Een veilig Hoogeveen is van ons allemaal Een visie op een veilig Hoogeveen voor de periode 2009-2019
1
INHOUD Voorwoord
3
Samenvatting
4
Waarom een visie op veiligheid?
8
Binnen veilig
11
Buiten veilig
13
Veilig tussen buiten en binnen
15
Visie op een veilig Hoogeveen
17
Opgave voor een veilig Hoogeveen
22
2
VOORWOORD Hebben we over tien jaar een veiliger samenleving? Die vraag zet je tot nadenken over de aanpak van je veiligheid. Kritisch en alert kijkend, zien we mogelijkheden om onze veiligheid te vergroten en ons veiligheidsgevoel te versterken. De rode draad is dat we samen creatief moeten zijn. Door samen creatief te zijn, kunnen we een beweging maken van repressie naar goede preventie. Van brandjes blussen naar brand voorkomen. Preventie begint bij u en mij als bewoner zelf. Daarom ben ik ook zo blij met de nieuwe werkwijze in Hoogeveen rond leefbaarheid: De Smederijen van Hoogeveen. Daar krijgen bewoners zeggenschap, en nemen ze verantwoordelijkheid. Professionele partners werken er nauw samen met bewoners. Behalve bewoners betrekken is ook aandacht schenken aan kinderen cruciaal. Weerbare kinderen staan sterker in het leven. Ik verwacht veel van de Centra voor Jeugd en Gezin om preventie-initiatieven te stimuleren en te versterken. Natuurlijk zullen we ook repressief moeten blijven optreden. Als burgemeester heb ik nieuwe bevoegdheden om zo nodig achter de voordeur te stappen. Die bevoegdheden zijn van nut om escalatie te voorkomen. Ze vragen van een burgemeester telkens een zorgvuldige afweging. Is Hoogeveen en ommeland over tien jaar veiliger? Ik weet het niet, maar ik heb veel vertrouwen in onze samen-maakt-sterker aanpak. Laat me weten wat u ervan denkt. Willem Urlings, burgemeester Hoogeveen
3
SAMENVATTING Ieder mens heeft behoefte aan een fundamenteel vertrouwen in zichzelf en zijn omgeving. Aan veiligheid dus. Onveiligheid leidt tot angst en angst beklemt. Nu is veiligheid niet alleen een kwestie van incidenten afwachten en dan ingrijpen, maar vooral van goed opletten en voorkomen. Niet alleen energie besteden aan repressie, maar mensen hun eigen veiligheid laten creëren. In hun wijk of dorp. Thuis, op school en op het werk. Samen met veiligheidsprofessionals. In haar visie op veiligheid ondersteunt de gemeente de ruimtelijke, de economische en de sociale structuurvisie op het gebied van veiligheid. Er wordt onderscheid gemaakt tussen fysieke en sociale veiligheid. Sociale veiligheid heeft te maken met gevoel, beleving, houding en gedrag. Bij fysieke veiligheid gaat het om tastbare zaken, zoals de inrichting van de openbare ruimte, wegen, of gebouwen. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt tussen “Binnen veilig”, “Buiten veilig” en “Tussen binnen en buiten”. Bij “Binnen veilig” gaat het om de veiligheid in en om huis, “Buiten veilig” betreft het openbaar gebied en “Tussen binnen en buiten” gaat over de ruimten buitenshuis die niet openbaar zijn, zoals het werk, de school, het theater en het sportveld. Een veilig Hoogeveen is van ons allemaal. Net zoals we in de Sociale Structuurvisie hebben uitgesproken, dat we in Hoogeveen geen sociale achterstand wensen, spreken we in deze visie op veiligheid uit, dat we geen ongewenst gedrag willen. Veiligheid is in eerste instantie een zaak van bewoners met een maximaal veiligheidsbewustzijn. Zij signaleren en spreken elkaar aan. Als sluitstuk is er de overheid, die handhavend optreedt. Die focust zich hierbij op de algemene veiligheid, die mensen direct raakt. Situaties dus, waarbij sprake is van overlast en gevaar voor anderen. Visie op een veilig Hoogeveen De veiligheidsvisie van de gemeente Hoogeveen geeft richting aan de verschillende programmaplannen via de volgende zes sporen: 1. Van crisis- naar risicomanagement Preventieve maatregelen aan de voorkant van de veiligheidsketen kunnen veel ellende aan de achterkant voorkomen. De beleidslijn wordt dan ook: meer investeren in de voorkant en minder aan de achterkant. De nieuwe bevoegdheden van de burgemeester om te interveniëren in situaties waar onveiligheid dreigt, ondersteunt dit. Veiligheid is en blijft een kwestie van preventie aan de voorkant en handhaving op het eind. 2. Sociale én fysieke veiligheid De sociale veiligheid in Hoogeveen wordt versterkt door voorlichting, interventies en maatregelen, bijvoorbeeld op het gebied van alcohol en drugs of huiselijk- en uitgaansgeweld, naast het versterken van signaleren en elkaar aanspreken in gezin, familie, school, werk, straat, vereniging, kerk, etnische groep. Op het gebied van fysieke veiligheid loont het om te investeren in veilig ontwerpen van ruimtelijke plannen, brand- en inbraakveiligheid in gebouwen, noem maar op. 4
3. Jeugd en jongeren eerst Voorop staat dat het overgrote deel van de jeugd en jongeren in Hoogeveen zich veilig voelt, en noch voor zichzelf, noch voor hun omgeving problemen oplevert. Dit neemt niet weg dat er een kleine groep jeugd en jongeren is die wel in aanraking komt met geweld en vandalisme. Vaak gaat dat gepaard met misbruik van alcohol en drugs. Vindplaatsen van deze jongeren zijn gezinnen, scholen, sportverenigingen, hangplekken en andere locaties, waar alcohol en drugs worden gebruikt. Bestrijding van overlast begint met vroegtijdige signalering (bijvoorbeeld op de peuterspeelzaal), voorlichting, goede doorverwijzing en coördinatie van zorg voor ouders en kinderen. Gepest worden, niet weerbaar zijn, ondermijnt het zelfvertrouwen van een kind en gaat gepaard met een hoog risico op schooluitval. Hoogeveen heeft meerdere goedlopende zorgnetwerken, waaronder de Zorgkoepel en het jongerenopvangteam (JOT). Met name in het JOT richt zich de aandacht op jongeren die problemen hebben op school, jongeren die worden verdacht van vernielingen, bedreigingen en vandalisme, en jongeren die dreigen af te glijden naar het criminele circuit. Via gecoördineerde inzet van politie, opbouwwerker, maatschappelijk werker, jongerenwerker en buurtbeheerder vinden direct interventies plaats. Deze moeten langdurig en duurzaam zijn om aan die groepen, waar de problematiek diepgeworteld is, constante aandacht te kunnen geven gedurende langere tijd. 4. Achter de voordeur Veel problemen rond sociale onveiligheid hebben te maken met ingesleten patronen in opvoeding en gezin. De problematiek is vaak meervoudig en complex. Huiselijk geweld is een weerbarstig probleem, dat al veel aandacht krijgt, en waarop aanvullende maatregelen worden ontwikkeld. Als het naar het oordeel van de partners in de veiligheidsketen nodig is, vindt interventie plaats in gezinnen. Daarvoor zijn bestuurders, managers en medewerkers nodig met lef, die het aandurven om de grenzen op te zoeken, naast een burgemeester die nieuwe bevoegdheden heeft om achter de voordeur te kijken, bijvoorbeeld in het kader van de Wet tijdelijk huisverbod. 5. Samen in de wijk en het dorp Hoe beter de partners in de veiligheidsketen samenwerken, hoe beter de condities voor een veilig Hoogeveen. Het uitgangspunt is: wat past bij de omgeving? Veiligheidspartners en bewoners komen tot een wisselwerking bij het ontwikkelen van meer veiligheid. Dit gebeurt wijk- en dorpsgewijs, omdat juist de schaal in dorpen en wijken het mogelijk maakt om de individuele zelfredzaamheid op veiligheidsgebied te vergroten, en de bewoners hierbij te faciliteren. Voor de Smederijen is veiligheid een essentiële opgave. 6. Informatiegestuurde organisatie Veiligheid is een zaak van alle partners in de veiligheidsketen. Die beleven gedeelde veiligheidsdoelen. Veiligheidsbeleid kan daarom niet zonder stevige regie, die in handen ligt van de gemeente. De gemeente verzamelt bij alle partners in de veiligheidsketen informatie, analyseert, adviseert, bewaakt en faciliteert. Aldus vormt zich een informatiegestuurde wijze van werken die gebruik maakt van de statistische informatie, die wordt gegenereerd aan de achterkant van de veiligheidketen (tellen), en de verhalen en ervaringen uit de dagelijkse praktijk van bewoners aan de 5
voorkant (vertellen). Door de input, die ontstaat uit de analyse van het tellen en vertellen, is het mogelijk om maatwerk te leveren. Opgave voor een veilig Hoogeveen Met de visie op veiligheid wil de gemeente Hoogeveen een nieuwe impuls geven aan een fundamentele verbetering van de fysieke en de sociale veiligheid. Dit resulteert in een aantal opgaven voor de komende jaren, die nader vorm moeten krijgen in het Programma Veilig en de andere programma’s. • VeiligheidsPreventieToets Bij steeds meer activiteiten en projecten zullen we moeten stilstaan bij de vraag: is de veiligheid gewaarborgd en welke maatregelen kunnen we nemen, in het bijzonder op het preventieve vlak? • Focus op risicogroepen Door consequent prioritaire aandacht te besteden aan risicogroepen, of dit nu groepen vandalen betreft, de georganiseerde misdaad, plegers van huiselijk geweld of jongeren die wegblijven van school, rendeert de veiligheidseuro optimaal. • Preventieve aanpak alcohol en drugs Om de weerbarstige problematiek op het gebied van alcohol en drugs aan te pakken, wordt een multidisciplinaire interventie opgezet met een ketengewijze, integrale benadering. • Centrum voor Jeugd en Gezin Het nog te starten Centrum voor Jeugd en Gezin levert door samenwerking met partners een belangrijke bijdrage aan de bevordering van de sociale veiligheid. • Aanpak huiselijk geweld Voor de aanpak van huiselijk geweld wordt door politie, justitie en hulpverlening samengewerkt onder regie van het Meldpunt Huiselijk Geweld; dit in opdracht van de gemeenten in Drenthe. Waar huiselijk geweld of kindermishandeling dreigt plaats te vinden, kan de burgemeester een tijdelijk huisverbod opleggen om zo te voorkomen dat de situatie uit de hand loopt. Nieuw in de aanpak is het centraal stellen van het kind. • Informele toezichthouders Op verschillende ‘veiligheids hot spots’ in de domeinen ‘Buiten’ en ‘Tussen buiten en binnen’ kunnen informele toezichthouders (waaronder de bewoners) ervoor zorgen dat de gebieden niet anoniem zijn en zo minder uitnodigen tot ongewenst gedrag. • De Smederijen De Smederijen richten zich op het bevorderen van de sociale cohesie, participatie en zelfwerkzaamheid. Hiermee zijn zij een belangrijke partner om op wijk- en dorpsniveau de fysieke en de sociale veiligheid vorm en inhoud te geven. • Veiligheidsnetwerk Met het doorontwikkelen van een Veiligheidsnetwerk geeft de gemeente aan dat een veilig Hoogeveen haar menens is. Belangrijk hierbij is informatie en voorlichting, waaronder risicocommunicatie.
6
De visie op veiligheid is geen statische beleidsnota. Het is de bedoeling dat zij voor de gemeente én ‘het veld’ een inspiratiebron is om samen vorm en inhoud te geven aan een veilig Hoogeveen waar iedereen zich veilig voelt.
7
WAAROM EEN VISIE OP VEILIGHEID? Veiligheid is een belangrijke menselijke behoefte. In onze westerse samenleving hoeven mensen zich nauwelijks zorgen te maken om brood op de plank en een dak boven het hoofd. De primaire biologische behoeften zijn in grote lijnen bevredigd, aldus de bekende psycholoog Abraham Maslow. Hiermee is de focus gericht op het bevredigen van ‘hogere’ behoeften, te beginnen met die op het gebied van bestaanszekerheid. Hiertoe behoren regelmaat, stabiliteit, orde en rust. Inderdaad: we hebben het over veiligheid, over de behoefte aan een fundamenteel vertrouwen in jezelf en je omgeving, dat aanwezig moet zijn om te functioneren. Het vertrouwen in jezelf is beter, naarmate je weerbaarder bent. Onveiligheid leidt tot angst en angst beklemt. Onveiligheid leidt tot angst en angst beklemt. In Hoogeveen maken we dagelijks mee waarom veiligheid zo belangrijk is. De downburst en het incident met de dierengroothandel liggen nog vers in ons geheugen. Grote impact in onze regio had in mei 2008 de brand op de scheepswerf in Yde De Punt. De media reppen met regelmaat over een dreigende pandemie. Rampen, branden, ongevallen, ze kunnen allemaal op elk moment de kop opsteken. Net als sociale ontsporingen, zoals vandalisme en geweld. Hulpverleners staan op scherp om de gevolgen in te perken. Maar veiligheid is niet alleen een kwestie van incidenten afwachten en dan ingrijpen, maar vooral van goed opletten en voorkomen. Niet alleen energie besteden aan repressie, maar mensen hun eigen veiligheid laten creëren. In hun wijk of dorp. Thuis, op school en op het werk. Samen met veiligheidsprofessionals. De beleidstrits is waarnemen-overleggen-overtuigen-dringen-dwingen. Het gaat altijd om een mix, het een kan niet zonder het ander. We willen ervoor zorgen dat Hoogeveners zich veilig voelen. We leven op het snijvlak van anders omgaan met veiligheid. We zien dat investeren in voorkomen leidt tot een grotere veiligheid. Daarom willen we vooral investeren voorin de veiligheidsketen. In preventie dus. We willen een beweging maken van crisismanagement naar risicomanagement. De veiligheidsketen Pro-actie In een vroeg stadium aandacht voor veiligheid vastleggen en structurele oorzaken van onveiligheid wegnemen. Preventie De gevolgen van inbreuken op de onveiligheid voorkomen en beperken door advisering en uitvoering van risicobeperkende maatregelen. Preparatie Activiteiten, die zich richten op alle voorbereidingen voor het bestrijden van onveiligheid, maar ook op het verlenen van hulp bij onveiligheid. Pro-actie, preventie en preparatie vallen onder het begrip 'risicomanagement' Repressie Onveiligheid daadwerkelijk bestrijden en hulp bij onveiligheid verlenen. Nazorg Afhandelingsfase na een ongewenste gebeurtenis of ramp om weer tot een stabiele situatie te komen. Repressie en nazorg vallen onder het begrip 'crisismanagement'.
8
Johan Cruijff: ‘Als ik iets eerder begin te lopen, dan lijk ik sneller.’ De gemeente Hoogeveen wil integraler gaan werken. Hiervoor zet zij het instrument programmasturing in. We willen op strategisch niveau richting kunnen geven aan de programmadoelen, die een periode van vier jaar bestrijken. Daarom werken we met vier visies, die een tijdshorizon van tien jaar kennen. De fysieke, de economische en de sociale structuurvisie zijn gereed; deze vierde structuurvisie ondersteunt de drie eerdere visies op het gebied van veiligheid. Daarnaast heeft zij een verbindende werking, waardoor op termijn beter sprake kan zijn van integraliteit. De visie veiligheid ondersteunt de fysieke, de economische en de sociale structuurvisie op het gebied van veiligheid. Wat is veiligheid? Veiligheid is een breed begrip. We hebben het over verkeersveiligheid, brandveiligheid, veilig naar school, veilig uitgaan. In deze visie wordt onderscheid gemaakt tussen sociale en fysieke veiligheid. Bij fysieke veiligheid gaat het om tastbare zaken, zoals de inrichting van de openbare ruimte, wegen, of gebouwen. Om zaken als brand- en verkeersveiligheid. Sociale veiligheid heeft te maken met gevoel, beleving en houding. Met ontsporend gedrag van mensen thuis en in de openbare ruimte, bijvoorbeeld vernieling, vandalisme, geweld, misbruik van alcohol en drugs. Sociale en fysieke veiligheid vloeien vaak in elkaar over. Zo geven onverlichte steegjes mensen een gevoel van onveiligheid. Veiligheid kent een individuele en een collectieve component, zowel waar (on)veiligheid wordt ervaren als waar de verantwoordelijkheden liggen om onveiligheid te voorkomen. Veiligheid laat zich het beste benaderen vanuit de gedachte van de integraliteit: het gaat altijd om de totale veiligheid. Die bestaat bij de gratie van de veiligheidsketen. Hierin is sprake van een accentverschuiving van crisismanagement naar risicomanagement. Het proces De visie op veiligheid is tot stand gekomen via een interactief ontwikkelingsproces. Juist omdat bij het creëren van veiligheid en het voorkomen van onveiligheid zo veel verschillende organisaties zijn betrokken, komt het aan op samenwerken en nog eens samenwerken. De ontwikkeling van een visie op veiligheid is daarom begonnen met een workshop, waarvoor alle professionele organisaties op het gebied van veiligheid waren uitgenodigd. Aan de workshop deden onder meer mee: verschillende vertegenwoordigers van de Politie Drenthe, de Regionale Brandweer Drenthe, GGD Drenthe bureau GHOR, het Openbaar Ministerie, UMCG Ambulancezorg, GGD Drenthe, de Stichting Welzijnswerk, De Smederijen, Domesta, Woonconcept, Actium, de provincie Drenthe, de Combinatie Hoogeveense Ondernemers en Horeca Hoogeveen. Daarnaast verschillende managers en medewerkers van de gemeente Hoogeveen en het college van B en W van Hoogeveen. Aan de hand van een vuistdikke syllabus is gediscussieerd over een veilig Hoogeveen. In de voorbereiding hadden een aantal organisaties hun visies op veiligheid al gegeven. De belangrijkste documenten, die ten grondslag liggen aan deze visie, zijn: -
Programmaplan Veilig 2007-2010 (gemeente Hoogeveen, 2007); Voorjaarsnota 2007, Veiligheidspijler (gemeente Hoogeveen, 2007); Convenant Veilig Uitgaan in Hoogeveen (2006); 9
-
Samenwerkingsovereenkomst Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan (2006); Uitvoeringsplan 2007 (Basiseenheid Hoogeveen-West en -Oost, De Wolden en Midden-Drenthe); De drie structuurvisies van de gemeente Hoogeveen.
Na bespreking van de conceptversie in de Trojka Veilig en het college van B en W hebben de deelnemers aan de startbijeenkomst zich over het concept gebogen. Ook is er een algemene inspraakavond georganiseerd voor bewoners en jongeren. Hun opmerkingen zijn verwerkt in het tweede concept, dat na terugkoppeling in het college van B en W en de gemeenteraad is besproken. Relatie met andere programma’s De visie veiligheid is geen statische beleidsnota. Het is de bedoeling dat zij voor de gemeente én ‘het veld’ een inspiratiebron is om samen vorm en inhoud te geven aan een veilig Hoogeveen waar iedereen zich veilig voelt. De visie veiligheid is voor de gemeente én ‘het veld’ een inspiratiebron om samen vorm en inhoud te geven aan een veilig Hoogeveen waar iedereen zich veilig voelt. De visie veiligheid vormt samen met de drie andere gemeentelijke structuurvisies de vier pijlers onder de gemeentelijke programmasturing. Ze bieden zo een baken voor beleidsmatige continuïteit. Aan de hand van een missie en een strategische visie, waarmee we tien jaar vooruit kijken, omschrijven we streefbeelden: waar willen wij beleid op ontwikkelen? Deze visie veiligheid is zo’n streefbeeld. Uit de strategische visies leiden we onze programma’s af die concrete doelen voor een periode van vier jaar omvatten. In jaarlijkse programmabegrotingen staan ten slotte dan de concrete prestaties, projecten en producten. Bij het opstellen van de programma’s en de programmabegrotingen houden we de visies regelmatig tegen het licht. Dit doen wij samen met onze partners. Zo is ook deze visie een levende visie, die altijd is afgestemd op het actuele veiligheidsklimaat. Ze geeft aan waar we de komende tien jaar extra accenten willen leggen. Zo werkt de visie naar twee kanten: aan de ene kant wordt zij uitgewerkt in beleid en aan de andere kant is ze een richtsnoer voor ons dagelijks handelen.
10
BINNEN VEILIG Veiligheid begint in ons huiselijk domein. In ons huis, waar we alleen of samen wonen, al dan niet in gezinsverband. Veiligheid in en om huis wordt bedreigd door onder meer (infectie)ziekte, geweld in gezinnen, brand, inbraak en ongevallen in de keuken of tijdens het klussen. Dit zijn allemaal fysieke veiligheidsaspecten waarbij de verantwoordelijkheid grotendeels ligt bij privépersonen. De gemeente en andere partners in de veiligheidsketen helpen daarbij. Zo is de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in campagnes voor brandveiligheid, inbraakpreventie en het voorkomen van ongevallen. Volgens de statistieken is ons land de afgelopen jaren veiliger geworden. Landelijk is het aantal inbraken duidelijk afgenomen en mensen geven aan dat zij zich veiliger voelen dan pakweg vijf jaar geleden. Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau bleek onlangs dat 84% van onze landgenoten zich in het dagelijks leven veilig voelt. In Hoogeveen is het aantal diefstallen uit woningen de laatste jaren ongeveer gelijk gebleven. Uit de Politiemonitor Bevolking blijkt dat het huiselijk geweld daarentegen is toegenomen. Ook blijkt uit de monitor dat Hoogeveners zich minder veilig voelen dan bewoners in andere delen van Drenthe. Veilig voelen: we hebben het dan over sociale veiligheid. Niet alleen huiselijk geweld leidt tot sociale onveiligheid, ook zaken rond kindermishandeling en problemen op het gebied van de openbare geestelijke gezondheidszorg zijn bedreigend. In Zuidwest-Drenthe wordt daarvan relatief meer aangifte gedaan dan in andere delen van de provincie. In gezinnen waar huiselijk geweld speelt, wordt de kiem gelegd voor sociale ontsporing. De politie heeft huiselijk geweld daarom tot speerpunt van haar beleid gemaakt. Bij huiselijk geweld geldt, net als bij kindermishandeling, dat ingrijpen noodzakelijk is omdat zich anders generaties lang negatieve effecten voordoen. In de aanpak van huiselijk geweld werken politie en justitie samen met het meldpunt huiselijk geweld en hulpverleners. In het algemeen kan een onvolkomen opvoeding leiden tot een ontwikkelingsachterstand op het gebied van bijvoorbeeld taal, met als gevolg beperkte perspectieven. De sociale ontwikkeling blijft dan achter. Als dat structureel wordt, stapelen de problemen zich vaak op. In zulke situaties worden sociale problemen, die gepaard kunnen gaan met sociale onveiligheidsgevoelens, vaak in de generaties doorgegeven. Doorbreking van deze patronen is dan ook een kwestie van investeren en geduld hebben. Uitingen van deze sociale ontsporingen zijn agressief en crimineel gedrag, geweld, vandalisme en misbruik van alcohol en drugs, zowel thuis als in de openbare ruimte en in werk, school en vrije tijd. Agressief en crimineel gedrag, geweld, vandalisme en misbruik van alcohol en drugs, zowel thuis als in de openbare ruimte en in werk, school en vrije tijd. In gezinnen, waar het fout gaat, ontstaan problemen waar de samenleving vroeg of laat mee te maken krijgt. Niet voor niets worden daarom in het hele land lokale Centra voor Jeugd en Gezin opgezet, ook in Hoogeveen. Hiermee komt meteen een belangrijke doelgroep van ons veiligheidsbeleid in beeld: kinderen, jeugd en jongeren, inclusief hun gezinnen, waar sociale ontsporing leidt tot problemen in en buiten het gezin. De Centra voor Jeugd en Gezin hebben een preventieve taak, die wordt ingevuld op basis van de vijf functies van jeugdbeleid, waarvoor de gemeente 11
verantwoordelijk is. Juist zaken als vroegtijdige signalering, preventief onderzoek, coördinatie van zorg, doorverwijzing en pedagogische hulp zijn hierbij belangrijk. Johan Cruijff: ‘Soms moet er iets gebeuren voordat er iets gebeurd.’ Via ketenaanpak worden gezinnen met veelplegers en recidivisten in kaart gebracht, De gemeente werkt hierbij nauw samen met andere veiligheidspartners. In Hoogeveen zijn er tal van initiatieven en projecten, die zijn gericht op het voorkomen van problemen en bieden van hulp, waar de persoonlijke of gezinssituatie om vraagt: -
Activiteiten voor vroegsignalering; Activiteiten voor vroeg- en voorschoolse educatie; Activiteiten, die zijn gericht op het begeleiden van kinderen en de gezinnen, waarin ze wonen.
Daarnaast zijn er regelmatig repressieve activiteiten, bijvoorbeeld interventies bij uitgaansgeweld, illegale wietplantages en huiselijk geweld, of huisuitzettingen. Bewoners kunnen zich alleen maar écht veilig voelen in een meedoensamenleving. Meedoen betekent achterstandsituaties opheffen op het gebied van taal, armoe en schooluitval. Ook achterstand op het gebied van gezondheid is van invloed op de weerbaarheid en het vermogen om mee te doen in de samenleving. Meedoen betekent ook kansarme kinderen perspectieven aanreiken, en jongeren startkwalificaties laten halen voor een betere garantie op een werkzaam leven. Binnen de gezinnen moet een stevige basis worden gelegd, voordat de kinderen naar school gaan. Zo worden de weerbaarheid en de veerkracht van de mensen versterkt. Mensen zijn zelf verantwoordelijk voor hun leven. In het kader van deze visie zijn ze ook in eerste plaats zelf verantwoordelijk voor hun veiligheid. Zonder vrijblijvendheid overigens: iedereen die kán meedoen om die veiligheid te verbeteren, móet ook meedoen. Actieve bewoners, meer zelfredzaamheid, een grotere binding met de buurt en meer verantwoordelijkheid voor de eigen woonomgeving leiden tot een grotere sociale cohesie én tot minder ongewenst gedrag. Dat gebeurt als bewoners ongewenst gedrag signaleren en elkaar aanspreken. Komen zij er op eigen kracht en onderling niet uit, dan weten zij zich verzekerd van de overheid in de vorm van politie en andere professionele veiligheidspartners. We investeren in preventie, in leefbaarheid, voorzieningen, participatie en veiligheid. Preventief investeren aan de voorkant scheelt aan de achterkant hoge reparatiekosten. Of het nu gaat om sociale of fysieke veiligheid, veiligheid in en om huis is vooral een zaak van de mensen zelf. De gemeente en andere partners in de veiligheidsketen kunnen daarbij helpen en als het moet, zullen ze interveniëren. Veiligheid is van ons allemaal! Johan Cruijff: ‘Vaak heb iets in het leven waarschijnlijk een noodzaak.’
12
BUITEN VEILIG Veel gevoelens van onveiligheid worden veroorzaakt door verstoringen in de openbare ruimte. De meeste mensen zijn redelijk in staat hun veiligheid thuis zelf te regelen. Maar buitenshuis kan dit anders liggen. Daar begint het al bij buren, die overlast veroorzaken. In hun thuissituatie hebben mensen een redelijke controle over wat er gebeurt. Die verliezen ze zodra ze ‘buiten’ zijn. In het openbaar gebied doen zich verschillende soorten onveiligheid voor. Op fysiek gebied zorgt een onduidelijke inrichting van de openbare ruimte er soms voor dat mensen zich niet veilig voelen. Denk maar eens aan de wirwar aan hofjes, pleintjes en woonerven. Of aan het verkeer, dat zorgt voor fysieke onveiligheid. Vooral jongeren (brommers en beginnende automobilisten) en ouderen zijn risicogroepen. Is een dreigend verkeersongeval al een factor van onveiligheid, een ramp hakt er nog steviger in. Ook lawaai en hondenpoep zijn bronnen van ergernis. Johan Cruijff: ‘Je gaat het pas zien als je het door hebt.’ Nog bedreigender wordt het als we de agressie in onze samenleving zien toenemen en moeten constateren dat de omgangsvormen verruwen. Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau bleek onlangs dat Nederlanders een grote angst voor agressief gedrag in de openbare ruimte hebben en dat zij respect missen. We komen hiermee al in het domein van de sociale veiligheid. Uit het onderzoek bleek ook dat mensen liever een eindje omlopen als ze een groep hangjongeren zien. Daar begint het mee: mensen voelen zich (subjectief) onveilig terwijl er objectief niets aan de hand is. Ook vervuilde buurten kunnen gevoelens van onveiligheid veroorzaken, net als diefstallen van fietsen en vernielingen aan auto’s in het openbaar gebied. Echt onveilig wordt het als we worden geconfronteerd met vandalisme en geweld, of dit nu is bij de sporthal in de buurt of in het uitgaansgebied in het centrum van Hoogeveen. Vaak gaan vandalisme en geweld samen met misbruik van alcohol en drugs. Vooral in het uitgaansgebied neemt dit soort onveiligheid de laatste jaren toe. Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau bleek onlangs dat Nederlanders een grote angst voor agressief gedrag in de openbare ruimte hebben en dat zij respect missen. In de openbare ruimte kunnen onveilige situaties ontstaan, als bewoners het als een ‘niemandsland’ beschouwen en zich er niet verantwoordelijk voor voelen. Voor de gemeente en andere veiligheidspartners is het een onmogelijke opgave om de veiligheid te garanderen, zolang bewoners deze opvatting niet verlaten: het lijkt soms wel dweilen met de kraan open. Toch vinden op het gebied van veiligheid veel investeringen plaats. Om te beginnen op het gebied van ruimtelijke ordening en verkeer, bijvoorbeeld bij de (her)inrichting van plannen, verkeerstechnische maatregelen, jongerenontmoetingsplaatsen, de verlichting van stegen, achterpaden en het uitgaanscentrum, en cameratoezicht. Daarnaast bij brandweer en rampenbestrijding, en toezicht en handhaving bij de openbare orde. Het gaat hier om preventieve én curatieve maatregelen. Vandalisme en geweld gaan vaak samen met misbruik van alcohol en drugs. Vooral in het uitgaansgebied neemt dit soort onveiligheid de laatste jaren toe.
13
Op het gebied van de sociale veiligheid zijn de pijlen vooral gericht op het vergroten van het veiligheidsbewustzijn van de bewoners. Zo wordt bevorderd dat bewoners een grotere binding krijgen met de lokale samenleving, waardoor meer verantwoordelijkheid en minder ongewenst gedrag ontstaat. Voorts zijn er projecten op het gebied van buurtbemiddeling, voorlichting op scholen, participatie in buurten, wijken en dorpen en wijk- en dorpsgericht werken (De Smederijen). Ook zijn er de Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan en de jongerenopvangteams. Doordat bewoners een grotere binding krijgen met de lokale samenleving, ontstaat meer verantwoordelijkheid en minder ongewenst gedrag. Omdat de openbare ruimte het domein is van ons allemaal, komt het erop aan om alle betrokkenen, vooral ook de bewoners, in een hechte samenwerking te laten zorgen voor een maximale veiligheid. De veiligheidsketen kan en moet zich hier bewijzen, met steeds meer aandacht voor preventie. Johan Cruijff: ‘Simpel is het moeilijkst.’
14
VEILIG TUSSEN BUITEN EN BINNEN Naast veiligheid thuis en een veilige openbare ruimte is er nog een derde veld waar veiligheid zich voordoet, en dat zijn de ruimten buitenshuis die niet openbaar zijn. Bijvoorbeeld het werk, de school, of de vrijetijdslocatie zoals een theater of een sportveld. Voor de veiligheid op het werk, of dit nu een productie- of een dienstverlenend bedrijf is of een winkel, is in eerste instantie de directie verantwoordelijk. Die moet erop toezien dat medewerkers en klanten veilig kunnen werken, respectievelijk winkelen. Voor de school en de vrijetijdslocatie geldt hetzelfde: medewerkers en klanten, waaronder scholieren, moeten veilig hun gang kunnen gaan in de weet dat het management alles doet om hen die veiligheid te garanderen. En zo geldt bijvoorbeeld voor een kinderdagverblijf dat de hygiëneregels in acht moeten worden genomen. Voor de veiligheid op het werk, of dit nu een productie- of een dienstverlenend bedrijf is of een winkel, is in eerste instantie de directie verantwoordelijk. In het domein ‘Tussen buiten en binnen’ gaat het vooral om fysieke veiligheid. De directeur of manager is verantwoordelijk en moet kritisch de veiligheidsrisico’s in zijn bedrijf bekijken en zorgen voor adequate maatregelen. Hierbij heeft hij te maken met tal van wetten, vergunningen, voorschriften en regels, waaronder de Arbowet, waarin de basisprincipes op het gebied van veiligheid zijn opgenomen. Zo moet een organisatie beschikken over een risico-inventarisatie en -evaluatie. Belangrijk is ook dat hij beschikt over een veiligheidsmanagementsysteem in wat voor vorm dan ook. Hiermee kan hij de veiligheid beheersen, borgen en verbeteren op basis van veranderende wet- en regelgeving, aanvullende eisen vanuit de branche en eigen inen aanvullingen. Zo’n systeem bevat preventieve naast curatieve maatregelen en besteedt de nodige aandacht aan communicatie met personeel en klanten. De gemeente heeft een belangrijke taak op het gebied van regelgeving en toezicht op naleving daarvan. Daarnaast stimuleert zij dat directeuren en managers hun verantwoordelijkheid nemen voor de veiligheid in hun bedrijf. In het domein ‘Tussen buiten en binnen’ is ook de sociale veiligheid aan de orde. Winkeldiefstallen, overvallen, vandalisme en geweld doet zich ook voor op scholen, werkomgevingen en vrijetijdslocaties. Met als gevolg een gevoel van onveiligheid voor personeel en klanten. Winkeldiefstallen, overvallen, vandalisme en geweld doet zich ook voor op scholen, werkomgevingen en vrijetijdslocaties. We zijn alert op bewegingen en tendensen in de lokale gemeenschap, dat de onderwereld de bovenwereld benadert en daarin infiltreert. Hierbij sluiten we aan bij landelijke initiatieven. Net als bij ‘Binnen’ en ‘Buiten’ vinden ook in het domein “Tussen buiten en binnen’ investeringen plaats in de vorm van maatregelen en projecten. Voor een groot deel zijn deze dezelfde als die voor de beide andere domeinen, bijvoorbeeld op het gebied van brandweer en rampenbestrijding, openbare orde en veiligheid, en sociale veiligheid. Handhaving neemt een bijzondere plaats in. De gemeente zet zich in voor minder soorten gemeentelijke controle en handhaving en probeert bovendien de controles beter op elkaar af te stemmen. Het type controle en de controlefrequentie gebeurt steeds meer op basis van een risicoanalyse: hoe meer gevaar, hoe vaker 15
controle. Handhaving vindt vooral plaats naar de geest van de wet, naast uiteraard de letter. Johan Cruijff: ‘Als je ergens niet bent, ben je óf te vroeg, óf te laat.’ Naast verschillende projecten in buurten en op scholen is er voor het domein ‘Tussen buiten en binnen’ het convenant Veilig Uitgaan, waarmee horecaondernemers zich verplichten om op een bepaalde manier om te gaan met misbruik van alcohol en drugs. Net als bij ‘Binnen’ en ‘Buiten’ zijn ook in het domein “Tussen buiten en binnen’ de meeste activiteiten en projecten nog gericht op crisismanagement, ofwel het bestrijden van verstoringen. Gelukkig komt er steeds meer aandacht voor risicomanagement, ofwel het nadenken over de oorzaken en het voorkomen van ontsporingen.
16
VISIE OP EEN VEILIG HOOGEVEEN Samen er iets van maken in een veilig Hoogeveen. Dat kan als persoonlijke verantwoordelijkheid en collectieve verbondenheid in goede balans zijn. Respect voor elkaar en mensen, die op achterstand staan, een kans geven. Ziehier twee belangrijke basisvoorwaarden. In een veilig Hoogeveen bezorgen mensen elkaar geen overlast, vallen niet terug op geweld, stelen niet en vernielen ook niet. Vrijheid zonder angst is onmogelijk zonder respect. Wie vrijheid en veiligheid wil realiseren, moet respect kunnen geven. Mensen met verantwoordelijkheidsgevoel kunnen dit, mede omdat zij zich houden aan elementaire regels voor omgaan met elkaar. Respect voor elkaar. Mensen die op achterstand staan een kans geven. De Hoogeveense veiligheidsvisie is gebaseerd op het Rijnlandse samenlevingsmodel, een hybride vorm tussen het Angelsaksische en het Noordse model. Het Angelsaksische model kenmerkt zich door een hoge mate van technocratisch bestuur door een overheid, die op grote afstand staat: we spreken dan ook over een ‘nachtwakerstaat’. De Verenigde Staten en Engeland zijn typisch Angelsaksische samenlevingen. In het Noordse model, dat we in Scandinavië zien, is het duurzaamheid wat de klok slaat. De overheid speelt een grote rol in het publieke domein en er wordt relatief veel centraal gereguleerd. In ons land zien we een terugtrekkende overheid. Maar dat is niet hetzelfde als een overheid die zijn handen van de zaken aftrekt. Bewoners verwachten in ons land dingen van de overheid, zeker op het gebied van veiligheid, die dan ook als een gedeelde verantwoordelijkheid van de overheid en de bewoners mag worden beschouwd. Een overheid die de bewoners ziet als een partner in veiligheid en die ze hierbij faciliteert en ondersteunt, en als het nodig is ook daadkrachtig intervenieert: ziehier de veiligheid in het hybride samenlevingsmodel dat we in ons land kennen. Veiligheid is van ons allemaal. Veiligheid is van ons allemaal. Dat komt tot uitdrukking in vier verbindende thema’s. Op de eerste plaats het statement dat mensen in staat moeten zijn om mee te doen op het werk, in de buurt en op school. Daarnaast via de constatering dat veel kinderen en jongeren te kampen hebben met achterstanden, vaak door problemen thuis, en zo hun talenten niet kunnen ontwikkelen. Vervolgens door het besef dat aantrekkelijke dorpen en wijken zorgen voor sociale binding en mensen kansen bieden om hun leefomgeving veilig te houden. En ten slotte door de conclusie dat een schoon, heel en veilig Hoogeveen onder handbereik is als alle partners in de veiligheidsketen eendrachtig optrekken. Een veilig Hoogeveen is van ons allemaal. Net zoals we in de Sociale Structuurvisie hebben uitgesproken, dat we in Hoogeveen geen sociale achterstand wensen, spreken we in deze visie op veiligheid uit dat we geen ongewenst gedrag willen. Veiligheid is in eerste instantie een zaak van bewoners met een maximaal veiligheidsbewustzijn. Zij signaleren en spreken elkaar aan. Als sluitstuk is er de overheid, die handhavend optreedt. Die focust zich hierbij op de algemene
17
veiligheid, die mensen direct raakt. Situaties dus, waarbij sprake is van overlast en gevaar voor anderen. Wij zoeken richting in onze verschillende programmaplannen via de volgende zes sporen: 1. Van crisis- naar risicomanagement; 2. Sociale én fysieke veiligheid; 3. Jeugd en jongeren eerst; 4. Achter de voordeur; 5. Samen in de wijk en het dorp; 6. Informatiegestuurde organisatie. Johan Cruijff: ’Ik ben overal tegen. Tot ik een besluit neem, dan ben ik er voor.’ 1. Van crisis- naar risicomanagement Voorkomen is beter dan genezen. Dat geldt ook voor veiligheid. Aldoor maar de gevolgen van verstoring wegwerken kost veel tijd en geld. Preventieve maatregelen aan de voorkant van de veiligheidsketen kunnen veel ellende aan de achterkant voorkomen. De beleidslijn wordt dus: meer geld uitgeven aan de voorkant en minder aan de achterkant. Investeren in bouwen in plaats van puinruimen. Met de nieuwe bevoegdheden van de burgemeester om te interveniëren in situaties waar onveiligheid dreigt, ontstaat een nieuw preventief middel. Het resultaat? Meer veiligheid voor hetzelfde geld. Nu is veiligheid nooit voor de volle honderd procent te regelen; we moeten leren omgaan met risico’s. Maar we kunnen risico’s wél verminderen. Daarbij is het belangrijk om de hele veiligheidsketen voor ogen te houden en de verschillende onderdelen niet los van elkaar te zien. Zo werkt straf bijvoorbeeld ook preventief en zijn mensen ontvankelijk voor preventie bij zware repressie. Het gaat dus altijd om de inzet van preventie aan de voorkant en handhaving op het eind. Risicomanagement krijgt voeding vanuit informatie en signalering. Hiermee komen risicogroepen in beeld. Een valkuil hierbij is wél, dat bij een succesvol veiligheidsbeleid de aandacht verslapt. Als er veel minder onveiligheid voorkomt, kan de verleidelijke gedachte zijn: het gaat goed zo, we kunnen de investeringen in (preventieve) veiligheid wel wat terugschroeven. Risicomanagement krijgt voeding vanuit informatie en signalering. Hiermee komen risicogroepen in beeld. 2. Sociale én fysieke veiligheid We spreken over sociale en fysieke veiligheid. Vaak gaan deze beide soorten veiligheid in elkaar over. Bij de omslag in denken van crisis- naar risicomanagement geldt altijd de vraag: wat is er aan de voorkant van de veiligheidsketen mogelijk om te voorkomen dat aan de achterkant hoge reparatiekosten moeten worden gemaakt? Wat is er denkbaar op het gebied van informatie en voorlichting om handhaving te verminderen? Op het gebied van fysieke veiligheid loont het om te investeren in veilig ontwerpen van ruimtelijke plannen, brand- en inbraakveiligheid in gebouwen, noem maar op. De sociale veiligheid in Hoogeveen wordt versterkt langs twee lijnen. Op de eerste plaats voorlichting, interventies en maatregelen, bijvoorbeeld over alcohol en drugs, overlast door lawaai of hondenpoep, en over huiselijk- en uitgaansgeweld. 18
Daarnaast het versterken van signaleren en elkaar aanspreken in gezin, familie, school, werk, straat, vereniging, kerk en etnische groep. Dat kan bijvoorbeeld door het aanstellen van informele toezichthouders (conciërges, huismeesters en stadswachten) en het ontwikkelen van programma’s die zijn gericht op het versterken van sociale verbindingen tussen mensen. Fysieke en sociale veiligheid kunnen elkaar versterken. Het gaat soms om een subtiele balans. Zo kan door het scheppen van fysieke condities, bijvoorbeeld de aanleg van een hondenuitlaatstrook of een jongerenontmoetingsplek, sociale onveiligheid worden voorkomen. Johan Cruijff: ‘Toeval is logisch.’ 3. Jeugd en jongeren eerst Voorop staat, dat het overgrote deel van de jeugd en jongeren in Hoogeveen zich veilig voelt, en noch voor zichzelf, noch voor hun omgeving problemen oplevert. Dit neemt niet weg, dat er een kleine groep jeugd en jongeren is, die wel een steuntje in de rug nodig heeft om problemen op het gebied van veiligheid te voorkomen of actuele problemen, zoals misbruik van alcohol en drugs, aan te pakken. Dit is één reden om deze groep jeugd en jongeren te bestempelen als belangrijke en bijzondere doelgroep. De tweede reden is dat verbetering van vooral de sociale veiligheid een kwestie is van decennia lang investeren. Gepest worden, niet weerbaar zijn, ondermijnt het zelfvertrouwen van een kind en gaat gepaard met een hoog risico op schooluitval. Beginnen bij die kinderen en hun gezinnen, betaalt zich op de lange termijn uit. De aandacht moet dus vooral zijn gericht op kinderen in moeilijke posities, die wonen in gezinnen met onvoldoende sociale stevigheid en structuur. Dit zijn belangrijke vindplaatsen, naast de school. Andere vindplaatsen zijn sportverenigingen, hangplekken en locaties, waar veel alcohol en drugs worden gebruikt, of dit nu is in de horeca, in de uitgaansgebieden of bij jongerenontmoetingsplaatsen. Nogmaals: we focussen op de jongeren in moeilijke situaties en bedoelen hier niet de jeugd in zijn algemeenheid. Voor jongeren in moeilijke situaties is er maatwerk; de ene groep jongeren is de andere niet! Voor deze doelgroep willen we van symptoombestrijding naar preventie. Dat begint met vroegtijdige signalering, onder meer via de vroeg- en voorschoolse educatie op de peuterspeelzaal, voorlichting, goede doorverwijzing en coördinatie van zorg voor ouders en kinderen. Hoogeveen heeft meerdere goedlopende zorgnetwerken. In de eerste plaats de Zorgkoepel. Hier is het onderwijs de melder, omdat scholen signaleren dat het niet goed gaat met een leerling. Daarnaast is er het jongerenopvangteam (JOT). Dit richt zich vooral op jongeren die worden verdacht van vernielingen, bedreigingen en vandalisme, en jongeren die dreigen af te glijden naar het criminele circuit. Via gecoördineerde inzet van politie, opbouwwerker, maatschappelijk werker, jongerenwerker en buurtbeheerder vinden direct interventies plaats. Via een shortlist worden raddraaiers en volgers in probleemgroepen gelokaliseerd. Zo is snelle en gerichte actie mogelijk. Ook het Centrum voor Jeugd en Gezin gaat hier een belangrijke rol spelen; een gezamenlijke, integrale aanpak staat ook hier voorop. Op het basis- en het voortgezet onderwijs vindt voorlichting plaats, waarbij ouders worden betrokken. De interventies moeten langdurig en duurzaam zijn om aan die groepen, waar de problematiek diepgeworteld is, constante aandacht te kunnen geven gedurende langere tijd. 19
Jongeren, die problemen dreigen te krijgen bij de overgang van het basis- naar het voortgezet onderwijs, worden opgespoord en krijgen ondersteuning, onder meer om ze weerbaar te maken. Ten slotte is er de overgang van school naar werk: hier is investeren in een goede aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt nodig om zo jongeren hun talenten maximaal te laten benutten. Overigens betekent het specifiek benoemen van (een groep) jongeren niet dat we ouderen en andere doelgroepen vergeten. 4. Achter de voordeur Veel problemen rond sociale onveiligheid hebben te maken met ingesleten patronen in opvoeding en gezin. Verandering is daarom een kwestie van lange adem, temeer omdat de problematiek vaak meervoudig en complex is. Huiselijk geweld heeft uiteraard de nodige aandacht. De gemeente participeert in het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld en er zijn afspraken over de ketensamenwerking Eerste Hulp Huiselijk Geweld met een hulpaanbod aan slachtoffer, dader en kinderen die getuige waren van het delict. Voor huiselijk geweld is er een verplichte meldcode en voor de opvang van slachtoffers is er het Veiligheidshuis Drenthe. De komende jaren zijn aanvullende maatregelen nodig. Als het naar het oordeel van de partners in de veiligheidsketen nodig is, vindt interventie plaats in gezinnen. Willen we de weerbarstige problematiek met succes te lijf gaan, moeten we ook buiten bestaande kaders durven handelen. De veiligheidspartners moeten op strategisch, tactisch en operationeel niveau hun nek durven uitsteken. Dat betekent: bestuurders, managers en medewerkers met lef, die het aandurven om de grenzen op te zoeken. Bij interventies betreedt de overheid het domein achter de voordeur. Een domein vol taboes, waar op eieren wordt gelopen. Maar wat moet, dat moet. En het kan ook, want de burgemeester krijgt nieuwe bevoegdheden om achter de voordeur te kijken, bijvoorbeeld in het kader van de Wet tijdelijk huisverbod. Als het nodig is, vindt interventie plaats in gezinnen. 5. Samen in de wijk en het dorp Hoe beter de partners in de veiligheidsketen samenwerken, hoe beter de condities voor een veilig Hoogeveen. Het uitgangspunt is: wat past bij de omgeving? Daarbij willen we aansluiten bij de vraag. Daarnaast nemen de veiligheidspartners ook zelf initiatief: er is sprake van een wisselwerking. Voor de veiligheidspartners betekent dit dat zij buiten hun eigen werkvelden moeten denken en pro-actief moeten werken. De inzet moet dus aansluiten bij wat er in de Hoogeveense wijken en dorpen leeft. Dit betekent dat de veiligheidspartners afspraken moeten maken: gemeente, politie, Openbaar Ministerie, brandweer, verslavingszorg, reclassering, horeca, GGZ, GGD, zorginstellingen, woningcorporaties, welzijnswerk, Veilig Verkeer Nederland, RBD, GHOR, scholen en buurtverenigingen. Op basis van een gedeelde publieke en private verantwoordelijkheid wordt zo veiligheid op wijk- en dorpsniveau gecreëerd: meedoen betekent verantwoordelijk zijn. Wijk- en dorpsgewijs werken garandeert dat de menselijke maat overeind blijft. Dat is belangrijk, want door de grootschaligheid raakt het individu verloren en nemen gevoelens van onzekerheid en onveiligheid toe. Juist de schaal in dorpen en wijken maakt het voor de veiligheidspartners mogelijk om de individuele zelfredzaamheid op veiligheidsgebied te vergroten, en de bewoners hierbij te faciliteren. De Sociale
20
Structuurvisie is belangrijk voor het welslagen van de veiligheidsopdracht, net als doorontwikkeling van De Smederijen. In de programmaplannen wordt ruimte gecreëerd voor investeringen in passende capaciteit voor zowel preventieve als handhavingsacties. 6. Informatiegestuurde organisatie Veiligheid is een zaak van alle partners in de veiligheidsketen. De veiligheidspartners beleven gedeelde veiligheidsdoelen. Veiligheidsbeleid kan daarom niet zonder stevige regie. Het ligt voor de hand dat de regie in handen ligt van de gemeente. De gemeente is de organisatie met een heel breed scala aan beleidsterreinen, die allemaal meer of minder aan het veiligheidsbeleid raken. Onder de veiligheidspartners zijn dan ook verschillende gemeentelijke afdelingen. De andere veiligheidspartners raken ook veel beleidsterreinen, maar belangrijke partners als het Openbaar Ministerie en de politie erkennen dat er bij uitstek één organisatie is waar de regie ligt: de gemeente. Op het gebied van veiligheid staan binnen de gemeente strategie en uitvoering dicht bij elkaar. De gemeente heeft als taak informatie verzamelen, problemen benoemen en regie voeren, dit om de informatiegestuurde organisatie te bewerkstellingen. Samenwerken impliceert de bereidheid om informatie uit te wisselen. De veiligheidspartners zijn de bronnen van de informatie aan de hand waarvan de beeldvorming en de probleemstelling duidelijk wordt. De verschillende informatiebronnen van de verschillende veiligheidspartners reiken waardevolle gegevens aan. De partners stemmen af bij het opzetten van enquêtering, onderzoek of monitoring. Door alle informatie aan elkaar te koppelen, leveren de analyses interessante resultaten op. Daarnaast is er de dagelijkse samenwerking, waaruit onder meer hotspots naar voren komen, waarop actie kan worden geformuleerd. In deze informatiegestuurde organisatie moeten partners op verschillende niveaus (zowel binnen als tussen organisaties) elkaar ontmoeten en samenwerken. Dit kan zijn beslag krijgen in de vorm van een Veiligheidsnetwerk. Sommige partners in dit netwerk zijn bovenlokaal georganiseerd, bijvoorbeeld de politie, de brandweer, de GGD, het Openbaar Ministerie en de woningcorporaties. Dit kan een waardevolle input leveren binnen het Veiligheidsnetwerk. Om te voorkomen dat er met netwerkvorming en samenwerking opnieuw extra overleg ontstaat, moet worden geprobeerd om bestaande overlegvormen te vervlechten. Het zoeken is naar een efficiënte overlegstructuur. De regierol komt hierbij logischerwijs bij de gemeente te liggen, die dan ook trekker is van het Veiligheidsnetwerk. Zij is de spin in het web en verzamelt informatie, analyseert, adviseert (gevraagd én ongevraagd), bewaakt en faciliteert. De beslissingen worden echter genomen door de partners, of dit nu op districtsniveau is of lokaal. Aldus vormt zich een informatiegestuurde wijze van werken, die gebruik maakt van de statistische informatie die wordt gegenereerd aan de achterkant van de veiligheidketen (tellen), en de verhalen en ervaringen uit de dagelijkse praktijk van bewoners aan de voorkant (vertellen). Door de input, die ontstaat uit de analyse van het tellen en vertellen, is het mogelijk om maatwerk te leveren. Informatie aan achterkant van de veiligheidketen (tellen), en de verhalen en ervaringen uit de dagelijkse praktijk van bewoners aan de voorkant (vertellen).
21
OPGAVE VOOR EEN VEILIG HOOGEVEEN Deze visie geldt voor de periode 2009-2019 en reikt hiermee tot bijna het derde decennium van deze eeuw. De denklijnen moeten uiteindelijk stollen in concrete plannen en activiteiten van de verschillende veiligheidspartners, voor de gemeente in de programma’s. Geen woorden, maar daden! Dit hoofdstuk dient als brug tussen de visie en de programma’s: het maakt een enting op wat er in Hoogeveen al gebeurt in het kader van het Programma Veilig en andere programma’s, en formuleert aanvullende opgaven. Programma Veilig Het Programma Veilig staat voor een veilige leefomgeving voor de burgers van de gemeente Hoogeveen. De opgave van het programma gaat over maatregelen, die de gemeente en de veiligheidspartners willen nemen om de (gevoelens van) onveiligheid tegen te gaan, én over de eigen rol en verantwoordelijkheid van bewoners en ondernemers, de zelfredzaamheid dus. In het Programma Veilig is al een omslag te zien van repressief naar preventief handelen. Het programma heeft als doel ‘Iedereen in de gemeente Hoogeveen kan zich in 2010 veilig voelen, zowel in objectieve als in subjectieve zin’. Om dit doel te halen, zijn vier taakvelden geformuleerd: Brandweer en rampenbestrijding, met als aandachtspunten: -
het brandveiligheidsbewustzijn van brandweerpersoneel en burgers versterken; het gebruik van rookmelders stimuleren; kennis en kunde verbeteren door opleiding en oefening van het brandweerpersoneel; de Veiligheidsregio (inclusief één Zuidwest-Drentse brandweer) implementeren binnen de gemeente.
Openbare orde en veiligheid, met als aandachtspunten: -
de veiligheid van het publieke domein vergroten door inrichtingsmaatregelen, bijvoorbeeld jongerenontmoetingsplekken, verkeerstechnische maatregelen en verlichting van stegen en het uitgaanscentrum; de binding met de maatschappij versterken, bijvoorbeeld buurtbemiddeling, voorlichting op scholen en participatie bij buurt- en wijkgericht werken; toezicht en handhaving gericht inzetten. op actieve en creatieve wijze interveniëren als er problematische of onveilige situaties dreigen te ontstaan, bijvoorbeeld door gebruik te maken van de nieuwe bevoegdheid van de burgemeester.
Handhaving, met als aandachtspunten: -
minder soorten en beter op elkaar afgestemde controles en handhaving, bijvoorbeeld het inzetten van generalistische controleurs; controles afstemmen op een risicoanalyse.
22
Sociale veiligheid, met als aandachtspunten: -
het veiligheidsbewustzijn van de burgers vergroten, bijvoorbeeld door het aanpakken van problematisch woongedrag; beleid en maatregelen samen met partners ontwikkelen.
Opgave voor een veilig Hoogeveen Met de visie op veiligheid wil de gemeente Hoogeveen een nieuwe impuls geven aan een fundamentele verbetering van de fysieke en de sociale veiligheid. We nemen stelling, kiezen richting. Hierbij willen we het wiel nadrukkelijk niet opnieuw uitvinden. Daarom borduren we, als het maar even kan, voort op lopende activiteiten en projecten. Hieronder staan een aantal opgaven voor de komende jaren die nader vorm moeten krijgen in het Programma Veilig en de andere programma’s. Omdat veiligheid (bijna) alle aspecten van het leven betreft, speelt zij een rol in alle programma’s. Dit willen we concreet handen en voeten geven in de vorm van een VeiligheidsPreventieToets. Deze VPT is een toets die we op al onze inspanningen willen doen, waarbij de vraag is: wat kunnen we doen om de veiligheid te waarborgen? Uiteraard is de aandacht primair gericht op preventie. De opgaven zijn: • Implementatie VPT In de Hoogeveense programma’s wordt de VPT geïmplementeerd. Dit betekent dat we bij steeds meer activiteiten en projecten moeten stilstaan bij de vraag: is de veiligheid gewaarborgd en welke maatregelen kunnen we nemen, in het bijzonder op het preventieve vlak? Het betekent ook dat binnen de budgetten verschuivingen plaatsvinden van curatief naar preventief. Via monitoring worden de effecten en resultaten gevolgd. De accentverschuiving van curatief naar preventief heeft consequenties voor in het bijzonder het onderwijs-, jeugd- en gezondheidsbeleid van de gemeente Hoogeveen. • Focus op risicogroepen Door consequent prioritaire aandacht te besteden aan risicogroepen rendeert de veiligheidseuro optimaal. Dit kan bijvoorbeeld door het opzetten van een signalerings- en monitorsysteem voor risicogroepen en het blootleggen van de vindplaatsen. Voor jongeren in moeilijke situaties is er maatwerk; de ene groep jongeren is de andere niet! • Preventieve aanpak alcohol en drugs Om de weerbarstige problematiek op het gebied van alcohol en drugs aan te pakken, wordt een multidisciplinaire interventie opgezet met een ketengewijze integrale benadering. Het accent ligt op informatie en voorlichting, beleid, vroegtijdige signalering en hulpverlening, en onorthodoxe maatregelen worden niet geschuwd. • Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin richt zich op een integrale aanpak van de vraagstukken op het gebied van jeugd en gezin. Door samen te werken met verschillende partners, levert het Centrum voor Jeugd en Gezin een belangrijke bijdrage aan het bevorderen van de veiligheid.
23
• Aanpak huiselijk geweld In de aanpak van huiselijk geweld werken politie, justitie en hulpverlening samen onder regie van het Meldpunt Huiselijk Geweld; dit in opdracht van de gemeente. Waar huiselijk geweld of kindermishandeling dreigt plaats te vinden, kan de burgemeester personen, van wie de dreiging uitgaat, een tijdelijk huisverbod opleggen. Aansluitend aan het huisverbod start een intensief hulpaanbod aan het gezin. Nieuw in de aanpak is het centraal stellen van het kind. • Informele toezichthouders Op verschillende ‘veiligheids hot spots’ in de domeinen ‘Buiten’ en ‘Tussen buiten en binnen’ kunnen informele toezichthouders (waaronder de zelfredzame bewoners) ervoor zorgen dat de gebieden niet anoniem zijn en zo minder uitnodigen tot ongewenst gedrag. Samen met de gebruikers wordt zo gewerkt aan een grotere veiligheid. Zichtbare aanwezigheid werkt preventief. • De Smederijen De Smederijen richten zich op het bevorderen van de sociale cohesie, participatie en zelfwerkzaamheid. Hiermee zijn zij een belangrijke partner om op wijk- en dorpsniveau de fysieke en de sociale veiligheid vorm en inhoud te geven. • Veiligheidsnetwerk Met het doorontwikkelen van een Veiligheidsnetwerk geeft de gemeente aan dat een veilig Hoogeveen haar menens is. Zij ondersteunt het initiatief van het Openbaar Ministerie voor het opzetten van een Veiligheidshuis en wil dit zelfs verder verbreden. Hiertoe neemt zij de regie op zich, onder meer om zo te komen tot een constante en complete stroom van informatie vanuit zowel de veiligheidspartners (tellen) als de wijken en dorpen (vertellen), naast uiteraard het analyseren en acteren. Het veiligheidsnetwerk opereert proactief. Belangrijk hierbij is informatie en voorlichting, waaronder risicocommunicatie.
Tot slot: veiligheid is niet iets dat vanzelf ontstaat. Niet iets dat de bewoners aan de overheid kunnen uitbesteden. Ook niet iets dat de overheid op het bordje van de bewoners kunnen leggen. Veiligheid is een kwestie van samen doen. Een veilig Hoogeveen is van ons allemaal!
Colofon Uitgave: Gemeente Hoogeveen Tekst: Comm’Art, Assen Uitspraken Johan Cruijff: Haarlems dagblad (bron); copyright 2008 steemers.nl Hoogeveen, januari 2009
24