PACTNIEUWS een uitgave van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg
Eén van de peetvaders van het VWL:Tof Thissen I
n de acht jaar dat Tof Thissen wethouder was in Roermond stond hij mee aan de
wieg van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg (VWL). Nu hij zijn rol als wetgever heeft verruild voor het voorzitterschap van DIVOSA, kijkt hij trots terug op wat er is bereikt.
“Wat mij zeer aanspreekt in het VWL is de bijna spontane manier waarop het is ontstaan omwille van de arbeidsmarkt in Limburg. Het Vertrouwenspact vult het gat dat ontstond door de opheffing van het Regionaal Bestuur Arbeidsvoorziening, dat in Limburg in tegenstelling tot elders in het land uitstekend functioneerde. In het Limburgse RBA hebben werkgevers, werknemers, gemeenten en het bedrijf Arbeidsvoorziening begrip voor elkaars positie gekregen. De chemie tussen de partners was goed en men kon tot zaken komen. Dat was een goede basis voor het VWL.” Inmiddels heeft het VWL een eigen structuur die volgens Thissen bijna organisch ontstond. Het toeval wil dat die structuur volledig aansluit bij wat vanuit Europa wordt voorgesteld. Chemie
“Maar”, aldus Tof Thissen,“je kunt structuren bedenken zoveel je wil, uiteindelijk gaat het om de relatie tussen de mensen. Ik ontken overigens niet het belang van een structuur. Het is maar goed dat die er is, nu er voortdurend wisselingen zijn en de mensen van het eerste uur bijna allemaal weg zijn.” Vooruitlopend op de veranderingen van dit jaar, nam Thissen afgelopen najaar het initiatief om een overdrachtsdocument op te stellen waarin de kernpunten van het Vertrouwenspact worden gekarakteriseerd. Het VWL is hem duidelijk dierbaar:“Ik hoop dat ook in de toekomst mensen uit allerlei geledingen willen aanschuiven aan die tafel. Omdat daar dingen gebeuren die van belang zijn voor het werk van gemeentelijke overheden, van sociale partners, de provincie, scholingsinstituten, enzovoort.”
lees verder op pagina 2 Pactnieuws Uitgave juni 2002 jaargang 5 nummer 13
•
1
PACTNIEUWS PACT •
vervolg:“Tof Thissen: Peetvader van het VWL …”
Brede blik
“Aandacht voor het VWL is niet iets wat direct voor de hand ligt.Wethouders moeten met name verantwoording afleggen voor wat ze doen voor het hier en nu in hun stad en hebben het dus moeilijk met het VWL dat de brede provinciale en regionale blik vaak richt op de toekomst.Toch zijn er wel degelijk raakvlakken: het VWL komt met ideeën voor projecten en uitwerkingen in de regio. Daardoor worden problemen aangepakt, soms nog voor ze daadwerkelijk ontstaan.Als overheid moet je daar dus in participeren vanuit je verantwoordelijkheid voor de samenleving in je stad of regio. Die blik zouden wethouders moeten behouden.” VWL en regio
Thissen gaat nog wat dieper in op de positie van het VWL:“De basis van het VWL ligt in de regio’s rondom de centrumgemeenten Venlo,Venray,Weert, Roermond, Sittard-Geleen, Heerlen-Parkstad en Maastricht. Daar moeten de projecten ontwikkeld worden, want daar is de arbeidsmarkt te overzien. Er is in Limburg niet één arbeidsmarkt, er zijn grote regionale verschillen.Wat de partners in het VWL bindt, is de gedeelde ambitie om oplossingsrichtingen voor problemen te vinden. Daardoor kunnen ze afspraken maken die ten goede komen aan alle regio’s. Bijvoorbeeld afspraken om te zorgen dat er een breed spectrum aan professionals beschikbaar is op momenten dat de arbeidsmarkt hen nodig heeft en afspraken in het kader van Europese subsidies en Europees steunbeleid, met de Nederlandse overheid of over de O&O-fondsen. De behoefte aan dat soort afspraken wordt regionaal gevoed, maar op provinciaal niveau uitgewerkt. Gezamenlijk zijn de partijen breed georiënteerd en sterk, zodat ze bijvoorbeeld een arbeidsmarktmonitor als RAIL in stand kunnen houden of een lobby richting Brussel of Den Haag kunnen organiseren.”
De mens is de belangrijkste factor
“Dat zie je over de hele linie: de partners komen bij elkaar en kunnen voor oplossingen mede profiteren van datgene wat anderen aan netwerk meebrengen. Bovendien kunnen ze elkaar wijzen op risico’s van de oplossingen die op een specifieke situatie zijn toegespitst en samen een strategie ontwikkelen voor de middellange en lange termijn. In het VWL kun je even afstand nemen van wat zich in de werkelijkheid van alledag voltrekt om daar lessen uit te trekken voor de agenda van de komende jaren.” Daar moeten de partners volgens Tof Thissen in blijven investeren.“Want de problemen van de één, kunnen morgen die van de ander zijn. Begrip voor elkaars positie en concentratiegebied is belangrijk om samen vooruit te komen. De werkgever moet ruimte bieden aan kwetsbare mensen, gemeenten moeten voor het aanbod verder kijken dan alleen de eigen bestanden en commerciële bedrijven moeten beseffen wat zij doen als zij te veel personeel naar zich toe trekken dat ook in de publieke sector nodig is.”
D
e techniek is een sector die maar moeilijk aan personeel kan komen. Meldon Plastics kunststoftechniek, een bedrijf met 90 medewerkers
in het Noordlimburgse Bergen, bewandelt dan ook allerlei wegen om goed opgeleide en ambitieuze mensen te vinden die passen in een zich vernieuwend bedrijf.
Directeur Marco Zeekaf legt uit wat Meldon Plastics doet:“Wij maken op klantspecificatie profielen van kunststof, bijvoorbeeld voor een douchedeur.We doorlopen daarbij een heel proces.Allereerst wordt de vraag van de klant vertaald in een ontwerp met de selectie van de bijpassende kunststof. Dan maken we in eigen huis de matrijs en stellen de receptuur voor de kunststof samen.We mengen en granuleren hier zelf. Pas dan kan het extrusieproces op één van de 44 productlijnen starten.”
Lobby
Eigentijds
In elk geval neemt Thissen heel wat ervaringen mee naar zijn nieuwe werkgever DIVOSA:“Uitvoering op lokaal niveau is essentieel. Daar ligt de autonomie, kunnen mensen elkaar snel vinden en schakelen tussen aanbod en vraag. Op lokaal niveau bestaat ook duidelijkheid over de situatie en is veel kennis en ervaring aanwezig.Tegelijkertijd is een hogere structuur nodig die de agenda op lokaal niveau meeneemt naar de vergadertafels op landelijk en Europees niveau. Dan kan de ervaring op lokaal niveau worden meegenomen in de beleidsontwikkeling. Ik hoop ook dat het landelijke CWI dat beseft en de managers in staat stelt om oog te houden voor de ‘couleur locale’. Dat geldt ook voor het UWV, dat in Limburg speciaal oog zou moeten hebben voor de sociale werkvoorzieningschappen. Het zijn allemaal zaken die raakvlakken hebben met andere partners op de arbeidsmarkt en daardoor komen ze allemaal bij elkaar in het VWL.”
Bij extrusie wordt warme kunststof onder hoge druk door een matrijs geperst, waardoor een vorm ontstaat.“Het is een vak apart”, aldus Marco Zeekaf die uitlegt hoe Meldon Plastics de juiste mensen daarvoor in huis haalt:“We hebben uiteraard contacten met de Regionale Opleidingencentra en verder gebruiken we de normale wegen om mensen te werven: advertenties, het netwerk enzovoort. Een MBO’er of HBO’er die bij ons wil werken, moet bij ons passen.We hebben hier namelijk een bijzondere, zeer eigentijdse manier van werken die we nadrukkelijk ondersteunen met ons personeelsbeleid.Vanuit de ontwikkelingsgroep vormen we voor elk project een team dat verantwoordelijk is voor de productontwikkeling, de procesontwikkeling en het maken van de matrijs voor een profiel.”
VWL gewaardeerd!
2
Meldon Plastics:
Veel te halen
Onlangs werd een evaluatie uitgevoerd van de 89 werkgelegenheidspacten in Europa. 30 pacten zijn geselecteerd vanwege de door hun gepresenteerde best practices. Deze 30 pacten en hun activiteiten, zullen nader onderzocht worden. Limburg heeft van de Europese Commissie te horen gekregen tot de 30 geselecteerde pacten te behoren.Ambtenaren van de Commissie zullen binnenkort de Limburgse projecten persoonlijk in ogenschouw komen nemen.
Colofon Pactnieuws geeft vier keer per jaar informatie over oplossingen voor problemen op de Limburgse arbeidsmarkt. De informatie is afkomstig van de partners van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg. Voor meer informatie of suggesties voor projecten die aansluiten bij de doelstellingen van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg, kunt u contact opnemen met: Dhr. R. Bosma, Provincie Limburg, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht. tel. 043 389 74 94 fax 043 389 71 07 e-mail
[email protected] www.vertrouwenspact.nl Tekst: karin dormans bureau voor tekst en communicatie, Geleen Oplage: 1.500 Ontwerp: Mediaan Communicatie Projecten bv, Heerlen Fotografie: Bert Janssen, Maastricht Druk: Drukkerij Huntjens, Stein
Ambitie
De zestien medewerkers hebben gezamenlijk zo’n zestig projecten onder handen. Ze participeren dus in verschillende teams, waarin ze verschillende rollen hebben én verschillend werk doen; ontwerpen bijvoorbeeld, maar ook matrijzen maken. De directeur:“Iedereen bij Meldon Plastics is multi-inzetbaar. Om dat te ondersteunen bieden we nieuwe medewerkers een opleidingstraject voor het extrusievak dat een doorlooptijd heeft van 2,5 à 3 jaar.We beseffen dat we met onze manier van werken ambitieuze mensen naar ons toe halen. Dat is ook de opzet. Zulke mensen willen na een bepaalde termijn doorgroeien. Meldon Plastics heeft daarvoor slechts beperkte mogelijkheden, zodat we ook mensen met goede kwaliteiten na een paar jaar helaas moeten
laten gaan. Ons personeelsbeleid richt zich uitdrukkelijk op het binden en boeien van medewerkers.” Meldonezen
Met name bij productie is het belangrijk dat de medewerkers zich verbonden voelen met hun bedrijf. Meldon Plastics werkt aan die band. Marco Zeekaf begint bij de basis:“We bieden goede arbeidsvoorwaarden die zijn vastgelegd in een eigen CAO. In overleg met de Ondernemingsraad is bijvoorbeeld geregeld dat we niet in het weekend werken. Dat is uitzonderlijk in onze branche.Verder heeft ook in de ploegen iedereen steeds wisselende taken en besteden we veel aandacht aan employability en opleiding. 4,5% van onze loonkosten besteden we aan opleiding, zowel intern als extern.” Maar er is meer: het vijftigjarig bestaan van Meldon Plastics gaat niet ongemerkt voorbij.Verspreid over het jaar zijn er festiviteiten en activiteiten voor het personeel, maar ook voor de Bergense gemeenschap. Er is een open dag en het bedrijf geeft aan de basisscholen in de gemeente een bedrag om te besteden aan IT. Marco Zeekaf:“Onze productiemensen werven we in de omgeving. Daar willen we dus een gezicht hebben als verantwoordelijk werkgever.We beseffen maar al te goed hoe hard we de mensen nodig hebben!”
3
PACTNIEUWS PACT N
a de verkiezingen van afgelopen voorjaar zag het ernaar uit dat het Vertrouwens-
pact een heel andere samenstelling zou krijgen. Uiteindelijk blijken er drie nieuwe wethouders toe te treden: de heren Emonts
FOTOGRAAF: COR DAMHUIS (WEERT)
VWL vernieuwt zich opzetten van reïntegratiebeleid, een sluitende keten van dienstverlening vanaf de werkzoekende tot aan de werkgever.Van het VWL verwacht ik meer dan alleen bemoeienis met de budgettering. Ik wil er met name inspiratie opdoen uit wat er in de andere rayonale platforms gebeurt.”
tijdstip zijn visie toelichten.
Wethouder Rob van Dooren hoopt dat het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg een katalysator zal zijn voor het rayonale platform in de regio Weert:“In onze regio is een toekomstvisie neergelegd in ‘Hoge dunk voor het land van Weert en Cranendonck’. Uit deze visie vloeien projecten voort die vorm krijgen in het rayonale platform. In principe is zo’n platform een positieve zaak nu het tripartite overleg in Arbeidsvoorziening niet meer bestaat. Het moet echter geen extra structuur gaan worden bovenop de hier al bestaande werkgeversplatforms.We zitten nu midden in het proces van gedachtevorming over de samenstelling van het rayonale platform. Ik stel vast dat er draagvlak is voor een goede afstemming tussen de gemeenten in de regio én voor een brede invalshoek. Op die manier krijgen arbeidsmarktbeleid en economisch beleid onderling verband, zodat we een goede basis hebben om onze doelstellingen te bereiken: het
H
et aantal arbeidsplaatsen in Limburg is tussen 1995 en 2000 flink toegenomen. Per rayon bestaan verschillen die met de arbeidsmarkt-
monitor RAIL in kaart zijn gebracht. Ook de werkloosheid en de krapte verschilt sterk per rayon. Dit vraagt om aan de rayonale situatie aange-
(Venray),Van Dooren (Weert), Zijlstra (Roermond). De heer Ewouts zal op een later
Rayonale verschillen op de Limburgse arbeidsmarkt paste oplossingen.
Fons Zijlstra volgt Tof Thissen op als wethouder in Roermond:“In 2002 werd het project Deltaplan Werk afgerond, dat stond voor de integrale aanpak van de werkloosheid in Roermond. Het Deltaplan Werk maakt nu deel uit van de reguliere organisatie. In het licht van de Wet SUWI die leidt tot een reorganisatie van de sociale zekerheid, maken we plannen voor een vervolg op het Deltaplan Werk in 2003. Ik hoop dat we dan net zoals voorheen een goede brug kunnen slaan tussen alle partners in het regionale platform en het Vertrouwenspact.Alleen in een breed regionaal samenwerkingsverband met alle relevante partijen op de arbeidsmarkt kun je werkloosheid aanpakken. De arbeidsmarkt houdt immers niet op bij de gemeentegrens. De overleggremia van het platform en het VWL zijn daarom van eminent belang.Vanuit deze invalshoek ligt er een taak voor de gemeente om via verknoping van het arbeidsmarktbeleid met het gemeentelijk economisch beleid te komen tot reïntegratie en het terugdringen van de werkloosheid aan de ene kant en het oppakken van de problemen op de arbeidsmarkt (moeilijk vervulbare vacatures) aan de andere kant.”
Rob van Dooren
Tussen 1995 en 2000 had de Westelijke Mijnstreek met gemiddeld 3,4% per jaar de hoogste groei van het aantal arbeidsplaatsen. Het rayon Roermond lag hierbij flink achter met een groei van gemiddeld 2,0%.
Figuur 1 Het aantal niet-werkende werkzoekenden t.o.v. de beroepsbevolking (=werkloosheidspercentage) per rayon in Limburg, april 2001 Werkloosheids% Venray Weert Venlo
Fons Zijlstra Westelijke Mijnstreek Roermond
Toekomstige arbeidsmarktsituatie
Maastricht Mergelland
Afscheid Jan Tindemans
0%
1%
2%
3%
4%
5%
6%
7%
8%
9%
Begin juni nam het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg met een minisymposium afscheid van voorzitter Jan Tindemans.
Het minisymposium was gewijd aan ‘leren en werken’, oftewel: hoe staat het met het duale leren? Vier sprekers brachten de problematiek bondig in kaart: Frans Daemen van de Hogeschool
Figuur 2 Het aantal openstaande vacatures tegenover het aantal direct inzetbare niet-werkende werkzoekenden (=arbeidsmarktkrapte) per rayon in Limburg, april 2001
Zuyd, John Schobben van Arcuscollege, Guy Peeters van de Stichting Ziekenhuizen Noord-Limburg en Erik Peters van Inalfa Industries. De forumdiscussie die volgde bevestigde wat de sprekers hadden ingebracht: er is behoefte aan duaal onderwijs, het inrichten van
Arbeidsmarktkrapte Parkstad Limburg Roermond
duaal onderwijs komt langzamerhand op gang, er zou geleerd kunnen worden van de vroegere aanpak in de gezondheidszorg
Westelijke Mijnstreek
en vooral: duaal leren staat of valt met de beschikbaarheid van uitdagende stageplaatsen in het bedrijfsleven én de inzet van het
Maastricht Mergelland
onderwijs om maatwerk te leveren. Op een vraag van gedeputeerde Henk Evers naar de rol van het VWL rond dit thema, reageerden
Venlo
de aanwezigen unaniem: overleg hierover gebeurt in en vanuit het VWL als het natuurlijke platform. Een initiatief waar de provincie
4
in de persoon van Jan Tindemans alle lof voor verdient, aldus de sprekers.
Rayonale verschillen in het aanbod van personeel
Tweederde van de Limburgse bevolking tussen de 15 en 65 jaar biedt zich aan op de arbeidsmarkt. Deze bruto participatiegraad varieert nauwelijks tussen de rayons. In Limburg participeert 76% van de mannen en 53% van de vrouwen aan de arbeidsmarkt. Het werkloosheidspercentage per rayon varieert daarentegen sterk, zoals blijkt uit figuur 1. De hierbij gehanteerde definitie van werkloosheid, namelijk de bij het CWI ingeschreven nietwerkende werkzoekenden, is ruim. De inzetbaarheid van de werklozen is over het algemeen beperkt, want slechts 15 à 20% is direct inzetbaar. Velen hebben een laag opleidingsniveau en het aandeel ouderen blijft alsmaar stijgen.
Parkstad Limburg
Al eerder ontving hij van gouverneur Van Voorst tot Voorst tot Ridder in de orde van Oranje Nassau.
De landbouw bleef gemiddeld stabiel en in de nijverheid was de werkgelegenheidsgroei beperkt. Wel waren er in deze sector forse verschillen tussen de rayons. Zo steeg het aantal arbeidsplaatsen in de nijverheid in de Westelijke Mijnstreek met gemiddeld 2,0%, terwijl deze in Maastricht Mergelland met 1,0% kromp. De commerciële diensten zorgden in alle rayons voor de grootste werkgelegenheidsgroei met een gemiddelde van 5,0%.
Venray Weert 0
1
2
3
4
5
6
De krapte op de arbeidsmarkt, dit wil zeggen het tekort aan direct inzetbaar personeel, is momenteel het grootst in de rayons Weert en Venray. In Parkstad Limburg is de krapte het geringst, maar ook hier zijn er meer openstaande vacatures dan direct inzetbare werkzoekenden. De komende jaren zal de werkgelegenheid naar verwachting beperkt groeien. Door de voortgaande vergrijzing en ontgroening zal de beroepsbevolking nauwelijks meer toenemen. De groei van de werkgelegenheid kan opgevangen worden door de herintrede van vrouwen en de eventuele inzet van partieel arbeidsgeschikten. Het werkloosheidspercentage zal in Westelijke Mijnstreek, Parkstad en Venlo nog licht kunnen dalen. Op andere plaatsen stijgt wellicht het aantal werklozen enigszins.Al met al verandert er weinig in de situatie van resterende werkloosheid en krapte op de arbeidsmarkt. Er zullen dus voortdurend tekorten aan gekwalificeerd personeel en overschotten aan ongekwalificeerd personeel zijn. Een probleem waarvoor de partners in de rayons een oplossing zullen moeten vinden.
5
PACTNIEUWS PACT Pas verschenen:
Rayonaal Platform Noord-Limburg inventariseert en concludeert
RAIL-monitor 2001-2006 O
ok de komende jaren zullen de knelpunten op de Limburgse arbeidsmarkt groot
blijven. Dat blijkt uit de onlangs verschenen uitgave van de arbeidsmarktmonitor RAIL.
instroom van schoolverlaters bedraagt nog geen 23.000. Dit betekent dat er in 2002 een vraagoverschot ontstaat van 3.000. Ook in de periode 2003-2006 zullen meer banen beschikbaar komen dan er schoolverlaters instromen. De druk op de arbeidsmarkt zal dan ook hoog blijven.
H
et Rayonaal Platform Noord-Limburg begon in 2001 een onderzoek naar de mogelijkheden om de stille reserve in de regio te mobiliseren.
Inmiddels heeft getalsmatige informatie duidelijk gemaakt dat de arbeids-
Complex
marktproblematiek in deze regio niet gemakkelijk is op te lossen. Dat zal
De vraag waar die 5000 arbeidskrachten vandaan moeten komen, is niet zomaar te beantwoorden. Er zijn in de regio weliswaar 6000 werkzoekenden ingeschreven, maar de helft daarvan heeft een grote afstand tot de arbeidsmarkt. De overige 3000 zouden via trajecten bemiddelbaar gemaakt kunnen worden. Nick Naus:“Een bestand van 3000 werkzoekenden betekent niet dat je zomaar alle banen kunt invullen. Er bestaat een spanning tussen opleiding van de werkzoekenden en aard van de vacatures. Bovendien wijkt de gevraagde kwaliteit vaak af van de aangeboden kwaliteit. Je moet dus gericht op zoek gaan naar mensen voor de banen die er zijn. Maar zelfs als we erin zouden slagen de werklozen met een overbrugbare afstand tot de arbeidsmarkt te plaatsen, dan zouden we nog ruim 2000 vacatures overhouden. Die moeten dus op een andere manier ingevuld worden.”
het vertrekpunt zijn voor de projecten van de toekomst.
De groei van de Limburgse economie is de afgelopen twee jaar teruggezakt van 3,9% in 1998 naar 1,5% in 2001.Als gevolg daarvan is het aantal vacatures dat door het Limburgse bedrijfsleven is gegenereerd, gedaald.Afgelopen jaar stonden er op elke 1.000 werkenden 31 vacatures open, terwijl dat er in 2000 nog 37 waren. Desondanks is de krapte op de Limburgse arbeidsmarkt in 2001 verder toegenomen. In 2000 stonden namelijk tegenover iedere 100 direct bemiddelbare werkzoekenden (fase 1) gemiddeld 240 vacatures open.Vorig jaar liep dit op naar 250. Volgens RAIL moet rekening worden gehouden worden met een blijvende krapte. In sterke mate debet hieraan is de vergrijzing van de beroepsbevolking, waardoor er de komende jaren aanzienlijk meer werkenden zullen uitstromen. Perspectief
Het economisch klimaat zal de komende jaren gunstig blijven. In 2002 verwacht RAIL een werkgelegenheidsgroei van 1,1%, hetgeen neerkomt op circa 5.000 nieuwe banen. Relatief sterke groeiers zijn de sectoren handel, transport, communicatie en kwartaire diensten. In de landbouw zal de werkgelegenheid afnemen, evenals in de chemie en de metaalindustrie. In totaal zullen in 2002 ongeveer 26.000 banen beschikbaar zijn als gevolg van de groei van de werkgelegenheid (de zogenaamde uitbreidingsvraag) en de vraag als gevolg van de uitstroom van werkzame personen (de zogenaamde vervangingsvraag). De
Aandacht voor de MBO-er
Het zal de komende jaren vooral moeilijk zijn om personeel voor de zorgsector te recruteren. Ook zal het niet gemakkelijk zijn om onderwijsgevenden te vinden. RAIL voorspelt voor 2006 over het algemeen gunstige perspectieven voor schoolverlaters met een opleiding op MBO-niveau en hoger. Minder gunstige perspectieven zijn er voor ongeschoolden en lager opgeleiden. Schoolverlaters van het VMBO kunnen hun perspectief aanzienlijk verbeteren door na afronding van hun opleiding te kiezen voor het MBO. Limburgse marktpartijen zijn druk doende om oplossingen te bedenken voor de tekorten op de arbeidsmarkt. Er wordt gewerkt aan het inzetten van werklozen, het mobiliseren van buitenlandse arbeidskrachten en het inschakelen van degenen die niet participeren.Aandacht is echter ook op zijn plaats voor een betere ‘benutting’ van de MBO-er. RAIL laat zien dat de komende jaren veel moeilijk vervulbare vacatures te verwachten zijn in het MBO-segment.Tegelijkertijd geven veel MBOschoolverlaters die werk hebben, aan dat ze onder hun opleidingsniveau werken. Landelijk vindt zelfs 38% van de schoolverlaters met een technische opleidingsachtergrond op MBO-niveau dat zij werkzaamheden onder hun niveau verrichten. De krapte op de Limburgse arbeidsmarkt vraagt om oplossingen. Het optimaal benutten van de capaciteiten en vaardigheden van MBO-ers biedt aanknopingspunten.
“Voordat je op zoek gaat naar arbeidskrachten moet je weten hoeveel mensen er de komende jaren nodig zijn”, zo verklaart Nick Naus de insteek die het regionaal platform heeft gekozen. Naus werkt op de afdeling economische zaken van de gemeente Venlo en is regionaal coördinator arbeidsmarktbeleid. Hij heeft zich zeer actief beziggehouden met het regionaal platform.“In Noord-Limburg bestaat sinds midden jaren negentig het grootste vacatureoverschot van heel Limburg. Medio 2001 waren er volgens de arbeidsmarktmonitor RAIL 2400 vacatures in het rayon Venlo en 2700 in het rayon Venray, waarvan 50% al lange tijd bestaat. Een deel van deze vacatures heeft betrekking op de vervangingsvraag:
Ingeschreven bij het CWI
Verwachte arbeidsmarktontwikkeling (in procenten van de werkgelegenheid) in Limburg en Nederland 2001-2006 Limburg 2002
Limburg 2001-2006
Nederland 2001-2006
RAIL is een samenwerkingsverband tussen de Provincie Limburg, de Regionale Opleidingencentra,Arbeidsvoor-
Werkgelegenheidsgroei (uitbreidingsvraag) Arbeidsmarktuitstroom (vervangingsvraag) Baanopeningen Instroom schoolverlaters Vraagoverschot
6
1,1% 4,3% 5,4% 4,8% 0,6%
4% 26% 30% 24% 6%
6% 24% 30% 25% 5%
banen die vrijkomen als iemand met pensioen gaat of verhuist.”
ziening Limburg, de Limburgse Werkgevers Vereniging, de Federatie Nederlandse Vakbeweging en Limburgse gemeenten. Om de arbeidsmarkt in Limburg op de voet te kunnen volgen, is een aantal jaren geleden de arbeids-
Er zijn diverse groepen waaruit mensen gerekruteerd zouden kunnen worden: werkzoekenden met een uitkering en sollicitatieplicht, niet uitkeringsgerechtigde werkzoekenden –de zogeheten NUG’ers–, de stille reserve en de pendelaars in het Duitse grensgebied. Hoewel voor gemeenten uitstroom uit de bestanden met mensen in de bijstand uitermate belangrijk is, lijken vooral de NUG’ers mogelijkheden te bieden voor een snel antwoord op de bestaande arbeidsmarktproblemen. Deze groep bestaat voor 62% uit herintredende vrouwen, die vaak zeer gemotiveerd zijn en iets hoger opgeleid dan het gemiddelde in het werkzoekendenbestand. Nick Naus:“De herintreders hebben wel nogal wat noten op hun zang wat betreft bijvoorbeeld de werktijden, het inkomen en het soort werk. Dat vraagt om maatwerk aan de kant van de bedrijven. De bereidheid daartoe groeit. Momenteel hebben we nog weinig vat op deze groep.We hebben een bestand van circa 850 werkzoekenden zonder uitkering en we weten dat jaarlijks 800 personen in- en uitstromen, maar of zij aan het werk gaan, weten we niet. Pas sinds 1 januari van dit jaar vallen de NUG’ers onder de verantwoordelijkheid van de gemeente. In elk geval is duidelijk dat we uit deze groep systematisch mensen zouden kunnen werven. Er is echter meer nodig om de vacatures in deze regio in te vullen.”
marktmonitor in het leven geroepen. www.railsite.nl
lees verder op pagina 8
•
7
PACTNIEUWS PACT •
vervolg pag. 7
Stille reserve en pendel
In het rayon Venlo zijn er minstens 9000 mensen die beschikbaar zouden kunnen komen voor de arbeidsmarkt, de zogeheten stille reserve.Via PR-achtige projecten wordt geprobeerd hen te mobiliseren om zich bekend te maken. Een direct oorzakelijk verband is niet aangetoond, maar sinds de ad hoc acties van onder meer KLIQ zijn meer NUG’ers ingeschreven bij het CWI. Het stimuleren van Euregionale pendel om vacatures in Venlo en omgeving in te vullen vindt Nick Naus een stroperige materie:“Het vraagt nogal wat inspanning om de barrières te overwinnen die er bijvoorbeeld bestaan op fiscaal-juridisch, technisch en (bedrijfs) cultureel gebied.Toch is er een trend om in te spelen op de kansen die de hoge werkloosheid onder technisch hoog gekwalificeerd personeel in NordrheinWestfalen biedt. De gemeente Venlo draagt dan ook bij aan Eurail dat onderzoek doet naar de pendel in de grensregio om op die manier een goede samenhang en prioriteitstelling te brengen in grensoverschrijdende activiteiten.” Beleid moet
Nick Naus concludeert uit de inventarisatie:“Als je de mogelijkheden overziet, is duidelijk dat er arbeidsmarktbeleid nodig is om de juiste mensen op de juiste vacature te krijgen en tegelijk het aantal werkzoekenden terug te dringen.Als gemeente hebben wij daarin uitdrukkelijk een rol. Het behoort immers tot onze verantwoordelijkheid om zowel de economische ontwikkeling van deze regio te stimuleren als de sociale problemen aan te pakken. Daartussen
bestaat een grote samenhang die ons dwingt om tweeledig in te steken vanuit de gemeente: aanbodgericht (mensen) en vraaggeschikt (vacatures). De gemeente Venlo heeft dat al enkele jaren geleden opgepakt en sociaal en economisch beleid verknoopt. Daarnaast zijn de partners op de arbeidsmarkt minstens even belangrijk. De sectoren vragen immers om een oplossing: LWV, LOZO, Zorg aan Zet,Alles. Dit beleid is vastgelegd in de Contourennota ‘Werkgelegenheidsoffensief’. Op rayonale Noordlimburgse schaal ontwikkelen we vanuit het Platform in nauwe samenspraak met de sectoren regionaal beleid, dat eveneens deze tweeledigheid als uitgangspunt neemt.” Projecten
In de Contourennota en in het rayonplan NoordLimburg van het regionaal platform worden diverse initiatieven beschreven. Het ‘Zorg- en Dienstenbureau’ bijvoorbeeld dat laagdrempelige instroom van werknemers in de zorg stimuleert,‘Werk & Privé Balans’ dat mikt op mensen die werk en privé op een passende manier willen combineren,‘Werkwijzer’ dat oudere werklozen begeleidt naar een baan,Wijkgerichte aanpak en sociale activering voor mensen met een uitgesteld arbeidsperspectief. Nick Naus:“Al die projecten dragen bij aan het oplossen van de problematiek. Om dit soort zaken op te zetten moeten we echter de financiële en morele bijdrage van de diverse betrokken organisaties verknopen: gemeenten, UWV en de sectoren. Dat is de uitdaging voor de komende tijd: zorgen dat al die partners hun steentje bijdragen, ook al is dat binnen wet- en regelgeving of binnen afspraken in de sector niet zo voor de hand liggend. Als gemeente kunnen we het in elk geval niet alleen!”
Het nieuwe UWV:
voorzichtig manoeuvreren O
p 1 januari zijn de vijf UVI’s (uitvoeringsinstellingen) en het LISV gefuseerd tot
Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekeringen (UWV). Leon Schiffelers, districtsmanager UWV GAK Maastricht/Heerlen, vertelt wat dat betekent voor zijn organisatie en voor de verhouding tot het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg.
op alle fronten geboden. Dat blijkt alleen al uit de naamgeving: het GAK heet nu UWV GAK, USZO heet UWV USZO, enzovoort. De namen van de voormalige UVI’s blijven voorlopig voortbestaan. “Dat doen we om herkenbaar te blijven voor onze cliënten”, aldus Leon Schiffelers. Hij maakt er niet veel woorden aan vuil:“Voorlopig verandert er weinig. Iedere partner in UWV behoudt zijn eigen werkgebied en blijft nog gevestigd op zijn eigen locatie.” Plannen
8
De fusie is een megaoperatie waar 22.000 medewerkers en bijna 1 miljoen uitkeringsgerechtigden bij betrokken zijn. Met zoveel mensen die afhankelijk zijn van een uitkering via UWV is voorzichtigheid
Leon Schiffelers:“De samenvoeging op managementniveau is een feit en van daaruit vindt uitrol plaats. Dat is een kwestie van jaren, omdat je niet alleen culturen moet gaan samenvoegen, we moeten ook
een gelijkvormig werkproces ontwikkelen en een gezamenlijk geautomatiseerd systeem. Dat zijn zeer ingewikkelde operaties, omdat uitkeringsgerechtigden op geen enkele manier last mogen hebben van het overschakelen naar nieuwe systemen.” Inmiddels is wel al duidelijk hoe dit aangepakt wordt. Ook voor de huisvesting van UWV liggen de eerste plannen klaar. Over een aantal jaren is er een beperkt aantal provinciale backoffices met een aantal frontoffices waar cliënten terecht kunnen en waar keuringen worden verricht. Weinig tijd
Op het eerste oog lijkt alles dus gewoon door te gaan als tevoren.Ten aanzien van zijn contacten met het VWL nuanceert Schiffelers dat beeld echter: “Tot voor kort vertegenwoordigde ik in het secretariaat van het VWL het GAK Maastricht/Heerlen met raakvlakken aan GAK Venlo en Roermond. Daarmee was het GAK als enige uitvoeringsinstantie goed vertegenwoordigd. Cadans, het Sociaal Fonds Bouwnijverheid, GUO en USZO waren slechts marginaal vertegenwoordigd.Als grootste UVI waren wij in staat aandacht en tijd vrij te maken voor het VWL. De organisatie is echter niet toegerust op samenwerkingsverbanden en dat is in UWV niet verbeterd.” Hinder van de wet
“Toch zien wij dat het VWL resultaten oplevert voor werkzoekenden”, benadrukt Leon Schiffelers.“Wij zien dat het nut heeft om samen met anderen projecten te ontwikkelen. Helaas verzet de wetgeving zich tegen deze benadering.Als UWV – en voorheen GAK– werken wij met persoonsgebonden budgetten. Dan is het elke keer weer pionieren om iets voor elkaar te krijgen.” Als voorbeeld noemt
Schiffelers het project Mobilisatie Arbeidsgehandicapten (MAG). In dit project ontwikkelen UWV USZO, UWV SFB en UWV GAK, de gemeenten Venlo en Maastricht en het CWI samen een sluitende aanpak voor mensen in de WAO. MAG moet
Het blijkt uitermate ingewikkeld om een reïntegratietraject voor WAO’ers van A tot Z op te zetten.“Als dit project slaagt – en daar ziet het nu naar uit– dan zetten we landelijk wel iets zeer bruikbaars neer.” Schiffelers is duidelijk enthousiast over het MAGproject. Dat enthousiasme geldt met name de oplossingsgerichtheid van alle partners.“We doen allemaal vanuit een verschillende achtergrond en opdracht mee. Er zijn enorme discrepanties in populatie en aanpak. Juist daardoor kun je veel van elkaar leren. Maar het is iedere keer weer een enorme klus om de knelpunten waar de wetgeving ons voor stelt, op te lossen.” Kantelen
“Op den duur zal de kanteling van de UWV-organisatie ook een rol gaan spelen. UWV heeft een divisiestructuur met een divisie Arbeidsgeschiktheid, een divisie WW en een divisie Werkgeverszaken, elk met een eigen aansturing. Nu heb je natuurlijk nog contacten, maar de afstand tussen de divisies zal zeker gaan toenemen. Er komt druk op de interne samenwerking en dat zal effect hebben op de integrale projecten, zoals het VWL die ontwikkelt.” Leon Schiffelers vindt dan ook dat vanuit Limburg nadrukkelijk aandacht gevraagd moet worden voor de voordelen van een projectmatige aanpak.“Ruimte voor samenwerking krijg je blijkbaar niet zomaar, die moet je bevechten. Jammer, maar we zullen er wel voor gaan!”
9
PACTNIEUWS PACT Einde EFRO-programma Zuid-Limburg in zicht H
et Europees stimuleringsbeleid voor Zuid-Limburg wordt geleidelijk afge-
bouwd. In dat kader ontvangt de regio in de periode 2000-2005 nog eens een bedrag van 2 20,5 mln aan EFRO-steun. Dit zogeheten ‘phasing-out D2 programma Zuid-Limburg’ heeft betrekking op de gemeenten SittardGeleen, Stein, Beek, Nuth, Schinnen, Brunssum, Landgraaf, Kerkrade en Heerlen.
Sinds 1988 was er voor delen van de voormalige mijnstreek financiële steun uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling. Die steun was gerelateerd aan doelstelling 2 voor reconversie van economisch zwakkere gebieden.Tot 2000 ontving de regio ongeveer A 90 mln., waarmee in een vijftal programma’s voor A 360 mln. aan investeringen gerealiseerd werd. Het resultaat daarvan was een versterking van het Midden- en Kleinbedrijf, verbetering van het productiemilieu en de regionale structuur.
P-beleid als sleutel voor veranderingen in de zorg De projectorganisatie Zorg aan Zet draagt in opdracht van de Stichting Arbeidsmarkt in de Limburgse Zorg (Stamzorg) bij aan oplossingen voor de personeelsproblemen in de zorg. Stamzorg besteedt de subsidies van de sectorfondsen en van de provincie Limburg onder meer aan projecten voor het wegwerken van de wachtlijsten in de jeugdzorg in de reguliere zorg. Uitvoering gebeurt door Zorg aan Zet in nauwe samenwerking met de zorginstellingen. Daarnaast werkt Zorg aan Zet aan de uitvoering van het raamplan voor de zorg dat door voorganger Provinciale Zorgfederatie (PZF) in samenwerking met de provincie werd opgezet.
Een versterking van de samenwerkingsstructuur op het regionale arbeidsmarktgebied kan antwoorden opleveren op de kwantitatieve arbeidsmarktvraag. Voorbeelden zijn gezamenlijke acties van bedrijfsleven en opleidingsinstellingen of onderlinge samenwerking tussen bedrijven. Ook activiteiten die gericht zijn op het creëren van nieuwe werkgelegenheid, waaronder ook reactiveringsprojecten, komen in aanmerking voor ondersteuning. Projecten die passen binnen deze maatregel hebben prioriteit wanneer ze aansluiten bij het beleid van het Vertrouwenspact Limburg. Voor meer informatie omtrent het indienen van projectvoorstellen kunt u contact opnemen met het EFRO-programmamanagement, 045-560 55 55.
Ondersteuning
Inhoud
Het nu aangekondigde ‘phasing-out programma’ concentreert zich op een verdere verfijning van de infrastructuur en op maatregelen op het vlak van kennis, kapitaal en arbeidsmarkt. Op die manier kunnen de voorzieningen die met behulp van eerdere programma’s zijn gecreëerd optimaal worden benut. Met de gelden kunnen projecten worden opgezet voor bijvoorbeeld de revitalisering en ontwikkeling van bedrijventerreinen, versterking van de kennis- en de toeristische infrastructuur, versterking van de concurrentiepositie van het (toeristische) bedrijfsleven en versterking van de sociale cohesie. Human Resources
10
Voor het versterken van de sociale cohesie kunnen activiteiten worden opgezet om in het kader van human resourcesbeleid de werking van de arbeidsmarkt te verbeteren. De kwalitatieve vraag naar arbeid vergt bijvoorbeeld om professionalisering van het human resourcesbeleid bij bedrijven, om advies aan managers over gedegen human resourcesbeleid, om het opstellen van opleidingsplannen en personeelsmanagementsystemen, om proefprojecten op het gebied van het flexibiliseren van arbeid, enzovoort.
V
eel ontwikkelingen in de zorg nemen tientallen jaren in beslag. Opvallend is echter dat relatief snel aanpassingen plaatsvinden als de
vraag van patiënten wijzigt. Momenteel is bijvoorbeeld de vraaggerichte zorgverlening in een stroomversnelling met daaraan gekoppeld het totstandbrengen van een keten van zorg. Essentieel voor het realiseren Zuid-Limburg
van dergelijke veranderingen is echter dat er voldoende gekwalificeerd personeel beschikbaar is.Voorwaarde daarvoor is niet zozeer een goede beloning, als wel adequaat personeelsbeleid, passende arbeidsvoorwaarden
Zorg aan Zet ontwikkelt zich tot een centrale plek voor alles wat met de arbeidsmarkt voor de zorg te maken heeft. Directeur Kina Koster:“Veel Limburgse zorginstellingen maken bijvoorbeeld gebruik van het Transferpunt Zorg, een databank voor vacatures en mensen die van baan willen veranderen. Medewerkers bij de instellingen krijgen van hieruit een vacaturekrant en het Transferpunt heeft drie mobiliteitsadviseurs in dienst die een match tussen vraag en aanbod tot stand brengen. De zorginstellingen en medewerkers houden ons zeer goed op de hoogte van ontwikkelingen. Dat is voor ons een uitstekende basis om een centrale positie in te vullen waar het gaat om arbeidsmarktthema’s.” Daarnaast plaatst Zorg aan Zet een groot deel van de personeelsadvertenties voor de zorg. Niet alleen levert dat 1,4 miljoen Euro op aan kortingen voor de instellingen, Zorg aan Zet kan op basis van de gegevens over vraag en aanbod ook een maandelijks overzicht geven van de ontwikkelingen in de arbeidsmarkt. Kina Koster:“We willen en kunnen de service aan de instellingen uitbreiden.Wij zijn in staat om trends te zien, zodat het mogelijk wordt om tijdig beleid te ontwikkelen. Contact met andere partners die ook bezig zijn met oplossingen voor de knelpunten van de huidige arbeidsmarkt, is daarom voor ons belangrijk. Ik maak als vertegenwoordiger van Stamzorg deel uit van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg. Daar hoop ik nieuwe ideeën op te doen voor mijn eigen sector.”
en gericht arbeidsmarktbeleid.
lees verder op pagina 12
•
11
PACTNIEUWS PACT •
vervolg pag. 11
Werving, begeleiding en de rest
Prestaties
Veel aandacht van Zorg aan Zet gaat uit naar het vinden van extra personeel om zo de wachtlijsten in de zorg weg te werken. Over het project dat zich daarop concentreert vertelt Kina Koster:“Via ons meetinstrument Regio Marge weten we dat de Limburgse zorginstellingen gezamenlijk een vervangingsvraag van 888 medewerkers per jaar hebben. Om extra personeel te kunnen inzetten moeten tot 2003 1015 mensen beschikbaar komen voor de zorg.We hebben dus een forse klus te klaren. In 2001 is vooruitlopend op de toekenning van de subsidie het aantal opleidingsplekken al met 36% uitgebreid. Dit jaar gaan we zorgen voor een snelle inpassing door gericht te werven onder de verschillende doelgroepen. Zij kunnen deelnemen aan een verkorte opleiding of andere maatwerkopleidingen. Dat vergt een enorme inspanning. Enerzijds om genoeg mensen te werven en anderzijds om onderwijs op maat en beroepsbegeleiding gedurende het opleidingstraject te regelen. De instellingen zelf investeren fors in dit geheel.”
“Zorg aan Zet coördineert de uitvoering van het plan en monitort of de werving en plaatsing op schema liggen.We zetten fors in op het werven van jonge mensen door middel van imagocampagnes en door schooldecanen gericht te benaderen.Aan hen wordt gevraagd om leerlingen die interesse lijken te hebben, in te schrijven voor een ‘Kijkje achter de schermen’.Afgelopen jaar leverde dat na 220 ‘kijkjes’ 80 aanmeldingen op.” Ook andere doelgroepen, herintreders, allochtonen en nieuwkomers worden opgespoord en geënthousiasmeerd om in de zorg te gaan werken.Volgens directeur Koster nog veel te weinig.“Maar er zit beweging in. Ik vind dat er geweldige prestaties worden geleverd in een uitstekende samenwerking tussen alle partijen. Iedereen levert zijn bijdrage.Als Zorg aan Zet proberen we bijvoorbeeld zo compact mogelijk te werken om zoveel mogelijk geld te kunnen inzetten voor het werven en opleiden van nieuwe medewerkers bij de zorginstellingen.”
Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg Werkgelegenheids- en arbeidsmarktproblemen kunnen volgens de Europese Commissie het meest effectief op regionaal niveau aangepakt worden. Dat was de aanleiding voor de oprichting van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg (VWL) in 1997. De partners onderschreven in een convenant in 1999 de doelstellingen en het samenwerkingsverband. Sinds 2002 houden de partners het VWL zelf in stand en richten zij zich op verzoek van de Europese Commissie ook op internationale samenwerking met andere pacten. De partners hanteren de volgende programmalijnen als basis voor rayonaal en sectoraal beleid: inschakelen stille reserves; optimaliseren inzet werkenden (employability); versterken van het onderwijs; verbeteren bedrijfsvoering; optimaliseren beleidsafstemming, middelencoördinatie.
• • • • •
In het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg zijn vertegenwoordigd:
Centrum voor Werk en Inkomen Limburgse gemeenten: Maastricht, Roermond,Weert,Venray,Venlo, Heerlen, Sittard Onderwijs:Agrarisch Opleidings Centrum Limburg, Gilde Opleidingen, ROC Arcus Heerlen, Leeuwenborgh Opleidingen, Hogeschool Zuyd Provincie Limburg Sociale partners: Limburgse Werkgevers Vereniging, Limburgse Organisatie van Zelfstandige Ondernemers, FNV Regiowerk, de Limburgse Land- en Tuinbouw Bond, CNV Sittard, De Unie Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekeringen
12
Op www.vertrouwenspact.nl vindt u meer informatie over het VWL én de eerdere uitgaves van Pactnieuws.