Eucharistieviering van 8 december 2013 Tweede zondag van de advent Openingslied: ZJ 112: Kwam van Godswege, strofen 1, 2, 3 en 4. Begroeting Welkom op deze tweede zondag van de advent. Als volk van God kijken wij samen uit naar bevrijding en gerechtigheid. Laten we daarom vieren rond de tafel van de Heer. In de naam van + de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Amen. De genade van de Heer Jezus Christus, de Liefde van God en de gemeenschap van de heilige Geest zij met U allen.
Inleiding Kale bomen, lege velden, eentonige kleuren, doods … Zo is de natuur tijdens de winter. De dagen worden nog korter, de nachten nog langer. Op de adventskrans brandt één kaars. Eén kaars die ons doet geloven dat de dag uit de nacht geboren wordt. Eén kleine vlam die ons doet uitzien naar het grote licht van Kerstmis. Er staan vandaag in het midden van de adventskrans enkele winterse twijgen. De natuur dwingt ons verder te kijken dan de oppervlakte. Deze kale twijgen dragen nieuw leven in zich. Met water, licht en vooral warmte kan wat nu nog verborgen is, groeien en tot bloei komen. Ook armoede op het platteland is vaak verborgen, minder zichtbaar en wordt daarom vergeten. Als christenen die zich voorbereiden op Kerstmis, willen we verder en dieper kijken dan wat aan de buitenkant te zien is. Welzijnszorg helpt ons zien naar de specifieke situatie van mensen in armoede op den buiten.
Verzoeningsmoment P. Wij zijn samengekomen, als mensen van vlees en bloed, met ons goed en kwaad. Met ons kwaad durven we toch opzien naar Hem die de Barmhartige is en ons vergeven zal. L. Heer, die de kleinen recht verschaft en mensen te hulp komt, ontferm U over ons. Christus, die ons opneemt in uw gemeenschap, ontferm U over ons.
Heer, die ons doet omkeren en uw Woord van vrede in de mond legt, ontferm U over ons P. Moge de goede God ons met liefde omgeven, ons bevrijden van alle kwaad en ons geleiden naar eeuwig leven. Amen. Lichtritus met aanbreng van de tweede vrucht: de appels. Een mand met appels kan door kinderen, acolieten, vormelingen … aangebracht worden. We steken de tweede kaars aan en plaatsen hierbij een mand met appels. Appels zijn bij uitstek het symbool van de vruchtbaarheid. De schil en het vruchtvlees beschermen het klokhuis waar de zaden voor het nieuwe leven zich bevinden. Mensen in armoede zijn kwetsbare mensen. Alleen kunnen zij hun problemen niet aan. Maar als je met hen op weg gaat, ontdek je in hun kern heel vaak een sterke veerkracht die met een flinke hap solidariteit een nieuwe weg kan banen! Vanuit de eerste kaars wordt met een wiek de tweede kaars aangestoken.
Openingsgebed Bekeer ons tot U, God,.en laat uw woorden ons ontvankelijk maken voor de vervulling van uw belofte die in Jezus Messias aanbreekt voor heel de wereld en alle mensen die er wonen vandaag en alle dagen die komen. Amen.
Eerste lezing: Jesaja 11, 1-10. Uit de stronk van Isaï schiet een telg op, een scheut van zijn wortels komt tot bloei. Zo spreekt de profeet in een bange tijd zijn visioen van vrede. ‘Ik zie een twijgje opschieten uit de stam van Jesse, een nieuwe loot uit oude wortels. Vol zal hij zijn van de goede geest; wijs en verstandig, liefdevol en toegewijd. Eerbied voor God straalt van hem af. Hij gaat niet af op uiterlijke schijn, oordeelt niet op horen zeggen alleen. steekt zijn hand voor de zwakken in het vuur. Maar de tiran die zal hij striemen met de gesel van zijn mond, de goddelozen wegblazen met de adem van zijn lippen. Gerechtigheid is zijn wapen, onkreukbaarheid zijn kracht. Dan vlijt zich de panter naast de geit, huist de wolf bij het lam; kalf en leeuw samen in de wei, koe en berin likken elkaar,
hun jongen ravotten samen. Een baby speelt voor het hol van de adder; een peuter steekt zijn hand in het nest van de slang. Een kind kan het af. Dan zondigt niemand meer en is het kwaad verbannen uit de stad van God. Zoals de bodem van de zee met water is bedekt, zo zal de aarde van Gods liefde zijn vervuld.’ Vertaling: Peer Verhoeven.
Antwoordzang: ZJ 207: Voor kleine mensen. Evangelie: Matteüs 3, 1-12. Homilie en stille bezinning Geloofsbelijdenis Voorbeden P. Johannes de Doper predikte in de woestijn van Judea: ‘Bekeert u, want het Rijk der Hemelen is nabij’. Vol vertrouwen bidden we. L. Voor de Kerk, dat zij licht in de duisternis brengt, om mensen de weg te tonen die leidt naar Gods Rijk. Laat ons bidden. Voor de beleidsmensen, dat zij durven kiezen voor mensen aan de rand, en hen zo laten delen van een menswaardige maatschappij. Laat ons bidden. Voor mensen die dezer dagen de handen uit de mouwen steken, om de Welzijnszorgactie (Soep op de stoep) aan te bieden en zo wegbereiders voor de Heer zijn. Laat ons bidden. Voor onszelf, dat wij erin slagen oog en oor te hebben voor mensen die dolen in het donker. Laat ons bidden. Voorbede uit de actualiteit. Parochiale voorbede. P. God, steeds opnieuw vergezelt Gij ons met de glans van Uw licht. Luister naar onze gebeden en blijf ons nabij nu wij in het licht van Kerstmis Uw wegen proberen te gaan. Amen.
Gebed over de gaven God en Vader, dit brood, deze wijn en onze gaven hebben wij hier bijeengebracht om ze te delen zoals uw Zoon het ons voordeed en vroeg. Zegen deze tekens als onze bereidheid om de deur van ons hart open te doen voor U en voor elke zwakke en kleine mens. Amen.
Groot dankgebed Onze Vader Vredesgebed en -wens In een wereld, waar wij mensen vaak een houding aannemen van eigen gelijk, bidden wij om vrede: Heer Jezus Christus, Gij, die wilt dopen met heilige Geest en vuur, voltooi het werk dat Gij begonnen zijt en maak het komende feest tot een feest van vrede voor alle mensen. Zo bidden wij U die leeft in eeuwigheid. Amen. De vrede des Heren zij altijd met u. En met uw geest. Geeft elkaar een teken van vrede en vriendschap.
Lam Gods Uitnodiging tot de communie De tijd komt, dat niemand meer kwaad doet, dat de gehele aarde is vervuld met liefde tot God. Zie hier dit visioen verbeeld: Jezus geeft zich als gebroken brood op weg naar een luisterrijke toekomst. Zie daarom, vol hoop, de uitnodiging voor de maaltijd. Gelukkig zijn wij allen die genodigd worden aan de maaltijd van de Heer!
Bezinning L. Advent is oefentijd om te leren ongeziene mensen zien.
Je laten raken door het zwijgen dat over hun bestaan hangt, en het je aantrekken. Ook al weet je niet meteen waar te beginnen, het is wel duidelijk dat nieuw leven niet kan groeien zolang het voorbehouden blijft aan wie het meest ervoor betalen kunnen. Advent is uitgelezen tijd om midden het leven Hem te herkennen, als een spoor van licht.
Slotlied: ZJ 131: Bode die zijn weg bereidde. Slotgebed Barmhartige God, uw woorden en uw gaven kunnen onze dromen overtreffen. Uw liefdevolle goedheid gaat zonder onderscheid uit naar alle mensen. Geef dat uw mensen uitzien naar uw koninkrijk van verlossing en heil. Wij vragen dat door Jezus, de Komende, die leeft in de eeuwen der eeuwen. Amen.
Zending en zegen Het was goed om op weg naar Kerst elkaar hier te ontmoeten. Hopelijk blijven de woorden van de profeet Jesaja doorklinken in onze oren en blijven zij ons aanzetten tot goede werken, vandaag, morgen en alle dagen, die God ons schenkt. Dan zijn wij een zegen voor elkaar en zal Hij ons zegenen: Vader, + Zoon en heilige Geest. Amen. En gaat nu allen heen in de liefde en de vrede van de Heer. Wij danken God.
(Liturgische werkgroep St.-Martinus- en St.-Jozefparochie)