Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 1 of 19
Filicide-Suicide door Moeders vanuit een Zelfmoordperspektief.
Het opsporen en inschatten van gedachten1 hieromtrent Robbert Jan Schalekamp, PsyD
@ 2005 by Robbert Jan Schalekamp. All rights reserved.
Een paar maanden geleden, toen het goed met haar ging vertelde ze me dat ze een jaar eerder met plannen rondliep om zichzelf en de kinderen te doden maar besloot om de het niet te doen toen ze haar psychotherapeute tegenkwam in het dorp. Toen ik vanmiddag de ambulance zag, vreesde ik het ergste (Citaat uit het politierapport van een vriendin van een vrouw die eerder op de dag zichzelf en haar twee dochters gedood had)
Er is een kans dat gedeprimeerde en potentieel suicidale moeders van jonge kinderen met de gedachte spelen om niet alleen zichzelf, maar ook hun kinderen te doden. Terwijl de kans op een daadwerkelijke poging extreem klein is, is de kans dat de moeders met zulke plannen rondlopen veel groter dan behandelende therapeuten denken. Ik heb enkele schattingen opgenomen van de frequentie van dit fenomeen. Het soort moeders die het kwetsbaarst zijn voor het hebben van deze gedachten wordt eveneens besproken alsmede omstandigheden die als aanleiding kunnen functioneren. Ik bepleit dat de beginselen en bevindingen van de studie van reguliere zelfmoord toegepast kunnen worden op de studie van filicide-suicide. Daarnaast stel ik aan de orde wat de gevolgen kunnen zijn voor het therapeutisch process, als deze gedachten aanwezig zijn, en hoe belangrijk het is dat de gedachten bespreekbaar gemaakt worden. Er zijn geen studies verricht over de vraag of moeders voorafgaand aan filicide-suicide daarover nagedacht heben. Evenmin is dit een duidelijk thema in studies over moeders die een fatale dan wel niet-fatale zelfmoordpoging gedaan hebben na een of meer van hun kinderen gedood te hebben. Echter, een grondige analyse van deze studies en de casussen die erin opgenomen zijn verschaft sterke aanwijzingen dat mfs moeders vaak maanden, en soms jaren met gedachten en plannen met betrekking tot filicide-suicide rondgelopen hebben voordat ze daadwerkelijk een poging tot mfs deden. Ik heb het aspect filicide-suicide door moeders bestudeerd in studies over filicide en homicide-suicide. Studies die na 1990 gepubliceerd zijn, en vooral studies die gepubliceerd zijn buiten de VS, betrekken alle gevallen van filicide in een bepaald gebied gedurende een bepaalde periode in hun onderzoek. Hierdoor geven ze een vollediger beeld dan dat van studies die alleen patienten van psychiatrische ziekenhuizen in beschouwing nemen, omdat deze patienten per definitie geen fatale zelfmoordpoging gedaan heben. Het is vermeldenswaard dat veel van de recente studies over filicide een aparte categorie heben voor filicide-suicide, en soms zelfs voor subcatgegorien voor fatale en niet-fatale zelfmoordpogingen. Mijn literatuuronderzoek toont ook aan dat er veel misvattingen bestaan, met name in studies die gepubliceerd zijn voor 1990 en in de de VS. Ik zal eerst een aantal van deze misvattingen aan de orde stellen. Veel van deze misvattingen spelen nog steeds een belangrijke De term ideation uit de Engelstalige samenvatting is meestal door mij vertaald als gedachtes. Soms handhaaf ik de term ideation, ook in de Nederlandse vertaling. 1
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 2 of 19
rol in het debat over mfs en mfs ideation. Tevens zal ik enkele mogelijke schattingen over de fequentie van mfs en mfs ideation. Daarnaast bespreek ik mogelijke indicaties van de aanwezigheid en de ernst van ideation over mfs. Deze indicaties kunnen Wellicht nuttig zijn voor een therapeut die werkt met clienten die een risico lopen dit soort gedachten te heben. Het gaat dan om gedeprimeerd en potentieel suicidale moeders van jonge kinderen. Tenslotte bespreek ik de beperkingen alsmede de sterke punten van mijn onderzoek.
Misvattingen en de realiteit over filicide-suicide door moeders Misvatting 1: Filicide-suicide door moeders vindt plaats in het kader van kindermishandeling, een psychotische episode of wraak jegens de vader van de kinderen. De meeste moeders die een fatale zelfrmoordpoging deden na een of meer van hun kinderen gedood te heben konden goed meekomen in het alledaagse leven en stonden bekend als “perfecte” moeders, zonder symptomen van psychotische episodes/aanvallen, en evenmin geassocieerd met kindermishandeling of misbruik van alcohol of verdovende middelen. Zij hadden de mfs poging grondig voorbereid en weloverwogen en zorgvuldig uitgevoerd, en derhalve niet in een vlaag van impulsiviteit. In het algemeen waren al hun kinderen het doelwit, en doodden ze ook alle kinderen. Ze gebruikten methods die gezien werden als pijnloos zoals gas of verdrinking. Voor de zelfmoordpoging gebruikten ze over het algemeen dezelfde methode als voor de filicide. Als dat niet mogelijk was, dan werd vaak gebruik gemaakt van gewelddadige methods zoals vuurwapens of ophanging. Voordat tot een mfs poging werd overgegaan speelde de moeder al met gedachtes hierover, “ideation”. Vaak bestond de gedachte uit een angst dat haar kind hetzelfde soort miserabele bestaan zou heben als de moeder meende zelf gehad te heben. Daarom beschouwde de moeder het als haar moederlijke plicht om haar kinderen te behoeden voor dit soort vresellijke toekomst. De enige manier waarop de moeder dit nog kon doen bestond uit het doden van haar kinderen en haarzelf. Filicide als een gevolg van fatale kindermishandeling wordt over het algemeen gezien als een ongeluk en niet als het resultaat van planning, zoals dat bij de mfs moeder het geval is. Eveneens is het zo dat in dergelijke gevallen slechts een kind gedood wordt, terwijl de mfs moeder over het algemeen al haar kinderen doodt. Moeders die hun kinderen doden als gevolg van een psychotische aanval handelen zo niet weloverwogen, maar wel doelgericht. M.a.w. de doding is niet het gevolg van een ongeluk. Hoewel de filicide voorafgegaan kan zijn door gedachten hierover, is het patron van de gedachtenvorming en eventuele voorbereiding anders dan wat in het algemeen plaats vindt bij filicide-suicide. Vaak worden dit soort types van kinderdoding niet vergezeld van een zelfmoordpoging en wanneer dat
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 3 of 19
wel zo is, dan zijn ze vaak niet fataal. Daarnaast is het zo dat in de meeste van dergelijke gevallen slechts een kind het doelwit is. Moeders die hun kinderen doden om wraak te nemen op de vader van de kinderen doen meestal geen zelfmoordpoging en wanneer ze wel een poging doen dan is het meestal op een impulsieve en niet-fatale wijze.
Misvatting 2: Moeders die iets te maken heben met mfs heben geen therapeutische hulp ontvangen. Studies die na 1990 gepubliceerd zijn (Alder & Baker, 1997; Alder & Polk, 2001; Bourget & Gagne, 2002; Haapasalo & Petaejae, 1999; Meszaros & Fisher-Danzinger, 2000; Okumura & Kraus, 1996) tonen aan dat 70 tot 100% van de moeders die een fatale of niet-ftale zelfmoordpoging gedaan hadden na filicide psychotherapie ontvangen hadden gedurend het jaar voorafgaande aan hun poging. De laatste sessie had soms slechts enkele dagen voorafgaand aan de poging plaatsgevonden. Indien gedachtes over filicide-suicide een vaker voorkomend fenomeen is dan daadwerkelijke pogingen, zoals ik betoog, dan vergroot dat de kans dat de gedeprimeerd en potentieel suicidale moeder van jonge kinderen die out-patient psychotherapie ontvangt gedachten koestert over filicide-suicide. Derhalve is het van belang dat clinici zich bewust zijn wat aanwijzingen kunnen zijn van de mogelijke aanwezigheid van gedachtes over mfs. Dlinici die denken dat mfs het gevolg is van kindermishandeling of een psychotische aanval lopen het risico dergelijke aanwijzingen over het hoofd te zien.
Misvatting 3: Er is geen informatie beschikbaar over moeders wiens zelfmoordpoging na de filicide fataal was omdat ze dood zijn. De methode van de psychologische autopsie studies, die in de jaren vijftijg ontwikkeld is voor het beter begrijpen van gevallen van reguliere zelfmoord, is ook toegepast op casussen, waar de filicidale moeder een fatale zelfmoordpoging gedaan had. Studies die gebruik maken van deze methode bevatten veel bruik are informatie. De auteurs van de psychologische autopsie studies hadden blijkbaar toegang tot de informatie die in het kader van de psychotherapie was opgetekend.
Misvatting 4: Moeders, van wie de de zelfmoordpoging niet fataal was zijn vergelijkbaar met moeders van wie de poging wel fataal was De beschrijving van moeders van wie de zelfmoordpoging fataal was is van toepassing op sommige moeders, van wie de poging niet fataal was. Sommige van de “niet-fatale” moeders hadden hun poging goed voorbereid, en zij hadden een aantal persoonlijkheidskenmerken gemeen met de “fatale” moeders. Er kan iets gebeurd zijn, dat niet voorzien was en misschien ook niet te voorzien was, waardoor de poging mislukte. Wellicht iets dat te maken had met de gehanteerde methode. Echter, de meeste “niet-fatale” moeders hadden hun poging niet goed
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 4 of 19
voorbereid en handelden impulsief. Hun achtergrond leek sterk op die van schizophrene moeders die een kind gedood hadden zonder een zelfrmoordpoging gedaan te ebbend. (Alder & Polk, 2001) De opmerking van diverse auteurs (D’Orban, 1979; Nock & Marzuk, 1999), die betoogd ebbend heben dat moeders, wiens zelfmoordpoging niet fataal was vergelijkbaar zijn met moeders wiens poging wel fataal was moet gezien worden in het licht van uitlatingen van o.m. Maris (1992) dat de conclusies van studies over niet fatale reguliere zelfmoordpogingen niet automatisch van toepassing verklaard kunnen worden op personen van wie de zelfmoordpoging wel fataal was. Er blijken aanwijzingen te zijn dat er verschillen bestaan tussen deze twee categorien.
Misvatting 5: Mfs moeders lijden aan waanzinnigheid De meeste, zo niet alle, mfs moeders lijden aan een of meer psychiatrische ziektebeelden. Echter, shizophrenie en psychotishce aanvallen maken meestal geen deel uit van deze ziektebeelden. Zelfs de psychotische eigenschappen waarnaar verwezen wordt in de DSM-IV diagnose van “depressie met psychotische eigenschappen”, voorheen bekend als “psychotische depressie”, worden in de DSM-IV-TR omschreven als cognitieve verdraaingen en in overeenstemming met het thema van de depressie. Er zouden verschillende redenen kunnen zijn voor deze misvatting. In de eerste plaats is er het feit dat mfs moeders wier zelfmoordpoging niet fataal was vaak aan schizophrenie of psychoses leden. Derhalve bestaat de kans dat studies die zich beperken tot moeders die opgenomen zijn in een psychiatrische inrichting na een niet-fatale zelfmoord tot deze misvatting bijdragen. In de tweede plaats is er het feit dat moeders die opgenomen waren vaak niet toerekeningsvatbaar verklaard zijn of “niet schuldig vanwege krankzinnigheid”. Het is mogelijk dat niet voldoende duidelijk is gemaakt dat dit specifieke gebruik van de term krankzinnigheid niet automatisch inhoudt dat er sprake is van schizophrenie of psychotische aanvallen. Dan is het ook nog zo dat medici, inclusief psychiaters en anderen die betrokken zijn bij de geestelijke gezondheid en zeker de samenleving in het algemeen er wellicht de voorkeur aan geven om mfs daden toe te schrijven aan krankzinnigheid, omdat het te pijnlijk is om onder ogen te zien dat een moeder niet krankzinnig is en over de moord op haar kinderen heeft nagedacht en dit zelfs heeft voorbereid, m.a.w. met voorbedachte rade gehandeld heeft. Oudere/vroegere studies over reguliere zelfmoord vertoonden een vergelijkbare tendens om over geestesziekte/mental illness te spreken, waarbij deze term impliceerde dat er sprake was de aanwezigheid van schizophrenie/psychose, terwijl de meer recente studies het vooral heben over psychiatrische ziektebeelden, of wanneer ze de term mental illness gebruiken deze definieren als de aanwezigheid van een of meer psychiatrische ziektebeelden.
Misvatting 6: De meeste sterfgevallen in het kader van filicide zijn het gevolg van fatale kindermishandeling
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 5 of 19
Tussen de 40 en de 70% van de sterfgevallen van kinderen tussen de leeftijd van 1 en 6 jaar in het kader van filicide vinden plaats in het kader van een zelfmoordpoging van een van beide ouders. In de VS lijkt dit percentage dichter bij 40% te liggen vanwege de hoge frequentie van fatale kindermishandeling. De frequentie van filicide-suicide door een van beide ouders blijkt vergelijkbaar te zijn tussen landen en ook in de loop der jaren stabiel te blivjen. Fatale kindermishandeling, daarentegen, vertoont sterke schommelingen. In een vergelijkbaar kader, rapporteerde Coid (1983) dat de frequentie van homicide-suicide vergelijkbaar is tussen landen en relatief weinig variatie vertoont in de loop der jaren. Coid zocht de oorzaak van dit fenomeen in heet feit dat de frequentie van psychiatrische ziektes veel overeenkomsten vertoont tussenlanden. De veel grotere onderlingen verschillen van de frequentie van alle types van moord wordt door Coid aan sociologische faktoren geweten Verbeteringen in medische technologie heben vermoedelijk bijgedragen tot een afname van het aantal sterfgevallen als gevolg van kindermishandeling, terwijl een dergelijke afname m.b.t. filicide-suicide minder waarschijnlijk is vanwege het intentionele karakter. Daarnaast moet er rekening gehouden worden met de mogelijkheid dat eventuele succesen van campagnes tegen kindermishandeling in diverse landen niet de moeders berieken die filicide-suicide overwogen omdat het zelden gebeurt dat deze moeders hun kinderen mishandelen.
Misvatting 7: Het is niet mogelijk om te bepalen welke risickofactoren een rol zouden kunnen spelen in filicide, inclusief filicide-suicide. Veel studies over filicide verklaren dat het erg moeilijk is om vast te stellen welke factoren een risico vormen voor filicide, met inbebrip van filicide-suicide. Ondanks het feit dat deze studies telijkertijd verklaren dat filicide-suicide door moeders primair zelfmoord en niet moord is, maken zij geen gebruik van de beginselen en bevindingen van de studie van reguliere zelfmoord, suicidology, om deze factoren bloot te leggen. Mijn proefschrift vertegenwoordigt de eerste stelselmatige poging om dit wel te doen. Ik pas diverse begrippen uit de suicidology toe op mfs, zoals het traject van de vroege jeugd tot en met een serieuze poging, de rol van ge-aborteerde pogingen, de inhoud van “ideation” en de gevolgen ervan, de aanwezigheid en inhoud van zelfmoordbrieven, de rol van methoden, gelegenheidsaspekten, demografische aspekten, de rol van psychopathologie, inclusief depressie, gevoeligheid voor verwerping, en angst voor een op handen zijnde ramp, en, ten slotte, diverse zelfmoordtheorien, en met name de vlucht theorie van Baumeister (1990). Ik heb geconstateerd dat de gedachten en gedragingen van mfs moeders voorafgaand aan hun daad in veel opzichten vergelijkbaar zijn met wat voorafgaat aan pogingen tot reguliere zelfmoord, waar schizophrenie en psychoses geen rol speelden. Wat met name opvalt is dat ze maanden en soms zelfs jaren over filicide-suicide nagedacht hadden. In dit kader is het eveneens vermeldenswaard dat veranderingen in de frequentie van mfs in een land een afspiegeling waren van veranderingen in de frequentie waarmee vrouwen in het algemeen zelfmoord pleegden. Derhalve is er een aanzienlijke kans dat veel van de verschijnselen die bekend staan als risikofaktoren voor reguliere zelfmoord door vrouwen van toepassing zijn op filicide-suicide door moeders, zoals we straks zullen zien.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 6 of 19
De Frequentie van Mfs en ideation over mfs Het feit dat de kans dat een gedeprimeerd en potentieel suicidale moeder van jonge kinderen met gedachten rondloopt over filicide-suicide veel groter is dan de meeste behandelende clinici denken wordt gestaafd door de navolgende gegevens. • De frequentie waarmee moeders fatale dan wel niet-fatale zelfmoordpogingen doen na een of meer van hun kinderen gedood te heben is vergelijkbaar tussen landen en bovendien, over een langere periode gezien, stabiel. De frequentie bevindt zich in een nauwe spanne van 1 moeder per 2 tot 8 miljoen van de totale bevolking (en tussen 3.5 en 6 miljoen in recente studies). Het aantal kinderen dat door de vader of de moeder gedood wordt gevolgd door een zelfmoordpoging van de desbetreffende ouder bevindt zich eveneens in een nauwe spanne van 0,3 tot 0,9 kind per miljoen van de totale bevolking (en tussen 0,4 en 0,7 in recente studies). Frequenties vallen buiten deze nauwe spanne, wanneer de sociale cultuur betrekkelijk tolerant is ten opzichte van mfs, zoals in Japan, of wanneer er middelen voorhanden zijn, zoals giftig gas voor huishoudelijke doeleinden, die gepercipieerd worden als pijnloos en zich verenigen met een gedegen voorbereiding en m.n. met een gelijktijdige dood van moeder en kinderen. • Het is onwaarschijnlijk dat als meer of meer accurate informatie beschikbaar was geweest de schattingen sterk af zouden wijken van wat nu gepresenteerd is. Hooguit, zou de nauwe spanne iets minder nauw zijn. • Vijf procent van de moeders van jonge kinderen, die een fatale zelfmoordpoging doen nemen een of meer van hun kinderen mee. Dit percentage zal waarschijnlijk veel hoger zijn voor moeders die niet geassocieerd zijn met kindermishandeling of misbruik van verdovende middelen en/of alcohol, een diagnose van schizophrenie dan wel een terminale ziekte. • Het percentage moeders met “ideation” over zelfmoord die ook met gedachtes over filicide-suicide spelen zou vergelijkbaar kunnen zijn met het percentage moeders die voorafgaand aan een fatale zelmoordpoging een of meer van hun kinderen gedood heben. • Schattingen van de frequentie van gedachten over reguliere zelfmoord onder vrouwen in de leeftijdscategorie waarin zich de meeste mfs moeders bevinden varieren sterk van studie tot studie maar bedragen zelden minder dan 2% van de totale bevolking in de betreffende leeftijdscategorie. Het is wetenswaard dat onder personen met een diagnose van algemene (“general”) sociale angst, wat vermoedelijk vaak voorkomt onder mfs moeders vanwege de aanwezigheid van gevoeligheid/vrees voor afwijzing, 45% een nietfatale poging tot reguliere zelfmoord gedaan heeft, en dat 77% met gedachten over zelfmoord rondliepen.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 7 of 19
Verschijnselen, waaraan een clinicus aandacht zou moeten besteden bij een evaluatie voor de aanwezigheid van mfs ideation Indicaties van kwetsbaarheid vs. indicaties van de daadwerkelijkie aanwezigheid van ideation Indicaties voor de aanwezigheid van mfs gedachtes kunnen bestaan uit gebeurtenissen in het dagelijkse bestaan, persoonlijkheidskenmerken, gedragingen, gedachtes, en andere verschijnselen die bij mfs moeders geobserveerd zijn. Het is aannemelijk dat de meeste moeders op wie deze indicaties van toepassing zijn geen mfs gedachtes hebben. Terwijl de meeste indicaties slechts suggereren dat een moeder kwetsbaar zou kunnen zijn, zijn er ook indicaties die specifiek betrekking hebben op de aanwezigheid en ernst van mfs ideation2. De indicaties zijn primair ontleend aan studies over filicide en homicide-suicide (moord/zelfmoord). Wanneer ik vermoed dat er vanuit het perspectief van suicidology iets relevants toegevoegd kan worden aan de discussie over een indicatie, dan neem ik dit mee in de bespreking.
Indicaties van Kwetsbaarheid Persoonlijkheidskenmerken en Psychopathologie De auteurs van de enige twee studies die zich uitsluitend met mfs bezighielden (Meszaros & Fisher-Danzinger, 2000; Okumura & Kraus, 1996) melden dat een kluster van persoonlijkheidskenmerken en psychopathologiesymptomen, die zij benoemen als een Typus Melancholicus Persoonlijkheidsstruktuur, aanwezig is in de meeste mfs moeders die niet aan schizophrenie leden. De persoonlijkheidskenmerken in kwestie waren faalangst, met inbegrip van een meer algemene vrees niet in staat te zijn om te voldoen aan de verwachtingen en eisen zoals die door de omgeving lijken te zijn vastgesteld, een neiging om overdriven verantwoordelijk en ordelijk te zijn, alsmede een vrees dat haar tekortkomingen algemeen bekend worden met als eindresultaat dat men gestigmatiseerd zal zijn. Derhalve is er in aanzienlijke mate sprake van gevoeligheid voor afwijzing, en symptomen van een gemengd depressie-angst syndroom. Vaak zien we ook een gebrekkig gedifinieerd zelfbeeld vergezeld van de neiging om zich met anderen en met sociale rolpatronen te vereenzelvigen. Okumura & Kraus (1996) verklaren dat moeders van jonge kinderen met een Typus Melancholicus persoonlijkheid geneigd zijn om hun kinderen als een verlengstuk van zichzelf te zien en te behandelen. Het is moeilijk voor hen om hun kinderen als op zichzelf staande individuen Een gedetailleerde discussie van de indicaties is te vinden in de sectie “Special Protocol for the Assessment of Ideation about Mfs” (special protocol voor de evaluatie van mfs ideation) van mijn proefschrift.
2
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 8 of 19
te beschouwen. Vaak denken deze moeders dat ze als moeder niet goed genoeg zijn, hetgeen niet zelden samengaat met een tekort aan moederlijke liefde in hun eigen jeugd. Vaak oook zijn ze overbezorgd over het welzijn en de toekomst van hun kinderen. Omdat ze hun kinderen als een verlengstuk van zichzelf beschouwen, gaan ze er automatisch vanuit dat hun kinderen hetzelfde soort problemen zullen hebben in hun leven, die zij in hun leven gehad hebben. Omdat ze verbetering van hun eigen situatie buiten hun bereik achten, geloven ze ook dat verbetering voor hun kinderen niet mogelijk is. De moeder heeft de neiging om zich pathologisch schuldig te voelen over dit perspectief, hetgeen in het bijzonder in ernst toeneemt wanneer het kind een handicap heeft. Dit process ontwikkelt zich tot een vicieuze circle, wanneer het pessimisme van de moeder over de toekomst van haar kinderen haar nog gedprimeerder maken dan ze al was en als gevolg zo mogelijk nog hopelozer. Wat van special belang zou kunnen zijn is de aanwezigheid van angsten over gebeurtenissen die het lijden van de moeder en haar kinderen onverdraaglijk maken en haar geen andere keus laten dan haar kinderen en zichzelf te doden. Over het algemeen funktioneren deze moeders goed in het dagelijks leven. De afwezigheid van schizophrenie en psychotische aanvallen alsmede de moeders angst om gestigmatiseerd te worden maken het waarschijnlijk dat mfs ideation slechts gedeeltelijk onthuld zal worden, en misschien wel geheim gehouden wordt. Het process waarbij deze Typus Melancholicus moeders zover komen dat zij een poging to mfs ondernemen wordt duidelijk omschreven in de Ontsnappingstheorie van Zelfmoord (Escape Theory of Suicide) van Baumeister (1990). Deze theorie beschrijft hoe een bepaald type persoon, die de indruk heeft niet aan de eisen van de samenleving te voldoen zichzelf daarvan de schuld geeft, en vervolgens een negatief zelfbeeld ontwikkelt, gevolgd door depressie en het buiten sluiten van alle bewustzijn, en, tot slot, wanneer het niet langer mogelijk is om alle bewustzijn uit te sluiten, een fatale of niet-fatale zelfmoordpoging doet. Het stadium van het buitensluiten van het bewustzijn wordt door Baumeister betiteld as een “deconstructed state” ofwel iets dat in afbouw is, en wordt gekenmerkt door een overdriven focus op hele concrete taken, het afstompen van alle gevoelens, passiviteit en de schijn ophouden dat alles normaal is door het vasthouden aan een routine. Als gebeurtenissen plaats vinden dan wel aan de horizon verschijnen, die het onmogelijk make om met deze vorm van passiviteit door te gaan, bestaat de kans dat sommige personen hierop reageren met een zelfmoordpoging. Deze theorie, die geen onderscheid maakt tussen fatale en niet-fatale zelfmoordpogingen en er min of meer van uitgaat dat er sprake is van rationeel handelen, lijkt heel relevant te zijn voor het verklaren van het gedrag van mfs moeders met een Typus Melancholicus Persoonlijkheid. Een additioneel aspect van suicidology dat ondersteuning verleent aan de mogelijke rol van de Typus Melancholicus in mfs bestaat uit het feit dat psychiatrische ziektebeelden omschreven in DSM-IV-TR, waar gevoeligheid voor afwijzing een belangrijke component vormt, met een uitzonderlijk hoge graad van suicidaliteit geassocieerd worden. Zoals eerder vermeld, 45% van personen die een diagnose hadden van “General Social Anxiety Disorder” hadden een niet-fatale zelfmoordpoging ondernemen gedurende hun leven, en 77% gaf te kennen met gedachten over zelfmoord rond te lopen of rond gelopen te heben.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 9 of 19
Veel van de indicaties die zo meteen beschreven zullen worden zijn gemakkelijker te begrijpen tegen de achtergrond van de aanwezigheid van a Typus Melancholicus Persoonlijkeidsstruktuur. Het is van belang om er op te wijzen dat verscheidene andere studies (Alder & Baker, 1997; Alder & Polk, 2001; Haapasalo & Petaejae, 1999) die niet specifiek naar de Typus Melancholicus verwijzen, desondanks vergelijkbare klusters van persoonlijkeheidskenmerken en symptomen beschrijven. Additionele indicaties geassocieerd met persoonlijkheidkenmerken en psychopathologie • De overbezorgdheid, de gevoelens van tekortschieten, de pathologische schuldgevoelens, en de samensmelting tussen moeder en kinderen kunnen in sommige gevallen tot schaamte leiden en ook tot een overgevoeligheid voor afwijzing die zich uitstrekt tot situaties, waar de moeder waarneemt dat haar kinderen door hun leeftijdsgenoten afgewezen worden, terwijl dit helemaal niet het geval hoeft te zijn, en waar zij ervoor vreest dat haar kinderen in de toekomst door hun leeftijdsgenoten afgewezen zullen worden. • Fantasien als een belangrijk afweermechanisme, m.n. fantasien die betrekking hebben op een redding uit de huidige probleemvolle situatie en een daarmee samenhangend beter leven (deze reddingsfantasien verschillen van de reddingsfantasien, waar de moeder haar kinderen en zichzelf doodt om de kinderen voor een slechte toekomst te behoeden). Fantasien worden door Millon & Davis (1996) het meest belangrijke afweermechanisme genoemd bij personen met een diagnose van Avoidant Personality Disorder (Vermijdingspersoonlijkheidsstoornis?) • Vrees voor een op handen zijnde ramp, die niet op feiten is gebaseerd, hetgeen ook een van de symptomen is van personen, die een fatale zelfmoordpoging deden in het jaar voorafgaande aan hun zelfmoord (Fawcett, Busch, & Clark,1993). Ontvankelijkheid voor dergelijke angsten, zoals bijgelovigheid, zouden ook een indicatie kunnen zijn. De vrees voor een op handen zijnde ramp zouden ook beschouwd kunnen worden als een “sense of a foreshortened future” (een gevoel dat het leven voortijdig zal eindigen), een van de symptomen van PTSD (Post-Traumatic-Stress-Disorder). Het psychiatrische ziektebeeld dat bij PTSD hoort is ook in verband gebracht met een verhoogd risiko van zelfmoord. • Een verminderd vermogen om om te gaan met stress en overgangssituaties, hetgeen ook voor reguliere zelfmoord is aangetoond door Shneidmann (1999)
Gebeurtenissen in het verleden van de moeder • Psychologische mishandeling en soms sexueel misbruik als kind en de gevolgen daarvan als volwassene, hetgeen ook een belangrijke risicofactor is in reguliere zelfmoord.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 10 of 19
• Langdurige emotionele problemen sinds de adolescentie en soms nog vroeger. De connectie met reguliere zelfmoord wordt verschaft door Maris (1981) die sprak van trajecten vanuit de vroegste jeugd tot en met een serieuze fatale of niet-fatale zelfmoordpoging. • Eerste of tweede generatie immigrant, hetgeen ook een risikofaktor is voor reguliere zelfmoord (xxx) • Een moeder waarvan de ouders een ernstig trauma doorgemaakt heben, bij voorbeeld de Holocause. Dit wordt ook in reguliere zelfmoord als een risikofaktor beschouwd. Dit fenomeen kan versterkt worden wanneer er sprake is van problemen als gevolg van immigratie. Demografische kenmerken • De leeftijd van de moeder is over het algemeen tussen de 27 en de 35 jaar. Moeders die hun kinderen doden als gevolg van fatale kinderminshandeling zijn meestal onder of net boven de 20 jaar. • De leeftijd van de kinderen. Meestal ouder dan 12 maanden. Het oudste kind in het gezin is over het algemeen niet ouder dan 7. Slachtoffers van fatale kindermishandeling zijn zelden ouder dan 3, en meestal 2 of jonger, en m.n. jonger dan 12 maanden. Slachtoffers van filicide als gevolg van postnatale depressie/psychose zijn per definitie jonger dan 12 maanden. • De meeste moeders hebben een of twee kinderen, sommige 3. Er zijn indicaties van een lager risiko, wanneer een moeder meer dan 3 kinderen heeft. Risikofaktoren voor reguliere zelfmoord suggereren dat het risiko op zelfmoord kleiner is voor personen die ouders van kinderen zijn, en verder afneemt met elk kind, m.a.w. het risiko is kleiner voor ouders met 2 kinderen dan voor ouders met 1 kind, en voor ouders met 3 kinderen dan voor ouders met 2 kinderen etc. Het toepassen van de risikofactoren voor reguliere zelfmoord op mfs zou derhalve ten onrechte een verlaagd risiko kunnen suggereren. • Er zijn enkele indicaties die suggereren dat moeders die alleen dochters heben een groter risiko op mfs en mfs ideation lopen. • Goed funktioneren in een werkomgeving voor de geboorte van kinderen. Dit is terug te vinden in een aantal casussen. Een aantal studies over reguliere zelfmoord maken melding van een soortgelijkie trend, terwijl andere studies het tegenovergestelde beweren. • Niet Afrikaans-Amerikaans. Afrikaans-Amerikaanse vrouwen staan bekend om de zeldzaamheid van fatale zelfmoordpogingen. • Geen lage social-economische status in het algemeen. Er zijn conflikterende studies over een mogelijke relatie tussen social-economische klasse en reguliere zelfmoord. Echter, er
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 11 of 19
zijn sterke aanwijzingen dat “out-patient” psychotherapie, en m.n. therapie van een langere duur, een weerspiegeling is van het waardensysteem van de middenklasse. Gezien het feit dat mfs moeders meestal psychotherapie ontvangen, en vaak op outpatient bases, is het aannemelijk dat ze tot de middenklasse behoorden en in ieder geval de warden van de middenklasse vertegenwoordigen. Stressvolle Omstandigheden • In de steek gelaten zijn. Een angst om in de steek gelaten te worden, bij voorbeeld door de partner, als gevolg van de dood van iemand, or (het voorzuitzicht) op het verliezen van voogdij rechten. • Een slecht huwelijk. Tegeljjkertijd problemen met de echtgenoot en beide ouders. Dit laatste kan buitengewoon gevaarlijk zijn, vooral voor een moeder die lijdt aan sociale angsten en daardoor erg afhankelijk is van familiebanden, en met idée left alleen in de wereld te staan en social gezien onaantrekkelijk te zijn. • Gebeurtenissen die leiden tot een reactivering van een jeugdtrauma. • Stress als gevolg van problemen met de geestelijke gezondheid, incl. de gedachte, dat men beschadigd is, en dat tekortkomingen genetisch kunnen zijn, en derhalve doorgegeven kunnen worden aan de kinderen. • De aanwezigheid van een kind met een handicap of chronische ziekte alsmede daaraan gekoppelde gevoelens van overweldigd te zijn door de extra eisen van de verzorging, schuld en de angst dat het kind zal worden afgewezen door leeftijdsgenoten. • Angst dat geheimen uit zullen lekken en dat gedrag dat de moeder als beschamend beschouwt algemeen bekend zal worden. Eveneens angst om haar familie in verlegenheid te brengen. • Het ervaren van vervreemding, isolatie, discriminatie dan wel een breuk met het verleden en de toekomst als gevolg van gebeurtenissen die vaak geassocieerd worden met PTSD. • Kwetsbaarheid voor symptomen als gevolg van physieke/medische oorzaken, zoals PMS, en bijwerkingen van medicijnen, die het lijden van de moeder verergeren. • Het gevoel van overbelast te zijn en gevangen. Het gevoel van gevangen te zijn kan m.n. gevaren met zich meebrengen voor personen, die hun levenlang met problemen zijn omgegaan door ervoor weg te lopen en die dat nu niet langer kunnen doen, hetgeen door sommige auteurs aangeduid wordt als “Arrested Flight” (Gestopte Vlucht?)
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 12 of 19
Verschijnselen die te maken hebben met het process van zelfmoord en/of filicide-suicide: • De meeste risikofaktoren die een rol spelen wanneer het gaat om zelfmoord door vrouwen met enkele duidelijke uitzonderingen, bij voorbeeld het hebben van kinderen, hetgeen over het algemeen een beschermende factor tegen zelfmoord is. • Depressie en suicidal gedrag bij familieleden van de moeder. • Gedachtes over reguliere zelfmoord: hoe ernstig ten tijde van de huidge evaluatie en hoe ernstig op het slechtste moment? Beck (ref) ontdekte dat gedachtes over zelfmoord op het moment in het leven van een patient wanneer deze zich het slechts voelde, meer voorspellende waarde had m.b.t. de vraag of een patient uiteindelijk een fatale zelfmoordpoging zou doen dan de ernst van gedachtes over zelfmoord die een persoon kort voor een daadwerkelijke poging heeft dan wel zegt te hebben. • Eerdere pogingen tot reguliere zelfmoord, m.n. voorafgaand aan het hebben van kinderen. Maris (ref) rapporteert dat bij 50% van vrouwen onder 40 de eerste poging tot reguliere zelfmoord fataal is. Het is opmerkenswaardig dat ongeveer 50% van de mfs moeders, die een fatale of niet-fatale zelfmoordpoging deden na hun filicide, een Eerdere niet-fatale poging tot reguliere zelfmoord gedaan hadden (Alder & Polk, 2001; Bourget & Gagne, 2002). • Hoe er tegen zelfmoord en/of filicide-suicide aangekeken wordt in de samenleving/cultuur. Voor immigranten betekent dit dat ook de cultuur vanwaaruit men geemigreerd is in de evaluatie betrokken moet worden. In Japan, bij voorbeeld, is er een sterkere afkeuring van moeders die zelfmoord plegen zonder hun kinderen mee te nemen dan van moeders die ze wel meenemen. • Symptomen die suggereren dat er sprake is van een zgn. “deconstructed state” (een staat van in afbouw, aftakeling, ontbinding): passiviteit, het ontkennen dan wel afstompen van gevoelens, en de schijn ophouden dat alles normaal is door het vasthouden aan een routine. Het gezegde van “stilte voor de storm” lijkt hier van toepassing te zijn. Het fenomeen van een “deconstructed state” is door Baumeister (1990) omschreven als de periode die voorafgaat aan een serieuze en fatale dan wel niet-fatale poging to reguliere zelfmoord. Verschijnselen die gerelateerd zijn aan vroegere en de huidige behandeling alsmede aan het evaluatieproces. • Talrijke onderbrekingen van de therapie, vaak het opnieuw starten van een behandeling, en voortijdige beeindiging, mogelijkerwijs resulterend in een desillusie met therapie in het algemeen. Paris (2002) rapporteerde dat vrouwen met de diagnose van Borderline Persoonlijkheidsstoornis die begin 30 zijn een verhoogd risiko lopen op het doen van een serieuze poging tot reguliere zelfmoord, terwijl deze vrouwen slechts niet-fatale, en vermoedelijk minder serieuze pogingen deden toen ze nog in hun twintiger jaren waren.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 13 of 19
Paris verklaart dit mede door de desillusie bij deze vrouwen over wat met therapie bereikt kan worden. Gezien het feit, dat veel van de mfs moeders trekken hadden van een Borderline Persoonlijkheidsstoornis, en sommige zoveel trekken dat een regelrechte diagnose van Borderline op hen van toepassing was, is het mogelijk dat clinici die evaluaren voor mfs gedachtes baat kunnen vinden bij de waarnemingen van Paris. • Eerdere opname in een psychiatrisch ziekenhuis en angst om wederom opgenomen te worden. • De neiging om opname in een psychiatrisch ziekenhuis als stigmatiserend te ervaren, hetgeen kan leiden tot een angst voor onvrijwillige opname alsmede eerdere afwijzingen van aanbevelingen tot vrijwillige opname. • Makkellijk over het hoofd geziene angsten m.b.t opname in een ziekenhuis, zoals de vrees dat geheimen die met slechts enkele mensen gedeeld zijn algemeen bekend zullen raken. • Tweeslachtigheid m.b.t behandeling, inclusie het toegediend worden van psychotropische medicijnen: aan de ene kant wil de moeder behandeling en weet ze dat ze het nodig heeft, maar aan de andere kant is zij bevreesd voor het stigma waartoe een behandeling kan leiden. • Gelijktijdige contacten met verscheidene clinici, hetgeen een poging kan zijn om te vermijden dat een of meerdere van de clinici een volledig overzicht krijgen van de situatie van de moeder, omdat zo’n overzicht tot een onvrijwillige opname zou kunnen leiden. • Het vermogen om een behandelende clinicus ervan af te houden om haar op te laten nemen of-meer in algemene zin-de therapeutische vertrouwelijkheid te schenden, en een daarmee samenhangende angst dat een nieuwe clinicus niet zo makkelijk te beinvloeden zal zijn. • Bereidheid om de clinicus toestemming te geven om contact op te nemen met de familie en enadere clinici (zowel eerdere als huidige) • De mogelijkheid dat het vermogen van de clinicus om mfs gedachtes te evalueren beperkt is door een aantal factoren, zoals het potentieel misleidende effect van het feit dat de moeder de indruk maakt goed te funktioneren in het alledaagse leven, en countertransferen, hetgeen tot uitking zou kunnen komen in het onvermogen om uberhaupt de mogelijkheid van mfs te overwogen.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 14 of 19
Indicaties van de aanwezigheid en de ernst van mfs gedachtes “Waandenkbeelden over redding”, het begrip “altruisme” • Het in hevigheid toenemen van de uitgebreide gevoeligheid voor afwijzing en/of het verergeren van de vrees voor een op handen zijnde ramp, die kunnen leiden tot daaraangekoppelde reddingsfantasien, d.w.z. het betrekken van de eigen kinderen in een zelfmoordpoging, zodat ze niet hoeven te lijden als gevolg van afwijzing door anderen of als gevolg van een ramp. Zulke reddingsfantasien worden vaak betiteld as waandenkbeelden, m.n. waandenkbeelden geassocieerd met altruisme. • Het geloof dat alle kinderen (en niet slechts een kind) zullen lijden als gevolg van afwijzing door anderen, en een miserabele toekomst zullen heben ongeacht of de moeder in leven blijft of zelfmoord pleegt en ook ongeacht of er broers of zusters meegenomen worden in de moeder’s zelfmoord. • Familieleden bevrijden van de last van een geesteszieke en alles wat daarbij komt kijken. Verschijnselen geassocieerd met het zelfmoord/filicidal-suicidal proces en met het evaluatie process • Eerdere pogingen tot reguliere zelfmoord, met name wanneer men al moeder is • Geaborteerde/Voortijdig beeindigde pogingen tot mfs. o Het stellen van vragen aan een moeder over geaboorteerde pogingen zou een indicatie kunnen geven hoe serieus de moeder is over mfs en hoe ver zij gevorderd is met de voorbereidingen. Studies over reguliere zelfmoord heben uitgewezen dat personen die een poging voortijdig beeindigd (geaborteerd) hadden een grotere kans liepen om later een serieuze poging te ondernemen dan personen die geen achtergrond van geaborteerde pogingen hadden. Een voorbeeld van een geaborteerde poging is een persoon die een geladen pistol tegen de slapen drukt en dan besluit om niet te schieten. o Geaborteerde pogingen zouden wel eens extra relevant kunnen zijn voor moeders met mfs ideation omdat ook niet-fatale en/of niet-serieuze pogingen, welke relatief veel vookomen in reguliere zelfmoord, per definitie vereisen dat de moeder de kinderen hierin betrekt. De moeder zal met de kinderen moeten beginnen, wanneer de door haar te hanteren methode niet gelijktijdig van aard zijn, zoals vergassing of het van een gebouw springen. Derhalve zal, de mfs moeder, die een aanvechting tot het uitvoeren van een mfs poging heeft, wellicht met de voorbereidingen voor het uitvoeren van een mfs poging beginnen en vervolgens de poging niet uitvoeren.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 15 of 19
o Terwijl een moeder wellicht haar therapeut iets zal vertellen over eventuele gedachtes over mfs, is te verwachten dat ze minder mededeelzaam zal zijn over geaborteerde pogingen vanwege het vergrote risiko van onvrijwillige ziekenhuisopname. Dit houdt in dat een clinicus rekening moet houden met de mogelijkheid van geaborteerde pogingen. De clinicus zal dan iets moeten bedenken om het voor de moeder mogelijk te maken hierover te praten. Het citaat aan het begin van deze studie heeft betrekking op een moeder die met een vriendin sprak over een geaborteerde mfs poging. • De mate van voorbereiding: De moeder ondervragen over de details van haar plannen kan wellicht onthullen hoe serieus zij is, in hoeverre er van voorbedachte rade sprake is, en hoe ver gevorderd haar voorbereidingen zijn. Shea (1999) bepleit een soortgelijke benadering voor clinici die met hun patienten praten over gedachtes over reguliere zelfmoord. Clarke & Lester (1989) bespreken hoe de praktische/operationele aspecten van bepaalde methoden, zoals hoe eenvoudig of ingewikkeld de methode in de praktijk is, alsmede de beschikbaarheid van bepaalde middelen van invloed zijn op het beslissingsprocess van personen die zelfmoord overwogen, en in het verlengde daarvan, op de frequentie waarmee zelfmoord plaats vindt. Chew (199ref?) besprak additionele aspekten van de vraag in hoeverre de gelegenheid tot het plegen van zelfmoord van invloed is op zelfmoordgedrag. Chew sprak o.m. over het aantal personen in het huishouden van personen die suicidaal zouden kunnen zijn alsmede aspecten van timing. Aspekten m.b.t. middelen en gelegenheid, waar een clinicus aandacht zou kunnen besteden bij de evaluatie omvatten de volgende. o Kennis van diverse methoden, incl. een alternatief plan/alternatieve methode, indien de voor filicide gekozen methode mocht fallen. Van speciaal belang is de vraag of een sequentiele dan wel een simultane methode overwogen wordt. o In hoeverre omvatten de voorbereidingen ook een repetitie van de eventuele poging? Spelen geaborteerde/voortijdig afgebroken pogingen een rol in dit verband? o Is er een plan om alle kinderen in de mfs te betrekken en, zo ja, heeft de moeder een plan met welk kind ze zal beginnen? o In hoeverre heeft de moeder nagedacht over het meest geschikte tijdstip en de beste locatie? o Welke methoden is de moeder van plan te gebruiken voor zelfmoord, indien deze verschillen van filicide? Is er een alternatieve methode indien de eerste methode faalt?
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 16 of 19
• De invloed van gedachtes over mfs en van voortijdig afgebroken pogingen op het zelfbeeld, het functioneren en de therapie van de moeder. Verscheidene studies over reguliere zelfmoord spreken van een gewennings/sensitization effect, waar er steeds minder voor nodig is om gedachtes over mfs op te wekken. In de studies over reguliere zelfmoord wordt ook aandacht besteed aan het feit dat sommige personen met gedachtes over zelfmoord de neiging hebben zich enigszins te isoleren, hetgeen depressieve gevoelens en daarmee samenhangende gedachtes over zelfmoord kan versterken. • Communicatie met familie en/of vrienden over de huidige mfs intenties alsmede over vroeger suicidaal gedrag. Veel studies over reguliere zelfmoord rapporteren dat personen die een fatale zelfmoordpoging gedaan hadden hun familie en vrienden iets had laten weten, soms op een niet mis te verstane wijze en soms op een manier die pas acheraf duidelijk werd. • Zelfmoordbrieven, soms enige tijd voorafgaand aan een mfs poging geschreven als een soort “stand-by” (“voor het geval dat”) notitie. En soms als een aantekening in een dagboek. Studies over reguliere zelfmoord suggereren een verband tussen de mate van voorberachte rade en de aanwezigheid van een zelfmoordbrief, m.n. voor vrouwen. • Communicatie met clinici: Is dat minder frequent en minder onthullend dan de communicatie met familie en vrienden vanwege een angst voor ongewenste interventies, zoals Shea (1999) constateert m.b.t. reguliere zelfmoord.Maakt de moeder de clinicus bezorgd over de mogelijkheid van filicide-suicide and neemt ze vervolgens de bezorgdheid weg?
Indicaties dat mfs gedachtes snel serieuzer worden De meeste recente studies over mfs concluderen dat mfs pogingen, net zoals reguliere zelfmoordpogingen, het resultaat zijn van een samenloop van persoonlijkheidskenmerken, psychopathology en persoonlijke gebeurtenissen en omstandigheden, en niet van slechts 1 faktor zoals geestesziekte. In suicidology wordt erop gewezen dat aanleidingen (triggers) niet noodzakelijkerwijs belangrijke gebeurtenissen zijn, maar dat het veeleer gaat om de spreekwoordelijke druppel die de emmer doet overlopen. Desondanks, bepaalde gebeurtenissen en omstandigheden worden in veel casussen als aanleiding genomed. De meest voorkomend zijn de volgende • Gebeurtenissen waardoor men zich in de steek gelaten voelt of waardoor de vrees in de steek gelaten te worden toeneemt. • Recente gebeurtenissen die een re-activering van jeugdtrauma’s veroorzaken. • Doemscenario’s, inclusied data waarop iets dreigt te gebeuren. Vergelijkbaar daarmee is angst dat bepaalde gedragingen die de moeder zelf als beschamend beschouwt, algemeen bekend zullen worden, en tot haar uitbanning kunnen leiden. Dit kan
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 17 of 19
samenhangen met de vrees voor onvrijwillige opname en gebeurtenissen die de aanleiding kunnen vormen voor opname, bij voorbeeld afspraken met dokters of psychiaters. Nock & Marzuk (1999) benoemden de dreiging van onvrijwillige opname als een buitengewoon gevaarlijk omdat het de patient tot homicide-suicide kan brengen. • Kwetsbaarheid voor organische en medische invloeden, zoals PMS, die de moeder’s gevoelens van ellende verder vergroten. Een vergelijkbare invloed kan uitgeoefend worden door de effekten van medicijne, zowel de beoogde effekten als bijwerkingen. • “Besmetting/imitatie-drang”, wanneer mfs gevallen in de media verschijnen. Daarenboven, geloof ik dat dreigende onderbrekingen van de zgn. “deconstructed state” een belangrijke rol kunnen spelen. Bij voorbeeld, het feit dat kinderen na de zomervakantie terugkeren naar school kan bij moeders de vrees doen oplaaien over de afwijzing door leeftijdsgenoten die hun kinderen te wachten staat.
Informatie over de aard en de kwaliteit van het onderzoek Sterke punten van het onderzoek Dit proefschrift bevat een aantal primeurs. • Het is het eerste literatuuronderzoek van mfs. Weliswaar maakt recent literatuuronderzoek naar filicide melding van filicide-suicide, maar vaak is de het literatuuronderzoek op dit punt minder diepgaand dan wanneer het gaat om andere vormen van filicide of het doden van kinderen in het algemeen. • Het is de eerste keer dat suicidology is toegepast op de studie van mfs. • Het is de eerste keer dat de frequentie van specified mfs is vergeleken, zowel over de jaren als tussenn landen. Coid (1983) en Milroy (1995) publiceerden meta-studies over de frequentie van homicide-suicide in het algemeen. Het is interessant dat de nauwe spanne waarover in deze studies gerapporteerd wordt nog nauwer is in mfs. • Het feit dat er belangrijke verschillen zijn tussen moeders die een fatale zelfmoordpoging doen en moeders wiens zelfmoordpoging niet fataal is, en met name op de gevolgen hiervan op de gevolgtrekkingen die gemaakt worden in studies waar mfs aan de orde gesteld wordt. Deze benadering wijkt af van de gewoonte om de resultaten van studies met alleen maar moeders die na een niet-fatale zelfmoordpoging in het ziekenhuis belanden algemeen geldend te verklaren voor alle moeders die een zelfmoordpoging gedaan hebben, inclusief pogingen die wel fataal waren.
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 18 of 19
• Meer dan wat dan ook, het is de eerste keer dat gedachtes over mfs aan de orde gesteld worden, en de eerste keer dat stelselmatig indicaties besproken worden, waar clinici op zouden moeten letten, waneer zij bij gedeprimeerde en potentieel suicidale moeders van jonge kinderen een evaluatie doen over de mogelijke aanwezigheid van mfs gedachtes en de ernst daarvan.
Beperkingen van de gevolgde onderzoeksbenadering • Dit is een zgn. theoretische dissertatie, die als basis kan dienen voor het genereren van hypothesen. De manier, waarop informatie is ingewonnen, en geinterpreteerd heeft daarom, per definitie, een enigszins speculatief karakter. (Het speculatieve karakter is niet van toepassing op de informatie over frequentie) • Een specifieke beperking heeft betrekking op de prominente plaats die ik heb toegekend aan de Typus Melancholicus persoonlijkheidsstruktuur. Dit is gebaseerd op slechts twee studies, welke beiden zich alleen maar bezig hielden met moeders die hun zelfmoorpoging overleefd hadden. Echter, ik ben van mening dat die moeders in de twee studies, die aan de criteria van de Typus Melancholicus persoonlijkheidsstruktuur voldeden (ongeveer de helft van de moeders in elk van de studies) veel gemeen hadden met de filicidale moeders, wiens zelfmoordpoging wel fataal was. Een aspect dat zowel een sterk punt kan zijn als een beperking bestaat uit het feit dat veel van de variabelen, waarover ik informatie heb ingewonnen via literatuuronderzoek aangedragen waren als gevolg van mijn onderzoek naar de mfs van mijn wijlen echtgenote. Hierdoor ben ik wellicht meer bewust geweest van potentieel relevante variabelen, terwijl tegelijkertijd niet uitgesloten kan worden dat mijn persoonlijke ervaring een zekere mate van bevooroordeeld zijn met zich meegebracht kan hebben.
Aanbevelingen voor verder onderzoek • Een soort psychologische autopsie studie verrichten naar in de literatuur beschreven mfs pogingen waar de zelfmoodpoging fataal was, omdat de informatie in de beschrijving van de casussen beperkt is, en vaak primair is gebaseerd op verslagen van de politie of de lijkschouwer. • Het opnieuw bekijken van studies over filicide, het opnieuw analyseren van hun bevindingen en deze uitsplitsen naar casussen met en zonder zelfmoordpoging. • Het verrichten van een studie onder gedeprimeerde en potentieel suicidale moeders van jonge kinderen, die op dat moment in (out-patient) psychotherapie zijn over diverse aspekten van hun suicidale en mfs gedrag en gedachtes. Deze studie zou uitgebreid kunnen worden tot vrouwen wiens kinderen niet langer jong zijn, maar die in therapie waren toen de kinderen nog wel jong waren. Vrouwen in deze categorie zijn wellicht meer open over de ervaringen die zij hadden toen zij jonger waren. Hun antwoorden kunnen
Konsept vertaling van konsept samenvatting van mijn proefschrif tLast printed 12/16/2005 2:50 PM
Page 19 of 19
wellicht ook licht werpen op de vraag hoe lang de periode is gedurende welke mfs gedachtes een rol spelen. • Een kritisch literatuuronderzoek van studies over onderwerpen die over het algemeen als taboe beschouwd worden en mogelijkerwijs het toepassen van sommige van de bevindingen op de studie van mfs en mfs gedachtes/ideation.