Fokken met
Border Terriers
© 2009‐1 Uitgave van de Nederlandse Border Terrier Club
Inhoud Titel Inhoud
Pagina 2
Inleiding
3
De regels
4
De ouderdieren
4
De loopsheid
5
De dekking
6
De dracht
9
De bevalling
10
De verzorging van de pasgeboren pups
13
De puppen
16
Het administratieve gedeelte
18
Tot slot
18
Aanbevolen literatuur
19
Bijlagen Basisbenodigdheden voor de bevalling
20
Stamboomaanvragen stap voor stap
21
Deze brochure wordt beheerd en geactualiseerd door de Commissie Fokken & Gezondheid van de Nederlandse Border Terrier Club. 2
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
Inleiding Het gezegde ʺBezint eer gij begintʺ wordt dikwijls aangehaald bij de aan‐ schaf van een hond, maar zou ook moeten gelden bij het fokken van honden. Deze brochure beoogt stof tot bezinning aan te dragen en informatie te geven, vooral aan de onervaren aspirant‐fokker. Het doel van fokken hoort te zijn: het ras te verbeteren, of tenminste op hetzelfde niveau te houden. De Nederlandse Border Terrier Club (NBTC) is van mening dat geldelijk gewin of ʺhet lijkt ons zo leukʺ geen steekhoudende redenen zijn om te gaan fokken. Ook de bewering dat het zo goed is voor de teef om een keer een nestje te hebben, is een fabeltje. Het is helemaal niet natuurlijk voor elke teef om een nest te krijgen. In de natuur zal in een roedel alleen de sterkste teef een nest krijgen. Daarmee ligt de keuze om te gaan fokken geheel bij de fokker. De fokker is daarbij ook geheel zelf verantwoordelijk voor zijn fokproduct. Er is dus alle reden om serieus na te denken over de keuzes die u moet maken om uiteindelijk uw verantwoordelijkheid te kunnen nakomen. Deze brochure wil u daarbij helpen door samen met u, als beginnende fokker, het gehele fokproces door te lopen en kort stil te staan bij een aantal belangrijke momenten. Alle informatie is erop gericht om het fok‐ ken van uw eerste nest vol vertrouwen tegemoet te zien.
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
3
De regels Als lid van de NBTC dient u zich te houden aan de Gedragscode en bij deelname aan de Pupinformatie ook aan het Reglement Pupinformatie. Beide documenten kunt u downloaden van de website van de NBTC www.borderterrier.nl. De regels van de Gedragscode hebben onder meer te maken met de zorg voor het welzijn van de ouderdieren en de pups. Stelt u zich op de hoog‐ te van de regels zodat u op tijd weet of er wellicht problemen kunnen ontstaan.
De ouderdieren Met het fokken van een nest neemt een fokker een grote verantwoorde‐ lijkheid op zich. De puppen gaan naar een nieuw tehuis (behalve de pup die de fokker misschien zelf wil aanhouden). Als blijkt dat deze honden niet gezond en/of sociaal zouden zijn, kan dat veel verdriet veroorzaken bij de eigenaren. Gezondheid kan men nooit garanderen, maar de fokker kan wel zijn uiterste best doen om een zo goed en gezond mogelijke combinatie van ouderdieren te maken. Daarnaast speelt de fokker een grote rol bij het socialisatieproces van de puppen. Daarom zult u zich moeten afvragen: Zullen de puppen van mijn teefje inderdaad bijdragen aan de in‐ standhouding, of liever nog verbetering, van de Border Terrier? Is er voldoende en serieus nagedacht over een reu, die bij mijn teefje past? Is er wel voldoende bekend over beide ouderdieren om een verant‐ woorde keuze te kunnen maken? Een stamboom kan al veel informa‐ tie verschaffen. Naast uiterlijk en gezondheid dient het karakter één van de belangrijkste aandachtspunten te zijn. Met een schuw, nerveus en/of agressief dier hoort men per definitie niet te fokken. Dit gedrag kan namelijk een erfe‐ 4
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
lijke factor hebben. Maar daarnaast kunnen puppen dit gedrag ook van hun moeder overnemen (kopieergedrag). Informeer ook bij de fokker van uw teefje; deze kent de ouderdieren van de teef en de foklijnen waar ze uit voortkomen. Hij/zij kan u helpen bij het maken van een verantwoorde keuze.
De loopsheid Het is erg handig om een dagboekje bij te houden over de loopsheden van uw teefje. Zo weet u iets meer over haar cyclus, het verloop van de loopsheid en de periode van de dekrijpheid, zodat het u kan helpen bij het bepalen van de juiste dag van de dekking. De loopsheid van een teef kan men niet vergelijken met de menstruatie bij de mens. Tijdens de loopsheid vindt namelijk de eisprong en de op‐ bouw van de baarmoederwand plaats om de eventueel bevruchte eitjes te kunnen ontvangen, terwijl de menstruatie juist de afbraak van de baarmoederwand inhoudt als er geen sprake van bevruchting is. De loopsheid bij een teef luidt de vruchtbare periode in terwijl de menstrua‐ tie juist de onvruchtbare periode aangeeft. De cyclus (dat is de periode tussen twee loopsheden) van een teef duurt in de meeste gevallen onge‐ veer 6 maanden, maar tussen de vier en twaalf maanden komt ook voor. De loopsheid zelf duurt ongeveer drie weken. Aan het gedrag van de teef kunt u vaak al zien dat ze loops gaat worden. Haar gedrag verandert, zeker als er meerdere teven in huis zijn. Ze kan dan snibbig en dominant doen naar haar ʺkennelʺgenoten. Ze doet vaker plasjes om de omgeving te laten merken dat ze loops wordt. U kunt zien dat de plek tussen de anus en vulva wat gaat opzwellen en uiteindelijk gaat de vulva ook flink opzwellen. De daardoor ontstane bloedinkjes luiden het begin van de loopsheid in. Ze zal zich in deze periode nog niet laten dekken. FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
5
De periode, waarin de teef dekrijp is en waarin de eisprong plaatsvindt, is meestal tussen de 10e en 14e dag. Dit geldt echter niet voor iedere teef. De 5e dag of de 22e dag is geen uitzondering. Aan de teef zelf kunt u wel zien wanneer ze dekrijp is. Het bloedverlies neemt af en wordt wateriger. De vulva krimpt iets in verhouding met het begin van de loopsheid en wordt zachter, m.n. de bovenste rand van de vulva. De teef is gewillig naar de reu of zelfs naar andere teven en gaat er echt voor staan met de staart opzij gedraaid, de zogenaamde stareflex. Echter niet elke teef vertoont dit gedrag terwijl andere teven dit gedrag gedurende de gehele loopsheid vertonen. De dekrijpheid is eventueel ook vast te stellen door middel van een pro‐ gesterontest. Om het verloop van het progesterongehalte te bepalen, zijn echter meerdere tests nodig. Informeer bij uw dierenarts vanaf welke dag de teef getest moet gaan worden. Deze bloedtest is vooral handig als u ver moet reizen om bij de reu te komen omdat de juiste dag om te dek‐ ken zeer precies kan worden aangegeven. In een vroeger stadium ‐ al voor de teef loops is ‐ heeft u de eigenaar van de reu benaderd en bij aanvang van de loopsheid neemt u contact op met hem of haar om definitieve afspraken te maken (mogelijke datum, dekgeld enz.). Er kan altijd iets tussenkomen waardoor de dekking met de uitverkoren reu geen doorgang kan vinden. Het is daarom verstandig een reservereu achter de hand te hebben.
De dekking Als de teef dekrijp is, gaat u in principe altijd naar het huis waar de reu woont. Het verdient aanbeveling om de honden tijdens de dekking zo‐ veel mogelijk hun eigen gang te laten gaan. Laat ze eerst met elkaar ken‐ nis maken. Dit is meestal een ritueel van elkaar besnuffelen m.n. de in‐ tieme delen en uitgebreid spelen. Meestal gaat de teef na dit begroetings‐ spel staan met de staart opzij gedraaid om aan te geven dat ze bereid is tot dekken. De reu zal vaak een aantal minder serieuze pogingen doen 6
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
om de teef te bestijgen. Maar uiteindelijk zal de reu doorzetten. Het is verstandig om de teef dan aan weerskanten aan een halsband vast te pakken om eventueel afbijten/afsnauwen van de reu te voorkomen. Dit wil tijdens het koppelen nog wel eens gebeuren en vooral een onervaren reu kan zich daardoor laten afschrikken. Tijdens het koppelen trek‐ ken de spieren rond de va‐ gina van de teef zich samen achter de sterk opgezwollen zwellichamen van de penis, waardoor de dieren vast blijven zitten aan elkaar (het zgn. hangen). De reu draait zich en stapt met één achter‐ poot over de rug van de teef, zodat ze met de billen tegen elkaar aan staan. Na de dekking zullen reu en teef ongeveer een kwartier tot een half uur gekoppeld blijven staan. In een enkel geval duurt het langer, tot soms wel één of twee uur. Korter kan ook. Ga bij de honden zitten en houdt ze vast om ze rustig te houden en gesjor te voorkomen. Als de honden zich met geweld losrukken, kan dat tot beschadigingen leiden bij zowel de reu als de teef. Het koppelen geeft geen garantie dat de dekking is geslaagd, d.w.z. tot een nest zal leiden. Omgekeerd geldt hetzelfde: een dekking zonder koppeling kan wel degelijk leiden tot een nest puppen. Om de kans op bevruchting te vergroten, laten veel fokkers de teef 36 tot 48 uur na de eerste geslaagde dekking nog een keer dekken. Dat is echter niet noodzakelijk (zeker niet als er een progesterontest is afgenomen), omdat het sperma nog zeker 48 uur in de teef blijft leven. Als de reu de teef gepenetreerd heeft maar verder niet wil dekken, is het niet meer mogelijk om de reservereu te gebruiken. FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
7
Mogelijke problemen bij de dekking Wanneer het een onervaren teef en/of reu betreft, kan deze onervaren‐ heid tot een zeer moeizame en zelfs tot helemaal geen dekking leiden. Het verdient daarom de voorkeur dat één van beide ervaren is of dat men zorgt voor een reservereu. Het kan natuurlijk ook gebeuren dat de teef zich gewoonweg niet laat dekken of dat de reu niet wil of kan dekken. Een mogelijke oorzaak kan zijn dat u dan te vroeg bent. U kunt het dan de volgende dag nog een keer proberen. Bent u echter te laat, dan zult u moeten wachten tot de volgende loopsheid. Is het verschil in grootte tussen reu en teef het probleem, zoek dan een oneffen terrein op en/of laat de reu op een verhoging staan in het geval de reu kleiner is dan de teef, zodat hij wat meer grip heeft. Ook de ondergrond kan te glad zijn. Laat de dekking bij voorkeur plaatsvinden op een plek met een stroeve vloer/ondergrond of zet de dieren op een mat. In een enkel geval vinden beide dieren elkaar gewoon niet aantrekkelijk; dan is de reservereu een optie. Probeer niet koste wat het kost een dek‐ king te forceren, soms moet het volgens de natuur nou eenmaal niet zo zijn. Dekgeld De hoogte van het dekgeld spreekt u van te voren af met de eigenaar van de reu en betaalt u direct na de geslaagde dekking. Indien de teef leeg blijft, is het de regel dat zij de volgende loopsheid mag terug komen voor een gratis herdekking. Ook andere afspraken kunnen worden gemaakt. Belangrijk is dat u vooraf zeer duidelijke afspraken maakt met de eige‐ naar van de reu en die desnoods schriftelijk vastlegt. 8
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
De dracht De draagtijd van een hond is ongeveer 63 dagen. Eén van de oorzaken van een langere of kortere draagtijd is de grootte van de worp. Erg kleine nesten worden vaak na de 63e dag geboren, grote nesten vaak wat eer‐ der. Zijn er op de 67e dag nog steeds geen puppen geboren, neem dan contact op met uw dierenarts. Na ongeveer 4½ week kunt u zien of de teef drachtig is. De haren in de flanken van uw teef zullen dan wat uit gaan staan, de vulva blijft wat opgezet, de tepelhoven zetten wat op en worden rozig en wat kaler. Soms ziet u wat slijmerige afscheiding uit de vulva. Dit is geen reden tot ongerustheid. Ook het gedrag van de teef kan veranderen: ze wordt wat rustiger, slaapt meer, is wat bedachtzamer. Tussen de 28e en de 32e dag kunnen dierenartsen en sommige ervaren fokkers, door het aftasten van de buikholte vlak voor het bekken, voelen of een teef drachtig is. Daarnaast kan echografisch onderzoek uitkomst bieden. Echter, wat men ziet op de echo is geen garantie voor het uitein‐ delijke resultaat. Het is zelfs mogelijk dat de teef de puppen hierna nog resorbeert zodat er helemaal niets geboren wordt. Veel teven gaan met 3 weken dracht een veranderd eetpatroon vertonen dat aanhoudt tot ongeveer 5 weken dracht: kieskeurig zijn is normaal, maar soms eet de teef nauwelijks meer, ook al was zij normaliter een gulzige eter. Dit is uiteraard een vervelende zaak, zeker wanneer dat aanhoudt tot het eind van de dracht, aangezien de teef in deze omstan‐ digheden in optimale conditie moet blijven. Soms helpt het als men ʹs avonds laat voert of kleinere porties vaker verdeeld over de dag. Houdt de conditie van uw teef, met name vanaf de 5e week, tijdens de dracht goed in de gaten en pas daar de voeding op aan. Een te dikke teef heeft het extra moeilijk tijdens de bevalling. Zorg er daarom voor dat uw teefje regelmatig beweging krijgt tot de bevalling aan toe. FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
9
De bevalling De bevalling van uw hond kan iets heel moois zijn, maar Border Terriers bevallen niet altijd zo gemakkelijk. Zorg dat u daar goed op voorbereid bent. Zet alles, wat u nodig kunt hebben tijdens de bevalling, op tijd klaar. Plaats de werpkist in een verwarmde, tochtvrije kamer en laat de teef minstens een week vóór de bevalling al wennen aan de werpkist. Blijf er desnoods even bij zitten of geef haar eten in de werpkist. In de juiste maat werpkist kan de teef languit liggen in de breedte én de lengte. Be‐ valt de teef liever ergens anders dan in de werpkist, geef haar dan die mogelijkheid zonder daarvoor concessies te moeten doen. Een teef die op haar gemak is, bevalt gemakkelijker dan een teef die gedwongen wordt te bevallen op een plaats waar ze niet op haar gemak is. Er zijn verschillende teke‐ nen waaraan je kunt zien dat de bevalling er aan komt. De teef wordt wat onrustig en gaat op zoek naar een geschikte nest‐ plaats. Sommige teven ge‐ ven ook over en/of poepen en plassen vaker. Er komt soms wat melk uit de tepels. De meeste teven zullen vlak voor de beval‐ ling eten weigeren. Een duidelijke(r) aanwijzing is een temperatuurdaling van 1 tot 1,5 °C (de normale lichaamstemperatuur van een hond is 37,5‐38,5 °C) zoʹn 12 tot 24 uur vóór de geboorte. Dit is echter alleen waar te nemen door de teef vanaf de 53e dag elke dag tweemaal te temperaturen, liefst op het‐ zelfde tijdstip, zodat u haar normale lichaamstemperatuur kent. Daar‐ naast is het rillen en aanhoudend blijven hijgen van de teef een sterk te‐ ken dat de bevalling zal gaan starten. 10
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
U hebt uw dierenarts natuurlijk al eerder ervan op de hoogte gesteld dat uw teef rond een bepaalde datum is uitgerekend. Waarschuw uw die‐ renarts als uw teef aanstalten maakt om te bevallen. Veel teven bevallen ʹs nachts en dan is het voor een dierenarts erg prettig als deze vooraf weet dat hij te hulp geroepen kan worden. En u weet of uw dierenarts dan dienst heeft. Zorg ervoor dat de temperatuur in de werpkist omstreeks de 24 °C ligt en (nog belangrijker) dat zowel de kist als de plek waar de teef bevalt tochtvrij en warm genoeg zijn. De eerste 2 weken na de geboorte kunnen puppen hun eigen lichaamstemperatuur nog niet op peil houden. Tij‐ dens de bevalling kunnen de eerder geboren puppen door een plons vruchtwater van de volgende pup weer nat worden en erg afkoelen. Een kartonnen doos of een mandje met een kruik en handdoeken is een goe‐ de tijdelijke opvang om de eerder geboren puppen dan even aan de kant te leggen. Bedenk dat de puppen pas na 24 uur echt door en door droog zijn. Als de persweeën beginnen, moet u de tijd goed in de gaten houden. Vóór die tijd heeft de teef ook weeën maar dat zijn de zogenaamde transportweeën om de puppen naar de ʺuitgangʺ te drijven en die zijn vaak minder duidelijk waar te nemen. Als er anderhalf uur na de eerste echte perswee nog geen pup is, moet u contact opnemen met de dieren‐ arts. Een perswee herkent u aan het feit dat de staart sterk omhoog komt tij‐ dens de wee (alsof de teef moet poepen) en de buik duidelijk mee be‐ weegt. Bij honden en dus ook bij de Border Terrier is een stuitligging (waarbij de staart het eerst naar buiten komt bij de geboorte) heel normaal. Stuit‐ en kopliggingen komen even vaak voor. Ze leveren over het algemeen geen extra moeilijkheden op. Een pup komt meestal in het vlies naar buiten. De teef zal normaliter dit vlies doorbijten evenals de navelstreng en vervolgens met de nageboorte FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
11
opeten. Schrik niet van de “troep” die gepaard gaat bij een bevalling: het kan er bloederig en vies uitzien. Vooral de groene kleurstof, die van de placenta afkomstig is, geeft soms (onnodig) reden tot ongerustheid. Problemen bij de bevalling Problemen, zoals weeënzwakte, kunnen optreden. Dat kan ontstaan om‐ dat de teef al erg lang bezig is, maar ook omdat de baarmoeder niet sterk genoeg is. Er zijn huismiddeltjes (bijvoorbeeld de homeopathische mid‐ delen Utero Vetsem van VSM of Puur Utero) om weeën te ondersteunen. Overleg hierover van te voren met uw dierenarts. Bij een echt probleem moet u direct naar de dierenarts. Die kan dan oxytocine/piton spuiten om de weeën op te wekken of te versterken. Dit mag u in geen geval zelf doen! Bij onoordeelkundig gebruik kunnen de puppen door de ster‐ ke weeën in de baarmoeder overlijden of in het ergste geval kan de baarmoeder scheuren onder de druk zodat de puppen vrij in de buikhol‐ te komen te liggen met alle gevolgen van dien. Weeënzwakte kan ook veroorzaakt worden door een calciumgebrek in het bloed. In dat geval zal de dierenarts een calciuminjectie toedienen. Problemen kunnen ook ontstaan omdat er een pup dwars ligt, een pup al in de baarmoeder is overleden, er maar één pup in zit (die dan vaak te groot is) of omdat er te veel puppen zijn. Zo kan een dode pup in het ge‐ boortekanaal de zaak erg ophouden, omdat deze niet meewerkt. In al deze gevallen dient u de hulp van uw dierenarts in te roepen. Mocht alle hulp niet baten, dan is een keizersnee onvermijdelijk. Een probleem dat kan ontstaan na een keizersnee en zeker bij een eerste nest, is dat de teef de puppen niet wil accepteren en soms zelfs wil doden. Dit is van tijdelijke aard maar erg lastig. U zult dan moeten ingrijpen en de puppen of moeten bijvoeren of de teef onder dwang laten voeden. Ook dient u dan (tijdelijk) de taak van de teef over te nemen om de puppen te laten poepen en plassen door met een vochtig watje over het buikje van de puppen te wrijven in de richting van de staart tot de pup gaat plassen en/of poepen. 12
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
Een ander probleem waar u na de geboorte mee te maken kunt krijgen, is calciumgebrek bij de teef, ook wel ʺmoederkrampʺ of ʺmoederwaanʺ ge‐ noemd. De teef verliest in toenemende mate de controle over haar spie‐ ren en als u niet in laat grijpen, betekent dat de dood voor de teef. Aarzel niet en neem contact op met de dierenarts. Na een calciuminjectie zal de teef zienderogen opknappen. NB1: Indien zich tijdens de bevalling problemen voordoen of dreigen voor te doen, neemt u direct contact op met uw dierenarts. NB2: Indien u onzeker bent over de bevalling is het raadzaam om u te laten bijstaan door een ervaren fokker.
De verzorging van de pasgeboren puppen Ligplaats De werpkist waar de puppen in verblijven, moet in een schone, tocht‐ vrije, rustige ruimte staan. Een omgevingstemperatuur van gemiddeld 21 °C is normaal. Om de puppen goed op temperatuur te houden, kunt u de eerste twee weken desgewenst gebruik maken van een kruik of een warmteplaat. Indien u twijfelt neem dan contact op met uw dierenarts. Een goede graadmeter is: als de puppen verspreid in de kist liggen, is de omgevingstemperatuur te hoog; liggen ze op een hoopje dicht op elkaar gedrukt, dan is het te koud. Zorg dat de teef ook even ergens anders kan liggen dan bij de puppen. Als onderlegger kunt u Vetbed op een onderlaag van kranten ge‐ bruiken. Vetbed heeft het voor‐ deel dat eventueel vocht er door heen gaat, zodat de puppen droog blijven liggen. Overigens zal de teef tot aan het spenen van de puppen de ontlasting en urine opwekken en opruimen. FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
13
Ademhaling Direct na de bevalling kunnen pasgeboren puppen soms maar moeizaam op gang komen. De puppen kunnen bij de geboorte vruchtwater hebben binnengekregen waardoor ze moeilijkheden kunnen hebben met adem‐ halen. Wrijf de pup dan stevig droog met een ruwe handdoek (de teef is ook niet zachtzinnig met haar pasgeboren kroost) en zuig het vruchtwa‐ ter of nog aanwezig slijm weg met een slijmzuigertje, verkrijgbaar bij uw dierenarts of speciaal‐postorderbedrijf Spat. Wil dit niet helpen en krijgt u de pup niet aan het ademen, dan is het pupje onderweg naar buiten waarschijnlijk gestikt of mogelijk al voor de geboorte overleden. Groei Het verdient aanbeveling om ‐zeker de eerste 2‐3 weken‐ de puppen dagelijks te wegen (liefst rond hetzelfde tijdstip). Zo kunt u de groei van de puppen goed in kaart brengen. Bijkomend voordeel is dat de puppen er aan gewend raken dat ze opgepakt worden. Er wordt vaak gezegd dat puppen die te weinig binnen krijgen, dat goed laten ho‐ ren. Maar dat is niet altijd het geval. Als de puppen slecht groeien, kan dit verschillende oorzaken hebben: De teef kan te weinig of weinig voedzame melk hebben. Indien u vermoedt dat dit het geval is, kan de dierenarts oxytocine/piton spui‐ ten. Als alternatief of in ieder geval als nazorg na de bevalling, kunt u voor een homeopathisch middel kiezen: Utero Vetsem van VSM of Puur Utero. Het maakt de baarmoeder schoon en kleiner en zorgt voor het schieten van de melk. Ook het homeopathische middel Urti‐ ca in de juiste potentie kan helpen bij het aanmaken van melk. En dan heb je nog de huis‐, tuin‐ en keukenmiddeltjes zoals bruin bier of slagroom met dadels. 14
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
De oorzaak kan natuurlijk ook bij de puppen zelf liggen. De puppen moeten direct na de geboorte dan ook goed nagekeken worden op eventuele afwijkingen. Als een pupje bijvoorbeeld een open gehemelte heeft, kan het niet va‐ cuüm zuigen, waardoor het pupje niet voldoende melk binnen kan krijgen. Soms is de opening in het gehemelte zo minimaal, dat zelfs de deskundige het over het hoofd ziet. Een pup met zuigproblemen of een pup die niet goed aankomt, moet dan ook goed nader onderzocht worden. Soms heeft een pupje gewoon een wat moeilijker start dan anderen en is het gewoon te zwak om zelf (voldoende) te drinken. Via een flesje kunt u wat glucoseoplossing toe‐ dienen, waardoor het pupje net dat beetje extra energie krijgt om zelf te gaan drinken. Een gewoon voedingsflesje met bijbehorende speentjes voldoet in de meeste si‐ tuaties. Lukt dit niet, neem dan contact op met uw dierenarts. Een maatstaf voor een goede groei van de puppen is dat ze met 10 a 14 dagen een verdubbeling van het geboortegewicht hebben. Of: de pup moet in het begin 2 tot 2½ gram per kilogram gewicht van de moeder groeien per dag. Bijvoorbeeld: de teef weegt 7 kg, dan moeten haar pup‐ pen per dag tussen de 14 (7 x 2) en 17½ (7 x 2½) gram groeien. Bijvoeding De eerste twee dagen kunt u ‐ indien nodig ‐ het beste wat glucosepoe‐ der (druivensuiker) oplossen in water en druppelsgewijs toedienen met een pipetje of met een flesje. In die eerste 48 uur worden de antistoffen in de moedermelk via de darmen opgenomen en de toediening van glucose verstoort dit proces niet. Bij toediening van surrogaatmelk sluit de darmwand zich en kan de pup niet profiteren van de aanwezige antistof‐ fen in de moedermelk. FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
15
Wanneer u volledig moet gaan bijvoeren omdat de teef geen melk (ge‐ noeg) heeft of in het ergste geval is overleden bij de geboorte dan zijn kant en klare blikjes met vervangende moedermelk het beste. Dit is ge‐ makkelijk in te vriezen in ijsblokjeshouders, het blijft zo vers en het zijn niet te grote hoeveelheden in één keer. Bij de poeders zult u moeten na‐ zeven en moet de verhouding droge stof/vocht goed zijn. Let wel: gebruik nooit koemelk als vervanging voor de tevenmelk! Gei‐ tenmelk kan eventueel wel gebruikt worden omdat de samenstelling daarvan dicht bij dat van tevenmelk ligt. De hoeveelheid bijvoeding die u moet geven, berekent u als volgt: 15% van het lichaamsgewicht per dag. Bijvoorbeeld een pup van 400 gram, krijgt 60 ml per dag. Wanneer u om de twee a drie uur voedt, zijn dat per dag 8 tot 12 voedingen waar‐ over u die 60 ml verdeelt, dus 7½ respectievelijk 5 ml per voeding.
De puppen Vanaf de leeftijd van drie weken hebben de puppen meer aandacht no‐ dig. Nu begint de periode van opvoeding, inprenting en socialisatie. Als fokker speelt u daar een hele belangrijke rol in. Laat de puppen op vroe‐ ge leeftijd kennis maken met vreemde objecten en geluiden. Nodig de kinderen van de buren eens uit om met de puppen te komen spelen (NB: onder toezicht) en laat de puppen ook eens kennis maken met een andere omgeving. Raadpleeg de boeken uit de aanbevolen lite‐ ratuurlijst of andere over de socialisatie van puppen. In recente studies is aangetoond dat de socialisatie van de puppen al start vanaf de geboorte. Mits de teef het aan kan, verdient het dan ook aanbeveling om bezoek niet weg te houden bij een pasgeboren nest. In principe zijn de puppen via de maternale immunisatie (antistoffen via de moedermelk in de eerste 48 uur na de geboorte) goed beschermd tegen de gangbare ziektes. 16
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
Als de puppen 3 weken oud zijn, kunt u beginnen met bijvoeren, maar later is geen probleem als de teef voldoende melk heeft. Vooral tartaar (zorg er dan wel voor dat er geen contact met varkensvlees is geweest op, wat voor manier dan ook!!!) of een tot een ʺpapjeʺ geroerd vleesvoer. Rodi, Duck, Energique (diepvries) of Nature Diet enz. is hiervoor in het begin geschikt. Vervolgens geweekte puppybrokken en zo werkt u toe naar vast voer. Iedere fokker heeft hiervoor zijn eigen ʺreceptʺ. Natuurlijk zijn de entingen en het ontwormen van de puppen van groot belang. Twee weken na de geboorte moeten de puppen voor het eerst ontwormd worden, bijvoorbeeld met het vloeibare Drontal Pup. Vervol‐ gens weer met vier, zes en acht weken. Vergeet de teef zelf en eventuele andere honden in huis niet! Het is handig om het ontwormen een week voor de enting(en) te (laten) doen, zodat de enting een goede kans van aanslaan heeft. Door de enting samen te laten vallen met het ontwormen, kunnen de puppen van slag raken en daar willen ze nog wel eens be‐ roerd van zijn. Daarbij heeft een enting meer effect als het lichaam van de pup zich alleen hoeft bezig te houden met het aanmaken van antistof‐ fen. Overleg het ontwormen en entingschema vooraf met uw dierenarts. Zorg dat de puppen voldoende beweging kunnen krijgen als ze in de benen komen. Een puppyren is als een box voor kinderen en dan heeft u de puppen even van de vloer als het niet uitkomt. Maar geef ze de gele‐ genheid om de omgeving te ontdekken. TIP1: Het is heel handig om van de nesten en alle gebeurtenissen een dagboek bij te houden. Bij daaropvolgende nesten heeft u dan altijd een naslagwerk bij de hand. Zo bouwt u uw eigen ervaring op! TIP2: In bijlage 1 is een eenvoudige checklist opgenomen die u kan hel‐ pen bij de voorbereiding van de bevalling en de verzorging daarna. FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
17
Het administratieve gedeelte Als men in aanmerking wil komen voor de Pupinformatie van de NBTC dient men te voldoen aan het Reglement Pupinformatie. De fokker is dan verplicht om de dekking en de geboorte te melden bij de Pupinformatie binnen twee weken nadien. De formulieren en reglementen zijn te down‐ loaden van de website van de NBTC, www.borderterrier.nl. Het aanvragen van de stambomen begint met een tijdige aanmelding van de dekking door het insturen van het dekformulier (te downloaden van de website van de Raad van Beheer, www.raadvanbeheer.nl). De fokker ontvangt een ontvangstbevestiging en het formulier waarmee de geboorte van de puppen kan worden aangemeld bij de Raad van Beheer. In bijlage 2 is een beknopte checklist met de belangrijkste stappen opge‐ nomen.
Tot slot Het bestuur van de Nederlandse Border Terrier Club hoopt u met deze voorlichtingsbrochure stof tot nadenken te hebben gegeven. Het fokken met Border Terriers kan iets heel moois zijn, maar er kan ook een hele‐ boel mis gaan. Tegenslagen kent iedere fokker wel, maar door onerva‐ renheid is de beginner minder goed in staat om met problemen om te gaan. Aarzelt u, ga dan niet overhaast te werk, maar wacht enige tijd. Praat met en luister vooral naar ervaren fokkers. En besluit u dan toch een nestje te (willen) fokken, leest u zich dan goed in. Er zijn veel goede en waardevolle boeken over het fokken van hon‐ den. Geniet van die korte periode dat de puppen bij u verblijven. Selec‐ teer zorgvuldig goede adressen voor uw puppen en voorzie de nieuwe eigenaren van goede informatie over het ras, de opvoeding en dergelijke. Dus, bezint eer gij begint!
18
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
Aanbevolen literatuur
De Border Terrier in Woord en Beeld, uitgave van de NBTC De geboorte bij de hond, van Dr. C. Naaktgeboren Het fokken van honden, van E. Fitch Daglish FokkersWijzer, uitgave van Kynotrain
Algemene literatuur over Border Terriers Border Terriers Today, Anne Roslin‐Williams Border Terrier, Fr. & J. Jackson About the Border Terrier, V.R. Collins Pet Owner Guide to the Border Terrier, B. Judge The Border Terrier, USA, D. van Gordon, Kline & Bennet Border Terrier, Ruggles Border Terrier, W. Steen (Duitstalig) De Border Terrier in Woord en Beeld, uitgave van de NBTC De uitgaven onder Algemene literatuur zijn verkrijgbaar bij de Club‐ winkel van de NBTC.
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
19
BASISBENODIGDHEDEN VOOR DE BEVALLING Bijlage 1 ‐ Werpkist ‐ Vetbed en eventueel onderleggers ‐ Stapel oude kranten ‐ Stapel oude handdoeken ‐ Thermometer ‐ Weegschaal ‐ Kruik of warmteplaat (indien nodig) ‐ Glucosepoeder (druivesuiker) ‐ Pipet, druppelaar ‐ Voedingsflesje met speentje ‐ Puppymelkpoeder of blikken puppymelk ‐ Ontwormmiddel (via dierenarts) ‐ Schriftje voor het bijhouden van ontwikkeling puppen (groei en eventuele bijzonderheden) ‐ Puppyren
20
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
STAMBOOMAANVRAGEN STAP VOOR STAP
Bijlage 2
1. Dekaangifte Binnen drie weken (21 dagen) na de dekking stuurt de fokker een dekaangifteformulier naar de Raad van Beheer. Let op: handtekening eigenaar reu is vereist. Bij de ontvangstbevestiging van de dekaangifte stuurt de Raad van Beheer de fokker een geboorte‐ aangifteformulier. Let op: controleer alle gegevens.
2. Geboorteaangifte Binnen 10 dagen na de geboorte moet het geboorteaangifteformulier bij de Raad van Beheer zijn. Let op: de namen(!), het geslacht, de geboortedatum en het aantal pups zijn vereist.
3. Acceptgiro Na ontvangst van de geboorteaangifte stuurt de Raad van Beheer de fokker een acceptgiro. Let op: controleer alle gegevens.
4. Chippen Na betaling zal de chipper, in overleg met de fokker, tussen 5 en 8 weken na de geboorte komen chippen. De chipper neemt het gedeeltelijk ingevulde aanvraagformulier stambomen mee. Dat formu‐ lier wordt volledig ingevuld (o.a. chipnummers, kleuren) en wordt door de fokker ondertekend. Let op: pas op dit moment worden de eerder doorgegeven namen aan een specifieke pup gekoppeld!
5. Stambomen Binnen ca. 8 ‐ 12 weken na de geboorte stuurt de Raad van Beheer de stambomen naar de fokker.
6. Registratiebewijs De eigenaar staat niet op de stamboom vermeld, maar op een registratiebewijs. Op dit registratiebewijs staan de gegevens van de hond en de gegevens van de huidige eigenaar. Ver‐ der is er ruimte voor het invullen van een eventuele nieuwe eigenaar.
7. Eigendomsoverdracht van fokker naar koper De fokker ontvangt van de chipper een ʺaanvraagformulier registratiebewijsʺ. Als eigenaar staat op deze aanvraagformulieren, die slechts 6 maanden geldig zijn, de fokker van het nest vermeld. De fokker is verplicht elk aanvraagformulier (ook van de honden die hij zelf houdt) binnen deze ter‐ mijn om te zetten in een definitief registratiebewijs. Dat staat dan op naam van de pupkoper, voorop‐ gesteld dat binnen 6 maanden de naam van de koper bekend is.
8. Eigendomsoverdracht algemeen Bij het overdragen van het eigendom van een hond worden de gegevens van de nieuwe eigenaar in‐ gevuld op het registratiebewijs. Vervolgens ondertekenen zowel de nieuwe als de oude eigenaar het bewijs dat daarna naar de Raad van Beheer wordt gestuurd. De nieuwe eigenaar ontvangt een nieuw registratiebewijs van de Raad van Beheer met daarop zijn ei‐ gen naam. De stamboom ontvangt de nieuwe eigenaar van de oude eigenaar.
NB: De volledige stamboomprocedure en alle regels kunt u vinden op de website van de Raad van Beheer (www.raadvanbeheer.nl).
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC
21
AANTEKENINGEN 22
FOKKEN MET BORDER TERRIERS
BROCHURE VAN DE NBTC