Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Voorwoord (1):
Deze Energiemonitor is in eerste instantie opgesteld in opdracht van de Regio Groningen-Assen als input voor een verkenning naar de energiekansen in deze regio*. In overleg met de stichting Energy Valley is de monitor vervolgens uitgebreid voor de totale Energy Valley regio**. De gegevens voor de Regio Groningen-Assen en de Energy Valley regio zijn in deze eindversie gecombineerd. Deze energiemonitor biedt een overzicht van relevante feiten en cijfers uit bestaande databronnen. Het is een kwantitatieve schets van de noordelijke energiesector, zonder verdere kwalitatieve analyses, interpretaties of waardeoordelen. Om inzicht te krijgen in de dynamiek is zoveel mogelijk een vergelijk gemaakt tussen data uit 2000 en 2010 (meest actuele data). Tevens zijn de regionale gegevens zoveel mogelijk vergeleken met de nationale situatie om het geheel in perspectief te plaatsen. De onderzoeksmethodiek en gepresenteerde cijfers zijn gevalideerd door de Rijksuniversiteit Groningen en EDIaal. De monitor zal periodiek worden geactualiseerd om inzicht te houden in de ontwikkeling van de noordelijke energiesector. De energie-investeringen in de Energy Valley regio zijn afgelopen jaren sterk toegenomen en zullen ook komende jaren verder doorgroeien. Duurzame energie neemt daarbij een steeds grotere rol in. Dit forse en langlopende investeringprogramma is goed voor veel nieuwe energiebanen en -bedrijvigheid. De energiewerkgelegenheid is in 10 jaar tijd ruim twee keer zo sterk gegroeid als landelijk en ook de bedrijvigheid in de energiesector kent een bovennationale groei. De grootste concentratie energiegerelateerde werkgelegenheid bevindt zich in de Regio Groningen-Assen, waar de energiesector ten opzichte van de totale werkgelegenheid eveneens het sterkst vertegenwoordigd is. In dit voorwoord zijn de belangrijkste elementen uit de energiemonitor uitgelicht:
*
= De Regio Groningen-Assen (afgekort RGA) bestaat uit de volgende gemeenten: Assen, Bedum, Groningen, Haren, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Noordenveld, Slochteren, Ten Boer, Tynaarlo, Winsum en Zuidhorn. ** = De Energy Valley regio (afgekort EV-regio) bestaat uit Fryslân, Groningen, Drenthe en Noord-Holland Noord.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Voorwoord (2): Energie-investeringen Het totaal aan energie-investeringen in de Energy Valley regio is geraamd op €26 miljard voor de periode 20042018. Een deel daarvan (€6,2 miljard) is inmiddels gerealiseerd en €19,8 miljard betreft gecommitteerde en geplande investeringen die komende jaren zullen plaatsvinden. Het aandeel duurzame investeringen neemt komende jaren sterk toe. In totaal heeft tweederde (€17,7 miljard) betrekking op investeringen in conventionele energie en infrastructuur t.b.v. de leveringszekerheid en energietransitie. Ongeveer een derde (€8,1 miljard) betreft directe investeringen in duurzame energie en energiebesparing. Energiebanen De noordelijke energiesector telt in 2010 bijna 22.500 banen, het zwaartepunt ligt in de regio Groningen-Assen zowel absoluut in aantal banen (6.619) als relatief in vergelijking met de totale werkgelegenheid in de regio (+7.6%). Inschatting is dat het totale werkgelegenheidseffect van de energiesector vele malen groter ligt. Deels omdat energie bij veel bedrijfstakken een belangrijke activiteit betreft, maar dit niet uit de data is af te lezen. Deels omdat veel werk wordt aanbesteed bij bedrijven die niet tot de energiesector gerekend worden. Gezien de toename van crosssectorale energietechnologieën (agro-energie, slimme energiesystemen, energie uit water, e.d.) en het kapitaalintensieve karakter van de energiesector mogen grote spillover en spin-off effecten worden verwacht. De exacte bepaling hiervan behoeft nader onderzoek. Dit valt buiten de scope van de energiemonitor. De energiewerkgelegenheid is in 2000-2010 met 17,6% gestegen in de Energy Valley regio (t.o.v. 8,5% landelijk). De groei in de Regio Groningen-Assen (28%) zit vooral in de dienstverlening. In Fryslân zit de stijging (34%) vooral in energieproductie/levering en energietechnologie. De stijging in Groningen (36,1%) bevindt zich vooral in de energieproductie/levering en energiediensten. De groei in Drenthe (1,5%) en Noord-Holland Noord (3,3%) wordt gedempt door een beperkt aantal grote mutaties. In Drenthe met name vanwege vertrek/krimp van een aantal grote bedrijven in de afvalverwerking (met name inzameling/recycling) en energietechnologie. In Noord-Holland Noord vooral door afname van de werkgelegenheid in de gaswinning en energietransport. Zonder deze grote mutaties zou de werkgelegenheidsgroei aanzienlijk hoger liggen. * = De energiesector is niet eenduidig geclassificeerd in bestaande databronnen voor bedrijfsvestigingen en werkgelegenheid. De bedrijvigheid is derhalve bepaald op basis van een (gewogen) selectie van bedrijfsklassen die aantoonbaar actief zijn op energiegebied. Hierbij is onderscheidt gemaakt tussen productie en levering van energie (kern), productie en installatie van energietechnologie (schil 1) en dienstverlening aan de energiesector (schil 2). Dit betreft enkel directe energiebedrijvigheid. Bedrijven in andere sectoren die deels actief zijn op energiegebied (bijv. agro-industrie, bouw, ICT, e.d.) zijn niet meegenomen omdat dit niet uit bestaande databronnen is op te maken. Een overzicht van de bedrijfsklassen en de gehanteerde methodologie is in de energiemonitor bijgevoegd.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Voorwoord (3): Energiebedrijvigheid De Energy Valley regio telt in 2010 bijna 3.150 bedrijven die tot de energiesector gerekend worden (13,4% van Nederland). Het aantal bedrijven in 2000-2010 is met 83% gestegen (t.o.v. 60% landelijk). In de Regio GroningenAssen is het aantal bedrijven zelfs met 169% gestegen. Het aantal bedrijven in de energieproductie/levering is ruim 10 keer zo sterk toegenomen als landelijk. Deze groei zit vooral in Fryslân en Groningen. De groei van energiediensten zit zowel in Drenthe, Fryslân als Groningen. De grootste groei van energietechnologie bedrijven zit in Noord-Holland Noord en Groningen.
Energieproductie De Energy Valley regio is een grote energieleverancier in Nederland. Het merendeel van de Nederlandse gaswinning op land (97%) en ondergrondse gasopslagcapaciteit (84,2%) is in het Noorden geconcentreerd. Tevens is Schoonebeek het belangrijkste wingebied voor Nederlandse olie. De huidige grote centrales in de regio leveren circa 20% van de nationale stroomproductie. Dit aandeel zal sterk toenemen met de bouw van 4 nieuwe centrales. In de regio Groningen-Assen wordt op meerdere locaties gas gewonnen, er bevinden zich echter geen elektriciteitscentrales en oliewingebieden in deze regio. De Energy Valley regio produceert eveneens ruim een kwart (28%) van de Nederlandse duurzame energie. Voor groen gas / biogas en wind op land vindt zelfs een derde of meer van de nationale productie in de Energy Valley regio plaats. Daarmee wordt een substantiële bijdrage geleverd aan de nationale energiedoelen. De duurzame energieproductie in de regio Groningen-Assen is beperkt. Grootschalige windmolenparken en biobrandstoffabrieken ontbreken, bovendien wordt nergens op grote schaal biomassa bijgestookt. Wel wordt op enkele locaties biogas/groen gas geproduceerd. Gedetailleerde gegevens over zonne-energie zijn niet beschikbaar omdat dit veelal wordt geproduceerd door particulieren waarover geen informatie beschikbaar is.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Voorwoord (4) CO2-prestatie Ruim 12% van de totale Nederlandse CO2-uitstoot komt uit de Energy Valley regio (in 2009). Dit is een stijging van circa 16,5% ten opzicht van 1990. Op provinciaal niveau kent alleen Fryslân een daling. De CO2-prestaties worden beïnvloed door vele factoren (beleid, economische structuur, groei/krimp, e.d.). Een gedetailleerde analyse hiervan valt buiten de scope van de energiemonitor, dit vergt nader onderzoek. Op hoofdlijnen komt de stijging in Groningen vooral door uitbreiding van de stroomproductie (Eemscentrale), in Drenthe door afvalverwerking en in Noord-Holland Noord door een stijging bij meerdere sectoren (o.a. agro, diensten en verkeer/vervoer). In de Regio Groningen-Assen is vooral in de stad Groningen een sterke daling van de CO2-uitstoot zichtbaar, dit is toe te wijzen aan de sluiting van de Hunzecentrale.
Regio Groningen-Assen Jaap Wijma
Stichting Energy Valley Gerrit van Werven
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Inhoudsopgave: H 1: Energievraag
H 4: Bedrijven en werkgelegenheid 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
Primaire energievraag - mondiaal Primaire energievraag - Europa Primaire energievraag - Nederland Finale energievraag – Nederland Finale energievraag – regionaal C02 uitstoot
2 3 4 6 7 8
H 2: Fossiele energieproductie 2.1 2.2 2.3 2.4
Gaswinning Oliewinning Conventionele stroomproductie Restwarmte/warmtenetten
Totaalbeeld Bijstook biomassa Windenergie Zonne-energie Bio-energie: Biogas Bio-energie: Groen gas Bio-energie: Biofuels
Totaalbeeld Kern Schil 1 Schil 2
44 48 54 57
5.1
Kennisinstellingen
61
H 5: Kennissector 14 17 18 19
H 3: Hernieuwbare energieproductie 3.1 3.2 3.3 3.3 3.4 3.5 3.6
4.1 4.2 4.3 4.4
H 2:
H 6: Toegevoegde waarde en investeringen 23 25 28 30 32 38 41
6.1 6.2 6.3
Toegevoegde waarde Aardgasbaten Investeringen
63 66 67
Bijlage: Begrippenlijst en methodologische verantwoording
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Om in de toekomst een stabiele energievoorziening te kunnen garanderen die in de vraag naar energie kan voorzien, is het noodzakelijk een beeld te hebben van de toekomstige ontwikkeling van de energievraag. In het komend decennium neemt de mondiale energievraag sterk toe. Opkomende economieën als China en India hebben een groeiende energiebehoefte. Ook op Europese en nationale schaal stijgt de vraag naar energie het komend decennium. Deze trend leidt tot de de verwachting dat de energieproductie ook in de komende jaren moet blijven groeien.
Hoofdstuk 1 Energievraag
1 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.1
Primaire energievraag – mondiaal (2010)
PJ
900.000 800.000
551.000 PJ in 2010
700.000 600.000 500.000 400.000 300.000 200.000 100.000
2005
2010
2015
2020
2025
2030
OECD Amerika
OECD Azië
Niet-OECD Azië
OECD Europa
Niet-OECD Europa en Eurasia
Niet-OECD Overig
2035
-
Wereldwijd zal de vraag naar energie met 47% toenemen in de periode 2010-2035.
-
Deze stijging wordt voornamelijk veroorzaakt door een stijgende vraag uit opkomende economieën als China (83%) en India (107%).
Bron: U.S. Energy Information Administration 2 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.2
Primaire energievraag – Europa (2010)
PJ
180.000
136.000 PJ in 2010
160.000 140.000 120.000 100.000 80.000 60.000 40.000 20.000
2005
2010
OECD Europa
-
2015
2020
Rusland
2025
2030
2035
Overige
In Europa wordt voor de toekomstige energievraag een stijging verwacht van 18% in de periode 2010-2035. Ondanks de Renewable Energy Directive, een Europese richtlijn die o.a. als doel heeft om de energievraag in de Europese Unie te verminderen, wordt ook in de Europese OECD landen nog een groei van 18% verwacht in deze periode.
Bron: U.S. Energy Information Administration 3 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.3
Primaire energievraag – Nederland (2010)
PJ
3.492 PJ in 2010
4.000
3.200
2.400
1.600
800
2005
2010
2015
2020
2025
2030
2035
Nederland
-
In Nederland wordt in de periode 2010-2017 een groeiende energievraag verwacht van circa 7%. In de periode hierna stabiliseert de primaire energievraag.
Bron: CBS en Monitweb.energie.nl 4 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.3.1 Energiebalans Nederland (2010) 9594 PJ
8300 PJ
Invoer
Uitvoer
Winning
2935 PJ
Primaire energievraag 3492 PJ 729 PJ Bunkers
Voorraadmutatie
8 PJ
511 PJ
2981 PJ
Energieomzetting 2265 PJ
14% van het finale energetische energieverbruik moet in 2020 uit hernieuwbare energie komen.
Finaal energieverbruik
Energetisch
Bron: CBS 5 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
716 PJ
Nietenergetisch
1.4
Finale energievraag Nederland (2010) 97 PJ
620 PJ
Totaal NL: 2981 PJ 1293 PJ 479 PJ
492 PJ
Energiesector
Vervoer
Nijverheid (geen energiesector)
Huishoudens
Landbouw, visserij & dienstverlening
Bron: CBS 6 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.5
Finale energievraag regionaal (2010) PJ
2981 PJ
475 PJ
91 PJ
3.000
2.500
2.000
1.500
1.000
500
16% Nederland
EV-regio
3%
3.0%
RGA
Bron: Nederlandse emissieregistratie en Klimaatmonitor 7 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
CO2 uitstoot CO2 is internationaal erkend als één van de belangrijkste veroorzakers van klimaatverandering. Door het gebruik van fossiele bronnen is in de laatste 100 jaar veel CO2 in de atmosfeer terechtgekomen die daarvoor miljoenen jaren in de bodem was opgeslagen. Door het gebruik van duurzame bronnen komt enkel CO2 uit de korte koolstofkringloop vrij, waardoor het totale CO2 percentage in de atmosfeer niet verder stijgt. De CO2 uitstoot ten opzichte van het peiljaar 1990 is één van de belangrijkste indicatoren in het voornemen van overheden om minder fossiele energie te gebruiken.
8 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.6
Nederlandse CO2 uitstoot naar herkomst (2009)
(mln. ton) 60 30.0%
50
40 30 12.1%
20
11.6% 6.9%
10
4.9% 0.3%
A
w er lv a fv
g rin e ijd
uw Bo
C
e ch is m he
13.4%
9.3% 6.4%
4.7% 0.4%
0.0% rie st u d In C
g id in he en r i e z or ov n vo r e e at en w st k n n e ri di D l, e d an H
n te en m su on
b nd a L
w ou e rig ve O
st du In
rie ZI RW
’s
’s ZI W /A
na ffi a R
en rij e d
V
er ke r e
Bron: Nederlandse emissieregistratie en Klimaatmonitor 9 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
en
v
er vo er
g er En
r to ec s ie
1.6.1 CO2 uitstoot NL, EV en RGA (2009) (mln. ton)
167.8 mln.
20.6 mln.
2.1 mln.
12.3%
1.3%
EV-regio
RGA
100% 160
127.4 mln.*
120
80
40
Nederland
*
= Nederlandse C02 doelstelling in 2020
Bron: Nederlandse emissieregistratie en Klimaatmonitor 10 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.6.2 CO2 uitstoot EV-regio per provincie (2009)
(mln. ton)
10.7 mln.
3.0 mln.
3.7 mln.
3.2 mln.
12
10
8.2 mln.*
8
6
4.4 mln.*
é
4
2.7 mln.*
2.4 mln.*
2
*
51.7%
14.6%.
18.0%
15.7%
Groningen
Drenthe
Fryslân
Noord-Holland noord
= C02 uitstoot in 1990
Bron: Nederlandse emissieregistratie en Klimaatmonitor 11 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.6.3 CO2 uitstoot – per gemeente RGA (2009) (ton)
Zuidhorn
Winsum
Tynaarlo
Ten Boer
Leek
54.769* 48.452 48.452
2.3%
110.314 108.410* 110.314
5.2%
53.441 40.048* 53.441
2.5%
Slochteren
Noordenveld
81.936* 77.168 77.168
3.0%
136.988* 115.090 115.090 74.321
5.5%
689.849* 300.251 74.321
3.5%
Hoogezand-Sap.
Haren
291.430* 137.489 137.489
6.5%
57.245 405.905* 300.251 849.097
14.3%
62.906* 63.353 57.245
2.7%
Groningen
Bedum
Assen
40.4%
(ton)
57.662* 63.353
3.0%
182.405* 217.562
10.3% 200.000
*
217.562 1.465.428* 849.097
400.000
600.000
800.000
1.000.000
1.200.000
1.400.000
= C02 uitstoot in 1990
Bron: Nederlandse emissieregistratie en Klimaatmonitor 12 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1.600.000
Hoofdstuk 2 Fossiele energieproductie
Nederland is voor het overgrote gedeelte van haar energievoorziening afhankelijk van conventionele energiebronnen. Sinds de ontdekking van het Groningenveld in 1959, met een geschatte omvang van 2.800 miljard kubieke meter gas, bekleedt de EV-regio een prominente positie als gasproducent in Europa. Voorts ligt bij Schoonebeek het belangrijkste on-shore oliewinningsgebied van Nederland. Tenslotte is de EV-regio een cruciale schakel in de Nederlandse elektriciteitsvoorziening. In o.a. de Eemshaven staan meerdere elektriciteitscentrales die gezamenlijk miljoenen huishoudens van stroom voorzien.
13 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2.1
Gaswinning (2010) Productielocaties -
In de EV-regio werd in 2010 op 90 locaties gas gewonnen.
-
De aardgaswinning in de EV-regio bedroeg in 2010 in totaal 58.5 miljard m3 aardgas. Het overgrote deel is gewonnen uit het Groningen gasveld (53 miljard m3). De EV-regio is verantwoordelijk voor 97% van de totale Nederlandse gaswinning op land.
-
In totaal is in 2010 in de EV-regio 2.047 PJ gas gewonnen. Dit komt overeen met 53% van de totale Nederlandse primaire energievraag.
-
In Europa is de EV-regio de 4de producent van aardgas. Alleen in Rusland, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk wordt meer gas gewonnen.
-
De bewezen aardgasreserves in het Groningen gasveld bedragen 980 miljard m3 aardgas. Dit is 75% van de totale Nederlandse gasvoorraad (zowel continentaal als territoriaal).
-
Hiermee kan op het huidige productieniveau tot tenminste 2030 gas uit het Groningenveld worden gewonnen.
Hoeveelheid energie
Toekomstige productie
Bron: NLOG.nl 14 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2.1.1 Ondergrondse gasopslaglocaties (2010) Doordat de aardgasreserves in Nederland langzaam afnemen, ontstaat er minder druk in de huidige aardgasvelden. De druk is inmiddels dusdanig laag, dat wanneer er een extreme piekvraag is, er niet voldoende gas uit de bodem kan worden gehaald om op korte termijn aan de vraag te voldoen. In de zomer ligt de productiecapaciteit beduidend hoger dan de vraag, het overtollige gas kan dan worden opgeslagen in opslaglocaties zoals lege gasvelden, zoutcavernes of aquifiers. In de winter kan deze buffer worden aangesproken om de toelevering van aardgas op te schalen om een stabiele gasvoorziening te garanderen. Op een aantal plaatsen in Nederland en vlak over de grens in Duitsland zijn gasopslag locaties die worden benut voor de Nederlandse gasvoorziening.
Gasopslaglocaties
Werkvolume (in mld. m3)
Werkvolume (% totaal)
Type
Grijpskerk
1,5
24,3%
Gasveld
Norg
3,0
48,5%
Gasveld
Zuidwending
0,2
3,2%
Zoutcaverne
Alkmaar
0,5
8,1%
Gasveld
Totaal EV-Regio
5,2
84,2%
Epe (Duitsland)
0,4
6,5%
Zoutcaverne
Kalle (Duitsland)
0,2
3,2%
Acquifer
Epe (Duitsland)
0,1
1,6%
Zoutcaverne
Epe (Duitsland)
0,28
4,5%
Zoutcaverne
Totaal
6,18
100%
Bron: Gas Infrastructure Europe (GIE) 15 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2.1.2 Ondergrondse gasopslaglocaties EV-regio (2010) Op dit moment wordt op 4 locaties in de EV-regio gas ondergronds opgeslagen om piekvragen op te kunnen vangen. Vanaf 1997 kan er gas worden opgeslagen op de locaties Grijpskerk, Norg en Alkmaar. Sinds 2011 is een vierde locatie in gebruik genomen, Zuidwending nabij Veendam. In Grijpskerk wordt gas voor industrieel gebruik opgeslagen (H-gas), op de drie andere locaties wordt L-gas opgeslagen. In mei 2012 is bekend geworden dat het lege gasveld Bergermeer tussen Alkmaar en Bergen eveneens geschikt wordt gemaakt voor gasopslag.
Norg (1997)
Grijpskerk (1997)
Alkmaar (1997)
Zuidwending (2011)
Werkvolume:
Werkvolume:
Werkvolume:
Werkvolume:
1.5 miljard m3
3 miljard m3
500 miljoen m3
200 miljoen m3
Max. dagelijkse injectie:
Max. dagelijkse injectie:
Max. dagelijkse injectie:
Max. dagelijkse injectie:
12 miljoen m3 per dag
24 miljoen m3 per dag
3.5 miljoen m3 per dag
28.8 miljoen m3 per dag
Max. dagelijkse productie:
Max. dagelijkse productie:
Max. dagelijkse productie:
Max. dagelijkse productie:
55 miljoen m3 per dag
51 miljoen m3 per dag
36 miljoen m3 per dag
38.4 miljoen m3 per dag
Bron: NLOG.nl, Gasuniezuidwending.nl en NAM.nl 16 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2.2
Oliewinning (2010) Productielocaties -
In de periode van 1996 tot en met 2010 werd er geen olie gewonnen in de EV-regio.
-
Sinds 2011 is de oliewinningslocatie in Schoonebeek (Drenthe) opnieuw in productie genomen, dit is de enige plek in de EV-regio waar olie wordt gewonnen.
-
Er zijn nog geen cijfers beschikbaar van de hoeveelheid gewonnen olie uit het Schoonebeek veld in 2011.
-
De verwachting is dat de capaciteit gaat oplopen tot 4.800.000 vaten olie per jaar. Hieruit kan 26.8 PJ energie worden geproduceerd. Hiermee wordt Schoonebeek het belangrijkste wingebied voor Nederlandse olie. De verwachting is dat de NAM tot 2036 in totaal 120 miljoen vaten olie uit het Schoonebeek veld gaat produceren.
Hoeveelheid energie
Toekomstige productie
-
Bron: NLOG.nl en NAM 17 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2.3
Conventionele stroomproductie (2010) Productielocaties -
Momenteel staan er 6 conventionele elektriciteitscentrales in de EVregio met een elektrisch vermogen van 3785 MW. De Eemscentrale is met een vermogen van 2400 MW het grootst.
-
Alle operationele gascentrales.
-
Gezamelijk produceren deze centrales 16 miljoen MWh aan stroom. Dit komt overeen met 58.4 PJ.
-
Hiermee is de EV-regio verantwoordelijk voor ongeveer 20% van de totale Nederlandse stroomproductie.
-
Momenteel worden 4 nieuwe energiecentrales gebouwd in de EV-regio door verschillende energiebedrijven: NUON (1200 MW, gereed 2012), NAM (130 MW, gereed 2012), RWE/Essent (1600 MW, gereed 2013) en Eneco (49 MW, gereed 2013). In 2014 zal worden gestart met de bouw van een vijfde nieuwe centrale in de EV-regio van Advanced Power/Siemens (1200 MW, gereed 2017). Door de vijf nieuwe centrales zal het elektrisch vermogen in de EV-regio meer dan verdubbelen.
elektriciteitscentrales
in
de
EV-regio
zijn
Hoeveelheid energie
Toekomstige productie
Bron: Divers 18 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Restwarmte Warmte die vrijkomt na energieomzetting wordt ook wel restwarmte genoemd. Deze restwarmte wordt nauwelijks efficiënt gebruikt en veelal geloosd, waardoor de geproduceerde energie niet maximaal wordt benut. Dit kan worden opgelost door warmtenetten. Deze leggen een verbinding tussen de bron van de warmte en de vraag naar warmte en dragen zodoende bij aan een efficiëntere benutting van energie. De restwarmte vervangt zo een energiedrager die anders gebruikt zou zijn om warmte te produceren. Op deze manier dragen warmtenetten bij aan een efficiëntere en duurzamere energievoorziening.
19 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2.4.1 Aanbod restwarmte Nederland (2010) <120°C
120°C200°C > 500 TJ/Jaar > 500 TJ/Jaar > 500 TJ/Jaar > Geen data
Deze kaart laat de grootste restwarmtebronnen in Nederland zien. Het grootste restwarmtepotentieel ligt buiten de EV-regio. Dit geldt vooral voor hoogwaardige restwarmte (>120 °C). Toch zijn er in de EV-regio een aantal grote restwarmtelocaties zoals Alkmaar, Burgum, Eemshaven en Wijster. In de regio Groningen-Assen zijn geen grote restwarmtebronnen.
Bron: Warmteatlas Agentschap NL 20 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2.4.2 Warmtenetten in de EV-regio (2011)
1
Leeuwarden
Koppeling van industriele bron en RWZI aan woonomgeving.
2
Alkmaar
Stadwarmtenet.
1
3
Meppel
Warmtenet via een LDEB*. 3
4
2 4
Hoogeveen
Warmtenet via een LDEB*.
*
= Lokaal Duurzaam Energie Bedrijf
Bron: Divers 21 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 3 Hernieuwbare energieproductie Energie uit hernieuwbare bronnen is in opkomst. Lidstaten van de Europese Unie hebben zich gecommitteerd aan doelen gericht op het gebruik van hernieuwbare energie. De verschillende decentrale overheden hebben deze doelen vaak vertaald naar eigen doelstellingen. Dit maakt dat veel overheden inzetten op een groeiende energievoorziening uit duurzame bronnen. Er zijn vele manieren om energie te produceren uit hernieuwbare bronnen, bijvoorbeeld via zon PV, windmolens, waterkracht, vergisting, verbranding en vergassing. Veel van deze technieken zijn op dit moment nog niet rendabel – zonder subsidie – te exploiteren. Mede daarom blijft de productie achter bij de productie van energie uit fossiele bronnen. In deze monitor worden energie uit wind, zon en biomassa behandeld.
22 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.1
Totaalbeeld duurzame energieproductie (2010/2011) 317.1 PJ (PJ)
86.4 PJ
17.4 PJ
0.51 PJ
350
14.0% 300
250
200
150
100
3.8%
100%
50
28%* 1%* Aandeel hernieuwbare energie Nederland Doelstelling 2020 aandeel hernieuwbare energie Huidige aandeel hernieuwbare energie *
Nederland
%
EV-regio
RGA
Aandeel hernieuwbare energie in finaal energetisch verbruik
Biomassa- en afvalverbranding
Windenergie, biogas, groen gas en biofuels
Overige technieken**
= Het aandeel hernieuwbare energie in de EV-regio en RGA t.o.v. het Nederlandse totaal is gebasseerd op technieken waar regionale data voor beschikbaar zijn. Overige technieken en zonne-energie zijn voor de EV-regio en RGA niet meegenomen.
** = Waterkracht, bodemenergie, waterpompen, houtketels, houtkachels, verbranding van papierslib en biomassa in cementovens e.d. Bron: Divers 23 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.1.1 Opbouw duurzame energieproductie* (2010/2011) Nederland: 86.4 PJ
EV-regio: 17.4 PJ**
RGA: 0.51 PJ** 0.015 PJ
22.5 PJ
16.2 PJ
14.9 PJ 11.3 PJ
3.9 PJ
1.2 PJ
5.9 PJ
5.3 PJ 2.0 PJ
0.22 PJ 0.276 PJ
2.9 PJ
15.0 PJ
1.7 PJ
12.9 PJ
2.3 PJ 0.7 PJ
*
Wind
Zon
Biogas
Groen gas
Biofuels
Bijstook biomassa
AVI’s
Overige technieken
= Waterkracht, bodemenergie, waterpompen, houtketels, houtkachels, verbranding van papierslib en biomassa in cementovens e.d.
** = Het aandeel hernieuwbare energie in de EV-regio en RGA t.o.v. het Nederlandse totaal is gebasseerd op technieken waar regionale data voor beschikbaar zijn. Overige technieken en zonne-energie zijn voor de EV-regio en RGA niet meegenomen. Bron: Divers 24 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bijstook biomassa Vaste biomassa (zoals snoeiafval en industrieel resthout) kan nuttig worden gebruikt voor duurzame energieopwekking. Verbranding van biomassa in elektriciteitscentrales of afvalverwerkingsinstallaties heeft het grootste aandeel in de huidige duurzame energieproductie in Nederland. Naast verbranding kan vaste biomassa door vergassing eveneeens worden omgezet in energie. Hierbij wordt de biomassa door verhitting zonder zuurstof omgezet in gas, dat vervolgens omgezet kan worden in elektriciteit en warmte. Deze techniek wordt nog niet grootschalig toegepast, maar kan in de komende jaren een toenemende bijdrage leveren aan een duurzame energievoorziening.
25 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.2.1 Bijstook biomassa in elektriciteitscentrales (2010)
Nederland
EV-regio
RGA
Aantal installaties
30
Aantal installaties
4
Aantal installaties
-
Energieproductie
12.9 PJ
Energieproductie
2.9 PJ
Energieproductie
-
Bron: CBS en www.b-i-o.nl 26 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.2.2 Bijstook biomassa in AVI’s* (2010)
Nederland
EV-regio
RGA
Aantal installaties
12
Aantal installaties
4
Aantal installaties
-
Energieproductie
11.3 PJ**
Energieproductie
3.9 PJ**
Energieproductie
-
* = Afvalverwerkingsinstallaties ** = Alleen de energie geproduceerd door het verbranden van het biogene deel van het afval telt mee bij als hernieuwbare energie. Bron: CBS en www.b-i-o.nl 27 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Windenergie Windenergie is onder te verdelen in off-shore wind (op zee) en on-shore wind (op land). Momenteel staat het overgrote deel van de Nederlandse windturbines on-shore. De trend is dat de turbines in vermogen toenemen. Waar enkele jaren geleden nog over het aantal KW werd gesproken zijn er nu off-shore turbines op de markt van 6 à 7 MW. Na energie uit biomassa, wordt in Nederland de meeste hernieuwbare energie uit wind geproduceerd.
28 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.3
Windenergie (2010)
Nederland
Aantal turbines Capaciteit Energieproductie *
EV-regio
RGA
Aantal turbines
1976 2220 MW* 16.2 PJ
Capaciteit
758 720 MW*
Energieproductie
5.86 PJ
Aantal turbines Capaciteit Energieproductie
= De grote van de rode cirkels correspondeert met het opgesteld vermogen.
Bron: www.w-i-n-d.nl 29 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
23 3 MW* 0.015 PJ
Zonne-energie De zon is in potentie de grootste energiebron voor de aarde. De energie die de aarde bereikt is 9.000 maal groter dan de wereldwijde energievraag. In toenemende mate wordt gebruik gemaakt van zonnepanelen om elektriciteit op te wekken. Belangrijke ontwikkeling hierin is het stijgende vermogen van de panelen en de scherpe prijsdaling van de afgelopen jaren. Terugverdientijden van zonnepanelen zijn korter en hierdoor ook voor particulieren en het middenen kleinbedrijf interessant.
30 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.4
Zonne-energie (2010) Productielocaties -
In de EV-regio zijn geen grootschalige zonneweide’s zoals in Duitsland of kleinschalige zonneweides zoals Solarpark Azewijn (Installatiecapaciteit 1.8 MW) in Gelderland.
-
Zonne-energie in de EV-regio wordt enkel opgewekt middels dakgebonden zonnepanelen op woningen en bedrijfspanden.
-
De landelijke productie van zonne-energie bedroeg in 2010 ruim 333.000 MWh elektriciteit. Dit komt overeen met 1.2 PJ.
-
Er zijn geen data beschikbaar over de productie van zonne-energie op provinciaal en gemeentelijk niveau, doordat veel zonne-energie wordt geproduceerd door particulieren.
-
De verwachting is dat de productie van zonne-energie de komende jaren sterk gaat toenemen door een sterk dalende prijs van zonnepanelen. In de afgelopen 2.5 jaar is de prijs van Duitse zonnepanelen met 55% gedaald van €2.39 per Wp in juli 2009 naar €1.07 in januari 2012*.
Hoeveelheid energie
Toekomstige productie
* = Groothandelsprijzen voor Duitse kristallijn PV-modules (bron: Photon International, 2012). Bron: CBS 31 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bio-energie: Biogas Biogas is een gasmengsel dat ontstaat door vergisting van organische materialen. Materiaal van bijvoorbeeld afval, mest of rioolwater wordt in een anaëroob proces door enzymen omgezet in biogas. Dit biogas bestaat voor ongeveer 60% uit methaan. Door de aanwezige methaan heeft biogas een energieinhoud die nuttig aangewend kan worden door het gas te verbranden en daarmee om te zetten in een andere energiedrager. Biogas is niet geschikt om in het gasnet te voeden, omdat het een andere chemische samenstelling heeft als aardgas (er zit bijvoorbeeld te veel water in). Biogas wordt dan ook hoofdzakelijk gebruikt om elektriciteit mee te produceren door middel van warmtekrachtkoppelingen.
32 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.5.1 Bio-energie: Stortgas (2011)
Nederland
Aantal installaties Capaciteit Energieproductie
EV-regio
RGA
Aantal installaties
22 14.3 MW 0.35 PJ
Capaciteit
3 0.85 MW
Energieproductie
0.02 PJ
Aantal installaties
1
Capaciteit
0.18 MW
Energieproductie
0.004 PJ
Bron: www.b-i-o.nl 33 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.5.2 Bio-energie: Biogas uit RWZI/AWZI* (2011)
Nederland
Aantal installaties
EV-regio
RGA
Aantal installaties
71
12
Aantal installaties
Capaciteit
38.6 MW
Capaciteit
3.3 MW
Capaciteit
Energieproductie
1.11 PJ
Energieproductie
0.10 PJ
Energieproductie
*
= Rioolwaterzuiveringsinstallatie/afvalwaterzuiveringsinstallatie
Bron: www.b-i-o.nl 34 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2 1.72 MW 0.05 PJ
3.5.3 Bio-energie: Biogas uit GFT* (2011)
Nederland
Aantal installaties
EV-regio
RGA
Aantal installaties
5**
Capaciteit
9.1 MW
Capaciteit
Energieproductie
0.26 PJ
Energieproductie
1 2.5 MW** 0.07 PJ
Aantal installaties
-
Capaciteit
-
Energieproductie
-
* = Groente-, fruit- en tuinafval ** = Vier van de negen installaties (o.a. de installaties in Groningen en het Noord-Hollandse Middenmeer) werken biogas op tot groen gas, deze installaties zijn in deze monitor meegenomen als groen gas installaties en niet als biogas installaties. Bron: www.b-i-o.nl 35 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.5.4 Bio-energie: Biogas uit VGI* (2011)
Nederland
Aantal installaties
EV-regio
RGA
Aantal installaties
9
3
Aantal installaties
1
Capaciteit
16.0 MW
Capaciteit
3.3 MW
Capaciteit
1.5 MW
Energieproductie
0.46 PJ
Energieproductie
0.09 PJ
Energieproductie
0.04 PJ
*
= Voedings- en genotsmiddelenindustrie
Bron: www.b-i-o.nl 36 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.5.5 Bio-energie: Biogas uit co-vergisting (2011)
Nederland
Aantal installaties Capaciteit Energieproductie
EV-regio
RGA
Aantal installaties
93 106.9 MW 3.08 PJ
Capaciteit
48 50.3 MW
Energieproductie
1.45 PJ
Aantal installaties
8
Capaciteit
6.2 MW
Energieproductie
0.18 PJ
Bron: www.b-i-o.nl 37 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bio-energie: Groen gas De helft van de Nederlandse energie wordt geproduceerd uit aardgas. Echter de aanwezigheid van gas in de Nederlandse bodem is eindig. Om niet volledig afhankelijk van import te worden zijn andere bronnen nodig om gas te produceren. Groen gas is het hernieuwbare alternatief voor aardgas. Groen gas is gereinigd biogas en heeft dezelfde chemische samenstelling als aardgas. Hierdoor kan groen gas, in tegenstelling tot biogas, in het aardgasnet worden gevoed. Eenmaal in het gasnet is groen gas niet meer te onderscheiden van aardgas en kan het voor dezelfde toepassingen worden gebruikt (bijvoorbeeld transport). Via certificaten kan de groenwaarde van het gas worden bewaard en verhandeld tegen een meerprijs.
38 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.6
Bio-energie: Groen gas (2011)
Nederland
Aantal installaties M 3 per jaar Energieproductie *
EV-regio
RGA
Aantal installaties
15 57.5 mln* 2.02 PJ
M 3 per jaar
5 20.0 mln*
Energieproductie
0.70 PJ
Aantal installaties M 3 per jaar Energieproductie
= Geproduceerde hoeveelheid groen gas is gebaseerd op de maximale capaciteit van de installaties, vooral voor nieuwe installaties ligt de daadwerkelijke productie lager.
Bron: www.b-i-o.nl 39 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
1 6.1 mln* 0.22 PJ
3.6.1 Tankstations (groen) gas (2012)
Nederland
Aantal tankstations
EV-regio
94
Tankstation open
RGA
Aantal tankstations
25
Aantal tankstations
Tankstation in aanbouw
Bron: www.groengasmobiel.nl 40 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
5
Bio-energie: Biofuels Biofuels zijn een duurzaam alternatief voor fossiele brandstoffen en worden gewonnen uit natuurlijke producten. Biofuels zijn onder te verdelen in eerste en tweede generatie biobrandstoffen. Voor de eerste generatie (bv. uit koolzaadolie) is landbouwareaal nodig. Hierdoor kunnen eerste generatie biobrandstoffen concurreren met voedselproductie en een opdrijvend effect hebben op de voedselprijzen. De tweede generatie biobrandstoffen richt zich daarom op biofuel productie uit restproducten van voedeselproductie zoals frituurvet en landbouwproducten die niet als voedsel worden gebruikt. De Europese biofuel markt ondervindt concurrentie vanuit de Verenigde Staten. In de V.S. wordt de productie van biofuels stevig gesubsidieerd. Dit leidt er toe dat op de Europese markt veel Amerikaanse biofuels worden aangeboden. Hierdoor ligt in Nederland de daadwerkelijke productie beduidend lager dan de capaciteit.
41 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
3.7
Bio-energie: Biofuels (2010)
Nederland
Productielocaties Capaciteit (ton) Gerealiseerd Energieproductie
EV-regio
RGA
Productielocaties
7* 1.225.000
358.000 PJ**
14.94 PJ
Capaciteit (ton) Gerealiseerd
2 270.000
79.000 PJ**
Energieproductie
2.26 PJ
Productielocaties
-
Capaciteit (ton)
-
Gerealiseerd (ton)
-
Energieproductie
-
* = Het betreft de grote productielocaties in Nederland gepubliceerd in de catalogus van Nederlandse brandstofinitiatieven (AgentschapNL, 2010). ** = Gebaseerd op een gerealiseerde productie van 29.2% van de totale capaciteit voor Nederland als geheel (CBS, 2010). Bron: AgentschapNL/CBS/biofuelsproducenten 42 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 4 Bedrijven & Werkgelegenheid De energiesector is een belangrijke bron van werkgelegenheid in Fryslân, Groningen, Drenthe en Noord-Holland Noord en bestaat uit verschillende type arbeid die meer of minder direct is gekoppeld aan de productie van energie. In deze monitor is de energiesector onderverdeeld in een kern en twee omliggende schillen. De kern van de werkgelegenheid in de energiesector bestaat uit de productie en levering van energie. Deze kern is nader uitgesplitst in bedrijven die up-, mid- of downstream in de waardeketen van energie opereren. In de eerste schil bevindt zich de energiegerelateerde werkgelegenheid. In deze schil wordt arbeid geleverd gericht op de productie en installatie van energietechnologie. De buitenste schil bestaat uit de dienstverlenende werkgelegenheid. Dit zijn de ontwerp-, advies- en ingenieursbureaus die zich op energiegerelateerde activiteiten richten.* * De methode voor berekening van arbeidsplaatsen en bedrijven is gevalideerd met Rijksuniversiteit Groningen. 43 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
4.1
Opbouw energiesector Schil 2 Schil 1
Kern: Producenten en leveranciers van energie Exploratie en winning Handel/logistiek Levering eindgebruik
Totaal
Upstream
Midstream
Downstream
Kern Schil -
1: Productie en installatie van energie technologie Vervaardiging Installatie Reparatie en onderhoud
Totaal
Schil 2: Dienstverlening gericht op energie activiteiten Ontwerp Advies
Totaal
44 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
4.1.1 Totaal bedrijven (2010)
Nederland
EV-regio
N-H Noord
Fryslân
Groningen
Drenthe
RGA
Eemsdelta
4.052
738
190
224
150
174
124
27
6.923
1.030
377
274
186
193
151
14
12.473
1.379
386
388
291
315
305
17
23.447
3.148
953
886
627
682
580
58
% t.o.v. Nederland
-
13.4%
4.1%
3.8%
2.7%
2.9%
2.5%
0.3%
Groei 2000-2010
59.6%
83.0%
56.4%
88.0%
171.4%
67.2%
169.3%
112.7%
Kern
Schil 1
Schil 2 Totaal
Bron: LISA 45 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
4.1.2 Totale werkgelegenheid (2010)
Schil 2
Nederland
EV-regio
N-H Noord
Fryslân
Groningen
Drenthe
RGA
Eemsdelta
71.473
10.363
1.372
2.861
2.819
3.311
3.589
377
73.761
9.057
2.103
2.642
2.030
2.282
2.165
48
31.628
3.008
597
908
832
672
866
85
176.862
22.429
4.072
6.411
5.681
6.265
6.619
510
% t.o.v. Nederland
-
12.7%
2.3%
3.6%
3.2%
3.5%
3.7%
0.3%
Groei 2000-2010
8.5%
17.6%
3.3%
34.0%
36.1%
1.5%
28.3%
2.6%
Kern
Schil 1
Schil 2 Totaal
Bron: LISA 46 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
4.1.3 Grootste bedrijven kern energiesector* (2010)
*
= Bedrijven staan in willkeurige volgorde
Bron: LISA 47 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
4.2
Kern: Totaal (2010)
Producenten en leveranciers van energie
Nederland: Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Fryslân: 4.052 71.473
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Groningen: 224 2.861
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
190 1.372
Eemsdelta regio 150 2.819
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
27 377
Regio G-A 174 3.311
Bron: LISA 48 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
124 3.589
4.2.1 Kern: Upstream (2010)
De exploratie en winning van energie
Nederland: Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Fryslân: 1.117 24.004
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Groningen: 94 1.008
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
81 828
Eemsdelta regio 45 603
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
13 196
Regio G-A 69 2.165
Bron: LISA 49 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
35 1.579
4.2.2 Kern: Midstream (2010)
Handel en logistiek van energiebronnen
Nederland: Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Fryslân: 648 27.947
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Groningen: 24 1.228
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
26 158
Eemsdelta regio 14 1.648
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
2 10
Regio G-A 15 720
Bron: LISA 50 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
15 1.680
4.2.3 Kern: Downstream (2010)
Levering energie aan eindgebruikers
Nederland: Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Fryslân: 2.287 19.522
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Groningen: 106 625
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
83 386
Eemsdelta regio 91 568
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
12 171
Regio G-A 90 426
Bron: LISA 51 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
74 330
4.2.4 Kern: Ontwikkeling aantal bedrijven (2000 t/m 2010) Totaal EV regio: +37%
+3% Nederland: 2000: 2010:
+17% +48% Fryslân:
3.938 4.052
2000: 2010:
+19% +90% +68% Groningen:
151 224
2000: 2010:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
2000: 2010:
2000: 2010:
162 190
+125%
Eemsdelta regio 79 150
2000: 2010:
12 27
Regio G-A 146 174
Bron: LISA 52 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2000: 2010:
74 124
4.2.5 Kern: Ontwikkeling werkgelegenheid (2000 t/m 2010) Totaal EV regio: +14%
8% Nederland: 2000: 2010:
-17%
+50%
Fryslân: 66.261 71.473
2000: 2010:
+7%
+17% +18%
Groningen: 1.909 2.861
2000: 2010:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
2000: 2010:
2000: 2010:
1.646 1.372
+3%
Eemsdelta regio 2.413 2.819
2000: 2010:
366 377
Regio G-A 3.100 3.311
Bron: LISA 53 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2000: 2010:
3.046 3.589
4.3
Schil 1: Totaal (2010)
Productie en installatie van energietechnologie
Nederland: Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Fryslân: 6.923 73.761
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Groningen: 274 2.642
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
377 2.103
Eemsdelta regio 186 2.030
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
14 48
Regio G-A 193 2.282
Bron: LISA 54 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
151 2.165
4.3.1 Schil 1: Ontwikkeling bedrijven (2000 t/m 2010) Totaal EV regio: +58%
34% Nederland: 2000: 2010:
+57% +44% Fryslân:
5.172 6.923
2000: 2010:
+39% +119% +136% +59% Groningen:
190 274
2000: 2010:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
2000: 2010:
2000: 2010:
240 377
Eemsdelta regio 85 186
2000: 2010:
9 14
Regio G-A 139 193
Bron: LISA 55 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2000: 2010:
64 151
4.3.2 Schil 1: Ontwikkeling werkgelegenheid (2000 t/m 2010) Totaal EV regio: +15%
-1% Nederland: 2000: 2010:
+15% +11% Fryslân:
74.502 73.761
2000: 2010:
-15%
+51% +32%
Groningen: 2.376 2.642
2000: 2010:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
2000: 2010:
2000: 2010:
1.827 2.103
-34%
Eemsdelta regio 1.345 2.030
2000: 2010:
73 48
Regio G-A 2.681 2.282
Bron: LISA 56 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2000: 2010:
1.645 2.165
4.4
Schil 2: Totaal (2010)
Dienstverlening gericht op energie-activiteiten
Nederland: Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Fryslân: 12.473 31.628
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Groningen: 388 908
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
386 597
Eemsdelta regio 291 832
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
17 85
Regio G-A 315 672
Bron: LISA 57 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bedrijven: Arbeidsplaatsen:
305 866
4.4.1 Schil 2: Ontwikkeling bedrijven (2000 t/m 2010) Totaal EV regio: +161%
+124% Nederland: 2000: 2010:
+86% +198% +156% +334% +294% +165% Fryslân:
5.580 12.473
2000: 2010:
Groningen: 130 388
2000: 2010:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
2000: 2010:
2000: 2010:
207 386
Eemsdelta regio 67 291
2000: 2010:
6 17
Regio G-A 123 315
Bron: LISA 58 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2000: 2010:
77 305
4.4.2 Schil 2: Ontwikkeling werkgelegenheid (2000 t/m 2010) Totaal EV regio: +69%
+42% Nederland: 2000: 2010:
+27% +82% Fryslân:
22.261 31.628
2000: 2010:
+71% +100% +86% Groningen:
500 908
2000: 2010:
Noord-Holland Noord:
Drenthe:
2000: 2010:
2000: 2010:
469 597
+46%
Eemsdelta regio 416 832
2000: 2010:
58 85
Regio G-A 393 672
Bron: LISA 59 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2000: 2010:
466 866
Hoofdstuk 5 Kennissector De energiesector heeft een kapitaalintensief karakter en door de grote maatschappelijke opgaven en de groeiende balanceringsopgave behoefte aan een sterke kennissector. Energiesystemen worden in toenemende mate complexer door decentrale energieopwekking en afnemers die ook producent kunnen zijn. De energievoorziening wordt mede hierdoor steeds meer decentraal georganiseerd. Een goede kennispositie op alle onderwijsniveaus die een antwoord kan geven op de belangrijkste opgaven en aansluit bij behoeften van de energiesector is daarom essentieel. Zowel voor het leveren van goed gekwalificeerd arbeidspotentieel als kennis voor noodzakelijke innovaties.
60 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
5.1
(Semi)publieke kennisinstellingen (2010) Energiekennis EV-regio
Publiek
(Semi)publiek
Rijksuniversiteit Groningen
Noordelijke Hogeschool Leeuwarden
InHolland
TNO
Hanzehogeschool Groningen
Van Hall Larenstein
Regionale opleidingscentra
ECN
Stenden hogeschool
Bron: Kennisinstellingen 61 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 6 Toegevoegde waarde & Investeringen Naast de werkgelegenheid heeft de energiesector een belangrijke economische waarde door het geld dat er verdiend wordt en de investeringen die worden gedaan. De toegevoegde waarde van de energiesector is hoog in vergelijking tot andere sectoren. Meest in het oog springend voorbeeld hiervan is de delfstoffenwinning. Enkele duizenden arbeidsplaatsen zijn verantwoordelijk voor miljarden euro’s voor de b.v. Nederland. Doordat de energiesector bovendien een kapitaalintensief karakter heeft, zijn de gepleegde investeringen hoog. Momenteel wordt in de energiesector meer geld geïnvesteerd dan in alle andere sectoren in Nederland.
62 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
6.1
Toegevoegde waarde in € mld. (2008)
€529.3
Toegevoegde waarde Nederland: Totaal
Toegevoegde waarde Nederland: Energiesector
Toegevoegde waarde EV-regio: Totaal
€70.0 €38.5
55.8 Mld. -
*
€15.6
Toegevoegde waarde EV-regio: Totaal
De totale toegevoegde waarde van de EV-regio bedraagt 13% van de totale Nederlandse toegevoegde waarde. In Nederland komt 7% van de toegevoegde waarde uit de energiesector. In de EV-regio ligt dit aandeel hoger, 22% van de toegevoegde waarde in de EV-regio komt uit de energiesector. De energiesector in de EV-regio heeft een aandeel van 40% in de Nederlandse toegevoegde waarde in de energiesctor. De energiesector in de EV-regio draagt voor 3% bij in de totale Nederlandse toegevoegde waarde. = Er is geen vergelijkbare informatie beschikbaar voor de regio Groningen - Assen
Bron: CBS 63 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
6.1.1 Opbouw toegevoegde waarde energiesector (2008) Nederland
EV-regio
€ 1.7 Mld.
€ 9.9 Mld. € 0.52 Mld. € 0.016 Mld.
€ 4.1 Mld.
€ 21.7 Mld.
€ 13.3 Mld.
€ 2.8 Mld.
Delfstoffenwinning
Aardolie-industrie
Energie- en Waterleidingbedrijven
Bron: CBS 64 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Elektrotechnische Industrie
6.1.2 Ontwikkeling toegevoegde waarde (2000 t/m 2008) -
De toegevoegde waarde van de energiesector in de EV-regio is in de periode 2000-2008 met 153% gestegen. Dit is een grotere stijging dan de stijging van de toegevoegde waarde in de Nederlandse energiesector, die in dezelfde periode met 81% is gegroeid.
Geïndexeerde ontwikkeling toegevoegde waarde 2000 = 100 300
EV-regio energiesector 250
200 Nederland energiesector EV-regio totaal Nederland totaal
150
-
Deze groei in de EV-regio komt voornameliijk door de delfstoffenwinning. Door hogere energieprijzen is de toegevoegde waarde in dit onderdeel met 182% gegroeid in de EV-regio. Zonder de delfstoffenwinning was de toegevoegde waarde in de energiesector in de EV-regio met 57% gegroeid en in Nederland met 38%.
100
50
2000
2001
2002 2003
2004
2005 2006
2007 2008
Nederland totaal
EV-regio totaal
Nederland energiesector
EV-regio energiesector
Bron: CBS en Energiemonitor 2011 65 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
6.2 -
Aardgasbaten (2010) De aardgasbaten zijn in het laatste decennium toegenomen door een hogere aardgasprijs.
(€ in MLD.) 16 14 12 10
-
De totale Nederlandse aardgasproductie is in deze periode stabiel gebleven en schommelt rond een jaarproductie van 74 miljard m3.
8 6 4 2 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
-
-
De verwachting is dat in de periode 2010-2035 de aardgasproductie uit het Groningenveld afneemt van rond de 53 miljard m3 tot 12 miljard m3 in 2035. Gebaseerd op de gemiddelde producentenprijs voor aardgas in 2011 is een voorspelling gemaakt van de aardgasbaten uit het Groningenveld in deze periode.
(€ in MLD.) 7 6 5 4 3 2 1 2015
2020
2025
Bron: CBS 66 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
2030
2035
6.3
Cumulatieve investeringen energiesector EV-regio (2011) (€ in Mld.) 30 25
Middelen t.b.v. investeringen
20
Toekomstige geplande investeringen (p>50%)**
15
Toekomstige geplande investeringen (p>75%)*
10
Gecommitteerde investeringen
5 Uitgevoerde investeringen 2004
2006
2008
2010
2012
2014
2016
2018
-
De investeringen in de EV-regio zijn de afgelopen jaren sterk gestegen. Het investeringsvolume is in de periode 2008-2011 bijna 6 keer groter dan in de periode 2004-2007.
-
Voor de periode 2012-2018 is onderscheid gemaakt tussen de uitgevoerde (€6.2 mld.) en gecommitteerde en geplande investeringen (€19.8 mld.). In de periode 2004-2018 zal uiteindelijk een investeringsvolume van €26 mld. worden bereikt.
*
= Dit zijn concrete investeringsprojecten waarvan de investeringsbeslissing al is genomen en de doorgang relatief zeker is (>75%). In bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld als het economisch klimaat erg ongunstig wordt, bestaat er een kans dat investeringen in deze categorie toch niet doorgaan. ** = Dit zijn concrete investeringsprojecten waarvan de investeringsbeslissing nog niet is genomen, maar de doorgang desondanks relatief zeker is (>50%).
Bron: Energy Delta Institute, EDIaal. 67 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
6.3.1 Opbouw investeringen (2011)* (€ in Mld.) 4.0
3.0 Conventionele energie 2.0 Energietransitie Duurzame energie Energiebesparing
1.0
2006
*
2009
2012
2015
2018
-
Het grootste gedeelte van de investeringen in de EV-regio is in conventionele energie, 68% van de investeringen (€17.7 mld.) zijn hieraan gerelateerd. Deze investeringen zijn vooral gericht op energieproductie, balancering en verdere ontwikkeling van de gasrotonde.
-
Ongeveer 31% van het investeringsbedrag (€8.1 mld.) zijn investeringen in energietransitie en energiebesparing. Dit zijn voornamelijk investeringen in windenergie en bio-energie.
-
Het overige deel van de investeringssom richt zich op energiegerelateerd onderzoek en onderwijs.
= In deze investeringen zijn de in 2011 bekende uitgevoerde, gecommitteerde en geplande investeringen opgenomen, zoals weergegeven in figuur 6.3.
Bron: Energy Delta Institute, EDIaal 68 van 68
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Bijlage
Begrippenlijst en methodologische verantwoording
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
75
Begrippenlijst (1) Hoeveelheid energie (H1, H2 en H3) De joule (symbool J) is de internationale eenheid van energie. De joule is gedefinieerd als de energie die nodig is om een object te verplaatsen met een kracht van 1 newton over een afstand van 1 meter. MJ is het symbool voor megajoule, een energie-eenheid van één miljoen joule. PJ is het symbool voor petajoule, een energieeenheid van één miljard megajoule. Elektrische energie wordt meestal gemeten in kilowattuur (KWh). 1 kWh is 3 600 000 J of 3,6 MJ. Primaire energievraag (§1.1, §1.2 en §1.3) De hoeveelheid energie die primair beschikbaar is gekomen voor verbruik in Nederland. Energiedragers komen in eerste instantie beschikbaar door winning, invoer en onttrekking aan de voorraad. Uitvoer, bunkers en voorraadtoevoegingen komen juist niet beschikbaar in Nederland. Energiedragers kunnen ook worden omgezet in andere energiedragers. Dit proces is terug te zien in het energieverbruik. Winning (§1.3) Het onttrekken van energie aan de natuur. Fossiele energiedragers steenkool, aardolie en aardgas worden gewonnen uit de aarde. Hernieuwbare energiedragers zijn onder andere windenergie en biomassa. Andere energiedragers zijn bijvoorbeeld kernenergie en afval. Invoer (§1.3) Aanvoer van energiedragers vanuit het buitenland. Uitvoer (§1.3) Afvoer van energiedragers naar het buitenland. Bunkers (§1.3) De levering van brandstof voor de internationale scheepvaart en luchtvaart. Dit betreft schepen of vliegtuigen die vertrekken uit Nederlandse havens en aankomen in buitenlandse havens. De post bunkers wordt in de energiebalans gezien als een vorm van uitvoer en telt niet mee voor het energieverbruik van Nederland. Voorraadmutatie (§1.3) De verandering van de omvang van de voorraad. Bij energiestatistieken is dit de beginvoorraad minus de eindvoorraad, conform de internationale richtlijnen voor energiestatistieken. Een positief getal betekent dus dat de voorraad is afgenomen en dat het aanbod in Nederland is toegenomen. Voor een negatief getal geldt het omgekeerde (toename van de voorraad en afname van het aanbod). Energieomzetting (§1.3) Het veranderen van de ene energiedrager in de andere. Dit kan de omzetting zijn van een brandstof in elektriciteit of warmte. Het kan ook de omzetting zijn van een brandstof in een andere soort brandstof, zoals de omzetting van ruwe aardolie in benzine. Energetisch finaal verbruik (§1.3) Het door gebruik opmaken van energie voor verwarming, verlichting of als krachtbron voor auto's, machines en andere apparaten. Dit is exclusief verbruik voor energieomzetting.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Begrippenlijst (2) Niet-energetisch finaal verbruik (§1.3) Het gebruiken van een energiedrager voor het maken van een product dat geen energiedrager is. Hierbij blijft de voor het productieproces gebruikte energie in het product aanwezig. Voorbeelden zijn het gebruik van olie als grondstof voor plastic of aardgas voor kunstmest. Dit is exclusief verbruik voor energieomzetting. Finale energievraag (§1.3, §1.4 en §1.5) Energetisch finaal verbruik en niet-energetisch finaal verbruik bij elkaar opgeteld. Finale energievraag energiesector (§1.4) Deze categorie is een samenstelling van categorieën; winning van aardolie en aardgas; cokesfabrieken; aardolie-industrie en energiebedrijven. Het betreft hier het finale energieverbruik van energiebedrijven. Finale energievraag nijverheid (geen energiesector) (§1.4) Dit is de delfstoffenwinning, industrie en bouwnijverheid, behalve de afdelingen die onder de energiesector vallen. Vervoer buiten het eigen bedrijfsterrein valt hier niet onder. Finale energievraag vervoer (§1.4) Alle vervoer van personen en goederen over rail, weg, water en door de lucht. Vervoer op het eigen bedrijfsterrein valt hier niet onder. Finale energievraag particuliere huishoudens (§1.4) Eén of meer personen die samen een woonruimte bewonen en zichzelf daar niet-bedrijfsmatig voorzien in de dagelijkse levensbehoeften. Exclusief energieverbruik voor vervoer. Finale energievraag landbouw, visserij en dienstverlening (§1.4) Deze categorie is een samenstelling van categorieën; landbouw, bosbouw en visserij; waterbedrijven en afvalbeheer; commerciële en niet-commerciële dienstverlening Vervoer buiten het eigen bedrijfsterrein valt hier niet onder. CO2 uitstoot energiesector (§1.6) Deze categorie is een samenstelling van categorieën; winning van aardolie en aardgas; cokesfabrieken; aardolie-industrie en energiebedrijven. Het betreft hier het primaire energieverbruik van energiebedrijven. Doelstelling CO2 uitstoot (§1.6.1) In 2020 is de uitstoot van broeikasgassen met 20% verminderd ten opzichte van 1990. Doelstelling aandeel hernieuwbare energie (§3.1) In 2020 bedraagt het aandeel hernieuwbare energie 14% van het nationale energieverbruik.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 1: Energievraag Primaire energievraag - mondiaal en Europa Bron: www.eia.gov Methodologie: De U.S. Energy Information Administration heeft een inschatting gemaakt van de ontwikkeling van de wereldwijde primaire energievraag, waarbij onderscheidt is gemaakt naar diverse regionale schaalniveaus. Er zijn vijf scenario’s op basis waarvan een inschatting is gemaakt, variërend door verschil in mate van economische groei en olieprijs. Gelet op de lange periode waarvoor de inschatting is gemaakt (tot 2035), is voor deze monitor uitgegaan van het referentiescenario. In dit scenario groeit de economie wereldwijd tussen de 3% en 3.5% per jaar en de prijs van olieprijs loopt op tot $135 per vat in 2035. Energie is uitgedrukt in de eenheid Btu (British thermal unit), dit is omgerekend naar petajoules.
Primaire energievraag - Nederland Bron: http://monitweb.energie.nl/.aspx www.cbs.nl Methodologie: Een inschatting van de ontwikkeling van de Nederlandse primaire energievraag is vanwege het te kleine schaalniveau niet te maken op basis van cijfers van de U.S. Energy Information Administration. Cijfers over de Nederlandse energievraag zijn gebaseerd op cijfers van het CBS, echter het CBS heeft geen cijfers beschikbaar over de lange termijn ontwikkeling van de primaire energievraag. Er is daarom gebruik gemaakt van een aanvullende Nederlandse bron (http://monitweb.energie.nl/.aspx), die een inschatting maakt van de ontwikkeling van de primaire energievraag in de periode 2010-2040. Deze bron hanteert echter afwijkende cijfers voor de primaire energievraag in 2010 vergeleken met cijfers van het CBS. Er is daarom gekozen om de indexatie van de cijfers van de aanvullende bron te hanteren. Deze indexcijfers zijn gebruikt om de ontwikkeling van de energievraag op basis van het cijfer van het CBS vast te stellen. Zodoende komt de ontwikkeling van de primaire energievraag overeen met de primaire energievraag die in deze monitor wordt gehanteerd.
Energiebalans - Nederland Bron: www.cbs.nl Methodologie: De energiebalans is direct overgenomen van het CBS. In de bijlage staat een begrippenlijst voor de gehanteerde termen.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 1: Energievraag Finale energievraag - Nederland Bron: www.cbs.nl Methodologie: De energievraag is direct overgenomen van het CBS. In de bijlage staat een begrippenlijst voor de gehanteerde termen.
Finale energievraag- Regionaal Bron: www.klimaatmonitor.databank.nl www.cbs.nl Methodologie: CBS heeft geen openbare cijfers over de regionale verdeling van de Nederlandse energievraag. Er is daarom gebruik gemaakt van een aanvullende Nederlandse bron (www.klimaatmonitor.databank.nl), waarin wel cijfers over de regionale verdeling van de energievraag beschikbaar zijn. Deze cijfers zijn echter onvolledig, aangezien de regionale energievraag in de verschillende sectoren niet optelt tot de totale Nederlandse energievraag volgens het CBS. Op basis van cijfers van de klimaatmonitor kan echter wel worden bepaald welk gewicht een regio heeft in de Nederlandse energievraag. Immers de ontbrekende data zijn voor geen enkele regio beschikbaar dus de wijze waarop de regionale energievraag is samengesteld komt voor elke regio overeen. Het regionale gewicht zoals uit de Klimaatmonitor blijkt, is vervolgens toegepast op de landelijke energievraag volgens het CBS om tot een regionale verdeling te komen.
CO2 uitstoot naar herkomst, in Nederland, per provincie en per gemeente Bron: www.klimaatmonitor.databank.nl www.emissieregistratie.nl www.rijksoverheid.nl Methodologie Klimaatmonitor beschikt over cijfers van de Nederlandse CO2 uitstoot tot op gemeenteniveau, waarbij onderscheid is gemaakt naar 12 typen herkomst (zie bijlage). De klimaatmonitor publiceert deze cijfers onder bronvelding van de Nederlandse Emissieregistratie. De CO2 uitstoot is direct overgenomen van de klimaatnonitor. De CO2 doelstelling is gebaseerd op de Nederlandse doelstelling die voorschrijft dat de CO2 uitstoot in 2020 met 20% is verminderd t.o.v. 1990. Voor Nederland is de daadwerkelijke doelstelling benoemd. Voor de andere geografische schaalniveaus is enkel de uitstoot in 1990 en 2009 getoond, zonder hier de term doelstelling aan te verbinden. CO2 doelstellingen op provinciaal en regionaal niveau kunnen namelijk afwijken van de landelijke doelstelling, maar deze doelstellingen zijn vaak gebaseerd op 1990 als basisjaar.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 2: Fossiele energieproductie Gaswinning Bron: www.NLOG.nl www.energydelta.org Methodologie: Via de website van het Nederlands olie en gas portaal zijn cijfers verkregen over de winning van aardgas per winlocatie (in normaal kubieke meters). Deze cijfers bevatten zowel off-shore als on-shore winlocaties voor aardgas. Enkel on-shore locaties zijn meegenomen in deze monitor. Op basis van de geproduceerde hoeveelheid aardgas per locatie is een verdeling gemaakt tussen aardgasproductie binnen de EV-regio en in heel Nederland. Het aantal kubieke meters is vervolgens omgezet naar petajoule uitgaande van een verbrandingswaarde van 35.17 MJ per kubieke meter gas. De vergelijking met andere gasproducerende landen in Europa is gemaakt op basis van cijfers van de ‘Interactive World Gas Map’ van het Energy Delta Institute. De verwachte toekomstige aardgasproductie is gebaseerd op cijfers van het Nederlands olie en gas portaal.
Gasopslag Bron: www.NLOG.nl www.nam.nl www.gasuniezuidwending.nl http://www.taqa.ae/nl/PGI.htm www.gie.eu (Duitse gasopslaglocaties voor de Nederlandse aardgasvoorziening). Methodologie: Per bron is onderzocht welk werkvolume de gasopslag heeft en wat de maximale dagelijkse injectie en productie is. Deze cijfers zijn direct overgenomen van de diverse bronnen.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 2: Fossiele energieproductie Oliewinning Bron: www.NLOG.nl www.nam.nl Methodologie: Via de website van het Nederlands olie en gas portaal zijn cijfers verkregen over de productie van olie per winlocatie (in standaard kubieke meters). Op basis van de geproduceerde hoeveelheid olie per locatie is een verdeling gemaakt tussen olieproductie binnen de EV-regio en in heel Nederland. Het aantal standaard kubieke meters is vervolgens omgezet naar petajoule. Bij deze berekening zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: - 1 Standaard kubieke meter (1000 Liter) staat gelijk aan 6.29 vaten olie (159 Liter). - 1 liter olie staat gelijk aan 36.67 MJ dus een vat olie staat gelijk aan 5829.6 MJ. Uit de cijfers van het Nederlands olie en gas portaal blijkt dat het veld bij Schoonebeek van de NAM het enige wingebied voor olie in de EV-regio is. De verwachte toekomstige productie is gebaseerd op cijfers van de NAM.
Conventionele stroomproductie Bron: www.productiondata.nl Methodologie: Deze bron bevat informatie over alle elektriciteitscentrales in Nederland, vervolgens is uitgezocht welke centrales in de EV-regio liggen. Per centrale is aan de hand van de jaarverslagen van desbetreffende centrale uitgezocht hoeveel vollasturen gedraaid zijn om zo de daadwerkelijke productie te achterhalen. De daadwerkelijke productie in MWh is vervolgens omgerekend naar petajoule, waarbij 1 PJ gelijk is aan 277.778 MWh. Het aandeel van de EV-regio in het landelijke totaal is gebaseerd op het totale elektrische vermogen en niet op de daadwerkelijke productie. Er wordt dus aangenomen dat het aantal vollasturen in de EV-regio en Nederland hetzelfde is.
Restwarmte Bron: Warmteatlas AgentschapNL Methodologie: De kaart met restwarmtebronnen in Nederland van AgentschapNL is direct overgenomen in deze monitor.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 2: Fossiele energieproductie Warmtenetten Bron: Divers Experts Methodologie: Er is geen bron die informatie bevat over alle warmtenetten in Nederland en meer specifiek in de EV-regio. Een marktanalyse van de CE Delft heeft de grootschalige warmtenetten geanalyseerd en benoemd dat er enkele duizenden kleinschalige warmtenetten zijn, deze staan echter niet geregistreerd. Deze monitor bevat de grotere warmtenetten in de EV-regio, die middels deskresearch zijn achterhaald. De uitkomsten van de deskresearch zijn gevalideerd bij experts op het gebied van warmtenetten.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 3: Hernieuwbare energieproductie Doelstellingen hernieuwbare energie Bron: Renewable Energy Directive CBS Methodologie: De doelstelling voor het aandeel hernieuwbare energie in Nederland is afgeleid van de doelstelling zoals die in de Renewable Energy Directive voor Nederland benoemd is. Deze doelstelling schrijft voor dat het finaal energetisch verbruik in Nederland in 2020 14% bedraagt. Finaal energetisch gebruik is de energie die wordt gebruikt voor de productie van elektriciteit, warmte en transport. Het huidige aandeel hernieuwbare energie is gebaseerd op cijfers van het CBS.
Bijstook biomassa Bron: www.b-i-o.nl www.cbs.nl Methodologie: De website www.b-i-o.nl geeft een overzicht van de elektriciteitscentrales en afvalverbrandingsinstallaties waar biomassa wordt bijgestookt voor de productie van elektriciteit. Deze bron bevat enkel cijfers over het vermogen van desbetreffende centrales en niet over de mate waarin biomassa bijdraagt aan de elektriciteitsproductie. CBS publiceert wel cijfers over de daadwerkelijke hoeveelheid biomassa die is bijgestookt en de elektriciteit die hieruit is geproduceerd, echter het CBS heeft hiervoor geen regionale cijfers beschikbaar. Het landelijke cijfer van het CBS is geregionaliseerd op basis van de regionale verdeling van het elektrisch vermogen van de centrales volgens www.b-i-o.nl.
Windenergie Bron: www.w-i-n-d.nl www.cbs.nl Methodologie: Via de website www.w-i-n-d.nl zijn cijfers verkregen over de productie van windenergie per geografische locatie. Deze cijfers bevatten zowel off-shore als on-shore locaties waar energie uit wind wordt geproduceerd. Enkel on-shore locaties zijn direct meegenomen in deze monitor.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 3: Hernieuwbare energieproductie Zonne-energie Bron: www.cbs.nl Methodologie: Er zijn geen regionale cijfers beschikbaar voor de productie van zonne-energie. Het CBS publiceert enkel de landelijke hoeveelheid geproduceerde zonnestroom. Aangezien er geen betrouwbare bronnen zijn die de regionale productie van zonne-energie registreren, zijn er geen regionale productiegegevens opgenomen in de monitor.
Bio-energie biogas Bron: www.b-i-o.nl ECN (2012) Basisbedragen in de SDE+ 2012 www.cbs.nl Methodologie: De website www.b-i-o.nl geeft een overzicht van alle installaties waar biogas wordt geproduceerd. Deze bron bevat enkel cijfers over het elektrisch vermogen van desbetreffende centrales en niet over de daadwerkelijke biogasproductie. De daadwerkelijke biogasproductie is berekend op basis van het aantal vollasturen zoals gehanteerd door ECN voor vaststelling van de basisbedragen voor de SDE+ 2012. Enkel het elektrisch vermogen per installatie is bekend. Zodoende is alleen biogas dat gebruikt is voor elektriciteitsproductie (en niet de warmteproductie) meegenomen in de monitor. De hoeveelheid nuttig gebruikte warmte geproduceerd uit biogas blijkt uit cijfers van het CBS echter beperkt te zijn.
Bio-energie groen gas Bron: www.b-i-o.nl Divers www.groengasmobiel.nl Methodologie: De website www.b-i-o.nl geeft een overzicht van de installaties waar biogas wordt opgewerkt naar groen gas kwaliteit. Vervolgens is per installatie onderzocht hoeveel groen gas er wordt geproduceerd in kubieke meters. Het aantal kubieke meters is vervolgens omgezet naar petajoule uitgaande van een verbrandingswaarde van 35.17 MJ per kubieke meter gas. Noot: De geproduceerde hoeveelheid groen gas is gebaseerd op de maximale capaciteit van de installaties, vooral voor nieuwe installaties ligt de daadwerkelijke productie lager. Het aantal (groen) gas tankstations is gebaseerd op cijfers van www.groengasmobiel.nl. Vier tankstations zijn nog in aanbouw, deze tankstations zijn wel meegenomen in de monitor.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 3: Hernieuwbare energieproductie Bio-energie biofuels Bron: AgentschapNL (2012) Catalogus van Nederlandse biobrandstofinitiatieven divers www.cbs.nl Methodologie: De catalogus van Nederlandse biobrandstofinitiatieven geeft een overzicht van de biofuel fabrieken in Nederland. Per fabriek is vervolgens de productiecapaciteit achterhaald. Al enkele jaren blijft de daadwerkelijke productie ver achter bij de productiecapaciteit. Het CBS heeft cijfers over zowel de landelijke productiecapaciteit van biofuels als de daadwerkelijke productie, er zijn alleen geen regionale cijfers beschikbaar. Om toch tot een regionale verdeling van de biofuelsproductie te komen, is de landelijke verhouding tussen de daadwerkelijke productie en de productiecapaciteit toegepast op de verschillende biofuelsfabrieken. Hieruit is een regionale verdeling gekomen van de Nederlandse biofuelsproductie.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 4: Bedrijven en werkgelegenheid Bedrijven en werkgelegenheid Bron: Vestigingenbestand LISA Telefonische enquête Rijksuniversiteit Groningen Methodologie: Definiëring energiesector voor berekening werkgelegenheid In deze monitor is de energiesector onderverdeeld in een kern en twee omliggende schillen. De kern van de werkgelegenheid in de energiesector bestaat uit de productie en levering van energie. Deze kern is nader uitgesplitst in bedrijven die up-, mid- of downstream in de waardeketen van energie opereren. In de eerste schil bevindt zich de energiegerelateerde werkgelegenheid. In deze schil wordt arbeid geleverd gericht op de productie en installatie van energietechnologie. De buitenste schil bestaat uit de dienstverlenende werkgelegenheid. Dit zijn de ontwerp-, advies- en ingenieursbureaus die zich op energiegerelateerde activiteiten richten. SBI categorieën Op basis van de definiëring is onderstaande lijst van 59 SBI categorieën samengesteld die tot de energiesector behoren en die vervolgens zijn aangevraagd bij het LISA. SBI-categorie Winning van aardolie Winning van aardgas Winning van turf Dienstverlening voor de winning van aardolie en aardgas Productie van elektriciteit door thermische, kern- en warmtekrachtcentrales Productie van elektriciteit door windenergie Productie van elektriciteit door zonnecellen, warmtepompen en waterkracht Productie van aardgas Productie en distributie van stoom en gekoelde lucht Afvalwaterinzameling- en behandeling Behandeling van onschadelijk afval Beheer en exploitatie van transportnetten voor elektriciteit, aardgas en warm water Distributie van elektriciteit en gasvormige brandstoffen via leidingen Handel in elektriciteit en gas via leidingen Groothandel in vaste brandstoffen Groothandel in vloeibare en gasvormige brandstoffen Transport via pijpleidingen
Waar in de energiesector Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern upstream Kern Kern Kern Kern Kern Kern
midstream midstream midstream midstream midstream midstream
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 4: Bedrijven en werkgelegenheid SBI-categorie Vervaardiging van pek en pekcokes Aardolieraffinage Aardolieverwerking (geen raffinage) Vervaardiging van petrochemische producten Benzinestations
Waar in de energiesector Kern downstream Kern downstream Kern downstream Kern downstream Kern downstream
Dienstverlening voor de winning van delfstoffen (geen olie en gas) Vervaardiging van isolatoren en isolatiemateriaal van keramische stoffen Vervaardiging van ketels en radiatoren voor centrale verwarming Vervaardiging van metalen tanks en reservoirs Vervaardiging van elektromotoren, elektrishce generatoren en transformatoren Vervaardiging van schakel- en verdeelinrichtingen Vervaardiging van batterijen en accumulatoren Vervaardiging van windturbines Vervaardiging van motoren en turbines, niet voor vliegtuigen, motorvoertuigen en … Vervaardiging van machines en apparaten voor industriële koeltechniek en … Vervaardiging van machines voor de bouw en winning van delfstoffen Reparatie en onderhoud van machines en apparaten voor industriële klimaatregeling … Reparatie en onderhoud van motoren en turbines, niet voor vliegtuigen… Reparatie en onderhoud van pompen en compressoren Reparatie en onderhoud van machines voor de delfstoffenwinning en bouw Reparatie en onderhoud van elektromotoren, elektrische generatoren … Reparatie en onderhoud van schakel- en verdeelinrichtingen Reparatie en onderhoud van batterijen en accumulatoren Installatie van machines en apparaten voor industriële klimaatregeling en koeltechniek Installatie van motoren en turbines, niet voor vliegtuigen, motorvoertuigen en … Installatie van Reparatie en onderhoud van machines voor de delfstoffenwinning … Installatie van elektromotoren, elektrische generatoren en transformatoren Installatie van schakel- en verdeelinrichtingen Installatie van batterijen en accumulatoren Inzameling van onschadelijk afval Behandeling van kernafval Gesorteerd materiaal voorbereiding tot recycling Sanering en overig afvalbeheer Leggen van elektriciteits- en telecommunicatiekabels Loodgieters en fitterswerk; installatie van sanitair Installatie van verwarmings- en luchtbehandelingsapparatuur Groothandel in machines en apparaten voor warmte- koel- en vriestechniek Groothandel in verbrandingsmotoren, pompen en compressoren
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil Schil
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
Hoofdstuk 4: Bedrijven en werkgelegenheid SBI-categorie Handelsbemiddeling in brandstoffen, ertsen, metalen en chemische producten Organisatie-adviesbureaus Advisering op het gebied van management en bedrijfsvoering Ingenieurs en overig technisch ontwerpadvies
Waar in de energiesector Schil 2 Schil 2 Schil 2 Schil 2
Indirecte werkgelegenheid Er zijn enkel SBI codes geselecteerd waarvan verondersteld is dat zich binnen deze SBI codering directe werkgelegenheid in de energiesector bevindt. Naast directe werkgelegenheid wordt ook indirecte werkgelegenheid gecreëerd door de energiesector. Er zijn echter geen betrouwbare multipliers voor de energiesector die een accurate inschatting van de indirecte werkgelegenheid mogelijk maken. De energiesector in deze monitor bestaat dus enkel uit de directe werkgelegenheid. Enquête Onder de bedrijven in de SBI-codes in schil 1 en schil 2 is een telefonische enquête gehouden om na te gaan welk deel van de bedrijven binnen de verschillende SBI codes daadwerkelijk actief zijn in de energiesector. De uitkomsten van deze enquête zijn als wegingsfactor in de bepaling van de omvang van de energiesector meegenomen. Toetsing RuG De hiervoor beschreven methode om tot een accurate inschatting van de omvang van het aantal bedrijven en de werkgelegenheid de energiesector te komen, is gevalideerd bij arbeidsmarktspecialisten van de Rijksuniversiteit Groningen.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 5: Kennissector Kennissector Bron: Kennisinstellingen Methodologie: Inzicht in de kennissector op het gebied van energie laat zich lastig vangen door secundaire dataverzameling. Voor een gedegen beeld van de kennissector is primaire dataverzameling noodzakelijk. In deze monitor heeft voor de kennissector geen primaire dataverzameling plaatsgevonden. Zodoende beperkt dit hoofdstuk zich enkel tot de belangrijkste kennisinstellingen in de EV-regio op het gebied van energie.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Hoofdstuk 6: Toegevoegde waarde en investeringen Toegevoegde waarde Bron: www.cbs.nl Methodologie: De totale toegevoegde waarde is direct overgenomen van het CBS. De toegevoegde waarde van de energiesector bestaat uit de volgende vier economische activiteiten: - Delfstoffenwinning - Aardolie-industrie - Energie- en waterleidingsbedrijven - Elektrotechnische industrie De ontwikkeling van de toegevoegde waarde is eveneens gebaseerd op cijfers van het CBS.
Aardgasbaten Bron: Energierapport 2011 Methodologie: Voor de bepaling van de toekomstige verwachte aardgasbaten uit het Groningenveld is uitgegaan van toekomstige productiecijfers zoals geschetst in het Energierapport 2011. Er is gerekend met de gemiddelde productentenprijs in de eerste 9 maanden van 2011 (bron: CBS). Door de verwachte productie te vermenigvuldigen met de productenprijs is een inschatting gemaakt van de verwachte toekomstige aardgasbaten uit het Groningenveld.
Investeringen Bron: Energy Delta Institute, EDIaal (2012) Investeringen in de Energy Valley regio Methodologie: Voor de bepaling van de (toekomstige) investeringen in de energiesector in de EV-regio zijn de cijfers uit het onderzoek ‘Investeringen in de Energy Valley regio’ direct overgenomen in de monitor.
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Colofon: Project:
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Opdrachtgever(s):
Stichting Energy Valley Regio Groningen-Assen
Opdrachtnemer:
E&E advies
Adres:
Laan Corpus den Hoorn 300 9728 JT Groningen www.eeadvies.com
Projectleider E&E advies:
Drs. Jelmer Pijlman
Projectondersteuner E&E advies:
Geert Visser MSc
Datum oplevering:
Mei 2012
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012
Energy Valley is mede mogelijk gemaakt door:
Energiemonitor Energy Valley en Regio Groningen-Assen 2012