Financiën in het Koninkrijk van God Document ID: Documentversie: Documentstatus: Datum: Auteur:
HLCA013571 1.2
Samenvatting:
Dit document doet een poging om in het kort weer te geven hoe tegen welvaart en welzijn aangekeken moet worden in het licht van het Woord van God. In 1Kronieken 4:10 staat: Jabes nu riep de God van Israel aan met de woorden: Wil mij toch overvloedig zegenen en mijn gebied vergroten; Laat uw hand met mij zijn; weer van mij het kwade, zodat mij geen smart treft! En God schonk wat hij had gevraagd.
Goedgekeurd: Hans Alles
25 oktober 2005 Hans Alles
26 oktober 2005
Financiën en het Koninkrijk van God
© 2005 Evangeliegemeente Sion Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De informatie in dit document mag niet worden gewijzigd zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Evangeliegemeente Sion te Montfoort.
Versiebeheer Documentnaam Document ID Versienummer Documentstatus Datum Auteur Betrokkenen
Financiën en het Koninkrijk van God HLCA013571 1.2 25 oktober 2005. Hans Alles Alle deelnemers aan de Carrousel 7 oktober 2005
Deze versie vervangt alle voorafgaande versies van dit document. Voorafgaande versies a.u.b. vernietigen! Beschrijving wijziging Wijzigingen Versie 0.1 1
Datum 4 oktober 2005 25 oktober2005
Eerste versie voor gebruik op de carrousel Definitieve versie
ii
Financiën en het Koninkrijk van God
Inhoud 1
Voorwoord ........................................................................................................1-1
2
Wat is het doel van God met deze wereld? ......................................................2-2
2.1 2.2 2.3
De visie van onze gemeente ............................................................................................................... 2-2 Welvaart ............................................................................................................................................. 2-3 Welzijn ............................................................................................................................................... 2-4
3
Onze financiën en de gemeente. .......................................................................3-1
3.1
Onze inkomsten en uitgaven .............................................................................................................. 3-1
3.1.1 Inkomsten kant..................................................................................................3-1 3.1.2 Uitgaven/bestedingen .......................................................................................3-1 3.1.3 Hoe gaan we om met geld ontvangen en geld uitgeven? ................................3-2 3.1.4 Rentmeesterschap .............................................................................................3-5 3.1.5 Samenvattend....................................................................................................3-5 4
Tienden, offers en aalmoezen ...........................................................................4-1
4.1 4.2
Wat zijn tienden?............................................................................................................................... 4-1 Wat zegt de bijbel over tienden? ........................................................................................................ 4-1
4.2.1 Enkele bijbelteksten waarom we tienden geven ..............................................4-1 4.2.2 Wat gebeurt er als wij onze tienden geven? .....................................................4-2 4.2.3 Waar moeten we opletten als wij tienden geven ..............................................4-2 4.3
Offers en aalmoezen,......................................................................................................................... 4-4
4.3.1 Offers ................................................................................................................4-4 4.3.2 Aalmoezen ........................................................................................................4-4 5
Samenvatting ....................................................................................................... 1
iii
Financiën en het Koninkrijk van God
1
Voorwoord
De leiding van de gemeente heeft besloten om op de vrijdagavonden 1x per twee weken een bijeenkomst voor alle gemeenteleden te beleggen. De start datum is 7 oktober 2005. De doelstelling van deze avonden is om op een andere wijze elkaar en God te ontmoeten. Alle leden zullen op deze avonden de gelegenheid krijgen om seminars te volgen, of seminars te geven over bepaalde door henzelf of door de leiding aangegeven onderwerpen. Verder zal voor belangstellenden een bidstond zijn en zullen alle leden van de gemeente 45 minuten in groepen bij elkaar zijn. Dit document beschrijft in het kort hoe wij als Christenen om behoren te gaan met onze financiën. Het document is als leidraad gebruikt in het tweede gedeelte van de eerste vrijdagavond op 7 oktober 2005 tijdens het carrousel uurtje. Het document laat voldoende ruimte over voor eigen interpretatie. Immers ieders persoonlijke situatie is anders. Dat betekent dat dit document niet gezien moet worden als een “handboek van soldaat”. Het gevaar zou dan aanwezig zijn dat wetticisme weer zijn intrede doet. Verder is het onmogelijk dat dit document in het uur dat we bij elkaar zijn, op alle vragen een pasklaar antwoord kunnen vinden. Zoals er op bepaalde onderdelen in de bijbel vele verschillende uitleggingen kunnen worden gegeven, zo is het zeker ook met dit onderwerp. Met elkaar zullen we hier een weg in moeten vinden, waarbij ik wil benadrukken dat de verantwoordelijkheid van interpretatie en het daarnaar handelen bij een ieder van ons individueel ligt.
Pagina 1-1
Financiën en het Koninkrijk van God
2
Wat is het doel van God met deze wereld?
Voordat we over het eigenlijke onderwerp gaan spreken wil ik eerst enkele uitgangspunten vaststellen:
2.1
De visie van onze gemeente
“Wij willen een plaats zijn waar mensen elkaar en God ontmoeten en door herstel en groei hun bestemming vinden”. Als we spreken over onze bestemming, dan bedoel ik daar uiteraard mee de bestemming die God met een ieder van ons voor ogen heeft. Deze bestemming is voor een deel gemeenschappelijk, en voor een deel op ons persoonlijk afgestemd. Willen we onze persoonlijke bestemming bereiken, dan zullen we zeker moeten werken aan de gemeenschappelijke bestemming. Je zou deze gemeenschappelijke bestemming kunnen zien als de grootste gemene deler van al het werk dat God hier op aarde doet. B.v de liefde van God laten zien aan mensen in je omgeving is een gemeenschappelijke gebod. Maar hoe iedere christen dat individueel aanpakt, is voor iedereen anders. Gods belangrijkste gebod Gods belangrijkste gebod staat in Leviticus 19:18, Matteus 19:19 Matt 22:36, Matt 22:36 en op nog vele andere plaatsen in de bijbel: (in eigen woorden gezegd) heb Mij lief op de eerste plaats met je hele wezen, en daarna (in feite gelijkwaardig aan het eerste gebod): heb u naaste lief als u zelf. In deze context betekent dit dat met alles wat we doen: ondernemen, geld uitgeven, hobby, activiteiten in de kerk of wat dan ook, we ons de vraag zullen moeten stellen: Voldoet deze handeling aan dit gebod? Gods belangrijkste opdracht In Marcus 16 vers 15-16 staat de opdracht, de oproep van Jezus voor een ieder die Hem wil volgen: Vertel mijn blijde boodschap aan een ieder die het horen wil en ik zal jullie met alles ondersteunen. (vrije vertaling van Hans Alles) Mensen naar zijn beeld en gelijkenis God wil dat we meer en meer op hem gaan gelijken (Genesis 1:26). Al in het begin van de bijbel beschrijft God wat Hij wil: mensen maken naar zijn beeld. Mensen die kunnen genieten van alles wat God geschapen heeft. Mensen die de liefde van God kunnen doorgeven aan hun kinderen, kindskinderen etc. etc. Maar God wilde dat de mens uit eigen vrije wil koos voor Hem. Hij wilde geen slaven, immers God zelf was ook vrij. Als Hij zich dan ten doel stelt om mensen naar zijn beeld te scheppen, moeten dat ook werkelijk vrije mensen zijn, met een vrije keuze. Door de zondeval is alles anders geworden. De mens heeft verkeerd gekozen, en plukt daar nu de wrange vruchten van. Maar toch blijft God zoeken naar mensen die Hem willen gehoorzamen. Mensen die er voor kiezen de grote opdracht en het grote gebod te volgen, zullen gaan ontdekken dat zij meer en meer op Jezus gaan lijken. Wanneer we dan deze avond spreken over welvaart en welzijn, zullen we deze begrippen moeten zien in het licht van de grote opdracht en het grote gebod van God.
Pagina 2-2
Financiën en het Koninkrijk van God
2.2
Welvaart
De definitie van het begrip welvaart is volgens de Larousse encyclopedie als volgt: “Een toestand van voorspoed en van materieel welzijn” Als we spreken over een welvarend land, of een welvarende streek, dan bedoelen we hier in de meeste gevallen mee, dat alle primaire levensbehoeften zijn vervuld zoals b.v eten, drinken, kleding, een dak boven je hoofd, gezondheidszorg, onderwijs, etc. Dat bovendien mensen nog materieel wat extra’s over houden om leuke dingen te gaan doen. (vakantie, leuke dingen kopen, luxe etc.) Nederland is, ondanks de onrust en de neerwaartse economische trend, nog steeds een zeer welvarend land. Materieel gezien hebben we het goed. Natuurlijk zijn er uitwassen. De vraag die we moeten stellen in dit kader is: welke prijs hebben we met elkaar betaald om deze welvaart te krijgen? Een nog zelfs indringender vraag, die gesteld moet worden, is: is het die prijs wel waard geweest. Wat is het gevolg van een grote welvaart op ons welzijn? Zorg voor de armen De bijbel erkent dat er altijd armoede zal zijn. Maar de bijbel zegt ook dat de rijken voor de armen dienen te zorgen. M.a.w. de rijken zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van de armen in hun omgeving. In Lucas 16 vanaf vers 19 lezen we over het verhaal van de rijke man en de arme Lazarus. Deze rijke man gaf niets om Lazarus. Hij had geen mededogen met hem, maar gebruikte de welvaart die hij had uitsluitend voor eigen doeleinden. Het eindresultaat was dat deze rijke man in de hel terechtkwam, terwijl Lazarus op een ereplaats bij Abraham kwam. Als Jezus gevraagd wordt naar het laatste oordeel, dan zien we in Matteüs 25 vanaf vers 31 hoe er geoordeeld wordt. Daaruit blijkt dat van ons wordt verwacht dat we wel degelijk moeten omzien naar mensen in problemen (Zieken, gevangenen, weduwen en wezen, etc.) Opmerkelijk is dat we in de bijbel niet zo veel verwijzingen zien dat Vadertje Staat voor ons moet zorgen. Nee, wij, als individueel mens, worden geacht om te zien naar het wel en wee van de ander. Samen zorgdragen In Handelingen 2 vanaf vers 43 zien we hoe men in de eerste gemeenten met elkaar omgaan: delen en leven onder de genade van onze Heer. God kon daarom dagelijks mensen toevoegen aan Zijn gemeente. Overal in de bijbel, zowel in het Oude als het Nieuwe Testament zien we dat God leefregels opgeeft over hoe we met de minder bedeelden, weduwen en wezen in onze samenleving moeten omgaan. We mogen als christen dat niet alleen aan de overheid overlaten, maar hebben hier zeker een eigen verantwoordelijkheid in. Dat betekent dus, dat wij als christenen, kerken en gemeenten, in een welvarend land als Nederland, een grote verantwoordelijkheid hebben naar onze naasten. Op de eerste plaats binnen de gemeente van Jezus Christus, maar ook buiten de gemeente zullen we deze verantwoordelijkheid ten opzicht van onze naasten moeten accepteren. Hoe en op welke wijze, legt God bij elk van ons afzonderlijk en bij zijn gemeenten neer.
Pagina 2-3
Financiën en het Koninkrijk van God
2.3
Welzijn
Het begrip welzijn heeft een veel breder karakter dan welvaart. Spreken we in welvaart meer over onze materiële zaken, welzijn heeft met de totale mens en zijn omgeving te maken. Bij het begrip welzijn denken we eerder aan gelukkig zijn, tevredenheid, blijheid, een goed gevoel hebben, veiligheid, geborgenheid etc., De Larousse encyclopedie definieert het begrip welzijn als volgt: “Een toestand van voldoening inzake de materiële en geestelijke behoeften op individueel en sociaal gebied”. Welzijn heeft te maken met gemeenschapszin, het zich goed voelen, zowel op materieel als geestelijk gebied. Wanneer bij de mens zijn primaire levensbehoeften (welvaart) zijn vervuld, dan gaan de geestelijke aspecten een veel belangrijkere rol spelen. Zo kan het gebeuren dat steenrijke mensen diep ongelukkig zijn, terwijl mensen die een eenvoudig leven leiden zeer gelukkig en tevreden zijn. Als we kijken naar Nederland, dan zullen we tot de ontdekking komen dat de meesten onder ons redelijk welvarend zijn, maar dat er een groot aantal mensen onder ons zijn die geestelijk helemaal het spoor bijster zijn en in grote eenzaamheid leven. Er is geen tijd geweest in dit land waar zo veel meer behoefte is aan psychologische en pastorale hulp als heden ten dage. Dat alles in ogenschouw genomen, zullen we ons moeten afvragen hoe wij als christenen onze positie hier in moeten nemen zowel op geestelijk als materieel/financieel gebied.
Pagina 2-4
Financiën en het Koninkrijk van God
3
Onze financiën en de gemeente.
In de diensten op zondag wordt er gesproken over allerlei zaken die te maken hebben met onze geestelijke groei. Natuurlijk is dat belangrijk, immers God is Geest, en hoe kunnen wij Hem steeds beter leren verstaan anders dan ons geestelijk steeds meer te laten onderrichten. Materiële zaken aan de orde brengen in de gemeente is vaak een ondergeschoven kind geweest. Alleen de collecte komt tijdens de dienst aan de orde. Maar hoe als rentmeester om te gaan met de schepping daar wordt weinig over gepreekt. In sommige kerken wordt het accent gelegd op het betalen van tienden: je moet tienden geven, natuurlijk over je bruto inkomen. Als je dat niet doet, ben je een dief van God. Er wordt dan verwezen naar o.a. Maleachi hoofdstuk 3. Als je dan je tienden geeft, en daar bovenop nog offers en aalmoezen gaf, dan zal God, zo stelt men in die kringen, je honderdvoudig belonen. In andere kerken wordt er weinig aandacht aan geschonken. De collecte wordt opgehaald en de kerk moet het maar financieel zien te rooien. Het gevolg is vaak dat de voorganger met een hongerloontje moet zien rond te komen en er weinig geld beschikbaar komt voor allerlei geestelijke en materiële projecten.
3.1
Onze inkomsten en uitgaven
Kijken we naar de verdeling van onze inkomsten/uitgaven, dan kunnen we in grote lijnen de volgende groepen van inkomsten/bestedingen hier in onderscheiden. De hoogte van de verschillende onderdelen is afhankelijk van je persoonlijke omstandigheden. 3.1.1 Inkomsten kant Aan de inkomsten kant is het feitelijk vrij eenvoudig. Daar bestaan voor de meesten van ons de componenten uit: •
Salaris inclusief vakantiegeld als werknemer en/of
•
Inkomsten uit je eigen bedrijf (Ondernemersschap) en/of
•
Een vorm van uitkering en/of
•
Pensioen, VUT, AOW en/of
•
Subsidies en/of
•
Inkomsten uit je spaarpotje
•
Giften
Voor de meesten van ons zullen de inkomsten beperkt blijven tot maandsalaris en vakantiegeld. Voor gepensioneerden geldt een inkomen uit VUT regelingen en/of AOW plus opgebouwde pensioen. 3.1.2 Uitgaven/bestedingen Aan de uitgave kant zijn veel meer varianten mogelijk. Immers het uitgavenpatroon kan van persoon tot persoon, van gezin tot gezin drastisch verschillen. De belangrijksten uitgaven die we per maand/per jaar doen zijn meestal: •
Tienden
•
Belastingen lokaal, provinciaal, en landelijk
•
Huur van woning/aflossing van een woning
•
Aflossing schulden en renten hier over
•
Energiekosten en water
Pagina 3-1
Financiën en het Koninkrijk van God
•
Autokosten
•
(Ziekte) verzekeringen
•
Telefoon
•
Eten en drinken
•
Kleding
•
Vakantie
•
Hobby en sport
•
Al overige uitgaven
Opmerking: deze rij staat los van haar belangrijkheid en of prioriteit. Wat hebben deze dingen te maken met de financiën binnen het Koninkrijk van God? Als we spreken over de financiën in relatie tot het Koninkrijk van God, en hoe wij hier mee om horen te gaan, dan bedoel ik hiermee de verdeling van alles wat we in ons leven van Hem hebben ontvangen: geld, materie, vrije tijd, kennis, kunde en vaardigheden etc. Dat is dus meer dan geld alleen. Immers tijd is geld, materie is geld, en zelfs onze kennis, kunde en vaardigheden kunnen vertaald worden naar geld. In het kader van dit korte seminar zullen we ons beperken tot de financiële zaken (dus geld) in ons leven. Hoe we onze kennis, kunde en vaardigheden moeten besteden en hoe we om moeten gaan met onze vrije tijd komt niet aan de orde. Wel zou ik in deze brede context het volgende willen zeggen: Wij mogen van alles wat we van God gekregen hebben voor een groot deel voor onszelf gebruiken, maar we zullen ook moeten leren een deel terug te geven aan Hem! Hoe groot dat deel zou moeten zijn is afhankelijk van ieders persoonlijke situatie. Jezus was meer onder de indruk van de penning die de weduwe in de offerkist wierp, dan van wat de rijke mensen gaven. (Marcus 13: 41-44). Het begrip tienden hoeft dus niet altijd de rigide 10% zijn, maar kan op individueel niveau zowel meer of minder zijn! 3.1.3 Hoe gaan we om met geld ontvangen en geld uitgeven? Wanneer we naar een bank gaan om b.v. een hypotheek af te sluiten zal de bank als één van de eerste vragen stellen: wat is uw inkomen? Immers de bank wil zeker weten dat het geld vertrouwd wordt uitgeleend. Zo is de eerste vraag die wij als Christenen bij ons zelf moeten stellen de volgende: komt mijn uitgave patroon (maar soms ook mijn inkomsten patroon) overeen met het woord van God? Laten we eerst eens kijken wat God zegt over geld en vermogen. Ik heb enkele verzen gekozen uit verschillende boeken van de bijbel. Tegelijkertijd realiseer ik mij dat er nog veel meer informatie hier over in de bijbel is te vinden. •
Psalm 15 vers 5: voor een lening vraagt hij geen rente, hij verraadt geen onschuldigen voor geld. In een ander vertaling staat: hij leent zijn geld niet op woeker. (Woekerwinsten zijn niet toegestaan)
•
Spreuken 28:8: wie zijn bezit vergroot met woekerrente, vergroot het voor wie zich bekommert om verschoppelingen. Ma.w. als je op woeker uitleent zorgt God er voor dat de winst niet bij jou, maar bij de arme terechtkomt. (Woekerwinsten zijn niet toegestaan)
•
Spreuken 22:9: een rijke heeft macht over armen, wie leent, is de slaaf van wie uitleent (Waarschuwing tegen lenen).
•
Spreuken 15:27: wie woekerwinst najaagt richt zijn huis ten gronde. (De gevolgen van woekerwinsten, lees uitbuiting)
Pagina 3-2
Financiën en het Koninkrijk van God
•
Deuteronomium 2:6: het voedsel dat jullie nodig hebben, moet je gewoon van hen (de afstammelingen van Esau) kopen. (handel is dus gewoon toegestaan)
•
Deuteronomium 14:24-26: voor het geval u niet in staat bent om uw tiende en uw offergaven die hele afstand mee te nemen- zeker wanneer de Heer u rijk gezegend heeft – omdat de plaats die hij (God) uitkiest te ver weg is, moet u uw afdracht te gelde maken en met dat geld in de buidel naar de plaats van zijn keuze gaan. Daar mag u het uitgeven aan alles wat u maar (feestvieren!!!!) (Koop en verkoop is dus toegestaan, maar je geld aan feesten besteden, feesten tot eer van God is dus ook toegestaan)
•
Spreuken 13:16: wie met eigen hand vergaart, die wordt rijk (Als je werkt wordt je rijk)
•
Spreuken 20:21: rijkdom die in korte tijd verworven is, brengt geen zegen voor later. (Je zult voor je geld moeten werken, snel geld maken geeft een terugval)
•
Spreuken 10:22: de zegen des Heren, die maakt rijk
•
Spreuken 22:9: een goedhartig mens wordt gezegend, hij deelt zijn voedsel met de armen (God beloont goedhartigheid)
•
Spreuken 22:9: een goede naam is te verkiezen boven grote rijkdom. Waardering boven zilver en goud. (Welzijn boven welvaart!)
•
Spreuken 22:4: wie bescheiden is en ontzag heeft voor de Heer wordt beloond met rijkdom, eer en een lang leven. (Welzijn boven welvaart)
•
Spreuken 20:13: slaap niet al te graag, dan word je niet arm, sta vroeg op, dan heb je genoeg te eten. (Werken is gezond, maar luiheid is niet van God)
•
Spreuken 21:25: de verlangens van een luiaard leiden tot zijn dood, hij weigert zijn handen te gebruiken. (Je zult moeten werken voor je geld, anders heb je geen eten)
Maar ook in het nieuwe testament spreekt God over rijkdom en geld. Met name wordt er gewaarschuwd tegen onrechtmatig winstbejag en hebzucht. •
Titus 1:10-11: want er zijn veel ongehoorzame mensen, praatjesmakers en bedriegers, vooral onder de joodse gelovigen. Hen moet de mond worden gesnoerd; zij richten hele families te gronde door uit schandelijk winstbejag de verkeerde dingen te onderwijzen (Uitbuiterij is dus niet toegestaan)
•
Lucas 12:15: pas op, hoed je voor iedere vorm van hebzucht, want iemands leven hangt niet af van zijn bezittingen, zelfs niet wanneer hij die in overvloed heeft. (Laat je leven niet leiden door bezittingen, er zijn belangrijkere zaken aan de orde!)
•
Efeze 5:3: laat er bij u geen sprake zijn van hebzucht, deze dingen horen niet bij heiligen. (God haat begeerte naar geld. Hebzucht heeft ook zijn prijs: je bent niet bemind bij God, want hebzucht is afgoderij)
•
Col 3:5: laat dus wat aards is in u afsterven: ontucht, zedeloosheid, hartstocht, lage begeerte en ook hebzucht- hebzucht is afgoderij- want om deze dingen treft Gods toorn degenen die Hem ongehoorzaam zijn.
•
Lucas 6:23: gelukkig jullie armen, want aan jullie behoort het koninkrijk der hemelen. Kijken we naar de oorspronkelijke betekenis, dan worden hiermee de ellendigen, de verschoppelingen, etc. bedoeld. (Rijkdom sluit de ogen vaak voor het Koninkrijk van God, dat eeuwigheidswaarde heeft)
•
Lucas 6:24-25: maar wee u gij rijken, want gij hebt al ontvangen. Wacht maar, jullie die nu overvloed hebben, want jullie zullen hongeren. (Jezus waarschuwt voor rijkdom, het kan je afhouden van Hem)
•
De gelijkenis in Lucas 12 laat het duidelijk zien: schatten verzamelen op aarde heeft grote betrekkelijkheid. (Richt je meer op het koninkrijk van God en al het andere komt goed).
•
Matt. 6:19: verzamel voor jezelf geen schatten op aarde: mot en roest vreten ze weg en dieven breken in om ze te stelen. Verzamel schatten in de hemel. ...... Waar je schat is, daar zal ook je hart
Pagina 3-3
Financiën en het Koninkrijk van God
zijn. (Je kunt geen twee heren dienen: de mammon en God)
Pagina 3-4
Financiën en het Koninkrijk van God
•
Jacobus 5: en nu iets voor u, rijken! Weeklaag en jammer om de rampspoed die over u komt. Uw rijkdom is verrot en uw kleding is door mot aangevreten, en de roest zal tegen u getuigen en als vuur uw lichaam verteren. U hebt uw schatkamers gevuld, hoewel de tijd teneinde loopt. Hoor de klacht van het loon, dat u de arbeiders die uw velden maaien hebt onthouden etc.....(Een waarschuwing voor al degenen die op een oneigenlijke manier rijk zijn geworden)
Strekking van deze bijbelteksten De strekking van deze bijbelteksten is dat God geen enkel bezwaar heeft tegen geld en bezit, alleen de hamvraag is: hoe ben je aan dat geld gekomen en hoe ga je er mee om. Ben je verslaafd aan geld? Beheer je het of verkwist je het geld. Wij weten dat God het goede met ons voorheeft. God wil niet dat wij slapeloze nachten hebben vanwege onze zorgen om het geld. Ook dat vinden we in Lucas 12: wees toch niet bezorgd. God voedt ons. Hij geeft kleding en een dak boven ons hoofd. Vers 31: zoek liever het koninkrijk van God en die andere dingen zullen jullie erbij gegeven worden.
3.1.4 Rentmeesterschap Al met al kunnen we stellen dat God wil dat we als een goede huisvader omgaan met deze aarde, met de grondstoffen en met ons geld. In feite met alles wat we van God hier op aarde hebben gekregen of wat ons persoonlijk is toevertrouwd. Ik geloof dan ook dat goed rentmeesterschap over alles wat we beheren, te maken heeft met ons welzijn. Genieten van het leven mag, maar verspilling mag niet aan de orde zijn. In een belangrijke bijbeltekst die “verborgen lijkt te zijn” in de eerste brief van Petrus hoofdstuk 4 vers 7 – 11 kunnen we lezen: •
Het einde van alles is nabij. Komt daarom tot bezinning en weest helder van geest, zodat u kunt bidden. (Besteed dus niet al je tijd en geld aan onnodige dingen)
•
Hebt elkaar lief, want liefde bedekt tal van zonden. (Een liefdevolle gemeenschap is beter dan een huis vol met hebbedingetjes)
•
Weest gastvrij voor elkaar zonder te klagen. (Zet je huis open voor de ander, ook al kost het geld)
•
Laat ieder van u de gave die hij van God heeft gekregen, gebruiken om de ander daarmee te helpen, zoals het goede beheerders (rentmeesters) van Gods veelsoortige gaven betaamt. (Denk aan de talenten die God je heeft gegeven,houd ze niet voor jezelf maar om Gods Koninkrijk te bouwen)
3.1.5 Samenvattend We kunnen alles over welvaart en welzijn in enkele woorden samenvatten: •
Welvaart is goed, als het niet ten koste van anderen gaat. Welvaart zal gedeeld moeten worden. Een ieder van ons is verantwoordelijk hoe hij of zij daar mee omgaat.
•
Welzijn betekent meer dan alleen materiële voorspoed. Het betekent een samen gelukkig zijn in de gemeenschap waarin je leeft. Met elkaar zijn we verantwoordelijk voor zowel ons gemeenschappelijke welzijn als ons persoonlijk welzijn.
In beide gevallen moeten we voorkomen dat er uitwassen ontstaan, m.a.w. je blijft altijd verantwoordelijk voor je eigen bestedingen en mag de maatschappij niet verantwoordelijk stellen voor jouw welvaart (of armoede) en welzijn (of depressie.)
Pagina 3-5
Financiën en het Koninkrijk van God
Gemeenschappelijk delen Aan de andere kant dragen we in deze maatschappij de verantwoordelijkheid voor al degenen, die het zelf, om welke reden dan ook, niet kunnen rooien. Ik geloof, dat wij als christenen, kerken en gemeenten meer en meer een cruciale rol gaan spelen op het gebied van het welzijn van onze medemens. Daarom is het ook zo belangrijk dat wij onze kerk of gemeente financieel ondersteunen. Meer en meer zal er geld nodig zijn om mensen binnen de beschermde omgeving van de gemeente een plekje te kunnen geven. Een plekje waar zij zich geen zorgen hoeven te maken over hun directe primaire levensbehoeften. Pas wanneer aan die behoefte is voldaan zullen deze mensen open kunnen/willen staan voor verder geestelijke hulp. Daarom spreekt de bijbel ook over tienden, offers en aalmoezen.
Pagina 3-6
Financiën en het Koninkrijk van God
4
Tienden, offers en aalmoezen
4.1
Wat zijn tienden?
Tienden bedragen, die je geeft aan de gemeente waar je jezelf in hebt gevoegd. Dus de plaatselijke gemeente, waar jij te kennen hebt gegeven om lid van te zijn. God geeft ons de opdracht om daar onze tienden te betalen. De grote vraag is altijd weer: hoeveel moet je dan geven en wat zegt de bijbel hier over? Ik besef, dat het geven van tienden op verschillende wijzen wordt uitgelegd. Mijn mening is dus een van de vele meningen over dit onderwerp. Ik respecteer de mening van de ander, en ik vraag de lezer ook om mijn mening te respecteren. Ieder zal voor zich moeten uitmaken hoeveel geld hij aan de gemeente zal geven.
4.2
Wat zegt de bijbel over tienden?
Zowel in het oude testament als, beperkt, in het nieuwe testament wordt er gesproken over tienden. Tegenstanders van het geven van tienden en dan bedoel ik 10% van alles wat je ontvangt, zeggen dat in het Oude Testament de tienden te maken had met de opbrengst van het land. Uit oude bronnen zou je kunnen opmaken dat mensen, die in de stad wonen en daar hun werk hebben, geen tienden hoeven te betalen. Anderen stellen dat we nu onder de genade vallen en niet meer letterlijk de wetten van het Oude Testament hoeven na te leven. Jezus zegt echter in Matteüs 5:17: Denk niet dat ik gekomen ben om de Wet (het OT) of de Profeten af te schaffen, maar om ze in vervulling te brengen. Naar mijn beleving betekent dit dat tienden in het Nieuwe Testament nog net zo veel betekenis hebben als in het Oude Testament. Er is echter een dimensie bij gekomen: Wij geven nu niet meer ons geld omdat het moet, maar omdat wij daar uit vrije wil voor kiezen, omdat wij beseffen wat Jezus voor ons heeft gedaan. De genade van onze Heer drijft ons door zijn Heilige Geest te geven. Dus geen wetticisme meer! 4.2.1 Enkele bijbelteksten waarom we tienden geven Er zijn vele redenen waarom wij tienden geven. De belangrijkste redenen zijn naar mijn beleving: •
Om niet verslaafd te raken aan geld In Matt. 6:24 staat: niemand kan twee heren dienen, want hij zal of de ene haten en de andere liefhebben, of zich aan de ene hechten en de andere minachten; Gij kunt niet God dienen en de Mammon.
•
Om zo onze toewijding aan Jezus te tonen Verzamelt u geen schatten op aarde, waar mot en roest ze ontoonbaar maken en waar dieven inbreken en stelen; maar verzamelt schatten in de hemel, waar noch mot noch roest ze ontoonbaar maken,waar geen dieven inbreken of stelen. (Matt. 6:19-21)
Pagina 4-1
Financiën en het Koninkrijk van God
•
Om gehoorzaam te zijn aan God Dwaalt niet, God laat niet met zich spotten. Want wat een mens zaait, zal hij ook oogsten. Want wie op de akker van het vlees zaait, zal uit het vlees verderf oogsten, maar wie op de akker van de Geest zaait, zal uit de Geest eeuwig leven oogsten. Laten we niet moede worden goed te doen, want, wanneer het eenmaal tijd is, zullen wij oogsten, als wij niet verslappen (Galaten 6:7-9).
•
Om het werk van Gods Koninkrijk te bevorderen Breng de gehele tiende naar de voorraadkamer, opdat er spijze zij in mijn huis; beproeft Mij toch daarmede, zegt de Here der heerscharen, of Ik dan niet voor u de vensters van de hemel zal openen en zegen in overvloed over u uitgieten (Maleachi 3:10).
•
Om Gods zegen te ontvangen Geeft en u zal gegeven worden: een goede, gedrukte, geschudde, overlopende maat zal men in uw schoot geven. Want met de maat, waarmede gij meet, zal u weder gemeten worden. (Lucas 6:38)
4.2.2 Wat gebeurt er als wij onze tienden geven? Het geven van tienden zal een geestelijk effect hebben op ons en in de geestelijke wereld. Wat gebeurt er zoal? •
Op de eerste plaats erkennen wij dat God de echte eigenaar is van alle dingen. Hij heeft alles gemaakt tot zijn eer! Psalm 24:1: Van de Heer is de aarde en alles wat daar leeft, de wereld en haar bewoners.
•
Door het geven van tienden, laten wij zien dat we vertrouwen hebben in onze God. Fil 4:19: mijn God zal uit de overvloed van zijn majesteit elk tekort van u aanvullen, door Christus Jezus. (Dit zegt Paulus naar aanleiding van de gaven van de Filippenzen aan hem)
•
Het laat zien dat wij gehoorzaam willen zijn aan Gods Woord. (Maleachi 3:10)
•
Het is een investering voor onze eigen toekomst. Maleachi 3:10: (Stel mij maar eens op de proef, zegt de Here van de hemelse machten. Breng alle tienden naar mijn voorraadkamer, zodat er voedsel in mijn tempel is en zie dan of ik niet de sluizen van de hemel voor jullie open en zegen in overvloed op jullie land laat neerdalen.
•
Door onze tienden te geven, kunnen we gerichter evangeliseren, en de blijde boodschap in woord en daad verkondigen. De buitenwereld zal dan zien hoe wij gezegend worden door God, en hoe door ons heen anderen gezegend zijn.
4.2.3 Waar moeten we opletten als wij tienden geven Het zal duidelijk zijn dat we als christenen niet krenterig moeten zijn met het geven van ons geld aan zijn Koninkrijk. Ik spreek bewust niet over 10%. Iedereen moet dat maar voor zich zelf uitmaken. Maar wel zou ik hier het volgende over willen zeggen: God is geen krenterige God. God is een God van overvloed. Kijk maar naar de natuur. Een overvloedig scala aan bloemen, planten, dieren, vissen, bomen en mensen etc. etc. heeft God gemaakt. Waarom zouden wij dan als kinderen van Hem, die zoveel aan Hem te danken hebben, krenterig geven? Dat alles laat onverlet dat voor de één 10% van je netto loon erg veel is, maar voor de ander 10% van zijn of haar bruto loon een schijntje. Als Bill Gates 100 miljoen dollar weggeeft, dan is dat voor hem een schijntje van zijn vermogen, als een weduwe in de bijstand zonder pensioentje van haar netto besteedbare inkomen 50 Euro weggeeft, is dat een heel bedrag. Daarom, slechts enkele algemene opmerkingen: •
Besluit regelmatig te geven. 1Kor.16:2a: laat ieder van u elke dag naar vermogen iets opzij leggen.....
• •
Besluit naar vermogen te geven. Niets hoeft dus in een spanningsveld terecht te komen. Geef naar wat je geweten je ingeeft, en houd in gedachte dat God niet krenterig is. Jij hoeft dat ook niet te zijn.
Pagina 4-2
Financiën en het Koninkrijk van God
•
Geef gul, wees niet krenterig. 2Cor9:8 en verder: God heeft de macht u te overstelpen met al zijn gaven, zodat u altijd en in alle opzichten voldoende voor uzelf hebt en nog ruimschoots kunt bijdragen aan allerlei goed werk ..........
•
Besluit opgewekt te geven. Als je tegen je zin in geeft, geef dan niet. Je moet niets van God, je mag werken in zijn Koninkrijk o.a. door te geven. 2 Kor 9:7: een ieder doet, naarmate hij zich in zijn hart heeft voorgenomen, niet met tegenzin of gedwongen, want God heeft de blijmoedige gever lief.
•
Besluit met een dankbaar hart te geven. Immers God ziet je hart aan, ziet hoe je geeft, en Hij zal dat zeker belonen. Vooruitlopend op deze beloning mag je Hem al dankbaar zijn. Maar wat nog belangrijker is, is het feit dat je je mag verheugen en dankbaar zijn dat je kunt geven, en daarmee een ander helpt. Trouwens, geeft geven niet een veel diepere vreugde in je hart als ontvangen? Fil.4:19: Mijn God zal in al uw behoeften naar zijn rijkdom heerlijk voorzien in Christus Jezus.
•
Tot slot: het is een opdracht van God om te geven, wees daar dan gehoorzaam in. Niet vanuit wetticisme, maar vanuit de liefde voor Hem en dat door jouw tienden anderen van Zijn Koninkrijk kunnen horen. Lucas 6:38: geeft en u zal gegeven worden: een goede, gedrukte, geschudde, overlopende maat zal men in uw schoot geven. Want met de maat, waarmede gij meet, zal u weder gemeten worden.
Pagina 4-3
Financiën en het Koninkrijk van God
4.3
Offers en aalmoezen,
De tienden zijn een bedrag dat direct in relatie staat tot je inkomen. Als de bijbel spreekt over tienden, dan is dat 10%. Ieder christen zal voor zichzelf uit maken of dat van het bruto of netto inkomen is. In mijn beleving zou je dat percentage aan de plaatselijke gemeente waar jij je in hebt gevoegd moeten gaan. Daarbuiten komen in de bijbel nog twee andere financiële begrippen voor:
4.3.1 Offers Offers zijn extra giften aan God, zoals b.v. zending en bediening. Offers worden boven op tienden gegeven. B.v. je bent op een conferentie, en er wordt een offer gevraagd voor de sprekers om hun onkosten te kunnen dekken. Als je daar aan geeft, dan valt dat niet onder de tienden, maar onder het offer. Offers hoeven geen regelmatig terugkerende daden te zijn. Het kan wel, maar hoeft niet. 4.3.2 Aalmoezen Het begrip aalmoezen komt veel in de bijbel voor en heeft altijd te maken met het helpen van mensen in nood. B.v er wordt gecollecteerd voor het helpen van mensen die in moeilijkheden zijn gekomen door een natuurramp, waardoor zij alles kwijtgeraakt zijn, dat noemen we een aalmoes. Een aalmoes hoeft dus niet een heel klein bedrag te zijn. Het is een gift aan arme mensen. Ook aalmoezen komen boven op de reguliere tienden.
Pagina 4-4
Financiën en het Koninkrijk van God
5
Samenvatting
God wil dat wij niet afhankelijk worden van onze materiële welvaart. God heeft helemaal geen moeite met rijkdom, maar verlangt wel dat we er als goede rentmeesters mee omgaan. Bij God gaat het om ons welzijn. God wil dat we bij alles wat wij ondernemen ons afvragen of dit alles bijdraagt tot zijn Koninkrijk. Stellen we daarom bij alles wat we ondernemen wel de volgende vragen? -
Is dit goed rentmeesterschap? Heb ik het wel nodig wat ik wil aanschaffen? Draagt deze besteding bij aan het Koninkrijk van God? Help ik er een ander mee? Is het een verantwoorde uitgave t.o.v. de rest van mijn uitgaven? Komen mijn tienden, offers en aalmoezen in het gedrang? Is er een beter alternatief?
Kortom laat bij al je uitgaven je gezonde verstand werken, en laat je niet leiden door impulsaankopen of nog erger: hebzucht. Dan kan je geld beter besteed worden in zijn Koninkrijk. Laten we ons leiden door het gebod van God en de grote opdracht: Het grote gebod luidt: (Lucas 10:27) Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart, met heel uw ziel, en heel uw kracht en met heel uw verstand, en uw naaste als u zelf. De grote opdracht luidt: (Marcus 16) Trek heel de wereld rond en maak aan ieder schepsel het goede nieuws bekend. Wie gelooft en gedoopt is, zal worden gered, maar wie niet gelooft zal worden geoordeeld. Ik wens jullie allen Gods zegen toe bij alle besluiten die jullie over dit onderwerp zullen nemen.
Pagina 5 - 1