Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 1
Evaluatie: voorbeelden Transparant 6 De leerkracht vindt hier voorbeelden van evaluatie voor de inhoudelijke verwerking van besproken dossierdelen. Uit de inleidingstekst over evaluatie mag het evident zijn dat deze voorbeeldvragen slechts een gedeelte van de evaluatiemogelijkheden dekken. De voorbeelden worden gerubriceerd onder: -reproductieve vragen -toepassingsvragen -inzichtsvragen -synthetiserende opdrachten (Als de leerlingen hun handboek mogen gebruiken wordt dit in de onderstaande overzichtstabel aangegeven.) dossier
1 2 2+3 3 3+7 5 (+ 6) 14
handboek
reproductief
toepassing
X X X X X
© Uitgeverij Van In, 2004
X
inzicht
X X
X
X
X
synthese
X X X X X X
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 2
bij T6 dossier 1 Aan jou het woord reproductie - inzicht 1. Verklaar in enkele zinnen: - God is geen hoogste wezen dat aan de andere kant woont - contemplatie - religie - postmoderne dialectiek - deïsme - ik heb God niet gevonden - hoe natuurlijker, hoe bovennatuurlijker 2 'Wij zijn overlevingsmachines voor DNA' - verklaar deze stellingname als zingeving - bij welk wereldbeeld sluit het aan? - Bespreek vanuit christelijke zingeving.
bij T6 dossier 1 Aan jou het woord inzicht synthese Bespreking van een stelling (die voor de leerlingen nieuw is) Bespreek de stellingen (goed of fout? en waarom?) vanuit verschillende visies die in je cursus aan bod kwamen:
- “Spreken over levenszin is tijdverlies, want die vraag is toch niet op te lossen.” - “Syncretisme is de godsdienst van de toekomst.” - "Er is geen voorgeschreven zin in de objectieve werkelijkheid. Wij mensen moeten die zin aan de wereld en het leven geven!" Bespreek deze stelling (twee aandachtspunten vanuit je cursus).
© Uitgeverij Van In, 2004
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 3
bij T6 dossier 2 Leef met stijl en dossier 3 Hopeloos gelukkig reproductie Voorbeelden van inhoudelijke meerkeuzevragen Duid telkens het juiste antwoord aan met een cirkeltje. Laat de vraag onbeantwoord als je het niet weet. (één punt per juist antwoord / één punt verlies per drie verkeerde antwoorden) 1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
Volgens recent onderzoek van de KUL bedraagt het aantal Vlaamse jongeren dat regelmatig of soms bidt a. één vijfde van het totaal aantal jongeren b.
één derde van het totaal aantal jongeren
c.
meer dan de helft van het totaal aantal jongeren
Volgens onderzoek van Mark Elchardus bedraagt het aantal Vlaamse jongeren dat zich christelijk noemt a.
één vijfde
b.
één derde
c.
meer dan de helft
In zijn boek Zonder Maskers (1999) onderstreept Mark Elchardus voor de jongeren het belang van a. b.
multiculturaliteit levensbeschouwing
c.
carrièremogelijkheden
d.
geen van vorige
'Menselijke......... maakt het menselijk leven zinvol. Deze ...... is een uitbreiding van het goede in de wereld, en dus een voortzetting van het scheppingsproces'. (Gerard Bodifée) Welk woord dient twee maal ingevuld? a.
liefde
b.
kennis
c.
technologie
d.
geen van vorige
Volgens Herwig Arts in Het verschijnsel religie a.
is de afwezigheid van het religieuze een kenmerk van het postmodernisme
b.
is de taalfilosofie van Wittgenstein een mogelijkheid om God opnieuw ter sprake te brengen
c.
veroorzaakt de afwezigheid van religieuze taal de afwezigheid van het religieuze
Welke stellingname brengt Arts in Het verschijnsel religie niet naar voor? a.
Het geloven wordt herleid tot het doen of niet doen van bepaalde dingen.
b.
De algemene muzikalisering van onze levenssfeer bevordert het geloofsleven.
c.
De zin voor het mysterie en het onuitsprekelijke gaat teloor.
d.
We kennen in onze dagen een devaluatie van het woord.
Met het begrip de MIP's toont A. Eeckhout aan dat a.
jongeren niet langer kiezen voor basiswaarden
b.
jongeren nog enkel interesse hebben voor het materiële
c.
jongeren zijn belangrijker vinden dan hebben
De westerse houding om te proberen alles te beheersen dateert sinds a.
duizend jaar
b.
vijfhonderd jaar
c.
honderd jaar
d.
vijftig jaar
De westerse houding om te proberen alles te beheersen is het meest geworteld in de filosofie van
© Uitgeverij Van In, 2004
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 4 a.
Descartes
b.
Wittgenstein
c.
Marx
d.
Lyotard
10. Het woord 'filosofie' heeft als synoniem a.
ethiek
b.
geloofsleer
c.
wijsbegeerte
d.
zielkunde
11. De Franse filosoof J.-F. Lyotard introduceerde in de filosofie a.
het postmodernisme
b.
het rationalisme
c.
het modernisme
d.
het scepticisme
12. Welke rij is chronologisch juist? a.
rationalisme - postmodernisme - positivisme
b.
rationalisme - positivisme - postmodernisme
c.
positivisme - postmodernisme - rationalisme
d.
geen van vorige
13. Waarop steunt het modernisme niet? a.
vooruitgangsgeloof
b.
verscheidenheid
c.
de grote verhalen
d.
de idee dat de wereld maakbaar is
14. 'Postmodernisme' betekent: a.
een cultuur die zich antimodernistisch opstelt
b.
een reactie tegen de inpassing van alles in één begrip, één opvatting, één cultuur
c.
de ontdekking van een nieuw ideaal van vrijheid
d.
geen van vorige
15. In welke eeuw leefde Epicurus? a.
340-270 v. Chr.
b.
140-70 v. Chr.
c.
270-340 n. Chr.
16. 'Carpe diem' (pluk de dag) is een uitspraak van a.
Plato
b.
Epicurus
c.
Horatius
17. Welke citaat past bij Epicurus? a. 'De taak van de mens is de voortdurende strijd tegen de driften en de hartstochten. Het doel van de deugd is pas bereikt, wanneer deze geheel zijn overwonnen en de ziel vrij is van hartstochten' b. 'Het doel van de mens is zich in het bezit van het hoogste Goede te stellen door zich boven de zinnelijke wereld te verheffen' c. 'De rede leert dat het eigenlijke geluk in ongestoorde bespiegeling, in kalme rust van de geest (ataraxia) gezocht moet worden' (citaten naar H. J. Störig)
© Uitgeverij Van In, 2004
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 5 18. Wat omvat het eerste en meest fundamentele niveau in de behoeftenpiramide van Maslow? a.
Veiligheidsbehoeften
b.
Fysiologische behoeften
c.
Behoefte aan liefde
d.
Zelfrespect
19. Wat is het hoogste niveau in de behoeftenpiramide van Maslow? a.
Liefde
b.
Zelfrespect
c.
Zelfverwerkelijking
d.
Zelfaanvaarding
20. Welk gegeven benadrukt kardinaal Danneels in zijn essay over menselijk geluk? a.
Aandacht voor al wat gering is
b.
Liefde
c.
Vergeving
21. De term 'postmodernisme' wijst niet op a.
versplintering van denken
b.
wegvallen van geloof
c.
ontbreken van een allesomvattend zingevingssysteem
d.
fase na het modernisme
22. Het postmodernisme is gekenmerkt door a.
het verdwijnen van de zekerheid van vooruitgang
b.
het invraagstellen van de consumptiementaliteit
c.
het rationeel denken
d.
geen van vorige
23. Het postmodernisme is gekenmerkt door: a.
cynisme
b.
positivisme
c.
rationalisme
d.
triomfalisme
24. Onder de 'grote verhalen' verstaan we niet a.
het christelijk geloof
b.
de grote socialistische theorieën
c.
het wetenschappelijk vooruitgangsgeloof
d.
Maffesoli's theorie over de nieuwe stammen
25. Volgens de denkers van het postmodernisme is onze tijd gekenmerkt door a.
de opkomst van de wetenschappen
b.
het wegvallen van de grote verhalen
c.
het geloof in de maakbaarheid van de wereld
© Uitgeverij Van In, 2004
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 6
Bij T6 dossier 2 Leef met stijl en 3 Hopeloos gelukkig. Syntheseopdracht Schrijf een samenhangend artikel van drie blz. waarin volgende thema's verwerkt zijn: - jongeren van nu -
levensbeschouwing en geloof vandaag
-
de zoektocht naar geluk van de postmoderne mens
Bedenk zelf een gepaste titel, inleiding en slot. Werk in elke alinea een duidelijke idee uit (minstens zes alinea's). Verwoord jouw persoonlijke overwegingen bij hetgeen we bestudeerden.
bij T6 dossier 3 Hopeloos gelukkig reproductie – synthese - inzicht 1. Omschrijf geluk volgens de drie hoogste trappen van de behoeftenpiramide van Maslov. Vergelijk elke omschrijving met een christelijk geluksproject. (Werk eigen concrete voorbeelden uit in de vergelijking.) 2. Persoonlijke synthese In welk (aspect van) de besproken geluksprojecten kan jij jezelf (niet) herkennen? Waarom(niet)? Schrijf een synthesetekst van twee bladzijden waarbij je je keuzen voor of tegen motiveert.
bij T6 dossier 3 Hopeloos gelukkig inzicht – toepassing: bespreking van een stelling “Ignorance is bliss!” -Verklaar deze zin en plaats ze in je cursus. -Pas deze idee toe op studeren. -Vergelijk met een christelijke kijk.
© Uitgeverij Van In, 2004
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 7
T6 dossier 3 Hopeloos gelukkig B8 en dossier 7 Oorsprong: to be or not to be Vergelijkende syntheseopdracht Vergelijk het mensbeeld, het wereldbeeld en het godsbeeld van New Age met het christendom. (gelijkenissen en verschilpunten zoeken)
© Uitgeverij Van In, 2004
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 8
Bij T6 dossier 5 God in beeld toepassing – inzicht - synthese Open boek - syntheseopdracht Lees B2 The color purple (de tekst werd niet tijdens de les besproken, C2 en A2 wel) B2 a. Omschrijf het godsbeeld van Celie en Shug. C2 b. Hoe kan je het geloof van Celie en Shug plaatsen in de groei van kinderlijke naar volwassen godsdienst (volgens het groeischema van de godsdienstpsychologie)? Lees dossier 6 B11 c. Leg twee verbanden tussen de tekst en de ideeën van Anselm Grün over gebed. 5A2 d. Geef twee actuele (recente) godsbeelden die bij het geloof van Shug aansluiten (noemen en omschrijven)
© Uitgeverij Van In, 2004
Transparant 6 / evaluatie – voorbeelden/ 10-2004 / 9
Bij T6 dossier 14 De hand aan zichzelf synthese Als je het geschenk van het leven niet langer als een geschenk ziet, mag je toch kiezen om het terug te geven, niet? Is zelfdoding een individueel recht? (waarom wel/niet?) Bespreek vanuit verschillende godsdiensten/levensbeschouwingen.
© Uitgeverij Van In, 2004