordt in de heteluchtstroom versproeid d.m.v. (hogedruk)nozzleverstuiving (max. 300 bar) en wordt in de droogkamer gedroogd tot poeder met een vochtgehalte van 5%. Indien gewenst kan er m.b.v. een pomp CO2 aan de emulsie worden toegevoegd. Tevens bestaat de mogelijkheid om poeder te doseren in de droogkamer. Het poeder valt uit de droogkamer op een poreuze, eindloze transportband. De transportband voert het product verder door de installatie, waar het achtereenvolgens gedroogd wordt tot een restvochtgehalte van 23% en gekoeld tot ca. 25°C. Het poeder uit de installatie wordt na het passeren van een kneuzer en een zeef direct afgevuld (T). De via een filter van buiten of van binnen aangezogen drooglucht wordt voorverwarmd door de warmteterugwinningsinstallatie en d.m.v. stoomheaters opgewarmd tot ca. 200°C. In de droogkamer koelt de drooglucht snel af tot ca. 70°C. De via een filter van buiten of van binnen aangezogen nadrooglucht wordt d.m.v. stoomheaters opgewarmd tot ca. 100°C. In de nadroogsectie koelt de drooglucht snel af tot ca. 70°C. Beide stromen afgekoelde drooglucht passeren de poreuze band en worden via cyclonen afgevoerd (waardoor nog aanwezige poederdeeltjes in de drooglucht worden afgescheiden) en worden door de warmteterugwinningsinstallatie geleid en via een schoorsteen afgevoerd naar de buitenlucht. De via een filter van buiten of van binnen Pagina 5 van 6
aangezogen koellucht wordt d.m.v. een warmtewisselaar met ijswater gekoeld, waardoor ze wordt geconditioneerd. In de koelsectie warmt de lucht op, passeert de poreuze band en wordt via een cycloon afgevoerd (waardoor nog aanwezige poederdeeltjes in de koellucht worden afgescheiden) en wordt via een schoorsteen afgevoerd naar de buitenlucht. Het in de cyclonen afgescheiden poeder wordt opgevangen in zakken. T. Het product vanuit de poedertoren (S) wordt afgezakt in zakken en gepalletiseerd of afgevuld in big bags. Alle producten van de afzakinstallatie worden m.b.v. vorkheftrucks opgeslagen in de magazijnen en van daaruit verladen via het shuttle laadperron.
Pagina 6 van 6
Bodemrisicoanalyse FrieslandCampina Kievit B.V. te Meppel
S. van Vessem 20 augustus 2014 KIME.0720.20140820.SVV.RB
Heikesestraat 4 5512 PA Vessem
Inhoudsopgave
1.
Inleiding ......................................................................................................... 4
1.1. 1.2. 1.3.
Doelstelling ................................................................................................................................4 Aanleiding .................................................................................................................................4 Werkwijze ..................................................................................................................................4
2.
Beschrijving methodiek NRB ....................................................................... 6
2.1. 2.2.
Methodiek NRB .........................................................................................................................6 Tabellen bodemrisicochecklist ..................................................................................................7
3.
Analyse bedrijfsactiviteiten ......................................................................... 8
3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 3.8. 3.9. 3.10. 3.11. 3.12. 3.13. 3.14. 3.15. 3.16. 3.17. 3.18. 3.19. 3.20. 3.21. 3.22. 3.23. 3.24. 3.25. 3.26. 3.27. 3.28. 3.29.
Algemeen ..................................................................................................................................8 Ondergrondse leidingen ............................................................................................................9 Kortdurende opslag van afval in afvalcontainers ....................................................................10 Acculaadlocaties .....................................................................................................................12 Opstelpunten grondstoffenontvangst ......................................................................................13 PGS-15 Opslagvoorzieningen ‘chemicalien’ ...........................................................................15 Opslag in verticale tanks .........................................................................................................16 Lospunt afleveringen natronloog en salpeterzuur ...................................................................17 Lospunten vloeibare hulpstoffen Toren 3 en 4 .......................................................................18 Koudevoorziening (ammoniak) ...............................................................................................20 Werkvoorraad chemicalien opstelling CIP ..............................................................................21 Salpeterzuur en chemicaliëntanks ..........................................................................................22 Slibtank....................................................................................................................................23 Lospunt salpeterzuur...............................................................................................................24 Opstelplaats tankwagens voor natronloog en salpeterzuur ....................................................25 (Ver)pompen ...........................................................................................................................26 Chemicaliën leidingen (10) .....................................................................................................28 Bulkopslag loog en zuur ..........................................................................................................29 Vervoer van verpakte gevaarlijke stoffen per heftruck of palletwagen ...................................30 Laboratorium ...........................................................................................................................31 Olieopslag ...............................................................................................................................32 Werkplaats ..............................................................................................................................33 Olieopslagruimte .....................................................................................................................35 Procesinstallaties ....................................................................................................................36 Bovengrondse leidingen..........................................................................................................37 Compressorruimte...................................................................................................................38 Biocidetoevoeging koeltorens .................................................................................................38 Afvalwaterzuivering .................................................................................................................39 Bedrijfsriolering .......................................................................................................................42
4.
Conclusies en aanbevelingen .................................................................... 43
Pagina 2 van 47
Bijlage 1: Bedrijfsactiviteiten volgens NRB‘12 ..................................................... 45
Bijlage 2: Situatietekening ...................................................................................... 46
Bijlage 3: Rioleringstekening ................................................................................. 47
Pagina 3 van 47
Hoofdstuk
1.1.
1.
Inleiding
Doelstelling In opdracht van FrieslandCampina Kievit B.V. te Meppel (Hierna KIEVIT) heeft Adviesbureau SAM B.V. een bodemrisicoanalyse geactualiseerd voor de bedrijfslocatie aan de Oliemolenweg 4-a in Meppel. Het doel van deze bodemrisicoanalyse is inzichtelijk te maken welke bodembedreigende activiteiten er op de locatie worden uitgevoerd en welke voorzieningen en maatregelen zijn getroffen om het risico op bodemverontreiniging te beperken. Het betreft de gehele locatie. Van de activiteiten binnen het bedrijf wordt beoordeeld of deze voldoen aan de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB). Indien mocht blijken dat er activiteiten plaatsvinden die niet voldoen aan de NRB dan wordt aanbevolen met welke maatregelen een verwaarloosbaar risico op bodemverontreiniging kan worden bereikt. Er is gekozen om de toets per bedrijfsonderdeel uit te voeren. In de bijlage is een situatietekening toegevoegd waarin met letters en nummers locaties zijn aangegeven. Deze locaties komen overeen met de locaties zoals die per bodembedreigende activiteit is weergegeven.
1.2.
Aanleiding Deze bodemrisicoanalyse is uitgevoerd naar aanleiding van opstellen van een omgevingsvergunningaanvraag voor de gehele locatie. Dit betreft een zogenaamde revisievergunningaanvraag. Bij het opstellen van deze bodemrisicoanalyse is de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming 2012 (NRB) als richtlijn betrokken.
1.3.
Werkwijze In juni 2012 is een nieuwe NRB (2012) gepubliceerd. Deze NRB is de grondslag geworden voor voorliggende rapportage. De NRB is bedoeld om vergunningvoorschriften te uniformeren en harmoniseren. Met de NRB kunnen (voorgenomen) bodembeschermende maatregelen en voorzieningen worden beoordeeld en kan de besluitvorming m.b.t. een optimale bodembeschermingstrategie worden gestuurd. Een beschrijving van de methodiek van de NRB is opgenomen in hoofdstuk 2. Deze bodemrisicoanalyse is uitgevoerd met de volgende werkzaamheden:
Inventarisatie van de bedrijfsactiviteiten waar met bodembedreigende stoffen wordt gewerkt. Inspectie van deze activiteiten en inventarisatie van de daarbij getroffen bodembeschermende maatregelen en voorzieningen. Pagina 4 van 47
Bepaling van het huidige niveau van bodembescherming per bodembedreigende activiteit. Bepaling van de te nemen maatregelen en voorzieningen voor het gewenste bodembeschermingsniveau.
De rapportage van deze stappen is opgenomen in hoofdstuk 3. De conclusies en aanbevelingen zijn opgenomen in hoofdstuk 4.
Pagina 5 van 47
Hoofdstuk
2.
Beschrijving methodiek
NRB 2.1.
Methodiek NRB In de NRB 2012 is de systematiek gewijzigd ten opzichte van de voorgaande NRB uit 2001. De NRB 2012 beschrijft een stappenplan om vast te stellen of, en zo ja welke, bodembeschermende maatregelen noodzakelijk zijn. Het stappenplan bestaat uit de volgende stappen: - Stap 1: Inventariseer welke activiteiten in de inrichting worden uitgevoerd en welke stoffen daarbij aanwezig zijn; - Stap 2: Stel door middel van het Stoffenschema de bodembedreigendheid van de betreffende stoffen vast; - Stap 3: Selecteer voor de geïnventariseerde activiteit een categorie uit de Bodemrisicochecklist (BRCL) waarbij de situatie het best aansluit; - Stap 4: Inventariseer de voorzieningen en maatregelen en toets of deze overeenkomen met de combinatie voorzieningen en maatregelen (cvm) in de tabel. Stap 5 tot en met 7 zijn stappen om tot maatwerk te komen indien bodembeschermende maatregelen de combinatie voorzieningen en maatregelen (cvm) uit de tabel niet toepasbaar zijn. Het potentiële bodemrisico van een activiteit is gebaseerd op een standaardsituatie waarbij bodemrisicofactoren zijn beschouwd. De bodemrisicofactoren beschrijven de mechanismen die van invloed zijn op het bodemrisico van die betreffende activiteit. Per categorie zijn in de BRCL de bodemrisicofactoren beschreven. Bij het vaststellen van de cvm is als algemeen uitgangspunt gehanteerd dat de bij de activiteiten, respectievelijk voor de voorzieningen toegepaste materialen bestand zijn tegen de mechanische en chemische belastingen en dat de beschreven beheermaatregelen functioneel en operationeel zijn. Daarnaast moet rekening worden gehouden met een eventueel beperkte levensduur en daaraan gerelateerde vervanging van toegepaste materialen.
Pagina 6 van 47
2.2.
Tabellen bodemrisicochecklist De tabellen van de BRCL maken onderscheid tussen de volgende items (kolommen):
Cvm nr.: geeft het nummer weer van de combinatie van voorziening en maatregel (regelnummer in de tabel). Voorzieningen: beschrijft de soort voorziening die aanwezig moet zijn en waarvoor extra aandacht is vereist. Maatregelen: welke (aanvullende) maatregelen moeten worden toegepast.
In de tabel zijn per cvm de voorzieningen en maatregelen beschreven die aanwezig moeten zijn om te voldoen aan een verwaarloosbaar bodemrisico. Alle in de tabellen genoemde cvm nummers voldoen aan een verwaarloosbaar bodemrisico. De cvm nummers geven geen voorkeur of beste cvm aan. De nummers zijn toegevoegd aan de tabellen als hulpmiddel tijdens communicatie tussen de gebruikers van de NRB.
Pagina 7 van 47
Hoofdstuk
3.
Analyse
bedrijfsactiviteiten 3.1.
Algemeen Om bij bodembedreigende activiteiten binnen een inrichting de bodem voldoende te beschermen is een cvm (een cvm is een combinatie van controle door voorzieningen en maatregelen) nodig. Daarbij is het van belang voorzieningen en maatregelen goed van elkaar te onderscheiden. Voorzieningen zijn technische en materiaalkundige constructies die het doordringen van bodembedreigende stoffen naar de bodem tegengaan. Voorbeelden zijn onder andere vloeistofdichte vloeren, kerende vloeren, lekbakken en opvangbassins. Maatregelen zijn handelingen die nodig zijn om bodemverontreiniging te voorkomen, of te beperken en zoveel mogelijk ongedaan te maken. Hierbij moet men denken aan inspectie en onderhoud aan voorzieningen en installaties en instructies aan personeel alsmede hulpmiddelen voor het personeel. Maatregelen kunnen algemeen en specifiek zijn. Maatregelen zijn er op gericht een voorziening langdurig goed te laten functioneren. Visuele inspecties en audits Door het bedrijf worden visuele inspecties gehouden. Daartoe wordt een inspectieprogramma opgesteld, met daarin vastgelegd: − welke voorzieningen worden geïnspecteerd; − inspectiefrequentie; − wijze van inspectie (visueel, metingen, monstername etc.); − benodigde deskundigheid om de inspecties uit te voeren; (Opleidingen etc.) − wie voor de inspecties verantwoordelijk is; − welke middelen daarvoor nodig zijn; − hoe de resultaten worden gerapporteerd en geregistreerd; − welke acties bij geconstateerde onregelmatigheden worden genomen. De inspecties kunnen daarnaast ook worden opgenomen in het programma voor het houden van interne audits in het kader van het milieuzorgsysteem. Minimaal eens per jaar wordt een bouwkundige inspectie gehouden. Hierin wordt aandacht besteed aan de toestand van de vloeren en worden deze zo nodig hersteld. Als bij inspectierondes ernstige beschadigingen geconstateerd worden, wordt niet gewacht op de jaarlijkse inspectie, maar vindt sneller reparatie plaats.
Pagina 8 van 47
Opleiding In de opleiding en instructie van de medewerkers wordt aandacht geschonken aan het omgaan met gevaarlijke stoffen. Hierbij wordt ook het omgaan met lekkages behandeld. In deze opleiding/instructie wordt aandacht besteed aan de mogelijke bodememissies, preventieve maatregelen, de te nemen maatregelen bij morsen en lekkages en de bereikbaarheid van absorptiemiddelen. Onderhoud Het periodiek onderhoud van pompen en leidingen. In een onderhoudsprogramma wordt vastgelegd: − welke voorzieningen moeten worden onderhouden; − de onderhoudsfrequentie; − waaruit het onderhoud bestaat; − wie het onderhoud uitvoert; − welke middelen daarvoor nodig zijn. Vastgelegde procedures: Qua bescherming voor milieuprocedures zijn de onderstaande procedures intern reeds opgesteld. − Procedure algemene zorg − Algemene milieu instructie − Afspraak met contractors 3.2.
Ondergrondse leidingen Tussen de waterzuivering en de productietorens en tussen de productiefaciliteiten in de fabriekslocatie liggen een aantal ondergrondse leidingen om o.a. het afvalwater af te voeren. Deze leidingen zijn geconstrueerd uit HDPE of RVS en is bestand tegen invloeden van het proceswater en bodem. Deze leidingen zijn niet van buitenaf inspecteerbaar. Door flowmeters wordt bijgehouden hoeveel afval- en proceswater er door de leidingen wordt getransporteerd. Eventuele lekkages kunnen uit deze meetgegevens bepaald worden. Onderstaande tabel is toegepast om te bepalen of er sprake is van een verwaarloosbaar bodemrisico.
Tabel 3.2.1 bestaande ondergrondse riolering categorie 5.1.1. NRB 2012
KIEVIT wil aansluiten bij de gedefinieerde cvm II. Vereiste voorzieningen NRB 2012 − Aandacht voor putten, slibvangers, olieafscheiders,verbindingen, ontvangpunten. Pagina 9 van 47
Aanwezige voorzieningen − , slibvangers, olieafscheiders,verbindingen, ontvangpunten. Aanwezige aanvullende maatregelen − Flow- en niveaumetingen op verpompte hoeveelheden in geautomatiseerd systeem (sluitende waterbalans) − Onderhoudsprogramma afgestemd op resultaten leidinginspectie − Visueel toezicht − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − Controle op de flow- en niveaumetingen op verpompte hoeveelheden in geautomatiseerd systeem (sluitende waterbalans) − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.3.
Kortdurende opslag van afval in afvalcontainers Op verschillende plaatsen op het bedrijfsterrein vindt de inzameling van afval plaats door middel van containers. In een aantal gevallen betreffen dit een perscontainer voor rest-, papier- of kunststofafval. In de overige gevallen zijn gesloten containers voor rest-, papier- of kunststofafval. De perscontainer is voorzien van een hydrauliekpomp om het afval samen te persen. Dit hydraulieksysteem bevat olie. Deze container is door dit systeem de ‘worst-case’ scenario’s qua potentieel bodemrisico. De overige afvalcontainers zonder perssysteem worden op eenzelfde manier beoordeeld. Onderstaand is een aantal foto’s van deze containers weergegeven.
Pagina 10 van 47
Foto’s 3.3.1 Opstelling van afvalcontainer KIEVIT Meppel
De opslag van afvalstoffen (rest, papier- kunststofafval) wordt in de NRB gezien als een intrinsiek niet-bodembedreigende activiteit. Verder toetsing is daarmee niet zinvol. Echter kan het hydraulisch systeem van de perscontainer als een gesloten proces gezien worden waarbij de bodemrisicofactor bepaald wordt door het mogelijk lekken van de installatie.
Tabel 3.3.1 gesloten proces of bewerking categorie 4.1 NRB 2012
KIEVIT wil aansluiten bij de gedefinieerde cvm II. Vereiste voorzieningen NRB 2012 − Kerende voorziening − Aandacht voor pompen, appendages en monsterpunten.
Pagina 11 van 47
Aanwezige voorzieningen − verbindingen, ontvangpunten. Aanwezige aanvullende maatregelen − Onderhoudsprogramma (lijst) − Systeem inspectie (5S) − Algemene zorg Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. − Aandacht voor appendages en de hydrauliekpomp.
3.4.
Acculaadlocaties Kievit Meppel heeft op een aantal plaatsen laadplaatsen gecreëerd voor de accu’s van heftrucks. Het laden van accu’s behoort tot bedrijfsactiviteit 4.2 (half open proces of bewerking).Het laden van de heftruck vindt inpandig plaats en wordt uitgevoerd op een vloeistofkerende vloer met een aaneengesloten verharding( betonnen vloer zonder zichtbare naden of scheuren). De controle op de kwaliteit van de vloer wordt meegenomen in de inspectielijst.
Foto 3.4.1 laden van accu’s voor heftrucks
De bodemrisicofactoren worden gevormd door de volgende risico’s; • •
Vrijkomen van de stof via de geopende doorgang; Lekken van de installatie.
Pagina 12 van 47
Tabel 3.4.1 halfopen proces of bewerking 4.2 NRB 2012
KIEVIT wil aansluiten bij cvm 1. Aanwezige voorzieningen − Kerende voorziening − Aandacht voor hemelwater (geen sprake van betreft een inpandige situatie) Aanwezige aanvullende maatregelen − Visueel toezicht; (de ruimten staan door personeel welk nagenoeg continu in deze ruimten werkzaam zijn (laden/ lossen etc) onder continu toezicht, meestal vaker, door een medewerker betreden) − Faciliteiten en personeel. (het doelmatig ingrijpen met adequate middelen bij falen van proceshandelingen) Men heeft in procedure vastgelegd dat de installatie uitgeschakeld dient te worden en eventuele spills direct worden opgeruimd. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden.
3.5.
Opstelpunten grondstoffenontvangst KIEVIT heeft een aantal los- en laadplaatsen op het terrein. Deze worden gebruikt voor het lossen van grondstoffen. Het lossen van deze grondstoffen heeft een bodembedreigend karakter en is daarom in deze bodemrisicoanalyse specifiek benoemd.
Foto’s 3.5.1 Opstelplaatsen grondstoffenontvangst KIEVIT Meppel
De bodemrisicofactoren bij onderlossing betreft; • •
Overvulling Nalekken uit vulleiding inclusief bijbehorende appendages.
Vereisten NRB 2012 − De losplaatsen vallen onder categorie 2.1 (los- en laadactiviteiten, onderbelading en lossing). Pagina 13 van 47
−
Genoemde cvm III in onderstaande tabel wordt gehanteerd binnen KIEVIT.
Tabel 3.5.1 Onderbelading en onderlossing 2.1.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Er is sprake van een vloeistofdichte voorziening voor alle vulpunten. − Aandacht voor hemelwater of gecontroleerde afvoer − Overvulbeveiliging (niet van toepassing, betreft losplaatsen) Aanwezige aanvullende maatregelen − Periodieke inspectie − Losinstructie met oog op positionering aansluitpunten − Procedure algemene zorg Aanbevelingen − Een losinstructie opstellen met oog op correcte positie aansluitpunten. − Scheurvorming van de vloer monitoren en periodiek controleren − Procedure algemene zorg actualiseren
Pagina 14 van 47
3.6.
PGS-15 Opslagvoorzieningen ‘chemicalien’ De opslag van chemicaliën behoort tot bedrijfsactiviteit 3.3.2. De chemicaliën betreft voornamelijk reinigingschemicaliën voor de procesactiviteiten. De opslagunit is voorzien van vloeistofopvangvoorzieningen en is afgesloten voor toegang van derden.
Foto’s 3.6.1 Opslagvoorziening ‘inpandig in productiehal’ KIEVIT Meppel.
De bodemrisicofactor voor de op- en overslag van viskeuze stoffen in emballage is het mogelijk lekken van emballage.
Tabel 3.6.1 Op- en overslag viskeuze stoffen en vloeistoffen in emballage 3.3.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorzieningen; − Lekbak (indien noodzakelijk). Aanwezige aanvullende maatregelen − Controle op vol raken lekbak; − Visueel toezicht. Pagina 15 van 47
Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm II. 3.7.
Opslag in verticale tanks De tanks worden gebruikt voor de opslag van room, glucose en andere grond- en hulpstoffen. Room is een bodemvreemde vloeistof maar geen bodembedreigende stof. Deze situatie komt overeen met hetgeen in cvm 2 is aangegeven voor activiteit 1.2
Foto’s 3.7.1 opslag in verticale tanks KIEVIT Meppel.
Tabel 3.7.1 Opslag in bovengrondse tank verticaal met bodemplaat 1.2 NRB 2012
Pagina 16 van 47
Aanwezige voorzieningen − Er is sprake van een vloeistofkerende voorziening. − Enkelwandige tank − Lekdetectie op de kleppen Aanwezige aanvullende maatregelen − Periodieke controle − Lekdetectie − Procedure algemene zorg Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat en KIEVIT luit aan bij cvm II. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.8.
Lospunt afleveringen natronloog en salpeterzuur KIEVIT heeft een aantal los plaatsen op het terrein. Deze worden gebruikt voor het lossen van vloeibare hulpstoffen of grondstoffen in bulk. Het lossen van deze stoffen heeft een potentieel bodembedreigend karakter en is daarom in deze bodemrisicoanalyse specifiek benoemd.
Foto’s 3.8.1 Lospunt hulpstoffen KIEVIT Meppel
De bodemrisicofactoren bij onderlading betreft; • •
Overvulling Nalekken uit vulleiding inclusief bijbehorende appendages.
Vereisten NRB 2012 − De laadplaatsen vallen onder categorie 2.1 (los- en laadactiviteiten, onderbelading en lossing). − Genoemde cvm II in onderstaande tabel wordt gehanteerd binnen KIEVIT.
Pagina 17 van 47
Tabel 3.8.1 Onderbelading en onderlossing tabel 2.1.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Er is sprake van een vloeistofkerende voorziening. − Aandacht voor hemelwater of gecontroleerde afvoer − Overvulbeveiliging Aanwezige aanvullende maatregelen − Periodieke inspectie − Laadinstructie met oog op positionering aansluitpunten − Procedure algemene zorg Aanbevelingen − Een laadinstructie opstellen met oog op correcte positie aansluitpunten. − Procedure algemene zorg actualiseren 3.9.
Lospunten vloeibare hulpstoffen Toren 3 en 4 KIEVIT heeft een aantal losplaatsen op het terrein. Deze worden gebruikt voor het lossen van vloeibare grondstoffen uit bulk. Het lossen van deze stoffen heeft een potentieel bodembedreigend karakter en is daarom in deze bodemrisicoanalyse specifiek benoemd. De grondstoffen bij KIEVIT kunnen worden gedefinieerd als vloeibare zuivelproducten (denk aan bewerkte melkachtige stoffen), glucose en plantaardige oliën. Deze grondstoffen hebben geen gevaarlijke eigenschappen maar kunnen wel als bodemvreemde stoffen gezien worden.
Pagina 18 van 47
Foto’s 3.9.1 Lospunt vloeibare hulpstoffen KIEVIT Meppel
De bodemrisicofactoren bij onderlossing betreft; • •
Overvulling Nalekken uit vulleiding inclusief bijbehorende appendages.
Vereisten NRB 2012 − De losplaatsen vallen onder categorie 2.1 (los- en laadactiviteiten, onderbelading en lossing). − Genoemde cvm II in onderstaande tabel wordt gehanteerd binnen KIEVIT.
Tabel 3.9.1 Onderbelading en onderlossing tabel 2.1.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Er is sprake van een vloeistofkerende voorziening. − Aandacht voor hemelwater of gecontroleerde afvoer − Overvulbeveiliging Pagina 19 van 47
Aanwezige aanvullende maatregelen − Periodieke inspectie − Losinstructie met oog op positionering aansluitpunten − Procedure algemene zorg Aanbevelingen − Een laadinstructie opstellen met oog op correcte positie aansluitpunten. − Procedure algemene zorg actualiseren
3.10.
Koudevoorziening (ammoniak) De compressoren van de koudevoorziening gebruiken oliën en behoren tot bedrijfsactiviteit 4.1. KIEVIT beschikt over twee aparte locaties waar de compressoren opgesteld zijn. Naast de olie die door pompen en compressoren gebruikt wordt is boven deze vloer een opvangreservoir aanwezig waarin het koudemiddel (ammoniak) in vloeibare vorm terugvloeit als de installatie niet in gebruik is. Eén installatie is geplaatst boven een vloeistofkerende vloer die gecoat is en voorzien van opstaande randen, zodat er een opvangbak wordt gecreëerd. Hiernaast dient opgemerkt te worden dat de compressoren op een eerste etage zijn geplaatst en niet op maaiveldniveau. De tweede installatie is gesitueerd op de begane grond en voorzien van een vloeistofkerende vloer. Met de huidige maatregelen en voorzieningen wordt een cvm van II bereikt.
Foto’s 3.10.1 Opstellingen koudevoorziening KIEVIT te Meppel.
Pagina 20 van 47
Tabel 3.10.1 gesloten proces of bewerking tabel 4.1. NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Aandacht voor pompen, appendages en monsterpunten − Lekdetectie d.m.v. ammoniak (concentratiemetingen in de lucht) Aanwezige aanvullende maatregelen − Onderhoudsprogramma − Systeeminspectie (5S) − Algemene zorg Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. − Resultaten van systeeminspectie dienen te worden geregistreerd. − Zoals zichtbaar op de foto zijn er sporen van (olie)lekkage op de betegelde vloer. Het verdient aanbeveling dat de vloer gereinigd wordt en periodiek geïnspecteerd wordt. 3.11.
Werkvoorraad chemicalien opstelling CIP De ruimte waarin de CIP-installatie is gesitueerd is tevens een (werk)voorraad chemicaliën opgeslagen. Deze opslag behoort tot bedrijfsactiviteit 3.3.2.
Foto 3.11.1 Opslag chemicaliën in CIP ruimte KIEVIT Meppel.
Pagina 21 van 47
De bodemrisicofactor voor deze opslag is de mogelijkheid dat de emballage zal lekken. Er wordt aansluiting gezocht bij CVM I.
Tabel 3.11.1 Op- en overslag viskeuze stoffen en vloeistoffen in emballage tabel 3.3.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorziening − Doelmatige lekbak − Aandacht voor geschikte emballage Aanwezige aanvullende maatregelen − Visuele controle uitwendig op lekkage − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.12.
Salpeterzuur en chemicaliëntanks De salpeterzuurtank en flocculatiemiddelen zijn geplaatst naast de waterzuivering. Om uitstroming uit de tanks te voorkomen, is voorzien in een aaneengesloten vloeistofkerende verharding en de tanks zijn dubbelwandig uitgevoerd. De tanks zijn ook voorzien van een niveauregeling waarbij een geautomatiseerde alarmering bij uitstroming van de tank direct zal plaatsvinden.
Foto 3.12.1 Salpeterzuurtank en chemicaliëntanks KIEVIT Meppel.
De bodemrisicofactor voor deze opslag is de mogelijkheid dat de tank zal gaan lekken of bij vullen zal gaan lekken.
Pagina 22 van 47
Tabel 3.12.1 Opslag in bovengrondse tank vrij van de ondergrond opgesteld tabel 1.3 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorziening − Dubbelwandige tank − Doelmatige vloeistofkerende verharding − Aandacht voor geschikte emballage Aanwezige aanvullende maatregelen − Visuele controle uitwendig op lekkage − Faciliteiten en personeel − Algemene zorg Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. Er wordt aangesloten bij cvm III. 3.13.
Slibtank Deze stank is geplaatst naast de waterzuivering en vangt het vrijkomende slib af uit de waterzuivering. Deze slibtank wordt periodiek geledigd en per as afgevoerd. Om uitstroming van slib uit de tank te voorkomen is voorzien in een aaneengesloten vloeistofkerende verharding.
Foto 3.13.1 Slibtank KIEVIT Meppel.
Pagina 23 van 47
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorziening − Doelmatige vloeistofkerende verharding Aanwezige aanvullende maatregelen − Visuele controle uitwendig op lekkage − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. Er wordt aansluiting gezocht bij cvm I. 3.14.
Lospunt salpeterzuur De lospunten voor het salpeterzuur en flocculatiemiddelen zijn gelegen boven een betonverharding, Er loopt een vaste leiding van het lospunt naar de tanks uit de paragraaf 3.12.
Afbeelding 3.14.1 Lospunt salpeterzuur
De bodemrisicofactoren bij onderlossing betreft; • •
Overvulling Nalekken uit vulleiding inclusief bijbehorende appendages.
Vereisten NRB 2012 − De losplaatsen vallen onder categorie 2.1 (los- en laadactiviteiten, onderbelading en lossing). − Genoemde cvm III in onderstaande tabel wordt gehanteerd binnen KIEVIT.
Pagina 24 van 47
Tabel 3.13.1 Onderbelading en onderlossing tabel 2.1.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Er is sprake van een vloeistofdichte voorziening. − Aandacht voor hemelwater of gecontroleerde afvoer − Overvulbeveiliging Aanwezige aanvullende maatregelen − Periodieke inspectie − Losinstructie met oog op positionering aansluitpunten − Procedure algemene zorg Aanbevelingen − Een losinstructie opstellen met oog op correcte positie aansluitpunten. − Procedure algemene zorg actualiseren 3.15.
Opstelplaats tankwagens voor natronloog en salpeterzuur De opstelplaats valt onder en behoort tot bedrijfsactiviteit 2.1.1, (los en laad activiteiten). Het bijbehorende vulpunt is geplaatst aan de buitenzijde van de opvangvoorziening en bevindt zich boven een betonplaatverharding. Voor het vullen is tevens een vulinstructie aanwezig. De tank is voorzien van een vulbeveiliging waarbij de vloeistof via het vulpunt in het lekbakje afgevoerd kan worden naar de calamiteitentank. De hoeveelheid vloeistof die besteld wordt is altijd minder dan de capaciteit van de tank.
Foto’s 3.15.1 Opstelplaats loog en zuur KIEVIT te Meppel.
De bodemrisicofactoren bij onderlossing betreft; •
Overvulling Pagina 25 van 47
•
Nalekken uit vulleiding inclusief bijbehorende appendages.
Tabel 3.15.1 Onderbelading en onderlossing tabel 2.1.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorziening − Overvulbeveiliging op het te vullen object − Aandacht voor hemelwater (naar vuilwaterriool) Aanwezige aanvullende maatregelen − Geïnstrueerd personeel aanwezig tijdens handeling en; − Los- en laadinstructie met aandacht voor positie aansluitpunten en; − Faciliteiten en personeel Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. KIEVIT sluit aan bij cvm I. 3.16.
(Ver)pompen De activiteit ‘(ver)pompen’ in de NRB van 2012 wordt uitgebreid beschouwd. Binnen KIEVIT wordt op verschillende plaatsen in het productieproces gebruik gemaakt van pompen. De pompen verpompen grondstoffen of eindproducten. Een pomp moet apart beschouwd worden als deze nog niet eerder aan bod is geweest, zoals bijvoorbeeld bij een gesloten proces. De pomp staat dan in de meeste gevallen daadwerkelijk tussen andere installatie onderdelen opgesteld en maakt deel uit van het gesloten proces. De pomp moet dan uiteraard ook zo functioneren dat tijdens gangbare bedrijfsvoering sprake is van een gesloten proces en de stof of smeermiddel niet uit de pomp treedt. Een bodembedreigende stof kan verplaatst worden door de stof te verpompen met een pomp. Pompen worden afhankelijk van de toepassing en de te verpompen stof op diverse manieren uitgevoerd. Een pomp kan een lekkage vertonen als gevolg van smering en of de te verpompen stof. Daarom zijn voor deze activiteit meerdere situaties van bedrijfsvoering beschreven. Pagina 26 van 47
Er is onderscheid gemaakt in de volgende pompen met bijbehorend beschermingsniveau: 1. Tabel 2.3A Niet lekkende pomp; 2. Tabel 2.3B Lekkende pomp; 3. Tabel 2.3C Gesloten pomp. In november 2012 heeft er een inventarisatie plaatsgevonden naar de staat van alle pompen binnen de inrichting. Uit deze inventarisatie bleken alle pompen geheel gesloten te zijn. Derhalve is het aannemelijk om de procedure voor niet lekkende pompen te hanteren in voorliggende bodemrisicoanalyse. Vereisten NRB 2012 Onderstaande tabel beschrijft de controle op voorzieningen en maatregelen die van toepassing zijn op goed functionerende pompen die niet lekken. Om via tabel 2.3.1 een verwaarloosbaar bodemrisico te halen met een kerende voorziening is op het moment dat de inventarisatie plaatsvond voldaan aan alle hieronder genoemde voorwaarden: -
Geen lekkage uit afdichtingen (seals) van de aandrijfas. Geen lekkage of morsen van smering.
Alle pompen hebben het minimale beschermingsniveau 1
Foto’s 3.16.1 Aantal pompen zoals opgesteld binnen de productielocatie van KIEVIT te Meppel.
Pagina 27 van 47
Tabel 3.16.1 Pompen met sluitende seals en afdichtingen tabel 2.1.2 NRB 2012
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorzieningen − Lekbak (gehele pomp) − Vloeistofdichte voorzieningen Aanwezige aanvullende maatregelen − Visuele controle op vol raken lekbak − Pompinspectie − Algemene zorg − Visuele toezicht − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. − Afstemmen van de pompinspectie op het onderhoudsprogramma. KIEVIT sluit aan bij cvm I. 3.17.
Chemicaliën leidingen (10) Vanaf het vulpunt van vloeibare grond- en hulpstoffen lopen transportleidingen bovengronds. De bovengrondse leidingen (dat geldt ook voor de leidingen vanaf de tanks de fabriek in) behoren tot bedrijfsactiviteit 2.2. De leidingen zijn eenvoudig (visueel) te controleren op lekkages en staan vanwege de grote aanwezigheid van personeel onder continu visueel toezicht. Mocht er een klep blijven hangen of hoeveelheden verloren gaan (lekkage) wordt dit door operators opgemerkt en zal het processysteem een signalering geven.
Pagina 28 van 47
Aanwezige voorzieningen − Enkelwandige leiding − Aandacht voor appendages Aanwezige aanvullende maatregelen − Onderhoudsprogramma; − Visueel toezicht; − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. − leidinginspectie; (+markeringen stroomrichting en gevarensymbolen) 3.18.
Bulkopslag loog en zuur De opslag van natronloog in enkelwandige rvs tank en zwavelzuur vindt plaats in betonnen bak. De tanks zijn bovengronds en staan met de onderzijde in een doelmatige betonnen lekbak, de opvang per tank is 100%, waarmee het behoort tot bedrijfsactiviteit 1.2. De tanks zijn voorzien van een niveaumeter, die aan de buitenzijde van de tank is af te lezen. De bestelhoeveelheid is altijd lager dan de vrije inhoud van de tank, zodat de aangeleverde hoeveelheid altijd volledig in de tank past. Voor het vullen van de tank is een losprocedure opgesteld. De tanks zijn tevens voorzien van lekdetectie. Met de huidige maatregelen en voorzieningen wordt hetgeen in cvm 2 is gesteld reeds bereikt. De kunststof tanks bij de waterzuivering betreffen dubbelwandige exemplaren. KIEVIT sluit hierbij aan bij cvm 3 van bedrijfsactiviteit 1.2
Pagina 29 van 47
Foto’s 3.18.1 Loog en zuurtank uitpandig KIEVIT te Meppel.
Foto’s 3.18.2 Zuurtank uitpandig Waterzuivering KIEVIT te Meppel.
Aanwezige voorzieningen − Enkelwandige tank (de rvs tanks) − Dubbelwandige tank (zwarte tank bij waterzuivering) − Lekbak (rvs tanks) Aanwezige aanvullende maatregelen − Controle op vol raken lekbak; − Lekdetectie; − Visueel controle uitwendig op lekkage; − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.19.
Vervoer van verpakte gevaarlijke stoffen per heftruck of palletwagen Terreinen die slechts gedeeltelijk vloeistofdicht zijn uitgevoerd, worden in dit kader als ‘vloeistofkerend’ aangemerkt. De afperking van het terrein waarop het risico betrekking heeft, moet in onderling overleg tussen het bedrijf en het bevoegd gezag plaatsvinden op basis van een realistische afweging van de volgende verschillende argumenten. • Tijdens gangbare bedrijfsvoering is het niet de bedoeling dat de stof op de grond terecht komt. • Het kan niet altijd worden voorkomen dat de stof op de grond terecht komt. • Tijdens de handeling is personeel aanwezig. • Met gerichte voorzieningen en opruimacties kan duurbelasting worden Pagina 30 van 47
voorkomen. Er is geen concrete cvm voor deze bedrijfsactiviteit. Vanwege het permanente ‘visuele controle’ aspect en de doorgaans kleinere hoeveelheden (of meerdere verpakkingseenheden die nooit allemaal tegelijk lek geraken) die vervoert worden is er naar mening van de inrichtinghouder geen sprake van een verhoogd bodemrisico. 3.20.
Laboratorium De opslag van laboratorium vloeistoffen behoort tot bedrijfsactiviteit 3.3.2 De opslag van het gevaarlijk afval, die in zeer beperkte mate plaatsvindt, gebeurt in een UN gekeurd opslagvat. Deze vaten staan opgesteld in een kast en laden, die is uitgevoerd met een opvangvoorziening. Met de huidige maatregelen en voorzieningen wordt een gelijkwaardig niveau als omschreven onder cvm 1 bereikt.
Foto 3.20.1 Opslag van gevaarlijke stoffen in het laboratorium
De bodemrisicofactor voor deze opslag is de mogelijkheid dat de emballage zal lekken. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm 1.
Pagina 31 van 47
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorzieningen − Lekbak (indien noodzakelijk) − Aandacht voor geschikte emballage Aanwezige aanvullende maatregelen − Visueel toezicht; − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.21.
Olieopslag De olie opgeslagen in klein verpakking behoort tot bedrijfsactiviteit 3.3.2. De stoffen zijn opgeslagen in de UN-gecertificeerde verpakkingseenheden waarin de producten ook geleverd worden (conform ADR). De olie en vet voorraad is opgeslagen in het oliehok, gelegen achter de gasflessenopslag. In deze ruimte is een tank aanwezig voor de inzameling van afgewerkte olie.
Foto’s 3.21.1 Olieopslag ruimte KIEVIT te Meppel.
Pagina 32 van 47
De bodemrisicofactor voor deze opslag is de mogelijkheid dat de emballage zal lekken. Er is twijfel over de maximale capaciteit van de lekbakvoorziening. Er is gevaar op omvallen doordat volle drums gestapeld zijn. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm 1.
Aanwezige voorzieningen − Kerende of vloeistofdichte voorzieningen − Lekbak (indien noodzakelijk) − Aandacht voor geschikte emballage Aanwezige aanvullende maatregelen − Visueel toezicht; − Faciliteiten en personeel.
−
−
3.22.
Aanbevelingen De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat niet volledig. Er is twijfel over de maximale capaciteit van de lekbakvoorziening. Er is gevaar op omvallen doordat volle drums gestapeld zijn. De hoeveelheid drums dient afgestemd te zijn op de lekbakcapaciteit en de drums mogen niet gestapeld worden vanwege gevaar voor omvallen Naast de lekbak staat lege en volle emballage op de vloeistofkerende vloer. Dit is niet correct en dient opgeruimd te worden. Lege ongereinigde emballage dient behandeld te worden als volle. Werkplaats KIEVIT heeft een eigen technische dienst met werkplaats waar metaalbewerkende activiteiten als lassen of verspanende activiteiten uitgevoerd worden. Hiertoe is een draaibank, boorkolom, lasapparaat ontvettingsapparaat en enkele andere metaalbewerkingmachines aanwezig. De werkplaats valt onder bodemrisicocategorie 5.3.
Pagina 33 van 47
Foto’s 3.22.1 Impressie werkplaatsactiviteiten KIEVIT te Meppel
De bodemrisicofactoren bij activiteiten in een werkplaats betreft het lekken of morsen van stoffen en het mogelijk wegspatten van delen of stoffen. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm 1. Aanwezige voorzieningen − Er is sprake van een vloeistofkerende voorziening. − Er is aandacht voor apparatuur/ machines, verspanende delen en spattende delen. Pagina 34 van 47
Aanwezige aanvullende maatregelen − Controle op vol raken lekbak − Visueel toezicht − Algemene zorg − Faciliteiten en personeel Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.23.
Olieopslagruimte De olie opgeslagen in klein verpakking behoort tot bedrijfsactiviteit 3.3.2. De olie en vet voorraad is opgeslagen in een inpandige speciaal daarvoor ingerichte ruimte nabij de technische dienst. Zowel food-grade oliën als non-food grade oliën worden hier opgeslagen.
Foto’s 3.23.1 Olieopslag ruimte KIEVIT te Meppel.
De bodemrisicofactor voor deze opslag is de mogelijkheid dat de emballage zal lekken. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm 1.
Aanwezige voorzieningen − Kerende of vloeistofdichte voorzieningen − Aandacht voor geschikte emballage Aanwezige aanvullende maatregelen − Visueel toezicht; − Faciliteiten en personeel. Pagina 35 van 47
Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft er derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden.
3.24.
Procesinstallaties De KIEVIT-fabriek verwerkt onder andere zuivelproducten. Hiertoe is een groot aantal verticale tanks aanwezig. Deze tanks zijn verbonden met de procesinstallatie die van de grondstoffen andere zuivelproducten maakt (speciale poeders). Deze procesinstallatie kan aangemerkt worden als een gesloten systeem. Eventuele lekkages uit dit gesloten systeem (zuivelproducten of food-grade oliën uit de pompinstallaties) komen vervolgens op de vloeistofkerende vloeren terecht. Opgemerkt dient te worden dat deze vloeren volledig vloeistofdicht zijn uit HACCP overwegingen maar dat hiervoor géén PBV-verklaring is afgegeven. Derhalve wordt getoetst op basis van een vloeistofkerende vloer.
Foto’s 3.24.1 Procesinstallaties Kievit te Meppel.
De gedefinieerde bodemrisicofactor voor een gesloten proces of bewerking betreft het lekken van de installatie. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm 1.
Aanwezige voorzieningen − Geen voorziening noodzakelijk; − Aandacht voor pompen, appendages, en monsterpunten Aanwezige aanvullende maatregelen − Onderhoudprogramma; − Systeem inspectie en; − Algemene zorg. Pagina 36 van 47
Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.25.
Bovengrondse leidingen Verdeeld door de fabriek worden grondstoffen en eindproducten door rvs-leidingen getransporteerd. Deze leidingen maken onderdeel uit van de gesloten procesinstallaties. De beoordeling van de leidingen is derhalve gedaan conform activiteit 2.2.2 uit de NRB, leidingtransport middels bovengrondse leidingen.
3.25.1 Voorbeeld van bovengrondse procesleidingen.
De bodemrisicofactor die bij deze activiteit gedefinieerd is betreft de in- en uitwendige corrosie. KIEVIT zoekt aansluiting bij de enige mogelijke cvm.
Aanwezige voorzieningen − Enkelwandige leiding en; − Aandacht voor pompen, appendages, en monsterpunten Aanwezige aanvullende maatregelen − Leidinginspectie en; − Onderhoudprogramma; − Visueel toezicht en; − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen
Pagina 37 van 47
−
3.26.
De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden.
Compressorruimte De compressoren gebruiken oliën en behoren tot bedrijfsactiviteit 4.1. De compressoren zijn geplaatst in aparte compressorruimten op een vloeistofkerende vloer (aaneengesloten betonnen verharding of betegelde verharding).
Foto 3.26.1 Compressorruimten KIEVIT te Meppel
De visuele inspectie van de kwaliteit van de vloer is opgenomen in de TD inspectielijst. Met de huidige maatregelen en voorzieningen wordt voldaan aan de vereisten van cvm 1. De gedefinieerde bodemrisicofactor voor een gesloten proces of bewerking betreft het lekken van de installatie. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm 1. Aanwezige voorzieningen − Aandacht voor pompen, appendages en monsterpunten Aanwezige aanvullende maatregelen − Onderhoudsprogramma − Systeeminspectie − Algemene zorg Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. 3.27.
Biocidetoevoeging koeltorens In de fabrieksruimte wordt biocide toegevoegd om legionellagroei in de koeltorens te voorkomen. De UN-gekeurde verpakkingseenheden zijn opgesteld boven een lekbak en een vloeistofkerende vloer. Pagina 38 van 47
De bodemrisicofactor voor deze opslag is de mogelijkheid dat de emballage zal lekken. KIEVIT zoekt aansluiting bij cvm 1.
Foto 3.27.1 Biocidetoevoeging koeltorens KIEVIT te Meppel
Aanwezige voorzieningen − Kerende voorziening − Aandacht voor emballage Aanwezige aanvullende maatregelen − Visueel toezicht − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − Geen. De combinatie van voorzieningen en maatregelen volstaat. 3.28.
Afvalwaterzuivering Nabij Hal Zuid is de waterzuivering gelegen waar alle interne procesafvalwaterstromen op aangesloten zijn. Alvorens het afvalwater geloosd wordt, wordt het water gereinigd zodat deze binnen specificaties vallen van de vergunningvoorschriften. Dit gebeurd middels persriool naar de gemeentelijke waterzuivering. De bedrijfswaterzuivering bestaat uit een mechanische zuivering en een chemische zuivering. De mechanische (voor)zuivering vindt plaats boven lekbakken boven een vloeistofkerende vloer. De zuivering waarbij chemicaliën worden toegevoegd om de afvalwaterstroom te neutraliseren/ bijsturen kan aangemerkt worden als een gesloten systeem. Deze is gelegen boven een vloeistofkerende vloer. De bedrijfsactiviteit valt daarmee onder categorie 5.4, bedrijfafvalwaterzuiveringen. Voor deze categorie is geen cvm bepaald maar wordt de cvm gecombineerd door activiteiten als putten, baden, pompen en leidingen. Pagina 39 van 47
In de situatie van Kievit Meppel volstaat een combinatie van de voorgeschreven voorzieningen. Hierbij is aangesloten bij tabel 1.4, tabel 1.2, tabel 2.3.1 en 2.2.2. Deze worden onderstaand toegelicht. Opslag in de bassins en voorzuivering
Bij de beoordeling van de bassins en mechanische voorzuivering van de waterzuivering worden aangesloten bij cvm I.
Aanwezige aanvullende voorzieningen − Periodieke controle functioneren vloeistofkerende voorziening − lekdetectie Aanwezige aanvullende maatregelen − periodieke controle functioneren lekdetectie − faciliteiten en personeel Aanbevelingen − geen Onderbelading van de bufferbassins.
Bij de beoordeling van het onderbeladen van de buffertanks van de waterzuivering worden aangesloten bij cvm I.
Aanwezige aanvullende voorzieningen − vloeistofkerende voorziening − overvulbeveiliging − aandacht voor hemelwater Pagina 40 van 47
Aanwezige aanvullende maatregelen − geïnstrueerd personeel − los- en laadinstructie − faciliteiten en personeel Aanbevelingen − geen Verpompen De eerder genoemde inventarisatie van de pompen omvatte ook de pompen van de waterzuivering. Volledigheidshalve wordt verwezen naar paragraaf 3.16 Leidingtransport
Aanwezige voorzieningen − Enkelwandige leiding en; − Aandacht voor pompen, appendages, en monsterpunten Aanwezige aanvullende maatregelen − Leidinginspectie en; − Onderhoudprogramma; − Visueel toezicht en; − Faciliteiten en personeel. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden.
Foto 3.28.1 buffertanks afvalwater en AWZI KIEVIT te Meppel
Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. Pagina 41 van 47
3.29.
Bedrijfsriolering De bedrijfsriolering vervoert afvalwater naar het gemeentelijk riool en is geheel ondergronds aangelegd. Een vetafscheider maakt deel uit van deze bedrijfsriolering. Hiervoor is specifiek aandacht bij inspectiemomenten. De bodemrisicofactoren betreffen; − Lekken uit leidingen, koppelingen, ontvangpunten, tussenputten of afscheidinginstallaties.
Er wordt aangesloten bij cvm I. Aanwezige voorzieningen − Aandacht voor putten, slibvangers, olieafscheiders, verbindingen, ontvangpunten Aanwezige aanvullende maatregelen − Waar mogelijk inspectie; − Algemene zorg. Aanbevelingen − De combinatie van uitgevoerde voorzieningen en maatregelen volstaat. Er behoeft derhalve geen aanvullende ‘cvm’ toegepast te worden. – In geval van vernieuwing van de ondergrondse leidingen: laat deze aanleggen volgens de CUR/PBV-aanbeveling 51 (ontwerp bedrijfsriolering). – Deze riolering is geïnspecteerd. De riolering dient ook in de toekomst geïnspecteerd te worden. Laat eens in de 5 jaar een rioolinspectie uitvoeren volgens CUR-rapport 2001-3. – Zorg voor een goede procedure in geval van verstoppingen e.d. om zo snel mogelijk in te grijpen en het weglopen van het afvalwater in de bodem te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken. In Bijlage 3 is een tekening van de riolering toegevoegd.
Pagina 42 van 47
Hoofdstuk
4.
Conclusies en
aanbevelingen Algemeen In opdracht van FrieslandCampina Kievit B.V.in Meppel heeft Adviesbureau SAM B.V. een bodemrisicoanalyse uitgevoerd. Op het terrein zijn diverse bodembedreigende activiteiten onderscheiden. Dit bodemrisico analyserapport geeft een overzicht van de huidige bodembeschermingsniveaus ter plaatse van de geïnventariseerde locaties, één en ander gebaseerd op de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten (NRB). In onderstaande tabel is weergegeven welke activiteiten acties of aanpassingen vragen en wie hier verantwoordelijk voor is. Voorzieningen en maatregelen De voorzieningen en maatregelen die moeten worden getroffen, zijn:
3.2
Bedrijfsactiviteit Ondergrondse leidingen
3.3
Afvalcontainers
3.5
Opstelpunten grondstoffenontvangst
3.5
Opstelpunten grondstoffenontvangst Lospunt vloeibaar
3.8
Acties Controle op de flow- en niveaumetingen op verpompte hoeveelheden in geautomatiseerd systeem (sluitende waterbalans) Controle op actualiteit van procedure ‘algemene zorg.(algemene actie) Controle op actualiteit van procedure ‘systeeminspectie’.(algemene actie) Aandacht voor appendages en de hydrauliekpomp Uitvoeren reguliere inspectie vloeistofkerendheid ivm zichtbare scheurvorming. Procedure algemene zorg controleren op actualiteit. Losinstructie opstellen met het oog op correcte positie aansluitpunten Een laadinstructie opstellen met oog op correcte positie aansluitpunten. Procedure algemene zorg actualiseren
Pagina 43 van 47
3.9
Lospunten vloeibaar
Een losinstructie opstellen met oog op
Koudevoorziening
Procedure algemene zorg actualiseren Resultaten van systeeminspectie
correcte positie aansluitpunten. 3.10
dienen te worden geregistreerd.
Zoals zichtbaar op de foto zijn er
3.14
Lospunt Salpeterzuur
3.16
(ver)pompen
3.17
Chemicaliën leidingen
3.21
Olieopslag
sporen van (olie)lekkage op de betegelde vloer. Het verdient aanbeveling dat de vloer gereinigd wordt en periodiek geïnspecteerd wordt. Opstellen losinstructie Procedure algemene zorg actualiseren Afstemmen van de pompinspectie op het onderhoudsprogramma. Leidinginspectie; (+markeringen stroomrichting en gevarensymbolen) De hoeveelheid drums dient afgestemd te zijn op de lekbakcapaciteit en de drums mogen niet gestapeld worden vanwege gevaar voor omvallen Naast de lekbak staat lege en volle emballage op de vloeistofkerende vloer. Dit is niet correct en dient opgeruimd te worden. Lege ongereinigde emballage dient behandeld te worden als volle.
3.26
Compressorruimte
Opstellen van inspectieprocedure en
3.29
Riolering
In geval van vernieuwing van de
opnemen in rondgang/audit. ondergrondse leidingen: laat deze aanleggen volgens de CUR/PBVaanbeveling 51 (ontwerp bedrijfsriolering). Deze riolering is geïnspecteerd. De riolering dient ook in de toekomst geïnspecteerd te worden. Laat eens in de 5 jaar een rioolinspectie uitvoeren volgens CUR-rapport 2001-3. Zorg voor een goede procedure in geval van verstoppingen e.d. om zo snel mogelijk in te grijpen en het weglopen van het afvalwater in de bodem te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken.
Als de genoemde maatregelen en voorzieningen worden uitgevoerd, voldoet FrieslandCampina Kievit B.V. aan het niveau van verwaarloosbaar risico op bodemverontreiniging (A). Pagina 44 van 47
Bijlage 1: Bedrijfsactiviteiten volgens NRB‘12
Pagina 45 van 47
Bijlage 2: Situatietekening
Pagina 46 van 47
Bijlage 3: Rioleringstekening
Pagina 47 van 47