FEBEM Focus L E D E N B L A D
Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer “FEBEM, bedrijvig in milieuzorg”
VA N
F E B E M
Nr. 5 - maart 2006
Europa hertekent haar afvalstrategie
FEBEM werkt samen met deze partners aan een kwaliteitsvolle dienstverlening voor de milieubedrijven in België
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
Inhoud Selectief ingezameld
Voorwoord 4
Huishoudelijk afvalbeheer in Europa: de Belgische gewesten scoren goed 6 Nieuwe Europese afvalstrategie: de startblokken voorbij 11 FEBEM Open trefdag: een voltreffer 12 Het ethisch en deontologisch charter van FEBEM: een kwaliteitsgarantie 14 MATCO, the name in recycling
16
Milieubedrijven en het grote publiek: communicatie als sleutel tot vertrouwen 17 Effectevaluatie van het bodemsaneringsdecreet 19 Het afvalbeheer en de vrije markt: een heus proces 20 Ledenlijst
21
FEBEM Focus is het periodieke ledenblad van de Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer. Adres: FEBEM - Federatie van Bedrijven voor Milieubeheer Paviljoenstraat 9 - 1030 Brussel Tel. 02 757 91 70 - Fax 02 757 91 12 E-mail
[email protected] Website www.febem-fege.be Redactie: Werner Annaert, Anita Cosaert, Cédric Slegers, Baudouin Ska en Peter Segers. Met de medewerking van Katelijne Norga en Didier Albin Realisatie: 2Mpact (www.2mpact.be) V.U. Werner Annaert Edition française sur demande Deze FEBEM Focus wordt gedrukt op 100% gerecycleerd en chloorvrij papier.
FEBEM FOCUS zet in dit eerste nummer van 2006 de loep op Europa. Europa is geen ver-van-het-bed-show: heel wat regels komen rechtstreeks uit Europa. Eenmaal de regels zijn vastgelegd, hebben onze lokale autoriteiten vaak niet meer de bevoegdheid ze te wijzigen. Een aantal Europese reglementeringen is momenteel in herziening. FEBEM kan, in samenwerking met FEAD1 en andere Europese federaties, deze dossiers opvolgen en bijsturen ten behoeve van haar leden. Dit nummer gaat dieper in op de discussies over de nieuwe Europese Kaderrichtlijn inzake afvalstoffen en de Thematische Strategie inzake afval. Cruciaal, want dit legt de basis voor de definitie van afval: wat is afval, wanneer kan een afvalstof het statuut van afval verliezen? Voorts situeren we het Vlaamse, Waalse en Brusselse Gewest in het Europese landschap: scoren ze goed in het afvalbeleid of is er nog veel werk aan de winkel? We geven ook duiding bij de procedure die momenteel bij de Europese Commissie loopt over de concurrentie tussen afvalintercommunales en private afvalbedrijven. Europa mag dan wel het centrale thema van dit nummer zijn, we geven ook aandacht aan de werking van onze federatie zelf. We rapporteren over de succesvolle FEBEM Open Trefdag van eind 2005 en presenteren u de binnen FEBEM ontwikkelde deontologische code. We geven het startschot voor een hopelijk mooie traditie waarbij we in elke FEBEM FOCUS de schijnwerpers op een van onze leden richten. We beginnen met MATCO, een trouw lid dat zich al jaren stilletjes een weg baant. Inzake het bodemsaneringsbeleid brengen we u een artikel van het Hoger Instituut voor de Arbeid over de door hen uitgevoerde studie over de neveneffecten die er zijn opgetreden bij de uitwerking van het bodemsaneringsbeleid in Vlaanderen. Ten slotte communiceren we ook nog even over... communiceren in de milieusector: Zo bouwde FEBEM bijvoorbeeld de Werkgroep Communicatie - tevens de redactieraad van FEBEM FOCUS - verder uit. Het effect hiervan mag u, bij het lezen van dit ledenblad, meten. Werner Annaert Algemeen Directeur FEBEM 1 Fédération Européenne des Activités du Déchet et de l’environnement
3
FEBEM
Selectief ingezameld FEBEM - Werkgroep Verwerking FEBEM heeft intern het startschot gegeven voor een structurele werking rond eindverwerkingsactiviteiten. Met de betrokken bedrijven zal de federatie dossiers opvolgen zoals groene-stroomcertificaten, IPPC1, SRF2, acceptatiecriteria stortplaatsen, eindverwerkingspolitiek, recovery versus disposal, interne markt ... Zo wil FEBEM meer gestructureerd voorstellen kunnen formuleren en reageren op beleidsvoorstellen terzake. 1 IPPC: Integrated Pollution Prevention and Control 2 SRF: Solid Recovered Fuels
Nieuw bodemsaneringsdecreet op komst Het Vlaams Parlement werkt aan een nieuw bodemsaneringsdecreet. Gezien het Parlement dit initiatief heeft genomen en niet de regering, kan het nieuwe decreet snel een feit zijn: de procedure is immers veel eenvoudiger. Belangrijk is dat het nieuwe decreet een kapstok voorziet voor alternatieve financieringen, mogelijkheden tot administratieve vereenvoudigingen biedt en stelt dat saneringen moeten blijven gebeuren volgens het BATNEEC3-principe.
Verenigd Koninkrijk, staat op de derde plaats. Met zo’n 950 medewerkers verdeeld over 15 vestigingen verwerkte het 1,5 miljoen ton afval. De omzet bedroeg ongeveer 150 miljoen euro. Van Gansewinkel, een groot familiebedrijf uit Nederland, haalde een kleine 150 miljoen euro met 867 mensen. Biffa, een dochter van het Britse Severn Trent, kan terugkijken op een omzet van ongeveer 100 miljoen euro. Ten slotte is er ook nog de Van Heede Groep die meer dan 300 medewerkers telt en een omzet van ongeveer 50 miljoen euro haalde.
3 BATNEEC: Best Available Technology Not Entailing Excessive Costs
Surftip: de geactualiseerde FEBEM-site De FEBEM-webstek, www.febem. be, is verder geactualiseerd: alle standpunten van de federatie staan nu online. Verder vindt u er ook de nieuwe activiteiten van de federatie en de FEBEM FOCUS. Ook het extranet - enkel toegankelijk voor de leden - is up to date: u vindt hier alle verslagen, documenten, FEBEM-FLASHES, ... evenals een oplijsting van de filialen van alle leden.
4
Omzetcijfers afvalbedrijven: een vergelijking We vergeleken de omzetcijfers 2004 van afvalbedrijven in België. Hieronder vindt u een top drie en enkele eervolle vermeldingen. De Sita-groep - die deel uitmaakt van de Suez-groep - is, net als voorheen, veruit de grootste private afvalspeler. Over België verspreid telt het bedrijf ongeveer 40 filialen met een totale tewerkstelling van ongeveer 2500 mensen. De klantenportfolio bevat zo’n 35.000 bedrijven. Sita verwerkte het afval van bijna 4 miljoen Belgen. De omzet bedroeg ongeveer 400 miljoen euro. Op de tweede plaats komt het Vlaamse Indaver, dat 10 vestigingen telt en bijna 1000 medewerkers. Het bedrijf verwerkte zo’n 1,5 miljoen ton afval met een totale omzet van meer dan 200 miljoen euro. Shanks, een bedrijf met wortels in het
Werkplan voor 2006: FEAD concentreert zich op de Kaderrichtlijn 2006 belooft een zeer actief jaar te worden voor onze sector op Europees niveau. De herziening van de Kaderrichtlijn Afvalstoffen zal immers centraal staan bij tal van werkgroepen (WG) van FEAD. Er is overigens een speciale Task Force (TF) opgericht om de werkzaamheden inzake de Kaderrichtlijn bij FEAD te coördineren. De Task Force is aan het werk sinds het voorstel tot wijziging van de Richtlijn van de Commissie is verschenen op 21 december 2005. Samen met andere werkgroepen die betrokken zijn bij deze herziening, wijdt zij zich aan het opstellen van een position paper en amendementen bij het voorstel van de Commissie. Momenteel richt FEAD zich tot het Europees Parlement waar de besprekingen inzake de Richtlijn
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
nu eerst zullen plaatsvinden en worden afgerond door Caroline Jackson, lid van de Europese Volkspartij, van Britse afkomst, onlangs benoemd tot Rapporteur terzake bij het Europees Parlement. Tot nu toe zijn de door FEAD in het kader van deze herziening aangekaarte thema’s: het objectief van de Richtlijn, de definities, het einde van het afvalstatuut (en het begin van de productstatus), de problematiek rond nuttige toepassing/ verwijdering (meer bepaald wat de verbrandingsinstallaties betreft) of het specifieke karakter van de verwerking van gevaarlijk afval en afvalolie.
specifieke Richtlijn over biologische afvalbehandeling. FEAD zal dus moeten rekenen op al haar leden en zal de medewerking van haar talrijke experts nodig hebben, om een actieve deelname te verzekeren van de afvalindustrie in de Europese debatten in 2006. Contact FEAD Filips de Goedestraat, 15 1000 Brussel (www.fead.be)
FEBEM vertegenwoordigt de private bedrijven die in België enerzijds afvalstoffen inzamelen, sorteren, behandelen, recycleren en/of verwerken en anderzijds gronden reinigen.
Maar de herziening van de Kaderrichtlijn komt niet alleen. Ze gaat gepaard met een themastrategie over preventie en recyclage van afval. Deze strategie vormt het werkkader van de Commissie voor de komende jaren. Zij kondigt een reeks maatregelen aan en met name, de herziening van de IPPCRichtlijn en van de Richtlijn Slib. Met 8 werkgroepen en 11 Task Forces, zal FEAD actief zijn op talrijke domeinen, meer bepaald: de uitstoot van broeikasgassen, de toekomstige Richtlijn over de diensten, de impact van REACH op de sector, het nieuwe bodembeleid en de vraag naar een
Agenda 2006 Werkgroepen en task forces van FEAD WG1 - Afvaltransporten WG2 - Gevaarlijk Afval WG3 - Recyclage WG4 - Biologische verwerking WG5 - Thermische verwerking WG6 - Stortplaatsen WG7 - Kwaliteit WG8 - Juridische aspecten
TF Logistiek TF REACH TF ADR TF Hulpbronnen/Recyclage TF CEPI/ERPA TF Veiligheid TF Statistieken TF Communicatie TF Kaderrichtlijn Afval TF BREF’s TF Broeikasgassen
Waals Milieucongres 4 mei Novotel, Waver
Algemene Vergadering 28 juni Volvo Trucks Belgium, Gent
Open Trefdag 17 november
5
FEBEM
Huishoudelijk afvalbeheer in Europa: de Belgische gewesten scoren goed
Afvalbeheer: ook de context in kaart brengen Om relevant te zijn voor analyse en onderzoek, is het belangrijk de evolutie van afvalverwerking te toetsen aan andere socio-economische indicatoren. De resultaten van productie en inzameling zijn op zich niet voldoende voor een nauwkeurige beeldvorming. Aanvullende gegevens geven ons een beter inzicht in het afvalbeheer. 6
Zo legde OVAM bijvoorbeeld in 2002 een link tussen de productie van huishoudelijk afval en de evolutie van de consumptie. En het Waalse DGRNE toonde interesse voor het verband tussen de industriële activiteit en de hoeveelheid afval. FEBEM is de mening toegedaan dat ook een vergelijking met de resultaten van andere Europese landen noodzakelijk is om een aantal gegevens
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
Grafiek 1: Totale productie van Huishoudelijk Afval in het Europa van de 25 (in kg/inwoner) Bronnen: EUROSTAT (2004), COPIDEC (2004), OVAM (2004), Buxelles-Propreté (2005)
objectief en zinvol in kaart te kunnen brengen. Het afvalbeheer in de Belgische gewesten getuigt, volgens onderstaande studie, van een hoge kwaliteit. Vlaanderen scoort het best, maar ook Wallonië bevindt zich aan de kop van het peloton. In de studie beschouwt men Brussel als gewest. Het zou echter interessant zijn om de Brusselse resultaten ook eens te analyseren in functie van de gegevens van andere Europese steden Afvalbeheer in België en Europa: een onderzoek Afvalproductie Grafiek 1 kan doen vermoeden dat
de productie van huishoudelijk afval gebonden is aan de economische ontwikkeling van de lidstaten. Voorzichtigheid is echter geboden: analyse van de Belgische statistieken toont immers het prominent aanwezig zijn van bepaalde soorten selectief ingezameld afval zoals groenafval, inert afval of grof vuil. FEBEM ziet in deze grafiek vooral een dringende behoefte om overal selectieve inzamelingen te organiseren, zodat men de afzet nauwkeurig kan identificeren. Grafiek 2 laat toe om de evolutie van de afvalproductie te volgen gedurende een tiental jaren. We stellen vast dat de drie Belgische gewesten
zich onder het gemiddelde van het Europa van de Vijftien bevinden. Er is weliswaar een lichte groei merkbaar, maar sinds twee jaar schommelt de hoeveelheid afval zowel in Wallonië als in Vlaanderen rond 550 kilogram per inwoner per jaar. Dit duidt op een stabilisering. Het Brusselse Gewest volgt sinds enkele jaren een dalende curve. Dit zou echter nauwkeurig moeten geanalyseerd worden want vaak wordt ook bedrijfsafval vergelijkbaar met huishoudelijk afval in de tellingen opgenomen Afvalinzameling Grafiek 3 toont aan dat de Belgische gewesten, vooral het Vlaamse en het
Grafiek 2: Evolutie van de totale productie van Huishoudelijk Afval sinds 1995 (in kg/inwoner) Bronnen: EUROSTAT, OWD, OVAM
7
FEBEM
verwerken door verbranding. Als kanttekening vermelden we hierbij dat de Europese Commissie momenteel een belangrijk debat voert over de definitie van een toepassing voor energiewinning. De noordelijke landen - bovenaan in het klassement (Zweden, Denemarken) - kunnen immers profiteren van een context die gunstig is voor het produceren van warmte. Op dit moment vergelijken we dus eigenlijk, naargelang de definitie, installaties voor verwijdering/verbranding waarvan de rendementen sterk verschillen. Grafiek 3: Aandeel van de selectieve ophaling in het geheel van het Huishoudelijk Afval (2003 of 2002 indien aangeduid) Bronnen: EUROSTAT, OWD, OVAM, Bruxelles-Propreté
Waalse, op het vlak van afvalinzameling de beste resultaten van Europa behalen. In België heeft de burger een ruime keuze aan mogelijkheden voor selectieve inzameling, onder andere via de glasbollen, de containerparken en de deur-aan-deur-ophaling van papier/karton of PMD. Grafiek 4 visualiseert de evolutie van het aandeel van de selectief ingezamelde afvalbronnen (tegenover totale hoeveelheid huishoudelijk afval) in de drie Belgische gewesten over een periode van een tiental jaren. Vlaanderen
heeft altijd al een lengte voor gelegen. Los daarvan zien we dat de curve van elk gewest gestaag stijgt. Afvalverwerking In grafiek 5 analyseerde EUROSTAT de afvalverwerkingsmethoden van de Europese lidstaten. Bekijken we de gegevens van de verbrandingsinstallaties, dan zien we dat Vlaanderen en Wallonië over een belangrijke capaciteit beschikken, en dat de verbrandingsinstallatie van Neder-Over-Heembeek het Brusselse Gewest toelaat om het huishoudelijk afval volledig te
In grafiek 6 bekijken we de gegevens van de afvalverwerking in stortplaatsen, en zien we dat Vlaanderen en Brussel weinig storten in vergelijking met de rest van Europa. Betekenisgevend is hier het feit dat het Vlaamse Gewest aankondigde dat het vanaf 2006 geen huishoudelijk afval meer op stortplaatsen toelaat. De kritieken naar Wallonië toe in verband met een te frequent gebruik van de stortplaatsen worden in dit vergelijkend onderzoek genuanceerd. Afvalbeheer: denken en doen FEBEM wenst de nadruk te vestigen op de noodzaak van een grondige analyse van de huidige resultaten. De context van het afvalbeheer dient nog verder in kaart te worden gebracht.
Grafiek 4: Evolutie van het aandeel van de selectieve ophaling in Huishoudelijk Afval van de drie Belgische Regio’s Bronnen: OVAM, OWD, Bruxelles-Propreté
8
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
Socio-economische elementen moeten worden belicht. Elke inspanning dient te worden geëvalueerd in termen van efficiëntie: de kosten moeten worden vergeleken met de verwachte resultaten.
De in dit artikel beschreven onderzoeksresultaten tonen aan dat de Belgische gewesten efficiënte ketens en beheersmethoden weten aan te wenden, waarvan de rendementen behoren tot de hoogste van Europa. Onze
openbare en private partnerships kunnen model staan voor andere landen die op zoek zijn naar nieuwe technieken voor de verwerking van hun afval.
Grafiek 5: Hoeveelheid verbrand Huishoudelijk Afval (%) in het Europa van de 25 Bronnen: OVAM, OWD, Bruxelles-Propreté
Grafiek 6: Hoeveelheid gestort Huishoudelijk Afval (%) in het Europa van de 25 Bronnen: OVAM, OWD, Bruxelles-Propreté
9
FEBEM
Nieuwe Europese afvalstrategie: de startblokken voorbij De Europese Commissie heeft op 21 december 2005 twee teksten voorgesteld: de Thematische strategie afvalpreventie en -recycling en de Kaderrichtlijn Afval. Deze initiatieven zouden het afvalbeheer de komende jaren fundamenteel kunnen veranderen.
Van troebel naar transparant De Thematische strategie afvalpreventie en -recycling is een referentiedocument voor de Europese Commissie: een leidraad voor de uitbouw van een globaal beleid en voor het opstellen van wetteksten. Deze strategie kadert binnen de doelstelling van 2002, toen de Commissie besliste om zeven documenten op te maken ten behoeve van haar Zesde Milieuactieplan. Ook de topics ‘luchtverontreiniging’, ‘zeemilieu’ en ‘duurzaam gebruik van natuurlijke rijkdommen’ staan sinds 2005 op papier. De documenten over ‘bodemsanering’, ‘pesticiden’ en ‘stadsmilieu’ zullen nog worden uitgewerkt. De Kaderrichtlijn Afval beoogt een bijsturing en vereenvoudiging van de bestaande wetgeving. Deze laatste is immers complex en onduidelijk, wat uiteraard negatieve gevolgen heeft zoals de vele rechtszaken omwille van interpretatieverschillen, het slechts ge10
deeltelijk aanwenden van het potentieel aan afvalrecyclage, een eenzijdige exploitatie van de natuurlijke rijkdommen enzovoort. Doelstelling van strategie en richtlijn is een vermindering van schadelijke milieueffecten door afvalvoorkoming en het bevorderen van nieuwe recyclageprocédés. Strategie en richtlijn: een schets De Thematische strategie afvalpreventie en -recycling focust onder andere op de modernisering van het wettelijke kader, de levenscyclus van stoffen, producten en afval en het feit dat lidstaten verplicht worden om afvalvermijdende programma’s te ontwikkelen. Er is ook aandacht voor de ondersteuning van procédés zoals composteren en verbranden met terugwinning van energie, recyclage, ... Dit alles zou uiteindelijk moeten resulteren in een kleinere afvalberg.
De Kaderrichtlijn Afval neemt, met het oog op een efficiënter en transparanter beleid, bepalingen op uit twee andere (verwante) Europese wetgevingen, met name die over gevaarlijk afval en afvalolie. Het document bevat verder nog belangrijke topics zoals de afvalbeheersplannen die elke lidstaat vijfjaarlijks moet uitwerken in overleg met andere lidstaten en in interactie met de bevolking. De richtlijn gaat ook in op de verwijdering van afval en de nuttige toepassing van afval voor energiewinning (recyclage in producten, grondstoffen, substanties of energie). Ten slotte is er duiding bij de klassering van afval. Men definieert wanneer afval het statuut van afval verliest (namelijk als de aanwezigheid van afval geen enkel globaal negatief effect heeft op het milieu, rekening houdend met de kwaliteitscriteria zoals gedefinieerd volgens de comitologieprocedure). Ook de voorwaar-
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
den voor het mengen van afval van verschillende categorieën worden in kaart gebracht. Strategie en richtlijn: kanttekeningen Het voorstel van de Commissie, geconcretiseerd in hogervermelde basisteksten, komt volgens FEBEM globaal gezien tegemoet aan de verwachtingen van de sector. Toch zijn er enkele kanttekeningen. Same level playing field Tussen de lidstaten is homogeniteit niet alleen op technisch-milieuvlak belangrijk, maar ook (en misschien eerst en vooral) op financieel vlak. Een systeem van subsidies of heffingen (‘positieve of repressieve incentives’) kan immers een dusdanige ongelijkheid op de markt teweegbrengen dat afvalstromen bijvoorbeeld tóch (en ondanks een homogene milieureglementering) ongewenste routes zouden gaan volgen. FEBEM pleit ervoor om overheidssteun toe te spitsen op communicatie, bewustmaking en promotie, eerder dan op directe investeringen in bijvoorbeeld verwerkingsinstallaties. FEBEM is er zich van bewust dat dit slechts gedeeltelijk tot de bevoegdheid van het DG Milieu (directoraatgeneraal Milieu) behoort, maar wenst toch duidelijk te maken hoe een verstoord evenwicht kan ontstaan. En hoe het vermeden kan worden... Gevaarlijk afval en afvalolie: minimimalisering noch deregularisering Door de wetgeving over gevaarlijk afval en afvalolie in de Kaderrichtlijn te integreren, dreigt dit afval gebanaliseerd te worden. Aangezien het om een complexe, gevoelige en cruciale materie gaat, zou FEBEM er de voorkeur aan geven dat de Kaderrichtlijn voor beide soorten afval een apart hoofdstuk voorziet. Het is immers cruciaal dat het specifieke beleid, eigen aan het karakter van gevaarlijk afval
en afvalolie, voldoende wordt uitgewerkt. Comitologieprocedure FEBEM meent dat het systematisch toepassen van de comitologieprocedure weinig democratisch is en de kleine lidstaten benadeelt. Het voorstel is om het algemene kader te laten definiëren door het parlement, en de technische criteria door het comité. Afval / producten FEBEM beklemtoont dat het cruciaal is om rekening te houden met de intrinsieke kwaliteit van het afval én met het uiteindelijke gebruik ervan tijdens de herindelingsprocedure. Het is belangrijk om duidelijk te definiëren op welk moment afval precies het statuut van afval verliest. Recyclage / toepassing voor energiewinning FEBEM pleit voor levenscyclusanalyses en voor duidelijke criteria op basis waarvan men kiest voor recyclage of voor energiewinning. Beide technieken zouden naast elkaar moeten kunnen bestaan. Nuttige toepassing / verwijdering De richtlijn voorziet de mogelijkheid om, volgens een formule voor het berekenen van het energierendement, een verbrandingsinstallatie voor huishoudelijk afval te classificeren als een activiteit van nuttige toepassing. FEBEM vraagt om deze formule toe te passen op álle soorten verbrandingsinstallaties. Daarnaast is het ook wenselijk de formule aan te passen zodat ze kan worden toegepast op de installaties van co-verbranding. Strategie en richtijn: timing De Thematische strategie afvalpreventie en -recycling is een officieel document, dat niet ter goedkeuring wordt voorgelegd aan het Parlement.
Zowel het Parlement als de Raad van de Europese milieuministers zullen een evaluatienota opstellen over het ontwerp van de Commissie. Deze drie documenten samen vormen de officiële berichtgeving van de Europese Unie inzake afvalbeheer op lange termijn. Verslaggever van de werkgroep die het standpunt van het parlement uitwerkt, is de heer Blokland. De Raad van Europese milieuministers is op 9 maart samengekomen. FEBEM vroeg op beide niveaus aandacht voor haar visie. De procedure van de Kaderrichtlijn Afval verloopt minder vlot. Er is traag van start gegaan en de definitieve goedkeuring zal pas in 2009 plaatsvinden. De verslaggeefster is mevrouw Jackson. Zij is begin maart aangesteld en zal de tekst van de Commissie analyseren, wijzigingen uitwerken en deze voorleggen aan de milieucommissie van het Parlement. De milieuraad van het Parlement zal tegelijkertijd eveneens een analyse uitvoeren en in geval van overeenkomst tussen de milieucommissie en de milieuraad, zal de tekst ter goedkeuring worden voorgelegd in de plenaire zitting van het Parlement te Straatsburg. In het andere geval wordt de tekst opnieuw gewijzigd en volgt er een tweede lezing.
1 De lidstaten duiden een groep experts aan, aan wie ze de uitwerking en bepaling van een hele reeks criteria en parameters toevertrouwen. In dit geval gaat het dan bijvoorbeeld om de uitwerking en bijwerking van de lijsten van afval en gevaarlijk afval, het definiëren van de handelingen van nuttige toepassing en sloop (codes R en D), de normen voor goedkeuring van verwerkingsbedrijven, de criteria voor het opnieuw indelen van afval in producten, grondstoffen en secundaire stoffen enzovoort.
11
FEBEM
FEBEM Open trefdag: een voltreffer De tweede FEBEM Open Trefdag vond plaats op 18 november 2005 in Rixensart. De opkomst was, met meer dan 120 aanwezigen, groot. FEBEM-leden, afgevaardigden van kabinetten, intercommunales, administraties, andere federaties en erkende organismen, ... kwamen die namiddag op een informele manier samen. Een voltreffer!
De zaal zat nokvol, met meer dan 120 aanwezigen
FEBEM-Voorzitter Dirk Cortvriend is blij zoveel aanwezigen te kunnen verwelkomen
12
Centraal thema was de financiering van het afvalbeleid. Discussies in het afvalbeleid gaan immers vaak over de centen: hoeveel kost het afvalbeleid aan de gewestelijke overheden, wie draagt wat bij, wat en waarvoor worden subsidies gegeven, welke nieuwigheden zijn op komst inzake heffingen en subsidies? FEBEM probeerde er een antwoord op te geven. Drie vertegenwoordigers van de gewesten spraken telkens vanuit hun positie bij de administratie. Sprekers waren de heer Geert De Roover van de OVAM, mevrouw Marie-Isabelle Joris en Raymond Gauthy van OWD en mevrouw Griet Van Kelecom van BIM. Daar waar de OVAM en OWD meer de nadruk legden op de heffingen en de subsidies, gaf BIM meer uitleg bij
de financiering van de aanvaardingsplichten (ook gezien er in Brussel geen afvalheffingen zijn). De vragen vanuit de zaal toonden aan dat de belangrijkste discussie inzake heffingen zich situeert bij het meer sturend maken van heffingen (in plaats van louter financierend): heffingen moeten een doel voor ogen hebben (meer dan enkel de staatskas te vullen). Inzake de subsidies situeert zich de discussie bij het al dan niet nog opportuun zijn van subsidies: hoe zinvol zijn bijvoorbeeld de subsidies voor intercommunale verwerkingsinstallaties indien ook private partners willen investeren? De heer Cedric Slegers van FEBEM bracht de visie van de federatie over de financiering van het milieubeleid en legde daarbij de nadruk op de wil
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
Minister Benoît Lutgen gaf een fel gesmaakte uiteenzetting
van de private milieubedrijven om te investeren in België. FEBEM benadrukte dat het daarbij wel van belang is dat er enige zekerheid wordt geboden aan deze bedrijven en dat er een eerlijke behandeling is van de private sector tegenover overheidsbedrijven. Waals milieuminister Benoît Lutgen gaf het afscheidswoord en verkondigde een duidelijke boodschap die aantoont dat het milieubeleid in de Waalse regio in een belangrijke evolutie zit. Aanpassingen van afvalheffingen en -subsidies zijn in aantocht. Ook het informele luik, dat zoals verwacht tot in de late uurtjes duurde, was een succes: er werden heel wat contacten gelegd en gesprekken gevoerd. Uit de ter plaatse ingevulde evaluatieformulieren blijkt dat men in het algemeen tevreden was over de presentaties, waarvan de score gemiddeld tot goed was. Ook de locatie en de mogelijkheid tot informele contacten werden sterk geapprecieerd. Enkel parkeergelegenheid was een punt voor verbetering. De volgende FEBEM Open trefdag zal met de gegeven opmerkingen rekening houden, zodat de editie 2006 die van 2005 nog overtreft. Noteer alvast de datum: 17 november 2006.
“Dat moet hier serieus veel kosten, maar die privé-bedrijven verdienen blijkbaar genoeg aan ons”, deelt Roger Croughs (midden, Intradel) mee aan Etienne Offergeld (rechts, IBW) en Claude Pasture (links, IBW)
Frank Bulcke (links, SITA) legt uit waarom SITA een bod wil doen op INDAVER. Yves Luca (Van Gansewinkel, bestuurder FEBEM) is er gerust in. Wim Van Maele (midden, SITA) bewondert zijn collega voor zijn overtuigingskracht.
Bob Martens, (DLA, links) probeert Hugo Geerts (Kabinet Minister Peeters, midden) duidelijk te maken dat de minister altijd wel goede externe juristen kan gebruiken. Héliane Devlieghere (TWZ) is niet overtuigd.
Marc Devogele (SITA, bestuurder FEBEM) is tevreden over de FEBEM-partner QURIUS, of is het de witte wijn die zo lekker smaakt?
Rudy Meeus (links, OVAM) droomt over de nieuwe afvalheffingen in Vlaanderen terwijl Geert De Roover (rechts, OVAM) al zit te berekenen hoeveel extra centen OVAM nodig heeft. Paul Dobbelaere (midden, IVAGO) ziet de afschaffing van de heffing op afvalverbranding volledig zitten.
13
FEBEM
Het ethisch en deontologisch charter van FEBEM: een kwaliteitsgarantie ETHISCH EN DEONTOLOGISCH CHARTER VAN DE BEDRIJFSFEDERATIE FEBEM, DE FEDERATIE VAN DE MILIEUBEDRIJVEN DE LEDEN VAN FEBEM STAAN GARANT VOOR EEN KWALITEITSVOLLE EN CORRECTE DIENSTVERLENING DIE MENS, MILIEU EN MAATSCHAPPIJ TEN GOEDE KOMT. FEBEM EN HAAR LEDEN ZIJN OVERTUIGD DAT HET SUCCES VAN DE FEDERATIE EN HAAR LEDEN TE VERBINDEN IS MET HET VERTROUWEN DAT MEN KAN HEBBEN IN DE FEDERATIE EN DE LEDEN. VOOR FEBEM EN HAAR LEDEN STAAN VOOROP - professionalisme: een professionele werking met aandacht voor kwaliteit en het resultaatsgericht organiseren van de dienstverlening; - partnerschap: een open werking waarbij discussies constructief en oplossingsgericht worden gevoerd met aandacht en respect voor ieders mening; - groepsgeest: FEBEM en haar leden vormen een team en komen als een groep naar buiten; - waardeschepping: een toegevoegde waarde voor de sector in België, de klanten en het leefmilieu; - respect voor het leefmilieu: de vrijwaring van het leefmilieu voor de toekomstige generaties, daar werken FEBEM en haar leden dagdagelijks aan; - wederzijds respect: meningsverschillen vormen de kleur van de democratie, andere meningen dienen voldoende aandacht te krijgen en mogen niet leiden tot conflicten. DE LEDEN VAN FEBEM STELLEN ZICH GARANT - de wetgeving te allen tijde te respecteren; - een eerlijke concurrentie te voeren waarbij respect voor de vrije marktwerking centraal staat; - het imago van de sector te verbeteren; - voortdurend te streven naar verbetering ten voordele van klanten, partners, maatschappij en leefmilieu; - de volledige medewerking te verlenen aan de overheidsinstanties in zoverre FEBEM het eens is met de betrokken overheidsstandpunten. NAAR DE FEDERATIE TOE ZULLEN DE LEDEN - zich neerleggen bij consensusbeslissingen van de federatie; - collegiaal zijn met de federatie en de andere leden; - in FEBEM-vertegenwoordigingen waarin men zetelt enkel het FEBEM-standpunt verkondigen; - maximaal participeren aan de FEBEM-evenementen zoals studiedagen, Algemene Vergadering, Ledenraden, Trefdagen, Werkgroepen en Task Forces; - zich zoveel mogelijk eerst naar de federatie richten alvorens problemen van algemeen belang aan te kaarten bij overheden; - een transparantie vertonen naar de federatie toe betreffende activiteiten, financiële resultaten en interne structuren (organogram) waarbij de federatie zich borg stelt voor de nodige confidentialiteit.
14
In januari 2006 kregen alle leden van de Federatie het ethisch en deontologisch charter per post bezorgd. Dit charter verbindt de leden ertoe alle wettelijke deontologische regels strikt na te leven en volgens een vooropgestelde code te werken. Het ethisch en deontologisch charter bestaat uit drie grote delen: - Het eerste deel bevat elementen die voor beide partijen, de leden en de Federatie, van belang zijn: professioneel optreden, partnerschap, groepsgeest, waardeschepping, respect voor het leefmilieu en wederzijds respect. - In het tweede deel stellen de leden zich garant voor een aantal zaken die uit het eerste deel voortvloeien - Het derde deel bevat een concrete beschrijving van de afspraken tussen de leden en de Federatie. We roepen alle leden op het charter te ondertekenen en het op een zichtbare plaats op te hangen. De signaalwaarde hiervan is groot: het FEBEMlidmaatschap is een kwaliteitsgarantie waarmee men naar buiten treedt. Mocht u als lid het charter toch nog niet ontvangen hebben, gelieve dan contact op te nemen met het FEBEMsecretariaat.
NIEUW
Welzijnsbeleid, milieubeleid, arbeidsmiddelen, afval, risicobeheer, bodem, … Het zoeken naar de juiste informatie vraagt veel tijd. Voortaan vindt u meteen wat u zoekt in sentral, de slimme on line databank van Kluwer. U krijgt toegang tot de meest complete en actuele databank over veiligheid en milieu. Niet alleen wetgeving maar ook administratieve en technische toelichtingen. Via thematische fiches bladert u snel door de meest voorkomende preventie- en milieutopics. De tools helpen u om uw werk nog efficiënter uit te voeren. Gedaan dus met lange en complexe zoekopdrachten. De heldere opbouw en intelligente zoekmogelijkheden van sentral leiden u recht naar het punt waar vraag antwoord wordt. Maak de smart click.
Surf naar www.sentral.be.
Kluwer • Ragheno Business Park • Motstraat 30 • 2800 Mechelen Tel. 0800 30 144 • Fax 0800 17 529
[email protected] • www.kluwer.be
FEBEM
MATCO, the name in recycling nog: het hergebruik van chemicaliën die vrijkomen in een bepaald productieproces (en vaak vernietigd worden indien men ze niet nodig heeft Erkend afvalophaler Als vanzelf kreeg Matco van bij het begin vragen over partijen die als zuiver afval werden gecatalogeerd. In 1988 werd Matco dan ook door OVAM erkend als ophaler (inmiddels: ‘overbrenger’) van gevaarlijk en niet-gevaarlijk afval. Gelijkaardige erkenningen volgden in 1990 voor de andere twee gewesten. Door de jaren heen specialiseerde Matco zich in de ophaling van gevaarlijke afvalstoffen, met solventen en thinners op kop.
Matco, the name in recycling Recyclage of valorisatie, afval of secundaire grondstoffen, end-ofwaste- status, ...: het zijn hot items waarover in de sector dagelijks gedebatteerd wordt. Ondertussen vertaalt FEBEM-lid Matco al sinds 1983 deze begrippen in rendabele activiteiten. Waarmerk van het bedrijf is het verhandelen en de recyclage van averijen off-gradegrondstoffen, -chemicaliën en -rubbers. We hebben het over brand- en transportschade, overstock enzovoort. Averij, off grade en zijstromen Matco koopt (licht) beschadigde grondstoffen, chemicaliën en rubbers op om ze zo vaak mogelijk weer in een normaal productieproces in te schakelen. Soms is enkel herverpakken noodzakelijk. Voor incourante grondstoffen, overstock- en surplusgoederen streeft Matco hetzelfde doel na: weer meedraaien in het productieproces. Daarnaast heeft Matco zich gespecialiseerd in de herinzet van zijstromen, of 16
Deruttere en Matco Cleaning Om de klantenservice te optimaliseren werd in 2000 de firma DMC (Deruttere en Matco Cleaning) opgericht, gespecialiseerd in industriële cleaning en transport van afvalstromen: hogedrukreiniging (koud en warm), intensieve vloerreiniging, verpulvering van boomwortelingroei (gepatenteerd systeem), ... Dienstverlening en milieuadvies Matco verwierf heel wat deskundigheid inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen en kennis van de milieuwetgeving. Het bedrijf biedt zijn klanten deze expertise aan. Matco is erkend als extern veiligheidsadviseur transport. De afdeling milieuadvies staat in voor het antwoord op alle vragen over milieu en opslag van gevaarlijke en niet-gevaarlijke producten. De bestaande wetgeving wordt uiteraard op de voet gevolgd. Nieuwe locatie en extra faciliteiten In 2005 verhuisde Matco nv van Meulebeke naar Waregem. De verhuis ging gepaard met nieuwe faciliteiten: een opslagcentrum voor gevaarlijk afval, opslagcontainers voor grote reinigingen, een compound-afdeling en
de ontwikkeling en verkoop van lijmen op waterbasis. Opslagcentrum voor gevaarlijk afval Grote hoeveelheden gevaarlijk afval worden in principe rechtsreeks afgevoerd naar de eindverwerker. Kan dit om de een of andere reden niet, dan worden de afvalstoffen opgehaald bij de klant en opgeslagen in het opslagcentrum, om later per volle vrachtwagen naar de eindverwerker te worden getransporteerd. Opslagcontainers voor grote reinigingen Omdat voor grote reinigingen een eigen opslag noodzakelijk is, voorziet Matco in zowel ontwateringscontainers als containers voor afval- of spoelwater. Compound-afdeling Sinds eind 2005 is de compound-afdeling van Matco operationeel. Deze afdeling is een logisch gevolg van de afdeling grondstoffen die zich vooral toespitst op de grondstoffen voor de textielindustrie: men was eraan toe om zelf ontwikkelde formules in eigen beheer te produceren. Bovendien kan men nu ook werken op maat van de klant: specifieke mengformules, volle wagens of kleine hoeveelheden, ... Ontwikkeling en verkoop van lijmen op waterbasis Adhesys is de meest recente aanwinst van de Matco-groep. Deze firma staat in voor de ontwikkeling en de verkoop van lijmen op waterbasis, in grote en kleine hoeveelheden. De toepassingen zijn velerlei: een ervaren team maakt ‘lijmen op maat’, aangepast aan het productiesysteem van de klant. Matco nv startte als een tweemansbedrijf en telt nu 15 personeelsleden. Voor meer informatie kan u steeds terecht bij mevrouw Hilde Delannoy en het hele Matco-team:
[email protected].
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
Milieubedrijven en het grote publiek: communicatie als sleutel tot vertrouwen Milieubedrijven presteren in het algemeen meer dan degelijk maar hebben nog een flinke weg af te leggen als het gaat over de communicatie van (het belang van) hun activiteiten en prestaties. We brengen een aantal communicatiepunten en -acties in kaart. Communicatiepunten Economie en ecologie Vele beleidsmakers in dit land denken een keuze te moeten maken tussen ‘economie’ en ‘ecologie’, meer bepaald tussen ‘tewerkstelling’ en ‘milieubescherming’. En ze hebben het daar vaak moeilijk mee. Waarom dat dilemma? Dient de keuze wel gemaakt? Kunnen ‘bedrijf’ en ‘milieu’ niet samengaan? Of nog: draagt het woord ‘milieubedrijf’ een tweedeling in zich of kan er sprake zijn van een tweeeenheid? Wij zijn overtuigd van het laatste. Milieubedrijven bewijzen immers dag na dag dat investeren in het leefmilieu ook tewerkstelling en inkomsten met zich mee kan brengen. De industriële sector, gevormd door deze milieubedrijven, wint overigens alsmaar aan belang. Nochtans staat dit lijnrecht tegenover de perceptie want voor heel wat beleidsmakers gaat het over een operatie in de marge. Een eerste communicatiepunt? Probleem en oplossing Composterings- of sorteerinstallaties, afvalverbrandingsinstallaties en stortplaatsen ...: de bouw ervan doet de buurt steigeren en ‘afval’ is als begrip alleen al weerzinwekkend. Vaak beschouwt men milieubedrijven als probleemscheppers, ook al is hun doelstelling net het omgekeerde: problemen aanpakken en oplossen. Nog een communicatiepunt? Prijs en kwaliteit Dikwijls verzucht men dat investeren
in milieu massa’s geld vraagt, dat bodemsaneringen te duur zijn en afvalophalingen ook. Tegelijkertijd verwacht men het summum van techniek en een minimale overlast naar de omgeving toe . De combinatie van ‘low budget’, ‘beste techniek’ en ‘geen overlast’ is in het algemeen echter een moeilijk haalbare kaart. Hoe communiceert men dit? Concurrentie en fair play De milieusector is jong en ambitieus, de concurrentie groot. Daar is niets mis mee, ware het niet dat men snel de indruk wekt dat tegenstrevers het spel niet eerlijk spelen. Dit soort negativiteit komt de sector geenszins ten goede. De dynamiek van een fair play daarentegen is des te krachtiger: ook dát is communicatie. In actie Wil men uit bovenstaande paradoxen geraken, dan dienen in de eerste plaats de milieubedrijven zélf actie te ondernemen. Daarnaast spelen ook politici, journalisten, bedrijfsfederatie en vakbonden evenals gewestelijke overheden een belangrijke rol. Milieubedrijven - zeggen wat men doet Veel bedrijven zijn nog te veel gefocust op het zo goed mogelijk uitvoeren van hun activiteiten. Ze vergeten erover te communiceren. Communiceren ze tóch, dan is dat vaak te defensief (enkel als er kritiek is) en te technisch (men mag er niet van uitgaan dat de ontvanger van de boodschap even
technisch onderlegd is als de zender). Verder richt men de communicatieacties voornamelijk op klanten, daar waar ook het grote publiek recht op informatie heeft, al zien we hier wel een kentering, door bijvoorbeeld de groeiende deelname aan evenementen zoals openbedrijvendagen. Via een goed communicatiebeleid kan men laten zien dat investeren in milieuactiviteiten rendeert en dat er een industriële sector bestaat die prijs-kwaliteitdiensten aanbiedt inzake milieubescherming. Politici - to the point Politici op lokaal, regionaal en internationaal vlak mogen niet meegaan in simpele kreten. Het is cruciaal dat ze durven zeggen dat het noodzakelijk is dat er bedrijven zijn die afvalstoffen behandelen, dat die bedrijven zich érgens moeten vestigen (en dat het NIMBY1-denken dus geen zin heeft), dat aan kwaliteitsvolle diensten een kostenplaatje vasthangt, óók als het over afvalbeheer, bodemsanering en waterzuivering gaat. Journalisten - het volledige plaatje Er is nood aan journalisten die zich verdiepen in de complexe materie van het milieubeheer. De media vormen immers een belangrijke hefboom naar publieke beeldvorming toe: zij kunnen de bevolking inzicht geven in de activiteiten van milieubedrijven. Zo kan er bij het grote publiek een vertrouwen groeien evenals begrip voor kostprijzen die verbonden zijn aan het oplossen van milieuproblemen. Bedrijfsfederaties en vakbonden - aandacht voor dienstverlening Bedrijfsfederaties en vakbonden hebben vaak vooral aandacht voor productie in de milieusector. Door ook de dienstverlening af en toe in de kijker te zetten, schetst men een evenwichtiger beeld van de sector.
17
FEBEM
Gewestelijke overheden - goede communicatie met de burger De gewestelijke overheden namen weliswaar reeds initiatieven ter ondersteuning van de milieubedrijven, toch zijn er nog heel wat noden. Neem nu de verplichting om recyclagebijdragen (de Recupelbijdrage bijvoorbeeld) apart op de factuur te vermelden. In eerste instantie is dit een goede zaak (bewustmaking burgers). Men dient er echter wel rekening mee te houden dat de verplichting na verloop van tijd weer moet worden afgeschaft (de burger beschouwt het immers als weer een bijkomende belasting, wat wrevel opwekt). Positief is de recente incorporatie in het Vlaamse Gewest van de afvalwaterheffing in
18
de waterfactuur (geen aparte aanslag meer). Wat vaak nog achterwege blijft, is informatie over het waarom van een maatregel: waarom is bodemsanering noodzakelijk, wat gebeurt er met het ingezamelde afval, ...? Het is belangrijk dat de burger dit weet. De gemeenten kunnen hier een goede partner zijn: zij staan immers het dichtst bij de bevolking en kunnen er dus het efficiëntst mee communiceren. Ook eenduidigheid is nodig: nu worden bij wijze van voorbeeld - scholen soms geconfronteerd met verschillende boodschappen inzake afvalpreventie ... Ten slotte is het van vitaal belang dat beleidsmakers de inspanningen die de bevolking levert inzake milieu-
beheer nooit openlijk in twijfel trekken: een milieubeleid staat en valt immers met de vrijwillige medewerking van gezinnen en bedrijven. FEBEM - Werkgroep Communicatie FEBEM heeft recent een interne Werkgroep Communicatie opgericht. Een van de eerste activiteiten is de uitbesteding van een imago-onderzoek: hoe denken mensen die cruciale functies innemen in het milieubeleid over de milieubedrijven en hun federatie? Op basis van dit onderzoek zullen we verdere initiatieven nemen inzake de uitbouw en de profilering van FEBEM en de sector. 1 Not In My Back Yard
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
Effectevaluatie van het bodemsaneringsdecreet In het kader van het Steunpunt Milieubeleidsevaluatie en ondersteund door de OVAM heeft de onderzoeksgroep milieubeleidsevaluatie en duurzame ontwikkeling van het HIVA1 een effectevaluatie van het bodemsaneringsdecreet uitgevoerd. Een effectevaluatie houdt in dat zowel de bedoelde als de niet-bedoelde effecten van het beleid worden geëvalueerd.
Bedoelde effecten In het onderzoek hebben we een onderscheid gemaakt tussen drie soorten effectiviteit. (1) Institutionele effectiviteit: hiermee beoordelen we in welke mate het bodemsaneringsdecreet de beoogde kortetermijneffecten realiseert. We hebben vastgesteld dat de institutionele effectiviteit zeer hoog is. (2) Doelgroepeffectiviteit: hiermee beoordelen we in welke mate het bodemsaneringsdecreet verantwoordelijk is voor de outcome of gedragsveranderingseffecten. Uit het onderzoek blijkt dat de doelgroepeffectiviteit afhankelijk van het effect goed (onderzoekseffect) of goed tot slecht (saneringseffect) is. De tussentijdse doelstellingen voor oriënterende en beschrijvende bodemonderzoeken worden gehaald. De saneringsdoelstellingen voor de planperiode 2007 worden gehaald maar de doelstelling voor 2036 kent nog een grote distance-to-target. (3) Impacteffectiviteit: dit is de finale effectiviteit, de maat om te beoordelen of het bodemsaneringsdecreet zijn finale milieudoelstelling realiseert. Anno 2006 kunnen we enkel een tussentijdse beoordeling maken van de effectiviteit omdat de beleidshorizon tot 2036 reikt. Uit het onder-
zoek blijkt dat het huidige beleid niet zal volstaan om tegen 2036 de doelstelling van 10 700 gesaneerde gronden te halen. We gaan er hierbij vanuit dat dit effect de milieudoelstelling van het decreet garandeert. We hebben vastgesteld dat het budget dat wordt vrijgemaakt voor bodembeleid serieus teruggeschroefd wordt. Indien dit budget niet verhoogd wordt, zal een daling van de effectiviteit van het bodemsaneringsdecreet te verwachten zijn. Neveneffecten Het bodemsaneringsdecreet heeft een nieuwe economische sector gecreëerd, bestaande uit bodemonderzoeksbureaus, laboratoria en bedrijven die saneringen uitvoeren. De bodemomzet in deze bodemsector bedraagt 607 miljoen euro en er zijn 1415 vte’s2 direct tewerkgesteld. Het bodemsaneringsdecreet heeft ook een effect gehad op de tewerkstelling bij verschillende actoren. Het saldo van de meetbare en aan het decreet toe te wijzen werkgelegenheid is 7 290. Niet elke bijkomende arbeidsplaats wordt gecompenseerd door een omzetstijging. Een ander direct neveneffect is dat het bodemsaneringsdecreet voor een direct economisch verlies zorgt bij de bedrijven die onderzoeken en/of
saneringen moeten uitvoeren. Totale effectbeoordeling De uitvoering van het bodemsaneringsdecreet zit met een financieel probleem. Geld is de basis van het effectiviteitsprobleem en is tevens de rode draad bij de neveneffecten. Het effectiviteitsprobleem is direct gerelateerd aan het gebrek aan ‘ingezette middelen’:in de eerste plaats omdat er lokaal niet genoeg geld vrijgemaakt wordt om een belangrijk outputeffect, de gemeentelijke inventaris van vervuilde gronden, te realiseren;in de tweede plaats om de noodzakelijke ambtshalve saneringen te realiseren; in de derde plaats om het onvermogen van de saneringsplichtige om de sanering zelf te dragen, op te vangen door co-financiering. De negatieve neveneffecten, zijnde de niet door omzet gecompenseerde tewerkstellingskost, de directe bodemkosten voor de vraagzijde en het werkgelegenheidsverlies bij de vraagzijde vormen een financieel probleem voor de vraagzijde en de overheid. Daartegenover staan enkele positieve neveneffecten: een positief werkgelegenheidseffect, een positief omzeteffect en spin-offeffecten in de bodemsector. Voor een uitgebreide bespreking van de resultaten en de beleidsaanbevelingen verwijzen we naar de studie die op www.milieubeleidswetenschappen. be gepubliceerd zal worden. Joos Gysen en Kris Bachus, HIVA
1 Onderzoeksgroep milieubeleid en duurzame ontwikkeling van het Hoger Instituut voor de Arbeid (HIVA), K.U.Leuven. 2 vte: voltijdse equivalenten
19
Woord wederwoord
FEBEM
Het afvalbeheer en de vrije markt: De klacht van FEBEM Naar aanleiding van de beslissing van de federale regering om de aftrekbaarheid van de milieuheffingen niet langer toe te laten, heeft FEBEM in april 2003 een klacht ingediend bij de Europese Commissie. Deze federale beslissing verzwakt immers de concurrentiepositie van de private bedrijven tegenover de intercommunales. De reacties op deze klacht waren talrijk. Om een en ander te duiden, schetsen we de context van de klacht. We geven u een chronologisch overzicht van de relevante dossiers die momenteel op Europees niveau besproken worden. Van het Teckal-arrest tot de Bolkesteinrichtlijn 18 november 1999 Het Europese Hof van Justitie spreekt het Teckal-arrest uit. In deze zaak werd een opdracht die door een aanbestedende dienst verstrekt werd aan een juridisch van hem gescheiden entiteit toch als ‘inbesteden’ aangemerkt. Dit arrest introduceert meteen ook het begrip ‘in house’. Het Hof was de mening toegedaan dat de overeenkomst tussen de gemeente en de juridisch van haar gescheiden entiteit niet aan de mededingingsregels wordt onderworpen indien de gemeente tegelijkertijd op de van haar gescheiden entiteit hetzelfde toezicht uitoefent als op de eigen diensten en indien de verschillende entiteit het merendeel van haar werkzaamheden verricht ten behoeve van de gemeente(n) (‘in house’). Begin 2000 Het DG-Concurrentie (directoraat-generaal Concurrentie) van de Europese Commissie start op eigen initiatief met een overzicht van de organisatie van de lokale overheidsdiensten in Europa, meer bepaald in België, Italië, Duitsland en Engeland.
20
7 november 2001 De Europese Commissie bevraagt België over de verschillende beheersmethoden van de bestaande lokale overheidsdiensten. 16 oktober 2002 Uit een brief van de Europese Commissie blijkt dat het antwoord van België op de bevraging inzake beheersmethoden van de bestaande lokale overheidsdiensten niet afdoende is: “... (...) volgens de Commissie zou de uitzondering zoals beschreven door het Hof in het voornoemde Teckal-arrest niet kunnen ingeroepen worden in het geval een dienstverlening van gemeentelijk belang door een gemeente werd toegewezen aan een intercommunale. Eerst en vooral lijkt het uitgesloten dat een gemeente op de intercommunale dezelfde controle zou hebben als op haar eigen diensten, in die mate dat de intercommunale meerdere gemeenten groepeert en dus noodzakelijkerwijs elke gemeente slechts zal vertegenwoordigd worden overeenkomstig haar aandelen in de intercommunale. Uit de feitelijke elementen in het bezit van de Commissie blijkt schijnbaar dat het onmogelijk is voor de afzonderlijke aandeelhouders om een hiërarchische controle uit te oefenen op de intercommunale en dat het in werkelijkheid eerder de intercommunales zijn die hun invloed uitoefenen op de verenigde gemeenten en die daartoe over meerdere elementen beschikken (statutaire en andere).” 2002 Twee Vlaamse gemeenten, Tienen en Aarschot, hebben een klacht ingediend bij de Europese Commissie ten gevolge van een conflict met de Intercommunale INTERLEUVEN. Concreet werd rechtstreeks de vraag gesteld of een gemeente, wanneer zij voor het beheer van huishoudelijk afval een beroep op de markt wenst te
doen, niet geconfronteerd wordt met concurrenten die niet onderworpen zijn aan dezelfde regels (in dit geval de intercommunale versus de private operatoren). Deze klacht is nog altijd in behandeling en is in 2003 aangevuld met een dossier van FEBEM waarin wordt aangevoerd dat de nietaftrekbaarheid van de milieuheffingen een nieuw element is dat de oneerlijke concurrentie van de intercommunales versterkt. De klacht van FEBEM is gekoppeld aan die van de twee Vlaamse gemeenten. 2003-2004 Op regelmatige tijdstippen is er briefwisseling tussen België en de Europese Commissie. Januari 2005 Het Hof van Justitie spreekt het Arrest van de Stad Halle uit. In deze zaak sloot de Duitse Stad Halle een contract af met een vennootschap die ze zelf had opgericht en waarvan ze 75 % van de aandelen in handen had. Het contract ging over het afvalbeheer en was toegewezen zonder aanbesteding. Het Hof heeft geoordeeld dat de deelneming - ook al is het slechts voor minder dan de helft - van een particuliere onderneming in het kapitaal van een vennootschap waarin ook de betrokken aanbestedende dienst deelneemt, hoe dan ook uitsluit dat die aanbestedende dienst op die vennootschap toezicht kan uitoefenen zoals op de eigen diensten. Er is bijgevolg sprake van uitbesteden (en dus van aanbestedingsplicht). De Commissie is van mening dat dit arrest een grote impact heeft voor België, met name betreffende het begrip ‘in-house’. De Commissie heeft België een aanmaning gestuurd en toelichtingen gevraagd over de impact van dit arrest op de diensten van algemeen economisch belang in België.
FEBEM Focus Nr. 5 - maart 2006
een heus proces 21 juli 2005 Het Hof van Justitie spreekt het ‘Coname-arrest’ uit. Dit arrest betreft de rechtstreekse toewijzing van een gasconcessie door een kleine Italiaanse gemeente aan een overheidsbedrijf. In dit geval heeft het Hof van Justitie zich niet uitgesproken over de toewijzingsprocedure, maar wel over de bekendmaking die aan de toewijzing voorafging. Voor het Hof was bij de bekendmaking van de opdracht niet voldaan aan de verplichting van transparantie. Niet-Italiaanse ondernemingen konden zich immers niet kandidaat stellen, aangezien zij geen informatie hadden over deze concessie.
gemediatiseerde debat over de Bolkesteinrichtlijn een steentje bij tot het complexe geheel van dit dossier. Het ontwerp liberaliseert immers de dienstenmarkt op Europees niveau. Ten gevolge van politieke druk zijn sommige diensten van algemeen belang (zoals sociale diensten, veiligheids- en gezondheidsdiensten, bank- en notariële diensten, havenactiviteiten, …) uitgesloten van het toepassingsgebied. Een dienst zoals de verwerking van afval is dan weer wél opgenomen in het toepassingsgebied van de richtlijn. De gevolgen van deze nietuitsluiting zullen merkbaar zijn op de hele afvalmarkt (met inbegrip van het bedrijfsafval).
En nu? Bovenstaande dossiers en debatten tonen aan in welke mate het dossier reeds meerdere jaren de volle aandacht van de Europese Commissie krijgt. Op dit moment ligt het dossier, betreffende de klacht van FEBEM die is samengevoegd met de klacht van de twee Vlaamse gemeenten, ter bespreking bij de verschillende Directoraten-Generaal op Europees niveau (Interne Markt, Concurrentie en Milieu).
• CETB - 7141 Carnières www.sita.be • CETEM - 1435 Mont-St-Guibert www.shanks.be • Cimenteries CBR - 1170 Brussel www.cbr.be • Cogal - 9100 St.-Niklaas www.cogal.be of www.dehon.com • Comet Tyre Recycling 6200 Chatelet • De Bree - 9990 Maldegem www.debree.be • De Coninck - 3020 Veltem www.de-coninck.be • De Dijcker Recycling - 2860 Puurs www.ddrecycling.be • De Kock E. - 3090 Overijse www.dekock.info
• Demets Containers - 1120 Brussel www.sita.be • De Meuter Containers - 1000 Brussel www.sita.be • De Pauw Containers - 1190 Brussel www.shanks.be • Depovan - 8800 Roeselare www.vanheede.com • De Sutter - 9900 Eeklo www.afvalbeheer-desutter.be • Ecomac - 3990 Linde-Peer www.machielsgroup.be • Ecosmart - 2870 Puurs www.vangansewinkel.com • Edelweiss Smet Jet - 8400 Oostende www.edelweissnv.be • Ekol - 3530 Houthalen-Helchteren www.ekol.be
19 februari 2006 Tot slot draagt ook het recente, zeer
Ledenlijst AFVALBEHEER Meer info op onze website! • Agroviro - 2070 Zwijndrecht www.decnvv.com • Alfamet - 9200 Dendermonde • Apparec - 2830 Tisselt-Willebroek www.apparec.be • AVR België - 2900 Schoten www.avr-belgie.be • Biffa - 1800 Vilvoorde www.biffa.be • BLC-group - 9600 Ronse www.containerdienst-bert.be • BOS - 2030 Antwerpen • BST - 2830 Willebroek • Campine Recycling - 2340 Beerse www.campine.be
21
FEBEM
• Essent Milieu - 2800 Mechelen • Eurowaste - 2000 Antwerpen www.eurowaste.be • Frimpex - 3370 Boutersem • Geldof - 8560 Wevelgem www.geldof-recycling.be • Geo-Milieu - 2480 Dessel www.geo-groep.com • Gielen Container Service - 3600 Genk www.gielen-recyclage.be • GRL - 3560 Lummen www.grl.be • GRV - 8800 Roeselare www.vanheede.com • Holcim Belgique - 7034 Obourg www.holcim.be • Hoslet - 1325 Chaumont-Gistoux www.sita.be • Inafzo - 8980 Zonnebeke • Indaver - 2800 Mechelen www.indaver.be • Ivo Van den Bosch Containerdienst 2520 Ranst • Kayak Maritime Services 2000 Antwerpen • Lammertyn - 9070 Destelbergen • Lavatra - 8930 Lauwe • Leysen - 2300 Turnhout www.leysen.org • Liekens - 2370 Arendonk www.liekens.be • MAC - 2030 Antwerpen • Machiels - 3590 Diepenbeek www.machielsgroup.be • Maltha - 3950 Bocholt www.maltha.nl • Marpobel - 2030 Antwerpen • Marpos - 8380 Dudzele • Matco - 8790 Waregem www.matco.be • MCR - 2627 Schelle • Milieu en Leven - 2250 Olen www.milieuenleven.be • Minérale - 6042 Lodelinsart • Mirec - 9100 Sint-Niklaas www.sims-mirec.com • MTD - 2270 Herenthout www.mtd-etec.com • Nicollin Belgium - 1370 Jodoigne www.groupenicollin.com
22
• Norland - 5300 Andenne www.sita.be • OCS - ATM - 2170 Antwerpen www.atmmoerdijk.nl • Oostvlaams Milieubeheer OVMB 9042 Gent - www.ovmb.be • Orinso - 2800 Mechelen www.indaver.be • P.A.G.E. - 1435 Mont-St-Guibert www.shanks.be • Pieck Containers - 3290 Tessenderlo www.pieck.be • Recup-Oil - 8770 Ingelmunster • Recyc-Oil - 8710 Wielsbeke www.recyc-oil.be • Recydel - 4020 Wandre www.vangansewinkel.com • Recyfuel - 4480 Engis • Recygom - 4821 Andrimont • Recyper - 9100 Sint-Niklaas www.sita.be • Remo Milieubeheer - 3530 Houthalen www.machielsgroup.be • Remondis - 3210 Lubbeek www.remondis.be • Re-Tyre - 3920 Lommel • Revatech - 4480 Engis www.revatech.be • Rulo - 7742 Hérinnes-les-Pecq www.rulo.be • Scoribel - 7181 Seneffe www.holcim.be • SGS Ewacs - 9210 Beveren-Melsele www.be.sgs.com • Shanks - 1435 Mont-St-Guibert www.shanks.be • Soborel - 3550 Heusden-Zolder www.vangansewinkel.com • Sita Recycling Services - 2340 Beerse www.sita.be • SITA Treatment - 1180 Brussel www.sita.be • Sita Wallonie - 4460 Grâce-Hollogne www.sita.be • Sodecom - 7040 Quévry www.vanheede.com • Sodever - 1420 Braine l’Alleud • Soret - 1560 Hoeilaart • Spanin - 8780 Oostrozebeke www.indaver.be
• Stallaert Recycling - 1800 Vilvoorde www.stallaert.be • Stevan - 8860 Lendelede www.stevan.be • Stok - 3530 Houthalen-Helchteren www.leysen.org • TWZ - 9940 Evergem www.twz.be • Valomac - 1850 Grimbergen www.sita.be • Van Coppenolle - 8610 Kortemark www.shanks.be • van Gansewinkel - 2870 Puurs www.vangansewinkel.com • Vanheede - 8940 Wervik www.vanheede.com • Van Roy - 9470 Denderleeuw www.van-roy.be • West Waste Treatment 8600 Diksmuide - www.wwt.be • WOS - 3600 Genk www.sita.be • Wubben Aflaatolie - 2910 Essen CENTRA VOOR GRONDRECYCLAGE Meer info op onze website! • AWS - 2860 Sint Katelijne Waver www.aws-stp.be • Bioterra - 3660 Opglabbeek www.bioterra.be • Bosatec - 3500 Hasselt www.machielsgroup.be • BSV - 8530 Harelbeke www.bsv-nv.be • De Bree Solutions - 9990 Maldegem www.debree.be • Shanks - 9042 Gent www.shanks.be • OCS - ATM - 2170 Antwerpen www.atmmoerdijk.nl • Sita Remediation - 1850 Grimbergen www.sitaremediation.be
Advertentie
Bedrijfsbreed automatiseren helpt afvalbedrijven ef-
vormt Axapta de basis. Deze ERP-oplossingen kunnen het
ficiëntie te vergroten met Q-WMR
complete operationele proces ondersteunen, de financiële
Q-WMR staat voor Qurius’ waste management & recy-
administratie en de ondersteunende activiteiten plus de
cling solution. Als business unit manager milieu bij Qurius
logistieke keten van het bedrijf. Zij zijn modulair opge-
was Jurgen Heinis nauw betrokken bij de ontwikkeling
bouwd en dus eenvoudig uit te breiden zijn met modules
van deze oplossing. Dat is hij trouwens nog steeds: want
als klantbeheer, voorraadbeheer en personeelsbeheer. Ook
de afvalbranche is in evolutie. “Naast
zijn ze ‘schaalbaar’, waardoor ze in om-
wetgeving die continu in beweging
vang eenvoudig kunnen meegroeien
is, zien we ook een verschuiving van
met organisaties. Qurius ontwikkelt
inzameling naar recycling en eindver-
branchespecifieke aanvullingen, zoals
werking. Q-WMR sluit uitstekend aan
Q-WMR. Voordeel is dat Microsoft
op deze ontwikkeling. Dit systeem
de standaard steeds doorontwikkelt;
brengt namelijk alle disciplines met
Qurius doet hetzelfde voor de branche-
elkaar in verbinding: van inkoop, finan-
specifieke add-ons.”
ciën, productie en routeplanning tot de weegbrug. Dit is veelal efficiënter
Jurgen Heinis: “In onze visie moet een
en betrouwbaarder dan gebruik van onsamenhangende
ERP-oplossing een zo breed mogelijk palet aan branche-
deeloplossingen.”
specifieke functionaliteit bieden. Daartoe bevat Q-WMR functionaliteit als weegbrugintegratie, massabalans, inza-
Efficiënt
meling, grafische planning, containermanagement, wet-
Heinis heeft met Q-WMR een reeks successen geboekt
en regelgeving, meldingen, verhuur, planning, recycling,
in Nederland. Tot de snelgroeiende klantenkring behoren
integratie boordcomputer, op- en overslag, laboratorium,
Anton van Dijk Groep, Afvalcombinatie de Vallei, Bowie
onderhoud, compliance en quality management”
Afvalstoffen Recycling, metaalverwerkingsbedrijf Curef, Reinigingsdienst Rd4, Maltha Groep BV en SITA. Ook in
Snel terug te verdienen
België is de oplossing in opkomst, met High 5 Recycling
ERP wordt toch altijd geassocieerd met grote, kapita-
groep in Antwerpen, Marpobel en Smet Jet als eerste
alkrachtige bedrijven? “Dit is inderdaad lang zo geweest.
gebruikers. Uit de recente publicaties kunnen we allerlei
Mede daarom is Microsoft-Navision zo succesvol als betaal-
redenen optekenen die deze bedrijven voor Q-WMR deden
bare ‘end-to-end’ oplossing voor middelgrote ondernemin-
kiezen.
gen. Kenmerkend voor de Microsoft Business Solutions zijn de verregaande integratie met alle Microsoft-producten
“Gemeenschappelijk gebruik van data zorgt voor betere
(zoals Outlook, Excel en Word) en de eenvoudige aanpas-
communicatie tussen afdelingen en bedrijfsonderdelen.
baarheid aan bedrijfsprocessen. Een groot voordeel is de
Nu de onderlinge samenhang van bedrijfsprocessen beter
snelle en eenvoudige invoering. Zo kan Qurius afvalbedri-
zichtbaar wordt, kunnen mensen en middelen efficiënter
jven die hun marktpositie willen vasthouden of versterken,
worden ingezet. Op basis van betrouwbare informatie
hun productiviteit willen verhogen of hun kosten willen
kunnen managers sneller betere beslissingen nemen.
verlagen een geïntegreerd systeem bieden dat relatief snel
Verbetermogelijkheden van processen zijn beter te iden-
terug te verdienen is. Met als gevolg dat onze klanten vaak
tificeren. Ook kunnen gebruikers over de grenzen van de
zeggen: ‘We kregen wat beloofd was’. Zolang dat zo blijft,
onderneming heen worden verbonden, wat ketenintegra-
ben ik tevreden”, concludeert Jurgen Heinis.
tie vergemakkelijkt.” Combinatie standaard / branchespecifiek “Qurius gaat altijd uit van een standaard ERP-pakket van Microsoft. Voor minder dan 500 gelijktijdige gebruikers is dat Navision, en voor 500 tot 4.000 gelijktijdige gebruikers
Kortrijksesteenweg 88 9830 Sint Martens Latem Tel 09 280 28 30 Fax 09 280 28 39