Een toekomstvisie op het gebruik van (aard)gas in Nederland Volledig duurzaam in 2050 Nederland wil in het jaar 2050 een volledig duurzame energievoorziening. De energievoorziening dient bovendien betaalbaar en betrouwbaar te zijn voor consumenten en voor bedrijven. Wat betekent dat voor de rol van (aard)gas op weg naar dit nog verre horizonjaar? De Minister van Economische Zaken concludeert hierover in zijn kamerbrief “Aardgasbeleid in Nederland” dat aardgas de komende decennia nog een belangrijke rol blijft vervullen in onze energievoorziening.1 Hoe de invulling van het volledig duurzame energieplaatje er in 2050 uit zal zien, is nu nog moeilijk te zeggen. Waarschijnlijk zullen technologieën die thans nog moeten worden ontwikkeld een voorname rol spelen2. Veel zal ook afhangen van hoe de kostenontwikkeling van de verschillende opties zal uitpakken. Ervaringen uit het verleden tonen dat het buitengewoon lastig is om relevante trends in de energiemarkt tijdig te onderkennen, laat staan te voorspellen.3 Vanuit klimaatoptiek is niet alleen het op termijn bereiken van een volledig duurzame energievoorziening van belang. Het gaat vanuit dat perspectief eerst en vooral ook om het behalen van een zo groot mogelijke reductie van de uitstoot van CO2 in de periode tot dat ultieme doel is bereikt. Recente studies van het internationale klimaatpanel IPCC geven immers aan dat al voor 2050 het punt dreigt te worden bereikt waarop de opwarming van de aarde meer dan 2 graden Celsius zal bedragen. Blik op 2035 Voorgaande observaties geven aan dat op dit moment een visie voor de periode tot het jaar 2035 van groter praktisch belang is dan een visie voor de periode daarna. Er is nog een reden om de focus thans vooral op deze horizon te richten. In termen van het doen van investeringen geldt voor bedrijven in de energiesector: 2035 is vandaag, 2050 is na overmorgen. Het recente akkoord binnen de Europese Unie over doelstellingen en een raamwerk voor klimaat- en energiebeleid gericht op het jaar 2030 onderstreept deze gedachtegang. De Europese Commissie zal het bereikte akkoord in het komende jaar gaan uitwerken door middel van een reeks wetgevende voorstellen. Het lijkt daarom verstandig dat een visie op de energievoorziening van Nederland en de rol van (aard)gas daarin zich eveneens concentreert op de periode tot 2035. Een kosteneffectieve route Het bereiken van een duurzame energievoorziening vergt een buitengewoon grote en langdurige financiële inspanning. Nederlandse burgers en bedrijven mogen van de overheden verwachten dat deze hun uiterste best doen om de energietransitie op een kosteneffectieve manier gestalte te geven. Dat streven zij dan ook na, zowel op Europees niveau als in Nederland zelf. Het bewerkstelligen van een interne Europese energiemarkt en de inrichting van een CO2emissiehandelssysteem zijn in dit opzicht de Europese vaandeldragers. In Nederland geldt het SDE+
1 2 3
Brief DGETM/14148618 d.d. 7 oktober 2014 Wie zal in 1980 rekening hebben gehouden met de mogelijkheid om op grote schaal zonnepanelen op onze woningen aan te brengen? Voorbeelden: verwachtingen omtrent de rol van kernenergie, de effecten van de opkomst van schaliegas, sterk wisselende verwachtingen ten aanzien van de prijsontwikkeling van de verschillende fossiele brandstoffen
als “best practice” binnen de Europese Unie op het gebied van subsidiesystemen die de ontvanger aanzetten tot kosteneffectief handelen.4 Rol van aardgas tot 2035 Met de blik gericht op de energievoorziening in de periode tot 2035 en met het kostenaspect voor ogen onderschrijven de volgende aspecten de stelling van de Minister van Economische Zaken dat voor (aard)gas nog steeds een belangrijke rol is weggelegd: •
•
• •
• • •
• •
Met het vervangen van kolen door gas ten behoeve van stroomopwekking kan in Nederland een snelle CO2-emissiereductie van circa 7 %-punten ten opzichte van het basisjaar 1990 worden gerealiseerd.5 Dat is ook kosteneffectief in termen van kosten per vermeden CO2-uitstoot. Bij de huidige prijsverhoudingen komt de substitutie van kolen door gas uit op 44–73 €/ton CO26, wat aanzienlijk lager is dan bij de meeste alternatieven.7 Gas is onmisbaar in de industrie voor het leveren van hoge-temperatuur warmte en als grondstof. Gas blijft, ondanks verdergaande energiebesparingen, initiatieven op het gebied van vraagsturing en meer decentraal geproduceerde duurzame energie, een belangrijke rol spelen in het woningsegment. Dit is inherent aan het geprofileerde karakter van de warmtebehoefte en aan het grote bestand van bestaande woningen, waarin aanpassingen slechts in langzaam tempo tot stand komen. In zowel het vrachtvervoer als het personenvervoer doemen voor gas nieuwe toepassingsmogelijkheden op ter vervanging van minder schone olieproducten. Het transporteren en distribueren van gasvormige energie is vele malen efficiënter en goedkoper dan het transporteren en distribueren van warmte of elektriciteit. Daarnaast beschikt Nederland reeds over een zeer uitgebreid en fijnmazig transport- en distributiesysteem voor gas, dat bij uitstek geschikt is om variabele hernieuwbare energieproductie te absorberen. Een elektriciteitsnet dat vergelijkbare energiehoeveelheden aan kan zou enorme investeringen vergen. Gas kent in tegenstelling tot elektrische energie goede opslagmogelijkheden, met name voor langdurige (seizoensgebonden) opslag. Gasproductie- en opslagfaciliteiten hebben over het algemeen relatief korte op- en afregeltijden; dit geldt eveneens voor gasgestookte elektriciteitscentrales, waardoor gas bij uitstek een flexibel inzetbare brandstof is.
Diverse roadmaps laten zien dat de klimaatdoelstellingen zich tot voorbij het jaar 2030 uitstekend laten realiseren met een substantieel aandeel (aard)gas in de energiemix.8 Gas fungeert daarin
4
IEA (Energy policies of IEA countries –The Netherlands, 2014 review), 2014 Op basis van gegevens voor 2013. 6 Afhankelijk van welke benadering men kiest: integrale of marginale kosten 7 Voorbeelden: De bouw van windparken op zee ter vervanging van kolen leidt tot kosten van ca. 134 – 153 € per vermeden ton CO2; de bouw van een nucleaire centrale ter vervanging van een kolen centrale tot kosten van ca. 94 – 113 € per vermeden ton CO2 . Deze kosten zijn berekend op basis van cijfers uit ECN scenario’s uit 2013, daadwerkelijke verhoudingen kunnen verder verschuiven onder invloed van energieprijsontwikkelingen. 8 Energy-Forum NL (Energy in the Netherlands: Optimized pathways to CO2 reduction in the Dutch context), januari 2012; PBL en ECN (Naar een schonere economie in 2050: routes verkend – Hoe Nederland klimaatneutraal kan worden), november 2011; Eurogas (Eurogas Roadmap 2050), oktober 2011; EGAF (Making the green journey work - Optimised pathways to reach 2050 abatement targets with lower costs and improved feasibility), februari 2011 5
telkens als de preferente partner van duurzame energiedragers en krijgt zelf geleidelijk ook een meer duurzame en minder fossiele samenstelling. Daarnaast past gas vanwege zijn vele gebruiksmogelijkheden heel goed in een systeembenadering van onze energiehuishouding. In een systeembenadering staat de behoefte van de consument centraal en wordt deze afgedekt met een optimale combinatie van technische middelen, energiedragers en informatica.9 Centrale en decentrale opties worden met elkaar verbonden. Binnen deze opties speelt energiebesparing steeds een belangrijke rol. In de toekomst zal een systeembenadering naar verwachting steeds belangrijker worden. Aardgas is beschikbaar en betaalbaar voor Europa en Nederland Het vinden van de meest kosteneffectieve weg naar een duurzame energievoorziening is zoals gezegd een belangrijke opgave, vanuit het perspectief van zowel burgers, bedrijfsleven als beleidsbepalers. Maar hoe zit het eigenlijk met de kosteneffectiviteit van het product gas zelf? Wie meent de prijsontwikkeling van de verschillende brandstoffen goed te kunnen voorspellen, overspeelt zijn hand. Maar er kan wel iets worden gezegd over de factoren die voor de toekomstige prijs van gas van belang zijn, en daarmee over het concurrentievermogen van gas ten opzichte van andere brandstoffen. In de eerste plaats is de Europese gasmarkt goed op weg in de richting van een volledig functionerende liquide markt, waar de prijsvorming op groothandelsniveau is gebaseerd op de verhouding tussen vraag en aanbod. De Noordwest-Europese regio loopt hierbij voorop. Tussen de diverse verkooppunten is een goed functionerende infrastructuur aanwezig, die voor alle marktpartijen toegankelijk is. Daardoor zijn competitieve groothandelsprijzen verzekerd. Dankzij de goede positie van Nederland in het Europese gasnet kent het Nederlandse verkooppunt TTF geregeld de gunstigste prijzen. Met de eigen gasreserves heeft Nederland van oudsher een belangrijke positie in zowel de eigen gasvoorziening als die in Europa. De Nederlandse gasreserves zijn voldoende om het komend decennium zelfvoorzienend te zijn. Met een stabiel en aantrekkelijk investeringsklimaat en effectievere winningstechnieken kan het kleine veldenbeleid succesvol worden voortgezet, waarmee Nederland langer zelfvoorzienend kan blijven. Ook is er zicht op een groei van het aanbod van duurzaam gas. Dit sluit aan bij het streven van de Europese Commissie voor een betere benutting van de eigen energiebronnen, mits veilig en verantwoord. Nederland zal echter op termijn geleidelijk aan worden geconfronteerd met een groeiende importbehoefte. Dat geldt ook voor de landen om ons heen. In dit licht is van belang dat de wereldwijd aangetoonde gasreserves voldoende zijn om de wereld, op basis van het huidige consumptieniveau, gedurende minimaal 200 jaar te voorzien van een aanzienlijk deel van zijn energiebehoefte. Dit is aanmerkelijk meer dan tot voor kort werd gedacht.10 Verder neemt Europa geografisch een gunstige plaats in ten opzichte van de gebieden waar zich de meeste reserves bevinden. Wel is het zo dat gas elders in de wereld een groeimarkt is. Er zijn dus kapers op de kust. Europa en Nederland zullen ook in de toekomst moeten zorgen voor een attractieve markt. Een consistent en stabiel energiebeleid vormt daarin een belangrijke factor.
9
DNV GL (Routekaart doorbraakproject energie en ICT), november 2014 “Aardgasbeleid in Nederland: Actuele ontwikkelingen”, Ministerie van Economische Zaken 2014
10
Maar hoe staat het dan met de betrouwbaarheid van de leveringen uit de diverse winningsgebieden? De situatie rond Rusland en Oekraïne heeft nog eens duidelijk gemaakt dat voldoende diversificatie van leveranciers en van aanvoerroutes een vereiste is. Importafhankelijkheid van één leverancier vormt een onacceptabel risico. Nu beschikt Europa als geheel in vergelijking met andere delen van de wereld reeds over een zeer gedifferentieerd aanbod van gas.11 Dit aanbod wordt zowel via pijpleidingen als in de vorm van vloeibaar aardgas aangevoerd. Met de komst van een aantal nieuwe aanbieders van vloeibaar aardgas en met het realiseren van voldoende interconnectiecapaciteit tussen de diverse Europese regio’s zullen de onderlinge substitutiemogelijkheden verder toenemen. Terwijl op groothandelsniveau de marktontwikkeling in Noordwest-Europa voor competitieve prijzen heeft gezorgd, vertonen de eindgebruikersprijzen in de verschillende landen nog aanzienlijke verschillen, zowel voor bedrijven als voor consumenten. Belastingverschillen vormen hiervoor een belangrijke oorzaak, naast verschillen in transport- en distributiekosten. Nationaal beleid van lidstaten blijft vooralsnog van grote invloed op de concurrentiepositie van energiebedrijven die in een geïntegreerde Europese markt opereren. Sociaal mandaat van de sector Het sociaal mandaat voor een continuering van de rol die (aard)gas speelt staat onder druk. De aardbevingen in Groningen hebben een schaduw geworpen over de grote betekenis van gas voor de Nederlandse energievoorziening. Ook over de eventuele winning van aardgas uit schalielagen bestaan in de maatschappij grote zorgen. Aardgasproducenten zullen alles in het werk moeten stellen om dit sociaal mandaat te behouden. Nederland kent strenge procedures ten aanzien van de veilige en schone winning van delfstoffen. Staatstoezicht op de Mijnen oefent hierop adequaat toezicht uit. De schade die door gaswinning aan bezittingen van burgers en bedrijven is veroorzaakt, moet volledig en zo snel mogelijk worden vergoed. Daarnaast zijn preventieve maatregelen nodig om herhaling te voorkomen. Ook moet andersoortige schade afdoende worden gecompenseerd. Overigens mag niet worden vergeten dat ook andere energieopties, waaronder hernieuwbare bronnen, worstelen met het aspect maatschappelijk draagvlak. Innovatie en technologische ontwikkeling Innovatie is een noodzakelijke voorwaarde om gas ook in de toekomstige energievoorziening van een blijvende rol te verzekeren. In dit kader zijn bijvoorbeeld onderzoek en demonstratieprojecten op het gebied van Carbon Capture and Storage (CCS) van belang. De opgave is om deze technieken zodanig verder te ontwikkelen dat aardgas ook na 2035 een substantiële klimaat neutrale rol in het Nederlandse energiesysteem kan blijven vervullen. Voor doeltreffend onderzoek en innovatie is goede kennis en expertise een vereiste. Hierover beschikt Nederland in ruime mate en ons land draagt dit ook uit via leidende onderzoeks- en opleidingsinstellingen. Opties openhouden Gelet op alle toekomstige onzekerheden is het zaak voor de Nederlandse overheid om binnen een Europees kader een energiebeleid te formuleren dat zoveel mogelijk opties voor de toekomst openhoudt en de markt voor een kosteneffectieve invulling van de te behalen doelen laat zorgen. Dit 11
Dit geldt niet voor elk van de afzonderlijke Europese regio’s
binnen heldere randvoorwaarden ten aanzien van aspecten als veiligheid, gezondheid, leveringszekerheid en milieuhygiëne. Het Europese emissiehandelssysteem fungeert daarin als belangrijkste stuurmiddel. Een technologie-neutrale benadering van de sectoren die niet onder dit handelssysteem vallen is een ander kernpunt. Sleutelrol voor aardgas in de Nederlandse energiehuishouding Gas kan binnen een dergelijk energiebeleid een sleutelrol vervullen. Nederland heeft nog aanzienlijke aardgasreserves. Aardgas is de schoonste fossiele brandstof. Gas in bredere zin biedt diverse vergroeningsmogelijkheden en is vooralsnog onmisbaar in de ondersteuning van duurzame energiedragers. Meer in het algemeen is gas bij uitstek de “default option”, wanneer andere ontwikkelingen in de energievoorziening met tegenslagen worden geconfronteerd. Dit wordt mede mogelijk gemaakt door een bestaande, voor Europa unieke infrastructuur, die haar nut nog vele decennia kan bewijzen. De toekomstperspectieven voor een gediversifieerd en betrouwbaar gasaanbod zijn gunstig. Met huidige gastechnologie zijn reeds belangrijke energiebesparingen bereikt en deze kunnen nog verder worden uitgebouwd. Daarnaast is er een aanzienlijk innovatiepotentieel en ontwikkelen zich nieuwe gastoepassingen, zoals in de vervoerssector. Gas past prima in een systeembenadering van de energiehuishouding. Alle reden dus om behoedzaam om te gaan met deze pijler onder de Nederlandse samenleving.