EXAMEN CLUBLEIDER B (CLB) Spelregels Dit gedeelte bestaat uit 18 opgaven. U hebt voor dit onderdeel anderhalf uur de tijd. Om te kunnen slagen moet u voor dit onderdeel minimaal 30 van de 54 punten behalen.
Op het antwoordformulier dient u uw gegevens zo volledig mogelijk in te vullen. Wij verzoeken u dit met zorg en duidelijk leesbaar te doen.
24 september 2005
SPELREGELS Dit gedeelte van het examen bestaat uit 18 open opgaven. Voor het beantwoorden van deze opgaven hebt u anderhalf uur de tijd. Geef bij iedere opgave zo gespecificeerd mogelijk aan welke artikelen (en artikelleden) van de Spelregels van toepassing zijn en geef kort aan wat de beslissing van de wedstrijdleider is. Per opgave zijn drie punten te verdienen: één punt voor het noemen van de juiste artikelen en twee punten voor de goede beslissing. Om te slagen moet u minimaal 30 punten behalen. Tenzij expliciet anders vermeld, mag u er bij alle opgaven van uitgaan dat het om een parenwedstrijd op clubniveau gaat en dat de spelers een natuurlijk biedsysteem hanteren. Wilt u op het eerste blad van het antwoordformulier alle gegevens compleet invullen en vervolgens op de overige pagina’s alleen uw naam in het daarvoor bestemde vak noteren.
Opgave 1 Zuid is leider in een contract van 6♣. Terwijl west nadenkt over de uitkomst, maakt noord een uitnodigend gebaar naar oost. Daarop komt oost uit met ♣3. Leider zuid roept nu de wedstrijdleider en die beslist?
Opgave 2 Op spel 17 gaat het biedverloop als volgt: West
Noord
Oost
--
1♥
1♠
Zuid
Eerst biedt oost 1♠, maar noord heeft dit niet in de gaten en noord opent nu 1♥. Zuid ziet wat er gebeurt en roept daarop de wedstrijdleider. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 3 In de derde ronde van een parenwedstrijd is op spel 22 zuid leider geworden in het contract van 4♥ na het biedverloop: West
Noord
Oost
Zuid
--
--
pas pas pas
2♦ 3SA pas
pas pas pas pas
1SA 2♥ 4♥
Nadat west open is uitgekomen legt noord de volgende hand in de blinde open. ♠ 108 ♥ HV1084 ♦ HV3 ♣ A4 Oost roept nu de wedstrijdleider omdat de blinde maar twaalf kaarten heeft. De ontbrekende kaart zit nog in het bord. Als de wedstrijdleider de kaart bekijkt, blijkt het ♥A te zijn. Wat beslist de wedstrijdleider?
Pagina 1 van 5
Opgave 4 Zuid is leider in een 2♥ contract. In slag 2 speelt hij ♥3 uit de hand en west speelt ♥2 bij. Blinde noord heeft ♥HB854 en zuid denkt even na welke harten hij zal spelen. Oost laat hem alvast ♥A en ♥V zien. Zuid roept nu de wedstrijdleider. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 5 Spel 18 O / NZ
♠ 85 ♥ 874 ♦A ♣ H876542
♠ 109 ♥ HV52 ♦ H1073 ♣ B109
N W
O Z
♠ AB642 ♥ B1096 ♦ 6542 ♣ --
♠ HV73 ♥ A3 ♦ VB98 ♣ AV3 Op spel 18 is zuid leider in 3SA en west komt uit met ♦3 voor ♦A van de blinde. Zuid speelt zeven rondjes klaveren van boven. Daarna komt oost er achter dat hij een kaart teveel heeft: op één van de klaveren heeft hij waarschijnlijk vergeten bij te spelen (op de laatste klaveren heeft oost een kleine schoppen bijgespeeld). De wedstrijdleider wordt geroepen. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 6 Zuid is leider in een 3SA contract. Hij neemt de tweede slag in de hand en speelt ♦B uit de hand. In de blinde ligt ♦AV10964. Terwijl west nadenkt, zegt zuid “snit”. West speelt ♦H en wil dat de leider in de blinde een kleintje legt. De wedstrijdleider wordt geroepen. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 7 Op spel 16 gaat het biedverloop als volgt: West 1SA pas
Noord 2♥ pas
Oost 3SA
Zuid pas
Voordat noord uitkomt, zegt oost dat zijn partner 3SA heeft vergeten te alerteren. OW spelen Lebensohl na tussenbieden op 1SA; 3SA ontkent nu o.a. een hartenstop. Wat beslist de erbij gehaalde wedstrijdleider?
Opgave 8 Zuid is leider in een 1SA contract . Slag vier is gemaakt door blinde noord. In slag vijf speelt leider zuid ♣V voor en west roept de wedstrijdleider. Oost geeft aan dat hij het verkeerde voorspelen niet accepteert, waarna west zegt dat hij het wel goed vindt. Wat beslist de wedstrijdleider?
Pagina 2 van 5
Opgave 9 Zuid is leider in een 3♦ contract. Nadat slag zes dicht is gelegd, pakt west nadenkend zijn gespeelde kaarten op en kijkt er in. Zuid merkt op: “Hé, wat doe jij nou?”. Daarop roept noord de wedstrijdleider. Volgens oost moet noord zijn mond houden omdat hij blinde is. Mag noord de wedstrijdleider roepen en waarom wel of niet?
Opgave 10 Op spel 9 gaat het biedverloop als volgt: West
Noord
Oost
Zuid
--
1SA 2♥ pas
pas pas pas
2♣ 3SA 4♠
pas pas
West roept de wedstrijdleider vanwege het 4♠ bod van zuid. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 11 Op spel 3 gaat het biedverloop als volgt: West
Noord
Oost
Zuid
--
--
--
1♦
pas
2♥
pas
Op dit moment roept noord de wedstrijdleider. Hij vertelt, dat hij de bieding van zuid niet goed gezien heeft en vraagt of hij 2♥ mag wijzigen. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 12 Zuid speelt 7♠. Na 10 slagen is de situatie (oost en west weten niet of zuids 3e kaart een klaveren of een ruiten is):
♠♥3 ♦V ♣B
♠♥ A10 ♦ 10 ♣N W
O Z
♠♥ B7 ♦B ♣-
♠4 ♥6 ♦♣9 Zuid speelt nu ♥A van tafel, waarop iedereen bekent. Daarna speelt zuid ♥10 van tafel waarop oost ♦B speelt. Hij ziet direct dat hij verzaakt en verwisselt ♦B voor ♥B. Zuid roept toch maar de wedstrijdleider. Wat beslist de wedstrijdleider?
Pagina 3 van 5
Opgave 13 Op spel 11 is zuid leider in 5♦. Na slag 9 gooit west zijn kaarten open en zegt dat zuid zijn contract precies gaat maken. 5♦C wordt opgeschreven en het spelen gaat door. Een ronde later komt oost samen met de wedstrijdleider naar noord-zuid toe en zegt dat 5♦ al één down was toen zijn partner de rest van de slagen afstond. Oost kan ook precies vertellen welke slagen oost-west gemaakt hadden. “Dat dacht ik ook” zegt noord, maar zuid vindt het allemaal onzin, daar zijn oost-west nu te laat mee. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 14 Tijdens het afspelen van een 2♥ contract door zuid, laat west zijn kaarten zien aan blinde noord, zodat die een beetje kan meegenieten. In slag vijf dreigt de leider uit de hand voor te spelen, terwijl hij de slag heeft gemaakt in de blinde. Blinde noord waarschuwt hem daarvoor en een tegenspeler roept de wedstrijdleider. Wat beslist de wedstrijdleider?
Opgave 15 Op spel 2 gaat het biedverloop als volgt: West
Noord
Oost
Zuid
--
--
2♦
….
pas 2♦ is zwak met harten èn schoppen en pas geeft de wens aan om 2♦ te spelen. Noord roept de wedstrijdleider en die past de spelregels correct toe. Het biedverloop wordt nu: West
Noord
Oost
Zuid
--
--
pas pas
3♣
2♦ pas
DBL pas
De eerste pas van west geeft aan dat west geen voorkeur heeft tussen harten en schoppen. Welke voorspeelbeperking legt de wedstrijdleider op? Let op: u hoeft niet aan te geven wat de wedstrijdleider heeft gedaan met de bieding voor de beurt, het gaat hier alleen om de voorspeelbeperking.
Opgave 16 Op spel 27 is zuid leider in 3SA. Na afloop schudt zuid zijn kaarten en merkt vergenoegd op ”gemaakt”. “Nee hoor” zegt oost, “je bent één down”. De wedstrijdleider wordt geroepen en die wordt het probleem voorgelegd. Oost en west hebben hun kaarten nog op volgorde liggen. De wedstrijdleider probeert het uit te zoeken, maar komt er niet uit. Wat beslist de wedstrijdleider nu?
Opgave 17 Zuid is leider in een contract van 2♦. West speelt in slag drie ♠10 voor. Terwijl de leider nog nadenkt, speelt de blinde ♠B bij en oost speelt ♠V. Leider zuid neemt de slag met ♠A. Nu merkt oost op, dat de leider geen kaart in de blinde had genoemd en hij roept de wedstrijdleider. Wat beslist de wedstrijdleider?
Pagina 4 van 5
Opgave 18 Op spel 4 gaat het biedverloop als volgt: West
Noord
....
1♠
Oost
Zuid
Oost roept de wedstrijdleider omdat noord helemaal niet aan de beurt was. De wedstrijdleider past de spelregels correct toe en het biedverloop wordt: West
Noord
Oost
Zuid
1♥
DBL
RDBL
1♠
1SA Nu roept oost de wedstrijdleider, omdat zuid geen 1♠ mocht bieden. Wat beslist de wedstrijdleider?
Pagina 5 van 5