Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Uitgave
07/2003
Technische handleiding 11216689 / NL
SEW-EURODRIVE
Inhoudsopgave
I
1
Belangrijke aanwijzingen ................................................................................. 5
2
Veiligheidsaanwijzingen................................................................................... 6
3
Constructie van de motor................................................................................. 7 3.1 Basisconstructie draaistroommotor........................................................... 7 3.2 Typeplaatje, typeaanduiding ..................................................................... 8
4
Installatie.......................................................................................................... 11 4.1 Vóór u begint........................................................................................... 11 4.2 Voorbereiding.......................................................................................... 11 4.3 Opstellen van de motor........................................................................... 12 4.4 Toleranties bij montagewerkzaamheden ................................................ 13 4.5 Elektrische Installatie .............................................................................. 13 4.6 Aanwijzingen voor het bedraden............................................................. 14 4.7 Motoren en remmotoren van de categorie 2G ........................................ 15 4.8 Motoren van de categorie 2D.................................................................. 19 4.9 Motoren en remmotoren van de categorie 3G ........................................ 22 4.10 Motoren en remmotoren van de categorie 3D ........................................ 26 4.11 Motoren en remmotoren van de categorie 3GD .................................... 30 4.12 Asynchrone servomotoren van de categorie 3D..................................... 34 4.13 Omgevingscondities tijdens bedrijf ......................................................... 38
5
Bedrijfssoorten en grenswaarden ................................................................. 39 5.1 Toegestane bedrijfssoorten .................................................................... 39 5.2 Bedrijf van motoren van de categorie 3G, 3D en 3GD met frequentieregelaar................................................................................................... 40 5.3 Overzicht asynchrone motoren-frequentieregelaars: MOVITRAC® 31C 43 5.4 Overzicht asynchrone motoren-frequentieregelaars: MOVIDRIVE® ...... 44 5.5 Asynchrone motoren: thermische grenskarakteristiek ............................ 45 5.6 Asynchrone servomotoren: grenswaarden voor stroom en koppel......... 46 5.7 Asynchrone servomotoren: thermische grenskarakteristieken ............... 48 5.8 Asynchrone servomotoren: toekenning frequentieregelaar .................... 49 5.9 Softstarters.............................................................................................. 53
6
Inbedrijfstelling ............................................................................................... 54 6.1 Noodzakelijke instelling van de parameters van een frequentieregelaar 55 6.2 Veranderen blokkeerrichting bij motoren met terugloopblokkering......... 57 6.3 Stilstandsverwarming voor motoren van de categorie II3D .................... 58
7
Storingen tijdens bedrijf................................................................................. 59 7.1 Storingen aan de motor .......................................................................... 59 7.2 Storingen rem ......................................................................................... 60 7.3 Storingen bij bedrijf met frequentieregelaar ............................................ 60
8
Inspectie / onderhoud..................................................................................... 61 8.1 Inspectie- en onderhoudsintervallen ....................................................... 62 8.2 Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem ............................ 63 8.3 Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden motor................................... 65 8.4 Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden rem BC................................ 67
0
I 0
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
3
Inhoudsopgave
kVA
i
4
9
Technische gegevens..................................................................................... 76 9.1 Remarbeid, lichtspleet, remkoppels BMG05-8, BC, Bd .......................... 76 9.2 Remarbeid, lichtspleet, remkoppels BM15 - 62 ...................................... 77 9.3 Toelaatbare schakelarbeid van de rem................................................... 78 9.4 Nominale stromen................................................................................... 81 9.5 Maximaal toelaatbare radiale krachten ................................................... 85 9.6 Toegestane kogellagertypen................................................................... 87
10
Conformiteitsverklaring.................................................................................. 88 10.1 Motoren en remmen van de categorie 2G, serie eDT, eDV ................... 88 10.2 Motoren van de categorie 2D, serie eDT en eDV ................................... 89 10.3 Motoren en remmotoren van de categorie 3D van de serie CT en CV... 90 10.4 Motoren en remmotoren van de categorie 3G en 3D, serie DT en DV... 91
11
Index................................................................................................................. 92
P Hz
kVA
i
f
n
f
n
P Hz
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Belangrijke aanwijzingen
1
1
Belangrijke aanwijzingen
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Let beslist op de onderstaande veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen!
Dreigend gevaar door stroom. Mogelijke gevolgen: dood of zeer zware verwondingen.
Dreigend gevaar. Mogelijke gevolgen: dood of zeer zware verwondingen.
Gevaarlijke situatie. Mogelijke gevolgen: lichte verwondingen.
Schadelijke situatie. Mogelijke gevolgen: beschadiging van de aandrijving en van de omgeving.
Gebruikertips en nuttige informatie.
Belangrijke aanwijzingen voor de explosiebeveiliging.
Het in acht nemen van de technische handleiding is de voorwaarde voor een storingvrij bedrijf en de honorering van eventuele garantieaanspraken. Leest u daarom eerst de technische handleiding, voor u met de aandrijving gaat werken! De handleiding bevat belangrijke aanwijzingen voor de service en behoort daarom in de buurt van het apparaat bewaard te worden.
Afdanken
Dit product bestaat uit: •
ijzer
•
aluminium
•
koper
•
kunststof
•
elektronica-onderdelen
Het afdanken moet plaatsvinden overeenkomstig de geldende voorschriften.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
5
Veiligheidsaanwijzingen
2 2
Veiligheidsaanwijzingen De volgende veiligheidsaanwijzingen hebben betrekking op de opstelling van motoren. Let u bij de toepassing van motorreductoren ook op de veiligheidsaanwijzingen voor reductoren in de betreffende technische handleiding. Houd ook rekening met de aanvullende veiligheidsaanwijzingen in de afzonderlijke hoofdstukken van deze technische handleiding. Explosiegevaarlijke gasmengsels of stofconcentraties kunnen in combinatie met hete, spanningsvoerende en bewegende delen van elektrische machines zware of dodelijke verwondingen veroorzaken. Montage-, aansluit- en inbedrijfstellings-, alsmede onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen door gekwalificeerd, vakbekwaam personeel worden uitgevoerd, rekening houdend met
Toepassing conform de voorschriften
•
deze handleiding;
•
de waarschuwings- en informatielabels op de motor / motorreductor;
•
alle andere bij de aandrijving behorende ontwerpdocumenten, inbedrijfstellingsvoorschriften en stroomkringschema’s;
•
de voor de installatie specifieke bepalingen en eisen;
•
de actuele nationale / regionale voorschriften (explosiebeveiliging/veiligheid/ongevalpreventie)
Deze motoren/motorreductoren zijn voor industriële installaties bedoeld.1 Zij beantwoorden aan de geldende normen en voorschriften •
EN 50014
•
EN 50018 voor ontstekingsbeschermingswijze "d"
•
EN 50019 voor ontstekingsbeschermingswijze "e"
•
EN 50021 voor ontstekingsbeschermingswijze "n"
•
EN 50281-1-1 voor "Stof-explosiebeveiliging"
en voldoen aan de eisen van de richtlijn 94/9/EG. De technische gegevens evenals de gegevens voor de toegestane condities vindt u op het typeplaatje en in deze technische handleiding. Deze gegevens moeten beslist in acht worden genomen! Transport / opslag
Controleer de levering direct na ontvangst op eventuele transportschade. Stel de transportonderneming hiervan direct op de hoogte. De inbedrijfstelling dient eventueel uitgesteld te worden. Ingeschroefde hijsogen goed vastdraaien. Zij zijn alleen berekend voor het gewicht van de motorreductor/reductor; er mogen geen extra lasten worden aangebracht. De ingebouwde oogbouten corresponderen met DIN 580. De daar aangegeven lasten en voorschriften moeten beslist in acht worden genomen. Als er op de motorreductor twee hijsogen, resp. oogbouten zijn aangebracht, dan moeten tijdens het transport ook beide transportogen aangeslagen worden. De trekrichting van de hijsinrichting mag dan volgens DIN 580 niet meer dan 45° afwijken. Indien nodig, geschikte, voldoende bemeten transportmiddelen gebruiken. Verwijder eventueel aanwezige transportbeveiligingen vóór de inbedrijfstelling. 1
6
en mogen alleen in overeenstemming met de specificaties in de technische documentatie van SEW-EURODRIVE en met de specificaties op het typeplaatje worden toegepast.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Constructie van de motor Basisconstructie draaistroommotor
3
3
Constructie van de motor De onderstaande afbeelding moet als basis worden gezien. Zij dient slechts als hulpmiddel voor het overzicht bij de onderdelenlijsten. Afwijkingen al naargelang motorbouwgrootte en uitvoering zijn mogelijk!
3.1
Basisconstructie draaistroommotor 31
44 41
20
1 3 12 11 10 9
7
106 2
13
107 100 101 103
22 35
32 36 37 42 116 118 117 119 111 16
112
123
135 130 129
134 115 113 131 132 02969AXX
[1] rotor, compleet
[31] spie
[107] slingerschijf
[131] afdichtring
[2] borgring
[32] borgring
[111] afdichting
[132] klemmenkastdeksel
[3] spie
[35] ventilatorkap
[112] vaste deel aansluitklemmen- [134] afdichtingsschroef kast
[7] flenslagerschild
[36] ventilator
[113] cilinderschroef
[9] afdichtingsschroef
[37] V-ring
[115] klemmenbord
[10] borgring
[41] vulring
[116] klembeugels
[11] groefkogellager
[42] B-lagerschild
[117] zeskantbout
[12] borgring
[44] groefkogellager
[118] veerring
[13] zeskantbout (trekstang)
[100] zeskantmoer
[119] cilinderschroef
[16] stator, compleet
[101] veerring
[123] zeskantbout
[20] Nilos-ring
[103] tapeind
[129] afdichtingsschroef
[22] zeskantbout
[106] askeerring
[130] afdichtring
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
[135] afdichtring
7
Constructie van de motor Typeplaatje, typeaanduiding
3 3.2
Typeplaatje, typeaanduiding
Typeplaatje van de motoren van categorie 2 Voorbeeld: categorie 2G
Bruchsal / Germany Typ eDT71D4 Nr. 3009818304.0002.99 1/min 1465 0.37 V 230/400 IM B5 tE s 29 Baujahr Schmierstoff
0102 :1
i Nm cos ϕ 0.70 Hz 50 A 1.97/1.14 kg 9.2 IP 54 Kl. B
IA / IN 3.7
II 2 G EEx e II T3 PTB 99 ATEX 3402/03
1999
186 228. 6.12
51947AXX
Afbeelding 1: typeplaatje categorie 2G
Typeaanduiding Voorbeeld: draaistroom(rem)motor categorie 2G eDT 71D 4 / BC05 / HR / TF temperatuurvoeler (PTC-weerstand) handremlichting van de rem rem pooltal motor bouwgrootte motor serie van motor
Voorbeeld: fabrieksnummer 3009818304.
0002.
99 eindcijfer van het bouwjaar (2-cijferig) fabricagenummer (4-cijferig) ordernummer (10 cijfers)
8
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Constructie van de motor Typeplaatje, typeaanduiding
3
Typeplaatje motor van categorie 3: serie DR, DT, DV Voorbeeld: categorie 3G
Bruchsal/Germany DFT90S4/BMG/TF/II3G 3009818304.0001.03 1,1 / S1 1/min 1300 V 230 / 400 ∆/Y B5 IM Bremse V 230 AC II3G EEx nA T3
Typ Nr.. kW
3
0.77
cos
Schmierstoff
A kg Nm
IEC 34 :1
i Nm
1/min 3500 max.Motor 4.85/2.8 Hz 50 31 B IP 54 Kl. 20 Gleichrichter BMS 1.5 Baujahr 2003 Made in Germany
185 353 3.15 51953AXX
Afbeelding 2: typeplaatje
Typeaanduiding Voorbeeld: draaistroom(rem)motor categorie 3G DFT 90S 4 / BMG / TF / II3G apparaatcategorie temperatuurvoeler (PTC-weerstand) rem pooltal motor bouwgrootte motor serie van motor
Voorbeeld: fabrieksnummer 3009818304.
0001.
99 eindcijfer van het bouwjaar (2 cijferig) fabricagenummer (4-cijferig) ordernummer (10 cijfers)
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
9
Constructie van de motor Typeplaatje, typeaanduiding
3
Typeplaatje motor van categorie 3: serie CT, CV Voorbeeld: categorie 3D
Bruchsal / Germany Typ CV 100 L4 / BMG / TF / ES1S / II3D Nr. 1783048036.0003.02 1/min 2100 Nm 66 max. Motor 1/min 3500 V 305 A 14.8 IM B3 kg 40 Bremse V 400 Nm 40 II 3D EEx T 140° C Schmierstoff
3
IEC 34 :1
i Nm max. Motor Hz 73
IP 54 Kl. F Gleichrichter BGE Baujahr 2002
Made in Germany
187 835 2.10
52008AXX
Afbeelding 3: typeplaatje
Typeaanduiding Voorbeeld: asynchrone servo(rem)motoren van categorie II3D CV 100L4 / BMG / TF / ES1S / II3D apparaatcategorie type encoder (PTC-weerstand) temperatuurvoelers rem pooltal motor bouwgrootte motor serie van motor
Voorbeeld: fabrieksnummer 3009818304.
0001.
99 eindcijfer van het bouwjaar (2 cijferig) fabricagenummer (4-cijferig) ordernummer (10 cijfers)
10
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Vóór u begint
4
4
Installatie Let bij het installeren beslist op de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 2!
4.1
Vóór u begint
De aandrijving mag alleen gemonteerd worden als
4.2
•
de gegevens op het typeplaatje van de aandrijving met de toegestane Ex-voorwaarden ter plaatse overeenstemmen (apparatengroep, categorie, zone, temperatuurklasse);
•
de gegevens op het typeplaatje van de aandrijving met de netspanning overeenstemmen;
•
de aandrijving onbeschadigd is (geen schade door transport of opslag).
Voorbereiding Motoraseinden moeten grondig gereinigd worden van corrosiewerende middelen, verontreinigingen e.d. (in de handel verkrijgbaar oplosmiddel gebruiken). Het oplosmiddel mag niet de lagers of afdichtingsringen binnendringen – materiaalbeschadiging!
Langdurige opslag motoren
•
Let op de kortere vetgebruiksduur van de kogellagers na opslagtijden van meer dan een jaar.
•
Controleer of de motor door de langere opslagtijd vocht opgenomen heeft. Daartoe moet de isolatieweerstand gemeten worden (meetspanning 500 V).
De isolatieweerstand (→ onderstaande afbeelding) is sterk afhankelijk van de temperatuur! Als de isolatieweerstand niet voldoende is, moet de motor gedroogd worden.
[M ]
100
10
1
0,1
0
20
40
60
80 [°C] 01731AXX
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
11
Installatie Opstellen van de motor
4
Motor drogen
Motor verwarmen •
met warme lucht of
•
met een transformator – wikkelingen in serie schakelen (→ onderstaande afbeelding) – hulpwisselspanning max. 10 % van de ontwerpspanning met max. 20 % van de ontwerpstroom
Trafo
01730ADE
De procedure van het drogen beëindigen, als de minimale isolatieweerstand overschreden is. De klemmenkast controleren, of
4.3
•
het inwendige droog en schoon is;
•
de aansluit- en bevestigingsonderdelen vrij van corrosie zijn;
•
de voegafdichting in orde is;
•
kabelwartels dicht zijn, anders reinigen of vervangen.
Opstellen van de motor De motor resp. de motorreductor mag alleen in de opgegeven bouwvorm op een vlakke, trillingsvrije en torsiestijve fundatie opgesteld/gemonteerd worden. Motor en machine zorgvuldig uitlijnen, om motorassen niet ontoelaatbaar te belasten (toelaatbare radiale en axiale krachten in acht nemen!). Stoten en slagen op het aseinde vermijden. Verticale bouwvormen door afscherming beveiligen tegen het binnendringen van voorwerpen of vloeistoffen (regendak C). Op ongehinderde toevoer van koellucht letten, warme lucht van andere aggregaten niet opnieuw aanzuigen. Achteraf op de as te monteren onderdelen met een halve spie balanceren (uitgaande assen zijn met een halve spie gebalanceerd). Eventueel aanwezige boringen voor condenswater zijn met kunststof doppen afgesloten en mogen alleen als dit nodig is geopend worden; open boringen voor condenswater zijn niet toegestaan, omdat anders de hogere beschermingsgraden worden tenietgedaan. Bij toepassing van riemschijven mogen alleen riemen gebruikt worden, die niet elektrostatisch geladen kunnen worden. Bij remmotoren met handremlichting òf handremlichterbeugel (bij terugspringende handremlichting) òf draadstift (bij vaststaande handremlichting) inschroeven.
12
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Toleranties bij montagewerkzaamheden
Opstellen in vochtige ruimten of in de buitenlucht
4
Indien mogelijk de klemmenkast zodanig plaatsen, dat de kabelinvoeringen naar beneden gericht zijn. Draad van pakkingbussen en blindstoppen met een afdichtingsmiddel insmeren en goed aantrekken – daarna nog een keer insmeren. Kabelinvoering goed afdichten. Afdichtingsvlakken van het deksel van de klemmenkast vóór het opnieuw monteren goed reinigen; afdichtingen moeten aan één zijde ingelijmd zijn. Bros geworden afdichtingen vervangen! Eventueel de corrosiewerende lak bijwerken. Beschermingsgraad controleren.
4.4
4.5
Toleranties bij montagewerkzaamheden
Aseinde
Flenzen
Diametertolerantie volgens DIN 748 • ISO k6 bij Ø ≤ 50 mm • ISO m6 bij Ø > 50 mm • centreerboring volgens DIN 332, Form DR..
Pasrandtolerantie volgens DIN 42948 • ISO j6 bij Ø ≤ 230 mm • ISO h6 bij Ø > 230 mm
Elektrische Installatie Let bij het installeren beslist op de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 2!
Aanvullende bepalingen in acht nemen
Naast de algemeen geldende veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties (bijv. in Duitsland DIN VDE 0100, DIN VDE 0105) moeten de bijzondere bepalingen voor het realiseren van elektrische installaties in explosiegevaarlijke omgeving in acht genomen worden (bedrijfsveiligheidsverordening in Duitsland; EN 60 079-14; EN 50 281-12 en specifieke, op de installatie gerichte bepalingen).
Aansluitschema’s gebruiken
Het aansluiten van de motor mag uitsluitend plaatsvinden volgens het aansluitschema dat bij de motor is gevoegd. Ontbreekt dit aansluitschema, dan mag de motor niet aangesloten, resp. in bedrijf gesteld worden. Het juiste aansluitschema kunt u gratis bij SEW-EURODRIVE of Vector Aandrijftechniek verkrijgen. Voor het schakelen van de motor en de rem moeten contacten overeenkomstig gebruikscategorie AC-3, volgens EN 60947-4-1 worden toegepast.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
13
Installatie Aanwijzingen voor het bedraden
4
Kabelinvoeringen
De aansluitklemmenkasten zijn uitgevoerd met boringen met metrische draad volgens EN 50262. Bij de levering zijn alle kabelinvoeringen voorzien van afsluitdoppen met ATEX-certificering. Voor het aanbrengen van de correcte kabelinvoering moeten de afsluitdoppen worden vervangen door ATEX-gecertificeerde metrische kabelwartels met trekontlasting. De kabelwartel moet geselecteerd worden overeenkomstig de buitendiameter van de gebruikte kabel. Alle niet gebruikte kabelinvoeringen moeten na het afronden van de installatie met een ATEX-gecertificeerde afsluitdop worden afgesloten (→ beschermingsgraad in acht nemen).
4.6
Aanwijzingen voor het bedraden
Beveiligen van remaansturingen tegen storing
Om remaansturingen te beveiligen tegen EMC-beïnvloeding mogen de leidingen van de rem niet gemeenschappelijk met leidingen met geschakeld vermogen in één kabel uitgevoerd worden. Kabels met geschakeld vermogen zijn vooral: – kabels aan de uitgang van frequentie- en servoregelaars, stroomregelaars, softstarters en remapparatuur; – kabels voor remweerstanden e.d.
Beveiligen van motorbeveiligingsapparatuur tegen storing
Om SEW-EURODRIVE motorbeveiligingsapparatuur (temperatuurvoelers TF, thermostaten in de wikkeling TH) te beveiligen tegen EMC-beïnvloeding mogen: – separaat afgeschermde voedingsleidingen gemeenschappelijk met leidingen met geschakeld vermogen in één kabel uitgevoerd worden; – niet-afgeschermde voedingsleidingen niet gemeenschappelijk met leidingen met geschakeld vermogen in één kabel verlegd worden.
14
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 2G
4.7
4
Motoren en remmotoren van de categorie 2G
Algemene aanwijzingen
De explosiebeveiligde SEW-EURODRIVE-motoren van de serie eDT en eDV zijn bedoeld voor toepassing in zone 1 en voldoen aan de voorschriften van de apparatengroep II, categorie 2G. De bepalende ontstekingsbeschermingswijze is "e" volgens EN 50 019.
Remmen in de ontstekingsbeschermingswijze drukvaste behuizing "d"
Aanvullend biedt SEW-EURODRIVE voor de explosiebeveiligde omgeving remmen aan in de bepalende ontstekingsbeschermingswijze "d" overeenkomstig EN 50 018. De drukvaste omhulling heeft bij remmotoren uitsluitend betrekking op de ruimte van de rem. De motor zelf en de aansluitklemmenkast voor de rem zijn uitgevoerd met ontstekingsbeschermingswijze "e".
Aansluitklemmenkasten
De aansluitklemmenkasten zijn uitgevoerd in de ontstekingsbeschermingswijze "e".
Letter "X"
Indien de letter "X" achter het goedkeuringsnummer van het conformiteits- of EG- bouwmodeltestcertificaat staat, dan wordt verwezen naar bijzondere voorwaarden voor de veilige toepassing van de motoren binnen deze goedkeuring.
Temperatuurklassen
De motoren zijn voor de temperatuurklassen T3 resp. T4 toegelaten. De temperatuurklasse van de motor is aangegeven op het typeplaatje of op het conformiteits- of EGbouwmodeltestcertificaat, dat bij elke motor meegeleverd wordt.
Kabelwartel
Gebruik voor kabelinvoeringen alleen ATEX-gecertificeerde kabelwartels met minimaal beschermingsgraad IP54.
Beveiliging tegen ontoelaatbaar hoge oppervlaktetemperatuur
De ontstekingsbeschermingswijze van de verhoogde veiligheid eist dat de motor voor het bereiken van de maximaal toelaatbare oppervlaktetemperatuur wordt uitgeschakeld.
Beveiliging uitsluitend met motorbeveiligingsschakelaar
Uitschakelen kan door middel van een motorbeveiligingsschakelaar of PTC-temperatuurvoelers. De typeafhankelijke manier van uitschakelen is opgenomen in de bouwvormcertificering van de EU. Bij het installeren met motorbeveiligingsschakelaar volgens EN 60947 moet het volgende in acht genomen worden: •
De aanspreektijd van de motorbeveiligingsschakelaar moet bij de aanspreekstroomverhouding IA/Inom korter zijn dan de opwarmtijd tE van de motor.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet bij uitval van een fase direct uitschakelen.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet voorzien zijn van een met name genoemde instantie en een corresponderend beproevingsnummer.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet ingesteld zijn op de nominale motorstroom overeenkomstig het typeplaatje of het EU-bouwmodeltestcertificaat.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
15
4
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 2G
Beveiliging uitsluitend met PTC-temperatuurvoeler
Bij het installeren met PTC-temperatuurvoeler volgens EN 60947 moet het volgende in acht worden genomen:
Beveiliging met motorbeveiligingsschakelaar en extra PTC-temperatuurvoeler
De bovengenoemde condities bij beveiliging alleen met motorbeveiligingsschakelaar gelden ook hier. De beveiliging met temperatuurvoelers (TF) betekent alleen een aanvullende veiligheidsmaatregel, die voor de goedkeuring onder Ex-voorwaarden geen betekenis heeft.
Thermistorrelais volgens EN 60947 voor motoren en remmen die uitsluitend thermisch worden bewaakt en beveiligd met PTC-temperatuurvoelers (TF), moeten door een met name genoemde instantie zijn toegelaten en voorzien zijn van een corresponderend beproevingsnummer. De motor moet bij het aanspreken van het thermistorrelais in alle polen van het net worden gescheiden.
Vóór de inbedrijfstelling is een test van de effectiviteit van de geïnstalleerde beveiligingen vereist.
16
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 2G
Motoraansluiting
4
Bij motoren met een klemmenbord met sleufbouten [1] overeenkomstig richtlijn 94/9/EG(→ onderstaande afbeelding) mogen voor de motoraansluiting alleen kabelschoenen [3] volgens DIN 46 295 worden gebruikt. De kabelschoenen [3] worden met drukmoeren met geïntegreerde veerring [2] bevestigd.
1 2 3
06342AXX
Alternatief is voor de aansluiting een massieve, ronde draad toegestaan, waarvan de diameter overeenkomt met de sleufbreedte van de aansluitbout (→ onderstaande tabel). Motorbouwgrootte
Klem
Sleufbreedte van de aansluitbout [mm]
Aanhaalmoment van de drukmoer [Nm]
KB0
2.5
3.0
KB02
3.1
4.5
KB3
4.3
6.5
KB4
6.3
12.0
eDT 71 C, D eDT 80 K, N eDT 90 S, L eDT 100 LS, L eDV 100 M, L eDV 112 M eDV 132 S eDV 132 M, ML eDV 160 M eDV 160 L eDV 180 M, L
Motor aansluiten Houd beslist rekening met het geldige aansluitschema! Ontbreekt dit document, dan mag de motor niet aangesloten of in bedrijf gesteld worden. De volgende aansluitschema’s kunnen met opgave van het bestelnummer van de motor (→ hoofdstuk "Typesleutel, typeplaatje") bij SEW-EURODRIVE of Vector Aandrijftechniek worden besteld: Pooltallen
Bijbehorend schema (naam / nummer)
eDT en eDV
4, 6, 8
DT13 / 08 798 _6
eDT en eDV
Serie
8/4
DT33 / 08 799 _6
eDT met rem BC
4
AT101 / 09 861 _4
eDT met rem Bd
4
A95 / 08 840 _9
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
17
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 2G
4
Doorsneden controleren
Doorsneden van de leidingen controleren – m.b.t. de nominale stroom van de motor, de geldende installatievoorschriften en de eisen op de plaats van opstelling.
Wikkelinguitlopers controleren
Wikkelinguitlopers in de aansluitklemmenkast controleren en eventueel vastschroeven → aanhaalmoment zie bladzijde 17 .
Temperatuurvoelers
Temperatuurvoelers TF (DIN 44082), indien als enige of als extra beveiliging aanwezig: •
volgens de voorschriften van de fabrikant van het beveiligingsapparaat en het bijgevoegde schema aansluiten met een kabel, welke gescheiden gelegd wordt van de voedingskabel;
•
spanning < 2,5 VDC aansluiten.
Vóór de inbedrijfstelling moet de effectiviteit van de bewaking worden gecontroleerd.
Rem aansluiten De drukvaste rem BC (Bd) (EExd) wordt elektrisch gelicht. De rem valt mechanisch in na het uitschakelen van de spanning. Spleten controleren
Voor het aansluiten moeten de spleten van de drukvaste rem geïnspecteerd worden, daar zij een wezenlijk aspect van de explosiebeveiliging vertegenwoordigen. De spleten mogen noch overgelakt noch op een of andere manier afgedicht zijn.
Doorsneden controleren
De doorsneden van de kabels gelijkrichter - rem moeten voldoende groot gedimensioneerd zijn, om de functie van de rem te waarborgen (→ hoofdstuk "Technische gegevens", paragraaf "Bedrijfsstromen").
Rem aansluiten
De SEW-EURODRIVE remgelijkrichter wordt overeenkomstig het bijgevoegde schema in de schakelkast buiten de Ex-omgeving geïnstalleerd en aangesloten. De kabels tussen de gelijkrichter en de separate aansluitklemmenkast van de rem op de motor aansluiten.
Temperatuurvoelers
Temperatuurvoelers TF (DIN 44082): •
volgens de voorschriften van de fabrikant van het beveiligingsapparaat en het bijgevoegde schema aansluiten met een kabel, welke gescheiden gelegd wordt van de voedingskabel;
•
spanning < 2,5 VDC aansluiten.
Vóór de inbedrijfstelling moet de effectiviteit van de bewaking worden gecontroleerd.
18
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren van de categorie 2D
4.8
4
Motoren van de categorie 2D
Algemene aanwijzingen
De stofexplosiebeveiligde SEW-EURODRIVE motoren van de serie eDT en eDV zijn bestemd voor de toepassing in zone 21 en voldoen aan de voorschriften van de apparatengroep II, categorie 2D overeenkomstig EN 50 014 en EN 50 281-1-1.
Aansluitklemmenkasten
De aansluitklemmenkasten zijn uitgevoerd in de beschermingsgraad IP65.
Letter "X"
Indien de letter "X" achter het goedkeuringsnummer van het conformiteits- of EG- bouwmodeltestcertificaat staat, dan wordt verwezen naar bijzondere voorwaarden voor de veilige toepassing van de motoren binnen deze goedkeuring.
Oppervlaktetemperatuur
De oppervlaktetemperatuur bedraagt maximaal 120 °C.
Kabelinvoeringen
Gebruik voor kabelinvoeringen alleen ATEX-gecertificeerde kabelwartels met minimaal beschermingsgraad IP65.
Beveiliging tegen ontoelaatbaar hoge oppervlaktetemperatuur
De explosiebeveiliging wordt daardoor gewaarborgd, dat de motor vóór het bereiken van de maximaal toelaatbare oppervlaktetemperatuur wordt uitgeschakeld.
Eigenschappen en instellingen van de motorbeveiligingsschakelaar
Bij het installeren van de motorbeveiligingsschakelaar volgens EN 60947 moet het volgende in acht genomen worden:
Eigenschappen van het thermistorrelais
De motor wordt uitgeschakeld door middel van motorbeveiligingsschakelaar en PTCtemperatuurvoeler.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet bij uitval van een fase direct uitschakelen.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet voorzien worden van een met name genoemde instantie en een corresponderend beproevingsnummer.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet ingesteld worden op de nominale motorstroom overeenkomstig het typeplaatje.
Bij het installeren van het thermistorrelais volgens EN 60947 moet erop gelet worden, dat alleen apparatuur mag worden toegepast, dat door een met name genoemde instantie is toegelaten en voorzien is van een corresponderend beproevingsnummer.
Vóór de inbedrijfstelling is een test van de effectiviteit van de geïnstalleerde beveiligingen vereist.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
19
4
Installatie Motoren van de categorie 2D
Motoraansluiting
Bij motoren met een klemmenbord met sleufbouten [1] overeenkomstig ATEX100a (→ onderstaande afbeelding) mogen voor de motoraansluiting alleen kabelschoenen [3] volgens DIN 46 295 gebruikt worden. De kabelschoenen [3] worden met drukmoeren met geïntegreerde veerring [2] bevestigd.
1 2 3
06342AXX
Alternatief is voor de aansluiting een massieve, ronde draad toegestaan, waarvan de diameter overeenkomt met de sleufbreedte van de aansluitbout (→ onderstaande tabel). Klem
Sleufbreedte van de aansluitbout [mm]
Aanhaalmoment van de drukmoer [Nm]
KB0
2.5
3.0
KB02
3.1
4.5
KB3
4.3
6.5
KB4
6.3
12.0
Motorbouwgrootte eDT 71 C, D eDT 80 K, N eDT 90 S, L eDT 100 LS, L eDV 100 M, L eDV 112 M eDV 132 S eDV 132 M, ML eDV 160 M eDV 160 L eDV 180 M, L
20
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren van de categorie 2D
4
Motor aansluiten Houd beslist rekening met het geldige aansluitschema! Ontbreekt dit document, dan mag de motor niet aangesloten of in bedrijf gesteld worden. De volgende aansluitschema’s kunnen met opgave van het bestelnummer van de motor (→ hoofdstuk "Typesleutel, typeplaatje") bij SEW-EURODRIVE of Vector Aandrijftechniek worden besteld: Serie
Aantal polen
Bijbehorend schema (naam / nummer)
4
DT13 / 08 798 _6
eDT en eDV
Doorsneden controleren
Doorsneden van de leidingen controleren – m.b.t. de nominale stroom van de motor, de geldende installatievoorschriften en de eisen op de plaats van opstelling.
Wikkelinguitlopers controleren
Wikkelinguitlopers in de aansluitklemmenkast controleren en eventueel vastschroeven (→ aanhaalmoment overeenkomstig dit hoofdstuk)
Temperatuurvoelers
Temperatuurvoelers TF (DIN 44082):
Aansluitklemmenkastdeksel controleren
•
volgens de voorschriften van de fabrikant van het beveiligingsapparaat en het bijgevoegde schema aansluiten met een kabel, welke gescheiden gelegd wordt van de voedingskabel;
•
spanning < 2,5 VDC aansluiten.
Bij het sluiten van de aansluitklemmenkastdeksel: •
waarborgen, dat de oppervlakte stofvrij is
•
de afdichting controleren op goede staat, event. door een nieuwe afdichting vervangen
Vóór de inbedrijfstelling moet de effectiviteit van de bewaking worden gecontroleerd.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
21
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3G
4 4.9
Motoren en remmotoren van de categorie 3G
Algemene aanwijzingen
De explosiebeveiligde SEW-EURODRIVE motoren van de serie DT en DV in de ontstekingsbeschermingswijze EExnA voor de toepassing in zone 2 voldoen aan de voorschriften van de apparatengroep II, categorie 3G overeenkomstig EN 50 014 en EN 50 021.
Beschermingsgraad IP54
SEW-EURODRIVE motoren van de categorie 3G bezitten bij de uitlevering minimaal beschermingsgraad IP54 volgens EN 60 034.
Temperatuurklasse
De motoren zijn voor temperatuurklasse T3 ontworpen.
Kabelinvoeringen
Gebruik voor kabelinvoeringen alleen ATEX-gecertificeerde kabelwartels die minimaal beschermingsgraad IP54 garanderen.
Beveiliging tegen ontoelaatbaar hoge oppervlaktetemperatuur
De ontstekingsbeschermingswijze "geen vonken" garandeert een veilig bedrijf onder normale bedrijfsomstandigheden. Bij overbelasting moet de motor zeker worden uitgeschakeld om ontoelaatbaar hoge oppervlaktetemperatuur te voorkomen.
Beveiliging uitsluitend met motorbeveiligingsschakelaar
Beveiliging uitsluitend met PTCtemperatuurvoeler (TF)
Uitschakelen kan door middel van een motorbeveiligingsschakelaar of PTC-temperatuurvoelers. De van de motorbeveiliging afhankelijke toelaatbare bedrijfssoorten zijn in het hoofdstuk "Bedrijfssoorten" vermeld. Remmotoren en poolomschakelbare motoren van de categorie 3G worden door SEW-EURODRIVE vanuit de fabriek uitgerust met PTC-temperatuurvoelers (TF). Bij het installeren met motorbeveiligingsschakelaar volgens EN 60947 moet het volgende in acht genomen worden: •
De motorbeveiligingsschakelaar moet bij uitval van een fase direct uitschakelen.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet ingesteld zijn op de nominale motorstroom overeenkomstig het typeplaatje.
•
Poolomschakelbare motoren moeten met onderling vergrendelde motorbeveiligingsschakelaars voor elk pooltal worden beveiligd.
Bij het installeren met PTC-temperatuurvoelers moet er op gelet worden, dat de voeler door een hiervoor toegelaten apparaat wordt bewaakt en verwerkt en zodoende aan de richtlijn 94/9/EG voldoet. Bij het aanspreken van de signaalverwerking moet de motor in alle polen van het net gescheiden worden.
Vóór de inbedrijfstelling is een test van de effectiviteit van de geïnstalleerde beveiligingen vereist.
22
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3G
4
Motor aansluiten Houd beslist rekening met het geldige aansluitschema! Ontbreekt dit document, dan mag de motor niet aangesloten, of in bedrijf gesteld worden. De volgende aansluitschema’s kunnen met opgave van het bestelnummer van de motor (→ hoofdstuk "Typeaanduiding, typeplaatje") bij SEW-EURODRIVE of Vector Aandrijftechniek worden besteld: Serie
Pooltallen
Bijbehorend schema (naam / nummer)
쑶/댴 쑶/댴댴 댴/댴
DT13 / 08 798 _6
alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling
쑶/댴
DT45 / 08 829 _7
alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling
댴/쑶
DT48 / 08 767 _3
2, 4, 6, 8 4/2, 8/4 alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling DT, DV
Schakeling
4/2, 8/4 DR
4
DT33 / 08 799 _6 DT43 / 08 828 _7
쑶/댴댴 쑶/댴
DT53 / 08 739 _1 DT14 / 08 857 0003
Doorsneden controleren
Doorsneden van de leidingen controleren - m.b.t. de nominale stroom van de motor, de geldende installatievoorschriften en de eisen op de plaats van opstelling.
Wikkelinguitlopers controleren
Wikkelinguitlopers in de aansluitklemmenkast controleren en eventueel vastschroeven.
Motoraansluiting
Bij motoren van de bouwgrootte 63 moeten de kabels overeenkomstig het aansluitschema aangesloten worden in de veerdrukklemmenstrook. De aardleiding moet zodanig op de aardaansluitingen gemonteerd worden, dat kabelschoen en behuizing door een vlakke sluitring zijn gescheiden.
TF TF
4
3
2
1
TF TF
4
3
2
1
Afbeelding 4: Y-schakeling / 쑶-schakeling / aardaansluiting
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
51961AXX
23
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3G
4
Aansluitmateriaal
Bij motoren van de bouwgrootte 71 tot 132S aansluitmateriaal uit het bijgevoegde zakje halen en monteren (→ onderstaande afbeelding):
1
5 6
2 3
7 4
8
01960BXX
03131AXX
[1]
aansluitbout
[5]
bovenste zeskantmoer
[2]
veerring
[6]
vlakke sluitring
[3]
aansluitschijf
[7]
externe aansluiting
[4]
wikkelinguitloper
[8]
onderste zeskantmoer
Kabel en doorverbindingen overeenkomstig het schema aansluiten en goed vastschroeven (let op aanhaalmomenten → onderstaande tabel):
Temperatuurvoelers
Doorsnede van de aansluitbouten
Aanhaalmoment van de zeskantmoer [Nm]
M4
1.2
M5
2
M4
3
M8
6
M10
10
Temperatuurvoelers TF (DIN 44082): •
volgens de voorschriften van de fabrikant van het beveiligingsapparaat en het bijgevoegde schema aansluiten met een kabel, welke gescheiden gelegd wordt van de voedingskabel;
•
spanning < 2,5 VDC aansluiten.
Vóór de inbedrijfstelling moet de effectiviteit van de bewaking worden gecontroleerd.
24
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3G
4
Rem aansluiten De rem BMG/BM wordt elektrisch gelicht. De rem valt mechanisch in na het uitschakelen van de spanning. Let op begrenzingen van de toelaatbare remarbeid
De begrenzingen van de toelaatbare remarbeid (→ hoofdstuk "Technische gegevens") moeten beslist worden aangehouden. De ontwerper is op basis van SEW-EURODRIVE projecteringsvoorschriften en remgegevens in de brochure "Aandrijftechniek in de praktijk, deel 4" ervoor verantwoordelijk, dat de installatie dienovereenkomstig wordt gedimensioneerd.
Anders is de explosiebeveiliging voor de rem niet gewaarborgd.
Functie van de rem controleren
Voor de inbedrijfstelling moet de correcte werking van de rem gecontroleerd worden om het slippen van de remvoering en de daarmee verbonden ontoelaatbare verwarming te vermijden.
Doorsneden controleren
De doorsneden van de kabels gelijkrichter-rem moeten voldoende groot gedimensioneerd zijn om de functie van de rem te waarborgen (→ hoofdstuk →Technische gegevens", paragraaf "Bedrijfsstromen").
Remgelijkrichter aansluiten
De SEW-EURODRIVE remgelijkrichter resp. remaansturing wordt al naargelang uitvoering en functie overeenkomstig het bijgevoegde schema in de schakelkast buiten de Exomgeving geïnstalleerd en aangesloten. De kabels tussen de gelijkrichter in de schakelkast en de rem op de motor aansluiten.
Bedrijf bij hoge omgevingstemperatuur
Is op het typeplaatje vermeld, dat de motoren mogen worden toegepast tot een omgevingstemperatuur van > 50°C (standaard 40°C), dan moet er beslist op gelet worden, dat de gebruikte kabels en kabelwartels geschikt zijn voor temperaturen van ≥ 90°C.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
25
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3D
4 4.10
Motoren en remmotoren van de categorie 3D
Algemene aanwijzingen
De stofexplosiebeveiligde SEW-EURODRIVE motoren van de series DT en DV voor de toepassing in zone 22 voldoen aan de voorschriften van de apparatengroep II, categorie 3D overeenkomstig EN 50 014 en EN 50 281-1-1.
Beschermingsgraad
SEW-EURODRIVE motoren van de categorie II3G bezitten bij de uitlevering minimaal beschermingsgraad IP54 volgens EN 60 034.
Oppervlaktetemperatuur
De oppervlaktetemperatuur bedraagt max. 120° C (isolatieklasse B) of 140° C (isolatieklasse F).
Kabelinvoeringen
Gebruik voor kabelinvoeringen alleen ATEX-gecertificeerde kabelwartels die minimaal beschermingsgraad IP54 garanderen.
Beveiliging tegen ontoelaatbaar hoge oppervlaktetemperatuur
Stofexplosiebeveiligde motoren van de categorie 3 garanderen een veilig bedrijf onder normale bedrijfsomstandigheden. Bij overbelasting moet de motor zeker worden uitgeschakeld om ontoelaatbaar hoge oppervlaktetemperatuur te voorkomen.
Beveiliging uitsluitend met motorbeveiligingsschakelaar
Beveiliging uitsluitend met PTCtemperatuurvoeler (TF)
Uitschakelen kan door middel van een motorbeveiligingsschakelaar of PTC-temperatuurvoelers. De van de motorbeveiliging afhankelijke toelaatbare bedrijfssoorten zijn in het hoofdstuk "Bedrijfssoorten" vermeld. Remmotoren en poolomschakelbare motoren van de categorie 3D worden door SEW-EURODRIVE vanuit de fabriek uitgerust met PTC-temperatuurvoelers (TF). Bij het installeren met motorbeveiligingsschakelaar volgens EN 60947 moet het volgende in acht genomen worden: •
De motorbeveiligingsschakelaar moet bij uitval van een fase direct uitschakelen.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet ingesteld zijn op de nominale motorstroom overeenkomstig het typeplaatje.
•
Poolomschakelbare motoren moeten met onderling vergrendelde motorbeveiligingsschakelaars voor elk pooltal worden beveiligd.
Bij het installeren met PTC-temperatuurvoelers moet er op gelet worden, dat de voeler door een hiervoor toegelaten apparaat wordt bewaakt en verwerkt en zodoende aan de richtlijn 94/9/EG voldoet. Bij het aanspreken van de signaalverwerking moet de motor in alle polen van het net gescheiden worden.
Vóór de inbedrijfstelling is een test van de effectiviteit van de geïnstalleerde beveiligingen vereist.
26
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3D
4
Motor aansluiten Houd beslist rekening met het geldige aansluitschema! Ontbreekt dit document, dan mag de motor niet aangesloten of in bedrijf gesteld worden. De volgende aansluitschema’s kunnen met opgave van het bestelnummer van de motor (→ hoofdstuk "Typeaanduiding, typeplaatje") bij SEW-EURODRIVE of Vector Aandrijftechniek worden besteld: Serie
Pooltallen
Bijbehorend schema (naam / nummer)
쑶/댴 쑶/댴댴 댴/댴
DT13 / 08 798 _6
alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling
쑶/댴
DT45 / 08 829 _7
alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling
댴/쑶
DT48 / 08 767 _3
2, 4, 6, 8 4/2, 8/4 alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling DT, DV
Schakeling
4/2, 8/4 DR
4
DT33 / 08 799 _6 DT43 / 08 828 _7
쑶/댴댴 쑶/댴
DT53 / 08 739 _1 DT14 / 08 857 0003
Doorsneden controleren
Doorsneden van de leidingen controleren – m.b.t. de nominale stroom van de motor, de geldende installatievoorschriften en de eisen op de plaats van opstelling.
Wikkelinguitlopers controleren
Wikkelinguitlopers in de aansluitklemmenkast controleren en eventueel vastschroeven.
Motoraansluiting
Bij motoren van de bouwgrootte 63 moeten de kabels overeenkomstig het aansluitschema aangesloten worden in de veerdrukklemmenstrook. De aardleiding moet zodanig op de aardaansluitingen gemonteerd worden, dat kabelschoen en behuizing door een vlakke sluitring zijn gescheiden.
TF TF
4
3
2
1
TF TF
4
3
2
1
Afbeelding 5: Y-schakeling / 쑶-schakeling / aardaansluiting
51961AXX
Bij motoren van de bouwgrootte 71 tot 132S aansluitmateriaal uit het bijgevoegde zakje halen en monteren (→ onderstaande afbeelding):
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
27
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3D
4
Aansluitmateriaal
Bij motoren van de bouwgrootte 71 tot 132S aansluitmateriaal uit het bijgevoegde zakje halen en monteren (→ onderstaande afbeelding):
1
5 6
2 3
7 4
8
01960BXX
03131AXX
[1]
aansluitbout
[5]
bovenste zeskantmoer
[2]
veerring
[6]
vlakke sluitring
[3]
aansluitschijf
[7]
externe aansluiting
[4]
wikkelinguitloper
[8]
onderste zeskantmoer
Kabel en doorverbindingen overeenkomstig het schema aansluiten en goed vastschroeven (let op aanhaalmomenten → onderstaande tabel):
Temperatuurvoelers
Doorsnede van de aansluitbouten
Aanhaalmoment van de zeskantmoer [Nm]
M4
1.2
M5
2
M4
3
M8
6
M10
10
Temperatuurvoelers TF (DIN 44082): •
volgens de voorschriften van de fabrikant van het beveiligingsapparaat en het bijgevoegde schema aansluiten met een kabel, welke gescheiden gelegd wordt van de voedingskabel;
•
spanning < 2,5 VDC aansluiten.
Vóór de inbedrijfstelling moet de effectiviteit van de bewaking worden gecontroleerd.
28
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3D
4
Rem aansluiten De rem BMG/BM wordt elektrisch gelicht. De rem valt mechanisch in na het uitschakelen van de spanning. Let op begrenzingen van de toelaatbare remarbeid
De begrenzingen van de toelaatbare remarbeid (→ hoofdstuk "Technische gegevens") moeten beslist worden aangehouden. De ontwerper is op basis van SEW-EURODRIVE projecteringsvoorschriften en remgegevens in de brochure "Aandrijftechniek in de praktijk, deel 4" ervoor verantwoordelijk, dat de installatie dienovereenkomstig wordt gedimensioneerd.
Anders is de explosiebeveiliging voor de rem niet gewaarborgd.
Functie van de rem controleren
Voor de inbedrijfstelling moet de correcte werking van de rem gecontroleerd worden om het slippen van de remvoering en de daarmee verbonden ontoelaatbare verwarming te vermijden.
Doorsneden controleren
De doorsneden van de kabels gelijkrichter-rem moeten voldoende groot gedimensioneerd zijn om de functie van de rem te waarborgen (→ hoofdstuk →Technische gegevens", paragraaf "Bedrijfsstromen").
Remgelijkrichter aansluiten
De SEW-EURODRIVE remgelijkrichter resp. remaansturing kan zich al naargelang uitvoering en functie •
in de aansluitklemmenkast van de motor
•
in de schakelkast buit de Ex-omgeving
bevinden. In elk geval moeten de kabels tussen voeding, gelijkrichter en rem overeenkomstig het schema worden aangesloten. Bedrijf bij hoge omgevingstemperatuur
Is op het typeplaatje vermeld, dat de motoren mogen worden toegepast tot een omgevingstemperatuur van > 50°C (standaard 40°C), dan moet er beslist op gelet worden, dat de gebruikte kabels en kabelwartels geschikt zijn voor temperaturen van ≥ 90°C.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
29
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3GD
4 4.11
Motoren en remmotoren van de categorie 3GD
Algemene aanwijzingen
Deze explosiebeveiligde SEW-EURODRIVE motoren van de series DR, DT en DV zijn zowel geschikt voor toepassing in zone 2 als in zone 22. Zij stemmen overeen met de bouwvoorschriften van de apparatengroep II, categorie 3G en 3D volgens EN 50 014, EN 50 021 en EN 50 281-1-1.
Beschermingsgraad
SEW-EURODRIVE motoren van de categorie II3GD bezitten bij de uitlevering minimaal beschermingsgraad IP54 volgens EN 60 034.
Temperatuurklasse / oppervlaktetemperatuur
De motoren zijn uitgevoerd in de temperatuurklasse T3 resp. bedraagt de oppervlaktetemperatuur max. 120 °C (isolatieklasse B) of 140 °C (isolatieklasse F).
Kabelinvoeringen
Gebruik voor kabelinvoeringen alleen ATEX-gecertificeerde kabelwartels die minimaal beschermingsgraad IP54 garanderen.
Beveiliging tegen ontoelaatbaar hoge oppervlaktetemperatuur
Explosiebeveiligde motoren van de categorie II3GD garanderen een veilig bedrijf onder normale bedrijfsomstandigheden. Bij overbelasting moet de motor zeker worden uitgeschakeld om ontoelaatbaar hoge temperaturen te voorkomen.
Beveiliging uitsluitend met motorbeveiligingsschakelaar
Beveiliging uitsluitend met PTCtemperatuurvoeler (TF)
30
Uitschakelen kan door middel van een motorbeveiligingsschakelaar of PTC-temperatuurvoelers. De van de motorbeveiliging afhankelijke toelaatbare bedrijfssoorten zijn in het hoofdstuk "Bedrijfssoorten" vermeld. Remmotoren en poolomschakelbare motoren van de categorie 3GD worden door SEW-EURODRIVE vanuit de fabriek uitgerust met PTC-temperatuurvoelers (TF). Bij het installeren met motorbeveiligingsschakelaar volgens EN 60947 moet het volgende in acht genomen worden: •
De motorbeveiligingsschakelaar moet bij uitval van een fase direct uitschakelen.
•
De motorbeveiligingsschakelaar moet ingesteld zijn op de nominale motorstroom overeenkomstig het typeplaatje.
•
Poolomschakelbare motoren moeten met onderling vergrendelde motorbeveiligingsschakelaars voor elk pooltal worden beveiligd.
Bij het installeren met PTC-temperatuurvoelers moet er op gelet worden, dat de voeler door een hiervoor toegelaten apparaat wordt bewaakt en verwerkt en zodoende aan de richtlijn 94/9/EG voldoet. Bij het aanspreken van de signaalverwerking moet de motor in alle polen van het net gescheiden worden.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3GD
4
Motor aansluiten Houd beslist rekening met het geldige aansluitschema! Ontbreekt dit document, dan mag de motor niet aangesloten of in bedrijf gesteld worden. De volgende aansluitschema’s kunnen met opgave van het bestelnummer van de motor (→ hoofdstuk "Typeaanduiding, typeplaatje") bij SEW-EURODRIVE of Vector Aandrijftechniek worden besteld: Serie
Pooltallen
Bijbehorend schema (naam / nummer)
쑶/댴 쑶/댴댴 댴/댴
DT13 / 08 798 _6
alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling
쑶/댴
DT45 / 08 829 _7
alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling
댴/쑶
DT48 / 08 767 _3
2, 4, 6, 8 4/2, 8/4 alle poolomschakelbare motoren met gescheiden wikkeling DT, DV
Schakeling
4/2, 8/4 DR
4
DT33 / 08 799 _6 DT43 / 08 828 _7
쑶/댴댴 쑶/댴
DT53 / 08 739 _1 DT14 / 08 857 0003
Doorsneden controleren
Doorsneden van de leidingen controleren - m.b.t. de nominale stroom van de motor, de geldende installatievoorschriften en de eisen op de plaats van opstelling.
Wikkelinguitlopers controleren
Wikkelinguitlopers in de aansluitklemmenkast controleren en eventueel vastschroeven.
Motoraansluiting
Bij motoren van de bouwgrootte 63 moeten de kabels overeenkomstig het aansluitschema aangesloten worden in de veerdrukklemmenstrook. De aardleiding moet zodanig op de aardaansluitingen gemonteerd worden, dat kabelschoen en behuizing door een vlakke sluitring zijn gescheiden.
TF TF
4
3
2
1
TF TF
4
3
2
1
Afbeelding 6: Y-schakeling / 쑶-schakeling / aardaansluiting
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
51961AXX
31
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3GD
4
Aansluitmateriaal
Bij motoren van de bouwgrootte 71 tot 132S aansluitmateriaal uit het bijgevoegde zakje halen en monteren (→ onderstaande afbeelding):
1
5 6
2 3
7 4
8
01960BXX
03131AXX
[1]
aansluitbout
[5]
bovenste zeskantmoer
[2]
veerring
[6]
vlakke sluitring
[3]
aansluitschijf
[7]
externe aansluiting
[4]
wikkelinguitloper
[8]
onderste zeskantmoer
Kabel en doorverbindingen overeenkomstig het schema aansluiten en goed vastschroeven (let op aanhaalmomenten → onderstaande tabel):
Temperatuurvoelers
Doorsnede van de aansluitbouten
Aanhaalmoment van de zeskantmoer [Nm]
M4
1.2
M5
2
M4
3
M8
6
M10
10
Temperatuurvoelers TF (DIN 44082): •
volgens de voorschriften van de fabrikant van het beveiligingsapparaat en het bijgevoegde schema aansluiten met een kabel, welke gescheiden gelegd wordt van de voedingskabel;
•
spanning < 2,5 VDC aansluiten.
Vóór de inbedrijfstelling moet de effectiviteit van de bewaking worden gecontroleerd.
32
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Motoren en remmotoren van de categorie 3GD
4
Rem aansluiten De rem BMG/BM wordt elektrisch gelicht. De rem valt mechanisch in na het uitschakelen van de spanning. Let op begrenzingen van de toelaatbare remarbeid Bij gebruik als apparaat van de categorie II3G voor toepassing in zone 2 is minder remarbeid per remactie toelaatbaar, dan bij het gebruik als apparaat van de categorie II3D voor toepassing in zone 22 (→ hoofdstuk "Technische gegevens"). De grenswaarden van de toelaatbare remarbeid moeten beslist worden aangehouden.
Anders is de explosiebeveiliging voor de rem niet gewaarborgd.
Functie van de rem controleren
Voor de inbedrijfstelling moet de correcte werking van de rem gecontroleerd worden om het slippen van de remvoering en de daarmee verbonden ontoelaatbare verwarming te vermijden.
Doorsneden controleren
De doorsneden van de kabels gelijkrichter-rem moeten voldoende groot gedimensioneerd zijn om de functie van de rem te waarborgen (→ hoofdstuk →Technische gegevens", paragraaf "Bedrijfsstromen").
Remgelijkrichter aansluiten
De SEW-EURODRIVE remgelijkrichter resp. remaansturing wordt al naargelang uitvoering en functie overeenkomstig het bijgevoegde schema in de schakelkast buiten de Exomgeving geïnstalleerd en aangesloten. De kabels tussen de gelijkrichter in de schakelkast en de rem op de motor aansluiten.
Bedrijf bij hoge omgevingstemperatuur
Is op het typeplaatje vermeld, dat de motoren mogen worden toegepast tot een omgevingstemperatuur van > 50°C (standaard 40°C), dan moet er beslist op gelet worden, dat de gebruikte kabels en kabelwartels geschikt zijn voor temperaturen van ≥ 90°C.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
33
Installatie Asynchrone servomotoren van de categorie 3D
4 4.12
34
Asynchrone servomotoren van de categorie 3D
Algemene aanwijzingen
De explosiebeveiligde SEW-EURODRIVE motoren van de series CT / CV zijn geschikt voor de toepassing in zone 22. Zij stemmen overeen met de bouwvoorschriften van de apparatengroep II, categorie 3D volgens EN 50 014 en EN 50 281-1-1.
Beschermingsgraad
SEW-EURODRIVE motoren van de categorie II3G bezitten bij de uitlevering minimaal beschermingsgraad IP54 volgens EN 60 034.
Oppervlaktetemperatuur
De oppervlaktetemperatuur bedraagt max. 120°C resp. 140°C.
Kabelinvoeringen
Gebruik voor kabelinvoeringen alleen ATEX-gecertificeerde kabelwartels die minimaal beschermingsgraad IP54 garanderen.
Toerentalklassen
Overeenkomstig de tabel "Technische gegevens van de motoren CT/CV..../II3D" zijn de motoren in de toerentalklassen 1200 r/min, 1700 r/min, 2100 r/min en 3000 r/min uitgevoerd.
Thermische maximumkoppelkarakteristieken en maximumkoppels
De in het hoofdstuk 5.7 vermelde thermische maximumkoppel-karakteristieken moeten beslist worden aangehouden, d.w.z. het effectieve werkpunt moet zich in ieder geval onder de grafiek bevinden. Om dynamische processen te realiseren is het, met inachtneming van het aangegeven maximumkoppel, toegestaan de grafiek kortstondig te overschrijden.
Maximaal toelaatbare toerentallen
De in het hoofdstuk 5.6 vermelde maximumtoerentallen moeten beslist worden aangehouden. Overschrijdingen zijn niet toelaatbaar.
Ontoelaatbare hoge oppervlaktetemperatuur
Explosiebeveiligde motoren van de categorie II3D garanderen een veilig bedrijf onder normale bedrijfsomstandigheden. Bij overbelasting moet de motor zeker worden uitgeschakeld om ontoelaatbaar hoge temperaturen te voorkomen.
Beveiliging tegen te hoge temperatuur
Om het overschrijden van de toelaatbare maximumtemperatuur te voorkomen zijn de explosiebeveiligde asynchrone servomotoren CT/CV in het algemeen voorzien van PTC-temperatuurvoelers (TF). Bij het aansluiten van de PTC-temperatuurvoelers moet er op gelet worden, dat de voeler door een hiervoor toegelaten apparaat wordt bewaakt en verwerkt en zodoende aan de richtlijn 94/9/EG voldoet. Bij het aanspreken van de signaalverwerking moet de motor in alle polen van het net gescheiden worden.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Asynchrone servomotoren van de categorie 3D
4
Motor aansluiten Houd beslist rekening met het geldige aansluitschema! Ontbreekt dit document, dan mag de motor niet aangesloten of in bedrijf gesteld worden. De volgende aansluitschema’s kunnen met opgave van het bestelnummer van de motor (→ hoofdstuk "Typeaanduiding, typeplaatje") bij SEW-EURODRIVE of Vector Aandrijftechniek worden besteld: Serie CT, CV
Pooltallen
Schakeling
Bijbehorend schema (naam / nummer)
4
쑶/댴
DT13 / 08 798 _6
Doorsneden controleren
Doorsneden van de leidingen controleren – m.b.t. de nominale stroom van de motor, de geldende installatievoorschriften en de eisen op de plaats van opstelling.
Wikkelinguitlopers controleren
Wikkelinguitlopers in de aansluitklemmenkast controleren en eventueel vastschroeven.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
35
Installatie Asynchrone servomotoren van de categorie 3D
4
Aansluitmateriaal
Bij motoren van de bouwgrootte 71 tot 132S aansluitmateriaal uit het bijgevoegde zakje halen en monteren (→ onderstaande afbeelding):
1
5 6
2 3
7 4
8
01960BXX
03131AXX
[1]
aansluitbout
[5]
bovenste zeskantmoer
[2]
veerring
[6]
vlakke sluitring
[3]
aansluitschijf
[7]
externe aansluiting
[4]
wikkelinguitloper
[8]
onderste zeskantmoer
Kabel en doorverbindingen overeenkomstig het schema aansluiten en goed vastschroeven (let op aanhaalmomenten → onderstaande tabel):
Temperatuurvoelers
Doorsnede van de aansluitbouten
Aanhaalmoment van de zeskantmoer [Nm]
M4
1.2
M5
2
M4
3
M8
6
M10
10
Temperatuurvoelers TF (DIN 44082): •
volgens de voorschriften van de fabrikant van het beveiligingsapparaat en het bijgevoegde schema aansluiten met een kabel, welke gescheiden gelegd wordt van de voedingskabel;
•
spanning < 2,5 VDC aansluiten.
Vóór de inbedrijfstelling moet de effectiviteit van de bewaking worden gecontroleerd.
36
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Installatie Asynchrone servomotoren van de categorie 3D
4
Rem aansluiten De rem BMG/BM wordt elektrisch gelicht. De rem valt mechanisch in na het uitschakelen van de spanning. Let op begrenzingen van de toelaatbare remarbeid
De begrenzingen van de toelaatbare remarbeid (→ hoofdstuk "Technische gegevens") moeten beslist worden aangehouden. De ontwerper is op basis van SEW-EURODRIVE projecteringsvoorschriften en remgegevens in de brochure "Aandrijftechniek in de praktijk, deel 4" ervoor verantwoordelijk, dat de installatie dienovereenkomstig wordt gedimensioneerd.
Anders is de explosiebeveiliging voor de rem niet gewaarborgd.
Functie van de rem controleren
Voor de inbedrijfstelling moet de correcte werking van de rem gecontroleerd worden om het slippen van de remvoering en de daarmee verbonden ontoelaatbare verwarming te vermijden.
Doorsneden controleren
De doorsneden van de kabels gelijkrichter-rem moeten voldoende groot gedimensioneerd zijn om de functie van de rem te waarborgen (→ hoofdstuk →Technische gegevens", paragraaf "Bedrijfsstromen").
Remgelijkrichter aansluiten
De SEW-EURODRIVE remgelijkrichter resp. remaansturing kan zich al naargelang uitvoering en functie •
in de aansluitklemmenkast van de motor
•
in de schakelkast buit de Ex-omgeving
bevinden. In elk geval moeten de kabels tussen voeding, gelijkrichter en rem overeenkomstig het schema worden aangesloten. Bedrijf bij hoge omgevingstemperatuur
Is op het typeplaatje vermeld, dat de motoren mogen worden toegepast tot een omgevingstemperatuur van > 50°C (standaard 40°C), dan moet er beslist op gelet worden, dat de gebruikte kabels en kabelwartels geschikt zijn voor temperaturen van ≥ 90°C.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
37
Installatie Omgevingscondities tijdens bedrijf
4 4.13
Omgevingscondities tijdens bedrijf
Omgevingstemperatuur
Voorzover op het typeplaatje niet anders is vermeld, moet worden gegarandeerd dat het temperatuurbereik van -20°C tot +40°C wordt aangehouden. Motoren die geschikt zijn voor hogere omgevingstemperaturen vermelden speciale specificaties op het typeplaatje.
Opstellingshoogte
De maximale opstellingshoogte van 1000 m boven zeeniveau mag niet worden overschreden.
Schadelijke straling
De motoren mogen niet aan schadelijke straling worden onderworpen. Raadpleeg eventueel Vector Aandrijftechniek.
Schadelijke gassen, dampen en stof
Explosiebeveiligde motoren zijn bij gebruik overeenkomstig de voorschriften niet in staat om explosieve gassen, dampen of stof te ontsteken. Zij mogen echter niet onderworpen worden aan gassen, dampen of stof die de bedrijfszekerheid in gevaar brengen door bijvoorbeeld: •
corrosie
•
beschadiging van de beveiligde aandrijving
•
beschadiging van afdichtingsmateriaal
enz.
38
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Bedrijfssoorten en grenswaarden Toegestane bedrijfssoorten
I
5
0
5
Bedrijfssoorten en grenswaarden
5.1
Toegestane bedrijfssoorten
Motortype en apparaatcategorie eDT../eDV.. II2G
eDT..BC.. II2G
Beveiliging tegen ontoelaatbaar hoge temperaturen uitsluitend door motorbeveiligingsschakelaar
Toegestane bedrijfssoort
• •
S1, schakelfrequentie < 40/h, geen zware aanloop mogelijk1
• • •
S1 S4, nullastschakelfrequentie volgens catalogusspecificaties, schakelfrequentie onder belasting kan berekend worden zware aanloop1)
PTC-temperatuurvoeler (TF)
eDT../eDV.. II2D
motorbeveiligingsschakelaar en PTC-temperatuurvoeler (TF)
• •
S1 zware aanloop
DT/DV II3G/II3D
motorbeveiligingsschakelaar
• •
S1, schakelfrequentie < 40/h geen zware aanloop
• •
S1 S4, nullastschakelfrequentie volgens catalogusspecificaties, schakelfrequentie onder belasting kan berekend worden zware aanloop bedrijf met frequentieregelaar volgens specificaties hoofdstuk 5
DT/DV DT..BM../DV..BM.. II3G/II3D
1
PTC-temperatuurvoeler (TF) • •
Volgens EN 50019 appendix A is er sprake van zware aanloop, als een voor normale bedrijfsomstandigheden geselecteerde en ingestelde motorbeveiligingsschakelaar reeds tijdens de aanlooptijd uitschakelt. Dat is in het algemeen het geval, als de aanlooptijd meer dan het 1,7-voudige van de tijd tE bedraagt.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
39
I
5
Bedrijfssoorten en grenswaarden Bedrijf van motoren van de categorie 3G, 3D en 3GD met frequentieregelaar
0
5.2
Bedrijf van motoren van de categorie 3G, 3D en 3GD met frequentieregelaar
Gebruik van motoren van de categorie II3GD Voorzover niet apart beschreven moet op het volgende worden gelet: •
Gebruik als apparaat van de categorie II3G, toepassing in zone 2: hierbij gelden dezelfde voorwaarden en beperkingen als voor de motoren van de categorie II3G.
•
Gebruik als apparaat van de categorie II3D, toepassing in zone 22: hierbij gelden dezelfde voorwaarden en beperkingen als voor de motoren van de categorie II3D.
•
Gebruik als apparaat van de categorie II3GD, toepassing zowel in zone w als in zone 22 is geclassificeerd: hierbij gelden de betreffende strengere voorwaarden en beperkingen (zie specificaties bij II3G en II3D)
Voorwaarden voor veilig bedrijf Algemeen
De frequentieregelaar moet buiten de explosiegevaarlijke omgeving worden geïnstalleerd.
Combinatie motorfrequentieregelaar
•
Voor motoren van de categorie II3G zijn de vermelde combinaties van motor-frequentieregelaar bindend en zodoende verplicht te worden aangehouden (verg.EN 50021, 10.9.2 "Bedrijf met een frequentieregelaar of met een niet-sinusvormige spanning").
•
Voor motoren van de categorie II3D worden de vermelde combinaties van motor-frequentieregelaar aanbevolen. Zouden motoren van de categorie II3D door andere frequentieregelaars worden aangestuurd (bijvoorbeeld MOVITRAC® 07), dan moeten eveneens de maximale toerentallen/frequenties en ook de thermische maximumkoppel-karakteristieken worden aangehouden. Bovendien wordt het gebruik van een vermogensgereduceerde frequentieregelaar dringend aanbevolen.
Uitvoering van de wikkelingen
Voor het bedrijf met de frequentieregelaar zijn twee spanningsuitvoeringen toegestaan. •
Nominale motorspanning 230 V / 400 V, voeding frequentieregelaar 230 V: voor het bedrijf bij een kantelfrequentie van 50 Hz moet de motor in driehoek geschakeld worden, een kantelfrequentie van 87 Hz is niet toegestaan.
•
Nominale motorspanning 230 V / 400 V, voeding frequentieregelaar 400 V: voor het bedrijf bij een kantelfrequentie van 50 Hz moet de motor in ster geschakeld worden, bij een kantelfrequentie van 87 Hz moet de motor in driehoek worden geschakeld.
•
Nominale motorspanning 400 V / 690 V, voeding frequentieregelaar 400 V: alleen het bedrijf bij een kantelfrequentie van 50 Hz is mogelijk; de motor moet in driehoek worden geschakeld.
Vanwege de hogere thermische belasting mogen bij bedrijf met frequentieregelaars alleen motoren worden toegepast met wikkelingen van de isolatieklasse F.
40
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Bedrijfssoorten en grenswaarden Bedrijf van motoren van de categorie 3G, 3D en 3GD met frequentieregelaar
I
5
0
Temperatuurklasse resp. oppervlaktetemperatuur
•
Motoren in de uitvoering II3G zijn aangeduid met de temperatuurklasse T3.
•
Motoren in de uitvoeringen II3D zijn aangeduid met de maximale oppervlaktetemperatuur van 140°C.
•
Motoren in de uitvoeringen II3GD zijn aangeduid met de maximale oppervlaktetemperatuur van 140°C.
Beveiliging tegen te hoge temperatuur
Om het overschrijden van de toelaatbare maximumtemperatuur uit te sluiten zijn voor het bedrijf aan frequentieregelaars alleen motoren toegestaan, die voorzien zijn van PTC-temperatuurvoelers (TF). Deze moeten bewaakt worden door een geschikt thermistorrelais. Bewaking door de frequentieregelaar is niet toegestaan.
Voedingsspanning van de frequentieregelaar
De voedingsspanning van de frequentieregelaar moet liggen in het bereik dat door de fabrikant is opgegeven, echter niet lager dan de nominale motorspanning.
EMC-maatregelen
Daar bij het bedrijf met frequentieregelaar gevaarlijke hoge spanning kan staan op de motoraansluitklemmen en deze hoge spanning direct afhankelijk is van de ingangsspanning, moet de ingangsspanning van de frequentieregelaar bij bedrijf van motoren in de uitvoeringen II3G en II3D begrensd worden op maximaal 400 V. Bij bedrijf van motoren in de uitvoeringen II3D is maximaal een ingangsspanning van de frequentieregelaar toegestaan van 500 V. Toegestaan zijn bij het gebruik van motoren in de uitvoering II3G en II3D: •
EMC-module van de serie EF.. voor frequentieregelaars van de serie MOVITRAC® 31C;
•
netfilters van de serie NF...-... voor frequentieregelaars van de series MOVIDRIVE en MOVIDRIVE® compact;
•
ferrietkernen van de serie HD... voor frequentieregelaars van de serie MOVITRAC® 31C, MOVIDRIVE® en MOVIDRIVE® compact.
Maximaal toelaatbare koppels
Bij bedrijf met frequentieregelaar mogen de motoren continu maximaal de in hoofdstuk 5.5 op bladzijde 45 aangegeven koppels leveren. Het kortstondig overschrijden van de waarden is toegestaan, als het effectieve werkpunt onder de grafiek ligt.
Maximaal toelaatbare toerentallen/frequenties
De in de overzichtstabellen van de combinaties motor-frequentieregelaar vermelde maximumtoerentallen / maximumfrequenties (zie hoofdstuk 5.3 op bladzijde 43 en hoofdstuk 5.4 op bladzijde 44) moeten beslist worden aangehouden. Overschrijdingen zijn niet toelaatbaar.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
41
5
I
Bedrijfssoorten en grenswaarden Bedrijf van motoren van de categorie 3G, 3D en 3GD met frequentieregelaar
0
Groepsaandrijvingen
De aansluiting van meerdere motoren aan de uitgang van één frequentieregelaar duidt men aan als groepsaandrijving. Motoren van de series DR/DT/DV in de uitvoering II3G voor de toepassing in zone 2 mogen in het algemeen niet als groepsaandrijving worden gebruikt! Voor motoren van de series DR/DT/DV in de uitvoering II3D voor toepassing in zone 22 gelden de volgende beperkingen:
Beperkingen bij hijswerken
42
•
De door de fabrikant van frequentieregelaars opgegeven kabellengte mogen niet worden overschreden;
•
de motoren van een groep mogen niet meer dan twee vermogenstrappen van elkaar verschillen.
Bij het gebruik van MOVITRAC® 31C zijn bij geactiveerde "Hijswerkfunctie" (parameter 710/712) de volgende combinaties motor-frequentieregelaar niet geoorloofd: •
DT 71D4 댴 -schakeling + MC 31 C008
•
DT 80K4 쑶 -schakeling + MC 31C008
•
DT 71D4 쑶 -schakeling + MC 31C008
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
I
Bedrijfssoorten en grenswaarden Overzicht asynchrone motoren-frequentieregelaars: MOVITRAC® 31C
5
0
5.3
Overzicht asynchrone motoren-frequentieregelaars: MOVITRAC® 31C
Bindende combinaties van frequentieregelaar met motoren van de categorie 3G Motorschakeling 댴
Motorschakeling 쑶
MOVITRAC® 31C Type
Instellingen P320/P340 Stroombegrenzing [%]
Instelling P202 Maximumfrequentie [Hz]
MOVITRAC® 31C Type
Instellingen P320/P340 Stroombegrenzing [%]
DR63 S4.../II3G
-1
-
-
-1)
-
-
DR63 S4.../II3D
2
-
-
70
-2)
-
120
DR63 M4.../II3G
-1)
-
-
-1)
-
-
DR63 M4.../II3D
-
2)
-
70
-2)
-
120
DR63 L4.../II3G
-1)
-
-
-1)
-
-
DR63 L4.../II3D
2)
-
-2)
-
120
DT 71 D4.../II3G DT 71 D4.../II3D
008-503-4-00/ 005-503-4-00
55 85
008-503-4-00/ 005-503-4-00
80 116
120
DT 80 D4.../II3G DT 80 K4.../II3D
008-503-4-00/ 005-503-4-00
65 98
008-503-4-00 -
108 -
120 -
DT 80 N4.../II3G DT 80 N4.../II3D
008-503-4-00
80
015-503-4-00
86
DT 90 S4.../II3G DT 90 S4.../II3D
008-503-4-00
115
015-503-4-00
125
DT 90 L4.../II3G DT 90 L4.../II3D
015-503-4-00
105
022-503-4-00
125
DV 100 M4.../II3G DV 100 M4.../II3D
022-503-4-00
95
030-503-4-00
121
DV 100 L4.../II3G DV 100 L4.../II3D
022-503-4-00
119
040-503-4-00
119
DV 112 M4.../II3G DV 112 M4.../II3D
030-503-4-00
122
075-503-4-00
96
DV 132 S4.../II3G DV 132 S4.../II3D
040-503-4-00
118
110-503-4-00
87
DV 132 M4.../II3G DV 132 M4.../II3D
075-503-4-00
98
110-503-4-00
114
DV 132 ML4.../II3G DV 132 S4.../II3D
110-503-4-00
83
150-503-4-00
100
DV 160 M4.../II3G DV 160 M4.../II3D
110-503-4-00
96
220-503-4-00
87
DV 160 L4.../II3G DV 160 L4.../II3D
150-503-4-00
122
220-503-4-00
122
DV 180 M4.../II3G DV 180 M4.../II3D
220-503-4-00
86
370-503-4-00
94
DV 180 L4.../II3G DV 180 L4.../II3D
220-503-4-00
100
370-503-4-00
112
DV 200 L4.../II3G DV 200 L4.../II3D
300-503-4-00
95
450-503-4-00
110
DV 225 S4.../II3G DV 225 S4.../II3D
370-503-4-00
98
-1)
-
-
DV 225 M4.../II3G DV 225 M4.../II3D
450-503-4-00
96
-1)
-
-
DV 250 M4.../II3G DV 250 M4.../II3D
-1)
-
-
-1)
-
-
DV 280 M4.../II3G DV 280 M4.../II3D
-1)
-
-
-1)
-
-
Type motor
-
70
1
geen combinatie motortype - MOVITRAC® 31C...-503-4-00 beschikbaar
2
combinatie motortype - MOVITRAC® 07 mogelijk
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Instelling P202 Maximumfrequentie [Hz]
120
90
43
I
5
Bedrijfssoorten en grenswaarden Overzicht asynchrone motoren-frequentieregelaars: MOVIDRIVE®
0
5.4
Overzicht asynchrone motoren-frequentieregelaars: MOVIDRIVE®
Bindende combinaties van frequentieregelaar met motoren van de categorie 3G
Type motor
DR63 S4.../II3G DR63 S4.../II3D DR63 M4.../II3G DR63 M4.../II3D DR63 L4.../II3G DR63 L4.../II3D DT 71 D4.../II3G DT 71 D4.../II3D DT 80 D4.../II3G DT 80 K4.../II3D DT 80 N4.../II3G DT 80 N4.../II3D DT 90 S4.../II3G DT 90 S4.../II3D DT 90 L4.../II3G DT 90 L4.../II3D DV 100 M4.../II3G DV 100 M4.../II3D DV 100 L4.../II3G DV 100 L4.../II3D DV 112 M4.../II3G DV 112 M4.../II3D DV 132 S4.../II3G DV 132 S4.../II3D DV 132 M4.../II3G DV 132 M4.../II3D DV 132 ML4.../II3G DV 132 S4.../II3D DV 160 M4.../II3G DV 160 M4.../II3D DV 160 L4.../II3G DV 160 L4.../II3D DV 180 M4.../II3G DV 180 M4.../II3D DV 180 L4.../II3G DV 180 L4.../II3D DV 200 L4.../II3G DV 200 L4.../II3D DV 225 S4.../II3G DV 225 S4.../II3D DV 225 M4.../II3G DV 225 M4.../II3D DV 250 M4.../II3G DV 250 M4.../II3D DV 280 M4.../II3G DV 280 M4.../II3D
44
Motorschakeling 댴 MOVIDRIVE®... Instellingen MCF40/41A...1 P320/P340 maximale uitgaande toeMCV40/41A...2 MDF60A...1) MDV60A...2) rental nmax [r/min] -3 2100 -4 -3) 2100 -4) -3) -4) 2100 -3) -4) 2100 -3) 2100 -4) -3) -4) 2100
Motorschakeling 쑶 MOVIDRIVE®... Instellingen MCF40/41A... P320/P340 MCV40/41A... maximale uitgaande MDF60A...1) MDV60A...2) toerental nmax [r/min] -3) -4) 3500 -3) -4) 3500 -3) -4) 3500 -3) -4) 3500 -3) -4) 3500 -3) -4)
...0015-...
...0015-...
...0015-...
...0022-...
...0022-...
...0040-...
...0030-...
...0055-...
...0040-...
...0075-...
...0055-...
...0110-...
...0075-...
...0110-...
...0110-...
2100
3500
...0150-...
...0110-...
...0220-...
...0150-...
...0220-...
...0220-...
...370-...
...0220-...
...370-...
...370-...
...550-...
...370-...
...550-...
...450-...
...0750-...
...550-...
2500
...900-... 2000
...0750-...
2000 ...1320-
1
toegestane bedrijfssoort voor motoren van de apparaatcategorie II3G en II3D: VFC1..
2
toegestane bedrijfssoorten voor motoren van de apparaatcategorie II3G en II3D: VFC1...en VFC n-regeling..
3
geen combinatie motortype - MOVIDRIVE®... beschikbaar
4
combinatie motortype - MOVITRAC® 07 mogelijk
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
I
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone motoren: thermische grenskarakteristiek
5
0
5.5
Asynchrone motoren: thermische grenskarakteristiek
Thermische grenskarakteristiek van het koppel
Thermische grenskarakteristiek van het koppel bij regelaarbedrijf voor 4-polige draaistroom- en draaistroomremmotoren met 50 Hz kantelfrequentie (bedrijfssoort S1, 100 % ID):
0.80 M/Mnom 0.60
0.40
0.20
0 0
10 300
20
30
40
50
600
900
1200
1500
70
60
f[Hz]
1800 2100 n[r/min] 52010ANL
Thermische grenskarakteristiek van het koppel bij regelaarbedrijf voor 4-polige draaistroom- en draaistroomremmotoren met 87 Hz kantelfrequentie: 1 = bedrijfssoort S1, 100 % ID tot bouwgrootte 280 2 = bedrijfssoort S1, 100 % ID tot bouwgrootte 225 3 = bedrijfssoort S1, 100 % ID tot bouwgrootte 180
1
0.80 M/MNenn
2
0.60
3
0.40 0.20 0 0
20 600
40 1200
50
60
1500 1800
80
100
120 f [Hz]
2400
3000
3600 n[1/min] 52011ANL
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
45
I
5
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone servomotoren: grenswaarden voor stroom en koppel
0
5.6
Asynchrone servomotoren: grenswaarden voor stroom en koppel De in de tabel vermelde waarden voor maximumstroom, maximumkoppel en maximumtoerental mogen tijdens bedrijf in geen geval worden overschreden.
Toerentalklasse 1200 r/min
Type motor
CT80N4.../II3D
Toerentalklasse 1700 r/min
Mmax
nmax
Inom
Imax
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[A]
[A]
4
12
1.8
3.9
CT90L4.../II3D
9
27
3.3
8.2
CV100M4.../II3D
13
39
4.2
11.0
CV100L4.../II3D
22
66
7.7
21.3
CV132S4.../II3D
31
93
9.7
25.6
CV132M4.../II3D
43
129
13.7
37.2
CV132ML4.../II3D
52
156
15.5
41.6
CV160M4.../II3D
62
186
19.8
52.6
CV160L4.../II3D
81
243
25.8
66.3
3500
CV180M4.../II3D
94
282
CV180L4.../II3D
106
318
CV200L4.../II3D
170
510
Mnom
Mmax
nmax
[Nm]
[Nm]
[r/min]
4
12
Type motor
CT80N4.../II3D
46
Mnom
2500
30.8
73.7
31.6
75.1
50.8
136.0
Inom
Imax
[A]
[A]
2.5
7.1
CT90L4.../II3D
9
27
4.5
11.9
CV100M4/...II3D
13
39
5.8
15.2
CV100L4.../II3D
22
66
CV132S4.../II3D
31
93
CV132M4.../II3D
41
CV132ML4.../II3D
49
CV160M4.../II3D CV160L4.../II3D
11.8
33.0
13.3
35.1
123
18.3
49.2
147
21.5
56.1
60
180
26.2
68.7
76
228
33.6
84.3
CV180M4.../II3D
89
267
CV180L4.../II3D
98
294
CV200L4..../II3D
162
486
3500
2500
40.4
93.6
44.3
100.7
67.9
180.6
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone servomotoren: grenswaarden voor stroom en koppel
I
5
0
Toerentalklasse 2100 r/min
Toerentalklasse 3000 r/min
Type motor
Mnom
Mmax
nmax
Inom
Imax
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[A]
[A]
CT71D4.../II3D
2
6
1.7
4.0
CT80N4.../II3D
4
12
3.1
6.8
CT90L4..../II3D
9
27
5.7
14.3
CV100M4.../II3D
13
39
7.3
18.8
CV100L4.../II3D
22
66
12.8
35.0
CV132S4.../II3D
31
93
16.8
44.3
CV132M4.../II3D
41
123
22.9
61.7
CV132ML4.../II3D
49
147
25.5
67.1
CV160M4.../II3D
60
180
33.6
88.8
CV160L4.../II3D
76
228
41.3
102.5
CV180M4.../II3D
89
267
CV180L4.../II3D
98
294
CV200L4.../II3D
162
486
Mnom
Mmax
nmax [r/min]
Type motor
3500
2500
48.5
108.8
51.2
116.5
78.0
203.0
Inom
Imax
[Nm]
[Nm]
[A]
[A]
CT71D4.../II3D
2
6
1.7
4.0
CT80N4.../II3D
4
12
3.1
6.8
CT90L4.../II3D
9
27
5.7
14.3
CV100M4.../II3D
13
39
7.3
18.8
CV100L4.../II3D
21
63
12.8
35.0
CV132S4.../II3D
31
93
16.8
44.3
CV132M4.../II3D
41
123
22.9
61.7
CV132ML4.../II3D
49
147
25.5
67.1
CV160M4.../II3D
60
180
33.6
88.8
CV160L4.../II3D
75
225
41.3
102.5
CV180M4.../II3D
85
255
48.5
108.8
CV180L4.../II3D
98
294
CV200L4.../II3D
149
447
3500
2500
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
51.2
116.5
78.0
203.0
47
I
5
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone servomotoren: thermische grenskarakteristieken
0
5.7
Asynchrone servomotoren: thermische grenskarakteristieken
Let op toerentalklasse
Let bij de selectie beslist op het onderscheid in de karakteristieken voor de betreffende toerentalklassen.
Bedrijfssoort
De karakteristieken laten de toelaatbare koppels in continubedrijf S1 zien. Bij afwijkende bedrijfssoorten moet het effectieve werkpunt bepaald worden.
M/Mnenn 1.2 [4] 1.0 [3]
0.8 [1]
0.6
[2]
0.4
0.2 0.0
0
500
1000
1500
2000
2500
3000
3500
n
4000
51954AXX
Afbeelding 7: thermische maximumkoppel-karakteristieken [1] [2] [3] [4]
48
toerentalklasse 1200 r/min toerentalklasse 1700 r/min toerentalklasse 2100 r/min toerentalklasse 3000 r/min
-- bedrijfssoort S1, 100 % ID tot bouwgrootte 160 – bedrijfssoort S1, 100 % ID tot bouwgrootte 200
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone servomotoren: toekenning frequentieregelaar
I
5
0
5.8
Asynchrone servomotoren: toekenning frequentieregelaar
Algemeen
De frequentieregelaar moet buiten de explosiegevaarlijke omgeving worden geïnstalleerd.
Toegestane frequentieregelaars
De hoogste dynamiek en regelkwaliteit wordt bereikt bij het gebruik van frequentieregelaars van de serie MOVIDRIVE® De in de tabel "combinaties CT/CV.../II3D - MOVIDRIVE®" vermelde frequentieregelaars moeten dan worden aangehouden. Het gebruik van frequentieregelaars van een ander type is toegestaan. In ieder geval moet erop gelet worden, dat de toelaatbare bedrijfsspecificaties van de motoren (zie hoofdstuk 5.6 op bladzijde 46) niet worden overschreden.
Toegestane bedrijfssoorten frequentieregelaar MOVIDRIVE®
Om de hoogste regeldynamiek te garanderen moeten de frequentieregelaars van de serie MOVIDRIVE® in bedrijf gesteld worden in de bedrijfssoorten CFC. De bedrijfssoorten VFC zijn eveneens toegestaan.
Voedingsspanning van de frequentieregelaar
De voedingsspanning van de frequentieregelaar mag niet beneden de minimumwaarde van 400 V komen.
EMC-maatregelen
Voor de frequentieregelaars van de serie MOVIDRIVE® zijn de volgende componenten toegestaan:
De maximaal toelaatbare voedingsspanning moet op 500 V worden begrensd. Er kunnen anders gevaarlijke spanningen ontstaan op de motoraansluitklemmen, veroorzaakt door de frequentieregelaarmodulatie.
netfilters van de serie NF...-... ferrietkernen van de serie HD... Het gebruik van de uitgangsfilters van de serie HF... is niet toegestaan! Bij gebruik van frequentieregelaars van een ander type moet erop worden gelet dat een ontstoringsmodule bij de frequentieregelaar voor de verbetering van de EMC-eigenschappen de hoogte van de uitgangsspanning nauwelijks reduceert.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
49
I
5
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone servomotoren: toekenning frequentieregelaar
0 Combinaties CT/CV.../II3D - MOVIDRIVE® Aanbevolen combinatie
De tabel geeft de aanbevolen combinatie motor-MOVIDRIVE® weer in relatie met de toerentalklasse. Andere combinaties moeten niet worden samengesteld, daar de motoren anders gemakkelijk kunnen worden overbelast. De in de tabel vermelde waarden voor maximumkoppel en maximumtoerental mogen tijdens bedrijf in geen geval worden overschreden!
Toerentalklasse 1200 r/min Mnom
Mmax
nmax
Mmax nkantel
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[Nm] [r/min]
0015
CT80N4 /II3D
4
12
Mmax nkantel
12.0 540
CT90L4 /II3D
9
27
Mmax nkantel
18.2 928
CV100M4 /II3D
13
39
Mmax nkantel
CV100L4 /II3D
22
66
Mmax nkantel
CV132S4 /II3D
31
93
Mmax nkantel
CV132M4 /II3D
43
129
Mmax nkantel
Type motor
Type motor
50
3500
Mnom
Mma x
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A.. 0022
0030
29.0 883
60 813 64 992
0110
84 915 82 1001
[r/min]
[Nm] [r/min]
0110
0150
Mmax nkantel
126 922
156 819
Mmax nkantel
125 986
169 909
125 877
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A..
[Nm]
[Nm]
CV132ML 4 /II3D
52
156
CV160M4 /II3D
62
186
CV160L4 /II3D
81
243
Mmax nkantel
CV180M4 /II3D
94
282
Mmax nkantel
241 1050
282 986
CV180L4 /II3D
106
318
Mmax nkantel
231 1018
308 973
CV200L4 /II3D
170
510
Mmax nkantel
45.3 947
0075
37.0 781 32.6 1062
Mmax nkantel
2500
0055
25.7 781
nmax
3500
0040
163 1043
0220
0300
0370
0450
0550
402 986
494 947
510 940
0750
240 954
326 1011
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
I
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone servomotoren: toekenning frequentieregelaar
5
0
Toerentalklasse 1700 r/min Mnom
Mmax
nmax
Mmax nkantel
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[Nm] [r/min]
0015
CT80N4 /II3D
4
12
Mmax nkantel
12.0 1150
CT90L4 /II3D
9
27
Mmax nkantel
18.0 1400
CV100M4 /II3D
13
39
Mmax nkantel
CV100L4 /II3D
22
66
Mmax nkantel
CV132S4 /II3D
31
93
Mmax nkantel
CV132M4 /II3D
41
123
Mmax nkantel
89 1440
Mnom
Mmax
nmax
Mmax nkantel
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A..
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[Nm] [r/min]
0110
0150
0220
CV132ML 4 /II3D
49
147
Mmax nkantel
83 1562
114 1485
147 1331
CV160M4 /II3D
60
180
120 1420
176 1310
CV160L4 /II3D
76
228
Mmax nkantel
170 1470
226 1400
CV180M4 /II3D
89
267
Mmax nkantel
168 1550
226 1510
267 1460
CV180L4 /II3D
98
294
217 1450
269 1420
CV200L4 /II3D
162
486
Type motor
Type motor
3500
3500
2500
Mmax nkantel
Mmax nkantel
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A.. 0022
0030
0040
0055
44.2 1402
57 1274
0075
0110
23.1 1280 25.7 1402
36.0 1274 32.9 1510
59 1470
0300
Mmax nkantel
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
0370
91 1330 121 1330
0450
0550
0750
353 1421
420 1395
486 1344
51
5
I
Bedrijfssoorten en grenswaarden Asynchrone servomotoren: toekenning frequentieregelaar
0
Toerentalklasse 2100 r/min Mnom
Mmax
nmax
Mmax nkantel
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[Nm] [r/min]
0015
CT71D4 /II3D
2
6
Mmax nkantel
6.0 1280
CT80N4 /II3D
4
12
Mmax nkantel
9.7 1754
CT90L4 /II3D
9
27
CV100M4 /II3D
13
39
Mmax nkantel
CV100L4 /II3D
21
63
Mmax nkantel
Mnom
Mmax
nmax
Mmax nkantel
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[Nm] [r/min]
0110
0150
CV132S4 /II3D
31
93
Mmax nkantel
72 1850
93 1722
CV132M4 /II3D
41
123
Mmax nkantel
CV132ML 4 /II3D
49
147
CV160M4 /II3D
60
CV160L4 /II3D
Type motor
Type motor
52
3500
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A.. 0022
0030
0040
18.3 1843
25.5 1677
Mmax nkantel
28.0 1760
95 1850
0220
63 1645
0300
0370
0450
0550
0750
123 1670
Mmax nkantel
138 1792
75
225
Mmax nkantel
CV180M4 /II3D
85
255
Mmax nkantel
CV180L4 /II3D
98
294
CV200L4 /II3D
149
447
Mmax nkantel
44.0 1894
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A..
180
Mmax nkantel
0110
38.1 1626 33.7 2003
139 1715
2500
0075
12.0 1510
Mmax nkantel
3500
0055
180 1690 177 1882
218 1824 218 1939
255 1894 260 1824
294 1786 329 1830
412 1792
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
I
Bedrijfssoorten en grenswaarden Softstarters
5
0
Toerentalklasse 3000 r/min Mnom
Mmax
nmax
Mmax nkantel
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[Nm] [r/min]
0015
CT71D4 /II3D
2
6
Mmax nkantel
6.0 2280
CT80N4 /II3D
4
12
Mmax nkantel
CT90L4 /II3D
8
24
CV100M4 /II3D
13
39
Mmax nkantel
CV100L4 /II3D
18
54
Mmax nkantel
Mnom
Mmax
nmax
Mmax nkantel
[Nm]
[Nm]
[r/min]
[Nm] [r/min]
0110
0150
CV132S4 /II3D
30
90
Mmax nkantel
51 2740
69 2650
CV132M4 /II3D
38
114
Mmax nkantel
CV132ML 4 /II3D
44
132
CV160M4 /II3D
54
CV160L4 /II3D
Type motor
Type motor
5.9
3500
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A.. 0022
0030
9.7 2560
12.0 2350 12.7 2790
Mmax nkantel
0040
0055
18.0 2650
24.0 2490 26.5 2620
49 2600
MOVIDRIVE® MCV40/41A.../MDV60A.. 0300
99 2600
114 2450
Mmax nkantel
94 2765
124 2656
132 2547
162
Mmax nkantel
98 2630
131 2550
161 2470
72
216
Mmax nkantel
124 2720
CV180M4 /II3D
79
237
Mmax nkantel
CV180L4 /II3D
94
282
CV200L4 /II3D
123
369
2500
0110
34.6 2490 31.8 2800
0220
3500
0075
67 2750
Mmax nkantel Mmax nkantel
0370
0450
0550
155 2680
192 2620
216 2545
150 2790
191 2745
228 2700
182 2620
220 2580
0750
276 2540 293 2573
Softstarters Het gebruik van softstarters is algemeen niet toegestaan.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
53
I
6
Inbedrijfstelling Softstarters
0
6
Inbedrijfstelling Let bij de inbedrijfstelling beslist op de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 2!
Verzekert u zich voor de inbedrijfstelling ervan, dat
•
de aandrijving onbeschadigd is en niet geblokkeerd;
•
na langere opslagtijd de maatregelen overeenkomstig hoofdstuk 'Voorbereiding' werden getroffen ;
•
alle aansluitingen zoals voorgeschreven uitgevoerd zijn;
•
de draairichting van de motor/motorreductor juist is; – (motor rechtsom: U, V, W volgens L1, L2, L3).
Verzekert u zich tijdens de inbedrijfstelling ervan, dat
•
alle beschermkappen correct gemonteerd zijn;
•
alle motorbeveiligingen actief zijn en op de nominale motorstroom zijn ingesteld;
•
bij hijswerken de terugspringende handremlichting van de rem gebruikt wordt;
•
geen andere potentiële risico’s aanwezig zijn.
•
de motor correct draait (geen overbelasting, geen toerentalvariaties, sterke geluidsontwikkeling etc.);
•
het juiste remkoppel overeenkomstig de betreffende applicatie is ingesteld (→ hoofdstuk "Technische gegevens");
•
bij problemen (→ hoofdstuk "Storingen tijdens bedrijf").
Bij remmotoren met terugspringende handremlichting moet de handremlichterbeugel na de inbedrijfstelling worden verwijderd! Deze kan in de hiervoor bestemde houder aan de buitenzijde van de motor worden bewaard.
54
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inbedrijfstelling Noodzakelijke instelling van de parameters van een frequentieregelaar
I
6
0
6.1
Noodzakelijke instelling van de parameters van een frequentieregelaar
Algemeen
Voor de inbedrijfstelling van de frequentieregelaars moet de betreffende technische handleiding worden aangehouden. Gebruik de inbedrijfstellings-wizard van de actuele MOVITOOLS-software. Daarbij moet er beslist op worden gelet, dat de begrenzing van het maximumtoerental na elke inbedrijfstelling opnieuw moet worden ingesteld. Bovendien moeten voor het bedrijf van de draaistroommotoren DT../DV.. in de uitvoeringen II3G, II3D en II3GD de volgende verplichte instellingen van de frequentieregelaar worden doorgevoerd:
Instellen van maximumfrequentie resp. van maximumtoerental
Overeenkomstig de overzichtstabellen voor combinaties motor-frequentieregelaar moeten de parameters van de frequentieregelaar, die het maximumtoerental begrenzen, als volgt worden ingesteld. •
Gebruik van frequentieregelaars van de serie MOVITRAC® 31C: parameter 202 instellen op maximumwaarde zie hoofdstuk 5.3.
•
Gebruik van frequentieregelaars van de serie MOVIDRIVE® en MOVIDRIVE® compact: parameter 302/312 instellen op maximumwaarde zie hoofdstuk 5.3.
Instelling van de stroombegrenzing
Overeenkomstig de overzichtstabellen voor combinaties motor-frequentieregelaar moeten de parameters van de frequentieregelaar, die de maximumstroom begrenzen, als volgt worden ingesteld. •
Gebruik van frequentieregelaars van de serie MOVITRAC® 31C: parameter 320.340 instellen op de in de tabel vermelde waarde.
•
Gebruik van frequentieregelaars van de serie MOVIDRIVE® en MOVIDRIVE®® compact: er is geen instelling noodzakelijk!
Instelling van de parameters "IxR" en "Boost"
De parameters moeten ingesteld worden zoals hieronder wordt beschreven. De motor mag niet bedrijfswarm zijn; hij moet de omgevingstemperatuur hebben.
MOVITRAC®
•
Gebruik van frequentieregelaar van de serie MOVITRAC® 31 parameter P328/348 ("motor size up") op "Ja" instellen. De aandrijving kortstondig vrijgeven, de parameters "IxR" en "Boost" worden vastgesteld en opgeslagen. Daarna parameter P328/348 op "No" instellen.
Uitzonderingen: •
DT 71 D4 댴-schakeling + MC 31C008
De parameter "IxR" wordt continu opgeslagen. De parameter "Boost" zo instellen, dat er geen grotere stroom dan 45% vloeit. •
DT 80 K4 댴-schakeling + MC 31C008
De parameter "IxR" wordt continu opgeslagen. De parameter "Boost" zo instellen, dat er geen grotere stroom dan 55% vloeit.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
55
6
I
Inbedrijfstelling Noodzakelijke instelling van de parameters van een frequentieregelaar
0 MOVIDRIVE®
•
Gebruik van frequentieregelaars van de serie MOVIDRIVE® en MOVIDRIVE® compact: parameter P320/330 ("Automatic adjustment") op "Yes" instellen. Aandrijvingen kortstondig vrijgeven, de parameters "IxR" en "Boost" worden vastgesteld en opgeslagen. Daarna parameter P320/330 op "No" instellen.
Handmatige wijziging "IxR" en "Boost"
56
•
Bij de handmatige verandering van de parameters "IxR" en "Boost" moet er vanwege de applicatie op gelet worden, dat de maximale waarde van de stroombegrenzing uit de tabel "Combinatie motor – frequentieregelaar, instellen van de stroombegrenzing" niet wordt overschreden.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
I
Inbedrijfstelling Veranderen blokkeerrichting bij motoren met terugloopblokkering
6
0
6.2
Veranderen blokkeerrichting bij motoren met terugloopblokkering
9
8
5
3
4
2
1
X
7
10
6 50477AXX
Afbeelding 8: motor met terugloopblokkering [1] [2] [3] [4]
Maat "x" na de montage
ventilatorkap ventilator cilinderschroef V-ring
Motor
[5] [6] [7] [8]
vilten ring borgring draadgat meenemer
[9] ketting met klemelementen [10] vulring
Maat "x" na de montage
DT71/80
6.7 mm
DT90/DV100
9.0 mm
DV112/132S
9.0 mm
DV132M - 160M
11.0 mm
DV160L - 225
11.0 mm
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
57
I
6
Inbedrijfstelling Stilstandsverwarming voor motoren van de categorie II3D
0
Het aanlopen van de motor in de blokkeerrichting mag niet plaatsvinden (let op de fasevolgorde bij het aansluiten). Let bij montage van de motor aan een reductor op de draairichting van de uitgaande as en op het aantal trappen. Voor controledoeleinden kan de terugloopblokkering met halve motorspanning eenmaal in de blokkeerrichting bediend worden: 1. motor spanningsloos maken en beveiligen tegen onbedoeld inschakelen 2. ventilatorkap [1] en ventilator [2] demonteren, cilinderschroeven [3] verwijderen; 3. V-ring [4] en pakking met vilten ring [5] verwijderen (vet voor hergebruik opvangen); 4. borgring [6] verwijderen (niet bij DT71/80), bovendien bij DV132M-160M vulring [10] verwijderen; 5. meenemer [8] en klemlichaam [9] over de tapgaten [7] in zijn geheel verwijderen, 180° draaien en er weer op drukken; 6. het vet er weer ingieten; 7. belangrijk: niet slaan of druk uitoefenen op klemlichaam – materiaalbeschadiging! 8. gedurende het inpersen (kort voordat het klemlichaam in de buitenring dringt) de rotoras met de hand langzaam in de draairichting draaien. Het klemlichaam glijdt gemakkelijker in de buitenring; 9. overige onderdelen van de terugloopblokkering van 4 tot 2 in omgekeerde volgorde monteren, let op de montagemaat voor de V-ring [4].
6.3
Stilstandsverwarming voor motoren van de categorie II3D Bij motoren van de categorie II/3D sluit u de stilstandsverwarming aan op de met H1 en H2 gemarkeerde aansluitkabel. Vergelijk de aansluitspanning met de spanningsspecificatie op het typeplaatje. De stilstandsverwarming voor motoren van de categorie II3D mag:
58
•
pas na het uitschakelen van de motor worden ingeschakeld;
•
niet gelijktijdig met de motor ingeschakeld zijn.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Storingen tijdens bedrijf Storingen aan de motor
7
Storingen tijdens bedrijf
7.1
Storingen aan de motor
Storing
Mogelijk oorzaak
Oplossing
motor loopt niet aan
voedingskabel onderbroken
Aansluitingen controleren
rem licht niet
→ hoofdstuk "Storingen aan de rem"
smeltveiligheid doorgebrand
smeltveiligheid vernieuwen
motorbeveiliging is aangesproken
motorbeveiliging controleren op juiste instelling, eventuele fout opheffen
magneetschakelaar van de motor schakelt niet in, fout in de besturing
besturing van de magneetschakelaar controleren, event. fout opheffen
motor voor driehoekschakeling voorzien, echter in ster geschakeld
schakeling corrigeren
spanning of frequentie wijken minstens bij het inschakelen sterk af van de nominale waarden
voor een betere voeding zorgen; doorsnede van de voedingskabel controleren
koppel bij sterschakeling is niet voldoende
indien de inschakelstroom in driehoek niet te hoog is, direct inschakelen, anders een grotere motor of een speciale uitvoering toepassen (overleg)
storing aan de contacten van de ster-driehoekschakelaar
storing opheffen
verkeerde draairichting
motor verkeerd aangesloten
twee fasen verwisselen bij bedrijf direct op het net
motor bromt en neemt grote stroom op
rem licht niet
→ hoofdstuk "Storingen aan de rem"
motor loopt niet aan of loopt slechts zwaar aan
motor loopt in sterschakeling niet aan, alleen in driehoekschakeling
wikkeling defect rotor loopt aan
smeltveiligheden spreken aan of motorbeveiliging schakelt direct uit
aanzienlijke toerentalvermindering bij belasting
motor wordt te warm (temperatuur meten)
geluidsontwikkeling te hoog
7
motor moet voor reparatie naar de werkplaats
kortsluiting in de kabel
kortsluiting opheffen
kortsluiting in de motor
storing in de werkplaats laten verhelpen
kabels verkeerd aangesloten
schakeling corrigeren
aardsluiting bij de motor
storing in de werkplaats laten verhelpen
overbelasting
vermogensmeting uitvoeren, event. grotere motor toepassen of belasting reduceren
spanningsverlies
doorsnede van de kabel vergroten
overbelasting
vermogensmeting uitvoeren, event. grotere motor toepassen of belasting reduceren
koeling onvoldoende
toevoer van de koellucht verbeteren resp. koelluchtwegen vrijmaken, event. onafhankelijk aangedreven koelluchtventilator aanbrengen
omgevingstemperatuur te hoog
max. toelaatbare temperatuur controleren
motor in driehoek geschakeld i.p.v in ster zoals bedoeld
schakeling corrigeren
onbetrouwbaar contact in de voeding (een fase ontbreekt)
onbetrouwbare contact verhelpen
smeltveiligheid doorgebrand
oorzaak opsporen en opheffen (zie boven); smeltveiligheid vervangen
voedingsspanning wijkt meer dan ± 5 % van de nominale motorspanning af. Hogere spanning heeft bij meerpolige motoren bijzonder ongunstig effect, daar bij deze de nullaststroom reeds bij normale spanning dicht bij de ontwerpstroom ligt.
motor aanpassen aan de voedingsspanning
nominale bedrijfssoort (S1 tot S10, DIN 57530) overschreden, bijv. door te hoge schakelfrequentie
nominale bedrijfssoort van de motor aanpassen aan de vereiste bedrijfscondities; event. deskundige consulteren voor het bepalen van de juiste aandrijving
kogellager loopt stroef, is vervuild of beschadigd
motor opnieuw uitlijnen, kogellagers inspecteren, (→ hfst. "Toegestane types kogellager") eventueel vervangen
vibratie van de roterende delen
oorzaak, event. onbalans, opheffen
voorwerpen in de koelluchtwegen
koelluchtwegen reinigen
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
59
Storingen tijdens bedrijf Storingen rem
7 7.2
Storingen rem
Storing
Mogelijk oorzaak
Oplossing
rem licht niet
verkeerde spanning op de remaansturing
juiste spanning aansluiten
remaansturing uitgevallen
remaansturing vervangen, inwendige weerstand en isolatie van de remspoel controleren, schakelapparatuur controleren
max. toelaatbare lichtspleet overschreden, vanwege slijtage van de remvoering
lichtspleet meten resp. instellen
spanningsverlies over de kabel > 10%
voor juiste aansluitspanning zorgen, kabeldoorsnede controleren
ontbrekende koeling, rem wordt te heet
remaansturing type BG vervangen door BGE
remspoel heeft sluiting in de wikkeling of met het huis
complete rem met remaansturing vervangen (werkplaats), schakelapparatuur controleren
lichtspleet niet juist
lichtspleet meten resp. instellen
motor remt niet
remvoering versleten
remschijf geheel vervangen
remkoppel verkeerd
remkoppel veranderen (→ hoofdstuk "Technische gegevens") • door soort en aantal remveren
alleen BM(G): lichtspleet zo groot, dat de instelmoeren geen speling meer hebben
lichtspleet controleren
alleen BR03, BM(G): handremlichter niet juist ingesteld
stelmoeren juist instellen
rem valt vertraagd in
rem wordt aan de wisselspanningszijde geschakeld
gelijk- en wisselspanningszijdig schakelen (bijv. BSR); let op het aansluitschema
geluid in de buurt van de rem
slijtage van de vertanding door schokkende aanloop
projectering controleren
pendelkoppels door verkeerd ingestelde frequentieregelaar
instelling van de frequentieregelaar overeenkomstig de technische handleiding controleren/corrigeren
7.3
Storingen bij bedrijf met frequentieregelaar Bij het bedrijf van de motor met frequentieregelaar kunnen ook de in het hoofdstuk "Storingen aan de motor" beschreven symptomen optreden. De betekenis van de opgetreden problemen en aanwijzingen voor de oplossing daarvan vindt u in de technische handleiding van de frequentieregelaar.
Mocht u de hulp van onze service nodig hebben, dan verzoeken wij u de volgende gegevens te verstrekken: • gegevens typeplaatje (compleet) • aard en omvang van de storing • tijdstip van de storing en bijkomende omstandigheden • vermoedelijke oorzaak
60
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Storingen bij bedrijf met frequentieregelaar
8
8
Inspectie / onderhoud •
SEW-EURODRIVE-motoren van de categorie 2G (EExe, EExed) mogen alleen door SEW-EURODRIVE of geautoriseerd deskundig personeel onderhouden en gerepareerd worden.
•
Gebruik alleen originele onderdelen overeenkomstig de actuele onderdelenlijsten, anders vervalt de Ex-toelating van de motor.
•
Bij het vervangen van motoronderdelen, die betrekking hebben op de explosiebeveiliging, is een hernieuwde stuksbeproeving noodzakelijk.
•
Bij vervanging van de remspoel de remaansturing ook altijd vervangen.
•
Motoren kunnen tijdens bedrijf zeer heet worden – brandgevaar!
•
Hijswerkaandrijvingen borgen of laten vieren (risico van neerstorten).
•
Voor het starten met de werkzaamheden motor en rem spanningsloos maken en beveiligen tegen onbedoeld herinschakelen!
•
Let vooral bij SEW-EURODRIVE-motoren van de categorie 2D en 3D op de juiste montage van de motor en de zorgvuldige afsluiting van alle openingen na de onderhouds- en reparatiewerkzaamheden. De Ex-beveiliging is hier in hoge mate afhankelijk van de IP-beschermingsgraad.
•
Motoren van de categorieën 2D en 3D (zone 21 en zone 22) regelmatig reinigen, om gevaarlijke stofafzetting te vermijden.
•
Na alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet een veiligheids- en functiecontrole worden doorgevoerd (thermische beveiliging, rem).
•
De explosiebeveiliging kan alleen bij juist onderhouden motoren en remmen gehandhaafd worden.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
61
Inspectie / onderhoud Inspectie- en onderhoudsintervallen
8 8.1
Inspectie- en onderhoudsintervallen
Apparaat / onderdeel
Tijdinterval
Wat te doen?
•
rem inspecteren • dikte van de remschijf meten • remschijf, remvoering • lichtspleet meten resp. instellen • ankerschijf • meenemer/vertanding • drukringen
bij toepassing als stoprem minstens elke 3000 bedrijfsuren1
rem BMG05-8, BM15-62
• •
slijpsel afzuigen contacten inspecteren, event. vervangen (bijv. bij inbranden)
rem BC, Bd
•
rem nastellen
motoren eDT/eDV, DT/DV
motor inspecteren • kogellagers controleren, event. vervangen • askeerring vervangen • koelluchtwegen reinigen
•
bij toepassing als houdrem: al naargelang de belasting elke 2 tot 4 jaar 1)
•
elke 10.000 bedrijfsuren
motor met terugloopblokkering tachogenerator • aandrijving
1
62
verschillend al naargelang de installatie
•
vloeibaar vet van de terugloopblokkering vervangen
•
inspectie / onderhoud als bijgaande technische handleiding
•
aflak-/corrosiewerende verf bijwerken resp. opnieuw aanbrengen
•
stofafzettingen op motor en koelribben verwijderen
(afhankelijk van uitwendige factoren)
Standtijden worden door vele factoren beïnvloed en kunnen kort zijn. De vereiste inspectie-/onderhoudsintervallen moeten individueel overeenkomstig de ontwerpdocumenten (bijvoorbeeld "Aandrijvingen selecteren") door de ontwerper berekend worden.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem
8.2
8
Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem Voor het starten met de werkzaamheden motor en rem spanningsloos maken en beveiligen tegen onbedoeld inschakelen!
Incrementele encoder EV1. / absolute encoder AV1H demonteren
236 233
220
369
234
366
251
361
369
234
232
236 233
366
251
51928AXX
Incrementele encoder EV1.
[232] bevestigingsbout [233] koppeling [234] bout
220
361
232
51929AXX
Absolute encoder AV1H
[236] tussenflens [251] montageplaat [361] afdekkap
[366] bout [369] afdekplaat
•
Afdekkap [361] demonteren. Indien aanwezig, de aangebouwde onafhankelijk aangedreven koelluchtventilator eerst demonteren.
•
Schroef [366] op de tussenflens losdraaien en afdekkap [369] verwijderen.
•
Klemnaafverbinding van de koppeling losmaken.
•
Bevestigingsschroeven [232] losdraaien en montageplaten [251] naar buiten draaien.
•
Encoder [220] samen met koppeling [233] verwijderen.
•
Tussenflens [236] na demontage van de schroeven [234] demonteren.
Bij het opnieuw monteren er op letten, dat de rondloop van de astap ≤ 0,05 mm is.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
63
8
Inspectie / onderhoud Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem
Incrementele encoder ES1. /ES2. demonteren
733
367
220
361
50471AXX
Afbeelding 9: incrementele encoder ES1. /ES2. demonteren [220] encoder [361] afdekkap
[367] bevestigingsbout [733] bevestigingsbout van de reactiearm
•
Afdekkap [361] demonteren.
•
Bevestigingsschroeven [733] van de reactiearm losmaken.
•
Schroefdeksel aan de achterzijde van de encoder [220] openen.
•
Centrale bevestigingsschroef [367] ca. 2-3 omwentelingen losdraaien en conus door een lichte slag op de kop van de schroef losmaken. Daarna bevestigingsschroef eruit draaien en encoder verwijderen.
Bij opnieuw monteren: – encodertappen met Noco-Fluid® insmeren; – centrale bevestigingsschroef [367] met 2,9 Nm vastdraaien.
Let er bij het opnieuw monteren op, dat de encoderas niet tegen de ventilatorkap aanloopt.
64
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden motor
8.3
8
Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden motor
Voorbeeld: motor DFT90
10 11 12 9
6 4
1
2
7
8
5
3 15 20
19
18 17 16 14 13 01945AXX
[1]
borgring
[8]
borgring
[15]
zeskantbout
[2]
slingerschijf
[9]
rotor
[16]
V-ring
[3]
askeerring
[10]
nilosring
[17]
ventilator
[4]
afdichtingsschroef
[11]
kogellager
[18]
borgring
[5]
A-(flens) lagerschild
[12]
vulring
[19]
ventilatorkap
[6]
borgring
[13]
stator
[20]
behuizingsschroef
[7]
kogellager
[14]
B-lagerschild
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
65
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden motor
8
Procedure
Motor en rem spanningsloos maken en borgen tegen onbedoeld inschakelen!
1. Indien aanwezig, onafhankelijk aangedreven koelluchtventilator en encoder demonteren (→ hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem"). 2. Flens- resp. ventilatorkap [19], ventilator [17] demonteren. 3. Zeskantbouten [15] van A- [5] en B-lagerschild [14] demonteren, stator [13] van Alagerschild losmaken. 4. Bij motoren met rem: – klemmenkastdeksel openen, rembekabeling van de gelijkrichter losmaken; – B-lagerschild met rem van stator drukken en voorzichtig er af lichten (remkabel event. met een sleepdraad meevoeren); – stator ca 3-4 cm eraf trekken. 5. Visuele controle: zit er vocht of reductorolie in de statorruimte? – indien niet, verder met stap 8; – indien vocht, verder met stap 6; – indien reductorolie, motor in de werkplaats laten repareren. 6. Als er vocht is in de ruimte van de stator: – bij motorreductoren: motor demonteren van de reductor; – bij motoren zonder reductor: A-flens demonteren; – rotor (9) demonteren. 7. Wikkeling reinigen, drogen en elektrisch controleren (→ hoofdstuk "Voorbereiding"). 8. Kogellagers [7, 11] vervangen (alleen door toegestane kogellagers → hoofdstuk "Toegestane typen kogellagers"). 9. Vetdepot tussen oliekeerring [3] en A-lagerschild [5] aanbrengen, oliekeerring [3] vervangen. 10.Statorzitting opnieuw afdichten, motor, rem etc. monteren. 11.Vervolgens eventueel reductor controleren (→ technische handleiding van de reductor).
Smering van de terugloopblokkering
De terugloopblokkering is in de fabriek met corrosiewerend vloeibaar vet Mobil LBZ gesmeerd. Als u een ander vet wilt toepassen, moet het overeenkomen met de NLGI-klasse 00/000 met een basisviscositeit van 42 mm2/s bij 40°C op basis van lithiumzeep en minerale olie. Het temperatuurbereik loopt van -50°C tot +90°C. De benodigde hoeveelheid vet staat in de onderstaande tabel. Type motor vet [g]
66
71/80
90/100
112/132
132M/160M
160L/225
250/280
9
15
15
20
45
80
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
8.4
8
Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moeten door SEW-EURODRIVE of een reparatiewerkplaats voor elektrische aandrijvingen worden verricht. Onderdelen, die invloed uitoefenen op een drukvaste behuizing, mogen alleen door originele SEW-EURODRIVE-onderdelen vervangen worden. De norm EN 50018 (Elektrisch materieel voor plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen: Drukvast omhulsel "d") alsmede de geldende nationale voorschriften (bijvoorbeeld in Duitsland: Bedrijfsveiligheidsverordening) moeten in acht genomen worden.
8 7 4
5
6
3 2
1
9
18 22 14
21 20 19
11
12
13
15
16
17
10 02967AXX
[1]
motor
[9]
remveren
[17]
stelmoeren
[2]
tussenring
[10]
huisdeksel
[18]
borgring
[3]
meenemer
[11]
V-ring
[19]
ventilator
[4]
remschijf
[12]
tapeind
[20]
borgring
[5]
ankerschijf
[13]
moeren
[21]
behuizingsschroef
[6]
dempingschijf
[14]
spiraalspanstift
[22]
ventilatorkap
[7]
spoelhuis
[15]
lichterbeugel
[8]
zeskantmoer
[16]
conische veer
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
67
8
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
Rem BC, Bd, lichtspleet nastellen 1. Motor en rem spanningsloos maken en borgen tegen onbedoeld inschakelen! 2. Volgende onderdelen demonteren (vervangen indien versleten): – ventilatorkap [22], borgring [20], ventilator [19], borgring [18], stelmoeren [17], kegelveren [16], lichterbeugel [15], spiraalspanstift [14], moeren [13], tapeinden [12], V-ring [11], deksel behuizing [10]. 3. Slijpsel afzuigen. 4. Zeskantmoeren [8] voorzichtig aanhalen – gelijkmatig, tot er lichte weerstand gevoeld wordt (betekent: lichtspleet = 0). 5. Zeskantmoeren terugdraaien: – ca 120° (betekent: lichtspleet ingesteld). 6. Volgende gedemonteerde onderdelen weer monteren: – deksel van de behuizing [10] (attentie: bij de montage er op letten, dat de spleten schoon en roestvrij moeten zijn); – V-ring [11], tapeinden [12], moeren [13], spiraalspanstift [14], lichterbeugel [15], kegelveren [16]. 7. Bij handremlichting: met de stelmoeren [17] de lengtespeling "s" tussen de conische veren [16] (platgedrukt) en de stelmoeren instellen (→ volgende afbeelding).
s
01111BXX Rem
Lengtespeling s [mm]
BC05
1.5
BC 2
2
Belangrijk: de lengtespeling "s" is noodzakelijk, om bij slijtage van de remvoering de ankerplaat te kunnen laten volgen. Anders is het zeker remmen niet gewaarborgd. 8. Ventilator [19] en ventilatorkap [22] weer monteren.
68
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
Remkoppel BC, Bd veranderen
8
Het remkoppel kan trapsgewijs veranderd worden (→ hfst. "Remarbeid, lichtspleet, remkoppels rem BMG 05-8, BC, Bd"): •
door het inbouwen van verschillende remveren;
•
door het aantal remveren.
1. → vgl. punten 1 tot 3 van de paragraaf "Rem BC, Bd, lichtspleet nastellen". 2. Zeskantmoeren [8] losdraaien, spoellichaam [7]] ca.70 mm (voorzichtig, remkabel) verwijderen. 3. Remveren [9] vervangen resp. aanvullen: – remveren symmetrisch verdelen. 4. Spoellichaam en zeskantmoeren monteren: – daarbij remkabel in de drukruimte goed leggen. 5. → vgl. punten 4 tot 8 van de paragraaf "Rem BC, Bd, lichtspleet nastellen". Aanwijzingen
•
De vaststaande handremlichting is al gelicht, als er weerstand bij het bedienen van de draadstift voelbaar wordt.
•
De terugspringende handremlichting kan met normale handkracht gelicht worden.
Bij remmotoren met terugspringende handremlichting moet de handremlichterbeugel na inbedrijfstelling/onderhoud beslist verwijderd worden! Deze kan in de hiervoor bestemde houder aan de buitenzijde van de motor worden bewaard.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
69
8
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
Remmen BMG, BM voor motoren van de categorie II3G/II3D Rem BMG 05-8, BM 15 De handhaving van de explosiebeveiliging kan alleen gegarandeerd worden bij juist onderhouden rem.
9 8 7 6 23 5 4
2
23
3
1
22 21 e 10 b
20
c
19
a 15 11 12 13
16
17
18
14 02957AXX
70
[1]
motor met remlagerschild
[10a] draadeind (3x)
[15]
lichterbeugel met hefboom
[2]
meenemer
[10b] drukveren
[16]
draadeind (2x)
[3]
borgring
[10c] drukring
[17]
conische veer
[4]
Niro-schijf (alleen BMG 05-4)
[10e] zeskantmoer
[18]
zeskantmoer
[5]
afdichtband
[11]
remveren
[19]
ventilator
[6]
ringveer
[12]
spoelhuis
[20]
borgring
[7]
remschijf
[13]
[8]
ankerschijf
[9]
dempingschijf (alleen BMG)
[14]
bij BMG: afdichting
[21]
ventilatorkap
bij BM: V-ring
[22]
zeskantbout
spiraalspanstift
[23]
bandklem
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
8
Rem BM30-62
10
e
d 20
a
19
12
13
14
15
16
18 17
11 8 7b
7 23 2
3
23
6
5 02958AXX
[2]
meenemer
[8]
[3]
borgring
[10a] draadeind (3x)
ankerschijf
[15] lichterbeugel met hefboom [16] draadeind (2x)
[5]
afdichtband
[10d] stelhuls
[17] conische veer
[6]
ringveer
[10e] zeskantmoer
[18] zeskantmoer
[7]
remschijf
[11]
remveren
[19] ventilator
[12]
spoelhuis
[20] borgring
remlamel, ringveer,
[13]
V-ring
[23] bandklem
remschijf
[14]
spiraalspanstift
[7b] alleen BM 32, 62:
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
71
8
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
Rem inspecteren, lichtspleet instellen 1. Motor en rem spanningsloos maken en borgen tegen onbedoeld inschakelen! 2. Demonteren: – indien aanwezig, tacho’s/encoders (→ hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem"); – flens- resp. ventilatorkap [21]. 3. Afdichtband [5] verschuiven, daartoe event. zadel losmaken, slijpsel afzuigen. 4. Remschijf [7, 7b] meten: De remvoering is aan slijtage onderhevig. De dikte mag in geen geval onder de voorgeschreven minimumwaarde komen. Om de slijtage sinds de laatste onderhoudsbeurt te kunnen inschatten, is ook de dikte van een nieuwe remschijf aangegeven. Type motor
D(F)T71. – D(F)V100.
Type rem
Minimumdikte remvoering
Dikte nieuwe remvoering
[mm]
[mm]
9
12.3
BMG05 – BMG4
D(F)T112M – D(F)V132S
BMG8
10
13.5
D(F)T132M – D(F)V225M
BM15 – BM62
10
14.2
Remschijf vervangen (zie paragraaf "Remschijf BMG 05-8, BM 15-62 vervangen"), anders: 5. Bij BM30-62: stelhuls [10d] losdraaien door in de richting van lagerschild te draaien. 6. Lichtspleet A meten (→ onderstaande afbeelding): (met voeler, op drie 120° verschoven plaatsen) – bij BM tussen ankerschijf [8] en spoellichaam [12]; – bij BMG tussen ankerschijf [8] en dempingschijf [9]. 7. Zeskantmoeren [10e] natrekken: – tot lichtspleet juist ingesteld is (→ hoofdstuk "Technische gegevens"); – bij BM 30-62 tot lichtspleet bijna = 0,25 mm.
72
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
8
8. Bij BM30-62: stelhulzen vastschroeven: – tegen het spoellichaam; – tot lichtspleet juist ingesteld is (→ hoofdstuk "Technische gegevens"). 9. Afdichtband aanbrengen, gedemonteerde onderdelen weer aanbrengen.
A
.
01957AXX
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
73
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
8
Remschijf BMG vervangen
Controleer bij het vervangen van de remschijf (bij BMG 05-4 ≤ 9 mm; bij BMG 8 - BM 62 ≤ 10 mm) ook de overige gedemonteerde onderdelen en vervang deze indien nodig. 1. Motor en rem spanningsloos maken en borgen tegen onbedoeld inschakelen! 2. Demonteren: – indien aanwezig, zelfstandige ventilatoren, tacho’s/encoders (→ hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem"); – flens- resp. ventilatorkap [21], borgring [20] en ventilator [19]. 3. Afdichtband [5] verwijderen, handremlichting demonteren: – stelmoeren [18], kegelveren [17], tapeinden [16], lichterbeugel [15], spiraalspanstift [14]. 4. Zeskantmoeren [10e] losdraaien, spoellichaam [12] voorzichtig verwijderen (remkabel!), remveren [11] verwijderen. 5. Dempingsschijf [9], ankerschijf [8] en remschijf [7, 7b] demonteren, remonderdelen schoonmaken. 6. Nieuwe remschijf monteren. 7. Remonderdelen weer monteren: – zonder afdichtband, ventilator en ventilatorkap, lichtspleet instellen (→ paragraaf "Rem BMG 05-8, BM 30-62 inspecteren, lichtspleet instellen", punten 5 tot 8). 8. Bij handremlichting: met de stelmoeren [18]de lengtespeling "s" tussen de conische veren [17] (platgedrukt) en de stelmoeren instellen (→ volgende afbeelding).
s
01111BXX Rem
Lengtespeling s [mm]
BMG05-1
1.5
BMG2-8
2
BM15-62
2
Belangrijk: de lengtespeling "s" is noodzakelijk, om bij slijtage van de remvoering de ankerplaat te kunnen laten volgen. Anders is het zeker remmen niet gewaarborgd. 9. Afdichtband aanbrengen, gedemonteerde onderdelen weer monteren. Aanwijzingen
•
De vastzetbare handremlichter (type HF) is reeds gelicht, als bij het aandraaien van de inbusbout weerstand voelbaar is.
•
De terugspringende handremlichter (type HR) kan met normale handkracht worden gelicht.
Attentie: bij remmotoren met terugspringende handremlichter moet de handremlichter-beugel na de inbedrijfstelling/onderhoud beslist worden verwijderd! Deze kan in de hiervoor bestemde houder aan de buitenzijde van de motor worden bewaard.
74
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Inspectie / onderhoud Inspectie- / onderhoudswerkzaamheden rem BC
Remkoppel veranderen
8
Het remkoppel kan trapsgewijs veranderd worden (→ hoofdstuk "Technische gegevens"). •
door het inbouwen van verschillende remveren;
•
door het aantal remveren.
1. Motor en rem spanningsloos maken en beveiligen tegen onbedoeld inschakelen! 2. Demonteren: – indien aanwezig, zelfstandige ventilatoren, tacho’s/encoders (→ hoofdstuk "Voorbereiding voor het onderhoud van motor en rem"); – flens- resp. ventilatorkap [21], borgring [20] en ventilator [19]. 3. Afdichtband [5] verwijderen, handremlichting demonteren: – stelmoeren [18], kegelveren [17], tapeinden [16], lichterbeugel [15], spiraalspanstift [14]. 4. Zeskantmoeren [10e] losdraaien, spoellichaam [12] eraf trekken: – ca. 50 mm (voorzichtig, remkabel!). 5. Remveren [11] vervangen resp. aanvullen: – remveren symmetrisch verdelen. 6. Remonderdelen weer monteren: – zonder afdichtband, ventilator en ventilatorkap, lichtspleet instellen (→ paragraaf "Rem BMG05-8, BM15-62 inspecteren", punten 5 tot 8). 7. Bij handremlichting: met de stelmoeren [18]de lengtespeling "s" tussen de conische veren [17] (platgedrukt) en de stelmoeren instellen (→ volgende afbeelding).
s
01111BXX Rem
Lengtespeling s [mm]
BMG05-1
1.5
BMG2-8
2
BM15-62
2
Belangrijk: de lengtespeling "s" is noodzakelijk, om bij slijtage van de remvoering de ankerplaat te kunnen laten volgen. Anders is het zeker remmen niet gewaarborgd. 8. Afdichtband aanbrengen, gedemonteerde onderdelen weer monteren.
Bij herhaalde demontage stelmoeren [18] en zeskantmoeren [10e] vervangen!
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
75
kVA
9
i
f
n
Technische gegevens Remarbeid, lichtspleet, remkoppels BMG05-8, BC, Bd
P Hz
9
Technische gegevens
9.1
Remarbeid, lichtspleet, remkoppels BMG05-8, BC, Bd
Type rem
Voor motorgrootte
Remarbeid tot onderhoudsbeurt [106 J]
BMG05 Bd 05
71 80
Lichtspleet [mm] min.1
max.
Soort en aantal van de remveren
[Nm]
normaal
rood
60
5.0 4.0 2.5 1.6 1.2
3 2 -
2 6 4 3
4 3 3 2 -
2 3 2 6 4 3
BC05
71 80
60
7.5 6.0 5.0 4.0 2.5 1.6 1.2
BMG1
80
60
10 7.5 6.0
6 4 3
2 3
20 16 10 6.6 5.0
3 2 -
2 6 4 3
30 24 20 16 10 6.6 5.0
4 3 3 2 -.
2 3 2 6 4 3
130
10 30 24
6 4 3
2 3
300
75 55 45 37 30 19 12.6 9.5
6 4 3 3 2 -
2 3 2 6 4 3
0.25 BMG2 Bd2
90 100
0.6
130
130 BC2
90 100
BMG4
100
BMG8
1
76
Instellingen remkoppels Remkoppel
112M 132S
0.3
0.9
Artikelnummer van de remveren normaal
rood
135 017 X
135 018 8
135 150 8
135 151 6
184 845 3
135 570 8
Bij het controleren van de lichtspleet erop letten dat: bij proefdraaien er op grond van parallelliteitstoleranties van de remvoering afwijkingen van ± -0,1 mm kunnen optreden.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Technische gegevens Remarbeid, lichtspleet, remkoppels BM15 - 62
9.2
Voor motorgrootte
Remarbeid tot onderhoudsbeurt [106 J]
BM15
132M, ML 160M
500
BM30
160L 180
750
BM31
200 225
750
Lichtspleet [mm]
n
9
P Hz
min.1
180
max.
0.3
750
0.4 200 225
750
Instellingen remkoppels Remkoppel
0.9
BM622
i
f
Remarbeid, lichtspleet, remkoppels BM15 - 62
Type rem
BM322
kVA
Soort en aantal van de remveren
Artikelnummer van de remveren
[Nm]
normaal
rood
normaal
rood
150 125 100 75 50 35 25
6 4 3 3 -
2 3 6 4 3
184 486 5
184 487 3
300 250 200 150 125 100 75 50
8 6 4 4 2 -
2 4 4 8 6 4
300 250 200 150 100
4 2 -
4 8 6 4
136 998 9
136 999 7
600 500 400 300 250 200 150 100
8 6 4 4 2 -
2 4 4 8 6 4
1
Bij het controleren van de lichtspleet erop letten dat: bij proefdraaien er op grond van parallelliteitstoleranties van de remvoering afwijkingen van ± -0,1 mm kunnen optreden.
2
Tweeschijfsrem
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
77
kVA
9
i 9.3
f
n
Technische gegevens Toelaatbare schakelarbeid van de rem
P Hz
Toelaatbare schakelarbeid van de rem De in de karakteristieken weergegeven max. remarbeid per remactie mag in geen geval worden overschreden, ook niet tijdens remmen bij nooduit. Als de maximale remarbeid wordt overschreden kan de explosiebeveiliging niet worden gegarandeerd. Als u een remmotor toepast, moet u controleren of de rem voor de vereiste schakelfrequentie Z toelaatbaar is. De volgende diagrammen laten voor de verschillende remmen en nominale toerentallen de maximaal toelaatbare schakelarbeid Wmax zien per schakeling. De opgave is afhankelijk van de vereiste schakelfrequentie Z in schakelingen/uur (1/h). Voorbeeld voor rem in categorie II3D: het nominale toerental bedraagt 1500 r/min-1 en de SEW-rem BM 32 wordt toegepast. Bij 200 schakelingen per uur bedraagt de maximaal toelaatbare schakelarbeid per schakeling 9000 J (→ afbeelding 10). Voor hulp bij de vaststelling van de remarbeid zie "Aandrijftechniek in de praktijk: Het selecteren van aandrijvingen".
78
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Technische gegevens Toelaatbare schakelarbeid van de rem
kVA
i
f
n
9
P Hz
Categorie II3D (BMG 05 – BM 62) en categorie II2G (BC05 en BC2) Wmax
Wmax
3000 r/min
106
1500 r/min
106
BM 32, BM 62 BM 15
J
BM 15
BMG 8
105
BM 30, BM 31
J 105
BMG 2, BMG 4
BMG 8 BMG2, BMG4, BC2
BMG 05, BMG 1
BMG05, BMG1, BC05
104
104
103
103
102
102
10 1
10
102
103 c/h
104
10 1
10
102
103 c/h
104
Z
Z
51024ANL
Afbeelding 10: maximaal toelaatbare schakelarbeid per schakeling bij 3000 en 1500 r/min Wmax
Wmax
1000 r/min
106
750 r/min
106 BM 32, BM 62
BM 32, BM 62
BM 30, BM 31
J
BM 30, BM 31
J
BM 15
105
BM 15
105
BMG 8
BMG 8
BMG 2, BMG 4
BMG 2, BMG 4 BMG 05, BMG 1
BMG 05, BMG 1
104
104
103
103
102
102
10 1
10
102
103 c/h
104
10 1
10
102
103 c/h
104
Z
Z
51025ANL
Afbeelding 11: maximaal toelaatbare schakelarbeid per schakeling bij 1000 en 750 r/min
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
79
9
kVA
i
f
n
Technische gegevens Toelaatbare schakelarbeid van de rem
P Hz
categorie II3G
Wmax 10
Wmax 5 10
3000 r/min
5
J
1500 r/min
J
BMG05/ 1
10 4
BMG2/4 BMG8 BM15 BM30/31 BM32/62
BM G05/1 BM G2/4 BM G8 BM 15
104
103
10
10 3
2
10
10 1
10
10
2
10 3
c/h
10
2
10
4
1
10
10
2
10
3
c/h 10
4
Z
Z
51046ANL
Afbeelding 12: maximaal toelaatbare schakelarbeid per schakeling bij 3000 en 1500 r/min Wmax
10 B MG05/1
J
3
102
1
10
10
2
10
3
c/h
10
750 r/min
5
BMG05/1
J
B MG2/4 B MG8 B M15 B M30/31 B M32/62
104
10
Wmax
1000 r/min
105
4
10
4
10
3
10
2
BMG2/4 BMG8 BM15 BM30/31 BM32/62
10 1
10
Z
10 2
10
3
c/h 10
4
Z 51047ANL
Afbeelding 13: maximaal toelaatbare schakelarbeid per schakeling bij 1000 en 750 r/min
80
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Technische gegevens Nominale stromen
9.4
kVA
i
f
n
9
P Hz
Nominale stromen De in de tabel aangegeven stromen IH (houdstroom) zijn effectieve waarden. Gebruik voor uw meting alleen instrumenten waarmee effectieve waarden gemeten kunnen worden. De inschakelstroom IB vloeit slechts kortstondig (max. 120 ms) bij het lichten van de rem of bij spanningsdips onder 70 % van de nominale spanning. Bij toepassing van de remgelijkrichter BG of bij directe aansluiting op gelijkspanning (beide alleen mogelijk bij remmen tot motorgrootte 100) vloeit er geen hoge inschakelstroom.
Rem BMG 05 BMG 4
BMG05
BMG1
BMG2
BMG4
71/80
80
90/100
100
Motorgrootte Max. remkoppel [Nm]
5
10
20
40
Remvermogen [W]
32
36
40
50
Inschakelverhouding IB/IH
4
4
4
4
Nominale spanning Unom VAC
VDC
BMG05 IH [AAC]
24
IG [ADC]
BMG 1 IH [AAC]
1.38
IG [ADC]
BMG 2 IH [AAC]
1.54
BMG 4
IG [ADC]
IH [AAC]
1.77
IG [ADC] 2.20
24 (23-25)
10
2.0
3.3
2.4
3.7
-
-
-
-
42 (40-46)
18
1.14
1.74
1.37
1.94
1.46
2.25
1.80
2.80
48 (47-52)
20
1.02
1.55
1.22
1.73
1.30
2.00
1.60
2.50
56 (53-58)
24
0.90
1.38
1.09
1.54
1.16
1.77
1.43
2.20
60 (59-66)
27
0.81
1.23
0.97
1.37
1.03
1.58
1.27
2.00
73 (67-73)
30
0.72
1.10
0.86
1.23
0.92
1.41
1.14
1.76
77 (74-82)
33
0.64
0.98
0.77
1.09
0.82
1.25
1.00
1.57
88 (83-92)
36
0.57
0.87
0.69
0.97
0.73
1.12
0.90
1.40
97 (93-104)
40
0.51
0.78
0.61
0.87
0.65
1.00
0.80
1.25
110 (105-116)
48
0.45
0.69
0.54
0.77
0.58
0.90
0.72
1.11
125 (117-131)
52
0.40
0.62
0.48
0.69
0.52
0.80
0.64
1.00
139 (132-147)
60
0.36
0.55
0.43
0.61
0.46
0.70
0.57
0.88
153 (148-164)
66
0.32
0.49
0.39
0.55
0.41
0.63
0.51
0.79
175 (165-185)
72
0.29
0.44
0.34
0.49
0.37
0.56
0.45
0.70
200 (186-207)
80
0.26
0.39
0.31
0.43
0.33
0.50
0.40
0.62
230 (208-233)
96
0.23
0.35
0.27
0.39
0.29
0.44
0.36
0.56
240 (234-261)
110
0.20
0.31
0.24
0.35
0.26
0.40
0.32
0.50
290 (262-293)
117
0.18
0.28
0.22
0.31
0.23
0.35
0.29
0.44
318 (294-329)
125
0.16
0.25
0.19
0.27
0.21
0.31
0.25
0.39
346 (330-369)
147
0.14
0.22
0.17
0.24
0.18
0.28
0.23
0.35
400 (370-414)
167
0.13
0.20
0.15
0.22
0.16
0.25
0.20
0.31
440 (415-464)
185
0.11
0.17
0.14
0.19
0.15
0.22
0.18
0.28
500 (465-522)
208
0.10
0.15
0.12
0.17
0.13
0.20
0.16
0.25
Legenda IH
Houdstroom effectieve waarde in de voedingskabel van de SEW-EURODRIVE remgelijkrichter
IB
Kortstondige inschakelstroom
IG
Gelijkstroom bij directe gelijkspanningsvoeding
Unom
Nominale spanning
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
81
9
kVA
i
f
n
Technische gegevens Nominale stromen
P Hz
Rem BMG 8 BM 32/62
BMG8
BM 15
BM30/31; BM32/62
112/132S
132M-160M
160L-225
Max. remkoppel [Nm]
75
150
600
Remvermogen [W]
65
95
120
Inschakelverhouding IB/IH
6.3
7.5
8.5
BMG8
BM 15
BM 30/31; BM 32/62
VDC
IH [AAC]
IH [AAC]
IH [AAC]
24
2.771
4.151)
4.31)
42 (40-46)
-
2.31
3.35
-
48 (47-52)
-
2.10
2-95
-
56 (53-58)
-
1.84
2.65
-
60 (59-66)
-
1.64
2.35
-
73 (67-73)
-
1.46
2.10
-
77 (74-82)
-
1.30
1.87
-
88 (83-92)
-
1.16
1.67
-
97 (93-104)
-
1.04
1.49
-
110 (105-116)
-
0.93
1.32
1.57
125 (117-131)
-
0.82
1.18
1.41
139 (132-147)
-
0.73
1.05
1.25
153 (148-164)
-
0.66
0.94
1.13
175 (165-185)
-
0.59
0.84
1.0
200 (186-207)
-
0.52
0.74
0.88
230 (208-233)
-
0.46
0.66
0.80
240 (234-261)
-
0.41
0.59
0.70
290 (262-293)
-
0.36
0.53
0.69
318 (294-329)
-
0.33
0.47
0.55
346 (330-369)
-
0.29
0.42
0.50
400 (370-414)
-
0.26
0.37
0.44
440 (415-464)
-
0.24
0.33
0.39
500 (465-522)
-
0.20
0.30
0.35
Motorgrootte
Nominale spanning Unom VAC
1
Gelijkstroom bij bedrijf met BSG
Legenda
82
IH
Houdstroom effectieve waarde in de voedingskabel van de SEW-EURODRIVE remgelijkrichter
IB
Kortstondige inschakelstroom
IG
Gelijkstroom bij directe gelijkspanningsvoeding
Unom
Nominale spanning
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
kVA
Technische gegevens Nominale stromen
i
f
n
9
P Hz
Rem BC
Motorgrootte
BC05
BC2
71/80
90/100
Max. remkoppel [Nm]
7.5
30
Remvermogen [W]
29
41
Inschakelverhouding IB/IH
4
4
BC05
BC2
Nominale spanning Unom VAC
VDC
IH [AAC]
IG [ADC]
IH [AAC]
IG [ADC]
24
-
1.22
-
1.74
42 (40-46)
18
1.10
1.39
1.42
2.00
48 (47-52)
20
0.96
1.23
1.27
1.78
56 (53-58)
24
0.86
1.10
1.13
1.57
60 (59-66)
27
0.77
0.99
1.00
1.42
73 (67-73)
30
0.68
0.87
0.90
1.25
77 (74-82)
33
0.60
0.70
0.79
1.12
88 (83-92)
36
0.54
0.69
0.71
1.00
97 (93-104)
40
0.48
0.62
0.63
0.87
110 (105-116)
48
0.42
0.55
0.57
0.79
125 (117-131)
52
0.38
0.49
0.50
0.71
139 (132-147)
60
0.34
0.43
0.45
0.62
153 (148-164)
66
0.31
0.39
0.40
0.56
175 (165-185)
72
0.27
0.34
0.35
0.50
200 (186-207)
80
0.24
0.31
0.31
0.44
230 (208-233)
96
0.21
0.27
0.28
0.40
240 (234-261)
110
0.19
0.24
0.25
0.35
290 (262-293)
117
0.17
0.22
0.23
0.32
318 (294-329)
125
0.15
0.20
0.19
0.28
346 (330-369)
147
0.13
0.18
0.18
0.24
400 (370-414)
167
0.12
0.15
0.15
0.22
440 (415-464)
185
0.11
0.14
0.14
0.20
500 (465-522)
208
0.10
0.12
0.12
0.17
Legenda IH
Houdstroom effectieve waarde in de voedingskabel van de SEW-EURODRIVE remgelijkrichter
IB
Kortstondige inschakelstroom
IG
Gelijkstroom bij directe gelijkspanningsvoeding
Unom
Nominale spanning
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
83
9
kVA
i
f
n
Technische gegevens Nominale stromen
P Hz
Rem Bd
Motorgrootte
Bd05
Bd2
71/80
90/100
Max. remkoppel [Nm]
7.5
30
Remvermogen [W]
29
41
Bd05
Bd2
VDC
IG [ADC]
IG [ADC]
24
1.22
1.74
42 (40-46)
18
1.39
2.00
48 (47-52)
20
1.23
1.78
56 (53-58)
24
1.10
1.57
60 (59-66)
27
0.99
1.42
73 (67-73)
30
0.87
1.25
77 (74-82)
33
0.70
1.12
88 (83-92)
36
0.69
1.00
97 (93-104)
40
0.62
0.87
110 (105-116)
48
0.55
0.79
125 (117-131)
52
0.49
0.71
139 (132-147)
60
0.43
0.62
153 (148-164)
66
0.39
0.56
175 (165-185)
72
0.34
0.50
200 (186-207)
80
0.31
0.44
230 (208-233)
96
0.27
0.40
240 (234-261)
110
0.24
0.35
290 (262-293)
117
0.22
0.32
318 (294-329)
125
0.20
0.28
346 (330-369)
147
0.18
0.24
400 (370-414)
167
0.15
0.22
440 (415-464)
185
0.14
0.20
500 (465-522)
208
0.12
0.17
Nominale spanning Unom VAC
Legenda
84
IG
Gelijkstroom bij directe gelijkspanningsvoeding
Unom
Nominale spanning
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
kVA
Technische gegevens Maximaal toelaatbare radiale krachten
9.5
i
f
n
9
P Hz
Maximaal toelaatbare radiale krachten De volgende tabel toont de toelaatbare radiale krachten (bovenste waarde) en axiale krachten (onderste waarde) van de explosiebeveiligde draaistroommotoren:
Bouwvorm
Voetmotor
Flensmotor
Toelaatbare radiale kracht FR [N] Toelaatbare axiale kracht FA [N]; FA_trek = FA_druk
[r/min] Aantal polen
bouwgrootte 63
71
80
90
100
112
132S
132ML 132M
160M
160L
180
200
225
250 280
750 8
-
680 200
920 240
1280 320
1700 400
1750 480
1900 560
2600 640
3600 960
3800 960
5600 1280
6000 2000
-
-
1000 6
-
640 160
840 200
1200 240
1520 320
1600 400
1750 480
2400 560
3300 800
3400 800
5000 1120
5500 1900
-
-
1500 4
-
560 120
720 160
1040 210
1300 270
1400 270
1500 270
2000 400
2600 640
3100 640
4500 940
4700 2400
7000 2400
8000 2500
3000 2
-
400 80
520 100
720 145
960 190
980 200
1100 210
1450 320
2000 480
2300 480
3450 800
3700 1850
-
-
750 8
-
850 250
1150 300
1600 400
2100 500
2200 600
2400 700
3200 800
4600 1200
4800 1200
7000 1600
7500 2500
-
-
1000 6
600 150
800 200
1050 250
1500 300
1900 400
2000 500
2200 600
2900 700
4100 1000
4300 1000
6300 1400
6800 2400
-
-
1500 4
500 110
700 140
900 200
1300 250
1650 350
1750 350
1900 350
2500 500
3200 800
3900 800
5600 1200
5900 3000
8700 3000
9000 2600
3000 2
400 70
500 100
650 130
900 180
1200 240
1200 250
1300 260
1800 400
2500 600
2900 600
4300 1000
4600 2300
-
-
Omrekening van de radiale kracht bij een aangrijppositie buiten het midden
Bij een aangrijppositie buiten het midden van het aseind moeten de toelaatbare radiale krachten met de volgende formules berekend worden. De kleinste van de beide waarden FxL (op lagerlevensduur) en FxW (op assterkte) is de toelaatbare waarde voor de radiale belasting ter plaatse van x. Let op, dat de berekeningen voor Mamax gelden.
FxL op lagerlevensduur
FxL = FR •
a [N] b+x
FxW op assterkte
FxW =
c [N] f+x
FR
= toelaatbare radiale kracht (x = l/2) [N]
x
= afstand van de asborst tot waar de kracht aangrijpt [mm]
a, b, f
= motorconstanten voor de omrekening van de radiale kracht [mm]
c
= motorconstante voor de omrekening van de radiale kracht [Nmm]
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
85
9
kVA
i
f
n
Technische gegevens Maximaal toelaatbare radiale krachten
P Hz
l l
x
x
l/2 l/2
dd FA
FA Fx
Fx F R FR 03074AXX
Afbeelding 14: radiale kracht FX bij aangrijping buiten het midden
Motorconstanten voor de omrekening van de radiale kracht a [mm]
[mm]
2-polig [Nmm]
4-polig [Nmm] 16.8 •
6-polig [Nmm] 19 •
8-polig [Nmm]
f
d
l
[mm]
[mm]
[mm]
161
146
11.2 • 10
-
13
14
30
DT71
158.5
143.8
11.4 • 103
16 • 103
18.3 • 103
19.5 • 103
13.6
14
30
DT80
213.8
193.8
17.5 • 103
24.2 • 103
28.2 • 103
31 • 103
13.6
19
40
(S)DT90
227.8
202.8
27.4 • 103
39.6 • 103
45.7 • 103
48.7 • 103
13.1
24
50
SDT100
270.8
240.8
42.3 • 103
57.3 • 103
67 • 103
75 • 103
14.1
28
60
DV100
270.8
240.8
42.3 • 103
57.3 • 103
67 • 103
75 • 103
14.1
28
60
(S)DV112M
286.8
256.8
53 • 103
75.7 • 103
86.5 • 103
94.6 • 103
24.1
28
60
(S)DV132S
341.8
301.8
70.5 • 103
96.1 • 103
112 • 103
122 • 103
24.1
38
80
DV132M
344.5
304.5
87.1 • 103
120 • 103
144 • 103
156 • 103
20.1
38
80
DV132ML
404.5
364.5
120 • 103
156 • 103
198 • 103
216.5 • 103
20.1
38
80
DV160M
419.5
364.5
150 • 103
195.9 • 103
248 • 103
270 • 103
20.1
42
110
DV160L
435.5
380.5
177.5 • 103
239 • 103
262.5 • 103
293 • 103
22.15
42
110
266 • 10
432 • 103
22.15
48
110
203.5 • 103 258.5 • 103 302.5 • 103
330 • 103
0
55
110
DFR63
3
3
347 •
103
103
103
386 •
103
DV180
507.5
452.5
DV200
537.5
482.5
DV225
626.5
556.5
-
490 • 103
-
-
0
60
140
DV250
658
588
-
630 • 103
-
-
0
65
140
DV280
658
588
-
630 • 103
-
-
0
75
140
2e motor-aseinde
86
c
b
Bouwgrootte
Houdt u alstublieft ruggespraak met Vector Aandrijftechniek met betrekking tot de toelaatbare belasting van het 2e motoraseinde.
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Technische gegevens Toegestane kogellagertypen
9.6
kVA
i
f
n
9
P Hz
Toegestane kogellagertypen
A-lager (draaistroommotor, remmotor) Type motor
eDT71 - eDT80 eDT90 - eDV100 eDV112 - eDV132S
motorreductor
flens- en voetmotor
6203 2RS J C3
6204 2RS J C3
B-lager (voet-, flensmotoren, motor-reductoren) draaistroommotor
6203 2RS J C3
6306 2RS J C3 6307 2RS J C3
6208 2RS J C3
remmotor
6205 2RS J C3 6307 2RS J C3
-
eDV132M - eDV160M
6309 2RS J C3
6309 2RS J C3
-
eDV160L - eDV180L
6312 2RS J C3
6313 2RS J C3
-
A-lager (draaistroommotor, remmotor) Type motor
B-lager (voet-, flensmotoren, motor-reductoren)
motorreductor
flens- en voetmotor
draaistroommotor
remmotor
DR63
6203 2RS J C3
6203 2RS J C3
6202 2RS J C3
-
DT71-DT80
6303 2RS J C3
6304 2RS J C3
DT90-DV100 DV112 - DV132S
6306 2RS J C3 6307 2RS J C3
6308 2RS J C3
6203 2RS J C3 6305 2RS J C3 6307 2RS J C3
DV132M-DV160M
6309 2RS J C3
6309 2RS J C3
DV160L - DV180L
6312 2RS J C3
6313 2RS J C3
DV200LS - DV225M
6314 2RS J C3
6314 2RS J C3
DV250 - DV280S
6316 2RS J C3
6315 2RS J C3
Lagersmering: Asonic GHY72
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
87
kVA
10
i
f
n
Conformiteitsverklaring Motoren en remmen van de categorie 2G, serie eDT, eDV
P Hz
10
Conformiteitsverklaring
10.1
Motoren en remmen van de categorie 2G, serie eDT, eDV
DIN EN ISO 9001
SEW-EURODRIVE GmbH & Co Ernst-Blickle-Str. 42 D-76646 Bruchsal
(im Sinne der EG-Richtlinie 94/9/EG, Anhang IV) (according to EC Directive 94/9/EC, Appendix IV)
SEW-EURODRIVE
erklärt in alleiniger Verantwortung, dass die Motoren sowie die Bremsen in Kategorie 2G der Baureihen eDT, eDV sowie BC, auf die sich diese Erklärung bezieht, mit der
declares in sole responsibility that the motors and brakes in category 2G of the eDT, eDV and BC series that are subject to this declaration are meeting the requirements set forth in
EG Richtlinie 94/9/EG EC Directive 94/9/EC. übereinstimmen.
Angewandte harmonisierte Normen: Applicable harmonised standards:
EN 50 014; EN 50 018; EN 50 019 EN 50 014; EN 50 018; EN 50 019
SEW-EURODRIVE hält folgende technische Dokumentationen zur Einsicht bereit: SEW-EURODRIVE have the following documentation available for inspection: - vorschriftsmäßige Bedienungsanleitung - Installation and operating instructions in conformance with applicable regulations - techn. Bauunterlagen - Technical design documentation - Mitteilung über die Anerkennung der Qualitätsicherung Produktion - notification about the recognition of the quality assurance production
SEW-EURODRIVE GmbH & Co
88
Bruchsal, den 09.08.2000
ppa
Ort und Datum der Ausstellung
Funktion:
Place and date of issue
Function:
Vertriebsleitung / Deutschland Head of Sales / Germany
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Conformiteitsverklaring Motoren van de categorie 2D, serie eDT en eDV
10.2
kVA
i
f
n
10
P Hz
Motoren van de categorie 2D, serie eDT en eDV
DIN EN ISO 9001
SEW-EURODRIVE GmbH & Co Ernst-Blickle-Str. 42 D-76646 Bruchsal
(im Sinne der EG-Richtlinie 94/9/EG, Anhang IV) (according to EC Directive 94/9/EC, Appendix IV)
SEW-EURODRIVE
erklärt in alleiniger Verantwortung, dass die Motoren in Kategorie 2D der Baureihen eDT, eDV, auf die sich diese Erklärung bezieht, mit der
declares in sole responsibility that the motors in category 2D of the eDT and eDV series that are subject to this declaration are meeting the requirements set forth in
EG Richtlinie 94/9/EG EC Directive 94/9/EC. übereinstimmen.
Angewandte harmonisierte Normen: Applicable harmonised standards:
EN 50 014; EN 50 281 EN 50 014; EN 50 281
SEW-EURODRIVE hält folgende technische Dokumentationen zur Einsicht bereit: SEW-EURODRIVE have the following documentation available for inspecti on: - vorschriftsmäßige Bedienungsanleitung - Installation and operating instructions in conformance with applicable regulations - techn. Bauunterlagen - Technical design documentation - Mitteilung über die Anerkennung der Qualitätsicherung Produktion - notification about the recognition of the quality assurance production
SEW-EURODRIVE GmbH & Co
Bruchsal, den 09.10.2000
ppa
Ort und Datum der Ausstellung
Funktion:
Place and date of issue
Function:
Vertriebsleitung / Deutschland Head of Sales / Germany
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
89
10
kVA
i 10.3
f
n
Conformiteitsverklaring Motoren en remmotoren van de categorie 3D van de serie CT en CV
P Hz
Motoren en remmotoren van de categorie 3D van de serie CT en CV
DIN EN ISO 9001
SEW-EURODRIVE GmbH & Co Ernst-Blickle-Str. 42 D-76646 Bruchsal
Konformitätserklärung Declaration of Conformity (im Sinne der EG-Richtlinie 94/9/EG, Anhang VIII) (according to EC Directive 94/9/EC, Appendix VIII)
SEW-EURODRIVE
erklärt in alleiniger Verantwortung, dass die Motoren und Bremsmotoren in der Kategorie 3D der Baureihen CT und CV, auf die sich diese Erklärung bezieht, mit der
declares in sole responsibility that the motors and brake motors in categories 3D of the CT and CV series that are subject to this declaration are meeting the requirements set forth in
EG Richtlinie 94/9/EG EC Directive 94/9/EC. übereinstimmen.
Angewandte harmonisierte Normen: Applicable harmonised standards:
EN 50 014; EN 50 281-1-1 EN 50 014; EN 50 281-1-1
SEW-EURODRIVE hält folgende technische Dokumentationen zur Einsicht bereit: SEW-EURODRIVE has the following documentation available for inspection: - vorschriftsmäßige Bedienungsanleitung - Installation and operating instructions in conformance with applicable regulations - techn. Bauunterlagen - Technical design documentation
SEW-EURODRIVE GmbH & Co
Bruchsal, den 20.05.2003
90
ppa
Ort und Datum der Ausstellung
Funktion:
Place and date of issue
Function:
Vertriebsleitung / Deutschland Head of Sales / Germany
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
Conformiteitsverklaring Motoren en remmotoren van de categorie 3G en 3D, serie DT en DV
10.4
kVA
i
f
n
10
P Hz
Motoren en remmotoren van de categorie 3G en 3D, serie DT en DV
DIN EN ISO 9001
SEW-EURODRIVE GmbH & Co Ernst-Blickle-Str. 42 D-76646 Bruchsal
Konformitätserklärung Declaration of Conformity (im Sinne der EG-Richtlinie 94/9/EG, Anhang VIII) (according to EC Directive 94/9/EC, Appendix VIII)
SEW-EURODRIVE
erklärt in alleiniger Verantwortung, dass die Motoren und Bremsmotoren in der Kategorie 3G und 3D der Baureihen DR63, DT und DV, auf die sich diese Erklärung bezieht, mit der
declares in sole responsibility that the motors and brake motors in categories 3G and 3D of the DR63, DT and DV series that are subject to this declaration are meeting the requirements set forth in
EG Richtlinie 94/9/EG EC Directive 94/9/EC. übereinstimmen.
Angewandte harmonisierte Normen: Applicable harmonised standards:
EN 50 014; EN 50 021; EN 50 281-1-1 EN 50 014; EN 50 021; EN 50 281-1-1
SEW-EURODRIVE hält folgende technische Dokumentationen zur Einsicht bereit: SEW-EURODRIVE has the following documentation available for inspection: - vorschriftsmäßige Bedienungsanleitung - Installation and operating instructions in conformance with applicable regulations - techn. Bauunterlagen - Technical design documentation
SEW-EURODRIVE GmbH & Co
Bruchsal, den 20.05.2003
ppa
Ort und Datum der Ausstellung
Funktion:
Place and date of issue
Function:
Vertriebsleitung / Deutschland Head of Sales / Germany
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren, draaistroomremmotoren
91
Index
11 11
Index
A
R
aanwijzingen voor het bedraden 14 asynchrone motoren categorie IIG3D 34 asynchrone servomotoren toekenning frequentieregelaar 49
radiale krachten remarbeid 76
40
C constructie van de motor
S selecteren van draaistroommotoren radiale-krachtomrekening 85 stilstandsverwarming 58 storingen aan de motor 59 storingen bij bedrijf met frequentieregelaar storingen rem 60
B bedrijf van motoren met frequentieregelaar bedrijfssoorten en grenswaarden 39
85
7
60
T
D draaistroommotoren radiale krachten
technische gegevens 76 terugloopblokkering 57 thermische grenskarakteristiek 45 toelaatbare schakelarbeid van de rem 78 toleranties bij montagewerkzaamheden 13 typeaanduiding 8
85
E elektrische Installatie
13
G grenswaarden voor stroom en koppel
V
46
veiligheidsaanwijzingen
I inbedrijfstelling 54 inspectie 61 installatie 11 instelling van de parameters van frequentieregelaars
6
55
K kogellagertypen
87
L lichtspleet
76
M motoren categorie 2D 19 motoren categorie 3D 26 motoren categorie 3G 22 motoren categorie IIG3D 26 motoren en remmotoren van de categorie 2G
15
N nominale stromen
81
O omgevingscondities tijdens bedrijf 38 onderhoud 61 onderhoud van motor en rem 63 onderhoudsintervallen 62 onderhoudswerkzaamheden rem BC opstellen van de motor 12
92
67
Technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotoren , draaistroomremmotoren
Adressenopgave
Adressenopgave Duitsland Hoofdkantoor Fabriek Verkoop Service
Bruchsal
SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Ernst-Blickle-Straße 42 D-76646 Bruchsal Postfach 3023 · D-76642 Bruchsal
Tel. +49 7251 75-0 Fax +49 7251 75-1970 http://www.sew-eurodrive.de
[email protected] Service electronica: Tel. +49 171 7210791 Service motorreductoren: Tel. +49 172 7601377
Assemblage Service
Garbsen (bij Hannover)
SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Alte Ricklinger Straße 40-42 D-30823 Garbsen Postfach 110453 · D-30804 Garbsen
Tel. +49 5137 8798-30 Fax +49 5137 8798-55
[email protected]
Kirchheim (bij München)
SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Domagkstraße 5 D-85551 Kirchheim
Tel. +49 89 909552-10 Fax +49 89 909552-50
[email protected]
Langenfeld (bij Düsseldorf)
SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Siemensstraße 1 D-40764 Langenfeld
Tel. +49 2173 8507-30 Fax +49 2173 8507-55
[email protected]
Meerane (bij Zwickau)
SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG Dänkritzer Weg 1 D-08393 Meerane
Tel. +49 3764 7606-0 Fax +49 3764 7606-30
[email protected]
Andere adressen van service-werkplaatsen in Duitsland op aanvraag. Frankrijk Fabriek Verkoop Service
Haguenau
SEW-USOCOME 48-54, route de Soufflenheim B. P. 20185 F-67506 Haguenau Cedex
Tel. +33 3 88 73 67 00 Fax +33 3 88 73 66 00 http://www.usocome.com
[email protected]
Assemblage Verkoop Service
Bordeaux
SEW-USOCOME Parc d’activités de Magellan 62, avenue de Magellan - B. P. 182 F-33607 Pessac Cedex
Tel. +33 5 57 26 39 00 Fax +33 5 57 26 39 09
Lyon
SEW-USOCOME Parc d’Affaires Roosevelt Rue Jacques Tati F-69120 Vaulx en Velin
Tel. +33 4 72 15 37 00 Fax +33 4 72 15 37 15
Paris
SEW-USOCOME Zone industrielle 2, rue Denis Papin F-77390 Verneuil I’Etang
Tel. +33 1 64 42 40 80 Fax +33 1 64 42 40 88
Andere adressen van service-werkplaatsen in Frankrijk op aanvraag. Algerije Verkoop
Alger
Réducom 16, rue des Frères Zaghnoun Bellevue El-Harrach 16200 Alger
Tel. +213 21 8222-84 Fax +213 21 8222-84
Buenos Aires
SEW EURODRIVE ARGENTINA S.A. Centro Industrial Garin, Lote 35 Ruta Panamericana Km 37,5 1619 Garin
Tel. +54 3327 4572-84 Fax +54 3327 4572-21
[email protected]
Melbourne
SEW-EURODRIVE PTY. LTD. 27 Beverage Drive Tullamarine, Victoria 3043
Tel. +61 3 9933-1000 Fax +61 3 9933-1003 http://www.sew-eurodrive.com.au
[email protected]
Sydney
SEW-EURODRIVE PTY. LTD. 9, Sleigh Place, Wetherill Park New South Wales, 2164
Tel. +61 2 9725-9900 Fax +61 2 9725-9905
[email protected]
Argentinië Assemblage Verkoop Service
Australië Assemblage Verkoop Service
04/2004
93
Adressenopgave
België Assemblage Verkoop Service
Brussel
CARON-VECTOR S.A. Avenue Eiffel 5 B-1300 Wavre
Tel. +32 10 231-311 Fax +32 10 231-336 http://www.caron-vector.be
[email protected]
Sao Paulo
SEW-EURODRIVE Brasil Ltda. Avenida Amâncio Gaiolli, 50 Caixa Postal: 201-07111-970 Guarulhos/SP - Cep.: 07251-250
Tel. +55 11 6489-9133 Fax +55 11 6480-3328 http://www.sew.com.br
[email protected]
Brazilië Fabriek Verkoop Service
Andere adressen van service-werkplaatsen in Brazilië op aanvraag. Bulgarije Verkoop
Sofia
BEVER-DRIVE GMBH Bogdanovetz Str.1 BG-1606 Sofia
Tel. +359 2 9532565 Fax +359 2 9549345
[email protected]
Toronto
SEW-EURODRIVE CO. OF CANADA LTD. 210 Walker Drive Bramalea, Ontario L6T3W1
Tel. +1 905 791-1553 Fax +1 905 791-2999 http://www.sew-eurodrive.ca
[email protected]
Vancouver
SEW-EURODRIVE CO. OF CANADA LTD. 7188 Honeyman Street Delta. B.C. V4G 1 E2
Tel. +1 604 946-5535 Fax +1 604 946-2513
[email protected]
Montreal
SEW-EURODRIVE CO. OF CANADA LTD. 2555 Rue Leger Street LaSalle, Quebec H8N 2V9
Tel. +1 514 367-1124 Fax +1 514 367-3677
[email protected]
Canada Assemblage Verkoop Service
Andere adressen van service-werkplaatsen in Canada op aanvraag. Chili Santiago de Chile
SEW-EURODRIVE CHILE LTDA. Las Encinas 1295 Parque Industrial Valle Grande LAMPA RCH-Santiago de Chile Casilla 23 Correo Quilicura - Santiago - Chile
Tel. +56 2 75770-00 Fax +56 2 75770-01
[email protected]
Fabriek Assemblage Verkoop Service
Tianjin
SEW-EURODRIVE (Tianjin) Co., Ltd. No. 46, 7th Avenue, TEDA Tianjin 300457
Tel. +86 22 25322612 Fax +86 22 25322611
[email protected] http://www.sew.com.cn
Assemblage Verkoop Service
Suzhou
SEW-EURODRIVE (Suzhou) Co., Ltd. 333, Suhong Middle Road Suzhou Industrial Park Jiangsu Province, 215021 P. R. China
Tel. +86 512 62581781 Fax +86 512 62581783
[email protected]
Bogotá
SEW-EURODRIVE COLOMBIA LTDA. Calle 22 No. 132-60 Bodega 6, Manzana B Santafé de Bogotá
Tel. +57 1 54750-50 Fax +57 1 54750-44
[email protected]
Kopenhagen
SEW-EURODRIVEA/S Geminivej 28-30, P.O. Box 100 DK-2670 Greve
Tel. +45 43 9585-00 Fax +45 43 9585-09 http://www.sew-eurodrive.dk
[email protected]
Tallin
ALAS-KUUL AS Paldiski mnt.125 EE 0006 Tallin
Tel. +372 6593230 Fax +372 6593231
Assemblage Verkoop Service
China
Colombia Assemblage Verkoop Service
Denemarken Assemblage Verkoop Service
Estland Verkoop
94
04/2004
Adressenopgave
Finland Assemblage Verkoop Service
Lahti
SEW-EURODRIVE OY Vesimäentie 4 FIN-15860 Hollola 2
Tel. +358 3 589-300 Fax +358 3 7806-211 http://www.sew-eurodrive.fi
[email protected]
Libreville
Electro-Services B.P. 1889 Libreville
Tel. +241 7340-11 Fax +241 7340-12
Athene
Christ. Boznos & Son S.A. 12, Mavromichali Street P.O. Box 80136, GR-18545 Piraeus
Tel. +30 2 1042 251-34 Fax +30 2 1042 251-59 http://www.boznos.gr
[email protected]
Normanton
SEW-EURODRIVE Ltd. Beckbridge Industrial Estate P.O. Box No.1 GB-Normanton, West- Yorkshire WF6 1QR
Tel. +44 1924 893-855 Fax +44 1924 893-702 http://www.sew-eurodrive.co.uk
[email protected]
Budapest
SEW-EURODRIVE Kft. H-1037 Budapest Kunigunda u. 18
Tel. +36 1 437 06-58 Fax +36 1 437 06-50
[email protected]
Hong Kong
SEW-EURODRIVE LTD. Unit No. 801-806, 8th Floor Hong Leong Industrial Complex No. 4, Wang Kwong Road Kowloon, Hong Kong
Tel. +852 2 7960477 + 79604654 Fax +852 2 7959129
[email protected]
Dublin
Alperton Engineering Ltd. 48 Moyle Road Dublin Industrial Estate Glasnevin, Dublin 11
Tel. +353 1 830-6277 Fax +353 1 830-6458
Assemblage Verkoop Service
Baroda
SEW-EURODRIVE India Pvt. Ltd. Plot No. 4, Gidc Por Ramangamdi · Baroda - 391 243 Gujarat
Tel. +91 265 2831021 Fax +91 265 2831087
[email protected]
Verkooppunten
Bangalore
SEW-EURODRIVE India Private Limited 308, Prestige Centre Point 7, Edward Road Bangalore
Tel. +91 80 22266565 Fax +91 80 22266569
[email protected]
Mumbai
SEW-EURODRIVE India Private Limited 312 A, 3rd Floor, Acme Plaza Andheri Kurla Road, Andheri (E) Mumbai
Tel. +91 22 28348440 Fax +91 22 28217858
[email protected]
Milaan
SEW-EURODRIVE di R. Blickle & Co.s.a.s. Via Bernini,14 I-20020 Solaro (Milano)
Tel. +39 2 96 9801 Fax +39 2 96 799781
[email protected]
Abidjan
SICA Ste industrielle et commerciale pour l’Afrique 165, Bld de Marseille B.P. 2323, Abidjan 08
Tel. +225 2579-44 Fax +225 2584-36
Gabon Verkoop
Griekenland Verkoop Service
Groot-Brittannië Assemblage Verkoop Service
Hongarije Verkoop Service
Hong Kong Assemblage Verkoop Service
Ierland Verkoop Service
India
Italië Assemblage Verkoop Service Ivoorkust Verkoop
04/2004
95
Adressenopgave
Japan Assemblage Verkoop Service
Toyoda-cho
SEW-EURODRIVE JAPAN CO., LTD 250-1, Shimoman-no, Toyoda-cho, Iwata gun Shizuoka prefecture, 438-0818
Tel. +81 538 373811 Fax +81 538 373814
[email protected]
Douala
Electro-Services Rue Drouot Akwa B.P. 2024 Douala
Tel. +237 4322-99 Fax +237 4277-03
Ansan-City
SEW-EURODRIVE KOREA CO., LTD. B 601-4, Banweol Industrial Estate Unit 1048-4, Shingil-Dong Ansan 425-120
Tel. +82 31 492-8051 Fax +82 31 492-8056
[email protected]
Zagreb
KOMPEKS d. o. o. PIT Erdödy 4 II HR 10 000 Zagreb
Tel. +385 1 4613-158 Fax +385 1 4613-158
[email protected]
Beirut
Gabriel Acar & Fils sarl B. P. 80484 Bourj Hammoud, Beirut
Tel. +961 1 4947-86 +961 1 4982-72 +961 3 2745-39 Fax +961 1 4949-71
[email protected]
Alytus
UAB Irseva Merkines g. 2A LT-4580 Alytus
Tel. +370 315 79204 Fax +370 315 79688
[email protected]
Brussel
CARON-VECTOR S.A. Avenue Eiffel 5 B-1300 Wavre
Tel. +32 10 231-311 Fax +32 10 231-336 http://www.caron-vector.be
[email protected]
Johore
SEW-EURODRIVE SDN BHD No. 95, Jalan Seroja 39, Taman Johor Jaya 81000 Johor Bahru, Johor West Malaysia
Tel. +60 7 3549409 Fax +60 7 3541404
[email protected]
Casablanca
S. R. M. Société de Réalisations Mécaniques 5, rue Emir Abdelkader 05 Casablanca
Tel. +212 2 6186-69 + 6186-70 + 618671 Fax +212 2 6215-88
[email protected]
Rotterdam
VECTOR Aandrijftechniek B.V. Industrieweg 175 NL-3044 AS Rotterdam Postbus 10085 NL-3004 AB Rotterdam
Tel. +31 10 4463-700 Fax +31 10 4155-552 http://www.vector.nu
[email protected]
Kameroen Verkoop
Korea Assemblage Verkoop Service
Kroatië Verkoop Service
Libanon Verkoop
Litouwen Verkoop
Luxemburg Assemblage Verkoop Service
Maleisië Assemblage Verkoop Service
Marokko Verkoop
Nederland Assemblage Verkoop Service
96
04/2004
Adressenopgave
Nieuw-Zeeland Assemblage Verkoop Service
Auckland
SEW-EURODRIVE NEW ZEALAND LTD. P.O. Box 58-428 82 Greenmount drive East Tamaki Auckland
Tel. +64 9 2745627 Fax +64 9 2740165
[email protected]
Christchurch
SEW-EURODRIVE NEW ZEALAND LTD. 10 Settlers Crescent, Ferrymead Christchurch
Tel. +64 3 384-6251 Fax +64 3 384-6455
[email protected]
Moss
SEW-EURODRIVE A/S Solgaard skog 71 N-1599 Moss
Tel. +47 69 241-020 Fax +47 69 241-040
[email protected]
Wien
SEW-EURODRIVE Ges.m.b.H. Richard-Strauss-Strasse 24 A-1230 Wien
Tel. +43 1 617 55 00-0 Fax +43 1 617 55 00-30 http://sew-eurodrive.at
[email protected]
Lima
SEW DEL PERU MOTORES REDUCTORES S.A.C. Los Calderos
[Idot ] 120-124 Urbanizacion Industrial Vulcano, ATE, Lima
Tel. +51 1 3495280 Fax +51 1 3493002 [email protected]
Lodz
SEW-EURODRIVE Polska Sp.z.o.o. ul. Techniczna 5 PL-92-518 Lodz
Tel. +48 42 67710-90 Fax +48 42 67710-99 http://www.sew-eurodrive.pl [email protected]
Coimbra
SEW-EURODRIVE, LDA. Apartado 15 P-3050-901 Mealhada
Tel. +351 231 20 9670 Fax +351 231 20 3685 http://www.sew-eurodrive.pt [email protected]
Bucuresti
Sialco Trading SRL str. Madrid nr.4 011785 Bucuresti
Tel. +40 21 230-1328 Fax +40 21 230-7170 [email protected]
St. Petersburg
ZAO SEW-EURODRIVE P.O. Box 263 RUS-195220 St. Petersburg
Tel. +7 812 5357142 +812 5350430 Fax +7 812 5352287 [email protected]
Dakar
SENEMECA Mécanique Générale Km 8, Route de Rufisque B.P. 3251, Dakar
Tel. +221 849 47-70 Fax +221 849 47-71 [email protected]
Beograd
DIPAR d.o.o. Kajmakcalanska 54 SCG-11000 Beograd
Tel. +381 11 3046677 Fax +381 11 3809380 [email protected]
Singapore
SEW-EURODRIVE PTE. LTD. No 9, Tuas Drive 2 Jurong Industrial Estate Singapore 638644
Tel. +65 68621701 ... 1705 Fax +65 68612827 Telex 38 659 [email protected]
Noorwegen Assemblage Verkoop Service Oostenrijk Assemblage Verkoop Service
Peru Assemblage Verkoop Service
Polen Assemblage Verkoop Service
Portugal Assemblage Verkoop Service
Roemenië Verkoop Service
Rusland Verkoop
Senegal Verkoop
Servië en Montenegro Verkoop
Singapore Assemblage Verkoop Service
04/2004
97
Adressenopgave
Slowakije Verkoop
Sered
SEW-Eurodrive SK s.r.o. Trnavska 920 SK-926 01 Sered
Tel. +421 31 7891311 Fax +421 31 7891312 [email protected]
Celje
Pakman - Pogonska Tehnika d.o.o. UI. XIV. divizije 14 SLO – 3000 Celje
Tel. +386 3 490 83-20 Fax +386 3 490 83-21 [email protected]
Bilbao
SEW-EURODRIVE ESPAÑA, S.L. Parque Tecnológico, Edificio, 302 E-48170 Zamudio (Vizcaya)
Tel. +34 9 4431 84-70 Fax +34 9 4431 84-71 [email protected]
Chon Buri
SEW-EURODRIVE (Thailand) Ltd. Bangpakong Industrial Park 2 700/456, Moo.7, Tambol Donhuaroh Muang District Chon Buri 20000
Tel. +66 38 454281 Fax +66 38 454288 [email protected]
Praag
SEW-EURODRIVE CZ S.R.O. Business Centrum Praha Luná 591 CZ-16000 Praha 6 - Vokovice
Tel. +420 220121234 + 220121236 Fax +420 220121237 http://www.sew-eurodrive.cz [email protected]
Tunis
T. M.S. Technic Marketing Service 7, rue Ibn EI Heithem Z.I. SMMT 2014 Mégrine Erriadh
Tel. +216 1 4340-64 + 1 4320-29 Fax +216 1 4329-76
Istanbul
SEW-EURODRIVE Hareket Sistemleri Sirketi Bagdat Cad. Koruma Cikmazi No. 3 TR-81540 Maltepe ISTANBUL
Tel. +90 216 4419163 + 216 4419164 + 216 3838014 Fax +90 216 3055867 [email protected]
Valencia
SEW-EURODRIVE Venezuela S.A. Av. Norte Sur No. 3, Galpon 84-319 Zona Industrial Municipal Norte Valencia, Estado Carabobo
Tel. +58 241 832-9804 Fax +58 241 838-6275 [email protected] [email protected]
Greenville
SEW-EURODRIVE INC. 1295 Old Spartanburg Highway P.O. Box 518 Lyman, S.C. 29365
Tel. +1 864 439-7537 Fax Sales +1 864 439-7830 Fax Manuf. +1 864 439-9948 Fax Ass. +1 864 439-0566 Telex 805 550 http://www.seweurodrive.com [email protected]
Slovenië Verkoop Service
Spanje Assemblage Verkoop Service Thailand Assemblage Verkoop Service
Tjechische Republiek Verkoop
Tunesië Verkoop
Turkije Assemblage Verkoop Service
Venezuela Assemblage Verkoop Service
Verenigde Staten Fabriek Assemblage Verkoop Service
98
04/2004
Adressenopgave
Verenigde Staten Assemblage Verkoop Service
San Francisco
SEW-EURODRIVE INC. 30599 San Antonio St. Hayward, California 94544-7101
Tel. +1 510 487-3560 Fax +1 510 487-6381 [email protected]
Philadelphia/PA
SEW-EURODRIVE INC. Pureland Ind. Complex 2107 High Hill Road, P.O. Box 481 Bridgeport, New Jersey 08014
Tel. +1 856 467-2277 Fax +1 856 467-3792 [email protected]
Dayton
SEW-EURODRIVE INC. 2001 West Main Street Troy, Ohio 45373
Tel. +1 937 335-0036 Fax +1 937 440-3799 [email protected]
Dallas
SEW-EURODRIVE INC. 3950 Platinum Way Dallas, Texas 75237
Tel. +1 214 330-4824 Fax +1 214 330-4724 [email protected]
Andere adressen van service-werkplaatsen in de Verenigde Staten op aanvraag. Zuid-Afrika Assemblage Verkoop Service
Johannesburg
SEW-EURODRIVE (PROPRIETARY) LIMITED Eurodrive House Cnr. Adcock Ingram and Aerodrome Roads Aeroton Ext. 2 Johannesburg 2013 P.O.Box 90004 Bertsham 2013
Tel. +27 11 248-7000 Fax +27 11 494-2311 [email protected]
Capetown
SEW-EURODRIVE (PROPRIETARY) LIMITED Rainbow Park Cnr. Racecourse & Omuramba Road Montague Gardens Cape Town P.O.Box 36556 Chempet 7442 Cape Town
Tel. +27 21 552-9820 Fax +27 21 552-9830 Telex 576 062 [email protected]
Durban
SEW-EURODRIVE (PROPRIETARY) LIMITED 2 Monaceo Place Pinetown Durban P.O. Box 10433, Ashwood 3605
Tel. +27 31 700-3451 Fax +27 31 700-3847 [email protected]
Jönköping
SEW-EURODRIVE AB Gnejsvägen 6-8 S-55303 Jönköping Box 3100 S-55003 Jönköping
Tel. +46 36 3442-00 Fax +46 36 3442-80 http://www.sew-eurodrive.se [email protected]
Basel
Alfred lmhof A.G. Jurastrasse 10 CH-4142 Münchenstein bei Basel
Tel. +41 61 41717-17 Fax +41 61 41717-00 http://www.imhof-sew.ch [email protected]
Zweden Assemblage Verkoop Service
Zwitserland Assemblage Verkoop Service
04/2004
99
SEW-EURODRIVE GmbH & Co KG · P.O. Box 3023 · D-76642 Bruchsal/Germany Phone +49 7251 75-0 · Fax +49 7251 75-1970 http://www.sew-eurodrive.com · [email protected]