Ellen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent B 3. Survey commitment van medewerkers

Ellen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent

Survey commitment van medewerkers

S u rv e y c o m m i t m e n t va n m ed e w e rker s

B

229

3


230

Ru i m b a a n v o o r c re a t ie f t a le n t , b i j l a g e 3


Voor je ligt een vragenlijst waarin gevraagd wordt naar verschillende aspecten van binding. Deze vragenlijst maakt onderdeel uit van het promotieonderzoek naar de betekenis die medewerkers én management geven aan binding. De afgelopen maanden heb ik met meerdere medewerkers interviews gehouden over de betekenis die zij aan binding geven. Ik heb ervoor gekozen om deze individuele gesprekken aan te vullen met enquête, om zo een breder beeld over binding binnen ‘naam organisatie’ te krijgen. De uitkomst van deze enquête geeft een beeld van de betekenis die aan binding wordt gegeven op organisatieniveau. Wil je bij het invullen van de vragenlijst op de volgende zaken letten: - Geen vragen overslaan, tenzij je doorverwezen wordt naar een vraag verderop; - Eén antwoord per vraag aan te kruizen, tenzij anders wordt vermeld - Bij verbetering van een antwoord graag duidelijk aangeven welk antwoord juist is.

Persoongegevens Als eerste vragen we je een aantal persoonsgegevens te geven. Deze gegevens zijn noodzakelijk voor statistische verwerking van de vragenlijst en zullen uitsluitend voor dit doel gebruikt worden. Uitkomsten van het onderzoek worden strikt anoniem verwerkt 1. Wat is je leeftijd? …..jaar 2. Wat is je geslacht? • vrouw • man 3. Ben je getrouwd of heb je een partner waarmee je samenwoont? • nee (ga verder met vraag 4) • ja 4. Zo ja, ben je één- of tweeverdiener? • éénverdiener • tweeverdiener 5. Heb je inwonende kinderen? • nee (ga verder met vraag 5) • ja, …….. (aantal) inwonende kinderen

S u rv e y c o m m i t m e n t va n m e d ew er ke rs

231


6. Zo ja, heb je de dagelijkse verantwoordelijkheid voor de zorg van deze kinderen? • ja, (vrijwel) geheel alleen • ja, maar de taken deel ik gelijkwaardig met mijn echtgeno(o)t(e)/partner • nee, want mijn echtgeno(o)t(e)/partner heeft voor het grootste deel deze zorg 7. Hoelang ben je werkzaam bij ‘naam organisatie’? ……. Jaar 8. Wat is je functie? ……………………….. 9. Hoelang ben je werkzaam in deze functie? ……. Jaar 10. Bij hoeveel andere werkgevers heb je hiervoor gewerkt? ……. Werkgevers 11. Hoeveel jaar ben je al betaald werkzaam? ……. Jaar 12. Wat is je hoogst genoten opleiding? • lagere school / basisonderwijs • LBO, lager beroepsonderwijs • mulo / ulo / mavo • havo / vwo / hbs • MBO: graﬁsch-technisch/presentatietechnieken • MBO: graﬁsche lyceum (MM-vormgever) • MEAO/middelbaar economisch-administratief onderwijs (commercieel/administratief) • Middelbaar Technisch Onderwijs • MBO: anders, namelijk: ………… • HBO-kunstacademie: vormgeving/interactive design • HBO: opleiding uitgeverij/informatiedienstverlening • HBO: journalistiek • HEAO-communicatie • HEAO-andere richtingen (zoals commerciële economie) • HBO: anders, namelijk: ………… • universiteit: communicatie wetenschappen

232



• universiteit: economie • universiteit: bedrijfs-/bestuurskunde • universiteit: talen • universiteit: sociale wetenschappen • universiteit: informatica (technisch of wiskundig) • universiteit: anders, namelijk: ………… • Media Academie • anders, namelijk: ………… 13. Hoe waardeer je elk van de volgende aspecten van je baan? NB: Omcirkel bij elk van de onderstaande vragen het antwoord van jou keuze Antwoordmogelijkheden: [1] slecht, [2] onvoldoende, [3] noch onvoldoende, noch voldoende, [4] voldoende, [5] goed Werkdruk Inhoud / uitdagendheid van het werk Geboden ruimte voor andersoortige werkzaamheden Geboden ruimte om je talenten te benutten Voor- en nabespreking van werkzaamheden Begeleiding bij het uitvoeren van je werkzaamheden Mate van autonomie bij de uitvoering van je werkzaamheden Sociaal klimaat bij ‘naam organisatie’ Enthousiasmerende en inspirerende belangstelling van collega’s Enthousiasmerende en inspirerende belangstelling van de directie Salarisniveau Overige arbeidsvoorwaarden Loopbaanvooruitzichten Faciliterende rol van organisatie ten aanzien van carrière Mogelijkheden om invloed uit te oefenen op bureaubeleid Mogelijkheden om parttime te werken Regelingen met betrekking tot de kinderopvang

1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5

NB: Omcirkel bij elk van de onderstaande vragen het antwoord van jou keuze [1] volstrekt niet eens, [2]grotendeels niet eens, [3] noch oneens, noch eens, [4] grotendeels eens, [5] volledig eens 14. Over het algemeen ben ik tevreden met mijn huidige baan. 1 – 2 – 3 – 4 – 5 15. Ik verwacht binnen nu en twee jaar binnen ‘naam organisatie’ door te groeien naar een andere functie. 1–2–3–4–5


233


16. Ik verwacht binnen nu en twee jaar een andere baan buiten ‘naam organisatie’ te hebben. 17. Het is eenvoudig om een andere baan te vinden die me net zo goed zal bevallen als mijn huidige baan.

1–2–3–4–5 1–2–3–4–5

18. Welke van de onderstaande factoren zou een belangrijke rol spelen bij een mogelijke planning ‘naam organisatie’ te verlaten? Wil je eerst vijf van de onderstaande factoren selecteren en deze factoren vervolgens van een rangordecijfer (1 tot 5) voorzien? NB: 1 = de factor die het sterkst zou leiden tot vertrekgedachten. Kruis 5 factoren aan

234

Rangordecijfer [ ] [ ] [ ]

Factoren [ ] [ ] [ ]

[ ] [ ] [ ]

[ ] [ ] [ ]

[ ]

[ ]

[ ] [ ]

[ ] [ ]

[ ] [ ]

[ ] [ ]

[ [ [ [

[ [ [ [

] ] ] ]

] ] ] ]

[ ]

[ ]

[ ] [ ] [ ]

[ ] [ ] [ ]

Werkdruk Inhoud / uitdagendheid van het werk Geboden ruimte voor andersoortige werkzaamheden Geboden ruimte om je talenten te benutten Voor- en nabespreking van werkzaamheden Begeleiding bij het uitvoeren van je werkzaamheden Mate van autonomie bij de uitvoering van je werk-zaamheden Sociaal klimaat bij ‘naam organisatie’ Enthousiasmerende en inspirerende belangstelling van collega’s Zie volgende pagina voor overige factoren Enthousiasmerende en inspirerende belangstelling van de directie Salarisniveau Overige arbeidsvoorwaarden Loopbaanvooruitzichten Faciliterende rol van organisatie ten aanzien van carrière Mogelijkheden om invloed uit te oefenen op bureaubeleid Mogelijkheden om parttime te werken Regelingen met betrekking tot de kinderopvang Andere factoren, namelijk:



19. Welke van de onderstaande factoren zouden een belangrijke rol spelen bij je planning het dienstverband bij ‘naam organisatie’ te continueren? Wil je eerst vijf van de onderstaande factoren selecteren en deze factoren vervolgens van een rangordecijfer (1 tot 5) voorzien? NB: 1 = de factor die het sterkst heeft geleid tot gedachten om bij ‘naam organisatie’ te blijven. Kruis 5 factoren aan Rangordecijfer [ ] [ ] [ ]

Factoren [ ] [ ] [ ]

[ ] [ ] [ ]

[ ] [ ] [ ]

[ ]

[ ]

[ ] [ ]

[ ] [ ]

[ ]

[ ]

[ [ [ [

[ [ [ [

] ] ] ]

] ] ] ]

[ ]

[ ]

[ ] [ ]

[ ] [ ]

[ ]

[ ]

Werkdruk Inhoud / uitdagendheid van het werk Geboden ruimte voor andersoortige werkzaamheden Geboden ruimte om je talenten te benutten Voor- en nabespreking van werkzaamheden Begeleiding bij het uitvoeren van je werkzaamheden Mate van autonomie bij de uitvoering van je werk-zaamheden Sociaal klimaat bij ‘naam organisatie’ Enthousiasmerende en inspirerende belangstelling van collega’s Enthousiasmerende en inspirerende belangstelling van de directie Salarisniveau Overige arbeidsvoorwaarden Loopbaanvooruitzichten Faciliterende rol van organisatie ten aanzien van carrière Mogelijkheden om invloed uit te oefenen op bureaubeleid Mogelijkheden om parttime te werken Regelingen met betrekking tot de kinderopvang Andere factoren, namelijk:

NB: Omcirkel bij elk van de onderstaande vragen het antwoord van jou keuze [1] volstrekt niet eens, [2] grotendeels niet eens, [3] noch oneens, noch eens, [4] grotendeels eens, [5] volledig eens 20. Ik zou elke functie kunnen accepteren als ik maar bij ‘naam organisatie’ kan blijven werken.

1–2–3–4–5


235


21. Ik ervaar de problemen van ‘naam organisatie’ alsof ze van mijzelf zijn. 1–2–3–4–5 22. Ik heb het idee dat ik deel uitmaak van de ‘bedrijfsfamilie’ van ‘naam organisatie’. 1–2–3–4–5 23. Ik vind het leuk om met mensen buiten de organisatie over ‘naam organisatie’ te praten. 1–2–3–4–5 24. Het wel en wee van ‘naam organisatie’ i nteresseert mij weinig. 1–2–3–4–5 25. ‘naam organisatie’ is voor mij van grote persoonlijke betekenis. 1–2–3–4–5 26. Ik heb niet het idee dat ik echt bij ‘naam organisatie’ hoor. 1–2–3–4–5 27. Ik zou heel graag de rest van mijn loopbaan in ‘naam organisatie’ doorbrengen. 1–2–3–4–5 28. Als ik aan ‘naam organisatie’ denk, denk ik vooral aan mijn eigen afdeling. 1–2–3–4–5 29. Ik voel me meer betrokken bij mijn afdeling dan bij ‘naam organisatie’. 1–2–3–4–5 30. ‘naam organisatie’ doet er alles aan om mij bij de organisatie te betrekken. 1–2–3–4–5 31. Het zou voor mij juist op dit moment erg moeilijk zijn ‘naam organisatie’ te verlaten, zelfs al zou ik het willen. 1–2–3–4–5 32. Er zou veel in mijn leven in de war worden gestuurd als ik nu zou besluiten om ‘naam organisatie’ te verlaten. 1–2–3–4–5 33. Het zou me te veel ‘kosten’ als ik ‘naam organisatie’ nu zou verlaten. 1–2–3–4–5 34. Op dit moment is voor mij het blijven werken bij ‘naam organisatie’ zowel een noodzaak als een wens. 1–2–3–4–5 35. Ik heb het idee dat ik te weinig alternatieven heb om serieus te overwegen ‘naam organisatie’ te verlaten. 1–2–3–4–5 36. Eén van de belangrijkste redenen om voor ‘naam organisatie’ te blijven werken is de overweging dat een andere organisatie mogelijk niet tegemoet kan komen aan het niveau van materiële en immateriële opbrengsten dat ik ‘naam organisatie’ heb. 1–2–3–4–5 37. Ik ben van mening dat werknemers vandaag de dag te vaak van organisatie veranderen. 1–2–3–4–5 38. Ik geloof niet dat iemand altijd loyaal moet zijn ten opzichte van de organisatie waar hij of zij voor werkt. 1–2–3–4–5 39. Eén van de belangrijkste redenen dat ik bij ‘naam organisatie’ werkzaam blijf, is omdat ik loyaliteit belangrijk vind en mij daarom verplicht voel de organisatie niet te verlaten. 1–2–3–4–5

236



40. Als ik een goede baan aangeboden zou krijgen bij een andere organisatie zou ik me bezwaard voelen om hier weg te gaan. 41. Ik ben opgevoed met de waarde loyaal te blijven ten opzichte van die ene organisatie waar men werkt. 42. Ik geloof niet dat het nog verstandig is je loopbaan van één enkele organisatie te laten afhangen.

1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5

De vragen 43 tot en met 54 gaan over je werk. Met werk wordt bedoeld het type werkzaamheden dat je nu verricht inclusief ontwikkelmogelijkheden die dat werk je biedt in dezelfde en/of een hogere functie. 43. Ik voel me sterk verbonden met het werk wat ik nu doe. 44. Ik ben er trots op te kunnen vertellen dat ik dit werk doe. 45. Ik ben blij dat ik voor dit werk heb gekozen en niet voor een ander beroep. 46. Dit werk daagt mij uit het beste uit mijzelf te halen. 47. Ik wil graag met een tevreden gevoel over het werk dat ik gepresteerd heb naar huis gaan. 48. Ik voel geen enkele verplichting om hetzelfde soort werk te blijven doen. 49. De meeste van mijn vaardigheden zijn alleen toepasbaar voor het werk wat ik nu doe. 50. Mijn leven zou te veel ontwrichten als ik nu ander werk ga doen. 51. Als het soort werk hetzelfde is, zou ik net zo goed van een andere organisatie deel uit willen maken. 52. In mijn werk streef ik naar perfectie. 53. Mijn werk is mijn leven 54. Voor mij zijn andere dingen in het leven veel belangrijker dan mijn werk. 55. ‘naam organisatie’ geeft mij alle ruimte om mij volledig als een professional te ontplooien. 56. Het botst tussen de werkstandaarden en werkprocedures van ‘naam organisatie’ en mijn eigen bekwaamheid / bevoegdheid om te handelen overeenkomstig mijn professionele oordeel. 57. Ik voel me thuis tussen mijn collega’s. 58. Mijn collega’s interesseren me niet bijzonder. 59. De handen uit de mouwen steken voor een collega vind ik een goede zaak. 60. Ik leef mee met privé-problemen van collega’s.

1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5

1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5 1–2–3–4–5


237


61. Ik zal eerder een collega van mijn eigen afdeling, dan die van een andere afdeling helpen. 1–2–3–4–5 62. Goede samenwerking is een teken van collegialiteit 1–2–3–4–5 63. Ieder is verantwoordelijk voor zijn eigen werk en niet voor dat van een ander. 1–2–3–4–5 64. Het zal moeilijk zijn zulke leuke collega’s te vinden als ik nu heb. 1–2–3–4–5 65. Zonder samenwerking kan ik mijn werk niet goed doen. 1 – 2 – 3 – 4 – 5 66. Ik vind het prettig om in een hecht team samen te werken. 1 – 2 – 3 – 4 – 5 67. Als je goed op elkaar bent ingespeeld wil je die samenwerking graag behouden. 1–2–3–4–5 68. Alles wat ik zoek in een collega, vind ik bij collega’s bij ‘naam organisatie’. 1–2–3–4–5 69. Kun je kort aangeven wie je het méést als je collega’s beschouwd (bv. je directe collega’s op de werkplek, je collega’s op de afdeling, alle collega’s in een project) 70. Hoe belangrijk is het voor jou om sociale contacten te hebben in je werkomgeving? • zeer onbelangrijk • onbelangrijk • noch onbelangrijk, noch belangrijk • belangrijk • zeer belangrijk 71. Hoe ervaar je de frequentie waarin informele activiteiten in werkverband (borrels,feesten,e.d.) worden georganiseerd? • te weinig • prima • te veel 61. Hoe vaak neem je zelf deel aan informele activiteiten die in werkverband worden ondernomen? • nooit • zelden • soms • vaak • zeer vaak Dit is het einde van de vragenlijst. Voor het geven van commentaar of toelichting kun je de onderstaande ruimte gebruiken. Hartelijk dank voor je medewerking!

238

Ru im b a a n v o o r c re a t ie f t a le n t , b i j l a g e 3

Ellen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent B 3. Survey commitment van medewerkers

Recommend Documents