Mountainbike.nl downloadable special edition
FREERIDE ISSUE ADIDAS SLOPESTYLE 6 FREERIDE BIKES OP EEN RIJ HET VERVOLG VAN DE TRAILBIKES SPECIAL 5 TOEVOEGINGEN
02
++ Inzichten in sportvoeding ++ Cape Epic 2005 ++ World Cup Willingen ++
INHOUD #2 04 WORLD CUP WILLINGEN Grote drama’s en kleine drama’s, de mini Red Bull en een schandalig xc parcours, spraakmakend Willingen...
06 INTERVIEW GERT THOLEN De vriendelijke downhiller uit Groningen maakte tijd vrij voor een vragen uurtje...
08 FREERIDERS SPECIAL Hoe krijgen we het toch elke keer weer voor elkaar... 6 onalledaagse freeriders aan de tand gevoeld.
10 ROTWILD RFR 0.6 12 IRON HORSE 7POINT7 14 SANTA CRUZ VPFREE 16 YETI AS-X 18 SPECIALIZED DEMO 8 20 KONA STINKY DEE-LUX 22 ADIDAS SLOPESTYLE Eén backflip is tegenwoordig niet meer voldoende voor een overwinning, twee of drie achter elkaar en je komt in de buurt...
28 SPORTVOEDING De keuze is tegenwoordig overweldigend... vraag is nu juist: Is de prestatie ook zo geweldig?
32 GESPOT & GEWENST Als crewmember kom je nog al wat tegen, of je moet er verplicht mee rijden, testen en eten... Want more?
34 CAPE EPIC Ingrid van der Vlist reed de Cape Epic en kwam verhaal doen, lees en verbaas mee.
36 VERVOLG TRAILBIKES Uh... we waren nog niet klaar namelijk...
38 GHOST DUAL RT 40 IRON HORSE MKIII TEAM 42 KONA DAWG 44 GARY FISHER CAKE 3 DLX 46 TURNER 5 SPOT 48 JA VERTEL ES... Nababbel van de Soepkip die achter de special zit.
Racereport / World Cup Willingen
WILLINGEN
genoot Dahle met volle teugen van de overwinning. Ze stapte honderd meter voor de finish af om vervolgens dolblij met haar fiets boven het hoofd geheven over de finish te lopen. Op ruime achterstand eindigden Sabine Spitz en Marie-Hélène Premont op respectievelijk de tweede en derde plaats. Bernardine BoogRauwerda leek in het begin als enige Nederlandse een kans te maken op een top-tien plaats, maar moest helaas na de eerste ronde opgeven door een blessure opgelopen in de vorige wedstrijd.
spraakmakend Foto’s: Rogier Bom en Reinier Meenhorst Het bikefestival in Willingen trekt elk jaar naast 3000 marathonrijders nog vele andere liefhebbers. Ze komen voor de party, de relaxte sfeer, of om zelf te ondervinden wat er waar is van de wilde verhalen die over de Willinger-nachten de ronde doen. Het is die ene keer per jaar dat iedereen elkaar weer eens ziet. Bike importeurs, fabrikanten, verkopers, klanten, prof bikers en vele amateurs. De ontmoetingsplek: het festivalterrein. Het terrein is groots opgezet. Bijna elk merk met een bike- connectie is aanwezig. Fietsen, kleding, zonnebrillen, protectie, voeding, goodies en natuurlijk de nodige versnaperingen zoals crêpes en snoep. Vele stands vol met freebies, supersales en natuurlijk testfietsen. Hoewel bijna elk merk een flink aantal testfietsen heeft meegenomen, is het nog niet makkelijk om de fiets naar keuze voor een uurtje mee te nemen. Vele wachtenden gaan je voor. Het freeride parcours was drukker dan ooit. Je zag er de onverstandigen die zich met een cross country fiets (met barends!) op
het freeride parcours begaven. Maar ook cracks die met een testfiets al snel de sterren van de hemel sprongen en natuurlijk de voorzichtige beginner, die zijn eerst stappen op het freeride pad maakt. En ondanks, of juist dankzij, al deze verschillende mensen was de sfeer super. De Nederlandse party vond plaats bij de stand van Kona. Gratis barbeque en bier. Worst en hamburger op warme broodjes en een flesje bier in de hand. Goeie muziek maakte het compleet, zodat Kona al snel the place to be was voor feestend Nederland. Dit jaar was de marathon niet het hoofdevenement. Willingen had een drie dubbele worldcup, cross country, downhill en four cross. Mensen die normaliter alleen naar cross country keken, vergaapten zich aan het spectaculaire downhill. En het ‘hardcore extreme’ publiek genoot van de competitie en het aanmoedigen langs het cross country parcours. Iedereen die aanwezig was leefde mee met de marathonrijders, want net als vorig jaar had elke deelnemer de modder in alle hoeken en gaten van fiets en lichaam zitten. Cross Country De organisatie leek zich er met het cross country parcours makkelijk vanaf te hebben gemaakt. Het eerste gedeelte bestond uit een klim van enkele kilometers, dit stuk was overgenomen van het begin van de tweede ronde van de marathon. De hierop volgende afdeling, ontworpen door Sabine
Bart Brentjens
Gunn Rita Dahle
Spitz, was wel aantrekkelijker maar niet voldoende om er alsnog een interessante ronde van te maken.
Ze stapte honderd meter voor de finish af om vervolgens dolblij met haar fiets boven het hoofd geheven over de finish te lopen. Bij de heren ging het gevecht in de kopgroep tussen Cristoph Sauser, Marco Bui, Julien Absalon en Jose Antonio Hermida. Sauser wist halverwege de wedstrijd weg te rijden van de anderen, die hem ondanks een valpartij niet meer bij zouden halen. Hij won de wedstrijd met een voorsprong van 20 seconden op Marco Bui en pakte daarmee tevens de koppositie in de stand om de wereldbeker. Erwin Bakker finishte als eerste Nederlander op een knappe twaalfde plaats. Bij de dames was Gunn-Rita Dahle wederom oppermachtig. Vanaf de
start nam ze een voorsprong op de rest van het veld, die gedurende de wedstrijd alleen maar groter zou worden. Ondanks haar superioriteit
Anneke Beerten
Downhill In slechts twee maanden tijd wisten Phil Saxena en Diddie Schneider een downhill- en een 4x parcours uit de grond te stampen. Met een berg van een schamele 800 meter hoogte, was het een enorme uitdaging om een World Cup waardig parcours te maken. Uiteindelijk lag er toch een baan van 1,5 kilometer lang. Na de semi-finale begon het langzaam te regenen. Tijdens de dames-finale was het nog redelijk droog en het werd een spannende race. Locale favoriet Antje Kramer reed een goede finale run, maar maakte in de laatste meters nog een fout en eindigde als 11e. Als snelste gekwalificeerde Rachel Atherton remde bij de roadgap en moest een nooduitwijking doen. Ze verloor daarmee de koppositie nu als vanouds naar Chausson ging. Bij de heren was de competitie spannender, niet alleen de onderlinge strijd, maar
ook het weer speelde parten. De als 21e gequalificeerde Dan Atherton reed een geweldige run en zat lange tijd in de hotseat. Slechts toen Greg Minnaar als een na laatste rijder over de streep kwam werd deze overgenomen. Helaas was Mick Hannah niet in staat zijn snelle tijd te handhaven en kwam ten val. De Nederlander Gert Tholen klaagde vooraf over het parcours “... lijkt meer op een Red Bull Rampage...” maar desondanks reed hij naar een 19e starttijd en finishte uiteindelijk als 27e. In ons interview met Gert lees je meer over zijn wedstrijd. 4X De 4X nam in Willingen een vervelende wending. Na de eerste ronden begaf het starthek het en wegens het slechte weer werden de laatste rondes verplaatst naar zondag, ná de downhill finale. Voor vele athleten was dit een kleine ramp, want twee finales op een dag rijden is soms teveel van het goede. Anneke Beerten besloot al haar pijlen te richten op de 4X en onthield zich van het rijden van de downhillrace.
Voor de jonge Daniël Prijkel kwam deze boycot echter zeer ongelegen en ook hard aan. Toen het zondag eindelijk tijd was voor de 4X bleek het starthek echter nog altijd dezelfde kuren te vertonen. De sporters hadden inmiddels flink tabak van het
... / World Cup Willingen
Interview / Gert Tholen Uitslagen Cross country mannen 1. Christoph Sauser (Sui) 2. Marco Bui (Ita) 3. Julien Absalon (Fra) 4. Jose Antonio Hermida (Esp) 5. Fredrik Kessiakoff (Swe) 6. Liam Killeen (GBr) 7. Silvio Bundi (Sui) 8. Adam Craig (USA) 9. Ralph Naef (Sui) 10. Yader Zoli (Ita) 11. Erwin Bakker (Ned) 15. Bas Peters (Ned) 19. Bart Brentjens (Ned) 31. Marten Tjallingii (Ned) 32. Thys Al (Ned) 88. Frank Schotman (Ned) 95. Hans Becking (Ned) 119. Tim Ottens (Ned) 123. Maarten Krommendijk 131. Mark Nellen (Ned) 135. Leon De Jong (Ned) 136. Mathijs Wagenaar (Ned) 137. Rick Evers (Ned) 142. Ruud Rentmeester (Ned) 144. Axel Bult (Ned) 156. Marcel Groothuismink (Ned) 160. Onno Houwer (Ned) 163. Jordy Luisman (Ned) Cross country vrouwen 1. Gunn-Rita Dahle (Nor) 2. Sabine Spitz (Ger) 3. Marie-Hélène Premont (Can) 4. Irina Kalentieva (Rus) 5. Mary McConneloug (USA) 6. Annabella Stropparo (Ita) 7. Maja Wloszczowska (Pol) 8. Kiara Bisaro (Can) 9. Nina Gohl (Ger) 10. Alison Sydor (Can) 34. Arielle Van Meurs (Ned) 46. Saskia Elemans (Ned) 49. Laura Turpijn (Ned) 58. Petra Hofs (Ned) DNF. Bernardine Boog-Rauwerda (Ned)
Onbekende rijder, tot aan de naven in de modder.
gestuntel van de organisatie en een boycot werd als middel ingezet. Alle heren vertrokken collectief om een alternatieve wedstrijd op het grasveld te organiseren met het publiek. Voor de jonge Daniël Prijkel kwam deze boycot echter zeer ongelegen en ook hard aan. Het nederlandse talent had zich in de kwartfinales weten te plaatsen. Helaas was zijn eerste World Cup optreden maar kort en krachtig, maar vooral zeer onbevredigend. Datzelfde gold voor de eerste World Cup overwinning van Anneke Beerten. De Nederlandse had zich in de kwalificaties als snelste geplaatst en was er zeer op gebrand ook als eerste de eindstreep te passeren in de finale. De UCI stelde de vrouwen voor een vervelend dilemma; er
werden punten uitgedeeld of er nu 1 of 10 deelnemers waren. Uiteindelijk trok dit een 10-tal vrouwen over de streep en de eerste overwinning voor Anneke was een feit. Helaas werd dit feestje overschaduwd door een reeks protesten en de afkeurende blikken van de stakende mannen. Om hun ongenoegen naar de UCI kenbaar te maken betraden de 4 vrouwen het podium met de rug naar het weinige publiek dat was gebleven. Hun punt was overduidelijk. De bittere pil voor Anneke was echter maar van korte duur, een week later in Schladming wist ze het truukje opnieuw te herhalen, dit keer in een volledig deelnemersveld en met een goed werkend starthek!
Downhill mannen 1. Greg Minnaar (RSA) 2. Daniel Atherton (GBr) 3. Nathan Rennie (Aus) 4. Christopher Kovarik (Aus) 5. Samuel Hill (Aus) 27. Gertje Tholen (Ned) 34. Nico Vink (Bel) Downhill vrouwen 1. Anne-Caroline Chausson (Fra) 2. Emmeline Ragot (Fra) 3. Vanessa Quin (NZl) 4. Rachel Atherton (GBr) 5. Sabrina Jonnier (Fra) 4X vrouwen 1. Anneke Beerten (Ned) 2. Fionn Griffiths (Gbr) 3. Anita Molcik (Aut) 4. Sonja Granzow (Ger) 5. Diana Marggraff (Ecu)
Foto: Rogier Bom Tekst: Marieke Brinks Voor deze special wisten we Gertje Tholen te strikken voor een interview. Een van de beste downhillers van Nederland, woont in Groningen en is 25 jaar oud. Sinds 1996 is hij bezig met de downhill sport. Momenteel rijdt hij voor het Duitse merk Fusion. Veel downhillers en 4x’ers zijn begonnen als BMX’ers. Wat is jouw achtergrond? Ik ben begonnen met xc en reed ook wedstrijden bij de jeugd, ik was altijd al een goede daler. In België heb ik toen een keer met een downhill wedstrijd meegedaan, zo is het begonnen. Op wat voor bike rij je op het ogenblik? Ik rij op een Fusion Terminator met 230 mm veerweg en die weegt 18 kilo. Afgemonteerd met Sram X.O derailleur en triggers. Fox vering voor en achter, Maxxis banden, Sun wielen, Syntace stuur, Truvativ cranks. Zo licht mogelijk afgemonteerd dus. Hoe train je, als Nederlandse downhiller om op niveau te kunnen presteren? En hoe bereidt je je voor op een wedstrijd? Door de weeks zit ik op de racefiets met daarbij sprint- en duurtraining. In de sportschool doe ik krachttraining en in het weekend downhillen. Ik bereid me voor door het parcours helemaal te kennen, je lijnen tot op de centimeter nauwkeurig te rijden. Zorgen dat je over geen enkele lijn meer twijfelt en daarbij naar de juiste afstelling van je fiets zoeken. Zijn er nog dingen waar zelfs jij nog over twijfelt... als je de heftigheid ervan ziet? Twijfel is je grootste gevaar, als je ergens twijfelt ga je er waarschijnlijk op dat punt ook hard van de fiets af, ik probeer daarom op het parcours nooit te twijfelen (wat niet altijd lukt). Soms bedenk je je achteraf wel eens dat sommige dingen best gevaarlijk zijn. Ben je ooit ernstig gecrashed? Ik ben behoorlijk vaak en hard gecrashed. Maar als ik dat ga uitleggen, stopt iedereen acuut met downhillen... We hoorden je in Willingen nog zeggen dat het wel de Red Bull Rampage leek. Desondanks reed je erg goed. Je reed er een superkwalificatie waarbij je de 19e tijd neerzette, maar wat gebeurde er daarna? In de finale ging het boven bij de start eigenlijk mis in de eerste flauwe bocht naar links, mijn achterwiel brak helemaal uit en ik kon voor de volgende jumps niet meer goed ingeklikt komen. Daarbij verloor ik ongeveer 1,5 tot 2 seconden. Zo verlies je makkelijk 12 tot 15 plaatsen. Wat is je favoriete parcours en waarom? Les2alps. Omdat het lekker snel is met het echte ‘hang on!’ gevoel. Maribor is ook absoluut een van mijn favoriete parcoursen, het is technisch en snel; een perfecte combinatie! In Schladming werd je 42e ondanks je uitstekende vorm. Wat ging er mis? In de halve finale moest ik een voetje aan de grond zetten. En toen ik mijn voet op de grond zette, ging ik vol
door mijn enkel. Ik kon de halve finale met veel pijn en moeite nog uitrijden maar werd 29e. In de finale had ik zoveel pijn dat ik haast niet kon uitklikken en zat daarom te gespannen op de fiets. Hierbij ging het ook nog ‘volle bak’ regenen en kneep ik teveel in de remmetjes. Wie vind je op het ogenblik de beste rijder (m/v) en waarom? Bij de dames Chausson omdat ze gewoon als een man rijdt. Bij de mannen zijn er meerdere, maar ik ben vooral onder de indruk van alle kangaroes (Australiërs) die zonder bescherming en zo hard rijden. Je doet weinig aan 4X. Nu je het ontwerp maakt voor de 4X in Groningen, denk je dat je dan vaker op een 4X te vinden bent? Wel in Groningen, maar niet tijdens World Cup wedstrijden. In die wedstrijden moet je gewoon goede bmx skills hebben om mee te kunnen. Die heb ik niet en daarnaast heb ik geen zin om me te blesseren met de 4X. Wat zijn je plannen voor dit seizoen en je ambities voor de toekomst. Ik probeer om in de World Cup nog een keer in de top 15 te rijden en om nog wat wedstrijden in Duitsland te winnen. Verder wil ik top 12 in de World Cup rijden (wij denken dat dat er wel in zit). Wat raad je de beginnende downhiller aan? Probeer veel te leren op de parcoursen en altijd ontspannen op de fiets te zitten. Als je hogerop wil komen, koop dan een racefiets en ga naar de sportschool. Is er nog iets dat je ons wil vertellen? Ik wil graag iedereen bedanken die het mogelijk maakt dat ik kan downhillen.
FREERIDERS SPECIAL
Freeriders special / Rotwild RFR 0.6
De meeste freeriders onder ons kennen Gareth “Schnitzel” Dyer wel. De Canadees die met zijn new skool tricks een paar jaar terug de freeride wereld bestormde. In tegenstelling tot zijn meeste landgenoten rijdt hij niet voor een Canadees of Amerikaans merk, maar voor het Duitse Rotwild. Reden voor ons om “zijn bike” eens nader te bekijken. Via Henk van Anken van Benelux Bikes (de Nederlandse importeur) kregen wij de mogelijkheid. Het eerste wat opvalt aan de Rotwild is de afwerking. De verwijding in de bovenbuis, de inwendige kabelbegeleiding, het Rotwild labeltje aan de verstelbare vering en niet te vergeten het beschermsokje om het achterste draaipunt van de vering. Kortom, veel oog voor detail. De technische details mogen er ook zijn. De Rotwild heeft een zonder tools een instelbare veerweg van 150 / 165 / 180 mm en het frame (inclusief shock) weegt 4 kg. Verder is de geometrie ook nog
eens, zonder gebruik te maken van tools, aanpasbaar. Hierdoor is het mogelijk om de stuurbuishoek in een handomdraai te verstellen van 69º naar 65º, wat weer directe gevolgen heeft voor de wielbasis en dus de wendbaarheid van de bike. Offroad Oog voor detail is leuk, maar de rijeigenschappen zijn nog veel belangrijker. Daarom hebben we de Rotwild op een zo gevarieerd mogelijk terrein losgelaten. Trailriding in Malmedy, downhill trails in Chaudfontaine, four cross en tables in Willingen en zware downhill tracks in Bad Wildbad. In Malmedy ging de Rotwild er als een beest vandoor. Hij geeft je het gevoel op een ietswat zware crosscountry bike te zitten terwijl je omhoog peddelt. Eenmaal boven aangekomen, laat de Rotwild zich makkelijk sturen over de glooiende trails. Nagenoeg alle oneffenheden pakt de vering moeiteloos op en zodra je de vork het dal in gooit voor een lekkere afdaling komt het
freeride karakter van de bike naar boven. De bike stuurt lekker en direct en kan de hoge snelheden tijdens de afdalingen goed aan. Dit bleek ook zeker in Chaudfontaine. Op de rotsige ondergrond gaf de Rotwild zeer veel vertrouwen en bleven we de snelheid maar opvoeren. Sprongetjes waren geen probleem en als een bocht niet lekker liep was het eerder een fout door vermoeidheid van de berijder dan onwil van de bike. Dat deze freerider zeer geschikt is voor trailriding en voor lekkere downhill trails was ons zeer snel duidelijk, maar Gareth Dyer doet nog veel meer met zijn Rotwild, dus zijn wij de bike gaan testen op de Freeride-strecke van Willingen. Deze baan ligt vol met kombochten en tables. De kombochten waren geen enkel probleem. Onze Rotwild liet zich makkelijk door iedere kombocht leiden en het switchen van kant ging zowat moeiteloos. Net als het springen van de tables. Deze fiets is relatief licht in zijn
klasse met als gevolg dat we al snel moesten oppassen om de tables niet te “overspringen” (trouwens als dit wel gebeurde loste de 180mm veerweg dat probleem wel weer op). In de lucht reageert de bike heel neutraal en laat zich leiden door de bewegingen van de biker. Daardoor is de Rotwild echt goed te plaatsen in een landing om zo de juiste flow in een lijn te houden. Daarom denk ik dat ondanks dat ik geen dirts met de bike heb gereden, deze bike (zeker voor een full suspension bike) daar ook zeer geschikt voor kan zijn. Problemen Heeft deze bike dan geen negatieve ervaringen opgeleverd? Toch wel. In Bad Wildbad kwam de Rotwild niet geheel uit de verf. Bad Wildbad kenmerkt zich door hele steile technische passages. Op deze passages gaf de Rotwild helaas niet veel vertrouwen. De oorzaak hiervoor is de lage vork (Marzocchi Z150) die in de bike zat, waardoor je op deze passages voor je gevoel “over the bar” zou worden gegooid. Dit is uiteraard op te lossen. Als je veel wil downhillen kan je bijvoorbeeld het frame een maat kleiner nemen. Een andere oplossing is om een langere (meer downhill gerichte) vork in de bike te zetten. Rotwild staat een dubbel kroon vork in het frame toe. Verder aandachtspunt is de voorderailleur. In alle posities moet deze goed functioneren en moet niet in aanraking komen met het kettingblad. Door de veranderbare
geometrie is het afstellen van de voorderailleur daarom een uitdaging. Conclusie We begrijpen goed waarom Gareth Dyer zo goed op deze Rotwild rijdt. Het is een veelzijdige freerider, die qua afmontage goed te finetunen is richting specifieke inzetgebieden, maar ook zonder op vele terreinen goed uit de verf komt. Toch is de Rotwild vooral geschikt voor de echte hybride freerider, die zoveel mogelijk uit één bike wil halen en minder voor een echte downhiller, dirt jumper of four crosser. De Rotwild heeft ons zeker verbaasd. De afwerking is echt zeer netjes, het inzet bereik is zeer breed. Je kan er de Nederlandse en Belgische bossen goed mee onveilig maken op een speelse freeride manier, de Duitse bikeparken zijn geen probleem (zeker niet met een iets hogere vork) en (single)trails en epic freeriden in het hooggebergte, daar smult de Rotwild alleen maar van (inclusief het nodige omhoog fietsen). De Rotwild RFR 0.6 is te koop als frameset voor 2.240,00 euro (adviesverkoop prijs) dit jaar inclusief Fox DHX 5,0 coil en balhoofdset (keuze uit 1.5” en 11/8”). De complete bike, inclusief onder andere een Fox 36 vork en Magura Louise FR remmen is verkrijgbaar voor 4.690,00 euro (adviesverkoop prijs).
Freeriders special / Iron Horse 7Point7 secties komt de spv single crown van Manitou te kort. Het zogenaamde ‘smallbump resistance’ is een zwak punt van de SPV vorken van Manitou en ware het niet voor de 1.5” headset, zouden wij een Marzocchi 66rc (170mm) meer op zijn plaats hadden gevonden. Een langere inbouw met een beter gedrag op de snelle hobbelige downhillpaadjes. Onze wens om een langere vork te berijden is daarop gebaseerd. De voorkant lijkt in de rockgardens te duiken ipv er doorheen te cruisen. Voor personen die meer neigen naar het rijden van enduro-achtige kilometers en minder bikeparkdownhills blijft het waarschijnlijk de ideale combinatie. Bikers die hoofdzakelijk de bikeparks willen berijden zouden mogelijk in de toekomst willen overstappen naar een vork met een langere inbouwlengte, waardoor de stuurhoek ook iets slacker wordt. Laten we het erop houden dat het frame vele malen veelzijdiger is dan de voorvork.
De Iron Horse 7Point7 staat al sinds zijn aankondiging, vorig jaar augustus, als testfiets op onze verlanglijst. We hebben er 9 maanden lang ons best voor gedaan. Begin mei kwam Iron Horse Nederland met de verlossende woorden; “hij is er!”. Net op tijd voor onze trip naar Bischofsmais, de fiets heeft dat hele weekeinde niet stil gestaan. 2005 belooft een spannend jaar te worden voor Iron Horse. In augustus presenteerden ze een verrassende en zeer complete collectie, die zeer uitgesproken ontworpen is. Zo is de 7Point7 niet naar ieders smaak, al kregen we heel erg veel bekijks met de beide Iron Horses in Bischofsmais (de MKIII team was ook mee). Het stalen paardje brengt behoorlijk wat gewicht op de schaal, zelfs voor een freerider met 7” veerweg. Iron Horse verkoopt twee soorten 7” freeriders, de Yakuza serie zonder DW-link (verkrijgbaar in de ultieme opstappers downhillmachine Kumicho voor 2.499 euro!) en de 7Point serie.
Iron Horse heeft de 7Point frames uitgerust met de zogenaamde DWLink, iets wat feitelijk lijkt op het VPP patent van Santa Cruz. De veerweg van de 7Point7 voelt eindeloos. Hoewel steeds meer Virtual Pivot Point - achtige systemen niet meer uitgerust worden met het 5th element, komt de Iron Horse er goed mee weg. De Sherman Breakout had een paar runs nodig om ingereden te worden en voldeed redelijk aan de verwachtingen. Offroad Als testrijder wordt je op de 7Point7 namelijk heen en weer geslingerd in je ervaring en wat je nou precies van de 7Point7 vindt. Enerzijds is de keuze voor de Breakout en de daarbij horende stuurhoek ideaal voor het sturen in snelle bochtige secties met wat technische gedeeltes, we bleven ons verbazen. Het kon steeds harder, spannender en hoger. De 7point zelf lijkt geen grenzen te kennen. Nergens zijn we de grens van het frame tegengekomen. Anderzijds op de steile technische
De DW-Link doet zijn werk uitstekend en er is nagenoeg geen merkbare pedalkick, en ook brakejag is bijna geen issue op deze Iron Horse. Langer blijven door pedaleren op stenige stukken of wortelsecties is een genot waar je snel aan kunt wennen. De 7Point7 gaat rap mee in de lucht en laat zich vrij makkelijk manipuleren. Eenmaal airborne merken we niet meer zoveel van het gewicht van de fiets en is de fiets goed in balans . De 150 mm achternaaf en 12mm steekas maakt de 7Point erg stijf en stabiel. Ondanks zijn gewicht presteert de 7Point7 goed genoeg op de klimmen en de trails. De Breakout beschikt over een vorm van lockout, die de veerweg verkleint naar 130 mm en daarmee de geometrie verandert voor prettiger klimmen. Vooral voor steile zittende klims is dit ideaal. Vergeet het alleen niet in de afdaling uit te zetten, want het gaat onherroepelijk stuk. Dankzij de e-13 chainguide heb je de beschikking over een ‘granny’ en samen met de 34t cassette kom je een heel eind. Problemen De standaard 2.7 Maxxis High Rollers zijn voor onze smaak te breed en
de zachte compound maakte zijn reputatie waar. Na 4 dagen droge bikepark ondergrond begint de slijtage van de achterband ernstige vormen aan te nemen. De Mavic spaken liepen vrij vlot los en moesten ter plekke opnieuw op spanning gebracht worden. Daarna hebben we geen problemen met de spaken meer gehad. We hadden enige moeite met de bandenspanning van de tubeless High Rollers, met name in de rockgardens. Het is nog onduidelijk waar het op dat moment aan heeft gelegen. Mogelijk was het ventiel de boosdoener, maar we hebben er sinds Bischofsmais geen problemen meer mee gehad, dus is het moelijk aan te wijzen waar het aan heeft gelegen. Conclusie De 7 is de meest luxe uitvoering uit de serie en wellicht is Iron Horse hier iets mee ‘uitgeschoten’. De 7 is afgemonteerd met praktisch het beste van het beste, Sram X.0 derailleur en X.9 trigger, e.thirteen DRS chainguide, FSA Gravity Xtreme cranks, Easton Flatboy pedalen en Easton cockpit, Hope MonoTi6 remmen. En ga zo door. Er komt geen eind aan de lijst prachtige onderdelen. De 7Point is ook verkrijgbaar in de iets ‘gematigde’ 5 en 3 versie, respectief met een 5th Element 3 way en Rockshox Boxxer Ride vork en met een 5th Element 2 way en Manitou Stance Flow vork. Allen met hetzelfde prachtige frame en alle versies komen met een e13 chainguide en 150mm steekas achternaaf.
Het enige serieuze minpunt dat wij hebben kunnen traceren, is de routing van de diverse kabels. Van de achterderailleur loopt deze tussen het bottombracket en de chainguide. Dit heeft niet tot problemen geleid, maar wellicht dat het door veel gebruik wel voor problemen kan zorgen. De lak heeft zo nu en dan te lijden gehad onder de wrijving van de Gore derailleurkabels, de nieuwe Parker Staalflexkabels van de remmen waren echter een stuk vriendelijker voor de lak. De 7Point7 heeft een frame met downhill-aspiraties en een freeride set-up. Je kunt er dus praktisch alle kanten mee op. De 7Point7 is momenteel verkrijgbaar bij Iron Horse Nederland voor een speciale actieprijs van 3.499,- euro. Dit is de verkoopprijs waar de 7Point5 normaal voor gaat. De 7Point3 wordt aangeboden voor 2.849,- euro. Meer informatie kun je vinden op www.ironhorsebikes.nl
Freeriders special / Santa Cruz Vpfree
We waren meer dan enthousiast toen bleek dat we een VPFree konden gaan testen. Nadat Santa Cruz eerder een trailbike (Blur) en een downhillframe (V10) met het gepatenteerde Virtual Pivot Point (VPP) veersysteem op de markt had gebracht, kwam de VPFree als tegenhanger van de immer succesvolle Bullit. Waren we al te spreken over de Bullit, de VPFree beloofde het beste van trailbike en downhill te verenigen. Dat hadden we al vaker van fabrikanten gehoord en het leek een onmogelijke belofte, dus besloten we handenwringend de bike alle hoeken van de trails te laten zien. Het VPFree frame is prachtig afgewerkt en absoluut met zorg gelast. De constructie is bijzonder te noemen. Deze bestaat uit beperkt oversized 6069 aluminium buizen, gecombineerd met organisch gevormde monocoque delen in de achterbrug en rond de zadelbuis en headtube. Dit alles dient om een stevige constructie zonder onnodig overgewicht te bereiken. Dat zet zich door in de keuze voor een
150 mm achternaaf met 12 mm steekas, die extra stijfheid biedt. Ook qua geometrie is de Free een combinatie van trail en DH, zo is bv de bovenbuis aan de lange kant. De vormen geven het geheel een hele eigen, racy uitstraling. Het testframe had een soort transparante caramelkleur: Rootbeer, een specifieke Santa Cruz lak. Het frame is overigens in diverse powdercoat en geanodiseerde kleuren verkrijgbaar. Het VPP veersysteem is ontworpen om actief aan te spreken, zonder aandrijfkracht verloren te laten gaan. De VPFree biedt daarbij de - voor een freerider - ruime veerweg van maar liefst 215 mm. Zowel shock als het veersysteem dragen bij aan een efficiënte overdracht van energie op de aandrijving, geen luxe bij 8 inch veerweg. De demping wordt verzorgd door het paradepaardje van Fox, de DHX 5 staalveer shock met ProPedal antibob systeem. Hoewel we een complete bike hebben getest, levert Santa Cruz alleen framesets aan deze kant van
de oceaan. Bij een breed inzetbaar frame als de VPFree is dat eigenlijk maar goed ook. De afmontage is uiteraard bepalend voor je ervaring, maar die kan iedereen naar wens invullen en zo het karakter van de bike naar zijn hand zetten. Neemt niet weg dat onze testbike meer dan aantrekkelijk was uitgerust. Een Manitou Slider Plus voorvork, verchroomde DMR cranks en diverse Syncros componenten, waaronder een set superstijve maar lichte wielen. Al met al was het allround karakter erg benadrukt, o.a. door het voeren van 3 bladen vóór, zonder chainguide. Offroad We besloten om de bike eerst eens op zijn dowhillwaardigheid te testen. De VPFree ging mee naar de DH van bikepark Winterberg. We kunnen niet anders zeggen dan dat het een openbaring was. Het veersysteem toonde zich van zijn meest aggressieve kant. Elke sprong en drop leek het frame te vragen om meer en hoger, terwijl de rijder compleet werd ontzien. Het gevaar bij die vergevingsgezindheid is dat
je het contact met de baan zou kunnen kwijt raken. Dat was niet het geval, de vering is plush en zeer actief maar je houdt contact met je ondergrond. Wat overweldigend duidelijk werd, was dat VPP vering actief blijft tijdens remmen. Wie de DH van Winterberg kent, kent de vele remkuilen. Met een single pivot resulteert remmen op die stukken in feedback en (dus) vertraging – zo niet met de VPFree. Deze behield zijn snelheid en opgetogen merkten we dat er tijdwinst én nieuwe adrenaline te halen viel op dit vertrouwde downhill parcours. De ervaring van die dag was in één woord geweldig. Na de bike met zoveel succes aan de tand te hebben gevoeld op downhill afdalingen, werd het tijd om eens te kijken of het frame het predikaat alleskunner écht waar kon maken. De bike overtuigde tijdens een XC tocht zo mogelijk nog meer! Deze bike maakt erg graag kilometers! Waar we het veersysteem duidelijk aan het werk voelden tijdens drops en remkuilen, merkten we amper verlies van energie op het vlakke en stijgende terrein. We konden flink doortrappen zonder een spoor van bobbing. Ook de voordelen van een allround geometrie werden duidelijk: de bike stuurde nergens te traag, we kwamen snel en moeiteloos door nauwe singletracks. Natuurlijk, je merkt wel dat de VPFree zwaarder is dan de gemiddelde trailbike, maar op deze bike zijn de langere tochten en klimwerk duidelijk geen straf. Conclusie Het is moeilijk iets aan te merken op dit frame, maar als we ons best doen
kunnen we wel wat kanttekeningen plaatsen. Zo stelt de VPFree, vanwege zijn bijzondere mix van disciplines en techniek, enkele bijzondere eisen aan de opbouw. Sommigen zullen dit als beperking zien. De brede(re) achternaaf vraagt een specifiek bottombracket ten behoeve van een juiste kettinglijn. Ook zijn er nogal wat richtlijnen voor montage (van een voorderailleur en chainguide). Deze zijn gelukkig goed gedocumenteerd in FAQs van zowel Santa Cruz als aanleverende fabrikanten. Onze ervaringen met dit frame brengen ons tot een eenvoudige conclusie: Santa Cruz maakt de belofte van de VPFree helemaal waar. Ze vragen zich in de catalogus af of het hun meest ‘schizofrene’ product ooit is en dat kunnen we alleen maar onderschrijven. Dit frame voelt zich thuis op buitenlandse epic singletracks en binnenlandse XC routes, maar evenveel op eindeloze afdalingen en technische DH parcours. Het frame is een wonder van constructie: stijf, sterk en in onze ogen een lust voor het oog. Het VPP systeem werkt als de beste systemen die we kennen (zo niet hét beste systeem). Het is efficiënt, maar zeer actief. De VPFree stuwt de berijder letterlijk en figuurlijk naar grotere hoogten. Wat wil je nog meer van een allround freerider!? De VPFree is verkrijgbaar in enkele powdercoated of anodized kleuren, met Fox DHX5 demper, desgewenst met titanium veer. Voor meer informatie over de verkrijgbare kleuren en voor een exacte prijsopgave, neem contact op
met 55 Bike Distribution in Brussel (
[email protected]) of kijk op www.santacruzmtb.com NB. bovenstaande foto’s zijn genomen van de nieuwe fiets van een van de redacteuren. Het betreft niet de rootbeer kleurige testbike.
Freeriders special / Yeti AS-X De Yeti AS-X is inmiddels geen onbekende meer in het freeride segment, naast bikes als bijvoorbeeld de Santa Cruz Bullit. Yeti omschrijft de AS-X als een bike die perfect is voor “freeriders, aspiring DH riders and anyone who wants a bike that can handle the most unpredictable trails”. Het lijkt dus een bike te zijn, waar je alle kanten mee uit kunt. Wat betreft het frame voor 2005 is dit eigenlijk gelijk aan het 2004 frame, alleen de shock is veranderd van de 5th element naar de nieuwe Fox DHX5.0. De AS-X is ondanks de link waarmee je ook de veerweg in kunt stellen op 6” of ± 7” (181mm), een single pivot frame. Het ziet er mooi afgewerkt uit, met op ieder boutje de naam Yeti en op het achterpadje ook een Yeti gegraveerd. De onderbuis ziet er indrukwekkend breed uit en sluit mooi aan op de 1.5” headtube. Yeti geeft zelf aan dat je een 150mm of een 170mm vork kunt monteren, waarbij uiteraard wel de geometrie verandert. Aangezien je met de bike alle kanten uitkunt, kun je hem dus ook op diverse manieren opbouwen. De Medium testbike was DH/Bikepark georienteerd opgebouwd, met een 170mm Marzocchi 888rc en een E-thirteen chainguide met een 38t blad. Andere onderdelen omvatten Tioga White Tigers 2.5, D321 velgen op een XT achternaaf en een DT Hugi FR 20mm voornaaf, LX/XT drivetrain met Truvativ Husselfelt cranks, Atomlab Aircorp flat pedals, Titec voorbouw, zadel en zadelpen en Hayes Mag remmen met 8” schijven. Offroad Vanwege de volledige seattube kan een lange zadelpen gebruikt worden, zodat de houding aangepast kan worden om het klimmen redelijk mogelijk te maken. De demper levert met zijn Pro Pedal-instelling genoeg weerstand tegen bobben, terwijl de vering toch nog actief blijft voor obstakels tijdens de klim. De term ”redelijk” wordt hier gebruikt met deze testbike, aangezien hij zoals gezegd erg DH georienteerd opgebouwd is. Een granny vóór zou de bike waarschijnlijk voldoende aanpassen om het klimmen beter mogelijk te maken. Maar natuurlijk is het geen lichtgewicht XC bike, dus
het blijft altijd een kwestie van flink inspannen om boven te komen Zijn punten verdient de bike echter logischerwijs tijdens de afdalingen. Het eerste dat hier opvalt is hoe “plush” de Fox DHX5.0 aanvoelt. Alle oneffenheden worden “gladgestreken” en de controle over de bike blijft zo zoals het hoort bij de berijder ervan. De bottom bracket ligt vrij hoog bij een 170mm voorvork, zodat er weinig tot geen gevaar is voor pedalen die de grond raken (helemaal niet met de 170mm cranks die op de bike zaten). Tijdens drops lijkt het alsof de shock “bottomless” is. Ook voelt de bike licht genoeg aan om hem te lanceren van schansen of ermee te bunnyhoppen. De bike is goed wendbaar op smalle technische singletracks, maar een single crown vork zoals een marzocchi 66 of een Manitou Sherman, zou hem hier misschien kunnen perfectioneren. De Tioga’s levereren goede grip en het frame heeft meer dan genoeg tire clearance voor deze 2.5 banden. De tire-clearance achter houdt zo’n beetje op bij 2.6” Die band komt namelijk net tegen de achterbrug aan, het past er net in, en je kan er gewoon mee rijden. De Hayes remmen leveren met hun 8” schijven voldoende remkracht en genoeg modulering om de bike makkelijk te kunnen corrigeren. Stuur en stuurpen (Titec El Norte riser en 75mm-stem) zijn van de juiste lengte en rise , zodat de controle over de bike makkelijk gehouden kon worden. De LX shifter schakelde echter wel wat moeilijk en deze zou misschien beter vervangen kunnen worden door een
XT shifter, aangezien die veel lichter en directer schakelt. Wat betreft het remmen doet zich wel het probleem voor van het verstarren van de achterkant van het frame. Hard remmen leidt tot het verstijven van de achterkant en dientengevolge het beginnen “stuiteren” van het achterwiel. Dit is echter een probleem dat nu eenmaal bekend is voor single pivot-frames. Met gecontroleerd remmen echter, is dit op de Yeti goed onder controle te houden. Problemen Problemen doen zich eigenlijk niet voor bij de Yeti. Het klimmen is niet zijn sterkste kant, maar daarin doet hij niet onder van andere vergelijkbare bikes. Wel zou de prestatie op dit gebied beter zijn als er een dubbel blad voor gemonteerd zou worden. Dat zou de diverse inzetmogelijkheden van de bike ten goede komen. Ook is het monteren van een single crown vork een idee om de bike meer FR dan DH te maken. Dit is echter geen “probleem’, want de prestaties van de testbike zoals hij geleverd werd zijn buitengewoon goed. Wel een probleem, of in ieder geval een behoorlijke irritatie is de meegeleverde zadelpenklem, die niet voldoende vast zit aan de zitbuis. Met als gevolg dat hij flink ronddraait en moeilijk goed te klemmen is. Aangezien het hier een FR bike betreft waarmee je waarschijnlijk vaker wilt klimmen, zodat je ook de zadelpen regelmatig aan wilt passen, zou dit een van de eerste zaken zijn om te vervangen. Conclusie De Yeti AS-X is goed te definieren als een freerider en de omschrijving die
Yeti zelf gebruikt (zie inleiding) dekt dientengevolge de lading. Zoals de testbike is opgebouwd met zijn 888rc en zijn enkel blad is hij uitermate geschikt voor bikeparks, in ieder geval voor Winterberg en Bischofsmais waar hij getest is. Indien je echter 2 bladen vóór monteert en een singlecrown vork heb je een geweldige freerider, waarmee je ook nog eens fatsoenlijk kunt klimmen en hoef je niet per se richting bikeparks om de bike goed te kunnen gebruiken. Al met al is de AS-X dus inderdaad een bike waarmee je alle kanten uit kunt. Zoek je een freerider dan is deze Yeti zeker het overwegen waard, helemaal met de Fox DHX5.0, die in mijn ogen geweldige prestaties levert in combinatie met het frame. Overigens is de prijs van dit frame op zijn minst “concurrerend” te noemen ten opzichte van andere freeriders, niet geheel onbelangrijk. NB. bovenstaande foto zijn genomen voor inbouw van de Marzocchi 888rc, getoonde vork is een Marzocchi Z150FR.
Freeriders special / Specialized Demo 8 Pro
Het is goed mogelijk dat downhill en/of freeriding je genre niet is. Maar een fiets als de Specialized Demo 8 doet je vast wel wat, het deed in elk geval vele hoofden keren en blikken verstarren. Zelfs wandelaars deden moeite om hun bewondering uit te spreken, maar het was vooral de Fox DH40 voorvork waarmee we de blits maakten in Belgie, Duitsland en Nederland. Mountainbike.nl kreeg als nieuwjaarsgeschenk een gloednieuwe Demo 8 aangeleverd en het was voor de redacteuren moeilijk te verteren dat de bikeparks echt pas in maart/ april open gingen. En dus ging een lange winter van start, waar de Demo vele Nederlandse kilometers meemaakte, al was het maar omdat we perse met het ding wegwilden. Wat is het alternatief, het 3 maanden in de hoek laten staan? De week voor pasen hadden we een zonnig feestje in België op de trails van Malmedy en het downhillparcours in Chaudfontaine.
En gelukkig konden we in Bad Wildbad de week erop officieel het seizoen openen, inmiddels op een volledig ingereden fiets. Offroad Het vervelende van het rijden met een fiets van een dergelijke reputatie, is dat je verwacht dat het je weinig zal verrassen, het rijdt toch wel goed. Niets was minder waar, er waren genoeg momenten waar de Demo 8 ons aangenaam verraste. De Demo 8 is een afgeslankte versie van de geslaagde Demo 9, die van elkaar verschillen in kleine details. Details die met name liggen in gewichtbesparing en in de kosten m.b.t. de constructietijd. De Demo 9 heeft een 9.5” eye-to-eye stroke en de 8 een 8.75” eye-to-eye en dat verklaart de iets kortere veerweg, namelijk 8”. Een lager bottombracket hoogte, titanium veer en een 135 mm achternaaf (ipv 150 mm bij de 9) zijn tenslotte de laatste grote verschillen. In Bad Wildbad voelde de Demo zich perfect op zijn plaats, de Fox voelde eindeloos. Meest opvallende aan de
Demo is het gevoel van evenwicht. Zo solide als een huis liet hij zich door het parkoers sturen, iedere keer weer wat sneller. De sprongen en drop-off’s werden net zo evenwichtig genomen en zelfs als je een foutje maakte was er nog niets aan de hand, de Demo duikelde nooit naar voren of achteren. Bijna met een overdaad aan zelfvertrouwen scheurden we naar beneden tot we van de vermoeidheid niet meer konden. Het four-barlinkage systeem met horst link is een actief systeem dat je goed voelt werken onder je. Zonder pedalkick kon je wanneer mogelijk door blijven trappen. De cranks zijn niet ongeschonden uit het rotsachtige parkoers gekomen. De Demo heeft een lage standoverheight, korte chainstays en een laag zwaartepunt. Een perfecte combinatie van evenwicht en doeltreffendheid. De Demo stuurt geniaal op de technische downhill en slaat graag samen met je op hol. Onderweg fluistert hij in je oor “vertrouw mij maar” en je laat ‘m graag zijn gang gaan. Het perfecte recept voor een
ubergevoel van “stoked-heid” en je gaat door tot de liften sluiten. Op de Nederlandse paden hield de Demo zich groot. Met slechts een voortandwiel ter beschikking ben je zo door de verzetten van je cassette heen bij het klimmen, maar de Demo komt verrassend ver. Het hangt vooral van de kracht en de conditie van de biker af. In Malmedy (België) ging Werner er mee naar boven alsof hij op zijn Enduro reed. Slechts een enkele keer hebben we hem naast de fiets naar boven zien lopen. Voor het trailbiken is de Demo eigenlijk te zwaar, wat niet wegneemt dat het niet dikke fun is met de Demo. Wie het geduld of de kracht heeft om boven te komen, wordt steeds beloond op de technische afdalingen en op de singletracks. De Hayes 8” schijfremmen zijn, eenmaal ingereden, giftig genoeg om het enthousiasme van de Demo te beteugelen. De XT achterderailleur heeft een custom Specialized oplossing tegen het stuiteren tegen het frame, erg chique! De Specialized Roller Pro RS banden (2.4”) waren niet te zwaar en boden voor de meeste parcoursen voldoende grip. Voor modderige omstandigheden lag het voor de hand om andere banden te monteren. Bijzonder mooi waren de Specialized Lo-Pro Magnesium flatpedals, de Syncros Bear Hug stem en het Specialized Freeride zadel. Geen van de onderdelen zijn een concessie om de prijs laag te houden. Problemen De BlackSpire DS-1 guide kon op de snelste afdalingen de ketting niet in de juiste banen leiden en we waren
regelmatig de ketting handmatig terug aan het leggen. Volgens Specialized was dit een kwestie van de spacers goed uitlijnen en theoretisch zou het euvel dan verholpen moeten zijn. We ondervonden tevens wat speling op de shock-eye. Dat schijnt een veel voorkomend probleem te zijn waar ook Big Hit-eigenaars mee te maken hebben. Het met extreme kracht aandraaien van de bevestigingsbouten is het enige wat er aan te doen valt. Conclusie We zouden allemaal wel een Demo 8 als nieuwjaarsgeschenk willen ontvangen. Helaas ook voor Mountainbike.nl moest de Demo 8 na verloop van tijd weer terug naar zijn stal bij Specialized Nederland. De Demo 8 pro met Fox DH40 vork kost 4.520,- euro. Welbeschouwd zou dit betekenen dat je voor de Fox en het frame betaalt en alle overige mooie parts er voor niets bijkrijgt! Al met al is het een mooie deal, maar toch een heleboel geld. Veel downhillers stellen zelf hun afdaler samen en komen ook in die categorie uit, en vaak duurder. De onderdelen lijst van de Demo 8 is niet de minste en menig biker zal hier meer dan tevreden mee zijn. De Demo 8 is bij uitstek een goede bike om downhillwedstrijden mee te rijden en is ‘burly’ genoeg om er hoog en ver mee te springen. Het is geen echte “huck”-bike maar voor de Demo er genoeg van heeft, lig jij al in het ziekenhuis. Kortom een van de weinige ‘stock’ downhillfietsen die wij blindelings zouden durven kopen, zonder er iets aan te veranderen.
Freeriders special / Kona Stinky Dee-Lux Stinky’s zijn voor 2005 uitgerust met een iets diepere standoverheigt, meer tire cleareance, betere kabelrouting en er is een Supreme bij gekomen. Qua design afgeleid van het downhillmonster de Stab Surpreme, maar verder volledig afgemonteerd als dropmachine. Voor onze review kregen we de Stinky Dee-Lux mee, die in het midden van het Stinky segment staat. We hebben de fiets meegenomen naar Bad Wildbad en op onze bekende Nederlandse testtrails. De Dee-Lux komt met een mooi pakket aan parts, Truvativ Hussefelt cockpit, cranks en XR seatpost. Hayes HFX-9 HD schijfremmen, Shimano deore LX en XT afgemonteerd en ultra dikke Sun MTX-S velgen. Helaas geen chainguide, maar een Rockguard van Truvativ. Met de Fox DHX4 demper hadden we enige moeite om deze zo veelzijdig getuned te krijgen als de DHX5. Zonder twijfel zit hem dat in het verschil tussen de beide shocks. Eenmaal goed afgesteld werkt de shock als een droom en ‘hucking’, downhill of freeriding; allemaal super! Aan het frame en de shock zal het nooit liggen. Het is een frame dat solide als een huis is, met de bekende duurzame lagers. Enige kritiek die we mogelijk op het frame kunnen geven is de lak en de kabelrouting. Ondanks dat ze daar verbetering in aan hebben gebracht, kwamen we er toch te laat achter dat er een aantal lakbeschadigingen waren ontstaan door de kabels op de lak. Niets wat een rol ducktape niet kan verhelpen, maar het wint geen schoonheidsprijs. Offroad Ook met de Stinky hadden we de nodige problemen met de Marzocchi 888vf voorvork. Het betreft hier een vork zonder externe instelknoppen, dus een koper is afhankelijk van de geleverde olie en veer die voor hem of haar geschikt moet zijn. Zo niet, dan zul je waarschijnlijk toch je bikeshop lief aan moeten kijken voor een tune-up. Overigens had niet elke testbiker deze problemen met de vork. Afhankelijk van je gewicht heeft deze vork de potentie een goede downhillvork te zijn. Echter, bikers met meer ervaring en die zelf hogere eisen stelden aan hun materiaal konden er slecht mee uit de voeten. Beginnende freeriders merkten het niet eens op!
De Stinky is vrij zwaar, zoals alle Kona’s in het freeride-segment, maar met de Propedal stand op de Fox volledig ingedraaid fietste de Stinky uitstekend omhoog. Mede dankzij de dubbel-ring en de beschikking over een volledige zitbuis en daarmee een langere zadelpen. Rijden in verts (afdalingen die bijna abnormaal steil zijn) gaat met de Stinky voortreffelijk, dankzij de korte zitbuis (onze testbike was een 15”). Springen en drop-off’s gaat ook praktisch als vanzelf. Als je kieskeurig bent, verander je de settings van de Fox hiervoor en deze kun je heerlijk plush afstellen. Hier merken we ook direkt wat de voorkeur van de Stinky is: hoog, hoger, hoogst! Het is een echte ‘huck-bike’, hoe hoger de drops, hoe meer plezier. Conclusie Kona staat erom bekend kwaliteit te leveren voor een concurrerende prijs. Met het kleinere broertje van de DeeLux kunnen we dit vooral beamen. Hetzelfde prachtige frame met de DHX3 ipv de DHX4 en een Marzocchi Drop-Off tripple voor een prijskaartje van 2199,- euro. Hiermee koop je de ideale (instap-) freerider, voor een topprijs! De Dee-Lux echter staat in de winkel voor 3199,- euro en ondanks dat de onderdelen bijzonder kwalitatief zijn, twijfelen wij of we de Dee-Lux zonodig willen aanraden. Met dergelijke bedragen kom je aardig in de richting van een segment waar mensen meer wensen en eisen stellen aan hun
nieuwe bike. Veel bikers met dat budget gaan ook liever zelf een frame aanschaffen en daar de nodige parts omheen laten bouwen. De Marzocchi 888vf is voor ons hét onderdeel wat onze conclusie zo gereserveerd houdt. De een rijdt er mee weg en heeft er plezier van, de ander moppert continue. De kwaliteit van de 888vf staat namelijk in schril contrast met de 888rc! Potentiele kopers die dit niet weten, kunnen voor die aangename verrassing komen te staan. Een Marzocchi Junior T is een véél betere keuze als je een downhillvork zoekt voor een kleine prijs.
Racereport / Adidas Slopestyle 2005 combinatie. Vervolgens hadden de rijders de keuze uit de Siemens Box, of de spectaculaire Adidas dumptruck dubbel sprong, waarbij de rijder eerst in de laadbak en daarna over de cabine springt.
Tekst en foto’s: Jasper Leenarts Het weekend van 17 t/m 19 juni stond Saalbach Hinterglemm weer in het teken van de Adidas Slopestyle. Vorig jaar werd de wedstrijd in het Oostenrijkse plaatsje voor het eerst gehouden en het bleek een daverend succes. De rijders, bike-industrie, media en het publiek keken uit naar het Slopestyle weekend en bij velen heerste de vraag: “Is Cedric Gracia in staat om zijn titel te verdedigen?”
Ook de gondel is dit jaar weer terug. Nu zelfs op een verhoging zodat je er niet alleen vanaf kan droppen, maar er ook door heen kan rijden. Daarna volgen twee wallrides, één staande wallride en één half liggende “slanted” wallride, wat zeer mooie (technische) sprongen tot resultaat heeft. Tot slot volgt de dirtsectie met een spine en drie zeer grote dirtjumps. Kwalificatie dag Naast de ochtendtraining is er op vrijdagmiddag de kwalificatie. Van de 37 deelnemende rijders mogen er namelijk maar 15 de finale rijden.
Slopestyle Slopestyle is HET wedstrijd format dat volgens de insiders de toekomst heeft, maar wat is een Slopestyle contest eigenlijk? De term slopestyle bestaat uit twee woorden, “slope”, wat (ski)helling betekend en “style”. Het is de bedoeling dat de rijders met zoveel mogelijk stijl het parcours aflegt. De tijd is niet belangrijk, maar de tricks die hij uitvoert des te meer. De beoordeling vindt plaats door een aantal juryleden. Het parcours bestaat uit diverse lijnen waar de rijder uit kan kiezen en bevat diverse objecten waar tricks op uitgehaald kunnen worden zoals wallrides, dirts, hoge drops, boxen en north shore style elementen. Parcoursverkenning Net als vorig jaar is het pacoursdesign van Gareth Dyer. En hij heeft zeker zijn best gedaan om het parcours nog extremer te maken. Op donderdag verkennen de rijders het parcours. Sectie voor sectie zoeken ze lijnen en bedenken ze welke tricks ze kunnen doen. Het bovenste deel van het parcours bevat een keuze uit drie hoge houten bouwsels, waaronder een drop van meer dan 10 meter hoogte en een grote step up – step down – to drop
Kamil Taterkovic
Iedere rijder krijgt in twee runs de kans om te laten zien wat hij in huis heeft en de beste run telt. Iedereen is lekker aan het rijden, maar niemand laat het achterste van zijn tong zien. In de eerste run breekt Kyle Strait zijn achterbrug. Ook Dave Watson komt hard in aanraking met de Saalbachse grond. Matt Hunter laat een nieuwe lijn zien in de beginsectie, door na de step up van het hout af te droppen naar de 8,5 meter lager liggende landing in plaats van de step down te nemen. Voor de tweede run heeft Kyle Strait een andere bike weten op te bouwen, maar ditmaal crasht hij weer en blesseert zichzelf daarbij, einde oefening. Ook Wade Simmons heeft zich nog niet voor de finale geplaatst en is van plan een super run af te leveren. Echter op de eerste drop, krijgt hij een lekke band. Wade rijdt
... / Adidas Slopestyle 2005 worden zelfs vliegreizen overgeboekt om elke gekwalificeerde rijder aan de start te kunnen laten verschijnen. Om iedereen op deze druilerige zaterdag toch iets van actie te laten zien, wordt in de grote “lounge-tent” spontaan de première van de nieuwe film van Freeride Entertainment gehouden: “Red Bull Rampage 2004”. De film zit goed in elkaar en de acties van de rampage, het moge bekend zijn, zijn HUGE! Iedereen is vrolijk gestemd, zowel door de DVDpremière als door de vooruitzichten op een goede party die avond in de GoaßStall en natuurlijk de slopestyle contest van morgen, met droog weer.
Darren Berecloth
nog wel zijn run uit en laat dingen zien die je niet voor mogelijk houdt op een lekke band, maar ook voor hem zit de slopestyle er op. Dave Watson probeert zijn valpartij van de eerste run te vergeten, maar gaat halverwege het parcours weer hard onderuit. Blessure aan de knie en ook voor hem is het over. Carlin Dunne weet dat hij iets bijzonders moet laten zien als hij nog de finale wil gaan halen. Hij begint zijn run en het publiek raakt in beroering. Je hoort iedereen denken: “Rijdt hij echt op die hoogste drop af?” En het antwoord daarop is “Ja” Carlin Dunne is de enige die het weekend van de allerhoogste drop van circa 10,50 meter af springt. Het publiek houdt de adem in. Dunne landt de drop, het applaus is overweldigend en hij plaatst zich voor de finale, net als Carlo Dieckmann, Cedric Gracia, Michal Marosi, Geoff Gulevich, Kamil Tatarkovic, John Cowan, Trond Hansen, Kirt Voreis, Thomas Vanderham, Timo Pritzel, Aaron Chase, Cameron Mc Caul, Cameron Zink en Darren Berrecloth. Cameron Mc Caul rockt de pan uit Vrijdagavond, het is tijd voor de GoaßKing Jam Session. Dit is een dirtjump wedstrijd over de laatste (dirt)sectie van het slopestyle parcours. Vorig jaar won Timo Pritzel en werd een geit van de titelsponsor, lokale bar de GoaßStall, naar hem vernoemd. Inmiddels heeft geit Timo een dochter gekregen en het babygeitje stond te trappelen om
ook een naam van een bekende dirter te krijgen. Zeven rijders strijden mee en elke rijder heeft drie runs om zijn kunnen te showen en dat heeft het publiek geweten… De 360’s worden gecombineerd met x-ups en one-footers en de backflips met no footers of no handers, terwijl tussendoor de nothing’s en de superman indy’s en seatgrab worden gestickt. De Noor Trond Hansen (onthoud die naam!) scoorde beter dan dirtjump legende John Cowan en pakt de derde plek. Backflip specialist John Jesme laat zien dat hij meer dan alleen backflips in huis heeft en word tweede. Uiteindelijk is het de amerikaan Cameron Mc Caul die met een perfecte en zeer stylische run, bestaande uit een backflip, een superman seatgrab en een tail whip met kop en schouders boven de rest uit steekt. Hij wint de GoaßKing Jam Session en de babygeit heet vanaf nu Cameron. Slechtgezinde weergoden Eindelijk, zaterdag, de grote finale dag… Of toch niet? De afgelopen nacht heeft het geregend en de hele dag door miezert het na. Het regent niet hard, maar toch. De geruchten gaan dat de contest mogelijk verplaatst wordt, maar niemand weet het zeker. Om 14:00 is de riders-meeting en volgt de keuze die eigenlijk geen keuze is. Zondag wordt het 25+ graden, maar belangrijker nog, het blijft zondag droog. Iedereen is voor verplaatsing en er
“De 360’s worden gecombineerd met xups en one-footers en de backflips met no footers of no handers, terwijl tussendoor de nothing’s en de superman indy’s en seatgrab worden gestickt.” “Bearclaw” stelt orde op zaken Ondanks een, voor velen, zware nacht (dat krijg je van een feest in de GoaßStall) is het al vroeg druk op straat. Iedereen is enthousiast want vandaag gaat het gebeuren. De lucht is strak blauwe en het kwik stijgt tegen het middaguur zelfs richting de 30 graden. De dag uitstel blijkt een perfecte keuze en iedereen is klaar voor het spektakel dat gaat komen. De rijders starten in de omgekeerde volgorde van de kwalificatie, dus mag upcoming star Carlo Dieckmann uit Duitsland als eerste van start. Carlo heeft een super eerste run met zeer veel style waardoor hij een lange tijd op de hotseat zit. Tot het Noorse talent Trond Hansen een perfect run rijdt die hij eindigt met een tail whip. Hij neemt de voorlopige eerste plaats van Carlo over. Pas als Timo Pritzel aan de start verschijnt lijkt de eerste positie bedreigt te worden. Pritzel laat in zijn run zien waarom hij vorig jaar tweede werd. Hij springt onder andere over de complete siemens box en neemt de leiding, maar niet voor lang. Aaron Chase verbetert direct daarna de run van Pritzel. Omdat Darren Berrecloth de beste in de kwalificatie was, mag hij als laatste starten en met haast speels gemak zet hij het
hoogste puntentotaal neer tijdens de eerste run. Aan het begin van de tweede run is het iedereen duidelijk dat het zal gaan tussen Berrecloth, Chase en Pritzel. Gracia stelt ook in zijn tweede run teleur. Trond Hansen probeert de siemens box helemaal te springen, maar komt net te kort. Op miraculeuze wijze weet hij echter zijn fiets weg te duwen waardoor hij slechts een gekrenkt ego over houdt aan de val. Het is wachten op de laatste vijf rijders en Timo Pritzel trapt af. Met onder andere een backflip over de gehele lengte van de spine doet Pritzel een serieuze gooi naar de leiding. Het lukt net niet en Berrecloth staat nog steeds op één. Met een fantastische street-style run die eindigt met vier backflips op een rij lukt het Aaron Chase wel om een nieuwe highscore te plaatsen. Mc Caul, al winnaar van de GoaßKing Jam Session, heeft wederom een superrun, maar zijn tail whip op de laatste dirt mislukt. Weg kans op een dubbelslag. Na zijn eerste run heeft Cameron Zink iets goed te maken. Hij rijdt super smooth en stickt een 360 op de “slanted wallride”. Zou dit de nieuwe “beste run” zijn? Het publiek is verdeeld, net als de jury. Uiteindelijk beslist de jury dat Zink 0,004 punt tekort komt op Chase. En dan blijft er nog één rijder over aan de start. Darren “Bearclaw” Berrecloth, voor velen de beste Freerider van dit moment. Het publiek juicht. Bearclaw begint aan zijn run. Hij neemt de Step up – step down – to drop en gooit zich er met een table topper af. Vervolgens pakt hij genoeg snelheid om een 1-footer over de cornersprong te doen en rijdt hij rustig de box op.
360 uit de Slanted wallride springt. Iedereen geniet, ook Berrecloth zelf, hij springt een no foot can can op de spine en maakt zijn run af met een 360 X-up op de eerste dirt, een superman seatgrab op de tweede dirt en een perfecte 360 op de laatste dirt. Het publiek geeft hem een staande ovatie en eindelijk heeft de jury het deze middag een keer makkelijk. Darren Berrecloth is zonder twijfel de winnaar van de tweede Adidas Slopestyle. Uitslag Adidas Slopestyle 1. Darren Berrecloth - 42,173 2. Aaron Chase - 40,221 3. Cameron Zink - 40,218 4. Timo Pritzel - 38,638 5. Cameron Mc Caul - 37,809
Podium 2005 Adidas Slopestyle
Het publiek geeft hem een staande ovatie en eindelijk heeft de jury het deze middag een keer makkelijk. Het publiek wordt stil en kijkt gespannen als Darren een 360 van de box springt. Zodra hij de sprong smooth landt, ontstaat er een orkaan aan gejuich. Darren vervolgt met een Table topper van de gondel af, waarna hij met een
Cameron Zink
6. Thomas Vanderham - 36,261 7. Trond Hansen - 35,174 8. Carlo Dieckmann - 34,516 9. Geoff Gulevich - 33,919 10. Kamil Tatarkovic - 32,758 11. Carlin Dunne - 32,007 12. Michal Marosi - 31,739 13. John Cowan - 31,111 14. Cedric Gracia - 28,637 15. Kirt Voreis - 26,584 Uitslag GoaßKing Jam Session 1. Cameron Mc Caul - 83,10 2. John Jesme - 79,90 3. Trond Hansen - 78,60 4. John Cowan - 76,40 5. Cameron Zink - 72,70 6. Gareth Dyer - 59,50 7. Micke Bolmstam - 33,90
Darren Berrecloth by Jasper Leenarts
Testcase / Sportvoeding komen! Gels die open gaan in je camelbak of de zakken van je shirt. Als laatste en zeker één van de belangrijkste: de prestatieverbetering. Hoe reageert ons lichaam op dit product? Gaan we er inderdaad beter van fietsen en voor hoe lang? Of staat de verbetering gelijk aan die van een glas water en een banaan?
De repen
Repen zijn naast de sportdranken de bekendste en meest gebruikte sportvoedingsproducten. De eenvoudigste manier van energie uit voeding halen, is het innemen van koolhydraten. Sportdranken zijn over het algemeen zeer geschikt voor het lessen van de dorst en de snelle toevoer van energie. Bij langdurige inspanning is de inname van langzame koolhydraten verschrikkelijk belangrijk. Het lichaam kan (in goede conditie) maximaal tot 90 minuten aan koolhydraten-energie voor je opslaan. Het is dus zaak om voor die tijd te starten met aanvullen, te beginnen vanaf 45 minuten na aanvang de inspanning. Powerbar “Fuel-up Energy Bar” en “Performance Energy Bar” De Performance Energy Bars zijn in meerdere smaken verkrijgbaar. Zowel smaak als substantie zijn nogal omstreden. Maar de voedingswaarde en prestatieverbetering staat vast. Zoals één van onze testers zei: ”een Transalp zonder powerbar is niet mogelijk”.
SPORTVOEDING Tekst: Marieke Brinks en Rogier Bom Foto’s: Rogier Bom Er is een grote verscheidenheid aan sportvoeding op de markt en tenzij je je er heel erg in verdiept, is de kans groot dat je door de bomen het bos niet ziet. Vandaar dat de crew van Mountainbike.nl er eens in is gedoken. Waarschijnlijk gebruik je een product waar je ooit een sample van kreeg en dat bleek te bevallen. Of het is je aangeraden door een trainingsmaatje en heel misschien is het afkomstig van je sponsor. In het donkere woud van sportvoeding proberen we jullie de bomen in het bos te laten zien. Overigens; de test heeft niet de pretentie om te vertellen wat je wel of niet moet gebruiken. Wij zijn geen diëtisten of sportvoedingsspe cialisten, maar gewone bikers met een kritische blik op voeding. We zijn begonnen met het opstellen van een aantal testcriteria. Als eerste namen we de voedingswaarde: de hoeveelheid energie, toevoeging van vitaminen en mineralen, toepasselijk voor sporters. Ten tweede wordt
er beoordeeld op smaak. En op eetbaarheid: hoe makkelijk is het product te gebruiken tijdens de inspanning? Als volgend testcriterium kozen we verteerbaarheid. Valt het als een blok in je maag, heb je al heel snel weer trek en hoe snel wordt het opgenomen? Camelbakbestendigheid willen we niet onderschatten. Hoeveel repen er niet totaal verkruimeld uit hun verpakking
De powerbar energy bar heeft een toffeeachtige substantie. Hij breekt dan ook nooit, hij buigt, tenzij het winter is. Dan is de reep hard genoeg om mee te timmeren. TIP: thuis in stukjes snijden. Als je de substantie kunt waarderen is de smaak goed. Dé reep op het gebied van prestatieverbetering en het aanvullen van alle waardevolle mineralen en aminozuren. De powerbar bevat de minste calorieën en vet van alle geteste repen. Maxim “Energy Bar” Wederom verkrijgbaar in diverse smaken, wij testten de “Caramel Flavour”, “Vanilla Chocolate Coating” en “Strawberry Yoghurt Coating”. De crew smulde van de Caramel en een
van de crewmembers zweert vanaf nu bij de Strawberry. De reep eet gemakkelijk weg, zonder je ernstig te verslikken, zelfs als je buiten adem bent. Hoewel de Strawberry de meeste koolhydraten in deze test bevat, wordt deze als licht verteerbaar ervaren. De reep van Maxim was één van de weinige repen waarvan men aangaf een merkbare prestatieverbetering te ervaren. Born Born valt op door zijn overzichtelijke assortiment. Twee repen, een dorstlesser, een energydrank en één gel. Daarnaast heeft Born een lijn verzorgingsproducten en voedingssupplementen. De reep smaakt goed en eet gemakkelijk weg. Geen nare bijsmaken die je nog wel eens bij de andere producten aantreft. Een opvallend detail is dat veel bikers dorstig werden en extra moesten drinken na het eten van deze reep. Born is een nononsense product dat doet waar het voor gemaakt is. Isostar “High Energy” De High energy bar is een lekkere reep met een yoghurtlaagje. Je moet wat kauwen door de vruchtjes en vlokken die in de reep zitten. Dat vond niet iedereen een plus. Bij deze reep heb
je wél het gevoel een natuurlijker product te eten dan de andere chocolade-achtige repen. Deze reep bevat de meeste koolhydraten per 100 gram en geeft geconcentreerde energie. Performance Van Performance kregen we één product in twee verschillende smaken. Het “Banana Bread” en de “Cherry Coconut Bar”. Het is eigenlijk geen reep te noemen. Een plak zeer kruimelig muesli brood komt dichter in de buurt. De reep is per portie bijna twee keer zo zwaar als de meeste andere producten en bevat per 100 gram de meeste calorieën. Een aantal testers is lyrisch over dit product. Het is lekker, vult goed en geeft veel en langdurige energie. Een deel van dit resultaat lijkt toe te schrijven aan de hoeveelheid vet in het product. De meeste mensen prefereren de smaak van vette producten boven magere. Met ongeveer 20% vet bevat deze bar bijna twee keer zo veel vet als de nummer twee op vetgebied. Een reep is echter te veel voor de recreatieve ronde op zondagochtend. Hij is meer geschikt voor langdurige inspanning. Bij sommigen lag het product te zwaar
op de maag.
De sportdranken.
Tijdens het fietsen is een sportdrank essentieel. Een beginnende biker vergeet misschien wel eens om eten mee te nemen, maar iedereen heeft minimaal een bus water mee. Voor een inspanning korter dan 45 minuten is water voldoende. De verloren mineralen vul je na het sporten weer aan. Na die 45 minuten gaan je prestaties dalen als je geen koolhydraten en mineralen gaat aanvullen. Overigens hebben wij hier enkel de ‘dorstlessers’ getest en niet zo zeer de koolhydraatrijke ‘voedingsdranken’. Isostar “Isostar Hydrate & Perform” De “Isostar Hydrate & Perform” drank zit in een ‘handige’ fles met drinkdop. Niet dat het anders kan, maar de dop eraf schroeven, folie verwijderen en drop er weer op schroeven is niet bijzonder handig. Na lange tijd kwam één van de testers erachter dat er een lipje in het midden van de folie zit. Als je daaraan trekt is het openmaken van de fles een kleine moeite. Daarna heb je dan ook een goed smakende sportdrank die ook echt voelbaar energie geeft.
... / Sportvoeding De vermoeidheid leek na inname echter wél snel af te nemen. Powerbar “HydroPlus” Er waren weinig testers die dit voor hun plezier wilden drinken. HydroPlus is veel minder zoet dan de andere merken, maar de smaak viel behoorlijk tegen. Het product bevat zowel kalium, natrium als magnesium, wat de reden zou kunnen zijn van het veel gehoorde “smaakt naar bruisvitaminen”. Als een product niet smaakt, wordt het minder gedronken. Al is de prestatieverbetering nog zo goed. Een doorsnee biker zal het niet willen leren drinken als er alternatieven zijn die naast een goede smaak ook voldoende energie geven. Maxim “Hypotone sportdrank” Verkrijgbaar in diverse smaken, in probeersachets, bussen van een halve kilo en grootverbruikverpakking van 2 kilo. Het is een hypotone sportdrank die als doel heeft om het vochtgehalte en de mineralenbalans snel te herstellen. Er blijft geen rare nasmaak in de mond achter, ondanks dat de smaak behoorlijk overheersend is. Opvallend is dat je lichaam al na een paar slokken reageert. Testers gaven tevens aan dat de verzuring opvallend langer uitbleef bij langdurige en zware inspanning. Born “Drink” Slechts verkrijgbaar in één smaak, maar deze beperkte keuze is geen nadeel. De smaak wordt door alle testers gewaardeerd en gaat niet snel vervelen. Born geeft zelf aan dat dit product vriendelijk is voor de maag. Geen van de tester kreeg ook maar de minste last van deze dorstlesser. Aan diegene die van de andere producten (snel) last van zijn of haar maag krijgt, willen we Born daarom extra aanbevelen. Cytomax “Sport Energy Drink” De claim ‘s werelds beste sportdrank is er een die verwachtingen schept. Het zou spierkrampen verminderen, voelbaar langer en beter presteren en het verlaagt de opbouw van melkzuur met 40%. De meningen van de testers verschillen enorm wat de smaak aangaat. Sommigen vonden de fris zoete smaak erg lekker. Anderen betitelden het als een drankje met lolly smaak. Om de claim die Cytomax doet te kunnen bevestigen hadden we de sportdrank langer moeten testen.
Energy Gels
Energy gels zijn geconcentreerde koolhydraten in gelvorm. De koolhydraten zijn in deze vorm snel op te nemen door het lichaam, waardoor de energievoorraad snel weer op peil is. Omdat gels zo geconcentreerd zijn, zijn ze vaak erg zoet van smaak en kunnen daardoor zwaar op de maag vallen. Op de verpakking van meeste gels staat een advies er veel bij te drinken, dit bevordert de opname en daardoor valt het iets minder zwaar. Bijna elke fabrikant heeft wel één of meerdere gels in het assortiment. Onderling verschillen de gels vooral qua verpakking en smaak. De voedingswaarde is bij de meeste gels vergelijkbaar. In deze test is er vooral op gelet hoe makkelijk een gel te gebruiken en te verteren is tijdens inspanning. Gels worden vaak gebruikt om snel bij te tanken zonder van de fiets te hoeven. Daarom is het belangrijk dat de verpakking makkelijk te openen is en dat de gel zonder knoeien tot je te nemen is. De opnamesnelheid van de gels is getest door een van de proefpersonen die suikerpatiënt is. Bij suikerpatiënten maakt het lichaam niet automatisch insuline aan om de glucose die vrijkomt na het innemen van voeding te verwerken. Hierdoor is het mogelijk om middels het meten van de bloedglucosewaarde op vaste momenten na het innemen van een gel vast te stellen wat het effect op de bloedsuikerspiegel is.
Maxim “Energy Gel” De Maxim gel is verkrijgbaar in 2 soorten verpakkingen. De hersluitbare (3 portie) verpakking is praktisch omdat je niet alles in een keer hoeft te nuttigen. Tevens is de verpakking erg makkelijk te openen en te gebruiken zonder te knoeien. De ‘1 portie / scheur’-verpakking is alles behalve praktisch, de opening is niet groot genoeg en voor je het weet zit je onder de plakkerige substantie. De Maxim gels zijn zoet van smaak maar niet té. De smaak die door de testers het meest gewaardeerd wordt, is de vrij neutrale “Vanilla”. De energie van de Maxim gels is na 20 tot 25 minuten volledig door het lichaam opgenomen in de bloedbaan. Dit is gemiddeld in vergelijking met de andere gels. Born Super-Gel De Born Super-Gel is een gel op basis van snelle suikers, banaan-concentraat en het VinOserae rode wijn extract wat spieren zou beschermen tegen schadelijke oxidanten en radicalen. De werking van het rode wijn extract is in deze test moeilijk vast te stellen, het effect van de snelle suikers wel. De Born gel wordt het snelst opgenomen van alle gels. Na vijftien
minuten is de gel opgenomen en de glucose beschikbaar voor het lichaam om te verbranden. De smaak wordt door de meeste testers als prettig ervaren en omschreven als fris. De gel is redelijk makkelijk weg te werken, al is, zoals bij alle gels, een slok water om na te spoelen wel nodig. De verpakking lijkt op de één portie verpakking van Maxim. Bij Born wordt de verpakking echter over de gehele breedte opengescheurd, waardoor er een veel grotere opening ontstaat. Je hebt wel twee handen nodig om het product te gebruiken; één om het zakje vast te houden en één om de gel er uit te knijpen. Hierbij kan er wel eens wat geknoeid worden. PowerBar PowerGel De PowerGel van PowerBar is verkrijgbaar in vijf verschillende smaken. Voor deze test hadden wij van PowerBar de smaken “Vanilla” en “Caffeinated Green Apple” ontvangen. De smaak van de PowerBar gels is sterker dan die van de andere geteste gels. Voor veel van de testers was de smaak té sterk. In tegenstelling tot de Maxim gel met toegevoegde cafeïne is bij PowerBar de cafeïne ook echt te proeven. Dit werd door de testers die weinig tot geen koffie drinken erg
negatief ervaren, de echte koffiejunks konden het echter zeker waarderen! De verpakking van de PowerGel moet ook opengescheurd worden, hierdoor ben je eigenlijk gedwongen de hele inhoud in één keer tot je te nemen. Na het openscheuren heb je wel een opening die voldoende groot is om de gel er makkelijk uit te knijpen, wat met één hand zonder knoeien te doen is. De opnamesnelheid van de PowerBar gel is gemiddeld. Het duurt 20 tot 25 minuten voordat de energie in het lichaam beschikbaar is. Conclusie Over het algemeen zijn we geen slechte producten tegengekomen. De prestatie verschilde hier en daar wel, evenals de smaak, wat uiteraard persoonlijk is. Een aantal uitschieters willen we nog even aanstippen. Ten eerste Banana Bread van Performance, dit sloeg enorm aan bij freeriders die tijdens een dag in een bikepark hier prima op konden teren. De Maxim reep werd extreem
gewaardeerd door cross country wedstrijdrijders, die deze reep nu gebruiken tijdens hun trainingen. De prestatie van de diverse repen liggen vrij dicht bij elkaar, maar van de sportdranken lag dit soms veel verder uit elkaar. Alle producten scoorden voldoende of hoger, waaruit blijkt dat de kwaliteit van moderne voeding erg hoog is. Born en Isostar kregen de hoogste waardering om hun smaak, Maxim lijkt –wederom- de beste op gebied van prestatieverbetering Sportgels zijn het meest onderhevig aan persoonlijke voorkeur. Hier was Maxim met de ‘3 portie’ de absolute winnaar, gevolgd door PowerBar die helaas de luxe van hersluitbaarheid mist. Net zoals bij de repen zie je ook bij de gels steeds vaker de toevoeging van cafeïne. Dit wordt als prettig ervaren zolang dit niet leidt tot een overheersende koffiesmaak.
Gespot en gewenst
03
06 07 01 FOX DH40 DOWNHILL VORK Gespot op de Specialized Demo 8: It’s as good as it gets...
02 DAKINE APEX BACKPACK In onze ogen de mooiste én de meest praktische freeride backpack die er is!
03 SMITH WARP TI Rennie en Strait zijn een van de vele pro’s die met gespiegelde goggle’s rijden. Looks damn good!
04 DMR CHAINTAIN CRANKS Kregen we mee op de Santa Cruz VPFree, we moesten er aan wennen, maar uiteindelijk kón het toch wél...
08
04 05
01 02
05 661 FLIGHT We hebben zojuist geleerd van de MBA dat ze erg veilig zijn... dus een 100% nuttige wens!
06 HAYES EL CAMINO Gewoon afschuwelijk mooi en licht en zonder twijfel van het welbekende Hayes kwaliteitsniveau...
07 SYNCROS BEAR HUG STEM Licht en solide, gespot op de Specialized Demo 8 Syncros is back!
08 SANTA CRUZ VPFREE Onbescheiden durven we te zeggen dat dit een van de beste freeriders ter wereld is. Ongekende prestaties, prachtige afwerking... Kortom: wij zijn verkocht...
Verslag / Cape Epic eenzaam en verlaten was zag ik opeens van rechts 3 witte paarden aan komen galopperen. Even later hoor ik mijn maatje mompelen “hé, hallucineer ik nou, of zie jij dat ook?”. Tja, beiden zagen we het ECHT! 3 witte, galopperende paarden over de Afrikaanse hoogvlakte, met voorop een mooi gespierde, afgetrainde hengst, die nog eens majestueus over zijn flank naar ons keek met een blik van ‘kijk ons eens!”.
(wel een mooi heengaan, al zeg ik het zelf) maar dat werd ons tijdens de start-ceremonie van de etappe van de volgende dag ‘even’ medegedeeld. Het hele peleton was aangeslagen, een heel bijzondere minuut stilte, zwarte rouwbanden bij een enkeling van afzetlint en iedereen ging geruisloos van start. Zéér indrukwekkend.
Het klinkt haast filosofisch... sorry, maar geniet van elke dag die je gegeven is.
“hé, hallucineer ik nou, of zie jij dat ook?”
Cape Epic filosofie Tekst: Tanja de Bie Elk jaar in April wordt de Cape Epic in Zuid Afrika gereden. Een race die in 8 etappes van Knysna naar de Spier Wine Estate, vlakbij Cape Town, eindigt. Ongeveer 850 kilometer in 8 dagen door de mooiste ongerepte gebieden van Zuid Afrika. Alle deelnemers moeten inschrijven als team van twee, in vier categorien, ‘vrouwen open’, ‘heren open’, ‘mixed’ en ‘master’ (gecombineerde leeftijden ouder dan 80 jaar). Een flink aantal Nederlandse teams doen hier aan mee en een daarvan was team Beautifull day, met Ingrid van der Vlist en Wouter Verburg. Dit is het verhaal van Ingrid.
Wat voor bagage heb je nodig om een barre tocht als de Cape Epic te kunnen voltooien? Als bagage kan ik rekenen 8 op jaar ervaring op cross country wedstrijdgebied, zowel in binnen- als buitenland, zelfs een aantal World Cup wedstrijden. In de zomer van 2004 heb ik een trainingsstage in Zwitserland gedaan en een aantal wedstrijden in de RWP marathon cup, waar ik tweede in de eindstand werd. Een winterlang doorbikkelen op de mountainbike, geen rust voor mij en een trainingsstage in Lanzarote begin 2005 toen moest het toch echt wel goed zitten. In Zuid Afrika heb ik een week de tijd genomen om te acclimatiseren voor de wedstrijd.
De foto’s van het einde van de week en na de finish zeggen ons genoeg, het was verschrikkelijk zwaar voor jullie. Hoe vaak heb je jezelf afgevraagd “wat doe ik hier?”? Ontelbare keren vraag je je dat af. Elke dag het eerste uur van de race wanneer je de stijve benen los aan het fietsen bent en je de zadelpijn in je kont moet overwinnen. Wanneer je over een jeep-trail heen ‘trilt’ met die ‘klere’ hobbeltjes die zelfs door mijn achterdemper niet worden gestopt. Telkens wanneer je wéér een steile klim in het donker-rode zand moest rijden... om 2 uur s’middags op het HEETST van de dag. Met de zon recht op je hoofd. Of erger nog, hetzelfde scenario op een ASFALTKLIM (we waren toch aan het mountainbiken??)! Maar... elke avond als je in je tentje kroop had je vast momenten die je bezig hielden waarom je zeker wist dat je de volgende dag weer op die fiets ging stappen...?! In een natuurreservaat over singletracks rijden, hoog in de bergen, met een waanzinnig mooi uitzicht en vervolgens beloond worden met een nog mooiere singletrack afdaling met her en der wat stenen, die velen van onze fietsvrienden NIET kunnen rijden en wij ze dan met een bloedgang inhalen! En een paar momenten die me altijd bij zullen blijven. Een keer bovenop een lange, steile en kale klim. Waar de omgeving echt helemaal kaal,
Maar ook eens moe aangekomen op onze dagelijks wisselende kampeerplek (waar ongeveer 900 tentjes elke dag weer werden opgezet door scholieren) ritsen we de tent open en worden we verwelkomt door ongeveer 30(!) sprinkhanen die zich ‘heerlijk in het tentje gehuisvest’ hebben! Even met de handdoek erdoorheen waaien en de ‘verhuizing’ is een feit, maar ik heb de nodige vloeken in de omgeving gehoord... en een klere herrie die dingen maken!! Ondanks het vele afzien geniet je echt tijdens die race. Prachtige uitzichten over de Indische oceaan tijdens een klim of afdaling. Een kudde struisvogels die oversteekt gedurende een vreselijk steile klim. Na dagen douchen in een sobere douche-keet, eindelijk een ECHTE douche en met de billen in een heus BAD in een B&B. En elke dag na de race je ‘asociaal’ tegoed doen aan de pannenkoeken en hamburgers (een grote zonde in het xc-race circuit). Al met al een onvergetelijke ervaring zo te horen, het heeft iets in je losgemaakt! Absoluut, ik heb geleerd en ontdekt dat ik “vele levens” heb. Elke keer als je denkt dat je erdoorheen zit, gaan de benen verder en schakelt de hersenpan over op een andere golflengte en voor je het weet zit je weer ‘vrolijk’ op de fiets.
En elke dag na de race je ‘asociaal’ tegoed doen aan de pannenkoeken en hamburgers (een grote zonde in het xc-race circuit). Want ‘na regen komt zonnenschijn’ en na elke inzinking volgt een opleving en een ‘beloningsmoment’. Of dat nu in de vorm van een geweldige afdaling is of door het hartverwarmende welkom van de
lokale bevolking (bij de finish of onderweg). Het klinkt haast filosofisch... sorry, maar geniet van elke dag die je gegeven is. Tijdens de cape epic is me nogmaals duidelijk geworden dat je van elk klein moment moet genieten, want het kan zomaar afgelopen zijn! De race kan afgelopen zijn doordat je een bocht of afdaling verkeerd inschat, maar het leven zelf ook! Helaas is er tijdens de cape epic race een deelnemer in zijn slaap overleden.
Heb je nog plannen voor het komende jaar, of heb je het nu wel even gehad? Ik ga weer zoveel mogelijk wedstrijden van de RWP Marathon Cup rijden in Belgie en Duitsland. Het Nederlands Kampioenschap Marathon in Valkenburg, Meerdaagse Groesbeek Fesitval, incl. marathon? Ooit in de toekomst... (denkt)... Trans Rockies (Canada, Rocky Mountains) En misschien nóg een keertje Cape Epic, op de mountainbike of misschien zelfs... op asfalt... In elk geval met nog heel veel plezier blijven biken, voor de FUN maar ook in diverse disciplines, zoals bijvoorbeeld ook freeriding en downhillen.
VERVOLG TRAILBIKES SPECIAL
Trailbikes vervolg / Ghost Dual RT
bleef. De remmen reageren snel en heftig. Een kwestie van smaak maar wij konden de reactiviteit van deze Magura louises FR wel waarderen. Ze geven vertrouwen en een gevoel van controle.
Het blijft leuk om te horen dat connecties soms ver strekken. Via Bike Arena in Apeldoorn kregen we te horen dat Benelux-Bikes (de verdeler van o.a. Ghost) graag een testfiets ter beschikking wilde stellen. Niet alleen de Rotwild, maar ook de Ghost Dual RT haalden we in Emmen op. De goudkleurige Ghost stelde de crewmember met compacte auto voor een interessante uitdaging, de Saint naaf en achterderailleur. Het wiel is niet te verwijderen zonder ook de achterderailleur te demonteren, voor sommigen met 2 linkerhanden misschien ingewikkeld maar wij hadden ‘m zo in de auto gepropt! De Ghost is uitgerust met een Manitou Swinger 4way die de Dual RT 10 cm veerweg biedt. Genoeg om je in menig bikepark te vermaken. Het model wat wij mochten testen is bijna volledig Shimano Saint afgemonteerd, uiteraard op de remhendels na, deze zijn XT. Onze test Dual RT heeft een Manitou Sherman 90- 130 mm instelbare
voorvork. Normaliter komt deze met de budgetaire oplossing van Manitou, de Stance Flow.
ring rijdt en je vrij beperkt bent als je gaat klimmen of langere afstanden gaat rijden.
Offroad De meeste playtime op de Ghost hadden we in Willingen. Op het welbekende freeride parcours dat circa 2.5 kilometer lang is met 240 meter hoogteverschil. Het parkoers kenmerkt zich door de vele table’s en kombochten, een parcours waar de Dual RT wel raad mee wist.
Het parcours begint met een lijn waarin zich zo’n 5 tables bevinden. De Ghost vliegt over deze tables. Een zwaardere freerider vereist een stuk meer kracht en techniek van de biker om de fiets hoog en ver over een grote table te krijgen. Sommige testers vonden de vork wat slap, zeker in vergelijking met de goede strakke suspension achter.
Ten opzichte van meeste bikes die in Willingen rondrijden, is de Ghost vrij licht. Met 15 kilo op het spanbandje in de lift zit je toch een stuk ontspannen. 20 minuten later kun je eindelijk op de fiets stappen, maar je moet eerst een meter of honderd naar de freeride rijden, dit gaat een klein beetje omhoog. We trapten hier uitstekend omhoog met de Dual. Overigens is deze Ghost standaard afgemonteerd met een Truvativ Hussefelt Chainguide. Dit betekent automatisch dat je met een single
Ook mochten we de Ghost gebruiken tijdens de openingswedstrijd in Bergschenhoek. Daar krijgt hij de kans te laten zien waar hij voor gemaakt is. En hoewel Bergschenhoek niet een typisch 4X parcours is, was de Ghost daar volledig in zijn element. De Dual RT blijft wendbaar zonder nerveus te worden. Gezien de voorliefde van de Ghost om te vliegen waren we positief verrast hoe goed deze fiets ook laag bij de grond te houden is. Hoe hoger de snelheid hoe vaster hij aan de grond geplakt
Het gewicht en de strakke maar goed functionerende vering maken dit tot een ideale fiets om tables mee te springen. Grote drops en sprongen nemen met de dual is ook geen probleem; deze fiets wil vliegen en is daar heel erg goed in. De bike stuurt strak en is heel wendbaar, stabiel op grote snelheid, stabiel bij de landing. In de bikeparken is het een fiets die bewonderd wordt, iedereen komt even een kijkje nemen als je ermee langs de baan staat. De vork is eigenlijk het enige onderdeel aan deze fiets dat tot discussie leidt. Een aantal testers vonden hem te zompig, te slap en niet in verhouding met de strakke suspension. We kunnen –helaas- geen uitspraak doen over de standaard gemonteerde Stance Flow. Omdat hij zo makkelijk naar boven fietst en goed strak veert is dit een prima fiets om je ook in Nederland en België mee te vermaken. Spelen in de bossen bij Rheden of een dagje in de Ardennen, de Ghost doet het zonder morren. Verwacht niet dat je er marathons mee kan fietsen, daar
leent de geometrie zich niet voor, maar een dagje in het bos zal niet tot teleurstellingen leiden. Op een downhill als in Namen of Winterberg voelt deze fiets zich ook thuis. Een heftigere downhill is ook mogelijk met de bike, maar in Bad Wildbad en Todtnau zitten de meeste testers toch liever op een zwaardere freerider met wat meer veerweg. Conclusie Voor 1999 euro heb je een fiets waar je zowel goed een stuk mee naar boven fietst als over 4X en Freecross banen naar beneden gaat. Zijn stabiliteit, wendbaarheid en bovenal de manier waarop hij de lucht in wil, maken dit tot een ideale dual en speelfiets, die ook heel goed als een allrounder gebruikt kan worden.
... / Iron Horse MKIII team
stabiliteit ook dan blijft. Wat betreft dit remmen leveren de Hope Mini M4’s (met hun 4 pistons per caliper) goede resultaten. Moduleren is zeer goed mogelijk en de 185mm schijf voor bleek – niet verbazingwekkend - tijdens de test meer dan voldoende capaciteit te hebben om de berijder een veilig gevoel te geven. Op technische singletracks is de bike, mede vanwege zijn compactheid, goed wendbaar en makkelijk te corrigeren.
Wat het eerste in het oog sprong bij deze bike was de opvallende helder blauwe kleur en de vloeiende vormgeving (van de onderbuis) van het frame. Ook de hoge pimp-factor van de afmontage was opvallend: X.0/X.9/ Hone derailleurs en shifters, een Manitou Nixon Platinum vork met IT (Infinite Travel), 5th element airshock, Crossmax XL wielen en Hope Mini M4 remmen. De MKIII Team is dan ook niet voor niets het vlaggeschip van de Iron Horse All Mountain-serie en de eerste reactie was er een van “mag ik hier op fietsen?”... De geleverde bike was een 15”-model en had een lage standover height, waardoor hij goed toegankelijk was voor mij, met mijn 1.65m. Omdat het daarnaast ook een compact frame is, waren gewoonlijke aanpassingen (kortere stuurpen, zadel naar voren) overbodig. De bike had dan ook een hoog “meteen mee wegrijden”gehalte. Qua veersysteem is de bike ontworpen met een zogenaamde DW-link, een
systeem exclusief gebruikt door Iron Horse en vergelijkbaar met een VPP (Virtual Pivot Point) systeem. Frame en achterbrug zijn in dit systeem verbonden via 2 links. Grote voordeel hiervan zouden de “neutral braking characteristics all through the travel” (zie ook www.dw-link.com) moeten zijn. Dit moest natuurlijk getest worden. Offroad Volgens Iron Horse gaat het bij de MKIII om een “All Mountain”bike. Gezien de 130mm achter en de 145mm voor veerweg lijkt dit een juiste omschrijving. Ook in de praktijk, in het terrein, voelt de bike zo aan. Hij is op alle gebieden inzetbaar, zij het dat het geen lichte XC-bike is. Klimmen gaat dan ook iets moeizamer, hoewel het op zich goed te doen is. De travel van de voorvork is instelbaar, dus het is ook mogelijk om de vork in te laten zakken voor een klim. Zo zit je meer voorover om beter druk op het voorwiel te houden. Deze optie heb ik eigenlijk niet nodig gehad, want tijdens het klimmen was het niet moeilijk om al zittend te zorgen dat het voorwiel
niet ging “steigeren”. De 5th element shock biedt voldoende platform om het “bobben” tot een minimum te beperken. Ook de SPV Evolve van de voorvork houdt de vork stabiel, zodat hij vrijwel niet meegeeft als er van bovenaf druk op wordt uitgeoefend. Wel blijft de vork gevoelig voor oneffenheden op het terrein. Negatieve factor bij klimmen (en ook in het algemeen) zijn de gemonteerde banden. Door de softe compound hebben de Maxxis Hans Venture 2.35 banden een flinke rolweerstand en deze zouden dan ook niet mijn eerste keuze zijn. Eenmaal boven kan de echte lol beginnen. In het afdalen komt de MKIII pas echt goed tot zijn recht. De 130mm achter en 145mm voor geven de bike een stabiel karakter dat wordt versterkt door het veersysteem met de dw-link. Wortelpaden, stenen en technische gedeelten overwint de bike met gemak. Ook zorgt het veersysteem ervoor dat het achterwiel contact met de grond blijft houden, wat leidt tot meer stabiliteit. Bij het remmen blijft het systeem actief, dit in tegenstelling tot een single pivot systeem, zodat de
Problemen Een groot, en in deze test eigenlijk enige, probleem betreft de Manitou
Nixon Platinum. Deze voorvork beschikt over de IT-optie, ofwel de Inifite Travel. Dit is een traploos instelbare travel adjuster, te bedienen vanaf het stuur. Op zich een aardig systeem dat in eerste instantie leek te werken. Echter: na één rit kreeg de vork de neiging om te pas en te onpas in te zakken, zodat er vrijwel geen travel overbleef. Dit kan tot zeer ongewenste situaties leiden, vooral tijdens afdalingen! De distributeur van Iron Horse is hiervan op de hoogte gesteld en hij heeft meteen actie ondernomen. Dit leidde enerzijds tot erkenning door Manitou van
dit probleem (zij gaven toe dat de IT-optie niet genoeg getest was) en anderzijds tot snelle levering en montage van een aangepaste Nixon vork. Deze aangepaste vork heeft in plaats van het IT systeem een RTWD (Rapid Travel Wind Downsysteem) vergelijkbaar met de Uturn van RockShox. Ook heeft deze, in tegenstelling tot de Platinum luchtvork, een veer. Met de nieuwe vork doet zich genoemd probleem niet meer voor. Overigens heeft Manitou toegezegd dat zodra het probleem met de IT is opgelost, de vork weer omgebouwd zal worden. Conclusie Aan het eind van deze test is het “meteen mee wegrijden”-gevoel gebleven. De omschrijving die Iron Horse geeft, de “All mountain”classificatie, dekt zeker de lading. De bike is gemaakt voor vrijwel elke tak van het mountainbiken (zij het dat de bike te zwaar lijkt te zijn voor race XC), zelfs lichte FR. Maar hij is vooral geschikt voor trailriding, daar komt hij het best tot zijn recht. Op de problematiek van de vork (inmiddels dus opgelost) en de te zware banden na, zijn er eigenlijk geen negatieve punten uit de test naar voren gekomen. Dus indien je op zoek bent naar een trailbike en je wilt eens “iets aparts” (Iron Horse bikes rijden nog niet zo veel rond in Nederland), dan is deze bike, ook gelet op zijn afmontage, een optie die het overwegen zeker waard is.
... / Kona Dawg Sinds 2004 kunnen we in Nederland weer volop aan Kona’s komen en via Kona Nederland en Bike Arena in Apeldoorn arriveerde bij ons de Dawg (en diens grotere broer, de Stinky DLX). Het four-bar-linkage frame, minus de Horst link, is gemaakt van het Kona Clump Light 7005 Butted Aluminum en biedt 5” veerweg. Als een van de voorop lopende merken in de AllMountain trend kwam Kona in 2002 met de Bear (4”) die in 2003 Dawg werd genoemd wegens een namen akkefietje. De Dawg serie bevat 4 bikes, de Matic met 4” veerweg, meer economische onderdelen, maar dezelfde frame constructie. De Dee-lux met Fox Float R voorvork, een iets smeuïgere set-up en de Float propedal demper. De Primo is het topmodel, met in de hoofdrol de Fox Float RCL vork, Hayes El Camino schijfremmen en volledig XT afgemonteerd. Alle parts zijn hier concessieloos en net ietsje burlier dan de andere modellen. En tenslotte nog de door ons geteste Dawg zonder toevoeging. Afgemonteerd met een Marzocchi EXR Pro (120 mm), Fox Float R shock, Hayes schijfremmen, een Truvativ cockpit en een Raceface drivetrain. Deore XT achterderailleur, deore voorderailleur en shifters en nog wat mooie parts maken deze fiets van 1999,- euro bijzonder betaalbaar. Offroad Op de harde vlakke paden stuift de Dawg hard weg en de fourbarlinkage biedt voldoende platform om hard op de pedalen weg te stampen. De Dawg voelt aan als een xc fully en zo rijdt deze ook, de 127 mm veerweg speelt totaal geen rol in de ‘fietsbaarheid’. De Fox Float R is makkelijk instelbaar en absorbeert alle oneffenheden. De bouw van het frame is sloping, meer dan meeste andere geteste bikes en het frame voelt daarom compacter dan bij de meeste 17” bikes. De stem mocht iets korter voor een nog direkter sturend gedrag, maar was zeker niet storend lang. In de afdalingen gaat de Kona haast net zo hard als op de snelle vlakke paden, echter
kwamen we hier al vlot een euvel van de testbike tegen. Helaas voorziet Marzocchi de OEM vorken vaak van te weinig en te dunne olie, waardoor het functioneren van de vork voor 9 op de 10 bikers niet goed zal zijn. Het is een probleem wat de Kona Dealer makkelijk kan oplossen en gelukkig zaten wij dankzij Bike Arena een dag later weer in het bos. Met meer en een iets dikkere olie en meer luchtdruk in de vork was het verschil enorm. De vork voelde zo aan zoals we het hadden gewild en vanaf dat moment gingen de afdalingen nog leuker en sneller en het bleek een prima match met de Fox demper. Zoals gezegd is de geometrie van de Dawg lekker compact en hij stuurt in de singletrails strak en secuur. De Kona is niet bijzonder licht van gewicht, maar toch stoort de 14 kg niet. Het platform klimt an sich prima naar boven, de geometrie echter wil van voren nog wel eens steigeren. Een voorvork met instelbare veerweg (bijv. ETA van Marzocchi) zou hier een uitkomst kunnen zijn. Problemen De problemen met de OEM voorvork zijn we helaas ook bij de Stinky tegen gekomen. Jammer voor Kona, maar tevens ook wel een begrijpelijke situatie aangezien een voorvork met weinig instelmogelijkheden echt op de persoon moet worden afgesteld. De Kona dealer die daarvoor de moeite neemt is goud waard. Een ander probleem dat we tegenkwamen was chainsuck. Ondanks dat wij danig
op de hoogte zijn van de gouden schakelregels, liep de ketting zeer geregeld vast tussen het kleine blad en het frame. Helaas hadden we te kort tijd met de Dawg om er met aandacht naar te kijken, het kan namelijk een groot aantal oorzaken hebben. De Dawg heeft ook asymetrische chainstays, net als de Cake DLX waarvan ook wordt beweerd dat deze veel last heeft van chainsucks. Op de Cake hadden wij daar, op dezelfde routes, echter geen problemen mee. Conclusie Als je een bike zoekt waarmee je vele kanten uit wilt gaan en je hebt een beperkt budget, moet je vooral
je pijlen eens richten op de Dawg serie van Kona. Voor 1.999 euro vind je waarschijnlijk geen andere bike van dit kaliber. Het frame is solide genoeg om de nodige spannende downhills te doorstaan en Kona staat daarom bekend. De lagers bijvoorbeeld zijn van goede kwaliteit en gaan erg lang mee. Aan de lijst van onderdelen hoef je haast niets aan te passen en het euvel van de voorvork is met een beetje aandacht van je bikeshop snel verholpen. Het is geen probleem dat voor iedereen geldt, het kan zo zijn dan het voor jouw gewicht en rijstijl juist goed is. Weet alleen dat het simpel te verhelpen is.
... / Gary Fisher Cake 2 DLX De Cake 2 DLX staat te boek als een AllMountain fullsuspension, uitgerust met de beproefde Genesis Geometrie en de nieuwe carbon seatstays. Met ± 130 mm veerweg voor en achter (5x5) komt deze omschrijving erg goed in die richting. De Fox Float R vork en Manitou Swinger Air demper zouden het moeten waarmaken. Door Gary Fisher ontworpen als de “do it all”, maar wees eerlijk, velen beweren dit wonderkind te hebben gecreeerd, dus dat betekent zo goed als niets. Neemt niet weg dat onze nieuwsgierigheid was gewekt. Voor we opstapten voelde de Cake in eerste instantie ietwat stug en we hadden de neiging iets lucht uit de Swinger Air te laten ontsnappen. Maar de eerste ‘parking-lot’ test bewees dat dit een voorbarige en oppervlakkige conclusie was. Het singlepivot frame bied op de juiste momenten platform, maar kan ook een soepele veerweg bieden. Dit gecombineerd met een supervork als de Float R en je maakt jezelf op voor een feestje op 2 wielen. De Genesis Geometrie heeft initieel een iets ‘race-achtige’ zit door de langere toptube. Maar de voorkant is niet té diep waardoor de Cake eigenlijk heel goed zit, de keuze voor de lengte van de stem en de maat van de riser was heel typisch spot-on. De Bontrager cockpit stuurde de Cake snel en nauwkeurig door dalende (of stijgende) singletracks. De Cake is een vlotte fietser en de kilometers vliegen voorbij in een rap tempo. Fishers met de Genesis Geometrie zijn vaak overwegend direkt sturende fietsen, iets neurotisch zelfs en dit geldt ook voor de Cake. Echter werd dit door ons nooit als als negatief beschouwd, eerder speels en enthousiast. Ook voelde de voorkant erg licht en was met gemak over kleine obstakels te trekken.
een versteviging onder de shock gemonteerd. Om de onderbuis en de zitbuis te verbinden en extra stijfheid in het frame te garanderen en ter ondersteuning van het gebruik van de lichte ZR9000 Platinum buizen. Wat schijnbaar lichter en sterker is dan het veel gebruikte 6061 en 7005 materiaal.
Offroad De carbon seatstays zorgen voor extra flex in de stijve –asymetrischeachterbrug. Ook rijders die geen ‘race’-zithouding gewend zijn, zaten goed op de Cake. Mogelijk dragen ook de Carbon seatstays bij aan deze plezierige houding, zelfs voor rijders met rugklachten.
Offroad De Cake is enorm licht en met het ietwat neurotische gedrag was nu natuurlijk de vraag hoe de fiets zich zou houden op technische klimmen en vooral afdalingen. Het maakte de Cake eigenlijk niets uit wat voor paden je het voorschotelde, al hadden de technische afdalingen zeker de voorkeur. De 2.2 Bontrager banden sleepten de Cake moeiteloos vooruit over boomwortels en de beide shocks (Fox/Manitou) absorbeerden de ondergrond perfect. Maar het was nooit saai op de Cake. We werden uitgenodigd te zoeken naar de grenzen van de fiets. Kleine sprongen en drop-offs waren geen enkel probleem en verhoogden de fun van de ritten. Waar hield het dan op? Met het doel van de fiets voor ogen, ontdekten we dat we erg ver konden gaan op de Cake en het gedrag was telkens voortreffelijk te noemen.
Het uiterlijk van de Cake is niet standaard en niet iedereen is er direkt weg van. Het zogenaamde “Slopresistant” singlepivot design heeft
Problemen De nieuwe Bontrager lock-on grips zaten goed, maar boden minder grip in natte/modderige omstandigheden.
Ze moesten ook regelmatiger aangeschroefd worden dan de vergelijkbare ODI lock-on’s. Conclusie Gary Fisher heeft een groot aanbod in het genre van de Cake. De DLX met 5” veerweg voor en achter en de ‘gewone’ Cake met 4” veerweg. Beide zijn in 4 versies verkrijgbaar alsmede een GS versie, Genesisters. De vrouw-specifieke versie van de Genesis Geometrie. De Cake 2 DLX wordt
geleverd voor 2.599,- euro met Fox Float R vork, een scala aan Bontrager onderdelen en tubeless-velgen. Vooral geschikt als Enduro bike; veel –funkilometers, compromisloos dalen en klimmen en zorgenloos toegeven aan de wens hier en daar een drop-off te kunnen springen. Qua karakter komt de Cake erg in de buurt van de Fusion Raid, een andere testfavoriet. De Cake bleek echter het meest favoriete toetje van allen, dat we met grote moeite weer inleverden bij Trek in Amersfoort.
... / Turner 5 Spot
Zoals de bike afgeleverd werd, was hij niet anders dan imposant te noemen. Een medium Turner 5 Spot met Fox RP3 shock, afgemonteerd met een Fox Vanilla 125rlc vork, Mavic tubeless velgen op Chris King naven met 2.35 Schwalbe Fat Alberts, Hone dual control shifters/remklauwen met 8” schijven en XT derailleurs en Race Face onderdelen. Zo op het eerste gezicht lijkt frame erg compact, mede door de “sloping” bovenbuis. Door deze sloping buis wordt ook een lage standover height bereikt, hetgeen het frame toegankelijk maakt voor veel mensen. De 5 Spot maakt gebruik van een 4-bar linkage systeem met Horst link (hetzelfde systeem dat gebruikt wordt door Specialized). Dit systeem heeft onder andere het voordeel ten opzichte van een single pivot systeem, dat het actief blijft onder het remmen. De shock die gemonteerd is, is de Fox RP3, die gebruik maakt van het ProPedal systeem van Fox. Dit systeem biedt geen volledige lock-out, maar
wel een soortgelijk effect, waardoor de achterbrug “stijver” aanvoelt. Handig bij het klimmen of over asfalt rijden. Voor zover je dit laatste met deze bike wilt doen. Wij hebben slechts over asfalt gereden om naar het bos te komen, waar de bike natuurlijk pas echt goed tot zijn recht komt. Offroad Met zijn 130mm veerweg en de afmontage zoals omschreven, zou je de bike kunnen definieren als een trailbike. Maar je kunt er eigenlijk alle kanten mee uit, behalve XC/race. Het eerste dat opvalt is dat zodra je de bike beklimt, deze meteen “vertrouwd” aanvoelt. Je krijgt het idee dat je al jaren op de bike rond rijdt. De shock voelt goed aan, zij het dat er wat minder lucht in mocht zitten dan dat Fox in de standaard-instellingen aangaf, zodat hij wat actiever aan voelde. Dit is echter natuurlijk persoonsgebonden. Bij het klimmen met de Turner helpt het Pro-Pedal systeem wel om de achterbrug onder controle te houden,
maar de vering blijft toch enigszins actief (in tegenstelling tot een lockout optie van een shock). Dit is echter geen nadeel, want bij klimmen over oneffenheden is het erg makkelijk dat het achterwiel aan de grond blijft en niet heen en weer stuitert. Ook is het door de compactheid van het frame makkelijk om druk op het voorwiel te houden als je in het zadel blijft bij langere klimmen. De kracht van het frame ligt echter niet in het klimmen, maar in het afdalen. De actieve vering, ook tijdens het remmen, maakt het mogelijk om flink je grenzen te verkennen. Het compacte frame en de lage standover height maken de bike goed wendbaar en makkelijk te corrigeren op de meer technische gedeelten van het parcours. De 8” schijven bieden de mogelijkheid om met één vinger te remmen en tevens makkelijk te moduleren, zodat het corrigeren van een leien dakje gaat, zonder dat je met lamme armen beneden aan komt. Tenslotte bieden de brede tubeless banden (2.35 Fat Alberts
van Schwalbe) fatsoenlijk grip in de bochten, zodat het tempo er goed in kan blijven. Overigens moet hier wel vermeld worden dat de bike cq het frame meer aan kan dan wij er mee bereikt hebben (een beeld van de capaciteit van het frame is ook terug te vinden op www. turnerbikes.com, video 5 Spot). Problemen Deze paragraaf zal vrij kort blijven. Echter problemen heeft het frame niet. Toegegeven: klimmen is niet zijn sterkste kant, maar dankzij het Pro-Pedal systeem staat dit frame wel zijn mannetje vergeleken met andere trailbikes. Verder kan nog vermeld worden dat de kabelgeleiding onder de “halve buis”, die de bovenbuis met de zadelbuis verbindt, niet ideaal is. Bij het inveren maken de kabels namelijk contact met deze buis, waardoor zij enigszins afslijten op die plekken. Niet onoverkomelijk, maar de kabels kunnen misschien ietwat anders lopen. Conclusie Zoals gezegd: indien je de bike wilt labellen, is het een trailbike. Niet in de eerste plaats gemaakt om urenlang te klimmen, alhoewel hij dit an sich
best aan kan. In het dalen en op de technische stukken ligt zijn kracht. De bike is ons inziens gemaakt om lange singletracks/trails te berijden. Op dat gebied is het hij ijzersterk: die 4-bar linkage leidt tot een immer actieve vering en het compacte/ sloping frame maakt de technische gedeelten tot een waar genot. Is het Turner-frame de prijs waard? Dat moet ieder voor zich bepalen. Feit is dat je voor het geld een geweldig frame krijgt, dat vrijwel overal voor te gebruiken is en overal (geografisch gezien) te gebruiken is.
JA VERTEL ES...
Ode aan mijn eigen fiets. Sinds oktober vorig jaar rij ik regelmatig op de fiets van een ander. Praktisch alle testbikes hebben mij in elk geval één keer meegenomen. En ik ben ook degene met verreweg de meeste kilometers op de testbikes achter de kiezen. Ik vind het erg bijzonder om het vertrouwen van al die fabrikanten en importeurs te krijgen om op hun testfietsen te rijden, in één geval zelfs de privéfiets van een van de importeurs. Op deze manier hebben wij de kans gekregen om op heel veel mooie en soms bijzondere fietsen te kunnen rijden, sommigen zijn nog maar weinig in de Nederlandse schuren te vinden. Maar wij hebben er toch op kunnen rijden. Da’s best stoer! De bikes kregen heel veel bekijks in de buitenlandse bikeparks en downhillparcoursen. En we kregen ook regelmatig verzoeken van mensen die zich best zouden willen opofferen om als testpiloot te dienen.
Colofon
Ondanks dat ik het met veel liefde en plezier heb gewerkt aan de reviews, miste ik mijn eigen bike heel erg. Tot overmaat van ramp raakte mijn voorvork in Bischofsmais ook nog eens beschadigd. Moest ik mijn fiets onbeheerd achter laten in mijn gestrande auto, zonder er ook maar een meter mee te hebben gereden in Bischofsmais. Dit alles maakte het niet veel beter, ik voelde me een afvallige moeder voor mijn fietskind.
Fotografie Tanja de Bie Rogier Bom Marcel Kramer Jasper Leenarts Claudine Lemmers Reinier Meenhorst Ilja Silanoe Werner Sijmons
Noem het omkoperij, zelf noem ik het broodnodig. De bekraste Sherman Slider is vervangen door een blinkend nieuwe Marzocchi 888r uit 2004. Maar dat was niet alles. Op de Demo 8 zat een Syncros Bear Hug stem die ik erg mooi vond, tevens was deze (grammen!) lichter dan mijn huidige Truvativ en ik had direkt een reden om deze te moeten kopen. Doe daar een 7075 BULK stuur (véél lichtere dan mijn huidige…), een nuttig nieuw zadel en noodzakelijke grips bij van hetzelfde merk en je hebt meteen een andere bike… Als toetje liet ik er een nieuwe Chris King headset (die andere was stuk) op monteren en de nieuwe Goodrigde kabel… ach dat was bittere noodzaak, echt die andere kabel was te kort! Mijn lieve kind staat er weer prachtig bij en afgelopen zondag tijdens de eerste rit in maanden werden we weer helemaal blij met elkaar, ik weet zeker dat we glommen van plezier. Er staan nog een boel wensjes op mijn lijstje om mijn kind mee te sieren, misschien moet ik daarmee wachten tot het volgende afkoop moment… Groet, Soepkip ps. We lijken wel gek; we gaan nóg een special maken. We hebben de smaak gewoon te pakken, nieuwe ideeën stapelen zich op en daar moeten we wat mee natuurlijk. Dus lief publiek... kijk vooruit naar de volgende special. Rond oktober 2005 op een Mountainbike.nl bij jou in de buurt!
Deze speciale uitgave voor Mountainbike.nl kón alleen maar gerealiseerd worden dankzij het vertrouwen van de fabrikanten en de energieke inzet van de crew. En begrip van hun familieleden ;-)
Testers en reporters Tanja de Bie Rogier Bom Marieke Brinks Roelie Conijn Jasper Leenarts Claudine Lemmers Reinier Meenhorst Jeffrey van Rossum Ilja Silanoe Jeroen Ullrich Afdeling komma-pushing Rodger de Koning Claudine Lemmers Reinier Meenhorst Teksten en opmaak Tanja de Bie @ daags.nl Copyright Uiteraard mag niets uit deze uitgave aan tekst en beeld gereproduceerd worden zonder nadrukkelijke toestemming van het projectteam, contact
[email protected]
Ghost DH Worldcup
Gratis maandelijkse nieuwsbrief www.bikearena.nl
In Apeldoorn Centrum
Bike Arena Bikes & Coffee Ghost HTX 5700 Disc manitou black elite + lockout + air assist, 80 mm Shimano XT
€ 1.449,Ghost SE 6000
L WWW.BIKEARENA.N Ghost Dealer
Ghost SE 5003 HS 33 € 949,Shimano XT, Manitou Axel Elite, HS 33
Ghost SE 3000 € 749,Shimano XT, Avid remmen, RST vork
Meer info over Ghost: www.ghost-bikes.de / www.bikearena.nl
Manitou Axel Elite, Air Assist LO Shimano LX
€ 899,-
Ghost RT 7500 Disc € 2.449 Shimano XT, DT Swiss velgen Manitou Black Super Air / Swinger Air
Bike Arena, Molenstraat Centrum 341, Apeldoorn tel 055-5768130 | www.bikearena.nl |
[email protected] Ghost Santos Fusion Bianchi Orbea Pinarello Opera Castelli Nalini Rudy Project Diadora Bioracer Sidi (ook speciale modellen!)