# 14 | zomer 2015
EhB
Magazine van de Erasmushogeschool Brussel Verschijnt tweemaal per jaar
Studenten eerst
Taal- en studietesten voor eerstejaars bewijzen hun nut word ik … leidt & Innovation 3 Later 10 Idea 12 Switch2IT verpleegkundige! werkzoekenden Management: nieuwe richting valt in de prijzen
op tot IT’ers
Voorwoord
Een nieuwe wind De verpakking is het halve werk, zegt men wel eens. Dat klopt niet altijd, maar de vernieuwde versie van EhB!magazine heeft toch heel wat te bieden. Vernieuwen en verbeteren, eigentijdser en relevanter, aantrekkelijker en uitdagender … Het zijn voor EhB niet enkel ambities voor ons onderwijs en onderzoek, maar ook voor onze dienstverlening, in de breedste betekenis van het woord. De restyling van ons huismagazine toont aan dat onze hogeschool zich voortdurend opnieuw blijft uitvinden. Ik ben dan ook trots u dit zomermagazine te kunnen presenteren, boordevol boeiende informatie en met een eigentijdse look. Met dit magazine willen we vooral tonen hoe dynamisch – zelfs in tijden van drastische besparingen op het hoger onderwijs – het leven aan de Erasmushogeschool Brussel wel is. We bieden u een staalkaart aan van de verschillende aspecten van onze hogeschool: het onderwijs en het onderzoek, maar ook studentenbegeleiding, internationalisering, de kunsten en het werkveld. We laten tal van studenten aan het woord, maar ook docenten en alumni die getuigen over hun projecten en prijzen.
Inhoud
en studietesten 6 Taalvoor eerstejaars bewijzen hun nut
leidt 12 Switch2IT werkzoekenden op tot IT’ers
Vandewynckel 14 Laura scoort met animatiefilm ‘Het paradijs’
18 EhB-docenten Verpleegkunde
gaven twee weken les in Congo
22 Wiskunde, en toch gelachen!
Ga erbij zitten en neem even de tijd om ons beter te leren kennen, het wordt een gevarieerde reis.
Colofon
Luc Van de Velde, Algemeen directeur
2 | EhB magazine
Verantwoordelijke uitgever: Luc Van de Velde, algemeen directeur, Nijverheidskaai 170, 1070 Anderlecht, www.ehb.be • Contact:
[email protected] • Redactieteam: dienst Communicatie, Pantarein • Vormgeving: Artoos • Fotografie: Valéry De Smet, Stefan Tilburgs, Laura Vandewynckel, Filip Wybraeke, Nancy Papaert. Gelieve ons te verontschuldigen indien er referenties ontbreken • EhB!magazine wordt verspreid onder de studenten, personeelsleden en relaties van de Erasmushogeschool Brussel.
In beeld
Later word ik … verpleegkundige! Naar school gaan, je huiswerk maken, het is allemaal belangrijk ‘voor later’. Wat ‘later’ juist inhoudt, ontdekken Brusselse kinderen bij vzw ToekomstATELIERdelavenir (TADA). De vzw maakt hen wegwijs in de samenleving en de arbeidsmarkt. Op zaterdag 14 februari mochten de kinderen als verpleegkundigen aan de slag in het skillslab van de Erasmushogeschool. Een verband aanleggen of zelfs iemand reanimeren: de studenten van EhB leerden het hen allemaal! •
EhB magazine | 3
Kortjes
Senior onderzoeker Christophe Benoit
over P-wearables in de zorgsector
De Erasmushogeschool Brussel en PXL hebben samen een TETRA-onderzoeksproject lopen over p-wearables “programmeerbare, draagbare stukken technologie”, zoals Christophe Benoit ze noemt. Hij is senior onderzoeker aan het departement Design & Technologie. “Iedereen heeft wel eens gehoord van Google glasses of smartwatches: wel, om dat soort toestellen gaat het. Wij onderzoeken nu hoe wearables ingezet kunnen worden in de zorgsector, PXL doet hetzelfde voor de logistiek. We zijn zes maanden bezig, en het pad is geëffend: we weten welke toestellen er bestaan, wat ze kunnen, waarvoor ze gebruikt worden... Samen met onze gebruikersgroep van zowat dertig bedrijven gaan we nu bekijken waar we wearables kunnen inzetten. Het gaat om een TETRA-project van het IWT, dus de kennis zal zo ruim mogelijk verspreid worden. Alle Vlaamse bedrijven die dat willen, zullen er gebruik van kunnen maken.” •
Wtnschp.be vernieuwd
Vanaf eind juni is een vernieuwde versie online van Wtnschp.be, de portaalsite voor nieuws over onderzoek en wetenschapscommunicatie binnen EhB en VUB. Initiatiefnemer is het Expertisecentrum Wetenschapscommunicatie Brussel. De site bevat een wetenschapsblog en een overzicht van activiteiten die gericht zijn op onderzoekers, jongeren, leraren en al wie geïnteresseerd is in wetenschap. Onderzoekers worden van harte uitgenodigd om gastblogs te schrijven en opiniestukken of populariserende artikels in te dienen.
Wtnschp /
expertisecentrum wetenschapscommunicatie brussel
4 | EhB magazine
Speeltuin Brussel
Br(ik City Life Op 27 en 28 januari namen de eerstejaars van de bachelor Kleuteronderwijs deel aan het stadsspel Big City Life, georganiseerd door Br(ik en OCB. Per vier werden ze met een iPad Brussel ingestuurd. De opzet van het spel: Brussel gaan verkennen, om hen zo warm te maken voor de stad waar ze later in het Nederlandstalig onderwijs een carrière kunnen uitbouwen. Met Big City Life leek dat alvast aardig te lukken. De termen die de twintig studenten vooraf opgaven om Brussel te karakteriseren waren nogal oppervlakkig: Manneke Pis, het Atomium, veel verkeer … Na het twee dagen durende spel werd dat: multicultureel, arm en rijk door elkaar, druk maar gezellig … Veel realistischer en genuanceerder, dus. Br(ik staat voor ‘Brussel en ik’ en is een servicedesk voor studenten. Initiatiefnemers zijn de Vlaamse gemeenschapscommissie en de Vlaamse overheid. Via Br(ik willen ze jongeren het Nederlandstalig hoger onderwijs in Brussel meer laten appreciëren. •
KCB-docent Antigoni Goni viert jubileum
Tien jaar gitaar
De Griekse gitaarvirtuoze Antigoni Goni heeft een jubileum te vieren. Tien jaar geleden gaf ze haar betrekking aan de prestigieuze Juilliard School in New York op om docent gitaar aan het Koninklijk Conservatorium Brussel (KCB) te worden. “Mijn man en ik wilden onze kinderen in Europa laten opgroeien, en er kwam net een positie vrij aan het KCB. Mijn eerste contacten had ik met de toenmalige directeur Arie Van Lysebeth, een erg warme man. Het werd me snel duidelijk dat het bij het KCB niet ging om uiterlijkheden, maar om de essentie: muziek en mensen. Een makkelijke keuze, dus. Ik heb tien fantastische jaren achter de rug, en ik ben trots op wat we bereikt hebben. Uit alle hoeken van de wereld komen studenten naar ons toe. Ik voel me ook heel erg gesteund in het KCB: ze luisteren naar je ideeën en ze helpen je die te verwezenlijken. Als docente kun je je geen betere plek wensen.” •
Bachelor Toerisme- & Recreatiemanagement
Luc De Wispelaere één jaar opleidingshoofd Het RITS
krijgt koninklijke titel en wordt RITCS Het RITS draagt sinds kort een nieuwe naam: Royal Institute for Theatre, Cinema and Sound (RITCS). Die naamsverandering kwam er nadat koning Filip de Brusselse media- en theaterschool de titel ‘koninklijk’ verleende. De naam omvat de opleidingen Drama en Podiumtechnieken (Theatre), alle professionele en academische opleidingen in de audiovisuele kunsten (Cinema) en de opleidingen Radio en Geluid (Sound). Het RITCS werd in 1962 opgericht als het Hoger Rijksinstituut voor Toneel en Cultuurspreiding, de Nederlandstalige tegenhanger van het Franstalige INSAS. Vandaag telt het RITCS, dat een School of Arts is van de Erasmushogeschool Brussel, 700 studenten in diverse bachelor- en masteropleidingen. Met de toekenning van de koninklijke titel ziet het RITCS zich nogmaals bevestigd als een belangrijke School of Arts in ons land. •
De bacheloropleiding Toerisme-& Recreatiemanagement van het departement Management, Media & Maatschappij bereidt studenten voor op een carrière in luchthavens, bij touroperators, in vakantieparken en dergelijke meer. Luc De Wispelaere werd een jaar geleden opleidingshoofd. Hij blikt terug op een erg drukke periode. “We hebben een visitatiecommissie over de vloer gehad, maar vooral: onze inschrijvingen zijn in twee jaar tijd verdubbeld, van 80 eerstejaars naar 170. Die groei is waarschijnlijk te danken aan ons volledig nieuwe curriculum en aan onze focus op internationalisering. Als opleidingshoofd zou ik daar nog meer aan willen werken. Verder weten we dat de sector heel veel belang hecht aan creativiteit: ze willen mensen die innovatieve producten kunnen ontwikkelen - niet de klassieke Benidormtrip, maar creatief samengestelde reizen. Daar wil ik samen met het team nog meer op inzetten.” •
EhB magazine | 5
Studenten eerst
Taal- en studietesten voor eerstejaars bewijzen hun nut
“Oriënteringsproeven verhogen de slaagkans van beginnende studenten”
6 | EhB magazine
Sinds enkele jaren vraagt de Erasmushogeschool Brussel zijn eerstejaarsstudenten om oriënteringsproeven af te leggen. De proeven testen de taalkennis van de studenten en brengen hun studievaardigheden in beeld. “Het resultaat is niet bindend, maar studenten die de adviezen opvolgen, verhogen hun slaagkansen”, zegt directeur Luc De Boever van het departement Management, Media & Maatschappij.
∂ Luc de Boever
De oriënteringsproeven van EhB worden afgenomen in de intake-week, de welkomstweek voor de start van het academiejaar. De proeven zijn niet bedoeld als hulpmiddel bij de studiekeuze, wel om studenten te tonen hoe ze hun studies best aanpakken. “Beginnende studenten hebben vaak geen zicht op hun studiemethode. Ook hun redenen om voor een richting te kiezen zijn soms vaag. Daarom vragen we hen om een Leerstijl- en Motivatietest (LeMo-test) af te leggen”, zegt Luc De Boever. “De LeMo-test polst onder meer naar hun concrete studie-aanpak: hoeveel uren studeer je? Hoe maak je een examenplanning op? Hoe zou je studeren voor een mondeling of een schriftelijk examen, of voor een open-boekexamen? Aan de hand van die vragenlijst schatten we in hoeveel kans een student heeft om te slagen. Na de test krijgen de deelnemers feedback over hun leerstijl en hun bereidheid om te studeren.”
∂ EhB magazine | 7
Studenten eerst
rood. We zien een duidelijk verband tussen die categorieën en de slaagkansen: wie groen haalt, heeft meer dan 80 procent kans om te slagen. Bij studenten die aan de donkerrode kant zitten, is de slaagkans heel klein. Zulke studenten zullen we niet weigeren, maar we geven ze wel een duidelijk advies: als je bijvoorbeeld niet vloeiend Nederlands kunt lezen en schrijven, wordt een opleiding Journalistiek heel zwaar.”
EXTRA BEGELEIDING
TAALTESTEN Naast de LeMo-test krijgen de eerstejaars ook taaltesten voorgeschoteld. Die gaan na hoe goed ze het Nederlands, Frans en Engels beheersen. Welke taaltesten iemand aflegt, hangt van de opleiding af: studenten Toerisme, Hotel of Communicatie moeten vlot Frans en Engels kunnen spreken, voor studenten Journalistiek is een goede beheersing van het Nederlands onmisbaar. Wie alle testen moet afleggen, is daar twee tot drie uur mee bezig: vrij veel voor een vrijwillige test. De resultaten tellen niet mee voor de examens, maar studenten die goed scoren mogen wel enkele lessen laten vallen.
BETROUWBARE VOORSPELLER De resultaten van de taaltesten en de LeMo-test zijn niet bindend, maar ze geven wel een betrouwbaar beeld van de slaagkansen van een student. Luc De Boever: “Op basis van hun testresultaten worden studenten in drie categorieën ingedeeld: groen, oranje en
“
Studenten die slecht scoren weigeren we niet, maar we geven wel advies Luc De Boever
8 | EhB magazine
”
Heel wat EhB-opleidingen bieden hun studenten een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) aan: een lector volgt hun studietraject op en ze moeten regelmatig hun vooruitgang belichten. Voor de oranje middengroep, de mensen die net iets te kort komen om het te halen, voorziet de Erasmushogeschool extra begeleiding. Luc De Boever: “Studenten in ‘probleemzones’ worden uitgenodigd voor een gesprek bij de dienst Studie-
begeleiding. Zo’n gesprek is vrijwillig, het is vooral bedoeld om studenten op problemen te wijzen en hen tips en studiemethodes aan te reiken. Aanvullend organiseert EhB ook ‘Campussessies’: dat zijn workshops waarin we telkens één thema, bijvoorbeeld nota’s nemen of examenplanning, in detail uit de doeken doen.” De Erasmushogeschool zet bovendien sterk in op een goede band met de studenten. Luc De Boever: “Als een lector ziet dat een student twee uur lang geen woord opschrijft, zal hij die persoon daarover aanspreken: “Het verwondert me dat je niet meewerkt, scheelt er iets?” Ook in zulke gevallen zullen we iemand soms doorverwijzen naar de dienst Studiebegeleiding. Zo’n aanpak werkt natuurlijk alleen als de studenten vertrouwen hebben in hun lectoren. Daarom houden we de drempel om iemand aan te spreken bewust zo laag mogelijk.” •
“Pas toen ik gebuisd was, ging ik hulp zoeken” (Roza Ekin, 1ste jaar Sociaal Werk) “Ik heb in september de taaltesten en de studietesten afgelegd. De resultaten vond ik aanvankelijk niet zo interessant, ik legde de adviezen van de studiedienst naast me neer. Pas toen bleek dat ik niet zo goed had gescoord op mijn eerste examens, ben ik hulp gaan zoeken. Aan de hand van mijn LeMo-test gaf de studiebegeleidster me heel wat tips en tricks: hoe ik beter kan plannen, hoe ik de leerstof kan structureren, hoe ik een goede samenvatting kan maken … Toen ik pas uit het middelbaar kwam, was mijn studiemethode niet altijd even logisch. Aanvankelijk begreep ik niet dat de oriënteringsproeven me duidelijk konden maken waar het probleem lag, en hoe ik dat kon oplossen. Veel studenten zien de testen als een verplichting, niet als een hulpmiddel. Dat is jammer, want ze zijn echt wel nuttig. Misschien kan de school beginnende studenten in de toekomst nog beter informeren, zodat ze sneller hulp zoeken en de resultaten van hun LeMo-test aandachtiger bekijken.” •
“Met studiebegeleiding lukken de examens wél” (Ellen Van Assche, 2de jaar Sociaal Werk) “Ik heb vorig jaar, bij het begin van mijn studies, de taaltest Nederlands en de LeMo-test (over leerstijl en motivatie, nvdr) afgelegd. Op het moment zelf leken die vragen Chinees, maar de resultaten hielpen me achteraf wel om een goede studiemethode te kiezen. De feedback was heel duidelijk: per onderwerp stond erbij wat ik al goed kon, waar ik nog werk aan had en wat ik kon doen om die werkpunten te verbeteren. Er was bijvoorbeeld een infosessie over nota’s nemen: hoe noteer je, wat schrijf je wel of niet op, hoe duid je dingen aan in een cursus? Ook voor Nederlands waren er oefensessies in groep. Toen mijn eerste examens toch niet zo goed waren, ben ik naar individuele studiebegeleiding gegaan. Mijn begeleidster kon me exact zeggen hoe ik moest studeren. Met de studiemethode die ik toen heb gevonden, lukken de examens wel. Vandaag heb ik geen hulp meer nodig bij het studeren, maar ik blijf toch af en toe naar de studiebegeleiding gaan: dat duwtje in de rug helpt me om tijdig mijn taken te maken en mijn lessen bij te houden.” •
EhB magazine | 9
Idea & Innovation Management
Idea & Innovation Management: nieuwe richting valt in de prijzen
Creatief zijn kun je leren Sinds dit jaar biedt de Erasmushogeschool een nieuwe richting aan: Idea & Innovation Management. Het doel is even simpel als ambitieus: jonge mensen leren om creatiever te zijn. Drie studenten uit de nieuwe richting wonnen al meteen een prijs.
De bank van de toekomst Hoe zal de bank van de toekomst eruitzien? Die vraag kregen de deelnemers aan de Hello Bank Contest voorgelegd. De jury vond het idee van Jeremy Van Humbeeck en zijn collega’s het beste. “Voor ons is de bank van de toekomst het hart van een community. Ze biedt ruimte aan jonge ondernemers, die er nuttige contacten kunnen leggen. Bureaus kunnen in het plafond verdwijnen, zodat ruimte vrijkomt voor een wijkvergadering of een drink van buurtbewoners. Binnenkort gaat de sponsor in Luik met ons idee aan de slag.” •
Energie uit groenafval De deelnemers aan het Vlajo Innovatiekamp moesten een strategie bedenken om Electrabel weer marktleider te maken tegen 2025. Steve Bouwens: “Na een brainstorm kwam ons groepje met de BioBox op de proppen: een gemeentelijk ophaalpunt waar mensen hun groenafval naartoe brengen. Hoe meer afval, hoe meer punten op hun spaarkaart. Is de kaart vol, dan krijgen ze korting op hun stroomfactuur. De jury vond ons voorstel het beste. Electrabel bekijkt nu of het idee van de BioBox levensvatbaar is en hoe ze met het groenafval energie kunnen opwekken.” •
10 | EhB magazine
Gouden Gids voor de Twittergeneratie Ook Olivier Robberechts werd bekroond in de Hello Bank Contest, maar dan in de categorie start-ups. Samen met enkele anderen bedacht hij People, een soort Gouden Gids voor de Twittergeneratie. “In plaats van met een adres en telefoonnummer typeren mensen zichzelf bij ons via hashtags. Stel, een Italiaan in Brussel zoekt een dokter die zijn taal spreekt. Gewoon #dokter #Brussel #Italiaans ingeven en presto! Hoe meer hashtags, hoe groter de kans op resultaat.” Momenteel peilen Olivier en zijn collega’s naar de interesse bij het publiek. Daarna willen ze nagaan hoe ze hun idee winstgevend kunnen maken. •
Portret
Oud-EhB-student Zaki Chairi is mede-oprichter van Empowering Belgian Muslims
“Neem je leven zelf in handen!” Voormalig EhB-student Zaki Chairi is scoutsleider, radiopresentator en medeoprichter van Empowering Belgian Muslims (EmBeM). Die organisatie verenigt honderd Vlaamse moslimgroeperingen die aan een betere samenleving willen werken. “Ik breng een boodschap van empowerment: stop met klagen en neem je leven zelf in handen.”
Een verlaten fabrieksgebouw in een onbestemde stad. Mannen in witte doktersjassen dwingen jihadisten om varkensvlees te eten, naar Justin Bieber te luisteren of ‘Charlie Hebdo’ te lezen. Die drastische maatregelen moeten de potentiële terroristen ‘deradicaliseren’. Met zijn YouTube-filmpje over het ‘eerste deradicaliseringscentrum van Europa’ steekt Zaki Chairi de draak met het beleid van de Franse regering tegen radicalisering. In drie dagen tijd werd het meer dan 100.000 keer bekeken. Op het einde van het filmpje klaagt Zaki Chairi het gevaar van het inperken van de fundamentele rechten aan, zoals het recht op godsdienstbeleving. “Aanzetten tot haat kan natuurlijk niet, maar als fundamentele rechten worden onderdrukt, zeg ik nee.” En die fundamentele rechten zijn ook in een democratisch land als België allesbehalve evident, vindt Zaki Chairi. “Radicalisering is in mijn ogen niet het echte probleem, maar een symptoom van een ziekte die diep geworteld zit in onze maatschappij. Die ziekte heet
discriminatie. Moslims krijgen ermee te maken op school, bij de zoektocht naar een job, als ze een huis zoeken. Maar dat is geen reden om bij de pakken te blijven neerzitten. De enige manier om iets te veranderen, is in actie schieten en zinvol bijdragen aan de Belgische samenleving.”
ANTWOORD OP TERRORISME Zaki Chairi was eind januari een van de ondertekenaars van een gemeenschappelijke verklaring van moslimverenigingen uit heel België tegen radicalisering. Zaki Chairi: “Het was een duidelijk antwoord op de terroristische aanslagen in Parijs en een van de eerste initiatieven van Empowering Belgian Muslims (EmBeM). EmBeM verenigt honderd Belgische moslimverenigingen die van elkaar willen leren en samen aan een betere samenleving willen werken.” Sinds 2011 heeft Zaki zijn diploma van de lerarenopleiding Islam van EhB op zak. Vandaag is hij aan de slag als radiopresentator bij Arabelfm. Elke woensdag presenteert hij het jeugdprogramma ‘Generation Shakers’.
Zaki Chairi: “De naam van het programma verwijst naar de ambitie om jongeren wakker te schudden om hun leven in handen te nemen. Er is al genoeg plat entertainment voor de jeugd.” In zijn vrije tijd is hij scoutsleider bij Les Fourmis, een scoutsgroep voor moslimjongeren in Brussel. Elke zondag tussen 11 en 17 uur neemt hij kinderen en jongeren uit de hoofdstad mee op sleeptouw in heel België.
ALLES VOOR JONGEREN Engagement met een hoofdletter ‘E’, het is de rode draad door alles wat Zaki Chairi onderneemt. Wie hem bezig ziet, voelt het vuur en de gedrevenheid waarmee de 27-jarige Anderlechtenaar in het leven staat. “Ik doe nooit zomaar iets. Mijn engagement voor EmBeM, mijn video’s op YouTube, mijn radioprogramma, het zijn middelen om mijn boodschap van empowerment over te brengen: stop met klagen en neem je leven zelf in handen. De oplossing voor de meeste problemen begint bij jezelf.” •
EhB magazine | 11
Switch2IT
Switch2IT leidt werkzoekenden op tot IT’ers
De arbeidsmarkt en hoe ze te enteren Ons land heeft te veel werklozen en te weinig IT’ers. Eén plus één is twee, dachten ze bij de Erasmushogeschool, de VDAB en technologiefederatie Agoria. Met het programma Switch2IT gaan ze werkzoekenden in drie jaar tijd opleiden tot IT’ers.
Bedrijven en organisaties in heel België zitten met een probleem: informatietechnologie wordt steeds belangrijker, maar IT’er is al een jaar of acht een knelpuntberoep. Een gevolg van de negatieve perceptie, vertelt Bert Van Rillaer, lector Toegepaste Informatica aan de EhB. “Informatici worden vaak gezien als saaie nerds, maar het zijn juist de meest sociale mensen in een organisatie. Ze moeten met iedereen overleggen: intern met collega’s, extern met klanten. Tegelijk moeten ze natuurlijk technisch onderlegd zijn. Niet zo’n evidente combinatie.”
12 | EhB magazine
HEEL GEMOTIVEERD Het Switch2IT-programma is een voorbeeld van ‘blended learning’, een mix van contact- en afstandsonderwijs. Bert Van Rillaer coördineert het programma. “Werkzoekenden die willen meedoen, hoeven niet per se veel voorkennis te hebben. Ze moeten vooral zeer gemotiveerd zijn. De opleiding duurt drie jaar en de meeste deelnemers zijn al wat ouder en hebben een gezin. Maar ze krijgen wel iets in ruil: intensieve persoonlijke begeleiding en de garantie dat ze hun uitkering blijven ontvangen zolang ze de opleiding volgen.”
LEREN EN WERKEN Switch2IT liep al in enkele andere hogescholen, maar de Erasmushogeschool is de enige die samenwerkt met ver-
schillende provinciale VDAB-diensten. Ze trekt dan ook deelnemers uit heel Vlaanderen aan. Die hebben eerst een introductiemodule gevolgd bij de VDAB. In februari zijn ze begonnen aan een opleidingsmodule, die loopt tot september.
Werkloze wordt whizzkid
Bert Van Rillaer: “Van maandag tot donderdag volgen ze les aan de VDAB, en op vrijdag bij ons. Vanaf oktober doen ze nog een stage van acht weken in een bedrijf. De resterende tweeënhalf jaar werken ze vier dagen per week in een bedrijf en volgen ze één dag per week bijscholing bij ons. Als alles goed gaat, hebben ze na drie jaar hetzelfde bachelordiploma als onze normale dagstudenten. En met een beetje geluk is het bedrijf tevreden over hen en kunnen ze er vast beginnen.” •
Het is onzin dat alle informaticastudenten nerds zijn, maar het klopt helaas wél dat het vrijwel allemaal mannen zijn. Bij de zestien deelnemers aan Switch2IT is er welgeteld één dame. Haar naam: Griet Van Loo. “Ik ben nu 33. Toen ik 15 jaar geleden een studierichting moest kiezen, dacht ik niet meteen aan informatica. IT’er was toen ook nog niet zo’n knelpuntberoep”, vertelt Griet. “Later heb ik heel uiteenlopende jobs gedaan: verkoop, administratie, klantendienst... In één job heb ik geholpen om SAP te installeren. Daar is het idee gegroeid om met IT verder te gaan. Toen ik werkloos werd en hoorde over Switch2IT, heb ik niet getwijfeld.”
“Mijn droomjob is gameontwikkelaar”
“De opleiding vergt wel veel van je. Vijf dagen per week in de schoolbanken, en ‘s avonds nog studeren... Maar ik heb het ervoor over. ‘t Is ook leuk om te doen: bij de VDAB leer je echt programmeren, bij de Erasmushogeschool krijg je de theoretische onderbouw. Over drie jaar wil ik dat bachelordiploma hebben. Daarna zien we wel. Bedrijfssoftware schrijven lijkt me een mooie uitdaging, maar mijn droomjob is gameontwikkelaar. Ik ben zelf een fervente gamer en er zijn in Vlaanderen een paar bedrijven die games ontwikkelen. Het zou geweldig zijn als ik daar een plaatsje zou kunnen vinden.” •
EhB magazine | 13
Achter de schermen
Laura Vandewynckel scoort met animatiefilm ‘Het paradijs’
“Ik wilde een universeel verhaal, geen cliché-Afrika met strooien rokjes”
De kortfilm ‘Het paradijs’ gooit hoge ogen op de Vlaamse en Europese filmfestivals. Nochtans was roem het laatste waar RITCS-studente Laura Vandewynckel aan dacht toen ze haar eindwerk instuurde. “Ik wilde vooral mezelf als reiziger in vraag stellen: in ‘paradijselijke’ landen is de armoede vaak het grootst. Dat veel mensen de film goed vinden, is een bewijs dat het thema hen raakt.”
De kortfilm ‘Het paradijs’ duurt iets meer dan vijf minuten en vormt het eindwerk van voormalig RITCS-studente Laura Vandewynckel. De film vertelt het verhaal van een westerse toerist die naar een exotisch land reist om de cultuur te ontdekken. Hij dompelt zich onder in het lokale leven, neemt wat mooie foto’s en vertrekt weer. De arme bewoners van dit ‘paradijs’ die in het Westen een beter leven zoeken, negeert hij. “Ik kreeg het idee na een reis naar Indonesië”, vertelt Laura. “Ik reis heel graag, maar ik vind het steeds moeilijker om toerist te zijn. In Indonesië wilde ik de ‘anti-toerist’ uithangen: ethisch en ecologisch 14 | EhB magazine
verantwoord reizen, met respect voor het authentieke leven ter plaatse. Maar hoe kun je een vliegtuigreis ecologisch verantwoord noemen? En hoe kan het authentieke leven bewaard blijven als een rijke toerist een arm dorp binnenstapt? Vaak voert de bevolking haar ‘lokale’ leven op als entertainment. Zodra je als rijke westerse toerist voet zet in een derdewereldland, balanceer je op een ethische grens. Je dringt jezelf op als gast en zoekt naar entertainment tussen mensen die elke dag vechten om te overleven. Dat onbehaaglijke gevoel wilde ik in beelden omzetten.”
POPPEN EN DRAADJES ‘Het paradijs’ is een stop-motionfilm: een snelle opeenvolging van foto’s die de illusie wekt dat voorwerpen bewegen. Alle poppen en achtergrondelementen werden met de hand gemaakt, niets werd digitaal bewerkt. Alleen al het maken van de poppen nam maanden tijd in beslag. “Om een animatiefilm te maken, moet je je poppen in alle mogelijke posities kunnen zetten”, vertelt Laura. “Daarom zit binnenin een metalen geraamte. Daarrond komt gewoonlijk een poppenhuls in plasticine, mousse … Zelf wilde ik iets totaal nieuws: holle poppen die lijken op figuren uit Wayang, het Indonesische schaduwpoppenspel. Ik maakte een mal van klei en daarrond draaide ik katoenen draden die in textielverharder gedoopt waren. Als de klei droog was, moest ik die uit elk lichaamsdeel apart wegboren. Zo kreeg ik draadfiguren. Het hele proces duurde ongeveer een week per pop. Ik maakte dertien poppen: dat is veel voor een studentenproject. Het heeft me veel tijd gekost, maar achteraf gezien denk ik dat het een van de sterktes van de film is.”
MILLIMETER PER MILLIMETER Eenmaal de poppen klaar zijn, worden ze met metalen voetjes op een animatietafel gezet. Om de illusie van beweging te creëren, worden er duizenden foto’s van de poppen genomen, telkens in een net iets andere positie. Voor één seconde film zijn 24 beelden nodig. “Voor vijf minuten film ben je dus wel even bezig”, lacht Laura. “Elke shot moest bovendien in één keer worden afgewerkt, want als je de opnamen onderbreekt – je gaat bijvoorbeeld even een boterham eten -, kunnen de poppen verzakt zijn als je terugkomt. Poppenanimatie is altijd een strijd tegen de zwaartekracht.” Ook de decors voor de film werden volledig met de hand gemaakt. Om een grote vlakte te creëren, werkte Laura met valse perspectieven. Doordat het decor vooraan 40 centimeter hoog was, en achteraan maar 2 centimeter, kreeg de
∂
EhB magazine | 15
Achter de schermen
∂ Laura koos voor een Afrikaans ogend landschap en Ara-
bische muziek. De poppen spreken Cebuano, een taal uit de Filipijnen. “Ik wilde een universeel verhaal, geen cliché-Afrika met strooien rokjes. Het landschap bestaat uit klei, de bomen zijn van was.Door de hitte van de lampen zakten ze langzaam in tijdens het fotograferen.”
STAP 1 ∂ Laura maakte een mal van klei. Daarrond
draaide ze katoenen draden die in textielverharder gedoopt waren.
film meer diepte. De bomen waren van was gemaakt, maar door de hitte van de lampen zakten ze tijdens de fotosessies heel langzaam in. “Dat was niet de bedoeling, maar het oogt wel mooi in de film. Je ziet de bomen letterlijk afzien van de hitte”, zegt Laura.
UNIVERSEEL VERHAAL Om een universele sfeer op te roepen, verwijst het decor niet naar één specifiek land maar naar het westerse ideaal van een exotische reisbestemming. Het doel: een ‘universeel buitenland’ creëren.
∂ De klei werd uit elk
lichaamsdeel apart weggeboord. Het resultaat: holle draadfiguren.
“
Voor één seconde stop-motionfilm heb je 24 foto’s nodig!
STAP 2
Laura Vandewynckel
STAP 3
16 | EhB magazine
”
Laura: “De beelden en geluiden in de film verwijzen naar populaire reisbestemmingen die in de realiteit ontwikkelingslanden zijn. De taal van de gele poppen is gebaseerd op het Cebuano, dat in de Filippijnen wordt gesproken. De muziek komt dan weer uit de Arabische cultuur: Dabke, uit Libanon. Het ritmische en natuurlijke van het
Geselecteerd voor het
Filmfestival van Cannes!
exotische buitenland contrasteert met de geometrische, digitaal ogende omgeving van het binnenland. Ik wilde vooral niet in het cliché van de Afrikanen met strooien rokjes vervallen. Dat is redelijk goed gelukt, al heb ik dat clichébeeld toch niet honderd procent weg gekregen.”
KLEIN BUDGET In totaal nam het maken van de film meer dan een jaar in beslag: van juli 2013 tot oktober 2014. Het budget bleef beperkt tot ongeveer 3.000 euro. Dat bedrag betaalde Laura deels met een beurs van SABAM en een kleine onkostenvergoeding van de Erasmushogeschool. “De prijzen die ik intussen heb gewonnen, hebben gelukkig ook wat opgeleverd”, zegt ze. In de toekomst wil Laura zich graag focussen op projecten rond maatschappelijke thema’s. Voor haar volgende project wil ze nagaan of je met animatie ook een documentaire kunt maken. “Daarnaast hou ik ook erg veel van theater, ik heb drie jaar een theateropleiding gevolgd”, vertelt Laura. “Het ultieme doel lijkt mij om animatie en theater in één project samen te brengen.” •
Met ‘Het paradijs’ sleepte Laura Vandewynckel al tal van prijzen in de wacht: Beste Belgische Kortfilm op het animatiefilmfestival ANIMA 2015, een wildcard van het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) op het Filmfestival van Leuven … “Die prijzen leggen druk op mijn schouders, maar ze openen ook deuren. Vooral mijn wildcard van het VAF is een prachtig cadeau”, zegt Laura. “Daarmee krijg ik ruim de tijd om aan een nieuwe film te werken, ik krijg coaching en mag samenwerken met een productiehuis … gewoon super.” De kers op de taart is haar recente selectie voor CinéFondation, de studentencategorie van het Filmfestival van Cannes. Bij het ter perse gaan was de uitslag nog niet bekend, maar wij duimen voor Laura! •
EhB magazine | 17
Interview
EhB-docenten Verpleegkunde gaven twee weken les in Congo
“Opereren is moeilijk met uur elektriciteit per dag” Docenten Verpleegkunde Filip Wybraeke en Nancy Papaert trokken dit voorjaar naar Yakoma in Noord-Congo. Ze deelden hun ervaring en expertise met docenten van plaatselijke verpleegkundescholen. Bij hun terugkeer vroegen we hen de oren van het hoofd over hun indrukken en ervaringen.
Hoe belangrijk zijn verpleegkundigen in Congo? Filip Wybraeke: “Verpleegkundigen zijn de spil in de Congolese gezondheidszorg. Die is heel anders georganiseerd dan bij ons. Huisartsen bestaan er bijvoorbeeld niet. De mensen zijn aangewezen op lokale gezondheidscentra. De verpleegkundigen daar staan in voor de eerstelijnszorg aan patiënten, ze schrijven geneesmiddelen voor of verwijzen door voor verder onderzoek of een operatie. Daarom heet ons project ‘Infimosa’: dat staat voor Infirmiers, moteurs de la santé.”
Jullie gaven les aan lokale docenten verpleegkunde. Hoe verschilt hun manier van lesgeven van die bij ons? Nancy Papaert: “Zij geven les op de klassieke, schoolse manier, zoals wij vijftig jaar geleden ook te werk gingen: de docent staat voor de klas en steekt een monoloog af. Een groot verschil met onze manier van lesgeven, waarin interactie en actieve medewerking centraal staan. De eerste drie dagen was het zowel voor ons als voor hen wennen. Maar zodra ze die koudwatervrees overwonnen hadden, werkten ze vol enthousiasme mee.”
Hoe hebben jullie de lessen aangepakt? Nancy Papaert: “Om zicht te krijgen op hun manier van lesgeven, hebben we eerst twee theoretische en twee praktijklessen bijgewoond. Dan was het onze beurt om in twee lessen de basisprincipes rond handhygiëne, reanimatie en bloed prikken uit te leggen en te oefenen. Na die ervaring hebben we hen gevraagd om zelf na te gaan hoe ze hun eigen lessen konden verbeteren. Ze stelden bijvoorbeeld voor om de herhaling van de leerstof uit de vorige les drastisch in te korten. Die nam voordien bijna de helft van de lestijd in.” 18 | EhB magazine
Hebben jullie het gevoel dat jullie nuttig werk hebben kunnen doen? Nancy Papaert: “Ik denk het wel. De Congolese docenten staan zeker open voor vernieuwing en zijn bereid hun manier van werken in vraag te stellen. Maar door de gebrekkige infrastructuur en middelen is het niet evident om hun werking aan te passen aan de nieuwste inzichten en technieken.”
Hoe gebrekkig is de infrastructuur in Yakoma? Filip Wybraeke: “Yakoma ligt in het noorden van Congo, aan de grens met de Centraal-Afrikaanse republiek. Je kunt gerust stellen dat je daar in de brousse zit. Vanuit de dichtstbijzijnde luchthaven deden we er per jeep twee dagen over om de resterende 500 kilometer te overbruggen. De wegen zijn onverhard en zitten vol putten en kuilen waardoor je aan een slakkengang vooruitkomt.” “In Yakoma zelf is geen stromend water of een elektriciteitsnet. Het ziekenhuis werkt met generatoren, die twee uur per dag draaien. Alle operaties worden in die tijdsspanne gepland en ook computers kunnen enkel dan gebruikt worden.” “Het water halen de inwoners uit de rivier of uit waterputten. Ook wij kregen elke morgen een emmer water om ons te wassen. In het hele dorp zag je mensen met waterbidons op hun hoofd wandelen, heel indrukwekkend vond ik dat.”
Welke gevolgen heeft de gebrekkige infrastructuur voor de plaatselijke gezondheidszorg? Filip Wybraeke: “Door de slechte wegen is de aanvoer van medisch materiaal duur en tijdrovend. In het ziekenhuis in Yakoma ontbreekt het meest elementaire medische materiaal, zoals injectienaalden, ontsmettingsmiddelen en spuiten. Er liggen geen matrassen op de bedden en er hangen geen muskietennetten, terwijl malaria een van de belangrijkste doodsoorzaken is. Ze steriliseren enkel het hoogst noodzakelijke, omdat daar dure elektriciteit voor nodig is.”
Gaan jullie nog terug naar Yakoma? Nancy Papaert: “Jazeker, in september gaan we terug. Het is de bedoeling om twee keer per jaar ter plaatse te gaan. In tussentijd houden we contact via e-mail.” •
∂ Wil jij het project Infimosa steunen?
Dat kan! Neem contact op met
[email protected].
EhB magazine | 19
School & bedrijf
Nieuwe kenniscentra brengen school en werkveld samen
“Studenten werken liever aan échte projecten” Sinds oktober 2014 telt de Erasmushogeschool Brussel acht multidisciplinaire kenniscentra. Onderzoekers en studenten van EhB werken er samen met bedrijven, vzw’s en andere partners uit het werkveld. “We ontwikkelen praktische oplossingen voor concrete problemen”, zegt centraal coördinator Annick Dhooge.
De nieuwe kenniscentra van EhB hebben twee belangrijke doelen: onderzoek en dienstverlening. Ze bouwen expertise op rond verschillende thema’s, bijvoorbeeld mobiele apps voor bedrijven of het gebruik van nanomedicijnen in kankerbestrijding. Met die kennis willen ze bedrijven, overheden, vzw’s, scholen en andere partners ondersteunen. “Het onderzoek is vraaggestuurd: de thema’s worden aangereikt door het werkveld. Urban Coaching & Education haalt zijn thema’s bijvoorbeeld uit vragen van Brusselse scholen”, zegt Annick Dhooge. “We richten ons op praktische oplossingen voor concrete problemen. De samenwerking biedt voordelen voor beide partijen: de projectpartners profiteren van onze onderzoeksmogelijkheden en EhB kan innovatieve ideeën in haar opleidingen integreren.”
bekeken. Onze studenten nemen actief deel aan de onderzoeken. Zo komen ze dichter bij het werkveld en doen ze waardevolle ervaring op. Voor studenten is het motiverend om aan echte projecten te werken, geen cases die een docent heeft verzonnen.”
FINANCIËLE RETURN De acht kenniscentra van de Erasmushogeschool werden opgericht in oktober 2014 en zullen minsten drie jaar blijven bestaan. Momenteel zijn de projecten nog in een opstartfase en worden ze gefinancierd met overheidsgeld. “Op termijn kunnen de projectpartners zelf een deel van het onderzoek financieren, vermits zij er ook de vruchten van plukken”, zegt Annick Dhooge. “Die financiële return moeten we project per project bekijken. Maar het belangrijkste is dat de kenniscentra bruggen slaan tussen onderwijs, onderzoek en het werkveld.” •
PRAKTISCHE ERVARING Omdat onderwijs de hoofdopdracht is van EhB, moeten de onderzoeken van de kenniscentra een meerwaarde vormen voor de studenten. “Tot nu toe was onderzoek gerelateerd aan vakgebieden. Binnen het nieuwe strategische plan van de EhB wordt onderzoek meer gekoppeld aan onze opleidingen”, vertelt Annick Dhooge. “Zo krijg je meer samenwerking en wordt een probleem vanuit verschillende perspectieven
20 | EhB magazine
∂ www.erasmushogeschool.be/onderzoek-en-dienstverlening/kenniscentra
Tuin+
“Tuinen zijn nuttig voor mens én milieu”
De acht kenniscentra van EhB stellen zichzelf in de volgende nummers uitgebreid voor. Hou ze in het oog! NANOMEDICIJNEN Kunnen nanomedicijnen kanker helpen bestrijden?
Valerie Dewaelheyns: “De plus in Tuin+ staat voor de meerwaarde die tuinen bieden in onze maatschappij. Acht procent van Vlaanderen bestaat uit tuinen. Die hebben veel functies: mensen komen er dichter bij de natuur, bloemen en planten zijn goed voor de biodiversiteit, gazons kunnen extra koolstof opslaan en zo mee het klimaatprobleem aanpakken ... Als we ook andere groene ruimtes meetellen, zoals wegbermen, groendaken of braakliggende terreinen, kunnen onze tuinen echt een verschil maken. In het kenniscentrum willen we de kennis over die groene ruimtes bundelen en vergroten, meer inzicht krijgen in hun strategische rol en een multidisciplinair netwerk uitbouwen.” •
Urban Coaching & Education
“Leerkrachten in Brussel hebben andere noden” Veerle Van Raemdonck en Peter Deriemaeker: “In een grootstad kampen leerkrachten met andere uitdagingen dan in een dorpsschool. Lesgeven vraagt dan een specifieke aanpak. Binnen het kenniscentrum Urban Coaching & Education werken we vanuit verschillende opleidingen samen aan concrete problemen. Zo zien we bijvoorbeeld dat leerlingen uit lagere scholen in Brussel minder vlot de eindtermen voor Wereldoriëntatie halen dan in Vlaanderen. De onderzoekers werken daarom aan aangepaste methodes en didactische ondersteuningsmiddelen voor Brusselse leerkrachten. Na afloop worden voorbeelden van ‘good practices’ gebundeld in een praktijkgids.” •
OPEN TIME Hoe ontwikkelen we methodieken waarmee bedrijven, organisaties, instellingen … zich beleidsmatig op de toekomst kunnen voorbereiden? BRUSSELS AT WORK Hoe krijgen we meer (jonge) Brusselse werklozen aan de slag in het hotelwezen en in ondersteunende administratieve functies? URBAN COACHING & EDUCATION Hoe pakken we onderwijs aan in een grootstad? MOBILE & WEARABLE Hoe integreren we mobiele apps en wearables in het bedrijfsproces? PODIUMTECHNIEKEN Welke technieken bestaan er voor podiumkunsten, en zijn er nieuwe toepassingen denkbaar? TUIN + Welke rol spelen tuinen in een duurzame stad? BRUSSELS INTEGRATED CARE Hoe verhogen we de toegankelijkheid van de gezondheidszorg voor ouderen en kwetsbare groepen in een grootstad?
EhB magazine | 21
In de prijzen
“Wiskunde, en toch gelachen!” Lotte Selders is Beste Brusseleraar Lotte Selders, oud-studente aan de Lerarenopleiding Secundair Onderwijs van de Erasmushogeschool, geeft les aan de eerste graad van atheneum GO! for Business Molenbeek. Onlangs werd ze door leerlingen en collega’s uit meer dan 100 genomineerden verkozen tot ‘Beste Brusseleraar’ van 2014. Knap, voor uitgerekend een lerares wiskunde. “Wiskunde is niet saai als je het tastbaar maakt”, zegt Lotte. “We hebben bijvoorbeeld een wiskundewandeling door Brussel gemaakt. De leerlingen moesten begrippen uit de wiskunde toepassen - de stelling van Pythagoras bijvoorbeeld - om een geheime bestemming te vinden. Ze waren aangenaam verrast: wiskunde, en toch gelachen!” Brussel, en zeker Molenbeek, is voor veel kandidaat-leraars niet de gedroomde werkplek. Onterecht, vindt Lotte. “Als ik zeg dat ik lesgeef in Brussel, is de eerste reactie vaak: “Oei.” Maar eigenlijk is lesgeven overal hetzelfde. Ik zie elke leerling als een individu, met z’n eigen kwaliteiten en werkpunten. Je moet niet problematiseren, maar stimuleren. Echt: ik zou alle jonge leraars aanraden om naar Brussel te komen.” •
“Voyeurisme isolement”
&
Opera van conservatoriumdocente bekroond Een prijs winnen met een stuk dat nog nooit is opgevoerd: Annelies Van Parys, docent aan het Koninklijk Conservatorium, bracht het voor mekaar. De jury van de FEDORA Rolf Liebermann Prize for Opera vond haar ‘Private View’ de meest veelbelovende van tientallen inzendingen. ‘Private View’ is een stuk voor stemmen en instrumenten, waaronder een elektrische gitaar, en werkt ook met videobeelden. “De opera verkent twee thema’s uit de film ‘Rear Window’ van Hitchcock: voyeurisme en isolement. In de film gluurt James Stewart naar zijn overbuurvrouw; in de opera kijkt de toeschouwer binnen in de levens van de personages”, vertelt Annelies. ‘Private View’ gaat op 13 mei in première in Antwerpen en gaat daarna op tournee. “De 75.000 euro prijzengeld is bedoeld voor de productiekosten, niet voor mezelf. Helaas: anders zat ik nu al op Capri.” (lacht) •
22 | EhB magazine
Wij zijn
!
EhB
De Erasmushogeschool Brussel biedt aantrekkelijk en kwaliteitsvol hoger onderwijs aan, gericht op de professionele en artistieke praktijk, in synergie met onderzoek, kunstontwikkeling en dienstverlening. We willen dat studenten bij ons vertrekken als humanistische, geëngageerde en kritische wereldburgers, die hun vak onder de knie hebben en respectvol omgaan met mens en maatschappij.
Hoe doen we dat? BEGELEIDING:
DIVERSITEIT:
Screenings, gesprekken, netwerkmomenten, infosessies … op elk moment van de studiecarrière staan trajectbegeleiders klaar om studenten te ondersteunen. Stages in binnen- of buitenland, verder studeren of een job vinden: iedereen krijgt professioneel advies.
Onze studenten zijn geïnteresseerd in management, kunsten, zorg, IT of tuinarchitectuur … Daarom dragen we diversiteit hoog in het vaandel. Dat uit zich ook in de begeleiding van de individuele student, of het nu gaat over een functiebeperking, topsport of taalbegeleiding.
INNOVATIE: Stilstaan is achteruitgaan. Onderwijsvernieuwing is daarom een elementair onderdeel van onze werking. We zetten in op blended learning, zowel voor het reguliere als voor het afstandsonderwijs. Het digitale leerplatform wordt permanent verbeterd. Voor de docenten voorzien we digitale tools om kennis op een moderne manier door te geven.
BRUSSEL: De EhB is trots op Brussel! We zoeken partners in de stad voor ons onderwijs, van stageplaatsen tot dienstverleningsopdrachten, en reiken de hand naar omringende wijken. Samen met Br(ik, het studentenplatform Brussel & ik, zetten we ons in om te laten zien dat Brussel een échte studentenstad is.
EhB in een notendop
Onze opleidingen DESIGN & TECHNOLOGIE • Multimedia & Communicatietechnologie (Multec) • Toegepaste Informatica (Dig-X)
GEZONDHEIDSZORG & LANDSCHAPSARCHITECTUUR • Biomedische Laboratoriumtechnologie • Verpleegkunde • Voedings- & Dieetkunde • Vroedkunde • Landschaps- & Tuinarchitectuur • Banaba Pediatrische & Neonatale Gezondheidszorg • Banaba Zorgmanagement
MANAGEMENT, MEDIA & MAATSCHAPPIJ • Communicatiemanagement • Hotelmanagement • Office Management • Toerisme- & Recreatiemanagement • Journalistiek • Sociaal Werk • Idea & Innovation Management
ONDERWIJS & PEDAGOGIE • Kleuteronderwijs • Lager Onderwijs • Secundair Onderwijs • Pedagogie van het Jonge Kind
RITCS | SCHOOL OF ARTS • Audiovisuele Kunsten Production Management • Audiovisuele Kunsten Beeld, Geluid, Montage • ba/ma of Arts Audiovisuele Kunsten: Documentaire, Film, Schrijven, Televisie, Animatiefilm, Radio • ba/ma of Arts Drama: Acteren, Regie
KONINKLIJK CONSERVATORIUM BRUSSEL | SCHOOL OF ARTS • Musical • ba/ma of Arts in de Muziek Directie, Instrument/Zang, Jazz, Muziektheorie/ Schriftuur, Compositie • Specifieke Lerarenopleiding Muziek
• 4 departementen en 2 Schools of Arts • 20 professionele bacheloropleidingen • 4 academische bachelor- en masteropleidingen in de kunsten • Ruim 40 postgraduaten, bij- en nascholingen • 5.000 studenten in de basisopleidingen, gespreid over 7 campussen. EhB magazine | 23
EhB ziet dubbel! Niet minder dan vier tweelingen volgen momenteel les op het departement Management, Media & Maatschappij van de Erasmushogeschool Brussel: Isabel en Claudia Lemmens, Guillaume en Martin Lambeets, Lisa en Eef De Cort, en Zohra en Sanaa Benhammou. Geen van de tweeling-broers of -zussen koos echter voor dezelfde studierichting: “We hebben een goede band, maar we willen onze eigen weg gaan”, klinkt het zelfverzekerd. Geen kans dus om stiekem elkaars examens af te leggen, maar we duimen voor acht goede resultaten in juni!