Richtschema
Europese Wijk
Directie : Marie-Laure Roggemans Opdrachtgever :
Adviseurs : Bruno Clerbaux Christian Frisque Guido Stegen STRATEC
Brussels Hoofdstedelijk Gewest April 2008
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
INLEIDING WERKWIJZE EN SCENARIO ........................................................................................................1 A. Werkwijze ..............................................................................................................................1 B. Het scenario voor de ontwikkeling van de Europese wijk ...............................................2 DE PERIMETER VAN HET RICHTSCHEMA ..................................................................................3 DRIE ONTWIKKELINGSASSEN ......................................................................................................4 A. De noord-zuidassen .............................................................................................................4 1) de Etterbeeksesteenweg 2) versterking van de verbindingen met de wijken van Elsene 3) versterking van de verbindingen met de wijken van Sint-Joost
B. De as van de centrale parken : de verbindingen tussen het Jubelpark, het Leopoldpark en het Park van Brussel ...........................................................................5 C. De verbindingsas tussen de Europese instellingen .........................................................6 OPTIES VAN HET RICHTSCHEMA ...............................................................................................7 A. Transversale optie : bouwen aan een Europese ecowijk......................................................8 B. De opties inzake mobiliteit ..................................................................................................9 1) toename van het spoorweggebruik 2) uitbreiding van de bediening met het openbaar vervoer op de oost-westas 3) versterking van de bediening met het openbaar vervoer op de noord-zuidas 4) verbetering van de bediening van het Europees Parlement en het station Brussel-Luxemburg 5) de terugdringing van het transitverkeer op het Schumanplein 6) heraanleg van de Belliardstraat 7) heraanleg van de Wetstraat 8) uitwerking van een parkeerbeleid 9) voorrang voor voetgangers en fietsers
C. Herstel van het gemengde karakter van de functies ......................................................14 1) de functies in verband met de woningen, de handel, de voorzieningen van collectief belang of van openbare diensten 2) de kantoorfunctie 3) de veiligheidsperimeters rondom de gebouwen van de Europese instellingen
D. Herstel van het stedelijk karakter van de Europese wijk ...............................................16 1) de identificatie van de wijken 2) bewaring en herbestemming van het architecturaal erfgoed 3) de toename van de architecturale kwaliteit 4) promotie van de duurzame ontwikkeling 5) kwaliteit en toegankelijkheid van de openbare ruimten
E. De culturele en toeristische uitstraling van de Europese wijk ......................................19 1) de culturele voorzieningen 2) de toeristische voorzieningen 3) de informatievoorzieningen
F. Projecten en initiatieven voor de hoofdstad van Europa ...............................................22
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
DE STEDENBOUWKUNDIGE EN ARCHITECTURALE PROGRAMMA’S ...................................23 A. De herstructurering van de inplanting van de Europese Commissie ...........................24 B. De aanleg van een stadsboulevard op de Etterbeeksesteenweg ..................................26 C. De omgeving van Résidence Palace ................................................................................27 D. Het multimodaal platform Schuman ................................................................................28 E. Het Schumanplein en omgeving ......................................................................................29 F. Het Consilium ....................................................................................................................30 G. De esplanade van het Europees Parlement : de Mail ....................................................31 H. Het Jubelpark en zijn naaste omgeving ...........................................................................32 I. Het Leopoldpark en zijn naaste omgeving ........................................................................33 J. Wetstraat, Belliardstraat en Kortenberglaan ...................................................................34 K. Het de Jamblinne de Meuxplein .......................................................................................35 L. Het Luxemburgplein en het Jourdanplein .......................................................................35 DE UITVOERING VAN HET RICHTSCHEMA .............................................................................36 A. De creatie van een werkinstrument voor de uitvoering van het richtschema .............36 B. De prioritaire acties 2007 - 2020 .......................................................................................37 AFKORTINGEN, LETTERWOORDEN EN ACRONYIEMEN.........................................................38 BIBLIOGRAFIE .............................................................................................................................39
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
INLEIDING De Gewestregering heeft op 26 oktober 2006 het voorontwerp van het richtschema voor de «Europese wijk» goedgekeurd. Over dat voorontwerp, dat op 20 december 2006 werd voorgelegd aan de commissie voor de ruimtelijke ordening van het Brussels parlement, werd uitvoerig overleg gepleegd1 van januari tot mei 2007, waarmee in dit richtschema rekening werd gehouden. Ter herinnering onderstrepen we nog even dat het richtschema tegemoetkomt aan de doelstellingen die worden beoogd door het zogenaamde driepartijenakkoord tussen de federale Staat, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Stad Brussel en de gemeenten Elsene en Etterbeek, met betrekking tot de Leopold-Schumanwijk, ondertekend op 27 maart 2006, waarin het kadert2. We stippen eveneens aan dat het voorontwerp, het ontwerp en het eigenlijke richtschema evolutiegerichte documenten zijn, die voortdurend veranderen, worden aangevuld, gepreciseerd en verfijnd in het licht van de politieke beslissingen en naarmate nieuwe studies worden gerealiseerd. Ze moeten regelmatig worden bijgewerkt door een operationeel team3. Het zijn tevens documenten die uiting geven aan een visie op de ontwikkeling die verscheidene tijdschema’s combineert : de nabije toekomst (de lopende projecten, de kansen die moeten worden gegrepen…) en de middellange en lange termijn (de opties van het verkeersplan, de metrostudies, het ondergronds brengen van het transitverkeer, de herstructurering van de inplanting van de Europese Commissie…). Ten opzichte van het voorontwerp verduidelijkt het richtschema de opties die de grondslag zullen vormen voor het verkeersplan en licht het de stedenbouwkundige en architecturale programma’s toe. Het bevat tevens een nieuw hoofdstuk over de herstructurering van de inplanting van de Europese Commissie in de Europese wijk. Ten slotte preciseert het de tabellen met betrekking tot de prioritaire acties 2007-2020. In haar zitting van 13 december 2007, heeft de Regering, in een eerste lezing, het voorstel van het richtingsschema van de Europese Wijk goedgekeurd. De Gewestelijke Ontwikkelingscommissie (GOC) heeft haar advies gegeven op 28 februari 2008. De GOC aanvaart het voorstel van het richtingsschema unaniem, behalve het punt betreffende de nieuwe wegtunnels voor dewelke de GOC een verdeeld advies uitgebracht heeft. De Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft het richtingsschema van de Europese Wijk definitief goedgekeurd op 24 april 2008.
1
Zie bijlage X Zie bijlage I. 3 Zie hoofdstuk op de uitvoering van het richtschema, p. 36. 2
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
WERKWIJZE EN SCENARIO A. Werkwijze De recentste studies aangaande de transformaties van de geweststad beschrijven Brussel als een “wereldstad”. Een stad die tegelijkertijd een “internationaal”, transnationaal” en “flexibel” karakter vertoont4. Ondanks haar bescheiden omvang - met één miljoen inwoners bengelt de stad immers achteraan in haar categorie - positioneert Brussel zich wel degelijk als een internationale stad, met name door een sterke aanwezigheid van internationale actoren op haar grondgebied. Brussel is “een kleine wereldstad die haar grote internationale zichtbaarheid dankt aan de concentratie van actoren die internationale en in de eerste plaats Europese - informatiestromen beheren”. Brussel huisvest met name : de grote Europese instellingen, de Europese zetels of coördinatiecentra van internationale ondernemingen, internationale advocatenkantoren en consultants, de secretariaten van internationale organisaties, de lobby’s (beroepsfederaties of diverse belangengroepen), de vertegenwoordigers van plaatselijke en gewestelijke gemeenschappen, de internationale pers, internationale scholen, zakenlui, toeristen, congresgangers… Als we het over de internationale bewoners hebben, denken we aan het personeel van deze ondernemingen en hun gezinsleden (Europese ambtenaren, expats en, algemeen, alle Belgische en buitenlandse burgers die een activiteit uitoefenen die verband houdt met het internationale statuut van de stad). De transnationale stad wordt gevormd door de aanwezigheid van immigrantengroepen die economische en sociale betrekkingen tot stand brengen tussen de plaatselijke samenleving en de samenleving waaruit zij afkomstig zijn; zo ontstaan dus wisselwerkingen tussen grondgebieden die vaak ver van elkaar liggen. De flexibele stad is deze die is gegroeid uit de postfordistische economie en de transformaties van de organisatie van de ondernemingen en van de arbeidsmarkt. In die context stellen we een gestage groei vast van de outsourcing van functies buiten de onderneming, terwijl steeds meer flexibiliteit wordt verwacht van de werknemers. Dat heeft geleid tot een toenemende onstabiliteit op de arbeidsmarkt alsook tot ingrijpende veranderingen op het niveau van de prestaties, zowel wat de arbeidsduur betreft als inzake de werkuren en het levensritme. En uiteraard hebben die evoluties een weerslag op het dagdagelijkse leven, zowel professioneel als privé. Deze definitie van Brussel vraagt om een nieuwe bezinning over de planning van de ruimte. Die - in het kort geschetste - transformaties brengen de ruimtelijke indeling in klassieke geografische gebieden in het gedrang, zonder ze evenwel volkomen teniet te doen. Het is duidelijk dat we steeds verder wegdrijven van de functionalistische opvatting en van de veralgemening van de gebiedsindeling5 als pertinente onderverdeling voor de ruimtelijke ordening; een concept dat al sinds 1950 de basis vormt voor de structurering van de ruimtelijke ordening en de stedenbouw van het Gewest.
4 Zie met name “La planification de Bruxelles dans le cadre du développement des villes-monde” (De planning van Brussel in het kader van de ontwikkeling van de wereldsteden”), ULB, programma “Leefbare steden” van de DWTC – 2004. 5 De functionalistische opvatting berust op een indeling van de ruimte in geografische gebieden waaraan men functies toekent.
1
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
B. Het scenario voor de ontwikkeling van de Europese wijk Om het scenario voor de ontwikkeling van de Europese wijk uit te stippelen, moet worden uitgegaan van de analyse van de ruimtelijke verankering van de internationale actoren in het Brusselse stadsweefsel. Die analyse leidt tot drie vaststellingen : − het blijvende belang van de agglomeratiegebonden economische stelsels, en meer bepaald die van de Europese wijk. De Europese wijk biedt onmiskenbaar een aantal collectieve stedelijke voordelen die te maken hebben met de aanwezigheid van de Europese instellingen en die deze wijk tot een bevoorrechte vestigingsplek maken voor internationale actoren; − de reproductie van de sociale en ruimtelijke breuklijnen in de stad (kloof tussen Oost en West). In het kielzog van de groeiende internationalisering van Brussel zien we dat de historische sociaaleconomische kloven van de Brusselse stedelijke ruimte bevestigd en nog complexer worden; − de impact van die verankeringen op de nieuwe configuraties van de centraliteit op grootstedelijk niveau. De gewest-stad evolueert naar een multipolaire grootstedelijke structuur, die wordt gekenmerkt door de ontwikkeling van nieuwe aantrekkelijke centrale polen in de rand (zoals Zaventem). In die context wordt voor de bescherming van de aantrekkingskracht van de Europese wijk een scenario voorgesteld dat berust op een gemengde wijk waarin diverse functies worden gecombineerd : de beslissingsfunctie, verbonden aan de Europese en internationale instellingen, die vandaag sterk overheerst; de woonfunctie, die opnieuw terrein moet veroveren; de culturele en recreatiefunctie, die toegankelijker moet worden gemaakt voor iedereen. Terwijl de toename van de woonfunctie in ruime mate aanbod komt in het driepartijenakkoord, dienen de bescherming en ontwikkeling van het potentieel van de Europese wijk inzake ontspanning en recreatie de derde grote doelstelling te worden van het richtschema. Het richtschema positioneert de Europese wijk als de eerste Europese en internationale pool van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : tegen 2020 zouden er zowat 100.000 mensen tewerkgesteld zijn6. Daarenboven koestert het richtschema de ambitie om van deze wijk een snel groeiende woonpool te maken. Ten slotte zal het richtschema een dicht netwerk van verbindingen tot stand brengen tussen de centraal gelegen historische ruimten (Jubelpark, Leopoldpark en Park van Brussel) en zal het de culturele, sportvoorzieningen en handelsvoorzieningen in diezelfde optiek een rol toebedelen in de verbetering van het dagdagelijkse leefcomfort in de Europese wijk. De combinatie van de belangrijke internationale en Europese economische polen met een gediversifieerde woon- en recreatiepool in het hart van de stad vormt de eigenheid en de kracht van de Europese wijk. Het is van cruciaal belang om die dimensie voor ogen te houden wanneer we ons buigen over de mogelijkheden om de aantrekkingskracht van deze wijk te vergroten.
6
Zie bijlage II.
2
Richtschema van de Europese wijk
Perimeter van het richtschema
Pér imè tre d e
la z one -lev ier
Pé rim ed ètr us ch ém ad ur cte ire
Schéma directeur du Quartier européen Périmètre du schéma directeur Périmètre de la zone-levier Région de Bruxelles-Capitale
Zie cartographische atlas, schets 1
Richtschema van de Europese wijk
DE PERIMETER VAN HET RICHTSCHEMA De perimeter van de Europese wijk, waarvan wordt uitgegaan in het richtschema, is die van het driepartijenakkoord tussen de federale Staat, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Stad Brussel en de gemeenten Etterbeek en Elsene, ondertekend op 27 maart 2006. De perimeter van het driepartijenakkoord is ruim en overschrijdt het hefboomgebied “Europa” dat meer overeenstemt met het beeld dat men doorgaans heeft van de Europese wijk. Bovendien houdt die perimeter, in tegenstelling tot het hefboomgebied, rekening met de woongebieden rond de wijk en biedt deze de mogelijkheid om naar de toekomst toe een coherenter beleid uit te stippelen met betrekking tot het gemengd karakter. Voor deze perimeter hebben we, qua inwoners en banen, de volgende cijfers : 2001
2020
Banen
84000
105000
Bewoners
33000
39000
De gedetailleerde cijfers en de hypotheses op basis waarvan de voorspellingen voor 2020 werden gemaakt, worden toegelicht in bijlage II.
3
Richtschema van de Europese wijk
Noord-zuidassen
Richtschema van de Europese wijk
DRIE ONTWIKKELINGSASSEN Concreet onderscheiden we drie grote assen van waaruit de structuur van de Europese wijk georganiseerd zou worden : − de noord-zuidassen : de Etterbeeksesteenweg, de verbindingen met Elsene en Sint-Joost ; − de as Central Parks : de verbindingen tussen het Jubelpark, het Leopoldpark en het Park van Brussel; − de verbindingsas tussen de Europese instellingen. A. De noord-zuidassen 1) de Etterbeeksesteenweg Dit is de structurerende as van de wijk die de residentiële squares (Maria-Louiza, Ambiorix, Margareta) verbindt met het Jourdanplein en het Flagey-plein. De Maalbeekvallei, die de oudste verkeersas vormt tussen Schaarbeek, Sint-Joost en Elsene, wordt de hoofdas voor de animatie van de wijk. Er staan grote belangen op het spel : − het welslagen van een belangrijke pool voor woningen en collectieve voorzieningen. De inspanningen van de voorbije jaren om in deze sector woningen in te planten, krijgen vandaag gestalte in een geheel van projecten die goed zijn voor bijna 1.000 woningen met handelspanden en buurtvoorzieningen op het gelijkvloers; − de aanleg van een stadsboulevard, eventueel met een tramlijn7 die zorgt voor de onontbeerlijke interwijkenverbindingen en de aanleg van geïntegreerde en gebruiksvriendelijke voorzieningen voor voetgangers en fietsers. In die context heeft de Gewestregering voorlopig een nieuw rooiplan goedgekeurd voor de Etterbeeksesteenweg ; − de coherente behandeling van de as, waarbij rekening wordt gehouden met de noordzuidsequenties: o de residentiële squares, o een strook van woningen/handelszaken/voorzieningen tegenover de Tuinen van Maalbeek, o de herwaardering van het metrostation Maalbeek, o de verbinding tussen de Etterbeeksesteenweg en de Wetstraat, o de toegankelijkheid van het toekomstige multimodale station (GEN - metro) Schuman, o de aanleg van een openbaar plein dat toegang biedt tot het theater en het zwembad van Résidence Palace, o het Jean Reyplein, één van de grootste pleinen van de wijk, moet volledig op animatie worden toegespitst en een heuse draaischijf worden van deze sequentie, o het benedengedeelte van de Belliardstraat en de verbindingen met het Leopoldpark, o het Jourdanplein. 2) versterking van de verbindingen met de wijken van Elsene Er werden drie transversale acties bepaald die moeten bijdragen tot de heropleving van de stad8. Dat zijn in het bijzonder : − de verbinding van het orthogonale raster van de Leopoldwijk (Frère Orbansquare, de Meeûssquare, het Luxemburgplein en het vroegere Luxemburgstation) met de wijken Matonge – Sint-Bonifaas (Londenplein, park van de Parijsstraat, Sint-Bonifaasplein, het hart van Elsene); − de herstructurering van het Zuidpunt van de Mail en de esplanade van het Museum voor Natuurwetenschappen in verbinding met de wijken Viaductstraat – Waversesteenweg; − de aanpassing van het concept van de stadsboulevard van de Etterbeeksesteenweg aan het stuk Gray-Flagey. 7
De studie van het verkeersschema van de Europese wijk vangt aan in het begin van 2008. Die studie moet onder meer de technische haalbaarheid en het klantenpotentieel van zo’n tramlijn aantonen. Als er geen tramlijn komt, zal een eigen baan voor bussen worden aangelegd op de Etterbeeksesteenweg. Zie hoofdstuk op de opties van het richtschema, punt A, p.10 . 8 Zie hoofdstuk op de stedenbouwkundige en architecturale programma’s, punt G, p. 31. 4
Richtschema van de Europese wijk
As van de centrale parken
Richtschema van de Europese wijk
3) versterking van de verbindingen met de wijken van Sint-Joost Het orthogonale raster van de Leopoldwijk is overwegend oost-westelijk georiënteerd aan de kant van Elsene, net als aan de kant van Sint-Joost. De aanleg van een nieuwe straat in het huizenblok 130 (Wetstraat/Etterbeeksesteenweg/Spastraat/Jozef II-straat) in het verlengde van de Filips de Goedestraat9 en het respecteren van de vergezichten op de oude dorpskern van Sint-Joost (met name via de Tweekerkenstraat) zouden de topologische breuk moeten temperen die wordt gevormd door het plateau van de Wetstraat. B. De as van de centrale parken : de verbindingen tussen het Jubelpark, het Leopoldpark en het Park van Brussel Alle belangrijke grootsteden beschikken over grote centraal gelegen groene ruimten : Central Park in New York, de Yuyan-tuin in Shanghai, de Parijse tuinen “Tuileries” en “Luxemburg” of nog het Gorki-park in Moskou... ze berusten allemaal in zekere mate op een concept van centraliteit. Die centraliteit, die vaak geografisch tot uiting komt, is ook en vooral een menselijk en publiek aspect. De parken zorgen voor de onontbeerlijke contrasten met de grote zakencentra. Ze zitten soms gekneld tussen wolkenkrabbers en shoppingcentra, en vormen ruimten van rust, ontspanning en herbronning; maar men doet er ook aan sport en recreatie - tai-chi in het Kowloon Park in Hong Kong, familiewandelingen in de dreven van de Luxembourg-tuinen, schaatsen op de bevroren vijver van Gorki-park of joggen rond het Reservoir van Central Park... die activiteiten behoren tot hun hoofdfuncties en dragen ook bij tot hun bekendheid. Ten slotte kunnen de groene ruimten in de stad bijzonder polyvalent zijn en fungeren als decor voor grote culturele en sportevenementen, zoals de “20 km van Brussel”10. Dit versterkt nog hun centraliteitsfunctie, en dus ook het gemengde karakter en de sociale cohesie die daarmee gepaard gaan. Bovendien zal deze functie worden aangemoedigd als men, naar Londens voorbeeld, de nodige logische verbindingen tot stand brengt. De Europese wijk heeft het grote geluk over veel groen te beschikken dankzij haar talrijke squares (Maria-Louiza, Ambiorix, Margareta, de Meeûs en Frère Orban) en, meer nog, te zijn omringd door drie grote ruimten van hoogstaande kwaliteit, met name : het Jubelpark, het Leopoldpark en het Park van Brussel. Het ligt dus voor de hand dat deze as moet worden opgewaardeerd en versterkt door : − de versterking van de verbindingen met het Park van Brussel vanaf het Troonplein (via uitbreiding van de voetgangerssignalisatie en een aangepaste grondmarkering) maar ook vanaf de Guimardstraat; − de aanleg van de verbindingen tussen het Luxemburgplein en het Leopoldpark via de Mail; − de verbetering van de zichtbaarheid, de leesbaarheid en de toegankelijkheid van het Leopoldpark; − de verbetering van de zichtbaarheid van de verbindingen tussen het Leopoldpark en de Maalbeekvallei (Jean Reyplein en Etterbeeksesteenweg); − rekening te houden met de culturele actoren in de omgeving en hun ontwikkelingsprojecten (Museum voor Natuurwetenschappen, Wiertz-museum, Visitor Center, de stichting Ateliers d’artistes, theater Varia, Espace Senghor…); − een belangrijkere rol toe te kennen aan de voetgangerswegen langs de Belliardstraat, de Froissartstraat, het Schumanplein en de Wetstraat naar het Jubelpark; − de verbetering van de toegankelijkheid van het Jubelpark dankzij de creatie van een ingang die zichtbaar is vanaf het benedengedeelte van de Belliardstraat op de hoek Belliardstraat/ Oudergemlaan, en de restauratie van de hoofdingang in de as van de Wetstraat. 9
Zie hoofdstuk op de stedenbouwkundige en architecturale programma’s, punt A, p. 24. Zie hoofdstuk op de opties van het richtschema, punt D, p. 19.
10
5
Richtschema van de Europese wijk
Verbindingsas tussen de Europese instellingen
Richtschema van de Europese wijk
C. De verbindingsas tussen de Europese instellingen Er moet een verbinding worden bewerkstelligd tussen het Luxemburgplein (Parlement) en het Schumanplein (Commissie en Raad) via een krachtige as die symbool staat voor de band tussen de Europese instellingen. Ter herinnering : het voorstel van een voetgangersverbinding dat stedenbouwkundig het verst is uitgewerkt, was dat van de verlenging van de Mail door een overdekking van de spoorweg van de Belliardstraat tot aan Berlaymont (“De paden van Europa ”); maar dit project bleek rampzalig inzake het behoud van de woonbestemmingen tussen de Wetstraat en de Etterbeeksesteenweg. Deze oplossing wordt dus verworpen door het richtschema. Er zijn twee mogelijke oplossingen11 om deze verbindingsas tot stand te brengen : het verplaatsen van de ingang van de Belliardtunnel naar de Wetenschapsstraat of naar de Van Maerlantstraat. In beide gevallen zal dit toelaten : − de bewoonbaarheid van het huizenblok Van Maerlant te verbeteren; − de zichtbaarheid te verbeteren van het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s; − voetgangerswegen aan te leggen tussen het Parlement en de Europese instellingen die gegroepeerd zijn rond het Schumanplein via de Pascalestraat, de Toulousestraat, de Van Maerlantstraat, de perrons van het Schumanstation en de trap van Lex 2000. De eerste oplossing maakt het bovendien mogelijk om komaf te maken met de stedelijke barrière die wordt gevormd door de Belliardstraat, om die opnieuw in te richten als lokale weg en om de Mail beter te integreren in de wijk. De tweede oplossing is iets minder ambitieus. Bij de bestudering van het verkeersschema zal de mogelijkheid onderzocht worden om de berijdbare breedte van de Beeliardstraat te versmallen teneinde meer ruimte te kunnen voorbehouden voor de zachte modi.
11
De keuze zal worden gemaakt op grond van de resultaten van de studie van het verkeersschema. Zie hoofdstuk op de opties van het richtschema, punt A, p. 11.
6
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
OPTIES VAN HET RICHTSCHEMA Om deze opties te bepalen gaat het richtschema uit van een aantal verbintenissen en documenten die de toekomstige ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in vorm gieten. We denken daarbij aan de verbintenissen van het BHG met betrekking tot de Europese wijk en in het bijzonder : - de verbintenissen die werden aangegaan in het kader van het driepartijenakkoord tussen de federale Staat, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Stad Brussel en de gemeenten Elsene en Etterbeek, met betrekking tot de Leopold-Schumanwijk, ondertekend op 27 maart 2006, - de verbintenissen die werden aangegaan in het kader van het samenwerkingsakkoord Beliris voor Brussel; - het meerjarenplan voor de openbare werken van het BHG; - het tram-busplan van het BHG; - de resolutie met betrekking tot de inplanting van de Europese instellingen in Brussel, goedgekeurd door de Raad van het BHG op 14 februari 2003; - de opties van het BHG met betrekking tot zijn toekomstige stedelijke ontwikkeling, opgenomen in het GewOP 2; - de opties die uitgewerkt zijn in het schema voor handelsontwikkeling van het BHG en in het bijzonder in het gedeelte dat handelt over de Europese wijk ; - de opties die werden uitgewerkt in het gemeentelijk ontwikkelingsplan van Brussel-Stad; - de opties die werden uitgewerkt in het gemeentelijk ontwikkelingsplan van Etterbeek; - de werkpistes die zijn vastgelegd in de voorbereidende documenten voor Iris 2 en het document MIVB 2020; - het beheerscontract tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Maatschappij voor Intercommunaal Vervoer van Brussel 2007-2011; - het Brussels Luchtplan; - de richtlijn 2002/91/CE van het Europees Parlement en van de Raad van 16 december 2002 betreffende de energieprestatie van de gebouwen en de transponering daarvan in de ordonnantie houdende de energieprestatie en het binnenklimaat van gebouwen, verschenen in het Belgisch Staatsblad op 11 juli 2007; - de aanbevelingen van de Ronde-tafel van het toerisme 2005; - de gemeenschappelijke voorstellen van de vier richtschema’s die elkaar opvolgden sinds 198812; - de diverse studies over de Europese wijk13
12
Ruimte Brussel-Europa 1988; Richtschema voor de Leopold-Schumanwijk in Brussel, november 2001 [studie gerealiseerd voor het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur (MVI)]; Richtlijnen Brussel-Europa, mei 2002 (studie gerealiseerd voor het Brussels HoofdstedelijkGewest); Ombudsplan, juli 2003 (studie in opdracht van de kanselarij van de Eerste Minister en van het kabinet van de Minister-Voorzitter van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest). 13 Zie Bibliografie. 7
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
A. Transversale optie : bouwen aan een Europese ecowijk Vandaag de dag is de Europese wijk de meest gepollueerde wijk van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zowel qua geluidshinder van het drukke transitverkeer dat door de wijk rijdt als wat luchtvervuilling betreft, wat dan niet alleen een gevolg is van het drukke autoverkeer maar ook van de geringe energiekwaliteit van de gebouwen. Het richtschema heeft de ambitie om dat tij te doen keren en van de Europese wijk een Europese ecowijk te maken. Om die ambitie waar te maken, zullen maatregelen moeten worden genomen op 3 niveaus : op het vlak van de mobiliteit sluit het richtschema aan bij de doelstelling van het GewOP om het globale volume gemotoriseerd verkeer met 20 % terug te dringen tegen 2010 in vergelijking met het referentiejaar 1999. Om dat streefdoel te bereiken, moeten naast interventies in de Europese wijk ook krachtige maatregelen worden getroffen aan de toegangen tot de stad; toepassing van criteria van hoge milieukwaliteit, zowel op architecturaal als op stedenbouwkundig vlak; toepassing van criteria voor de energieprestatie van de gebouwen (EPG) om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. De toepassing van deze maatregelen zal het ecologisch imago van de wijk ten goede komen. Bijzondere aandacht zal daarbij uitgaan naar de toepassing van zeer strikte criteria inzake de hoge milieukwaliteit en de energieprestatie van gebouwen in het programma voor de herstructurering van de inplanting van de Europese Commissie rond de Wetstraat. Dat programma heeft tot doel om van de Wetstraat een uitstalraam te maken van de aanwezigheid en de integratie van Europa in Brussel, maar ook van de duurzame stad van de 21e eeuw.
8
Richtschema van de Europese wijk
Eerste optie : toename van het spoorweggebruik Vers Zaventem Vers Gare du Nord
Jamblinne de Meux
Tu
t ha sap Jo an um ch lS e nn
Bruxelles-Schuman
Bruxelles-Luxembourg
Chemin de fer existant Chemin de fer / RER projeté Gares chemin de fer existantes Vers Namur Vers Luxembourg
Zie cartographische atlas, schets 3A, 3B en 4A.
Gare chemin de fer projetée Halte / Entrée RER proposées
Richtschema van de Europese wijk Opties
B. De opties inzake mobiliteit14 Het richtschema preciseert negen opties van gelijk en groot belang in het streven naar het nieuwe stedelijke karakter van de Europese wijk. Voor elk van die opties bestaan verscheidene uitvoeringsmogelijkheden. De studie van het verkeersschema voor de Europese wijk, die in het begin 2008 wordt gestart, zal de technische keuzes bepalen. Die studie, die wordt gefinancierd door Beliris, wordt gezamenlijk geleid door Beliris, het BROH en het BUV. Naast die drie instanties zal het begeleidingscomité de vertegenwoordigers van de Stad Brussel en van de gemeenten Elsene, Etterbeek, Schaarbeek en Sint-Joost rond de tafel brengen. Het GewOP, goedgekeurd bij besluit van 12 september 2002, preciseert de verbintenissen van het BHG om het Protocol van Kyoto te respecteren inzake de uitstoot van broeikasgassen15 : “om de beoogde daling van de CO2-emissie van 7,5 % te bereiken, zou het globaal verkeersvolume (voertuigen x km) in vergelijking met het referentiejaar 1999 tegen 2010 met 20 % moeten worden verminderd. De Raad van de EU heeft tevens besloten om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2020 te verminderen met 20%. De opties inzake verkeer hebben tot doel tegemoet te komen aan de doelstellingen van het GewOP, de duurzame ontwikkeling en Kyoto. Een greep uit de algemene maatregelen die in het richtschema zijn opgenomen : − respect voor de hiërarchie van de wegen zoals bepaald op kaart 5 van het GewOP, onder voorbehoud van de wijzigingen die moeten worden aangebracht naar aanleiding van de studie van het verkeersschema van de Europese wijk; − de uitvoering van de bedrijfsvervoerplannen door de grote werkgevers van de Europese wijk. 1) toename van het spoorweggebruik De voorgestelde maatregelen : − op korte termijn, de aanleg16 van de ingangen van het station Brussel-Schuman vanaf de Etterbeeksesteenweg en de opening tijdens de weekends; − op middellange termijn, de realisatie van een halte van het GEN op het de Jamblinne de Meuxplein; − op lange termijn, de inrichting van een HST-halte aan het station Brussel-Luxemburg en snelle verbindingen tussen Brussel, Luxemburg en Straatsburg. Rekening houdend met de huidige exploitatievoorwaarden lijkt het onmogelijk om bijkomende GEN-haltes te realiseren tussen het station Brussel-Schuman en het Noordstation op lijn 161; bij gebrek aan plaats in dat gedeelte van het tracé is het immers moeilijk om er verkeer over vier sporen te laten rijden en correcte frequenties te garanderen met een groot aantal haltes op twee sporen. Om de noord-zuidverbindingen te versterken moet derhalve worden gezocht naar bijkomende oplossingen op het niveau van het stedelijk openbaar vervoer.
14
Zie bijlage I vaststellingen inzake mobiliteit. Prioriteit 9, Belgisch Staatsblad van 22/10/2002 p. 46944, 46946 en 46947. 16 De huidige plannen van de NMBS voorzien een ingang die veel te weinig opvalt in het licht van de belangrijke rol die het station moet vervullen. 15
9
Richtschema van de Europese wijk Vers Rogier
Tweede optie : Uitbreiding van de bediening met het openbaar vervoer op de oost-westas
Madou
Vers Centre-Ville Arts-Loi
Lign
es 1A
et 1B
Lign e2
Maelbeek
Schuman
Trône
Mérode Vers Gare du Midi
Vers Stockel
Lignes de métro existantes Lignes de métro projetées Stations de métro existantes Stations de métro projetées
Zie cartographische atlas, schets 3B, 4A en 4B.
Vers Hermann-Debroux
Derde optie : versterking van de bediening met het openbaar vervoer op de noord-zuidas Vers Rogier
Madou
Vers Centre-Ville Arts-Loi Lign
es 1A
et 1B
Lign e2
Maelbeek
Schuman
Trône
Mérode Vers Gare du Midi
Vers Stockel
Lignes de métro existantes Lignes de métro projetées Stations de métro existantes Stations de métro projetées Tram de la chaussée d'Etterbeek Vers Uccle
Zie cartographische atlas, schets 3B, 4A en 4B.
Vers Hermann-Debroux
Richtschema van de Europese wijk Opties
2) uitbreiding van de bediening met het openbaar vervoer op de oost-westas Er moeten oplossingen worden gezocht voor de huidige verzadiging van het gemeenschappelijk stuk van de metrolijnen 1A en 1B. We herinneren eraan dat de capaciteit van de metrolijnen 1A en 1B op korte termijn zal worden vergroot door de ingebruikname van nieuwe BOA-metrostellen. De invoering van eigen busbanen zal eveneens bijdragen tot die capaciteitsuitbreiding, dankzij een verbetering van de reissnelheid en van de frequenties. Op langere termijn worden twee oplossingen overwogen : − automatisering van de metrolijnen 1A en 1B, wat het zou mogelijk maken om elke 1,5 minuut een metrostel te krijgen op het gemeenschappelijke stuk en elke 3 minuten op de vertakkingen; − ontdubbeling van de metrolijn 1A/1B via de aanleg van een nieuwe metrolijn Merode – Luxemburgplein – Naamse Poort – Zuidstation. Dat laatste project wordt voorgesteld in het document “MIVB 2020, toekomstvisie voor het stedelijk openbaar vervoer te Brussel”. Dit zogenaamde Trias-project omvat enerzijds de hoger vernoemde ontdubbeling van lijn 1 en anderzijds de creatie van een nieuwe metrolijn Kunst-Wet – Luxemburgplein – Ukkel (terminus aan Vanderkindere). De aanlegwerken van die beide lijnen zijn onafhankelijk van elkaar. Het Trias-project zou borg moeten staan voor een betere verdeling van de reizigersstromen over de diverse lijnen en een verkeer van de metrostellen op volle capaciteit in het hele net. Het richtschema pleit voor de snelle lancering van de haalbaarheidsstudies inzake de tracés en de kosten. 3) versterking van de bediening met het openbaar vervoer op de noord-zuidas Op korte termijn moeten de verbindingen tussen Schaarbeek en Elsene worden versterkt door de aanleg van een eigen baan voor de bussen op de Etterbeeksesteenweg17. Die werken moeten evenwel gepland worden vanuit de optiek van een toekomstige tramlijn, waarbij dus die mogelijkheid opengelaten moet worden. Er worden twee oplossingen op lange termijn voorgesteld. Deze hebben tot doel verbindingen met verschillende wijken tot stand te brengen : a) de aanleg van een noord-zuidelijke tramlijn op de Etterbeeksesteenweg. Die nieuwe dwarsverbinding biedt een aantal voordelen : − een betere integratie van de Europese wijk in het gewestelijke weefsel en een betere verbinding Elsene-Schaarbeek, met vermindering van de “breuk” die wordt veroorzaakt door de Europese wijk; − een tegelijk stedelijke en comfortabele verbinding voor de reizigers, die voor een stuk het busverkeer zou vervangen; − een belangrijke bijdrage tot de heraanleg van de Etterbeeksesteenweg. Deze optie moet echter nog worden bevestigd door grondigere studies inzake de technische haalbaarheid (de mogelijke trajecten vertonen tot op heden verscheidene flessenhalzen) en qua budget. b) aanleg van een nieuwe metrolijn Kunst-Wet – Luxemburgplein – Ukkel. Dit onderdeel van het Trias-project zou erin bestaan een nieuwe metrotunnel te bouwen voor de verbinding Kunst-Wet – Luxemburgplein – Vanderkindereplein. Die tunnel zou het mogelijk maken een lijn te exploiteren die zonder overstap SintJoost verbindt met de Europese wijk, Elsene, het bovendeel van Sint-Gillis, het bovendeel van Vorst en Ukkel, evenals met de gemeenten Koekelberg, Jette en Ganshoren (via het Simonisplein). Dit project, dat wordt voorgesteld in het document MIVB 2020, moet eveneens het voorwerp uitmaken van bijkomende studies. 17
Zie hoofdstuk op stedenbouwkundige en architecturale programma’s, punt B, p. 26.
10
Richtschema van de Europese wijk
Vierde optie : verbetering van de bediening vn het Europees Parlement en het station Brussel-Luxemburg
Vijfde optie : de terugdringing van het transitverkeer op het Schumanplein Hypothese A
Hypothese B
Inkomende verkeer
Inkomende verkeer Uitgaande verkeer
Uitgaande verkeer
Hypothese D
Hypothese C
Inkomende verkeer Uitgaande verkeer
Zie cartographische atlas, schets 5A en 5B.
Inkomende verkeer Uitgaande verkeer
Richtschema van de Europese wijk Opties
4) verbetering van de bediening van het Europees Parlement en het station Brussel-Luxemburg De metrostations die het dichtst bij het Europees Parlement en het station Brussel-Luxemburg gelegen zijn, zijn Maalbeek (lijn 1) en Troon (lijn 2), maar de afstand die van daaruit te voet afgelegd moet worden naar die bestemmingen, blijft groot en moeilijk voor personen met beperkte mobiliteit. Op lange termijn zou dat probleem opgelost kunnen worden door de aanleg van een nieuwe metrolijn Merode – Naamse Poort, die loopt langs het Luxemburgplein (luik van het hoger voorgestelde Triasproject). In afwachting worden de volgende maatregelen op korte en middelslang termijn overwogen : − verbetering van de verbindingen tussen het Troonplein en het Luxemburgplein dankzij de herstructurering van het busnetwerk van de MIVB in de Luxemburgstraat en de eventuele invoering van een pendeldienst tussen Troon en Luxemburg, − verbetering van de verbindingen tussen het Luxemburgplein en het station Maalbeek door de inrichting van een bijkomende toegang tot het station Maalbeek, rechtstreeks in de Trierstraat; dit is de enige oplossing die personen met een beperkte mobiliteit toegang zou kunnen verschaffen tot het station; − de verdere uitbouw van het netwerk Eurobus (bussen die gezamenlijk worden gefinancierd door de MIVB en de Europese Unie) voor een lokale bediening tussen de Europese instellingen, de treinstations en metrostations van de wijk. − profiteren van de passage van 10 GEN-treinen per uur en per richting tussen het station BrusselLuxembourg en het station Brussel-Schuman om het Europees Parlement in Schuman te verbinden met metrolijn 1. 5) de terugdringing van het transitverkeer op het Schumanplein Dit is een prioritaire doelstelling van het nieuwe verkeersschema van de wijk, die erop gericht is het transitverkeer te verdringen en zo meer ruimte te bieden voor de zachte verplaatsingswijzen, met behoud van lokaal verkeer. Het richtschema heeft vijf hypotheses18 uitgekozen (andere hypothesen zijn denkbaar, het verkeerschema zal belast zijn met deze te bestuderen en de beste oplossing te ontwikkelen) : − Hypothese A : het inkomende verkeer wordt behouden op de Kortenberglaan, omgeleid vóór Schuman en zo naar de Wettunnel geleid via een nieuwe tunnelingang in de Blijde Inkomstlaan. Het verkeer dat de stad verlaat, komende van de Belliardstraat, wordt behouden op twee rijvakken naar de E-40 onder de Kortenberglaan en twee andere naar de Tervurenlaan onder het Jubelpark; − Hypothese B : de tunnel tussen de E-40 en de Kortenberglaan wordt verlengd en als tweerichtingsweg ingericht. De verkeersrichtingen worden omgekeerd, waarbij het inkomende verkeer langs de Belliardstraat loopt en het uitgaande verkeer langs de Wetstraat; − Hypothese C : de tunnel tussen de E-40 en de Kortenberglaan wordt verlengd en als tweerichtingsweg ingericht. De verkeersrichtingen worden behouden via de verbinding, aan de ingang van de stad, van de verlengde Kortenbergtunnel met de Wettunnel, onder het Schumanplein. De situatie voor het verkeer dat de stad verlaat, blijft onveranderd; − Hypothese D : het verkeer komende van de E-40 verlaat de Kortenberglaan ter hoogte van het de Jamblinne de Meuxplein, wordt vervolgens ondergronds omgeleid langs de as van de Da Vincistraat waar het aansluit op de Wettunnel onder het Jubelpark; − Hypothese E : aan de ingang van de stad wordt de tunnel die de E-40 verbindt met de Kortenberglaan gesloten. Het inkomende transitverkeer wordt omgeleid naar het Montgomeryplein en komt daar via de huidige tunnelingang van de Wettunnel op de Tervurenlaan. Het uitgaande verkeer wordt behouden zoals nu.
18
Voor de gedetailleerde presentatie van de huidige situatie en de hypotheses, zie bijlage IV.
11
Richtschema van de Europese wijk
Zesde optie : heraanleg van de Belliardstraat
Réaménagement de la voirie Liaisons piétonnes
Zie cartographische atlas, schets 6A.
Zevende optie : heraanleg van de Wetstraat
Circulation locale àdedouble-sens Réaménagement la voirie Liaisons piétonnes
Zie cartographische atlas, schets 6B.
Richtschema van de Europese wijk Opties
6) heraanleg van de Belliardstraat De Belliardstraat moet haar functie behouden als transitas, die onontbeerlijk is voor het verkeer dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verlaat, en moet een voetgangersweg worden die borg staat voor de verbinding tussen de Europese instellingen evenals tussen het Leopoldpark en het Jubelpark. In de studie van het verkeersschema van de Europese wijk worden twee oplossingen overwogen voor de heraanleg : − een verplaatsing van de tunnelingang naar de Wetenschapsstraat (of zelfs rechtstreeks in verbinding met de Kleine Ring) waardoor de Belliardstraat kan worden heringericht als lokale weg met tweerichtingsverkeer; − een verplaatsing van de verkeersingang van een eilandje, tussen de Toulousestraat en de Van Maerlantstraat en de versmalling van de berijdbare breedte van de Belliardstraat. 7) heraanleg van de Wetstraat Er werden twee opties overwogen voor de heraanleg van de Wetstraat: − het bestuderen van een verkeersplan dat ertoe strekt de impact van de dwarswegen te minimaliseren teneinde het berijdbare gedeelte te beperken. Deze optie houdt meer ruimte in voor voetgangers en fietsers, die dan zouden beschikken over een fietspad dat gescheiden is van het trottoir. Deze inrichting hoeft er evenwel niet toe te leiden dat er zulke verkeersopstoppingen ontstaan dat het doorgaand verkeer ertoe aangezet zou worden het wijknet te gebruiken ; − momenteel wordt de haalbaarheid bestudeerd van een reconversie van de Wetstraat tot lokale weg, waarbij het transitverkeer ondergronds wordt omgeleid met aanpassing van de volumes van de ondergrondse parkings aan de nieuwe omstandigheden. De voorlopige resultaten tonen aan dat deze tweede optie amper uitvoerbaar is in de praktijk, gelet op de hoge kosten en de grote technische uitvoeringsproblemen. 8) uitwerking van een parkeerbeleid De studie van het verkeersschema van de Europese wijk zal een inventaris maken van alle beschikbare boven- en ondergrondse parkeerplaatsen in de Europese wijk en zal oplossingen naar voor schuiven voor de parkeerproblematiek van de werknemers en buurtbewoners. Wat touringcars betreft, zal het verkeersschema van de Europese wijk een onderscheid maken tussen de noodzaak om in en uit te kunnen stappen in de onmiddellijke nabijheid van de betrokken instellingen en de behoeften inzake langdurig parkeren; dat langdurig parkeren kan al dan niet gekoppeld worden aan het plaatselijke in- en uitstappen. Men dient na te gaan hoeveel parkeerplaatsen nodig zijn, rekening houdend met de behoeften van de Europese instellingen evenals van de culturele instellingen die momenteel gevestigd zijn in het studiegebied of in de nabije omgeving ervan. De te overwegen oplossingen zijn : − in- en uitstapplaatsen in de Montoyerstraat, de d’Ardennestraat en de Stoomsleperstraat voor het Europees Parlement en een plaats voor langdurig parkeren voor zeven tot acht touringcars; − een plaats voor langdurig parkeren onder het Jubelpark. De technische, financiële en budgettaire aspecten van deze optie worden bestudeerd in het kader van een andere Beliris-studie; − een plaats voor langdurig parkeren in de Tweede Lansiersregimentlaan (in de buurt van de kazernes van Etterbeek); − een plaats voor langdurig parkeren in de buurt van het Lindenhuis voor het Museum voor Natuurwetenschappen.
19
Zie hoofdstuk op de stedenbouwkundige en architecturale programma’s, punt A, p. 24. 12
Richtschema van de Europese wijk
Aachste optie : Voorrang voor voetgangers en fietsers
Itinéraires cyclables régionaux existants et à créer Cheminements piétons privilégiés Chaussée d'Etterbeek Boulevard urbain piétons et cyclistes
Richtschema van de Europese wijk Opties
9) voorrang voor voetgangers en fietsers20 De opties met betrekking tot het voetgangersverkeer zijn de volgende : − voorrangsbehandeling van de voetgangers op het Schumanplein; − voorrangsbehandeling van de noord-zuidelijke voetgangersverbindingen in het Jubelpark door de overdekking van de tunnelingang; − zorgen voor comfortabele voetpaden met een breedte van minstens 2 m (1,5 m volgens de normen van de GSV daar waar het echt niet beter kan). Het richtschema eist minstens 3 m voor de structurerende en daarmee gelijkgestelde assen, de naaste omgeving van trein- en metrostations en langs parken en squares; − versterking van de verbinding tussen de Europese instellingen door de realisatie van een gebruiksvriendelijk wandeltraject tussen het Europees Parlement, de Mail, de oversteek van de Belliardstraat, de Pascalestraat en de Toulousestraat, de Etterbeeksesteenweg, Résidence Palace, de Wetstraat en het Schumanplein; − een degelijke voetgangersverbinding tussen het Leopoldpark en het Jubelpark via het Jean Reyplein en de Belliardstraat. De studie Space Syntax stelt voor om de breedte van de voetpaden aan te passen naargelang de geregistreerde verkeersstromen, de voorgestelde aanleg en de verwachte stromen voor die verbinding; − verbetering van de zichtbaarheid van de voetgangersverbindingen volgens de conclusies van de studie Space Syntax; − verbetering van de signalisatie voor voetgangers in de Europese wijk en op de verbindingen naar Elsene en Sint-Joost; − aanleg, op middellange termijn (bij de uitvoeringswerken van het station Brussel-Schuman), van een voetgangersverbinding tussen de Etterbeeksesteenweg en de Karel de Grotelaan via de perrons van het Schumanstation; Wat het fietsverkeer betreft, stelt het richtschema vast dat de systematische inplanting van fietspaden niet is afgestemd op de typologie van de wegen in de Europese wijk. In die context is het dus onmogelijk om overal afzonderlijke stroken te voorzien, afgescheiden van het autoverkeer. Het richtschema stelt het volgende voor : − de uitvoering van de gewestelijke fietsroutes zoals voorzien door het GBP; − de aanleg van opstelstroken op kruispunten met verkeerslichten; − de invoering van tweerichtingsverkeer voor fietsers op de wegen waar dat mogelijk is zonder het comfort van voetgangers te hinderen; − de verbetering van de wegbedekking voor fietsers daar waar dat mogelijk is, zoals bijvoorbeeld in de Luxemburgstraat; − de aanleg van een fietspad op de Etterbeeksesteenweg bij de heraanleg ervan; − aanleg van een fietspunt in de buurt van het Luxemburgstation (op de Mail bijvoorbeeld).
21
Zie gedetailleerde toepassing in hoofdstuk V.
13
Richtschema van de Europese wijk
Zie cartographische atlas, schets 2A en 2B.
Richtschema van de Europese wijk Opties
C. Herstel van het gemengde karakter van de functies21 Om te komen tot een degelijke mix van stadsfuncties in de Europese wijk, zal men algemeen beschouwd moeten kunnen terugvallen op een verordenend planningsinstrument. Dat kan op drie manieren worden verwezenlijkt : − een wijziging in de voorschriften van de administratiegebieden van het GBP, waarbij men bijvoorbeeld bij nieuwbouwprojecten of ingrijpende renovatiewerken de oprichting van een bepaald percentage woonoppervlakte zou opleggen in elk gebouw; − een aanpassing op het niveau van de kaart van de bestemmingen van het GBP, via een wijziging van de bestemming van bepaalde huizenblokken. Voor heel wat huizenblokken of delen van huizenblokken zou men van het statuut van administratiegebied kunnen overschakelen naar een statuut van sterk gemengd gebied; − de uitwerking van één of meerdere BBP’s voor de gebieden waar men opnieuw meer ruimte wil vrijmaken voor huisvesting. 1) de functies in verband met de woningen, de handel, de voorzieningen van collectief belang of van openbare diensten Het richtschema neemt de principes over van het driepartijenakkoord. Die moeten worden besproken in een werkgroep die nauw samenwerkt met de gemeenten om de geschikte verordenende en financiële stimuli uit te werken. De gehanteerde principes zijn de volgende : − elk renovatie- of wederopbouwproject moet een gelegenheid vormen om geleidelijk aan het functioneel gemengde karakter van de wijk te herstellen, in het bijzonder in de administratiegebieden en de sterk gemengde gebieden van het GBP, en dat los van de heffing van stedenbouwkundige lasten. In die gebieden wordt de afbraak of de volledige of gedeeltelijke wijziging van het gebruik of van de bestemming van een woning of een site waarvan de laatste wettelijke bestemming huisvesting is, enkel toegestaan op voorwaarde dat men minstens dezelfde woonoppervlakte behoudt in situ. Men dient systematisch geval per geval te onderzoeken om na te gaan of het mogelijk is om die huisvesting te behouden in situ. Zo niet, zal gezocht worden naar een lokalisatie in de nabijheid; − de gewestelijk en gemeentelijk overheden zullen systematisch de geconventioneerde woningen en de sociale woningen steunen overal waar dat mogelijk is in degelijke woonomstandigheden. Op de gronden van de overheid zullen deze categorieën van woningen voorrang krijgen; − sommige gebouwen zijn niet geschikt voor conversie in woningen maar lenen zich wel tot de vestiging van ateliers en woningen voor kunstenaars. Dit programma zou ertoe bijdragen om een brug te slaan tussen de historische identiteit van de wijk, haar traditionele artistieke functie en een actuele bekommernis : op die manier zouden ateliers gered kunnen worden, zoals het Wiertzatelier en het huis van Hastir, en andere zouden kunnen worden gebouwd in het kader van inrichtingsprojecten zoals het project van de percelen 21-23 in de Wiertzstraat22 of het project voor de aanleg van het Zuidpunt van de Mail; − het programma voor de herstructurering van de inplantingen van de Europese Commissie voorziet in een ruim woningbouwprogramma (zie p. 24-25) ; − het richtschema is a priori niet gekant tegen torenarchitectuur, zolang die maar niet de bewoonbaarheid van de wijk aantast23 (lichtinval, schaduw, microklimaat…) ; − de versterking van de drie HORECA-polen, Luxemburg, Jourdan en Monnet ; − in de omgeving van de Wetstraat commerciële activiteiten ontwikkelen rond het thema “het Europa van de mensen” ; − de uitbouw van buurtwinkels na de vestiging van nieuwe woongelegenheden ; − een haalbaarheidsstudie om het Jourdanplein en/of een andere plaats om te vormen tot HORECApool naar het voorbeeld van het Norman B. Leventhal Park in Boston ; − een studie gewijd aan de vestiging van “wijkpoorten”, erkenningsunten waar men de wijk binnenkomt en die symbool staan voor de Europese Unie. 21
Zie cartographische atlas, schets 2A en 2B. Voorgesteld door de Buurtvereniging Leopoldwijk en de stichting “Ateliers d’artistes sans frontière”. Het project voorziet in de bouw van zes kunstenaarsateliers en elf woningen. 23 Het Bestuur Ruimtelijke Ordening en Huisvesting voert momenteel een studie uit over de voordelen en nadelen van torengebouwen. 22
14
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Opties
2) de kantoorfunctie Het richtschema herinnert eraan dat in de woongebieden en gemengde gebieden de KaSTK strikt wordt toegepast, zonder enige mogelijkheid tot afwijking, omdat ze wordt beschouwd als een “essentieel gegeven van het GBP” dat deel uitmaakt van de algemene voorschriften24. Bij de aflevering van stedenbouwkundige vergunningen die verbonden zijn aan de administratieve functie, geldt de naleving van die saldi steeds als voorwaarde. Diplomatieke zendingen en “vertegenwoordigingen van de door België erkende Staten, alsmede de vertegenwoordigingen van de gefedereerde of gelijkgestelde entiteiten van die Staten” worden daarentegen beschouwd als “voorzieningen van collectief belang” en ontsnappen dus aan de KaSTK. In dit verband moeten een aantal voorstellen worden geformuleerd : − het richtschema heeft als principe erop toe te zien dat de stedenbouwkundige vergunningen en milieuvergunningen voor “kantoren” worden afgeleverd onder voorwaarden die bijdragen tot de levenskwaliteit in de stad en tot een verbetering van het leefmilieu : o de benedenverdiepingen van kantoorgebouwen moeten prioritair worden bestemd voor functies die bijdragen tot de animatie in de openbare ruimte en aldus tot de integratie van de kantoorgebouwen in het stadsweefsel; dit dient in de eerste plaats te gebeuren door er handelsfuncties in te huisvesten : horeca, recreatie en voorzieningen van collectief belang (kribben, culturele en sportinfrastructuren,…), o in het administratiegebied van het GBP mag het Gewest enkel toestemming geven voor de afbraak of gedeeltelijke of volledige bestemmingswijziging van een woning of een site waarvan de laatste wettelijke bestemming huisvesting is, op voorwaarde dat minstens dezelfde woonoppervlakte wordt behouden in situ of in de onmiddellijke nabijheid, en dit los van het opleggen van stedenbouwkundige lasten, o een bijzondere aandacht zal gericht worden op het energievermogen van de gebouwen, op de vermindering van de uitlaat van broeikasgas, en de vermindering van geluidsoverlast; − er moeten architectuurwedstrijden worden georganiseerd voor alle openbare kantoorgebouwen. Voor privégebouwen van meer dan 10 000m² moet de opvolging worden aangemoedigd van de aanbevelingen voor de organisatie van wedstrijden. De inrichting van hun naaste omgeving moet de stedenbouwkundige en architecturale programma’s respecteren die voorzien zijn door het richtschema; − er zal bijzondere aandacht worden besteed aan de energieprestatie van de gebouwen (EPG). Voor die gebouwen moet voorzien worden in technische ondersteuning door de energiefacilitator van Leefmilieu Brussel om een hoge energieprestatie na te streven; − het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft werk gemaakt van structureel overleg met de Europese instellingen op het vlak van het vastgoed; in het bijzonder met de Commissie. Deze onderhandelingen hebben geleid tot een voorstel voor de herstructurering van de inplanting van de Commissie in de Europese wijk (zie p. 24-25) ; − bovendien vraagt het richtschema dat de nieuwe behoeften van de Europese Commissie inzake kantoorgebouwen zouden worden becijferd en vervuld op andere sites in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit overleg verloopt momenteel via de taskforce Kallas-Picqué; − buiten het programma voor de herstructurering van de inplanting van de Commissie is elke formule voor nog meer kantoren in de Europese wijk uitgesloten. 3) de veiligheidsperimeters rondom de gebouwen van de Europese instellingen Rondom de gebouwen van de Europese instellingen zullen 3 zones worden bepaald met verschillende veiligheidsniveaus. Hoofdprincipe in dit verband is dat, in het dagdagelijkse leven, het verkeer in de naaste omgeving van de gebouwen volledig moet openstaan voor het publiek. De Belgische en Europese overheden werken hieraan. 24
Zie bijlage V, de saldi van de KaSTK in de Europese wijk.
15
500m
N am ur
o rlo ate d'Or n iso To
W
d Blv e la .d Av
e .d
R .d e
Chée
. de
W av
re
Champ de Mars
nt ge Ré du rn ix d. a Blv v. M A R. du
du P l. n e T rô
ell
500m
Chée
. de
W av
re
Champ de Mars
nt ge Ré ix du d. a rn Blv v. M A R. du
'Ix
. du Re ge de s nt Arts
R. du
m bo
urg
du
V
d
Lala
in g
la loi
Mou
erb
R. Will em s
V R.
R. Jo
ist
R. des Moissons
se ph II
ée
.d
PARC LEOPOLD
R. St
o
R. Belliard
Eb uro ns
eL
ev in
R. des
Ch
ain uv
h. Vin co
Square Ambiorix
Rond R. Sc -Point huma n
ain Louv
tte
e. de Ché
R.T
JARDIN FELIX HAP
Av .
erg nb rte Co
mile
de s Ne rv ie ns
PARC DU CINQUANTENAIRE
e .d Av
Av.E
Max
s
de
m bo
R.
du
lli ar
vre de Wa
urg
c du Via
Chée.
Lu xe
R. Be
d
R. de
Pl. St.-Josse
Pl. Houwaert
Lala
la loi
in g
R. de
Ve
rb
R. Will em s
R.
R. Jo
ist
R. des Moissons
lin
se ph II
.d
PARC LEOPOLD
R. St
ou
in va
R. Belliard
Eb uro ns
eL
ev in
R. des
C
e hé
h. Vin co
Square Ambiorix
Rond R. Sc -Point huma n
ain Louv
tte
e. de Ché
R.T
JARDIN FELIX HAP
Av .
mile
de s Ne rv ie ns
PARC DU CINQUANTENAIRE
rg be en ort eC .d Av
Av.E
Max
de
de Av.
Place St-Pierre
s
rH ug o
lois Gau
ce eux Pla e M D J.
Av .d e Te rv ur
t on m re ult 'O .D R
en
s re ng To
avril 2008
es .d R
. R
Av .d
e Te rv
t on m re ult D'O
uren
es .d R
n To
s gre
planche 9
Place St-Pierre
sG
R .V ic to
de Av.
rH ug o
RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE / CABINET DU MINISTRE-PRÉSIDENT
Ch ée . de W av re
Champ de Mars
nt ge Ré du rn ix d. a Blv v. M A R. du
0
N
500m
périmètre accord tripartite
Brabançonne / Archimède
Noyer Nord / Jamblinne de Meux
Auderghem / Chasse
Wavre / Baucq
Jourdan
Saint - Pierre / Chasse
Noyer Sud
Léopold Parc
Léopold Nord
Hauwaert / Saint - Josse
Léopold Sud
De Meeus
Saint - Boniface
Porte de Namur
R .d e
N am ur
o rlo ate d'Or W n de iso d. To Blv e la .d Av
LOCALISATION DES QUARTIERS DANS LA SITUATION PROJETEE
R. du
Chée
. de
W av
re
Champ de Mars
nt ge Ré ix du d. a rn Blv v. M A
du P l. n e T rô
RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE / CABINET DU MINISTRE-PRÉSIDENT
500m
d d. Blv e la .d Av
N am ur
o rlo ate d'Or n iso To
eW
R .d e
du P l. n e T rô R. du
R. du
SCHÉMA DIRECTEUR DU QUARTIER EUROPÉEN
0
N
périmètre accord tripartite
tissu spatial secondaire
tissu spatial structurant 'interquartier'
HIERARCHIE SPATIALE PROJETEE DU TISSU URBAIN
SCHÉMA DIRECTEUR DU QUARTIER EUROPÉEN Mou
m bo urg
du
Via
lli ar
Wavre
c du
d
Lala in g
la loi
Mou
erb
R. Will em s
V R.
R. Jo
ist
R. des Moissons
se ph II
ée
.d
PARC LEOPOLD
R. St
ain
R. Belliard
Eb uro ns
eL
ev in
R. des
Ch
v ou
h. Vin co
Square Ambiorix
Rond R. Sc -Point huma n
ain Louv
tte
e. de Ché
R.T
JARDIN FELIX HAP
Av .
mile
de s
Ne rv
ie ns
PARC DU CINQUANTENAIRE
rg be en ort eC .d Av
Av.E
m bo
urg
R.
du
Via
lli ar
Wavre
c du
de Chée.
Lu xe
R. Be
d
R. de
Pl. St.-Josse
Pl. Houwaert
Lala
la loi in g
R. de
erb
R. Will em s
V R.
R. Jo
ist
R. des Moissons
lin
Max
se ph
II
é
PARC LEOPOLD
R. St
ou
in va
R. Belliard
Eb uro ns
eL
ev in
R. des
Ch
d e.
h.
Vin
co
Square Ambiorix
Rond R. Sc -Point huma n
ain Louv
tte
e. de Ché
R.T
Localisation quartiers dansTRIPARTITE, la situation projetée LOCALISATION &des PÉRIMÈTRES: ACCORD ZONE LEVIER
Direction: M.-L. Roggemans // Consultants : B. Clerbaux, Ch. Frisque, G. Stegen, Stratec R. du
R.
de Chée.
Lu xe
R. Be
R. de
R. de
Pl. St.-Josse
Pl. Houwaert
lin
Direction: M.-L. Roggemans // Consultants : B. Clerbaux, Ch. Frisque, G. Stegen, Stratec R. du
Hiérarchie projetée du TRIPARTITE, tissu urbain LOCALISATIONspatiale & PÉRIMÈTRES: ACCORD ZONE LEVIER
strie
avril 2008
planche 7
is aulo
R .V ic to
ce eux Pla e M D J.
LOCALISATION &des PÉRIMÈTRES: ACCORD ZONE LEVIER Localisation quartiers dansTRIPARTITE, la situation existante
Direction: M.-L. Roggemans // Consultants : B. Clerbaux, Ch. Frisque, G. Stegen, Stratec R. du
R.
lli ar
Wavre
uc iad
de Chée.
Lu xe
R. Be
R. de
R. de
Pl. St.-Josse
Pl. Houwaert
lin
JARDIN FELIX HAP
C
C hé e.
hé
de
e.
W
de
av
W av
R .d
R .d u T rô
u T rô
0
N am ur
o rlo ate d'Or W n de iso d. To Blv e la .d Av
R .d e
du P l. n e T rô
Mou
em
N
périmètre accord tripartite
Clovis
Noyer Nord
Jourdan / Av. d' Auderghem
Saint - Pierre / Chasse
Noyer Sud
Schuman
Léopold Nord
Hauwaert / Saint - Josse
Léopold Sud
Wavre / Gray
De Meeus
Saint - Boniface
Porte de Namur
LOCALISATION DES QUARTIERS DANS LA SITUATION EXISTANTE
Bl vd
R. du
SCHÉMA DIRECTEUR DU QUARTIER EUROPÉEN
RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE / CABINET DU MINISTRE-PRÉSIDENT
0
N
périmètre accord tripartite
tissu spatial secondaire
tissu spatial structurant 'interquartier'
strie
strie
HIERARCHIE SPATIALE EXISTANTE DU TISSU URBAIN
R. de
nc e
la Sc ie
R. de
l'In du
s
Sq de Me . eu
Pa ix
es
Eg lis
es
Eg lis
R .d e
R. de
R. de
Av .
Spa
R. de
R. de
s De ux
n
R. d' Arlo
Pl Luxe . du m bo ur g
Le Bo n
R. Ph .
Spa
es
Tr ev
R. de
Av. Livings tone
nc e
Direction: M.-L. Roggemans // Consultants : B. Clerbaux, Ch. Frisque, G. Stegen, Stratec R. du
y
Bl vd . du Re ge Av . de s nt Arts
R. de
nc e
la Sc ie
R. de
l'In du
s
Sq de Me . eu
Bo n
. Le
R. Ph
s De ux
n
R. d' Arlo
Pl Luxe . du m bo ur g
es
Tr ev
R. de
Av. Livings tone
D ail ly P l.
Da illy Pl.
LOCALISATIONspatiale & PÉRIMÈTRES: ACCORDdu TRIPARTITE, ZONE LEVIER Hiérarchie existante tissu urbain
R. Fro issart R. Fro issart
n Av .L .M ah illo
RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE / CABINET DU MINISTRE-PRÉSIDENT
Place Jourdan
Av. de
la B ra
e la Jo Av .d
R. Archimede R. Bre ydel
banc onne
e Entré ye us e
la
Pa ix
Place Jourdan
Av. de
la B ra
e la Av .d
R. Archimede R. Bre ydel
C Pl. A has de rd s s en eu na rs is C Pl. Ardhas de en seu s na rs is
C Pl. A has de rd s s en eu na rs is
SCHÉMA DIRECTEUR DU QUARTIER EUROPÉEN
.d
la
ée
ell
G ra
Ch
R. de
y G ra R.
Av . Mi
banc onne
e e En tré Jo ye us
n n Av .L .M ah illo
aler ie
A v. L. M ah illo
e la .d Av
se as Ch
Ce lte s
lca mp Av . s lca mp Av . Mi e
Pa ix la R. de
. du Re ge de s nt Arts Av .
. du Re ge de s nt Arts
R. de
es Eg lis
es Eg lis s De ux R. de
de la Ch ev aler ie de la Ch ev Av .
R.
D ail ly P l.
ergh
'Ix
R.
T rô
'Aud
.d
e la
Av .d
ée
.d
Ch
em
Av
u
T rô
ss
R .d
u
ergh
Ch a
R. du Taciturne Ce lte s
Bo n Ph . Le
Bl vd
Bl vd
R. de
l'In du
s Sq de Me . eu
Bo n . Le R. Ph
Spa
es
s De ux n R. d' Arlo Pl Luxe . du m bo ur g
la Sc ie
nc e la Sc ie R. de
strie R. de l'In du Sq de Me . eus
Av. Livings tone
A v. de s
er Av .d es
Av
R. de
R. de Spa
es R. de Tr ev
n R. d' Arlo
Pl Luxe . du m bo ur g
Ys
Pa ix
ux
R .d
'Aud
la
G ra
y
R. du Taciturne y
Sq. Marie-Louise
Av .d
G ra
Zie cartographische atlas, schetsen 7 -10 r
e l'
Av .
mile
de s
Ne rv
ie ns
PARC DU CINQUANTENAIRE
rg be en ort eC .d Av
Av.E
Max
de
de
is aulo
Av .d
e Te rv
t on m re ult 'O .D R
uren
s re ng To
avril 2008
es .d R
rH ug o
is aulo
Av .d
e Te rv
t on m re ult D'O R.
uren
s de R.
s re ng To
planche 10
Place St-Pierre
sG
ce eux Pla e M D J.
de Av.
rH ug o
Place St-Pierre
R. Vic to
de Av.
sG
ce eux Pla e M D J.
R. Vic to
avril 2008
planche 8
er
R.
er oy N
ye
R. Fro issart
Sq Guten . be rg
No
.d
Ys
Place Jourdan
Av
e l'
R .d e
R. Fro issart
Av. de
la B raba
la B ra Av. de
s lca mp Av . Mi se
ncon ne e Entré us e .de la Jo ye
R. Archimede R. Bre ydel
R. Archimede
es . .F e Sq a y lh De
du
e la
ne R. de Pavie R.
R. Bre ydel
R . rts P l. k a e c B ly u ne ro eg .D Ch R.
Av .d
R .d T rô
Da illy
av
Pl.
W
banc onne
ell
de u .d R
e
'Ix
e. re
Sq. Marie-Louise
e En tré
.d
es
Sq Guten . be rg
Jo ye us
ée
R.
R. de
ne . .F Sq aye lh De
r ye No
Av .
Place Jourdan
Tr ev R. de
R . rts P l. k a e c B ly
Ch Pl. Ard as de en seu s na rs is
Ch
Av
T rô
hé
u ne Av .L .M
aler ie de la Ch ev Av .
Av. Livings tone
R .d T rô
R. de Pavie
N .d
.
u
C
W u .d R
Av
Av
R .d
gh em
as
R. du Taciturne uder
Ch
'A Av .d ell
la
er 'Ix
.d e
Sq. Marie-Louise
Ys .d
de n
er oy N
e l' ée
e.
ah illo
ye
.d Ch
hé e
s
Av
T rô
C r av
lca mp
Sq Guten . be rg No r
u
em
Av . Mi
du ux
R .d ergh
du r
aler ie
R. du Taciturne 'Aud
R. o ye
de la Ch ev
R. de Pavie
R.
Av .d
se
ro eg .D Ch R.
er
as
u .d R
Sq Guten . be rg
Ys
Av .
Sq. Marie-Louise
e l'
ux
Ch
. .F e Sq a y lh De
r ye No
.d C elt es
. .F Sq aye lh De
Av
Av .d es
R. de Pavie du r
ro eg .D Ch R. C elt es
u .d R
R. ye No ux
de la
ro eg .D Ch R.
A v. de s
Identification des quartiers
Richtschema van de Europese wijk
re
ne
R . rts P l. k a e c B ly
ne
es
re
ne
R . rts P l. k a e c B ly
ne
es
Richtschema van de Europese wijk Opties
D. Herstel van het stedelijk karakter van de Europese wijk Met betrekking tot het stedelijk karakter (urbaniteit) schrijft F. Choay over een wederzijdse wisselwerking tussen een vorm van stadsweefsel en een vorm van gezelligheid25. Zo’n wisselwerking is ook waar het richtschema naar streeft. Dat streven naar «urbaniteit» vereist een aantal aanbevelingen. 1) de identificatie van de wijken Dankzij de studie Space Syntax26 beschikt het richtschema over kaarten waarop de huidige en geplande ruimtelijke hiërarchie van het stadsweefsel zijn weergegeven, met aanduiding van de bestaande en geplande wijken Deze kaarten vormden het uitgangspunt voor de uitwerking van de architecturale en stedenbouwkundige programma’s, uiteengezet in hoofdstuk vı. 2) bewaring en herbestemming van het architecturaal erfgoed De huidige gebouwen met erfgoedwaarde worden behouden en gerenoveerd. Daarbij zal bijzondere aandacht uitgaan naar de gebouwen die zijn opgenomen in de inventaris van het onroerend erfgoed van de Leopoldwijk in Brussel en in Elsene. In het kader van zijn sensibiliseringscampagnes zal het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de geslaagde voorbeelden van reconversie van het erfgoed in de verf zetten, zoals bijvoorbeeld het Huis voor hernieuwbare energie27. Dit beleid kan worden uitgebreid tot het thematisch erfgoed van de kunstateliers, die kenmerkend zijn voor de geschiedenis van de wijk (atelier Hastir, Wiertz-muzeum, …). Belmont Court
De architectuur van de gebouwen van de jaren 1950 en 1960 wordt bedreigd door de logica van de vastgoedpromotie : ook hier dienen de goede voorbeelden van renovatieprojecten in de verf te worden gezet, zoals het Belmont Court, het vroegere Ministerie van Arbeid en Tewerkstelling28. Het richtschema onderstreept eveneens het belang om de architecturale gehelen te bewaren die de «landmarks»» van de Europese wijk vormen (de squares Frère Orban en de Meeûs, het Luxemburgplein, het Jourdanplein, de wijk van de Squares) en om waakzaam te blijven aangaande de details van die bewaring (bijvoorbeeld de hoekgebouwen in het orthogonale raster van de Leopoldwijk).
Photo Marc Detiffe
25
Zie Françoise Choay, Pour une anthropologie de l’espace, éd. Le Seuil, Parijs, oktober 2006. De volledige beschrijving van de Space Syntax-methodologie die aan de basis ligt van deze studie, kan geraadpleegd worden op de site : www.quartiereuropeen-europesewijk.be 27 Aarlenstraat 63-65. 28 Belliardstraat 51-55. 26
16
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Opties
3) de toename van de architecturale kwaliteit In het kader van de nieuwbouwprojecten moeten, behoudens gemotiveerde uitzonderingen, minstens de volgende bepalingen in acht worden genomen : − de nieuwbouwprojecten moeten een hedendaags karakter vertonen dat de omgeving respecteert; − er moeten architectuurwedstrijden worden georganiseerd voor alle openbare kantoorgebouwen. Voor privégebouwen van meer dan 10 000m² moet de opvolging worden aangemoedigd van de aanbevelingen voor de organisatie van wedstrijden. De inrichting van hun naaste omgeving moet de stedenbouwkundige en architecturale programma’s respecteren die voorzien zijn door het richtschema; − een werkgroep zal opgericht worden om de duurzaamheid van de wijkgebouwen te ontwikkelen in coherentie met de ontwikkelingsmogelijkheden van de eco-bouw. Een charter met algemene aanbevelingen zal uitgewerkt worden ; − nieuwe bouwwerken moeten zoveel mogelijk polyvalente en duurzame structuren bevatten die het mogelijk maken ze aan te passen aan de nieuwe behoeften en de functies te converteren. Zowel nieuwbouw- als renovatieprojecten moeten een ecologisch luik bevatten, waarbij met name het gebruik van hernieuwbare energie, ecologische klimaatregeling en het gebruik van duurzame materialen wordt aangemoedigd. Uitgaande van die logica pleit het richtschema voor de invoering van criteria voor de duurzame ontwikkeling en hoge milieukwaliteit bij de oprichting van elk gebouw. De invoering van zo’n maatregel zou een rem kunnen zetten op de te snelle afbraak/wederopbouwcycli in de Europese wijk. Bovendien vraag het richtschema, in navolging van het regenplan, dat het Gewest zich zou bezinnen over de doorlaatbaarheid van de bodem; − het driepartijenakkoord vereist een internationale wedstrijd voor de aanleg van het Schumanplein en zijn naaste omgeving. Het richtschema vraagt de lancering van twee stedenbouw- en architectuurwedstrijden : één voor het Noordpunt van de Mail, een andere voor Zuidpunt; − de samenstelling van de gevels voorkomt de versterking van het exclusief kantoorgerichte statuut en uitzicht van het gebied : o een te grote ontwikkeling, een monotone samenstelling en een gebrek aan ritme, o blinde gevels op de benedenverdieping, o het gebruik van ondoorzichtige, reflecterende en donkerkleurige beglazing; − in het geval van een project dat de groepering van meerdere percelen beoogt of een project op een perceel dat het resultaat is van zo'n groepering moet het ontwerp van de gevels bestudeerd worden op grond van de historische schaal of zelfs het historisch kadasterplan van de wijk; − aangaande de bouwprofielen van de bouwwerken, de bouwwerken op binnenterreinen van huizenblokken, de ruimtelijke impact van ondergrondse bouwwerken en de ondoorlaatbare zones, dienen de regelgeving of de van kracht zijnde bepalingen bij het onderzoek van de vergunningen strikt te worden nageleefd; − het richtschema is a priori niet gekant tegen “torenarchitectuur”, maar aanvaardt geen enkel project dat het stedelijk karakter aantast (bijvoorbeeld de schaduw die wordt geworpen op woongebouwen of microklimaten).
17
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Opties
4) kwaliteit en toegankelijkheid van de openbare ruimten Inzake de behandeling van de openbare ruimten heeft het richtschema een lijst van prioriteiten opgesteld. De programma’s met betrekking tot de prioritaire openbare ruimten worden in detail uiteengezet in het volgende hoofdstuk, gewijd aan de operationele stedenbouwkundige en architecturale programma’s. Voor de uitvoering van die programma’s moet rekening worden gehouden met het Handboek van de Brusselse Openbare Ruimten29 dat de referentie blijft, zowel voor de ontwerpers als voor al wie betrokken is bij de behandeling van de openbare ruimten. Bovendien onderstreept het richtschema het belang om alle elementen uit de ruimte te verbannen die hinderlijk kunnen zijn, ten einde te vermijden dat een mengelmoes zou ontstaan door de diversifiëring van de materialen en modellen van stadsmeubilair, alsook om rekening te houden met hun onderhoudskosten en om borg te staan voor de netheid van de openbare ruimten en de wegen van de wijk. Enkele punten vereisen bijzondere aandacht : − inzake verlichting legt het driepartijenakkoord van 27 maart 2006 de federale Staat de plicht op om een studie uit te voeren voor de hele Europese wijk. Dit initiatief zou wel eens bijzonder ongelegen kunnen komen in het licht van de praktijken te velde : Brussels Hoodstedelijk Gewest heeft een verlichtingsplan, Elsene heeft een verlichtingsplan, Brussel-Stad is er één aan het uitwerken en Etterbeek integreert het in zijn verfraaiingsplan. Verder werkt Sibelga, beheerder van de openbare verlichting, aan een aanbeveling voor de gemeentelijke verlichtingsplannen. De maatschappij stelt ook technische normen op voor de installaties (in toepassing van de bestaande normen of externe aanbevelingen) en selecteert verlichtingstoestellen die zijn geoptimaliseerd vanuit technisch-economisch oogpunt. Het richtschema pleit voor de oprichting van een werkgroep in het kader van de taskforce die het driepartijenakkoord opvolgt. Doel van die groep zou zijn om een precieze inventaris op te maken van de initiatieven van de verschillende actoren en de draagwijdte daarvan; − op het vlak van de wegenaanplantingen en aanvullend op de voorstellen die worden geformuleerd in de operationele programma's, pleit het richtschema voor een systematisch aanplantingsprogramma : daartoe zal een werkgroep worden opgericht waarin de drie gemeenten zijn vertegenwoordigd; − inzake de signalisatie voor voetgangers stelt het richtschema eveneens voor om een werkgroep op te richten waarin de drie gemeenten vertegenwoordigd zijn, met het oog op de snelle inplanting in de Europese wijk van de signalisatie-inrichtingen die vandaag al bestaan in Elsene en in BrusselStad; − de toegankelijkheid van de openbare ruimten zal systematisch onderzocht worden voor iedereen, in het bijzonder voor de personen met beprekte mobiliteit.
29
Zie Bibliografie.
18
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Opties
E. De culturele en toeristische uitstraling van de Europese wijk 1) de culturele voorzieningen De Europese wijk vertoont samen met de naburige Kunstberg de grootste concentratie van internationale en Europese culturele instellingen en voorzieningen in België : het Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen van België (KINW), de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis, Autoworld, het Koninklijk Instituut van het Kunstpatrimonium (KIK), Het Centre islamique et culturel de Belgique, en de Europese culturele instellingen zoals het Deens cultureel instituut, het Goethe Institut, de British Council, het Institut Cervantès, de Alliance Française de Bruxelles-Europe - Centre européen de langue française zijn er gevestigd30. Er zijn ook heel wat kleinere voorzieningen : het Wiertz-museum, het theater van Résidence Palace, de Espace Senghor - Cultureel centrum van Etterbeek, theater Varia, het Cauchiehuis, het kunstatelier Marcel Hastir, de Vlaamse Gemeenschapscentra van Maalbeek, l’Arrière-scène, de Solvay-bibliotheek… Meer algemeen op recreatief vlak vermelden we bovendien sportinfrastructuren zoals het zwembad van Résidence Palace of de sportterreinen van de KMS, die een potentieel vertegenwoordigen dat tot op heden nog veel te weinig wordt benut. Ten slotte vormen het Jubelpark en het Leopoldpark twee grote historische ruimten. Door hun drievoudige identiteit - als culturele site waar belangrijke instellingen zijn gehuisvest, als symbolische en historische ruimte en als plaats van ontspanning en recreatie - vervullen deze parken een polyvalente rol31. Het is trouwens vanuit dat perspectief, dat ook wordt beklemtoond in het Ombudsplan dat ervoor pleit om de evenementfunctie van deze plaats nieuw leven in te blazen, dat diverse initiatieven nu bijzondere aandacht verdienen, zoals : de 20 km van Brussel, het Milieufeest, het Europafeest of de Drive-In Movies. Het richtschema stelt twee reeksen maatregelen voor. De eerste reeks zou het mogelijk moeten maken om al die culturele, sport- en recreatievoorzieningen open te stellen voor een veel talrijker en gevarieerder publiek. In dit verband stipuleert het richtschema de volgende acties : − de creatie van een vlotte toegang tot het theater en het zwembad van Résidence Palace door de aanleg van een esplanade32; − het heropstarten van het restauratieproject van het zwembad van Résidence Palace, om dit te kunnen openstellen voor het grote publiek in 2010; − de plaatsing van de verkeerssignalisatie in de wijk in nauw overleg met de Stad Brussel en de gemeenten Elsene en Etterbeek; − voortzetting van het overleg met de KMS om haar sportterreinen toegankelijker te maken voor het grote publiek; − versterking van de verbindingen tussen de parken en de historische gebouwen die er zijn gevestigd : de creatie van nieuwe aantrekkingspunten waaronder de bouw van een brasserie in het Jubelpark en de herbestemming van de Eggevoorttoren als aangename stopplaats in het Leopoldpark.
30 Voor de volledige adresgegevens van deze voorzieningen, hun toegangsmodaliteiten en openingsuren verwijzen we naar de site van het BHG : www.brussel.irisnet.be en, voor de musea : www.brusselsmuseum.be. 31 Zie hoofdstuk op de drie ontwikkelingsassen, punt B, p. 5. 32 Zie hoofdstuk op de stedenbouwkundige en architecturale programma’s, punt C, p. 27.
19
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Opties
De tweede reeks maatregelen zou geformuleerd moeten worden uitgaande van een haalbaarheidsstudie over het nut van een nauwere samenwerking tussen de culturele instellingen en voorzieningen in de buurt onderling, en met name ook met de Europese partners. De oprichting van het Visitor Center, waartoe het Europees Parlement in juli 2005 besliste, zou kunnen fungeren als katalysator van dat partnership. We herinneren eraan dat dat Centrum zou worden ondergebracht in gebouw D4 van het Parlement en een oppervlakte van ongeveer 6.000 m² zou beslaan. Het wordt veruit het grootste parlementaire bezoekerscentrum van Europa en één van de grootste ter wereld, en het mikt op zowat 500.000 bezoekers per jaar33. 2) de toeristische voorzieningen De Europese wijk is opgenomen in het programma van de tour operators34. Daarnaast zijn er verschillende verenigingen die meer pedagogisch opgevatte rondleidingen aanbieden rond de bouw van Europa en Brussel, zijn thuisstad35. Verder schenken ook het BITC en de TIB bij de organisatie van hun campagnes systematisch aandacht aan de Europese wijk. We stippen hierbij ook nog aan dat het BITC een infodesk heeft ingericht in het Spinelli-gebouw. Het richtschema stelt voor om dat bureau onder te brengen in het vroegere Luxemburgstation (Luxemburgplein), een druk bezochte plaats in de wijk. Bovendien zou die nieuwe lokalisatie de mogelijkheid bieden om een permanentie te organiseren tijdens de drukke momenten (vakantiedagen en weekends). Ten slotte wijzen we erop dat de openbare toegang tot de gemeenschapsgebouwen bijzonder beperkt is. Eigenlijk laat alleen het Europees Parlement bezoekersgroepen toe - toeristen, scholen, diverse verenigingen. Die terughoudendheid kan weliswaar verklaard worden door de veiligheidsbekommerniss en, maar dat imago van ontoegankelijkheid komt de instellingen niet ten goede en draagt evenmin bij tot het imago van een «Europa dat dicht bij de burger staat». De Raad en de Commissie zouden er goed aan doen zich mensvriendelijker op te stellen en zich open te stellen voor het publiek, volgens nader te bepalen modaliteiten, naar het voorbeeld van de grote instellingen aan de andere kant van de grote plas (zoals het Witte Huis). Het richtschema stelt het volgende voor : − uitbreiding van de huidige richtingaanwijzingen voor voetgangers op het grondgebied van de Stad Brussel en de gemeente Elsene, naar de Europese wijk; − een versterking van het Europees traject tussen de Kunstberg en het Schumanplein (opgenomen in de kaartgids «Mijn hoofdstad, mijn Europese wijken», uitgegeven door BITC) aan de hand van een eigen signalisatie, geïntegreerd in de wijk. Zo’n signalisatie, uitgewerkt in combinatie met de richtingaanwijzingen voor voetgangers, zal de bezoeker informatie verschaffen over de Europese wijk, haar geschiedenis en haar toekomst, alsook over de werking van de Europese instellingen en over de gebouwen waarin ze gevestigd zijn; − een grotere toegankelijkheid van de symbolische Europese gebouwen voor de bezoekers van de wijk. 3) de informatievoorzieningen De Europese wijk telt een groot aantal gevarieerde plaatsen die geschikt zijn om documentatie en informatie te verspreiden over de Europese instellingen en hun werking, alsook een groot aantal instanties die uitpakken met inlichtingen op sociocultureel vlak, met administratieve bijstand of diensten van het Gewest. We moeten echter vaststellen dat de instrumenten weliswaar bestaan, maar dat ze soms tegenstrijdig werken, omdat ze elk hun eigen logica volgen en er weinig of geen onderlinge coördinatie bestaat. 33
Zie bijlage IX. Dat is onder meer het geval voor de twee grootste agentschappen op de markt van de bustrips : Brussels City Tours en Golden Tours, waarvan de presentatie evenwel enige lacunes vertoont. 35 Voorbeelden zijn l’Atelier de recherche et d’action urbaines (ARAU), dat aandacht schenkt aan de kwestie van de inplanting van Europa in de stad, Les Parcours bavards (Babbelbus) (“de Charlemagne au caprice des Dieux, Bruxelles, creuset de l’identité européenne”), of nog Arkadia : “Bruxelles d’une capitale à l’autre”. 34
20
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Opties
Niet al die structuren hebben als hoofddoel om het publiek te onthalen36. We denken dan met name aan de talrijke gewestelijke en lokale vertegenwoordigingskantoren (meer dan 200) die zijn gevestigd in de Europese perimeter, of aan de Brusselse antennes van grote instellingen zoals de EIB. Maar ze hebben er in de meeste gevallen wel desks waar men één of andere brochure kan vinden. Bovendien zijn ze bereid om - op verzoek - publiek te ontvangen en de gewenste informatie te verschaffen. We moeten echter ook vaststellen dat sommige voorzieningen zo’n strenge bezoekersregels hebben dat ze nagenoeg beschouwd kunnen worden als “interne diensten” van de instelling waar ze van afhangen. a) op Europees niveau : de gemeenschapsorganen hebben een aantal onthaalstructuren uitgebouwd, die tot taak hebben het grote publiek te verwelkomen en te zorgen voor een aanwezigheid in het kielzog van de grote koepelinstellingen (Commissie, Raad en Parlement). De belangrijkste instrumenten van het informatiebeleid, uitgewerkt door de EU, zijn de Infopoints. Afgezien van de Raad hebben de meeste organen die gezeteld zijn in Brussel een Infopoint, waarvan het ene al meer bezoekers over de vloer krijgt dan het andere; hetzelfde geldt voor bepaalde Directoraten-Generaal (DG) van de Commissie, alsook Externe Betrekkingen. Naast die structuren heeft het Parlement ook een infodoc, dat meer gericht is op gespecialiseerde research en informatie. Er worden dus wel degelijk inspanningen geleverd om het grote publiek meer inzicht te verschaffen in Europa, maar we betreuren : − dat er geen soort centraal Infopoint is dat alle Europese documentatie groepeert in de 23 gemeenschapstalen37 ; − de sluiting van de Infopoints tijdens de weekends, want dat zijn per definitie de meest geschikte tijdstippen voor veel bezoekers; − de relatief vertrouwelijke sfeer en de moeilijke toegang tot sommige van die informatiecentra38. b) op Belgisch-Brussels niveau : het Brussels Gewest heeft eveneens een aantal instrumenten ontwikkeld om zijn bekendheid op te schroeven bij de Europese burgers in de hoofdstad. Onder die structuren vervult het Verbindingsbureau Brussel-Europa (VBBE) een hoofdrol. Het levert namelijk behoorlijk wat werk inzake onthaal, informatie en administratieve bijstand ten behoeve van de Europese ambtenaren, de vertegenwoordigingen van regio’s en steden en, meer algemeen, elke Europese burger - in ruime zin39 - die een activiteit uitoefent in het Europese kader. Net als het BITC heeft het VBBE eveneens een antenne in het Europees Parlement. Momenteel onderzoekt het Bureau in overleg met de betrokken instanties de mogelijkheden voor een uitgebreidere aanwezigheid bij de Commissie en de Raad. De toegang tot het repertorium van de ambtenaren van die twee organen zou in een eerste fase een ruimere verspreiding mogelijk maken van de Newsletter die het VBBE maandelijks uitbrengt en die een overzicht geeft van de activiteiten die in de hoofdstad plaatsgrijpen.
36
Bijlage VIII. B bevat de volledige lijst van deze voorzieningen. Momenteel is het Infopoint van het Europees Parlement het best gedocumenteerde, het meest zichtbare en ook het meest toegankelijke voor het publiek. 38 Zo is de toegang tot de Infopoints van het CvdR en het EESC onderworpen aan een strikte controle (men moet er door een beveiligingsportiek), terwijl bij dat van de Commissie of van Externe betrekkingen niet makkelijk parkeerplaats te vinden is in de nabijheid. Andere van deze centra, zoals de bibliotheek van de Raad of de documentatiedienst van de Raad, worden wel vermeld in de algemene brochures maar zijn strikt beperkt toegankelijk (de aanvraag moet minstens twee weken vooraf ingediend worden, met precisering van de reden enz.). 39 D.w.z. met inbegrip van de burgers van de kandidaat-lidstaten : Turkije, Kroatië, Albanië,… Voor een uitvoerige beschrijving van de opdrachten van het VBBE en de inventaris van regionale en stedelijke vertegenwoordigingen in Brussel, zie : www.blbe.irisnet.be. 37
21
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Opties
F. Projecten en initiatieven voor de hoofdstad van Europa De jongste jaren werden diverse initiatieven opgestart onder de gemene noemer van “sleutelprojecten” rond de Europese instellingen. Zo zijn er het “Museum van Europa”40, de «Europese cultuurpool”, voorgesteld in het Ombudsplan van 200341, en de Showcase of European Culture and Entertainment42 voorgesteld door de consultancegroep ULI, op verzoek van het Fonds Europese Wijk. Het doel van het Museum van Europa bestaat erin een «interpretatiecentrum» rond de Europese geschiedenis uit te bouwen, dat erop gericht is de Europese burgers in te wijden in de historische logica van de eenmaking. Aanvankelijk was voorzien dat het museum ondergebracht zou worden in het Europees Parlement, onder gebouw D4, maar intussen bestudeert men een nieuwe locatie. De Europese cultuurpool, voorgesteld door het Ombudsplan 2003, zou opgericht moeten worden in het huizenblok Van Maerlant. Vandaag is dat huizenblok bestemd voor woningen (+/- 20.000 m²) en handelszaken en buurtvoorzieningen (+/- 2.200 m²). De pool zou een centraal informatie- en ontmoetingspunt moeten worden voor al wie belangstelling heeft voor de bouw van Europa en de actualiteit errond. Hij zou moeten bestaan uit grote ruimten, open voor alle publiek, met permanente en tijdelijke tentoonstellingsruimten alsook lokalen voor debatten en pedagogische activiteiten. Het project werd voorgesteld als een sociocultureel vlaggenschip, een boegbeeld naar het voorbeeld van Bilbao, dat moet helpen om gestalte te geven aan een nieuwe stedelijke dynamiek. De Showcase of European Culture and Entertrainment, een concept van ULI, zou “het Europese uitstalraam van cultuur en ontspanning” moeten worden. Het zou de brede waaier van diverse culturen - in de ruime zin - van de 232 regio’s van de Europese gemeenschap moeten voorstellen. Zo zouden onder meer thema’s aan bod komen zoals de streekproducten, folklore, theater, beeldende kunsten of nog de kunst voor kinderen. Dit centrum, dat zich zowel richt tot de toeristen als tot de inwoners en werknemers van de wijk, zou in zekere zin een brug slaan tussen de instellingen en de burgers. Het zou een aantrekkelijk, aangenaam en ludiek centrum moeten worden dat openstaat voor iedereen. ULI zou dat “uitstalraam” vestigen op de Etterbeeksesteenweg, in de buurt van het Jean Reyplein, het Leopoldpark en het gebouw van het Comité van de Regio’s, opdat met name in de buurt activiteiten “in de straat” op touw gezet zouden kunnen worden. Er lopen momenteel nog projecten die hetzelfde doel ambiëren. Het Internationaal ontwikkelingsplan voor Brussel pleit ook voor de oprichting van een sleutelproject dat gestalte geeft aan Europa in Brussel en de Europese dimensie van de stad uitstraalt. Het richtschema stelt voor om een werkgroep op te richten die zich zou toeleggen op de kwestie van dat sleutelproject en de lokalisatie daarvan. Er werden de voorbije jaren verscheidene referentiedocumenten met betrekking tot die dialoog gepubliceerd43 en in het bijzonder het rapport «Brussel, hoofdstad van Europa»44.
40
Een project dat sinds 1997 in goede banen wordt geleid door de vzw Museum van Europa. Zie Ombudsplan Bru/Eur, Globaal stedenbouwkundig project rond de Europese wijk, op. cit., juli 2003 42 Zie A New Vision for the chaussée d’Etterbeek and the European Quarter. Final Report, prepared for the European Fund managed by the King Baudouin Foundation, Urban Land Institute Advisory Service Programme Report, Brussels, 16 – 18 May 2007. 43 Zie Bibliografie. 44 Europese Commissie en Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie, oktober 2004. 41
22
t
ue
Vie
R
.V
an
e Le Bon ilipp R. Ph
de
W
V ia
du
c
u
ne
De ux
R.d es
ei
l
R
.d
e
la
du
Vi ad
uc
of fa
rt
du
c
61.6
70,9
73.5
58,5
55,7
e
69.0
68.6
1,7%
R.
Sce
65,7
5,8%
0,4%
re pt
57,5
5,8%
56,3
du
67,0
59.2
62,45
66,9
3,5%
54,5
63,3
66,6
56,2
1,3%
sc
ale
1,2%
6,8%
Pa
3,5%
de
1,2%
53.2
R.
g
64,1
61.5
61.5
M
46.0
45,9
rla
Wavre
57,2
63,8
R.
52,8
46.7
77.0
52.4
du
53.6
46.6
Sc
ep
tre
56,7
51,1
51.4
R.
47,3
48.4
48.6
51.4
80.0
du
58
52.4
55.5
II
Broc
51,3
R. Limauge
R.d
u
Trô
t
Av. du he
74.4
94.0
74.0
51.0
63.7
59.1
48,0
45,9
47,1
47.2
78.0
58.5
106.0
63.7
58.4
58.1
52.8
R. Belliar
48.2
78.0
47,8
R.
50,2
de
e. de Ché
d
l'O rie nt
Wavre
47,8
46,3
46,5
78.0
78.0
Le "Résidence Palace" - bloc A
58.6
112.0
PLACE JEAN REY
47,0
48,6
51,2
48,3
47,9
48.2
46.3
54.5
Le "Charlemagne"
Le "Résidence Palace" - bloc C
94.0
48,2
55.5
52.4
Le "Lex 2000"
PARC LÉOPOLD
58,7
76.9
50,6
nt
50
65.0
60,5
ae
66.0
n
53,1
Va
72.0
R.
45.6
6,8%
65.0
Chée. de
56,5
53,1
61.5
45.3
46.0
10%
eph
48,8
5,0%
10%
85.2
92.5
100.5
de l'E tan
50,3
50,4
g
R. du Brochet
R.
57.9
53.0
Place Jourdan
57.5
50,8
51,1
6,0%
10%
57.9
51,6
52,0
R. Juste
Le "Juste Lipse"
114.0
58.1
avr
64.6
72.0
72,4
us
R. de Lalain
115.0
46.7
54.9
46.7
R. Jos
tel
W
Place Raymond Blyckaerts
66.3
63.1
72.7
59,6
ulo
48,6
75.0
47.0
51.2
54.0
ar
e
ne
S
G
V ia
67.9
Wavre
R. Vautier
72,0
57,4
To
75.0
g
55,0
45,8
vin
sM
.d
Ch ée
Lipse
vin
. St . Pi erre
54,2
56.7
Le "Berlaymont"
R. Ste
57,6
65,8
R. du Cornet
R. Général Leman
5,0%
65.5
R. Belliar
Fr an
66,4
R.
d
R.Schuman
57,9
59,0
66,1
Rond-Point
64.5
n
66.8
66,7
66.0
kli
5,0%
66,1
65,9
A v.
de
65,7
66,0
65,8
65.0
65,7
66,1
la loi
vin
C or
R. Louis Hap
te
nb
66.4
65,9
66,0
65,9
66,0
69,1
69.0
66,7 66.5
66,7
Brasserie
66.5
g
66.3
er
66,0
66,2
66,0
rgh em tram tram
R. R.Kips
3,1%
67,3
69,3
69,3 69,15 69,3 69,15
67,0
67.5
69,15
JARDIN FELIX HAP TUIN
Chée. St. Pierre
65.7
R. de
R. Ste
2,2%
Av. des
kli n
73.8
73.7
73.8
ns
71.0
R. du
tis
rghem ude Av.d'A Fe R.
Corn et
72.5
Pavillon des Passions Humaines
73.4
an
Ne rvie
70,35
69,7
69,7
70,1
R.
Fr
te
nb
er
g
75.6
73.5
te nd
ar
PARC
R. Général Leman
73.7
Mosquée
C or
74.6
de
71.0
A v.
l'E
DU
d
Ché
Pier e. St.
re
R.
Lo uis
Av.
Ti
et
Ha
p
R. du Cornet
ns
75.0
77.0
nt or
Ne rvie
Le
des
ENAI RE
Renai ssance
CINQ UANT
Av.de la
R.
Place Van Meyel
to in
R.
R.
du
66,3
Chée. de
62,1
llia rd
de
Lalain
90.0
80.0
R. Ste
rle
hée
An
Cité
R.
e
rt
R.
67.1
62,55
R. Be
R.
R. de
90.0
45.0
C ha
de
R.
of fa
67.6
60.0
58.0
56.7
47,4
49,4
R ue
C
R.
R.
nt or
kli n
Ti
an
Le
Fr
et
el
G
g
la loi
II
44.7
44,9
65.0
R.
G
R.
70.2
64.0
63.5
R. Mo nto yer
Lalain
R. de
eph
vin
Avenue Palmerston
Rue des Patriotes
Plan figuratif des interventions SQUARE MARGUERITE
n
eG au tie
R.
ci
ns
70.8
66.6
65.5
Place du Luxembourg
62.5
60.4
R. de
55.8
R. Jos
R. Ste
48.2
SQUARE MARIE-LOUISE
SQUARE AMBIORIX
Va
ou
Co
erce
Avenue Palmerston
el
ns
R.
Va
nd en broe
San sS
. du
Wavre
67.6
67.0
65.1
64.5
63.9
ar
R
e. de Ché
e
67.3
llia rd
ch
R.
Trô
ode
olon
du
re
y
ur us
.G
.C
R.
av
rol
R. Be
s
Eg lise
Sp a
R. de
A v.
de
C or
te
nb
er
g
Place des Gueux
76.5
75.0
R.Doyen Boone
79.0
R. du
83.6
Cornet
77.5
R.
Lo uis
Ha
p
R
.C
ha
m
p
du
Ch ée.
Rue des Patriotes
R
oi
St.
Pie rre
80.0
78.0
de
78.5
A v.
C or
te
N
nb
er
g
s
app ers
Av .
de s
ulo
is
Lo uis R.
Ga
Renai ssance
81.5
Av.de la
Ostad e
R.W
Ha
p
R. Ley
leri e Place St-Pierre
R. des
Francs
Av .
ulo
is
R
. de la
ra
e
rd
H
R. Fr.
nd
é ra
G
G
evelt
R.
os
78.5
e
Ro
rm
re
l'O
do
de
éo
R.
Th
Ga de s
R.
Pe llet
ai
e
ier
s R.de
'O .D
tr em ul
on
chaie la Jon
R
avril 2008
t
R.
de
l'O
e
en
Chée. St. Pierre
Ter vur
Square J. De Burlet
Av. de
rm
G
é ra
rd
nér al
R.
R. des Métaux C
R.d
u
hé
Trô
e. de W avr
0
50m
100m
Remarque : par souci de simplicité et de lisibilité, les graphismes des recouvrements renvoient en même temps à des matériaux et au statut d’utilisation. Voir Etude Space Syntax, rapport final (doc C/A4, p. 26 et p. 37)
arbres à haute tige
ier
R
. de
s
ng
re
t on
To
ltrem D'Ou
Pe llet
try
R. Fr.
Gra
recouvrements pour chaussées carrossables
recouvrements pour piétons
recouvrements minéraux non stabilisés
parterres, végétations basses, gazons, ...
R.
R. Gé
planche 11
Situation projetée
s
Ostad e
Place Wappers
R. Van
plan d’eau
R. Ley
R. Van
Place de Jamblinne De Meux
Direction : M.-L. Roggemans // Consultants : B. Clerbaux, Ch. Frisque, G. Stegen, STRATEC
R
R
e.
Ca
R.d
H ap
AA
Ché
R.
R. Mo nto yer
la loi
R
Lo ng
is
erce
Co mm
R. du
R.du Luxem bou rg
R. de
II
iertz
t Ru e Bo du og na
u
Boulevard Charlem agne
Ma rtea
nia ux
R.
Par
Arts
des
Av.
vard du Re gen
de R.
erce
Co mm
R. du
ust rie
l'Ind
R. de
Co mm
R. du
SQUARE DE MEEUS
rd
ust rie
l'Ind
R. de
Bo ule
R.du Luxem bou rg
R. Gu ima
ust rie
l'Ind
R. de
R. Mo nto yer
me rce
Com
R. du
e
la Sci enc
R. de
Phi lipp
Ru e
tin en Qu
De ux
R.d es
e
la Sci enc
R. de
eph
R. d'A rlon
la Sci enc
R. de
rgo gne
de Bou
R. M.
rlon
R. d'A
rlon
R. d'A
stone Av. Living
R. Jos
Tre ves
Froissa rt
Sp a
SCHEMA DIRECTEUR DU QUARTIER EUROPEEN
R. de
Tre ves
rlon
R. d'A
R. Archimede
R. de
Tre ves
R. de
R. Archimede
R. du
de
int e Sa Ru
e Le Bo n ier
rqu eur Re mo R. du
ma
R. du Marteau
a lie
'Id
Fle
ass
.d
de
arn
R
R.
.P
R. de
R
R. W
ek tterbe
R. Vaut
d'E ot
er Bo er Bo
Gr ay
ag ne ard Ch arlem Bo ulev
tin
ée. Dem Dem
lix
s s
R.
-A R.J Fe
. de . de
R. Cans
x
uen R. St.Q
Ch -A R.J
ke
ek
k
rgh em ude
De
Maa lbe
rb ee
R.
. du
tte
Gr ay
d'E
R. Jon
Av
R.
R
R.
R itz
r
ssée
Froissa rt
au
ude
Rue
Ch
Rue
Zie cartographische atlas, schets 11 Av.d'A Av.d'A
R . L.T
eu
tram tram
d
Th
ut
de
e En trée
Rue du Taciturne del
e Av.de la Joy eus
ng
Brey
ng l-A
Rue
l-A iche e En trée
iche .M la Joy eus
.M Av e Av.de
Av re ge
Cuypers
R.
n tru
ton
G er
e r
nt e-
re ge
e r
S ai
n
se l'Y
R.
De Vin ci
C or C or ard
le le R.L eon
R ue
bbe
R ue
on
R. Ho
on V er tillo
R. es R. Mu
V er es Ti tie
leri e
Ti tie Le
se l'Y . de
de la Ch eva
R.
Av
Av.
R. Le n
leri e
R. lto
de la Ch eva
Fu R.
r ye No
. de
Av.
Av
se
er du
er Noy
ar ér
Ch as
R.
G R. R. Abbé
la
R. du ux ux ro Deg
Av . de
New ut
de la Ch eva
ho
ro Deg
Av.
nt
h.
te
R.
C R.
el
Li ho Li nt
C
Noy . de de
s
du R. R.
de
R
Ch. R.
A v.
Région de Bruxelles-Capitale / Cabinet Minitre-Président
s
Richtschema van de Europese wijk
Syntheseplan
s
s
e
r
rt m be La ron Ba
rghem ude Av.d'A
ot
e
R. Posschier
e
Maalbeek
nberg R. Waye
R. Wayenberg
ck
ne
le
Stedenbouwkundige interpretatie
Richtschema van de Europese wijk
DE STEDENBOUWKUNDIGE EN ARCHITECTURALE PROGRAMMA’S Het GewOP maakt openbare ruimten45 één van de krachtlijnen van in prioriteit 1 “De aantrekkelijkheid van het wonen versterken”. Daarin wordt voorzien in de invoering van een ambitieus operationeel programma voor de verbetering van de openbare ruimte, gebaseerd op de kwaliteit (zichtbaarheid, toegankelijkheid, herwaardering van de wijken, voorrang voor voetgangers en niet-gemotoriseerde weggebruikers, materiaalkeuze, aanplantingen, stadsmeubilair, verlichting, assenlogica)46. Het richtschema moedigt deze verbetering aan en geeft een gedetailleerd overzicht van de kwalitatieve eisen voor de aanleg van de openbare ruimten in de Europese wijk. Het spoort alle bouwheren van openbare en private projecten aan om die te respecteren. Deze stedenbouwkundige en architecturale programma’s worden samengevat in een syntheseplan47 dat het volgende beoogt : − de realisatie van een interwijkenas in de Maalbeekvallei en de invoering, op korte termijn, van een stedelijk gemengd karakter op de Etterbeeksesteenweg; − de organisatie van de ruimte rond een netwerk van wijken en sterke centraliteiten, zodat de Europese instellingen duidelijk aanwezig kunnen zijn zonder het stedelijk karakter in het gedrang te brengen; − de optimalisering van strategische, grote openbare ruimten, zoals parken en stations van het openbaar vervoer, pleinen en squares. De grafische opbouw van dit plan brengt op een vereenvoudigde wijze een complexe en erg gevarieerde realiteit in beeld. Op plaatselijk niveau zal de concretisering van dit globale beeld bewerkstelligd worden aan de hand van klassieke procedures voor de aanstelling van ontwerpers. De plannen en illustraties vertegenwordigen dus een stedenbouwkundige en architecturale interpretatie van de belangrijkste onderdelen van de definitie in het richtschema.
45
”Openbare ruimte” moet hier ruim worden gezien. Niet in de zin van een “openbaar gebouw en naaste omgeving” zoals voorzien door de gemeenschapsdecreten van 10 mei 1984 en 23 december 1986 die de integratie van kunstwerken onderbrengen in globale financiering van de gebouwen in kwestie. 46 GewOP, Prioriteit 1 “De aantrekkelijkheid van het wonen versterken”, Belgisch Staatsblad van 22/10/2002, p. 46879. 47 Voor een gedetailleerde voorstelling van de legende, zie bijlage IV. 23
Richtschema van de Europese wijk
Perimeter van herstructurering van de implanting van de Europese Commissie
Peri Kunst-Wet
met
J
58.000 m² V/T 4,80
an d
H
40.000 m² V/T 5,50
I
er v
e we dstr ijd E
47.000 m² V/T 4,60
G
49.000 m² V/T 5,00
F
35.000 m² V/T 3,60 49.000 m² V/T 6,60
Wet str
aat
D 43.000 m² V/T 3,90
Perimeter van de wedstrijd Bestaande situatie Perimeter van wedstrijd Bellde iards traa t Metro (lijnen en stations) Spoorweg
B 98.000 m² V/T 4,20
Maalbeek
C 23.000 m² V/T 4,70
A 44.700 m² V/T 3,15
Charlemagne Lex 2000
Berlaymont
BrusselSchuman
Justus Lipsius
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
A. De herstructurering van de inplanting van de Europese Commissie Momenteel neemt de Europese Commissie, verspreid over 45 gebouwen, zowat 800.000 m² in beslag in de Europese wijk, waar ze haar hoofdverblijfplaats wil behouden en werk wil maken van een rationeler gebruik van de huidige ruimten zonder er nieuwe te creëren. Een werkgroep bestaande uit leden van het BROH en de Europese Commissie heeft een hypothetisch herstructureringsplan uitgewerkt voor die ruimten, rekening houdend met de opties van het richtschema en met de elementen die naar voor werden gebracht door de Europese instelling : − functionele entiteiten (elk ter grootte van ongeveer 30.000 m²) dicht bij elkaar en liefst in eigendom; − makkelijke verbindingen met een krachtige pool van het openbaar vervoer; − verbetering van de kwaliteit van de gebouwen, met name op grond van criteria in verband met de energieprestaties en de duurzame ontwikkeling; − versterking van de symboliek van de Europese gebouwen; − integratie van de gebouwen van de Commissie in het stadsweefsel via drie soorten acties : diversifiëring van de activiteiten in de wijk, evolutie van het imago van Europa en definiëring van het stedenbouwkundig kader. Zowel het globale project als de individuele bouwwerken moeten beantwoorden aan ambitieuze doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling, met name via de toepassing van voorschriften voor de hoge milieukwaliteit op stedenbouwkundig en architecturaal vlak. Deze doelstellingen zullen worden opgenomen in het bijzonder bestek dat de modaliteiten bepaalt van de stedenbouwkundige wedstrijd en er zullen voorschriften voor de hoge milieukwaliteit worden opgenomen in het Bijzonder Bestemmingsplan dat vervolgens zal worden uitgewerkt op basis van de resultaten van die wedstrijd. Bijzondere aandacht zal daarbij uitgaan naar de gebouwen die bestemd zijn voor de Europese Commissie, om zowel hun architecturale symboliek als hun energiedoeltreffendheid te vergroten. Als ze eenmaal is heraangelegd en een voorbeeld zal zijn inzake de uitstoot van broeikasgassen, zal de Wetstraat een katalysator vormen voor de herontwikkeling van de Europese wijk. In totaal moet zowat 400.000 m² geherstructureerd worden (170.000 m² die al in de perimeter ligt en 230.000 m² elders in de Europese wijk). Er werd geopteerd voor een vloer/terreinverhouding van 8,048. Er zijn geen voorafgaande vereisten bepaald inzake de ruimtelijke vormgeving. Die zal het voorwerp uitmaken van een internationale stedenbouwkundige en architecturale consultancy, die moet dienen als basis voor de uitwerking van een BBP. Herstructureringsprogramma Actueel
Verhoging
Totaal gepland
Totale vloeroppervlakte
490.000
390.000
880.000
Vloeroppervlakte kantoren
470.000
240.000
710.000
waarvan Commissie
170.000
230.000
400.000
waarvan andere kantoren
300.000
10.000
310.000
110.000
110.000
40.000
60.000
Vloeroppervlakte woningen Vloeroppervlakte handelszaken en voorzieningen (met name buurtvoorzieningen)
20.000
Note : Les m² commerces & équipements actuels représentent les m² occupés par l’hôtel Europa (Crowne Plaza)
24
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
Het voorgestelde bestemmingsprogramma is het volgende: − 710 000 m² kantoren waarvan 400 000 m² voor de Europese Commissie; − 110 000 m² huisvesting bij voorkeur gevestigd langs de Lalaingstraat, Square Frère Orban et rue Guimard; − 55 000 m² handelszaken en voorzieningen gevestigd in de hoek Wet/Etterbeek alsook op de gelijkvloers langs de Wetstraat. Het voorgestelde programma voor de oppervlakten die elders in de wijk worden verlaten door de Europese Commissie, zijnde 230.000 m², ziet er als volgt uit : − reconversie van 30 %, zijnde 70.000 m², in woningen; − inplanting van een Europese school en een kribbe voor 25.000 m² (te bestuderen); − inplanting van handelsfuncties en buurtdiensten volgens de opties van het richtschema; − bestemming van het saldo voor privékantoren, bij een ongewijzigd GBP. Opdat dit programma verwezenlijkt zou kunnen worden, zal een verdrag worden opgesteld tussen de Europese Commissie en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om de rechten en plichten van elke partij te preciseren, alsook om de diverse fasen van de operaties te plannen. Het richtschema preciseert dat een dergelijke toename van de bouwprofielen enkel zal worden toegestaan binnen deze herstructureringsperimeter. De aflevering van stedenbouwkundige vergunningen zal gekoppeld worden aan de stedenbouwkundige lasten die de uitreikende overheid meent te moeten opleggen aan de aanvrager in overeenstemming met het evenredigheidsprincipe. Deze werkhypothese werd ontwikkeld na de raadplegingsfase rond het voorontwerp van richtschema. Ze moest minstens vertrouwelijk worden gehouden tot er een principieel akkoord was tussen de Europese Commissie en het Brussels Gewest.
48
De vloer/terreinverhouding is de verhouding tussen de bruto bovengrondse oppervlakte van het gebouw en de totale oppervlakte van het terrein waarop dat is opgetrokken. 25
Richtschema van de Europese wijk
Ru
eB
od
uo
tram tram
gn
at
Aanleg van een stadsboulevard op de Etterbeeksesteenweg
44,9
Ma
rte
l
Charlemagn
e
es
Ru e
Boulevard
Sa in
tQ
uen
tin
Ru
arl
h eC
44.7
tone
49,4
R. S
tevin
R. Archimede
Av. Livin gs
48.2
54.0
58.1
R. S
ma
gn
R. S t.
e
Que nti
n
Rue du Taciturne
45.0
tevin
ar le
80.0
Ch
R.
F ra
nk
lin
rd
R. J o se
ph II
64.5
Bo
ule
45,8
va
51.2
54.5
47.0
57.9
57.9
57.5 46.7
55,0
10%
10%
10%
Le "Charlemagne"
54.9
90.0
Le "Berlaymont"
112.0
53.6
53.0 55.5
46.7
114.0
52.8 58.1
55.5 75.0 115.0
R. Archimede
58.4 46.0
Le "Lex 2000" 58.6 61.5
R. de La
laing
66,1
45.3 52.4
52.4 61.5 52.4
58
65.5
Le "Résidence Palace" - bloc A
94.0
Rond-Point
106.0 51.4
R.Schuman
59.1
76.9 45.6
Le "Résidence Palace" - bloc C
45,9
65,8
63.7
66,4
51.4
Pa
sc
ale
46.0
94.0
100.5 63.7
77.0
uss
de
a Ch
R.
58.5 46.3
sa rt
65.0
Le "Juste Lipse"
ée
Fro is
61.5
tte d'E
51.0
rb e ek
65.0
50
an
78.0
46.6
66
78.0
46.7
92.5 74.4
nt rla
78.0
74.0
el
72.0
B re yd
V R.
e Ma
R ue 78.0
80.0
85.2
48.2
53.2
R ue
48,6
48.2
66.0
6,0%
PLACE JEAN REY
R. Juste
Lipse
56.7
48.6 48.4
47,9
47.2
50,6
R. Bellia
rd
5,0%
54,2
47,1
5,0% 59,0
Ch
53,1
R. Bellia
rd
ée
Zie cartographische atlas, schetsen 12 - 13
Stedenbouwkundige interpretatie
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
B. De aanleg van een stadsboulevard op de Etterbeeksesteenweg Het richtschema pleit voor het ruimtelijk concept van een boulevard die meer open is en in de lengte is uitgewerkt, en tegelijkertijd zijlingse en dwarse verbindingen biedt. Globaal beschouwd speelt het reliëf hier een belangrijke rol. Transversaliteit in een vallei is een essentiële natuurlijke troef voor een stadsboulevard49. Het tracé van de bebouwing op plattegrond volgt het algemene rooiplan van de steenweg, dat werd goedgekeurd door de Gewestregering op 13 september 200750. Het richtschema zet de volgende elementen op een rijtje : − de aanleg van een stadsboulevard met bomen, waarop een structurerende lijn van het openbaar vervoer loopt (eventueel een tramlijn51) voor de onontbeerlijke interwijkenverbindingen; − de realisatie van geïntegreerde en aangename inrichtingen voor voetgangers en fietsers : o uitwerking van de Gewestelijke fietsroute 7, o aanleg van brede voetpaden, o inachtneming van de dwarsstraten, − de coherente behandeling van de as waarbij rekening wordt gehouden met de noord-zuidelijke sequenties : o de residentiële squares, o een strook van woningen/handelszaken/voorzieningen tegenover de Tuinen van Maalbeek, o de herwaardering van het metrostation Maalbeek, o de verbinding Etterbeeksesteenweg/Wetstraat, o toegankelijkheid tot het toekomstig multimodaal station (GEN - metro) Schuman, o de aanleg van een openbare esplanade die borg staat voor de toegankelijkheid van het theater en het zwembad van Résidence Palace, o het Jean Reyplein, één van de grootste pleinen van de wijk, moet volledig op animatie worden toegespitst en een heuse draaischijf worden van deze sequentie, o het benedengedeelte van de Belliardstraat en de verbindingen met het Leopoldpark, o het Jourdanplein. − de versmalling van de brug van de Wetstraat tot de strikt noodzakelijke breedte voor de rijweg, en de verwijdering van de parkeerruimte voor het Europa-hotel. Het plan stelt een doorlopende bebouwing voor, zelfs op plaatsen waar het soms niet erg diep is, om een zekere dichtheid te creëren ter versterking van de centraliteit, alsook om de nieuwe volumes prioritair te bestemmen voor een gemengd programma van woningen met handelspanden op de benedenverdieping en voorzieningen.
49
Het is een troef waarvan de Wetstraat niet profiteert en niet kan profiteren omdat die een artificiële kam vormt in het stadsweefsel; de Wetstraat zal nooit een stadsboulevard kunnen zijn zoals de Etterbeeksesteenweg dat kan worden. Zie bijlage VII, het algemene rooiplan van de Etterbeeksesteenweg, De studie van het verkeersschema van de Europese wijk zal worden gestart in 2008. Die studie zal met name de technische haalbaarheid en het klantenpotentieel van zo’n tramlijn onderzoeken. Als er geen tram komt, zal een eigen baan voor bussen worden aangelegd op de Etterbeeksesteenweg. Zie hoofdstuk op de opties van het richtschema, punt A, p. 10. 51
26
Richtschema van de Europese wijk
De omgeving van Résidence Palace ,
10%
Le "Charlemagne"
54.9
112.0
53.6 55.5
46.7
5 58.1
55.5
115.0
58.4 46.0
Le "Lex 2000" 58.6 61.5
R. d e L
alaing 45.3 52.4
52.4 61.5 52.4
58
Le "Résidence Pa - bloc A
94.0
106.0 51.4
59.1
76.9 61.5
45.6
Le "Résidence Palace" - bloc C
45,9
63.7
51.4 65.0
Pa
s
46.3
46.0
a Ch
94.0 63.7
77.0
uss
R
e .d
le ca
58.5
ée tte d' E
51.0
rb e 50
R.
nM Va
ae
ek
65.0
78.0
46.6
78
46.7 74.4
nt rla
78.0
74.0
72.0
7 80.0
Zie cartographische atlas, schetsen 14 - 15
48.2
Stedenbouwkundige interpretatie
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
C. De omgeving van Résidence Palace Ter herinnering : − blok A van Résidence Palace vermeerderd met het nieuwe gebouw van de Raad van de EU zal de Europese toppen vanaf 2012 verwelkomen ; − in blok C bevinden zich het zwembad en het theater, die gerestaureerd moeten worden om ze toegankelijk te maken voor het grote publiek; − in blok C bevinden zich ook het Internationaal Perscentrum (IPC) en diverse internationale organ ismen; − blok E bevat 57 woningen. De inplanting van woningen langs de Etterbeeksesteenweg gebeurt geleidelijk sinds 2001 (+/- 1.000 woningen met SV). Met de inrichting van de openbare ruimten werd daarentegen pas echt begonnen na de ondertekening van het driepartijenakkoord (27 maart 2006) en de besluiten van het BHG met betrekking tot de rooilijn van de Etterbeeksesteenweg en het project voor de inrichting van de steenweg als stadsboulevard. Wat vandaag nog ontbreekt opdat dit gebied definitief zijn statuut van back office zou kwijtraken, naast de heraanleg van de Etterbeeksesteenweg, is de creatie van een openbare esplanade die de toegankelijkheid van het theater en het zwembad meer in de verf zet. Die inrichting moet : − de functie van voorplein vervullen voor het theater en het zwembad van Résidence Palace; − een tweede gevelfront vormen voor het IPC en de internationale bureaus (VN) die zijn gehuisvest in blok C; − het mogelijk maken om de in- en uitgangen van de parkings tussen Justus Lipsius en Résidence Palace52 en de toegangen voor brandweer en hulpdiensten als kwalitatieve openbare ruimten in te richten; − een nieuw gezicht geven aan de Europese instellingen vanaf het Leopoldpark, het benedengedeelte van de Belliardstraat en de heraangelegde Etterbeeksesteenweg.
52
Deze in- en uitgangen verschaffen toegang tot de parkings van Justus Lipsius, Résidence Palace, Berlaymont onder de Wetstraat door, en de toekomstige Raad van de EU. Ze dienen eveneens voor de catering van Justus Lipsius en leveringen voor Résidence Palace.
27
Richtschema van de Europese wijk
Bo
Het multimodaal platform Schuman 54.5
0
57.9
57.9
57.5 46.7
10%
10%
10%
Le "Charlemagne"
54.9
112.0
53.6
53.0 55.5
46.7
52.8
114.0
58.1
55.5
115.0
58.4 46.0
Le "Lex 2000" 58.6 61.5
aing 45.3 52.4
52.4 61.5 52.4
58
Le "Résidence Palace" - bloc A
94.0
106.0 51.4
59.1
76.9 61.5
45.6
Le "Résidence Palace" - bloc C
45,9
63.7
51.4
58.5
65 0
Zie cartographische atlas, schetsen 14 - 15
Stedenbouwkundige interpretatie
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
D. Het multimodaal platform Schuman Het station mag niet louter gezien worden als een internationale infrastructuur voor het openbaar vervoer, maar dient ook te worden beschouwd als een soort «stedelijk bindmiddel». Er wordt een makkelijk toegankelijke en duidelijk zichtbare hoofdingang gecreëerd vanaf de vallei. Het schema toont duidelijk aan welke voordelen het biedt om een hoofdingang te creëren vanaf de brug die de vallei overspant : het is het punt van de “vork” die wordt gevormd door de twee spoorweglijnen voordat ze uiteengaan. Alle perrons komen daar samen en het is ook een punt dat duidelijk zichtbaar is vanaf de westelijke heuvel, vanaf de Pascalestraat, de Toulousestraat en de de Lalaingstraat. Als men in die straten afdaalt, zal men de perrons en de treinen goed kunnen zien. Dit project maakt het mogelijk om de ruimte van het multimodaal station en zijn verbindingen te integreren in de stedelijke ruimte. Door de nieuwe verbindingsfunctie die de perrons krijgen, worden deze een onderdeel van het ruimtelijke net dat een makkelijk toegankelijke en rechtstreekse link legt tussen de vallei, de Karel de Grotelaan en de hele noordkant van de Wetstraat. Het is immers precies op deze plek dat er een schrijnend gebrek aan permeabiliteit kan worden vastgesteld tussen het noorden en het zuiden, wat te maken heeft met de - wellicht tijdelijke - veiligheidsmaatregelen voor het gebied alsook met het - permanente - morfologische karakter van de stedelijke structuur. De toevoeging van een “passage” door het station53 vergroot de leefbaarheid van de handel in de omgeving van het station en zorgt ook voor meer veiligheid in de zone. Drie van de vier perrons worden toegankelijk via de nieuwe ingangen aan de Karel de Grotelaan, met zacht hellende platformen, zonder trap of lift.
53
De opening van die passage zal gekoppeld zijn aan het beheer van het station door de NMBS. Deze vormt een goed alternatief voor bepaalde verbindingen maar is niet onontbeerlijk voor de leefbaarheid van de wijken. Een studie over het Noordstation en de omliggende wijken - in opdracht van de NMBS en uitgevoerd door Space Syntax in 2001 - heeft het belang aangetoond van transitdoorgangen dwars door het grote huizenblok van het station.
28
Richtschema van de Europese wijk
3,1%
ue n
tin
58.1
Ch arl em ag ne Bo ule va rd
R.
54.5
F ra
n
ge
h II
An
se p
k li n
e l-
R . Jo
te vin
ich
51.2
.M
R. S t.Q
66,1
R. S
Av
e du Taciturne
0
R. A
Perimeter van de stedenbouwkundige en architcturale wedstrijd
64.5
R. S
57.9
57.9
. Av
73.4
te vin
de
Co
rt e
nb
g
Av.d
e la
75.6
73.8
57.5
er
Ren aiss anc
e
46.7
10%
10%
Le "Charlemagne"
54.9
73.8
10%
Le "Berlaymont"
112.0
53.6
73.7
53.0 55.5
46.7
Mosquée
114.0
52.8 58.1
55.5
115.0
61.5
ng
.d
e
Co
nb
er
g
e
rt e
E ntré
Av
66,1
45.3
74.6
73.7
Pavillon des Passions Humaines
la Jo ye
58.6
A v.de
Le "Lex 2000"
us e
R. Archimede
58.4 46.0
73.5
72.5
52.4
52.4
66,7
61.5 52.4
58
65.5
Le "Résidence Palace" - bloc A
94.0
Rond-Point
106.0 51.4
R.Schuman
59.1
66.8
76.9 45.6
Le "Résidence Palace" - bloc C
45,9
65,8
58.5 46.3
77.0
Ch
Le "Juste Lipse"
au ssé 'E tt e rb k
78.0
69,3
46.6
46.7
92.5 74.4
PAR CD
e rg he
nt
69,7
66.0
78.0
'A ud
78.0
UC
INQ UAN
la Jo ye
us e
E ntré
m
n
rla
71.0
A v.d
Va
ae
69,7
69,3 69,15
ee
R.
M
70,35
Ru e
ed 50
69,15
100.5
51.0
70,1
69,15
69,1
94.0 63.7
65.0
69,3
e
46.0
i
art
65.0
71.0
la lo
66,4
51.4
a le
R. de
63.7
Froiss
61.5
74.0
78.0 85.2
48.2
Ru e
80.0
A v.de
Brey
del
72.0
48.2
66.0
Brasserie 6,0%
PLACE JEAN REY
R. Juste
65,9
Lipse
66,1
56.7
67.5 65.7 48.6 48.4
65,8
47,9
66,0 47.2
R. Belliar
d
66,7
5,0%
50,6
67,0
66.5
66,2
65,7
67,3
54,2
47,1
5,0% 59,0
ée Ch
53,1
. d'E art
66.3
66,0
57,9
65,9 65,9
Ru e
56,5
66,7 66.5
ot
Froiss
65,7
m De
46,3
66,0
5,0%
66,0
A
eek
6,8%
66.4
d
JR.
tterb
53,1
R. Belliar
65.0
57,6
A v.
de s
N e rv
ie n s
66,0
A
Zie cartographische atlas, schetsen 12 - 13
Stedenbouwkundige interpretatie
TEN A
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
E. Het Schumanplein en omgeving Artikel 5 van het driepartijenakkoord voorziet dat er voor de heraanleg van het Schumanplein een internationale wedstrijd wordt georganiseerd. Naast de definiëring van de perimeter van de wedstrijd en de afschaffing van het bovengrondse transitverkeer, zullen de kandidaten ook rekening moeten houden met - en studies moeten uitvoeren rond - de volgende aspecten : − het respecteren van het perspectief naar de bogen van het Jubelpark. Het bestaande ontwerp voor het station voorziet in de creatie van een superstructuur in de as van de Wetstraat die de gemeenschappelijke hoofdingang van het station en het metrostation Schuman zou bevatten. Zonder die toegang is een gemeenschappelijke distributie immers ondenkbaar. Maar een "bouwwerk" op die plaats is in strijd met de noodzaak om het plein en het perspectief vrij te maken van alle hindernissen. Het project voor die toegang zal dus een technische en praktische oefening worden waarbij het erop aankomt de impact ervan op de open ruimte tot een minimum te beperken; − de mogelijkheden om de voetgangersverbindingen tot stand te brengen tussen Résidence Palace en Justus Lipsius enerzijds, en Berlaymont anderzijds, met behoud van de natuurlijke verlichting van het toekomstige Schumanstation. − de inrichting van de (ook zijdelingse) in- en uitgangen van het Schumanstation; − het Schumanplein vormt niet alleen een belangrijk knooppunt tussen de omliggende wijken, maar is ook een symbolische en identificeerbare plek voor de Europese instellingen. De ruimte zal worden vrijgemaakt met de nodige openheid naar de uitstralende structurerende assen toe. Het plein moet een open en gediversifieerde trekpleister worden waar bovendien diverse installaties kunnen worden geplaatst en/of tijdelijke evenementen kunnen worden georganiseerd. − het plein blijft een rotonde voor het interwijkenverkeer – ook voor het plaatselijke autoverkeer. Het richtschema stelt voor om het aantal rijvakken te verminderen; − de sterke, geanimeerde verbinding tussen het Schumanplein en de hoofdingang van het Jubelpark; − de coherente behandeling van de wegen die uitmonden op het Schumanplein; − de behandeling van de naaste omgeving van Berlaymont, Résidence Palace, Justus Lipsius en de Karel de Grotelaan met behoud van de achteruitbouwstroken tussen de openbare ruimte en de gevels van de gebouwen en rekening houdend met het feit dat deze stroken ontoegankelijk zijn wanneer de veiligheid dat vereist; − de bovengrondse inrichting van de tunnelingangen in de Blijde Inkomstlaan en de heraanleg van die as als interwijkenweg. Een aantal elementen in de uitgebreide perimeter van de wedstrijd vereisen bijzondere aandacht : − de verbinding Wetstraat/Etterbeeksesteenweg; − de verbinding Etterbeeksesteenweg/Karel de Grotelaan via de spoorwegperrons onder de Wetstraat.
29
Richtschema van de Europese wijk
Het Consilium Le Charlemagne
54.9
Le Berlaymont
112.0
53.6
53.0 55.5
46.7
114.0
52.8 58.1
55.5
115.0
R. Archimede
58.4 46.0
Le "Lex 2000" 58.6 61.5
e Lalaing
66,1
45.3 52.4
52.4 61.5 52.4
58
65.5
Le "Résidence Palace" - bloc A
94.0
Rond-Point
106.0 51.4
R.Schuman
59.1
76.9 45.6
Le "Résidence Palace" - bloc C
45,9
65,8
63.7
66
51.4
a le
46.0
46.3
77.0
94.0
100.5 63.7
au
Le "Juste Lipse"
ssé ed 'E t k
50
an
M
ae
78.0
46.6
78.0
46.7
92.5 74.4
t
78.0
74.0
el
72.0
B reyd
V R.
n r la
51.0
b ee te r
65.0
Ru e 78.0
80.0
85.2
48.2
Ru e
sc
Ch
d
a eP
58.5
sa rt
65.0
F ro is
61.5
48.2
66.0
6,0%
PLACE JEAN REY
R. Juste
Lipse
56.7
Stedenbouwkundige interpretatie Zie cartographische atlas, schetsen 14 - 15
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
F. Het Consilium Het Justus Lipsiusgebouw bestrijkt een groot, massief en monofunctioneel huizenblok. De ligging tussen het Europees Parlement enerzijds en het Berlaymontgebouw en het Schumanplein anderzijds maakt van dit gebouw een kernelement voor het welslagen van de voetgangers- en fietsersas tussen de Europese instellingen. Het richtschema stelt voor om nauw overleg te plegen met de Raad van de EU om een coherent aanlegvoorstel uit te werken voor de omgeving van het Justus Lipsiusgebouw, waarbij de trajecten voor voetgangers en fietsers overzichtelijker worden en de inrichting van de Etterbeeksesteenweg wordt versterkt. Bijzondere aandacht dient uit te gaan naar de inrichting van de in- en uitgangen van de parking van het Consilium op de Etterbeeksesteenweg. Die zijn namelijk te imposant om compatibel te zijn met de voetgangersstromen en het gezellige karakter dat moet worden gecreëerd door de nieuwe inrichting van de Etterbeeksesteenweg.
30
Richtschema van de Europese wijk
De mail R
60.4
R. B
e llia
R.
Va
n
M
ae
rd 57,4
R. M on to ye r
e
72.0
e la S cie nc
54,5 63.9
R. d
53.2 66.0
62.5
R. M on to ye r
o rq u R. d 55,7
R. d
e T re v
es
R. M
R. d
. de
'A rlo
u Re m
n
B ou
rg o g
eu r
ne
60.0
R.du Lu
53,1
xe m b ou rg
3,5%
53,1
64.5 63.5
6,8%
56,3
5,8%
3,5% 59,6
Place du Luxembourg
56,5
1,3%
57,5
1,7%
58,5 64.0
65.1
n
6,8% 5,8%
'A rlo
62,1
R. d
6
62,45
66,6
R. Pa rn as
e T re ve
s
se 67.0
5
63,3
65,7
R. d
67.3
PARC
1,2%
0,4%
62,55
66,9 1,2% 67,0
65.5
R
.d
'Id
al ie
64,1
66.6
R. W
ie rtz
68.6
63,
67.6
R .G ec
R . V au tie r
od ha r le
73.5
57,2 70.8
72,4
70,9 72.7 72,0
r R. Vautie
70.2 67.6
e. de Ché
67.1
Chée. de
66,3
Chée. de
72.0
Wavre
56,2
69.0
63.1
re Wa v
61.6
59.2
R. Limauge 64.6 67.9
66.3
u
enberg R. W ay
d R. ô Tr ne
R.
ns
ei
V ia
du
c
l
G
en
rt
nd
of fa
Va
R.
R.
Co
du
b
Zie cartographische atlas, schetsen 16 - 17
Stedenbouwkundige interpretatie
Wavre
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
G. De esplanade van het Europees Parlement : de Mail Ter herinnering, de Mail (“malieveld” in het Nederlands) is een soort openbare ruimte waarvan we de etymologische roots moeten zoeken in het “maliespel” (een soort croquet met houten slaghamers, voorganger van het huidige golfspel) dat in de 16de eeuw werd gespeeld aan het Franse hof op een grasveld langs een dreef, grenzend aan de tuinen van het Tuileries-paleis. De nabijheid van het Leopoldpark en de inrichting rond het Europees Parlement, waar aanvankelijk meer bomen stonden, hebben de ontwerpers ertoe aangezet om deze openbare ruimte te bestempelen als de Mail. De Gewestregering heeft het principe goedgekeurd om de Mail openbaar te beheren als een gewestweg. Momenteel loopt een diepgaand onderzoek over de modaliteiten voor de overname van die plaats door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De volgende elementen dienen in aanmerking te worden genomen : − de versterking van de oost-westelijke dwarsverbindingen tussen het Luxemburgplein en het Leopoldpark, tussen het stadscentrum en de gemeenten van de eerste stadskroon; − de organisatie van een stedenbouw- en architectuurwedstrijd voor de behandeling van de sluiting van het Noordpunt en de oversteek van de Belliardstraat. Aan het Noordpunt wordt de dynamiek hoofdzakelijk verschoven naar de Pascalestraat in de richting van de vallei. In het kader van die continuïteit zou de oversteek van de Belliardstraat moeten worden ingericht. Deze verschuiving naar rechts, komende van de Belliardstraat, is gekoppeld aan (en wordt kracht bijgezet door) het voorstel om de rooilijn van de Belliardstraat te sluiten tegenover de Mail. Dit voorstel, samen met dat voor het Westpunt van het Schumanstation, opteert er duidelijk voor om af te stappen van het idee om over verlengde perrons te lopen door het huizenblok heen, tussen de Pascalestraat en de Toulousestraat; − organisatie van een stedenbouw- en architectuurwedstrijd voor het Zuidpunt, waarbij de volgende probleempunten moeten worden behandeld : o de verbinding van de openbare ruimte van de Mail met het traditionele stadsweefsel van de Waversesteenweg, o de verbetering van de overzichtelijkheid van het Museum voor Natuurwetenschappen en het Leopoldpark vanaf de Waversesteenweg en de Viaductstraat naar het centrum van Elsene via een herinrichting van de toegangen, de creatie van een trap in het perspectief van de Viaducstraat richting het museum alsook de bouw van een gebouw dienend als antenne van het museum op de Waversesteenweg, o de creatie van een voetgangerspad op de hoge bermen van de spoorweg om het park en de Viaducstraat te bereiken vanuit de Waversesteenweg, o de versterking van de aanwezigheid van woningen die toegankelijk zijn voor de hele Brusselse bevolking; − de ontsluiting van de culturele voorzieningen in de buurt van het Leopoldpark met de installatie van een infodesk (zie hoofdstuk op de opties van het richtschema, punt D); − de inrichting van een ingang voor het Visitor Center vanaf de Trierstraat; − de verbetering van de oversteek van de Mail in het verlengde van de Montoyerstraat, waarvan het perspectief het enige zicht biedt op het Leopoldpark vanaf de Kleine Ring. Momenteel snijdt de inrichting van het verhoogde plateau van het Europees Parlement het visueel contact met de bomen van het park af. De inplanting van een nieuwe trap op de Montoyerstraat zou dat perspectief moeten versterken; − de lancering van een ideeënoproep voor de animatie van de Mail. Deze activiteiten worden tevens aanbevolen in het gedeelte van het schema voor handelsontwikkeling dat handelt over de Europese Wijk.
31
Richtschema van de Europese wijk
Het Jubelpark en zijn omgeving Ru
s
Wappers
e le
le tie
r
rre
R. Archimede
Co
.P el R . Fr
De Vi nc
i
ge
3,1%
Av
66,1
R .L eo
lin
An
nk
e l-
ra
ich
R. Va
nO stad e
R.
ob be
ma
ge
F R.
na rd
.M
ev in
Co
rt e
nb
e rg
75.6
73.8
e la
R. Va
nO stad e
e
r
Av.d
ut illo
e
rm
R. M
.d
l'O
Noye
Av
73.4
te vin
de
R. du
R. S
R. H
64.5
Ren aiss ance
R. Le ys 73.8
R.
de
l'O
rm
e
C R.
mont" Mosquée
ro eg h.D
73.7
77.0
ux
R. Le ys
e rg 74.6
R. 73.5
72.5
Av .d
66,1
73.7
Pavillon des Passions Humaines rie
nb
e
rt e
Av.d 78.5
va le
Co
e la
G
Square J. De Burlet é ra
rd
de la C he
e
E ntré
.d
e la Jo ye
Av
us e
R. Archimede
79.0
Ren aiss ance
Av.
66,7 65.5
75.0
Rond-Point R.Schuman 66.8 71.0
la lo
i
69,3
66,4
rd éra
R. de
G R.
65,8
70,1
70,35
77.5
69,15
69,1
69,15
69,7
Fro iss
art
69,3
71.0
69,15
78.0
Ru e
75.0
69,3
va le de la C he
R
'O .D
m re u lt
on
t
Av.
er gh
E
em
76.5
Ru e
Av .d
Breyde
l
e la Jo ye
us e
E ntré
e
TEN AIR
r
'A ud
INQ UAN
se l'Y
UC
de
Av .d
PAR CD
. Av
rie
69,7
66.0
Brasserie 65,9
80.0
. Av
66,1
de se l'Y
67.5 65.7
r
81.5 65,8 66,0 66,7 67,0
66.5
66,2
65,7
67,3
5,0% 59,0
66.4
R. Belliard 66,0
5,0%
78.5
66.3
66.5
65.0
57,6
66,7
-A R.J
66,0
m De
65,7
66,0 65,9
Av.d de s
Ne rv
ie ns
va le
Av .
rie
ot 65,9
57,9
Av .d
de la C he
66,0
Av.
'A ud er gh
A v.
de s
Ga
uloi
s
em
Av .
de s
Ne rv
ie ns
tram tram
R. ns ke De
A v.
de s
Ga
uloi
s
R. de s
Fran
cs
ot Co rne
e lt C .d Av
t
de
R. du
t
es
m De
es
-A R.J R.
R. du Cornet
rne du Co
ru
R. du Cornet
la Jo
nc ha
ie
ux
Sa R.
nn ia
in te
-G
R . Jo
ert
R.de
R. Fe lix Ha p
Zie cartographische atlas, schets 11
St.
Pier
re
Place
Stedenbouwkundige interpretatie
e Te rv ur
en
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
H. Het Jubelpark en zijn naaste omgeving In het meer algemene kader van de restauratieplannen voor het Jubelpark54 en aanvullend op dat plan stelt het richtschema voor de Europese wijk voor om : − de centrale toegang in de as van de Wetstraat te restaureren en de toegankelijkheid vanaf het Schumanplein te verbeteren, dit rechtstreeks in het kader van de internationale wedstrijd voor de heraanleg van het plein; − twee nieuwe toegangen te creëren op de hoeken van de Kortenberglaan/Park en de Oudergemlaan/ Park om de verbindingen met de naburige woonwijken te versterken, en in het bijzonder met de residentiële squares; − een structurerende verbinding te creëren die parallel loopt met de Blijde Inkomstlaan en die deze twee nieuwe ingangen verbindt en die meteen ook de toekomstige brasserie en het Paviljoen der Menselijke Hartstochten in het traject opneemt. Wat de bouw van de brasserie op de zuidwestelijke hoek betreft, wordt voorgesteld om de inplanting ervan niet te voorzien op de kruising van de assen van de twee monumentale dreven, maar in de as van de oost-westelijke dreef, en aan de rand van de noord-zuidelijke dreef; − de wegentunnel te overdekken, die het park in twee snijdt en een ernstige bron vormt van geluidsoverlast en verontreiniging; − het Jubelpark omboorden met fietspaden en brede stoepen maken het samenleven van de wandeling, jogging en fietsers mogelijk; − de terreinen van de Koninklijk Militaire School (KMS) opnieuw aan te leggen met het oog op een betere complementariteit tussen de restauratie van de oorspronkelijke assen van het park en de monumentale inkomdeuren van het gebouw. − de Blijde Inkomstlaan te behandelen als een interwijkenweg en brede voetpaden erlangs te voorzien.
56
Richtschema voor de restauratie van het park Beliris/Koning Boudewijnstichting, september 2005
32
Richtschema van de Europese wijk
Het Leopoldpark en zijn omgeving ee k
65.0
60.4
50
R. B
e llia
R.
Va
nM
r ae
la
46.6
78.0
46.7
92.5 74.4
nt
78.0
rd 57,4 74.0
72.0
78.0 54,5
80.0
85.2
48.2
53.2
48.2
66.0
R. M on to ye r
PLACE JEAN REY
o rq u
eu r
60.0
u Re m
48.6 47,9
R. d
48.4
47.2
R. Bellia
rd
5,0%
es
55,7
R. d
e T re v
50,6
47,1
ée Ch
53,1
. d'E tterb
3,5%
53,1
eek
63.5
6,8%
56,3
46,3 5,8%
3,5% 59,6
57,5
1,7%
58,5
56,5
1,3%
64.0
46,5
48,2 6,8% 5,8%
62,1
60,5
62,45
66,6
45,9
58,7
63,3
65,7
47,3
PARC LÉOPOLD
1,2%
0,4%
62,55
47,0 66,9 47,8
1,2% 67,0 48,3 64,1
48,8
aa lb e ek
47,8
du M
51,1
Av .
Place Jourdan
R. W
ie rtz
68.6
63,8 48,6
R . V au tie r
48,0
50,4
73.5
56,7
e. de Ché
re W av
50,3
57,2
72,4
70,9 72.7 72,0
r R. Vautie 67.6
67.1
51,3
52,8
Chée. de
66,3
Chée. de
72.0
Wavre
Wavre
56,2
69.0
63.1 61.6
59.2
R. Limauge
50,2
64.6
du
c
Gr ay
de
l'E ta
aalbee
V ia
M Av. du k
du
51,2
enberg R. W ay
R.
R.
66.3
R.
67.9
R. Va
Zie cartographische atlas, schetsen 16 - 17
tre
R
Stedenbouwkundige interpretatie
ng
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
I. Het Leopoldpark en zijn naaste omgeving Ter herinnering geven we mee dat het Leopoldpark oorspronkelijk werd ontworpen met de bedoeling er een dierentuin in onder te brengen. Dit bijzondere type groene ruimte heeft slechts één hoofdingang nodig. De zwakke integratie van het park in de stad kan wellicht verklaard worden door die aanvankelijke bestemming. Nadien is dat park evenwel een openbare tuin geworden. Het is niet alleen beperkt toegankelijk van buitenuit, maar vertoont ook een gebrekkige integratie van de trajecten binnenin. Het huidige tracé is in strijd met de behoeften van een hedendaags park in stedelijke omgeving. Het richtschema stelt het volgende programma voor : − binnenin het Leopoldpark : o bestemming van de leegstaande of ondermaats gebruikte gebouwen voor een zo ruim mogelijk publiek (horecabestemming van de Eggevoorttoren en de paviljoenen aan de hoofdingang), o opwaardering van de parcours die de ingangen verbinden, in het bijzonder van de bovenkant van de Vautierstraat naar het Jean Reyplein via de creatie van perspectieven op het Justus Lipsiusgebouw en Résidence Palace, waarbij men gebruik maakt van de gunstige topografie op een heuvelkam; − rondom het Leopoldpark : o versterking van de verbindingen met het Jean Reyplein en de hoofdingang van het park na de verplaatsing van de ingang van de Belliardtunnel, o verbetering van de zichtbaarheid van de ingangen naar de gemeente Etterbeek en het Jourdanplein toe, waarvan de herinrichting momenteel ter studie ligt, o verdere herstructurering van het huizenblok Jennerstraat/Waversesteenweg met opwaardering van twee ingangen : één via de Jennerstraat, en de andere via de Etterbeeksesteenweg, o verbetering van de zichtbaarheid en toegankelijkheid van het Museum voor Natuurwetenschappen en van het Leopoldpark door de landschappelijke aanleg van de heuvel van de Waversesteenweg, met inbegrip van de grote trap, o omkadering van het Zuidpunt van de Mail door inrichtingen die aansluiten bij de herstructurering van de spoorwegbrug en de heraanleg van het kruispunt, o de beklemtoning van het perspectief op het park vanaf de Kleine Ring in de as van de Montoyerstraat. Er moet een overzichtelijke inrichting worden voorzien ter hoogte van de trap naar de Mail die het niveauverschil van 4 meter afzwakt, o organisatie van de zichtbaarheid van de culturele instellingen voorbij de Mail vanaf het Luxemburgplein, o restauratie van het Wiertz-museum en zijn park.
33
Richtschema van de Europese wijk
Heraanleg van Wetstraat, Belliardstraat en Kortenberglaan
Zie cartographische atlas, schets 5A, 5B, 6A en 6B.
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
J. Wetstraat, Belliardstraat en Kortenberglaan Het is evident dat deze drie aders hun functie als transitverkeersas moeten behouden, maar het richtschema vraagt, in het licht van de prioriteit die aan de wijkbewoners moet worden gegeven, om te onderzoeken of het haalbaar is het transitverkeer, zonder capaciteitstoename, ondergronds te brengen. De problemen zijn specifiek voor elke as en de algemene doelstelling bestaat erin de levenskwaliteit te verhogen, zowel voor de bewoners als voor de mensen die er werken. De studie van deze drie kunstwerken is opgenomen in het bestek van Beliris betreffende de studie rond de mobiliteit in de Europese Wijk. Voor wat specifiek de heraanleg van de Wetstraat betreft, wijzen de voorlopige conclusies van de aan de gang zijnde technische en financiële studie over deze problematiek op de technische moeilijkheden, de hoge kostprijs van het ondergronds brengen van het transitverkeer en de beperkte verbetering van de gebruiksvriendelijkheid van deze ader.
34
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk Stedenbouwkundige en architecturale programma’s
K. Het de Jamblinne de Meuxplein Jamblinne de Meuxplein is gesitueerd op de kruising van verschillende belangrijke verkeersaders : Noyerstraat, Roodebeeklaan, Cortenberghlaan. Ze speelt een belangrijke rol als ontspannings- en amusementsplaats voor de inwoners van de buurtwijken. Het richtschema stelt voor om een GEN-halte te creëren op het Jamblinne de Meuxplein, dit alles met bewaring van de recente inrichting van het plein, wat zijn rol van knooppunt tussen de wijken zal versterken. L. Het Luxemburgplein en het Jourdanplein Het Luxemburgplein vormt het uiteinde van de structurerende as die het Troonplein verbindt met het vroegere Luxemburgstation. Zijn eenvoud, zijn symmetrie en zijn monumentale karakter moeten behouden worden, net als het principe van het neutrale centrale plein. Het Jourdanplein moet opnieuw het centrum worden van een uitgebreide wijk en het project van de vallei als interwijkenverbinding moet daar in aanzienlijke mate toe bijdragen. Er is een studie voor de herinrichting aan de gang, op vraag van Beliris. Het richtschema onderstreept de kwaliteiten van deze plaats als homogene ruimte, zonder noemenswaardige hindernissen voor de voetgangers.
35
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
De uitvoering van het richtschema A. De creatie van een werkinstrument voor de uitvoering van het richtschema We herinneren eraan dat de voorgaande richtschema’s - 1998, 2001, 2002 en 2003 - elk een aantal werkinstrumenten naar voor hadden geschoven55. Er werden een aantal recente overlegmechanismen in het leven geroepen, maar geen daarvan beschikt over een technisch secretariaat : − een gezamenlijke taskforce van het Kabinet van Minister-Voorzitter Charles Picqué en de ViceVoorzitter van de Europese Commissie Siim Kallas, belast met vastgoedbeleid, is sinds juni 2005 operationeel. Deze komt driemaandelijks samen; de andere Europese instellingen die in Brussel zijn gevestigd, worden op de zittingen uitgenodigd; − een opvolgingsgroep en een technische groep die werken in het kader van het driepartijenakkoord federale Staat / Brussels Hoofdstedelijk Gewest / Stad Brussel / gemeenten Elsene en Etterbeek, ondertekend op 27 maart 2006; − Marie-Laure Roggemans, afgevaardigde van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de ontwikkeling van de Europese wijk, werd aangesteld in december 2005. Ze staat in voor de opvolging van het driepartijenakkoord, het effectieve partnership tussen de verschillende machtsniveaus en de contacten met de instellingen van de Europese Unie, en leidt de werkgroepen die zich buigen over de dagelijkse problemen rond de inplanting van de Europese gebouwen in Brussel. Ze coördineert tevens de voorbereidende werken voor het richtschema met de steun van het BROH. − Het Agentschap voor Territoriale Ontwikkeling zal de uitvoering van het richtschema opvolgen.
55
Zie in dit verband bladzijden 101 tot 105 van het voorontwerp van richtschema.
36
RBC RBC / Bruxelles / Ixelles / Etterbeek RBC / Bruxelles / Ixelles / Etterbeek RBC / Bruxelles / Ixelles / Etterbeek RBC / Conseil de l’UE RBC Beliris RBC RBC / Commission européenne
Durabilité des immeubles dans le quartier
Plan Lumière
Plantations
Signalisation piétonne
Pourtour du Consilium
Mail : Concours d’idée sur l’animation
Réaménagement de la place Jourdan
Schéma de développement commercial : Focus quartier européen
Restructuration des implantations de la Commission européenne
STIB Ville de Bruxelles
Etudes TRIAS
Concours de projet pour la construction de logements au 21 avenue du Maelbeek
Réaménagement de la chaussée d’Etterbeek RBC
Fondation Roi Baudouin
Concours Brasserie du Cinquantenaire
A déterminer (plan pluriannuel)
A déterminer (av. 10)
RBC
Mail : Compétition sur la pointe Sud
A déterminer (plan pluriannuel)
Beliris / RBC
RBC
Mail : Compétition sur la pointe Nord
A déterminer (av. 10)
Mail : Compétition sur entrée du Visitor Center rue de Trêves
Beliris / RBC
Concours rond-point Schuman
A déterminer (av. 10)
Beliris / RBC
Schéma de circulation
A déterminer (RBC)
6.000 €
250.000€ (av. 9)
/
/
/
/
/
/
Coûts / Budgets
Mail : Compétition sur l’escalier et la perspecBeliris / RBC tive depuis Montoyer
RBC / Ville de Bruxelles
Elaboration PPAS autour de la rue de la Loi (suite aux résultats compétition urbanisme)
Compétition d’urbanisme pour la restructuraRBC / Commission européenne tion des implantations de la CE
Etudes
RBC / Bruxelles / Ixelles / Etterbeek / Beliris
Groupes de travail
Maîtres d’ouvrage
Parc Léopold et abords
Initiatives et interventions
B. De prioritaire acties 2007 - 2020
2008-2011
2008
2008
2008-2009
2008-2009
2008-2009
2008-2009
2008-2009
2008
2009-2011
2008
En cours
En cours (fin en 2007)
En cours (fin en 2008)
2008
2008
2008
2008
2008
Mise en place en 2007
Délais / Mise en œuvre
Richtschema van de Europese wijk
Uitvoering
2.100.000 € (plan pluriannuel)
Travaux d’aménagement chaussée d’Etterbeek RBC
37 Beliris AED AED BITC Beliris
Réaménagement Place Jourdan
Projet Vicom sur voiries dans le quartier
Aménagement chaussée de Wavre
Aménagement d’un comptoir BITC dans l’ancienne gare du Luxembourg
Dernière phase de réaménagement du Parc Léopold
Création d’une halte RER à Jamblinne de Meux SNCB
Beliris
Voiries autour du Parlement européen
AED & Beliris
1.00.000 € (av. 10)
Parc du Cinquantenaire : Réalisation Brasserie Beliris
Travaux sur voiries dans le quartier
2.200.000 € (av. 9)
Beliris
Parc du Cinquantenaire : Travaux Lumière
250.000 € (av. 9)
A déterminer
1.210.000 € (plan pluriannuel)
1.210.000 € (plan pluriannuel)
1.110.000 € (av. 9)
A déterminer
8.500.000 € (av. 9)
Beliris
Parc du Cinquantenaire : Travaux d’aménagement (Phases 1 & 2)
2.300.00 € (av. 9)
Coûts / Budgets
Beliris
Travaux
Maîtres d’ouvrage
Parc du Cinquantenaire : Travaux d’urgence
Initiatives et interventions
2015-2016
2008
Délais / Mise en œuvre
Richtschema van de Europese wijk
Uitvoering
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
AFKORTINGEN, LETTERWOORDEN EN ACRONIEMEN AOEW AQL ARAU Beliris BHG BITC BIM BUV BROH Cocof CPI/IPC CLI CvdR EESC EIB EP EU FODMV GBP GemOP GEN GewOP GMC GMP GOMB GSSO GSV HQE HST IOP IPD KaSTK KCML KIK KINW KMS MIVB MVI RBE RBHG SV TIB VBBE VTI
Afvaardiging voor de ontwikkeling van de Europese wijk Association quartier Léopold (buurtcomité van de Leopoldwijk) Atelier de recherche et d’action urbaines Samenwerkingsakkoord federale Staat/BHG Brussels Hoofdstedelijk Gewest Brussels International Tourism and Congress Brussels Instituut voor Milieubeheer Bestuur Uitrusting en Vervoer Bestuur Ruimtelijke Ordening en Huisvesting Franse Gemeenschapscommissie Centre de presse international/International Press Center Christian Lasserre International Comité van de Regio’s Europees Economisch en Sociaal Comité Europese Investeringsbank Europees Parlement Europese Unie Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer Gewestelijk Bestemmingsplan Gemeentelijk Ontwikkelingsplan Gewestelijk expresnet Gewestelijk Ontwikkelingsplan Gewestelijke Mobiliteitscommissie Gemeentelijk Mobiliteitsplan Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij van Brussel Gewestelijk secretariaat voor stedelijke ontwikkeling Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening Hoge milieukwaliteit (staat voor “haute qualité environnementale”) Hogesnelheidstrein Internationaal Ontwikkelingsplan voor Brussel Belgische vastgoedindex Kaart van de saldi van de toelaatbare kantooroppervlakten Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen Koninklijke Militaire School Maatschappij voor Intercommunaal Vervoer van Brussel Ministerie van Verkeer en Infrastructuur Ruimte Brussel-Europa Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Stedenbouwkundige vergunning Toeristische informatie Brussel Verbindingsbureau Brussel-Europa Vloer-terreinindex
38
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
BIBLIOGRAFIE Les références bibliographiques exposées ci-dessous ont été classées par catégorie. L’ordonnancement qui en résulte ne prévaut en rien, ni contre la transversalité des matières abordées ni contre le caractère pluridisciplinaire des nombreux ouvrages consultés aux fins de la réalisation de la présente étude.
A. Ouvrages généraux, livres, monographies et articles d’ouvrages collectifs BAUDRY Linda, CABUS Peter, CORIJN Eric, DE RYNCK Filip, KESTELOOT Chris, LOECKX André, Le siècle de la ville. De la république urbaine et de la ville trame. Livre blanc, Ministère de la la Communauté flamande, Colofon, Bruxelles, 2004. CHOAY Françoise, Pour une anthropologie de l’espace, éd. Le Seuil, Paris, oct 2006. COUVREUR Daniel, Le Caprice des Dieux – Vie et Mort des Ateliers d’Artistes du Quartier Léopold, éd. Altera, Bruxelles, 1996. DEMEY Thierry, Bruxelles, Capitale de l’Europe, Badeaux, Bruxelles, 2007. ID., Bruxelles, chronique d’une capitale en chantier, Badeaux, Bruxelles, 2001. LEVIE Françoise, L’homme qui voulait classer le monde, Paul Otlet et Mundanéum, les Impressions nouvelles, Bruxelles, septembre 2006. VAN CRIEKINGEN Mathieu, « Que deviennent les quartiers centraux à Bruxelles ? », in Brussels Studies, numéro 1, Bruxelles, 12 décembre 2006. WILSON Robin, Une cité pour tous les citoyens. Réflexions sur les « villes partagées », Conseil de l’Europe, Strasbourg, 13 juin 2003.
B. Bureaux, logements et commerces CALONGER Jean-Luc, DE MARNEFFE Geneviève, FRANCIS Pierre, LEFEBVRE Benoît, NICOLAY Estelle, VANDY Florence, Schéma de développement commercial Région de Bruxelles-Capitale. Étape 1 – cahier 4, AMCV – Augeo, IDEA Consult, Ecorys, octobre 2006 DE BEULE Michel (dir.), Observatoire des bureaux Bilan 2006, AATL, Bruxelles, 2007. LASSERRE Charles-Henri, Calcul de la demande de bureaux dans la Région de Bruxelles-Capitale, ICHEC, Bruxelles, 2005. Observatoire des Bureaux / Overzicht van het Kantorenpark, bulletin trimestriel / driemaandelijks tijdschcrift, Bruxelles / Brussel. –, Étude des mécanismes du marché des bureaux en Région de Bruxelles-Capitale, CLI, Bruxelles, octobre 2006. –, La conversion des bureaux obsolètes en logements, Fonds quartier européen, Bruxelles, 24 novembre 2003. –, Un avenir et une ambition pour les quartiers commerçants. Plan stratégique régional 2006-2008. Contrats de quartier commerçant, Atrium, Bruxelles, 2006.
39
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
C. Espaces publics, urbanisme et architecture, planification BORRA Bernardina, DECLERCK Joachim, RYAN Marc, TATTARA Martino, WEISS Thomas (eds), Brussels Capital of Europe, Urban, Representation, Architecture, Berlage Institute, Rotterdam, 2006. CARTON Vincent (dir.), Schéma directeur du quartier Léopold-Schuman à Bruxelles, « Recréer l’urbanité », Rapport [étude réalisée pour le ministère des Communications et de l’Infrastructure (MCI)], collectifs d’experts (B. Clerbaux, E. Christian, M. Demanet, Ch. Frisque, D. Recollecte, P. Vanderstraeten, P. Van Wunnik), Bruxelles, novembre 2001. DEMANET Marie, MAJOT Jean-Pierre (dir.), Manuel des Espaces publics bruxellois, éd. Iris, Bruxelles, 1995. GODARD Anne, Outils de planification et évolution d’un tissu urbain - Les institutions européennes dans le quartier Léopold à Bruxelles, Institut supérieur d’architecture Saint Luc de Liège, année académique 2005-2006. HEIN Carola (dir.), The Capital of Europe: Architecture and Urban Planning for the European Union, Praeger Publishers, Westport, CT, 2004. ID. (dir.), Bruxelles l’européenne. Capitale de qui ? Ville de qui ?, les Cahiers de la Cambre, Architecture n°5, La Cambre et la Lettre volée, Bruxelles, 2006. KNOPES Liliane (ed.), Change Brussels Capital of Europe, Prisme Editions, Brussels, [s.d.]. LACONTE Pierre, HEIN Carola (eds.), Brussels: Perspective on European Capital, Publication of the Foundation for the Urban Environment, Aliter, Brussels, 2007. NOËL Françoise, VANDERMOTTEN Christian (dir.), La planification de Bruxelles dans le cadre du développement des « villes-monde ». Rapport final, ULB, Centre de recherche urbaine et Institut de gestion de l’environnement et de l’aménagement du territoire, Bruxelles, juin 2004. TSIOMIS Yannis (dir.), Le Quartier Léopold Mission du programme directeur de l’accord cadre de l’espace Léopold, Paris, août 1997. VAN WUNNIK Pierre (dir.), Espaces publics du quartier Léopold (3 vol.). Titre 1 : Structure générale des espaces urbains. Titre 2 : Typologie des aménagements. Titre 3 : Esquisses d’aménagement. Région de Bruxelles-Capitale, Administration de l’Urbanisme et de l’Aménagement du Territoire, Bruxelles, janvier 1991. –, Axes directeurs Bruxelles-Europe, étude réalisée pour la Région de Bruxelles-Capitale, Agora, Bruxelles, mai 2002. –, Openbare werken meerjarenplan. Beleidsplan 2005-2009 / Plan pluriannuel des travaux publics. Plan directeur 2005-2009, Brussels Hoofdstedelijk Gewest / Région de Bruxelles-Capitale, [sd]. –, Brussels - A Manifesto towards the Capital of Europe, Berlage Institute, NAI Publishers, Rotterdam, [s.d.]. –, Embellissement. Projet pour Bruxelles. Place du Luxembourg, Fondation Roi Baudouin, Bruxelles, 1993. 40
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
–, Espace Bruxelles-Europe, Synthèse et perspectives, Commune d’Ixelles, 3e direction A, Urbanisme, juillet 1997. –, A New Vision for the chaussée d’Etterbeek and the European Quarter. Final Report, prepared for the European Fund managed by the King Baudouin Foundation, Urban Land Institute Advisory Service Programme Report, Brussels, 16 – 18 May 2007. –, Ombudsplan Bru/Eur Médiateur, Concept urbanistique global pour le quartier européen. Étude commandée par la chancellerie du Premier ministre SPF et le cabinet du ministre-président de la Région de Bruxelles-Capitale, Aries Consultants / Idom Ingenieria, Arquitectura & Urbanisme / Jordi Farrando / Moritz & Simon Arch. Urb. / Speculoos, Bruxelles, 17 juillet 2003. –, OmbudsPlanMédiateur. Organisation de deux trajets participatifs et d’une rencontre entre experts et urbaniste. Rapport général, Fondation Roi Baudouin, Bruxelles, février – mars 2004. –, Parc du Cinquantenaire – synthèse du schéma directeur, étude réalisée par Fondu Landscape Architects et commanditée par la FRB, Bruxelles, mars 2004. –, Les sentiers de l’Europe, Espaces publics du district européen, Esquisse de plan directeur, Rapport de synthèse, Aukett + Art & Build, Bruxelles, janvier 1999.
D. Tourisme BODDAERT Angèle, ROBERT Yves, DELTOUR-LEVIE Claudine, OCHELEN Leen, TER ASSATOUROFF Corinne, Musées de Bruxelles, La Renaissance du livre / Le Guide, Tournai 1998. de BELLEFROID Guy (éd.), Brussels 2007 Le guide culturel / De culturele gids, Fondations pour les Arts à Bruxelles / Stichting voor de Kunsten te Brussel, Bruxelles / Brussel, 2007 DECROLY Jean-Michel (dir.), Bruxelles, ma capitale, mes quartiers européens, BITC, 2007. LOZE Pierre, ROBERT Yves, SIMEONE Gian Giuseppe, Bruxelles et sa région, Casterman, Tournai 1995. –, Étude sur les perceptions par les Bruxellois du tourisme à Bruxelles, Dedicated Resarch, Bruxelles, février 2007. –, Journée publique des assises 2005 du tourisme bruxellois. Recommandations pour le Plan tourisme bruxellois 2006-2016, Ramboll, Bruxelles, 19 décembre 2005. –, Visites guidées à Bruxelles / Rondleidingen in Brussel / Guided City Tours in Brussels / Führungen in Brüssel. Agenda 2007, Voir et dire Bruxelles, Arkadia, Bruxelles, 2007.
E. Parcs, jardins, paysages CARTUYVELS Sabine, Parc du Cinquantenaire – histoire du parc, FRB, Bruxelles, janvier 2003. HENNAUT Éric (dir.), Parc du Cinquantenaire – le complexe architectural dans ses relations avec le parc, Archives d’architecture moderne (AAM), FRB, Bruxelles, 2003. –, Le Cinquantenaire, coll. Bruxelles, ville d’art et d’histoire, Solibel, Bruxelles, 1993. 41
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
–, Le parc Léopold, coll. Bruxelles, ville d’art et d’histoire, Solibel, Bruxelles, 1994. –, Un « Central Park » au cœur de l’Europe. La restauration du parc du Cinquantenaire, Fondation Roi Baudouin, Bruxelles, sept. 2005.
F. Développement durable FORTON Michaël, Évaluation comparative de l’air aux stations de mesures de Altiero Spinelli et Eastman Belliard. Résultats de l’Année 2006. Rapport technique, IBGE-LRE-Parlement européen, 2006. VERMEYLEN Paul, L’agenda 21 des communes durables, Aménagement et Urbanisme 6, Études et document (coll.), Ministère de la Région wallonne, Namur 2006. –, La lutte contre la pollution atmosphérique dans la Région de Bruxelles-Capitale. Plan d’amélioration structurelle de la qualité de l’air et de lutte contre le réchauffement climatique 2002 - 2010, IBGE – BIM, novembre 2002. –, Villes durables européennes, Rapport du groupe d’experts sur l’environnement urbain, Commission européenne, Bruxelles, mars 1996. –, Vademecum du bruit routier urbain / Vademecum voor wegverkeerslawaai in de stad, Vol. I, IBGE/BIM, Bruxelles / Brussel, 2006.
G. Développement européen et international de CRAYENCOUR Claire, de LIEDEKERKE Anne-Claire (ed.), Expats in Brussels. The Practical Guide to Settling and Living in Brussels 2007-2008, 8th Edition, Casimac, Brussels, 2007. DUMOULIN Michel (dir.), Bruxelles l’européenne. Regards croisés sur une région capitale / Brussel, hart van Europa. Een verkennende blik op een kapitale regio, Institut d’études européennes (UCL) – Tempora, Louvain-la-Neuve – Bruxelles, 2001. GALL Yann, Bruxelles, région-capitale pour 450 millions de citoyens. Rapport final / Brussel, hoofdstedelijk gewest voor 450 miljoen burgers, BLBE / VBBE, Bruxelles / Brussel, décembre / december 2004. HEIN Carola, « Une capitale européenne polycentrique et opportuniste », in Brussels Studies, numéro 2, Bruxelles, 18 décembre 2006. –, Bienvenue à Bruxelles capitale de l’Europe / Welkom in Brussel hoofdstad van Europa, Région de Bruxelles-Capitale / Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Bruxelles / Brussel, 2007. –, Brussels, Capital of Europe, European Commission, Belgian Presidency, 2001. –, De socio-economische impact van de Europese en internationale instellingen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: Actualisatie 2001 en Prospectie 2005-2011. Eindrapport & Synthese, 2 vol., Iris Consulting, Brussel, December 2001. –, Europe in Brussels, European Commission, 2007. –, Vademecum Répertoire des sources d’information européenne en Belgique / Vademecum Repertorium van Europese informatiebronnen in België, Commission européenne, Office des publications officielles des Communautés européennes, Luxembourg, 2006. 42
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
H. Mobilité –, Étude d’incidences sur l’environnement des parkings du bâtiment Berlaymont à Bruxelles ville dans le cadre d’une demande de permis d’environnement. Rapport final 2 vol. et annexes, Institut bruxellois de gestion de l’environnement / Stratec, Bruxelles, 19 avril 2000. –, Mobil 2015 : État des lieux de la mobilité à Bruxelles. Plan régional des déplacements, Administration de l’Équipement et des Déplacement de la Région de Bruxelles-Capitale et Association momentanée Athanor-Médiations / Yuluka / Speculoos, Bruxelles, avril 2006. –, Ombudsplan Bru/Eur Médiateur, Concept urbanistique global pour le quartier européen. Avis sur le volet mobilité. 104e réunion du jeudi 18 mars 2004. Étude commandée par la chancellerie du Premier ministre SPF et le cabinet du ministre-président de la Région de Bruxelles-Capitale, Aries Consultants / Idom Ingenieria, Arquitectura & Urbanisme / Jordi Farrando / Moritz & Simon Arch. Urb. / Speculoos, Bruxelles, mars 2004. –, Plan régional des déplacements. Rapport de synthèse, Région de Bruxelles-Capitale / Stratec, Bruxelles, 17 juin 1995. –, Projet de schéma directeur pour le quartier européen, avis sur le volet Mobilté, 137e réunion du 21 juin 2007 / Het masterplan voor de europese wijk, advies over het luik mobiliteit, 137ste vergadering van 21 juni 2007. Commission régionale de mobilité / Gewestelijke mobiliteitscommissie, Bruxelles / Brussel, 2007. –, STIB : Vision d’avenir pour le transport public urbain à Bruxelles, Département des études générales et stratégiques de la Stib et Association momentanée MS-a / Speculoos / URBA, STIB, Bruxelles, juin 2004. –, Schéma de circulation de l’espace Bruxelles-Europe. Plan de circulation du quartier Léopold. Synthèse, Stratec, Bruxelles, octobre 1989.
I. Documents officiels –, Accord cadre entre le Groupement des Investisseurs de l’espace Léopold - Banque d’épargne COB, SC et la Société Générale de Belgique – et l’Association du quartier Léopold (AQL) fait à Bruxelles le 30 juin 1988. –, Accord de coopération du 15 septembre 1993 entre l’État et la Région de Bruxelles-Capitale relatif à certaines initiatives destinées à promouvoir le rôle international et la fonction de capitale de Bruxelles, et ses avenants n°1 à 8 / Samenwerkingsakoord van 15 september 1993 tussen de Staat en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende bepaalde initiatieven bedoeld om de internationale rol en de hoofdstedelijke functie van Brussel te bevorderen, en zijn bijakten nr. 1 tot 7. –, Accord de coopération entre l’État, la Région flamande, la Région wallonne et la Région de BruxellesCapitale du 14 juillet 2001 relatif au plan d’investissement pluriannuel 2001-2012 de la SNCB / Samenwerkingsakkoord van 14 juli 2001 tussen de Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, betreffende het meerjarig investeringsplan 2001-2012 van de NMBS. –, Accord de coopération du 17 janvier 2003 entre l’État fédéral et la Région de Bruxelles-Capitale relatif au quartier Léopold-Schuman / Samenwerkingsakkoord van 17 januari 2003 tussen de Federale Staat en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de Leopold-Schumanwijk.
43
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
–, Arrêté du 3 mars 1994 du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale relatif à l’inventaire du patrimoine immobilier du quartier Léopold à Bruxelles et à Ixelles / Besluit van 3 maart 1994 van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de inventaris van het vastgoedpatrimonium van de Leopoldwijk te Brussel en te Elsene. –, Les axes directeurs Bruxelles-Europe présentés en mai 2002 par le Ministre-Président de la Région de Bruxelles-Capitale. –, Communication de la Commission sur la politique immobilière et les infrastructures à Bruxelles, Commission européenne, Bruxelles, 10 décembre 2003. –, Convention entre la Région bruxelloise représentée par son secrétaire d’État à l’aménagement du territoire et le Groupement des Investisseurs - Banque d’épargne COB, SC et la Société Générale de Belgique - fait à Bruxelles le 26juin 1987 + Avenant à la convention du 26 juin 1987, fait à Bruxelles le 14 juillet 1988. –, Dossier de base du Plan communal de développement de la Commune d’Etterbeek / Basisdossier van het Gemeentelijk Ontwikkelingsplan van de Gemeente Etterbeek. –, Plan communal de développement de la Ville de Bruxelles / Stedelijk ontwikkelingsplan van de Stad Brussel, approuvé par un arrêté de la Région de Bruxelles-Capitale, le 2 décembre 2004. –, Plan régional de Développement de la Région de Bruxelles-Capitale du 12 septembre 2002 / Gewestelijk Ontwikkelingsplan van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 12/09/2002, publié au Moniteur belge le 15 octobre 2002. –, Plan régional d’Affectation du Sol de la Région de Bruxelles-Capitale (PRAS) / Gewestelijk Bestemmingsplan van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, entré en vigueur le 29 juin 2001. –, Proposition de résolution concernant l’implantation des institutions européennes à Bruxelles / Voorstel van resolutie betreffende de vestiging van de Europese instellingen in Brussel, Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale / Brusselse Hoofdstedelijke Raad, Bruxelles / Brussel, 14 février / februari 2003. –, Protocole d’accord entre l’État fédéral, la Région de Bruxelles-Capitale, la ville de Bruxelles et les communes d’Ixelles et d’Etterbeek, relatif au quartier Léopold-Schuman / Protocol van akkoord tussen de Federale Staat, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Stad Brussel en de Gemeenten Elsene en Etterbeek, betreffende de Leopold-Schumanwijk, Bruxelles, 27 mars 2006 [Moniteur belge du 23/04/2006]. –, Recommandations du Collège des bourgmestre et échevins de la ville de Bruxelles du 3 juillet 1997 pour les projets d’architecture dans le centre historique / Aanbevelingen van het College van Burgemeester en Schepenen van de Stad Brussel van 3 juli 1997 voor de architectuurprojecten in het historische centrum. –, Schéma directeur du quartier Léopold-Schuman présenté fin novembre 2001 par la ministre fédérale de la Mobilité et des Transports / richtschema voor de Leopold-Schumanwijk dat eind november 2001 door de federale Minister van Mobiliteit en Vervoer werd voorgesteld.
44
Richtschema van de Europese wijk
Richtschema van de Europese wijk
J. Publications ponctuelles, catalogues d’exposition, périodiques, bulletins et/ou lettres d’information d’associations, etc. –, ARAU 07, visites guidées – city tours, Atelier de recherche et d’action urbaines, Bruxelles, 2007. –, Building(s) for Europe, Les métamorphoses de Bruxelles / Het veranderende gezicht van Brussel (cat.), Fonds quartier européen et Fondation Roi Baudouin, / Fonds Europese Wijk en Koning Boudwijnstichting, Bruxelles / Brussel, 2007. –, Welcome to Brussels, BLBE, Brussels, December, 2003. Alert, Bral vzw, maandelijk, S. Hollander, voorzitter, Brussel. Bâtiment / Bouwkunde, bimestriel, F. Sacchi, dir. Publication, Bruxelles. Bruxelles en mouvements, bimensuel, Inter-environnement, A. Mihaly, réd. chef, Bruxelles. The Bulletin, Newsweekly of Europe’s capital, B. Grauman editor in chief, Brussels. Eurinfo, le magazine de la représentation de la Commission européenne en Belgique, réd. : EuroMedia Service (EMS), W. Hélin, éd. resp., mensuel, Bruxelles. Expertise News, bimensuel, K. Reviers, réd. chef, Leuven. Iris-Info, Journal du personnel du ministère de la Région de Bruxelles-Capitale, trimestriel, B. Decharneux, secrét. rédaction, Bruxelles. La Ville la vie, périodique, Association du quartier Léopold, ed. resp. H. Bernard, Bruxelles. Trait d’union, Association de la ville et des communes de la Région de Bruxelles-Capitale, M. Thoulen dir., Bruxelles.
***
45