ï-
15 April 1920.
No. 7.
Drie en T w i n t i g s t e J a a r g a n g .
^KMfütt^KSK^
ffiDISCn BOUWKUHDIÖ TUDSCHRIFT F
m-^Z^^'^
^^^
ORGAAN B DE.R
1VEREENIGING j i
5
VAH
jBOUWKUHDIGENI m |NDEraAHD5CN=IHDË|ii Uitgeefstcr De Verceniging van Bouwkundigen in Ned -Indie.
5 J H
Redacteur W . D E H A A N , Hoofd v/d Technischen Dienst Gemeentewerken Batavia*
Gedrukt bi) t G. K O L F F © Co., Batavia —Weltevreden.
•»a Abonnements prijs f 12.— per jaar, bij tusschenkomst van den boekhandel Losse nummers. . . f 0.50 per stuk. Platen . . .
. .
. .
f 15.— 's jaars „ 0.25 p. fol. vel
Voor advertenties zich te wenden tot de N . V . Ncd. Ind. Publiciteits-bureau te Soerabaja of tot de administratie van het tijdschrift p/a W . D E H A A N :-: Vioslaan 2, Weltevreden. INHOUD. OFFICIEEL GEDEELTE. Correspondentie.—Mededeeling.—Mededeelingen van den Penningmeester, —Gevraagde adressen. — Bestuursverkiezing. — Vergaderingen. REDACTIONEEL GEDEELTE. Moderne houtconstructies.—Een en ander over natuursteen.-De Ie Nederl. Indische Jaarbeurs. — De Architectsrang bij de Locale Raden.—Het Peroneelsverloop bij de B. O. W. — Er in geloopen. — Bouwzaken. — Boekenstal. — Mutaties technisch personeel. — Advertentién.
OFFICIEEL
GEDEELTE •••»••••••••»•»•••••••••••»•»•••••»*••••»••••••••»••••••••••••••••••»•••
I
ADVIES.
Inzendingen van eenigen omvang moeten uiterlijk negen dagen vóór den verschijndag door den redacteur ontvangen zijn. Kleine mededeelingen kunnen nog twee dagen later ingezonden worden. De plaatsing is echter ook nog afhankelijk van de overige copie, zoodat opname, zelfs bij tijdige inzending, nooit gegarandeerd kan worden. De redactie omvat: alle bijdragen voor het tijdschrift en de correspondentie daarover. De administratie omvat: opgave en opzegging van abonnementen, betalen van abonnementsgelden, verkoop van alle uitgaven der Vereenigmg en de correspondentie over voorgaande onderwerpen. Correspondentie omtrent vereenigingszaken (uitwendige dienst) te richten tot den len secretaris W MARCUS Semarang. Correspondentie omtrent lidmaatschaps-(uitgezonderd contributie) en afdeelingszaken (inwendige dienst) te richten tot den 2en Sectaris A. VAN DOORN te Kediri. Contributie alsmede correspondentie daarover te zenden aan den penningmeester W. C. LEDDER te Weltevreden Petodjo 12. Adresveranderingen te melden aan de Administratie van het tijdschrift
i
UITGAVEN VAN DE VEREENIGING. I
Bij de administratie van het tijdschrift zijn te krijgen de volgende uitgaven: Sluijters f 5.— „ (ingebonden) „ 8.(X) Rekenplaten voor het berekenen van vlakke gewapend beton platen; 2 st. per stel „ 0.50 Nieuwe grafiek voor het bepalen van de spanningen in gewapend beton-platen , 0.25 Platen ijzeren goedangs A'dam met grafische berekening; 5 st. per stel „ 1.25 Bouwagenda 1919 idem.
voor
„ 2,50 abonné's
I. E. T
Ranglijstenboekje 1 9 1 9 - 1 9 2 0 idem.
voor abonné's
Grepen uit de gewapend-betonleer
„ 1,50 „ 1.50 „ 1,— „ 1.—'
De priizen zijn opgegeven exclusief porto. De uitgaven worden uitsluitend onder rembours verzonden.
122 »••*•*»•»•••••••»•••••••
CORRESPONDENTIE *••••••••••••••••••••
S. G. te B. Voor dergelijke doeleinden staat de vragenbus niet open. U dient daarvoor een advertentie te plaatsen, welke wij natuurlijk gaarne opnemen. J M. L. te E. Idem. Het komt komt echter nog al eens voor dat soortgelijke vragen worden gesteld en dat na ontvangen antwoord in bovenbedoelden zin niets meer van de zaak wordt gehoord. De advertentiekosten zijn veelal te hoog en men laat berustend de niet gebruikte boekwerken verschimmelen, waarvan anderen allicht nog veel kunnen profiteeren. Het is om deze reden, dat wij besloten achter in het tijdschrift een nieuw rubriekje te openen onder het hoofd „Boekenstal" en waarin Uwe aanbieding thans is opgenomen. Natuurlijk kunnen hierin ook boeken worden gevraagd of ter ruiling aangeboden, enz. Hoewel wij gaarne als tusscheiipersoon optreden, verzoeken wij onze lezers de administratie niet noodeloos te belasten en bij het scharrelen in den boekenstal hun anonimiteit zooveel mogelijk te laten varen, zoodat rechtstieeksche correspondentie mogelijk is. ^ Piet Hanebalk. Een volgend nummer. Br. te Sem. ü is de e^nigste besteller voor een stempelbandje voor de afgeloopen jaargang, zoodat wij U wel moeten teleurstellen. •••••****** ***'**-^-""--"r
TTt ril m o t u m
MEDEDEELING. Aangezien de firma Kolff f 3.— berei<ent voor het inbinden van een exemplaar Siuyters, worden de gebonden exemplaren met ƒ 1.50 verhoogd en verkrijgbaar gesteld tegen den prijs van ƒ8.—.
le kw. 1920 le , 1920 le „ 1920 Ie en 2e „ 1920 le . 2e „ 1920 le , 2e , 1920 heele jr. '19
Donateurs. E. A. van Arcken A. Sythoff
jr. 1919 jr. 1920
Voor 't Steunfonds op 3 4-1920 geboekt: E. J v. N . te Ponor, ƒ25.— Voor de opgave : De Penningmeester, W. C. LEDDER. GEVRAAGDE ADRESSEN. • • i W. P Baaij Opz. wegenaanleg laatst Banjoewangi. M. Kartadiwiria Ond. Opz. Gew. W. , Rangk. betoeng. W. Stook Ond. Opz. B. O. W. s Kroë L. van Bergen Aannemer , Sidanglaja. J. P. Mendel Tijd. Opz. B. O W. » Kragen. E. V. Matheron Bouwk. , Soerabaja. R. Aroe Palakka Ond. Opz. B.O.W. , Telok-Betong. J. P. Dekker Opz Gew. W. » Soerabaja. Soegeng Ond. Opz. Havenwerken n Tjilatjap. J. P. van Hees Meijer Opz. B. O. W. « Padang. M. Boentarman Brotokarjoso, Opz. B.O.W. „ Taroetoeng Tapanoeli. De administratie van het I. B. T. houdt zich ten zeerste aanbevolen, indien een der lezers het adres van bovengenoemde personen kan opgeven. Een cents verhuiskaart is voldoende. •••^••••••»>••••
BESTUURSVERKIEZING. • • » • • • • • » • • • • • » • » • • • • • • » » • • • • • » • ,.»»»»»4.» • • • • • • • • • • • • » • • • • • » • » • > » • • • • • • » »
PROCES-VERBAAL 2» STEMMING.
• »»•>>•••••»••
•••••••^••»»»»»».•»<•»»»
I
MEDEDEELINGEN VAN DEN PENNINGMEESTER. «••«•«*••«•* *•••*' *••»••*»••
•»••»>•»•»•
Lijst van Leden en Donateurs, die hun contributie oi donatie betaald hebben. 9-3-'20. H. L. E. Hornung contr. 3e en 4e kw. '19 en ,^ , Ie kw. '20 Ingeboekt na terugontvangst v/h. kasboek v/d. Verificatie-Commissie (2e keer). 4-4-"20. Ch. Martel contr. heeie jr. 19 en Ie kw. '20 J J. H. Nagel 3e en 4e kw. '19 en Ie kw. '20 H. L. van Beusekom 3e en 4e kw. '19 en Ie T
Soeparman W. A. Schneider R. Soemantri R. Soekarto Soedarsono W. J. Tarenskeen J. D. van Wijk
X
r,
' ' w . '20
L. Le Bruin Ie en 2e kw. '20 Mas Hoengoedia le kw. '20 P. Ph. Pattiwaël Westerloo alle achterst contr. tot een bedrag van ƒ 80.— J. Malasch 3e en 4e kw. '19 en le kw. '20 J. Vogelsang contr, heele jr. 1920 R. Soedarsono contr. heele jr. 1919 en le kw. _, „ jr. 1920 *-n. M. van Nooyen 2e kw. 1920 R. Soeprapto le kw. en 4e kw. '19 en le 1920 L Kailola 2e en 3e 1919 V. M. B. de Graaff Guilloud 3e en 4e 1919 en le 1920 Koesno ie en 2e 1920 R. Sitihar Mohamad contr. 4e 1919 M. Soedibio ie 1920 M. Soetjipto 3e en 4e kw. '19 en le 1920 W. Stook 4e kw. '19 en le „ 1920 .„^„ J. P. Brouwer (verlofscontributie over 3e en 4e kw '19 en le '20 en volle contr. 2e, 3e en 4e kw. 1920 J. G Aenmey l e „ 1920 W. A. Abell le „ 1920 J. H. Claessen le „ 1920 G. Fanggiday le kw. '20 en 2e „ 1920 D. E. Jacobs le en 2e „ 1920 Moekardanoe 2e, 3e en 4e „ 1920 J. A. Manusama le „ 1920 F. J. Pinedo le „ 1920
•Op heden den 31sten Maart negentien honderd en twintig hebben wij ondergeteekenden, J. H. Th. Leeuwenburgh, R. M. Soejatiman en J. C. de Keijzer- ons op verzoek van het Bestuur der Vereeniging van Bouwkundigen in NederlandschIndië in commissie gesteld ten einde op te nemen de uitslag der 2de stemming voor de verkiezing van een nieuw Bestuur, en hebben wij bevonden, dat er in totaal zijn uitgebracht 117 stemmen, waarvan 10 ongeldig zijn verklaard, dragende 3 geene onderteekening op het buitencouvert en zijn 7 niet in voldoening aan art. 30 van het Huishoudelijk Reglement, dat er verder zijn uitgebracht de ondervolgende stemmen. 1. A. van Doorn. 94 2. H. B. Kolling. 90 3. J F. Pattiwaël Westerloo. 89 4. J. C. van der Hoeven. 85 5. A. du Bois. 78 6. A. J. Laurens. 55 7 M. F. Versteegh. 48 8. R. Moch. Enoch. 40 9. F. J. Beem. 35 10. J. Swaving. 34 11. J. M. de Witt. 33 12. Soewito. 30 13. F J. G. von Tronchin. 22 14. J J. van Hout. 17 waaruit opgemaakt, dat met meerderheid van stemmen in het Bestuur zijn verkozen: A. van Doorn, H. B. Kolling, J. F. Pattiwaël Westerloo, J C. van der Hoeven, A. du Bois, A.J. Laurens, M. F. Versteegh.
123 En hebben wij van deze bevinding dit procesverbaal opgemaalct in simplo. De Commissie voornoemd: J. H. TH. LEEUWENBURQH. SOEJATIMAN. DE
INKOMSTEN.
KEIJZER.
I. Orgaan geen wijzigingen eindtotaal f
••••••••»»••••••••••»•••»••••••*••••••••••»••••••••4•»•»•#•»••••»»»»»«•• • •
l
VERGADERINGEN.
j
••»••••••*•••••»»•••*•••••••••••••••»•••••••••••»••••»•••••»*••••••••••»
KORT VERSLAG APRIL 1920.
ALGEMEENE
e. Post stoiting V. v. L. werd van f 150.- op f 300.— gebracht, eindtotaal afd. n i . werd hierdoor f 6200.— en de totaal Uitgaven f 27100 —
VERGADERING
3
Ten einde de leden niet te doen wachten op het verschijnen van het uitgebreid verslag van deze vergadering volgt hieronder eene verkorte weergave van de behandelde punten. Van het bestuur waren aanwezig de H. H. d e K e i j z e r , K o l l i n g en M a r c u s en nam mede aan de bestuurstafel plaats ons lid van verdienste den Hr. B e r k h e m e r ; nog waren aanwezig-m. i. van schriftelijke machtiging — 54 leden. Het N. I. O. G. de V. v. W. 1. en de Politiebond zonden vertegenwoordigers 1. Na een woord van welkom aan de aanwezigen, in het bijzonder aan de afgevaardigden en de pers herdacht de Voorzitter het ontvallen aan onze Vereeniging door overlijden van het lid van verdienste, 1ste Voorzitter en oprichter der Vereeniging den Hr. C. P. Franken, welk gedeelte der rede staande door de Vergadering werd aangehoord. Verschillende vereenigingswerkzaamheden werden naar voren gebracht, waarna de 22e jaarvergadering der V. V. B. voor geopend werd verklaard. 2. De notulen werden met de wijzigingen door het lid V. d. Hoeven noodig geacht goedgekeurd 3. Na voorlezing van het proces-verbaal van de commissie voor kasopname 1) werd den Penningmeester door de Vergadering volledig acquit en décharge verleend. 4 en 5. Het verslag van den Isten Secretaris gaf geen aanleiding tot op- of aanmerkingen. Het finantieel jaarverslag van den Penningmeester was niet in het bezit van het Bestuur, zoomede kon het verslag van de verrichtingen van het Steunfonds niet worden opgemaakt, uit gebrek aan gegevens. Deze verslagen zullen alsnog worden opgemaakt 6. De begrooting werd met de ondervolgende wijzigingen en aanvullingen goedgekeurd. UITGAVEN.
Ia. Orgaan. Frankeering I. B. T. en kruisbandjes werd van f 1020.— teruggebracht op f 720.— eindtotaal begrootingspost werd hierdoor f 19200.— // Uitgaven. Hieraan werd toegevoegd een post Bibliotheeknummers f 600.— de verzendingskosten f 130. — bleek een drukfout te zijn en bedraagt f 100.- eindtotaal f 1700.— Hl. d. Vergaderingen. Hieraan is toegevoegd een post Algemeene Vergadering f 300.— en de post H. B. vergaderingen van f 1600 teruggebracht op f 1300.—. 1) Wordt in het volgende nummer opgenomen.
Red,
11850
II. Als gevolg van de aanname Bibliotheeknummers onder de uitgaven werden de inkomsten hiervan geraamd op f 400.— en voor den verkoop Indische Bouwagenda opgebracht f 100.— eind-totaal f 1600.— III. Vereeniging. Het tekort zal nu dus bedragen f 1120.--, welk tekort gedekt wordt door de aanname van het voorstel 9f van het H. B. de contributies voor O. O. s., Opz. en Architecten resp. vast te stellen op f 2 4 . - , f27.—en f30.— 's jaars. 7- en 8. In verband met den stand der financiën werd besloten het saldo 1919 bedragende f 17364^ te laten in de Vereenigingskas. 90 en b. Voorsteilen afd. Sidhoardjo en H. B. Na langdurig debat werd het voorstel der afd. Sidhoardjo aangenomen, welk voorstel alsnog aan een referendum zal worden onderworpen. Tijdens de bespreking van dit punt kwam aan het licht, dat de A. V. te Batavia in 1919 nog heeft aangenomen voorstel de Graaft punt 9 f ten 8e eene wijziging van art. 9 H.R., waardoor dit artikel thans luidt: „De leden van verdienste deelen in alle rechten der leden of in die der buitengewone leden, naar gelang zij al dan niet een der in art. 2 bedoelde betrekkingen bekleeaen.' De leden van verdienste die nu niet in actieven dienst zijn missen daardoor het recht van een beslissende stem, wat den Hr. Berkhemer ten rechte de woorden ontlokte: ,.Dat vind ik niks leuk." De vergadering nam dan ook met algemeene stemmen aan den tekst van art. 9 te laten zooals die oorspronkelijk luidde. 9c. Dit voorstel werd aangenomen, zoomede ook de toevoeging aan art. 11 van eene alinea betreffende het Dagelijksch Bestuur. Op voorstel de Graaft zal uit art. 11 al. 3 geschrapt worden de woorden „of secretaris penningmeester", omdat deze functie niet bestaat, wat aangenomen werd, M. Salarisherziening. Hierover hield de Voorzitter een lange rede en gaf de geschiedenis van de regelingen weer, waaruit duidelijk de groote miskenning van het corps B. O. W. naar voren werd gebracht, zoomede het groote nijpende tekort aan ervaren technisch personeel. De maatregelen die het Departement heeft genomen om m dit tekort te voorzien, als het uitzenden en plaatselijk aannemen van tijdelijk personeel tegen hooge loonen — soms wel tot het dubbele van de actief-dienenden — de aanbestedingen, en verder de oproep van particuliere aannemers en architectenbureaux voor het doen uitvoeren der werken of het opmaken van ontwerpstukken werden sterk belicht en afgekeurd, daar dit toch het tekort aan personeel niet zal doen ophouden; ja zelfs waren de voordeeliger
124 condities aanleiding geweest, dat het verloop onder het vaste personeel in de hand werd gewerkt, doordat dit personeel tegen hooger loon overging naar de particuliere bureaux of de aannemers. De genomen maatregelen werden dan ook ten eenenmale onvoldoende genoemd en zal alleen door de toekenning van betere bestaansvoorwaarden en eene betere waardeering deze exodus worden gestuit Den releveerde de Voorzitter, dat ons Departement het er blijkbaar om deed om telkens en telkens het corps B O.W. te grieven en neer te drukken. Van eenige logica of consequentie in de behandeling harer ambtenaren viel niets te bespeuren. Een krachtdadig ingrijpen en eene radicale verbetering is dan ook dringend gewenscht. Voorzitter gaf verder voorbeelden, waaruit het steeds ten achter komen van het Departement B.O.W. bleek, want eerst als andere Departementen of diensten met eene verbetering voor den dag kwamen en de drang voor de B. O.W. te groot werd, komt ons Departement pas op de proppen. Dit telkens achteraanloopen met wat de overige Departementen voor het personeel heeft gedaan heeft de Voorzitter nieuwe uitdrukking doen uitvinden voor B.O.W. behoudens de vele bekende en wel: B{lijft} Oiotmoedig) W (achten), want nietwaar: , Voorbeelden wekken, leeringen strekken." Verder verwees Voorzitter naar hetgeen naar voren is gekomen bij de behandeling in den Volksraad van de voorstellen tot herziening der Onderwijssalarissen en haalt hieruit aan: 1. de verhooging der aanvangsbezoldiging met ongeveer 50 Vc', 2 het toekennen van meer salaris aan gezinshoofden ; 3. het toekennen van een betere bezoldiging in de beginjaren; 4. het toekennen van het eindsalaris op een zoodanig tijdstip, dat zulks van invloed kan zijn op het pensioen, waarvoor een tijdvak van 17 jaren is aangenomen. Een eeresaluut werd tevens uitgebracht op den Dir. O. E. en N., die deze grondslagen heeft weten te verkondigen en verdedigen en gezien de voorgestelde regeling goede bestaansvoorwaarden heeft weten te verkrijgen voor zijne ambtenaren. Uit de argumentatie van den Hr. B e r gm e ij e r, betoogende de noodzakelijkheid van sterke aanvulling van het corps artsen, ingenieurs en juristen haalt Voorzitter aan het gedeelte: „Even noodzakelijk als onderwijs is voor de gemeenschap •• voedsel, huisvesting, gezondheid transport, enz. Voor al deze zaken hebben wij ingenieurs noodig". Spreker wenschte hieraan slechts toe te voegen, dat als noodzakelijk onderdeel, zelfs integreerend bestanddeel van den Ingenieur moet worden aangemerkt de Technische ambtenaren, welke toch de grondslagen moeten vormen voor de te leveren arbeid en zekerlijk deze factor niet over het hoofd mag worden gezien. Nog haalt Voorzitter aan, dat toch de opzichters B. O. W. onder vaak moeielijke omstandigheden hun dienst moeten verrichten en zich in de Maatschappij ongeveer dezelfde uitgaven moeten getroosten als de onderwijzers en stelde daarom Vergadering de volgende motie voor: Motie. De Vereeniging van Bouwkundigen in Neder-
landsch-Indië in algemeene vergadering bijeen op den 3den April 1920 te Soerabaia; Gelezen de debatten in den Volksraad inzake de herziening van de bezoldigingen van de leerkrachten bij het Departement van O. E. en N; kennis genomen hebbenden van de motie van de Heeren Cramer c s. op de onderafdeeling 308 F. der aanvullingsbegrooting voor 1920, betreffende de herziening der salarissen van de ingenieurs bij de B. O W. naar den maatstaf voorgesteld voor de bezoldiging van de leeraren bij de openbare middelbare —en technische scholen, en deze herziene regeling te doen ingaan op 1 Januari 1920 —welke motie door den Volksraad zonder hoofdelijke stemming werd aangenomen; van oordeel zijnde, dat uit een oogpunt van rechtvaardigheid en om het noodlottig verloop van het corps onderopzichters, opzichters en architecten zooveel doenlijk te voorkomen een herziening der salarissen van gemeld corps mede dringend noodzakelijk is, noodigt de Regeering uit de salarissen van dit corps spoedig te willen herzien naar den maatstaf als voorgesteld voor de onderwijzers bij het Lager Onderwijs en deze herziene regeling te doen ingaan op 1 Januari 1920. Onder langdurig applaus werd de motie bij acclamatie aangenomen. De H e e r D i j k e r m a n, vertegenwoordiger van de V. v. W. I herinnert er aan, dat op de jongste algemeene vergadering van de V. v. W. I. besloten is eene motie in te dienen ten behoeve van de V. v. B., welke medeeling met vreugde werd begroet en zegt de Voorzitter dank voor dezen steun. Hierna werd voor 30 min. gepauzeerd Vóór verder de debatten te openen herinnert Voorzitter aan de vele verdiensten van den oudH o o f d i n g e n i e u r E l e n b a a s bij de samenstelling van het P v. A de vele waardevolle adviezen ons steeds gegeven en van het vele in den laatsen tijd in het belang van onze Vereeniging gedaan en stelde daarom namens het H. B. voor den Heer Elenbaas het beschermheerschap der Vereeniging op te dragen. Ook Kolling gaf een overzicht en voelde de noodzaak onze dankbaarheid te getuigen. Onder luid applaus nam de Vergadering deze benoeming aan. De salarisherziening gaf aanleiding tot een langdurig debat De vertegenwoordiger van het N. I. O G. en van de V. v. W. I. wezen op het nadeel verbonden aan het noemen van cijfers, want werd er beweerd, als de Regeering er toe overging over 2 jaren b. v. de gevraagde regeling toe te staan, dan zal wellicht al blijken dat de regeling van nu niet meer voldoende werd geacht en zou er terecht gezegd kunnen worden: Nu geven we je wat jezelf gevraagd hebt en nog is men niet tevreden! Er word dan ook aangeraden meerdere souplesse in de regeling te laten. Na heel wat gediscusseer werd ten slotte besloten de Motie als boven aangenomen ter kennisse van de Regeering te brengen en in een begeleidend rekest alles op te nemen, wat in acht genomen zou dienen te worden. De aanhangige voorstellen der Regeering om toekenning van 25 pCt. verhooging der salarissen gaf aanleiding tot de opmerking, dat deze verhooging voor de thans voor ons geldende salarissen onvoldoende moet worden geacht en ware 25 pCt. te zetten op de voorstellen genoemd in ons P. v. A., welke aldus aangevuld de nieuwe onderwijssalarissen nabij zullen komen. Hier werd
125 tevens door de Graaff gewezen op punt 1 van het werkplan, dat de bestaande tractementen al dadelijk als onvoldoende moeten worden beschouwd, uithoofde van de meerdere praestatie waaraan de opzichters van thans moeten voldoen, als gevolg van het groote tekort aan personeel en wil dit als motief aangemerkt zien om de 6 jaren practijk genoemd in de overgangsbepalingen van het P. v, A. te doen vervallen. De groote arbeidspraestatie als gevolg van de groote uitbreiding der B. O. W. werkzaamheden maken het noodzakelijk, dat eene hoogere maatstaf moet worden aangelegd voor de toekenning van de in uitzicht gestelde 25 pCt. verhooging. Het H.B. werd opgedragen bij het voorbrengen van deze motie hiermede rekening te willen houden. De Heer v a n Q e m e r t merkt op, dat de voorgestelde 25 pCt. verhooging voor de lage tractementen niet veel verbetering zal geven en vraagt voor deze categorie een hooger percentage en dit te zetten op tractement plus duurtetoeslag, wat algemeen instemming vond. 10 Verkiezing nieuw Eestuur. Tot bestuursleden werden verkozen: de H. H van Doorn, Kolling, Pattiwael Westerloo, van der Hoeven, du Bois, Laurens en Versteegh. Hierna wees Voorzitter op den uitslag der 1ste stemming, welke bedroevend was en een wilde stemming uitwees en stelde de Vergadering voor het oude besluit van candidaatstelling door het Bestuur op voordracht der afdeelingsbesturen te handhaven; aan de 2de stemming zal dan door alle leden worden deelgenomen, wat logischer was. Dit voorstel werd bij acclamatie aangenomen. De Graaff maakte nog de opmerking, dat bij de samenstelling van de candidatenlijst 2de stemming niet de hand is gehouden aan art. 30 H. R. en verzocht dit in den vervolge in achtte nemen. Voorzitter gaf hiervan nadere uitleg. 11 Als eenige candidaat werd door het Bestuur de Heer d e H a a n genoemd. Bij acclamatie werd de benoeming tot redacteur aanvaard. De vergadering sprak zich verder uit den R ed a c t e u r erkentelijkheid te betuigen over het door hem gevoerde beleid. 12. Werkplan. I, II en III gingen gewoon onder de hamer door en werd het Bestuur verzocht hieraan de noodige aandacht te willen besteden. IV en V Autoregeling en acte toelage. Hiervoor zijn door het Bestuur bereids concept requesten opgemaakt en zullen binnenkort worden afgezonden. Aangaande de acte-toelage deelde Kolling mede, dat de voorstellen tot directe toekenning van de acte-toelage ad f 50 — 's maands op het Departement in bewerking zijn. VI. Herziening der reistoelagen. Besloten werd samenwerking te zoeken met het V. v. L. VII. Uitbreiding van het I. B. T. tot een meer beteekenend technisch periodiek. De eerste stappen in deze zijn door den Redacteur reeds verricht en wordt er vertrouwd op de volle medewerking van de leden. VIII. Leeskringen De afdeelingen zullen op dit punt worden gewezen. IX. en X. T. z. t. zal door het Bestuur hieraan meerdere aandacht worden besteed.
XI Opheffing particulier verbod tot het verrichten van particulier werk. Hierover ontstond een levendig debat, welke echter niet tot resultaat kon komen. Hierna werd er op gewezen, dat er beter getracht moet worden de bestaansvoorwaarden verbeterd te krijgen Het mag toch niet voorkomen, dat een ambtenaar zich door het fokken van bijverdiensten in het leven staande moet houden en moet het Gouvernement hierin ' voorzien. Voorzitter stelde daarom voor dit punt van de agenda af te voeren, wat met algemeene stemmen werd aangenomen. XIL Reorganisatie van de B. O. W. dienst op de Buitenbezittingen. Het resultaat van de door het Bestuur gehouden enquête bleek allertreurigst te zijn. Getracht zal worden het nog eens te probeeren. XIII Wijziging van de administratieve voorschriften. Hiervoor is door het Departement bereids eene commissie benoemd. XIV en XV. De actie voor betere samenstelling van de leergangen tot opleiding voor architect zal ter hand worden genomen. Volgens Kolling bestaat het voornemen te Modjokerto ook een leergang te openen. Tot slot werd besloten de actie in Holland ter hand te nemen, waartoe machtiging is gegeven aan de H. H. Antonisse en Otten, die thans in Holland verblijf houden. 13 Als plaats der volgende algemeene vergadering werd aangenomen Semarang. 14 Na nog eenige algemeene opmerkingen werd de vergadering ten 1 u. n. m door den Voorzitter gesloten met een woord van dank voor de opkomst en voor de betoonde belangstelling van den kant der afgevaardigden en aan de pers. * * *
De gezellige bijeenkomst werd nogal druk bezocht en merkten wij hieronder ook eenige dames van leden op. Na de A. V. bleef een groot deel der vergaderden — 26 in aantal - nog geruimen tijd in gezellig diner bijeen en hadden zich hierbij ook de gemelde dames gevoegd. Tot slot werd nog een toer door de stad gemaakt naar Tandjong-Perak ter bezichtiging van de Havenwerken. Als demonstratie van »snel vervoer middel* werd hierbij- gebruik gemaakt van een »vrachtauto«, waarin allen een plaats vonden. De krachtwagen bleek de inzittenden volkomen te beschermen tegen ziekten en ongevallen, die een gevolg konden zijn van het gebruik van een motorrijwiel volgens recept Directeur B. B. — is U verzekerd? en waren de deelnemers nog juist op tijd, dank zij dit snelle vervoermiddel, voor de lezing in de loge te Toendjoegan. Een photograaf zorgde verder, dat dit gedeelte der vergadering aan de vergetelheid werd ontrukt. Wij wenschen den Directeur B. B. dit vervoermiddel ernstig in overweging te geven voor zijne ambtenaren, het zou den Lande zeker wel ettelijke duizenden guldens 'sjaars besparen. Van de gehouden lezing vindt men elders in dit blad het verslag overgenomen uit het Soer. Handelsblad. Er was bijzondere belangstelling voor en gaf voorts aanleiding tot geanimeerd debat.
126 De excursie op Zondag is niet door kunnen gaan, wat wel jammer is Na de beslommeringen van deze dagen kwam men eindelijk nog tot de conclusie, dat de extra maand salaris totaal opgeraakt bleek te zijn en is het thans wachten op de 25 pCt. extra verhooging. Moge dit niet al te lang wegblijven, niettegenstaande wij dit eenmaal gewend zijn: B(lijft) O(otmoedig) W(achten). En zoo behoort deze vergadering weer tot het verleden. Correspondent. AFDEELING PREANGER REGENTSCHAPPEN. KORT VERSLAG Ie LEDENVERGADERING, 27-3-'20. Aanwezig zijn
A. J. Bax, Opz. B.O.W. Garoet R. M. Enoch, „ „ Tjiandjoer H. A, Th. Derks, „ , Bandoeng R. Noersasih, Ond. „ „ Tasikmalaja W. J. Tarenskeen, , „ Soekaboemi Th. E. Veer, . , Tasikmalaja H. M. Smit, , „ Bandoeng R. M. Martahadiprawira, , „ Soekaradja. De Secr.-Penn., H. A. TH. DERKS.
VERSLAG DER VERGADERING VAN DEN RAAD VAN GEDELEGEERDEN VAN HET VERBOND VAN VEREENIGINGEN VAN LANDSDIENAREN TE WELTEVREDEN OP 18 FEBRUARI 1920. Omstreeks 7 u n/m. opent de Voorzitter, de heer J. Meertens, met een woord van welkom aan de aanwezigen de vergadering en spreekt de hoop uit, dat in het nieuwe jaar 1920 krachtig zal worden samengewerkt onder de bij het V. V. L. aangesloten Vereenigingen. Overgaande tot punt 1 van de agenda verzoekt de de Voorzitter de vergadering middels schriftelijke stemming tot het benoemen van een nieuw Verbondsbestuur, dat uit 5 leden moet bestaan.
Het resultaat van de ie stemming is. als v o l g t : op heer Meertens 8 stommen Wcbb (i „ „ „ Bakker 4 „ Delver 2 „ „ Voorhorst 4 „ , „ Harkink 8 „ „ „ Riem 1 stem „ „ Tuibens 2 stammen „ „ de Konink 2 , „ , v.d. Wateren 2 „ „ Versteegh 2 „ Ikema 2 „ „ van Brakel 1 stem „ „ Huisken 1 „ zoodat bij meerderheid van stemmen werden gekozen de heeren Meertens, Harkink en Webb. De Voorzitter merkt op, dat op de heeren Riem, Bakker en van Brakel niet mag worden gestemd, aangezien deze heeren geen gedelegeerden zijn van aangesloten vereenigingen en het Verbondsbestuur, alleen uit de gedelegeerden moet worden gekozen. Rest thans nog te stemmen op 2 leden voor het Verbondsbestuur, jiangezien slechts de bovengenoemde 3 heeren bij meerderheid van stemmen zijn gekozen. Een nieuwe schriftelijke stemmen heeft tot resultaat: op heer Huisken 1 stem. „ „ Delver 2 stemmen. , „ Ikema 3 , „ , Voorhorst 4 , „ „ Tuibens 3 „ „ „ de Konink 1 stem. „ „ Versteegh 3 stemmen. „ , van de Wateren 1 stem. Er wordt overgestemd op de heeren Voorhorst, Ikema, Tuibens en Versteegh, waarbij wordt gestemd: op heer Voorhorst 6 stemmen. , „ Ikema 6 „ „ , Tuibens 3 „ , , Versteegh 3 „ zoodat de heeren Voorhorst en Ikema zijn gekozen Gekozen zijn dus in het nieuwe Verbondsbestuur de heeren: J. Meertens. Th. Harkink. W. Webb. Voorhorst, en Ikema, die de benoeming aannemen. Overgaande tot punt 2 van de Agenda deelt de Voorzitter mede, dat door de Vereeniging .Perserikatan Goeroe Hindia Blanda" het verzoek is gedaan, zich te mogen aansluiten bij het V.V.L. Daartoe door den Voorzitter aangezocht, leest de administrateur de tot het verzoek betrekking hebbende correspondentie voor, alsook de statuten der genoemde vereeniging, waarop bereids rechtspersoonlijkheid is verleend. — Hierop deelt de Voorzitter de vergadering mede, dat het Verbondsbestuur de aansluiting van genoemde Vereeniging adviseert en vraagt hij, wie van de heeren gedelegeerden daartegen is. Met algemeene stemmen wordt de vereeniging „Perserikatan Goeroe Hindia Blanda" bij het V. V. L. aangesloten. Punt 3 van de agenda is de bespreking van de Muilkorf-Circulaire. Daartoe geeft de Voorzitter het woord aan den heer Harkink, die begint met de bijzondere aandacht van de heeren te vragen voor de behandeling van de oogenschijnlijk ongevaarlijke, doch in werkelijkheid—, nadat men van den inhoud zich goed rekenschap heeft gegeven, zoo ver-strekkende en fnuikende en daarom thans reeds zoo gehate muilkorf-Circulaire. Heer Harkink deelt daarop de vergadering mede, dat de Muilkorf-Circulaire een gevolg is van een rondschrijven, gedagteekend 25 Maart 1919, van den Ministerraad in Nederland van ongeveer dezelfde strekking. Spreker leest dat rondschrijven voor en vestigt de aandacht van de vergadering op de ronde, loyale wijze, waarop in die circulaire tot de ambtenaren in Nederland een waarschuwend woord wordt gesproken. Toch achtte het Bestuur van den Centralen Nederlandsche Ambtenaren Bond het noodig naar aanleiding van genoemde Nederlandsche circulaire een onderhoud te hebben met den Minister van Justitie. Toegestaan is dat onderhoud, hetwelk op schrift is gesteld, te publiceeren. Spreker leest ook dit onderhoud voor, waaruit ten duidelijkste blijkt, dat de Nederlandsche regeering een gezonde ontwikkeling
127 van het politieke leven niet wil tegenwerken en het den Nederlandsche ambtenaren zonder eenig voorbehoud is toegestaan op wettige wijze uiting te geven van hunne politieke overtuiging, ja zelfs, dat de Nederlandsch regeering respecteert het streven naar een andere regeeringsorde, dan de thans bestaande, mits dat streven gaat langs wettelijken weg. Gewaarschuwd wordt tegen het op illegale wijze omverwerven van het bestaande gezag. Spreker toont aan, dat niemand zich beleedigd zal gevoelen over den inhoud van de laatstgenoemde Circulaire van den Nederlandschen Ministerraad : zij is kort en bondig, loyaal en royaal. Hierop leest sprelter den brief voor van den Minister Idenburg aan den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië, waarin mededeeling is gedaan van het ontstaan van meergenoemd rondschrijven van den Ministerraad. Naar aanleiding daarvan heeft de Indische regeering gemeend de Muilkorf-circulaire van 21 September 1919 te moeten in het leven roepen. Spreker vergelijkt thans de inhoud van die Muilkoi'f-Circulaire met dien van liet rondschrijven van den Ministerraad in Nederland, waarbij duidelijk wordt aangetoond, met welk een willekeur de Indische regeering meent met de Landsdienaren in deze koloniën te mogen omspringen Zoo kort en bondig als het rondschrijven is van den Ministerraad in Nederland, zoo vaag en verward is de Circulaire van de Indische regeering. Het politieke leven onder de Gouvernements ambtenaren wordt daarin gelieel aan banden gelegd, zoo dat het den Landsdienaren eigenlijk veiboden is—een politieke overtuiging te bezitten, terwijl het hem onmogelijk wordt gemaalft, daarvan uiting te geven in het openbare leven. Spreker leest ook voor, hetgeen door het Volksraadslid .J^os. Suijs en de regeeringsgemachtigde Muurling over de Muilkorf-Circulaire in den Volksraad is gezegd, terwijl door den administrateur wordt voorgelezen een schrijven van den Chef van den Post-, Telegraaf- en Telefoondienst, waarin een bedreiging wordt uitgesproken naar aanleiding van de Muilkorf-Circulaire. Als ook de gedelegeerde van de vereeniging "Ons Aller Belang" de vergadering doet weten, dat naar aanleiding van de Muilkorfcirculaire een algemeene order van dezelfde strekking in het leger het licht heeft gezien, besluit de vergadering unaniem het vertrouwen, dat de heer Suijs in het V. V. L. heeft gesteld, niet te beschamen en krachtig te protesteeren tegen een zoodanige kleineerende behandeling van de Regeering. Met algemeene stemmen wordt hierop besloten:
Ie. dat door het Verbondsbestuur zal worden onderzocht of, en zoo ja, op welke wijze, de bedoelde circulaire ter kennisse der Landsdienaren is gebracht; •ie. der Regeering te verzoeken, te willen mededeelen, of zij het ten deze door de Nederlandsche Regeering ingenomen standpunt, zooals dat in het betreffend schrijven van den Ministerraad met bijlagen klaar en duidelijk is omschreven volkomen tot het Hare maakt, dan wel of zij daaraan uitbreiding, en zoo ja, welke, geeft; 8e. in samenwerking met politieke Vereenigingen een krachtige actie te beginnen tot intreltking der Indische Circulaire. De punten 5 en 6 van de agenda worden thans tegelijk behandeld en de vergadering gaat over tot de vaststelling van een voorioopige contributieregeling voor het V. v. L., die bepaald wordt op een bedrag van f 0.60 per jaar aangesloten stemgerechtigd lid van Europeeschen en van f 0.25 per jaar per stemaerechtigd lid van niet-Europeescbe landaard van elke aangesloten vereenitiing. Deze Contributieregeling geldt voor de jaren 1919 en 1920. Bij de rondvraag deelt de administrateur mede, dat van de g^-oep ambtenaren bij den Postdienst, die vroeger in Nederland zijn werkzaam geweest en thans in Indischen dienst zijn het verzoeli is gedaan tot toetreding bij het V. V. L. De vergadering besluit met die ambtenaren mede te deelen, dat hun vereeniging eerst als rechtspersoon moet zijn erkend, alvorens nader op het verzoek kan worden teruggekomen, terwijl de Raad besluit eerst inlichtingen in te winnen bij het Hoofdbestuur van den reeds aangesloten Püstbond. Op verzoek van den Voorzitter wordt door de heeren Huisken en Voorhorst die met den heer van Brakel de commissie vormen tot ODrichting van een eigen drukkerij voor het V. V'. L. mondeling verslag gedaan van de reeds verkregen gegevens. Het benoodigde kapitaal wordt op f 85000.— oegroot. Het door deze Commissie op te maken verslag zal zoo spoedig mogelijk schriftelijk de aangesloten vereenigingen worden toegezonden. Nadat door den administrateur nog is medegedeeld, dat hij in de maand Juli van dit jaar met buitenlandsch verlof zal gaan en het Verbondsbestuur heeft goedgevonden, dat de heer Riem voor den tij(i van zijn verlof een plaatsvervanger zal zoeken en de Raad hieraan zijn goedkeuring geeft, wordt de vergadering circa 9 uur 30 m. n.m. door den Voorzitter gesloten. Namens het Verbondsbestuur: De Secretaris, W. WEBB.
REDACTIONEEL GEDEELTE. MODERNE HOUTCONSTRUCTIES. ^ ^ P ^ ^ g E D U R E N D E eeuwen was het hout het eenigste constructie-materiaal voor het overspannen van open p. ruimten en voldeed naar het I scheen aan de gevraagde eischen, totdat in de löe eeuw het ijzer als mededinger optrad. De vervaardiging van vele soorten walsprofielen, het gemakkelijk tot stand brengen der verbindingen, eenvoudige berekeningen en de steeds hooger eischen stellende industrie, waren vooral oorzaak, dat het hout als constructiemateriaal voor groote overspanningen spoedig werd verdrongen. Bovendien werd het hout duurder en het verkrijgen van balken van groote afmetingen moeilijker, zoodat het nieuwe materiaal, op zoo'n gunstig tijdstip op de markt gebracht, wel moest slagen en leek het ook inderdaad dat het hout geheel zou worden verdrongen.
Vooral in Amerika nam het ijzergebruik, in de bouwvakken, een groote vlucht. *** Een vijftiental jaren geleden echter, werden door den bekenden houiconstructeur Hittenkofer pogingen gedaan om het hout ook voor grootere constructies ingang te doen vinden. Zijn sedert bekend geworden zinspreuk: „als ik geen hout van voldoende afmetingen kan krijgen, dSn neem ik hout van kleiner afmetingen", gaf de richting aan, waarin de oplossing gevonden moest worden. Korten tijd daarna werden van verschillende kanten voorstellen gedaan om naar nieuwe houtconstructies te zoeken die in alle deelen zouden voldoen, aan de zich snel ontwikkelende stellingen der grafische statiek. Een voorname plaats bekleeden hierbij Stephan en Hetzer, die zich beiden in Europa een grooten naam hebben gemaakt, door de toepassing van geheel nieuwe ideeën omtrent de constructie van groote overspanningen geheel in hout uitgevoerd, beiden passen voornamelijk den boog-
128 vorm toe en hebben daarmede uitkomsten bereikt, die voor ijzerconstructies in geen enkel opzictit behoeven onder te doen. Niet dat de boogvorm voor daken onbekend was, want Philibert de l'Orme paste dezen reeds toe in het jaar 1561, terwijl vermoed wordt, dat boogvormige daken nog een paar honderd jaar vroeger bekend waren.
Bij deze soort bogen staan de samenstellende planken dus verticaal naast elkander Een zeer fraai voorbeeld van zulk een dak, nog afstammend uit den tijd dat het djatihout maar voor het kappen was, kan men te Kandanghauer zien in de groote rijstgoedangs. * Een andere soort gebogen spant werd door Emy voor het eerst in 1828 bekend gemaakt.
Deze buigt de planken in de lengte-richting De rOrme gebruikte planken van 4 tot 6 cM. over mallen, die den gewenschten straal hebben dikte en voldoende breedte om daaruit schenkels en voegt dan zooveel planken door middel van te zagen, welker binnen- en buitenloop overeenhouten pennen, bouten en ijzeren stroppen aan komt met den gekozen straal. Naar gelang van elkander, als noodig is. spanning en aard der belasting worden zooveel Als grootste pijl kan bij grenen- en dennenschenkels naast en op elkander geplaatst als noohout 1/25, bij eidig is en het geFig 2 kenhout 1/10 der heel, doormiddel lengte van de gevan houten penbogen plank zonnen en schroefder gevaar van bouten verbonsplijten genomen den, daarbij zorgworden dragende dat de Een voordeel straalsgewijze van deze converloopende nastructie van Emy den nooit boven is, dat men geen elkander vallen, houtverlies door doch voldoende verzagen heeft, verspringen. De dat geen der velengte van de af1? a.\jlHa^' zels wordt doorzonderlijke plangesneden en dat ken bedraagt 0.90 Hetzer-dakcontructie met verloopende profielen devollelengteder tot 2 20 Meter. plank tot haar recht komt Ook hier worden de voeEen nadeel van deze constructie is. dat de in de gen zoodanig gelegd, dat zij voldoende verspringen. lengte van het hout verloopende vezels buiten en soms ook binnen doorgesneden worden, zoo dat ** * de uiteinden beneden en het middenstuk boven Het Stephans-dak bestaat uit houten vakwerkneiging tot afscheuren hebben, waarop bij het inbogen, die naar gelang van omstandigheden op slaan der pennen en bouten gelet moet worverschillende manieren worden samengesteld. den.
w
INDISCH BOUWKUNDIG TIJDSCHRIFT
i
Plaat X
^^^H
^^^^^^^^^^^H
• m i r ^.'^
^H ^^^1^^^^^^H
^^^^R^^^Bi^B
^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ • ^ • v w ^ p ' ' » . If. ^ ^ ^ ^ ^ M ^ . • -5»!^ SS V,? ^ ^ \ . 4 '/»' ' ^
M > .d^v
,
\
^^B
"> w ^ ^ É V A - ^ ^ ^ ^ l ^ H ^ ^ • f i • • >w ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ B ^^T' '^*^'**'^* 1^^119 A
.. ' ~^
WA-
I^All^^ï,",: ;. Ëdmm'^i iv.u.
'
> M i l \T • <^S •; i ' k
—•
1
-.:::':i'T^V|' '50 1
^i-nivSi?*^ i
l l ^ A s r i » - ;;
1
,,^
\'" / i
'-X.
Geraamte van het gebouw B Spanning 15 M., afstand der spanten 6 M
Aansluiting van de boogspanten met de fundeering.
Plaat XI
IKDISCH BOUWKUNDIG TIJDSCHRIFT
Verbinding van een geheel- en, half spant
Geheel spant, gtbouw B.
129 Men heeft steeds een gebogen boven- en benedenligger, waartusschen verticale schuine of gei
(fig. 2): de profielen worden samengesteld uit boven en benedenliggers en een vollen tusschenwand. (fig. 3). Al het hout wordt zoodanig samengevoegd, dat een onverbreekbare verbinding ontstaat, door lijm van een geheim gehouden samenstelling, Deze verbinding is zoo vast, dat bij proeven, die dienden om de afschuiving te bepalen, het volle hout eerder afbrak, dan de lasch. Uitgevoerd werden o a. voetgangersbrug over
Fig 3.
Hetzerbalk. Kleine spanningen worden als volle bogen uitgevoerd. Bij grootere spannmgen worden zoowel voet- als topscharnieren aangebracht, waardoor het geheel statisch bepaald is. De tekstfiguur 1 geeft een doorsnede van de Stephans-dak constructie op de Zeppelinluchtschiphal te Dresden, met eene spanning van 86. — M De geheele lengte van deze hal bedraagt 120 M., terwijl de spanten 10, — M. uitelkaar staan.
de Wiese in Bazel met een vrije spanning van 30 00 M., kappen met spanningen van 15.00 tot 30 00 M., het tentoonstellingsgebouw voor spoorwegmateriaal, te Brussel in 1910. met 43.00 M. spanning, fig. 4.)
De op de platen gereproduceerde foto's zijn opnames van de, in aanbouw zijnde, Technische Hoogeschool te Bandoeng. Volgens het vorenstaande is deze constructie * * * blijkbaar een verbeterde methode van het weinig toegepaste systeem Emy. De Hetzer-methode moet evenals de vorigebeschouwd worden als een groote vooruitgang De gebogen constructiedeelen zijn samengesteld in de houtconstructie, Hetzer past de ijzervormen uit een aantal lagen djatiehouten plankjes van 1 van den hoogbouw toe op houtverbindingen en cM. dikte, bijelkaar gehouden door ijzeren beugels bereikt daarmede buitengewone resultaten. en stroppen. De constructie Als bijzonderis niet goedkoop, heden derHetzer- Fig 4. maar voldoet aan constructie moehooge aestheti • ten genoemd sche eischen. worden: a. de samenDe keurige prostellende deelen fileering van en(houten staven) kele constructiebieden door de deelen bewijst doelmatig gekodat ook de afzen doorsnede werking goed zeer veel weerverzorgd wordt. stand tegen buiDe plannen gen, de doorsnevoor dezen bouw de is I vorming; zijngemaaktdoor het „Ontwerpb. de staven bureau", onder worden uit kleileiding van den nere stukken saIr, Macl. Pont, mengesteld zooTentoonstellingsgebouw voor Spoorwegmateriaal te terwijl de uitvoedat het gebruik Brussel in 1910 met 48. — M spanning. ring geschiedt van klein dus onder leiding van den kapitein der Genie, M. T. goedkoop-hout mogelijk is; van Staveren. c. het samenstellen der liggers en spanten geschiedt onder zorgvuldig inhouden van de statiDe Supervisie over dezen bouw berust in hansche werkingen, zoodat een eenvoudige overden van den Heer. V. L. Slors, Directeur van brenging der werkende krachten plaats heeft. het Gemeentelijk bouwbedrijf. De onderdeden die bestemd zijn om buigingsmomenten op te nemen, krijgen den I vorm van het bekende balkijzer, de hoogte der doorsnede wordt soms overal even hoog genomen, kan ook naar den top toe verminderen of vermeerderen
130 EEN EN ANDER OVER NATUURSTEEN. Vervolg van blz 108. Kwarts, Kwarts, kwartsiet of als verweeringsproduct van kwartshoudende gesteenten, dus zand en weder gecementeerd als zandsteen, komt in onmeetbare hoeveelheden op aarde voor, ook op Java. Gekristalliseerd heet het bergkristal als het waterhelder is, heeft dan een hardheid = 7 een soortelijk gewicht = 2,65 en vertoont zich in 6zijdige zuilen met een zes-zijdige pyramide afgedekt. Gekleurde vormen heeten amathist (paars), rookkwarts (min of meer bruin), rozen-kwarts (wit tot rozenrood) enz., enz. Fijn kristallijn vormt het hoorusteen, versteend of verkiezeld hout. roode en groene jaspis met een schelpachtige breuk Niet kristallijn zijn: calcedoon, onyx, agaat, opaal en veel andere half edelgesteenten, ook kwartsiet als rotsvormend materiaal. Diatomeën- aarde bestaat geheel uit kiezelpantsers van infusorien. Kwarts is onoplosbaar in water en zuren, behalve in fluorwaterstofzuur, smelt eerst bij zeer hooge hitte, maar ook na mengen met soda, waarbij onder hevige gasontwikkeling een helder glas ontstaat. Een zeer bekende soort kwarts is de vuursteen. Zand is hetgeen overblijft als kwartshoudend gesteente verweert; eerst worden rolsteenen en kiezelsteenen gevormd, bij verdere verbrijzeling grovere en fijnere zandkorrels 5). Vindt zand gelegenheid zich in grootere hoeveelheden te verzamelen en is dan tevens een cemeneerende stof aanwezig, dan ontstaan zandsteenbanken. Naar den aard van het cement heeft men kiezelzandsteen, waarbij de eene of andere kwartsoort als cement optreedt kleizandsteen, waarbij klei de zanddeeltjes doet samenpakken, kalkzandsteen, waarbij kalk in een of anderen vorm deze rol vervult. Het soortelijk gewicht van deze zandsteenen wisselt of tusschen 2,0 en 2,6, de hardheid verschilt aanmerkelijk bij versch gebroken, meestal nog vochtigen steen, die reeds geruimen tijd aan de lucht is blootgesteld geweest; deze heeft gewoonlijk een hoogere drukvastheid. Op Java komen zeer veel soorten zandsteen voor, dikwijls met zeer goede eigenschappen, zoo o. a. een roode zandsteen in het Cheribonsche, die niet voor den beroemden Bremersteen onder doet. Bekend is verder de groene zandsteen in het Tegalsche gevonden en een zeer zacht, meer mergelachtig product uit Zuid-Kedoe, waarvan bloempotten en andere tuinsieraden worden vervaardigd. Basalt In Europa is basalt het best bekend als zuilenbasalt in gebruik bij zeeweringen en het bekende prentje van de Fingalsgrot Hier komt het alleen voor als vast, zeer donker gekleurd fijnkorrelig gesteente en bevat meestal een hoog gehalte aan magneetijzer. Indien het niet poreus 5) Het zand op 'ava bevat bijna steeds titan-ijzpr, soms in zeer groote hoeveelheden, bijv. aan ''e Zuidkust, bij Pezaboean-ratoe en in hei Cheribonsclie. Met een magneet lean met dit titan ijzer uit het zand verwijderen Tot nog toe zijn alle pogingen mislukt om dit fijn korrelige ijzer in loodanigen vorm te brengen, dat het op ijzer verwerkt kan worden
is, is hel, het hardste op Java voorkomende gesteente, moeilijk te bewerken, maar uitstekend geschikt voor wegverharding Volgens verstrekte inlichtingen moeten zoowel hornblende als leuciet-basalt als rolsteenen van groote afmetingen en als vaste rots in het Cheribonsche voorkomen'en reeds voor wegverharding worden gebruikt Zeer veel overeenkomst met basalt vertoonen de verschillende Andesiet-soorten. Evenals basalt als lavastroomen uit de vuurspuwende bergen gevloeid is, is dit met andesiet het geval geweest en kan men het beschouwen als grofkorrelige basalt, Men onderscheidt naar de samenstelling gewoonlijK twee soorten en wel: hornblende andesiet en augiet-andesiet. Veldspaat is sterk vertegenwoordigd in grootere of kleinere kristallen en kristal-complexen, zoodat andesiet er dikwijls uitziet als peper en zout in het zwarte of roode. Een van de in Europa meest bekende andesieten vormt het Quenast andesiet, waarvan de straatsteenen worden gemaakt, ook wel Queuastporfier genoemd. Dit heeft een gemiddelde druk vastheid van 2540 kgr./cm^, terwijl andesiet uit het Cheribonsche, dat tot de beste op Java ge vonden soort behoort, een gemiddelde drukvastheid tusschen 1288 en 1406 vertoont, bij een litergewicht van 1.29 tot 1,41. Is de structuur meer porfierachtig dan is andesiet feitelijk niet van diabaas te onderscheiden. De Hindoetempels in de vlakte van Djocja zijn opgebouwd van olivien houdende augiet-andesiet, van den Merapi afkomstig, ditzelfde gesteente wordt nu o^k .weder gebruikt voor de herstellingen van de tempels van Prambanan en Boroboedor, terwijl de grafsteenen op de Djocjasch€ inlandsche graven daarvan eveneens afkomstig zijn. Trachiet. Trachiet komt in mineralogische samenstelling zeer veel overeen met de porfiersoorten, maar is een jonger product, dus niet zoo ver versteend, als die welke de voorwereldlijke vulkanische uitbar stingen hebben opgeleverd Trachiet is meer poreus en bestaat uit een vrij ruw-aanvoelende heldergeel tot lichtrood gekleurde grondmassa, waarin kwarts in meerdere ot mindere mate voorkomt. De eerste soort heet rhyolieth of kwartstrachiet, terwijl de tweede soort het eigenlijke trachiet vormt, o. a bekend van den Drachenfels aan den Rijn bij Bonn, welk materiaal gebruikt is voor het beneden gedeelte van den Dom te Keulen. Trachiet komt o. m. in het Cheribonsche in onuitputtelijke lagen van volkomen gelijkmatige samenstelling voor; het is een pracht materiaal voor het vervaardigen van tegels, kadeafdekkingen, traptreden en dergelijk werk, juist omdat de steen steeds stroef blijft en nooit een gladde oppervlakte vertoont Ook voor binnenwerk en beeldhouwwerk vond en vindt trachiet ruime toepassing, o. a. aan het hotel voor den LegerCommandant te Bandoeng, het nieuwe gebouw Nillmij eveneens te Bandoeng, het Jaarbeursgebouw (beelden en kapiteelen) het administratiegebouw der S. C S. te Tegal, enz., enz Het soortelijk gewicht is 2,5 tot 2,7. Lava. Onder lava worden verschillende stoUingspro-
131 ducten der vulkanen samengevat waarvan de voornaamste, behalve de reeds bovengenoemde zijn: lava, puimsteen, obsidiaan en tuffen Lava kan dicht en ook vol grootere en kleinere holten zijn, die ontstonden door het ontsnappen van ingesloten gassen, toen de lava reeds zoo vv'einig vloeibaar meer was, dat die holten niet meer opgevuld konden worden. Indien door spieten en scheuren, met verschillende opgeloste zouten bezwangerd water in die holten doordringt, dan zetten die opgeloste zouten zich af in den vorm van kalkspaat, opaal, calcedoon, zoogenaamde zeoiiethen of amandels. Dichte lava wordt gebruikt voor het vervaardigen van molensteenen, terwijl blazige lava, waarvan de holten met een of ander silicaatgesteente zijn opgevuld, voor hetzelfde doel gebruikt kunnen worden. Puimsteen is sponsachtige en blazige, zeer poreuse lava van gewoonlijk grijze of witte kleur, zeer licht van gewicht; het gebruik hiervan mag als bekend worden verondersteld. Obsidiaan is lava die plotseling gestold is, dus geen tijd had om de samenstellende deelen elk afzonderlijk te laten uitkristalliseeren. Het vertoont zich als donker bruin of grijs gekleurd glas, met een schelpachtige breukvlakte, vlijmscherpe randen, die doorschijnend grijs tot groen, soms bruin zijn gekleurd. Wordt obsidiaan verhit, dan ontwijken de daarin opgeloste gassen onder hevige ontploffingen en blijft een stof over, die veel op puimsteen gelijkt. Het gelukte aan W. Hempel. (Prometheus XXVII, blz. 848) uit de door de scheikundige analyse gevonden samenstellende stoffen (kwarts, soda, potasch, magnesia, koolzure kalk en ijzerzouten benevens klei) onder een druk van 85 atmosfeeren en na toevoegen van waterdamp onder dien druk, een stof te vervaardigen, die in alle opzichten op natuurlijk obsidiaan geleek en eveneens de eigenschap vertoonde, om onder verhitting zonder druk plotseling over te gaan in puimsteen, onder het uitstooten van gassen. Door deze proef is het ontstaan van obsidiaan bewezen Uit een en ander volgt dat de personen, die zich voorstellen het bij Garoet in zoo groote hoeveelheden voorkomende obsidiaan te gaan gebruiken voorflesschenglas-fabrikatie, er op moeten rekenen, dat vreeseiijke ongelukken niet zullen ui blijven, tenzij bij het eerste verwarmen de noodige voorzorgen worden genomen zoodat ontploffingen vermeden worden. De tuffen moeten beschouwd worden als door de vulkanen uitgeworpen en in de hoogte geslingerde asch, die uit die hoogere regionen door tievige regens is nedergeslagen en op aarde neergevallen, uitgebreide lagen heeft gevormd. Indien de druk voldoende groot is geweest, dan werden de tuffen zooveel samengeperst, dat vaste gesteenten zijn gevormd, zooals, o a. het geval is geweest langs den Rijn, zoodat kerken en andere openbare gebouwen van dien steen, tras- of tufsteen genaamd, werden opgetrokken. De steen werd in vroegere jaren bijna uitsluitend te Dordrecht gemalen en toen reeds als toeslag bij de mortelbereiding gebruikt, vooral bij sluizenbouw. Hier op Java is alleen de Nagreg-tras een vast gesteente, dat in steenbrekers voorgebroken en dan in kogelmolens gemalen moet worden Het Moeriahtras is reeds veel zachter en nadert daardoor meer tot de .wilde tuffen", die met patjol of spade uit de bergen worden gewonnen en al-
leen behoeven te worden fijngestampt, om voor gebruik gereed te zijn. Deze wilde tuffen doen in kwaliteit gewoonlijk niet onder voor de trastufsteen. Tufsteen bestaat uit kiezelzuur gebonden aan potasch en aluminium. De kleur wisselt af tusschen donkergeel en wit. Het ruimtegewicht bedraagt ongeveer 1,26, het soortelijk gewicht 2,38. Voor goede soort tras zijn in Europa de volgende eischen vastgesteld: fijnte van korrel: restant op een zeef met 900 mazen per cm^. niet meer dan 20%; 2e. bezinkproef: er mag weinig of niets aan de oppervlakte blijven drijven ; 3e. naaldproef: een mortel van 2 gew. deelen tras en l gew. deel drooggebluschte vettesteenkalk en ongeveer 1 gew. deel water wordt gekneed en daarna onder water geplaatst. De naaldindruk met het Vicattoestel wordt na twee etmalen gemeten en mag geen meetbaren indruk vertoonen (bij 15° C); 4e. gloeiverlies: goede tras mag hoogstem 7% gloeiverlies aantoonen: 5e. trek en drukvastheid: mengsel van 2 gew. deelen tras, 1 gew. deel drooggebluschte vette steenkalk, 3 gew deelen normaalzand en 1 gew deel water. Bij 20° C. moet de trekvastheid na 1 - j - 13 dagen minstens bedragen 10, bij 1 + 27 dagen 14, de drukvastheid resp. 50 en 70. kgr/cm2. Groensteen. Onder groensteen werden vroeger een groot aantal gesteenten samengevat, die een lichtgroene kleur vertoonden, terwijl dan de donkere den verzamelnaam „trapp" kregen. Groensteen is een kiezelzuur verbinding van ijzer en aluminium en potasch. De hardheid is gering 1 Vi tot 2, het soortelijk gewicht 2,8. De breuk is aardachtig bij gesteente dat reeds aan het verweeringsproces is onderworpen, bij verdere verweering vormt zich groenzand, dat als verfstof wordt gebruikt. Is het gesteente hard en dicht dan heet het aphanieth, kan niet meer met een mes gekrast worden en heeft een schelpachtige breuk. Kalkspaat, aragoniet, kalksteen. Tot deze groep-gesteenten behoort ook het marmer, druipsteen, krijt, enz., enz., allen verbindingen van kalk met koolzuur en verschillende verontreinigingen. Kalkspaat vertoont den zuiveren rhomboëder kristalvorm, is dubbelbrekend voor lichtstralen, soms waterhelder, maar ook dikwijls gekleurd. De hardheid is 3, het soortelijk gewicht 2,72, terwijl dat van andere kalksteensoorten uiteenloopt tusschen 2,6 en 2,8. Bij aragoniet loopen de kristallen straalswijze of zijn zoodanig versmolten, dat geen kristalvorm meer te bekennen is. Marmer is fijn kristallijne kalksteen, suikerachtig. Hoewel op Java zeer uitgestrekte kalksteengebergten voorkomen, is het echte marmer slechts op enkele plaatsen te exploiteeren. Gewoonlijk is het harder dan het Carrara-marmer doch heeft het groote gebrek te bestaan uit kleine stukken, die uit de oorspronkelijke blokken door verwerpingen zijn gevormd en later weder aan elkander gecementeerd door kalkspaat in groven kristalvorm. Vandaar dat het marmer zulke leelijke plekken vertoont, en lang aan de lucht blootgesteld op die cementeernaden afbreekt. Met te Patjitan gevonden marmer, werden indertijd door de Genie te Batavia proeven genomen en bevonden, dat de witte soort niet onderdeed voor het Carrara-marmer.
132 Van verdere exploitatie van die waardevolle groeven is in latere jaren niets meer bekend; alleen verspreide mededeelingen melden het voorkomen van schitterend gekleurd marmer, dat voor de Europeesche soorten niet onderdoet en veel minder verwerpingen vertoont, dan het marmer dat aan de andere zijde van de waterscheiding wordt aangetroffen. Over de onlangs in Cheribon ontdekte lagen wit en zwart marmer kan nog niets worden medegedeeld, dan alleen, dat de kleur volkomen overeenkomt met die van Carrara-marmer wat blankheid betreft bij het witte marmer en die van Basecles marmer wat de diepzwarte kleur van het zwarte marmer aangaat. Ongebrande kalksteen vindt veelvuldig toepassing bij het optrekken der fundeeringen van gebouwen in streeken, waar het kalkgebergte het transport niet te duur maakt. Voor wegverharding deugt het volstrekt niet wegens buitengewone stofvorming, vooral als de Inlanders uit gemakzucht steenen leveren, die reeds een begin van verweering vertoonen. Het soortelijk gewicht van vast-kalksteen is 2,4 tot 2,7; de drukvastheid loopt zeer uiteen tusschen 540 en 1100 kgr/cM^, de hardheid kan tot 5 V2 a 6 gaan van de Mohs'sche schaal. De in Nederland, België en Noord-Frankrijk meest gebruikte kalksteen, hardsteen of petitgranit genoemd, met een drukvastheid tusschen 750 en 1320 kgr./cm^, is hier op Java nog niet aangetroffen. Deze steen kenmerkt zich door donkerblauwe kleur en het aanwezig zijn van een groot aantal fossielen, die witte figuren in de geschuurde of gepolijste oppervlakte vormen. Dolomiet. Dolomiet bestaat uit een mengsel van koolzure kalk en koolzure magnesia; tot nog toe zijn op Java geen vindplaatsen van dit gesteente bekend; het is harder dan kalkspaat, tusschen 3V, en 4, lost niet in koud, wel in warm zoutzuur onder opbruisen op. Talk. Talk is een zeer vettig aanvoelend gesteente, dat volkomen wit van kleur is, doch door minerale bijmengingen allerlei tinten kan vertoonen. Het is zeer zacht, daar de hardheid = 1, het soortelijk gewicht 27. Zelden komt het in groote complexen voor, maar meestal verspreid in kloven en spleten of met andere gesteenten gemengd. Talk en de variatie speksteen bestaan uit 63 pCt. kiezelzuur en 32 pCt. magnesia, zoodat hieruit reeds besloten kan worden, dat het zeer vuurbestendig moet zijn ; het smeltpunt ligt dan ook bij ongeveer 2000 "C., waarbij de hardheid tot 6 van de Moks'sche schaal toeneemt. Van de bijgemengde verontreinigingen hangt het nu heelemaal af of men met een meer of min vuurvast materiaal te doen heeft. Proeven zijn in dit opzicht aan den gang met materiaal in het Cheribonsche aangetroffen. Speksteen wordt gebruikt in branders van gaslampen en acetyleenbranders, in de industrie van vetten en oliën als filtreer en zuiveringsmiddel, in de papier en textilindustrie, ververijen ook als uitstekend slijp en polijstmiddel. Een klein gedeelte zeer zuivere talk, al dan niet gekleurd en geparfumeerd, vindt zijn weg naar de toilettafels.
Gips. Gips, zwavelzure kalk, hardheid 2 soortelijk: gewicht 2, 3 wordt in enkele kristallen en kristalklompen op Tava, tot nu toe alleen in het Cheribonsche geëxploiteerd. Gebrand dient het voor vele bekende doeleinden, ook om portlandcement van het noodige gehalte aan zwavelzuur te voorzien. Het komt steeds voor in kleilagen en moet aangezien worden voor een verweeringsproduct van pyriet; alle overgangsvormen tusschen pyriet een gekristalliseerd gips wordenaangetroffen. Pyriet, Pyriet, zwavel ijzer, ijz^r, of zwavelkies is een der mineralen, die het meest op Java worden aangetroffen, daar er bijna geen gesteente bestaat of men vindt er de metaalglanzende kubusjes van pyriet in grooter of kleiner aantal ingesloten, hoewel het ook afgezonderd in groote kristallen en kristalknollen, dikwijls van vele kilo's.gewicht wordt aangetroffen. De hardheid is 6 tot 6H, het soortelijk gewicht 5,0. Verweerd wordt de kleur bruinrood, door de oxydatie tot bruinijzer, bij verdere verweering, wordt ijzersulfaat gevormd, dat soms als groene kristallen optreedt, doch gewoonlijk door de regens dadelijk wordt weggespoeld. Door de gemakkelijke verweerbaarheid zijn gesteenten waarin pyriet voorkomt, alles behalve goed bouwof wegverhardingsmateriaal, het eenige voordeel is dat op pyriet bevattend steengruis geen planten kunnen groeien. Het wordt gebruikt bij de fabrikatie van zwavelzuur, bevat dikwijls voldoende goud om extractie te loonen. Vergelijkt men nu de op Java voorkomende steensoorten met die welke hier gewoonlijk geïmporteerd worden, dan is het een genoegen te kunnen constateeren, dat Java in geenendeele achterstaat. Officieele cijfers zijn o. a gepubliceerd door het laboratorium voor materiaal-onderzoek van het Departement der B. O. W. en hoewel slechts enkele cijfers bekend zijn gemaakt, stellen deze toch in staat een besluit te trekken. Zoo werden o. a. ten onderzoek aangeboden tegels van rood en wit Chineesch graniet, zandsteen en twee verschillende tegels van Cheribonsteen. De drukvastheid werd als volgt gevonden^ Onderzoek van de drukvastheid. Steensoort.
Chineesch graniet, rood Chineesch graniet, wit Zandsteen Cheribon steen No. 1 (Goenoeng Giwoesi Cheribon steen No. 2 (Bobos)
Oppervlak in cM2.
Drukvastheid K. G. cM2.
176 16.8 17.2 160 16.8 17.2 16.8 16.8 19.4 18.5
1906 1770 1855 2006 497 483 1409 1352 1197 1227
Aan dit onderzoek was de volgende zin toegevoegd : „al is het Chineesche graniet beter(volgens proeven genomen met den weerstand tegen slag, tegen afslijting en op drukvastheid) toch kunnen
133 naar onze meening, op' grond van deze proefnemingen, de Cheribontegels, zooais die werden ontvangen, uitstekend voor bevloeringstegels voor hangars worden gebruiltt. L)e zandsteen lijkt ons daartoa minder gescliikt". (Zie ook onder het hoofd „zandsteen".) Naschrift. Graniet. . Nadat het vorige geschreven was, zie biz. 108, -vindt men in het Jaarboek van het Mijnwezen, de pas verschenen verhandelingen over het jaar 1916, een kort bericht over het voorkomen van een granietgesteente in het stroomgebied van de „Tji-Hara", waarin wordt medegedeeld, dat de m. i. K. G j . Ziegler aan de monding van de TjiMapag in de Tji-Hara graniet als aanstaand gesteente gevonden heeft, en wel in een hoeveelheid, die geraamd wordt op 3J4 miljoen kub. meter. De exploitatie zal echter eerst kunnen geschieden als tevens een aanvang wordt gemaakt met de exploitatie van de Tji-Mandiri-kolenvelden, want er is geen behoorlijke afvoerweg van de vindplaats naar den grooten weg. Talkgesteente. In het N.-O. van de Preanger werden talkgesteente-iagen gevonden, die een zeer goed materiaal belooven op te leveren voor vuurvaste doeleinden. Het meer rood gekleurde gesteente is minder geschikt, doch het geel gekleurde gedeelte van die lagen is bepaald vuurvast. Dit werd bewezen door verschillende stookproeven, ook door het vervaardigen van een smeltkroes, die boven een t unsenbrander witgloeiend gestookt werd zonder schade te lijden. Na branden wordt het gesteente veel harder dan oorspronkelijk en ook iets donkerder van kleur In de a. s, campagne zullen eenige ovens van suikerfabrieken met deze steenen belegd worden, ook enkele bakkersovens worden van dit materiaal voorzien DE NEDERLANDSCH-INDISCHE JAARBEURS. Van het bestuur der Vereeniging N.I. Jaarbeurs ontvingen wü een keurig boekwerkje, inhoudende den geheelen opzet, statuten en huishoudelijk reglement, namen van het Bestuur en Comite's en die der verschillende commissies. Betreffende de prijsvraag voor een reclamebiljet vinden we de volgende gegevens. De Commissie voor de beoordeeling van de ingekomen ontwerpen op de Prijsvraag voor een reclamebillet, besloot in hare zitting van 12 October j . l . , de door het Bestuur der jaarbeursvereeniging voor een 1ste en een 2de prijs beschikbaar gestelde bedragen niet toe te kennen, doch deze onder de navolgende inzenders te verdeelen: Dr. H. J. Smit, te Buitenzorg, voor het ontwerp ingez. onder motto „Panaragan." P. Durco, te Weltevreden, voor ontwerp ingez. onder motto „Dageraad." Mej. Suze Beynon, Bandoeng, voor ontwerp ingez. onder motto „S." van der Heijden, Weltevreden voor ontwerp ingez. ouder motto „Insulinde offers her Wealth." S. C. F. van Hoppe, Weltevreden, voor ontwerp ingez. onder motto „Inheemsche Nijveiheid."
en verder tot aankoop te adviseeren van het ontwerp van den Heer A. Hermann, te Soerabaja (zonder motto ingezonden). Het bestuur ging in zijne vergadering van 31 October j . l . , conform dit advies tot dezen aankoop over, terwijl bovendien nog werden aangekocht de ontwerpen van de Heeren: P. Durco, te Weltevreden, ingezonden onder motto „Flamingo." W. van der Does, te Mr. Cornelis, ingez. onder motto „Oud en Nieuw." Het ontwerp van Dr. Smit is bestemd om te dienen als affiche, terwyl omtrent de bestemming der andere ontwerpen nog moet worden beslist. Van een 8-tal der beste ontwerpen zijn afbeeldingen, op verkleinde schaal opgenomen. Hierbij valt duidelijk het verschil van opvat, ting, voor een reclameplaat, bij de verschillende inzenders op. Het bekroonde ontwerp van Dr. H. Smit, te Buitenzorg geeft een juiste uitbeelding van de eene richting, terwijl de andere opvatting wordt vertegenwoordigd door de inzending van den Heer P. Durco, te Weltevreden. De inzending van den Heer W. van der Does houdt het midden tusschen de krachtige en sprekende symboliek van Dr. Smit en de decoratieve opvatting van Durco. In het geheel werd door 32 inzenders met te samen 47 ontwerpen aan de pri,isvraag deelgenomen, terwijl 2 te laat ingediende teekeningen buiten beschouwing zijn gebleven. De ontwerpen zullen in verschillende plaatsen worden geëxposeerd. Zooais bekend is het doel van deze Jaarbeurs de bevordering van de Nijverheid en Industrie van Nederlandsch-Indië in de meest uitgebreide beteekenis van het woord. Teneinde dit doel te bereiken zullen elk jaar beursen worden gehouden, terwijl verder nog plannen in voorbereiding zijn voor het houden van tusschentijdsche tentoonstellingen enz. Tenzij bijzondere omstandigheden een langeren duur wenscheUik maken, zal de 1ste N. I. Jaarbeurs van 17 Mei tot en met 5 Juni worden gehouden op het eigendomsterrein der vereeniging, gelegen achter de gebouwen van het Departement van Oorlog te Bandoeng, benevens op de daaraan grenzende terreinen daarvoor afgestaan door den bond van lichamelijke opvoeding en door de gemeente. Het geheele complex is 40500 M^ groot. De jaarbeurs zal bestaan uit 3 hoofdafdeelingen (ieder weder onderverdeeld in 8 groepen) nl.: I. Monsters van voortbrengselen en van fabrikaten van zuiver inheemschen oorsprong. II. Monsters van voortbrengselen en van fabrikaten van niet-volledig inheemschen oorsprong. III. Expositie en demonstraties van voorwerpen van anderen aard dan onder monsters zyn te rangschikken. Deze 8 groepen zijn de volgende: 1. Gouvernements monopolies e. d. 2. Machinerieën, landbouwwerktuigen e. d. 3. Bouwmaterialen en aanverwante artikelen en voorwerpen (ontwerpen gebouwen, enz). 4. Voortbrengselen van Landbouw, Bosch-en Mijnbouw. 5. Boekdrukkerij en aanverwante vakken, kantoor- en administratie-benoodigdheden. 6. ChemicalieëD, en artikelen voor ziektenverpleging
134 7. Kunst-, bijouterieën, juweelen, goud-en zilverwerken. 8.
Diveisen.
Alle iri Ned.-Indië veivaardigde of voortgebrachte producten zijn toegelaten tot de luzending, voorts alle grondstoffen en halffabrikaten, die voor de Nederl.-Ind. Nijverheid benoodigd zijn, onverschillig of deze uit deze Gewesten dan wel uit het Buitenland afkomstig zijn. Echter onder deze reserve, dat Buitenlandsctie grondstoffen niet toegelaten zullen worden, wanneer deze in de kolonie in voldoende hoeveelheid en kwaliteit, overeenkomstig de eischen van de Indische afnemers, te krijgen zijn, en machinerieën en voorwerpen dienstig voor het in het leven roepen van nieuwe industriëo of bedrijven of verbetering van bestaande. Eventueel dus ook machines van uitheemsch fabrikaat, wanneer deze niet in voldoende mate door Indië geleverd kunnen worden. Door de geheele inheemsche industrie, door alle inheemsche cultuurondernemingen en door de importeurs van grondstoffen, half-fabrikaten en machinerieën, die benoodigd zijn voor de kultures in Ned.-Indië, kan dus worden deelgenomen aan de 1ste Nederl.-Indische Jaarbeurs. Evenals bi.i de verschillende buitenlandsche Jaarbeurzen zullen ook hier beschikbaar worden gesteld monsterkamers, stands (tafelvlakken) en open ruimten, terwijl verder voor expositiedoeleinden zullen worden opgericht een tijdeltike machinehal, een tweetal paviljoens, benevens een viertal kiosken. In een flink Europeesch restaurant, een Chineesch- en, een Inlandsch- zal gelegenheid bestaan den inwendigen mensch te versterken, terwijl in de mu2iektent vóór het Europeesch restaurant, muziekuitvoeringen zullen worden gegeven. De opberging van het emballage materiaal zal geschieden in een apart gebouw waaraan vei bonden is een kantoortje voor het Hoofd van den Dieast der Expeditie. De gpbouwen, met uitzondering van het Hoofdgebuuw, zijn van tijdeiyken aard en worden uitgHvoerd in duurzaam wildhout met een dakbedekking van Vlaarasche pannen en een bamboe omwanding. Bepaalde vloeren worden aangebracht in de machinehal en de restaurants. De constructie der gebouwen is zoodanig, dat deze gemakkeUJk uit elkander zullen ziin te nemen en verder zeer snel op nieuw kunnen woiden opgesteld, hetgeen het voordeel heeft dat niet telkenjare nieuwe gebouwen behoeven te wolden aangekocht. De noodige verharde grintpaden, alsmede een Decauvillebaan ter vergemakkelijking van het vervoer der goederen zullen worden aangebracht. De in de groote zaal voor expositiedoeleinden beschikbaar gestelde ruimte, wordt verhuurd, tegen f 50.— per vierkante M. met recht op G r a t i s gebruik van een in gewapend-beton uitgevoerde zeer ruime kluis. In de voor monsterkamers ingerichte gebouwen bevinden zich twee reeksen kamertjes door een lusschengang van plus minus 2,50 Meter gescheiden. Het plaatsen van deze kamertjes in de openlucht, zooals in Europa gebruikelijk, is met het oog op de warmte nagelaten. Ieder kamertje heeft eene oppervlakte van ongeveer 3.85 X 4.10 Meter, De inwendige inrichting daarvan, het al dan
niet aanbrengen vau tafels, etalages enz., en de wandversiering wordt geheel, evenals dat in Europa gebruiklijk is, aan het initiatief en inzicht van de deelnemers zelf overgelaten. De monsterkamers worden beschikbaar gesteld tegen den prijs van f 700.— per kamer. Huur van meerdere kamers tot een maximum van 5 is toegestaan. Reductie wordt iu een dergelijk geval niet verleend. Stands worden k f 75.— per strekkende met>er beschikbaar gesteld. De diepte der tafels bedraagt 80 cM., hoogte van het tafel vlak is 0.80 M., terwijl het achterschot met inbegrip van een ongeveer 0.27 M. breede plank voor het aanbrengen van den naam der exposeerende firma 1.50 M. hoog is. Tusschen de verschillende stands zullen verplaatsbaie schotten worden aangebracht. Ten einde exposanten in de gelegenheid te stellen bü hunne stands te gaan zitten, kunnen de tafel vlakten door openruimten van 0.50 M. breed en 0.80 M. diep worden onderbroken. Deze open ruimten kunnen desverkiezend links of rechts, dan wel in 't midden van de stand worden aangebracht (vide afdeeling op de teekening der stands). De versiering van de stands wordt geheel aan het inzicht der betrokken exposanten overgelaten. Huur van meerdere strekkende meters tot een maximum van 15 M. is toegelatbii. Reductie wordt in een dergelijk geval NIET verleend. De voor stands of monsterkamers aangewezen gebouwen kunnen aldaar naar gelang van de gebleken behoefte voor één der beide doeleinden worden ingericht Deze machinehal is groot 18 X * ^ Meter,. Plaatsruimte daarin wordt a f 30.— per vierkante M. beschikbaar gesteld. Opgericht zullen worden een tweetal paviljoens. Plaatsruimte daarin wordt k f30.—per vierkante M. beschikbaar gesteld. Mocht tot oprichting echter niet worden overgegaan dan wordt het grondvlak voor oprichting van eigen paviljoens verhuurd. De huurprijs bedraagt dan eveneens f30— per vieikante M. i :
DE ARCHITECTSRANG BIJ DE LOCALE RADEN.
j i
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • » » » • • • • • . • • » » • • » • • • » • • • • • » • • » . • • • >>»>n». * • • . » • » • . • » •
Bij den technischen dienst der Locale Raden bestaan slechts de rangen van directeur en opzichter, de eerste niet altijd bekleed door een ingenieur. De tusschenrang van architect of bouwkundige bestaat nog niet. Van technische zijde nu is het noodige verricht, om gedaan te krijgen, dat de raadsleden de instelling van dien tusschenrang zuilen bepleiten. Zoo'n titularis moet het diploma van architect hebben, dus geen opzichtersdiploma, waarmede bij de S. S. volstaan kan worden om het te brengen tot bouwkundige. Het bovenstaande ontleenen wij aan het N. v. d. Dag van N. I. De hierbedoelde technische zijde is dan wel zeer onbekend met de bezetting van den technischen dienst bij de Locale Raden. Deze tusschenrang bestaat bij de diensten met een meer uitgebreid personeel wel degelijk. Wel is waar wordt die rang niet altijd bezet door iemand met architectsdiploma, maar dat kwam wellicht om dat de betrokken raad nu juist niet de voorkeur aan iemand met het architects-diploma gaf.
135
I
HET PERSONEELSVERLOOP BIJ DE B O.W. 1). •*•*•••••*•«•••••••••••*•••«•
Zaterdagsavond had in bet Loge-gebouw te Toendjoengan een openbare vergadering plaats uitgaande van de Vereeniging van Bouwkundigen in Nederlandsch-Indië, op welke vergadering de heer W. H. Th. Marcus van Semarang het onderwerp; „Het verloop van de technische krachten bij de B. O. W." besprak. De Vereeniging van Bouwkundigen in Nederlandsch-Indië wil loijaal medewerken om het onrustbarend verloop van technische krachten bij de B. O. W. dat — indien niet tijdig maatregelen daartegen worden genomen — eerlang stellig éen ontwrichting van den goeden gang van zaken tengevolge zal hebben, tegen te gaan met alle haar ten dienste staande wettelpe middelen. Om die middelen echter te kunnen toepassen, is het gebiedend noodig eerst na te gaan, op welke manier paal en perk kan worden gesteld aan dat verloop. Het is om deze reden, dat het hoofbestuur der Vereeniging van Bouwkundigen in Ned.Indië gemeend heeft, mede in het algemeen belangd een openbare bespreking van de kwestie te moeten houden. Uitdrukkelijk werd voorts op den voorgrond gesteld, dat bij een eventueel debat de sprekers gehouden zullen zyn, elke partij-politiek onaangeroerd te laten. Even over zevenen opent de voorzitter, de heer De Keijzer de vergadering en zet ten overvloede nogeens duidelijk de bedoeling van deze openbare byeenkomst uiteen. Daarna geeft hij het woord aan den heer Marcus, die de ondervolgende rede houdt, welke ons van genoegzaam belang voorkomt, haar in extensie te laten volgen : „Het laatste 16-tal jaren is voor de evolutie van Insulinde. dat zich slingert om den evenaar als een gordel van smaragd", een tijdvak van. groote beteekenis geweest. Verschillende staatsen particuliere diensten hebben onder den drang der omstandigheden zich met reuzensprongen moeten uitbreiden en het is nu reeds te zeggen, dat de komende jaren nog grooter expansie zullen meebrengen. Het ligt thans niet op mijn weg, om de velerlei factoren na te gaan, die hebben geleid tot die uitzetting, doch ik wil in het kort wijzen op eenige gevolgen ervan voor de onderscheidene staats- en particuliere diensten. Een van de eerste en voornaamste gevolgen is wel de steeds dringender en hoogere eischen stellende zorg voor personeel-voorziening, terwijl nadere gevolgen eigenlijk automatisch daaruit voortvloeien. De arbeidsmarkt toch wordt nog steeds bijna uitsluitend beheerscht door de wet van vraag en aanbod. Dooi de steeds grooter wordende vraag voor arbeidskrachten is ten slotte bij alle takken van dienst over de geheele linie een toenemend tekort ontstaan met als onvermijdelijk gevolg daarvan een snel stijgen van den loonstandaard. Hoewel ook de duurte aan levensmiddelen en andere verbruiksartikelen — hier de prijsstijging ook weer een uitvloeisel van de wet van vraag een aanbod — er toe bijgebracht heeft, 1) Overgenomen uit het So«r. Handelsblad.
om het loonpeil naar boven te stuwen, de voonaamste en beslissende factor is toch geweest het verbreken van het evenwicht tusschen vraag en aanbod naar den kant van de vraag om personeel aanvulling, zoodat de salarissen de laatste paar jaren nagenoeg overal met 50 pCt. zijn vermeerderd. De Staat als grootste werkgever heeft wel het meest de geldelijke gevolgen van de stijgende looneischen moeten ondervinden en is door de regeering zelfs den stand van 's Lands financiën met een diplomatisch woord ,zorgeischend" genoemd. Zonder hieiop nader in te gaan, wil ik slechts in herinnering brengen, dat de regeering in verband daarmede binnen niet te ver tijdverschiet een z. g. ,Indisch bezoldigingstelsel" denkt in te voeren, gepaard aan een uitbreiding der diverse onderwijs inrichtingen op groote schaal. Door het toenemend en nijpend tekort aan personeel IS men reeds genoodzaakt om o. a. in Denemarken, Zweden en Zwitserland de noodige krachten aan te werven, doch is de regeering van die landen — zelf geplaatst door den wereldoorlog voor moeilijkheden inzake personeel-voorziening — er direct bij geweest met uitvaardiging van een verbod aan hun onderdanen, om — zonder speciale vergunning — een dienst te aanvaarden buiten eigen land. Nu kort geleden heeft men beslag kunnen leggen op een paar honderd Duitschers, die gedurende den wereldbrand in Japan en in China waren geïnterneerd. Eenigen zyn bij particuliere lichamen geplaatst, doch het gouvernement heeft — naar men zegt — hpt grootste aantal in diens genomen. De B. O. W. is ook bedacht met eenige ex-geïnterneerden en moet nu afgemaakt worden of de menschen wel voldoen. Uit enkele gesprekken met personen, die op de hoogte zijn, meent Spr. echter te kunnen opmaken, dat veel te hooge salarissen zijn toegekend en nu reeds teleurstellingen zijn ondervonden. Het spreekt van zelf dat, wil men deloonen 2ooveel mogelijk op normaal, z. g. ,Indisch" peil houden, de voor den Lande noodige krachten niet van buiten moeten worden gerecruteerd; en om dat doel te kunnen bereiken, heeft de regeering terecht ingezien, dat, desnoods ten koste van groote geldelijke offers, het onderwijs op elk gebied, b. t. 1. krachtig ter hand dient te worden genomea. Het zal de taak moeten wezen, van belanghebbenden in de eerste plaats, om aan te geven, op welke leest het onderwijs in de diverse inrichtingen moet worden geschoeid. Om niet te ver af te dwalen wil Spr. slechts de vraag behandelen, hoe het middelbaar technischonderwi^js moet worden ingericht. De Vereeniging van Bouwkundigen geeft in het door haar ontworpen programma van actie (P. v. A.) op deze vraag een alleszins bevredigend antwoord. Een ieder, die belang stelt in de ontwikkeling op bouwkundig gebied in deze landen, kan Spr. de lezing van dat programma ten zeerste aanbevelen. De vereeniging van Waterstaats, ingenieurs heeft op haar zevende jaarvergadering te Malang op den Uden Mei 1919, de volgende motie aangenomen. „De vereeniging van Waterstaats-ingenieurs, vergaderd te Malang op den Uden Mei 1919. Kennis genomen hebbende van het programma van actie van de vereeniging van Bouwkundigen, spreekt zich uit, dat zij zich kan vereenigen met het daarin vastgestelde denk-
136 beeld, dat de Waterstaat in Ned-Indië zal gediend worden door 3 corpsen van technische ambtenaren, t. w. hoogere, middelbare en lagere, en dat bij de bevorderingen van de corpsen een krachtige selectie wordt doorgevoerd; dat verder de salaris-regeling als ia dat program wordt aanbevolen, zeer billijk geacht wordt, terwijl zii ten slotte de degelijkheid van den door de Zustervereeniging ter zake geleverden arbeid roemt." Uit deze motie wil spr. 2 punten naar voren brengen. Ten eerste is door de vereeniging van Waterstaats-ingenieurs instemming betuigd met de indeeling van de technische ambtenaren bij de B. O. W. in drie corpsen n. 1.: hoogere, middelbare en lagere. Wij zullen straks zien, dat deze laatste groep, die uit den aard der zaak het belangrijkst moest vertegenwoordigd zijn in de rijen der bouwkundigen, slechts uit enkelingen bestaat en meteen de reden daarvan aangeven. In de tweede plaats wordt de degelijkheid van den arbeid aan het P. v. A. besteed, geroemd. Ook door den directeur B. O. W. en door vele, ook buiten den B. O. W. dienst staande ingenieurs is met lof gesproken over dat P. v. A., terwijl Spr. nog van geen enkele zijde afkeurende kritiek bekend is. Spr. legt hier vooral den nadruk op, omdat in dat programma uitvoerig en in details over het middelbaar technisch onderwijs h. t. 1. is uitgeweid en wij willen aansturen op een reorganisatie van dat onderwijs op de bestaande z.g. middelbare technische scholen. Wij weten bij ondervinding, dat de betrekking van opzichter bij de B. O. W. voor een behoorlijke vervulling, een op andere leest geschoeide opleiding vereischt. Wij zien dan ook met gespannen aandacht uit naar het rapport, dat door de technische onderwijs-coramissie uitgebracht zal worden. Het is echter op zijn minst genomen wel zeer vreemd te noemen, dat studiereizen voor de bestudeering van technisch onderwijs toestanden noodig werden ge-' acht in verschillende landen van Europa, in Amerika, in Japan, terwijl men de menschen vlak bij huis, die er het meeste bö zijn geïntresseerd en allicht te waardeeren inlichtingen zouden kunnen verstrekken, blijkbaar niet noodig gevonden heeft te hooren. Dit is nog vreemder te noemen na het in druk verschijnen en op ruime wijze verspreiden van ons P.v.A. Het i& echter te hopen, dat men in gezaghebbende kringen juist door bekendheid met het P. V. A., zich dit tot richtsnoer heeft gesteld. Indien echter mocht blijken, dat het rapport in belangrijke mate afwijkt van de in déuils door ons uitgewerkte voorstellen en het bij de regeering een gunstig onthaal zou vinden, dan zullen wij verplicht zijn daartegen front te maken. Dit wordt niet geuit als een bedreiging in welken vorm ook, doch wij meenen onzen moeitevoUen en door bevoegden zeer gunstig beoordeelden arbeid niet zonder strijd te mogen opgeven. Wij achten de door ons in het P.v.A. neergelegde beginselen niet alleen voor ons van belang, maar in het belang mede van een gezonde ontwikkeling van de bouwvakken in deze landen. Afstappende van het middelbaar technisch onderwijs wil spr. nog enkele woorden zeggen over het lager technisch onderwijs. Dit onderwijs, zal zoodanig moeten worden ingericht, dat practijk-menschen op een avondcursuseenige
meest elementaire technische kennis kunnen opdoen, dus een cursus moet zijn voor de vorming van z.g. werkblazen. Het schromelijk tekort aan middelbare technici is in hoofdzaak te wijten aan het haast totaal gebrek aan behoorlijk onderlegde werkbazen. De middelbare techniker moet daardoor zijn arbeidskrachten verdeelen en zijn tijd veelal versnipperen door het zelf verrichten van klein detailwerk om in de leemte te voorzien. Het is daarom in-treurig dat h. 1.1. nog zoo goed als nergens scholen zijn voor lager-onderwijs. Het lykt wel, gaat spreker voort, of ik tot nu toe onderwerpen heb behandeld, die misschien slechts'in zeer ver verband staan tot ,het verloop van de technische krachten bü de B. O. W." Toch is dit niet het geval, immers dat verloop zou niet onrusharend, zijn, indien er niet in alle rangen zoo'n reusachtig tekort bestond. Om die tekorten zoo spoedig mogeliik aan te vullen en tevens te zorgen, dat die aanvulling beantwoordt aan de te stellen eischen, is het dringend noodig, ten eerste: dat de bestaande middelbare technische scholen worden omgevormd in den geest, zooals is aangegeven in ons P.v.A. en ten tweede: dat er in groote aantallen op verschillende plaatsen lagere-technische avondleergangen worden opgericht. De vraag, hoe deze leergangen moeten worden opgezet en hoe in de behoefte aan leerkrachten zal moeten worden voorzien, wil spreker gaarne op een andere plaats en tijd beantwoorden. En nu ten slotte de vraag, welke maatregelen tijdig, d. w. z. direct moeten worden genomen om het onrustbarend verloop van de technische krachten bij de B. O.W. tegen te gaan, vooral in verband met het bestaand chronisch en groot tekort aan personeel. Worden de maatregelen niet direct genomen, dan moet het uitloopen op een ontwrichting van den dienst der B.O W. Het beantwoorden van de vraag, al lijkt .het niet zoo gemakkelijk, is met een paar woorden te doen. Door betere appreciatie. Hoe die waardeeriug moet geschieden om den uittocht van de waterstaats-ingenieurs te voorkomen, zullen de heeren ingenieurs zelf wel vertellen en wil spreker slechts nagaan wat gedaan moet worden om den exodus van de meestal meest ervarene opzichters tegen te gaan. Wy wenschen in de eerste plaats de waardeering tot uiting te zien gebracht in onze ambteliike en maatschappelijke positie. Het is ongerechtvaardigd, maar niettemin waar, dat men van de B. O. W. in het algemeen door buitenstaanders nooit veel goeds hoort vertellen en onwillekeurig ondervindt, vooral het korps opzichters, daarvan den terugslag. Men is steeds geneigd ons op den maatschappelijken ladder op de aller-onderste sporten te plaatsen. Jaren lang hebben wü den strijd moeten aanbinden — om ten slotte slechts een negatief resultaat te bereiken — tegen de vernederende uitzonderingsbepalingen bij het reizen op de maiibooten. Eenige jaren geleden mochten alle ambtenaren van ƒ 150 's maands inkomen af en daar boven in de eerste klasse reizen, uitgezonderd de opzichters B. O. W., cipiers en dat slag van menschen. Een jong broekje, met slechts het diploma van klein ambtenaars-examen, door verdienste of protectie commies geworden op een assistentresidentiekantoor, mocht eerste klas reizen, terwijl een B. O. W. opzichter, vergrijsd in den dienst, zich nederig mocht terugtrekken in de
137 tweede klas. Het ia nu — en daarin ligt het negatieve resultaat vau onze actie—een beetje anders geworden. Nu worden alleen academisch opgeleiden, ongeacht het tractement, in de 1ste klasse ingedeeld en verder alle andere ambtenaren met een inkomen vanaf f 400 's maands en daarboven, behalve opzichters en cipiers, enz. Bij de gedachte aan deze voor ons corps zoo diep vernederende uitzonderingsbepalingen, welt ons een vloek naar de lippen, Nog steeds worden wij opzichters — door de regeering in de eerste plaats — als een minderwaardig soort wezens beschouwd. En let wel, 't zit nu feitelijk slechts in den door ons gevoerden titel. Is het daarom niet logisch, dat wij nu onverflauwd en krachtig ageeren om titelverandering te verkrijgen ? Nog afgezien van het minderwaardige cachet aan den titel van opzichter gehecht, moeten wij in verband met den aard van onzen werkkring aandringen op een titel-verandering. In Holland, waar de opzichters beslist geen belangrijker werkkring hebben, heeft men reeds sedert een paar jaar den titel van technischambtenaar ingevoerd. Wij hebben ons kort geleden tot H. M, de Koningin gewend om titelverandering en hopen, dat deze steen des aanstoots zoo spoedig mogelijk wordt opgeruimd. Een andere grief vormt voor ons het volgend: Het diploma van hoofdonderwijzer brengt mee, direct na het behalen, een acte-toelage van f50 's maands, terwijl bij ons het diploma van architect, wat toch zeer zeker gelijkwaardig daaraan is nu sinds kort geleden na veel strijd op f25 's maands wordt getaxeerd. Dit doet ons zeer pijnlijk aan. Wij willen in alle opzichten voor het diploma van architect dezelfde waardeering van de regeering verkrijgen als voor het diploma van hoofdonderwijzer. Stelt de dienst der B. O. W. prijs op het behoud van de bezitters van het architect-diploma dan moet de regeering zich haasten, want de één na den ander — elders een betere waardeering genietend— loopt er met een reuzenvaart uit zoo niet onmiddellijk, dan toch zoodra het zuur verdiend pensioentje bereikt wordt. Maar wij zijn nog niet aan het eind van onzen klaagzang gekomen. De regeering heeft op advies van den Directeur B. B. goedgevonden de z.g. autoregeling niet toepasselijk te verklaren op de opzichters bij de B. O. W. Wij zullen ons nu met goed gemotiveerde voorstellen nogmaals tot Z. E. den gouverneur-generaal wenden en hopen deze keer wel het ge•wenschte succes te mogen boeken. Gebeurt dit en wel zeer spoedig, dan gaan we steeds meer in de goede richting; doch we zijn dan nog niet daar, waar het naar toe moet, wil men niet juist de beste krachten verliezen. Het corps opzichters bij de B O. W. kan in alle opzichten de vergelijking doorstaan met andere technische ambtenaren van ongeveer gelijke of gelykwaardige betrekking. Het is echter treurig, dat juist de opzichters B.O W. het slechst worden betaald. Toch moeten juist wij als regel aan hoogere examen-eischen voldoen, vooral om bevorderd te kunnen worden tot architect. Om een klein voorbeeld aan te halen hoe de B. O. W. technici, en dan over de geheele linie, bij anderen worden achtergesteld het volgende. Het heeft niet veel gescheeld, of de positie-verbetering voor de tech-
nische krachten van de S. S. met ingang van 1 Januari 1918, was onzen neus voorbijgegaan. Aan het departement B. O. W . vernam .spreker tenminste, dat de voorstellen der S. S. autoriteiten slechts door onbescheidenheid van den een of ander ter oore kwamen van ons Departement, dat — onzen lof voor die activiteit — ook onmiddellijk voorstellen indiende van dezelfde strekking en dezen keer met succes gelukkig. Vergelijkt men evenwel onze salarissen met die van ambtenaren bij de locale ressorten en bij de diverse spoorweg-maatschappijen dan steekt onstraktement daarbij nog zeer ongunstig af. Wordt er eenige verbetering in onze positie aangebracht, zoodat we zouden kunnen zeggen gelijk gewaardeerd te worden, dan zijn andere categorieën reeds weer een heel eind vooruit. Dit steeds met den nachtschuit aankomen zyn wij beu geworden en hebben nu gemeend zelf een ontwerp tot positieverbetering te moeten opmaken daarbij rekening houdende met de door ons genoten opleiding en vooral met de door ons gepresteerde diensten. Een en ander hebben wij vastgelegd in ons P. v. A. en behelzen die voorstellen onze minimale eischen voor de eerste tijden. Waar het reeds meer door mij genoemde P. v. A. door de regeering gunstig werd beoordeeld, hebben wij verwacht, dat binnen afzienbaren tijd gevolg zal worden gegeven aan onze alleszins billijke verlangens. In plaats daarvan echter moeten we vernemen, dat nu ja, alles mooi en wel is. maar dat wij toch moeten afwachten de resultaten van den arbeid der Commissie tot overweging van een z.g. „Indisch bezoldigingsstelsel", alvorens wy een positief antwoord kunnen verwachten op ons rekest. Misschien, wie weet, als straks het verloop onder de technische krachten den vorm gaat aannemen van een wedren om den dienst der B. O. W. te verlaten, men dan pas tot het inzicht komt, dat ook in 'd lands belang een dadelijke inwilliging van onze verzoeken dringend noodzakelijk is. Tot zoover de heer Marcus. De voorzitter neemt het woord en spreekt de hoop uit, dat de lezing, door den heer Marcus gehouden, in het belang van 't corps B. O. W.-ambtenaren vruchten mag afwerpen. De voorzitter is verder van oordeel, dat de opzichters, dus de technikers, veel te veel administratie hebben te voeren en met alle mogelijke paperassen worden geplaagd, waardoor eigenlijke werkkracht, die in 't belang van den dienst is, daaraan wordt onttrokken. Dat verder het corps geen voldoende waardeering van regeeringswege geniet, is hij volkomen met den heer Marcus eens. De heer Dijkerman is van meening, dat het tekort, waarover de heer Marcus zooeven sprak, niet alleen heerscht bij de B. O. W„ zelfs niet alleen bij den gouvernementsdienst, maar overal, ook in het particuliere. We hebben werkkrachten noodig en als we die kunnen krijgen, moeten we die aannemen, mits dit niet ten koste geschiedt van de reeds in dienst zijnde ambtenaren Wat betreft de opleiding, is de heer Dijkerman dezelfde meening toegedaan als de heer Marcus, wil zelfs zoo mogeUjk, meer inlanders opgeleid zien. Betreffende de mindere appreciatie en de verandering van titel, geloofde de heer D. niet.
138 dat daarin het zwaartepunt der kwestie moet worden gezocht. Het zit 'm meer in den stand en daar zijn de opzichters voor een belangrijk deel zelf debet aan. Misschien is het wel een al te groote bescheidenheid van den kant der opzichters, maar spreker acht het absoluut verkeerd, dat opzichters zich steeds afzijdig houden en daardoor niet leven in het milieu, waarin ze behooren. Verder acht spreker het hoog en hoog tijd, dat de last der administratie van de schouders der technikers wordt geheven. Zij hebben daarvoor geen tijd, willen ze hun an. deren arbeid goed behartigen. Wel zijn de staten en de overige administratie onontbeerlijk en zelfs van zeer veel nut, maar ze moeten niet worden opgemaakt door den techniker. Naar aanleiding van het door den heer Dijkerman gesprokene vraagt de heer Marcus het woord. Hij is van meeniug, dat in het tekort onvoorwaardelyk moet worden voorzien en wel door krachten uit eigen land. De heer M. is er niet bepaald tegen werkkrachten te importeeren, doch hy wil vooral de opleiding zoodanig verbeterd zien, dat het niet noodig is, werkkrachten van elders te betrekken. Aangaande de titelverandering merkt de heer M. op, dat de opzichters juist door dezen titel sterk genegeerd worden. Dit is volgens hem de voornaamste oorzaak van de geringe waardeering, die het corps ondervindt van den kant der regeering. De opleiding dient verbeterd te worden, want thans voelen de opzichters zich niet thuis in de kringen, waaiin ze maatschappelijk hooren. De heer Boekholz., het woord vragende, besprak tot in bijzunderheden de salarisregeling, zouals die was in 1914 en thans. Hij kwam tot de slotsom, dat de oorzaak, dat de traktementen thans dringend herzien moeten worden' schuilt in de algemeene prüsistijging. Een kleine opmerking maakte de voorzitter over het samenstellen eener unifoime salarisregeling en ook hij hoopt op een spoedige herziening der tractementen in bevredigenden zin. De voorzitter is nogal vrij optimistisch gestemd ten opzichte van de herzieningscommissie, welke optimisme de heer Pattiwael van Westerloo niet deelt, hetgeen hij dan ook uitvoerig toelicht. Hij wilde de kwestie niet overlaten aan bureaumenschen, maar mannen uit de practijk, die de leemten kennen, behooren in die commissie zitting te hebben. Na nog eenige discussies stelt de heer Marcus een motie voor en licht die nader toe. De heer Van Gemert acht de motie in deze openbare bijeenkomst niet op haar plaats. Ook eetiige andere heeren opperen bezwaren. Daarom besluit de heer M. de motie een weinig anders in te kleeden, daar vele leden wel met de strekking ervan accoord gaan, doch de motie beter op haar plaats zouden vinden in een vergadering en niet in een openbare bijeenkomst. Na wijziging neemt de vergadering de onderstaande motie aan : „De openbare vergadering in het Logebebouw te Toendjoengan (öoerabaia) op den 3den April 1920, uitgeschreven door het Hoofdbestuur der V. V. B.,
gehoord de sprekers over het „verloop der technische krachten bij de B. O. W." ; van oordeel, dat het algemeen belang niet gediend zal zijn en de dienst der B. O. W. ten zeerfcte geschaad zal worden door een eveutueele
ontwrichting van dien dienst, en dat alleen een dadelijke herziening van de dienstvoorwaarden van de technische krachten bij de B. O. W. in het algemeen en van het corps architecten,, opzichters en onderopzichters in het bijzonder, dringend noodig is; betuigt haar adhaesie aan de stappen, die het Hoofdbestuur van de V. v. B. ter zake zich voorstelt te doen en dringt aan op het geven van de meest mogelijke bekendheid aan deza motie", Hierna schijnen de gemoederen voldaan, te zijn, tenminste niemand wenscht verder het woord te voeren. Met een woord van dank voor de opkomst en in 't bijzonder aan de vertegenwoordigers der Pers, sluit de voorzitter de vergadering. \
ER IN GELOOPEN.
|
Niet lan^ geleden moet het gebeurd zijn en het ig me voor waar verteld, zoo schrijft de Van den dag^ schrijver in de Preangerhode. Ik heb ook geen enkele reden om aan de echtheid van het verhaal te twijfelen, want m'n zegsman i» een hoogst serieuze kerel, die nooit fantaseert. Een Chineesche aannemer dan — en hier begin ik aan de wedergave van de historische geschiedenis — had er belang bij, een opzichier van de B. O. W. om te koopen en wendde hiertoe allerlei pogingen aan, die echter afstuitten op de strikte eerlijkheid van den ambtenaar in kwestie. Den laatste begon het echter te verdrieten, dat steeds weer opnieuw getracht werd, hem met geld en goed in de verleiding te brengen, z'n plicht minder goed te vervullen en hij besloot, Babah er in te laten loopen. De Chinees zond op een goeden dag een compleet paardetnig, als een bewijs van vriendschap, aan den opzichter. Deze nam het cadeau voor dezen keer eens aan en meldde aan het departement de ontvangst en voorloopigi' acceptatie van het mooie geschenk. Van de missive werd te Batavia goede nota genomen. Wel, dacht onze ^ hinees, 't is een keer goed gegaan — we kunnen het weer probeeren - en hij zond aan den B. O. W.-man 2000 gulden die weer aangenomen werden. Wat hij niet wist, de edele schenker, was dat het bundeltje bankjes netjes verzegeld met een begeleidend schrijven naar liet departement werd gezonden . . . Dit stuurde de duiten terug, onder mededeeUng, dat de opzichter het geld gerust mocht opmaken, als hij maar tegenover den Chinees z'n plicht betrachten bleef. En zoo geschiedde; de twee mille werden met andere B. O. W -mensciien in vier dagen tijds s t u k geslagen. De gulle Babah zag het en lachte in z'n vuistje. Een poosje later moest de aannemer zeker graafwerk opleveren, dat echter voor slechts drie-vierde gereed was. De opzichter stond er op, dat het afgewerkt zou worden, maar toen begon de Chinees smoesjes te vi'rkoopen en hij zinspeelde op de giften, die hij den opzichter had doen toekomen en welke deze had geaccepteerd. Ja, sobat, r e p l i c e e " r d e de dankbare ambtenaar alles goed en wel, maar dat werk zul je klaar moeten opleveren. Dan dien ik een aanklacht tegen U in, wijl U geschenken van me heeft a a n g e n o m e n , repliceerde Babah. Ga je gooi, man, zoo klonk het uit des opzichters mond, die rustig het resultaat van de aanklacht kon afwachten, wijl z'n geweten absoluut zuiver was De Chinees keek leelijk op z'n neus, toen hij van het departement bericht kreeg, dat hem een geweldige boete was opgelegd voor het niet-nakomen van het contract en hij te weten kwam, hoe d e B. O. W. ër hem tuk had gehad!
139 •<••*•»•••••»
I
I
BOUWZAKEN.
EEN BELANGRIJKE KWESTIE VOOR KLEINE BOUWERS. Zooals de lezer weet, bestaat er ook onder kleine bouwers groote belaiiy;stelling voor de uitgifte van perceelen op liet gemeentelijke land Menteng te Weltevreden Deze I erceelen worden uitgegeven in erfpacht, en nu wilhet geval dat de bestaande hypotheek-banken nooit hypotheek geven op erfpachts-gronden. Waardoor aan weinig kapitaalkrachtigen wordt belet om een eigen huisje te bouwen Voor dezen sprong in de Raads-vergadering de Heer Schotnuin in de bres. Langen tijd geleden had de Raad de verordening omtrent de gemeentelijke hypotheekbank goedgekeurd, doch verschillende omstHndiaheden hadden tot dusver belet dat de Bank in werking werd gesteld. Nu stelde de Heer Schotman voor voorloopig de kleine bouwers te helpen aan bouw-kapitaal. De Burgemeester antwoordde, dat de kwestie juist ter sprake was gekomen in de Vrijdag j . 1 gehouden vergadering der Financieele Commissie. De Heeren Van Breen en A. van Nieuwenhoven Helbach waren aangewezen om de zaak nader te onderzoeken en rapport uit te brengen. Het lag in de bedoeling aan kleine bouwers bouw-krediet te verleenen, en de hypotheek te doen overnemen door een der bestaande banken, zoodra het huis gereed was. Want op huizen verleenen alle banken hypotheek. Verwacht mag worden, dat deze zaak op 1 Julia.s van kracht zal zijn. Wij betuigen onze instemming met deze regeling. Dat een dergelijke hulp in de naaste toekomst zal worden verstrekt, zal in de annonces betreffende de uitgifte van gronden worden vermeld. Aan Gronden Woningzaken zal t. z. een bedrag ter hand worden gesteld ter verdeeling onder bouw-lustigen. De v r a a g : „kan uit de Gemeente-secretarie iets goeds voortkomen?" moet hier in bevestigenden zin worden beantwoord, schrijft zeer terecht het Nieuws V. d. Dag. EEN BILLIJK PROTEST. De gezamenlijke particuliere bouwkundigen te Makassar dienden een rekest bij den Gemeenteraad in, waarin wordt opgekomen tegen het besluit van den Raad om den technischen Gemeente-ambtenaren toe te staan na verkregen vergunning van den Burgemeester, particulier werk te verrichten.
•
•
GEBREK AAN KALISTEEN. De Preanger Bode verneemt, dat het gebrek aan kalisteen voor de bouwbedrijven en den aanleg van wegen langzamerhand nijpend wordt. In den omtrek van Bandoeng is nog maar heel weinig te vinden, en liet schijnt dat men ook te Batavia en omstreken er leelijk mee sukkelt, want naar men ons meedeelt laten de gemeente Batavia en ook de havenwerken te Priok het onmisbare materiaal al uit de Preanger k o m e n . . . Het tekort aan kalisteen zal er ook de oorzaak van worden dat de grondige reparatie van den weg Bandoeng — Tjiraahi, waarvoor thans eindelijk duiten beschikbaar zijn, nog wel wat op zich zal laten wachten. Het gebrek aan transport gelegenheid per spoor maakt de zaak al niet gemakkelijker.
•
•
EEN NIEUWE MAATSCHAPPIJ. ï e Weltevreden is opgericht de Maatschappij voor het bouwen van comfortabele woningen voor employe's van groote instellingen op het land Menteng of elders. Het kapitaal bedraagt 2W^ millioen gulden, waarvan bereids een bedrag van 7H ton werd volgestort. Oprichters zijn: de Javasche Bank, de K.P.M., de iaotorij, de Internationale Crediet- en Handels-vereeniging „Rotterdam", ( e Ned.-Ind. Escompto Maatschappij en de Hollandsche Beton Maatschappij De gronden op Menteng zijn reeds verkregen, met het bouwen zal spoedig worden begonnen.
•
•
AANBESTEDING. De uitslag van de in de afgeloopen maand gehouden aanbesteding voor het bouwen van een dubbele
pakhuismeesters-woniug voor de Nederlandsch-Indische Scheepvaart Etablissementen te Tandjong-Priok, volgens de plannen en onder Directie van de N V.' Ingenieursbureau Bakker <S Meyboom, C. v. Ing'rs, te Weltevreden, is geweest als volgt: Bouwkundig Bureau E v e n h u i s < S V a n S c h e l t te Weltevr f 84.000.—, de Heeren K a r s t e n, L u t j e n s & T o u s a i n t te Semarang f 74.500 Het werk is aan de laagste inschrijvers, de Heeren K a r s t e n , L u t j e n s en T o u s s a i n t voor hun inschrijvings-som gegund. EEN NIEUW KANTOORGEBOUW. Naar de ^Nieuwe Soerabaja Courant" verneemt heeft de Handelsvereeniging K o L i e groote plannen met het destijds door haar aangekochte perceelenkomplex tussohen het Plaatsbureau en de kapperzaak van Baüme, welk complex juist op den hoek van de Societeitsstraat is gelegen. Door het architectenbureau Karsten, Lutjens en Toussaint te Semarang werd bereids het plan ontworpen voor een gebouw van drie verdiepingen. Wij hebben de gevelteekening gezien en moeten erkennen, dat bedoeld gebouw inderdaad een sieraad belooft'te worden voor onze stad. Binnenwerks is het voorzien van twee liften, zoodat de op de bovenverdiepingen gevestigde kantoren even gemakkelijk bereikbaar zullen wezen als de gelijkvloers gelegene. De kosten worden geraamd op 7 d 8 ton. Indien de Hvg. Ko Lie definitief tot den bouw besluit, zal in de maand Juli met den sloopingsarbeid van de bestaande gebouwen een aanvang worden gemaakt.
1
BOEKENSTAL.
|
AANGEBODEN:
Willem Joseph
Noorlander. Architectuur prijs ƒ 15.50 Herman. Modern kunstsmeedwerk , „ 6.50 Deze boekwerken zijn pas ontvangen van Ahrend te Amsterdam en verkeeren dus in goeden toestand. J. M. L. te E. ** Plasschaert. Burgelijke Bouwkunde, geb. ƒ 10 Scholl. Gids voor Machinisten „ prijs „ 10.— Kerkhof/. Practische Hydrometrie, „ „ 2.— Stadtische Whon- und geschaftshauser (Portefeuille met platen) „ 5.Alle werken verkeeren in uitstekenden staat. W. DE HAAN. Weltevreden, Vioslaan 2. •••»•••»••••»»»•»«»•««»»»«
MUTATIES TECHNISCH PERSONEEL.
I
^••••••••••*»
B. O. W. Benoemd : tot onderopzichter, de tijdelijk onderopzichter W. Stook; tot teekenaar, de tijdelijk waarnemend teekenaar E. L. van Z u ij 1 e n ; tot opzichter voor de Landsgebouwen, B. M u l d e r , thans tijdelijk belast met de waarneming van die betrekking ; tot opzichter, met den titel van opzichter 2e klasse, J. P. B r o u w e r , ambtenaar van buitenlandsch verlof teruggekeerd, laatstelijk die betrekking bekleed hebbende; tot opzichter, met den titel van opzichter 3e klasse, Mas Saniroen, Mas Talogo, Raden Soegijo Soetrasman, Mas Soeparman, Sigid Goenawan, Mas Soewarto, Raden Soerjadi, tot onderopzichter, de tijdelijk onderopzichter, J . M. P a 11 y n a m a ; Tijdelijk werkzaam gesteld als opzichter G. j ! Borger.
140
t Advertentiën :
O p
het kantoor van het H O O F D D E R
IRRTGATIE-AFDEELING
SERAJOE t e r
Bij de GEMEENTE SEMARANG
afdeelingshoofdplaats F O E R W ü R E D J O , resi-
bestaat gelegenheid tot plaatsing van:
Opzichter-projectant
EEN TECHNISCH AMBTEKAAH 2e KLASSE op een aanvangsalaris van f 250.—opklimmende tot f 500.— met 4 eenjaarlijksche verhoogingen van f 25.— en 6 tweejaarlijksche verhoogingen van f 25.— Afhankelijk van de verkregen ervaring kunnen één of meer verhoogingen dadelijk worden toegekend. Sollicitatie's schriftelijk in te dienen bij den Directeur van Gemeentevi^erken. PARTICULIER
dentie K E D O E , kan geplaatst worden een
op een maandelijksche bezoldiging van ƒ 300.— benevens ƒ 60.— reiskosten.
OUD-OPZICHTERS HEBBEN BE VOORKEUR. Brieven met uitvoerige inlichtingen omtrent vroegere werkkringen te richten tot het HOOFD DER IRRIGATIE-AFDEELING SERAJOE. Hei Hoofd voornoemd,
D. SNELL.
BOUWBUREAU
vraagt voor onmiddelUjke indiensttreding
Bouwkundige & Waterbouwkundige U i t v o e r d e r s en T e e k e n a a r s . Voor goede Icrachten ruime bezoldiging, blijvende positie. Sollicitaties STRIKT V E R T R O U W E L I J K bureau ANETA, Weltevreden onder No. 1 9 L
Te koop gevraagd: E E N MACHINALE
STEENENPERS.
GEVRAAGD (VOOR SUMATRA)
EEN BEKWAAM BOUWK. OPZ. TEEKENAAR
Brieven onder No. 2387 publiciteitsbureau,
en
Soerabaia.
EEN BEKWAAM
UITVOERDEL
BETREKKINGEN. Voor Verkenning en Opname S.S. in de Buitengewesten kunnen eenige
Brieven met opgaaf van verlangd salaris en verdere inlichtingen Bureau G KOLFF & Co. No. 167
Leerling-Opnemers, (leeftijd niet boven de 20 jaarj worden aangenomen, terwijl op het kantoor van genoemden Dienst te Weltevreden, KebonSirih No. 6, eenige ervaren
Europeesche Teekenaars, goed op de hoogte van kaarteeringswerkzaamheden (in het bijzonder topografisch teekenwerk) kunnen worden geplaatst. Salaris naar bekwaamheid. Verdere inlichtingen en toezending van sollicitatie's vergezeld van getuigschriften, aan bovengenoemd adres: Het Hoofd van den Opnamekring Buitenbezittingen.
Wegenaanleg Flores. Wordt voor d e n wegaanleg e n bruggen-
e n duikerbouw
bij de Zelfbestu-
rende Landschappen op Flores gevraagd
EEN DESKUNDIGE liefst Opzichter B. O. W. met ervaring. Sollicitaties
vergezeld
van a a n b e v e -
lingsbrieven, opgave vroegere werkkring^ leeftijd,
al of niet gehuwd en verltlngd
salaris worden
ingewacht
sistent-Resident van Flores.
bij den A s -